NT00064_124_132
Nadere Toegang op inv. nrs 124-132 uit het archief van de Dorpsgerechten, 1515-1813 (64)
H.J. Postema Juni 2013
Inleiding
In dit document zijn regesten van de volgende archiefstukken betreffende Amerongen opgenomen uit het archief van de dorpsgerechten (arch.nr 64) in het Regionaal Historisch Centrum Zuidoost-Utrecht (RHC ZOU) in Wijk bij Duurstede: 124-132
Rol van civiele zaken, 1625-1797.
2
Regesten
10-5-1625
Jan Huijbertsz, timmerman, als gemachtigde van Bartholomeus Stalle tafelhouder vanden lenen te Oudewater, als vader en voogd van Neesgen Bartholomeus, geprocreëerd bij Angnietgen Hendricks, zijn overleden huisvrouw, enige erfgenaam van haar voorsz moeder, contra Aeltgen Sebastiaens Vastrick huisvrouw van Gijsbert Thonis, bevorens wed en boedelhoudster van Cornelis Hendricksen. Cornelis had geld geleend. Aeltgen komt niet opdagen. [124]
10-5-1625
Jan Lambertsz contra idem. [124]
10-5-1625
Joost Vastrick contra Geurt van Kesteren. Een zaak die al lang duurt. Vermits swackheijt vant gerecht gestaen tot den naeste [124]
10-5-1625
Steven Gerritsz contra Olivier Jansz. In state [124]
10-5-1625
Aert Aartsz Bullent contra Anthonis Aelbertsz Steck c.s. In state. [124]
10-5-1625
Jan Vos Lakencoper tot WbD contra weduwe en boedelhoudster van Adriaen Huijbertsz? Hij heeft nog geld te goed. Volgt afrekening [124]
11-5-1625
Wed van Jacob Willemsz Prattenburg contra Georgh Jansz omme te kennen ofte ontkennen zijn obligatie en zijn handtekening daar onder dd 15-9-1612. Georgh komt niet opdagen. [124]
11-5-1625
Idem contra idem over obligatie dd 12-12-1618. [124]
11-5-1625
Idem contra Roelof Thomasz om te kennen of ontkennen of zijn handtekening onder een obligatie staat van 12-4-1622. Roelof komt niet opdagen. [124]
11-5-1625
Idem contra idem over koopcedulle opgericht tussen haar man en Anthonis Cornelisz Raep opgericht dd 1-4-1624. [124]
23-5-1625
wed van Jacob Willemsz Prattenburg en George Jansz over voorsz obligatie. Ook de andere zaken van 11 mei komen weer voor. [124]
23-5-1625
Joost Vastrick contra Geurt van Kesteren. [124]
23-5-1625
Jan Huijbertsz contra Gijsbert Thonisz als man en voogd van zijn huisvrouw. [124]
23-5-1625
Steven Gerritsz Lijndraijer contra Jacobge wed Olipher Vreem [124] 3
23-5-1625
Aart Aartsz Bull contra Anthonis Aelbertsz Steck c.s. [124]
23-5-1625
Gijsbert Thonisz als man van Aeltge Sebastiaansz van Tiel voorheen wed van Cornelis Hendricksz als erfgenaam van haar overleden kind bij Cornelis Hendricksz geprocreëerd welk kind mede erfgenaam was van zijn bestevader Henrick Stevensz zaliger contra Jan Huijbertsz timmerman als man en voogd van Evertge Henricksz Stevensdr. [124]
23-5-1625
Anthonis Aelbertsz Steck contra Aart Aartsz Bull. [124]
23-5-1625
Jan Gerritsz contra Cornelis Jansz [124]
23-5-1625
Hendrick Jansz van Wageningen contra Roelof Thomasz om alsnog te antwoorden. [124]
6-6-1625
Wouter Jansz Kabel, won. Ginkel, komt in het gerecht en bekend voor hem en zijn erven schuldig te zijn aan Cornelis en Willem Gerritsz gebroeders, won. Reenseveen, 553-10 vanwege veen door hem gekocht. [124]
28-6-1625
wed Jacob Willemsz Prattenborch contra Georgen Jans te antwoorden. [124]
28-6-1625
Idem contra Roelof Thomasz [124]
28-6-1625
Gijsbertgen Gerritsz van Velpen contra Agata Adriaensz wed Geurt Stevensz. Zij wil 49 gl heb vanwege koop van een vette koe. [124]
28-6-1625
Anthonis Aelbertsz Steck contra Aart Bull c.s. te antwoorden. [124]
28-6-1625
George Jansz contra Aelt van Amerongen [124]
28-6-1625
Jan Gerritsz contra Cornelis Quint. [124]
28-6-1625
Gijsbert Thonisz contra Jan Hubertsz timmerman alsnoch tantwoorden. [124]
28-6-1625
Steven Gerritsz Lijndraaier contra Jacobgen Olifers. [124]
28-6-1625
Jan Hubertsz contra Gijsbert Thonisz. [124]
28-7-1625
Is Hubert Gerritsz ipv zijn broer Jan Gerritsz als schepen genomineerd en gesteld en heeft de eed gedaan. [124]
18-7-1625
Aart Aertsz Bull contra Anthonis Aelbertsz Steck. Heel verhaal. [124]
18-7-1625
Hendrick Jansz van Wageningen scholtus nomine offici contra Samuel de Ramara. [124] 4
1-9-1625
Hendrik Jansz van Wageningen en Aalt van Amerongen, schouten, stellen zich borg voor het lichten van penningen bij Hans Petersz Vlamingh ten behoeve van Aeltge Sebastiaansz van Tuijl geconsumerd. [124]
26-9-1625
Willem Dirksen van Wageningen contra Geurt Jansz timmerman. [124]
26-9-1625
Maritgen nagelaten wed Dirck Thonisz tot Leersum contra Cornelis Cornelisz Hoorn om te bekennen of zijn handtekening staat onder een obligatie van 12-4-1624. [124]
26-9-1625
Joost Vastrick contra Roelof Thomasz tot betaling van 12 gl wt saecke ende als rest van cooppenn van een merripeerdt cum expensis [124]
26-9-1625
Aart Gerritsz contra Roelof Thomasz tot betaling van 68-6-10 wt saecke van gehaelde ware [124]
27-9-1625
Joost Vastrick contra Henrick van Raesvelt predicant. Hij heeft nog een onbetaalde post van 20-4-1624. [124]
27-9-1625
Gijsbertgen Gerrits van Velpen contra wed Gerrit de Snijder [124]
28-9-1625
Aart Aartsz Bull contra Anthonis Aelberts Steck [124]
28-9-1625
Jan Huijbertsz timmerman contra Gijsbert Thonisz [124]
28-9-1625
Steven Gerritsz Lijndraaier contra Jacobgen Olifiers die ageert. [124]
28-9-1625
Gijsbertgen Gerrits van Velpen contra wed Gerrit de Snijder. [124]
31-10-1625 Aart Gerritsz cramer contra Jan Jansz [124] 21-11-1625 Acte van ontslaginge tbv Sulvio Portonne van de borgtocht van Henrick Jansz van Wageningen zoals Sulvio Portonne en Aalt van Amerongen, schout, eerstijds als kerkmeesters van Amerongen hebben gesteld. [124] 5-12-1625
Steven Gaertsz contra Cornelis Cornelisz Jongen Hoorn. Hij eist levering van twee voeders harden torff [124]
5-12-1625
Thonis Hendricksz den boeken contra Cornelis Cornelisz Hoorn den oude mitsgaders den wugh? Den ouden hoorn heeft hem onderwonden nae t v[er]sterff van des eijsers vader, deijser alsnoch wesen[de] onmundich t momberschap vandijen hemseluen eensdeels heeft onderwonden, ende wte middelen vandyen gepractiseert te v[er]copen aen zijn zoon vsz zeeckere weylandt ofte anders breeder naer luyt dcoopcedulle daer van zijn[de] van date den 20e novemb[er] 1608 aen 5
zijn soon om alsoo te incorporeren, als wesen[de] tins van[den] huyse van huyse van Amerongen. [124] 5-12-1625
Aert Aertsz Bulle notaris? in Veenendaal contra Thonis Aelbertsz Steck. Vervolg van 28-9-1625. [124]
5-12-1625
wed. en boedelhoustere van Jacob Willemsz Prattenburg contra Thomas Roelofsz om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie dd 27-3-1625. [124]
5-12-1625
Jacobgen Olifiers contra Steven Gerritsz Lijndraijer. [124]
5-12-1625
Jan Gerritsz contra Contra Jansz. [124]
8-12-1625
Philips Pennecamp dekencramer contra Thomas Roelofsz. Hij eist betaling van xvj gl wt zaecke van coop van een Roer aen[den] gedaegde vercofft. Roelof Thomasz voor zijn zoon bekent de schuld. [124]
23-12-1625 Jasper Jansz, won. Aalst, contra Adriaen Jansz aenden Amerongense Dijck. Hij eist betaling van 32 gl wt zaecke van beloofde penn die den gedaagde den eijser van wege Steven Goertsz van Amerongen den eiser beloofd te betalen. [124] 13-1-1626
wed Jacob Willemsz Prattenburg contra Roelof Thomasz. [124]
13-1-1626
wed Jacob Willemsz Prattenborch contra George Jans [124]
13-1-1626
Willem Dirksen van Wageningen contra Cornelis Jansz Kabel. Hij wil 24-14-12 wt saecke van geleverde waren. [124]
13-1-1626
Idem contra Herman Jansz Knip tot betalinge van 42 gl [124]
13-1-1626
Idem contra Lubbert Gerritsz tot betaling van 20-6-8 [124]
13-1-1626
Idem contra Gerrit Jansz Kindermaker [124]
30-1-1626
Joost Vastrick contra Roelof Thomasz. Hij eist betaling van 88-5 ter cause van vier scharen weijdens. [124]
30-1-1626
Aert Aertsz Bull contra Anthonis Aelbertsz Steck voor hemselven ende als weduwnaar en boedelhalder van Aeltgen Woutersdochter. Zie rechtdag dd 5-12-1625. [124]
30-1-1626
Steven Goertsz Lijndraaijer contra Jacobgen Oliphiers. [124]
30-1-1626
Jan Huijbertsz timmerman contra Gijsbert Thonisz. Dupliek. [124]
30-1-1626
Cornelis Jansz Quint contra Jan Gerritsz. Repliek. [124] 6
30-1-1626
Aert Thomasz contra Cornelis Dircksz Pijsel. Hij wil 42-10 ter cause van verschoten penningen die den eijser den gedaagde heeft gegeven op zeeckeren coopmanschappen van vier mudden een schepel weijts, die den gedaagde gehouden was te leveren inden somer 1625 verleden. [124]
30-1-1626
Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Roelof Thomasz. Hij eist 69-5 berekents geldts. [124]
13-2-1626
Jacob Cornelisz contra Hans Petersz. Hij eist betaling van 20 stuiver wt zaecke van eenen Cabollau bij den gedaagde van den eijser gecoft ende ontfangen. [124]
13-2-1626
Elgis Thonis contra de erfgenamen van zaliger Meus Thonisz. [124]
13-2-1626
Steven Gerritsz Lijndraijer contra Jacobgen Oliphiers. [124]
13-2-1626
Jan Hubertsz timmerman contra Gijsbert Thonisz. [124]
13-2-1626
wed en boedelhalstere van za: Jacob Willemsz Prattenburg contra Roelof Thomasz om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie. [124]
13-2-1626
Cornelis Cornelisz contra Roelof Thomasz. [124]
13-2-1626
Cornelis Cornelisz contra Thonis Willemsz Colvertman? Hij eist 24-5 van gedroncken gelagen. [124]
13-2-1626
Cornelis Thonisz backer contra Gerrit Gerritsz Aertsz? Kindermaker. Hij eist betaling van 12 gl wt saecke van huijr van zeecker hofstede ende Lant daer annex, verschenen kersmisse 1623. [124]
13-2-1626
Jan Gerritsz contra Cornelis Jansz. [124]
27-2-1626
Jacobgen wed van Oliphier Vereem contra Steven Gerritsz. [124]
27-2-1626
Jan Hubertsz timmerman contra Gijsbert Thonisz. [124]
27-2-1626
Cornelis Cornelisz contra Roelof Thomasz. [124]
27-2-1626
wed Jacob Willemsz Prattenburg contra Roelof Thonisz. [124]
27-2-1626
Cornelisz Claesz tot Ginkel contra Thonis Hendricksz boeckens? [doorgestreept]
27-2-1626
Cornelis Claesz weduwnaar van Jacobgen Boeckens contra Thonis Hendrickszn Boecken, ene mede-erfgenaam van voorsz Jacobgen zijn moeder ende als den eijser wtgecoffte hebbende van alle den goederen 7
tusschen den eijser ende de voorsz Jacobgen enichsins in gemeenschap, des boedels zijnde geweest. [124] 13-3-1626
Gijsbert Thonisz contra Jan Hubertsz timmerman. Antwoord. [124]
13-3-1626
Cornelis Stevensz, won. ’s Heerenberg contra Roelof Thomasz om te bekennen of diens handtekening staat onder obligatie van 6-5-1617. [124]
13-3-1626
Cornelis Stevensz, won. ’s Heerenberg contra Cornelis Jansz Quint om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie 24-1-1616. [124]
13-3-1626
Cornelis Claesz contra Anthonis den boecken. [124]
13-3-1626
Cornelis Cornelisz contra Roelof Thomasz. [124]
27-3-1626
Cornelis Claesz contra Anthonis den boecken. [124]
27-3-1626
Steven Gerritsz Lijndraijer contra Jacobgen Olifiers. [124]
8-5-1626
Hendrick Jansz van Wageningen contra Roelof Thomasz en Jan Wolphertsz. Antwoorden. [124]
8-5-1626
Oevigen? Jansz contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124]
30-5-1626
Roelof Thomasz compareert voor het gerecht en bekent schuldig te zijn aan Lenaerdt van Guijlick Corporael onder de compagnie van kapitein Rengers, 100 gl van geleend geld. Hij belooft dit te restitueren. [124]
26-6-1626
Lubbert Gerritsz als borg voor ende als principaal voor Gijsbert Brantsz tot Ginkel contra [niet ingevuld] om te bekennen of zijn handtekening staat onder acte van borgtocht voor de voorn Gijsbert Brantsz gepasseerd 14-6-1626. [124]
26-6-1626
Hendrick Jansz van Wageningen contra Roelof Thomasz. [124]
26-6-1626
Aert Aertsz Bull contra Thonis Aelbertsz Steck. [124]
26-6-1626
Cornelis Stevensz contra Roelof Thonisz [124]
26-6-1626
Mr. Barwart Surgijn contra Cornelis Dircksz Pijsel. Hij eist betaling van 4 gl en een paer wage hoender wt saecke van v[er]dient uerloon. [124]
26-6-1626
Steven Gerritsz Lijndraaijer contra Jacobgen Oliphiers. Hij eist dat de gedaagde sittens gerecht zall reprocheren op poene van versteck vanden zelue ende dat wt crachte vandijen den gedaagde vanden eijserse eijsch zall worden geabsolveeert [124]
26-6-1626
Aelt van Amerongen contra Jan Hubertsz. [124] 8
26-6-1626
Gielis Matijsz als gemachtigde van de heren vanden capittele St Pieter te Utrecht contra Jan Hubertsz timmerman. Hij eist betaling van 49-11 onder den eijser berustende van vercofte boedel za. Jan Willemsz van Soelen [124]
26-6-1626
Cornelis Dircksz Pijsel bekent schuldig te zijn aan George Jansz 11-11. [124]
26-6-1626
Steven Goertsz contra Cornelis Cornelisz Jongen Hoorn. [124]
29-6-1626
Hendrick Jansz van Wageningen contra Roelof Thonisz. [124]
29-6-1626
Cornelis Stevensz contra Roelof Thonisz. [124]
29-6-1626
Idem contra Cornelis Quint. [124]
29-6-1626
Jan Hendricksz Quint contra Thomas Roelofsz. Op 26-3-1626 heeft Jan zich borg geconstitueerd voor Thomas tbv erfgenamen van Jan Willemsz van Zoelen en Gosentgen Willemsz om te betalen 340 keizersguldens jaarlijks. Tot waarborg moet gesteld worden zijn vader Roelof Thomasz en zijn oom Aart Thomasz, waarvan de gedaagde tot nog toe in gebreke is gebleven. [124]
10-7-1626
Hendrick Jansz van Wageningen schout, contra Roelof Thomasz en Jan Wolphertsz. Alsnog te antwoorden. [124]
10-7-1626
Cornelis Stevensz contra ut supra. En idem Cornelis Quint. [124]
10-7-1626
Steven Gerritsz Gerritsz contra Jacobgen Oliphiers. [124]
18-9-1626
Gerecht doet uitspraak in zaak tussen Aert Aertsz Bull contra Anthonis Aelbertsz Steck c.s. [124]
5-9-1626
Hendrick Jansz van Wageningen, schout, contra Roelof Thomasz. Verzoekt verstek. [124]
5-9-1626
Aelt van Amerongen, schout, contra Jan Cornelisz alias Lodder [124]
5-9-1626
Dirck Claesz de Vael contra Cornelis Jacobsz tot Ginkel om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie dd 22-5-1617. [124]
3-10-1626
Hendrick Jansz van Wageningen contra Roelof Thomasz. [doorgehaald] [124]
3-10-1626
Roelof Thomasz en Jan Wolphertsz contra Hendrick Jansz van Wageningen. Te antwoorden. Alhoewel Fulvio Portonne enigsins off in eniger manieren van rechte als borghe voorden eijser bijden 9
kerckmeijsters was aengesproken niet recht soo dat hij ante tempus tegens den eijser was agerende. [124] 22-1-1627
Jorden Reijersz tot Leersum voor soo veel als hem aengaet contra Adriaen Jansz aenden Dijck voor hemselven ende mede van wegen zijn broeder Cornelis ende Neeltgen zijn suster erfgenamen haers za. Vaders Jan Gijsbertsz. [124]
22-1-1627
Idem en Cornelis Jansz de Kruijff als momber over ’t onmondige kind van Reijer Thonisz. contra Lubbert Gerritsz. Er is ook sprake van Marrigje Ariens des voorsz onmondige kind bestemoeder. [124]
22-1-1627
Sander Jansz Buys voor hem seluen ende mede van wegen Claes Cornelisz als man en voogd van zijn huisvrouw en Roelof Jansz ook voor haer selven ende mede als mombers ende voorstanders vanden kinderen van Thonis Jansz x Thonisgen Jans tsamen erfgenamen van Jan Claesz in zijn leven tapper ende herbergier tot Ginkel contra Thonis Hendricksz boecken voor hemselven ende mede t recht hebbende van … ende zijn suster mede kinderen ende erfgenamen van Jacobgen boeckens. [124]
22-1-1627
Idem contra Cornelis den jongen. Tot betaling van 5 gl wesende de helfte van 10 gl ter zaecke voorsz. [124]
22-1-1627
Thonis Hendricksz boecken contra Sander Jansz Buys. Tot betaling van 28 st van een voeder grauwen torf. [124]
22-1-1627
Aelt van Amerongen schout contra Roelof Thomasz. Hij eist betaling van 30 gl wt zaecke van thien voeders torffs die den gedaagde op sonnendach heeft vervoerd tot Elst. [124]
22-1-1627
Idem contra wed Adriaen Heij. [124]
22-1-1627
Dirck Claesz de Vael contra Thonis Cloetingh. Non comparitie [124]
22-1-1627
Anthonis Willemsz Cloetingh compareert voor het gerecht en bekent schuldig te zijn aan Aelt van Amerongen 5 gl te betalen binnen een maand. Verder bekent hij schuldig te zijn aan Dirck Claesz de Vael wt zaecke van een voeder torff mitte vracht 5 gl [124]
23-1-1627
Aelt van Amerongen contra Roelof Thomasz. Repliek [124]
23-1-1627
Idem contra wed Adriaen Heij. [124]
23-1-1627
Cornelis Cornelisz Jongen Hoorn contra Robbert Jansz. Hij eist 3 gl wt zaecke van een voeder torffs. [124] 10
23-1-1627
Jorden Reijersz contra Adriaen Jansz aenden Dijck. Adriaan bekent de borgtocht en belooft binnen een maand te betalen. Lubbert Gerritsz bekent idem. [124]
23-1-1627
Peter Vastrick contra Thonis Gijsbertsz Pluijm. Hij eist 1-10. Non comparitie. [124]
23-1-1627
Thonis Hendrickszn Boecken contra Sander Jansz Buys. [124]
24-1-1627
Aelt van Amerongen contra wed van Adriaan Heij. [124]
29-5-1627
De erfgenamen van Jan Mathijsz tot Ginkel contra Aert Jansz Ouwens om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie van 5-111623. [124]
11-6-1627
Compareert Evert Jansz die zich borg constitueert voor zijn broer Aert Jansz Ouwens. [124]
10-6-1627
Als schepen ontslagen Aert Lam en Cornelis Jansz. En zijn in hun plaats geëligeerd en genomineerd Herman van Holten en Hendrick Gerritsz van Velpen oud-schepen en Lubbert Gerritsz en Hubert Jansz. [124]
11-6-1627
De erfgenamen van Reijer Jansz de Veir als het recht hebbende van Jacob Dircksz zaliger die ’t recht vercregen hadde van Thonis Cornelisz Raep contra Roelof Thonisz om te bekennen of zijn handtekening staat onder liquidatie gehouden tussen den gedaagde en Anthonis Cornelisz Raep dd 26-1-1615. [124]
11-6-1627
Huijbert Evertsz, won. Woudenberg, contra Willem Melisz, won. Scherpenzeel. Hij versochte aluoirens decretement opten arreste gedaen op des gearr[esteerd]ens p[er]soon ter tyt dat cautie gestelt ende domicilium zal wesen genomineert [124]
11-6-1627
Peter ?? burger te Amersfoort contra Cornelis en Willem Gerritsz Lam gebroeders. [124]
11-6-1627
Anthonis Cornelisz alias Hartoch contra Robbert Jansz. [124]
11-6-1627
Gijsbert Tijmensz contra Adriaen Jansz aenden Dijck. Hij tot bet[aling] van seven gulden twee stuijvers wt zaecke van coop van een calff ende noch tien stuijvers acht penn als rest van weijgelt. Voortgezet 12-61627. [124]
11-6-1627
Mor Morresz met de gearresteerde present [124]
12-6-1627
erfgenamen van Reijer Jansz de Veer contra Roelof Thomasz. [124] 11
12-6-1627
Willem Cornelisz? won. Scherpenzeel contra Cornelis Dircksz Hollander aenden Amerongensen Dijck. [124]
12-6-1627
George Jansz contra Cornelis Cornelisz Jongen Hoorn. Hij eist betaling van 13-10 ter cause van huijshuijr ende anders Jtem noch tot betalinge van 9 gl als borge voor den gedaagde geworden ende aen Joost Evertsz won aenden Dwarsweg. [124]
25-6-1627
Hendrick Jansz van Wageningen scholtis tot Amerongen contra Thonis Cornelisz Raep ende Cornelis Aertsz Hardeman. [124]
25-6-1627
Thonis Cornelisz Raep ende Cornelis Aertsz Hardeman contra Henrick Jansz van Wageningen. Antwoorden. [124]
25-6-1627
Hendrick Jansz van Wageningen contra Cornelis Thonisz Raep c.s. [124]
25-6-1627
Huijbert Evertsz, won. Woudenberg, contra Willem Meusz, won. Scherpenzeel, gearresteerde. Idem 23-7-1627. [124]
23-7-1627
Hendrick Jansz van Wageningen contra Thonis Cornelisz Raep c.s. Idem 28-7-1627 en 10-8-1627, 13-8-1627. [124]
9-10-1627
Hendrick Jansz van Wageningen contra Gerrit Adriaensz voor hemselven ende als vader en voogd van zijn onmondige kind geprocureert bij Aeltgen van Zuylen zijne overleden huijsvrouw. Idem 511-1627. [124]
9-10-1627
Idem contra Anthonis Willemsz Cloetingh. Idem 10-10-1627. [124]
9-10-1627
Aelt van Amerongen, schout, contra Anthonis Willemsz Cloetingh. Idem 10-10-1627, 22-10-1627. [124]
9-10-1627
Jan Toll contra Thonis Cloetingh. Idem 10-10-1627. [124]
22-10-1627 Georgen Jansz contra Cornelis Cornelisz Jongen Hoorn. Idem 5-111627, 19-11-1627. [124] 5-11-1627
Steven Gerritsz Lijndraaijer contra Thomas Roelofsz. Idem 19-11-1627. [124]
19-11-1627 Georgen Jansz contra Roelof Thonisz. [124] 19-11-1627 Mr. Dirck Surichijn tot Rhenen contra Cornelis Dircksz Hollander. [124] 19-11-1627 Idem contra Dirck Lambertsz. Idem 3-12-1627. [124] 19-11-1627 Claes Petersz, won. opten baxweert als principaal ende Jan Gerritsz als borge ende mede als principal bekennen schuldig te zijn aan Evert 12
Jansz Weerdt inde 40 garden wt zaecke van verschoten penn voor hem Evert Jansz als borg aen Cornelis Dircksz Pijsel opgelegt ende betaald de somme van 9 sts ende noch 23 st van verdroncken gelagen. [124] 3-12-1627
Georgen Jansz contra Anthonis Cloetingh. [124]
3-12-1627
Mr. Dirck Sururchijn tot Rhenen contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124]
3-12-1627
Cornelis Hendricksz Coster contra Thonis Willemsz Cloetingh. Hij eist 13-12-0 wt saecke van 400 tonnen torff. [124]
3-12-1627
Steven Gerritsz Lijndraaijer contra Thomas Roelofsz. [124]
29-12-1627 Thomas Roelofsz Ruijter onder de compagnie van de graaf van Stueron leggende in garnisoen tot Wageningen als t recht verkregen hebbende tot den volgende obligatie contra Joost Thonisz te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie dd 14-12-1623. [124] 29-12-1627 Cornelis Joosten weert en harbargier tot Doorn voor hem selven ende hem in desen sterckmaeckende voor Willem Lambertsz forier sargiant onder de compagnie van kapitein Rengers als man en voogd van Volckgen Vastrickx ende mitsdien erfgenamen van Peter Vastrick haerlieder Broeder za: contra Gijsbertgen Thonis wed vanden voorn Peter Vastrick, gearresteerde. Zij weigert boedelinventaris te leveren. [124] 29-12-1627 Thomas Roelofsz contra Joost Thonis Roelen om te bekennen of zijns vaders handtekening staat onder obligatie dd 14-12-1623. [124] 29-12-1627 Joost Hendricksz Visch constitueert zich borg voor Joost Thonisz Roelen [124] 8-1-1628
Thomas Roelofsz verklaart mits dezen dat Jan Quint die 75 gl inde artikel van eijsch (bij hem jegens Joost Thonisz gedaan) te mogen ontvangen van de kooppenningen van de huizinge en hofstede gecomen vande erfgenamen van Jan Willemsz van Soelen x Gosentje Willemsdr. En bij hem comparant gekocht. [124]
21-1-1628
Thomas Roelofsz contra Steven Gerritsz Lijndraaijer. [124]
21-1-1628
Claes Petersz, won. Maurik, contra Evert Jansz. [124]
21-1-1628
Steven Goertsz contra Cornelis Dircksz Hollander. Tot betaling van 6 gl wt zaecke van weijgelts [124]
21-1-1628
Idem contra Lambert de Kruijff. [124]
23-1-1628
Steven Gerritsz Lijndraaijer contra Thomas Roelofsz. [124] 13
23-1-1628
Jan Jansz brouwer te Rhenen contra Jan Dircksz metselaar. Non comparitie. [124]
23-1-1628
Evert Jansz weerdt inde xl garden contra Adriaen Jansz. Tot betaling van 10-0-12 van verdroncken gelagen. [124]
23-1-1628
Idem contra Thonis Willemsz Cloetingh. [124]
23-1-1628
Mr. Barwartoften Sururgijn tot Rhenen contra Cornelis Dircksz Hollander. [124]
23-1-1628
Steven Goertsz contra Cornelis Dircksz Pijsel [124]
23-1-1628
Idem contra Lambert huijsvrouw van Cornelis Dirckszn. In state [124]
29-1-1628
Willem Elgisz, won. Renense Veen, constitueert zich borg voor Gijsbertgen wed Peter Vastrick inde zaecke nopende den boedel ende goederen bijden zeluen Vastrick nagelaten [124]
31-1-1628
Cornelis Vastrick contra Gijsbertgen Thonis om te bekennen of haar handtekening staat onder erfmaakgescheid dd 29-1-1628. [124]
4-2-1628
Cornelis Hendrickszn coster contra Thonis Cloetingh. Non comparitie. [124]
4-2-1628
Willem Aertsz alias den ijseren contra Roelof Thomasz. Tot betaling van 4-8 wt saecke van verdient arbeijts loon aenden ged mit 4 dagen meijens verdient opten heren van Sinte Peters waerdt inden somer lestleden. [124]
4-2-1628
Evert Jansz inde xl garden contra Adriaen Jan Gijsbertsz in state. [124]
4-2-1628
Claes Peterszn van Coelen contra Evert Jansz. [124]
8-2-1628
Georgen Jansz contra Gerrit Jansz oude kindermaker [124]
8-2-1628
Claes Petersz contra Evert Jansz. [124]
8-2-1628
Roelof Thomasz contra Joost Hendricksz. Tot betaling van 15 gl wt saecke van huijshuijre [124]
8-2-1628
Hendrick Jansz van Wageningen contra Gerrit Adriaensz tot Selmont non comparitie. [124]
17-3-1628
Claes Petersz contra Evert Jansz. [124]
31-3-1628
Gerrit Petersz Bos en Reijertje Peter Bossendochter contra Hubert Jansz als borg voor Joost Dircksen tot Eck om te bekennen of zijn handmerk staat onder acte van borgtocht. [124] 14
31-3-1628
Cornelis Dircksz Pijsel contra Thonis Cloetingh. [124]
31-3-1628
Hendrick Jansz van Wageningen contra Thonis Cloetingh. [124]
19-5-1628
Cornelis Dircksz Pijsel contra Thonis Cloetingh. 20-5-1628 idem. [124]
30-6-1628
Hendrick Jansz van Wageningen contra Thonis Cloetingh. [124]
27-9-1628
Philips Botter van Snellenberg, heer tot Maersenbroek, constitueert Hugo Verweij, secretaris alhier in omnibus ad lites cum potestate substituendi in communio forma. [124]
29-10-1628 Jonker Philips Botter van Snellenberg heer tot Maersenbroeck en Hugo Verweij secretaris tot Amerongen contra erfgenamen van Cornelis Matthijsz. Zij hebben onlangs zeker bos en bouwland te Amerongen verkocht, vanouds genaamd in de bruijnen bosch. [124] 29-10-1628 Oth Goertsz contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124] 29-10-1628 Cornelis Michielsz als enige erfgenaam van Jan Woutersz x Thoentgen Michiels contra Anthonis en Gijsbert Woutersz gebroeders, ende mede als mombers over de onmondige van Lubbert ??, won. tot Ginkel ende als erfgenamen van hun overleden vader Brant Thonis die hen neffens Cornelis Roelofsz borg voor Cornelis Thonisz of zijn handtekening staat onder obligatie dd 27-1?-1601 [124] 29-10-1628 Jacob Claesz als man en voogd van zijn huisvrouw een medeerfgenaam van Willem Adriaensz zijn schoonvader ende als trecht bij lotinge ende erfscheijdinge te delen gevallen zijnde van een obligatie contra Roelof Thomasz om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie 26-1-1627. [124] 29-10-1628 Thomas Roelofsz contra Jan Hermansz Smit [124] 29-10-1628 Aelt van Amerongen contra Cornelis Dircksz Pijsel, ter cause van geleverden torff [124] 29-10-1628 Aelt van Amerongen, schout, contra Thonis Cloetingh, idem. [124] 29-10-1628 Evert Jansz inde 40 garden contra Cornelis Jacobsz. Idem 30-9-1628. [124] 29-10-1628 wed Jacob Willemsz Prattenburg contra Roelof Thomasz [124] 29-10-1628 George Jansz contra Cornelis Hendricksz coster. Idem 30-9-1628 [124] 29-10-1628 Dirck Claesz de Wael contra Evert Cornelisz Slorp [124]
15
29-10-1628 Geertgen wed van Wouter Kabel contra Cornelis de Jongen Hoorn [124] 29-10-1628 Roelof Thomasz met Gerrit Willemsz te rekenen. Roelof blijft schuldig 71-16. [124] 30-9-1628
Peter van Dulcken contra Jannigje wed van Hendrick van Raesfelt, predikant. Hij wil 11-5-8 wt saecke van gehaelt ende geleuert boet bijde ton. [124]
30-9-1628
Crijn Michielsz contra Thonis en Gijsbert Brants. Thonis Brantsz en Jan Lubbertsz als outste zone van Lubbert Henricksz bekennen van hare vader ende bestevader de schult voor zoo veel elcx voor een vijffde deel aengaet [124]
30-9-1628
Aelt van Amerongen, schout, contra Thonis Cloetingh. [124]
30-9-1628
George Jansz contra Cornelis Hendricksz coster. [124]
30-9-1628
Steven Goertsz contra Thonis Cloetingh [124]
30-9-1628
Dirck Claesz contra Evert Cornelisz Slorp [124]
30-9-1628
De kwestie tussen Thomas Roelofsz en Jan Hermansz Wesel? is geaccordeerd [124]
30-9-1628
Cornelis Cornelisz jongen hoorn bekent verkocht te hebben aan Willem Dircksen van Wageningen een swartte melckoij met noch een swartte melckkoe met een witte vleck after opt lijff ende bekende vanden cooppenn vandijen bet[aelt] te zijn. [124]
1-10-1628
Cornelis Jacobsz alias Tes belooft binnen 14 dagen aan Evert Jansz te betalen [124]
1-10-1628
George Jansz contra Cornelis Hendricksz coster en Jan Jansz. Dit gaat over de verkoop van een huis en hofstede. [124]
1-10-1628
Willem Dircksz van Wageningen contra Cornelis Dircksz Pijsel. Tot betaling van 40 gl wt zaecke van lakenen [124]
1-10-1628
Willem Dircksz van Wageningen contra Jan Gijsbertsz [124]
1-10-1628
George Jansz contra Roelof Thomasz. Non comparitie [124]
1-10-1628
Huijbert Jansz contra Jan Deijs. [124]
1-10-1628
jonkheer Philips Botter van Snellenberg heer tot Maersenbroek en Hugo Verweij contra de gezamenlijke erfgenamen van zaliger Cornelis Matthijsz. Idem 19-11-1628, 1-12-1628, 15-12-1628, 12-1-1629. [124] 16
1-10-1628
Georgen Jansz contra Cornelis Hendricksz coster en Jan Cornelisz [124]
1-10-1628
Georgen Jansz contra Roelof Thomasz [124]
19-11-1628 Cornelis Michielsz en Jan Woutersz en Hubert Evertsz als mannen ende voogden van haerlieder huijsvrouwen mede kinderen en erfgenamen van Brant Thonisz, en Cornelis Roelofsz als borgen voor Cornelis Thonisz [124] 19-11-1628 Gijsbert van Wageningen contra Jan Gerritsz aenden Dijck. Hij eist betaling van 42 die de gedaagde aan hem beloofd heeft over het vervolgen van zijn gedaagdes paarden in 1627. [124] 19-11-1628 Jan herbergier tot Amerongen contra Cornelis Jansz. Hij eist betaling van 36-10 ter goeder rekening spruijtenbede wt zaecke van gehaelde ende gedroncken bieren. [124] 17-11-1628 Cornelis Dircksz Pijsel bekent schuldig te zijn aan Gielis Matijsz ten behoeven van Matheus Pau als camelaer des capittels St Pieter te Utrecht [124] 1-12-1628
Gerrit Gerritsz alias Kindermaker contra Claes Jansz aenden Dwarsweg. Hij eist betaling van 4 gl wt zaecke vanden helfte van twee voederen torffs. [124]
1-12-1628
De erfgenamen van Brant Thonisz contra Jan Cornelisz Hoots als bij wtcoop ende erffscheydinge tusschen hem ende zijne anderen broeders ende susters eenige erffgenaam zijns za: vaders Cornelis Roelofsz Hoots. Thoentgen Michiels is nagelaten wed. van Jan Woutersz. Cornelis Michielsz en Marten Gerritsz als erfgenamen van Jan Woutersz [124]
12-1-1629
Hugo Verweij contra Gerrit Aertsz van Scherpenzeel als borg ende mede als principaal voor Hendrick Jansz van Scherpenzeel om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie dd 20-4-1627. [124]
12-1-1629
Aelt van Amerongen schout contra Joost Hendricksen Vis. [124]
12-1-1629
Cornelis Hendricksz coster [124]
12-1-1629
Claes Senten als oom en momber over de onmondige kinderen van Gerrit Mathijsz x Grietgen Senten contra Aert Jansz. [124]
12-1-1629
Georgen Jansz contra Cornelis Cornelisz alias jongen Hoorn [124]
12-1-1629
Georgen Jansz contra Roelof Thomasz [124] 17
12-1-1629
Georgen Jansz contra Cornelis Hendricksen coster en Jan Jansz alias Evert [124]
12-1-1629
Hans Petersz herbergier alhier inde Haer contra Hendrick Jansz van Wageningen. Hij eist betaling van landpacht van St Barbara over 16221624. [124]
12-1-1629
Jan Quint contra Tijmen Willemsz schoenmaker [124]
12-1-1629
Jan Quint contra Thonis den Boecken [124]
12-1-1629
Evert Jansz inde 40 garden contra Steven Goertsz [124]
12-1-1629
Anthonis Hendricksz Boecken contra Jan Quint [124]
12-1-1629
Aart Jansz smith contra Adriaen Jansz aenden Dijck. [124]
14-1-1629
Hans Petersz herbergier inde Haer contra Cornelis Jansz Quint als geweest zijnde procurator van St Barbara broederschap alhier. [124]
14-1-1629
Evert Jansz inde xl garden contra Cornelis Dircksen Pijsel [124]
14-1-1629
Cornelis Hendricksen coster contra Gerrit Gerritsz kindermaker alias Haen. [124]
14-1-1629
Adriaen Jansz aenden dijck contra Steven Gerritsz Lijndraaier. [124]
14-1-1629
Cornelis Cornelisz contra Hans Petersz [124]
14-1-1629
wed van Jacob Prattenburg contra Jannigje wed van ds. Hendrick van Raesfelt [124]
14-1-1629
Jan Quint contra Anthonis den Boecken [124]
14-1-1629
Anthonis Willemsz Cloetingh bekent schuldig te zijn aan Hugo Verweij 10-10 wt zaecke van drie jaren lantpachten van 8 hont land genaamd die Haer. [124]
14-1-1629
Cornelis Cornelisz waard inde Wildeman contra Roelof Thomasz en Cornelis Dircksen Pijsel als procurators vande broederschap van St Barbara [124]
14-1-1629
Hendrick Jansz van Wageningen contra Steven Goertsz. Hij eist betaling van landpacht vant englandt bij hem vande broederschap van St Barbara gepacht [124]
14-1-1629
Evert Jansz inde 40 garden contra Cornelis Dircksen Pijsel [124]
18
14-1-1629
de procurators van St Barbara contra Hendrick Jansz van Wageningen en Hans Petersz Vlamingh om te bekennen of hun handtekening staat onder huurcedulle [124]
14-1-1629
Joost Hendricksz alias Vis verklaart ten verzoeke van Roelof Thonisz waarachtig te zijn dat Roelof in de voorleden zomer tot verscheijden reijsen hem verzocht heeft dat hij vanwege Hendrick Petersz tot Scherpenzeel zou willen verkopen zes voeders turf zoals schout Aelt van Amerongen hem verkocht en hem predikant als erfgenaam van Aert Thonisz x Gosentje Peters schuldig was [124]
16-2-1629
Philips Botter van Snellenberg heer wt Maersenb[roeck] c.s. contra de erfgenamen van Cornelis Mathijsz. Idem 20-3-1629, 20-4-1629, 4-51629, 8-6-1629 [124]
16-2-1629
Aelt van Amerongen, schout, contra Joost Hendricksen Vis. Idem 20-31629 [124]
9-3-1629
Thonis Morren tot Scherpenzeel contra Dirck Lambertsz van Bemmel als principaal en Anthonis Cloeting als borg en mede als principaal. Hij eist betaling van 10-10 als rest van de koop van een melkkoe. [124]
16-3-1629
Aelt van Amerongen contra Joost Hendricksen Vis. Idem 20-4-1629 [124]
16-3-1629
Herman van Holten contra Steven Goertsz. Hij eist betaling van 75 gl wt zaecke van penningen uit 1612-1614 van landpacht van jonker Gijsbert van Reede [124]
20-3-1629
Cornelis Hendricksen coster contra Anthonis Willemsz Cloetingh. [124]
20-4-1629
Harman Joosten die Cruijff als erfgenaam van zijn vader Joost Hermansz de Kruijff contra Cornelis Dircksz Pijsel om te bekennen of zijn handtekening staat onder huurcedulle. [124]
20-4-1629
Jan Gerritsz aenden Dijck contra Anthonis Willemsz Cloetingh. [124]
20-4-1629
Cornelis Goertsz brouwer tot Veenendaal contra Joost Hendricksen Visch. Idem 22-4-1629. [124]
20-4-1629
schout Hendrick Jansz van Wageningen contra Steven Goertsz. [124]
20-4-1629
Herman van Holten contra Steven Goertsz. In state. Idem 4-5-1629 [124]
20-4-1629
Aelt van Amerongen, schout, contra Cornelis Hendricksen coster voor Joost Hendricksen. [124] 19
20-4-1629
Jan Gerritsz contra Thonis Cloetingh [124]
20-4-1629
Cornelis Goertsz brouwer te Veenendaal contra Thonis Cloetingh. Idem 22-4-1629, 4-5-1629. [124]
8-6-1629
Lenaert van Guijlick coporael vanden compagnie van kapitein Rengers contra Roelof Thomasz om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie van 1-11-1626. [124]
8-6-1629
Aert Dirksen als gemachtigde van Dirck Willemsz, won. Ijzendoorn, contra Gerrit Jansz snijder alhier tot Amerongen. [124]
8-6-1629
Cornelis Claesz tot Ginkel contra Thonis Hendricksen Boecken [124]
8-6-1629
Roelof Thonisz contra Cornelis Dircksz Pijsel [124]
8-6-1629
Jacobgen Tonis dochter van Evert contra Dirck van Holten. Dirck heeft haar verwond. Zij eist 6-10 [124]
8-6-1629
Adriaen Cornelisz contra Peter? Tijsz [124]
8-6-1629
Steven Gerritsz Lijndraaier contra Thonis Willemsz Cloetingh [124]
8-6-1629
Thonis Hendricksz Boecken contra Cornelis Jansz de jonge chirurgijn [124]
8-6-1629
Jan Gerritsz contra Thonis Willemsz Cloetingh [124]
8-6-1629
Sechtgen? Adriaens bekent schuldig te zijn aan Hugo Verweij 25-15-8 als rest van coop ende leverantie van een veth weij beest van hem v[er]weij inde slacht tijt a[nn]o 1628 gecofft ende ontfanghen [124]
8-6-1629
Thonis Willemsz Cloeting contra Cornelis Dircksz Pijsel [124]
9-6-1629
Philips Botter van Snellenberg c.s. contra erfgenamen van Cornelis Mathijsz Idem 22-6-1629, 5-10-1629. [124]
9-6-1629
Thonis Hendricksz Boecken contra Mr cornelis de Jongh [124]
9-6-1629
Cornelis Goertsz brouwer te Veenendaal contra Joost Hendricksen Vis [124]
9-6-1629
Cornelis van Holten treedt op als getuige in vorige zaak. [124]
1-6-1629
Anthonis Hendricksen Boecken contra mr Cornelis de Jongh chirurgijn [124]
22-6-1629
Estimatie vande schade gedaen int coorn van Thonis Cornelis Vastrick? Hubert Jansz en Hendrick Gerritsz van Velpen hebben zich op verzoek 20
van Thonis Cornelisz op dinsdag de 16e getransporteerd op een akker weit door Thonis gekocht van jonker Jan van Renes vande Aa aende dijck in desen gerechte gelegen genaamt Geijtenbeecks acker om te besien die schade die daer in geschiet was die hij seijde dat bij de parden van Wijer Henricxen tot Leersum gedaen was. Schade: 18,5 gl. [124] 12-7-1629
Jan Cornelisz, won. aen de Dijck, verklaart ten verzoeke van Thonis Cornelisz dat hij 5 paarden, toebehorende Wijer Hendricksz tot Leersum, over de schade die zij hebben aangericht. [124]
12-7-1629
Lenaert van Guijlick Sergeant onder die compaengie van Capiteyn Rengers contra Roelof Thomasz [124]
5-10-1629
Aelt van Amerongen contra Anthonis Willemsz Cloetingh [124]
5-10-1629
Gijsbert van Wageningen contra idem [124]
5-10-1629
Hendrick Jansz van Wageningen contra idem [124]
6-10-1629
Johan van Wely voor hemzelf en mede vanwege en als het recht hebbende van de erfgenamen van Cornelis Mathijsz verklaart alsoo hij hem beswaert ende vindende bij het appnt op den 21-7-1629 lestleeden tot achterdeel van hem comparant jnde qualite voorsz tot vordele van Philips Botter van Snellenberg en Hugo Verweij, secretaris van Amerongen. [124]
6-10-1629
Hendrick Jansz van Wageningen contra Steven Goertsz [124]
6-10-1629
Herman van Holten contra Steven Goertsz alsnog te antwoorden [124]
21-10-1629 Louw Jacobsz contra Gerrit Jansz Kabel als borg voor Floris Dircksz. Hij eist betaling van 15 gl als rest van coop ende leverantie van schaepen. Naderhant compareerde Anthonis Hendricksz Hartich ende seijde vanwege de gedaagde vermits hij absent was te bekennen. [124] 2-11-1629
Aelt van Amerongen, schout, contra Roelof Thomasz. Idem 16-11-1629 [124]
30-11-1629 Electie van schepenen Herman van Holten oud-schepen, Hendrick Gerritsz van Velpen oud-schepen, Joost Cornelisz Wteweerdt ende Anthonis Aertsz nieuws gestelt. Schepenen van de heer Johan van Renesse vander Aa, heer tot Amerongen: Wouter Aertsz van Wageningen oud-schepen, Bauw Gijsbertsz oud-schepen, Jan van Zijl oud-schepen, Aert Cornelisz Lam gesteld ipv Cornelis Hendricksz coster en Dirck Claes de Wael ipv Wouter Aertsz van Wageningen. [124] 21
30-11-1629 schout Aelt van Amerongen contra Roelof Thomasz [124] 11-12-1629 Hendrick Jochumsz burger te Utrecht contra Anthonis Willemsz Cloetingh [124] 14-12-1629 Roelof Thomasz contra Aelt van Amerongen [124] 10-1-1630
Jonker Willem Zaell x Geertruijdt Sulen erfgenamen van Hendrick Zael en zich sterkmakende voor de kinderen en erfgenamen constitueren Jan Verweij [124]
10-1-1630
Willem Adriaensz timmerman bekent schuldig te zijn aan de erfgenamen van Hendrick Zaell 58 gl [124]
10-1-1630
Jan Jansz van Welen weerdt bekent schuldig te zijn aan Willem Adriaansz timmerman 58 gl [124]
25-1-1630
Jan Gerritsz op Nieuwamerongen contra Georgen Jansz [124]
25-1-1630
Roelof Thonisz contra Aelt van Amerongen [124]
25-1-1630
Cornelis Hendricksz coster en Cornelis Jansz Quint contra Jorien Jansz [124]
25-1-1630
Cornelis Hendricksz coster contra Cornelis Hendricksz Hollander aende Dijck [124]
25-1-1630
Cornelis Jansz contra Evert Jansz? te nederengh [124]
25-1-1630
Gijsbert van Wageningen contra Jan Gerritsz aenden Dijck [124]
25-1-1630
Roelof Dircksz Raijmaker contra Peter Tijsz [124]
25-1-1630
Jan Gerritsz contra Thomas Roelofsz [124]
25-1-1630
Hendrick Jansz van Wageningen stelt zich borg voor Agata Adriaensz wed Gerrit Stevensz [124]
22-2-1630
Roelof Thomasz contra Aelt van Amerongen [124]
22-2-1630
Roelof Thomasz contra Cornelis Hendricksz coster te antwoorden [124]
22-2-1630
Dirck Willemsz van Wageningen contra Neeltgen wed van Cornelis Jansen [124]
22-2-1630
Idem contra Roelof Dircksen [124]
22-2-1630
Idem contra Roelof Thomasz [124]
22
22-2-1630
Idem en ?? Marcelisz vanwege haar moeder en bestemoeder? resp. wed van Willem Dirksen van Wageningen contra Roelof Thonisz om te bekennen of zijn handtekening staat onder acte door Willem Dirksen opgericht nopende t aannemen van twee steenovens van Anthonis van Maerlandt, dd 6-8-1626. [124]
8-3-1630
Aelt van Amerongen contra Roelof Thomasz [124]
8-3-1630
Jan Huijbertsz contra Cornelis Jansz den jonge [124]
8-3-1630
Aeltgen wed van Willem Dirksen van Wageningen contra Cornelis Gerritsz, won aan de Dwarsweg [124]
8-3-1630
Idem contra Roelof Thomasz [124]
8-3-1630
Idem contra Roelof Dircksz raijmaker [124]
8-3-1630
Thonis Willemsz Cloetingh bekent schuldig te zijn aan Hendrick Jansz van Wageningen, drost, 27 gl ter zake van geleverde turf. [124]
8-3-1630
Cornelis Dircksz Pijsel bekent schuldig te zijn aan Hendrick Jansz van Wageningen 26 gl [124]
19-4-1630
Thonis Aertsz contra Cornelis Dircksz Pijsel [124]
19-4-1630
wed van Jacob Willemsz Prattenburg contra Aeltgen wed Georgen Jans om te bekennen of haar handtekening staat onder obligatie dd 15-91612 en 18-12-1618 [124]
19-4-1630
Jacob Jacobsz tot Darthuizen contra Jan Jansz van Velen [124]
19-4-1630
Jan Gijsbertsz tot Elst als man en voogd van zijn huisvrouw contra Gijsbert Hendricksz van Wageningen. [124]
19-4-1630
Dirck van Middachtenr ruijter curassur onder den overste Sterckenburg en de houder van een obligatie tbv Hendrick Willemsz zijns eisers zwager gepasseerd contra Cornelis Dircksz Pijsel of zijn handtekening staat onder obligatie dd 3-1-1630. [124]
19-4-1630
Jan Quint contra Sophia huisvrouw van Roelof Adriaensz als borg voor Jorien Vos/Bos uijrwercker [124]
19-4-1630
wed en erfgenamen van Willem Dirksen van Wageningen contra Cornelis Dircksen Pijsel [124]
19-4-1630
wed en erfgenamen van Willem Dirksen van Wageningen contra Gerrit Jansz Kleermaker [124]
19-4-1630
Idem contra Roelof Dircksen raijmaker [124] 23
19-4-1630
Roelof Thomasz contra Aelt van Amerongen [124]
19-4-1630
Jan Hubertsz contra Cornelis Jansz de jonge. Te antwoorden [124]
19-4-1630
Het gerecht doet uitspraak in de zaak van Roelof Thomasz contra Aalt van Amerongen. Aelt moet 15 gl betalen. Aelt gaat in beroep bij het Hof van Utrecht. [124]
7-6-1630
Egbert Aertsz raijmaker contra Thonis Willemsz Cloetingh [124]
7-6-1630
Evert Jansz inde xl garden contra Cornelis Gerritsz alias kindermaker [124]
7-6-1630
Jacobgen Thonis van Soest contra Herman van Holten. Herman heeft vanwege zijn zoon Dirck van Holten aan Jacobgen beloofd 7 gl te betalen uit zake van verzuim [124]
7-6-1630
Willem Hendricksz tot Woudenberg contra Roelof Thomasz [124]
7-6-1630
Jan Gerritsz op Nieuwamerongen contra Sander Cornelisz [124]
7-6-1630
Jan Gijsbertsz als man van zijn vrouw contra Gijsbert van Wageningen [124]
7-6-1630
Hendrick Jansz van Wageningen dorst contra Jan Jansz van Velen [124]
7-6-1630
Herman Thonis als man van Jannigje Claesdr contra Catharina wed Hubert Jansz om te bekennen of haars mans handtekening staat onder obligatie van 3-10-1624 [124]
7-6-1630
Jan Meijnsz contra Jan Wolphertsz. Hij eist betaling van 7 gl bij estimatie vande drost wt saecke van een vercken welck de gedaagde heeft dood geslagen [124]
7-6-1630
Jan Quint contra Cornelis Gerrit Woutersz tot Ginkel [124]
7-6-1630
Idem contra Elgis Hendricksz tot Ginkel [124]
7-6-1630
Cornelis Cornelisz contra Roelof Thomasz [124]
7-6-1630
Idem contra Cornelis Dircksz Pijsel [124]
8-6-1630
Egbert Aertsz raijmaker contra Thonis Cloetingh [124]
8-6-1630
Cornelis Cornelisz contra Roelof THomasz [124]
8-6-1630
Jan Meijnsz contra Jan Wolphertsz om te antwoorden. Idem 9-6-1630. [124] 24
8-6-1630
Hendrick Jansz van Wageningen contra Jan Jansz van Velen [124]
8-6-1630
Jan Gijsbertsz contra Gijsbert Hendricksz [124]
9-6-1630
Dirck Lambertsz bekent schuldig te zijn aan Cornelis Jansz Ploeger, won. Tiel, 130 gl wt saecke vande coop van een merriepeerdt. [124]
19-6-1630
Willem Adriaensz timmerman contra Joost Cornelisz [124]
21-6-1630
Joost Cornelisz contra Willem Adriaensz te antwoorden [124]
21-6-1630
Geertgen Jans contra Bouw Gijsbertsz als borg voor Jan Gijsbertsz zijn broeder om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie dd 24-12-1616. [124]
21-6-1630
Anthonis Cornelisz Raep contra Aelbert Thonisz. [124]
5-7-1630
Cornelis Jansz de Jonge bekent schuldig te zijn aan de wed en erfgenamen van Willem Dircksz van Wageningen 37-10 [124]
5-7-1630
Saar Willemsz? bekent schuldig te zijn aan idem 14-15 [124]
15-7-1630
Jacob Lambertsz van Bemmel als momber over de onmondige kinderen van Jan Lambertsz zijn broeder zaliger contra Jan Jansz van Velen om te bekennen of zijn handtekening staat onder coopvoorwaarden dd 226-1629. [124]
15-7-1630
Roelof Thomasz contra Aert en Cornelis Aertsz Hardeman. Genoemd wordt ook Gerrit Martensz Vosch brouwer te Arnhem. [124]
20-9-1630
Erfgenamen van Jacob Willemsz Prattenburg x Neeltge Cornelis contra Anthonis Cornelisz Raep en Roelof Thonisz [124]
20-9-1630
Idem contra Roelof Thomasz om zich te decerneren nieuwe letteren van executie op seeckere verjaarde acte dd 28-6-1625 [124]
20-9-1630
Idem contra Gerrit Jansz Kabel [124]
20-9-1630
Idem contra wed van Georgen Jansz [124]
20-9-1630
Idem contra Evert Jacobsz [124]
20-9-1630
Idem contra Anthonis Willemsz Kloetingh [124]
20-9-1630
Idem contra Goosen Petersz [124]
20-9-1630
Idem contra erfgenamen van Thonis Hubertsz [124]
20-9-1630
Idem contra wed Cornelis Jansz [124] 25
20-9-1630
Idem contra Cornelis Jansz Kabel [124]
20-9-1630
Idem contra Jan Jansz Koert [124]
20-9-1630
Idem contra mr. Cornelis de jonge [124]
20-9-1630
Idem contra wed Jan Quint als principaal en namens Hubert Quint en Aelbert Gijsbertsz als borgen [124]
20-9-1630
Idem contra Adriaen Jan Gijsbertsz [124]
20-9-1630
Hendrick Jansz van Wageningen, drost, contra Gerrit Willemsz. [124]
20-9-1630
Jan Hendricksz tot Bunschoten contra Steven Goertsz [124]
21-9-1630
Jan Gerritsz alias kindermaker contra Gerrit Joosten [124]
21-9-1630
Idem contra Hendrick Hendricksen wos? [124]
21-9-1630
Aart Gerritsz verver contra Roelof Thonisz om te bekennen of zijn handtekening staat onder rekening dd 2-1-1630 [124]
21-9-1630
wed en erfgenamen van Willem Dircksz van Wageningen contra Elbert Lubbertsz tot Ginkel. Hij eist 15-5-8 wt zaecke van gehaelde waer als wolle laken en azijn [124]
21-9-1630
Dirck Dircksen Glasemaker contra Gerrit Jansz Kabel. Hij eist 5-10 wt zaecke van verdient loon en geleverde glasen [124]
21-9-1630
Aelt van Amerongen, schout, contra Roelof Thomasz [124]
25-9-1630
Philips Botter van Snellenberg en Hugo Verweij contra Jan van Welij. Jan heeft sich onderstaen op des eijsers bosch te doen houden binden en wech halen zeeckere hooftrijs. Idem 4-10-1630 [124]
25-9-1630
Philips Botter van Snellenberg en Hugo Verweij contra Reijner Luiten [124]
25-9-1630
Philips Botter van Snellenberg en Hugo Verweij contra erfgenamen van Cornelis Mathijsz [124]
4-10-1630
Aert Gijsbertsz tot Ginkel contra Roelof Thomasz. Hij eist 11 gl van geleverde torff eensdeels bij den gedaagde zelver ontfangen ende anderdeels bij hem voor zijn zoon Thomas Roelofsz affgesproken ende beloofft te betalen [124]
4-10-1630
Idem contra Thonis Willemsz Cloetingh [124]
4-10-1630
Idem contra Peter Joriaensz [124] 26
4-10-1630
Cornelis Hendricksz ruiter onder de graaf van Stirum contra Goosen Gerritsz [124]
4-10-1630
Aart Gerritsz cramer contra Roelof Thomasz [124]
4-10-1630
Dirck Dircksz glasenmaker contra Gerrit Kabel [124]
4-10-1630
Jan Verweij als administrateur vande boedel van za: Jacob van Prattenburg contra Anthonis Willemsz Cloetingh [124]
4-10-1630
Hendrick Hendricksz contra Jan Gerritsz om te antwoorden [124]
18-10-1630 Aert Gijsbertsz contra Roelof Thomasz om te antwoorden [124] 18-10-1630 Jan Gerritsz alias kindermaker contra Hendrik Hendricksz [124] 1-11-1630
Aert Gijsbertsz contra Thonis Willemsz Cloetingh om te antwoorden [124]
1-11-1630
Jan Jansz van Velen contra Thonis Petersz van Ommeren [124]
1-11-1630
Idem contra Roelof Thomasz [124]
1-11-1630
Jan Jansz van Velen contra Steven Goertsz [124]
15-11-1630 Jan Pelgromsz tot Doorn contra Jan Jansz van Velen. Hij concludeert tot betaling van 30 gl wt saecke van coop can eijcken houdt bij den gedaagde vanden eijser inde meij anno 1628 gecoft ende ontfangen ende doen bijde coop belooft alvorens hij tvoorsz zoude hauwen [124] 15-11-1630 Dircksz Claesz de Vaell als man van zijn vrouw contra Jan Jansz weerd in de Prins. Hij also den gedaagde sich onderstaen heeft hem op mertinijauondt lestleden jn zijn presentie onder andere diffunieuse schelt woorden nae te seggen dat tot zijns eijsers huijsse op sijn Catholijcx worden gepredickt ende dat aldaer verscheijden vergaderingen van enige jngesetenen deser heerlijckheijt mede onder anderen Aert Cornelisz Lam die vermits de laetheijt des tijts oock door de enghte vande kamer buijten den huyse in een kersenboom soude hebben geseten Ten tijde sijnen Neeff Gijsbert Willemsz saldaer soude hebben gepredickt waer en bouen ten gedaagde ten seluen male hem oock veruorderde zijns eijsers huysfrou met een glas biers heeft geslagen…. [124] 15-11-1630 Jan Jansz van Velen contra Willem Adriaensz timmerman [124] 15-11-1630 Aert Gijsbertsz contra Peter Cornelisz [124] 15-11-1630 Idem contra Anthonis Willemsz Cloetingh. Non comparitie [124] 27
29-11-1630 Jan Verweij als administrateur vande boedel van Jacob Willemsz Prattenburg contra Gerrit Jansz Kabell [124] 29-11-1630 Idem contra Kors Cornelisz [124] 29-11-1630 Idem contra mr. Cornelis de jonge [124] 29-11-1630 Jan Verweij als administrateur vande boedel van Jacob Willemsz Prattenburg contra wed en erfgenamen van Gerrit Jansz Kindermaker. Cornelis Gerritsz hebbende schult versochte terminen juris twe maent Tgerecht vergunt zes weecken [124] 29-11-1630 Idem contra Cornelis Gerritsz kindermaker [124] 29-11-1630 Idem contra Deliane tot Ginkel [124] 29-11-1630 Jan Gerritsz contra Willem Adriaensz timmerman [124] 10-12-1630 Jan Adriaensz, won. Eck, verklaart ten verzoeke van Roelof Thomasz dat hij op seeckeren tijt geleden v[er]geselschapt is geweest ten huijse van Thomas Roelofsz weert jnde prins tot Amerongen alwaer mede onder anderen v[er]gadert is geweest Elbert Cornelisz Floren die ten seluen male onder anderen diffameuse scheltwoorden heeft geseijt dat die vanden Gerechte van Amerongen all te samen schelmen waren Twelck hij deposant v[er]claerden also waerachtich te sijn ende soo waerlijck moste hem Getuyge Godt Almachtich helpen [124] 10-12-1630 Roelof Thomasz en Cornelis Roelofsz, zijn zoon, hebben elcx een voor all als pnaell v[er]willecoort schuldig te zijn aan jonker Johan Ruysch 79-10 ter cause van weijgelt [124] 17-1-1631
Aart van Hattum tot Wiel contra Jan Wolphertsz. Hij eist betaling vanwege een veulen dat bij de weg gelopen heeft. [124]
17-1-1631
Jan Cornelisz aenden Dijck als man van zijn huisvrouw contra Thonis Gijsbertsz op de Ka als man van Claesgen Jacobsdochter te voren wed van Jan Ennen? [124]
17-1-1631
Cornelis Jansz contra Jan Robbertsz [124]
17-1-1631
juffr. Odilia van Delft wed van jonkheer Steven van Rumelaer contra Thonis Willemsz Cloetingh [124]
17-1-1631
Jan Gerritsz aenden dijck contra Jan Lichthooft [124]
17-1-1631
Idem contra Roelof Dircksz raijmaker [124]
17-1-1631
Idem contra Cornelis Jansz Dronge [124] 28
17-1-1631
Hendrick Jansz van Wageningen drost als geweest zijnde pachter vande brandewijnen contra Hans Petersz [124]
17-1-1631
wed en erfgenamen van Willem Dircksz van Wageningen contra Cornelis Jansz Kabel [124]
17-1-1631
Idem contra wed en boedelhoudster van Lubbert Gerritsz [124]
17-1-1631
Robbert Jansz tot Doorn contra Hendrick Jansz van Wageningen om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie van 7-8-1630 [124]
17-1-1631
Idem contra Bauw Gijsbertsz [doorgestreept] [124]
17-1-1631
Gerecht constitueert Jan Tonisz van Schalkwijck, procureur voor de kleine rolle te Utrecht, speciaal in de zaak tussen Franck Thomasz vande Poll en die van den dorpe van Amerongen [124]
18-1-1631
Jan van Hattum tot Wiel contra Jan Wolphertsz dupliek [124]
18-1-1631
Jan Cornelisz aenden dijck contra Thonis Gijsbertsz opde ka [124]
18-1-1631
Odilia van Delft wed van Steven van Rumelaer contra Roelof Dircksz Raijmaker [124]
18-1-1631
Idem contra Cornelisz Jansz swager? [124]
18-1-1631
Hendrick Jansz van Wageningen contra Hans Petersz [124]
18-1-1631
wed en erfgenamen van Willem Dircksz van Wageningen contra Cornelisz Jansz Kabel [doorgestreept] [124]
18-1-1631
Idem contra wed van Lubbert Gerritsz te repliceren [124]
18-1-1631
Roelof Thomasz contra Jelis Mathijsz om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie dd 17-2-1628 [124]
18-1-1631
Jorden Reijersz tot Leersum contra Cornelis Dircksz Pijsel [124]
18-1-1631
Jan Cornelisz aenden dijck contra Thonis Gijsbertsz opte Kaa [124]
18-1-1631
Gielis Matijsz contra Roelof Thomasz [124]
18-1-1631
Willem Gerritsz Bosch contra Gerrit Gerritsz alias Keijer [124]
18-1-1631
Wouter Aertsz van Wageningen contra Cornelis Dircksz Pijsel [124]
18-1-1631
Willem Aertsz bekent de wed Willem Dircksz schuldig te zijn van wolle lakens ende anders de som van 27 gl [124]
29
31-1-1631
Steven Goertsz contra Hendrick Gerritsz van Velpen met zijn broeders en zusters als erfgenamen van hun vader en moeder. Hij eist betaling van 3-19 spruijtende wt zaecke van dranckschult eensdeels bij des gedaagdes za: vader ende anderdeels bij den vrsz Henrick Gerritsz van Velpen zelfs ten huyse vande eijser gedroncken. Hendrick ontkent. Hij heeft allang afgerekend. [124]
31-1-1631
Dirck Claesz de Vael en Splinter Hubertsz contra Cornelis Dircksz Pijsel [124]
31-1-1631
Steven Goertsz contra Roelof Thomasz [124]
7-3-1631
Roelof Thomasz contra Gielis Mathijsz te repliceren [124]
7-3-1631
Adriaen Thonisz contra Anthonis Willemsz Cloeting en Frans Dircksz om te bekennen of hun handtekening staat onder acte van borgtocht van 5-12-1630 [124]
7-3-1631
Wouter Aertsz van Wageningen contra Cornelis Dircksz Pijsel te antwoorden [124]
7-3-1631
Jan Jansz van Velen contra Steven Gerritsz lijndraaier [124]
7-3-1631
Thonis Willemsz Cloetingh [124]
7-3-1631
Jan Gerritsz contra Jan Lichthooft te antwoorden [124]
26-4-1631
Jacob Lambertsz van Bemmel als momber over de onmondige nagelaten kinderen van Jan Lambertsz van Bemmel x Johanna van Reede contra Jan Jansz van Velen om te bekennen of zijn handtekening staat onder zeeckere coopvoorwaarde van date 22-61629 [124]
2-5-1631
Mr Georgen Bos contra Jan Gerritsz. [124]
2-5-1631
Cornelis Hendricksz coster contra Steven Goertsz. Cornelis is procureur van het Barbara broederschap te Amerongen. Steven heeft gehuurd een zeecker hoofken gelegen inde nederstraet [124]
2-5-1631
Jan Egbertsz contra Roelof Thomasz om te bekennen of zijn handtekening staat int rekenboeck van Jan Jansz onder zeecker affrekeninge mitten eijser gehouden opden 4-1-1631. [124]
2-5-1631
Cornelis Jansz Ploeger contra Dirck Lambertsz om te bekennen of zijn handtekening staat onder zekere obligatie van 21-7-1629 [124]
4-5-1631
Mr Georgen Bosch contra Jan Gerritsz [124] 30
4-5-1631
Cornelis Hendricksz coster contra Steven Goertsz om te antwoorden [124]
4-6-1631
de huisvrouw van Aert Adriaensz vermits de inpotentie van haar man contra Jan Dircksz metselaer als geweest man en voogd van Maagje Cornelisdr om te bekennen of de obligatie bij zijn huisvrouw gepasseerd haar handtekening onder staat dd 10-2-1626 [124]
6-6-1631
Evertje Jans wed Aert Aertsz contra Aert Sebastiaensz om te bekennen zeker contract tussen Willemtgen Roelofs zijn overleden huisvrouw die voorheen wed was van Cornelis Breunisz ter eenre en Aert Aertsz de arrestantes zaliger man opgericht op 1-6-1621 [124]
6-6-1631
Jan Kruijff constitueert zich borg voor Geertgen Adriaensz tbv Cornelis Rijcksz molenaer ter somme van 150 gl [124]
13-6-1631
Wouter Hermansz int Reense Veen contra Judik wed Adriaen Jansz [124]
13-6-1631
de huisvrouw van Aert Adriaensz Samoreusschipper contra Jan Dircksz [124]
13-6-1631
de pachters vant veenslijck van kercke contra Hendrick Thonisz Boecken [124]
13-6-1631
Evert Jacobsz weerd inde xl garden contra Gijsbert Gijsbertsz [124]
13-6-1631
Hendrick Jansz van Wageningen contra Roelof Thomasz [124]
13-6-1631
Steven Cornelisz contra Gijsbert Gijsbertsz [124]
13-6-1631
Thonis Hendricksz Boecken verzoekt aan het gerecht dat twee uit hun college zullen worden gecommitteerd om de afbakening tussen het kerkeveen te zijn [124]
15-6-1631
Evert Cornelisz Slorp verklaart dat als hij het gerecht gedefameerd zou hebben en gezegd zou hebben dat ze allemaal schelmen waren, hij niet weet dit gesproken te hebben. Hij biedt zijn excuses aan. [124]
10-6-1631
Electie van schepenen Dirck Claesz de Vael gecontinueert, Hendrick Gerritsz van Velpen, Joost Cornelisz Wteweerdt, Herman van Holten. Nieuwe schepenen Gijsbert Gosensz, Steven Goertsz, Willem Aelbertsz en Jan Jansz van Velen. [124]
20-6-1631
Cornelis Dircksz Pijsel contra Laurents van Wielandt. [124]
27-6-1631
Hendrick Jansz van Wageningen contra Roelof Thomasz [124] 31
27-6-1631
Frans Dircksz contra Anthonis Cloetingh [124]
27-6-1631
kinderen en erfgenamen van Jan Gerritsz contra Jan Lichthoofd alsnog te antwoorden [124]
27-6-1631
Wouter Gerritsz contra Jan Hubertsz timmerman als eigenaar? vande erfenis van zijn za: broeder Thonis Hubertsz. [124]
27-6-1631
huisvrouw van Aert Adriaensz contra Jan Dircksz te repliceren [124]
27-6-1631
Hendrick Jansz van Wageningen drost contra Roelof Thomasz [124]
27-6-1631
Steven Cornelisz contra Gijsbert Gijsbertsz. Gijsbert gaat in beroep bij het Hof van Utrecht. [124]
11-7-1631
Jan Gijsbertsz contra Adriaen Woutersz. Hij concludeert ten fine den gedaagde zal worden gehouden hem eijser te indemneren vrij en schadeloos te houden aen Cornelis Goertsz brouwer in Veenendaal ter oorzake van een half vat bier. [124]
11-7-1631
kinderen en erfgenamen van Jan Gerritsz contra Jan Lichthooft. In state [124]
11-7-1631
Jan Dircksz metselaar te Amerongen contra Dirckgen Aert Adriaensen huisvrouw [124]
11-7-1631
Goertgen Jans bekent als resterende cooppenningen vanden huijsinge en hofstede bij haar van Bauw Gijsbertsz gecoft schudlich te zijn de somme van 100 gl. [124]
12-7-1631
Jan Egbertsz contra Adriaen Woutersz [124]
12-7-1631
Willem Adriaensz ruiter onder de compagnie van monsieur de la forte leggende in garnisoen binnen ’s Hertogenbosch contra Roelof Thomasz om te bekennen of zijn handtekening stat onder zekere afrekening van 28-1-1631 [124]
12-7-1631
Joris Jansz contra Willem Adriaensz timmerman [124]
12-9-1631
Peter Adriaensz x Aeltgen Cornelis contra Cornelis Aertsz Hardeman gearresteerde. [124]
12-9-1631
Hendrick Willemsz contra Roelof Thomasz [124]
12-9-1631
Hendrick Hendricksz contra Jacob Jansz en Jan Gerritsz kindermaker [124]
32
12-9-1631
Hendrick Jansz van Wageningen drost als momber over het onmondige kind van zijn zoon Gijsbert van Wageningen contra Anthonis Willemsz Cloetingh [124]
12-9-1631
Idem contra Adriaen Jan Gijsbertsz [124]
12-9-1631
Thonis Cornelisz Egast contra Elbert Jansz inde xl Garden [124]
12-9-1631
Cornelis Lambertsz, won. Cothen, contra Anthonis Willemsz Cloetingh [124]
12-9-1631
Cornelis Lambertsz, won. Cothen, contra Cornelis Cornelisz de jonge [124]
12-9-1631
Hendrick Jansz van Wageningen contra Roelof Thomasz [124]
12-9-1631
Dirck Claesz de Vael contra Crijntgen Engelien wed van Steven Adriaensz [124]
12-9-1631
’t Gerecht jnder saecke van Dirckgen Aerts eijser contra Jan Dircxen metselaer ged[aegde] Stellen dsaecke tot consultatie van rechtsgeleerden [124]
13-9-1631
Hendrick Willemsz contra Roelof Thomasz [124]
13-9-1631
Jan van Beeckum cleenkramer ende arrestant contra Claes Petersz van Ceulen gearresteerde. [124]
13-9-1631
In de zaak van Thonis Cornelisz Egast contra Elbert Jansz inde xl garden tgerecht gehoort de mondelinge verklaring van Claes van Ceulen concludeert de voorn Elbert Jansz 6 gl aen handen van de eiser op te leggen ende te betalen [124]
13-9-1631
Cornelis Lambertsz tot Cothen contra Anthonis Willemsz Cloetingh [124]
13-9-1631
Cornelis Lambertsz tot Cothen contra Cornelis Cornelisz de jonge [124]
13-9-1631
Roelof Adriaensz weert inde Swaen contra Jan Hermansz metselaer [124]
13-9-1631
Hendrick Jansz Wageningen contra Anthonis Cloetingh [124]
13-9-1631
Idem contra Arien Jan Gijsbertsz [124]
14-9-1631
Christiaan Mercelisz contra Roelof Thonisz [124]
14-9-1631
Hendrick Jansz van Wageningen drost en scholtus tot Amerongen contra Anthonis Willemsz Cloetingh [124] 33
14-9-1631
Idem contra Adriaen Jan Gijsbertsz [124]
14-9-1631
Cornelis Lambertsz contra Anthonis Willemsz Cloetingh [124]
14-9-1631
Aeltgen Joriensz wed van Joriaen Jansz en Peter Joriaensz contra Cornelis Aertsz Hardeman [124]
14-9-1631
Jan Jansz van Velen pachter vant gemael contra Gijsbert Gijsbertsz van Cleeff aenden Amerongense dijck [124]
10-10-1631 Roelof Dircksz rademaker contra Roelof Thomasz [124] 10-10-1631 Hendrick Jansz van Wageningen contra Roelof Thomasz [124] 10-10-1631 Jacob en Gijsbert Emmelrijcksen mitsgaders Cornelis Hermansz van Bemmel x Maegje Emmelrijks te samen ooms en dus naaste bloedvoogden en rechte mombers van vaderszijde over de onmondige nagelaten weeskinderen van Jan Emmelrijksz x Claesgen Jacobs willen ter redding van de boedel een curator aanstellen. Vermits de indispositie van de secretaris stelt het gerecht diens zoon, Jan Verweij, aan als curator en administrateur. [124] 10-10-1631 Anna Peters en Jannigje Robberts compareren ten verzoeke van Cornelis Roelofsz dat zij hebben gehoord de ruzie tussen Cornelis Roelofsz en Cornelis Jansz de jonge. Zij leggen getuigenverklaring af [124] 10-10-1631 Cornelis Roelofsz contra mr. Cornelis de jonge [124] 10-10-1631 Roelof Thomasz contra Walraven Cornelisz gearresteerde [124] 24-10-1631 Anthonis Aertsz contra Cornelis Dircksz Pijsel [124] 24-10-1631 Johan Verweij als gestelde curator over de boedel en goederen van Jan Emmelrijcksz x Claesgen Jacobs contra Thonis Gijsbertsz. [124] 1-11-1631
Roelof Dircksz rademaker heeft verkocht aan Jan Huijbertsz timmerman tot Amerongen een ackertgen englants gelegen inde Amerongse eng achter de huizinge en hofstede vanden voorn Roelof Dircksz groot 4 hont [124]
7-11-1631
Jan Verweij als administrateur vande boedel van Prattenburg contra Herman van Holten. Hij eist betaling van 88 gl als reste van coop vant veenslijck [124]
7-11-1631
Roelof Thomasz contra Walraven Cornelisz [124]
7-11-1631
Anthonis Aertsz contra Cornelis Dircksz Pijsel [124] 34
7-11-1631
Peter Joriaensz, won. aan de Dwarsweg, bekent schuldig te zijn aan Aart Jansz Imminkhuizen vijfftalff mudden boeckweijts wterse maet [124]
21-11-1631 Roelof Thomasz contra Walraven Cornelisz [124] 21-11-1631 Erfgenamen van Jacob Willemsz van Prattenburg contra Joost Vastrick [124] 21-11-1631 Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Johan Quint voor hemzelf en als momber over zijn twee zusters tezamen erfgenamen van Marrigje Cornelisdr wed Jacob van Prattenburg [124] 21-11-1631 Idem als trecht bij transport hebbende van de kinderen en erfgenamen van Jan van Amerongen en Gerrit van Dompselaer contra Cornelis Cornelisz Prattenburg en Claes Cornelisz Pluck [124] 21-11-1631 Drost contra Roelof Thomasz c.s. Drost gaat in beroep bij het Hof van Utrecht. [124] 1-12-1631
Hendrick Jansz van Wageningen, drost en scholtus voor hemzelf en als oom en momber over het onmondige kind van Cornelis Grritsz contra Hendrick Gerritsz van Velpen. Hij eist betaling van 5 jaren weij pachten ofte schaepweijde vanden egelmeer. Hendrick zegt in 1627 al afgerekend te hebben met de weduwe van Peter Vastrick [124]
1-12-1631
Cornelis Cornelisz Prattenburg en Johan Quint contra Roelof Thomasz. Hij moet zijn rente over een hypotheek van 250 nog betalen. [124]
1-12-1631
Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Roelof Thomasz. Cornelis heeft hem 10 gl geleend voor de pander Weerdenburg. Dat geld moet terug betaald worden. En nog twee andere kwesties over drinckschuldt en landpacht. [124]
1-12-1631
Hendrick Jansz van Wageningen contra Steven Geurtsz. Hij versochte wtinge vant appnt den 6e october 1629 Jn udius geladen [124]
19-12-1631 Cornelis Cornelisz Prattenburg c.s. contra Roelof Thomasz. [124] 19-12-1631 Idem en Claes Cornelisz Pluck contra Roelof Thomasz [124] 19-12-1631 Idem en de gezamenlijke erfgenamen van Jacob Willemsz Prattenburg en Joost Vastrick contra Roelof Thomasz [124] 16-1-1632
Jan Cornelisz als speciale gemachtigde van zijn moeder contra Gerrit Hendricksz als man en voogd van Aertgen Quint voorheen wed Jan Quint. Hij eist betaling van 31-10 als reste van een obligatie van meerder somme [124] 35
16-1-1632
Evert Jansz won inde xl garden contra Jan Hilbrantsz. Hij eist 22 gl ter cause van weijgelt [124]
16-1-1632
Idem contra Gijsbert Jansz wtenweerdt. Hij eist 11-10 ter cause van verteerde costen tsijnen huyse [124]
16-1-1632
Peter Joriaensz voor hemzelf en vanwege zijn moeder contra Cornelis Aertsz Hardeman om te bekennen of zijn handtekening staat onder koopcedulle van 20-3-1630 [124]
16-1-1632
Aert Gerritsz Cramer contra Cornelis Dircksz Pijssel. Hij eist 33-13 ter cause van gehaelde ende geleuerde waren [124]
16-1-1632
Sander Cornelisz contra Gerrit Aertsz tot Scherpenzeel, gearresteerde. [124]
16-1-1632
Rijck Hendricksz contra Steven Geurtsz. Hij eist 56 gl omdat hij voor Steven int leger is geweest. [124]
16-1-1632
Roelof Thomasz contra Cornelis Jansz Quint tot Nederengh. [124]
16-1-1632
Gerecht doet uitspraak in kwestie tussen Roelof Thomasz en de erfgenamen van Prattenburg en Joost Vastrick. [124]
17-1-1632
Elbert Jansz inde xl Garden contra Jan Hilbrantsz. [124]
17-1-1632
Jan Jansz van Veelen contra Cornelis Jacobsz. Hij eist 4-5 ter cause van gehaelde bieren ende gedroncken gelagen [124]
17-1-1632
Idem contra Willem Aertsz. Hij eist 3-3 ter cause als uts [124]
9-1-1632
Cornelis Aertsz Hardeman contra Peter Joriaensz. Antwoord [124]
9-1-1632
Roelof Thomasz contra Cornelis Jansz Quint. [124]
18-1-1632
wed van Jan Aelbertsz van Velpen, won. in Overlangbroek contra Roelof Thomasz. Zij eist 48 gl ter cause van gehaelde ende geleverde boongarien? [124]
18-1-1632
Cornelis Roelofsz contra Splinter Huijbertsz. Hij eist 6-9 van het setcoopen vant huijs [124]
18-1-1632
Jan Jansz van Veelen contra Cornelis Jansz d’Jongh. Hij eist 59-1-8 ter cause van gehaelde bieren ende gedroncken gelagen [124]
18-1-1632
Idem contra Jan Gerritsz Wacker. Hij eist 2-11-8 alles uts [124]
18-1-1632
Idem contra Cornelis Roelofsz Hij eist 16-16 als uts [124] 36
18-1-1632
Idem contra wed van Willem Adriaensz. Hij tot betalinge van 32 gulden als uts [124]
18-1-1632
Idem contra Anthonis Willemsz Cloetingh. Hij eist 5-15 als uts [124]
18-1-1632
Jan Jansz van Velen contra Steven Geurtsz. Hij eist 66-4-8 als uts [124]
18-1-1632
wed Huijbert Jansz contra wed Cors Geurtsz. Zij versochte dat de gedaagde geordonneert sall worden om te liquideren [124]
18-1-1632
Idem? contra Gerrit Jansz. Tot betaling van twe scharen weijen [124]
30-1-1632
Jan Jansz van Veelen contra Cornelis Jacobsz. Hij eist 4-5 [124]
30-1-1632
Idem contra Cornelis Jansz de Jongh. Hij eist 59-7-8 ter cause van bieren en gehaalde waren [124]
30-1-1632
Idem contra Anthonis Willemsz Cloetingh. Hij eist 5-15-8 ter cause van drinckschult als andersints [124]
30-1-1632
Jan Jansz van Velen contra Steven Geurtsz. Hij eist 66-4-8 ter cause van gedroncken bieren ende andere waren [124]
30-1-1632
Idem contra wed Willem Adriaensz Timmerman. Hij eist 32 gl ter cause als uts. Roelof Thomasz voor sijn eijsers copije [124]
30-1-1632
Jan Verweij als gestelde curator over de boedel van za. Willem Aerntsz van Zulen contra juffr. Zoet van Stoutenborch. Hij wil van haar een bed en andere mobile goederen als de kinderen vanden voorn van haar in bewaring hebben gedaan op pene van gijselinge. [124]
16-4-1632
Jan Bastiaensz de Cruijff contra Jan Hilbrantsz. Jn state [124]
16-4-1632
Steven Geurtsz contra Gerrigje Jans wed Jan Geurtsz. Hij eist 50 gl volgens accoord van een peert [124]
16-4-1632
Willem Cornelisz contra mr. Cornelis de Jongh. Hij eist 12-7-8 ter cause als reste van een veth beest [124]
16-4-1632
Roelof Thomasz contra Cornelis Jansz Quint. [124]
16-4-1632
Idem contra Cornelis Cornelisz Prattenburg en Claes Cornelisz Pluck. [124]
16-4-1632
Idem contra Cornelis Prattenburg en Johan Quint [124]
16-4-1632
Aert Jansz Smith en Gerrit Cornelisz timmerman mitsgaders Hugo Verweij c.s. contra mr. Peter Hilbrantsz gearresteerde. Zij eisen 716-1 ter cause van geleverde materialen [124] 37
16-4-1632
Evert Jansz inde xl Garden contra Jan Gerritsz Wacker. Hij eist 6-4 als reste van coop van een voe? [124]
16-4-1632
Hendrick Joachimsz den Kenk contra Cornelis Dircksz Pijssel. Hij eist 315-0 ter cause van geleverde bombasijnen [124]
16-4-1632
Cornelis Roelofsz schoenmaker contra Splinter Huijbertsz. [124]
17-4-1632
Willem Cornelisz, won. Scherpenzeel, contra mr. Cornelis de Jonge [124]
30-4-1632
Roelof Thomasz contra Cornelis Quint. Jn state [124]
30-4-1632
Idem contra Cornelis Cornelisz Prattenburg en Claes Cornelisz Pluck. [124]
30-4-1632
Idem contra Cornelis Prattenburg en Johan Quint [124]
30-4-1632
Jan Quint contra Cornelis Dircksz Pijssel. [124]
30-4-1632
Jan Jansz van Veelen contra Steven Geurtsz. Hij eist alsnog betaling van de gezegde penningen [124]
30-4-1632
Steven Geurtsz contra Gerrigje wed Jan Geurtsz. [124]
30-4-1632
Sander Cornelisz won Ginkel en wed Jannigje Gerrits za: contra Gerrit Gerritsz als momber over de onmondige kinderen van zijn vsz overleden huisvrouw mitsgaders Gerrit Sandersz. [124]
9-5-1632
Cornelis Hendricksz coster tot Amerongen en Jacob van Sonberch luitenant vande lantdrost hebben gekocht van Hendrick Jansz van Wageningen, drost tot Amerongen, 12 voeders turf, die Hendrik deze zomer opt veen genaempt den Hoomoet heeft gegraven [124]
16-6-1632
Jan Florisz Nijpoordt, oud-burgemeester te Utrecht als cessie van actie vercregen hebbende vande wed van za: Willem Dircksz d’boer contra Evert Cornelisz alias Slorp. Hij eist 16-4-4 ter goedere rekening ter cause van gehaelde waren [124]
16-6-1632
Idem contra Hendrick Jansz van Wageningen als erfgenaam van de nagelaten kinderen van Gijsbert Hendricksz. Hij eist 26-6-3 ter cause uts [124]
16-6-1632
Idem contra Hendrick Jacobsz aende dwarsweg. Hij eist 22-9 ter cause als uts [124]
38
16-6-1632
Idem contra Hendrick Jansz van Wageningen als momber over de dochter van Heijltgen Cornelis Gerritsz. Hij eist 7 gl ter cause als voren [124]
16-6-1632
Idem contra Gerrit Jansz Kabel. Hij eist 15-5-4 ter cause als uts [124]
16-6-1632
Idem contra Gerrit Coenen. Hij eist 8-5 uts [124]
16-6-1632
Idem contra Jan Bastiaensz. Hij eist 10-16-8 uts [124]
16-6-1632
Idem contra Herman van Holten. Hij eist 29-15-8 uts [124]
16-6-1632
Jan Florisz Nijpoordt, oud-burgemeester te Utrecht als cessie van actie vercregen hebbende vande wed van za: Willem Dircksz d’boer contra Gielis Mathijs schoolmeester. Hij eist 403 gl uts [124]
16-6-1632
Idem contra Aeltgen de dochter vanden hogen Thonis. Hij eist 11-2 uts [124]
16-6-1632
Idem contra Hendrick Cornelisz van Wageningen. Hij eist 566-10 uts [124]
16-6-1632
Idem contra Jan Quint. Hij eist 72-6-10 wesende t’derde paert van 217 gl van affghereeckende schuldt ter cuase van geleverde waren die den gedaagde voor Henrick Jacobsz Quint zijn vader beloofft heeft te betalen. [124]
16-6-1632
Idem contra Thonis Hendricksz Boecken. Hij eist 23-14 uts [124]
16-6-1632
Idem contra wed Adriaen Crijnen. Hij eist 15-11 uts [124]
16-6-1632
Idem contra Cors Cornelisz Waersman van mijn heer Asch van Wijck. Hij eist 102-18-12 uts [124]
16-6-1632
Idem contra wed Cornelis Jansz Kabel. Hij eist 11-11 uts [124]
16-6-1632
Idem contra Cornelis Jansz half Seijst. Hij eist 11-11 uts [124]
16-6-1632
Idem contra Gerrigje Adriaensz. Hij eist 56-14-8 en 28-14 die zij voor haer broeder ter caues voorsz heeft beloofd te betalen. [124]
16-6-1632
Idem contra wed Crijn Francken inde Ginkel. [124]
16-6-1632
Idem contra wed Jan Damen. Hij eist 25-12 uts [124]
16-6-1632
Idem contra Gerrigje wed Jan Goorten [124]
16-6-1632
Idem contra Crijn Cabelen. Hij eist 8-7 uts [124]
39
16-6-1632
Idem contra Huijch Wouter Philipsz als erfgenaam van Marigje Wouter Philipsz zijn moeder. Hij eist 17 gl uts [124]
16-6-1632
Idem contra Peter Jansz Wever. Hij eist 83-4 uts [124]
16-6-1632
Idem contra Sander Wulven. Hij eist 8-2 uts [124]
16-6-1632
Jan Florisz Nijpoordt, oud-burgemeester te Utrecht als cessie van actie vercregen hebbende vande wed van za: Willem Dircksz d’boer contra Steven Geurtsz. Hij eist 65-14-12 uts [124]
16-6-1632
Jan Florisz Nijpoordt, oud-burgemeester van Utrecht als cessie van actie vercregen hebbende vande wed van za: Willem Dircksz d’boer contra Jan Gerritsz Kindermaker en Gerrit Jansz Kabel als momber over Wouter Jansz Kabels erfgenamen. Hij eist 39-3 uts [124]
16-6-1632
Idem contra Willem den Ijseren. Hij eist 15-5 uts [124]
16-6-1632
Hugo Verweij contra Willem Aalbertsz om te bekennen of zijn handtekening staat onder coopcedulle. [124]
16-6-1632
Adriaen Cornelisz contra Jan Jansz, won. aen de Haar en Thomasz Jansz int Reenseveen en Jan Jansz, won. Amersfoort. [124]
16-6-1632
Wouter Woutersz sameroesschipper contra Roelof Thomasz om te bekennen of zijn handtekening staat onder hanteijcken van 15-5-1631. [124]
16-6-1632
Roelof Thomasz contra Cornelis Cornelisz Prattenburg c.s. [124]
16-6-1632
Idem contra Cornelis Quint om te antwoorden. [124]
16-6-1632
Gerrit Cornelisz contra Cornelis Dircksz Pijssel. Hij eist 30 gl [124]
16-6-1632
Cornelis Jansz contra Jacob Lambertsz van Bemmel. [124]
16-6-1632
Cornelis Dircksz Pijssel contra Laurents van Wielandt om te bekennen of zijn handtekening staat onder coopcedulle van 11-11-1630. [124]
12-6-1632
Thonisgen Aelts contra Peter Joriaensz om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie 18-4-1631. [124]
12-6-1632
Jacob Lambertsz contra Cornelis Jansz Quint Seijde van zijn Quinte dochter nijet anders te weten als eer ende doecht, ende tgene daer van anders nageseijt wordt hem nijet aen te gaen Ende mit t’gene vsz is v[er]clarende int tgene vsz staet te moeten volstaen. [124]
12-6-1632
Roelof Thomasz verklaart alzo Cornelis Cornelisz en Herman van Holten als borgen voor hem alreeds zijn geëxecuteerd ter somme van 40
430-13-4 die hij aen Jan Verweij als directeur vande boedel van Jan Wolphertsz zullen moeten opleggen en betalen, zo is het dat hij comparant tot vrijinge vande voorsz borgtocht en vergoeden seijde te consenteren dat Herman van Holten en Cornelis Cornelisz zullen mogen verkopen etc. [124] 12-6-1632
Sijmon de Bondt als administrateur vande boedel en verkochte goederen van Aerdt Sebastiaensz contra Roelof Thomasz om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie van 1-6-1632. [124]
12-6-1632
Roelof Adriaensz en Catharina huisvrouw van Peter Jansz Wever ten verzoeke van Jacob Lambertsz dat zij onlangs gezien hebben dat Jacob van het dorp Amerongen kwam en zijnde bij ofte omtrent de woning van Hendrick Jansz dat hij daar Cornelis Jansz Quint tegen kwam die hem uitnodigde te gaan drinken. Zij hebben niet gehoord dat er ruzie was. [124]
25-6-1632
Hendrick Jansz van Wageningen contra Gerrigje wed Jan Goertsz. Hij eist 15 gl [124]
25-6-1632
Adriaen Cornelisz contra Jan Jansz, won. op de Haar onder Woudenberg, Thomas won int Reense Veen en Jan Jansz won Amersfoort, erfgenamen van Anthonis Jansz hun broeder. [124]
25-6-1632
Jan Florisz Nijpoort contra Evert Cornelisz Slorp. [124]
25-6-1632
Idem contra Cornelis Jansz alias Halff Seijst. [124]
25-6-1632
Jan Florisz Nijpoort contra wed Jan Damen. [124]
25-6-1632
Jan Florisz Nijpoort contra Steven Goertsz [124]
25-6-1632
Aeltgen wed Lubbert Gerritsz contra Heijltgen huisvrouw van Andries [124]
9-7-1632
Jan Jansz en Thomas Jansz en Jan Jansz contra Adriaen Cornelisz, won. Amerongen. [124]
9-7-1632
Hendrick Jansz van Wageningen contra Gerrigje wed Jan Goertsz. [124]
9-7-1632
Gerrit Cornelisz contra Cornelis Dircksz Pijsel [124]
9-7-1632
Roelof Thomasz contra Cornelis Cornelisz Prattenburg dispositijff te nemen. [124]
9-7-1632
Idem contra Cornelis Quint te antwoorden. [124] 41
17-7-1632
Voor het gerecht Rhenen verschijnt Trijntje Jans wed Peter Keer. Zij constitueert Hendrick Adriaensz de Coninck deurwaarder alhier om penningen te ontvangen die zij te goed heeft van Adriaen Aelbertsz gewezen rademaker te Amerongen [124]
23-7-1632
Cornelis Dircksz Pijsel contra Louwerents van Wijelandt [124]
23-7-1632
Roelof Thomasz contra Cornelis Cornelisz Prattenburg [124]
23-7-1632
Idem contra Cornelis Jansz Quint. [124]
23-7-1632
Cornelis Dircksz Pijsel contra Lauwerents van Wijelandt. Lang verhaal. [124]
23-7-1632
Evert Hendricksz voor hemzelf en namens Herman van Strijcamer contra Jan Jansz van Velen. [124]
17-9-1632
Anthonis Cornelisz Raep contra Peter Joriaensz. Hij eist 44-15 ter goeder reeckening [124]
17-9-1632
Adriaen Cornelisz Nijman contra erfgenamen Thonis Jansz [124]
17-9-1632
Hendrick Jansz van Wageningen contra Cornelis Dircksz Pijssel [124]
17-9-1632
Cornelis Cornelisz Hoorn de jonge contra Thonis Elbertsz. [124]
17-9-1632
Harmen van Holten contra Gerrit Cornelisz Timmerman. Hij eist 3-10 ter cause van geleverde torven. [124]
17-9-1632
