ONDERZOEK NAAR CONSERVEERMIDDELEN VAN NOORSE KREEFT
Scienta Nova Laurier 44 8101 HM Raalte +31 (0)572 373488 www.scientanova.com
[email protected]
Nephrops Norvegicus | VCU/Scienta Nova
Scienta Nova
advies en training in voedingsmiddelen
Inhoud 2. Samenvatting en aanbevelingen ......................................................................................................... 3 2.1 Algemene conclusies/samenvatting.............................................................................................. 3 2.2 Aanbevelingen ............................................................................................................................... 3 2.3 Algemene verschillen met de vorige studie .................................................................................. 4 2.4 Microbiologische analyse .............................................................................................................. 4 2.5 Chemische analyse ........................................................................................................................ 5 2.5.1 Vochtgehalte .......................................................................................................................... 5 2.5.2 pH-waarde .............................................................................................................................. 6 2.5.3 Sulfietgehalte.......................................................................................................................... 6 2.6 Kleurbeoordeling ........................................................................................................................... 7 2.7 De geteste conserveermiddelen ................................................................................................. 10 2.7.1 Melacide SC-20 ..................................................................................................................... 10 2.7.2 Melacide NOSO 3.................................................................................................................. 10 2.7.3 Prawnfresh ........................................................................................................................... 10 2.7.4 Enoki extract ......................................................................................................................... 10 2.7.5 ST 500 ................................................................................................................................... 11 3. Projectbeschrijving ............................................................................................................................ 11 3.1 Hoofdpunten van het onderzoek ................................................................................................ 11 3.2 Hoe het rapport tot stand is gekomen ........................................................................................ 12 4. Resultaten en toelichting .................................................................................................................. 12 4.1 Resultaten in tabellen.................................................................................................................. 12 4.2 Toelichting op de tabellen ........................................................................................................... 14 4.2.1 Hoe betrouwbaar zijn de analyse uitkomsten? .................................................................... 15 4.2.2 Kleur ..................................................................................................................................... 15 4.2.3 Kiemgetal .............................................................................................................................. 16 4.2.4 pH van het dompelbad ......................................................................................................... 16 4.2.5 Het sulfietgehalte ................................................................................................................. 16 4.3 Grafieken ..................................................................................................................................... 18 5. Conclusies/aanbevelingen ................................................................................................................. 21
Rapport Noorse kreeft - 2012
Pagina 2
Scienta Nova
advies en training in voedingsmiddelen
2. Samenvatting en aanbevelingen In dit hoofdstuk zijn de belangrijkste aanbevelingen en conclusies samengevat. Ook wordt een korte vergelijking gemaakt met de vorige studie naar conserveermiddelen. Voor een uitgebreide weergave van de resultaten kan hoofdstuk 3 geraadpleegd worden. Daarin staan alle gevonden waarden in tabelvorm en zijn de belangrijkste gegevens uitgewerkt in grafieken. In dit rapport wordt vaak verwezen naar de vorige studie naar conserveermiddelen. Zie hiervoor het rapport uit 2011.
2.1 Algemene conclusies/samenvatting
Net als in de vorige studie is het conserveermiddel met sulfiet (Melacide SC-20) het best in staat de kleur van de Noorse kreeften het langst goed te houden. Maar ook in deze studie is gebleken dat de houdbaarheid van de kreeften die behandeld zijn met dit middel beperkt is. Na 11 dagen stijgt het kiemgetal explosief, sulfiet doodt dus niks. Dus hoewel Melacide SC-20 de kleur het langst goed houdt, wordt de bacteriegroei niet gereduceerd. Omdat het gebruik van sulfiet zoveel mogelijk vermeden moet worden lijkt dit middel niet het beste conserveermiddel voor Noorse kreeften. Daarnaast werd bij elke analyse de maximaal toegestane hoeveelheid sulfiet (150 ppm) in het eetbare vlees overschreden. Met uitzondering van Melacide SC-20 en ST 500 waren de andere conserveermiddelen vergelijkbaar qua kleurbeoordeling. Alle kreeften hadden ongeveer 11 dagen na de vangst duidelijke zwartkleuring. Bij Melacide SC-20 werd dit punt ongeveer 18 dagen na de vangst bereikt, bij ST 500 na 7 á 8 dagen. ST 500 ging de zwartkleuring het minst goed tegen. Na 18 dagen waren de kreeften compleet zwartgekleurd. Hoewel ST 500 de zwartkleuring het minst goed tegenhield was de bacteriocide werking van dit conserveermiddel het best. Wanneer de resultaten van de kleurbeoordeling en het kiemgetal bij elkaar genomen worden lijken Prawnfresh en Melacide NOSO 3 het best uit de test te komen, al doen zij het nauwelijks beter dan het onbehandelde monster. Dit heeft waarschijnlijk te maken met de koude temperatuur van het zeewater en de omgeving, waardoor de kreeften snel gekoeld konden worden. Dit onderzoek, in combinatie met het voorgaande, geeft een betrouwbaar beeld van de geteste conserveermiddelen maar het aantal monsters was relatief laag. Het is aan te raden eventueel vervolgonderzoek te richten op een geringer aantal conserveermiddelen waardoor het aantal monsters vergroot kan worden.
2.2 Aanbevelingen Dit onderzoek in combinatie met het vorige onderzoek toont aan dat snel koelen na de vangst in combinatie met een reductie van de kiemdruk aan boord waarschijnlijk essentieel is om het bederf en de zwartkleuring van de kreeften tegen te gaan. Het kiemgetal van de onbehandelde kreeften steeg pas na 18 dagen explosief, dit was later dan in het vorige onderzoek. Ook de melanosis verliep Rapport Noorse kreeft - 2012
Pagina 3
Scienta Nova
advies en training in voedingsmiddelen
in vergelijking met het vorige onderzoek relatief langzaam. Snel koelen na de vangst lijkt essentieel en dit zou mogelijk kunnen met slurry ijs. Onderzoek moet dit uitwijzen. Snel koelen in combinatie met een goed conserveermiddel om de kiemdruk te verlagen zou kunnen leiden tot een verlengde en verbeterde houdbaarheid van de kreeften. Uit een recent Spaans onderzoek naar scherfijs en slurry ijs heeft aangetoond dat een combinatie van slurry ijs met een conserveermiddel (in dit geval met sulfiet) de beste resultaten geeft met betrekking tot houdbaarheid van de Noorse kreeft.
2.3 Algemene verschillen met de vorige studie Naast het testen van andere conserveermiddelen zijn er een aantal zaken die verschillen van het vorige onderzoek:
Temperatuur van het zeewater: de kreeftjes zijn nu gevangen in de wintermaanden, zeewater had een temperatuur van 5oC. Tijdens het vorige onderzoek zijn de kreeftjes gevangen in het najaar, het zeewater had toen een temperatuur van 13-14oC. Luchttemperatuur: het was winter, luchttemperatuur lag lager dan tijdens het eerste onderzoek Bij het eerste onderzoek kan ook het pantser van de kreeft wat zachter zijn geweest. In de periode augustus/september verschalen veel kreeftjes, dat speelde tijdens dit onderzoek geen rol. Het effect op de conditie van de schaal en of dit anders is, is niet duidelijk.
Het vangstgebied is vrijwel hetzelfde als tijdens het eerste onderzoek. De kreeftjes zijn afkomstig van dezelfde populatie (Off Horns Reef populatie). De kreeftjes van dit onderzoek zijn ongeveer 30 mijl zuidelijker gevangen.
