OVER SCHEIDEN EN COMPLEXE RELATIES © Pareto Group - Studiedienst
In juni 2011 publiceerde De Standaard een reeks over onze moderne en complexe relaties. Wij bundelden deze waardevolle artikelenreeks voor u.
ParetoGroup
®
bemiddeling I begeleiding I advies
DE STANDAARD
16 BINNENLAND
ALLEEN KINDEREN Z I J N VO O R A LT I J D
ZATERDAG 4, ZONDAG 5 JUNI 2011
Zes dagen lang brengt De Standaard een nieuwe reeks over onze moderne en complexe relaties Thomas (9) en Bram (8) De Schepper wonen nu eens een week bij hun moeder Ilse (38) in WannegemLede, dan weer een week bij hun vader Tom (42) in Gent. Tom en Ilse waren zes jaar getrouwd en tien jaar samen. Drie jaar geleden gingen ze uit elkaar. Ze doen vandaag elk apart hun verhaal. Ilse woont samen met Gino (45), die geen kinderen heeft. Tom is hertrouwd met Joke (40), met wie hij een dochter heeft: Maria (2). Dat is dus het halfzusje van Thomas en Bram. Joke had eerder geen kinderen. Maandag: Vijf kinderen, drie vaders.
THOMAS EN BRAM IN HET NIEUWE GEZIN VAN MOEDER ILSE
‘Plotseling werd alles mij te veel’ ‘Scheiden zou een modeverschijnsel zijn, iets waar mensen nogal luchthartig toe besluiten. Ik geloof dat niet. Ik heb mijn scheiding als een regelrechte ramp ervaren’, zegt de advocate Ilse De Schryver (38). Ze nam nochtans zelf het initiatief, nu drie jaar geleden. ‘Ik heb nog maar een jaar of wat het gevoel dat Gino en ik en de kinderen weer een echt nest vormen’. VEERLE BEEL
Ilse woont samen met haar vriend Gino Vervinckt (45) in het idyllische Wannegem-Lede. ‘Na mijn scheiding en de daaropvolgende depressie wist ik één ding zeker: ik heb licht en ruimte nodig om mij heen. Ik moést weg uit de stad. Ik had deze plaats nodig om mezelf terug te vinden.’ Het is een eindje rijden van Gent, waar ze met haar ex woonde en waar ze nog altijd werkt op een bekend advocatenkantoor. Ook haar zonen Thomas (9) en Bram (8) gaan in Gent naar school. In de week dat ze bij haar zijn, rijden ze ’s morgens samen op. ‘Dat is quality time. Tijdens die autorit van een half uurtje kunnen we goed met elkaar praten.’ Woensdagmiddag haalt de moeder van Gino ze op en mag het gezin bij haar blijven eten. ‘Ik kom dan wat later toe, ik hoef me
niet zo te haasten. Het is een groot gemak’, zegt Ilse. ‘Ik doe mijn best om nu meer tijd te maken voor de kinderen en het gezinsleven dan vroeger. Maar ik werk nog altijd veel, en doe mijn werk ook graag.’ Toen ze getrouwd was, wist ze amper hoeveel een brood kostte. Ze kende geen enkele moeder van andere kinderen uit de crèche of van aan de schoolpoort. Haar ex, die ook advocaat is en zijn eigen kantoor heeft, nam al die taken op zich: de kinderen halen en brengen, de boodschappen, het huishouden. ‘Mijn ex en ik hebben enorm veel aandacht besteed aan zo goed mogelijke ouders te zijn. En we hebben niets afgebouwd op professioneel vlak, tenminste, ik niet. Ik ben enorm ambitieus in mijn werk. Toch was ik soms jaloers op Tom, die meer tijd met de kinderen doorbracht. Evenwicht
vinden tussen werk en gezin: ik vind dat nog altijd het moeilijkste wat er is! We leidden ons leven met de beste bedoelingen, maar we dreven uit elkaar. Tom en ik hebben nooit ruzie gemaakt, maar we hebben ook zeer weinig gepraat. Plotseling werd het mij allemaal te veel.’ Depressie
‘Toen mijn toenmalige baas ook nog eens de samenwerking opzegde, raakte ik in een depressie. Ik had eerst niet door wat me overkwam. Weet je, mijn eigen ouders zijn ook gescheiden toen ik twaalf was. Ik heb mijn vader tien jaar lang niet gezien. Dat oude verdriet kwam mee naar boven. Toen wist ik dat ik hulp nodig had.’ Een vriendin gaf haar de naam van een psychoanalyticus, maar dat was geen bijster goed idee, ervoer Ilse: ‘Alles wat die therapeut in mij opriep, duwde mij nog dieper in de put! Ik had intussen een nieuwe baan op een ander kantoor. Op een keer zeiden ze daar: ‘We weten niet wat jij tussen de middag uitvreet, en het zijn ook onze zaken niet, maar je komt altijd zo ellendig terug.’ Mijn huisarts heeft me toen naar een psychiater doorverwezen, die oordeelde dat ik het niet meer zonder medicatie zou redden. Zij heeft mij goed geholpen.’ Een schoonzus die ook gescheiden was, had haar gewaarschuwd: ‘Toen we het nieuws bekend maakten, zei zij: ‘Nu moet je nog door een helse periode.’ Ik dacht: ‘Waar hééft ze het over?’ Ik weet het nu wel. Als ik dat nieuws in de kranten lees over het stijgende aantal echtscheidingen, denk ik: o jéé! Het wordt afgedaan als een trend,
een modeverschijnsel. Terwijl het voor mij het ergste is wat me ooit overkomen is, zelfs al vond ik de echtscheiding van mijn ouders ook heel erg.’ ‘Oké, ik heb de beslissing genomen. Maar hoe lang ben ik niet blijven twijfelen? Ik heb de kans gekregen om op mijn beslissing terug te komen, maar het was toch altijd weer nee. In mijn zwakste momenten ben ik wel erg in de verleiding gekomen om terug te grijpen naar wat mij zo vertrouwd was. Eénmaal was ik vastbesloten: ik bel en zeg dat ik terugkom. Ik was al bij Gino. Het was op een nieuwjaarsdag. Ineens belde Tom: dat zijn nieuwe vriendin zwanger
Over het andere gezin: ‘We zijn beleefd en correct met elkaar. Niet close. Ik zou dat wel anders willen zien’ was! Die dag had ik echt het gevoel dat mijn hele leven om zeep was.’ Halfzusje
Dat haar ex opnieuw vader zou worden, vond ze erg confronterend. ‘Ik had schrik dat Tom meer naar dat nieuw kindje zou trekken, of dat zijn vriendin Joke haar eigen kind zou voortrekken. En ik had al zo-
DE STANDAARD
BINNENLAND 17
ZATERDAG 4, ZONDAG 5 JUNI 2011
Thomas (9) en Bram (8) De Schepper in het landelijke Wannegem-Lede op stap met hun moeder Ilse (38) en haar nieuwe vriend Gino (45), die geen kinderen heeft. © Katrijn Van Giel
veel zorgen! Vrij vlug is gebleken dat ik nodeloos ongerust was. Tom blijft het heel goed doen met de jongens en Joke zorgt heel goed voor haar eigen kind én voor de mijne.’ Gek, vindt ze het, maar ze voelt een zekere verbondenheid met dat kind: ‘Het is niet zomaar Maria. Ze is de zus van mijn kinderen, dat schept een band. Als de kinderen over haar vertellen, moet ik altijd meelachen. Ik zou wel op haar willen passen als dat nodig zou zijn.’ Toegegeven: ‘Ik ben laatst een keer flink uitgevlogen tegen Joke, en vroeger ook een keer tegen Tom, toen ik vreesde dat hij aanstuurde op een wijziging van de verblijfsregeling van de kinderen. En toch..., toch vind ik dat zij het heel goed doen met de kinderen. Wij zijn niet close met elkaar. We zijn beleefd en correct. Ik zou dat wel anders willen zien. In het bijzonder omdat ik in mijn jeugd geen enkel contact had met mijn vader en zijn familie. Het is een “traditie” waar ik absoluut mee wil breken. Maar toegegeven, het kost een inspanning om de communicatie vlot te houden. In het begin kostte het me veel moeite. Nu begint het vanzelf te gaan.’ Hier is hier
Gino houdt de twee werelden liever gescheiden: ‘We hebben een goeie relatie met dat andere koppel. Het is geen vechtscheiding, en dat willen we zo houden. Er zijn altijd wel kleine punten van wrevel, die nu binnenskamers blijven, gelukkig maar. Plus: de jongens moeten de beide nesten niet gaan verwarren. Hier is hier en daar is
daar. Anders gaan ze het echt niet meer snappen. Ik vraag dus nooit naar Maria of Tom of Joke.’ ‘In dezelfde optiek wil ik me strikt aan de week-weekregeling houden. Ilse zou bij elk feest een uitzondering vragen. Als de Ronde hier passeert, zou ze willen dat ze hier zijn, ook als dat in de week van hun vader valt. Ik vind: voor mij, voor ons twee én voor de jongens is het het beste dat we geen uitzonderingen maken.’ Gino is ook een kind van gescheiden ouders. ‘Ik zag hen als een gelukkig stel, tot ik ontdekte dat mijn vader al jarenlang een
Over de kinderen: ‘Zij blijven ergens verlangen naar het oude nest. Ik herken dat, van mezelf vroeger’ minnares had. Zo’n leven wilde ik niet! Dan maar niet trouwen en zeker geen kinderen krijgen!’ Hij leefde als vrijgezel toen Ilse hem leerde kennen. Hij geeft toe: ‘Ik kan niet evenveel liefde steken in haar kinderen als in kinderen die van mezelf zouden zijn. Maar ik doe mijn best. De jongens houden soms zelf ook een beetje afstand, al lukt het steeds beter.
