Gemeente Bergen op Zoom
HUI in iiiiiiii mi ii ii 115-063038
Reg datum:
03/11/2015
DE O M G E V I N G SSJJ U R I S T MAAKT
UW
BESTEMMINGSPLAN
MIUEU-PROOF
Gemeenteraad van Bergen op Zoom Postbus 35 4600 AA BERGEN OP Z O O M
AANVRAAG OMGEVINGSVERGUNNING
Geachte raad,
1.1 Aanleiding aanvraag omgevingsvergunning Dogs in Touch biedt als ondergeschikte nevenactiviteit bij de agrarische activiteiten van de agrarische maatschap Van Vlimmeren (hierna: Van Vlimmeren), trainingsfaciliteiten aan voor hondeneigenaren om te oefenen met hun honden (Agility). Tevens verzorgt Van Vlimmeren eigen trainingen en workshops. In oktober 2014 heeft Van Vlimmeren deze activiteiten stopgezet. Op 4 december 2014 hebben mevr. J. van Vlimmeren en ondergetekende een gesprek gehad met wethouder Linssen. Bij het gesprek waren verder aanwezig de heer B. Suijkerbuijk en de heer J. Verpalen (ambtelijk medewerkers). Het was een constructief gesprek waarin het met name de bedoeling was om meer inzicht te geven in de activiteiten van Dogs in Touch. Tevens is nadrukkelijk aangegeven door Van Vlimmeren dat de hondentrainingen uitsluitend inpandig zullen plaatsvinden. Tijdens het gesprek is afgesproken dat er op basis van deze nieuwe inzichten een nieuw principeverzoek ingediend mocht worden en een nieuw akoestisch onderzoek (zie bijlage 1). Door wethouder Linssen werd aangegeven dat het verzoek serieus zou worden bekeken en getoetst. Op 3 februari 2015 zijn een principeverzoek met ruimtelijke onderbouwing en akoestisch onderzoek ingediend bij het college van b&w. Deze stukken zijn telefonisch besproken met de heer Suijkerbuijk, ambtelijk getoetst en tevens positief beoordeeld door de Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant (OMWB). Met name het akoestisch onderzoek naar het geluid van hondengeblaf en andere akoestische effecten op de omgeving zijn voor de uitvoering van het plan zeer relevant en zijn positief beoordeeld. Zowel telefonisch als per email is vervolgens door de behandelend ambtenaar aan ondergetekende aangegeven dat er een collegevoorstel was opgesteld om in principe mee te werken aan het plan van Van Vlimmeren. Het voorstel zou in de collegevergadering van 9 juni 2015 worden behandeld. Verder werd ambtelijk nog aangegeven dat er een gesprek zou plaatsvinden met de buren van Van Vlimmeren, de heer en mevr. Avenarius (hierna: Avenarius) om het collegevoorstel om in principe mee te werken aan het plan met hen te bespreken (zie bijlage 2). Van Vlimmeren en ondergetekende hebben deze fase als constructief en positief ervaren. Na 9 juni jl. werd het echter angstvallig stil. Op 9 juli jl. vernam J. van Vlimmeren via informele weg dat in tegenstelling tot de eerdere berichtgeving en het contact tot dusverre, er niet zou worden meegewerkt aan het plan. Verdere uitleg naar de reden bleef achterwege. Ook op de brief van 11 juli jl. van Van Vlimmeren met het verzoek aan het college om uitleg naar de reden werd niet gereageerd (zie bijlage 3). Pas bij brief van 17 juli 2015 heeft het
college van b&w formeel laten weten dat er niet ingestemd kon worden met het principeverzoek (bijlage 4). Het heeft er alle schijn van dat het gesprek met Avenarius geleid heeft tot het herschrijven van het oorspronkelijke positieve collegevoorstel tot een nieuw en negatief voorstel om niet mee te werken. Wij kunnen op basis van het voornoemde geen andere conclusie trekken. Er is in het principebesluit ook duidelijk gezocht naar een juridische reden om niet mee te werken: de beoogde ontwikkeling zou de landschappelijke waarden aantasten. Omdat de activiteiten plaatsvinden in twee bestaande agrarische hallen voor de zonnebloemen - die in de winter leeg staan - is er geen sprake van aantasting van landschappelijke waarden. Er is evenmin sprake van extra verharding. De gebouwen en verharding worden immers gebruikt voor het agrarisch bedrijf van Van Vlimmeren. De aangegeven reden is dan ook zeer merkwaardig.
