1
Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2004. In deze notitie wordt een beeld geschetst van de ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt over de periode vanaf 1 januari 2002 tot 1 juli 2004. De notitie is als volgt ingedeeld: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
Samenvatting. Achtergrond van de gegevens. Gewogen gemiddelde grondprijzen in Nederland. Stijgings- en dalingspercentages van grondprijzen per groep van landbouwgebieden. Absolute grondprijzen per groep van landbouwgebieden. Spreiding van grondprijzen per groep van landbouwgebieden. Grondmobiliteit. Toelichting op de cijfers per landbouwgebiedgroep.
1. Samenvatting. Aan de jarenlange stijging van de agrarische grondprijzen1 is een einde gekomen. In 2001 stabiliseerden de agrarische grondprijzen zich op het in 2000 bereikte hoogste niveau. In 2002 trad een daling van de grondprijzen in, gecombineerd met een afname van de grondmobiliteit2. De daling in de grondprijs heeft zich in 2003 en de eerste helft van 2004 verder doorgezet. Gemiddeld daalden de grondprijzen in Nederland in 2002, 2003 en de eerste helft van 2004 ten opzichte van de tweede helft van 2001 met bijna 22%. De daling van de grondprijzen was het sterkst zichtbaar vanaf begin 2003. Ook de grondmobiliteit ligt sinds 2001 op een lager niveau dan in de jaren daarvoor. Kenmerkend is dat de mobiliteit in de eerste helft van een kalenderjaar aanmerkelijk hoger ligt dan in de tweede helft van een kalenderjaar. Per saldo neemt de mobiliteit vanaf 2001 langzaam af. Verkopers nemen momenteel een afwachtende houding aan. Men hoopt wellicht op een stabilisatie van de markt, maar de daling gaat voort. 2. Achtergrond van de gegevens. De gegevens in deze notitie komen van het Kadaster en zijn door de Dienst Landelijk Gebied (DLG) in het geautomatiseerde systeem Infogroma bewerkt. Voor de presentatie van de gegevens is aansluiting gezocht bij de indeling van Nederland in veertien landbouwgebiedgroepen, zoals deze ook door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) worden gehanteerd. Bij de berekeningen worden alleen transacties met pachtvrije gronden betrokken, waarbij tevens de verkrijger een agrariër is. De bewerkte gegevens hebben alleen betrekking op de verkoop van los bouwland en los grasland, zonder (melk)quotum, gebouwen, schadevergoedingen, toeslagen etc. Familietransacties in het kader van bedrijfsovername worden eveneens buiten beschouwing gelaten, evenals transacties van gehele bedrijven. Deze factoren beïnvloeden namelijk de transactieprijs, waardoor geen representatieve agrarische grondprijs kan worden berekend. DLG gebruikt de berekeningen van de agrarische grondprijs per hectare als toetsingskader voor de aankopen van losse grond door het Bureau Beheer Landbouwgronden (BBL). 3. Gewogen gemiddelde grondprijzen in Nederland. Het gewogen gemiddelde per hectare van de grondprijzen in Nederland wordt berekend door het totaal betaalde bedrag te delen door het totaal aantal verhandelde hectares. Vanaf 1993 tot en met 2000 zijn de grondprijzen sterk gestegen. In 2001 zijn de prijzen gestabiliseerd. In de eerste helft van 2002 gaat de grondprijs dalen, maar deze daling zet zich niet door in de tweede helft 1
Als in deze notitie over grondprijzen wordt geschreven, wordt bedoeld de gewogen gemiddelde grondprijzen.
2
De hoeveelheid verhandelde hectares in een bepaalde periode, in een bepaald gebied.
