onthaalbrochure personeelsleden

CVO-IVV de Avondschool Gent Instituut Voor Volwassenenvorming

onthaalbrochure personeelsleden CVO –IVV de Avondschool Schoonmeersstraat 52 9000 Gent Tel 09/243.87.99 Fax 09/243.87.77 www.avondschool.be

VERWELKOMING DOOR DE DIRECTEUR Geachte collega, Graag wil ik je als nieuw lid in ons schoolteam verwelkomen. Deze onthaalbrochure heeft als doel je vertrouwd te maken met het functioneren van onze school. Ze probeert een antwoord te bieden op een reeks vragen die je je als nieuwe collega, geconfronteerd met een nieuwe werkomgeving wellicht stelt. Laat ik je meteen gerust stellen … het is zeker niet de bedoeling dat je deze brochure meteen van A tot Z doorleest. Beschouw ze eerder als een handig naslagwerk. Het is belangrijk dat je als nieuw teamlid goed weet welke waarden wij als centrum voor volwassenenonderwijs nastreven. Als leraar of commercieel medewerker word je immers rechtstreeks met de cursisten die we voortaan onze klanten zullen noemen geconfronteerd. Jij bent onze ambassadeur en draagt onze waarden uit. Het is daarom belangrijk dat je vertrouwd bent met wat wij onze missie beschouwen (pagina 8). In de rubriek “wat te doen bij een eerste indiensttreding” (pagina 10) kan je in het geval dit jouw eerste functie binnen het onderwijs is, nalezen welke administratieve formaliteiten je dient te vervullen alvorens je je eerste wedde kan ontvangen. Achteraan de bundel kan je enige uitleg vinden over de verschillende documenten die hiervoor binnen het onderwijs gebruikt worden, de zogenaamde PERS-documenten (pagina 58). Aan het hoofd van elke opleiding staat een opleidingscoördinator. Hij of zij is je belangrijkste aanspreekpunt binnen de school en zal samen met de beleidsmedewerker HRM optreden als je persoonlijke coach (pagina 42). Ik raad je aan om zeker de rubriek “schooladministratie” (pagina 79) na te lezen. Je vindt er een beknopte omschrijving van een aantal formulieren die noodzakelijk en belangrijk zijn i.v.m. de pedagogisch-didactische werking van de school. Onder de titel “de persoonlijke administratie van elke leraar” (pagina 85) vind je de opsomming van een aantal documenten die een leraar steeds beschikbaar moet hebben. Het betreft documenten die op elk moment door de directie of inspectie opgevraagd kunnen worden. Een van die voor onze school zeer belangrijk documenten is de “aanwezigheidslijst” (pagina 90). Hiermee wordt door de verificateur van het ministerie van onderwijs bepaald hoeveel cursisten op regelmatige wijze de lessen aan ons instituut volgen. Op basis van deze lijsten wordt bepaald hoeveel personeelsleden onze school mag aanstellen. Het is dus van belang dat je de aanwezigheidslijsten stipt invult. Het is ook mogelijk dat je bij het begin van een opleiding geconfronteerd wordt met cursisten die om “studieduurverkorting” vragen en vrijstelling willen bekomen om een vak te volgen dat door jou gegeven wordt. De procedure die de cursisten daartoe moeten volgen en de wijze waarop jij daar op dient te reageren kan je nalezen op pagina 101. In verband hiermee is het goed om weten dat de cursisten ook beroep kunnen doen op onze dienst studietrajectbegeleiding (pagina 119) en indien nodig op de ombudsdienst (pagina 120). Verder is het ook belangrijk te weten welke procedure je dient te volgen indien zich een speciale gebeurtenis voor doet. Bijvoorbeeld in geval je ziek bent (pagina 95) of indien een onmogelijk te verplaatsen verplichting elders een lesmoment of je deelname aan een schoolactiviteit in het gedrang brengt (pagina 91). Een overzicht van de belangrijkste procedures tref je aan op pagina 85. De belangrijkste administratieve formaliteiten die gepaard gaan met een job binnen het onderwijs en het CVO-IVV de Avondschool worden geresumeerd in een overzichtelijke kalender (pagina 11). Het is wellicht aangewezen deze kalender regelmatig te raadplegen. Aarzel echter nooit in geval van twijfel om een collega, de opleidingscoördinator, een commercieel of beleidsmedewerker of de directie te raadplegen. Ik hoop dat je met plezier je taak binnen ons team zal waarnemen ! Hans MARTENS Directeur CVO-IVV de Avondschool

CVO-IVV de Avondschool Gent – onthaalbrochure voor nieuwe collega’s

pagina –

2

INHOUDSOPGAVE Verwelkoming door de directeur ......................................................................................................................... 2 Inhoudsopgave.................................................................................................................................................. 3 Wat je zeker moet weten ! .................................................................................................................................. 8 Onze missie ................................................................................................................................................. 8 Wat is de missie van CVO-IVV de Avondschool......................................................................................... 8 Het belang van een missie....................................................................................................................... 8 Administratieve verwerking van de indiensttreding........................................................................................ 10 Wie voor het eerst in dienst treedt in het onderwijs.................................................................................. 10 Wie voor het eerst in dienst treedt in het Gemeenschapsonderwijs ........................................................... 10 Agenda met belangrijke formaliteiten .......................................................................................................... 11 Welke documenten moet de leraar steeds beschikbaar hebben .................................................................... 12 Overzicht van de belangrijkste procedures................................................................................................... 12 Hoe gebeurt de interne communicatie ......................................................................................................... 13 Het persoonlijk postvakje....................................................................................................................... 13 Dienstnota’s.......................................................................................................................................... 13 Persoonlijke Nota.................................................................................................................................. 13 Map met dienstmededelingen................................................................................................................ 13 Map met aanbod na- en bijscholingen................................................................................................... 13 Het Onderwijs voor Sociale promotie................................................................................................................ 15 De doelstellingen van het Onderwijs voor Sociale Promotie .......................................................................... 15 Het aanbod Onderwijs voor Sociale Promotie .............................................................................................. 16 De organisatie van het Onderwijs voor Sociale Promotie .............................................................................. 16 De toelatingsvoorwaarden .......................................................................................................................... 17 De toelatingsproef ...................................................................................................................................... 17 Het inschrijvingsgeld................................................................................................................................... 18 Vrijstelling van inschrijvingsgeld .................................................................................................................. 18 Het Gemeenschapsonderwijs............................................................................................................................ 20 De organisatiestructuur............................................................................................................................... 20 Het lokale niveau: de school.................................................................................................................. 20 Het mesoniveau: de scholengroep ......................................................................................................... 21 De algemene vergadering................................................................................................................ 21 De raad van bestuur ........................................................................................................................ 21 De algemeen directeur..................................................................................................................... 21 Het college van directeurs ................................................................................................................ 21 Het centrale niveau: de Vlaamse Gemeenschap ..................................................................................... 22 De afgevaardigd bestuurder............................................................................................................. 22 De raad van het Gemeenschapsonderwijs ........................................................................................ 22 Samengevat.......................................................................................................................................... 23 Het pedagogisch project van het Gemeenschapsonderwijs (PPGO) ............................................................... 24 Het algemeen strategisch plan (ASP)............................................................................................................ 26 Scholengroep 22 – Panta Rhei.......................................................................................................................... 29 De administratieve zetel .............................................................................................................................. 29 De overige leden van de scholengroep........................................................................................................ 29 De raad van bestuur van scholengroep 22 – Panta Rhei ............................................................................... 30 CVO-IVV de Avondschool................................................................................................................................. 32 De ontstaansgeschiedenis van CVO-IVV de Avondschool.............................................................................. 32 Het opleidingsaanbod van CVO-IVV de Avondschool................................................................................... 35 Hoger Onderwijs voor Sociale Promotie ................................................................................................. 35 Secundair Onderwijs voor Sociale Promotie............................................................................................ 38 Openingsuren van de cursistensecretariaten ................................................................................................ 41 Het CVO-IVV de Avondschool - team .......................................................................................................... 41 De opleidingscoördinatoren........................................................................................................................ 42 Hoger Onderwijs voor Sociale Promotie ................................................................................................. 42 Secundair Onderwijs voor Sociale Promotie............................................................................................ 42 Organigram............................................................................................................................................... 43


pagina –

3

De schoolraad van CVO-IVV de Avondschool .............................................................................................. 45 De samenstelling van de schoolraad...................................................................................................... 45 De bevoegdheden van de schoolraad .................................................................................................... 45 Hoe de vestigingsplaatsen bereiken............................................................................................................. 46 CVO-IVV de Avondschool – Gent........................................................................................................... 47 Routebeschrijving naar de hoofdzetel................................................................................................ 48 via de autosnelweg E40.............................................................................................................. 48 via de autosnelweg E17.............................................................................................................. 49 Situatieplan campus BME/CTL Hogeschool Gent ............................................................................... 50 CVO-IVV de Avondschool – Evergem ..................................................................................................... 51 CVO-IVV de Avondschool – Herzele....................................................................................................... 52 CVO-IVV de Avondschool – Melle .......................................................................................................... 53 CVO-IVV de Avondschool – Merelbeke................................................................................................... 54 CVO-IVV de Avondschool – Wetteren..................................................................................................... 55 CVO-IVV de Avondschool – Zottegem .................................................................................................... 56 Personeelsadministratie.................................................................................................................................... 58 Het hoofddossier ........................................................................................................................................ 58 Het bijdossier ............................................................................................................................................. 58 De PERS-documenten ................................................................................................................................. 58 Overzicht van de belangrijkste PERS-documenten ................................................................................... 59 PERS 1: dienststaat........................................................................................................................... 60 PERS 2: kennisgeving opdrachten ..................................................................................................... 62 PERS 3: begin / einde dienstonderbreking......................................................................................... 64 PERS 4: verzamelstaat ziekte............................................................................................................. 66 PERS 5: kennisgeving opdrachten van korte duur .............................................................................. 68 PERS 6: wijziging persoonlijke toestand............................................................................................. 70 PERS 11: aanvraag immatriculatie .................................................................................................... 71 PERS 12: cumulatieverklaring ........................................................................................................... 72 Schooladministratie.......................................................................................................................................... 79 Van beroepsprofiel naar lesvoorbereiding ................................................................................................... 79 Het beroepsprofiel ................................................................................................................................ 79 Het opleidingsprofiel ............................................................................................................................. 79 De lessentabel / Het structuurschema..................................................................................................... 80 Het leerplan.......................................................................................................................................... 82 Het planningsdocument (jaarplan, semesterplan, …) .............................................................................. 83 De schriftelijke lesvoorbereiding............................................................................................................. 83 De vakfiche ................................................................................................................................................ 84 De persoonlijke administratie van elke leraar............................................................................................... 85 Belangrijke procedures..................................................................................................................................... 86 Procedures voor personeelsleden ................................................................................................................ 87 Wat in geval van problemen met de infrastructuur .................................................................................. 87 Problemen met lokalen en lokaalsleutels........................................................................................... 87 Hoe een planningsdocument indienen ................................................................................................... 88 Hoe een vorderingsplan indienen (formulier “geziene leerstof”)............................................................... 89 Hoe een aanwezigheidslijst indienen...................................................................................................... 90 Het belang van de aanwezigheidslijst ............................................................................................... 90 Procedure........................................................................................................................................ 90 Hoe een les verplaatsen ........................................................................................................................ 91 Algemene principes ......................................................................................................................... 91 Procedure........................................................................................................................................ 91 Hoe een buitenactiviteit organiseren (extra muros activiteiten).................................................................. 92 Hoe een “vergoeding woon-werkverkeer” aanvragen ............................................................................. 93 Algemene bepalingen...................................................................................................................... 93 Hoe een “fietsvergoeding” aanvragen.................................................................................................... 94 Algemene bepalingen...................................................................................................................... 94 Procedure........................................................................................................................................ 94 Wat te doen in geval van ziekte ............................................................................................................. 95 Wees voorbereid: zorg dat je de nodige formulieren vooraf in huis hebt............................................ 95


pagina –

4

Procedure........................................................................................................................................ 95 Wat te doen in geval van zwangerschap................................................................................................. 97 Wat te doen bij een arbeidsongeval ....................................................................................................... 97 Begripsomschrijving ......................................................................................................................... 97 Aangifteprocedure ........................................................................................................................... 97 De aangifteformulieren .................................................................................................................... 98 De verplichte bijlagen ...................................................................................................................... 98 Tijdstip van indienen ........................................................................................................................ 98 Wat te doen in geval van staking in het onderwijs................................................................................... 99 Standpunt van de schooldirectie i.v.m. stakingen............................................................................... 99 Procedure........................................................................................................................................ 99 Hoe formulier “pers 3” invullen ...................................................................................................... 100 Wat te doen bij staking van het openbaar vervoer?............................................................................... 100 Procedures voor cursisten.......................................................................................................................... 101 Hoe studieduurverkorting aanvragen (vrijstellingen) .............................................................................. 101 Wat geeft recht op studieduurverkorting.......................................................................................... 101 EVK’s ....................................................................................................................................... 101 EVC’s....................................................................................................................................... 101 Richtlijnen i.v.m. het al dan niet toekennen van een vrijstelling......................................................... 101 Infobrochure.................................................................................................................................. 101 Procedure...................................................................................................................................... 102 Specifieke bepalingen .................................................................................................................... 103 G.P.B.-opleiding....................................................................................................................... 103 Bissers ..................................................................................................................................... 103 Klachtenprocedure......................................................................................................................... 103 Hoe overdracht en/of overzetting van punten aanvragen ...................................................................... 104 Begripsomschrijving ....................................................................................................................... 104 Algemene bepalingen.................................................................................................................... 104 Procedure om automatische zittijdoverdracht te weigeren................................................................. 104 Wat te doen in geval van een cursistenstage......................................................................................... 105 De examenperiode ........................................................................................................................................ 107 Algemene regels....................................................................................................................................... 107 De officiële examenperiodes ..................................................................................................................... 107 Examenperiode: de voorbereidende administratie................................................................................. 108 Opstellen en controle van het examenrooster.................................................................................. 108 Bekendmaken van het examenrooster............................................................................................. 108 Opstellen en binnenbrengen van de examenvragen + verbetersleutels ............................................ 108 Examenperiode: het eigenlijke examen ................................................................................................ 109 Hoe te reageren op fraude............................................................................................................. 109 Examenperiode: het inhaalexamen ...................................................................................................... 110 Wie komt in aanmerking voor een inhaalexamen............................................................................ 110 Procedure...................................................................................................................................... 110 Examenperiode: de administratieve verwerking .................................................................................... 111 Inleveren van de punten................................................................................................................. 111 Voorbereiding deliberatievergadering............................................................................................. 111 Examenperiode: de deliberatievergadering........................................................................................... 112 Deontologische voorschriften.......................................................................................................... 112 Procedure...................................................................................................................................... 112 Examenperiode: het bekend maken van de punten............................................................................... 113 Tijdstip van bekendmaken.............................................................................................................. 113 Wijze van bekendmaken ................................................................................................................ 113 Examenperiode: het feedbackmoment ................................................................................................. 114 Examenperiode: het archiveren van de examenkopijen ......................................................................... 114 Examenperiode: het opsturen van rapporten en voorlopige getuigschriften ............................................ 115 Examenperiode: het betwisten van de examenresultaten ....................................................................... 115 Procedure in geval van conflicten voor de deliberatievergadering..................................................... 115 Procedure bij vermoede materiële vergissingen na het afsluiten van de deliberatie............................ 115 Vergissingen met gering belang................................................................................................. 115


pagina –

5

Andere vergissingen.................................................................................................................. 115 De tweede zittijd.................................................................................................................................. 116 CVO-IVV de Avondschool: dienstverlening ...................................................................................................... 118 Schoolbibliotheek ..................................................................................................................................... 118 Cursusdienst ............................................................................................................................................ 118 Studietrajectbegeleiding............................................................................................................................ 119 Ombudsdienst.......................................................................................................................................... 120 IT-toepassingen via de e-card ................................................................................................................... 121 Veiligheidsdienst....................................................................................................................................... 122 Evacuatie-oefeningen .......................................................................................................................... 122 De veiligheidscoördinator.................................................................................................................... 122 bijlagen......................................................................................................................................................... 123


pagina –

6

wat je zeker moet weten


pagina –

7

1

WAT JE ZEKER MOET WETEN ! ONZE MISSIE Wat is de missie van CVO-IVV de Avondschool CVO-IVV de Avondschool verbindt zich ertoe aan volwassenen een breed gamma opleidingen aan te bieden, die allen leiden tot het behalen van officieel erkende studiebewijzen. Door het verstrekken van erkende kwalificaties hoopt CVO-IVV de Avondschool de inzetbaarheid van haar cursisten op de arbeidsmarkt te verhogen en hen de kans te geven een nieuwe richting in te slaan, hetzij op professioneel vlak, hetzij op persoonlijk vlak. Dienstverlening, kwaliteit, open communicatie en maatschappelijk engagement stelt CVO-IVV de Avondschool hierbij centraal.

Het belang van een missie De Avondschool is een organisatie, een bedrijf, en dan nog wel een relatief groot bedrijf dat de afgelopen jaren almaar gegroeid is. Net als een mens heeft ook een organisatie een ZIEL. De ziel van de Avondschool kan een bron van energie zijn, een bron die enthousiasme kan creëren, een bron die aanstekelijk kan werken, een bron die alle niveaus van het instituut kan inspireren. In de ziel van de Avondschool ligt uiteindelijk haar identiteit, haar bestaansreden, haar missie. Hoewel die ziel, die missie soms moeilijk omschreven kan worden, kan ze wel voelbaar worden in het respect dat alle personeelsleden hebben voor de waarden van de Avondschool. Die ziel kan ook zichtbaar worden in de wijze waarop alle personeelsleden van de Avondschool die missie beleven. De ziel kan zelfs tastbaar worden door de structuur die gecreëerd wordt in het instituut en door de manier waarop mensen binnen deze structuur ingezet worden. Daartoe is het van belang dat personeelsleden, die binnen de Avondschool één of meerdere taken uitvoeren, zich bewust zijn van de waarden van de Avondschool. Het is immers vanuit die waarden dat de missie bepaald wordt. Zonder missie is elke vraag, elk dagelijks probleem binnen de Avondschool, een confrontatie met het feit dat er geen gemeenschappelijkheid ervaren wordt. En daar ligt precies de verantwoordelijkheid van eenieder die tewerkgesteld is binnen de avondschool: iedere leerkracht, iedere coördinator, iedereen op het secretariaat, dient zijn of haar verantwoordelijkheid te nemen en zich te gedragen als een deel van het geheel. Het gaat hier om betrokkenheid van alle partijen ! Net zoals elke organisatie iets wil bereiken, heeft ook de Avondschool een doel. Bij de opstart van een organisatie is dat doel steeds heel duidelijk, maar op termijn kan dit vervagen, bijvoorbeeld wanneer de onderneming groeit, nieuwe markten aanboort, nieuwe werknemers aanwerft. Of misschien is de missie wel nog duidelijk, maar voelen niet alle werknemers zich daar nog zo betrokken bij. Anders nog, misschien is de huidige missie, gezien de veranderingen en vernieuwingen intern of extern, niet langer de juiste of de beste optie. Op zo’n moment kan de organisatie of haar personeel het gevoel krijgen « dat het schip stuurloos wordt ». Het komt er dan gewoon op aan een nieuwe of licht gewijzigde bestemming te vinden, met andere woorden, om de missie te herbekijken en te herformuleren.


pagina –

8

De Avondschool heeft zich daarom een aantal vragen gesteld, zoals: • Wie zijn wij ? • Wie zijn onze cursisten ? • Wat willen onze cursisten ? • Wat bieden wij aan ? Wat doen wij ? • Welke waarden streven we na ? • En welke waarden daarvan stellen onze cursisten op prijs ? Globaal kan men stellen dat: • de missie weergeeft wat de bestaansreden is van ons instituut • de missie betrekking heeft op het doel van de school en op de belofte die ze doet aan haar cursisten • de missie een kernachtige omschrijving is van de identiteit van de organisatie. In die missie moesten volgende elementen daarom zeker opgenomen worden: • de afbakening van de markt der opleidingsverstrekkers: welke groep cursisten willen we «bedienen» • hoe willen we ons onderscheiden t.o.v. al die andere opleidingsverstrekkers … wat is onze meerwaarde ? • waar willen we naartoe op korte termijn én op lange termijn ? • wat is de filosofie van de Avondschool ? Zowel de filosofie ten opzichte van haar cursisten, ten opzichte van haar personeel en ten opzichte van de maatschappij in het algemeen ? Wie zijn we? In eerste instantie zijn wij een dienstverlenend instituut -> we moeten klantgericht denken en handelen We maken deel uit van een bedrijf. Onze opleidingen zijn diensten die we aanbieden aan onze cursisten die dus in feite klanten zijn. Klanten hebben verwachtingen, klachten, enz... dus hier is een zekere mate van commerciële ingesteldheid aan de orde. Wie zijn onze cursisten en wat willen ze? Onderwijs voor SOCIALE promotie Ons CVO situeert zich op niveau onderwijs voor sociale promotie en richt zich dus in belangrijke mate tot cursisten die er in het verleden om een of andere reden niet in geslaagd zijn hun diploma te halen. Meestal hebben zij reeds een lange weg afgelegd vooraleer ze het aangedurfd hebben via ons kanaal een erkend diploma te behalen. Hoewel we er in eerste instantie misschien naar streefden het niveau van de bachelorniveau te evenaren, is het wijselijk toch even stil te staan bij het feit dat het merendeel van onze cursisten dit misschien niet onmiddellijk verlangt. Bovendien verlangen cursisten meer dan alleen een opleiding. Deze dienstverlening gaat veel verder dan het invullen van de meest uiteenlopende leerbehoeften van onze cursisten. Wat bieden wij aan? Een brede waaier opleidingen die alle leiden tot officieel erkende studiebewijzen (hetzij een diploma, hetzij een getuigschrift, hetzij een certificaat, hetzij een attest). Hierbij streven we naar een zekere mate van kwaliteit. We proberen hierbij tegemoet te komen aan de vormingsbehoeften van onze maatschappij, behoeften die overigens voortdurend onderhevig zijn aan wijzigingen. Welke waarden streven wij na? Aandacht voor het sociale aspect -> Maximale kansen aanbieden aan onze cursisten. Dit houdt ondermeer in : het creëren van actieve en vooral mensgerichte begeleiding voor onze cursisten, het creëren van een vruchtbaar leerklimaat voor onze cursisten waarin ze zich inzetbaarheid op de arbeidsmarkt, persoonlijke en/of professionele ontwikkeling van de cursist, maar ook bijvoorbeeld actieve deelname aan onze maatschappij.


pagina –

9

2

ADMINISTRATIEVE VERWERKING VAN DE INDIENSTTREDING De administratie die gepaard gaat met een betrekking in het onderwijs waaronder ook de betaling van uw wedde, wordt centraal geregeld vanuit Brussel door een zogenaamd WERKSTATION. Om het contact met het werkstation vlot te laten verlopen en een snelle betaling van uw wedde mogelijk te maken dienen bij een indiensttreding in het onderwijs hieronder vermelde formulieren zo snel mogelijk bij de beleidsmedewerker personeelsadministratie binnengebracht te worden.

Wie voor het eerst in dienst treedt in het onderwijs Wie voor het eerst in dienst treedt in het onderwijs dient zo vlug mogelijk volgende formulieren aan de beleidsmedewerker personeelsadministratie te bezorgen:

q q

2 kopieën van je diploma(‘s) 1 getuigschrift MODEL 2 van goed zedelijk gedrag Opgelet !! Vermeld specifiek dat het een job in het onderwijs betreft zodat je het correcte formulier krijgt (MODEL 2)

q q q q q

1 nationaliteitsbewijs 1 uittreksel uit de geboorteakte 1 doktersattest dat vermeldt dat je als leraar de gezondheid van de cursisten niet in gevaar zal brengen 1 attest van de samenstelling van het gezin desgevallend 1 militiegetuigschrift

Aan de hand van deze documenten zal de directie voor elk nieuw personeelslid een STAMBOEKNUMMER aanvragen.

Wie voor het eerst in dienst treedt in het Gemeenschapsonderwijs Wie voor het eerst in dienst treedt binnen het Gemeenschapsonderwijs dient 3 documenten te ondertekenen: o o o

Het pedagogisch project van het gemeenschapsonderwijs (PPGO) Een gehechtheidverklaring aan het gemeenschapsonderwijs Een neutraliteitsverklaring


pagina –

10

3

AGENDA MET BELANGRIJKE FORMALITEITEN

Begin September

· Formulieren PERS 2 en PERS 12 (pagina 58) ondertekenen bij RENE MARECHAL · Planningsdocument (pagina 83) indienen bij KIM VANHAELEN

Begin Januari

· Examenvragen en typeantwoorden van de eerste examenperiode indienen bij KIM VANHAELEN

Begin Februari

· Examenkopijen van de eerste examenperiode indienen bij KIM VANHAELEN Enkel voor modulaire opleidingen: · Document “Geziene Leerstof” (zie pagina 89) indienen voor eerste semester · Planningsdocument (zie pagina 83) indienen voor het tweede semester

April / Mei

Enkel voor tijdelijk aangestelde personeelsleden: · Aanvraag tijdelijke aanstelling voor het volgende volgend schooljaar indienen bij scholengroep 22 (tijdelijk aangestelde leerkrachten dienen jaarlijks hun aanvraag te hernieuwen!). Je wordt hiervan verwittigd per dienstnota. UITERSTE DATUM VAN INDIENEN = 15 mei !!!!

Begin Juni

· Examenvragen en typeantwoorden voor de tweede examenperiode indienen bij KIM VANHAELEN

Eind Juni

· Examenkopijen van de tweede examenperiode indienen bij KIM VANHAELEN · Document “Geziene Leerstof” (zie pagina 89) indienen voor lineaire opleidingen en het tweede semester van modulaire opleidingen

Maandelijkse formaliteiten:

· Indien van de aanwezigheidslijsten (zie pagina 90)

Occasionele formaliteiten:

· In geval van ziekte langer dan 1 dag (zie pagina 95) VERWITTIG STEEDS HET SECRETARIAAT VAN ELKE AFWEZIGHEID 09/243 87 99

· In geval van staking in het onderwijs (zie pagina 99)

· Document PERS 16 laten invullen door dokter en versturen naar het schoolsecretariaat · Medisch attest laten invullen door dokter en versturen naar het medisch controlecentrum GECOLI · Stakers: · Niet stakers:


Ondertekenen een document PERS 3 Vullen formulier A in

pagina –

11

4 5

WELKE DOCUMENTEN MOET DE LERAAR STEEDS BESCHIKBAAR HEBBEN 1. 2. 3.

het planningsdocument het vorderingsplan de aanwezigheidslijst

pagina 83 pagina 89 pagina 90

OVERZICHT VAN DE BELANGRIJKSTE PROCEDURES Procedures voor personeelsleden 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13.

wat te doen in geval van problemen met de infrastructuur hoe een planningsdocument indienen hoe een vorderingsplan indienen hoe een aanwezigheidslijst indienen hoe een les verplaatsen hoe een buitenactiviteit organiseren (extra muros activiteiten) hoe een vergoeding “woon-werk verkeer” aanvragen hoe een “fietsvergoeding” aanvragen wat te doen in geval van ziekte wat te doen in geval van zwangerschap wat te doen bij een arbeidsongeval wat te doen bij een staking in het onderwijs wat te doen bij een staking van het openbaar onderwijs

pagina 87 pagina 88 pagina 89 pagina 90 pagina 91 pagina 92 pagina 93 pagina 94 pagina 95 pagina 97 pagina 97 pagina 99 pagina 100

Procedures cursisten 1. 2. 3. 4.

hoe studieduurverkorting aanvragen (vrijstelling) overzetting en overdracht van punten hoe een inhaalexamen aanvragen wat te doen in geval van een cursistenstage

pagina 101 pagina 104 pagina 110 pagina 105 18

De examenprocedure 1.

2.

3. 4.

5. 6. 7. 8.

de voorbereidende administratie · opstellen en controle van het examenrooster · bekendmaken van het examenrooster · opstellen en inleveren van examenvragen en verbetersleutel het eigenlijke examen · administratie tijdens het examen · hoe reageren op fraude het inhaalexamen de administratieve verwerking · inleveren van de punten · voorbereiding van de deliberatievergadering de deliberatievergadering het bekendmaken van de punten het feedbackmoment de tweede zittijd


pagina 108

pagina 109

pagina 110 pagina 111

pagina 112 pagina 113 pagina 114 pagina 116

pagina –

12

6

HOE GEBEURT DE INTERNE COMMUNICATIE Als personeelslid van het CVO-IVV de Avondschool is het belangrijk op de hoogte te blijven van belangrijke evoluties binnen het onderwijsgebeuren en de school in het bijzonder. De communicatie tussen de schooldirectie, de beleidsmedewerkers en de personeelsleden gebeurt hoofdzakelijk via het PERSOONLIJKE POSTVAKJE en de (ELEKTRONISCHE) DIENSTNOTA.

Het persoonlijk postvakje Bij de aanstelling krijgt elke leraar een persoonlijk postvakje toegewezen. Via dit postvakje wordt alle belangrijke informatie over de werking van de school medegedeeld. Men kan er tevens de persoonlijke post in terugvinden. Elk personeelslid dient regelmatig zijn/haar postvakje te raadplegen. Waar kan men het postvakje vinden? Gent Campussen

Leraarszaal BME-gebouw (lokaal B013) Cursistensecretariaat

Dienstnota’s Regelmatig worden de personeelsleden van CVO-IVV de Avondschool via een interne “dienstnota” op de hoogte gehouden van nieuwe ontwikkelingen en wetenswaardigheden. § § §

Dienstnota’s worden elektronisch verspreid. Elke leerkracht ontvangt daartoe kort na aanstelling een persoonlijk emailadres onder de vorm [email protected] Dienstnota’s kunnen tevens op het secretariaat geraadpleegd worden via in de map met dienstmededelingen (zie verder).

Persoonlijke Nota Indien de directeur het nodig acht kan een leraar een “persoonlijke nota” worden toegestuurd.

Map met dienstmededelingen Via het persoonlijke postvak, worden enkel de hoogst noodzakelijke informatie en persoonlijke boodschappen verspreid. Meer uitgebreide informatie kan men terugvinden in de map met dienstmededelingen. § § §

Behalve een kopie van de dienstnota’s, kan men er o.a. informatie vinden omtrent personeelsbewegingen (vacatures, benoemingen, …) Vaak zal via een dienstnota in het postvakje naar deze map verwezen worden. Ook de verslagen van de schoolraad (zie pagina 45) kunnen in deze map nagelezen worden.