1.2 Plan Van Vlimmeren verdient een eerlijke kans Op advies van wethouder Linssen en de teammanager van het team Ruimtelijke Ordening, de heer Rijk, die na de publiciteit rondom Dogs in Touch via BN De Stem en Facebook, op bezoek zijn geweest bij Van Vlimmeren, wordt onderhavige aanvraag om omgevingsvergunning ingediend. Naast voornoemd advies zijn wij van mening dat de gehele gang van zaken tot dusverre niet bepaald de schoonheidsprijs verdient. Niet qua communicatie, maar ook niet vanwege het feit dat de ingediende ruimtelijke onderbouwing en het akoestisch onderzoek positief zijn beoordeeld door de O M W B . Het plan verdient een eerlijke kans en een eerlijke behandeling. Wij zijn dan ook van mening dat het plan - in de vorm van een ontwerpbesluit omgevingsvergunning - tenminste in procedure moet worden gebracht en ter inzage moet worden gelegd. Gedurende 6 weken kunnen omwonenden, waaronder Avenarius, zienswijzen indienen. Ook die verdienen een eerlijke kans. Van Vlimmeren wil namelijk niet dat buren overlast ervaren. Om die reden vinden de activiteiten met de honden uitsluitend binnen plaats.
2 Beschrijving activiteiten Dogs in T o u c h Het unieke van Dogs in Touch is het aanbod ten aanzien van Agility. Agility is een sport waar het plezier van de hond en de eigenaar voorop staat. Bij Agility gaat het erom dat de hond een parcours van verschillende hindernissen foutloos en zo snel mogelijk aflegt. De sport sluit aan bij de natuurlijke drang van een hond om zoveel mogelijk te bewegen. Bij Agility is een goede ondergrond van belang om blessures te voorkomen. Dogs in Touch biedt als enige in Nederland en België een indoor trainingsfaciliteit aan op kunstgras. De grote hal op het erf van Van Vlimmeren beschikt over het juiste wedstrijdformaat, de mat is 20 x 40 m. De selectiewedstrijden voor de wereldkampioenschappen werden dan ook altijd gehouden in de hal van Van Vlimmeren. Behalve de Nederlandse selectie, maakten ook de Franse en Belgische selecties gebruik van de trainingsfaciliteiten. Naast de voorbereidingen op het wereldkampioenschap werden er ook regelmatig workshops voor Agility gehouden met bekende buitenlandse trainers. Dogs in Touch bood de mogelijk om na het wedstrijdseizoen, dat voornamelijk in de zomer is, te trainen voor het nieuwe seizoen. Dat is uniek in de hondentrainingswereld. Naast de faciliteiten voor Agility werd de hal ook gebruikt voor gehoorzaamheidstrainingen. Klanten als de Martin Gaus hondenschool maakten hier bijvoorbeeld gebruik van.
2
afbeelding 1: foto interieur kleine hal met faciliteiten voor Agility
\rî i
afbeeldingen 2 en 3: foto's van Agility trainingen
3
afbeelding 4: foto van rollen met kunstgras uit de grote hal (wordt in de zomer niet voor hondentraining gebruikt)
3 Noodzakelijke inkomsten uit nevenactiveit Van Vlimmeren exploiteert als hoofdactiviteit een agrarisch bedrijf in zonnebloemen. Het bedrijf heeft een grondareaal van zo'n 80 hectare. De geoogste zonnebloemen worden in een grote hal verpakt en worden vervolgens vervoerd voor de handel. Dit zijn seizoensgebonden activiteiten. De inkomsten haalt Van Vlimmeren in de zomer uit de verkoop van bloemen. Deze 'bloemenhaľ staat in de winter leeg; er worden machines opgeslagen. Er zijn in de winter geen inkomsten vanuit het agrarische bedrijf. Dit financiële gat kan worden opgevangen door de inkomsten uit de trainingsactiviteiten van Dogs in Touch. Deze inkomsten zijn meer dan welkom voor Van Vlimmeren.
