paarijQ ie eerste :QgeEJMef i DOÖB,
Tweede Open Brief AAN DEN HEEE
-w. te 's Gra-raihage,
AGE8T VOOR NEDERLAND EN DESZELFS OVERZEESCHE BEZITTINGEN . DEB JPIBMA:
P. EEQUILE JKE & BEDTJWË, Pabrikanten te Lnik,
(waarbij de eerste Open Briefin dato 9 April U. is overgenomen) DOOK
A. BIKKERS & ZOON, Brandspuitfabrikanten,
6SDKÜXI VOOE EEKENHÏ& TAK DB SOHKIÏVZES.
Verkrijgbaar bij D. TAJST SÏJTST. J. ISotterdam.
1864.
AAN DEN LEZER' Voor eenige maanden is bij deii Boekhandelaar P J
^»,,
te 's Gravenhage verschenen een werkje, getiteld- „de slechte toestand der brandbluschmiddelen in Nederland en een verbeteid stelsel verklaard, door W. HOVEN" Daarin wordt onder meer, van de hier te lande zijnde brandspuiten in het algemeen gezegd „logge, zamengestelde spuiten volgens de oude constructie, van onze voorvaderen schier onverbeterd overgenomen" enz
Tegenover genoemde brandspuiten, worden aanbevolen en veiklaard (?) Belgische gebrevetteerde werktuigen, uit de fabriek der Tieeren F. REQTOLÉ J» & Bravró te Luik, welke Firma hier te lande enz. vertegenwoordigd wordt door den boven°-enoem den heer W Hoven. ° Verder leest men nog, dat wij de fouten hebben ingezien die ons stelsel aankleven^ en daarom dit niet meer volgen enz
Wii
gevoelden ons verpligt daarover in het publiek een schnjven aan voornoemden heer te rigten. Daarop werden wij met een antwoord vereerd, waaraan onze tweede brief zrjnen oorsprong te danken heeft, Beide brieven zijn in bijgaande vervat Wij hopen dat aj er toe mogen leiden, om de aandacht onzer landgenooten meer en meer er op te vestigen, dat het niet altfcd deskundigen zijn die vermeenen over brandspuiten te kunnen schrijven, ze beoordeelen en veroordeelen; alsook dat hetgeen, ons uit den vreemde vmrdt aangevoerd, en met veel lof wordt aangeprezen, niet al-
%d op den duur in deugdelijkheid en lagere prijsnotering de mededmgmg tegen hetgeen hier te lande vervaardigd wordt
.Kan doorstaan
*
Mogt daartoe ons schrijven hebben bijgedragen, als ook tot
meerte» waarden*, onzer vaderlandsche Nijverheid in het alge~ en d» te brandsptótfabrikatie in het bijzonder, wij zouden ons xnrni beloond rekenen voor de zorg daaraan besteed.
"L BOTTEKDAM, 7 Mei 186é
DE SCHKIJVBES
OPEN BRIEF aan den. Heer W. HOVEN te 's Hoge, Agent voor Nederland en Heszelfo Overzeesolte Bezittingen,, der Mma !?. REQUI-
LÉ JNE & BEIXUTKE, Fabrikanten te Luïk. In uwe Brochure, getiteld: »De slechte toestand der Brandblusckndddélen in Nederland en een verbeterd stelsel verklaard," leest men woordelijk, pag. 27, in eene noot: »De Her bedoelde spuit is de zoo gunstig aanbevolene »van Zeemanshuisj nu twee jaren geleden vervaardigd. » De Fabrikant heeft sedert de fouten ingezien, welke den «daarin aangebragten zuiger (den zoogenaamden danser) ^aankleefden, en daarom dit stelsel niet meer gevolgd." De bedoelde brandspuit ïs door ons in den jare 1860 voor de Gemeente Eotterdam vervaardigd. Wij gevoelen ons verpligt tegenover het publiek n te moeten verklaren, dat door ons nog niet is ingezien de fouten die den door u genoemden zuiger aankleven,- en dan ook nog voortgaan dien te vervaardigen naar dat stelsel en in die brandspuiten waar wij hem noodig oordeelen. Wel is het ons (en waarschijnlijk ook door vele anderen) uit de aangehaalde noot reeds genoeg gebleken, dat u ten eenenmale onbekend is met de zamenstelling eener brandspuit, anders zoudt gij niet een' znigfeï* met een' cLasaseï" verwarren, eene verwarring, waarover zelfe een oningewijde in de werktuigknnde zijne schouders moet ophalen en vragen (of zeker denken) kan zulk eene grove fout begaan worden door iemand, die zich. vermeet een verbeterd stelsel van brandblttschmiddelen te verklaren? Verder verklaren wij nog dat de door u verklaarde ]Tj en aanbevolene werktuigen en -derzelver onderdeelen zeer geschikt zijn om te verkoopen,, dat wil irt dezen zeggen ,om tegenover ininkundigen veel vertooning te maken; ert die ook na eenigef "maanden: ma> de levering niet kunnen doen (zonder een brandspnïtmaker) datgene, wat me» van brandspuiten, naar een oncl — geen nien.'W 4-^ systeem vervaardigd, billijk verwaehteu kan, getuige daarvan de overbekende en beruchte proefneming', in dato 27 Februarij 11., aan den. Haringvliet, nabij het Tim'merhnis alhier, met een door u aan deze Gremeente^.gelevea:d werktuig van bovengenoemde Firma, nader in uwe Drochure en prijscouranten omschreven Sub II. Het lust ons voor alsnog jiiet uwe meergenoemde brochure verder in het publiek asm de waarheid te toetsen, vooral niet, daar in de maand Julij aanst. te Middelburg,
bij de Internationale Tentoonstelling en Wedstrijd van
Brandspuiten enz., de gelegenheid voor een ieder zal aanbreken om zich te overtuigen of het waarheid is dat de Lniksche werktuigen (door u verklaard [?]) beter zijn dan het Nederlandsch Brandspuit-fabrikaat.