De map “dienstmededelingen” kan geraadpleegd worden in alle vestigingsplaatsen.

Map met aanbod na- en bijscholingen In deze map kan je informatie terugvinden m.b.t. het opleidingsaanbod van diverse aanbodverstrekkers.


pagina –

13

O.S.P. onderwijs voor sociale promotie


pagina –

14

HET ONDERWIJS VOOR SOCIALE PROMOTIE Het “Onderwijs voor Sociale Promotie” (OSP) in de volksmond vaak “avondonderwijs” geheten, ressorteert onder de ADMINISTRATIE PERMANENTE VORMING (APV), één van de 5 administraties van het departement Onderwijs van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap. De administratie permanente vorming bestaat uit 2 afdelingen: het VOLWASSENENONDERWIJS en het DEELTIJDS KUNSTONDERWIJS. Behalve het “Onderwijs voor Sociale promotie” maken ook de “basiseducatie” en het “Begeleid Individueel Studeren” (BIS) deel uit van de afdeling volwassenenonderwijs.

Organigram

DE DOELSTELLINGEN VAN HET ONDERWIJS VOOR SOCIALE PROMOTIE 1. De kans bieden om een studiebewijs te behalen. Wie vroeger een opleiding niet heeft voltooid, kan via het volwassenenonderwijs toch nog een diploma halen. Wie vindt dat z’n huidige diploma niet langer gewaardeerd wordt op de arbeidsmarkt, kan via het Onderwijs voor Sociale Promotie om- of bijscholen en een ander (aanvullend) getuigschrift behalen. 2. De kans bieden om zich in een vak bij te scholen of te vervolmaken, voor wie reeds een diploma heeft, maar zijn kennis en bekwaamheden wenst uit te diepen, te nuanceren of te actualiseren. Een echt nieuw diploma behalen is dan niet nodig, maar de bijscholing biedt de mogelijkheid beter in te spelen op de behoeften van de arbeidsmarkt en verhoogt aldus de arbeidskansen. 3. De talenkennis van de bevolking vergroten. Het Onderwijs voor Sociale Promotie biedt taalopleidingen aan voor zowel beginnelingen als gevorderden. Eveneens biedt het Onderwijs voor Sociale Promotie de mogelijkheid aan de allochtone bevolking om zich bij te scholen in het Nederlands. 4. Kansen bieden voor persoonlijke ontplooiing en maatschappelijke integratie. Onze wereld wordt steeds veeleisender en stelt voortdurend hogere eisen. Via het Onderwijs voor Sociale Promotie kan men vaardigheden verwerven waarmee men zich beter kan ontplooien en integreren in de samenleving.


pagina –

15

HET AANBOD ONDERWIJS VOOR SOCIALE PROMOTIE

Het “Onderwijs Voor Sociale Promotie” wordt in Vlaanderen in 122 Centra voor Volwassenenonderwijs (CVO) aangeboden. De centra liggen verspreid over heel het Vlaamse grondgebied, zodat iedereen in zijn buurt wel een centrum kan vinden. Het “Onderwijs voor Sociale Promotie” verstrekt ONDERWIJS MET BEPERKT LEERPLAN, dat erkende certificaten, deelcertificaten, diploma's, getuigschriften, studieattesten of studiegetuigschriften uitreikt. Het aanbod is zeer divers en ruim. Het Onderwijs voor Sociale Promotie wordt georganiseerd op nivau SECUNDAIR ONDERWIJS VOOR SOCIALE PROMOTIE (beroeps en technisch) en op het niveau van het HOGER ONDERWIJS VOOR SOCIALE PROMOTIE. Ondanks het ruime aanbod kunnen bepaalde opleidingen niet worden gevolgd in het Onderwijs voor Sociale Promotie. Zo bijvoorbeeld de paramedische basisopleidingen, opleiding voor kleuteronderwijzer(es) of onderwijzer(es) ...

DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS VOOR SOCIALE PROMOTIE Het Onderwijs voor Sociale Promotie wordt gegeven tussen 1 september en 30 juni. Veel cursussen starten op 1 september, maar een aantal korte opleidingen en modulaire opleidingen start later in het schooljaar. Een cursus omvat doorgaans 3 tot 6 lestijden per week, maar kan uitzonderlijk oplopen tot 13 lestijden per week. Er worden twee organisatiemodellen gehanteerd: A. Lineaire opleidingen Deze opleidingen omvatten minstens één leerjaar of meerdere leerjaren. De lessen zijn gespreid over 32 tot 40 weken in de periode van begin september tot einde juni. B. Modulaireaopleidingen Bij een modulaire opleiding wordt de leerstof onderverdeeld in een aantal modules waar de theorie en de praktijk geïntegreerd gegeven wordt. Een verdere opdeling in eenheden stelt de cursist in staat zelf zijn/haar studiepakket te bepalen. De cursist bepaalt op deze wijze zelf de duur van zijn studie. Een modulaire opleiding kan over een heel jaar of een gedeelte ervan gespreid worden. Het zijn vooral deze opleidingen die verschillende startdata hebben. Elk Centrum voor Volwassenenonderwijs is vrij de spreiding van de opleiding te bepalen.


pagina –

16

DE TOELATINGSVOORWAARDEN

Secundair Onderwijs voor Sociale Promotie (SOSP) Wie wordt toegelaten tot het "Secundair Onderwijs voor Sociale Promotie"? q elke q elke

volwassene (personen ouder dan 18 jaar) adolescent die aan de voltijdse leerplicht heeft voldaan, d.w.z.

· ofwel ouder dan 16 jaar · ofwel ouder dan 15 en de eerste twee leerjaren van het voltijds secundair onderwijs gevolgd hebben

Hoger Onderwijs voor Sociale Promotie (HOSP) Wie wordt toegelaten tot het "Hoger Onderwijs voor Sociale Promotie"? Men moet In het bezit zijn van één van de volgende studiebewijzen: · · · ·

diploma van secundair onderwijs diploma van een hogere secundaire technische leergang (HSTL) brevet van het aanvullend secundair beroepsonderwijs diploma van voltijds hoger onderwijs

Wie niet in het bezit is van één van hoger beschreven diploma’s en minstens 21 jaar oud is, kan worden toegelaten tot het Hoger Onderwijs voor Sociale Promotie mits te slagen in een toelatingsproef.

DE TOELATINGSPROEF Cursisten die niet voldoen aan de toelatingsvoorwaarden en niet in het bezit zijn van één van hoger genoemde studiebewijzen kunnen als nog toelaten worden tot het HOSP als zij voldoen aan beide volgende voorwaarden: · 21 jaar zijn · slagen in een door de school georganiseerde toelatingsproef


pagina –

17

HET INSCHRIJVINGSGELD Het inschrijvingsgeld dat een cursist verschuldigd is, wordt berekend per module of per leerjaar door het minimum aantal lestijden van de module of van het leerjaar waarvoor de cursist inschrijft, te vermenigvuldigen met een bedrag dat ligt tussen een door de overheid bepaalde beneden- en bovengrens. Benedengrens Bovengrens

= =

minimaal 0,37 euro maximaal 0,74 euro

Elk Centrum voor Volwassenenonderwijs bepaalt vrij, binnen de hierboven vermelde vastgelegde grenzen, het bedrag voor de cursisteninschrijving. Deze bijdrage wordt voor het hele schooljaar of voor de ganse module betaald.

VRIJSTELLING VAN INSCHRIJVINGSGELD De Overheid bepaalt dat sommige cursisten vrijgesteld kunnen worden van betaling. Dit geldt o.a voor volgende cursisten: q q q q q q q q q

personen die aanspraak kunnen maken op het bestaansminimum; uitkeringsgerechtigde werklozen of niet-werkenden, verplicht ingeschreven werkzoekenden, uitgezonderd bruggepensioneerden; vrij ingeschreven niet-werkende werkzoekenden ouder dan 25 jaar; mindervaliden; personen die een procedure hebben lopen tot erkenning als politiek vluchteling of als dusdanig zijn erkend; gedetineerden, verblijvend in een Belgische strafinrichting; personen ten laste zijnde van één van bovenstaande categorieën; deeltijds of voltijds leerplichtigen. personen die ten minste twee jaar basiseducatie gevolgd hebben (vrijstelling voor een periode van vier opeenvolgende schooljaren).

Met vragen inzake de regelgeving kan u terecht bij: Afdeling Volwassenenonderwijs

Secretariaat

Telefoon Fax

02-553 97 93 02-553 97 75

ONDERWIJS VOOR SOCIALE PROMOTIE ·

·

·

Personeelsbeheer

Schoolbeheer

Adjuncten van de directeur

Daphne Es

02-553 97 60

Coördinator groepschef

Lieve Gyselinck

02-553 97 88

Groepchefs Werkstation 44 Werkstation 45 Werkstation 46

Willy De Smet Kathleen De Clercq Tanja Van Herck

02-553 97 87 02-553 97 86 02-553 97 80

Adjuncten van de directeur

Chama Rhellam Patrick Weckesser

02-553 96 09 02-553 97 67

ICT

Natacha Van Hoof

02-553 97 70

Chantal Delmotte Dirk Fiers Robert Vandeput Carine Steverlynck Fernand Vermeesch Hugo Verdurmen

09-227 09-362 016-73 059-27 059-23 016-53

Inspectie


16 24 88 14 49 25 70 57 33 29 31 64

pagina –

18

het gemeenschapsonderwijs


pagina –

19

HET GEMEENSCHAPSONDERWIJS CVO-IVV de Avondschool – Gent, maakt deel uit van het Gemeenschapsonderwijs.

Het gemeenschapsonderwijs behoort tot de drie grote onderwijsnetten die erkend worden door de Vlaamse Gemeenschap. Het Gemeenschapsonderwijs (met een hoofdletter) verwijst naar de inrichtende macht met haar diverse bestuursniveaus en -organen. Het gemeenschapsonderwijs (met een kleine letter) verwijst naar het netwerk met zijn meer dan 700 instellingen die verspreid zijn over het Vlaamse land. Meer dan 20.000 personeelsleden zetten zich dagelijks in om in de 767 instellingen van het Gemeenschapsonderwijs kwaliteitsonderwijs te verstrekken. Wegens het zeer groot aantal instellingen heeft het Gemeenschapsonderwijs een complexe bestuurlijke organisatie. Het Vlaams Parlement heeft de bestuursorganen met hun bevoegdheden en de werking van het Gemeenschapsonderwijs vastgelegd in een bijzonder decreet. Het Bijzonder Decreet betreffende het gemeenschapsonderwijs werd goedgekeurd op 14 juli 1998. De belangrijkste bedoeling van het bijzondere decreet is het ‘Optimaliseren van het functioneren van het Gemeenschapsonderwijs’.

DE ORGANISATIESTRUCTUUR De weg om dit doel te bereiken wordt in 3 niveaus uitgesplitst: q q q

de school de scholengroep de Vlaamse Gemeenschap

(lokale niveau) (mesoniveau) (centrale niveau)

Het lokale niveau: de school De spilfiguur op dit niveau is de directeur (m/v) : als onderwijsprofessional is hij/zij de centrale figuur in de school. Hij/zij zetelt met adviserende stem in de SCHOOLRAAD. Een schoolraad telt 8 leden + de schooldirectie : · · ·

3 leden rechtstreeks verkozen door en uit de cursisten van het CVO 3 leden rechtstreeks verkozen door en uit het personeel 2 leden gecoöpteerd uit sociale, economische en culturele milieus

De voorzitter van de schoolraad wordt verkozen onder de leden cursisten of de gecoöpteerde leden. De schoolraad heeft advies- en overlegbevoegdheid en informatierecht over de beslissingen die het schoolleven beïnvloeden. (De ledenlijst van onze schoolraad kan je raadplegen op pagina 45)


pagina –

20

Het mesoniveau: de scholengroep De beslissingsbevoegdheid komt grotendeels bij het mesoniveau - de scholengroep - te liggen. Op dit niveau wordt het onderwijsbeleid concreet gestalte gegeven. De scholengroep heeft de bevoegdheid van inrichtende macht. Hij wordt bestuurd door een ALGEMENE VERGADERING, een RAAD VAN BESTUUR en een ALGEMEEN DIRECTEUR. Het COLLEGE VAN DIRECTEURS zorgt voor het beleidsvoorbereidend en beleidsuitvoerend werk.

De algemene vergadering Per schoolraad zetelen 2 afgevaardigden in de algemene vergadering: · ·

1 afgevaardigde aangeduid door en uit de ouders en gecoöpteerde leden van de schoolraad 1 afgevaardigde aangeduid door en uit de personeelsleden van de schoolraad

De algemene vergadering wordt voorgezeten door de voorzitter van de raad van bestuur. De bevoegdheid van de algemene vergadering ligt op het vlak van het bekrachtigen van de begroting, de jaarrekening en de aanstelling van de algemeen directeur door de raad van bestuur.

De raad van bestuur Deze raad telt 10 leden: · · ·

6 leden worden verkozen door de leden van de schoolraden. Deze rechtstreeks verkozen leden coöpteren 3 leden op voorstel van het college van directeurs Een algemeen directeur met raadgevende stem.

Lidmaatschap van de raad van bestuur is niet verenigbaar met lidmaatschap van een schoolraad en kan ook niet voor personeelsleden met uitzondering van de algemeen directeur. Cursisten van het CVO die geen lid zijn van een schoolraad kunnen zich kandidaat stellen voor de raad van bestuur. Algemeen beleid, pedagogisch beleid, personeelsbeleid en materieel en financieel beleid op het niveau van de scholengroep behoren tot de bevoegdheid van de raad van bestuur.

De algemeen directeur Deze mandaatfunctie wordt toegewezen aan één van de directeurs van de scholengroep. Het mandaat wordt toegewezen en beëindigd met gewone meerderheid door de raad van bestuur. De algemene vergadering kan mits 2/3 meerderheid het mandaat beëindigen. Vanuit het niveau van de Vlaamse Gemeenschap kan de raad op voorstel van de afgevaardigd bestuurder en binnen de lijnen van het beleidsmatig toezicht het mandaat van de algemene directeur beëindigen. De algemeen directeur heeft beslissings- en managementbevoegdheid op vlak van de scholengroep. Hij beslist bij spoedeisende omstandigheden. Deze beslissingen moeten achteraf wel door de raad van bestuur bekrachtigd worden.

Het college van directeurs Alle directeurs van de scholen en centra voor leerlingenbegeleiding zetelen in dit college dat wordt voorgezeten door de algemeen directeur. Allen hebben stemrecht.


pagina –

21

Het centrale niveau: de Vlaamse Gemeenschap Op dit niveau situeren zich het bewaken van de grondwettelijke waarborgen, o.m. inzake de vrije keuze, het bewaken van de taken van de openbare dienst, de algemene kwaliteitszorg, de ondersteuning van de scholen en de scholengroepen en de toewijzing van de middelen voor de investeringen en de grote infrastructuurwerken.

De afgevaardigd bestuurder Hij/zij is namens de Raad belast met het dagelijkse beheer en beleid. Binnen het kader van de bevoegdheden van de Raad werkt hij beleidsvoorbereidend en beleidsuitvoerend. Hij treedt op in spoedeisende gevallen, maar moet zijn beslissing laten bekrachtigen op de eerstkomende vergadering van de Raad. De centrale administratie ressorteert onder de afgevaardigd bestuurder.

De raad van het Gemeenschapsonderwijs Deze bestaat uit 15 niet bezoldigde mandaatfuncties: · 5 leden verkozen door een kiescollege bestaande uit de rechtstreeks verkozen vertegenwoordigers van de

cursisten en gecoöpteerde leden van de schoolraden · 5 leden verkozen door een kiescollege, bestaande uit de directeurs en de door het personeel verkozen leden

van de schoolraden · 3 leden aangeduid door de 3 Vlaamse universiteiten met een pedagogische faculteit, op gezamenlijke

voordracht van de faculteiten pedagogie, economie en rechten · 2 leden gezamenlijk aangeduid door de Vlaamse Autonome Hogescholen · De afgevaardigd bestuurder heeft raadgevende stem in de Raad van het Gemeenschapsonderwijs

niet op de groepsfoto: Rudolf De Smet, Martine Germeaux-Lauwers, Karine Verschueren


pagina –

22

Samenstelling huidige raad van het gemeenschapsonderwijs (tot 31 december 2006): Leden rechtstreeks verkozen door een kiescollege bestaande uit de rechtstreeks verkozen vertegen-woordigers van de cursisten en gecoöpteerde leden van de schoolraden · · · · ·

Abicht Ludo De Knop Paul (voorzitter) Devos Noël Germeaux-Lauwers Martine Jamart Danny

Leden rechtstreeks verkozen door een kiescollege bestaande uit de directeurs en de door het personeel verkozen leden van de schoolraden · · · · ·

Christiaens Sofie Degrendel Fredy Giraldo Filip Van Gheem François Vansweevelt George (ondervoorzitter)

Leden aangeduid door de Vlaamse universiteiten · · ·

Prof. Dr. Rudolf De Smet Prof. Dr. Geert De Soete Prof. Dr. Karine Verschueren

Leden aangeduid door de Vlaamse autonome hogescholen · ·

Doumen Martine (ondervoorzitter) Franco Dirk > als vervanger van dhr. Roland Vermeesch (+)

raadpleeg de website “www.gemeenschapsonderwijs.be” voor een biografie van de raadsleden

Samengevat De structuur van het gemeenschapsonderwijs Lokaal niveau

Mesoniveau

De school

· Directie

CVO-IVV de Avondschool Gent

· Schoolraad

De scholengroep

· Algemene Vergadering

Scholengroep 22 – Panta Rhei

· Raad van bestuur · Algemeen directeur · College van directeurs

Centrale niveau

De Vlaamse Gemeenschap

· Raad van het Gemeenschapsonderwijs · Afgevaardigd bestuurder


pagina –

23

HET PEDAGOGISCH PROJECT VAN HET GEMEENSCHAPSONDERWIJS (PPGO) Het PPGO is het basisdocument waarin de grondbeginselen, de waarden en de algemene doelstellingen van het gemeenschapsonderwijs zijn opgenomen. Het PPGO is een referentiekader waarbinnen leerlingen begeleid worden in hunpersoonlijke ontplooiing enerzijds en in hun ontwikkeling naar samenleven in diversiteit en harmonie anderzijds. Daarbij is het wezenlijk dat de leerlingen bewust en kritisch nadenken over hun handelen en op grond daarvan verantwoorde keuzes maken. Daaruit blijkt dat het gemeenschapsonderwijs, naast onderwijs, ook de opvoeding van de gehele persoonlijkheid van de leerlingen beoogt.

Basisbeginselen:

Met het PPGO wil het gemeenschapsonderwijs elk individu kansen bieden op een optimale ontwikkeling; een ontwikkeling die niet leidt tot nivellering en standaardisering, maar gedifferentieerd is naar ieders talent en competenties. Hierbij krijgen de leerlingen aangepaste pedagogisch-didactische begeleiding. Het PPGO streeft de totale ontwikkeling van de persoon na: de verwerving van kennis en inzicht, de ontwikkeling van vaardigheden en attitudes, met bijzondere aandacht voor een kritische en creatieve ingesteldheid ten aanzien van mens, natuur en samenleving. Iedere mens is uniek. In elke onderwijs- en opvoedingssituatie moet dus de individuele eigenheid van iedere leerling tot haar recht komen. Dit betekent onder meer gelijke ontwikkelingskansen voor gelijkbegaafden. Het houdt enerzijds in dat milieuachterstanden of handicaps worden gemilderd of weggewerkt door aangepaste hulpverlening, en anderzijds dat wordt ingespeeld op de specifieke behoeften van meerbegaafde en talentvolle jongeren. In dit kader – het streven naar kansengelijkheid en het waarborgen van een maximale ontplooiing van capaciteiten – stelt het gemeenschapsonderwijs alles in het werk opdat elke leerling een zo hoog mogelijk niveau bereikt volgens zijn talenten en interesses. M.a.w. het gemeenschapsonderwijs tracht een maximale vooruitgang (d.i. leerwinst) te realiseren bij zijn leerlingen. De leerling is niet alleen een individu, maar ook een gemeenschapswezen. Ook aan dat aspect hecht het gemeenschapsonderwijs grote waarde. Een harmonische wisselwerking tussen individu en gemeenschap is onontbeerlijk; de individuele persoon moet in de samenleving maximale ontplooiingskansen krijgen. Dit is slechts haalbaar, als de vorming van het individu “totaal” is, d.w.z. als ze zowel wetenschappelijke en technologische, sociaal-culturele en ethische componenten omvat; een gezond evenwicht tussen die verschillende componenten is een must. Steunende op die totale vorming zullen de jongeren het doel en de zin van hun handelen leren inzien en zich ten opzichte van zichzelf en van het maatschappelijk gebeuren met kritisch inzicht kunnen opstellen; ze zullen van jongs af leren in vrijheid verantwoordelijkheid te dragen. Het gemeenschapsonderwijs voedt op tot sociaal engagement, verantwoord gebruik van de ruimte, wereldsolidariteit, verdraagzaamheid en brede belangstelling voor het culturele gebeuren hier en elders.


pagina –

24

Het PPGO staat voor een dynamisch mensen maatschappijbeeld en het beoogt de vorming van vrije mensen, die :

· een fundamenteel zelfvertrouwen hebben, dat steunt op authenticiteit en integriteit; · een open geest hebben, zonder vooroordelen, met belangstelling en respect voor ieders mening; · mondig zijn, zodat ze hun ideeën helder en juist kunnen vertolken; · bereid zijn tot levenslang en levensbreed leren; · getuigen van intellectuele, emotionele, esthetische en ethische bewogenheid; · zich betrokken weten bij de sociale werkelijkheid en de maatschappelijke ongelijkheden: opkomen voor de eerbiediging van de rechten van de mens en zijn fundamentele vrijheden, voor sociale rechtvaardigheid en voor democratische instellingen; · de gelijkwaardigheid van mensen en de emancipatie van elk individu niet enkel als principe huldigen, maar zich ook inspannen om ze te verwezenlijken.

Van neutraliteit naar actief pluralisme:

Het gemeenschapsonderwijs is gehouden tot neutraliteit. Dat houdt in: de eerbiediging van de filosofische, ideologische en godsdienstige opvattingen van de leerlingen en hun ouders. 'Neutraal' wordt door de grondwetgever niet opgevat als 'waardevrij' of 'vrijblijvend'. Het gemeenschapsonderwijs is niet gebonden aan een levensbeschouwelijke ‘richting’. Het is evenmin verbonden met een ideologische groep. Mensen van alle overtuigingen zijn welkom in het gemeenschapsonderwijs en hun eigenheid wordt er gerespecteerd. Het gemeenschapsonderwijs beschouwt het actief omgaan met deze diversiteit als een meerwaarde en als een pijler van zijn onderwijs. Via dit actief pluralisme beklemtoont het gemeenschapsonderwijs dat de mensheid, ondanks alle verschillen, verbonden is door gemeenschappelijke waarden en doelen.


pagina –

25

HET ALGEMEEN STRATEGISCH PLAN (ASP) In het voorjaar 2002 nam de Centrale Raad van het Gemeenschapsonderwijs het initiatief om te starten met strategische planning voor het gemeenschapsonderwijs als net. Het was de bedoeling de krijtlijnen van het beleid vast te leggen en een beleidsinstrument te ontwikkelen. Het is vanzelfsprekend dat alle geledingen van het gemeenschapsonderwijs daarbij nauw werden betrokken. Vanuit de basis naar de top Met het oog op de opstelling van dit beleidsinstrument werd een reflectiegroep samengesteld. Daarin zaten ouders, leerkrachten en directies uit de verschillende onderwijsniveaus, algemeen directeurs, pedagogisch begeleiders en vertegenwoordigers van de centrale administratieve diensten. Daarnaast werd een stuurgroep samengesteld uit vertegenwoordigers van de verschillende bestuursorganen. De reflectiegroep bracht ideeën aan via workshops. De stuurgroep stond in voor het vervolgtraject van de werkzaamheden van de reflectiegroep. Beide groepen werden begeleid door de firma KPMG, een extern consultancybureau. Enkele inhoudelijke aspecten In de nota wordt de missie en de visie van het gemeenschapsonderwijs aangegeven. Zeven kernwaarden worden vooropgesteld en geduid. Een aantal strategische en functionele doelstellingen worden bepaald, alsook acties die op korte, middellange of lange termijn kunnen worden ondernomen. De beleidsnota bevat meer dan 200 potentiële acties die stuk voor stuk de basis kunnen vormen voor projecten en activiteiten. Voor alle onderwijsparticipanten (ouders, leerlingen, leerkrachten, directies, medewerkers op meso- en centraal niveau) werden acties op maat geformuleerd. Van strategische beleidsnota naar algemeen strategisch plan De beleidsnota heeft tot doel een krachtig instrument voor kwaliteitszorg te zijn, de eenheid van het net te versterken en de betrokkenheid van alle onderwijsparticipanten bij de doelstellingen van het gemeenschapsonderwijs te verhogen. Die nota vormt de basis, het stramien voor strategische plannen of beleidsplannen van de afzonderlijke scholengroepen, de instellingen en de administratieve diensten van het Gemeenschapsonderwijs. Al hun initiatieven samen vormen het algemeen strategisch plan. Onze organisatiewaarden De personeelsleden van het Gemeenschapsonderwijs onderschrijven de gemeenschappelijke waarden, de doelstellingen en het ideaal van dit onderwijs, zoals geformuleerd in het Pedagogisch Project van het Gemeenschapsonderwijs (PPGO). Om zijn missie te realiseren, hanteert het Gemeenschapsonderwijs als organisatie een constante gedragslijn. Die steunt op zeven kernwaarden binnen de filosofie van zijn pedagogisch project: · · · · · · ·

Kwaliteit Innovatie en creativiteit Respect voor diversiteit Betrokkenheid Openheid en verdraagzaamheid Oog voor de maatschappelijke werkelijkheid Vorming van de totale persoon


pagina –

26

De zeven kernwaarden 1) Kwaliteit Het Gemeenschapsonderwijs streeft kwaliteit na die gedefinieerd wordt als · de hoogst mogelijke leerwinst voor iedere leerling · een hoog welbevinden in de leef- en werkomgeving van zijn participanten · de maximale en voortdurende professionalisering van zijn personeel 2) Innovatie en creativiteit Het Gemeenschapsonderwijs moedigt intellectuele nieuwsgierigheid aan, creatief denken en handelen. In die zin staat het open voor verbetering en vernieuwing op alle niveaus van de organisatie. 3) Respect voor diversiteit Het Gemeenschapsonderwijs · neemt zijn rol op in de multiculturele en pluriforme samenleving · streeft naar eenheid in verscheidenheid 4) Betrokkenheid Het Gemeenschapsonderwijs · betrekt zijn participanten actief bij het beleid · communiceert op een transparante wijze met al zijn participanten 5) Openheid en verdraagzaamheid Het Gemeenschapsonderwijs is gericht op de volgende waarden. Het · waardeert de eigenheid van zijn participanten · bestrijdt vooroordelen en discriminatie · respecteert de emotionele en religieuze opvatting van zijn participanten · respecteert de morele en culturele opvatting van zijn participanten · stelt het pluralisme als een fundamentele waarde voorop en verbindt zich ertoe om die waarde aan zijn leerlingen door te geven · is gericht op waarden · is gericht op de ontwikkeling van de persoonlijkheid van elke leerling, met respect voor ieders specificiteit 6) Oog voor de maatschappelijke werkelijkheid Het Gemeenschapsonderwijs · bereidt voor op participatie in een democratische samenleving · houdt bij de uitbouw van zijn pedagogisch project rekening met economische, sociale, culturele, politieke en technologische evoluties. 7) Vorming van de totale persoon Het Gemeenschapsonderwijs · is gericht op de vorming van de totale persoon en beoogt zelfstandigheid door mondigheid, kritische ingesteldheid en verantwoordelijkheidszin te stimuleren · stimuleert levenslang en levensbreed leren.


pagina –

27

scholengroep 22 ”Panta Rhei”


pagina –

28

SCHOLENGROEP 22 – PANTA RHEI DE ADMINISTRATIEVE ZETEL CVO-IVV de Avondschool maakt deel uit van Scholengroep 22 – Panta Rhei. Algemeen directeur: Dhr. Jan DEMAEYER

SCHOLENGROEP 22 – Panta Rhei Ooievaarsnest 3 9050 GENTBRUGGE Telefoon: 09/272.77.76 Fax: 09/272.77.79 www.pantarhei.be

DE OVERIGE LEDEN VAN DE SCHOLENGROEP School

Adres

Gemeente

Telefoon

1.

BS DESTELBERGEN DE KLAVER

MEERSSTRAAT 17

9070 DESTELBERGEN

09/230 87 11

2.

BS DRONGEN MIJLPAAL

GROENEWANDELING 80

9031 DRONGEN

09/226 75 00

3.

BS GENT DE OOGAPPEL

BISDOMKAAI 1

9000 GENT

09/233 85 32

4.

BS GENT OEFENSCHOOL

K. L. LEDEGANCKSTRAAT 4

9000 GENT

09/243 93 59

5.

BS GENT VOSKENSLAAN

VOSKENSLAAN 60

9000 GENT

09/221 37 20

6.

BS GENTBRUGGE

HAZENAKKER 1

9050 GENTBRUGGE

09/210 51 50

7.

BS LOCHRISTI LEEFSCHOOL EIKENKRING

DORP 6

9080 LOCHRISTI

09/355 63 40

8.

BS MARIAKERKE

EEKLOSTRAAT 121

9030 MARIAKERKE

09/226 52 80

9.

BS MERELBEKE

GAVERSESTEENWEG 195

9820 MERELBEKE

09/231 64 57

10.

BS OOSTAKKER 'T REGENBOOGJE

GENTSTRAAT 194 BIS

9041 OOSTAKKER

09/251 23 05

11.

BS OOSTAKKER DE VOGELZANG

GOEDLEVENSTRAAT 78

9041 OOSTAKKER

09/251 13 32

12.

BS SINT-AMANDSBERG DE WIJZE BOOM

SINT-BAAFSKOUTERSTRAAT 129

9040 SINT-AMANDSBERG

09/218 86 76

13.

CLB 24 GENT

VOSKENSLAAN 262

9000 GENT

09/222 79 40

14.

CVO IVV DE AVONDSCHOOL

SCHOONMEERSSTRAAT 52

9000 GENT

09/243.87.97

15.

KA 2 GENT (KONINKLIJK LYCEUM)

KORTRIJKSESTEENWEG 12

9000 GENT

09/220 10 70

16.

