Ouderen in Onderzoek Nieuwsbrief uitgegeven door het ‘Research on Ageing & Wellbeing Network’ N R .
1
O K T O B E R
2 0 1 3
Redactioneel
IN DIT NUMMER: Ouderen in onderzoek
2
Ouderen in onderwijs
5
Publicaties & presentaties
7
COLOFOON Ouderen in Onderzoek is een nieuwsbrief van het ‘Research on Ageing & Wellbeing Network’, Faculteit Ruimtelijke Wetenschappen, Rijksuniversiteit Groningen en verschijnt driejaarlijks.
Nr. 1 - Oktober 2013
Redactie Debbie Lager Wilt u opgenomen worden in de emaillijst, stuur dan een mail naar Debbie Lager (
[email protected])
In 2011 werd het ‘Research on Ageing & Wellbeing Network’ (Faculteit Ruimtelijke Wetenschappen, Rijksuniversiteit Groningen) gevormd met het doel om onderzoekers van verschillende disciplines, met een interesse in ouderen en welbevinden, samen te brengen. Naast het tot stand brengen van discussie en samenwerkingen binnen het netwerk zelf, streeft het netwerk ernaar om verbindingen te leggen met beleidsmakers, ouderenorganisaties en andere geïnteresseerden. Vanuit dit streven is het idee van deze nieuwsbrief ontstaan. In dit nummer wordt allereerst het onderzoek van het netwerk, dat relevant is voor de Nederlandse context, geïntroduceerd. Het onderzoek omvat kwalitatieve en kwantitatieve benaderingen en methoden, behelst verschillende schaalniveaus en belicht ‘ouderen en welzijn’ vanuit verschillende invalshoeken. In de komende nieuwsbrieven zullen de onderzoeksthema’s uitgebreider aan bod komen. Naast onderzoek wordt er in het onderwijs aan de Faculteit Ruimtelijke Wetenschappen ook aandacht besteed aan ‘ouderen’. Voor deze editie is Dr. Peter Groote geïnterviewd over de interviews met ouderen die hij de eerstejaarsstudenten van de bachelor Sociale Geografie & Planologie ieder jaar laat doen. Tevens vindt u in deze nieuwsbrief een lijst met publicaties van de leden van het netwerk. Wij hopen dat deze nieuwsbrief aanknopingspunten geeft voor meer contact en kennisuitwisseling tussen wetenschap en de praktijk. Uw inbreng en ideeën voor de komende edities zijn van harte welkom.
ONDERZOEKSMISSIE VAN DE FACULTEIT—TWIST WELZIJN, INNOVATIE EN RUIMTELIJKE TRANSFORMATIE ‘De onderzoeksthema’s van de Faculteit Ruimtelijke Wetenschappen van de Rijksuniversiteit Groningen zijn welzijn, innovatie en ruimtelijke transformatie, waarbij alle afdelingen van de faculteit bijdragen aan verschillende inzichten en aspecten van deze onderzoeksagenda. In het brede onderzoeksgebied geografie en planologie wordt de rol onderzocht die ruimte, plaats, locatie en afstand in onze gemeenschappen en maatschappij spelen. We passen diverse verschillende kwalitatieve, k w ant i t ati e ve , m i c ro - e n m a cr o onderzoeksmethodologieën toe om deze onderwerpen te belichten en om te helpen het welzijn te verbeteren, innovatie te bevorderen en ons inzicht in ruimtelijke transformatieprocessen te vergroten. De onderzoeks-
thema’s van de Faculteit Ruimtelijke Wetenschappen vormen een aanvulling op het onderzoeksprogramma Healthy Ageing van de Rijksuniversiteit Groningen. De maatschappij vergrijst en de geografische mobiliteit neemt toe. Het gevolg hiervan is een groeiende sociale ongelijkheid op het gebied van welzijn, gezondheid en rijkdom die nauw verbonden is met de groeiende ruimtelijke ongelijkheid. Dit zijn belangrijke onderwerpen waar de maatschappij vandaag de dag mee wordt geconfronteerd en de Faculteit Ruimtelijke Wetenschappen bevindt zich in een unieke positie om coherent beleid te analyseren, te ontwikkelen en impact evaluaties uit te voeren.’ Voor meer informatie zie: www.rug.nl/research/ ursi/twist
PAGINA
2
Ouderen in Onderzoek
Op de volgende pagina’s kunt u lezen naar welke thema’s er binnen het netwerk onder‐ zoek wordt gedaan op het gebied van ouderen en welzijn in Nederland. Tevens kunt u zien welke onderzoekers aan deze projecten verbonden zijn. Ons netwerk bestaat ook uit interna onale onderzoekers die hun onderzoek in o.a. Tanzania, China en India doen. Hun onderzoek komt ook in de komende nieuwsbrieven aan bod .
