ONDERWIJSONDERSTEUNINGSPROFIEL
SV 2.01
JUNI 2012
GOMARUS COLLEGE GRONINGEN VMBO VONDELPAD ALGEMEEN
Het vmbo van het Gomarus College hecht grote waarde aan goede zorg en goed onderwijs. We streven naar zorgdoorgaande leerlijnen en zorglijnen van leerjaar 1 tot 4. Mee hierom is in 2010 een start gemaakt met het Vakcollege Techniek. Een opleiding die 6 leerjaren kan beslaan. Vanaf 2012 wordt dit concept aan alle leerlingen in de BL en KL aangeboden. Het blijkt dat leerlingen met veel plezier dit onderwijs volgen en dit heeft een positief effect op welbevinden en resultaten. In de bovenbouw wordt bij veel vakken gewerkt in kleine klassen voor leerlingen met een LWOO-indicatie. ONDERWIJSONDERSTEUNINGSAANBOD IN DE HUIDIGE ONDERWIJSSITUATIE
De doelgroep is een brede doelgroep VMBO bovenbouw met een doorsnee van de Nederlandse bevolking. Het is een vrijwel witte school op denominatieve grondslag. De binding met deze denominatie is een van de voorwaarden voor toelating. Voor de VMBO leerling met de nodige moeilijkheden op organisatie en planningsaspecten en met de nodige onzekerheden op het sociaal en communicatieve biedt het vmbo vaak goede mogelijkheden. De school doet in toenemende mate een beroep op de zelfsturing en zelfstandigheid van de leerling waardoor de regie meer bij de leerling komt te liggen. Zorg en begeleiding in leerjaar 1 zijn vaak intensiever en hebben een ander karakter dan die in leerjaar 4. Daar wordt de leerling voorbereid op de overstap naar het vervolgtraject. De school staat bekend om zijn goede onderwijsondersteuning. Dit heeft ook een wervende werking. Belangrijke aspecten binnen deze zorg zijn ( naast de aspecten zoals genoemd in het aangeleverde ondersteuningsprofiel )een heldere ondersteuningsstructuur, het mentoraat, het vermogen van docenten om de leerling in een bredere context te zien en door het gedrag heen te willen en kunnen kijken en het in teamverband bespreken en benaderen van leerlingen. In 2009-2010 hebben enkele collega’s de opleiding Master Special Educational Needs afgerond KENNIS EN KUNDE VOOR HET ONDERWIJSONDERSTEUNINGSAANBOD
Teams bespreken regelmatig alle leerlingen waardoor de individuele leerling meer in beeld is. De leerling wordt gekend en herkend. Aan ieder team is een leerlingbegeleider verbonden. In dit kader hoort ook de vmbo begeleidingsgroep genoemd te worden. De school heeft de mogelijkheid om, vanuit Gomarusbreed intern, snel individuele leerlingbegeleiders, schoolmaatschappelijk werker, orthopedagoog of schoolpsycholooog in te zetten.
Pagina 1
De gemeenschappelijke denominatie wordt ook als belangrijk uitgangspunt voor onderwijs en zorg gezien. Men wil net even wat meer voor de leerling betekenen dan alleen onderwijs geven. Dit geeft ook extra verplichtingen van het team naar de ouders. Het team heeft een grote bereidheid en welwillendheid om met alle leerlingen op weg te gaan naar het diploma en daar veel ( extra ) tijd en aandacht in te steken. De interne Reboundvoorziening Keerkring is een belangrijke partner in dit proces van ondersteuning. GRENZEN IN DE HUIDIGE ONDERWIJSSITUATIE
Door de jaren heen is de ondersteuningsvraag toegenomen. De school merkt dat er meer ruimte wordt gevraagd om het probleemgedrag te kunnen laten zien. Er is een toename van zichtbaar en naar buiten gericht probleemgedrag. Door deskundigheidsbevordering is het vermogen om vroeg en beter te signaleren sterk is toegenomen. Dit kan leiden tot een sneller signaleren van een speciale ondersteuningsvraag en daarbij passende ondersteuningsplannen. In de onderbouw wordt veel en meer intensieve ondersteuning geboden. De VMBO bovenbouw is meer gericht op diplomering en zelfstandigheid. De leerling moet zich, in zijn algemeenheid, ook zelfstandig kunnen redden. Bij toelating spelen naast binding met de denominatie, in ieder geval de volgende zaken mee: de