KA 3 GENT (VOSKENSLAAN)

VOSKENSLAAN 60

9000 GENT

09/222 52 40

17.

KA GENTBRUGGE

OOIEVAARSNEST 3

9050 GENTBRUGGE

09/210 51 51

18.

KA MARIAKERKE

A. CASIER DE TER BEKENLAAN 26

9030 MARIAKERKE

09/216 84 44

19.

KH GENT

DRABSTRAAT 42

9000 GENT

09/225.74.45

20.

KTA 1 GENT

LINDENLEI 38

9000 GENT

09/225 33 04

21.

KTA 2 SINT-AMANDSBERG (GROENKOUTER)

SINT-BAAFSKOUTERSTRAAT 129

9040 SINT-AMANDSBERG

09/228 42 22

22.

KTA MELLE (TUINBOUWSCHOOL)

BRUSSELSESTEENWEG 165

9090 MELLE

09/210 45 40

23.

KTA MERELBEKE

POTAARDEBERG 59

9820 MERELBEKE

09/230 76 96

24.

MA GENT

POEL 17

9000 GENT

09/225 04 79

25.

MPI GENT

VOSKENSLAAN 362

9000 GENT

09/220 18 30

26.

MS 2 GENT

KORTRIJKSESTEENWEG 32

9000 GENT

09/222 16 02

27.

MS 3 GENT (VOSKENSLAAN)

VOSKENSLAAN 60

9000 GENT

09/221 40 63

28.

MS EVERGEM

HOFBILKSTRAAT 21

9940 EVERGEM

09/253 89 02

29.

SBSO GENT

VOSKENSLAAN 362

9000 GENT

09/220 08 66

30.

TG EVERGEM

VURSTJEN 33

9940 EVERGEM

09/253 80 71


pagina –

29

DE RAAD VAN BESTUUR VAN SCHOLENGROEP 22 – PANTA RHEI

Kooyman Mil (voorzitter)

Visserij 9000 Gent [email protected]

Mortier Freddy (ondervoorzitter)

E. Hielstraat 71 9050 Gentbrugge [email protected]

Debrock Wim

Lousi Delebecquelaan 34 9051 St-Denijs Westrem [email protected]

De Moor Marleen

Zwaanhoeklos 2 9090 Melle [email protected]

Lahousse Monique

Wontergemstraat 3 9810 Nazareth [email protected]

Slembrouck Stefaan

Hoekstraat 19 9932 Ronsele [email protected]

Van Langenhove Lieva

Bergbosstraat 113 9820 Merelbeke [email protected]

Verstraeten Michael

Beelbroekstraat 60 9040 Gent [email protected]

Verstraete Philip

Muizendries 31 9070 Heusden [email protected]


pagina –

30

CVO-IVV de Avondschool


pagina –

31

CVO-IVV DE AVONDSCHOOL DE ONTSTAANSGESCHIEDENIS VAN CVO-IVV DE AVONDSCHOOL Er waren eens... kloosterzusters In 1434 vestigden de kloosterzusters uit "de vergadering der zusters van Sion by Oudenaarde te Gent" zich aan de Lindelei waar ze een klein huis kregen om in te wonen. Geleidelijk aan breidde dat huis zich uit tot een klooster en in 1545 tot een school die opgericht werd ter opvoeding van jonge dochters van welgestelden. Onder het bewind van Jozef II moest het klooster in 1783 echter verdwijnen. Sedertdien werden de gebouwen gedeeltelijk verhuurd en verbouwd.

De eerste technische school van België Bij KB werd in 1825 vastgelegd dat iedere universiteit een cursus scheikunde en mechanica moest inrichten. Bijgevolg werd onder impuls van burgemeester van Crombrugghe in Gent een industriële school opgericht: de School voor Kunsten en Ambachten. Bij iedere rijksuniversiteit moest vervolgens een praktisch georiënteerde school komen. Dat Gent nood had aan een onmiddellijk industrieel gericht onderwijs zal hierbij niemand verwonderen. De oorsprong van de eerste technische school in België werd een feit. In 1833 werd de school overgenomen door het stadsbestuur Gent om er één van de twee nijverheidsscholen van België van te maken (één in Gent en één in Luik). Taalgebruik werd gehanteerd om een sociaal onderscheid te maken onder de schoolbevolking: Franstalige dagcursussen werden gevolgd door de zonen van fabrieksdirecteurs en Nederlandstalige avond- en zondaglessen richtten zich tot meestergasten en werklieden.

De Nijverheidsschool In 1857 ontwierp stadsarchitect Pauli een groot schoolgebouw met verdieping en dit liet de regering toe om anno 1860 in overleg met het stadsbestuur de Nijverheidsschool te versmelten met de Bijzondere school voor Industrieel tekenen en Weefkunde. Het gebouw kreeg tevens de officiële naam Nijverheidsschool, ook nog INDUS genoemd. Tussen 1895 en de eerste Wereldoorlog kende de Nijverheidsschool een merkwaardige ontplooiing en veroverde de titel "Hogere Nijverheidsschool voor de daglessen". Bij het uitbreken van de eerste Wereldoorlog bestond deze Nijverheidsschool uit: · · ·

de lagere Nijverheidsschool met 5 voorbereidende afdelingen de Nijverheidsschool die avond- en zondagonderwijs technisch middelbaar onderwijs inrichtte de hogere Nijverheidsschool

Door de industriële expansie groeide de behoefte aan handel drijven met het buitenland uit tot een noodzaak. Degelijk handelsonderwijs om vreemde talen aan te leren was hiervoor nodig. Sedert 1884 werd daarom handelsonderwijs ingericht op secundair niveau. Handelsscholen verzorgden dagonderwijs en de Nijverheidsscholen avondonderwijs. In de naoorlogse periode van de jaren '20 werd de Hogere Nijverheidsschool meegesleurd in de industrie ontwikkelingen: oude nijverheden verdwenen en werden vervangen door nieuwere. In 1926 werd de "Hoger Technische school", verbonden aan de Hogere Nijverheidsschool opgericht waar als eerste school in België het diploma Technisch Ingenieur behaald kon worden. Geleidelijk aan werd de vernederlandsing van het dagen avondonderwijs doorgevoerd.


pagina –

32

Verhuis naar BME Sedert 1945 werden meer en meer nieuwe vormen van onderwijs tot leven geroepen. Ondertussen nam de schoolbevolking duizelingwekkende dimensies aan: tussen 1946 en 1960 steeg het aantal daglessen van 191 naar 1137 en het aantal avond- en zondaglessen van 525 naar 953. Door de groei van het leerlingenaantal en aantal afdelingen binnen de Nijverheidsschool, werd deze al gauw te klein. In september 1977 verhuisden de Avondleergangen en de Industriële hogeschool naar de gebouwen van het Rijk in de Schoonmeersstraat 52, meerbepaald in het gebouw BME, wat trouwens staat voor Bouw, Mechanica en Elektriciteit. De heer Van den Berghe, toenmalig directeur van de Industriële hogeschool werd aangesteld als directeur van de avondleergangen, die verder gingen onder de naam RLTO, Rijksleergangen Technisch onderwijs. In 1987 werd de heer Van den Berghe als directeur opgevolgd door de Heer Jolie. In datzelfde academiejaar werden tevens de leergangen Technisch Onderwijs van Evergem opgeslorpt door de Leergangen Technisch Onderwijs van Gent: deze fusie zorgde voor een nieuw elan door verruiming en actualisering van het aanbod. In 1992 onstond een onderscheid tussen secundaire en hogere leergangen. Vanaf dan werden de benamingen "RTLO 1 Gent" voor secundaire leergangen en "Hogere leergangen voor Technisch Onderwijs van het gemeenschapsonderwijs" voor hogere leergangen gehanteerd.

Instituut voor volwassenenonderwijs van het gemeenschapsonderwijs Gent De Heer Jolie bereikte in 1995 de pensioengerechtigde leeftijd en werd vervangen door de Heer Steenhaut. De hogere leergangen van het CTL (chemie, textiel en landbouw) en de afdeling Stedenbouw van stad Gent fusioneerden met de Avondleergangen Gent en kregen een nieuwe naam: "Instituut voor volwassenenonderwijs van het gemeenschapsonderwijs Gent" Het daaropvolgend schooljaar fuseerden de Leergangen van het Technisch onderwijs Wetteren met het Instituut voor volwassenenonderwijs van het Gemeenschapsonderwijs Gent. In 1999 volgde de fusie met de Leergangen van het Technisch onderwijs Zottegem met vestigingen in Brakel, Herzele en Zottegem. Een nieuwe naamswijziging drong zich op: "Instituut voor volwassenenonderwijs van het Gemeenschapsonderwijs Gent Zottegem" Op 1 februari 2000 diende de Heer Steenhout om gezondheidsredenen het instituut te verlaten en werd vervangen door Hans Martens, huidig directeur. Door het bijzonder decreet van het Gemeenschapsonderwijs werd Instituut voor Volwassenenonderwijs van het Gemeenschapsonderwijs Gent Zottegem op 1 februari 2000 aangesloten bij Scholengroep 22, panta rhei.

CVO IVV de Avondschool Ondertussen dekt de naam van het instituut al lang de lading niet meer: nieuwe campussen werden toegevoegd, het opleidingsaanbod uitgebreid en geactualiseerd. Sedert 1 september 2002 treedt het instituut naar buiten onder de naam "CVO IVV de Avondschool".


pagina –

33

CVO-IVV de Avondschool vandaag CVO-IVV de Avondschool is een door de Vlaamse Gemeenschap officieel erkend Centrum voor Volwassenenonderwijs (CVO) dat opleidingen organiseert voor sociale promotie zowel op het niveau Secundair Onderwijs als op het niveau Hoger Onderwijs. Dank zij de talrijke vestigingsplaatsen kan CVO-IVV de Avondschool een ruim aanbod opleidingen organiseren. Het SECUNDAIR ONDERWIJS VOOR SOCIALE PROMOTIE vindt plaats in de vestigingsplaatsen Gent, Evergem, Herzele. Melle, Merelbeke, Wetteren en Zottegem. Het betreft cursussen op niveau beroepsonderwijs of technisch onderwijs, die behalve enkele uitzonderingen hoofdzakelijk ‘s avonds of op zaterdag voormiddag georganiseerd worden. Het HOGERE ONDERWIJS VOOR SOCIALE PROMOTIE wordt uitsluitend in de vestigingsplaats Gent gegeven en dit eveneens ‘s avonds of op zaterdag. De cursussen worden ofwel lineair ofwel modulair georganiseerd. Bij de lineaire leergangen wordt de opleiding opgesplitst in één of meerdere leerjaren terwijl de opleidingen van de modulaire leergangen onderverdeeld worden in één of meerdere eenheden die telkens één semester in beslag nemen.

De LINEAIRE STRUCTUUR Opleidingen met lineaire structuur bestaan uit 2 of 3 klassieke studiejaren. Na het succesvol volgen van de verschillende studiejaren wordt een getuigschrift (secundair OSP) of een diploma (hoger OSP) uitgereikt. De meeste lineaire leergangen starten begin september. Enkele korte opleidingen zoals Boomchirurgie en Snoeitechnieken starten begin oktober.

De MODULAIRE SRUCTUUR Opleidingen met modulaire structuur worden niet georganiseerd in studiejaren, maar zijn opgebouwd uit verschillende eenheden. Elke eenheid kan met een vak worden vergeleken. Modulaire opleidingen hebben als voordeel dat de cursist een vrije keuze kan maken wat betreft het aantal eenheden en (behalve enkele beperkingen) kan kiezen in welke volgorde de eenheden worden afgewerkt. Voor elke met succes gevolgde eenheid wordt een deelattest uitgereikt. Pas nadat alle eenheden werden verworven, wordt een certificaat (Secundair OSP) of diploma (Hoger OSP) (*) uitgereikt. Aangezien de modulaire leergangen lopen over een ½ jaar (= 1 semester) kunnen bepaalde eenheden tweemaal per schooljaar gestart worden ; begin september en begin februari. (*) u itgezonderd GPB = getuigschrift

De huidige vestigingsplaatsen van CVO-IVV de Avondschool Gent Evergem Melle Merelbeke Wetteren

Schoonmeersstraat 52 Hofbilkstraat 21 Brusselsesteenweg 165 Potaardeberg 59 Noordlaan 10

9000 9940 9090 9820 9230

Gent Evergem Melle Merelbeke Wetteren

09/ 243 87 99 09/ 257 04 92 bellen naar Gent bellen naar Gent 09/ 365 60 38

Zottegem Herzele

Meerlaan 25 Stationsstraat 8

9620 9550

Zottegem Herzele

09/ 326 78 46 Bellen naar Zottegem


EVERGEM GENT (BME/CTL) MELLE MERELBEKE

ZOTTEGEM

WETTEREN

HERZELE

pagina –

34

HET OPLEIDINGSAANBOD VAN CVO-IVV DE AVONDSCHOOL Hoger Onderwijs voor Sociale Promotie Artistiek Hoger Onderwijs Topografie

LINEAIR

3 jaar

12u /week

GE

Economisch Hoger Onderwijs Boekhouden

MODULAIR

Modules zonder instapvoorwaarden · · · · · · · · · ·

basis dubbel boekhouden BTW vennootschapsrecht vennootschapsbelasting sociale wetgeving personenbelasting burgerlijk, handels- en economisch recht bank- en beurswezen financiële algebra organisatie en communicatie

A1 A4 B1 B3 C1 C2 C3 D1 D2 F2

120 80 60 80 80 80 80 80 60 60

GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE

A2 A3 B2 E1 E2 E3 E4 F1 G1

120 60 80 80 60 120 40 60 40

GE GE GE GE GE GE GE GE GE

A1 A3 A4 B1 B2 B4 C1 C3 C4 C5 D1 D2 D3 E1

120 80 60 40 80 80 80 40 40 40 80 80 60 40

GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE

A2 B3 B5 C2

120 120 120 80

GE GE GE GE

Modules met instapvoorwaarden · · · · · · · · ·

aanvullend dubbel boekhouden computerboekhouden vennootschapsboekhouden financiële analyse audit kostprijsberekening consolidatie kostenbeleid en budgettering projectwerk

Fiscale wetenschappen

MODULAIR

Modules zonder instapvoorwaarden basis dubbel boekhouden burgerlijk, handels- en economisch recht vennootschapsrecht belastingswetenschap personenbelasting deel1 vennootschapsbelasting deel1 B.T.W. deel1 Registratie Douane Successie fiscale procedures internationale en regionale fiscaliteit bijzondere fiscale topics projectwerk

Modules met instapvoorwaarden aanvullend dubbel boekhouden personenbelasting deel2 vennootschapsbelasting deel2 B.T.W. deel2


pagina –

35

Informatica - Programmeren

MODULAIR

Modules zonder instapvoorwaarden · · · · · · · ·

basiskennis softwarepaketten communicatie- en organisatietechnieken multimedia 1 programmeren 1 (VB.NET) IT-organisatie databanken datacommunicatie en netwerken (UML)

A1 A2 A3 A4 A5 A7 A8 A9

60 40 40 60 120 40 60 60

GE GE GE GE GE GE GE GE

A6 A10 A11 B1 B2 B3 B4 B5

60 60 60 120 60 120 120 80

GE GE GE GE GE GE GE GE

60 80 120 60 160 80 120 80 40 40 40 80 120 80 60 120 60 80 80 80 80 80

GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE

Modules met instapvoorwaarden · · · · · · · ·

programmeren 2 (VB.NET) netwerkbeheer 1 besturingssystemen programmeren 3 (VB.NET) analyse programmeren 4 (JAVA) programmeren 5 (JAVA) projectwerk

Marketing

MODULAIR

Modules zonder instapvoorwaarden · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · ·

Aankoop en distributie TV Juridische aspecten van marketing TV Bedrijfsbeleid TV Communicatievaardigheden TV Algemene marketing TV Marketing communicatie: concepten TV Marketing communicatie: instrumenten TV Marketingtoepassingen TV Social-profit marketing TV Business to business marketing TV Internationale marketing TV Statistiek TV Technieken van marktonderzoek TV HRM TV Management en organisatie TV Strategische ondernemingsbeleid TV Financieel management TV Verkooporganisatie TV Internationale verkoop TV Verkooptechnieken TV Commercieel taalgebruik TV Projectwerk TV

A1 A2 A3 A4 A5 A6 A7 A8 A9 A10 A11 A12 A13 C1 C2 C3 C4 D1 D2 D3 D4 E1


pagina –

36

Meertalig secretariaat

MODULAIR

Modules zonder instapvoorwaarden · · · · · · · · · · · · · · · ·

Nederlands communicatievaardigheden Frans 1 Engels 1 vierde Taal 1 (optie Duits) vierde Taal 1 (optie Spaans) bedrijfsbeheer inleiding tot het recht sociale wetgeving, ethiek en personeelsbeleid organisatie bedrijfseconomische informatieverwerking presentatiepakket, email en taakbeheer tekstverwerking rekenprogramma 1 gegevensbeheer 1 websiteontwikkeling

A1 A2 A3 A5 A7d A7s B1 B2 B3 B4 C1 C2 C3 C4 C5 E3

120 60 120 120 120 120 80 40 60 60 40 40 80 60 60 40

GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE

A4 D1 A6 D2 A8d D3d A8s D3s E1 E2 E4 / D4

80 40 80 40 80 40 80 40 40 40 80

GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE

LINEAIR

3 jaar

12u /week

GE

LINEAIR

3 jaar

12u /week

GE

LINEAIR

2 jaar

12u /week

GE

LINEAIR

3 jaar

12u /week

GE

LINEAIR

3 jaar

12u /week

GE

LINEAIR

3 jaar

12u /week

GE

Modules met instapvoorwaarden · · · · · · · · · · ·

Frans 2 Frans 3 Engels 2 Engels 3 vierde taal 2 (optie Duits) vierde taal 3 (optie Duits) vierde taal 2 (optie Spaans) vierde taal 3 (optie Spaans) rekenprogramma 2 gegevensbeheer 2 projectwerk

Technisch Hoger Onderwijs Biotechnologie Bouw- & Houtconstructies Cad-Cam in de confectie Chemie- & Kunststoffentechnologie Elektromechanica Elektronica

Pedagogisch Hoger Onderwijs Getuigschrift pedagogische bekwaamheid Voor cursisten in het bezit van: · Universitair diploma of diploma Hoger Onderwijs (HO) Diploma Bachelor of Master · Diploma Hoger Secundair Onderwijs (HSO) · Diploma lager dan HSO

MODULAIR 4 semesters

GE

4 semesters 5 semesters

GE GE


pagina –

37

Secundair Onderwijs voor Sociale Promotie ALGEMEEN SECUNDAIR ONDERWIJS (ASO) Talen · · · · · ·

MODULAIR GE GE GE GE GE GE

Duits Engels Frans Italiaans Pools Spaans

EV EV EV

HE HE

ZO WE ZO MR WE ZO MR ZO

EV

HE

MR WE ZO

TECHNISCHE SECUNDAIR ONDERWIJS (TSO) Bedrijfsbeheer (TSO 3)

MODULAIR

· handelseconomie en financiële aspecten · boekhouden en fiscale aspecten · bedrijfseconomie en sociale aspecten

Z1 Z2 Z3

Toepassingssoftware (TSO 3)

MODULAIR

40 60 40

GE GE GE

ZO ZO ZO

A1 BA1 BB1 BC1 BD1 BE1 BE2 BF1 BH1 BI1 BI2

60 60 60 60 60 60 60 60 60 60 60

GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE

EV EV EV EV EV EV

HE HE

HE

MR WE MR WE ZO WE MR WE ZO WE ZO WE ZO

EV

HE

WE

EV

HE

WE ZO WE ZO

BA2 BB2 BC2 BC3 BD2 BD3 BF2 BH2

60 60 60 60 60 60 60 60

GE GE GE GE GE

EV EV EV

HE

MR WE ZO WE MR WE ZO

A1 B1 B2 D1

60 60 60 60

A2 A3 C5 D2

60 60 60 60

Modules zonder instapvoorwaarden · · · · · · · · · · ·

initiatie in de informatica tekstverwerking deel 1 desktop publishing deel 1 rekenblad deel 1 gegevensbeheer deel 1 presentatie agenda & taakbeheer rastertekenen 1 multimedia 1 internet webdesign

(MS Word) (MS Excel) (MS Access) (MS Powerpoint) (MS Outlook) (Photoshop)

Modules met instapvoorwaarden · · · · · · · ·

tekstverwerking deel 2 desktop publishing deel 2 rekenblad deel 2 rekenblad deel 3 gegevensbeheer deel 2 gegevensbeheer deel 3 rastertekenen 2 multimedia 2

(MS Word) (MS Excel) (MS Excel) (MS Acces) (MS Access) (Photoshop)

Burotica (TSO 3)

EV HE

WE ZO ZO WE

GE GE GE GE EV

HE

MR WE ZO

GE GE GE GE EV

HE

MR WE ZO

GE GE

MODULAIR

Modules zonder instapvoorwaarden · · · ·

basisdactylo deel 1 Nederlandse communicatie & onthaal Nederlandse correspondentie labo PC & besturingssystemen (basis)

Modules met instapvoorwaarden · · · ·

basisdactylo deel 2 Nederlandse dactylo integratie toepassingssoftware labo PC & besturingssystemen (aanvullingen)


pagina –

38

Toerisme & onthaal (TSO 3)

MODULAIR

Modules zonder instapvoorwaarden Aa1 Aa2 Aa3 Ab1 Ab2 Ab3 Ab4b B1 B2 C1 C2 C3 C4

60 60 60 60 60 60 60 60 60 60 60 60 60

GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE

· Spaanse communicatie & onthaal (2) · praktijk en/of stage public relations (1) · praktijk en/of stage public relations (2)

Ab5b Aa4 Aa5

60 60 60

GE GE GE

Brouwerij - Mouterij & Gistingsbedrijven Maalderij & Veevoederbedrijven

LINEAIR LINEAIR

2 jaar 2 jaar

· · · · · · · · · · · · ·

etiquette en omgangsvormen relationele vaardigheden verkooptechnieken Nederlandse communicatie & onthaal Franse communicatie & onthaal Engelse communicatie & onthaal Spaanse communicatie & onthaal (1) labo PC & besturingssystemen administratie organisatie en documenten toeristische organisatie aardrijkskunde & geschiedenis van het toerisme praktijk en/of stage baliefunctie oefenpakket

Modules met instapvoorwaarden


4,5u /week 4,5u /week

GE GE

pagina –

39

BEROEPSSECUNDAIR ONDERWIJS Bloemschikken & -binden (florist) Boomchirurgie Kleding Snoeitechnieken

LINEAIR

3 jaar

8u /week

LINEAIR

6 maand

4u /week

LINEAIR

3 jaar

6u /week

LINEAIR

6 maand

4u /week

Koken (BSO 3)

MODULAIR

· · · · · · · · · ·

basisvaardigheden koken eenvoudige dagmenu's verfijnde menu's 1 verfijnde menu's 2 feestelijke menu's "herfst / winter" feestelijke menu's "lente / zomer" elementaire baktechnieken banketbakken alternatieve keuken - aangepaste voeding uitheemse gerechten

Lassen (BSO 3) · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · · ·

BMBE - hoeklassen A BMBE - hoeklassen B MIG/MAG - Hoeklassen A MIG/MAG - Hoeklassen B TIG - Hoeklassen A TIG - Hoeklassen B GASSMELT - plaatlassen A GASSMELT - plaatlassen B BMBE - plaatlassen A BMBE - plaatlassen B BMBE - plaatlassen C MIG/MAG - Plaatlassen A MIG/MAG - Plaatlassen B TIG - Plaatlassen A TIG - Plaatlassen B GASSMELT - buislassen A GASSMELT - buislassen B BMBE - buislassen A BMBE -buislassen B BMBE - buislassen C MIG/MAG - Buislassen A MIG/MAG - Buislassen B TIG - Buislassen A TIG - Buislassen B

A1 A2 A3 A4 A5 A6 B1 B2 S1 S2

80 80 80 80 80 80 80 80 80 80

EV EV EV EV EV

HE HE HE HE HE HE

MODULAIR A1 A2 A3 A4 A5 A6 B1 B2 B3 B4 B5 B6 B7 B8 B9 C1 C2 C3 C4 C5 C6 C7 C8 C9

120 60 120 60 60 60 60 60 60 60 60 60 120 60 60 60 60 60 60 120 60 60 60 60


GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE GE

MR MR MR MR MR MR MR MR MR MR MR MR MR MR MR MR MR MR MR MR MR MR MR MR

pagina –

40

OPENINGSUREN VAN DE CURSISTENSECRETARIATEN Gent

(*) (**)

van maandag tot en met donderdag (*) vrijdag (**) zaterdag

09u00-12u00 gesloten 08u00-12u00

17u00-21u30 13u00-17u00

uren zoals ze worden meegedeeld aan de cursisten (reële openingsuren = doorlopend van 9u00 -21u30) op op vrijdag kan u ons telefonisch bereiken tussen 17u30 en 21u00 op nummer 09 / 243 70 86

Evergem

maandag, dinsdag en donderdag

18u00-21u00

Melle

Geen secretariaat

Merelbeke

maandag en dinsdag

18u00-20u30

Herzele

dinsdag en donderdag

18u30-20u30

Wetteren

van maandag, dinsdag en woensdag

17u00-20u00

Zottegem

van maandag tot en met donderdag

18u00-21u30

HET CVO-IVV DE AVONDSCHOOL - TEAM COMMERCIEEL MEDEWERKERS hoofdzetel

Barbara De Budt Evelien Decorte Veronique De Corte

OFFICE COÖRDINATOR

Christine Steurs

CAMPUSCOÖRDINATOREN Evergem Merelbeke Herzele Wetteren Zottegem

Peter Bruyneel Steven Stockman Mario Jouret Veronique Decorte Griet Mangelinckx

DIENSTEN Bibliotheek Cursusdienst Financiën Ombudsdienst Studietrajectbegeleiding Veiligheidsdienst Vertrouwenspersoon personeel BELEIDSMEDEWERKERS

DIRECTIE Adjunct Directeur Directeur

Ann Rombaut France Van Cousbrouck Lesley Arens Marijke De Moor Evelien Decorte Evelien Decorte Antoine De Henau Veerle Janssen Lesley Arens Veerle Janssen René Maréchal Kim Vanhaelen

Anne Dobbelaere Veronique Ryckbosch Leen Wylocke

Financieel Coördinator (FICO)

Communicatie & Public Relations Infrastructuur & HRM Personeelsadministratie Pedagogisch-didactische ondersteuning

Jos De Wandel Hans Martens


pagina –

41

DE OPLEIDINGSCOÖRDINATOREN Binnen CVO-IVV de Avondschool werd per opleiding een coördinator aangesteld. Deze coördinator fungeert voornamelijk als contactpersoon tussen de vakleraren van een opleiding en de directie.

Hoger Onderwijs voor Sociale Promotie Biotechnologie

Willy Eemans

Boekhouden

Denis Van Hauwermeiren

Bouw- & Houtconstructies

An Van Coster

Cad-Cam in de confectie

Netty Neus

Chemie & Kunststoffentechnologie

Fransiscus De Rijke

Elektromechanica

Frank Ghyselen

Elektronica

Patricia Van Melckebeke

Fiscale Wetenschappen

Denis Van Hauwermeiren

Getuigschrift Pedagogische Bekwaamheid

Pascale Vanwijnsberghe Inge Vaernewyck (stagecoördinator)

Informatica

Yanic Ingelbrecht

Specialisatiejaren: Centrale Verwarming & Koeltechnieken Microprocessoren Regeltechniek Robotica & Numerieke Besturing

Frank Ghyselen Patricia Van Melckebeke Filip Baeten Antoine De Henau

Meertalig Secretariaat

Eddy Van Overstraeten

Marketing

Wim Buekens

Topografie

Cindy Parewijck

Secundair Onderwijs voor Sociale Promotie Bedrijfsbeheer

Carine Wittenberge

Bloemschikken

Diana Van De Walle

Brouwerij-Mouterij & Gistingsbedrijven

Veerle Janssen

Burotica / Toepassingssoftware

Patrick Wynants

Hotelbedrijf (bier- & wijnkennis)

Gerard Van Den Abbeele

Koken

Carine Ackaert

Naaien

Greta De Koker

Talen: Duits

Peter Van Hecke

Talen: Engels

Bruno Mulier

Talen: Frans

Daniël Hurtecant

Talen: Italiaans

Anja Goossens

Talen: Pools

Hannah Konowalska

Talen: Spaans

Martine Mannens

Lassen

Tony Droesbeke

Maalderij & Veevoederbedrijven

Veerle Janssen

Snoeitechnieken

Ann Muyldermans

Toerisme & Onthaal

Heidi Schaght


pagina –

42

ORGANIGRAM commercieel medewerkers

leraren

opleidings coördinatoren

campus coördinatoren Evergem Herzele Merelbeke Wetteren Zottegem

office coördinator Christine Steurs

Bibliotheek Educatief Verlof ICT Ombudsdienst Puntensecretariaat Studiedienst

Peter Bruyneel Mario Jouret Steven Stockman Veronique De Corte Griet Mangelinckx

beleidsmedewerkers communicatie & public relations Lesley Arens

infrastructuur & HRM Veerle Janssen

personeels administratie René Maréchal

dienstverlening

pedagogisch-didactische

ondersteuning KimVanhaelen

financieel coördinator Marijke De Moor

Ann Rombaut Veronique Ryckbosh Philip Hoebeke Evelien Decorte Leen Wylocke Evelien Decorte

veiligheids coördinator Antoine Dehenau

adjunct-directeur Jos De Wandel directeur Hans Martens

kernteam

Verklaring bij het organigram Als organigram werd gekozen voor een omgekeerde piramide. Bovenaan in het schema worden de leraren en de administratieve medewerkers (door ons commercieel medewerkers genoemd) geplaatst. Hiermee wordt aangegeven dat zij een zeer belangrijke rol spelen binnen onze school. Zij zijn als het ware onze ambassadeurs. Tussen de bovenste niveau (leraren en commercieel medewerkers) en de directeur werden een aantal tussenniveaus gecreëerd. Eerste tussenniveau Het niveau van de coördinatoren waarbij een onderscheid kan worden gemaakt tussen de campuscoördinator en de opleidingscoördinator. De campuscoördinator draagt verantwoordelijkheid voor het goed functioneren van een vestigingsplaats en onderhoudt de contacten tussen de vestigingsplaats en de hoofdzetel. De opleidingscoördinator draagt verantwoordelijkheid voor het goed functioneren van een opleiding en onderhoudt de contacten tussen de vakleraren binnen de opleiding en de directie. Binnen opleidingen waar met veel parallelklassen wordt gewerkt kan een vakcoördinator worden aangeduid. De vakcoördinator zorgt er o.a. voor dat diverse leraren die voor eenzelfde vak instaan hun programma op elkaar afstemmen.


pagina –

43

Tweede tussenniveau Op het tweede tussenniveau situeren zich de beleidsmedewerkers. Zij dragen elk verantwoordelijkheid voor een specifiek actiegebied dat essentieel voor de goede werking van de school. De beleidsmedewerker infrastructuur & HRM (Human Resources Management) staat in voor het opstellen van de lesroosters en examenroosters, het toewijzen van lokalen en opvolgen van eventuele problemen i.v.m. de lokaaluitrusting. Het HRM-luik omvat voornamelijk het rekruteren en onthalen van nieuwe personeelsleden en het coachen van (beginnende) leerkrachten. De beleidsmedewerker personeelsadministratie beheert de personeelsdossiers en onderhoudt de contacten tussen de school, de scholengroep en het werkstation. De beleidsmedewerker pedagogisch-didactische aangelegenheden coördineert het vakoverleg, houdt de administratie bij van belangrijke schooldocumenten en onderhoudt de contacten tussen de school en diensten verantwoordelijk voor onderwijsontwikkeling (VLOR, DVO, pedagogische begeleidingsdienst) De beleidsmedewerker communicatie en public relations staat in voor de interne en externe communicatie en de ontwikkeling dreven implementatie van een doorgedreven huisstijl.

