PARKEERGELEIDINGSSYSTEEM ANTWERPEN

PARKEERGELEIDINGSSYSTEEM ANTWERPEN TECHNISCHE SPECIFICATIE DC 12/06/2012

Titel

Parkeergeleidingssysteem Antwerpen

Opdrachtgever

Gemeentelijk Autonoom Parkeerbedrijf Antwerpen

Contactpersoon opdrachtgever

Dhr. Jan Schaeken

Indiener

TRITEL (Tractebel Engineering) Covelierstraat 15 2600 Antwerpen

Contactpersoon opdrachtnemer

Jan Dumez

Datum

11/06/201226/10/2010

Versienummer

6

Dossiernummer

P1174

DOCUMENTVERANTWOORDELIJKHEID

Auteur(s)

Datum

Handtekening

Datum

Handtekening

Datum

Handtekening

Jan Dumez Didier Wauters

Documentscreener(s)

Jan Dumez Didier Wauters Helga Peeters Dimitri Strobbe

Financiële screener(s)

Jan Dumez

BESTANDSINFORMATIE Bestandsnaam

C:\D DRIVE\P\P1174 SIGNALISAT ANTWERPEN\VERSIE JUNI 2012\TECHNISCHE SPECIFICATIE V2\PGS_TECHNISCHE_SPECIFICATIES_V6.DOCX

Laatst opgeslagen

11/06/2012

INHOUD 1.

Inleiding __________________________________________________________ 3

2.

Doel en algemeen concept van het systeem _______________________________ 4

3.

2.1

Algemeen _______________________________________________________________4

2.2

Globale beschrijving van het parkeergeleidingssysteem ___________________________4

Detailbeschrijving van het centrale systeem ___________________________ 1313 3.1

Algemeen ____________________________________________________________1313

3.2

Functionaliteiten _______________________________________________________1414

3.3

Hardware architectuur __________________________________________________ 2323

3.4

Software architectuur ___________________________________________________ 2525

3.5

Operating system (OS) __________________________________________________ 2525

3.6

Ontwikkelingsomgevingen en tools ________________________________________2525

3.7

Rational database management system ____________________________________2626

3.8

https server___________________________________________________________ 2626

3.9

Web browsers _________________________________________________________ 2626

3.10 Ontwikkeling tot deployment _____________________________________________ 2626 3.11 Versiebeheer __________________________________________________________ 2626 3.12 Crash and recovery_____________________________________________________ 2626 3.13 Upgrade en migratie ____________________________________________________ 2727 3.14 Centraal systeem ______________________________________________________2727 3.15 Data collector _________________________________________________________3030 3.16 GUI

3131

3.17 Reporting ____________________________________________________________ 3232 3.18 Koppelvlaken _________________________________________________________3232 3.19 Performantie __________________________________________________________ 3434 3.20 Normen, standaard en Methode __________________________________________ 3434 4.

5.

Detailbeschrijving van de borden ____________________________________ 3636 4.1

Algemeen ____________________________________________________________3636

4.2

Ontwerp van het beeldvlak ______________________________________________ 3737

4.3

Technische karakteristieken ______________________________________________ 3939

4.4

Mechanische uitrusting __________________________________________________ 4141

4.1

Keuringen ____________________________________________________________ 4444

Uitvoering werken _______________________________________________ 4545 5.1

Algemeen ____________________________________________________________4545 P1174| PGS Antwerpen – technische bepalingen

i

6.

7.

5.2

Wegname bestaande borden _____________________________________________4545

5.3

Technische documentatie ________________________________________________ 4646

5.4

Opleiding GAPA - verkeerspolitie __________________________________________4646

Onderhoud en exploitatie __________________________________________ 4747 6.1

Onderhoud en exploitatie ________________________________________________ 4747

6.2

Wijzigingen ___________________________________________________________4848

6.3

Bij het definitief wegnemen van een opstelling zal de fundering worden verwijderd en bestrating opnieuw worden afgewerkt. Het herplaatsen op een nieuwe locatie impliceert het voorzien van een nieuwe funderingssokkel en afwerking van de bestrating.Service level agreement (SLA) ___________________________________4848

Bepalingen Demo ________________________________________________ 5353 7.1

Inleiding _____________________________________________________________5353

7.2

Plaats en tijdstip van de demo ____________________________________________5353

7.3

Opbouw van de demo __________________________________________________5353

8.

Overzicht gestelde Eisen ___________________________________________ 5555

9.

Beschrijvende opmeting ___________________________________________ 6060

10. Bijlagen _______________________________________________________ 7273

P1174| PGS Antwerpen – technische bepalingen

ii

1.

INLEIDING Het bestaande parkeergeleidingsysteem van de stad Antwerpen bestaat reeds geruime tijd, en is aan een update toe. Het Gemeentelijk Autonoom Parkeerbedrijf Antwerpen (GAPA) heeft besloten het bestaande systeem te vernieuwen waarbij breder wordt gekeken dan enkel de parkings die vandaag opgenomen zijn in het huidige systeem. Voorliggend bestek voor het huren en exploiteren van een nieuw parkeergeleidingssysteem, beschrijft de beoogde functionaliteiten die het nieuwe systeem zal moeten hebben. Verder wordt nader ingegaan op de prestatie eisen die gesteld worden aan het nieuwe systeem.


3

2.

DOEL EN ALGEMEEN CONCEPT VAN HET SYSTEEM

2.1

Algemeen Het bestaande parkeergeleidingsysteem van de stad Antwerpen bestaat reeds geruime tijd, en is aan een update toe. Het Gemeentelijk Autonoom Parkeerbedrijf Antwerpen (GAPA) heeft besloten het bestaande systeem te vernieuwen en te onderzoeken in hoeverre andere functionaliteiten kunnen worden meegenomen. Het idee hierbij is om het parkeergeleidingssysteem verder te gaan uitbouwen tot een verkeergeleidingsysteem enerzijds, en anderzijds het parkeerareaal breder op te vatten dan enkel de parkings in de binnenstad. Er wordt voorzien om ook een aantal P+R parkings mee op te nemen in het systeem. In de verdere technische bepalingen, wordt het voorgestelde systeem omschreven en nader toegelicht.

2.2

Globale beschrijving van het parkeergeleidingssysteem 2.2.1

Structuur

De verkeersplanologische analyse heeft aangegeven dat het parkeergebeuren in zijn globaliteit dient beschouwd te worden en niet enkel de betalende rotatieparkings in de binnenstad. In de totale verplaatsingsflow naar de Stad toe, spelen immers P&R parkings en P+R - Randparkings een uitermate belangrijke rol in het beheersen van de verkeersdrukte naar en binnen de stad. Hier dient dan ook structureel op te worden ingezet binnen het ganse parkeerverhaal. Verder naar de stad toe is het cruciaal om, al dan niet in functie van de verkeersdrukte in de binnenstad, het autoverkeer af te leiden naar Randparkings en verder te geleiden via de geselecteerde invalswegen. In de eigenlijke binnenstad wordt de ontsluiting van de verschillende parkings uiteindelijke bepaald door de verschillende circulatieplannen die in opmaak zijn door de Stad.


4

Figuur 1: Globaal verplaatsingsschema

Het nieuwe parkeergeleidingssysteem kadert binnen een aantal globale doelstellingen en eisen die worden beoogd en waarbinnen het systeem moet functioneren: 1. Dagelijks parkeerbeheer is het aangeven van de bezetting van de parkings aangesloten op de parkeergeleiding, het aangeven van alternatieven wanneer een parking vol is, of alternatieve wegen ernaartoe wanneer de normale parkeerroute omwille van omstandigheden niet kan gevolgd worden. 2. Verkeersbeheer is het geven van verkeersinformatie en sturen van verkeer op basis van files of structurele verkeersdrukte. 3. Bij verkeersbeheer in functie van werken worden minder hinder maatregelen ondersteund met dynamische aanduidingen, hetzij door tijdelijke installaties en/of alternatieve routes aan te geven. Ook vooraankondigingen maken deel uit van de functionele eisen van het beheer van werken. 4. Incident Management omvat in de context van het dynamisch verkeersbeheer het aansturen van dynamische borden om te informeren over incidenten of ongevallen en waar nodig alternatieven aan te bieden in de vorm van park en ride of alternatieve routes. 5. P+R en P+R-randparkings is het aanbevelen van P+R gebruik op structurele basis en met een vaste dienstverlening van openbaar vervoer. De wijzigende verkeersdrukte is een element waarmee P+R als een alternatief kan worden gepromoot. 6. Evenementen beheer omvat het informeren over evenementen in de stad of met impact op de mobiliteit in de stad, waarbij het verkeer kan worden gestuurd in functie van drukte of afgesloten wegen, en P+R gebruik kan worden aanbevolen. 7. Doorstroming openbaar vervoer is in de context van het dynamisch verkeersbeheer het bewaken van de doorstroming van trams en bussen door het bijsturen van de verkeersstromen. Het is als het ware stedelijke toeritdosering.


5

8. Beheer verkeerslichten is het dagelijks beheer van de verkeerslichten, waaronder we verstaan bewaking van de werking op het terrein en de communicatie enerzijds, alsook het aanpassen van de lichtenregeling in functie van dagelijkse of incidentele files. Het systeem moet dusdanig worden opgezet dat in eerste instantie de focus ligt op de eigenlijke parkeergeleiding. Op langere termijn moet het systeem kunnen doorgroeien naar een globaal verkeersgeleidingssysteem voor de stad.

2.2.2

Modulariteit

De uitbouw van het nieuwe Antwerpse parkeer- en verkeersgeleidingsysteem moet modulair worden opgevat wat betreft de functionaliteiten enerzijds, en wat betreft de geografische spreiding en reikwijdte van het systeem anderzijds. Verder is belangrijk dat een fasering in de tijd moet mogelijk zijn, gelet op de vele projecten die momenteel lopende zijn en een invloed zullen hebben op wegstructuur, circulatie, P&R mogelijkheden, etc. Volgende (indicatieve) stappen worden onderscheiden: 



 

Fase 1a: o Parkeergeleiding kernstad van op de Singel + P+R-randparkings; verder parkeergeleiding kernstad (met minimaal functionaliteiten van het bestaande systeem). De plaatsing van de borden in de kernstad zal waarschijnlijk gefaseerd (per cluster) gebeuren. o Parkeergeleiding richting Antwerpen met verwijzing naar de P+R parkings nabij de Stad (eerste gordel). Fase 1b: o Parkeergeleiding richting Antwerpen met verwijzing naar de P+R parkings ver van de Stad (tweede gordel). Fase 2: o Verkeersinformatie; Fase 3: o Verkeersgeleiding.

2.2.3

Concept P+R

Het aspect P+R maakt integraal deel uit van het parkeerverhaal in relatie tot de Stad, en wordt als dusdanig ook opgenomen in de parkeerroute. Het P+R areaal situeert zich echter op 2 niveaus met een aantal parkings ver van de stad die gekoppeld zijn aan snelbuslijnen of treinbediening. Anderzijds een gordel P+R parkings nabij de stad die bediend worden door tram en/of buslijnen. De P+R gordel (bestaande en geplande parkings) nabij de stad wordt in het systeem van parkeerroutes en parkeergeleiding opgenomen (zie hierboven fase 1a), en maakt als dusdanig deel uit van voorliggende offertevraag. De verschillende noodzakelijke borden op de snelwegen maken geen deel uit van het project, deze op het onderliggende wegennet echter wel. De P+R gordel ver van de Stad (zie hierboven fase 1b), wordt niet verder uitgewerkt en maakt geen deel uit van deze offertevraag. Dynamische borden zullen op de onderliggende wegen informatie verschaffen over de status van de P+R in kwestie, aantal beschikbare plaatsen, openbaar vervoerbediening, eventuele onbeschikbaarheid en dergelijke. P1174| PGS Antwerpen – technische bepalingen

6

2.2.4

Concept van parkeerroutes

In de uitwerking van de verschillende parkeerroutes vanaf de afritcomplexen van de Ring, wordt een specifiek concept naar voor geschoven. Het concept gaat uit van het feit dat de routing van de verkeersstromen naar de 3 geselecteerde invalswegen naar de binnenstad, reeds gebeurt op niveau van de Ring via de 3 desbetreffende open afrittencomplexen. Het verkeer wordt vanuit de verschillende toekomende snelwegen afgeleid naar de 3 complexen en vervolgens naar de 3 invalsassen naar de binnenstad. Dit concept gaat tevens uit dat de verdeling van de verkeersstromen via de Ring, niet gespiegeld wordt op de Singel. Hierdoor neemt de Singel dus geen verdeelrol op vanaf de 3 complexen naar de 3 invalsassen toe. Het gevolg van deze uitgangspunten is dat elk complex vanaf de Ring, aansluiting geeft op een deel van de parkeerroute met verwijzing naar de desbetreffende parkeerclusters per invalsas. Elk snelwegcomplex geeft aldus aansluiting op een deel van de parkeerroute via de geselecteerde invalsas naar de binnenstad. In de reguliere situatie leidt de route vanaf de afrit naar de desbetreffende invalsweg waaraan dus een deel van de parkeerroute gekoppeld wordt. Op een aantal punten worden echter overgangszones ingebouwd waar bij calamiteiten of specifieke situaties toch kan doorverwezen worden naar een ander deel van de parkeerroute. In specifieke situaties, calamiteiten, evenementen,…, kunnen desgewenst eveneens bepaalde verkeersstromen worden omgeleid via de Singel naar een andere invalsweg naar de binnenstad.

2.2.5

Concept van opstellingen

Aan de hand van de analyse van de verschillende routes en de keuzepunten op deze routes, werd onderzocht welke types borden dienen voorzien te worden op de verschillende keuzepunten. Zoals reeds eerder vermeld werd, wordt verder gewerkt volgens het principe dat vanuit de aansluitpunten van de Ring, steeds een deel van de P-route wordt opgenomen. Er wordt verdeling van het verkeer over de verschillende delen van de P-route voorzien via de Ring en niet via de Singel (tenminste niet in een reguliere situatie). De analyse van traject en keuzepunten, geeft in het concept globaal aanleiding tot 4 types opstellingen die samen het volledige concept vormen van het Parkeergeleidingssysteem. Niet alle opstellingen maken deel uit van deze offertevraag, hieronder een overzicht: Type 1: Borden op snelwegniveau (Geen onderdeel van deze offertevraag) Verwijzing naar P+R voorzieningen van op het snelwegniveau. Ter hoogte van de keuzepunten op de snelweg (voor een afrit), wordt een galgpaal voorzien met volledig dynamisch bord. Dit bord geeft de betreffende P+R voorziening weer, het aantal vrije plaatsen en openbaar vervoerbediening. Hieronder wordt een voorbeeld van route weergegeven.


7

Figuur 2: Concept parkeerroutes - snelwegniveau

Type 2: vol dynamische displays Een tweede type opstelling dient ondermeer voorzien te worden ter hoogte van de aansluiting van de snelweg naar het onderliggende wegennet, ter hoogte van het keuzepunt naar de P+R – randparking in de omgeving en keuzepunten binnen de P-route zelf. Hier wordt dynamisch verwezen naar de P+R – randparking met bediening openbaar vervoer, verder wordt verwezen naar de richting P-route. Het te voorziene bord is volledig dynamisch om flexibel verschillende bestemmingen te kunnen weergeven. Verder moet op deze plaatsen eventueel een re-routing van het verkeer mogelijk zijn. Hieronder wordt een voorbeeld van route en bord weergegeven.


8

Figuur 3: Concept parkeerroutes – onderliggend wegennet

Figuur 4: Voorbeeld vol dynamische display

Type 3: Semi dynamische opstelling Een derde type dient ondermeer voorzien te worden ter hoogte van keuzepunten in de Proute zelf, bij de afslag van bepaalde parkeerclusters en verdere verwijzing naar de P-route. Aangezien de keuze- en re-routing mogelijkheden in de kernstad quasi onbestaande en bovendien niet gewenst zijn, wordt hiervoor een semi dynamisch bord voorzien. Dit bord moet dynamisch kunnen aangeven of een parkeercluster of parking vol, vrij of niet beschikbaar is. Verder wordt in een aantal gevallen een extra dynamisch deel voorzien onderaan het bord, teneinde bijkomende (verkeers)informatie mogelijk te maken. Hieronder wordt een voorbeeld van dit type bord weergegeven.


9

Figuur 5: Voorbeeld semi dynamisch bord met vol dynamische module

Figuur 6: Voorbeeld semi dynamisch bord zonder vol dynamische module

Type 4: Modules/borden met vaste tekst Aangezien de uitgewerkte en voorziene circulatie in de binnenstad zeer specifiek wordt vastgelegd, is binnen de verschillende parkeerclusters weinig tot geen routekeuze meer mogelijk. Eens een gebruiker vanaf een keuzepunt een bepaalde parkeercluster en –route kiest, dient de volledige route te worden gevolgd. Bijgevolg is een dynamische aanduiding binnen de verschillende clusters niet wenselijk. Het vierde type opstelling bestaat dan ook uit modules en borden met vaste tekst.


