OER 95091 Medewerker Vrede en Veiligheid Aankomend Onderofficier Grondoptreden Niveau nv 3 BOL Cohort 2014-2017 startdatum: aug 2014 Klik hier als u tekst wilt invoeren. Klik hier als u tekst wilt invoeren.
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 2 van 36
Inhoudsopgave 1 Woord vooraf .............................................................................................................................................. 4 2 Leeswijzer ................................................................................................................................................... 5 3 Het beroep .................................................................................................................................................. 7 3.2 Waar kun je met je diploma gaan werken? ................................................................................... 8 ONDERWIJS ................................................................................................................................................. 9 4. Alles over de opleiding .............................................................................................................................. 9 4.1 Wat ga je leren? ................................................................................................................................... 9 4.2 Hoe is je opleiding ingedeeld? ........................................................................................................... 13 4.3 Studiebelasting .................................................................................................................................. 16 4.4 Alles over de beroepspraktijkvorming ................................................................................................ 17 5 Alles over de begeleiding ......................................................................................................................... 19 5.1 Begeleiding bij het leren op de opleiding ........................................................................................... 19 5.2 Begeleiding bij een handicap, stoornis of belemmering .................................................................... 20 5.3 Begeleiding bij het kiezen van een andere studie ............................................................................. 20 5.4 Klachten ............................................................................................................................................. 21 5.5 Help: ik voel me bedreigd, geïntimideerd of gediscrimineerd ............................................................ 21 6 Alles over de beoordeling ......................................................................................................................... 22 6.1 Ontwikkelingsgericht beoordelen ....................................................................................................... 22 6.2 Studievoortgang ................................................................................................................................. 22 EXAMINERING ........................................................................................................................................... 25 7. Kwalificerend beoordelen..................................................................................................................... 25 7.1 Examenplan ........................................................................................................................................ 26 7.2 Hoe is de organisatie van de examinering geregeld? ....................................................................... 31 7.3 Welke resultaten/bewijzen bewaart de school? ................................................................................. 32 7.5 Waar kun je terecht als je het met een beslissing niet eens bent? ................................................... 32 8 Wijzigingsblad OER .................................................................................................................................. 33 Bijlage 1: Onderwijsprogrammering ........................................................................................................... 34 Bijlage 2: Belangrijke documenten op de website ....................................................................................... 35
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 3 van 36
1 Woord vooraf Welkom op het Vitalis college! Beste student(e), Je hebt gekozen voor de opleiding Aankomend Onderofficier Grondoptreden niveau 3. Elke opleiding kent een Onderwijs- en Examenregeling. We korten dit af tot OER. Met deze OER willen wij je wegwijs maken in de opleiding die je gaat volgen. De OER is een belangrijk onderdeel van de onderwijsovereenkomst die je met het ROC West-Brabant en dus met het Vitalis college hebt gesloten. Het is belangrijk deze OER goed te lezen en er regelmatig dingen in op te zoeken, want het is ook een soort naslagwerk dat je ondersteunt tijdens de studie. Meer voor elkaar. Bij het Vitalis college draait het om de meerwaarde die jij als student te bieden hebt aan de maatschappij. Wij leiden op voor beroepen die een sterk dienstverlenend karakter hebben, beroepen waarbij je iets voor een ander betekent. Je leert tijdens de opleiding de mens in zijn woon-, werk- en leefomgeving centraal te stellen. Vandaar de lijfspreuk van het Vitalis college: Meer voor elkaar.
Ik wens je veel succes met je studie en vooral een fijne tijd bij het Vitalis college!
Marc van Campenhout Directeur Vitalis college
Clustermanager Frans van Goor
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 4 van 36
2 Leeswijzer
In de OER vind je informatie wat er tijdens je opleiding in het onderwijs en in de examinering aan bod komt. Om je diploma te behalen moet je als student voldoen aan de drievoudige kwalificering: leren, loopbaan en burgerschap. Dat wil zeggen als mbo'er word je opgeleid voor een beroep, een vervolgopleiding en tot burgers die volwaardig deelnemen aan de maatschappij. Wat kun je vinden in deze OER? Je krijgt informatie over het beroep en over hoe de opleiding is ingericht. Deze OER bestaat uit de delen onderwijs, begeleiding en examinering. In het deel Onderwijs staat beschreven wat je tijdens de opleiding op school en in de praktijk leert en lees je over onze werkwijze. In het hoofdstuk Begeleiding leggen wij uit hoe je hierbij begeleid wordt op school en in de praktijk. In Examinering staat hoe en wanneer je beoordeeld wordt. Als blijkt dat je aan alle eisen voldoet, krijg je het diploma. Het laatste stuk van de OER gaat dan ook over de organisatie van de examinering en de diplomering. Samengevat, zijn de volgende onderwerpen opgenomen in de OER: Een korte beschrijving van het beroep. Een overzicht van de opleiding die je gaat volgen. De manier waarop de opleiding en het onderwijs op school geregeld is. De manier waarop jouw vorming in de beroepspraktijk geregeld is. De begeleiding bij je studieloopbaan. De wijze van beoordelen en informatie over de organisatie van examens. Achter in de OER vind je een aantal bijlagen: Bijlage 1 bevat de onderwijsprogrammering van de opleiding. Deze programmering geeft aan hoe de opleiding er uit ziet qua inhoud, onderwijsvormen en tijdsbesteding. In bijlage 2 staat waar je informatie kunt vinden over regels en procedures die voor jou als student belangrijk zijn. Als zich belangrijke wijzigingen in de OER voordoen, word je daar met behulp van een wijzigingsblad van op de hoogte gesteld. De OER is te vinden op de portal. www.vitaliscollege.nl. en op Itslearning. De portal is een website die alleen maar beschikbaar is voor studenten van het Vitalis college. Onder het tabblad Studenten vind je regelingen en procedures/onderwijs- en examenregelingen. Geldigheid OER Deze OER is geldig voor het cohort dat op de voorkant vermeld staat. Een cohort is een groep studenten die in hetzelfde studiejaar aan een bepaalde opleiding begint en op basis van hetzelfde kwalificatiedossier en hetzelfde examenplan examen aflegt.
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 5 van 36
Aanvullende informatie Op de portal, waar je als student van het Vitalis college toegang toe hebt, staat nog meer informatie over jouw opleiding. Belangrijke algemene informatie over bijv. klachtenregelingen, examenreglementen kun je vinden op www.vitaliscollege.nl.