4
4 Beschrijving omgeving in het kort De planlocatie ligt aan 't Laag in Bergen op Zoom. De omgeving ligt in het buitengebied van de gemeente op zo'n 800 meter van de Rijksweg A4 en ongeveer 1,5 kilometer van de kern van Bergen op Zoom. De locatie is dan ook goed te bereiken voor de bezoekers.
t
1
i
p 'i
\
1
*4i
s P
i
'."1
I
afbeelding 5: luchtfoto omgeving van planlocatie (rode pijl) met ten zuidwesten de Rijksweg A4 en linksonder het industrieterrein en de wijk de Schans in Halsteren
iff*
s
1
1
I
afbeelding 6: foto vanaf erf Van Vlimmeren met uitzicht op 't Laag en in de verte de Rijksweg A4
5
afbeelding 7: foto met uitzicht op toegang erf Van Vlimmeren
V
A l
i
11
i •te*
afbeelding 8: foto met uitzicht op erf vanaf toegangshek met aan de rechterzijde achterin de grote bloemenhal
6
i
I
II
afbeelding 9: foto met uitzicht op grote bloemenhal
I
afbeelding 10: foto van machineopslag in winterperiode grote bloemenhal
7
5. Ruimtelijke onderbouwing en a k o e s t i s c h onderzoek Bij de besluitvorming inzake de omgevingsvergunning moet er sprake zijn van een goede ruimtelijke ordening. Dit houdt in dat er bij de woningen van de buren sprake moet zijn van een aanvaardbaar w o o n - en leefklimaat en dat Van Vlimmeren de bedrijfsactiviteiten inpandig kan uitoefenen. Van Vlimmeren blijft met de hondentrainingen op ruime afstand van de buren (meer dan de richtafstand van 50 meter inzake de VNG-brochure). Daarnaast vinden de activiteiten inpandig plaats. Voor de verdere onderbouwing en het akoestisch onderzoek wordt verwezen naar de stukken. Die stukken en de formele aanvraag om omgevingsvergunning zullen worden ingediend via het digitale omgevingsloket.
6. Uitnodiging aan raad voor bezoek aan bedrijf Van Vlimmeren Enkele raadsleden hebben aan Van Vlimmeren laten weten dat ze een bezoek aan het bedrijf van Van Vlimmeren zeer op prijs zouden stellen. Dit ter voorbereiding van de besluitvorming. Van Vlimmeren komt hier graag aan tegemoet en nodigt u allen uit om de locatie te bekijken (zie bijgaande uitnodiging).
7. Aanvraag omgevingsvergunning Van Vlimmeren verzoekt u na het bezoek aan de locatie het plan voor Dogs in Touch in overweging te nemen en in elk geval gedurende 6 weken ter inzage te leggen. Het plan verdient een eerlijke kans!
Alvast hartelijk dank. Met vriendelijke groet, namens de maatschap Van Vlimmeren,
mr. H.H. Harberink (Marian) De Omgevingsjurist Flight Forum 40 (Ground floor) 5657 DB Eindhoven t. 040 - 288 7775 e.