10

Figuur 7: Voorbeeld borden met vaste tekst

2.2.6

Voorwerp van deze offertevraag

De voorliggende offertevraag betreft een opdracht voor het huren en exploiteren van een parkeergeleidingssyteem en de bijhorende beheersystemen waarbij de nodige functionaliteiten en eisen worden bepaald in dit bestek. Het betreft de volledige uitrusting en operationalisering van een nieuw parkeergeleidingssysteem te Antwerpen volgens het hierboven geschetste concept. Er wordt voorzien in het uitrusten van de verschillende P+R locaties te Antwerpen alsook de verschillende onderscheiden parkeerroutes en clusters. De geplande locaties van de verschillende borden worden weergegeven op het overzichtsplan in bijlage. De exacte locatie van de borden zal in onderling overleg met de opdrachtgever nader worden bepaald bij uitvoering. Het parkeergeleidingssysteem verzorgt globaal volgende taken:     

Weergave van verwijzing naar P+R parkings, aantal vrije plaatsen op deze P+R parkings, openbaar vervoerbediening zowel frequentie als volgende vertrek. Weergave van verwijzing naar P+R - randparkings, aantal vrije plaatsen op deze P+R parkings, openbaar vervoerbediening zowel frequentie als volgende vertrek. Dynamische verwijzing naar de P-route. Verwijzing naar parkeerclusters en individuele parkings met weergaven vrij, vol of niet beschikbaar. Weergave van andere boodschappen zoals toestand van het verkeer, andere boodschappen gerelateerd aan het verkeer, tariefinformatie,…

Verder omvat de opdracht: 



Het opzetten van een centraal besturingssysteem dat data ontvang van de verschillende parkings, data ontvangt van het monitorringsysteem van De Lijn over de bediening openbaar vervoer, en de verschillende borden aanstuurt. Verder verzorgt het systeem in de nodige terugkoppelingen met de server. Het systeem moet eveneens voorzien zijn op het ontvangen van toekomstige informatie van bijvoorbeeld verkeersconcepten van het Vlaams Verkeerscentrum of info ter beschikking stellen aan derden (bijvoorbeeld navigatie providers).


11

    





    

Het ontwerpen en voorzien van de nodige draagstructuren/behuizingen voor de displays. Het realiseren van de voeding en het voorzien van een aansluiting voor elektriciteitsafname zonder meter (forfaitaire aansluiting). Het realiseren van de nodige datacommunicatie tussen de server en de verschillende borden op het terrein. Het opzetten van een gebruiksomgeving voor de operatoren van het systeem. Het volledig operationaliseren van de diverse locaties van de borden, aansturing van de verschillende componenten en display, communicatie met de centrale besturing (ontvangen data en terugkoppeling). Het eventueel aanpassen van een aantal vaste elementen zoals bestaande verkeersborden of andere kleinschalige objecten, en dit met het oog op het correct positioneren van de betreffende PGS borden, maakt tevens deel uit van de aanneming. Bijbehorende bekabeling voor aansturing en voeding van de verschillende borden, alsook het benodigde graafwerk voorzien en aanpassing van wachtbuizen, herstel van het wegdek e.d. maken integraal deel uit van deze aanbesteding. Wegnemen en afvoeren van de bestaande borden van het huidige PGS. Alle nodige signalisatie en werforganisatie teneinde het kunnen uitvoeren van de nodige werkzaamheden. Het projectmanagement langs aannemers zijde maakt integraal deel uit van de opdracht. Diagnose van het lokale systeem en terugkoppeling van foutmeldingen aan het centrale besturingssysteem. De exploitatie, het onderhoud en instandhouding van bovengenoemde sytemen en borden gedurende een periode van 10 jaar.


12

3.

DETAILBESCHRIJVING VAN HET CENTRALE SYSTEEM

3.1

Algemeen Het parkeergeleidingssysteem wordt beschouwd als een service en niet als een systeem. Dit betekent dat de kwaliteiten en de beschikbaarheid van de service voor de exploitant en de weggebruiker van groot belang zijn. Deze aanpak zal leiden tot een Service Level Agreement (SLA) voor de service. De onderstaande figuur geeft de globale structuur weer van het parkeergeleidingssysteem:

In deze figuur zijn alle belangrijke elementen aanwezig:



Centrale systeem: De kern is het centrale systeem. Dit systeem moet de nodige informatie krijgen van verschillende bronnen via interfaces. Hiertoe zal het Centrale Systeem specifieke bewerkingen uitvoeren om deze informatie op te zoeken om de technische status van het systeem te kennen.



Gegevensbronnen: De bronnen zijn de externe systemen die het Centrale Systeem zullen voeden met informatie.



Uitrusting: Aansturen en ontvangen van terugmeldingen van alle borden die in beheer zijn. De borden en toebehoren zelf.



GUI: Een Grafische Gebruikers (User) Interface zal de operatoren, administratoren en technici helpen de exploitatie en het onderhoud uit te voeren.



Rapportering: Het is altijd nuttig te weten hoe het systeem werkt en evolueert in de tijd.



Koppelvlak: Het koppelvlak is de interface tussen de verschillende elementen die data moeten uitwisselen.


13

De   

oplossing moet toelaten om het systeem uit te breiden zonder dat: een nieuwe ontwikkeling nodig is; slechts een beperkte herconfiguratie van de module nodig is; een ontwikkelaar moet optreden.

De oplossing moet de mogelijkheid aanbieden om zaken aan de bestaande uitrusting toe te voegen en via de GUI in dienst te brengen.

3.2

Functionaliteiten 3.2.1

Veiligheid

De oplossing gebruikt onder andere een internettoegang. Daarbij is één van de aandachtspunten de beveiliging van de toegang tot de applicatie. De inschrijver maakt een uitgebreide beschrijving van de methode die hij heeft gekozen, wat de voor- en nadelen zijn en wat de betrouwbaarheid van de technologie is.

Eis 1: De inschrijver maakt een uitgebreide beschrijving van de methode die hij heeft gekozen voor de beveiliging van de toegang. Hij geeft hiervan een voorbeeld.

Gebruikers kunnen een persoon of een toestel zijn.

3.2.2

GUI

Eis 2: De GUI vergt geen specifieke installatie op de werkpost.

De applicatie zal een internetapplicatie zijn. Er zijn twee types GUI voorzien:  

Web Thin client (Geen specifiek installatie op de werkpost, alle bewerkingen gebeuren op de server) Web Fat client (Specifieke installatie op de werkpost, via connectie met de server kan data bewerkt worden)

De GUI is geoptimaliseerd voor het operationele gebruik. De GUI is bovendien ergonomisch opgebouwd en het design is aantrekkelijk. Er zal speciale aandacht aan deze twee aspecten besteed worden.

Eis 3: De inschrijver zal voorbeelden van de schermen van de Fat en Thin Client geven, en dit voor de technische status en voor de bediening.

3.2.3

Referentiële gegevens ingeven via een GUI

Het Centrale systeem heeft referentiële gegevens ter beschikking om operationeel te kunnen zijn. Die gegevens zijn statisch en veranderen quasi nooit. Ze zijn nodig om alle componenten van het systeem te beschrijven en te initialiseren. De referentiële gegevens verzekeren dat er geen inconsistentie komt te bestaan tussen de verschillende gegevens. Onder referentie identificeert men de verschillende componenten:


14

      

Gebruiker, rechten; Parking; Uitrusting; Scenario; Bibliotheken van boodschappen; Kalender; …

Dit is maar een gedeelte van de informatie, het datamodel zal moeten aangemaakt worden en alle attributen en verbanden tussen de elementen moeten aangetoond worden.

3.2.4

Scenario

Het bedienen van borden zal uitsluitend gebeuren op basis van scenario’s, dit om discontinuïteiten en tegenstrijdigheden in de boodschappen op de borden te vermijden. Een scenario is een opeenvolging van commando’s die gestuurd worden naar de borden. In functie van het scenario mogen de commando’s sequentieel en/of in parallel gestuurd worden. Tijdens het doorlopen van het scenario kan een interactie plaatsvinden met de operator om een manuele boodschap in te geven. Bij de definitie van scenario’s moet dan ook opgegeven worden op basis van welke specifieke trigger het scenario zal worden geactiveerd. Het definiëren van de juiste triggers zal in overleg met de opdrachtgever gebeuren. Het aanmaken van scenario’s is niet gelimiteerd en kan niet tot enige meerkost leiden. Bij de definitie van de verschillende scenario’s moet dan ook opgegeven worden of de VMS borden onderling gekoppeld zijn. Elk type scenario heeft een prioriteitsgraad. Die graad zal nodig zijn om conflicten te kunnen oplossen.

Eis 4: De inschrijver maakt een uitgebreide beschrijving van de opbouw van een scenario.

3.2.5

Conflictcontrole

De dagdagelijkse werking van het PGS zal worden vertaald in een scenario. Daarnaast zijn er echter verschillende andere scenario’s denkbaar in functie van specifieke situaties (bvb. afsluiten Scheldekaaien, evenementen in de binnenstad, geven van tekstboodschappen op een aantal borden, enzomeer. Indien meerdere scenario’s in werking zijn, kunnen er conflicten ontstaan waardoor conflictcontrole noodzakelijk is. Wanneer twee scenario’s gelijktijdig zouden worden geactiveerd, moet men eerst nagaan of deze scenario’s al of niet van eenzelfde VMS willen gebruikmaken. Is dit niet zo, dan is er geen conflict. Is dit wel zo, dan moet er rekening gehouden worden met de onderlinge koppeling van de borden. Is er geen koppeling dan is er geen conflict. Is er wel een koppeling dan moet gekeken worden naar prioriteitsniveaus. Als een koppeling onderbroken wordt dan moet de VMS die niet gebruikt wordt naar zijn default mode gaan. Wanneer de conflicten opgelost zijn op het niveau van de VMS, moet men nagaan of deze scenario’s al of niet van eenzelfde component van de VMS willen gebruikmaken. Is dit niet zo, dan is er geen conflict. Is dit wel zo dan is er sprake van een conflict en moet er verder


15

actie worden ondernomen. Welke actie dit precies zal zijn, zal afhankelijk zijn van de uitkomst van een prioriteitscontrole en de wijze waarop het nieuwe scenario zal worden geactiveerd (manueel, kalenderfunctie, extern commando, automatisch).

Eis 5: De inschrijver maakt een uitgebreide beschrijving van de conflictcontrole, met voorbeelden en flowchart.

3.2.6 







Simulatie

Het systeem moet een simulatiemodus bezitten die de gebruiker toelaat scenario’s op te maken, te activeren en na te gaan wat de verschillende borden in realiteit zullen weergeven. Het is mogelijk verschillende scenario’s gelijktijdig te simuleren om aldus de invloed die ze op elkaar zouden kunnen hebben te kunnen nagaan. Het is in de simulatiemodus voor de gebruikers mogelijk om op eenvoudige wijze bijkomende scenario’s aan te maken, te programmeren, te simuleren en te implementeren. Het opmaak van scenario’s wordt ondersteund door de nodige grafische interfaces die aangeven wat en hoe iets op de borden verschijnt (de tekst wordt weergegeven zoals op de borden). Alle waarden, drempels, … zijn hierbij instelbaar door de gebruiker. De simulatiemodus is een weerspiegeling van de werkelijkheid en omvat dus ook alle werkingsmogelijkheden van het systeem (manueel, kalenderfunctie, extern commando, automatisch). De simulatiemode laat ook toe om in automatische werking van het parkeerinformatie-gedeelte de effecten na te gaan van een wijziging van parameters (bvb openingsuren parkeergarages) op de weergegeven data op de borden. In simulatiemodus kunnen zowel real-time gegevens worden verwerkt als manuele waarden worden ingegeven.

Eis 6: De inschrijver maakt een uitgebreide beschrijving van de simulatie module.

Eis 7: De inschrijver geeft voorbeelden weer van een simulatie, en demonstreert deze tijdens de demo.

3.2.7

Kalender

Het systeem is voorzien van een kalender. Die kalender zal de trigger zijn van activering en desactivering van scenario’s. De kalender moet toelaten om feestdagen te kunnen kiezen die niet op een vaste dag valt (bvb. Pasen). Het systeem moet dan automatisch de datum aanpassen.

Eis 8: De inschrijver maakt een uitgebreide beschrijving van de kalenderfunctie.

Eis 9: De inschrijver maakt een uitgebreide beschrijving van de oplossing voor een conflict tussen twee geprogrammeerde scenario’s.

3.2.8

Activering en desactivering van scenario’s.

Scenario’s kunnen in principe op verschillende manieren worden geactiveerd (en gedeactiveerd): P1174| PGS Antwerpen – technische bepalingen

16

1. Manueel door de gebruiker: De gebruiker kiest een (vooraf gedefinieerd) scenario uit een lijst. 2. Automatisch:  Kalender: Het scenario wordt geactiveerd wanneer de datum en uur later zijn dan de geprogrammeerde startdatum/uur tot de einddatum/uur.  Drempels: Het scenario wordt geactiveerd als bepaalde drempelwaarden overschreden worden.  Regels: De activering of desactivering van de scenario’s zal altijd gebeuren via een conflict controle. De GUI moet een terugmelding ontvangen tijdens de uitvoering van het scenario. Deze terugmelding zal de operator tonen waar het proces zich bevindt en of de stappen succesvol zijn geweest of niet. Eis 10: De GUI zal in GIS view tonen welk scenario actief is en geeft de borden weer waarop het scenario betrekking heeft, alsook een deel van de parkeerroute langsheen deze borden.

Eis 11: De inschrijver maakt een beschrijving van de feedback die de operator zal krijgen tijdens de uitvoering van de scenario’s.

Eis 12: De inschrijver maakt een beschrijving van de activering van een scenario. Formuleer een beschrijving op welke manier een manuele boodschap aangemaakt, gewijzigd en geactiveerd wordt.

3.2.9

Technische status van de borden

De borden zullen voor elk component en voor het globale bord een status hebben. Voor elke status moet de real-time status gekend zijn en er moet bijgehouden worden hoeveel keer de status veranderde. De teller moet gereset kunnen worden via een commando vanuit het centrale systeem.

Eis 13: De inschrijver maakt een voorstel van lay-out voor de schermen van de user interface met grafische voorbeelden.

3.2.10 Technische status van de communicatie De status van de verbinding tussen alle elementen van het systeem moet gekend zijn. Dit betekent borden, Parking, De Lijn, …. Bvb. Als een toestel zou geblokkeerd zijn, moet een ping-test laten weten dat de verbinding werkt maar dat het het toestel is dat een probleem heeft. Voor elke status moet de real-time status gekend zijn. De statuswisseling moet geteld worden.

Eis 14: De inschrijver doet een voorstel van lay-out van de schermen met grafische voorbeelden.

3.2.11 Technische status van de parking Het systeem moet de verschillende statussen kunnen tonen: P1174| PGS Antwerpen – technische bepalingen

17

 

Parking beschikbaar Lokaal systeem in werking

Zie verder ook onder hoofdstuk 3.15.

3.2.12 Technische status van de brondata van derden Het systeem moet de verschillende statussen kunnen tonen:  

lokaal systeem in werking mogelijk alarm

Zie verder ook onder hoofdstuk 3.15.

3.2.13 Technische status van de service Het systeem voorziet een “dashboard” waar de kwaliteiten van de service op een eenvoudige manier kunnen getoond worden. Het systeem moet een perfect beeld kunnen geven van alle elementen en hun technische status. Die informatie moet kunnen gevisualiseerd worden door middel van een beknopt overzicht en op een “table view”. De technische status moet rekening houden met de impact van een element op de andere elementen. Bijvoorbeeld als de module die de communicatie doet met de dynamische borden niet werkt, betekent dit dat alle borden zich in een onbekende status bevinden en dat er geen boodschappen meer kunnen verstuurd worden naar de borden. Het woord elementen betreft zowel hardwarecomponenten als softwaremodules en media die gebruikt worden. De technische status van een systeem kunnen weergeven is zeer belangrijk, want het gaat om het vertrouwen of wantrouwen van de operator in het systeem. Het kan niet dat het systeem de indruk geeft dat alles in orde is terwijl dit helemaal niet zo zou zijn.

Eis 15: De inschrijver maakt een voorstel van de methodologie en berekeningswijze die zal gevolgd worden indien een storing optreedt met eventuele impact op de globale service.

Eis 16: De inschrijver geeft grafische voorbeelden van een dashboard service en van een technische status.


18

3.2.14 Diagnose procedure Eis 17: Het systeem moet diagnose documenten ter beschikking stellen. Deze documenten zijn nodig om efficiënt te kunnen werken en minimaliseert de interventietijden.

3.2.15 Melding Om een goed beheer van het systeem te kunnen verzekeren zal het centrale systeem een aantal meldingen van borden en interfaces moeten kunnen ontvangen. Een overzicht van de meldingen die elk van de componenten (borden, interfaces) minimaal aan het centrale systeem moeten doorsturen werden reeds gegeven bij de beschrijving van de componenten zelf. De keuze van het tijdstip waarop de melding wordt doorgegeven (direct/periodiek/op aanvraag van de gebruiker), op welke manier de melding wordt gevisualiseerd en welke bijkomende actie nog wordt genomen door het centrale systeem is afhankelijk van hoe kritisch deze melding is voor de werking van het systeem.

Eis 18: De inschrijver doet een voorstel van intensiteitniveaus (van “kritisch” tot “normaal”) voor deze meldingen, met per intensiteitsniveau:

  

Welke type-melding onder welk intensiteitsniveau valt; Hoe de meldingen worden voorgesteld aan de gebruiker; Hoe de meldingen worden gelogd.

Eis 19: De inschrijver voorziet in zijn centrale sturing ook de mogelijkheid om op basis van foutmeldingen boodschappen door te sturen naar derden. Dit houdt in:





Het sturen van een SMS naar een of meerdere (max. 5) GSM-nummers. De SMS bestaat minstens uit een beschrijving van de foutmelding, bord- of apparaatnummer en locatie waarop de melding betrekking heeft. De SMS-boodschappen en de GSM-nummers waarnaar ze worden verstuurd zijn eenvoudig aanpasbaar door de opdrachtgever zowel naar bestemmeling als naar tijdstip. Het moet dus mogelijk zijn om in functie van diensten of permanentieregelingen een variabele regeling in te stellen op basis van tijdstip, soort boodschappen en bestemmeling. Het sturen van een e-mail naar een of meerdere (max. 5) e-mailadressen. De inhoud van de e-mails en de e-mailadressen waarnaar ze worden verstuurd zijn eenvoudig aanpasbaar door de opdrachtgever zowel naar bestemmeling als naar tijdstip. Het moet dus mogelijk zijn om in functie van diensten of permanentieregelingen een variabele regeling in te stellen op basis van tijdstip, soort boodschappen en bestemmeling.

Eis 20: De inschrijver doet in zijn offertedossier een voorstel van welke meldingen op welke wijze (SMS of e-mail) worden doorgegeven.

