Nieuwsbrief Global IRW Information reporting and withholding (IRW) 18 december 2013
Nederland en de Verenigde Staten ondertekenen een FATCA Intergovernmental Agreement Samenvatting Op 18 december 2013 hebben de Amerikaanse Chargé d’Affaires ad interim en de Nederlandse staatssecretaris van Financiën een Intergovernmental Agreement (Nederland-VS IGA) getekend ten aanzien van de implementatie van de Foreign Account Tax Compliance Act (FATCA). De Nederland-VS IGA is gebaseerd op de Model 1A IGA van 4 november 2013. Hoewel de Nederland-VS IGA gebaseerd is op de Model 1A IGA, bevat bijlage II (Annex II) specifieke uitzonderingen voor Nederlandse producten en entiteiten. De uitzonderingen gelden voor bepaalde producten en entiteiten die een laag risico tot belastingontduiking met zich meebrengen. De Nederland-VS IGA:
Verschaft zekerheid en duidelijkheid aan Nederlandse en andere financiële instellingen die met elkaar zaken willen doen. Daarnaast biedt de Nederland-VS IGA de Nederlandse financiële instellingen de mogelijkheid om zich voor te bereiden op de inwerkingtreding van de FATCA wetgeving1;
Bevestigt dat FATCA lokaal in Nederland zal worden geïmplementeerd;
Vergroot de hoeveelheid informatie die automatisch wordt uitgewisseld tussen Nederland en de Verenigde Staten (“VS”); en
De term FATCA wordt in deze nieuwsbrief gebruikt om te verwijzen naar de verplichtingen die een Nederlandse Financiële Instelling heeft op basis van de Nederland-VS IGA en de Nederlandse implementatiewetgeving. 1
PwC
Global IRW Newsbrief
1
Zorgt voor een automatische rapportage en uitwisseling van informatie met betrekking tot rekeningen die door inwoners van de VS worden aangehouden bij Nederlandse Financiële Instellingen. Daarnaast bevat de Nederland-VS IGA een toezegging van de VS dat zij informatie uit zullen wisselen met betrekking tot rekeningen die Nederlandse ingezetenen in de VS aanhouden.
De Nederland-VS IGA is ook van toepassing op de zogenaamde BES-eilanden, Bonaire, Sint Eustatius en Saba.
PwC Observaties: Afstemming met bestaande regelgeving: De Nederland-VS IGA zorgt ervoor dat FATCA regelgeving lokaal in Nederland zal worden geïmplementeerd waardoor Nederlandse Financiële Instellingen dienen te voldoen aan de Nederlandse wet in plaats van dat zij een FFI overeenkomst dienen te sluiten. Daarnaast is de Nederland-VS IGA beter afgestemd op de bestaande nationale wetgeving, zoals AML of KYC regelgeving, en daardoor makkelijker uit te voeren. Implementatie in lokale wetgeving: FATCA zal per 1 juli 2014 van start gaan. De Nederland-VS IGA dient echter nog te worden geïmplementeerd in de Nederlandse wetgeving. Nederland is van plan om in 2014 het wetsvoorstel voor te bereiden en de IGA ter goedkeuring voor te leggen aan het parlement. De Verenigde Staten hebben bevestigd dat zij vanaf de datum van ondertekening van plan zijn om elke Nederlandse Financiële Instelling te behandelen alsof zij voldoen aan de FATCA vereisten, zoals die in de Nederlandse wet worden vastgelegd, waardoor Nederlandse Financiële Instellingen niet onderworpen zullen zijn aan bronbelasting voortkomend uit FATCA. FATCA bronheffing: Op basis van de Nederland-VS IGA is inhouding van 30% FATCA bronbelasting door Nederlandse Financiële Instellingen slechts vereist onder zeer specifieke omstandigheden in geval van bepaalde betalingen door een Nederlandse Financiële Instelling die de status heeft van een withholding QI aan een niet-participerende Financiële Instelling.
