Onderzoeksverslag met betrekking tot de toelating van Sterre Ploeger op de IVKO
By Administrator at 10:37 pm, 12/15/04
13 december 2004
Inleiding Op 26 oktober 2004 heeft de voorzieningenrechter in kort geding een uitspraak gedaan voor wat betreft de wijze waarop de beslissing van het bevoegd gezag van de IVKO voor wat betreft het al dan niet toelaten van Sterre Ploeger. In het vonnis stelt de voorzieningenrechter o.a. dat de MSA gehouden is een nieuwe gemotiveerde beslissing te nemen over de toelating van Sterre tot de IVKO die in overeenstemming dient te zijn met de wettelijke bepalingen en het uitgangspunt "het kan, tenzij" (punt 12, vonnis KG 0411888 SR). Dit betekent dat het onderzoek dient plaats te vinden met behulp van tenminste een van de genoemde middelen als genoemd in artikel 4 lid 2. Bovendien moeten bij een dergelijk onderzoek de extra mogelijkheden van de LGF-wet worden betrokken, aldus de voorzieningenrechter (punt 11, vonnis KG 0411888 SR) Dit onderzoeksverslag geeft een aantal zaken weer, die in totaliteit komen tot een gemotiveerd besluit van het bevoegd gezag van de IVKO. Het onderzoeksverslag ziet er als volgt uit: Punt l : Gesprek Rob Vranke d.d. 1 november 2004 Punt 2: Gesprek Rob Vranke d.d. 16 november 2004 Punt 3: Bezoek aan openbare basisschool "De Archipel Punt 4: Onderzoek aan de hand van artikel 4 Inrichtingsbesluit WVO Punt 5: Gesprek met de ouders van Sterre Ploeger d.d. 18 november 2004 Punt 6: Gesprek met team, op vrijdag 26-, maandag 29-, dinsdag 30 november Punt 7: Inventarisatie Punt 8: Conclusie
1. In gesprek met Orthopedagoog Rob Franke over Inclusief Onderwijs. Rob Franke is docent op het Seminarium voor Orthopedagogiek te Utrecht. Rob Franke leidt docenten voor het speciaal onderwijs op. Ferdi Ploeger heeft de IVKO geadviseerd om met Rob Franke contact op te nemen. Rob draagt het 'Inclusief Onderwijs' actief uit. Hij kan nauwkeurig aangeven hoe het onderwijs ingericht moet worden zodat LGF-geïndiceerde leerlingen kunnen deelnemen op een reguliere school.
Op maandag 1 november komt Rob Franke op de IVKO om met Reinoud Buijs te praten over Inclusief Onderwijs. Een aantal uitgangspunten komen aan bod die als voorwaarden kunnen worden gesteld voor wat betreft het laten slagen van toelating: een 'terugtrekruimte' ('pull out"), waar Sterre zich kan terugtrekken met de onderwijsassistent, bijvoorbeeld op momenten dat het in de klassensituatie niet goed verloopt of als Sterre (nog) niet goed kan functioneren bij een bepaald vak/ docente(e). scholing voor de docenten: - omgaan met meervoudig gehandicapte kinderen: wat kun je verwachten m.b.t. hetfunctioneren fisiek, cognitiej. Hoe kun je motiveren en corrigeren? Hoe sluit je aan bij de sterke punten van de LGF-leerling? - didactisch: -hoe wordt de lesinhoud aangeboden en verwerkt zodat iedereen aan de les kan deelnemen. -aan kunnen sluiten bij verschillende leerstijlen. En in het bijzonder de leerstijl van Sterre. -aan kunnen sluiten bij de sterke punten, interesses, behoeften en talenten van kinderen en in het bijzonder aan Sterre. - methodisch: het aanpassen van het lesmateriaal voor Sterre. - ontwikkeling psychologisch: kennis en inzicht krijgen in het functioneren van Sterre, een veertienjarig meisje, datfunctioneert op het niveau van een tweejarige. sturing van de directie: Rob erkent dat vele docenten zich zullen verzetten tegen deze aanzienlijke uitbreiding van hun competenties. Ik geef daarbij aan dat een keuze voor Inclusief Onderwijs niet gemaakt kan worden zonder een draagvlak bij het personeel en de goedkeuring van de Medezeggenschapsraad.
2. Vervolggesprek met Orthopedagoog Rob Franke over Inclusief Onderwijs. Dinsdag 16 november komt Rob Franke nogmaals op de IVKO. In het bijzijn van Pierik L71stelle,directrice, Desiree Carpay, adjunct en Ron van Grieken, onderwijscoördinator geeft hij aan wat er nodig is om aan Sterre te kunnen laten functioneren op de IVKO. Rob Franke vindt het belangrijk dat zowel de docenten als de leerlingen (W.O.Sterre) niet gefrustreerd mogen raken. Dit betekent dat er in de school een 'probleemeigenaar' moet zijn die zich volledig met Sterre kan bezighouden en een persoon (bijv. de zorgcoördinator) in de school, die aanspreekbaar is en waar docenten terecht kunnen. De 'probleemeigenaar' is de onderwijsassistent die Sterre helpt om deel te nemen aan de klassensituatie.
Sterre moet tevens begeleidt kunnen worden door klasgenoten. Dit betekent dat er sprake moet zijn van een buddysysteem. Leerlingen worden per toerbeurt gekoppeld aan Sterre. Dit impliceert communicatie naar de 'nieuwe' klasgenoten van Sterre. Begeleiding mag niet berusten op toeval maar vereist een visiestandpunt van de school. De aanwezigen bespreken de mogelijke reacties van andere leerlingen. Rob Franke geeft aan dat je mag verwachten dat er enerzijds leerlingen zijn die Sterre aanvankelijk belachelijk gaan maken en anderzijds leerlingen die geraakt worden door onbevangenheid van Sterre. Het opnemen van Sterre zal zonder meer een schokeffect door de school teweeg brengen. Velen zijn immers onbekend met meervoudig gehandicapte kinderen. Rob Franke vindt dat er vooral gekeken moet worden naar wat LGF-leerlingen wel kunnen. "Het is duidelijk dat er beperkingen zijn, maar sluit aan bij de mogelijkheden van Sterre". De mogelijkheden van Sterre lijken, in eerste instantie, beperkt. Inhoudelijk kan zij niets toevoegen aan haar klasgenoten. Wat Sterre toevoegt op een school is dat kinderen leren omgaan met een meervoudig gehandicapte medemens. Rob vindt dat de meerwaarde van Sterre ook is gelegen in haar stemmingen. "Zij kan onbevangen, erg blij of boos zijn". De docenten krijgen er met de komst van Sterre een grote verantwoordelijkheid bij. Van de docent(e) wordt verwacht dat hij zijn/ haar pedagogische kwaliteiten uitbreidt. Je kunt zelfs spreken van orthopedagogische kwaliteiten. De docent moet in staat zijn om te communiceren met een meervoudig gehandicapt kind die niet praten kan. Voorts zal de docent(e) zijn/ haar lesinhoud moeten aanpassen voor Sterre. Rob Franke beschrijft twee competenties van docenten die van belang zijn, n.m. het adaptieve vermogen en de kennis en vaardigheid van samenwerkend leren (W.O.'peerteaching' ). De succesfactoren bij het functioneren van een LGF-leerling op school zijn volgens Rob Franke: de leerling is aanwezig in de klas. - Presentie: - Participeert: de leerling doet mee aan de activiteit in de klas. - Progressie: de leerling ontwikkelt zich. Om tot deze drie P's te komen is nodig: - Visie: De schoolleiding formuleert de schoolvisie ten aanzien van 'Inclusief Onderwijs' - Voorbereiding: Met ondersteuning van een deskundige het docententeam scholen. - Voorzieningen: A. geld voor: 1. scholing van docenten 2. onderwijsassistent 3. ondersteuning orthopedagoog B. 'pull-out' ruimte - Voorbeelden: in de Verenigde Staten en Canada - Vastberadenheid: De schoolleiding zal het Inclusieve Onderwijs moet uitdragen aan het docententeam en de ouders. Rob Franke erkent dat er veel te weinig geld beschikbaar is. Met het 'rugzakje' is zelfs slechts de onderwijsassistent niet te betalen. Rob Franke biedt ons aan om, te ondersteunen bij, het zoeken naar financiële middelen. Tot slot benadrukt Rob Franke dat er bij het aannemen van Sterre een 'transition plan' gemaakt moet worden; een traject waarbij de school wordt voorbereid op de komst van Sterre.
Als aanvulling op het gesprek stuurt Rob Franke de competenties van de 'inclusieve leraar' op (bijlage: inclusieve leraar)
3. Bezoek aan openbare basisschool 'De Archipel'. Inleiding Vrijdag 12 november 2004 heeft een afvaardiging van de IVKO een bezoek gebracht aan de Archipel, de school van Sterre Ploeger. Reinoud Buijs, (zorgcoördinator van de IVKO en afstuderend orthopedagoog), Geert van de Berg (docent mime) en Gisèle Sarolea, (gezinsbegeleider bij Auris Driebergen en in die hoedanigheid getraind om kinderen in hun omgeving te observeren), bovendien is zij de partner van Geert. Zij hebben drie kinderen en zijn, om het weekend, gastgezin van een kind met Downsyndroom. Naast het observeren van Sterre is er gesproken met Joke Walda, intern begeleider, Esmeralde Stokvis, één van de twee onderwijsassistenten van Sterre Ploeger en Aart Wouters, de klassenleraar van Sterre. Doel van het bezoek: Zicht krijgen op het functioneren van Sterre op het 'Inclusieve Onderwijs' van 'de Archipel'. Een beeld krijgen van de aanpassingen die nodig zijn om Sterre te kunnen begeleiden binnen het regulier voortgezet onderwijs.
3.1 Gespreksverslag In de gesprekken met Esmeralde Stokvis en Joke Walda wordt gesproken over de leerbaarheid van Sterre. Sterre heeft in de afgelopen twee jaar weinig tot geen vooruitgang gemaakt. "Als er twee appels op tafel liggen en je haalt er één weg dan is het niet vanzelfsprekend dat er één over blijft". Wel is zij in staat om alle namen van haar klasgenoten d.m.v. klanken op te noemen. Ook kan ze zich zelf voorstellen d.m.v. de klank van haar naam in combinatie met een gebaar. "Sterre functioneert op het niveau van een peuter". Esmeralde Stokvis geeft aan dat Sterre niet lang aan eenzelfde opdracht kan werken. "Als Sterre een opdrachtje niet wil doen, dan is zij niet te motiveren". Esmeralde Stokvis vindt haar taak moeilijk; "een onderwijsbegeleider die Sterre op de middelbare school begeleidt, zal een duizendpoot moeten zijn". Esmeralde Stokvis vertelt ons dat het voor Sterre ook mogelijk wordt gemaakt om in de kring "te vertellen" wat zij in het weekend gedaan heeft. Er worden thuis foto's gemaakt van weekend activiteiten (Sterre vindt het leuk om zelf foto's te maken) en opgeplakt. Een klasgenootje legt vervolgens uit wat er op de foto's staat. Met pictogrammen (afbeeldingen) werkt ze niet graag. Kinderen worden regelmatig bij Sterre thuis uitgenodigd, andersom vinden de ouders van klasgenoten het lastig om de verantwoordelijkheid voor Sterre te dragen. Tijdens ons bezoek zijn er drie kinderen die contact maken met Sterre en proberen haar te motiveren. De begeleiding door klasgenoten vindt plaats op vrijwillige basis. In gesprek met Joke Walda vragen we ons af wat de invloed zal zijn op de sociaal-emotionele ontwikkeling van de kinderen die zich op Sterre richten. Vakinhoudelijk kan Sterre geen bijdrage leveren aan haar klasgenoten. Sterre kan niet lezen, praten of schrijven. Geert van de Berg vraagt hoe het is voor een leerkracht om Sterre te begeleiden. Aard Wouters vertelt dat hij zelf intern begeleider geweest is en daarom in staat is om in te spelen op het functioneren van Sterre: "Ik kan me voorstellen dat het voor jullie heel zwaar zou zijn".
Aard Wouters geeft aan dat er volgens hem geen aansluiting is met de lesstof van een middelbare school. "Om Sterre te begeleiden heb je een compleet team nodig dat achter deze beslissing staat, ondanks een onderwijsbegeleider. Anders kun je er beter niet aan beginnen." Ook Aard Wouters geeft aan dat Sterre gevoelig is in haar contact met anderen. Ze is erg gericht op kinderen en ervaart het als pijnlijk als ze genegeerd wordt.