leerling moet leerbaar, stuurbaar en zelfredzaam zijn en een reële kans hebben een diploma te halen. De leerlingen en hun gedrag mogen best een zekere mate van druk leggen op het lesgeven, het gedrag mag zeker niet leiden tot onveiligheid bij medeleerlingen en docenten en/of tot een (pedagogisch) onwerkbare situatie. Hierbij gaat het niet alleen om beoordeling van de ondersteuningsvraag op zich, maar ook kwantitatieve aspecten in klas en school spelen een rol. Met betrekking tot het volgen van een beroepsgericht vak wordt beoordeeld of het volledige programma kan worden gevolgd. Dit vanuit veiligheidsoverwegingen. Bij tussentijdse instroom gelden dezelfde criteria, waarbij altijd inzage in het volledige dossier, informatief contact met de school van herkomst en een coöperatieve houding van ouders/verzorgers voorwaarde zijn bij eventuele toelating. DE CRITERIA OM LEERLINGEN NIET AAN TE NEMEN OF TE VERWIJDEREN
De school heeft geen ervaringen met blinde leerlingen. School en onderwijs zijn niet op deze leerlingen gericht. Deze leerlingen zijn in het bijzonder aangewezen op Cluster 1 onderwijs. Met slechtziende leerlingen bestaat beperkte ervaring. De afweging bij toelating moet ook hier zijn of er een reële optie is om het VMBO diploma te kunnen behalen. Dit mag dan best in en ander tempo en met een gespreide examinering. De ondersteuning van de ambulante begeleiding is essentieel. Ook veiligheidsaspecten worden meegewogen. De school heeft geen recente ervaringen met leerlingen die cluster 2 geïndiceerd zijn. Cluster 2 Pagina 2
( auditieve stoornissen/beperkingen en spraak-taal beperkingen, leerlingen die in hoge mate aangewezen zijn op een doventolk.) De afweging bij toelating moet ook hier zijn of er een reële optie is om het VMBO diploma te kunnen behalen. Dit mag dan best in een ander tempo en met een gespreide examinering. De ondersteuning van de ambulante begeleiding is essentieel. Cluster 3 leerlingen in algemene zin waarbij de handicap of de intellectuele vermogens diplomering onmogelijk maakt. Het schoolgebouw, de organisatie en het onderwijs zijn hier in principe niet op ingericht. Voor “langdurig zieken” die cluster 3 geïndiceerd zijn zullen alle eerder genoemde grenzen meewegen bij beoordeling van toelating. De afweging bij toelating moet ook hier zijn of er een reële optie is om het VMBO diploma te kunnen behalen. Dit mag dan best in een ander tempo en met een gespreide examinering. De ondersteuning van de ambulante begeleiding is essentieel. Cluster 4 leerlingen met externaliserend gedrag dat maakt dat het voor medeleerlingen en docenten onveilig wordt op in de klas en op school. De grenzen: leerbaar, diplomeerbaar, stuurbaar en zelfredzaam worden gewogen, naast het al eerder genoemde kwantitatieve aspect.
DE POSITIE VAN DE OU DERS
School ziet de ouders als volwaardige partners in het (ondersteunen) van het onderwijsproces gezien. De gemeenschappelijke identiteit is een prima basis voor een goede samenwerking. DE AMBITIE
De school heeft een grote bereidheid en welwillendheid om met alle toegelaten leerlingen op weg te gaan naar de diplomering. Alleen aandacht geven aan het onderwijsprogramma wordt als een verschraling van het onderwijs gezien. We zien nog enkele ontwikkel mogelijkheden voor de school: Toelating van leerlingen met een visuele beperking en een reële optie tot VMBO diplomering.
De school heeft ervaringen met Cluster 2 leerlingen. Ook voor deze leerlingen is adequate en directe ambulante begeleiding essentieel. Zeker voor deze leerlingen moet een goede individuele toelatingsprocedure worden gehanteerd en moet secuur worden gekeken naar de groeps/ klas toedeling.
Cluster 3 leerlingen die binnen de criteria van het VMBO onderwijs vallen (langdurig zieken) en waarbij de huidige inrichting van de school het mogelijk maakt dat diplomering een reële optie is.