Ouderen en mobiliteit In een onderzoek met bewoners van de Veldspaat in de wijk Vinkhuizen (Groningen) is het thema mobiliteit onderzocht. Dit thema kwam voort uit de analyse van een exploratief onderzoek met een kleine groep ouderen naar hun plaatsbinding in Vinkhuizen. Mobiliteit bleek een centraal thema te zijn in het dagelijks leven van de respondenten. Met de respondenten zijn interviews afgenomen, waaronder zogenaamde 'wandelinterviews'. Hierbij is de onderzoeker met de respondent meegelopen tijdens een alledaagse activiteit met als
ervaringen er opgedaan worden tijdens bewegingen tussen plekken en ook welke factoren de mobiliteit beïnvloeden (bijv. het lichaam, perceptie van hoe mensen tegen ouderen aankijken, routines, activiteiten op de thuisplek en op het eindpunt van de route, ruimtelijke aspecten van de bebouwde doel om eventuele beperkin- omgeving, het weer, etc). gen, maar ook positieve ervaringen met mobiliteit te be- Voor meer informatie kunt u conspreken op het moment dat tact opnemen met Bettina van deze ervaringen plaatsvonden. Hoven en Louise Meijering. LouiIn het onderzoek is in detail se is momenteel op ouderschapsgekeken naar verschillende verlof en zal in de volgende vormen van mobiliteit, de nieuwsbrief meer over haar ondoelen van mobiliteit, welke derzoeksactiviteiten vertellen.
Dr. Louise Meijering UD bij Demografie www.rug.nl/staff/ l.b.meijering
Zorgdieren In een onderzoek in een zorginstelling in Duitsland is de interactie tussen ouderen en een zorgdier onderzocht. Het doel was om te onderzoeken in hoeverre de aanwezigheid van en de interactie met het dier het welzijn van ouderen bevor-
dert. De groep ouderen in dit onderzoek omvatte met name ouderen met fysieke en mentale beperkingen. In het onderzoek werd samengewerkt met een vrijwilliger die wekelijks een bezoek bracht aan het verzorgingshuis met zijn hond. De hond werd geaaid, geknuffeld, met brokjes gevoerd, er werd met hem gepraat , ouderen liepen korte stukjes
met de hond op de gang en leerden hem 'kunstjes'. Het (exploratieve) onderzoek liet zien dat ouderen door de aanwezigheid van de hond actiever, levendiger en vrolijker werden. Medewerkers in het verzorgingshuis bevestigden dit en vertelden dat dit effect ook enige tijd aanhield. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Bettina van Hoven.
Dr. Bettina van Hoven UHD bij Culturele Geografie www.rug.nl/staff/ b.van.hoven
PAGINA
3
Ouderen in Onderzoek
Huisvesting voor ouderen Een gedeelte van mijn onderzoekstijd richt ik op huisvesting en meer specifiek op huisvesting voor ouderen. Samen met promovenda Petra de Jong hebben we een grootschalige conjoint-analyse gedaan naar woonwensen -en keuzen in een groep van mensen van 55 jaar en ouder. Dit geeft inzicht in waarom ouderen in Nederland zo weinig verhuizen; voe-
len ze zich thuis, of is er geen goed alternatief? Ook heb ik al onderzoek gedaan naar individuele woontrajecten, woontevredenheid bij ouderen in Groningen en woontevredenheid van ouderen in instellingen. De woningmarkt en het beschikbare vastgoed voor de groep ouderen en de groep mensen die binnenkort met pensioen gaan, is niet erg passend en die fric-
tie neemt alleen maar toe. Door middel van mijn onderzoek wil ik bijdragen aan een beter passend en geschiktere woningvoorraad voor ouderen in Nederland.