Anthonis Cornelisz Raep contra Roelof Thomasz. Hij eist 12 dachwercken slijcx en 3 roeden die de gedaagde uit des eisers veen genaamt het Cijffveen gegraven heeft. [124]
17-9-1632
Roelof Thomasz contra Cuijntgen Corsz. Hij eist 2-10 ter cause van een voeder torff [124]
18-9-1632
Roelof Thomasz contra Cuijntgen wed Cors Goersz. [124]
18-9-1632
Cornelis Cornelisz jongen hoorn contra Thonis Elbertsz [124]
19-9-1632
Jan Jansz van Veelen [124]
1-10-1632
Robbert Jansz tot Doorn contra Hendrick Jansz van Wageningen. [124]
2-10-1632
De drost van wege Adriaen Cornelisz contra erfgenamen van Thonis Jansz. [124]
15-10-1632 erfgenamen van Anthonis Jansz contra Adriaen Cornelisz Nijman [124] 15-10-1632 Gerrit Cornelisz timmerman contra Goossen Gerritsz. [124] 42
15-10-1632 Robbert Jansz tot Doorn contra Hendrick Jansz van Wageningen drost om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie van 7-81630. [124] 25-10-1632 Georgen Hermansz contra Roelof Thomasz om te bekennen of zijn handtekening staat in het schuldboek van de eiser. [124] 29-10-1632 Roelof Thomasz contra Cornelis Cornelisz Prattenburg c.s. Heel verhaal. [124] 12-11-1632 Cornelis Dircksz Pijssel contra Gerrit Cornelisz. [124] 12-11-1632 Idem contra Herman Thonisz. [124] 12-11-1632 Cornelis Cornelisz contra Roelof Thomasz. [124] 12-11-1632 Steven Goertsz van Amerongen contra Roelof Adriaensz weert ende herbargier inde Swaen. [124] 17-11-1632 T gerecht gehoort hebbende de mondelinge questie tusschen Cornelis Dircxen Pijsel ende Jan van Lockhorst gevallen over die buijting van partijen peerden [124] 26-11-1632 Roelof Thomasz contra Cornelis Quint. De eiser blijft bij zijn eis. De huisvrouw van Cornelis was 1/8 erfgenaam van Gerrit van Harn [124] 26-11-1632 Idem contra Cornelis Cornelisz Prattenburg. [124] 26-11-1632 Jan Hendricksz Quint contra Hans Petersz. [124] 26-11-1632 Cornelis Dircksz Pijsel contra Gerrit Cornelisz [124] 26-11-1632 Hendrick Adriaensz gerechtsbode van Rhenen als ? van Peter Keer contra wed Adriaen Aelbertsz. [124] 26-11-1632 Cornelis Dircksz Pijsel vanwege zijn zoon Jan Cornelisz contra Gerrit Cornelisz timmerman. Hij eist 5 gl ter cause van coop van bijen [124] 26-11-1632 Hendrick Jansz van Wageningen drost consenteert inde conclusie van Robbert Jansz verzoekende terminien jurien drie maanden. [124] 7-12-1632
Peter Fredericksen van Dulcken constitueert zich borg voor Hendrick Jansz van Wageningen. [124]
26-11-1632 Roelof Thomasz contra Cornelis Cornelisz Prattenburg. [124] 26-11-1632 Gerrit Cornelisz contra Goosen Gerritsz. [124] 26-11-1632 Steven Goertsz contra Roelof Adriaensz. [124] 43
26-11-1632 Cornelis Jansz de Kruijff, won. Overlangbroek, als momber over het onmondige kind van Reijer Thonisz transporteert tbv Thijman Willemsz een ackertje englants [124] 26-11-1632 Jan Verweij gemachtigde van de erfgenamen van Prattenburg transporteert tbv Herman Thonisz de camp lants bij Prattenburg achtergelaten. [124] 5-12-1632
Roelof Thomasz contra Cornelis Quint. [124]
5-12-1632
Idem contra Cornelis Prattenburg te dienen van inventaris. [124]
4-1-1633
Jan Jansz van Velen contra Anthonis Pelgromsz van Velpen. Hij eist 6 gl wt zaecke van v[er]teerde costen ende gedroncken bieren ten huijse vanden eijser gedaen ende gevallen [124]
4-1-1633
Electie van schepenen: Hendrick Gerritsz van Velpen, Joost Cornelisz Wteweerdt, Jan Jansz van Velen, Willem Aelbertsz, Cornelis Hendricksz Coster, Jan Hubertsz, Cornelis Gijsbertsz, Thonis Cornelisz van Broeckhuijsen. Op 14-1-1633 hebben Jan Hubertsz en Cornelis Gijsbertsz de eed gedaan. [124]
7-1-1633
Cornelis Evertsz soldaet onder de compagnie van de heer van Dorth leggende in garnisoen binnen ’s Hertogenbosch als getrouwd met de wed van Augustijn Hendricksz contra Hendrick Jansz van Wageningen, drost, om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie van 95-1610. [124]
15-1-1633
Steven Goertsz contra Gerrit Jansz Kabel. [124]
15-1-1633
Hans Petersz contra Evert Jansz [124]
15-1-1633
Evert Mom contra wed Lubbert Gerritsz. [124]
15-1-1633
Hendrick Jansz van Wageningen contra Cornelis Hendricksz coster [124]
15-1-1633
Evert Jansz inde xl garden belooft Cornelis Dircksen Pijsel aenden Capitule van St Pieter te Utrecht te vrijen vande een helfte vanden pacht ofte cooppenn vande thient bij hem Pijsel vande voorsz Capitule gepacht genoemt vuijlenbras [124]
15-1-1633
Evert Jansz inde xl garden contra Herman van Holten. [124]
15-1-1633
Steven Goertsz contra Roelof Adriaensz. [124]
15-1-1633
Roelof Thomasz contra Cornelis Quint [124] 44
15-1-1633
Idem contra Cornelis Cornelisz Prattenburg [124]
16-1-1633
Steven Goertsz contra Gerrit Jansz Kabel. [124]
16-1-1633
Evert Jansz inde xl Garden contra Herman van Holten. [124]
16-1-1633
Claes Centen van Dijck en Gijsbert Hendricksz als erfgenaam van Vincent van Dijck hun vader overleden vader en grootvader resp. contra Adriaen Woutersz x Marrichje Wouters die voorheen wed was van Hubert Quint om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie van 19-9-1618. [124]
16-1-1633
Jan Sebastiaensz als man en voogd van zijn vrouw en als het recht hebbende van het onmondige kind van Gerrit Mathijsz zijn huisvrouwen broeder contra Cornelis Jansz de jonge om te bekennen of zijn handtekening staat onder coopcedulle van 17-2-1620. [124]
16-1-1633 [124]
Hendrick Jansz van Wageningen contra Anthonis Willemsz Cloetingh
16-1-1633
Wouter Aertsz van Wageningen contra Cornelis Dircksz Pijsel [124]
16-1-1633
Adriaen Woutersz namens zijn vrouw contra Jan Quint. Hij concludeert ten fine de gedaagde gecondemneerd zal worden hem te vrijen en garanderen van de erfgenamen van za: Vincent van Dijck ter somme van 50 gl wesende de helft van 100 gl daer den eijser op huijden voor desen gerechte is voor aengesproken ende die hij als hem te lote gevallen zijnde te lasten inde deling van de boedel bij za: Hubert Quint nagelaten schuldig en gehouden is te betalen. [124]
19-1-1633
Steven Geurtsz contra Roelof Adriaensz. [124]
19-1-1633
Idem contra Gerrit Jansz Kabel. [124]
19-1-1633
Hans Petersz Vlamingh contra Evert Jansz weert in de xl garden [124]
19-1-1633
Evert Mom contra Aeltgen wed Lubbert Gerritsz. Hij eist 3-15 ter cause ende als rest van mr loon aendes gedaegdes peerdt verdient. [124]
19-1-1633
Hendrick Jansz van Wageningen contra Cornelis Hendricksz coster om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie van 12-8-1631. [124]
19-1-1633
Steven Gerritsz Lijndraaier contra Thonis Willemsz Cloetingh [124]
19-1-1633
Marcelis Gerritsz van Steenbeek als gemachtigde van zijn broeder Jan Gerritsz van Steenbeeck contra Willem Thonisz x Hendrickge Willems van Wageningen die voorheen wed was van Goosen van Wijck, om te 45
bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie van 30-5-1615 en 4-1-1616. [124] 19-1-1633
Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Roelof Thomasz. [124]
19-1-1633
Roelof Thomasz contra Cornelis Quint. [124]
28-1-1633
Roelof Thomasz contra Cornelis Dircksz Pijsel. Hij eist 3-7-10 ter goeder rek[ening] wt zaecke van boeckschult cum expen[sis] [124]
28-1-1633
Idem contra Cornelis Jansz Quint. Dupliek [124]
28-1-1633
idem contra Cornelis Prattenburg c.s. [124]
28-1-1633
De drost als borg voor Dirck van Deventer nopende de 18 gl van coop vant paerdt [124]
28-1-1633
Adriaen Woutersz als man van zijn vrouw contra Jan Quint [124]
5-2-1633
Cornelis Stevensz soldaet onder de compagnie van de heer van Everth contra Hendrick Jansz van Wageningen [124]
11-2-1633
Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Roelof Thomasz [124]
25-2-1633
Steven Gerritsz en Petersz Jelisz als man van zijn vrouw contra Johan Verweij als administrateur van de nagelaten boedel van Gerrit Willemsz. [124]
25-2-1633
Jacob Jansz contra Corstiaen Cornelisz als principael en Herman van Holten als borg om te bekennen of zijn handtekening staat onder coopcedulle van 8-2-1612. [124]
11-3-1633
Jan Jansz van Velen contra Jan Verweij als borg voor Anthonis Pelgromsz tot Doorn. Hij eist 6 gl [124]
26-3-1633
Herman Goertsz contra Jan Gerritsz op Nieuw-Amerongen. Hij eist betaling van mr.loon twelck hij eijser zal moeten beloven aenden chirurgijn mr Dirck tot Scherpenzeel vande kwetsuur bij de gedaagde aan hem en zijn zoontje gedaan [124]
26-3-1633
Hendrick Jansz van Wageningen als een mede-erfgenaam van zijn overleden huisvrouw van za: Gerrit van Harn in zijn leven drost tot Amerongen ende mitsdijen dschult in eijsch verhaelt tot zijne last genomen hebben[de], om te bekennen of zijn handtekening staat onder zeker contract nopens de erfdeling tussen de gezamenlijke kinderen van van Harn opgericht 23-2-1613 waarvan copie autentijcq [124]
46
26-3-1633
Cornelis Dircksz Pijsel contra Jan Quint als een mede-erfgenaam van zijn vader Hendrik Quint. [124]
26-3-1633
Cornelis Cornelisz contra Roelof Thomasz [124]
26-3-1633
Cornelis Dircksz Pijsel contra Jan Jansz van Lokhorst. Hij eist 7 gl ter cause van beloofde penn bij zijn eijsers paerdt verdient in zijn gedaagdes aengenomen legerdienst [124]
1-4-1633
Jan de Kemp Aelbertsz tot Maurik contra Geurt Jorisz. [124]
5-4-1633
Hendrick Jochemsz contra Hendrick Jansz van Wageningen. [124]
5-4-1633
Idem vanwege Jan Joriaensz wt crachte van procuratie voorden voorn drost blijckens bij zijn handt [124]
8-4-1633
Herman Goertsz contra Jan Gerritsz [124]
8-4-1633
Cornelis Dircksz Pijsel contra Jan Quint [124]
8-4-1633
Peter Jelisz als man en voogd van zijn vrouw en Steven Gerritsz als vader en voogd van zijn onmondige kind geprocreëerd bij Cuijntje Hendricksz contra Gijsbert Cornelisz als mede-momber vant onmondige kind van Gerrit Willemsz x Toentgen Cornelis. [124]
20-5-1633
De drost contra Steven Goertsz. [124]
20-5-1633
Idem contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124]
20-5-1633
Idem contra Jan Gijsbertsz [124]
20-5-1633
Herman Goertsz contra Jan Gerritsz [124]
20-5-1633
Jan Gerritsz contrta Herman Goertsz [124]
20-5-1633
de drost contra Thonis Cloetingh [124]
20-5-1633
Peter Jelisz en Steven Gerritsz Lijndraaier contra Gijsbert Cornelisz en Jacob Claesz mombers over het onmondige kind van Gerrit Willemsz. Jan Wolphertsz was een broer van Cornelis Wolphertsz. [124]
20-5-1633
Cornelis Hendricksz coster contra Anthonis Hendricksz Boecken [124]
20-5-1633
Bauw Gijsbertsz contra Gerrit Hendricksz. [124]
1-6-1633
Roelof Dircksz als man van zijn vrouw contra de gezamenlijke erfgenamen van Anthonis Hendricksz Hartoch. [124]
3-6-1633
Jan Gerritsz contra Herman Goertsz te repliceren [124] 47
3-6-1633
De drost contra Steven Goertsz [124]
3-6-1633
Idem contra Herman van Holten [124]
9-6-1633
Gerrit Aertsz tot Scherpenzeel attesteert dat Anthonis Hendricksz Boecken een jaar geleden bij Gerrit in huis samen met Cornelis Hendricksz coster te Amerongen is geweest. Zij hebben onenigheid gehad over een stuk veenslijk. [124]
?-6-1633
Cornelis Hendricksz coster contra Anthonis Hendricksz Boecken repliceren [124]
24-6-1633
Cornelis Lambertsz, won. Soelen, contra Jan Gerritsz [124]
24-6-1633
Herman Geurtsz contra Jan Gerritsz [124]
24-6-1633
Cornelis Jansz Quint contra Hans Petersz [124]
24-6-1633
Roelof Thomasz contra Hendrick Jansz van Wageningen drost. [124]
24-6-1633
Idem contra Roelof Hendricksz won Bommel en Goiert Thonisz tot Culemburg. [124]
24-6-1633
Willem Aelbertsz constitueert voor Jan Gerritsz en Harmtje Geurtsz [124]
24-6-1633
Roelof Thomasz contra Cors Cornelisz [124]
25-6-1633
Steven Geurtsz contra Hendrick Jansz van Wageningen. [124]
25-6-1633
Cornelis Cornelisz contra Roelof Thomasz [124]
25-6-1633
Cornelis Dircksz Pijsel contra Jan Hendricksz Quint [124]
25-6-1633
Joriphaes Dircksz tot Rhenen contra Splinter Huijbertsz om te bekennen of zijn handtekening staat afrekening dd 15-1-1633. [124]
25-6-1633
Jan Gerritsz contra Herman Geurtsz [124]
26-6-1633
Claes van Wijck contra Jan Woutersz Cabell [124]
26-6-1633
Steven Geurtsz van Amerongen contra Hendrick Jansz van Wageningen. Hij eist 3-11 ter cause vern v[er]teringe ende offgesproocken gelagen [124]
26-6-1633
Cornelis Dircksz Pijsell contra Jan Jacobsz Quint [124]
8-7-1633
Steven Geurtsz van Amerongen contra Harmen Jansz Buijs. Hij eist 6 gl ter cause van v[er]teerde costen ende gedroncken gelagen [124] 48
8-7-1633
Cornelis Dircksz Pijsel contra Jan Hendricksz Quint. Repliek [124]
8-7-1633
Herman van Holten als volmachtiger van Dirck van Holten sijnen soon contra Anthonis Cornelisz Raep. Hij versochte decretement opt gedane arrest. Concludeert voorts tot betaling van 150 gl [124]
8-7-1633
Jan Jansz van Veelen contra Jannigje Cornelisdr wed Gijsbert Jan Gerritsz. Hij eist 11 gl van bereekende schult Jtem noch 40 gl van verteerde costen bij des gedaagdes vader met een thiendenaers v[er]teert ende bij denselven offgesproocken ende noch vijer gulden van een veth lam vanden predicant [124]
8-7-1633
Roelof Thomasz contra Roelof Hendricksz en Govert Thonisz. [124]
22-7-1633
Idem contra Idem. [124]
22-7-1633
Jan Gerritsz contra Harmen Geurtsz. [124]
2-9-1633
Evert Jansz weert in de xl Garden contra Hubert Cornelisz. Hij eist betaling of vergoeding van 24 of zoveel min of meer als bij mijn E Heren vande Gerechte bij estimatie bevonden zall worden de eijser te competeren vande schade die hij heeft geleden in zijn koorn [124]
3-9-1633
Hubert Cornelisz contra jonker Dirck vander Does. Hij eist dat Dirck hem schadeloos zal houden van de schuld die Hubert heeft bij Evert Jansz weerd in de xl Garden. [124]
4-9-1633
Idem contra idem [124]
7-9-1633
Peter Joriaansz contra Herman van Holten [124]
9-9-1633
Hendrick Jansz van Wageningen, drost, contra Herman van Holten. Hij eist 350 gl zoals in de presentatie vermeld. [124]
9-9-1633
Roelof Thomasz contra Cors Cornelisz. Hij eist 20-11-8 ter cause als in sijn specificatie [124]
9-9-1633
Roelof Thomasz contra Hendrick Jansz van Wageningen, drost [124]
10-9-1633
Gerrit Cornelisz timmerman contra Cornelis Jacobsz aenden Dijck. Hij eist 12 gl bij hem mit timmeren ende metselwerck aen des gedaagdes huijsinge int dorp van Amerongen [124]
10-9-1633
Hendrick Jansz van Wageningen contra Herman van Holten. [124]
10-9-1633
Jan Wolphertsz voor hemselven ende als vader ende voocht van zijn onmundich kijndt geassisteert mette momber vant zelve kijndt contra Cornelis Cornelisz Prattenburg in zijn prive ende mede als borge ende 49
principael voor Herman van Holten. Hij eist 123 gl die den eijser ter cause van coop ende leverantie van veenslijck aen hem gedaagde als reste ten achteren is, mitsgaders jnteresse vanden voorsz somme ten minsten van victoris 1632 tot de betalinge toe. Jtem noch als borge ende principael coper voor Roelof Thomasz ter somme van 253 gl mede metten jnteresse vandijen [124] 10-9-1633
Jan Gerritsz contra Herman Govertsz. [124]
10-9-1633
Steven Goertsz contra Harmen Jansz buijs. [124]
11-9-1633
Hendrick Jansz van Wageningen contra Adriaen Cornelisz en Wouter Aertsz van Wageningen. Hij alsoo dged[aagd]es ende gereq[uireerd]es haer onlancx hebben laten gelusten deser gerechte te jnurieren ende te lasteren seggen[de] in effecte dat zijl[ieden] noemen[de] ene van[den] gerechte een valsche ende onrechte Senten[tie] souden hebben gepronuncheert [124]
11-9-1633
Hendrick Jansz van Wageningen contra Herman van Holten. [124]
11-9-1633
Evert Jansz contra Jan Hillebrantsz [124]
11-9-1633
Gerrit Cornelisz contra Roelof Dircksz raijmaker [124]
11-9-1633
Gerrit Cornelisz contra Cornelis Jacobsz. [124]
11-9-1633
Jan Wolphertsz contra Cornelis Cornelisz Prattenburg [124]
11-9-1633
Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Steven Goertsz [124]
11-9-1633
Compareerde Jan Wolphertsz Ende constitueerde Joost Cornelisz zijn broeder ende Cornelis Henricxen coster in omnibus ad lites ende voorts in alle zijne saecken die hij alhier voorden gerechte te doen mach hebben zoo int eijsschen als int v[er]weren [124]
23-9-1633
Joost Cornelisz als mede gemachtigde van Jan Wolphertsz zijn broeder contra Cornelis Cornelisz Prattenburg. Non comparitie [124]
23-9-1633
Cornelis Hendricksz coster contra Anthonis den boecken. Non comparitie [124]
23-9-1633
Aelbert Verweij contra Aeltgen boedelhouster van Lubbert Gerritsz [124]
23-9-1633
Gerrit Aertsz tot Scherpenzeel contra Willem Aelbertsz als borg ende principael voor Jan Gerritsz op Nieuwamerongen. Hij eist 35 gl die de eijser aen Jan Gerritsz ten achteren is wt zaecke van thient vermogens het accoordt [124] 50
23-9-1633
Roelof Thomasz contra Roelof Hendricksz van Winterswijk [124]
23-9-1633
Govert Thonisz nomine uxoris een mede-erfgenaam voor 1/8 deel van Gerrit van Harn contra Hendrick Jansz van Wageningen won. Amerongen in gelijcke gedeelten een mede-erfgenaam. [124]
23-9-1633
Govert Thonisz als gewesene man ende voocht van Elisabeth van Harn za: ende oversulcx voor 1/8 deel een mede-erfgenaam van Gerrit van Harn contra Cornelis Quint nomine uxoris als een mede-erfgenaam [124]
7-10-1633
Roelof Thomasz contra Cors Cornelisz alsnog te antwoorden [124]
7-10-1633
Hendrick Jansz van Wageningen contra Herman van Holten [124]
7-10-1633
Joost Cornelisz en Cornelis Hendricksz coster als gemachtigden van Jan Wolphertsz contra Cornelis Cornelisz Prattenburg. Non comparitie [124]
15-10-1633 Hendrick Jansz van Wageningen, drost, als gevolmachtigde van Govert Anthonisz, dd. 13-10-1633, constitueert zich aan het Hof van Utrecht voor de sententie die Roelof Thomasz arrestant opden 23-9-1633 jegens Govert heeft geobtineerd [124] 21-10-1633 Jan Gerritsz contra Herman van Holten. [124] 21-10-1633 jonker Berndt van Hollandt contra Splinter Hubertsz. Hij eist 46 gl [124] 21-10-1633 Roelof Thomasz contra Hendrick Jansz van Wageningen [124] 21-10-1633 Idem contra Corstiaen Cornelisz [124] 21-10-1633 Herman van Holten bekent schuldig te zijn aan Cornelis Cornelisz Prattenburg 11-6 ter cause van borchtochte daer voor den vsz Cornelis Cornelisz tot Amersfoort is gearresteert geweest [124] 21-10-1633 Herman van Holten contra Hendrick Jansz van Wageningen. Dupliek [124] 21-10-1633 Hendrick Jansz van Wageningen contra Wouter Aertsz van Wageningen. Non comparitie [124] 3-11-1633
Cornelis Jansz de Kruijff als momber vant onmondige kind van Reijer Thonisz contra Tijman Willemsz schoenmaker. Hij versochte restitutie van een gouden ringh die den gedaagde ende gerequireerde heeft gevonden in een cast die hij vanden eijser ofte wt den boedell vanden voorn Reijer Thonisz za: heeft gecoft. [124] 51
3-11-1633
Gerrit Gerritsz Keijer contra Gerritsz Haens. Hij versochte decretement opt gedane arrest ende dat Aelbert Thonisz sall worden geinterdiceert etc [124]
3-11-1633
Hendrick Jansz van Wageningen contra Herman van Holten. [124]
3-11-1633
Idem contra Wouter Aertsz [124]
18-11-1633 Hugo Verweij contra Gerrit Jansz Kabel. Hij alsoo den gedaagde onlancx bij hem eijser gecomen is ende in zijn huijsse eernstich versocht te mogen lichten wt de penningen onder den eijser berustende gecomen wten vercoften jmboedel van Anthonis Hendricksz Hartoch etc [124] 18-11-1633 Roelof Thomasz contra Hendrick Jansz van Wageningen. [124] 18-11-1633 Aeltgen weduwe van Lubbert Gerritsz contra Adriaen Woutersz. Zij eist 42 gl wt saecke van coop ende leverantie van een merripeerdt [124] 18-11-1633 Cornelis Jansz de Kruijff contra Thiman Willemsz. Non comparitie [124] 18-11-1633 Frans Dirksen contra Herman Goertsz. Hij eist 16 gl spruijtende wt saecke van ruijlinge van twee peerden [124] 18-11-1633 Hendrick Jansz van Wageningen contra Herman van Holten. [124] 2-12-1633
Hendrick Jansz van Wageningen verklaart hoe dat tot sijne kennisse gecomen is zeeckere appnt van desen E gerechte opden 18e november verleden jnden saecke van hem compnt aldaer eijser ende Harman van Holten gedaagde gegeven bij welcke appnte die vanden gerechte hem hebben gerefereert naer den contracte jn questie tusschen partijen opgericht ende onderteijckent…[124]
2-12-1633
Cornelis Jansz de Kruijff contra Thijman Willemsz. [124]
2-12-1633
Hugo Verweij contra Herman van Holten [124]
2-12-1633
Elbert Jansz inde 40 garden contra Jan Hillebrantsz Lichthooft [124]
2-12-1633
Roelof Willemsz, won. Woudenberg, contra Willem Aertsz den Ijseren. Hij eist 4-12 wt saecke van een amersfoortse mudde rogge ongeueerl[ijck] xx Jaren geleden aen[den] ged[aegde] gelevert [124]
2-12-1633
Idem contra Anthonis Cornelisz, won. aenden Dwarsweg. Tot condemnatie van xv gl soo wt saecke van peertsweij als van gelevert dack cum expen[sis] [124]
52
2-12-1633
Idem contra Thonis Willemsz Cloetingh. Hij eist 17 gl wt saecke van coop ende leverantie van een melckkoeij [124]
2-12-1633
wed Lubbert Gerritsz contra Adriaen Woutersz. Te antwoorden [124]
16-12-1633 Jannigje, huisvrouw van Jeans? Dircksz weert int wapen van Gulick verklaart ten verzoeke van de wed. van Lubbert Gerritsz dat de coopmanschappe vant peert hier vooren geroert is geschiet ende dat de dach van betalinge victoris ende mertinij vl well betaelt is gestelt [124] 2-12-1633
Jan van Gelder, lakenkoper te Amersfoort, contra Jacob Thonisz omme te antwoorden zijn penningen onder Sander Jansz Buijs berustende. [124]
2-12-1633
Anthonis Gijsbertsz won. Ginkel en Gerrit Hendricksz? won Woudenberg verklaren tbv Ebbert Gerritsz als man en voogd van Tijmentje Jans aangekomen door dode van Sander Jansz broeder van Tijmentje Jans [124]
16-12-1633 Roelof Willemsz, won. Woudenberg, contra Anthonis Willemsz Cloetingh. [124] 16-12-1633 Idem contra Anthonis Cornelisz. [124] 16-12-1633 wed Lubbert Gerritsz contra Adriaen Woutersz. [124] 27-1-1634
Joost Cornelisz Wtenweerdt contra Gerrit Jansz Kabel om te bekennen of zijn hand staat onder huurcedulle vande huisinge en hofstede mitte campe lants daer annex daar nu Jan van Deventer woont ende gebruijcker is. [124]
27-1-1634
Peter Joriaensz contra Thonis Cornelisz aenden Dwarsweg om te bekennen of zijn handtekening staat onder coopcedulle van 17-121632. [124]
27-1-1634
Hendrick Meijnsz contra Jan Thonisz Quint alias Jan Messive. [124]
27-1-1634
Jan Rijksen, burger binnen Rhenen, contra Reijer Jordensz. [124]
27-1-1634
Jan van Velen, contra Elsgen de huisvrouw van Thonis Cornelisz. [124]
27-1-1634
Idem contra Jan Elbertsz? Uts [124]
27-1-1634
Cornelis Martens tot Doorn contra Peter Jansz molenaar. Hij eist 30 gl als rest van coop van een merripeerdt bij den ged[aagde] van[den] eij[ser] gecoft ende ontf[angen] [124]
53
27-1-1634
Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Jan Gerritsz alias kindermaker [124]
27-1-1634
Hendrick Thonisz schaapherder van Joost Cornelisz contra Aert Hendricksz. [124]
28-1-1634
Aert Jansz smith contra Cornelis Dircksz Pijsel. Hij eist 70-9 ter cause van verdient smewerck [124]
28-1-1634
Gerrit Cornelisz timmerman contra Louwijs Jansz concherge van de graaf van Culemborg. Hij eist 72-15 ter cause van verdient timmerwerck ende arbeijtsloon door lust vanden gedaagde aanden huijse Roeijesteijn verdient [124]
28-1-1634
Hendrick Meijnsz contra Jan Thonisz Quint. Non comparitie [124]
28-1-1634
Cornelis Martensz, won. Doorn, contra Peter Jansz. In state [124]
28-1-1634
Peter Joriaensz contra Thonis Cornelisz, won. Dwarsweg. [124]
28-1-1634
Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Jan Gerritsz kindermaker. [124]
28-1-1634
Cornelis Dircksz Pijsel contra Thonis Willemsz Cloetingh. [124]
29-1-1634
Hendrick Meijnsz contra Jan Thonisz Quint. [124]
29-1-1634
Jan Florisz Nijpoort oud-burgemeester van Utrecht, namens wed Willem de Beer, contra Steven Goertsz. [124]
29-1-1634
Idem contra Cors Cornelisz in qualite vsz [124]
29-1-1634
Idem contra wed Cornelis Jansz Kabel [124]
29-1-1634
Idem contra Gerrigje Adriaens [124]
29-1-1634
Idem contra Jan Gerritsz kindermaker [124]
29-1-1634
Idem contra Cornelis Jansz de Jonge [124]
29-1-1634
Idem contra Bau Gijsbertsz als momber en administratie gehadt hebbende vande nagelaten boedel vande kinderen van za: Jan Gijsbertsz als mede-erfgenaam vande wed van Gijsbert Aelbertsz der vsz kinderen bestemoeder. [124]
29-1-1634
Cornelis Dircksz Pijsel contra Thonis Cloetingh. [124]
29-1-1634
Roelof Adriaensz contra Hans Petersz Vlamingh. [124]
29-1-1634
Idem contra Frans Dirksen [124] 54
29-1-1634
Jan Florisz Nijpoort contra Gerrit Jansz Kabel [124]
10-2-1634
Evert Cornelisz Slorp contra Roelof Thomasz. [124]
10-2-1634
Jan Jansz van Velen contra Roelof Thomasz [124]
10-2-1634
Roelof Thomasz contra Hendrick Brus [124]
10-2-1634
De erfgenamen van Hendrick Jansz van Wageningen contra Herman van Holten [124]
24-2-1634
Cornelis Hendricksz coster als vader en voogd van zijn zoon Cornelis Cornelisz contra Aert en Thonis Thonisz. [124]
24-2-1634
Cornelis Jordensz, won. Leersum, contra Adriaen Jansz om te bekennen of zijns vaders handtekening staat onder obligatie ten besomme van Geertgen Jans gepasseert 29-12-1616. De vader van Cornelis, Jorden Reijersz, heeft zich borg geconstitueerd voor de vader van Adriaen, Jan Gijsbertsz voor 118-15 aen Geertgen Jans Vosch [124]
24-3-1634
Gerrit Cornelisz timmerman contra Dirck Johan Hermansz rentmeester van de graaf van Culemborg. Hij heeft nog steeds geld tegoed van verdiend loon aan Roijestein. 26-3-1634. [124]
21-4-1634
Johan Verweij, drost, contra Hendrick Brus, weerd en herbergier en Jan Claesz, beide aan de Dwarsweg. Hij alsoo de gedaagde opten 27 e mertij verleden jnden avondt ten huyse vanden voorn brus met den anderen hantgemeen ende vechtende sijn geweest concludeert tot betalinge van een vechtboete van tien gulden sestien stuijvers. Hendrick Brus ontkent gevochten te hebben maar dat zijn huisvrouw en de vrouw van Herman van Holten Jan Claesz die beschonken was van buyten incomende kyvende woorden gebruyckten wten huyse gestoten hebben. [124]
21-4-1634
Idem contra Hendrick Brus en Joost Elbertsz. Zij hebben op 1-4 met elkaar gevochten. Brus ontkent. [124]
21-4-1634
Splinter Hubertsz contra Peter Fredericksz van Dulcken. [124]
21-4-1634
Jacob Hendricksz, won. Amersfoort, weert int Swarte berchgen contra Thonis Willemsz Cloetingh. [124]
21-4-1634
Idem contra Frans Dirksen [124]
21-4-1634
Roelof Dirksen contra Thonis Willemsz Cloeting [124]
21-4-1634
Gijsbert Aertsz tot Zoelmond contra Gerrit Borgertsz. [124] 55
21-4-1634
Cornelis Cornelisz Prattenburg en de erfgenamen van Jacob Willemsz Prattenburg contra Herman van Holten. Hij eist 80 gl wt saecke vande cooop vande grondt vant veen van outs genaamt Gosen Hendricksz ende Jan Evertsz veen [124]
20-4-1634
Anthonis Willemsz Cloeting bekent schuldig te zijn aan Wijnant Anthonisz uit Barneveld 20-10 wt saecke van een weijbeest [124]
21-4-1634
Gerrit Borgers constitueert Cornelis Quint zijn schoonvader om zijn zaecke tegen Gijsbert Aertsz te defenderen ende waer te nemen [124]
22-4-1634
Johan Verweij, drost en schout, contra Joost Elbertsz. Joost heeft op 14 gevochten met Hendrick Brus. [124]
22-4-1634
Idem contra Jan Claesz, weert en herbergier aende Dwarsweg. Hij heeft op 27-3 met Hendrik Brus, weerd en herbergier aan de Dwarsweg gevochten. [124]
22-4-1634
Roelof Dircksz contra Anthonis Willemsz Cloetingh. [124]
22-4-1634
Jacob Hendricksz, won. Amersfoort, contra Anthonis Willemsz Cloetingh. [124]
22-4-1634
Hugo Verweij, secretaris contra Cornelis Cornelisz Prattenburg en de erfgenamen van Jacob Willemsz Prattenburg en zijn huisvrouw. [124]
22-4-1634
Elbert Jansz in de xl garden contra Cornelis Dircksz Pijsel. Tot betalinge van 21 gl van drinckschult coop van een hockelingh als anders [124]
22-4-1634
Roelof Thomasz contra Cornelis Dircksz Pijsel. Hij concludeerde tot voldoening van sodanige handelinge als hij met den gedaagde heeft opgerecht nopende de betersdchap vant lant twelck Roelof Thomasz heeft inde 3,5 mergen enghlants die Roelof Thomasz vande heer van Amerongen gebruijckene is. [124]
22-4-1634
Jacob Hendricksz, Roelof Dircksz rademaker, Splinter Huijbertsz verklaren ten verzoeke van de gerechtelijke instantie van Cornelis Jansz Quint dat zij gisteren Gijsbert Aertsz, zoo zij verstaen dvader van Peter Gijsbertsz, won. Zoelmond, hebben horen seggen jegens den voorn quijnt dat sijn voorn Soone met hem Quinten dochter een luijden waren ende dat zij malcanderen hadden getrouwt [124]
22-4-1634
Roelof Thomasz contra Cors Cornelisz. [124]
22-4-1634
Idem contra Hendrick Brus. [124]
22-4-1634
Splinter Huijbertsz contra Adriaen van Ommeren. [124] 56
22-4-1634
Cornelis Dircksz Pijsel contra Elbert Jansz inde xl garden. [124]
22-4-1634
Gijsbert Aertsz tot Zoelmond contra Gerrit Borgersz [124]
23-4-1634
Cornelis Jansz Quint, won. Nedereng namens Jannigje Cornelis wed Gijsbert Jansz. contra Gijsbert Aertsz tot Zoelmond. [124]
6-5-1634
Johan Verweij contra Hendrick Brus, won. Dwarsweg. Dit gaat nog steeds over het vechten. [124]
6-5-1634
Idem contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124]
6-5-1634
Cornelis Jansz Quint contra Gijsbert Aertsz. [124]
6-5-1634
Gerrit Borgers contra Gijsbert Aertsz [124]
6-5-1634
Anthonis Willemsz Cloeting contra Roelof Dircksz [124]
19-5-1634
Aert Jansz smit contra Anthonis Willemsz Cloetingh [124]
19-5-1634
Hugo Verweij en Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Herman van Holten. Repliek [124]
19-5-1634
juffrouw Odilia van Delft wed jonker Steven van Rumelaer arrestante contra mr. Hendrick Ruijter slootmaecker om te verantwoorden zijne gearresteerde penningen onder Reijer Jordensz alhier tot Amerongen berustende. [124]
19-5-1634
Jan Verweij contra Cornelis Dircksz Pijsel en Roelof Quint. Zij hebben gevochten. [124]
19-5-1634
Cornelis Jansz Quint contra Gijsbert Aertsz te antwoorden. [124]
19-5-1634
Gerrit Borgersz contra Peter Gijsbertsz [124]
9-6-1634
Cornelis Quint, won. Nedereng, contra Gijsbert Aertsz te Zoelmond met Peter Gijsbertsz zijn zoon. [124]
9-6-1634
Gerrit Borgersz contra Peter Gijsbertsz [124]
9-6-1634
Gijsbert Gosensz c.s. contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124]
9-6-1634
Gijsbert Aertsz tot Zoelmond en Peter Gijsbertsz zijn zoon contra Cornelis Quint [124]
30-6-1634
Cornelis Hendricksz coster tot Amerongen contra Thonis Thonisz. Repliek. [124]
30-6-1634
Hendrick Brus contra Willem Aertsz den Ijseren. Hij eist 13 gl van een jaer pachten vant goet daer den gedaagde op woont [124] 57
30-6-1634
Gijsbert Gosens contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124]
30-6-1634
Cornelis Hendricksz coster contra Aeltgen wed Lubbert Gerritsz [124]
30-6-1634
Roelof Thomasz contra Jan Claesz aen de Dwarsweg om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie van 26-2-1634. [124]
30-6-1634
Steven Gerritsz Lijndraeijer contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124]
30-6-1634
Peter Joriaensz contra wed en erfgenamen van Cornelis Aertsz Hardeman. [124]
1-7-1634
Gijsbert Gosensz contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124]
1-7-1634
Steven Gerritsz contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124]
1-7-1634
Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Jan Claesz. [124]
1-7-1634
Roelof Thomasz contra Cors Cornelisz [124]
1-7-1634
Jan Verweij contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124]
1-7-1634
Gerrit Borgers contra Peter Gijsbertsz [124]
2-7-1634
Cornelis Dircksz Pijsel contra Jannigje wed Gijsbert Jansz, zoon van Jan Gerritsz. [124]
3-7-1634
Roelof Thomasz bekent verkocht te hebben aan Gerrit Jansz Knijf, won. Dwarsdijk te Werkhoven, tien voeders turf. [124]
3-7-1634
Roelof Thomasz contra de erfgenamen van Hendrick Jansz van Wageningen [124]
3-7-1634
Idem contra Cors Cornelisz [124]
14-7-1634
Willem van Wede contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124]
22-7-1634
Johan Verweij nomine officij contra Hendrick Willemsz. Hendrick heeft afgelopen zondag mr. Adriaen Boscoop schilder te Culemborg met een voet gestoten waaruit des anderen daags, namelijk gisterochtend wederom enige querelle sijn ontstaen. Hij krijgt vechtboete [124]
22-7-1634
Idem contra Gerrit Aertsz en Jan Aertsz gebroeders. Gisterochtend hebben zij mr. Adriaen Boscoop ten huize van Cornelis Prattenburg, weerd in de Wildeman met bloote opsteeckers off messen wt den huijse tot op de Strate gedreven. Boete van 10-16. [124]
58
22-7-1634
Hendrick Willemsz en Gerrit en Jan Aertsz verklaren dat zij gisteren heel beschoncken zijnde den Luytenant Jacob Sonborch enige schelt woorden hebben gegeven. [124]
4-8-1634
Joost Pancras contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124]
2-9-1634
Johan Verweij, drost, contra Jan Gijsbertsz Both, won. Rhenen. Hij heeft tussen zondag en maandagnacht ten huize van Herman van Holten, weerd en herbergier aan de Dwarsweg, met ene Philips van Rhenen gevochten. [124]
2-9-1634
Johan Verweij, drost, contra Claes Jansz en Adriaen Jansz. Vechtboete [124]
15-9-1634
Roelof Thomasz contra erfgenamen van Hendrick Jansz van Wageningen. [124]
15-9-1634
Idem contra Cors Cornelisz [124]
15-9-1634
Idem contra Cornelis Prattenburg c.s. [124]
15-9-1634
Goert Petersz tot Wekerom int gerecht van Ede vanwege zijn zoon Cornelis Goertsz contra Gerrigje, huisvrouw van Joost Evertsz, won. Dwarsweg. Gerrigje roept steeds Cornelis na dat hij 5 jaar geleden van haar broeder een koe gestolen heeft. Cornelis pikt dit niet langer. Gerrigje ontkent. [124]
15-9-1634
Roelof Dirksen raijmaker contra Thonis Thonisz Quint. [124]
15-9-1634
Cornelis Dircksz Pijsel contra Cornelis Tonis alias half en Jan Cornelisz zijn zoon. Hij eist 19 gl ter cause van huijshuijr inden crommenhoeck [124]
15-9-1634
Hendrick Brus contra Jan Claesz. [124]
16-9-1634
Steven Goertsz contra Jan Jansz van Velen. [124]
16-9-1634
Aeltgen Stevens wed Lubbert Gerritsz bekent vanwege haar zoon Anthonis Thonis Quint schuldig te zijn aan Cornelis Hendricksz Coster 42 gl vanwege meesterloon van de kwetsuur aangebracht door haar zoon aan Cornelis Cornelisz de zoon van Cornelis Hendricksz. [124]
16-9-1634
Johan Verweij contra Jan Gijsbertsz Both. Non comparitie [124]
16-9-1634
Idem contra Cornelis Cornelisz Prattenburg [124]
16-9-1634
Idem contra Jan Claesz [124]
16-9-1634
Jan Gerritsz contra Jan Jansz van Velen. [124] 59
16-9-1634
Idem contra Jacob Meusz. [124]
17-9-1634
Herman van Holten contra Roelof Adriaensz. [124]
17-9-1634
Roelof Thomasz contra Roelof Adriaensz. [124]
17-9-1634
Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Roelof Thomasz [124]
27-10-1634 Roelof Thomasz contra Roelof Adriaensz. [124] 10-11-1634 Hugo Verweij c.s. contra Thonis Hendricksz beucken om te bekennen of zijn handtekening staat onder contract. [124] 10-11-1634 Roelof Thomasz contra Roelof Adriaensz. [124] 10-11-1634 Jan Claesz bekent schuldig te zijn aan Cornelis Prattenburg 42 gl. Comparereerde mede Sander Jansz Buijs en Anthonis Hendricksz Beucken en stellen zich voor deze som borg. [124] 23-11-1634 Thonis Hendricksz Boecken contra Cornelis Hendricksz coster. [124] 23-11-1634 Roelof Thomasz contra Roelof Adriaensz. [124] 8-12-1634
Aert Jansz smit contra erfgenamen van Hendrick Jansz van Swoll. Doorgestreept [124]
8-12-1634
Johan Verweij, drost en scholtus, contra Jan Dircksz metselaar. Hij heeft ten huize van Cornelis Cornelisz Prattenburg met Lambert Gerritsz gevochten. [124]
8-12-1634
Cornelis Jansz kleermaker contra kinderen en erfgenamen van Hendrick Jansz van Swoll. [124]
8-12-1634
Jan Verweij, drost en scholtus, contra Bauw Gijsbertsz. [124]
19-1-1635
juffr. Odilia van Delft, wed. Steven van Rumelaer contra Jan Hermansz metselaar. Zij eist betaling van 14 gl wt saecke van weijgelt [124]
19-1-1635
idem contra Jan Gerritsz stroodecker. Uts [124]
19-1-1635
idem contra Anna, wed. Cornelisz Jansz Kabel uts [124]
19-1-1635
Idem contra Thonis Cloetingh. Uts [124]
19-1-1635
Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Hendrick Brus. [124]
19-1-1635
Idem contra Beernt Jansz [124]
19-1-1635
Thonis Willemsz Cloetingh contra Gerrit Gerritsz Keijer. Hij ten fine de gedaagde zal worden gecondemneerd den eijser te vrijen cost ende 60
schadeloos te houden aen Sander Cornelisz ter somme van xj gl … ter levering van turff. [124] 19-1-1635
Jan Gerritsz aan de Dwarsweg contra Jacob Meusz oock aen de dwarswech. [124]
19-1-1635
Wulphert Gerritsz op Moorst contra Thonis Willemsz Cloetingh om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie dd 27-2-1631. [124]
19-1-1635
Peter Georgensz contra Willem Thonisz Steck. [124]
19-1-1635
Aert Gerritsz schoenmaker te Scherpenzeel contra Jannigje wed Gijsbert Jansz vanden Dijck. Zij heeft haar schoenen niet betaald. [124]
19-1-1635
Adriaen Roelofsz tot Elst contra Thonis Willemsz Cloetingh. [124]
19-1-1635
Dhr Schoolaster Asch van Wijck contra Thonis Stevensz. Tot betaling van 8 gl weijgelt [124]
19-1-1635
Idem contra Cornelis Jansz de Wage? [124]
19-1-1635
Idem contra Roelof Dircksz [124]
19-1-1635
Jan Jansz van Velen contra Tonis Willemsz Cloetingh [124]
19-1-1635
Idem contra Bauw Gijsbertsz en Wouter Hendricksz. Zij hebben hun schapen in zijn land, dat hij van de heer van Amerongen pacht, laten lopen. [124]
19-1-1635
Thonis Willemsz Cloetingh contra Jan Thonisz Quint alias Jan Messer. [124]
19-1-1635
Jan Verweij drost contra Jan Hermansz Buijs tegenwoordig dienstknecht bij Thomas Roelofsz en Hendrick Petersz, dienstknecht van Cornelis Rijcksen. Zij hebben gevochten ten huize van Cornelis Cornelisz [124]
19-1-1635
Hendrick Gerritsz van Velpen verklaart ter instantie van Jan Jansz van Velen dat Cornelis Quint tot Elst heeft horen seggen dat hij gesien hadde dat de schapen van Bauw Gijsbertsz ende Wouter Henricxen gingen inde weijde van vn van Velen Ende Thonis Willemsz Cloetingh verclaerde oock gesien thebben … [124]
20-1-1635
Juffr. Odilia van Delft wed Steven van Rumelaer contra Jan Hermansz metselaar [124]
20-1-1635
Idem contra Jan Gerritsz stroodecker. [124]
20-1-1635
Idem contra Anna Kabelen [124] 61
20-1-1635
Idem contra Gerrit Kabelen [124]
20-1-1635
Cornelis Hendricksz coster contra Thonis Hendricksz Boecken om te bekennen of zijn handtekening staat onder koopcedulle van veenslijck tusschen voorn gedaagde mit Corn Geertsz Brauwe zal: ende Aeltgen wed van Jorden Jansz van date 13-4-1630. [124]
20-1-1635
Cornelis Dircksz Pijsel contra Jan Jansz van Velen. [124]
20-1-1635
Idem contra Jannigje, wed. Gijsbert Jansz. [124]
20-1-1635
Aert Hendricksz cameren? Voor zijn broeder Jan Hendricksz in cas van injurie contra Aert Gerritsz dienstknecht van Aert Lam. Op nieuwjaarsavond heeft Aert Gerritsz ontrent bijt capelleken bouen Sulesteyn Jan Hendricksz in presentie van ontrent 10 personen gezegd en verweten dat hij een schapendief was en dat hij wel 25 lammeren had gestolen in een jaar. [124]
20-1-1635
Cornelis Hendricksz coster tot Amerongen als het recht ende actie van cessie verkregen hebbende van za: Aeltgen Jansz in haer leven wed en boedelhoudster van Joriaen Jansz ende totte navolgende coopcedulle ende jndier qualite eijser contra Anthonis Hendricksz Boecken, won aan den Dwarsweg om te bekennen of zijn handtekening staat onder koopcedulle dd 14-4-1630. [124]
20-1-1635
Willem Anthonisz Steck contra Cornelis den jongen hoorn. Hij eist 50 gl over het dichtmaken van het huis van de eiser ten tijde dat de gedaagde daar heeft gewoond. [124]
20-1-1635
Aeltgen Hendricksz wed Willem Dircksz van Wageningen contra Peter Joriaensz. [124]
20-1-1635
Drost Verweij contra Jan Hermansz Buijs [124]
21-1-1635
Hans Petersz Vlaming contra Frans Dircksz. [124]
21-1-1635
Juffr. Odilia van Delft wed Steven van Rumelaar contra Anna Kabelen. [124]
21-1-1635
De drost contra Jan Hermansz Buijs [124]
21-1-1635
Cornelis Dircksz Pijsel contra Jan Jansz van Velen. [124]
2-3-1635
Hubert Evertsz en Cornelis Jansz en Jan Elbertsz als mans ende voogden van hun vrouwen, mitsgaders Bau Gijsbertsz als medemomber over die twee onmondige nagelaten kinderen van Aelbert Gijsbertsz x Marrigje Lubbertsz, in die kwaliteit erfgenamen van Brant Thonisz contra Anthonis Brantsz en Gijsbert Brantsz geboeders om te 62
bekennen of hun handtekening staat onder huurcedulle van 16-1-1618. [124] 16-3-1635
De erfgenamen van Brand Thonisz contra Thonis en Gijsbert Brantsz. [124]
16-3-1635
Willem Aertsz den ijseren contra Evert Gijsbertsz en zijn huisvrouw. Zij hebben Willem en zijn vrouw uitgescholden voor dieven. [124]
16-3-1635
Thonis Cornelisz contra Hendrick Brus. Niet ingevuld [124]
16-3-1635
Willem Mertensz contra Hendrick Brus? Idem. [124]
16-3-1635
Johan Verweij drost contra Jan Gerritsz. Hij tot condempnatie van een vechtboete tot 10-16 ter cause den gedaagde met den schaephardt van Thonis Cornelisz vechtende ende hantgemeen is geweest [124]
16-3-1635
Idem contra de dienstknecht of schaapherder van Thonis Cornelisz van Broekhuizen. Uts [124]
16-3-1635
Idem contra Jan Hendricksz Brus? [124]
16-3-1635
Weijmpgen Mertens wed contra Hendrick Wob man en voogd van Geertgen Gerrits. [124]
10-4-1635
Mr. Henrick Ruijter slootmaker contra Reijer Jordensz om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie. [124]
10-4-1635
Gerrit Hermansz contra Thomas Roelofsz. [124]
10-4-1635
Jan Jansz van Velen van wege zijn huisvrouw contra Saer Jansz won. Darthuizen. [124]
10-4-1635
Juffr. Odilia van Delft wed jonker Steven van Rumelaar contra Anthonisz Willemsz Cloetingh. [124]
10-4-1635
Jan Jansz van Velen contra Saer Jansz tot Darthuizen. [124]
27-4-1635
Cornelis Hendricksz coster contra Aert Claesz, won. Veenendaal. [124]
27-4-1635
De erfgenamen van Brant Thonisz hebben afgerekend en geaccordeerd met Gijsbert Brantsz hun broer en zwager nopende alle achterstallige pachten [124]
1-5-1635
Jan Verweij drost en schout contra Jacob Lambertsz van Bemmel. [124]
1-5-1635
Idem contra Claes [124]
63
2-5-1635
Willem Philipsz pachter van de heer van Culemborg institueert zich borg voor Dirck Jan Hermansz rentmeester van dhr van Culemborg voor Jan Verweij drost van Amerongen vanwege 200 gl [124]
2-5-1635
De geërfden en landgenoten van Spijckade tot Amerongen contra Willem Philipsz als borg voro Dirck Johan Hermansz rentmeester van dhr van Culemborg. [124]
11-5-1635
Idem contra idem. [124]
12-5-1635
Cornelis Cornelisz Prattenburg stelt zich borg voor Cornelis Dircksz Pijsel om binnen acht dagen te betalen aan sr. Willem van Were 23 gl [124]
7-5-1635
Cornelis Thonisz Quint tot Elst contra Thijman Willemsz schoenmaker. [124]
7-5-1635
Johan Verweij drost en schout contra Aert Hendricksz Boecken en Thonis Hermansz. Zij hebben gevochten. [124]
7-5-1635
Idem contra Thonis Hermansz en Peter Hendricksz. Idem. [124]
7-5-1635
Johan Verweij, drost, contra Jacob Hendricksz won aan de Amerongense Dijck. Hij heeft in de winter met Aert Jansz smit in de nacht gelopen naar zijn schoonvader Cornelis Jansz Quint. Woedend hebben zij hem uit bed gehaald. Zij hebben nog net niet gevochten. [124]
7-5-1635
Jacob Hendricksz contra Evert Jansz inde xl garden. [124]
7-5-1635
De drost contra Jan Willemsz Tollenaar. [124]
7-5-1635
Herman van Holten en Gijsbert Jansz inden roijen haen contra Thonis Hendricksz Boecken. Sij versochten decretement opte gearresteerde penn[ingen] die hij ged[aagde] aen Anthonis Corn[elisz] Raep ter zaecke van coop van veenslijck noch schuldich is. [124]
7-5-1635
Aeltgen Joosten contra Aert Hendricksz Boecken. Zij eist 2-2 van mr.loon aenden Syrurgyn mr Adam Venendael ter saecke vande quetsure in haer hooft bijden ged[aegde] gedaen ende noch drie dachhuyre dach[elijcks] xij st [124]
9-6-1635
Neeltgen wed Cornelis Cornelisz contra Herman van Holten. [124]
9-6-1635
Cornelis Thonisz Quint tot Elst contra Thijman Willemsz [124]
9-6-1635
Johan Verweij drost en schout contra Aert Hendricksz Boecken. [124] 64
9-6-1635
Idem contra Anthonis Hermansz en Peter Hendricksz. [124]
9-6-1635
Idem contra Jacob Hendricksz te dienen van bewijs. Verweij heeft attestatie van Metgen Hendricksz van Wageningen huisvrouw van Evert Jansz inde xl garden daerbij blijckt dat Jacob tfeijt inden eijsch geroert selfs iegens haer Metgen Henricxen heeft geseijt ende bekendt. [124]
9-6-1635
Jacob Hendricksz contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124]
9-6-1635
Jan Jansz van Velen impostmr vande wijnen en bieren contra Jan Joosten Pauck? [124]
9-6-1635
Steven Goertsz contra Joris. [124]
9-6-1635
Geertruijt en Metgen van Wageningen verklaren wel te weten dat haer za: Roelof Hendricksz haer oom aen haer vader Hendrick Jansz van Wageningen za: ten achteren is, maer nijet p[er]fect wetende hoe veel [124]
6-7-1635
Voor het gerecht van Amerongen voor het Hof van Utrecht in hoger beroep is Roelof Hendricksz van Winterswijk, won. Bommel veroordeeld om aan Roelof Thomasz te betalen 200 gl met de verlopen rente [124]
9-6-1635
Verweij contra Jacob Hendricksz. [124]
9-6-1635
Idem contra Evert Jansz weert inde xl garden. [124]
9-6-1635
Idem contra Jan Willemsz Tollenaer Jn State [124]
9-6-1635
de huisvrouw van Thomas Roelofsz contra Andries soldaat van de landdrost. [124]
6-1635
Juffr. Odilia van Delft wed Steven van Rumelaer contra Steven Gerritsz Lijndraaier [124]
6-1635
Idem contra Gerrit Cornelisz timmerman [124]
6-1635
Idem contra Jan Jansz Coert [124]
6-7-1635
Johan Strick contra Peter Fredericksz van Dulcken [124]
6-7-1635
Herman Dirckszn Steenbacker contra wed van Cornelisz Jansz. Jn state [124]
6-7-1635
Herman van Holten en Gijsbert Jansz contra Thonis Hendricksz Boecken. Over de penningen van Anthonis Cornelisz Raep. [124]
6-7-1635
Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Hendrick Brus. [124] 65
20-7-1635
Johan Strick glasemaecker tot Rhenen contra Peter van Dulcken. [124]
20-7-1635
Sander Cornelisz, won. Ginkel contra huisvrouw van Pauwels Jansz [124]
20-7-1635
Roelof Thonisz contra Jacob Cleuver [124]
21-9-1635
Johan Verweij drost en schout contra Evert Jansz inde xl garden en Johan Hermansz metselaar. Zij hebben gevochten [124]
21-9-1635
Idem contra Evert Jansz en de dienstknecht van Gijsbert Gosensz. Idem [124]
21-9-1635
Idem contra Evert Jansz en de dienstknecht van Peter Cornelisz, genaamd Cornelisz Jansz Damen. Idem. [124]
21-9-1635
Idem contra Evert Jansz en mr. Cornelis de jong schutter alhier. Idem [124]
21-9-1635
Idem contra Evert Jansz. Op 12 augustus heeft hij zijn geschutte paard dat door de schuuter uit het koorn van Jacob Hendricksz was geschut, ontweldigd. [124]
21-9-1635
Idem contra Jan Willemsz tollenaer en Herman Thonisz [124]
21-9-1635
Idem contra Jan Willemsz en Jan Tonisz van Deventer [124]
21-9-1635
Drost contra Adriaen van Zijll. Adriaen heeft op 14-7-1635 ten huize van Jan Jansz van Velen weert ende herbergier inde Prins van Oraengien slecht gesproken over het gerecht. Hij heeft ook gevochten. [124]
21-9-1635
Idem contra de dienstknecht van Adriaen van Zijl. In julie heeft deze knecht ’s nachts met een bloot mes op straat gelopen. Hij heeft voor de deur van Reijer Jordensz en van Cornelis Cornelisz, de zoon van Cornelis Hendricksz coster, geroepen. [124]
21-9-1635
Idem contra de schaapherder van Adriaen Cornelisz nijeman en de schaapherder van Bau Gijsbertsz. Zij hebben gevochten. [124]
21-9-1635
Idem contra Joost Hendricksz Vis en Herman Goertsz. In state tot op morgen [124]
21-9-1635
Roelof Thomasz contra Roelof Adriaensz. [124]
21-9-1635
Idem contra Idem [124]
21-9-1635
Idem contra Idem [124]
21-9-1635
Cornelis Jansz contra Adriaen Jansz. [124] 66
21-9-1635
Cornelis Jacobsz Spickhorst contra Gerrit Joosten. [124]
21-9-1635
Adriaen Thonisz contra Jan Jansz van Velen om te bekennen of zijn handtekening staat onder koopcedulle. [124]
21-9-1635
Sander Cornelisz contra de huisvrouw van Pauwels Jansz. De huijsvrouw van Pauwels Jansz v[er]claerde bij ede de ij gl aen[den] swager van[den] eijser Rijck bet[aeld] te hebben, wiensvolgen[de] hij Rijck te vreden is dselue ij gl te betalen [124]
21-9-1635
Evert Jansz inde 40 garden als man en voocht van zijn huijsvrouw Metgen van Wageningen contra mr Cornelis de Jong schuuter. [124]
21-9-1635
Idem contra Cornelis Jan Damen. Cornelis moet 6 gl mr loon betalen vanwege een wont in het hoofd en arm van Evert. [124]
22-9-1635
Jan Evertsz smid in Veenendaal contra Corstiaen Cornelisz [124]
22-9-1635
Johan Verweij, drost, contra Evert Jansz inde xl Garden nopens de eis van Jan Hermansz metselaar. [124]
22-9-1635
Idem contra idem nopens de eis van de dienstknecht van Gijsbert Gosensz [124]
22-9-1635
Idem contra Idem nopens het vechten tegen mr. Cornelis de jong [124]
22-9-1635
Idem contra Idem nopens het ontweldigen van het geschutte paard [124]
22-9-1635
Idem contra Jan Willemsz tollenaar en Herman Thonisz Grindt [124]
22-9-1635
Idem contra Jan Willemsz en Jan van Deventer uts [124]
22-9-1635
Idem contra adriaen van Zijll [124]
22-9-1635
Idem contra de knecht van Adriaen van Zijl te dienen van bewijs [124]
22-9-1635
Idem contra de schaapherder van Adriaen Cornelisz en de schaaphert van Bau Gijsbertsz [124]
22-9-1635
Idem contra Joost Hendricksz Visch en Herman Goertsz [124]
22-9-1635
Gerrit Joosten contra Cornelis Jacobsz. [124]
22-9-1635
Mr. Cornelis de Jong schutter contra Beernt Jansz op Nieuw Amerongen. Hij heeft 63 schapen geschut [124]
22-9-1635
Cornelis Jansz contra Adriaen Jan Gijsbertsz [124]
22-9-1635
Adriaen Thonisz contra Jan Jansz van Velen. Niet ingevuld [124] 67
22-9-1635
Jan Cornelisz alias Duijn van Ginckel verklaart ten verzoeke van mr Cornelis de Jong schutter dat hij gesien heeft als de voorn Corn Jansz het peerdt vanden Evert Jansz wt het coorn van Jacob Hendricksz geschut hadde dat metgen de huijsvrouw van Evert vsz het zelve peerdt dat de voorsz schuuter aen een helster hadde, dhelster aff gestreken ende hem tzelve alsoo ontweldicht heeft… [124]
22-9-1635
Dirck Christiaensz en Adriaen Gijsbertsz aenden Dijck verklaren ten verzoeke van Cornelis Jansz Damen dat zij gehoort ende gesien hebben hoe dat inden verleden voorsomer als Gijsbert Gosensz zijn lant hadde laten dorssen dat den voorn Cornelis Jansz willende van Gijsbert Gosensz (die hij mede hadde helpen dorssen nae huijs gaen … dat hij toen heeft gevochten met Evert Jansz. [124]
22-9-1635
Evert Jansz inde 40 garden contra Cornelis Jansz Damen [124]
22-9-1635
Gerrit Cornelisz timmerman verklaart ten verzoeke van Jan Willem dat hij present is geweest ende wel gesien heeft als dat tusschen hem deposant ende Herman Tonisz quereel is geweest daerouer zij hantgemeen mitten anderen worden… [124]
22-9-1635
Adriaen Thonis bekend aan Hugo Verweij schuldig te zijn wt coop van geleverde schapen de somme van 110 gl [124]
22-9-1635
Aert Gijsbertsz x Lijsgen verklaren dat zij zijn geciteerd voor dit gerecht t.b.v. Willem Aertsz den ijseren x Truijtgen om te repareren de jnurieuse woorden. Hij legt verklaring af. [124]
22-9-1635
Gerrit Joosten contra Cornelis Jacobsz Spickhorst als erfgenaam van zijn vader Jacob Cornelisz om te bekennen of de handtekening van zijn vader staat onder obligatie van 9-4-1616. [124]
23-9-1635
Johan Verweij drost contra Evert Jansz inde 40 garden en Jan Hermansz metselaar. [124]
23-9-1635
Idem contra idem nopens t vechten met mr Cornelis de Jong [124]
23-9-1635
Idem contra idem nopens het afnemen van het geschutte paard [124]
23-9-1635
Idem contra idem nopens het vechten met Cornelis Jansz Damen. [124]
23-9-1635
Idem contra Jan Willemsz tollenaer en Herman Thonisz [124]
23-9-1635
Jan Petersz brouwer in Veenendaal contra Hendrick Brus. [124]
23-9-1635
Jan Petersz brouwer in Veenendaal contra Jan Claesz [124]
1-10-1635
Aert Jansz smit contra Aert Jansz ter nedereng. [124] 68
1-10-1635
Jan Verweij drost contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124]
1-10-1635
Idem contra Jan Willemsz. [124]
1-10-1635
Idem contra de dienstknecht van Adriaen Cornelisz. Jn state [124]
1-10-1635
Idem contra Harman Geurtsz ende Joost Hendricksz Visch. [124]
1-10-1635
Hendrick Brus bekent wt saecke van geleverde bieren schuldig te zijn aan Jan Petersz Weke brouwer in Veenendaal de som van 151-14 [124]
19-10-1635 Evert Jansz inde 40 garden contra Adriaen Gijsbertsz opde Ka. Vanwege drinkgeld en tiend. [124] 19-10-1635 Kinderen en erfgenamen van Hendrick Jansz van Wageningen contra Herman van Holten. [124] 19-10-1635 Marcelis Verweij contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124] 19-10-1635 Willem van Wee contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124] 19-10-1635 de drost contra Evert Jansz inde xl garden. [124] 19-10-1635 de drost contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124] 19-10-1635 Willem Wit? weduwnaar van zijn huisvrouw contra Lijsgen huisvrouw van Aert Gijsbertsz. Hij wil bewijzen over de injurieuze woorden waarvan zijn ovl vrouw wordt verdacht op de laatste rechtdag. [124] 16-11-1635 Alerd Willemsz Streeff beeman tot Wiel contra Thomas Roelofsz. [124] 16-11-1635 Robbert Anthonisz als volmachtiger van Woutertje Dircks wed mr. Jan Baltes voor gerecht van Scherpenzeel gepasseerd contra Thijman Willemsz schoenmaker om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie van 31-5-1629 ten behoeve vant onmondige kind van z. mr. Sijmon in zijn leven chirurgijn tot Scherpenzeel. [124] 16-11-1635 Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Hendrick Brus. [124] 30-11-1635 Roelof Thomasz contra Corstiaen Cornelisz. [124] 30-11-1635 Roelof Thomasz contra Herman van Holten. [124] 30-11-1635 Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Hendrick Brus te antwoorden. [124] 30-11-1635 Herman van Holten contra Gerrit Joosten. [124]
69
30-11-1635 De drost contra Thijman Willemsz en Jan Messer. Zij hebben gevochten ten huize van Jan Hillebrantsz [124] 19-1-1636
Johan Verweij drost en schout contra Thijman Willemsz. Over het vechten. [124]
19-1-1636
Idem contra Jan Willemsz tollenaar en Thonis Willemsz Cloetingh. Zij hebben ten huize van Jan Hillebrantsz, weerd, gevochten. [124]
19-1-1636
Idem contra Thonis Hendricksz Beucken. [124]
19-1-1636
Drost contra Cornelis Rijcken Toll, molenaar te Amerongen en Cornelis Hendricksz van Wageningen. Zij hebben ten huize van Jan Jansz van Velen gevochten. [124]
19-1-1636
Drost contra Jan Claesz en Hendrick Brus, won. aan de Dwarsweg. Zij hebben gevochten. [124]
19-1-1636
Hendrick Brus contra Jan Claesz. [124]
19-1-1636
Idem contra Willem Aertsz den ijseren. Om te bekennen of zijn handtekening staat onder huurcedulle van 17-2-1635. [124]
19-1-1636
Roelof Thomasz contra Cors Cornelisz. [124]
19-1-1636
Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Hendrick Brus. [124]
19-1-1636
Jannigje Jans contra Hendrick Brus. Zij wil haar verdiend arbeidsloon. [124]
19-1-1636
Cornelis Dircksz Pijsel contra Jan Messier. [124]
19-1-1636
Idem contra Frans Dircksz. [124]
19-1-1636
Idem contra Thonis Willemsz Cloetingh. [124]
19-1-1636
Idem contra Jan Cornelisz alias halfseijt [124]
19-1-1636
Jan Verweij contra Cornelis Dirksz Pijsel. [124]
19-1-1636
Gerrit Crijnen, won. Reense Veen, contra Corstiaen Cornelisz. [124]
19-1-1636
Herman van Holten contra Gerrit Joosten. Te antwoorden. [124]
19-1-1636
Cornelis Hendricksz coster contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124]
19-1-1636
Drost Verweij contra Thijman Willemsz. [124]
19-1-1636
Idem contra Jan Willemsz tollenaar [124]
19-1-1636
Idem contra Anthonis Hendricksz Boecken. [124] 70
19-1-1636
Idem contra Cornelis Rijksen Toll. [124]
19-1-1636
Idem contra Jan Claesz en Hendrick Brus. Zij hebben gevochten. [124]
19-1-1636
Roelof Thomasz contra Corstiaen Cornelisz [124]
1-2-1636
Marcelis Verweij contra Frans Dirckszn. [124]
1-2-1636
Cornelis Hendricksz coster contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124]
1-2-1636
Thomas Hendricksz contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124]
1-2-1636
Verweij contra Cornelis Rijksen Toll. [124]
22-2-1636
Lubbert Jacobsz, molenaar te Veenendaal, contra Sechtgen Adriaens. [124]
22-2-1636
Cornelis Hendricksz coster contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124]
22-2-1636
Idem contra Aert Jansz ter nedereng [124]
22-2-1636
Jan Verweij drost contra Thonis Hendricksz Boecken. Hij krijgt vechtboete vant vechten bij hem gedaen tegens zijn schoonzoon tusschen Amerongen ende den Dwarswech ontrent opden berch. [124]
22-2-1636
Idem contra Thonis Thonisz Quint en Roelof Kabel. Zij hebben gevochten. [124]
22-2-1636
Hendrick Brus, won. Dwarsweg, bekent als restant wt saecke van coop van veenslijck int groote veen schuldig te zijn aan Cornelis Cornelisz en Herman van Holten de som van 55 gl [124]
23-2-1636
Herman Jorisz, won. Bodegraven, contra Reijer Jordensz. [124]
7-3-1636
Genbertgen Jans wed Jan Thonisz op Hugenbosch contra Geertgen wed Robbert Jansz. [124]
7-3-1636
Drost contra Thonis Gijsbertsz aen de Dwarsweg. Hij heeft tegen Thonis Hendricksz Boecken, zijn schoonvader op de weg tussen Amerongen en de Dwarsweg zijn mes getrokken en geaggresseerd. [124]
7-3-1636
Idem contra Jacob Meus en Hendrick Brus. [124]
7-3-1636
Idem contra Beernt Jansz met zijn zoon en Hendrick Brus [124]
7-3-1636
Drost contra Splinter Hubertsz [124]
7-3-1636
Egbert Aertsz rademaker contra Thonis Cloetingh. [124] 71
7-3-1636
Cornelis Hendricksz coster contra Aert Jansz [124]
7-3-1636
Idem contra Cornelis Dircksz Pijsel [124]
7-3-1636
Cornelis Prattenburg contra Reijer Jordensz. [124]
21-3-1636
Drost contra Splinter Hubertsz. [124]
21-3-1636
Egbert Aertsz rademaker contra Anthonis Cloetingh. Niet ingevuld. [124]
21-3-1636
Cornelis Jansz Wildeman tot Scherpenzeel contra Herman van Holten om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie dd 19-41635. Hij als inde presentatie ende dienvolgende tot vrijinge ende waringe van sodanige borchtochte als den eijser voorden gedaagde gedaen heeft aen Willem Gerritsz Gerritsz tot Scherpenzeel ter somme van 96 gl [124]
4-4-1636
Roelof Thomasz contra Roelof Adriaensz. [124]
4-4-1636
Thonis Willemsz Cloetingh en Jan Thonisz Quint verklaren ter instantie van Thomas Roelofsz dat zij present en tegenwoordig zijn geweest bij de pangelinge vande peerden die den voorn Thomas Roelofsz ende Hubert van Velpen op gisteren ten huijse van Roeloff Adriaensz mitten anderen hebben aengegaen. [124]
6-4-1636
Aert Cornelisz Lam stelt zich borg voor Jan Willemsz tollenaar aan Dirck Jan Hermansz rentmeester van dhr van Culemborg. [124]
9-4-1636
Anthonis Hendricksz Boecken contra Thomasz Roelofsz. Weer over paarden. [124]
9-5-1636
Peter Joriaensz contra Adriaen Woutersz als gewezen kamelaer kerkmeester. [124]
9-5-1636
Jan Thonisz contra Jan Petersz wever. [124]
9-5-1636
Jan Quint contra Anthonis Boecken [124]
9-5-1636
Jan Thonisz tot Amersfoort contra Thomas Roelofsz [124]
9-5-1636
Jonker Henrick van Grootfelt vontra Gerrit Jansz snijder [124]
9-5-1636
Jacob Jansz tot Ginkel contra Gerrit Gerritsz Cortau alias Crack. [124]
9-5-1636
Cornelis Cornelisz alias Prattenburg contra Thonis Stevensz. [124]
9-5-1636
Roelof Adriaensz contra Goosen Gerritsz. [124] 72
9-5-1636
Thomas Roelofsz contra Hubert Gerritsz van Velpen. [124]
13-5-1636
Jan Willemsz tollenaar contra Jan Hermensz. [124]
23-5-1636
Gerrit Aertsz tot Scherpenzeel contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124]
23-5-1636
Mr. Cornelis de Jongh schutter alhier contra Jan Thonisz Quint [124]
23-5-1636
Jan Willemsz de Kruijff bekent schuldig te zijn aan Cornelis Hendricksz, won. aen den Stenen brug, wt saecke van coop van een merripeerdt bij hem van Hendrick Cornelisz zijns Cornelis Hendricksz soon zaliger gecoft ende ontfangen de somme van dartich gulden. [124]
27-5-1636
Dirck Heijmerick als hebbende substitutie van Dionisius Coerman coopman tot ?? en sulcks ten behoeve der weduwe van za: Joris van Valckhuysen tegen Wouter Aertsz eist betaling van 4-10-8 [124]
27-5-1636
Idem contra wed Hubert Jacobsz [124]
27-5-1636
Idem contra Roelof THomasz [124]
27-5-1636
Idem contra wed Lubbert Gerritsz. [124]
1-9-1636
Hugo Verweij, secretaris te Amerongen, als wt crachte van zeeckere testamentaire dispositie van zijn zoon Marcelis Verweij ende Johanna van grootfelt in haer leven echteluyden een mede erfgenaem van desselfs nagelaten goederen contra Jan en Dirck van Grootfelt mitsgaders Gerrit Mertensz en Dirck van Ewijck als mans en voogden van hun vrouwen, tesamen mede-erfgenamen vande bovengenoemde echtelieden. [124]
8-9-1636
Jan Verweij drost contra Bart Quint tot Elst en de dienstknecht van Deliana wed Adriaen Cornelisz. Zij hebben gevochten. [124]
8-9-1636
Idem contra Jan Barts en de bovengenoemde dienstknecht. [124]
8-9-1636
Hugo Verweij contra Jan en Dirck van Grootfelt c.s. [124]
8-9-1636
Jan van Grootveldt en Dirck van Grootveld c.s. contra Thonis Willemsz Cloetingh. [124]
13-9-1636
Hugo Verweij contra Johan en Dirck van Grootveld. [124]
19-9-1636
Joost Cornelisz en Jan Hubertsz schepenen bij Jan Meijns versocht wesende op het besichtigen vande schade in zijn garst gedaen bijde peerden van Anthonis Willemsz Cloetingh ende hemluyden opt naest daerop geinquireert, hebben dselve schade geestimeert op twee schepelen garsten wtrechtsche maet, ofte twee gulden aen geldt daer 73
voor aenden voorn Jan Meijnsz goet te doen, mits Jan kan bewijzen dat de schade door deze paarden is aangebracht. [124] 19-9-1636
Hugo Verweij contra Jan van Grootvelt [124]
26-9-1636
Thomas Roelofsz contra Jan Willemsz. [124]
10-1636
Cornelis Hendricksz coster en Aelbert Verweij contra Cornelis Jacobsz samoreusschipper [124]
14-11-1636 Aert Jansz smit contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124] 14-11-1636 Frederick Hendricksz van Geijtenbeeck als vader en voogd van zijn onmondige zoon Gijsbert Fredericksz contra Thijman Willemsz. Over verdiend arbeidsloon. [124] 14-11-1636 Thijman Thonisz voor hemzelf en vanwege Niesge Thonisdochter als erfgenamen van Jacob Thonisz hun overleden broeder, contra Thomas Roelofsz. Vanwege verdiend arbeidsloon in de zomer 1635. [124] 14-11-1636 Frans Dircksz contra Cornelis Dircksz Pijsel [124] 15-11-1636 Aert Jansz smit contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124] 15-11-1636 Thijman Tonisz contra Thomas Roelofsz. [124] 29-11-1636 Frans Dircksz contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124] 29-11-1636 Willem en Philips Jansz mitsgaders Hester Jans nagelaten kinderen van Gerritgen Peters als erfgenaam van Jan Petersz hun oom, in zijn leven gewezen man en voogd van Sophia Everts z: contra Roelof Adriaensz als daarna getrouwd met Sophia Everts. [124] 29-11-1636 Frans Dircksz contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124] 29-11-1636 Dirck van Wijck als erfgenaam van zijn broer Aert van Wijck contra Willem Anthonis Steck. [124] 6-12-1636
Roelof Adriaensz en Cornelis Hendricksz coster contra Gerrit Cornelisz voerman tot Ingen. [124]
17-1-1637
Aelbert Verweij contra Marrigje wed en boedelhoudster van Cornelis Rijcksen Toll. Hij eist betaling van 55 gl van verlopen rente van 400 gl hoofdsoms verschenen in april 1636 lestleden [124]
17-1-1637
dhr Schoolaster Jacob van Asch van Wijck contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124]
17-1-1637
Idem contra Hans Petersz [124] 74
17-1-1637
Idem contra Cornelis Jansz de Jong [124]
17-1-1637
Anthonis Petersz van Ommeren contra Adriaen Jan Gijsbertsz. [124]
17-1-1637
Cornelis Jacobsz Spickhorst contra Thonis Willemsz Cloetingh. [124]
17-1-1637
Thonis Willemsz Cloeting contra Jacob Hendricksz aenden Dijck. [124]
17-1-1637
Jan Verweij drost contra Jan Bartsz [124]
17-1-1637
Idem contra Herman Cornelisz Buijs [124]
17-1-1637
Aert Gerritsz Cramer contra Cornelis Dircksen Pijsel. [124]
17-1-1637
Jan Cornelisz erfgenaam van Geertgen Jacobs contra Reijer Lambertsz. Hij eist betaling van 8 gl ter cause ende als reste van weijgelt mitsgaders noch dartich st van hoorngelt bijden Eijschers voorsaet voorden gedaagde vsz ten ende betaelt. [124]
17-1-1637
Anthonis Willemsz Cloeting contra Jacob Hendricksz. [124]
18-1-1637
Anthonis Petersz van Ommeren, won. Darthuizen, heeft getoond voor het gerecht de kwetsuur aan zijn arm “die hy v[er]claerde dat hem gedaen was bij Gerrit Robbertsz sone van Robbert Jansz tot Doorn nae welcke v[er]toninge ende visitatie, bij ons gedaen, denselven Anthonis Petersz aen ons v[er]socht heeft d’voorschr[even] quetsure aenden sirugyn mr Cornelis diongh te weillen bestaden” om te genezen. Dat doet het gerecht. [124]
13-2-1637
De armmeesters van Veenendaal contra Anthonis Hendricksz Backer. [124]
13-2-1637
Louff Gerritsz voor hemzelf en mede vanwege Thonis Gijsbertsz en Jan Claesz mede-erfgenamen van Thonis Hendricksz Boecken contra Jan Gerritsz alias Kindermaker. 27-2-1637 idem. [124]
13-3-1637
Thomas Roelofsz constitueert Samuel de Ramara, procureur voor het gerecht van Wijk bij Duurstede. [124]
13-3-1637
Neesgen Jans als van haer vader Jan Gerritsz alias Kijndermaker tot hant lasten genomen hebbende alle dschulden van haere vsz vader ende bekende schuldich te zijn d’vrs erffgenamen van z: Thonis den Boecken .. [124]
13-3-1637
Claes van Wijck bekent schuldig te zijn aan Cornelis Hendricksen coster wt saecke van weijpacht vande waerdt gecomen van Rochus van Dulcken dsomme van hondert zes ende tseventich gl [124] 75
27-3-1637
Rijck Aertsz van Oldenbarnevelt tot Amersfoort contra Beert Jansz op Nieuw Amerongen. [124]
8-5-1637
Steven Goertsz contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124]
8-5-1637
Jan van Gelder Lakencoper contra Thijman Woutersz. [124]
8-5-1637
Idem contra idem als erfgenaam van Adriaentgen zijn dochter. [124]
8-5-1637
Idem contra mr. Jan Jansz Slootmaker als getrouwd met Jannigje Tijmans [124]
9-5-1637
Juff. Odilia van Delft wed Steven van Rumelaer contra Gerrit Jansz Kabel. [124]
9-5-1637
Aeltgen Stevens wed Lubbert Gerritsz contra Roelof Adriaensz. [124]
9-5-1637
Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Kaerl Hendricksz als man van Elsgen gewezen wed van Tonis Cornelisz. Hij tot betaling van Lv gulden metten interesse vandien die hij eijser aen Henrick Brus ten achteren is wt zaecke van gecofte veenslijck int groot veen daer van bijden selven brus tot voldoeninge vande vsz schult opten 22e feb 1636 acte van constitutie is gepasseert, ende zoo den voorn Brus verclaert .. [124]
9-5-1637
Johan Verweij drost contra Huijch Woutersz. Vorige week zondag heeft Huijch de huisvrouw van Hendrick Rutgersz naer enige jnurieuse scheltwoorden met een vuyst op haer orst gestoten ofte geslagen. [124]
9-5-1637
Idem contra Pauwels Jansz. Hij heeft onlancx onderstaen zijne peerden die Cornelis Gerrit Woutersz van zijn goet hadde gehaelt omme naer t schuthock te brengen .. daar weg te halen. [124]
9-5-1637
Idem contra Gerrit Jansz Kabel. Ook hier gaat het over paarden die zijn geschut, omdat ze in het koren van Roelof Adriaensz hebben gelopen. [124]
10-5-1637
Johan Verweij drost contra Gerrit Jansz Kabel. Non comparitie [124]
22-5-1637
Idem contra Idem. Non comparitie [124]
22-5-1637
Aert van Broeckhuijsen als getrouwd met de wed van Hendrick Gerritsz contra Jan Gerritsz Kindermaker. Hij eist betaling van 44-13-8 wt saecke van geleverde waren ter goeder rekening [124]
22-5-1637
Idem contra idem als getrouwd hebbende de wed van Joost Hendricksen Visch. [124]
76
22-5-1637
Gerrit Cornelisz als getrouwd met Woutertgen Jans te voren wed Jacob Tonisz contra Thijman Thonisz ende Willem Jansz van Nijs? als man van Neesgen Thonisz. Hij seyde, dat zijn voorn huijsvrouw is rechte ende wettige erffgenaem van haer overleden kijndt bijden voorn Jacob Thonisz geprocreert ende nade doot zijns vrsz vaders overleden, concludeerde alsulcx dat bij desen gerechte zall worden verclaert dat hem eijser in qualite vsz zijn competerende alsulcke penningen ende goederen als tzelve haer overleden kijndt bij zijn za: vader is nagelaten….[124]
12-6-1637
Jan Cornelisz Spickhorst contra Jan Jansz van Velen. Vanwege arbeidsloon. [124]
12-6-1637
Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Gerrit Cornelisz timmerman. [124]
26-6-1637
Thomas Roelofsz, zoon van Roelof Thomasz, wil zich niet gedragen als erfgenaam van de boedel en goederen van zijn vader [124]
26-6-1637
Jan Meijnsz contra Roelof Adriaensz waard inde swaen om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie van 25-3-1632. [124]
1-7-1637
Condities en voorwaarden voor de openbare verkoop van de turf die Roelof Thomasz heeft nagelaten. [124]
4-7-1637
Claes van Wijck contra Geertgen Cornelisdr zijn gewezen dienstmaagd. [124]
1-9-1637
Thomas Roelofsz contra jonker Adriaen Vijgh. Hij heeft zijn wagen en paarden gearresteerd. [124]
4-9-1637
de huisvrouw van Adriaen Vijgh is met Thomas Roelofsz geaccordeerd. Zij tekent met Aletta Teijks. [124]
14-9-1637
Johan Verweij drost en schout contra Cornelisz Jansz Quint, won. Nedereng. Hij heeft 12-9-1637 zonder enige reden ten huize van Jan Jansz van Velen, waard en herbergier te Amerongen, zijn nicht Steenbargen, wed Peter van Dulcken, een glas bier in haar gezicht gegoten. [124]
14-9-1637
Idem contra Jan Cornelisz Quint. Ook hij krijgt een vechtboete [124]
18-9-1637
Jan Verweij drost en schout contra Peter Cornelisz Pijsel. Hij eist 25 gl ter oorzake des gedaagdes huijsvrouw den schutter alhier sijns gedaagdes geschutte schapen ende verckens heeft ontweldicht [124] 77
18-9-1637
Idem contra Cornelis Dircksz Pijsel. Hij heeft de chirurgijn Cornelis de Jonge gedreigd te slaan. [124]
18-9-1637
Idem contra mr. Jan Slotenmaker. Hij heeft bij nacht op de deur van Roelof Adriaensz gebonsd. [124]
18-9-1637
Idem contra Adriaen Jan Gijsbertsz en Hans Petersz Vlamingh. Vechtboete [124]
18-9-1637
Idem contra Cornelis Jansz Quint. Hij heeft Maagje de dochter van Cornelis Dircksz Pijsel wt toornigen moede geslagen [124]
18-9-1637
Idem contra Jan Cornelisz Quint [124]
18-9-1637
Idem contra Cornelis Jansz Quint. Over Steenbergen [124]
18-9-1637
Gerrit Joosten contra Gerrit Saren. Tot resitutie van een amersfoorts schepel roggen bij hem eijser den gedaagde gelevert ontrent twee jaren geleden [124]
18-9-1637
De drost contra Huijch Woutersz. Vechtboete omdat hij Cornelis Cornelisz geslagen heeft [124]
19-9-1637
Jacob Hendricksz, won. aenden Dijk, en Frank Dirksz tot Amerongen verklaren op verzoek van de drost Johan Verweij dat zij op 14 september ten huize zijn geweest van Jan Jansz van Velen waard en herbergier in de Prins alhier, waar zij gezien hebben dat Cornelis Jansz Quint naer eenige kijffachtige woorden jn toornigen moede is van zijn stoel opgestaen hebbende een glas met bier inde handt daermede hij nae Geertruijt van Wageningen zijn nicht is gelopen ende deselve daermede gegoten… Hij is oom van haar. Geertruijd en Metgen van Wageningen getuigen ook. [124]
19-9-1637
De drost klaagt Herman Jansz Buijs en Louw Jacobsz aan. Zij hebben onlangs ten huize van Jan Rijcksz waard in de Roos met een schaapherder Jan gevochten. [124]
19-9-1637
Drost contra Cornelis Jansz Quint te dienen van bewijs in de zaak tegen Maagje Cornelisz. [124]
19-9-1637
Idem contra idem inde zaak tegen Steenbergen [124]
19-9-1637
Idem contra Huijch Woutersz te dienen van bewijs. [124]
19-9-1637
Huijch Woutersz contra Cornelis Cornelisz ouden hoorn. Ten huize van Jan Aertsz, weerd in Veenendaal, heeft Cornelis hem verdacht gemaakt van diefstal. [124] 78
19-9-1637
Adriaen Woutersz contra Cornelis Dircksz Pijsel. Cornelis heeft twee koeien gekocht van Adriaens broer Cornelis Woutersz. [124]
20-9-1637
Jonker Warnard vander Well contra Cornelis Dircksz Pijsel. Cornelis heeft twee halve hoeven land van hem gehuurd inde xl garden. [124]
20-9-1637
Harman van Holten heeft wt liberaliteijt aen Aeltgen Huijberden het huijsken met het hoffstedeken ende de gront opde dansacker ende dat nae doode vanden voorsz Aell Huyberden het huysken met het plaetsken aenden armen tot Amerongen ewelijck ende erffelijck praesent Veelen ende Willem Aelbertsz den 20e 7b 1637 [124]
20-9-1637
Adriaen Woutersz contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124]
27-9-1637
Cornelis Dircksz van Leersum contra Beert Jansz van Nieuw Amerongen. Hij heeft een bijstede aan Cornelis verhuurd op het erf Nieuw Amerongen [124]
2-10-1637
Jan en Aert Okercramer contra Aert Petersz, voerman tot Maurik, om te komen verantwoorden zijn gearresteerdes penningen hem competerende ende onder Jacob Hendricksz aenden Dijck berustende [124]
16-10-1637 wed Anthonis Huijbertsz in zijn leven rademaker tot Wijk contra Hubert Cornelisz Lam als getrouwd zijnde aan de wed van Cornelis Aertsz Hardeman. [124] 6-11-1637
Cornelis Jansz de Kruijff in Overlangbroek contra Gerrit Jansz Kabel. [124]
13-11-1637 Hendrick Thonisz van Deventer contra Jan Willemsz tollenaar. Om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie van 26-9-1636 [124] 13-11-1637 Rutger Adriaensz timmerman verklaart alszo Adriaen Danielsz Oosterling zich heeft doen arresteren om te hebben restitutie van zekere obligatie die hij van mr Adriaen hadde ontvangen om te manen en te ontvangen van schout of kerkmeesters van Ede zekere 200 gl die mr Adriaen op de voorsz obligatie waren verschenen, welke obligatie hij comparant mede verklaarde dat hem door Anthonis Claes, onderschout van Ede, door last van Goosen van Ommeren, overschout, en Jan van Ommeren, kerkmeester aldaar, is afgehaald en gearresteerd [124] 27-11-1637 Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Hendrick Brus. [124] 8-12-1637
Kaerl Hendricksz belooft als borg en als principaal aan Cornelis Cornelisz wegens Hendrick Brus. [124] 79
4-12-1637
wed Anthonis Huijbertsz in leven rademaker tot Wijk contra Gijsbert Petersz als getrouwd met de wed van Jan Gijsbertsz. [124]
4-12-1637
Jan Jansz van Velen impostmeester van de wijnen en bieren genaempt de Logijsgelden contra wed Egbert Aertsz rademaker. [124]
4-12-1637
Hendrick Arrisz, bode te Rhenen, contra Jacob Jansz Steenbacker te Amerongen. [124]
4-12-1637
Johan Verweij, drost en schout, contra Louff Gerritsz. Hij heeft ten huize van Harman van Holten met Willem Gerritsz Cortouw gevochten. [124]
23-1-1638
Elisabeth Cornelisz wed Jan Jansz, in zijn leven brouwer te Rhenen, contra Jan Willemsz tollenaar. [124]
23-1-1638
Cornelis Dircksz Pijsel contra Evert Jansz inde 40 garden. [124]
24-1-1638
Evert Jansz inde xl garden contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124]
24-1-1638
Roelof Adriaensz contra Crijntgen Engelen wed Steven Adriaensz. [124]
24-1-1638
Idem contra Gijsbertgen Roelofsdr. [124]
24-1-1638
Elisabeth Cornelisdr wed Jan Jansz contra Jan Willemsz tollenaar [124]
24-1-1638
Roelof Adriaensz contra Hans Petersz [124]
12-2-1638
Johannes Bosch contra Roelof Adriaensz om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie van 14-9-1637 [124]
12-2-1638
Gerrit Joosten in cas van spolium contra Gerrit Saren [124]
12-2-1638
Jan Verweij, drost, contra Willem Gerritsz Cortou [124]
26-2-1638
Aert van Broeckhuijzen contra Jacob Jansz Steenbakker [124]
26-2-1638
Gerrit Aertsz tot Scherpenzeel contra Jan Gerritsz alias Kindermaker. Hij eist betaling van 36 gl ter goedere rekening spruijtende wt saecke van borchtocht van een peerdt als anders [124]
5-3-1638
Jacob Jansz Steenbacker bekent 353-18 schuldig te zijn [124]
12-3-1638
Jan Meijnsz contra Cornelis Jansz Quint om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie van 8-3-1638 [124]
12-3-1638
Dirck Vereem won Eck contra Gerrit Jansz Kabel. Hij eist 10 gl ter cause van weijgelt [124]
12-3-1638
Idem contra Cornelis Dircksz Pijsel. Idem [124] 80
16-4-1638
Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Herman Hendricksz. [124]
16-4-1638
Cornelis Hendricksz coster contra Bart Jansz Quint als man en voogd van zijn vrouw Geertruijt van Wageningen [124]
16-4-1638
Hugo Verweij en Cornelis Hendricksz coster contra Willem Gerritsz Cortou als man van Hendrickgen Tonisdr. [124]
16-4-1638
Jan Rijcksz brouwer contra Herman van Holten. Voortgezet 17-4-1638. [124]
16-4-1638
Cornelis Jansz Quint contra Jan Meijnsz. Over een bijstede [124]
16-4-1638
Willem Aelbertsz contra Thonis Brantsz. Hij eist 2-18-1 [124]
16-4-1638
Drost mitsgaders Peter Matijsz en Willem Aelbertsz als schepenen contra Thonis Brantsz. [124]
16-4-1638
Hendrick Cornelisz Clemer? als vader van Cuijntgen Hendricksz contra Cornelis Sandersz. Hij eist dat hij het kind dat hij bij Cuijntgen heeft geprocreeerd zal ontvangen en bij zich houden en de kosten van het kramen zal betalen. [124]
16-4-1638
Thomas Roelofsz contra Bart Quint om te bekennen of zijn handtekening staat onder coopcedulle van 3-4-1637. [124]
17-4-1638
Cornelis Dircksz Pijsel contra Dirck Lambertsz. Hij eist 8 gl als rest van huijshuijr vant huijs aenden dijck [124]
17-4-1638
Cornelis Sandersz contra Hendrick Cornelisz Cvever? als vader van Kuijntgen Hendricksz. Te antwoorden. Zijn dochter is getrouwd geweest met Dirck Cornelisz met welcken zij huijs heeft gehouden. Cornelis ontkent dus dat hij de vader is van het kind. [124]
17-4-1638
Cornelis Cornelisz contra Herman Hendricksz.