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 6 van 36
3 Het beroep
3.1 Wat doet een Aankomend Onderofficier Grondoptreden niv 3 GROP? Als Aankomend onderofficier grondoptreden ben je je ervan bewust dat je door jouw gedrag en handelen het team tot voorbeeld bent. Je bent de aanjager die vastberaden het initiatief neemt en ervoor zorgt dat de opdrachten uitgevoerd worden. Je geeft richtingen aan die helder, motiverend en uitdagend zijn. Omdat je als onderofficier een directe afspiegeling vormt van de kwaliteit en de professionaliteit van de organisatie bij haar corebusiness, bepaal je zodoende mede het imago van Defensie. Ook affiniteit met instructie en leidinggeven zijn een vereiste om de taak goed te kunnen vervullen. Als Aankomend onderofficier grondoptreden gedraag je je conform de voor de Defensie geldende regels, waarbij waarden en normen uitermate belangrijk zijn. Dat betekent dat jij ethisch bewust bent, je je houdt aan de gedragscode van Defensie, de militaire disciplinaire eisen en de militaire hiërarchie. Voor de uitvoering van de werkzaamheden is het belangrijk dat je als Aankomend onderofficier grondoptreden goed kan samenwerken. Ook is het belangrijk dat jij bereid bent te leren. Je moet de bereidheid tonen tot het aannemen van instructies, verbetervoorstellen en dergelijke. Verder ben je bij het uitvoeren van de opdrachten niet bang aangelegd. Je moet onder meer gevechtsbereid zijn. In je toekomstige functie bij Defensie moet je onder verschillende (extreme) omstandigheden en met gevaar voor eigen leven, je taken kunnen uitvoeren. Ook moet je over een uitstekende fysieke en mentale conditie beschikken. Tenslotte moet je het geen bezwaar vinden om langere tijd van huis te zijn. Als Aankomend onderofficier grondoptreden leer, werk en leef je in een militaire omgeving en voer je bijvoorbeeld taken uit op kazernes en in het (militaire) veld, in binnen- en buitenland. Jouw werk Het werkterrein van de Aankomend onderofficier grondoptreden bevindt zich op de scheidslijn tussen leidinggevende en uitvoerende taken. De door de leidinggevende gemaakte keuze worden door de aankomend onderofficier grondoptreden vertaald in actie (uitvoering). Je werkt gedurende een lange tijd zelfstandig aan een open opdracht. Je bent organiserend en controlerend in opdracht van je leidinggevende. Je bent direct verantwoordelijk voor deze werkzaamheden. Als Aankomend onderofficier werk je in teamverband, maar voer je ook werkzaamheden alleen uit. Je ontvangt opdrachten van en legt verantwoording af aan de leidinggevende. Je krijgt zo nodig aanwijzingen voor de aanpak van de opdrachten en de randvoorwaarden waarbinnen de opdrachten uitgevoerd moeten worden. Na instructies van de leidinggevende voer je opdrachten met het team uit. De opdrachten bestaan uit militaire taken, bijvoorbeeld het nemen van maatregelen tegen munitie en mijnen, het uitvoeren van een sociale patrouille en het optreden bij incidenten. De taken van de Aankomend onderofficier grondoptreden bevinden zich op de scheidslijn tussen bevelvoering en uitvoering (middenkadermanagement). Je bent degene die jouw team aanstuurt en leiding geeft tijdens de uitvoering van de opdrachten. Tevens ben je de stuwende kracht binnen het team. Je bent tijdens de uitvoering van opdrachten verantwoordelijk voor de werkzaamheden die jouw teamleden uitvoeren. Jij corrigeert, begeleidt en adviseert hen inhoudelijk en geeft hen instructie en training. Het werk van een aankomend onderofficier grondoptreden bestaat uit vijf kerntaken en drieëntwintig werkprocessen. Jouw kwaliteiten
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 7 van 36
Voor de uitvoering van de werkzaamheden is het belangrijk dat je als militair goed kunt samenwerken. Daarnaast moet je ethisch bewust zijn. Dat betekent dat jij in je gedrag en houding onder andere de voor de Defensie geldende regels, waarden en normen naleeft. Ook is het belangrijk dat je bereid bent te leren. Je moet de bereidheid tonen tot het aannemen van instructies en verbetervoorstellen om je verder te ontwikkelen. Verder moet je bereid zijn langere tijd van huis te zijn. Tenslotte is het voor de aankomend onderofficier van belang dat je gedurende langere tijd kan functioneren in kleine ruimtes . Als aankomend onderofficier grondoptreden moet je daarnaast binnen de groep verschillende rollen kunnen aannemen: als vakman, als leider en als instructeur. Je moet je er van bewust zijn dat je door jouw gedrag en handelen het team tot voorbeeld bent. Je bent de aanjager die vastberaden het initiatief neemt en ervoor zorgt dat de opdrachten uitgevoerd worden. Je geeft richtingen aan die helder, motiverend en uitdagend zijn. Omdat je als Aankomend onderofficier een directe afspiegeling vormt van de kwaliteit en de professionaliteit van de organisatie bij haar corebusiness, bepaal je zodoende mede het imago van Defensie.
3.2 Waar kun je met je diploma gaan werken? Als Aankomend onderofficier kan je bij de Koninklijke Landmacht, de Koninklijke Marine, de Koninklijke Luchtmacht en de Koninklijke Marechaussee gaan werken. Je moet dan eerst nog een deel van de algemene militaire vorming/basisopleiding en (een deel van) een vaktechnische opleiding volgen. De militaire vorming/basisopleiding is met name gericht op schietvaardigheden en gevechtshandelingen. De functies waarin je als Aankomend onderofficier terecht kan komen zijn zeer divers, van operationele functies (niet-civiel vakspecifiek) tot technische of logistieke functies (civiel vakspecifiek). Als Aankomend onderofficier start bij de Koninklijke Landmacht (KL) en Koninklijke Luchtmacht (KLu) op het niveau van de sergeant/wachtmeester. Bij de Koninklijke Marine (KM) start je als korporaal. Het niveau van Sergeant (KL en KLu) is gelijkgesteld aan het niveau van Korporaal (KM). Vanuit dit startniveau kan je als onderofficier doorgroeien naar de functie van sergeant of wachtmeester der 1e klasse (alleen KL en KLu), sergeant-majoor of opperwachtmeester en adjudantonderofficier. Excellerende onderofficieren hebben in bepaalde gevallen ook de mogelijkheid door te stromen naar het hoogste niveau binnen de officiersrangen: staf-adjudant of naar bepaalde officiersrangen. Defensie streeft een baangarantie na voor alle studenten met een diploma Veiligheid en Vakmanschap.
3.3 Waar kun je met je diploma gaan doorstuderen? Tijdens je opleiding word er aandacht besteed aan loopbaanleren. In het laatste deel van de opleiding word je erop gewezen dat je mogelijk een beter perspectief op werk kunt hebben als je je opleiding vervolgt met een opleiding op een hoger niveau (mbo--4 of ad/hbo). Je kunt ook je opleiding op niveau -3 verbreden met een (verwante) opleiding op een hoger niveau. De arbeidsmarkt is sterk aan veranderingen onderhevig. Op deze manier vergroot je je mogelijkheden. De branche Defensie maakt deel uit van de Orde - en veiligheidsberoepen. De andere branches binnen deze sector zijn de particuliere beveiliging en de publieke veiligheid . Indien je het diploma behaalt en aan de gestelde vooropleidings- en keuringseisen voldoet kun je gaan werken bij het Ministerie van Defensie. Het Ministerie van Defensie bestaat uit een Bestuursstaf en vier operationele commando's: landstrijdkrachten, luchtstrijdkrachten, zeestrijdkrachten en marechaussee. Verder bestaat de organisatie uit de Defensie Materieel Organisatie en het Commando Diensten Centra. Studenten veiligheid en vakmanschap kunnen in de eerste plaats kunnen gaan werken bij één van de operationele commando's. Afhankelijk van de gekozen uitstroom ontwikkel je je verder richting grondoptreden functies, maritieme functies of technische, logistieke of administratieve functies. Het behaalde diploma geeft recht op een verkorting op de initiële opleiding binnen Defensie.
3.3 De onderwijsovereenkomst
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 8 van 36
Scholen zijn wettelijk verplicht om een onderwijsovereenkomst OOK) met je aan te gaan (zie bijlage “Belangrijke documenten op de website”). In deze overeenkomst staan afspraken tussen jou en school. Je hebt alleen recht op onderwijs als je de onderwijsovereenkomst tekent en op tijd bij het Studie Informatie Punt (STIP) inlevert.
ONDERWIJS 4. Alles over de opleiding
Het onderwijs binnen het Vitalis college sluit nauw aan bij de beroepspraktijk. Ervaringen en situaties uit de beroepspraktijk worden ondersteund met theorie. Op school werk je bijvoorbeeld aan een opdracht die je ook tegen kunt komen in de praktijk. Daarnaast is het leren in de praktijk een belangrijk onderdeel van de opleiding. Dit noemen we de beroepspraktijkvorming (BPV). In paragraaf 4.2 en 4.4 staat hoe het leren op school en in de beroepspraktijk vorm krijgt. In paragraaf 4.3 kun je lezen hoeveel tijd je gemiddeld kwijt bent met je studie. Het onderwijs is zoveel mogelijk afgestemd op jouw specifieke kennis en ervaring. Het doel is dat je aantoont succesvol te kunnen functioneren in de beroepspraktijk. Dit betekent dat: jij als student gestimuleerd wordt om een actieve rol te nemen in je leerproces. jij en je leerloopbaan centraal staan. jouw leerervaringen in de beroepspraktijk een grote rol spelen Het onderwijsprogramma is afgeleid van de beroepspraktijk. de kerntaken, werkprocessen, bijbehorende beroepsproducten en competenties het uitgangspunt vormen voor het beroepsgerichte deel van het opleidingsprogramma. er geleerd wordt in de context van de beroepspraktijk. er geïntegreerd beoordeeld wordt in de context van de beroepspraktijk. Niet alleen na afloop maar ook tijdens je leerproces. vooraf bekend is waar je op beoordeeld wordt en welke eisen hiervoor gehanteerd worden.
4.1 Wat ga je leren? Jouw opleiding voldoet aan de wettelijke eisen voor wat betreft beroep, algemene vorming én loopbaan en burgerschap. Deze eisen zijn te vinden in onderstaande documenten: De beroepsgerichte eisen staan beschreven in het kwalificatiedossier. In sommige kwalificatiedossiers staan ook beroepsgerichte eisen voor Nederlands, rekenen en Moderne Vreemde Taal (MVT). Deze zijn nodig voor het uitoefenen van het beroep. Het kwalificatiedossier kun je vinden op http://www.kwalificatiesmbo.nl/. Naast beroepsgerichte eisen bestaan er ook algemene of generieke eisen voor Nederlands, rekenen en Moderne Vreemde Taal (MVT). Deze eisen zijn afhankelijk van het opleidingsniveau; zij staan vooraan in het kwalificatiedossier genoemd. Verder krijg je te maken met wettelijke eisen voor loopbaan en burgerschap. Kwalificatie-eisen loopbaan en burgerschap (vanaf 2012) kun je vinden op. http://www.kwalificatiesmbo.nl/loopbaan-enburgerschap.html Deze documenten zijn door de minister vastgesteld en dus wettelijk verplicht.
