Op zoek naar wolf, bruine beer en veelvraat in de Finse taiga
Finland, juni 2012 30 mei tot 27 juni
Bruine beren tegen de Russische grens (foto Lassi)
Reisverslag door Loes en Johan Schaerlaeckens
[email protected]
Finland, juni 2012 Van 16 april tot 23 mei brachten we fantastische weken door in Estland (zie “Estland voorjaar 2012”). Op 23 mei vliegen we een weekje naar Nederland voor de verjaardag van kleindochter Fenne. Na een druk weekje social hoppen vliegen we op 30 mei (vermoeid) terug naar onze camper die we achter gelaten hebben op de citycamping van Riga (hoofdstad Letland). Een dag later rijden we via de A 1 naar Estland. Het is de bedoeling dat we over enkele dagen vanuit Tallinn de ferry naar Helsinki nemen maar niet zonder enkele favoriete Estse gebieden te bezoeken.
Finland Afgezien van zijn fantastische zoogdieren en het fascinerende Lapland zal Finland nooit onze favoriete vakantiebestemming worden. De zuidelijke helft van het land is eentonig omdat het landschap gedomineerd wordt door (verre van maagdelijke) meren en productiebossen. Van ‘ongerepte natuur’ waar alle folders het over hebben is geen sprake. Nergens in Europa is de houtkapindustrie zo intensief als in Finland. Houtproducten vormen 60% van de uitvoer. We hebben de Finnen ervaren als weinig gastvrij en stug. Finland is een duur land om te vertoeven, een enorm verschil met Estland. De muggen kunnen een crime zijn. Waar gedomesticeerde rendieren rondlopen (Fins Lapland) worden roofdieren (al dan niet legaal) meedogenloos vervolgd. De enorme hoogvenen (‘Fin’ = ‘veen’) in Fins Lapland zijn overweldigend. Ontzettend jammer dat de gedomesticeerde rendierkuddes zo belangrijk zijn dat de roofdieren geen kans krijgen. Zelfs vele Finse ‘natuurliefhebbers’ die we spraken vinden het normaal dat wolven, beren en lynxen afgeschoten worden. Finland is het 7e grootste land van Europa (338.000 km²). De lengte is 1160 km en de (maximale) breedte 540 km. De 187.888 meren beslaan 10% van de oppervlakte. 69% van het land is bedekt met bos waarvan slechts 3% is beschermd. Finland heeft 5,5, miljoen inwoners (17 per km²). Men gebruikt de euro en (als lid van de E.U.) mogen goederen (dus ook alcohol) vrij geïmporteerd worden. Vanuit Estland is Finland uitstekend en gemakkelijk te bereiken via de 4 uur durende ferryovertocht Tallinn – Helsinki. Vanuit Nederland heeft men vele opties. Een (lange) autoreis kan alleen via ferries en/of (kostbare) tolbruggen.
Twee doelen We willen de maand juni doorbrengen in Finland met als hoofddoelen het Patvinsuo N.P. en het waarnemen van veelvraat, wolf en bruine beer. Aanvankelijk willen we naar Eräeero maar Jan Kelchtermans tipt ons dat we via “Artic Media” meer kans maken om alle drie de soorten te zien. Artic Media geeft bij een verblijf van 3 nachten in verschillende hides 80% kans op alle drie de soorten. Wij willen (gezien de prijs) hetzelfde (of meer) bereiken in 2 nachten. Als we wisten wat we nu weten, hadden we er veel meer naar uitgekeken. Vital van Gorp moet e.e.a. aangevoeld hebben want hij besloot over te komen voor een weekje. Zijn prioriteit was het waarnemen van de zeldzame veelvraat. Het Patvinsuo N.P. had enkele jaren geleden enorme indruk op ons gemaakt hadden. We hadden ons 3 jaar geleden al voorgenomen dit prachtige gebied nog eens te bezoeken. De 7 km lange wandeling (v.v.) naar de bekende Teretinniemi uitkijktoren was ook dit jaar heel indrukwekkend.
De belangrijkste gebieden met een selectie van de waarnemingen Hieronder een overzicht van de gebieden en de bijzondere waarnemingen die we er gedaan hebben. Via de data is een beschrijving van de waarneming op te zoeken in het dagverslag. In het dagverslag staat ook (cursief en vet) aanvullende informatie over een aantal gebieden.
Estland Pikla Ponds (31 mei): roerdomp, zeearend, bruine kiek, citroenkwik (broedvogel), grauwe klauwier, grote en kleine karekiet, rietzanger, zomertaling, paap, roodmus, tapuit, grauwe vliegenvanger, noordse stern, rosse grutto (groep van 60 vogels), ringslang. Tuhu Soo (31 mei – 1 juni): schreeuwarend, zeearend, vlinderende wespendief, grauwe kiek, korhoen (2 hanen nog altijd baltsend), goudplevier, grauwe klauwier (talrijk), sperwergrasmus (zingend en baltsend), paap, boompieper, boomleeuwerik, gele kwik, grutto, kemphaan, kwartelkoning, wulp.
Finland De Siikalahti moerassen (4 en 5 juni): visarend, boomvalk, bruine kiek, wilde zwaan, kraanvogel, rossicus rietgans, roerdomp, waterral, kuifduiker, roodhalsfuut, dwergmeeuw, visdief, smient (broedvogel), wulp, grote karekiet, kleine karekiet, rietzanger, roodmus, bonte en grauwe vliegenvanger, noordse nachtegaal, koekoek (talrijk), wielewaal, grauwe klauwier, grasmus, bosrietzanger, geelgors, paap. Het Petkeljärvi National Park (5 en 6 juni): parelduiker (7 vogels), hazelhoen, visarend, zwarte specht. Het Patvinsuo National Park (6 t/m 8 juni en 12 t/m 14 juni): zeearend, boomvalk (algemeen), parelduiker, roodkeelduiker (op nest), grote zaagbek, pestvogel, taiga rietgans (broedvogel), wilde zwaan (met jongen), nonnetje, kraanvogel (met jongen), korhoen (11 hanen sommige nog altijd baltsend), roodgesterde blauwborst, groenpootruiter (baltsvlucht), watersnip (baltsvlucht), goudplevier (baltsvlucht), regenwulp (baltsend en alarmerend), wulp, bosruiter (alarmerend), kemphaan, zwarte ruiter (alleen auditief), visdief, pijlstaarteend, smient, noordse gele kwik (algemeen), groentje (zeer talrijk), koninginnepage, ringoogparelmoervlinder Hoytiainen Canal Estuary en Lake Sysmäjärvi (11 juni): Deze gebieden ten westen van Joensuu zijn landschappelijk mooi maar de rijkdom aan vogels valt tegen: visarend, bruine kiek, wilde zwaan, roerdomp, dwergmeeuw. De omgeving van camping ‘Koitereen Helmi’ bij Kivilahti (11 en 12 juni): parelduiker, taigarietgans, middelste zaagbek, struikrietzanger (zingend in beeld), watersnip (baltsend), groenpootruiter (broedvogel), oeverloper, middelste zaagbek, grote zaagbek, roodmus. Kuikan Kämppä = grensgebied Finland – Rusland 50 km ten oosten van Kuhmo (14 t/m 16 juni: wolf (5 dieren), bruine beer (3 dieren), veelvraat (3 dieren), zeearend, visarend, zwarte wouw, boomvalk, torenvalk, parelduiker, zwarte wouw, kleine vliegenvanger, zwarte specht, siberische erebia, zilvervlek. Kuusamo, omgeving Valtavaara Ridge en Vivaara, 16 t/m 19 juni: bosgors (zingend mannetje langdurig in beeld), dwerggors, drieteenspecht (2 close vogels), haakbek (koppel op 10 meter), grote zee-eend (15 vogels), blauwstaartjes (2 zingende vogels, alleen auditief), wilde zwaan, korhoen. Liminganlathibaai e.o. (20 t/m 22 juni): Vooral bezocht in de hoop steppekiekendief te zien, wat mislukte: bruine kiek, reuzenstern, korhen met jongen, boommarter, hermelijn met prooi.