3.2.16 Real-time parkinggegevens Het centrale systeem moet de gegevens halen of krijgen van de beheer- of telsystemen van de parking. Het systeem moet een interface kunnen bouwen tussen de verschillende systemen:


19

   

SKIDATA WPS scheidt-bachmann …

Het systeem moet een aantal manuele interfaces voorzien voor parkings waar geen koppeling mogelijk is met het systeem. De inschrijver doet zelf een voorstel van de manier waarop de evolutie van het aantal vrije plaatsen in een parkeergarage wordt bijgehouden, gecorrigeerd en opgevraagd door het centrale systeem. In bijlage wordt een overzicht gegeven van de verschillende protocollen van de parkings.

Eis 21: De inschrijver doet een voorstel voor de lay-out van het invoerscherm voor het manueel invoeren van gegevens.

Eis 22: De inschrijver geeft alle protocols op die compatibel zijn met het voorgestelde systeem.

3.2.17 Archivering Het systeem moet twee types van archivering hebben:  

On-Line: periode van 6 maanden Off-Line: periode van 5 jaren.

De on-line archieven (AOL) zullen constant de real-time data archiveren na verandering van de data. Er zal een voorstel voor de koppeling met de referentiedata moeten gemaakt worden. De AOL kunnen geraadpleegd worden via de GUI en het is vanuit die archivering dat men wekelijks en maandelijkse rapporten zal kunnen maken. De off-line archieven (AOF) moeten een structuur hebben die gebruikt kan worden door specifieke datawarehouse tools. Die archivering en de bewerking van die archieven mogen geen impact uitoefenen op de real-time applicatie.

3.2.18 Logging Alle modules moeten een log functie hebben. De functie kan geactiveerd worden met een parameter die het niveau van de login aanduidt; het niveau varieert van gewone exploitatie tot debugger. De log functie kan nooit impact hebben op de performantie van het systeem. Een uitzondering wordt gemaakt in de debug mode; deze mode wordt voor korte periode ingeschakeld. De log moet duidelijk genoeg zijn om de beheerder van het systeem toe te laten de informatie te interpreteren. De documentatie zal alle informatie beschrijven die in de log file te vinden is. Wat moet men zien als alles naar behoren werkt, en wat moet men te zien krijgen in functie van de verschillende mogelijke pannes of gebreken.


20

Eis 23: De inschrijver maakt een uitgebreid beschrijving van logging functie en visualisatie.

3.2.19 Statistieken Uit het systeem moeten deze verschillende data kunnen raadpleegbaar zijn:   







     

evolutie van het aantal vrije plaatsen (absoluut of procentueel) in een parkeergarage, groep parkeergarages of alle parkeergarages van [datum, uur] tot [datum, uur] evolutie van de bezetting (absoluut of procentueel) in een parkeergarage, groep parkeergarages of alle parkeergarages van [datum, uur] tot [datum, uur] aantal uren gedurende dewelke de bezetting (absoluut of procentueel) van een parkeergarage, groep parkeergarages of alle parkeergarages boven een instelbare drempel tijdens een periode van [datum, uur] tot [datum, uur] reikt het gemiddeld aantal in- of uitrijdende voertuigen tijdens een bepaald uur van de dag in een parkeergarage, groep parkeergarages of alle parkeergarages. Dit gemiddelde wordt genomen over een aantal willekeurig te kiezen dagen. de gemiddelde bezetting (absoluut of procentueel) tijdens een bepaald uur van de dag in een parkeergarage, groep parkeergarages of alle parkeergarages. Dit gemiddelde wordt genomen over een aantal willekeurig te kiezen dagen. meldingen gegenereerd door een bepaald bord, groep borden of alle borden gedurende een periode van [datum, uur] tot [datum, uur] - aantal keer gedurende een periode van [datum, uur] tot [datum, uur] dat een bepaald bord, groep borden of alle borden een melding van (een) bepaald(e) intensiteitsniveau(s) genereert aantal keer in een bepaalde tijdsperiode een bepaald scenario actief is - overzicht van begin- en eindtijdstip van activatie van een bepaald scenario aantal minuten waarbij een elementen geen communicatie heeft evolutie van de communicatie storing voor alle elementen aantal minuten waar een element buiten diensten is interventietijden voor de herstelling van een element evolutie van wisseling van status voor een component van de borden

Eis 24: De inschrijver maakt een uitgebreide beschrijving van statistieken en een voorstel van complementaire statistieken.

3.2.20 Rapportage Alle gegevens die door het systeem worden verzameld en gelogd, moeten onder de vorm van lijsten en grafieken beschikbaar en exporteerbaar zijn. Uit de statistieken van het systeem moeten, manueel of automatisch, rapporten kunnen gegenereerd worden. De automatische rapporten zullen op een elektronisch formaat beschikbaar zijn via de GUI en/of per e-mail gestuurd worden. De rapporten zullen voor indienststelling ter goedkeuring worden voorgelegd aan de opdrachtgever.

Eis 25: De inschrijver geeft voorbeelden van een rapport met grafische voorbeelden.

3.2.21 Export van gegevens Het systeem moet in staat zijn de data te exporteren naar verschillende standaard formaten (csv, xls 2007, word 2007, xlsx, docx, pdf). De export kan automatisch gebeuren. De


21

bestanden zullen nooit groter zijn dan 10Mb, in het geval dat de geëxporteerde bestanden groter zouden zijn worden de bestanden gesplitst in een aantal kleinere bestanden.

Eis 26: De inschrijver maakt een beschrijving van mogelijke exportformaten.


22

3.3

Hardware architectuur 3.3.1

Globale architectuur

Het volgende schema geeft een beeld van de verschillende elementen die bij de oplossing zouden kunnen toegevoegd worden.

Eis 27: De inschrijver maakt een uitgebreide beschrijving van de volledige architectuur van de oplossing. De beschrijving moet de volgende architecturen geven:    

3.3.2

Hardware; Software; Communicatie; Beveiligingen.

Communicatie

Er is geen voorkeur voor een bepaalde technologie op vlak van communicatie. De inschrijver formuleert een voorstel van communicatietechnologie volgens onderstaande beschikbaarheidseisen. Eis 28: De inschrijver maakt een uitgebreide beschrijving van de gekozen technologie en materiaal. De betrouwbaarheid en de beschikbaarheid van communicatie tussen de verschillende elementen zal cruciaal zijn voor de goede werking van de oplossing.

De communicatietechnologie moet rekening houden met de verschillende relevante eisen: Eis 29: Beschikbaarheid van de communicatie:

   

Centraal Systeem Parking Borden Externe interface

: : : :

99,00%; 99,00%; 99,00%; 99,00%. P1174| PGS Antwerpen – technische bepalingen

23

Eis 30: De communicatie met de borden moet verzekerd zijn tijdens een zware belasting van de communicatienetwerken. (bv. borden rond het Sportpaleis die gebruik zouden maken van GPRS moeten perfect kunnen functioneren tijdens de evenementen van het Sportpaleis want dan is hun functie net belangrijk).

De inschrijver staat in voor het ophalen van de gegevens vanuit de parking en/of het versturen vanuit de parking naar het centrale systeem. De internet verbinding vanuit de parkings naar het centraal systeem of vanuit de operatorposten naar het centraal systeem wordt ter beschikking gesteld door de parkings of de opdrachtgever. De inschrijver voorziet als meerprijs de mogelijkheid om alle of bepaalde opstellingen te kunnen aansluiten op een switch van het glasvezelnetwerk van de Stad/Vlaams Gewest. Hierbij dienen de nodige aanpassingen aan de borden te worden voorzien, het kabelwerk tot 50m vanaf de opstelling alsook de aansluiting op de switch. De switch zelf en het glasvezelnetwerk worden voorzien door de opdrachtgever. Eis 31: De inschrijver beschrijft welke aanpassingen noodzakelijk zijn voor aansluiting op glasvezel.

3.3.3

Server

De server zal in hosting zijn. De inschrijver beschrijft op welke manier hij de hosting zal voorzien. De opdrachtgever heeft geen eisen naar materiaal. De oplossing moet de waarborg geven dat het systeem een beschikbaarheid van 99,00% heeft. Eis 32: De inschrijver maakt een beschrijving van de aangeboden oplossing. Eis 33: De inschrijver verzekert 99,00% beschikbaarheid van de service.

3.3.4

Dimensionering

Het systeem moet (bovenop het reeds voorziene) uitbreidbaar zijn zonder impact op de performantie met:    

100 dynamische borden 50 parkings 10 gebruikersinstanties met een onbeperkt aantal personen 10 externe koppelvlaken

Eis 34: De inschrijver verzekert dat de oplossing gedimensioneerd wordt volgens de hierboven gestelde eisen.


24

3.4

Software architectuur

3.5

Operating system (OS) Hiervoor worden in het bestek geen specifieke eisen opgelegd. Eis 35: De inschrijver geeft de referenties van het OS dat hij zal gebruiken.

3.6

Ontwikkelingsomgevingen en tools De opdrachtgever legt geen verplichte ontwikkelingsomgeving ontwikkelingsomgevingen zijn mogelijk (niet limitatief):    

vast.

Volgende

Java, dotNet, C, C++; OO-programming methode; Design patterns programmatietechnieken …

Voor de interface tussen het centrale systeem en de externe clients, zal een http protocol en XML formaat gebruikt worden. Voor alle interfaces zal een XSD gemaakt worden. De opdrachtnemer zal er voor zorgen dat de OCIT communicatie interface ondersteund wordt. Eis 36: De inschrijver geeft de lijst van ontwikkelingstools die hij zal gebruiken.


25

3.7

Rational database management system Het RDBMS moet erkend zijn en moet beschikken over support en ondersteuning. De database moet een groot aantal gegevens kunnen beheren (AOF 5 jaar). Eis 37: De inschrijver geeft de referentie van de RDBMS die hij zal gebruiken.

3.8

https server Er worden geen specifieke eisen gesteld.

Eis 38: De inschrijver geeft de referentie van de https die hij zal gebruiken.

3.9

Web browsers De inschrijver moet compatibel zijn met:    

IE7, IE8 en hoger Safari 4, Safari 5 en hoger Firefox 3 en hoger Google Chrome

Eis 39: De inschrijver zorgt dat de webapplicatie compatibel is met de lijst § 3.9.

3.10

Ontwikkeling tot deployment De inschrijver moet voorzien dat hij de volgende verschillende omgevingen kan aanbieden:   

Ontwikkeling Acceptatietest (User Acceptance Testing (UAT)) Exploitatie

Het is van belang dat de UAT de input via een simulator en via de exploitatie-uitrusting kan verkrijgen. De input zou in het ideale geval in parallel moeten kunnen komen. Eis 40: De inschrijver beschrijft zijn plan van aanpak voor deployment van een nieuwe release.

3.11

Versiebeheer Een “release note” moet bestaan voor alle updates en evoluties die ontwikkeld worden. Deze is van kracht voor de software van het centraal systeem, borden en toestellen. Eis 41: De inschrijver beschrijft zijn plan van aanpak voor versie beheer.

3.12

Crash and recovery De inschrijver zorg voor een plan van aanpak voor crash & recovery. De downtime van het centraal systeem wordt gespecificeerd in de SLA.


26

Eis 42: De inschrijver beschrijft zijn plan van aanpak voor Crash & recovery. Eis 43: De inschrijver verzekert dat de downtime niet groter zal zijn dan de SLA eisen.

3.13

Upgrade en migratie De inschrijver moet een plan van aanpak aangeven om de waarborg te kunnen geven dat alle software actueel versie 1 heeft als minimale versienummer. De vernieuwing van de hardware moet rekening houden met, maar mag geen impact hebben op de exploitatie. Dit is een deel van de deployment procedure. Eis 44: De inschrijver beschrijft zijn plan van aanpak voor upgrade en migratie.

3.14

Centraal systeem Het centrale systeem is samengesteld uit verschillende modulen die samen communiceren. De modulen zijn gespecialiseerd in één of verschillende taken die nodig zijn om de functionaliteiten te vervullen.

3.14.1 Referentiële gegevens De inschrijver zal alle data in het systeem laden, met inbegrip van alle beschrijvingen die nodig zijn. Eis 45: De inschrijver maakt een voorstel van datamodel voor de referentiële gegevens.

3.14.1.1 Gebruiker Als iemand wil aankoppelen aan het systeem zal hij zich moeten identificeren. In het referentiebestand van de gebruiker zal men deze verschillende informatiegegevens vinden:        

ID: Identificatie; Login: Login voor de aanmelding aan het systeem; Psw: Paswoord om te mogen inloggen; Beschrijving: Beschrijving van de gebruiker; Datum connectie: Datum en uur van de aanmelding en uitmelding; Rechten: De rechten en rol van de gebruiker. De rechten bepalen de functionaliteiten die een gebruiker mag gebruiken; E-mail; Naam, voornaam , …

3.14.1.2 Parking In de referentie staan de volgende punten:   



ID: Identificatie heeft best geen betekenis hebben en is een nummer; Alias: Alias van de parking; Type: Type van parking: o P+R parking; o Rotatieparking. Naam: Naam van de parking;


27

      

Adres: Adres van de parking; Tel: Telefoonnummer; Capaciteit: Capaciteit van de parking; Koppelvlak: Link naar te gebruiken koppelvlak; Initialisatie: Eventueel bijkomende parameters die gebruikt kunnen worden voor de communicatie of andere; Openingsuren: Openinguren van de parking; Foto: Foto van het gebouw.

3.14.1.3 Borden component (VMS) Wij beschouwen als borden alle uitrusting die informatie aan de weggebruiker/reiziger zal geven:  Identificatie: Identificatie zal liefst geen betekenis hebben en een nummer zijn;  Alias: Alias van de borden;  Beschrijving: Beschrijving van de borden;  Type: Type van de VMS: o Statisch; o Dynamisch: Capaciteit, Capaciteit + tekst, OV + tekst, VMS, Etc…  Lokalisatie: Waar de borden geplaatst zijn;  Software versie: Versie van de software;  Software firmware;  Foto;  Beheerder: Beheerder van de borden: o Systeem; o Parking; o Derden.  Koppelvlak: Link naar te gebruiken koppelvlak;  Initialisatie: Parameter die nodig zijn voor initialisatie van de connectie naar een bord toe;  Geheugen: Borden hebben een lokaal geheugen die hun toelaten pictogrammen, tekst en basisconfiguratie te bewaren.

3.14.1.4 Koppelvlak Het koppelvlak is de interface tussen de brongegevens en het systeem:     

Identificatie: Identificatie zal liefst geen betekenis hebben en een nummer zijn; Alias: Alias van het koppelvlak; Beschrijving: Beschrijving van het koppelvlak; Type connectie; Initialisatie: Parameters die nodig zijn om te communiceren met het koppelvlak.

3.14.1.5 Boodschappen   

Bibliotheken van standaard boodschappen; Link tussen de boodschappen en het type VMS; Configuratie geheugen van de borden.

3.14.1.6 Scenario   

Boodschappen; Fasering van het sturen van boodschappen; Prioriteit;


28



Trigger.

3.14.1.7 Evenementenkalender       

Evenement; Werken; Begindatum; Startuur; Einddatum; Einduur; Feestdag…

3.14.2 Dynamische gegevens Eis 46: De inschrijver doet een voorstel van datamodel dynamische gegevens.

Het dynamische gegeven is dat de gegevens real-time geüpdatet worden. De bron van de update zou de GUI en/of het koppelvlak voor de interactie tussen de processen, kunnen zijn. De   



     

volgende gegevens worden geïdentificeerd: Parking gegevens; Openbaar vervoer gegevens (De Lijn); Communicatie met de o Borden (VMS); o Parkings; o De Lijn; o Andere koppelvlakken. Status van o Borden (VMS); o Parkings; o De Lijn; o Andere koppelvlakken. Signalisatie die op het bord is getoond/ commando naar de borden; Discordantie tussen de gewenste situatie en de reële situatie; Waarschuwing van wijziging van een status; Draaiboek van exploitatie; Compositie van de boodschappen naar de VMS in functie van scenario en real-time informatie; Conflictbeheer van scenario.

Eis 47: De inschrijver maakt een uitgebreide beschrijving van de terugmelding van de effectieve signalisatie op een VMS.

Welke status kan een element hebben:     

OK: Alles in orde; Waarschuwing: Een component werkt niet meer perfect maar de andere componenten kunnen bediend worden; Defect: Een deel van de uitrusting is buiten dienst; Out of service: De uitrusting is buiten dient; Onbekend: Onbekende status, men kan niets zeggen.


29

3.15

Data collector Het systeem zal van verschillende bronnen informatie krijgen, deze informatie zal verwerkt worden. Om het systeem op een correcte en efficiënte manier te laten werken is het van groot belang dat de data correct is, en of ze beschikbaar is. De kwaliteit van de input zal een directe invloed hebben op het finale resultaat.

3.15.1 Parking De   

parking zal minstens de volgende informatie ter beschikking stellen: Operationele capaciteit; Bezetting; Status Parking: o OK; o Gesloten (niet beschikbaar); o NOK.

Eis 48: De inschrijver geeft een statuslijst voor de parkings.

3.15.2 Openbaar vervoer (De Lijn) Ter hoogte van de P+R parkings, is er aansluiting op het openbaar vervoer (tram en/of bus). Hierbij is het essentieel te weten wanneer het volgende voertuig vertrekt. Als bron voor de gegevens van het openbaar vervoer, zal de RTAS (Real Time Application Server) fungeren. In bijlage wordt een beschrijving van de RTAS opgenomen. Volgende gegevens worden door RTAS ter beschikking gesteld:    

(Publiek) Lijnnummer; Afwijking; Volgend vertrek; Status: o Real-Time; o Theoretische tijd.

