ZO’NE KRANT NIEUWSBRIEF | EDITIE 4 | JAARGANG 3 | MAART 2014
V.U.: Claude Croes, Harelbekestraat 27, 8540 Deerlijk
Voorwoord
Fluvia krijgt Fireforum Award
Beste lezers, collega’s, vrienden Zoals het er nu naar uitziet wordt in 2015 het startschot gegeven voor de hulpverleningszones in België. Dat dit een mijlpaal wordt, staat buiten kijf. 2014 wordt zonder meer hét jaar van de aanloop naar deze hervorming. Het besluitvormingsproces van de regering kenmerkt zich als een processie van Echternach. Inhoudelijk en politiek overleg wisselen elkaar af. Vakbonden komen op voor hun leden, verenigingen duiken plots op. Allemaal in de hoop nog de ontwerpteksten te kunnen beïnvloeden in een of de andere richting. Ook door de komende verkiezingen staan de politici onder druk. Om het project te doen laten slagen is er nood aan constructieve samenwerking. 2014 wordt een jaar waarin we elkaar nog meer dan ooit nodig zullen hebben. Een jaar waar de nood aan eenheid en samenwerking groot is. Voldoening is het grootste geschenk dat een brandweerman van de burger kan krijgen. Laat ons dan ook het beeld van een constructief samenwerkend korps bij de burger in stand houden en waarmaken. Een positieve ingesteldheid gaat gepaard met een positieve geest. Een positieve geest en een gezond lichaam zijn de fundamenten voor een gelukkige brandweerman. Guy, Ellen en mezelf wensen u daarom vooralsnog een gezond en gelukkig 2014 ! Onze belofte heeft u alvast, wij doen keihard ons best om, samen met jullie, de ingeslagen weg naar de hervorming in goede banen te leiden.
Fluvia sleepte op donderdag 21 november met het FAST-project een Fireforum award in de wacht binnen de categorie “hulpverleningszones en brandweerkorpsen”. Deze Award is een fantastische beloning voor iedereen die voor of achter de schermen een bijdrage levert of leverde om dit project vorm te geven. FAST zorgt ervoor dat de burger krijgt waar hij recht op heeft: een snelle en adequate hulpverlening.
Wat zijn de Fireforum Awards? Fireforum Awards wil mensen of organisaties bekronen die zich op vlak van brandbestrijding verdienstelijk hebben gemaakt. Ze worden uitgedeeld door Fireforum vzw (een vzw opgericht in 2009 door Agoria , PFPA, BVV en FRCSPB (Fédération Royale de Corps de Sapeur-Pompiers Belges)). Fireforum heeft als missie de efficiëntie van brandveiligheid te verhogen ten gunste van personen en goederen.
De eerste uitreiking vond plaats in 2011 en onmiddellijk werden hiervoor al 37 projecten ingediend. De tweede editie vond plaats op donderdag 21 november 2013. Brandweerzones, Architecten- en studiebureaus, Preventie adviseurs, Scholen en Jeugdbewegingen, Wetenschappelijke Instellingen, en personen die zich hebben geëngageerd voor een betere brandveiligheid, kwamen in aanmerking.
Ons project Ook Fluvia had met het FAST-project een dossier ingediend. “Nominatie was al een erkenning op zich”, stelt Antoon Breda, systeembeheerder, “de externe aandacht uit onverwachte hoek was voor alle medewerkers en mezelf een hele opsteker.” Philip Stichelbaut, projectleider, beschrijft het project als volgt: “Het project beoogt de burger een gelijke brandweerdienstverlening te garanderen binnen de territoriale grenzen van de hulpverleningszone. Dit houdt in dat de burger de hulpverle-
Hulpverleningszone Fluvia | Prezone met rechtspersoonlijkheid | Grote Markt 54 | 8500 Kortrijk |
[email protected] | www.hvzfluvia.be
ning bekomt zoals deze door de minister werd aanbevolen in het kader van zonale werking. Door de eigenheid van de hulpverleningszone, 16 van de 17 posten zijn zuiver vrijwilligersposten zonder permanentie, varieert het aantal beschikbare mensen elk moment van de dag. Hierdoor varieert ook het aantal middelen dat een post kan leveren in het kader van de dienstverlening. Het innoverende aspect bij onze zonale alarmeringsterminal bestaat net uit het feit dat bij een interventie de uitruk wordt bepaalt in functie van de oproep en de beschikbare mensen en middelen uit verschillende post van brand, een verkeersongeval, enz. genieten sinds de invoering van het principe van de ‘snelste adequate hulpverlening’ de garantie dat de snelste hulpdienst gealarmeerd wordt. Echter leidde dit in de praktijk tot dubbele uitrukken: zowel de snelste als de bevoegde brandweerdienst kwamen ter plaatse ( als dit twee verschillende diensten waren ). De operationele vertaling van het begrip adequaat is niet zo evident. Door een standaard te definiëren voor het begrip adequaat kon dit in het FAST-systeem geprogrammeerd worden. Een garantie van een gelijke dienstverlening over het
informatie waardoor risicoanalyse van terugkerende risico’s op termijn mogelijk wordt”, verduidelijkt coördinator Tom Dekeyser. “Daarnaast maakt het feit dat elke vrijwilliger zijn status (beschikbaar – onbeschikbaar) dient te registreren in het systeem, het mogelijk dit in statistieken te gieten en de menselijke en materiële slagkracht in kaart te brengen. Het geconsolideerde aspect zorgt voor een ‘online’ – live status van de middelen binnen de ganse hulpverleningszone,” besluit centralist Jan Vandevelde, “een belangrijke meerwaarde als versterking moeten gedispatcht worden.”