17-4-1638
Cornelis Hendricksz coster contra Bart Quint [124]
17-4-1638
Joost Aertsz x Gerritge verklaren op verzoek van Jan Rijksen [124]
17-4-1638
Henrick Cornelisz in qualite soo hy ageert seijde dat hij sustineerde te zullen bewijsen dat zijne dochter kuijntgen henricks ende dvrsz Dirck Cornelis all over de twee Jaren met haer begonnen huwelijck van mallcanderen gescheijden te zijn ende tzedert dat tijt noijt vleijselijck conversatie met haer heeft gehadt, anders dan alleen metten voornoemde Cornelis Sarren daer hij t kijndt bij heeft geprocreert [124]
30-4-1638
Jan Rijksen contra Herman van Holten. [124] 81
30-4-1638
Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Herman Hendricksz. [124]
30-4-1638
Hendrick Cornelisz contra Cornelis Sandersz. [124]
7-5-1638
Dirck Vereem tot Eck contra Roelof Adriaensz. [124]
11-5-1638
Bart Gobelsz, burger te Culemborg, contra Cornelis Dircksz Pijsel. Hij heeft twee vette beesten aan Cornelis verkocht. [124]
28-5-1638
Cornelis van Wageningen voor zichzelf en voor zijn broers en zusters, kinderen en erfgenamen van Hendrick Jansz van Wageningen contra Roelof Adriaensz. Over veenslijk. [124]
28-5-1638
Gerrit Joosten contra Thonis Brantsz. Hij eist 8 gl [124]
29-5-1638
Cornelis van Wageningen c.s. contra Roelof Adriaensz. [124]
29-5-1638
Roelof Adriansz bekent de schult in de obligatie die Aeltgen Broemsz op hem sprekende heeft. [124]
18-6-1638
Cornelis Hendricksz coster contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124]
18-6-1638
Idem contra Roelof Adriaensz. [124]
23-6-1638
Hendrick Meijnsz contra Gerrit Hendricksz Vollenhoven c.s. [124]
2-7-1638
Adriaen Jansz, won. Amerongen, contra Thonis Willemsz Cloetingh. Hij heeft gescholden op zondag 1-7-1638. [124]
2-7-1638
Opte questie tusschen derffgenamen van Saartgen wed van Jan van Leersum ter eenre ende d’erfgenamen van Thonis den boecken gedaagdens ter andere zijden mondelinge voor desen gerechte gemoveert nopende seecker afgriff van veenslijck ….[124]
2-7-1638
Dirck Joosten te Ingen contra Jan Claesz, won. Dwarsweg. [124]
2-7-1638
Maijchgen wed Cornelis Rijksen Tol contra Jacob Hendricksz aenden Dijck. [124]
2-7-1638
Splinter Hubertsz contra Adriaen Woutersz. Hij tot restitutie van twee swerm bijen die den eijser segt ende sustineert dat wt zijn jmmen geswermt zijn ende bij den gedaagde tot hem genomen ende verdragen [124]
2-7-1638
Hendrick Jacobsz van Varick contra Willem Aelbertsz. Niet ingevuld. [124]
2-7-1638
Aert Jansz smith contra Rijcks Gijsbertsz Pluijm tot Ginkel. [124] 82
2-7-1638
De drost contra Jan Jansz van Velen. Hij heeft gevochten [124]
2-7-1638
Idem contra Rijck? Goosensz. Hij heeft te Werkhoven gevochten. [124]
2-7-1638
Hans Petersz contra Cornelis Cornelisz Hooren. [124]
2-7-1638
De drost contra Splinter Huijbertsz. In state tot morgen [124]
2-7-1638
Adriaen Woutersz contra Jacob Hendricksz van Pothuijsen. [124]
2-7-1638
Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Jacob Hendricksz van Pothuijsen. [124]
2-7-1638
Idem contra Joost Evertsz. [124]
2-7-1638
Roelof Adriaensz contra Cors Hendricksz. Restant van huishuur te betalen. [124]
19-9-1638
Jan Hermansz metselaar bekent schuldig te zijn aan Willem Aertsz als het recht hebbende van Maechgen Aerts zijn moeder 7-12 ter cause van uuur van de hof die Jan Hermansz van Maagje in huur heeft gehad. [124]
10-10-1638 Thonis Thonisz contra Gerrit Joosten. [124] 29-10-1638 Hugo Verweij contra Thonis Evertsz. [124] 29-10-1638 Willem Aelbertsz, won. Dwarsweg, contra Hendrick Jacobsz van Varick. De gedaagde seijde voor antwoord op de presente eis bij den eiser aan deze gerechte overgeleverd dat hij heeft gekocht van Jan Jansz van Leersum za: die rechte helft van zeecker start veens gelegen in Ginkel welck wel eer Jan van Leersum des vercopers vader zaliger van Rijck en Anthonis Bosch gekocht hadde. De andere helft is van Sara Jans de schoonmoeder van de verkoper. Dat heeft hij geërfd. [124] 29-10-1638 de kinderen en erfgenamen van Franck Jansz contra Elbert Thonisz. De eisers zeiden dat hun vader getrouwd geweest is met Gaertgen Elberts de dochter van Elbert Thonis, waarbij hij een kind heeft. Geertgen Elberts heeft haar moedersversterf nog te goed. [124] 20-11-1638 Claes Senten contra Tijman Willemsz als borg en mede als principaal voor Geurt Cornelisz om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie van 1631. [124] 20-11-1638 Jonkheer Godert van Reede, heer van Amerongen, als leenheer van het huis Amerongen, contra Cornelis Jansz de Kruijff als possesseur van twee mergen land leenroerig aan den huize Amerongen. [124] 83
26-11-1638 Dirck Willemsz van Wageningen contra Roelof Dircksz rademaker. [124] 26-11-1638 Dirck Willemsz van Wageningen contra Jan Gerritsz Kijndermaker als momber over de onmondige kinderen van Wouter Jansz Kabel. [124] 26-11-1638 Jonker Godert van Reede contra Cornelis Jansz de Kruijff. Noncomparitie [124] 26-11-1638 Gerrit Borgersz contra Roelof Adriaensz. [124] 26-11-1638 Drost Verweij contra Thijman Willemsz. Hij heeft Gerrit Joosten geslagen. [124] 5-12-1638
Jan Verweij als momber over het onmondige kind van Anthonis Cornelisz contra Frans Dircksz. [124]
5-12-1638
Gerrit Borgersz contra Roelof Adriaensz. [124]
5-12-1638
Hugo Verweij contra Theunis Aertsz [124]
5-12-1638
Dirck Willemsz contra Jan Gerritsz Kindermaker. Jan Woutersz Kabel bekent de schuld wtgesondert het linne laken bij zijn moeije Anna Kabelen twelck hij seijt nijet gehadt te hebben [124]
5-12-1638
Cornelis Mertensz contra Cornelis Tonisz Backer als getrouwd zijnde aan Fijtgen van Lockhorst. Hij eist 20 gl ter zaecke obligatie [124]
3-1-1639
Hugo Verweij contra Theus Aertsz. [124]
3-1-1639
Gijsbert Hermansz, burger te Rhenen, contra Jan Hillebrantsz. Hij concludeert tot betaling van xxxix gulden die den eijser als erfgenaam van za: Jacob Willemsz Prattenbug aenden gedaagde ten achteren is ter cause als rest vanden coop vanden huijsinge daerden gedaagde in woont [124]
15-1-1639
Aert Jansz Smith contra Herman Hendricksz Cleever. [124]
15-1-1639
Cornelis Dircksz Pijsel contra Jan Willemsz tollenaer. [124]
15-1-1639
Huijbert Cornelisz als getrouwd zijnde aen Henricxen tevoren wed Cornelis Aertsz Hardeman contra Roelof Adriaensz. [124]
16-1-1639
Cornelis Dircksz, won. Reense Veen, contra Gerrit Joosten. [124]
16-1-1639
Het gerecht doet uitspraak in de zaak tussen Henrickgen wed Egbert Aertsz ende Roelof Dircksen [124]
16-1-1639
Cornelis Cornelisz contra Thonis Quint. [124] 84
16-1-1639
Thonis Quint contra Jan Willemsz tollenaar [124]
16-1-1639
Jan Willemsz Tollenaar contra Jacob Hendricksz van Pothuijsen [124]
16-1-1639
Idem contra Gerrit Borgersz [124]
16-1-1639
Het gerecht disponeert opt verzoek van Jacob Rijcksz dat Hans Petersz moet betalen. [124]
21-1-1639
Mr Henrick Ruijter als man van Marichgen Roelofs contra Marrigje Cornelis huijsvrouw van Steven Gerritsz. [124]
23-1-1639
Mr Gerrit Jansz chirurgijn te Veenendaal contra Jan Willemsz van Dam. [124]
2-2-1639
Willem Philipsz als mede-momber vande onmondige kinderen van Aert Jansz zal: contra jonker Wernard vande Wel om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie [124]
2-2-1639
Splinter Huijbertsz contra jonker Wernard vande Wel [124]
2-2-1639
Roelof Dircksz rademaker contra idem [124]
2-2-1639
Cornelis Cornelisz Prattenburg contra idem [124]
2-2-1639
Aert Jansz smit contra idem [124]
2-2-1639
Jan Huijbertsz contra idem [124]
2-2-1639
Hugo Verweij contra idem [124]
2-2-1639
Steven Geurtsz contra idem [124]
4-2-1639
Wernaerdt vander Wel, won. op Waijesteijn contra Bart Gobelsz, won. Culemborg. [124]
11-2-1639
Johan Hendricksz Quint contra Jacob Hendricksz van Pothuijsen [124]
11-2-1639
de heer van Amerongen contra Jacob Hendricksz van Pothuijsen [124]
11-2-1639
Huijbert Cornelisz Lam contra Roelof Adriaensz. [124]
11-2-1639
Johan Verweij, drost, contra Cornelis Borgersz. Hij heeft gisteren tegen Herman Hendricksz ten huize van Hans Petersz gevochten [124]
11-2-1639
Trijntgen Thomas getuigt ten verzoeke van Herman Hendricksz dat zij gisteren heeft gezien dat Herman een glas bier heeft genomen en dat aen Cornelis Borgersz heeft gebracht etc. [124]
11-3-1639
Herman Joosten de Kruijff contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124] 85
11-3-1639
Cornelis Dircksz Pijsel contra Thonis Willemsz Cloetingh [124]
11-3-1639
Jacob Jansz Steenbacker bekent wt saecke van geleverde torven schuldig te zijn aan Hendrick Jansz 100 gl [124]
24-3-1639
Jacob Hendricksz van Pothuijsen als pachter vanden Krijttient contra Cornelis Dircksz Pijsel. [124]
24-3-1639
Splinter Huijbertsz contra Jan Jansz van Velen. [124]
24-3-1639
Gerecht doet uitspraak in zaak tussen Hubert Cornelisz Lam als man en voogd van Hendrickge wed Cornelis Aertsz Hardeman contra Roelof Adriaensz [124]
1-4-1639
Jan Hubertsz als gemachtigde van jonker Hugo Ruijsch contra Warnerdt vander Wel om te bekennen of zijn handtekening staat onder huurcedulle van 22-5-1636. [124]
8-5-1639
Hendrickgen wed Egbert Aertsz contra Thonis Willemsz Cloetingh. Restant van een nieuwe wagen moet betaald worden. [124]
10-6-1639
Gerrit Borgersz contra Jacob Jansz. Betaling van geleverd schoenwerck. [124]
12-8-1639
Wernard vander Wel verklaart alzo Adriaen Woutersz de beesten van Wernard heeft doen schutten [124]
14-8-1639
Wernard van der Wel contra Peter Cornelisz Pijsel. Dit gaat over de geschutte beesten. [124]
18-8-1639
Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Jacob Jansz Steenbacker. [124]
18-8-1639
Gijsbert Gosensz contra Jan Aertsz vande Voort. [124]
9-9-1639
Jan Aertsz vande Voort contra Gijsbert Gosensz. [124]
23-9-1639
Henrickgen wed Egbert Aertsz rademaker contra Dirck Lambertsz [124]
23-9-1639
Jan Hendricksz als man van Fransje Frans contra Willem Philipsz als man van Elisabeth Quint [124]
23-9-1639
Jan Aertsz vande Voort contra Gijsbert Goosensz. [124]
23-9-1639
Adriaen Jansz contra Jan Willemsz Cauwenhoven om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie van 13-2-1639. [124]
24-9-1639
Cornelis Cornelisz alias Prattenburg contra Jacob Jans Steenbacker. Doorgehaald [124] 86
24-9-1639
Die beswaerdes vanden Ed Mog: Heren Staten slants van Utrecht bijde zelve gemelte haaren staten ende den Luijtenant Holtvester geauthoriseert tot die opsichte vanden domeijnen bosch en jonge looten contra Hubert Gerritsz van Velpen. [124]
24-9-1639
Adriaen Jansz contra Jan Willem Cauwenhoven [124]
25-9-1639
Gijsbert Gosensz contra Jan Aertsz vande Voort om te dupliceren. [124]
25-9-1639
Adriaentgen Gerrits contra Jan Petersz schaapherder van Hubert Gerritsz van Velpen. Zij zegt bevrucht te zijn geweest op voorgaande ondertrouw die zij vanden gedaagde heeft ontvangen die ook dienvolgens heeft ter werelt gebracht een kijndt twelck zij tot noch toe op hare costen heeft onderhouden, op hoope dat den gedaagde volgents zijne menichvuldige beloften nae kerckelijke ordeninge zoude laten solemniseren ende in echtschap brengt. Zij wil geld zien. [124]
25-9-1639
Hubert Thonis tot Elst contra Jan Jansz van Velen. [124]
25-9-1639
Gerecht doet uitspraak in kwestie tussen Dirck Lambertsz en Thonis Willemsz Cloetingh. [124]
25-9-1639
Adriaen Jansz contra Jan Willemsz Cauwenhoven. [124]
25-9-1639
Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Jacob Jansz. [124]
14-10-1639 Elisabeth Quint huisvrouw van Willem Philipsz contra Fransje Frans. Die gedaagde zegt dat zij wten naem van Jan Henricxen als man ende voocht vanden geexcipeerde is geciteerd ende verdachtvaert ende nijet bijde geexcipieerde ende ouersulcx ongehouden te zijn opten eijsch bijde geexcipieerde jarens die excipeuse alhier opden 23 e 7tember gedaen tantwoorden voor ende aleer bijdes eijsers ende geexcipieerdens man is verclaert off hij die proceduren van zijn huijsfrouw wil gestant doen [124] 14-10-1639 Jan Aertsz vande Voort contra Gijsbert Gosensz [124] 14-10-1639 Jan Verweij drost contra Jacob Hendricksz van Pothuijsen [124] 14-10-1639 Merten Goertsz int Renense Veen contra Hendrick Borgersz als man van Annichgje Barten. [124] 14-10-1639 Idem contra Hendrick Joosten geweest zijnde man van Maijchgen Hendrick Robben zijn eerste overleden huisvrouw. [124] 14-10-1639 Idem contra wed Cornelis Jansz Kabel. [124]
87
14-10-1639 Idem als momber over het onmondige nagelaten weeskind van Gerrit Jacobsz contra Gerrit Borgersz schoenmaker. [124] 14-10-1639 Aelbert Verweij contra Marrigje wed Cornelis Rijcksen Tol. [124] 14-10-1639 Adriaentgen Gerrits contra Jan Petersz schaapherder van Hubert van Velpen. Non comparitie [124] 14-10-1639 Aelbert Verweij contra Marrigje wed Cornelis Rijksen Toll. Hij eist 3 jaren rente van 400 gl capitaal [124] 28-10-1639 Steven Adriaensz van Schaijck contra Evert Jansz inde xl garden. Hij eist betaling voor een hokkeling [124] 28-10-1639 Gijsbert Gosensz contra Jan Aertsz vande Voort [124] 28-10-1639 Aelbert Verweij contra Marrigje wed Cornelis Rijksen Toll. [124] 28-10-1639 Jan Florisz schipper en burger van Wijk contra Thomas Roelofsz. [124] 28-10-1639 Adriaentgen Gerrits contra Jan Petersz schaapherder. Zij versocht iij deffault [124] 17-11-1639 Hugo Verweij contra jonker Wernardt vander Wel. [124] 17-11-1639 Cornelis Hendricksz van Wageningen contra Cornelis Jansz Quint. [124] 17-11-1639 Jan Aertsz vande Voort contra Gijsbert Gosensz. [124] 17-11-1639 Gerrit Borgersz contra Meerten Geurtsz. [124] 17-11-1639 Elbert Jansz inde veertich garden contra Steven Adriaensz van Schaijck. In state [124] 17-11-1639 Adriaen Woutersz contra Peter Cornelisz Pijsel. [124] 17-11-1639 Aelbert Reijersz, dienstknecht van Roelof Adriaensz getuigt in de zaak van Adriaen Woutersz en Peter Pijsel [124] 2-12-1639
Bart Gobelsz, won. Culemborg, contra Jacob Hendricksz van Pothuijsen. [124]
2-12-1639
Idem contra Warnardt vander Wel. [124]
2-12-1639
Gijsbert Gosensz contra Jan Aertsz vande Voort [124]
2-12-1639
Jan Florisz contra Thomas Roelofsz [124]
2-12-1639
Evert Jansz inde xl garden contra Steven Adriaensz van Schaijck [124] 88
2-12-1639
Willem Gerritsz Cortou contra Hendrickgen Tonis zijn huisvrouw. Zij heeft hun gezamenlijke goederen verbracht wt haer huysinge ende dat zulcx niet en behoort [124]
2-12-1639
Merten Goertsz contra Gerrit Borgersz. [124]
2-12-1639
Jan Hendricksz contra Elisabeth Quints huisvrouw Willem Philipsz. [124]
9-12-1639
Jonker Wernard vande Wel belooft aan de secretaris Hugo Verweij te betalen. [124]
9-12-1639
Jan Aertsz vande Voort constitueert Johannes Bosch voor het Hof van Utrecht. [124]
9-12-1639
Roelof Adriaensz constitueert zich borg voor Jan Aertsz vande Voort in de zaak tegen Gijsbert Gosensz. [124]
13-1-1640
Andries Hendricksz contra Cornelis en Daem Jansz om te bekennen of hun handtekening staat onder huwelijkse voorwaarden tussen de eiser en Jacobgen Jans zijn huisvrouw. [124]
13-1-1640
Cornelis Dircksz Pijsel contra Roelof Dircksz rademaker. [124]
13-1-1640
Idem contra Jonker Wernard vande Wel. [124]
13-1-1640
Gijsbert Gosensz contra Jan Aertsz vande Voort om te dienen van bewijs. [124]
13-1-1640
Thomas Roelofsz contra Bart Jansz Quint om te bekennen of zijn handtekening staat onder koopcedulle van 3-4-1637. [124]
13-1-1640
Lambert Gerritsz timmerman contra Cornelis Cornelisz jongen hoorn, won. Dwarsweg. [124]
13-1-1640
Drost Verweij contra Jan Joosten, zoon van Joost Evertsz? [124]
13-1-1640
Idem contra Jan Woutersz Kabel. [124]
15-1-1640
Lambert Gerritsz contra Cornelis Dircksz Pijsel als borg voor Jan Dircksz om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie van 31-10-1639 [124]
15-1-1640
Cornelis Dircksz Pijsel contra Thonis Willemsz Cloetingh. Hij eist 12 gl als restant van de leste termijn cooppenningen vanden huijsinge ende hofstede bijden gedaagde vanden eijser gecoft ende ontfangen [124]
15-1-1640
Roelof Adriaensz contra Thonis Willemsz Cloetingh. [124] 89
15-1-1640
Idem contra Jan Willemsz tollenaar [124]
15-1-1640
Idem contra Thomas Roelofsz [124]
15-1-1640
Hans Petersz contra Thonis Quint. [124]
15-1-1640
Idem contra Adriaen Jansz [124]
15-1-1640
Hans Petersz contra Splinter Huijbertsz [124]
27-1-1640
Willem Evertsz, won. int gat vanden berg contra Joost Evertsz zijn broer. Den eiser seijde dat hij door begeerte vanden gedaagde voor hem heeft gepacht van Roelof Henricxen een huijsken met een hofstedeken tot Leersum voor den tijt van vijer Jaren. Joost heeft er in gewoond maar is weer vertrokken. Hij moet betalen. [124]
27-1-1640
Idem als erfgenaam van Thonis Francken contra idem. [124]
10-2-1640
Gijsbert Gosensz contra Jan Aertsz vande Voort [124]
12-2-1640
Jan Verweij, drost, contra Cornelis Cornelisz Prattenburg [124]
12-2-1640
Gerrit Hermansz contra Thonis Joosten alias Vis [124]
2-3-1640
Jan Sebastiaensz contra Thonis Willemsz Cloeting. [124]
2-3-1640
Thonis Willemsz Cloeting contra Jannigje Cornelis wed Jan Willemsz tollenaar [124]
16-3-1640
Hubert Cornelisz Lam contra Jacob Jansz Steenbacker om te bekennen of zijn handtekening staat onder koopcedulle van 27-9-1638 [124]
16-3-1640
Aert Gerritsz contra Jacob Jansz Steenbacker [124]
11-5-1640
Bart Gobelsz, won. Culemborg, contra Jacob Hendricksz van Pothuijsen. [124]
11-5-1640
Hendrickje wed Egbert Aertsz rademaker contra Aeltgen wed Anthonis Adriaensz. Vanwege gelevert wagenwerck en verdiend loon [124]
11-5-1640
Idem contra Adriaen Woutersz [124]
11-5-1640
Idem contra Thomas Roelofsz [124]
11-5-1640
Idem contra Adriaen Jansz [124]
11-5-1640
Cornelis Dircksz Pijsel contra Thonis Willemsz Cloetingh. [124]
11-5-1640
Adriaen Woutersz contra Cornelis Jansz Quint [124]
11-5-1640
Adriaen Woutersz contra Cornelis Dircksz Pijsel [124] 90
11-5-1640
Aert Gerritsz contra Jacob Jansz Steenbacker [124]
11-5-1640
Cornelis Dircksz Pijsel contra Adriaen Woutersz. [124]
11-5-1640
Jan Verweij, drost, contra Geurt Hermansz van Bemmel rademakersgezel. Hij heeft gevochten. [124]
11-5-1640
Idem contra Roelof Dircksz rademaker. Idem.[124]
11-5-1640
Idem contra Cornelis Jansz Quint en Adriaen Woutersz. Zij hebben gevochten. [124]
11-5-1640
Idem contra Dirck Turen metselaar in Veenendaal. [124]
11-5-1640
Idem contra Jan van Holten. Hij heeft gevochten. [124]
11-5-1640
Rijck Bosch burger te Amersfoort contra Thonis Willemsz Cloetingh. [124]
12-5-1640
Aert Gerritsz contra Jacob Jansz steenbacker [124]
12-5-1640
Hendrickje wed Egbert contra Adriaen Jansz. [124]
12-5-1640
Hans Petersz contra Adriaen Jansz [124]
12-5-1640
Drost contra Roelof Dirksen [124]
2-6-1640
Steven Adriaensz van Schaijck contra Evert Jansz inde xl garden [124]
2-6-1640
Jan Claesz contra Roelof Willemsz, won. Dwarsweg [124]
27-6-1640
Jan Hubertsz contra Hubert Tonisz. [124]
6-7-1640
Lambert Gerritsz contra Roelof Dircksz [124]
6-7-1640
Roelof Adriaensz als pachter vande impost vande turf contra Cornelis Cornelisz Prattenburg [124]
6-7-1640
Jan Verweij drost contra Cornelis Jansz Bosman. [124]
6-7-1640
Roelof Adriaensz contra Cornelis Prattenburg [124]
6-7-1640
Lambert Gerritsz contra Roelof Dircksz rademaker [124]
6-4-1645 16-9-1640
heeft Jan Janss Lodder een rechtzaak tegen Aert Jansz. [124] Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Roelof Willemsz aan de Dwarsweg. Hij eist 5-10 ter cause van gehaelde ende geleverde bieren [125]
91
16-9-1640
Mr. Gerrit Volpeens ende mr. Jan Lindenius chrirurgijns contra Caerl Henricx. Zij eisen 180 gl ter cause van veraccordeert mr loon bijde eijsers verdient [125]
16-9-1640
Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Herman Hendricksz. Hij eist 8-4-8 ter cause van gehaelde ende geleverde bieren [125]
28-9-1640
Caerl Hendricksz contra Mr. Gerrit Wolpeens en mr. Jan Lindenius. [125]
28-9-1640
Gijsbert Hermansz borger tot Rhenen contra Aeltgen Stevens wed Lubbert Gerritsz. Hij eist 10-10 berekents geldts mitsgaders noch tot betalinge van twee paer schoen na date van rekeninge aen gedaegde geleuert [125]
28-9-1640
Jan Verweij drost, contra Steven Petersz Buijs. Hij eist 20-12 ter cause van vechtboete ten huijse van Cornelis Cornelisz weert inde Wildeman met Dirck Bosch [125]
26-10-1640 Jan Jansz van velen contra jonker Wernard vande Well als belooft hebbende voor zijn swager [125] 26-10-1640 Mr. Gielis Matijsz, schoolmeester te Amerongen, moet zijn quotisatie nog betalen. [125] 27-10-1640 Jacob Jansz Steenbacker bekent schuldig te zijn aan Roelof Dircksen raeijmaker 36-18 [125] 9-11-1640
Huijbert Thonis tot Elst contra Jan Petersz Wever. Hij eist 64 gl wt saecke van coop ende leverantie van een veth osch int verleden jare ao 1639 [125]
9-11-1640
Evert Jansz inde xl garden contra Cornelis Dircksen Pijsel. Hij eist 6-14 van berekende schuldt [125]
9-11-1640
Cornelis Dircksen Pijsel contra jonker Warnard van Well. Hij eist 8 gl min 5 st van coop van een varcken etc. [125]
26-1-1641
wed Aert Cornelisz Lam contra Huijbert Cornelis Lam won Veenendaal als man ende voocht van Henrickgen Aerts. Zij eist 125 gl ter cause ende als reste vanden lesten termijn cooppenningen van seeckere gecfte veenslijck [125]
26-1-1641
Beernt Berentsz won tot Sormondt contra Thonis Willemsz Cloetingh en Adriaen Jansz. Hij eist 147 gl ter cause van verdient loon. Hij heeft voor hen vorig jaar met zijn paard en wagen in het leger gereden [125] 92
26-1-1641
Harman Joosten, won. Achterberg, contra Cornelis Dircksz Pijsel om te bekennen of zijn handtekening staad onder huurcedulle van 6-6-1633 [125]
26-1-1641
Thijmen Willemsz schoenmaker tot Amerongen contra Cornelis Jansz Quint, won. Nedereng. Hij eist 20-5 ter cause van gehaelt schoenwerck [125]
26-1-1641
Jan Sebastiaensz Quint won Elst contra Thonis Willemsz Cloetingh. Hij eist 6 gl die den gedaagde schuldich is int sterffhuijs van Gerrit Thijsz sa: [125]
26-1-1641
Carel Thonisz won Scherpenzeel contra Jan Gerritsz Kindermaeker won Dwarsweg. Hij eist 72-3-4 ter cause van gehaelde laecken [125]
26-1-1641
Claes van Wijck, won. Amerongen contra Cornelis Jansz Quint, won. Nedereng. Hij eist 40 gl ter cause van gehaelde waren laeckens als anders [125]
26-1-1641
Jan Petersz Waecker, won. Veenendaal, contra Jan Gerritsz Kindermaeker als getrouwd hebbende de wed Joost Hendricksz Visch. Hij eist 11-17 ter cause van twee tonnen biers ende verdroncken gelagen [125]
26-1-1641
Idem contra Cornelisz Thonisz Backer. Hij eist 66 gl bij des eijsers voorsaet voor den gedaegde verschoten van landt pachten vanden domeijnen over 1632-1634 [125]
26-1-1641
Adriaen Woutersz contra Jan Willemsz Cauwenhoven. Hij eist 85-7-8 ter cause van bereeckent weijgelt over 1640 [125]
26-1-1641
Idem contra idem. Hij eist restitutie van 77 dackschoven die den gedaagde hem eijscher heeft affgeleendt [125]
26-1-1641
Beernt Berentsz, won. Zoelmond, contra Thonis Willemsz Cloetingh en Adriaen Jansz. Voor antwoord [125]
26-1-1641
Harmen Joosten die Cruijff contra Cornelis Dircksz Pijsel. Antwoord [125]
26-1-1641
Roelof Adriaensz weerd inde Swaen contra Roelof Dircksen Rademaker. Hij eist 25 gl die den gedaagde aendes eijsers swager Geurt Hermansz schuldich is van verdient loon [125]
26-1-1641
Idem contra Thonis Willemsz Cloetingh. Hij eist 15 gl ter cause van verdroncken ende verteerde gelagen [125] 93
27-1-1641
Willem Aelbertsz schepen alhier contra Thonis Elbertsz. Hij eist 21-10 ter cause van verschenen pachten als opgebeurde penningen [125]
27-1-1641
Roelof Adriaensz weerd inde swaen contra Thonis Elbertsz. Hij eist 25 gl van torff [125]
27-1-1641
Idem contra Roelof Dircksz rademaker. In state totdat Geurt Hermansz selffs compareert [125]
27-1-1641
Roelof Dircksz Rademaker contra Roelof Adriaensz weerd en herbergier inde swaen. Hij eist 19 gl ter cause van een loop raders met noch sesthien st 9 penningen van pecken etc. [125]
1-3-1641
Jan Dircksen brouwer alhier als pachter van de impost vande wijnen en bieren genaempt de Logijsgelden over Amerongen en Johan Verweij drost contra Cornelis Cornelisz Prattenburgh. [125]
1-3-1641
Huijbert Cornelisz Lam contra Jan Claesz om te bekennen of zijn handtekening staat onder zekere koopconditie [125]
1-3-1641
Aert van Broeckhuizen, won. Veenendaal, contra Cornelis Tijsz, won. op de Haar onder Ginkel. Hij eist 19-7 ter cause van geleverde ende gehaelde waren [125]
1-3-1641
Peter Matijsz gerechtsbode tot Amerongen en Steven Gerritsz contra Roelof Adriaensz als principael ende Adriaen Woutersz als borg ende mede-principael om te bekennen of zijn handtekening staat onder coopcedulle van 8-12-1639 [125]
1-3-1641
Aert Cornelisz Hardeman contra Cornelis Jansz Boschman om te bekennen of zijn handtekening staat onder coopcedulle van 12-2-1638 [125]
29-3-1641
Jan Verweij, drost, contra Frans Dircksen en Cornelis Cornelisz Raeijmaker. Hij eist 10-12 ter oorsaecke van een vechtboete van dat de gedaagde ten huijse van Roelof Adriaensz vechtende ende mitten anderen vechtende zijn geweest. [125]
29-3-1641
Jan Rijcksz impostmr vande wijnen en bieren contra Cornelis Cornelisz Prattenburg. [125]
29-3-1641
Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Jan Rijcksz impostmeester [125]
12-4-1641
Johan Rijcx brouwer inde Roos impostmeester contra Cornelis Cornelisz Prattenburg weerd ende herbergier inde Wildeman. [125]
12-4-1641
Gerrit Sarren contra Gerrit Joosten. Hij alsoo onder den gedaegde is berustende de coopcedulle nopende tgoet vanden gedaegde bijden 94
eijser gehuijrt waer van hij eijser dcooppenningen bij hem beloofft aenden gedaegde heeft voldaen ende betaelt [125] 17-5-1641
Jan Floris Nijpoort als cessie van actie hebbende vande wed Willem Dirksen van Wageningen contra mr. Gielis Matijsz om te rekenen volgens appoinctement vanden 11-6-1632. [125]
17-5-1641
Idem contra Corstiaen Cornelisz Waersman. [125]
17-5-1641
Idem contra wed Cornelis Thonisz half Seijst. [125]
17-5-1641
Idem contra wed Jan Damen. Voor relaes uts [125]
17-5-1641
Idem contra Cuijntien wed van Cors Goertsz. Hij eist 8-7 [125]
17-5-1641
Idem contra wed Peter Jansz Wever. Hij eist 6-1 [125]
17-5-1641
Idem contra Sarr Wulien. De gedaegde door Willem Aelbertsz dede dschult bekennen versocht tijt 3 maenden [125]
17-5-1641
Jan Floris Nijpoort als cessie van actie hebbende vande wed Willem Dirksen van Wageningen contra wed Steven Goertsz. Hij eist 65-14-12 van waren [125]
17-5-1641
Idem contra wed Cornelis Jansz Cabel. Woont tot Wijck. [125]
17-5-1641
Jan Joosten Vreem bekent schuldig te zijn aan Cornelis Hendricksen coster tot Amerongen 8 gl ter cause als rest van weijgelt over 1640 [125]
17-5-1641
Cornelis Cornelisz raijmaker contra Adriaen Jan Gijsbertsz. Hij eist 9 gl mitten gedaegde afgerekent wt zaecke van arbeijtsloon ende gelevert wagewerck [125]
17-5-1641
Roelof Dircksz raijmaker contra Roelof Adriaensz. Hij eist 7-10 bij hem verdient over het omhacken van drie pappelenbomen toebehorende wed Aert Cornelisz Lam [125]
17-5-1641
Willem Lambertsz contra Reijer Lambertsz zijn broeder. Hij eist 31 gl wt zaecke van verdient arbeijtsloon bij hem verdient opt goet van Jan van Welij [125]
17-5-1641
Idem contra idem. Hij eist 4-10 bij den eijser verdient inden somer 1640 aen zaliger Lambert Gerritsz [125]
17-5-1641
Cornelis Matijsz contra Reijer Lambertsz. Hij eist 15-15 als rest van verdient arbeijtsloon opt goet van Jan van Welij [125]
95
17-5-1641
Jan Quint als gemachtigde van zijn vader Cornelis Quint contra Cornelis Dircksz Pijsel. Hij eist 2-10 van een half mudde boeckweijts aenden gedaegde gelevert inden Jare 1636. Item nog twee gl van een paer wageleven? aenden gedaegde gedaen. Noch 10 st van geleent gelt, zes st etc. [125]
17-5-1641
Gerrit Sarren contra Gerrit Joosten. Tweede default.
18-5-1641
Adriaen van Sijll contra Willem Lambertsz. Hij alsoo den gedaegde van hem eijser wettelick voor den tijt vijer Jaren in huijre genomen heeft zijns eijsers huijsinge ende hoffstede alhier binnen Amerongen waer van hij gedaegde een Jaer huijren aen hem eijser heeft betaelt ende noch een Jaer wesende tweede Jaer seijt te willen voldoen, ende mitte zelve twee Jaeren van meninge ende seijt daer wt te willen scheijden Soo concludeert hij eijser ten fine hem gedaegde geordonneert zal worden hem eijser die twee Jaren voorts te te betalen [125]
18-5-1641
Jan Quint in qualite contra Cornelis Dircksen Pijsel te antwoorden. [125]
18-5-1641
Idem contra idem. Hij leverde eijsch in sciptis ende concludeerde als int eijnde vandien [125]
18-5-1641
Cornelis Dircxen Pijsel bekent door assignatie van dhr van Amerongen schuldig te zijn aan Jan Cornelisz Schevinchoven 83 gl [125]
18-5-1641
Cornelis Dirksen Pijsel contra Roelof Adriaensz. Hij versochte nieuwe letteren van executie opde verjaerde acte van [125]
1-5-1641
Cornelis Jansz Quint contra Cornelis Dircksz Pijsel. Versteck van Antwoordt te begeeren. [125]
1-5-1641
Roelof Dircksz Rademaeker contra Roelof Adriaensz. Hij diende ende leverde replieck bij geschrifte [125]
1-5-1641
Cornelis Dircksz Pijsel, won. Nedereng, bekent schuldig te zijn aan wed Thonis Aertsz Grindt 10 gl [125]
1-5-1641
Johan Bosch als gewezen procureur van Jan Aertsz vander Voort op en jegens Gijsbert Gosensz contra Jan Aertsz van der Voort. Hij eist 20-19 als rest aen seeckere getauxeerde specificatie van salaris [125]
1-5-1641
Idem als procuratie hebbende aan mr. Joost van Ewijck, advocaat voor het Hof van Utrecht in cas van salaris, contra Jan Aertsz vanden Voort. [125]
1-5-1641
Johan Bosch als gewezen procureur van Jan Aertsz vander Voort contra Peter Cornelisz Pijsel. [125] 96
28-6-1641
Jan Jansz van Broeckhuijsen contra Thijman Willemsz schoenmaker. Hij diende van eijsch sulcx hij leveren zall bij geschrifte binnen vijer dagen [125]
20-9-1641
Roelof Dircksen contra Roelof Adriaensz alsnoch te dupliceren [125]
20-9-1641
Aert Gerritsz contra Gerrit Jansz Kabel. Hij eist 30 gl als rest van 75 gl berekents gelts mitten gedaegde affgerekent spruijtende wt saecke van geleverde eet waren ende anders [125]
20-9-1641
Idem contra Cuijntge wed Cors Goertsz. Hij eist 10-17-12 wt saecke als boven [125]
20-9-1641
Cornelis Cornelisz Raijmaker contra Jan Cornelisz alias half Seijst. Hij eist 8-10 [125]
20-9-1641
Idem contra Adriaen Jansz. Hij eist 9 gl en 9 st van twee velligen [125]
20-9-1641
Hans Petersz contra Aelbert Jansz cramer man. Hij eist 18-10 ter cause van geleverde gerst? Ende rogge [125]
20-9-1641
Kaerl Hendricksz contra Willem Aertsz. Hij eist betaling van sodanige penningen als den gedaegde heeft ontfangen ende gebeurt heeft van torff etc die hij van Peter Joriaensz heeft gecoft gegraven ende vercoft. Gerecht doet uitspraak. [125]
22-9-1641
de kerkmeesters van St. Andries kercke mitsgaders Cornelis Jacobsz en Dirck Christiaensz won aen den Amerongsen dijck contra Anthonis Cornelisz Raep, won. Veenendaal gearresteerde. Zij hebben onder die resp. wed. van Jan Toll en Wouter Hendricksen mitsgaders Cornelis Jacobsz en Dirck Christiaensz [125]
4-10-1641
Annigje Evertsz tegenwoordig dienstmaagd bij Rijck Toll contra Jacob Hendricksz van Pothuijsen. Zij eist 22-19 wt saecke van verdient bodeloon [125]
4-10-1641
Cornelis Matijsz contra Reijer Lambertsz [125]
4-10-1641
Jan Roelofsz contra Cornelis Dircksz Pijsel. Hij eist 7 gl als rest van meerder somme berekents gelts van verdient arbeijtsloon. [125]
4-10-1641
Jan Verweij drost contra Jacob Hendricksz Pothuijsen. Hij eist 10-16 van een boete bijden gedaegde verboert van dat hij opt vercopen vanden thienden vant capl van St verleden somer opten leckendijck gerede heeft voorde wagen van Jan Reijersz ende dselve opgehouden mitsgaders den .. uitgedaagd om te vechten. [125]
4-10-1641
Jan Jansz van Broeckhuijsen als Thijman Willemsz schoenmaker. [125] 97
4-10-1641
Roelof Adriaensz contra Roelof Dircksz. [125]
4-10-1641
Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Gijsbert Jansz. [125]
4-10-1641
Cornelis Matijsz contra Reijer Lambertsz. Alsnoch te antwoorden. [125]
25-10-1641 Splinter Huijbertsz contra Hans Petersz Vlaminck. Hij eist 11-10 als reste van huijshuijr over 1637 vanden huijsinge daer Peter Hansen des gedaagdes zoon in gewoont heeft daer hij gedaegde borch voor geworden is [125] 25-10-1641 Metgen Henricx van Wageningen wed Evert Jansz contra Jacob Hendricksz van Pothuijsen. Zij zegt dat haar man en Adriaen Jansz aan de gedaagde hebben overgedaan zekere tient die zij van het kapittel van St. Pieter heeft gepacht gehad. Zij wordt nu gesommeerd door de pander tot betaling. [125] 25-10-1641 Thonis Tonisz Quint contra Cornelis Jansz Quint. Hij zegt van de gedaagde gehuurd te hebben 15 morgen bouwland met een schaapschot daarop staande met het heijveld tot aen het Immendal toe [125] 8-11-1641
Cornelis Cornelisz Prattenburg contra mr. Jelis Matijsz. Hij eist 48-8-12 ter cause van gehaelde ende geleverde bieren als anders bijdes eijsers huijsfrouw opten 13e meert 1630 mitten gedaegde suijver afgerekent ende geliquideert [125]
8-11-1641
Thonis Quint contra Cornelis Quint. Te antwoorden. [125]
17-1-1642
Johan Verweij, drost, contra Cornelis Jansz Boschman. Hij eist 42-4 ter oorsaecke van vijer vechtboeten die den gedaegde heeft verbeurt over tvechten aenden Stenenbrugh [125]
17-1-1642
Idem contra Wouter Jansz. Tot condemnatie van een ende twintich gulden en twaelff stuijvers van een vechtboete die den gedaegde heeft verbeurt ten huize van Cornelis Prattenburg [125]
17-1-1642
Hugo Verweij secretaris tot Amerongen contra Harmen Cornelisz zijne gewezen dienstknecht. [125]
17-1-1642
Hans Petersz Vlaming contra Maeijchgen Cornelis wed Aert Cornelisz Lam. Hij eist 94-18-8 ter cause van vcrteerde ende gedroncken gelagen als anders. [125]
17-1-1642
Cornelis Jansz Boschman contra Adriaen Jansz. Hij eist 3 gl als rest van coop ende leverantie van torff [125] 98
17-1-1642
Elsken Thonis huisvrouw van Carel Hendricksz contra Roelof Willemsz. Zij eist 25-8 die den gedaegde aenden eijscher schuldich is ter cause van verdient arbeijtsloon als anders [125]
17-1-1642
Johan Quint substituutscholtus tot Rhenen contra Jacob Hendricksz van Pothuijsen. Over legerdienst. [125]
17-1-1642
Adriaen Jansz contra Cornelis Dircksz Pijsel. Hij eist 4-13 ter cause van ¾ deel jaers interesse van 100 gl etc. [125]
17-1-1642
Cornelis Dircksz Pijsel contra Thijman Willemsz. Hij eist 7 gl ter cause van coop van boeckweijt opt velt bijden gedaegde inden verleden somer 1641 vanden eijser gecoft ende ontfangen [125]
17-1-1642
Cornelis Dircksz Pijsel contra Hermen Hendricksz. Hij eist 12 gl ter cause van verschenen huijshuijr met noch eene gulden off soo veell min of meer als opt boeck ter secretarie bevonden sall worden van een jaer Huijsgelt [125]
17-1-1642
Marrichgen Cornelis Toll contra Cornelis Dircksz Pijsel. Hij eist 3 gl als rest van weijgeld [125]
17-1-1642
Hans Petersz Vlaming contra wed Aert Cornelisz Lam. [125]
17-1-1642
Cornelis Dircksz Pijsel contra Herman Hendricksz. [125]
17-1-1642
Thonis Quint contra Cornelis Jansz Quint. [125]
19-1-1642
Roelof Adriaensz contra Cornelis Cornelisz Prattenburg. Hij eist 15-4-10 die den eijser aenden gedaegde vermogens specficatie alhier aenden gerechte overgelevert ten achteren is etc [125]
21-1-1642
Jan Willemsz Cauwenhoven contra Mor Willemsz. Hij leverde eijsch in schriptis [125]
31-1-1642
Aelbert Verweij contra Jacob Hendricksz van Pothuijsen en Cornelis Jansz Quint om te bekennen of hun handtekening staat onder acte van condemnatie 23-1-1640 [125]
31-1-1642
Herbardt de Cemp won Wijk contra Cornelis Thonisz Backer won inde Ginkel om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie 30-121640 [125]
31-1-1642
Jan Willemsz van Cauwenhoven contra Mor Willemsz. [125]
31-1-1642
Roelof Dircksen rademaker contra Thonis Roelofsz. Hij eist 58-6 ter cause van verdient raderwerck [125] 99
31-1-1642
Jan Quint substituutschout tot Rhenen contra Jacob Hendricksz van Pothuijsen. [125]
9-5-1642
Jan Rijcksen als pachter vande wijnen en bieren contra Cornelis Cornelisz van Amerongen. Hij heeft bier gebrouwen zonder aangifte te doen. [125]
9-5-1642
Cornelis Dircksz Pijsel contra Thonis Willemsz Cloetingh om te bekennen of zijn handtekening staat onder coopdeculle. [125]
23-5-1642
Geurt Elbertsz van Karpen contra Cornelis Jansz Boschman om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie van 20-3-1642. [125]
23-5-1642
Hendrick Jacobsz van Varick contra Cornelis Jansz Boschman. [125]
23-5-1642
Peter Hendricksz Kleuver contra Cornelis Thijsz opte Haer. Hij eist 10 als rest van 100 gl die den gedaegde van des eijsers huijsvrouw heeft gehadt etc [125]
23-5-1642
Adriaen Thonisz contra Roelof dircksz Rademaker. Hij eist 19-5 ter cause van boeckweijt vette hamels ende gecofte boonen opt velt [125]
23-5-1642
Roelof Dircksen Rademaker contra Thomas Roelofsz. Non comparitie [125]
23-6-1642
Jan Jansz van Veelen, schepen te Amerongen, heeft beloofd 100 gl die gevesticht staen in seeckere twee ackeren enghlants genaempt die Doornackers die Cornelis Dircxen Pijsell binnen jegenwoordich sijn competerende binnen twee maenden te betalen [125]
23-6-1642
Cornelis Cornelisz van Amerongen contra Jan Rijcksen pachter van de Logijsgelden. [125]
23-6-1642
Geraerdt van Rheede contra Geurt Richoudt. Hij tot obedientie vanden arreste concludeert tot betalinge van achtien gulden ter cause van gehaelde ende geleverde steenen [125]
31-5-1642
Harman Schaer, geboren Beijll bij Warenderen in het Stift van Münster, legt getuigenverklaring af. Gisterenmiddag vond hij bij de windmolen Thijman Willemsz schoenmaker die hij heeft aangesproken op verdiend loon ter somme van 4 gl. Terwijl zij geld wisselden pakte Thijman ook nog een franse kroon af. [125]
31-5-1642
Casper Caspersz schoenmaker vanden Creijtmost wt den Pals, won. tegenwoordig Amerongen legt getuigenverklaring af in bovenstaande zaak. [125] 100
9-6-1642
Roelof Adriaensz contra Jan Petersz linnenwever. [125]
13-6-1642
Jan Petersz Linnenwever contra Roelof Adriaensz. Heel verhaal. [125]
13-6-1642
Gerrit van Rheede contra Geurt Richolt tot Doorn. Non comparitie [125]
13-6-1642
Jan Rijcksz als pachter vande logiesgelden c.s. contra Cornelis Cornelisz van Amerongen te antwoorden opte exceptie en te repliceren [125]
13-6-1642
Roelof Adriaensz contra Jan Petersz linnenwever. [125]
13-6-1642
Trijn Jansz wed Peter Jansz Linnewever tot Amerongen ende heeft haer borge geconstitueerd voor haer soon Jan Petersz omme tgewijde inder saecke die Roelof Adriaensz eijscher in cas van jrrogatie op ende jegens haren soon vnt is sustineerende [125]
20-6-1642
Jan Petersz linnewever contra Roelof Adriaensz. [125]
27-6-1642
Peter Matijsz gerechtsbode als volmachtigde van Jan Rijckx, won. Lunteren, contra Jacob Hendricksz van Pothuijsen. Hij eist 84 gl vermogens sekere obligatie van 25-7-1641 [125]
27-6-1642
Jacob Hendricksz van Pothuijsen contra Cornelis Hendricksz van Wageningen. Hij eist 12 gl als reste van coop en van een peert inden voorleden somer 1642 [125]
27-6-1642
Metgen van Wageningen wed Evert Jansz contra Jacob Hendricksz van Pothuijsen. Zij eist 14 gl en nog 5 st na gedroncken [125]
27-6-1642
Roelof Adriaensz contra Jan Petersz linnenwever [125]
27-6-1642
Jan Rijcksz contra Cornelis Cornelisz Prattenburgh. [125]
27-6-1642
Adriaen Woutersz constitueert zich borg voor Roelof Adriaensz tegen Jan Petersz linnenwever. [125]
27-6-1642
Tijman Willemsz alsnoch te antwoorden in de zaak tussen Jan Jansz van Broeckhuijzen. [125]
27-6-1642
Tijmen Willemsz bekent ten verzoeke van Jan Jansz van Broeckhuijsen den jongen aan hem schuldig te zijn 6 gl [125]
11-7-1642
Thomas Roelofsz contra Gerrit Jansz Kabel. Hij zegt dat Gerrit 34-10 ten achteren is als rest van Coop van een peert, enkele jaren geleden. [125]
11-7-1642
Roelof Adriaensz contra Jan Petersz linnenwever. Repliek [125] 101
11-7-1642
Jan Rijcksz contra Cornelis Cornelisz Prattenburg. [125]
11-7-1642
Jan Petersz linnenwever contra Roelof Adriaensz opt versoeck van redressement vanden 27e Junij verleden [125]
11-7-1642
Metgen Hendricks van Wageningen contra Jacob Hendricksz van Pothuijsen. Zij persisteert bij haar eis [125]
11-7-1642
Jan Petersz linnenwever contra Fijghen Jans dienstmaagd van Roelof Adriaensz. Hij eist van haar een getuigenverklaring [125]
25-7-1642
Jan Rijcksz als pachter van de logiesgelden c.s. contra Cornelis Cornelisz van Amerongen. Te dupliceren [125]
25-7-1642
Dirck Goosensz, won. Eck, contra Jan Gerritsz, won. Amerongen. Hij eist betaling van 8-10 ter cause van twee vimmen dackx [125]
25-7-1642
Jan Petersz linnenwever contra Roelof Adriaensz te repliceren opte exceptie en te dupliceren ten principaell [125]
25-7-1642
Roelof Adriaensz contra Jan Petersz te repliceren. [125]
3-10-1642
Jan Rijcksz brouwer contra Cornelis Cornelisz Prattenburg. [125]
3-10-1642
Jan Quint, substituut-schout te Rhenen, contra Thijmen Willemsz. Hij eist 30 gl ter cause van gecoft coorn [125]
3-10-1642
Idem contra Cornelis Thonisz backer. Hij eist 3 gl die den eijsscher voor den gedaegde aenden Rentmeester vanden Domeijnen Sluijts van Utrecht heeft verschooten ende betaelt [125]
3-10-1642
Idem contra Adriaen Woutersz. Hij eist 11-10 ter cause van gecoft ?? ende pacht van hamels [125]
3-10-1642
Jan Petersz contra Roelof Adriaensz te dupliceren nopende tversoeck van Redressement [125]
3-10-1642
Cornelis Cornelisz van Amerongen contra Roelof Willemsz. Hij eist 6 gl van 2 halve vaten dick bier ende eene gulden tien stuijvers van een halff vath dun bier [125]
3-10-1642
Idem contra wed Joost Evertsz. Hij eist 29-5 van gelevert bier en gecoften turf int Jaer 1639 [125]
3-10-1642
Idem contra Gerrit Gerritsz jonge Cortouw. Hij eist 8-4-8 van gelevert bier ende gedroncken gelagen in 1639 [125]
102
3-10-1642
Johan Quint substituut-schout te Rhenen contra Gerrit Jansz Wildeman intervenierende voor Cornelis Gerrit Woutersz. Hij persisteert bij zijn eis [125]
4-10-1642
Roelof Adriaensz contra Cornelis Jansz Boschman. Hij eist 37-18-12 ter cause van bereeckents gelts [125]
31-10-1642 Cornelis Jansz Boschman bekent bovenstaande schuld aan Roelof Adriaensz schuldig te zijn. [125] 4-10-1642
Metgen van Wageningen wed Evert Jansz van Rossum contra Casper Caspertsz. Zij eist 16 gl ter oorsaecke den gedaegde des eijsschers vercken doot gestoocken heeft [125]
7-10-1642
Johan Quint, procureur van Jan Petersz Linnenwever, constitueert zich appellant voor het Hof van Utrecht voor het appointement van dit gerecht ten voordele van Roelof Adriaensz op 4 oktober gedaan. [125]
31-10-1642 Carel Hendricksz contra Adriaen Jansz. Adriaen heeft ten huize van Jan Woutersz Cabel weert en herbergier aenden Dwarswegh zich laten gelusten de eiser openlijk aan te zeggen dat hij een dief was en dat hij zijn turf zou hebben gestolen. Adriaen komt niet opdagen. [125] 31-10-1642 Cors Andriesz contra Thonis Quint. Hij eist 50 gl van verdiend bodeloon over 1642 mitsgaders een hemd met een paar schoenen [125] 13-1-1643
Aelbert Verweij contra Cornelis Jansen Quint als borg en principaal voor Jacob Hendricksz van Pothuijsen om te bekennen of zijn handtekening staat onder acte van condemnatie van 23-1-1640. [125]
13-1-1643
Idem contra Cornelis Jansz Quint om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie van 22-11-1638. [125]
16-1-1643
Roelof Adriaensz contra Jan Petersz Linnenwever. [125]
16-1-1643
Hendrick Jacobsz van Varick, schepen, contra Jacob Hendricksz van Pothuijsen. Hij versochte alsnoch condempnatie op den eijsch van den xiiij november 1642 [125]
16-1-1643
Claes van Wijck contra Cuijn Corssen. Hij eist 26-2-8 ter cause van gehaelde ende geleverde waren [125]
16-1-1643
Willem Willemsz Cuijper contra Crijn Corssen. Hij eist 3 gl ter cause van gehaelde ende geleverde waren [125]
16-1-1643
Geurt Hermansz contra Roelof Dircksz. Hij eist 25 gl ter cause van verdient loon [125] 103
16-1-1643
Claes van Wijck contra wed Steven Geurtsz. Hij eist 14 gl ter cause van gehaelde ende geleverde waren [125]
16-1-1643
Willem Philipsz contra Cornelis Dircksz Pijsel. Hij eist 20-15 ter saecke van coop van coorn [125]
16-1-1643
Adriaen Woutersz contra Cornelis Jansz Quint en de wed Aert Cornelisz Lam. Jn state [125]
16-1-1643
Cornelis Dircksz Pijsel contra Jan Willemsz Cauwenhoven. Hij eist 6 gl ter cause van boomen verleden soomer vanden gedaegde gehadt [125]
16-1-1643
Gerecht doet uitspraak in zaak tussen Cornelis Dircksz Pijsel en Jan Jansz van Veelen. [125]
16-1-1643
Willem Philipsz bekent schuldig te zijn aan Jan Cornelisz, won. Leersum, 600 gl ter cause ende als rest vanden lesten termijn coop ende vande weijweert door Willem van Jan gecoft [125]
17-1-1643
wed Evert Jansz van Rossum contra Jasper Jansz de Bij om te bekennen of zijn handtekening staat onder koopcedulle van 25-11-1641 [125]
17-1-1643
Cornelis Dircksz Pijsell contra Jan Willemsz Cauwenhoven. [125]
17-1-1643
Hans Petersz contra Cuijn Corssen. Hij eist 2-13 ter cause van gehaelde ende geleverde waren [125]
17-1-1643
Cornelis Cornelisz Prattenburg pachter van de Bacxweert contra Cornelis Dircksz Pijsel. Tot Condempnatie van seuentien gulden van weij van een hockelingh ende veulen [125]
17-1-1643
Geurt Hermansz contra Roelof Dircksz rademaker. Hij eist alsnog condemnatie op de eis van 25 gl. [125]
17-1-1643
Roelof Adriaensz en Roelof Dircksz hebben met elkaar geliquideerd en afgerekend [125]
17-1-1643
Ijgen Jansz huisvrouw Jan Petersz linnenwever bekent schuldig te zijn aan Roelof Adriaensz 9-1-12. [125]
17-1-1643
Roelof Adriaensz weerd en herbergier in de Swaan bekent schuldig te zijn aan Cornelis Dircksz Pijsel 5 gl [125]
3-1-1643
Maeijchgen Aerts wed Aert Cornelisz Lam bekent schuldig te zijn aan Adriaen Woutersz 7 gl ter cause van haer contingente portie aen seeckere capitale somme die zij neffens dandere erffgenamen van Neeltgen Aerts aenden voorn Adriaen Woutersz schuldigch was [125] 104
3-1-1643
Roelof Adriaensz contra Jan Petersz linnenwever. Hij versochte dispositijff Tgerecht verleent [125]
27-2-1643
Gerard van Reede contra Jacob Hendricksen van Pothuijsen om te bekennen of zijns huisvrouws handtekening staat onder obligatie van 46-1639. [125]
27-2-1643
Lambert Gerritsz van Velpen voor hemzelf en als universeel erfgenaam van Hendrick Gerritsz van Velpen ex testamento contra Jan Jansz van Veelen om te bekennen of zijn handtekening staat onder koopbrief van 9-8-1633. Hij als inde presentatie ende voorts tot betalinge ende namptissement van tsestich gulden van coop van coorn ofte een acker roggen op des eijsers houwelijck gecoft dat all overlangh is gesolemniseert onder presentatie vanden gedaegde ende sijn huijsvrouw op een maeltijt te sullen tracteeren soo wanneer het den gedaegde sall belieuen dat voor desen oock is gepresenteert ende soude sulcx op de bruyloft gedaen sijn maer is om redenen geen bruyloifft gehouden [125]
27-2-1643
Peter Matijsz en Steven Gerritsz contra Roelof Adriaensz om te bekennen of zijn handtekening staat onder koopcedulle van 8-12-1639. [125]
27-2-1643
Thonis Willemsz Cloetingh contra Adriaen Woutersz als borg voor Cornelis Hendricksz om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie [125]
27-2-1643
Sijbrant …. Bekent schuldig te zijn aan Huijbert Jansz van Lunteren 1110 ter cause vande eerste termijn cooppenningen vant huijs inde Sandtvoort [125]
27-2-1643
Reijer Lambertsz bekent schuldig te zijn aan Thonis Willemsz Cloetingh 3-10 [125]
27-2-1643
Cornelis Jansz rademaker bekent schuldig te zijn aan Bastiaen Reijersz 6-4 [125]
27-2-1643
Hans Petersz Damer weert int wapen van Utrecht contra Cornelis Jansz Quint. Hij eist 8-10 ter saecke van verdroncken gelagen. Den gedaegde heeft door sijn Soon Johan Quint doen jnbrengen een brieffken van sijn eijgen handt daer bij hij die schuldt inden eijsch verhaelt is bekennende [125]
8-5-1643
Roelof Adriaensz contra Jan Petersz Linnenwever. [125]
105
8-5-1643
Geertruijdt de Bont wed Petro Bosch in sijn leven predikant tot Amerongen contra Daniell van Hengel jegenwoordich predicant aldaer. Zij diende ende leverde eijsch in schriptis [125]
8-5-1643
Idem contra Idem. Zij versochte dat den gedaegde sall worden geordonneert te doen den eedt van nijet te Calumnieeren [125]
8-5-1643
Johan Verweij drossaard en scholtus contra Thomas Roelofsz. Hij diende ende leverde eijsch jn schriptis [125]
29-5-1643
wed Petri Bosch contra Daniell van Hengell. [125]
5-6-1643
Johan Verweij drossaard contra Jan Jansz van Veelen om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie van 17-9-1639 [125]
5-6-1643
Jan Quint substituut-schout tot Rhenen contra Claes van Wijck om te bekennen of zijn handtekening staat onder huurcedulle van 6-6-1641 [125]
12-6-1643
Juff. Anna van Boetselaer tot Toutenborch vrouwe douariere van Amerongen contra Jan Jansz van Veelen. Zij tot condenmatie ende dijenvolgende bij provisie namptissement van 59-11 ter cause ende als rest van pacht van weijgelt [125]
12-6-1643
Jan Quint substituut-schout te Rhenen contra Jan Jansz van Velen. Hij eist 37-10 van een jaar rente van 600 gl [125]
12-6-1643
Idem contra idem om te bekennen of zijn handtekening staat onder contract van 20-8-1642 [125]
12-6-1643
Idem contra Roelof Arisz om te bekennen of zijn handtekening staat onder contract van 20-8-1642 [125]
12-6-1643
Idem contra idem tot betaling van 13 gl van verschoten penningen [125]
12-6-1643
Idem contra Cornelis Backer. Hij eist 3 gl van verschoten penningen [125]
12-6-1643
wed Peter Bosch contra Daniel van Hengel. Den gedaegde diende ende leverde amsr. in scriptis [125]
12-6-1643
Cornelis Cornelisz contra Jan Reijersz als man van Metge van Wageningen. Hij eist 8 gl van huer van een bongartge daervan sij trecht heeft vanden vordere erffgenamen [125]
12-6-1643
Johan Verweij contra Jan Jansz van Velen en Hendrick Jacobsz van Varick. [125] 106
26-6-1643
Arien Jansz contra Thomas Roelofsz. Hij eist 46 gl van coop van hoij ende van naweij [125]
26-6-1643
Geertruijt de Bont wed Petro Bosch contra Daniell van Hengel [125]
26-6-1643
Jan Jansz van Velen contra Jan Quint substituut-schout. [125]
26-6-1643
Roelof Arisz contra idem [125]
26-6-1643
Roelof Arisz contra Jan Petersz. [125]
26-6-1643
Thomas Roelofsz contra Arien Jansz. Jn state [125]
10-7-1643
Daniel van Hengel contra Geertruijt de Bont wed Petrus Bosch. [125]
10-7-1643
Roelof Arisz contra Jan Petersz. [125]
10-7-1643
Jan Jansz van Velen contra Jan Quint substituut-schout. [125]
10-7-1643
Roelof Arisz contra idem. [125]
10-7-1643
Hendrick Jacobsz van Varick schepen contra Thomas Roelofsz. Hij eist 23 gl ter goedere reeckening van weij [125]
10-7-1643
Johan Verweij drossaard contra Hendrick Jacobsz van Varick. [125]
10-9-1643
Leggen Johan van Zijll, Willem Aelbertsz en Bart Quint de eed af aan dhr van Amerongen. [125]
25-9-1643
Geertruijt de Bont wed Petrus Bosch contra Daniell van Hengel. [125]
25-9-1643
Carel Hendricksz contra Jan Claesz. Hij eist 4-5 van coop van beterschap [125]
25-9-1643
Idem contra Cornelis Jansz Boschman. Hij eist 3-15 van een voeijer hoij [125]
25-9-1643
Johan Verweij drost contra Hendrick Jacobsz. [125]
25-9-1643
Johan Quint contra Jan van Velen. [125]
25-9-1643
Idem contra Roelof Arisz. Ut supra [125]
25-9-1643
Jan Woutersz Cabell contra Cornelis Jansz Boschman. Hij eist 4-1 van geleent gelt ende verdroncken gelagen [125]
9-10-1643
Johan Verweij drost contra Hendrick Jacobsz van Varick. Alsnoch te antwoorden. [125]
9-10-1643
Idem nomine officij contra Jacob Hendrickszn van Pothuijsen en Thijman Aertsz. Hij eist 300 gl ter oorsaecke de gedaagden ten huize 107
van Jasper Jansz de Bij inde 40 garden inden avont met messen gevochten ende den anderen gequetst hebben [125] 9-10-1643
Lubbert Claesz pachter van tgemaell over den dwarsweg contra Gijsbert Jansz. [125]
9-10-1643
Gijsbert Jansz constitueert Joannes Bosch procureur [125]
23-10-1643 Lubbert Claesz pachter etc contra Gijsbert Jansz, won. Dwarsweg. [125] 23-10-1643 Johan Verweij drost alhier contra Hendrick Jacobsz van Varick. [125] 20-11-1643 Roelof Arisz contra Jan Petersz. [125] 20-11-1643 Gerrit van Rheede capitein contra Cornelis Jansz Quint. De gedaagde bekent de schuld [125] 20-11-1643 Idem contra idem als borge ende principael onder de renunchiatie vande exceptie van excussie ende divisie voor Jacob Hendricksz van Pothuijsen om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie van 9-6-1639 [125] 20-11-1643 Johan Verweij contra Hendrick Jacobsz van Varick. Hij versocht alsnoch appointement [125] 20-11-1643 Cornelis Jansz Boschman contra Jan Barten. Hij eist 4-5 van een hoopgen torffs [125] 20-11-1643 Mr. Gerrit Volwens chirurgijn contra Lambert Arrisz als man van Evertge Joosten. Hij eist 25 gl en 1-10 van een verschenen termijn van belooft meesterloon [125] 20-11-1643 Lubbert Claesz pachter inder tijt vant gemael contra Gijsbert Jansz. [125] 4-12-1643
Willem Evertsz contra Hendrick Joosten. Hij versocht restitutie van sijne costen die over eenige iniuerien sijn gevallen, wesende 4-2-0 [125]
4-12-1643
Gijsbert Jansz contra Lubbert Claesz te antwoorden bij exceptie [125]
4-12-1643
Gerrit van Rhede capitein contra Cornelis Jansen Quint. [125]
4-12-1643
Claes van Wijck contra Arien Jansz. [125]
15-1-1644
Thomas Roelofsz contra Jan Jansz van Velen. Hij eist 100-16 van verdient loon als anders [125]
15-1-1644
Roelof Arisz contra Jan Petersz. Hij eist 10-10-4 van verteringe [125] 108
15-1-1644
Gijsbert Jansz, won. Dwarsweg, contra Lubbert Claesz. [125]
15-1-1644
Beert Jansz contra Roelof Arisz. Tot betaling 6-10 van loon bij haer dochter verdient [125]
15-1-1644
Mr. Bartholomeus Bercheijc advocaet als rentmeester van St Agniet Convent te Rhenen contra Roelof Dircksz rademaker. Hij eist 15-12-8 van een jaar rente verschenen april 1643. [125]
15-1-1644
Aeltje Hendricks contra Jan Gerritsz. Zij eist 30 gl van verdient loon [125]
15-1-1644
Cornelis Thonisz contra Cornelis Jacobsz Spickhorst. T’Gerecht vergunt dacht tot op morgen ende copij [125]
26-2-1644
Peter Mathijsz contra Roelof Arisz. Hij eist 60-16 van gehaelde waren en verdient salaris [125]
26-2-1644
Thomas Roelofsz contra Jan Jansz van Velen [125]
26-2-1644
Gerecht besluit dat de schepen neffens de gerichtsbode de personen sullen gaen opteijckenen om thooftgelt volgens appnt vanden Ed: Mog: Heeren Staten deser provincie omgeslagen, off verpacht te worden als de selve alsdan sullen verstaen [125]
11-3-1644
Gijsbert Jansz contra Lubbert Claesz. Te repliceren [125]
11-3-1644
Thomas Roelofsz contra Jan Jansz van Velen alsnoch te antwoorden. [125]
11-3-1644
Peter Matthijsz contra Roelof Arisz te antwoorden [125]
14-3-1644
Jan Jansz van Velen verzoekt acte alsoo Thomas Roeloffsz ende Hendrick Jacobsz van Varick hem comparant hadden gescholden voor een schelm ende leugenaer ende Thomas daerbij noch voegende dat den compt was een dieff, doordien dit is geschiet inden raadcamer ten overstaen van het Gerechte op huijden date ondersz [125]
25-3-1644
Gijsbert Jansz contra Lubbert Claesz. [125]
25-3-1644
Thomas Roelofsz contra Jan Jansz van Velen. [125]
25-3-1644
Peter Matthijsz contra Roelof Arissz te antwoorden. [125]
13-5-1644
Vrouwe van Amerongen contra Peter Cornelisz Pijsel, Harmen, Jan, Cornelisz Pijssel, Jan Cornelissen als getrout hebbende Maijchge Corneliss, mitsgaders Jan Joosten als man en voocht van Teuntge Corneliss te samen erffgenamen van Cornelis Dircksz Pijssel om te 109
bekennen de huurcedulle. Zij eist 236 gl van pacht tleste verschenen int jaer 1643 affslaende tgeen daerop betaelt is. Zij bekennen de schuld van 149-7-0 mits datter affslach sall strecken noch 5-15-0 [125] 13-5-1644
Metge van Wageningen voor haarzelf trecht hebbende vande erfgenamen van Evert Jansz van Rossum in zijn leven getrouwde man constitueert Johan Bosch, procureur. [125]
13-5-1644
Jan Petersz Waecker constitueert Jan Bosch procureur [125]
13-5-1644
Metge van Wageningen als erfgenaam van Evert Jansen van Rossum contra Arien Jansz. Zij eist 67-8 van gedroncken gelagen [125]
13-5-1644
Jan Petersz Wacker contra Cornelis Jansz Boschman. Hij eist 27-1-8 van bieren [125]
13-5-1644
Vrouwe van Amerongen contra Jan Jansz van Velen. Zij eist 188-18 en 630 gl van pachten over 1640-1643. [125]
13-5-1644
Johan Verweij drost contra Louw Jacobsz en Jasper Jansz. Hij diende ende leverde [125]
13-5-1644
Idem contra Louw Jacobsz. Uts [125]
13-5-1644
Idem contra Huijbert Jansz van Lunteren. Uts [125]
13-5-1644
Idem contra Roelof Dircksz. Uts [125]
13-5-1644
Johan Verweij, drost, als rentmeester vande heer Frederik van Nassau, heer van Zuilenstein, contra Splinter Huijbertsz. Uts [125]
13-5-1644
Idem als momber over het kind van Anthonis Cornelisz van Broeckhuijsen contra wed Aert Cornelisz Lam. Hij eist 150 gl ter cause van drie gulden rente verschenen 17-1-1644. [125]
13-5-1644
Aelbert Verweij contra Arien Woutersz om te bekennen of zijn handtekening staat onder obligatie van 23-9-1639 [125]
13-5-1644
Samuel de Ramare als curator van de boedel van Gijsbert Gijsbertsz van Cleeff contra Jan Jansz van Velen. Hij versochte nieuwe letteren van executie op een verjaarde willige acte van constitutie deser gerechte van dat 18-4-1633. [125]
13-5-1644
Cornelis Jacobsz contra vrouwe Cunera van Nestelraet wed dhr van Natewisch. Ramare diende ende leverde eijsch in scriptis [125]
13-5-1644
Thomas Roelofsz contra Jan Jansz van Velen. Idem [125]
110
13-5-1644
De pachters opde bieren ende wijnen vanden imposten genaemt de logijsgelden contra Jasper Jansz de Bij. Jn state [125]
13-5-1644
Cornelis Cornelisz rademaker contra Roelof Dircksz rademaker. Hij eist 31-4 van loon [125]
13-5-1644
Thomas Roelofsz contra Jan Jansz van Veelen. Dupliek [125]
27-5-1644
Cornelis Jacobsz contra de vrouwe van Natewisch. Te antwoorden [125]
21-6-1644
Hendrick Simonsz contra Gijsbert Jansz. Hij leverde eis in scriptis [125]
1-7-1644
Jan Verweij drost contra Geurt Hendricksen. Geurt heeft ten huize van de weerdin te Leersum geaggresseerd tegen Willem Evertsz int gat vanden Berch. Hij krijgt vechtboete [125]
1-7-1644
Idem contra idem. Geurt heeft ook gevochten met Gijsbert Robbertsz. [125]
1-7-1644
Idem contra Jan Quint. Non comparitie [125]
1-7-1644
Roelof Adriaensz in cas van iniurien contra Cornelis Jansz Boschman. Eis geleverd. [125]
1-7-1644
Jan Jansz van Velen contra Thomas Roelofsz. Idem [125]
1-7-1644
Vrouwe van Natewisch contra Cornelis Jacobsz te antwoorden [125]
1-7-1644
Thomas Roelofsz contra Jan Jansz van Veelen. [125]
2-9-1644
Johan Verweij drost en scholtus contra Hendrick Jacobsz van Varick en Adriaen Jansz. Op 29-7-1644 hebben zij bij de weerd en herbergier in de 40 garden met elkaar gevochten en elkaar met messen gekwetst. Boete van 150 gl. [125]
2-9-1644
Johan Verweij, drost en scholtus, contra schaapherder van Huijbert Gerritsen van Velpen. Hij alsoo den gedaegde hem heeft onderstaen inde maent van July met een stock de soon van Huijbert Toll te slaen, ende daerover ten minsten in 100-0-0 is vervallen [125]
2-9-1644
Idem en Hans Petersz Vlamingh contra Hendrick Jacobsz van Varick en Rijck Cornelisz Toll, molenaar. Hij eist 30 gl ter cause van veraccordeerde boete over seeckere fraudatie [125]
2-9-1644
Mr Gielis Matthijs schoolmeester contra Cornelis Cornelisz Prattenburgh. Hij eist 55-5 volgens affrekening van coorn [125]
111
2-9-1644
Den Heere Deecken Wijck contra Thomas Roelofsz. Hij eist 31-9-0 van weij van peerden over den Jare 1641 [125]
2-9-1644
Idem contra Thijmen Willemsz. Hij eist 37-8 van koeij 1641 en 1642 [125]
2-9-1644
Idem contra idem Hij eist 6-7-8. Uts [125]
2-9-1644
Wed Peter Jansz Wevert contra Huijbert …. Zij eist 8-10 van huijshuur [125]
2-9-1644
Peterke Peters contra Cornelis Jansz Boschman als erffgenaam van zijn vader. Zij eist 30 gl van geleent gelt [125]
2-9-1644
Bastiaen Jansz contra Roelof Arisz. Hij eist 39 gl van vracht van schelpen [125]
2-9-1644
Carel Hendricksz contra Cornelis Thonisz backer. Hij eist 9-3 van pahct van lant en huijshuur [125]
2-9-1644
Splinter Huijbertsz voor sijn selven ende sijn moeder contra Cuijn Corssen. Hij eist 101-10-12 van eetwaer [125]
10-9-1644
Alsoo Cuijn Corssen haer qualijck is comporterende niet sonder groote opspraeck van dieverije, ende lichtveerdicheijt, dat in een plaetse van iustitie niet getollereert nemaer tot een exempel van andere behoort te werden gestraft. Soo ist dat die van Gerechte de selve Cuijn Corss ordineren te vertrecken uijt dese Heerlijckheijt ende dat binnen tweemaell 24 uren, ende daer niet weer in te coomen, op pene van daerover aenden lijve gestraft te worden [125]
23-9-1644
Wed Lubbert Gerritsz contra Wouter Jansz de knecht van Roelof Arisz. Zij eist 4 gl van schaepsweij [125]
23-9-1644
Daem Jansz contra Thonis Joriphaesz. Hij eist 5-9 van cleer [125]
23-9-1644
Peterke Peters contra Cornelis Jansz Boschman. [125]
23-9-1644
Cornelis Jacobsz contra vrouwe van Natewisch. Te antwoorden [125]
23-9-1644
Cornelis Jansz Boschman in cas van injurien contra Roelof Adriaensz te antwoorden [125]
23-9-1644
Johan Verweij drost tot Amerongen contra Huijbert Cornelisz en Seger Cornelisz. Hij eist 25 gl ter cause van een vechtboete ende dat sij de soon van Roelof Dircksz hebben geslagen [125]
23-9-1644
Idem contra Hendrick Jacobsz van Varick en Adriaen Jansz. [125] 112
23-9-1644
Idem contra de knecht van Huijbert van Velpen. [125]
23-9-1644
Idem contra Jasper Jansz de Bij weert inde 40 garden. Over schutten van beesten [125]
4-10-1644
Brief van Johan de Kemp die zich heeft begeven naar Amerongen om zich te laten informeren over het delict van Willem Aelbertsz. De dochter daer den selven overspell mede bedreven heeft, is woonachtig tot Zutphen, hij heeft daer twee kijnderen bij verweckt, waervan het eene noch leeft, sijnde een dochterke, dat sijn soon, die in Westindie is, geweest heeft uijtgebracht, de poene daertoe staende sijn geexpresseert … te weten inhabiell ende onbequaem om eenige staet te bedienen, verbeurt twee hondert guldens, ende gebannen te werden uijt den Lande van Utrecht sijn leven. Johan de Kemp heeft de drost en het gerecht van Amerongen gewaarschuwd om Willem niets te laten verkopen. [125]
7-10-1644
Thonis Willemsz Cloetingh contra Claes van Wijck. Hij eist 9-10 als van legerdienst over 1643 [125]
7-10-1644
Dhr. Johan Verweij drost contra Hendrick Jacobsz van Varick en Adriaen Jansz. Boete alsoo de saeck is in confesso, behoudens parthijen haer recht iegens den anderen [125]
7-10-1644
Peter Matthijsen als curator over de boedel van Jacob Hendricksz van Pothuijsen contra de gemene crediteuren vanden selven te dienen van redenen van preferentie ende concurrentie [125]
7-10-1644
Arien Woutersz contra Willem Aelbertsz. Non comparitie [125]
7-10-1644
Beernt Jansz contra Cornelis Thonisz. Hij eist 6 gl van den bijstede [125]
7-10-1644
Cornelis Jansen Boschman contra Roelof Arisz. Hij eist 40 gl van 400 tonnen torfs [125]
7-10-1644
Cornelis Caerlen van Asterhout contra Jan Joosten. Hij eist 14 gl van weijgelt over 1643 [125]
7-10-1644
Idem contra Maeijchgen Aert Lammen wed. Hij eist 61 gl uts [125]
21-10-1644 Johan Verweij drost contra Cornelis Cornelisz Prattenburg. Hij leverde eis in scriptis [125] 21-10-1644 Cornelis Arrisz contra Hendrick Joosten. Hij eist 4-1 van loon [125] 21-10-1644 Cornelis Caerlen van Asterhout contra Jan Joosten. Jn state [125] 113
21-10-1644 Cornelis Jansen Boschman contra Roelof Arrisz. Tot den naesten [125] 21-10-1644 Hendrick Jacobsz van Varick contra Arien Jansz. Hij eist 31-1-8 van gehaelde bieren ende gelagen [125] 21-10-1644 Beernt Jansz contra Cornelis Teunisz. Cornelis wordt veroordeeld tot 4 gl [125] 21-10-1644 Elbert Jansz contra Roelof Arrisz. Hij eist 14 gl van overgewesen penningen van Gerrit Meuss van laecken dat de gedaagdes vrouw aengenomen heeft [125] 21-10-1644 Johan Verweij drost contra Roelof Arrisz. Tot decretement van het arrest gedaen op alsulcke penningen als Gerrit Meuss de gerequireerde schuldich is [125] 21-10-1644 Gesien bij den Ed Gerechte der Hoge Heerlijckheijt Amerongen de requeste van oppositie bij Jan Jansz van Velen opposant overgelevert op ende iegens Samuell de Ramare als gestelde Curateur vanden boedel van Gijsbert Gijsbertsz van Cleeff [125] 21-10-1644 In de zaak van Thomas Roelofsz contra Jan Jansz van Veelen doet het gerecht uitspraak en stelt Thomas in het gelijk. [125] 4-11-1644
Adriaen Woutersz contra Willem Aelbertsz. Hij eist 44 gl van een margen roggen. Peter Matthijsz als last hebbende (soo hij verclaerde) bekent de schult [125]
4-11-1644
Elbert Jansz contra Roelof Adriaensz. Te antwoorden [125]
4-11-1644
Cornelis Jansz Boschman contra Roelof Adriaensz. [125]
4-11-1644
Arien Jansz contra Hendrick Jacobsz. Ramare diende ende leverde de selve in scriptis [125]
18-11-1644 Roelof Adriaensz contra Elbert Jansz. [125] 18-11-1644 Cornelis Jansz Boschman contra Roelof Adriaensz. [125] 2-11-1644
Cornelis Jacobsz contra vrouwe van Natewisch. [125]
2-11-1644
Cornelis Jansz Boschman contra Roelof Arisz. [125]
2-11-1644
Arien Jansz contra Hendrick Jacobsz brouwer. [125]
2-11-1644
Gijsbert Jansz contra Lubbert Claesz. Gijsbert versocht alsnoch versteck van de replijcq [125]
114
2-12-1644
Cornelis Jansz Boschman constitueert Dirck de Ramare, procureur, speciaal jegens Roelof Arrisz [125]
2-12-1644
Arien Woutersz contra Jacob Jansz als man en voogd van zijn huisvrouw. Hij eist 4 gl van een vercken bij de vrou dootgesteecken [125]
2-12-1644
Arien Jansz constitueert Dirck de Ramare [125]
2-12-1644
Claes van Wijck constitueert Dirck de Ramare speciaal om te arresteren ende te detineren Aert Bosch, won. Nederbetuwe, ende voorts te contenderen tot betaling van 33-1 van gehaelde waren en laeckenen [125]
2-12-1644
Aelbert Verweij coster te Amerongen bekent schuldig te zijn aan de kerk van Amerongen 200 gl. Huijbert van Velpen stelt zich borg voor de betaling. [125]
20-1-1645
Thonis Willemsz Cleutingh bekent schuldig te zijn aan Johan Quint, scholtus, 12-18 van legerdienst [125]
20-1-1645
Johan Quint, scholtus, contra Hendrick Jacobsz en Claes van Wijck, als principalen en borgen voor den anderen. Hij eist 220 gl van twee jaren pacht [125]
20-1-1645
Idem contra wed ds. Bossius om te bekennen of haar mans handtekening staat onder koopcedulle. Hij eist 106 gl [125]
20-1-1645
Hermen van Holten contra Bart Jansz en Roelof Willemsz. Hij eist 10 gl van verteringe over het schutten vande schapen gevallen [125]
20-1-1645
Arien Jansz contra Daem Jansz. Hij eist 28 gl van rogh [125]
20-1-1645
Aert Cornelisz Hardeman volmachtiger van Crijn Stevensz, won. Haarlem, een mede-erfgenaam ab intestato van Fijgje Gijsberts overleden huisvrouw van Willem Aelbertsz contra Willem Aelbertsz weduwnaar van Fijgje Gijsberts. [125]
1-1-1645
Verkiezing van schepenen: oude schepenen: Jan van Zijll, Aelbert Verweij, Claes van Wijck. Nieuwe schepenen: Joost Cornelisz, Cornelis Prattenburg, Jan Claesz over den berch, Willem Philipsz. Kerkmeesters: Huijbert van Velpen en Jan Rijcksz van t Sant. Keurmeesters: Adriaen Woutersz en Jan Huijbertsz timmerman. 20-11645 leggen de nieuwe schepenen ende d’andere de eedt af. [125]
20-1-1645
Die vanden Gerechte authoriseren den Heer Drossard ende secretaris, om de conditien te concipieren, ende dat den impost opde bieren ende 115
wijnen, genaemt de logijsgelden, over Amerongen ende Leersum op manendach wesende den 27 Januarij 1645 publijcq opden Raedthuijse sullen werden verpacht. [125] 6-4-1645
Cornelis Prattenburg contra Peterke Jans wed Jan Jansz van Velen tot betaling van 560 gl van bieren salvo calculo [125] 21-4-1645 Jan Meijnsz contra Arien Woutersz tot betaling van 120 gl van coop van weijt en 11 gl van schaep [125] 21-4-1645 Jan Meijnsz contra Arien Jansz tot betaling van 80 gl van coop van coorn, 6-4 van schaep [125] 21-4-1645 Arien Woutersz contra Roelof Adriaensz tot betaling van 94 gl van coop can coorn op het velt gecoft of tot leveringh van vier voeder [125] 21-4-1645 Cornelis Jansz contra Sijbert Hendricksz tot betaling van 20-10 als rest van en beest [125] 21-4-1645 Jan Rutgersz contra Roelof Dircksz tot betaling van 34-10 van verdient loon bij de stuck gemaeckt [125] 21-4-1645 Roelof Arrisz contra Arien Woutersz tot betaling van 144 gl van weij. Voortgezet 14-10-1645. [125] 21-4-1645 Idem contra Splinter Huijbertsz tot betaling van 49-10 van weij [125] 21-4-1645 Jan de Grise contra Cornelis Cornelisz raijemaker tot betaling van 10 gl of twee franse croonen doordien hij den wagen op de tijt ende niet na behooren gemaeckt heeft [125] 21-4-1645 Jan Jansz Lodder contra Aert Jansz. voortzetting. [125] 30-6-1645 Mechtelt van Amerongen wed Hugo Verweij in sijn leven secretaris contra Adriaen Woutersz tot betaling van 37-10 ter cause van drie jaren verlopen renten van 200 gl hoofdsom [125] 30-6-1645 Johan Verweij drost ende scholtus alhier n.o. contra Aeltgen Peters huisvrouw van Peter Petersz linnewever. Hij alsoo die ged. haer heeft onderstaen opden xxviij Junij voorleden ten huijse van Jan Thonisz van Nihen? des selfs huijsvrouw in haer huijssinge te connen slaen ende dselue mit eenen vleusgavell door haren arm te steecken ende alsulcx swaerlijck te quetsen all twelck soo nijet en behoort getollereert tworden soo concludeert den eijscher ten fijene die ged. daer over bij deesen gerechte sall worden gecondemneert jn een boete van hondert en vijfftich car: gulden [125] 30-6-1645 Willem Cornelisz als oom en momber over de kinderen van Jan Gerritsz Bosch en mede voor zichzelf contra Jan Dircksz van Deventer een mede-erfgenaam van zijn vader Dirck van Deventer en voorts belooft hebbende sijns vaders schulden in desen te betalen, als mede voor sijn selven [125] 13-10-1645 Meerten Geurtsz contra Huijgh Woutersz tot betaling van 7-3 van laeckenen [125] 13-10-1645 Idem contra Gijsbert Jansz tot betaling van 15-6-4 uts [125] 13-10-1645 Cornelis Jansz contra Thomas Roelofsz tot betaling van 50 gl met den interesse vandien [125]
116
13-10-1645 Hendrick Jacobsz contra Thomas Roelofsz tot betaling van 30-19-8 [125] 13-10-1645 Huijbert Thonisz tot Elst contra Arien Woutersz tot betaling van 2-4 van meesterloon van een gras peert item 7 van weij [125] 13-10-1645 Jan van Sante, won. Den Haag, contra Joris Jorsz tot kennen of ontkennen van zijn hand onder obligatie van 150 gl van 3-9-1642 [125] 13-10-1645 Mr. Bartholomeus Bercheijck als rentmeester van St. Agnieten Convent tot Rhenen contra Roelof Dircksz raijmaker tot betaling van 31-5 van 2 jaren rente. Voortgezet 14-10-1645. [125] 14-10-1645 Caerl Hendricksz contra Cornelis Thonisz backer tot betaling van 5 gl van waren [125] 14-10-1645 Metge van Wageningen contra Maechge Lammen [=Maagje, wed. Aert Lam] T Gerecht verleent default. Voortgezet 24-11-1645 tot betaling van 28 ter saecke van gedroncken gelagen ende weijgelt. Voortgezet 8-121645. [125] 14-10-1645 Theus Evertsz diaken contra N.N. den Joden. Non comparitie. [125] 24-11-1645 Peter Matthijsz als curator contra gemene crediteuren van Jacob Hendricksz van Pothuijsen. [125] 24-11-1645 Cornelis Jacobsz contra vrouwe vanden Natewisse te dupliceren nopende de exceptie. Voortgezet 8-12-1645. Uitspraak 5-10-1646. [125] 24-11-1645 De kinderen en erfgenamen van Hendrick Jansz van Wageningen contra Maagje Lam tot betaling van 144 gl van verschenen huurpenningen [125] 8-12-1645
Gerbrant Schagen secretaris tot WbD als administratie ende procuratie hebbende van de gezamenlijke erfgenamen van Jan Gerrit van Ommeren en in die kwaliteit trecht vercregen hebbende van Jan Cornelisz tot de navolgende obligatie eiser contra Willem Philipsz als momber of de administratie hebbende van de kinderen van zaliger Aert Jansz tot kennen of ontkennen van de hand van Aert Jansz onder obligatie van 40 gl van 20-10-1636. [125]
8-12-1645
Cornelis Caerlen van Achterhout c.s. contra Maagje wed Aert Lam tot betaling van 32-16 ter saecke van weijgelt over 1644 [125]
8-12-1645
Cornelis Oversoet q.q contra de gezamenlijke crediteuren van Jacob Hendricksen van Pothuijsen. Voortzetting. [125] 117
8-12-1645
Wed Hugo Verweij in leven secretaris contra wed Bouwen Gijsbertsz. T Gerecht verleent [default] [125]
24-3-1646
Johan Verweij drost en schout n.o. contra wed Peter Cornelisz. Hij alsoo des ged. man als voerman off als de wagen drijvende op vrijdach lestleden wesende den 20 martij 1646 door des selfs wagen en peerden omtrent Wijck bij de molen, die hollende waren, soo is gequetst geworden, waeraen den selven opden 23 Martij 1646 is comen te overlijden, Soo concludeert den eijser tot betaling en nampt van 80-0-0 min off meer tot arbitragie van desen E. Gerechte, over tgeen bij de selve daerover mocht sijn verbreuckt [125]
20-4-1646
Johan Verweij drost en schout n.o. contra Hendrick Borgarts en Geurt Hendricksz tot betaling van 200 gl ter saecke van een vechtboet. Voortgezet 4-5-1646. [125]
20-4-1646
Maeijchgen Dircks wed Aert Gerrits contra Beernt Jans timmerman tot betaling van 25-1-4 van gehaelde waren [125]
20-4-1646
Huijbert van Velpen contra Mor Willemsen tot betaling van 96 gl van een peert [125]
20-4-1646
Idem contra Jan Jansz tot betaling van 14 gl van hoij en stroij [125]
20-4-1646
Cornelis Jacobsz Tes contra Jan Petersz wever tot betaling van 3-2 als rest van een vet beest [125]
3-5-1646
Johan Verweij drost en schout n.o. contra Anna Barten huisvrouw van Hendrick Borgarts in persoon bij clockluijdinge eijsch doen. Den eijser uijt redenen bij sijn req. verhaelt ende noch naerder te verhalen concludeert ten fine de ged. aenden lijve arbitralijck anderen tot een exempell sall werden gestraft, condemnerende de selve mede inde costen ende misen van iustitie ofte tot sulcken anderen eijnde fine ende conclusie, als de E: Heeren uijt de deductie berijnden sullen te behooren op alles ende vermits de non comparitie vande personele comparitie versocht default ende uijt crachte vandien apprehensie corporeel, ende permissie om de tweede citatie bij clockluijdinge ende edicte te doen. T’Gerecht verleent als int versoeck [125]
21-9-1646
Johan Verweij drost n.o. contra Peter Hendricksz Cleuver, die op 31-8 des nanoens omtrent te twee uren heeft onderstaan Carell Hendricksz een creupell ende impotent man te slaen ende dat noch erger is in des selfs Carels huijsinge… Eis: boete van 100 gl. [125]
21-9-1646
Wouter Jansz contra Gerrit Jorisz tot betaling van 24 gl van schaep [125] 118
21-9-1646
Grietge Jans dienstmaecht van Bart Quint tot Elst. Alsoo de requirante heeft gedient Aert Bosch ende dat haer daervan is regtens 5-0-0 ende een blauwe schorteldoeck oft een gulden daervoor ende dat denselven Aert Bosch vanden gerequireerde moet hebben 6-0-0 dat Aert Bosch kijnderen int eecken verdient hebben volgens de bekentenis vande gereq. ende dat de req. is een arme dienstmaeght, die de macht niet en heeft daerom t’pleijten versocht alsulcx decretement op t arrest met interdictie van de selve penn. niet weerloos te worden [125]
21-9-1646
Gerbrant Schagen, secretaris te WbD, s.h.a. contra Willem Philipsz. Voortzetting. Zie ook 5-10-1646. [125]
9-11-1646
Roelof Willemsz contra Thomas Roelofsz tot betaling van 85 gl van een peert [125]
9-11-1646
Jan Willemsz Couwenhoven contra Claes van Wijck. Ten fine den ged. gecondemneert sall werden hem de vracht vanden appel te laten doen volgens contract off anders op te leggen de schade [125]
23-11-1646 Thomas Roelofsz contra Hendrick Jacobsz tot betaling van 10 gl als rest van buijtingh van peerden [125] 7-12-1646
Thonis Reijersz contra Thijmen Willemsz tot betaling van 25 gl van het maecken vande cuijp [125]
7-12-1646
Idem contra Thomas Roelofsz tot betaling van 8-14 van gemaeckt werck [125]
7-12-1646
Thomas Roelofsz contra Daem Jansz tot betaling van 8-7 van weij [125]
7-12-1646
Idem contra Roelof Dircksz raijmaker tot leverantie van een Dubaer? ende twee toers houter [125]
18-1-1647
Gillis Matthijsz contra Jan de Grise tot betaling van 9-6- van gelevert voedert voor sijn peerden gecoft [125]
18-1-1647
Idem contra Cornelis Cornelisz tot nieuwe letteren van executie. Voortgezet 22-3-1647. [125]
18-1-1647
Idem contra Idem. Hij diende ende leverde eijsch. Voortgezet 22-31647. [125]
22-3-1647
jonker Dirck Vonck van Lienden contra Thomas Roelofsz tot betaling van 64 gl en tot leveringe van een voeder heertbrant van coop van een bont peert [125]
1-11-1647
Geurt Hendricksz contra Johan Verweij drost n.o. Den req. seijde dat hij copije versocht ende versocht heeft eer hij can antwoorden. [125] 119
22-11-1647 Thonis Reijersz contra Claes van Wijck. non comparitie. [125] 13-12-1647 Johan Verweij drossard n.o. contra Huijbert Toll en Frans Dircksz wegens vechten. Voortgezet 10-1-1648. [125] 13-12-1647 Idem contra Damiaen Jansen en Jan Jansen metselaar wegens vechten. Voortgezet 10-1-1648. [125] 13-12-1647 Idem contra Jan Petersz en Zeger Cornelisz wegens vechten. Voortgezet 10-1-1648. [125] 13-12-1647 Idem contra Gerrit Hendricksz van Kesteren en Jan Barten wegens vechten. Voortgezet 10-1-1648. [125] 13-12-1647 Idem contra Peter Cornelijss Pijser en Jan Cornelisz Halffseijst tot betaling van 25 gl ter saecke van een breuck van dat sij ged. inde maent Julij 1647 ten huijse van Jasper Jansz weert inde veertich garden hebben gevochten. Voortgezet 10-1-1648. [125] 13-12-1647 Idem contra Hermen Hendricksz en Reijer Jansz tot betaling van 50 gl ter saecke van een vechtboete ten huize van Jan Rijcksz weert inde Roos. Voortgezet 10-1-1648. [125] 13-12-1647 Idem contra Engel Petersz tot betaling van 25 gl ter saecke van een vechtboete van dat hij den 18-10-1647 tot Wiel jegens Antonis Cornelis weert gevochten heeft. Voortgezet 10-1-1648. [125] 13-12-1647 Mr. Bartholomeus Bercheijck advocaat als rentmeester contra Roelof Dircksz rademaker. Verzocht andere citatie. [125] 13-12-1647 Evert Jansz contra Geurt Hendricksz om de helft van de knollen die de eiser te velde gebracht heeft te vergoeden vanwege schade [125] 13-12-1647 Geurt Hendricksz contra Jan de Grise tot betaling van 25 gl schade [125] 13-12-1647 Johan Verweij drost n.o. contra Damiaen Jansz tot betaling van 4-4 van dat hij Jan Jansz op huijden inde vierschaer ende sittens Gerechte iniurieuselijck heeft gescholden seggende dat liecht gij als een schelm, ende dat hij voorts arbitralijck sall werden gecorrigeert in conformite vanden 106 artickel vanden ordinantie ten platte lande [125] 10-1-1648
Hendrick Willemsz contra Adriaen Woutersz. T’Gerecht verleent default. [125]
10-1-1648
Aelbert Verweij contra Jan Claesz. T’Gerecht verleent default. [125]
10-1-1648
Maagje Dircks contra Jan Claesz. T’Gerecht verleent default. [125] 120
10-1-1648
Cornelis Prattenburg en Jan van Holten contra Cornelis Jansz. In state. [125]
10-1-1648
Cornelis Prattenburg contra Gerrit Borgertsz tot betaling van 13 gl van twee tonnen biers gelevert opde begraeffenisse van Jacob Hendricksz door bevel vanden ged. [125]
10-1-1648
Cornelis Jansz Boschman contra Jan Barten. In state [125]
10-1-1648
Thonis Reijersz contra Geurt Hendricksz. T’Gerecht ordineert den eijser eijsch in scriptis over te leveren. [125]
