Onthaalbrochure Ve 135
Beste student, beste medewerker Van harte welkom op de afdeling oncologie/hematologie van het AZ Sint-Jan Brugge – Oostende AV. Met deze brochure willen we u in het kort informeren over de werking van onze dienst en u reeds een beeld geven van de meest voorkomende pathologieën en onderzoeken. We staan er op u individueel te begeleiden in de hoop dat u zich hierbij vlug "thuis" zult voelen. Voor bijkomende informatie kan u terecht bij de collega’s, hoofdverpleegkundige, dokters, diëtist,… Wij wensen je alvast veel werkvreugde. Namens het team ve 135
Onthaalbrochure
ve 135
1
1.Voorstelling van de dienst.
Waar vind ik de afdeling? De afdeling bevindt zich op de 13de verdieping. Als u uit de lift komt slaat u links af. Route: 1350
Coördinaten van de dienst Hoofdverpleegkundige: Ann Cherlet, t: 050 45 31 35 Mail:
[email protected] Dokters : Hematologie
Dokter Selleslag
Dokter Van Droogenbroeck
Dokter Van Hoof
Dokter Lodewyck
Dienst Mond-, Kaak- en Aangezichtschirurgie
Dokter Lamoral
Dokter Nagy
Dokter Swennen
Dokter De Clercq
Dokter Abeloos
Dokter Lippens
Dokter Neyt
Dokter De Ceulaer
Neus-, oor- en keelpathologie ( N.O.K. )
Dokter Dick
Dokter Kuhweide
Dokter Vauterin
Dokter Vlaminck
Dokter Lerut
Oncologie
Dokter Claes
Dokter Van Kerckhove
Dokter De Cuypere
Dokter Bols
Onthaalbrochure
ve 135
2
Radiotherapie
Dokter Demeestere
Dokter Blyweert
Dokter Hutsebaut
Dokter Meersschout
Diensten waarmee wordt samengewerkt: De verschillende diensten voor consultatie: - dienst dieet - sociale dienst - logopedie - kinesisten De diensten die instaan voor onderzoek: - medische beeldvorming - isotopen - endoscopiezaal - labo en bloedtransfusie
2. Bespreking van de heelkundige ingrepen. Alleen de meest voorkomende patiëntengroepen op de V.E. worden besproken.
2.1. Patiënten met hematologische aandoeningen
Leukemieën Acute myeloïde leukemie (AML) en acute lymfatische leukemie (ALL) Chronische myeloïde leukemie (CML) en chronische lymfatische leukemie (CLL) Multipel myeloma (MM) Ziekte van Hodgkin (HD) Non Hodgkin lymfoma (NHL)
Medische behandeling: chemotherapie en / of radiotherapie, toedienen van transfusies en / of antibioticum, beenmergtransplantaties en stamceltransplantaties.
2.2. Patiënten voor mond, kaak- en aangezichtschirurgie Tumorchirurgie in het hoofd-hals gebied.
2.3. Patiënten voor neus-, en oor- en keelpathologie Tumorchirurgie in het hoofd-hals gebied.
2.4. Patiënten met oncologische aandoeningen
Radiotherapie Chemotherapie
2.5. Palliatieve patiënten
Onthaalbrochure
ve 135
3
3. Technische verpleegkundige interventies en aandachtspunten tijdens de zorg specifiek voor een patiëntenpopulatie. Hematologie
Zorgen aan de centraal veneuze katheter; Zorgen aan het totaal implanteerbaar poortsysteem (Mag enkel worden uitgevoerd door studenten in 2e en 3e module, onder directe begeleiding van een gediplomeerde verpleegkundige)
MKA - NOK
Toedienen van sondevoeding; Bijzondere aandacht voor mondhygiëne en aandacht voor pijnbestrijding (pijnschaal); Laryngectomie: patiënten met tracheale canule; Halsklierevidement: wondverzorging volgens voorschrift
Oncologie Deze patiënten hebben we nog veel te bieden op verpleegkundig en menselijk vlak, vooral een intensieve warme zorg en nabijheid zijn essentieel.