[email protected]
8
BIJLAGE 1
J
Datum
4 december 2014
Toestel
0164-277080
Van
B A M . Suijkerbuijk
Aan
mevr. R. Harberink
Afdeling
Stedelijke Ontwikkeling, Ruimtelijke
Cc
J. Verpaalen, R. Rijk
Ordening
Onderwerp
gespreksverslag d.d. 4 december 2014, hondensportcentrum 't Laag 2 BoZ
Aanwezig: mevr. J.M.A. van Vlimmeren, mevr. mr. M. Harberink Wethouder dhr. T. Linssen, dhr. J. Verpaalen RO, dhr. mr. B. Suijkerbuijk juridisch adviseur SO Mevr. Van Vlimmeren licht aan de hand van enkele afbeeldingen e.e.a. toe over de aard van de in de bedrijfshal uit te voeren hondenactiviteiten. Zij wijst op het gebrek aan vergelijkbare faciliteiten in de omgeving. Weth. Linssen geeft aan dat er bij maneges e.d. in principe voldoende mogelijkheden zijn om deze activiteiten uit te oefenen. Mevr. Van Vlimmeren antwoordt hierop dat het voor rolstoelers e.d. heel lastig is om hun sport dan te kunnen blijven uitoefenen, terwijl er juist relatief veel mensen in hun rolstoel de hondensport beoefenen. Weth. Linssen geeft aan dat hij de zakelijke overwegingen om in de hal een hondensportschool te exploiteren heel goed snapt, maar dat er in wet- en regelgeving ook beperkingen zijn gelegen waar we allemaal mee te maken hebben. Die beperkingen leiden er toe dat de hondensportschool niet toelaatbaar wordt geacht in het gebied. Mevr. Harberink geeft aan dat de eerdere aanvraag is afgewezen vanwege met name de geluidsaspecten. Het akoestisch onderzoek ging dan ook uit van buitenactiviteiten. In het nieuwe (nog in te dienen) principeverzoek gaat het uitdrukkelijk alleen nog maar om inpandige activiteiten. Dit zou tot een andere beoordeling moeten leiden, omdat de ruimtelijke impact van die activiteiten veel kleiner is dan oorspronkelijk aangevraagd. Verder is in het weigeringsbesluit ook uitgegaan van een hondenpension/hondenkennel, terwijl er qua geluid eerder aansluiting moet worden gezocht bij een hondendressuurterrein. Dit leidt ook tot een andere milieucategorie. Op basis van een nieuw akoestisch onderzoek, bij te voegen bij het principeverzoek, zal aangetoond moeten worden dat de geluidsproductie bij het alleen inpandig uitvoeren van de activiteiten aanzienlijk verbetert. Verder wordt voorgesteld dat door het stellen van (maatwerk)voorschriften en andere voorwaarden in het ruimtelijke besluit gewaarborgd kan worden dat de te verwachten overlast (m.n. verkeer en geluid) tot een aanvaardbaar niveau kan worden beperkt. Van ambtelijke zijde wordt aangegeven dat het geen zin heeft om de motivering in het inmiddels onherroepelijke weigeringsbesluit opnieuw ter discussie te stellen. Wel wordt toegezegd dat het te ontvangen principeverzoek objectief zal worden beoordeeld en een formele reactie op het principeverzoek zal volgen. Ten aanzien van de beoordeling van het principeverzoek gelden de volgende uitgangspunten: a. Er moet sprake zijn van een wezenlijk andere aanvraag (waarbij wordt opgemerkt dat het in ieder geval moet gaan om inpandige activiteiten); b. Het principeverzoek gaat vergezeld van een nieuw akoestisch onderzoek. Uit dit onderzoek dient te blijken dat het geluidsniveau aanvaardbaar is;
c. d.
In het principeverzoek moet een voorstel worden gedaan ten aanzien van een beperking van de activiteiten naar duur en frequentie, alsmede hoe die beperking kan worden gewaarborgd; Uit het principeverzoek moet duidelijk worden op basis van welke concrete maatregelen de (geluids)productie zoveel mogelijk wordt beperkt (locatie parkeergelegenheid, ligging aanrijroute t.o.v. omwonenden etc).
Dhr. Verpaalen geeft aan dat, voor zover het principeverzoek leidt tot een positieve beoordeling, legalisering/realisering zal plaatsvinden via het spoor van de omgevingsvergunning afwijking bestemmingsplan ex art. 2.12 lid 1 onder a sub 3 Wabo. Het heeft weinig zin om mee te liften op de bestemmingsplanprocedure Buitengebied Oost, aangezien dit nog een heel lang traject is. Dit neemt niet weg dat bepaalde planologische verruimingen die in het toekomstige bestemmingsplan zullen worden opgenomen in beginsel relevant kunnen zijn voor de beoordeling van het principeverzoek. Weth. Linssen geeft aan dat in afwachting van de formele reactie op het nog in te dienen principeverzoek er in geen geval hondenactiviteiten mogen plaatsvinden. Als dit wel het geval is, dan zal er zeker geen medewerking worden verleend.