Voordelen van het model: Door de bottom up structuur staan de eerstelijnsmedewerkers daar waar ze horen te staan. Bovenaan! Via de tussenniveaus wordt een filtersysteem ingebouwd waardoor heel veel taken niet meer op het u van de directie moeten worden afgehandeld en directie en beleidsmedewerkers kunnen verder bouwen op degelijk voorbereide dossiers waarbij zij zich vaak kunnen beperken tot bijsturing. Hierdoor komt meer tijd vrij voor het evalueren en verfijnen van de huidige structuur (kortetermijnplanning) en het werken aan een toekomstvisie (langetermijnplanning). Via de tussenniveaus wordt de betrokkenheid van de medewerkers verhoogd en ontstaat een intenser gevoel van verantwoordelijkheid. Zodra ervaren wordt dat verantwoordelijkheid naast een zekere vorm van extra belasting ook talrijke voordelen biedt, werkt het systeem sterk motiverend. Dit impliceert wel dat bij de concrete beleidsvoering het werk dat binnen de subniveaus wordt verricht voldoende wordt ondersteund en gehonoreerd. Door het lagensysteem worden de taken over meer mensen verdeeld. Dit biedt als voordeel dat de individuele taaklast vermindert. Door meer personen bij aan de beleidsvoering te laten deelnemen worden de problemen in een veel breder kader en vanuit diverse invalshoeken bekeken. Hierbij wordt steeds getracht de rechtstreeks betrokkenen te raadplegen.


pagina –

44

DE SCHOOLRAAD VAN CVO-IVV DE AVONDSCHOOL

De samenstelling van de schoolraad Vertegenwoordigers van het personeel

Hoebeke Philip

Vermeire Chris

Wynants Patrick

Vertegenwoordigers van de cursisten

Wylocke Monique

Gecoöpteerde leden

Fernandez Marco (voorzitter) Hinderyckx Alain

Lokouter 17A 9880 Lotenhulle 051/ 56 92 57 G. Callierstraat 39 9000 Gent 09/ 233 36 43 Krijgslaan 91 9000 Gent 09/ 221 31 47 Wellingtonstraat 9070 Destelbergen 09/ 23193 29

Elf Novemberlaan 32 9080 Lochristi 09/ 355 33 79 Kortrijksesteenweg 381 9000 Gent 09/ 245 64 42

De bevoegdheden van de schoolraad Advies aan de directeur inzake o de algemene organisatie van de school o de werving van leerlingen of cursisten o de organisatie van extra muros-activiteiten en parascolaire activiteiten o het schoolbudget o het schoolwerkplan Advies aan de raad van bestuur en de algemeen directeur inzake o de toewijzing van het mandaat van directeur o de programmatie van het studieaanbod o de schoolinfrastructuur o de organisatie van het leerlingenvervoer Overleg met de directeur inzake o het vastleggen van de criteria voor de aanwending van het lestijdenpakket o de organisatie van de niet-lesgebonden opdrachten o welzijn en veiligheid op de school

o

het schoolreglement


pagina –

45

HOE DE VESTIGINGSPLAATSEN BEREIKEN

ZE

an yl a

nn

EK A

NA

Ke

AL

EVERGEM

ed

G

In

EN T

du

T E

st

rie la

an

RN EU Z

EN

ZELZATE

CVO Evergem

1

OOSTAKKER

2

3

GENTZEEHAVEN

Ant wer pse Steenw eg

WONDEL GEM

MARIAKERKE

4 DESTELBERGEN 11 ANTWERPEN

E17

Dampoort Kleine Ring Wilsonplein Heuvel poort

10 GENTBRUGGE Bru

OOSTENDE

s te l se

9 UZ 14

15 7

eg

ee nw

eg en w te

em s

e S t

se S

CVO Merelbeke

E40 17 WETTEREN CVO Wetteren

Hu

nd

el g

aa rd en

MELLE

16

8

Ou d

6

MERELBEKE

DE PINTE

KORTRIJK KORTRIJK

R4

eg

K o r tr

en w eg ij k s es te

CVO Melle

en w

ST.DENIJS

5 L AARNE

s se

de Sterre


BRUSSEL

pagina –

46

CVO-IVV de Avondschool – Gent Campus Schoonmeersen Schoonmeersstraat 52 9000 GENT Tel Fax

09/ 243 87 99 09/ 243 87 77

[email protected]

ZELZATE

St.-Pietersstation

St.-Denijslaan

Roosakker

ANTWERPEN

Schoonmeers straat

R4 OOSTENDE AFRIT

Voskenslaan

FLANDERS EXPO

AFRIT

9

de sterre

14

E1 7

R4

E 40

Kortrijkse steenweg

Oudenaardse steenweg

N

BRUSSEL KORTRIJK


pagina –

47

Routebeschrijving naar de hoofdzetel VANUIT BRUSSEL

via de autosnelweg E40

VIA E40

Mogelijkheid 1: AFRIT 16 E40 Afrit E40 R4

Afrit 16: Merelbeke Richting Eeklo - Gent - Merelbeke Richting Zelzate Volg de R4 (je rijdt onder 4 bruggen)

gele letter F gele letter K

Klaverbladbrug, Zwijnaarde brug, Hutsepotbrug en Brug onder Kortrijkse steenweg

Passeer het warenhuis Carrefour en neem de volgende afrit = Afrit scholencomplex Hogeschool Gent Mogelijkheid 2: AFRIT 14 E40 Afrit E40 Adolphe Pegoudlaan Adolphe Pegoudlaan R4 Afrit R4 St.-Denijslaan Roosakker

Afrit 14: St.-Denijs Westrem Richting Zelzate Rij voorbij Flanders Expo en het Holiday Inn Hotel Rij over de brug over de ringvaart Eerste afrit Rij rechtdoor de St.-Denijslaan in De DERDE STRAAT RECHTS inslaan = Roosakker Via Roosakker het scholencomplex Hogeschool Gent oprijden

VANUIT OOSTENDE

VIA E40

E40 Afrit E40 Adolphe Pegoudlaan Adolphe Pegoudlaan R4 Afrit R4 St.-Denijslaan Roosakker

Afrit 14: St.-Denijs Westrem Richting Gent – Deinze Rij voorbij Flanders Expo en het Holiday Inn Hotel Rij over de brug over de ringvaart Eerste afrit Rij rechtdoor de St.-Denijslaan in De DERDE STRAAT RECHTS inslaan = Roosakker Via Roosakker het scholencomplex Hogeschool Gent oprijden

ZELZATE

St.-Pietersstation

St.-Denijslaan

Roosakker

Schoonmeers straat

R4 OOSTENDE AFRIT

Voskenslaan

FLANDERS EXPO

de sterre

14

R4

E40

E17

Kortrijkse steenweg

ANTWERPEN

Oudenaardse steenweg

N

BRUSSEL KORTRIJK


pagina –

48

via de autosnelweg E17 VANUIT ANTWERPEN

VIA E17

Mogelijkheid 1: Verkeerswisselaar Destelbergen E17 Afrit E17

Afrit Destelbergen – Heusden (Verkeerswisselaar R4) Eerst: Richting E40 Brussel (Melle – Merelbeke) Dan: Richting Laarne - Melle - Merelbeke Afrit 7 (Hier splitst de R4) Hou rechts - richting Merelbeke Afrit scholencomplex Hogeschool Gent

R4 R4

gele letter G gele letter G gele letter K

Mogelijkheid 2: AFRIT 9 E17

Afrit 9 (UZ – Universitair Ziekenhuis) aan de afrit links afslaan (Ottergemse Steenweg) Na ongeveer 300m rechts de R4 oprijden Richting Zelzate Volg de R4 (je rijdt onder 4 bruggen)

Ottergemse Steenweg R4


Passeer het warenhuis Carrefour en neem de volgende afrit = Afrit scholencomplex Hogeschool Gent

VANUIT KORTRIJK

VIA E17

E17

Afrit 9 (UZ – Universitair Ziekenhuis) aan de afrit links afslaan (Ottergemse Steenweg) Na ongeveer 300m rechts de R4 oprijden Richting Zelzate Volg de R4 (je rijdt onder 4 bruggen)

Ottergemse Steenweg R4


Passeer het warenhuis Carrefour en neem de volgende afrit = Afrit scholencomplex Hogeschool Gent ZELZATE

St.-Denijslaan

St.-Pietersstation Roosakker

ANTWERPEN

Schoonmeers straat

R4

Voskenslaan

AFRIT

9

de sterre

OOSTENDE

E17

R4 E40 Oudenaardse steenweg

N KORTRIJK


BRUSSEL

pagina –

49

Situatieplan campus BME/CTL Hogeschool Gent

st.-d roosakker

enij

St.-Pietersstation

slaa

n

6 2 5 PARKING

sp o

ld en rtv e

4

voskenslaan

3 1

bou

w

f wer

schoonmeersstraat BME-gebouw Secretariaat Beleidsmedewerkers en directie

lokaal B014 B012

R4

8

7

1 2 3 4 5 6 7 8

BME-gebouw Practicumgebouw CTL-gebouw Middenschool Koninklijk Atheneum HIPSO – Sportzaal Textielinstituut MPI

lokaalnummers beginnend met de letter lokaalnummers beginnend met de letter lokaalnummers beginnend met de letter lokaalnummers beginnend met de letter niet gebruikt door het CVO niet gebruikt door het CVO lokaalnummers beginnend met de letter niet gebruikt door het CVO


B P C M

eerste cijfer = verdieping tweede letter = afdeling tweede cijfer = verdieping

T

pagina –

50

CVO-IVV de Avondschool – Evergem Hofbilkstraat 21 9940 EVERGEM Tel 09/ 257 04 92 [email protected]

Openingsuren secretariaat: maandag, dinsdag en donderdag

18u00-21u00

campusverantwoordelijke CVO

Peter Bruyneel [email protected]

Situatieplan Sleidinge

at

ra

56

lken Brie ri s

to ffe

lw

bilk

Langerbrugges tra

at

eg

Ev

du st rie

we g

Ch

Hof

st

N4

Zelzate

Aldi

se em

R4

In

g er St

w.

Mc Donalds

Brico

N

Flanders Expo ( E40 – afrit 14 )

Dampoort

Gegevens Dagschool Naam

Middenschool Evergem

Telefoon Fax Mail

09/ 253 89 02 09/ 257 04 97 [email protected]

Directie

Middenschool

Jos Verbrugghe


09/ 257 04 90

pagina –

51

CVO-IVV de Avondschool – Herzele Stationsstraat 8 9550 HERZELE Geen Telefoon: [email protected]

bellen naar Gent 09/ 243 87 99 of Zottegem 09/ 326 78 46

Openingsuren secretariaat: dinsdag en donderdag

18u30 – 20u30

campusverantwoordelijke CVO

Mario Jouret (0475 / 72 05 90) [email protected]

E40 (Erpe Mere)

N

nsstr aat

KTA Herzele

n

laan

groe nlaa

rc

oudendries

pa

mathysstraat bevrijdin gsst r.

an htla

du

b ur c

tra ers

dla vel an ter u o k

at

t

kou t

tr aa

ds svel krui

f

(n4 6)

statio

graa

pr o vin c

iew

eg

Situatieplan

hoog

at s tra


Koninklijk Technisch Atheneum Herzele

Telefoon Fax Mail

053/ 62 23 71 053/ 62 16 97 [email protected]

Directie

Wim Coppens

Zottegem

KTA


pagina –

52

CVO-IVV de Avondschool – Melle KTA Tuinbouwschool Melle Brusselsesteenweg 165 9090 MELLE [email protected]

Openingsuren secretariaat: Geen eigen secretariaat

geopend op lesdagen maandag: dinsdag: woensdag en donderdag: zaterdag:

Campusverantwoordelijke CVO

18u15 – 08u30 – 18u15 – 08u30 –

21u35 16u55 en 18u15 – 21u35 21u35 12u30

Geen

Situatieplan

E17 (Afrit 10) GENTBRUGGE Gent Zeehaven

KTA Melle Tuinbouwschool

N9

R4

el

s us

6

Br

AFRIT

st ee nw

R4

se

E40 (Afrit 16) MERELBEKE

eg N9 N

Gegevens Dagschool Naam KTA Tuinbouwschool Melle Telefoon Fax Mail

09 / 210 45 43 09/ 230 71 73 [email protected]

Directie

Anne De Belder


Aalst

pagina –

53

CVO-IVV de Avondschool – Merelbeke GITO Merelbeke Potaardeberg 59 9820 Merelbeke [email protected]

Openingsuren secretariaat: Maandag en dinsdag

18u00-20u30


Steven Stockman [email protected]

Situatieplan

ZWIJNAARDE gaverse steenweg

GAVERE

t

kerk straa KTA GITO

kerk

po t aarde berg

bergwegel

n hu

lge de

e ms

ZWALM

e

ste

stra a

eg nw

t

E40 / R4

kerk gemeente huis

N

Gegevens Dagschool Naam KTA GITO Merelbeke Telefoon Fax Mail

09 / 230 76 96 09 / 230 02 56 [email protected]

Directie

Koen Bollaert


pagina –

54

CVO-IVV de Avondschool – Wetteren Noordlaan 10 9230 WETTEREN Tel 09/ 365 60 38 [email protected]

Openingsuren secretariaat: van maandag tot en met donderdag

17u30-21u15


Veronique De Corte [email protected]

Situatieplan KTA WETTEREN

n d laa Noor

Zu id

Brusselse Steenweg (E40 afrit 17)

laan N


Koninklijk Atheneum Wetteren (Campus Noordlaan)

Telefoon Fax Mail

09/ 369 09 18 09/ 366 13 73 [email protected]

Directie

Ingrid Desmedt


pagina –

55

CVO-IVV de Avondschool – Zottegem Meerlaan 25 9620 ZOTTEGEM Tel 09/ 326 78 46 [email protected]

Openingsuren secretariaat: van maandag tot en met donderdag

18u00 - 21u30


Griet Mangelinckx [email protected]

Situatieplan STRIJPEN

meir

2

aa t

r godve

lbrou

b roed

stati o

n ae

heldenlaan

nstr.

tr .

r. roelss t va

cks tr

er ma

.

kap

res laa

elle

stra

at

n

tr .

s degem

N

ho og st r

s len

an

la eer

6 n4

mo

m

e

KA ZOTTEGEM

ERWETEGEM

HERZELE


Koninklijk Atheneum Zottegem

Telefoon Fax Mail

09/ 326 78 40 09/ 326 78 48 [email protected]

Directie

Luc De Bodt


pagina –

56

personeelsadministratie


pagina –

57

PERSONEELSADMINISTRATIE De algemene administratie die gepaard gaat met een betrekking in het onderwijs (betaling lonen, etc.) wordt centraal geregeld vanuit Brussel door een zogenaamd WERKSTATION. Elke school kreeg een werkstation toegewezen. Dit betekent dat het dossier van een leerkracht die opdrachten uitoefent in meerdere onderwijsinstellingen behandeld kan worden door verschillende werkstations. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen het hoofddossier en eventuele bijdossiers. Wie verbonden is aan één onderwijsinstelling, heeft alleen een HOOFDDOSSIER. Wie in verschillende instellingen actief is, heeft één hoofddossier en één of meerdere BIJDOSSIER(s).

werkstation van CVO-IVV de Avondschool = WERKSTATION

46

tel. 02 / 553 97 87

Aarzel in geval van problemen echter niet de beleidsmedewerker personeelsadministratie van onze school te raadplegen.

HET HOOFDDOSSIER Het hoofddossier bevindt zich in een werkstation en bevat o.a. volgende documenten: · documenten met betrekking tot de opdrachten aan één instelling die behandeld wordt door dit werkstation (b.v. indiensttreding, opdrachtwijziging, cumulatieverklaring,...) · persoonlijke documenten · bekwaamheidsbewijzen · eventuele aanvraag tot erkenning van de nuttige ervaring · attesten m.b.t. vroegere diensten · geboorteakte · nationaliteitsbewijs · bewijs van goed zedelijk gedrag · documenten in verband met de taalkennis · post- of bankrekening (benaming, adres en rekeningnummer) · samenstelling gezin, uittreksel geboorteakten van kinderen · medisch attest · definitieve goedkeuring door de A.G.D (Algemene Geneeskundige Dienst) · Documenten voor toepassing van de cumulatiereglementering (voor personeelsleden die naast hun lesopdracht werkzaam zijn als zelfstandige of in de privé-sector)

HET BIJDOSSIER Een bijdossier is het dossier in een tweede (of derde, etc.) instelling - al dan niet behandeld door hetzelfde werkstation - waar betrokkene gelijktijdig prestaties levert. Het bijdossier bevat enkel de documenten m.b.t. de waargenomen opdrachten. Voor de persoonlijke documenten wordt verwezen naar het hoofddossier.

DE PERS-DOCUMENTEN De communicatie tussen de leerkracht en het werkstation verloopt grotendeels via gestandaardiseerde documenten, de zogenaamde PERS-documenten.


pagina –

58

Overzicht van de belangrijkste PERS-documenten

PERS 1:

Dienststaat Het formulier PERS 1 wordt ingediend bij elke indiensttreding.

PERS 2:

Kennisgeving opdrachten Het formulier PERS 2 wordt ingediend bij de indiensttreding en bij elke opdrachtwijziging: zoals wijziging in de omvang van de opdracht, wijziging van de vakken, wijziging van de administratieve toestand.

PERS 3:

Begin / einde dienstonderbreking Mededeling van dienstonderbreking en dienstherneming: Dit formulier wordt uitsluitend gebruikt voor volledige dienstonderbrekingen (per instelling). Wanneer het om een vermindering van de opdracht gaat, wordt een nieuw formulier PERS 2 ingestuurd.

PERS 4:

Verzamelstaat ziekte Via het document PERS 4 wordt de dienstonderbreking wegens ziekte gemeld.

PERS 5:

Kennisgeving opdrachten van korte duur Via het document PERS 5 worden de opdrachten van korte duur gemeld in niet-vacante betrekkingen waarvan de einddatum niet met zekerheid gekend is (vb. vervanging van een personeelslid met ziekteverlof of bevallingsverlof).

PERS 6:

Wijziging persoonlijke toestand Het formulier PERS 6 wordt ingediend bij elke wijziging in de persoonlijke toestand van een personeelslid.

PERS 11:

Aanvraag immatriculatie Het document PERS 11 wordt gebruikt door personeelsleden die voor de eerste keer in dienst treden in het onderwijs, als aanvraagformulier tot het toekennen van een stamboeknummer.

PERS 12:

Cumulatieverklaring Het document PERS 12 moet worden ingestuurd door personeelsleden die gelijktijdig een opdracht uitoefenen in verschillende onderwijsinstellingen of door personeelsleden die naast hun onderwijsopdracht inkomsten hebben uit andere bezigheden (zelfstandige activiteit, een functie in privé- of openbare sector) of wegens het genot van een pensioen (met uitzondering van een overlevingspensioen).

Op de volgende pagina’s wordt uitvoering beschreven hoe de diverse PERS-documenten moeten worden ingevuld. Meer informatie vind je ook op de website van het departement onderwijs: http://www.ond.vlaanderen.be/edulex/database/document/document.asp?docid=9133 (omzendbrief OND/I/6)


pagina –

59

PERS 1: dienststaat Het formulier PERS 1 wordt ingediend bij elke indiensttreding. Uitzonderingen: Tijdelijke personeelsleden die op 30 juni uit dienst treden en bij het begin van het volgend schooljaar opnieuw in dienst treden bij dezelfde instelling, moeten geen nieuwe PERS 1 indienen. Voor vastbenoemde personeelsleden wordt dit formulier ingediend bij elke verandering van instelling. Op het PERS 1-document moeten o.a. volgende gegevens worden ingevuld: A. PERSOONLIJKE TOESTAND Deel 1: PERSONEELSLID ·

Stamboeknummer: Binnen het onderwijs wordt elk personeelslid geïdentificeerd via een unieke cijfercode; het zogenaamde stamboeknummer. Dit stamboeknummer dient te worden aangevraagd bij de eerste indiensttreding via het PERS-document 11 (zie verder).

·

Naam + Voornaam: Noteer eerst uw “naam” en vervolgens uw “voornaam”. Vermeld alleen uw eerste voornaam zoals opgetekend bij de burgerlijke stand. Eventuele andere voornamen vermeldt u niet. Gehuwde vrouwelijke personeelsleden vermelden alleen hun meisjesnaam.

·

Nationaliteit:

·

Burgerlijke staat: Gebruik voor het noteren van uw burgerlijke staat volgende getalcode: 1 2 3 4

ongehuwd gehuwd weduwe of weduwnaar gescheiden

5 6 7 8

feitelijk gescheiden (wordt voorlopig niet gebruikt) ongehuwde geestelijke gehuwde geestelijke

·

Rekeningnummer: Noteer het rekeningnummer - waarvan u (mede)titularis bent – waarop uw wedde gestort mag worden. Ter staving dient bij de eerste indiensttreding een gedrukt strookje voorgelegd te worden, afgeleverd door de financiële instelling, met vermelding van de benaming en het nummer van de rekening. Dit strookje wordt vastgeniet aan de PERS 1.

·

Mindervalide: Personeelsleden die voor ten minste 66% als mindervalide erkend zijn door het Ministerie van Sociale Voorzorg vullen de letter J (ja) in. Alle andere personeelsleden noteren de letter N (neen).

·

Woonplaats:

·

Verblijfplaats:


pagina –

60

Deel 2: GEZINSTOESTAND ·

Echtgenote: Naam + Voornaam Beroep Mindervalide (J/N)

·

Andere personen fiscaal ten laste: Aantal Mindervalide (J/N)

Deel 3: BEKWAAMHEIDBEWIJZEN Benaming Datum Oorsprong Taal Deel 4: DIENSPLICHTWETGEVING Begin- en einddatum van de dienstplicht

B. GEPRESTEERDE DIENSTEN IN EN BUITEN HET ONDERWIJS Bij elke indiensttreding in het onderwijs dient men alle vorige diensten te vermelden die nuttig zijn voor de anciënniteit. Vermeld per ambt volgende gegevens: · · · · ·

Naam Adres Ambt en Functie Periode Uren per week Voor het noteren van de omvang (uren per week) dient men een BREUKVORM te gebruiken, waarbij de teller het aantal gepresteerde uren per week uitdrukt en de noemer het aantal uren vereist voor een opdracht met volledige prestaties.

Mededeling voor personeelsleden die geen onderdaan zijn van de Europese Unie Personeelsleden die geen onderdaan zijn van de Europese Unie moeten een afwijking op de nationaliteitsvereiste aanvragen, of als deze afwijking al werd verleend, een afschrift ervan indienen. Hetzelfde geldt voor personeelsleden die niet voldoen aan de taalregeling.


pagina –

61

PERS 2: kennisgeving opdrachten Het formulier PERS 2 wordt ingediend bij de indiensttreding en bij elke opdrachtwijziging: zoals wijziging in de omvang van de opdracht, wijziging van de vakken, wijziging van de administratieve toestand. Uitzonderingen: Opdrachten van korte duur (vb. vervanging van een personeelslid met ziekteverlof of bevallingsverlof) worden gemeld met een document PERS 5 (zie verder). Opgelet! Wanneer een personeelslid in éénzelfde school zowel in het secundair als in het hoger onderwijs voor sociale promotie fungeert, dienen twee formulieren PERS 2 ingevuld. Het ene formulier bevat de opdrachten in het secundair onderwijs voor sociale promotie, het andere formulier bevat de opdrachten in het hoger onderwijs voor sociale promotie.

Op het PERS 2-document moeten o.a. volgende gegevens worden ingevuld: Deel 1: PERSONEELSLID ·

Stamboeknummer:

·

Administratieve toestand: Gebruik voor het noteren van de administratieve toestand volgende getalcode: 1 tijdelijk (niet vacant) 2 tijdelijk (vacant) 4 vast benoemd Personeelsleden die voor een gedeelte van hun opdracht vast benoemd zijn en voor een ander gedeelte tijdelijk, vullen hier code 4 in. Onder de rubriek “Opdrachten” wordt dan voor elke opdracht in de kolom ATO (administratieve toestand) het cijfer (1, 2 of 4) ingevuld. Personeelsleden die tijdelijk gereaffecteerd of wedertewerkgesteld werden, vullen als administratieve toestand 4 in.

·

Naam en Voornaam:

Deel 2: BEKWAAMHEIDSBEWIJZEN ·

Benaming:

Deel 3: OPDRACHT(EN) ·

Aantal weken:

·

Duur van de lestijd: Deze rubriek wordt alleen ingevuld als de lestijd minder dan 50 minuten bedraagt

·

Kolom “Aantal lestijden”:

·

Kolom “Ambt of vak/specialiteit, rubricering” Leraren vermelden behalve de omschrijving van hun ambt tevens de rubricering van het vak. Hierbij worden volgende lettercodes gebruikt:


pagina –

62

AV TV BP

algemeen vak technisch vak beroepspraktijk

·

Kolom “Niveau/graad” Gebruik voor het noteren van het niveau volgende lettercode: LS lager secundair HS hoger secundair AS aanvullend secundair HO hoger onderwijs

·

Kolom “Onderwijsvorm” Gebruik voor het noteren van de onderwijsvorm volgende lettercode: Secundair OSP TL technische leergang BL beroepsleergang

·

economisch technisch sociaal pedagogisch

Kolom “B.B.O.” (bekwaamheidsbewijs voor de opdracht) Gebruik voor het noteren van het type bekwaamheidsbewijs volgende lettercode: Secundair OSP VE vereist bekwaamheidsbewijs VOA voldoende geachte A titel VOB voldoende geachte B titel VOB art.6 voldoende geachte B titel (vrijstelling van de nuttige ervaring) Art. 20 geen vereist bekwaamheidsbewijs

·

Hoger OSP Ec Te So Pe

Hoger OSP VE vereist bekwaamheidsbewijs VO voldoende geacht bekwaamheidsbewijs VS geen vereist bekwaamheidsbewijs (afwijking werd gevraagd of verleend)

Kolom “A.T.O.” (administratieve toestand t.o.v. de opdracht) Gebruik voor het noteren van de administratieve toestand volgende cijfercode: 1 2 4

tijdelijk (niet vacant) tijdelijk (vacant) Vast benoemd

Opmerking: De kolommen “DEP” zijn voorbehouden voor het departement onderwijs.


pagina –

63

PERS 3: begin / einde dienstonderbreking Mededeling van dienstonderbreking en dienstherneming: Dit formulier wordt uitsluitend gebruikt voor volledige dienstonderbrekingen (per instelling). Wanneer het om een vermindering van de opdracht gaat, wordt een nieuw formulier PERS 2 ingestuurd.

Op het PERS 3-document moeten o.a. volgende gegevens worden ingevuld: · · ·

Datum Begin Dienstonderbreking Datum Einde Dienstonderbreking Aantal verantwoordingsstukken (Vermeld hier het aantal verantwoordingsstukken dat als bijlage aan het formulier PERS 3 wordt toegevoegd.)

Deel 1: PERSONEELSLID ·

Stamboeknummer:

·

Administratieve toestand: Gebruik voor het noteren van de administratieve toestand volgende getalcode: 1 tijdelijk (niet vacant) 2 tijdelijk (vacant) 4 vast benoemd

·

Naam en Voornaam:

Deel 2: DIENSTONDERBREKING ·

Gebeurtenis: Onder “gebeurtenis” wordt met een kruisje de aard van de dienstonderbreking aangeduid. Mogelijke gebeurtenissen: q Een dag afwezigheid q Dienstonderbreking van meer dan 1 dag q Herneming na onderbreking q Einde opdracht Wanneer de afwezigheid minder dan 10 dagen bedraagt, wordt slechts één document PERS 3 ingezonden met vermelding van begin- en einddatum. In dit geval worden bij gebeurtenis twee vakjes aangekruist, namelijk “dienstonderbreking van meer dan 1 dag” en “dienstherneming na onderbreking”. Het document wordt dan ingediend op het ogenblik van de dienstherneming

· Reden: Onder “reden” wordt met een kruisje de reden van de dienstonderbreking aangeduid. Soms dient een nadere toelichting te worden verstrekt. (Vb. Verlof wegens…) Indien de passende reden niet uitdrukkelijk op het document vermeld is, wordt het vakje “andere” aangekruist en wordt de reden omschreven.


pagina –

64

Mogelijke oorzaken van een dienstonderbreking: q q q q q q q

q q q q q q q q

Bevallingsverlof (bewijsstuk: attest van een geneesheer met de vermoedelijke bevallingsdatum) Borstvoedingsverlof (bewijsstuk: geneeskundig attest) Opdracht in een examen- of homologatiecommissie (bewijsstuk: afschrift van de oproepingsbrief van de homologatie- of examencommissie) Profylactisch verlof (bewijsstuk: toelating van de Algemeen Geneeskundige Dienst) Syndicaal verlof (bewijsstuk: brief van de verantwoordelijke van de erkende vakvereniging) Terbeschikkingstelling ten behoeve van jeugdorganisaties (geen bewijsstuk) Verlof met het oog op adoptie en pleegvoogdij (bewijsstuk: door de gemeente afgeleverd attest waaruit blijkt dat het kind werd opgenomen met het oog op adoptie of pleegvoogdij; op dit document moet de datum staan waarop de adoptie gebeurde alsook de geboortedatum van het kind) Verlof om een ambt uit te oefenen in een ministerieel kabinet (bewijsstuk: een afschrift van de beslissing of van het besluit) Verlof voor opdrachten in het belang van het onderwijs (geen bewijsstukken) Afwezigheid van lange duur gewettigd door familiale redenen (bewijsstuk: geboorteattest of afschrift van de adoptieakte of de overeenkomst van pleegvoogdij) Terbeschikkingstelling wegens bijzondere opdracht (geen verantwoordingsstuk) Terbeschikkingstelling wegens persoonlijke aangelegenheden (geen verantwoordingsstuk) Terbeschikkingstelling wegens persoonlijke aangelegenheden voorafgaand aan het rustpensioen (geen verantwoordingsstuk) Loopbaanonderbreking (bewijsstuk: afschrift van het formulier C62) Verlof om cursussen bij te wonen van de school voor burgerlijke bescherming (bewijsstuk: attest van de verantwoordelijke van de desbetreffende school)

Verloven die gelden voor het Gemeenschapsonderwijs q Verlof om stage in een andere betrekking te vervullen (bewijsstuk: afschrift toelating tot de stage) q Verlof toegekend aan personeelsleden die ter beschikking van de Koning worden gesteld (geen verantwoordingsstuk) q Verlof om dwingende redenen van familiaal belang (geen verantwoordingsstuk) q Verlof om cursussen bij te wonen of examens voor te bereiden (bewijsstuk: attest van aanwezigheid op de cursussen of examens) q Verlof voor sociale promotie (bewijsstuk: attest met betrekking tot de gevolgde cursussen)

Deel 3: ANDERE ONDERWIJSINSTELLINGEN Personeelsleden die in verschillende onderwijsinstellingen werken, vermelden hier de benaming van deze instelling(en) en de gemeente waar deze instelling(en) gevestigd is/zijn.