3.2 Observatieverslag, van Sterre op de Archipel 8.30 uur; Begroeting van Reinoud Buijs en Geert van de Berg met de leerkracht (groep 8)van Sterre: Aart Wouters en met de onderwijsassistent Esmeralde Stokvis. Esmeralde Stokvis: "waar is ze?" Onderwijsassistent snelt de gang uit. "ze loopt nooit ver weg" verklaart ze later. Esmeralde Stokvis volgt Sterre dagelijks in haar kielzog. Sterre komt onder begeleiding van Esmeralde Stokvis terug. Ze heeft Reinoud Buijs en Geert van de Berg ogenblikkelijk in de gaten. Ze nadert beiden en maakt onverstaanbare klanken. Ze wendt zich daarbij tot Esmeralde Stokvis. Geert van de Berg benadert haar met een begroeting. De uitgestoken hand neemt ze niet aan. Ze maakt klanken en hangt daarna met één arm om de nek van Geert van de Berg. Esmeralde Stokvis begeleidt haar de klas in. Op een afstand blijft ze reageren met klanken en wapperende handen op de aanwezigheid van Reinoud Buijs en Geert van de Berg. De deur sluit achter haar. Sterre begint in haar klas in de kring. Vervolgens wordt er een open leerruimte gecreëerd. De deuren van de twee klassen gaan open waardoor de kinderen zelf mogen kiezen wat ze gaan doen. Sommige kinderen pakken een opdracht uit hun lesbakje en gaan daar aan werken. Andere zitten in de stilteruimte op de gang, achter de computer of lopen wat door de ruimte heen. Sterre heeft op dat moment geen zin in het opdrachtje. Sterre vindt het bezoek waarschijnlijk interessanter dan de opdracht. Het begeleidende vriendinnetje benadrukt d.m.v. een gebaar van op en neer bewegende vuisten dat er gewerkt moet worden. Sterre neemt het gebaar over, maar wil geen woordjes plakken. Even later probeert Esmeralde Stokvis om Sterre nogmaals te stimuleren, De kinderen van groep 8 zijn in groepen aan het werk onder begeleiding van een leerkracht. Sterre zit aan een groepje van 4 tafels. Sterre doet een opdrachtje met Esmeralde Stokvis, de onderwijsassistente. De opdracht voor Sterre is plaatjes van woorden plakken bij de woorden. Ze moet knippen, plakken en matchen. Esmeralde Stokvis knipt woordjes uit en geeft aan onder welk plaatje Sterre het woordje kan plakken. Vervolgens schuift er een vriendinnetje aan dat de opdracht met Sterre wil doen. Twee meisjes sluiten aan. Ze staan rond Sterre, raken Sterre aan en helpen Sterre met haar werk. Eén meisje knipt het plaatje uit. Ze vraagt aan Sterre:"Waar is de kar? Zoek de kar, Sterre waar zie je de kar? Sterre wijs de kar maar aan. Sterre de kar, waar is de kar? " Vervolgens plakt dit meisje het uitgeknipte plaatje bij het woord kar. Twee meisjes staan om Sterre heen, één van de twee aait de arm van Sterre en de ander kijkt mee wat er aan tafel gebeurt. Sterre maakt contact met hen door klanken en fysieke aanraking. De onderwijsassistente verzoekt aan Sterre nadrukkelijk om de puzzel op te ruimen. Sterre draait zich van haar weg. Esmeralde Stokvis laat het er niet bij zitten en gaat de confrontatie met Sterre aan. Intussen wordt de puzzel door andere leerlingen opgeruimd. Voor het ene stukje dat Sterre nog in de bak legt krijgt ze een pluim. Een meisje vraagt aan Sterre:"Wat wil je doen, wil je naar de computer?" Ze lopen samen naar de computer. Het meisje zet de computer aan. Sterre zet de computer uit. Sterre en het meisje wachten. Na anderhalve minuut wachten komt het meisje erachter dat Sterre de
computer heeft uitgezet. Het meisje zet de computer aan en zegt:"Dat moet je niet doen." Sterre kijkt om zich heen. Ze wachten. Als het startscherm er is vraagt het meisje:"Wat wil je doen?"Sterre wijst op verschillende plaatjes, het meisje kiest foto's uit de schoolomgeving. Sterre klikt op het plaatje, 2 minuten later klikt ze de foto's weg. Het beginscherm is zichtbaar. Na ongeveer 5 minuten kiest het meisje voor Patience op de computer. Sterre lujkt om zich heen. Het meisje zegt:"Dat is nog te moeilijk voor jou, hè? Ik zal het je leren.'' Het meisje gaat spelen. Sterre lujkt om zich heen. Sterre geeft het meisje een duw tegen haar arm. Het meisje speelt patience. Sterre zet de computer uit. Het meisje zegt:"Dat mag je niet doen Sterre." De computer is weer aangezet. Nu wil Sterre muziek. Een liedje van K3. Sterre gaat staan en pakt haar buurmeisje bij de hand. Het meisje zegt:"Ik ga niet dansen." Sterre trekt haar van haar stoel. Het meisje zegt:"Ik ga niet dansen." Sterre pakt een ander meisje bij de hand. Ze draait rondjes met dat meisje. Ze pakt weer de hand van het eerste meisje. Die zegt:"Ik ga heus niet dansen op K3 muziek."
4. Onderzoek naar de geschiktheid van het onderwijs op de IVKO voor Sterre. Artikel 4 van het Inrichtingsbesluit W.V.O. worden de toelatingsvoorwaarden gesteld voor het eerste leerjaar v.w .o., h.a.v.0. en m.a.v.0. Het onderzoek dient plaats te vinden met behulp van tenminste een van de middelen, als genoemd in artikel 4, lid 2: a. toelatingsexamen b. proefklasse c. onderzoek naar kennis en inzicht van de leerling in tenminste laatstelijk door hem/ haar gevolgde schooljaar aan de basisschool d. psychologisch onderzoek
ad.a Toelatingsexamen In een telefoongesprek met Ferdi Ploeger, d.d. 14 november, komen we overeen dat Sterre niet testbaar is. Een niveautest zoals de CITO of de Givo zijn door Sterre niet te maken. Hiermee komt het onderzoeksmiddel zoals deze beschreven wordt in Artikel 4, lid 2a te vervallen. Het is daarom ook niet mogelijk voor Sterre om een diploma te halen op de IVKO of een andere onderwijsvorm in het Voortgezet Onderwijs.
ad.d Psychologisch onderzoek Sterre heeft een indicatie van de Commissie van Indicatiestelling (CvI) van de Stichting 'Gewoon Anders'. Deze stichting verzorgt de extra onderwijszorg die voor Sterre nodig is. In overleg met Ferdi Ploeger heb ik inzage gekregen in de herindicatie van het Cv1 van november 2004. Hierin staan de kind- en schoolkenmerken beschreven (bijlage: herindicatie 2004) De bijgevoegde herindicatie van september 2001 geeft een diagnostische uiteenzetting van het functioneren van Sterre. Zo beschrijft deze de didactische leeftijd en de leerbaarheid van Sterre. Sterre is niet leerbaar op het niveau van de theoretische leerweg van het VMBO zoals deze wordt aangeboden op de IVKO. Met de indicatie van het Cv1 wordt invulling gegeven aan het onderzoeksmiddel beschreven in Artikel 4, lid 2d, 'het psychologisch onderzoek'. In de herindicatie van september 2001 (bijlage: herindicatie 2001) worden o.a. de deskundigen genoemd die bij de hulp van Sterre betrokken zijn: - 2 onderwijsassistenten (samen voor 5 dagen)
-
-
een motorisch remedial teacher, om "de lessen bewegingsonderwijs zovel mogelijk mogelijkheden te laten bieden". een ergotherapeute, die bruikbare adviezen geeft op het gebied van sensormotoriek. een casemanager van de stichting 'Gewoon Anders'; "coördineren en structureren van de zorg".
Om een leerling gebonden financiering (LGFI 'rugzakje') te kunnen knjgen voor het regulier voortgezet onderwijs heeft Sterre opnieuw een indicatie nodig van de CVI.Met het rugzakje kan de school extra onderwijs ondersteuning krijgen vanuit de school voor speciaal of voortgezet speciaal onderwijs behorend bij de handicap van het kind. Ook knjgt de school extra onderwijsmiddelen. De indicatie van Sterre is op 3 december 2004 nog niet beschikbaar.
ad.c Onderwijskundig rapport Op ons verzoek heeft de Archipel een onderwijskundig rapport gemaakt (bijlage: onderwijskundig rapport). Een aantal aandachtspunten: - Sterre ontving speciale begeleiding van haar eigen leerkracht, een intern begeleider, de casemanager van de Stichting Gewoon Anders en een onderwijsassistente. - Problemen bij Sterre uiten zich bij de communicatie, de cognitieve ontwikkeling, de werkhouding en haar motorische ontwikkeling. De speciale begeleiding heeft niet voldoende effect gehad. De leerling heeft op de ontvangende school ook extra begeleiding nodig. - Op sociaal-emotioneel functioneren moeten "haar acties begeleid worden". - Bij de hoofdgroep 'Werkhouding' geven alle items, behalve 'faalangst', 'aandachtspunt voor extra leerling-zorg'. Ook haar 'gedrag' is een 'aandachtspunt voor extra leerling-zorg' . - Bij de 'gediagnosticeerde stoornis' wordt gesproken van een "verstandelijke handicap" met "ernstige spraak-taal stoornis". - "Sterre is graag in een omgeving met leeftijdsgenoten en functioneert goed als ze haar eigen leerlijn mag volgen en begeleid wordt in haar dagelijkse activiteiten". - "Sterre heeft haar eigen handelingsplan nodig om te komen tot leren. De lessen die ze 'volgt' moeten vertaald worden naar haar mogelijkheden en interesses. Daar heeft ze doorlopend een begeleider bijnodig". - "Het is niet mogelijk te verwoorden wat Sterre zelf ervaart. Zij kan het ons niet vertellen". - Uitspraken over leergebieden kunnen bij Sterre niet gedaan worden. - Met betrekking tot de communicatieve redzaamheid: -er is geen bij de leeftijd passende wederkerigheid in communicatie. -Sterre kan haar bedoelingen niet duidelijk maken aan leraar en medeleerlingen -leraar en medeleerlingen kunnen hun bedoelingen niet duidelijk maken aan Sterre. - Sterre is niet zelfredzaam bij de dagelijkse levensverrichtingen. - Sterke kanten van Sterre: -sociaal zeer gevoelig -open houding naar iedereen in haar omgeving - Specifieke adviezen: -het is belangrijk dat Sterre samen met anderen leert, speelt en werkt. -Sterre is het meest te activeren bij drama, muziek en beweging en expressie. -faalervaringen moeten voorkomen worden.
Conclusie Het ACTB geeft in het adviesrapport d.d. 21 oktober 2004 het volgende aan: "dit onderzoek strekt zich uit tot de leerbaarheid van de leerling; kan de leerling de onderwijsdoelen van de school (bijvoorbeeld een examen) halen?" Er kan geconcludeerd worden dat Sterre op de IVKO niet in staat is om de onderwijsdoelen te halen. 5. Gesprek met de ouders van Sterre, Op donderdag 18 november 2004 vond er een gesprek plaats tussen de ouders van Sterre, Ferdi Ploeger en Yvonne Brouwers en namens de IVKO, Geert van de Berg en Reinoud Buijs. Geert van den Berg en Reinoud Buijs hebben gesproken over hun bevindingen op de Archipel. Het was een openhartig gesprek waarin iedereen de (0n)mogelijkheden heeft uitgesproken ten aanzien van de opname van Sterre op de IVKO. Het doel van het gesprek met de ouders van Sterre is: A. Wat zijn de onderwijsdoelen van Sterre? B. Wat is er nodig voor een succesvol functioneren van Sterre op de IVKO? C. Hoe kunnen de middelen worden gefinancierd? Wat zijn de mogelijkheden die de LGF brengt? ad.A. Wat zijn de onderwijsdoelen van Sterre? Ferdi Ploeger legt uit hoe de situatie op de Tyltyl school was: "Sterre zat in een groepje met ander meervoudig gehandicapte kinderen". "Sterre was nog het uitbundigste kind, de andere kinderen keken wat voor zich uit". "Docenten wisten zich ook geen raad". "Sterre werd gedurende twee j aar niet meer uitgedaagd. De leerdoelen van Sterre worden geformuleerd in de handelingsplannen van Sterre op de Archipel. Sterre heeft geen cognitieve doelen. Yvonne Brouwers: "Een diploma is geen doel voor Sterre, wij vinden het belangrijk dat Sterre een plaats lmjgt in de samenleving". De vorderingen van Sterre moeten gericht zijn op: 1. grotere zelfstandigheid 2. zelf keuzen leren maken 3. verbeteren van de communicatie Bovenstaande doelen moeten in de lessen tot uiting kunnen komen. Belangrijk daarbij is dat Sterre 'meedoet' met de andere kinderen, waardoor ze contact heeft met haar klasgenoten. De ouders geven aan dat het onwenselijk is als Sterre voortdurend alleen met de onderwijsassistente werkt. Er moet een communicatie over en weer met haar klasgenoten plaatsvinden.
ad.B. Wat is er nodig voor een succesvolfunctioneren van Sterre op de IVKO? Yvonne Brouwers geeft aan dat de docenten weinig vorderingen mogen verwachten: "Er is veel geduld nodig". De scholing van de docenten hoeft volgens Ferdi Ploeger niet meer in te houden dan praten over wat je als docent verwachten kunt. "Als je onbekend bent met het functioneren van gehandicapte mensen dan kun je je geen voorstelling maken van hoe je ermee om moet gaan".