van mijn studies onderzoek ik de relatie tussen gezondheid en omgeving. Ik kijk bijvoorbeeld naar het effect van de leefomgeving op gezondheid in verschillende levensfases. Is de invloed van de leefomgeving bijvoorbeeld groter voor jongere mensen of voor oudere mensen of is dit effect voor beide groepen hetzelfde? En kunnen goede sociale contacten en netwerken eventuele negatieve invloeden vanuit de omgeving voor mensen met een depressie verminderen? In een andere studie houd ik mij bezig met verschillen in regionale sterftecijfers op oudere leeftijd en de mate waarin mi-
gratie hierop van invloed is. Migratie op hogere leeftijden heeft een significante invloed op de spreiding van sterfte tussen gemeenten, waarschijnlijk omdat bepaalde gemeenten meer verzorgingshuizen hebben dan anderen. Het goede nieuws is echter dat deze verschillen in sterftecijfers kleiner zijn dan ze in eerste instantie lijken. Officiële sterftecijfers overschatten de sterfteverschillen tussen gemeenten, omdat deze geen rekening houden met migratie op hoge leeftijd.
Dr. Aleid Brouwer UD bij Economische Geografie www.rug.nl/staff/ a.e.brouwer
Gezondheid en leefomgeving Individuele kenmerken, zoals leeftijd, geslacht, leefstijl of inkomen, zijn de belangrijkste factoren die van invloed zijn op iemands gezondheid. Vele studies hebben aangetoond dat ook de leefomgeving, zowel fysiek als sociaal, iemands gezondheid kan beïnvloeden. Statistisch gezien is bijvoorbeeld de invloed van de leefomgeving op iemands gezondheid minder groot naarmate hij of zij een hogere sociaaleconomische status heeft. Echter, als mensen een lagere sociaaleconomische status hebben, heeft het wonen in een nadelige leefomgeving een negatieve invloed op hun gezondheid. In een deel
Familiegebeurtenissen, woonsituatie en welzijn op oudere leeftijd Begeleiding: Prof. dr. Clara oudere leeftijd beïnvloeden. Mulder en Dr. Louise Meijering Eén van de resultaten van het onderzoek is dat eerdere verVanaf september 2011 ben ik anderingen in de familiesfeer bezig met onderzoek naar de (bv. scheiding en verweduwing) relatie tussen familiegebeurte- en investeringen (bv. timing nissen, de woonsituatie en wel- geboorte eerste kind) de zijn op oudere leeftijd. Met woonsituatie op oudere leeftijd behulp van de SHARELIFE data beïnvloeden. Deze gebeurte(Europese Enquête in 13 lan- nissen verhogen de kans dat den) wil ik onderzoeken hoe iemand na zijn of haar 45 leveranderingen in familieom- vensjaar zijn of haar koophuis standigheden (gedurende de verlaat. Met het onderzoek levensloop) de woonsituatie en hoop ik te ontdekken hoe verhet welzijn op middelbare en anderingen in de levensloop
door kunnen werken in belangrijke aspecten van het leven van ouderen. Mogelijke consequenties van deze bevindingen (welbevinden en woonsituatie) zijn van groot belang in de context van (1) een vergrijzende samenleving, en (2) een langere levensloop voor het individu.
Dr. Eva Kibele Post-doc bij Demografie www.rug.nl/staff/ e.u.b.kibele
Daniël Herbers, MSc. Promovendus bij Demografie www.rug.nl/staff/ d.j.herbers
PAGINA
4
Ouderen in Onderzoek
Welbevinden van ouderen in Noord- en Oost-Groningen Begeleiding: Prof. dr. Inge Hut- en Bellingwedde. Ik wil te weter en Dr. Louise Meijering ten komen welke dingen ouderen zelf belangrijk vinden voor Mijn naam is Linden Douma en hun welbevinden en hoe zij sinds september 2011 ben ik vinden dat het met hun gaat. als PhD student werkzaam bij Daarbij ligt mijn focus ook op de basiseenheid Demografie de invloed van de dagelijkse van de Faculteit Ruimtelijke woon- en leefomgeving van Wetenschappen. Het onderdeze ouderen op hun welbewerp van mijn promotieondervinden. In mijn onderzoek zoek is het welbevinden van staan de ervaringen en percepouderen (65 jaar en ouder) in ties van ouderen zelf centraal. de regio Noord- en OostOm deze te leren kennen, Groningen. Het onderzoek maak ik gebruik van dieptevindt plaats in twee gemeenten interviews bij mensen thuis en in deze regio, namelijk Delfzijl
vraag ik hun een woordweb te maken. De zesenzeventig deelnemers aan mijn onderzoek wonen zelfstandig, in een serviceflat voor ouderen of in een aanleunwoning of verzorgingstehuis. Onlangs ben ik begonnen met het analyseren van alle interviews. In de komende edities van deze nieuwsbrief houd ik u graag op de hoogte van de uitkomsten van mijn onderzoek. Wilt u alvast meer weten? Neem dan vooral even contact met mij op!