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 9 van 36
Samengevat: Om een diploma te ontvangen moet je voldoen aan de beroepsgerichte eisen van het kwalificatiedossier, de generieke eisen voor taal en rekenen én aan de kwalificatie -eisen voor loopbaan en burgerschap.
A. Beroepsgericht leren Bij het beroepsgerichte mbo onderwijs ligt het accent op de taken die horen bij het beroep. Voor het goed uitvoeren van deze taken heb je competenties nodig. Een competenties bestaat uit een combinatie van kennis, vaardigheden en gedrag. In het kwalificatiedossier staat welke competenties een beginnende beroepsbeoefenaar moet beheersen. Belangrijke begrippen in het kwalificatiedossier zijn verder kerntaken en werkprocessen. Je werkt aan de kerntaken en werkprocessen met behulp van competenties. Wat versta je onder een kerntaak? Kerntaken geven de belangrijkste beroepstaken van de beroepsoefenaar weer. Een beroepstaak is kenmerkend voor het beroep waarvoor jij wordt opgeleid. In het geval van de opleiding Veiligheid en Vakmanschap is er bijvoorbeeld de kerntaak “1: Voert militaire Basisvaardigheden uit”. Wat versta je onder een werkproces?
Een werkproces is een onderdeel van een kerntaak. De werkprocessen bestaan uit een aantal samenhangende activiteiten die horen bij een kerntaak. Die activiteiten hebben een begin, een eind en leiden tot een duidelijk resultaat. Onderdeel van de bovengenoemde Kerntaak 1 is b.v. het werkproces 1.1.: Bereidt een militaire opdracht voor . Alle beroepsgerichte examens vind je in deel A van het examenplan (§ 7.1). Overzicht kerntaken en werkprocessen Voor jouw opleiding ziet het overzicht van de kerntaken en werkprocessen er als volgt uit: Kerntaken Kerntaak 1: Voert militaire basisvaardigheden uit
Kerntaak 2: Geeft leiding en/of voert coördinerende taken uit
Kerntaak 3: Geeft instructie en training
Kerntaak 4: Voert militaire beveiligingstaken uit
Kerntaak 5: Voert basis technische en basis logistieke vaardigheden uit
Werkprocessen 1.1 Bereidt een militaire opdracht voor 1.2 Maakt zijn uitrusting bedrijfsgereed en onderhoudt deze 1.3 Maakt zich inzetgereed 1.4 Handhaaft zich in de operationele omgeving 1.5 Neemt maatregelen tegen CBRN en TIM 1.6 Neemt maatregelen tegen munitie, mijnen en IED's 1.7 Treedt op bij incidenten en calamiteiten 1.8 Evalueert zijn optreden 2.1 Ontwikkelt een plan voor een teamopdracht 2.2 Communiceert het plan aan het team 2.4 Stuurt het team aan 2.5 Evalueert de uitvoering van het plan met het team 2.6 Voert gesprekken met individuele teamleden 3.1 Werkt zijn team op 3.2 Lost onderkende prestatieproblemen op 4.1 Richt checkpoints, roadblocks, base-wachten en posten in 4.2 Voert sociale patrouilles uit 4.3 Voert verkenningspatrouilles uit 4.4 Voert surveillances en controles uit 4.5 Voert toe- en uitgangscontroles uit 5.1 Voert basisonderhoud uit aan voertuigen en maakt deze inzetgereed
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 10 van 36
5.2 Controleert en onderhoudt de communicatiemiddelen 5.3 Zorgt voor het in bedrijf houden van uitrustingsstukken en voertuigen
B. Generiek Nederlands, rekenen, Moderne Vreemde Talen Voor alle opleidingen geldt dat je in je beroep te maken krijgt met werkzaamheden waar een bepaald beheersingsniveau van de Nederlandse taal voor nodig is. Denk bijvoorbeeld maar eens aan het schrijven van een rapportage. Deze eisen staan in het kwalificatiedossier genoemd. Dit noem je algemene of generieke eisen. Er staan ook generieke eisen voor rekenen vermeld en bij het vak Engels is sprake van vakspecifieke eisen. Kwalificatie-eisen Voor de kwalificatie-eisen van Nederlands en rekenen wordt er gewerkt met het referentiekader van Meijerink (1F, 2F, 3F en 4F) die een opklimmende graad van moeilijkheid aangeven. Voor elk referentieniveau is aangegeven wat studenten paraat hebben (weten), functioneel kunnen gebruiken (toepassen) en wat ze begrijpen (weten waarom). Voor MVT wordt gebruik gemaakt van het Europese Referentiekader (ERK). Bij MVT wordt bij elke vaardigheid de taalniveaus A1, A2, B1 en B2 beschreven. In Deel B van het examenplan (§ 7.1) staan de examens van Nederlands, rekenen en MVT. Er staat ook aan welke eisen jij moet voldoen. Tevens zijn er beroepsgerichte kwalificatie-eisen voor Nederlands, rekenen, moderne vreemde talen In het kwalificatiedossier staan naast de generieke eisen ook beroepsgerichte eisen in de kerntaken voor Nederlands, rekenen en MVT genoemd. Deze eisen kunnen hoger zijn dan de generieke eisen. In dit geval worden deze vaardigheden ontwikkeld in het onderwijs en geëxamineerd naast de generieke examinering.
C. Loopbaan en burgerschap Loopbaan Loopbaanoriëntatie en -ontwikkeling is een volledig onderdeel van de opleiding. Dit onderdeel komt onder meer terug tijdens de studieloopbaanbegeleiding (SLB). Het gaat daarbij om het vinden van een goede aansluiting tussen jouw kwaliteiten en interesses én de mogelijkheden die het beroepenveld kan bieden. Het onderdeel Loopbaan uit de volgende elementen: Capaciteitenreflectie Motievenreflectie Werkexploratie Loopbaansturing Netwerken Burgerschap De beschrijving van burgerschap verwoordt de eisen die de multiculturele Nederlandse samenleving aan haar burgers en inwoners stelt. De leerlijn Burgerschap is samengesteld uit vier dimensies: politiek-juridische dimensie economische dimensie deelname aan het arbeidsproces en consumentisme sociaal-maatschappelijke dimensie vitaal burgerschap
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 11 van 36
De opdrachten die bij de elementen en dimensies horen, vind je in § 7.1, examenplan deel C.
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 12 van 36
4.2 Hoe is je opleiding ingedeeld? Hoe ziet je opleiding er in grote lijnen uit? Het jaar is verdeeld in 4 perioden van 9 weken. Veelal bestaat deze periode uit onderwijsweken waarin ook getoetst wordt. De onderwijsweken voor deze opleiding zijn als volgt: Eerste Leerjaar: Leerperiode 1 t/m 4: sept-dec Leerperiode 5 t/m 10: jan-juli Tweede Leerjaar: Leerperiode 11 t/m 20: sept-juli Derde Leerjaar: Leerperiode 21 t/m 26: sept-maart In de lesweken volg je alle onderwijsactiviteiten volgens een vast rooster. Voor de toetsweek wordt tijdig een rooster bekend gemaakt. De onderwijsactiviteiten die gepland zijn in de lesweken, kun je vinden in het bijgevoegde voorbeeldrooster op de volgende bladzij. In alle studiejaren zal je lesweek bestaan uit een aantal vergelijkbare onderdelen: je voert opdrachten in de beroepspraktijk uit, je oefent op school o.a. vaardigheden en je krijgt theorie. In de opleiding gaat het om leren in de beroepspraktijk (BPV) en leren op school. Deze twee vormen van leren staan niet los van elkaar maar vormen een eenheid. In het onderstaande schema zie je in kleur hoe de verhouding tussen lesdagen en BPV is gedurende je hele opleiding. Leerjaar 1
School + BPV Leerinhoud (Een periode bestaat uit globaal drie weken school, gevolgd door 1 week BPV)
Leerjaar 2
School + BPV Leerinhoud (Een periode bestaat uit globaal drie weken school, gevolgd door 1 week BPV)
Leerperiode 1 Thema militair zijn
Leerperiode 2 Thema militair zijn
Leerperiode 3 Thema Vakrichting
Leerperiode 4 Thema Vakrichting
Oriëntatie gekozen krijgsmachtdeel en vak
Oriëntatie gekozen krijgsmachtdeel en vak
-Voorbereiden van militaire opdrachten -Gereed maken van de uitrusting en deze onderhouden -handhaven in een operationele omgeving -Maatregelen nemen tegen CBRN, TIM, munitie, mijnen en IED’s -optreden bij incidenten en calamiteiten
-Voorbereiden van militaire opdrachten -Gereed maken van de uitrusting en deze onderhouden -handhaven in een operationele omgeving -Maatregelen nemen tegen CBRN, TIM, munitie, mijnen en IED’s -optreden bij incidenten en calamiteiten
Leerperiode 11-13 Thema Vakrichting Centraal
Leerperiode 14-16 Thema Vakrichting Centraal
Leerperiode 17-19 Thema Vakrichting Centraal
Leerperiode 20 Thema Vakrichting Centraal
-Verdiepen van onderstaande onderwerpen ter voorbereiding PvB: -Voorbereiden van militaire opdrachten -Gereed maken van de uitrusting en deze onderhouden -handhaven in een operationele omgeving -Maatregelen nemen tegen CBRN, TIM, munitie, mijnen en IED’s -optreden bij incidenten en calamiteiten
-Verdiepen van onderstaande onderwerpen ter voorbereiding van PvB: -Voorbereiden van militaire opdrachten -Gereed maken van de uitrusting en deze onderhouden -handhaven in een operationele omgeving -Maatregelen nemen tegen CBRN, TIM, munitie, mijnen en IED’s -optreden bij incidenten en calamiteiten -aanleren EIB/COVO
-Verdiepen van onderstaande onderwerpen ter voorbereiding van PvB: -Voorbereiden van militaire opdrachten -Gereed maken van uitrusting en deze onderhouden -handhaven in een operationele omgeving -Maatregelen nemen tegen CBRN, TIM, munitie, mijnen en IED’s -optreden bij incidenten en calamiteiten -beoefenen EIB/COVO
-Verdiepen van onderstaande onderwerpen ter voorbereiding van PvB: -Voorbereiden van militaire opdrachten -Gereed maken van de uitrusting en deze onderhouden -handhaven in een operationele omgeving -Maatregelen nemen tegen CBRN, TIM, munitie, mijnen en IED’s -optreden bij incidenten en calamiteiten -beoefenen en afsluiten EIB/COVO in combinatie met overige aangeleerde opdrachten
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 13 van 36
Leerjaar 3
School + BPV Leerinhoud (Een periode bestaat uit globaal drie weken school, gevolgd door 1 week BPV)
Leerperiode 21-26 Thema Vakrichting Centraal -Voorbereiden examens en proeve v Bekwaamheid -afronden en diplomeren
Gedurende de opleiding kunnen er wijzigingen plaatsvinden in de verdeling van de BPV-perioden. In paragraaf § 4.4 staat uitgewerkt hoe de beroepspraktijkvorming vorm krijgt.