Er dient bij de ontwikkeling verder met De Lijn onderzocht worden op welke wijze de gevraagde informatie op de dynamische borden kan worden geplaatst. Het koppelvlak zal een webservice zijn die op vraag: Input naar de interface:  haltenummer W (halte);  publiek Lijnnummer X of Lijnnummer (lijnNr);  aanvragende applicatie Z (applicatieId);  voor de N volgende vertrekken (aantalVertrekken). Output vanuit de interface: theoretisch vertrekuur volgens dienstregeling (theoretischeTijd); verwacht vertrekuur (verwachtteTijd); verwachtte afwijking (verwachtteAfwijking); publiek lijnnummer (lijnNr);

   


30

   

lijnnummer; bestemming (bestemming); timestamp (timestamp); mededeling voor deze rit (mededelingRit).

Het is belangrijk dat het systeem zijn operationele status kan terugkoppelen naar de interface. De statuslijst moet hulpmiddelen bevatten om een diagnose te kunnen maken van de interface (bvb klantenserver werkt niet, geeft geen data, geeft een error boodschap,…). Eis 49: De inschrijver geeft een statuslijst voor de interface met De Lijn.

3.15.3 Derden Op termijn is het mogelijk dat andere informatiebronnen een input zullen leveren aan het parkeergeleidingssysteem (bvb. Sturing verdwijnpalen, sturing verkeerslichten). Ook hier is het belangrijk dat het systeem zijn operationele status kan terugkoppelen naar de interface. Eis 50: De inschrijver geeft de lijst van status voor de interface met derden.

3.15.4 Status van de borden Het systeem zal van de borden data ontvangen. De         

volgende functies moeten minimaal worden bewaakt: Deur(en) open/dicht; Werking van alle componenten; Voeding; Verlichting van de dynamische delen; Werking van de dynamische modules; Werking van de communicatie; Temperatuur controle; Vochtigheid sensor; Na een stroomonderbreking en/of heropstart van het bord om welke reden dan ook: check van de betreffende functies en melding naar centraal systeem.

Eis 51: De inschrijver geeft de lijst van status voor de dynamische borden die volgens hem noodzakelijk zijn.

3.16

GUI De Gui moet intuïtief en ergonomisch zijn. Speciale aandacht moet besteed worden aan de symbolen en het design. Alle schermen zullen besproken worden en goedgekeurd voor de ontwikkeling. Het is een belangrijke module voor de operator; zij zullen betrokken worden bij de validatie van de schermen. Gebruikte norm: ISO 9241, ISO 13407, ISO 16982. De GUI zal in functie van het type gegevens verschillende voorstellingswijzen hebben:


31

  

Alfanumeriek; Overzichtsview; GIS.

Het overzichtsview en/of GIS-visualisatie moet alle elementen laten oproepen om de detailinformatie te kunnen laten weergeven en commando’s te kunnen oproepen. De GIS moet de mogelijkheden bieden om layers te activeren of uit te zetten, de details moeten groter worden bij het inzoomen op het plan. De achtergrond (digitale kaart) moet in alle omstandigheden beschikbaar zijn. Elke jaar moet tenminste een update uitgevoerd worden. De inschrijver zal beschrijven van waar zijn gegevens komen en hoe de update eruit zal zien. Als de gegevens online komen van een derde partij, hoe zal men dan waarborgen dat de achtergrond altijd beschikbaar zal zijn. De GUI zal voor indienststelling ter goedkeuring worden voorgelegd aan de opdrachtgever. Nieuwe elementen moeten getoond worden op een overzichtskaart en GIS zonder dat een ontwikkeling nodig is. Een icoon is maar een parameter van een element. Eis 52: De inschrijver geeft voorbeelden van visualisatieschermen voor de GUI.

3.17

Reporting Eis 53: De inschrijver geeft voorbeelden van visualisatieschermen voor de reporting.

3.18

Koppelvlaken De koppelvlaken zullen gebruik maken van webservices. Het protocol zal http zijn. Voor elk koppelvlak zal een methode gedefinieerd worden en wordt een XSD document ter beschikking gesteld indien nodig. De webservices zullen gemonitord worden en hun status teruggekoppeld aan de technische status.

3.18.1 Koppeling met de Parking – Import In elke parkeergarage zal een interface moeten voorzien worden die de toename of afname van de bezetting van de parkeergarage bijhoudt aan de hand van de gegevens uit de controleapparatuur van de parkeergarage. Aangezien het voor de beheerder van een parkeergarage nodig is om het aantal beschikbare plaatsen manueel te kunnen bijstellen (bv. bij werken of schoonmaak van een parking kan een gedeelte van de parkeerplaatsen onbeschikbaar zijn), blijft deze mogelijkheid dan ook geboden, zowel vanuit het centraal systeem als lokaal op de interface of via een webapplicatie. Ook de status van de parkeergarage (open/gesloten/niet beschikbaar) en de openingsuren parkeergarage (met kalenderfunctie) zijn zowel lokaal als via het centraal systeem op te vragen en aan te passen, voor zover de aangelogde persoon de juiste machtigingen hiervoor heeft.  Telecom o Internet verbinding beschikbaar in de parkeergarage.  Interface op een Website o De volgende parameters moeten kunnen geüpdatet worden:


32

 

 Bezettingscijfer;  Status garage;  Openingsuren. Format: XML + XSD Data (ID, Status, Bezitting, Plaats, …)

Eis 54: De inschrijver beschrijft de architecturen en methodes die gebruikt moeten worden voor de interface met de parking. Eis 55: De inschrijver verzekert dat hij een interface kan bouwen met alle parkings.

3.18.2 Koppeling met De Lijn – Import De koppeling met het monitorringsysteem van De Lijn loopt via de RTAS:

   

Telecom o Internetverbinding met RTAS. Formaat: XML + XSD; Data (Lijn, vertrek, afwijking,…); Een beschrijving van RTAS wordt in bijlage bijgevoegd.

Eis 56: De inschrijver beschrijft de architecturen en methodes die gebruikt worden voor de interface met De Lijn.

3.18.3 Koppeling met dynamisch bord   

Telecom o Wordt aangeboden door de inschrijver. Formaat: XML + XSD; Data (ID, Status, cmd, sign, … ).

Eis 57: De inschrijver beschrijft de architecturen en methodes die gebruikt worden voor de interface met de VMS. Eis 58: De inschrijver maakt een beschrijving van zijn manier van aanpak om nooit meer dan 1 minuut te hebben tussen de verandering van visualisatie van een boodschap op verschillende borden die kunnen gezien worden van op eenzelfde plaats.

3.18.4 Koppeling met Derden. De inschrijver doet een voorstel voor de uitwisseling van alle real-time data en een selectie van referentiële data met derden (zie ook 3.15.3):

  

Interface op een Website; Formaat: XML + XSD; Data (, … ).

Eis 59: De inschrijver maakt een voorstel van interface voor dynamische data, referentiële data naar derden


33

Eis 60: De inschrijver geeft een XSD als voorbeeld.

3.19

Performantie 3.19.1 GUI Eis 61: Start van de applicatie binnen de 5s. Eis 62: Opbouwen van een operationeel scherm (het resultaat van archiefbewerking niet inbegrepen) windows, popup, tooltip, binnen de 2s.

3.19.2 Uitwisseling met de VMS Eis 63: De melding van een VMS naar het centrale systeem tot de update van de GUI moet binnen de 30s gerealiseerd zijn. Eis 64: Een manuele boodschap sturen en de terugmelding van de signalisatie moet binnen de 60s uitgevoerd zijn.

3.19.3 Uitwisseling met de Parking Eis 65: Cyclus uitwisseling met Parking: maximaal 1 minuut.

3.19.4 Uitwisseling met De Lijn Eis 66: Cyclus uitwisseling met De Lijn: maximaal 1 minuut.

3.19.5 Load test Eis 67: Deze test moet de limiet van het systeem aantonen: vanaf hoeveel borden, parkings en gebruikers zal de performantie significant verminderen.

3.20

Normen, standaard en Methode Eis 68: Projectmanagement methode. Eis 69: De ontwikelingsmethode moet iteratief zijn:

Bijvoorbeeld:        

Klanttevredenheid door snelle levering van bruikbare software op een continue basis Regelmatig aanbod van nieuwe werkende software (eerder per week dan per maand) Voortgang wordt afgemeten aan de hand van werkende software Wijziging van doelstellingen zijn welkom, zelfs laat in het proces Nauwe samenwerking op een dagelijkse basis tussen ontwikkelaars en hun belanghebbenden Direct persoonlijk contact als beste vorm van communicatie Projecten worden opgezet rondom gemotiveerde individuen, en die moeten dan vertrouwd worden Voortdurende aandacht aan technische hoogstandjes en goed ontwerp P1174| PGS Antwerpen – technische bepalingen

34

  

Eenvoud Zelf-organiserende teams Voortdurende aanpassing aan veranderende omstandigheden

Eis 70: Plan van aanpak van het project.


35

4.

DETAILBESCHRIJVING VAN DE BORDEN

4.1

Algemeen Het volledige parkeergeleidingssysteem wordt opgebouwd uit verschillende componenten en modules, en wordt verder ondersteund door signalisatieborden. Globaal bestaat een deel van het systeem uit geïntegreerde opstellingen die samengesteld worden uit: volledig dynamische displays, semi dynamische modules en modules met vaste tekst. De opstellingen van deze borden dienen steeds te worden voorzien als 1 geïntegreerd geheel. Een ander deel van het systeem bestaat uit signalisatieborden met vaste tekst en wegwijzers type F33a (volgens het SB250). Deze opstellingen dienen doormiddel van afzonderlijke borden te worden voorzien. Vol dynamische displays: Ter hoogte van de aansluiting van de snelweg naar het onderliggende wegennet, ter hoogte van het keuzepunt naar de P+R parking in de omgeving worden volledig dynamische borden voorzien. Op cruciale keuzepunten van de parkeerroute zal tevens dit type van borden worden voorzien. Hier wordt dynamisch verwezen naar de P+R parking met bediening openbaar vervoer, verder wordt verwezen naar de richting P-route. Het te voorziene bord is volledig dynamisch om flexibel verschillende bestemmingen te kunnen weergeven. Verder moet op deze plaatsen eventueel een re-routing van het verkeer mogelijk zijn. Deze borden worden voorzien in 2 en 3 tekstlijnen. Indien ze geïntegreerd worden in een opstelling met andere modules, dienen ze als één geheel te worden opgebouwd. Semi dynamische modules: De Semi dynamische borden dienen ondermeer voorzien te worden ter hoogte van keuzepunten in de P-route zelf, bij de afslag van bepaalde parkeerclusters en verdere verwijzing naar de P-route. Aangezien de keuze- en re-routing mogelijkheden in de kernstad quasi onbestaande en bovendien niet gewenst zijn, wordt een semi dynamisch bord voorzien. Dit bord moet dynamisch kunnen aangeven of een parkeercluster of parking vol, vrij of niet beschikbaar is. Het bord bevat verder vaste beeldvlakken die verwijzing geven naar de P-route of eventueel andere bestemmingen. Tenslotte wordt in een aantal gevallen een extra dynamisch deel voorzien onderaan het bord, teneinde bijkomende (verkeers)informatie mogelijk te maken. Deze borden dienen modulair te worden opgebouwd zodat verschillende combinaties van vaste en dynamische modules mogelijk zijn. Deze borden worden steeds voorzien in 1 tekstlijn. Indien ze geïntegreerd worden in een opstelling met andere modules, dienen ze als één geheel te worden opgebouwd. Modules met vaste tekst: De modules met vaste tekst worden op dezelfde wijze opgebouwd dan de hierboven beschreven semi dynamische modules. Deze borden worden steeds voorzien in 1 tekstlijn.


36

Indien ze geïntegreerd worden in een opstelling met andere modules, dienen ze als één geheel te worden opgebouwd. Signalisatieborden met vaste tekst: Een deel van het parkeergeleidingsysteem bestaat uit vaste signalisatieborden met een teksthoogte van 150mm en 120mm. Deze borden dienen te voldoen aan de bepalingen van het SB250 en dienen in een opstelling als verschillende afzonderlijke te worden voorzien op één paal. Tenslotte worden een aantal ondersteunende borden type F33a voorzien.

4.2

Ontwerp van het beeldvlak 4.2.1

Algemeen

Het globale ontwerp van de verschillende soorten displays, modules en signalisatieborden, vormt een zeer belangrijk onderdeel van het project. De voorgestelde borden zullen zowel op centrale mast of paal als in vlagopstelling kunnen geplaatst worden, en zullen beantwoorden aan de huisstijlhandboek voor straatmeubilair van Stad Antwerpen. De Straatmeubilaris van Stad Antwerpen wordt in bijlage bijgevoegd. Deze constructies zullen alle displaycomponenten integreren om tot een goed werkend systeem te komen. Voor wat betreft de geïntegreerde opstellingen worden 4 types borden voorzien, vol dynamische displays (3 of 2 lijnen), semi dynamische modules en modules met vast tekst:   

 

Het eerste vol grafische type bestaat uit 3 regels die zowel tekst als grafische elementen moeten kunnen weergeven en dit in verschillende kleuren (logos, symbolen,…). Het tweede type is identiek aan het eerste, maar bestaat uit 2 regels. Het derde semi-dynamische type bestaat uit een vast gedeelte met tekst en vaste pijlen (dynamische pijl in optie), verder een dynamisch gedeelte dat mogelijkheid biedt om aan te geven of cluster of parking vol, vrij of niet beschikbaar is. Het vierde type is een module met vaste tekst dat op zichzelf kan geplaatst worden of gekoppeld aan andere hierboven genoemde modules. Deze borden dienen geplaatst te worden op een centrale mast of in vlagopstelling.

Een andere component van het globale systeem bestaat uit vaste signalisatieborden volgens het SB250:   

Vaste signalisatieborden dienen voorzien te worden in teksthoogte 120mm en 150mm. Wegwijzers type F33a ondersteunen het geleidingssysteem. Deze borden dienen op één paal te worden geplaatst volgens de bepalingen van het SB250.

De inschrijver zal een integraal ontwerp maken van het lokale systeem met display rekening houdend met:   

Integratie van modules en borden in het straatbeeld; Plaatsing van de opstellingen en borden in een stedelijke context; Verschijningsvorm als met centrale mast en als vlagconstructie;


37

   

Het integrale design rekening houdend met de huisstijl en kleuren van Stad Antwerpen; Aansluiting op het LS-distributienet; Een zo energiezuinig mogelijk systeem. Plaatsing van signalisatieborden op één paal.

De display lay-out van de verschillende displays, modules en signalisatieborden maakt deel uit van de voorstellen die de aannemer doet in zijn offerte, en zal verder vastgelegd worden in de geplande onderhandelingen. Een lijst van namen van parkeergarages en parkeerclusters wordt als voorbeeld in bijlage opgenomen. De naamgeving van parkings en parkeerclusters kan nog wijzigen. Eis 71: De inschrijver zal een voorontwerp van het ganse bordensysteem voorstellen en dit voor beide verschijningsvormen.

4.2.2

Leesbaarheid van de borden

4.2.2.1 Algemeen Leesbaarheid van de dynamische borden, modules met vaste tekst en signalisatieborden (zowel bij dag als bij nacht) vormt een zeer belangrijk aspect van het ontwerp van het ganse systeem. Enerzijds zal de leesbaarheid van de dynamische displays worden gegarandeerd, anderzijds dient voldaan aan de richtlijnen inzake leesbaarheid van niet verlichte oppervlakten. Gelet op het feit dat de voorziene borden in zeer uiteenlopende omgevingen worden voorzien, worden verschillende niveaus van leesbaarheid vastgelegd:   

Voor de vol dynamische displays wordt een minimale leesafstand van minimaal 75m opgelegd. Voor de semi dynamische modules en modules met vaste tekst wordt een teksthoogte van 150mm opgelegd. De signalisatieborden die voorzien worden op de parkeerclusters dienen een teksthoogte te hebben van 120mm

De leesbaarheidshoek voor de dynamische displays (in het horizontaal en in het verticaal vlak) moet zo groot mogelijk zijn (minimaal 120 graden). De dynamische (delen van) displays dienen voorzien te zijn van een automatische contrast/helderheidsregeling. Zowel overdag bij hevig zonlicht, als ’s avonds dient de informatie duidelijk en helder leesbaar te zijn. De vol dynamische displays zullen monochroom zijn, volgende combinaties zijn toegelaten:  

Gele karakters op zwarte achtergrond; Witte karakters op zwarte of blauwe achtergrond;

Voor het dynamische gedeelte van de semi dynamische modules, dienen volgende kleuren te worden gehanteerd:   

VOL: rood; VRIJ: groen; XXXX (Niet beschikbaar): rood; P1174| PGS Antwerpen – technische bepalingen

38

Weergave van de karakters in hoofdletters volstaat voor het dynamische gedeelte, weergave van volledige beelden en videobeelden dient niet voorzien te worden. Het tonen van iconen/symbolen (tram, bus, P,…) moet echter wel mogelijk zijn. Alle dynamische delen van het display dienen ’s avonds verlicht te zijn, waarbij de leesbaarheid steeds gegarandeerd moet blijven. De vaste teksten dienen niet verlicht, maar steeds retro reflecterend te zijn. Eis 72: De inschrijver geeft aan hoe de leesbaarheid bij verschillende lichtintensiteiten en omgevingsparameters gegarandeerd wordt. Eis 73: Niet verlichte delen van het bord zullen worden uitgevoerd in retroflecterend materiaal. Deze oppervlakten zullen beantwoorden aan de eisen terzake die gesteld worden in het standaardbestek 250 van de wegenbouw, versie 2.1.

