Overeenkomst over de minimumvereisten voor gezamenlijke G&V Commissies
1. Beginselen • Deze overeenkomst kan geen nationale wetgeving en/of lokale, nationale, regionale voorschriften of overeenkomsten op bedrijfsniveau vervangen als die gunstiger zijn. • Indien er reeds wettelijke of contractuele verbintenissen bestaan, is het aan de lokale sociale partners om te beslissen of deze de overeenkomst overtreffen, deze aanvullen of aangepast moeten worden. De G&V Commissies kunnen in geen enkel geval de bestaande wettelijke of contractuele G&V commissies vervangen, maar er kunnen wel punten uit deze overeenkomst die de bestaande reeds overtreffen, aangenomen worden. • Deze overeenkomst erkent de sleutelpositie die vakbonden kunnen hebben in het aanpakken van gezondheids- en veiligheidskwesties en moedigt vakbondmanagement relaties aan om normen en deelname te verbeteren om zo gezondheids- en veiligheidsnormen te verhogen. • Mensen zijn het belangrijkste element in het succes van eender welk gezondheids- en veiligheidsprogramma. • Terwijl het lijnmanagement uiteindelijk verantwoordelijk is voor het voorzien van een veilige werkplek, zijn de communicatie tussen werknemers en management, de actieve betrokkenheid van elke werknemer en opleiding essentiële elementen om nul letsels te bereiken. • Een veilige en gezonde werkomgeving in het belang van zowel werknemers als management. • Werknemers en management bevinden zich in de beste positie om veiligheids- en gezondheidsproblemen te identificeren en daarvoor relatief vlug een oplossing aan te reiken. • We zijn toegewijd aan de gezondheid en veiligheid van alle werknemers, zowel tijdens als naast de job. • Alle letsels, inclusief beroepsziektes zijn te voorkomen. • We spelen allemaal een belangrijke rol in het voorkomen van letsels en ziektes. 2. Doelstelling Om een minimumvereiste te stellen voor alle AM bedrijven over hoe ze een gezamenlijke management en werknemer Gezondheid- en Veiligheidscommissie kunnen opstellen op bedrijfsniveau. Om de actieve betrokkenheid van zowel werknemers als management te vergemakkelijken in het verbeteren van bedrijfsveiligheid en –gezondheid op het werk. Om het idee van een echte sociale dialoog tussen het plaatselijk management en de vertegenwoordigers/vakbonden van de werknemers te promoten inzake de preventie van veiligheidsrisico’s en bescherming van het personeel. 3.
Rechten en plichten van de werknemer
Werknemers hebben het recht zorgen en klachten over te brengen aan commissieafgevaardigden zonder schrik voor vergelding en om werk te weigeren als ze dat uitermate gevaarlijk vinden, totdat het gevaar weggenomen wordt. Werknemers hebben de verantwoordelijkheid om alle veiligheidsregels en –voorschriften na te leven. Werknemers hebben de verantwoordelijkheid om elke onveilige daad of situatie onmiddellijk te melden aan het management of hun G&V Commissielid. 4. Doel van Gezondheids – en veiligheidscommissies Het hoofddoel van een Gezondheids- & Veiligheidscommisie (G&V) in een bedrijf is om de betrokkenheid van werknemers te verhogen inzake het verbeteren van hun werkomgeving, de
managers ertoe aan te zetten maatregelen te treffen bij cruciale kwesties en zo het aantal ongevallen en incidenten te verminderen. G&V commissies worden wijdverspreid erkend als een waardevol onderdeel van veiligheidsorganisatie in een bedrijf om actieve werknemersdeelname in de preventie van ongevallen te verzekeren. De doelstelling van een G&V zou:
•
Management en werknemers samen moeten brengen om problemen inzake veiligheid en gezondheid op het werk te bekijken en aan te pakken ervoor moeten zorgen dat werknemers bewust zijn van het overeengekomen veiligheids- en gezondheidsbeleid werknemers moeten opleiden en hun interesse in gezondheid en veiligheid moeten stimuleren communicatiemiddelen moeten instellen zodat werkers potentiële veiligheids- en gezondheidsrisico’s aan het licht kunnen brengen of voorstellen voor gepaste maatregelen kunnen doen. Kortom zou een gezamenlijke G&V commissie in het bedrijf moeten bijdragen aan wederzijds begrip en goed teamwerk tussen management en werknemers om gezondheid en veiligheid te verbeteren. Een doeltreffend preventiebeleid ontwikkelen met het doel ongevallen te vermijden. Om gezondheids- en veiligheidskennis en beschikbare expertise in het bedrijf te verenigen, in het bijzonder vakbonden en management.
5. Procedure voor reden tot misnoegdheid. Bij afwezigheid van een reeds bestaande procedure voor reden tot misnoegdheid, moeten veiligheidsklachten eerst geuit worden aan het lokaal management of aan commissieleden. Indien er geen actie wordt ondernomen, moet het senior management ingelicht worden. Indien er dan nog steeds geen stappen ondernomen worden, kunnen de commissieleden of afgevaardigden ervoor kiezen het Gezamenlijke Wereldcomité voor bedrijfsgezondheid en – veiligheid erbij te betrekken. 6. Samenstelling De G&V commissie zal bestaan uit vertegenwoordigers van werknemers, alsook het management, met minstens 50% werknemersdeelname. Er zullen maandelijks regelmatig geplande vergaderingen plaatsvinden. De resultaten van de vergaderingen zullen gedocumenteerd worden en ter beschikking gesteld worden aan alle werknemers. Gelieve op te merken dat de lokale wetgeving additionele vereisten kan hebben, die ook nageleefd moeten worden. De werknemersvertegenwoordiger moet geselecteerd worden uit het personeel door middel van verkiezingen of aangesteld worden door vakbonden. 7. Taken van een G&V commissie De gezamenlijke G&V commissie zou minimum:
Ongevallen- en incidentenaangiftes moeten opvolgen en erop toezien dat er maatregelen getroffen worden zodat het niet meer opnieuw voorkomt Regelmatig inspecties van de werkomgeving moeten uitvoeren – minstens één keer per maand De behoefte aan opleiding van werknemers moeten identificeren Ervoor moeten zorgen dat AM normen inzake Gezondheid en Veiligheid op het werk beschikbaar zijn voor de werknemers Bewust moeten zijn van de trends in het bedrijf in zijn geheel en de industrie.