Onderwijsaanbod Bij de start van de opleiding word je beginniveau voor taal en rekenen met een toets bepaald, waardoor zichtbaar wordt op welk niveau je de vaardigheden beheerst. In de opleiding werk jij aan de ontwikkeling van deze vaardigheden. Hieronder volgt een overzicht van de onderwijsactiviteiten die je tijdens de opleiding aangeboden krijgt. Leerjaar 1: overzicht globale planning begeleide en onbegeleide (klok)uren
Uren
BPV
400 1385 1785 240 2052 Uren
Begeleide uren school Totaal begeleide uren Onbegeleide uren Totaal Leerjaar 2: overzicht globale planning begeleide en onbegeleide (klok)uren BPV Begeleide uren school Totaal begeleide uren Onbegeleide uren Totaal Leerjaar 3: overzicht globale planning begeleide en onbegeleide (klok)uren BPV Begeleide uren school Totaal begeleide uren Onbegeleide uren Totaal
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
460 1352 1812 250 2062 Uren 320 985 1305 170 1625
Pagina 14 van 36
Hoe ziet een lesweek eruit? De lessen worden ingeroosterd in eenheden van een half uur. Een lesuur op je rooster is dus een half uur. De schooldagen beginnen meestal om 08.30 uur en duren max. tot 18.00 uur. De indeling van de lesweek is van veel factoren afhankelijk en kan tussentijds wijzigen. Als er tussentijds wijzigingen zijn lees je dit op de opgehangen tv schermen in de openbare ruimtes van de school.
Maandag 8:30 9:00
1
9:00 2 9:30
NEDER ma00 H1103 MBV MI H1105
9:30 3 10:00 10:00 4 10:30
Dinsdag
Woensdag
Donderdag Vrijdag
SPORT DIV DIV-LO Zie rooster niveaugroepen
SPORT DIV DIV-LO Zie rooster niveaugroepen
10:45 5 11:15 11:15 6 11:45
7
11:45 12:15
NEDER ma00 H0115
12:15 8 12:45
9
SPORT DIV DIV-LO Zie rooster niveaugroepen
SPORT 13:15 DIV 10 13:45 DIV-LO
MBV MI H1103
Zie rooster niveaugroepen
13:45 14:15
12
14:15 14:45
13
15:00 15:30
MBV as24 EXTRN
BGS yd02 H0115
12:45 13:15
11
MBV MI H1103
SLB em01 H1103 ENGELS ENGEL ak02 STAG2 H1103 H1103
15:30 14 16:00
-------
15 16:00
---
MBV MI H1103
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 15 van 36
4.3 Studiebelasting De school heeft de wettelijke plicht om je per schooljaar om je per schooljaar een minimaal aantal uren te begeleiden in je leerproces. Deze contacturen bestaan uit begeleide onderwijstijd en beroepspraktijkvorming. Bijlage 1 Onderwijsprogrammering geeft een overzicht van het aantal uren per leerjaar. Daarin staat dat het aantal uren en de verdeling daarvan voldoen aan de wettelijke eisen en de normen van het Vitalis college. Je kunt ook lezen hoeveel tijd je op school en in de BPV gemiddeld gaat besteden aan je studie. Je kunt zien wat er aan studie-inzet van je verwacht wordt en lezen hoeveel tijd je
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 16 van 36
4.4 Alles over de beroepspraktijkvorming
Beroepspraktijkvorming wordt ook wel BPV of stage genoemd. In deze paragraaf kun je lezen hoe de beroepspraktijkvorming vorm heeft gekregen binnen jouw opleiding. Je volgt een beroepsopleiding die bestaat uit een theoriegedeelte (wat je op school leert) en een praktijkgedeelte (dat wat je hebt geleerd op school, uitvoert in de praktijk). Voorafgaand aan je BPVperiode bij Defensie word je hierop voorbereid op school. Tijdens de opleiding ga je regelmatig ervaring opdoen in de praktijk; je gaat het geleerde toepassen in verschillende werkvelden en praktijksituaties. De beroepspraktijkvorming vindt plaats in een door het kenniscentrum erkend leerbedrijf. In deze opleiding is dat bij Defensie (je bent dan meestal een week intern bij Defensie). De instelling waar je werkzaam bent, speelt een belangrijke rol. Veel opdrachten kun je dan ook in de praktijk uitvoeren. Vanuit school word je begeleid door je studieloopbaanbegeleider, docenten en (militair) instructeurs. Bij de BPV word je begeleid door werkbegeleiders en praktijkopleiders. Voortgang De BPV dient met een voldoende te worden beoordeeld om de opleiding te kunnen vervolgen. Bij een onvoldoende voortgang in de BPV worden er afspraken gemaakt met de studieloopbaanbegeleider. Deze worden vastgelegd in een afsprakenformulier. Dit wordt schriftelijk aan ouders medegedeeld. De studieloopbaanbegeleider en de praktijkopleider hebben regelmatig contact met elkaar om jouw studievoortgang te bespreken. De studieloopbaanbegeleider of de militaire docent komt minimaal twee keer per jaar langs op het BPV-adres. Voorafgaande aan de BPV wordt een BPV-overeenkomst opgesteld. Deze overeenkomst wordt getekend door jou als student, door het leerbedrijf en Vitalis college. In de BPV-overeenkomst worden zowel de inhoud van de BPV beschreven, als de rechten en plichten van de student van leerbedrijf en van Vitalis college. Op basis van de sectorale examenprofielen wordt de beoordeling van het beroepsmatig handelen in de beroepspraktijk in samenspraak met het beroepenveld uitgevoerd. Het bedrijfsleven draagt zodoende medeverantwoordelijkheid voor facilitering en uitvoering van de beoordeling van de studenten in het beroepsonderwijs. Vitalis college is eindverantwoordelijk voor de beoordeling van de BPV. Tijdens de BPV heb je recht op een vergoeding conform de bij defensie geldende cao. Als zich tijdens de BPV problemen voor doen, of als er sprake is van voortijdige beëindiging van óf het niet aanwezig kunnen zijn bij de BPV, dan moet je dit bespreken met je studieloopbaanbegeleider en/of militaire instructeur. Zij proberen in gezamenlijk overleg met jou tot een oplossing te komen. Indien het probleem niet naar jouw tevredenheid wordt opgelost, kun je je wenden tot de teamvoorzitter. Indien het probleem dan nog niet naar jouw tevredenheid wordt opgelost, kun je je wenden tot de clustermanager van Team Veiligheid, Dhr F. van Goor. Voor meer informatie verwijzen wij je naar de klachtenprocedure van het Vitalis college. Mochten er zich problemen voordoen die je belemmeren in je studievoortgang, dan kun je extra begeleiding en ondersteuning krijgen via de zorgstructuur. Uitgebreide informatie hierover kun je vinden in de studiegids. Afronden Tijdens je BPV werk je aan praktijkopdrachten, die je door de stage begeleider laat aftekenen. De praktijkopdrachten die je hebt afgerond lever je bij je studieloopbaanbegeleider in. Dit geldt ook voor de
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 17 van 36
tijdens de BPV opgemaakte beoordelingen. In het examenplan staat beschreven welke examens, in welke periode, in de praktijk worden afgenomen.
