Puntpaprika’s gevuld met quinoasalade. Ingrediënten 4 pers.
2 zoete puntpaprika's (ramiro paprika) 4 dl groentenbouillon 200 g Griekse feta 150 g quinoa 1 teentje look 1⁄2 citroen 1 bussel fijne kervel 1⁄2 bussel platte peterselie 60 g pijnboompitten 4 eetlepels panko (grof Japans paneermeel) scheutje olijfolie peper zout
bereiding • Ontdooi en verwarm een portie groentebouillon. Je kan ook zelf een ketel verse bouillon maken. • Verwarm de oven voor tot 200°C. • Doe de quinoa in een pot en voeg een dubbele hoeveelheid groentebouillon toe. Breng de zaadjes aan de kook op een matig vuur en laat ze de bouillon opslorpen. • Snij de zoete puntpaprika’s overlangs in twee. Hou het decoratief en laat het groene steeltje eraan vast zitten. • Verwijder de zaadjes en leg de halve vruchten in een ovenschaal. Druppel er een beetje olijfolie over en gaar ze gedurend 10 minuten in de oven van 200 °C, tot ze zachter zijn, maar tegelijk nog knapperig. (Hou de oven warm.) • Schenk een scheutje olijfolie in een pan en verwarm ze op een matig vuur. Strooi de pijnboompitten erin en rooster ze goudbruin. (Schud de pitten regelmatig op en hou ze goed in de gaten.) Laat de pitten nadien uitlekken op een vel keukenpapier. • Spoel de peterselie en de kervel schoon en laat de kruiden uitlekken. Pluk de taaiste stelen weg en snij de blaadjes matig fijn. Doe ze in een mengschaal en knijp er vers citroensap overheen. • Pel de look en plet de teen tot pulp. Voeg de lookpulp en de pijnboompitten toe. Verbrokkel ook de feta in de kom. • Meng alles en roer er de gare quinoa doorheen. (De feta zal een beetje wegsmelten in het mengsel.) Kruid de salade met versgemalen peper en wat zout. Voeg naar persoonlijke smaak extra citroensap toe.
• Vul de halve puntpaprika’s met een portie van de quinoasalade met feta en kruiden. • Zet de ovengrill op. • Strooi over elke gevulde puntpaprika een laagje panko. Druppel er nog een likje olijfolie overheen en schuif ze onder de hete grill, gedurende zo’n 10 minuten. (Tot ze een krokant korstje hebben.) Tip: Serveer de gevulde puntpaprika’s met een rucolasla.
Wok met varkensreepjes en roerei. ingrediënten De woksaus
2 eetlepels bruine suiker 5 eetlepels sojasaus 4 eetlepels sesamolie 5 eetlepels sweet chilisaus (zoetzure loempiasaus) 5 eetlepels vissaus 1 limoen
De wok
400 g varkensvlees (van de carré) 1 Chinese kool 200 g diepvrieserwten 250 g rijstnoedels 4 eieren 2 sjalotten 1 chilipeper 2 teentjes knoflook 20 g verse gember scheutje neutrale olie
bereiding De woksaus
Meng de bruine suiker met sojasaus, sesamolie, sweet chilisaus en vissaus. Doe er het sap van ½ limoen bij. Zet apart.
De wok
Verhit de wok op een hoog vuur tot hij goed heet is.
Breng water aan de kook voor de noedels.
Snijd het varkensvlees in blokjes. Laat het vet zitten want dat zorgt voor smaak.
Doe een scheut neutrale olie in de wok. Bak het vlees in de hete olie.
TIP: Laat de wok op een hoog vuur staan en gebruik een houten lepel om te roerbakken. Roerbakken moet snel gaan en op hoge temperatuur, anders ‘kookt’ het vlees.
Pel de sjalotten en snipper ze fijn. Schil de gember, snijd hem in plakjes en dan in julienne. Pel de knoflook, snijd hem in stukjes en kneus hem met een mes. Snipper de helft van de chilipeper met de zaadjes fijn. Bewaar de resterende helft voor een andere bereiding.
Schep het vlees op een bord met een schuimspaan . Zet apart.
Roerbak de uien, knoflook, gember en chili in de wok glazig en zacht.
Haal de buitenste bladeren van de Chinese kool en snijd ze overlangs in twee. Verwijder de harde kern. Snijd de kool fijn. Voor dit gerecht heb je ongeveer een halve Chinese kool nodig. Gebruik de resterende helft in een andere bereiding.
