NIEUWSBRIEF
42
FEBRUARI 2009
Paulien van Vredendaal zet Hydrotheek op de kaart
Al zeven jaar heeft Paulien van Vredendaal van de Bibliotheek Wageningen UR de Hydrotheek van STOWA onder haar hoede. In die periode is de vraagbaak op het gebied van hydrologie, aquatische ecologie, waterbeheer en afvalwaterzuivering sterk gegroeid en steeds toegankelijker geworden. Inmiddels bevat de database bijna 30 duizend bronnen. Via een maandelijkse digitale nieuwsbrief en een wekelijkse attenderingsservice brengt ze de publicaties onder de aandacht. ‘Van alle publicaties die in 2008 verschenen, is zeker
gemaakt. ‘Het mooie was dat al die overzichten destijds
zestig procent direct digitaal toegankelijk en nog eens
al door een voorloper van Bibliotheek Wageningen UR
zo’n twintig procent nadat je je bijvoorbeeld hebt gere-
in een database zijn gezet. Rond 1998 is al die informa-
gistreerd. Honderd procent digitaal is een mooi streven,
tie geschikt gemaakt voor internet. Geleidelijk aan bou-
maar dat is bijna niet haalbaar en ook niet altijd nodig.
wen we de Hydrotheek steeds verder uit en zorg ik er voor
Een willekeurig rapport uit 1987 is nu waarschijnlijk niet
dat steeds meer vakmensen er ook gebruik van maken. Zo
meer zo relevant,’ vermoedt de wetenschappelijk docu-
hebben we alle vijfhonderd rapporten van STOWA en haar
mentaliste, die tweeënhalve dag per week de Hydrotheek
voorlopers anderhalf jaar geleden laten digitaliseren.’
beheert. Jaa r l i j k s e g r o e i
In het fraaie Forumgebouw van Wageningen UR zijn
Alle inspanningen resulteren in een jaarlijkse groei van
alle bibliotheekactiviteiten van de universiteit onderge-
het aantal raadplegingen via internet. ‘In 2008 zijn in
bracht. Ook de Hydrotheek, die op initiatief van een voor-
totaal 33 duizend keer waterpublicaties bekeken. De
loper van STOWA is opgezet en nog steeds onder de vlag
nieuwsbrief heeft nu ruim zevenhonderd abonnees. Daar
van STOWA actief is. Het is in feite de digitale voortzet-
komen nog wekelijks nieuwe aanmeldingen bij. In 2008
ting van het publicatie-jaaroverzicht dat sinds 1984 wordt
hebben we de startpagina van de Hydrotheek vernieuwd.
In d e z e u i t g av e ond e r m e e r :
Ontwikkeling Nationaal Hydrologisch Instrumentarium gaat tweede fase in / Watermozaïek brengt wetenschappers en waterschappers bij elkaar / Dijkgraaf Gert Verwolf over Nereda-pilot op rwzi Epe / STOWA investeert fors in praktijkonderzoek peilgestuurde drainage / Drieluik over communicatie, participatie en beleving in het waterbeheer
P O T 10
Naast een frisse lay-out biedt de startpagina nieuwe content en functionaliteiten, zoals de zogeheten waterjuweeltjes, nieuws, snelzoeken. Je kunt publicaties aanleveren en abonnementen nemen. Het draagt er allemaal toe bij dat de Hydrotheek steeds toegankelijker wordt en het
D e t i e n m e e st b e k e k e n t i t e ls van
belang ervan als informatiebron voor waterprofessionals
d e H y d r oth e e k i n 2 0 0 8
groeit.’ Het is Pauliens droom dat de Hydrotheek een volwaardige plek bij de waterschappen krijgt. ‘Een mooi voorbeeld is dat Wetterskip Fryslân onze nieuwe publicaties via een zogeheten RSS-feed op haar website heeft staan. Dat zouden andere waterschappen ook kunnen doen. Dan heb je er weer een pad bij dat naar de Hydrotheek leidt. We zijn
1 2 3 4
ook steeds beter te vinden via Google. Dat alles draagt eraan bij dat de Hydrotheek meer en meer wordt geraadpleegd.’ Int e r n e t
zelf downloaden, kopieën opvragen of lenen. Onze gebrui-
5 6
de samenvoeging van alle Wageningen UR-bibliotheken
Jaa r ov e r z i cht n e e r slag e n v e r damp i n g ( j aa r r appo r t K N M I ) N e d e r land ond e r wat e r ( tv- s e r i e N C R V ) H y d r o g e n p r od u ct i on th r o u g h b i oca Ro z e ndal , Wag e n i n g e n UR ) Jaa r ov e r z i cht van h e t w e e r ov e r 2 0 07 ( Jaa r r appo r t K N M I ) Ra z e ndsn e ll e r e k e nsomm e t j e s r ond r e g e nwat e r s y st e e m ( a r t i k e l u i t ‘ G e z ond
7
kers zitten door heel Nederland en dan loont het niet om voor een rapport helemaal naar Wageningen te rijden. Na
h e t cah i e r ‘ L e v e n m e t on z e k e r h e i d ’ )
taly z e d e l e ct r oly s i s ( d i ss e r tat i e R . A .