Ad C. Hoe kunnen de middelen worden gefinancierd. Wat zijn de mogelijkheden die de LGF brengt? Sterre is geïndiceerd voor een leerlinggebonden financiering (lgf). Voor Sterre zal dat budget zijn ca € 5250,= waarvan de helft moet worden herbesteed bij het REC. Die lgf moet door de school worden aangevraagd bij de Cfi. Bij de aanvraag moet het IVKO aangeven door welke school voor speciaal onderwijs (uit het REC) het IVKO zich wil laten begeleiden. Ouders willen dat die begeleiding niet door het REC (of een school van dat REC) maar door het Seminarium voor Orthopedagogiek geschiedt. Ouders hebben hierover contact gehad met de minister en de ACTB en zullen daarvoor weer in contact treden met de ACTB. De zorg in het regulier voortgezet onderwijs bestaat uit het stelsel van Praktijkonderwijs en Leerwegondersteunend onderwijs. Toegang tot dit zorgstelsel wordt verleend door de PCL op grond van landelijk geldende indicatiecriteria. Grosso modo houdt dit in dat alleen door leerlingen met een IQ > 55 van dit zorgstelsel gebruik kan worden gemaakt. Rugzakleerlingen cluster 3 hebben grosso modo een IQ < 60 (CvI-criteria). Hoe de zorg voor deze leerlingen is ingericht moet de scholen aangeven in hun schoolplan en schoolgids (art 24 en 24a WVO). Daarbij kunnen ze gebruik maken van o.a. het regionaal zorgbudget dat wordt beheerd door het samenwerkingsverband. Ook hiermee zal vast niet gekomen worden tot een sluitende financiering van de full-time begeleiding die Sterre nodig heeft. Om toch tot een sluitende financiering te komen kan gebruik gemaakt worden van Persoonsgebonden budget (PGB). Dit budget mag vanaf 1 augustus 2005 alleen worden ingezet voor persoonlijk ondersteuning van Sterre en niet meer voor onderwijsondersteuning.
6. In gesprek met het docententearn. Er zijn drie gespreksmomenten geweest (vrijdag 26-, maandag 29-, dinsdag 30 november) waarop van gedachten is gewisseld over het functioneren van Sterre op de IVKO. Als inleiding voor het gesprek werd de video getoond waarop Sterre te zien is op de Archipel. Doel van deze gesprekken was het inventariseren van de (0n)mogelijkheden van de docenten bij het functioneren van Sterre in de kunst- en zaakvakken; Wat heb je als docent nodig om Sterre in je klas te laten functioneren? Bij de introductie is benadrukt dat: - Sterre een full-time onderwijsassistent bij zich heeft. - Sterre moet deelnemen aan de lessituatie. - Sterre niet genegeerd mag worden. - Er momenten zijn dat Sterre in een aparte ruimte ('pull-out') werkt. - Sterre cognitief niet veel kan bijleren, maar dat de ontwikkeling van Sterre zich zal richten op: grotere zelfstandigheid, zelf keuzen leren maken en verbeteren van de communicatie. Opmerkingen over de staat van het gebouw en de dislocatie zijn niet meegenomen in onderstaand overzicht van opmerkmgen. Aangedragen voorstellen m.b.t. geschiktere onderwijsvonnen vonden wij irrelevant. De gesprekken richtten zich op de mogelijkheden van de individuele docenten.
Samenvatting van de reacties en vragen van de docenten: - "Wat kan Sterre nog leren?" - "Hoe reageren andere kinderen op Sterre? Is de reactie van pubers niet anders dan kinderen op de Basisschool?" - "Moet een docent zelf materiaal maken voor Sterre?" - "Sterre moet meedoen aan de activiteit in de klas, maar zij kan niet communiceren en heeft bijna geen verstandelijke vermogens. Hoe ziet dat er dan uit?" - "Als ik haar niets kan leren zit ze dan niet 'voor spek en bonen' in de klas?" - "Wat betekent het begeleiden van Sterre voor haar klasgenoten?" "Sterre betekent een extra verzwaring". - "Is het wel zo goed voor Sterre als ze in de klas zit bij kinderen die met iets anders bezig zijn?" - "Ik kan er niets mee". - "Ik heb bewust een keuze gemaakt voor het reguliere onderwijs, omdat het begeleiden van gehandicapte kinderen mij te veel aangrijpt". "Ik sta er open voor om Sterre in mijn les te laten functioneren". - "Ik kan me geen voorstelling maken over hoe de les er uit gaat zien als Sterre in de klas zou zitten". - "Als Sterre les knjgt zit er dus altijd een volwassene in mijn les". - "Het zou misschien wel kunnen, maar het kan ook geweldig mislukken en wat doen we dan?" - "Hoelang blijft Sterre dan op het voortgezet onderwijs?" - "Is Sterre wel te corrigeren?" - "Kunnen we een probeertermijn afspreken?" - Enz. Omdat er geen voorbeelden voorhanden zijn van het functioneren van een meervoudig gehandicapte leerling met een laag IQ op het vmbo-t, weten de docenten niet of het een succes kan worden als Sterre op de IVKO is. "Wat doen we als het niet goed gaat en er geen oplossingen voor handen zijn?" Een proefperiode is immers niet aan de orde. Weinig docenten staan open voor het toelaten van Sterre in de les. Het lage cognitieve vermogen en de gebrekkige communicatieve vaardigheden van Sterre worden als grote hindernis ervaren. De docenten richten zich op de begeleiding van de cognitieve ontwikkeling van leerlingen. Daarnaast geven zij aan dat de doelen van Sterre en die van andere leerlingen te ver uiteenlopen. Als gevolg daarvan wordt de zorg uitgesproken over een mogelijke isolering van Sterre in de klas.
7. Inventarisatie Aan de hand van de verzamelde gegevens komen we tot de volgende inventarisatie.
Sterre kan deelnemen aan het onderwijs op de IVKû, mits. . . . . . . . er ten aanzien van de onderstaande onderwerpen de volgende invulling wordt gegeven: Organisatorisch: 1. Een 'terugtrek ruimte' gecreëerd kan worden waar Sterre zich met haar onderwijsassistent kan terugtrekken. 2. Een aangepast rooster gemaakt kan worden zodat Sterre niet heen en weer tussen dependance en hoofdgebouw hoeft te reizen. 3. In overleg met de Inspectie, een keuze gemaakt wordt in de vakken die ze gaat volgen, waardoor de expressievakken een dominante rol kunnen innemen. Docenten: 1. Docenten (ortho)pedagogisch geschoold worden t.a.v. de omgang met meervoudig gehandicapte kinderen, te weten Sterre die o.a. niet kan praten, lezen of schrijven. Cognitief geen leerresultaat kan behalen, fysiek kan reageren en lastig te corrigeren is. Docenten moeten leren aan te sluiten bij de sterke punten, interesses, behoeften en talenten van Sterre. 2. Docenten geen extra voorbereidingstijd nodig hebben om de lesinhoud te vertalen naar het niveau van Sterre (cognitief ongeveer 2 jaar oud). 3. Docenten didactisch geschoold worden in werkvormen die zowel uitdagend voor Sterre als voor haar klasgenoten zijn. 4. Docenten ondersteund worden door een onderwijsassistent die de lesstof naar Sterre kan vertalen. 5. Docenten overtuigd zijn van het belang van het functioneren van Sterre op de IVKO. 6. Docenten de begeleiding evenredig over alle leerlingen kunnen verdelen. 7. Docenten zich kunnen richten op de begeleiding van de cognitieve ontwikkeling van Sterre. De cognitieve ontwikkeling zal uiteindelijk afgerond moeten worden in een vmbo-t diploma. Leerlingen: 1. Sterre d.m.v. een 'transition plan' geleidelijk in de school geïntroduceerd kan worden. 2. Leerlingen bereidwillig zijn om Sterre bij te staan bij haar functioneren in de klas. Zonder dat Sterre aangewezen is op dezelfde klasgenoten, waardoor de sociaal-emotionele belasting van deze klasgenoten te groot kan worden. 3. Voor de aanmelding op de IVKO bekend gemaakt wordt dat leerlingen, in hun klas, gaan functioneren met Sterre. 4. Er bij andere kinderen in de klas geen onderwijsbelemmeringen ontstaan door het functioneren van Sterre in de klas. Sterre: 1. Begeleid kan worden door een onderwijsassistent. 2. Met de les mee kan doen en hierdoor interactie kan hebben met de andere kinderen in de klas. 3. Lesmateriaal naar het niveau van Sterre vertaald kan worden. Ouders: 1. Er bij aanmelding van nieuwe leerlingen duidelijk is gemaakt dat Sterre ook een leerling op de IVKO is, waardoor leerlingen mogelijk een rol kunnen krijgen bij het samenwerken met Sterre.
Visie van de school: 1. De keuze voor 'Inclusief Onderwijs' goed gekeurd wordt door de Medezeggenschapsraad.
8. Eindconclusie Sterre Ploeger wordt niet als leerling aangenomen op de IVKO. De IVKO heeft gezocht naar de mogelijkheden om Sterre in de klas te laten functioneren. Conform het vonnis is bij het onderzoek het advies van het ACTB gevolgd. Het onderzoek bestond uit: - twee gesprekken met Rob Franke - bezoek aan de Archipel - gesprek met Ferdi Ploeger en Yvonne Brouwer drie gespreksmomenten met het docententeam - artikel 4 van het Inrichtingsbesluit: opvragen onderwijskundig rapport bestuderen van herindicatie's, bij ontbreken van recente CvI-indicatie onderzoek naar leerbaarheid & behalen van vmbo-t diploma De schoolleiding onderkent de mogelijke toegevoegde waarde van het functioneren van Sterre op de IVKO. Het omgaan met (0n)mogelijkheden van een (meervoudig) gehandicapte leerling kan waardevol zijn voor leerlingen. De (0n)mogelijkheden van Sterre worden uiteindelijk, na intensief onderzoek, als beperking ervaren voor docenten en leerlingen. Sterre kan geen gelijkwaardige deelname hebben aan het onderwijsleerproces op de IVKO. Er zal geen sprake zijn van een cognitieve ontwikkeling bij Sterre die resulteert in een vmbo-t diploma. Sterre kan cognitief niet op het niveau van haar leeftijdgenoten functioneren. Daarnaast verloopt de interactie uitermate moeizaam. Sterre kan zich slecht 'verstaanbaar' maken, de informatie van anderen wordt door Sterre vrijwel niet begrepen en Sterre is moeilijk te corrigeren. De interactie met klasgenoten vindt niet op een gelijkwaardige manier plaats. Het verschil met leeftijdgenoten is op cognitief en sociaal niveau te groot. De docenten richten zich op de begeleiding van cognitieve doelen en kunstzinnige vorming van de leerlingen. De leerdoelen van Sterre zijn van een andere aard. Haar ontwikkeling richt zich op de communicatie, grotere zelfstandigheid en zelf keuzen leren maken. Docenten zijn niet in staat om de lesstof 'aan te passen' naar het niveau van Sterre, leerlingen te betrekken bij het persoonlijke leerproces van Sterre en de didactische werkvormen zo kiezen dat Sterre wel met de les mee kan doen. Het inzetten van externe gelden en middelen vanuit de 'Leerling Gebonden Financiering' en het 'Persoonsgebonden Budget' kunnen Sterre niet die ondersteuning bieden zodat het functioneren van Sterre in het onderwijsleerproces op de IVKO wel een succes wordt.