Maar straks komt de puberteit eraan, dus ik weet dat het niet lang meer zal duren voor ze mij voor de voeten werpen dat ik hun vader niet ben. Ik geef me voor 95 procent. De vijf procent die ik achterhoud, die zal mij daar dan doorheen helpen.’ Ilse: ‘In het begin vond ik het lastig als hij afstand hield. Ik vond dat hij zich moest smijten. Maar het begint beter te gaan. Als we nu in het weekend met zijn vieren gaan fietsen, noemen we onszelf ‘De Bende van Wannegem-Lede’. Gino rijdt op kop en iedereen begint zijn plaats te kennen. Het zal wel altijd moeilijk blijven, maar ik heb er geen spijt van. Ik ben gelukkig in deze partnerrelatie, die meer passioneel lijkt.’ Ze lacht: ‘Alles is veel intenser, zelfs de ruzies!’ ‘Maar ik mis mijn kinderen geweldig als ze hier niet zijn. Dat was trouwens een van de indicaties dat het beter begon te gaan mij: dat het gemis harder werd.’ Schuldgevoel
Hebben ze discussies over hun manier van opvoeden? Gino: ‘Ik ben ietsjes strenger. Acht uur in bed is niet kwart over acht. Zij is meer emotioneel betrokken, toegeeflijker. Als de kinderen hun kleren op de grond laten vallen, zou hun moeder ze oprapen. Ze gaat iets relaxter met hen om omdat ze hier niet voortdurend zijn.’ Dat is het schuldgevoel dat nog geregeld de kop opsteekt, meent Ilse. ‘Zeker in relatie tot mijn oudste, Thomas. Ik kan er niet tegen als hij begint te huilen. Ik vind het ook ontzettend jammer dat ik hen deze situatie heb aangedaan. Ik ga hun vragen daarover
niet uit de weg. Ik ben ooit in tranen uitgebarsten toen ik Thomas vertelde dat ik het wel geprobéérd heb, met zijn vader, maar dat het mij niet gelukt is. En dat ik dat zo spijtig vind voor hem en zijn broer.’ Ze slikt ook nu haar tranen weg: ‘Ik hoop dat zij, zoals ik nu, vrij en gelukkig kunnen leven en mij mijn minder evidente keuze kunnen vergeven. Maar ik maak me geen illusies. Ik heb mijn ouders ook vanalles verweten. Terwijl ik nu inzie dat zij toch ook hun best hebben gedaan. Als ouders hun best hebben gedaan, wat zou je ze dan nog verwijten? Gino heeft geen kinderen die hij pijn heeft kunnen doen. Maar ik zou niet willen wisselen. Mijn kinderen zijn toch mijn rijkdom.’ Om hen te helpen de scheiding beter te verwerken, en omdat ze door hun gedrag op school en thuis lieten merken dat ze moeite bleven hebben met de nieuwe situatie, zijn Thomas en Bram in therapie gegaan. Het was een voorstel van Tom, zegt Ilse: ‘Ik vond het meteen een goed idee. Zij blijven ergens verlangen naar het oude nest. Ik herken dat van mezelf, vroeger. Zelfs als volwassene droomde ik nog van een hereniging van mijn ouders! Ik vraag me soms af: zou ik ook gescheiden zijn als ik dat allemaal eerder had verwerkt?’ ‘Ik ben in dat huwelijk gestapt zonder dat de warboel van mijn jeugd was opgeruimd. Wellicht ook te snel, en om de verkeerde redenen. Tom is een heel goeie man en ik ben nog altijd blij dat hij de vader van mijn kinderen is. Maar om de een of andere reden, die misschien wel meer bij mij ligt, is het tussen ons niet gelukt.’
DE STANDAARD
18 BINNENLAND
ZATERDAG 4, ZONDAG 5 JUNI 2011
NIEUWE REEKS ALLEEN KINDEREN ZIJN VOOR ALTIJD THOMAS EN BRAM IN HET NIEUWE GEZIN VAN VADER TOM
Zeg niet ‘moeilijk’, zeg ‘boeiend’ Tom De Schepper en zijn vrouw Joke Degreef wonen met hun dochter Maria in de vroegere gezinswoning van Tom en zijn ex Ilse. Volgend jaar verhuizen ze. Thomas en Bram, de zonen van Tom, zullen hun oude nest vaarwel moeten zeggen. VA N O N Z E R E DACT R I C E
VEERLE BEEL
Ze wonen nu net buiten de Gentse stadskern, maar verhuizen volgend jaar naar een groter huis in het centrum. Tom De Schepper (42), zijn vrouw Joke Degreef (40) kijken er beiden naar uit: ‘Het wordt onze eigen stek.’ Ons, dat zijn de ene week Tom, Joke en Maria (2). De andere week zijn dat Tom, Joke, Maria, Thomas (9) en Bram (8). Het zusje is nog te jong om te begrijpen hoe de vork aan de steel zit, zegt haar moeder. ‘Maar ze is altijd erg blij als de broers terugkomen. Zij zijn haar grote helden.’ Bram zei meteen tegen Joke dat het leuk zou zijn als er nog een baby kwam. Bij Thomas lag dat wat anders, weet zijn vader: ‘Er was daar toch een bepaald gevoel... Het idee dat zij wel altijd bij haar papa en mama mag blijven, en dat zijn papa en mama niet meer bij elkaar zijn. Hij zei: dat kindje gaat niet mee verhuizen hoor, Bram!’
Joke, die zich door de jongens met haar voornaam laat aanspreken maar voor de buitenwereld hun ‘extra mama’ is, vroeg zich vroeger af, als ze Thomas en Bram in bad stak, hoe dat met een eigen kind zou zijn. Eerlijk: ‘Ik ben ervan geschrokken welk een wereld van verschil het is! Het klinkt misschien niet goed, dat ik dat zo zeg, maar het is de waarheid. Haar heb ik vanaf dag één, Bram en Thomas waren al vijf en zeven. Ik voel wel dat mijn band met hen elke dag sterker wordt.’ Tom ervaart geen enkel verschil in zijn gevoelens voor de drie kinderen: ‘Ik kan mij amper voorstellen hoe het voelt voor Joke. Ik onderschat het. Zelf ben ik altijd erg blij als de jongens hier zijn. Voor mij is die week de natuurlijkste.’ ‘Voor mij voelt dat anders’, zegt Joke, ‘wat niet wegneemt dat ik ook blij ben als ze hier zijn.’ ‘Dat het niet hetzelfde voelt, dat is het moeilijkste tussen ons’, meent Tom. ‘Al pro-
beren wij het woord “moeilijk” te vermijden. Wij zeggen liever dat het boeiend is.’ Drie plus drie
Joke plande de zwangerschap niet, maar is heel blij dat Maria er is: ‘Het is leuk om te zien hoe goed de kinderen met elkaar omgaan. Vroeger was het drie plus een: ik was de buitenstaander. Het gezin is voor mij nu meer “af ”.’ Tom: ‘Voor mij is het nu drie plus drie. Of is het drie plus twee? Nee, wacht, het is: ik en de jongens, en ik, Maria en Joke, en die twee vormen samen toch weer een geheel. Kortom, het is complex.’ Een gesloten gezin, rond één kern, zullen ze nooit meer worden. Er is ook beïnvloeding door het andere gezin. ‘Ieder gezin heeft zijn waarden en gewoontes en het is niet altijd gemakkelijk om met de verschillen om te gaan,’ zegt Joke. ‘Een voorbeeld: wij eten bijna vegetarisch, zelfs macrobiotisch, en daar eten ze veel vlees. Ik probeer geen zuivel en zo weinig mogelijk suiker te eten en ik hoop dat ik mijn dochter zo gezond mogelijk kan blijven voeden. Dat is niet gemakkelijk als ze ziet dat de jongens américain op hun boterham smeren.’ Tom probeert daarin het evenwicht te bewaren: ‘Ze hebben altijd américain gegeten. Ik kan hen toch niet zeggen dat het niet meer mag? Ik moet er ook voor waken dat Joke als de boze stiefmoeder zou worden ervaren. Dat is ze helemaal niet.’ Geen sleur
De scheiding met Ilse kwam voor Tom als een verrassing. ‘Ik wist dat ze zich niet goed voelde. Ik dacht dat het voorbij zou gaan als ze zich liet behandelen. Ik wist toen nog niet dat ik ook aan mezelf zou moeten werken.’ Dat besef drong pas door toen de eerste vriendin met wie hij na de breuk een relatie aanging, hem de deur wees. ‘Bij wijze van spreken dan, want ik woonde nog altijd hier. Ik ben toen in een dip beland en ben ook een jaar naar een therapeut geweest. Ik heb meer inzicht gekregen in mezelf, begrijp nu beter waarom ik de dingen doe die ik doe. Ik ben bewuster gaan leven.’ Hij lacht: ‘Met Joke is het onmogelijk om niet bewust te leven. Ze haat sleur.’ Vroeger ging hij conflicten uit de weg. ‘Ik maakte nooit ruzie.’ Nu wel met Joke? ‘Soms meer dan ons lief is. Niet om de kinderen zelf, maar om de complexe situaties in dit nieuwsamengesteld gezin.’ Joke: ‘De kans op sleur is hier erg klein. Het gezinsritme verandert voortdurend. Als
we met Maria alleen zijn, hoeven we niet zoveel te koken. Als Thomas en Bram komen, moeten we een groot brood kopen, in plaats van een klein. Er stroomt ook een andere energie door het huis als zij hier zijn. Het is altijd anders. Je moet stevig in je schoenen staan als partners om dit te doen werken. Gelukkig dat wij op één lijn staan. Als Tom zou zeggen dat ik mij niet mag bemoeien, omdat het mijn kinderen niet zijn, zou het niet houdbaar zijn.’ Tom: ‘Ze moét zich bemoeien. Ik bedoel, ze doet het, en ze doet het goed.’ Voetbal of tennis
Joke: ‘Het moeilijke is dat je voor die kinderen moet zorgen als waren het je eigen kinderen. Maar als puntje bij paaltje komt, zijn ze het niét. Over de school, de vakantieplannen en de vrijetijdsactiviteiten moet je altijd overleggen met de andere familie. Dat loopt niet altijd van een leien dakje.’
Over het andere gezin: ‘Om closer met hen te worden, moet er eerst meer vertrouwen groeien, van beide kanten’ Tom legt uit: ‘Ilse is redelijk ver gaan wonen. Dat was niet onze keuze, en het maakt het er voor de jongens niet gemakkelijker op. Als ze bij Ilse zijn, gaan ze voetballen. Bij ons volgen ze tennisles. Ze missen telkens de helft van de trainingen. Voor volgend jaar moeten we dat oplossen.’ Joke: ‘Om dat op te lossen, moet er gepraat worden, en om ons daarbij te laten helpen, gaan we met zijn allen naar Anna, die ook de kinderen in therapie heeft. Op die manier proberen we tot een betere verstandhouding te komen.’ Tom: ‘Eén keer zijn Ilse en ik naar Anna geweest met de kinderen erbij. Om hen te vertellen dat papa en mama nooit meer zouden samenkomen. Dat was nodig om hun herenigingswens te doorprikken. Het was een erg emotioneel gesprek, zeker voor Ilse, die nochtans de eerste beslisser was over onze scheiding.’ Was hij gelukkig in zijn eerste huwelijk? ‘Ik
Een goede job, is een beter leven. Een goede job hebben, dat straalt af op je leven. Het geeft je meer energie en maakt je simpelweg gelukkiger. En dat hebben we bij Jobat goed begrepen. Dus of je nu droomt van een job waar je van thuis uit kan werken, of genoeg vrije tijd hebt om aan je huis te werken, wij hebben de job die bij jouw leven past.