Echte bezoekers krijgt de Hydrotheek zelden: ‘Bijna alles gaat via internet. Mensen kunnen publicaties en artikelen
H e t wass e nd e wat e r ( hoofdst u k u i t
bo u w e n e n won e n ’ ) H u man e e n v e t e r i na i r e g e n e e sm i dd e l e n i n N e d e r lands opp e r vla k t e wat e r e n af -
8
valwat e r ( RIZ A - r appo r t ) M on i to r i n g van v e nn e n 1978 -2 0 0 6 :
en collecties is het overgrote deel van de rapporten, boe-
e ff e ct e n van k l i maatv e r and e r i n g e n
ken en tijdschriften in magazijnen terechtgekomen. Veel
v e r m i nd e r i n g van v e r z u r i n g ( r appo r t
is direct digitaal te raadplegen en te downloaden. Ik werk er hard aan om dat steeds verder uit te bouwen.’
9
G r ontm i j / A q ua S e ns e ) V e r z i lt i n g i n N e d e r land ( bo e k van d e N e d e r lands e H y d r olo g i sch e V e r e n i -
Jaarlijks bekijkt Paulien welke titels het meest werden bekeken (zie kader). ‘Wat me over 2008 opvalt, is dat publicaties over het klimaat en klimaatverandering hoog sco-
10
ging) D e v e lopm e nt of an i nt e r nat i onal p r i o r i t y l i st of pha r mac e u t i cals r e l e vant
ren. Voor STOWA is het interessant dat twee titels over
fo r th e wat e r c y cl e ( r appo r t van KI WA
geneesmiddelenresten in het water de top tien haalden.
Wat e r R e s e a r ch , C IR S EE )
Ik heb geen inzicht wie de bronnen raadplegen en waarom, maar het zou best interessant zijn om daar wat meer over te weten.’
Paulien van Vredendaal
STOWA TER INF o / 42
pag ina
2
Nationaal Hydrologisch Instrumentarium kan grote meerwaarde hebben voor waterschappen Hydrologische modellering is niet meer weg te denken uit het moderne grond- en oppervlaktewaterbeheer. Dat heeft geleid tot een grote diversiteit aan modellen en modeluitkomsten. Dat moet anders, vonden Deltares, Alterra, RWS Waterdienst, PBL en STOWA. Zij werken al enige tijd aan de ontwikkeling van één Nationaal Hydrologisch Instrumentarium. Inmiddels beschikken de instituten over een eerste versie van dit geïntegreerd landelijk grond- en oppervlaktewaterinstrumentarium. De komende tijd wordt gewerkt aan de uitwisseling van landelijke en regionale modelinformatie en verdere koppeling met hydraulische modellen, zoals SOBEK.
Het NHI richt zich in eerste instantie op landelijke water-
STOWA heeft een functioneel ontwerp laten maken voor
systeemanalyses. Maar het model zou ook input kunnen
zo’n bibliotheek, met aanbevelingen voor verdere uitwer-
leveren voor regionale grondwatermodellering, waarbij
king. De waterschappen zijn enthousiast over het idee.
het model zelf weer voeding krijgt van regionale kennis.
Maar voordat echt met de bouw wordt gestart, laat STO-
Een typisch geval van Win-Win. De vraag is hoe je dat het
WA in drie casestudies bij regionale waterbeheerders
beste kunt doen. Daarvoor wordt gedacht aan het opzet-
onderzoeken wat de meerwaarde van samenwerking is en
ten van een hydrologische bibliotheek. In de digitale bibli-
hoe zo’n bibliotheek zou kunnen worden ingevuld. STO-
otheek ontsluiten regionale waterbeheerders hun basis-
WA heeft zitting in de stuurgroep NHI waarin de richting
bestanden, modelinvoer en desgewenst modeluitvoer en
van de NHI-ontwikkeling wordt vastgesteld. STOWA laat
geven ze een beschrijving van de informatie. De gebrui-
zich hierbij adviseren door de Adviesgroep Modellering
kers van het landelijke instrumentarium doen hetzelfde.
waarin vertegenwoordigers van de waterschappen zitting
Regionale waterbeheerders kunnen uit de bibliotheek
hebben. STOWA speelt met name een rol bij de kennisuit-
landelijke informatie ‘lenen’ voor regionale grondwater-
wisseling tussen NHI en de regionale waterbeheerders.
modellering en regionale informatie kan worden ingezet voor landelijke modelstudies. Op deze manier draagt
Meer informatie over het NHI vindt u op www.nhi.nu. Meer infor-
de hydrologische bibliotheek bij aan consistentie tussen
matie over de STOWA-activiteiten rondom NHI treft u aan op
de hydrologische modellen in Nederland. De bibliotheek
www.stowa.nl. Surf naar Projecten/Watersystemen/projectcodes
wordt toegankelijk gemaakt via het NHI web-based por-
443.142 en 443.199, of naar Agenda/17 juni 2008.
taal.
STOWA TER INF o / 42
pagina
3
Watermozaïek brengt wetenschappers en waterschappers bij elkaar
In 2009 en 2010 organiseert STOWA, samen met de Werkgroep Ecologisch Waterbeheer en het Nederlands Platform voor Waterschapsecologen, speciale instituuts- en themadagen. Dit gebeurt in het kader van het STOWA-programma Water-
mozaïek. De dagen bieden wetenschappers en waterschappers een unieke kans om kennis en expertise uit te wisselen op het gebied van waterkwaliteit. Watermozaïek heeft als doel meer inzicht te verschaffen in het effect van maatregelen op aquatische ecologie en waterkwaliteit. De eerste instituutsdag vindt plaats op maandag 30 maart a.s. bij het Institute for Water and Wetland Research van de Radboud Universiteit Nijmegen.