4.2.2.2 Ontwerp van het beeldvlak De breedte van de verschillende types borden wordt enerzijds bepaald door de beoogde lettergrootte in functie van de zichtafstand (zie hierboven). Anderzijds zullen de namen van de parkeerclusters en individuele parkings maatgevend zijn. Bij wijze van voorbeeld, wordt in bijlage een lijst van de bestaande parkeerclusters en parkeergarages opgenomen. De inschrijver dient er echter rekening mee te houden dat deze lijst en/of de naamgeving nog kan wijzigen. De volledig dynamische borden bestaan uit 2 of 3 tekstregels. Per tekstregel dienen minimaal 20 karakters beschikbaar te zijn. De semi dynamische modules en modules met vaste tekst bestaan uit een vast tekstgedeelte met teksthoogte 150mm, eventueel gekoppeld aan een dynamisch veld van 4 karakters. De signalisatieborden die op de parkeerclusters worden dienen een teksthoogte van 120mm te hebben. De ontworpen borden dienen duidelijk herkenbaar te zijn als onderdeel van een gans systeem van parkeergeleiding. Voor de vol dynamische displays, semi dynamische modules en modules met vaste tekst zijn geen afgeronde hoeken toegelaten. De signalisatieborden dienen te worden voorzien volgens de bepalingen van het SB250, waarbij afgeronde hoeken wel toegelaten zijn. Eis 74: De inschrijver zal een voorontwerp van beeldvlak voor de verschillende types displays en borden opmaken en ter goedkeuring voorleggen.

4.3

Technische karakteristieken 4.3.1

Algemeen

Het is toegelaten om verschillende technologieën aan te wenden die resulteren in de opgegeven eisen.


39

Eis 75: De aangeboden borden moeten opgebouwd zijn op modulaire wijze en beantwoorden aan de meest recente evolutie van de technologie. Eis 76: De opbouw van de componenten dient zodanig te zijn dat ze uitwisselbaar zijn. Eis 77: De inschrijver zal in zijn aanbieding de gebruikte technologie en het type opbouw specificeren. Eis 78: De inschrijver zal tevens de gemiddelde te verwachten levensduur opgeven voor de verschillende componenten, alsook de omgevingsvoorwaarden waarbij deze kan bereikt worden.

4.3.2

Omgevingsvoorwaarden

De borden van het parkeergeleidingssysteem moeten een minimale beschermingsgraad IP65 hebben tegen het indringen van water en stof. Tevens moeten het kunnen functioneren bij omgevingstemperaturen van -20 °C tot 40 °C. Eis 79: De inschrijver geeft aan hoe de omgevingsvoorwaarden worden garandeert.

4.3.3

Elektrische uitrusting

De borden moeten voldoen aan de nationale veiligheidsvoorschriften (AREI en ARAB) en aan de nationale wetgeving (KB van 23/3/73) die de omzetting is van de Europese Richtlijnen terzake (LS-Richtlijn 73/23). Op EMC-gebied moeten de borden voldoen aan de nationale wetgevingen (KB van 18/5/94 en KB van 30/1/96) die de omzetting zijn van de Europese Richtlijnen terzake (89/336, 91/263, 92/31, 93/68) wat inhoudt dat moet voldaan worden aan de toepasselijke normen (EN50081-1 en 2 EN50082-1 en 2, EN55015 en EN55022, EN61000-4-1 tot 12, EN50140 tot 50142 en 50204, e.a.). Voeding: net 230 V/50Hz, of andere bron. Eis 80: De inschrijver zal het nodige verlichtingsvermogen per bord opgeven.

4.3.4

elektrische

vermogen

en

het

nodige

Elektronische uitrusting

Een gemakkelijke uitwisseling van de elektronische componenten moet mogelijk zijn. Daarenboven dienen de modules onderling verwisselbaar te zijn en mogen ze geen afregeling vereisen als functie van de plaats die ze innemen in de installatie. De strengste eisen inzake elektromagnetische compatibiliteit zijn in acht te nemen. De printen moeten dubbel doorgemetalliseerd worden en de contacten moeten verguld worden. Voor de keuring in de fabriek zal de constructeur alle elektronische schema's leveren aan de opdrachtgever. Eis 81: De inschrijver geeft aan hoe voldaan wordt aan de eisen inzake elektronische uitrusting.


40

4.3.5

Aansluiting op het LS distributienet

Indien het ontwerp van de inschrijver een aansluiting op het openbare stroomnet vereist, dient deze aansluiting mee verwerkt te worden in het globale ontwerp. Een afzonderlijke (voetpad)kast is hiervoor niet toegelaten. Voor een aansluiting op het LS-distributienet, wordt geopteerd om volgens het forfaitaire systeem te werken zonder meteropname. Het hanteren van dit principe vereist een aantal specifieke aandachtpunten, keuringen en specifieke uitrusting welke geïntegreerd dient te worden in het ontwerp van de inschrijver. De opdracht bevat alle procedures en kosten voor aansluiting op het LS-distributienet. Eis 82: De inschrijver zal integraal rekening houden met de bijzondere specificaties betreffende aansluiting op het LS-distributienet.

In bijlage van dit bestek wordt de nodige technische specificaties en documentatie opgenomen.

4.3.6

Energieverbruik en -besparende maatregelen

De inschrijver zal in zijn voorstel uitdrukkelijk oog hebben voor een duurzame oplossing. In die zin zal het opgemaakte ontwerp uitgaan van een zo minimaal mogelijk energieverbruik. De inschrijver mag diverse eigen voorstellen uitwerken en voorstellen in zijn offerte teneinde het energieverbruik van het systeem algemeen te minimaliseren. Er wordt gewezen op het feit dat de betreffende displays ongeveer 20u per dag (per 24u) operationeel dienen te zijn. Het energieverbruik van het ganse systeem maakt integraal deel uit van de opdracht. Eis 83: De inschrijver zal het stroomverbruik van de voorgestelde displays opgeven in zijn offerte, indien nodig per type voorgesteld bord.

4.4

Mechanische uitrusting 4.4.1

Algemene eisen

Volgende minimumeisen inzake de bescherming van metalen onderdelen zijn in acht te nemen: Staal 



profielen: thermisch verzinkt 450 g/m² volgens NBN 657, licht opschuren en voorbehandelen met zinkwashprimer, ovengelakt met polyesterpoedercoating 60 micron; profielplaten: sendzimir verzinkt en tweezijdig gelakt of tweezijdig voorzien van een plastisolcoating.

Aluminium


41

  

alle zichtbare delen te voorzien van een afwerkingsbeschermlaag in functie van het ontwerp en de aluminiumsamenstelling, ofwel geanodiseerd, laagdikte min. 25 micron gemoffeld, polyesterpoederlaag ovengebakken, laagdikte 60 micron minimum.

De inschrijver zal rekening houden dat de behuizing/draagstructuur dient uitgevoerd in één of meerdere RAL-kleuren en/of structuurverf volgens de huisstijl van Stad Antwerpen. Om de borden te beschermen tegen mogelijk vandalisme dienen de behuizingen en alle buitenoppervlakken, na het poedercoaten, voorzien van een anti-graffiti beschermlaag. Inzake de bescherming van metalen onderdelen mogen andere procédés voorgesteld worden in zoverre zij een gelijkwaardige of betere bescherming bieden tegen corrosie, slijtage en vandalisme. De displays moeten kunnen weerstaan aan een windbelasting van minimum 900 N/m², zowel druk als zuiging, zonder dat er blijvende vervormingen optreden en moet voldoen aan de norm NBN N03-002-1 en 2 betreffende windbelasting op bouwwerken. Bovendien moet de structuur voldoende stijfheid bezitten, zodanig dat bij het uitoefenen van een kracht van 0,5 kN/m op 1 m hoogte geen beweging zichtbaar wordt. Eis 84: De inschrijver geeft aan op welke wijze hij voldoet aan de gestelde algemene mechanische eisen.

4.4.2

Behuizing

De behuizing van de display maakt, samen met de draagstructuur integraal deel uit van het ontwerp (design) van de opstelling. De displays dienen daarenboven modulair te worden opgebouwd, zodat eventueel bepaalde modules kunnen toegevoegd worden bij wijzigingen binnen het parkeergeleidingssysteem. Voor de vol dynamische displays, semi dynamische modules en modules met vaste tekst zijn geen afgeronde hoeken toegelaten. Eis 85: De inschrijver zal een voorstel van ontwerp behuizing voor verschillende types borden bij zijn offerte voegen ter evaluatie door de opdrachtgever.

Alle verschillende modules en onderdelen van het display moeten gemakkelijk vervangbaar zijn. De borden moeten gemakkelijk te openen zijn door één persoon voor het vervangen van modules en componenten of voor het onderhoud van componenten. Het ontwerp van de display zal zodanig zijn dat de temperatuur in het bord steeds begrepen zal zijn in de temperatuursrange, toelaatbaar voor alle onderdelen ingebouwd in de behuizing van het bord en met het oog op een maximale levensduur. De borden dienen zo opgevat te zijn dat er zich geen condensatie voordoet. Aangebrachte ventilatieopeningen moeten elk binnendringen van water, sneeuw, stof, insecten en scherpe voorwerpen verhinderen. Het venster van de dynamische delen aan de voorzijde moet in anti-reflecterend glas worden voorzien, en bestand zijn tegen vandalisme.


42

De kleur van de behuizing zal voldoen aan het handboek straatmeubilair van Stad Antwerpen; het aanbrengen van eventuele logo’s, wordt nader bepaald door de opdrachtgever. Eis 86: De inschrijver voegt bij zijn inschrijving een technische nota bij die de technische opbouw van de behuizing(en) weergeeft.

4.4.3

Draagstructuur - plaatsing

De inschrijver zal aandacht hebben voor de specifieke problematiek van plaatsing van de opstellingen binnen een stedelijke omgeving. De onderzijde van de displays dient op een hoogte van minimaal 2m50 te worden voorzien, eventueel te verhogen indien de plaatsgesteldheid dit vraagt. De borden moeten buiten het gabarit van de rijbaan geplaatst worden. Hiervoor dient de opdrachtnemer rekening te houden met de nodige veiligheidsafstand die minimaal 30cm bedraagt ten opzichte van de stoeprand. De elektrische geleidingen zullen volledig in de draagstructuur en sokkel verwerkt zitten. De kleur van de draagstructuren zal na de gunning worden vastgelegd door de opdrachtgever. De opdrachtnemer legt elke locatie van bord/draagstructuur ter goedkeuring voor aan de opdrachtgever.

4.4.4

Funderingen

De borden zullen op een funderingssokkel geplaatst worden van gewapend beton, welke door de aannemer wordt voorzien. De aannemer dimensioneert deze sokkel, rekening houdend met de nodige stabiliteit en robuustheid nodig voor dit systeem. Alle nodige bekabeling wordt in wachtbuizen verwerkt in de funderingssokkel. Het beton zal niet hoger komen dan 20 cm onder het maaiveld. Het uitgraven van de fundering maakt deel uit van de aanneming alsook het verwijderen van alle uitgegraven grond, het verdichten van de aanvulling en het herstellen van de wegbekleding volgens de regels van het goede vakmanschap. Alle beschadigde materialen zullen worden vervangen door nieuwe materialen.

4.4.5

Signalisatieborden

Eis 87: De voorziene signalisatieborden zullen voldoen aan de gestelde eisen in het standaardbestek 250 van de wegenbouw V2.1, en dit zowel qua opbouw, beeldvlak als bevestiging. Signalisatieborden zullen steeds op één paal worden geplaatst; de plaatsing op twee steunen is niet toegelaten

4.4.6

Kabels

De aannemer levert en plaatst alle nodige kabels. Alle bekabeling nodig om het systeem operationeel te maken dienen nieuw te zijn. Het type kabel zal door de constructeur bepaald worden in functie van het vermogen en rekening houdend met de Belgische normen terzake.


43

De kabels zullen voldoende mechanische weerstand en bescherming bezitten en moeten zowel in volle grond, als in wachtbuis kunnen worden aangelegd. Eis 88: De inschrijver moet in zijn offerte de karakteristieken van de kabels opgeven.

4.4.7

Plaatsing van de kabels

De aannemer zal voor het plaatsen van de kabels rekening houden met de lokale omstandigheden. Deze plaatsing kan variëren van bestaande wachtbuizen tot aanleg van nieuwe wachtbuizen, enz. Na opbraak zal het wegdek steeds in de oorspronkelijke toestand worden hersteld. Wegdekmaterialen die beschadigd zijn, zal hij dienen te vervangen door nieuwe materialen, zo ook de funderingsbeton en het gestabiliseerd zand. Alle kabels in volle grond zullen afgedekt worden met afdekplaatjes over de volledige lengte; 10 cm boven de afdekplaatjes plaatst de aannemer een waarschuwingslint. De afdekplaatjes zullen plaatjes zijn vervaardigd van gerecycleerd PVC, van hetzelfde type dat gebruikt wordt bij elektriciteitsintercommunales.

4.1

Keuringen Alle benodigde keuringen en de hiermee verbonden kosten zijn een last van de aanneming. De aannemer zal voorzien in een FAT in de fabriek, hiervoor zullen de verplaatsingskosten en eventuele verblijfskosten van de opdrachtgever (4 personen) ten laste zijn van de aannemer.


44

5.

UITVOERING WERKEN

5.1

Algemeen De opdrachtgever volgt de bepalingen zoals opgenomen in de code voor infrastructuur en nutswerken op stadswegen (zie bijlage). Alle nodige keuringskosten teneinde het goedkeuren van de installatie en/of materialen zijn een last van de aanneming, inclusief veiligheidscoördinatie tijdens de werken. Tijdens de uitvoering van de werken ter plaatse, plaatsing vaste installaties, kabelwerken, enz, zal de aannemer er voor zorgen dat de hinder voor alle betrokkenen ter plaatse tot het minimum herleid wordt. Tijdens deze werken zal de aannemer tevens instaan voor het plaatsen van de nodige verkeerssignalisatie, alsook voor het aanvragen van de nodige vergunningen hiervoor (oa. voorzien van een signalisatieplan ter goedkeuring). Alle werken dienen plaats te vinden in nauw overleg met de leidend ambtenaar van GAPA, alsook met de plaatselijke actoren (Stad Antwerpen, verkeerspolitie, De Lijn, netbeheerder LS-net…). Hij zal, indien nodig, specifieke afspraken maken met de locale netbeheerder van het LS-net rond het realiseren van de aansluiting van de paal op het net. De aannemer zal participeren in overlegmomenten die voorzien zullen worden in functie van de vorderingen van het project. Deze vergaderingen kunnen bijeen worden geroepen door de leidend ambtenaar van GAPA of zijn afgevaardigde, telkens die dit nodig acht. Eis 89: De inschrijver beschrijft de organisatie of werkflow van de uitvoering van de werken.

5.2

Wegname bestaande borden Eis 90: De bestaande borden van het huidige systeem parkeergeleiding dienen te worden weggenomen. Deze werkzaamheden maken integraal deel uit van de opdracht.

De aannemer zal de verschillende borden, palen en sokkels uitbreken en afvoeren naar een plaats naar keuze. De funderingssokkels en elektriciteitsaansluiting van de bestaande borden dienen volledig te worden verwijderd. De afbraakmaterialen worden na uitbraak eigendom van de aannemer. Alle te verwijderen borden zijn inwendig verlicht en dynamisch De uitbraak dient omzichtig te worden uitgevoerd, rekening houdend met leidingen en bestaande verhardingen. Na uitbraak zal de aannemer de wegverharding, onverharde oppervlakten, enz, terug herstellen. Alle te verwijderen borden van het bestaande PGS zijn inwendig verlicht en dynamisch. Een overzichtsplan met inplanting van de bestaande borden wordt in bijlage bij dit bestek bijgevoegd.


45

5.3

Technische documentatie De inschrijver zal een technisch dossier/handleiding opmaken die de geleverde en geplaatste uitrusting begeleidt. Tevens zal een beschrijving worden bijgevoegd van het ganse onderhoudsplan dat hij voorziet. De inschrijver levert van alle geïnstalleerde uitrusting, alsook de aangebrachte bekabeling as-built plannen. De inplanting van de borden worden in GIS formaat op grondplan aangeleverd aan de opdrachtgever, en worden gedurende de looptijd van de opdracht desgewenst aangepast.

5.4

Opleiding GAPA - verkeerspolitie Eis 91: De inschrijver zal een voorstel opmaken tot opleiding van personeelsleden van GAPA en Verkeerspolitie.


46

6.

ONDERHOUD EN EXPLOITATIE

6.1

Onderhoud en exploitatie De aannemer is integraal verantwoordelijk voor het goed functioneren van de ganse installatie (onderhoud en exploitatie) en dit voor een periode van 10 jaar vanaf het moment van voorlopige oplevering. De aannemer zal in die periode instaan voor de exploitatie van het ganse systeem, alsook het preventief en correctief onderhoud van de ganse installatie met al zijn componenten (aansturing, interfaces, communicatie, borden, draagconstructies,…). Hij garandeert de vereiste beschikbaarheid van de systemen, de werking conform de bestekbepalingen (performantie, gebruiksvriendelijkheid, …) en de responsetijden bij eventuele incidenten. De vaste signalisatieborden, borden F33a en steunen vallen niet onder het onderhoud en exploitatie. Exploitatie: De exploitatie van het systeem houdt het monitoren en beheren van alle systemen in (centraal systeem, borden, communicatie,…) zodanig dat een goede werking gewaarborgd is. Verder bevat deze exploitatie alle kosten (communicatiekosten, hosting van servers, elektriciteitsverbruik,…) noodzakelijk om het systeem operationeel te houden De opdrachtgever staat in voor het operationeel aansturen (activeren scenario’s) van het systeem. Preventief onderhoud: Het preventief onderhoud zal eveneens opgenomen worden in het plan dat de opdrachtnemer opmaakt en voorlegt: Volgende taken dienen te worden voorzien (niet limitatief):          

Volledig nazicht van elk bord, test van alle functies, uitmeten van de verschillende contacten,…; De goede werking van het bord wordt nagezien met behulp van een draagbare terminal of door simulatie van de sturingsopdrachten; De eventuele defecten worden hersteld, indien het om een modulaire uitrusting gaat, wordt deze door een nieuwe vervangen; Onderdelen worden op het einde van hun normale levensduur vervangen teneinde de continue werking te garanderen; Reinigen van de buitenzijde van de borden (reinigen behuizing, voorzijde/beeldvlak, verwijderen graffiti/stickers,…) elk halfjaar; Aanbrengen van een jaarlijkse anti-graffiti behandeling op de behuizing van de borden en draagstructuur; Reinigen van de binnenzijde van de borden (in functie van het eigen onderhoudsplan en de voorziene opbouw van het bord; minimaal jaarlijks); Volledige test van alle functies van de borden, uitmeten van de verschillende contacten,…; De sloten en de scharnieren worden nagezien, geregeld en ingevet; De dichtingsvoegen en de verluchtingen worden nagezien en bij beschadiging in goede staat hersteld of vervangen;


47



Nazicht van de oppervlaktebehandeling van borden en draagstructuren, eventueel bijwerken ervan;

Correctief onderhoud: De aannemer zal tevens instaan voor het correctief onderhoud teneinde de goede werking van het ganse systeem te waarborgen gedurende de ganse looptijd van het contract. Bij de interventies die worden uitgevoerd zullen de nodige herstellingen worden uitgevoerd en defecte componenten worden vervangen. Specifiek in situaties waarbij een bord wordt beschadigd door aanrijding, zal de aannemer instaan voor het beveiligen van de situatie ter plaatse. Hierbij zal hij zorgen dat het bord voldoende stabiel staat, er geen risico bestaat op vallende onderdelen en desgewenst het bord demonteren en afvoeren. Tevens zal hij ervoor zorgen dat de voedingskabels naar het bord beveiligd zijn. Tenslotte zal hij eventuele richtlijnen van ordediensten en/of netbeheerder opvolgen. Hij zal bovendien alles in het werk stellen om binnen de week na het incident een treffelijke oplossing te bieden. Bij ontbreken van de nodige maatregelen van de aannemer, of bij dringende noodzaak omwille van de continuïteit van de uitbating, worden op initiatief van de opdrachtgever, de noodzakelijke werken, op kosten en verantwoordelijkheid van de aannemer uitgevoerd. Eis 92: De inschrijver werkt in zijn offerte een voorstel van exploitatie- en onderhoudsplan uit in functie van het door hem voorgestelde ontwerp/systeem.