A. BIKKERS & ZOON. 9 Apnl 186e.
Brandspmtfebritaiiten.
Geplaatst ^n de Eotterdamsche en Nieuwe Rotterdamsehe Courant van den 10 AprU, I I , Algemeen Handelsblad, Dagblad van Zuid-Holland en 's G-ravenhage van den 12 April U , Haarlemsehe Courant vaan, den 14 AprU U , De Nederlandsche Industrieel van den 17 Afrit I I , en het TFtrechtscb. Provinciaal en StedeLgk Dagblad van den 18 April II.
TWEEDE OPEN BRIEF aan den Seer W HOVEN te 's Qrawnhage, Agent voor Nederland en deszelfs Overzeesc&e Bezittingen, der Mrmu ]? BaKjUttÉ JKE fc BEDTTWÜ, Jalnkanten te Imik
Uw antwoord op onzen Open Brief, van den 9den April 11., is ons» den I6den daaraanvolgende geworden. r Haamt gij «met genoegen" kennis van onzen brief, wij voL verwondering van uw antwoord. Die verwondering had niet haren oorsprong dat gij ons naar aanleiding van dien? brief vereerdet met een schrijven; o, neen I dat hadden wij .yerwachêi niaar 'zif. heeft haren oorsprong te danken , sunsti, die gij — heteaj ons veroorloofd het hier te — meesÈerEjfc verstaat, namentlijk de waarMd uwe minder gelukkig gekozene spreuk, nit den, "RfgeoKby. stellen > wi| «lir'üededanders die zich hunne BJie Mo^r^J-niet schamen/de vaderlandsohe spreuk: »*&>*? der Jeify,en hap zoo snel, de waarMd acMerfiadt 'haar wel."^ . Vreemd is het ons, dat gij tot aan den dag, waarop gif onzen* open .brief qjrfvingt, onbekend zijt gebleven met de *> overbekende en beruchte proefneming, in dato-2? «Februarij IL, aan den Haringvliet, nabij het Tjmmerhnis
«alhie?,. met een, door u aan deze gemeente geleverd ^werkftrig van boven genoemde Firma ^ nader in uwe
*"' S^Qï^4^pi§seuuranfeffltio3nschr.even Sub. II."
!B£V '
Vooral is liet ons duister, daar er naar aanleiding dier «beruchte proefceming" eene aanbeveling (?!!) der Luiksche werktuigen voorkomt, in de Rotterdamsche Courant van Zondag 13 Maart 11., welke aanbeveling was geteekend: »G-een luchtschermer,'* en waarmede gij waarschijnlijk reeds vroeger nw voordeel had kunnen doen. Hebben wij u «eene ongezochte gelegenheid" aangeboden om, in hoofdzaak: 1°. ons van dwaling terug te brengen; en 2°. een nieuw bewijs te kunnen leveren voor de voortreffelijkheid der werktuigen van de Firma F. BEQTTILE Jne & BBDTTWÉ te Luik, die gij de eer hebt hier te lande en in deszelfs Overzeesche bezittingen, te vertegenwoordigen, ons hebt gij door uw antwoord genoodzaakt de Nederlanders aan te toonen: a. dat gij de kunst verstaat, om de waarheid zóó te verdraaijen, dat min ingewijden aan uw geschrijf geloof zouden kunnen verleenen, en b. dat het door u aan de Gemeente Botterdam geleverd werktuig met toebehooren, uit de fabriek der Firma F. REQtrmé Jne & BBDUWÉ te Luik,, van eene zeer slechte constructie, en ongeveer 15 % hooger in prijs is, dan eene hier te lande vervaardigde brandspuit. Moge de ontwikkeling van een en ander, ti verre van welgevallig zijn, duid ons zulks dan niet ten kwade, vooral niet, daar wij u de verzekering geven, niets andera dan feiten in hoofdzaak te zullen nederschrijven. Doch eer wij daartoe overgaan merken wij „ter loops aan, waarop wij aan het slot dezes terug tomen, dat de Firma F. REQumÉ J*e & BEDUWÉ van niet één brandspuitfabrikant in ons -vaderland, en das ook niet1 van ons een voorname concurrent is j da* oordeel is geveld naar hetgeen -wij van laan. febrikaat gezien en gehoord hebben; wij vertrouwen dat zulks ook ten volle zal bajken, bij het ontwikkelen van de genoemde 'astelMngën a. en 5. — Nu ter zake. De WelEdele heer Directeur der gemeentewerken alhier, heeft ons in den namiddag van den 13dep<der vo-rïge maand medegedeeld, dat gij in persoon* bij ZijnWelEd. informatien had ingewonnen, omtrent» de beruchte proefneming" en dat ZijnWelEd. u die naar waarheid had verstrekt. Daar wij niet een reden hebben* om aan de waarheïds-