8. Commissievergaderingen De commissie zou regelmatig, minstens één keer per maand, moeten samenkomen, hoewel er voorzorgen moeten genomen worden voor spoedvergaderingen om dringende zaken aan te pakken. Management moet geschikte faciliteiten voorzien voor de vergaderingen. Vergaderingen moeten plaatsvinden binnen de normale werkuren en leden kunnen deze bijwonen als onderdeel van hun normaal werk. Bovendien zouden commissieleden vrij moeten zijn om klachten en potentiële risico’s te onderzoeken op een redelijke manier. De tijd die eraan zal besteed worden, zal beschouwd worden als een normaal onderdeel van hun job. Er moet ruim op voorhand een agenda voorbereid worden door de voorzitter en co-vicevoorzitter, ingediend worden aan elk individueel lid van de commissie en ter informatie meegedeeld worden op prikborden doorheen het hele bedrijf. Agendapunten zouden het volgende moeten omvatten, maar niet beperkt zijn tot: • • •
Het opvolgen van de eerder genomen en nog steeds openstaande besluiten. Bespreking van reeds of bijna voorgevallen ongevallen die plaatsgevonden hebben sinds de vorige vergadering Bespreking van de bevindingen van de maandelijkse gemeenschappelijke inspectie van aspecten op de bedrijfsactiviteiten
Bovendien zouden alle werknemers de gelegenheid moeten krijgen om punten te laten opnemen in de agenda via een ideeënbus die dan gesorteerd en bekeken worden door de voorzitter en vice-voorzitter alvorens de agenda voor te bereiden. 9. Invoering tijd- en goedkeuringscriteria Alle bedrijven worden verwacht gezamenlijke G&V commissies op te richten met onmiddellijke ingang. De naleving ervan zal gecontroleerd worden door de Gezamenlijke Internationale Gezondheids- en veiligheidscommissie. 10. Duur van deze overeenkomst Deze overeenkomst zal gelden voor een periode van 4 (vier) jaar met ingang vanaf de datum van ondertekening. De overeenkomst zal stilzwijgend vernieuwd worden voor een periode van 4 (vier) jaar, tenzij deze beëindigd werd door één van de ondertekenaars door middel van mededeling door de anderen per aangetekende brief, minstens 6 (zes) maanden voor het einde van deze vierjarige periode. Tijdens de duur kan deze overeenkomst herzien worden door de Gezamenlijke Internationale G&V Commissie door middel van addenda om ze aan te passen, in het bijzonder als de perimeter van de groep verandert.
11. Verder advies De bijlage bevat richtlijnen over de opstelling van een gezamenlijke Gezondheids- en Veiligheidscommissie. 12. Uitvoering van de overeenkomst De werkelijke uitvoering van de overeenkomst van de gezondheid- en veiligheidscommissies moet verwezenlijkt worden tussen het management en de vertegenwoordigers/vakbonden van de werknemers op bedrijfsniveau en dienen te gebeuren overeenkomstig de lokale en/of nationale tradities en wetgeving.
Binnen dit kader, eens de overeenkomst getekend is, wordt er overeengekomen dat de verbintenissen hierin als volgt zullen doorgevoerd worden: • •
• •
Elke vestiging zal, indien er nog geen opgericht is, zo snel mogelijk een gezamenlijke G&V Commissie invoeren Waar er wel reeds G&V Commissies bestaan, zullen de elementen van deze overeenkomst, alsook de bijlagen onderzocht worden en zal er geëvalueerd worden als ze hun werkmethode en/of hun organisatie moeten aanpassen om tegemoet te komen aan de vereisten in deze overeenkomst. Elke vestiging zal een evaluatie van deze vergelijking maken en meedelen aan de Gezamenlijke Internationale G&V Commissie welke acties, er eventueel, werden ondernomen. Waar er aanpassingen nodig zijn, zal er een actieplan opgesteld worden om deze door te voeren.
13. Algemeen De ondertekenaars zijn het eens dat in geval van betwisting inzake de interpretatie van deze overeenkomst, de Engelse tekst zal gelden.
Bijlage 1
Verder advies betreffende Gezamenlijke Gezondheids- & Veiligheidscommissies DOEL Het doel van dit document is om verder advies te verstrekken over de invoering van een Gezamenlijke Gezondheids- & Veiligheidscommissie in het bedrijfsmanagement in alle bedrijven van de ArcelorMittal Groep. De inhoud van dit document is van algemene aard en dient als richtlijn.
INHOUDSTAFEL 1.
Wettelijk vastgelegde versus vrijwillige G&V commissies
2.
Bevoegdheden
3.
Over de omvang en structuur van de gezamenlijke G&V commissie
4.
Over de samenstelling van de gezamenlijke G&V commissie
5.
Over voorzitterschap enz. van de commissie
6.
Over commissievergaderingen
7.
Over de taken die moeten ondernomen worden door de gezamenlijke G&V commissie
8.
Veiligheidsbeleid van het bedrijf
9.