6.2

Wijzigingen In functie van de realisatie van het parkeergeleidingssysteem enerzijds, en mogelijke wegenwerken anderzijds, kan het zijn dat de opdrachtgever beslist om bepaalde borden te verplaatsen naar een nieuwe locatie, of weg te nemen, tijdelijk te stockeren en terug te plaatsen. Volgende situaties worden onderscheiden: 

Bord tijdelijk wegnemen, stockeren en herplaatsen op dezelfde plaats;



Bord definitief wegnemen, stockeren en herplaatsen op een nieuwe locatie;



Bord definitief wegnemen en meteen herplaatsen op een nieuwe locatie.

Bij opstellingen die tijdelijk worden weggenomen, zal de funderingssokkel behouden blijven en tijdelijk worden afgewerkt en beveiligd door de opdrachtnemer. Bij herplaatsing van de opstelling zal de bestrating terug worden aangewerkt. Het wegnemen en eventueel herplaatsen van opstellingen impliceert eveneens het loskoppelen en eventueel terug aankoppelen van de installatie op het LS-net. Het stockeren zal gebeuren op de door de opdrachtnemer te bepalen plaats.

6.3

Bij het definitief wegnemen van een opstelling zal de fundering worden verwijderd en bestrating opnieuw worden afgewerkt. Het herplaatsen op een nieuwe locatie impliceert het voorzien van een


48

nieuwe funderingssokkel en afwerking van de bestrating.Service level agreement (SLA) 6.3.1

SLM

Eis 93: De inschrijver doet een voorstel van Service Level Monitoring software (zowel voor beschikbaarheid als responsetijden) en beschrijft de meetmethode.

Support

1.

Centraal systeem niet toegankelijk (GUI start niet)

2.

Communicatie met Centraal systeem buiten dienst

3.

Communicatie parkeergarages

4.

Communicatie met een parkeergarage

5.

Communicatie met alle borden

6.

Communicatie met een bord

7.

Interface parkeergarage buiten dienst

8.

Bord buiten dienst

9.

Alle borden buiten dienst

10.

Interface met De Lijn buiten dienst

11.

Bewerking data van De Lijn is buiten de performantie eisen

Business Critical FATAL Business Critical FATAL Business Critical Impaired Business Non Critical Impaired Business Critical FATAL Business Non Critical Impaired Business Non Critical Impaired Business Non Critical Impaired Business Critical FATAL Business Non Critical Impaired Business Non Critical Impaired

met

alle

Low

Beschrijving

Medium

ID

Prioriteit

High

6.3.2

          


49

12. 13.

Business Critical FATAL Business Non Critical Impaired Request For Service Impaired Request For Service Impaired Business Non Critical FATAL Business Non Critical Impaired Business Non Critical FATAL Request For Service Impaired Request For Service Impaired

Archivering is buiten dienst

15.

Statistiek is buiten dienst

16.

Verlichting bord defect

17.

Niet verlichte onderdelen van het bord onleesbaar

18.

Verlichte onderdelen van het bord onleesbaar

19.

Beschadiging oppervlaktebehandeling bord

20.

Graffiti vervuiling op het bord

Support Level High Medium Low

Low

Activering/Desactivering van scenariofunctie is buiten de performantie eisen Bord is door een aanrijding beschadigd

Medium

Support

14.

6.3.3

   

Beschrijving

High

ID

        

Reactietijd

Business Critical

Business Critical

NonBusiness Critical

NonBusiness Critical

Request For Service

Fatal A A B or C

Impaired B B C or D

Fatal B C C or D

Impaired B C D

E E E

Fatal Impaired Business Critical Non-Business Critical

Total system inoperability. Partial system inoperability. Unable to perform core business functions. Able to perform limited core business functions.

Priority Level Response Times:


50

Priority Level

Response Time

A B C D E

Binnen 4u Binnen 8u Binnen 12u Binnen 24u Binnen 3 kalenderdagen

Eis 94: De inschrijver geeft zijn opmerkingen betreffende de responstijd en prioriteit.

6.3.4

Verantwoordelijkheden

Item

GAPA

Acces via internet tot aan server

Inschrijver



Server beschikbaar op internet

         

Server applicatie Server hardware Communicatie met VMS Software VMS Data uitwisseling met VMS GUI Rapport Archief Crash and recovery Communicatie De Lijn

 

Beschikbaarheid data De Lijn Binnenhalen data van De Lijn (indien de data beschikbaar is en de communicatie OK is) Functioneren borden Dringende interventies borden Onderhoudstaken systeem

6.3.5

Derden

   

Beschikbaarheid


51

Availability %

Downtime year

90% ("one nine")

36.5 days

72 hours

16.8 hours

95%

18.25 days

36 hours

8.4 hours

98%

7.30 days

14.4 hours

3.36 hours

3.65 days

7.20 hours

1.68 hours

99% nines")

("two

per

Downtime month*

per

Downtime week


per

52

7.

BEPALINGEN DEMO

7.1

Inleiding Het geven van een demonstratie door de inschrijver, van bepaalde componenten de uitrusting, maakt integraal deel uit van de beoordeling van de verschillende inschrijvers. Het doel van deze demonstratie is uitdrukkelijk het beoordelen van door de inschrijver voorgestelde componenten in gebruiksomstandigheden. Ze moeten de opdrachtgever in de mogelijkheid stellen, om een aantal cruciale componenten alsook informatie ervan, te beoordelen in “real-time”. De verdere bepalingen geven een overzicht waar en wanneer de demo zal doorgaan, alsook wat precies verwacht wordt van de inschrijver en op welke wijze hij het nodige zal presenteren.

7.2

Plaats en tijdstip van de demo De gevraagde demonstratie zal doorgaan op grondgebied van de stad Antwerpen (de exacte plaats en het tijdstip wordt later doorgegeven). De demo wordt opgebouwd uit twee delen: een eerste deel van de demo zal worden uitgevoerd bij daglicht en zal starten om 15u00. De inschrijvers mogen opstellen vanaf 13.00 u. Een tweede demonstratie zal plaatsvinden om 20u00 of bij duisternis. De beide demo sessies zullen buiten plaatsvinden.

7.3

Opbouw van de demo Hieronder wordt nader omschreven welke verschillende componenten en functionaliteiten dienen te worden gedemonstreerd en welke criteria zullen worden geëvalueerd. De inschrijver zal ervoor zorgen dat de getoonde uitrusting voldoet aan alle bestekseisen ter zake; de gedemonstreerde uitrusting/componenten zullen effectief door de inschrijver worden geleverd zo hij de opdracht toegewezen krijgt. De componenten die gebruikt worden voor het demodisplay moeten dezelfde zijn als deze die achteraf voor de uitvoering worden gebruikt. Voor de demo is de aannemer niet verplicht om met de definitieve bevestigingsvormen (centrale mast of uitkraging) te werken. De inschrijver levert bij zijn inschrijving een attest/verklaring af waarbij hij verklaart dat de uiteindelijke levering en uitvoering zal gebeuren met dezelfde specificaties als de uitrusting welke op de demo getoond wordt. Hij zal de desbetreffende specificaties vermelden in dit attest, zodat dit kan gecontroleerd worden door de opdrachtgever. Er wordt van de inschrijver verwacht dat een aantal functies worden gedemonstreerd, het is echter niet verplicht om een volledig afgewerkt product te tonen. Volgende bepalingen gelden: 

Minstens 2 volledige tekstlijnen demonstreren voor de volledig dynamische display. Verder minimaal 1 tekstlijn met een vast en dynamisch gedeelte.


53

   

  

De demo displays dienen volledig operationeel te zijn en zijn uitgerust met het nodige frontglas alsook retroflecterende oppervlakten. Er zal een opgelegde tekst worden geafficheerd (deze zal later door de opdrachtgever ter beschikking worden gesteld). De displays zullen geëvalueerd worden bij daglicht en duisternis (zie bepalingen tijdstippen). Voor de aspecten constructie, opbouw van de componenten en behuizing van de demodisplay, mag de inschrijver beroep doen op een andere display die bijvoorbeeld bij een eerder project werd voorgesteld en/of geïmplementeerd. De functies van deze display zullen echter maximaal aanleunen bij de specificaties van het bestek. De esthetische aspecten van de draagstructuur zullen op basis van de tekeningen bijgevoegd bij de offerte beoordeeld worden. Tonen van de simulatiemodus in de vorm van een mock-up die de logische structuur van de simulatie weergeeft. De inschrijver zal het verbruik van de volledige installatie die hij voorstelt opgeven, en dit uitgesplitst naar de beide types displays die worden gevraagd. Inschrijvers die componenten demonstreren die niet aan de bestekseisen voldoen, kunnen geweerd worden van de demo en bijgevolg worden uitgesloten van verdere deelname aan de aanbesteding.

De inschrijver zal verschillende aspecten van het display moeten kunnen demonstreren. Het display wordt geëvalueerd op volgende punten:      

Leesbaarheid (loodrecht en onder een hoek; helderheid); Vorming van de karakters - refresh; Kleurvorming en grafische weergave; Techniek en opbouw van de componenten; Kwaliteit en degelijkheid van de behuizing; Stroomverbruik (zal bij de demo gemeten worden).


54

8.

OVERZICHT GESTELDE EISEN

Eis 1: De inschrijver maakt een uitgebreide beschrijving van de methode die hij heeft gekozen voor de beveiliging van de toegang. Hij geeft hiervan een voorbeeld. ....................... 1414 Eis 2: De GUI vergt geen specifieke installatie op de werkpost. .................................................. 1414 Eis 3: De inschrijver zal voorbeelden van de schermen van de Fat en Thin Client geven, en dit voor de technische status en voor de bediening...................................................... 1414 Eis 4: De inschrijver maakt een uitgebreide beschrijving van de opbouw van een scenario............ 1515 Eis 5: De inschrijver maakt een uitgebreide beschrijving van de conflictcontrole, met voorbeelden en flowchart. .................................................................................... 1616 Eis 6: De inschrijver maakt een uitgebreide beschrijving van de simulatie module. ....................... 1616 Eis 7: De inschrijver geeft voorbeelden weer van een simulatie, en demonstreert deze tijdens de demo. 1616 Eis 8: De inschrijver maakt een uitgebreide beschrijving van de kalenderfunctie. ......................... 1616 Eis 9: De inschrijver maakt een uitgebreide beschrijving van de oplossing voor een conflict tussen twee geprogrammeerde scenario’s. ............................................................. 1616 Eis 10: De GUI zal in GIS view tonen welk scenario actief is en geeft de borden weer waarop het scenario betrekking heeft, alsook een deel van de parkeerroute langsheen deze borden. 1717 Eis 11: De inschrijver maakt een beschrijving van de feedback die de operator zal krijgen tijdens de uitvoering van de scenario’s................................................................... 1717 Eis 12: De inschrijver maakt een beschrijving van de activering van een scenario. Formuleer een beschrijving op welke manier een manuele boodschap aangemaakt, gewijzigd en geactiveerd wordt. ............................................................................................... 1717 Eis 13: De inschrijver maakt een voorstel van lay-out voor de schermen van de user interface met grafische voorbeelden.................................................................................... 1717 Eis 14: De inschrijver doet een voorstel van lay-out van de schermen met grafische voorbeelden. ....................................................................................................... 1717 Eis 15: De inschrijver maakt een voorstel van de methodologie en berekeningswijze die zal gevolgd worden indien een storing optreedt met eventuele impact op de globale service. 1818 Eis 16: De inschrijver geeft grafische voorbeelden van een dashboard service en van een technische status. ................................................................................................ 1818 Eis 17: Het systeem moet diagnose documenten ter beschikking stellen. Deze documenten zijn nodig om efficiënt te kunnen werken en minimaliseert de interventietijden. .............. 1919


55

Eis 18: De inschrijver doet een voorstel van intensiteitniveaus (van “kritisch” tot “normaal”) voor deze meldingen, met per intensiteitsniveau: ................................................... 1919 Eis 19: De inschrijver voorziet in zijn centrale sturing ook de mogelijkheid om op basis van foutmeldingen boodschappen door te sturen naar derden. Dit houdt in: ................... 1919 Eis 20: De inschrijver doet in zijn offertedossier een voorstel van welke meldingen op welke wijze (SMS of e-mail) worden doorgegeven. ........................................................... 1919 Eis 21: De inschrijver doet een voorstel voor de lay-out van het invoerscherm voor het manueel invoeren van gegevens......................................................................................... 2020 Eis 22: De inschrijver geeft alle protocols op die compatibel zijn met het voorgestelde systeem. ... 2020 Eis 23: De inschrijver maakt een uitgebreid beschrijving van logging functie en visualisatie. ......... 2121 Eis 24: De inschrijver maakt een uitgebreide beschrijving van statistieken en een voorstel van complementaire statistieken. ................................................................................ 2121 Eis 25: De inschrijver geeft voorbeelden van een rapport met grafische voorbeelden. .................. 2121 Eis 26: De inschrijver maakt een beschrijving van mogelijke exportformaten. .............................. 2222 Eis 27: De inschrijver maakt een uitgebreide beschrijving van de volledige architectuur van de oplossing. De beschrijving moet de volgende architecturen geven:........................... 2323 Eis 28: De inschrijver maakt een uitgebreide beschrijving van de gekozen technologie en materiaal. De betrouwbaarheid en de beschikbaarheid van communicatie tussen de verschillende elementen zal cruciaal zijn voor de goede werking van de oplossing. .... 2323 Eis 29: Beschikbaarheid van de communicatie: ......................................................................... 2323 Eis 30: De communicatie met de borden moet verzekerd zijn tijdens een zware belasting van de communicatienetwerken. (bv. borden rond het Sportpaleis die gebruik zouden maken van GPRS moeten perfect kunnen functioneren tijdens de evenementen van het Sportpaleis want dan is hun functie net belangrijk). .......................................... 2424 Eis 31: De inschrijver beschrijft welke aanpassingen noodzakelijk zijn voor aansluiting op glasvezel. ............................................................................................................ 2424 Eis 32: De inschrijver maakt een beschrijving van de aangeboden oplossing................................ 2424 Eis 33: De inschrijver verzekert 99,00% beschikbaarheid van de service. .................................... 2424 Eis 34: De inschrijver verzekert dat de oplossing gedimensioneerd wordt volgens de hierboven gestelde eisen. .................................................................................................... 2424 Eis 35: De inschrijver geeft de referenties van het OS dat hij zal gebruiken. ................................ 2525 Eis 36: De inschrijver geeft de lijst van ontwikkelingstools die hij zal gebruiken. .......................... 2525 Eis 37: De inschrijver geeft de referentie van de RDBMS die hij zal gebruiken. ............................. 2626 Eis 38: De inschrijver geeft de referentie van de https die hij zal gebruiken. ................................ 2626


56

Eis 39: De inschrijver zorgt dat de webapplicatie compatibel is met de lijst § 3.9. ........................ 2626 Eis 40: De inschrijver beschrijft zijn plan van aanpak voor deployment van een nieuwe release..... 2626 Eis 41: De inschrijver beschrijft zijn plan van aanpak voor versie beheer. .................................... 2626 Eis 42: De inschrijver beschrijft zijn plan van aanpak voor Crash & recovery. ............................... 2727 Eis 43: De inschrijver verzekert dat de downtime niet groter zal zijn dan de SLA eisen. ................ 2727 Eis 44: De inschrijver beschrijft zijn plan van aanpak voor upgrade en migratie. .......................... 2727 Eis 45: De inschrijver maakt een voorstel van datamodel voor de referentiële gegevens. .............. 2727 Eis 46: De inschrijver doet een voorstel van datamodel dynamische gegevens. ............................ 2929 Eis 47: De inschrijver maakt een uitgebreide beschrijving van de terugmelding van de effectieve signalisatie op een VMS. ....................................................................................... 2929 Eis 48: De inschrijver geeft een statuslijst voor de parkings. ...................................................... 3030 Eis 49: De inschrijver geeft een statuslijst voor de interface met De Lijn. .................................... 3131 Eis 50: De inschrijver geeft de lijst van status voor de interface met derden. ............................... 3131 Eis 51: De inschrijver geeft de lijst van status voor de dynamische borden die volgens hem noodzakelijk zijn. ................................................................................................. 3131 Eis 52: De inschrijver geeft voorbeelden van visualisatieschermen voor de GUI............................ 3232 Eis 53: De inschrijver geeft voorbeelden van visualisatieschermen voor de reporting. ................... 3232 Eis 54: De inschrijver beschrijft de architecturen en methodes die gebruikt moeten worden voor de interface met de parking. ................................................................................. 3333 Eis 55: De inschrijver verzekert dat hij een interface kan bouwen met alle parkings. .................... 3333 Eis 56: De inschrijver beschrijft de architecturen en methodes die gebruikt worden voor de interface met De Lijn. ........................................................................................... 3333 Eis 57: De inschrijver beschrijft de architecturen en methodes die gebruikt worden voor de interface met de VMS. .......................................................................................... 3333 Eis 58: De inschrijver maakt een beschrijving van zijn manier van aanpak om nooit meer dan 1 minuut te hebben tussen de verandering van visualisatie van een boodschap op verschillende borden die kunnen gezien worden van op eenzelfde plaats. ................. 3333 Eis 59: De inschrijver maakt een voorstel van interface voor dynamische data, referentiële data naar derden ........................................................................................................ 3333 Eis 60: De inschrijver geeft een XSD als voorbeeld. ................................................................... 3434 Eis 61: Start van de applicatie binnen de 5s. ............................................................................. 3434