Dagverslag Woensdag 30 mei Na een voorspoedige vlucht vanuit Charleroi arriveren we ’s middags op de citycamping van Riga. We treffen de camper in goede orde aan en besluiten de komende nacht op de camping te overnachten.
Donderdag 31 mei We rekenen af en verlaten om 9.30 uur de citycamping. Dwars door Riga (met redelijk goede wegen) leidt de TomTom ons naar de A 1, richting Estland. Onze resterende Lats besteden we onderweg aan diesel en boodschappen. In Estland rijden we over de E67/4 richting Pärnu. 18 Kilometer voorbij de grens slaan we om 12.30 uur bij bushalte Kaasiku linksaf naar de Pikla Ponds (N 58°10’90”; E 24°27’97”). Na een tweetal km parkeren we de camper bij de eerste toren. Terwijl Loes de lunch bereidt, wandel ik rechtdoor (= het verlengde van de aankomstweg) naar de citroenkwikken plek. Na zo’n 500 meter kun je niet meer verder, de vogels zitten (al jaren) meestal in het rietkraagje links. Op 24 en 25 april misten we de soort nog (te vroeg?), maar nu is het, na een minuut, prijs. Zowel mannetje als wijfje laten zich (tussen gewone gele kwikken) uitstekend bekijken. Tijdens de lunch doen enkele (naar nestplaats hunkerende??) boerenzwaluwen hun uiterste best de camper binnen te vliegen, de insectenhor weerhoudt hen hiervan. Na de lunch maken we samen de uitgezette wandeling met roepende roerdompen, adulte zeearend, bruine kieken, talloze zingende grote en kleine karekieten, rietzangers, alarmerende kieviten en tureluurs, zomertalingen, paapjes, roodmussen, tapuit (talrijke broedvogel), grauwe vliegenvangers, noordse sterns, 100+ brilduikers, rosse grutto (groep van 60 vogels) en een overstekende ringslang. Loes moet natuurlijk ook de citroenkwikken zien en dat lukt na enkele minuten. Terug richting grote weg: man grauwe klauwier.
Tuhu Soo Tuhu Soo is een hoogveengebied waar omheen extensieve hooi- en weilanden, braakland en uitgestrekte bossen liggen. Dit is een van de betere plaatsen in Estland om steenarenden te zien. Grote hoogveenmoerassen zijn favoriete jachtgebieden voor steenarenden in Estland. In dit relatief kleine land broeden waarschijnlijk meer dan 50 paartjes. Ze broeden in de rustige bossen die de veengebieden omringen. Ze bouwen hun nesten in naaldbomen, vaak niet meer dan 5 meter boven de grond. Er ligt een mooi 900 meter lang knuppelpad door het veen. Op de weilanden ten zuiden en ten noorden van Tuhu foerageren vaak korhoenders. In de bossen ten noorden van het gehuchtje Tuhu huizen hazelhoenders en oeraluilen. Op het veen zouden (volgens Gorman) kraanvogels, regenwulpen, bosruiters, witgatjes, goudplevieren en grutto’s broeden. Ondanks herhaalde bezoeken zagen wij weinig goudplevieren en regenwulpen. Het Marimetsa- en het Lihula hoogveengebied zijn voor deze soorten veel beter. We rijden naar Tuhu Soo waar het enkele weken geleden zo geweldig was. Eerst naar de geweldige vlakte achter het gehuchtje Tuhu: N 58°35’32”; E 23°50’81”. We parkeren de camper aan het begin van het weinig gebruikte grindpad dat naar rechts loopt. Het is schitterend weer en we doen spetterende waarnemingen: schreeuwarend, adulte zeearend, vlinderende wespendief, mannetje grauwe kiek, zingende en baltsende sperwergrasmus vol in beeld (het valt ons op dat hij zijn tuinfluiterachtige liedje vaak begint/onderbreekt met een typische ratel), paap, boompieper, boomleeuwerik, gele kwik, koperwiek, kneu, grutto, kemphaan, kwartelkoning (overal roepend), grauwe klauwier (alleen al vanaf dit punt 4 mannetjes), kraanvogel, wielewaal en koekoek. In tegenstelling tot enkele weken geleden (3 exx.) missen we nu de steenarenden. Pas om 19.00 uur rijden we terug naar de hoofdweg. Op de T-kruising gaan we 2,5 km rechtsaf naar een bypass, links van de weg: N 58°34’01”; E 23°46’77. Dit zou een voormalige landingsplaats zijn van Russische Migs. Bij gebrek aan betere plaatsen overnachten we hier altijd. Tegen de avond maak ik nog een wandelingetje naar het fameuze agrarische gebied dat slechts op een steenworp afstand ligt (bij begin bypass; doorsteek maken). Ook nu stelt het
gebied niet teleur: een uitbundige baltsende korhaan en een tweede niet baltsende man, 3 roerloze goudplevieren, alarmerende wulpen (opvallend talrijk), 1 alarmerende grutto, 1 alarmerende tureluur, 4 x paartje kraanvogels (ook luid roepend), grauwe klauwieren, uitgevlogen kramsvogels, jagend mannetje grauwe kiek, tureluur en (overal) roepende kwartelkoningen. Terwijl Loes tv kijkt, spied ik steeds naar buiten. Er zitten hier spectaculaire zoogdieren. Ze zien is een ander verhaal. Vrijdag 1 juni We slapen matig, misschien nog een gevolg van het feit dat er vorig jaar een bruine beer tegen de camper klauwde, w.s. op zoek naar de appels achterin. Een herhaald bezoek aan beide plaatsen van gisteren levert niets nieuws op. Het weer is matig. We rijden naar de Matsalubaai. Ter plaatse regent het ’t grootste gedeelte van de dag zodat we het (noodgedwongen) rustig aan doen. We doen inkopen in Lihula, eten wat bij Birgit en overnachten bij infocentrum Penijoe. Het regent heel de avond, dus de fietstocht naar de Kloostri toren gaat niet door. Voor precieze plaatsen en waarnemingen van enkele weken geleden: zie het Estland verslag. Zaterdag 2 juni Na het ontbijt vertrekken we richting Tallinn. We volgen de ‘11’ rond Tallinn, bij snelweg ‘2’, linksaf richting Tallinn stad. In Tallinn slaan we extra Heineken en rode wijn in zodat we in Finland geen (dure) alcoholische dranken hoeven te kopen. We volgen de borden naar de ferryhaven en checken in bij pier D. Voor € 130 kunnen we om 13.00 uur mee met de ferry ‘Baltic Princess’ naar Helsinki. Er zijn veel dronken Finnen aan boord van de 3,5 uur durende reis. In Helsinki leveren we ons over aan de “Tomtom’ die ons naar de ‘7’, richting Kotka leidt. Bij Koskenkylä houden we de ‘6’ aan, richting Kouvola. Voorbij Kouvola rijden we naar camping Tykkimäki, een mooie, rustige camping gelegen aan een groot meer. We checken in en merken meteen het verschil met Estland: we betalen € 28,- per nacht. Alleen al voor elektriciteit € 5,-. We staan echter uit de wind en de Oyster schotelantenne levert perfect beeld. Bovendien hebben we (gratis) internet op zowel smartphone, iPad als laptop. Tot onze verbazing ontdekken we een parelduiker op het (extensief recreatieve) meer. De vogel is in winterkleed en betreft waarschijnlijk een eerstejaarsvogel. Een rondje met de telescoop levert 2 paar roodhalsfuten op (wijfjes op nest), jagende visdiefjes, enkele oeverlopers en een paartje wilde zwanen (wijfje op nest) op. Op de camping veel kramsvogels (met uitgevlogen jongen), grauwe en bonte vliegenvangers. Zondag 3 juni De weersvoorspellingen zijn voor vandaag matig maar de dagen erna zien er beter uit. We besluiten er een lamme dag van te maken. We wandelen wat maar de omgeving is gecultiveerd en niet vogelrijk. De rest van de zondag wordt volgens bekend stramien doorgebracht: verslag bijwerken, Internetten, lezen, reis voorbereiden, Roland Garros kijken, what’s appen met kleinkind, etc. Maandag 4 juni We brengen de camper weer op orde en vetrekken naar de Siikalahti moerassen.