Watermozaïek vormt een samenhangend kennisprogram-
laat echter zien dat al veel kennis aanwezig is waarmee
ma waarin waterschap en wetenschap structureel met
waterbeheerders hun voordeel kunnen doen bij het uit-
elkaar worden verbonden, zoals het schema op pagina vijf
voeren van maatregelen. Die kennis is vaak maar mond-
laat zien. Waterbeheerders en onderzoekers articuleren
jesmaat doorgesijpeld naar de praktijk. Een gemiste kans.
en prioriteren eerst gezamenlijk de kennisvragen op het
De instituuts- en themadagen gaan daar verandering in
gebied van ingreep-effectrelaties. Bij het beantwoorden
brengen. De dagen geven inzicht in bestaande kennis en
van deze vragen wordt kennis ontwikkeld en gemonteerd
opgedane ervaringen. Ze vormen voor waterschappers
tot bruikbare kennis voor het waterbeheer. Deze kennis
daarmee een goede opstap naar het plannen van eigen
wordt op verschillende manieren voor waterbeheerders
maatregelen en ze kunnen mislukkingen en verkeerde
ontsloten. Die kunnen de kennis uiteindelijk toepassen
investeringen voorkomen.
bij het uitvoeren van maatregelen. Hieruit komen weer nieuwe kennisvragen voort, waarmee de cirkel rond is.
Inst i t u u tsdag e n
Tijdens een instituutsdag worden waterbeheerders, adviK e nn i sontw i k k e l i n g e n k e nn i smonta g e
seurs en mede-onderzoekers uitgenodigd bij een universi-
De kennisontwikkeling binnen Watermozaïek vindt voor
teit of kennisinstelling waar onderzoek wordt gedaan op
een deel plaats binnen proefprojecten. Waterbeheerders
het gebied van waterkwaliteit. De onderzoekers van het
voeren daarin maatregelen uit ter verbetering van de eco-
instituut stellen zich voor en presenteren hun onderzoek.
logische waterkwaliteit. Hierbij werken ze samen met
De waterbeheerders krijgen hierna de kans met hen in
universiteiten en andere kennisinstellingen die begelei-
gesprek te gaan, kennis uit te wisselen en te discussiëren
dend onderzoek doen. De vergaarde kennis kan door deze
over hun problemen en ervaringen in de praktijk die aan-
samenwerking makkelijk naar de waterbeheerpraktijk
sluiten bij het onderzoek. Alle relevante instituten wor-
worden vertaald. Daarover hebt u meer kunnen lezen in
den de komende tijd bezocht. Zo zijn de waterbeheerders
de STOWA ter info 41, die te downloaden is vanaf www.
snel op de hoogte wie, waar, welk onderzoek aan het uit-
stowa.nl. Een snelle blik op wetenschappelijke literatuur
voeren is. Omgekeerd raken de onderzoekers op de hoogte
STOWA TER INF o / 42
pag ina
4
OVERLEG WATERBEHEERDERS EN ONDERZOEKERS
PROEFPROJECTEN MET WATERSCHAP EN WETENSCHAP
KENNISVRAGEN ARTICULEREN EN PRIORITEREN
KENNISONTWIKKELING KENNISMONTAGE
WATERMOZAÏEK KENNISTOEPASSING
KENNISONTSLUITING
INSTITUUTS- EN THEMADAGEN KENNISKRINGEN WEBSITE STOWA-UITGAVEN ONDERWIJSPROGRAMMA’S
TOEPASSING IN HET WATERBEHEER
van de problemen die in de praktijk spelen. Waterbeheer-
U i t g e l e z e n k ans
ders en onderzoekers weten elkaar beter te vinden waar-
De instituuts- en themadagen zijn voor waterbeheerders
door kennisoverdracht en verankering van kennis soepe-
een uitgelezen kans om contact te leggen met onderzoe-
ler verloopt.
kers, een blik in de keuken van het onderzoek te werpen en de opgedane kennis te gebruiken voor toepassing in
T h e madag e n
hun eigen waterbeheerpraktijk. Ook voor medewerkers
De instituutsdagen worden afgewisseld met themadagen.
van universiteiten, andere kennisinstellingen en advies-
Tijdens deze dagen staat telkens een bepaald waterkwali-
bureaus zijn de dagen heel waardevol omdat zij contacten
teitsthema centraal. Zo komt er een dag over kroosbestrij-
kunnen leggen met waterbeheerders en de praktijk van
ding, omdat overmatige kroosgroei een probleem is dat
het waterbeheer duidelijk naar voren komt. De weten-
veel waterbeheerders bezighoudt. Een van de themada-
schappelijke kennis die aanwezig is, vormt een schat
gen wordt gehouden in de vorm van een tweedaags sym-
aan informatie waarmee waterkwaliteitsbeheerders hun
posium. Wetenschappers uit binnen- en buitenland doen
voordeel kunnen doen. Deze kennis en de kennis die in
daarop uit de doeken wat de effecten zijn van klimaatver-
proefprojecten wordt opgedaan vormen gezamenlijk de
andering op aquatische ecosystemen. Daarna wordt inge-
mozaïekstukjes die uiteindelijk het Watermozaïek gaan
zoomd op Nederland en op de implicaties van klimaatver-
vormen.
andering voor ons waterbeheer. Tijdens de themadagen krijgen waterbeheerders de kans te vertellen met welke
Meer informatie over de instituuts- en themadagen vindt u bin-
praktijkproblemen zij worstelen en vertellen onderzoe-
nenkort op de STOWA website en op de themawebsite van het
kers welke kennis aanwezig is en hoe dit voor waterbe-
Watermozaïek. Ook kunt u contact opnemen met Tessa van der
heerders waardevol kan zijn.