DE STANDAARD
BINNENLAND 19
ZATERDAG 4, ZONDAG 5 JUNI 2011
dacht dat ik gelukkig was. Nu weet ik: we vulden elkaar te weinig aan, we leefden naast elkaar. Nee, ik ben niet verbitterd. Ik vind het alleen jammer dat ik gescheiden ben. Het is veel gemakkelijker om een gewoon gezin te hebben. Joke en ik kunnen daar soms ook naar verlangen. We zeggen dan tegen elkaar: waren we elkaar maar eerder tegengekomen!’ Joke: ‘Dan hadden wij dit artikel gelezen, over ándere mensen!’ Therapie
Tom (42) is hertrouwd met Joke (40), met wie hij een dochter heeft: Maria (2). Dat is dus het halfzusje van Thomas (9) en Bram (8). Joke had eerder geen kinderen. © Katrijn Van Giel
© 2011 Atlantyca S.p.A. All rights reserved © 2011 Baeckens Books nv – Mechelen
Maak kennis met een muizenissig magazine Geronimo Stilton stelt zijn nieuw magazine voor. Je koopt het vanaf vandaag in de krantenwinkel voor maar €3,95. En met de kortingsbon hiernaast, betaal je maar €2,95.
Bovendien krijg je bij dit nummer een gi-ga-leuke indianenkroon.
Je vindt het Geronimo Stilton Magazine elke eerste en derde woensdag van de maand in de krantenwinkel.
Zouden zij de band met het andere gezin willen aanhalen? Joke: ‘Ja, graag, maar niet voor de schone schijn. Het moet oprecht zijn. Voor echte verbinding speelt er nog te veel onderhuids.’ Tom: ‘Er moet eerst nog meer vertrouwen groeien, aan beide kanten. Het verleden speelt soms nog te veel mee.’ Zo bijvoorbeeld begrijpt hij dat Ilse, mee door haar eigen jeugdervaring met de vechtscheiding van haar ouders, erg gebukt gaat onder schuldgevoelens. ‘Daarom vind ik het belangrijk dat de jongens nu al de kans krijgen om hun gevoelens en angsten te bespreken in therapie. Ik vind zelfs dat ieder kind van gescheiden ouders die kans zou moeten krijgen. Vroeg of laat komt het er toch uit. Kijk naar Ilse. Als zij eerder in het reine was gekomen met de scheiding van haar ouders...’ Waren ze dan niet gescheiden? Tom: ‘Of dan waren we niet met elkaar getrouwd. Misschien dat ze mij dan niet gekozen had.’ Is zijn tweede huwelijk voor altijd, of heeft hij die hoop opgeborgen? Tom: ‘Het is een contract van onbepaalde duur. Niemand trouwt met de bedoeling om te scheiden.’ Joke: ‘Ik zou gráág hebben dat wat Tom en ik hebben voor altijd is. Maar ik ga er niet vanuit en het is niet evident als je ziet hoeveel relaties er mislukken. Maria is wel een extra stimulans om te blijven werken aan onze relatie. Ik zie wat het is om gescheiden te zijn, wat het met de kinderen doet. Dat wil ik haar, mezelf en ons nieuwe gezin niet aandoen’. Tom twijfelt er soms aan of de week-weekregeling echt goed is voor de kinderen: ‘Het is goed voor de ouders, maar het past niet bij ieder kind. Pas op, ik zou ze ook niet langer dan een week willen missen! Ik mis nu al de helft van hun leven. Zijzelf zijn erg loyaal naar hun beide ouders. Ze staan erop dat alles tussen Ilse en mij gelijk verdeeld is. Maar soms hebben ze daar tegenstrijdige gevoelens bij. Ik heb die ook. En ik denk dat dat bij Ilse niet anders is.’
KORTINGSBON Breng deze bon naar je krantenwinkel en koop het nieuw Geronimo Stilton-Magazine voor maar €2,95 i.p.v. €3,95.
Bericht voor de dagbladhandelaar: Corelio Publishing NV verbindt zich ertoe de tegenwaarde van deze bon terug te betalen voor zover aan de voorwaarden is voldaan. Deze bon is geldig t.e.m. 15/6/2011 en kan tot 5/7/2011 (uiterste inzenddatum) worden meegegeven met AMP couponing. Waarde €1.
DE STANDAARD
12 BINNENLAND
MAANDAG 6 JUNI 2011
ALLEEN KINDEREN Z I J N VO O R A LT I J D INGE LEGRAND HEEFT VIJF KINDEREN BIJ DRIE VADERS
Loslaten is ook graag zien Schrijfster Inge Legrand heeft vijf kinderen, met drie mannen. ‘Ik ben er elke keer voor gegaan, maar toch was ik het elke keer die vertrok. En dan moesten de kinderen mee. Ik heb onderschat wat dat voor hen betekende.’ VA N O N Z E R E DACT R I C E
VEERLE BEEL BRUSSEL Inge
Legrand (45) woont in Mechelen, samen met drie schoolgaande kinderen en een kotstudent die in het weekend naar huis komt. Haar oudste zoon is het huis uit en getrouwd. Jan, de vader van haar jongste zoon Jeff (11) en haar adoptiedochter Valary (ook 11), woont in een flat vlak naast hen. De verstandhouding is prima. In het weekend, wanneer alle kinderen thuis zijn, schuift hij vaak mee aan tafel. Want Jan heeft ze allemaal mee opgevoed, sinds hij in 1998 met haar trouwde. Het huwelijk van Jan en Inge is (nog) niet ontbonden, ze delen ook hun auto nog. Jeff en Valary wonen om de andere week bij Jan op de flat, maar komen dan toch eerst even bij hun moeder langs na school. Inge werkt deeltijds, alleen in de voormid-
dag, als onthaalbediende bij het Centrum voor Algemeen Welzijnswerk. Tussendoor schrijft ze boeken. Ze publiceerde er een over haar adoptiedochter: ‘Een nieuwe wereld voor Valary’. Cultuurschok
‘Zalig dat we het op deze manier kunnen regelen’, zegt Inge. ‘Ik wilde de kinderen niet nóg eens moeten missen. Toen mijn twee oudste zonen klein waren, woonden ze ook afwisselend bij mij en hun vader. Later is mijn eerste ex weer in Engeland gaan wonen en bleven ze bij mij. Jesse, mijn derde zoon die nu vijftien is, was nog maar twee toen zijn vader en ik uit elkaar gingen. Ook hij heeft jarenlang beurtelings bij mij en zijn vader gewoond. Dat doet pijn, hoor, zo’n klein ventje telkens moeten laten gaan. Ik wilde het echt niet nog eens meemaken.’
‘Ik dacht altijd: het is mijn strijd. Maar uiteindelijk hebben mijn kinderen die strijd mee geleden’
Inge was pas twintig toen ze haar eerste kind kreeg. ‘Een bewuste keuze, want ik woonde met mijn man in het Engelse Folkestone. Ik leerde er hem kennen in het gezin waar ik als tiener op taalstage ging. We kregen een relatie toen ik 18 en hij 25 was. Ik wilde mij integreren, ik wilde de taal goed leren en ik wilde werken. Maar ze zeiden dat ze voorrang gaven aan eigen volk.’ Ze lacht: ‘Dus toen ben ik aan kinderen begonnen. Daar heb je ook een job aan.’ Twee kregen ze er: David (26) en Perry (21). Het huwelijk hield tien jaar stand. ‘Toch niet niks.’ ‘Mijn doel was niet om te trouwen voor even. Maar de kloof tussen ons was te groot. Gemengde huwelijken zijn niet simpel. Folkestone ligt maar net over het Kanaal, niet eens zo ver van hier. En toch is het een heel andere cultuur, met mannen die naar de pub gingen om bier te hijsen. Mijn man had een drankprobleem. Ook na veel vragen en smeken, lukte het hem niet om daar iets aan te doen.’ ‘Natuurlijk was ik teleurgesteld toen we uit elkaar gingen, omdat ik zo mijn best had gedaan om mij aan te passen. En omdat ik veel verdragen had, ook partnergeweld – een woord dat ik toen nog niet kende.’ De oudste zonen bezoeken hun familie in Engeland geregeld. ‘Maar hun vader zien ze niet zo vaak’, zegt Inge. ‘Onlangs heeft hij beloofd om een laptop te kopen zodat ze kunnen skypen. Goed voor hen, denk ik dan. Ik stimuleer elk contact tussen de kinderen en hun vader. O ja, ik ben kwaad geweest op mijn Engelsman, zeker. Maar dat was verloren energie. Je moet leren aanvaarden wat is, je moet leren loslaten.’
Zes dagen lang brengt De Standaard een reeks over onze moderne en complexe relaties. Morgen: De kinderen blijven in het huis, zei de rechter.