De Siikalahti moerassen Het Siikalahti moeras (Parikkala Siikalahti) is een 165 ha groot, ondiep vogelrijk meer. Het infobord spreekt van het “most precious wetland inner Finland”. Het gebied is vooral bekend om zijn broedende kuifduikers. Het gebied heeft ook een reputatie als vlindergebied.
In het meer zijn eilandjes aangebracht voor broedende vogels. Doordat het meer voedselrijk is, wordt (machinaal) regelmatig de steeds oprukkende begroeiing verwijderd. Deze rietmoerassen zijn omgeven door uitgestrekte bossen en velden. In en rond de moerassen broeden verder o.a. roodhalsfuut, roerdomp (6 paar), porseleinhoen, klein waterhoen (sinds kort), dwergmeeuw, kwartelkoning, waterral, grauwe klauwier, struikrietzanger, boomvalk, bruine kiek en visarend. De meeste soorten zijn vanaf de strategisch geplaatste (overdekte) schuilhut te zien. We volgen de “6” tot Parikkala. Hier volgen we de borden rechts naar Lintujarvi. Bij Parikkala gaan we rechtsaf (zie de borden) en komen na 2 km bij de parking uit (rechts van de weg) waar de trail naar de uitkijkhut begint. We rijden nog 500 meter door tot we bij een kleine (verharde) parking komen met schitterend uitzicht over het meer. In tegenstelling tot 2 jaar geleden hebben we nu schitterend weer. De lunch wordt regelmatig onderbroken door leuke waarnemingen: 2 visarenden, 2 boomvalken, 2 bruine kieken, 2 wilde zwanen, 2 kraanvogels, 1 solitaire rossicus rietgans, roepende roerdompen, roepende waterral, 1 kuifduiker, 2 roodhalsfuten, tientallen dwergmeeuwen, tientallen visdiefjes, brilduikers, smienten (broedvogel), jodelende wulpen, zingende grote karekieten, kleine karekieten en rietzangers. Na de lunch rijden we naar de parking waar de trail begint.
Het zicht vanuit de toren over de Siikalahti moerassen Na enkele 100den meters is er een (onbemand) infocentrumpje. Op de infoborden staat ook de witrugspecht aangegeven als broedvogel (met 30 - 40 paar heel zeldzaam in Finland). In Estland hadden we tientallen witruggen, dus daar doen we geen moeite naar. Wel zien we een grote bonte specht zijn nesthol invliegen. We bezoeken beide schuilhutten. Ook hier visarenden en boomvalken. Verder roodmus, 5 roodhalsfuten, 2 kuifduikers, bonte en grauwe vliegenvanger, noordse nachtegaal, koekoek (talrijk), wielewaal en tientallen gierzwaluwen. Ten opzichte van twee jaar geleden lijkt het aantal kuifduikers ferm afgenomen en het aantal
roodhalsfuten toegenomen. Een wandeling door het aangrenzende agrarische gebied levert massa’s kramsvogels, 1 man grauwe klauwier, grasmus, bosrietzanger (zingend), geelgorzen en paapjes op. Krekelzanger, bosrietzanger, kleine karekiet, struikrietzanger, sprinkhaanzanger hebben ongeveer hier de noordelijke grens van hun verspreidingsgebied. Een avondwandelingetje voor roepende porseleinhoentjes levert geen succes op, wel baltsende watersnippen en een wijfje wielewaal roepend in de telescoop. We brengen de nacht door tussen twee andere campers.
Een visdiefje is niet blij met onze komst Dinsdag 5 juni We rijden naar de open plek bij het uitzichtpunt om te ontbijten. We zien een visarend met een grote vis van het water opvliegen. Verder dezelfde soorten als gisteren. Daarna rijden we terug naar de ‘6’ en blijven deze alsmaar volgen. Eén km voorbij Saari nemen we de ‘4021’ naar rechts en komen, na 1 km, uit bij Lake Pohjanranta. Ook hier 2 visarenden, roodhalsfuten, dwergmeeuwen, bruine kieken en visdieven. De omliggende weilanden zouden goed zijn voor gele kwikken. Via de ‘486’ richting Kitee. Ongeveer 24 Km voor Kitee ligt links een groot meer met parkinkje. Op het meer ontdekken we 2 slapende parelduikers. In Kemie richting Värtsila. Bij Niirala eten we wat in een wegrestaurant. In Värtsila houden we, pal voor de Russische grens, links aan op de “500”. Deze mooie weg (parallel aan de Russisch grens) blijven we (70 km?) volgen tot Ilomantsi. Onderweg veel meren en hoogveengebiedjes met o.a groenpootruiters. Op de ‘5004’ gaan we rechtsaf richting Möhkö. 4 km voor Möhkö weer rechts bij de aanduiding naar Petkeljärvi N.P.
Het Petkeljärvi National Park Dit kleine (6 km²) nationale park is vooral bekend om zijn populatie broedende parelduikers. Je kunt er 3 mooie wandelingen maken tussen de grote meren en zijn
maagdelijke pijnbossen. Sommige bomen zijn meer dan 200 jaar oud. Er zijn plannen om het gebied binnenkort uit te breiden tot een groter Petkeljarvi-Purkelanharju Nature 2000 Area. De campingreceptie op het einde van de weg is tegelijkertijd infocentrum waar je (gratis) een foldertje krijgt met de hiking trails in het park. Bever is algemeen in het park en er zouden ook wolven en beren rondzwerven. Het symbool van het park is de parelduiker. Er ligt nu een verharde camping bij het infocentrum met elektriciteit en mogelijkheid om te douchen. Kosten: € 14,- om te overnachten en € 4,- voor de elektriciteit. Na de gebakken eitjes doen we 19.00 uur de 6,5 km lange “Kuikan Kierros” trail. Het betoverend mooie bos langs kristalheldere meren leert vooral hoe mooi ongerepte bossen zijn als de mens er met zijn economische fikken van af blijft. We hebben maar liefst 7 parelduikers (1 x 3, 2 x 2). We denken dat het vooral mannetjes zijn terwijl de wijfjes met de laatste fase van het broedproces bezig zijn. We overwinnen steile hellinkjes, doen moeilijke afdalinkjes, lopen over smalle loopplanken, laveren tussen boomwortels en rotsblokken. Het aantal vogels (zoals gewoonlijk in dit soort bossen) valt tegen: visarend, 1 (opvliegend) hazelhoen, zwarte en grote bonte specht. Na 3 uur komen we afgepeigerd bij de camper aan waar een blik op de kaart leert dat we (abusievelijk) ook een lus van een andere trail hebben meegelopen. We stellen de douche uit tot morgen (te moe) en slapen perfect op deze volmaakt rustige stek.
Woensdag 6 juni We doen het rustig aan deze ochtend. De spieren zijn nog stram. We douchen, werken het verslag bij en rijden rond 10.30 uur naar het Patvinsuo National Park.
Het Patvinsuo National Park Dit 105 km² grote park ligt 30 km ten zuidoosten van Lieksa. Noord en zuid ontmoeten elkaar hier. 10.000 ha van het park bestaat uit hoogveen, 4000 uit bos en 700 ha uit meren. Op de venen broeden o.a. moerassneeuwhoen, korhoen, regenwulp, kraanvogel, goudplevier, (taiga) rietgans, zwarte ruiter en groenpootruiter. In de bossen leven steenarend, drieteenspecht, auerhoen, hazelhoen, oeral- en ruigpootuil. Op en boven de meren parel- en roodkeelduiker en visarend. Taigagaai, pestvogel en blauwstaart komen op deze hoogte (zij het zeldzaam) al voor. Volgens de folders leven in het park gezonde populaties van lynx, veelvraat, bruine beer (symbool van het park) en wolf. In het infocentrum in Suomu kun je (gratis) een folder krijgen met de 80 km goed gemarkeerde trials. De trail naar de Teretinniemi toren wordt als de vogelrijkste beschouwd.