Amsterdam, 13 december 2004
P. L'Istelle, Directrice
L
R.Buijs Zorgcoördinator
Herindicatie, November 2004
Naam:
Sterre Ploeger
Oordeelsvorming Cvl
Zognitief
Zeer moeilijk lerend niveau, krassend tekenen, manipuleert met materiaal: heeft hier steeds meer plezier in. Neemt (werk)houding van andere kinderen over en kan zo deelnemen aan leeractiviteiten. Heeft veel uitdaging nodig om tot activiteiten te komen. Instructie door volwassenen in een 1 op 1 situatie verloopt zeer moeizaam: is niet productief. Heeft andere leerlingen nodig voor motivatie en om samen tot cognitieve activiteiten te komen.
lidactisch
Korte concentratie, snel afgeleid Taakhouding afhankelijk van motivatie. Is met muziek, toneel, zang en dans tot activiteiten te inspireren. Gymmen, schrijfbewegingen en buitenspelen hebben haar interesse
r
r
mvdv Kindschema
Sterre Ploeger
Kindschema:
13-09-2004
Herindicatie:
november 2004
Individueel leerprogramma met aangepaste doelen. Acceptatie van beperkingen van Sterre aangaande spraak, tempo, niveau en aangepaste doelen: positief cognitief ontwikkelend. Gestructureerde omgeving ten behoeve van duidelijkheid en zelfstandigheid Positieve, initiatiefrijke benadering Haalbare korte termijndoelen. Kleine stapjes, korte en concrete opdrachten. Veel gebruik van concreet materiaal Mogelijkheid om met andere kinderen leermomenten te creëren (coöperatief leren) Mogelijkheid om met de klas middels toepassing van totale communicatie aandacht aan communicatie te besteden. Tijd en ruimte hebben om Sterre te begrijpen en om haar een plek te geven in de klas. Bevorderen van sociale contacten buiten schooltijd. Mogelijkheid tot leren met (aangepaste) computer. Positief pedagogisch klimaat Instructie door gevoel van eigenwaarde bij Sterre te prikkelen en daarmee te motiveren. Korte enkelvoudige opdracht met regelmatige feedback en stimulering door enthousiasme en planning Taken en doelen op het niveau van Sterre vervlechten met het gewone curriculum van de andere kinderen Mogelijkheid tot regelmatige interactiemomenten leerkracht1 assistentielleerlingmet Sterre Oplossingen zoeken voor integratie waar activiteiten voor Sterre nog buiten het gewone lesprogramma om gegeven worden.
13-09-2004
Pedalogisch, cSociaalc:motioneel
4
a
4
4
4 4
-IMotoriek
Sterre is vrolijk, sociaal en geïnteresseerd. Merkt veel in haar omgeving op. Sterre kan goed contacten leggen met andere mensen en kinderen. Sterre voelt goed aan of anderen in haar geïnteresseerd zijn of niet. Faalervaringen leiden snel tot ongeïnteresseerdheid. Uitsluiting leidt tot verdriet en soms tot slaan Onduidelijke en onoverzichtelijke situaties kunnen Sterre in verwarring brengen waardoor zij de zaken niet meer onder controle heeft en niet meer weet hoe te handelen; dit kan soms leiden tot slaan.
tD
Moeizame coördinatie
D
Adl nagenoeg zelfstandig o
Zelfstandigheid
mvdv Kindschema
Heeft veel sturing nodig, verbaal en fysiek. Heeft vaak ongericht, fladderig gedrag Sterre verliest motivatie als zij het nut niet ziet en niet enthousiast ervoor is Haakt af als er niet snel of duidelijk resultaat of effect is Oppassen als sturing ontaardt in dwang: werkt bij Sterre zeer contra-produktief.
Expliciet benoemen van elementen uit haar omgeving als stimulans voor haar passief taalbegrip (wordt immers onvoldoende gestimuleerd als gevolg van haar dysfasie) Faalervaringenvoorkomen, succeservaringen bevorderen Bedacht zijn dat situaties onbedoeld tot uitsluiting van Sterre kunnen leiden. Zorgen voor situaties die Sterre kan begrijpen. Geen grapjes maken die Sterre niet kan begrijpen en daardoor tot een spiraal van verkeerde reacties kunnen leiden. Sterre instrumenten 1 manieren leren om verwarring en boosheid duidelijk te maken en ter vervanging van dwingend of boos gedrag Touch-screen voor computer Activiteiten rekening houdend met moeizame fijn-motoriek en vertraagde reacties. (Grote middelen, wachten op reactie) Ondersteuning bij gymlessen Ondersteuning bij aan- en uitkleden gericht op toenemen zelfstandigheid. Actief zelfstandigheid stimulerend door waar mogelijk af te zien van verbale en fysieke sturing. Gevoel van eigenwaarde bevorderend. Sterre het gevoel geven dat zij zelf sturing op haar activiteiten kan uitoefenen: stimuleren zelf keuzes te maken Evenwicht weten te vinden tussen nastreven van een doel en het schijnbare 'geen zin' als Sterre niet begrijpt wat van haar verwacht wordt, de zin van een activiteit niet inziet of inschat dat ze het niet kan. Aan activiteiten moet voor Sterre een begrijpbaar en gedeeld 'nut' worden toegekend.
212
Sterre Ploeger
13-09-2004
Onderwijskundig rapport
Vertrouwelijk
Stichting
1
Samenwerkingsverband van BestuurscarnmissieOpenbaar Ondenvijs Almere Stichting Algcmccn Bijzonder Ondcnvijs Almere Stichting Islamitische School Almere Stichting Vrije School Almere
Van:
Sterre Ploeger
School: obs de @-chipel
-
s
.L..
- .
venrouweiijk
I
I
i I I
R C I
1
I
I
I
u B
I
lt
lOndemijskundig Repport 2004-2005 Van:
f
Stege Ploeger
1
I
I
I
!School obs de @chipel
a
1
0
Ingevuld op: hnoevuld door: 1 ~ a rWouters t /l8 - ll-'O4
::l--*
kJkUeE5
-1
-
l I
\------*-Aa--C-m~-a-d
C ,
--.-.l,+;;lr,,A.1~-4;m
r1
kkrbk W-WXkUkJi
C 1 L t r U t t b X L U U1
L
9- *---l:--
U,ALJ.JLLWltUPa+
W IJ-
I
1
I
cluiup tc ~ypcruigv t i n uc rccrlmg
*LoÜveringacivies verwijzende schooi ~syciloiogiscil j orthopeciagogïsch/medisch onderzoek Leerlingkenmerken b c i a l e begeleiding
.
i È
U-
[ue sociaai-emotioneie ontwikkeiing van de ieeriing W
I
I
b
IAanvullende speciale b e g e l e ~ ~ g tlAanvullende Leerlingkenmerken w n t u e l e bijzonderheden HKmte samenvatting erteke~ing
I
I
Ä 1
I
1
1
1
x x
I
X
X
X X
1 t
- --
1
I
I
I
I
-
xd 1
---
u
Vertrouwelijk
Reeds getroffen maatregelen:
datum: n o v e m b e r 2004
Spreekuur intern begeleider Leerlingbespreking met collega's Consuitaue Cc er Case manager Stichting Gewoon Anders Spreekuur schoolbegeleider Handelingsplan in de groep Handelingsplan buiten de groep(RT) Ouàergespreic &oorintern 'Degeieider Observaties in de groep Didaktisch onderzoek in de school Overleg overige externe conctacten (GGD,Logopedie enz.J
Andere reievanie inEormaiciebronnen~hieri,iriier ilaemen)
Ambulante zorg: locatie " W e e r a n k " . Ergotherapie.
1,
Leerling- en schoolgegevens
Anders namelijk
E TmU
;ar, herk~mst
Woont in Nederland sinds
- -
Vertrouwelijk
i
Basisonderwijs
X Anders, te weten: Na groep 1 / 2 heeft ze 'symbiose onderwijs' gevolgd op dezelfde hasisschool waar ze in groep 1 / S zat, Daarna heeft ze 4 jaar op de tyltylschool gezeten.
1
De laatste 4 jaar zit ze bij ons op school. Wij zijn een school voor inclusief onderwijs.
617 Nee
Was er wisseling van school:
X Ja; hoe vaak: 3 maal
i Wanneer en waarom: Zie bovenstaande. Huidige school:
speciaal basisonderwijs speciaal :!ndemi.s
._ _ j
....
__I.I
..
.
Y II" I _ I
...
i,-..
1 Maldivenweg 2
L---
,
Postcode en woonplaats
1
. ...............
....
__...........
................
r-
I
.... _"._
-.-.
/ Fred Molenberg
"-71
................
---
& - - - - -
.
.
.... -.-.
.......................
. . . . . . .
-.
.,
...
II
l
............
.
-- -
.
p -
1339 PL Almere
1 ! Joke Walda
.............................
1 Naam inntaçtpersoon i
-
-- - - --. -
,
i Naam Irecfgur
1! -----. . . . . . . . . .
i
.....
...
......................--.......
! Adres I
......... ...-m
- -
i Obs. De Brchipel
Naam school
. . . . . . . . . .
.........
-,-*.--.--
.
-
.
. .-
..
-.-.e-
-
,
"
Vertrouwelijk
Het betreft hier: manmelding LLZ merhuizing van een leerling binnen (speciaal)basisonderwijs X Aanmelding vanuit basisonderwijs naar voortgezet onderwijs vanuit (speciaal)basisonderwijs naar speciaal onderwijs
&melding
[IIDciuster l: m s u e e l gehandicapte kinderen [Ill~luster2: [Illondenvijs aan dove kinderen [nlonderwijs aan slechthorende kinderen [nlonderwijs aan kinderen met ernstige spraakmoeilijkheden mcluster 3: X onderwijs aan meervoudig gehandicapte kinderen a7]ondemijs aan langdurig zieke kinderen [nlondemijs aan zeer moeilijk lerende kinderen a7]~luster4: mondenvijs verbonden aan pedologisch instituut [nlonderwijs aan zeer moeilijk opvoedbare kinderen [CIlonderwijs aan langdurig (psychiatrisch)zieke kinderen
Ifll~dviesschoolverlater: overgang primair onderwijs naar voortgezet onderwijs
avwo
bl] avo a ~ h e o r e t i s c h eleerweg
a m et leerwegondersteuning
1[711C3emengdeleerweg
a7]met leerwegondersteuning
a ~ á d e r b e r o e p ~ e r i c hleerweg te
met leerwegondersteuning
BI]~ a s i s b e r o e ~ s ~ e r i cleerweg hte
a r n e t leerwegondersteuning
Komt de wens van de ouders overeen met het schooladvies?
7a
Komt de wens van de leerling overeen met het schooladvies?
a~a
a ~ e e
a
~ e e
Opmerkingen: We zoeken voor Sterre een school waar ze temidden van leeftijdsgenoten
zich verder kan ontwikkelen. Sterre is niet in staat om, volgens bovenstaande leerwegen, een diploma te halen.
X Het is gewenst dat de ontvangende school contact opneemt met de basisschool.
Vertrouwelijk
N.V.T. Sterre maakt geen toetsen.
2. Leerlingvolgsysteem 3 Eindtoets (speciaal)basisonderwiljs
Sterre doet niet mee met de CITO toets.
Inäíen aanwezig: cognitieve capaciteiten (intelligentie)van de leerling2 4 Niet meetbaar Score verbale intelligentie
Score totale intelligentie
performde/ ruimtelijke intelligentie
---
- .---------L-.-.---.-
Gebruikte intelligentietest:
IBO NDT anders te weten:
GIVO
DLS
WISC-RN
Zijn er problemen met betrekking tot het sociaal emotioneel fitnctioneren?