Vijf tips voor nieuw samengesteld geluk Van Martine Mingelinx, gesprekstherapeute, auteur van het boek Nieuwe levens, nieuw geluk. 1. Ga niet te snel samenwonen. ‘Gun elkaar de tijd, en vooral: vergeet niet dat uw kinderen ook tijd nodig hebben om te wennen.’ 2. Laat uzelf niet ‘mama’ of ‘papa’ noemen door uw stiefkinderen. ‘Ze hebben hun echte mama of papa nog. Bovendien vindt die echte ouder dat meestal niet fijn. Dring uzelf niet op, laat de kinderen de eerste stap doen.’ 3. Bespreek zoveel mogelijk vooraf hoe u de opvoeding ziet. ‘Des te belangrijker als jullie allebei kinderen hebben. Dat de een alles zou mogen en de ander niets, kan natuurlijk niet. Er moet een compromis worden gevonden. Leg uw kinderen goed uit wat er verandert en waarom.’ 4. Doe ook nog dingen apart met uw eigen kinderen. ‘Natuurlijk moet u veel samen doen met het nieuwe gezin. Maar geef uw eigen kinderen aparte aandacht. Zo weten ze dat ze bij u terecht kunnen met problemen.’ 5. Kies samen voor een nieuw huis. ‘Als u intrekt in het huis van uw partner, voelt u zich mogelijk nooit echt thuis. Als u verhuist, zorg dan dat elk kind in het nieuwe huis zijn stek heeft.’ - ONLINE www.mktraining.be
De vzw Een nieuw gezin, opgericht door Jos Willems die een boek met die titel publiceerde (DS 28 mei 2010), ondersteunt nieuw samengestelde gezinnen en probeert ook hun belangen te behartigen. - ONLINE www.eennieuwgezin.be
Strijdperk
Toen ze bijna dertig was, leerde Inge de vader van Jesse kennen. ‘Een degelijke, nuchtere man, die niet dronk. Dat was voor mij erg belangrijk. Zo belangrijk, dat ik niet meer op zijn andere karaktertrekken lette.’ Ze trouwden niet, maar na een jaar was Jesse er al. Vanaf het begin ging het moeilijk met de kinderen, en de komst van Jesse verzachtte dat niet.
Inge: ‘Integendeel. Jesse kon voor zijn vader niets verkeerd doen. Voor David en Perry was hij enorm streng. Ons huis, onze thuis, werd een strijdperk. Echt niet meer gezellig. Na drie jaar ben ik vertrokken.’ De jongens waren vanaf het begin enthousiast over de man die vervolgens Inges hart won. ‘Doén, mama!, zeiden ze toen ze Jan nog maar één keertje hadden ontmoet.
DE STANDAARD
BINNENLAND 13
MAANDAG 6 JUNI 2011
Ook holebi’s scheiden meer In 2009 zijn 159 homohuwelijken ontbonden en 213 lesbische huwelijken. Holebihuwelijken zitten in een licht dalende lijn. In 2009 waren er 1.133 huwelijken tussen twee mannen in ons land, het laagste cijfer ooit. 2004 was met 1.244 mannenhuwelijken de grootste uitschieter. Het aantal vrouwen dat met elkaar in het huwelijksbootje stapt, zit met 999 stellen in 2009 ook al drie jaar in een licht dalende lijn. Dat blijkt uit cijfers van de fod Economie. Holebihuwelijken zijn nog maar mogelijk sinds 6 juni 2003. De eerste jaren waren er nauwelijks echtscheidingen onder mannenkoppels. Sinds 2007 (73) verdubbelde dat aantal tot 158 in 2009. Bij vrouwenparen zijn de cijfers iets meer uitgesproken, de verdubbeling zette zich in 2005 (21) al in en piekte in 2009 met 213 officiële breuken. Ondanks het feit dat stellen van hetzelfde geslacht sinds 2006 kinderen kunnen adopteren, zijn er nog ongelijkheden. Er is geen wettelijke regeling voor draagmoederschap en het is ook nog geen enkel holebipaar gelukt om een kind uit het buitenland te adopteren. (belga)
het alleen heel voorzichtig aanpakken.’ Jeff en Valary hebben de feitelijke scheiding intussen aanvaard, weet Inge. ‘Ze zien dat we nog goed overeenkomen. Dat helpt.’ Wat ze níét had verwacht, was de reactie van haar oudste kinderen. ‘Vooral David was ontzettend boos. Omdat het mij wéér niet gelukt is, omdat zij emotioneel ook zoveel in dat nieuwe gezin hebben geïnvesteerd, omdat ze wéér mee moesten verhuizen. Ik ben altijd degene geweest die vertrok. Zij moesten elke keer mee. Ze moesten van school veranderen en nieuwe vrienden maken.’ Voorbeeld
Inge Legrand: ‘Ik geloof echt dat er nog kansen zijn op een groter persoonlijk geluk.’ © Katrijn Van Giel
Hij was nog vrijgezel. Hij ravotte met hen en het kon hem niet eens schelen dat ze met vuile voeten binnenkwamen. Een echte family-man, die een goede vader zou worden.’ Op zich zijn de vaders van al haar kinderen goede vaders, beklemtoont ze. ‘Ook Jesses vader neemt zijn taak ter harte. Jesse heeft onlangs besloten dat hij liever voltijds bij mij woont, maar ze zien elkaar geregeld. Ik paste gewoon niet bij die man.’ Uiteindelijk bleek ze ook niet voor honderd procent bij Jan te passen. ‘Hij is een warme mens en een geweldige vader, die heel veel in ons hele gezin heeft geïnves-
teerd. Maar niet zoveel in de man-vrouwrelatie, niet zoveel als ik verlangde. Ik was 43 toen het tot mij doordrong: dit gemis ga ik niet voor de rest van mijn leven kunnen verdragen.’ Geluk
‘Voor de buitenwereld ben ik de vrouw die altijd verliefd wordt op andere mannen. Het is niet leuk om als schuldige gezien te worden, ik, die een goede man in de steek heb gelaten. Mijn enige verweer is: ik ben nog jong, ik geloof echt dat er nog kansen zijn op een groter persoonlijk geluk.’ ‘Al maak ik mij over nieuwe relaties geen
illusies: ik ben een rijpere vrouw met vijf kinderen, van wie er vier nog thuis zijn. Ik sleep een verleden mee, en dat doen de mannen die nu vrij zijn, ook. Hoe ouder ik word, hoe meer ik op mijn strepen sta. Dat vinden niet alle mannen leuk.’ Nog eens in een nieuw samengesteld gezin leven, vindt ze moeilijk: ‘Twee manieren van opvoeden met elkaar verzoenen, is niet gemakkelijk. Ik ken een hoop mensen die daar ruzie over hebben. En dan zijn er nog al die ex’en met weer andere opvoedingsstijlen, pff! Nee, dat wil ik mijn kinderen nu even besparen. Wat niet wil zeggen dat ik niemand meer ga toelaten. Ik ga
‘Ik dacht altijd: het is mijn strijd. Maar uiteindelijk hebben zij die strijd mee geleden. Voor een stuk hadden ze dus gelijk. Maar welk voorbeeld hebben ze liever dat ik geef: dat ik voor de rest van mijn leven ongelukkig blijf ? Of dat ik vecht voor mijn persoonlijk geluk?’ Financieel is het niet gemakkelijk. Maar het zou moeilijker kunnen zijn. ‘Ik heb dit huis gekregen van mijn zus, die overleden is. Ook het verlies van een dierbare en het rouwproces dat daarop volgt, kan voor een breuk in je relatie zorgen. Je hebt veel verdriet en je gaat anders nadenken over het leven, en je partner begrijpt dat niet altijd...’ ‘Mijn zus wilde dat ik hier kwam wonen. En Jan en ik blijven elkaar steunen. Anders zouden we het niet redden. Als ik bijvoorbeeld huishuur zou moeten betalen, dan zou ik niet parttime kunnen werken en zou ik misschien een tweede baan moeten nemen. Ergens gaan afwassen of pintjes bestellen. Ik ken mensen die om die reden getrouwd blijven. Ik snap hun angst ergens wel.’ ‘Ik had de moed om te vertrekken. Omdat ik weet: als ik niet gelukkig ben, kan ik een ander ook niet gelukkig maken. En dan moet je die loslaten. Dat is ook graag zien.’ - ONLINE www.standaard.be/scheiden
DE STANDAARD
10 BINNENLAND
DINSDAG 7 JUNI 2011
ALLEEN KINDEREN Z I J N VO O R A LT I J D
Zes dagen lang brengt De Standaard een reeks over onze moderne en complexe relaties. Morgen: Kinderen in de knoop
LOES VERLEYEN HEEFT GEEN VERTROUWEN MEER IN JUSTITIE
‘Mijn ex kan me alleen nog raken via de kinderen’ ‘Ik zal die ouders eens een lesje leren’, sprak de rechter, en hij besliste dat de kinderen in het huis mochten blijven en de ouders om de week moesten verhuizen. Voor de rechter een ‘droog’ vonnis. Voor Loes Verleyen het begin van een scheiding met lange naweeën. VA N O N Z E R E DACT R I C E
VEERLE BEEL DENDERMONDE
Loes Verleyen (49) is de oudste van vijf kinderen uit een arbeidersgezin. Ze leerde braaf en vlijtig te zijn, en kreeg een strenge maar rechtvaardige opvoeding, met oog voor solidariteit voor de zwakkeren in de samenleving. Tien jaar geleden zette ze een punt achter haar huwelijk. Ze heeft nu een duurzame relatie met Koen, bezegeld in een viering. Haar dochter Karen (24) woont sinds haar 18de jaar bij haar vriend. De twee gaan deze maand trouwen. Haar zoon Andries (22) heeft ze al zeven jaar niet meer gezien, sinds hij voor zijn vader koos. Met haar jongste zoon Kwinten (15) loopt het momenteel moeilijk. Vijf jaar voor ze bij haar man wegging, verloor ze een zoontje, Servaas (6,5 maanden), aan wiegendood. ‘Mijn man dronk en ik dacht dat ik dat moest verdragen. Na het verlies van onze zoon werd het erger, en de ruzies tussen ons ook. Ik was kwaad op God, omdat hij ons dit had aangedaan. Tot ik het verhaal van Job las, op zijn mest-
hoop. Zo voelde ik mij ook: totaal verlaten. En net als Job wist ik dat ik moest doorzetten en dat God me daartoe de kracht zou geven. Mijn ex lachte daarmee. Hij zei: ‘Uwe God heeft Servaas afgepakt!’ Hij kwetste mij met opzet. ‘Ik heb hem gesmeekt om hulp te zoeken voor zijn verslaving, maar het werd alleen erger. Ik zag hem agressiever worden, en ook manipulatief ten aanzien van de kinderen. Ondertussen was ik terug zwanger, van onze jongste. Ik wilde zo graag nog een kind. Ik kon niet leven met de leegte. Ik dacht ook, ten onrechte, dat alles daarmee goed zou komen.’ Die hoop was vergeefs. Pas toen ze emotioneel helemaal aan de grond zat, had ze de moed om weg te gaan, dankzij de steun van familie en vrienden. Achteraf hoorde ze dat velen al lang van het drankprobleem wisten, en de huwelijksproblemen vermoedden. ‘En al die tijd dacht ik dat niemand het had gezien.’ Lesje leren
Begin juli kwam de scheiding voor de rechter. Ze vergeet het nooit: ‘Het was rechter Freddy
Puzzelgezinnen Nog een ander woord voor de nieuwe gezinnen die na een eerdere relatiebreuk ontstaan, is puzzelgezinnen. Omdat ze vaak lang geduld moeten oefenen voor de nieuwe ‘puzzel’ past. Omdat er altijd wel een stukje ‘verloren’ blijft, dat is achtergebleven bij het oude gezin of bij een ex. En omdat het woord ook verwijst naar de Engelse uitdrukking ‘to be puzzled’, verbaasd zijn, bijvoorbeeld over het gedrag van je kinderen of die van je nieuwe partner, en hoe dat ook na jaren nog verrassend kan blijven. ‘Je leeft wel onder één dak, maar de kinderen hebben vaak niet dat gevoel’, zegt Geert Faseur, die samen met Evelyne Dewamme het boek Van drempel tot drempel schreef, over kinderen in puzzelgezinnen. Faseur is jezuïet en leraar, en volgde ook een therapie-opleiding. Het boek maakt dankbaar gebruik van levensechte, zij het anoniem vertelde verhalen. Daaronder ook het verhaal van een gezin waarbij de kinderen na de scheiding in het huis mochten blijven, en de ouders beurtelings verhuisden.