We rijden terug naar Ilomantsi en tanken (dure) diesel. Via de ‘522’ (parallel aan de Russische grens) rijden we naar het noorden. Onderweg stoppen we soms bij meren en rivieren (met o.a. 2 parelduikers en 1 grote zaagbek). Op een gegeven moment gaat de ‘522’ over in een (niet aangegeven) 25 km lang grindpad. Enkele tientallen km’s voor Lieksa gaan we linksaf op de (gloednieuwe) ‘5202’. Na 20 km weer links over op een grindpad, de laatste km naar het infocentrum gaat weer over een asfaltweg. We kopen een kaart van het park en krijgen wat inlichtingen, w.o. een vaste broedplaats van bosgors. We rijden van het infocentrum terug naar de T-kruising, hier links. Na 1,5 km is aan de rechterkant, voorbij het bruggetje, een camperparking aangegeven. Tot onze verbazing zien we op het meer een roodkeelduiker liggen (waar we parels verwachtten). We parkeren de camper en volgen het wandelpad. Na ongeveer 1,5 km kun je schuin rechts terug, richting grindweg. Halverwege steek je een riviertje over. Hier zit elk jaar een paartje bosgorzen. We teisteren de muggen en blijven een kwartiertje staan: geen bosgors. We vervolgen de weg door het eentonige naaldbos en, op het grindpad, 500 meter naar rechts en we zijn weer terug bij de camper. We rijden naar een mooiere plek om te overnachten: 1 km verder ligt een mooie parking pal tegen het meer met schone toiletten. Hier begint ook de wondermooie trail naar de Teretinniemitoren in het even mooie Rajoitusosa veen. Drie jaar geleden waren we zo onder de indruk van dit hoogveen dat dit in feite de belangrijkste reden is dat we hier zijn. De trail naar de toren is 3,4 km lang en loopt voor het grootste gedeelte over een smalle plank, dat maakt het vogels kijken soms lastig. De meeste vogels zijn echter vanuit de toren uitstekend te bekijken. Hopelijk zijn de verwachtingen niet al te hoog gespannen. We gaan op tijd slapen. Donderdag 7 juni Om 3.00 uur zijn we beiden klaarwakker. Het is helder en windstil. Het lijkt wel midden overdag. We kunnen niet langer blijven liggen en gaan om 3.30 uur (=2.30 uur Nederlandse tijd) op pad. Vroeger kwam ik soms op deze tijd thuis en was de brede trap naar boven vaak nog te smal. Nu lopen we ‘soepeltjes’ op de één-plank-brede vlonder richting de Teretinniemi uitkijktoren (= 3,4 km). We hebben vijf fantastische uurtjes in een overweldigend landschap, bruisend van het leven: In het bosgedeelte zingen keep, vink, gekraagde roodstaart, bonte vliegenvanger, grauwe vliegenvanger, boompieper en fitis. In het veen (met bosgroepjes) hebben we o.a. 5 pestvogels (w.o. een groep van drie op 10 meter), roepende regenwulpen, goudplevieren, 6 korhanen, alarmerende noordse gele kwikken, 6 taigarietganzen. De grote max aan vogels zien we echter vanuit de toren. Onder een heerlijk zonnetje, verstoken van muggen en mensen, is het heerlijk om dit vogelrijke wondermooie veen af te turen. We zien een paartje taiga rietganzen (broedvogel), 2 paartjes wilde zwanen, roepende kraanvogels (hebben nu jongen), 5 korhanen in één boom (2 hanen nog bolderend), zeearend, een vijftal boomvalken, sperwer, baltsende watersnippen, de prachtige baltsvlucht van roepende groenpootruiters (broedvogel), de baltsvlucht van goudplevieren (broedvogel), baltsende regenwulpen, jodelende wulpen, zwarte ruiter (alleen auditief), baltsende bosruiters, baltsende kemphanen (broedvogel), talloze kieviten, stormmeeuwen, visdiefjes, 7 nonnetjes (3 mannetjes, 4 wijfjes), pijlstaarteenden, smienten, slobeenden, brilduikers, wintertalingen, noordse gele kwikken (talrijk, overal alarmerend) en koekoek (talrijk). In het observatieschrift schrijft een Engelsman dat alleen het uitzicht van deze toren al de moeite van zijn reis waard was. Ook wij zijn er stil van. “Veel dichter bij de hemel kun je niet komen” merkt de doorgaans nuchter ingestelde Loes op. “Letterlijk of figuurlijk” wil ik vragen maar besef op tijd dat dit filosofische hoogstandje een moment van stilte verdient. Na het ontbijt rijden we terug. Ongeveer 2 km voorbij het infocentrum ligt links een parking (met infobord) voor de wandeling die rechts begint; de 3,5 km lange Surkansuotrail door Lakkapolkuveen. Het smalle vlonderpad loopt ook hier dwars door het veen. In dit relatief
kleine veen werkt dit wandelpad verstorend. We zien slechts enkele regenwulpen. Toch nog een geweldige waarneming: 100 meter voor het platform ontdekken we een roodkeelduiker op zijn nest (nauwelijks te zien vanaf het platform). Helaas net iets te ver voor een goede foto maar (door de telescoop) is de rode keel goed te zien. De roodkeel- doet, in schoonheid, niet veel onder voor zijn neefje de parelduiker. Onderweg verstouwen we een buitje.
We lunchen op de camperparking bij het bruggetje met uitzicht over het Suomjärvi. Ook nu een roodkeelduiker waarschijnlijk het maatje van de vogel die we zojuist broedend hebben aangetroffen. Pal langs de kant zwemt een wijfje grote zaagbek. We bewonderen het snorkelend gedrag: alleen het voorhoofd verdwijnt onder water om vis op te sporen. We rijden naar de parking van gisterenavond waar we nog altijd satellietontvangst hebben. De schotel lijkt wel omlaag te wijzen. De rest van de overigens mooie dag hebben we regelmatig buitjes. De muggen vielen vandaag alleszins mee. We gaan weer op tijd slapen want morgen willen we de mooie trail naar de toren nog een keertje lopen. Vrijdag 8 juni Om 6.30 uur wandelen we in prachtig, zonnig windstil weer via de Surkansuotrail naar de Teretinniemi uitkijktoren. Ook nu houden de muggen zich uitermate rustig. Dezelfde prachtige waarnemingen als gisteren. Ook nu krijgen we enkele paartjes fabalisrietganzen uitstekend te zien. De pestvogels vinden we niet terug, ook de zeearend niet. Om 10.30 uur nuttigen we een verlaat ontbijt en genieten in de tuinstoeltjes van het zonnetje. Een Finse ornitholoog geeft ons nog een plaats van 4 zingende blauwstaartjes in het noorden. Wie weet? ’s Middags fiets ik nog naar de bosgorzenplek. Drie kwartier posten levert geen bosgors op, wel fel alarmerende witgatjes, grauwe en bonte vliegenvangers. Verder zijn deze bossen opmerkelijk rustig aan vogels.