Praktijkovereenkomst (POK) voor BOL studenten In de Praktijkovereenkomst (POK) worden alle rechten en plichten van jou, de werkbegeleider van de instelling en de praktijkbegeleider van het Vitalis college vastgelegd. De POK wordt ondertekend door alle drie de partijen. Bij aanvang van iedere nieuwe BPV-periode wordt er een nieuwe POK gemaakt. In de POK staat de BPV- uren-eis vermeld waar je als BOL-student aan moet voldoen. Aan deze uren-eis moet je voldaan hebben om in aanmerking te komen voor diplomering. Registratie, het bijhouden van de daadwerkelijk gemaakte BPV-uren is daarom erg belangrijk voor jou. De registratie vindt plaats door de docenten in het door de school daartoe gebruikte PARS systeem. De gevolgde BPV uren worden bijgehouden middels een BPV presentierooster. Het kan gedurende de opleiding voor komen dat je om redenen niet in staat bent geweest om de lessen op school bij te wonen c.q. de BPV met goed gevolg af te ronden. Conform het gestelde in de onderwijsovereenkomst dien je echter te voldoen aan de onderstaande (minimale) klokuren op jaarbasis om in aanmerking te komen om de opleiding te voltooien. Leerjaar 1: Opleidingsrichting Grop niveau 3
Aantal uren school 1108
Aantal uren BPV 320
Leerjaar 2: Opleidingsrichting Grop niveau 3
Aantal uren school 1082
Aantal uren BPV 368
Leerjaar 3: Opleidingsrichting Grop niveau 3
Aantal uren school 788
Aantal uren BPV 256
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 18 van 36
5 Alles over de begeleiding 5.1 Begeleiding bij het leren op de opleiding
Onder studieloopbaanbegeleiding (SLB) verstaan we alle activiteiten die erop gericht zijn om studenten te begeleiden bij een resultaatgerichte studieloopbaan. Je krijgt een studieloopbaanbegeleider toegewezen met wie je de resultaten en ontwikkeling van jouw leerroute bespreekt. Deze studieloopbaanbegeleider heeft vanuit de opleiding een sleutelrol in je studieloopbaanplanning. Je wordt begeleid om zelf verantwoordelijkheid te nemen voor je studieloopbaan. Je wordt begeleid op het persoonlijk vlak. Je gaat dus: gericht informatie verzamelen over kenmerken, mogelijkheden en eisen van opleiding en beroep. inzicht krijgen in de eigen capaciteiten, interesses, waarden, persoonskenmerken en ontwikkeling van competenties. bovenstaande informatie over opleiding, beroep en eigen persoon eigen maken en op grond daarvan keuzes maken. reflecteren op evaluaties en beoordelingen en daar vervolgens acties aan verbinden. zorgen voor een gevuld (digitaal ) portfolio en een Plan van Aanpak waarin je je ontwikkeling zichtbaar maakt. de bewijzen uit je portfolio laten zien aan de studieloopbaanbegeleider Deze zijn voorwaarde om aan examens te kunnen deelnemen. De SLB begeleider heeft hierin een adviserende rol. Individuele begeleiding krijg je van de studieloopbaanbegeleider en je BPV-begeleider op stage. Voorbeelden van individuele begeleiding zijn: je beginsituatie helder krijgen, individuele leervorderingen bespreken, bewijsstukken portfolio checken, stage-ervaringen bespreken, feedback geven op persoonlijke leerdoelen en acties. Groepsbegeleiding van de SLB-er vindt plaats in een groep en is gericht op begeleiding die voor alle studenten min of meer gelijk is.
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 19 van 36
5.2 Begeleiding bij een handicap, stoornis of belemmering
Een indicatie wordt bij aanvang van de opleiding of tijdens je studie gesteld (verwijzing via zorg coördinator) . Er volgt een melding bij het SS&B (Servicecentrum Studie & Beroep).Dit kan resulteren in extra begeleidingstijd binnen en/of buitenschools. De aard en omvang van de begeleiding worden bepaald in samenspraak met jou, de school en het SS&B. Heb je een REC (regionaal expertise centrum) indicatie en LGF (leerling gebonden financiering) dan kan er in overleg met SS&B gekeken worden of dit gebruikt kan worden voor extra begeleiding of voorzieningen. Er wordt in acht wordt genomen dat je als student tot een beroepsbeoefenaar wordt opgeleid en ook als dusdanig zelfstandig moet kunnen functioneren. Examinering Als je beschikt over een geldige dyslexie - of dyscalculie verklaring kun je in aanmerking komen voor aangepaste examenvoorwaarden. Hierbij kan je denken aan extra tijd of het gebruik van vastgestelde hulpmiddelen. Voor nadere informatie kun je contact opnemen met het examenbureau.
5.3 Begeleiding bij het kiezen van een andere studie
Tijdens het doorlopen van je opleiding bij het Vitalis college kun je om verschillende redenen tot de conclusie komen dat de opleiding die je gekozen hebt niet haalbaar, passend of wenselijk meer is. Dit is in eerste instantie een gespreksonderwerp voor de begeleidingsgesprekken met je studieloopbaanbegeleider. Wanneer je besluit je op een andere opleiding te gaan oriënteren en te gaan stoppen en je bent jonger dan 18 jaar, zullen je ouders/verzorgers hiervan door je studieloopbaanbegeleider op de hoogte gesteld worden. Je studieloopbaanbegeleider verwijst je vervolgens door naar het Onderwijsservicebureau Zorg (OSB Zorg). De medewerker (Trajectbegeleider Zorg) van het OSB Zorg gaat met je in gesprek en zal samen met jou (en je ouders/verzorgers) kijken naar de oorzaak en mogelijk te nemen vervolgstappen. Wanneer er duidelijk sprake is van een verkeerde beroepskeuze, is er binnen het Vitalis college een doorverwijzing naar het Studenten Succes Centrum (SSC) mogelijk. De medewerkers van het SSC gaan met jou aan de slag om een passende opleiding te kiezen. Zij doen dit onder andere op basis van het afnemen van testen, gesprekken en het laten opdoen van praktijkervaringen binnen de beoogde opleiding en het daaraan gekoppelde werkveld.
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 20 van 36
Wanneer er echter sprake is van meerdere oorzaken als reden voor het beëindigen van je huidige opleiding, zoals problemen thuis, leerproblemen of bijzondere omstandigheden, dan kan de keuze gemaakt worden om een traject buiten het Vitalis college te volgen. Ook kan er dan doorverwijzing naar specialistische hulp plaatsvinden, zodat je aan een aantal eerder genoemde oorzaken kunt werken, waardoor je bij het starten van een nieuwe opleiding meer kans hebt op succes.
5.4 Klachten Binnen het Vitalis college is er een bezwaar- en klachtenregeling van kracht. Deze kan op diverse momenten in werking gaan. De bezwaar- en klachtenregeling staat op de website van het Vitalis college onder de keuzeknop “studenten”: Link: www.vitaliscollege.nl De bezwaar- en klachtenregelingen zijn gebaseerd op het deelnemersstatuut, waarin de rechten en plichten van studenten zijn vastgelegd. Het deelnemersstatuur kun je op dezelfde plaats vinden als de bezwaar- en klachtenregelingen.
5.5 Help: ik voel me bedreigd, geïntimideerd of gediscrimineerd Speciaal hiervoor zijn er binnen het Vitalis college een tweetal vertrouwenspersonen aangesteld. De verwijzing naar deze personen kan via de studieloopbaanbegeleider, begeleiders, instructeurs, Studenten Informatie punt (STIP) plaats vinden. Je kunt ook zelfstandig contact zoeken met de vertrouwenspersoon. Aan het begin van je opleiding krijg je een folder met de namen van de vertrouwenspersonen en hoe en waar ze te bereiken zijn. Je meldingen worden in vertrouwen behandeld. De directeur van het Vitalis college wordt geïnformeerd over het aantal meldingen en de aard van die meldingen. Dit gebeurt zonder de naam van de melder.
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 21 van 36
6 Alles over de beoordeling Tijdens je opleiding heb je te maken met twee soorten beoordelingen: Ontwikkelgericht beoordelen of toetsen. Anders gezegd dit is beoordelen om te leren. Deze beoordelingen zijn onderdeel van het onderwijsprogramma. Kwalificerend beoordelen of examineren. Anders gezegd, dit is beoordelen om te kijken of je voldoet aan de eisen voor een diploma. Deze beoordelingen worden gegeven na afname van een examen, de examens vind je in het examenplan in hoofdstuk 7. Voor wat betreft het examineren zijn alle partijen gebonden aan de regels van de centrale examenreglement van het ROC West-Brabant, het handboek examinering van het Vitalis college en de aanvullende regels van het cluster. De eerste 2 documenten zijn te vinden op de website van het Vitalis college. In bijlage 2 zijn hiervoor de links opgenomen.