5
_
"-__
/aNee
--
__
______I--
-
--
- -- -
X J a , en wel in de categorie: -- -- - -- - - . X Problematiek verband houdend met de persoonlijkheid van de leerling ---. ---: L l i X Problematiek als gevolg van een gediagnostiseerde stoornis l -- - -- . -- "7 Probleem als eflert van een traumatische crisissituatie mor de leerling ,
i
k--
I
w --
- .l
---
l
1
"
""-" "*"""
"U
I
--w
-"-""w
--
f
Aard van de problematiek: Sterre kan heel goed, op haar manier, zelf contact leggen. In
1i haar contact met anderen heeft ze veel hulp nodig van mensen die haar goed kennen.
i I
1 I
i Op cognitief gebied functioneert S t e m op het niveau van een 2 a 3 jarige. __L_r--_l-p-l-_ll-
Er zijn problemen met
iaFaalangst l
j Prestatie-motivatie
'0Emotionele instabiliteit
'nAnders n.l.
r
i
". "".""-." -"." - - ---- 1 Is er onderzoek geweest om het sociaal emotioneel functioneren in kaart te brengen? l ,
.
--- --
-*
--w
* -"" "
--"" "
/ X Nee Profielblad met scores als bijlage toevoegen aan dit onderwijskundigrapport.
"-
..
Vertrouwelijk --
p
Ja middels:
--
-
-- -
PMT-K
Persoonlij'kheidsvragenlijst:
O Gedragsbeoordelingsfijst:
Ja middels
NPV-J
a SCHOBL-R
TRF
-
u
YSR CBCL
X Andere onderzoeksmiddelen te weten: Psychologisch onderzoek en observaties door
verschillende instanties. ..........
. - .
- -
Het onderzoek heeft plaatsgevonden op:
(mag niet ouder zijn dan l kalenderjaar)
Het psychologisch onderzoek is ouder d m een jaar. -
-
-
---
-
" " - v
- ---
-
-
-- -
-""-
- a
V
."
"
-e
W
Het onderzoek is verricht door: Particuliere psycholoog, de Weerklank' en Stichting Gewoon Anders.
Vereuim
6 .
/
.
I Is er sprake van verzuim?
. .....-,-.....-.-.--......-....
. . . . . . . . ....
.......
..
-
.---.- -.......
Nee
l
ICCCX
Ja, ongeoorloofd
Ja, geoorloofd
...
X Een enkele keer . . .
i Er is contact geweest met de leerplichtambtenaar:X
/
i,.
M
...
.........-.-._..
..-M..... ..+.
....................*..........................................
Toelichting: . .
."............--.....
"
Specíaìe begeleiding -..
7
_
--
Nee
Vaak ...
.-..
Ja .........................................
..... -..-.--,-
...
.-
.-----.w.-....................
--
-k
w
P p
--- -
Nee
a Ontving de leerling speciale leerhulp?
X Ja, van een of meer van onderstaande experts: --
X Eigen leerkracht
-
-.
......................
_-"
---
u -
Remedial teacher
--
-----m-
Logopedist ................. __...._
-
---a
-
.
-l--l__-
[7 Ambulant begeleider vanuit rec Ambulante begeleiding vanuit sbo - -- .. - - ---------X Anderen, te weten: Case manager Stichting Gewoon Anders en onderwijsassistente. " "
"
I
i
i
-
I
Op welke gebieden zijn er problemen? -
- --
-
--
i _ l _ _
"
-m
-- ---_-_"-
_. .-
-
^
--
Communicatie, cognitieve ontwikkeling, motorische ontwikkeling, werkhouding en zelfstandigheid. _-
i
"w--.
X Intern begeleider
_--l_l_____lA1ll---
-
- --
"
:
Vertrouwelijk ---
Hoe uiten de problemen zich?
....... .-.-.....,,7.-,,-.,*
Communicatie: Sterre kan niet praten; er moet op een andere manier gecommuniceerd worden. Cognitieve ontwigkeling: ze heeft een eigen programma afgestemd op haar leerlijn. Werkhouding: ze is gauw afgeleid, ze heeft een korte concentratie. Motorische ontwikkeling: Coördinatie verloopt moeizaam. Slechte balans en beperkte ...
""
"..""..
Hoe lang doen de problemen zich voor? .-
--
--
A
Wat is er aan het probleem gedaan?
w -p -
Communicatie: Sterre maakt gebruik van gebaren van de weerklank, lichaamshouding, klanken en een paar woordjes. Daarnaast gebruikt ze afbeeldingen, picto's en foto's. Cognitieve ontwikkeling: haar werk aanbieden datpast bij haar ontwikGlingsnivcau. Werkhouding: rekening houden met haar interesses en zorgen voor voldoende afwisseling. Motorische ontwikkeling : haar zoveel mogelijk zelf laten doen en hulp bieden waar ze dat nodig heeft.
i
-
p -
/ Wat is het resultaat?
Sterre functioneert vooral goed met leeftìjdsgenoten om haar heen. Deze interactie maakt het plezierig voor haar. --
l
l
j Heeft de speciale begeleiding voldoende effect gehad? X Nee
Ja
/ Het positieve effect voor haar is, dat ze op deze manier op haar eigen tempo, rekening
1
, houdend met haar mogelijkheden bij ons op school een goede tijd heeft gehad.
i
-
'
- -
-"---
-
_ "
-"
s---
-
"
-
.
-
---
" v .
-
.
1 b. Heeft de leerling op de ontvangende school extra steun/ begeleiding nodig? l
I
-
-
-
-
-" -
-
----.--m--"
-
"
"m"
_
_-
-- - --
"-" "
Zo ja, op welke wijze en op welke gebieden? Zoals hierboven omschreven, aangepast aan de
/ nieuwe omstandigheden. Het is van groot belang dat er een begeleider voor haar aanwezig is p u r e n d e de uren dat ze de school bezoekt. - - __ __ _ ..-."-.".----" 8. Leerlingkenmerken
Positieve werkende leerlingkenmerken
i
Niet van toepassing. Ze heeft haar eigen leerwn en daar is altijd eretra zorg voor nodig.
Aanvankefijk lezen Taalontwikkeling Oriêntatie in ruimte/ tijd Technisch lezen
.
Vertrouwelijk Begrijpend lezen Spelling Rekenen/ wiskunde
\~ociaal-emotioneel ;functioneren ----Zelfbeeld Naar binnen gericht Naar buiten gericht Interactie medeleerlingen Interactie leerkrachten Overactief Afwachtend/ passief
U
X Haar acties moeten begeleid worden.
___
__".__-_-"_-_ll..
Positieve Werkende leerlingkenmerken
Werkhouding/aanpako -- - -- ._---_."--, '~SvaGe EIf
"
1
-"
I
. l
l
l
i
X
Faalangst Zelfstandigheid Concentratie Taakgerichtheid Werktempo Nauwkeurigheid Impulsiviteit Structuur aanbrengen
0
a 0
0
0 [7 0 0
Werkhouding Doorzettingsvemogen
Huiswerkattitude Huiswerkomstandigheden ___ _ _-"---- . -Fysieke ontwikkeling ___
...-.
- - w - _
v..__.. --
-"
""
-
" m -
l L
Gezichtsvermogen Gehoor Grove motoriek Fijne motoriek
De werkhouding van een leerling wordt mede beïndoed door het handelen van de docent en het gedrag van zijn medeleerlingen. De formulering van deze vraag houdt onvoldoende rekening met deze complexe werkelijkheid.
Vertrouwelijk
.m
a--
stoornis
i-diagnosticeerde
I
ADHD Stoornis binnen autistisch spectrum Epilepsie Dyslexie Anders te weten: verstandelijke handicap
0
i
1
...
[~ediagnostiseerd
U
0
0
0
0
naam: naam: naam: naam:
X
D
naam:
U
naam:
Anders te weten: ernstige spraak-taalstoornis. X
Eventuele bijzonderhede -.
Thuissituatie Gezinssamenstelling Gezondheid Gedrag 9. Eventuele toelichting op het onderwijskundig rapport
10. Ondertekening
Naam en handtekening directeur
Datum
-
-
(dd-mm-jUj)
Naam en handtekening contactpersoon:
{namens bevoegd gezag):
Een kopie van dit ingevulde Onderwijskundig rapport 2004-2005,, algemeen deel is aan de ouders overhandigd of toegestuurd op
Eventuele opmerkingen:
-
-
Vertrouwelijk
Aan dit algemene deel is toegevoegd:
Bijlage 1 : leerwegondersteunend onderwijs en praktijkonderwijs
X
Bijlage 2: (voortgezet) speciaal onderwijs Toestemmingsformulier ouders/ verzorgers/ leerling Rapportage ontwikkelingspsychologisch onderzoek (IQ) Rapportage logopedisch onderzoek Overige, rapportages, dossiers e.d., te weten
Relevante informatie is inmiddels door ouders toegezonden.
Vertrouwelijk
Stichting
1
Samenwerkingsverband van BcstuurscommissicOpcnbaar Onderwijs Alrncrc Stichting Algemeen Bijzonder Onderwijs Almere Stichting Islamitische School Nmere Stichting Vrije School Almcrc
Van: Sterre Ploeger
School:obs de @rchipel
Vertrouwelijk
1 Onderwijskundig rapport bijlage 2 Bijlage voor leerlingen die worden aangemeld voor het (voortgezet) speciaal onderwifs
-
of voor leerlinggebonden financiering 2004 20054
Deze bijlage dient als aanvulling op het algemene deel van het onderwijskundig rapport. Het kan een bijdrage leveren aan de toelaatbaarheidsbeslissings,maar is
ook bedoeld om handelingssuggesties te kunnen opstellen. In een aantal gevallen wordt u gevraagd een beoordeling te geven. Voornaam, achternaam en geboortedatum van de leerling: ...Sterre Ploeger ~
-
>
~
"".
+
A
*
>
-
-
L
-
.".
.
""--
1 l-O6-l99l "
"
-
, ""*
"
".
LLZ:
Advies vanuit (speciaal)basisonderwijs:
Cluster 1:
visueel gehandicapte kinderen
Cluster 2
onderwijs aan dove kinderen onderwijs aan slechthorende kinderen onderwijs aan kinderen met ernstige spraakmoeilijkheden
Cluster 3: X onderwijs aan meervoudig gehandicapte kinderen
onderwijs aan langdurig zieke kinderen onderwijs aan zeer moeilijk lerende kinderen Cluster 4:
onderwijs verbonden aan pedologisch instituut
onderwijs aan zeer moeilijk opvoedbare kinderen ondemijs aan langdurig (psychiatrisch)zieke kinderen
1
Beluiopte typering van de leerling
Sterre is een leerling van 14jaar met een verstandelijke handicap en ernstige
spraaktaalstoomis. Tevens is er sprake van een motorische ontwikkelingsachterstarid. Sterre is graag in een omgeving met leeftijdssgenoten en functioneert goed als ze haar eigen leerlijn mag volgen en begeleid wordt in haar dagelijkse activiteiten.
....................................................................
I . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . , . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Deze bijlage treedt niet in de plaats van het algemene deel: s.v.p. beide formulieren inleveren bij de school voor speciaal onderwijs. Het onderwijskundig rapport is essentieel voor de indicatie van een leerling voor speciaal onderwijs.
Vertrouwef ijk
Motivering advies verwijzende school
2
- Geef op basis van een integratie van alle leerlinggegevens aan waarom u vindt dat de
leerling in aanmerking komt voor plaatsing op een school voor (voortgezet)Speciaal onderwijs/ leerlinggebonden financiering:
Sterre heeft haar eigen handelingsplan dat aansluit op haar ontwikkelingslijn en mogelijkheden. Ze heeft veel hulp nodig om te komen tot leren. De lessen die ze 'volgt' moeten vertaald worden naar haar mogelijkheden en interesses. Daar heeft ze doorlopend een begeleider bij nodig.
........................................................................................................................................
- Is de permanente commissie leerlingzorg/ zorgstructuur van het samenwerlûngsverband betrokken geweest bij de advisering over deze leerling?
~a X Nee
- Zo ja, hoe luidde/luidt het advies van de pcl/zorgstructuur?
- Wat is de mening van de ouders over het advies van de verwijzende school? Geef hieronder de mening van de ouders weer in een (uitgebreide)toelichting: Ouders willen voor Sterre een setting waar i j samen met leeftijdgenoten opgroeit, omdat Sterre zich goed aan deze leerlingen kan optrekken. Ouders zijn grote voorstanders van ïnclusief onderwijs. In Almere, bij ons op school, hadden zij een school gevonden die
aansloot bij hun wensen.
.......................................................................................................................................