2 van 2
BIJLAGE 2
28-8-2015
WfebMail
Onderwerp: RE: Dogs in Touch - vraag svz Van: "Suijkerbuijk, B.A.M. (Bas)"
Aan: Marian Harberink | De Omgevingsjurist Datum: Wednesday, 27/05/2015 1:36 PM
Geachte mevrouw Harberink,
Komende vrijdag hebben wij in het belang van zorgvuldige besluitvorming nog een gesprek met dhr. en mevr. Avenarius, waarin zij de gelegenheid krijgen om hun bedenkingen tegen de voorgenomen ontwikkeling - nogmaals - toe te lichten. Hierbij zullen wij ook van onze zijde een toelichting te geven op ons voornemen om thans wel medewerking te verlenen aan het plan van de familie Van Vlimmeren.
Het voorstel als zodanig is gereed, ik verwacht dat dit dinsdag 9 juni as. in het college kan worden behandeld.
Met vriendelijke groet.
Bas Suijkerbuijk Juridisch adviseur team Ruimtelijke Ordening, afdeling Stedelijke Ontwikkeling
Gemeente Bergen op Z o o m Postbus 35 4 6 0 0 A A B e r g e n op Z o o m
T 0164-277080
| E [email protected] | www.berqenopzoom.nl
V a n : Marian Harberink | De Omgevingsjurist [mailto:[email protected]] Verzonden: woensdag 27 mei 2015 13:23 A a n : Suijkerbuijk, B.A.M. (Bas) Onderwerp: Dogs in Touch - vraag svz
Geachte heer Suijkerbuijk,
Ik had u zojuist even gebeld om te vragen naar de stand van zaken m.b.t. het dossier van Dogs in Touch. Ik ben benieuwd wanneer het principeverzoek door het college wordt https://mail.registratie.nl/surg eweb?clTld=show84^age=p^int.htm&fldJd=Nieuwe%20em
1/3
BIJLAGE 3
DE O M G E V I N G S J U R I S T MAAKT
UW
BES TEMMINGS PLAN
MILIEU-PRŨOF
Gemeente Bergen op Zoom t.a.v. College van burgemeester en wethouders Postbus 35 4600 AA BERGEN OP Z O O M
V E R Z O E K OM U I T S T E L B E S L I S S I N G P R I N C I P E V E R Z O E K D O G S IN T O U C H Zaterdag 11 juli 2015,
Geacht college,
1 n Aa n leidi g Op 4 december 2014 hebben mevr. J. van Vlimmeren en ondergetekende een gesprek gehad met wethouder Linssen. Bij het gesprek waren verder aanwezig de heer B. Suijkerbuijk en de heer J. Verpalen. Het was een constructief gesprek waarin het met name de bedoeling was om meer inzicht te geven in de activiteiten van Dogs in Touch. Tijdens het gesprek is afgesproken dat er op basis van deze nieuwe inzichten een nieuw principeverzoek ingediend mag worden dat tevens in alle openheid zou worden beoordeeld. Het nieuwe principeverzoek is samen met een ruimtelijke onderbouwing * akoestisch onderzoek op 3 februari 2015 bij uw college ingediend.
2. n Ho n de n trai ni n ge zullen alleen in pan dig plaatsvin den Van Vlimmeren wilde met het nieuwe voorstel tot een oplossing komen met als doel een deel van de thans gestaakte activiteiten ten aanzien van de hondentraining te kunnen voortzetten en streeft hierbij nog steeds naar een goede verstandhouding met haar buren met zo min mogelijk overlast. Om tegemoet te komen aan de bezwaren van omwonenden was en is Van Vlimmeren bereid om de activiteiten alleen inpandig te laten plaatsvinden. In dit principeverzoek is uitgebreid aangegeven hoe Van Vlimmeren dat wil bereiken. De uitgebreide ruimtelijke toets is opgenomen in de ruimtelijke onderbouwing. Daarnaast is een geheel nieuw akoestisch onderzoek uitgevoerd. Dat onderzoek heeft uitgewezen dat er geen geluidsoverlast is te verwachten van hondengeblaf, de cumulatie van het gehele geluid vanwege de inrichting en de verkeersaantrekkende werking. Dit komt omdat de activiteiten uitsluitend binnen (in de bedrijfshallen) zullen worden gehouden. Dat is eveneens juridisch af te dwingen in de omgevingsvergunning.