6.1 Ontwikkelingsgericht beoordelen Ontwikkelgericht toetsen kan op allerlei momenten in de opleiding plaats vinden. 0-metingen, ontwikkelingsgerichte toetsen, voortgangstoetsen, diagnostische toetsen. Het zijn allemaal voorbeelden van toetsen die bedoeld zijn om je te informeren waar je staat in je ontwikkeling. De resultaten van je toets worden met je doorgenomen door de docent die de les verzorgt. In de opleiding Veiligheid en Vakmanschap niveau 3 GROP wordt je twee maal tijdens een studiejaar onderworpen aan ontwikkelgerichte toetsen. Tijdens deze toetsen wordt bekeken of je theoretisch en praktisch op het gewenste niveau zit. De resultaten worden aan de ouders bekend gesteld en gepubliceerd in itslearning. Tijdens individuele gesprekken met ouders en zo mogelijk leerlingen worden de resultaten besproken.
6.2 Studievoortgang Het geheel van je studieresultaten wordt studievoortgang genoemd. Regelmatig bekijk je samen met je studieloopbaanbegeleider hoe ver je gevorderd bent en in hoeverre je studietraject volgens verwachting verloopt. De studieloopbaanbegeleider en docenten van het onderwijsteam geven geregeld een studieadvies. Het studieadvies wordt door de studieloopbaanbegeleider tijdens een studieadviesgesprek besproken. Een studieadvies komt tot stand doordat er naar verschillende zaken is gekeken: Je studieresultaten Je aanwezigheid op school Je studiehouding op school en/of je leer-, werkhouding in de praktijk…. Of de opleiding/ het beroep bij je past. Alle studieresultaten resultaten kun je bekijken in Itslearning.
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 22 van 36
STUDIEADVIESREGELING van je opleiding. De SLB-er geeft altijd een gedegen onderbouwing van het gegeven studieadvies. Als er zaken verbeterd moeten worden weet je aan het einde van het gesprek precies welke zaken je de komende leerperiode moet verbeteren of veranderen. Je krijgt tijdens het studieadviesgesprek een positief of een negatief studieadvies.
Een positief studieadvies betekent zeker zo doorgaan. Je haalt goede studieresultaten. Je functioneert op de juiste manier op school en in de praktijk. Je laat zien dat je in staat bent om de opleiding met succes te vervolgen Om je leerdoelen te kunnen halen heeft de SLB-er mogelijk nog wel tips en adviezen om je nog beter te kunnen ontwikkelen. Het kan zijn dat hierover afspraken gemaakt worden. Deze worden schriftelijk vastgelegd.
Een negatief studieadvies houdt in dat er teveel zaken niet in orde zijn. In het studieadviesgesprek worden deze besproken en toegelicht. Er wordt een termijn afgesproken dat je als student moet laten zien dat de aangegeven tekortkomingen zijn rechtgezet. Hierover worden afspraken gemaakt. Deze worden schriftelijk vastgelegd. Er wordt een datum vastgesteld wanneer het volgende studieadviesgesprek zal plaatsvinden. Ter voorbereiding op het volgende studieadviesgesprek wat volgt op het negatieve studieadvies vraagt de SLB-er wederom advies aan het hele team. Als je voldoende hebt gewerkt aan de aangegeven tekortkomingen dan zal er een positief studieadvies gegeven worden. Om je leerdoelen te kunnen halen heeft de SLB-er mogelijk nog wel tips en adviezen om je nog beter te kunnen ontwikkelen. Het kan zijn dat hierover afspraken gemaakt worden. Deze worden schriftelijk vastgelegd. Zijn de aangegeven tekortkomingen en gemaakte afspraken in het negatief studieadvies niet verbeterd en nagekomen dan zal er een bindend studieadvies worden gegeven.
.Als je als student een bindend studieadvies krijgt wordt dit in een individueel gesprek besproken en toegelicht. Je kunt de opleiding niet verder vervolgen. Er worden afspraken gemaakt over de vervolgstappen. Deze worden schriftelijk vastgelegd. Wanneer je jonger bent dan 18 jaar dan word je mogelijk doorverwezen naar het Student Succes Centrum. Zie verder 5.3. Natuurlijk kunnen zich er omstandigheden voldoen waardoor je niet aan de eisen van de BPV uren (zoals vermeld op pag. 25) op jaarbasis kunt voldoen. Derhalve zal de beslissing om je van de opleiding te verwijderen wegens het niet nakomen van je onderwijsverplichting altijd worden genomen na een bijeenkomst van het voltallige docententeam. Na dit bindend advies wordt schriftelijke verslaglegging gedaan en de uitkomst daarvan wordt ook schriftelijk aan je medegedeeld.
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 23 van 36
Bij een meerjarig traject vindt er ook een overgangsbeslissing naar het volgende leerjaar plaats.
De uitgebreide studieadviesregeling/ jaarovergangsregeling van je opleiding staat in Itslearning. Binnen je “vak” op het vakdashboard aan de rechterkant in het blok ‘link’. Onder de link naar de OER vind je de uitgebreide studieadviesregeling. Deze regeling wordt door je SLB-er toegelicht.
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 24 van 36
EXAMINERING 7. Kwalificerend beoordelen Inleiding De examinering richt zich op: A) het beroepsgerichte, B) generieke taal/talen en rekenen en C) loopbaan en burgerschap. Elk onderdeel is in §7.1 “examenplan” opgenomen. Tevens zijn er beroepsgerichte kwalificatie-eisen voor Nederlands, rekenen, moderne vreemde talen
In het kwalificatiedossier staan naast de generieke eisen ook beroepsgerichte eisen in de kerntaken voor Nederlands, rekenen en MVT genoemd. Deze eisen kunnen hoger zijn dan de generieke eisen. In dit geval worden deze vaardigheden ontwikkeld in het onderwijs en geëxamineerd naast de generieke examinering.
Alle beroepsgerichte examens vind je in deel A van het examenplan (§ 7.1).
Waardering onderdelen op de resultatenlijst bij het diploma Opleiding onderdeel Beroepsgericht
Generiek Nederlands, (Engels) en rekenen Loopbaan & burgerschap
Niveau 1 Kerntaken ten minste voldoende of vrijstelling Cijfers Wel of geen invloed op slaag-, zakregeling, zie examenplan Voldaan
Niveau 2 en 3 Kerntaken ten minste voldoende of vrijstelling Cijfers Wel of geen invloed op slaag-, zakregeling, zie examenplan Voldaan
Waardering kerntaken op de resultatenlijst bij het diploma Op de resultatenlijst staat een VOLDOENDE of GOED per kerntaak. De waardering voor de kerntaak komt op de volgende manier tot stand: - Een kerntaak bestaat altijd uit een aantal werkprocessen. Zie voor jouw opleiding § 4.1 “Overzicht kerntaken en werkprocessen”. - Kerntaak is GOED: indien er 55% of meer van het totaal aantal werkprocessen van de kerntaak met GOED is beoordeeld. - Kerntaak is VOLDOENDE: indien er minder dan 55% van het totaal aantal werkprocessen van de kerntaak met goed is beoordeeld. - Beoordeling werkproces(sen) vindt plaats met behulp van de examens.
Meer informatie over aangepaste examineringsvoorwaarden bij dyslexie of dyscalculie kun je bij het examenbureau krijgen. Hierbij kun je denken aan extra tijd of het gebruik van vastgestelde hulpmiddelen. Informatie over de herkansingsregeling vind je in § 7.2 “Hoe is de organisatie van de examinering geregeld?” onder het kopje herkansingsregeling. .