Wijngaart (
[email protected]), Marcel Klinge (Klinge@ stowa.nl) of Bas van der Wal (
[email protected]).
STOWA TER INF o / 42
pag ina
5
D i j k g r aaf G e r t V e r wolf van Wat e r schap V e l u w e :
‘Innovatie vergt ruggensteun van het waterschapsbestuur’
Waterschap Veluwe laat in Epe de eerste huishoudelijke rioolwaterzuiveringsinstallatie ter wereld bouwen op basis van de aerobe-korrelslibtechniek Nereda™: een mijlpaal in de ontwikkeling van deze techniek. Het is niet de enige innovatie. Eerder breidde het waterschap de slibvergistingsinstallatie op rwzi Apeldoorn flink uit in combinatie met vier nieuwe gasgeneratoren. Met de restwarmte hiervan levert het schap warmte aan de nieuwbouwwijk Zuidbroek. ‘Toen ik hier in 2000 kwam, wilde het bestuur van het waterschap alleen investeren in bewezen technieken. Voor innovatie is een omslag in denken nodig. We zijn van het peloton in de kopgroep terechtgekomen,’ stelt dijkgraaf Gert Verwolf vast.
Met de bouw van de allereerste Nereda-installatie steekt
bouw van de nieuwe installatie financieel uit de
Waterschap Veluwe haar nek uit. De techniek, waarbij
hand zou kunnen lopen, maar de kosten
de zuiverende bacteriën geen zwevende vlokken vormen
zijn goed beheersbaar.’
maar snelbezinkende korrels, heeft zich alleen nog maar
Waterschap Veluwe maakt deel uit
bewezen in proefinstallaties. ‘Wij raakten in 2005 bij
van een consortium met STO-
Nereda betrokken toen enkele van onze medewerkers op
WA, TU Delft, DHV, de water-
de zuiveringsinstallatie in Aalsmeer een pilot bekeken.
schappen Rijn en IJssel, Rijn-
Zij waren zo enthousiast, dat het bestuur besloot een jaar
land en Hollandse Delta, en
later in Epe ook een proefinstallatie te laten bouwen. De
het waterschapsbedrijf Lim-
bouw kostte het waterschap zelf twee ton en werd mede-
burg. Deze partijen werken
gefinancierd door STOWA. De proef verliep met vallen en
al enkele jaren samen in
opstaan, want de resultaten waren niet van meet af aan
het kader van het Nationaal
positief. Uiteindelijk is het ons gelukt het proces goed
Nereda Ontwikkelings Pro-
onder controle te krijgen. Afgelopen november heeft het
gramma (NNOP). ‘De inbed-
waterschapbestuur besloten om als eerste in Nederland
ding in een consortium biedt
een conventionele zuiveringsinstallatie te vervangen door
ons een solide basis om de sprong
een Nereda-installatie.’
naar de praktijk te maken,’ zegt Verwolf. ‘Zo begeleiden STOWA, DHV en de
A anvaa r dbaa r r i s i co
TU Delft de eerste anderhalf jaar de operatione-
De nieuwe installatie heeft een capaciteit van 60.000 ve’s,
le fase van de Nereda-installatie. Wij verwachten dat de
bijna een verdubbeling van de huidige capaciteit, en vergt
techniek op praktijkschaal werkt, maar we weten niet
een investering van twintig miljoen euro. ‘Het is voor
of we nog voor verrassingen komen te staan. De TU Delft
het bestuur om verschillende redenen wat makkelijker
maakte de eerste aanzet voor de ontwikkeling van de
geweest dit besluit te nemen. Een nieuwe conventionele installatie is vier miljoen duurder, een MBR-zuivering zelfs tien miljoen. Een Neredainstallatie heeft daarnaast veertig procent
aerobe-korrelslibtechniek voor huishoudelijke afvalwaterzuivering al in 1993. Het is mooi dat de universiteit na vijftien jaar ook betrokken is bij de eerste grootschalige toepassing.’
minder energiekosten dan een traditionele zuivering. Het ruimtebeslag is bovendien kleiner, omdat geen nabezinktanks nodig zijn. Omdat het een innovatie betreft, kan het waterschap maximaal vier miljoen euro aan sub-
D r i j fv e e r
De drijfveer van Waterschap Veluwe om innovatieve technieken toe te passen, komt zowel van buiten als van binnen. ‘De Kaderrichtlijn water
sidies ontvangen. Dat is prettig, want het is nog steeds
legt ons strengere lozingseisen op voor onze afvalwater-
de vraag of het ministerie van Economische Zaken ook
zuiveringsinstallaties. Bovendien wil het kabinet Neder-
maar enig deel van de risico’s voor de nieuwe installatie
land op het gebied van water internationaal op de kaart
wil afdekken. Ten slotte wordt de Nereda-installatie zo
zetten als een innoverend land met technieken die ook
gebouwd dat deze kan worden omgebouwd tot een con-
elders in de wereld kunnen worden toegepast. Intern heb
ventionele zuiveringsinstallatie, mocht die toch niet vol-
je enkele enthousiaste mensen nodig die het aandurven
doen. Al met al is het dus een aanvaardbaar risico. Het
nieuwe technieken te onderzoeken en die het netwerk
bestuur was aanvankelijk wel enigszins bezorgd dat de
hebben waarbinnen die technieken tot ontwikkeling kun-
STOWA TER INF o / 42
pag ina
6
nen komen. Het deelnemen aan een consortium draagt er
dat de installatie niet hoefde te worden uitgebreid. Dat
dan aan bij dat je gezamenlijk uitdagingen kunt aangaan
leverde een besparing van 2,5 miljoen euro op. Op rwzi
en moeilijkheden kunt overwinnen.’