Evaluatie van het functioneren van de commissie
Bijlage 1
1. Wettelijk vastgelegde versus vrijwillige G&V commissies De oprichting van een gezamenlijke G&V commissie op het werk kan ontstaan zijn door een lokale vereiste (bijv. Zuid-Afrika) of vrijwillig door het management en de interesse van vertegenwoordigers en vakbonden van de werknemers. De bedrijven waar de nationale wetgeving nog geen dergelijke gezamenlijke G&V commissie vereisen, zullen merken dat het een algemene trend is dat alle moderne wetten dergelijke vereiste omvatten. Het feit dat er G&V commissies te vinden zijn op bepaalde – hoofdzakelijk grotere – bedrijven in een aantal landen kan toegeschreven worden aan actieve vakbonden en werknemers met een begrip voor het onderling verband tussen goede werkvoorwaarden, werknemersdeelname en een verhoogde productiviteit en kwaliteit. Het belang echter van de invoering van een gezamenlijke G&V commissie op het werk mag niet onderschat worden. Het zorgt voor officiële erkenning van de commissies en voorziet het algemeen kader voor hun functies – m.a.w. de vestiging van basisvereisten. Het zou dan overgelaten worden aan het initiatief van vakbondsafgevaardigden en management van de afdeling – en uiteindelijk de individuele werkplaatsen – om het concept te ontwikkelen om het af te stemmen op hun behoeften. Gezien uit een organisatorisch perspectief wordt er opgemerkt dat commissies die opgericht worden als antwoord op een wettelijke vereiste gevormd worden via een top-down aanpak, terwijl vrijwillig opgestelde commissies vaak het gevolg zijn van een bottom-up benadering. De ideale situatie is er één waar de twee benaderingen gebruikt worden om elkaar aan te vullen.
2. Bevoegdheden Als management en werknemers een gezamenlijke G&V commissie op het werk oprichten – met of zonder de steun van bepalling in de nationale wetgeving – moet er een overeenkomst, die minstens de hierboven uitgelegde vereisten weerspiegelt, ontwikkeld en getekend worden door de betrokken partijen. Als de werknemers vertegenwoordigd worden door één of meer vakbonden, moeten de vakbond(en) tevens ondertekenaar(s) van de overeenkomst zijn. Deze overeenkomst zou de regels en voorschriften van de commissie moeten omschrijven en bepalen welke rollen en functies ondernomen zouden moeten worden door de commissie en de individuele leden.
3. Omvang en structuur van de gezamenlijke G&V commissie Eens er besloten is om een gezamenlijke G&V commissie op het werk op te richten, ontstaat het vraagstuk van de omvang van deze commissie. Er kan normaal enig advies teruggevonden worden in de wetgeving, ook al kan die vaak bestaan uit vage formuleringen, zoals “gepaste grootte” of “redelijke omvang”. Een frequente formulering is de volgende: “Een commissie zal bestaan uit, a) minstens vier mensen voor een werkplaats waar minder dan vijftig mensen regelmatig tewerkgesteld zijn; of b) minstens zes mensen of een groter aantal kan aanbevolen worden voor een werkplaats waar vijftig of meer mensen regelmatig tewerkgesteld zijn.”. Sommige stukken uit de wetgeving verklaren dat de commissie “... geraadpleegd moet worden bij alle kwesties inzake bedrijfsveiligheid en –gezondheid met betrekking tot het werk...”. Deze zin geeft het zeer belangrijke punt aan dat alle afdelingen of secties van een werkplaats vertegenwoordigd zouden moeten worden opdat de commissie de bedoeling achter deze formulering zou nakomen. Het lijkt moeilijk vaste richtlijnen op te stellen betreffende de aanbevolen omvang van de commissie. Het belangrijke punt – zoals hierboven weergegeven – is om te verzekeren dat alle secties en/of productielijnen en/of afdelingen en/of locaties vertegenwoordigd zijn. Het is tevens belangrijk afgevaardigen te betrekken van verschillende shifts en te verzekeren dat minstens één of meer veiligheidsafgevaardigde(n) ten allen tijde aanwezig is/zijn. Het kan in grote werkplaatsen, met verschillende zakenlocaties en/of met erg onafhankelijke afdelingen, handig zijn om een systeem met subcommissies op te richten. De dienst
Bijlage 1
Bedrijfsgezondheid en –veiligheid dient geraadpleegd te worden over richtlijnen inzake de samenstelling van een G&V Commissie in kleine, middelgrote en grote bedrijven, alsook in andere vestigingen van ArcelorMittal. Het aantal commissieleden zal afhankelijk zijn van de omvang van de werkplaats. Maar er zouden nooit minder dan twee werknemersafgevaardigen mogen zijn. De ambtstermijn zou lang genoeg moeten zijn zodat leden wat ervaring in gezondheid en veiligheid kunnen verwerven, terwijl er aan andere werknemers de mogelijkheid geboden wordt om te leren hoe de commissie werkt. Een goede toepassing kan eruit bestaan ambtstermijnen af te wisselen, zodat een commissie nooit volledig samengesteld is uit onervaren leden.
