Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel
MEDEDELING referentienr. datum gewijzigd contact
: M-VVKSO-2003-069 : 2003-07-15 : 2013-10-08 : Dienst Personeel en schoolbeheer,
[email protected], 02 507 07 01
Omkadering die wordt toegekend via de scholengemeenschap 1
Inleiding
Sinds 1 september 1999 zijn de scholengemeenschappen in hun huidige vorm operationeel. In de Ministeriële omzendbrief SO 62 “Scholengemeenschappen secundair onderwijs” worden volgende doelstellingen tot oprichting aangehaald: het studieaanbod transparanter maken, de studiekeuze en leerlingenoriëntatie optimaliseren en de beschikbare middelen zo efficiënt mogelijk aanwenden. We mogen vaststellen dat in de 75 scholengemeenschappen van het katholiek secundair onderwijs de krachten worden gebundeld. Er worden afspraken gemaakt over het gevoerde personeelsbeleid en over de ordening van een rationeel onderwijsaanbod, met respect voor het pedagogisch project en de cultuur van elke individuele school. De beoogde doelstellingen krijgen vorm. De scholengemeenschap (SG) verwerft ook steeds meer verantwoordelijkheid. Sinds 2009-2010 krijgt de scholengemeenschap een essentiële rol toegekend op het vlak van personeelsbeleid, aangezien alle punten van de globale puntenenveloppe op dat niveau worden toegekend, en daar (na een eventuele voorafname) worden verdeeld over de verschillende scholen. Verder worden op het niveau van de scholengemeenschap de middelen verdeeld voor ICT-coördinatie, alsook een aantal extra uren-leraar. In deze Mededeling geven we een overzicht van de verschillende omkaderingsmiddelen die via de scholengemeenschap worden toegekend, zonder ze daarbij allemaal te willen uitdiepen. Daarvoor verwijzen we u naar de wetgeving en de omzendbrieven.
2
De globale puntenenveloppe
In de globale puntenenveloppe die is ingevoerd vanaf 2009-2010, worden de omkaderingsmiddelen geïntegreerd die voorheen afzonderlijk werden berekend voor het ondersteunend personeel, technisch adviseur en technisch adviseur-coördinator, adjunct-directeur, coördinator (deeltijds bso), taak- en functiedifferentiatie en de forfaitaire punten. De scholengemeenschap kan haar ondersteuning uitbouwen met betrekkingen op basis van de punten die ze voorafneemt van de globale enveloppe. Nadien worden de resterende punten verdeeld onder de scholen van de scholengemeenschap, waar ze in eerste instantie moeten worden aangewend om de betrekkingen van de vastbenoemde personeelsleden in stand te houden; eenmaal dat gebeurd is, kunnen tijdelijke betrekkingen worden opgericht. De aanwending van deze punten op het niveau van de school, resp. van de scholengemeenschap, wordt toegelicht in onze Mededeling "De globale puntenenveloppe", M-VVKSO-2009-032.
2 2003-07-15 – M-VVKSO-2003-069
3
Middelen voor ICT-coördinatie
De overheid kent jaarlijks middelen toe voor ICT-coördinatie in het onderwijs. Deze middelen bestaan uit: 1. werkingsmiddelen die uitsluitend mogen worden gebruikt voor logistieke en materiële ondersteuning van de ICT-coördinatoren; 2. een puntenenveloppe die uitsluitend mag worden gebruikt voor personeelsomkadering inzake ICT-coördinatie. De ICT-coördinator kan worden ingezet binnen alle scholen van de scholengemeenschap of het samenwerkingsplatform. Van de taken die hem kunnen worden opgedragen, worden voorbeelden gegeven in punt 6 van de Ministeriële omzendbrief dienaangaande (zie achteraan in dit punt 3). In het secundair onderwijs worden de ICT-punten toegekend aan de scholengemeenschap; deze kan samenwerkingsakkoorden afsluiten met scholen of instellingen van andere onderwijsniveaus, bv. met scholen voor basisonderwijs of buitengewoon onderwijs, of met centra voor volwassenenonderwijs. Individuele scholen van een scholengemeenschap kunnen niet samenwerken met andere partners. Het samenwerkingsakkoord dat wordt afgesloten, geldt voor dezelfde periode