Troch, die normaal geen familiezaken doet. Hij zei: ‘Het is duidelijk dat jullie niet met elkaar praten. Ik zal jullie een lesje leren.’ En toen mochten de kinderen in het huis blijven wonen en moesten wij om de beurt verhuizen. Mijn ex had alle rekeningen leeggehaald, dus voor mij zat er niets
‘Tijdelijk kan dat een goed idee zijn’, denkt Faseur. ‘Omdat de kinderen daardoor kunnen wennen aan het idee dat hun ouders uit elkaar gaan. Maar wat als er sleet op het huis komt, als de kraan begint te lekken? Wie gaat die laten herstellen? Wie zorgt voor de was van de kinderen en wanneer? Op de langere termijn is het praktisch moeilijk houdbaar.’ ‘En wellicht is het ook niet wenselijk’, zegt Faseur. ‘Omdat het de schijn ophoudt dat er wezenlijk niets verandert in hun leven. Terwijl tegelijk alles verandert.’ Faseur gaat ervan uit dat er voor kinderen geen ‘goede scheidingen’ bestaan, maar dat ze die toch behoorlijk goed kunnen overleven, als ouders alert zijn voor hun beleving. Een tip voor nieuwe partners in een puzzelgezin: ‘Jullie kinderen laten zien dat je elkaar heel graag ziet. Het is de basis waarop het nieuwe gezin wordt gebouwd.’ Geert Faseur en Evelyne Dewamme, ‘Van drempel tot drempel’, Davidsfonds/Leuven, 211 blz., 17,5 euro.
anders op dan bij mijn ouders in te trekken.’ ‘Elke keer ik aan mijn week begon, lag het huis overhoop en kon ik beginnen opruimen en schoonmaken. Doe dat toch niet, zei mijn moeder, het is verloren energie. Maar onze kinderen moesten daarin leven! Na zeven maanden
heeft een andere rechter die eerste beslissing gelukkig ongedaan gemaakt.’ Het huis werd aan haar toegewezen, ze bleef er met de kinderen wonen. Maar haar dochter besliste er zelf al snel anders over: ‘Karen was boos omdat ik geen dure schoenen voor haar wilde kopen. Oké, zei ze, dan ga ik bij papa wonen, en ze vertrok. Twee jaar lang heb ik haar niet gezien, tenzij een enkele keer in de stad, op haar fiets. Ze wist heel goed dat als ze voor papa koos, ze tegen haar mama koos. Dat heeft hun vader er goed ingepompt. De een aanhalen, betekent de ander afstoten.’ Na twee jaar belde Karen zelf bij Loes aan: ‘Ik deed open en daar stond ze, huilend, samen met haar vriend. Haar vader vond het niet goed dat ze met die jongen omging. Ze kon kiezen: haar vriend de bons geven, of vertrekken. Natuurlijk heb ik haar weer binnen genomen.’ Makkelijk verliep de hereniging niet: ‘In plaats van een puberdochter kreeg ik een bijna volwassen vreemde in huis.’ Kort daarop besloot Andries, intussen 15, dat hij bij zijn vader ging wonen. Loes: ‘Dat hij koos voor een ouder die er eerder nooit was geweest voor zijn kinderen, heb ik als een groot onrecht ervaren. Maar hij zei: wie gaat er anders voor papa zorgen?’ Ze geeft toe dat Andries het ook moeilijk had om Koen, met wie ze toen net een relatie had, te aanvaarden. ‘Mijn zoon verzette zich op alle mogelijke manieren tegen Koens aanwezigheid. Hij zette bijvoorbeeld de banden van zijn fiets plat. Gelukkig kon Koen dit plaatsen en ging hij er rustig mee om.’ Net zoals met haar dochter eerder, blijven ook nu haar pogingen tot contact met de oudste zoon
DE STANDAARD
BINNENLAND 11
DINSDAG 7 JUNI 2011
derzoek niet gelezen hebben. Rechters laten zich inpakken door geroep en getier. Er wordt nooit rekening gehouden met de agressie, of met de afwezige vaderfiguur uit het verleden, want voor de rechtbank is co-ouderschap nu eenmaal de regel. Naar mijn gevoel wordt onrecht vaak bevestigd via vonnissen.’ Loes vreest nu dat ook Kwinten een kleine aanleiding zal aangrijpen om alleen bij zijn vader te gaan wonen. ‘Mijn kinderen nemen het mij precies nog altijd kwalijk dat ik ben weggegaan. Ze willen blijkbaar niet zien dat ik geen andere keuze had, uit respect voor hen en voor mezelf. Gaan ze het ooit wel begrijpen?’ Geluk
Loes Verleyen: ‘Dit interview is zeker geen smeekbede om aandacht. Ik probeer gelukkig te zijn met wat ik heb.’ © Katrijn Van Giel
eenrichtingsverkeer: ‘Ik weet niet wie zijn vrienden zijn, wat hem bezighoudt, hoe het op school gaat.’ Ontgoocheld
Bij de scheiding heeft haar ex gezworen dat hij de kinderen zou afpakken en dat hij Loes ‘zou kapotmaken’. ‘Ik weet en hij weet dat het de enige manier is waardoor hij mij nog kan raken. Maar het is wel ráák, elke keer. Mijn ex leeft in haat. Karen wil nu niets meer met haar vader te maken hebben, en dus ook niet met haar broer, die voor hun vader gekozen heeft. Mijn kinderen zijn al zeven jaar
‘Als ze voor de ene ouder kiezen, moeten ze de andere afstoten. Dat heeft mijn ex er goed ingepompt. Het gevolg: de oudste twee hebben elkaar al zeven jaar niet meer gezien’ niet meer samen geweest. Dat is een verschrikkelijke gedachte.’ En dan is er nog haar jongste zoon. ‘Ik heb altijd gedacht dat ik een goede band had met Kwinten. Als hij vroeger in het weekend
naar zijn vader moest, had hij de donderdagavond al buikpijn van de stress. Koen en ik hebben daar nooit misbruik van gemaakt. We waren bezorgd, maar vonden het belangrijk dat hij bleef gaan.’
Toen hij dertien was, zei Kwinten dat hij verblijfsco-ouderschap wilde en sindsdien woont hij een week bij Loes en een week bij zijn vader. Die laatste heeft ook een procedureslag om het domicilie gewonnen. De afgelopen twee jaar is Loes al zes keer voor de jeugdrechter moeten verschijnen. ‘Ik raak zo ontgoocheld in het rechtssysteem. Eerst dat gedoe met de kinderen die in het huis moesten blijven wonen. We hebben daar een zeer slechte start genomen. En dan altijd andere rechters die het dossier niet kennen of het maatschappelijk on-
Haar partner Koen moedigt haar aan om haar kinderen te laten zien dat ze sterk is, en ondanks de kwetsuren toch nog geluk kan vinden op andere terreinen: in haar werk als verantwoordelijke verpleegkundige bij een medisch pedagogisch instituut, in haar kooractiviteiten, in het begeleiden van 11-jarigen naar hun vormsel. Maar vooral in een stevige, warme relatie, die gebaseerd is op gelijkwaardigheid. ‘Dit interview is zeker geen smeekbede om aandacht. Ik probeer gelukkig te zijn met wat ik heb, niet ongelukkig met wat ik moet missen. Ik ben niet perfect. Ik doe en deed mijn best voor anderen, voor mijn kinderen’, zegt Loes. ‘Toch blijft de pijn van het niet erkende onrecht en blijf ik bang voor wat het opstoken en de manipulatie met de kinderen heeft aangericht en nog zal aanrichten. Ik wil mij niet in de slachtofferrol wentelen, maar het is mijn verhaal, en het is een eerlijk verhaal.’
DE STANDAARD
12 BINNENLAND
WOENSDAG 8 JUNI 2011
ALLEEN KINDEREN Z I J N VO O R A LT I J D
Zes dagen lang brengt De Standaard een reeks over onze moderne en complexe relaties. Morgen: Vader zorgt voor de kinderen
ARNAUD VERZEILDE IN EEN DEPRESSIE DOOR SCHEIDING OUDERS
‘Toch een last op mijn schouders’ De ouders van Arnaud Vandermeiren (16) zijn ‘al heel lang’ uit elkaar. Twee jaar geleden raakte hij helemaal in de knoop. ‘Ik begreep het zelf niet zo goed.’ VA N O N Z E R E DACT R I C E
VEERLE BEEL GENT ‘Ik was
vijf. Mama haalde mij af van school. We gingen naar oma in plaats van naar papa. Ze zei: ge zult Jefke – dat was onze kat – eventjes niet meer zien. Maar het was voor altijd. Ik wist niet goed wat er gaande was, al besefte ik wel dat het mis zat, want papa en mama maakten veel
ruzie. Mijn zus en ik lagen soms boven in een kamer te huilen als we dat hoorden. Als het niet meer gaat, moeten koppels uit elkaar gaan. Er zat niets anders op.’ ‘Heel veel herinneringen heb ik niet. Ja, ik vond het oneerlijk dat ik in de lagere school veel meer nieuwjaarsbrieven moest schrijven dan kinderen uit een gewoon gezin. En op mijn communiedag kreeg ik
twee feesten: een bij mama, overdag, en een bij papa, ’s avonds. Dat was leuk én ingewikkeld. Je krijgt tweemaal zoveel feest en tweemaal zoveel cadeaus. Maar je hébt al taart doorgesneden en moeten er echt tweemaal foto’s worden gemaakt? Ik weet nog dat ik heb gezegd: “Moet ik echt mee naar papa, ik ben al zo moe!” Achteraf bezien was het ook daar supertof.’ ‘In het begin woonde ik een week bij mama en een week bij papa. Maar ik heb nood aan een duidelijke structuur. Daarom is die regeling omgezet in wonen bij mama en om de veertien dagen op bezoek gaan bij papa. Alleen daagde papa niet altijd op het afgesproken moment op. Hij had toen een vriendin die niet zo graag had dat we kwamen. Ze vond dat hij moest kiezen. Gelukkig heeft hij voor ons gekozen.’