4. Samenstelling van de gezamenlijke G&V commissie De commissie zou moeten vertegenwoordigd worden door verschillende niveaus binnen de organisatie, d.w.z. werknemers, opzichters, middle management en top management. Het zou tevens wenselijk zijn om tegelijkertijd ook een vertegenwoordiging van alle secties of afdelingen te hebben. Management zou personeelsleden moeten aanstellen met rechtstreekse verantwoordelijkheid voor departementale activiteiten, wat ervoor zorgt dat alle niveaus van management (ploegbazen, opzichters, enz.) vertegenwoordigd worden in de commissie. Dergelijke verscheidenheid in de vertegenwoordiging van management zou de aanwezigheid in de commissie van de nodige kennis en expertise garanderen om nauwkeurige informatie te verschaffen aan de commissie over bedrijfsbeleid, productiebehoeften en over technische kwesties met betrekking tot gebouwen, processen, de fabriek, het machinepark en de uitrusting. Er zou speciale aandacht moeten besteed worden aan het feit dat het niveau van managementtoewijding tot veiligheids- en gezondheidskwesties weerspiegeld wordt in het niveau van managers die aangesteld zijn voor de commissie. Werknemersafgevaardigden zouden moeten verkozen worden door hun medecollega’s of door de vakbonden, maar niet verkozen of aangesteld worden door het management. Het bedrijf zou de praktische regeling voor de eerste verkiezing moeten voorzien na het oprichten van de commissie. Als de werkplek onderworpen is aan vakbondregels/als er vakbonden aanwezig zijn, is het maar normaal om de respectievelijke vakbond(en) in dit proces te betrekken. De commissie zou zelf de volgende verkiezingen moeten regelen. Tenzij anders aangegeven in het wettelijk kader wordt het aanbevolen dat alle commissieleden vier jaar in dienst moeten zijn. Een nieuwe aanstelling van managementafgevaardigden en de herverkiezing van werknemersafgevaardigden is mogelijk. Een goede uitvoering zal gekenmerkt worden door het verkiezen van plaatsvervangers die de rest van de termijn zullen uitdoen in het geval dat hij/zij niet in staat is de termijn te volbrengen wegens: • Niet langer tewerkgesteld in het bedrijf • Gepromoveerd naar management • Persoonlijke redenen • Niet langer lid van de vakbond die hem/haar verkozen of aangesteld heeft Het lidmaatschap van de gezamenlijke G&V commissie zou aanzien moeten worden als een deel van de normale individuele functie in het bedrijf. Aldus moeten leden hun loon behouden als zij vergaderingen of overeengekomen activiteiten moeten bijwonen met betrekking tot veiligheid en gezondheid, zoals hieronder samengevat. Waar er een dokter, bedrijfsverpleegster en veiligheidsambtenaar op het werk tewerkgesteld zijn, zouden die als observeerders in de commissie moeten ingesteld worden. De dokter die het meest aangewend wordt door het bedrijf mag de vergaderingen van tijd tot tijd bijwonen, of enkel delen ervan, om advies te geven over specifieke problemen of een antwoord te bieden op vragen van de commissie. Een gelijkaardige regeling kan handig zijn waar een bedrijf een lid is van een medische dienst of bedrijfsgeneeskundige dienst. In alle gevallen moet de wetgeving van toepassing in dat land inzake de bescherming van persoonlijke informatie ten allen tijde nageleefd worden. Geheimhouding tussen dokter en patiënt moet ten allen tijde gerespecteerd worden.
Bijlage 1
5. Voorzitterschap enz. van de commissie De meest senior management afgevaardigde zou de commissie moeten voorzitten en de werknemersafgevaardigen zouden onder mekaar de vice-voorzitter moeten kiezen. . De functie van de voorzitter is om te verzekeren dat er een volledige deelname is van alle leden op de vergadering en om te streven naar een consensus over de besproken zaken. 6. Commissievergaderingen De commissie zou regelmatig moeten samenkomen, minstens eenmaal per maand, hoewel er voorzorgen moeten genomen worden voor spoedvergaderingen om dringende zaken aan te pakken. Het management moet geschikte faciliteiten voor de vergaderingen voorzien. Vergaderingen zouden moeten plaatsvinden binnen de normale werkuren en leden zouden – zoals hierboven weergegeven – vrijaf moeten krijgen met behoud van loon om de vergaderingen te kunnen bijwonen. Er moet ruim op voorhand een agenda voorbereid worden door de voorzitter en vice-voorzitter, ingediend worden aan elk individueel lid van de commissie en ter informatie meegedeeld worden op prikborden doorheen het hele bedrijf. De agendapunten zouden het volgende moeten omvatten: • •
Het opvolgen van de eerder genomen en nog steeds openstaande beslissingen. Een ander blijvend punt zou de bespreking van reeds of bijna voorgevallen ongevallen moeten zijn die plaatsgevonden hebben sinds de vorige vergadering. De bespreking van de bevindingen van de maandelijkse gemeenschappelijke inspectie van aspecten op de bedrijfsactiviteiten.
Bovendien zouden alle werknemers de gelegenheid moeten krijgen om punten te laten opnemen in de agenda via een ideeënbus die dan gesorteerd en bekeken wordt door de voorzitter en vice-voorzitter alvorens de agenda voor te bereiden. De vergaderingen zouden – zoals de meeste vergaderingen – gehouden moeten worden binnen de overeengekomen tijd en plaatsvinden in een informele sfeer. Leden moeten aangemoedigd worden hun mening te uiten zonder vrees voor vergelding. Er moet op toegezien worden dat de commissievergaderingen niet ontaarden in “vakpraat”, noch dat het een forum wordt om uiting te geven aan algemene grieven over zaken die niets te maken hebben met veiligheid en gezondheid, zoals lonen, promotie, vakantie, persoonlijkheden, enz. Commissieleden moeten er steeds aan denken dat de commissie geen forum voor onderhandeling is: de gezondheid, veiligheid en het leven van medecollega’s is niet voor onderhandeling vatbaar. Er zouden altijd notulen opgemaakt moeten worden van de commissievergadering. Het is niet zo belangrijk wie de notulen opmaakt aangezien ze – volgens het hier omschreven model – onderhevig zijn aan de goedkeuring van afgevaardigden van zowel het bedrijf als de werknemers onder de vorm van de voorzitter en de co-vice-voorzitter. Overeenkomstig het concept van de commissie, moeten de notulen niet langdradig zijn en eerder dan te concentreren op wie wat geuit heeft, zouden ze moeten weerspiegelen: a) wat de kwestie was; b) welke actie aanbevolen werd; c) wie aanbevolen is om verantwoordelijkheid te dragen voor de implementatie van de actie; d) wat de aanbevolen tijd is voor de implementatie. e) enige budgettaire implicaties De notulen moeten gelezen en goedgekeurd worden door de commissieleden voor de vergadering beëindigd wordt. De notulen dienen meegebracht te worden naar de volgende vergadering in schriftelijk formaat voor goedkeuring door de commissie, waarna ze getekend moeten worden door de voorzitter en vice-voorzitter.