Psychosociaal en rationeel vlak Ook hier is het aanbod van uiteenlopende aard. Zich inleven in de belevingswereld van patiënten met chronische aandoeningen; Begeleiden van patiënten met een slechte prognose; Begeleiden van patiënten in het volhouden van hun therapie; Begeleiden van patiënten met angst voor verpleegkundig-technische handelingen, onderzoeken,…
Administratief vlak ( 3de jaarstudenten )
Bijwonen van doktersronde; Bijwonen van opname en ontslag.
Onthaalbrochure
ve 135
4
4. Organisatie van de zorg op ve 135. 4.1. Organisatie in de week en in het weekend.
06.30 uur: start vroegdienst Elke V 8 neemt de dect van zijn/haar eigen zone. De zone rood verantwoordelijke neemt daarnaast ook de dect van de afdeling. Deze verpleegkundige is verantwoordelijk tot de dagverantwoordelijke op de afdeling is. hebben samengewerkt) Overdracht door de nachtdienst aan alle aanwezige V diensten. 6 u 45: start verzorging eigen zone. Elke verpleegkundige ( V8) deelt de medicatie van de toegewezen patiënten. De zone rood verpleegkundige legt de koffie en de waterkoker. Start totaalverzorging in de eigen zone door V6 verpleegkundige en na medicatietoer en glycemiemetingen ook door V8 verpleegkundige ( incl. parameters zoals temperatuur, bloeddruk, pols, pijn score, gewicht en de wondzorg). Wie een patiënt ziet aankomen op de afdeling: begeleidt de patiënt naar de bureau van de verantwoordelijke; de verantwoordelijke doet de opname en legt het verpleegkundig dossier net als de medicatiefiche in het zonebakje op de bureau; belt naar de collega van de betreffende zone dat de patiënt aangekomen is; De zone verpleegkundige werkt de zorg waarmee ze bezig is af en gaat dan vervolgens naar de nieuwe patiënt om de opname verder af te werken en de eventuele therapie op te starten. 7 u 30: zorgondersteuning dient ontbijt op en dient ook terug af samen met de verpleegkundigen. 8 u: start dagverantwoordelijke Bij aankomst krijgt de dagverantwoordelijk van de 2 zone verpleegkundigen V8 overdracht van de patiënten en neemt de afdelingsDECT over van de zone rood verpleegkundige V8. De telefoonoproepen komen bij de dagverantwoordelijke of administratief medewerker, die op zijn/haar beurt de oproepen doorschakelt naar de desbetreffende zone verpleegkundigen. De werkverdeling voor de volgende dag wordt door de dagverantwoordelijke gemaakt en studenten worden aan een zone toegewezen. De dagverantwoordelijke houdt de werklast Vande aanwezige zone verpleegkundigen in het oog en vraagt zo nodig aan collega’s om hulp te bieden aan elkaar. Bij ontslag van patiënten bereidt de dagverantwoordelijke deze voor ( ziepunt 6 ontslag van patiënten) samen met de administratief medewerker. 9 u zorgondersteuning doet maaltijdbevraging: Voor de maaltijdopname gaat de zorgondersteuning langs bij elke zone verpleegkundige Specifieke zaken ( vb. diabetes) worden aangevuld op de briefinglijst die de vorige dag werd opgemaakt om 16 uur. Wanneer de patiënt tijdens de maaltijdbevraging op de kamer is, dan wordt de keuzelijst, overlopen met de patiënt; De apotheekbak wordt weggebracht door de zorgondersteuning. 10 u -10:10: pauze voor V8 diensten 10u 10- 10:20: pauze voor V6 diensten 11 u : opdienen middagmaal door zorgondersteuning. Waar mogelijk bieden aanwezige verpleegkundigen hierbij hulp. Ook afdienen middagmaal gebeurt door zorgondersteuning ( met eventueel hulp van verpleegkundigen). De V8 dienst deelt de medicatie aanzijn toegewezen zone. 12 u: klaarzetten koffie voor de namiddag voor zorgondersteuning.+ lunchpauze tot 14 u30. 12 u 30: start L 8. Elke zone verpleegkundige V8 brieft de eigen patiënten in de dienstkamer. De dagverantwoordelijke is hierbij ook aanwezig. 13 u V 8 diensten en dagverantwoordelijke pauzeren tot 13 u 30. De DECT’S worden doorgegeven. Zone rood verantwoordelijke L8 neemt ook de DECT van de afdeling. Deze verpleegkundige is verantwoordelijk. Na de middagpauze doen V8 diensten de koffieronde, werken de ontslagen af en zetten de medicatiekar klaar voor 24 u. De L-diensten beginnen met namiddagtoer per zone: medicatie- parametersnamiddagverzorging.