Cluster 4 leerlingen met een LGF indicatie en vallend binnen de criteria van het VMBO onderwijs. Maar niet alles is mogelijk. Zie “grenzen” Pagina 3
DE ONTWIKKELAGENDA
t.a.v. Leerlingaspecten De school heeft een hele brede 1e lijnszorg. Dit willen we borgen. Mee door deze brede ondersteuning heeft de school bijna geen voortijdige schoolverlaters. (VSV) t.a.v. Leraaraspecten Vooral voor met name de cluster 4 leerlingen met LGF is ambulante begeleiding (of voldoende aanvullende middelen) een harde voorwaarde. De mogelijkheid van de interne Reboundvoorziening Keerkring is een essentiële voorwaarde om deze leerlingen een goede onderwijsondersteuningsstructuur te kunnen aanbieden. Vanuit deze voorziening kan er een directe bemoeienis met de leerling en de docent plaats vinden en het geeft de mogelijkheid de leerling tijdelijk buiten de klas te plaatsen. Leerling en klasse observaties kunnen onderdeel uitmaken van de werkwijze van de Keerkring. De kwaliteit van ondersteuning kan overeind blijven door de huidige inzet van mensen en middelen. Dit willen we borgen. We willen het mentoraat verdiepen om de doorgaande zorglijnen te versterken. We willen de deskundigheid bevorderen en de handelingsbekwaamheid vergroten. We willen inzetten op deskundigheidsbevordering t.a.v. handelingsgerichte diagnostiek. t.a.v. de schoolinrichting Bij de leerlingen met een visuele beperking zal vooral ingespeeld moeten worden op het zo mogelijk aanpassen van het lesmateriaal. Communicatie over gewenste oplossingen en (on)mogelijkheden met leerling en ouders is hierbij belangrijk.
Terugkerende patronen of thema’s De school heeft een grote bereidheid en welwillendheid om met alle toegelaten leerlingen op weg te gaan naar de diplomering. Alleen aandacht geven aan het onderwijsprogramma wordt als een verschraling van het onderwijs gezien. Er is een grote acceptatie van de beperking van de leerling. Aandachtspunt blijft of deze leerling in staat is om ook een goed vervolgtraject te volgen bij bv. het MBO. Zorg in leerjaar 1 heeft een ander karakter dan zorg in leerjaar 4. De leerling moet groeien naar zelfstandigheid en worden voorbereid op zijn/haar vervolgtraject. De aanwezigheid van gekwalificeerde begeleiders en gespecialiseerde voorzieningen zijn essentieel onderdeel van de ondersteuningsstructuur van de school. Deze voorzieningen hebben ertoe bijgedragen dat de school de huidige kwaliteit van ondersteuning aan de leerlingen / ouders en docenten kan bieden.
Pagina 4
PLAN VAN AANPAK EN ONTW IKKELAGENDA OM D E AMBITIE TE REALISEREN WAT
Integreren Cluster4 en interne Reboundvoorziening Keerkring/ Steunpunt
OMSCHRIJVING essentiële voorwaarde voor een goede ondersteuningsstructuur
ACTIE Pilot trajectklas vanaf mei 2012 Invoeren na de zomervakantie 2012
Uitbouwen integratieproces
Rol orthopedagoog
Ambulante Begeleiding leerlingen met een visuele beperking
Van docenten aanpassen van het lesmateriaal veiligheidsoverwegingen.
toelating
Zie “grenzen”
Screening door interne plaatsingscommissie.
borging ondersteuningsstructuur
LWOO
Ondersteuningsarrangementen (LGF)
Borgen doorgaande zorglijn
Versterking diagnostiek en handelingsgericht werken
Handelingsgerichte diagnostiek en handelingsplannen Vanuit trajectklas Bij de beroepsgerichte vakken bezien of het volledige programma kan worden gevolgd.
kleine klassen mentoren handelingsplan voor LL en klas verschillende klassen/mentoren 1 aanspreekpunt verschillende begeleiders deskundigheidsbevordering
Pagina 5
Bijlage bij het onderwijsondersteuningsprofiel Als Gomarus College hebben we gemeenschappelijk ambitie identiteit behouden handelingsgericht werken werken met Individuele Ontwikkelingsplannen (IOP) deskundigheidsbevordering (stoornis en omgeving) houden en borgen van wat je hebt (kwaliteit van zorg) verbeteren zorg deskundigheid grensbewaking LWOO kortere lijnen naar de ouders leerlingen bedienen dicht bij huis (maatwerk)
grenzen (verschillend per vestiging) zelfredzaamheid (kans op diploma) veiligheid voor leerlingen en personeel draagkracht-draaglast RVC-criteria RENN4, externaliserend gedrag
wat in stand houden (onopgeefbaar) identiteit binnen SWV gereformeerd onderwijs dicht bij huis, mn zorgleerlingen op alle locaties de opgebouwde zorg zorg voor iedereen adaptief individueel waar nodig LWOO werken met handelingsplannen kleine groepen, kleinschaligheid/veiligheid interne doorstroom binnen het Gomarus handhaven opgebouwde expertise. Onze ambities hangen daarmee samen. PrO geindiceerde leerlingen hebben recht op praktijkonderwijs en horen daar ook thuis. breed aanbod goede uitstroom behouden samenwerking vestigingen-PRO-cluster4-Steunpunt-Keerkring
Opmerking: de financiën kunnen consequenties hebben voor het in stand houden van de huidige zorgprofielen en het overeind houden van
Pagina 6