Linden Douma, MSc. Promovenda bij Demografie www.rug.nl/staff/ l.e.douma
‘Health literacy’ Begeleiding: Prof. Inge Hutter, deze programma’s de grote Dr. Louise Meijering, Dr. An- diversiteit aan wensen en behoeften van de hedendaagse drea de Winter (UMCG) oudere burger dienen. In mijn Elke dag worden we een dagje vierjarige promotieonderzoek, ouder. Op hogere leeftijd gaat dat ik in januari 2013 ben gedit ouder worden helaas ge- start, verdiep ik mij in dit paard met achteruitgang van de vraagstuk. Wat zijn wensen en lichamelijke en mentale ge- behoeften van oudere volwaszondheid. Om mensen bij te senen als het gaat om toegang staan in het zo gezond en te- tot gezondheidsinformatie en vreden mogelijk ouder worden zorg? Begrijpen zorgverleners hebben gemeenten en andere en oudere volwassenen elkaar organisaties gezondheids- en als zij met elkaar communicewelzijnsprogramma’s opgezet. ren? Sluit het huidige aanbod Het is echter niet duidelijk of van de zorg aan op de heden-
daagse zorgvraag? Mijn promotieonderzoek maakt deel uit het Irohla project (FP7 gecoördineerd door het UMCG en gefinancierd door de EU) dat interventies op het gebied van health literacy voor oudere volwassenen evalueert in verschillende Europese landen, waaronder Nederland. Het doel van Irohla is om eind 2015 advies te geven over effectieve interventies in Europa aan nationale, regionale en lokale (overheids-) instanties.
Liesbeth de Wit, MSc. Promovenda bij Demografie www.rug.nl/staff/ l.s.de.wit
Betekenis van de wijk in het dagelijkse leven van ouderen Begeleiding: Prof. dr. Paulus nis vergaard over dit vraagstuk. Huigen, Dr. Bettina van Hoven Dit onderzoek heeft plaatsgevonden in twee wijken in Groen Dr. Aleid Brouwer ningen: de Oosterparkwijk en In november 2011 ben ik geCorpus den Hoorn Noord. In start met mijn promotieonderde Oosterparkwijk heb ik onzoek naar hoe zelfstandig woderzocht hoe men de wijkvernende ouderen (65+) het dagenieuwing die daar plaatsvindt lijks leven in hun wijk ervaren. ervaart. Een van de uitkomsten Door middel van interviews bij van dit onderzoek was dat het mensen thuis en wandelin leven houden van herinneinterviews waarbij ik met de ringen aan de wijk en de ondeelnemers meeliep op een derlinge hulp onder oudere alledaagse route, zoals het uitbewoners een gevoel van conlaten van de hond, heb ik kentinuïteit in een veranderende
omgeving bewerkstelligde. Op dit moment analyseer ik de interviews uit Corpus den Hoorn en bekijk wat de betekenis en functie van lokale sociale contacten voor ouderen zijn en wat als mogelijkheden en barrières worden ervaren om deze contacten aan te gaan. Ik hoop dat mijn onderzoek een inspiratiebron kan zijn voor beleidsmakers en gemeenten bij het vormgeven en plannen van leefbare wijken voor ouderen.