Onthaalbrochure
ve 135
5
14 u: start L6 diensten en korte overdracht L8 naar L6 per zone. 14 u 45 – 15 u: koffiepauze voor de 2 L8 verpleegkundigen. De aanwezige V-diensten houden de wacht. 16 u 30: De zorgondersteuning verloopt de briefing met elke zoneverpleegkundige en noteert bijzonderheden. 17 u: Glycemiecontroles en toedienen insuline per zone. Opdienen en afdienen avondmaal door zorgondersteuning. Waar mogelijk bieden aanwezige verpleegkundigen L6 hulp bij opdienen en afdienen. 17 u – 17 u30: pauze L8 diensten ( tenzij anders afgesproken in functie van de zorgorganisatie) 17 u30- 18u: pauze L6 diensten ( tenzij anders afgesproken in functie van de zorgorganisatie) 18u 30 start de avondtour: medicatie toedienen-parameters-infusen-verbanden-sondes. Wanneer er nog opnames zijn, worden deze gedaan door de zone verpleegkundige L8. Wanneer er nog ontslagen zijn, worden deze gedaan door de zone verpleegkundige L8. 20 u 45 overdracht aan nachtverpleegkundige. Elke L8 verpleegkundige brieft over de eigen patiënten. De verpleegkundige die de wacht houdt doet de beloproepen, glycemiemetingen en telefoonoproepen. 21 u: start eerste nachttoer. Verpleegdossiers gaan mee en worden tijdens de toer aangevuld + medicatiebedeling, parameters,infusen, verbanden, sondes. 24 u start tweede nachttoer: medicatie, parameters, infusen. 4 u start derde nachttoer: medicatie, parameters, infusen, bloedafnames, sondes en verbanden. Overschrijven blad met werkorganisatie opwhite board in de gang. Print maken van briefing voor V6 +V8 diensten. Klaarzetten van 2 koffiefilters + waterkoker. De taken op de checklist nachtdiensten worden tijdens de nacht uitgevoerd en afgetekend. 6u alle pc’s aanwezig op de verpleegeenheid worden afgesloten en terug opgestart.