2
van 2002. In de eerste helft van 2003 treedt er wederom een daling op, welke zich in de tweede helft van 2003 en de eerste helft van 2004 doorzet. De gemiddelde grondprijs komt in de eerste helft van 2004 onder de € 30.000,-- per hectare te liggen en wel op het niveau van midden 1999. In onderstaande grafiek is de ontwikkeling van de grondprijzen weergegeven vanaf 1993 tot en met de eerste helft van 2004. Grondprijsontwikkeling 1993 – 2004 € 40.000 € 35.000 € 30.000 € 25.000 € 20.000
Ja ar 1 Ja 9 9 ar 3 1 Ja 9 9 ar 4 19 19 97 Jaa 95 19 - 1 r 19 97 e h 96 a 19 - 2e lf ja 98 ha ar 19 1e lf ja 98 ha ar 19 2e lf ja 99 ha ar 19 1e lf ja 99 ha ar 20 2e lf ja 00 ha ar 20 - 1e lf ja 00 ha ar 20 2e lf ja 01 ha ar 20 - 1e lf ja 01 ha ar 20 2e lf ja 02 ha ar 20 1e lf ja 02 ha ar 20 2e lf ja 03 h ar - 1 alf ja 20 e 03 ha ar l 20 - 2e f ja 04 ha ar - 1 lfj e aar ha lfj aa r
€ 15.000
Ontwikkeling per kwartaal. Als naar de prijsontwikkeling per kwartaal wordt gekeken, zijn grotere fluctuaties zichtbaar. De eerste twee kwartalen van 2002 is de gemiddelde grondprijs relatief stabiel, gevolgd door een schijnbare stijging in het derde kwartaal van 2002. In het laatste kwartaal van 2002 zijn de prijzen weer gedaald tot iets onder het niveau van het tweede kwartaal. In het eerste kwartaal van 2003 bevindt de grondprijs zich nog op het niveau van 2002. Vanaf het tweede kwartaal van 2003 gaat de grondprijs onderuit naar rond de € 30.000,-- per hectare, welk niveau in het derde en vierde kwartaal gehandhaafd blijft. In de eerste twee kwartalen van 2004 ligt de gemiddelde grondprijs al rond de € 29.000,-- per hectare. In onderstaande grafiek zijn de kwartaalcijfers over 2002, 2003 en de eerste helft van 2004 weergegeven. Grondprijsontwikkeling per kwartaal 2002 - 2004
Gemiddelde grondprijzen 2002 - 2004
1e
kw
ar ta al 2e 20 02 kw ar ta al 3e 20 02 kw ar ta al 4e 20 02 kw ar ta al 1e 20 02 kw ar ta al 2e 20 03 kw ar ta al 3e 20 03 kw ar ta al 4e 20 03 kw ar ta al 1e 20 03 kw ar ta al 2e 20 04 kw ar ta al 20 04
€ 39.000 € 37.000 € 35.000 € 33.000 € 31.000 € 29.000 € 27.000
3
4. Stijgings- en dalingspercentages van grondprijzen per groep van landbouwgebieden. De grondprijzen per landbouwgebiedgroep worden per halfjaar berekend. Om statistisch betrouwbaar te zijn, moet de berekening zijn gebaseerd op tenminste 15 betrouwbare transacties per gebiedgroep. In onderstaande tabel zijn de stijgings- en dalingspercentages van de grondprijzen per halfjaar zowel per landbouwgebiedgroep als voor geheel Nederland weergegeven voor de periode van 2002-2004. De percentages die met een grijstint staan weergegeven, hebben betrekking op minder dan 15 transacties en zijn dus statistisch ‘onbetrouwbaar’. Desondanks geven ze wel een beeld van de ontwikkeling van de agrarische grondprijzen in deze gebieden en zijn ze toch weergegeven.
Landbouwgebiedgroep
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14
Bouwhoek en Hogeland Veenkoloniën en Oldambt Noordelijk weidegebied Oostelijk veehouderijgebied Centraal veehouderijgebied IJsselmeerpolders Westelijk Holland Waterland en Droogmakerijen Hollands / Utrechts Weidegebied Rivierengebied Zuidwestelijk akkerbouwgebied Zuidwest Brabant Zuidelijk veehouderijgebied Zuid Limburg Nederland
1e helft 2002
2e helft 2002
1e helft 2003
2e helft 2003
t.o.v. 2e helft 2001
t.o.v. 1e helft 2002
t.o.v. 2e helft 2002
t.o.v. 1e helft 2003
1e helft 2004 t.o.v. 2e helft 2003
-15,6% -7,2% 1,1% -4,7% -2,0% 0,8% -15,8% -14,1% -0,3% -7,3% -2,2% 5,4% -1,2% -19,8%
0,5% -2,5% -2,2% -5,4% -8,3% -7,5% 5,6% 46,0% 9,5% -12,0% 1,3% -13,8% -4,1% -9,2%
-14,4% -8,3% -16,0% -8,2% -1,8% 8,3% -1,2% -38,7% -22,1% 2,2% -13,2% 8,5% -2,8% -7,6%