‘Later ging hij samenwonen met Katrien. Ik heb lang opgekeken naar Yves, mijn stiefbroer. Hij heeft mij duidelijk gemaakt dat het tussen mijn ouders nooit meer goed zou komen, maar dat dat oké is. “Het gaat toch allemaal goed nu!”, zei hij altijd. Ik heb veel aan hem gehad.’ ‘De breuk tussen papa en Katrien heb ik zien aankomen. Van Yves had ik al afscheid genomen, omdat hij alleen was gaan wonen. Ik zie hem nog op Facebook. Maar Katrien is weggegaan, terwijl ik bij mama was. Van haar heb ik geen afscheid kunnen nemen, jammer. Mijn vader woont nu weer alleen.’ ‘Mijn moeder is hertrouwd met Dirk. Ze hebben samen een huis gebouwd en dat is ook mijn thuis. Daar woon ik en heb ik al mijn spullen. Ik kom goed overeen met
‘Ik heb dat vat toegedaan’ Kaatje (23) heeft haar vader al negen jaar niet meer gezien. ‘Ik denk niet dat ik er al klaar voor ben om de draad weer op te nemen. Negen jaar is lang.’ BRUSSEL ‘Ik was drie jaar toen mijn vader ons verliet. Ik herinner mij daar niets van. Ik heb alles afgesloten. Mijn vat toegedaan. Het deksel erop. Ik ben nu in therapie, omdat ik vorig jaar zwaar depressief ben geworden.’ ‘In het tweede middelbaar heb ik beslist, na heel lang nadenken, dat ik niet meer naar papa wilde. Ik heb tweemaal moeten bellen, want hij was eerst niet thuis. Hij kwam ons de volgende dag toch halen. We zaten boven. Ik moest van mama iets zeggen, dus ik riep door het raam dat ik hem nooit meer wilde zien. Toen heeft hij de batterij van de deurbel leeg gebeld en de tuinmeubelen kapotgeslagen. Hij is nog een paar keer
teruggekomen met de politie. Ik weet daar de details niet meer van.’ ‘Ik heb nooit gevoeld dat hij ons graag zag. Alles draaide rond zijn nieuwe kinderen: kerstcadeaus waren gezelschapsspelletjes voor hun leeftijd en moesten daar blijven. Zij twee deelden een kamer, naast de slaapkamer van hun ouders. Mijn zus en ik moesten op zolder slapen, waar het in de zomer snikheet was en in de winter ijskoud. We hebben daar vaak wakker gelegen van de kou. Toen bouwden ze een kamer bij: voor mijn halfbroer! Zij kregen elk hun eigen kamer, wij moesten nog altijd op zolder slapen. Papa heeft ons nooit het gevoel gegeven dat het ook onze thuis was.’
‘Toen we niet meer naar papa gingen en het eindelijk rustig leek te worden, ontwikkelde mijn zus een eetstoornis. Door de scheiding? Niemand die het weet. Twee jaar lang gingen we elk weekend op ziekenbezoek. En op woensdag ging mama ook en
‘Ik was het enige lichtpuntje in haar leven, zei mijn moeder vaak, en ik wilde dat blijven’
bleef ik alleen thuis. Dat vond ik echt niet leuk. Onrechtvaardig ook, dat er weer iets gebeurde toen de scheiding eindelijk achter de rug leek. Het is een egoïstische ziekte, die iemand helemaal verandert. Mijn zus gooide met eten, smeet messen door de ka-
mer. Ze was heel onbeleefd tegen iedereen.’ ‘Mama zei vaak dat ik nog het enige lichtpuntje in haar leven was. En ik wilde dat blijven. Ik sprak haar moed in. Ik voel me snel verantwoordelijk voor mensen. Dat is misschien mijn probleem, maar het is ook een verdedigingsmechanisme. Zolang ik mij om anderen kon bekommeren, moest ik niet aan mezelf denken. Vorig jaar is mijn zus op kot gegaan. Toen pas kreeg ik de ruimte om zelf in de problemen te komen.’ ‘Ik heb nog altijd heel weinig vertrouwen in mezelf. Ik vind het moeilijk te geloven dat ik ooit een relatie ga hebben. Ik kan niet geloven dat iemand mij zo graag zal zien dat hij mij trouw zal blijven. Ik kamp met een grote verlatingsangst, doordat papa ons in de steek heeft gelaten. Hij liet ons achter en koos een nieuwe vrouw
met wie hij twee nieuwe kinderen had.’ ‘Onlangs heb ik mijn halfbroer en -zus toegevoegd op Facebook. Zij hadden mij een verzoek gestuurd. Ik heb er lang over nagedacht, maar heb ze toch aanvaard. Ik zou ze niet herkennen als ik ze tegenkwam op straat. Mijn vader? Nee, daar ben ik nog niet klaar voor. Hij heeft veel kapotgemaakt.’ ‘Freddy, de vriend van mijn moeder, is als een vader voor mij. Hij heeft mij opgevoed en heeft dat goed gedaan. Hij heeft veel met ons gespeeld toen we klein waren. Nu ben ik stilaan te oud om nog thuis te wonen. Ik zou graag op kot gaan, maar daar is geen geld voor. De ziekte van mijn zus heeft veel gekost, en papa heeft daar niet mee voor betaald. Ik vraag me wel eens af waar ik nu zou staan als ze nooit uit elkaar waren gegaan.’
DE STANDAARD
12 BINNENLAND
DONDERDAG 9 JUNI 2011
ALLEEN KINDEREN Z I J N VO O R A LT I J D
Zes dagen lang brengt De Standaard een reeks over onze moderne en complexe relaties. Vandaag: Vader zorgt voor de kinderen. Morgen: Getrouwd, gescheiden en opnieuw met elkaar getrouwd.
VADER WEERLEGT CLICHE DAT KINDEREN BETER AF ZIJN BIJ HUN MOEDER
‘Wij zijn er sterker uitgekomen’ Praatgroepjes in Antwerpse scholen In vijf scholen in de provincie Antwerpen gaan volgend jaar praatgroepjes voor en met kinderen van gescheiden ouders van start. BRUSSEL Het concept is wijdverspreid in Nederland, maar kon bij ons tot nu toe nergens voet aan de grond krijgen. Het wordt in Antwerpen getrokken door Marianne Mariën, die coördinator opvoedingsondersteuning is bij het Agentschap Jongerenwelzijn. Zij is in Nederland opgeleid tot KIES-coach. KIES staat voor Kinderen in een Echtscheidingssituatie. Een KIES-groepje zal acht tot tien kinderen bevatten en acht keer bijeenkomen. Onder begeleiding van de coach worden de kinderen uitgenodigd om te vertellen wat zij voelen en hoe zij met eventuele problemen rond de scheiding of hun verblijfsregeling omgaan. Ze mogen er ook een tekening over maken. Niets moet. ‘Het is niet de bedoeling om de vuile was van de ouders buiten te hangen’, zegt Marien. ‘We gaan niet vissen naar feiten. Het gaat erom dat kinderen leren te praten over hun gevoelens, en dat ze kracht putten uit het feit dat anderen hetzelfde doormaken. Zo worden ze weerbaarder.’ Ouders zullen in september worden gevraagd om hun toestemming te geven. Ze zullen daartoe een brief van de
school ontvangen. Mariën hoopt dat ouders de voordelen zien. ‘Het is preventief. We bereiken de kinderen voor er zich grote problemen voordoen. Onderzoek in Nederland, waar dit een gangbare praktijk is, wijst uit dat ook de communicatie tussen kind en ouder thuis verbetert. Zelfs de ouders onderling komen tot een beter gesprek: vaak beperkt de communicatie zich nu tot onderwerpen als de propere was. Met de praatgroepen gaan ze sneller het gesprek aan over hoe het kind zich voelt.’ In totaal zijn in Antwerpen tien mensen tot KIES-coach opgeleid, en twee in Limburg. Het zijn allen mensen die vanuit hun job bij een Centrum voor Algemeen Welzijnswerk of een Centrum voor Leerlingenbeleiding makkelijk binnenraken in de scholen. Ze moeten in elk geval niet extra betaald worden. Kinderen zullen dus niet moeten betalen om deel te nemen. Twee eerdere KIES-coachen die als zelfstandig therapeut aan de slag wilden in de scholen, slaagden niet in hun opzet, onder meer vanwege die financiële barrière. Het hele project wordt wetenschappelijk opgevolgd, wat wil zeggen dat de deelnemende kinderen worden vergeleken met evenveel kinderen van gescheiden ouders die niet hebben deelgenomen. Het spreekt voor zich dat ook die ouders om toestemming zal worden gevraagd. (vbr)
Weinig vaders zorgen na de scheiding voltijds voor de kinderen. Steven Dillis, rivierloods op de Schelde, is een van hen. ‘Wat ik benijd bij moeders is dat ze altijd zo’n goede agenda hebben. Wie, wat, waar, wanneer naartoe moet: het lukte mij niet om dat bij te houden.’ Toch heeft hij er iets op gevonden. VA N O N Z E R E DACT R I C E
VEERLE BEEL MORTSEL ‘Let maar niet op de
inrichting van het huis’, zegt Steven Dillis (42) bij wijze van verwelkoming. ‘Het is hier allemaal functioneel. Je ziet misschien wel dat er een vrouwelijke touch ontbreekt.’ Hij heeft lekkere hapjes klaargezet en de veranda, die aansluit bij de keuken, is best gezellig ingericht. Maar in de woonkamer, waar dochter Joke de lange eettafel heeft ingepalmd met haar schoolwerk, staan oudere meubels die nog van vorige bewoners dateren. ‘Het huis is niet van mij. Ik heb nog niet de moeite genomen om het naar mijn hand te zetten’, zegt Steven. ‘Ik weet nog niet of ik hier wil blijven. En ik dacht ook altijd: wat als er iemand nieuw in mijn leven komt, die het naar haar smaak wil inrichten? Misschien is het fout om zo te denken. In ieder geval hebben mijn kinderen en ik ook tijd nodig gehad om ons te settelen in de nieuwe situatie.’ Steven zou liefst naar een nieuwe en grote flat verhuizen. Dochter Joke (13) vindt het ook maar een
‘bomma-huis’ waarin ze nu wonen, maar ze zou het sneu vinden om haar trampoline achter te laten. En ze weet dat haar broer, Pieter-Jan (18), evenmin dol is op het idee. Hun vader is zich daar nu van bewust: ‘In het begin stond ik er niet bij stil dat de kinderen ook behoefte hebben aan een thuis, een plek waar ze graag zijn. En dat ze nog lang niet weg zijn. Ik hoor van collega’s op het werk dat kinderen die ouder worden, graag blijven plakken.’ Flexibel werk
Steven is licentiaat in de nautische wetenschappen en behaalde ook het brevet van kapitein ter lange omvaart. Hij werkt nu als rivierloods op De Schelde, wat inhoudt dat hij grote zeeschepen van Antwerpen naar Vlissingen begeleidt, of omgekeerd. Hij heeft geen kantoor, maar gaat aan boord van het schip om de kapitein aan te sturen. ‘Ik ben telkens vijf dagen vrij en zes dagen beschikbaar. Dag en nacht. Als ze mij nodig hebben, komen ze mij thuis ophalen en na afloop word ik ook thuisgebracht.’