als de scholengemeenschap zelf. In de loop van de periode van de scholengemeenschap is een wijziging van het samenwerkingsplatform voor ICT-coördinatie enkel mogelijk in de uitzonderlijke situatie dat de samenstelling van de scholengemeenschap zou wijzigen1. Aanwending van de ICT-puntenenveloppe De punten voor ICT-coördinatie kunnen in het gewoon so worden gebruikt om specifiek voor deze taak betrekkingen op te richten in de ambten van het ondersteunend personeel of het bestuurs- en onderwijzend personeel, met uitzondering van directeur en adjunct-directeur. Bij het onderwijzend personeel is een aanstelling per uurleraar mogelijk, bij de andere ambten enkel voor een voltijdse of halftijdse betrekking. De puntenwaarde die deze personeelsleden innemen, is afhankelijk van hun diplomaniveau en/of salarisschaal. Let wel: •
voor ICT-coördinatie wordt een specifieke berekeningstabel gehanteerd: zie punt 4.2 van de Ministeriële omzendbrief GD/2003/04 (zie verwijzing hieronder);
•
De noemer van een uur-leraar hangt niet enkel af van het vak en de graad van gelijkstelling, maar - als het uur wordt gelijkgesteld met een vak in de tweede graad - ook van de rest van de opdracht van het personeelslid2. Voorbeeld: een leraar die reeds een lesopdracht heeft van 5 000 / 10 000 in de derde graad, kan geen ICTopdracht krijgen in /21sten. De bijkomende uren die hem worden toegekend op niveau van de tweede graad, krijgen immers automatisch de noemer /20.
•
De punten voor ICT-coördinatie zijn buiten de globale puntenenveloppe gebleven. Binnen eenzelfde fractie van een betrekking (d.w.z. een uur voor een leraar of godsdienstleraar, of een halftijdse betrekking in de andere ambten) kunnen beide soorten punten niet worden samengevoegd. Wat echter wel kan, is eenzelfde leraar of godsdienstleraar aanstellen voor een aantal uren-leraar gebaseerd op punten voor ICT-coördinatie, en voor andere uren-leraar op basis van de globale enveloppe.
Voorbeeld Een school krijgt van de scholengemeenschap 40 punten voor ICT-coördinatie. •
Hiermee kan ze geen halftijdse betrekking van opvoeder of administratief medewerker (salarisschaal 158) oprichten. Het ontbrekende punt om de nodige 41 punten te bereiken, kan ze niet putten uit de globale puntenenveloppe.
1
De samenstelling van de SG kan enkel wijzigen wanneer een school tot de SG toetreedt, of indien de scholengemeenschap minder dan 900 regelmatige leerlingen telt op de gebruikelijke teldatum.
2
Zie punt 4.7 van onze Mededeling "Prestatieregeling voor de ambten van leraar en godsdienstleraar; plage- en nuluren", MVVKSO-2003-084.
3 2003-07-15 – M-VVKSO-2003-069
•
Ze kan daarmee een betrekking van 10/21 in het ambt van leraar (andere salarisschaal dan 501) oprichten. Desgewenst kan het personeelslid nog aanvullend worden vrijgesteld in andere uren-leraar die worden opgericht met punten uit de globale puntenenveloppe.
De aanstelling in een betrekking op basis van punten voor ICT-coördinatie is steeds een tijdelijke aanstelling; het schoolbestuur is niet verplicht om deze betrekkingen aan te bieden aan personeelsleden die recht hebben op TADD of op reaffectatie (zie punt 4). puntenwaarde ICT-coördinator ambt
salarisschaal
voltijds
directeur en adjunct-directeur
halftijds
per uur
niet mogelijk
TA, TAC, coördinator (dbso)
126 punten
63 punten
niet mogelijk
opvoeder, adm. medewerker
542
120 punten
60 punten
niet mogelijk
opvoeder, adm. medewerker
158
82 punten
41 punten
niet mogelijk
opvoeder, adm. medewerker
202, 122
63 punten
31,5 punten
niet mogelijk
leraar, godsdienstleraar
501
126 punten
volgens barema en prestatiebreuk: zie tabellen 4.2.2 in de omzendbrief “mededeling betreffende ICT-coördinatie vanaf 2005-2006”.
leraar, godsdienstleraar
andere dan 501 85 punten
volgens barema en prestatiebreuk: zie tabellen 4.2.2 in de omzendbrief “mededeling betreffende ICT-coördinatie vanaf 2005-2006”.