2.4 Microbiologische analyse Er is gekozen voor de volgende twee microbiologische analysemethoden:
Algemeen kiemgetal oftewel de PCA (Plate Count Agar). Hier kan van alles mee aangetoond worden. Kenmerkend is dat de mesofiele bacteriën aangetoond worden. Deze groep bacteriën kent een optimale groeitemperatuur van ongeveer 30oC. Deze bepalingsmethode is goed bruikbaar om de bederfgrens te kunnen vaststellen. Bij een mogelijk vervolgonderzoek naar de microbiologische houdbaarheid zullen de psychrofiele bacteriën ook onderzocht dienen te worden. Dit is een groep micro organismen die optimaal groeit bij ongeveer 12oC. De VRBG (Violet Red Bile Agar) methode is gebruikt om het aantal Enterobacteriaceae te kunnen meten. Deze groep bacteriën is kenmerkend voor een fecale besmetting. Van kreeften en garnalen is bekend dat ze zich goed kunnen voeden met fecale resten. Daarom vonden wij het essentieel om deze groep mee te nemen. Het een en ander is ook afhankelijk van het vangstgebied. Deze groep bacteriën is een indicator voor een ernstige microbiologische besmetting als gevolg van menselijke of dierlijke uitwerpselen. Salmonella en E-coli 0157:H7 die met deze bepaling indirect aangetoond kunnen worden, zijn twee beruchte micro-organismen die niemand in het verse product wil hebben. Het is ook een indicator of het monster redelijk steriel is genomen. Ieder handcontact met het te bemonsteren product is meteen meetbaar aan de hand van het aantal Enterobacteriaceae
Rapport Noorse kreeft - 2012
Pagina 4
Scienta Nova
advies en training in voedingsmiddelen
bacteriën. Aan boord van de UK 158 zijn de monsters op een niet septische wijze genomen vanwege de omstandigheden ter plaatse. Resultaten: Net als in het voorgaande onderzoek blijkt ook nu weer dat er zeer netjes is gewerkt door de schipper Jacob van Urk (UK158) die op volle zee deze redelijk lastige manier van bemonsteren voor ons heeft uitgevoerd. De monsters zijn alleen bij de eerste analyse, 4 dagen na de vangst, getest op entero's. Deze waren niet aan te tonen en daarom is deze bepaling gedurende het verdere onderzoek ook niet meer meegenomen. Van een fecale besmetting is uit dit onderzoek niets gebleken wat inhoudt dat zowel het vangstgebied als de verwerking aan boord hygiënisch is verlopen. Een kiemgetal van meer dan 1.000.000 per gram vlees wordt over het algemeen gezien als het bereiken van de bederfgrens. Deze grens werd pas ongeveer 18 dagen na de vangst bereikt. De monsters roken toen ook vrij sterk naar Pryidine, een stof die kenmerkend is voor de geur van rotte vis. Conclusie: De microbiologische analyses geven aan dat de kreeften pas 18 dagen na de vangst echt bedorven waren. Ze zijn bewaard bij temperaturen tussen de -2 en 6°C. Hoewel het microbiologische bederf pas na 18 dagen plaatsvond zijn de kreeften dan al niet meer voor consumptie geschikt aangezien de zwartkleuring na 18 dagen al ver gevorderd is. Aanbeveling: Bij vervolgonderzoek het algemeen kiemgetal en de psychrofiele groep ter indicatie mee analyseren. Net als bij deze studie zouden de Enterobacteriaceae alleen bij de eerste analyse als controle meegenomen kunnen worden. Vergelijking met vorige studie: Het kiemgetal is gedurende deze studie minder snel gestegen dan het kiemgetal in de eerste studie. Dit zou kunnen komen door het grote verschil in temperatuur van het zeewater gedurende het eerste onderzoek en nu. De temperatuur van de gevangen kreeften was daardoor ook lager dan tijdens de vorige studie, bacteriën hebben zo minder kans gekregen zich snel te vermeerderen.
2.5 Chemische analyse Alle monsters zijn onderzocht op: -vocht - pH Alleen het Melacide SC-20 monster is onderzocht op sulfiet. 2.5.1 Vochtgehalte Dit onderzoek is uitgevoerd om te bepalen of het ene conserveermiddel grotere vochtverliezen veroorzaakt dan het andere. Omdat uiteenlopende conserveermiddelen zijn getest die duidelijke pH invloeden op de eindproducten kunnen hebben zou dit wel eens een factor van belang kunnen zijn. Immers, hoe lager de pH hoe slechter de vochtbinding is bij vleeseiwitten. Een verschil met vorige studie is dat er in dit geval minder kreeften als monsters beschikbaar waren waardoor er eerst foto's zijn gemaakt van de kreeften voordat de chemische (vocht) analyse plaatsvond. Er is tijdens het nemen van de foto's wat vocht uit het monster verdwenen. Rapport Noorse kreeft - 2012
Pagina 5
Scienta Nova
advies en training in voedingsmiddelen
Resultaten: De uitkomsten van het vochtgehalte liggen redelijk dicht bij elkaar. Wanneer gekeken wordt naar de relatie tussen pH en vochtgehalte zijn de resultaten enigszins tegenstrijdig. Bij Prawnfresh en ST 500 zorgt een stijging van de pH voor een hoger vochtgehalte maar bij de andere middelen is dit niet duidelijk te zien. Ook bij Prawnfresh en ST 500 lijkt deze relatie niet significant te zijn. Conclusie: Over het vochtgehalte van de verschillende kreeften zijn geen harde uitspraken te doen. Het vochtgehalte van de kreeften behandeld met de verschillende conserveermiddelen ligt relatief dicht bij elkaar. In totaal zijn per conserveermiddel 8 kreeften onderzocht op vochtgehalte, dit aantal is te laag om betrouwbare uitspraken te doen. Vergelijking met vorige studie: Een verschil met de vorige studie is dat de kreeften eerst zijn gefotografeerd voor het vochtgehalte bepaald werd. Hierbij is wat vocht verloren gegaan. Omdat dit bij alle kreeften gebeurd is, is de afwijking die het fotograferen heeft veroorzaakt voor alle analyses gelijk. De gevonden vochtgehaltes zijn vergelijkbaar met die van de vorige studie. 2.5.2 pH-waarde Het vlees van schaaldieren heeft normaal gesproken een waarde die hoger ligt dan 7,0. Het is licht basisch. Over het algemeen is het redelijk gevaarlijk bederf dat zich bij deze pH waardes afspeelt, in tegenstelling tot zuur bederf. Met name eiwitsplitsende en rottingsbacteriën voelen zich thuis in dit licht basische milieu. Resultaten: 4 dagen na de vangst ligt de pH van alle monsters rond de 7,0. Tot twee weken na de eerste meting (18 dagen na de vangst) stijgt de pH licht, daarna lijkt deze zich te stabiliseren en op dat moment neemt ook het kiemgetal sterk toe. Conclusie: De stijging van de pH-waarde zou verklaard kunnen worden door het effect van het bederf door eiwitsplitsende bacteriën. Dit verhoogt de pH. Vergelijking met vorige studie: De stijging van pH in deze studie is vergelijkbaar met de resultaten uit de vorige studie. 2.5.3 Sulfietgehalte In deze studie bevatte alleen conserveermiddel B (Melacide SC-20) sulfiet. Daarom is het sulfietgehalte alleen bij de kreeften die met dit middel behandeld zijn geanalyseerd. De maximaal toegestane hoeveelheid sulfiet voor schaaldieren tot 80 stuks per kilogram is 150ppm in het eetbare vlees. Resultaten: Bij elke analyse werd de maximaal toegestane hoeveelheid sulfiet overschreden. Waardes varieerden tussen 160 en 430 ppm. Ruim boven de maximaal toegestane hoeveelheid. Conclusie: Het vorige onderzoek heeft uitgewezen dat de dompeltijd geen invloed heeft op het eindgehalte sulfiet. De voorgeschreven dompeltijd van Melacide SC-20 is 1-7 minuten bij een concentratie die ligt tussen de 1,5-3,0%. De vorige studie heeft aangetoond dat een dompeltijd van 15 minuten (zoals tijdens deze studie) geen invloed heeft op het sulfietgehalte.