Deel 4: VERVANGING VAN Deze rubriek wordt alleen ingevuld wanneer het personeelslid waarvoor een PERS 3 wordt ingevuld een ander personeelslid vervangt. In dat geval vermeldt men de naam, de voornaam en het stamboeknummer van het personeelslid dat vervangen wordt en de reden van zijn afwezigheid.


pagina –

65

PERS 4: verzamelstaat ziekte Via het document PERS 4 wordt de dienstonderbreking wegens ziekte gemeld. Voor vast benoemd, tijdelijk en contractueel AMVDP personeel gebeurt dat om de twee maanden voor de melding van het ziekteverlof, voor het T.W.P.-personeel evenwel maandelijks. Voor de tijdelijke personeelsleden worden de afwezigheden wegens ziekte om de twee maanden gemeld. Dat gebeurt evenwel uitsluitend voor diegenen die in die periode ziekteverlof genoten. Opmerkingen : · Afwezigheden wegens bevallingsverlof, arbeidsongeval of ongeval op de weg van of naar het werk worden gemeld op de PERS 3. · Wanneer een personeelslid het recht op bezoldigd ziekteverlof heeft opgebruikt, wordt onmiddellijk een PERS 4 ingevuld waarbij dit feit wordt gemeld. Personeelsleden die in eenzelfde school deels vast benoemd en deels tijdelijk zijn: Voor personeelsleden die in een zelfde school voor een gedeelte van hun opdrachten vast benoemd zijn en voor een ander gedeelte tijdelijk zijn, worden de afwezigheden wegens ziekte maar tweemaal per jaar gemeld, en dit uitsluitend voor personeelsleden die ziekteverlof genoten. Tijdelijke personeelsleden: Voor tijdelijke personeelsleden die van school veranderen of uit dienst treden, wordt onmiddellijk een PERS 4 ingediend. Vastbenoemde personeelsleden: Voor de vastbenoemde personeelsleden worden de afwezigheden wegens ziekte tweemaal per jaar gemeld, doch uitsluitend voor diegenen die in die periode ziekteverlof genoten.

Op het PERS 4-document moeten o.a. volgende gegevens worden ingevuld: ·

Periode laatst ingediende verzamelstaat: Hier wordt de laatste periode ingevuld waarvoor een PERS 4 ingediend werd.

Deel 1: PERSONEELSLID · · · · ·

Stamboeknummer: Administratieve toestand: Naam en Voornaam: Geneeskundig nummer: Uitgeoefend ambt:

Deel 2: ANDERE ONDERWIJSINSTELLINGEN Personeelsleden die in verschillende onderwijsinstellingen werken, vermelden hier de benaming van deze instelling(en) en de gemeente waar deze instelling(en) gevestigd is/zijn.


pagina –

66

Deel 3: PERIODE Hier worden de periodes (begin- en einddatum) ingevuld waarop de ziekteverloven betrekking hebben. · · ·

Kolom “datum begin”: Kolom “datum einde”: Kolom “aantal dagen”:

Vul in deze kolommen de begin- en einddatum van het ziekteverlof in zoals goedgekeurd op de documenten PERS 16, met vermelding van het aantal dagen per periode. ·

Totaal periode: Vul hier het totaal aantal dagen in voor de gehele referentieperiode.

·

Totaal vorige perioden:

·

Algemeen totaal:


pagina –

67

PERS 5: kennisgeving opdrachten van korte duur Via het document PERS 5 worden de opdrachten van korte duur gemeld in niet-vacante betrekkingen waarvan de einddatum niet met zekerheid gekend is (vb. vervanging van een personeelslid met ziekteverlof of bevallingsverlof). Daarnaast wordt ook een PERS 5 ingezonden bij het toepassen van art. 10 §6 van het KB nr.63 van 2007-1982 (geen andere geschikte kandidaat gevonden - bijbetrekking - overwerk). Voor opdrachten die werden meegedeeld met een PERS 5 hoeft men geen PERS 2 meer in te dienen. Het document PERS 5 wordt ingestuurd elke laatste dag van de kalendermaand. Als de opdracht eindigt in de loop van de maand stuurt u hem onmiddellijk na de uitdiensttreding op. Als er in de loop van de maand wijzigingen gebeuren, stelt men een nieuwe PERS 5 op.


Maand: Hier worden de maand en het jaartal ingevuld waarop de gegevens van het formulier PERS 5 betrekking hebben.

·

Datum begin/wijziging/einde opdracht: Datum “begin opdracht” is de dag waarop de opdracht ingaat. Datum “einde opdracht” Datum “wijziging opdracht”

is de laatste dag van de betrokken kalendermaand of de datum waarop de opdracht effectief eindigt Wanneer de opdrachten wijzigen in de loop van de maand worden twee formulieren PERS 5 voor die maand ingediend. De aanvangsdatum van de gewijzigde situatie wordt vermeld naast “datum wijziging opdracht”.

Deel 1: PERSONEELSLID · · ·

Stamboeknummer: Administratieve toestand: Naam en Voornaam:

Deel 2: BEKWAAMHEIDSBEWIJZEN ·

Benaming:

Deel 3: OPDRACHT(EN) ·

Aantal weken openstelling:

·

Duur van de lestijd: Deze rubriek wordt alleen ingevuld als de lestijd minder dan 50 minuten bedraagt

·

Kolom “Aantal lestijden”:


pagina –

68

·

Kolom “Ambt of vak/specialiteit, rubricering” Leraren vermelden behalve de omschrijving van hun ambt tevens de rubricering van het vak. Hierbij worden volgende lettercodes gebruikt: AV algemeen vak TV technisch vak BP beroepspraktijk

·


·

Kolom “Onderwijsvorm” Gebruik voor het noteren van de onderwijsvorm volgende lettercode: Secundair OSP TL technische leergang BL beroepsleergang

·

economisch technisch sociaal pedagogisch

Kolom “B.B.O.” (bekwaamheidsbewijs voor de opdracht) Gebruik voor het noteren van het type bekwaamheidsbewijs volgende lettercode: Secundair OSP VE vereist bekwaamheidsbewijs VOA voldoende geachte A titel VOB voldoende geachte B titel VOB art.6 voldoende geachte B titel (vrijstelling van de nuttige ervaring) Art. 20 geen vereist bekwaamheidsbewijs

·

Hoger OSP Ec Te So Pe

Hoger OSP VE vereist bekwaamheidsbewijs VO voldoende geacht bekwaamheidsbewijs VS geen vereist bekwaamheidsbewijs (afwijking werd gevraagd of verleend)

Kolom “A.T.O.” (administratieve toestand t.o.v. de opdracht) Gebruik voor het noteren van de administratieve toestand volgende cijfercode: 1 2 4

tijdelijk (niet vacant) tijdelijk (vacant) Vast benoemd

Deel 4: VERVANGING VAN Hier vermeldt men de naam, de voornaam en het stamboeknummer van het personeelslid dat vervangen wordt.


pagina –

69

PERS 6: wijziging persoonlijke toestand Het formulier PERS 6 wordt ingediend bij elke wijziging in de persoonlijke toestand van een personeelslid. Met uitzondering van de identificatiegegevens van de onderwijsinstelling, en het stamboeknummer, de naam en voornaam van het personeelslid en de datum van wijziging, moeten enkel de rubrieken ingevuld worden waaraan iets gewijzigd is. Op het PERS 6-document moeten o.a. volgende gegevens worden ingevuld: · ·

Datum wijziging: Vul hier de datum in waarop de wijziging ingaat. Verantwoordingsstukken: Vermeld hier het aantal verantwoordingsstukken dat als bijlage aan het formulier PERS 6 wordt toegevoegd. Het document PERS 6 en de bijhorende verantwoordingsstukken moeten naar het werkstation worden toegezonden waar zich het hoofddossier van het personeelslid bevindt.

Deel 1: PERSONEELSLID · · · · ·

Stamboeknummer: Administratieve toestand: Burgerlijke staat: Naam en Voornaam: Rekeningnummer:

· · · ·

Mindervalide: (J/N) Datum overlijden: Woonplaats: Verblijfplaats:

Deel 2: GEZINSTOESTAND ·

Echtgenote: Naam + Voornaam Beroep Mindervalide (J/N)

·

Andere personen fiscaal ten laste: Aantal Mindervalide (J/N)

Deel 3: BEKWAAMHEIDSBEWIJZEN Benaming Datum Oorsprong Taal Mogelijke verantwoordingsstukken q q q q q q

Burgerlijke staat: uittreksel uit de desbetreffende akte Rekeningnummer: gedrukt strookje, afgeleverd door de financiële instelling, met de benaming en het nummer van de rekening Overlijden: uittreksel uit de overlijdensakte Personen fiscaal ten laste: uittreksel uit de bevolkingsregisters houdende samenstelling van het gezin Bekwaamheidsbewijzen: voor eensluidend verklaarde afschriften Mindervalide: voor eensluidend verklaard afschrift van de vaststelling van de invaliditeit of erkenning als dusdanig.


pagina –

70

PERS 11: aanvraag immatriculatie Het document PERS 11 wordt gebruikt door personeelsleden die voor de eerste keer in dienst treden in het onderwijs, als aanvraagformulier tot het toekennen van een stamboeknummer. Aan de hand van de gegevens die op het formulier voorkomen krijgt het personeelslid een stamboeknummer dat bestaat uit 11 cijfers. Betekenis van de cijfers waaruit het stamboeknummer is samengesteld: Eerste cijfer Tweede en derde cijfer Vierde en vijfde cijfer Zesde en zevende cijfer Laatste 4 cijfers

Geslacht ( 1=mannelijk / 2 = vrouwelijk ) Geboortejaar Geboortemaand Geboortedag Uniek identificatienummer

Op basis van de gegevens die ingevuld werden op het PERS 11 document wordt een uniek stamboeknummer toegekend. Daarom is het van belang dat men deze gegevens met uiterste nauwgezetheid invult. Hierbij dienen alle velden te worden ingevuld. Wanneer bepaalde gegevens niet aanwezig zijn, moet dit worden aangeduid met de vermelding “GEEN”. Formulieren waarbij velden niet ingevuld werden, worden geweigerd. Het stamboeknummer blijft men zijn hele loopbaan in het onderwijs behouden. Personeelsleden die hun loopbaan in het onderwijs voor enige tijd onderbreken, moeten nadien geen nieuw stamboeknummer aanvragen Op het PERS 6-document moeten o.a. volgende gegevens worden ingevuld: ·

· · ·

·

· ·

Familienaam, Eerste naam, Tweede naam: Vul hier de familienaam en de eerste en tweede voornaam in. Gebruik de namen zoals ze op de identiteitskaart voorkomen. Er mogen géén afkortingen noch roepnamen of verkorte namen gebruikt worden. Tussen de samenstellende delen van de eigen familienaam dient een spatie gelaten te worden. De twee delen van een samengestelde familie- of voornaam worden verbonden door een koppelteken. Geslacht: (M/V) Geboortedatum: (dag, maand, jaar) Rijksregisternummer: Het K.B. van 29-06-1993 (B.S. van 7 oktober 1993) verleent het departement onderwijs de toelating om dit identificatienummer te gebruiken voor “het vervullen van taken met betrekking tot het personeelsbeheer van het onderwijs”. Dit nummer wordt door het departement onderwijs gebruikt voor een correcte en eenduidige communicatie van de sociale en fiscale gegevens met de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid en de Administratie der Belastingen. Rekeningnummer: Noteer hier het rekeningnummer - waarvan u (mede)titularis bent – en dat gebruikt kan worden voor het storten van uw wedde. Ter staving dient een gedrukt strookje voorgelegd te worden, afgeleverd door de financiële instelling, met vermelding van de benaming en het nummer van de rekening. Dit strookje wordt vastgeniet aan de PERS 11. Nationaliteit: Woonplaats (officieel adres):


pagina –

71

PERS 12: cumulatieverklaring Het document PERS 12 moet worden ingestuurd door personeelsleden die gelijktijdig een opdracht uitoefenen in verschillende onderwijsinstellingen of door personeelsleden die naast hun onderwijsopdracht inkomsten hebben uit andere bezigheden (zelfstandige activiteit, een functie in privé- of openbare sector) of wegens het genot van een pensioen (met uitzondering van een overlevingspensioen). Personeelsleden die maar aan één onderwijsinstelling werken en geen andere inkomsten hebben buiten het onderwijs moeten geen PERS 12 insturen. Het volstaat in dat geval in de rubriek “opmerking” van de PERS 2 (of PERS 5 bij een opdracht van korte duur) onder de rubrieken “andere onderwijsopdrachten” en “inkomsten buiten het onderwijs” telkens “NIHIL” te noteren. Personeelsleden die een opdracht uitoefenen in verschillende onderwijsinstellingen Sturen een PERS 12 in: · bij de indiensttreding · bij elke wijziging van het aantal uren Personeelsleden die naast hun onderwijsopdracht inkomsten hebben uit andere bezigheden of wegens het genot van een pensioen (met uitzondering van een overlevingspensioen) Sturen een PERS 12 in: · bij de indiensttreding · bij elke wijziging van de cumulatietoestand in de loop van het schooljaar · jaarlijks onmiddellijk na ontvangst van het aanslagbiljet inzake personenbelastingen en aanvullende belastingen van het Ministerie van Financiën

Om een correcte afwikkeling van het personeelsdossier mogelijk te maken, is het noodzakelijk dat de PERS 12 steeds tegelijkertijd wordt ingediend met de PERS 2 (of PERS 5). Ingeval de cumulatietoestand buiten het onderwijs in de loop van het schooljaar wijzigt, dient evenwel alleen een nieuwe PERS 12 ingediend te worden. Dit geldt ook bij het jaarlijks insturen van een PERS 12 na ontvangst van het aanslagbiljet van de Administratie der directe belastingen. Wanneer het personeelslid geen beroepsactiviteiten uitoefent zoals bedoeld in de rubrieken II tot en met VIII, moet altijd per rubriek het vakje “NEEN” aangekruist worden. Wanneer wel een dergelijke beroepsactiviteit uitgeoefend wordt, wordt niet enkel het vakje “JA” aangekruist, maar wordt de rubriek volledig ingevuld.

OPGELET ! Het invullen van een PERS 12 dient steeds te gebeuren IN ELKE INSTELLING waar men is aangesteld !! Voorbeeld: Wie aangesteld is in 3 onderwijsinstellingen dient zodra in één instelling de opdracht wijzigt in alle 3 de onderwijsinstellingen een nieuwe PERS 12 in te vullen !!!!


pagina –

72


Weergave van de toestand vanaf: Vul hier de datum in waarop de situatie ingaat die vermeld is op het document PERS 12.

HET PERSONEELSLID · ·

Stamboeknummer: Naam en Voornaam:

Deel 1: UITGEOEFENDE FUNCTIES IN HET ONDERWIJS EN/OF CLB Opmerkingen: A. In het bovenste gedeelte worden de gegevens genoteerd met betrekking tot het centrum waarvoor

men het document 12 invult. B. De functies uitgeoefend in het ACADEMISCH ONDERWIJS worden hier NIET VERMELD.

·

Kolom “Naam en adres instelling”: De benaming en het adres van de instelling waarvoor de verklaring wordt ingediend, moeten niet ingevuld worden. Voor de andere instellingen worden de benaming van de instelling en het adres ingevuld.

·

Kolom “Aantal prestatie-eenheden”: Vul hier het aantal uren per week in, uitgedrukt in eenheden, eventueel aangevuld met decimale fracties.

·

Voltijds onderwijs: Vul in deze kolom per onderwijsopdracht met ja of neen in of de opdracht al dan niet in het voltijds onderwijs uitgeoefend wordt.

·

Kolom “Ambt of vak/specialiteit, rubricering” Leraren vermelden behalve de omschrijving van hun ambt tevens de rubricering van het vak. Hierbij worden volgende lettercodes gebruikt: AV algemeen vak TV technisch vak BP beroepspraktijk

·


·

Kolom “Aanvangsdatum” Vul hier de datum in waarop de uitoefening van de functie aangevat werd.


pagina –

73

Deel 2: UITGEOEFENDE FUNCTIES AAN BELGISCHE EN/OF BUITENLANDSE UNIVERSITEITEN ·

JA/NEEN Wie geen functies uitoefent aan een Belgische of buitenlandse universiteit, kruist neen aan en hoeft in dit gedeelte verder niets in te vullen.

·

Kolom “Naam en adres instelling”: Vul hier de naam van de universiteit in

· Kolom Uren/week Vul hier het aantal uren per week in, uitgedrukt in eenheden, eventueel aangevuld met decimale fracties. · Kolom Ur.V.Pr. (Uren volledige prestaties) In deze kolom vul je het aantal uren in dat nodig is om de functie met volledige prestaties uit te oefenen. · Aard uitgeoefende functie Specificeer hier de uitgeoefende functie. · Aanvangsdatum Vul hier de datum in waarop de uitoefening van de functie aangevat werd. Indien er een wijziging is in het aantal te presteren uren/week of in het aantal uren volledige prestaties (zie hierboven) wordt ook de aanvangsdatum van deze wijziging ingevuld. · Einddatum Vul hier eventueel de datum in waarop de uitoefening van de functie beëindigd werd. · Vallen de normale werktijden samen met de werktijden in deel 1 ? Beantwoord deze vraag door een kruisje te plaatsen naast JA of NEEN. · RUBRIEK INKOMSTEN (zie verder: pagina 77) Deel 3: BEZOLDIGD BEDIENAAR VAN EEN ERKENDE EREDIENST ·

JA/NEEN Wie geen functies uitoefent als bezoldigd bedienaar van een erkende, kruist neen aan en hoeft in dit gedeelte verder niets in te vullen.

·

Aard uitgeoefende functie Specificeer hier de uitgeoefende functie.

· Aanvangsdatum Vul hier de datum in waarop de uitoefening van de functie aangevat werd. · Einddatum Vul hier eventueel de datum in waarop de uitoefening van de functie beëindigd werd. · RUBRIEK INKOMSTEN (zie verder: pagina 77)


pagina –

74

Deel 4: FUNCTIES EN/OF MANDATEN UITGEOEFEND IN DE OPENBARE SECTOR ·

JA/NEEN Wie geen functies of mandaten in de openbare sector uitoefent, kruist neen aan en hoeft in dit gedeelte verder niets in te vullen.

·

Kolom “Naam en adres van de werkgever”: Vul hier de naam en adres van de werkgever in

· Kolom “Uren/week” Vul hier het aantal uren per week in, uitgedrukt in eenheden, eventueel aangevuld met decimale fracties. · Kolom” Ur.V.Pr.” (Uren volledige prestaties) In deze kolom vul je het aantal uren in dat nodig is om de functie met volledige prestaties uit te oefenen. · Aard uitgeoefend(e) functie/mandaat Specificeer hier de uitgeoefende functie of het uitgeoefende mandaat. · Aanvangsdatum Vul hier de datum in waarop de uitoefening van de functie of het mandaat aangevat werd. Indien er een wijziging is in het aantal te presteren uren/week of in het aantal uren volledige prestaties (zie hierboven) wordt ook de aanvangsdatum van deze wijziging ingevuld. · Einddatum Vul hier eventueel de datum in waarop de uitoefening van de functie of het mandaat beëindigd werd. · Vallen de normale werktijden samen met de werktijden in deel 1 ? Beantwoord deze vraag door een kruisje te plaatsen naast JA of NEEN. · RUBRIEK INKOMSTEN (zie verder: pagina 77)

Deel 5: FUNCTIES EN/OF MANDATEN UITGEOEFEND IN DE PRIVE SECTOR ·

JA/NEEN Wie geen functies of mandaten in de privé-sector uitoefent, kruist neen aan en hoeft in dit gedeelte verder niets in te vullen.

· Naam en Adres > Einddatum (Zie deel 4 voor instructies bij het invullen van de diverse rubrieken) · RUBRIEK INKOMSTEN (zie verder: pagina 77)


pagina –

75

Deel 6: PENSIOENEN ·

JA/NEEN Wie niet geniet van een pensioen, kruist neen aan en hoeft in dit gedeelte verder niets in te vullen.

·

Kolom “aard van het pensioen” (met uitzondering van het overlevingspensioen) Specificeer hier over welk soort pensioen het gaat. (vb. rustpensioen, brugpensioen, brugrustpensioen)

· Aanvangsdatum Vul hier de datum in waarop het pensioen voor het eerst betaald werd. · Einddatum Vul hier eventueel de einddatum in waarop de betaling van het pensioen werd stopgezet. · RUBRIEK INKOMSTEN (zie verder: pagina 77) Deel 7: ZELFSTANDIGE ACTIVITEITEN ·

JA/NEEN Wie geen inkomsten heeft uit activiteiten als zelfstandige, kruist neen aan en hoeft in dit gedeelte verder niets in te vullen.

·

Kolom “aard van de activiteit” Specificeer hier de aard van de zelfstandige activiteit.

· Aanvangsdatum Vul hier de datum in waarop met uitoefening van de zelfstandige activiteit gestart werd. · Einddatum Vul hier eventueel de datum in waarop de uitoefening van de zelfstandige activiteit beëindigd werd. · RUBRIEK INKOMSTEN ((zie verder: pagina 77) Deel 7: INKOMSTEN UIT HOOFDE VAN ANDERE BEZIGHEDEN ·

JA/NEEN Wie behalve de inkomsten uit deel 1 tot en met 6 geen andere inkomsten heeft, kruist neen aan en hoeft in dit gedeelte verder niets in te vullen.

·

Kolom “aard van de bezigheid” Specificeer hier de aard van de activiteit.

· Aanvangsdatum Vul hier de datum in waarop met uitoefening van de zelfstandige activiteit gestart werd. · Einddatum Vul hier eventueel de datum in waarop de uitoefening van de zelfstandige activiteit beëindigd werd.


pagina –

76

RUBRIEK INKOMSTEN ( PERS 12 )

· Beroepsinkomsten en beroepskosten Beroepsinkomsten Het betreft de beroepsinkomsten verworven tijdens het burgerlijk jaar voorafgaand aan het schooljaar gedurende hetwelk moet worden geoordeeld of de functie(s) vermeld in rubriek 1 al dan niet in hoofdambt moet(en) worden bezoldigd. De in te vullen beroepsinkomsten betreffen alleen de activiteiten, functies, mandaten of pensioenen vermeld in de rubrieken II tot VIII die werden aangegeven in de belastingaangifte of aangenomen in het aanslagbiljet inzake de personenbelasting en aanvullende belastingen vanwege het Ministerie van Financiën - Administratie der directe belastingen voor het hieronder bedoelde burgerlijk jaar. Indien je verschillende rubrieken (rubrieken II tot VIII) invult, moeten de inkomsten voor elke rubriek afzonderlijk worden opgegeven. Kruis hierbij aan of het gaat om gegevens uit de belastingaangifte of uit het aanslagbiljet. Beroepskosten Vul hier ofwel de werkelijke beroepskosten, ofwel de wettelijk forfaitaire beroepskosten in, die voorkomen op het aangifteformulier of het aanslagbiljet. De beroepskosten moeten per rubriek worden opgegeven. Alleen het proportioneel gedeelte dient te worden opgegeven in de beroepskosten van het burgerlijk jaar specifiek voor de in de rubriek vermelde activiteiten, functies of mandaten.

· M.b.t. het burgerlijk jaar Vul hier het burgerlijk jaar in waarop de opgegeven inkomsten betrekking hebben. · In de periode van … tot … Duid hier aan of de vermelde inkomsten werden verworven tijdens het volledige burgerlijk jaar, een beperkt aantal maanden van dit jaar of een deel van een maand. · De vermelde inkomsten/kosten zijn gesteund op de gegevens vermeld in: Kruis hierbij aan of het gaat om gegevens uit de belastingaangifte of uit het aanslagbiljet.


pagina –

77

schooladministratie


pagina –

78

SCHOOLADMINISTRATIE VAN BEROEPSPROFIEL NAAR LESVOORBEREIDING

Lineair

DOCUMENT 8 BEROEPS PROFIEL

OPLEIDINGS PROFIEL

Modulair

LEERPLAN

PLANNINGS DOCUMENT

LES VOOR BEREIDING

STRUCTUUR SCHEMA

Het beroepsprofiel Op enkele secundaire leergangen na, streven al onze opleidingen een duidelijke BEROEPSFINALITEIT na. Om een degelijke beroepsopleiding te garanderen, is het van belang dat de betrokken leerkrachten een zo duidelijk mogelijk beeld hebben van het beroep waartoe ze hun cursisten opleiden. Voor de meeste van onze opleidingen kan hiertoe op het secretariaat te Gent een BEROEPSPROFIEL geraadpleegd worden.

Het opleidingsprofiel Op basis van het beroepsprofiel werd voor veel opleidingen een opleidingsprofiel opgesteld. Hierin wordt omschreven aan welke kenmerken een opleiding die tot het beroep leidt, moet voldoen. Gezien binnen OSP hoofdzakelijk gewerkt wordt met opleidingen volgens “beperkt leerplan” zal hierbij duidelijk moeten worden nagegaan welke aspecten van het profiel via onderwijs dienen te worden nagestreefd en welke aspecten kunnen worden beschouwd als te verwerven “on the job”. Vaak wordt de term BASISCOMPETENTIES gebruikt!


pagina –

79

De lessentabel / Het structuurschema Bij het vorm geven aan een opleiding zal moeten worden nagedacht over de structuur (lineair of modulair), de keuze en benaming van de vakken of modules alsook hun duurtijd. Deze denkoefening vertaalt zich uiteindelijk in een officiële lessentabel (in het vakjargon “document 8” genaamd) voor lineaire opleidingen of in een structuurschema voor modulaire opleidingen.

·

Officiële lessentabel (document 8) Het document 8 bepaalt de duurtijd van de opleiding en per studiejaar de vakbenamingen en het aantal lestijden dat aan elk vak besteed zal worden. Om een lineaire opleiding te mogen inrichten, dient een onderwijsinstelling te beschikken over een door de Vlaamse overheid goedgekeurd document 8

·

Structuurschema In tegenstelling met lineaire opleidingen waar een opleiding op basis van een “document 8” , wordt georganiseerd, is het modulair onderwijs gebaseerd op een “structuurschema”. Het bevat een overzicht met de benamingen van de diverse modules waaruit de opleiding is samengesteld alsook de duurtijd van de diverse modules en het traject dat door een cursist gevolgd moet worden. Om een modulaire opleiding te mogen inrichten, dient een onderwijsinstelling te beschikken over een door de Vlaamse overheid goedgekeurd structuurschema. Voorbeeld: structuurschema “Meertalig secretariaat” (Economisch Hoger Onderwijs)


pagina –

80

Omdat de officiële door de overheid verstrekte structuurschema’s niet altijd even duidelijk zijn, werden de structuurschema’s door onze medewerkers in een gestileerde versie herwerkt. Voorbeeld van een gestileerd structuurschema (meertalig secretariaat)

Hoe de gestileerde structuurschema’s lezen? In een modulaire opleiding wordt de leerinhoud gespreid over een aantal (leer)eenheden. Dit in tegenstelling met de klassieke lineaire opleiding waar de inhoud verspreid wordt over leervakken, gegroepeerd in een of meerdere leerja(a)r(en). De eenheden kunnen los van elkaar gevolgd worden. Hierdoor kan de cursist zelf de studielast bepalen. De modulaire structuur laat de cursist ook toe zelf de volgorde waarin de eenheden worden afgelegd te bepalen. Bij het bepalen van de volgorde dient echter rekening te worden gehouden met eventuele instapvoorwaarden.


pagina –

81

In het structuurschema zijn de eenheden waaraan instapvoorwaarden verbonden zijn, licht gekleurd. Voor eenheden met witte achtergrond gelden geen specifieke instapvoorwaarden.

eenheid zonder specifieke instapvoorwaarden

eenheid met specifieke instapvoorwaarden

De instapvoorwaarden worden aangeduid door middel van pijlen. In bovenstaand voorbeeld kan een cursist enkel worden toegelaten tot de eenheid “eenvoudige dagmenu’s” na eerst de eenheid “basisvaardigheden koken” te hebben gevolgd. Aan één eenheid kunnen ook meerdere instapvoorwaarden verbonden zijn.

om “programmeren 4” te mogen volgen moeten eerst de eenheden “programmeren 3” en “analyse” worden gevolgd.

Om de cursisten te helpen bij het plannen van hun studietraject, werd voor sommige opleidingen een MODELTRAJECT opgesteld. Wij raden de cursisten aan om de eenheden in de opgegeven volgorde te volgen (zie hiervoor de grote cijfers op de achtergrond). Wie van dit traject afwijkt dient de instapvoorwaarden aandachtig te bekijken en na te leven!