liefde des keeren Directeurs te twijfelen, en dus gerustelijk vermoeden kunnen, dat gij geheel op de hoogte der «beruchte proefneming" zijt gebragt, zoo vermeenen wij u al dadelijk te moeten beschuldigen van de waarheid der proefneming te hebben verdraaid en wel in uw voordeel. Ware onze correspondentie geene openbare, wij zouden tegen over u, ons zeker ontslagen kunnen rekenen van \erdere toelichting omtrent genoemde beschnldigtng. Maar daar de correspondentie in het openbaar geschiedt, heeft het waarheidlievend publiek regt van ons te verlangen dat wij de beschuldiging door feiten constateren; waartoe •wij dan ook overgaan. Op den 27sten Februari} 11-, had de keuring plaats van een stel of twee stuks zuigpers-brandspuiten en toebehooren, door ons ter vervaardiging en levering in 1863 van wege deze gemeente bij contract aangenomen. Zoodra wij aan den Haringvliet kwamen, het terrein waar de Brandspuiten gekeurd moesten worden, zagen wij ook daar het Luiksche werktuig in kwestie. Nadat onze brandspuiten beproefd waren, werden zij door den heer Directeur der gemeentewerken voor deze gemeente geaccepteerd; daarna werd het Luiksche werktuig naar de plaats gebragt, waar de eerstgenoemde brandspuiten, zoowel afoonderlfk als te zamen, in werking waren geweest. Daar ter plaatse nu werd het werktuig van deszelfs wagen gelaten, en beproefde men, om de door ons bij genoemde brandspuiten geleverde gom-elastique zuigbuizen aan een yw. de- door den heer HOVEN geleverde «twee koppelschroeven" aam te schroeven? daar genoemde huizen op de kappelschroef 3iiet pasten, verwisselde men de zuigbuizen met die, welke bij het werktuig geleverd zijn- Men schroefde ^iagnybrag* de iefboomsarmen (balans) e» daardoor de zuigers anet zeséien werklieden in beweging, en aag na nft nsfar de resultaten van het werktuig. Na eenige <miBale» akoo gewerkf Je hebben, zonder niet een enkele dajuppel •(socn.is- 'te liebben -verkregen, besloot men -water op -es zuigers*, in. de cjünders of pompstukfcein te doen gieten- *Bit 'gesehied zijnde werd de -werkmg op genoemde •spjze voortgezet, -en men verkreeg nu ook fegna al het •water, waarmede de cylinders hoven de zuigers eenige maarrten te voren, door middel van eenen brandemmer » gevuld gewordenj. oiige?Ptëer 24 el lederen persslang werd aangeschroefd -SBwdgens' 'daaraan.- de -straalpijp bevestigd. f ging Tnén Veder voort met -het in beweging brengen de, hefiKKHnsaRtaeg enz., zooals hoven beschreven is.
Maar hoe men ook werkte, men verkreeg slechts van tijd tot tijd eenig water, hetwelk voornamelijk geleverd werd, door dat men nog voortging met water op de zuigers te gieten. Het meest dat het werktuig prodnceerde waren zware luchtknallen, die het daar aanwezig publiek eer deden denken, aan het afsteken van zoogenaamde zwermers dan wel aan de werking eener Belgische brandspuit. Daar niet een der zuigbuizen, welke bij het werktuig geleverd zijn, van kurken boei voorzien was, en daardoor wel eenigzins in het slijk of 2and kon gezakt zijn-, besloot de heer Directeur voornoemd, eene in de nabijheid liggende oude stads-overhaalschouw van twee werklieden te voorzien en naar de plaats te doen varen waar de zuigbuis diep in het water lag, om de meergenoemde zuigbats door behulp van een eind touw op te trekken en vast te houden. De hefboomsarmen enz. werden weder op nieuw in beweging gebragt, maar nog deed het werktuig niet veel meer dan reeds beschreven is. Op order %an den meergenoemden heer Directeur en onder ZEds. toezigt en dat van den Opzigter over het brandbluschwezen hier ter stede, een' man toegerust met ongeveer dertigjarige ondervinding van het brandspuitfabrikaat, (en dat beteekent iets!) werd het werktuig uit elkander genomen, en wel op de volgende wijze: De zuigerstangen werden'losgemaakt en daarna de cylinders en windketel van het werktuig losgeschroefd. Daar nu de kleppen zoo lagen dat men ze zien en betasten kon, werden dezen onderzocht of daaraan ook een gebrek bestond. Doch voor degenen, die met het werk belast waren, bleek het dat dezen toen in goeden staat verkeerden. Het geheel werd weder tezamen gesteld en op nieuw beproefd in werking te brengen; maar