10-1-1648
Dirck Turen contra Lambert Errisz. In state [125]
10-1-1648
Idem contra Hendrick Joosten. In state [125]
10-1-1648
Bart Quint contra Jannigje Hermans. In state [125]
10-1-1648
Huijbert Thonisz contra Cornelis Jansz Boschman. T’Gerecht condemneert de ged. de geëijste 2-14 als rest van een beest te betalen. [125]
10-1-1648
Jan Quint substituutschout contra Hendrick Jacobsz. T’Gerecht ordineert parthijen te reckenen en te liquideren. [125]
11-1-1648
Jan Petersz Waker contra Lambert Errisz tot betaling van 21-2-8 van bieren [125]
11-1-1648
Idem contra Huijch Woutersz tot betaling van 47-15 van bieren afslaende bewijselijcke betalinge [125]
11-1-1648
Lubbert Claesz contra Hendrick Jacobsz tot betaling van 4 gl van een voeder pantorfen jegens des eijsers susters will gehaelt daeronder sijn thien sts. van outs [125]
11-1-1648
Hendrick Willemsz contra Arien Woutersz T’Gerecht verleent default. [125]
11-1-1648
Aelbert Verweij contra Jan Claesz. Voortzetting [125]
11-1-1648
Maijchgen Dircks contra Jan Claesz. In state. [125]
11-1-1648
Jan Barten contra Gerrit van Kesteren. Voortzetting [125]
11-1-1648
Dirck Turen contra Hendrick Joosten. T Gerecht gehoort hebbende parthijen concludeert den gedaegde de geeijste vijf guldens te betalen in 4 weken [125]
11-1-1648
Idem contra Lambert Errisz tot betaling van 9-7 van arbeijtsloon [125] 121
11-1-1648
Cornelis Cornelisz contra mr. Gillis Matthijsz te antwoorden opt versoeck in conventie opten eijsch vanden vijff parcelen garst ende te antwoorden opten eijsch en reconventie. [125]
11-1-1648
Idem contra Gerrit Borgarts. Voortzetting. [125]
11-1-1648
Johan Verweij drost n.o. contra Gerrit van Kesteren en Jan Barten. T Gerecht concludeert den gedaegdens elcx inde boete van twaelf gl stellende voorts parthije tegens parthije Als voor Jan Rijcksz Joost van Ommeren Meijns Claesz, Thonis Niuwmans, Gerrit Borgerts en Steven Gerritsz schepenen [125]
11-1-1648
Idem contra Peter Cornelisz en Jan Halfseijst. T Gerecht concludeert de ged. elx in vijff gl stellende voorts als boven [125]
11-1-1648
Idem contra Hermen Hendricksz en Reijer Jansz. T Gerecht concludeert de ged. elx in seven gl etc. [125]
11-1-1648
Mr. Gillis Matthijsz contra Jan de Grise tot betaling van 9-3 van des schonendachs, ende van gras en spuruwe hoij, ende van 42 bossen van tselfde, gelevert van den 4-11-1645 ende de 42 bossen den 26-121645. Jan beroept zich op de krijgsraad te Utrecht, als sijnde een militair persoon [125]
20-1-1648
Bart Quint contra Reijer Rijcksz. Den eijser concludeert dat den ged. sall werden gecondemneert dese quitancie te betalen. [125]
7-2-1648
Jan van Holten contra Johan Quint tot betaling van 85-16-12 ter saecke van 763 tonnen grauwen torff [125]
7-2-1648
Lubbert Claesz contra Hendrick Jacobsz van Varick. T Gerecht verleent tweede default [125]
7-2-1648
Hendrick Willemsz contra Arien Woutersz. T Gerecht gehoort hebbende parthijen concludeert Cornelis Corneliss als principaell ende Arien Woutersz als borg ende mede als pnaell de geeijste 150-0-0 met een jaer interesse vandien jegens den penning sesthien die verschijnen sall Paesschen 1648 te betalen in drie maenden [125]
7-2-1648
Jan Barten contra Reijer Lambertsz tot betaling van 60 gl van twee koeijbeesten op sijn hijlijck gecoft ende gelevert aen Dirck Jansz Hollander daer voor den ged. borch is. [125]
7-2-1648
Jan van Holten pachter vanden torff contra Arris Zarren. Alsoo den gearresteerde verleden somer twee jaren geleden hem heeft onderstaen eenige slachttorff te brengen uijt dese jurisdictie inde Heerlijckheijt Scherpenseel ende dat daerover sijn wagen ende peerden 122
sijn verbeurt als hebben den pachter niet gekent, neffens arbitrale correctie concludeert alsulx dat de peerden ende wagen verclaert werden verbeurt te sijn, ende dat den gearresteerde voorts daerover salle werden gecorrigeert arbitrair [125] 7-2-1648
Gillis Matthijsz contra Cornelis Corneliss Prattenburg in reconventie [125]
6-3-1648
Gijsbert Bosch als enige erfgenaam van Rijck Bosch contra Werbolt Willemsz Modus tot decretement vanden arreste. Hij moet borgen stellen voor 700 gl met de rente die Reijer Jansz x wed Roelof Adriaensz schuldig is. Voortgezet 13-3-1648, 14-3-1648, 23-4-1648, 15-1648. 15-5-1648, 29-5-1648, 12-6-1648, 4-3-1650, 18-3-1650, 29-41650, 20-5-1650. [125]
13-3-1648
Weduwe Gijsbert Gosensz contra Splinter Huijbertsz tot betaling van 130 gl van coop van bongarden [125]
13-3-1648
Gosen van Grootvelt contra Hendrick Jacobsz tot betaling van 57 gl met twee voeder harden torffs van een peert met een vulen [125]
13-3-1648
Jan Barten contra Reijer Lambertsz te antwoorden. [125]
13-3-1648
Jan Barten x Merrichgen Teunis contra Anneken Jan Tessen weduwe van Willem Jordensz tot betaling van 80 gl ter saecke van twee jaren huer van dat des eijsers huijsvrouw bij den ged. heeft voor meijt gewoont etc. Roelof Dircksz stelt zich borg voor Jan Barten x Merrichgen Theunis tbv Anneken Jan Tessen. Voortgezet 1-5-1648, 155-1648, 29-5-1648, 26-6-1648, 10-7-1648. [125]
13-3-1648
Cornelis Cornelisz Prattenburch contra Gillis Matthijsz in conventie. Voortgezet 23-4-1648, 29-5-1648, 26-6-1648, 10-7-1648. [125]
13-3-1648
Johan Verweij drossard en scholtus contra Huijbert Jansz Toll. Hij verzoekt cautie pro judicato [125]
13-3-1648
Arien Woutersz contra Hendrick Jacobsz tot betaling van 40 gl ter goeder reeckening van een beest [125]
13-3-1648
Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Gerrit Borgerts. Voortzetting. Zie ook 1-5-1648, 29-5-1648, 10-7-1648. [125]
14-3-1648
Gijsbert Bosch als universeel erfgenaam van zijn vader contra Reijer Jacobsz als getrout hebbende de huijsfrouwe van Roeloff Ariss tot kennen of ontkennen van zijn handen onder obligatie van 19-4-1632. Voortgezet 20-3-1648. [125] 123
23-4-1648
Cornelis Cornelisz Prattenburg contra Hermen Corneliss Pijssel als erfgenaam van zijn vader. In state [125]
23-4-1648
Jan Gerritsz Decker contra Peter de Wever. Hij moet 5 gl betalen [125]
23-4-1648
Cornelis Jansz Boschman contra Hendrick Jacobsz. T Gerecht condemneert de gedaagde 10 gl te betalen [125]
23-4-1648
Idem contra Jan Barten. T Gerecht condemneert de gedaagde 11-5 te betalen. [125]
23-4-1648
Arien Woutersz als cessie van actie hebbende van Claes van Wijck contra Jan Barten [Quint] tot betaling van 7-11. Gerecht condemneert gedaagde [125]
23-4-1648
Idem contra Reijer int te antwoorden. [125]
23-4-1648
Arien Woutersz als cessie van actie hebbende van Claes van Wijck contra Gillis Matthijsz tot betaling van 10-5 van waren [125]
23-4-1648
Idem contra Jan Willemsz Cauwenhoven. T Gerecht verleent default. Voortgezet 25-4-1648 [125]
23-4-1648
Idem contra Lambert Errisz. Diens huisvrouw compareert en bekent schuld van 27-4-8 [125]
23-4-1648
Mr. Gillis Matthijsz contra Claes van Wijck tot betaling van 33-4 van gelevert cuijpwerck [125]
23-4-1648
Jan Verweij drost contra Thijmen Willemsz schoenmaker tot betaling van 80 gl mitsgaders noch 8 gl van rantsoen ende stuijvergelt van een parceel hoij off gras anno 1647 opde Bacxweert gecoft [125]
23-4-1648
Idem als momber van Jannigje van Broeckhuijsen contra Jan Gerritsz als possesseur vande huijsinge genaemt den Haes tot betaling van 3515 van 11 jaren intereste van 54-10 capitaels inde selve huijsinge gevesticht [125]
23-4-1648
Reijer Rijcksz contra Cornelis Cornelisz Prattenburch als borg voor Thonis Jansz van Harn tot betaling van 60 gl van gelevert hout. Voortgezet 1-5-1648, 15-5-1648, 29-5-1648, 12-6-1648, 26-6-1648, 107-1647. [125]
1-5-1648
Cornelis Cornelissen contra Gerrit van Kesteren tot betaling van 17 gl van vennitschap. Voortgezet 15-5-1648. [125]
124
15-5-1648
Johan Verweij drost ende schout n.o. contra Zeger Cornelisz en Hendrick Hermensz Metselaer tot betaling van 25 gl wegens vechten. [125]
15-5-1648
Huijbert Evertsz wed van Aertgen Brants contra Gijsbert Brantsz en Gerrit Teunisz ook namens andere broeders en zuster, gezamenlijke erfgenamen van Teunis Brantsz. Gijsbert Brantsz komt niet opdagen. Voortgezet 29-5-1648, 12-6-1648. [125]
15-5-1648
Jan Elbertsz weduwnaar van Metgen Lubberts contra Teunis Lubbertsz broeder van des eijsers overleden huijsfrouw. Eis in scriptis. Voortgezet 29-5-1648, 12-6-1648, 26-6-1648, 10-7-1648. [125]
29-5-1648
Weduwe Hugo Verweij, secretaris, contra Adriaen Jansz tot betaling van 84 gl van lantpacht [125]
29-5-1648
Huijbert van Dam contra Rijck Cornelisz Toll tot kennen of ontkennen van zijn hand onder coopcedulle van 25-10-1647. [125]
26-6-1648
Bart Jansz Quint contra Jan Hermensz metselaer tot betaling van 20 gl uijt saecke van huer. Voortgezet 10-7-1648. [125]
26-6-1648
Huijbert van Velpen n.u. Marrichje Prattenburch contra Mr. Jelis Matthijsz te antwoorden bij exceptie opde inthinuatie aen des eijsers huijsvrouw [125]
2-10-1648
Vrouwe van Amerongen contra Jan Willemsz van Cauwenhoven tot morgen wert de saeck uijtgestelt [125]
2-10-1648
Hendrick Orbaers als kerkmeester tot Scherpenzeel en mede vanwege de onmondige kinderen van Wouter Hendricksz Orbaer achtergelaten contra Cors Cornelisz als borg voor Aelt Pelen x Zaertje Willems tot kennen of ontkennen van sijn hant staende onder obligatie van 5-81637. [125]
2-10-1648
Hendrick Brus contra erfgenamen van Cornelis Hendricksz Coster tot betaling van 16 gl van torff [125]
2-10-1648
Jan Huijbertsz en Geurt Hendricksz contra Splinter Huijbertsz. Non comparitie van de gedaagde [125]
2-10-1648
Johan Verweij drost en scholtus n.o. contra Reijer Lambertsz en Johan Barten Quint. Niet nader ingevuld. [125]
18-10-1648 Johan Toll contra Werbold Willemsz Modus tot kennen of ontkennen van zijn hand onder obligatie van 5-1-1648. [125] 125
18-3-1650
Cornelis Jansz Boschman als procuratie hebbende van Melchior Jansz van Wolfswinckel, schout tot Scherpenseel, contra Lambert Arrisz tot betaling van 25 gl hercomende van geleverde ende verschoten penningen mitsgaders 31-12 van gehaelde ende geleverde bieren [125]
1654
Reijnier Bouwens, laeckenkoper, won WbD contra Cornelis Cornelisz Jongen Hooren tot betaling van 15 gl ter saecke van gehaelde ende geleverde laeckenen ende andere waren [126]
1654
Idem contra Splinter Huijbertsz tot betaling van 6-2 [126]
1654
Dirck vanden Honert luijtenant lantdroft contra Jan Willemsz van Cauwenhoven tot kennen of ontkennen van zijn hand onder obligatie dd 17-4-1654. [126]
1654
??[weggevallen] contra Roelof Dircksz rademaker tot betaling van 55 gl ter saecke van rest van coop van gras in 1653 [126]
1654
Roelof Dircksz rademaker contra Johan Quint schout te Leersum tot betaling van 11-18 [126]
17-5-1654
Joost Barten Steenbacker x Marrichjen de Montenegro tevoren wed Jacob Jansz steenbacker arrestant contra Bastiaen Jansz won. Jaarsveld gearresteerde. Verzoek is schriftelijk ingeleverd. [126]
5-6-1654
Hessel breecker contra Jan Claesz won Dwarsweg tot betaling van 50 gl ter cause van coop van een vet beest [126]
5-6-1654
Idem contra Roelof den rademaker tot betaling van 46 gl ter cause als vooren. [126]
5-6-1654
Mor Willemsz contra Adriaen Jansz tot betaling van 7-10 [126]
5-6-1654
Idem contra idem tot betaling van 22-10 ter saecke van verschenen pacht vant lant van Abraham vande Voorth. [126]
5-9-1654
Willem Lubbertsz won Scherpenzeel contra Dirck van Hattum, won. Maurik gearresteerde. In state. [126]
2/4-10-1654 Jan Hermansz van Holten contra wed Cornelis Jansz den Boschman tot betaling van 151-13 die den eijser volgents affreeckeninge vanden 107-1654 vanden ged. is competerende [126] 2/4-10-1654 Peter Petersz linnenwever contra Roelof Dircksz rademaker tot betaling van 2-11 ter saecke van verdient weeffloon [126] 2/4-10-1654 Dhr. van Jaersfelt contra Adriaen Woutersz tot betaling van 30 gl ter saecke van weijgelt over 1653 [126] 126
2/4-10-1654 Idem contra Roelof Dircksz rademaker tot betaling van 5 gl ter saecke van weijgelt [126] 2/4-10-1654 Idem contra Jan Willemsz Cauwenhoven tot betaling van 16-2 ter saecke uts. [126] 3-10-1654
Jan van Holten contra Reijer Jansz tot betaling van 58 gl ter cause van geleverden torff [126]
3-10-1654
Maagje Dircks wed Aert Gerritsz contra Augustijn Hendricksz als een mede-erfgenaam van Diliaen Bauwens tot betaling van 40 gl weesende des ged. contingent van 80 gl die welcke Diliaen van berekend geld schuldig is. [126]
3-10-1654
Cornelis Tijmensz contra Gerrit Jorisz tot betaling van 61-17 ter saecke van vette beesten [126]
3-10-1654
Die vanden Gerechte der Hoge heerlijckheijt gehoort die relatie vanden gerechtsbode die ten versoecke van Mr. Basel Boirton Chirurgijn tot twee verscheijde malen hadde verachvaert Daem Jansz snijder voort mr loon vant Cureeren vande wonde die den voorn Daem Jansz ijmert de Wever hadde gejnflingeert, dat den voorn Daem Jansz met een groote ongehoorsaemheijt hadde geseijt dat hij nijet en begeerden aent gerecht te compareeren hebben die vanden gerechte verstaen ende den voorn Bode gelast den voorn. Daem Jansz voor die derde mael te citeren om voort gerecht te compareren op peene dat hij Daem Jansz ged. ende defaillant sall gecondemneert werden te betalen tgeene den voorn: Mr Basel ter saecke vant voorsz mr loon is eijschende [126]
3-10-1654
Beernt Jansz timmerman contra Cornelis Cruijff tot betaling van 4-10 ter saecke van gecoft hout [126]
16-10-1654 Hendrickje Peters wed Adriaen Jansz mandemaker contra Roelof Dircksz rademaker tot betaling van 2-6 ter saecke van twee toebacxmanden die Hendrickje heeft gemaakt en geleverd. [126] 30-10-1654 Johan Verweij contra Steven Gerritsz tot betaling van 70-17 ter saecke van gecoft heren? [126] 20-11-1654 Jan Roelofsz contra Philips Hendricksz tot betaling van 36-10 als rest van coop van twee koeijbeesten ende geleverde kasen [126] 11-12-1654 Joost Berentsz soo hij procedeert contra Bastiaen Jansz gearresteerde om te dienen van bewijs [126] 15-1-1655
Jan Jansz van Broeckhuijsen contra Reijer Lambertsz tot betaling van 8 gl ter saecke ende als rest van geleendt gelt [126] 127
22-1-1655
Deonijs Gerritsz van Reumelaer contra Adriaen Jansz. Hij seijde door assignatie van Tijmen Willemsz vanden gedaechde te moeten 4-11 vermogents de obligatie [126]
22-1-1655
Hendrick Joriaensz Brus, won. Dwarsweg, bekent schult aan dhr. Aelbert Steck van 90 gl ter saecke van koop van een paerdt [126]
22-1-1655
Johan Quint schout van Leersum contra Annaken Sporen tot kennen of ontkennen van haar hand onder pachtcedulle van 8-11-1653. [126]
22-1-1655
Mr. Basel contra Willem Philipsz als borg voor Jan Aertsz tot betaling van 12 gl ter saecke van verdient meesterloon aen quetsure vande soon van Huijbert Toll twelck den gedaechde den eijser heeft aenbestaeijt ende belooft te betalen. [126]
22-1-1655
Theus Evertsz contra Hendrick Cornelisz tot kennen of ontkennen van zijn hand onder obligatie van 5-3-1651. [126]
22-1-1655
Marrigje Cornelis contra Zeger Cornelis tot betaling van 3-7 als rest van drinckschuldt als anders [126]
23-1-1655
Merrigje Cornelis contra Adriaen Jansz tot kennen of ontkennen zijn hand onder obligatie van 19-9-1638. [126]
23-1-1655
Op die questie van Adriaen Jansz ende Willem Philips als pachters van wegen den Caple Ste Peters Tutrecht vanden krijtenden thient Req. ter eenre Ende die weduwe van Dirck Christiaensz woonende op die goederen van Barckenst[eijn] gerequireerde ter andere sijde voor desen Gerechte gejntenteert hebben die vanden vrsz gerechte perthijen met dselve haerluijder qe gerenvoeijert aende Heeren vanden voorsz Caple. [126]
12-2-1655
Jan Dircksz van Muijlandt contra Gerrit Stevensz tot betaling van 42-11 ter saecke van verdient arbeijtsloon in de toeback verdient [126]
19-2-1655
Bastiaen Gijsbertsz contra Jan Willemsz Cauwenhoven tot kennen of ontkennen zijn hand onder olbigatie van 29-4-1654. [126]
19-2-1655
Geurt Hendricksz contra Mor Willemsz tot betaling van 29 gl als rest van weijgelt [126]
19-2-1655
Idem contra Jan Jansz metselaer tot betaling ter somme van 40 gl ter saecke van weijgelt met noch 6-10 vant overdoen van een thient [126]
19-2-1655
Geurt Hendricksz contra Gijsbert Aelbertsz tot betaling van 11 gl ter zake van koop van gras. [126] 128
6-3-1655
Johan Verweij drost contra Jan Jansz van Broeckhuijsen gearresteerde. Niet nader ingevuld. [126]
6-3-1655
Hendrikje Elberden contra Willem Philipsz. De eijserse seijde dat sij voor die hancken vanden toeback die zij vanden voorn. ged. ten halven heeft gebout inden vrsz somer 1654 heeft moeten beloven aen Mor Willemsz 7-15 ende aen Trijntgen des vrz susters 4-10 maeckende alsulcx 12-5 waerbij afgetogen 1-5 vande spijlen ende touwen die op solder van Mor Willemsz hebben geweest ende onder die 7-15 hier vooren zijn begrepen die de eijserse bekent dat zij daer toe moste doen [126]
19-3-1655
Johan Verweij drost contra Neeltgen Jans x Bernt Jansz, won. Dwarsweg. De ged. heeft haer onderstaen ende laten gelusten op 14-21655 de persoon van Mechtelt Jans huisvrouw van Jan van Holten comende vanden Dwarswech aff om naer huijs te gaen, op de gemeijne wegh, aen te randen ende de selve bij dehanden vast te houden ende helpen slaen, soo seer dat de vnde Mechtel heeft geroepen en geschreuwt om hulp, dat die gereq. ende hare suster Huijbertjen Jans, haer Mechtelt wilden vermoorden; concludeerde den eijser ende req. dat de ged. ende gereq. daer over sall werden gecondemneeert in een boete van 150 gl [126]
19-3-1655
Franck Jansz van Wessel contra Thonis Gerritsz opde groep tot betaling van 40 gl als rest van coop van een veth beest [126]
19-3-1655
Hendrick Morren brouwer te Barneveld contra Jacob Roelofsz rademaker, won. aenden Groep tot betaling van 34 gl ter sake van coop ende leverantie van een veth beest [126]
19-3-1655
Bastiaen Gijsbertsz voerman contra Johan Quint schout te Leersum tot betaling van 44-8-8 ter sake van vracht ende brieffloon als mede van arbeijtsloon ende anders. Voortgezet 2-4-1655, 23-4-1655, 14-5-1655. [126]
19-3-1655
Hendrick Cornelisz van Amerongen contra Reijer Jansz tot betaling van 20-12 ter sake van verdiend vraght ende arbeijtsloon [126]
26-3-1655
Johan Verweij drost van Amerongen contra Aelbert Steck. Den eijser, alsoo den ged. sich heeft laten gelusten op maenendach laet inden acont, wesende den xix martij verleden den persoon van Jacob Casembrooth in toornigen moede opden wech tusschen Rhenen ende Venendael met een mes de clederen op verscheijden plaetsen on stucken te snijden ende den voorn Casembrooth int aensicht te quetsen, sulcks dat hij daer door bloet heeft gelaten ende daer en 129
boven oock met een stock te slaen. Eis: boete van 300 gl. Voortgezet 10-4-1655, 23-4-1655, 30-4-1655, 28-5-1655, 7-6-1655. [126] 26-3-1655
Steven Gerritsz bekent schuldig te zijn aan Jan Willemsz 500 gl ter zake van geleend geld [126]
2-4-1655
Cornelis Sarren won Leersum contra Gerrit Gerritsz Haen. Hij seijde dat den ged. hem eijser heeft gequetste ende een wonde in sijnen arm gejnflingeert waervan hij voort mr loon heeft belooven 12 gl. [126]
7-5-1655
Thijman van Wijckersloot contra Jan Joosten won Ter Nederengh tot kennen of ontkennen van zijn huurcedulle dd 27-1-1654. [126]
14-5-1655
Johan Verweij drost tot Amerongen contra Roelof Dircksz rademaker tot betaling van 95 gl ter cause van coop van ijpen boomen. Voortgezet. [126]
14-5-1655
Jan van Holten contra Steven Gerritsz tot betaling van 55 gl die den eijser ter saecke van een assingautie van juffr. Angenis Wttenweert aenden ged. ten achteren is ende bijden ged. aengenoomen te betalen. [126]
14-5-1655
Jan Adriaensz timmerman contra Steven Gerritsz lijndraeijer tot kennen of ontkennen zijn hand onder obligatie van 14-2-1654. [126]
14-5-1655
Peter Matijsz gerechtsbode contra Mor Willemsz tot kennen of ontkennen zijn hand onder obligatie van 30-11-1650. [126]
14-5-1655
Marrigje Cornelis x Huijbert van Velpen contra Jan Hendricksz leijdecker tot betaling van 19-15-4 die den ged. soo hem selven als vanwege sijn knechts ten huijse vanden ged. selffs verteert ende voor sijne knechts affgesproocken heeft [126]
14-5-1655
Johan Quint schout te Leersum contra Adriaen Woutersz tot kennen of ontkennen zijn hand onder obligatie van 21-2-1655. [126]
18-5-1655
Reijer Jansz weert alhier x Janneken Harmans van Bemmel tevoren wed Roelof Adriaensz contra Warbout Willemsz Modus. Hij heeft van 1637-1654 verscheijde dagen ende tijden cost, wijn, bier ende touback verteert tot 595-90 Voortgezet 19-5-1655, 23-5-1655, 25-5-1655, 28-51655, 20-6-1655, 21-6-1655, 23-6-1655, 25-6-1655, 27-6-1655, 29-61655, 2-7-1655, 4-7-1655, 6-7-1655, 14-7-1655, 17-7-1655, 18-7-1655, 21-7-1655, 23-7-1655, 20-8-1655. [126]
7-6-1655
Jan Jansz intervenieerende voor Dionijs Gerritsz van Rumelaer, Geurt Hendricksz ende Jan Dircksz sijnen borgen contra drossaard en schout van Amerongen. Volgens plakkaat mag men op maandag na Pinksteren 130
niet met een geladen wagen door Amerongen rijden of lossen. Verzoek van bewijs hiervoor. [126] 7-6-1655
Warmbolt Willemsz Modus contra Aeltgen Thonis en Janneken Thonis gewesene dienstmaechden van Janneken Modden om getuigenis der waarheid te geven. Voortgezet 18-6-1655. [126]
18-6-1655
Dhr. van Amerongen contra Jan Willemsz Cauwenhoven tot betaling van 29-10 ter saecke van weijgelt [126]
17-9-1655
Frans Verweij, secretaris van Uithoorn, contra Crijn Cornelisz als possesseur van zekere hypotheek. Den eijser seijde dat hij op de huijssinge ende hofstede die den ged vanden wed en erfgenamen van Diliaen Aerts wed van Bauwen Gijsbertsz za. heeft gecoft ende possideerende is, spreeckende heeft een plechte van 200 car gulden [126]
17-9-1655
Idem contra Gijsbert Bauwensz tot betaling van 135 gl ter saecke ende als rest van verschenen lantpachten [126]
17-9-1655
Peter Matthijsz gerechtsbode als volmachtiger van dhr. van Jaarsfelt contra Willem Philipsz tot betaling van 160 gl ter saecke ende als rest van weijpacht vant spijckgen. Voortgezet 1-10-1655. [126]
17-9-1655
Dirck de Bij lakenkoper te WbD contra Willem Philipsz tot betaling van 69-15 ter sake van geleverde laken als anders. Voortgezet 1-10-1655 [126]
17-9-1655
Idem contra Oth Claesz van Eck tot betaling van 49-1-2 ter saecke als uts [126]
18-9-1655
Jan Cornelisz Halff Seijst bekent schuldig te zijn aan Huijbert Gerritsz van Velpen 22-5 ter saecke van een veth beest geleverde bieren als anders [126]
19-9-1655
Jorefaes Dircksz Zoet contra Steven Gerritsz tot betaling van 86-10-8 van geleverde waren affslaende alle bewyselijcke betalinge [126]
19-9-1655
Jan Claesz, won. Dwarsweg, bekent schuldig te zijn aan Huijbert Gerritsz van Velpen 64 gl ter saecke van coop van torff [126]
1-10-1655
Geerloff van Jaersfelt pander als actionem cessam hebbende van Cornelis Jansz van Neerden, molenaar te Doorn, contra Jan Willemsz van Cauwenhoven, won. Amerongen, tot kennen of ontkennen zijn hand onder obligatie van 19-6-1654. [126]
131
1-10-1655
Jonker Diderick Eck van Panthalion, heer van Lievendael en Lauwenrecht, contra Dirck vanden Honaert lieutenant vanden Landtdrost tot kennen of ontkennen zijn hand onder obligatie van 20-81654. [126]
1-10-1655
Johan Verweij drost contra Johan Quint schout te Leersum en Cornelis Matthijsz molenaar. Zij hebben op straat gevochten in april. Eis: boete 25 gl. Voortgezet 15-10-1655. [126]
1-10-1655
Idem contra Jan Gerritsz Borgertsz en Jan Cornelisz Halff Zeijst. Zij hebben in juni met elkaar gevochten. Eis: boete 100 gl. [126]
1-10-1655
Jan Rijcksz vant Zant contra Cornelis Tijmensz tot betaling van 102-13 ter sake van geleverde bieren en draff [126]
1-3-1656
De kerkmeesters alhier contra Anthonis Cornelisz, won. Achterberg, tot decretement vant arrest. Hij heeft zich borg gesteld voor Cornelis Claes, zijn zwager, voor sodanige huyre ende Jaerlijcxe Pachten als den voorn Cornelis Claesz heeft belooft ende schuldich soude worden vande huijre vande huijsinge hofstede boomgaert ende landerijen dwelcke den voorn Cornelis Claesz vande kerckmrs inder tijt gepacht ende noch in gebruijck is hebbende. Wouter Jansz stelt zich borg voor Anthonis Cornelisz. [126]
3-3-1656
Robbert Jansz tot Doorn contra Jan Geurtsz x Evertgen Peters tevoren wed Tijmen Hendricksz tot kennen of ontkennen van Tijmens hand onder obligatie van 18-5-1645. [126]
3-3-1656
Jan Quint major tot Rhenen als volmachtiger van zijn vader Jan Hendricksz Quint contra Reijer Lambertsz tot betaling van 17-4 ter saecke ende als rest van coop van coorn [126]
3-3-1656
Geurt Hendricksz van Bijler contra Daem Jansz Snijder tot betaling van 12-6-8 die den eijser aende ged. volgens afreeckeninge bij hem eijser met des ged. huijsvrouw gehouden ten achteren is met nog 0-2-8 van een boll biers [126]
3-3-1656
Idem contra Jan Willemsz Cauwenhoven tot betaling van 15-1-8 ter saecke van weijgelt van twee peerden inden verleden somer [126]
3-3-1656
Jan Roelofsz x Maegje Aerts contra Neeltje wed Adriaen Stevensz tot betaling van 13 gl ter saecke ende als rest van zeeckere afreeckeninge met de ged. gehouden [126]
3-3-1656
Huijbert van Velpen contra Philips Hendricksz tot betaling van 33-6 ter saecke van weijgelt [126] 132
3-3-1656
Idem contra Jan Roelofsz tot betaling van 13-5 ter saecke van verteeringe als anders [126]
3-3-1656
Huijbert van Velpen contra Harman Cornelis Pijssel tot betaling van 125 gl ter saecke van geleent gelt [126]
17-3-1656
Jan Geurtsz x Evertje Peters tevoren wed Tijman Hendricksz belooft 200 hooftsoms alse 100 gl aan Johan Verweij tot Amerongen en 100 gl aen Robbert Jansz tot Doorn schuldig is [126]
17-3-1656
Wouter Jansz verklaart dat jndien hij enige jnjurieuse scheltwoorden opt gerecht gesproocken soude moogen hebben deselve hem van harten leet te sijn ende van die vanden gerechte nijet anders te weeten als alle eer ende vromicheijt [126]
17-3-1656
Willemtje wed Peter Cornelisz Pijsel contra Maagje wed Bastiaen Gijsbertsz tot betaling van 16-11-8 die zij ten achteren is. [126]
17-3-1656
Huijbert Gerritsz van Velpen contra Aelbert Verweij. Huijbert heeft zich borg gesteld voor de kerkmeester ter somme van 200 gl. Hij wil dat Aelbert hem hierin garandeert. [126]
17-3-1656
Adriaen Cornelisz hoefsmid contra wed Bastiaen Gijsbertsz tot betaling van 30 gl volgens zijn schuldboek [126]
9-6-1656
Hendrick Jansz, won. Ginkel, contra Arris Jansz tot betaling van 3 gl als rest van koop ende leverantie van een koeijbeest [126]
9-6-1656
Reijer Jansz contra Sijbert Hendricksz tot betaling van 7-11-4 die den eijser aenden ged. ten achteren is [126]
9-6-1656
Dirck vanden Honart Luijtenant contra Reijer Jansz tot betaling van 30 gl als rest van koop ende leverantie van hoeij [126]
9-6-1656
Willem van Dam contra Engelbert Caspers tot kennen of ontkennen van zijn hand onder obligatie van 5-10-1655 [126]
9-6-1656
Geurt Hendricx van Bijler contra Gerrit Hendricksz van Kesteren tot kennen of ontkennen van zijn hand onder contnract van 28-6-1655 [126]
16-7-1656
Jan Jan Meijnsz contra Adriaen Jansz tot kennen of ontkennen van zijn handmerk onder coopcedulle van 12-11-1654 [126]
20-8-1656
Roelof Dircksz van Kooten contra Joriphaes van Wijck, won. Eck tot betaling van 25 gl als rest van meerder soms vanwege zijn neef Adriaen Willemsz ter saecke vant kostgelt ende leeren van een ambacht [126] 133
1-9-1656
Dirck Vereem, won. Eck, contra Jan Jan Meijnsz tot betaling van ?? gl ter saecke ende als rest van weij ende hoorngelt over 1656 [126]
1-9-1656
Geurt Jansz contra Daem Jansz tot betaling van 4-1-4 ter saecke van verdient arbeijtsloon [126]
5-10-1656
Geurt Hendricksz en Jan Petersz Bruer contra Adriaen Woutersz. Den eijsers seijden dat den ged. wt seeckere garf ende boeckweijt die bij Gerrit Cornelisz tot Leersum opden Collant ter velde gebracht was heeft den thient gehaelt dwelcke die eijsers vanden caple St Peters Tutrecht hebben gepacht gehadt. Voortgezet 27-1-1657, 28-1-1657. [126]
5-10-1656
Reijer Lambertsz contra de ingelangen vande Spijtkaa. Niet nader ingevuld [126]
3-11-1656
Vrouwe van Amerongen contra Huijbert Jansz timmerman tot betaling van 20 gl ter saecke van weijgelt [126]
3-11-1656
Mr. Bartholomeus Bergeijck contra Roelof Dircksz rademaker tot betaling van 31-5 ter saecke van twee jaren jnteresse [126]
3-11-1656
Johan Verweij contra Gosen Gijsbertsz tot betaling van 1050 gl ter saecke van 3 jaren weijpachten [126]
17-11-1656 Gerrit Gerritsz Haen x Maagje Frans contra Neeltje wed Adriaen Stevensz tot betaling van 18-9-8 ter saecke van verdiende wagenvrachten geleverde waren als anders [126] 17-11-1656 Marrichgen Cornelis huisvrouw van Huijbert van Velpen contra Willem Philipsz tot betaling van 384-15 ter saecke van geleverde bieren als anders [126] 17-11-1656 Idem contra Gijsbert Bauwen tot betaling van 84-9 van weij als anders [126] 24-11-1656 Johan Noest contra Roelof Dircksz rademaker tot betaling van 64 gl ter saecke van een veth beest twelck den ged. vanden eijser op 8-10-1655 gekoft ende ontfangen heeft. [126] 24-11-1656 Idem contra Jacob Cornelisz Boschman tot kennen of ontkennen zijn hand ondr pachtcedulle van 12-3-1651 [126] 24-11-1656 Philips Hendricksz contra Reijer Lambertsz tot kennen of ontkennen van zijn hand onder obligatie van 29-9-1656 [126] 12-1-1657
Aelbert Jacobsz Verweij als cessie van actie hebbende van Mr. Francois Wttenbogaert Canoninck St Petersz Tutrecht contra Lodewijck 134
van Alteren van Jaersfelt Baeluw van Kennemerlandt tot kennen of ontkennen zijn hand onder obligatie van 27-2-1655 [126] 12-1-1657
Idem contra idem tot betaling van 39-18 ter saecke van pacht vanden tiend vanden collant [126]
26-1-1657
Johan Verweij drost contra Peter Hendricksz Cleuver. Op 1-12-1656 heeft de ged. ten huize van Louw Jacobsz, weerd en herbergier aan de Dwarsweg, in de nacht die persoon van Jan Jacobsz, mede won. Dwarsweg, wt te schelden ende te verwijten dat hij Jan Jacobsz was een dieffe ende busken gestolen hadde dat hij wederom hadde moeten brengen slaende voorts den voornoemden Jan Jacobsz aen sijn hooft, waerover den selven eerstelijk heeft verbeurt een boete van 300 gl. En omdat hij dat niet heeft moet hij in gijzeling worden genomen totdat hij heeft betaald. [126]
27-1-1657
Hendrick Willemsz contra Cornelis Cornelisz rademaker tot betaling van 45 gl ter saecke van 5 jaren rente van 150 gl [126]
27-1-1657
Idem contra wed Adriaen Stevensz tot betaling van 24½ stuiver ter saecke van arbeijtsloon laecken als andersints [126]
3-2-1657
Splinter Huijbertsz contra Jan vander Merk won Amsterdam x Catrina Claes en dienvolgende erfgenamen van Claes …. tot betaling van 9-18 van gehaelde ende geleverde waren [126]
3-2-1657
Idem als erfgenaam van zijn moeder contra idem tot betaling van 3 gl ter saecke van gehaelde waren [126]
9-2-1657
Geurt Hendricksz contra Steven Gerritsz tot betaling van 42-10 ter saecke van weijgelt over 1656 [126]
23-2-1657
Huijbert Gerritsz van Velpen contra Reijer Jansz tot betaling van 45 gl ter saecke van weijgelt vande pacht vant Zant over 1656 [126]
23-2-1657
Geurt Hendricksz en Huijbert van Velpen contra Gijsbert Aelbertsz tot betaling van 40 gl ter saecke van weijgelt [126]
23-2-1657
Johan Verweij drost te Amerongen contra Gosen Gijsbertsz [Verweij] tot betaling van 102-10 ter saecke als rest van weijgelt vande bacxweert [126]
6-4-1657
Vrouwe van Amerongen in absentie van haar man contra Huijbert Gerritsz van Velpen tot betaling van 46 gl ter saecke van weijgelt vande pacht vant Zant [126]
135
27-4-1657
Cornelis Tijmansz contra Johan Quint schout tot Leersum tot betaling van 46 gl als rest van meerder somme [126]
27-4-1657
Frans van Dam contra Jan Willemsz aenden Dijck tot betaling van 27 st als rest van weijgelt [126]
27-4-1657
Teunis Petersz te Leersum contra Jan Cornelisz halfzeijst tot betaling van 4 gl als rest vande coop van seecker peert [126]
27-4-1657
Gosen Gijsbertsz Verweij contra Joris Martensz tot betaling van 102-10 ter saecke van weijgelt [126]
27-4-1657
Johan Verweij contra Reijer Jansz x Jannichge Hermans tot betaling van 115-8 ter saecke van verschenen renten van een capitael van 500 gl. Doorgestreept. [126]
27-4-1657
Idem contra idem tot betaling van 50 gl ter saecke vande coop van een peert. Doorgestreept. [126]
27-4-1657
Idem contra idem tot kennen of ontkennen van zijn hand onder obligsatie van 23-12-1656. Doorgestreept. [126]
27-4-1657
Johan Verweij n.o. contra Arien Cornelisz smit en Roelof Dircksz rademaker tot betaling ter saecke van een vechtboete ten huize van Reijer Jansz weert inde Swaen des avonts ende naer den sonnenonderganck. Jan Cornelisz won Nederengh onder het gerecht van Zuijlesteijn treedt als getuige op. Doorverwezen naar het Hof van Utrecht. [126]
27-4-1657
Huijbert van Velpen contra Reijer Jansz versteck van antwoort te begeren. [126]
8-6-1657
Aelbert Steck contra wed en erfgenamen van Cornelis Jansz Boschman tot betaling van 52 gl ter saecke als in sijne specificatie alhier [126]
8-6-1657
Cornelis Jansz rademaker contra Roelof Dircksz rademaker tot betaling van 18 gl ter saecke van arbeijtsloon. Voortgezet 15-6-1657. [126]
8-6-1657
Willem van Dam contra Jan Petersz schutter tot betaling van 14-16 ter saecke ende alsrest van een veth beest in 1655. En 26-10 ter saecke van een veth beest in 1656. [126]
8-6-1657
Johan Verweij drost contra Jan Willemsz Cauwenhoven tot betaling van 19-10 ter saecke van weijgelt over 1656 [126]
15-6-1657
Dirck van Cortrecht, burger en coorncooper tot Amersfoort, contra Steven Gerritsz, won. Amerongen, tot betaling van 51-6 ter saecke van gehaelde ende geleverde waren [126] 136
15-6-1657
Aelbert Steck contra Hendrick Joriphaesz Bleijcker won Dwarsweg tot betaling van 40-11 ter saecke als in de specificatie aen desen gerechte overgelevert alles ter goeder reeckeninge [126]
22-6-1657
Adriaen Woutersz contra Cornelis Woutersz tot kennen of ontkennen zijn hand onder huurcedulle van 1656. [126]
13-8-1657
Anthonij de Weert contra Johan Quint schout van Leersum tot betaling van 14 gl ter saecke van een veth best in 1644 gekocht [126]
5-10-1657
Philips Hendricksz contra Gerrit Joris tot betaling van 12 gl ter cause van coop van een veth kalff [126]
5-10-1657
Mor Willemsz contra Cornelis de Cruijff rademaker tot leverantie van twee over? leeren met een Rijbunck die de ged. gehouden was te leveren bij een nieuwe wagen die hij ged. voor den eijser inde somer van 1656 heeft gemaeckt [126]
5-10-1657
Cornelis Tijmensz contra Frans Dircksz. Niet nader ingevuld. [126]
16-11-1657 Erfgenamen van Sander Matheusz contra wed Cornelis Jansz Boschman tot betaling van 39-7-8 ter saecke van gehaelde ende geleverde waren [126] 30-11-1657 Peter Matthijsz contra Reijer Jansz x Jannigje Hermans van Bemmel tot kennen of ontkennen van hun handtekeningen onder coopcedulle van 20-4-1650. Voortgezet 14-12-1657, 25-1-1658. [126] 30-11-1657 Idem contra idem tot betaling van 176 gl ter saecke als in seeckere specificatie die den eijser alhier is overleverende [126] 30-11-1657 Gosen Gijsbertsz Verweij contra Steven Gerritsz tot betaling van 35-16 ter saecke van geleverde coorn ende scheps messie [126] 30-11-1657 Uitspraak in de zaak van Johan Verweij contra Jan Jan Meijnsz. Idem contra Louw Jacobsz, won. Dwarsweg en Gerrit Andriesz. [126] 25-1-1658
Hendrick Willemsz contra Roelof Dircksz rademaker tot betaling van 5 gl ter saecke van weijts-loon [126]
25-1-1658
Jacob Dircksz contra Huijbert van Velpen tot betaling van 7-10 voor verteringe tsijnen huijse bij Huijbert Antonissen van Miltenburch gedaen waer voor hij seijde den ged. gelooft te hebben. [126]
25-1-1658
Adriaen Jansz contra Cornelis Tijssen tot betaling van 40-12-8 als rest vande coop van hoij bij hem inden verleden somer aenden ged. gelevert [126] 137
26-1-1658
Cornelis Matthijsz contra Aert Toll tot betaling van 36 pond ter saecke van huijshuijr [126]
26-1-1658
Huijbert van Velpen contra Cornelis Mertensz tot betaling van 38-17-4 ter saecke van gehaelde waren [126]
26-1-1658
Idem contra Huijbert Thonisz van Miltenburg. Hij versochte gegarandeert te werden voor sodanige borchtochte als hij eijser voor den ged. is gebleven ende daer voor bij Jacob Dircksz is aengesproocken. [126]
14-6-1658
Hendrick Hermansz metselaar contra Peter Matthijsz gerechtsbode als borg voor Daem Petersz tot kennen of ontkennen van zijn hand onder obligatie van borgtocht van 28-10-1657. [126]
14-6-1658
Willem Woutersz Roest contra Adriaen Jansz tot betaling van 12-15 ter saecke van overgenomen penningen van Jan Bastiaensz Quint [126]
14-6-1658
Johan Verweij drost contra Adriaen Jansen tot restitutie van 12-16 ter saecke van geleende penningen [126]
23-6-1658
De heren en gezamenlijke geërfden en ingelanden van de coornweert gelegen ten dele in Amerongen en ten dele in Wijk bij Duurstede buiten dijks contra dhr. Bitter van Reede commandeur over die scheepen oorloch opden Rijn. Voortgezet 28-7-1658, 12-7-1658, 19-7-1658, 26-71658, 28-7-1658. [126]
12-7-1658
Joost Cornelisz van Mourick, brouwer te WbD, contra Gerrit Teunisz de Ridder tot kennen of ontkennen van zijn hand onder huurcedulle van 33-1653. En tot betaling van 76-14 ter saecke van gehaelde ende geleverde bieren. Voortgezet 26-7-1658. [126]
19-7-1658
Aert Teunisz Buijs contra Roelof Dircksz rademaker tot betaling van 719-8 volgens afreeckeningh met de huijsvr vanden ged gehouden op 13-6-1658 en dan nog ter somme van 1-5 naderhandt ten huijse vanden selven ged. verdient [126]
19-7-1658
Alsoo die vanden Gerechte van Amerongen verstaen dat eene Peter Kleuver met Jannichjen Jacobs beijde won aenden Dwarsweg seer oneerlijck met den anderen leven ende in overspell ende ontuchticheyt converseren, Soo lasten ende bevelen tvsz Gerecht den Drossaert vanden hoge heerlijckheijt beijde die vsz persoonen in apprehensie te stellen, omme dan voorts jegens haerlieden geprocedeert te werden als na behooren [126]
138
26-7-1658
Johan Verweij drost contra Bitter van Reede. Bladzijde uitgescheurd. [126]
28-7-1658
Gijsbert Bauwen contra Peter Matthijsz. Den eijser versochte dat den ged. gecondemneert sal werden, aen hem te betalen de prijs ende waerdije vanden messie, die den ged. uijt zijn schot heeft gevoert ende den impetrant was competerende [126]
4-10-1658
Cornelis Dircksz schipper, won. Ravenswaaij, contra Reijer Jansz herbergier in de Swaen tot betaling van 52 gl volgens liquidatie ende afreeckeninge op gisteren met den ged. huijsvrouw gehouden. [126]
4-10-1658
Peter Matthijsz als last hebbende van Tonis Tonisz onderschout contra Arris Jansz tot betaling van 2-15 ter saecke van verteringe ende gherechts-kosten gevallen voorden gerechte van Woudenberg [126]
22-11-1658 Frans Jansz van Bruijnsweert brouwer ende burger te Rhenen contra Johan Quint schout te Leersum tot betaling van 45 gl ter saecke van een vet beest bijen etc. Voortgezet 6-12-1658, 17-1-1659. [126] 22-11-1658 Johan Verweij drost alhier n.o. contra Abraham de Vreede Jode en Lubbert Jansz gearresteerdens tot betaling van 50 gl ter saecke die ged. op 19-11-1658 voorleden alhier opden Raedthuyse hantgemeen ende gevochten hebben. Voortgezet 6-12-1658. [126] 6-12-1658
Adriaen Jansz contra Mor Willemsz tot betaling van 15 ter saecke van coop van boongarven opt velt [126]
6-12-1658
Adriaen Jansz contra Peter Matijsz gerechtsbode tot betaling van 73-3 salvo calculo vant geene den eijser voor den ged. verschooten vrachten ende arbeijtsloon verdient heeft [126]
6-12-1658
Joost van Maurick, brouwer en burger te WbD contra Gerrit Thonisz de Ridder weerd en herbergier aenden Lekkendijk tot betaling van 78 L: ter saecke van huijshuijr [126]
17-1-1659
Johan Verweij drost contra Frans van Dam tot betaling van 15 gl ter saecke van koop van twe hockelingen inden verleden somer aen hem verkoft ende gelevert [126]
17-1-1659
Bart Quint contra Jan van Kesteren tot betaling van 18 gl ter sake ende als rest van huijshuijr van des eijsers huijsinge staende alhier op het Mercktvelt [126]
17-1-1659
Frans van Dam contra Wouter Jansz tot betaling van 8-10 als rest van koop van hoij aen den ged. inden verleden somer aen hem gekoft ende gelevert [126] 139
21-3-1659
Dirck Johan Hermansz rentmeester van dhr. Grave van Culemborg contra Aelbert Steck. Non comparitie. [126]
29-3-1659
Geurt otten van Rijswijck contra wed en erfgenamen van Jan Huijbertsz timmerman, concludeert als in de eis [126]
9-5-1659
Cornelis Teunisz, burger en samoreusschipper binnen Doesburg, contra Cornelis Woutersz de Cruijff rademaker alhier tot betaling van 98-16-8 ter saecke van gelevert houdt als anders [126]
9-5-1659
Peter Matthijsz gerechtsbode contra Adriaen Jansz tot kennen of ontkennen van zijn hand onder obligatie van 27-5-1646. [126]
9-5-1659
Maagje Dircks d Vaal wed Aert Gerritsz contra Augustijn Hendricksz. Niet nader ingevuld. [126]
9-5-1659
Philips Hendricksz contra Aertje Jans wed Jan Aerts? tot betaling van 25 st jtem 12 st van vrucht en nog 5 st van oncosten [126]
9-5-1659?
Johan Quint, schout van Leersum, contra de schout van Scherpenzeel tot betaling van 20-14 [126]
9-5-1659
Jan Roelofsz rademaker contra Jan Barten tot betaling van de helft van 35-5 die den ged. inden boedel van Aert Jansz smith za: schuldich is ende die den eijser als man ende voocht van sijn huijsvr vanden ged sijn competerende. Voortgezet 10-5-1659. [126]
9-5-1659
Huijbert Gerritsz van Velpen contra Aelbert Jacobsz Verweij tot betaling van 124-14 ter saecke ende als rest van geleverde bieren ende torff. Verder verzoekt hij ontslagen te worden van de borgtocht aan de kerk van Amerongen voor 200 gl. Voortgezet 30-6-1659. [126]
30-6-1659
Joris Maertens contra Peter Matthijsz en Adriaen Jansz. Niet nader ingevuld. [126]
30-6-1659
Dhr. van Amerongen contra Cornelis Woutersz de Cruijff rademaker tot betaling van 13 gl ter saecke van coop willige boomen [126]
5-7-1659
Tijman van Wijckersloot contra Huijbert Jansz timmerman tot betaling van 26-18 van gelevert houdt [126]
5-7-1659
Idem contra idem tot betaling van 200 gl uijt krachte van een obligatie bij den ged. tbv den eijser gepasseert [126]
5-7-1659
Idem contra Guijbert Jansz timmerman tot betaling van 26-18 in betaling van hout aen den ged. gelevert [126]
140
5-7-1659
Johan Verweij drost contra Jan Jan Meijnsz tot decretement vande boete van 3 gl ter saecke den ged. op een pinxter-maendach met een wagen met rijs geladen, is komen rijen alhier binnen Amerongen [126]
21-11-1659 Johan Verweij drost contra Gerrit Thonisz de Ridder tot betaling van 180 gl ter saecke van vertrecte penn die den eijser voor den ged. aende heere Mortangie heefgt betaelt ende verstrect [126] 21-11-1659 Idem contra Philips Hendricksz tot betaling van 110 gl als rest van coop van coorn pacht als anders [126] 21-11-1659 Johan Quint schout te Leersum contra Zeger Cornelisz van Vianen. Den eijser versocht dat den ged. geordonneert zall worden alsnoch t’antwoorden opden eijsch bij hem eijser jegens den ged. overgelevert op poene van versteck ende adjudicatie van des eijser eijsch. [126] 21-11-1659 Huijbert van Velpen contra Aelbert Verweij, verzoekt alsnog condemnatie opden eijsch vanden 124-14 op 9-5-1659 geeijst. [126] 23-1-1660
Jan Petersz Bruer contra Gerrit Stevensz. Den eijser ende requirant seijde dat hij vande heeren vanden Caple St Peters Tutrecht heeft gekoft den thient van Neerborrevelt voor 148 gl booven 44-16-0 van rantsoen. Hij heeft dit aan Gerrit overgedaan die daarvoor de helft moet betalen. [126]
23-1-1660
Jacob Dircksz won. opt Zant in Gelderlant contra Gerrit Stevensz tot betaling van 53 gl als rest van weijgelt [126]
23-1-1660
Abraham van Rhijn burger en wijncoper binnen Utrecht contra Thonis Cornelisz Visscher tot betaling van 59-5 als rest van coop ende leverantie van wijnen [126]
23-1-1660
Johan Wijck domheer t’Utrecht contra Henrick Rutgersz Molenaar. Den heere eijser seijde dat Gerrit Stevensz vanwege tiend heeft verkoft enige weijt [126]
23-1-1660
Jan Quint als gestelde momber van de kinderen van Lubbert Claesz contra Willem Aelbertsz won. Dwarsweg als borg voor Jan van Holten om te kennen of ontkennen zijn hand onder coopcedulle van 5-5-1654 voor 55-18 van koop van veenslijck met nog 12-10 van verlopen rente [126]
24-1-1660
Geurt Hendricksz contra Huijbert Jansz timmerman tot kennen of ontkennen van zijn hand onder afrekening van 10-1-1660 tot betaling van 63-11 [126]
141
24-1-1660
Peter Matthijsz gerechtsbode contra Steven Gerritsz tot kennen of ontkennen van zijn hand onder obligatie van 2-6-1653. Voortgezet 25?1-1660. [126]
24-1-1660
Huijbert van Velpen contra Aelbert Verweij tot antwoort op de borchtocht van Velpen dat hij soude met eede versekeren. Voortgezet 16?-4-1660, 30-4-1660, 4-6-1660. [126]
24-1-1660
De erfgenamen van Adriaen Mateusz contra Cornelis Cornelisz jongen hooren tot kennen of ontkennen van zijn hand onder obligatie van 25-11658. Voortgezet 25?-1-1660. [126]
24-1-1660
Frans van Dam won aen den Dijck contra Hendrick Joris Brus Brus tot betaling van 9-10 ter saecke van gelevert haver ende boonen in 1659. Voortgezet 25?-1-1660 [126]
25?-1-1660 Gerrit Stevensz contra Jan Quint schout te Leersum tot betaling van 5-2 ter saecke ende als rest van weijgelt [126] 25?-1-1660 Geurt Hendricksz contra Jan Roelofsz tot betaling van 6 gl ter saecke van twee vimmen boeren bosgens [126] 20-2-1660
Johan Verweij drost n.o. contra Hendrick Rutgersz molenaer en Harman Cornelisz Pijsell. Hij alsoo die ged. opden voorleden op den Molen van Amerongen te samen gevochten hebben daerover sijluijden volgens dordonnantie opde vechterijj geemaneert sijn vervallen in een boete van vijftich car: gulden. Harmen zegt niet gevochten te hebben, maer dat Henrick Rutgertsz mede ged hem seer jnpertinentelijck ende jnjurieuselijck heeft aengesproocken ende sonder dat hij hem daertoe enige oorsaeck heeft gegeven voorts opt lijff gevallen ende tot drie verscheijden reijsen toe seer onweerdelijcken jn toornigen moede onder de voet gesmeeten off gestoten heeft soo dat hij pijsell genootsaect is geweest, sijn lijff te defenderen [126]
20-2-1660
Idem contra Lijsbeth huisvrouw van Cornelis Thonisz en Cornelis Adriaensz. niet nader ingevuld. [126]
20-2-1660
Peter Matthijsz contra Steven Gerritsz. Non comparitie. [126]
11-3-1660
Huijbert Jansz Toll contra Trijn Philipsz. Hij alsoo die ged ende gereq contrarie die waerheijt over all voor geeft vanden eijser ende requirant getrouwt te sijn ende te seggen dat zij den selven houdt voor haren man latende haer mede verluijden dat jndien den requirant sich met een ander inden echten staet soect off will begeeven zijne houwelijxe proclamatie will stuijten off ophouden, versoect den requirant 142
daeromme dat die gerequireerde haar actie zal bewijzen… Zij verschijnt niet. [126] 11-3-1660
Johan Verweij drossaard als rentmeester van de heer van Zuijlensteijn contra Reijer Jansz inde Swaen tot betaling van 96 gl ter saecke van coop ende leverantie van een koldt merrj peert en 40 gl van coop van hoeij mitsgaders 14 gl van kool [126]
11-3-1660
Govert Fremijn concherge op Zuijlensteijn contra Aertgen wed van Jan Jansz tot betaling van 17 gl ter saecke van coop ende leverantie van een veth hockelinge [126]
11-3-1660
Huijbert van Velpen contra Cornelis Woutersz de Cruijff tot betaling van 54-16 ter saecke van een veth slachtbeest [126]
23-3-1660
Anthonis Aertsz Keijser won Beusichem contra Roelof Dircksz en Jan Roelofsz rademakers tot kennen of ontkennnen van hun hand onder obligatie van 30-8-1659. [126]
16-4-1660
Wouter Ariensz bekent door dhr Aelbert Steck voor hem comparant tbv de heren rentmeester Dirck Johan Heurnius zich borg heeft gesteld volgens acte dd 30-12-1653 belooft te restitueren 95-1-6. [126]
30-4-1660
Metgen van Wageningen contra Ot Beerntsz Steenbacker tot betaling van de tol bijden ged. sedert 15 jaren herwaerts verschuldigd. Voortgezet 13-8-1660. [126]
4-6-1660
Willem Verweij tot Rhenen als borg voor Huijbert Jansz contra denselven Huijbert Jansz tot betaling van 43 gl ter saecke van een veth beest gekocht van Frederick van Hattum [126]
2-7-1660
Grietgen Gijsberts wed Aert Jansz smit stelt zich borg voor Huijbert Jansz timmerman haar schoonzoon om op alderheijligen, 1-11-1660, te betalen aen Willem Verweij, burger en brouwer te Rhenen, 43 gl [126]
2-7-1660
Huijbert Gerritsz van Velpen contra Gerrit Joris tot betaling van 162-5 ter saecke van gehaelde ende gedroncken gelagen als anders. En tot betaling van 14 gl ter saecke van geleverde schapen. Voortgezet 16-71660. [126]
2-7-1660
Idem contra Jan Willemsz Cauwenhoven tot betaling van 25 gl ter saecke van naeweij van twe peerden op de Bollen anno 1659 bestaeijt [126]
2-7-1660
Idem contra Evert Jansz tot betaling van 37-5 ter saecke van 8 opperen hoeij in de somer 1659 gekocht [126] 143
2-7-1660
Idem contra Aelbert Verweij. Voortzetting. [126]
16-7-1660
Jonker Jacob van Zuijlen vanden Natewisch contra Thonis Cornelisz de Visser tot betaling van 49-10 ter saecke ende als rest van weijgelt over 3 jaren [126]
16-7-1660
Idem contra Gerrit Joris tot betaling van 36 gl ter saecke van 2 scharen weijdens over 1659 [126]
16-7-1660
Frans van Dam contra Cornelis Cornelisz Hoorn tot betaling van 5-14 ter saecke van groen kooren [126]
13-10-1660 Arnoldus van Ossenberg als procureur van Harman Andries en Gerrigje Lorijn mitsgaders Hilligje Meertens, won. op den Duijnen. Zij zijn geciteerd om getuigenis der waarheid te geven ten verzoeke van dhr Johan van Ijsendoorn, schout van Wijk bij Duurstede. Hij wil eerst de vragen en machtiging zien. [126] 5-10-1660
Johan Verweij drost n.o. contra Dirck Jansz van Uijen schoenmaker en Johan Quint. Hij verzocht uiting van de zaak bij den gerechte de laatste rechtdag in state gehouden over de zaak van 150 gl. Op 3-12-1660 beslist het gerecht in de zaak jegens Dirck Jansz van Uijen en Jan Gerritsz Borgers dat zij gecondemneerd worden in een vechtboete van 25 gl. [126]
15-10-1660 Hendrick Borgertsz x Anna Barten in cas van jnjurie contra Hendrick Rutgersz molenaer alhier. Niet nader ingevuld. [126] 3-12-1660
Geurt Hendricksz contra Willem Philipsz tot betaling van 15 gl ter saecke van de ruijlinge van een beest. En tot betaling van 10 gl ter saecke van weijgelt. En tot betaling van 7-10 ter saecke van bedongen penn. van een toebacx hanck. [126]
3-12-1660
Johan Verweij drost tot Amerongen als rentmeester van dhr van Zuijlensteijn contra Cornelis Claesz de Cruijff rademaker tot kennen of ontkennen van zijn hand onder obligatie van 21-4-1659. [126]
3-12-1660
Gerrit Willemsz contra Cornelis Claesz de Cruijff tot betaling van 22-18 ter saecke van verdient arbeijtsloon [126]
3-12-1660
Johan Verweij drost n.o. contra Anthoni Pietersz en Henrick Freson dienaars van dhr van Arckel tot betaling van 50 gl ter saecke van een vechtboete dat den ged. tussen den 27 en 28e decemb. inder nachte ten huijse van Henrick Borgertsz gevochten hebben [126]
14-1-1661
Willem Hendricksz constitueert Ludolph de Wit [126] 144
14-1-1661
Geurt Otten van Rijswijck, schepen tot WbD contra Cornelis Cornelisz Rademaker tot betaling van 29-9 ter saecke van gelevert houdt [126]
14-1-1661
Idem contra Arien Woutersz tot betaling van 6-15 van gelevert houdt [126]
14-1-1661
Idem contra wed Jan Aelbertsz kuijper tot betaling van 18-4-8 van gelevert houdt [126]
14-1-1661
Idem contra Cornelis Woutersz de Kruijff rademaker tot betaling van 108 van gelevert houdt [126]
14-1-1661
Idem contra Johan Quint schout van Leersum tot betaling van 51-18 van gelevert houdt [126]
14-1-1661
Idem contra Roelof Dircksz rademaker tot betaling van 13-12 als rest van gelevert houdt [126]
14-1-1661
Idem contra Splinter Huijbertsz tot betaling van 19-7 ter saecke van gelevert houdt [126]
14-1-1661
Gerrit Cornelisz vander Lee contra Reijer Jansz inde Swaen tot betaling van 28 gl van gekofte bonen [126]
14-1-1661
Dirck Jansz van Uijen in cas van Quarandt contra Jan Gerritsz Backer [=Quint]. Hij diende van eijsch in scriptis. Voortgezet 28-1-1661, 12-21661, 1-4-1661. [126]
14-1-1661
Arien Woutersz contra Cornelis Woutersz de Cruijff tot betaling van 42 gl als rest van huijs-huer [126]
15-1-1661
Notitie over de quotisatie in het consumptiegeld van Joost Beerndtsz drifthardt [126]
28-1-1661
Peter Matijsz gerechtsbode contra Huijbert Jansz timmeman tot kennen of ontkennen van zijn hand onder obligatie van 16-12-1659. En tot betaling van 11-5-2. [126]
28-1-1661
Huijbert van Velpen contra Aeltgen van Bemmel. Hij versochte dat die gerequireerde in persoon zal verschijnen [126]
12-2-1661
Jan Claesz won Dwarsweg contra Jan Jan Meijnsz won Amerongense Dijck tot betaling van 14 gl als rest van koop van een bruijn merri peert [126]
1-4-1661
Geurt Hendricksz contra Cornelis Cornelisz Hoorn tot betaling van 8810 als rest van koop van hoeij [126] 145
1-4-1661
Johan Verweij drost contra de dienstknecht van Huijbert van Velpen. Hij alsoo den ged. nu onlancx geleden ten huijse van Henrick Borgertsz gevochten heeft ende mit den selven hantgemeen is geweest jnden nacht daerover den selven is vervallen in een boete van 25 gl. [126]
10-6-1661
Jan Gerritsz Quint contra Cornelis de Cruijff rademaker tot kennen of ontkennen van zijn hand onder coopcedulle van 17-1-1660. [126]
21-10-1661 Evert Jansz van Amerongen contra Reijer Lambertsz tot betaling van 12-10 ter saecke van landpacht [126] 18-11-1661 Peter Matthijsz contra Huijbert Jansz timmerman en Grietje Gijsberts tot kennen of ontkennen van hun handen onder obligatie van 20-3-1661. [126] 18-11-1661 Jan Dircksz metselaar contra Huijbert Jansz timmerman tot kennen of ontkennen van zijn hand onder plecht van 30-6-1658. [126] 18-11-1661 Jan Dircksz contra Huijbert Jansz timmerman en Grietje Gijsberts tot kennen van hun handen onder afrekening van 16-2-1659. [126] 18-11-1661 Wolphert Cornelisz contra Huijbert Jansz timmerman tot betaling van 13 gl als rest van geleend geld [126] 18-11-1661 Adriaen Jansz contra Frans van Dam tot kennen of ontkennen van zijn hand onder obligatie van 28-10-1661. Voortgezet 19-11-1661. [126] 18-11-1661 Martje Quint contra Reijer Jansz inde Swaen tot betaling van 70-1-12 als rest volgens afrekening van 24-4-1660 ende voorts van geleent gelt ende geleverde waren [126] 18-11-1661 Deliana Sijmons wed Mor Willemsz contra Evert Jansz van Amerongen tot betaling van 75 gl ter sake van koop van weijdt [126] 18-11-1661 Evert Jansz van Amerongen en Philips Hendricksz van Bijler contra de kinderen en erfgenamen van Johan Verweij in zijn leven drost van Amerongen. Zij leveren eis in scriptis. Voortgezet 2-12-1661, 16-121661, 13-1-1662. [126] 19-11-1661 Reijer Jansz inde Swaen contra Arien Jansz tot betaling van 8-13-8 volgens afrekening van 18-11-1661. [126] 19-11-1661 Gerrit Thonisz de Ridder contra Roelof Dircksz tot decretement van de boete van 200 gl ter saecke dat den ged. op den 17-9-1661 heeft gefraudeerd. [126]
146
2-12-1661
De kinderen en erfgenamen van Johan Verweij contra Cornelis Woutersz de Cruijff tot betaling van 3-10 spruijtende wt saecke van geleent gelt [126]
4-12-1661
Jan Gerritsz contra Pieter Jansz tot betaling ende leverantie van 3 schapen die hij in de somer van 1661 heeft gecoft en betaelt [126]
10-2-1662
Willem Philipsz contra Arien Jansz tot betaling van 141-2 ter oorsake als in specificatie ende in qualite als bij de voorn. specificatie mette costen Voortgezet 24-2-1662, 10-3-1662. [126]
10-2-1662
Joost Beerntsz driftherder contra Gijsbert Bouwen tot kennen of ontkennen van zijn hand onder obligatie van 50 gl [126]
24-2-1662
Aert Thonisz Buijs contra Roelof Dircksz rademaker tot betaling van 710-12 van arbeijtsloon. Voortgezet 10-3-1662. [126]
10-3-1662
Geurt Hendricksz van Bijler contra Reijer Lambertsz tot betaling van 18 gl van weij over 1661. [126]
24-3-1662
Metge van Wageningen in cas van injurien contra Arien Jansz. De eijserse diende ende leverde eijsch in scriptis. Voortgezet 14-4-1662, 28-4-1662, 12-5-1662, 26-5-1662, 23-6-1662, 6/7-1662. [126]
24-3-1662
Gijsbert van Zijll contra Daem Jansz tot betaling van 3-10 van affgerekent schult van arbeijtsloon. [126]
14-4-1662
Neeltge Quint contra Reijer Jansz inde Swaen. Non comparitie. Voortgezet 28-4-1662, 29-4-1662, 30-4-1662. [126]
28-4-1662
Geurt Otten van Rijswijk, schepen tot WbD, contra Huijbert Jansz timmerman met als borg Grietje Gijsberts tot betaling van 50 gl sijnde den eersten termijn van 400 gl capitaal en 20 gl van een jaer renten [126]
29-4-1662
Jan Gerritsz Quint contra Reijer Jansz tot betaling van 14-15-4 van gehaelde waren [126]
29-4-1662
Idem contra wed. Arien Woutersz tot betaling van 5-19 ende tot nieuwe letteren van executie over de selve saeck. Voortgezet 30-4-1662. [126]
23-6-1662
Jan Gerritsz Quint contra Dirck Jansz tot betaling van 35-4 van gehaelde waren. Voortgezet 7-7-1662. [126]
23-6-1662
Idem contra Cornelis Woutersz de Cruijff tot betaling van 14-10 van waren [126]
147
23-6-1662
De kinderen en erfgenamen van drost Verweij contra Adriaen Jansz de Goijen. De eijsers diende ende leverde eijsch in scriptis [126]
23-6-1662
Jan Quint substituut-drost n.o. contra Frans Jansz van Dam en Jan Petersz broer tot betaling van 25 gl ter cause de selve hantgemeen sijn geweest. Frans ontkent dit. [126]
23-6-1662
Jan Petersz Breuer in cas van injurien contra Frans van Dam. Den eijser seijde dat hij was sonder beroem een man met eeren ende dat niemant vermochte hem in sijn naem te lederen, soo is nochtans waer, dat den ged. hem heeft onderstaen gisteren acht dagen ten huijse van Hermen Andriess in presentie van verscheijde luijden eerst te seggen dat den eijser het looch, ende noch daerna dat den eijser het looch als een schelm, ende alsoo tselve sijn groot iniurien, die den eijser ter herten is nemen[de].. Hij wil dat Frans wordt veroordeeld. [126]
7-7-1662
Mr. Basel contra Jan Gerritsz Quint tot betaling van 15 gl van meesterloon aen des ged. dochter verdient [126]
14-7-1662
Tousijn Julie als bestevader Hendrick Jacobsz van Beeck als oom en momber vande twee onmondige kinderen van Hermen Andriesz x Belichge Tousijn za: contra Hermen Andriesz weduwenaar en boedelharder van Beligje Tousijn. Hij moet boedelinventaris leveren. [126]
14-7-1662
De substituutdrost Johan Quint contra Jan Toll tot betaling van 50 gl ter oorsaeck hij inde nacht met de knecht van Thonis Jacobsz inde postpeerden tot Utrecht hantgemeen is geweest [126]
15-9-1662
Aertgen Willems wed van Jan Jansz contra Hermen Fransz tot betaling van 5-2 van waren. Voortgezet 16-9-1662. [126]
15-9-1662
Arris Hendricksz contra Cornelis Thijmensz tot betaling van 25 gl van verdient loon. Voortgezet 16-9-1662, 17-9-1662. [126]
15-9-1662
Jan Gerritsz Quint contra Hermen Fransz tot betaling van 10-1-10 van waren. En tot betaling van 13-16 van waren. Voortgezet 16-9-1662. [126]
15-9-1662
Idem contra Dirck Jansz. Het gerecht condemneert Dirck tot betaling van 35-4. [126]
15-9-1662
Arien Jansz smith contra Cornelis Woutersz de Cruijff tot betaling van 9 gl als rest van ijserwerck aen een wagen [126]
16-9-1662
Cornelis Corneliss rademaker contra de erfgenamen van Johan Verweij. Den eijser seijde aen Joost van Ommeren ten afteren te sijn 148
60-2 ende dat de kijnderen en erfffgen. daervan als erffgen. moeten betalen het dardepart ende dat daerop betaelt is door leverantie van hout 4 gl… Voortgezet 17-9-1662. [126] 17-9-1662
Jan Gerritsz Quint contra Pel Ijsbrantsz. De ged. huijsvrou present bekent de geeijste 13-16-0 schuldich te sijn [126]
17-9-1662
Gijsbert Bouwen contra wed. Dirck Dircksz wever tot betaling van 5-15 van pacht van een bijstede [126]
17-9-1662
Jan Woutersz contra Gerrit Jorisz tot betaling van 15-12 ter oorsake als in specificatie [126]
22-9-1662
Gerrit Jorisz vleeshouwer tot Amerongen contra Jan Woutersz te antwoorden. Voortgezet 29-9-1662, 13-10-1662. [126]
29-9-1662
Jan Jansz contra Hendrick Rutgersz molenaar tot betaling van 16 gl als rest van coop van bosch [126]
29-9-1662
Hermen Reijersz contra Jan Willemsz Couwenhoven tot betaling van 917-8 ter goeder reeck: van geleent gelt. Voortgezet 13-10-1662. [126]
29-9-1662
Johan Quint substituutdrost n.o. contra Huijbert Toll tot betaling van 9 gl ter saecke hij opden lesten bid-dach met sijn drien gearbeijt heeft [126]
29-9-1662
Mr. Basel contra Jan Petersz aenden Dijck tot betaling van 18 gl als rest van den cure aen sijn been gedaen [126]
13-10-1662 Geurt Hendricksz van Bijler constitueert Johan de Wijs voor het Hof van Utrecht in de zaak tegen advocaat Marcelis Verweij. [126] 26-1-1663
Hendrick Willemsz contra Cornelis Cornelisz rademaker tot betaling van 9 gl van een jaer renten [126]
26-1-1663
Idem contra wed Adriaen Woutersz. Non comparitie. Voortgezet 27-11663. De ged. bekent de geeijste 2 gl schuldich te wesen. Zij kan nog niet betalen. [126]
28-1-1663
Jan Stock lakencoper contra Claes Jansz tot betaling van 8-5 van goet. Claes ontkent in 1646 tgoet gecoft off gehadt te hebben. [126]
2-3-1663
Hans Crijt contra Reijer Jansz inde Swaen tot betaling van 1 gl van grote noten 14 st van hasenoten en 1-10 van een sack die den ged. tot Utrecht heeft opgenomen ende in sijn waren geleijt, volgens de hant van Anthonie van Heijmenberg dat sijn dochter ende de iongen tselve gesien hebben, ende dat de huijsvrouw vande ged. heeft belooft, dat sij de noten soude betalen, als de hant vannde vsz weert gethoont wierde, mette costen, ende alsoo de eijser tot Wageningen woonachtich ende 149
nu tweemael hier is geweest om de selve saeck, ende eens tot Utrecht om de hant van Anthonie van Heijmenberch te halen ende te hebben, ende dat het selve is een cleijne saeck tsamen van 3-4-0 ende den eijser is een slecht ambachtsman dat daerin na verhoor van parthijen mochte worde gesententieert ende protesteert van costen. Gedaagde wordt veroordeeld tot betaling. [126] 4-5-1663
Jan Gerritsz Quint contra Jan Roelofsz rademaker tot kennen of ontkennen van zijn hand onder huurcedulle van 27-12-1661. [126]
4-5-1663
Gerrit Stevensz contra Gerrit Jorsz tot betaling van 19-18-4 van waren [126]
4-5-1663
Jan Joosten contra Arien Jansz tot betaling van 21 gl van weijen van 2 peerden [126]
5-5-1663
Gijsbert Aelbertsz contra Adriaen Jansz den Goeden tot betaling van 12-10 van verdienst van sijn soon en 6 gl van spaijen afslaende de vracht van dardalff mud boeckweijts na Amersfoort ende 2-2-12 van 3000 min anderhalff hondert elsen te poten [126]
5-5-1663
Wouter Aertsz contra Jan Roelofsz tot betaling van 5-10 van huijshuer [126]
5-5-1663
Jan Cornelisz tot Leersum bij Zuijlensteijn contra wed Arien Woutersz tot betaling van 20-2-8 volgens de rekening van verschot [126]
5-5-1663
Idem contra Gerrit Jorisz tot betaling van 9 gl als rest van geleverde lammeren. Voortgezet 6-5-1663, 18-5-1663, 1-6-1663. [126]
6-5-1663
Frans van Dam contra Thonis Joriphaesz tot betaling van 34 gl als rest van coop van een peert. Voortgezet 18-5-1663. [126]
6-5-1663
Idem contra Metge van Wageningen tot betaling van 3-19-8 van een parceel gras [126]
6-5-1663
Gijsbert Aelbertsz contra Adriaen Jansz. Te antwoorden. [126]
18-5-1663
Gerrit Jorisz contra Roelof Dircksz tot betaling van 4-15 van ipenboomen [126]
1-6-1663
Gerrit van Haech/Hagen brouwer tot Wiel contra Gerrit Thonisz de Ridder tot betaling van 60 gl van gehaelde bier. Voortgezet 15-6-1663. [126]
29-6-1663
Gerrit van Mehen contra Gerrit Jorisz tot kennen van zijn hand ondert twee acten en dus tot betaling van 143-14 voor twee jaren gras over 1659 en 1660. Voortgezet 30-6-1663. [126] 150
30-6-1663
Peter Matthijsz contra Reijer Jansz tot kennen of ontkennen van zijn hand onder coopcedulle van 20-4-1650. Dit gaat over seeckere hoff ende hoffstedeken gelegen alhier aenden Nederstraet tegens over de steech vanden Hooch Ed: Heere van Amerongen [126]
20-7-1663
Thijmen van Wijckersloot contra Arris Jansz tot kennen of ontkennen van zijn hand onder pachtcedulle van 4-6-1660. [126]
20-7-1663
Mattheus Evertsz contra Trijnken Alerts wed Hendrick Cornelisz tot kennen of ontkennen van haar mans hand onder obligatie van 5-3-1651 en dus tot furnissement van 30 gl van twee jaren interest van 300 gl [126]
20-7-1663
Peter Matthijsz contra Reijer Jansz inde Swaen. Non comparitie. Voortgezet 9-11-1663. Non comparitie. [126]
27-7-1663
Reijer Jansz inde Swaen contra Neeltge wed Peter Crijnen tot betaling van 14-19 ter cause van gedroncken bier als anders [126]
24-9-1663
Evert Jansz van Amerongen contra Matthijs Feijten tot betaling van 20 gl voor een jaer camerhuer. Voortgezet 9-11-1663, 23-11-1663. [126]
9-11-1663
Aelbert Barten contra Daem Jansz tot betaling van 7 gl van een stortkar met 3 raden mette costen. Voortgezet 23-11-1663, 14-12-1663. [126]
9-11-1663
Jan Gerritsz Quint contra Cornelis Woutersz tot betaling van 6 gl van een jaar huijsgelt over 1661 en nieuwe letteren van executie vanden 236-1662. Voortgezet 23-11-1663. [126]
9-11-1663
Hendrick Rutgersz molenaer contra Cornelis Tijmensz tot betaling van 6-10 van rogh en 12 st van gehaelt bier. Voortgezet 23-11-1663. [126]
14-12-1663 Gerrit Adriaensz tot Darthuizen contra Gerrit Jorisz tot betaling van 8-12 van arbeijtsloon [126] 14-12-1663 Frans van Dam voor zichzelf en hem vervangende en sterckmakende voor Anthonie Corneliss Visser en Willem van Dam contra Jacob Cornelisz Boschman tot kennen of ontkennen van zijn hand onder conditien van vercopinge ter somme van 56-17-8 van 1 morgen 10 roeden gras. Adriaen Jansz de Goede stelt zich borg voor Jacob. [126] 14-12-1663 Idem contra Arien Ariensz wiltschut tot betaling van het dardepart van 82-8 van coop van gras. Jan Petersz stelt zich borg voor Arien. [126] 14-12-1663 Idem contra Jan Petersz tot kennen of ontkennen van zijn hand en dus tot betaling van het dardepart van 82-8 van coop van 916 roeden gras [126] 151
15-12-1663 Idem contra Jan Jansz tot kennen of ontkennen van zijn hand onder coopcedulle van 22-1-1663. Voortgezet 16-12-1663. [126] 18-1-1664
Arien Jansz contra wed Thonis Petersz van Ommeren tot nieuwe letteren van executie opp een verjaerde acte van condemnatie van 512-1661 [126]
18-1-1664
Gerrit van Mehen contra Cornelis Jansz Collant en gerrit Thonisz de Ridder tot kennen of ontkennen van hun handen onder conditien van vercopinge van 30-5-1662. [126]
18-1-1664
Idem contra Thonis Joriphaesz tot kennen van zijn hand onder huijrcedulle van 20-1-1662. Voortgezet 15-2-1664. [126]
28-3-1664
Gerrit van Meijen contra Hendrick Aertsz. Gerecht veroordeelt Hendrick te voldoen binnen 6 weken. [126]
28-3-1664
Gerrit van Mehen contra Thonis Joriphaesz. Non comparitie. Voortgezet 16-5-1664, 20-6-1664. [126]
28-3-1664
Willem van Dam contra Aert Aertsz. Non comparitie. Voortgezet 2-51664 [126]
28-3-1664
Dionijs Gerritsz Reumelaer contra Thonis Cornelisz Visser tot betaling van 30-10 van schoen als anders. Voortgezet 2-5-1664, 3-5-1664 [126]
2-5-1664
Jacob Dircksz Lindeman als volmachtiger vande wed van Mattheus Joosten contra Adriaen Jansz tot betaling van 18 gl van een jaar pacht. Voortgezet 3-5-1664. [126]
2-5-1664
Idem contra Frans Dircksz tot betaling van 60 gl van weijgelt over 1663 [126]
2-5-1664
Frans Dircksz contra Adriaen Jansz tot betaling van 30 gl van het overdoen van de helft van de voorsz weij 1663 van Mattheus Joosten gepacht [126]
2-5-1664
Adriaen Cornelisz Smith contra Cornelis Thonisz Niuman tot betaling van 13-3 van smeewerck ent meesteren van peert [126]
2-5-1664
Maijchge Dircks de Vael wed Aert Gerritsz contra Gerrit Stevensz tot betaling van 514 gl van huijshuer. Voortgezet 3-5-1664, 16-5-1664, 6-61664, 20-6-1664, 7-11-1664, 21-11-1664, 5-12-1664. [126]
2-5-1664
Geertruijt Rutger contra Peter Matthijsz tot betaling van 13 gl van huerloon. Voortgezet 3-5-1664. [126]
152
3-5-1664
Arien Jansz de Goede contra Frans Dircksz eijser. Arien segt dat hij van Frans gecoft heeft 2 peerden ende de helfte vanden gepretendeerde weij voor 140 gl.. [126]
14-5-1664
Abraham van Rhijn wijncoper contra Thonis Corneliss Visser tot betaling van 16-15 als rest van wijnen. Voortgezet 28-3-1664!, 2-5-1664 [126]
14-5-1664
Grietje Gijsberts wed Aert Jansz contra Hendrick Rutgersz als possesseur vande wijnt en rosmolen huijsing ende tlant daeraen behoorende tot nieuwe letteren van executie op seeckere verjaerde plechte van 12-8-1651 [126]
14-5-1664
Jan Meijnsz contra Frans van Dam tot betaling van 103-15 van het overdoen van het vierdepart vande Bacxweert over 1663. Voortgezet 15-3-1664! [126]
14-5-1664
Hendrick van Mehen contra Philips Hendricksz en Hendrick Aertsz tot kennen of ontkennen van hun hand onder acte van 16-6-1661. [126]
24-5-1664
Jan Helmertsz stelt zich borg voor Gijsbertje wed Helmert Jansz tbv wed Willem van Cleeff om te restitueren 200 gl die Gijsbertje van van Cleeff heeft ontvangen. Met handtekening van Jan. [126]
3-6-1664
Gerrit Thonissen de Ridder belooft aan Arien Jansz Cool als universele erfgenaam van Jan Adriaensz Cool een obligatie van 23-10-1642 te sullen betalen binnen 6 weken van 60 gl [126]
6-6-1664
Joost van Mourick contra Gerrit Thonisz de Ridder. Hij versocht exhibitie vande quitantien van het huijsgelt vande req. huijse over 1654 en 1655 en 1656. [126]
20-6-1664
Jan Meijss contra Jan Willemsz van Couwenhoven tot kennen of ontkennen van zijn hand onder coopcedulle van 15-5-1656. [126]
20-6-1664
Jan de Cruijff won Elst contra Bart Jansz Quint tot betaling van 7-10 [126]
20-6-1664
Geurt Hendricksz van Bijler contra Cornelis Petersz tot betaling van 27 gl soo van pacht vanden boomgart als het huijs te Waijesteijn over 1663 [126]
3-8-1664
Thijman van Wijckersloot contra Cornelis Petersz. Hij diende eijsch in scriptis. [126]
3-8-1664
Adriaen Jansz e Goede stelt zich borg voor Cornelis Petersz tbv Tijman van Wijckersloot [126] 153
22-8-1664
Willem Jansz en Evert Willemsz contra Oth Willemsz. Alsoo de ged. niet en compareert versocht default ende een ander citatie. Voortgezet 12-9-1664. Willem Roelofsz als vader van Oth Willemsz versoeckt van wege sijnen soon copije vanden eijsch ende dach om te antwoorden. Voortgezet 26-9-1664. [126]
5-9-1664
Jan Quint contra Reijnier Dircksen van Hattem tot betaling van 45 gl van geleverde steen. Voortgezet 6-9-1664. [126]
12-9-1664
Jonker Beernt van Zuijlen van Natewisch een mede erfgenaam van Jonker Jacob van Zuijlen van Natewisch, ook namens de andere erfgenamen, contra Theunis de Visser tot betaling van 26 gl van weijgelt [126]
12-9-1664
Geurt Otten van Rijswijck schepen tot Wijck contra Cornelis Cornelisz rademaker tot nieuwe letteren van executie op een verjaarde acte van condemnatie van 14-1-1661 [126]
12-9-1664
Idem contra Cornelis Woutersz de Cruijff uts. [126]
12-9-1664
Idem contra Jan Quint schout te Leersum uts [126]
12-9-1664
Idem contra Jannigje Cuijper uts [126]
12-9-1664
Idem contra Wouter Aertsz uts. Voortgezet 13-9-1664. [126]
13-9-1664
Dionijs Reumelaer schepen alhier contra Splinter Huijbertsz en Jan Petersz Broers tot leverantie van vijff vimmen hout door malcander van het best ende slechtse belooft over 1664. [126]
13-9-1664
Cornelis Cornelisz rademaker contra Roelof Dircksz tot betaling van 1217 van arbeijtsloon [126]
13-9-1664
Jan de Cruijff contra Bart Quint te antwoorden. Voortgezet 14-9-1664, 26-9-1664, 10-10-1664, 7-11-1664. [126]
26-9-1664
Aert Geurtsz contra Gerrit Stevensz tot condemnatie. Voortgezet 10-101664, 24-10-1664, 7-11-1664, 21-11-1664, 5-12-1664. [126]
10-10-1664 Dirck vanden Honard als momber van Janneke Borton contra Stoffel Jansz tot betaling van 17 gl van een jaer huijshuer [126] 10-10-1664 Jan de Cruijff contra Huijbert Anthoniss van Miltenburch tot kennen of ontkennen van zijn hand onder obligatie van 16-12-1662. Voortgezet 24-10-1664, 7-11-1664. [126]
154
24-10-1664 De drost Cleeff als last hebbende van dhr Herbert Houwert contra Jan Willemsz van Cauwenhoven tot nieuwe letteren van executie over een verjaarde plecht van 13-4-1652. [126] 7-11-1664
Jan Woutersz contra wed Hendrick Brus tot betaling van 5-2 als rest van weij ende thient van bijen [126]
7-11-1664
wed Cornelis Vosch contra Cornelis Thijmensz tot betaling van 75-1012 van gehaelde waren. Voortgezet 21-11-1664 [126]
21-11-1664 Cornelis Dircksz contra Reijer Jansz x Janneken Hermans tot kennen of ontkennen van haar hand onder afrekening van 13-3-1662. Voortgezet 5-12-1664, 18-12-1664. [126] 5-12-1664
Joost Beerntsz contra wed Frans Dircksz tot betaling van 10 gl van weijgelt over 1664. [126]
5-12-1664
Wed. Cornelis Vosch contra Jan Jansz tot Amerongen. Voortzetting. [126]
18-12-1664 Huijbert van Velpen contra Gerrit Thonisz de Ridder tot betaling van 6-6 vande schade gedaen door des ged. beesten in des eijsers coorn in den jare 1662 [126] 18-12-1664 Peter Matthijsz contra Peter Petersz wever tot betaling van 9-9 van waren [126] 18-12-1664 Peter van Ingen contra Thijman van Wijckersloot tot kennen van zijn hand onder acte van 9-11-1664. [126] 18-12-1664 Geurt Hendricksz van Bijler contra Cornelis Petersz. Voortzetting. [126] 18-12-1664 Wed Cornelis Vosch cntra Gijsbert Bouwen tot betaling van 4-9 van waren [126] 18-12-1664 Idem contra Jan Meijsz. Den eijserse sustineert dat de ged. sittens gerecht sall dupliceren op versteck. [126] 9-1-1665
Aert Geurtsz contra Gerrit Stevensz backer. Voortzetting. [126]
9-1-1665
Maijken Dircksz de Vael contra Gerrit Stevensz backer. Voortzetting. [126]
9-1-1665
Gerrit de Ridder contra Huijbert van Velpen. Voortzetting. Zie ook 10-11665, 23-1-1665, 6-2-1665, 20-2-1665. [126]
9-1-1665
Peter Matthijsz contra Peter Petersz Wever. Voortzetting [126]
155
9-1-1665
Geurt Hendricksz van Bijler contra Cornelis Cornelisz den jongen Hoorn tot betaling van 78-5 van weischuld en hoorngeld [126]
9-1-1665
Cornelis Petersz contra Geurt Hendricksz van Bijler. Voortzetting. Zie ook 10-1-1665, 23-1-1665, 6-2-1665, 20-2-1665, 6-3-1665, 10-4-1665, 11-4-1665, 8-5-1665. [126]
9-1-1665
Jan Petersz schutter contra Hermen Andriesz. Voortzetting. Zie ook 62-1665, 20-2-1665. [126]
9-1-1665
Gerrit Jansz Wildeman contra Reijer Lambertsen tot betaling van 8-17 van vracht. Voortgezet 23-1-1665, 6-2-1665. [126]
23-1-1665
Adriaen Jansen den Goeden contra Metge van Wageningen tot betaling van 30-1 ter oorsaecke als inde wtspraeck cum expen: Voortgezet 6-021665. [126]
23-1-1665
Marrigje Frans contra Reijer Jansen tot betaling van 10-15 als rest van weijgelt en hoorngelt. Zie ook 6-2-1665. [126]
23-1-1665
Wed. Cornelis Vosch contra Jan Meijs. Voortzetting. Zie ook 6-2-1665, 20-2-1665. Op 10-4-1665 voortgezet door wed. Cornelis Vosch contra Jan Jansen. Voortgezet 11-4-1665, 24-4-1665, 8-5-1665, 19-6-1665. [126]
6-2-1665
Aelbert Jansz won. op Remmerden contra Gerrit Teunisz de Ridder tot betaling van 186-5 van 30 vimmen rijs en acht vrachten palen. Voortgezet 20-2-1665. [126]
6-2-1665
Geurt Hendricksz van Bijler contra Jacob Cornelisz Boschman tot betaling van 115-10 voor hooij, weij en een vetbeest [126]
6-3-1665
Geurt Hendricksz van Bijler contra Hendrick Aertsen tot betaling van 877 van weij, coop van een beest als anders oock bij provisie [126]
6-3-1665
Thonis Cornelisz won in de 40 garden contra Frans van Dam. Den eijser diende ende leverde eijsch provisioneel in scriptis [126]
10-4-1665
Jan Quint contra Peter Petersen x Aeltje. Den eijser diende ende leverde eijsch in scriptis. Voortgezet 11-4-1665, 24-4-1665, 8-5-1665, 56-1665, 919-6-1665. [126]
10-4-1665
Jan Verweij contra Jan Toll uts. Voortgezet 24-4-1665, 8-5-1665, 5-61665, 19-6-1665. [126]
10-4-1665
Jonker Francois van Dort contra Thonis Cornelisz Visser en Cornelis Sarren tot betaling van 170-10 met de opstuijvers ter g.r. en afslaende 156
betalinge daer op gedaen, van pacht van weij over 1664. Voortgezet 11-4-1665. [126] 11-4-1665
Jonker Francois van Dort contra Jan Jansen tot betaling van 74-17 van pacht van weij over 1664. Voortgezet 24-4-1665, 8-5-1665, 5-6-1665, 19-6-1665. [126]
11-4-1665
Jan Quint Beckum contra Reijer Lambertsen als borg voor Lambert Reijersen tot kennen of ontkennen van zijn hand onder coopcedulle van 8-9-1664. [126]
11-4-1665
Marrigje Hendricks contra Reijer Jansen tot betaling van 10-15 van weij en hoorngelt. Voortgezet 24-4-1665. [126]
24-4-1665
Huijbert van Velpen contra Jelis de Ridder. Den req versoekt condemnatie op den eijsch [126]
24-4-1665
Den drossard als volmachtichde van jonker Jeronimus van Buren vice deecken ende domheer st. Peters contra Frans van Dam tot betaling van 199-12 van pachtpenningen [126]
8-5-1665
Hendrick Rutgersen molenaar contra Daem Jansen tot betaling van 15 gl van een vercken [126]
8-5-1665
Gerrit van Mehen als gemachtigde van jonker Francois van Dort contra Thonis Jerephaesz. Den eijser concludeert ten fine den gedaechde sall worden gecondemneert de dam tusschen de Oijweert en Baxweert op te maken [126]
1-6-1665
Dirck Coenraets contra Geurt Hendricksen van Bijler tot obedientie en decretement vant arrest gedaan op de penningen die Geurt schuldig is aan pachtpenningen aan Johannes vander Merck vanden huijse ende hofstede daer den gereq in is woonende. Geurt belooft binnen drie maanden te zullen betalen. [126]
5-6-1665
Jan Cornelissen contra Wouter Jansz tot betaling van 70-2 van verdient loon en verschoten penningen [126]
5-6-1665
Frans van Dam contra Thijman van Wijckerslooth tot kennen of ontkennen van zijn hand onder koopcedulle van 3-4-1665. [126]
5-6-1665
Jan Willemsen van Dam contra Thonis Cornelissen Visser tot betaling van 25 gl ter g.r. afslaende bewijselijcke betalinge van pacht [126]
7-6-1665
Huijbert van Velpen contra Cornelis Petersen tot kennen of ontkennen van zijn hand onder afrekening van 3-3-1665. [126] 157
7-6-1665
Quirijn Vermeulen contra Hendrick Rutgersen tot betaling van 15-2 van wijn en brandewijn [126]
25-9-1665
Jan Quint van Beckum contra Geultje Dircks wed Dirck Dircksz vanden Ham tot betaling van 36-13-4 van waren, afslaende 3-10-0 daerop betaelt [126]
26-9-1665
Jan Dircksen metselaer contra Maegje Dircks de Vael tot kennen of ontkennen van haar hand onder seeckere obligatie van 150 gl. [126]
26-9-1665
Maagje Dircks de Vaal contra Gerrit Stevensen tot betaling van 200 gl inde voorn eijsch geroert daervoor de eijser als borg wort aengesproocken mette costen [126]
8-10-1665
Cornelis Verweij, drost van Zuijlensteijn, een mede-erfgenaam van zijn vader en broer Jan Verweij Drossard en mr. Marcelis Verweij en zich sterkmakende voor dezelve contra Arnoldus van Hattum tot decretement vant arrest ter tijt toe borch gestelt ende domicilium geelegeert zij diende ende leverde eijsch in scriptis. Voortgezet 23-101665. Cornelis Meertens stelt zich borg voor Arnoldus. Voortgezet 6-111665, 20-11-1665, 18-12-1665, 19-12-1665. [126]
8-10-1665
Philips Hendricksz contra Thijman van Wijckersloot tot betaling van 164 van arbeijtsloon als anders. Voortgezet 6-11-1665. [126]