Het leerplan Het leerplan is een verdere concretisering van het document 8 of het structuurschema. Het leerplan bevat voor elk vak van een lineaire opleiding of voor elke module van een modulaire opleiding een opgave van de belangrijkste doelstellingen die door de cursisten aan het eind van het betrokken leertraject bereikt moeten zijn. De doelstellingen vertalen de belangrijkste kennisinhouden, inzichten, vaardigheden en attitudes die iemand die het vak of de module succesvol wil afsluiten, noodzakelijkerwijze moet beheersen. Hierbij wordt meestal een onderscheid gemaakt tussen basisdoelstellingen en uitbreidingsdoelstellingen. De basisdoelstellingen (minimumdoelstellingen) kunnen beschouwd worden als het absolute basispakket en de uitbreidingsdoelstellingen (differentiële doelstellingen) als interessante extra’s die kunnen worden nagestreefd indien de omstandigheden het toelaten. Het leerplan is een belangrijk werkinstrument voor elke leerkracht. De keuze van de leerstof, het didactisch handelen, de vraagstelling tijdens het lesgebeuren etc. dienen immers steeds afgestemd te zijn op het nastreven van de in het leerplan opgesomde doelstellingen. Eerder dan een blok aan het been dat de leerkracht in een keurslijf probeert te stoppen dient het leerplan gezien te worden als een baken dat de richting bepaalt waar men de cursisten aan het eind van de opleiding naartoe wil brengen en een toetssteen om na te gaan of men hierbij succesvol bezig is.


pagina –

82

Het planningsdocument (jaarplan, semesterplan, …) Het planningsdocument biedt een overzicht van de leerplandoelstellingen realistisch verspreid over het aantal beschikbare lesmomenten. Kenmerken van een goed planningsdocument q

Een goed planningsdocument ordent de leerstof in leereenheden, verdeelt ze over de beschikbare tijd en voorziet naast leer- en oefenmomenten tevens evaluatiemomenten (toetsen, examens, …)

q

Een realistisch planningsdocument laat voldoende ruimte om onvoorziene omstandigheden op te vangen: hierbij wordt o.a. gedacht aan remediërend optreden, inspelen op de actualiteit, het wegvallen van een lesmoment, etc. Een planningsdocument mag dus nooit overladen zijn, het moet voldoende rustpunten bevatten.

q

Een planningsdocument is geen statisch document. Het is een persoonlijk werkinstrument dat in de loop van de opleiding verbeterd mag worden. U mag er dus dingen aan toevoegen of in schrappen. Bovendien is het handig om gedurende het schooljaar randopmerkingen te noteren die nuttig kunnen zijn om het jaar nadien een meer realistisch planningsdocument op te stellen.

De schriftelijke lesvoorbereiding Een lesvoorbereiding is een hulpmiddel om concrete lesdoelstellingen op een didactisch verantwoorde manier te bereiken met een bepaalde groep cursisten, tijdens een les of lessenreeks. Een lesvoorbereiding heeft steeds betrekking op een concrete leereenheid of les en bevat bondige indicaties omtrent volgende aspecten: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.

De beginsituatie van de leerlingen (vb. voorkennis) De leerplandoelstellingen De lesdoelstellingen De leerinhouden De didactische werkvormen Het gebruik van didactische hulpmiddelen (media) De evaluatie

Een lesvoorbereiding krijgt vorm in een schriftelijke neerslag. In tegenstelling tot de zeer uitgebreide lesvoorbereidingen die gedurende de opleiding werden geëist, dient in de dagdagelijkse praktijk veel minder aandacht te worden besteed aan het formele aspect van de lesvoorbereiding en moet te veel schrijfwerk vermeden worden. Vooral voor beginnende leerkrachten betekent de lesvoorbereiding een belangrijke houvast. Ons instituut beschikt over een specifiek formulier voor het noteren van de lesvoorbereidingen. Dit formulier kan gedownloaded worden via onze website www.avondschool.be


pagina –

83

DE VAKFICHE Om de cursist snel een overzicht te bieden van de door CVO-IVV de Avondschool ingerichte vakken / eenheden wordt voor elk vak binnen de lineaire structuur en voor elke eenheid binnen de modulaire structuur een VAKFICHE opgesteld. De vakfiche bevat beknopte doch heldere informatie over volgende items: · · · · · · ·

De doelstellingen De voorkennis die verondersteld wordt om te kunnen / mogen deelnemen De leerinhouden De onderwijsvorm Het studiemateriaal De wijze van beoordeling (evaluatie) De studiekost

Het is belangrijk dat de wijze van lesgeven zowel inhoudelijk als vormelijk in overeenstemming is met wat er op de vakfiches staat beschreven.

ZEKER DE RUBRIEK BEOORDELING DIENT STIPT TE WORDEN GEVOLGD. EEN ANDERE WIJZE VAN BEOORDELING HANTEREN DAN VERMELD OP DE VAKFICHE KAN ERNSTIGE GEVOLGEN HEBBEN BIJ EVENTUELE BETWISTING VAN DE EXAMENRESULTATEN DOOR DE CURSIST. Zo nodig zal de vakfiche moeten worden gewijzigd. Vakfiches kunnen enkel worden aangepast aan het begin van een opleiding en mits duidelijke communicatie naar de cursisten toe. Gedurende de opleiding kunnen geen ingrijpende wijzigingen (bijvoorbeeld met betrekking tot de wijze van beoordeling) worden doorgevoerd. Indien een vak voor het eerst door CVO-IVV de Avondschool wordt ingericht, kan aan de leraar worden gevraagd om zelf een vakfiche op te stellen. De leraar kan zich hierbij laten bijstaan door de opleidingscoördinator of de beleidsmedewerker pedagogisch-didactische ondersteuning.

HOE SNEL STRUCTUURSCHEMA’S, LEERPLANNEN, VAKFICHES, … TERUGVINDEN ? Alle informatie i.v.m. lessentabellen (document 8), structuurschema’s, leerplannen en vakfiches kan opgevraagd worden bij de beleidsmedewerker pedagogisch-didactische ondersteuning (KIM VANHAELEN). Veel informatie is echter rechtstreeks te raadplegen via de schoolwebsite onder de rubriek “opleidingen”. Rechtstreekse links: Structuurschema http://www.avondschool.be/opleidingen/structuurschemaindex.htm Leerplan http://www.avondschool.be/opleidingen/leerplannen.htm Vakfiches http://www.avondschool.be/vakfiches/vakfichesindex.htm


pagina –

84

DE PERSOONLIJKE ADMINISTRATIE VAN ELKE LERAAR CVO-IVV de Avondschool probeert de persoonlijke administratie van de leraren tot een minimum te beperken. Toch zijn er een aantal documenten die elke leraar steeds correct ingevuld bij zich moet hebben en op elk moment door de directie of inspectie opgevraagd kunnen worden. Op de volgende pagina’s kan men nalezen welke documenten een leraar steeds bij zich moet hebben en wat de belangrijkste procedures zijn die binnen CVO-IVV van toepassing zijn. Documenten die de leraar steeds beschikbaar moet hebben 1. 2. 3.

planningsdocument vorderingsplan (formulier “geziene leerstof”) aanwezigheidslijst

Overzicht van belangrijke procedures procedures voor personeelsleden 1. wat in geval van problemen met de infrastructuur .............................................. 87 2. hoe een planningsdocument indienen ............................................................... 88 3. hoe een vorderingsplan indienen ...................................................................... 89 4. hoe een aanwezigheidslijst indienen.................................................................. 90 5. hoe een les verplaatsen .................................................................................... 91 6. hoe een buitenactiviteit organiseren (extra muros activiteiten).............................. 92 7. hoe een vergoeding “woon-werk verkeer” aanvragen ........................................ 93 8. hoe een “fietsvergoeding” aanvragen................................................................ 94 9. wat te doen in geval ziekte ................................................................................ 95 10. wat te doen in geval van zwangerschap............................................................. 97 11. wat te doen bij een arbeidsongeval ................................................................... 97 12. wat te doen bij een staking in het onderwijs ....................................................... 99 13. wat te doen bij een staking van het openbaar vervoer ...................................... 100 procedures voor cursisten 1. hoe studieduurverkorting aanvragen ............................................................... 101 2. hoe overzetting en/of overdracht van punten aanvragen .................................. 104 3. hoe een inhaalexamen aanvragen .................................................................. 110 4. wat te doen in geval van een cursistenstage..................................................... 105

Gezien het grote belang en de complexiteit werd een apart hoofdstuk voorzien m.b.t. de te volgen procedures tijdens de examenperiode. Procedures tijdens de examenperiode 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.

de voorbereidende administratie ..................................................................... 108 het eigenlijke examen ..................................................................................... 109 het inhaalexamen........................................................................................... 110 de administratieve verwerking ......................................................................... 111 de deliberatievergadering ............................................................................... 112 het bekendmaken van de punten .................................................................... 113 het feedbackmoment ...................................................................................... 114 de tweede zittijd.............................................................................................. 116


pagina –

85

Belangrijke procedures


pagina –

86

PROCEDURES VOOR PERSONEELSLEDEN

Wat in geval van problemen met de infrastructuur

Problemen met lokalen en lokaalsleutels Ter bevordering van de veiligheid en om diefstal of vandalisme te vermijden dienen de meeste klaslokalen tussen de lessen afgesloten te worden. Elke leerkracht kan zo nodig via beleidsmedewerker personeelsadministratie of de campusverantwoordelijke een sleutel van zijn/haar leslokaal bekomen. Indien sleutels moeten worden bijgemaakt, kan dit enige tijd duren. In afwachting van een eigen sleutel(set) kan je de lokaalsleutels uitlenen via het cursistensecretariaat(*). Uitgeleende sleutels dienen onmiddellijk na de les te worden teruggebracht.


pagina –

87

Hoe een planningsdocument indienen Bij de aanvang van een opleiding dient elke (*) leerkracht voor elk vak (lineair onderwijs) en/of elke module (modulair onderwijs) een planningsdocument op te stellen. Bij het opstellen van het planningsdocument dient een STANDAARDDOCUMENT te worden gebruikt. Op het planningsdocument biedt de leraar een overzicht van hoe hij/zij de leerplandoelstellingen, realistisch verspreid over het aantal beschikbare lesmomenten zal bereiken. Op pagina 83 kan men de kenmerken van een goed planningsdocument terugvinden.

Procedure Stap 1: De leraren halen een blanco formulier af op het secretariaat of via de schoolwebsite Er worden verschillende sjablonen gebruikt: § § §

jaarplan voor vakken op jaarbasis semesterplan voor vakken op semesterbasis of korte opleidingen jaarplan voor taalopleidingen (niveau ASO)

Stap 2: Aan het begin van elke opleiding dienen de leraren een exemplaar van hun planningsdocument(en) binnen te brengen bij de beleidsmedewerker pedagogisch-didactische ondersteuning. Indien een zelfde vak op hetzelfde niveau door verschillende leerkrachten wordt onderwezen is het raadzaam dat bij het opstellen van de planningsdocumenten overleg wordt gepleegd tussen de betrokken collegae. Het is hierbij de bedoeling dat alle vakleerkrachten zoveel mogelijk dezelfde volgorde van leerinhouden en timing hanteren. Stap 3: Het planningsdocuement is één van de documenten die tijdens een eventueel inspectiebezoek opgevraagd kunnen worden. Het is dus belangrijk om tijdens een lesopdracht het planningsdocument steeds beschikbaar te hebben. Ook de directie kan het planningsdocument op elk moment opvragen. Dit zal altijd gebeuren wanneer een leerkracht voor een lange periode vervangen moet worden om de continuïteit van de opleiding te waarborgen en de vervangende leerkracht efficiënt over de vorderingen van de cursisten te kunnen inlichten. Stap 4: Uiteraard hoeft men het planningsdocument eenmaal opgesteld niet letter voor letter te volgen. Soms laat de situatie dat niet toe. Soms is het gewoonweg aangewezen om in te spelen op de actualiteit of om kleine wijzigingen aan te brengen. In zulke gevallen kan je best op het formulier aangeven in welke mate en waarom je van het planningsdocument afgeweken bent.

(*) Van beginnende leerkrachten of ervaren leerkrachten die een nieuw vak toegewezen kregen, kan aan het begin van hun nieuwe lesopdracht niet altijd gevraagd worden een volledige planning op te stellen. Hun planningsdocument zal groeien naarmate de leerkracht vertrouwd geraakt met het leerplan en de groep cursisten. Hetzelfde geldt voor leerkrachten die geconfronteerd worden met een nieuw handboek.


pagina –

88

Hoe een vorderingsplan indienen (formulier “geziene leerstof”) CVO-IVV de Avondschool vraagt niet om een schoolagenda bij te houden. De leraren dienen echter wel per vak/eenheid een vorderingsplan op te stellen. Het vorderingsplan biedt een beknopt, doch duidelijk overzicht van de leerstof die les na les behandeld werd. Bij het opstellen van het vorderingsplan dient het STANDAARDDOCUMENT “geziene leerstof” te worden gebruikt. Het vorderingsplan zal o.a. nuttig zijn om de examenleerstof aan de cursisten te kunnen meedelen, om de inspectie snel een overzicht van de behandelde leerstof ter beschikking te stellen en moet toelaten na te gaan of het planningsdocument voldoende werd gerespecteerd.

Procedure Stap 1: De leraren halen een blanco formulier af op het secretariaat of via de schoolwebsite Er worden 2 verschillende sjablonen gebruikt: § vorderingsplan voor vakken op jaarbasis § vorderingsplan voor vakken op semesterbasis of korte opleidingen Stap 2: De leraren noteren les na les de leerstof die behandeld werd op het formulier “geziene leerstof”. De leraren hebben het formulier “geziene leerstof” steeds beschikbaar voor directie of inspectie. Stap 3: De leraren brengen aan het eind van de opleiding of bij het beëindigen van hun lesopdracht de correct ingevulde documenten “geziene leerstof” binnen bij de beleidsmedewerker pedagogischdidactische ondersteuning.


pagina –

89

Hoe een aanwezigheidslijst indienen De aanwezigheidslijst is een belangrijk document binnen het schoolgebeuren en dient bij aanvang van elke les door de leerkracht nauwgezet te worden ingevuld.

Het belang van de aanwezigheidslijst q Instrument voor verificatie

Elk schooljaar krijgt de school tweemaal een verificateur op bezoek die per vak zal nagaan hoeveel cursisten daadwerkelijk de opleidingen volgen. De uiteindelijke telling gebeurt op basis van de door de leerkrachten ingevulde aanwezigheidslijsten. Het is hierbij nuttig te weten dat op basis van deze telling bepaald wordt hoeveel leerkrachten elke school het erop volgende schooljaar zal kunnen aanstellen. q Instrument bij het toekennen van educatief verlof

Met uitzondering van de opleidingen “bloemschikken”, “hotelbedrijf”, “kleding” en “voeding”, komen al de door CVO-IVV de Avondschool ingerichte opleidingen in aanmerking voor “betaald educatief verlof”. Om het recht op educatief verlof te behouden dient de cursist de opleiding met nauwgezette regelmaat te volgen. Het bewijs hiervan wordt geleverd doormiddel van een “ATTEST VAN NAUWGEZETHEID” dat door de secretariaatsmedewerkers opgesteld wordt op basis van de door de leerkracht ingevulde aanwezigheidslijsten. Het “attest van nauwgezetheid” moet door de cursist op welbepaalde tijdstippen aan de werkgever overhandigd worden, zoniet riskeert hij/zij het recht op educatief verlof te verliezen. q Controle op inschrijving cursisten

Aan de hand van de aanwezigheidslijsten kunnen de secretariaatsmedewerkers controleren of alle cursisten die de lessen bijwonen, correct ingeschreven zijn.

het is uitermate belangrijk dat de leraren aan het eind van elke maand de aanwezigheidslijsten stipt CORRECT INGEVULD op het secretariaat binnenbrengen

Procedure Stap 1:

Zodra de inschrijvingsformulieren in de database van de school zijn ingebracht, worden de aanwezigheidslijsten per campus door de campuscoördinator of een administratieve medewerker (Gent) afgedrukt.

Stap 2:

De leraren halen maandelijks PER CAMPUS hun aanwezigheidslijst(en) af op het cursistensecretariaat. Hierbij zal aan de leraar gevraagd worden een controlelijst af te tekenen.

Stap 3:

De leraren vullen aan het begin van elke les een aanwezigheidslijst in. Hierbij worden volgende codes gebruikt: Aanwezig Afwezig Verwittigd afwezig

X VA

kruisje blanco laten VA

Opgelet !! Gebruik de legende zoals vermeld onderaan de aanwezigheidslijsten NIET

Indien nodig dient de leraar de aanwezigheidslijst aan te vullen met de namen van cursisten die de les volgen doch niet op de lijst vermeld staan. Vermoedelijk betreft het cursisten die onjuist of nog niet ingeschreven zijn. DEZE CURSISTEN MOETEN DOOR DE LERAAR AANGESPOORD WORDEN OM ONMIDDELLIJK NAAR HET CURSISTENSECRETARIAAT TE GAAN !!!! Cursisten van wie de naam gevolgd wordt door een STERRETJE genieten van EDUCATIEF VERLOF Stap 4:

Op het eind van de maand na de laatste les brengen de leraren de aanwezigheidslijsten zo snel mogelijk binnen. In ruil ontvangen ze de lijsten voor de volgende maand.


pagina –

90

Hoe een les verplaatsen Algemene principes Binnen het onderwijs voor sociale promotie zijn talrijke leerkrachten actief die hun lesopdracht combineren met een voltijdse opdracht elders. Alhoewel de schooldirectie ervan uitgaat dat wie 2 of meer ambten combineert, duidelijk heeft nagekeken of de verschillende ambten combineerbaar zijn, kan het voorvallen dat zich een uitzonderlijke situatie voordoet waarbij men op 2 plaatsen tegelijk zou moeten zijn. Hierbij dient opgemerkt dat het uitoefenen van een onderwijstaak in bijambt, geenszins betekent dat de lesopdracht ondergeschikt mag worden gemaakt aan de in hoofdambt uitgeoefende taken! Wie een ambt als lesgever aanvaardt, gaat hierbij een BINDEND ENGAGEMENT aan en draagt volle verantwoordelijkheid voor zijn/haar cursisten. Voor een cursist maakt het niets uit of de lesgever in hoofd- of bijambt aangesteld is. Elke cursist heeft recht op de meest optimale begeleiding. Indien noodzakelijk, kan men gebruik maken van de mogelijkheid een les te verplaatsen. Hierbij wordt een lesmoment dat door uitzonderlijke omstandigheden niet kan doorgaan op het voorziene moment, op een ander tijdstip ingehaald.

De lesverplaatsing is een uitzonderingsmaatregel !!!!!!! Procedure Stap 1:

Haal het “FORMULIER AANVRAAG LESVERPLAATSING” af op het secretariaat of de schoolwebsite.

Stap 2:

Bespreek het voorstel tot lesverplaatsing met de cursisten. Het is hierbij belangrijk dat de meerderheid van de cursisten zich mondeling akkoord verklaart met het voorstel.

Stap 3:

Vul het “formulier aanvraag lesverplaatsing” in.

Stap 4:

Dien het “formulier aanvraag lesverplaatsing” in bij de beleidsmedewerker HRM (Gent) of de campuscoördinator (vestigingsplaatsen buiten Gent). Tijdstip van indienen: MINSTENS 14 DAGEN VOORAFGAAND AAN DE TE VERPLAATSEN LES

Stap 5:

Elk voorstel dient te worden goedgekeurd door de directeur of zijn afgevaardigde.

Stap 6:

Zodra het voorstel is goedgekeurd, wordt de lesverplaatsing door de beleidsmedewerker PR en communicatie gepubliceerd op de ad valvas pagina van de schoolwebsite.

Stap 7:

De goedgekeurde aanvragen worden door de beleidsmedewerker PR & communicatie op de schoolwebsite geplaatst. Zodra de lesverplaatsing op de website is gepubliceerd mag ze als officieel goedgekeurd worden beschouwd.

Stap 8:

De aanvrager wordt door de beleidsmedewerker HRM per mail geïnformeerd over van de beslissing

Voor wie een opdracht in het voltijds onderwijs combineert met een ambt in het volwassenenonderwijs Binnen het onderwijs genieten LESOPDRACHTEN steeds ABSOLUTE VOORRANG. Dit betekent dat lesopdrachten binnen het volwassenenonderwijs voor gaan op klassenraden, oudercontacten, en dergelijke, welke voortspruiten uit een opdracht binnen het voltijds onderwijs. Mogelijks zal de directie van het voltijds onderwijs een document vragen dat bewijst dat je als leerkracht verbonden bent aan een avondschool. Gelieve in geval van problemen hieromtrent steeds contact op te nemen met de beleidsmedewerker HRM van CVO-IVV de Avondschool.


pagina –

91

Hoe een buitenactiviteit organiseren (extra muros activiteiten) Een belangrijk onderdeel van elke opleiding vormen de “extra muros activiteiten” met cursisten. Voorbeelden: o o o o o

Bedrijfsbezoek Deelname aan lezing Bezoek aan een vakbeurs Praktijkoefening buiten de schoolterreinen Filmvoorstelling (taalopleidingen)

Procedure Stap 1:

Haal het “FORMULIER AANVRAAG BUITENACTIVITEIT” af op het secretariaat of de schoolwebsite.

Stap 2:

Vul het “formulier aanvraag buitenactiviteit” in.

Stap 3:

Dien het “formulier aanvraag buitenactiviteit” in bij de beleidsmedewerker HRM (Gent) of de campuscoördinator (vestigingsplaatsen buiten Gent).

Stap 4:

Elk voorstel dient te worden goedgekeurd door de directeur of zijn afgevaardigde.

Stap 5:

Zodra het voorstel is goedgekeurd, wordt de buitenactiviteit door de beleidsmedewerker PR en communicatie gepubliceerd op de ad valvas pagina van de schoolwebsite.

Stap 6:

De aanvrager wordt door de beleidsmedewerker HRM per mail geïnformeerd over van de beslissing

Schoolverzekering tijdens buitenactiviteiten Via de schoolverzekering zijn alle cursisten gedurende het ganse schooljaar verzekerd voor alle activiteiten die georganiseerd worden in het kader van hun opleiding. Ook voor schoolreizen gedurende de vakantieperiodes zijn de cursisten verzekerd. Indien de cursisten tijdens een uitstap vergezeld zijn van derden (partner, kinderen, vrienden, …) zijn deze derden niet verzekerd via de schoolverzekering. Indien derden aan een buitenactiviteit deelnemen, is het raadzaam de financieel coördinator van CVO-IVV de Avondschool in te lichten, zodat de school een bijkomende verzekering voor derden kan afsluiten. Het bedrag van deze BIJKOMENDE VERZEKERING VOOR DERDEN zal worden doorgerekend aan de cursisten.


pagina –

92

Hoe een “vergoeding woon-werkverkeer” aanvragen Algemene bepalingen ·

Vanaf 1 januari 2001 worden de vervoerskosten voor het openbaar vervoer naar en van het werk volledig ten laste genomen door de werkgever.

·

Het personeelslid dient bij voorkeur steeds het meest aangewezen openbaar vervoermiddel te gebruiken. De terugbetaling is beperkt tot de prijs van het goedkoopste vervoerbewijs beschikbaar bij dit gebruikte openbaar vervoermiddel.

·

Er dient – bij het afleggen van trajecten naar verschillende scholen van en naar het werk - gezocht te worden naar een zo voordelig mogelijke combinatie van vervoermiddel, respectievelijk vervoerbewijs.

·

Iedere wijziging moet binnen de maand worden meegedeeld.

·

Alle vervoerbewijzen voor openbaar vervoer worden terugbetaald. afstandsgrenzen van toepassing.

·

De terugbetaling van de kosten voor het openbaar vervoer naar en van het werk gebeurt door de werkgever op het einde van de maand volgend op de maand waarin de geldigheidsduur van het vervoerbewijs verstrijkt.

·

Wie in meer dan één onderwijsinstelling en/of centrum fungeert, kan de terugbetaling vorderen in één van de instellingen indien het woon-werktraject met één vervoerbewijs wordt afgelegd.

·

Indien het woon-werktraject naar de instellingen met verschillende vervoerbewijzen wordt afgelegd, dienen de vervoerskosten teruggevorderd te worden bij de respectievelijke instellingen/centra.

·

Deze uitbetaling gebeurt tegen afgifte van het vervoerbewijs uitgereikt door de maatschappijen die het gemeenschappelijk openbaar vervoer organiseren.

Er zijn geen minimum

Procedure Stap 1: Haal het “FORMULIER KOSTENNOTA–INSTELLINGEN” af op het secretariaat of via de schoolwebsite Stap 2: Vul het “formulier kostennota – instellingen”

§ Het woon-werkverkeer valt onder categorie 1 = TUSSENKOMST ABONNEMENT § Om controle door de overheid mogelijk te maken moeten volgende rubrieken ook zeker ingevuld worden: rijksregisternummer, geboortedatum en burgerlijke stand. § FOUTIEF OF ONVOLLEDIG INGEVULDE FORMULIEREN WORDEN NIET TERUGBETAALD Stap 3: Voeg de vervoersbewijzen toe aan het “formulier kostennota – instellingen” Stap 4: Breng het formulier samen met de vervoerbewijzen binnen op het secretariaat

TIJDSTIP VAN INDIENEN § TREINTICKETS en BUSABONNEMENTEN § KEYKAARTEN en TRAMKAARTEN

> >

5

binnen de dagen na vervaldag op het einde van elke maand

Stap 5: De financieel coördinator van CVO-IVV de Avondschool bezorgd alle documenetn aan de financiële cel van scholengroep 22 – Panta Rhei. Stap 6: Scholengroep 22 zorgt voor de uiteindelijke betaling (via storting op bankrekening)


pagina –

93

Hoe een “fietsvergoeding” aanvragen Algemene bepalingen Elk personeelslid heeft recht op een MAANDELIJKSE FIETSVERGOEDING voor de effectief gewerkte dagen waarop hij/zij de fiets gebruikt voor : · het volledige woon-werktraject; · een gedeelte van het woon-werktraject (vóór- of nadat een ander transportmiddel wordt gebruikt) Onder volledig woon-werktraject wordt verstaan: de verplaatsing met de fiets van de woonplaats of verblijfplaats tot aan de werkplaats, zonder dat een ander transportmiddel wordt gebruikt. Onder gedeelte van het woon-werktraject wordt verstaan : de verplaatsing met de fiets vanaf de woonplaats of verblijfplaats tot op een plaats van waaruit het openbaar vervoer of een ander transportmiddel (bv. bij carpooling) wordt gebruikt voor de verdere woon-werkverplaatsing, of de verplaatsing met de fiets vanaf een halte van het openbaar vervoer of de plaats waar een ander transportmiddel wordt verlaten, tot aan de werkplaats (vb. onderwijsinstelling).

De fietsvergoeding bedraagt 0,15 euro per kilometer. De fietsvergoeding wordt maandelijks uitbetaald en in se niet onderworpen aan enige vorm van fiscaliteit. De federale regelgeving inzake inkomstenbelasting is hier van toepassing.

Procedure De fietsvergoeding dient MAANDELIJKS te worden aangevraagd doormiddel van 2 formulieren. (Wie in meer dan één onderwijsinstelling en/of centrum fungeert, moet voor elk(e) instelling en/of centrum een afzonderlijke aanvraag indienen)

Stap 1: Haal de 2 aanvraagformulieren af op het secretariaat of via de schoolwebsite formulier 1

formulier 2

Kostennota – instellingen

Maandelijkse aanvraag van een fietsvergoeding voor woon-werkverkeer

Stap 2: Vul beide formulieren in Stap 3: Breng beide formulieren correct ingevuld en ondertekend binnen op het secretariaat Stap 4: De financieel coördinator van CVO-IVV de Avondschool bezorgd de formulieren aan de financiële cel van scholengroep 22 – Panta Rhei. Stap 5: Scholengroep 22 zorgt voor de uiteindelijke betaling (via storting op bankrekening)


pagina –

94

Wat te doen in geval van ziekte

VERWITTIG STEEDS DE HOOFDZETEL TE GENT:

09 / 243 87 99

Wees voorbereid: zorg dat je de nodige formulieren vooraf in huis hebt wie langer dan 1 dag ziek is, moet een dokter raadplegen de dokter dient 2 documenten in te vullen · een document “PERS 16” · een “MEDISCH ATTEST” Het is raadzaam om steeds een aantal blanco exemplaren van beide documenten thuis beschikbaar te hebben. Deze documenten zijn te bekomen bij de beleidsmedewerker personeelsadministratie.

Procedure Stap 1:

Verwittig de school · · · · ·

Verwittig de school ZO VROEG MOGELIJK zodat het secretariaat de cursisten kan afbellen. Probeer de school STEEDS TELEFONISCH te bereiken Bel steeds NAAR DE HOOFDZETEL te Gent = 09 / 243 87 99 Gebruik mail, fax, etc enkel indien het telefonisch niet lukte VERMELD STEEDS HOE LANG JE DENKT AFWEZIG TE ZULLEN ZIJN

wie slechts 1 dag ziek is moet geen dokter raadplegen en geen doktersbriefje binnen brengen Voor wie langer dan 1 dag ziek is (of langer dan de dokter eerst heeft voorgeschreven) Stap 2:

Stap 3:

Stap 4:

Raadpleeg een dokter en laat de dokter volgende documenten invullen PERS 16

Vak I dien je zelf in te vullen Vak II is voorbehouden aan de geneesheer

Medisch Attest

Vak I is voorbehouden aan de geneesheer Vak II en III dien je zelf in te vullen (vak II enkel in voorkomend geval)

Verstuur de door de dokter ingevulde documenten zo snel mogelijk PERS 16

Stuur het formulier “PERS 16” naar de hoofdzetel van de school CVO-IVV de Avondschool, Schoonmeersstraat 52, 9000 GENT

Medisch Attest

Stuur het “medisch attest” naar de “Geneeskundige Controle” GECOLI, Kunstlaan 20, 3500 HASSELT ( 011 / 301 258 )

Wie LANGER ZIEK is dan door de dokter opgegeven moet de volledige procedure hernemen.