ook nu nog weigerde het werktuig^ de verwachte uitkomst te leveren. Dat tobben had zevenentwèntig mïiraten geduurd^ en men hoorde1 reeds spreken van het werktuig zonder beproeving van het teafem af te voeren, toen onze firmant W. BIKKERS, zulks ïïiet langer kunnende aanzien, besloot het werktnig/-tewkbaar te maken. Daartoe maakte hf de zuigersfangen los, haalde de zuigers uit de cyliaders, zette de lederen rand, die zich om de -Zuigers bevindt, door zijne vingers- zo© #eeï uit als TLOodrg was" om die te doen passen m -de eylinders, verbond de zuigerstangeB • weder met de hefboomsarmen, verzocht ,aan de werklieden om nu nog eens dezelve in beweging Ie ,brengen,, enz. en het ge%olg was, dat het
8
werktuig datgene deed, wat men van eene goede brandspuit, vervaardigd naar een over-oxtd. — geen xiie-axw — systeem, billijk verwachten kan. Hiermede gelooven wij, mijnheer l door de vermelde feiten, genoegzaam tegenover het waarheidlievend pnbliek te hebben geconstateerd, onze beschuldiging van » de waarheid der proefneming te hebben verdraaid, en wel in uw voordeel." En evenzoo vertrouwen wij ook dat het ten volle is aangetoond, dat gij de kunst verstaat, »om de waarheid zóó te veruraaijen dat min ingewijden aan uw geschrijf geloof zouden kunnen verleenen." HSTu willen wij trachten het door ons gestelde punt &, aan te toonen en wel, uit de «beruchte proefneming" en de Handelingen der Gemeenteraad. Reeds bij vroegere proefnemingen met, en het uit elkander nemen van de Lttiksche werktuigen, zoowel te 'sGravenhage als hier ter stede, maar vooral bij de »beruchte proefneming" bleef voor ons niet onopgemerkt, en naar wij later vernomen hebben ook niet door de daarbij aanwezig zijnde liefhebbers van Brandspuiten: 1°. dat het werktuig voorzien is van lederen aan- en afvoerkleppen en het leder der zuigers op eene schijf
van gevnleaniseerde gom-elasti^ue is aangebragt, welk een en ander veroorzaakt dat het werktuig niet altijd dadelijk te gebruiken is; 2°. dat deszelfs hefboomsarmen buiten de magt der werkHeden zijn aangebragt, de zuigerslag (de op- en nedergang) te lang is, waardoor men bij het water opvoeren de krachten van meerdere werklieden gebruikte dan bij het in lengte werpen; en 3
metaal gebruikt. Het leder der zuigers is, zoo als wij reeds hebben gezegd, op eerie schijf van gevulcaniseerde gomelastique aangebragt. Het gevolg daarvan is, dat bij het droogen en daardoor krimpen van het leder, het laatste
zieh bijna luchtdigt tegen de genoemde schijf aansluit, zóó, dat die aansluiting door enkel water op de zuigers te gieten (zoo als bij de gewone geschiedt) niet te verbreken
is. Bij de proefneming is een en ander genoegzaam gebleken; de lederen kleppen hadden zich hersteld door het water dat op de gekrompene en daardoor niet passende zuigers was gegoten, doch dezen moesten eene bewerking
ondergaan van eene geoefende hand, om in deszelver cylinders weder te passen. Aan de lederen kleppen, maar vooral aan de ondoelmatige zamenstelling der zuigers, moet het worden toegeschreven dat het werktuig na eenigen tijd zonder water te zijn geweest, niet altijd dadelijk te gebruiken is. Dat de hefboomsarmen (balans) buiten de magt der -werklie-
den zijn aangebragt, zal een ieder begrijpen, wanneer wij vermelden dat zij bij iederen op- en nedergang eene ruimte doorloopen van 1.29 Ned. el; zijnde ongeveer een vijfde meer dan van hefboomsaxmen, die in de magt der arbeiders staan. De zuigerslag (op- en nedergang) is 0,29 ïfed. el lang, het ondoelmatige daarvan bleek niet weinig bij het water opvoeren, waarom men toen ook de krachten van meerdere werklieden gebruikte dan bij het ïn lengte
werpen.
Niettegenstaande men tóen over die meerdere
krachten van werklieden beschikte, moest men zich nog
maar vergenoegen met ongeveer twee derde van den zuigerslag te kunnen uitvoeren.
Het hevig schokken (slaan) der zuigbuis, pleit zeer voor de weinige praktische kennis, op het gebied der -natenrkunde der Imiksehe fabrikanten.