8,1% -9,2% -12,1% -5,1% -5,0% -6,2% 7,6% 1,3% -0,8% -8,3% 6,3% -2,6% -7,6% -12,3%
6,7% -0,3% 5,5% -13,8% -4,5% -2,3% -25,3% -15,2% 1,7% -7,6% -5,8% -4,7% -2,2% 2,0%
-5,6%
0,0%
-7,9%
-5,3%
-5,3%
5. Absolute grondprijzen per groep van landbouwgebieden. De stijgings- en dalingspercentages zijn interessant om de relatieve ontwikkelingen op de grondmarkt te volgen maar geven geen beeld van de absolute waarden van de grondprijzen in de verschillende regio’s. In de tabel en grafiek op de volgende bladzijde zijn de absolute waarden van de grondprijzen per halfjaar per groep van landbouwgebieden vanaf de eerste helft van 2002 tot en met de eerste helft van 2004 weergegeven in euro’s per hectare. Met name de enorme daling van ruim 25% in groep 7 (Westelijk Holland) valt direct op. Absoluut betekent dit een daling van bijna € 40.000,-- naar bijna € 30.000,-- per hectare. De grondprijzen in dit gebied lagen kennelijk nog op een te hoog niveau. In diverse andere gebieden heeft zo’n daling zich al eerder voorgedaan. Alleen in groep 6 (IJsselmeerpolders) ligt de gemiddelde grondprijs nog boven de € 40.000,-- per hectare. Alle overige gebieden hebben een gemiddelde grondprijs van minder dan € 37.500,-- per hectare. In groep 8 ligt deze zelfs onder de € 20.000,-- per hectare. In 7 van de 14 groepen ligt de prijs thans tussen € 30.000,-- en € 40.000,-- per hectare.
4
2e helft 2002
1e helft 2003
2e helft 2003
1e helft 2004
Bouwhoek en Hogeland Veenkoloniën en Oldambt Noordelijk weidegebied Oostelijk veehouderijgebied Centraal veehouderijgebied IJsselmeerpolders Westelijk Holland Waterland en Droogmakerijen Hollands / Utrechts Weidegebied Rivierengebied Zuidwestelijk akkerbouwgebied Zuidwest Brabant Zuidelijk veehouderijgebied Zuid Limburg
€ 27.537 € 25.845 € 28.503 € 38.175 € 44.023 € 48.418 € 35.296 € 24.975 € 39.889 € 46.894 € 35.463 € 42.899 € 41.723 € 43.486
€ 27.663 € 25.203 € 27.874 € 36.115 € 40.372 € 44.790 € 37.282 € 36.472 € 43.666 € 41.247 € 35.907 € 36.958 € 40.030 € 39.483
€ 23.671 € 23.103 € 23.403 € 33.151 € 39.641 € 48.505 € 36.818 € 22.366 € 34.036 € 42.150 € 31.185 € 40.089 € 38.909 € 36.479
€ 25.599 € 20.986 € 20.570 € 31.475 € 37.650 € 45.459 € 39.599 € 22.646 € 33.750 € 38.659 € 33.162 € 39.066 € 35.962 € 31.975
€ 27.325 € 20.921 € 21.695 € 27.142 € 35.969 € 44.393 € 29.592 € 19.214 € 34.323 € 35.737 € 31.240 € 37.220 € 35.161 € 32.610
Nederland
€ 35.434
€ 35.425
€ 32.614
€ 30.887
€ 29.240
Gewogen gemiddelde grondprijzen € 55.000 € 50.000 € 45.000
1e helft 2002
€ 40.000
2e helft 2002
€ 35.000
1e helft 2003
€ 30.000
1e helft 2004
2e helft 2003
€ 25.000 € 20.000 Zuid Limburg
Zuidelijk veehouderijgebied
Zuidwest Brabant
Zuidwestelijk akkerbouwgebied
Rivierengebied
Waterland en Droogmakerijen Hollands / Utrechts Weidegebied
Westelijk Holland
IJsselmeerpolders
€ 15.000 Bouwhoek en Hogeland Veenkoloniën en Oldambt Noordelijk weidegebied Oostelijk veehouderijgebied Centraal veehouderijgebied
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14
Landbouwgebiedgroep
1e helft 2002
5
6. Spreiding van grondprijzen per groep van landbouwgebieden. Naast de gewogen gemiddelde grondprijs per hectare is de spreiding van de betaalde prijzen per hectare relevant. Derhalve zijn ook de 25%- en 75%-grenzen per landbouwgebied berekend. De 25%-grens en 75%-grens worden respectievelijk berekend door de betaalde prijs per hectare te bepalen, die voor de laagste 25% respectievelijk de hoogste 25% van de verhandelde hectares is betaald (per landbouwgebied per periode). In de volgende grafiek zijn de 25%-grens, het gewogen gemiddelde en de 75%-grens van vijf opeenvolgende perioden (eerste helft 2002 tot en met eerste helft 2004) per landbouwgebiedgroep weergegeven.