Onthaalbrochure
ve 135
6
6. Woordverklaring
Acute myeloïde leukemie: de onrijpe cellen die gaan woekeren zijn de cellen die bedoeld waren om zich tot granulocyten, rode bloedcellen (erytrocyten) of bloedplaatjes (thrombocyten) te ontwikkelen. Acute lymfatische leukemie: de onrijpe cellen die gaan woekeren zijn de cellen die zich als lymfocyten hadden moeten ontwikkelen. Ze verspreiden zich in het beenmerg, het bloed en in de lymfevaten en lymfeklieren en kunnen ook andere organen binnendringen. Bovendien verdringen ze de andere normale bloedcellen. Chronische myeloïde leukemie: CML ontstaat wanneer granulocyten, een type van witte o bloedlichaampjes, zich abnormaal beginnen te ontwikkelen en te vermenigvuldigen. Dit o gebeurt vooral in het beenmerg, maar ook in lever en milt. Chronische lymfatische leukemie: bij CLL beginnen rijpe witte bloedcellen (lymfocyten) te o woekeren: ze vermenigvuldigen zich ongecontroleerd en leven langer, waardoor andere o bloedcellen worden verdrongen. Bij chronische leukemie zijn de cellen al meer in normale zin o ontwikkeld en gaat het proces veel trager. Vaak bestaat er een vergroting van de lymfeklieren o en/of de milt. Multipel Myeloma: is een vorm van kanker waarbij plasmacellen gaan woekeren in het o beenmerg waardoor het bot wordt aangetast. Het is een kwaadaardige vorm van o bloedkanker, die nauw verwant is met leukemie. Ziekte van Hodgkin: een vorm van lymfeklierkanker waarbij één type lymfekliercel een abnormale celgroei vertoont. Het is deze kenmerkende Hodgkincel (gekend als de ReedSternberg cel) die de ziekte onderscheidt van de andere soorten lymfeklierkanker. De abnormale celgroei veroorzaakt vergrote lymfeklieren, waardoor de lymfocyten niet meer optimaal kunnen functioneren. Hierdoor verliest het lichaam een deel van zijn afweer tegen virussen en bacteriën. Non Hodgkin lymfoma: lymfomen, gezwellen die meestal in de lymfklieren ontstaan. De ziekte kan zich door het lichaam verspreiden via het bloed en de lymfe. Zo komen de gewoekerde cellen bij andere lymfklieren. In tegenstelling tot de ziekte van Hodgkin worden geen Reed-Sternberg aangetroffen. Chemotherapie: een chemisch bereid geneesmiddel met cytostatische werking (het vermogen de cel te vernietigen en de celdeling te belemmeren). Dergelijke geneesmiddelen gaan niet enkel de tumorcellen te lijf, maar ook de gezonde cellen worden belemmerd in celgroei en –deling. Ze beschadigen vooral snelwerkende weefsels zoals beenmerg, slijmvliezen en gonaden. Er treden voor de patiënten veel nevenwerkingen op, zoals nausea, diarree, haaruitval, anorexie, dermatitis, nierbeschadiging en longproblemen. Radiotherapie: behandeling van ziekten met radium- of röntgenstralen. Halsklierevidement: operatie waarbij de halsklieren uitgekrabd worden. Port-a-cath: het geheel is volledig onderhuids ingeplant. De metalen toegangspoort bevat een injectiemembraan en injectiereservoir.
5.Procedures Zie Dina: Specifieke procedures/klinische paden/zorgpaden
Onthaalbrochure
ve 135
7
STUDENT Welkom van de mentoren We heten je van harte welkom en wensen je een leerzame stageperiode. Het team, en in het bijzonder de mentoren, zullen zich inzetten om je te begeleiden bij je leerproces. Twee belangrijke uitgangspunten worden vooropgesteld. 1. Slechts de zorgen die in de theorie en in de praktijk behandeld werden op school, mogen uitgevoerd worden. 2. De aard van de leermomenten wordt bepaald in functie van de stagedoelen en dit in samenspraak met de mentoren en de stageleerkrachten. Vergeet niet! Voor elk probleem, klein of groot van gelijk welke aard ook, spreek de hoofdverpleegkundige of/en een verpleegkundige of/en een mentor aan waar u zich goed bij voelt en zeker de begeleiding van uw school. Blijf er niet mee zitten en laat je stage er niet door beïnvloeden.