Duw de uienmengeling in de wok naar de kanten zodat het midden van de wok vrij is. Breek de eieren en bak ze in het midden van de wok. Schep ze om met de uien zodra ze beginnen stollen.
Doe er de Chinese kool bij en roerbak. De kool mag nog wat krokant blijven.
Kook de rijstnoedels 3 tot 5 minuten (of volgens de aanwijzingen op de verpakking). Giet af in een vergiet.
Doe de noedels in de wok en schep ze voorzichtig door de groenten. Voeg er het vlees aan toe en meng alles door elkaar. Dat lukt het best met een keukentang.
Doe de diepgevroren erwtjes in de wok en schep alles door elkaar. De erwtjes zijn heel snel gaar.
Giet ten slotte de woksaus bij de bereiding en laat nog even goed opwarmen. Serveer meteen.
Limoenparfait tussen kletskoppen. Ingrediënten 4 pers. Voor de parfait
100 g suiker 3 dl room 2 eieren 2 limoenen (voor zeste en sap) 5 cl limoncello 4 blaadjes gelatine (ong. 3,5g/stuk)
Voor de kletskoppen (ong. 3 per persoon)
100 g bruine suiker 50 g esdoornsiroop 50 g notenmix 60 g boter 50 g bloem 1 koffielepel maïszetmeel snuifje kaneelpoeder snuifje grof (zee) zout evt. een scheutje water
bereiding De limoenparfait
Scheid de eieren. Werk met de hand of doe de eidooiers en de suiker in een mengkom van de keukenmachine. Plaats de klopper en klop beide tot een bleke egale massa. (een ruban) Bewaar het eiwit voor straks.
Week de blaadjes gelatine in een beker met koud water.
Verwarm de helft van de room op een zacht vuur. Knijp de geweekte gelatine uit en los ze op in de hete vloeistof.
Rasp er de fijne groene limoenschil bij en roer de limoenroom. Laat het mengsel afkoelen, weg van het vuur.
Knijp het limoensap en de schenk de limoncello bij de bleke mix van eigeel en suiker. Laat de machine nog even draaien.
Schenk de lauw-warme limoenroom er in delen bij en laat de machine draaien tot het mengsel volledig afgekoeld is. (kamertemperatuur)
Klopt de overgebleven helft (koude) room tot een luchtige halfopgeklopte slagroom.
Klop de eiwitten tot een stevig wit schuim.
Spatel eerst de luchtige room door de (afgekoelde) limoenroom. Doe aansluitend hetzelfde met het opgeklopt eiwit.
Bedek de bodem en de randen van een ruime (oven)schaal met één of twee vellen vershoudfolie.
Giet het parfaitmengsel in de schaal, strijk het oppervlak glad en laat het opstijven in de diepvries. (De vriestijd is afhankelijk van de dikte van de laag parfait. Een laag limoenparfait van zo’n 2 centimeter dik is al prima.)
Zet de parfait in de diepvriezer en laat het mengsel opstijven en vervriezen. (Reken een paar uur de tijd.)
De kletskoppen
Verwarm de oven voor tot 175°C.
Smelt de boter in een pan op een zacht vuur. Voeg er de bruine suiker aan toe en de esdoornsiroop. Voeg smaak toe met een snuifje kaneelpoeder. Meng alles en laat het mengsel zacht pruttelen.
Weeg de bloem en voeg een beetje aardappelzetmeel toe.
Meng de bloem en het zetmeel met de garde doorheen het suikermengsel. Voeg een snuifje grof (zee)zout toe.
Aan een te dik koekjesbeslag kan je een klein scheutje water toevoegen.
Verzamel de noten en hak ze in fijne maar ongelijke stukken.
Giet telkens een (bescheiden) eetlepel van het suikermengsel op het bakmatje en strijk het cirkelvormig uit tot een flinterdun ‘koekje’ met zo’n 8 cm diameter. Laat een beetje ruimte tussen de kletskoppen.
Strooi over elk koekje een portie gehakte nootjes.
Bak de zoetigheid gedurende ong. 8 minuten in de oven van 175°C. (Bak een grotere hoeveelheid kletskoppen in meedere beurten.)
Laat de koekjes voldoende afkoelen, zodat ze krokant worden.
Het dessert presenteren en serveren
Steek met een ring porties parfait uit.
Leg op elk bord een schijf limoenparfait, leg er een kletskop bovenop, gevolgd door een tweede schijf parfait. Eindig met een tweede kletskop en serveer het dessert.