Dat het geheel aan de
«onstractie van het werktuig ligt, blijkt daaruit", dat btj de werking -eener goede brandspuit, vervaardigd, -naar een aaietrw systeem niet de -minste bêV«gjïig^in.4®Tzu£gi»is is op te merken. Welk een belangrijk getrek het is, tbipd; uit hetgeen wij van een' beanïbte bij de brandweer, aia de proefneming hernamen r namentlijk, dat <ïe/3t&igfeuïs ten gevolge van het schokken (slaan) bij de werjêngv, voor een groot gedeelte ovaal was geworden Maar ai ware dat niet geschied, het zal toch zeker voor" deskundigen. *ea praktische mannen, eene onverschoonlijke foufc blijve» 'in het systeem der* Lniksehe fabrikanten. * Omtrent de ongeveer 15 % hoogere prijs, in vergelijking met eene brandspuit «n toebehooren van Nederlandseben
10 oorsprong, verwijzen wij naar de Handelingen der Rotterdamsche Gemeenteraad, van den 248ten September 1863, uitgegeven bij H. NIJGH alhier, waarin men in hoofdzaak leest bij het voorstel tot aankoop van het werktuig in kwestie, voor eene som van ƒ 687.—, dat een der Botterdamsche fabrikanten had aangeboden, om een gelijk •werktuig voor ƒ 100 minder te leveren. Wij gelooven dat het aangehaalde genoegzaam bewijst dat het Luiksche werktuig 15 % hooger en veel te duur is in vergelijking met eene goede brandspuit. Zoude men nog welsprekender bewijzen kunnen verlangen voor onze stelling »dat het door u aan de Gemeente Rotterdam geleverd werktuig met toebehooren, uit de fabriek der Firma F. REQTTILÉ Jne & BEDUWÉ te Luik, van eene zeer slechte constructie en ongeveer 15 % hooger in prijs is, dan eene hier te lande vervaardigde brandspuit"? Wij laten zulks gerustelijk aan het oordeel van het publiek over. Nu gaan wij over ter beantwoording van uw schrijven. Wat gij aanhaalt omtrent de keuring van eene door ons aan deze gemeente geleverde hoeveelheid lederen persslangen , en waartoe het bewuste werktuig zoude zijn gebruikt, is ten eenemale verdichting; hetgeen uit het volgende blijkt. Ia het laatst van 1863 hebben wij ongeveer 200 Ned. ellen geklonken lederen slangen aan bovengenoemde gemeente geleverd, die ons op den Hden Februari} U. zijn betaald. Zoo die slangen, niet vroeger dan bij de »beruchte proefneming" waren gekeurd, had immers de gemeente ze niet mogen en kunnen betalen ? Wat gij bedoelt met zuigslangen is ons onverklaarbaar, wij kennen ze niet en gelooven ook niet dat ze hier te lande bestaan. Wij willen omtrent dit laatste maar weder denken aan de verwarring van zuiger met danser, waarvan gij goedvindt in uw antwoord te verklaren zich » onjuist te nebben uitgedrukt," {? ï) maar waar wij op toepassen, dat gij weder het bewijs hebt geleverd niets van eene brandspuit, noch van deszelfs onderdeelen te weten. Zoude voor u wel eens de raadgevende spreuk »Schoenmaker J\.oud u lij uw leest" niet hare nuttige zijde kunnen hebben? De grond waarop gij ons beset-uldigt va,n het stelsel der meehanieke zuigers (de oude zijn «niks niet) niet meer te volgen, door te wijzen op de meergenoemde door ons het laatst aan deze gemeente geleverde brandspuiten, waarvan (volgens u) de zamensteffing aan oüs geheel was overgelaten, is een zeer slechte ^grönd.' Zie Her de omschrijving der zuigers, zooals die voorkomt in de voorwaarden, waarnaar wij verpligt waren te werken: «de zuigers van op
11 constructie, enz." Oordeelt gij nog, mijnheer! dat de zamensteïling der brandspuiten, en dus ook der zuigers, geheel aan ons werd overgelaten? Wat gij schrijft op pagina 6 van uw antwoord, 1) van de ter dezer stede gehondene proefneming met het Luiksche werktuig, tegen een der brandspuiten van het Zeemanshuis, alsmede dat die proefneming ten onzen nadeele zoude zijn uitgevallen, moeten wij eerlijk bekennen zulks niet te weten. Wel weten wij dat de brandspuit uit het Zeemanshuis meer water heeft opgegeven, dan het genoemde Luiksehe werktuig, en bij hetzelve in het verder brengen en opvoeren van het water niet behoefde achter te staan. Omtrent deze proefneming zijn wij ïn het bezit van een rapport, van den meergenoemden heer Directeur der gemeentewerken, hetwelk bij ons voor een ieder, die daartoe lust gevoelt, tot onderzoek en narekening ter inzage ligt. Maar van deze proefneming gewagende, kunnen wij niet nalaten te vermelden, wat gij TI wel zult herinneren, dat door onzen firmant SAÜTDER BIKKERS Wz. toen reeds is voorspeld in het openbaar aan heeren leden der Commissie voor plaatselijke werken, Hodfdlieden der brandweer enz:, hetgeen bij de «beruchte proefneming" in dato 27 Februarij 11. is geschied, namentlijk dat wanneer het werktuig eenigen tijd van watep- ontdaan is, het leder der kleppen zoude opkrimpen en daardoor (eenigen tijd) zijae werking zoude moeten weigeren. Aangaande de proefneming- met eene andere stads brandspuit ook van Nederlandscheii oorsprong, zij het volgeaïde,: Deze brandspuit is ook dcrof onze Krma voor-oBgeveerj.^0 jaren vervaardigd; — tot in het jaar 1858 hebben wij haar in onderhoud gehad; na dien nifd is zij ia «oderhoud overgegaan bij de heeren W. C. J?ASTEtjR <& „G?« 'alMei, welke heeren haar m 1859 van,1constractie= »vera^dejsdseB, De blaam,- die gij op haaf wespt is ten. eeatemale -oiwerdiend,, en daarom rekenen wij ons verpligt, isi hebben^ wij haar sinis jaren niet meer JH^ feoderhoudt/Jrooalsi -boven, vermeld is, die van Jbaur te H«eeten -afwerpepl , ur-^, Deed het Luiksehe *werklfcÊig,,meer ,dan, zf, zttiks-jfcifïn niet worden toegeschreven aan -.een gebrek i» I ') In uw erratum, voorkomende la IfeisDagplad-Ttan. Zuii hage, .TOB den Si April 11,, -waarvan, gi] ons: geejit'berigt, nffb. jammer keilt doen toekomen, meldfc grj dat d« ledoelde tB-anaspTrlt nit het Seeman^mis isenige Jagen, •wier de jroefoemdng hersteld was, alsook de- 3atum, SU Aognstfls T&8&, wanneer de meergenoemde proefneming heeft plaats gehad enfc "VBj TermeBèaüer, dat delerstelling aan. de brandspuiten nit het ZeemanshSwJts-geschied omdat zij min of nMef
defect warert geworden.