- Hoe heeft de leerling zelf zijn schoolloopbaan ervaren? Geef hieronder de mening van de leerlui@ weer in een (uitgebreide)toelichting: Het is niet mogelijk om te verwoorden wat Sterre zelf ervaart. Zij kan het ons niet vertellen.
D.m.v. observaties is onze mening dat Sterre het erg naar haar zin heeft bij ons op school.
........................................................................................................................................
3.
De ontwikkeling en schoolvorderingen van de leerling (Aanvullìng op vraag 2 van
het Ondenuijskundig rapport, algemeen deel)
- Is er sprake van een 'onderbroken ontwikkeling' van de leerling?
X ja
[71 nee
- Kunt u een beschrijving geven van de omstandigheden waaronder de ontwikkeling van de leerling stagneerde/ de leerling geen schoolvorderingen meer maakte?
Haar meervoudige handicap stagneert haar mogelijkheden om te leren op de manier zoals
wij die als 'normaal' ervaren.
ij jonge leerlingen: een inschatting van de ouders over de ervaringen van hun kind.
Vertrouwelijk Door haar spraaktaalstoornis zijn er grote beperkingen in de communicatie met haar. Haar motorische ontwikkelingsachterstand beperkt haar in de mogelijkheid om alles zelf te doen.
..........................................................................................................
- Zijn er perioden geweest dat de leerling zich goed ontwikkelde?
mja
X nee
- Kunt u een beschrijving geven van de omstandigheden die voor de leerling kennelijk gunstig waren.
De plaatsing op een reguliere basisschool gericht op inclusief onderwijs. De leerlingen van onze school leren om te werken/spelen met leerlingen die beperkingen hebben. De wisselwerking tussen deze leerlingen is van enorm belang om te groeien en te ontwikkelen. Sterre kan zich goed optrekken aan leerlingen die haar een goed voorbeeld geven van
omgaan met elkaar en leren van elkaar.
........................................................................................................................................ Voor leerlingen uit het voortgezet onderwijs die worden aangemeld voor een school
binnen cluster 2 of 3; gegevens over de leervorderingen en eventueel opgelopen leerachterstand van de leerling gedurende de periode dat de leerling het voortgezet
onderwijs bezocht heeft in relatie tot de verwachte ontwikkeling op basis van het
advies waarmee de leerling aan het voortgezet onderwijs begonnen is7. Onderstaande vakken en leergebieden zijn niet aan de orde voor Sterre. .
"
Leergebiedl onderdeel .
Inschatting/oordcel van de docent
.
Spreekvaardigheid vreemde talen
Leerling behoort tot de 10% laagst scorenden in vergelijking met didactische leeftijdsgenoten: nee
Schrijfvaardigheid vreemde talen
Toelichting
Leerling behoort tot de 10%laagst scorenden in vergelijking met didactische leeftijdsgenoten: ja
Exacte vakken
nee
Toelichting
Leerling behoort tot de 10%laagst scorenden in vergelijking met didactische leeftijdsgenoten: ja
nee
Toelichting
Wanneer het leerprestatieniveau bij het verlaten van groep 8 van de school voor (speciaal) basisonderwijs nog representatief is, kan de leerachterstanddaarmee aangegeven worden.
Vertrouwelijk Omschrijf de reden(en) waarom de leerling onvoldoende van het onderwijs kan profiteren. Maak hierbij s.v.p. een onderscheid tussen kenmerken van de leerling en kenmerken van
uw school. Sterre zal bij alle vakken een vertaling moeten krijgen naar wat de mogelijkheden voor haar
zijn, waarbij heel goed gekeken moet worden naar haar eigen interesses. De leerling- en schoolkenmerken van Sterre en de school staan omschreven in het kindschema, gemaakt door de case-manager van Gewoon Anders. (nov.'04)
4.
De sociaal emotionele ontwikkeling van de leerling
(Aanuulling op vraag 5 van het Onderwijskundig rapport, algemeen deel)
Gevraagd wordt een beschrijving te geven van de problemen die de leerling belemmeren bij het volgen van het onderwijs. Wanneer één of meer van de volgende onderdelen 4a t/m 4d van toepassing is op de problematiek van deze leerling wordt bij dat onderdeel gevraagd een beschrijving te geven over de aard van de problematiek. Tevens wordt u gevraagd om de volgende informatie te geven: Hoe lang doen de problemen zich voor?, Hoe frequent doen de problemen zich in bepaalde situaties voor?, Zijn er omstandigheden die de problemen kunnen verklaren, al dan niet gelegen in de socio-etnische achtergrond van de leerling?,
Wat is de ernst van de problemen?, Hebben de problemen invloed op andere gedragingen en activiteiten?
Een onderdeel is van toepassing wanneer u een of meer van de vragen bij het betreffende onderdeel met nee zou beantwoorden voor de leerling (4a,4b, 4d),of als de leerling hulp
nodig heeft bij algemene dagelijkse levensverrichtingen (4c). Onderdelen die kennelijk niet van toepassing zijn op de leerling worden overgeslagen.
4a: -
Communicatieve redzdamheid uan de leerling:
I s er sprake van - een bij de leeftijd van de leerling passende
communicatie?
-
wederkerigheid in ja
X nee
- Kan de leerling zijn bedoelingen duidelijk maken aan zijn leraar en medeleerlingeng. ja
X nee
- Kunnen leraar en medeleerlingen hun bedoelingen duidelijk maken aan de leerlinglO.
ja
X nee
M.a.w.: geeft de leerling antwoord in een gesprek? Kan de leerling communiceren in taal en gebaar? Kan de leerling de taal en gebaren van anderen begrijpen in de mate waarin dat verwacht mag rorden gezien zijn leeftijd? Gemeten naar wat men gezien de leeftijdvan de leerling mag verwachten
Vertrouwelijk Toelichting op de communicatieve redzaamheid van de leerling (aard problematiek, duur, frequentie, verklarende omstandigheden, ernst, invloed op andere gedragingen): Sterre kan niet praten. Communicatie met haar verloopt d.m.v. gebaren, lichaamshouding, klanken en een paar woordjes, afbeeldingen, picto's en foto's. Zij kan gesproken taal, op haar niveau,redelijk begrijpen en op die manier ook opdrachten uitvoeren; ook al moet er
soms enige tijd gewacht worden op een reactie. Vaak blijkt een minuut later, dat ze goed begrepen heeft wat je zei. Het is voor haar een beperking om te kunnen verwoorden wat ze voelt, wat ze denkt en wil. Als je Sterre wat langer kent begrijp je steeds meer wat ze wil en
graag doet, Dit uit ze in gebaren en gedrag. Het komt in een enkel geval wel eens voor dat ze
een ander wat hard aanraakt; de oorzaak hiervan ligt in het feit dat ze niet kan zeggen dat ze iets niet wil.
4b:
Sociale redzaarnheid van de leerling:
- Is de leerling zelfredzaam bij algemene dagelijkse levensverrichtingen?
[ma
X nee
- Is de leerling sociaal betrokken op anderen?
X ja
anee
- Wordt de leerling door medeleerlingen 'gezien' en gewaardeerd?
X ja
[Cllnee
- Kan de leerling zich handhaven in sociale contexten?
X ja [Iilnee
- Herkent de leerling de sociale codes en voegt hij zich daarnaar?
ma
X nee
Toelichting op de sociale redzaamheid van de leerling (aard problematiek, duur, frequentie, verklarende omstandigheden, ernst, invloed op andere gedragingen): Als Sterre goed begrijpt waar het over gaat en wat er gebeurt, is ze erg betrokken. Er zijn
natuurlijk momenten dat deze voorwaarden niet aanwezig zijn; dan gaat ze of iets anders doen, of ze trekt aandacht op haar niveau. Als ze op zo'n moment 'storend' gedrag vertoont, is ze soms corrigeerbaar, maar niet altijd. Niet iedere leerling voelt zich betrokken en verantwoordelijk voor Sterre. Sterre heeft daar geen last van, ze zal deze leerlingen niet lastig' valkn. Ze trekt vnl. naar leeriingen waar ze iets van terug krijgt.
4c:
Zelfedzaamheid van de leerling (indien niet van toepassing deze m a g overslaan)
- Bij welke algemene dagelijkse levensverrichtingen heeft de leerling hulp nodig tewijl leeftijdgenoten die verrichtingen zelf kunnen uitvoeren? Sterre kan veel zelf, maar ze heeft veel hulp nodig bij het organiseren van activiteiten. Als ze naar de wc moet dan zal ze daarnaar toe begeleid moeten worden. Als ze naar buiten moet,
dan zal iemand met haar mee moeten lopen. Als ze wil eten, dan zal haar broodtrommel voor haar open gemaakt moeten worden, etc. 'O
Idem
Vertrouwelijk
........................................................................................................................................ - Hoe vaak is die hulp nodig en wat is de aard van die hulp?
Ze heeft de hele dag hulp nodig. Deze hulp kan door een begeleider of door een leerling geboden worden. Jas aantrekken, trap op en af begeleiden, stoel pakken, op de plaats blijven zitten, materialen pakken, etc.
....................................................................................................................................... - I s er door de ouders gebruik gemaakt van de mogelijkheden om hulp voor hun kind op
school aan te vragen uit de zorgsector/ thuiszorg? Ja, ouders zijn erg inventief met het organiseren van hulp. Zij willen ook zelf graag zelf hulp
bieden en met de school bekijken wat de mogelijkheden zijn.
....................................................................................................................................... 4d:
Sociaal emotionele problematiek waardoor de leerling voor wat betreft het gedrag niet
voldoet aan de algemene leervoorwaarden op school (indien niet van toepassing vraag overslaan)
Kan de leerling zich - voor wat betreft het gedrag - voegen naar de regels van de school? mja
X nee
Kan de leerling zich - voor wat betreft het gedrag - voldoende respect opbrengen voor medeleerlingen?
m j a X nee
Is de leerling aanspreekbaar op zijn gedrag wanneer een medeleerling zich bedreigd voelt? mja
X nee
Is de leerling aanspreekbaar wanneer hij kennelijk de goede gang van zaken blokkeert? mja X nee
Is de leerling aanspreekbaar wanneer zijn gedrag zijn eigen veiligheid bedreigt? n j a X nee
Is de leerling in staat zijn gedrag te corrigeren wanneer hij daarop wordt aangesproken? mja X nee
Heeft de leerling voldoende controle over zijn gedrag om naar zijn mogelijkheden van het onderwijsleerproces te profiteren (inclusief zorgstructuur)?
mja
X nee
Toelichting op de sociale redzaamheid van de leerling (aard problematiek, duur, frequentie, verklarende omstandigheden, ernst,invloed op andere gedragingen): Overal het antwoord 'nee' lijkt alsof ze bovenstaande niet kan. Dit is wc1 heel zwart/wit gesteld. Soms is ze wel corrigeerbaar, maar niet altijd. Als ze iets niet mag, dan kan het zijn dat ze het niet meer doet, maar het kan ook zijn dat ze even later (of de volgende dag) toch
weer hetzelfde gedrag vertoont. Een geduldige begeleiding hierin is noodzakelijk, maar werpt dan ook zijn vruchten af. Ze heeft voortdurend begeleiding en controle nodig.
Vertrouwelijk
Aanvulling speciale begeleiding (vraag 7 algemeen deel Onderwijskundig rapport)
5.
- Geef een beschrijving van de zorg/begeleiding die de school nodig achtte en gepland heeft
voor de leerling (schoolvorderingen, sociaal-emotionele ontwikkeling, werkhouding): Wij hebben voor Sterre een ondemijsassistente die begeleid wordt door de leerkracht van de
school en de case-manager van Stichting Gewoon Anders. Zij begeleidt Sterre in al haar activiteiten. Zo vaak als mogelijk is worden hier andere leerlingen bij betrokken, die of een stukje begeleiding overnemen of samen met Sterre activiteiten ondernemen. De schoolvorderingen zijn zeer beperkt en worden gepland in een handelingsplan. Haar sociaalemotionele ontwikkeling verloopt ook op haar niveau en in haar ontwikkelingslijn. Ze is meestal vrolijk en opgewekt, waaraan wij afleiden dat ze het naar haar zin heeft. Haar werkhouding is onvoldoende zelfstandig: we sluiten aan op haar interesses en haar mogelijkheden om dit zo goed mogelijk in banen te leiden. Dat betekent dat ze daar veel hulp bij krijgt van de begeleider en van andere leerlingen.