Bijlage 1
7. Taken die moeten ondernomen worden door de gezamenlijke G&V commissie Commissies in verscheidene landen worden een veelomvattende bevoegdheid toegekend door de nationale wetgeving, bijv. het beheer van investeringen in maatregelen inzake bedrijfsveiligheid en – gezondheid, de productie stilleggen in precies vermelde situaties, opleiding en ontwikkelingsprogramma’s invoeren zonder verdere toestemming, enz. Veel commissies zijn verantwoordelijk voor hun eigen budget – een element dat aanzienlijk bijdraagt aan de efficiëntie en bevoegdheden tot uitvoering van de commissie. Alle kwesties binnen of over het bedrijf die betrekking hebben op de bedrijfsveiligheid en –gezondheid zijn kwesties die moeten aangepakt worden door de commissie. Het wordt aanbevolen dat de gezamenlijke G&V Commissie procedures van de werkmethodes van de commissie aanneemt. De eerste taak voor een nieuw opgerichte commissie zou de ontwikkeling van een opleidingsprogramma zijn. - wat opleidingsexpertise omvat, verschaft door vakbonden en management. Verdere taken kunnen vastgelegd zijn in de nationale wetgeving, maar dit zal nooit een uitgebreide lijst zijn. De volgende lijst dat zou moeten ondernomen worden door de commissie is dat evenmin. Het dient als inspiratie en verdere ontwikkeling. De hieronder vermelde taken staan niet in volgorde van prioriteit. a) Stel zowel een lange termijn als een korte termijn actieplan op Dit is noodzakelijk om een maximum effect te verzekeren van investeringen in verbeterde werkvoorwaarden aangezien onbeperkte middelen normaal niet beschikbaar zijn in het echte leven. De plannen zouden continu moeten bijgewerkt worden en zouden aanbevelingen moeten omvatten aan het management en de werknemers over het invoeren, onderhouden en het controleren van programma’s, maatregelen en procedures om de veiligheid en gezondheid van werknemers te verzekeren en versterken. b) Persoonlijke beschermende uitrusting De commisie zou op basis van een grondige beoordeling van alle werkprocessen en jobs, inclusief informatie verschaft door leveranciers van chemicaliën, machines, werktuigen, enz. richtlijnen moeten opstellen over het gebruik van persoonlijke beschermende uitrusting. De richtlijnen zouden aanbevolen type(s), alsook hoe vaak ze zouden moeten vervangen worden, moeten omvatten. c) Het aangeven, opnemen en onderzoeken van reeds of bijna gebeurde ongevallen De commissie zou toepassingen moeten ontwikkelingen voor het aangeven, onderzoeken en vastleggen van ongevallen. Alle verslagen zouden op de agenda moeten geplaatst worden voor de volgende vergadering van de commissie. De commissie zou praktijken moeten ontwikkelen betreffende het onderzoeken van ongevallen. In dit geval kan de commissie er bijvoorbeeld voor kiezen twee leden aan te stellen die de ongevallen onmiddelijk na het voorvallen, moeten onderzoeken. Het opnemen van alle ongevallen en incidenten is belangrijk voor de ontwikkeling van programma’s voor ongevallenpreventie. Alle belangrijke voorvallen, inclusief dodelijke ongelukken, moeten onmiddellijk aan de commissie meegedeeld worden. d) Inspecties, audits en analyse jobveiligheid De commissie, of de commissieleden die met deze taak belast zijn, zou(den) regelmatig veiligheidsinspecties op de werkvloer moeten uitvoeren. Elke werkzone zou minstens één keer per maand moeten bezocht worden. Met de tijd zouden deze inspecties alle shifts moeten beslaan. De verslagen van de inspecties voorzien waardevolle basisinformatie over de praktische situatie en dienen bovendien om situaties te identificeren die misschien bronnen van gevaar of risico kunnen zijn voor de werknemers en zouden dan ook op de agenda van de volgende commissievergadering moeten geplaatst worden. Bovendien zou de commissie minstens één keer per jaar een uitvoerige, grondige audit van het veiligheidsprogramma van de totale werkplaats moeten uitvoeren. Deze audit
Bijlage 1
zou gekoppeld moeten zijn aan een programma van een analyse van jobveiligheid, met het accent op de risico’s, processen, procedures, uitrusting en beschermde toestellen die van toepassing zijn op elke job of taak. Er zou speciale aandacht moeten uitgaan naar de risico’s die geassocieerd worden met abnormale situaties, zoals een apparatuurfout en processtoringen. De analyse van jobveiligheid zou om efficiënt te zijn, werknemers moeten omvatten die werkelijk die job toebedeeld werden. Dit programma van inspecties, audits en jobveiligheidsanalyse zal ook:
Het verband tussen de commissie en de arbeiders versterken, Interesse stimuleren in de activiteiten van de commissie, Het deel benadrukken dat werknemers zelf spelen in de veiligheid- en gezondheidsprogramma’s van het bedrijf; Helpen om het prestige van het commissielidmaatschap te verhogen. Vakbonden aanmoedigen om een actievere rol te gaan spelen
e) Opleiding en ontwikkelingsprogramma’s De commissie zou opleiding en ontwikkelingsprogramma’s over veiligheid en gezondheid moeten ontwikkelen voor de gehele organisatie. Dergelijke programma’s zouden ervoor moeten zorgen dat werknemers bewust zijn van alle relevante informatie, bijv. veiligheidsfiches van het materiaal, gebruikshandleidingen, noodprocedures, het correct gebruik van collectieve preventiemaatregelen en persoonlijke beschermende uitrusting. f)
Introductie van nieuwe werknemers
De commissie zou inleidingsprogramma’s over bedrijfsveiligheid en –gezondheid moeten ontwikkelen voor nieuwe werknemers. Deze programma’s zouden onder andere moeten verzekeren dat er geen nieuwe collega aan de slag gaat alvorens zij of hij bewust is van het veiligheidsbeleid en – toepassingen in het bedrijf, de regels en voorschriften, de potentiële risico’s op de werkvloer en het gebruik van persoonlijke beschermende uitrusting. g) Verzamelen van informatie Eerst en vooral zou de commissie over kopieën moeten beschikken van de nationale wetgeving, voorschriften en aanbevelingen betreffende bedrijfsveiligheid en –gezondheid. Deze informatie kan normaal verkregen worden bij de werkgever, de vakbond of het ministerie van arbeid. h) Nieuwe technologie en change management. Het bedrijf dient geen belangrijke wijzigingen aan te brengen aan de technologie, inclusief uitrusting, materiaal, processen of procedures, tenzij de veiligheid van de wijziging grondig geëvalueerd werd door bevoegde ingenieurs en besproken werd door de commissie. De commissie zou tevens informatie moeten verkrijgen van de werkgever betreffende:
De identificatie van potentiële of bestaande risico’s van materiaal, processen of uitrusting; Veiligheids- en gezondheidskennis en werktoepassingen en –normen in gelijkaarige of andere bedrijfstakken waar de werkgever kennis van heeft; en Het begeleiden of afnemen van testen van uitrusting, machines, toestellen, artikels, materiaal, chemische, fysieke of biologische agenten op of over de werkplek met het oog op bedrijfsveiligheid en –gezondheid.