Rapport Noorse kreeft - 2012
Pagina 6
Scienta Nova
advies en training in voedingsmiddelen
Vergelijking met vorige studie: Net als gedurende de vorige studie zijn de gehaltes sulfiet die gevonden zijn erg variabel. Dit verschijnsel is niet te verklaren zonder zelf het dompelproces gezien te hebben. Concentratieverschillen in de vloeistof lijkt voor de hand liggend maar niet waarschijnlijk. Aanbeveling: Het wordt aangeraden het sulfietgehalte van de dompelbaden aan boord te monitoren met de teststaafjes van Merck: Merckoquant 1.10013.
2.6 Kleurbeoordeling Zoals eerder vermeld gaat het middel met sulfiet, Melacide SC-20, de zwartkleuring het langst tegen. ST 500 werkt het slechtst tegen zwartkleuring. Resultaten: Er was variatie te vinden in de zwartkleuring van de kreeften. Na 18 dagen was een van de monsters van Melacide SC-20 en Prawnfresh een stuk donkerder gekleurd dan de rest van de monsters behandeld met hetzelfde conserveermiddel. Bij het middel ST 500 was juist een van de monsters een stuk minder verkleurd dan de rest van de kreeften die behandeld waren met ST 500.
Rapport Noorse kreeft - 2012
Pagina 7
Melacide NOSO 3
Melacide SC-20
Onbehandeld
4 dagen na vangst
11 dagen na vangst
18 dagen na vangst
25 dagen na vangst
Scienta Nova
11 dagen na vangst
18 dagen na vangst
25 dagen na vangst
ST 500
Enoki
Prawnfresh
4 dagen na vangst
advies en training in voedingsmiddelen
Rapport Noorse kreeft - 2012
Pagina 9
2.7 De geteste conserveermiddelen Hieronder een overzicht van de geteste conserveermiddelen. 2.7.1 Melacide SC-20 Dit middel wordt in poedervorm aangeboden en bestaat uit de volgende ingrediënten: E222 Natrium sulfiet E300 Ascorbinezuur E331 Tri natrium citraat E450i Di natrium fosfaat Gemodificeerd zetmeel. (Waarschijnlijk als anti klontermiddel toegevoegd) Er is voor dit onderzoek gedompeld in een concentratie van 2,5% voor 15 minuten. Aanbeveling: De fabrikant raadt een dompeltijd aan van 1-7 minuten bij een concentratie die ligt tussen 1,5 – 3,0% (1 minuut bij 3% en 7 minuten bij 1,5%). Het is raadzaam deze aanbevelingen op te volgen. Er is hier 15 minuten gedompeld bij een concentratie van 2,5%. Wanneer de dompeltijd langer is dan wordt aangeraden is het verstandig het percentage dompelmiddel omlaag te brengen. In elk genomen monster was het sulfietgehalte te hoog. Het is raadzaam het sulfietgehalte regelmatig aan boord te monitoren. 2.7.2 Melacide NOSO 3 Dit middel wordt net als Melacide SC-20 in poedervorm aangeboden maar het bevat geen sulfiet. Wel: E-330 Citroenzuur E-300 Ascorbinezuur E-302 Calcium ascorbaat E-341ii Mono Magnesium (fosfaat antiklontermiddel) Zo te zien is dit middel gebaseerd op een buffer op basis van citraten. Er is voor dit onderzoek 10 minuten gedompeld in een concentratie van 1,5%. Dit is valt binnen de range die wordt aanbevolen door de fabrikant (7-10 min. in 1-1,5%). 2.7.3 Prawnfresh Dit middel is gebaseerd op E 586 (4-hexylresorcinol). Het wordt in vloeibare vorm aangeboden en heeft een lage pH (1,7). E 586 4-hexylresorcinol Er zijn geen andere additieven vermeld in de specificatie. Dit wordt nog nagevraagd bij de leverancier Xyrex. Er is 10 minuten gedompeld bij een percentage dompelmiddel van 0,1%. 2.7.4 Enoki extract Dit is een extract van de Enoki paddenstoel. Het is een vrij nieuw middel en een Japanse vinding. Het wordt in Japan al op garnalen toegepast. De werkzame stof is ergothionine, een aminozuur waarvan men beweert dat het de melanosis stopt. Dompeltijd is erg lang, 60 minuten. Aanbeveling: De proef met dit middel was zuiver experimenteel. De resultaten zijn tegenvallend en dit middel hoeft dan ook niet meer getest en gebruikt te worden.
Scienta Nova
advies en training in voedingsmiddelen
2.7.5 ST 500 Net als Prawnfresh bevat dit middel E 586 (4-hexylresorcinol). Daarnaast bestaat het middel uit: E 300 Ascorbinezuur E 330 Citroenzuur Zout
3. Projectbeschrijving Noorse kreeft Nephrops norvegicus.is een schaaldier dat in de Noordzee gevangen wordt, veelal onder de kust van Zuid West Engeland. Direct na de vangst moet de kreeft behandeld worden met een conserveermiddel om zwartkleuring van de schaal te voorkomen. Deze verkleuring is het resultaat van een enzymatische reactie dat plaatsvindt binnen het dier zelf. Wij praten over de polyfenoloxidase (PPO) reactie, dat plaats vindt als gevolg van het sterfproces. Het is belangrijk om dit enzym te inactiveren zodat de zwartkleuring vertraagd dan wel gestopt wordt. VCU uit Urk heeft Scienta Nova de opdracht gegeven om verschillende conserveringstechnieken met elkaar te vergelijken om mogelijk een middel als beste te kunnen bestempelen. In een vorig onderzoek zijn onder andere Natrium Metabisulfiet en Melacide SC 20 getest. Beide middelen bevatten sulfiet maar bij Melacide SC 20 gaat het om een gestabiliseerd sulfiet mengsel dat ongevoeliger is voor variaties in temperatuur en de behandelde producthoeveelheid. Uit de eerdere studie is gebleken de Melacide SC 20 zwartkleuring goed tegengaat maar dat het middel een slechte bacteriocide werking heeft. Vanwege de nadelige gezondheidseffecten van sulfiet, dat aanwezig is in Melacide SC 20, wordt gezocht naar een conserveermiddel zonder sulfiet. Daarom zijn in dit onderzoek verschillende middelen zonder sulfiet getest tegenover Melacide SC 20. De andere middelen zijn: Melacide NOSO 3, Prawnfresh en ST 500. Daarnaast is zuiver experimenteel het Japanse Enoki extract meegenomen in de test.
3.1 Hoofdpunten van het onderzoek 1. Bijwerken van het literatuuronderzoek dat in de vorige studie is gedaan. 2. Praktijktest van 5 conserveermiddelen in vergelijking met het onbehandelde product 3. Bepaling van het kiemgetal en andere versheidparameters van het behandelde en onbehandelde product. Hierop is een testprotocol opgesteld waarin bepaald is dat er met vijf verschillende conserveermethoden gewerkt zal worden: Monster A: Onbehandeld product Direct na de vangst worden de kreeften op het ijs in een bak gelegd. De meeste kreeften zijn tegen die tijd al dood. De kreeften zijn per twee in een zak verpakt met daar omheen aluminiumfolie om beschadiging van de verpakking en mogelijke invloeden van het licht (oxidatie) te voorkomen. Temperatuur van het zeewater bedroef op 2 februari 2012 5 oC. Monster B: Melacide SC 20 Dit middel is in het vorige onderzoek ook getest. De uitkomsten waren positief met betrekking tot de zwartkleuring maar de bacteriocide werking van het product viel tegen.