20-11-1665 Peter van Cleeff drossard contra Cornelis Verweij drossaard van Leersum tot kennen of ontkennen van zijn hand onder coopcedulle van een schimmel ruijn peert van 12-9-1664. Voortgezet 4-12-1665, 19-121665. [126] 20-11-1665 Matthijs Fijtell als man van zijn huisvrouw en als gemachtigde van Hermen Roelofsen van Hardevelt contra Gijsbert Aelbertsen tot betaling van 105 gl van coop van omtrent 5 hont lants gelegen int Molenblock genaemt Dwarslant. Voortgezet 4-12-1665. [126] 18-12-1665 Grietje Gijsberts contra Hendrick Rutgers tot betaling van 21-2-8 van een jaer renten dat nieuw jaer 1665 lestleden is verschenen. Voortgezet 19-12-1665. [126] 18-12-1665 Jan Cornelisz van Wolfswinckel contra Thijman van Wijckersloot tot betaling van 24-2-8 van gehaelde waren [126] 5-2-1666
Frans van Dam contra Thonis Cornelis de Visser tot betaling van 35 gl van coop van boomvruchten over 1665 en tot leverantie van een zoijtie van een rijcxdaelder, oft de betalinghe vandien. Voortgezet 26-2-1666. [126] 158
5-2-1666
Joost Beerntsz contra Wouter Jansz tot betaling van 33 gl van gecoft hoeij en 2-10 als rest van outs [126]
26-3-1666
Peter Matthijsz als gemachtigde van jonker van Dort contra Cornelis Sandersz tot betaling van 35-18 als rest van gecoft gras ende stuijvergelt over 1665 [126]
26-3-1666
Idem contra Teunis Cornelisz Visser tot betaling van 26-3 uts. Voortgezet 27-3-1666. [126]
26-3-1666
Idem contra Splinter Huijbertsz tot betaling van 15-10-4 uts. Voortgezet 27-3-1666. [126]
26-3-1666
Idem als gemachtigde van Gijsbert van Sterckenburgh schout van Werkhoven, grootvader en administrerende momber over de kinderen van mr. Thomas van Sterkenburgh contra Jacob Cornelissen Boschman tot kennen of ontkennen van zijn hand onder afrekening van 2-3-1665. [126]
26-3-1666
Idem als gemachtigde van jufr. Sara van Luffelen wed Abram Engelen contra Wouter Jansz tot nieuwe letteren van executie op een seecker plecht van 6-1-1665 [126]
26-3-1666
Gerrit van Mehen contra Arien Jansz tot betaling van 19-4-8 als rest van weij 1659 naweij 1660. Voortgezet 30-4-1666. [126]
26-3-1666
Idem contra Arien Jansz tot betaling van 148-10 volgens accoord [126]
26-3-1666
Aelbert Verweij contra Arien Jansz tot betaling van 20 gl van een schaer weijens in de zomer 1665 [126]
26-3-1666
Geurt Hendricksz van Bijler als cessie van actie hebbende van Willem Philipsz contra Arien Jansz tot kennen of ontkennen van zijn hand onder acte van 10-3-1662. Voortgezet 30-4-1666. [126]
26-3-1666
Joost Beerntsz contra Wouter Jansz tot betaling van 35-10 van gecoft hoeij [126]
26-3-1666
Idem contra Jacob Cornelissen Boschman tot betaling van 21 gl van gras [126]
26-3-1666
Jan Quint contra Jochem Roelofsz tot betaling van 6 gl van verdiensten [126]
26-3-1666
Thonis Cornelisz contra Hendrick Peters tot betaling van 28 gl van afgerekende schult van hoij, vertering en waren. Voortgezet 27-3-1666. [126] 159
26-3-1666
Idem contra Frans van Dam tot betaling van 29-17-4 van verteringe en waren [126]
27-3-1666
Jan Jansz Meijsen contra Thonis van Ceulen tot betaling van 35 gl van weijgelt en 3-10 van rantsoengelt. Voortgezet 30-4-1666. [126]
27-3-1666
Arris Jansz contra Thijman van Wijckersloot tot betaling van 14-1 als rest van meerder somme volgens sijn hant ende specificatie. Voortgezet 30-4-1666. [126]
30-4-1666
Jan Stevensz contra Jacob Cornelissen Boschman tot betaling van 25-6 ter goeder reeckeninge van verschoten penn: [126]
30-4-1666
Cornelis Verweij contra Adriaen Jansz den Goeden tot kennen of ontkennen van zijn hand onder accoord van 16-6-1665 [126]
30-4-1666
Jan Meijsen contra Thonis Cornelisz Visser tot betaling van 38 gl van weij en 3-10 van rantsoen [126]
14-5-1666
Jan Stevensz mede-erfgenaam van Franck Ponsz in cas van garandt contra Jacob Cornelisz x Hendeken Fransz Storck in die qualite een mede-erfgenaam van Franck Ponsz. Levert eis in. [127]
14-5-1666
Gerrit van Mehen contra Arien Jansz den Goeden te antwoorden. Voortgezet 28-5-1666, 11-6-1666, 25-6-1666. [127]
14-5-1666
Arris Jansz contra Tijmen van Wijckersloot te dienen van intendit. [127]
14-5-1666
Cornelis Teunisz contra Tijmen van Wijckersloot tot betaling van 23 gl van arbeijtsloon. Voortgezet 28-5-1666. [127]
28-5-1666
Adriaen Jansz den Goeden contra Cornelis Tijmensz tot betaling van 2 jaren als pachter van de finalen thient over 1664 en 1665 [127]
30-5-1666
Robbert Stevensz won. Heusden contra Peter Matthijssen tot decretement vanden arreste gedaen op alsulcke penn: als den gereq van jonker van Dordt onder is hebbende [127]
11-6-1666
Peter Matthijsen als volmachtigde van jonker Francois van Dort contra Splinter Huijbertsz om te kennen of ontkennen sijn hart onder seecke conditien van 15-6-1665. Voortgezet 24-9-1666. [127]
11-6-1666
Peter Matthijsen als volmachtigde van jonker Francois van Dort contra Thonis Cornelisz Visser tot betaling van 27-8-8 vant gras over 1665 [127]
11-6-1666
Jan Meijsen contra Thonis Cornelisz Visser te antwoorden. [127] 160
11-6-1666
Arien Jansz den Goeden contra Cornelis Sandersz tot betaling van 6 gl van weij 1665 [127]
11-6-1666
Idem contra Wouter Aertsz tot betaling van 3 gl van weij 1665 [127]
25-6-1666
Jan Stevensz soo hij ageert contra Jacob Cornelisz Boschman te antwoorden. [127]
24-9-1666
Adriaen Jansz den Goeden contra Gijsbert Ponsen tot betaling van 8 gl ter saecke vande schade door des gedaegdes verckens ende hoenderen volgens acte van estimatie geleden mitsgrs 4-4 van costen over de estimatie vande selve schade gevallen. [127]
24-9-1666
Adriaen Jansz de Goeden contra Gijsbert Aelbertsz. Den eijser diende ende leverde eijsch in scriptis. [127]
24-9-1666
Willem van Buren contra Frans van Dam tot betaling van 1-4 [127]
24-9-1666
Jan Quint als lasthebbende van dhr. van Amerongen contra Huijbert Jansz Toll tot betaling van 13-10 van twee jaren trest van des gedaegdes zanthamelen over de jaren 1665 en 1666 [127]
24-9-1666
Grietge Gijsberts contra Hendrick Rutgersz molenaar tot betaling van 21-2-8 van een jaer renten [127]
24-9-1666
Gerrit Jansz van Garderen als diaken contra Grietge Gijsberts tot betaling van 68-2 van renten [127]
24-9-1666
Idem uts als trecht van drossard Verweij contra Gerrit Jansz Cabell tot nieuwe letteren van executie op seecker verjaerde plechte. [127]
24-9-1666
Thonis de Visser contra Dirck Jansz Hollander tot betaling van 16-12 [127]
8-10-1666
Thonis de Visser contra Thijman van Wijckersloot tot betaling van 18-8. Voortgezet 6-11-1666. [127]
8-10-1666
Idem contra Thonis Joriphaesz tot betaling van 13-6-8 [127]
6-11-1666
Thijman van Wijckersloot contra Matthijs Feijten tot leveringe van 136 ponden toeback staende alhier opt Raethuijs bij hem aenden selven vercoft het pont voor 3,5 sts: [127]
6-11-1666
Dirck vanden Honard als momber van Henneken Borton contra Stoffel Jansz tot nieuwe letteren van executie op een verjaerde condemnatie [127]
161
6-11-1666
Hendrick van Wijck een mede-erfgenaam van Cornelis Geurtsz zijn zwager en hem sterkmakende voor de verdere erfgenamen contra Jan Toll tot betaling van 12-17 per rest van coop van een slach beest [127]
19-11-1666 Cornelis Verweij een mede-erfgenaam van zijn vader en broeder en hem sterkmakende voor de andere mede-erfgenamen contra Arien Jansz den Goeden om te kennen of ontkennen zijn hand onder seecker accoort van 16-6-1665. Voortgezet 3-12-1666. [127] 19-11-1666 Thijman van Wijckersloot contra Geertgen Hendricks en Engeltge Willems. Zij moeten binnen 24 uur getuigen. [127] 19-11-1666 Arien Jansz de Goede contra Gijsbert Jansz Bouwen repliek. Voortgezet 3-12-1666, 17-12-1666, 14-1-1667. [127] 17-12-1666 Jacob Jordensz Vos contra Thijman van Wijckersloot tot betaling van 14-16 van bier brandewijn [127] 14-1-1667
Oth Beerntsz de Cock contra Thijman van Wijckersloot tot betaling van 24 gl van stenen. Voortgezet 15-1-1667, 28-1-1667. [127]
14-1-1667
Jan Cornelisz tot Elst als momber over Weijmken Cornelis contra Cornelis Sarren. Jn state [127]
15-1-1667
Hendrick Rutgersz molenaar contra Grietge Gijsberts tot betaling van 36 gl als borge voor Huijbert Jansz. Voortgezet 28-1-1667. [127]
28-1-1667
Geurt Hendricksz van Bijler contra Thijman van Wijckersloot tot betaling van 54-8 van gras als anders [127]
18-2-1667
Gijsbert Jansz Bouwen contra Hendrick Aertsz en Arien Jansz. Schriftelijk afgehandeld. [127]
4-3-1667
Jan Jansz, won. Leersum, contra Brant Dircksz om te kennen of ontkennen zijn hand onder koopcedulle van 16-9-1666. [127]
4-3-1667
Jan Splintersz contra Thijman van Wijckersloot tot betaling van 11-18 van verschoth en arbeijtsloon [127]
4-3-1667
Gijsbert Jansz Bouman contra Arien Jansen de Goede. Quijnt met den ged: in judicio present seijde dat den eijscher nu langh genoegh tijt heeft gehadt om sijn productie te doen, waer van hij in gebreecke blijft. Voortgezet 18-3-1667. [127]
18-3-1667
Herbert Houwert, secretaris vant Capittel St. Peter t’Utrecht contra Mattheus Evertsz tot obedientie vant arrest gedaen op alsulcke coopspenn: als den gereq Jan Willemsz van Couwenhoven schuldich is 162
en worden sall wegen Coop van een acker lants voor Waijesteijn gelegen [127] 6-5-1667
Jan Arrisz timmerman contra Cornelis Meertensz tot betaling van 2-17 als rest vant maken van een dootkist bij den ged: voor ’t lijck van sijn overleden moeder in 1663 aen den eijser bestelt te maken. [127]
6-5-1667
Mattheus Evertsz contra Dirck Jansz van Uijen. Den eijser seijde den ged: door den Gerechtsbode hadden doen jnsinueren dat hij het licht of de raemte soude sette volgens d’ordonnantie ofte anders dat hem met recht daer toe soude constringeren, waer op de ged: voor antwoort gaf dat hij sijn recht daer van soude verwachte volgens relaes van gemelte Bode in judicio vertoont [127]
6-5-1667
Mr. Dirck de Wilt, burger te WbD contra Arien Jansz de Goede. Quijnt uijt crachte van procuratie van 10-4 laetstleden voor den Drost ende schepenen van Amerongen ongepasseert concludeerde tot betaling van 7-10 over coop en leverantie vann een vercken. Voortgezet 7-5-1667, 20-5-1667, 3-6-1667, 23-9-1667, 14-10-1667. [127]
6-5-1667
Gijsbert Jansz Bouman contra Arien Jansz de Goede, voortzetting. Zie ook 20-5-1667, 3-6-1667. [127]
7-5-1667
Gerard Jansz als diaken contra Aris Jansz tot betaling van 6 gl wegen coop van een bedde. Voortgezet 8-5-1667. [127]
13-5-1667
Adriaen Jansz de Goede in cas van schuttinge contra Teunis Dircksz won Leersum. [127]
20-5-1667
Dirck de Bie, burger en lakencoper te WbD contra Harman Cornelisz, won. Amerongen, om te kennen of ontkennen zijn hand onder obligatie van 29-11-1646. [127]
20-5-1667
Jan Gerritsz van Beckum als diaken ipv Gerrit Jansz diaken contra Arris Jansz, 3e default te begeren. [127]
3-6-1667
Mattheus Evertsz contra Dirck Jansz van Uijen. Voortgezet 17-6-1667, 23-9-1667, 14-10-1667, 28-10-1667. [127]
3-6-1667
Dirck Jansz van Uijen contra Jan Willemsz Couwenhoven. Den req alsoo de gereq is geciteert om getuijgenisse der waerheijt te geven op seecker ingeleverde jnterogatorium tegens desen dag ende ure ende diens niet tegenstaende absenteerde versochte default ende een ander citatie. [127]
17-6-1667
Jan Aelbertsz de Cruijff contra Hendrick Aertsz tot betaling van 14 gl van twee jaren pachten [127] 163
17-6-1667
Aelbert Quint contra Hendrick Aertsz en Gijsbert Bouwen tot betaling van 18 gl van verschenen pacht. [127]
16-7-1667
Ot Beerntsz Cock contra Gijsbert Jansz Bouman tot prompte betalinge van 100 gl wegens verschote weijpacht, als mede om versekert te worden door suffisante borg tot betaling van gelijcke 100 gl over 1667 te verschijnen ende gevrijt te sijn vande ongelde vande weij, volgens belofte, blijckende bij accord dd 25-4-1667. [127]
13-8-1667
Cornelis Verweij contra Hendrick Rutgersz molenaar tot betaling van 96-6-6 sijnde een jaer renten van 1541-3-4. [127]
23-9-1667
Joost Barentsz contra Arien Jansz de Goede tot betaling van 59 gl wegen hooij en weij als anders [127]
23-9-1667
Idem contra Arien Jansz de Goede tot obedientie vant arrest gedaen op des gerequireerdes beesten te weten ses melckoeijen, twee veersen, een stier, twe peerden met vullens en twe gras paerden gaende int Spijck [127]
23-9-1667
Sybilla van Hattem wed Dirck Jan Harmsz tot Wiel contra Hendrick Hollanders tot betaling van 39-10 wegens rest van coop van twee vette beesten [127]
23-9-1667
Annigje Heckmans won. Utrecht contra Gijsbert Aelbertsz als sich borg geconstitueert hebbende als principael voor Jan Cornelisz, won. Nederengh, om te kennen of ontkennen zijn hand onder obligatie van 22-4-1666. [127]
23-9-1667
Roelof Dircksz contra Jan Petersz Schutter. Roelof wil dat Jan rekening doet van den eeck die sij te samen hebben gehadt ende bij den gereq is vercoft. Voortgezet 24-9-1667, 14-10-1667. [127]
23-9-1667
Dr. Johan van Wijckersloot als rentmeester vant Agniete Convent binnen Rhenen contra Roelof Dircksz ofte sijnen soon Jan Roelofsz tot betaling van 69-6 wegen 5 jaren renten. [127]
23-9-1667
Gijsbert Jansz Bouwman contra Arien Jansz de Goede. Voortzetting. Zie ook 14-10-1667, 28-10-1667. [127]
24-9-1667
Huijbert Teunisz van Miltenborgh contra Cornelis Jansz won aenden Dijck inde Stulp tot betaling van 28 gl wegen weijpacht over 1665. [127]
14-10-1667 Jan Willemsz vande Scheur contra Jan Roelen tot decretement vant arrest gedaen op ged: schapen sijnde tot Elst bij Huijbert Antonisz om daer aen te verhalen de somme van 18 gl wegens accordt vanden crijtende tient [127] 164
14-10-1667 Peter Matthijsz volmachtiger van Peter Vastrick, burger van Amersfoort, contra Lambert Reijersz possesseur van seeckere huijsinge staende inde Overstraet tot betaling van 2 jaren renten van 650 gl inde voorsz huijsinge als rest van meerder soms gevesticht [127] 28-10-1667 Aert Harmansz contra Cornelia wed Tonis Cornelisz Visser tot betaling van 2-12 per rest van weij gelt anno 1666 ende tot betaling of ten minsten genoegsame verreeckeninge van 38 gl van twee schaer weijens 1667 [127] 28-10-1667 Mr. Dirck de Wilt contra Arien Jansz de Goede, voortzetting. [127] 28-10-1667 Cornelia Vissers contra Abraham Christiaensz de Graef tot betaling van 21 gl ter goeder reeckening van gehaelde waer noch van Tonis Jerefaesz afgesproken [127] 28-10-1667 Roelof Dircksz contra Jan Petersz. Niet nader ingevuld. [127] 4-11-1667
Johan van Leuven volmachtich sijns broeders Dirck van Leuven contra Gerard Thonisz de Ridder om te kennen of ontkennen sijn handt onder coopconditie 7-2-1667. [127]
4-11-1667
Jan Jansz als vader en voogd van sijn onmundige soon Henrick Jansz contra Arien Cornelisz Smit tot Amerongen. Eis in scriptis. [127]
11-11-1667 Mattheus Evertsz contra Dirck Jansz van Uijen. Quijnt met den eijser in judicio pnt seijde dat de saeck tusschen parthijen is volschreven tot duplicq inclusive ende dat dier halve geen vorder schrijvens en requireert, also de saeck niet en bestaet in trecht, maer in openbare notorieteijt soo versoeckt den req serieuselijck van desen E. gerechte, datse den gereq sullen gelieven te ordineren, om sijn bewijsen soo hij eenige vermeijnt te krijgen, tegen den naestcomende rechtdach preciesselijck sal hebben in te leveren. Zie ook 25-11-1667. [127] 11-11-1667 Aelbert Verweij contra Arien Jansz de Goede tot betaling van 30 gl wegen na weij 1666 [127] 11-11-1667 Aert Harmsz contra wed Tonis Cornelisz Visser. De ged. bekent schult zie 28-10-1667 [127] 11-11-1667 Willemtge Jans contra Willem Buijs koster van Leusden en sijn huijsvrouw. Sij diende ende leverde haer stucken ende versochte expiditie van Justitie. [127] 11-11-1667 Dr. Johan Wijckersloot als rentmeester vant Agniette Convent binnen Rhenen contra Evert Peters Matthijs ende Matthijs Feijten tot obedientie 165
vant arrest gedaen op alsulcke cooppenn: als de gereq Jan Roelofsz rademaker schuldich sijn, of worden wegen coop van toeback [127] 25-11-1667 Mr. Gerrit Volewens chirurgijn contra Cornelis Verweij schepen tot betaling van 20 gl voor sijns eijsers portie van veraccordeert mr loon [127] 16-12-1667 Willemtgen Jans contra Dirck vanden Honaert lt lantdrost. T Gerecht doende recht met advis van gepractiseerde rechts geleerden condemneert den gereq. opde arlen bij letteren requisitoir vanden gerechte van Amersfoort gedesigneert sijne verclaringe te doen [127] 16-12-1667 Idem contra Jan Petersz en Seger van Vianen. T Gerecht uts: [127] 13-1-1668
Jan Verweij wegen sijn moeder Aeltje van Bemmel wed Aelbert Jacobsz Verweij contra Adriaen Jansz de Goede tot betaling van 9-2-8 ter goeder reeckening wegen verteringe bij den ged. ten huijse van eijsers. Voortgezet 14-1-1668, 10-2-1668 [127]
13-1-1668
Mattheus Evertsz contra Dirck van Uijen voortzetting. [127]
13-1-1668
Mr. Gerrit Vollewens chirurgijn contra Jan Aelbertsz Verweij omme getuijgenis der waerheijt te geven op seeckere artickelen aen desen E. gerechte overgelevert op poene als na rechten. Voortgezet 14-1-1668, 10-2-1668. [127]
13-1-1668
Jan Petersz Schuter contra Arien Jansz de Goede tot betaling van 11-6 wegen schutloon in ontrent 11,5 weeck verschult [127]
14-1-1668
Evert Petersz Matthijsz contra Jan Huijbertsz Tol tot betaling an 4 gl of soo veel meer of min wegen dat den ged. den eijser tot Utrecht op sijn wagen hadde aengenomen ende laten staen. [127]
14-1-1668
Roelof Dircksz contra Jan Petersz diender vanden lantdrost. Hij diende ende leverde replieck in scriptis [127]
3-2-1668
Jan van Broeckhuijsen won. Veenendaal contra Aelbert Huijbertsz Steck om te verantwoorden sijne gearresteerde penningen onder Dirck van Uijen gearresteert van coop van leer ofte anders. Voortgezet 10-21668, 24-2-1668, 9-3-1668, 6-4-1668, 7-4-1668, 8-4-1668, 20-4-1668, 18-5-1668. Dan contra Huijbert Aelbertsz Steck. [127]
10-2-1668
Neeltge Quint wed Gerrit Borgersz contra Aeltjen van Bemmel wed Aelbert Verweij tot betaling van 30-13-4 wegen brandewijn ende andere wateren. Voortgezet 20-4-1668, 18-5-1668, 15-6-1668, 29-6-1668. [127]
166
10-2-1668
Jacob Jordensz Vos contra Willem Willemsz won op den duijnen tot betaling van 38-17-8 van geleent gelt ende waren ende andersints [127]
20-2-1668
Gerrit de Ridder en Willem Willemsz pachters vande bieren over de tappers contra Dirck van Uijen. Dirck heeft onlanghs een half vat bier getapt over seeckere wijncob over coop van lant waer over inde boete vervallen van 150 gl. Voortgezet 9-3-1668. [127]
20-2-1668
Gerrit de Ridder en Willem Willemsz pachters vande bieren over de tappers contra Gijsbert Aelbertsz. Hij heeft lestleden maendagh wesende den 17e febr bier ingeleijt ende getapt voor Collegie ten sijnen huijse gehouden. Verbeurt 150 gl. Voortgezet 9-3-1668. [127]
20-2-1668
Idem contra Jacob Jordensz Vos. Hij heeft vandaech geweijgert en tegengestaen het peijlen ende aenwijsinge van sijne bieren te doen. Boete 100 gl. [127]
24-2-1668
Mr. Gerrit Volewens contra Cornelis Verweij. Diende replieck in scriptis. Voortgezet 9-3-1668, 6-4-1668, 7-4-1668, 20-4-1668, 18-5-1668. [127]
9-3-1668
Jan Verweij als procuratie hebbende vande Ed. Heer Everard van Wede contra Franck Jansz. Hij seijde dat den ged. aenden Hr. Eijser hadde verkoft seeckere huijsinge hoffstede ende ontrent 13 mergen lants. Hij moet dit transporteren volgens koopcedulle van 13-7-1667. [127]
9-3-1668
Jan Quint Major contra Gerrit de Ridder tot betaling van 147 gl wegen lantpacht. [127]
6-4-1668
Mattijs Feijten contra Thijman van Wijckersloot tot betaling van 2-8 wegen verteringe ten huijse van den eijser gedaen ende van gehaelt bier. Voortgezet 7-4-1668, 29-6-1668. [127]
6-4-1668
Idem contra Roelof Thonisz tot betaling van 14-10 als rest van huijshuer verschenen Paeschen lestleden. Die den eijser als deselve huijsinge in coop hebbende van Peter Vastrick Borger t’Amersfoort competeren. [127]
6-4-1668
Maijghjen Dircksz de Vael contra Gerrit Stevensz. Zij seijde dat op den 24-9-1667 aen sijn sijde nopende t versoeck hadde gefurneert, ende gerequireert in mora blijft mede te furneren [127]
7-4-1668
Aelbert van Bosch brouwer tot WbD contra Cornelis Woutersz de Cruijff tot betaling van 13-13 ter saecke van gelevert bier volgens sijn schultboeck [127]
167
7-4-1668
Roelof Thomasz contra Matthijs Feijten. Quint metten eijser in juditio pnt diende ende leverde eijsch in scriptis [127]
7-4-1668
Drost en schepenen van Amerongen attesteren dat Beleken Fouler wed Aert Thonisz Buijs ontrent 4 hont lant int Molenblock gelegen ten duersten ende voor meer als de rechte waerdij aen Dirck Jansz van Uijen heeft verkogt [127]
20-4-1668
Wulphert Sarren contra de erfgenamen van Jan Rijcxsz vant Zant tot decretement ende obedientie vant arrest gesaen op de goederen ende boedel bij Jan Rijcxsz naegelaten voor des eijsers huer of jaerloon bedragende 213-5. Voortgezet 13-5-1668, 18-5-1668. [127]
13-5-1668
Matthijs Feijten contra Janneken Cornelisz van Eijckevelt wed Rijck Jansz als een mede erfgenaam ende den boedel aengeveert hebbende van Jan Rijcksz vant Zant ende Ariaentje Quintsz tot betaling van 16-9 wegen drinckschult over begraeffenisz vande van Ariaentje ende hare dochter Aeltje ende de meijt als oock wegen een half mudde rogge volgens overgeleverde specificatie. Voortgezet 18-5-1668. [127]
18-5-1668
Jacob Jordensz Vos contra Willem Willemsz opden duijnen. Hij alsoo den gerequireerde in gebreke blijft van t’antwoorden, en behalven dat gerequireerde opden 9 meert lestleden voor desen Gerechte heeft gepresenteert sijn reeckeningh te voldoen indien gerequireerdes wijff bekende dat het geconsigneerde silverwerck haer silverwerck was twelck sij in judicio heeft bekent versochte derhalven condemnatie van 38-17-8 met de 22-16-0 wegen tselve silverwerck bij provisie. Voortgezet 15-6-1668. [127]
1-6-1668
Willem Cornelisz contra Jacob Cornelisz Boschman tot betaling van 1112-8 als rest van gelevert smeewerck. Voortgezet 15-6-1668. [127]
1-6-1668
Johan van Leuven contra Gerrit de Ridder. Hij diende en leverde specificatie van kosten ende versochte taxatie [127]
15-6-1668
Sr. Andreas Vosch van Avesaet zijde ende lakencoper tot Wijck contra Cornelis Woutersz Raijmaker tot betaling van 14 gl onder afslach van 15 van geleverde waren. Voortgezet 29-6-1668 [127]
29-6-1668
Willem Cornelisz als gemachtigde van zijn stiefvader Willem Jansz smid tot Scherpenzeel contra Jacob Cornelisz Boschman tot betaling van 1112-8 wegen gelevert smeewerck [127]
29-6-1668
Johan Quint in cas van salaris contra mr. Gerrit Volwensch. [127]
168
9-11-1668
Jan Cornelisz contra Dirck vanden Honart Lt Lantdrost met sijne twe dinars Jan Petersz ende Zeger Cornelisz omme declaratie van costen te sien overleggen. [127]
9-11-1668
Aeltge van Bemmel wed Aelbert Verweij contra Peter Matthijsz Bode. Hij heeft in 1655 tot haren huijse gehaelt aen Brandewijn ende andere wateren ter somme van 30-13-4. Voortgezet 23-11-1668. [127]
9-11-1668
Jan Quint gewesen schout van Leersum contra Gerard Volwens. Hij dede door missive versoecke Taxatie van overgeleverde declaratie van kosten [127]
23-11-1668 Geurt Hendricksz van Bijler contra Thijman van Wijckersloot ofte bij sijn absentie desselfs huijsvrouw om te kennen of ontkennen haer mans hant staende onder een obligatie van 8-9-1668. Voortgezet 7-12-1668. [127] 23-11-1668 Peter Matthijsz contra Thijman van Wijckersloot ofte sijn huijsvrouw tot betaling van 19-7-2 wegen gehaelde waren, verteringe, coop van Toebacxplanten, ende van een hecken als verdient salaris. Voortgezet 7-12-1668. [127] 23-11-1668 Jan Cornelisz op Zuijlesteijn contra Dirck vanden Honart lt lantdrost met sijne twe dienaers. Hij versochte als noch taxatie vande costen. [127] 23-11-1668 Dr. Andries Vosch van Avesaet contra Cornelis Tijmensz tot betaling van 56-1-10 wegens geleverde waren bij hem selfs en als erfgenaam van zijn moeder [127] 1-12-1668
Frederick Robbertsz als gemachtigde van dhr. Casinuirus Philippus Aegidius de Ridder van Groenesteijn contra Reijer Lambertsz. Hij seijde dat den ged. opden 23e januarij lestleden ten huijse van Willem van Oostrum in Nederlangbroeck heeft vanden Heere Eijser gekogt 34 ijpen boomen, voorde somme van 40 gl ende een halve rijxdaelder makende 41-5 welcke somme den ged. neffens sijn soon Lambert Reijersz beloofde promtelijck te betalen. Voortgezet 19-1-1669. Jan Splintersz stelt zich borg voor zijn schoonvader Reijer Lambertsz. [127]
19-1-1669
Jan Jansz Meijssen contra Frans van Dam tot betaling van 100-15 wegen ¼ part vande weij vanden Bacxweert bijden eijser als pachter vande selve aenden gedaegde voor ¼ over gedaen [127]
19-1-1669
Maeijgje Verweij huijsvrouw van Thijman van Wijckersloot contra Frans van Dam tot betaling van 20 gl wegens rest van weijpacht van 3 schaar weijens. Voortgezet 1-2-1669, 8-3-1669. [127] 169
19-1-1669
Gerrit Gerritsz Haen als man en voogd van zijn huisvrouw en als speciale procuratie hebbende van Jacob Aertsz als momber over sijn vrouws voorkinderen contra Dirck Jansz van Uijen om te kennen of ontkennen zijn vrouws hant onder coopcedulle van 24-5-1667 van 3 morgen bouwland boven Zuijlesteijn inden Engh, genaamd de Doornackers [127]
1-2-1669
Maria Verweij huijsvrouw van Wijckersloot contra Jan Huijbertsz Tol om te kennen of ontkennen zijn hand onder seekere coopcedulle. Voortgezet 22-2-1669. [127]
1-2-1669
Aelbert van Bosch contra Cornelis Woutersz de Cruijff het twede default te begeren. [127]
1-2-1669
Frans van Dam contra Hendrick Aertsz te Nederengh om te kennen of ontkennen zijn hand onder coopcedulle. [127]
22-2-1669
Gijsbert Aelbertsz contra Jan Huijbertsz Tol tot betaling van 5 gl wegen een margen gras opde Baxweert [127]
22-2-1669
Arien Jansz de Goede contra Thonis Jerephaesz om te kennen of ontkennen zijn hand onder koopcedulle van 8-12-1667. [127]
22-2-1669
Idem contra Gerrit Gijsbertsz tot betaling van 27 gl wegens coop van boonen van den eijser [127]
8-3-1669
Aert de Bruijn contra Jacob Boschman. Den eijser niet comparerende is oversulx inde kosten gecondemneert ende sijn de kosten tot … bij de Bode verschooten. [127]
8-3-1669
Willem Willemsz van Buren als pachter vande Buijten Bieren contra Franck Jansz. Hij zegt dat Franck buijten bieren heeft ingeslagen sonder aenbrengen ende daer over is beboet ende geciteert ende vermits de non comparitie versochte defaut volgens d’ordonnantie ende een ander citatie. [127]
22-3-1669
Maria Verweij huisvrouw van Thijman Wijckersloot contra Theunis Jerephaesz als borg voor Elis Jansz won. onder Maurik. Hij seijde dat Elis Jansz schuldich was wegen coop ende leverantie van een koeijbeest bij denselven Elis Jansz vande eijsers verleden somer 1668 gekoft voor 48 gl etc. [127]
22-3-1669
Aert Jacobsz en Berent Hendricksz contra Maria Verweij huisvrouw van Wijckersloot. Den eijsers diende en leverde eijsch in scriptis. [127]
170
22-3-1669
Arris Petersz raeijmaker tot Scherpenzeel contra Jacob Cornelisz Boschman tot betaling van 12-10 van een nieuwe wagen schuldig gebleven. [127]
22-3-1669
Aefje Gerrits contra Matthijs Feijten tot betaling van 25 en 12 st tot den Godtspenn een linnen hembt, schorteldoeck en twee paer schoen, wegen huerloon van verleden jaar. Voortgezet 26-4-1669, 27-4-1669 [127]
26-4-1669
Frans van Dam contra Henrick Aerts te NijenEng tot betaling van 7-2 als rest van coop van bonen inden jare 1667 gekocht [127]
27-4-1669
Willem Jansz van Dam contra weduwe van Cornelis Sarren tot betaling van 3-3 van kalverweij in 166. ende van over doen ofte koop van haer int selve jaer tot 2-10. Voortgezet 10-5-1669. [127]
27-4-1669
Jelis Jansz contra Hendrickje wed Cornelis Sarren tot betaling van 1-4 van verteringe en 3-15 van heij vracht in desen jare 1669 [127]
24-5-1669
Joost Berentsz opden Hogenweert contra Gerrit Sandersz Buijs tot betaling van 17-0-4 als rest van coop van hooij off gras in 1668 inden nobele weert gehadt [127]
24-5-1669
Idem contra Hendrick Aertsz tot betaling van 28 gl wegens coop van hoij bij den ged. vl jaer 1668 inde Nobeleweert gekoft. [127]
21-6-1669
Willem van Buren als gemachtigde van vrouwe Cunera van Nestelraeet douagiere tot Natewis contra Dirck Jansz van Uijen als borg geworden voor Elis Jansz onder de renunciatie vande exceptie van execussie ende divisie vermogens notariale coopcedulle van 14-6-1668. Voortgezet 19-7-1669. Arien Cornelisz smit stelt zich borg voor Dirck van Uijen. [127]
8-9-1669
Cornelis vander Sluijs pander voor het Hof van Utrecht contra Johan van Wolfswinckel schout van Scherpenzeel om sijn selfs paert alvorens gearresteert te verantwoorden. Voortgezet 9-9-1669, 10-9-1669, 13-91669, 16-9-1669, 30-9-1669, 4-10-1669, 5-10-1669, 6-10-1669, 7-101669, 18-10-1669, 1-11-1669, 5-11-1669. [127]
4-10-1669
Matthijs Feijten contra mr. Dirck Toelaer tot betaling van 4-11 wegens verteringe ende slaepgelt [127]
4-10-1669
Willem van Buren contra Dirck Vuijck. Hij seijde dat den ged. ontrent een maent geleden heeft met een loff twee kuijlen gevist inde visserije vanden ged. Hij wil 25 gl voor geleden schade. [127]
171
4-10-1669
Jacob Hendricksz gewezen knecht van Cornelis Tijmensz contra wed. Cornelis Tijmensz tot betaling van 29 gl als rest wegens huerloon. Voortgezet 5-10-1669. [127]
5-10-1669
Gerrit Gerritsz Haen contra Cornelis Teunisz tot betaling van 2-10 wegen een legerkist die den ged. tot den eijser heeft gehaelt. Voortgezet 18-10-1669. [127]
5-10-1669
Jan Petersz intervenierende voor sijn soon Dirck Jansz Vuijck contra Willem van Buren eijser. Hij seijde dat den eijser niet sal bewijsen dat publicquelijck het vissen is verboden, of afgelesen ende dat sijn soon maer 2 a 3 vischkens hadde gevangen, ende soo haest het den eijser verbode, sijn daer uijt gegaen. [127]
3-1-1670
Cornelia de Kemp wed Thonis Cornelisz contra Jan Petersz de Hont tot betaling van 7-14 van verteerde kosten over t schutten van Theunis Dircksz beesten bij ged. afgesproken. [127]
3-1-1670
Huijbert van Velpen contra Gerrit Gijsbertsz tot betaling van 25 gl wegens weijpacht in 1668 verschuldigd. [127]
3-1-1670
Hendrick Harmensz contra Frans van Dam. Non comparitie. Voortgezet 4-1-1670. Bij mondeling en schriftelijck afreeckening tusschen Frans van Dam ende Henrik Harmensz bevonden wegens de reijs na Aernhem , dat Henrick Harmensz meer heeft uijt geschoten 2-6-8 ende noch verklaert den eijser aen Frans tot Aernhem gegaen te hebben 12 st is de helft 6 st sijnde 2-12-8. [127]
3-1-1670
Ot Berentsz Cock contra Arris Jansz op Rooijsteijn tot betaling van 1-5 wegen weij in 1667 verschuldigt. Voortgezet 4-1-1670. [127]
3-1-1670
Willem van Dam en Frans van Dam contra Jantge Harmens van Bemmel wed Reijer Jansz tot betaling van 17-19 wegen coop van bonen en haver in 1669 gehadt. Voortgezet 4-1-1670. [127]
4-1-1670
Claes Willemsz smit contra Cornelis de Kruijff raeijmaker tot betaling van 11-19-8 bij afreeckeninge schuldich gebleven ende van eenigch smeewerck. [127]
17-1-1670
Hendrick Willemsz Decker ex lege Aquilia contra Roelof Reijersz zoon van Jantge Harmens van Bemmel. Hij seijde dat den ged. op den 1-11670 lestleden te peerd sittende moetwilliglijck opde straet sonder waerschouwen ontrent het huijs van Claes Smith den eijser heeft overreden, waer over den eijser ter aerde vallende een quetsuer aen sijn hooft heeft gekregen niet sonder perijckel volgens de verklaringe des doctors ende chirurgijns behalven noch een quetsuer aen sijn been. 172
Hij wil dat Roelof het meesterloon betaalt en voor zijn pijn en smart 5 gl. Voortgezet 31-1-1670, 14-2-1670, 28-2-1670, 18-4-1670, 17-5-1670. [127] 14-2-1670
Mr. Jan Volwens chirurgijn contra Claas Sarren tot betaling van 3-10 wegens messdient ende geaccordeert mesterloon. Voortgezet 14-31670, 28-3-1670. [127]
14-2-1670
Roel Jan Maessen contra Dirck Jansz van Uijen tot betaling van 41-12 wegens verkofter toeback bij den ged. ontfangen volgens de Amersfoortse Waech ceel. Voortgezet 15-2-1670. [127]
14-2-1670
Thonis Jerephaesz contra wed Jacob Cornelisz Boschman aenden Dwarsweg tot betaling van 16 gl wegens coop van boonen [127]
28-2-1670
Cornelis de Cruijff rademaker contra Matthijs Feijten tot restitutie vande uijtgeschote wijncoop 3 gl etc. [127]
14-3-1670
Cornelis van Eijnhoven chirurgijn contra Frans van Dam. Hij seijde dat den ged. lestlede korsmis een jaer geleden heeft gecureert ende genesen van een wonde aen sijn hooft. Concludeert tot betalinge vant meijsterloon tot 7-10. Voortgezet 28-3-1670. [127]
14-3-1670
Jan Cornelisz bij Zuijlesteijn contra Deliaentge Eliss. Hij seijde dat de ged. sonder reden wt haer huijs gegaen is, concludeert tot restitutie vande godtspenn: tot 1 gl ende de wijncoop tot 10 st. ook bij provisie in cas van contradictie [127]
21-3-1670
Claes Willemsz smit contra Jan Cornelisz onder Zuijlestein. Non comparitie van de eiser. [127]
18-4-1670
Aeltje Teunis wed Splinter Huijbersz contra Arien Jansz den Goede tot betaling van 57-12-8 wegens broot backen, slachten, en lantmeten volgens des eijsers boeck. Voortgezet 17-5-1670, 19-5-1670, 13-61670. [127]
18-4-1670
Mr. Gerrit Volwens chirurgijn contra Thijman van Wijckersloot. Hij concludeerde ten fine d’arbitrale uijtsprake van twee chirurgijns opden 23 Meert 1669 tot Uijtrecht gedaen tusschen hem eijser ende den ged. off sijn vrouw gewesen jegens hem ged. over t meijserloon van sijns ged. arm ter som van 18 gl verklaert sal worden executabel. Voortgezet 30-5-1670, 13-6-1670. [127]
18-4-1670
Jelis Jansz contra Dirck Jansz Vuijck als getrout aen Henrickje die te vorens wed was van Cornelis Sarren, mitsgaders Claes Sarren. Hij
173
seijde dat voorde ged. in 1669 heeft gedaen drie vrachten heij uijt het Leersums velt aende stene brugh ider vracht 1-5 sijnde 3-15. [127] 18-4-1670
Cornelis Verweij contra Daem Jansz tot betaling van 22 gl als rest van een slachtbeest in 1669 bijden ged. vanden eijser gekoft [127]
18-4-1670
Adriaen Jansz de Goede contra Huijbert Jansz Tol tot betaling van 27 gl als rest wegen coop van een mergen gras uijt het Spijckje [127]
18-4-1670
Idem contra Aeltge van Bemmel tot betaling van 23-10 wegen coop van gras uijt het Spijke [127]
17-5-1670
Gerrit Ariensz vande Weert contra Arien Jansz de Goede tot betaling van 18 gl dewelcke den ged. verlede winter met den eijser heeft gerekent aenden eijser schuldich te sijn over verdient arbeijtsloon inden Jare 1669 verdient. Voortgezet 19-5-1670. [127]
17-5-1670
Neeltje Arien Stevensz contra Arien Jansz de Goede. Hij concludeerde tot leveringh ende transport van seecker ackertge lant neffens ende langens die overstraet daer sij eijser woont. Voortgezet 19-5-1670. [127]
17-5-1670
Huijbert Jansz Tol contra Arien Jansz de Goede te antwoorden. [127]
30-5-1670
Teunis Jerephaesz en Jan Joosten als pachters van de Baxweert contra Reijer Lambertsz tot betaling van 5-9-4 wegen coop van gras [127]
13-6-1670
De wed. Geurt Hendricksz van Bijler contra wed. Jacob Cornelisz Boschman. Sij seijde dat des ged. hockelingen en peerden over den jare 1669 geweijt hebben ende aenbestaet tsamen voor 18-10. Voortgezet 27-6-1670. [127]
15-6-1670
Heeft de drost ten overstaan van de schepenen aanbesteed aan mr. Cornelis van Eijndhoven chirurgijn tot WbD het meesterloon om te genesen de quetsure aende handt van Dirck Jansz van Uijen die gemelde van Uijen verklaerde dat Willem Willemsz van Buren wonende opden duijnen onder Amerongen onlangs hem met een mes offte andere scherpte gesaen hadde. [127]
27-6-1670
Jonker Diderick van Eck van Panthaleon heer van Lievendael contra Hilligje Reijers wed Jan Splinters tot betaling van 10-7 als rest van verschenen pacht en huijshuer [127]
11-7-1670
Willem Aelbertsz mede schepen constitueert Peter Matthijs om uit zijn naam alhier tot Amerongen te arresteren off detineren de persoon of goederen van …. Wolfs Witbier brouwer tot Wiel om daer aen te 174
verhalen soodanige somme van penn: wegens leverantie van torff met de kosten. [127] 29-8-1670
Peter Matthijsz contra Arris Jansz tot betaling van 7-16 wegens verschote penn: ende als rest van weijgelt. Voortgezet 3-10-1670. [127]
5-9-1670
Stoffel Claesz contra Willem Jansz van Ravenswaij. Hij voor pijn ende smert bij ged. aenden eijser (als kermis Tol ter behoeve vanden H. Ed: geb: Heere van Amerongen eijssende) gedaen tot betaling van 6-6 ende daer boven t meijserloon [127]
8-9-1670
Jonker Theodorus van Doeijenburch contra Jan van Iselsteijn tot restitutie van 18 gl bij den eijser aenden gedaechgde geschoten voor ged. ketelen etc [127]
3-10-1670
Peter Matthijsz contra Cornelia de Kemp wed Tonis Cornelisz Visser om te kennen of ontkennen haar hand staende onder obligatie van 7-51666 en tot betaling van 40 gl wegens een slacht beest en 40 gl wegens verschote penningen ende verdient salaris [127]
3-10-1670
Baetje Jans wed Claes Willemsz smit contra Thijman van Wijckersloot tot betaling van 22 gl over koop van elsenhout vorige zomer door haar man verkocht. Voortgezet 4-10-1670. [127]
3-10-1670
Mr. Gerrit Volwens chirurgijn contra Tijman van Wijckersloot tot condemnatie op het accordt van 23-8 lestleden opgerecht. [127]
3-10-1670
Wulphert Cornelisz x Woutertje Cornelisz contra Baetje Jans wed Claes de Smit tot betaling van 17-10 als rest vant ½ gedeelte huijshuer daer ged. woont [127]
3-10-1670
Jan Harmensz in cas van injurie contra Lambert Piccard. Den eijser seijde dat den ged. op 5-8-1670 op Waijsteijn sijnde gelust heeft in presentie van verscheijde parsoonen den eijser achter rug te schelden seggende den selven eijser te wesen een bijen dieff, ende van een dieffachtigen hoop te wesen ende woorden van gelijcken sin…. Voortgezet 4-10-1670. [127]
3-10-1670
Huijbert Jansz Toll schepen in cas van injurien contra Wijn Joosten. Hij diende en levede pro ut in scriptis [127]
3-10-1670
Frans van Dam als pachter vande impost vant gemael contra Jan Jansz opden Natewisch tot betaling van 9 gl over een accordt wegen een faut van t gemael in plaets van 6 kalkhoenen. Voortgezet 4-10-1670. [127]
3-10-1670
Mr. Henrick Chirurgijn won Scherpenzeel contra Cornelis Woutersz de Kruijff. Den eijser niet gecompareerd. [127] 175
3-10-1670
Idem contra Jan Roelofsz. Uts. [127]
4-10-1670
Arrisz Jansz contra Reijer Lambertsz tot betaling van 17-10 die den eijser voor den ged. aenden Hr. Guesont als rest wegens de pacht vanden Rooijsteijnsz Boomgart verschenen over 1663 en 1664 heeft verschoten. [127]
31-10-1670 Dhr. Bitter van Rheede, commandeur van den Rijnstroom contra Frans van Dam om te kennen of ontkennen zijn hand onder seecker affreeckeninge van 19-5-1669 en huurcedulle van 19-5-1669. Voortgezet 14-11-1670, 28-11-1670, 12-12-1670, 23-1-1671, 6-2-1671, 27-2-1671, 10-4-1671, 1-5-1671, 2-5-1671, 15-5-1671, 29-5-1671, 19-61671, 3-7-1671, 4-9-1671. [127] 28-11-1670 Jan Harmansz in cas van injurien contra Lambert Piccart. Voortzetting [127] 12-12-1670 Willem Cornelisz contra Thijs Ariesz tot betaling van 22-10 wegen koop van een halve mergen boonen. Voortgezet 9-1-1671, 10-1-1671. [127] 9-1-1671
Huijbert van Velpen contra Gerrit Gijsbertsz tot betaling van 12-2-8 wegen coop van hooij in 1667 [127]
10-1-1671
Hendrickje Vereem contra Peter Matthijsz. Ontfangen van Henrickje Vereem de somme van thien gl met noch drie gl aen kosten Jn betalinge vande breucken vande buijtebieren, Ende indien bevonden wert dat wij vanden buijtebieren niet en geven soo sal haer de penn: wederom gerestitueert werden. [127]
10-1-1671
Gerrit de Ridder als pachter van de buijtenbieren contra Daem Jansz. Gerrit zegt dat Daem twee tonnen Wijcks bier heeft ingeleijt ontrent Amerongens Kermis, soude eenigen aenbrengh daer van te hebben gedaen. Voortgezet 23-1-1671, 27-2-1671. [127]
6-2-1671
Anthonis Huijbertsz als Cameraer Kerckmr van Andries Kercke contra Aeltje van Bemmel wed Aelbert Jacobsz Verweij, in sijn leven koster der voorsz Kercke. Hij alsoo achtervolgens de Kercke staet sich vervoecht heeft ten huijse vande ged. om te ontfangen het jaer renten de anno 1670 van twee capitalen een van 300 gl en een van 200 gl die de voorn kerke op haar sprekende heeft en Aeltje van Bemmel gemelte Verweijs wed. gesecht heeft van die 200 gl geen renten off Capitael schuldich te wesen aen vsz kercke als blijckt de annexis en oversulx daerop nagesien sijnde acquiten der kerke en bevonden is dat anno 1643 van Henrick Jacobsz van Varick als kerkmr tbv de kerk vrsz aen Aelbert Jacobsz Verweij sijn op renten gedaen die selve 200 gl die afgelost waren bij de kinderen en erfgenamen van Cornelis Henricksz in sijn 176
leven Coster alhier, uijt wijsens sijns van Varicks reeckening de anno 1642 en 1643 en vorders bij eijgen hant teijckeningh van wijlen Aelbert Jacobsz Verweij onder de reeckening vande kerckmr Jan Rijcksz vant Sandt de anno 1644 45 etc. [127] 27-2-1671
Daem Jansz contra Thijman van Wijckersloot om te kennen of ontkennen zijn hand onder assignatie van 22-3-1670 op de heer Arent Sloot gegeven doch onbetaelt. Voortgezet 27-3-1671. [127]
27-2-1671
Wijn Joosten Visch contra Huijbert Jansz Tol. Hij alsoo den ged. opden 24-10-1670 voor …. schepenen de Exceptien vande exceptie toegestaen heeft, versoeckt den executie dat deselve cum expensis sullen worden geaccordeert [127]
27-2-1671
Gerrit de Ridder contra Gijsbert Huijbertsz Cabeijtel. Hij seijde dat den ged. opden januarij lestl. heeft ingeslagen in sijn huijs een kintje bier van Wijck sonder daer van eenige aenbrengh gedaen off impost betaelt te hebben. Eis: boete van 50 gl. [127]
27-3-1671
Johannes van Hattem, zoon van Arnoldus van Hattem zaliger, contra Daem Jansz tot betaling van 11-14 wegen coop en leverantie van lieshooij tot 6 oppers jder 39 st: Sint Jacob inden verleden Jare 1670 te betalen. De vrouw van Daem Jansz heet Metje. [127]
10-4-1671
Anthonis Huijbertsz vanden Doorslach als Cameraer Kerckmr contra Aeltje van Bemmel wed Aelbert Jacobsz Verweij. Voortzetting. Zie ook 17-4-1671, 1-5-1671, 15-5-1671. [127]
10-4-1671
Geertje Cornelis, won. Remmerden bij Beth Jansz, contra Hendrick Cornelisz alias Hensen gewesene knecht bij Aelbert Barten Quint. Sij verklaerde swanger te wesen van Henrick Cornelisz die als nu in Lants dienste sich heeft begeven soo verstaet is oversulx te rade geworden en de huer penn: die onder Aelbert Quint t’Elst berusten door de Gerechtsbode heeft doen arresteren met verbodt aen gemelde quint de penn: niet weerloos te worden op pene van andermalige betalinge [127]
1-5-1671
Peter Hendricksz te Elst contra Stijnis Henricksz. Hij voor pijn en smert 25 gl voor Lempte off stijve vinger 20 gl ende voor versuijm 16 gl belopende tsamen 61 gl. Voortgezet 29-5-1671 [127]
1-5-1671
Willem Willemsz van Buren contra Cornelia de Kemp en de huijsvrouw met de meijt van Aert de Bruijn, met Gerrit Fok om te geven der waerheijt getuijgenisse op ingeleverde jnterrogatorien. Voortgezet 29-51671. [127]
177
2-5-1671
Jan Toll voor hem ende sijn vrouws suster contra Cornelis Meertensz tot betaling van 7 gl wegen pacht van een acker englant verschenen 1670. Jan Petersz Schutter stelt zich borg voor Cornelis Meertensz. [127]
15-5-1671
Aenspraeck geexhibeert ende overgegeven aen de Ed: ende Achtb: Gerichte der Hoge Heerl. van Amerongen uijt den name ende van wegen Abraham van Son Chirurgijn contra Dirck Hollanders n.u.. Hij diende en leverde in scriptis. Op 29-5-1671 is de naam Hollanders doorgestreept. Nu staat er Dirck Jansz Vereem n.u. Voortgezet 19-61671. [127]
15-5-1671
Thonis Jerefaesz contra Jan Petersz Schutter tot betaling van 33 gl onder afslag van 15 gl daer op betaelt wegen een slacht beest voorleden victoris gekoft. Voortgezet 29-5-1671, 19-6-1671. [127]
3-7-1671
Jan Gerritsz van Beckum in cas van guarandt contra Jacobus Beermans. Voortgezet 25-9-1671, 26-9-1671. [127]
3-7-1671
Cornelis Verweij contra Jan Petersz de Hondt tot betaling van 4 gl als rest van pacht ende renten verschenen 1669 en 8-10 verschenen 1670 en 8-10 verschenen 1671. [127]
14-8-1671
Johan van Wolfswinckel contra Cornelis van der Sluijs te dienen van kosten. Voortgezet 4-9-1671, 25-9-1671, 26-9-1671, 9-10-1671. [127]
25-9-1671
Ds. Bernardus Keppel, in cas van schutting contra Sander Fransz wonende bij ’t huijs te Lievendael. [127]
25-9-1671
Aert Geurtsz van Leersum als diaken contra Peter Jansz Smit gekogt hebbende de huijsinge ende erff jnde Overstraet alhier van Grietje Gijsbertsz wed Aert Jansz Smit. Den eijser concludeert ten fine nieuwe letteren van executie sullen werden gedecerneert op een verjaerde plechte van 250 gl en dat het hypotheek voor 50 gl per rest van 5 jaren renten jaerlijks 12-10 tlest verschenen 20-5-1671 verklaert sal worden executabel. [127]
25-9-1671
Idem contra Henrick Aertsz te Nijen Engh. Den eijser concludeert ten fine nieuwe letteren van executie sullen werden gedecerneert op een verjaerde plechte van 725 gl ende dat het hypotheek voor 142 gl pr rest van acht jaren renten lest verschenen maij 1671 onder afslach van voeder gereden torffs tot .. verklaert sal werden executabel. Voortgezet 26-9-1671. [127]
178
25-9-1671
Denijs Gerritsz van Rumelaer contra Jacobus Beerman tot betaling van 12-2 over geleverde schoen, muijlen ende leersen. Voortgezet 27-91671. [127]
25-9-1671
Willem Jansz contra Evert Petersz te Elst tot kennen of ontkennen van zijn hand onder obligatie van 31-12-1669. [127]
25-9-1671
Cornelis Verweij contra Jan Petersz de Hondt. Non comparitie. Voortgezet 27-9-1671. [127]
26-9-1671
Mr. Abraham van Son chirurgijn contra Jan Thonisz Vissers tot betaling van 12-12 over veraccordeert mesterloon van des ged. kint onder affslach van 4-16-8 daer op betaelt. Voortgezet 27-9-1671. [127]
26-9-1671
Jan van Kesteren contra Gerrit Gijsbertsz won aenden Amerongens dijk getrouwd met Neeltje Cornelis tot betaling van 13-16 over coop ende leverantie van stoff ende sij. [127]
26-9-1671
Huijbert van Velpen contra Stoffel Jansz tot betaling van 2-19 per rest van een slacht hockelinghsbeest [127]
26-9-1671
Peter van Cleeff drost en Cornelis Verweij contra Hendrick Aertsz tot betaling van 31-12 per rest van weijgelt over 1670. [127]
26-9-1671
Idem contra Tijs Arrisz tot betaling van 24-13 over coop van gras opde bollen in 1670. [127]
27-9-1671
Johan Quint contra Frans van Dam. Hij diende ende leverde declaratie van kosten [127]
27-9-1671
Arien Jansz de Goede contra Dirck Jansz Vuijck als getrouwd hebbende de wed van Cornelis Sandersz. Arien zegt dat hij op 11-61666 voor dit gerecht eis gedaan heeft die is blijven steken door belofte van Dirck om te betalen. Dat is nog steeds niet gebeurd. Voortgezet 910-1671. [127]
27-9-1671
Idem contra Wouter Aertsz tot condemnatie jn 3 gl van weij 1665 [127]
27-9-1671
Cornelia de Kemp wed. Thonis Cornelisz Visser contra Dirck Vereem tot betaling van 16-6-12 wegens verteringe ende een vracht te doen. Voortgezet 9-10-1671. [127]
27-9-1671
Abraham van Son contra Cornelis Meertensz tot betaling van 7-10 onder afslach van 3 gl daer op betaelt wegens t meijsterloon van Cornelis Harmensz soon [127]
179
7-10-1671
Publieke verkoop van een rood spreeuwd hockeling van Sander Fransz won op Lievendael door ds. Bernardus Keppel. Ingezet bij Cornelis Jansz voor 12 gl en bij Wijer Jansz gemijnt off gekoft voor 13-5. [127]
9-10-1671
Evert Petersz contra Fijgje van Brienen wed Thonis Quint te Elst tot betaling van 100 gl wegens leverantie van messie ende vaech int lant bij ged. man gelooft 1671. Obligatie gemaakt 23-10-1671. [127]
9-10-1671
Berent Jacobsz contra Stijntje wed Hendrick Brus aenden Dwarsweg tot betaling van 15 gl als rest van pacht vant Cloosters veen lest verschenen anno 1664. [127]
20-10-1671 Rutger Willemsz contra Jan Jansz van Volckering zoon van Hans Metselaer. Hij seijde vanden gedaechde gekoft te hebben alle sijn of sijn vaders toeback over 1671. [127] 23-10-1671 Otto Berendsz steenbacker bijde xl garden contra Johan Quint waeckmeester tot Amerongen tot betaling van 54-10 ter saecke ende als rest van gekochte steen bijden ged. vanden eijser gecoft ende bij Willem van Swieten gehaelt [127] 6-11-1671
Jan Quint Major contra Frans van Dam tot betaling van 30 gl wegens geleverd bier [127]
20-11-1671 Cornelis Verweij contra Anna wed Hendrick Rutgersz molenaar alhier. Hij versochte nieuwe letteren van executie op een verjaerde pacht ende tot betalinge van 96-6-6 van renten verschenen korsmis 1670 [127] 4-12-1671
Dhr. Bitter van Rheede contra Frans van Dam. Voortzetting. Zie ook 1812-1671, 15-1-1672, 29-1-1672, 12-2-1672. [127]
4-12-1671
Deliaantje Gijsberts contra Arris Jansz won op Rooijsteijn tot betaling van 7-16 als rest wegen weij gelt de eijsers vande ged. competerende [127]
18-12-1671 Aert Geurtsz van Leersum contra Abraham van Son. Hij seijde dat aenden ged. verhuert te hebben voor 3 jaren sijn eijsers huijs met 100 roeden hoffs, aen hoff alhier volgens huurcedulle van 1-4-1671. Hij is zonder kennisgeving vertrokken uit dit huis. Voortgezet 15-1-1671. [127] 18-12-1671 Anthonis Huijbertsz vanden Doorslag als camelaer kerckmr contra Anna wed Hendrick Rutgersz molenaer alhier possiderende de Amerongense molen met de huijsinge ende landerijen daer annex. Den eijser seijde aende gedaechde ten achteren te sijn 9-7-8 wegens rente van 150 gl ende noch wegen grietje Gijsberts wed Aert Jansz Smit 20 gl ook van rente nog van nog 500 gl capitaal etc. [127] 180
15-1-1672
Anthonis Huijbertsz vanden Doorslag als cameraer kerckmr contra Arien Jansz de Goede. Den eijser in qualité als voren, seijde aen den ged. ten achteren te sijn wegens de voorsz kercke van pacht van drie parthijen englant over 1668 en 1669 jaerlijx 13 gl waer jegens in minderinge van Aeltge van Bemmel ontfangen 24-12 in voldoeninge van seecker condemnatie met de kosten daer in begrepen, die den ged. op de selve hadde ende alsulx noch resteert salvo calculo 1-8 etc. Voortgezet 16-1-1672. [127]
15-1-1672
Peter Jansz smit x Baetje Jans die tevoren wed was van Claes Willemsz smit contra Roelof Dircksz rademaker tot betaling van 2,5 ducaton sijnde 7-17-8 die Claes Willemsz za: den ged. verstreckt ende geleent heeft en inden Jare 1670 den 19. decemb. bij affreeck. ende ged. ondertekeningh schuldich bekent. Voortgezet 16-1-1672. [127]
15-1-1672
Cornelis Thonisz int Clooster contra Frans van Dam tot kennen of ontkennen van zijn hand onder huurcedulle van 5-11-1670. Voortgezet 29-1-1672. [127]
15-1-1672
Wouter Aertsz contra Arien Jansz de Goede tot betaling van 14 gl wegens coop ende leverantie van vier calveren. Voortgezet 16-1-1672. [127]
15-1-1672
Jan Petersz Schutter contra Roelof Reijersz tot betaling van 12-12 wegen camer huer bij ged. vrouw bij accoort gelooft. Voortgezet 12-21672. [127]
15-1-1672
Willem van Buren contra Matthijs Feijten opt request nopende tappen ouijt de Engel inden Rode Leeuw. [127]
16-1-1672
Johan Quint Major der stad Rhenen contra Adriaen Jansz de Goede tot kennen of ontkennen van zijn hand onder afrekening van 25-9-1671. Voortgezet 29-1-1672. [127]
16-1-1672
Hendrickje Hendricks wed Hendrick Willemsz decker mitsgaders Dirck van den Honart lt landtdrost als gemachtigd van Jan Willemsz tot Woudenberg die een mede-erfgenaam was van Hendrick Willemsz decker contra Jantgen Harmensz van Bemmel. De wed. voor de helfte ende wegens Jan Willemsz tot Woudenberg voor ¼ part versochte nieuwe letteren van executie op een verjaerde condemnatie van 17-51670 wegens meijsterloon ende voor smert. [127]
16-1-1672
Frans van Dam contra Cornelis Woutersz de Kruijf tot betaling van 1-5 wegen toebaxtient 1670 [127]
181
16-1-1672
Aelbert Gijsbertsz ex l’aquilia contra Thoon Theunisz de knecht van Huijbert van Velpen. Den eijser diende ende leverde twe attestatien. versochte dat de ged. jnsgelijx sijne bewijsen sal in brengen ten fine om bij desen gerechte te oordeelen wie tot de boeten verplicht is ende dien volgende den schuldig te condemneren [127]
29-1-1672
Willem Cornelisz smit contra Peter Jansz smit x Baetje Jans tot betaling van 38 gl van een half jaer huerloon [127]
29-1-1672
Matthijs Feijten contra Neeltgen Arien Stevens wed, Neeltgen Verweij x Jan Cornelisz en Annigje Teunis Vos omme hare rechte contschap ende getuijgenis der waerheijt te geven op de overleverde jnterrogatoria [127]
12-2-1672
Gerrit Thonis Brantsz voor sijn selven ende als gemachtigde van sijne broederen als erffgenamen van haer vader Thonis Brantsz, oversulx gerechticht tot seeckere obligatie op Jan Thonisz won Ravenswaaij als principael ende Joost Thonisz won Ginkelse veen onder Amerongen als borg en elx een voor al sonder dat ider met sijn quoot off deel sal mogen beestaen, onder de renunciatie inde selve obligatie begrepen dd 9-7-1642 contra Joost Thonisz om te kennen of ontkennen zijn hand onder die obligatie. Hendrick Colfschoten compareert en zegt dat Joost ziek is. [127]
12-2-1672
Matthijs Feijten x Neeltgen Roelofsz van Hardevelt in cas van jnjurien contra Margriet Rumelaer. Compareerde haar vader Denijs van Ruemelaer seggende dat sijn kint Margriet onmundich is, en soose ijmant wat te na geseijt heeft dat hijse daer over sal straffen. Den Jmpetrant seijt dat het seggen van Denijs van Ruemelaer niet aenneemt versoeckende vermits de non comparitie vande gedaechde dese als geciteert sijnde defaut, ende een ander Citatie. T Gerecht verleent defaut ende een ander Citatie tegens de ged. Voortgezet 26-21672, 11-3-1672, 25-3-1672, 29-4-1672. [127]
22-2-1672
Huijbert van Velpen contra Cornelis Thoniszs. Hij, dat den ged. de vier voeder off meer schaep messie bijden ged. uijt des eijsers schaepschot aenden Berch gehaelt en op sijns ged. eijgen lant gebracht geordonneert sal werden die messie weerr int schaepschot off Lant van den eijser sal hebben te brengen mitsgaders die vordere messie die int selve Schaepschot leijt sijn handen af te trecken ende te laten komen tbv den eijser alsoo den ged. daer geen recht toe heeft. [127]
26-2-1672
Jantgen Harmensz van Bemmel contra Aelbert Barten Quint als borg voor juffr. Cornelia van Rede wed Amerongen c.s. als erfgenamen van Geertruijt van Wageningen die een erfgenaam was van Metge van 182
Wageningen mitsgaders deselve als erfgenaam van haar vader Gijsbert van Rede. [127] 25-3-1672
Dhr. Johan van Wijckersloot rentmeester van het Agnieten Convent binnen Rhenen contra Roelof Dircksz rademaker als possesseur vande huijsinge. Over plecht van 19-4-1642. Jan Roelofsz compareert. [127]
29-4-1672
Theunis Jerefaesz contra Wouter Aertsz tot betaling van 10-6-10 als rest over coop van hooij vanden Baxweert over 1671 met noch 10 st van stuijvergelt [127]
29-4-1672
Theunis Jerefaesz contra Reijer Lambertsz tot betaling van 44-13 met 2-4-8 van str gelt als rest over coop van hooij vanden Baxweert over 1671. Voortgezet 30-4-1672. [127]
29-4-1672
Jan Quint Majoor contra Henrick Petersz alias Hollanders tot betaling van 39 gl ter cause van huijs huer tleste verschenen maij 1669 ende voor geleverde bieren. Voortgezet 30-4-1672. [127]
29-4-1672
Die Heeren Decan en Caple St Peters t’utrecht contra Dhr. Diderick van Eck van Pantaleon heer van Lievendael. Diende en leverde pro ut in scriptis [127]
29-4-1672
Den drost Cleeff en Cornelis Verweij contra Peter Jansz smit x wed Claes Willemsz smit tot betaling van 20 gl over weij gelt 1670 [127]
29-4-1672
Idem contra Hendrick Aertsz tot betaling van 60 gl voor weij gelt over 1671 [127]
29-4-1672
Idem contra Arien Jansz de Goede tot betaling van 61 gl over coop en ontfangen van gras anno 1671 [127]
29-4-1672
Idem contra Jantgen Harmens van Bemmel tot betaling van 53-8 van weijgelt ende gras over 1671 [127]
29-4-1672
Elsje Brouwers contra Arien Jansz tot kennen of ontkennen zijn hand in des eijers boek van 10-12-1671 tot betaling van 3-7-6 ter cause van gehaelde waren [127]
29-4-1672
Reijer Lambertsz contra Abraham van Son. Hij seijde dat den ged. des eijsers toeback heeft gekoft ontrent martinij 1671 en sedert die tijt dien toeback altijt tot de leverantie is gereet geweest en den ged. tot den ontf. verscheijden mael aengemaent en noch presenteert te leveren .. [127]
29-4-1672
Joost Berendsz contra Arris Jansz tot betaling van 9 gl als rest van coop ende leverantie van hooij in 1671. [127] 183
29-4-1672
Elsje Brouwers contra Thijmen van Wijckersloot tot betaling van 7-12-8 ter cause van gehaelde ende gedroncken brandewijn en andere waren. Voortgezet 30-4-1672. [127]
29-4-1672
Idem contra Abraham van Son tot onderteeckening van ’t contract door tusschenspraeck ende overstaen vanden predicant gemaeckt [127]
30-4-1672
Aert Geurtsz contra Abraham van Son en Peter Maesz. Hij versochte dat Abraham van Son off Peter Maesz hem requirant sullen loven tsamen of elk besonder, de jarlijxe huere tot 27 gl voor de huer van des requirants woninge als opde rolle staet den 15-1-1672 gearbitreert, en laten den requirant met sijn eijgen hoff achter dat huijs geheel bewerden [127]
30-4-1672
Huijbert Thonisz Miltenburg c.s. contra Abraham van Son tot ontfangh en betaling van de toeback en voor schade die in de Wust lijden ende tot nu geleden heeft tot 18-18 [127]
30-4-1672
Frans van Dam contra Gerrit Gijsbertsz aenden Dijck tot betaling van 32 gl wegen een jaer huijshuer over 1671. [127]
7-5-1672
Aert Lont contra Abraham van Son. Hij seijde inden jare 1671 voor corstijt met den ged. overkomen te sijn, dat den ged. soude inkopen een goede quantiteijt toeback waer van aen den ged. voor makelaerdije soude betalen op ider pont een duijt, … [127]
14-5-1674
Dhr. Bitter van Reede, commandeur, contra Jan Joosten inden Engh. Den eijser diende en leverde eijsch pro ut in scriptis. Voortgezet 24-51674, 15-6-1674, 22-6-1674, 29-6-1674. [127]
24-5-1674
Thomas Bercheijck procureur in cas van salaris contra dhr. Bitter van Rheede. Voortgezet 22-6-1674. [127]
24-5-1674
Hendrick van Zwoll contra Thijs Feijten tot namptissement van 3-8 van tabak en 2-8 voor twee tabaksmanden [127]
9-6-1674
Aert de Cruijff won Elst contra Joost van Eck gewezen buurmeester te Ingen. hij seijde door ordre vanden ged. wegens het dorp van Ingen hooij gereden te hebben naer Wijck en Renen, mitsgaders een wagen gedaen als de Francen wechtrocken, die niet weerom gekomen is, monterende de voorsz diensten met de wagen 62 gl. Voortgezet 18-61674. [127]
9-6-1674
Jan Verweij contra Monsieur Le fort Belgarde gelogeert ten huijse van Jantie Harmensz herbergier alhier tot restitutie van des eijsers jacht hondt bij den ged. mede genomen, off bij weijgering tot betalinge van 184
vijff goude pistoletten off so veel min off meer als ’t Gerecht sal bevinden te behoren. Den eiser levert attestatie van Matthijs Feijten en Jan Cornelisz. Voortgezet 29-6-1674. [127] 18-6-1674
Joost Berendsz in cas van schuttinge contra Huijbert Tonisz Miltenborgh als geinterveniteert hebbende voor monsr le Fort Belgarde. Hij seijde vanden ged. in pacht genomen te hebben alle de ongeboude landen soo aenden Bergh als inde Spijck tot de hofstede van Miltenburgh alhier ged. behorende, om met schapen te beweijen tot st. peter 1675 off ter teijt den ged. een bouwman op de hofstede off selfs schapen verkrege dat hij eijser door de schutter een groote trop schapen op de vsz Landen inde Spijk gaende hadde doen schutten, toebehorende monsr Le fort Belgarde.. [127]
13-10-1674 Lijsbet Quint wed Geurt Hendricksz van Bijler contra Lambert Piccart tot kennen of ontkennen van zijn hand onder huurcedulle van 31-10-1670. [127] 13-10-1674 Maagje Dircks wed Willem Willemsz opden duijnen contra Dirck Jansz Vuijck tot betaling van 4 gl over coop van een degen met een draegbant bijdes eijsers man aenden ged. daer voor verlaten en bij den ged. daer op mede genomen [127] 13-10-1674 Maagje Dircks wed Willem Willemsz opden duijnen contra Willem Cornelisz, Hendrick Teunisz en Jan Teunisz tot betaling van 24 gl wegens huer van een schuijt, die de ged. 40 dagen behalven de Sondag hebben in gebruijck gehad daegs 12 st. Hier over Jan Teunisz geaccordeert die belooft tot voldoeninge in 14 dagen te betalen de som van 8 gl [127] 13-10-1674 Heijlten wed Wouter Aertsz contra Henrick Tonisz Visser tot betaling van 45 gl en daer boven 3-3 wegens boomgart pacht van 1673 onder afslag van 18 gl die daer op betaelt sijn . Jan Teunisz des ged. broeder versoeckt copije en dach te 14 dagen. Voortgezet 2-11-1674. [127] 13-10-1674 Marrigje Cornelis wed Huijbert van Velpen contra kinderen van Huijbert Tol tot betaling van 20 gl over twe schaer weijens in 1673 bestadet ter arbitragie vant gerecht en naer exempel van ander [127] 13-10-1674 Marrigje Cornelis wed Huijbert van Velpen contra Peter Maesz tot betaling van 10 gl over een schaer weijens in 1673 bestadet [127] 13-10-1674 Frans van Dam contra Jan Teunisz en Hendrick Tonisz Visser tot betaling van 48 gl bij den ged. gelooft een maent voor voorleden st. Jacob te betalen deses Jaers 1674 wegens boogart pacht in 1674. [127] 185
13-10-1674 Frans van Dam contra Arien Aertsz tot betaling van 40 gl en een ducaton over accort van ’t overdoen van het somervagen en arbeijt op de bouwinge van de Heer Lantcommandeur [127] 13-10-1674 Gerrit Tonisz Brantsz c.s. erfgenamen van hun vader Thonis Brants contra Teunis Hendricksz en zijn broer ook Teunis Hendricksz zoons van Hendrick Teunisz Colfschoten als sich borge als principael geconstitueert hebbende voor Joost Thonisz waer van de ged. erfgen: zijn, tot nieuwe letteren van executie opde een verjaerde condemnatie van 26-2-1672 inhoudende een capitael van 250 gl en 150 gl van renten [127] 13-10-1674 Arien Jansz de Goede als pachter vanden tient vanden Over Borrevelt ende Over Coornweert over 1673 contra Willem Cornelisz tot betaling van 8 gl wegens tiend erritten in 1673. Op 14-10-1674 compareerde Henrick Tonisz seijde uijt last vanden ged. de schult te bekennen. [127] 13-10-1674 Idem contra de kinderen van Jan Gerritsz Fock voor den tient van anderhalven mergen bonen int overborrevelt van 1673 [127] 13-10-1674 Neeltje Roelof x Tijs Feijten contra Maagje Dircks wed Willem Willemsz op de Duijnen tot betaling van 2-14 wegens verteringe in 1671 bij haar man gedaan. [127] 13-10-1674 Idem contra Roelof Reijersz om te rekenen en te liquideren. [127] 13-10-1674 Jan Gerritsz de Ridder contra Jan Teunisz Vissert om te rekenen en liquideren. [127] 13-10-1674 Hendrick Harmensz contra Wijn Joosten Vis tot betaling van 722 gl wegens aengenomen metselwerck en noch van een kelder te graven 10 gl wesende buijtenwerck bij den eijser gedaen [127] 13-10-1674 Aelbert Gijsbertsz bij absentie van deselve sijn huijsvrouw als erfgenaem van Reijer Lambertsz contra Abram van Son tot betaling van 40 gl wegens coop en leverantie van 400 ll toeback [127] 13-10-1674 Hendrick Jan Wijnensz contra Tijs Feijten en Wijn Joosten tot betaling van 8 gl wegen binden van rijs [127] 13-10-1674 Gerrit Ariensz van de Weert contra Abram van Son tot betaling van 12,5 dach arbeijtsloon daegs 10 st makende 6-5 [127] 13-10-1674 Jan Teunisz contra Maagje wed Willem Willemsz op den duijnen tot betaling van 5-7 wegens verteringe bij haar man verteert [127]
186
13-10-1674 Jannigje van Beckom contra Henrick Tonisz Visser tot betaling van 219-12 wegen waren bij zijn moeder gehaelt [127] 13-10-1674 Idem contra Jan de Ridder tot betaling van 31 st voor saeckenhuer [127] 14-10-1674 Evert de Wael als collecteur van de brandewijnen contra Abram van Son en zijn huisvrouw. Voortgezet 2-11-1674, 16-11-1674, 30-11-1674. [127] 14-10-1674 Lijsbet Jans gewezen dienstmaagd contra Abram van Son. Zij zegt zich bij de gedaagde verhuurd te hebben voor een heel jaar voor 30 gl behalve een paar schoenen en een paar muilen. Zij wil geld vangen. [127] 29-10-1674 Jan Meijssen in cas van schuttinge contra monsr le fort Belgarde. Hij seijde met den ged. gecontracteert te hebben dat den ged. aenden eijser ontrent voorleden st. Jan midsomer soude doen een trop van 250 schapen, om de messie, ende dat die schapen souden gaen op de collantslanden vanden vrouw van weerden, die den eijser in gebruijck heeft, … Voortgezet 2-11-1674. [127] 2-11-1674
Dhr. Johan van Wijckersloot der medecine doctor rentmr vanden agnieten Convente binnen Rhenen contra Jan Roelofsz soon en erfgenaam van Roelof Dircksz als possesseur vande huijsinge daer hij in woont. Verzoekt nieuwe letteren van executie op een verjaarde plecht van 19-4-1642. [127]
2-11-1674
Willem van Grootfelt x Aeltje de Wael wed Alert van Essevelt contra Willem Cornelisz tot namptissement van 20 gl van een beest bij hem gecocht 20-11-1671 en nog 24 gl van gelevert bier sedert 28-2-1673. Voortgezet 16-11-1674, 30-11-1674. [127]
2-11-1674
Cornelis Verweij contra Dirck Jansz Vuijck soon en erfgenaam van Jan Petersz de Hont tot betaling van 3 jaren erffpacht met de renten [127]
16-11-1674 Peter Jansz smit contra Stijnis Hendricksz. Hij allegerende ’t genarreerde inde acte van jnsinuatie tot overvloet aenden ged. op den 10e october lestleden gedaen, exhiberende daer toe de attestatie vande makelaer tot Amsterdam die des eijsers wijff ter oorsake van des gedaegdes obstinaetheijt tot Amsterdam naderhant heeft moeten halen. Van dat den ged. des eijsers toeback, sonder last, verloff off kennis vanden eijser, off sijn wijff, tot Amsterdam heeft verkoft en gelevert wesende den ged: present, als des eijsers wijff aende makelaer last gaff, om die toeback te verkopen tegen 18 gl t hondert pont … [127] 187
16-11-1674 Aelbert Gijsbertsz contra Stijnis Hendricksz accort. [127] 16-11-1674 Arien Jansz de Goede contra Teunis Gerritsz en Jan Gerritsz zoons en erfgenamen van Gerrit Teunisz de Ridder als mombers over hare minderjarige broers tot betaling van 106-6 wegens coop van elsen hout vande collant van Wttenbogert voor ’t verloop. Voortgezet 30-11-1674. [127] 16-11-1674 Abram van Son contra Lijsbet Jans gewesen maagd vanden ged. te antwoorden. [127] 16-11-1674 Aelbert Gijsbertsz contra Abram van Son te repliceren. Voortgezet 3011-1674. [127] 16-11-1674 Dhr. Garhart van Bergeijck contra Thonis Hendricksz van Colfschoten, den ouden voor hem selven, ende als fiduciare momber over ende van Thonis Hendricksz den jongen sijnen broeder eenige erfgenamen van Joost Thonisz ende Neeltjen sijn huijsvrouw haer grootvader ende grootmoeder, tot kennen of ontkennen hun handtekening onder huurcedulle van 4-4-1662. Voortgezet 30-11-1674. [127] 30-11-1674 Wed mr. Gerrit Volwens contra kinderen van Anne Wijnen tot indemniteijt ende vrijhoudinge van alsulcke accort, als des eijsers man ten versoecke van ged. moeder heeft gemaeckt, in name ende voor Anne wed Jan Wijnen rakende den jmpost vande wijnen ende bieren genaempt de Logijsgelden waer op de gemelde Anna der kinderen moeder opgetapt heeft. Hendrik Jansz ged. seijt niet vant accort te weten. [127] 30-11-1674 Frans van Dam contra Arien Aertsz. Voortzetting. [127] 16-12-1674 Anthonij Vereest contra Lambert Piccart tot obedientie en decretement vanden gedane arreste op alsodanige penn: als den gerequireerde onder hem heeft, van Hendrik van Minnen ende Jacob van Ommeren van gecochte toeback, die sij van den eijser hebben gekoft gehadt, ende wederom aenden gerequireerde hebben verkoft gehadt, van egeen derselver quijt ofte weerloos te worden [127] 25-1-1675
Marie de Moobre wed Adriaen van Zijll contra Gerrit Jansen de Cruijff. Voortgezet 17-5-1675.[127]
1-3-1675
Thomas Bercheick contra dhr. Bitter van Rhede commandeur. Alsoo op 16-11-1674 door zijn dochter tegen de gedaagde overgeleverd heeft om te taxeren ter somme van 103 gl. Voortgezet 31-5-1675. [127]
188
1-3-1675
Thomas Bercheijck als volmachtiger van de erfgenamen van Huijbert van Wijck in leven rentmeester van vrouwe van Waldeck Piemont en Culemborg in Nederbetuwe contra Gijsbert Bouwens tot betaling van 171-5-8 van pacht van sijn exc: Backxeweert [127]
1-3-1675
Abraham van Son contra Jan Jansz metselaer. Derde default [127]
1-3-1675
Gerrit Thonis Brantsz c.s. erfgenamen van hun vader Thonis Brantsz contra Thonis Hendricksz van Colfschoten den ouden voor hem selven en als fiduciare momber over ende van Thonis Hendricksz den Jongen sijnen Broeder eenige erfgenamen van Joost Tonisz en desselfs huijsvrouw ende sonen en erfgen: harer vader Henrick Tonisz Colfschoten borg en self schuldige tot nieuwe letteren van executie opde verjaerde condemnatie opde obligatie van 26-2-1672 bij Joost Tonisz als principael en Henrick Tonisz als borg en principael schuldig van 250 gl en 150 gl van renten [127]
1-3-1675
Jan Tonisz van Oort contra Maijgie wed Willem Willemsz opden Duijnen. Den eijser also de ged. opden 13-10-1674 op dese rolle hadde dach genomen om te ondersoecken, en ingebreke blijft te betalen, versoeckt als noch dat de ged. gecondemneert werde de geeijschte 5-7 wegens verteringe bij des ged. man verteert aen eijser cum expensis te betalen. [127]
1-3-1675
Marrigje Cornelis wed Huijbert van Velpen contra de kinderen van Huijbert Tol. Hij alsoo de saeck aengaende twee jaren weijens inden jare 1673 opden opden rechtdach vanden 13-10-1674 aen twe commisarissen was verbleven, en als noch niet en is uijtgesproken, versoeckt als noch uijtingh en appoinctement [127]
1-3-1675
Jan van Kesteren contra Fransia Drosten wed. Cornelis Meertens. Niet nader ingevuld. [127]
1-3-1675
Abraham van Son en zijn huisvrouw contra Evert de Wael collecteur vanden jmpost vande gebrandewijnen ende wateren. Hij diende en leverde in scriptis. [127]
1-3-1675
Aelbert Gijsbertsz mede erfgenaam van zijn moeder Aeltgen contra Gijsbert Aelbertsz zijn vader als weduwnaar en boedelharder van Aeltje. Hij wil boedelinventaris zien. [127]
1-3-1675
Marrigje Cornelis wed Huijbert van Velpen contra Cornelis Thonisz tot betaling van jaer pacht ter somme van 145 gl. Voortgezet 15-3-1675, 29-3-1675. [127]
189
1-3-1675
Jan Thonisz van Oort contra Jan Gerritsz de Ridder en Teunis Gerritsz de Ridder als erfgenamen van hun ouders tot betaling van 20-12 volgens specificatie. Voortgezet 15-3-1675, 12-7-1675. [127]
1-3-1675
Lijsbet Quint wed Geurt Hendricksz contra Lambert Piccard tot kennen of ontkennen van zijn hand onder huurcedulle van 31-10-1670. [127]
1-3-1675
Arien Jansz de Goede contra Jan Gerritsz de Ridder tot condemnatie vande geeijschte 106-6 also den ged. bekent het hout genoten te sijn. Voortgezet 15-3-1675. [127]
1-3-1675
Hendrick Harms contra Wijn Joosten tot condemnatie opden eijsch van 12-10-1674. [127]
1-3-1675
Dhr. Gerard Bergeijck contra Tonis Hendricksz den ouden. Derde default alsnoch te begeren. ende dat uijt crachte vandien de hant onder de huercedulle staende, sal gehouden worden voor bekent [127]
2-3-1675
Wed van de drost Cleeff contra Gijsbert Aelbertsz tot betaling van 10 gl als rest over koop van gras in 1670 [127]
2-3-1675
Idem contra Arien Jansz de Goede tot betaling van 61 gl als rest van gras 1671 [127]
2-3-1675
Cornelis Verweij en Jan Quint Maijor als ’t recht hebbende tot seeckere plechte van 600 gl contra Aelbert Gijsbertsz als possesseur vant hypotheek inde voorsz plecht geroert tot betaling van 5 jaren rente [127]
23-3-1675
Mechtelt Jans huisvrouw van Coenraet Jansz, won. Heteren contra Peter Maesz x Geurtje Tol met Neeltje en Annigje Tol possiderende de boedel van hun vader Huijbert Jansz Tol tot kennen of ontkennen hun vaders hantmerck staende onder seecker hantschrift, tot betaling van 51 gl hercomende cande erffenis van Neeltjen Tol des eijsers bestemoeder bij de ged. vader Huijbert Tol bij hantschrift schuldig bekend. [127]
29-3-1675
Arien Jansz de goede contra Jan Gerritsz en Teunis Gerritsz de Ridder als erfgenamen en possiderende de boedel van hun ouders nagelaten tot condemnatie van 106-6 van coop van elsen houtgewasch [127]
19-4-1675
Jan Petersz Bruer contra Matthijs Feijten tot betaling van 30 gl wegens toeback hanck inde brouwerij bijden ged. inden jare 1671 gelooft ende noch 10 gl van geleverde toeback noch 2-4 van arbeijtsloon bijdes eijsers soon Jan verdient, onder affslagh van een boeck papier van 12 st. Voortgezet 3-5-1675. [127]
190
19-4-1675
Jacob Jordensz Vos contra Abram van Son tot restitutie van het elsen hout dat den ged. den eijser onthaelt heeft vanden acker leggende opde veertich garden naest de weteringh. Voortgezet 20-4-1675, 22-4-1675, 17-5-1675. [127]
19-4-1675
Neeltgen Mollen wed Dirck Jansz van Geijn als moeder en momberse van Jannigje Jans contra Huijbert Dircksz jegenwoordig won. aenden Dwarsweg tot kennen of ontkennen zijn hand onder huurcedulle van 234-1674. [127]
19-4-1675
Marrigje van Velpen contra Zeger Cornelisz tot condemnatie van de geeijschte 17-13 van coop van gras. Voortgezet 3-5-1675. [127]
3-5-1675
Dirck van Uijen contra Maeijgien Dircks wed Willem van Buren. De ged. versochte vermits des eijsers non comparitie, dat den eijser werde gecondemneert in de costen ende absolutie [127]
3-5-1675
Het gerecht op verzoek van Huijch Petersz als bruiker van de landen van dhr. Guesont of nu zijn weduwe transporteren zich opt lant leggende teijnden de steech van Rodesteijn en aldaer besichticht de scheijvoor tusschen tselve lant en’t lant van Hantgen Harmens wed Reijer Jansz en bevonden dat de groep tot de toebaxhegge aldaer door de knecht vande vsz Jantgen gegraven met verscheijde kromte was uijtgegraven, ten deele buijten en ten dele inde voorsz scheijvoor, Ende is door deselve subst. drost ende schepenen met baecken, affgesteecken, omme de vsz toebaxhegge daerna te steecken, moetende de scheijlvoor, buijten de toebaxhegge in sijn geheel blijven leggen en op’t eijnde aenden uijtrechtse wech gegraven groep weder gevult worden [127]
31-5-1675
Constitueert Dirck Jansz Vuijck dhr Thomas Bercheijck in de zaak contra Hilleken van Broeckhuijsen x Adam de Geus. [127]
12-6-1675
Arien Cornelisz smit stelt zich borg voor Jan Thonisz van Oort voor alsulcke provisionele sententie als denselven van Oort heeft geobtineert ende tegens Jan en Thonis Gerritsz de Ridder [127]
14-6-1675
Dhr. Jacob van Wassenaer, heer van Obdam contra Mor Cornelisz en Hendrick Hendricksz Brus tot kennen of ontkennen hun handen onder coopconditie van tiend van 14-7-1671. [127]
14-6-1675
Idem contra Mor Cornelisz. Hij seijde dat hem eijser in eijgendom is competerende seeckere erff gelegen aan de Dwarsweg, dat sijns eijsers gront van seecker veentje gelegen noortwrs van het het huijs vant Erff Nieuw amerongen met sijn ged. gront voor dese gemeen ende ongesepareert heeft gelegen, tot ca. 1660 als wanneer sijns ged. 191
huijsvrouwen vader Harman Cornelisz Deijs, met hem eijsers rentmeester Hugo Oucoop hebben doen graven en leggen seeckere heijsloot tot separatie vande voorsz gronden. De gedaagde had de heijnsloot wel behoren te stuijten. In 1674 heeft Mor toch in het land van de eiser turf gegraven. Voortgezet 28-6-1675, 12-7-1675. [127] 14-6-1675
Idem contra Pons Jacobsz. Hij seijde dat hem eijser in eijgendom is competerende ’t Erff Nieuw Amerongen ende allet gene daer aen behoort, dat aen ’t voorsz erff behoort seecker veentje groot ontrent twe mergen gelegen noortwts vant huijs staende opt vsz erff dat de ged. gelust heeft binnen eenige dagen tegen alle recht en billicheijt int vsz veentje te graven eenige slagh en andere turff. Voortgezet 28-6-1675, 12-7-1675. [127]
14-6-1675
Idem contra Huijbert Dircksz. De ged. huijsvrouw versoeckt copije en dach. T Gerecht interdiceert. Voortgezet 12-7-1675. [127]
14-6-1675
Idem contra Henrick Hendricksz Brus. Hij diende van eijsch in scriptis. Voortgezet 28-6-1675, 12-7-1675. [127]
28-6-1675
Dhr. Bitter van Reede contra Jan Joosten. Dispositijf [127]
28-6-1675
Jannigje Harmans van Bemmel contra Marrigje van Velpen. N.N. Sustineertde nullatenis geprocedeert te wesen, derhalven de gehoudende proceduren sullen werden gecasseert ende de saecke gerenvoijeert aenden Ed: Hove van Utrecht. [127]
12-7-1675
Abraham van Son contra Jan Gerritsz de Ridder tot betaling van 10-9 van affgereeckende schult van wegens verteringe als andersins [127]
12-7-1675
Joost Berentsz contra Gerrit Jansz de Cruijff sone, erffgen: ende boedelharder van Jan Aelbertsz de Cruijff tot kennen of ontkennen van zijn vaders hant onder huurceel van 28-2-1669. Voortgezet 20-9-1675, 21-9-1675. [127]
12-7-1675
Dhr. en mr. Gerard Bercheijck contra Lambert Gijsbertsz. Hij uijt krachte van req. aen desen Ed. Gerechte gepresenteert 28-6-1675 concludeert tot decretement ende obedientie vanden arreste en interdictie poenael stadthoudende tot dat cautie voor de verschenen pachten en ongelden sal werden gestelt en voorts tot betaling van 160 gl van twee jaren pacht. Op 26-7-1675 compareren Lambert Gijsberts x Lijsien Thomas, won. Ginkel, en verklaren dat zij hiervoor geen borg kunnen krijgen. Zij geven hun goederen over. [127]
192
20-9-1675
Thomas Bercheijck contra dhr. Bitter van Reede commandeur. Alsoo den gerequireerde op 16-11-1674 is gecondemneerd tot 103 gl blijft schuldig. Voortgezet 6-12-1675. [127]
20-9-1675
Matthijs Feijten contra Jean le fort Belgarde tot betaling van 270 gl van geleend geld, verteringe, tol en anders. Voortgezet 18-10-1675. [127]
20-9-1675
Idem contra idem als getrouwd Anna de Beijer gewesene huijsvrouw vanden overleden drost Peter van Cleeff tot betaling van 20 gl wegens verkofte toebaxspijlen en touwen, opde solder vande brouwerij vande Roos bijden overleden drost Cleeff voort verloop der Franse invasie inden jare 1672 vanden eijser gekoft ende noch 12 gl wegens France contributie vande ged. huijs [127]
20-9-1675
Idem contra Wijn Joosten tot betaling van 14 gel wegens verteringe bij Willem van Dam inde Somer 1675 gedaen [127]
20-9-1675
Abram van Son chirurgijn contra Arien Jansz de goede. Hij seijde den ged. genesen te hebben van een hooftwonde, de welcke sich streckte tot op’t craneum toe, daer aen verdient tien ducatons. Hij eist betaling. Voortgezet 21-9-1675, 18-10-1675.[127]
20-9-1675
Idem contra Jan Gerritsz de Ridder. Non comparitie. Voortgezet 21-91675 tot condemnatie van de ge-eijste 10-9. [127]
20-9-1675
Johan Quint Maijor contra Jorden Soenen tot kennen of ontkennen zijn hand onder schuldbekentenis van 62 gl in des eijsers schuldboek. Voortgezet 21-9-1675. [127]
20-9-1675
Peter Maessen contra Abraham van Son tot betaling van 5-18 wegens coornmaijen in desen jare. Voortgezet 21-9-1675 [127]
20-9-1675
Jean le fort Belgarde x Anna de Beijer tevoren wed drost van Cleeff contra Peter Jansz smit x wed Claes Willemsz smit tot namptissement van 20 gl voort weijen een koeije in 1670. Voortgezet 18-10-1675. [127]
20-9-1675
Idem contra Jan Petersz Bruer tot namptissement van 30 gl van verkoft gras in 1670 [127]
20-9-1675
Gerrit Jansz de Cruijff contra Maria de Moolre tot renuncieren van productie. [127]
20-9-1675
Jan Cornelisz de Cruijff contra Gerrit Gijsbertsz tot betaling van 44 gl [127]
20-9-1675
Johan van Kesteren contra Gijsbert Aelbertsz tot betaling van 18-15 van gelevert laken en anders [127] 193
20-9-1675
Idem contra Willem Cornelisz tot betaling van 12-19 wegens geleverde blauwe cronesaeij sersie en rest van een borst rock bij des ged. overlede huijsvrouw Aelbertjen van Oort gekoft in 1669 [127]
20-9-1675
Dhr. Jacob van Wassenaer heer van Obdam contra Hendrick Hendricksz Brus. Hij seijde dat de procuratie bij sijn gem: geexhibeert goet ende suffisant genoden is tot het arrest in questie … [127]
21-9-1675
Aelbert Gijsbertsz contra Jan Tonisz van Oort tot betaling van 13-10 als rest van een koeij bijden ged. vandes eijsers vader gekoft. [127]