Bijlage II en Memorandum van Overeenstemming De Nederland-VS IGA bevat een specifieke Nederlandse bijlage. Bijlage II voorziet in uitzonderingen op FATCA voor Nederlandse entiteiten die als ‘Deemed-Compliant Financial Institution’ of als ‘Exempt Beneficial Owner’ worden aangemerkt. Daarnaast zijn bepaalde producten uitgezonderd onder de IGA (vrijgestelde producten). Bijlage II verschaft hiermee Nederlandse entiteiten duidelijkheid en zekerheid ten aanzien van hun verplichtingen en de impact van FATCA op hun organisatie. Bijlage II heeft met name impact op de volgende Nederlandse entiteiten en producten:
Verzekeraars en vrijgestelde producten Bijlage II van de Nederlandse IGA verstrekt gewenste duidelijkheid voor de Nederlandse verzekeringsindustrie. De bijlage geeft aan welke producten en
PwC
Global IRW Newsbrief
2
rekeningen buiten de reikwijdte van FATCA vallen, waardoor zij niet gerapporteerd hoeven te worden. De lijst van vrijgestelde producten bevat bepaalde inactieve accounts of producten, verschillende fiscaal gefaciliteerde producten en andere vrijgestelde producten. Voorbeelden hiervan zijn:
-
Een account van een vrijgestelde uiteindelijk gerechtigde (exempt beneficial owner) zoals vermeld in paragraaf I van Bijlage II;
-
Pensioenproducten die onder de Wet op de Loonbelasting 1964 of de Loonbelasting BES vallen;
-
Alle producten waarvan de inleg aftrekbaar is en de uitkering belast en die vallen onder de artikelen 3.124, 3.125, 3.126a van de Wet inkomstenbelasting 2001 of artikel 16, paragraaf 1(a) en 1(e) van de Wet inkomstenbelasting BES;
-
Een rekening of product die niet valt onder de definitie van ‘Financial Account’ zoals opgenomen in de overeenkomst tussen de VS en een andere FATCA verdragspartner kan, onder bepaalde voorwaarden, ook in de Nederland-VS IGA uitgezonderd zijn;
-
Kapitaalverzekering Eigenwoning als omschreven in artikel 3.116 Wet inkomstenbelasting 2001, een spaarrecht Eigen Woning, een Beleggingsrecht Eigen woning (vergelijkbaar met een Kapitaalverzekering Eigenwoning als omschreven in artikel 3.116a Wet inkomstenbelasting 2001) en een bouwdepot;
-
Stamrecht zoals opgenomen in artikel 11, lid 1, letter g en artikel 11a van de Wet op de loonbelasting 1964;
-
Een levenslooprekening (waaronder een levensloop verzekering en een levenslooprecht van een deelneming) aangegaan en behouden voor 1 januari 2012;
-
Een alimentatieverplichting zoals omschreven in artikel 6.5 en 6.6 van de Wet inkomstenbelasting 2001.
-
Overlijdensverzekeringen met een premie van € 1,000 of minder per jaar.
STAK De Stichting Administratiekantoor (“STAK”) wordt specifiek benoemd in het Memorandum van Overeenstemming. Een in Nederland gevestigde STAK wordt aangemerkt als een passieve NFFE. De STAK zal slechts worden behandeld als een actieve NFFE indien de aandelen in de STAK regelmatig worden verhandeld op een gevestigde, officieel erkende aandelenbeurs. De NYSE Euronext Amsterdam kwalificeert volgens het Memorandum als een gevestigde, officieel erkende aandelenbeurs.
Overheidsbedrijven en semi-publieke non-profit organisaties Bijlage II beschrijft welke overheidsbedrijven kwalificeren als vrijgestelde uiteindelijk gerechtigden (‘Exempt Beneficial Owners’). Hieronder valt de Nederlandse overheid, de decentrale overheid of entiteiten die volledig in handen
PwC
Global IRW Newsbrief
3
zijn van de overheid. De Nederlandsche Bank en Internationale Organisaties worden ook aangemerkt als vrijgestelde uiteindelijk gerechtigden. Op grond van bovenstaande bepaling kwalificeren bijvoorbeeld de Waterschapsbank, Bank Nederlandse Gemeenten en de Nederlandse Investeringsbank voor Ontwikkelingslanden als vrijgestelde uiteindelijk gerechtigden voor FATCA. Daarnaast worden bepaalde semi-publieke non-profit organisaties op grond van Bijlage II aangemerkt als Deemed-Compliant Financiële Instellingen.
Pensioenfondsen Bijlage II bepaalt dat elke entiteit die in aanmerking komt voor voordelen op basis van artikel 35 van het belastingverdrag kwalificeert als vrijgestelde uiteindelijk gerechtigden (‘Exempt Beneficial Owner’). Tevens zijn uitgesloten onder andere pensioenfondsen die zijn gereguleerd onder de Pensioenwet, bedrijfstakpensioenfondsen zoals bedoeld in de Pensioenwet en Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds 2000 en beroepspensioenfondsen zoals bedoeld in de Wet verplichte beroepspensioensregeling of de Wet op het notarisambt. Daarnaast wordt bevestigd dat een pensioen-BV, een entiteit voor individueel pensioenbeheer voor een individu die zowel werknemer is als ook een aanmerkelijk belang heeft in de entiteit, ook kwalificeert als een vrijgesteld uiteindelijk gerechtigde voor toepassing van de FATCA. Dit verschaft de Nederlandse pensioensector helderheid en zekerheid omtrent de impact en reikwijdte van FATCA. Een premium pension institution (PPI) of Algemene Pensioeninstelling (API), is ook opgenomen in Bijlage II en kwalificeert als een vrijgesteld uiteindelijk gerechtigde.