Voorbeeld Een scholengemeenschap (4 scholen) krijgt een enveloppe van 178 punten voor ICT-coördinatie en beslist tot de volgende verdeling voor de omkadering:
een halftijdse betrekking voor een technisch adviseur in school 1 = 63 punten
5/20 voor een leraar met barema 501 in school 2 = 32 punten
11/22 voor een leraar met barema 301 in school 3 = 42 punten
een halftijdse betrekking voor een administratief medewerker (barema 158) in school 4 = 41 punten.
Reglementaire basis: •
art. X.49 tot X.56 van Onderwijsdecreet XIV van 14 februari 2003. http://www.ond.vlaanderen.be/edulex > rubrieken > wetgeving > niveau-overschrijdend deel > informatisering.
•
Besluit van de Vlaamse regering van 5 december 2003 inzake ICT-coördinatie in het onderwijs. http://www.ond.vlaanderen.be/edulex > rubrieken > wetgeving > niveau-overschrijdend deel > informatisering.
•
Ministeriële omzendbrief van 18 juli 2003 (zoals gewijzigd) “Mededeling betreffende ICT-coördinatie: maatregelen vanaf het schooljaar 2005-2006”, ref. GD/2003/04. http://www.ond.vlaanderen.be/edulex > rubrieken > omzendbrieven > instellingen en leerlingen (niveauoverschrijdend) > ICT.
4 2003-07-15 – M-VVKSO-2003-069
4
Administratieve toestand van personeelsleden in niet-organieke functies
Dit punt is van toepassing op de personeelsleden die zijn aangesteld in betrekkingen op basis van: •
de voorafname van de globale puntenenveloppe ten behoeve van de scholengemeenschap (zie punt 2);
•
de punten voor ICT-coördinatie (zie punt 3).
Personeelsleden die in deze betrekkingen worden aangesteld, zijn steeds aangesteld als tijdelijke personeelsleden in een school van de scholengemeenschap. De bepalingen van het decreet Rechtspositie zijn van toepassing, met uitzondering van de volgende bepalingen: •
De betrekkingen kunnen niet worden vacant verklaard. Een personeelslid kan niet vast benoemd, geaffecteerd of gemuteerd worden in deze betrekkingen. Indien het schoolbestuur ervoor opteert om de betrekking toe te kennen aan een personeelslid dat vastbenoemd is, kan het daarin enkel worden aangesteld via een verlof voor tijdelijk andere opdracht.
•
Bij de aanstelling in een ambt (en voor het ambt van leraar: in een vak/specialiteit) moet steeds de bestaande reglementering inzake bekwaamheidsbewijzen en salarisschalen worden toegepast, d.w.z. dat de opdracht van een leraar moet worden gelijkgesteld met een vak in functie van zijn bekwaamheidsbewijs. Men hoeft zich daarbij niet te beperken tot de vakken die in de betrokken school worden onderwezen.
•
De betrekkingen die zijn ingericht op basis van de punten voor ICT-coördinatie of van de voorafname van de globale puntenenveloppe voor de scholengemeenschap zijn niet onderworpen aan de reglementering inzake reaffectatie en wedertewerkstelling. Een personeelslid dat ter beschikking is gesteld wegens ontstentenis van betrekking kan in dergelijke betrekking enkel op vrijwillige basis worden gereaffecteerd of wedertewerkgesteld, d.w.z. indien het schoolbestuur én het personeelslid ermee instemmen.
•
Het schoolbestuur is niet verplicht om de betrekkingen die zijn ingericht op basis van de punten voor ICTcoördinatie of van de voorafname van de globale puntenenveloppe aan te bieden aan de personeelsleden die recht hebben op een tijdelijke aanstelling van doorlopende duur.
extra urenleraar (20 000)
betrekkingen in de school opgericht met punten v.d. globale puntenenveloppe
punten ICT
globale puntenenveloppe: voorafname SG
Schematisch overzicht:
ja
ja
via TAO
via TAO
verplicht
verplicht
mag
mag
voorafgaande maatregelen
ja
ja
neen
neen
opbouw recht op TADD in wervingsambt
ja
ja
ja
ja
aanbieden aan TADD
ja
ja
mag
mag
vacant verklaren
ja
ja
neen
neen
benoemen
ja
ja
neen
neen
schematisch overzicht
benoemde in plaatsen aanbieden voor R/W
vakcode ambt
785 leraar, go. leraar
alle behalve directeur
alle behalve dir. of adj.-dir.