ganse grondgebied is hiermee gerealiseerd.”
“wij zijn bijzonder trots dat Fluvia zich met zo’n project aan de kop van het peloton zet.” “Aangezien de hulpverleningszone nog geen volwaardige rechtspersoonlijkheid heeft, hebben we een overeenkomst gesloten tussen de 14 gemeenten van de hulpverleningszone om deze uitruk over alle gemeenten gelijk te schakelen,” stelt voorzitter Claude Croes. Ere-Kapitein Guy Pollet vult aan, “Volgens simulaties die ik samen maakte met Frank Maes werd de winst die geboekt wordt door het afschaffen van deze dubbele uitruk geraamd tussen de 75.000 en 100.000 euro per jaar. De burgemeesters waren snel akkoord om de afschaffing van de identieke dubbele uitruk vast te leggen in een overeenkomst.”
Voorzitter Claude Croes en ondervoorzitter Marc Doutreluigne besluiten in koor: “wij zijn bijzonder trots dat Fluvia zich met zo’n project aan de kop van het peloton zet. Wij zijn dan ook bijzonder dankbaar aan iedereen die zich inzet voor de hulpverleningszone en in het bijzonder voor dit project.” Meer informatie over FAST kan je ook terugvinden in het Switch-magazine (nummer 19).
“Doordat de alarmering op het niveau van de hulpverleningszone gecentraliseerd wordt, vormt dit een basis van
700
Resultaten oefenkelder Drie jaar geleden werd binnen onze zone gestart met de oefenkelder en steeds meer manschappen werken deze oefening met succes af. De resultaten van de oefening zijn voor 15 maanden geldig, maar iedere post is vrij om de oefenkelder bijvoorbeeld jaarlijks uit te voeren en de laatste 3 maanden als buffer te zien. Hier een aantal resultaten van de voorbije drie jaar.
2 | Hulpverleningszone Fluvia | www.hvzfluvia.be
600 500
577
602
512
400
OK NOK
300 212
200 100 0
Med. ongeschikt Niet deelgenomen
167 90
124 4
2011
0
51
4
2012
0
22 22
Geen oefenkelder
13
2013
OK = Manschappen die de oefening in de oefenkelder met suc NOK = Manschapp ces afwerkten. en die niet slaagden in de oefenkelder. Medisch ongeschik t = Manschappen die om medische reden mogen of kunnen uitv en deze oefening nie oeren. t Geen oefenkelder = Manschappen die bedanken voor de sche redenen. oefenkelder zonder mediNiet deelgenomen = Manschappen die nog niet naar de oe de voorbije 12 maan fenkelder zijn gekome d. n in
RISC-dag in Vichte De namiddag startte met een evacuatie op moutzolder van brouwerij Verhaeghe. Aangezien de samenwerking prima was, werd deze oefening met weinig woorden en een paar schetsen tot een goed eind gebracht. Zou de brouwerij er voor iets tussen gezeten hebben? Bert had alvast “doooooorst”, maar werd teruggefloten door een veiligheidsman uit Anzegem met de woorden: “geen alcohol jongen... straks misschien wel...”
Op 28 september 2013 organiseerde brandweer Anzegem een RISC-dag in Vichte. Om 8u15 stonden verschillende leden van Fluvia paraat voor een leerrijke dag: collega’s Bert Heyligen en Bruno De Brabandere van Harelbeke, Kurt Dendooven en Steven Verleden van Kortrijk en Wim Vandekerckhove en Steven Vanhauwaert van Kuurne. Slachtoffer van dienst was Marick Vincke van jeugdbrandweer Anzegem. Kurt werd aangeduid als teamleider en ging de briefing bijwonen waarop de dagindeling en de nodige veiligheidsafspraken werden meegedeeld. De andere teamleden maakten zich ondertussen klaar voor actie: kledij, fitten van klimgordel, brancard, touwen, bandlussen, musketons, enz. Na de nodige voorbereidingen ging om 9u de oefening van start. Oefening 1, een Redding 1 op 1. Het slachtoffer hing in de touwen op ongeveer 10m hoogte. De redder moest het slachtoffer evacueren door er, zonder nieuwe touwen te gebruiken, naartoe te klimmen, te beveiligen en terug naar beneden te brengen. “Da wa een goe opwarmerke” wist Kurt te vertellen.