25% en 75% grenzen voor de grondprijs € 60.000 € 55.000
grondprijs per hectare.
€ 50.000 € 45.000 € 40.000 € 35.000 € 30.000 € 25.000 € 20.000 € 15.000
groep 1 - 1e helft 2002 2e helft 2002 1e helft 2003 2e helft 2003 1e helft 2004 groep 2 - 1e helft 2002 2e helft 2002 1e helft 2003 2e helft 2003 1e helft 2004 groep 3 - 1e helft 2002 2e helft 2002 1e helft 2003 2e helft 2003 1e helft 2004 groep 4 - 1e helft 2002 2e helft 2002 1e helft 2003 2e helft 2003 1e helft 2004 groep 5 - 1e helft 2002 2e helft 2002 1e helft 2003 2e helft 2003 1e helft 2004 groep 6 - 1e helft 2002 2e helft 2002 1e helft 2003 2e helft 2003 1e helft 2004 groep 7 - 1e helft 2002 2e helft 2002 1e helft 2003 2e helft 2003 1e helft 2004 groep 8 - 1e helft 2002 2e helft 2002 1e helft 2003 2e helft 2003 1e helft 2004 groep 9 - 1e helft 2002 2e helft 2002 1e helft 2003 2e helft 2003 1e helft 2004 groep 10- 1e helft 2002 2e helft 2002 1e helft 2003 2e helft 2003 1e helft 2004 groep 11- 1e helft 2002 2e helft 2002 1e helft 2003 2e helft 2003 1e helft 2004 groep 12- 1e helft 2002 2e helft 2002 1e helft 2003 2e helft 2003 1e helft 2004 groep 13- 1e helft 2002 2e helft 2002 1e helft 2003 2e helft 2003 1e helft 2004 groep 14- 1e helft 2002 2e helft 2002 1e helft 2003 2e helft 2003 1e helft 2004
€ 10.000
Landbouwgebiedgroepen 25%
Gemiddelde
75%
In de grafiek zijn enkele kenmerkende getallen af te leiden. In de groepen 2, 3 en 8 ligt de 25%-grens in het afgelopen jaar onder de € 20.000,-- per hectare. Dit betekent dat een deel van de gronden in die gebieden voor dergelijke prijzen is verhandeld. Alleen in groep 6 (IJsselmeerpolders) ligt de 75%-grens nog boven de € 50.000,-- per hectare, in alle andere groepen onder de € 45.000,-- per hectare. Dit bevestigt het beeld dat de grondprijzen in Nederland behoorlijk zijn gedaald, ook in de top van de markt. 7. Grondmobiliteit. Naast de hoogte van de grondprijzen geeft ook de (grond)mobiliteit een beeld van de grondmarkt. De mobiliteit wordt bepaald door het aantal hectares dat in een bepaald gebied in een bepaalde periode wordt verhandeld.