Het is werk met een grote verantwoordelijkheid en een goed loon, waardoor hij financieel niet in nauwe schoentjes komt. ‘Bij een scheiding wordt alles in tweeën verdeeld, dus word je wel even teruggeslagen op financieel vlak. Maar ik mag niet klagen. Ik hoef niet bij te klussen, zoals veel andere gescheiden mannen en vrouwen moeten doen.’ ‘Het is ook flexibel werk, dicht bij huis, waardoor ik veel thuis ben voor de kinderen. Anderzijds kan ik niet van het schip af als ik er eenmaal op zit. Als Joke belt dat ze haar boterhammen is vergeten, kan ik haar niet helpen. Dan moet ze haar plan trekken. Er liggen huissleutels bij familie en vrienden in de buurt, want ze durft de hare wel eens te vergeten.’ Steven verwacht hoe dan ook van zijn kinderen dat ze veel zelf doen. In het begin ging hij nog samen met Joke kleren kopen. ‘Maar wat weet ik van vrouwenkleren? Ze is nu oud genoeg om zelf te gaan, met vriendinnen of haar nichtjes. Dus geef ik mijn bankkaart mee en zij moet tonen dat ze daar verantwoordelijk mee kan omgaan.’ Als Joke in de winkel iets ziet dat ze graag wil kopen, wat niet afgesproken is, belt ze eerst haar vader. ‘Dat doet ze ook als ze een film wil huren wanneer ik op een schip zit. Het is niet zo dat ik aan het eind van de maand achterover val van een Telenet-rekening vol huurfilms waar ik niets vanaf weet.’ I-pad
Communicatie is het sleutelwoord. Steven: ‘Tegen een klein kind kun je nee zeggen, maar dat lukt niet meer met tieners. We praten veel met elkaar. Ik bedoel niet dat ze altijd hun zin krijgen, maar je moet wel altijd motiveren wat je van ze vraagt.’
DE STANDAARD
BINNENLAND 13
DONDERDAG 9 JUNI 2011
ken met iemand anders dan ik. Tenslotte ben ik betrokken partij. Zij moesten vrij kunnen spreken.’ Joke wilde vroeger actrice worden, maar nu toch liever kinderpsychologe: ‘Het lijkt mij fijn om kinderen zo’n goed gevoel te kunnen geven.’ Ondanks het leeftijdsverschil zijn de kinderen close met elkaar, zegt Steven. ‘Ze hebben elk maar één broer en één zus. Het is belangrijk dat ze er zijn voor elkaar. Dat heb ik hen ook zo gezegd. En het is fijn om te zien dat ik op hen kan rekenen. Dat Pieter-Jan eten klaarmaakt voor Joke wanneer ik hem dat vraag. Hij moet niet altijd voor haar in de bres springen. Ik ben er ook. Maar hij doet het wel als het nodig is.’ Als de twee tieners ’s avonds naar een tv-programma kijken dat hun vader niet bijster interesseert, gaat hij op stap. Bijvoorbeeld naar het theatercafé van Mortsel, waar veel kranten liggen die hij dan leest, en waar hij vrienden ontmoet. ‘Ik heb de afgelopen drie jaar heel veel nieuwe mensen leren kennen en veel nieuwe vrienden gemaakt. Het heeft me verrast hoe snel dat netwerk zich uitbreidt. Dan spreek je af met de ene, en die brengt iemand anders mee, die nog weer twee anderen kent. Anders dan in een huwelijk, waar je je meestal tot andere koppels beperkt.’ Sterker
Steven Dillis (midden) met zijn zoon Pieter-Jan en dochter Joke. ‘We kijken niet meer om. We kijken nu vooruit.’ © Katrijn Van Giel
Ze hebben natuurlijk alledrie een gsm, zodat ze elkaar overal kunnen bereiken. En onlangs schafte Steven zich een I-pad aan, met het oog op een beter agendabeheer. ‘Je kunt wel een kalender tegen de muur hangen, maar die zie ik niet als ik op een schip zit.’ Nu hebben ze een virtuele gezinsagenda waar de kinderen via elke internetverbinding toegang tot hebben. Steven kan er met zijn I-pad altijd wijzigingen in aanbrengen, of de updates zien die zijn kinderen hebben aangebracht. ‘Boys en toys hé? Er zijn dan misschien dingen die vrouwen beter kunnen, maar mannen zijn goed in het vinden van effici-
‘In het begin stond ik er niet bij stil dat de kinderen ook behoefte hebben aan een thuis, een plek waar ze graag zijn’ ente oplossingen.’ Heel soms voelt Joke de nood om een plekje in het huis op orde te stellen: ‘Dan roept ze mij en Pieter-Jan en zegt: “Kijk eens, ik heb
de koelkast helemaal schoongemaakt, die moet nu zo blijven!” We stellen het goed samen en we hebben veel vrienden en familie die ons helpen. Maar ik begin wel
uit te kijken naar een nieuwe relatie’, zegt Steven. ‘Ik denk dat ik er klaar voor ben. Ik wil het niet forceren, maar ik denk dat, als het goed zou zitten, de kinderen er ook deugd van zouden hebben.’ Hulp
Bijna vier jaar is hij nu gescheiden, na een huwelijk van 15 jaar. In het begin was dat vooral een ramp, waarvoor zowel hijzelf als de kinderen een tijdlang hulp zochten – hij bij een therapeut, zij bij een kinderpsycholoog. ‘Om te beginnen had ik zelf te veel aan mijn hoofd. Maar ik vond het voor de kinderen ook belangrijk dat ze over hun gevoelens konden spre-
Hij is, zegt hij, nog nooit zo vaak naar concerten geweest als de afgelopen jaren. Hij heeft vrienden met wie hij gaat eten, vriendinnen met wie hij gaat sporten en hij heeft vorige zomer een collega-vriendin een tijdlang vergezeld op haar fietstrektocht naar Santiago. ‘Ik ben meegefietst vanaf de brug van Temse tot in Compiègne. We trekken er ook elk jaar met ons drieën op uit, maar de kinderen zijn meer strandgenieters. Ik reis liever wat avontuurlijker. Dat doe ik dan in mijn eentje.’ Tot zijn verbazing hoort hij zichzelf nu tegen anderen zeggen dat je sterker uit een relatiebreuk komt. ‘Ik weet nu dat het waar is. Maar ik weet ook heel goed dat degenen die ervoor staan, dat nog niet kunnen vatten. Je staat op een punt waarop je leven verbrokkelt, je krijgt de helft van de scherven mee en moet daar een nieuw leven mee opbouwen. Je weet met je verstand wel dat het gaat lukken. Je ziet dat punt ook in de verte. Maar er is geen rechte lijn naartoe.’ Dan opgelucht: ‘Ik ben er nu wel doorheen. Net als de kinderen, die het opnieuw goed doen op school. We kijken niet meer om. We kijken nu vooruit.’ - ONLINE www.standaard.be/scheiden
DE STANDAARD
12 BINNENLAND
VRIJDAG 10 JUNI 2011
ALLEEN KINDEREN Z I J N VO O R A LT I J D
Zes dagen lang brengt De Standaard een reeks over onze moderne en complexe relaties. Dit is de slotaflevering.
DE EERSTE KEER LIEPEN ZE TE HARD VAN STAPEL
Een scheiding als adempauze Getrouwd, gescheiden en opnieuw met elkaar getrouwd. Stefaan Priem en Karen Desmet vonden het een goede leerschool, zo even uit elkaar gaan. ‘Toen pas hebben we leren praten en overleggen. We moesten wel, voor onze zoon die in co-ouderschap werd opgevoed.’