3.
Ruimtelijke onderbouwing * a k o e s t i s c h onderzoek goedgekeurd door Omgevingsdienst Op 28 april 2015 is zowel de ruimtelijke onderbouwing als het akoestisch onderzoek akkoord bevonden door de O M W B (Omgevingsdienst). Dit heeft de heer B. Suijkerbuijk per email aan ondertekende laten weten.
4. Positief collegevoorstel Dogs in T o c h Naar aanleiding van de instemming van de Omgevingsdienst met de stukken heeft Bas Suijkerbuijk een collegevoorstel opgesteld voor u om in principe in te stemmen met het plan van Dogs in Touch (voor de inpandige hondentrainingen). Op 29 mei jl. heeft een gesprek in het gemeentehuis plaatsgevonden met dhr. en mevr. Avenarius over het voorstel om in principe mee te werken. Het collegevoorstel zou vervolgens 9 juni j l . worden behandeld in de collegevergadering. Op 10 juni j l . deelde Bas Suijkerbuijk per email mede dat het voorstel helaas nog niet was behandeld. Hij zou ons laten weten wanneer dat wel het geval zou zijn. Daarna bleef het stil.
5. Negatief collegevoorstel Dogs in T o u c h Afgelopen week kregen wij geheel tegen voornoemde ontwikkelingen in te horen dat er inmiddels een negatief collegevoorstel ligt te uwer behandeling. Bas Suijkerbuijk heeft dit bij navraag telefonisch aan ondergetekende bevestigd. Het heeft er alle schijn van dat het gesprek met Avenarius geleid heeft tot het herschrijven van het oorspronkelijke positieve collegevoorstel tot een nieuw en negatief voorstel om niet mee te werken. Wij kunnen op basis van het voornoemde geen andere conclusie trekken. Er is duidelijk ook gezocht naar een juridische reden om niet mee te werken: de beoogde ontwikkeling zou de landschappelijke waarden aantasten. Omdat de activiteiten plaatsvinden in twee bestaande bedrijfshallen en niet buiten, is dit echt juridische kletskoek. Het uitgevoerde en goedgekeurde akoestisch onderzoek bevestigt dit. Verder zijn wij nooit op de hoogte gesteld dat er een negatief collegevoorstel lag. Zoals u zult begrijpen verdient deze gang van zaken niet bepaald de schoonheidsprijs. Sterker nog, wij vinden dit een zeer kwalijke gang van zaken. Zeker gezien alle moeite die is gedaan en de kosten die door J. van Vlimmeren zijn gemaakt. Het plan verdient een eerlijke kans en een eerlijke behandeling.
6. J . van Vlimmeren verdient uitleg over gang van zaken De hele gang van zaken - van positief tot geheel onverwacht negatief - verdient een heroverweging en tenminste een fatsoenlijke uitleg aan mevr. J. van Vlimmeren. Op vrijdag 10 juli j l . heeft J. van Vlimmeren op haar aandringen telefonisch een gesprek gehad met wethouder Van der Weegen. Hij heeft kort laten weten dat hij wel iets ziet in een gesprek tussen de fam. Avenarius, de fam. van Vlimmeren en twee wethouders, alvorens een beslissing te nemen over het collegevoorstel. Hij kon zich er verder in vinden om het collegevoorstel van de agenda te halen van 14 juli a.s.
7. Dringend verzoek om collegevoorstel van agenda van 14 juli a . s . te halen Zoals gezegd verdient het plan van J. van Vlimmeren een eerlijke kans. Daarnaast wil zij graag bijgepraat worden over de hele gang van zaken (van positief collegevoorstel tot negatief collegevoorstel). Daarnaast kan zij zich eveneens vinden in het voorstel van wethouder Van der Weegen om in het gemeentehuis een gesprek te organiseren tussen de fam. van Vlimmeren en de fam. Avenarius. J. van Vlimmeren heeft inmiddels van de heer Avenarius gehoord dat deze kwestie hem ook erg hoog zit. Het zou toch erg mooi zijn als er eindelijk een einde komt aan deze kwestie. Zowel voor de betrokkenen als voor de
2
gemeente. Gezien de voorgeschiedenis en voornoemde vreemde gang van zaken tot dusverre, verdient een dergelijk gesprek een kans en mag van de gemeente verwacht worden dat daar moeite in wordt gestoken. Alvast hartelijk dank.