6
Landbouwgebiedgroep
1e helft 2002
2e helft 2002
1e helft 2003
2e helft 2003
1e helft 2004
1 Bouwhoek en Hogeland 2 Veenkoloniën en Oldambt 3 Noordelijk weidegebied 4 Oostelijk veehouderijgebied 5 Centraal veehouderijgebied 6 IJsselmeerpolders 7 Westelijk Holland 8 Waterland en Droogmakerijen 9 Hollands / Utrechts Weidegebied 10 Rivierengebied 11 Zuidwestelijk akkerbouwgebied 12 Zuidwest Brabant 13 Zuidelijk veehouderijgebied 14 Zuid Limburg
In ha 147 629 1036 871 158 263 166 110 158 182 354 60 702 51
In ha 123 397 534 627 113 332 220 56 118 113 501 49 519 36
In ha 162 591 941 917 99 566 109 95 162 161 349 107 612 40
In ha 250 328 518 442 92 178 204 81 138 145 411 71 446 29
In ha 336 615 701 765 144 271 216 20 216 132 398 76 713 36
4887
3738
4911
3333
4.639
Nederland
Grondmobiliteit
1e helft 2002 2e helft 2002 1e helft 2003 2e helft 2003 1e helft 2004
Bo
uw
ho ek
en
Ho N ge oo la O r nd d os el te ijk lij w k Ce ei ve de nt eh ra g o al ud ebi ve ed er eh i ou jge de bie IJs d rij se ge W l m bi at ed ee er W Ho r la po es n lla t d ld nd en elij er k s Ho s / U Dro lla og tr ec n m h ak d ts Zu e W id r ij ei w de en es te ge Ri lij vi bi k e ed re ak n ke ge rb Zu ou bie d Zu id w el id ge ijk w bi es ve t B ed eh ra ou de ban t rij ge Zu bi id ed Li m bu rg
1.100 1.000 900 800 700 600 500 400 300 200 100 0
Uit bovenstaand overzicht (in hectares), met bijbehorende grafiek, blijkt dat de grondmobiliteit in Nederland zich in de eerste helft van de afgelopen jaren steeds op een hoger niveau bevindt dan in de tweede helft van ieder jaar. Ook eind negentiger jaren van de vorige eeuw was dit het geval. Als we het jaar 2001 er qua mobiliteitscijfers bij betrekken (eerste helft 5641 ha en tweede helft 4195 ha), zien we dat de mobiliteit ieder jaar daalt. In geen enkel gebied bedraagt de mobiliteit nog meer dan 800 hectare in een halfjaar tijd, terwijl dit voor 2004 regelmatig voorkwam.
7
Kijkende naar de diverse gebieden dan valt een aantal zaken op. In gebied 1 (Bouwhoek en Hogeland) is de mobiliteit het afgelopen jaar ineens veel hoger dan in de voorgaande periodes. Dit kan verklaard worden doordat de prijs in dit gebied minder sterk gedaald is en zelfs weer iets gestegen dan in de aangrenzende gebieden 2 (Veenkoloniën en Oldambt) en 3 (Noordelijk weidegebied), waardoor verkopers en kopers elkaar makkelijker vinden. In groep 4 (Oostelijk veehouderijgebied) is de mobiliteit in het afgelopen jaar opvallend lager ten opzichte van voorgaande periodes. Dit kan veroorzaakt worden door de alsmaar dalende grondprijs in dit gebied. In groep 6 (IJsselmeerpolders) is de mobiliteit in de eerste helft van 2003 ineens een stuk hoger dan in de overige periodes. Ondanks de daling van de grondprijs in groep 7 is de mobiliteit in dit gebied niet minder geworden. Verkopers hebben de lagere prijs kennelijk geaccepteerd en wellicht zelfs eieren voor hun geld gekozen. In groep 8 (Waterland en Droogmakerijen) is de mobiliteit in de eerste helft van 2004 gedaald naar slechts 20 hectare in een half jaar tijd en ook nog eens voor een lage grondprijs. Als laatste is te melden dat de mobiliteit in het Zuidelijk Veehouderijgebied weer is gestegen naar ruim 700 hectare in een halfjaar tijd. Historie grondmobiliteit. In onderstaande grafiek is de historie van de grondmobiliteit weergegeven vanaf 1997 tot en met de eerste helft van 2004. Goed zichtbaar is dat er in de eerste helft van een kalenderjaar méér grond wordt verhandeld dan in het tweede halfjaar. Tevens is zichtbaar dat de grondmobiliteit zich tot 2000 op hetzelfde niveau handhaafde (5000 à 7000 hectare per halfjaar). In de eerste helft van 2000 steeg de grondmobiliteit tot bijna 8000 hectare, waarna een sterke daling intrad. Thans is de mobiliteit in een geheel jaar circa 8000 hectare. Concluderend kan gezegd worden dat de mobiliteit langzaam aan het afnemen is. Wel wordt verwacht dat als de prijzen zich stabiliseren verkopers weer meer grond op de markt zullen brengen en de mobiliteit zich zal herstellen.