Rapport Noorse kreeft - 2012
Pagina 11
Scienta Nova
advies en training in voedingsmiddelen
Direct na de vangst is een afgewogen hoeveelheid kreeft gedompeld gedurende 15 minuten in een concentratie van 2,5%. Temperatuur van het dompelbad bedroeg gemiddeld 5,0oC. Het gebruiksvoorschrift van Melacide SC-20 schrijft een dompeltijd voor die ligt tussen 1 – 7 minuten bij een concentratie die ligt tussen 1,5 – 3,0%. (1 minuut bij 3% en 7 minuten bij 1,5%) Monster C: Melacide NOSO 3 Direct na de vangst is een afgewogen hoeveelheid kreeften gedompeld gedurende 10 minuten. Temperatuur van het dompelbad bedroeg gemiddeld 5,0oC en de concentratie van het dompelmiddel bedroeg 1,5%. Monster D: Prawnfresh Direct na de vangst is een afgewogen hoeveelheid kreeften gedompeld gedurende 10 minuten. Temperatuur van het dompelbad bedroeg gemiddeld 5,0oC en de concentratie van het dompelmiddel bedroeg 0,1%. Monster E: Enoki extract Direct na de vangst is een afgewogen hoeveelheid kreeften gedompeld gedurende 60 (!) minuten. Temperatuur van het dompelbad bedroeg gemiddeld 5,0oC en de concentratie van het dompelmiddel bedroeg 0,05%. Monster F: ST 500 Direct na de vangst is een afgewogen hoeveelheid kreeften gedompeld gedurende 10 minuten. Temperatuur van het dompelbad bedroeg gemiddeld 5,0oC en de concentratie van het dompelmiddel bedroeg 0,2%.
3.2 Hoe het rapport tot stand is gekomen Er is een protocol opgesteld om de omstandigheden en resultaten van de proeven goed vast te kunnen leggen. Deze is opgenomen als bijlage, inclusief de ingevulde waardes. Op 2 februari 2012 zijn alle monsters aan boord genomen door de schipper van de UK 158 Jacob van Urk. Scienta Nova heeft het bemonsteringsmateriaal aangeleverd met de daarbij behorende instructies voor wat betreft coderingen en andere registraties van de omstandigheden waaronder de proeven gedaan zijn. De monsters zijn verpakt in plastic zakken en de vloeistoffen in afsluitbare potjes. Op zaterdag 4 februari zijn door ons de monsters van de UK 158 in Lauwersoog afgehaald. Deze zijn door ons geconditioneerd opgeslagen in de koeling bij een temperatuur tussen de -2 en 6oC (een grafiek van het temperatuurverloop in de koeling is als bijlage bijgevoegd). Elke week zijn er monsters gefotografeerd en daarna naar het chemisch microbiologisch laboratorium van KBBL in Wijhe gebracht. De rapportage van de analyses van het laboratorium zijn in dit rapport verwerkt, na interpretatie en toetsen van de uitkomsten.
4. Resultaten en toelichting 4.1 Resultaten in tabellen In dit hoofdstuk zijn alle resultaten in tabel- en grafiekvorm weergegeven. De eerste tabel bevat alle resultaten van het laboratorium en de kleurbeoordeling na 4, 11, 18 en 25 dagen. De tweede tabel bevat pH-waardes van de dompelvloeistoffen. We hadden niet van elke dompelvloeistof (genoeg) monster om pH van te bepalen. Rapport Noorse kreeft - 2012
Pagina 12
Tabel 1: Percentage dompelmiddel, dompeltijd en temperatuur van het dompelmiddel met daarnaast de microbiologische, chemische resultaten van alle monsters na 4, 11, 18 en 25 dagen. Ook de kleurbeoordeling (gemiddelde waarde van drie onafhankelijke beoordelingen) is vermeld Nr
Datum monstername
Temp. zeewater (°C)
% dompelmiddel
Temp. dompelmiddel (°C)
Dompeltijd (min)
4d
11d
18d
25d
4d
11d
18d
25d
4d
11d
18d
25d
4d
11d
18d
A
2-feb (12.00u) 2-feb (12.00u) 2-feb (12.00u) 2-feb (12.00u) 2-feb (12.00u) 2-feb (12.00u)
5,1
NVT
NVT
NVT
3,7
2,7
1,8
1,0
7,5
7,4
7,9
7,8
80,0
79,7
79,9
79,8
NVT
NVT
NVT
5,1
2,5
5
15
4,5
3,5
3,0
1,5
7,3
7,3
8,0
7,9
78,6
80,2
79,7
80,6
160
220
5,1
1,5
5
10
3,8
3,0
2,0
1,0
6,9
7,3
7,8
7,7
78,7
80,5
79,7
78,9
NVT
5,1
0,1
5
10
3,8
3,0
2,0
1,0
6,9
7,0
7,8
7,9
78,4
79,7
81,8
79,8
5,1
0,05
5
60
4,8
2,7
2,3
1,3
6,8
7,3
7,8
7,7
78,1
80,6
79,6
5,1
0,2
5
10
3,8
2,3
1,0
1,0
7,1
7,4
7,8
7,8
79,2
78,8
80,2
B C D E F
A = onbehandeld B = Melacide SC 20
Kleurbeoordeling
pH van vlees
% vocht in vlees
Sulfiet in vlees (mg/kg)
Enterobacteria (kve/g)
Algemeen kiemgetal in vlees (kve/g)
25d
4d
NVT
<10
4d 700
11d 95.000
18d 510.000
25d 2.400.000
270
430
<10
<400
230.000
2.500.000
2.600.000
NVT
NVT
NVT
<10
400
300.000
92.000
1.800.000
NVT
NVT
NVT
NVT
<10
<100
21.000
6.900
1.200.000
80,7
NVT
NVT
NVT
NVT
<10
1.500
920.000
140.000
290.000
80,9
NVT
NVT
NVT
NVT
<10
<400
160.000
60.000
150.000
C = Melacide NOSO 3 E = Enoki extract D = Prawnfresh F = ST 500
Tabel 2: Kenmerken van monster A, D en F Monster A D F
Inhoud Zeewater Prawnfresh ST 500
pH 7,9 1,7 1,85
Sulfiet <10 <10 <10
Enterobacteria <10 NVT NVT
EXTRA ANALYSE Tabel 3: kiemgetal van monsters met een duidelijk afwijkende kleur monsters behandeld met dat conserveermiddel (18 dagen na vangst) Monster Afwijkende kleur Kiemgetal (t.o.v. rest v.d. monsters) afwijkend monster B Melacide SC 20 Donkerder 350.000 D Prawnfresh Donkerder 1.600 F ST 500 Lichter 22.000
Algemeen kiemgetal <400 NVT NVT
t.o.v. de rest van de Kiemgetal 'normale' monster 2.500.000 6.900 60.000
Tabel 4: Relatieve kleurbeoordeling van de monsters na 4, 11, 18 en 25 dagen. 4 dagen
11 dagen
18 dagen
25 dagen
Onbehandeld
+
+/-
-
--
Melacide SC 20
++
+
+/-
-
Melacide NOSO 3
+
+/-
-
--
Prawnfresh
+
+/-
-
--
Enoki
++
+/-
-
--
ST 500
+
-
--
--
Tabel 5: Relatieve beoordeling van het kiemgetal van de monsters na 4, 11, 18 en 25 dagen. 4 dagen
11 dagen
18 dagen
25 dagen
Onbehandeld
++
+
+/-
--
Melacide SC 20
++
+
--
--
Melacide NOSO 3
++
+
++
-
Prawnfresh
++
++
++
-
Enoki
++
-
++
+
ST 500
++
+
++
+
Tabel 6: Relatieve kleurbeoordeling en relatieve beoordeling van het kiemgetal van de monsters Kleur
Kiemgetal
Onbehandeld
+/-
+/-
Melacide SC 20
+
-
Melacide NOSO 3
+/-
+
Prawnfresh
+/-
+/-
Enoki
+/-
+/-
ST 500
-
+
Scienta Nova
advies en training in voedingsmiddelen