alle
5 2003-07-15 – M-VVKSO-2003-069
5
Extra uren-leraar (20 000)
Aan de scholengemeenschap wordt een aantal extra uren-leraar toegekend in verhouding tot haar aandeel in het totale urenpakket van het gewoon en buitengewoon secundair onderwijs. Voor het totaal van alle scholen van secundair onderwijs die tot een scholengemeenschap behoren, gaat het om 20 000 extra uren-leraar. Deze uren moeten worden aangewend om: 1. het aantal plage-uren3 te reduceren en/of 2. de werkdruk te verminderen door uren voor klassenraad, klassendirectie, splitsing van klassen, leraren ondersteuning, stagebegeleiding4 en leerlingenbegeleiding aan te rekenen op het pakket uren-leraar. Het betreft organieke uren; ze komen dus in aanmerking voor vacantverklaring en vaste benoeming. Dit betekent ook dat deze uren-leraar aan een vastbenoemd personeelslid kunnen worden toegekend. De scholengemeenschap moet deze uren verdelen over haar scholen. Over de verdelingscriteria wordt onderhandeld in het OCSG. De beslissing over de verdeling van de uren wordt genomen in het beslissingsorgaan van de scholengemeenschap; afhankelijk van de juridische structuur is dit de raad van bestuur van het enige schoolbestuur van de scholengemeenschap, ofwel de raad van bestuur van de koepel-vzw ofwel het comité van afgevaardigden van schoolbesturen (CAIM 5). Indien de scholengemeenschap het niet eens raakt over de verdeling, dan worden de extra uren-leraar recht evenredig verdeeld volgens het pakket uren-leraar van elke school. Wettelijke basis: •
Art. 57 punt 4° en art. 65 van de Codex Secundair Onderwijs. http://www.ond.vlaanderen.be/edulex > rubrieken > wetgeving > secundair onderwijs > codex > 17/12/2010.
6
Aandachtspunten
6.1
Opbouw van recht op TADD
De personeelsleden die worden aangesteld in een wervingsambt (leraar, godsdienstleraar, opvoeder, administratief medewerker), verwerven dienstanciënniteit in functie van de tijdelijke aanstelling van doorlopende duur in dat ambt. In de meeste gevallen kunnen ze hun recht op TADD in dat ambt inroepen wanneer ze drie schooljaren voor ten minste een halftijdse betrekking in dat ambt aangesteld zijn geweest. Indien de betrokkenen deze anciënniteit opbouwen in het ambt van leraar zonder ooit belast te zijn met contacturen, verwerven ze op oneigenlijke wijze rechten in dat ambt. Voorbeelden hiervan zijn de informaticacoördinator, de preventieadviseur en de personeelsleden met een bewijs van pedagogische bekwaamheid die instaan voor de administratieve ondersteuning van de scholengemeenschap. Eenmaal tijdelijk aangesteld voor doorlopende duur, komen deze personeelsleden eveneens in aanmerking voor vaste benoeming indien er in de scholen organieke uren-leraar worden vacant verklaard in de vakken/specialiteiten waarin ze recht op TADD hebben.
3
Voor verdere informatie aangaande plage-uren verwijzen we naar onze Mededeling “Prestatieregeling voor de ambten van leraar en godsdienstleraar; plage- en nuluren” ref. M-VVKSO-2003-084.
4
Bij de schrapping van de mentor-uren vanaf 2010-2011 werd de mogelijkheid om de extra uren voor de SG aan te wenden voor lerarenondersteuning en stagebegeleiding opnieuw ingevoegd.
5
Zo lang voor het secundair onderwijs nog geen andere afkorting gangbaar is om het Comité van afgevaardigden van de schoolbesturen aan te duiden, hanteren we nog de afkorting CAIM ("Comité van afgevaardigden van de inrichtende machten").