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 25 van 36
7.1 Examenplan A. BEROEPSGERICHT
EXAMENPLAN 2014 Naam opleiding
Niveau
Leerweg
3
BOL
Medewe. Veiligheid en Vakmanschap
Cohort
Crebo
Startdatum
2014
95091
01-08-2014
Studiejaar diplomering 2016-2017
Kwalificatiedossier 2014
Brondoc. L&B 2012
Vaststellingsdatum examenplan 07-09-2014
BEROEPSGERICHT Kerntaak/ werkprocessen
Periode afname
Duur examen
Aantal kansen
Plaats afname School
BPV
Beoordelaar school
titel examen
Beoordelaar BPV
Examencode
Weging
Resultaat o-v-g of cijfers
K14-VV3-VE-1
DCP
KT-1 WP 1.3
1-3-5-7
1,5 uur
2
X
2
100%
o-v-g
K14-VV3-PB-2
Voert basistechnische en basislogistieke vaardigheden uit
KT 5 WP 5.1 WP 5.2 WP 5.3
10
4 uur
2
X
2
100%
o-v-g
K14-VV3-KE-3
Neemt maatregelen tegen CBRN en TIM
KT 1 WP 1.5
10
1,5 uur
2
X
1
100%
6 en >
K14-VV3-KE-7
Defensie in (inter)nationaal verband Grop
KT 1 WP 1.1, 1.2, 1.4, 1.5, 1.6, KT 4 WP 4.1, 4.2, 4.3
10
1,5 uur
2
X
2
100%
6 en >
K14-VV3-PB-4
Geeft leiding en/of voert coördinerende taken uit
KT2 WP 2.6
10
2
2
X
2
100%
o-v-g
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 26 van 36
K14-VV3-PB-5
Voert militaire basisvaardigheden uit
KT-1 WP1.1 WP1.2 WP1.4 WP1.5 WP1.6 WP1.7 WP1.8
11
Ca. 3 dagdelen
K14-VV3-PB-6
Geeft leiding en/of voert coördinerende taken uit
KT 2 WP 2.1 WP 2.2 WP 2.4 WP 2.5
11
Ca. 6,5 uur
K14-VV3-PB-7
Werkt zijn team op
KT3 WP 3.1
10
Ca. 2 dagdelen
K14-VV3-PB-8
Lost onderkende prestatieproblemen op
KT3 WP 3.2
11
K14-VV3-PB-9
Voert militaire beveiligingstaken uit
KT 4 WP 4.1 WP 4.2 WP 4.3 WP 4.4 WP 4.5
11
Ca. 3 dagdelen
2
K14E-LU-B1 K14E-LE-B1 K14E-GE-B1 K14E-SP-A2/B1 K14E-SC-B1
Engels Luisteren Engels Lezen Engels Gesprekken voeren Engels Spreken Engels Schrijven
WP 1.1 WP 1.4 WP 1.6 WP 1.7 WP 2.2 WP 2.3 WP 4.4 WP 5.2
10-11
90 min per examen
2
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
2
X
1
1
100%
o-v-g
1
1
100%
o-v-g
2
100%
o-v-g
1
100%
o-v-g
1
100%
6 en >
X
X
X
Pagina 27 van 36
X
1
X
B. GENERIEK
NEDERLANDS GENERIEK Vaardigheid
Vereist uitstroomniveau
Toetsvorm
Duur examen
K14N-LL-2F
Lezen
2F
Digitaal
90 min
Aantal beoordelaars
Examencode
nvt
K14N-LL-2F
Luisteren
2F
Digitaal
90 min
nvt
K14N-GE-2F
Gesprekken voeren gecombineerd met
2F
Mondeling
10 min
1
K14N-SP-2F
Spreken
2F
Mondeling
10 min
1
K14N-SC-2F
Schrijven, incl. taalverzorging
2F
Schriftelijk
60 min
1
Periode afname
2016 nov-dec Her: 2017 jan-feb
Weging examen
1 cijfer 50%
2017 per 11
1 cijfer 50% 2017 per 11
Eindcijfer met slaag-/zakbeslissing
Verplichte centrale examens Lezen en Luisteren. Verplichte instellingsexamens Schrijven, Spreken en Gesprekken. Voor Nederlands wordt het eindcijfer voor het centraal examen (= 1 cijfer met 1 decimaal) en het cijfer van het instellingsexamen (= 1 cijfer met 1 decimaal) gemiddeld tot 1 héél eindcijfer (van 1-10.) Dit is het eindcijfer voor het onderdeel Nederlands. **Behaalde resultaten Ned. hebben wel invloed op de slaag/ zakregeling. Willekeurige volgorde Ned-rek, tenminste 5-6.
NB Voor studenten die door studievertraging in een later studiejaar hun opleiding afronden, geldt de slaag-, zakregeling van dat studiejaar van diplomering
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 28 van 36
REKENEN GENERIEK Vaardigheid
Vereist uitstroomniveau
Toetsvorm
Duur examen
K14R-AD-2F
Getallen
2F
Digitaal
90 min
Aantal beoordelaars
Examencode
Periode afname
Weging examen
Eindcijfer met slaag-/zakbeslissing
nvt
2016 nov-dec Her: 2017 jan-feb
1 cijfer
Verplicht: 1 centraal examen alle onderdelen rekenen. Voor rekenen is het cijfer van het centrale examen het eindcijfer.
Verhoudingen
100%
Meten en meetkunde Verbanden
**Behaalde resultaten rekenen hebben wel invloed op de slaag-/ zakregeling. Willekeurige volgorde Ned-rek, tenminste 5-6.
NB Voor studenten die door studievertraging in een later studiejaar hun opleiding afronden, geldt de slaag-, zakregeling van dat studiejaar van diplomering.
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 29 van 36
C. LOOPBAAN
EN BURGERSCHAP
Loopbaan & Burgerschap Om je diploma te kunnen behalen, moet je voldoen aan de kwalificatie eisen voor loopbaan en burgerschap. Dit betekent dat alle 9 onderdelen met voldaan afgesloten moeten zijn. Binnen het onderdeel loopbaan onderzoek je wat je kunt, wat je wilt, wat je nodig hebt om een plaats in de maatschappij te vinden die bij je past en aansluit op je mogelijkheden. Loopbaanleren komt aan de orde in studieloopbaanbegeleiding. Tijdens de het onderdeel burgerschap besteed je aandacht aan alle dimensies. Wij spelen daarbij in op de actualiteit.
Onderdeel
Loopbaan
Burgerschap
Kwalificatiecode
KL-Capaciteitenreflectie_ reflectieopdracht AMN KL-Motievenreflectie_reflectieopdracht Introductiekamp KL-Werkexploratie_reflectieopdracht BPV KL-Loopbaansturing_opdracht presentatie Krijgsmachtdelen KL-Netwerken_opdracht Interview militair KB-Politiek juridische dimensie- Politieke voorkeur en ik KB-Politiek juridische dimensie – Wat zou jij beslissen SC1 KB-Politiek Juridische dimensie-Standpunten innemen KB-Politieke dimensie- Verslag Debat KB-Economische dimensie- Wat zou jij beslissen SC3 KB-Economische dimensie-opdrachten: -arbeidsmarkt, verzorgingsstaat, ontwikkeling v.d. verzorgingsstaat KB-Sociaal maatschappelijke dimensie-Wat zou jij beslissen SC4 KB-sociaal maatschappelijke dimensie- Presentatie KB-Vitaal burgerschap dimensie-Wat zou jij beslissen SC2 KB-Vitaal burgerschap dimensie - Mijn Leefstijl KB-Vitaal burgerschap dimensie - drugsbeleid
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Periode
1 1 2 2 2 1-2
3
4 Door het hele jaar 2
Weging inspanning student Voldaan/niet voldaan Voldaan/niet voldaan Voldaan/niet voldaan Voldaan/niet voldaan Voldaan/niet voldaan Voldaan/niet voldaan Voldaan/niet voldaan Voldaan/niet voldaan Voldaan/niet voldaan Voldaan/niet voldaan Voldaan/niet voldaan Voldaan/niet voldaan Voldaan/niet voldaan Voldaan/niet voldaan Voldaan/niet voldaan Voldaan/niet voldaan
Pagina 30 van 36
Eindresultaat met slaag/zakbeslissing Voldaan aan de inspanningsverplichting door een ingevuld en ondertekend beslisformulier in het examendossier
Voldaan aan de inspanningsverplichting door een ingevuld en ondertekend beslisformulier in het examendossier
7.2 Hoe is de organisatie van de examinering geregeld? Binnen het cluster Kies een item. regelt het cluster examenbureau de organisatie van examens, de registratie van beoordelingen/ resultaten en het uitschrijven van diploma’s. In het examenplan zijn de examens vastgelegd. Het cluster examenbureau legt van iedere student een examendossier aan. Dit blijft eigendom van het examenbureau.