Welke leermomenten bieden wij aan: Nota: Alle handelingen die een student stelt, dienen te gebeuren onder strikt toezicht van een verpleegkundige. Frequent aanwezige leermomenten: Totaalzorgen; Verplaatsingstechnieken; Parametercontrole (temperatuur, polsslag, bloeddruk, gewicht); Venapuncties; Wondzorg: aanbrengen vette gaas, wondspoeling, gecombineerde wondzorg; Capillaire glycemiebepaling – insulinetoediening; S.C.inspuiting (o.a. Fraxiparine); Plaatsen van een perifeer infuus en voorbereiden en aanhangen van zij-infuus; verwisselen infuuszakken; Toedienen van bloedtransfusie en bloedplaatjes; T.P.N. klaarmaken en toedienen; Bloedafname voor haemocultuur; Maagsonde plaatsen; Toepassen isolatiemaatregelen; Voorbereiding van patiënten op onderzoeken; Toedienen sondevoeding; Zorgen aan de centaal veneuze katheter; Hickman katheter; Aanprikken totaal implanteerbaar poortsysteem (type: port-a-cath); Redondrainage; Zorgen aan de tracheacanule. Minder frequente aanwezige leermomenten: I.M.-inspuitingen; Blaascatherisatie: intermittent voor steriele staalafname, plaatsen verblijfsonde, verwijderen Verblijfsonde; O2 toediening; Aerosol toedienen.
Onthaalbrochure
ve 135
8
Voorbereiding door de student
Vooraf contacteren van de hoofdverpleegkundige. Onderstaande links openklikken en al eens lezen Info: zie http://www.azsintjan.be Stage bij AZ- St. Jan – Informatie voor verpleging, verzorging en logistiek. De eerste dag: De stagecoördinator en de begeleidingsverpleegkundigen plannen telkens om 9 uur een onthaal op maandag voor de studenten van o.a. volgende scholen: Vesalius, HBOV, KHBO, Howest, Katho, De plaats van afspraak is aan het onthaal ( groene draaideuren vooraan in het ziekenhuis ) Het onthaal bestaat uit: 1. Opwachten aan de voordeur voor een welkomstwoordje; 2. Begeleiden naar de kleedkamers en tijd geven om je om te kleden; 3. Rondleiding binnen onze campus met de belangrijkste plaatsen; 4. Na de rondleiding een kleine presentatie met vooral afspraken en verwachtingen; 5. Zo nodig begeleiden naar de stageplaats. Op je eerste stage heb je volgende documenten mee: 1. Gezondheidsattest; 2. Print voorstelling van de dienst; 3. Print werkpostfiche; 4. Print onthaaldocument.
Doelen van de dienst die meegenomen worden bij tussentijdse en eindevaluaties van de student. Het is de bedoeling dat de student bij aanvang aan de stagelector en mentoren een schriftelijk overzicht voorlegt met stagedoelen. In de stagedoelen kun je voorop stellen je sterke punten verder te ontwikkelen en te werken aan je zwakke punten. De student is verantwoordelijk voor het eigen leerproces en de vraag naar feedback. Een zorg wordt achteraf besproken met de student zodat hij eruit leert voor de toekomst. Het groeiproces van de student zal voor de evaluatie bepalend zijn.
Doelen van de dienst naar de student toe: Je hebt de introductiebundel vooraf ingezien om een beter zicht te hebben op de problematiek en de individuele noden van de patiënten. Je voorstellen aan het personeel en patiënten is een elementaire vorm van beleefdheid en wordt in dank afgenomen. Je bent steeds net en verzorgd als je op de VE aankomt. Dit is een zaak van persoonlijke hygiëne. Indien je een zorg gaat uitvoeren steeds het verpleegdossier grondig raadplegen ivm aanwezige infecties en de te nemen maatregelen. Je neemt initiatief om de aanwezige leermomenten te benutten, door concrete afspraken te maken met de verantwoordelijke om onderzoeken, behandelingen… bij te wonen. Tijdig vragen om SC, IM, bloedafnames en wondzorgtechnieken te sparen. Je vult leerdoelen in op begeleidingsfiche, je bespreekt deze met de mentor en de verpleegkundigen zodat ze je daarbij kunnen begeleiden. Je bent verantwoordelijk voor je eigen leerproces, daarom wordt gevraagd de begeleidingsfiche voor te leggen aan de mentor of de verpleegkundige om deze lijst samen na de zorgverlening in te vullen en te bespreken. Je gaat op een tactvolle en beleefde manier van om met de patiënten en het personeel met wie wordt samengewerkt.