Grondmobiliteit 9.000 8.000
6.000 5.000 4.000 3.000 2.000 1.000
97
19 - 1e 97 he 19 2e lft 98 he 19 - 1e lft 98 he 19 - 2e lft 99 he 19 1e lft 99 he 20 - 2e lft 00 he 20 - 1e lft 00 he 20 2e lft 01 he 20 - 1e lft 01 he 20 - 2e lft 02 he 20 - 1e lft 02 he 20 - 2e lft 03 he 20 - 1e lft 03 he 20 - 2e lft 04 h - 1 elf e t he lft
0
19
Aantal hectares
7.000
Periode
8
8. Toelichting op de cijfers. In de periode van 1993 tot en met 2000 zijn de agrarische grondprijzen in Nederland gestegen: van gemiddeld € 17.250 per hectare in 1993 tot gemiddeld € 37.600 per hectare in de laatste helft van het jaar 2000. In 2001 stabiliseerden de grondprijzen zich op dit (te hoge) niveau, waarna in 2002 een daling intrad. In het eerste halfjaar van 2002 daalden de grondprijzen met 5,6% tot € 35.434 per hectare. Deze daling zette in de tweede helft van 2002 echter niet door. De gemiddelde grondprijs per hectare handhaafde zich in de tweede helft van 2002 op € 35.425 per hectare. In de eerste helft van 2003 is de gemiddelde grondprijs met 7,9% gaan dalen tot gemiddeld € 32.614,-- per hectare. Zowel in de tweede helft van 2003 als in de eerste helft van 2004 daalt de gemiddelde grondprijs in Nederland met 5,3% tot uiteindelijk € 29.240,-- per hectare en komt daarmee onder de € 30.000,--. De laatste keer dat de grondprijs gemiddeld onder de € 30.000,-- per hectare lag was in de eerste helft van 1999. Naast de daling van de grondprijzen nam ook de mobiliteit af. In 2002 werd nog 8625 hectare pachtvrije landbouwgrond verhandeld, tegen circa 9835 hectare in 2001. In 2003 is de mobiliteit nog verder gedaald tot 8244 hectare. In de eerste helft van 2004 was er een mobiliteit van ruim 4600 hectare. Ruim 300 hectare minder dan in de eerste helft van 2003. Als deze trend zich doorzet, komt de mobiliteit over geheel 2004 onder de 8000 hectare te liggen. Hieronder wordt per landbouwgebiedgroep iets dieper ingegaan op de cijfers qua prijs en mobiliteit. Bouwhoek en Hogeland In het noorden van het land ligt het landbouwgebied Bouwhoek en Hogeland. De grondprijzen in dit gebied zijn in 2002 en in de eerste helft van 2003 fors gedaald. Na deze daling is er echter een stijging ingetreden. Eerst met circa 8% en het afgelopen halfjaar met bijna 7%. Thans ligt de gemiddelde grondprijs weer op het niveau van twee jaar geleden. De mobiliteit was aanvankelijk ook gedaald tot 270 hectare in 2002. In 2003 is deze weer gestegen naar ruim 400 hectare en in het eerste halfjaar van 2004 is er al ruim 330 hectare verhandeld, zodat de mobiliteit over geheel 2004 waarschijnlijk hoger zal zijn dan die over geheel 2003. Veenkoloniën en Oldambt Het landbouwgebied Veenkoloniën en Oldambt wordt gevormd door het oostelijk deel van de provincies Groningen en Drenthe. De prijzen in dit gebied zijn altijd al laag geweest en blijven dit ook. De afgelopen twee kalenderjaren (2002 en 2003) is de gemiddelde grondprijs alleen maar gedaald tot € 20.986,-- per hectare. Deze daling heeft zich in de eerste helft van 2004 echter niet voortgezet en is de prijs gestabiliseerd op € 20.921,-- per hectare. De mobiliteit in dit gebied blijft stabiel met circa 900 verhandelde hectares op jaarbasis. Noordelijk Weidegebied Het Noordelijk Weidegebied strekt zich uit over de provincies Friesland, Groningen, Drenthe en Overijssel. In dit landbouwgebied zijn de grondprijzen in de eerste helft van 2002 licht gestegen, waarna een lichte daling volgde in de tweede helft van 2002. In 2003 is de prijs in dit gebied echter sterk gedaald met bijna 30% tot een niveau van € 20.570,-- per hectare. In de eerste helft van 2004 heeft de markt zich weer iets hersteld en steeg de gemiddelde prijs met 5,5% tot een niveau van € 21.695,-- per hectare. In afwijking van de prijs is de mobiliteit in dit gebied nog steeds één van de hoogste van Nederland. Kennelijk vinden kopers en verkopers elkaar, ondanks de lage prijzen, toch in dit gebied. Oostelijk Veehouderijgebied Het Oostelijk Veehouderijgebied strekt zich uit over de provincies Drenthe, Overijssel en Gelderland. In dit gebied vond in 2001 nog een lichte stijging van de grondprijzen plaats. Vanaf 2002 zijn de grondprijzen in dit gebied alleen maar gedaald. In 2002 was de daling ruim 10% en in 2003 nog eens bijna 13%. In de eerste helft van 2004 zijn de prijzen weer verder gedaald tot € 27.142,-- per hectare, een daling ten opzichte van de tweede helft van 2003 van bijna 14%. Als we de gemiddelde prijs van de eerste helft van 2004 vergelijken met die van de tweede helft van 2001, dan is de daling ruim 32,5%.