Fonds voor gemene rekening en investeringsentiteiten met vrijgesteld uiteindelijk gerechtige participanten. In het Memorandum van Overeenstemming wordt verduidelijkt dat een fonds voor gemene rekening voor FATCA behandeld zal worden als een juridische overeenkomst/entiteit. Daarnaast verschaft Bijlage II duidelijkheid ten aanzien van een entiteit die als een Investeringsentiteit Financiële instelling (“Investment Entity Financial Institution”) kwalificeert. Deze entiteit wordt behandeld als een vrijgesteld uiteindelijk gerechtigde in plaats van een Investment Entity Financial Institution indien alle participanten (aandeelhouders of houders van schuldbewijzen / debt interests) als een vrijgesteld uiteindelijk gerechtigde kwalificeren. Een schuldbewijs mag daarnaast echter ook gehouden worden door een entiteit die voor FATCA kwalificeert als Depository Financial Institution (bijvoorbeeld een bank) die een lening verschaft heeft aan de investeringsentiteit. Derhalve zullen fondsen voor gemene rekening waarbij alle participanten bestaand uit vrijgestelde pensioenfonden zelf ook aangemerkt worden als vrijgestelde uiteindelijk gerechtigden.
PwC
Global IRW Newsbrief
4
Bewaarder Een bewaarder die namens de investeerders houder is van het juridisch eigendom van een beleggingsportefeuille van een beleggingsfonds (als bedoeld in artikel 4:44 van de Wet op het financieel toezicht) kwalificeert niet als rekeninghouder of financiële instelling indien het investeringsfonds zelf al kwalificeert als rekeninghouder (‘account holder’). Hetzelfde geldt voor bewaarders in de zin van artikel 21 van de AIFM richtlijn. Een bewaarderbedrijf of bewaarinstelling die door een investeringsfonds is opgericht als een bewaarder om te voldoen aan de vereisten in artikelen 6:17 of 6:18 Nadere regeling gedrachtstoezicht financiele ondernemingen ten aanzien van de scheiding van activa kwalificeert niet als rekeninghouder of Financiële instelling voor zover het investeringskantoor zelf als rekeninghouder wordt behandeld.
Investeringsmanager en Investeringsadviseur Bijlage II van de IGA stelt dat investeringsmanagers en investeringsadviseurs worden behandeld als “Deemed-Compliant Financial Institutions” op voorwaarde dat dergelijke investeringsfondsen alleen (1) investeringsadvies geven aan een klant en handelen namens een dergelijke klant, of (2) beleggingsportefeuilles beheren voor een klant. Daarnaast moeten deze diensten gebaseerd zijn op een volmacht, of vergelijkbare verklaring zoals een investment authority.