Met vriendelijke groet, namens de maatschap Van Vlimmeren,
mr. H.H. Harberink (Marian) De Omgevingsjurist Flight Forum 40 (Ground floor) 5657 DB Eindhoven t. 040 - 288 7775 e. [email protected]
3
BIJLAGE 4
Gemeente
ř Bergen
op
Zoom
De Omgevingsjurist t.a.v. mevrouw mr. H.H. Harberink Flight Forum 40 5657 DB EINDHOVEN
IIIWIIIIUIIIIUIIIUIIIIIIIIIIII
Uw kenmerk
principeverzoek Dogs in Touch
Ons kenmerk
U15-011669
Datum
Uw brief
3-2-2015
Beh. door
B.A.M. Suijkerbuijk
Doortóesnr.
Onderwerp:
Principeverzoek
Afdeling
Stedelijke Ontwikkeling, Ruimtelijke Ordening
Bijlage(n)
1 7 JULI 2115 0164-277080
hondensportcentrum 't Laag 2 Bergen op Zoom
Geachte mevrouw Harberink, Op 3 februari 2015 ontvingen wij uw namens maatschap Van Vlimmeren ingediende principeverzoek. Het verzoek heeft betrekking op het verlenen van planologische medewerking aan het realiseren van een hondensportcentrum in de agrarische bijgebouwen gelegen aan 't Laag 2 te Bergen op Zoom. Een ruimtelijke onderbouwing en een akoestisch onderzoek maken deel uit van het verzoek. Op 24 februari 2015 is het verzoek aangevuld met een antwoord op de door ons naar aanleiding van het verzoek gestelde vragen.
Bestemmingsplan De gronden waarop het principeverzoek betrekking heeft, hebben in het ter plaatse geldende bestemmingsplan "Buitengebied Oost" en de herzieningen daarvan de bestemming "Agrarisch gebied met landschaps- en natuurwaarden". Dergelijke gronden zijn volgens artikel 4 van de planvoorschriften bestemd voor onder andere de uitoefening van een agrarisch bedrijf en behoud, herstel en ontwikkeling van landschappelijke en natuurwaarden, behoud van landschapselementen en behoud van cultuurhistorische waarden. De exploitatie van een hondensportcentrum is hiermee in strijd. Voor het project op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) is daarom een omgevingsvergunning vereist voor de activiteit het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan (art2.1 lid 1 ondercWabo).
Besluit Wij wijzen het principeverzoek af en verlenen geen medewerking aan het realiseren van een hondensportcentrum in de agrarische bijgebouwen gelegen aan 't Laag 2 te Bergen op Zoom.