Debbie Lager, MSc. Promovenda bij Culturele Geografie www.rug.nl/staff/ d.r.lager
Ouderen in Onderwijs In Ouderen in Onderwijs brengen wij voor het voetlicht hoe en waarom er in het bachelor‐ en master‐ onder‐ wijs op de Faculteit Ruimtelijke Wetenschappen aandacht wordt besteed aan ouderen en welzijn. Ik, Debbie Lager, sprak met mijn collega Dr. Peter Groote. Hij verzorgt het vak Culturele Geografie voor eerstejaarsstu‐ denten van de bacheloropleiding Sociale Geografie en Planologie. Sinds vier jaar moeten de studenten voor dit vak een onderzoekje doen waarvoor ze hun opa of oma of iemand anders uit dezelfde genera e interviewen over belangrijke plekken uit hun jeugd. Wat is Culturele Geografie in een noten- studenten interviewen ouderen over plekken die in hun jeugd belangrijk dop? waren, zowel in positieve als negatieCulturele Geografie is de analyse van ve zin. Bij de eerste lichting studenbetekenissen die mensen aan plekken ten merkte ik al dat het fantastisch toekennen. Dat kunnen verschillende goed werkt. Studenten vertelden soorten mensen en plekken zijn. Ik me dat ze dingen te horen kreprobeer studenten gelijk bij het eergen die hun opa of oma nog ste college uit te leggen dat het kan nooit aan iemand verteld had. Er gaan om verschillende schaalniveaus: kwamen dingen aan bod die ouderen het kan om je eigen studentenkamer heel graag wilden vertellen, maar gaan, maar ook om de hele wereld, waar het nooit van gekomen was of zo is er een college over globalisewat ze heel lang niet hebben durven ring. Plaatsbetekenissen staan te vertellen. Op deze manier centraal, de plek is de geografie, het schept het interview ook een culturele gaat om welke groepen beband tussen twee verschillende palen welke betekenissen dominant generaties. De kleinkinderen interzijn en waarom bepaalde betekenisviewen de grootouders, niet de kinsen aan een plek toegekend worden. deren. Sommige dingen vertel je Wie bepaalt er in de woonkamer van moeilijker aan je kinderen dan aan je je studentenhuis bijvoorbeeld naar kleinkinderen. welke tv-zender er wordt gekeken? Een begrip als ‘thuis’ hoort hier ook De resultaten van de interviews vind bij: wie voelt zich echt ‘thuis’ in het ik heel intrigerend, er zit meer achter dan dat ik in eerste instantie gedacht studentenhuis en waarom? had. Ik laat de studenten nadenken Vanuit welk idee is het onderzoek, dat over het verschil in ervaringen van de studenten met ouderen moeten hun eigen generatie en die van hun doen, tot stand gekomen? grootouders. Wat je grootouders je In het eerste jaar beginnen we met vertellen, is vaak anders dan wat je de basis van wat een academische zelf denkt of meemaakt, maar dat opleiding is. Ik laat de studenten al betekent niet dat dat zo is omdat zij snel onderzoek doen, want dat is de ouder dan jou zijn en zijn gaan nabasis van een universitaire opleiding. denken over hun jeugd en meer meeSinds vier jaar laat ik de studenten gemaakt hebben. Het kan ook zijn een interview doen met hun groot- omdat ze van een andere generatie ouders of iemand anders uit dezelfde zijn en in een heel andere periode generatie. Dit thema is bedacht door zijn opgegroeid dan dat jij bent. Het mijn collega Prof. Paulus Huigen. De is belangrijk dat studenten hierover
nadenken, het niet zo simpel.