Harderwijk gaan we bovendien een zogeheten vierdetraps
Het is volgens Verwolf ook van groot belang dat in het
zandfilter aanleggen, een automatisch terugspoelfilter
waterschapsbestuur enthousiasme heerst voor innova-
dat voor het eerst in de waterzuiveringswereld wordt toe-
ties: ‘Het is voor ambtenaren die binnen het waterschap
gepast. Dat levert een energiebesparing van twintig pro-
met innovaties bezig zijn, belangrijk dat ze zich gerug-
cent op. Een kwetsbaar watergebied als de Veluwe ver-
gensteund weten. Bij ons heeft het bestuur een omslag
dient binnen redelijke financiële grenzen een zo goed
gemaakt. We investeren niet alleen meer in bewezen,
mogelijke afvalwaterzuivering. Dat geldt ook voor Epe,
maar ook in innovatieve technieken. Het vergroten van
waar nu nog onze minst presterende zuiveringsinstalla-
de kosteneffectiviteit, duurzaamheid en waterkwaliteit
tie staat. Dat zal dankzij de Nereda-techniek straks heel
zijn in dat beleid de uitgangspunten. De Nereda-installa-
anders zijn.’
tie in Epe en de gasgeneratoren in Apeldoorn zijn daarvan mooie voorbeelden.’ O pt i mal i sat i e
Die uitgangspunten komen ook terug in de projecten voor het optimaliseren van afvalwatersystemen - de zogeheten OAS’sen - waarbij waterschappen samenwerken met onder meer gemeenten. Verwolf: ‘Voor onze zuiveringsinstallatie bij Harderwijk hebben we samen met de gemeenten Putten, Ermelo en Harderwijk een project gedaan waarbij het rioolstelsel en de rioolwaterzuivering optimaal op elkaar zijn afgestemd. Die samenwerking zorgde ervoor
STOWA TER INF o / 42
pag ina
7
STOWA investeert flink in praktijkonderzoek naar peilgestuurde drainage
De waterschappen Peel en Maasvallei en Brabantse Delta laten momenteel praktijkonderzoek doen naar peilgestuurde drainage. Dit innovatieve drainagesysteem kan de waterkwaliteit verbeteren, de grondwaterstand verhogen en verdro-
ging tegengaan zonder dat dit ten koste gaat van de landbouw. DG-Water, STOWA en de Rabobank maken het project financieel mogelijk.
De bedenker van peilgestuurde drainage Ad van Iersel geeft tekst en uitleg over zijn vinding. STOWA vice-voorzitter Wim Wolthuis (midden), DG Water Annemieke Nijhoff en de voorzitter van Waterschap Peel en Maasvallei Henk van Alderwegen (uiterst rechts) luisteren aandachtig.
Conventionele drainage heeft de ontwatering van land-
van het grondgebruik en het weer. Op deze manier kan
bouwpercelen sterk verbeterd. Maar het systeem zorgt
op landbouwgronden de (grond)waterstand nauwkeuri-
continu voor een laag waterpeil, ook in perioden dat dat
ger worden geregeld en kunnen hogere grondwaterpeilen
voor de landbouw eigenlijk niet nodig is. Door de snelle
gehandhaafd worden. Water wordt langer vastgehouden,
afvoer van neerslagoverschotten kan in natte perioden
wat de natuur ten goede komt. Door de langere verblijf-
stroomafwaarts bovendien wateroverlast ontstaan, ter-
tijd van het water in de bodem vindt bovendien minder
wijl in droge perioden verdroging van aangrenzende
uitspoeling van meststoffen naar het oppervlaktewater
natuurgebieden kan optreden. Waterbeheerders pleiten
plaats.
daarom voor het langer vasthouden van water, ook in landbouwgebieden. Maar dit heeft natschade tot gevolg
M e e r d e r e do e l e n
en kan gepaard gaan met een verhoogde uitspoeling van
Tijdens de officiële opening in oktober vorig jaar, legde
fosfaat naar het oppervlaktewater. Bij peilgestuurde drai-
STOWA vice-voorzitter Wim Wolthuis de aanwezigen uit
nage wordt de afwatering gestuurd door een in hoogte
waarom de stichting 375 duizend euro uittrekt voor het
verstelbare uitstroomopening. Hiermee kunnen boeren
1,3 miljoen euro kostende project. STOWA wil een belang-
zelf de optimale afwateringshoogte instellen, afhankelijk
rijke rol spelen bij het initiëren en stimuleren van inno-
STOWA TER INF o / 42
pagina
8
Drieluik over communicatie, participatie en beleving in het waterbeheer Onlangs verschenen er drie handzame, praktijkgerichte vatieve
ontwikkelingen
uitgaven over communicatie, participatie en beleving in
in het waterbeheer. Peil-
het waterbeheer. De boekjes maken onderdeel uit van het
gestuurde drainage is daar
Leven-met-Waterproject WaterTekens. STOWA maakte de
volgens hem een prachtig
publicatie ervan financieel mede-mogelijk.