Motivering besluit Het plan van uw cliënten wijkt af van het door ons aanvaardbaar geachte maximum aantal vierkante meters voor nevenactiviteiten bij een agrarische bestemming. De inzichten ten aanzien van recreatieve nevenactiviteiten bij agrarische bedrijven zijn gewijzigd, in die zin dat er nu meer activiteiten kunnen worden toegestaan. Ook de provinciale Verordening ruimte 2014 biedt verruimde mogelijkheden (tot maximaal 5.000 m2) om recreatieve nevenactiviteiten te ontplooien. Daarbij gelden dezelfde voorwaarden als door de gemeente gesteld. Die verruimde mogelijkheid zal in onze eigen bestemmingsplannen buitengebied worden beperkt: voor het afwijken van de gebruiksregels zal worden bepaald dat de vloeroppervlakte die wordt aangewend voor de nevenactiviteit maximaal 500 m2 mag bedragen. Het hondensportcentrum is daarom slechts planologisch aanvaardbaar als het in omvang is beperkt. Het principeverzoek gaat uit van een gebruik van de twee loodsen, waardoor de activiteit in totaal een gebruiksoppervlakte van 2.250 m in beslag neemt. Een niet-agrarische nevenactiviteit in een dergelijke omvang achten wij planologisch niet verantwoord. z
Verder staan wij op het standpunt dat het initiatief onvoldoende toegevoegde waarde heeft voor de door ons voorgestane ontwikkeling van het buitengebied door verruiming van de mogelijkheden voor recreatieve nevenactiviteiten. Strikt
Jacob ObrecriBaan 4
Postbus 35
T140164
B n v B N G r e k . nr. 28.50.00.942
4611 A R Bergen op Zoom
4600 AA Bergen op Zoom
F (0164)24 5 3 5 6
8 IBAN: NL41BNGH 0285000942
E [email protected]
I www.bergenopzoom.nl
KvK 20169091
B BIC: B N G H N L 2 G
genomen bestaat het plan om een hondensportcentrum te realiseren bij een agrarisch bedrijf voornamelijk uit de verhuur van de loodsen aan derden. Wij achten dit geen versterking van de ruimtelijke structuur van het buitengebied. In het besluit van 12 juni 2014 is medewerking aan het verlenen van een omgevingsvergunning voor afwijking van het bestemmingsplan geweigerd, omdat de gevolgen van de afwijking van het geldende bestemmingsplan als gevolg van de buitenactiviteiten te groot waren. Nu de activiteiten slechts nog inpandig worden uitgeoefend, neemt de strijd met het bestemmingsplan niet af, maar wel de geluidsbelasting voor de omgeving. Door de aard van de activiteiten is echter niet te voorkomen dat blaf- en stemgeluid ook buiten de bedrijfspanden zal worden geproduceerd. Hoewel in de ruimtelijke onderbouwing en het daarvan deel uitmakende akoestisch onderzoek is aangetoond dat voldaan kan worden aan het Activiteitenbesluit, dient bij een planologische afweging ook te worden betrokken de vraag of sprake is van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat. Dit kan naar ons oordeel niet worden gewaarborgd. Zo blijkt uit het verzoek dat tevens wordt voorzien in een hondenuitlaatplaats in de buitenlucht. Verder blijft in dat verband het vervoer van de honden van en naar de loodsen problematisch. Ook valt niet te voorkomen dat het uitlaten van honden buiten het terrein van initiatiefnemer plaatsvindt. Opname van noodzakelijke gebruiks- en geluidsbeperkende voorwaarden in de omgevingsvergunning zal de aangevraagde activiteit zodanig beperken dat dit feitelijk neerkomt op een weigering van het verzoek. Bovendien zijn deze voorwaarden nauwelijks handhaafbaar. Het risico op het ontstaan van een overlastsituatie is naar ons oordeel te groot. Wij concluderen dat het principeverzoek zich zowel voor wat de mate van planologische afwijking als de concrete activiteiten betreft onvoldoende onderscheidt van de aanvraag die ten grondslag ligt aan het weigeringsbesluit. Daarmee is de motivering van het weigeringsbesluit voor zover het de planologische aspecten betreft onverkort van toepassing op het principeverzoek. In zoverre verwijzen wij dan ook naar ons besluit van 12 juni 2014. Leges Voor het in behandeling nemen van het principeverzoek wordt een bedrag van ë 92,88 aan leges in rekening gebracht. Nadere informatie Wij hebben uw brief van 3 februari 2015 als een principeverzoek aangemerkt. Tegen het besluit op het principeverzoek kan geen bezwaar of beroep worden ingesteld. Wij zijn graag bereid mee te denken bij het zoeken naar een alternatieve locatie voor het vestigen van een hondensportcentrum. De medewerkers van ons Team Economische Zaken kunnen uw cliënt hierin adviseren. U kunt hierover desgewenst contact opnemen met de heer D. Lemmens via telefoonnummer 0164-277590, of de heer R. van Splunter via telefoonnummer 0164 - 277 590 428. We vertrouwen er op u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Indien u nadere informatie wenst kunt u contact opnemen met de heer B. Suijkerbuijk, telefoonnummer 0164-277 080. Hoogachtend, het college van burgemeester en wethouders van Bergen op Zoom,
emees
Spindler