4.2 Toelichting op de tabellen 4.2.1 Hoe betrouwbaar zijn de analyse uitkomsten? Er is veel aandacht besteed aan de betrouwbaarheid van de analyse uitkomsten. Zo is vooraf een testprotocol opgesteld, zijn de analyses door speciaal geschoolde personen uitgevoerd en is er een ervaren laboratorium gebruikt. Het aantal analyses per monster is echter vrij klein en de proeven zijn dit keer niet in duplo uitgevoerd, dit leidt tot een iets verminderde betrouwbaarheid. Het aantal analyses per conserveermiddel is ook te beperkt om statistische analyses op los te laten. Hoewel het aantal monsters beperkt is zijn de uitkomsten wel zodanig dat er goede conclusies getrokken kunnen worden. De gevonden resultaten en trends komen wel voor een groot deel overeen met die van het vorige onderzoek, dit versterkt de betrouwbaarheid van het onderzoek zoals het nu uitgevoerd is en maakt het mogelijk uit de beperkte gegevens goede conclusies te trekken. Voor de microbiologische analyses geldt dat pas bij een factor 10 (log waarde) verschil er werkelijk gepraat kan worden over een significant verschil. Omdat de kleurbeoordeling een subjectief gemeten waarde is, is de kleur door drie personen onafhankelijk van elkaar beoordeeld. De drie gevonden waarden zijn gemiddeld en die waarde is weergegeven in de tabel van vorige paragraaf. Er is een kleine statistische analyse uitgevoerd om te kijken of de methode van kleurbeoordeling betrouwbaar is. Uit de analyse is gebleken dat de methode van kleurbeoordeling betrouwbaar is. Er is een Krippendorf's alpha berekend over de 48 kreeften waarvan de kleur beoordeeld is. Een waarde van 1,0 betekent complete overeenstemming tussen de beoordelaars en een waarde van nul betekent dat er de beoordelaars bij geen enkele foto overkomen in hun beoordeling. In dit onderzoek is een waarde van 0,86 gevonden. Dit betekent dat de overeenstemming tussen de beoordelaars goed is. Dit bevestigt de betrouwbaarheid van de methode van kleurbeoordeling. 4.2.2 Kleur Opvallend was dat het onbehandelde product het qua zwartkleuring niet significant slechter deed dan de producten behandeld met conserveermiddelen, met uitzondering van het Melacide SC 20 sample. Tot een periode van 9-11 dagen was het product nog redelijk goed gekleurd, daarna begon de zwartkleuring wel duidelijk zichtbaar te worden. De zwartkleuring verliep over het algemeen langzamer dan in het vorige onderzoek. Toen vertoonde het onbehandelde product na ongeveer 8 dagen al duidelijke zwartkleuring. Een verklaring hiervoor zou kunnen liggen in het feit dat het zeewater, spoelwater en luchttemperatuur gedurende dit onderzoek een stuk kouder was dan tijdens het vorige onderzoek. De kreeft hoeft dus minder lang af te koelen tot de bewaartemperatuur. Dit zou ook kunnen verklaren waarom het onbehandelde monster niet sneller achteruit ging in kleur dan de behandelde monsters. Wellicht dat wanneer dit onderzoek in een ander seizoen had plaatsgevonden de resultaten een iets ander patroon lieten zien. Snel koelen na de vangst lijkt essentieel. Hoewel het vorige onderzoek aantoonde dat een sulfietoplossing de kleur van kreeften beter behield dan Melacide SC 20, kwam dit middel nu juist als sterkste uit de test op het gebied van zwartkleuring. Een sulfietoplossing is nu niet meegenomen in de test dus een vergelijk daarmee kan niet worden gemaakt.
Rapport Noorse kreeft - 2012
Pagina 15
Scienta Nova
advies en training in voedingsmiddelen
Het conserveermiddel ST 500 was het minst goed in het tegengaan van zwartkleuring. Het monster behandeld met dat middel kleurde zelfs sneller zwart dan het onbehandelde monster. Prawnfresh, Enoki en Melacide NOSO 3 behaalden ongeveer dezelfde resultaten qua verkleuring, de verkleuring van deze monsters was vergelijkbaar met die van het onbehandelde product. 4.2.3 Kiemgetal Het kiemgetal van alle monsters lag lager dan de waarden die gevonden waren in het vorige onderzoek. Dit kan te maken hebben met de eerder genoemde temperatuur van het zeewater en daarmee ook dit van het dompelwater, beide temperaturen lagen nu een stuk lager dan tijdens het vorige onderzoek. Dit scheelt enorm in de snelheid van het bederf. Er zijn geen entero’s van betekenis gevonden in de eindproducten. Dit betekent dat de kreeften schoon gevangen zijn, net als in het vorige onderzoek. Dit kan echter per vangstgebied verschillen, dus waakzaamheid op dit gebied is geboden. 18 dagen na de vangst werd bij enkele monsters behandeld met Melacide SC 20, Prawnfresh en ST 500 een afwijkende kleur gevonden ten opzichte van de rest van de monsters. Een extra analyse is uitgevoerd als controle op de betrouwbaarheid van de analyses. Bij ST 500 was het afwijkende monster een stuk lichter gekleurd dan de rest van de kreeften behandeld met dit conserveermiddel. Bij Melacide SC20 en Prawnfresh was het afwijkende monster juist een stuk donkerder dan de rest van de monsters behandeld met deze middelen. De afwijkende monsters zijn daarom apart onderzocht op het kiemgetal om te kijken of er misschien een verband bestond met de afwijkende kleur. Dit bleek niet het geval, de gevonden kiemgetallen weken sterk af van de monsters met 'normale' kleur maar dit verschil was niet groter dan een factor 10. Er zijn dus geen significante verschillen gevonden. 4.2.4 pH van het dompelbad Prawnfresh en ST 500 hadden beide een erg lage pH. Een lagere pH kan resulteren in een mindere vochtbinding van het eindproduct. Met andere woorden: vochtverlies tijdens de opslag. Door middel van een vochtbepaling van het vlees zelf is dit effect gemeten. Het pH verschil van de verschillende dompelwaarden is kennelijk niet van grote invloed op het eindvochtgehalte van het vlees. Deze test dient altijd gemonitord te worden aan boord door de inhoud van een kist gedurende een aantal dagen te volgen. 4.2.5 Het sulfietgehalte Van de geteste conserveermiddelen bevatte alleen Melacide SC 20 sulfiet. Vanwege de nadelige gezondheidseffecten is het goed te streven naar een conserveermiddel zonder sulfiet. In de geteste monsters van Melacide SC 20 was het sulfietgehalte bij allemaal te hoog. Het laatste monster dat getest is had zelfs een sulfietgehalte van 430 mg/kg. Dit is bijna 3x de maximaal toegestane wettelijke hoeveelheid van 150 mg/kg. Het is dan ook erg belangrijk het sulfietgehalte te monitoren en eventueel de concentratie Melacide SC 20 in het dompelbad te verlagen. Ook is het raadzaam de dompeltijd aan te passen aan de voorschriften van de fabrikant, bij een percentage van 2,5% zou de dompeltijd bij benadering 2 minuten moeten bedragen. Dit is flink korter dan de 15 minuten die tijdens die onderzoek aangehouden zijn. Dit is mogelijk foutief aanbevolen.
Rapport Noorse kreeft - 2012
Pagina 16
Kleurbeoordeling Cijfer
Foto
Criteria
5
Duidelijke oranje kleur.
4
Een lichte grijze gloed die zichtbaar is op de kop.
3
Duidelijke zwartkleuring op 1 plek op de kreeft.
2
Duidelijke zwartkleuring op de kop en al begin van zwartkleuring op de staart.
1
Kop en staart zijn zwart gekleurd.