Bovendien zou de commissie moeten geraadpleegd worden over, en moeten aangestelde vertegenwoordigers aanwezig zijn bij het begin van het testen waarnaar eerder werd verwezen, geleid op of over de werkplek als de aangestelde vertegenwoordigers vinden dat hun aanwezigheid vereist is om ervoor te zorgen dat geldige testprocedures gebruikt worden of om te verzekeren dat de testresultaten geldig zijn.
Bijlage 1
De commissie zou het recht moeten hebben – d.m.v. overeenkomst – om advies in te winnen van externe deskundigen en om kwesties aan te geven aan de overheid. De commissie zou een archief van chemische producten op het werk moeten opstellen en behouden. i)
Gehoor geven aan problemen en ideeën tot verbetering die geuit werden door werknemers
De commissie zou vlug moeten gehoor geven aan problemen die gemeld worden aan een lid van de commissie. Werknemers zouden toestemming moeten hebben, bijv. via het gebruik van een ideeënbus, om anoniem dingen te uiten, alsook via hun gezondheids- en veiligheidsvertegenwoordigers. Er zou geen enkele werknemer mogen gestraft geworden of het slachtoffer worden voor het uiten van een veiligheidskwestie van eender welke aard. j)
Stel veiligheidshandleidingen op
De commissie zou moeten verzekeren dat veiligheidshandleidingen of controlelijsten opgesteld worden die specifieke onderdelen of gespecialiseerde omgevingen in het bedrijf beslaan. Het is aanbevolen te opteren voor verschillende veiligheidshandleidingen voor elke werkzone in het bedrijf in plaats van één – waarschijnlijk omvangrijke - veiligheidshandleiding, bijv. het labo, de mechanische werkplaats, de cafetaria, het kantoor, enz. Naast het feit dat dergelijke handleiding gebruiksvriendelijker zal zijn qua grootte, zal ze ook bondig en nauwkeurig zijn. k) Eerste hulp De commissie zou systemen moeten invoeren om te verzekeren dat EHBO-kits handig in de diverse afdelingen van het bedrijf gesitueerd zijn en dat ze voldoende opgeslagen en onderhouden worden. Eerste hulpverleners zouden opgeleid moeten worden. De commissie zou ervoor moeten zorgen dat er noodmaatregelen ingevoerd zijn en voldoende getest werden. l)
Het werk en de omliggende omgeving
Alle werkplekken bestaan en functioneren als een deel van een gemeenschap en veel van de verontreinigers en gevaren, oorspronkelijk geïdentificeerd als bedrijfsrisico’s, hebben een effect dat veel verder gaat dan de werkplaats. Het stijgende aantal grote bedrijfsongevallen en hun lokale en globale impact, verschaffen dramatische bewijzen van dat wat er gebeurt binnen een bedrijf de veiligheid, gezondheid en welzijn van de lokale bevolking en algemene omgeving diep treft. Naast de zeer bekendgemaakte katastrofes, is er een nóg groter milieuprobleem wat de stille ramp kan genoemd worden, waarbij alledaagse lekken, lozingen en “normale emissies” hun weg vinden tot in de omgeving met een aanzienlijk grotere collectieve impact dan één van de enkele gebeurtenisrampen. Het is in feite zo dat de stille en vaak ongeziene dagelijkse opeenstapeling van lekken, lozingen en normale werkprocedures een veel ernstigere impact hebben op het milieu dan om het even welke ramp die volop in het nieuws komt. De werkcommissie zou, op basis van een grondig onderzoek van de huidige situatie, moeten bespreken in welke mate de werkplaats de negatieve milieugevolgen op de omliggende omgeving kan minimaliseren. De commissie zou er ook goed aan doen om beleiden en toepassingen voor te stellen inzake het storten van afvalstoffen, afvalwater of luchtuitstoten. Verder kan de commissie misschien systemen invoeren om een potentiële ongecontroleerde straling aan te pakken, d.w.z. noodprocedures, vroege waarschuwingssystemen, gemeenschapsinformatie, evacuatieplannen, enz. Waar de commissie het nodig acht, kunnen de diensten van experts opgedragen worden.