.
•"*
12
voor de brandspuit van het Zeemanshuis, maar wij hadden gezorgd eene betere voorhanden te hebben 2) zoodat wij van haar geen gebruik behoefden te maken. Hadden de heeren PASTEUR & C°, ook voor eene digte zuigbuis zorg gedragen de aan hen toevertrouwde brandspuit, had niet voor het Luiksche werktuig behoeven onder te doen, evenmin als de brandspuit uit het Zeemanshuis zulks heeft gedaan. Gij beweert dat de mindergelukkige brandspuit niet aan de plaats zelve onderzocht kon worden of er iets aan het pompgestel defect was, maar ook dit is bezijden de waarheid., want de bedoelde brandspuit had in al deszelfs onderdeelen aan de plaats zelve, uit elkander genomen en weder tezamen gesteld kunnen worden, even als het Luiksche werktuig. "Ware de zuigbuis van het Xtuiksche werktuig zóó geweest, als die waarmede de voornoemde brandspuit heeft gewerkt, dan had dat werktuig niets kunnen doen, dus bij gevolge ook die brandspuit was op zichzelven beschouwd, nog beter dan het Luiksche werktuig. Hebt gij in uw schrijven zoo dikwerf blijken gegeven, niets van de zamenstelling eener brandspuit te weten, omtrent uwe kennis met de Vaderlandsehe Nijverheid van vroegere jaren is het niet veel beter gesteld. Gij schrijft (weder ïn hoofdzaak) dat men ten tijde van JAN VAN DEB HEIBEN ia den jare 1672 niet genoeg met de metaalbewerking bekend was om de cylinders gegoten te vervaardigen, en men daarom dezelve uit bladkoper zamenstelde, welke wijze van bewerking wij tot op heden getrouw hadden gevolgd, maar dat wij nu het stelsel van de Firma F. BEQUILÈ Jne & BEDÜWÉ gedeeltelijk zouden gaan volgen, omdat op heden in onze frabïek eenïge brandspuiten in aanbouw zijn, voorzien van gegoten cylinders, en waarvan gij u, eenigermate de eer toekent, onze aandacht op gevestigd te hebben. Door het volgende willen wif uv van een. ander eenigzins beter op de hoogte brengen. In den jare 1589 ïs men Mer te lande en wel in 's Gravenhage begonnen met gesehut te gieten s). Waarneer men 1
) De bedoelde zuigfrais was eene onde uit het 2) Be zmghuïs die bij de hrffliSspiit 'tut hef Zeemaöshms getaüt werd, is ook door ons vervaardigd, en behoort ïn. eigendom toe aan de Weffldele heeren K. Tan. OOBBI & Co. alhier, wette die vóór deze jroefeeming bereidwillig hadden afgestaan, waarvoor wij HEL hier ter plaatse openlijk onzen dank befaigen. *) Dit berïgt rijn, wij verschuldigd aan. den beroemden T&jks gesehutgïeter en landgenoot den. heer J. J MAKETZ te 's Gravenhage, waarvoor wij ZEd, nogmaals
13 nu weet wat moeijelijker is een stuk gesehut te gieten, of eene eenvoudige cylinder, dan blijkt het al spoedig dat men
ten tijde van JAN VAN DER HEIDEN, circa honderd jaren later, wel degelijk zóó verre was, om cyljnders gegoten te vervaardigen en het niet aanwenden daarvan eene andere reden moet hebben dan door u. is vermeld. Verder dient: In de Gemeente Zierikzee is uit het laatst der vorige eeuw nog aanwezig eene brandspuit, voorzien van gegoten cylinders. De heer W. VAN DER Os te Vlissingen paste ze sinfs 1846, en de heeren W C PASIEUK & C° alhier, sints 1860 op de meeste hunner brandspuiten toe. De heer M. KRONENBORG te Culenburg, had op de Nationale Tentoonstelling van Nijverheid te Haarlem in 1861, eene brandspuit waarin zij ook aanwezig waren. Voor uwe bewering dat wij ze nu voor het éérst zijn gaan toepassen, dient: De bescheiden onzer zaak foonen aan, dat onze overgrootvader SANDES BIKKERS ze reeds in 1784, om van vroeger maar niet eens aan te halen., toepaste bij al die werktuigen, waar ze noodïg'en nuttig konden zijn. Onze grootvader A. BrKKEfiS, zijn zoon W. BIKKERS, de laatste onze Vader, en wij liébben dat stelsel van eerstgenoemden SANDEE BIKKERS 'overgenomen, namentlijk: om gegoten cylinders alleen dan aan te wenden wanneer zij nuttig en noodig kunnen, zijn. Uit dit een en ander blijkt: 1°. dat wij in geenen deele het stelsel der 3?ïnnar QUH/É Jne & BEDITW^ hebben na-gevol'gdf' uit onze fabriek brandspuiten worden -afgeleverd, TOOT'zien van gegoten cylinders; * *" , 's ______
,r/ "CC? >.