- Geef een beschrijving van de hulp die feitelijk aan de leerling geboden is:
Zie bovenstaande. Deze vraag is al voldoende aan de orde geweest en beantwoord.
- Geef een beschrijving van het effectIrendement van de speciale begeleiding, hoe de leerkracht en de school het resultaat beoordelen en hoe de leerling (of de ouders in geval van een zeer jong kind) de hulp ervaren hebben:
Het effect van de speciale begeleiding is niet meetbaar in termen van resultaten in schoolvorderingen. Het effect is in ieder geval dat het voor ons mogelijk was om haar in een reguliere setting te plaatsen en te zien dat Sterre zich kon ontwikkelen binnen haar mogelijkheden. Het feit dat Sterre vrolijk en opgewekt is betekent dat het voor haar goed is om bij ons op school te zijn.
- Zijn er specifieke handreikingen en/of
adviezen die de omgang met de leerling
bevorderen? -
Het is voor Sterre erg belangrijk dat ze kinderenlleerlingen om zich heen heeft. Samen met anderen leren/ spelen/m7erkengeeft haar veel plezier in het leven.
-
O p het gebied van kunstzinnige vorming is Sterre het meest te activeren: drama,
muziek en beweging en expressie.
-
Faalervmingen moeten voorkomen worden en succeservaringen moeten bevorderd worden.
Vertrouwelijk 6.
Aanvulling leerlingkenmerken (vraag 8 algemeen deel Onderwijskundig rapport)
Geef s.v.p. een toelichting op de volgende vraag: In hoeverre waren de omstandigheden op school gunstig voor een goede werkhouding van de leerling? De ruimte: Sterre zit in een bovenbouwgroep van 60 leerlingen verdeeld over 3 klassen en
een grote werkhal. Op deze manier was er altijd een plek te vinden waar Sterre met of zonder andere leerlingen kon werken.
De begeleiding: Alle aanwezige leerkrachten (3)en onderwijsassistentes (2) zijn op de hoogte
van de problematiek van Sterre en weten hoe ze handelen moeten. De kennis: Met een groot team van deskundigen ( onderwijsassistentes, leerkrachten, intern begeleider, case-manager,directie en ouders) wordt Sterre regelmatig besproken en worden nieuwe afspraken en handelingsplannen opgesteld. Bovenal de wens en inzet van alle teamleden om een school te zijn voor alle kinderen uit de buurt.
Eventuele bijzonderheden:
7.
Indien van toepassing: geef een beschrijving van eventuele bijzondere risico factoren in de ontwikkeling en/of opvoeding van het kind. Deze risicofactoren kunnen in het kind maar ook in de omgeving gelegen rijn: -
Buiten gesloten worden: Sterre is een zeer sociaal voelend meisje; zij' functioneert het beste tussen andere leerlingen.
- Onbegrip: Het is belangrijk voor begeleiders om haar w goed mogelijk te knncn", om
te begrijpen wat ze nodig heeft. Andersom geldt ook dat als Sterre haar omgeving niet begrijpt, zij het moeilijk vindt om te doen wat er van haar verwacht wordt.
Wat wordt verwacht van de toekomstige school? M.a.w. wat zou de toekomstige school de leerling moeten aanbieden aan speciale begeleiding/ hulp? Een open houding stellen naar leerlingen met beperkingen. Inzet tonen om ook haar in haar ontwikkeling te volgen en te begeleiden. Een positief pedagogisch klimaat creëren, waarin zij zich thuis voelt. Coöperatieve leerstijl ontwikkelen voor alle leerlingen van de groep waar Sterre in geplaatst wordt.
Wat zijn de sterke kanten van de leerling ? Sociaal zeer gevoelig. Open houding naar iedereen in haar omgeving.
Vertrouwelijk Vrolijk, opgewekt en zeer geïnteresseerd in haar omgeving. Voorkeur voor alles wat met expressie, muziek en beweging te maken heeft.
8. Ondertekening voor gezien:
Datum: ....-....- ...... (dd-mm-jUij
............................................
....................................................
Naam en handtekening directeur
Naam en handtekening
contactpersoon: (namensbevoegd gezag):
De ouders/vemorgers hebben op ......... (dd-mm-jj-)deze bijlage gelezen
Naam ouder/ verzorger
Handtekening ouder/ verzorger
Eventuele opmerkingen:
....................................................................................................................................... .......................................................................................................................................
....................................................................................................................................... .......................................................................................
Herindicatie 200 1
Herindicak (tb.v. Indicatie Commissie Project Gewoon Anders) l. Persoonsgegevens van de betreffende leerling:
I Naam leerling: Sterre Ploeger Geb. dt.: 11-06-1991 School: de erchipel
1
I Indicatiedatum: September 2001 Indicatiestellingvanwege: MG Einddatum geldigheid Ind. September 2002
2. Korte beschrijving van beginsituafie: (max. 10-12 regels): aard van de klachten: - Verstandelijke handicap, psychologisch onderzoek vemcht in 1997 wees bij een leeftijd van 5;7 jaar een ~n~kkelingsleelüjd van 2;2 uit Door verstandelijke handicap leer- en ontwikkelingsproblematiek - Ernstige spraak-taalstoornis, waardoor communicatieproblematiek - Motorische ontwikkelingsachterstand,gedeettelijk samenhangend met de ontwikkelingsachterstand: slechte balans, beperkte spierspanning en coOrdinatieproblematiek \
begin situatie pedagogisch: Sterre heeft veet behoefte aan structuur, veiligheid en bevestiging en een ontwikkelingsaanbod aansluitend op haar eigen niveau. - Sterre vertoont geen storend gedrag - Sterre trekt zich terug bij onvoldoende uitdaging - Sterre zoekt interactie en iaat actief merken te wil1 deelnemen aan activiteiten, ze is in staat om een vriendschap op te bouwen. Ze is gencht o [contact en zoekt interactie middels klanken, enige 2 - 3 woorden en gebaren. Sterre geniet van de interactie met andere kinderen en wordt passief en terneergeslagenwanneer ze niet op haar eigen niveau kan meedoen. Sterre toont veel initiatief.11 Andere kinderen zoeken $t sommige momenten spontaan contact met Sterre, sommige kinderen ontwijken haar - Sterre is volgend in spontaan spel
jL
-
O
beqin situatie didactisch ( z.m. in dle's): Sterre volgt een eigen leerprogramma: O taalpassief Sterre begrijpt uitingen die direct betrekking hebben op haar leefwereld. Tweewoorduitingen taal actief: meerwoordzinnen lezen: Sterre beheerst negen pictogrammen van het pictolezen. Ouders zijn meer gemotiveerd om Sterre te leren lezen via globaaivmorden O rekenen: Sterre heeft besef van de dagvolgorde. Sterre heeft belangstelling voor cijfers en voor tellen spraak-faal: veel spraak-taalproblemen. Sterre communiceert met gebaren van 'de Weerklank' en met klanken die soms in de context begrijpbaar zijn. Ze neemt de ander bij de hand of wijst met haar vinger naar wat ze bedoelt - Leerbaarheid: Sterre is in staat om bewegingen adequaat na te doen, op een lager niveau dan leeftijdgenoten. Ze imiteert en begrijpt kleine opdrachten goed. Sterre heeft begrip van regels bij consequente hantering - Zelfstandig werken: Sterre heeft moeite om alleen aan een opdracht te werken, het lukt wel met extra begeleiding. Ze kan het materiaal wel zeîfstandig pakken en zetfstandig kleine opdrachtjes doen - Taakhouding: Sterre blijft aan haar tafel zitten als je dat van haar vraagt. Een opdracht zelfstandig uitvoeren is moeilijk voor haar. Dwingen werkt averechts. Korte, vluchtige concentratie, deze is bij muziek, groepsactiviteiten en geliefde activiteiten groter. Gericht op complimenten
gestelde doelen i.v.m. te verlenen hul^ (liefst in die's) (en toelichtinci OP de keuze en prioriteiten. die gesteld ziin m.b.t. de gestelde doelen): De algemene doelen voor schooljaar 2001 - 2002 waren: Sterre volgt een eigen leerprogramma binnen groep 5, rekening houdend met haar ~n~kkelingsbehoeíte. Er wordt gezocht naar een invulling van Sterre's programma dat zoveel mogelijk aansluit op het reguliere lesprogramma. Het op gang brengen van sociale integratie door middel van communicatie met de medeleedingen en participatie in groepsactiviteiten. r Begeleiden van d e algemene ontwikkeling en leerontwikkeling, gericht op keuzes maken, zelfstandigheid en communicatie Begeleiden van de sociale contacten Uitbreiden concentratie en aandachtsspanne. evt. andere relevante informatie m.b.t. de beninsituatie: Schoolloopbaan en aanvullende qecievens In september 2001 is Sterre overgestapt van de tyltytschool in Duivendrecht naar de eerst school met als ontwikkelingscancept inclusief onderwijs: d e archipel. Sterre kwam in een reguliere groep 3,4,5 terecht, met deelname in groep 5. Momenteel zit ze in een combinatie 6,7,8, waarbij ze in principe hoort bij groep 6. Voordat Sterre naar Almere kwam heeft ze vanaf haar vierde jaar een of enkele dagen per week een basisschool in Amsterdam bezocht - een samenwerking tussen de tyltylschool en de desbetreffende basisschool. m
3. Korte beschrijving van de geboden hulp (max. 10-12 regels) Overzicht van deskundigen, die vanuit Expertisecentmm bii de hulp betrokken ziin + geboden hulwetieninn: (naam en functiel discipline + qeboden hulp:l 1. Jolanda Roskam onderwijsassistent. Sinds september 2001 drie dagen per week ondersteuning op school gericht op de doelen voor Stem en de inclusie van Sterre in de klas. Tevens ingezet voor de ontwikkeling van de inclusieve school 2. Marilyn Kaptijn onderwisassistent. Sinds september 2001 twee dagen per week ondersteuning op schod gericht op de doelen voor Sterre en de inclusie van Sterre in de klas. Tevens ingezet voor de ontwikkeling van de indusieve school rnotmnted %iv in. 3- Harrie Everts - motorisch remedial teacher. Heeft bruikbare dviezen gegeven om de ies bewegingsonderwijs zoveel mogelijk mogelijkheden te laten bieden voor Sterre 4. Monique Walraad - ergotherapeute. Heeft bruikbare adviezen gegeven op het gebied van sensomotonek 5. Anja Marks - casemanager. CoOrdineren en structureren van de zorg rond Sterre. Onderhouden van contacten met externen, te weten: Weerklank
-
-
J
Overricht van de aard van de hulp, die binnen de school zeif is neboden: De school probeert Sterre zoveel mogelijk structuur, duidelijkheid en veiligheid te geven. Sterre werkt met een aangepaste dagtaakkaart Getracht wordt haar regelmatige positieve feedback te geven. In de groep wordt aandacht besteed aan sociale vaardigheden, omgang en interactie met elkaar. De school probeert zoveel mogelijk 'samenwerkend" te leren. Er is regelmatig overleg tussen school, ouders en de Stichting 'Gewoon Anders' over de ontwikkeling van Sterre en de te stellen doelen, aan te bieden leerstof en middelen.
w m
pverine relevantie informatie m,b,t. Hanie Everts, motorisch remedial teacher heefl bruikbare adviezen gegeven om de les
>
bewegingsonderwijs zoveel mogelijk mogelijkheden te laten bieden voor Sterre Monique Walraad, ergotherapeute, heeft bruikbare adviezen gegeven op het gebied van sensomotoriek Ester Oskam, communicatiedeskundige van de Weerklank, heeft training op school gegeven om de volwassenen om Sterre heepe teren werken met de gebaren van Sterre. Diwerd betaald door de ouders van Sterre.
4. Korte beschrijving van de huidige situatjd effect van de geboden hulp (max.lO.12 regels) Vanuit het perspectief van de school:
Sterre heeft een positieve sociale positie in de groep gekregen en is gegroeid op de gestelde ontwikkelingsdoeten: keuzes maken, zetfstandigheid en communicatie. De leerkracht vindt het lastig om een leeraanbod gericht op de ontwikkeling van een zeer moeilijk lerend kind te bieden. Gedragsrnatig ervaart de leerkracht Sterre regelmatig als belastend. Tevens is het moeilijk om een dusdanig aanbod voor de groep te bedenken waarbij Sterre wezenlijk onderdeel van het geheel (de klas) is.