VA N O N Z E R E DACT R I C E
VEERLE BEEL ARDOOIE Stefaan
Priem (35) en Karen Desmet (33) zeiden voor de tweede keer officieel ‘ja’ tegen elkaar op de trouwdag van de Britse prins William en Kate Middleton. Hun zoon Sigert (bijna 10) staat mee op de trouwfoto. Eigenlijk wonen ze al vijf jaar weer samen. Weet Sigert nog dat zijn mama en papa vroeger een tijdje uit elkaar waren? ‘Ik weet nog dat ik bij mama twee stiefbroers had’, zegt de jongen bedachtzaam. Hij woonde toen een week bij zijn vader en een week bij zijn moeder. ‘Sigert koos geen kant’, zegt zijn vader. ‘Hij was daar diplomatisch in. Maar hij zei wel dat hij niet graag zijn spullen pakte voor al dat verhuizen.’ ‘Nee, hij vond het niet leuk’, weet ook Karen nog. ‘Co-ouderschap is goed voor de ouders, maar niet voor de kinderen. Want als het erop aan komt, kiest iedereen toch partij voor zijn eigen kroost.’ Ze verwijst daarmee naar de hoogoplopende ruzies in haar tijdelijke nieuwe relatie. ‘Eigen bloed trekt.’ Twee jaar nadat ze was weggegaan, trok ze terug in het gemeenschappelijke huis in. De scheiding was nog nét niet rond. Het zou maar voor even zijn. Maar ze bleef. TE IMPULSIEF
‘De eerste keer liepen we veel te hard van stapel’, meent Karen. ‘We leerden elkaar kennen in 1998, ik was pas twintig. Een jaar later zijn we voor de wet getrouwd. Voor de Kerk hebben we dat in 2000 pas gedaan. Maar we kochten de grond voor dit huis en daarom zijn we in 1999 al wettelijk
getrouwd. In juli 2001 is Sigert geboren. Een jaar later begonnen we te bouwen. In 2003 trokken we erin. Je ziet: er gebeurde elk jaar wel iets. Stefaan was enorm impulsief, en ik was de eeuwige twijfelaar, voor wie het allemaal wat trager mocht.’ Ook in 2004 gebeurde er iets: Stefaan en Karen gingen uit elkaar. Stefaan: ‘Zij had iemand gevonden met wie ze goed kon praten. Ik maakte toen lange dagen als vrachtwagenchauffeur. In het weekend leefde ik me uit met mijn getunede auto: een Volvo Lupus. ’s Zaterdags blonk ik hem op, ’s zondags reed ik ermee naar een wedstrijd ergens te velde. Ik vroeg wel eens of ze meeging, maar ik stond er niet bij stil dat de kleine zijn pap opgewarmd moest worden, en dat hij ergens moest kunnen slapen.’ ‘Ik jeunde mij toen niet in dit huis’, zegt Karen. ‘Alles was veel te snel gegaan, en hier zat ik dan, met een baby. Ik wilde een dag in de week minder werken want ik deed ook het hele huishouden, maar zijn moeder vond dat niet nodig, als je nog maar één kind hebt. En Stefaan was toen nog erg close met zijn moeder: hij volgde haar in alles.’ CO-OUDERS
Het gebeurde wel eens dat Stefaan op zondagavond thuiskwam, en vaststelde dat Karen in de woonkamer zat, en de kleine Sigert huilend in zijn maxicosi in de slaapkamer stond. ‘Ik vond dat écht niet kunnen’, zegt Stefaan. ‘Maar ik kon het alleen niet aan, met een baby die veel aandacht vroeg’, antwoordt Karen daarop. Kortsluitingen genoeg dus. De scheiding
werd ingezet en Karen trok bij een andere man in, die ook al kinderen had. ‘Het was een vlucht’, beseft Stefaan. ‘Bij hem vond ze wel gehoor. Ik was toen nog een gesloten boek. Praten deed ik nauwelijks.’ Eerst waren ze razend op elkaar. Gek genoeg ging die woede snel over. Stefaan: ‘We hadden Sigert nog, en we voedden hem op in co-ouderschap. We moésten wel met elkaar overleggen. Eigenlijk heb ik dat toen pas geleerd: een afspraak maken, en die ook naleven.’ Toch nog een voordeel van het co-ouder-
‘Er zouden veel mensen gelukkiger zijn als ze het toch nog eens met elkaar probeerden’
schap, volgens Karen: ‘Sigert was een slechte slaper. Tot zijn zes jaar hield hij ons ’s nachts wakker. In feite leden we beiden onder een chronisch slaaptekort. Dankzij de week-weekregeling konden we eens een weekje doorslapen.’ Toen het foutliep in haar nieuwe relatie, zou Karen weer bij haar eigen ouders intrekken. ‘Stefaan zag dat het niet met mijn volle goesting was, en zei dat ik bij hem en Sigert mocht komen wonen. Tijdelijk. Tot ik iets anders en betaalbaars had gevonden.’ ‘Het was per slot ook nog altijd haar huis’, zegt Stefaan. ‘En we hadden een kamer op overschot. Maar slapen deden we die eerste nachten amper. We hadden zo veel om bij te praten. Iedere avond zaten we urenlang naar elkaar te luisteren.’ Karen keek wel eens rond op vastgoedwebsites, maar serieus zoeken deed ze niet. ‘Het klinkt misschien raar, maar ik dacht ook aan Sigert. Er zijn mensen die zeggen dat je niet moet samenblijven voor de kinderen, maar ik vond het belangrijk een nieuwe poging te doen voor hem. Pas op, we zien elkaar ook graag. Ik bedoel, ik zie Stefaan graag. Ik kan alleen voor mezelf spreken.’ Hij laconiek: ‘Je weet wel dat ik niet opnieuw getrouwd zou zijn als het niet zo was.’ ALLES ANDERS
Er is tussen hen een heleboel veranderd. Stefaan werkt nu als zelfstandige, wat hem de mogelijkheid geeft zijn werk beter op het gezin af te stemmen. Op donderdagavond haalt hij Sigert van school, en eten
DE STANDAARD
BINNENLAND 13
VRIJDAG 10 JUNI 2011
Info en gespreksgroepen ● Info-avonden voor ouders na scheiding worden meestal aangekondigd in lokale infobladen of via de scholen. ● De Gezinsbond organiseert af en toe een ‘oefenschool’ voor alleenstaande ouders of voor nieuwsamengestelde gezinnen. Dat zijn vier of vijf bijeenkomsten op rij. Ook Centra voor Algemeen Welzijnswerk doen dat op geregelde basis. Er moet meestal een kleine bijdrage worden betaald. ● Een buitenbeentje zijn de oudergespreksavonden van het Sociaal Huis in Malle: een reeks van vijf avonden die helemaal gratis wordt aangeboden. Gescheiden ouders komen elk in een andere groep terecht. ● In Hasselt biedt het CAW Sonar een ‘cursus’ over scheiden aan: in vijf sessies worden de meest courante vragen beantwoord van mensen die gaan scheiden. ● De Scheidingsschool organiseert geregeld info-avonden. De eerstvolgende avond vindt plaats op dinsdag 21 juni in het provinciehuis in Leuven, en is speciaal bestemd voor grootouders: Wat als je kind gaat scheiden? Toegang: 5 euro. ● Bij een Centrum voor Algemeen Welzijnswerk kun je ook altijd terecht voor (informatie over) bemiddeling: zowel voor, tijdens als na de scheiding. Ouderschapsbemiddeling bijvoorbeeld helpt ouders die uit elkaar zijn betere afspraken te maken over de kinderen. (vbr)
tie, en 312 op het avondfeest. Stefaan: ‘We hadden de hele avond nodig om iedereen dag te zeggen.’ Nu, op vrijdag 29 april, nodigden ze hun dichtste familie en enkele goede vrienden uit op een barbecue in de tuin. Twintig man. Ze feestten tot drie uur ’s nachts. ‘Zo wilden we het zelf.’ VERGEVEN
Stefaan Priem, Karen Desmet en zoon Sigert, met hun eerste trouwfoto.
ze samen friet van het frietkot. Want dan is Karen naar de avondles. Het huishouden doet zij nog altijd, bovenop haar job. ‘Maar ik stel dat nu veel meer op prijs’, zegt hij. ‘Ik zal al eens een handje toesteken. De stoelen op tafel zetten als ze begint te kuisen, bijvoorbeeld.’ ‘Vroeger kon hij met vuile voeten over mijn pas schoongemaakte vloer stappen. Dat doet hij nu niet meer’, zegt Karen. ‘En ikzelf let minder op details. Het hoeft allemaal niet meer spic en span te zijn. Er staan nu
© Katrijn Van Giel
kinderhandjes op dat deurraam ginds. Vroeger zou ik meteen rechtgesprongen zijn.’ Ze houden ook de financiën gescheiden en verdelen alles half om half. Bij de scheiding vonden ze dat het moeilijkste stuk: de verdeling van het huis en de centen. Stefaan: ‘Nu is er nooit meer discussie over geld. Als ik iets wil kopen, hoef ik geen verantwoording meer af te leggen. Veel mensen vinden het vreemd, maar het is niet omdat we zo leven, dat we elkaar minder
graag zien.’ Het belangrijkste verschil met vroeger is dat ze nu veel meer met elkaar spreken. Stefaan: ‘We roken allebei, maar doen dat alleen buiten. Of ’s winters in de garage. Daar kunnen we uren blijven zitten om met elkaar te babbelen. Er is daar geen televisie die onze aandacht afleidt.’ Ook hun tweede huwelijksfeest pakten ze helemaal anders aan. De eerste keer was het met toeters en bellen en alles erop en eraan. Er kwamen 350 mensen op de recep-
Vorig jaar waren ze tien jaar voor de Kerk getrouwd, en gaf hij haar onverwacht tien rode rozen. De scheiding lijkt nu enkel een adempauze. Denken ze nog wel eens aan wat er in die tijd gebeurd is? Ook Stefaan had enkele korte relaties. ‘Mijn grootste schrik was dat die zaken tijdens ruzies boven tafel zouden komen. Dat is tot nog toe niet gebeurd’, zegt hij. ‘Als je elkaar niet kunt vergeven, moet je er natuurlijk niet opnieuw aan beginnen.’ Karen zou het iedereen aanraden. ‘Als je elkaar nog een beetje graag ziet, probeer het dan opnieuw met elkaar. Er zouden veel mensen veel gelukkiger zijn. Ik denk dat iedereen altijd alleen het mooie vertelt over uit elkaar gaan: de vrijheid die je terugkrijgt, de ergernissen die je achter je kunt laten. Die kom je in een tweede relatie toch ook weer tegen, misschien zelfs nog sneller ook. Vooral als er kinderen zijn.’ Stefaan: ‘Misschien zouden meer mensen een proefscheiding moeten overwegen. Apart gaan wonen en elkaar de vrijheid gunnen. Je weet maar wat je hebt als je het mist.’ - ONLINE www.standaard.be/scheiding
www.scheidingsconsulenten.be w w w . s c h e i d e n o n l i n e . b e w w w . s t a r t p u n t s c h e i d e n . b e
Onze consulenten zijn professioneel opgeleide Erkend Familiaal Bemiddelaars en scheidingsexperten. Zij helpen u graag verder.
Contact
0800 99 161 (ma-vrij van 09u00-17u00)
ParetoGroup
®
bemiddeling I begeleiding I advies
© Pareto Group CVBA
Hoekskensweg 16a
9290 Berlare
ON 0886.441.626
Startpunt Scheiden, ScheidingsConsulenten en ScheidenOnline zijn merken van de Pareto Group