is
Wat zie je over plaatsbetekenissen in de interviews terug? De interviews gaan over plekken die in de jeugd van de oudere van belang waren. Ze gaan veel over school en over thuis. De ouderen zijn ontzettend open en eerlijk en de studenten nemen dat heel mooi over. Ik lees dingen die ik nog nooit van mijn eigen opa of oma gehoord heb. Over hoe het thuis bijvoorbeeld geweest is, daar zijn hele schrijnende verhalen bij. We hebben het natuurlijk toch over de jaren ’30 en ’40 en de Tweede Wereldoorlog, er werd in die periode vaak heel anders omgegaan met kinderen. Wat je van veel opa’s en oma’s hoort, is dat het thuis helemaal niet leuk was. Een dominante vader of moeder heeft het thuisgevoel beïnvloed of verpest voor sommigen. Wat nu belangrijk is voor hun thuiszijn, is een plek voor jezelf hebben en zelf mogen bepalen wat er gebeurt in huis. Zelf mogen bepalen wat er gebeurt in de ruimte die je als jouw thuis beschouwt, hebben ze hun hele leven meegenomen, maar dit wordt minder vanzelfsprekend wanneer ze in een verzorgingshuis of ziekenhuis terecht komen. Uit een ander onderzoek naar hospices (van masterstudente Renske van der Wal) blijkt hoe moeilijk het is om mensen een plek te geven die zoveel mogelijk op thuis
Ouderen in Onderwijs lijkt als ze ook intensieve verzorging nodig hebben. Ik denk dat dit een continue worsteling in de samenleving is. Je moet mensen die niet meer in staat zijn helemaal voor zichzelf te zorgen ondersteuning bieden, maar daarmee neem je ook een deel van hun autonomie weg. En wat dan de beste keuzes altijd zijn is heel moeilijk. Dat is waar de interviews misschien ook licht op zouden kunnen werpen.
zeggen en hoe belangrijk dat kan zijn. De interviews laten ook zien dat het onderzoek niet los staat van ons eigen dagelijkse leven. Mijn vader is dementerend en woont op een zorgboerderij. Als ik bij hem op bezoek ben, vraag ik mij ook af welke elementen het zijn die de zorgboerderij wel of geen thuis voor hem maken. Culturele Geografie staat niet los van de maatschappij, maar is betrokken met ons eigen leven en dat van iedereen om ons heen.
Je hebt nu een database opgebouwd Wat heeft het onderzoek bij de studenmet interviews, wat gebeurt hiermee? ten teweeggebracht, zijn ze anders gaan Dat is een bijkomend effect geweest. denken over ‘ouderen’? We hebben elk jaar zo’n 130 eerstejaars, als zij hun opa of oma intervie- Bij een aantal zeker. In verslagen kan wen heb je na 4 jaar al gauw 500 in- je zien dat ze reflecteren op de beteterviews. Er is nu een afstudeerder kenis van het interview. Wat betebezig om alleen met verslagen uit de kent deze kennis voor hoe we ominterviews (vanwege privacybescher- gaan met ouderen en wat voor hun ming) te bekijken wat voor plekken van belang is? Maar ook dat het heel er genoemd worden en waarom de belangrijk is om aan ouderen zelf te ouderen er positieve of negatieve vragen wat voor hun van belang is. Ik betekenissen aan toekennen. En ook ben op dit moment het tentamen of je verschillen kunt vinden tussen voor dit vak aan het maken en een mannen en vrouwen en verschillende van de vragen gaat over ‘Othering’. leeftijdscategorieën (er zijn mensen Dit begrip gaat over hoe we bepaalde geïnterviewd van 65 tot dik in de 90). groepen in de samenleving, vaak imIk ben heel benieuwd naar de resulta- pliciet, als ‘anders’ zien ten opzichte ten die daar uitkomen en wellicht dat van de standaardgroep, de ‘normale’ we er nog meer mee kunnen doen mensen. Ouderen zijn in wetenschapen ermee wat kunnen betekenen pelijk onderzoek heel lang niet aan voor ouderen nu: om beter te begrij- bod gekomen en als ze aan bod kwapen waar ze behoefte aan hebben men, dan was dat omdat ze anders door te weten wat ze in hun jeugd waren, omdat ze afweken van de hebben meegemaakt en wat nu voor norm, want de norm waren mensen hen van belang is. Dit is een mooie van middelbare leeftijd en inmiddels illustratie van hoe onderwijs en is de norm ook heel sterk verschoonderzoek in elkaar kunnen ven naar de jeugd. De samenleving is overlopen. Je probeert wat te ver- sterk gericht op wat jongeren willen. zinnen voor het onderwijs wat je Als we ouderen gaan zien en interesgoed kunt gebruiken om de studen- sant gaan vinden voor wetenschappeten bepaalde dingen mee uit te leg- lijk onderzoek, dan is het van belang gen. Inhoudelijk werd ik geraakt om te bekijken wat de positie van door wat er uitkomt, wat mensen ouderen is, want dan definieer je ze