21-9-1675
Maagje Willems lest wed. Gielis Matthijsz contra Peter Matthijsz tot betaling van 33-11 wegens rente van 700 gl daer de eijser in gelijftocht is [127]
21-9-1675
Huijbert Tonisz van Miltenburch contra Joost Berentsz tot betaling van 30 gl boven de assignatien vande coop vant lant en nog 30 gl ter saecke van de coop vant huijs en nog 11 gl wegens Eegien makende 71 gl. [127]
18-10-1675 Evert de Wael contra Jantjen Harmans van Bemmel wed Reijer Jansz tot betaling van 39-14 wegens gehaelden brandewijn ende andere wateren met de ged. op 20-5-1675 affgereeckent. Voortgezet 22-111675, 7-2-1676, 21-2-1676. [127] 18-10-1675 Frederick vanden Honart lt lantdroft contra Mathijs de Beijer. Hij versochte dat den ged. geordonneert sal worden den requirant over te leveren alsulcke papieren en schriften, rakende des requirants huijsvrouw als bij hem ged. berustende sijn. Voortgezet 1-11-1675, 2211-1675. [127] 18-10-1675 Adriaen Jansz de Goede contra Robbert Willemsz smit tot betaling van mr. loon, vande quetsuere die den ged. aen den eijser heeft met een tangh opt hooft geslagen, daer voor den eijser vande chirurgijn wort geeijscht thien ducatons, mitsgrs noch voor pijn ende smert twee Rijxd. [127] 18-10-1675 Frederick vanden Honaert lt. lantdrost contra Juffr. Belgarde eijsers. Hij alsoo de eijsers hem req. voor desen Ed: gerechte hadde laten citeren tegens desen dach ende niet en compareert ofte eijsch doet, versochte comparunt ende absolutie vander jnstantie. Voortgezet 22-11-1675. [127] 22-11-1675 Peter Jansz Eijck metselaer tot Rhenen contra Jacob Jan de Vos molenaer. Hij seijde dat den ged. op 1-11-1674 den eijser hadde 194
aenbestaet het molenhuijsch opte mettesselen uijtgeteijkent t besteck daervan sijnde. Hij wil geld zien. [127] 6-12-1675
Aert Geurtsz schepen contra Oth Morren tot namptissement van 21-1714 van geleverde winkelwaren. [127]
6-12-1675
Jean le fort Belgarde contra Matthijs Feijten te dupliceren nopende den tweden eijsch. Hij diende en leverde in scriptis [127]
6-12-1675
Abraham van Son contra Jan Jansz metselaer den ouden neffens sijn soon Jan Jansz Volkerengh tot kennen of ontkennen hun handen onder obligsatie van 250 gl van 11-3-1675. [127]
24-1-1676
Erfgenamen van Maagje Dircks de Vael contra Hendrick Aerts te NijenEng tot nieuwe letteren van executie op een seeckere plechte van 400 gl dd 15-2-1667. [127]
24-1-1676
Willem Cornelisz smit contra Willem Cornelisz bij Berckesteijn tot betaling van 8 gl wegens gelevert smeewerck [127]
24-1-1676
Huijbert Tonisz van Miltenburgh contra Steven van Geijn. Hij dat den ged. suffisante huercedulle met den eijser sal hebben opte richten en t’onderteeckenen en voorts suffisanten cautie te stellen voor de huerpenn: daer den req. mede bewaert en te vreden sal sijn. [127]
24-1-1676
Thomas Bercheijck contra Egbert Huijbertsz, Teunis Huijbertsz en Brand Dircksz. Thomas verwijst naar notulen van 10-1-1676. [127]
24-1-1676
Joost Barentsz contra Abraham van Son tot betaling van 156 gl van coop van gras in 1675 etc. [127]
24-1-1676
Joost Barentsz contra Gerrit Jansz de Cruijff. Hij als noch tot condemnatie vanden geeijschte 4 gl ende 38 gl van crijttient 1674 [127]
25-1-1676
Johan Quint Major contra Stijnis Hendricksz tot betaling van 17-2 wegens gelevert bier aen Peter Hendricksz voor den troubel gelevert volgens beteeckende acte die bij den ged. sijn gelooft ende afgesproken [127]
25-1-1676
Cornelis Verweij contra Hendrick Aertsz tot betaling van 35 gl wegens koeijweij van twee beesten 1675. [127]
25-1-1676
Idem contra Cuijntje wed Cornelis Arrisz tot betaling van 20 gl van koeijweij 1675 [127]
25-1-1676
Huijbert Tonisz contra Joost Barentsz. Hij seijde dat Joost aen hem de 30 gl van Eegien heeft belooft te betalen als op de rolle. [127] 195
25-1-1676
Peter Jansz smit contra Huijbert Tonisz van Miltenburg tot betaling van 12-15 van gelevert smeewerck in 1675 gelevert [127]
25-1-1676
De diakenen van Amerongen contra Hendrick Aertsz te Nijenengh. Hij versochte nieuwe letteren van executie op een verjaerde plecht van 725 gl dd 11-5-1663. [127]
25-1-1676
De diakenen van Amerongen contra Fransie Drosten wed Cornelis Meertens als borg voor haar zoon Willem Jansz van Velpen. Uts. [127]
25-1-1676
Idem contra Evert Petersz te Elst. Uts. [127]
25-1-1676
Idem contra Peter Jansz smit ipv Grietje Gijsbertsz. Uts [127]
25-1-1676
Idem contra de kinderen van Huijbert Toll als erfgenamen van hun vader die zich borg had gesteld voor Anthonis Jansz tot betaling van 100 gl met de rente. ’t Gerecht gehoort Neeltgen de dochter van Huijbert Tol, condemneert cum expensis. [127]
25-1-1676
Idem contra Jan Willemsz Cauwenhoven tot betaling volgens acte dd 38-1668 van 50 gl jaerlijcks [127]
25-1-1676
Arien Jansz de Goede contra Robbert Willems smit. Den ged. ontkent den eijser met een tangh op’t hooft geslagen te hebben oft eenich quetsuer aengedaen te hebben. [127]
25-1-1676
Jean le fort Belgarde x wed Cleeff contra Adriaen Jansz de Goede tot betaling van 611 gl van coop van gras in 1671 [127]
25-1-1676
Cornelis Woutersz de Cruijff contra Gerrit Gijsbertsz tot betaling van 3315 wegens t maken van een wagen en ander werck volgens specificatie. Voortgezet 7-2-1676. [127]
25-1-1676
Matthijs Feijten contra Jean Belgarde. Voortzetting. [127]
7-2-1676
Huijbert Thonisz tot Elst contra Joost Berentsz. Tweede defaut te begeren. [127]
8-2-1676
Cornelis vander Sluijs Pander contra Joost Berentsen, gearresteerde ende gedetineerde. Joost is gisteren gearresteerd tot betaling van 170 gekochte schapen [127]
9-2-1676
Cornelis Verweij als speciale gemachtigde van juffr. Anna van Zolingen als moeder van haar onmondige zoon Casparus van Roijen die een legataris was van zijn oom Aelbert van Zolingen contra Johan Zuermont gearresteerde tot kennen of ontkennen van zijn hand onder brief van 36-1663. [127] 196
18-2-1676
Johan Pollman van Gibrighausen, won. in den graafschap Waldecq, contra Jean le fort Belgarde x Anna Beijer om te kennen of ontkennen hun handtekeningen onder obligatoire wisselbrieven van 16/26-9-1675. Voortgezet 21-2-1676, 24-2-1676, 1-3-1676, 6-3-1676, 10-3-1676, 13-31676. [127]
18-2-1676
Johan Pollman van Gibrighausen, won. in den graafschap Waldecq, contra Jean le fort Belgarde x Anna Beijer om te kennen of ontkennen hun handtekeningen onder obligatoire wisselbrieven van 16/26-9-1675. Voortgezet 21-2-1676, 24-2-1676, 1-3-1676, 6-3-1676, 10-3-1676, 13-31676. [128]
6-3-1676
Willem Cornelisz smith, won. alhier, contra Jacob Janssen molenaer tot betaling van 12-10 van gelevert jser werck. Voortgezet 20-3-1676, 17-41676. [128]
6-3-1676
Herbert de Wijs, molenaar te Rhenen, contra Gerrit Stevensz Backer tot betaling van 27-16 ter saecke van geleverde weijt ende rogge [128]
6-3-1676
Huijbert Tonisz van Miltenburch contra Steven van Geijn om te kennen of ontkennen sijn vrouwen handt staende onder seecker huercedulle van 20-10-1674. Voortgezet 17-4-1676, 1-5-1676, 29-5-1676. [128]
6-3-1676
Gerrit Jansz de Kruijff contra Maria de Moelre wed Adriaen van Sijl. Hij furneerde leverde de stukken. Voortgezet 13-3-1676 [128]
20-3-1676
Cornelius Verweij en Johan Quint contra Arie Jansen de Goede c.s. tot betaling van 100 van landpacht of weipacht over 1675 volgens huurcedulle [128]
3-4-1676
Johan Quint major als ’t recht hebbende van zekere obligatie van 9-31663, sprekende tot laste van Hadewich Wtteweert in leven wed Aelbert Verweij contra Hugo Verweij, zoon en mede-erfgenaam van Hadewich Verweij als wonende tot Maurik, aangenomen hebbende deze obligatie bij loting tussen zijn zusters en broer, mitsgaders Frederick vanden Honert. [128]
17-4-1676
Evert de Wael contra Jantje Harmans van Bemmel. Hij versochte als noch uijttingh als opde rolle van 21-2-1676. In state tot den naesten [128]
1-5-1676
Roelof Reijersz contra Jean le fort Belgarde x wed Peter van Cleeff tot betaling van 55 gl wegens verdiende vrachten en voor de huijsvesting als het bier gedroncken wiert int huijs daer den eijser in 1672 woonde volgens specificatie inde jaren 1671, 1672, 1675 en 1676 [128] 197
29-5-1676
Aert Geurtsz van Leersum contra Abraham van Son om te kennen of ontkennen zijn hand onder huurcedulle van 1-4-1671. Voortgezet 30-51676, 10-7-1676. [128]
29-5-1676
Johan van Wijckersloot M.D. en burgemeester van Rhenen als rentmeester van het Agnietenconvent te Rhenen in cas van preferentie opde penningen geprocedeert vande verkofte huijsinge ende hoff van Roelof Dircksz rademaker x Marrigje Jans contra de andere medecrediteuren van Roelof Dircksz x Marrigje Jans of hun zoon Jan Roelofsz. [128]
29-5-1676
Seger Cornelisz contra Stoffel Claesz. Niet verder ingevuld. [128]
29-5-1676
Evert de Wael x wed. Jan Beckum contra Jan Roelofsz rademaker tot betaling van 71-14 van huijshuer ende gehaelde waren [128]
29-5-1676
Idem contra Jan Evertsz tot betaling van 28 gl van huer van een afterhuijs tot toebaxhanck [128]
29-5-1676
Idem contra kinderen van Denijs Gerritsz tot betaling van 3-3 den 29-71675 met gedaagde afgerekend en nog 16 sts voor verschot aen heij in’t brouwen . Gerrit Denijsz bekent de 3-3-0 versoekt 6 weken uijtstel. [128]
29-5-1676
Adriaen Cornelisz Smit contra Steven van Geijn tot betaling van 22-9 van gelevert smeewerk [128]
29-5-1676
Hugo Verweij contra Johan Quint major. Hij diende en leverde. [128]
30-5-1676
Aelbert Gijsbertsz x Hilligje Reijers, dochter en erfgenaam van Reijer Lambertsz x Gerrigje, tot betaling van 40 gl die boven de cooppenningen van ’t lant bij Reijer Lambertsz des eijers schoonvader aenden gedaegde verkogt, sijn toegescheijden [128]
30-5-1676
Arien Jansz de Goede uit naam van zijn kinderen contra Jan Joosten tot betaling van de tiend van 3 morgen te weten 2 morgen have en een morgen bonen in de Troubel ider mergen 6 gl [128]
31-5-1676
Jean le fort Belgarde x wed Pieter van Cleeff contra Jantjen Harmans van Bemmel wed Reijer Jansz. Bercheijck seijde dat de gedaagde en gerequireerde haer daegelijx vanteert verscheijde actien opten requirant, ende sijn vrouw te hebben versocht derhalven dat de gedaagde ende gerequireerde sal werden gecondemneert haer actie die sij tegens den eijser en sijn vrouw vermeijnt te hebben, sal hebben t’institueren binnen 14 dagen. [128]
198
31-5-1676
Margriet Hendricks dienstmaagd contra Matthijs Feijten tot betaling van 13 gl en leverantie van een nieuw hembt resterende een halff jaer verdiende huerloon paeschen 1676 voorleden verdient [128]
31-5-1676
Otto Barentsz de Cock contra Jacob Jordensz Vos tot betaling van 168 gl ter cause van coop van vier morgen gras. Voortgezet 12-6-1676, 107-1676, 23-10-1676, 29-1-1677. [128]
31-5-1676
Jean le fort Belgarde, n.u. en uit naam van de kinderen van Aelbert Verweij x Aaltje van Bemmel en Johan Bor, pander, contra Abraham van Son om te sien begeren nieuwe letteren van executie op een verjaarde willige acte van condemnatie van 12-10-1671. Voortgezet 126-1676, 10-7-1676. [128]
31-5-1676
Hendrick Harmsz contra Wijn Joosten tot betaling van drie halve vaten biers tot 6 gl die den eijser int wercken aent huijs vanden gedaegde heeft geconsumeert en op’t metselwerck waren toe bedongen [128]
31-5-1676
Door bevell van ons onderges Commissarissen te jnthineren, Jean Lefort Belgarde als getrout hebbende de wed van Peter van Cleeff jn sijn leven Drost vande Hoge Heerlijckheijt Amerongen, gedaagde, ende Roeloff Reijersen eiser omme opden 3-6-1676 des nademiddaechs ten twee uren te compareren opden Raethuijse…
12-6-1676
Johan van Kesteren contra Peter Matthijsz, gerechtsbode om te kennen of ontkennen zijn hand onder obligatie van 10-7-1669. [128]
12-6-1676
Steven van Geijn contra Huijbert Tonisz van Miltenburgh. Voortzetting. [128]
12-6-1676
Johan van Sandijck contra Jean le fort de Belgarde om te kennen of ontkennen zijn hand onder obligatie van 11-3-1676. Voortgezet 26-61676, 10-7-1676, 11-9-1676. [128]
12-6-1676
Adriaen van Dolder, chirurgijn te Rhenen, contra Aelbert Barten Quint, won. Elst tot obedientie ende decretement van alle sodanich arrest uijt saecke van coop van een hofstede schuldig aan de kinderen en erfgenamen van Jan de Cruijff x Anna van Apeldoorn [128]
12-6-1676
Idem contra erfgenamen van Jan de Cruijff x Anna van Apeldoorn. Wijck versochte brieven van jnsinuatie addresserende aenden notaris Brouwer won Veenendaal als momber over de onmondige kinderen van Jan de Cruijff x Anna van Apeldoorn, mitsgaders Joost Ariensz x dochter van Jan de Cruijff, mede won. aldaar ter sake van meesterloon aan een van de kinderen verdiend. En aangaande de zoon Hendrick de 199
Kruijff alsoo denselven inden oorlog ende alsulx absent is. Voortgezet 10-7-1676. [128] 15-6-1676
Huijgh Petersz, won. Rodesteijn, stelt zich borg voor het arrest en detentie die drost Joachim Vervoorn op 13-6 heeft gedaan op de persoon van Johannes Tilburg, won. Neerlangbroek, voor de vechtboeten waarin hij mocht worden gecondemneerd [128]
26-6-1676
Lijsbet Jurriaensz van Boxmeer contra Steven van Geijn tot betaling van 36 gl ter sake van geleent gelt in 1674 en 3 schellingen die zij hem geleend heeft 12-1675. En tot betaling van 24 gl ter sake van een jaar huurloon over 1674-1675. [128]
10-7-1676
Huijbert Tonisz van Miltenburg contra Jean le fort Belgarde te antwoorden. [128]
10-7-1676
Johan Gogel en marteris coopluijden tot Franckfort contra Jean le fort Belgarde om te kennen of ontkennen zijn hand onder obligatie van 8/18-12-1672. Voortgezet 11-9-1676, 25-9-1676, 23-10-1676. [128]
24-7-1676
Dirck Cock coopman tot Hamburg contra Jean fort de Belgarde. Hij seijde dat Jean op 26-5-1673 binnen Bremen gepasseerd had een wisselbrief van 200 ponden vlaems te betalen in Rijssel door order van de eijser ondertekent op sijn naem monsr Jean Fort à Valenciennes dat de indorsa inhiel op Michiel vanden Cruijssen doch dat de voorn: van der Cruijssen den voorsz wisselbrief gerefuseert heeft te voldoen en waeromme denselven wisselbrieff te rugge is gekomen onder protest tegens den ged: in desen van alle costen schaden en interessen. De 200 ponden vlaams bedragen met de kosten 1223-16. Voortgezet 11-91676, 25-9-1676, 23-10-1676, 6-11-1676. [128]
11-9-1676
De crediteuren principalen verkoperen vande molen cum annexis tot Amerongen contra Jacob Jansz de Vos molenaar om te kennen of ontkennen zijn hand onder koopcedulle van 16-7-1674. Voortgezet 129-1676. [128]
12-9-1676
Cornelius Verweij contra Dirck Jansz Vuijck. Hij verzocht nieuwe letteren van executie op een verjaarde condemnatie van 2-11-1674. [128]
12-9-1676
Hendrick Harmsz contra Wijn Joosten 2e fefault. Geen citatie. Voortgezet 13-9-1676. [128]
13-9-1676
Hendrick Jansz contra Roelof Reijersz tot betaling van 27-19 wegen coop en over doen van haver gewasch vanden domheer Johan van Wijck in 1675 overgenomen en gelooft [128] 200
25-9-1676
Jan Roelen won aent Pannenhuijs in Veenendaal x Teunisje Everts in cas van bodeloon contra Aelbert Berten Quint tot Elst tot betaling van 29 gl nevens 9 ellen linnen en 2 schorteldoecken en 2 paar schoenen ter zake van een jaar huur van 1671. Zij is door ziekte omtrent ’s Jacob 1672 vertrokken. Voortgezet 23-10-1676. [128]
25-9-1676
Jean le fort Belgarde contra Thijs Feijten. versoeck doen. [128]
25-9-1676
Idem contra Jantjen Harmans van Bemmel. Voortgezet 23-10-1676, 1812-1676. [128]
25-9-1676
Huijbert Tonisz van Miltenburg contra Jean le fort de Belgarde … Voortgezet 23-10-1676. [128]
25-9-1676
Johan van Sandijck contra Jean le fort de Belgarde alsnog te repliceren. Voortzetting 23-10-1676, 6-11-1676, 29-1-1677. [128]
23-10-1676 Maegje Willems wed Gillis Matthijs contra Peter Matthijs gerechtsbode tot betaling van een jaar rente tot 33-13 van seecker capitael onder den gedaagde berustende daer de eijscherse haere lijftocht aen heeft [128] 29-1-1677
Mr. Gerbrant Schagen contra Aelbert Barten Quint. Hij seijde dat den gedaegde aenden eijser in qualité als rentmr vanden convente tot Wijck is verschuldicht 2 jaren pacht over 1670 en 1671. [128]
29-1-1677
Cornelis Teunisz contra Frans van Dam om te sien begeren nieuwe letteren van executie op een verjaerde condemnatie van 29-1-1672. [128]
29-1-1677
Johan Quint vanwege Jan vander Merck contra Stoffel Claesz tot betaling van 7-10 wegens de pacht vanden Hoff bijden gedaagde inde somer 1675 vanden eijser gebruijckt [128]
29-1-1677
Jean le fort Belgarde contra Matthijs Feijten. Voortzetting. Zie ook 26-21677, 12-3-1677, 21-5-1677, 22-5-1677, 11-6-1677, 25-6-1677, 9-71677. [128]
12-2-1677
Jean le fort Belgarde contra Jantje Harmans van Bemmel wed Reijer Jansz. Voortzetting. Zie ook 26-2-1677, 12-3-1677, 26-3-1677, 21-51677. [128]
12-2-1677
Abraham van Son contra Stoffel Claesz tot betaling van 32-7-8 van weij van 13 schaer op’t Landt vanden Heere van Amerongen ipv den eijser in 1676. [128]
26-2-1677
Willem van Bronckhorst won Grebbeberg als grootvader en bloedmomber van de onmondige nagelaten kinderen van Anthoni van 201
Bronckhorst zijn zoon, contra Jan Jansz Vulckerengh om te kennen of ontkennen zijn hand onder contract van wederaanneming van de huijsinge bij hem Vulckeringh voormaels Anthoni Bronckhorst verkoft dd 11-8-1674. [128] 26-2-1677
Jacobus van Holten, won. Veenendaal, contra Berent Jansz aenden Dwarsweg om te kennen of ontkennen zijn hand staande onder obligatie van 25-5-1674. [128]
12-3-1677
Johan van Sandick contra Jean le fort Belgarde te salveren op de diminutie. Voortgezet 30-4-1677. [128]
12-3-1677
Joachim Vervoorn drost contra Henrick Anthonisz van Noort tot betaling van 15-15 van een veracoordeerde vechtboete jegens Gijsbert Huijbertsz dd 24-6-1676 voor de maijor Quint en Jan Joosten schepenen geaccordeert ten huijse van Matthijs Feijten. Voortgezet 263-1677. [128]
26-3-1677
Abraham van Son contra Stoffel Claessen tot betaling van 8-10 ter saecke van seecker accoort vande koop van een koe die bijden eijser wederom aen hem is genomen [128]
30-4-1677
Joachim Vervoorn drost contra Abraham van Son. Hij seijde dat den gedaagde op den extra-ordinaris Biddagh van den 28-3-1677 openbaerlijck heeft getapt en gelaegsluijden geset, waer door vervallen is, volgens haer Ed: Mog: aenschrijven in een boete van drie gulden. Hij heeft die ochtend getapt met ene Jan de Bie, die aldaer geseten heeft om sijn impositien dien dagh te ontfangen. Maar op zondag 1-4-1677 heeft hij ook zijn paarden in touw geslagen en met sijn wagen sijn dienst gedaen. Abraham bekent die dag met zijn wagen naar Langbroek geweest te zijn om drie lege oxhoofden te halen en dat hij vande Lieutenant Volck daer over was in boeten geslagen [128]
21-5-1677
Jacob Jansz de Vos contra Matthijs Feijten. Hij seijde dat den Jmpnt off desselfs huijsvrouw in verscheijde reijsen aenden ged: off desselfs vrouw hadden ter handt gestelt twaelff servetten, vijf tafellakens twee gevlamde sitkussens twee schone bedden een peuleuwe een wit dekentjen ses nieuwe sitkussens ende een kopere ketel met een kopere deksel welcke goederen bijden gedaegde off desselfs vrouw sijn ontfangen ende deselve alsnoch heben. Jacob heeft deze goederen veroppignoreerd voor 44-19. Hij wil geld zien. Voortgezet 11-6-1677, 17-9-1677, 18-9-1677. [128]
21-5-1677
Evert de Wael voor hemzelf en als getrouwd hebbende wed van Jan van Beckom contra Janneken Harmans van Bemmel wed Reijer Jansz 202
in de Swaen tot betaling van 12 gl volgens beteeckende afreeckeninge in des eijsers beock in dato 26-1-1662 en 8-2-1664. Js noch schuldich 7 gl die des eijsers voorsaet heeft verschoten aen Cornelis Woutersz Ramaker die de gedaagde volgens haer hantschrift in 1671 heeft beloofd te betalen. En nog meer posten. Voortgezet 22-5-1677, 11-61677, 18-9-1677. [128] 21-5-1677
Idem contra Matthijs Feijten tot betaling van 47-3-6 wegens gehaelde waren sedert 1667 tot heden. Voortgezet 22-5-1677, 18-9-1677. [128]
21-5-1677
Johan van Sandijck als procureur voor de drost Vervoorn contra Huijch Petersz als borg voor Johannes Tilburgh te dienen van declaratie van kosten. Voortgezet 11-6-1677. [128]
21-5-1677
Adriaen Jansz de Goede contra Peter Matthijsz om te kennen of ontkennen zijn hand staande onder coopcedulle van 16-2-1663. Voortgezet 18-9-1677. [128]
21-5-1677
Johan Quint Major contra Tijman van Wijckersloot om te kennen of ontkennen zijn hand onder obligatoir handschrift van 8-1-1676. [128]
21-5-1677
Johan Quint Hendricksz contra Matthijs Feijten tot betaling van 15 gl van lantpacht 1666 [128]
21-5-1677
Peter Jansz smit x Baetje Jans die wed was van Claes Willemsz smit contra Thijman van Wijckersloot. Hij versochte nieuwe letteren van executie op een verjaerde acte van condemnatie van 4-10-1670 inhoudende 22 gl. [128]
21-5-1677
Engel Teunisz gewesene schaepherd contra Jean le Fort Belgarde tot betaling van 106 gl als rest van huerloon als schaepherd tot den lesten april lestleden [128]
21-5-1677
Henrick Jansz van Ingen smit aende Bilt, Adriaen Reijersz en Gijsbertje Jans Fijgien won. tot Hemert en Huijbertje x Berent Jansz tot Ingen tsamen in qualiteijt als erffgenamen van Henrickjen Henricks die wed was van Henrick Willemsz decker ende oversulx gerechticht tot den gerechtelijcke schultbekentenis tot laste van Wijn Joosten Vis voor desen gerechte gepasseert 1-1-1672 contra Wijn Joosten Vis tot executie op een verjaerde gerechtelicke acte condemnatoir inhoudende 400 gl met den interesse [128]
17-9-1677
Francois van Dort, heer van Varick, contra Frans van Dam om te kennen of ontkennen zijn hand staande onder seeckere huercedulle van 1675. [128] 203
17-9-1677
Idem contra Jan Tonisz van Oort om te kennen of ontkennen zijn hand onder coopcedulle van 18-7-1675. [128]
1-10-1677
Arien Jansz de Goede contra Meeuws Corssen tot betaling van 8 gl van weij in den Dootslagh bij den gedaegde voorleden Jaer gelooft. Voortgezet 15-10-1677. [128]
29-10-1677 Frans van Dam contra Gerrit Gijsbertsz. Hij seijde aenden gedaegde in 1666 overgedaen te hebben den thiendt genaemt den Meerwisch ter somme van 135-13-0. Voortgezet 12-11-1677, 26-11-1677. [128] 29-10-1677 Peter Matthijsz gerechtsbode contra Jan Joosten. Hij seijde dat den gedaegde ontrent twee jaren geleden van ham eijser hadde affgesproocken een parthije elsen hout achter Berckesteijn [128] 29-10-1677 D. Hugo Verweij contra Johan Quint Maijor. Hij dat den gerequireerde sal hebben te antwoorden op des requirants antwoort bij exceptie 29-51676. Voortgezet 12-11-1677. [128] 29-10-1677 Aelberta Verweij en Cornelia Verweij gesusteren contra Hugo Verweij. Doorgestreept. Voortgezet 22-4-1678. [128] 30-10-1677 Frans Aelbertsz, Rijck Dircksz, Caspar Jansz, Jan Verkerck, Tijs Jansz en Gerrit Tomasz metselaers in cas van huer of arbeijtsloon contra mr. Cornelis van Rietvelt tot decretement vanden arreste en seijden voorts van desen Jare 1677 aenden huijse en slote van Amerongen als metselaers voor den gedaegde en ten dele elders gewerckt te hebben. Ondanks verscheidene aanmaningen betaalt hij niet. Frans Aelbertsz en Gerrit Tomasz komen uit Amsterdam. Tijs Jansz uit Warmond en Jan Verkerck van Geertruijdenbergh. [128] 26-11-1677 Thomas Bercheijck in cas van salaris contra Gijsbert Huijbertsz, Teunis Huijbertsz en Brant Dircksz als pachters en bruikers van de landerijen van commandeur Bitter van Reede. [128] 21-1-1678
Godert vanden Doorslag als kerkmeester contra Arien Jansz de Goede tot betaling van 8 jaren landpacht van 3 partijen england van de kerk over 1668 en 1669. [128]
21-1-1678
Peter Petersz wever contra Jan Tonisz. Hij alsoo den gedaegde is weduwe en boedelharder van Magdalena Peters dochter van de requirant bij den welcken den gedaegde een soontje onmundich heeft gecreert. Hij moet boedelinventaris leveren. [128]
22-1-1678
Johan Quint Henricksz contra Louw Jacobs tot betaling van 24 gl wegens acoort van’t Logijsgelt als tapper in 1658 verschult [128] 204
11-2-1678
Joost Jansz won Heusden contra Abraham van Son tot betaling van 33 gl wegens coop en leverantie van 70 eijnten volgens ’t hantschrift bij den ged: onderteeckent in dato 20-11-1677. [128]
25-2-1678
Abraham van Son contra Peter Matthijsz tot betaling van 38-6 wegens gehaelde wijnen affgesproken gelagh, en geleverde drie schepel coorn verschoten medicanten als anders volgens overgeleverde specificatie [128]
25-2-1678
Jean le fort Belgarde contra Roelof Reijersz tot betaling van 79-7 volgens specificatie van gras als anders [128]
22-4-1678
Franck Gerritsz Wildeman contra Elbert Jacobsz knecht van Jan Quint Maijor en Johannes de knecht van de burgemeester van den Honart. Hij seijde dat den gedaechdens op 23-1-1678 ’s avonts inde huijsinge gekomen van Gijsbert Aelbertsz, hem eijser met een mes en met een kanne swaerlijck hebben gequetst, en aen sijn hooft heeft gekregen een perijculeuse wonde, door het smijten van de kan, en een steeck met het mes in sijn hooft en noch twee steecken in sijn lijff, concludeert dat de gedaechdens gecondemneert werde in het meijserloon, soo aen mr. Abraham van Son ter somme van drie ducatons, en aen mr. Willem tot Scherpenzeel vier ducatons makende 22-1-0 Ende voor pijn smart ende versuijm vijftigh gulden. Voortgezet 23-4-1678, 6-5-1678, 10-6-1678, 10-9-1678. [128]
22-4-1678
Cornelia Verweij contra Frans van Dam om te kennen of ontkennen zijn hand onder huurcedulle van 28-3-1675. [128]
22-4-1678
Thomas Bercheijck in cas van salaris contra Ot Barentsz de Kock. [128]
22-4-1678
Ot Barentsz Cock contra Abraham van Son. Hij alsoo den eijser den gedaegde tegens heden heeft doen citeren voor desen gerechte en niet en compareert ofte eijsch doet, versochte absolutie. Voortgezet 23-41678, 26-8-1678. [128]
23-4-1678
Lijsbet Quint wed Geurt Henricksz van Bijler contra Gerrit Stevensz de Leeuw tot betaling van 19-8 bij afrekening met het jaar 1674 op 11-31675 aenden eijser schuldich gebleven [128]
23-4-1678
Arien Jansz de Goede contra Peter Matthijsz tot condemnatie op d’arbitrale uijtspraecke van 9-3-1678 [128]
24-6-1678
Abraham van Son contra Peter Matthijsz. Voortzetting. Zie ook 8-71678. [128]
205
24-6-1678
Thomas Bergheijck procureur in cas van salaris contra Jean le fort Belgarde. Voortgezet 8-7-1678, 9-9-1678. [128]
9-9-1678
Jacob Jordensz Vos contra Aelbert Barten Quint tot Elst als borg voor Fijgje van Brienen wed Tonis Quint om te kennen of ontkennen zijn hand onder coopcedulle van 28-1-1672. Voortzetting 23-9-1678, 7-101678, 21-10-1678, 4-11-1678, 2-12-1678, 20-1-1679. [128]
9-9-1678
Cornelis van Rietvelt gewesene pachter van’t gemael over de backers van Amerongen contra Crijn van Tuijl backer alhier. [128]
9-9-1678
Johan Gogel en Martens coopluijden tot Franckfort contra Jean le fort Belgarde. Voortzetting. Zie ook 23-9-1678, 7-10-1678. [128]
10-9-1678
Abraham van Son contra Maeijgien wed Willem Willemsz van Buren. Hij seijde dat des gedaegdens man int begin vanden jare 1672 vanden impnt hadde gekoft een bruijn twee jarigh hengst paert voor 31-10. Hij heeft slechts 5 zilveren dukaten betaald. Voortgezet 7-10-1678, 21-101678. [128]
10-9-1678
Roelof Reijersz contra Jorden Jacobsz Vos. Hij seijde dat den ged: hem eijser met een mes in sijn hooft heeft gesneden en gequetst, concludeert tot betalinge vant meijsterloon soo den chijrurgijn opgeeft 18-18-0, voor versuijn 6-6-0 noch een ander parsoon tot sijn dienst seven dagen gebruijckt daegs 14 st vs 4-18-0 jtem voor’t daghgelt aen drie personen die attestatie hebben gegeven, 1-16-0 en daer bij verteert 2-4-0 jtem voor versuijm pijn en smart 25 gl. Voortgezet. [128]
10-9-1678
Evert de Wael contra Peter Petersz Wever, Jan Vos, Dirckje wed Sander Buijs en Jannigje Jans omme der waerheijt getuijgenis te geven. [128]
23-9-1678
Henrick Jansz Wijnen herbergier contra Cornelis van Rietvelt mr metselaer tot betaling van 9-2 wegens verteringe, aen bier, wijn, brandewijn, eeten, vuir en licht ten huijse van den eijser door den gedaegde gedaen in den voorleden jare 1677. [128]
7-10-1678
Johan Quin Maijor contra Abraham van Son om te kennen of ontkennen zijn hand onder seeckere affreeckeninge in des eijsers boeck van 3-61678. Voortgezet 21-10-1678. [128]
4-11-1678
Jacob Jordensz Vos contra Willem Willemsz metselaer tot betaling van 22-15-8 wegens geleverde, kaes, boter, sout, seep, stroop, en rogh ende ander winckelwaren bij des gedaegdes vrouw ten huijse van den eijser gehaelt [128] 206
18-11-1678 Jan Dircksz smitsknecht contra Willem Cornelisz smit. Hij seijde dat den ged: hem eijser heeft gehuert als knecht inde smits voor een Jaer ingegaen Paesschen voorleden en daer voor belooft 32 gl en noch en halve rijxdaelder tot een mierpenn: boven kost en dranck. Hij heeft steeds gediend maar wordt nu gedwongen te vertrekken. Hij wil uitbetaling. [128] 18-11-1678 Fijgje Jans dienstmaagd geassisteerd met Wouter Jansz Orber als diaken contra Arien Jansz de Goede. Hij seijde dat den gedaegde de eijser heeft gehuert voor een jaer ingegaen Paesschen voorleden en tot loon belooft 10 gl aen gelt met een hembt een paer schoen ende een sacke schorteldoeck en alsoo tot victoris heeft gedient en swaer werck gedaen versoeckt dat den ged: werde gecondemneert in het tweederde part van de beloofde huer. Non comparitie. 2-12-1678 idem. [128] 18-11-1678 Catrijn de huisvrouw van Willem Willemsz metselaer is gerechtelijk geciteerd over eenige scheltwoorden aen Jacob Jordensz Vosch gedaen. Zij houdt hem voor een eerlijk man. [128] 2-12-1678
Jan Gerritsz Cabel contra Jan Jansz Vulckerengh metselaer tot betaling van 70-18 wegens arbeijtsloon als upperman bij den gedaegde aen’t huijs tamerongen verdient. [128]
2-1-1679
De heer Godert Adriaen Baron van Rede contra Dirck Cornelisz als gewezen buurmeester van Eck en Wiel. Hij seijde, dat de Buermeesters inder tijt, inde maent van April des Jaers 1673 uijt eijgener Authoriteijt hadde in possessie genomen, des Heeren Eijsschers weij-weerdens genaemt de Bollen, in het Sand, groot ongeveerlik 50 mergen. Hij vocht toen voor het vaderland en zijn vrouw was voor de Fransen gevlucht in Holland. [128]
17-1-1679
Peter Cornelisz in cas van bodeloon contra Joost Berentsz tot obedientie en decretement vant arrest en tot betaling van huerloon in 1677-1678 tot 40 gl en weder van die tijt tot victoris 1678 44 gl. Voortgezet 3-2-1679, 17-2-1679, 3-3-1679. [128]
20-1-1679
Evert en Jan de Wael beiden n.u. gewezene wed, de ene van Jan van Beckum en de andere van Borgert van Beckum als erfgenamen van Neeltje Quint die wed was van Gerrit Borgersz van Beckum contra Jantjen Harmans van Bemmel wed Reijer Jansz in de Swaen. Zij moet nog winkelwaren betalen. Voortgezet 3-2-1679, 17-2-1679, 3-3-1679, 17-3-1679, 19-5-1679, 2-6-1679, 16-6-1679, 30-6-1679, 9-9-1679, 22-91679. [128]
207
20-1-1679
Abraham van Son contra Jean le fort Belgarde om te kennen of ontkennen zijn hand onder coopconditie van 4-4-1676. Voortgezet 21-11679, 22-1-1679. [128]
20-1-1679
Jan Jansz anders genaemt Jan Thomasz als’t recht hebbende van sijn vader Jan Jansz Meijssen tot de helft seeckere 300 gl cooppenningen wegens seecker hoff swetjen aen dijck contra Brant Dircksz om te kennen of ontkennen zijn hand onder coopconditie van 16-9-1676. [128]
21-1-1679
Annigje Hendricks in cas van bodeloon contra Abraham van Son tot betaling van 10 gl als rest van huerloon. Voortgezet 22-1-1679 [128]
3-2-1679
Peter Cornelisz contra Roelof Reijersz om te kennen of ontkennen zijn hand onder huurcedulle van 5-1-1675. [128]
17-2-1679
Abraham van Son contra Jan Jansz metselaar den ouden neffens sijn soon Jan Jansz Volckerengh omme nieuwe letteren van executie te begeren [128]
17-2-1679
Nicolaes van Velpen contra Henrick Harmans metselaer tot betaling van 52 gl ter saecke van coop van gras en van een hockelingh 27 gl. Voortgezet 3-3-1679 [128]
17-2-1679
Gerrit van Reumelaer contra Anneken Henricksz jegenwoordigh dienstmaecht van Matthijs Feijten. Hij seijde dat de gedaegde ten tijde voor dienstmeijt bij Abraham van Son woonde, ten huijse vanden eijser heeft versocht te leenen en ook geleent heeft twee silvere lepels, waer van den eenen wel is bewaert, ende den anderen ort geseijt vermist te sijn. Voortgezet 3-3-1679. [128]
17-2-1679
mr. Anthonij Keppel advocaet contra Arien Jansz de Goede tot betaling van des eijsers verschot ende verdient salaris [128]
15-4-1679
Jan Joosten contra Frans van Dam. Den eijser diende en leverde een beteeckent contract dd 28-3-1678 van ahlf bouwen, versoeckende dat den gedaegde werde geordonneert het saet coorn te leveren [128]
19-5-1679
Joachim Jacob Vervoorn drossart in cas van jnjurie contra Jan Gerritsz de Ridder en Trijntje Vos. Hij diende en leverde eijsch in scriptis met leveringe van copije vande selve. Voortgezet 2-6-1679, 16-6-1679, 306-1679, 8-9-1679, 22-9-1679, 6-10-1679, 20-10-1679, 3-11-1679. [128]
19-5-1679
Idem contra Gerrit Teunisz Brantsz, won. Ginkel tot betaling vande boeten van 4 gl ter sake dat den ged: sijne hont ongebungelt off geknuppelt volgens placcaet heeft laten lopen ende bij den eijser alsoo bevonden [128] 208
8-9-1679
Abraham van Son contra Adriaen Cornelisz smit tot betaling van 24 gl wegens geaccordeert meesterloon, bij den ged: aenden eijser belooft, over t genesen van des ged: gebroken been. Voortgezet 9-9-1679, 229-1679, 6-10-1679. [128]
8-9-1679
Godert vanden Doorslagh als cameraer kerkmeester contra Matthijs Ariesz tot betaling van 24 gl wegens 2 jaren landpacht. Voortgezet 9-91679. [128]
8-9-1679
Adriaen Jansz de Goede contra Sijbrant Hendricksz en Hendrick Sijbranden zijn zoon tot betaling van 21 gl wegens een slaghtbeest [128]
9-9-1679
Otto Berentsz Cock contra Gerrit Jansz Molenaer tot betaling van 16-13 en voort rantsoen 1-13 als rest van coop van gras in 1678 [128]
22-9-1679
Johan Quint Major als erfgenaam van zijn vader contra Abraham van Son tot betaling van 60 gl wegens 2 jaren landpacht van’t lant besijden den Haer. Voortgezet 17-11-1679, 1-12-1679, 15-12-1679. [128]
22-9-1679
Thomas Bercheijck in cas van injurie contra Rutger Willemsz. Niet nader ingevuld. [128]
6-10-1679
Abraham van Son contra Johan Quint Major eijser. Hij seijde dat des eijsers vader aen hem ged: heeft verhuert vier hondt lant met die conditie indien het minder gelandt was, dat naer advenant minder soude aende pacht penningen betalen, dat hij ged: de pacht op ernstigh versoeck van des eijsers vader ten volle heeft betaelt uijt gesondert het leste jaer. Zie ook 20-10-1679, 3-11-1679 [128]
13-10-1679 Abraham van Son contra Jean le fort Belgarde te dienen van antwoort opden requeste. Zie ook 17-10-1679, 20-10-1679. [128] 3-11-1679
Sr. Arnold Vermeer brouwer en vetweijer contra Jantjen Harmans van Bemmel tot betaling van 78 gl van coop van een vet beest [128]
17-11-1679 Thomas Bercheijck in cas van salaris contra Jan de Ridder tot betaling van 32-19-0 van verdient salaris in des gedaegdes sake gedaen tegens den drost Vervoorn [128] 17-11-1679 Idem contra Rutger Willemsz succumbant te sien dienen van kosten. Voortgezet 1-12-1679. [128] 26-1-1680
Aert Geurtsz van Leersum contra Frans van Dam als verkogt hebbende verscheijde meubelen van Jan Petersz schutter ende alsulx des selfs nagelaten boedel aengevangen ende bemoeijt hebbende. Hij seijde dat Jan Petersz schutter (die in den Franssen oorlogh is overleden) aen 209
hem eijser ter sake van gehaelde winckelwaren en gemaeckte glaesen schuldig was de som: van 34-16-0 [128] 26-1-1680
Evert de Wael contra Jan Gerritsz de Ridder tot betaling van 12-2-12 wegens gehaelde winckelwaren. Voortgezet 9-2-1680, 23-2-1680. [128]
26-1-1680
Cornelis Petersz Matthijs genaempt van Zuijlesteijn als curator van zijn vaders boedel contra Jantjen Harmans van Bemmel wed Reijer Jansz inde Swaen tot betaling van 88-8-4 wegens twee vette beesten. Voortgezet 27-1-1680, 28-1-1680. [128]
26-1-1680
Idem contra Jan Thonisz van Oort en Hendrick Thonisz van Oort wegens hare vader en moeder om te kennen of ontkennen de handen van des gedaegdens vader en moeder Anthonis Cornelisz Visser x Cornelia de Kemp onder obligatie van 7-5-1666. Voortgezet 27-1-1680. [128]
26-1-1680
Abraham van Son contra Johan Quint major te dienen van solutie. Voortzetting. Idem 5-7-1680 [128]
27-1-1680
Cornelis Petersz Matthijs genaempt van Zuijlensteijn … contra Jean fort de Belgarde x Anna Beijer die wed was van Peter van Cleeff tot betaling van 424-1-6 wegens salaris tractement als anders ten dele inde dorpslasten bijt Gerecht uijtgeset [128]
27-1-1680
Lambert Gijsbertsz seijde uijt de naem van den advt Bergheijk geciteert te sijn tegens heden versocht comparunt [128]
23-2-1680
Rutger Willemsz schipper tot Wageningen in cas van injurie contra Thomas Bercheijck, procureur te Rhenen. Voortgezet 8-3-1680, 22-31680. [128]
8-3-1680
Theunis Huijbertsz aenden Dijck contra Brant Dircksz tot betaling van 48 gl wegens dardhalf schaerweijens int jaer 1678 [128]
8-3-1680
Gijsbert Huijbertsz contra Brant Dircksz tot betaling van 13-10 als rest van weijgelt over 1679. [128]
8-3-1680
Gijsbert Dircksz van Nellesteijn, won. Overlangbroek, contra Gijsbert Huijberts en Teunis Huijbertsz tot betaling van 8-16 als rest van lantpacht over 1677 [128]
8-3-1680
Thomas Berckeijck contra Lambertus Pickaerts succumbant alhier te sien dienen van kosten. Voortgezet 22-3-1680. [128]
22-3-1680
Aert Geurtsz van Leersum contra Thomas Feijten van Dulcken. Den eijser seijde dat den ged: voorleden jaer hadde belooft 3 a 4 voeder 210
messie neffens de sijne te coopen ende die te leggen inden Hoff vanden eijser bij den ged: van den eijser in hure gebruijckt. Voortgezet 27-9-1680. [128] 22-3-1680
Jan Quint Major contra Abraham van Son. Dispositijf te begeren. Voortgezet 5-4-1680, 19-4-1680, 21-6-1680. [128]
19-4-1680
Willem Cornelisz smit contra Huijgh Petersz tot betaling van 48-13 wegens verdient smeeloon. Voortgezet 3-5-1680. [128]
19-4-1680
Jan Jansz Meijssen contra Frans Jansz van Dam tot betaling van 33 gl wegens coop en leverantie van en wagen met een ploegh paers. Voortgezet 20-4-1680, 3-5-1680, 7-5-1680. [128]
19-4-1680
Joachim Jacob Vervoorn contra Jan Gerritsz de Ridder x Trijntje Vos in cas van injurien. Voortgezet 3-5-1680, 5-7-1680, 27-9-1680. [128]
21-4-1680
Adriaen Jansz de Goede neffens Joachim Jacob Vervoorn n.o. contra Jean fort Bellegarde. Hij alsoo des ged: schapen bestaende in ontrent een koppel van 10 hoofden op vrijdagh voorl[eden] geweest sijnde den 17-4-1680 hadde gegaen op des eijsers landt bij hem vanden heer van Amerongen in huere gebruijckt ende daer op achter haelt sijnde waren deselve schapen door des gedaegde herder den schutter ontdreven. Voortgezet 3-5-1680, 7-5-1680. [128]
7-5-1680
Cornelia Verweij contra Frans van Dam om te kennen of ontkennen zijn hand onder huurcedulle van 28-3-1675. [128]
7-6-1680
Abraham van Son chirurgijn contra Wijn Joosten Vis tot betaling van 221 wegens geaccordeert meesterloon van des ged: wijffs been [128]
5-7-1680
Joachim Jacob Vervoorn contra Abram van Son schepen alhier n.u. Hij seijde dat des gedaegdens huijsvrouw gelust hadde niet alleen achter sijns eijsers rugge maer oock in presentie van getuijgen tot meermalen te repeteren ende seggen dat den eijser wegens de heer van Schoonderbeek aenden ged: aengenomen hadde te betalen 260 gl ende dat daer op noch schuldigh soude wesen de somme van 60 gl ende niet meer dan 200 gl soude hebben betaelt. Voortgezet 27-91680, 11-10-1680, 25-10-1680, 22-11-1680, 6-12-1680, 14-3-1681. [128]
27-9-1680
Aert Geurtsz van Leersum contra Samuel Levij Jode tot betaling van 32 gl wegens huijshuijr [128]
27-9-1680
Dhr. Joost van Golsteijn tot Hoeckenburgh gesubstitueert amptman in Nederbetuwe etc voor hem selven ende mede als oom ende momber 211
over de onmundige kinderen van den mede Hed: Geb: Heere Johan de Ruijter contra Jannigje Harmans van Bemmel en haar zoon Harman Roelofsz tot betaling van 62-9 ter sake ende per reste van hooij. Voortgezet 8-11-1680, 22-11-1680, 14-3-1681, 25-4-1681. [128] 27-9-1680
Jan Joosten contra Frans van Dam tot kennen of ontkennen zijn hand tot betaling van 12 gl als rest van eeren en sadijen volgens obligatoir contract dd 8-3-1680. Voortgezet 28-9-1680, 25-10-1680. [128]
11-10-1680 Jan de Wael out borgemeester der stadt Wijck contra Samuel Levij Jode tot betaling van 66 gl ter saecke van twee vette beesten in 1678 gekocht [128] 25-10-1680 Evert de Wael contra Jantjen Harmans van Bemmel. Hij alsoo bij sententie van 11-10-1680 de gerequireerde gepermitteert is te dienen van eijsch ofte redenen van oppositie versocht in gevolge vanden voorsz sententie eijsch ofte redenen van oppositie ofte andersints comparunt ende absolutie vande instantie. Voortgezet 8-11-1680, 24-11681. [128] 25-10-1680 Johan de Ridder x Trijntje Vos contra Joachim Jacob Vervoorn. Voortzetting. Zie ook 8-11-1680, 22-11-1680, 6-12-1680, 24-1-1681. [128] 24-1-1681
Marrigje van Velpen wed Huijbert van Velpen contra Jean fort de Belgarde tot betaling van 119 gl als rest van pacht vant vierdepart vande klinckhamerweert over 1679. Voortgezet 25-1-1681. [128]
24-1-1681
Joachim Jacob Vervoorn contra Abraham van Son. Voortzetting. Zie ook 14-2-1681, 28-2-1681, 30-5-1681. [128]
24-1-1681
Arien Aertsz van Schevichoven x Maeijgje Dircks tevoren wed Willem Willemsz van Buren contra Willemijntje Cornelis van Meerwijck wed Jan Willemsz van Buren tot voldoeninge ende leveringe van sodanige goederen inden uijtcoop van 28-1-1680 gespecificeerd. [128]
14-2-1681
Evert deWael contra Jantjen Harmans van Bemmel. Voortzetting. Zie ook 14-3-1681, 27-6-1681, 12-9-1681. [128]
14-2-1681
Jean fort Belgarde contra Joachim Jacob Vervoorn. Voortzetting. Zie ook 14-3-1681, 25-4-1681, 30-5-1681. [128]
14-2-1681
Jan de Ridder x Trijntje Vos contra Joachim Jacob Vervoorn. Voortzetting. Zie ook 28-2-1681, 14-3-1681, 25-4-1681, 9-5-1681, 30-51681. [128]
212
14-2-1681
Adriaen Jansz de Goede contra Roelof Thomasz tot betaling van 28 gl wegens coop en leverantie van een slachtbeest in 1680 geleverd. [128]
28-3-1681
Joachim Jacob Vervoorn contra Abraham van Son. Voortzetting. Zie ook 25-4-1681 [128]
30-5-1681
Hendrick Thonisz van Oort contra Jan Gerritsz de Ridder tot betaling van het derde part in 130 gl bij den ged: vanden Cameraer vanden Leckendijck ontfangen die hem eijser als een mede vennit voor sijn portie competeren ter goeder reeckeningh [128]
7-6-1681
Jacob Jordensz Vos contra Jean fort de Belgarde. Hij diende en leverde in scriptis. Voortgezet 8-6-1681. [128]
27-6-1681
Vervoorn contra Johan de Ridder. Voortzetting. [128]
24-8-1681
Hartogh vander Wilde Jode contra Joachim Jacob Vervoorn drost. Hij seijde dat den drossart ged: als gisteren van hem eijser hadde affgenomen ter occasie des ged: vrouw van hem eijser kochte drie sestiende deel el, neteldoeck, een stuk haerlemmer blomd coleurde stoff lang 29,5 el sonder dat hij eijser tselve stoff aen ijmandt alhier binnen amerongen hadde geveijlt. [128]
12-9-1681
Claes Cornelisz x Cunera Gerrits contra Aert Geurtsz van Leersum tot betaling van 100 gl den eijser wegens cooppenn: competerende ende alle verschenen renten onder affslagh van bewijselijcke betalinge. Voortgezet 13-9-1681. [128]
12-9-1681
Adriaen Jansz de Goede wegens zijn zoon Jan Ariesz contra Claes Cornelisz tot kennen of ontkennen van zijn hand onder obligatie van 105 gl wegens coop en levernatie van een peert [128]
7-11-1681
Gijsbert Dircksz van Nellesteijn won Overlangbroek contra Gijsbert Huijbertsz en Theunis Huijbertsz tot betaling van 49 gl wegens lantpacht van’t lant competerende de heeren van Dom [128]
7-11-1681
Gerrit Hendricksz Harden, won. Renswoude contra Teunis Rijcksz. Hij versochte dat den ged: sal werden geordonneert te leveren jnventaris vande meubele goederen naergelaten bij Breunis Gerritsz overleden ten huijse vanden ged: allet tbv het onmundig kint bij deselve Breunis nagelaten welcke kint bij den eijser als vader van’t selve kint is aengenomen [128]
21-11-1681 Willem Cornelisz als vader en voogd van sijn onmundige kinderen verwekt bij Petronella Huijgensdr sijn overleden huijsvrouw als een mede-erfgenaam van Huijgh Petersz contra Gijsbertje Jans nagelaten 213
wed van Huijgh Petersz. Voortgezet 5-12-1681 (door Govert Huijgen voor zijn moeder Gijsbertje Jans), 19-12-1681. [128] 21-11-1681 Joachim Jacob Vervoorn contra Jan Willemsz Couwenhoven tot betaling van 18-18 wegens een geaccordeerde vechtboeten [128] 21-11-1681 Idem contra Jacob Thijmansz en Evert de Ridder tot betaling van 22-1 en 2-10 wegens een geaccordeerde vechtboeten bij Jacobus Jacobsz Vos geaccordeert en waer voor sij gedns haer borgen als principale ende elck een voor al hebben geconstitueert. Voortgezet 5-12-1681. [128] 5-12-1681
Mr. Dirck van Orduijnen chirurgijn contra Peter Jansz Bruren tot betaling van verdient meesterloon wegens een sinckingh aen sijn arm ter somme van ses ducatons [128]
5-12-1681
Nicolaes van Velpen contra Lambert Piccart. Den eijser seijde aenden ged: verkoft te hebben 325 ll besten taback tegen 12 gl thondert ll ende nog 17 ll uijtschot tegen halff gelt gewassen inden hoff achter ’t bontepeert [128]
9-12-1681
Jan Quint Brouwer contra Jannigje Harmans wed Reijer Jans tot betaling van 250 gl die de ged: wegens gelevert bier aenden eijser bij affreeckeninge van 9-12-1679 met onderteeckening heeft schuldich bekent [128]
16-1-1682
Vrijvrouw van Amerongen etc contra Adriaen Jansz de Goede. De vrouwe eijserse dede seggen dat inden Jare 1678 vanden Convente van Maria Magdalenen tot Wijck in Erffpacht heeft bekomen onder anderen ontrent 14 hont lant gelegen opt Encker onder Amerongen in huijre gebruijckt werdende bijden gedaegde. Hij betaalt niet. Voortgezet 17-1-1682. [128]
16-1-1682
Willem Cornelisz contra Gijsbertje Jans wed Huijgh Peters. Voortzetting. Zie ook 17-1-1682, 30-1-1682, 13-2-1682. Hij seijde in quantum pro te accepteren dat den ged: bekent dat Huijgh Petersz des ged za: man nagelaten heeft vier erffgenamen als een soon, twe dochteren ende de kinderen vanden eijser geprocreert bij Petertje Huijgen sijn overleden huijsvrouw welcke laetste oock voor een vierdepart uijt hooffde van haer moeder za: erffgen: ab intestato van de selve haren grootvader sijn, dan ontkende wel expresselijck dat de voorn: Huijgh Petersz vier kinderen soude hebben nagelaten, ende onder deselve mede des eijsers vrouw, soo die al voor haren vader overleden was, ende alsulx te recht van wegen de voorn: onmundige kinderen den versochten staet ende jnventaris is ge-eijscht. Voortgezet 214
3-5-1682, 15-5-1682, 29-5-1682, 12-6-1682, 26-6-1682, 11-9-1682, 1311-1682. [128] 16-1-1682
Aert Geurtsz van Leersum contra Cornelis Fransz x Dirckje wed Sander Buijs om te kennen of ontkennen haar mans hand onder huurcedulle van 17-3-1672. Voortgezet 17-1-1682. [128]
16-1-1682
Jan Joosten contra Frans van Dam tot betaling van 12 gl als rest van eerm? en saeije volgens obligatoire contracte dd 8-3-1680 [128]
16-1-1682
Jan Thomasz contra Brant Dircksz nieuwe letteren van executie te begeren. [128]
16-1-1682
Jan Quint brouwer contra Jannigje Harmans wed Reijer Jansz. Non comparitie. Voortgezet 17-1-1682, 30-1-1682, 13-2-1682. [128]
16-1-1682
Claes Cornelisz x Cunera Gerritsz mede erfgenaem van haer grootmoeder Maegje de Vael contra Aert Geurtsz van Leersum tot betaling van 33 gl wegens coop penningen van een acker lant int molenblock voor des eijsers portie. Voortgezet 17-1-1682. [128]
17-1-1682
Aert Geurtsz van Leersum contra Maria Verweij wed Tijman van Wijckersloot tot betaling van 12-8-12 wegens gehaelde waren voorden tijt vanden oorloch [128]
13-3-1682
Joachim Jacob Vervoorn, drost, contra Jacobus Jacobsz Vos gedaagde ende gecondemneerde. [128]
1-5-1682
Johan van Kesteren contra Stijnis Hendricksz tot betaling van 9-14-2 ter sake van gehaelde laken stoff etc. Voortgezet 2-5-1682, 3-5-1682. [128]
1-5-1682
Cornelis Verweij contra Adriaen Jansz de Goede als vader en erfgenaam van zijn overleden zoon Jan Adriaensz tot betaling van een halff schaer weijens in 1681. Voortgezet 2-5-1682. [128]
1-5-1682
Idem contra idem. De eijser seijde dat des gedaegdes soon ter presentie van den ged: heeft van den eijser aengenomen het voorste gewijnt boulant aende westsijde van de hofstede van Ot Beerntsz Cock, aenden Dijck, om ten halven te bouwen voor ses Jaren ingaende petri 1681. Hij moet deze periode afmaken. [128]
1-5-1682
Gijsbert Huijbertsz contra Roelof Reijertsz tot betaling van 34-19 ter sake van koop en leverantie van twee hockelinghen inde slacht tijt 1681 [128]
1-5-1682
Marrigje Cornelis wed Huijbert van Velpen contra Jean le fort Belgarde tot betaling van 16-7 als rest van weij gelt d’anno 1681. En tot betaling 215
ter sake vant vierde part van dertien voeder willige en rijsweerde rijsen bijden ged: vande klinckhamer weer gehaelt. Voortgezet 2-5-1682. [128] 1-5-1682
Roelof Reijersz contra Dirck Sondach tot betaling van 18 gl wegens een jaer huijs huijr. Voortgezet 2-5-1682, 3-5-1682. [128]
1-5-1682
Maria Verweij wed Thijman van Wijckersloot contra Arien Aerts x Maijgien Dircks die wed was van Willem van Buijren opden Duijnen tot betaling van 10 gl ter sake van weij-gelt van een hockelingh opde Baxweert geweijt. Voortgezet 2-5-1682. [128]
2-5-1682
Brant Hendricksz contra Jean fort Belgarde. Hij seijde dat des ged: vrouw heeft met sijns eijsers vrouw, geaccordeert om een Jaer broot te backen, en daer voor belooft drie ducatons tot 9-9-0. Hij laat nu zijn brood al enige tijd bij een ander bakken en wil geld terug zien. Voortgezet 3-5-1682.[128]
3-5-1682
Abram van Son contra Roelof Reijersz. Hij seijde dat den gedaechde hadde engenomen aenden eijser te betalen wegens den schout van Scherpenseel de somma van 15 gl waer jegens verdient voor een vracht turff 1-10 twee voeder leem vande steenoven aenden dijck gebracht 0-8 een voeder haver gehaelt van Eck 1 gl en vijf voeder stompen gereden 3 gl . [128]
29-5-1682
Jantje Harmans van Bemmel contra Evert de Wael te dienen van kosten. Voortgezet 26-6-1682, 11-9-1682, 2-10-1682. [128]
26-6-1682
De vrijvrouw van Amerongen contra Gerrit Jansz gewesene molenaar tot nieuwe letteren van executie opeen verjaerde acte van condemnatie van 5-4-1680. [128]
31-7-1682
Dhr. Hendrick Vlaskamp als vader en voogd over zijn onmundige kinderen in echte verwekt bij Aletta van Reede, de heer Willem van Raesfelt als vader en voogd van zijn onmundige kind bij Jerefaes Christina van Reede, mitsgaders Hendrick Arent van Loo als vader en voogd van zijn onmundige dochterken in echte verweckt bij vrouw Geertruijt Josina van Reede, die te samen dochteren en mede erfgenamen waren (neffens haer Ed: broeders) van de heer Bitter van Reede x Johanna van Vollenhove en mede de rato caverende voor dhr Harman van Leeuwen insgelijcks als vader en voocht van sijne onmundige kinderen bij Johanna Mechtelt van Reede die ook een dochter en mede-erfgenaam was van de voorn: vader en moeder, contra dhr Frederick Ernst van Reede tot decretement vanden arreste
216
ter tijt toe borge gestelt ende domicilium geëligeert sij. Voortgezet 9-81682. [128] 11-9-1682
Joachim Jacob Vervoorn contra Jan Willemsz Couwenhoven tot betaling van 18-18 van een geaccordeerde vechtboete onder affslagh van 13 gl daer op betaelt [128]
11-9-1682
Johan Ribbius coopman van lakenen tot Arnhem contra Arent van Manen tot namptissement van 116-8 ter saecken van winckelwaren al inden Jare 1669 gekoft ende ontfangen [128]
11-9-1682
Adriaen Cornelisz en Robbert Ketel contra Roelof Reijersz tot betaling van 22-13 ter saecke van affgereeckent smeeloon over 1679 en 1680. Voortgezet 2-10-1682 [128]
30-10-1682 Brandt Dircksz x Annigje Huijberts voor zichzelf en als vader en voogd over zijn onmondige kinderen bij Annigje Huijberts verwekt contra Gijsbert Huijberts tot betaling van 20 bij den ged: aenden eijser belooft volgens wegens seeckere opgebeurde 200 gl van Sr. Dirck de Bie ende dat in minderingh vandes eijsers overleden vrouws vaderlijck goet. Voortgezet 13-11-1682. [128] 30-10-1682 Jacob Grevinck gerechtsbode contra Joachim Jacob Vervoorn gewesene drossart. Hij diende ende leverde in scriptis. Voortgezet 1311-1682 [128] 13-11-1682 Jan Jansz genaemt Jan Thomasz, won. WbD, contra Brant Dircksz. Hij versochte nieuwe letteren van executie op een verjaerde acte van condemnatie van 28-9-1680. [128] 13-11-1682 Dhr Gerard Bergeijck, burgemeester Rhenen contra Cornelia Beerten wed Willem Lentsz voor, ende van Wouter Westenengh na, voor haer selven ende mede als moeder ende momberse van hare onnmundige kinderen omme te kennen of ontkennen de hand van Willem Lentsz onder huurcedulle van 1-3-1682. Voortgezet 14-11-1682. [128] 11-12-1682 Adriaen Jansz de Goede contra Hendrick Thonisz van Noort tot betaling van 15 gl ter sake over coop van anderhalve mergen weijt gewasch bijden ged: vanden eijser inde vl somer gekoft. [128] 29-1-1683
Jan Petersz Bruer contra Aernt van Manen x wed Jan Beertsz tot betaling van 3 gl ter sake van een halff bier inden jare 1671 gelevert [128]
29-1-1683
Wouter Jansz Orber en Thomas van Dulcken als diakenen contra Jan Willemsz Couwenhoven. Hij seijde dat de ged: opden 3-8-1668 bij acte, 217
met sijn eijgen hand onderteeckent belooft heeft aende diaconije van Amerongen en Venendael tien aen een volgende Jaren te sullen betalen elx Jaerlijx vijff gulden tot voldoeninge van een Capl van hondert gl, die hij ged: aen sijn schoondochter Beliken Foulaer schuldich was ende sij aenden Diaconije vsz hadde vereert. Hij blijft in mora. Voortgezet 30-1-1683. [128] 29-1-1683
Rijck Dircksz van de Klinck contra Gerrit Jansz out molenaer om te kennen of ontkennen zijn hand staende onder seeckere huurcedulle van 6-1-1680. [128]
29-1-1683
Maria van Velpen weduwe contra Jean le Fort de Belgarde. Niet ingevuld. [128]
29-1-1683
Hendrik Teunissen van oort contra Lammert Piccart tot betaling van 110 gl ter saecke van weijgelt. Voortgezet 12-2-1683. [128]
29-1-1683
Jean fort Belgarde contra Roelof Reijersz tot betaling van 6-18 ter saecke van 1,5 mud rogge. Voortgezet 30-1-1683. [128]
30-1-1683
Hendrick Teunisz van Noort contra Dirck Vuijck tot betaling van 7-10 met 1-9 aen onkosten daer over gevallen hercomende van koop van weijt die den ged: hadde van hem eijser overgenomen [128]
30-1-1683
Joachim Vervoorn contra Melcher de Reuver tot betaling van 25 gl wegens de coop van een vet beest in octob: 1682 gekoft [128]
30-1-1683
Idem contra Roelof Thomasz tot betaling van 40 gl van de koop van een vet beest in octob: 1682 gekoft [128]
12-2-1683
Adriaen van Wijck, procureur in cas van salaris contra Jantje Harmans van Bemmel. [128]
12-2-1683
Maria Cornelis wed van Velpen contra Jean fort de Belgarde. Voortzetting. [128]
26-2-1683
Peter Jacobsz van Nellesteijn contra Lambert Piccard tot betaling van 32 gl bij den gedaechden aengenomen om aenden eijsscher te betalen wegens Dirck Sondagh ter saecke van gehaelde winckel waeren. Voortgezet 12-3-1683, 26-3-1683, 30-4-1683. [128]
26-2-1683
Abraham van Son contra Lambert Piccard om te kennen of ontkennen de gerechtelijcke affvraginge en gedane judiciele confessie van 21-21683 [128]
218
26-2-1683
Joachum Vervoorn contra Roelof Reijersz Voerman. Hij seijde dat den eijser verscheijde ongelden vanden gedaechde is competerende ende omme die niet ten eersten ter executie te stellen. [128]
26-3-1683
weduwe en erfgenamen van dhr. Joost van Goltsteijn contra Jantje Harmans van Bemmel. Voortgezet 30-4-1683. [128]
26-3-1683
Jan Lefort de belgarde contra Joachim Vervoorn. Den eijser versogte versteck van deminutie [128]
26-3-1683
Neeltje Willems wed Willem Jansen contra Gerrit Jansen molenaar tot betaling van 17 gl herkomende van coop van een beest ghekoght ende gelevert victoris 1682 [128]
26-3-1683
Joachim Jacob Vervoorn contra Roelof Reijersz. Voortgezet 30-4-1683. [128]
26-4-1683
Dhr. Herman van Leeuwen gewesene cap: van een oorlogh schip ten dienste deser landen, als vader en voogd van sijn onmundige kinderen bij vrouwe Johanna Mechtelt van Reede, die een dochter en medeerfgenaam was van wijlen Bitter van Reede, in leven commandeur van den rhijnstroom, en Johanna van Vollenhove in leven echtelieden contra Gijsbert Huijbertsz als pachter en Teunis Huijbertsz als borg van seecker wtterweert metter kleijn kockweert ende boomgaert ontrent de veertigh garde om te kennen of ontkennen onder pachtcedulle van 171-1681 en 11-3-1681. Voortgezet 23-6-1684. [128]
26-4-1683
Idem contra Teunis Huijbertsz van’t vierdepart van 54 gl van pacht van de bouwinge daer den gedaegde op woont [128]
30-4-1683
Jantjen Harmans van Bemmel contra Evert de Wael. Alsoo al opden 295-1682 is gedient van kosten ende dat des gerequireerdens versoeck onder de notule vanden 11 september gedaen al opden 26 februarij 1683 is voldaen versochte als noch versteck van diminutie ende vervolgens commissarissen tot de taxatie. [128]
30-4-1683
Gerrit Thonis Brantsz contra Huigh Jansz en Jan Hendricksz x Gerrigje Jans neffens deselve mede erfgenamen van hun ouders Jan Harmsz x Jacobjen Egberts. Den eijser seijde dat vandes gedaechdes ouders competerende wegens geleent ende aengetelt gelt een som van 150 gl [128]
30-4-1683
De vrijvrouwe van Amerongen contra Gerrit Jansz outmolenaar tot betaling van 20 gl wegens een schaer weijens in 1682. Voortgezet 1-51683. [128] 219
1-5-1683
Marrigje Cornelis wed van Velpen contra Jean fort de Belgarde te dienen van kosten. Voortgezet 14-5-1683, 25-6-1683. [128]
1-5-1683
Jan Quint contra Jantjen Harmans van Bemmel nieuwe letteren van executie te begeren. [128]
4-5-1683
Abraham van Son als gemachtigde van heer Hendrick Arent van Loo als vader en voogd van zijn onmundige dochter bij juffr. Geertruijt Josina van Roede in dier qualite voor ¼ part erfgenaam van Bitter van Reede en vrouwe van Vollenhove, contra dhr. Harman van Leeuwen als vader en voogd van zijn onmondige kinderen bij Johanna Mechtelt van Reede die een dochter en mede-erfgenaam was van Bitter van Reede en Johanna van Vollenhove, mitsgaders Gijsbert Huijsbertsz en Thonis Huijbertsz om te kennen of ontkennen seeckere reeckeninge bij den ged: met den eijser gehouden op 30-12-1682 en het slot daarachter. [128]
25-6-1683
Claes Cornelisz contra Aert Geurtsz van Leersom tot betaling van 33 gl ter saecke van coop van 1/6 part van een acker englant int Molenblock, bij den gedaechden vanden eijser voor sijn portie gekoft. Voortgezet 109-1683. Gerrit Stevensz de Leeuw stelt zich borg voor zijn schoonzoon Claes Cornelisz. [128]
12-7-1683
Teunis Jansz Dirck Deurn en Hendrick Lap grasmaijers contra Jean fort de Belgarde. De eijsers seijde dat voorden ged: vijf mergen gras opde Klinckhamer hebben affgemaeijt daer voorden ged; heeft belooft van ider mergen 4 gl boven een kintje bier, welcke bier haer is gelevert, dat tselve gras al voor drie dagen hebben afgemaeijt. Hij betaalt maar niet. [128]
10-9-1683
Peter Jacobsz contra Peter Hendricksz. Hij seijde dat den ged: tsijnen huijse aen winckelwaren was verschult 5-7. [128]
10-9-1683
Opt versoeck van Jacob Willemsz wonende inde Ginckel, om dispositie op biljet vanden parsonele ongelden wegens Cornelia Berentsz daar den reqnt inde plaets is comen wonen. [128]
5-11-1683
Stijnis Hendricksz contra Bastiaen Bastiaensz tot betaling van 22 gl ter sake van een ackerken rog en boeckweijt anno 1682 bijden ged: gekoft [128]
6-11-1683
Samuel Levij Jode contra Andres Alexander Jode en gearresteerde om te kennen of ontkennen zijn hand onder schuldbrief van 9-4-1683. [128]
220
19-11-1683 Jan Gerritsz de Ridder als gemachtigde van dhr. Everard van Wede, heer van Dijckvelt contra Dirck Cornelisz, won. Dwarsweg tot betaling van een jaer pacht ter somme van 112 gl [128] 3-12-1683
Willem van Dam als procuratie hebbende van sijn broeder Dirck van Uijen contra Stoffel Claesz van Aelst tot betaling van een jaer huijs huijr ter somme van 66 gl [128]
7-1-1684
Die Baronesse van Reede vrij vrouwe van Amerongen contra Claes Cornelisz tot betaling van 60 gl van twee peerden weij op’t Sand inde verleden somer [128]
28-1-1684
Gerrit Thonis Brantsz contra Teunisje Teunis wed Jan Gerritsz te Ginkel tot betaling van 21 gl wegens een verkofte koeij en 12 gl van rogge bij den eijser aende ged: man ten tijde opde verkoping van de goederen van Frans Jansz bij den eijser overgelaten en verkoft [128]
29-1-1684
Jean fort de Belgarde contra Huijg Jansz tot betaling van 9 gl wegens het weijden opde Klinckhamer van een hockeling [128]
25-2-1684
Maria van Velpen contra Roelof Thomasz tot betaling van 21 gl wegens een schaer weijens. Voortgezet 14-4-1684. [128]
14-4-1684
Jean fort de Belgarde contra Roelof Reijersz tot betaling van 28 gl over koop van gras anno 1677 ende tot restitutie van een toom [128]
14-4-1684
Jean fort de Belgarde contra Hendrick van Oort tot betaling van 2 ducatons wegens het rijden met hout over de Clooster Ackers tegens over Jan de Ridder anno 1680 [128]
14-4-1684
Roelof Reijersz contra Jean fort de Belgarde tot betaling van 90-4 wegens gedane vrachten [128]
14-4-1684
Maria van Velpen contra Peter Hendricksz tot betaling van 13-19 als rest van een schaer weijens in 1683 onvermindert de resterende huijshuijr verschenen Paesschen 1684. [128]
14-4-1684
Anthonij Step als gemachtigde van dhr Gillis van Wijck en Jacob van Wijck, executeurs vande testamente vanden domheer Johan van Wijck contra Evert de Wael als getrout aende wed: van Jan van Beckom die borge was voor Jacobus Beermans voor de huijshuijr vant huijs Kliftwijck jaerlijcks 108 gl. Voortgezet 12-5-1684. [128]
14-4-1684
Idem contra Jean fort de Belgarde tot betaling van 5 gl wegens schaepsweij. Voortgezet 12-5-1684. [128]
221
15-4-1684
Hendrick Jansen van Amerongen als trecht hebbende wegens sijn overleden suster Grietje Jans die weduwe was van Gerrit Breunisz contra Evert Jansz om te kennen of ontkennen zijn hand onder obligatie van 24-2-1682. [128]
12-5-1684
Arien Jansz contra Jantje Harmans wed Reijer Jansz inde Swaen tot betaling van 14 gl ter saecke van verdient arbeijtsloon [128]
26-5-1684
Maria Cornelisz wed Huijbert van Velpen contra Peter Hendricksz tot betaling van 13-19 ter saecke als rest van een schaer weijen in 1683 met noch 10 gl als rest van huijs huijr [128]
27-5-1684
Hendrick Vlaskamp als vader en voogd van zijn kinderen contra Thonis Huijbertsz en Gijsbert Huijbertsz om nieuwe letteren van executie te begeren. [128]
9-6-1684
Adriaen van Wijck procureur in cas van salaris contra Jean fort de Belgarde tot betaling van 40 gl ter saecke van salaris en verschot. Voortgezet 23-6-1684, 7-7-1684. [128]
9-6-1684
Hendrick Harms metselaer contra Jantjen Harmans wed Reijer Jansz. Den eijser seijde dat de ged: gerechtelijck hadde affgevordert om een specificatie wat sij vanden eijser mochte te pretenderen hebben. Zij heeft dat geweigerd… [128]
23-6-1684
Frans van Dam contra Claes Cornelisz tot betaling van 18 gl wegens coop ende van leverantie van de tiend uijt het block genaemt de Weije van de Haver bonen en Erwten inden voorleden jare 1683. Voortgezet 7-7-1684. [128]
7-7-1684
Herbert Hendricksz Jager contra Roelof Reijersz Voerman. Den eijsscher seijde dat sich tot Utrecht hadde getransporteert om aen haer Ed: Mo: Comptoir vanden Ontfanger de Leeuw te ontfangen een maent gagie als appoincte verschenen den 23 maij lestleden alwaer bevond dat deselve maent gagie tot seven gulden was ontfangen bij seecker vrouw genaemt Catrijn … bestelderse bijde post peeren tot Utrecht, de welcke die seven gulden aen Roelof Reijersz voerman ged: heeft aengetelt, om aenden eijser te brengen nevens gelijcke seven gulden voor Jacob de Bode, tsamen veertien gulden, ende dat ter presentie van verscheijde parsonen. Voortgezet 15-9-1684. [128]
15-9-1684
Peter Cornelisz contra Stijnis Hendricksz tot betaling van 3-13 als rest van koeijweij over 1672. [128]
15-9-1684
Jan de Ridder contra Roelof Reijersz tot betaling van 12-15 wegens gekoft elsen hout in desen jare 1684 [128] 222
15-9-1684
Jan Joosten inden Engh contra Gijsbert Huijbertsz tot betaling van 27 gl als rest van coop van coorn [128]
15-9-1684
Aert Geurtsz van Leersom contra Jean fort de Belgarde tot betaling van 13 gl wegens een voeder hooij in 1684 en noch 2-7 als rest van geleverde verff, olij, en arbeijtsloon in 1681. Voortgezet 16-9-1684, 299-1684. [128]
15-9-1684
Idem contra Jan Roelofsz tot betaling van 6-12 van broot ende gehaelde waren over 1679 [128]
15-9-1684
Aert Geurtsz contra Elsie Corssen tot betaling van 28 gl wegen en als rest ter saecke van obligatie bij accoort vande ged: aen eijser belooft in 1683. Jtem tot betalinge van 36-12 over gehaelde winckelwaren en glasemaken bij affreeckeninge anno 1666 en voort d’anno 1668. Voortgezet 16-9-1684. [128]
15-9-1684
Brant Dircksz contra Gijsbert Huijbertsz en Stijntjen Huijbertsz met haer man. Den eijser versoeckt reeckeninge vanden ged: vande boedels goederen bij Lijsie Gerrits des ged: moeder nagelaten ende voorts voldoeninge vant gene bij reeckeninge bevonden wort de kinderen van hem eijser bij sijn overleden vrouw nagelaten haar grootvaders en grootmoeders goet te competeren [128]
16-9-1684
Aert Geurtsz van Leersom x Dirckjen Aerts za: die voor 1/3 part erfgenaam was van haar moeder Maeijgien de Vael contra Hendrick Aertsz. Nieuwe letteren van executie te begeren. Hij seijde wegens sijn overleden vrouw recht te hebben van een plecht van 400 gl met de verlopen rente op huijs, hofstede en dardehalve mergen lant te Nederengh [128]
27-10-1684 Evert de Wael contra Samuel Levij Jode tot betaling van 11-16-8 van gehaelde winckel waren [128] 10-11-1684 Dirck Otten, won. Zoelmond, contra Roelof Reijersz voerman tot betaling van 14 gl als rest van coop van hooij inde verleden somer [128] 19-11-1684 Abraham Jsaacx Jode, won. Rhenen, contra Maria Verweij wed Wijckersloot. Den eijser seijde des gedaegdens toeback opden 11 deser maent novemb: vandes ged: outste soon gekoft te hebben. Maria moet leveren. [128] 8-12-1684
Jan Joosten inden Eng contra Arien Meertensz won. aenden Dijck om te kennen of ontkennen zijn hand onder coopcedulle. [128]
223
8-12-1684
Jan Joosten inden Eng contra Hendrick Thonisz van Oort. Den eijser seijde dat den ged: van hem eijser hadde gekoft sijns eijsers huijsinge cum annexis en daer bij genoten twee ackertjes weijt inde Coornweert. [128]
8-12-1684
Idem contra Jan Tol en Hendrick Thonisz van Oort. Den eijser seijde dat Hendrick Thonisz van Noort ged: van hem hadde gekoft en nevens Jan Tol heeft genoten de Boomgart vruchten in anno 1683. [128]
8-12-1684
Thonis Huijbertsz contra Arien Meertensz tot betaling van 62 gl van coop van haver deses jaers vicotirs 1684. [128]
8-12-1684
Idem contra Jan Tol tot betaling van 8-10 ter saecke van gelevert hooij dese somer 1684. [128]
26-1-1685
Jan van Os contra Jacob Jordensz Vos. Den eijser seijde dat sijn soon had verhuijrt bijden ged: 2 Jaer. Jacob heeft hem eerder weg gestuurd zonder betaling. [128]
26-1-1685
Adriaen van Wijck procureur in cas van salaris contra Jean fort de Belgarde. [128]
26-1-1685
Dirck van Orduijnen chirurgijn contra Jacob Jordensz Vos als vader en voogd van sijn soon Jacobus Vos tot betaling van 3-3 voor meesterloon aendes ged: soon een snee inden arm hebbende verdient anno 1682 ende noch 9-9 mede geaccordeert meesterloon aen een gebroocken clavicul van des ged: soon verdient in maij 1683. Jacob zegt geen loon beloofd te hebben omdat zijn zoon in’s lants dienst is geweest. [128]
26-1-1685
De kinderen en erfgenamen van Robbert Jansz contra Jan Jansz Metselaer. Den eijser versoecken dat den ged: bij desen gerechte sal werden geordonneert om te vertoonen de quitantie off blijck aen wien betaelt heeft de vier jaren renten vande 250 gl capitael staende gevesticht op huijs en hoffstede daer den ged: op woont [128]
26-1-1685
Jean fort de Belgarde contra Maria Verweij wed Tijman van Wijckersloot tot betaling van 23-3-8 volgens geleverde sp: van coorn, dack, messie [128]
27-1-1685
Doctor Wilbrenninck voor hem selven en als volmachtige van sijne tsamentlijcke susters ende broeders mediate erfgenamen van Johanna Morlet wed Steven Mom contra Doctor Gijsbert de Varreres als erfgenaam van sijn ouders om te kennen of ontkennen zijn ouders hand onder obligatie van 10-4-1668. [128]
224
9-2-1685
Willemina Verweij wed Jan Quint major contra Claes Cornelisz voerman tot betaling van 26-10 ter saecke van gehaelde bieren vanden 19 julij 1681 tot den 6-9-1684. [128]
23-2-1685
Nicolaas Velpen contra Jan Thonisz de Lange tot betaling van 22-10 ter saecke van een hockelingsbeest ende noch 10 gl van een kalff hockelingh beijde in october 1684 bijden ged: gekoft [128]
3-3-1685
Peter van Buren wijncoper tot Rotterdam contra Jan van Os herbergier tot Amerongen. Hij heeft van Peter wijn gekocht ter somme van 22-10. Deze wijn is op 10-9-1680 geleverd en nog niet betaald. [128]
13-4-1685
De vrijvrouw van Amerongen contra Roelof Reijersz voerman tot betaling van 45 gl van huijshuir over 1684 etc. etc. [128]
11-5-1685
Cornelia Verweij contra Gerrit Gijsbertsz tot betaling van 12 gl ter saecke vande helfte van twee Jaren Lant pacht tleste verschenen petri 1685 volgens huijrcedulle dd 11-4-1681. [128]
11-5-1685
Abraham van Son raed der Stadt Wijck contra Nicolaes van Velpen out borgemr en schepen alhier tot betaling van 13 gl ter saecke van verteeringe bijden ged: met sijn genode gasten voor sijn portie ten huijse van den eijser op 3-4-1683 verteert. Voortgezet 12-5-1685, 25-51685. [128]
11-5-1685
Harman Petersz Hoeseman contra Cornelis Fransz tot betaling van 7,5 gl ter saecke over coop van messie anno 1674 [128]
11-5-1685
Willemina Verweij wed Jan Quint major brouwer contra Jan van Os herbergier tot betaling van 160 gl bij den ged: bij onderteeckende affreeckeningh in des eijsers boeck den 24-11-1683 schuldich bekent. Voortgezet 12-5-1685. [128]
12-5-1685
Jan Jansz Berchus Linnewever won. Veenendaal, contra Maria Verweij wed Wijckersloot tot betaling van 2 gl als rest van een stuck linnen te weven inde jare 1684 [128]
12-5-1685
Cornelis Sandersz tot Elst contra Stijnis Hendricksz tot betaling van 12 st. ter sake van vertering en 15 sts van een vracht hout uijt ’t bos aen des ged: huijs [128]
12-5-1685
Roelof Reijersz Voerman contra Samuel Levij Jode tot betaling van 4919 ter saecke van onkosten ende uijtgeschote reijskosten naer Middelborgh over ’t kopen van des ged: huijs volgens geexhibeerde memorie [128]
225
25-5-1685
Jan Tol en Teunis de Ridder contra Matthijs Feijten. De eijsers en req: seijde dat haer als borgen voorden ged: ende gereq: hadden geconstitueert voor de pacht vanden jmpost vant logijsgelt over de tappers [128]
25-5-1685
Anthonij Sept als gemachtigde van de executeurs van den testamente van domheer Johan van Wijck contra Hendrick Wijnen tot betaling van 70 gl ter saecke van een jaer pacht off huijshuijr over 1684. Voortgezet 15-6-1685. [128]
25-5-1685
Idem contra Claes Cornelisz tot betaling van 79 gl ider gl tot 22 sts gereeckent ter saecke van coop van weijt gewasch opt velt in 1681 [128]
21-9-1685
Hendrick Harmansz metselaar contra Wouter Jansz Orber. Den eijser seijde vande heeren van St. Pieter aende Steenoven t’Elst in huijs gehad te hebben een weij die den ged: mede voor d’helfte aengingh en alsulx elx de helft moeten genieten dat daer van quam, dat den ged: de schaepweij heeft verhuijrt over winter voor 4 gl min off meer, waer van den eijser de helfte comt. [128]
21-9-1685
Maria Peters dienstmaecht contra Willemijne Verweij wed Jan Quint Major tot betaling van een halff jaer huijrloon ingegaen paeschen 1685. Voortgezet 22-9-1685. [128]
21-9-1685
Willemina Verweij wed Jan Quint maijor contra monsr Jean fort Belgarde tot betaling van 89-1 ter sake van gehaelde bieren [128]
22-9-1685
Jean fort Belgarde contra Cornelis Lijster tot betaling van 25 gl wegens vercoft weij inde maent julij 1685 [128]
15-10-1685 Dirck Woutersz staets wagenmr: contra Lambert Piquarde [=Piccard]. Den eijser seijde hem te competeren t verschulde waeijgelt verteerde costen geleverde tabacq en een gelevert vet kalff in 1683-1685 [128] 23-11-1685 Krijn van Tuijll x Helena Bremaet contra Evert de Wael. Hij diende en leverde in scriptis, sijnen eijsch en versoeck. [128] 18-1-1686
Krijn van Tuijl als man en voocht over Helena Bremaet contra Evert de Wael. Mits Evert de Wael gerequireerde hadde copije en dagh versocht, om t’antw: sijnde in gebreken gebleven versoeckt den requirant verstecq van antw: volgens practijck. Voortgezet 1-2-1686, 19-4-1686, 31-5-1686, 13-9-1686. [129]
18-1-1686
Anthonij Stip als gemachtigde vanden Heeren Executeuren vanden testamente vanden Domheer Johan van Wijck contra Henrick Wijnen. 226
Na voorgaende renuntiatie vanden eerste instantie tot betaling en namptissement van 2/3 parten van 70 gl ter saecke van een Jaer pacht of huijs huijre verschenen paeschen 1684 volgens huijrcedul in ato den 20 Janrij 1681 cum expensis [129] 20-3-1686
Henrick Vlaskamp als vader en voocht van sijne kinderen contra Thonis Huijberts en Gijsbert Huijbertsz. Hij eist betaling van 100 gl van een jaar pacht van klijn-kockenweert met het huijs als mede de bouwinge binnen Dijcks aenden Veertich Garden gelegen. Voortgezet 22-3-1686. [129]
23-3-1686
Jan van Amerongen, procureur van Rhenen, als cessie van actie hebbende van Henrick vander Elburch Hospes inde dubbelde sleutelen tot Renen contra Abraham van Son. Hij eist betaling van 33-11 als den selven van Son ten huijse vanden eijser verteert en voor andere afgesproocken heeft overt copen vande huijsinge de bonte koe binnen Renen. Voortgezet 29-3-1686, 19-4-1686. [129]
29-3-1686
Roelof Reijersz levert lijst met schulden in bij de vrouw van Amerongen. [129]
19-4-1686
Thonis de Ridder en Jan de Ridder, pachter van de tiend over 1683 en 1684 vallende onder desen Ed: Gerechte, ende daer onder behorende landerijen en hofsteden vande Lammeren contra de heer Jean fort de belgarde, schepen alhier. Zij stellen dat Jean in 1683 verswegen off verduijstert heeft vijftich lammeren ende over den jare 1684 twee en vijftich lammeren. Voor ieder lam moet hij betalen 2 gl. Voortgezet 3-51686, 31-5-1686, 14-6-1686, 28-6-1686, 12-7-1686, 13-9-1686, 14-91686, 11-10-1686, 25-10-1686, 8-11-1686, 6-12-1686, 17-1-1687, 17-11687. [129]
19-4-1686
Stijnes Hendricksz contra Evert de Wael tot betaling van 14 gl rest seecker obligatie van 23-4-1683 en 9 gl van geleverde rogge in den voorleden heerfst. Voortgezet 14-9-1686. [129]
3-5-1686
Lijsbet Ariens contra Stoffel Jansz Besembinder tot betaling van 26-5 ter sake van gecofte rogh anno 1685 resterende voor sijn gedeelte. Voortgezet 14-6-1686. [129]
3-5-1686
Wilmijna Verweij wed Majoor Quint ende Alberta Verweij contra Henrick van Oort tot betaling van 2 ducatons bij den gedaagde ingevolgh huijrcedulle 1-5-1682 belooft en 2 gl soo den gedaagde aenden pacht gekort heeft voort sandtpadt te maken [129]
3-5-1686
Aert Geurtsz van Leersum contra Hendrick Wijnen tot betaling van 64 gl voor een jaer huijshuijr verschenen pasen 1686. [129] 227
31-5-1686
Hendrickje Jans contra Hendrick Jansz Wijne tot betaling van 7,5 een hemdt 1 schorteldoeck sijnde voor een halfjaer huijrloon als dienstmaeght bij hem gewoont ende verschenen paeschen 1686. Zij is tegen zijn wil van hem gegaan. Hij moet alsnog 1 ducaton betalen. [129]
12-7-1686
Gerrit Tonis Brantsz contra Henrick Brus. Partijen den anderen verstaen [129]
21-7-1686
Gijsbert Dircksz Nellesteijn contra Frans van Dam. Hij seijde dat partijen op den 4 meij 1685 sijn overcomen dat den eijser ten halven soude bouwen twee ackeren landts, groot ontrent 4 merg: gelegen onder dese Hooge Heerlickht bijden gedaegde vanden Heer van Berckestijn in huijre gebruijckt wordende… Voortgezet 22-7-1686. [129]
13-9-1686
Dirck Huijbertsz molenaar contra Jan van Kesteren. Hij seijde dat voor ontrent 2 a 3 Jaren geleden voor den gedaegde gedaen heeft twee vrachten na Tiel met wagen en peerden, hem bedongen d’eerste reijse voor een Ducaton ende d’andere vor drie gulden en aen veergelt verschoten 12 sts te samen 6-15. Versochte daer van betalingh onder afslagh van 2 gulden bij hem daerop ontfangen cum expensis [129]
13-9-1686
Idem contra Claes Boers tot betaling van 3-3 wegens verkochte rogh en boeckweijt ontrent een jaer geleden. Voortzet 14-9-1686. [129]
13-9-1686
Cornelia Verweij contra Teunis de Ridder. Sij seijde dat den gedaegde q.q. haer geweijgert ende gestut heeft haere vruchten van haer landt aenden Dijck te laten afvoeren, daer sijt Eijserse van allen tijden uijtwijsens nevensgaende attestatie sonder belet heeft gedaen. Voortgezet 14-9-1686. [129]
13-9-1686
Maria Wijckersloot contra Hendrickje wed Lambert Pickart. Sij seijde dat aenden gedaegde had verkocht den tabacq die sij droogh had, voor soodane prijs als d’eerste aen haer gedaegde verkocht en gelevert, de welcke de gedaegde nu weijgert t’ontfangen. [129]
14-9-1686
Maagje Dircks contra Aelbert Gijsbertsz. Omme te kennen oft ontkennen sijn handt, waer bij den gedaegde bekent voor een sooij vis schuldich te sijn aen Willem van Buren 2-10 die d’eijserse na veelvudige aenmaeninge tot noch toe niet heeft konnen becomen. [129]
14-9-1686
Hendrickje Jans dienstmaeght contra Claes Boers. Sij seijde dat bij den gedaegde gewoont heeft als dienstmaeght den somer 1684 waer voor haer belooft was 16 gul, 2 hembden, 2 schorteldoecken en 16 sts tot een nuerpenning int jaer comt voor ½ jaer als sommer huijre 10 gul een schortel-doeck een hemdt ende den nuerpenning. [129] 228
11-10-1686 Willemina Verweij wed Majoor Quint contra Cornelis van Broeckhuijsen tot leverantie van 6 vrachten de beste appelen, ge-eijscht 20 sts en vande gedaegde gekocht op den 19 sept deses Jaers 1686 de sack voor een gulden onverwacht eenich tegenspreecken. [129] 25-10-1686 Jan Pietersz Breuren contra Hendrik Harmensz Oome tot betaling van 4-19-0 van gelevert speck anno 1684. [129] 8-11-1686
Georgius Bos contra Cornelis Jansz won in de Groep tot voldoening van 44-17 onder afslagh vande thien sts per mergen ende het dubbelt huijsgelt ende mede om te kennen ofte ontkennen het accoort liquidatie off reeckeninge vanden 20-7-1685 ende sijn handt-merck daer onder staende, oock om t’hooren eijsch doen van twee jaren pacht van den eijsers hofstede ende landerijen Achterbergh bij Renen gelegen, verschenen over 1684 en 1685. [129]
8-11-1686
Cornelis van der Linden cruijdenier te Rotterdam contra Evert de Wael tot betaling van 78-2 ter sake van geleverde winckelwaren [129]
17-1-1687
Aert Woutersz en Dirck Vuijck contra Jan de Ridder tot betaling van 3 gl wegens arbeijtsloon over thacken vant hout en het spijlen uijtsnoeijen int bosch van den Borgemeester Verweij anno 1683. [129]
17-1-1687
De kinderen en erfgenamen van Ewout Tonisz Rietvelt contra Frans van Dam om letteren van executie te sien decerneren op de coopconditien geinsereert in de erfhuijscedulle van schout ende schepen van Lopick dd 7-3-1671.