8. Veiligheidsbeleid van het bedrijf Het veiligheidsbeleid van het bedrijf kan beschouwd worden als de constitutie van de gezamenlijke G&V commissie. Bijgevolg is één van de eerste taken voor de gezamenlijke G&V commissie, eens opgesteld volgens een overeenkomst, een veiligheidsbeleid in het bedrijf in te voeren indien die nog niet bestond. Het veiligheidsbeleid in het bedrijf – en samen daarmee alle toepassingen, zouden in
Bijlage 1
overeenstemming moeten zijn met de nationale wetgeving, erkende gebruiken, internationale normen en collectieve arbeidsovereenkomsten, en als een minimum, de bepalingen in deze documenten. Verder zou het beleid de details van de bedrijfsgeschiedenis en –traditie, specifieke bedrijfskwesties en –interesses en – zeer belangrijk – de relatie tussen het bedrijf en de vakbond zowel in geschreven (bijv. in collectieve overeenkomsten) als in gesproken vorm. Eens er consensus bereikt is in de commissie over een conceptbeleid, zou het moeten doorgespeeld worden aan de voorzitter en/of de directeur voor bekrachtiging alvorens het permanent aangenomen wordt door de commisise zelf. Het document is zeer belangrijk aangezien het niveau van toewijding tot veiligheid en gezondheid aangegeven wordt aan de zijde van het bedrijf en – samen met de overeenkomst over de taak en functies van de gezamenlijke G&V commissie – het de werkbasis is voor de commissie.
Bijlage 1
Inleidende verklaring Het geschreven beleid begint normaal gezien met een duidelijke, eenvoudige uitdrukking van de zorg en houding van het bedrijf over werknemersveiligheid en –gezondheid. Voorbeelden van inleidingen tot beleidsverklaringen omvatten:
Ongevallenpreventie is een hoofdzaak voor het management en het management is dan ook verantwoordelijk voor het vestigen van veilige en gezonde werkvoorwaarden.
We zullen altijd hoge prioriteiten stellen voor veilige handelingen en de veiligheid van werknemers.
Mensen zijn onze belangrijkste bron en hun veiligheid is één van onze voornaamste verantwoordelijkheden.
Het bedrijf zal steeds en op elk managementniveau proberen om een veilige werkomgeving te voorzien en behouden voor alle werknemers. Alle veiligheidsprogramma’s zullen tot doel hebben om ongevallen te voorkomen.
Dit bedrijf vindt geen enkele activiteits- of beheerfase belangrijker dan veiligheid en gezondheid. Wij zullen veilige en gezonde werkvoorwaarden voorzien en behouden en ten allen tijde veilige werkmethodes en toepassingen invoeren en op aandringen.
Het bedrijf dient tevens nauwgezet te controleren of ook de onderaannemers alle bestaande gezondheids- en veiligheidsvoorschriften naleven.
Doel/Bedoeling Een efficiënt veiligheids- en gezondheidsprogramma zal een vastgestelde bedoeling of een reeks doelen hebben. Deze doelen staan in de geschreven beleidsverklaring zodat zowel management als werknemers aan de bedoeling en de waarde van het veiligheids- en gezondheisprogramma herinnerd worden. De volgende verklaringen zouden bijvoorbeeld kunnen opgenomen worden in het beleid:
Het bedrijf heeft een veiligheids- en gezondheidsprogramma ingevoerd om werkletsels voor de werknemers te elimineren. Het bedrijf verwacht dat het programma activiteiten zal verbeteren en persoonlijk verlies zal verminderen.
Veiligheid zal een wezenlijk deel uitmaken van alle activiteiten, inclusief planning, ontwikkeling, productie, administratie, verkoop en transport.
Wij willen onze veiligheidsinspanningen zo succesvol maken dat het elimineren van ongevallen en letsels niet enkel een doel is, maar een manier van leven.
We streven ernaar veiligheids- en gezondheidsproblemen via preventie op te lossen.
Het is het bedrijfsdoel om zowel management als werknemers in de veiligheidsplanning, ontwikkeling en invoering te betrekken.
Doelstellingen Wat er ook in de beleidsverklaring kan opgenomen worden, zijn de positieve stappen die zouden moeten ondernomen worden om het veiligheids- en gezondheidsprogramma in het bedrijf in te voeren. Verdere details van dit programma zouden moeten in het actieplan opgenomen worden, wat zou ontwikkeld worden door de commissie eens het beleid bekrachtigd en aangenomen is. Doelstellingen die kunnen overwegen worden:
Consistent werken om: - veilige en gezonde werkvoorwaarden te behouden en promoten; - volgens de correcte werktoepassingen en procedurens die in het leven geroepen zijn letsel en
Bijlage 1
ziekte te voorkomen; - voorschriften inzake veiligheid en gezondheid na te leven op nationaal en bedrijfsvlak.
Ervoor zorgen dat geen enkele werknemer een job toebedeeld krijgt zonder de nodige opleiding – zowel in de jobtaken zelf als in veiligheid en gezondheid.
Een veiligheids- en gezondheidsprogramma invoeren dat de nadruk legt op de integratie van veiligheids- en gezondheidsmaatregelen voor elke jobtaak zodat veiligheid en gezondheid en functieprestatie onscheidbaar worden.
Veiligheidsoriëntatie voor nieuwe en overgeplaatste werknemers vereisen, een tijdige en geschikte opleiding, een goed functionerend gezamenlijke G&V commissie, een zelfinspectie programma, goede mechanische beveiliging (naleving van zowel nationale als internationale veiligheidsnormen en een programma voor persoonlijke beschermende uitrusting. – het voorzien van veiligheid en brandinspectie om de potentiële risico’s in het werk te identificeren, vervolgens het ontwikkelen van de nodige beschermende maatregelen.
Een registratie van reeds en bijna gebeurde ongevallen invoeren en het goed bijhouden van verslagen onderhouden.
Een ongevallenonderzoek leiden om de oorzaak van de ongevallen vast te stellen en de acties die vereist zijn om te voorkomen dat het nog een keer gebeurt.
Het ontwikkelen van veiligheids – en gezondheidspubliciteit en -promotie om interesse en deelname te onderhouden, zowel tijdens als naast de job.