9
De mobiliteit in dit gebied bevindt zich met circa 1200 hectare op jaarbasis op een normaal niveau. Centraal Veehouderijgebied Het Centraal Veehouderijgebied strekt zich uit over de Veluwe en omgeving. In dit landbouwgebied zijn de agrarische grondprijzen in de eerste helft van 2002 redelijk stabiel gebleven, maar met 8,3% gedaald in de tweede helft van 2002. In de eerste helft van 2003 zijn de grondprijzen licht gedaald met 1,8% tot € 39.641,--. In de afgelopen twee halve jaren zijn de prijzen weer verder gedaald met respectievelijk 5% en 4,5% tot € 35.969,-- per hectare nu. De daling vanaf de tweede helft van 2001 tot nu bedraagt bijna 20%. Na een sterke daling in de tweede helft van 2002 en 2003, heeft de grondmobiliteit in dit gebied zich in de eerste helft van 2004 hersteld tot 144 verhandelde hectares en ligt daarmee weer bijna op het niveau van de eerste helft van 2002. IJsselmeerpolders In het landbouwgebied IJsselmeerpolders liggen de agrarische grondprijzen afgelopen jaren tussen € 44.000,-- en € 50.000,-- per hectare. Zij zijn dan ook de hoogste in Nederland. In alle andere gebieden komt de gemiddelde prijs niet meer boven de € 37.500,-- per hectare uit, terwijl deze in de IJsselmeerpolders nog bijna € 45.000,-- per hectare bedraagt. De historie herhaalt zich. Het “nieuwe land” heeft de hoogste grondprijzen. De mobiliteit was in 2003 met ruim 730 verhandelde hectares gestegen ten opzichte van 2001 en 2002. In de eerste helft van 2004 is de mobiliteit echter wat achtergebleven met circa 270 hectare in een halfjaar tijd. Westelijk Holland De in de eerste helft van 2002 sterke daling van de agrarische grondprijzen met 15,8% heeft zich in het tweede half jaar van 2002 en in 2003 weer hersteld tot bijna het niveau van eind 2001 (€ 40.000,-- per hectare). In de eerste helft van 2004 is de gemiddelde grondprijs echter zeer sterk gedaald met ruim 25% tot € 29.592,-- per hectare, het niveau van voor 1999. De mobiliteit is stabiel met circa 400 verhandelde hectares op jaarbasis. Waterland en Droogmakerijen In het gebied Waterland en Droogmakerijen vinden weinig transacties plaats, waardoor de berekeningen van de gemiddelde grondprijzen – statistisch gezien – onbetrouwbaar zijn. Bovendien liggen de grondprijzen in de Droogmakerijen (Wormer, Purmer, Beemster) veel hoger dan van die in Waterland en de Zeevang. Als gevolg hiervan fluctueren de berekende grondprijzen elk halfjaar aanzienlijk. Dit verklaart de grote verschillen in de afgelopen vijf halve jaren. Wel is de gemiddelde grondprijs over de eerste helft van 2004 onder de grens van € 20.000,-- per hectare gekomen (€ 19.214,--). Dit is het laagste van de 14 gebiedgroepen in de afgelopen jaren. Gezien het geringe aantal verhandelde hectares (slechts 20 hectare in de eerste helft van 2004) hebben deze fluctuaties overigens weinig invloed op het landelijk gewogen gemiddelde. Hollands/Utrecht Weidegebied In het Hollands/Utrechts Weidegebied zijn de grondprijzen in de tweede helft van 2002 met 9,5% gestegen ten opzichte van de eerste helft van 2002 tot € 43.666 per hectare. Hoger zijn de gemiddelde grondprijzen in dit landbouwgebied nog niet geweest. In de eerste helft van 2003 daalt de gemiddelde prijs met ruim 22%. In het afgelopen jaar is de prijs gestabiliseerd op het huidige niveau van circa € 34.000,-- per hectare. De prijzen waren in dit gebied duidelijk te hoog. De grondmobiliteit is in de eerste helft van 2004 weer toegenomen ten opzichte van 2002 en 2003.