onzen dank betuigen Daar genoemd bengt voor de V-adedaadsche 3Sijï;erlieid.-Taii vroeger ons met onbelangrijk voorkomt, laten -mg een mttr;ekgi t Op aanvraag van gecommitteerde Baden van de TStaten juan Ineslma, bij resolutie» van den 28 ea Sen 30 Juniij Magistraat dezer stad, ('a Gravenhagé") Bet?ïaor-** ngten tot -h,et gieten en vervaardigen van geschut Tja schntgieter HOTEBERT TAIT Eraan: aldaar JjegoflSn. té vrerEen. In het jaar 1665 hebben de Staten" van'fioiand en " alhier nog bestaande gesehutgieferij iflln oprïgÜa Be werizaam, wai JoHüsros WrsïoaKT In 1770 werd mijn GrootvadeesfÉ^ 3ÏABï|z, VAN BxnuïDOBj? (BERTEOüi)) iii ZvotserIaiSö||.en jfitantèi; over de kern) gieten van ges'clmt en tevens van. de h"bnztsi3e ontboden om de menwe werkwijze in. te voeren, waarin ,znn vp , , . J : t T , , r/t-^^ BKUGGB, met( geslaagd was De Inngtingen3 vrelk* keurende, rigtte menwe
14 2°. dat gij er n de eer niet van kunt toerekenen van onze aandacht daarop gevestigd te hebben; en 3°. dat gegoten cylinders niet van een nietcw maar craxi systeem zijn. Wanneer er sprake is van de aandacht te hebben gevestigd op een of meer der vele gebreken aan het Luiksche werktuig en wat tot het herstel daarvan te doen is, dan gelooven wij gerust elijk, ons daarvan de eer te kunnen toekennen. Wij worden daarin niet weinig versterkt, daar ons door meer dan een, zoo wij vertrouwen, goed onderrigten persoon, is medegedeeld, dat de Firma F. EEQÜILÉ Jne & BEDDWÉ te Luik, de zuigers in het meer genoemde werktuig zullen verwisselen voor die, van betere zamenstelling. Is dat zoo? dan verklaren wij dat de Luiksche Firma in dezen van Kotterdamsche brandspnitfabrikanten heeft moeten leeren. Hiermede gelooven wij uw schrijven, voor ons zoo uitvoerig en naauwkeurig mogelijk beantwoord te hebben. Welligt waandet gij, dat wij door uwe waarheids-verdraaijing enz. zouden verslagen zijn. Ware onze brief dato 9 April 11. niet enkel -waarheid geweest, gewis wij hadden uw schrijven niet eerlijk kunnen beantwoorden, en hadden daarvan zeker vroeger of later de nadeelige gevolgen moeten ondervinden. Maar nu heeft uw schrijven gestrekt om het JSTederlandsche volk bekend te maken, wat het van u kan verwachten. Tegenover het door u, aangehaalde bewijs, van de voortreffelijkheid der Luiksche werktuigen, dat u van wege het Ministerie van Marine, de levering van 17 stuks dier werktuigen is opgedragen, stellen wij de volgende woorden van onzen open brief; »de door u verklaarde (?) en aanbeyolene werktuigen en derzelver onderdeelen zijn zeer geschikt om te verkoopen, dat wil in dezen zeggen om tegenover minkundigeH veel vertooning te maken enz.," en vermelden de volgende attesten omtrent brandspuiten door ons binnen kort afgeleverd:
»Het gemeentebestuur van Lemsterland verklaart bij dezer dat dopt de Meeren A. J|B||KÈES & "Zoon, brandspuitfaTirikantefl, te "Rotterdam* ten hèËpeve van de gemeente Lemsterland, een stel brandspuiten met slangen en verdere toebehooren geleverd isvj dat die brandspuiten, in alle ropzigten net bewerkt zijn, terwijl, voor zooverre bij dé proefneming is gebleken, die spuiten met toebehoorea .geheel overeenkomstig de gedane foelofte zijn geleverd», en, aan de vereischten van .goede brandspuiten, volkomen voldoen.