57

Eis 62: Opbouwen van een operationeel scherm (het resultaat van archiefbewerking niet inbegrepen) windows, popup, tooltip, binnen de 2s. ............................................... 3434 Eis 63: De melding van een VMS naar het centrale systeem tot de update van de GUI moet binnen de 30s gerealiseerd zijn. ............................................................................ 3434 Eis 64: Een manuele boodschap sturen en de terugmelding van de signalisatie moet binnen de 60s uitgevoerd zijn............................................................................................... 3434 Eis 65: Cyclus uitwisseling met Parking: maximaal 1 minuut. ...................................................... 3434 Eis 66: Cyclus uitwisseling met De Lijn: maximaal 1 minuut. ...................................................... 3434 Eis 67: Deze test moet de limiet van het systeem aantonen: vanaf hoeveel borden, parkings en gebruikers zal de performantie significant verminderen. .......................................... 3434 Eis 68: Projectmanagement methode. ...................................................................................... 3434 Eis 69: De ontwikelingsmethode moet iteratief zijn:................................................................... 3434 Eis 70: Plan van aanpak van het project. .................................................................................. 3535 Eis 71: De inschrijver zal een voorontwerp van het ganse bordensysteem voorstellen en dit voor beide verschijningsvormen.................................................................................... 3838 Eis 72: De inschrijver geeft aan hoe de leesbaarheid bij verschillende lichtintensiteiten en omgevingsparameters gegarandeerd wordt. ........................................................... 3939 Eis 73: Niet verlichte delen van het bord zullen worden uitgevoerd in retroflecterend materiaal. Deze oppervlakten zullen beantwoorden aan de eisen terzake die gesteld worden in het standaardbestek 250 van de wegenbouw, versie 2.1. .................................... 3939 Eis 74: De inschrijver zal een voorontwerp van beeldvlak voor de verschillende types displays en borden opmaken en ter goedkeuring voorleggen. ................................................... 3939 Eis 75: De aangeboden borden moeten opgebouwd zijn op modulaire wijze en beantwoorden aan de meest recente evolutie van de technologie. ................................................. 4040 Eis 76: De opbouw van de componenten dient zodanig te zijn dat ze uitwisselbaar zijn. ............... 4040 Eis 77: De inschrijver zal in zijn aanbieding de gebruikte technologie en het type opbouw specificeren. ........................................................................................................ 4040 Eis 78: De inschrijver zal tevens de gemiddelde te verwachten levensduur opgeven voor de verschillende componenten, alsook de omgevingsvoorwaarden waarbij deze kan bereikt worden. ................................................................................................... 4040 Eis 79: De inschrijver geeft aan hoe de omgevingsvoorwaarden worden garandeert..................... 4040 Eis 80: De inschrijver zal het nodige elektrische vermogen en het nodige verlichtingsvermogen per bord opgeven. ............................................................................................... 4040 Eis 81: De inschrijver geeft aan hoe voldaan wordt aan de eisen inzake elektronische uitrusting. .. 4040


58

Eis 82: De inschrijver zal integraal rekening houden met de bijzondere specificaties betreffende aansluiting op het LS-distributienet........................................................................ 4141 Eis 83: De inschrijver zal het stroomverbruik van de voorgestelde displays opgeven in zijn offerte, indien nodig per type voorgesteld bord. ..................................................... 4141 Eis 84: De inschrijver geeft aan op welke wijze hij voldoet aan de gestelde algemene mechanische eisen. .............................................................................................. 4242 Eis 85: De inschrijver zal een voorstel van ontwerp behuizing voor verschillende types borden bij zijn offerte voegen ter evaluatie door de opdrachtgever...................................... 4242 Eis 86: De inschrijver voegt bij zijn inschrijving een technische nota bij die de technische opbouw van de behuizing(en) weergeeft. .............................................................. 4343 Eis 87: De voorziene signalisatieborden zullen voldoen aan de gestelde eisen in het standaardbestek 250 van de wegenbouw V2.1, en dit zowel qua opbouw, beeldvlak als bevestiging. Signalisatieborden zullen steeds op één paal worden geplaatst; de plaatsing op twee steunen is niet toegelaten .......................................................... 4343 Eis 88: De inschrijver moet in zijn offerte de karakteristieken van de kabels opgeven. .................. 4444 Eis 89: De inschrijver beschrijft de organisatie of werkflow van de uitvoering van de werken. ....... 4545 Eis 90: De bestaande borden van het huidige systeem parkeergeleiding dienen te worden weggenomen. Deze werkzaamheden maken integraal deel uit van de opdracht......... 4545 Eis 91: De inschrijver zal een voorstel opmaken tot opleiding van personeelsleden van GAPA en Verkeerspolitie. .................................................................................................... 4646 Eis 92: De inschrijver werkt in zijn offerte een voorstel van exploitatie- en onderhoudsplan uit in functie van het door hem voorgestelde ontwerp/systeem. ....................................... 4848 Eis 93: De inschrijver doet een voorstel van Service Level Monitoring software (zowel voor beschikbaarheid als responsetijden) en beschrijft de meetmethode. ......................... 4949 Eis 94: De inschrijver geeft zijn opmerkingen betreffende de responstijd en prioriteit. .................. 5151


59

9.

BESCHRIJVENDE OPMETING Alle in deze aanneming te verwerken materialen zijn nieuw en zijn met inbegrip van de basisproducten door de aannemer te leveren, tenzij het bestek het uitdrukkelijk anders bepaalt. De aannemer levert alle materialen, die nodig zijn voor de uitvoering van de werken. Alle materialen die de aannemer levert, moeten nieuw zijn. Enkel de betonklinkers en de voetpaddals die in goede staat zijn, mogen herbruikt worden voor het herstellen van het wegdek in zijn oorspronkelijke staat. In de eenheids- of de totaalprijs van elke post (of onderdeel ervan) zijn begrepen, tenzij uitdrukkelijk anders vermeld, alle prestaties en handelingen, eigen aan het te verwezenlijken werk, zoals leveringen van het basismateriaal, het fabriceren, het reinigen en bijwerken, het aanbrengen van voorzieningen, de veiligheidsmaatregelen, de kosten van de keuringen, het ter beschikking stellen van de nodige meetinstrumenten voor de keuring, transportkosten enz. vereist voor een vakkundige uitvoering van de opgedragen werken in overeenstemming met de contractuele bescheiden, ook indien deze werken en leveringen niet uitdrukkelijk in deze bescheiden vermeld worden. Voor alle verfsystemen moet de aannemer een verfsysteem voorstellen waarbij hij een verzekeringsattest, APAC, moet voegen met de goedkeuring om op het vermelde verfsysteem een 10-jarige garantie te bekomen. Alle kosten hieraan verbonden zijn begrepen in zijn bieding. Alle afschrijvingen worden, lineair afgeschreven, berekend met een afschrijvingsperiode van 10 jaar. Als de materialen afgeschreven zijn worden deze posten niet meer aangerekend. Is bij het beëindigen van de overeenkomst het materiaal van bepaalde posten nog niet afgeschreven dan wordt de restwaarde van dat materiaal vergoed. Verklaring van de symbolen: VH

posten tegen vermoedelijke hoeveelheid

St

stuks

Lm

lopende meter

U

uren

De werken dienen uitgevoerd tot algehele voldoening van de betrokken besturen.

Afschrijvingen 1. Centraal systeem 1.1. Prijs per maand voor het afschrijven van het centraal systeem Deze post omvat de maandelijkse afschrijving (afschrijvingsperiode 10 jaar) voor de kosten betreffende het ontwikkelen, leveren en operationaliseren van het centraal systeem ter aansturing van de verschillende borden. Deze post bevat alle hard- en software om het parkeergeleidingssysteem met al zijn


60

functionalisteiten te verwezenlijken. Dit omvat ondermeer het realiseren van de verschillende functionaliteiten (GUI, scenario’s , conflictcontrole, simulatiemodule, statistieken, rapportage, …), de verschillende interfaces (dynamische borden, …), koppelvlakken (oa. export real time data, …) en dergelijke. Het resultaat is een volledig werkend systeem volgens de in het bestek gevraagde specificaties. Enkel voor de interface met de parkings (per parking) en het koppelvlak met de lijn is een aparte prijs voorzien. Prijs per maand voor het afschrijvingsperiode 10 jaar

afschrijven

van

het

centraal systeem, VH 120 stuks

1.2. Supplementaire prijs per maand en per parking voor het afschrijven van de interface met een parking Deze post bevat de maandelijkse afschrijving per parking (afschrijvingsperiode 10 jaar) voor de kosten voor het realiseren van een interface en verbinding met een parking. De inschrijver staat in voor het ophalen van de gegevens vanuit de parking (pull) en/of het doorsturen vanuit de parking naar het centraal systeem (push). De parkings staan in voor de internetverbinding. Prijs per maand voor het afschrijven van de interface met een parking, afschrijvingsperiode 10 jaar VH 4800 stuks 1.3. Supplementaire prijs per maand voor het afschrijven van het koppelvlak met De Lijn (RTAS) Deze post bevat de maandelijkse afschrijving (afschrijvingsperiode 10 jaar) voor de kosten van het tot stand brengen van het koppelvlak met het monitorringsysteem van De lijn (RTAS). Prijs per maand voor het afschrijven van het koppelvlak met De Lijn (RTAS), afschrijvingsperiode 10 jaar VH 120 stuks

2. Opstellingen (Semi)Dynamische borden 2.1. Prijs per maand en per module voor het afschrijven van een vol dynamische display (3 lijnen) Deze post omvat de maandelijkse afschrijving per display voor het leveren en plaatsen van de vol dynamische borden en alle nodige materialen. De aannemer zal de exacte locatie van elk bord ter goedkeuring voorleggen aan de opdrachtgever. Deze post omvat eveneens het nodige kabelwerk, kosten voor aansluiting op het LS-distributienet, etc. Draagconstructies worden in een afzonderlijke post opgenomen. Het aansluiten van de voeding, het tot stand brengen van de datacommunicatie zijn in deze post begrepen, alsook alle werkzaamheden tot het bord volledig functioneert (bv. integratie in centraal systeem, …). Prijs per maand voor het afschrijven van een vol dynamisch bord (3 lijnen), afschrijvingsperiode 10 jaar VH 2040 stuks


61

2.2. Prijs per maand en per module voor het afschrijven van een vol dynamische display (2 lijnen) Deze post omvat de maandelijkse afschrijving per display voor het leveren en plaatsen van de vol dynamische borden en alle nodige materialen. De aannemer zal de exacte locatie van elk bord ter goedkeuring voorleggen aan de opdrachtgever. Deze post omvat eveneens het nodige kabelwerk, kosten voor aansluiting op het LS-distributienet, etc. Draagconstructies worden in een afzonderlijke post opgenomen. Het aansluiten van de voeding, het tot stand brengen van de datacommunicatie zijn in deze post begrepen, alsook alle werkzaamheden tot het bord volledig functioneert (bv. integratie in centraal systeem, …). Prijs per maand voor het afschrijven van een vol dynamisch bord (3 lijnen), afschrijvingsperiode 10 jaar VH 1800 stuks 2.3. Prijs per maand en per module voor het afschrijven van een semi dynamische module (1 lijn) Deze post omvat de maandelijkse afschrijving per module voor het leveren en plaatsen van de semi dynamische borden en alle nodige materialen. De aannemer zal de exacte locatie van elk bord ter goedkeuring voorleggen aan de opdrachtgever. Deze post omvat eveneens het nodige kabelwerk, kosten voor aansluiting op het LS-distributienet, etc. Draagconstructies worden in een afzonderlijke post opgenomen. Het aansluiten van de voeding, het tot stand brengen van de datacommunicatie zijn in deze post begrepen, alsook alle werkzaamheden tot het bord volledig functioneert (bv. integratie in centraal systeem, …). Prijs per maand voor het afschrijven van een semi dynamisch bord (1 lijn), afschrijvingsperiode 10 jaar VH 3720 stuks 2.4. Prijs per maand voor het afschrijven van de meerprijs voor de uitrusting van semi dynamische modules met dynamische pijl, afschrijvingsperiode 10 jaar Deze post omvat de maandelijkse afschrijving per module voor het uitrusten van de semi dynamische modules met een dynamische pijl. Deze post omvat de nodige aanpassingen aan de module, alsook alle andere noodzakelijke aanpassingen tot een werkend systeem. Het aansluiten van de voeding, het tot stand brengen van de datacommunicatie zijn in deze post begrepen, alsook alle werkzaamheden tot het bord volledig functioneert (bv. integratie in centraal systeem, …). Prijs per maand voor het afschrijven van de meerprijs voor de uitrusting van semi dynamische modules met dynamische pijl, afschrijvingsperiode 10 jaar


62

VH

3720 stuks

2.5. Prijs per maand en per module voor het afschrijven van modules met vaste tekst (teksthoogte 150mm) Deze post omvat de maandelijkse afschrijving per module voor het leveren en plaatsen van modules met vaste tekst en alle nodige materialen. De aannemer zal de exacte locatie van elk bord ter goedkeuring voorleggen aan de opdrachtgever. Het bord wordt ook gevisualiseerd in het centraal systeem. Draagconstructies worden in een afzonderlijke post opgenomen. Prijs per maand voor het afschrijven van een vast bord, afschrijvingsperiode 10 jaar VH 1800 stuks 2.6. Prijs per maand voor het afschrijven van de meerprijs voor de uitrusting van modules met vaste tekst met dynamische pijl, afschrijvingsperiode 10 jaar Deze post omvat de maandelijkse afschrijving per module voor het uitrusten van de modules met vast tekst, met een dynamische pijl. Deze post omvat de nodige aanpassingen aan de module, alsook alle andere noodzakelijke aanpassingen tot een werkend systeem. Het aansluiten van de voeding, het tot stand brengen van de datacommunicatie zijn in deze post begrepen, alsook alle werkzaamheden tot het bord volledig functioneert (bv. integratie in centraal systeem, …). Prijs per maand voor het afschrijven van de meerprijs voor de uitrusting van modules met vaste tekst met dynamische pijl, afschrijvingsperiode 10 jaar VH

1800 stuks

2.7. Prijs per maand en per draagconstructie voor het afschrijven van een draagconstructie Deze post omvat de maandelijkse afschrijving per draagconstructie voor het leveren en plaatsen een draagconstructies voor de verschillende dynamische, semi dynamische modules en modules met vaste tekst. De post omvat alle werkzaamheden ter plaatse die nodig zijn voor het plaatsen en in dienststellen van de verschillende opstellingen, inclusief funderingssokkels en afwerking van de bestratingen. De aannemer zal de exacte locatie van elk bord ter goedkeuring voorleggen aan de opdrachtgever. 2.7.1.

Prijs per maand voor het afschrijven van een draagconstructie (centrale

mast), afschrijvingsperiode 10 jaar 2.7.2.