6 2003-07-15 – M-VVKSO-2003-069
6.2
Meerekenen van uren PV ontstaan uit omzetting van punten
Bij de berekening van het aantal voltijdse betrekkingen in praktische vakken (PV) als een van de parameters voor de globale puntenenveloppe 6, mogen de uren PV die gegenereerd zijn uit de omzetting van punten mee in aanmerking worden genomen: zowel de uren-leraar die voortkomen uit de punten voor ICT-coördinatie als die uit globale puntenenveloppe. Hierbij worden niet de PV-uren van de interimarissen meegeteld, doch enkel die van de titularissen. Zie hierover ook punt 4.2 van de Mededeling “De globale puntenenveloppe”, M-VVKSO2009-032. Voorbeeld Een leraar (bachelor in het onderwijs) wordt voltijds vrijgesteld ter ondersteuning van de scholengemeenschap op basis van de voorafname van de globale puntenenveloppe. De opdracht wordt gelijkgesteld met het VO-vak PV Elektriciteit (3tso), waarvoor hij salarisschaal 302 geniet. Deze voltijdse betrekking kost 85 punten en mag bij de berekening van de globale puntenenveloppe in rekening worden gebracht voor de parameter "voltijdse betrekkingen in praktische vakken" in de school waaraan dit personeelslid administratief verbonden wordt.
6.3
Geen opbouw van rechten in ambten van het bestuurspersoneel in de voorafname
Indien een scholengemeenschap betrekkingen in selectie- of bevorderingsambten opricht op basis van de voorafname van de globale puntenenveloppe (directeur, adjunct-directeur, TA, TAC, coördinator deeltijds bso) of van punten voor ICT-coördinatie (TA, TAC, coördinator deeltijds bso), dan bouwen de aangestelde personeelsleden daarin geen rechten op. Artikel 42 van het decreet Rechtspositie stelt dat een schoolbestuur een personeelslid vast moet benoemen wanneer het twee volledige schooljaren aangesteld is geweest in een selectie- of bevorderingsambt in afwachting van een vaste benoeming. Omdat benoeming echter niet mogelijk is in de betrekkingen die zijn opgericht met de voorafname van de globale puntenenveloppe of met punten voor ICT-coördinatie, is een personeelslid daarin nooit aangesteld “in afwachting van een vaste benoeming”. De aanstelling in deze betrekkingen leidt dan ook niet tot verplichtingen voor het schoolbestuur inzake benoeming in organieke betrekkingen die in een school vacant worden. Voorbeeld Leraar X wordt via tijdelijk andere opdracht aangesteld in een betrekking van directeur die is opgericht met punten van de voorafname van de globale enveloppe; daarvoor wordt hij in dienst gemeld in school A. Na twee schooljaren wordt in school A de organieke betrekking van directeur vacant door een pensionering. Het schoolbestuur kan X aanstellen in deze organieke betrekking, maar is daar niet toe verplicht. Pas wanneer X twee volledige schooljaren (d.w.z. van 1 september tot 31 augustus) aangesteld is geweest in de organieke betrekking, wordt hij ambtshalve benoemd, tenzij hij zelf te kennen heeft gegeven die benoeming niet te wensen.
6.4
Rol van het OCSG
De verdelingscriteria van alle omkadering die aan de scholengemeenschap wordt toegekend, behoren tot de onderhandelingsbevoegdheid van het Onderhandelingscomité van de scholengemeenschap (OCSG). Dit betekent dat het OCSG onderhandelt over de aanwendingscriteria die de scholengemeenschap toepast. De onderhandelingen kunnen echter nooit gaan over de aanstelling van concrete personen; het OCSG kan nooit fungeren als selectiecommissie. Onderhandelen betekent dat men streeft naar een akkoord. Indien een akkoord wordt bereikt, moet het bestuur van de scholengemeenschap dit ook effectief uitvoeren; indien geen akkoord wordt bereikt, beslist het bestuur van de scholengemeenschap. Het expliciete akkoord van het OCSG is enkel vereist voor een voorafname van méér dan 10 % van de globale puntenenveloppe.
6
Zie punt 4.2 van de Mededeling “De globale puntenenveloppe”, M-VVKSO-2009-032.
7 2003-07-15 – M-VVKSO-2003-069
7
Opgeheven middelen
Ingevolge de besparingsmaatregelen worden geen middelen meer toegekend voor
mentorschap (afgeschaft sinds 2010-2011);
vervanging korte afwezigheden (eveneens sinds 2010-2011 afgeschaft);
vervanging voor bedrijfsstages (afgeschaft sinds 2012-2013).