Zaterdag 9 juni We besluiten een break nemen op camping Linnunlahti in Joensuu (80 km). Vóór het ontbijt bekijken we nog twee prachtige parelduikers op het meer. We rijden de grindweg af tot de ‘5202’ en gaan linksaf. In Ulimaharju volgen we de ‘73’ tot Uuro en hier de ‘6’ naar Joensuu. We rijden naar het centrum waar de camping staat aangegeven (N 62°35’51’’ E 29°44’21’’). We installeren ons dusdanig dat we zeker satellietontvangst hebben voor Rolland Garros en de eerste E.K. wedstrijd van Nederland. Met de campingkey korting van de ANWB betalen we € 17 per nacht. We contacten Vital van Gorp die volgende week dinsdag afkomt en zijn eerste veelvraat hoopt te zien. De camping is relatief duur maar je kunt wel gratis gebruik maken van de wasmachine, de wasdroger, internet en (zonodig) zelfs een keuken. ’s Avonds zien we een weinig geïnspireerd Oranje verliezen van het nietige Denemarken. Zondag 10 juni Het heeft heel de nacht geregend. Telefonisch bevestigen we onze afspraak voor de hide van Artic wildlife. Als we onze planning bekijken, constateren we dat de waarnemingstijd die we in Zweden hebben in wanverhouding staan tot het (enorme) aantal km’s dat we hiervoor moeten afleggen (29-6 moeten we thuis zijn voor een familiefeest). We besluiten Zweden achterwege te laten en boeken on line de ferry van Turku – Stockholm bij Tallink Silja Lines: vertrek maandag 24 juni, 8.15 uur, aankomst 18.15 uur (= 10 uur) voor slechts € 71,74. Dit bespaart ons enkele dagen tijdwinst. We ruilen enkele goede gebieden van Zweden in voor Kuusamo en Oulu. De dag verloopt regenachtig. De oplossing is een gezellig chinees restaurant in het winkelcentrum. We eten voortreffelijk voor € 32, totaal. Buiten kunnen we pinnen. De rest van de zondag verloopt rustig. Maandag 11 juni Het blijft vannacht gelukkig droog. Op het grasveld stonden al sporen van campers die vastgezeten hebben. Om 10.00 uur hebben we alles op orde: vol wat vol moet zijn; leeg wat leeg moet zijn; schoon wat schoon moet zijn (incl. onszelf). We rijden richting Kuopio. Eerst bezoeken we het Hoytiainen Canal Estuary: 3 km ten westen van Joensuu houden we rechts Noljakka aan. Na 1 km op deze weg slaan we (vlak voor de bushalte) rechtsaf op de ‘Aavarannantie’. Deze weg rijden we af tot op het grindpad. Na 300 m parkeren we de auto op de grote parking aan het enorme Pyhäselkä meer. We volgen de aangegeven wandeling naar de uitkijktoren (2 km). Echt vogelrijk is het niet. We zien visdiefjes, brilduikers, 2 wilde zwanen en vanuit het riet roepen 2 roerdompen. Het gebied zou vooral goed zijn tijdens de trek met steltlopers en regelmatig spectaculaire dwaalgasten uit Siberië. De omliggende bossen (met witrugspecht) zijn beschermd. Op de infoborden staat wilgengors afgebeeld maar die schijnt nauwelijks nog voor te komen in Finland. We rijden terug naar de grote weg richting Kuopio voor een bezoek aan Lake Sysmäjärvi. Na 40 km (4 km vóór Outokumpu) ligt rechts van de weg (even voor de afslag R naar Kaavi) een parking met infobord. Tijdens de lunch zien we Rafaël Nadal zijn achtste overwinning op Rolland Garros behalen op Djokovic. We fietsen de weg een km verder af. 300 meter voorbij de afslag R naar Kaavi, rijden we, op een goed berijdbaar pad, naar links. Na 400 meter komen we bij de hoge uitkijktoren. Ook hier is het vogelarm. Wel hebben we constant 2 visarenden in beeld die hier waarschijnlijk broeden. Op het water dobberen enkele wilde zwanen. Buiten een bruine kiek, visdiefjes enkele dwergmeeuwen en zingende rietzangers is er niet veel te beleven. Landschappelijk waren beide gebieden wel heel mooi. We rijden terug via Joensuu en volgen de ‘6’ noordwaarts richting Lieksa. Via de ‘73’ en de ‘5160’ (voorbij Uimaharju) komen we (rechtsaf slaan op het grindpad) bij Kivilahti. We
zoeken de in de atlas aangegeven camping ‘Koitereen Helmi’. Twee km voorbij Kivilahti staat de camping links (nog eens 2 km) aangegeven. Helaas is de camping in vervallen staat. Jammer want de omgeving is heel mooi. Het gras is niet gemaaid. Stroompunten zijn er niet en de w.c.’s staan op instorten. We installeren ons op een verhard plekje langs het meer. Na een uurtje komt een oud mannetje aangewandeld. Hij vraag € 14 voor een overnachting. Dat vinden we wat overdreven en, na enige discussie, gaat hij met € 10 akkoord. We zitten op een soort schiereilandje ingeklemd tussen meren en mooie bossen waarin kleine hoogvenen en moerassen. We maken een wandelingetje met baltsende watersnippen, 3 parelduikers, roepende groenpootruiters, wulpen, oeverlopers, 2 invallende taigarietganzen, 2 middelste zaagbekken, 1 grote zaagbek, visdiefjes, roepende wulpen, stormmeeuwen, zingende roodmus, tuinfluiters, sijsjes en groenlingen.
Twee parelduikers kwamen, zich niet bewust van onze aanwezigheid, onze kant uitgezwommen (foto Loes) Dinsdag 12 juni Het heeft vannacht flink geregend maar ’s morgens is het droog. Met de temperatuur is niets mis: 15 graden. Langs de “receptie” wandelen we naar het meer. In de al jaren verwaarloosde ‘achtertuin’ van het gebouw hebben we een zingende struikrietzanger vol in de telescoop. Even verder, aan het meer, zien we 2 parelduikers die langzaam naar ons toe komen zwemmen. We blijven roerloos staan en Loes kan uitstekende foto’s maken. We blijven verbaasd over de weergaloze schoonheid van deze vogels. Aan de randen van het meer roepen wulpen en groenpootruiters. Langs de oevers vliegen oeverlopers op. Boven een moerasje baltst een watersnip. Sijsjes foerageren op ‘t paadje voor de camper. Roodmussen en tuinfluiters zingen uitbundig. Na het ontbijt rijden we over de mooie bosweg terug naar de hoofdweg, de ´5160´. Deze gaat over in de ´5202´. Enkele kilometers voor de afslag naar het Patvinsuo N.P. is, links van de weg, een parking met een aangegeven wandeling. Deze wandeling voert door een oud hellingbos. Op het infobord staan blauwstaartje, bosgors,
drieteenspecht en kleine vliegenvanger. In het infocentrum hadden we al gehoord dat er van de eerste twee soorten slechts één paartje zit. Als we aankomen regent het gestaag, te hard om te gaan wandelen. Terwijl we aan het verslag bezig zijn, wordt er op de deur geklopt. Journalisten van een krant zijn bezig een artikel te wijden aan een Finse natuurbeschermer die o.a. deze wandeling uitgezet heeft. Men vraagt of ze een interview mogen afnemen en foto´s mogen nemen. Natuurlijk, het is weer even geleden dat ik voor het laatst in de krant heb gestaan. We rijden terug naar de parking waar de trail naar de Teretinniemitoren begint. Om 23.00 uur arriveert Vital van Gorp die in Finland de veelvraat hoopt te spotten. Hij slaapt op de slaapbank van het gebouwtje aan het meer. Het regent nog altijd. Woensdag 13 juni Het weer is totaal omgeslagen. We hebben een schitterend ochtend. Na het ontbijt maken we de wandeling naar de grote uitkijktoren. Elke wandeling naar de toren is anders. Vandaag veel waarnemingen van alarmerende groenpootruiters. Vanaf de toren zien we boomvalken, kemphanen, nonnetjes, visdiefjes, taigarietgans (die zich op het nest zet) en zowel wilde zwanen als kraanvogels met jongen. Er vliegen nu ook wat meer vlinders (zilvervlek, koninginnepage, talloze groentjes) en libelles (venwitsnuitlibel). We rijden naar het Lakkapolkuveen. Onderweg zien we bij het bruggetje de obligate parelduiker. De roodkeelduiker zit, even later, nog altijd op zijn nest. Ook hier alarmerende bosruiters, groenpootruiters, regenwulpen en een ringoogparelmoervlinder. Ook Vital is onder de indruk van de prachtige venen. ´s Avonds doen Vital en ik nog een (vergeefse) poging voor de bosgors. Ter plaatse wel een pestvogel, een poserende watersnip, alarmerende witgatjes, grauwe en bonte vliegenvangers. Vital slaapt vannacht in de slaapzaal (9 bedden) van het infocentrum (€ 12). Donderdag 14 juni De komende 2 nachten moet het gebeuren. Het weer blijft de komende dagen fantastisch, daar kan het niet aan liggen. In zijn mail had Lassi Rautianen geschreven dat wolverines de forresthide twee tot drie keer per week bezoeken, wolven zouden drie tot vijf keer per week vanuit de wolvenhide gezien kunnen worden en beren (paartijd) onregelmatig. Vital is gefocust op veelvraten, ik op wolven en Loes op beren. Veelvraten en beer hadden Loes en ik 3 jaar geleden schitterend in Eräeero en vorig jaar 2 beren in Tudu, Estland. Via Lieksa en Kuhmo rijden we vol verwachting naar het basecamp van Kuikan kämppä (N64°06’34’’ E30°24’09’’). In Kuhmo gaan we naar het oosten op de ‘9121’. Na 44,5 km slaan we linksaf, 9,5 km naar Kivikiekintie en vervolgens 1 km rechtsaf naar Kuikan Kämppä (N64°06’34’’ E30°24’09’’). We worden verwelkomd door Mika, de zoon van Lassi Rautianen. Tijdens de koffie bespreken we het programma. De komende nacht zit een groep Finnen in de wolvenhides. Hij stelt voor dat we de eerste nacht de forresthide (kans op veelvraat en/of beer) nemen en de tweede nacht de wolvenhide. Om 17.00 uur brengt een van de gidsen ons met een jeep door niemandsland naar een krappe omgebouwde caravan midden in de bossen. Het is armoedig, benauwd en warm. Er is geen toilet en slechts 2 slaapplaatsen. Met kussens op de stoelen kom je net op kijkhoogte van de ramen. We zijn de enige gasten, de krappe photographic hides naast ons zijn leeg. We installeren ons zo goed als mogelijk. Na 5 uur ingespannen turen en doodse stilte slinkt het optimisme. We zien alleen maar grote bonte spechten en raven. Een enkeling wordt wat somber: “De caravan is te primitief, er liggen nauwelijks kadavers, de Finnen krijgen een voorkeurbehandeling, je reinste afperserij, Eräeero (Loes en ik zagen er 3 jaar geleden 7 veelvraten) is veel beter, we zijn bij ‘de beer’ gedaan etc. etc.”