Na deze opwarming was het tijd voor oefening 2: een slachtoffer evacueren van de eerste verdieping van restaurant ‘Beukenhof’. Na een teamoverleg aan de hand van een whiteboard, een heel handig hulpmiddel, deelde het team zich op in een medisch en technisch team. Het slachtoffer werd in de Nest-brancard geplaatst, terwijl het technische team de opstelling voor evacuatie klaarmaakte. Beide teams hadden geen oogcontact, waardoor communicatie vooral verliep via astrid. Het slachtoffer werd boven de ballustrade getakeld en daarna afgedaald tot op de begane grond. “Da was nu ne kje een vlotte en rappe redding/ evacuatie door een ploegske da nog nooit tope werkte” klonk het bij Bruno. Voor de middagpauze was het nog tijd voor oefening 3: evacueren vanop een 25m hoge kerktoren via tirolienne over een vijver ongeveer 65m ver. Hier werden de collega’s alvast op de proef gesteld, want ze hadden weinig ervaring met het maken van een tirolienne. Het gezond verstand bracht echter soelaas en redder en slachtoffer konden de voeten net droog houden en werden op een veilige manier naar beneden geleid. Tip: trektouw voorzien aan brancard (dank u Bernard).
“Da was nu ne kje een vlotte en rappe evacuatie door een ploegske da nog nooit tope werkte.” De volgende oefening op een torenkraan van 40m hoog bracht slachtoffer Marick alvast aan het dromen: “kwille lid van RISC worden, t’is de max!”. Oefening 6 waarbij het slachtoffer was gevallen in een liftschacht legde vooral de nadruk op medisch verantwoord manipuleren en evacueren. Hier werden 2 RISC’ers met badge 112 en 1 mug verpleegkunde met behulp van een takel neergelaten, waarna ze onder andere een onderbeen moesten spalken en een stifneck moesten plaatsen. Wim leidde alles in goede banen met de woorden: “goede opstelling jongens, maar we moeten opletten met de verankeringspunten” De RISC-dag was voor “ons ploegske” een zeer leerrijke ervaring. RISC Harelbeke, Kortrijk en Kuurne bewezen alvast goed te kunnen samenwerken. Een trend voor de toekomst. Onze dank gaat uit naar het RISC-team van Vichte voor mooie organisatie van deze dag. Na een vermoeiende dag heeft dat Omerke dubbel en dik gesmaakt.
Hulpverleningszone Fluvia | www.hvzfluvia.be | 3
Interventieplanning: onmisbare schakel in de keten van de hulpverlening vens aan de slag om een plan te ontwerpen waarop voldoende info staat voor onze interventieploegen, maar ook niet te veel. Het moet overzichtelijk zijn en in één oogopslag te interpreteren door de interventieleider en ploegen ter plaatse. “Daarom is het van groot belang dat we op zonaal niveau dezelfde taal spreken. We moeten afspraken maken over welke elementen we allemaal opvragen en op de plannen een eenduidige set van iconen gebruiken. Niet alleen zonaal zouden we dezelfde taal moeten spreken, maar uniformiteit voor alle zones zou een goede zaak zijn”, besluit Chris Deryckere.
Een interventieplan is een werkinstrument dat alleen zijn nut ten volle kan bewijzen indien er mee geoefend wordt. Elke brandweerpost heeft wel enkele objecten op zijn grondgebied die, omwille van de omvang, de activiteit, de bezetting of de inplanting, een verhoogd risico inhouden. Het is van groot belang om bij een interventie over de juiste informatie te beschikken rond de mogelijke gevaren en de middelen die in de omgeving beschikbaar zijn. Wat zijn de risico’s en hoe kunnen deze aangepakt worden? Een onmisbaar werkinstrument hierbij, is het interventieplan. Het helpt de brandweerploeg tactische keuzes te maken. Binnen Fluvia is Kpt. Chris Deryckere coördinator pro-actie. Hij buigt zich samen met brandweerman Rudy Declercq en de reguliere werkgroep over de interventieplanning, om zo tot een zonaal beleid te komen. “Bijna 40 plannen werden tot nu toe in een zonaal sjabloon verwerkt. Het is uiteraard een grote uitdaging om die plannen altijd raadpleegbaar te maken door de post die als eerste ter plaatse komt. En dat zal niet altijd de bevoegde post zijn. De plannen zijn daarom digitaal beschikbaar op digitale regio Kortrijk (http://netwerk.hvzfluvia. be > Groepen > Interventieplanning). Er
wordt uiteraard ook een papieren versie afgedrukt. De laatste 15 plannen werden opgemaakt in samenwerking met de firma IOS die alle info verwerkt en in het sjabloon giet. De volgende 15 plannen zijn in voorbereiding. In functie van de risicoanalyse werd ervoor gekozen om prioriteit te geven aan rust- en verzorgingstehuizen met nachtverblijf”, aldus Rudy Declercq. Chris Deryckere vult aan: “Een interventieplan wordt opgesteld in nauw overleg met het betrokken bestuur (directie, preventieadviseur, enz.). Deze mensen beschikken gewoonlijk over de nodige knowhow en hebben vaak al een risicoanalyse van hun bedrijf of instelling opgemaakt. In een eerste overleg wordt een sjabloon overlopen waarin belangrijke info zoals toegangswegen, opvangprocedure brandweer, grondplan en bezetting en bereikbaarheid van de leidingen opgenomen zijn. Er wordt ook gevraagd om een digitaal grondplan ter beschikking te stellen. Een rondgang in en rond de instelling aan de hand van een eerste plan is meestal noodzakelijk”. De tekenaars van de zone of de externe dienst gaan met alle verzamelde gege-
4 | Hulpverleningszone Fluvia | www.hvzfluvia.be
Maar hier houdt het niet op! Een interventieplan is een werkinstrument dat alleen zijn nut ten volle kan bewijzen indien er mee geoefend wordt. Zo’ne-krant liep op 17 oktober even mee met een oefening van post Menen in het Woon- en zorgcentrum Huize Ter Walle te Menen. Adjunct-directeur Jorgen Sijoen had op voorhand een overleg met de brandweer om het bestaande interventieplan te controleren, en zo nodig aan te passen en aan te vullen.