17-1-1687
Cornelis Woutersz contra Johannes Willemsz tot betaling van 15 gl wegens huijrloon voorleden victoris 1686. [129]
17-1-1687
Arien Gertsz contra Cornelis Woutersz tot betaling van 15 gl wegens een koeij-beest bij den gedaegde gekocht voorleden paeschen 1686 [129]
17-1-1687
Mr. Dirck van Orduijnen chirurgijn contra Cornelis Lijster tot betaling van 10 ducatonen wegens meesterloon van curen aen hem gedaegde gedaen in aug: 1686. Voortgezet 31-1-1687. [129]
17-1-1687
Jan Roelen contra Hendrick Harmensz tot betaling van 2 voeder torff, het voeder 3-10 onder afslagh van een mud weijt tot 5 gl en noch 3 sts blijft 1-17 [129]
17-1-1687
Evert de Wael contra Matthijs van Dulcken tot voldoening van de sententie van 14-12-1686. [129]
229
17-1-1687
Anthonij Stip als gemachtigde van de heren executeurs van de testamente van domheer Johan van Wijck contra Stoffel den besembinder tot voldoening volgens overgeleverde specificatie ter somme van 106-8. Voortgezet 31-1-1687. [129]
31-1-1687
Teunis de Ridder en Jan de Ridder contra Jean fort de Belgarde. Voortzetting. Idem 28-2-1687. [129]
15-2-1687
Stoffel Jansz besembinder x Sijghje Louwen verclaerde ingevolge condemnatie 31-1-1687 dat hij geen borg heeft kunnen stellen. Daarom geeft hij nu over aan Anthonij Stip al zijn goederen, namelijk 2 koeien en een hokkeling, en hooi, stro, mest, een bed met toebehoren en verder linnen, wol, tin, koper, niets uitgezonderd. [129]
28-2-1687
Evert de Wael contra Gerrit Stevensz tot betaling van 30-19-2 van geleverde winckelwaren [129]
14-3-1687
De kinderen en erfgenamen van majoor Jan Quint, triumphant contra Matthijs Feijten. Alsoo de drie kerckdaeghse geboden in behoorlijcke forme sijn geschiet van sekere ontrent een half merg: lants den gecondemneerde toecomende, soo concludeert de triumphanten tot interpositie vant decrethement ende dat vervolgens Ued: een dagh gelieft te praesigeren tot de vercopinge vant selve lant. Voortgezet 166-1687. [129]
11-4-1687
Jan Jansz Berckius, won. Reense Veen, contra Jan van Koten tot betaling van 7-2 ter cause van geweefte linnen bij leven van sijn gedaegdeds eerster vrou [129]
25-4-1687
Bitter Vlaskamp militair onder de compagnie vanden Baron Palandt onder het regiment van graeff … ten dienste deser landen (geassisteerd met zijn oom Godert Adriaen van Rede, die eveneens oom is van Johanna Vlaskamp en dus bloedvoogd van die Johanna met haar voornoemde broer Bitter Vlaskamp uit krachte van testamente van hun grootouders Bitter van Rede x Johanna van Vollenhoven gerechtigd voor ¼ van de goederen en incomen alhier aenden Dijck gelegen ende sulcx de selve metter doodt nagelaten hebben, contra Thonis Huijbertsz als een gewesene pachter neffens sijn broeder Gijsbert Huijbertsz vande Kockenweert. Hij eist betaling van 36 gl als rest van pacht over 1685. Voortgezet 9-5-1687. [129]
9-5-1687
De vrouwe van Amerongen contra Roelof Reijersz tot betaling per rest van 40 gl van weije over 1686. [129] 230
9-6-1687
Johan Ulrich Wurwater en Henrick Baun contra Jean le fort de Belgarde om te kennen of ontkennen van de hant van sijnen broeder Johan Georgh fort, als volmachtiger van hem gedaegde staende onder seeckere acte van liquidatie en accoort dd 3-2-1679 binnen Franckenbergh gehouden mitsgaders tot kennen of ontkennen van sijn eijgen hant en pitsier staende onder de vollemacht bij hem aen sijnen broeder gegeven in dato 31-12-1678. Zij eisen betaling van 400 rijcxdaelder met de renten. Voortgezet 11-6-1687. [129]
16-6-1687
Henrick van Wijckersloot, wijncoper tot Renen, contra alle andere crediteuren die eenich recht souden willen pretenderen op de penningen vant verkochte lant van Matthijs Feijten. [129]
16-6-1687
Brandt Hendricksz winkelier int selve cas contra eodem. [129]
16-6-1687
Jan van Os en Cornelis Hendricksz op Roijesteijn als borgen voor sekere thiendt aenden Capittel vant s. Pieter contra eodem [129]
16-6-1687
Jan van Os int selve cas contra eodem. [129]
16-6-1687
Robbert Ketel smit en Hendrick Jansz van Westbroeck als borgen voor een mergen gras gekocht van Jan Tol int selve cas contra eodem [129]
16-6-1687
De kinderen en erfgenamen van majoor Jan Quint contra Peter Hendricksz Knaep tot betaling van 5-9 van geleverde bieren [129]
4-7-1687
Teunis de Ridder en Jan de Ridder contra Jean fort de Belgarde. Voortzetting. Zie ook 18-7-1687, 19-9-1687, 3-10-1687, 17-10-1687, 2811-1687, 12-12-1687. [129]
18-7-1687
Den secretaris Quint soo voor sijn selven ende sich mede sterck makende voor sijne onmundige susters ende broers contra Cornelis Fransz Linnewever n.u. tot betaling van 3-15. [129]
19-9-1687
Willem Cornelisz van Brinckererf contra Harmen Roelofsz tot betaling van 1-18-8 van geleverd ijserwerck. Voortgezet 20-9-1687. [129]
19-9-1687
Idem contra Roelof Reijersz tot betaling van 53-7 volgens specificatie in judicio vertoont. Voortgezet 20-9-1687. [129]
3-10-1687
Arien Arentsz van Leerdam als getrouwd hebbende de suster van Hendrickje Jans bloedmomberseover de selve nevens Hendrickje Jans jongste dochter contra Aelbert Barten, won. Elst als getrouwd hebbende Gerrigje de moeder en bloedmomberse over Wouter Cornelisz. Schriftelijk ingeleverd. Voortgezet 17-10-1687, 31-10-1687, 14-11-1687. [129] 231
3-10-1687
Hendrick Vastrick deurwaarder van Rhenen contra Teunis Huijbertsz als gewezen pachter met zijn broer Gijsbert Huijbertsz van de goederen bij de commandeur Reede nagelaten en sulcx deselve alhier aenden Dijck gelegen sijn competerende het ¼ part de kinderen van capitein Hermen van Leeuwen. Hij eist betaling van 88-18 in minderinge vanden pacht inde praesentatie geroert. Voortgezet 14-11-1687, 23-4-1688. [129]
29-10-1687 Hendrick Hemingh contra Elisabeth van Zijpesteijn als moeder en voogd over haar onmondige dochtertje Maria van Zijpesteijn tot obedientie ende decretement vant arrest, ende vorders tot dramptissement en betalinge van 30-19 volgens specificatie in judicio ge-exhibeert. Zij laat zich representeren door haar neef Marcus Renssen. [129] 31-10-1687 Gijsbert Dircksz van Nellesteijn contra Frans van Dam. Hij seijde dat den gedaegde sigh had laten gelusten, het gruppel gras etc te vercopen off afweijden op de twee Ackers boulandt welcke den eijer vanden gedaegde heeft overgenomen ten halven te bouwen gelijck breder bij seker accoort is ge-expreemeert. Voortgezet 14-11-1687. [129] 14-11-1687 Gerrit de Cruijff contra wed Erris Hendricksz tot betaling van 77 gl ter saecke van weijgelt van vijff koebeesten in 1686 [129] 16-1-1688
Bastiaen Bastiaensz contra Willem Jansz schoenmaker tot betaling van 3 gul min een oort wegens coop ende leverantie van een hockelingh in 1685. [129]
16-1-1688
Teunis de Ridder en Jan de Ridder contra Jean Fort de Belgarde. Voortzetting. Zie ook 30-1-1688, 13-2-1688. [129]
16-1-1688
Dirck van Brenck, brouwer te Rhenen, x Johanna van Davelaar een dochter en enige erfgenaam van haar ouders Aert Dircksen van Davelaer x Heijltje Blom, contra Aelbert Barten tot Elst. Hij eist betaling van 28-17 als rest van meerder soms ter saecke van gehaelde winckelwaren bij Jan Reijersz ten huijse van des eijers schoonvader zaliger Aert van Davelaer den 18e Meij 1669 gecoght, en bij den gedaegde in desen aengenomen en belooft te betalen. Voortgezet 301-1688, 23-4-1688, 7-5-1688 [129]
30-1-1688
Margaretha Deijs dienstmaeght contra Tonis Huijbertsz tot betaling van 12-10 wegens huijrloon dat de eijerse ten huijse van den gedaegde heeft verdient van voorleden St. Vichter tot acht dagen voor Corsmis, wanneer des gedaegdes huijsvrouw de eijserse in desen heeft wegh heten bruijen. Ende dan nogh tot toebaet belooft 7 ell laken, 2 paer 232
schoen een schorteldoeck, ende noch een paer trippen, ofte soo veel min ofte meer, dan die van desen Ed: Gerechte sullen bevinden te behoren. Zij heeft zich volgens Teunis qualijck gedragen in sijn huijs ende hem niet gedient dan eene eerlijcke meijt behoort, ende verscheijde reijsen ongehoorsaemheijt betoont. Hij moet echter 5 gl en de kosten van de rechtdag betalen. [129] 27-2-1688
Tonis Huijbertsz contra Brandt Dircksz tot betaling van 21-3 wegens hooijweijde anno 1686 genoten. [129]
27-2-1688
Arien Aertsz van Schevichoven x wed Willem van Buren en uit dien hoofde stiefvader ende de rato caverende voor de mombers van Gerrigje van Buren Janse dochter, contra Leender Willemsz j.m. Hij eist cautie pro judicato cum expensis. Voortgezet 12-3-1688, 23-4-1688, 215-1688, 18-6-1688, 2-7-1688, 16-7-1688, 30-7-1688, 24-9-1688, 22-101688, 5-11-1688, 15-11-1688. Uitspraak 3-12-1688. Leendert moet wegens defloratie van schoondochter van Arien 12 gl betalen en 12 gl voor kraamkosten en 12-18 tot onderhoud van het kind tot 2 jaren toe als wanneer het de moeder vrij sal staen het kint den vader t’huijs te brengen die het alsdan oock sal moeten aennemen ende opbrengen tot sijn mundige jaren toe. [129]
12-3-1688
Machteltje Jans Holthoff x Aert Geurtsz van Leersum contra Wouter Jansz Orber. D’Eijserse seijde dat haer was ter oren gecomen dat haren voorn[oemde] man een gouden ringh met een steentje die d’eijserse van haren man op trouw heeft ontfangen hadde gebraght tot den gedaegde. Welcke ringh dan d’eijserse tot verscheijde malen vanden gedaegde inder minne heeft gevordert ende is bij den selven haer geweijgert onder voorgeven dat wanneer d’eijserse desen ringh door den Gerechts-Bode alhier quame te vorderen aenden selven dan den ringh soude overgeven. Dat heeft zij twee keer gedaan, maar heeft de ring niet gekregen. De vrouw van Wouter verschijnt en geeft de ring. [129]
26-3-1688
Maes Joosten Vonck contra Frans van Dam tot betaling van 50 gl wegens coop van een swert druijpende kol merrij peert bij den gedaegde ontrent voor een half jaer gekoght [129]
26-3-1688
Aert Geurtsz van Leersum gevoeghde ende excipt met Wouter Jansz Orber contra Mechteltje Jans Holthoff. Hij diende van antwoort in scriptis [129]
23-4-1688
Roelof Reijersz voerman contra Henrickje wed Pickart. Hij leverde reeckeninge in judicio concludeert dat de gedaegde insgelijcks sal hebben te doen ende vercohte inmiddels commissarissen ten fine van 233
liquidatie. Hendrikje laat zich representeren door haar neer Jan Gerritsz de Leeuw. [129] 23-4-1688
Adriaentje Ariensdr contra Roelof Reijersz. Sij seijde dat den gedaegde ontrent acht a negen weecken geleden is gecomen ten huijsen vande wed Pickart, alwaer d’eijserse is dienende ende heeft aldaer met groote force tegens wil ende danck van dens eijserse handt ende vinger afgetrocken ende genomen een goude hoep-ringh, welcken ringh sij dan op staende voet van den gedaegde heeft weerge-eijscht ende bij den selven haer geweijgert, nochtans hem selven vervloeckende, niet uijt den huijsen te sullen gaen off soude haer den ringh wederom geven in presentie van Jacomijna Jacobs ( dewelcke hij die tijt oock een ringh heeft afgenomen ende aldaen wedergegeven) ende heeft d’eijserse alsoo wanneerse den ringh maer vorderde, van tijt tot tijt onderhouden Jck salse wel weergeven, ick begeer den ringh niet, ende wordt bij den gedaegde niet minder als sulcx gedaen, Soo heeft dan d’eijserse eijndelijck door den Gerechts Bode alhier den selven ringh ind er minne doch niet te min gerechtelijck vanden gedaegde doen vorderen niet tegenstaende alle dese tergiversatien is den selven tot noch toe met den ringh in gebreecken gebleven. … Den gedaegde seijde voor antw: dat niet alleen praetendeert den ringh t’houden, maer oock het vroumensch. [129]
23-4-1688
Grietje Hendricksz dienstmaeght contra Aelbert Barten Quint. Zij wil huurloon hebben. [129]
24-4-1688
Hendrick Berentsz gerechtsbode contra Roelof Reijersz voerman tot betaling van 76 gl wegens weij van 2 paarden en een koe in 1687. Voortgezet 21-5-1688. [129]
7-5-1688
Arien Cornelissen van Maurik contra Franck Gerritsz Wildeman om te kennen of ontkennen van seeckere coopconditien ende sijn hant daer onder staende dd 19-1-1688. Voortgezet 21-5-1688. [129]
21-5-1688
Hendrick Berentsz gerechtsbode contra Roelof Thomassen tot betaling van 14-10 wegens voorsz huijshuijr paeschen 1688. Voortgezet 18-61688. [129]
18-6-1688
Maria Cornelis wed Huijbert van Velpen contra Evert de Wael schepen tot betaling van 12-10 wegens ¼ part van een vet beest bij den gedaegde gekoght [129]
18-6-1688
Den Heere Drossart Wilbrenninck wegens den heere van dijckvelt contra Louw Jacobsz tot betaling van 22-4 ter saecke van
234
verschuldighde paght vant kijfveen verschenen petri 1686 ende 1687 [129] 19-6-1688
Aert Geurtsz van Leersum contra Aert Gertsz de Leeuw tot betaling van 18 gl ter saecke van verschene huijshuijr paeschen 1688. [129]
24-9-1688
De mondigen, neffens den borgemeester Cornelius Verweij als oom ende bloetvooght over d’onmundige kinderen vanden majoor Johan Quint x Wilmijna Verweij contra wed Gijsbert Jansz Besembinden tot betaling van 7-10 wegens bieren. [129]
24-9-1688
Idem contra Robbert Ketel smit. Ut supra [129]
24-9-1688
Idem contra Arien de smit. Ut supra [129]
24-9-1688
Idem contra Cornelis Lijster. Ut supra. [129]
24-9-1688
Idem contra Hendrick Jansz Wijnen. Ut supra. [129]
24-9-1688
Idem contra Peter Petersz Wever ut supra [129]
24-9-1688
De mondigen, neffens den borgemeester Cornelius Verweij als oom ende bloetvooght over d’onmundige kinderen vanden majoor Johan Quint x Wilmijna Verweij contra Aelbert Gijsbertsz ut supra [129]
24-9-1688
Idem contra Elsje Corsse ut supra [129]
24-9-1688
Jaspar van Schadijck, won. Veenendaal, een mede naergelaetten soon en erfgenaem van Jan Jaspersen van Schadijck x Grietje Jans, voor hem selven en voorts t recht vercregen hebbende van d’andere mede erfgenamen tot de navolgende schult contra Hendrick Wijnen x Sijchje Reijersen, neen naergelaten dochter van Reijer .. x Jantje van Bemmell, en in die qualite den boedel van den selve sijn vrouwe vader en moeder onder sich geslaegen hebbende. Hij eist betaling van 20-18-8 ter saecke van winckelwaeren. Voortgezet 22-10-1688. [129]
24-9-1688
Anthonij Stip als gemachtigde van de executeuren van den testamente van de domheer Jan van Wijck contra Claes Jansz Robben tot betaling van 146 gl wegens verschenen huijshuijre ende lantpaght paeschen 1687 ende 1688. [129]
5-11-1688
Hendrick Berentsz gerechtsbode contra Dirck vander Wel x Geertje Jans tot betaling van 46-10 wegens lantpaght ende tabacqshancken over 1687 bij haer genoten [129]
15-11-1688 Dhr Cabel van Geldere contra Cornelis Jansz als borg voor Zeger Cornelisz gearresteerde tot kennen of ontkennen van zijn hand onder koopconditie 28-7-1686. Voortgezet 16-11-1688, 17-11-1688, 19-11235
1688, 3-12-1688, 17-12-1688, 14-1-1689, 11-3-1689, 8-4-1689, 22-41689, 10-6-1689, 22-7-1689, 16-9-1689. [129] 19-11-1688 Maria Cornelisz wed Huijbert van Velpen contra mr. Dirck van Orduijnen, chirurgijn tot betaling van een jaar huijshuijr paeschen 1688 verschenen ter somme van 44 gl ende noch per rest 5 gl van coop van een halve vette koije 1687. Voortgezet 3-12-1688, 17-12-1688. Vanaf 14-1-1689 voortgezet door Nicolaes van Velpen, en 11-2-1689, 25-21689, 8-4-1689. [129] 19-11-1688 Dirck Hermensz Vogelpoel contra Hermen Roelofsz van Hardeveld tot betaling van 19 gl den eijser noch resterende vande gedaegde wegens ruijlinghe van peerden. Peter Cornelisz van de Weert stelt zich borg voor Harmen Roelofsz. Voortgezet 11-2-1689. [129] 14-1-1689
Dirck van Orduijnen contra Claes van Dam hospes in de Roode Leeuw alhier. Hij diende ende leverde in scriptis. [129]
14-1-1689
Dhr Godert Adriaen baron de Rhede contra Jean fort de Belgarde [129]
11-2-1689
De mundigen, mitsgaders de voogden over de onmondige kinderen en erfgenamen van majoor Johan Quint x Willemina Verweij contra Gijsbert van Essevelt tot kennen of ontkennen van sijn hant staende onder coopconditien 8-7-1688. Voortgezet 25-2-1689. [129]
11-3-1689
Peter Hendricksz als vader en voogd van Dirkje Peters met zijn dochter in cas van defloratie en trouw contra Cornelis Huijbertsz. Voortgezet 84-1689. Dirkje is zwanger geworden en heeft een kind gebaard. De verwekking heeft plaats gehad in de hut op het tabaksland van burgemeester Verweij en naderhand op het tabaksland. Zie ook 10-61689, 24-6-1689. [129]
8-4-1689
Hendrick Berentsz wegens dhr van Amerongen contra Hendrick Aertsz tot betaling van 23-3 wegens weij anno 1688 [129]
6-5-1689
Hendrickje Jans gewesene dienstmaagd van Cornelis Cornelisse contra Cornelis Cornelisse. Voortgezet 24-6-1689, 8-7-1689, 22-7-1689, 16-91689. [129]
10-6-1689
Teunis de Ridder en Jan de Ridder contra Jean fort de Belgarde. Voortzetting. Zie ook 24-6-1689, 6-7-1689. [129]
10-6-1689
Joachum Berger brouwer te Amersfoort contra Huijbert Aelbertsz en Hendrick Aertsz. Wijck alsoo den gerequireerde jegens desen dage en uijre was geciteert om te versoecke vanden eijser ende requirant tegens de erfgenamen van Huijgh Petersz condtschap der waerheijt te geven 236
en sulcx desen te responderen op soodane interregortorien als hem souden mogen werden voorgehouden ontrent het weijen en hooijen vanden nobelweerdt etc jnde jaren 1672 en 1673 ende dat sulcx niet wort gepresteert [129] 16-9-1689
Abraham van Son raedt ende out-schepen der stadt Wijck contra Cornelis Woutersz, won. aenden Dijck tot kennen of ontkennen van zekere huurcedulle dd 10-9-1685. [129]
16-9-1689
Grietje Hendricks dienstmaagd contra Cornelis Lijster tot betaling van 12 gl voor een half jaar huurloon …[129]
28-10-1689 Frans van Dam contra Wouter Jansz den Orber. Hij seijde dat den gedaegdes vrou van dese somer 1689 van hem eijser heeft comen afslaen ontrent drie merg: weijt en garst, die ten naesten bij, door den gedaegde was bedongen ende verkoft voor de somme van 150 gl te betalen aenstons na de ontfanck vant corn [129] 28-10-1689 Jan Evertsz Bisschop en Bastiaen Bastiaernsz contra Cornelis Lijster tot betaling van 13-12 wegens gekoghte en ontfangen boere bossen in april 1689 [129] 25-11-1689 Peter Jansz smit x Baatje Jans contra Dirck van Orduijnen chirurgijn. Hij seijde dat op dinsdagh den 22 October deses Jaers 1689 ten huijsen van Jacob Jordensz Vos den gedaegde en gerequireerde des eijsers huijsvrou door het smijten van een tinne bolsche kan soodanigh aent hooft had gequest dat dienthalven den tijt van veerthien aen een volgende dagen onder cure van mr Pieter van Broeckhuijsen chirurgijn in Venendael was geweest. Weshalven hij eijser eerstelijck concludeert tot betaling voor geledene smert, pijn, en versuijm ter somma van drie rijcxdaelders. [129] 9-12-1689
Mr. Thomas van Dulcken als diaken contra Peter Cornelissen Bos. Hij seijde dat den gedaegde eene Hendrickje Jans op den Junij deses Jaers 1689 heeft gevordert een block hout aghter ondert radt van des gedaegdes wagen te leggen ende alsoo den selven wagen overt hout heen gaende ende de voorn: Henrickje over haer been reede, waer door ontstaen is, dat andere accidenten ende toevallen sijn gecomen, ende dese Diaconije groote excessive kosten heeft veroorsaeckt soo van huijsvestinge als anders ende tmeesterloon vanden Chirurgijn tot 57 gl, onvermindert de voorn Hendrickje haer pijn ende smert, als mede den Eijers versuijm tot discretie van desen Ed: Gereghte [129]
20-1-1690
Peter Jansz Smit x Baetje Jans contra Dirck van Orduijnen chirurgijn versteck van antwoord te begeren ende voort profijt van dien 237
namptissement van den eijsch gedaen alhier ter rolle in dato den 29-111689. Voortgezet 21-1-1690. [129] 20-1-1690
Simon de Moij, secretaris van Zuijlesteijn etc als kerkmeester, contra Gerrit Gijsbertsz won aen den Amerongense Dijck tot betaling van 3 gl hercomende ter saecke van een Jaer Lantpaght van een acker lants de kercke van Leersum competerende [129]
20-1-1690
Jan Stijnisz contra Jan Evertsz Bisschop en Bastiaen Bastiaensz. Hij versoghte dat de gedaagden sullen worden geordonneert te compareren voor commissarissen uijt desen Gereghte omme met den requirant te houden ende sluijten soodanige reeckeninge van vennitschap als de selve gedaagden en gerequireerden met des requirants vader zaliger hebben gehad wegens coop van houten cum expensis. [129]
28-2-1690
Evert Matthijsz contra Wouter Jansz de Orber. Hij seijde dat van daeg 14 dagen, die geweest is den 14e feb: deses lopende Jaers 1690 alle des gedaagdes en gearresteerdes tabacq had gekoft voor eene somme van 19 gl t 100 ll ende eenen silveren ducaton op den hoop toe ende voorts gerekent t’uijtschot jegens half gelt. Zij hebben er op gedronken etc maar Wouter betaalt niet. Voortgezet 1-3-1690, 3-3-1690 [129]
28-2-1690
Idem contra Henrick Jansz Wijnen. Uts. [129]
31-3-1690
Henrickje Jans gewense dienstmaeght van Cornelis Cornelisz contra Cornelis Cornelisz. Pro paupere. Voortzetting. Zie ook 5-5-1690. [129]
31-3-1690
Mr. Godert Quint secretaris, als gemachtigde van Cornelis van der Linden, coopman cruijdenier tot Rotterdam, contra Cornelis Lijster tot betaling van 73-9-8 per rest van meerder soms wegens geleverde cruijdeniers waren [129]
5-5-1690
Burgemeester Nicolaas van Velpen contra Jean fort de Belgarde tot betaling van 40-16 bij den eijer op versoeck van des gedaagdes huijsvrou aenden ontfanger Vijttenweert op 14-8-1689 betaelt tot voldoeninge van resterende verpondinge tot den Jare 1687 voor des gedaagdes helfte vanden klinckhamer-weert. Voortgezet 19-5-1690, 26-1690, 30-6-1690, 28-7-1690, 15-9-1690, 29-9-1690, 13-10-1690, 277-1691, 21-9-1691, 22-9-1691. [129]
19-5-1690
Schepen Jan de Ridder als gemachtigde van dhr van Amerongen contra Frans van Dam tot betaling van 4 gl per rest van weij van een kooij-beest anno 1688 [129]
238
30-6-1690
Mor Jansz won. Woudenberg contra Erris Evertsz won. Amerongse Dijk tot betaling van 7-17 volgens overgeleverde reeckeninge van naijloon [129]
30-6-1690
Idem contra Willem Geurtsz tot betaling van 3-10-8 wegens seeckere overgeleverde memorie van eet waren etc aen des gedaagdes huijsvrou gelevert [129]
1-7-1690
Hendrick Evertsz van Davelaer contra Gijsbert Cornelisz van Ingen c.s. Hij seijde dat sigh al op 24-6-1690 sigh had vervoeght bij Ued: sects omme in conformite vant 3e artl van Haer Ed: Mo: Ord ge-emaneert op t setten en verplaetsen der immen en Bijen, op seecker Lant, genaemt den Munnichendel te laten aentekenen eene bijestede, welck lant off plaetse (uijtwijsens het Bije-Boeck) als doen niemant te na was…. Het gerecht zegt dat op 11-6-1690 Gerrit Willemsz vanden Hoope, der supplianten huijrman, door zijn vrouw een bijstede op het goet alwaer was wonende naer behoren mogth worden aengetekent. Ontseggende derhalven den gerquireerden sijn eis. [129]
14-7-1690
Cornelis Jansz, won. Heusden, contra dhr Carell van Gelder te dienen van declaratie van costen. Voortgezet 15-9-1690. [129]
14-7-1690
Godert en Aertvan Wulven als ooms en mombers van Cornelis en Petronella Willems nagelaten kinderen van Petronella Huijgens aen haer verweckt bij Willem Cornelisz contra Willempje Aelten nagelaten weduwe en boedelhalstere van Willem Cornelisz, won. Scherpenzeel, in contrarie cas bij edicte eijsch en versoeck doen. Voortgezet 28-7-1690. [129]
2-9-1690
Teunis de Ridder contra wed Dirck de Ridder tot obedientie van de gedane arreste en detensie ende voorts ten fine de gearresteerde bij definitive sententie van desen Ed: Gereghte sal worden gecondemneert aenden arrestant te voldoen de summa van 40-11 uijt saecke ende als rest van cost gelt [129]
8-12-1690
Neeltje Hermans contra Jan de Kemp, molenaar. Sij seijde dat den gedaagde in praesentie vanden Huijsvrou van Jacob Jordensz Vosch en haer kneghts had gekoght allen haere eijers tabacq ende dat voor 12-10 ider 100 lb ende den nogh 179 ll twelck aghter de deur lagh ter selver prijs dogh 2 gulden minder op den hoop… Hij betaalt niet. [129]
12-1-1691
Jacob Grevinck alhier in judicio present als wed van Teuntje Hendricks contra Christoffel van Woerdenburgh als erfgenaam n.u. van Teuntje Hendricks voorsz, won. Den Haag. Hij concludeert alvorens tot
239
obedientie ende decretement vanden gedane arreste ende voorts uijt de middelen bij des eijschers requeste verhaelt etc: op alles etc: [129] 23-2-1691
Wouter Jansz den Orber contra Reijnert Berentsz Crom tot betaling van 21 gl wegens een schaer weijens over 1690. Voortgezet 26-1-1691! [129]
23-2-1691
Mr. Godert Quint secretaris nevens Gijsbert van Essevelt schepen n.u. soo voor haer selven ende sigh sterck makende voor haere onmundige suster en broer contra Pons Jacobsz tot betaling van 27-19-4 onder afslagh van 4 voeder troff hier tegen gehad ad 11 gl [129]
23-2-1691
Godert en Aert Huijgen van Wulven voor zichzelf en als mombers over de onmondige kinderen van Petronella Huijgen aen haer verweckt bij Willem Corneliz en soo te samen erfgenamen van Gijsbertje Huijgens in haer leven wed Huijgh Peters contra Cornelis Aelbertsz, won. in den Nieuwen Engh om te kennen of ontkennen zijn hand onder obligatie van 3-3-1686. [129]
19-3-1691
Marcus Renssen x Johanna Middelhoven, dochter van Michael Middelhoven, in leven predikant te Buren, en zich sterkmakende voor Baldus de Vael x Sara Middelhoven en voor Dirkje Middelhoven, mede kinderen en erfgenamen van Michael contra ds. Anth. Bronckhorst wed Elisabeth van Leerdam om te kennen de hand van zijn vrouw onder obligatie van 28-9-1675. [129]
20-4-1691
Cornelis Teunisz contra Maria Verweij wed Tijmen van Wijckersloot. Hij concludeert ten fine op d’uijtspraecke bij drost en commissarissen van 24-3-1690 gedaen condemnatie sal worden verleent [129]
4-5-1691
Adriaen van Overvelt x Jannigje Aelten, een nagelaten dochter en mede-erfgenaam van Aelt Aertsen verweckt wesende aen Grietje Hendricx in haer leven getrout geweest sijne met Aelt Aertsz contra Hendrick Aelten als een nagelaten soon en mede-erfgenaam van Aelt Aertsz mitsgaders een soon sijnde verweckt aen Grietje Hendricx voornt. In state tot den 2-6-1690. [129]
15-6-1691
Frans van Dam contra Cornelis Aelbertsz inden Nijen-Engh tot betaling van 7-2 wegens coop van vier vimmen bonen [129]
15-6-1691
Aert Geurtsz van Leersum contra Jan Roelofsz van Coten. Hij versoghte nieuwe letteren van executie op de verjaarde condemnatie [129]
240
15-6-1691
Idem contra Hermen Roelofsz tot betaling van 32 gl wegens huijshuijr bij den gedaagde in des eijers huijsinge aent mercktvelt over een jare verschuldight [129]
21-9-1691
Peter Dircksz Woudenbergh als momber over de onmondige kinderen van Teunis Dircksz contra Frans van Dam, won. Amerongense Dijck. Hij seijde dat den gedaagde op 29-7-1673 voor sijn broeder Willem van Dam sigh borge hadde geconsituteert voor eene somme van 66 gl ende dan nogh voor eene somme van 51 gl wegens coop van coorn. Voortgezet 5-10-1691, 19-10-1691, 30-11-1691, 18-1-1692. [129]
21-9-1691
Jan Teuwisz Bosch en Wijer van Ginkel contra Peel Cornelisz, won. Amerongen. Hij seijde dat de eijers in de lente 1690 vanden gedaagde hadden aengenomen om over den jare 1690 te weijden des gedaagdes twee paerden omme ende voor de somme van 48 gl [129]
21-9-1691
Mor Jansz kleermaker tot Woudenberg contra Erris Evertsz, won. Amerongense Dijck tot betaling van 7-17 hercomende van verdient arbeijtsloon en geleverde winckelwaren in 1682 1683 en vervolgens [129]
19-10-1691 Arnoldus ter Woerdt contra Robbert Ketel. Hij zei dat de gedaagde hem voor een heel jaar had ingehuurd voor 30 gl vrij-gelt boven dien een paer schoen met een schootvel. Maar Arnoldus is eerder vertrokken. [129] 18-1-1692
Jean fort de Belgarde x wed drost van Cleeff contra Henrick Jansz Wijnen als aengenomen hebbende de schulden des boedels van Jannitje van Bemmel laest wed Reijer Jansz te voldoen. Voortgezet 1-21692, 15-2-1692, 14-3-1692, 4-4-1692, 2-5-1692, 30-5-1692. [129]
18-1-1692
Jan Jansz, won. bij Sterkenburg contra Wilmina van Kesteren wed Gijsbert Wibael tot betaling van 9 rijcxdaelders tot 22-10 hercomende van verdient arbeijtsloon met houtrijden met des eijsers wagen en paerden uijt het Sterckenborghs Bosch in 1689 [129]
4-4-1692
Frederick van den Honert burgemeester contra Thomas van Aelst x wed Hendrick Sijberden. Hij seijde dat den eijser bij leven van Hendrick Sijbertden ende aen des selfs wed had gelevert een groote quantiteijt bier, dat het selve merckelijcke sommen was bedragende dat den eijser in dienst hebbende den voors: Hen: Sijberden met den selven hadde gereeckent ende gevalideert t geene hem van sijn ordinaire tractement was competerende. Nog schuldig 48-15… [129]
4-4-1692
Margaretha Turner contra Jean fort de Belgarde. Hij diende en leverde eijsch in scriptis. Voortgezet 18-4-1692, 2-5-1692 [129] 241
2-5-1692
Cornelis Teunisz contra Maria Verweij wed Thijman van Wijckersloot. Voortzetting. Zie ook 10-5-1692. En 11-7-1692. Nu treden de kinderen en erfgenamen van Cornelis Teunisz op. [129]
30-5-1692
Gijsbert Willemsz Sterck x Betje Jacobs echtelieden vant Veen ende nu tot Elst onder Rhenen wonende worden bij desen geconsenteert alhier tot Amerongen te comen wonen. [129]
30-5-1692
Johannes van Dompselaer, burger te Utrecht, ook namens Jacobus van Dompselaer sijn broeder, een mede-erfgenaam van Vincent van Dompselaer, hun vader ende het recht hebbende van de vordere erfgenamen contra Jean fort de Belgarde x Anna Beijer die te voren wed was van Peter van Cleeff. Hij alvorens tot kennen ofte ontkennen van seeckere plechte rente brieff op de huijsinge waerinne den gedaegde is wonende van 8-5-1644 tot laste van Roelof Thonisz ende den transporte daer op gevolght tbv gemelte Vincent van Dompselaer op 15-12-1657 ende vervolgens ten fine den gedaagde in sijne voorsz qualité bij sententie van desen Ed: Gerechte bij provisie sal werden gecondemneert aen handen vanden eijser op te leggen ende betalen 40 gl wegens 5 jaren rente. Voortgezet 13-6-1692, 5-12-1692, 16-11693. [129]
30-5-1692
Jacob Rutten dienstknecht van Jan Teuwisz Bosch contra Huijbert Aelbertsz won Amerongen. Hij seijde dat den eijser aen eenen Joost Berentsz in leven gewoont hebbende op de Weert hadde geleent 10 gl dat den selven Joost Berentsz ipv den eijser de geleende 10 gl te restitueren hadde aengenomen ses oij-schapen vanden eijser te weijden tot 14 dagen na St. Jacob 1691 en welcke schapen den eijser ten dien fine van sijn mr hadde gekogt…. Voortgezet 13-9-1692, . [129]
30-5-1692
Dirck van Orduijnen chirurgijn contra Thomas Huijberden en Cornelis Huijberden als ooms en bloedvoogden over het onmondige kind en erfgenaam van Jan Baptist (soo genoemt inde wandelingh) in leven gewoont hebbende tot Amerongen. Hij seijde dat den eijser in 1687 met Jan Baptist hadde gereeckent ende dat hem doen maels bij slot van reeckeninge was competerende 2-12 spruijtende van geleverde medicamenten ende verdient mr loon aent kint van Jan Baptist voornt dat naer dato noch aent selve kint hadde verdient 16 sts mitsgrs aende vrou in hare sieckte inden Jare 1689 een somme van 6-12 ende eijndelijck aenden man 12 sts makende in toto 10-12, alles conform des eijers schult-boeck, …. dat naert overlijden vanden voorsz Jan Baptist den Heere Drossard Wilbrenninck ex officio des selfs na gelatene goederen hadde verkogt ende daer over erfhuijs gehouden dat den eijer op dato publiecq erfhuijs vanden overledene hadde gekoft een Bedt 242
boven des selfs waerdije van meijninge sijnde omme de somme daer voor belooft jegens sijne praetensie te consequeren…. [129] 30-5-1692
Cornelis Lijster herbergier tot Amerongen contra Jacob Jordensz Vos als vader voogt en erfgenaam van sijn overleden zoon Jacobus Vos. Hij seijde dat den eijser te praetenderen hadde wegens verteeringen t sijnen huijse gedaen door Jacobus Vos des gedaegdes overledene soon eene somme van 16-2 al gepasseert inden Jare 1683 en 1684, t laetste verteert den 13-2-1684. [129]
13-6-1692
Dirck van Hooft wijnkoper tot ’s Hertogenbosch als cessie van actie hebbende van den Heere Hendrick van Wijckersloot burgemeester van Rhenen x Sophia Heuff contra Cornelis Lijster om te kennen of ontkennen zijn hand onder obligatie van 7-5-1684. [129]
11-7-1692
Wouter Jansz den Orber en Hendrick Jansz Wijnen als mede de rato caverende voor Jan Cornelisz als pachters van de Allemansweert vanden Heeren St. Pieters te Utrecht contra Jean fort de Belgarde. Zij hebben voor Jean geweid op de 12 morgen in 1690 een hockelingh voor 7-10 en nog 2 paarden vier maanden geweid … Voortgezet 25-71692, 12-9-1692, 13-9-1692, 26-9-1692, 10-10-1692, 7-11-1692, 21-111692, 5-12-1692, 19-12-1692, 16-1-1693. [129]
11-7-1692
Idem contra Peter Jansz Smit. Zij hebben voor hem in 1687 geweid op de vijftien morgen een hockeling voor 8 gl. En in 1690 op de 12 morgen een kalff voor 3 gl. En in 1691 nog een hockeling op’t eerdtgrift voor 8 gl. Voortgezet 25-7-1692, 13-9-1692. [129]
25-7-1692
Thomas van Aelst als stiefvader en voogd over sijns huijsvrouwen voordochter Lijsbet Hendricx contra Dirck vanden Brenck. Hij seijde dat des gedaegdes huijsvrou van den eijser hadde gehuijrt des selfs stiefdochter voor een tijt te weten 29-6 tot victoris deses Jaers 1692. De vrouw heeft het meisje bij de arm gepakt en met 12 stuivers het huis uit gejaagd. [129]
12-9-1692
Jean fort de Belgarde contra Jannigje van Bemmel wed Reijer Jansz werdende de costen overgeleijt jegens Hendrick Jansz Wijnen als aengenomen hebbende de lasten des boedels te voldoen ende oversulcx alhier gedaagde om te sien dienen van declaratie van costen. [129]
13-9-1692
Elisabet Jansz van Ingen wed Godert vanden Doorslagh contra Evert de Wael wed Elsje Brouwers en Magdalena van Beckum, meerderjarige dochter, als een mede-erfgenaam inden bloede van den voornoemde Elsje Brouwers haar moeder. Om te kennen of ontkennen hun hand 243
onder obligatie van 25-11-1682 bij Evert de Wael x Elsje Brouwers gepasseerd. [129] 13-9-1692
Jannigje van Ingen wed Jan Costers, Elisabet van Ingen wed Godert van den Doorslagh en Aartje van Ingen meerderjarige dochter alle kinderen en erfgenamen van Ariaentje Matthijs wed Jan Ariesz van Ingen contra Evert de Wael wed Elsje Brouwers en Magdalena van Beckum haar dochter. Jan van Beckum heeft op 15-7-1667 van Ariaentje Matthijs geleend 100 gl van welck capitale somme pas op 306-1674 tbv de requiranten een obligatie is gepasseerd. [129]
13-9-1692
Jan de Wael contra Evert de Wael tot betaling van 140-10 ter saecke van verschote en geleent gelt, met de renten van een obligatie van 450 gl dd 9-6-1670 bij Jan Gerritsz van Beckum waer aen des gedaegdes eerste huijsvrou zaliger Elsje Brouwers is getrout geweest ten behouven van Borgert van Beckum waer van den eijser de naergelatene weduwe in huwelijck gehadt ende mitsdien trecht daer van becomen heeft [129]
13-9-1692
Nicolaas van Velpen contra Cornelis Lijster. Hij seijde dat den gedaagde in 1689 van hem heeft gekocht 1 morgen gras voor 47 gl en een opper droog hooi voor 3 gl en wegens stro en paardenwei voor 1-6. [129]
13-9-1692
Idem contra Roelof Reijersz tot betaling van 3-15 wegens een mud peertsbonen aan de gedaagde geleverd. [129]
5-12-1692
Dirck van Orduijnen chirurgijn contra Peter Langius tot betaling van 342 spruijtende ter sake van geleverde medicamenten ende verdient mrloon mitsgaders gehaelde ende aen sijn huijs geleverde off verteerde gelagen ende drinckschult. Voortgezet 19-12-1692, 16-1-1693. [129]
16-1-1693
Aris Evertsz, won. aen den Amerongense Dijck contra Peel Cornelisz, won. Amerongen. De vrouw van Peel heeft in 10-1692 gekocht drie vimmen bonen maar betaalt niet. [129]
30-1-1693
Nicolaes van Velpen contra Jan de Leeuw. Jan heeft in 1692 gekocht twee hamels tot 9 gl en op de Amerongse Kermis voor 6 oude ooien 17 gl ontvangen, waarvoor Nicolaas in 1692 op de Klinckhamer-weert heeft geweid twee scharen aan schapen tot 34 gl, waerenboven den eijser aenden gedaegde als gemagtighde van Christoffel van Weerdenborgh nogh heeft verhuijrt gehadt seeckere huijsinge staende op den Hoff alhier …Voortgezet 13-2-1693, 27-2-1693, 13-3-1693, 27-3-1693, 10-41693, 1-5-1693, 15-5-1693, 19-6-1693, 17-7-1693, 31-7-1693, 11-91693. [129] 244
30-1-1693
Margaretha Turnor contra Cornelis Cabel tot betaling van weigeld van 2 paarden over 1692 voor 56 gl. [129]
30-1-1693
Idem contra Hermen Roelofsz tot betaling van weigeld van 2 paarden over 1692 voor 60 gl. [129]
30-1-1693
Hendrik Jansz Wijnen contra Jean fort de Belgarde. Versoeck doen. Voortgezet 13-2-1693, 13-3-1693, 10-4-1693, 1-5-1693. [129]
27-2-1693
Margaretha Turnor contra Roelof Reijersz tot betaling wegens naweij van 2 paarden over 1692 ter somme van 14 gl. [129]
1-5-1693
Erfgenamen van Cornelis Teunisz als aangenomen hebbende de armenten van de processe van Cornelis Teunisz hun vader contra Maria van Wijckersloot. Hij diende van declaratie van kosten. Voortgezet 15-5-1693. [129]
1-5-1693
Franck Wildeman contra Robbert Ketel tot betaling van 5-6 bij den gedaegde aen den eijser schuldigh confrom des selfs schultboeck [129]
1-5-1693
Bastiaen Metman en Gerrit Metman, zoons en mede-erfgenamen van Gerrit Metman, contra mr. Dirck van Orduijnen tot betaling van 75-18 ter sake van geleverde winkelwaeren. Voortgezet 15-5-1693, 29-5-1693 [129]
31-7-1693
Mr. Godert Quint als aangestelde curator over de desolate boedel van Jan Willemsz van de Scheur contra Willem Jansz schoenmaker. Hij seijde dat Willem in de voortijt deses jaers 1693 vandes eijsers broeder Jan Quint hadde afgeslagen ende gekoft een hegge ijken-houtgewas gelegen tot Elst achter d’hofstede genaemt de Scheur voor 45 gl, behalven den wijncoop die daer op is gedroncken. De helft van die heg competeerde Jan Willemsz van de Scheur… [129]
6-11-1693
Jan van Amerongen, procureur van Rhenen, contra Jan Tol als administrateur van de goederen van Bitter Vlaskamp aen den Amerongschen Dijck gelegen tot betaling van 48 gl ter saecke van kost, dranckals logement bij den voorn Vlaskamp ten huijse vanden eijser gehad ende genoten …[129]
6-11-1693
Dhr. Aelbert Steck, brouwer in Veenendaal, contra Dirck van Orduijnen, chirurgijn tot betaling van 77-3-8 ter saake van geleverde bieren etc [129]
20-11-1693 Dirck van Orduijnen contra Jacob Grevinck tot betaling van 5 gl wegens mr loon raseren etc. [129]
245
4-12-1693
Gijsbert van Essevelt contra Cornelis Lijster tot betaling van 75 gl wegens afrekening van 12-12-1690 met den gedaagde gehouden en 64 gl alles wegens geleverde bieren. [129]
15-1-1694
Johan Wilbrenninck drossaard contra Jean fort de Belgarde. Hij heeft geld voorgeschoten voor Jean en krijgt dat maar niet terug. [130]
15-1-1694
Aert Geurtsz van Leersum contra Wilhelmina van Kesteren wed Wibaeld. Hij eist betaling van 10 gl wegens camer huijre bij den gedaagde bewoont [130]
15-1-1694
Gijsbert van Esseveld contra Cornelis Lijster. Tweede deffault [130]
15-1-1694
Frederik vanden Honert schepen contra Jan van Os Achterbergh in de Ginkel. Hij eist betaling van 3 gl wegens twee halfvaten cleijn bier in 1688 aan Jan geleverd. [130]
15-1-1694
Frederick van den Honert schepen contra Dirck Vuijck, als aangenomen hebbende te betalen voor Cornelis van Ommeren en Claes … won. tot Cothen. Hij eist betaling van 4-10 wegens een ton en ½ vat cleijn bier aan de voorn. van Ommeren en Claes gelevert anno 1692. [130]
12-3-1694
De vrijvrouwe van Amerongen contra Franck Wildeman. Zij eist betaling van 10 per rest van meeder soms wegens huijr van enghlant [130]
12-3-1694
Dirck van Orduijnen chirurgijn tot Amerongen contra Erris Evertsz. Hij eist betaling van 20 gl conform accoort met den gedaagde gemaeckt en verdient. Item wegens geleverde medicamenten en mr. loon over t genesen van den vrouw van den gedaagde over hare quetsuere den 24-1-1694 aen den Ameronghsen Dijck opt Zantpadt door een seecker persoon met een paert comende rijden ge-infligeert. [130]
12-3-1694
Hendrick Jilles de Raet, won. Leeuwarden, triumphant voor den gerechte der voorsz stadt alhier arrestant contra Jacob Boelhouwer x Anna Elisabeth van Raesvelt gecondemneerde op sijne goederen onder Amerongen gelegen. [130]
12-3-1694
Jan de Ridder, won. XL Garden aen den Amerongensen Dijk contra Nicolaes van Velpen. Hij diende en leverde eijsch in scriptis. [130]
30-4-1694
Gijsbert van Essevelt eiser en triumphant contra Cornelis Lijster gedeclareerde te dienen van declaratie van costen. [130]
30-4-1694
Trijntje Alarts wed Hendrick Cornelisz contra Cornelis Lijster. Zij eist betaling van 4 gl per rest van meerder soms uijt kraghte van seeckere schultbekenninge ende relaas vanden deurwaarder Ruijsseveen van 12-5-1693 [130] 246
30-4-1694
Bastiaen Metman als erfgenaam van Gerrit Metman sijn vader contra Cornelis Otten als voor 1/3 deel erfgenaam van zijn vader Ott Morren in leven gewoond hebbende te Amerongen. Hij eist betaling van 4-11-6 sijnde t 1/3 gedeelte vande somme van 13-14-8 den eijser competerende vanden boedel vanden voorn Ott Morren conform Lootcedulle dd 14-11-1692 sijnde Leverancie van winckel-waren bij Ott Morren vanden eijrser vader zaliger ontfangen [130]
30-4-1694
Evert de Wael bekent schuldig te zijn aan Hendrick Metman 40-9 [130]
14-5-1694
Andries Fransz won onder Maurik contra Thomas van Dulcken. Hij eist betaling van 14 gl en een half vat bier van 3 gl [130]
18-6-1694
Gijsbert van Essevelt triumphant en declarant contra Cornelis Lijster gedeclareerde. Hij verzocht 2e deffault. [130]
2-8-1694
Frans van Dam contra Wouter den Orber en Hendrick Wijnen. Bosch door de Moij versoghte Eijs off comparunt ende absolutie vande instantie cum expensis damnis et interesse. Voortgezet op 4-8-1694, 10-9-1694 [130]
8-10-1694
Frederick vanden Honert schepen contra Cornelis Lijster herbergier tot Amerongen. Hij exhibeerde sijne speciale procuratie ter secretaris deses Ed: Gerechts gepasseert; seijde dat den eijser op den 7 e november 1690 met den gedaagde hadde afgereeckent wegens geleverde bieren tot dato voornt. .. Voortgezet 1-4-1695, 3-6-1695. [130]
17-12-1694 Jan de Leeuw contra Dirck van Orduijnen. Hij eist betaling van 99-4-8 van gelevert vlees, een half slaghbeest rogh, ende een jaer lantpacht. Voortgezet 14-1-1695, 28-1-1695, 11-2-1695, 1-4-1695, 15-4-1695, 294-1695, 3-6-1695, 17-6-1695, 15-7-1695 [130] 4-1-1695
Georgius Bos als procureur gedient hebbende Frans van Dam contra Wouter den Orber en Hendrick Wijnen. Hij diende declaratie van costen de selve alhier in judicio overleverende met versoeck dat de selve in capite mach worden gereeckent van op huijden daer van gedient te sijn .. [130]
15-4-1695
Marcus Renssen notaris voor het Hof van Utrecht contra Wijnand Joosten Vis. Hij eist betaling van 8-2 ter sake van verschot en salaris bij den eijser als notaris verdient en gedaan in sake vanden gedaagde [130]
247
3-6-1695
Frederick vanden Honert contra Dirck van Orduijnen. Eijsch en versoeck doen. Hij eist 208-3 ter saake van gelevert bier, slib, scherbier ende draft sedert 25-6—1687 tot 8-3-1695. Voortgezet 4-6-1695. [130]
29-7-1695
Anne Huijberts gewesene dienstmaeght van Dirck van Orduijnen contra Dirck van Orduijnen. Zij eist betaling van ½ linne laken tot een hemt (boven haer loon voor meij 1695) aenden reqnte belooft, verdient en welcke loon oock is betaelt. Jtem tot betaling van ¼ jaers huijrloon jegens 26 gul int jaer. Voortgezet 9-9-1695. [130]
24-8-1695
Jan de Leeuw contra Cornelis Jansz van Meerten gearresteerde op sijne peerden. Gisteren hebben de paarden van Cornelis gelopen op land van Jan. Voortgezet 28-8-1695. [130]
9-9-1695
Dirck van Orduijnen contra Thomas van Aelst. Hij seijde dat in de voorsz winter door de felle vorst op de sneeuw des gedaagdens voeten waren bevrosen in soo verre dat pericul was van noijt meer te sullen connen gaen dat den eijser daeromme door den gedaagde was versogt hem soo veel te cureren als mogelijck was, ‘twelk den eijser ook heeft begonnen, en (door Gods genade) soo verre hersteld, dat den gedaagde wederom in staet is sijne functie waertenemen en sijn werck te doen, welke curatie als seer swaer sijnde en niet sonder afsetten van verscheijdene leden konnende geschieden ook niet anders als met groote costen en verschotten van medicamenten; soo hadde den eijser daer aen ruijm seventigh gul verdient, dogh den gedaagde op t’uijterste verlaten voor 54 gl. om redenen dat den slegten staet vanden gedaagde considereerde, dogh was den gedaagde egter in mora gebleven om de voors: penn: te voldoen [130]
9-9-1695
Evert de Cruijff, won. Overlangbroek, contra Arris Evertsz aenden Ameronghsen Dijck. Hij eist betaling van 6-10 per rest van coop van een veers hockelingh [130]
9-9-1695
Franck Wildeman en Peter van Nellesteijn als diakenen van Amerongen contra Cornelis Lijster. Zij eisen betaling van 48 gl ter saake van 4 jaren verlopen renten van een capitaal van 200 gl. [130]
23-9-1695
Mr. Godert Quint secretaris, in cas van salaris, contra Dirck van Orduijnen. Hij moet de procuratie nog betalen. Voortgezet op 7-101695. [130]
4-11-1695
Jean fort de Belgarde contra dr. Bartens advocaat te Tiel in cas van salaris. [130]
248
16-12-1695 Frederick van den Honert schepen contra Thomas van Aelst. Hij eist betaling van 18-2 volgens afrekening wegens geleverde bieren en 20 gl wegens een schaar koeij-weijens over 1695. [130] 16-12-1695 Nicolaes van Velpen burgemeester contra Ernst Thomassen. Hij eist betaling van 52-10 voor 2 jaren renten van een capitaal van 525 gl. [130] 9-3-1696
Gerrit Gijsbertsz contra Jacob Jordensz Vos. Zij hadden aangegaan een contract om enig land van de gedaagde ten halven te tabacken en dat voor de tijt van twee aan een volgende jaren. [130]
23-3-1696
Hermen Roelofsz en Roelof Reijersz als erfgenamen van hun zuster Aeltje Reijers contra Hendrick Jansz Wijnen n.u. een mede-erfgenaam van Aeltje Reijersz als gemachtigde van de verdere erfgenamen. Hij seijde dat des eijsers suster Aeltje Reijersz za: gewesene huijsvrouw van Jan Jansz Bruren sijnde overleden, den gedaagde alle de goederen vanden selve onder sigh hadde geslagen, en met den voorsz Jan Jansz Bruer … hadde gehandelt. Hij moet boedelinventaris leveren. Voortgezet 27-4-1696. [130]
29-5-1696
Thonis Huijbertsz won. Amerongense Dijk contra Jan van Brenck won. Lienden. Hij zei dat Jan aan hem op 23-1-1696 had verkocht 4 morgen land in de Coornweert voor den huijse Berckesteijn voor 525 gl. Hij moet nog betalen. [130]
5-6-1696
Anna Sophia Fisbagh wed Otto Barentsz Cock heeft met goedvinden van Beatrix Jans x Cornelis de Cock, Pieter Jansz Cock en Hester Jans x Arien Cock, als mede-erfgenamen van Otto Barentsz Cock hier ter secretarie geconsigneerd de volgende obligatie: 820 gl tot last van Jochem Berger x Elisabeth van Hattum dd 22-4-1688, 1000 gl tot last van Wilhelmina van Balveren douariere de Cock van Delwijnen en Johan de Cock van Delwijnen dd 6-5-1690, 600 gl tot last van Marten Polman x Hester van Luthoven dd 15-5-1694, 530 gl tot last van gerecht van Amerongen dd 15-1-1684, 300 gl tot last van Cornelis Sandersz vant Wildert x Aeltje van Tuijl dd 9-11-1690 [130]
22-6-1696
Nicolaes van Velpen, burgemeester contra Jean fort de Belgarde. Hij eist betaling van 6 gl wegens weij van een hockelingh vant jaer 1695. [130]
22-6-1696
Evert de Cruijff won. Overlangbroek, contra Jan Errissen alias Kae? aenden Amerongense Dijck woonachtigh. Hij eist betaling van 39 st per rest van coop van een vet hockelingh. Voortgezet 14-9-1696 [130]
249
6-7-1696
Huijgh Jansz contra ds. Bernardus Keppel. Hij eist betaling van 12 gl ter saake van boter en melk voor eenige jaren geleden aen hem geleverd. En 8-10-8 ter saaeke van 31 ll suijvere boter. En 1-15 ter saake van ½ mud boeckweijt aen hem gelevert. Voortgezet 20-7-1696, 14-9-1696, 28-9-1696, 26-10-1696, 9-11-1696. [130]
9-7-1696
Mr. Cornelis Clerck secretaris van Rhenen contra Hendrick Gillis de Raet gearresteerde op sijne goederen ende effecten onder Amerongen. Hij eist betaling van 122-14 soo ter saake van verschot als verdient salaris in des gedaagdes saaken als advocaat gedaen [130]
20-7-1696
De declaratie van costen overgegeven uit naam van Adriaan Hardenberg drossaard triumphant op en jegens Helmert Hendricksz, Hendrick Turen en Cornelis van Eijckevelt heeft het gerecht getaxeerd op 91-18 waer onder het specie geld is begrepen. [130]
14-9-1696
Thonis Huijbertsz, won. Amerongense Dijck, contra Jan van Brenck won Lienden. Zie eerdere zaak. [130]
14-9-1696
S.de Moij, procureur, contra Aertje Jans. Hij eist 3-9 volgens specificatie van 7-8-1696 door hem aan haar verdiend. [130]
28-9-1696
Annitje Cornelis gewesen dienstmaagd van Jacob Tijmansz. Hij moet haar nog betalen. Voortgezet 12-10-1696, 26-10-1696, 9-11-1696, 2311-1696, 7-12-1696, 18-1-1697, 1-2-1697, 15-2-1697, 27-9-1697, 1110-1697, 8-11-1697, 6-12-1697, 20-12-1697. [130]
12-10-1696 De besorgers der Diaconije Armen alhier tot Amerongen contra Cornelis Lijster. Hij komt zijn eerdere belofte niet na. [130] 23-11-1696 Peter van Nellesteijn en Jan Andriessen als diakenen van Amerongen contra Jan de Ridder, won. Amerongense Dijk om te kennen of ontkennen zijn handtekening onder obligatie van 1-6-1683. Voortgezet 7-12-1696 [130] 23-11-1696 Peter van Nellesteijn en Jan Andriessen als diakenen van Amerongen contra Evert de Keijser. Hij seijde dat Dionijs Gerritsz des gedaagdes vrouws vader, op 1-12-1651 op interesse hadde geligt vanden dicaonije armen 115 gl. Hierop is geen rente betaald. Voortgezet 7-12-1696. [130] 18-1-1697
Frederik van den Honert contra Cornelis Lijster. Op 8-10-1694 is Cornelis gecondemneerd voor 154 gl… [130]
18-1-1697
Simon de Moij, procureur postulerende voor desen Ed. Geregte impnt in cas van zalaris contra Roelof Reijersz. [130] 250
18-1-1697
Idem contra Aertje Jans.