15 Wordende daarvan deze verklaiing in het openbaar afgelegd ten einde de genoemde heeren BIKKEES & ZOON te strekken tot aanbeveling." Afgegeven te Lemmer, den 14 December 1868. Set gemeentebestuur voornoemd,
C. L VAN BEYMA THOE KINGMA, Burgemeester.
F. SCHAAPSMA, Secretaris. den
Op den 17 Maart 1800 vier en zestig, had d« beproe\ing plaats van een stel brandspuiten niet toebehooren vervaardigd in de fabriek van de heeren
A. BIKKEES & ZOON, Brandspuitfabrikauten te Eotterdam. Deze werktuigen bestaande uit eene zuig- en perspomp kunnen zoowel elk afzonderlijk als gemeeascJiasp'pelijk in werking gebragt woiden, en munten- uit: 1°. door het gemakkelijk vervoer, daar zij geplaatst zijn op een rijwerk, zóó doelmatig ingerigt, dat zij zelfs op klei- en zandwegen gemakkelijk te vervoeren zijn; 2° door de goede zamenstellinof en stevigheid der onderdeelen, zoowel in materieel als afweiking, daar zij bij het ontstaan van gebreken eeer gemakkelijk uit elkander genomen, onder/ocht en hëfst^td' kranen -worden; en 3°. door het gemakkelijk opzuigen en «p gr-aate; afstand brengen en opvoeren vaai eene TzeeF grè*öl*é hoeveelheid water. ,, Waarvan deze verklaring wordt afgegeven ca& te dienen waar dit noodig zal zijn, 4 Gedaan te Zierikzee den 20stett April De Burgemeester van
B. C. Uwe aandacht zal het wel niet ontgaan zïfn,/^$at -uit €e "feiten die wij in dezen helles-Sangew'fed-J¥ó%r blijjkt,, dat de heeren F. EEQÜILÉ 3™ & BËBTTWJÊ ér^feuikt ~ëï> die gij waardig zijt hier te lande en vooi deè'zetfs overzeesphe bezittingen te vertegenwoordigen, ^tog vee? ——**^ verbeteren en wijzigen aan huu fabrikaat, alsook
16 lager in. prijs stellen, willen zij op tijd de concurrentie tegen Nederlandsche brandspuitfabrikanten volhouden; tot op den 27sten Februari} 11., — wat zij na dien tijd zijn of zullen worden, weten wij niet — kon men hen moeijelijk de eernaam van concurrenten, bij ons te lande, in alle
deelen toekennen. Moge het bij de Internationale Tentoonstelling en wedstrijd van brandspuiten enz. te Middelburg in de maand Julij e k. blijken, dat laatst genoemde heeren in hun fabrikaat zijn vooruit gegaan, dan zal het voorzeker voor de Nederlanders eene niet mindere eere zijn, door feiten te kunnen aanwijzen, dat meer genoemde heeren door en van Nederlanders hebben moeten leeren, van hunne »Gebrevetteerde" werktuigen, goede brandspuiten te maken, dan dat het ons Vaderland altijd tot roem zal blijven verstrekken, dat JAN VAN DER HEIDEN en deszelfs Zoon, in 1672 niet alleen de slangen, maar ook de windketel aan het pompgestel van vroegei hebben toegevoegd, waardoor eij de uitvinders der zoo nuttige slang-brandspuiten zijn geworden. -1) Eekent gij uw open schrijven onder uwe liefhebberijen (al is het dan ook tijdroovend), voor ons is het zulks niet. Openbaar schrijven kost ons inspanning, om reden wij zulks niet gewoon zijn, en moge zich ook deze niet kenmerken door sehoone woorden of snedige zinnen, bedenk mijnheer! dat wij niets anders zijn dan eenvoudige brandspuitmakers, maar wier werk hunne liefhebberij is. Mogt gij deze weder een antwoord waardig keuren, waaruit blijkt dat het u. te doen is om aan het laatste woord te blijven, wij geven u dan de verzekering uw geschrijf niet meer te zullen beantwoorden, om reden het onze lusfc is, waarheid voor te staan, maar niet om haar te verdraaijen of om het laatste woord te voeren.
A. EIKKEES & ZOOF. ROTTBET>AM, 7 Mei 1864.
Braadspttibfabtikanten..
J) Zie Prevflegiën der Staten van HoDaad,sen,,West.ïriesland^en de Staten-Generaal der Vereemgde Nederlanden in dato 16"ea 3\L September 1677. Beschrijving der nieuwlgks uitgevonden en geoctroijeerde slsug-^fidspiflten. enz. foor XAS VAK DER HEIDEN en JAK VAN DEB. HEIDEN BE JOJ.&E te jünsfefaam! 1735 fol 7; en eerste grondbeginselen der natuurkunde enz. Hooi P. VÜF BÉB„,BTOQ» 1561, Ie deel fol 370.