10
Rivierengebied In het Rivierengebied heeft de in de eerste helft van 2002 ingezette daling van de grondprijzen zich verder doorgezet. Ten opzichte van de tweede helft van 2001 (€ 50.800,--) zijn de grondprijzen in dit gebied tot en met de eerste helft van 2004 (€ 35.737,--) met bijna 30% gedaald. Het is onzeker of deze daling zich zal voortzetten of dat er een stabilisatie zal gaan optreden. De mobiliteit is stabiel op ongeveer 300 verhandelde hectares per jaar. Ondanks de lagere prijzen blijft de omvang van de verhandelde oppervlakte ongeveer gelijk. Zuidwestelijk Akkerbouwgebied Het Zuidwestelijk Akkerbouwgebied omvat de provincie Zeeland en delen van Zuid-Holland. In dit landbouwgebied is de lichte daling van de grondprijzen in de eerste helft van 2002 omgezet in een lichte stijging met 1,3% in de tweede helft van 2002. In de eerste helft van 2003 daalt de gemiddelde grondprijs echter sterk met 13,2% tot een niveau van € 31.185,-- per hectare. In de tweede helft van 2003 vindt er een stijging plaats met 6,3%, gevolgd door wederom een daling in de eerste helft van 2004 met 5,8%, waarmee de grondprijs zich weer op het niveau van de eerste helft van 2003 bevindt. De grondmobiliteit is redelijk stabiel over de jaren heen. Wel is duidelijk zichtbaar dat met de prijsdaling in de eerste helft van 2003 er ook een mobiliteitsdaling was. De mobiliteit is daarna weer iets opgeklommen naar circa 400 hectare per halfjaar. Zuidwest Brabant De daling van de grondprijzen in de tweede helft van 2002 is kennelijk van tijdelijke aard geweest en heeft zich niet doorgezet. De grondprijs was in 2003 redelijk stabiel op het niveau van circa € 40.000,-per hectare. In de eerste helft van 2004 is de grondprijs echter weer gedaald met 4,7% tot € 37.220,-- per hectare. Na de IJsselmeerpolders is Zuidwest Brabant het op één na duurste gebied van Nederland. De mobiliteit is stabiel op ongeveer 150 hectare per jaar. In 2002 was er in dit gebied een duidelijke dip (110 hectare per jaar). Men is toen door de landelijke berichten over een daling van de markt waarschijnlijk even voorzichtig geweest. Door de grote druk op de markt is dit echter van korte duur geweest. Zuidelijk veehouderijgebied Nadat de grondprijzen in dit gebied enkele jaren even boven de € 40.000,-- per hectare waren, is er in de eerste helft van 2003 een daling ingezet. Deze daling zet zich voort in de tweede helft van 2003 en de eerste helft van 2004. De prijzen bevinden zich thans net boven de € 35.000,-- per hectare. De mobiliteit is weer toegenomen tot meer dan 700 hectare per halfjaar en zit daarmee weer op het niveau van 2001. Zuid-Limburg Ten opzichte van de absolute topprijs (€ 56.630,-- per hectare) in de tweede helft van 2001, zijn de grondprijzen in 2002 en 2003 sterk gedaald met totaal 44%. Voor het eerst sinds 2001 zijn de prijzen in dit gebied thans gestabiliseerd en heeft er zelfs een kleine stijging van 2,2% plaatsgevonden. Ook in dit gebied lagen de grondprijzen kennelijk op een veel te hoog niveau. De markt heeft zich qua verhoudingen hersteld. De grondmobiliteit is ten opzichte van 2001 met ongeveer 20% afgenomen tot circa 90 verhandelde hectares in 2002. In 2003 daalt ook de mobiliteit verder tot circa 40 hectare per halfjaar.
Auteur: Dienst Landelijk Gebied te Utrecht.