Onze primitieve observatiecaravan van waaruit we fantastische waarnemingen deden Het geklaag blijkt onterecht. Om 22.30 uur ontdekt Loes 2 wolverines die (in hun typische gang) aan komen lopen. Juist op dat moment stoot ik per ongeluk 2 koffiekopjes tegen elkaar. Beiden dieren schieten weg. Ik vrees al dat Vitals waarneming van veelvraten door mijn blunder tot een glimp beperkt blijft. Een van de dieren komt echter terug. Onder een perfecte belichting van een zacht avondzonnetje kunnen we hem langdurig op zo’n 40 meter bewonderen. Vital heeft de buit binnen. We kunnen ons ontspannen. Niet lang want nog geen uur later zie ik, vanuit het bos, een bruine beer naderen. Er is nog ruim voldoende licht om de beer te filmen. Mika gaf ons weinig kans op bruine beren omdat het paartijd zou zijn. Opgelucht gaan Loes (buit binnen en op film) en ik om 01.00 uur slapen. Vital houdt de wacht. Van slapen komt niet veel want om 1.30 uur maakt Vital ons stilletjes wakker voor 2 naderende bruine beren waaronder een gigantisch exemplaar. Zeker een half uur kijken we naar een bizar mooie tafereel. Het filmapparaat van Loes maakt overuren. Als de beren vertrekken doen Vital en ik een slaappoging. Niet voor lang. Om 2.15 uur maakt Loes ons wakker voor een prachtige adulte wolverine. Dit dier kunnen we meer dan een half uur bewonderen. Eerst doet ze dappere pogingen het koord door te knagen waarmee de kadavers vast liggen. Dat lukt niet, wel weet ze een groot stuk vlees los te scheuren waarmee ze tenslotte vertrekt, waarschijnlijk een wijfje met jongen. Tijdens mijn wacht blijft het rustig zodat Vital en Loes nog enkele uurtjes kunnen slapen. Om 8.00 uur maken we nog een wandelingetje rond de caravan met zingende kleine vliegenvanger, roepende zwarte specht, raven, sijsjes, gekraagde roodstaart, grauwe en bonte vliegenvanger en een baltsend witgatje.
Twee veelvraten laten zich fantastisch zien (foto Lassi) Vrijdag 15 juni Nog beduusd van de afgelopen nacht worden we om 8.30 uur door Mika opgehaald. Op zijn vraag hoe het geweest was, zingen we: Het was een nacht die je normaal alleen in films ziet. Het was een nacht die wordt bezongen in het mooiste lied. Het was een nacht waarvan ik dacht dat ik hem nooit beleven zou” Hij begrijpt eruit dat we heel tevreden zijn. Een Frans koppel zal een nacht later vanuit dezelfde hide slechts een glimp van zowel wolverine als bruine beer zien. Ze klaagden over luidruchtige Finse buren. Terug op het basiskamp neemt Vital een kamer (€ 50), wij slapen in de camper. Enkele wandelingetjes leveren siberische erebia, zilvervlek, parelduiker en grote aantallen spechten, gekraagde roodstaarten en vliegenvangers op. Niet vreemd, het hangt barstensvol met nestkastjes. Er is meer volk toegekomen. We weten dat een van de wolvenhides de “luxury hide” genoemd wordt met drie slaapplekken en een toilet. Daarop maakt Loes Mika tactvol duidelijk dat ze de komende nacht alleen maar meegaat naar een hide die een toilet heeft. Even later zegt Mika ons de luxe hide toe. De anderen moeten zich behelpen met krappe hokjes. We hebben het beste uitzicht, veel ruimte, een los bed en een stapelbed en een (afgescheiden) toilet. En …. de hele hide voor onszelf. Deze hide staat op slechts enkele 100den meters van de Russische grens. In dit ‘niemandsland’ heb je speciale permits nodig. We kijken uit op een prachtig open veen. Op 70 meter afstand, aan de bosrand, liggen enkele kadavers. Laat de wolven maar komen. Dan wordt het wachten geblazen. Niet lang deze keer. Om 20.15 uur zie ik de eerste wolf naderen. Hij is uiterst schuw en speurt voortdurend naar onraad. Het is een adult dier met een prachtige ‘kraag’. Hij vertrouwt het blijkbaar niet want al snel verdwijnt hij weer in het bos. De Finse fotografen missen deze wolf. Niet lang daarna verschijnt een tweede, duidelijk jongere en minder schuwe wolf. We zien hem enkele malen door het veen rollen en zich uitschudden. De uitwaaierende druppels lijken net pareltjes. Even later loopt hij op zo’n 50 meter pal voor de hide door het veld met wollegras. Wat later op de avond komen er 3 (eerste of tweede jaars?) wolven die we gedurende uren kunnen bekijken. Met drieën trekken ze eendrachtig aan het karkas. Soms lopen ze snuffelend door het veen,
gaan even liggen of rollebollen door het gras. Regelmatig maken ze langere uitstapjes maar komen steeds terug. Omdat het nauwelijks donker wordt, blijft de belichting voldoende voor de filmcamera zodat Loes prachtige filmpjes kan maken. Van 20.15 uur tot 01.30 uur hebben we bijna constant wolven voor ons, waarschijnlijk 5 maar minstens 4. Tijdens de stille momenten ook nog mooie vogelwaarnemingen met o.a. 45 raven, adulte zeearend, twee maal visarend, zwarte wouw, 2 boomvalken en 2 torenvalken.