Verantwoordelijkheden Het veiligheids- en gezondheidsactieplan van het bedrijf zal in detail de specifieke toekenning van verantwoordelijkheden, plichten en delegatie van bevoegdheid omschrijven. De beleidsverklaring kan deze verantwoordelijkheden samenvatten, bijv.:
De gezamenlijke G&V commissie is verantwoordelijk voor het ontwikkelen van een efficiënt veiligheids- en gezondheidsprogramma dat door het management moet bekrachtigd worden.
De opzichters zijn in samenwerking met de relevante leden van de commissie verantwoordelijk voor het behouden van veilige en gezonde werkvoorwaarden en toepassingen onder hun jurisdictie.
Afdelingshoofden en opzichters zijn in samenwerking met relevante leden van de commissie verantwoordelijk voor het voorkomen van ongevallen in hun afdelingen.
Opzichters zullen aansprakelijk zijn voor de veiligheid en gezondheid van alle werknemers die onder hun leiding staan.
Elk niveau van management moet een interesse in de doelstellingen van veiligheids- en gezondheidsdoelstellingen van het bedrijf uitdrukken en het goede voorbeeld geven door de veiligheids- en gezondheidsregels in het bedrijf na te leven. Managementinteresse moet mondeling, zichtbaar en voortdurend zijn, van top management tot afdelingsopzichters en ploegbazen.
Managementvertegenwoordigers die aangesteld werden voor veiligheids- en gezondheidsverantwoordelijkheden zullen aansprakelijk gesteld worden voor het naleven van deze verantwoordelijkheden.
Bijlage 1
Werknemersdeelname
Bedrijven zouden de essentiële rol moeten erkennen van hun werknemers in de uitwerking van een succesvol veiligheids- en gezondheidsprogramma door hun rollen en bijdragen in de beleidsverklaring samen te vatten. Hier volgen enkele voorbeelden.
Alle werknemers, inclusief het management, worden verwacht veilige werktoepassingen te volgen, de regels en voorschriften te gehoorzamen en op een manier te werken die de hoge veiligheidsnormen behoudt en die door de gezamenlijke G&V commissie ontwikkeld en goedgekeurd worden en bekrachtigd worden door het bedrijf.
Er wordt van alle werknemers verwacht dat ze volledige steun bieden aan veiligheids- en gezondheidsdsprogramma’s en activiteiten.
Elke werknemer moet de gevestigde veiligheids- en gezondheidsvoorschriften en –toepassingen naleven, inclusief het gebruik van persoonlijke beschermende uitrusting.
Er wordt van alle werknemers verwacht dat ze een actieve interesse hebben in en deelnemen aan het veiligheids- en gezondheidsprogramma en zich schikken naar de regels en voorschriften van dit bedrijf.
Alle werknemers hebben het recht op opleiding en informatie betreffende enige bedrijfsrisico’s en de beschikbare maatregelen om ze te voorkomen.
Alle werknemers zouden onveilige omstandigheden onmiddellijk aan hun opzichter moeten melden.
Alle werknemers zouden reeds en bijna gebeurde ongevallen in het ongevallenboek moeten vastleggen.
Alle werknemers die ernstige veiligheidszorgen aangeven, zullen beschermd worden tegen ontslag of represailles.
9. Evaluatie van het functioneren van de commissie Een normaal onderdeel van het werk van een gezamenlijke G&V commissie is, van tijd tot tijd, de eigen efficiëntie en het vermogen de aangestelde plichten te vervullen, te beoordelen. Feedback krijgen van andere werknemers zal de commissie helpen om de activiteiten en werkmethodes te verbeteren. De commissie kan feedback verkrijgen op een aantal manieren, bijv. door groepdiscussies in een opleidingscursus, door schriftelijke evaluatie, informele gesprekken, enz. Interessepunten in de beoordelingen zouden het volgende kunnen omvatten, maar niet beperkt zijn tot: Het niveau van managementsteun Zonder de steun van top management is het voor de commissie moeilijk om doeltreffende en positieve veranderingen door te voeren in het bedrijf. Het management zou informatie moeten verschaffen als die verzocht wordt en – nog belangrijker – wanneer het vereist is, maar niet expliciet gevraagd wordt door de commissie. Vergaderingsfaciliteiten en betaald educatief verlof voor commissieleden zou moeten voorzien worden. Het management moet tijdig en gepast antwoorden op de naar hen doorgestuurde voorstellen. Gehoor geven aan problemen Het is voor de commissie belangrijk om tijdig gehoor te geven aan problemen en ze op te lossen. Geeft de commissie prioriteit aan de problemen en geven ze er vlug gehoor aan?
Bijlage 1
Vertrouwen werknemer in de commissie (a) Het is van essentieel belang dat arbeiders vertrouwen hebben in de commissie en ervan overtuigd zijn dat het nuttig en doeltreffend is in overeenstemming met hun behoeften. Het ligt aan de commissie om dit vertrouwen op te bouwen en te onderhouden. Wat weten de werknemers over de kwesties die de commissies aanpakken? (b) De verslagen van de activiteiten van de commissie zouden beschikbaar moeten zijn voor de werknemers. Deze verslagen zouden de notulen van de commissievergaderingen moeten omvatten, alsook de aanbevelingen en acties die de commissie ondernomen heeft en de redenen waarom de acties niet ondernomen werden of de aanbevelingen niet doorgevoerd werden. De evaluatieoefening zou ook een interne bespreking moeten omvatten over wat bereikt is, wat de successen en misslukkingen zijn en hoe verder te gaan. Er wordt voorgesteld dat er eenmaal per jaar een evaluatie, zoals hierboven omschreven, uitgevoerd wordt, mogelijk als deel van het programma voor de jaarlijkse retraite. Na het evaluatieproces kan de commissie het nuttig vinden om een kort verslag samen te stellen dat de besluiten bevat en het verslag beschikbaar te maken voor de werkplek in het algemeen.