dus al weer als anders, namelijk als ouderen en niet als standaardmensen. Het is interessant om de ethische consequenties daarvan te overdenken. Zouden we ouderen niet gewoon mee moeten nemen als een heel belangrijk deel van de bevolking in plaats van een groep waar we ook nog even aandacht aan moeten besteden? Tijdens het college over ‘Othering’ heb ik drie groepen van ‘anderen’ besproken: 1. Mensen die niet mee mochten doen aan de wetenschapsbeoefening (zoals vrouwen) 2. Mensen die werden bestudeerd omdat ze als anders werden gezien (exotische stammen) 3. Mensen die lang over het hoofd werden gezien en waar nooit onderzoek naar gedaan werd. In verband met ouderen is vooral de derde groep ‘anderen’ interessant. In de wetenschap zijn er vrij veel tijdschriften die gaan over de fysieke ontwikkeling van ouderen die zich vooral richten op ziekte en gebrek. In de sociale wetenschappen zijn er veel tijdschriften over jeugd, zoals ‘Childrens Geographies’ dat gaat over de ruimtebeleving van jongeren en kinderen. Dergelijke tijdschriften over ouderen ken ik niet. Ouderen als volwaardige leden van de maatschappij zijn een belangrijk object van onderzoek. Dat klinkt wat denigrerend, maar het is wel belangrijk om te weten hoe ouderen de ruimte beleven en wat voor ruimtelijke patronen ze hebben. Dat is nog een groeimarkt en ik denk dat daar meer aan kan gebeuren en dan niet alleen gericht op problemen en beperkingen. Als de studenten zo een antwoord geven op de vraag dan krijgen ze 10 punten.
Publicaties 2013 Douma, L.E. & Meijering, L. (2013). Aal goud? Agora, 29 (3), 27-29 Kibele, E., & Janssen, F. (2013). Distortion of regional old-age mortality due to late-life migration in the Netherlands? Demographic Research, 29, 105-132 Kibele, E. (2013). Individual- and area-level effects on mortality risk in Germany, both East and West, among male Germans aged 65+. International Journal of Public Health. Kibele, E., Jasilionis, D., & Shkolnikov, V.M. (2013). Widening socioeconomic differences in mortality among men aged 65 years and older in Germany. Journal of Epidemiology and Community Health, 67(5), 453-557 Klaassens, M. & A. Beek (2013). Ruimte voor ouderen. Agora, 29(3), pp.4-7. Lager, D., Hoven, B. van, & Huigen, P.P.P. (2013). Dealing with change in old age: Negotiating working-class belonging in
tat Autònoma de Barcelona, UAB. Hoven, B. van, Brouwer, A.E., & Meijering, L. (2012). Introduction: ageing and well-being - where and how do older adults live? European Spatial Research & Policy, 19(1). Hoven, B. van, & Douma, L.E. (2012). We make ourselves at home wherever we are - Older people's placemaking in Newton Hall. European Spatial Research and Policy, 19(1), 6579. Klaassens, M., Meijering, L. & I. Hutter (2012). De participatieve benadering in de ouderenzorg: Zorg Zonder Regels in De Hoven. RuG-FRW. Lager, D., Hoven, B. van, & Meijering, L. (2012). Places that matter: place attachment and wellbeing of older Antillean migrants in the Netherlands. European Spatial Research and Policy, 19(1), 81-94.
Presentaties voor organisaties/
a neighbourhood in the process of urban renewal in the Ne-
belangstellenden
therlands. Geoforum, 50, 54-61.
Hoven, B. van, & Lager, D. (2013). Kracht van het ouder
Lager, D., & Meijering, L. (2013). Woongemeenschap voor worden - een perspectief vanuit de sociale geografie. Zorg Caribische ouderen. Agora, 29(3), 20-22.
Innovatie Forum: Expertbijeenkomst 'De kracht van het oud
Meijering, L., & Lager, D. (2013). Home-making of older
zijn': Groningen (2013, juni 27).
Antillean migrants in the Netherlands. Ageing & Society, 1-17 Meijering, L. (2013). Ouder worden in De Bouwen. Geografie, 6-6. 2012 Douma, L.E., & Meijering, L. (2012). Geografie van de beroerte. Geografie, 21(1), 30-31. Herbers, D. J. (2012), The movement out of homeownership at older ages: The influence of past events and current situations in the family life course, Master’s Thesis European Master in Demography, Departament de Geografia, Universi-