Dit is wat je hoopt te zien voor je vertrekt. We zagen 5 uur lang wolven (foto Loes) Om 01.30 uur besluiten we om toch maar even naar bed te gaan, alle drie zodat niets onze rust kan verstoren. Wie me verteld had, dat ik ooit zou gaan slapen met uitzicht op een wolf, had ik voor gek verklaard. Loes en ik beneden, Vital (als jongste) in het stapelbed boven Loes. Na een uur schrikken we wakker van een enorme dreun. Even denk ik dat we getroffen zijn door een Russische scudraket maar dan horen we vanaf de bodem een hartgrondig “te dju!!”: Vital is met matras en al naar beneden gelazerd. Een van de stoelen heeft zijn val gebroken. Als we merken dat hij niets mankeert, schieten we in de slappe lach. Gelukkig kan hij er zelf (even later) ook om lachen. De stoel heeft de val niet overleeft. Buiten loopt nog altijd een wolf rond. Even later vallen we toch in slaap. Als Mika ons om 8.30 uur ophaalt, verontschuldigen we ons voor de stoel. Als hij ons verhaal hoort, besluit hij de stoel in de huidige staat te bewaren als anekdote voor toekomstige bezoekers. Zaterdag 16 juni Ondanks de superbe nachten besluiten we om 10.00 uur te vertrekken. Kuusamo (300 km noordelijker) is alleen de moeite waard als we nu vertrekken. Vital is blijkbaar nog altijd onder de indruk want hij rijdt zijn huurauto achteruit tegen een boom met fikse schade aan bumper en kofferbak als gevolg. In Kuhmo volgen we de ‘912’ naar het toeristische Suomussalmi waar we uitstekend eten in het restaurantje van een grote supermarkt. Vital trakteert als dank voor het gidsen. Vier km ten noorden van Kuusamo rijden we naar “Holiday
Club Kuusamo Tropiikki”, een groot complex met camping, sportvelden, hotel, zwembad, bowling, spa, etc. We betalen € 23 voor de camping en Vital € 59,00 voor een uitstekende hotelkamer. Ondanks de vermoeiende dagen brengen we nog een bezoek aan de Valtavaara Ridge. Vijf km voorbij Ruka slaan we rechtsaf en parkeren (na 4 km) de auto op de parking waar de trail naar de Valtevaara Ridge begint. Deze plek is bekend om zijn blauwstaartjes. Drie jaar geleden was een topjaar voor blauwstaart. Ik had toen (Valktavaara èn Livaara) een zestal zingende mannetjes in de telescoop, zelfs 2 zingende mannetjes vanaf de Valtavaara parking. Onderweg zien we, enkele km’s ten noorden van de camping, rechts van de ‘5’ veel vogels op een meer (met asfaltparking) liggen. Tot onze stomme verbazing tellen we 15 grote zee-eenden. Het is een genot deze zeldzame zee-eenden zo close te kunnen bekijken. Even later beklimmen we de uitgezette wandeling van de Valtavaara Ridge. Vrij snel hebben we een foeragerende drieteenspecht briljant in beeld (dit jaar gemist in Estland). Ongeveer 1 km voorbij het verbluffende uitzicht kun je links (= “Laavu”) naar de blokhut bij een meertje. Op dit ‘kruispunt’ horen we (net als ik 3 jaar geleden) een blauwstaart zingen. De vogel krijgen we helaas niet in beeld. Bij de blokhut hebben we close views op een tweede drieteenspecht. Aan de overkant van het meer zingt een tweede onzichtbare blauwstaart. Vanaf de blokhut lopen we (langs het meer) richting toilet (= 50 meter). Pal voor het toilet zien we (bijna op de grond) een weinig schuwe, lijstergrote, rode vogel. Even denken we aan een grote kruisbek maar de kijker leert beter: een haakbek. De vogel laat zich tot op enkele meters benaderen maar we hebben geen fototoestel bij ons. Vital ziet ook het wijfje. Weer een topwaarneming. De ‘gemakkelijke’ taigagaaien zien we niet. Terug op het complex genieten we van een lange nachtrust. Zondag 17 juni Het heeft heel de nacht geregend en ook de voorspellingen zijn matig. We besluiten om met de auto naar de Livaaraberg te rijden. Bij de rotonde in Kuusamo de 3e afslag richting Suomussalmi. Na 6 km slaan we op de “866” linksaf. Na ± 7 km is er aan de linkerkant een grote parking bij een meer (“Kuusamojarvi”). Drie jaar geleden telden we hier maar liefst 18 parelduikers op het meer, nu geen enkele. Een paar 100 meter verder nemen we de afslag rechts, richting Hiltunen. Dit is een goed grindpad. Als we bij een veen stoppen, hebben we 4 alarmerende bosruiters rond de auto. Even later zien we 4 kuikens het grindpad oversteken. Bij de splitsing, na 18 km, houden we, op het (middelste) smallere bospad, links aan tot we, na 700 meter, bij de parking komen. Hier begint het wandelpad naar de Livaara. Even voorbij het bruggetje horen we een bosgors zingen. De ervaring van vorige jaren was dat het meestal bij zingen blijft. Het zonnetje komt erdoor en Vital gaat zijn vlindernetje halen. Op dat moment laat de bosgors zich schitterend zien op minder dan 20 meter. Loes en ik kunnen hem zelfs langdurig bekijken. Als Vital terug is, is de vogel gevlogen. Even verder gaan we op een smal paadje rechtsaf tot we bij een open kapvlakte komen. Als we terugwandelen horen we in het bos een tweede bosgors zingen. Vital trotseert de muggen en loopt een stukje het bos in en krijgt (gelukkig) de bosgors ook mooi te zien. In de auto krijgen we weer een fikse regenbui te verwerken. We rijden terug naar het complex. Loes chat met de kleinkinderen en Vital en ik doen een tukje. Hierna bekijken we nog Loes’ prachtige filmopnames van de beren, de wolverines en de wolven. ’s Avonds valt de Chinees in het stadje helaas tegen. Op de tv kijken we even naar de afgang van het Nederlands elftal maar lang voordat de wedstrijd afgelopen is, liggen we al te slapen. Maandag 18 juni Ook vandaag slecht weer. We ontbijten in het restaurant van Vitals hotel. Na het ontbijt gaan we naar het politiebureau in Kuusamo. Een vriendelijke agente maakt een verbaal op van Vital zijn botsing voor de verzekering van de huurauto. Na 15 minuten staan we buiten. We
brengen een bezoek aan het indrukwekkende infocentrum. Dit is een must als je hier komt. Je krijgt uitgebreid info en kaarten over de streek. Een deskundige dame adviseert ons zelfs welke grindwegen we moeten afrijden om kans te maken op auerhoenders. We weten niet veel beter te doen in dit slechte weer. Loes blijft in de camper. Ten zuidoosten van Kuusamo rijden we, niet ver van de Russische grens, talloze grindwegen af. We horen alarmerende oeverlopers, regenwulpen, groenpoot- en bosruiters. We rijden tussen meren, mooie venen en uitgestrekte bossen. Het grootste gedeelte van de tijd zijn we verdwaald maar daar malen we niet om. Als we bij een van de vele venen stoppen heb ik warempel een zingende dwerggors in beeld, helaas te kort om Vital mee te laten genieten. Van de plaats heb ik (dankzij de TomTom) alleen de coördinaten: N65.42.10 E29.44.34. Auerhoenders zien we niet. Even na 15.30 uur leidt de TomTom ons feilloos naar Kuusamo. Na de spaghetti nemen we afscheid van Vital die richting Joensuu vertrekt waar morgenvroeg zijn vlieger opstijgt. De week heeft (op wat veenvlinders na) alles gebracht waar hij op hoopte. Wij rijden terug naar de parking van de Valtavaara Ridge. Om 21.30 uur maak ik dezelfde wandeling als enkele dagen geleden. De vogels houden zich echter rustig, zelfs geen taigagaaien. “Algemeen” bestempelde ik de soort drie jaar geleden nog. Doodmoe ben ik om 23.30 uur terug. Toch zijn we tevreden. Kuusamo e.o. heeft mooie soorten als bosgors, dwerggors, haakbek, drieteenspecht en grote zee-eend opgeleverd. We blijven op de parking slapen. Dinsdag 19 juni ’s Morgens hebben we beiden het gevoel dat we het wel gehad hebben in Oost-Finland. Oulanka zal enkele jaartjes moeten wachten. Na Kuusamo (rechtsaf) volgen we de ’20’ tot in Oulu (220 km). Onderweg (40 km voor Oulu N65°12’08’’ E26°17’33’’) stoppen we nog bij een prachtig beschermd hoogveengebied: Hirvisuo Bog. Een vlonderpad voert naar een uitkijktoren die een prachtig uitzicht biedt over het gigantische veen. De muggen maken een lang verblijf onmogelijk. Ik zie meerdere paartjes kraanvogels met jongen. Even denk ik de zang van een bosgors te horen. In de omliggende bossen broeden laplanduilen, auerhoenders, vis- en steenarenden. Op het veen kor- en moerassneeuwhoenders. Ten zuiden van Oulu bekijken we als eerste de camping bij Kempele. Deze is echter vies en vervallen. We rijden naar de luxe camping Nallikari ten noorden van Oulu. De camping is prijzig (€ 27 per nacht ) maar met zuiver sanitair, grote staanplaatsen en internet in de camper. Op de beboste camping vinden we zelfs een plaatsje met satellietontvangst. We doen het de rest van de dag rustig aan. Woensdag 20 juni We worden pas om 9.00 uur wakker. Na het ontbijt wandelen we enkele kilometers ten zuiden van de camping langs het strand richting oliehaven. Op en rond de haven broedde (vroeger?) terekruiter. Nu is de haven afgesloten. Later horen we dat er geen terekruiters meer broeden in deze hoek van Finland. Gezien het matige weer besluiten we om er maar een nachtje aan vast te plakken. Het weer voor de rest van de week belooft beter te worden. We eten ’s avonds in de cafetaria. We krijgen gebakken kippenvleugeltjes met frietjes. Donderdag 21 juni We verlaten de camping en rijden via de 4 richting Liminka en vervolgens de ´813´ richting Lumijok. We doen onderweg boodschappen want morgen is het Midzomernachtfeest en is alles gesloten in Finland. Bij Virkkula (infocentrum aangegeven) gaan we rechtsaf tot we, na 5 km, bij het infocentrum van de Liminganlathibaai. Deze plaats is een van de weinige plaatsen waar je in de broedtijd vier soorten kiekendieven kunt zien, hoewel je (zoals nu) tijdens muizenarme jaren weinig kans maakt. Het infocentrum is uitstekend geoutilleerd en ruim opgezet. Je kunt met campers overnachten en betaalt, incl. stroom en douches, € 10,- .