Er is een centraal examenreglement ROC West-Brabant. Deze kun je vinden op de website van het Vitalis college (www.vitaliscollege.nl) onder studenten, regeling en procedures. In deze regeling zijn de rechten en plichten van studenten met betrekking tot de examinering vastgelegd We adviseren je dit document aandachtig door te nemen. De clusterexamencommissie bestaat uit: Voorzitter: Secretaris: Leden: Team Team
Dhr. F. van Goor mevr. A. Lutz Mevr. Y. Daelmans Dhr. S. Blenk
Informatie aan de student over examinering Voordat er tot diplomering kan worden overgegaan, moet er voldaan zijn aan de (minimaal) vereiste BPVuren. Examenplanning Indien je je niet houdt of niet kunt houden aan de afspraken binnen de examenplanning, dien je, bij voorkeur voor het examen maar uiterlijk 3 werkdagen na afname van het examen, schriftelijk contact op te nemen met de examencommissie. De examencommissie doet een bindende uitspraak over de consequenties die hieruit volgen. Als je je niet aan deze regeling houdt, vervalt deze examenafname. Uitslag examenresultaten De voorlopige uitslag van elk examen wordt door de examinator na afname van het examen bekend gemaakt. De definitieve uitslag wordt door de examencommissie binnen 20 werkdagen bekend gemaakt. Als de examencommissie hiervan wil afwijken dan wordt je voor afname van het betreffende examen hierover geïnformeerd. Herkansingsregeling Je hebt recht op twee examenafnames: de reguliere afname en een herkansing in geval je niet bent geslaagd voor het reguliere examen. Als er meer dan één herkansing wordt geboden, is het aantal herkansingen vastgelegd in het examenplan. In bijzondere situaties kan je een schriftelijk verzoek indienen bij de examencommissie om in aanmerking te komen voor een uitzonderingsregel op het aantal examengelegenheden per periode van twaalf aaneengesloten maanden. De examencommissie beoordeelt je aanvraag en doet een bindende uitspraak. Bij centrale examinering en generieke instellingsexamens Nederlands heb je recht op herkansing van een behaald examen. In geval van herkansing telt het hoogste cijfer mee voor het bepalen van de eindwaardering van het examen.
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 31 van 36
Inzage en bespreekrecht Gedurende 12 maanden na de uitslag van het examen heb je recht op inzage van het werk. Gedurende 10 werkdagen na de definitieve uitslag heb je bovendien recht op bespreking van het examenmateriaal met de examinator met motivering van de beoordeling.
7.3 Welke resultaten/bewijzen bewaart de school? Het examenbureau bewaart gedurende 12 maanden voor de inspectie en voor jouw zekerheid in je examendossier de volgende kwalificerende bewijsstukken (examenproducten). Deze horen bij de examenonderdelen van het examenplan: Beoordelingslijsten proeven / beroepsprestaties Verantwoordingsverslag + beoordeling Assessmentverslag + beoordelingslijst Kennisexamen Vaardighedenexamen Na afloop van de termijn van 12 maanden worden schriftelijke werkstukken vernietigd. De vaststelling van je resultaten wordt verwerkt in een digitaal leerlingvolgsysteem Het cluster examenbureau controleert aan het einde van je opleiding of je aan alle eisen voor diplomering hebt voldaan. Pas als alles in orde is kan tot diplomering worden overgegaan. Na diplomering bewaren we een kopie van je diploma.
7.4 Wat moet je zelf bewaren? Het examenbureau zal je verzoeken om een verklaring te ondertekenen dat je zelf alle onderliggende bewijsstukken van de proeven / beroepsprestaties tot ten minste 1 jaar na de diplomering bewaart.
7.5 Waar kun je terecht als je het met een beslissing niet eens bent? In uitzonderlijke gevallen kan het voorkomen dat je het niet eens bent met de einduitslag van een examen of de manier waarop je bent beoordeeld. Je dient dan binnen 14 dagen na bekendmaking van de uitslag je bezwaar schriftelijk te melden bij de secretaris van de cluster examencommissie. Dit geldt alleen voor de kwalificerende beoordeling (de examens), dus niet voor andere vormen van beoordeling tijdens je studieloopbaan. Voor die gevallen ga je naar je studieloopbaanbegeleider. Het bezwaarformulier vind je op de website van het Vitalis college (www.vitaliscollege.nl) onder studenten, regeling en procedures. Ben je het niet eens met de uitspraak van de clusterexamencommissie dan kun je een beroepsschrift opsturen naar de Commissie van Beroep Examens ROC West Brabant, Secretariaat Raad van Bestuur, Trivium 76, 4873 LP Etten-Leur.
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 32 van 36
8 Wijzigingsblad OER Tussentijdse wijzigingen van een OER worden bekend gemaakt via een wijzigingsblad. Zodra de wijziging is vastgesteld wordt deze bekendgemaakt. De studieloopbaanbegeleider bespreekt de wijziging met de betreffende studenten en het wijzigingsblad wordt in Itslearning gepubliceerd.
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 33 van 36
Bijlage 1: Onderwijsprogrammering crebo 95091: Medewerker veiligheid en vakmanschap BOL voltijd, N3 leerperiode:
Leerjaar 1 1 2 3 4
totaal
Leerjaar 2 1 2 3 4
totaal
Leerjaar 3 1 2 3 4
totaal
Onderwijsactiviteiten begeleide uren per groep begeleide uren individueel 1 begeleide lesuren per week
63 0 0 0 0 0 0 0 63 0 0 0
2 lesweken per periode (excl. flexwkn) aantal flexweken
30 0 0 0
30 10
28 0 0 0
28 12
18 0 0 0
18 8
1890 0 0 0
1890
1764 0 0 0
1764
1170 0 0 0
1170
945 0 0 0 0 0 0 0 945 0 0 0
945 0 945
882 0 0 0 0 0 0 0 882 0 0 0
882 0 882
585 0 0 0 0 0 0 0 585 0 0 0
585 0 585
klokuren overige 5 onderwijsactiviteiten
40 0 0 0
40
0 0 0 0
0
40 0 0 0
40
klokuren examinering per groep klokuren examinering individueel 6 examinering per leerfase
0 0 0 0 10 0 0 0 10 0 0 0
0 10 10
0 0 0 0 10 0 0 0 10 0 0 0
0 10 10
0 0 0 0 40 0 0 0 40 0 0 0
0 40 40
995 0 0 0
995
892 0 0 0
892
665 0 0 0
665
400 0 0 0
400
460 0 0 0
460
320 0 0 0
320
1395 0 0 0
1395
1352 0 0 0
1352
985 0 0 0
985
10 klokuren zelfstudie
240 0 0 0
240
250 0 0 0
250
170 0 0 0
170
11 Totaal aantal SBU
1635 0 0 0
1635
1602 0 0 0
1602
1155 0 0 0
1155
3 begeleide lesuren per leerfase begeleide klokuren correctie buitenschoolse activiteiten 4 begeleide klokuren per leerfase
7 klokuren contacttijd bou \ 8 klokuren BPV 9 Klokuren begeleide onderwijstijd
63 0 0 0 0 0 0 0 63 0 0 0
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 34 van 36
65 0 0 0 0 0 0 0 65 0 0 0
Bijlage 2: Belangrijke documenten op de website Op de website van het Vitalis college: www.vitaliscollege.nl staan onder de keuze knop ‘Studenten’ verschillende documenten waarin belangrijke aanvullende informatie wordt gegeven. In sommige gevallen wordt in het OER naar deze documenten verwezen. Per document wordt hierna een korte omschrijving gegeven. Onderwijsovereenkomst (afkorting OOK)
Dit document bevat de juridische tekst en een uitleg over je onderwijs overeenkomst en je praktijk overeenkomst.
Praktijkovereenkomst (afkorting POK)
Voor je beroepspraktijkvorming (ook BPV of stage genoemd), teken je een praktijkovereenkomst. In deze overeenkomst staan de gedragsregels, verlof, praktijktijd, aansprakelijkheid, eindtermen en verzekeringen beschreven. De praktijkovereenkomst is een afspraak tussen jou, Vitalis college / ROC West-Brabant en het praktijkbedrijf.
Deelnemersstatuut MBO
Het deelnemersstatuut is onderdeel van je Onderwijsovereenkomst en bevat regels, rechten en plichten voor jou als student van Vitalis college / ROC West-Brabant. Ook staat in het statuut hoe je moet handelen bij eventuele conflicten met medestudenten en docenten.
Onderwijs- en examenregeling (afkorting OER)
OER staat voor onderwijs- en examenregeling. Voor ieder opleiding is een OER opgesteld. In zo'n document is vermeld hoe het onderwijs en de examens van de desbetreffende opleiding zijn ingericht.
Bezwaar en klachtenregelingen
Wanneer mensen intensief met elkaar samenwerken, kan er ook wel eens iets niet zo lekker lopen. Voor klachten van studenten of ouders / verzorgers bestaat een speciale regeling. Deze regeling is er op gericht om klachten samen op te lossen.
Procedure bij fraude
In de procedure bij fraude wordt toegelicht wat onder fraude of plagiaat wordt verstaan tijdens examens of andere beoordelingssituaties in het kader van een opleiding en welke procedure wordt gevolgd als dit wordt geconstateerd.
Examenreglement ROC WestBrabant
Het examenreglement bevat algemeen geldende regels met betrekking tot de examinering. Deze zijn ook van toepassing op de examinering bij het Vitalis college. Het reglement heeft o.a. betrekking op: inschrijving examens, vrijstellingen, afwijkende examinering bij specifieke doelgroepen, onregelmatigheden, aanwezigheid, bekendmaking van de examenuitslag, inzagerecht, bezwaar en beroep.
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 35 van 36
95091 Medew. VeVa, Aank. Onderofficier Grondoptr., BOL, N3, C2014, start aug. 14, vs.1.0
Pagina 36 van 36