voorbeeld van. Het draagt bij aan het bereiken van meerdere
Het eerste deel, ‘Beleefd praten over water’, beschrijft hoe
belangrijke en actuele waterdoelen.
je als individu en organisatie met bewoners en belang-
Zowel op het gebied van waterkwaliteit
hebbenden kunt communiceren over veranderingen in
(Kaderrichtlijn water) als waterkwantiteit (Waterbeheer
het waterbeheer. Goede communicatie kan bijdragen aan
21e eeuw). STOWA ziet voor zichzelf een belangrijke rol
draagvlak. De inzichten daarover zijn gegroeid in een
weggelegd om de kennis en ervaring die in het onderzoek
leergemeenschap van waterschappers en sociale weten-
wordt opgedaan te delen met andere waterschappen die
schappers die ervaringen uitwisselden aan de hand van
voor dezelfde wateropgaven staan. Wolthuis prees Water-
praktijkcases.
schap Peel en Maasvallei en Waterschap Brabantse Delta voor hun lef om innovatieve oplossingen in de praktijk te
Belanghebbenden mee laten praten en mee laten beslis-
testen. Zij vervullen hierbij volgens hem een voorbeeld-
sen vergroot het draagvlak voor waterplannen. Bovendien
functie voor andere waterschappen.
komt het de kwaliteit van de plannen ten goede, omdat je via participatie lokale kennis en ervaring binnenhaalt.
Kost e n - bat e nanaly s e
Maar hoe geef je participatie vorm? Hoe ver ga je daarin,
In het praktijkonderzoek worden op proefpercelen in de
en wat zijn de voor- en nadelen van de verschillende vor-
beheersgebieden van beide waterschappen diverse typen
men van participatief waterbeheer? Het tweede boekje
peilgestuurde drainage aangelegd. De werking ervan
‘Participatie in waterbeheer. Een vak apart’ beschrijft de
wordt nader onderzocht en vergeleken met conventione-
ervaringen die hiermee binnen het project WaterTekens
le drainage. Ook een kosten-batenanalyse maakt deel uit
zijn opgedaan.
van het onderzoek. Verder is het de bedoeling dat de praktijkresultaten worden opgeschaald, zodat ze mogelijk toe-
Het derde en laatste boekje heet ‘Het hoofd boven water’.
pasbaar zijn in het Waternoodinstrument van STOWA. Dit
Het gaat over de manier waarop mensen water cultureel
is een instrument dat waterbeheerders kan helpen bij het
en emotioneel beleven. Zo is een rechtgetrokken beek voor
bepalen van het gewenste grond- en oppervlaktewaterre-
de een ramp, maar voor de ander een zegen. De achterlig-
gime in een gebied.
gende beleving bepaalt vaak het standpunt ten opzichte van voorgenomen veranderingen in het waterbeheer. Het
Bij het onderzoek, dat wordt uitgevoerd door Alterra, wor-
is volgens de auteurs belangrijk die beleving te kennen en
den de agrariërs in het gebied nauw betrokken. Er is ook
te erkennen. Dat verbetert de communicatie en vermin-
een speciale klankbordgroep ingesteld met vertegenwoor-
dert de kans op weerstand tegen voorgenomen verande-
digers van waterschappen, provincies, LTO en natuurbe-
ringen.
schermingsorganisaties om draagvlak voor peilgestuurde drainage te verkrijgen. Het praktijkonderzoek loopt in
Alle drie de uitgaven zijn gratis aan te vragen bij Bas Breman
ieder geval tot medio 2010. Daarna wordt besloten of het
van Alterra Wageningen-UR, Postbus 47, 6700 AA Wageningen,
onderzoek wordt voortgezet.
[email protected], of te downloaden vanaf www.watertekens. nl. Op deze site vindt u ook meer informatie over het project.
STOWA TER INF o / 42
pag ina
9
Vers van de STOWA-pers
Hieronder treft u een overzicht aan van recent verschenen STOWA-publicaties. De publicaties zijn te bestellen via onze website www.stowa.nl, onder de knop Services | Publicaties. U kunt de meeste publicaties tevens als pdf downloaden. T itel
N u mm e r I S B N
3
Het waterschap in de stad. Handreiking voor waterschappers die aan de slag gaan in de stedelijke leefomgeving
2008-09
90.5773.404.5
20
Slibdesintegratie. Eindrapportage van ervaringen met slibdesintegratie op de rwzi’s Bath, Enschede en Nieuwgraaf
2008-10
90.5773.409.0
35
Verkenning samenwerkingsvormen Waternood en KRW verkenner
2008-12
90.5773.407.6
pdf*
Grond voor kaden
2008-16
90.5773.410.6
32
Richtlijn normeren keringen langs regionale rivieren
ORK 2008-04
90.5773.401.4
10
Prioritering schadebeelden bij visuele inspectie
VIW 2008-12
90.5773.405.2
19
W e r k r appo r t e n :
Ecologische processen in ondiepe meren en het effect van beheersmaatregelen
2008-W-03
geen
Fish friendly pumping stations. Principles, practices and outcomes
2008-W-04
geen
pdf
* A L L EE N A L S P D F
STOWA geeft actueel overzicht van modelondersteunende programma’s Waterbeheerders werken steeds meer met modellen om beleid, planvorming en beheer te onderbouwen. Om het modelwerk te vergemakkelijken, worden voortdurend nieuwe ondersteunende programma’s ontwikkeld. Deze zogenoemde preen postprocessors worden bijvoorbeeld gebruikt voor het stroomlijnen van modelinput en het (na)bewerken van uitkomsten. STOWA laat nu een speciale ‘wiki-website’ bouwen met informatie over deze programma’s. Doel is te komen tot een compleet, betrouwbaar en actueel beeld van deze programma’s.