“Niet alleen zonaal zouden we dezelfde taal moeten spreken, maar uniformiteit voor alle zones zou een goede zaak zijn.” Jorgen Sijoen: “Het is noodzakelijk om op geregelde tijdstippen met de brandweer samen te zitten om de plannen die ze hebben na te kijken. Daar ligt een beetje de achillespees van het systeem: als er in de instellingen zaken gewijzigd worden, kleine verbouwingen of aanpassingswerken gebeuren, dan hebben we nog niet altijd de reflex om die automatisch naar de brandweer terug te koppelen. Is er overigens een ideale manier om dat te doen? Tijdens de voorbereiding
op de oefening konden we alles in detail bekijken. We merkten dat niet alleen de grondplannen gewijzigd waren, maar ook andere dingen zoals telefoonnummers of persoonsgegevens”. Jorgen Sijoen vervolgt: “Het was voor ons heel interessant dat we de oefening konden afstemmen op ons intern noodplan. Het is immers cruciaal om ook dat plan op regelmatige basis uit de kast te halen en in de praktijk te oefenen”. Op 17 oktober werd post Menen in het kader van de oefening opgeroepen voor een brand in een kamer op de 2e verdieping van Huize ter Walle. Het personeel startte onmiddellijk met de evacuatie volgens de richtlijnen van het intern noodplan. Eens de omvang van de situatie in kaart gebracht was, werd een brandcommando opgericht, uitgebreid met de directie van de instelling. Dankzij het interventieplan kon men snel zicht krijgen op de horizontale en verticale evacuatiewegen, eventuele gevaren op branduitbreiding inschatten en kon men
beslissingen nemen over de door de brandweer in te zetten evacuatiemiddelen. Ook de opvang van de geëvacueerde bewoners kon vanuit het brandcommando in goede banen geleid worden. Jorgen Sijoen: “Deze oefening was zeer leerzaam voor ons. Wij hebben gemerkt dat het testen van ons intern noodplan een grote meerwaarde biedt, zeker als dat samen met de brandweer kan verlopen. In ons jaaractieplan hebben wij voor 2014 ingeschreven dat wij onze personeelsleden via driemaandelijkse, kleinschalige oefeningen intens met het noodplan vertrouwd willen maken. Het belang van een efficiënte procedure met duidelijke taakomschrijving en –verdeling kan niet genoeg benadrukt worden”. Het is dus niet alleen nuttig dat brandweer en risico-instellingen met elkaar kennismaken, ze moeten ook op regelmatige basis hun gegevens op juistheid controleren en aanpassen, én ze moeten indien mogelijk ook samen oefenen.
Jorgen Sijoen en 1e sgt. Filip Vandenberghe tijdens de voorbereiding van de oefening. Een interventieplan is pas efficiënt als het een waarheidsgetrouwe weergave van de werkelijkheid biedt, overzichtelijk is, en de brandweer toelaat snel de risico’s in te schatten.
Pieter Bossuyt pakt brons op de World Police and Fire Games De WPFD is een tweejaarlijks evenement voor actieve en gepensioneerde politieagenten, brandweerlieden, cipiers en douane medewerkers. Ze nemen het tegen elkaar op in een grote verscheidenheid aan individuele en teamsporten. In het Ierse Belfast namen in 2013 7000 atleten uit 67 landen deel aan het evenement.