PwC Observaties Directe rapportage: In Memorandum van Overeenstemming is opgenomen dat indien toekomstige Amerikaanse regelgeving entiteiten de mogelijkheid biedt om in IGA landen direct te rapporteren aan de Amerikaanse belastingdienst, Nederland niet verplicht is om een in Nederland gevestigde entiteit toe te staan om direct te rapporteren aan de Amerikaanse belastingdienst wanneer dit in strijd is met Nederlandse wetgeving. Nederland behoudt daarmee de flexibiliteit om in zulke gevallen te bepalen of een directe rapportage moet worden toegestaan aan Nederlandse entiteiten, daarbij rekening houdend met de Nederlandse wetgeving. Wij verwachten dat deze bepaling is opgenomen naar aanleiding van de Draft FFI Agreement van oktober 2013 waarin twee nieuwe classificaties waren opgenomen. Een van deze classificaties betreft de Direct Reporting NFFE, op basis waarvan een NFFE direct mag rapporteren aan de Amerikaanse Belastingdienst, IRS. Welkome uitzonderingen: Bijlage II bevat welkome vrijstellingen voor de financiële sector. Op grond van bijlage II valt een groot aantal producten buiten het bereik van de FATCA wetgeving. Voor de verzekeringssector schept dit langverwachte duidelijkheid en zekerheid. Ook de asset management industrie verkrijgt meer duidelijkheid met betrekking tot de belang van bijvoorbeeld bewaarders, beleggingsadviseurs en vermogensbeheerders. Dubbele rapportage wordt hierdoor voorkomen. Verder wordt duidelijkheid geschept over de classificatie van de STAK en van Nederlandse pensioenfondsen. Gunstigere definities: De IGA biedt de mogelijkheid in artikel 4, paragraaf 7 om een definitie zoals geformuleerd in de FATCA bepalingen te laten prevaleren boven de IGA definitie. Echter, uit de Memorandum van Overeenstemming
PwC
Global IRW Newsbrief
5
blijkt dat deze bepaling alleen geldt voor de in artikel 1 van de IGA genoemde definities. Nieuwe rekeningen voor individuen: Het Memorandum van Overeenstemming stelt dat een Financiële instelling op het moment dat een rekeninghouder een nieuwe rekening opent niet de verplichting heeft om een nieuwe zelf-certificatie te verkrijgen indien de financiële instelling al in het bezit is van een zelf-certificatie van deze rekeninghouder. Zelf-certificatie: De Nederlandse IGA vereist dat financiële instellingen documentatie van hun rekeninghouders opvragen en verkrijgen. De IGA verwijst daarbij naar de zelf-certificatie. Een aantal Nederlandse Financiële Instellingen heeft in samenspraak met het Ministerie van Financiën een gebruiksvriendelijk zelf-certificatie formulier ontwikkeld dat voldoet aan de eisen van de IGA. Dit initiatief kan de lasten voor zowel de Nederlandse financiële instellingen als hun rekeninghouders verminderen. Toekomstige ontwikkelingen: De Nederland-VS IGA met inbegrip van bijlage II, zijn met name gunstig voor bepaalde entiteiten zoals verzekeringsmaatschappijen. Er zijn momenteel echter ook andere ontwikkelingen op het gebied van wetgeving, zoals de ontwikkeling van een common reporting standard in het kader van de OECD. De common reporting standard heeft een ruimere werkingssfeer dan FATCA en kan bepaalde groepen zwaarder treffen. Hoewel bijlage II van de IGA de implementatie inspanningen voor bepaalde groepen juist vermindert, kunnen deze toekomstige ontwikkelingen op het gebied van wetgeving juist een grotere impact hebben. Het wordt daarom aanbevolen om de huidige en toekomstige ontwikkelingen in de gaten te houden en waar mogelijk een bijdrage te leveren aan relevante partijen die betrokken zijn bij het (politiek) debat. Wij zullen de ontwikkelingen nauwlettend volgen en u waar nodig informeren.
Aanvullende informatie De Nederlandse aankondiging is te vinden op: http://www.rijksoverheid.nl/ministeries/fin/nieuws/2013/12/18/weekers-sluitovereenkomst-met-vs-tegen-belastingontwijking-en-zwart-sparen.html De volledige tekst van de IGA kan worden geraadpleegd op: http://www.rijksoverheid.nl/documenten-enpublicaties/convenanten/2013/12/18/fatca-overeenkomst.html Voor meer informatie over FATCA kunt u terecht op onze websites http://www.pwc.nl/fatca en http://www.pwc.com/us/fatca
PwC
Global IRW Newsbrief
6
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met:
Nederlandse contactpersonen Remco van der Linden
+31 (0)88 792 7485
[email protected]
Clark Noordhuis
+31 (0)88 792 7244
[email protected]
Martin Vink
+31 (0)88 792 6369
[email protected]
Robert Jan Meindersma
+31 (0)88 792 6186
[email protected]
Sander Spoek
+31 (0)88 792 3314
[email protected]
Babette Ancery
+31 (0)88 792 4830
[email protected]
Rozet Butijn
+31 (0)88 792 5015
[email protected]
Hans van der Leeden
+31 (0)88 792 6797
[email protected]
Amerikaanse contactpersonen Dominick Dell'Imperio
(646) 471-2386
[email protected]
Jon Lakritz
(646) 471-2259
[email protected]
Robert Limerick
(646) 471-7012
[email protected]
Candace Ewell
(202) 312-7694
[email protected]
Stuart Finkel
(646) 471-0616
[email protected]
Solicitation. This document is for general information purposes only, and should not be used as a substitute for consultation with professional advisors. © 2012 PricewaterhouseCoopers LLP, a Delaware limited liability partnership. All rights reserved. PwC refers to the United States member firm, and may sometimes refer to the PwC network. Each member firm is a separate legal entity. Please see www.pwc.com/structure for further details.
PwC
Global IRW Newsbrief
7