Langs empirische weg is een kleurwaarderingstabel opgesteld waarbij subjectief is gekeken naar de kleurafwijkingen die zichtbaar werden. Er is geen oordeel gegeven over de kleur oranje zelf. Hiervoor ontbreekt de ervaring die de visserman heeft. Er is uitsluitend naar zwartkleuring gekeken (melanosis).
4.3 Grafieken
Gemiddelde kleur 5,0 4,5
Kleurbeoordeling
4,0 Onbehandeld
3,5
Melacide SC-20
3,0
Melacide NOSO 3
2,5
Prawnfresh
2,0
Enoki extract
1,5
ST 500
1,0
Minimale waardering
0,5 0,0 4 dagen
11 dagen
18 dagen
25 dagen
We zien dat de kleur 4 dagen na de vangst meteen al achteruit gaat. Melacide SC 20 lijkt de kleur het best vast te kunnen houden. De lijn van het de groene lijn van het Melacide NOSO 3 monster is niet te zien omdat deze precies samenvalt met de paarse lijn van het Prawnfresh monster.
Scienta Nova
advies en training in voedingsmiddelen
Gemiddeld kiemgetal 3.000.000 2.500.000 Onbehandeld
Aantal kve/g
2.000.000
Melacide SC-20 Melacide NOSO 3
1.500.000
Prawnfresh 1.000.000
Enoki extract ST 500
500.000 0 4 dagen
11 dagen
18 dagen
25 dagen
Over het algemeen zien we pas een explosie van het kiemgetal na ongeveer 18 dagen. Alleen de lijn van Melacide SC 20 stijgt eerder. Het kiemgetal is van een relatief klein aantal monsters bepaald. Bij een vervolgonderzoek zou het aantal monsters iets groter moeten zijn om een meer betrouwbaar beeld te krijgen van het algemeen kiemgetal. Dat het kiemgetal pas 18 dagen na de vangst explosief stijgt zou te maken kunnen hebben met de pH verandering dit het vlees van de kreeft ondergaat. De koeling in het lab heeft goed gewerkt maar de temperatuur schommelde behoorlijk tussen de 05oC. Zie daarvoor de temperatuurgrafiek in de bijlage.
Rapport Noorse kreeft - 2012
Pagina 19
Scienta Nova
advies en training in voedingsmiddelen
Gemiddelde pH 8,1 7,9 7,7
pH
Onbehandeld 7,5
Melacide SC-20
7,3
Melacide NOSO 3 Prawnfresh
7,1
Enoki extract
6,9
ST 500
6,7 6,5 4 dagen
11 dagen
18 dagen
25 dagen
We zien dat bij alle monsters de pH tot 18 dagen na de vangst stijgt. Een pH verlaging kan leiden tot een mindere vochtbinding (vochtverlies) van het vlees. Daar is hier geen sprake van. Na 18 dagen lijkt de pH te stabiliseren en vanaf dat punt neemt ook het kiemgetal explosief toe. Deze twee gegevens lijken aan elkaar gerelateerd te zijn. Het is moeilijk te verklaren waarom alle monsters een stabilisatie van de pH waarde vertonen na 18 dagen. Dit duidt op een extra bufferende werking van de eiwitten die reeds in gevorderd stadium van afbraak zijn.
Rapport Noorse kreeft - 2012
Pagina 20
Scienta Nova
advies en training in voedingsmiddelen
Gemiddeld % vocht 82,0 81,5 81,0 Percentage
Onbehandeld 80,5
Melacide SC-20
80,0
Melacide NOSO 3 Prawnfresh
79,5
Enoki extract
79,0
ST 500
78,5 78,0 4 dagen
11 dagen
18 dagen
25 dagen
Deze grafiek is gebaseerd op een beperkt aantal monsters. Het is moeilijk conclusies te trekken uit deze schommelende en uiteenlopende lijnen. Het vochtgehalte van de kreeften ligt relatief dicht bij elkaar en is vergelijkbaar met de waarden die gevonden zijn in de vorige studie.
5. Conclusies/aanbevelingen Uit dit onderzoek komt naar voren dat er (grote) verschillen bestaan in de geteste conserveermiddelen met betrekking tot de melanosis en het kiemgetal. Melacide SC 20 is sterk in het tegengaan van melanosis maar het werkt niet bacteriocide, ST 500 zorgt juist voor een laag kiemgetal maar gaat de zwartkleuring niet tegen. Melacide NOSO 3 en Prawnfresh lijken over het algemeen het best uit de test te komen. Zij scoren allebei gemiddeld in het tegengaan van melanosis en ook hebben ze een gemiddelde bacteriocide werking. Deze studie in combinatie met de voorgaande lijkt aan te tonen dat het essentieel is om direct na de vangst te koelen. Ook het verlagen van de kiemdruk aan boord is nodig om het bederf zo lang mogelijk tegen te gaan. Dit is waarschijnlijk mogelijk door te koelen met slurry ijs in combinatie met het gebruik van een conserveermiddel. Eventueel vervolgonderzoek zou dit moeten uitwijzen. Dit onderzoek, in combinatie met het voorgaande, geeft een betrouwbaar beeld van de geteste conserveermiddelen maar het aantal monsters was relatief laag. Het is aan te raden eventueel vervolgonderzoek te richten op een geringer aantal conserveermiddelen waardoor het aantal monsters vergroot kan worden.
Rapport Noorse kreeft - 2012
Pagina 21
Scienta Nova
advies en training in voedingsmiddelen
Bijlagen Bijlage I: Testprotocol
Testprotocol
Noorse Kreeft Nephros Norvegicus25-35st/kg Comparatieve test van het conserveermiddel Prawn fresh Plus versus de huidige gebruikte conserveermiddelen
Sensorische kwaliteiten Chemische, fysische en microbiologische veranderingen Warenwettelijke status
Doel van de test De werking van een nieuw conserveermiddel voor de vers gevangen en gekoelde Noorse Kreeft ten opzichte van huidige conserveermethodes vaststellen. Deze conserveermiddelen hebben twee doelen:
Behoud, respectievelijk verbetering van de kleur van de schaal en voorkoming van melanosis (blackspot) als gevolg van enzymatische PPO reacties. Verlenging van de houdbaarheid van de kreeften in de koeling als gevolg van remming van de bacteriologische groei. Ook zal getracht worden de vochtbinding te meten. Een niet onbelangrijke factor om de werkelijke prijs van een conserveermiddel vast te stellen.
Opzet van de testen Met de UK 158 zullen op volle zee de diverse conserveringsmethodes getest worden waarbij de normale procesgang ongewijzigd blijft. Men heeft al proceservaring met Natrium metabisulfiet en het middel van het Spaanse bedrijf Tequisa: Melacide SC-20. Direct na de vangst worden de kreeften na sorteren grondig gespoeld in koud zeewater voordat de behandeling uitgevoerd wordt. Hiermee wordt eventueel vervuiling van de kreeft Rapport Noorse kreeft - 2012
Pagina 22
Scienta Nova
advies en training in voedingsmiddelen
die door het bodemslib meekomt zoveel mogelijk vermeden. Hierin bevinden zich veel bacteriën die de zwartkleuring starten. Daarna wordt het behandelde product zo snel mogelijk opslagen in het visruim bij een temperatuur van rond 0oC. Er is een temperatuurlogger meegeleverd die bij voorkeur tussen de monsters gelegd moet worden. Hierdoor wordt het temperatuurverloop gedurende de hele proef tot en met bewaring in het laboratorium gevolgd. De logger doet iedere twee minuten een registratie. Er worden vijf testen uitgevoerd waarbij drie middelen op hun werking worden getest: A. Geen middel, alleen maar ongedompelde verse kreeften die direct gekoeld worden. Dit dient als referentietest B. Toevoeging van 2,5% van het conserveermiddel Melacide SC-20 aan zeewater en dompelen gedurende 15 minuten of langer bij een temperatuur van 5oC. C. Toevoeging van 1,5% oplossing van Melacide NOSO 3 en dompelen gedurende 10 minuten. Dit is een nieuw middel van Tequisa zonder sulfiet. D. Toevoeging van Prawnfresh van de firma Xyrex aan zeewater en dompelen gedurende Y minuten bij een temperatuur van 5oC. Conform gebruiksaanwijzing: Concentratie 0,1% en dompeltijd 10 minuten. E. Enoki extract. Hiermee wordt een partij gedompeld gedurende 60 minuten bij een concentratie van 0,05%. Deze proef is zuiver experimenteel. Er wordt 6 gram meegeleverd. Dit is voldoende voor 12 liter oplossing. Enoki is een extract van de Enoki paddenstoel en is een middel dat vrij nieuw is. Het is een Japanse vinding dat daar al op garnalen toegepast wordt. De werkzame stof is ergothionine, een aminozuur waarvan men beweert dat het de Melanosis reactie stopt. F. ST 500. Dit is een middel afkomstig van Seafish treatments Ltd. In Glasgow. Dosering 0,2% in het dompelwater. Een fles van 250ml is genoeg voor 125L dompelvloeistof. Dompeltijd minimaal 7 tot 10 minuten. Temperatuur zo laag mogelijk rond 0oC. De monsters worden met dezelfde letters gecodeerd als hierboven.