Onthaalbrochure
ve 135
9
Je respecteert het BEROEPSGEHEIM en de privacy van de patiënt! Er kunnen geen documenten met een identificatie van de patiënt meegenomen worden naar huis. Je integreert je op een gepaste manier in het team, rekening houdend met de eigenheid van de verpleegeenheid. Je kan zelf vragen stellen en problemen of gegevens aan bod brengen. Je woont de patiëntenoverdracht bij. Je neemt verantwoordelijkheid op. Wees eerlijk, correct en stipt. Eerlijk uitkomen voor eventuele fouten of vergissingen. Je neemt zelf initiatief voor neventaken. Je bent zelf verantwoordelijk voor het opvolgen van een patiënt in samenspraak met de hoofdverpleegkundige en/of de mentoren. Je bent in staat om op een constructieve wijze om te gaan met feedback. Je zorgt ervoor dat je zoveel mogelijk doelstellingen hebt bereikt op het einde van jouw stage. Je neemt maatregelen om kruisinfecties te voorkomen. Je vult op het einde van de stage de studentenenquête in. Bij ziekte of afwezigheid verwittig je steeds je begeleiding van school maar tevens de verpleegeenheid: 050. 45.31.35.
Onthaalbrochure
ve 135
10
NIEUWE COLLEGA 1. Welkom van de hoofdverpleegkundige Ik heet je in naam van het team en mezelf hartelijk welkom op onze afdeling. Je zult veel nieuwe indrukken opdoen. Ik wil je daarin geruststellen : stilaan krijg je alles onder de knie ! We zullen je zo snel mogelijk integreren in de groep, maar ook dit zal wat tijd vragen. Ik reken erop dat je open zult communiceren om je integratie te vergemakkelijken. We stellen alles in het werk om jou te helpen, daarvoor staat de coach, de begeleidingsverpleegkundigen en het voltallige team klaar om het leerproces mee te begeleiden. We verwachten van jou het initiatief om ervoor te zorgen dat je gedurende de opleiding voldoende “leert” en aanwezig bent op de vormingen die voor jou georganiseerd worden. Dit zullen dan ook de zaken zijn die bij de tussentijdse feedbackgesprekken en functioneringsgesprekken onder andere aan bod zullen komen.
2. Nieuwe medewerker
De nieuwe medewerker is verantwoordelijk voor zijn eigen leerproces. Daarom zal van jouw verwacht worden: 1. dat je op gepaste tijden je opleidingsplan invult; 2. je bespreekt het opleidingsplan met de coach; 3. je volgt de opgelegde vormingen.
2.1: Het persoonlijk opleidingsplan = de POP Het POP geeft je een duidelijk overzicht van de vaardigheden, de beroepskennis en attitudes die van jou worden verwacht op je nieuwe dienst. Bij indiensttreding wordt een nulmeting opgemaakt met de begeleidingsverpleegkundige en coach. Daarna neem je zelf regelmatig initiatief om het POP te overlopen met je coach, hoofdverpleegkundige of begeleidingsverpleegkundige. Deze data plan je best meteen zodat je zeker bent dat je op tijd reflecteert en feedback kunt krijgen i.v.m. jouw leerproces. Het is EEN WERKDOCUMENT, een leidraad voor het volgen van de evolutie van je kennen, kunnen en integreren. Na het doorlopen van het volledige opleidingsplan (ten vroegste na 1 jaar) kunnen maximum 40 uren vorming worden toegekend. Opleidingsplan
Opleidingsplan Nulmeting
3 mnd
6 mnd
9 mnd
1 jaar
Opmerkingen
Gemaakte afspraken Datum Administratie beroepskennis en vaardigheden Zaaldossier: observatieblad, labo uitslagen, medicatiefiche, wondzorg Opnameplanning
2.2: Bespreken van het opleidingsplan
Samen met de coach de evolutie bespreken en eventueel de nodige acties ondernemen om je ontwikkeling van de vaardigheden, kennis en integratie op jouw dienst te bevorderen.