Iemand van Finnature informeert ons over gebieden waar we kans maken op steppekieken. De steppekiekendieven broeden dit jaar niet en er zwerven slechts enkele individuele vogels rond. Toch gaan we een broedgebied van vorig jaar bezoeken: Terug naar Liminka, de ‘8’ volgen tot Lahtiranta. Hier rechtsaf en, na ongeveer 6 km, weer rechtsaf in het bos (vóór 2 grote houthopen). We volgen dit pad tot we, na ongeveer 2 km, hoenderkuikens over zien steken. volgen de 8110 tot we na enkele kilometers een pad rechts zien. Dit is vlak voor de 2 grote houthopen rechts. We volgen deze pad tot we na 2 km 4 kleine hoenderkuikens de weg over zien steken. We denken onmiddellijk aan auerhoenkuikens. Hoewel ze sprekend op elkaar lijken is het, tot onze verbazing, geen auerhen maar een korhen die bezorgd haar jongen en ons gadeslaat. Na het nemen van de foto vertrekken we onmiddellijk. Na ongeveer 2,5 km komen we bij een open vlakte (N 64°46´34´´ E 24°55´35´´) waar we de camper kwijt kunnen. Ik fiets 1,8 km door, sla linksaf en kom uit op de steppekiekvlakte. De grote, extensieve vlakte voldoet aan alle verwachtingen maar steppekieken zien we niet, wel paapjes, roodborsttapuiten, veldleeuweriken en geelgorzen. We bezoeken nog enkele plaatsjes aan de baai. ’s Nachts overnachten we bij het infocentrum, samen met nog wat Finnen. De (mooie) wandeling naar de uitkijktoren levert de bekende soorten op: wulpen (opvallend talrijk), reuzenstern, visdiefjes, kemphaan, smienten, brilsuikers en zingende rietzangers. Dit zou de enige plaats in Finland zijn waar grutto’s broeden. Vrijdag 22 juni We gaan nog een poging doen op N 64°46´34´´ E 24°55´35´´. Weer geen kiekendieven. Op het grindpad door het steppekiekgebied lijkt het even of er een rat enkele cm’s boven de grond zijwaarts naar ons toe komt zweven. Achter zijn lichaam gaat echter een dapper hermelijntje schuil, een wonder dat hij (de grotere) rat opgetild krijgt. De rat neemt zoveel van zijn zicht weg dat hij ons pas op het laatste moment in de gaten heeft. Steppekieken zien we niet. “You can’t always get what you want”, zong Mick al. Terug in het bos probeert een boommarter ons wat te troosten door pal voor ons het grindpad over te steken. We gaan nog een tweede gebied proberen. Op Internet kwamen we (in relatie tot steppekiek) twee keer de naam ”Hietalanoera” tegen. Deze plaats vinden we niet in het register van de atlas van Finland. Wel “Hietalanpera”. Dit gehuchtje ligt even ten oosten van Oulainen en binnen het gebied waar steppekieken verondersteld worden te broeden. We hebben tijd genoeg en gaan via de ‘807’ naar de ‘86’, richting Oulainen. Pal voor Oulainen gaan we linksaf en rijden een rondje via Murronperra. Op een mooie open vlakte (N 64°18’12’’ E 25°05’33’’) zien we onze enige klapekster in Finland. Steppekiekendieven zal voor een ander jaar zijn. We rijden verder richting Turku en vinden (na 100 km) een rustig parkeerplaatsje even van de snelweg. Het is heerlijk weer. Zaterdag 23 juni Na het ontbijt vervolgen we onze weg naar Turku voor de resterende 410 km. Onderweg eten we in een wegrestaurant een goede maaltijd (buffet) à € 25 voor 2 personen. Om 16.00 uur arriveren we op de camping Ruissalo ( N60°25’32’’ E22°06´04’’) in Turku. Het is een goed verzorgde camping met uitstekend sanitair, gratis internet in de camper en verharde staanplaatsen voor campers. We besluiten hier 2 nachten te blijven en betalen € 27 per nacht. In Finland rekenen ze € 5 voor de elektriciteit! ’s Avonds begint het weer te regenen. Zondag 24 juni We worden pas om 9.30 uur wakker. We halen verse broodjes bij de receptie. De camping ligt op een schiereiland en oude bossen. We maken een wandelingetje. Welke richting je ook
uitwandelt, je komt steeds uit bij een meer. Boven het water vliegen visdiefjes en enkele reuzensterns, die zullen wel op een van de vele eilandjes broeden. Verder wordt de zondag weer een rustdag. Morgen moeten we er vroeg uit voor de ferry naar Stockholm. Maandag 25 juni We verlaten al om 6.30 uur de camping en komen bijtijds bij de ferry aan. Aangezien we (‘on line’) de hoogte van de camper niet goed opgegeven hadden, moeten we € 94 bij betalen, het totaal komt nu op €164 voor de 10 uur durende overtocht van Turku naar Stockholm. We vetrekken om 8.15 uur en komen 18.15 uur in Stockholm aan. Met 1 uur tijdsverschil erbij is dat 11 uur op de ferry. De TomTom en de Pioneer loodsen ons door Stockholm en, na een uurtje rijden, overnachten we in een klein dorpje tussen enkele andere campers. Dinsdag 26 juni Na het ontbijt vertrekken we voor een lange reisdag in de camper: via Malmö, de E 20 richting Odense. We betalen 2 x tol (€ 43 en € 50). Bij Kolding naar het zuiden richting Hamburg via de E 45 - 7. Net over de Duitse grens vinden we een rustige parking in een klein dorpje met warempel een chinees restaurant om de hoek. We kunnen de verleiding niet weerstaan. We kiezen voor een buffet voor € 11 per persoon. Samen met een grote pint (betaalbaar) bier smaakt het overheerlijk na 800 km auto rijden. We vallen als een blok in slaap en de nacht verloopt uitermate rustig. Woensdag 27 juni Om 6.30 uur vertrekken we voor de resterende 700 km. Ontbijten doen we, na 3 uur, tijdens de eerste stop. In Nederland slippen de wegen langzaam dicht maar files worden ons gelukkig bespaard zodat we al om 15.00 uur in Chaam zijn. Op enkele weken na zijn we, vanaf december 2011, bijna voortdurend op pad geweest. Door van zuid naar noord te reizen hebben we de lente weten op te rekken naar 6 maanden. We zagen meer dan 300 vogelsoorten en spectaculaire roofdiersoorten als iberische lynx, wolf, bruine beer en veelvraat. Tijdens de komende stille zomermaanden houden wij onze ‘winterslaap’. Johan en Loes Schaerlaeckens,
[email protected]