OPGELET. Het niet volgen van de juiste procedure kan leiden tot ongewettigde afwezigheid. Wie meer dan 10 kalenderdagen onwettig afwezig is, kan conform de decreten rechtspositie ambtshalve en zonder opzegging worden ontslagen.


pagina –

95

De controlearts Om onrechtmatige afwezigheid onder het voorwendsel van ziekte te voorkomen en in geval van twijfel omtrent de oprechtheid van een ziektemelding kan het “controleorganisme GECOLI” een controle uitvoeren. Deze controle kan ofwel plaatsvinden op vraag van de directeur ofwel op vraag van het departement onderwijs ofwel op initiatief van het controleorganisme zelf. Daarnaast kan elk personeelslid via het departement onderwijs ook zelf een controleonderzoek aanvragen. Hiertoe dient men, zonder de tussenkomst van de directeur, de vraag te stellen aan het bevoegde werkstation. (Voor onze school is dat werkstation 46) Controleonderzoeken gebeuren in principe bij u thuis. Wie de woonplaats niet mag verlaten, hoort uiteraard thuis te zijn. Als men de woonplaats wel mag verlaten en de controlearts meldt zich tevergeefs aan, word men opgeroepen om zich bij de controlearts aan te bieden. De controlearts laat in dat geval een bericht na. Na het controleonderzoek zijn er drie mogelijkheden: q

De controlearts acht de afwezigheid wegens ziekte gerechtvaardigd.

q

De controlearts acht de afwezigheid wegens ziekte niet langer gerechtvaardigd en de behandelende arts gaat na overleg met dat oordeel akkoord.

q

De controlearts acht de afwezigheid wegens ziekte niet langer gerechtvaardigd en de behandelende arts gaat niet akkoord met dat oordeel.

In het eerste geval krijg je een afschrift van de beslissing van de controlearts en kan je afwezig blijven voor de duur van het door de behandelende arts voorgeschreven ziekteverlof. In het tweede geval word je binnen 24 uur na het overleg tussen beide artsen verwittigd en moet je de dienst hervatten op de eerstvolgende werkdag. In het derde geval wordt een scheidsrechter aangesteld en volgt een beroepsprocedure.

Beroepsprocedure Indien de behandelende arts de diagnose van de controlerende arts niet kan bijtreden, duiden beiden in gezamenlijk overleg uit een lijst van artsen voorgelegd door het controleorganisme, een scheidsrechter aan om de definitieve beslissing te nemen. De scheidsrechter doet binnen 24 uur een onderzoek en geeft je onmiddellijk een afschrift van zijn beslissing. Bevestigt de scheidsrechter het oordeel van de controlerende arts, dan moet je de eerstvolgende werkdag het werk hervatten. In het ander geval kan je afwezig blijven voor de duur van het door de behandelende arts toegestane ziekteverlof. Halftijdse prestaties Na een periode van afwezigheid wegens ziekte mag je de dienst met halftijdse prestaties hervatten. Stuur een attest van de behandelende arts naar het controleorganisme. Sancties Als je de vereiste attesten niet naar uw directeur of het controleorganisme stuurt; zich niet aan de controle van het controleorganisme onderwerpt of de dienst niet hervat als de controlearts of de scheidsrechter dat vraagt, kan je een tuchtstraf krijgen. Je bent dan onwettig afwezig en verliest uw wedde voor de duur van de afwezigheid. Als je meer dan 10 kalenderdagen onwettig afwezig bent wegens ziekte, ben je conform de decreten rechtspositie ambtshalve en zonder opzegging ontslagen.


pagina –

96

Wat te doen in geval van zwangerschap Voorafgaand aan het bevallingsverlof Stap 1:

Laat de dokter een attest invullen waarop de vermoedelijke dag van bevalling wordt vermeld.

Stap 2:

Bezorg het doktersattest aan de beleidsmedewerker HRM

Bij het ingaan van het bevallingsverlof Stap 3:

Verwittig de school

Stap 4:

Stuur een “PERS 16” naar de hoofdzetel van de school CVO-IVV de Avondschool, Schoonmeersstraat 52, 9000 GENT

Stap 5:

Stuur een “MEDISCH ATTEST” naar de “Geneeskundige Controle” GECOLI, Kunstlaan 20, 3500 HASSELT

Wat te doen bij een arbeidsongeval Begripsomschrijving Volgens artikel 2 van de wet wordt onder een arbeidsongeval verstaan het ongeval dat zich tijdens en door de uitoefening van het ambt heeft voorgedaan en dat een letsel veroorzaakt. Volgens het Hof van Cassatie is een arbeidsongeval een plotselinge gebeurtenis die een lichamelijk letsel teweegbrengt en waarvan de oorzaak of één der oorzaken buiten het organisme van de getroffene ligt. Bovendien moet het ongeval de werknemer tijdens en door het feit van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst (of het ambt) overkomen (Cass. 22 september 1976, R.W., 1978-79, 1487).

Aangifteprocedure De aangifte van een arbeidsongeval gebeurt via een reeks standaardformulieren. Elke aangifte van een arbeidsongeval bestaat uit 3 aangifteformulieren (Model A-B en C) aangevuld met een reeks verplichte bijlagen. De aangifteformulieren (zie verder) worden in tweevoud ingevuld en verstuurd naar het departement Onderwijs. Departement Onderwijs Afdeling Coördinatie Onderwijspersoneel (COP) Arbeidsongevallen Hendrik Consciencegebouw Koning Albert II-laan 15 1210 BRUSSEL Je hoeft geen aangifteformulieren te sturen naar de Administratieve Gezondheidsdienst (A.G.D.). Als het slachtoffer in verschillende scholen tewerkgesteld is, moet het ongeval maar éénmaal aangegeven worden, namelijk via de school waar het ongeval gebeurd is.


pagina –

97

De aangifteformulieren · Model A. · Model B. · Model C.

Aangifte van ongeval (In te vullen door het personeelslid) Doktersattest (In te vullen door een dokter) Inlichtingen te verstrekken door de hiërarchische chef van het slachtoffer Het invullen en opsturen van het formulier "Model A-B" ontslaat het slachtoffer niet van zijn verplichting om de directie te verwittigen dat zij/hij verhinderd is om te komen werken!

Het is aan te raden dat elk personeelslid over een exemplaar van het formulier "Model A-B" beschikt, zodat dit bij een ongeval onmiddellijk kan ingevuld worden. Het formulier kan ofwel thuis ofwel in de auto worden bewaard. Achteraan in deze bundel kan je één exemplaar van beide formulieren aantreffen.

De verplichte bijlagen Als onderstaande documenten niet bij de aangifte gevoegd worden, zullen ze door de dossierbeheerder van het arbeidsongeval opgevraagd worden.

· Een getuigenverklaring · Lessenrooster Indien op het ogenblik van het ongeval geen lessen- of werkrooster van toepassing is omdat het gaat om een activiteit “in opdracht”, dan moet een verklaring van de hiërarchische overste aangaande de gegeven opdracht bijgevoegd worden

· Reisweg Indien het ongeval gebeurd is op de weg van of naar het werk, moet er een reisweg bij de aangifte gevoegd worden. Deze reisweg kan een opsomming zijn van de gevolgde straten of een aanduiding van de gevolgde weg op een kaart. De verblijfplaats (woning), plaats van het ongeval en de werkplaats moeten duidelijk vermeld of aangeduid zijn. Het moet gaan om de reisweg die gevolgd werd op de dag van het ongeval.

· Arbeidsovereenkomst Als het slachtoffer aangeworven werd met een arbeidsovereenkomst, moet een kopie daarvan bij de aangifte gevoegd worden. Het gaat hier om de arbeidsovereenkomst geldig op de datum van het arbeidsongeval.

· Verbintenisverklaring Indien een derde aansprakelijk gesteld kan worden voor het ongeval en bij objectieve aansprakelijkheid, dient het slachtoffer het formulier "Verbintenisverklaring" in te vullen. Als het slachtoffer niet in staat is om te schrijven, mag het formulier ook ingevuld worden door de echtgeno(o)t(e) of een rechthebbende. Dit formulier wordt in tweevoud opgemaakt, een exemplaar is bestemd voor de Afdeling COP - Arbeidsongevallen, het andere dient het slachtoffer bij te houden. Bovendien moet het slachtoffer ook iedere uitnodiging tot minnelijke medische expertise uitgaande van de verzekeringsmaatschappij van de tegenpartij en de eventuele besluiten ervan zo snel mogelijk aan de dossierbeheerder van het arbeidsongeval toezenden.

Tijdstip van indienen Elk arbeidsongeval of ongeval op de weg van of naar het werk moet zo snel mogelijk (binnen 48 uur) aangegeven worden bij het departement Onderwijs. Banale ongevallen: Bij banale ongevallen is het aan te bevelen te wachten met de aangifte. Met een banaal ongeval wordt bedoeld een ongeval waarbij: er geen doktershulp nodig is, het letsel kan verzorgd worden met de middelen uit de EHBO-kist, er ook geen arbeidsongeschiktheid is. Op de dag dat het feit zich voordoet, wordt het formulier "Model A" ingevuld en de getuigenverklaring(en). Het formulier "Model B" wordt pas ingevuld als er een dokter moet geraadpleegd worden, als bijvoorbeeld het letsel niet geneest of verergert. Pas na het invullen van het formulier "Model B" door de dokter wordt de volledige ongevalaangifte gestuurd naar het departement Onderwijs. Laattijdige aangifte: Een laattijdige aangifte heeft niet noodzakelijk een niet- erkenning van het ongeval als arbeidsongeval tot gevolg. De uiterste datum voor de aangifte van een arbeidsongeval is 3 jaar na de feiten. Het slachtoffer moet wel nog het bewijs kunnen leveren van een plotselinge gebeurtenis, van een letsel en dat het ongeval overkomen is tijdens de uitvoering van het ambt of op de normale arbeidsweg.


pagina –

98

Wat te doen in geval van staking in het onderwijs Standpunt van de schooldirectie i.v.m. stakingen De schooldirectie eerbiedigt het recht op staking. Gezien onze speciale band met de cursisten (klanten), dienen wij ons in geval van staking echter zo KLANTVRIENDELIJK mogelijk op te stellen en te proberen de eventuele hinder voor onze cursisten zo minimaal mogelijk te houden. Dit houdt concreet in dat elke leerkracht die aan een stakingsactie wenst deel te nemen zijn/haar cursisten hiervan voldoende tijd op voorhand duidelijk op de hoogte stelt.

Procedure Elke staking dient administratief verwerkt te worden aan de hand van een aantal formulieren: formulier A formulier B formulier PERS 3 (begin/eind dienstonderbreking) Stap 1:

De leraren informeren de cursisten op voorhand of ze al dan niet aan de staking deelnemen

Stap 2 :

Alle personeelsleden dienen op het secretariaat een formulier te ondertekenen STAKERS ondertekenen een “formulier PERS 3” IEDEREEN DIE NIET AAN DE STAKING DEEL NEEMT ondertekent een “formulier A” Dienen formulier A te ondertekenen: · wie tijdens een stakingsdag de normale dienst verzekerde · wie tijdens een stakingsperiode afwezig was wegens geen dienst · wie tijdens een stakingsperiode afwezig was wegens een andere reden dan de staking

Stap 3:

De “formulieren A” worden door de beleidsmedewerker personeelsadministratie op school bewaard

Stap 4:

Voor elk personeelslid dat aan de staking deelnam, stuurt de beleidsmedewerker personeelsadministratie UITERLIJK DE TWEEDE VOLLEDIGE SCHOOLDAG NA HET EINDE VAN DE STAKING een formulier PERS 3 naar het werkstation.

Samengevat · Stakers

PERS 3

naar werkstation

· Niet stakers

formulier A

bewaren op school

· Personeelsleden zonder opdracht op stakingsdag · Personeelsleden afwezig op stakingsdag om andere reden dan staking


pagina –

99

Hoe formulier “pers 3” invullen Dit document wordt opgesteld door de beleidsmedewerker personeelsadministratie. Het stakende personeelslid dient het document enkel te ondertekenen. Op het PERS 3-document worden o.a. volgende gegevens ingevuld: ALGEMENE RUBRIEK · · ·

Datum Begin Dienstonderbreking (eerste stakingsdag) Datum Einde Dienstonderbreking (laatste stakingsdag) Aantal verantwoordingsstukken (in geval van onderbreking wegens staking dient geen stavingdocument te worden ingediend)

RUBRIEK: DIENSTONDERBREKING ·

Gebeurtenis: Onder “gebeurtenis” wordt met een kruisje de aard van de dienstonderbreking aangeduid. In geval van stakingen van 1 uur of ½ dag dient geen vakje te worden aangekruist.

·

Reden: Hier wordt duidelijk vermeld dat het gaat om een afwezigheid WEGENS STAKING Tevens wordt de DUUR VAN DE STAKING vermeld (vb. 1 uur, ½ dag, 1 dag, aantal dagen)

RUBRIEK: OPMERKING Ook hier dient nogmaals te worden vermeld dat het gaat om een afwezigheid wegens staking.

Wat te doen bij staking van het openbaar vervoer? Bij staking van het openbaar vervoer kunnen sommige personeelsleden in de onmogelijkheid zijn om de school te bereiken. In dit geval moeten de betrokken personeelsleden aan de directie een VERKLARING OP EER overhandigen waarin duidelijk wordt vermeld:

· dat de afwezigheid onvrijwillig was · dat de afwezigheid het gevolg was van een staking van het openbaar vervoer waarvan zij NORMAAL en REGELMATIG gebruik maken om zich naar hun werk te begeven


pagina –

100

PROCEDURES VOOR CURSISTEN Hoe studieduurverkorting aanvragen (vrijstellingen)

Wat geeft recht op studieduurverkorting Men kan het recht op studieduurverkorting bekomen op basis van eerder verworven kwalificaties (EVK) of eerder verworven competenties (EVC). EVK’s Eerder verworven kwalificaties worden bekrachtigd op basis van een opleiding waarvan het niveau, de omvang en de inhoud in voldoende mate overeenstemt met het vak / de module waarvoor een vrijstelling wordt aangevraagd. EVC’s Eerder verworven competenties zijn reële en individuele capaciteiten om kennis, vaardigheden en attitudes in het handelen aan te wenden. Zo kan bijvoorbeeld relevante beroepservaring ingebracht worden om een vrijstelling aan te vragen.

Richtlijnen i.v.m. het al dan niet toekennen van een vrijstelling Verleen uitsluitend vrijstelling als aan volgende criteria is voldaan: q

De cursist beschikt over een eenduidig bewijs (diploma of puntenlijst), waaruit blijkt dat hij/zij geslaagd is voor het vak waarop de vrijstelling is gebaseerd

q

Het eerder gevolgde vak dient te voldoen aan volgende eisen: · · ·

dezelfde naam dragen als het vak waarvoor men de vrijstelling aanvraagt (of een naam waaruit ontegensprekelijk kan worden afgeleid dat het om dezelfde inhouden gaat) gevolgd zijn op hetzelfde niveau (vb. hoger onderwijs) minimaal gedurende hetzelfde aantal uren gevolgd zijn

Als niet aan al de bovenstaande voorwaarden is voldaan, maar het vermoeden bestaat dat de cursist reeds het grootste deel van de leerstof beheerst, kan de leraar in overleg met de cursist een individuele regeling uitwerken waarbij aan de cursist een vervangende opdracht (taak) wordt gegeven in ruil voor een gedeeltelijke of volledige vrijstelling om de lessen bij te wonen. De vervangende taak dient beschouwd te worden als een examen. Een cursist kan bijgevolg ook voor een taak een tekort behalen. Eventuele taken dienen door de leerkracht aan het eind de examenperiode samen met de examenkopijen te worden ingediend.

Infobrochure Voor de cursisten is werd een handige folder opgesteld met alle relevante informatie m.b.t. het aanvragen van vrijstellingen. Voor meer informatie omtrent EVK of EVC of de aanvraagprocedure kan men steeds terecht bij de dienst studietrajectbegeleiding.


pagina –

101

Procedure Met uitzondering van de G.P.B.-opleiding (zie specifieke bepalingen) moet elke cursist die vrijstelling wenst te bekomen, daartoe een officieel aanvraagformulier invullen. Stap 1:

De cursist haalt een aanvraagformulier af op het cursistensecretariaat.

Stap 2:

De cursist noteert op het formulier DE OFFICIËLE BENAMING van alle vakken waarvan hij/zij meent aanspraak te maken op een vrijstelling. O P G E L E T !!! Binnen het modulair onderwijs kunnen enkel vrijstellingen worden toegekend voor de VOLLEDIGE MODULE. Indien een module werd opgesplitst in deelmodules, kan men geen vrijstelling bekomen voor onderdelen van een module.

Stap 3:

De cursist legt het aanvraagformulier voor aan de opleidingscoördinator samen met alle noodzakelijke STAVINGSDOCUMENTEN (zie hier stap 4)

Stap 4:

De opleidingscoördinator noteert een advies aan de directie op het aanvraagformulier en bekrachtigt dit advies met een handtekening. · Bij het vormen van een advies heeft de opleidingscoördinator het recht om bij de cursist volgende stavingdocumenten op te vragen: q puntenlijst /rapport q diploma /certificaat /getuigschrift / studieattest q officiële lessentabel (document 8) of structuurschema van de opleiding · Een vrijstelling kan geweigerd worden wanneer het studieattest /de puntenlijst ouder is dan 5 schooljaren. · De cursist kan desgewenst ook bijkomende bewijsstukken voorleggen (bv. cursusmateriaal). · Zo nodig kan de opleidingscoördinator zich laten assisteren door de vakleerkracht. · Elke aanvraag wordt ofwel POSITIEF ofwel NEGATIEF geadviseerd.

Stap 5:

De cursist brengt het door de opleidingscoördinator ondertekende formulier wordt binnen op het cursistensecretariaat t.a.v. de dienst studietrajectbegeleiding. Elk aanvraagformulier dient vergezeld te zijn van een KOPIE VAN DE STAVINGDOCUMENTEN (diploma, puntenlijst, …). DEADLINES AANVRAAG VRIJSTELLING !!! Bij het bepalen van de deadlines wordt een onderscheid gemaakt tussen het lineair en het modulair georganiseerd onderwijs. Lineair onderwijs ALLE vrijstellingen moeten UITERLIJK 30 OKTOBER binnengebracht worden op het cursistensecretariaat ZELFS INDIEN HET VAK WAARVOOR MEN VRIJSTELLING AANVRAAGT PAS INGERICHT WORDT IN HET TWEEDE SEMESTER Cursisten die na 30 oktober inschrijven, hebben tot 14 dagen na datum van inschrijving de tijd om hun aanvraag op het cursistensecretariaat in te dienen. Modulair onderwijs Bij modulaire opleidingen kunnen vrijstellingen enkel aangevraagd worden in het semester dat de eenheid aangeboden wordt. Eerste semester: Alle aanvragen m.b.t. het EERSTE SEMESTER moeten UITERLIJK 30 SEPTEMBER op het secretariaat binnengebracht worden. Cursisten die na 30 september inschrijven, hebben tot 14 dagen na datum van inschrijving de tijd om hun aanvraag op het cursistensecretariaat in te dienen.


pagina –

102

Tweede semester: Alle aanvragen m.b.t. het TWEEDE SEMESTER moeten UITERLIJK 30 MAART op het secretariaat binnengebracht worden. Cursisten die na 30 maart inschrijven, hebben tot 14 dagen na datum van inschrijving de tijd om hun aanvraag op het cursistensecretariaat in te dienen. OPGELET !!! Onvolledige en laattijdig ingediende dossiers worden niet behandeld. Stap 6:

De ingevulde aanvraagformulieren worden door de dienst studietrajectbegeleiding gebundeld en overgemaakt aan de directeur van het instituut.

Stap 7:

De directeur keurt de vrijstellingen definitief goed of af. Enkel vrijstellingen die door de directeur werden goedgekeurd zijn definitief verworven.

Stap 8:

De beslissing van de directeur wordt (zo snel mogelijk) “ad valvas” uitgehangen.

Stap 9:

Alle cursisten van wie één of meerdere vrijstellingen werd(en) goedgekeurd ontvangen een bewijsdocument. Via een mededeling “ad valvas” worden de cursisten uitgenodigd het bewijs document op het cursistensecretariaat te komen ophalen. Er worden geen documenten toegestuurd!

Stap10: Terugbetaling inschrijvingsgeld: Voor vakken waarvoor een cursist is vrijgesteld dient geen inschrijvingsgeld te worden betaald en zal het eventueel reeds betaalde inschrijvingsgeld in de loop van het schooljaar aan de cursist terug gestort worden. Cursisten die betaalden via opleidingscheques hebben geen recht op terugstortingen.

Specifieke bepalingen G.P.B.-opleiding Binnen de G.P.B.-opleiding worden bepaalde vrijstellingen rechtsreeks toegekend op basis van de vooropleiding. Op het cursistensecretariaat is een lijst beschikbaar waarop vermeld staat welke vrijstellingen automatisch (zonder aanvraagformulier) worden toegewezen worden. Indien een cursist meent toch recht te hebben op een of meer andere vrijstellingen dient de gewone procedure te worden gevolgd. Bissers Cursisten die hun jaar hernemen (bissen), verkrijgen AUTOMATISCHE OVERZETTING van punten voor alle vakken waarvoor zij minstens 50% behaalden. Een cursist kan deze overzetting schriftelijk weigeren. De weigering moet ten laatste 30 dagen na het feedbackmoment gebeuren.

Klachtenprocedure Stap 1:

Cursisten die het niet toekennen van een vrijstelling willen betwisten, kunnen bij de ombudsdienst een klacht indienen.

Stap 2:

De ombudsdienst zal de grond van de klacht nakijken en advies uitbrengen aan de directie.

Stap 3:

De directie neemt de definitieve eindbeslissing.

Stap 4:

Deze wordt schriftelijk meegedeeld aan de betrokken cursist.


pagina –

103

Hoe overdracht en/of overzetting van punten aanvragen

Begripsomschrijving Overdracht van punten Met overdracht van punten wordt het behoud van punten van de eerste zittijd naar een eventuele tweede zittijd bedoeld. Een examencijfer van 50% of meer, behaald in de eerste zittijd, wordt automatisch overgedragen naar de tweede zittijd, zonder bijkomende voorwaarden. Overzetting van punten Met overzetting van punten wordt het behoud van punten bij het hernemen van een jaar (bisjaar) bedoeld. Overzetting van punten naar het volgende jaar vereist een uitslag voor het betrokken opleidingsonderdeel van minstens 50%, zonder bijkomende voorwaarden. De overzetting van examenpunten vereist niet dat aan alle examens is deelgenomen en blijft GELDIG GEDURENDE DRIE OPEENVOLGENDE SCHOOLJAREN.

TWEEDE ZITTIJD = overdracht automatisch vanaf 50/100 64 /100

BISJAAR = overzetting automatisch vanaf 50/100

Algemene bepalingen ·

Overdragen en/of overzetten van punten GEBEURT AUTOMATISCH en moet niet worden aangevraagd. §

Binnen de modulaire structuur wordt een opleidingsonderdeel als verworven beschouwd mits het behalen van een examencijfer van 50% of meer.

§

Binnen de lineaire structuur worden de examenresultaten van alle opleidingsonderdelen (vakken) waarvoor een examencijfer van 50% of meer werd behaald automatisch overgedragen naar de tweede zittijd (en/of overgezet naar een eventueel bisjaar).

·

Cursisten die tijdens de tweede zittijd toch examen wensen af te leggen in de hoop een hoger cijfer te behalen moeten SCHRIFTELIJK hun zittijdoverdracht weigeren door middel van dit formulier.

·

De weigering van de zittijdoverdracht is ONOMKEERBAAR en betekent dat voor dit opleidingsonderdeel de punten vervallen en opnieuw examen dient afgelegd te worden.

Procedure om automatische zittijdoverdracht te weigeren Elke cursist heeft het recht om per opleidingsonderdeel de automatische overdracht en/of overzetting van examencijfers niet te aanvaarden. Dit dient schriftelijk te worden gemeld uiterlijk 30 dagen na het feedbackmoment, via een speciaal daartoe bestemd formulier dat op het cursistensecretariaat kan worden afgehaald of gedownloaded via de schoolwebsite. Stap 1: De cursist haalt het formulier “weigering zittijdoverdracht” af op het secretariaat of via de website. Stap 2: Op het formulier noteert de cursist de vakken waarvoor hij/zij de automatische zittijdoverdracht weigert Stap 2: De cursist heeft tot UITERLIJK 30 DAGEN NA HET FEEDBACKMOMENT VAN DE BETROKKEN EERSTE ZITTIJD de tijd om het formulier correct ingevuld en ondertekend binnen te brengen. De formulieren kunnen afgegeven worden op het cursistensecretariaat of verstuurd naar CVO-IVV de Avondschool, schoonmeersstraat 52, 9000 Gent


pagina –

104

Wat te doen in geval van een cursistenstage In geval een cursist voor een opleiding een stage dient te lopen wordt aan de stagiair door CVO-IVV de Avondschool een stagebegeleider toegewezen. Voor elke stage wordt tussen alle betrokken partijen een STAGEOVEREENKOMST afgesloten. CVO-IVV de Avondschool beschikt hiertoe over een standaarddocument. Tijdens hun stage zijn de cursisten via de schoolpolis verzekerd.

De stageovereenkomst bevat volgende clausules: Artikel 1: Opzet en stageperiode §1

De stageverlener aanvaardt de stagiair om bij hem/haar een stage te laten lopen in het kader van zijn/haar studieprogramma. De stagiair volbrengt deze stage als cursist van CVO-IVV de Avondschool en kan in geen enkel opzicht als werknemer in dienstverband van de stagegever worden beschouwd.

§2 De stage loopt van

tot

Artikel 2: Stagevergoeding

Tussen de stageverlener en de stagiair bestaat er geen arbeidsovereenkomst. De stagiair ontvangt geen bezoldiging of vergoeding voor de opdrachten verricht in het kader van de stage. De stageverlener kan evenwel onkosten aan de stagiair terugbetalen voor zover de onkosten kunnen worden bewezen en zonder dat de stageverlener daartoe enige verplichting heeft. Artikel 3: Verzekeringen §1

Gedurende de uitvoering van deze stageovereenkomst is de stagiair verzekerd door CVO-IVV de Avondschool als volgt:

· tegen persoonlijke lichamelijke ongevallen zowel tijdens de stage als op de weg van en naar de stageplaats, volgens de waarborgen voorzien door de polis 45.108.191 onderschreven bij Ethias verzekeringen. · in burgerlijke aansprakelijkheid tijdens de stageactiviteiten volgens polis 45.108.191 onderschreven bij Ethias verzekeringen. §2 Elk ongeval dient onmiddellijk gemeld te worden aan CVO-IVV de Avondschool, Schoonmeersstraat 52, 9000 Gent. Artikel 4: Verplichtingen van de stagiair §1

De stagiair aanvaardt zich te gedragen naar de bepalingen van het arbeidsreglement en naar de bepalingen inzake veiligheid, hygiëne en inwendige orde van de stage-instelling.

· De bedoelde voorschriften zullen voor de aanvang van de stage aan de stagiair worden bekendgemaakt.

· De stage-instelling zal verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van de wetgeving op het vlak van de veiligheid, gezondheid en welzijn ten aanzien van de student en de nodige beschermingsmiddelen verschaffen, voorgeschreven door het ARAB.

§2 De stagiair verplicht zich ertoe zorgvuldigheid in acht te nemen voor alle zaken en materialen die de stageverlener hem in het kader van de stage ter beschikking stelt of toevertrouwt. §3 De stagiair verbindt er zich toe geen persoonlijke, vertrouwelijke noch geheime informatie waarvan hij in de uitoefening van zijn/haar stage kennis heeft genomen, bekend te maken, en dit zowel gedurende de uitvoering van de stage als na het beëindigen ervan. §4 De stageair aanvaardt dat de stageverlener of CVO-IVV de Avondschool een einde maakt aan de overeenkomst in geval van wangedrag, slechte wil, opzettelijke overtreding van bepalingen van deze overeenkomst. In drie exemplaren opgemaakt te Gent op

waarvan elke partij verklaart een afschrift te hebben ontvangen

CVO-IVV de Avondschool

De stageverlener

De stagiair

Opmerking: voor de GPB-opleiding bestaat een aangepaste versie.


pagina –

105

de examenperiode


pagina –

106

DE EXAMENPERIODE ALGEMENE REGELS ·

De wijze waarop geëvalueerd wordt in welke mate de cursisten de leerplandoelstellingen hebben bereikt, bepaalt elke leraar zelf IN OVERLEG MET DE OPLEIDINGSCOÖRDINATOR.

·

De wijze van evalueren dient tijdig en correct te worden meegedeeld aan de cursisten.

·

De wijze van evalueren dient vermeld te worden op de vakfiche

DE OFFICIËLE EXAMENPERIODES Gedurende het schooljaar worden twee officiële examenperiodes ingericht. · ·

eerste officiële examenperiode: tweede officiële examenperiode:

eind januari eind juni

Daarnaast bepaalt elke leraar zelf wanneer er tussentijdse toetsen (dagelijks werk / permanente evaluatie) worden georganiseerd.

Elke examenperiode kent een vast verloop: Stap 1:

opstellen van het examenrooster

Stap 2:

controleren van het examenrooster

Stap 3:

bekendmaken van het examenrooster

Stap 4:

opstellen van examenvragen en verbetersleutel

Stap 5:

inleveren van examenvragen en verbetersleutel

Stap 6:

het eigenlijke examen

Stap 7:

aanvragen van een inhaalexamen

Stap 8:

het inhaalexamen

Stap 9:

de verbetering van het examen

Stap 10:

het inleveren van de punten

Stap 11:

voorbereiding deliberatievergadering

Stap 12:

de deliberatievergadering

Stap 13:

het bekendmaken van de punten

Stap 14:

het feedbackmoment

Stap 15:

het opsturen van rapporten

Het betwisten van de examenresultaten De tweede zittijd


pagina –

107

Examenperiode: de voorbereidende administratie Opstellen en controle van het examenrooster Stap 1: Voorafgaand aan elke examenperiode wordt door de beleidsmedewerker HRM aan de opleidingscoördinatoren gevraagd om in overleg met de leraren een voorlopig examenrooster op te stellen. Stap 2: De voorlopige roosters worden door de beleidsmedewerker HRM verzameld. Stap 3: Via een dienstnota worden de leraren door de beleidsmedewerker HRM uitgenodigd om het voorlopige examenrooster in te zien en eventuele opmerkingen te noteren.

Bekendmaken van het examenrooster Stap 4: Het definitieve examenrooster wordt “ad valvas” en via de schoolwebsite bekend gemaakt aan de cursisten. Stap 5: De leraren worden door de beleidsmedewerker HRM uitgenodigd om hun persoonlijk examenrooster te komen afhalen. Aan de leraren zal worden gevraagd een lijst voor ontvangst te ondertekenen.