Vanuit het perspectief van de ouders: De ouders van Sterre ervaren de begeleiding van de Stichting 'Gewoon Andersnals ondersteunend. Thuis worden voor Sterre zoveel mogelijk dezelfde doelen gehanteerd als op school om voor Sterre een eenduidig en duidelijke aanpak te bewerkstetligen. Er is regelmatig contact tussen ouders en school. Ouders bieden Sterre zoveel mogelijk structuur en mzidtt in het progmma. Vanuit het perspectief van de casemanacrer: Aandachtspunten bij Sterre zijn: Begeleiden van de algemene ontwikkeling en leerontwikkeling, gericht- op keuzes maken, zektandigheíd en communicaüe Begeleidenvan de sociale contacten Uitbreiden concentratie en aandachtsspanne. Sterre heeft een grote structuurbehoefte. Hier is veel aandacht aan besteed. Binnen structuur en veiligheid kan Sterre komen tot uitbreiding van vaardigheden. Ook het inslijpen van gedrag middels 'doen" is van belang. Daarnaast heeft Sterre interactie met andere kinderen nodig om tot verdieping en ontwikkeling te komen. Hier is tevens aandacht aan besteed. Dit alles past binnen het ontwikkelin~smodel van basisschool de archipel: inclusief ondewijs. Er is veel gerichte ondersteuning nodig ten aanzien van de leerkracht, het programma voor Sterre en op Sterre om resultaat te behalen. De ontwikkeling van Sterre is bijzonder leerkracht- en intractieafhankelijk. Hieronder zijn een aantal aspecten opgeschreven die voor Sterre nodig zijn om te komen tot een positieve ontwikkeling. Deze aspecten zijn opgeschreven aan de hand van kindkenmerken en omgevingskenmerken, waar de omgeving aan zou moeten voldoen om Sterre een zo optimaal mogelijke ontwikkeling te laten
Zeer moeilijk lerend niveau, krassend tekenen, manipuieer met materiaal: heeft hier steeds meer plezier in. Neemt (werk)houding van andere kinderen over en kan zo deelnemen aan leeractiviteiten. He& veel uitdaging nodig om tot activiteiten te komen. Instructie door volwassenen in een l op lsituatie verloopt zeer moeizaam:is niet productief. Heeft andere leerlingen nodig voor motivatie en om samen tot cognrtieve activiteiten te komen.
school kenmerken Individueel leerprogramma mei aangepaste doelen. Acceptatie van beperkingen van Sterre aangaande spraak, tempo, niveau en aangepaste doelen: positief cognitief ontwikkelend. Gestructureerde omgeving ten behoeve van duidelijkheid en zelfstandigheid Positieve, initiatiefrijke benadering Haalbare korte temijndoelen. Kleine stapjes, korte en concrete opdrachten. Veel gebruik van concreet materiaal Mogelykheid om met andere kinderen leemomentente creëren (~Wperatiefleren) Mogelijkheid om met de klas middels toepassing van totale communicatie aandacht aan communicatie te besteden.
Didactisch
Korte concentratie, snel afgeleid Taakhouding afhankelijk van motivatie. Is met muziek, toneel, zang en dans tot activiteiten te inspireren.
Tijd en ruimte hebben om Stem te begrijpen en om haar een plek te geven in de klas. Bevorderen van sociale contacten buiten schooitijd. Mogelijkheid tot leren met (aangepaste) computer. Positief pedagogisch klimaat Instructie door gevoel van eigenwaarde bij Sterre te prikkelen en daarmee te motiveren. Korte enkelvoudige opdracht met regelmatige feedback en stimulering doar enthousiasme en pjanning Taken en doelen op het niveau van Sterre vervlechten met het gewone curriculum van de andere kinderen (bijvoorbeeld waar het doel 'aardrijkskunde' van de aardrijskundelesvoor vanStem cijfers'het
gasyoor
Betrokkenheid
Matige tot slechte betrokkenheid waar activiieiten aileen of met voiwassenen moeten worden uitgevoerd. Erg betrokken als Sterre mee mag doen met andere
kinderen.
MopJjjJcfrejd 1 regelmatige Uiteractiemomenten leerkracht1 assistentieíleeriing met Sterre Oplossingen zoeken voor integratie waar activiteiten voor Sterre nog buiten het gewone lesprogramma om gegeven worden. Uitdaging Coöperatief leren Hoge verwachtingen hebben van Sterre. Gelegenheid voor interactie, participatie en volwaardige, wederzijdse communicatie
Sociale omgang
Neemt veel initiatief tot contact en interactie met zowel vohvassenen als kinderen.
Positief sociaal klimaat gericht op integratie, inclusie en acceptatie
Heeft veel sturing nodig, verbaal en fysiek. Heeft vaak ongericht, fíadderig
Actief zelfstandigheid stimulerend door waar mogelijk af te zien van verbale en fysieke sturing. Gevoel van eigenwaarde bevorderend. Sterre het gevoel geven dat zij zelf sturing op haar activiteiten kan uitoefenen: stimuleren ze# keuzes te maken Evenwicht weten te vinden tussen nastrevenvaneendoet en het schijnbare 'geen zin' als Sterre niet begrijpt wat van haar verwacht wordt, de zin van een acuv'ieit niet inziet of inschat dat ze het niet kan. Aan activiteiten moet voor Sterre een begrijpbaar en gedeeld 'nut' worden toegekend.
gedrag
Sterre verliest motivatie als zij het nut niet ziet en niet enthousiast ervoor is Haakt af ais er niet snel of duidelijk resultaat of effect is Oppassen als sturing ontaardt in dwang: werkt bij Sterre zeer contra-prochktief.
Pedagogisch, sociaal emotioneel en gedragsmatig
Sterre is vrolijk, sociaal en geïnteresseerd. Mekt veel in haar omgeving op. Sterre kan goed contacten leggen met andere mensen er kinderen. Sterre voelt goed aan of anderen in haar geïnteresseerd zijn of niet Faalenraringenteiden snel tot ongeïnteresseerdheid. Uitsluiting leidt tot verdriet en soms tot slaan OnduWijke en onoverzichtelijkesituaties kunnen Sterre in verwarring brengen waardoor zij de zaker niet meer onder controle heeft en niet meer weet hoe te handelen; dit kan soms leiden tot slaan.
Expliciet benoemen van elementen uit haar omgeving als stimulans voor haar passief taalbegrip (wordt immers onvoldoende gestimuleerd als gevolg van haar dysfasie) Faalenraringen voorkomen, succeservaringen bevorderen Bedacht zijn dat situaties onbedoeld tot uitsluiting van Sterre kunnen leiden. Zorgen voor situaties die Sterre kan begrijpen. Geen grapjes maken die Sterre niet kan begrijpen en daardoor tot een spiraal van verkeerde reacties kunnen leiden. Sterre intrumenten I manieren leren om verwarring en boosheid duideiíjk te maken en ter vawanging van dwingend of boos gedrag Touch-screen voor computer Activiteiten rekening houdend met moeizame fijnmotonek en vertraagde reacties. (Grde middelen, wachten op reactie) Ondersteuning bij gymfessen Ondersteuning bij aan- en uitkleden gericht op toenemen zelfstandigheid. Mogelijkheidvoor inbreng
i Moeizame cobrdinatie
berig
Ouders zeer betrokken
ouders. Ontwikkeling en in stand houden van inclusief onderwiis
Huidiw situatie: didactisch niveau (z.m. in dle's): Sterre volgt een eigen leerprogramma: taalpassief: Sterre begrijpt uitingen die direct betrekking hebben op haar leefwereld. taal actief éénwoordzinnen m lezen: Sterre begrijpt enkele picto's en kan steeds vaker keuzes maken uit een aanbod van twee of drie. &enen: Sterre heeft k f van de dagvolgorde/ m o r d e van activiteiten. Sterre heee in de spontane situatie en in interactie met anderen belangstelling voor cijfers en voor tellen. Sterre interesseert zich voor constructiemateriaal en kan een legpuzzel maken van zes stukjes. spaak-ha/. veel spraak-taalproblemen. Sterre communiceert met gebaren van 'de Weerklank" en met klanken die soms in de context begrijpbaar zijn. Ze neemt de ander bij de hand of wijst met haar vinger naar wat ze bedoelt De groepsgenoten van haar kunnen middels gebaren enigszins met haar communiceren. Sterre kan korte, eenvoudige, concrete bewoordeingen redelijk begrijpen. Leerbaarheict Sterre is in staat om bewegingen adequaat na te doen, op een lager niveau dan leeftijdgenoten. Ze imiteert en begrijpt kleine opdrachten goed. Sterre volgt regels bij consequente hantering. Met name in interactie met anderen (kinderen) is Sterre leerbaar.
-
-
Zelfstandig werken: Sterre kan steeds beter zelfstandig aan een opdracht werken. Zowel op de computer als aan tafel wordt hierin vordering geconstateerd. Een opdracht zelfstandig TeaKnoudng: Sterre 'diijlt aan haar 'mldi imen &s je d& van concentratie, deze is bij uitvoeren is moeilijk voor haar. Dwingen werkt averechts. i55\lr'ai&gr~%r'ihi!aî , pI'wUs &iihit.i~ g7atsi: en interactie. 5. Advies inzake het continueren hulp door het experUsecentrurn: (max. 10-12 regels} Het type Speciaal Ondemiis. dat de casemanacter ne'indkeerd acht:
Bedenen. waarom dtt tv* neïndiceerd wordt neacht: Gezien de diagnose, MG, lijkt indicatie gerechtvaardigd. Schoolproblematiek komt voort uit kenmerken van de gestelde diagnose. Doelen, die met de continuenna worden beoogd: De algemene doelen voor schooljaar 2002 - 2003 zijn: Het uitbreiden van het zelf keuzes maken Het uitbreiden van de communicatie Het vergroten van de zeffstandigheid Sterre volgt een eigen leerprogrammabinnen groep 6, rekening houdend met haar ontwikkelingsbehoefte. Er wordt gezocht naar.eeninvulling van Sterre's programma dat zoveel mogelijk aansluit op het regulie* lesprogramma; Er wordt getracht het reguliere lesprogramma dusdanig in te richten dat Sterre steeds meer kan meedoen aan de reguliere activiteiten W Het bevorderen van sociale integratie door middel van gerichte communicatie met en stimulatie van de medeleerlingen en participatie in groepsactiviteiten. Wordt deze (her)indicatie onderschreven door de school? : De school geeft aan de herindicatie graag te willen. Men ziet dat de schoolgang veel inspanning met zich meebrengt voor zowel de schooi ats voor Sterre e
Ruimte voor aanvullingen:
Wordt deze (her)indicatie onderschrevendoor de ouders? : De ouders geven aan de herindicatie graag te willen. Men ziet dat de schoolgang veel inspanning met zich meebrengt voor zowel de school als voor Sterre. Ouders vragen ondersteuning voor de leerkracht om zoveel mogelijk overeenkomst te krijgen in het programma voor andere kinderen en het programma voor Sterre, met als verschil het verwerkingsniveau. Tevens vragen zij ondersteuning van Stichting 'Gewoon Anders' om Sterre lesstof te bieden aansluitend aan haar ontwikketingsniveau, Hierbij vragen ze om het zoeken naar een evenwicht tussen ruimte voor het reguliere it aanvullend werkt op elkaar. klasseprogramma en het specifieke aanbod voor Sterre, dusdanig dat d a
Ruimte voor aanvullinqen:
6. Indien hulp vanuit het Expertisecentrum beëindigd kan worden: 0
Redenen waarom beëindiqin~wordt ovewmen:
Voorstel tot de manier. waarop leerling zonder hulp van Expertisecentrum in de toekomst kan worden verder ctehdpenl
Plaats en datum: 29 september 2002, Almere
ingevuld door: Anja Marks
- case manager.
Toestemming voor uitstel
Aan: Van: Betreft: Datum:
Reinoud Buiis, zorgcoördinator IVKO Ferdi Ploeger toelating Sterre 22 november 2004
Beste Reinoud, Na het overleg van afgelopen donderdag is ons duidelijk dat jullie nog niet direct een afgewogen besluit kunnen nemen op ons be~waarschrift.Je zei hiervoor nog enkele weken nodig te hebben.
Wij stemmen graag in met het nemen van een paar extra weken om de implicaties van toelating van Sterre met het team te bespreken. Vriendelijke groeten, Ferdi Ploeger
van 't Hoî-ílaan 13. 1097 EL Amsterdam. 020 6659630,lploegerja~>is4all.n1