VH

3600 stuks

Prijs per maand voor het afschrijven van een draagconstructie

(Vlagopstelling), afschrijvingsperiode 10 jaar

VH

1200 stuks


63

WERKEN EN LEVERINGEN 2.8. Meerprijs voor aansluiting (semi)dynamische opstelling op het glasvezelnetwerk Deze post omvat de meerprijs voor het aansluiten van (semi)dynamische opstellingen op een switch van het glasvezelnetwerk. De post omvat de noodzakelijke aanpassingen aan de opstelling en borden, alsook het nodige graaf-, kabel- en bestratingswerk vanaf de opstelling tot aan de switch tot een lengte van 50 m. Aansluiting (semi)dynamische opstelling op glasvezelnetwerk VH

40

stuks

2.9. Meerprijs voor kabelwerk aansluiting op switch verder dan 50m Deze post omvat de meerprijs voor kabelwerk bij aansluiting van opstellingen op het glasvezelnetwerk, en dit boven de 50m. De post omvat alle graaf-, kabel- en bestratingswerk in functie van het realiseren van de aansluiting verder dan 50m vanaf de opstelling. Kabelwerk verder dan 50m

VH

1000 lm

3. Opstellingen vaste signalisatieborden 3.1. Leveren en plaatsen van vaste borden (teksthoogte 150mm) Deze post omvat het leveren en plaatsen van vaste borden met een teksthoogte van 150mm welke deel uitmaken van het parkeergeleidingssysteemen. De aannemer zal deze borden plaatsen volgens de bepalingen van het SB 250 van de wegenbouw. De aannemer zal de exacte locatie van elk bord ter goedkeuring voorleggen aan de opdrachtgever. Vaste borden met teksthoogte 150mm

VH

17

stuks

3.2. Leveren en plaatsen van vaste borden (teksthoogte 120mm) Deze post omvat het leveren en plaatsen van vaste borden met een teksthoogte van 120mm welke deel uitmaken van het parkeergeleidingssysteemen. De aannemer zal deze borden plaatsen volgens de bepalingen van het SB 250 van de wegenbouw. De aannemer zal de exacte locatie van elk bord ter goedkeuring voorleggen aan de opdrachtgever. Vaste borden met teksthoogte 120mm

VH

57

stuks

3.3. Leveren en plaatsen van wegwijzers – type F33a


64

Deze post omvat het leveren en plaatsen van vaste borden type F33a ter ondersteuning van het parkeergeleidingssysteemen. De aannemer zal deze borden plaatsen volgens de bepalingen van het SB 250 van de wegenbouw. De aannemer zal de exacte locatie van elk bord ter goedkeuring voorleggen aan de opdrachtgever. Wegwijzer type F33a

VH

16

stuks

3.4. Leveren en plaatsen van steunen vaste signalisatieborden Deze post omvat het leveren en plaatsen van steunen in functie van de plaatsing van vaste signalisatieborden. Deze post omvat alle nodige materialen (palen, beugels, klemmen,…) voor het plaatsen van de vaste signalisatieborden volgens de bepalingen van het SB 250 van de wegenbouw. De aannemer zal de exacte locatie van elk bord ter goedkeuring voorleggen aan de opdrachtgever. Steunen in functie van vaste borden met teksthoogte 150mm VH

17

stuks

VH

40

stuks

VH

16

stuks

Steunen in functie van vaste borden met teksthoogte 120mm

Steunen in functie van wegwijzers type F33a

4. Wegnemen van bestaande borden van het parkeergeleidingssysteem Deze post omvat het wegnemen en afvoeren van de borden van het bestaande parkeergeleidingssysteem. Het afbreken, wegnemen en afvoeren van het materiaal maken deel uit van deze post. Verder wordt fundering uitgebroken en wordt bestrating hersteld. Wegname bestaande borden PGS

VH

70

stuks

Exploitatie 5. Centraal systeem 5.1. Exploiteren en beheren van het centraal systeem Deze post omvat de maandelijkse kosten voor het onderhoud en de exploitatie het centraal systeem. Hieronder vallen alle werken noodzakelijk voor het goed functioneren van het systeem conform de bestekbepalingen en de responsetijden (SLA). Ze omvat ondermeer (niet limitatief) de hosting, licentiekosten voor de software, maken backups, preventief en correctief onderhoud, elektriciteitsverbruik, communicatiekosten, … Prijs per maand voor het onderhouden en exploiteren van het centraal systeem VH 120 stuks


65

5.2. Exploiteren en beheren van een interface met een parking Deze post omvat een supplementaire prijs per maand en per parking voor het onderhoud, de exploitatie en het beheer van een interface met een parking. Hieronder vallen alle werken noodzakelijk voor het goed functioneren van de interface conform de bestekbepalingen en de responsetijden (SLA). Ze omvat ondermeer (niet limitatief) de licentiekosten voor de software, preventief en correctief onderhoud, … Supplementaire prijs per maand en per parking voor het onderhouden en exploiteren van een interface met een parking VH

4800 stuks

5.3. Exploiteren en beheren van het koppelvlak met De Lijn (RTAS) Deze post omvat een supplementaire prijs per maand voor het onderhouden en exploiteren van een koppelvlak met De Lijn (RTAS). Hieronder vallen alle werken noodzakelijk voor het goed functioneren van het koppelvlak conform de bestekbepalingen en de responsetijden (SLA). Ze omvat ondermeer de licentiekosten voor de software, preventief en correctief onderhoud, elektriciteitsverbruik, communicatiekosten, … Supplementaire prijs per maand voor het onderhouden en exploiteren van een koppelvlak met De Lijn (RTAS). VH

120 stuks

6. Borden 6.1. Exploiteren en beheren van vol dynamische displays (3 lijnen) Deze post omvat een prijs per maand en per bord voor het onderhouden en exploiteren van vol dynamische displays (3 lijnen). Hieronder vallen alle werken noodzakelijk voor het goed functioneren van het systeem conform de bestekbepalingen en de responsetijden (SLA). Ze omvat ondermeer (niet limitatief) preventief en correctief onderhoud, elektriciteitsverbruik, communicatiekosten, … Prijs per maand voor het onderhouden, exploiteren en beheren van een vol dynamische bord (3 lijnen) VH 2040 stuks 6.2. Exploiteren en beheren van vol dynamische displays (2 lijnen) Deze post omvat een prijs per maand en per bord voor het onderhouden en exploiteren van vol dynamische displays (2 lijnen). Hieronder vallen alle werken noodzakelijk voor het goed functioneren van het systeem conform de bestekbepalingen en de responsetijden (SLA). Ze omvat ondermeer (niet limitatief) preventief en correctief onderhoud, elektriciteitsverbruik, communicatiekosten, … Prijs per maand voor het onderhouden, exploiteren en beheren van een vol dynamische bord (3 lijnen) VH 1800 stuks


66

6.3. Exploiteren en beheren van semi dynamische borden (module van 1 lijn) Deze post omvat een prijs per maand en per bord voor het onderhouden en exploiteren van semi dynamische displays (module van 1 lijn). Hieronder vallen alle werken noodzakelijk voor het goed functioneren van het systeem conform de bestekbepalingen en de responsetijden (SLA). Ze omvat ondermeer (niet limitatief) preventief en correctief onderhoud, elektriciteitsverbruik, communicatiekosten, … Prijs per maand voor het onderhouden en exploiteren van een semi dynamisch bord (1 lijn) VH 3720 stuks 6.4. Meerprijs exploiteren en beheren semi dynamische borden met dynamische pijl Deze post omvat de meerprijs per maand en per bord voor het exploiteren en beheren van semi dynamische modules met dynamische pijl. Semi dynamische module met dynamische pijl

VH

3720 stuks

6.5. Exploiteren en beheren van models met vaste tekst (teksthoogte 150mm – 1 lijn) Deze post omvat een prijs per maand en per bord voor het onderhouden en exploiteren van modules met vaste tekst (module van 1 lijn). Hieronder vallen alle werken noodzakelijk voor het goed functioneren van het systeem conform de bestekbepalingen en de responsetijden (SLA). Ze omvat ondermeer (niet limitatief) preventief en correctief onderhoud, elektriciteitsverbruik, communicatiekosten, … Prijs per maand voor het onderhouden en exploiteren van een vast bord (module van 1 lijn) VH 1800 stuks 6.6. Meerprijs exploiteren en beheren modules met vaste tekst met dynamische pijl Deze post omvat de meerprijs per maand en per bord voor het exploiteren en beheren van modules met vaste tekst met dynamische pijl. Module smet vaste tekst met dynamische pijl

VH

1800 stuks

6.7. Prijscorrectie per maand en per opstelling voor de communicatie bij aansluiting (semi)dynamische opstellingen op glasvezelnetwerk Deze post omvat de prijscorrectie tengevolge het aansluiten van (semi) dynamische opstellingen op het glasvezelnetwerk van de Stad/Vlaams Gewest. Hierdoor dient geen communicatie via GPRS te worden voorzien. Prijscorrectie aansluiting opstelling op glasvezelnetwerk

VH

4800 stuks

7. Prijs per maand en per draagstructuur voor het exploiteren en beheren van draagconstructies dynamische opstellingen 7.1. Draagconstructie dynamische opstelling – centrale mast Deze post omvat een prijs per maand en per draagstructuur voor het onderhouden en exploiteren van draagconstructies. Hieronder vallen alle P1174| PGS Antwerpen – technische bepalingen

67

werken noodzakelijk voor het goed functioneren van het systeem conform de bestekbepalingen en de responsetijden (SLA). Ze omvat ondermeer (niet limitatief) preventief en correctief onderhoud, elektriciteitsverbruik, communicatiekosten, … Draagconstructie (centrale mast)

VH

3600 stuks

7.2. Draagconstructie dynamische opstelling – vlagopstelling Deze post omvat een prijs per maand en per draagstructuur voor het onderhouden en exploiteren van draagconstructies. Hieronder vallen alle werken noodzakelijk voor het goed functioneren van het systeem conform de bestekbepalingen en de responsetijden (SLA). Ze omvat ondermeer (niet limitatief) preventief en correctief onderhoud, elektriciteitsverbruik, communicatiekosten, … Draagconstructie (Vlagopstelling)

VH

1200 stuks

Wijzigingen 8. Bordopstelling tijdelijk wegnemen, stockeren en herplaatsen op dezelfde plaats In functie van de realisatie van het parkeergeleidingssysteem enerzijds, en mogelijke wegenwerken anderzijds, kan het zijn dat de opdrachtgever beslist om bepaalde borden te verplaatsen naar een nieuwe locatie, of weg te nemen, tijdelijk te stockeren en terug te plaatsen. Deze post omvat alle werken en taken die nodig zijn zoals wegnemen van opstellingen, tijdelijk stockeren, en herplaatsen op dezelfde locatie. 8.1. Vol dynamische display (3 lijnen) VH

5

stuks

VH

5

stuks

VH

40

stuks

VH

20

stuks

VH

20

stuks

VH

40

stuks

8.2. Vol dynamische module (2 lijnen)

8.3. Semi dynamische module (1 lijn)

8.4. Module met vaste tekst (teksthoogte 150mm - 1 lijn)

8.5. Signalisatiebord met vaste tekst (teksthoogte 150mm - 1 lijn)


8.7. Signalisatiebord type F33a


68

VH

10

stuks

8.8. Draagconstructie dynamische opstelling (centrale mast of vlagopstelling) VH

40

stuks

VH

20

stuks

VH

30

stuks

VH

10

stuks

8.9. Steun signalisatiebord (teksthoogte 150mm)

8.10.

8.11.

Steun signalisatiebord (teksthoogte 120mm)

Steun signalisatiebord type F33a

9. Bordopstelling definitief wegnemen, stockeren en herplaatsen op een nieuwe locatie In functie van de realisatie van het parkeergeleidingssysteem enerzijds, en mogelijke wegenwerken anderzijds, kan het zijn dat de opdrachtgever beslist om bepaalde borden te verplaatsen naar een nieuwe locatie, of weg te nemen, tijdelijk te stockeren en terug te plaatsen. Deze post omvat alle werken en taken die nodig zijn zoals wegnemen van opstellingen, tijdelijk stockeren, en herplaatsen op een nieuwe locatie. 9.1. Vol dynamische display (3 lijnen) VH

5

stuks

VH

5

stuks

VH

40

stuks

VH

20

stuks

VH

20

stuks

VH

40

stuks

VH

10

stuks

9.2. Vol dynamische module (2 lijnen)

9.3. Semi dynamische module (1 lijn)

9.4. Module met vaste tekst (teksthoogte 150mm - 1 lijn)



9.7. Signalisatiebord type F33a

9.8. Draagconstructie dynamische opstelling (centrale mast of vlagopstelling) P1174| PGS Antwerpen – technische bepalingen

69

VH

40

stuks

VH

20

stuks

VH

30

stuks

VH

10

stuks

9.9. Steun signalisatiebord (teksthoogte 150mm)

9.10.

9.11.



10. Bord definitief wegnemen en meteen herplaatsen op een nieuwe locatie In functie van de realisatie van het parkeergeleidingssysteem enerzijds, en mogelijke wegenwerken anderzijds, kan het zijn dat de opdrachtgever beslist om bepaalde borden te verplaatsen naar een nieuwe locatie, of weg te nemen, tijdelijk te stockeren en terug te plaatsen. Deze post omvat alle werken en taken die nodig zijn zoals wegnemen van opstellingen en meteen herplaatsen op een nieuwe locatie. 10.1.

10.2.

10.3.

10.4.

10.5.

Vol dynamische display (3 lijnen) VH

5

stuks

VH

5

stuks

VH

40

stuks

VH

20

stuks

20

stuks

VH

40

stuks

VH

10

stuks

Vol dynamische module (2 lijnen)

Semi dynamische module (1 lijn)

Module met vaste tekst (teksthoogte 150mm - 1 lijn)

Signalisatiebord met vaste tekst (teksthoogte 150mm - 1 lijn) VH

10.6.

10.7.

10.8.

Signalisatiebord met vaste tekst (teksthoogte 120mm - 1 lijn)

Signalisatiebord type F33a

Draagconstructie dynamische opstelling (centrale mast of vlagopstelling) VH

10.9.

40

stuks

Steun signalisatiebord (teksthoogte 150mm) P1174| PGS Antwerpen – technische bepalingen

70

10.10.

10.11.

VH

20

stuks

VH

30

stuks

VH

10

stuks



11. Wijziging aan vast beeldvlak (1 module) In functie mogelijke wijzigingen in het parkeergeleidingssysteem in de loop van het contract, kan het zijn dat vaste beeldvlakken dienen aangepast te worden. Deze post omvat het aanpassen van het beeldvlak van een vast bord (1 module) door een volledig nieuw beeldvlak met aangepast opschrift. Dit nieuw beeldvlak zal dezelfde karakteristieken hebben dan het oorspronkelijke en dezelfde kwaliteit bevatten. VH

100 stuks

Ondersteuning opdrachtgever Deze posten omvatten ondersteuning van de opdrachtgever zoals bijvoorbeeld programmatorische aanpassingen tengevolge van bijkomende functionaliteiten die gevraagd worden door de opdrachtgever tijdens de volledige looptijd van het project. Het betreft geenszins aanpassingen die noodzakelijk zijn in functie van het voldoen aan de bepalingen van dit bestek. 12. Ter beschikking stellen van een projectleider/expert parkeergeleidingssystemen Prijs per uur voor het parkeergeleidingssystemen

ter

beschikking

stellen

van

een

projectleider/expert

VH

300 stuks

13. Ter beschikking stellen van een programmeur parkeergeleidingssystemen Prijs per uur voor het parkeergeleidingssystemen

ter

beschikking

stellen

van

een

VH

programmeur

500 stuks


71

10.

BIJLAGEN Hierna volgen een aantal bijlagen bij het bestek:         

Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage

1: 2: 3: 4: 5: 6: 7: 8: 9:

Overzicht parkeerclusters en parkings/parkeergarages Overzichtsplan bestaande toestand – weg te nemen Beschrijving RTAS De Lijn Beschrijving koppelvlakken parkings Bepalingen aansluiting zonder meterkast Straatmeubilaris Stad Antwerpen Overzichtsplan te plaatsen borden SLA van de communicatie Code voor infrastructuur en nutswerken op stadswegen


72

10.1.1 Bijlage 1: Overzicht parkeerclusters en parkings/parkeergarages Het betreffende overzicht wordt hieronder informatief bijgevoegd:

P+R Parkings

Gelegen langs

Type

Ekeren

A12 noord

P+R

Keizershoek

E19 noord – N1-N11

P+R

Boechout

N1

P+R

Olympiade

A12 zuid

P+R

Melsele

E17 – N70

P+R

Linkeroever

E34 west

P+R

Metropolis

N180 Noorderlaan

Randparking bioscoopcomplex

Sport(paleis)

N120 – R10 Singel

Randparkings – Parkings Sportpaleis

Desguinlei

R10 Singel

Randparking

Rotatieparkings

Gelegen langs

Type

Parking Godefriduskaai

P-route centrum

Historisch

Parkeergarage

Parking Grote Markt

P-route centrum

Historisch

Parking Gerechtshof

P-route centrum

Historisch

Parking Brabo

P-route Centrum

Parkeergarage

Parking Groenplaats

P-route Centrum

Parkeergarage

Parking Lombardia

P-route Centrum

Parkeergarage

Parking Meir

P-route Centrum

Parkeergarage

Parking Oudaen

P-route Centrum

Parkeergarage

Parking Rubens

P-route Centrum

Parkeergarage

Parking Shopping Meir

P-route Universiteit

Meir

Parking Sint-Jacob


Meir

Parking Van Dijck


Meir

Parking Arenberg

P-route Schouwburg

Meir

Parking Hopland

P-route Schouwburg

Meir

Parking Horta

P-route Schouwburg

Meir

Parking Inno

P-route Schouwburg

Meir

–

Parking

Parkeergarage Parkeerterrein

Parkeergarage Parkeergarage Parkeergarage Parkeergarage Parkeergarage Parkeergarage Parkeergarage


73

Parking Leopold

P-route Schouwburg

Meir

Parking Stadsschouwburg

P-route Schouwburg

Meir

Parking Astridplein

P-route Station Zoo

Parkeergarage

Parking Breidel

P-route Station Zoo

Parkeergarage

Parking De Keyser

P-route Station Zoo

Parkeergarage

Parking Diamant

P-route Station Zoo

Parkeergarage

Parking Nova

P-route Station Zoo

Parkeergarage

Parking Roosevelt

P-route Station Zoo

Parkeergarage

Overige parkings

Gelegen langs

Type

Opera

Leien noord

Parkeergarage

Nationale Bank

Leien zuid

Parkeergarage

Kaaien noord

Scheldekaaien noord

Parkeergarage

Kaaien zuid

Scheldekaaien zuid

Parkeergarage

R10 Singel

Stationsparking station AntwerpenBerchem

Centraal Station

Plantin en Moretuslei

Stationsparking station AntwerpenCentraal

Sint-Jansplein

Sint-Jansplein

Parkeergarage

Station Berchem

Antwerpen

Parkeergarage Parkeergarage


74

10.1.2 Bijlage 2: Overzichtsplan bestaande toestand – weg te nemen


75

10.1.3 Bijlage 3: Beschrijving RTAS De Lijn


76

10.1.4 Bijlage 4: Beschrijving koppelvlakken parkings


77

10.1.5 Bijlage 5: Bepalingen aansluiting zonder meterkast


78

10.1.6 Bijlage 6: Straatmeubilaris Stad Antwerpen


79

10.1.7 Bijlage 7: Overzichtsplan te plaatsen borden


80

10.1.8 Bijlage 8: SLA van de communicatie


81

10.1.9 Bijlage 9: code voor infrastructuur en nutwerken op stadswegen


82

PARKEERGELEIDINGSSYSTEEM ANTWERPEN

Recommend Documents