Registraties en Analyses Aan boord dienen de volgende waarnemingen vastgelegd te worden: 1. Temperatuur van het zeewater 2. Juistheid van de concentraties van de dompelvloeistoffen 3. Temperatuur van de dompelvloeistof 4. Dompeltijd In het laboratorium worden de volgende analyses uitgevoerd: 5. Beoordeling van de kleur 6. Beoordeling van de smaak 7. Vochtgehalte van de kreeft 8. Sulfietgehalte van de kreeft 9. Meting van de zuurgraad (pH) 10. Kiemgetallen van het vlees (PCA en Entero)
Rapport Noorse kreeft - 2012
Pagina 23
Scienta Nova
advies en training in voedingsmiddelen
In het laboratorium worden de analyses uitgevoerd in de daarop volgende week en na een vaste bewaartijd van 7 – 14 en 21 dagen. De monsters worden in duplo genomen: Een voor het laboratorium en een voor de foto.
Te verwachten uitkomsten zullen samengevat luiden: 1. Welk middel het melanosis proces het langst kan tegenhouden 2. Welk middel de beste kleur oplevert 3. Welk middel de beste bacteriocide eigenschappen bezit. Dit zal grafisch weergegeven worden 4. Wat de kostprijs is van het nieuwe middel per kg behandelde kreeft 5. Wat de Warenwettelijke status is van Prawn fresh, ST 500 en Melacide NOSO 3 voor binnenlands gebruik maar ook voor export 6. Wat is het effect van het nieuwe sulfietvrije middel van Tequisa, Melacide NOSO 3 7. Is ST 500 een kopie van Prawn Fresh of een verbetering?
IJsbrand Velzeboer
5 januari 2012
Enkele aandachtspunten Bewaren van de monsters. Gekoeld. Dit de normale procesgang. Dit verdient de voorkeur. De lab analyses zullen ingezet worden 7 dagen na de vangstdatum. Dit is bedoeld om een vergelijking mogelijk te maken van de werking van de verschillende conserveermiddelen. Monstername Deze keer worden alle monster in één keer genomen na behandeling. Het is erg belangrijk dat de omstandigheden en ook de concentratie van de dompelvloeistoffen nauwkeurig gehandhaafd en omschreven moeten worden. Dit scheelt tijd aan boord maar in het lab is dit evenveel werk.
Rapport Noorse kreeft - 2012
Pagina 24
Scienta Nova
advies en training in voedingsmiddelen
Monsterzakken. Er zijn speciale dikwandige zakken meegeleverd voor chemisch en microbiologisch onderzoek. De monsterzakken zijn voorzien van een speciale sluiting en dienen omwikkeld te worden met aluminiumfolie om beschadiging en lichtoxidatie te vermijden. Twee kreeftjes per zak. Het sulfietgehalte wordt gemeten op het vlees. Men dient de behandelde monsters zo steriel mogelijk in de zak te doen. Desinfecteer de handen vooraf met de meegeleverde alcoholspray. Breng direct een sticker aan op de zak of pot en geef het een volgnummer die je op de lijst meteen invult. Zo voorkom je dubbele nummers. Monsters in enkelvoud nemen. (Dit is nieuw) Bijvoorbeeld: A1, A2 etc. Als ze maar goed bestickerd zijn. Monsterpotten. Er zijn speciale steriele monsterpotten meegeleverd waar de verse dompelvloeistof ingedaan kan worden voor chemisch en microbiologisch onderzoek. Ook dient er een monster zeewater genomen te worden van het vangstgebied. De invullijsten De registratielijsten zijn bedoeld om de waarnemingen aan boord meteen vast te leggen en de monsters te traceren voor het laboratorium. Het grijs gemarkeerde gebied wordt door het laboratorium ingevuld. Vul zoveel mogelijk gegevens in bij twijfel. Temperatuurmeting: Elektronische thermometer en een datalogger worden meegeleverd. Extra monsters Van de vers aangemaakte batch dompelvloeistof een monster nemen. Geef aan hoeveel ermee gedompeld is. Eén potje vullen met sulfietpoeder en één potje vullen met het Melacide SC-20 poeder.
Rapport Noorse kreeft - 2012
Pagina 25
Scienta Nova
advies en training in voedingsmiddelen
Monsterschema: Analyse
Micro en Chemisch A onbehandeld 10 Zakjes B SC-20 10 Zakjes C NOSO 3 10 Zakjes D Prawnfresh 10 Zakjes E Enoki extract 10 Zakjes F ST 500 10 Zakjes Vloeistof A 2 Pot Vloeistof B 2 Pot Vloeistof C 2 Pot Vloeistof D 2 Pot Vloeistof E 2 Pot Vloeistof F 2 Pot Totaal 72 *Naar eigen inzicht kan er bij verschillende temperatuurgebieden en over verschillende trekken bemonsterd worden mits het etiket duidelijk ingevuld wordt. Hierdoor kunnen de monsteraantallen verschillen. Als er zich iets bijzonders voordoet, kan hier gerust ook een monster van genomen worden. Dit nemen wij meteen mee in het onderzoek. Er zijn zakjes en potten genoeg meegeleverd.
Rapport Noorse kreeft - 2012
Pagina 26
Scienta Nova
advies en training in voedingsmiddelen
A. Onbehandelde Noorse kreeft, verpakt en gekoeld op ijs. Bij eenzelfde trek deze monsters nemen. 2 stuks in plastic zak doen en dichtritsen. Sticker aanbrengen. Omwikkelen met alu folie en in koeling leggen. Noteer zoveel mogelijk bijzonderheden. Nr
1
Datum Zeewater % pH en tijd Temp in Dompel dompel o C. middel middel in tank 2-feb 5,1 12.00 NVT NVT 2-feb 12.00
5,1
2
2-feb 12.00
5,1
3
2-feb 12.00
5,1
4
2-feb 12.00
5,1
5
2-feb 12.00
5,1
6
2-feb 12.00
5,1
7
2-feb 12.00
5,1
8
2-feb 12.00
5,1
9
2-feb 12.00
5,1
10
11
Temp o C. van dompel middel
Dompel Kleur tijd (Lab) minuten
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
NVT
Smaak (Lab)
Beoordeling na …. Uur.