Onze eigen Pieter Bossuyt was een van de vele deelnemers en bemachtigde alvast een plaatsje op het podium in zijn geliefde discipline. Pieter startte tijdens zijn lerarenopleiding ongeveer 17 jaar geleden met Taekwondo in de club chindojang in Torhout. Na zijn studies ging hij verder met zijn sport in de lokale taekwondoclub in Deerlijk, ook onderverdeeld bij Chindojang. Hij bezit momenteel een derde Dan zwarte band en is ondertussen eerste trainer binnen de club. De hoofdtrainer en tevens oprichter van onze club, meester Chin Yun Sup, was zijn coach tijdens de spelen. In zijn categorie moest hij uiteindelijk drie wedstrijden vechten. De eerste wedstrijd tegen een Spaanse tegenstander werd door BRU - Speleers Nico
In Augustus 2013 sleepte Pieter Bossuyt (brandweer Kortrijk) een bronzen medaille in de wacht op de World Police and Fire Games (WPFD) in de discipline Taekwondo.
Pieter gewonnen. In de tweede werd hij overmeesterd door zijn tegenstander, maar de derde mocht hij opnieuw op zijn naam schrijven. Deze laatste wedstrijd tegen Rusland, waar hij in de verlenging uiteindelijk het “Golden point” scoorde, was de zwaarste. Een Taekwondowedstrijd bestaat uit drie ronden van telkens twee minuten. Wanneer er op het einde van die drie ronden een gelijkstand is, dan wordt er een “Sudden death” uitgevochten. De “Golden point” is weggelegd voor de eerste die scoort en die wordt meteen de winnaar van de match. Het was voor Pieter een super ervaring en zeker voor herhaling vatbaar. Wij supporteren alvast mee!
b en sport Meer info over de clu eens een n da em Ne ? ter van Pie g.be of kijkje op www.chindojan be. lijk. eer www.taekwondod
Hulpverleningszone Fluvia | www.hvzfluvia.be | 5
Kettingbotsing A19 Zaterdagochtend 7 december 2013 is een datum dat we niet snel meer zullen vergeten. Door dichte mist gebeurde op de A19 ter hoogte van Zonnebeke een grote kettingbotsing aan beide kanten van de snelweg. De autosnelweg bleef de hele dag afgesloten in beide rijrichtingen. De ravage was enorm. Van deze dag mogen we echter niet alleen deze ravage onthouden. Als we terugblikken op de mistige ochtend kunnen we vooral ook met trots terugblikken naar de manier waarop de korpsen binnen onze zone de handen in elkaar sloegen en aan de hand van gemotiveerd teamwork erin slaagde slachtoffers snel in veiligheid te brengen. Zowel de hulpverlening op het terrein als de coördinatie op de achtergrond zorgde ervoor dat we de situatie onder controle hadden en ons volledig konden focussen op onze kerntaak: er zijn voor de mensen.
Hein Vandenberghe (Brandweer Wevelgem):
Wat was de eerste indruk toen je ter plaatse kwam? De onoverzichtelijkheid... We waren uitgestuurd voor een ongeval vanuit de richting Ieper en wisten dat we op de rijstrook van Ieper mochten rijden vanaf Wervik. Al het verkeer vanuit Ieper lag dus stil. We zijn er in eerste instantie niet geraakt aangezien er zich tussen het tijdstip van de oproep en de aankomt ter plaatse ook een ongeval had voorgedaan richting ieper. Daar zijn wij (kpt. Deryckere en ikzelf ) ook eerst gestopt. Eigenlijk een geluk bij een ongeluk dat we met 2 officieren gelijktijdig aan de interventie konden beginnen.
Welke rol moest je vervullen?
tweede ongeval was, maar uiteindelijk het ongeval betrof waarvoor we initieël werden uitgestuurd. Daar waren de medische diensten al volop bezig en was er al een VMP in werking. Er was daar dringend nood aan brandweermiddelen om geknelden te bevrijden. Daar nam ik dan de coördinatie van D1 waar.
Wat zal je het meeste bijblijven? Uiteraard de omvang van het ongeval. Maar wat mij vooral is bijgebleven is het feit dat ondanks de chaos en de complexiteit van de situatie, de samenwerking tussen de verschillende brandweerdiensten en de samenwerking tussen de verschillende disciplines echt wel vlot is verlopen.
Wat kunnen we uit deze interventie leren voor de toekomst?
In samenspraak met kpt. Deryckere hebben wij in eerste instantie een snelle scan van het ongeval uitgevoerd. Wie waren de betrokkenen, hoeveel voertuigen, hoeveel geknelden, enz. Door de radioberichten te horen bleek al snel dat er 2 km verder iets “groters” aan de gang was. Dan hebben kpt. Deryckere en ikzelf besloten om ons op te splitsen. Ikzelf ben verder gegaan tot aan, wat voor ons, het
Ik denk dat een jaarlijkse verplichte scholing rond crisissituaties voor officieren echt geen overbodige luxe zou zijn. Op het moment van het ongeval heb ik alvast mijn examen voor het behalen van het brevet crisissituatiebeheer in mijn hoofd overgedaan. Zoals bij ieder grootschalig incident werden wij geconfronteerd met verschillende incidenten in het groter geheel (geknelden, vervoer van gevangenen, IGS incident, verkeersinfarct, enz.).
kregen we zicht op de reële situatie en samen met de andere disciplines werd een commandostructuur opgebouwd.