Er is gekozen voor een wikipedia-opzet van de site vanwege het bewezen zelfreinigende vermogen en een grote mate van actualiteit van Wikipedia. Wat betreft het laatste: de aard en opzet van de pre- en postprocessors verandert voortdurend door technische ontwikkelingen en veranderende vraagstellingen. Pre- en postprocessors die vandaag actueel zijn, kunnen over een paar jaar al weer verouderd zijn. Een eenmalige, statische inventarisatie van pre- en postprocessors lijkt daarom niet zinvol. Het is de bedoeling dat leveranciers en afnemers van de pre- en postprocessors de site zelf gaan beheren. Leveranciers kunnen informatie over hun pre- en postprocessors plaatsen en naar hun producten linken. Afnemers (gebruikers) kunnen bestaande teksten wijzigen en hun gebruikerservaringen kwijt. Binnen het project wordt ook geïnventariseerd aan welke (ontbrekende) processors waterbeheerders behoefte hebben en een voorstel gedaan voor de ontwikkeling ervan.
STOWA TER INF o / 42
pag ina
10
p ubl icat i e s Ui t g el icht : H e t wat e r schap i n d e stad . H and r e i k i n g voo r wat e r schapp e r s d i e aan d e slag g aan i n d e st e d e l i j k e l e e fom g e v i n g (2 0 0 8 - 0 9 )
Het realiseren van wateropgaven in een stedelijke omgeving is voor waterschappen een lastige opgave. Water is hier slechts één van de vele factoren waarmee rekening gehouden moet worden en goede samenwerking met gemeenten is van cruciaal belang. In het project ‘Het Waterschap In De Stad’ heeft STOWA enkele samenwerkingsprojecten laten analyseren. Op basis hiervan is vastgesteld waar het fout gaat, of kan gaan. Ook doen de onderzoekers aanbevelingen om de samenwerking beter te laten verlopen. S l i bd e s i nt e g r at i e . E i nd r appo r tag e van e r va r i n g e n m e t sl i bd e s i nt e g r at i e op d e r w z i ’ s B ath , Ensch e d e e n N i e u w g r aaf ( 2 0 0 8 -10 )
STOWA heeft op drie rwzi’s pilotonderzoek laten uitvoeren naar de mogelijkheden van slibdesintegratie, het ‘kapotmaken’ van slibcelstructuren. Dit zou kunnen leiden tot betere slibgisting (meer biogas) en minder restslib. Op alle proeflocaties bleven de behaalde resultaten achter bij de verwachtingen. Een verdere implementatie van deze technologie wordt op dit moment daarom niet aanbevolen. G r ond voo r Kad e n ( 2 0 0 8 -16 )
Permanent waterkerende boezemkaden moeten periodiek worden opgehoogd of aangevuld vanwege inklinking, zetting of beschadigingen. Totnogtoe bestonden er geen fysische kwaliteitseisen voor de daarbij te gebruiken grond. Het rapport ‘Grond voor kaden’ doet verslag van praktijkproeven om de optimale samenstelling te bepalen van in kaden te verwerken grond. Op basis daarvan zijn per type kade karakteristieke kenmerken en specifieke richtlijnen vastgesteld voor het toepassen van erosiebestendige klei, waarbij is gekeken naar hydraulische belasting en het al dan niet aanwezig zijn van oeververdediging. Op basis van de in het rapport beschreven diagrammen en tabellen zijn algemeen te hanteren richtlijnen te bepalen. Tevens doet het rapport algemene aanbevelingen voor grondaanvulling. Ecolo g i sch e p r oc e ss e n i n ond i e p e m e r e n e n h e t e ff e ct van b e h e e r smaat r e g e l e n ( 2 0 0 8 - W - 03 )
STOWA heeft vier projecten laten evalueren die tot doel hadden de hoge nutriëntenbelasting in ondiepe meren te verminderen en daarmee de ecologische kwaliteit te verbeteren. Uit de evaluatie blijkt dat de genomen maatregelen veelal niet het gewenste effect hebben. Als alternatief worden in de studie enkele nog weinig toegepaste, maar kansrijk geachte maatregelen uitgelicht, zoals afdekken van nutriëntrijke bodems met zand, het binden van fosfaat en fluctuerend waterpeil. Om meer inzicht te krijgen in het effect van deze maatregelen, wordt nader onderzoek bepleit. Bijvoorbeeld binnen het STOWA-programma Watermozaïek. F i sh f r i e ndly p u mp i n g stat i ons ( 2 0 0 8 - W - 0 4 )
Dit rapport gaat dieper in op de noodzaak om (polder)gemalen visvriendelijk te maken en geeft een overzicht van de maatregelen om dat te doen. De noodzaak wordt afgezet tegen de huidige inspanningen van waterbeheerders op dit gebied en hun motieven voor het al dan niet visvriendelijk maken van hun gemalen. Er wordt gekeken of het op dit punt gevoerde waterschapsbeleid overeenkomt met bestaande maatschappelijke en juridische verplichtingen. P r i o r i t e r i n g schad e b e e ld e n b i j v i s u e l e i nsp e ct i e s ( V I W 2 0 0 8 -12 )
Het VIW-rapport ‘Prioritering schadebeelden bij visuele inspecties’ beschrijft een methode voor het vertalen van visuele waarnemingen bij reguliere inspecties van waterkeringen, via een zo objectief mogelijke diagnose en prognose in een goed onderbouwde handeling. Dit gebeurt door de inspectieresultaten te koppelen aan de resultaten van de vijfjaarlijkse toetsing en de daarbij onderzochte faalmechanismen. De sterkte van de relatie tussen waarneming en faalmechanisme bepaalt de mate van handelingsprioriteit. De methode werd ontwikkeld en getest in een inspectieproject van Waterschap Rivierenland en FUFGRO. Hierbij maakte het waterschap gebruik van de DIGIspectiemodule en de visuele gids voor schadebeelden, beide ontwikkeld binnen het programma ‘Verbeteren Inspecties Waterkeringen’.