18-1-1697
Peter Jansz Smit contra Claes van Dam. Hij eist 8 gl per rest wegens een paert twelck den overleden deurwaarde Hendrik van Ruijsseveen nu 2 jaren geleden door last van den eigenaer vant selve peert publiecq had verkoft aenden gedaegde om uijt de cooppenn: te betalen den eijser sijne lasten wegens cureren vant selve paert [130]
18-1-1697
Cornelis Lijster contra Jacob Grevinck. Hij eist betaling van 16 gl wegens een 3e portie vant geene den gedaagde noch debet is, van geleverde wijn, bier en verteringe bij hem ende sijne overledene huijsvrouw Teuntje Hendricks gedaen … [130]
1-2-1697
Mr. Godert Quint als uijtvorderende seeckere restantien van Frerick vanden Honert gewesene kerckmr van Andrieskerck alhier en oock als kerkmeester zelf, contra Jean fort de Belgarde. Hij eist 15 gl wegens renten van 100 gl gevestigd in de Bree [130]
1-2-1697
Idem contra Cornelis Lijster. Hij eist betaling wegens de restanten van de gewesene kerckmeester vanden Honert ter somme van 45 gl wegens 3 jaren renten van 300 gl in een huis en hof waarin Cornelis tegenwoordig woont. En een jaar rente van het voorsz kapitaal samen voor 60 gl. [130]
1-2-1697
Idem contra Roelof Reijersz. Hij eist betaling van 3 jaren landpacht [130]
21-4-1697
Margaretha Turner contra Dirck van Orduijnen. Zij wil dat Dirck wordt gecondemneerd de huijsinge bij hem bewoont, en bij de vrouwe eijserse gekoft, binnen 24 uren te ontruijmen en met sijne goederen daer uijt te vertrecken op pene dat de selve goederen tot sijne lasten door den Officier deser Heerlickheden of sijne gelaste sullen werden verbragt, met verdere condemnatie van alle de costen, schade en intresse die de vrouwe eijserse daer door gereets heeft geleden en nogh te lijden tot taxatie van schepenen te moeten betalen oock in de lasten van desen processe ofte andere &c. [130]
24-5-1697
Jan Evertsz won Remmerden verklaart te renuncieren van het arrest op 22-5 gedaan door de deurwaarde aan Gerrit Joosten voerman op Utrecht wegens het doodrijden van des compnts schaep door den gearresteerde gepleegt [130]
21-6-1697
Gerrit Joosten gearresteerde en gedetineerde triumphant contra Jan Evertsz won Remmerden. Te dienen van declaratie van costen. [130]
251
20-8-1697
Frans Hendricksz sammereus schipper contra Nicolaas van Velpen burgemeester als erfgenaam van zijn moeder. Hij eist betaling van 12 gl ter saake van verdient vragtloon van eenigh goet van Amstersam op t Wielse Veer gevoert als wanner de francoisen in den eersten oorlogh dese provincie van Utregt wederom hadden ge-evacueert, oock cum exp: Voortgezet op 21-8-1697, 23-8-1697, 30-8-1697, 13-9-1697, 27-91697, 11-10-1697, 25-10-1697. [130]
13-9-1697
Marcus Renssen, notaris voor het Hof van Utrecht, in cas van salaris, contra wed Hendrick Jansz Wijnen. Zie ook 6-12-1697. [130]
25-10-1697 Steven de Leeuw contra Fijtje Reijers wed Hendrick Wijnen te dienen van declaratie van costen. [130] 25-10-1697 Marcus Renssen, notaris voor het Hof van Utrecht, eiser in cas van verschot en salaris als notaris verdiend, contra Feijtje Reijers wed Hendrick Wijnen. Voortgezet 20-12-1697. [130 8-11-1697
Willem Lijster contra Steven de Leeuw. Hij seijde dat den eijser inden jare 1695 met den gedaagde hadde gekoft drie parcelen ijkenhout in haer Ed: Mo: Bosch voor de somme van 23 gl. dat den eijser (als ’t voorsz hout geruijmt hebbende) tselve oock door des selfs vader, volgens quitantie van 9-10-1697 hadde betaalt… Voortgezet 21-111697, 6-12-1697. [130]
21-11-1697 Maria Verweij wed Wijckersloot contra Jan de Leeuw. Hij seijde dat de eijerse in voorsz maent aug. deses jaers 1697 aenden gedaagde hadde verkogt seeckren quantiteijt tabacq soo eert als santgoet… Voortgezet 6-12-1697. [130] 21-11-1697 Franck Gerritsz Wildeman contra Maria Verweij wed Tijman van Wijckersloot. Hij seijde dat hem vanden gedaagde competerende was 8-16-8 over gedaan arbeijtsloon ende geleverde materialen [130] 21-11-1697 Idem contra Aelbert van Wijckersloot. Non comparitie. Voortgezet 1112-1697. [130] 17-1-1698
Annigje Cornelis contra Jacob Tijmansz in cas te salveren en in regten te concluderen. [130]
17-1-1698
Willem Lijster contra Steven de Leeuw. Dupliek te begeren. [130]
17-1-1698
Marcus Renssen, notaris contra Feijtje Reijers, wed. Hendrick Jansz Wijnen. Repliek te begeren. [130]
14-2-1698
Jacob Tijmansz contra Annigje Cornelis te salveren en in regten te concluderen. [130] 252
21-2-1698
Idem contra Dirk van Orduijnen. [130]
14-3-1698
Wed Cornelis Verweij, Claas Cornelisz, Ernst Thomassen, Aart Woutersz, Thomas Huijberden, Cornelis Huijberden, wed Wijckersloot, Jacob Tijmansz, Jacob Willemsz, Jan Bruren, Johannes Matheusz, Cornelis Hendricksz, Peter Cornelisz Bos, Hendrick Otten, Gijsbert Willemsz Sterck en Cornelis Lijster contra Dirk van Orduijnen. [130]
9-5-1698
Gerrit Wildeman, won. Elst, contra Peel Cornelisz. Hij seijde dat den gedaagde in 1697 van de eiser had gekocht voor 34 gl aan boekweit liggende op het land van de barones van Amerongen aent bosje, en voor 42 gl aan weit uit de tiend van de heren van St. Pieter, genaamd de Beer Wis, mede in 1697, waarop in twee reizen door Peel is betaald 18 gl. Hij moet de rest nog betalen. [130]
9-5-1698
Thomas van Dulken contra Fijtje Reijers wed Hendrik Wijnen. Hij seijde dat de gedaagde aen hem ten agteren was de somme van 39-17 ter saake van cuijp-werck en gedaan verschot over 1694-1697 onder afslagh van 35 gl over ontfangen rogge. Vervolgd op 23-5-1698. [130]
6-6-1698
Jan de Ridder, burgemeester, en Claas van Dam, diaken, contra Roelof Reijersz. Hij seijde dat d’eijsers int bos van Walereijn onder desen Geregte hadde doen roijen veel hout, sijnde t haare nog op veele plaetsen op de geroijde kampen, dat d’eijsers sulck hadde aenbestaast aen eenen Christiaen … sijnde een buijten persoon. Hij heeft zelfs een wagen hout vervoerd. .. [130]
4-7-1698
Aert Aertsz, won. Maurik, contra Peel Cornelisz, won. Amerongen, om te kennen of ontkennen zijn handtekening onder obligatie van 21-101697. [130]
4-7-1698
Gerrit Wildeman, triumphant, contra Peel Cornelisz. Hij diende declaratie van kosten. [130]
4-7-1698
Cornelis Quint, won. Amerongen, contra Evert de Wael. Hij eist 8-16 per rest van 16 voeder messie bij den gedaagde van den eijser gekogt in 1697 en met des eijsers wagen en peerden den gedaagde thuijs gebragt. [130]
1-8-1698
Nicolaes van Velpen, oud-burgemeester, contra Jan van Kesteren borg als principael voor Gerard Wibaals in die kwaliteit gedaagde om te kennen of ontkennen zijn hand onder obligatie van 30-5-1698. [130]
1-8-1698
Jan de Leeuw, triumphant, contra Dirk van Orduinen om te dienen declaratie van kosten. [130] 253
12-9-1698
Simon de Moij, procureur, contra Jean fort de Belgarde, om te kennen of ontkennen zijn hand onder contract tussen partijen gemaakt 7-91696. [130]
12-9-1698
Mr. Godert quint advocaat voor het Hof van Utrecht, contra Jean fort de Belgarde om te dienen declaratie van kosten. [130]
12-9-1698
Jan van Kesteren contra Nicolaas van Velpen. Hij diende en leverde in scriptis. [130]
12-9-1698
Philips Rijcksz contra Thomas Huijberden. Hij eist betaling van 3 gl wegens een halve vim rog dack bij den gedaagde van de eiser 3-4 jaar geleden ten huize van Huijch Jansz gekocht en daags daarna met een wagen gehaald. [130]
12-9-1698
Dirck van Orduijnen contra Jan de Leeuw, schepen. triumphant te dienen van diminutie. [130]
27-9-1698
Aelbert Gijsbertsz, won. onder des Conings Jurisdictie tot Baren [Baarn] contra Jan Andriessen van den Bergh, won. Amerongen. Hij zei dat de eijser op 21-6-1698 door de secretaris publiek had verkocht seeckere huijsinge met d’annexe landerijen, in huijre gebruijckt bij Claes Cornelisz ende gelegen onder Amerongen. Dat dit huis door Jan is gekocht. Hij moet nog geld betalen en heeft vele uitvluchten. [130]
10-10-1698 Jan de Ridder contra Jean fort de Belgarde. Hij eist 33-10 salvo calculo per rest van coop van messie in 1697 ende arbeijtsloon wegens elst voeder de voorsz messie op des gedaagdes lant te brengen, mitsgrs van coop van 1500 spijlen in 1697 int najaar, oock bij procuratie cum expensis. Non comparitie. Voortgezet op 16-1-1699, 30-1-1699. [130] 2-11-1698
Daem van den Bosch als gemachtigde van Jan Hendrick Poulisz contra Jan Claessen smit. Tot leverantie van gekogten tabacq vanden gedaagde. Voortgezet op 3-11-1698, 4-11-1698[130]
13-2-1699
Gijsbert van Essevelt, brouwer te Amerongen, contra Fijtje Reijers tot betaling van 52-5 per rest van geleverde bieren. Voortgezet 27-3-1699. [130]
13-2-1699
Anna Beijer soo voor her selven ende vorder s.s. ageert contra Jan de Leeuw. verstek te begeren. Zie ook 27-2-1699. [130]
13-3-1699
Henrick van Wijckersloot oud-burgemeester en wijncoper tot Rhenen contra Fijtje Reijers wed Hendrick Wijnen tot betaling van 156-1-4 ter saecke ende per rest van geleverde wijnen. [130]
254
27-3-1699
Frans Hendricksz samoreusschipper contra Nicolaes van Velpen, burgemeester. Den eijser op eijgen begeerte van des gedaagdes procuratie altererende t dispositief in feijten en oversulck tselve is nemende bij acte.. Voortgezet 3-7-1699. [130]
27-3-1699
Jan de Leeuw contra Jean fort de Belgarde voortzetting van rechtzaak. [130]
24-4-1699
Annigje Cornelis dienstmaegt, contra Feijtje Reijers wed Hendrick Wijnen tot betaling van 33 gl wegens een jaar bodeloon en wegens een rijghlijf als andersints. [130]
24-4-1699
Wouter Jansz Orber contra Fijtje Reijersz. Hij seijde dat den gedaagde in de somer van 1697 de eiser had versocht om soo mogelijck ware een tiend voor haer te willen pagten, omme redenen dat den eijser met des gedaagdes man zaliger voor dato en bij des selfs leven in veele saecken hadden gehandelt ende gekoopmanschapt. Hij heeft dat ook gedaan bij st. Pieter. Maar zij betaalt niet. Voortgezet 19-6-1699, 3-71699. [130]
16-5-1699
Gijsbert van Essevelt contra Roelof Reijersz. Hij tot justificatie van de gedane schuttinge van des gedaagdes twee paerden in des eijsers coorn aen den dijck. [130]
22-5-1699
Jan de Leeuw contra Jean fort de Belgarde. Verzoek doen. Voortgezet op 19-6-1699, 3-7-1699. [130]
22-5-1699
Gijsbert van Essevelt contra Fijtje Reijers. Verzoek doen. [130]
19-6-1699
Mr. Godert Quint als kerkmeester contra Fijtje Reijersz wed Hendrick Wijnen. Hij eist 40 gl ter sake van een jaar rente van 800 gl dd 11-111698 en 2-5 wegens pacht uit de grond vant huijs daer de Swaen opstaet [130]
19-6-1699
Wouter den Orber contra Fijtje Reijers te dienen van declaratie van kosten. [130]
17-7-1699
Nicolaas van Velpen contra Jan de Leeuw. Hij seijde dat den eijser van den gedaagde ter cause van leverantie van den helfte van een vette koeij bij den gedaagde in 1698 met Roelof Lambertsz in Venendael geheel gekogt was competerende eene somme van 30 gl. En ter saecke van geleverde tabacq welcke Willem van Garderen voor den eijser ten halven gebouwt hadde, eene somme van 33 gl en 10 gl wegens een jaer renten van een capitael van 200 gl. Voortgezet 11-91699. [130] 255
31-7-1699
Frans Hendricksz contra Nicolaes van Velpen. De moij diende en leverde sack en stucken. [130]
11-9-1699
Jan Petersz Bruren contra Evert de Keijser om te kennen of ontkennen zijn hand staande onder obligatie van 9-2-1697. Voortgezet 25-9-1699, 23-10-1699, 6-11-1699, 20-11-1699, 4-12-1699. [130]
6-11-1699
Margaretha Turnor contra Jean fort de Belgarde. Hij seijde dat den gedaegde inden jare 1698 op des eijsers weijlant gent het benedenste Sant twee koeij-beesten hadde ingeschaert ende daer van belooft 40 gl. Voortgezet 20-11-1699. [130]
6-11-1699
Jan de Ridder, burgemeester, contra Engel Hendricksz en zijn moeder Fijtje Engels, mitsgaders Evertje Hendricks. Hij alsoo de gedaagden zich laten voorstaan dat van de eiser een merkelijke somme die nog onbetaald soude sijn gebleven aencomende soude sijn ter saecke van eenigh arbeijtsloon. Dat klopt maar zij hebben hem van tijd tot tijd zoveel waren toebedeeld dat hij niets meer krijgt. Voortgezet 20-111699. [130]
6-11-1699
Hendrick van Wijckersloot contra Fijtje Reijers wed Hendrick Wijnen. [130]
4-12-1699
Jan de Ridder, burgemeester, als gemachtigde van de heer George Lichton, collonel van een regiment, contra Gijsbertje Peters wed Roelof Quint. Hij wil dat zij haar handen aftrekt van het huijsje metten boomgart aenden Ameronghsen dijck gelegen waar zij met haar kinderen nog in woont. Voortgezet 18-12-1699. [130]
18-12-1699 Wessel Bolderman x wed Rijck van de Klingh gewesene collecteurse van de brandewijnen ende gedistilleerde wateren over Amerongen c.s. ende noch jegenwoordigh neringe ende openbare coopmanschap doende in sajet, koussen, ca, n.u., contra Fijtje Reijers wed Hendrick Wijnen. Zij heeft achterstallige schulden. Voortgezet 15-1-1700. [130] 15-1-1700
Cornelis Jansz van Linden, won. Amerongen, contra Claas Jansz Robben, mede aldaar. Hij seijde dat den gedaagde in 1695 inde winter van de wed. van Otto Barentsz Cock hadde gekogt een melck koeij voor 52 gl. Dat de gedaagde die koe heeft overgenomen met belofte van 3-4 gl tot winst te sullen betalen…[130]
15-1-1700
Steven de Leeuw contra Fijtje Reijersz. Verzoek doen tot betaling van 6-9-8 wegens gelevert ende gehaelt broot in 1699. Voortgezet 29-11700, 29-4-1700, 10-6-1700. [130]
256
15-1-1700
Mr. Godert Quint als kerkmeester contra Jean fort de Belgarde tot betaling van 39-3 den eijser van den gedaagde aencomende soo in sijn prive als de kerk competerende. Voortgezet 11-3-1700, 15-4-1700. [130]
12-2-1700
Johan Damhof, schout van Zeist en Driebergen, contra Jan de Leeuw. Hij uijt cragte van procuratie vanden 25-7-1699 ter secretarije vanden d’hoge heerlickheijt tot Zeijst gepasseert, concludeert tot betalinge ende namptissement ter somme van 107 gl per rest van coop ende geleverde tabacq op 19-5-1698 [130]
12-2-1700
Jan Petersz Bruren contra Evert de Keijser. Voortzetting. [130]
15-4-1700
Cornelis van der Horst, deurwaarder, contra Dirk van Orduijnen. Hij seijde dat den eijser aen den gedaagde ten achteren was wegens coop van tabacq in 1699 100-10- en aen waeghgelt van tijt tot tijt bij den gedaebgde aenden eijser in qt als waegh-mr verschult 53-13 en aen geleent gelt 37-10 en aen verteringe 2-8. [130]
15-4-1700
Wessel Bolderman contra Fijtje Reijers te dienen van declaratie van kosten. [130]
20-4-1700
Evert de Wael, oud-schepen, in cas van ontwaringe, contra Dirk van Orduijnen. Hij moet zijn huis ontruimen om bij den selven als met sijn eijgen na sijn goetvinden te connen handelen dewijle den gedaegde geene verdere huijre althans daer aen is hebbende [130]
13-5-1700
Adriaen van Wijck, procureur, in cas van salaris, contra Jan Petersz Bruren tot betaling van 60-9-8 volgens overgeleverde specificatie die abusivelijck was geaddeert ter somme van 58-18-8 doch alles t.g.r. ende onder afslagh van 14-7- van verschot bij gedaegdes dogter gedaen [130]
10-6-1700
Jan de Ridder, schepen, contra Dirck Jansz Vuijck en Claes Dircksz tot betaling van 11-5 bij liquidatie en wegens voeder hooij tot 8 gl .. [130]
9-9-1700
Aelbert van der Clift contra Claes van Dam, Jorden Jacobsz Vos en Claes Cornelisz. Hij tot abedientie ende decretement vanden arreste onder de gerequireerdens gedaen… [130]
21-10-1700 Wessel Bolderman contra Fijtje Reijers. Voortzetting. [130] 4-12-1700
Adriaen Hardenbergh, drossaard, contra Fijtje Reijrsz wed Hendrick Wijnen als moeder en momberse van Anna Hendrick hare dochter en Erst Thomassen. Hij tot restitutie van soodane 60 gl als den requirant in
257
3 distincte reijsen aenden resp gedaegdens hadde geleent. Voortgezet 28-2-1701. [130] 13-12-1700 Jannigje Wouters x Bart Aarts, won. op Almansweerd, contra Adriaen Hardenberg, drossaard, om de sententie te voldoen. [130] 17-1-1701
Willem Foijert de beijden rechten doctor als een soon en mede erfgenaem van sijn vader za: den dr. Athonij Foijert en als last hebbende van zijn broer en zus contra Cornelis Lijster. Hij tot exhibitie van des gerequireerdens schultboeck relatieff tot seeckere reeckeninge door den gerequireerdens soon op 1-1-1701 aenden huijsinge vanden heere requirant tot Linden gelevert. Voortgezet 14-2-1701 [130]
31-1-1701
Aart Dircksz van Gelder als gemachtigde van Trijntje Alarts van Gelder contra Dirck van Orduijnen. Over huur van een kamer en huis van zijn tante. Voortgezet 14-2-1701, 28-2-1701. [130]
31-1-1701
Idem contra Cors Woutersz. Over huur van een kamer. Voortgezet 142-1701, 28-2-1701. [130]
31-1-1701
Idem contra Peter Danielsz. Idem. [130]
31-1-1701
Frederick van den Honert, brouwer te Amerongen, contra Fijtje Reijersz. Zij moet nog 116-7 betalen. [130]
28-2-1701
Kinderen en erfgenamen van Anthonij Foijert in leven advocaat voor het Hof van Gelderland, contra Cornelis Lijster. Voortzetting. [130]
14-3-1701
Aart Dircksz van Gelder in naam van zijn moetje Trijntje Alarts van Gelder contra Dirck van Orduijnen. Voortzetting [130]
9-4-1701
De drossaard van Zuijlesteijn contra Feijtje Reijers om te dienen van kosten. [130]
9-4-1701
Cornelis Lijster contra advocaat Foijert. Hij diende ende leverde van repliecq in scriptis [130]
2-5-1701
De kinderen en erfgenamen van dhr Anth. Foijert contra Cornelis Lijster, herbergier, won. Amerongen. Hij diende van dupliecq ende leverde deselve in judicio. Voortgezet op 6-6-1701, 2-7-1701. [130]
6-6-1701
Mr. Godert Quint, secretaris, in qt als kerkmeester, contra Jean fort de Belgarde. Hij eist betaling van 10 gl wegens interesse van 100 gl capitaal de kerck competerende. Voortgezet 2-7-1701. [130]
6-6-1701
Idem contra Cornelis Lijster. Tot betaling van 23 gl als rest van 2 jaren renten van 300 gl. Voortgezet 2-7-1701. [130] 258
6-6-1701
Hermen Willemsz contra wed Arris Henricksz, won. aen den Dijck. Hij seijde dat den eijser even voor victoris vanden voorl Jare 1700 sigh bij de ged voor dienstknegt hadde verhuijrt voor den tijt van ½ Jaer ingaende met vicotirs voornt, ende expirerende op Utrechtse V[er]vaartijd van Maij 1701. Voortgezet 2-7-1701. [130]
6-6-1701
Jan Hendricksz contra Jean fort de Belgarde tot betaling van 40 gl ter saake van 2 scharen weijens op’t Lant competerende sijn excell: den Heere Grave van Athlone [130]
18-7-1701
Teunis Jacobsz contra Hendrick Evertsz Davelaer. Hij in conformite t eerste artikel van de ordinantie den 8-4-1614 opt setten ende verplaetsen van immen ende bijen gegeven, versogte dat den gedaagde bij desen Ed: Gerechte sal worden geordonneert met sijne immen (staende op het tweede kampje Lants van sijns gedaagdes hofstede na de Haare op noortwaarts) op te breecken ende ruijmen binnen 24 uren [130]
18-7-1701
Nicolaas van Velpen, oud-burgemeester, contra Thomas van Dulcken. Tot betaling ofte namptissement ter somme van 12-10- per rest van interesse van een capitael van 250 gulden verschenden in April 1701.. Voortgezet 1-8-1701, 19-9-1701, 28-11-1701. [130]
19-9-1701
Michiel Fickerman, geb. Calker, contra Thonis Rijcksz onder Amerongen. Hij tot restitutie van de somme van 18 a 19 gulden bij den eijser voor dato aenden gedaagde tot bewaringe gegeven. [130]
28-11-1701 Jacobus Willemsz van Buren, won. aenden Dijck, contra Thonis Huijbertsz, mede aldaar wonende. Hij seijde dat den eijser vanden Ed: Heeren Decan en Capittulairen de Kercke St. Pieters t’Utrecht over den Jare 1701 heeft gepagt den krijtenden Tiend over desen Gerechte. Dat den gedaegde met den eijser heeft ge-accordeert over de Cammen en Heugen te vallen int voorjaer of lenten van desen lopende jare met expresse stipulatie dat in cas den gedaegde eenige Keugen vochte bij sijne varkens inden Herfst ofte najaer. Dat dan aenden eijser in qt als pagter de Gerechtigheijt vanden Tiend soude betalen….[130] 3-2-1702
Jan de Leeuw contra Huijbert Gerritsz vanden Bergh. Hij seijde dat den eijser op 3-1-1702 vanden heere van Eck en Wiel hadde gekogt ten huijse van den eijser en betaelt negen schapen onder expresse conditie vanden selve te moeten leveren en ontfangen te worden bij Dirck Petersz op de Weert dat den gearresteerde (soo en eijser ter oren is gecomen) de voornoemde gekogte schapen op’t Wiel … [131]
259
13-2-1702
Aert Woutersz contra Feijtje Reijers wed Hendrick Wijnen als mede tot kennen of ontkennen van de obligatoire acte van 19-6-1701. [131]
13-3-1702
Hendrick van Wijckersloot Wijnkoper tot Rhenen contra Feijtje Reijers wed Hendrick Wijnen. Hij seijde dat den eijser op 15-12-1700 aenden gedaagde hadde overgelevert een Reeckeninge van 51-13-8 wegens geleverde wijnen… [131]
27-3-1702
Frederick van den Honert contra Cornelis Lijster. Hij alsoo de gerequireerde conform des selfs hand en onderteeckeninge 16-6-1701 bekent aenden requirant ter saecke van geleverde bieren schuldig te sijn een somme van 230-9.. [131]
19-4-1702
Jan Quint Brouwer tot Wiel contra Jan de Leeuw vleesheuwer tot Amerongen. Voortgezet op 15-4-1702. [131]
1-5-1702
Lijsbet van Ingen wed Godert van den Doorslagh en erfgenamen van Ariaantje Matthijsz contra Evert de Wael glasemaker tot Amerongen. Hij seijde dat de eijser heeft tot lasten van den gedaagde twee obligatien d’eene van 100 dd 30-6-1674 en d’andere van 50 gl dd 25-11-1682 gepasseerd.. [131]
1-5-1702
Metje Jaspers contra Jean fort de Belgarde. Tot betaling van 12-14 van verdiend huurloon [131]
1-5-1702
Henrick van Wijckersloot wijnkoper tot Rhenen contra Feijtje Reijers. Declaratie van kosten. [131]
1-5-1702
Aert Wutersz contra Feijtje Reijers. Declaratie van kosten. [131]
26-6-1702
Metje Jaspers contra Jean fort de Belgarde. Te dienen van costen. [131]
26-6-1702
Dirck Jansz van Driel contra Jan van Kesteren. Hij seijde dat den gedaagde uijt cragte van een obligatie gepasseert den 22-2-1697 is schuldigh aenden eijser een capitael van 200 gl [131]
26-6-1702
Jan de Ridder, burgemeester en de erfgenamen van Evert de Keijser contra Jan van Kesteren. Hij met de impnten in judicio pnt seijde dat eenen Gerrit Wibael en den gedaegde als mede pnael hadde opgenomen van Dirck Jansz van Driel een somme van 200 gl. [131]
26-6-1702
Fijtje Reijers wed Hendrick Wijnen verklaart schuldig te zijn aan Elisabeth van Ingen wed Godert van den Doorslagh 133-5 ter saecke van geleende ende aengetelde penningen mitgs gehaelde winckelwaeren. [131] 260
24-7-1702
Dirck Jansz van Driel contra Jan van Kesteren. Declaratie van kosten. [131]
24-7-1702
Jan de Ridder en de erfgenamen van Evert de Keijser contra Jan van Kesteren. te dienen van declaratie van kosten. [131]
25-9-1702
Gerardus Berger, brouwer te Utrecht, contra Jean fort de Belgarde. Hij uijt cragte van speciale procuratie in judicio ge-exhibeert conclt ten fine den gedaagde sal worden gecondemneert aenden requirant te betalen de somme van 18-5 wegen gelevert bier en een leedigh ½ vat [131]
25-9-1702
Frederick van den Honert contra Cornelis Lijster. Hij diende van costen. [131]
20-11-1702 Maria Verweij wed Tijmen van Wijckersloot contra Jan de Leeuw. Hij seijde dat den gedaegde inden maent 28-9-1702 van den eiser hadde gekogt haren tabacq jegens het 100 ll tot 12 gl [131] 4-12-1702
Gijsberta van Lokhorst wed Rogier van Blanckesteijn, coopvrouw in wijnen te Utrecht, contra Jean fort de Belgarde. Hij uijt kragte van procuratie inden griffie s’hoofs van Utregt dd 25-10-1702 gepasseert concludeert tot betaling van 71-4 per rest van geleverde wijnen in 1701 [131]
18-12-1702 Maria Verweij wed Tijmen van Wijckersloot contra Jan de Leeuw. Versoek doen tot betaling van 28-7 wegens geleverde tabacq conform des gedaagdes eijgene calculatie met des selfs hant onderteeckent [131] 15-1-1703
Maria Verweij wed Thijman van Wijckersloot contra Jan de Leeuw. Hij versogte het ije default ende uijt cragte van dien adjudicatie vanden genomene commissie staende te rolle vanden 18e xb 1702 [131]
15-1-1703
Gijsberta van Lockhorst wed Rogier van Blanckesteijn, coopvrouw in wijnen tot Utrecht, triumphant, contra Jean fort de Belgarde gecondemneerde te dienen van declaratie van costen. [131]
15-1-1703
Gerardus Berger brouwer tot Utrecht triumphant contra Jean fort de Belgarde gecondemneerde te dienen van costen [131]
29-1-1703
Jan de Leeuw contra Aelbert Suckel. Hij alsoo den gearresteerde alomme gelust te divulgeren dat den eijer aenden gedaagde eenigh gelt soude schuldig sijn. Daer ter contrarie den eijser vermeijnt bij reeckeninge ontrent elf gulden te boven te comen soo hadde den eijser den gedaagde door deses Ed. Gerechts Deurw: doen arresteren, om ….[131] 261
12-2-1703
Maria Catharina de Sweserengh als gemachtigde vande hr Gerard de Bergheijck vendrig onder het regiment vanden Hartog van Holsteijn Norborgh des eijsers man in guarnisoen tot Mastrigt, conform procuratie voor den notaris B.D. Meline tot Mastrigt den laesten Janrij 1703 en seeckere getuijgen gepasseert oock als gemachtigde van joffr Catharina Cupere wed vanden heer Bergheijck contra Wouter Morren. Hij seijde dat de eijser s.s. ageert was competerende vanden gedaagde als rest van pacht ss: petri 1702 eene somme van acht gulden ende van ongelden voor hem betaelt vijftien gulden mitsgrs vier jaren tiend tot vijftien gulden jaarlijks boven noch een en twintig gulden tien sts wegens turf geld, alle verschenen of vervallen in den Jare 1702. Idem 26-2-1703, 12-3-1703. [131]
26-2-1703
Jan van Kesteren contra Wessel Bolderman. Den eijser seijde, dat hij vanden gedaagde is competerende wegens geleverde ierse pij alsanders, de somme van 28-5. Dat hij den gedaagde tot betaling int vrindelijck heeft aengesproocken, of doen aenspreecken, dat den gedaagde niettemin in mora is gebleven den eijser contentement te doen na behoren.. [131]
12-3-1703
Pieter van Lent borger tot Utrecht contra Jean fort de Belgarde. Hij eist betaling van 17-15-0 wegens geleverde bonen, haver en hennipkoecken in den Jare 1700. 23-4-1703. [131]
23-4-1703
Beatrix van Cleef wed burgemeester Verweij contra Gerrit Stevensz de Leeuw. De Moij met de eijser in judicio present tot betaling van 16 gl wegens vn 2 tabacqs hancken in anno 1701 en 1702 bij provisie [131]
23-4-1703
Maria Verweij wed Wijckersloot contra Jan de Leeuw gecondemneerde te dienen van declaratie van kosten. [131]
7-5-1703
Nicolaas van Velpen contra Dirck van Brenck. Hij met den eijser in judicio present seijde dat den eijser vanden gedaagde was aencomende wegens weijpacht [131]
21-5-1703
Nicolaas van Velpen burgemeester contra Jean fort de Belgarde tot betaling ofte namptissement van 138-10 ter saake van drie jaren renten van 400 gl [131]
17-9-1703
Crijntje Gerrits wed Gerrit Gijsbertsz contra Wessel Bolderman tot betaling van 13 gl onder afslag van bewijselijke betalinge of tgeene ter afslag soude mogen strecken per rest van arbeijts loon, door haer eijsers kinderen 1702 in des gedaagdes tabacq verdient [131]
262
17-9-1703
Mr. Godert Quint in kwaliteit als kerkmeester contra Cornelis Lijster tot namptissement of betalinge van 30 gl wegens twee jaren renten van 300 gl capitaal. [131]
17-9-1703
Idem contra Jean fort de Belgarde tot betalinge van 10 gl wegens 2 jaren renten van 100 gl. [131]
17-9-1703
Johan vanden Deurslag als gemachtigde van zijn moeder Elisabeth Jans van Ingen wed Godert vanden Deurslag in leven secretaris alhier contra Feijtje Reijers wed Hendrik Wijnen. Hij seijde dat de gerequireerde op den 26-6-1702 voor desen Ed: Geregte ten behoeven van des requirants moeder voornt hadde gepasseert een willige condemnatie ter somme van 133-5 verschuldig ter saake als bij de voors condemnatie vermelt, .. [131]
17-9-1703
Lijsbet van Ingen wed Godert vanden Deurslag voor haer selven ende de rato caverende voor de erfgenamen van Ariaentje Mathijs contra Evert de Wael glasemaker tot Amerongen. Hij seijde dat de requirante op den 1-5-1702 ten lasten vanden gerequireerden voor desen Ed: Gerechte hadde geobtineert een condemnatie ter somme van 203-8 spruijtende ter oorsaaeke als bij de voors condemnatie vermelt, [131]
26-11-1703 Rengert Berents Crom in cas van jnjurien contra Dirk Bol soo voor hem selven als n.u. De Moij met den eijser in judicio present seijde dat den selven sonder roem gesproken een man was staende ter g:n: en faem noij van eenige oneerlickheijt betigt, waer en boven den eijser is bedienende een eerlijck ampt, en waer bij gequalificeert is tot weringe van alle fraudes en dieverijen, sulck dat hem in geenen deelen staet te verweijten tgeene dat eenigsints tot sijn oneer soude strecken, ’t is nochtans sulck dat den gedaagde ter contrarie gelust heeft te divulgeren (soo selfs als sijne Huijsvrouw dat den eijser eenich vlees en Bier soude hebben gestolen) twelck den gedaagde oock opden 6 e octob deses Jaers 1703 openbaerlijck met veele forte aenden woonplaetse vanden eijser heeft gesegt en uijtgeroepen ter presentie van diversse personen… [131] 18-2-1704
Gerrit de Cruijf won. Overlangbroek, contra Thomas van Dulken cuijper tot Amerongen. Hij met den eijser in judicio present concludeert tot betalinge ofte namptissement ter somme van 14 gl wegens ruijlinge van een beest aen den eijser [131]
2-6-1704
Dirck van Orduijnen chirurgijn contra Franck Wildeman. De Moij met den eijser in judicio present seijde dat den gedaagde onlangs sijn been was gebroken geweest, dat om’t selve te herstellen en vervolgens & de te cureren den eijser was versogt, twelck niet tegenstaende verscheijde 263
toevallen met veel sorghvuldigheijt door Godts genade, is genesen geworden. Maar hij betaalt niet. [131] 2-6-1704
Jan Cabel contra Jan de Leeuw tot betaling van 24-18-8 als rest van geleverde tabacq en een vet kalf, conform eene memorie daer van door den eijser op doen stellen met presentatie met eende te confirmeren [131]
14-7-1704
Henrick van Wijckersloot wijncoper tot Rhenen contra Cornelis Lijster herbergier tot Amerongen. Hij uijt cragte van speciale procuratie, concludeert tot betalinge van de somme van 142-15-10 per rest van geleverde wijnen tot den 3-2-1702 conform acte daer van sijnde [131]
11-8-1704
dhr Gerard Bergheijck contra Henrick Brus. Hij versocht nieuwe letteren van executie op de verjaarde condemnatie staende ter rolle van desen Ed: Gerechte in dato den 12-3-1703 rakende de borgtocht van den gerequireerden van Wouter Morren wegens een jaer huijs ende lanthuijr [131]
15-9-1704
Johan van den Deurslag contra Peter Kupers won tot Amerongen. Hij seijde dat den gedaagde over de weij-maenden vanden jare 1703 aen hem eijser hadde aenbestaet, omme d’uijtterweert genaamt ’t Sant te weijen een melckkoeij voor de somme van twintig gulden met belofte van de selve somme [131]
15-9-1704
wed Jacob Jordensz Vos contra Robbert Ketel tot betaling van 6 gl volgens accoort [131]
8-12-1704
Jan de Leeuw contra Claas van Dam tot betaling van 131-9 volgens reeckening in judicio overgelevert [131]
12-1-1705
Mr. Godard Quint secretaris in kwaliteit als oud-kerkmeester alhier contra Cornelis Lijster tot betaling van 15 gl ter saecke van een jaer renten van een capitael van 300 gl de kerck alhier competerende [131]
12-1-1705
Idem contra Jean fort de Belgarde tot betaling van 5 gl wegens een jaer renten van 100 gl en 3 gl uijt sijn hofstede over den jare 1703. [131]
12-1-1705
Idem contra Feijtje Reijers wed Hendrick Wijnen tot betaling van 9 gl ter saake van 4 jaren uijtganck uijt de huijsinge daer de Swaen uijthanght [131]
26-1-1705
Cornelis Vredenburgh timmerman alhier tot Amerongen contra Cornelis van Brinckererf smit mede won. Amerongen. Hij met den eijser in judicio present concludeert tot betalinge van de somme van 110 gl wegens
264
gedane leverantie van hout ende verdient arbeijtsloon inde Huijsinge vanden gedaegde [131] 27-4-1705
Nicolaes van Velpen outborgemeester ende schepen van Amerongen contra Jean fort de Belgarde. Hij met den eijser onder beneficie van relieff soo noodigh van soodanigh erreure als bij den eijser soude mogen sijn begaen met aenden gedaegde in feb: deses Jaars 1705 over te leveren een Plegtbrieff, inhoudende eene caple somme van vijfhonderd gulden bij den Gedaegde en desselfs Huijsvrouw op den 29e April 1700 voor den Gerechte deser Heerlickheijt ten behoeve vanden eijser gepasseert .. Idem 11-5-1705. [131]
11-5-1705
Nicolaas van Velpen outborgemeester ende schepen contra Cornelis Willemsz Brinckererf. Compareerden naderhant Parthijen in Judicio ende versogten Commssen omme hare saak in qualtie te visiteren, ende naer bevindinge van dien ex officio te disponeren, met verder versoeck van vrijwilligh inde uijtspraak van dien bij de selve commssen te mogen worden gecondemneerd. Met vrijwillige condemnatie op 25-51705. [131]
22-6-1705
Jelis van Dam contra Dirk Bol ende Henrick Sijbrants. De Moij met den eijser in judicio pnt concludeert tot betalinge van 21-10 ter saake van coop van messie uijt de vaalt vanden requirant inde lenten vanden desen Jare 1705 [131]
6-7-1705
Henrick Brus schepen deses gerechts contra Pons Jacobsz ende sijn soon Jacob Ponsen. Hij seijde dat in conformite de ordinantie op het setten der immen of Bijen in dato den 8e april 1619 bij d’Ed: Mo”Heren Staten gearresteert niemant eenige nieuwe Bijsteden ten velde of eenige heggen sal mogen maken ten sij hij wijke van een andermans bijen de lengte van 150 r: te weten aenden Berghkant, dat oock op de requeste bij den ge-erfdens ende jngelanden van Amerongen Leersum Doorn Driebergen, Zeijst, Elst, Ginckel ende Leusden aen haer Ed: mo: gepresenteert in dato den 18 Julij 1703 is geappointeert ende verstaen dat gemelte 7 art: vanden ord werd geamplieert NB in soo verre datse nu aen Berghlant moeten wijcken de lengte van 200 r: dat de gedaegdens gelust hebben buijten hare Hofstede op sijn lant een bijstede te maken, ende geen 50 r: van des impnts oude ende bijt geregt aengeteekende bijstede … [131]
3-8-1705
Cornelia Verweij meerderjarige doghter contra Johannes Waelewijn veerman op t rijswijckse veer, gearresteerde op sijn gecoghte landerijen ende koorn daerop staende. Hij moet nog betalen. [131]
265
17-8-1705
Declaratie van kosten van Nicolaes van Velpen contra Jean Fort de Belgarde. [131]
19-10-1705 Johan van Schevickhoven rigter der heerlickheden Eck ende Wiel als man ende voocht van Maria van Wijckersloot contra Maria Verweij weduwe en boedelharster van Tijman van Wijckersloot. Den eijser ende requirant int gerecht pnt versoeckende alvorens veniam agendi ende seijde dat in huwelijck was hebbende een dochter en mede erfgenaem van voorn Thijman van Wijckersloot … Zie ook 2-11-1705. [131] 2-11-1705
Nicolaes van Velpen outburgemeester en schepen contra Cornelis Willemsz van Brinckererf alhier gedeclareerde te dienen van declaratie van kosten. [131]
16-11-1705 Nicolaas van Velpen outburgemeester en schepen contra Dirck van Brenck tot betaling van 5 gl wegens schaapsweij [131] 14-12-1705 Declaratie van kosten van Johan van Schevichoven, rigter van de tol contra Maria Verweij wed Wijckersloot. [131] 22-3-1706
Jan de Leeuw bekent deugdelijk schuldig te zijn aan gravin van Athlone 60 gl ter saake van een jaer pagt van een partije tabacxlant en 420-1 per rest van een jaar pacht vande uijtterweert genaamd de Bellen [131]
15-4-1706
Elisabet Gerrits in cas van defloratie ende trouw contra Wessel Velthuijsen. Hij met de eijserse in judicio pnt seijde dat sij was een dogter van eerlijcke ouders geboren staende ter goeder naem ende faam, die haer altijt eerlijck ende wel hadde gecomporteert, dat des niet tegenstaende den gedaegde sigh niet ontsien heeft hem in de gracie vanden eijserse door verscheijde middelen van vrintschap te insunueren, ende door meenighvuldige beloften van trouw haer soo verre heeft weten te seduceren, dat hij vleeschelijck met haer is comen te converseren, waer van sij oock bevrugt is geworden, ende inde maent septemb: 1704 van een jonge soon in de kwaam bevallen ende gedoopt is Gerrit, Hebbende sij in barensnoot, ook verklaert dat den gedaegde daer van vader was, en al ist, dat den gedaegde wel gehouden soude wesen na regten ende volgens sijn geswoorne eeden d’eijsere t egten ende te trouwen naer behoren, soo blijft den selven nochtans in mora ende weijgerigh, oock in het contenteren voor hare kraam-kosten ende onderhoud vant voorsz kind, waerenboven den gedaegde van meeninge is te trouwen met de persone van Judith van Elten [=Helden] tot Rhenen sonder d’eijserse contentement te doen, Waeromme ende om den voortgangh vant voors houwelijck te stuijten d’eijerse genootsaakt is geworden hem gedaegde voor desen Ed. Gerechte te doen citeren om te horen eijs doen, waer van den dagh nu 266
is dienende, furnerende de selve bij desen… Hij zegt dat zij voor zijn bed is gekomen en dat hij haar 8-9 schellingen heeft betaald maar nooit trouw beloofd heeft. Hij heeft zelfs in presentie van Hendrijn van Noeck gevraagd of zij van hem iets pretendeerde, waarop zij antwoordde: Neen. Hij moet 90 gl betalen [131] 26-4-1706
Cornelia Jans van Nellesteijn in cas van jnjurie contra Jacob Willems van Buren ende sijn huijsvrouw genaamt Cunera Aarts int selve cas eijsch doen. Hij seijde dat de gedaagden onlangs ende verscheijde malen gelust heft d’eijserse in euvelen moede uijt te schelden voor een dief ende dat in specie door d’eijserse vanden gedaagden soude gestolen wesen een gouden ringh, een rij silvere knopen en eenig geld, twelck is een Atroce jnjurie die d’eijserse als een arme dienstmaeght sijnde ad Animum hebbende gerevoceert.. [131]
10-5-1706
Nicolaes van Velpen contra Jannighje Gerrits. Hij alsoo de gerequireerde den requirant tegens huijden voor desen Ed Geregte hadde doen citeren om te horen eijs doen en van de welcke ter rolle niet word gedient, versogte comparunt ende absolutie vanden jnstantie cum expensis. [131]
15-7-1706
Claes Jansz gedaagde alhier requirant contra Abraham Levi pretensen eijser alhier gerequireerde versoeck doen. [131]
15-10-1706 Roelof Reijersz contra Jan Claessen van Ingen. Hij seijde dat op laesten Ameronghse Kermis 1706 ten huijse van Willem van Garderen collecteur vanden Brandewijnen ende gedistilleerde wateren alhier met den gerequireerde hadde gecontracteert, dat hij eijser ende requirant gedurende dese winter sijne twee paarden ende een koeij-beest soude stallen inde schuur vanden gerequireerde staende aenden Agterweg alhier [131] 29-11-1706 Nicolaas van Velpen oud burgemeester en schepen contra Jan Cornelisz van Ingen tot betalinge van 8 gl wegens t weijen van een hockeling opde Klinckhamelsweert inde somer des jaars 1705 als mede tot voldoeninge van 21 gl spruijtende vant Weijen van een koeij op de Weerd gecomen vanden Dom-heer Wijck, mede in den Jare 1705 [131] 29-11-1706 Anna Willems van Blanckesteijn gewesene dienstmaeght van Gerrit Ambergen gewoont hebbende tot Leersum contra Gerrit Ambergen voornt. De Moij met de eijserse pnt in judicio seijde wel waer te sijn, dat den gedaegde voor jegenwoordigh geen fipe Domicilium onder dese Heerlickheijt is houdende, maer dat egter sijne Huijsvrouw met een partije gevlugte goederen haer is onthoudende bij de wed vanden Nots 267
Renssen, dat d’eijserse voor huijrloon hadde bedongen de somme van 17 gl waer op is ontfangen eenen gulden.. [131] 13-12-1706 Jan Cornelisz contra Nicolaas van Velpen. Hij ter goeder trouw procederende seijde in facto waer te sijn dat den originelen eijser met den gedaagde tsamen hebben gecontracteert ende overcomen sijn dat den gedaagde voor den tijt van een jaer soude genieten de melck van seeckere koeij vanden eijser, welcke koeij bij den eijser soude worden geweijt over de somer 1705.. [131] 2-5-1707
Nicolaaes van Velpen burgemeester contra Jan de Leeuw. Hij seijde dat den gedaagde in handen vanden eijser hadde overgelevert seeckere obligatie van 650 gl ten lasten van Steven de Leeuw des gedaagdes broeder tbv Hendrickje van Brenck des gedaagdes moeij gepasseerd 30-4-1706, dat gemelte Henrickje van Brenck sijnde overleden, en men gewoon is de Doodtschulden paraat te voldoen. Den gedaagde daer toe vanden eijser hadde geleent de somme van 100 gl op 7-10-1706 met beloften van restitutie op 4-4-1707 ten welcke eijnde voorsz Obligatie oock aenden eijser is te hant gestelt… [131]
3-5-1707
Jan de Leeuw als executeur vande nagelaten goederen van Hendrickje van Brinck contra Steven de Leeuw. Hij wil boedelinventaris. [131]
20-8-1707
Anna Maria van Slegtenhorst contra Hendrick van Wijckersloot. Hij versogte vermits non comparitie vanden gerequireerde verstecq ende voort profijt van dien als in maelschade bestaende adjudicatie van het versoeck als bij den requeste ende dat d’Heren Commssen sullen worden verleent sullen worden verleent, ten wiens overstaen sullen worden gerechtelijck gedeelt alle de meubile goederen [131]
14-12-1707 Robbert Ketel ende Jan Claessen van Ingen smits tot Amerongen contra Cornelis Willemsz van Brinkererf mede smit aldaer. Hij seijde dat d’eijsers inden Jare 1706 wegens leverantie van ijser ende arbeijtsloon aenden huijsinge vanden gedaagde verdient ende verschoten ten agteren waren de somme van 6-2.. [131] 16-1-1708
Evert de Wael contra Jan van Amerongen. Hij met den eijser in judicio pnt conclt tot betalinge van 39-12 ter saake van arbeijtsloon en leverantie van glas ende loot aenden gedaegde verdient ende verschoten. [131]
16-4-1708
Jan Rutgersz won. Achterberg, contra Jan de Leeuw. Hij uijt cragte van speciale procuratie in dato den 26-3-1708 concludeert tot betaling van 48 gl wegens 12 hamels inden jare 1706 bij den gedaegde vanden eijser gekogt en door hem geleverd. [131] 268
16-4-1708
Adriaan Hardenberg als cameraar kerkmeester te Amerongen contra Jean fort de Belgarde tot betaling van 12 gl ter saake van 4 jaren uijtgangh uijt sijne huijsinge ende hofstede alhier gelegen [131]
16-4-1708
Adriaan Hardenberg als rentmeester van de gravinn van Athlone contra Aert van Coten tot betaling van 13 gl ter saake van een half jare huijshuijr vanden huijsinge bij hem bewoont werdende aenden Leckendijck staende [131]
16-4-1708
Jan Claessen van Ingen en Robbert Ketel triumphanten contra Cornelis Willemsz van Brinkererf gecondemneerde ende alhier gedeclareerde te sien dienen van costen. [131]
18-6-1708
Jan Rutgersz won. Achterberg contra Jan de Leeuw. Hij versochte het 2e default [131]
18-6-1708
Nicolaas van Velpen contra Jean fort de Belgarde tot betaling van 30 gl spruijtende ter saake van 3 jaren verlopene renten van een capitael tot 200 gl [131]
16-7-1708
Jan Rutgersz contra Jan de Leeuw. Hij alsoo de notul staende ter reele vanden 18e Junij 1708 doenmael op’t versoeck vanden gerequireerde niet is opgelesen [131]
5-11-1708
Gerard van Zwol procureur tot Rhenen contra Jan de Leeuw tot betaling van 28 gl mitsgaders tot leveringe van een schoonen bout schapeveels die den gedaagde aen den eijser conform liquidatie ende accoort in dato den 4 feb: 1704 tot Amerongen ten huijse vanden Deurw: vander Horst gehouden in extructie vande pretensie van den eijser beloopende 51-2-8 heeft belooft te voldoen [131]
3-12-1708
Jan van Amerongen contra Jean fort de Belgarde tot betaling van 3314-4 wegens geleverde winckel waren. Idem 14-1-1709, 28-1-1709 [131]
24-2-1709
Jan van Amerongen contra Jan van Bronkhorst tot betaling van 17-1712 den eijser van den gedaagde competerende wegens geleverde winckelwaren t’laeste gelevert, off door den gedaegde doen halen den 13e Januarij 1708 [131]
8-7-1709
Franck Wulphertsen won. Scherpenzeel en zijn dochter Teuntje Francken contra Hendrick Aelbertsz won aan de Groep. De Moij met de eijsers in judicio present seijde dat de gedaegde ontrent de tijt van vijftien jaren hadde gewoont op de goederen de eijsers competerende dat oock den gedaagde sijne verschuldigde pagtpenn van tijt tot tijt tot genoegen van de eijseren voor dato deses seer wel heeft betaelt, dat 269
den gedaagde nu ter contrarie niet alleen in mora blijft nemaar per force de eijsers onlangs bejegent van niet meer te willen betalen, … [131] 21-10-1709 Nicolaas van Velpen contra Jan de Leeuw. Hij seijde dat den eijser sedert april 1702 tot Meij 1709 aenden gedaagde en gerequireerde hadde gelevert en verkogt eenige vette kalveren en een beest, mitsgaders aenden selven verscheijde gelden geleent ende verstreckt, jtem wegens pagt van appelen en pruijmen opt Spijckerhoff .. Zie ook 411-1709, 4-11-1712, 18-4-1712. [131] 2-12-1709
Joseph de Beer als gemagtigde en maekelaer van Jacques Dumont contra Jan van Amerongen. Hij seijde dat hij op 4 octob: 17009 van Jan van Amerongen ged. in desen hadde gekogt en ontvangen 360 pont taback tegens 15 gul het hondert pont beloopende 50-17-..[131]
13-1-1710
Ursulina Philippina van Raesfelt gravinne Douariere van Athlone contra Roelof Reijersz. Hij seijde dat den gedaagde op de weijweert vande Vrouwe eijscherse in den jare 1709 hadde geweijt … en niet betaald heeft. [131]
13-1-1710
Idem contra Cors Woutersz. Idem. [131]
13-1-1710
Aert Woutersz contra Jan de Leeuw. Hij met den eijser seijde dat den eijser met den gedaagde op 24-1-1706 hadde geliquideert, en dat den gedaagde aenden eijscher was schuldigh gebleven 64 gl conform obligatie daer van sijnde [131]
5-5-1710
Ursulina Philippina van Raesfelt gravinne van Athlone contra Jan de Leeuw als principael ende Claes Cornelisz als borg onder de bekende renuntiatie van exceptien van excussie ende divisie volgens conditie van 16-7-1709 tot betaling van 42 gl ter saeke van coop van een parceel off mergen gras op 16-7-1709 [131]
5-5-1710
Rijck Woutersz als stieffvader van Egbert van Ginkel ende in die qualite eijscher contra Jan Hendricksz op Waijesteijn. Hij met den eijser in Judicio present seijde dat den gedaegden hont op 15-2-1710 des eijsers soon merckelijck heeft gebeeten, ende in t been gequetst, dat sulcx is voorgevallen op de Utrechtse wegh, tusschen Amerongen en Zuijlesteijn dat de jongman Egbert van Ginckel door de voors quetsure in den tijt van veertien dagen niet heeft connen uijtgaan om sijn werck te doen, en soo alleenlijck tot lasten van den eijser moeten onderhouden werden… Hij weet dat het zijn hond is, door sijn soon Tijs Jansz aen den eijser heeft gesonden ter presentie van Steven Jansz Jan Geurtsen en meer andere. Hij heeft hondenhaar gestuurd om gelijck men seijd dat het selve tot genesinge nuttigh kan sijn hetwelk tot 270
een evident teken is dat den gedaagde medelijden hadde in des eijschers ongeval.. [131] 21-7-1710
Hendrick Jansen n.u. contra Dirck van Brenck tot betaling van 32-10 wegens rest van huerloon bij des eijsers huijsvrouw aenden gedaagde verdient en met den anderen jn den jare 1707 aff gerekent [131]
12-1-1711
Nicolaas van Velpen contra Jan de Leeuw als nogh te antwoorden. [131]
23-2-1711
Maria Gijsberts wed Bastiaan Bastiaans contra Aert Woutersz tot kennen of ontkennen van des gedaagdes hant staande onder sekere obligatie van 100 gl dd 23-1-1702 [131]
13-4-1711
Ursulia Philippina van Raesfelt gravinne van Athlone contra Jan Claessen Robben tot voldoeninge van 24 gl over een half jaer huijshuer [131]
13-4-1711
Nicolaas van Velpen contra Jan de Leeuw. Hij blijft nog steeds in mora. Zie ook 27-4-1711, 15-6-1711, 29-6-1711, 21-9-1711 [131]
24-8-1711
Gerrit de Ridder contra Peter van Osch. Hij seijde dat den eijscher op 18 deses jaers ten huijse vande wed. van Claes van Dam in de roode Leeuw alhier tot Amerongen aenden gedaagde hadde vercocht de keure van een sijnen eijschers te vette gaande beesten [131]
21-9-1711
Adrianus van Wijngaerden coopman borger te Utrecht contra Jan van Amerongen, won. Amerongen tot betaling van 186-1-8 welcke somme hij ter saeke van geleverde winckelwaren schuldig is gebleven. [131]
19-10-1711 Nicolaes van Velpen contra Jan van Amerongen om te kennen of ontkennen sijn hand staande onder de obligatie off schult bekentenisse dd 4-5-1711. Zie ook 2-11-1711, 30-11-1711. [131] 2-11-1711
Ursulina Philippina van Raesfelt gravin van Athlone contra Jan van Amerongen. De vrouwe eijserse seijde dat deselve competerende was van den gedaagde eerstelijck 44 gl van weijgelt van twee melckkoeijen … [131]
14-12-1711 Nicolaas van Velpen contra Willem Lijster om te kennen of ontkennen van des gedaagdes hant staande onder huurcedulle 1-2-1707. Zie ook 11-1-1712. [131] 11-1-1712
Ursulina Philippina van Raesfelt contra Willem Lijster om te kennen of ontkennen zijn hant staande onder huurcedulle van 18-12-1710. [131]
271
11-1-1712
Evert de Wael contra Cornelis van Lakermond. Hij seijde van den gedaagde te competeren 2-15 wegens geleverde messie in 1711 geleverd [131]
4-7-1712
Ursilina Philippina van Raesfelt contra Evert de Wael. Hij seijde dat de gedaagde over huijshuur aen de vrouwe eijscherse schuldich was van het half jaer verschenen 1-11-1711 nogh 7 gl mitsgaders een half jaer verschenen [131]
19-9-1712
Ursulina Philippina van Raesfelt contra Peter Lerau. Hij seijde dat de vrouwe eijscherse aan den gedaagde ten agteren was een half jaer huijshuer vanden huijsinge die hij bewoont [131]
3-10-1712
Gerrit de Ridder, Claas Tol c.s. contra Jan de Leeuw tot betaling van 54-8 spruijtende ter saecke van coop en leverantie van schapen en elsen hout in drie en vier diverse reijsen, van de eijschers gekogt [131]
12-12-1712 Mr. Henrick van Luijck chirurgijn tot Ingen contra wed Otto Cornelis. Hij met de eijscher in judicio seijde dat des gedaagdes man op 31-12-1708 met den eijscher een accoort hadde aangegaan wegens het cureren van des gedaagdes soon genaemt Cornelis Otten ter somme van 30 gl …[131] 16-1-1713
Nicolaas van Velpen contra Jan de Leeuw iteratijff versteck van preductie te legeren. Zie ook 27-2-1713. [131]
16-1-1713
Gerrit de Ridder en Claes Tol triumphant alhier declarant contra Jan de Leeuw gecondemneerde en gedeclareerde te dienen van costen. [131]
1-5-1713
Gijsbert Bastiaansz contra Johanna van Middelhoven om te kennen of ontkennen sekere acte van borgtocht voor Jan de Leeuw dd 3-4-1713 en haar gedaagdes hant daaronder staande. [131]
15-5-1713
Ursulina Philippina van Raesfelt contra Claes Cornelissen. Hij seijde dat den gedaagde aan den eijscherse ten agteren was 22 gl wagens een jaer lantpagt van een ackter tabaxlant [131]
15-5-1713
Idem contra Evert de Wael. Hij seijde dat de vrouwe eijscherse ten achteren was aan de gedaagde een somme van 40 gl ter saecke van een jaer huijshuer. [131]
15-5-1713
Idem contra Dirck van Brenck. Hij seijde dat de vrouwe eijscherse aan den gedaagde ten agteren was 57 gl van de pagt van eenigh lant [131]
30-10-1713 Dirck van Brenck contra Jan van Amerongen. Hij alsoo de eijser geene eijsch ter rolle doet dicteren ende den gedaagde en requirant in desen niet can begrijpen waer voor en uijt wat cragte is geciteert, versogte in 272
gevolge vande ordinantie comparunt ende absolutie van de jnstantie cum expensis. Zie ook 15-1-1714. [131] 15-1-1714
Willem Lijster contra Jan van Amerongen. Hij alsoo de gerequireerde den requirant tot twee malen voor dese Ed: Gerechte heeft doen citeren het laest jegens heden, en geen eijsch ter rolle dicterende versocht den verweerder geabsolveert te werden [131]
15-1-1714
Aert Woutersz contra Jan van Amerongen. Hij alsoo den gerequireerde den requirant tot tweemalen voor desen Ed: Gerechte heeft doen citeren het laeste jegens heden, en geen eijsch ter rolle dicterende versocht… [131]
9-4-1714
Dirck van Brinck triumphant van versoeck contra Jan van Amerongen gecondemneerde. verzoek van diminutie [131]
11-6-1714
Nicolaas van Velpen contra Cornelis van Lakermond. Hij medt eijsscher in Judicio present, seijde dat den eijser op den 30e october des voorleden jaers 1713 aan de gedaagde hadde vercogt eene tweejarige veersse… [131]
9-7-1714
Arnoldus van Ommeren koopman in lakenen binnen Rhenen arrestant contra Henrick van Ewijck barbier tot Ingen gearresteerd op sijn persoon en gedetineerd. Hij heeft nog achterstallige schulden van gekocht laken. [131]
17-9-1714
Jan van Amerongen contra Dirck van Brinck. Dirck is schuldig 22-12 ter saecke van leverantie van winckel waren [131]
17-9-1714
Jan van Amerongen contra Willem Lijster. Hij is schuldig 48-7 ter saeke van leverantie van winckelwaren [131]
14-1-1715
Vrouwe Ursulina Philippina van Raesfelt gravin douariere van Athlone contra Cornelis van Lakermond om te kennen of ontkennen zijn hand staande onder huurcedulle dd 6-8-1710 en 23-3-1711 [131]
11-3-1715
Jan Willemsz van Oevelaar contra Gerard Johan van Bergeijck. Hij diende van eijsch: deselve overleverende in judicio. Voortgezet op 23-51715. [131]
25-3-1715
Dhr. Henrickus Verschuur als rentmeester van de graaf van Wassenaar en Obdam contra Jan Willemsz tenderende mede omme te kennen of ontkennen sijn hantmerck staande onder de pagt cedulle dd 2-8-1714 [131]
273
30-9-1715
Hendrick Brantsz rademaker te Amerongen contra Cornelis van Lakermond mede mr. rademaker aldaar. Hendrick heeft nog arbeidsloon tegoed omdat hij als knecht bij Cornelis heeft gewerkt. [131]
23-3-1716
Dhr. Adriaen Hardenbergh drossard n.o. contra Gerrit Roelofsen. De gedaagde moet in persoon over sijn begane delict aenden lijve, anderen ten exempel sodanigh worden gestraft sulx desen Ed. Geregte nae exigentie van saken sullen bevinden te behoren. Tot zolang moet hij in hechtenis blijven. Gerrit komt niet opdagen. [131]
21-9-1716
Claes Dircksz Vuijck contra Aert van Kooten. Hij seijde van den gedaagde wegens huishuur van een huijs en boomgaard aan de Dijk twee jaar niet ontvangen te hebben. [131]
14-10-1717 Neeltje Cornelisdr wed Cornelis van Hattum voor haarselven voor de helft en als moeder en momber over haar onmondige kinderen genaamd Claas Agnus en Lijsbet van Hattum en Hendrick van Boort x Adriaantje van Hattum tezamen kinderen en erfgenamen van hun vader Cornelis van Hattum voor de andere helft alsmede erfgenamen ab intestato van Gerritje Tol contra Johannes Quint x Annichje Tol, mitsgaders Neeltje Tol wed Cornelis Teunisz. Hij diende en leverde eijsch. [131] 15-11-1717 Johan van Velpen mr. Chirurgijn contra Nicolaes Vuijck. Hij is door Claes versocht als chirurgijn sijne huijsvrouw de welcke was beset met een lammen off verbonden arm die sij in een zeel off swagtel was dragende, te genesen, leggende sij in het kraembedde om Corsmis 1715. Dat den Eijscher dienselven arm heeft genesen ende oock een accident in die tijt gegaan, dat sij hadde in de lende, dat bevorens bij andere mrs was gedeclineert te genesen, als sulcx niet willende ondernemen, edogh door den eijscher door menigvuldige verbanden ende medicijnen soo verre gekogt, dat alhoewel een twee accident daar bij gekomen was aande Bil ? malcanderen corresponderende welcke beijde genesen sijn geworden beheltelijck? tusschen beijde den accidenten is gebleven een cleijn gaatje, dat sij naderhant ondernomen heeft selffs ondernomen hebben te genesen … Dat eijndelijck naar dit voorval den eijser door den gedaagde is versogt, een geswel dat sijn huijsvrouw weder gekregen hadde aan een ander been maar door te steecken gelijck hij gedaan heeft, waar voor den eijscher is competerende ten minsten vijftigh gulden. Claes bekent de schuld, maar het is te veel. [131] 18-11-1717 Jan Gijsbertsz Meerwijck bekent schuldig te zijn aan de gravin van Athlone 317-10 ter saeke van verscheene en resterende lantpagten van 274
seeckere hofstede en 12 morgen land bij den comparant onder Amerongen in huere gebruijckt sijnde [131] 14-3-1718
Ursulina Philippina van Raesfelt contra Dirck van Brenck om te kennen of ontkennen zijn handtekening onder huurcedulle van 20-2-1709. [131]
31-12-1718 Roelof Vosch contra Claes Petersz van Leeuwen. Hij wil dat Claes wordt gecondemneerd om na behooren te repareren de huijsinge en schuer staende alhier tot Amerongen bij den gedaagde vanden eijscher verhuert voor den tijt van drie jaeren. Het dak lekt, raam kapot… Voortgezet op 9-1-1719. [131] 30-10-1719 Willem van Garderen contra Peter van Nellesteijn. Hij wil dat Peter zal worden gecondemneerd aan hem te betalen 40 gl ter saeke van geleverde winkelwaren en 14 gl vanwege hetzelfde. [131] 13-11-1719 Jacobus van Buren won. Amerongense Dijk contra Cornelis de Cruijff mede wonende aldaar. Hij levert zijn eis in. [131] 15-1-1720
Baatje Jans wed Peter Jansz van Leeuwen contra Steven de Leeuw. Zij eist 23-10 ter oorsaecke ende per reste van een jaar huer van omtrent een mergen engelant. Voortgezet 29-1-1720, 12-2-1720, 30-9-1720, 1410-1720, 28-10-1720[131]
29-4-1720
Bart Aertsz van Domselaer als vader en voogd van sijn onmondige dochter Maria van Donselaar eijscher in cas van Bodeloon contra Henrick van Bernevelt brouwer alhier tot Amerongen. Hij eist 6-9 ter oorsaecke en per reste van Boodeloon bij des Eijschers voorsz doghter in den voorleden jare 1719 in dienst vanden gedaagde verdient volgens gemaeckt accoort. Henrick zegt dat hij nog 8-16 tegoed heeft vanwege geleverd bier. Bart consenteert. [131]
10-7-1720
Jan de Ridder contra Claes Vuijck. Hij zei dat twee paarden van Claes op 9-7-1720 bevonden zijn te weiden in des eisers koorn op de zgn Cloosterackers. [131]
5-8-1720
Dirck Roghair out-burgemeester en schepen van Rhenen en coopman in leer aldaar contra Teunis Jansen Tol won. Amerongen om te kennen of ontkennen zijn handtekening onder afrekening in des eijsers boek van 27-9-1719. [131]
5-8-1720
Idem contra Peter Letan anders genaemt Visé won. Amerongen om te kennen of ontkennen zijn handtekening onder afrekening in zijn boek van 26-11-1708. [131]
275
13-1-1721
Ursulina Philippina van Raesfelt contra Huijbert van Hilten om te kennen of ontkennen sijn hant tekeninge onder huurcedulle. [131]
27-1-1721
Gerrit de Ridder contra Peter van Osch. Hij seijde dat hij nevens den gedaagde en Brant van Bernevelt en andere voor een sesde part over den jaere 1719 mede in huere hadde gehat seker stuck weijlant genaamt de Claver Camp alhier tot Amerongen gelegen, dat den eijscher om sijn sesde portie ….. Voortgezet op 10-2-1721, 24-2-1721, 10-3-1721, 24-3-1721, 28-7-1721, 11-8-1721, 22-9-1721, 20-10-1721, 3-11-1721. [131]
28-4-1721
Nicolaas van Velpen oud-burgemeester en schepen contra Tijman Jacobsz van Woudenberg om te kennen of ontkennen zijn handtekening onder obligatie van 17-4-1714 inhoudende een capitale somme van 300 gl. [131]
30-6-1721
Cornelis van Sandijk contra Gerrit Wildeman. Non comparitie. [131]
14-7-1721
Gerrit de Ridder en sijne remotten ofte medestanders contra Jan Sanders Buijs en Jan den Bisschop als borgen voor Claas Cornelissen den Boer onder renunciatie vande exceptie van ordere van excussie en divisie. Het gaat om de kooppenningen van een morgen hooigras op de benedenste eijnden van de nobele weert door Claes den Boer van de eisers gekocht in 1719. [131]
19-10-1722 Gerrigje de Wit meerderjarig dochter contra Aart Hendricksz won. Roijesteijn. Zij eist betaling van 6-13 ter oorsaeke ende per reste van een jaar boodeloon en een hemd en een schorteldoeck per rest van bedongen toebaat, of de waardije van dien ter estimatie van onpartijdige luijden hun dies verstaande. Item tot restitutie van 5 gl ter oorsaeke van geleende penningen alse twee gl aan den gedaagde selfs, en drie gl aan desselfs huijsvrouw, edogh salvo calculo en onder afslagh van tgeen buijten vermoeden in affslagh soude behooren te strecken. [131] 27-11-1724 Nicolaas van Velpen contra Jan Dircksen van Driel voor sijn selven en als eenige en universele erfgenaam van Dirck Jansen van Driel sijnen vader, om te kennen of ontkennen zijn handtekening onder obligatie van 130 gl dd 9-10-1720 alsmede onder obligatie van 400 gl van 9-81712. [131] 27-11-1724 Idem contra Gerrit Francken Wildeman om te kennen of ontkennen zijn handtekening onder koopcedulle van een huijsinge en erve in de Overstraat op 27-1-1724. [131]
276
18-3-1726
Jonas Ezechiels Kohen contra Steven de Leeuw. Hij seijde dat den gedaagde aan hem hadde verkocht sijn beste goet van het gewas 1725 hetwelcke hij ontfangen heeft den 20-1-1726 als mede betaelt op den 26 dito, en naerdien volgens gebruijck en costume hier tot Amerongen als elders dat die geene die het leste goet coopt het uijtschot mede wort gelevert voor half gelt van de prijs die hij voor het beste goet bedongen heeft, soo concludeert den eijscher dat den gedaagde sal werden gecondemneert sijn uijtschot aan den eijscher te leveren. [131]
3-11-1726
Dirk van Ommeren als gemachtigde van Neeltje van Alten en als gesubstitueerde van Jacomijntje en Hennhije van Alten als legatarissen van wijlen Hendrik van ommeren beregtigt zijnde tot sekere obligatie van 600 gl bij Wouter van der Son als testamentaire momber over Jan Willem van der Horst en Cornelis van der Horst als principaal en Ewid Quint als borgen onder de gewoone renuntiatie tbv de gemelde Henrik van Ommeren gepasseerd 19-7-1718 volgens testamentaire dispositie van Hendrik van Ommeren den 17-7-1725 te Rhenen gepasseerd contra Ewid Quint als borg om te kennen of ontkennen zijn handtekening onder deze obligatie. [131]
24-11-1727 Gerardus Coppens mr. chirurgijn contra Antoni Roest, Ida van Garderen, dochter van Wilm van Garderen en Johanna van Dam mitsgaders Barta wed Wilm van Garderen. Hij wil hen als getuigen laten optreden nopende het geene Margrita Rensen wed Steven de Leeuw injurieuselijk soude gesproken hebben tot nadeel van den requirant [131] 18-10-1728 Jochem Rijkse in cas van bodeloon contra Evert Quint. Hij eist 15 gl wegens een half jaar bodeloon in dienst van Evert als schaapherder en dan nog een ooijschaap en de helft van een lam. Jochem is met een half jaar vertrokken en zou een heel jaar blijven. Commissarissen aangesteld. [131] 15-11-1728 Grietje Janse contra Marcus de Leeuw. Zij eist betaling van de helft van 20 gl ter sake van een half jaar bodeloon en de helft van twee nieuwe linnen hemden, een schorteldoen, een paar schoenen, en een paar trippen. [131] 15-11-1728 Gerardus Coppens mr. chirurgijn contra Cornelis de Jong als principaal en Gijsbert de Jong als borg. Hij eist 4 gl volgens accoort ter saake van verdient meester loon van een snede in des eersten gedaagdes aansigt, waar voor den tweden gedaagde als borge heeft geconstitueert [131]
277
29-11-1728 Gijsbert Brantsen contra Johannes van den Berg. Hij heeft in 1726 verkocht en ook geleverd al zijn schapenmest en op het land van de gedaagde gebracht maar is er niet voor betaald. Voortgezet op 13-121728. [131] 7-3-1729
Jan van Leeuwen meerderjarig j.m. won. Abcoude, als het recht bij maaggescheid dd 2-2-1728 bekomen hebbende tot zekere gevestigde obligatie inhoudende een som van 300 gl bij Ariaantje Ariens wed Jacob Tijmanse van Woudenberg tbv Baatje Jans wed Peter Jansen van Leeuwen op 5-10-1722 te Amerongen gepasseerd met de resterende renten contra Adriaantje Ariens wed Jacob Tijmansen van Woudenberg . [131]
25-7-1729
Wouter Adriaan Keppel als executeur van den boedel van Nicolaas van Velpen op en jegens Jan Quint om te kennen of ontkennen zijn handtekening op het boek van de overleden Van Velpen. Voortgezet 88-1729, 19-9-1729, 3-10-1729, 31-10-1729 [131]
25-7-1729
Idem op en jegens Hendrik Kabel te antwoorden op het verzoek van provisie. [131]
25-7-1729
Gerrit Wildeman op en jegens Hendrik Cabel te antwoorden op’t versoek van provisie. Hij moet betalen 4 gl wegens koop van een ooij in 10-1727 [131]
25-7-1729
Pieter van Os op en jegens Evert de Waal. Eis doen. [131]
19-9-1729
Aalbert van Brenk contra Peter van Nellesteijn. Hij heeft van Peter gehuurd een achterhuis en een zolder daarboven voor 19-11. Dat den gedaagde heeft konnen gelusten na de voorsz huure die solder te verhuuren aan Huijbert Quint die daar tot heeden toe posessie in neemt waar door den eijser grote schade komt te lijden.. [131]
26-4-1731
Antonij van Spanje contra Gerrit Wildeman. Hij sijde dat den gedaagdes coppel schaapen tot 43 ouwe en 40 soklammeren int getal opden 24 e april 1731 sijn bevonden te gaan weijde op des eijschers weijde bij de sogenaamde spijkkade bij den eijscher wordende gehuurt van mevrouwe Spiering .. [131]
11-5-1731
Aalbert van Brenk contra Stoffel Crom. Hij sijde dat hij den gedaagde hadde aanbestaaijt den hof door den eijscher gehuurt van mevrouwe de Gravinne van Athlone, de eerste maal te spaijen het hout te hacken tot de heggen en de heggen daar op te setten voor de somme van ses gl tien stuijvers, dat den gedaagde in weerwil van den eijscher sijn lant voor de twede maal in sijn geheel aanbedden wil omspitten en daar in tabak planten… [131] 278
11-6-1731
Hendrik van Scherpenzeel contra Jorden Vos. Hij sijde dat den gedaagdes coppel schapen op den 10 junij 1731 sijn bevonden te gaan wijde op des eijschers tabaxland op de bre gelegen [131]
18-6-1731
Jan de Ridder contra Claas Tol. Hij sijde dat den gedaagde in den Jare 1729 hadde gekogt een mergen hooijgras op de steenovense weert voor de somme van 24 gl, … [131]
30-7-1731
Jan de Ridder contra Willem van Brinkererf. Willem is nog schuldig 24 gl [131]
20-10-1732 Cornelis van Beekhof timmerman alhier contra Hendrik van Boort. Hij eist 164-19 wegens aanneems penningen van des gedaagdes agterhuijs so van arbeijtsloon leverantie van hout en spijkers volgens accoort of mondeling contract. [131] 23-3-1733
Gijsbert de Jong contra Jan Willemse. Jan is schuldig van restant van een jaar pacht van een akker tabaksland en een tabaksschuurtje aan den berg gelegen. [131]
11-5-1733
Aart Gosense contra Willem Brus. Hij seijde dat den gedaagde hem eijser voor knegt hadde gehuurt den tijt van 35 weeken.. boven ses vragten bijerijden… [131]
15-3-1734
Louis Beijero contra Andries Bos. Hij seijde dat aan den gedaagde en desselfs huijsvrouw hadde verdient volgens overgeleverde rekening wegens verbanden en geleverde medicijnen een somme van 6-1- die den eijscher niettegenstaande verscheijde aanmaninge niet heeft konnen bekoome. Voortgezet 29-3-1734 [131]
17-3-1734
Evert Cornelisse als vader en voogd van zijn onmondige dochter Jannigje Evertse contra Willem Brus. Hij sijde dat sijn dogter bij Willem Brus voor een jaar hadde verhuurt voor 18 gl twe hemden een schorteldoek en een paar muijlen… [131]
11-10-1734 Cornelis Jansen contra Steven van Brenk. Hij seijde dat den gedaagden van hem hadde gekogt twe voeder gruppel hooij voor de somme van drie gl tien stuijvers [131] 3-10-1735
Cornelis de Waal contra Peter van Lienden. Hij seijde dat den gedaagdens huijs hadde geverwt ende daar aan verdient 2-15 die den eijser op verscheijde aanmaninge van den gedaagden in der minne niet heeft konnen bekoomen. [131]
19-3-1736
Gijsbert de Jong contra Hendrik van Ree. Den Eijscher present seijd dat den gedaagde heeft gehuurt van den eijscher zekere huijsinge kamer 279
en erf staande en gelegen alhier te Amerongen ww de huijsinge van Hendrik van Wessel [131] 19-3-1736
Jacobus de Vries als man van Maria van Vredenburg, erfgenaam van Peter van Nellesteijn contra Andries Bos om te kennen of ontkennen zijn handtekening onder huurcedulle. [131]
27-3-1737
Gijsbert Brantsen contra Johannes Renssen. Hij sijde aan den gedaagde in 1736 verkogt te hebben en door den gedaagde ontfangen de vijfde mergen hooijgras op het benedenste eijnt van de binnense weert [131]
8-7-1737
Hendrik van Scherpenzeel contra Teunis Bos. Hij sijde dat den gedaagde van de mede erfgenamen van Peter Bos x Willemijntje Teunissen op 29-11-1735 hadde gehuurt een huijsinge berg schuur en hof voor 42 gl jaarlijks [131]
18-3-1743
Aalbert de Cruijff contra Claas Tol. Hij zegt dat hij met Claas en Cornelis Baas heeft gekocht groen koorn op het veld op het erfhuis van Jan Baas. Claas blijft in gebreke met betalen. [132]
29-7-1743
De rechter Dirk van Dam contra Jan Tol. Hij wil dat Jan wordt gecondemneerd aan hem te betalen 34 gl wegens koop van een perceel hooigras [132]
30-9-1743
Andries schans als vader en voogd over Willem Schans contra Cornelis de Waal. Hij zegt dat zijn zoon Willem Schans voor verruwknegt bij Cornelis heeft gewerkt vanaf 28-3-1743. Op 16-9 heeft Cornelis hem doen vertrekken zonder te betalen. [132]
20-1-1744
Abraham Ebbenhorst koopman in hout tot Amsterdam, contra Aalbert van Brenk meester timmerman, won. Amerongen. Hij is hem nog geld schuldig. Zie ook 3-2-1744, 9-4-1744. [132]
15-11-1745 Peter van de Weert contra Dirkje van Ingen. Niet nader ingevuld [132] 22-7-1748
Willem van Brinkererf x Adriaantje Bos die een mede-erfgenaam is van Fija Bos contra Hendrik van Scherpenzeel won alhier. Hendrik heeft nog wat goederen die hij niet wil overdragen. [132]
10-1-1752
Jacobus van Bemmel raad in de vroedschap en schepen, mitsgaders koopman te Amersfoort contra Steven van Brenk. Hij heeft nog geld van tabak te goed over 1751. [132]
10-1-1752
Idem contra wed Zeger van Woudenberg. Hij heeft nog geld van tabak te goed over 1751. En ook van wed Emans en Cornelis Roest, wed Peter van der Wis, wed Jacob van der Wis en Rijk Hendriksen. [132] 280
10-1-1752
Jan Huijbertsen contra Peter Tijssen van Wajesteijn die erfgenaam is van de weduwe van Tijs Janse van Wajesteijn. Hij eist betaling van 38-8 wegens gekocht hooigras in 1742. [132]
24-1-1752
Steven van Brenk regerend burgemeester van Amerongen contra Jacobus van Bemmel vroedschap en schepen te Amersfoort, mitsgaders koopman in tabak. Hij wil inzage in de onkosten. Ook wed Zeger van Woudenberg, wed Willem Emans, wed Peter van der Wis, wed Jacob van der Wis en Rijk Hendriksen willen dit. Zie ook 7-2-1752, 21-2-1752, 6-3-1752, 10-4-1752, 1-5-1752, 25-9-1752, 23-10-1752, 611-1752, 4-12-1752, 5-2-1753, 19-2-1753, 5-4-1753 [132]
24-1-1752
Peter Tijssen contra Jan Huijbertsen van Ek. Hij is het helemaal niet eens met de eis van Jan. [132]
1-5-1752
Jan Brugman koopman te WbD contra Maas Tol, schoenmaker te Amerongen. Hij is geld schuldig. Zie ook 15-5-1752, 20-5-1752 [132]
1-5-1752
Juffr. Christina Elisabeth Laats wed Dirk Roghair, in leven vroedschap en oud-burgemeester van Rhenen contra Aart van Ingen, Dirk Vos x Maagje van Ingen en Hendrik van Os als vader en voogd over zijn minderjarige kinderen geprocreëerd bij Jannigje van Ingen, Cornelis van Boort wed Dirkje van Ingen, kinderen van Jan Claase van Ingen, om te kennen of ontkennen de handtekening van Jan Claasen van Ingen onde obligatie dd 11-8-1721. [132]
19-6-1752
Gerrit de Ridder, burgemeester alhier, contra Jan Dirksen van Driel om te kennen de huurcedulle dd 1-5-1737. Zie ook 3-7-1752. [132]
19-6-1752
Idem contra Rijk van Kooij. [132]
6-11-1752
Jan Cornelissen Morren contra Johan Boon procureur van dit gerecht. Hij in kracht van procuratie van 29-10-1752 concludeert tot betaling van 65 gl ter zake van 13 voeder turf. Zie ook 20-11-1752. [132]
6-11-1752
Bernardus Beek, burger van Rhenen x Dorothea Tol die een kind en mede voor 1/3 pro portione haere? ditaoirie? mede-erfgenaam van Teunis Tol x Hendrikje van Leersum, overleden te Amerongen, contra Nicolaas Spranger, drossaard. Zie ook 20-11-1752, 4-12-1752 [132]
9-2-1763
Is de Heer Drossaard Spranger gestorven. [132]
6-8-1764
Wouter Jordensz contra Evert Jansen. Hij eist 61-17-8 wegens 22,5 roede bagger in 1763 gebaggerd [132]
6-8-1764
Hendrik van Woudenberg als gemachtigde van de erfgenamen van Roelof van Vianen contra Hendrik van Meerwijk. Hij zegt dat Hendrik 281
van Meerwijk van Roelof had gekocht een vaars voor 16 gl. Hij heeft betaald 12 gl. [132] 19-2-1765
Peter van Os contra Hendrijn van Os huisvrouw van de geabsenteerde Hermen Schouten. Hij seijde dat den gedaagde op haar versoek bij den Ed: Hove van Utrecht ter oorsake van de absentie van haaren man Hermen Schouten opden 15-2-1755 was geauthoriseert haare ongerede goederen te mogen verkoopen. Zij heeft dit op 21-10-1763 publiek verkocht een huijsinge erve met 1 morgen land aan Peter van Os. Nu wil zij niet uit dit huis. Zie ook 25-2-1765, 4-3-1765, 18-3-1765, 29-7-1767 [132]
19-12-1765 Cornelis Jan Kien, drossaard van Leersum geeft te kennen dat Peter de Wit hem schuldig is wegens kamerhuur van de kamer in de huijsinge in Amerongen waar Peter woont de som van 11 gl. Hij moet nog betalen. [132] 26-1-1767
Hendrik Versteeg contra Herman van Donselaar. Hij zegt dat Herman van hem had gepacht ten huize van Otto de Ridder in presentie van Bart van Vige, Antoni de Leeuw en Thomas de Leeuw en Godert de Ridder de heiberg van Rodesteijn voor 1 jaar. Hij moet betalen. [132]
4-10-1767
Lourens Lobrie chirurgijn contra Geertruij van brenk wed Cornelis van Boort. Hij heeft aan haar man verdiend 20-7. Zij weigert te betalen. [132]
27-6-1768
Lourens Lobrie contra Aart Bos. Hij eist wegens meesterloon nog 5 gl. [132]
27-6-1768
Stoffel Overeem contra Hendrik Hendricksz van Scherpenzeel. Hij eist vanwege gekocht hout een restant van 2-7. [132]
27-6-1768
Bastiaan de Jong, putmeester van de put in de Overstraat, contra Pieternel Vos. Hij eist 2-19 vanwege putgeld. [132]
28-1-1769
Reijnier Wessel contra Jan van Schaik. Jan huurt van Reijnier een huis en hof met ¼ morgen tabaksland en ¼ schuur. Hij moet pacht betalen. [132]
6-8-1769
Frederik de Ridder als rentmeester van de graaf van Athlone contra Pieter Brus. Over schutten in 1768 gedaan. [132]
9-2-1770
Aaltje Brus wed Evert Jansz contra Pieter Brus gearresteerde. Hij heeft van haar gehuurd huis, hof, bouw- en weiland. Hij moet betalen. [132]
9-4-1770
Gerrit Ketel contra Casper Schultsz. Non comparitie [132] 282
13-6-1770
Zijn gecompareerd Cornelis Dirksz contra Aaltje Brus wed Evert Jansen. Zij zijn geaccordeerd. [132]
22-10-1770 Reijer van Eck contra Jan van Ree. Hij zegt dat Jan voor hem een nieuwe wagen heeft gemaakt. Hij is hem daarvoor nog 6-14 schuldig. Jan heeft intussen een rad van de wagen af gehaald en die thuis opgeslagen. Hij weigert die terug te geven. [132] 5-4-1773
Jan van Schaik contra Cornelis van Woudenberg. Hij eist 16-17-8 volgens zijn schuldboek. Zie ook 23-8-1773, 27-9-1773[132]
3-7-1775
Peter Vizee contra Harmen Vuijk, won hogen lekkendijk. In statu [132]
25-3-1776
Paulus van Huijsen, won. Amerongen, contra Christoffel Overeem als vader en voogd over zijn minderjarige zoon Willem Overeem, won. Amerongen. Hij heeft durven bestaan te vertellen aan de mensen dat Paulus niet alleen de vrouw van de smid Peter Brinkererf heeft gekust, maar ook de kousebanden zou hebben opgebonden, bij de knie gevat en voorts met deselve souw hebben gepleegd hoerderije. Dit moet gebeurd zijn op zondag 25-2-1776. Daarop zijn zijn ramen ingegooid door de bevolking. De drossaard heeft verdere vernieling tegen gehouden. Hij wil in zijn eer hersteld worden. Zie ook 22-4-1776, 6-51776, 20-5-1776, 8-7-1776, 16-9-1776, 30-9-1776 [132]
25-6-1776
Frederik de Ridder als rentmeester van de graaf van Athlone contra Paulus van Huijsen, gearresteerde. Hij huurde land van de graaf. Zie ook 23-9-1776[132]
16-9-1776
Christoffel Overeem als vader en voogd van zijn minderjarige zoon Willem Overeem contra Maaij van Scherpenzeel huisvrouw van Peter Brenkererf en Johanna Hendriks, dienstmaagd bij Pieter Jansz van Os, en Hermanus Brinkererf, won bij de kleermaker Arie Berkhout om te getuigen tegen Paulus van Huijssen. En op 30-9-1776 vraagt hij hetzelfde van Frederik Willem Schutten, gerechtsbode alhier, en van Hendrik Harmsz van Veenendaal[132]
16-9-1776
Hendrik Versteeg contra Hermen Vuijk. Eis doen. Niets ingevuld. [132]
28-7-1777
Reijnier van Wessel contra Hermen Jansz. Eis doen. Default en een andere citatie. [132]
28-7-1777
Arie Larekamp, won. Elst, contra Hermen Jansz. Idem. [132]
16-3-1778
Woutertje de Jong wed Hermen Schutten contra Tijmen van Ree. Tijmen presenteert de kosten. [132]
283
16-3-1778
Hendrik Reijersz wonende aan de Haar onder Amerongen contra Peter van Lienden, mede won. aldaar. Hij met den eijser in judicio precent diende van eijsch in scriptis. Zie ook 27-4-1778 [132]
26-3-1781
Willem Bragten van den Berg, won. Ochten, contra Tijmen van Ree. Hij levert schriftelijk zijn eis. [132]
30-7-1781
Paulus Bomas en Gerrit Vizee verschijnen voor het gerecht en geeft Paulus te kennen dat hij seekere solder in sijn huijzinge hadde aan sig behouden op voorwaarden dat hij deselve altijd konde gebruiken om zijn koorn op te slaan. Hij is kuiper. Hij wil de middelste zolder met hoepels of duigen beleggen. [132]
16-12-1782 Evert Post contra Hendrik Willemse. Op maandag 9-12-1782 heeft hij ten huize van Otto de Ridder gevochten. [132] 3-3-1783
Gerrit Gerritse x Hendrikje Gijsberten van Ommeren, won. Leersum, contra Jan Gijsbertse van Ommeren en Evert Gijsbertsen van Ommeren, won. Amerongen. Hij levert schriftelijk zijn eis. De gedaagden gaan daarmee akkoord. [132]
23-2-1784
Aart Gijsbertse contra wed Gerrit Rutten. Hij eist 8-9 wegens borgtocht van een paard aan Casper Schultz. Zij bekent de schuld. [132]
17-5-1785
Frederik Hendrik Bronkhorst, koopman in wijnen te Rhenen contra Jan Jacob van Straten notaris voor het Hof van Utrecht, won. Amerongen. Hij eist betaling van 67-18 ter zake van in 1783 en 1784 geleverde wijnen etc [132]
19-12-1785 Godart Adriaan de Ridder x Willemina Haafkens en namens de andere erfgenamen van Weselina Philippina van den Doorslag wed Hendrik Haafkens in leven winkelierster alhier contra Hendrina van Os wed Hermen Schouten, won. alhier. Hij eist betaling van 61-11 vanwege geleverde winkelwaren in 1756-1758. [132] 14-4-1786
De drossaard contra Hermen Vuijk en Dirk van Lunteren en Evertje van Woudenberg. [132]
25-4-1786
De drossaard Evert Post contra Jan van Leer en Willem van Meeteren, won. Amerongen. Default en een andere citatie tbv Willem van Meteren. Zie ook 29-5-1786 [132]
25-4-1786
Teunis Rijksen x Grietje Robberden, won. Ede, mitsgaders Frans Overeem als vader en voogd van zijn onmundige kinderen bij Hendrikje Robberden, won. Renswoude, contra Neeltje Teunisse wed Hendrik
284
Gerritsen won Dwarsweg. Hij wil van haar getuigenis van waarheid. [132] 27-6-1786
Is door de drossaard voorgesteld dat hem gebleken is en ook door de delinquenten Jan van Soest en Gergje x Jan van Barneveld, voor den gerechte is geconfirmeerd dat Gerigje van Barneveld in euvelen moede aan Peternel huisvrouw van Jan van Soest enige slagen sijn toegebragt. Jan heeft terug geslagen. Zij hebben beiden verbeurd 25 gl. Het gerecht veroordeelt hen hiertoe. [132]
28-1-1788
Hendrik Versteeg contra Jan Teunisz van Veenendaal. Afgedaan [132]
15-3-1790
Gerrit Gijsbertse van Amerongen contra Jan Teunisse van Veenendaal. Non comparitie. Ander default [132]
17-12-1791 Jan Willem Gerrit Goldbach drossaard contra Gerrit van Meurs, won. Amerongen om getuigenis der waarheid te geven. [132] 1-1-1792
Jan Willem Gerrit Goldbach drossaard contra Jan van Ree den oude, Pieter van Brummelen, Henricus van Ree, Hendrik van Soest en Lammert van Dijk, won. Amerongen. Hij eist boete van 3 gl omdat zij de nachtwacht tussen 10 en 11-12-1792 hebben nagelaten vanaf 4 uur ’s ochtends. [132]
4-6-1792
Stoffel Larekamp contra Teunis van den Berg. Tweede citatie. [132]
5-6-1792
De drossaard meldt het gerecht dat hij vanochtend op verzoek van de drost van Leersum een persoon heeft gearresteerd die te Leersum enige ongeregeldheid heeft gepleegd. Hij heet Pierre Pallus. Hij is gisteravond te Leersum dronken geweest maar weet niet meer wat er is gebeurd. [132]
7-6-1792
Klaas van Harskamp contra Gerrigje Eereveen wed Gerrit van Amerongen. Hij heeft gisteren een koe van Gerrigje doen schutten omdat die heeft gelopen in zijn klaverland dat hij van Gerrigje huurt. [132]
1-7-1793
Goldbach contra Hendrik van Meurs en Christoffel Larekamp, beide won. Amerongen. Zij hebben gevochten. [132]
7-1-1794
Johanna Catherina van Dorsten, gearresteerde ter gijselinge alhier voor eht gerecht gehoord bekende oud te zijn 43 jaren geb Amsterdam, huisvrouw van Machiel Lanooij, soldaat onder het regiment van Wartensleben in garnisoen te Breda. Dat zekere verklaring waer meede zij alhier rond gelopen heeft valsch is, en geschreeve zoude zijn door een Manspersoon die haer ontmoed was tusschen Zutphen en Breda. 285
Zaak voortgezet op 21-1-1794. Zij heeft gebedeld en zich uitgegeven voor een weduwe wiens man in de afgelopen veldtocht voor Menen was gesneuveld op 13-9-1793. Haar man bevindt zich in garnizoen te Breda. Zij wordt gegeseld. [132] 17-1-1794
Het gerecht verleent jegens Sijbart van Zoest en Hermannis Wagensvelt en in cas van minderjarigheid van een van beiden ook tegen derzelver ouders en voogden citatie tegen maandag 3-2-1794 des voornoens ten 10 uuren [132]
17-3-1794
Hendrik van Zoest als vader en voogd van zijn minderjarige zoon Zijbart van Zoest over boete van 25 gl wegens vechten, mes en ander geweer trekken in de herberg de Posthoorn met Harmanus Wagensveld [132]
17-3-1794
Acten van indemniteit in te vorderen van Geurt Brants vrouw en kinderen, in de Groep. En van wed Louw Willemsen en kinderen aan de Slaperdijk en de wed Bleekman. En verder zijn ingekomen requesten van Jansen Roeters en Engel van Woudenberg verzoekende in submissie ontvangen te worden wegens vechterij op 1-1-1794 in de herberg de Posthoorn. [132]
1794
Verklaring van Hendrijn Visee, wed Dirk van Leersum, oud ontrent 32 jaren, won aan de Hogendijk onder Amerongen dat op donderdag 17 april 1794 des nademiddags omtrent zeven uuren is thuis gekomen, wanneer zij vernam dat Lambert Ketel, mede aan den Dijk onder Amerongen woonagtig, van haar kinderen een touw had weg genomen. Zij heeft hem daarover aangesproken. Hij heeft haar daarop geslagen. [132]
16-3-1795
Evert Arendsen van den Brandhof en Reijer Joosten begerende Evert te rug gave van een wagen door den zoon van Reijer bij zekere gelegenheid genomen. Reijer wil de wagen wel terug geven maar eist vergoeding wegens reparatie van zijn gebroken wagen. Dat weigert Evert. [132]
23-3-1795
Gerrit Westrhenen won Ingen contra Steven Bos. De eister zegt dat Steven een zog heeft die voor de eerstemaal geworpen heeft en door de Engelse troepen bij de eiser is gestolen. Hij wil voedergeld betalen maar Steven weigert medewerking. [132]
14-12-1795 Ida de Ridder wed Cornelis de Vries contra Frederik van Schaik. Zij eist betaling van 750 gl wegens hypotheek van 9-3-1793. Zie ook 11-11796. [132]
286
10-1-1797
Aaltje Slotboom dienstmaagd van Peter Brinkererf contra Peter Brinkererf. Hij heeft haar laten vertrekken zonder betaling. Maar zij voldeed niet in haar werk. [132]
13-3-1797
Gezien het request van Arris Cornelisz van Ginkel, won aan de Groep onder Amerongen, dat hij op donderdag 2-2 ’s avonds ruim 9 uur zich bevonden heeft ten huize van Hannis van Maanen, herbergier op Maarsbergen, dat daar ook was Dirk Teunisse, won. Renswoude, die met hem woorden heeft gemaakt en hem met een ontbloot mes een sneede over het aangesigt heeft toegebracht. [132]
20-3-1797
Tomas de Leeuw, regerend kerkmeester, contra Gijsbert van Vrekenhorst. Over 6 jaren uitgang van zijn huis aan de kerk van Amerongen verschuldigd. [132]
9-9-1797
Request over het gebeurde tussen de ruiters van het regiment dat hier gedetacheerd is. [132]
287