Op zo’n momenten zet iedereen zich voor 200% in. Oefeningen, procedures,… werpen hun vruchten.
Wat was de eerste indruk toen je ter plaatse kwam?
Wat zal je het meeste bijblijven?
Als een van de eerste officieren kwam ik samen met Lt Hein Vandenberghe ter plaatse bij de tweede kettingbotsing (richting Ieper). Je bent eerst volledig gefocust op het informeren en inschatten van de omvang van het incident en het vragen van nodige bijstand. Je wordt overstelpt met vragen en krijgt veel en soms tegenstrijdige informatie. Stilaan
De indruk die me het meest bijblijft is de verslagenheid die er heerst bij de betrokkenen van de botsing. Mensen in hun wagen, naast hun wagen, zittend op de vangrails of op de grond. Verslagenheid alom, maar niet de paniek die je zou verwachten bij het aanrijden. Ook de samenwerking van de hulpverleners was zeer goed.
Wat kunnen we uit deze interventie leren voor de toekomst?
Maar wat is er die dag allemaal precies gebeurd? We vroegen het aan een aantal collega’s.
Chris Deryckere (brandweer Menen):
6 | Hulpverleningszone Fluvia | www.hvzfluvia.be
De communicatie tussen de zones en tussen de diverse disciplines kan nog verbeteren: eenduidige afspraken zijn een noodzaak. Al wil ik hierbij wel opmerken dat de kort voordien gewijzigde fleetmapping van de Astrid-zenders hier ook wel zijn part in heeft gespeeld.
Fredercick Deleu (MUG Kortrijk):
Wat was de eerste indruk toen je ter plaatse kwam?
De zichtbaarheid was nul, waardoor je al snel een stuk werd geïsoleerd van je team. Je hoorde elkaar wel, mag zag elkaar niet. De omvang van het incident was op dat ogenblik onmogelijk in te schatten. Welke rol moest je vervullen?
DIR-MED
Wat zal je het meeste bijblijven?
Wat mij vooral zal bijblijven was de absolute stilte in het begin en de rust en gelatenheid van de slachtoffers.
Jan Vandevelde, Antoon Breda en Philip Stichelbaut (zonale dispatching Fluvia):
Wat was de eerste indruk toen je ter plaatse kwam? Wij kwam niet ter plaatse, maar namen de zonale dispatching op ons vanuit Kortrijk.
Welke rol moest je vervullen? Vanuit dispatching werd onder andere het meetplan opgestart en achteraf opnieuw afgeblazen. Tijdens de interventie was het ook onze taak om enkele IGSteams ter plaatse te sturen en op te volgen en waren we vaste post voor onze ploegen ter plaatse. Een belangrijk en onverwacht element was toen we ook de bilaterale communicatie met het PCC moesten verzorgen (discipline 1 en 4).
Wat zal je het meeste bijblijven? Wat mij vooral zal bijblijven is de goede en constructieve manier van werken in dispatching.
Daarnaast blik ik vooral terug op de perfecte samenwerking binnen en over de disciplines. Wat kunnen we uit deze interventie leren voor de toekomst?
specifieke werk nadat er een embryonale CPOPS actief is. Voor incidenten op snelwegen vind ik de gespreksgroep WVL AUTO ideaal, ook tijdens aanrijden.
Het belang van de interdisciplinaire communicatie. Ik pleit hierbij vooral om bij het aanrijden te kiezen voor multidisciplinaire gespreksgroepen, zodat verschillende disciplines elkaar kunnen waarschuwen, begeleiden en vinden. Pas later kan dan opnieuw overgeschakeld worden naar monodisciplinaire kanalen voor het
Geert Phyfferoen
is bepalend voor de verdere manier van ontzetten. Mij blijft vooral de eerste wagen met geknelde of gewonden bij.
(IGS brandweer Kortrijk):
Wat was de eerste indruk toen je ter plaatse kwam? We hadden al gehoord van de kettingbotsing via de communicatie met de dispatching in Kortrijk. We zijn zowat een halfuur nadien ter plaatse aangekomen en gestopt bij het eerste incident. Onmiddellijk werden we doorgestuurd naar het volgende incident. Uit de communicatie met de dispatching te Kortrijk konden we vermoeden dat het ernstig was. Het was voor mij niet de eerste keer dat ik op zo’n incident aanwezig was en ik zag wat ik verwachtte.
Welke rol moest je vervullen? Bij aankomst heb ik een schouwing uitgevoerd van het incident. Het was mijn derde kettingbotsing en ik had geleerd uit de vorige. We ontdekten de lekkende container en konden prioriteiten stellen. Daarna focuste ik me volledig op het stuk IGS.