Opstellen en binnenbrengen van de examenvragen + verbetersleutels Stap 6: Elke leerkracht dient voorafgaand aan elke examenperiode van elk examen één exemplaar van de vragen + de prototype-antwoorden en de verbetersleutel aan de school te bezorgen. q

Afgeven aan

Beleidsmedewerker pedagogisch didactische aangelegenheden (Gent) of de campuscoördinator

q

Deadline

14 dagen voorafgaand aan de dag van het examen

q

Vormvereisten

Onder gesloten briefomslag PER VAK DIENT EEN AFZONDERLIJKE OMSLAG TE WORDEN GEBRUIKT Te vermelden op de voorzijde van de omslag: · titel: EXAMENVRAGEN SCHOOLJAAR …. - …. · naam van de leraar · naam van de afdeling + jaar (indien lineair) · officiële benaming van het vak / de module Elke omslag bevat minstens volgende items: · een blanco exemplaar van de definitieve versie van het examen (dit exemplaar zal ingeval de leraar de dag van het examen niet of niet tijdig aanwezig kan zijn, gebruikt worden om te kopiëren en aan de cursisten uit te delen. Gelieve op dit exemplaar dus geen notities te maken)

· blad met prototype-antwoorden (de prototype-antwoorden zullen o.a. door de ombudsdienst gebruikt worden als stavingdocument, in geval cursisten de examenuitslagen aanvechten)

· correctiesleutel met puntenverdeling (per vraag moet het maximaal aantal punten dat met die vraag kan worden verdiend duidelijk vermeld zijn)


pagina –

108

Examenperiode: het eigenlijke examen Stap 1: Wees voorbereid EXAMENKOPIJEN

Elke leraar dient voorafgaand aan het eigenlijke examen ZELF in te staan voor het vermenigvuldigen van het aantal examenkopijen.

EXAMENPAPIER

Voor het beantwoorden van de examenvragen mogen de cursisten enkel gebruik maken van door de leraar uitgereikte voorgedrukte examenbladen of het officieel examenpapier met hoofding van de school. DE CURSISTEN KUNNEN EXAMENPAPIER AANKOPEN OP HET SECRETARIAAT

Stap 2: Het eigenlijke examen WEES STIPT !!!

Gezien het belang van de examens voor de cursist, is het cruciaal dat de leraren voldoende tijd voorafgaand aan het tijdstip van het eigenlijke examen op school aanwezig zijn. Dit op onnodige stress of wrevel bij de cursisten te voorkomen.

LAAT DE CURSISTEN BIJ AFGIFTE VAN HUN EXAMENFORMULIER EEN AANWEZIGHEIDSLIJST AFTEKENEN !

IN GEVAL EEN MONDELING EXAMEN Stel een SHRIFTELIJK PROTOCOL samen waarbij per cursist de gestelde vragen worden genoteerd

Hoe te reageren op fraude Wanneer een toezichthouder fraude of bedrog vaststelt tijdens een examen dient de toezichthouder een verslag op te maken en dit samen met het bewijsmateriaal aan de directie te overhandigen. Nadien wordt de vermoedelijke fraudeur in aanwezigheid van de toezichthouder gehoord door de directeur of zijn afgevaardigde. De uiteindelijke sanctie zal worden bepaald door de examencommissie.

TREED ONMIDDELLIJK OP - ACHTERAF BEWIJZEN VERZAMELEN IS ZEER MOEILIJK Stap 1:

De toezichthouder verzamelt het BEWIJSMATERIAAL Wat bij gebrek aan bewijsmateriaal ? Bij fraude of poging tot fraude waarbij geen materieel bewijs werd gevonden, dient men uiterst voorzichtig te zijn omdat in geval van betwisting door de cursist het zeer moeilijk zal zijn de betwisting te weerleggen. Identieke examenantwoorden van twee cursisten die naast elkaar zaten zijn geen bewijs van fraude. Meestal zal de discussie enkel gaan over wie van wie heeft afgeschreven.

· maak luidop een opmerking, zodat de ganse groep gewaarschuwd is · verplaats zo nodig de vermeende fraudeur op een plaats waar frauderen niet meer mogelijk is · duidt eventueel een getuige aan Stap 2:

De toezichthouder stelt een VERSLAG op

Stap 3: Stap 4:

Dien het verslag samen met het bewijsmateriaal en een eventueel schriftelijk getuigenverslag in bij de directeur De vermeende fraudeur wordt samen met de toezichthouder GEHOORD DOOR DE DIRECTEUR

Stap 5: Stap 6:

De EXAMENCOMMISSIE BEPAALT DE SANCTIE De cursist verneemt de beslissing via de gewone procedure “bekendmaken van de punten”

Stap 7:

De cursist kan eventueel een BEROEP TEGEN DE BESLISSING indienen via de ombudsdienst


pagina –

109

Examenperiode: het inhaalexamen Wie komt in aanmerking voor een inhaalexamen Indien een cursist wegens overmacht niet aanwezig kan zijn op een examen bestaat de mogelijkheid aan een inhaalexamen deel te nemen. Het inhaalexamen is geen automatisch recht doch een GUNSTMAATREGEL van de directie tegenover de cursist. De directeur of zijn afgevaardigde kan een cursist(e) toestaan om binnen een examenperiode een examen af te leggen op een ander tijdstip dan vastgesteld in het examenrooster. Dit inhaalexamen vindt in principe plaats voorafgaand aan de deliberatie. De mogelijkheid om deel te nemen aan een inhaalexamen is aan volgende voorwaarden verbonden: De afwezigheid moet een aanvaardbare en geldige reden hebben vb. ziekte, verplichtingen op het werk q De afwezigheid dient uiterlijk de dag van het examen aan het schoolsecretariaat te worden gemeld en zo snel mogelijk gewettigd te worden doormiddel van een ziektebriefje of een attest vanwege de werkgever q

Procedure Indien aan hoger vermelde voorwaarden werd voldaan kan de cursist een inhaalexamen aanvragen. Stap 1:

Uiterlijk 1 werkdag na het niet afgelegde examen dient de cursist SCHRIFTELIJK een inhaalexamen aan te vragen. vormvereiste

Gebruik het FORMULIER “AANVRAAG INHAALEXAMEN” Het formlier kan afgehaald worden op het secretariaat, bij de directeur of gedownloaded via www.avondschool.be

hoe de vraag indienen

per gewone post

per mail gericht aan

CVO-IVV de Avondschool, t.a.v. de directe schoonmeersstraat 52 9000 GENT [email protected]

Stap 2:

Na raadpleging van de betrokken leraar neemt de directeur een beslissing over het al dan niet toestaan van een inhaalexamen.

Stap 3:

De beslissing wordt genoteerd op het formulier “aanvraag inhaalexamen” q q

indien goedgekeurd wordt op het formulier “aanvraag inhaalexamen” de datum, het uur en de plaats van het inhaalexamen duidelijk vermeld !!! zowel de directeur als de betrokken leraar ondertekenen het formulier

Stap 4:

Het formulier wordt 2x gekopieerd en in tweevoud aan de cursist bezorgd.

Stap 5:

De cursist ondertekent beide exemplaren voor akkoord en bezorgt 1 exemplaar terug aan het cursistensecretariaat t.a.v. de ombudsdienst.

Stap 6:

De ombudsdienst bewaart het originele door de cursist ondertekende exemplaar en bezorgt een kopie aan de leraar.

cursisten die afwezig blijven op een examen en verzuimen het secretariaat tijdig op de hoogte te brengen, of geen formulier “aanvraag inhaalexamen” indienen, verliezen het recht op een inhaalexamen ze worden verwezen naar de eerstvolgende zittijd waarin het examen opnieuw wordt ingericht


pagina –

110

Examenperiode: de administratieve verwerking Om de administratieve medewerkers toe te laten tijdig de deliberatiedocumenten op te stellen is het belangrijk dat de leraren de examens snel verbeteren en de punten ZO SNEL MOGELIJK op school binnen brengen.

Inleveren van de punten Stap 1: De leraren dienen de puntenlijsten vooraf af te halen op het cursistensecretariaat (Gent) of bij de campuscoördinator. Stap 2: De leraren verbeteren de examens. Stap 3: De leraren leveren de puntenlijsten zo snel mogelijk in. Mogelijkheid 1 MANUEEL

Vormvereisten: Gebruik uitsluitende de VOORGEDRUKTE PUNTENLIJSTEN Waar inleveren? Gent: cursistensecretariaat Campussen: campuscoördinator

Mogelijkheid 2 ELEKTRONISCH

Leraren die de punten elektronisch wil binnensturen dienen zelf een puntenlijst op te stellen: Vormvereisten: Gebruik uitsluitend MS EXCEL als software !!!!! kolom 1 kolom 2 kolom 3 kolom 4

NAAM VOORNAAM PUNTEN MAXIMUM AANTAL PUNTEN

Vermeld onderaan de puntenlijst volgende gegevens · · · ·

naam van de afdeling + jaar (indien lineair) naam van het vak of de eenheid naam van de leraar omschrijving van de klasgroep (dag, uur, …)

Mail de puntenlijsten naar het schoolsecretariaat Gebruik voor het versturen van puntenlijsten uitsluitend volgend mailadres:

[email protected] dit mailaccount wordt beheerd door Leen Wylocke

Voorbereiding deliberatievergadering Stap 4: De puntenlijsten worden door een administratieve medewerker van CVO-IVV de Avondschool in een database ingebracht en verwerkt tot deliberatielijsten.


pagina –

111

Examenperiode: de deliberatievergadering Wanneer

Aan het eind van elk semester (modulair systeem) of elk schooljaar (lineair systeem) wordt per opleiding een deliberatievergadering georganiseerd. De data van de deliberatievergaderingen worden via een dienstnota door de beleidsmedewerker HRM bekend gemaakt.

Verplichte Aanwezigheid

Elke leraar dient verplicht aanwezig te zijn op de deliberatievergaderingen van alle opleidingen waaraan hij/zij als lesgever verbonden is. Afwezigheden op een deliberatievergadering dienen steeds schriftelijk gewettigd te worden door middel van een ziektebriefje of een attest van de werkgever.

Doel van de deliberatie

Tijdens de deliberatievergadering wordt beslist over het al dan niet laten slagen van van de cursisten.

tijdens de deliberatievergadering moet elke leraar in het bezit zijn van alle examenkopijen en puntenlijsten van de betrokken zittijd. Deontologische voorschriften In gesprekken met cursisten naar aanleiding van de deliberatievergadering moeten alle leden van de deliberatie-vergadering zich zo uitdrukken dat aan de ernst van collegiale beslissingen niet getwijfeld kan worden. Elke leerkracht dient er steeds zorg voor te dragen de collegialiteit volledig te respecteren. Hieruit volgt dat elk lid van de deliberatievergadering altijd de beslissing van de vergadering die collegiaal werd aanvaard, zal verdedigen ook al was men persoonlijk een andere mening toegedaan. Elke leerkracht dient de grootste discretie aan de dag te leggen en alle appreciaties die een afwijking laten vermoeden te vermijden.

Procedure Om te slagen dient de cursist aan volgende voorwaarde te voldoen q q

in geval een lineaire opleiding in geval een modulaire opleiding

ten minste 50% behalen op elk vak 50% halen voor een module

Cursisten die aan de voorwaarde voldoen Over cursisten die aan de voorwaarde voldoen, dient de deliberatievergadering geen uitspraak te doen. In uitzonderlijke gevallen kan wel beslist worden om een graadverhoging toe te kennen aan cursisten die op basis van hun actuele punten die graad net niet behaalden. (vb. 79% optrekken naar 80% = grote onderscheiding) De graden worden als volgt toegekend:

50% - 59% 60% - 69% 70% - 79% 80% - 89% 90% of meer


geslaagd met vrucht geslaagd met voldoening geslaagd met onderscheiding geslaagd met grote onderscheiding geslaagd met grootste onderscheiding

pagina –

112

Cursisten die niet aan de voorwaarde voldoen Over cursisten die niet aan de voorwaarde voldoen, dient de deliberatievergadering een uitspraak te doen. Mogelijke beslissingen Geslaagd na deliberatie

GND

Indien het een tekort voor een vak (of eenheid) betreft, worden de punten voor het vak (de eenheid) opgetrokken naar 50% Indien het een tekort voor een opleiding betreft worden de punten voor de opleiding opgetrokken naar 50%

Uitgesteld

NG

De cursist is niet geslaagd De cursist wordt het vak/de eenheid verwezen naar de tweede zittijd (herexamen)

Afgewezen

A

De cursist wordt afgewezen Een afgewezen cursist verliest het recht om voor het vak/de eenheid deel te nemen aan de tweede zittijd.

de leraren mogen na afloop van de deliberatievergadering geen punten mededelen aan de cursisten

Examenperiode: het bekend maken van de punten Tijdstip van bekendmaken De bekendmaking van de punten gebeurt AD VALVAS, enkele dagen na de deliberatievergadering. Voorafgaand mogen geen punten aan de cursisten worden meegedeeld.

Wijze van bekendmaken · ·

Het bekend maken van de punten gebeurt door het uithangen AD VALVAS van de puntenlijsten. De punten worden NIET TELEFONISCH MEDEGEDEELD

Bij het bekendmaken van de punten worden volgende codes gebruikt: punten hoger dan 50 de cursist is geslaagd punten lager dan 50 de cursist is niet geslaagd GND de cursist is Geslaagd Na Deliberatie NG de cursist is Niet Geslaagd A de cursist is Afgewezen (mag niet deelnemen aan de tweede zittijd) ND de cursist heeft niet deelgenomen aan het examen


pagina –

113

Examenperiode: het feedbackmoment ·

Na elke deliberatievergadering is er mogelijkheid tot feedback over de examens.

·

De data van het feedbackmoment worden steeds op voorhand AD VALVAS medegedeeld.

·

Tijdens het feedbackmoment kunnen de cursisten informatie opvragen i.v.m. hun examenresultaten.

·

Desgewenst kan een cursist zijn examenkopij inkijken. Het inzagerecht is evenwel aan strikte regels verbonden o De inzage gebeurt INDIVIDUEEL en niet in groep o Een cursist mag uitsluitend het EIGEN EXAMEN (er moet vermeden worden dat cursisten examenkopijen met elkaar kunnen vergelijken) o Tijdens de inzage moet de leraar de originele examenkopij steeds onder ogen houden zodat de cursist geen antwoorden kunnen wijzigen of bladzijden toevoegen of verwijderen. o De examenkopijen mogen nooit meegegeven worden (bijvoorbeeld om te kopiëren)

tijdens het feedbackmoment moet elke leraar in het bezit zijn van alle examenkopijen van de betrokken zittijd. Examenperiode: het archiveren van de examenkopijen De examenkopijen dienen beschikbaar te zijn tijdens de deliberatievergadering en gedurende het feedbackmoment. Ze worden gedurende 3 jaar op school bewaard. Nadien worden ze vernietigd.

Wanneer binnenbrengen

Breng de examenkopijen ZO SNEL MOGELIJK binnen op school. De examenkopijen worden er door de beleidsmedewerker didactisch pedagogische ondersteuning gearchiveerd en kunnen door de leraren steeds opgehaald worden. Bijvoorbeeld naar van de deliberatievergadering en/of het feedbackmoment.

Waar binnenbrengen

Gent: Campussen:

beleidsmedewerker pedagogisch didactische ondersteuning campuscoördinator

Vormvereisten

Gebundeld per vak met vermelding van: · naam van de afdeling + jaar (indien lineair) · naam van het vak of de eenheid · naam van de leraar · omschrijving van de klasgroep (dag, uur, …) Op de secretariaten zijn voorgedrukte papieren banden beschikbaar waarmee examenkopijen per vak samengehouden kunnen worden. ZORG ERVOOR DAT VERSCHILLENDE EXAMENS NIET DOOR ELKAAR GEHAALD KUNNEN WORDEN !!!!!!!!


pagina –

114

Examenperiode: het opsturen van rapporten en voorlopige getuigschriften Volgende documenten worden toegestuurd: Modulaire structuur:

De deelattesten van elke met succes gevolgde opleiding Voorlopig diploma / getuigschrift / certificaat (bij beëindigen opleiding) (wie niet slaagt ontvangt niets)

Lineaire structuur:

Jaarrapport Voorlopig diploma / getuigschrift / certificaat (bij beëindigen opleiding)

Examenperiode: het betwisten van de examenresultaten Procedure in geval van conflicten voor de deliberatievergadering Als een cursist(e) tijdens of onmiddellijk na het examen/de proef meent dat er tijdens het examen/de proef onregelmatigheden zijn gebeurd (vb. buiten de leerstof ondervraagd, onheus behandeld, …) dan kan de cursist(e) tot en met 5 werkdagen na het examen/de proef klacht indienen BIJ DE OMBUDSDIENST. Deze stelt een onderzoek in en formuleert een advies naar de directie. De directeur of zijn afgevaardigde beslist of het examen moet overgedaan worden. In geval van afwezigheid van de ombudsdienst kan men rechtsreeks naar de directeur of zijn afgevaardigde stappen.

Procedure bij vermoede materiële vergissingen na het afsluiten van de deliberatie Vergissingen met gering belang Materiële vergissingen, die tot en met 5 werkdagen na het officiële feedbackmoment worden gerapporteerd en die niet van aard zijn dat ze de beslissing van de examencommissie over het globale examenresultaat of over de overdracht/overzetting van examencijfers zouden kunnen beïnvloed hebben, worden door de voorzitter van de examencommissie hersteld. Dit wordt gerapporteerd in de eerstvolgende examenzittijd. Andere vergissingen Onregelmatigheden en/of materiële vergissingen die het examenresultaat beïnvloed kunnen hebben of die de geldigheid van een door de examencommissie genomen beslissing in het gedrang gebracht kunnen hebben, dienen aanhangig gemaakt te worden bij de voorzitter van de examencommissie.

Stap 1:

De betrokken cursist(e) moet uiterlijk binnen de 5 werkdagen volgend op het feedbackmoment een persoonlijk onderhoud aanvragen bij de directeur of zijn afgevaardigde of de ombudsdienst. Deze aanvraag kan zowel schriftelijk als mondeling - zelfs telefonisch, per fax of email - worden gedaan.

Stap 2:

Dit onderhoud kan ertoe leiden dat: Mogelijkheid 1: De cursist(e) ervan wordt overtuigd dat de genomen beslissing gegrond is. Er is geen betwisting meer.


pagina –

115

Mogelijkheid 2: De directeur of zijn afgevaardigde oordeelt dat de door de cursist(e) aangebrachte elementen geen nieuwe bijeenkomst van de examencommissie rechtvaardigen.

Mogelijkheid 3: De directeur of zijn afgevaardigde oordeelt dat de door de cursist(e) aangebrachte redenen voor betwisting het overwegen waard zijn.

De cursist(e) is het hier niet mee eens en de betwisting blijft bestaan. Stap 3:

Als de betwisting blijft bestaan kan, betrokkene schriftelijk beroep instellen bij de inrichtende macht binnen 5 werkdagen na bekendmaking van de beslissing en dit via een aangetekend schrijven aan:

De examencommissie wordt opnieuw samengeroepen en de beslissing wordt nogmaals overwogen.

Scholengroep 22 Panta Rhei t.a.v. de raad van bestuur Ooievaarsnest 3 9050 Gentbrugge. Stap 4:

Een beroepscommissie samengesteld uit minstens drie leden aangewezen door de inrichtende macht onderzoekt de klacht grondig. De directeur of zijn afgevaardigde kan ambtshalve geen lid zijn van deze beroepscommissie.

Stap 5:

De betrokken cursist(e) wordt gehoord door de beroepscommissie. Van het onderhoud met de cursist wordt ter zitting een proces-verbaal opgemaakt.

Stap 6: Stap 7:

Het proces-verbaal wordt overhandigd aan de directeur of zijn afgevaardigde.

Stap 8:

Het proces verbaal wordt door de directie voorgelegd aan de samengeroepen betrokken examencommissie.

Stap 9:

De definitieve, duidelijk gemotiveerde beslissing wordt door de directeur of zijn afgevaardigde zo spoedig mogelijk en bij voorkeur vóór de aanvang van het volgende academiejaar/semester aangetekend aan de betrokken cursist(e) bezorgd.

Het resultaat van deze bijeenkomst wordt schriftelijk per aangetekende zending aan de cursist(e) meegedeeld.

De tweede zittijd Voor sommige vakken/eenheden bestaat de mogelijkheid tot tweede zittijd. CVO-IVV de Avondschool kan autonoom beslissen voor welke vakken / eenheden een tweede zittijd georganiseerd en voor welke vakken / eenheden dit niet gebeurt. Vanzelfsprekend dient de regeling hieromtrent vooraf duidelijk te worden meegedeeld aan de cursisten. De beslissing hieromtrent dient ook duidelijk vermeld te staan op de vakfiches. De tweede zittijd kent een gelijkaardig verloop als de eerste zittijd.


pagina –

116

CVO-IVV dienstverlening


pagina –

117

CVO-IVV DE AVONDSCHOOL: DIENSTVERLENING SCHOOLBIBLIOTHEEK In het BME-gebouw (campus Schoonmeersen Gent) is een wetenschappelijke bibliotheek ondergebracht. Zowel voor leerkrachten als voor cursisten van CVO-IVV de Avondschool is het mogelijk om hier boeken te ontlenen. Bovendien kan men er 8 kranten en meer dan 300 tijdschriften raadplegen. Er zijn een ruim aantal lees- of studieplaatsen voorzien. Daarnaast staan een aantal computerterminals ter beschikking met onbeperkte toegang tot het internet.

Openingsuren van de bibliotheek:

§ maandag tot donderdag

van 08u15 tot 20u00

§ vrijdag

van 08.u15 tot 16u45

§ zaterdag

van 09u00 tot 12u00

CURSUSDIENST Als extra dienstverlening organiseert CVO-IVV de Avondschool bij aanvang van het schooljaar een centrale boeken- & cursussenverkoop in haar campussen. Op die manier kunnen cursisten hun boeken en cursussen aankopen tegen de meest voordelige prijs in vergelijking met de prijs van reguliere boekhandels. Bovendien aanvaardt CVO-IVV de Avondschool de opleidingscheques als geldig betaalmiddel voor het boeken- & cursusmateriaal. Cursisten zijn echter niet verplicht hun materiaal op school aan te kopen. Deze boekenverkoop is vooral bedoeld als extra dienstverlening!


pagina –

118

STUDIETRAJECTBEGELEIDING CVO IVV de Avondschool wil hoogstaand kwalitatief onderwijs aanbieden zodat haar afgestudeerden probleemloos kunnen aansluiten op de arbeidsmarkt. Dit impliceert een intensief leertraject. De studietrajectbegeleider wil een aanspreekpunt en vertrouwenspersoon zijn voor alle cursisten, die een opleiding voor sociale promotie wensen te volgen. De studietrajectbegeleiding stelt zich tot doel om bij de cursisten van CVO IVV de Avondschool nieuwe perspectieven te openen met betrekking tot hun studiekeuze, studiemethode, leerproblemen, jobkeuze, etc. In samenspraak met cursist(en) en eventueel lesgever(s) wordt steeds gezocht naar de ideale leeromgeving, op maat van de cursist. Zo nodig kan de dienst studietrajectbegeleiding ook op vraag van de opleidingscoördinator of lesgever contact opnemen met een cursist.

Volgende waarden en principes staan binnen de dienst studietrajectbegeleiding centraal: ·

·

·

· ·

·

Vertrouwen Er wordt gestreefd naar een relatie met cursist of lesgever die gebaseerd is op wederzijds vertrouwen. Onafhankelijkheid De dienst studietrajectbegeleiding treedt op als onafhankelijke partij, met als doel het verbeteren van het welzijn van de cursist. Discretie Uit respect voor alle betrokken partijen, garandeert CVO-IVV de Avondschool, binnen haar dienst studietrajectbegeleiding absolute discretie. Deskundigheid De studietrajectbegeleider bekwaamt zich continue in functie van de uitoefening van haar taak. Laagdrempelig Studietrajectbegeleiding is gratis en vormt een extra dienstverlening binnen CVO-IVV de Avondschool. Deze dienst staat bovendien open voor alle cursisten van het instituut. Maatschappijgerichtheid De dienst studietrajectbegeleiding houdt voeling met de evoluties binnen de maatschappij en houdt hiermee rekening bij de uitvoering van haar opdracht.

Hoe de dienst studietrajectbegeleiding bereiken:

EVELIEN DECORTE Dienst studietrajectbegeleiding - CVO-IVV de Avondschool Campus BME/CTL – Hogeschool Gent Schoonmeersstraat 52 9000 GENT 09 / 243 87 99 [email protected] Spreekuur:

dinsdag woensdag zaterdag

17u00 - 20u00 17u00 - 20u00 10u00 - 13u00 (even weken)


pagina –

119

OMBUDSDIENST Missie & doelstelling Een goede werking van CVO-IVV de Avondschool, veronderstelt ook een goed uitgebouwde klachtenbehandeling. Daarom werd binnen het instituut een aanspreekpunt voorzien, waar cursisten terecht kunnen in geval van ontevredenheid en ongenoegen. Op discrete en correcte wijze worden alle klachten behandeld. CVO IVV de Avondschool stelt hierbij volgende waarden en principes centraal : ·

Discretie Uit respect voor de betrokken cursist en voor alle andere betrokken partijen, garandeert CVO IVV de Avondschool dat alle klachten met de nodige discretie behandeld worden.

·

Onafhankelijkheid De ombudsdienst is een onafhankelijke dienst binnen CVO IVV de Avondschool en heeft tot doel het welzijn van iedere cursist te verbeteren. Iedere klacht zal met de nodige deskundigheid worden verwerkt.

·

Onpartijdigheid De grond van iedere klacht wordt op objectieve wijze onderzocht. Na het horen van alle betrokken partijen, wordt een advies gegeven aan de directie, die de uiteindelijke beslissing zal nemen in het dossier.

·

Toegankelijkheid De ombudsdienst kan steeds telefonisch gecontacteerd worden op het nummer 09 243 87 99 of via e-mail: [email protected]. Tijdens de examenperiode wordt steeds extra permanentie voorzien.

·

Afhandeling binnen redelijke termijn Iedere klacht wordt in de mate van het mogelijke zo snel mogelijk afgehandeld. In geval van betwisting van examenresultaten, wordt ernaar gestreefd om bij de start van inschrijvingen/tweede zittijd een advies te geven.

Hoe de ombudsdienst bereiken:

EVELIEN DECORTE Ombudsvrouw - CVO-IVV de Avondschool Campus BME/CTL – Hogeschool Gent BME-Gebouw Lokaal B103 Schoonmeersstraat 52 9000 GENT 09 / 243 87 99 [email protected] Er is geen vast spreekuur behalve tijdens de examenperiodes


pagina –

120

IT-TOEPASSINGEN VIA DE E-CARD

Elk personeelslid van CVO-IVV de Avondschool ontvangt kort na de indiensttreding een eCARD die geldt als personeelskaart.

Aan de personeelskaart zijn volgende faciliteiten verbonden: Overal van toepassing · · ·

Gebruik van een persoonlijk emailadres onder de vorm [email protected] voorbeeld: [email protected] Toegang tot DOKEOS, het digitale leerplatform van CVO-IVV de Avondschool Beschikbaarheid van 100 Mb geheugenruimte op de schoolserver. Te gebruiken als webspace of als webdrive (homedirectory)

Enkel van toepassing binnen campus Schoonmeersen – Gent · · · ·

Toegang tot het zelfstudiecentrum (lokaal B011) Mogelijkheid boeken te ontlenen uit de bibliotheek van de associatie UGent Mogelijkheid via een persoonlijke laptop verbinding te maken met het (draadloze) netwerk van de Hogeschool Gent Toegang tot de schoolcafetaria

Via de schoolwebsite kom je alles te weten over de vele mogelijkheden die de eCARD je biedt. Alsook over DOKEOS, het digitale leerplatform van CVO-IVV de Avondschool. Je vindt er ook een aantal heldere handleidingen je computer in te stellen om alle faciliteiten te kunnen gebruiken.

ALLE CURSISTEN INGESCHREVEN IN CAMPUS GENT ONTVANGEN EEN ECARD DIE HEN DEZELFDE FACILITEITEN BIEDT


pagina –

121

VEILIGHEIDSDIENST

Evacuatie-oefeningen Conform de wetgeving zal ons instituut per schooljaar een evacuatieoefening organiseren. Het is de bedoeling na te gaan op hoeveel tijd de gebouwen ontruimd kunnen worden en eventuele knelpunten in verband hiermee te ontdekken. De evacuatieoefeningen worden steeds begin december georganiseerd. Eind november worden de leerkrachten hieraan via een dienstnota herinnerd. Het is echter geenszins de bedoeling om de cursisten op voorhand op de hoogte te brengen van deze oefeningen. Aan het begin van de evacuatieoefening zal het brandalarm te horen zijn. Vraag Uw cursisten om zich onmiddellijk via de kortste weg naar buiten te begeven. De cursisten dienen al hun materiaal en bezittingen achter te laten en onmiddellijk de gebouwen te verlaten. Het is dus zeker niet de bedoeling dat men eerst pak en zak maakt! Gelieve de cursisten hierop met zachte dwang attent te maken! De leraar neemt alle maatregelen om het klaslokaal op veilige wijze te verlaten. Sluit eventueel openstaande ramen en verlaat het klaslokaal onmiddellijk na de laatste cursist . De deur van het lokaal wordt gesloten, doch niet op slot gedaan! Tijdens de evacuatieoefening zal op elk van de diverse verzamelpunten een waarnemer van CVO-IVV aanwezig zijn. De leerkrachten dienen zich bij deze waarnemer aan te melden. Het is belangrijk dat dit zo snel mogelijk gebeurt aangezien per leraar (per klaslokaal) de evacuatietijd genoteerd wordt. Het eind van de evacuatieoefening wordt aangegeven door het stilleggen van het alarmsignaal. Iedereen kan de gebouwen dan opnieuw betreden. Een evacuatieoefening neemt gemiddeld 7 en maximum 10 minuten in beslag. Na de evacuatieoefening gaan de lessen gewoon door. Het houden van een evacuatieoefening, wettigt geenszins het vroegtijdig onderbreken of deels afgelasten van een les. Collegae die misbruik maken van deze evacuatieoefening riskeren een sanctie.

De veiligheidscoördinator Hoe de veiligheidscoördinator bereiken:

Dhr. ANTOINE DEHENAU Veiligheidscoördinator - CVO-IVV Gent Campus BME/CTL – Hogeschool Gent Schoonmeersstraat 52 9000 GENT [email protected]


pagina –

122

Bijlagen Jaarkalender Examenreglement Adreslijst personeelsleden CVO-IVV de Avondschool Documenten aangifte ziekte § PERS 16 § Medisch Attest Alle documenten en formulieren kunnen gedownloaded worden via de schoolwebsite www.avondschool.be www.volwassenenonderwijs.be www.volwasseneneducatie.be www.volwassenenvorming.be


pagina –

123

onthaalbrochure personeelsleden

Recommend Documents