STOWA STOWA TER TER INF INFoo // 42 38
pag ina
11
[email protected] www.stowa.nl
TEL 030 232 11 99 FAX 030 231 79 80
Arthur van Schendelstraat 816
POSTBUS 8090 3503 RB UTRECHT
COLOFON Activiteiten voorjaar 2009
Deze nieuwsbrief informeert u over het beleid van de Stichting Toegepast Onderzoek Waterbeheer (STOWA) en de onder-
26 maa r t, z e sd e K e nn i sdag
Tijdens de instituutsdag passeert
zoeken die STOWA laat uitvoeren. Deze
Insp e ct i e Wat e r k e r i n g e n
een breed scala aan onderwerpen de
nieuwsbrief verschijnt viermaal per jaar.
In 2009 is de tweede fase gestart van
revu. Zo vertelt onderzoeker Gerard
Voor algemene informatie kunt u contact
het programma Verbeteren Inspec-
van Velde meer over de invloed van
opnemen met het STOWA-secretariaat.
ties Waterkeringen. VIW-2 richt zich
invasieve soorten op de aquatische
op het toepassen van de binnen VIW-
ecologie. Rob van Leuven gaat in
Adreswijzigingen, aan- en afmeldingen
1 ontwikkelde kennis. De zesde Ken-
op de vraag hoe de biodiversiteit in
kunt u emailen naar
[email protected].
nisdag Inspectie Waterkeringen richt
stadswateren kan worden verhoogd,
zich op pilots die betrekking hebben
terwijl Leon Lamers inzicht geeft in
T e k st e n
op organisatorische en procesmatige
maatregelen om venen te restaure-
Eric Boekel, Bert-Jan van Weeren,
inpassing van inspecties, maar ook
ren. Hans de Kroon vertelt over het
Tessa van der Wijngaart
op bruikbare technieken en hulpmid-
onderzoek naar de effecten van over-
delen.
stromingen op de ecologie van uiterwaarden en Mike Jetten gaat in op de
E i nd r e dact i e
microbiële ecologie van wetlands.
Jacques Leenen
bedrijven- en projectenmarkt. Zaken
Tijdens de dag presenteert ook
F oto g r af i e
die zoal aan de orde komen zijn de
B-ware zich, een spin-off bedrijf van
Wim van Hof, Hydrotheek, Istockphoto,
resultaten van het macrostabiliteits-
de Leerstoelgroep Aquatische Eco-
NeredaTM, STOWA, Ronny te Wechel
experiment bij de IJkdijk, de eerste
logie & Milieubiologie van IWWR.
ervaringen met het toetsen van regi-
B-WARE is gespecialiseerd in het uit-
B as i s O N T W ER P
onale keringen, pilotprojecten uit
voeren van toegepast en strategisch
MADE OF MAN,
VIW-2, het doorontwikkelen van de
onderzoek naar de biogeochemische
visual identity under construction,
DIGI-GIDS en innovatieve ontwik-
en ecologische processen die de kwa-
Rotterdam
kelingen. Plaats: Burgers Zoo in Arn-
liteit van natuur- en waterbeheer
hem. Meer informatie en aanmelden
bepalen. Tevens krijgen de aanwezi-
V O R M GE V I N G
op www.inspectiewaterkeringen.nl.
gen een rondleiding langs de aanwe-
Studio B, Nieuwkoop
De dag biedt naast presentaties en workshops weer de vertrouwde
zige onderzoeksfaciliteiten. Druk
30 maa r t, Wat e r mo z a ï e k Inst i t u u tsda g N i j m e g e n
De dag is bedoeld voor waterbeheer-
Drukkerij Uleman-De Residentie,
Op maandag 30 maart organiseert
ders, onderzoekers, adviseurs en
Zoetermeer
STOWA met de Radboud Universiteit
andere belangstellenden en vindt
Nijmegen en de Werkgroep Ecolo-
plaats aan Radboud Universiteit Nij-
I S S N - n u mm e r
gisch Waterbeheer de eerste insti-
megen, Heyendaalseweg 135 in Nij-
0929-6220
tuutsdag in het kader van het Water-
megen. Aanvang 9.30 uur. U kunt
mozaïek (zie ook p. 4 en 5). Tijdens
zich tot 23 maart inschrijven op
deze dag presenteren onderzoekers
www.stowa.nl. Kijk bij Agenda.
van het Nijmeegse Institute for Water and Wetland Research IWWR actueel onderzoek dat van belang is voor waterkwaliteitsbeheerders.
STOWA TER INF o / 42
pagina pagina
12 14