Wat kunnen we uit deze interventie leren voor de toekomst?
Wat zal je het meeste bijblijven?
Het organiseren van de werking van de zonale dispatching voor grootschalige interventies.
Tijdens de schouwing van het incident, zag ik de brandweer bezig met verschillende ontzettingen. De gekozen richting
Wat kunnen we uit deze interventie leren voor de toekomst? Het is belangrijk om bij een verkeersongeval zeker een schouwing uit te voeren en samen met ervaren brandweerpersoneel en een verpleegkundige of arts prioriteiten te stellen. Na deze schouwing kan je het aantal ontzettingsteams bepalen en sturen. Bij zware ontzetting heb ik geleerd dat een team in staat is om efficiënt en doeltreffend werk te leveren gedurende een half uur. Het is nuttig tijdig aflossing te voorzien door een tweede team. Scholing rond verkeersongevallen met zware ontzetting is zeker een meerwaarde. Op vlak van IGS is het vlug kunnen bepalen van de stoffen aan boord van voertuigen en het instellen van een perimeter zeer belangrijk. Een kettingbotsing is vaak zeer chaotisch, en niet iedereen is altijd op de hoogte van de gevaren. Het evacueren van mensen uit de gevarenzone vraagt soms overtuigingskracht. Hier is het goed verlopen.
Hulpverleningszone Fluvia | www.hvzfluvia.be | 7
Burgemeesters blijven hun vrijwilligers koesteren “de aard van de dienstverlening is net zo dat deze in onze streek het best georganiseerd kan worden met vrijwilligers aangevuld met een strategische beroepskern.”
Fluvia heeft op haar prezoneraad beslist om minister Milquet te wijzen op een aantal gevolgen van het nieuwe brandweerstatuut dat in de maak is. Het statuut heeft naast een impact op het personeel, namelijk ook een impact op de functionele organisatie van de posten binnen de zone. Zo wordt de inzet van beroepsbrandweerlieden die ook elders in de hulpverleningszone actief zijn als vrijwilliger beperkt in tijd. “De huidige ontwerptekst spreekt van maximaal 4u à 10u per week,” zegt voorzitter Claude Croes. “Verschillende manschappen verliezen hun graad volgens de huidige versie,” stellen burgemeesters Francis Benoit en Jan Seynhaeve, “en door deze maatregel verliezen wij samen 3 officieren. Zij
hebben de dagelijkse werking van de brandweer in handen”. Ook verschillende mensen zijn actief als onderofficier en dus verantwoordelijk voor een deelaspect in het korps zoals opleiding, materieel, duikers, … Het is begrijpelijk dat als zij hun graad zouden verliezen, ze ook bedanken voor deze verantwoordelijkheden. Wanneer er geen mensen deze verantwoordelijkheden meer kunnen dragen, dan zal dit de dagelijkse werking negatief beïnvloeden. Dit mag uiteraard niet de bedoeling zijn van de brandweerhervorming. In onze zone zijn er 14 beroepsbrandweermannen van Kortrijk die zich in deze situatie bevinden. De burgemeesters van de prezoneraad waren het dan ook eens dat een pragmatische benadering
mogelijk moet zijn. Burgemeester Van Quickenborne: “Passende overgangsmaatregelen met een uitdovend karakter kunnen hier een antwoord op bieden.” Het spreekt voor zich dat de mensen die er bewust voor gekozen hebben om zich voor de vrijwillige brandweer in te zetten, dit engagement ongewijzigd moeten kunnen blijven verderzetten. Enkel op die manier houden we hen gemotiveerd en blijven de investeringen van zowel gemeentebestuur als betrokken brandweerlieden renderen. In hun boodschap aan de minister uitten de burgemeesters ook het blijvend belang van de vrijwilligers voor de dienstverlening binnen onze zone. “Ze waren noodzakelijk, ze zijn noodzakelijk en zullen steeds noodzakelijk blijven,” stelt voorzitter Claude Croes, “de aard van de dienstverlening is net zo dat deze in onze streek het best georganiseerd kan worden met vrijwilligers aangevuld met een strategische beroepskern.” We houden jullie alvast op de hoogte!
Hulpverleningszone Fluvia | Prezone met rechtspersoonlijkheid | Grote Markt 54 | 8500 Kortrijk |
[email protected] | www.hvzfluvia.be
Politie krijgt hulp van warmtebeeldcamera Op zaterdag 26 oktober kreeg brandweer Kortrijk rond 21u30 een oproep vanuit de dispatching 100 Brugge voor bijstand met de hoogtewerker en warmtebeeldcamera om een ‘koude screening’ uit te voeren voor de politie zone Vlas. Kort voordien werd een inbraak gepleegd in een woning. Een eerste dader werd onmiddellijk gevat, maar twee anderen waren een veld ingelopen. De brandweer kreeg als opdracht met de warmtecamera naar hen op zoek te gaan. Door het gezamenlijke speurwerk van politie en brandweer werd nog een dader opgepakt. Om de zoektocht volledig af te ronden, werd nog een laatste clickup gedaan. In de verte waren hierbij nog twee mensen te zien op de warmtebeelden. Warm werd het zeker toen ter plaatse bleek dat het om een vrijend koppel ging. Zouden ze zich ooit nog aan zo’n avontuurtje wagen?