Onthaalbrochure
ve 135
11
2.3: Vormingsaanbod en noden Elke nieuwe starter moet in samenspraak met de hoofdverpleegkundige een aantal vormingen volgen die worden vastgelegd door het ziekenhuis. Deze informatie krijg je bij de start van de begeleidingsverpleegkundigen. Vormingen vastgelegd voor de dienst
Verplichte vormingen voor alle nieuwe medewerkers.
Verplichte vormingen voor de dienst ……………………..
Onthaalbrochure
ve 135
Klachtenbehandeling in het ziekenhuis Onthaalnamiddag voor nieuwe personeelsleden Inleiding in het personeelstatuut IDPBW Praktische opleiding: draagbare blusmiddelen Klantgerichtheid voor nieuwe medewerkers Tijdsregistratie: niet langer chinees Aansprakelijkheid van verpleegkundigen en vroedvrouwen Vigigerm pakt de strijd aan tegen infecties Het pijnbeleid in het ziekenhuis Staand orders diabetesbeleid Informatie ivm vormingen bij indiensttreding Het opleidingsplan Centraal patiëntendossier Patiëntenoproepsysteem Rondleiding in het ziekenhuis Gebruik van Dina ( informatica toepassingen) Fixatie van een patiënt Palliatief zorgadviesteam Klinische paden, standaardverpleegplannen enz… Samenwerking met de apotheek deel 1 Samenwerking met de apotheek deel 2 Samenwerking met het laboratorium Zorgprogramma geriatrie CPR en samenwerking met het medisch urgentieteam HACCP voor zorgeenheden Het verpleegkundig dossier Milieubeleid Berekeningen voor verpleegkundigen en vroedvrouwen Basiscursus wondzorg Terugkomnamiddag: feedback nieuwe verpleegkundigen
12
Aanbevolen vormingen voor de dienst …………………..
Implanteerbare poortkatheter Samenwerking met apotheek deel 3: chemotherapie Technische aspecten van een lijktooi Afnemen ECG en interpretatie QRS complex CVD meting Het gebruik van volumetrische-, spuit-, en voedingspompen
3. Coach Op de dienst fungeren een aantal ervaren verpleegkundigen als coach. Zij gaan jou zo goed mogelijk begeleiden en ondersteunen op de werkvloer. Je kunt bij hen terecht met al je vragen met als doel je kennis en vaardigheden verder te ontwikkelen. De coach is ook je vertrouwenspersoon die het integreren in het team stimuleert. Het is goed om met de coach van bij de start: minimum 2 geijkte momenten af te spreken in de eerste twee maanden een aantal vaste momenten af te spreken om de 2 maanden in het eerste jaar. Dit alles in het kader van je POP en integratie in het team.
4.Begeleidingsverpleegkundige De begeleidingsverpleegkundigen zijn er om jou te ondersteunen en jouw integratie te bevorderen zodat je je kan ontwikkelen tot een goed functionerend teamlid. Voor oncologie is dit Wallaert Shirley t: 050.45.99.53. Uiteraard kun je ook steeds beroep doen op haar collega’s: Ingrid Devos t: 050.45.39.29. Katrien Devooght t: 050.45.39.27. Taken
begeleidingsverpleegkundigen : Onthaal bij de start in het ziekenhuis. Opvolging en ondersteunen van de POP. Aanbieden van individuele werkvloerbegeleiding. Bepaalde technieken opnieuw inoefenen. Informeren ivm de vormingen. Zorgen dat de nieuwe medewerker zichzelf kan inschrijven voor latere vormingen.
5. Afspraken op de afdeling Je POP bijwerken na 3-6-9 maand om dan af te sluiten na 1 jaar. Indien daar belangrijke punten uitkomen bespreek je dit met je coach en/of hoofdverpleegkundige. Inschrijven in de nodige vormingen voor jouw afdeling en doorgeven op je wensenlijst elke maand naar je hoofdverpleegkundige zodat hij/zij er rekening kan mee houden op de werklijst.
Onthaalbrochure
ve 135
13