Zeewater monster tijdens de vangst. Spoelwater nemen. Steriele pot gebruiken
Bijzonderheden:
Rapport Noorse kreeft - 2012
Pagina 27
Scienta Nova
advies en training in voedingsmiddelen
B. Noorse kreeft gedompeld gedurende 15 minuten in 2,5% Melacide SC 20 oplossing. 2 stuks in plastic zak doen en dichtritsen. Sticker aanbrengen. Omwikkelen met alu folie en in koeling leggen. Grijs: Deze bepalingen worden op het lab uitgevoerd. Nr
Temp o C. van dompel middel 5,0
Dompel Kleur tijd (Lab) minuten
1
Datum Zeewater % pH en tijd Temp in Dompel dompel o C. middel middel in tank 2-feb 5,1 2,5 12.00 2-feb 12.00
5,1
2,5
5,0
15
2
5,1
2,5
5,0
15
3
2-feb 12.00 2-feb 12.00
5,1
2,5
5,0
15
4
2-feb 12.00
5,1
2,5
5,0
15
5
2-feb 12.00
5,1
2,5
5,0
15
6
2-feb 12.00
5,1
2,5
5,0
15
7
5,1
2,5
5,0
15
8
2-feb 12.00 2-feb 12.00
5,1
2,5
5,0
15
9
2-feb 12.00
5,1
2,5
5,0
15
10
Smaak (Lab)
Beoordeling na …. Uur.
15
11
Monster van ongebruikte dompelvloeistof. Steriele pot gebruiken
12
Monster nemen van de gebruikte dompelvloeistof. Steriele pot gebruiken. Aangeven hoeveel kg hiermee gedompeld is.
Bijzonderheden: Rapport Noorse kreeft - 2012
Pagina 28
Scienta Nova
advies en training in voedingsmiddelen
C. Noorse kreeft gedompeld gedurende 10 minuten in 1,5% Melacide NOSO 3 oplossing. 2 stuks in plastic zak doen en dichtritsen. Sticker aanbrengen. Omwikkelen met alu folie en in koeling leggen. Grijs: Deze bepalingen worden op het lab uitgevoerd. Nr
Temp o C. van dompel middel 5,0
Dompel Kleur tijd (Lab) minuten
1
Datum Zeewater % pH en tijd Temp in Dompel dompel o C. middel middel in tank 2-feb 5,1 1,5 12.00 2-feb 12.00
5,1
1,5
5,0
10
2
5,1
1,5
5,0
10
3
2-feb 12.00 2-feb 12.00
5,1
1,5
5,0
10
4
2-feb 12.00
5,1
1,5
5,0
10
5
2-feb 12.00
5,1
1,5
5,0
10
6
2-feb 12.00
5,1
1,5
5,0
10
7
5,1
1,5
5,0
10
8
2-feb 12.00 2-feb 12.00
5,1
1,5
5,0
10
9
2-feb 12.00
5,1
1,5
5,0
10
10
Smaak (Lab)
Beoordeling na …. Uur.
10
11
Monster van ongebruikte dompelvloeistof. Steriele pot gebruiken
12
Monster nemen van de gebruikte dompelvloeistof. Steriele pot gebruiken. Aangeven hoeveel kg hiermee gedompeld is.
Bijzonderheden: Rapport Noorse kreeft - 2012
Pagina 29
Scienta Nova
advies en training in voedingsmiddelen
D. Noorse kreeft gedompeld gedurende 10 minuten in 0,1% Prawnfresh. 50ml op 50 liter zeewater. Kijk voor de zekerheid op de gebruiksaanwijzing op de verpakking. 2 stuks in plastic zak doen en dichtritsen. Sticker aanbrengen. Omwikkelen met alu folie en in koeling leggen. Grijs: Deze bepalingen worden op het lab uitgevoerd. Nr
Temp o C. van dompel middel 5,0
Dompel Kleur tijd (Lab) minuten
1
Datum Zeewater % pH en tijd Temp in Dompel dompel o C. middel middel in tank 2-feb 5,1 0,1 12.00 2-feb 12.00
5,1
0,1
5,0
10
2
5,1
0,1
5,0
10
3
2-feb 12.00 2-feb 12.00
5,1
0,1
5,0
10
4
2-feb 12.00
5,1
0,1
5,0
10
5
2-feb 12.00
5,1
0,1
5,0
10
6
2-feb 12.00
5,1
0,1
5,0
10
7
5,1
0,1
5,0
10
8
2-feb 12.00
Smaak (Lab)
Beoordeling na …. Uur.
10
9
Monster van ongebruikte dompelvloeistof. Steriele pot gebruiken
10
Monster nemen van de gebruikte dompelvloeistof. Steriele pot gebruiken. Aangeven hoeveel kg hiermee gedompeld is.
Bijzonderheden: Rapport Noorse kreeft - 2012
Pagina 30
Scienta Nova
advies en training in voedingsmiddelen
E. Noorse kreeft gedompeld in 0,05% Enoki extract gedurende 60(!) minuten. 2 stuks in plastic zak doen en dichtritsen. Sticker aanbrengen. Omwikkelen met alu folie en in koeling leggen. Grijs: Deze bepalingen worden op het lab uitgevoerd
Nr
Temp o C. van dompel middel 5,0
Dompel Kleur tijd (Lab) minuten
1
Datum Zeewater % pH en tijd Temp in Dompel dompel o C. middel middel in tank 2-feb 5,1 0,05 12.00 2-feb 12.00
5,1
0,05
5,0
60
2
2-feb 12.00
5,1
0,05
5,0
60
3
2-feb 12.00
5,1
0,05
5,0
60
4
2-feb 12.00
5,1
0,05
5,0
60
5
5,1
0,05
5,0
60
6
2-feb 12.00 2-feb 12.00
5,1
0,05
5,0
60
7
2-feb 12.00
5,1
0,05
5,0
60
8
2-feb 12.00
5,1
0,05
5,0
60
9
2-feb 12.00
5,1
0,05
5,0
60
10
Smaak (Lab)
Beoordeling na …. Uur.
60
11
Monster van ongebruikte dompelvloeistof. Steriele pot gebruiken
12
Monster nemen van de gebruikte dompelvloeistof. Steriele pot gebruiken. Aangeven
Rapport Noorse kreeft - 2012
Pagina 31
Scienta Nova
advies en training in voedingsmiddelen
hoeveel kg hiermee gedompeld is.
F. Noorse kreeft gedompeld in 0,2% ST 500 oplossing gedurende minimaal 7 minuten tot maximaal 10 minuten. 2 stuks in plastic zak doen en dichtritsen. Sticker aanbrengen. Omwikkelen met alu folie en in koeling leggen. Grijs: Deze bepalingen worden op het lab uitgevoerd Nr
Temp o C. van dompel middel 5,0
Dompel Kleur tijd (Lab) minuten
1
Datum Zeewater % pH en tijd Temp in Dompel dompel o C. middel middel in tank 2-feb 5,1 0,2 12.00 2-feb 12.00
5,1
0,2
5,0
10
2
2-feb 12.00
5,1
0,2
5,0
10
3
2-feb 12.00
5,1
0,2
5,0
10
4
2-feb 12.00
5,1
0,2
5,0
10
5
5,1
0,2
5,0
10
6
2-feb 12.00 2-feb 12.00
5,1
0,2
5,0
10
7
2-feb 12.00
5,1
0,2
5,0
10
8
2-feb 12.00
5,1
0,2
5,0
10
9
2-feb 12.00
5,1
0,2
5,0
10
10
Smaak (Lab)
Beoordeling na …. Uur.
10
11
Monster van ongebruikte dompelvloeistof. Steriele pot gebruiken
12
Monster nemen van de gebruikte dompelvloeistof. Steriele pot gebruiken. Aangeven
Rapport Noorse kreeft - 2012
Pagina 32
Scienta Nova
advies en training in voedingsmiddelen
hoeveel kg hiermee gedompeld is.
Bijlage II Temperatuur verloop koeling lab
De grafiek laat zien dat de kreeften opgeslagen zijn bij een gemiddelde temperatuur van ongeveer 2-3oC.
Rapport Noorse kreeft - 2012
Pagina 33