Meer nog, de opleiding BIOW in gedachten, werd het een opleiding waarop alle officieren, onder-officieren en korporaals van de ganse zone welkom waren. Het resultaat mocht er zijn, zowel naar inhoud als naar opkomst. Over twee avonden gespreid namen zo’n 100 collega’s deel. Naast een aantal ‘koude’ toepassingen, zoals het zoeken naar een verkeersslachtoffer in het duister en het nagaan of een passagier aanwezig was in een geaccidenteerd voertuig, werden een aantal ‘warme’ toepassingen behandeld. Ook aandachtspunten zoals het gevaar voor foutieve interpretaties door reflecties van ‘blinkende objecten’ (gladde oppervlakken uit metaal of glas, wateroppervlakken,…) kwamen aan bod. Ook de intensiteit van de rook kan de beeldvorming verstoren. In één van de voorbeelden zorgde een dikke warme rooklaag ervoor dat het beeld op de warmtebeeldcamera troebel werd en de
afgelezen temperatuur de reële temperatuur ferm onderschatte. Het toepassen van de 3D techniek of een blussing in het algemeen kan er dan weer voor zorgen dat een waterfilm op de lens wordt gevormd die de beeldvorming kan verstoren. Door regelmatig de lens van de camera schoon te vegen wordt dit verholpen. Uiteraard logisch, maar je moet het weten! Na de pauze kwamen nog een aantal voorbeelden van interventies en een aantal simulaties aan bod. Op het einde van de avond werd nogmaals benadrukt dat de warmtebeeldcamera een hulpmiddel is en blijft. Alle bestaande vordertechnieken blijven van kracht! Continu interpreteren en redeneren blijft de boodschap. Waar een indicatie van de temperatuur belangrijk is, is de verandering van de temperatuur in de tijd des te belangrijker. De presentatie was uiterst interessant. Christian nogmaals dank!
Opleiding Warmtebeeldcamera De warmtebeeldcamera zit al een paar jaar onafscheidelijk in iedere autopomp. Maar weten we er wel voldoende over? Wat meten we? Hoe moeten we bepaalde waarden interpreteren? Op vraag van enkele onderofficieren van brandweer Heule, werd op 12 en 26 november een opleiding warmtebeeldcamera geörganiseerd. Lt. Vanwalleghem ging, “mee met de tijd”, op het World Wide Web op zoek naar tal van informatie en didactisch materiaal. Maar waarom zelf het warm water uitvinden? Na wat speurwerk ontdekte hij een presentatie van Brandweer Roeselare en contacteerde Kapt. Christian Gryspeert, die met veel plezier zelf een presentatie over het onderwerp wou komen geven.
Hulpverleningszone Fluvia | Prezone met rechtspersoonlijkheid | Grote Markt 54 | 8500 Kortrijk |
[email protected] | www.hvzfluvia.be
Prioritaire voertuigen mogen niet zomaar alles! Het spreekt vanzelf dat bijvoorbeeld de politie of de spoeddiensten zich in noodgevallen zo snel mogelijk naar de plaats van het onheil moeten kunnen begeven. Hierbij mogen bepaalde regels echter niet uit het oog worden verloren.
• particuliere voertuigen voor thuisverpleging; • voertuigen begeleid door prioritaire voertuigen (bijvoorbeeld voertuigen voor geldtransport); • …
Knipperlichten en geluidssignaal Eerst en vooral is het belangrijk te weten over welke voertuigen het gaat. Niet alle voertuigen worden immers als prioritair beschouwd. Prioritaire voertuigen worden in het verkeersreglement omschreven als “voertuigen die uitgerust zijn met één of meerdere blauwe knipperlichten en een bijzonder geluidsapparaat (…)”. Naast dienstvoertuigen van de politie, de brandweer en ambulances, bestaat er nog een hele resem andere prioritaire voertuigen. Het gaat hier om: • Voertuigen van de FOD Justitie bestemd voor het vervoer van gedetineerden en voor het Openbaar Ministerie; • de dienstvoertuigen van de provinciegouverneurs; • de herkenbare voertuigen van de inspectiediensten van de gewesten en van de maatschappijen voor openbaar vervoer, belast met wegcontrole; • de voertuigen voor hulpverlening bij een ernstig incident veroorzaakt door water, gas, elektriciteit of radioactieve stoffen; • … Ook motoren en bromfietsen van de politie mogen uitgerust worden met speciale zwaailichten en reflectoren. Behoren niet tot de prioritaire voertuigen: • persoonlijke voertuigen van dokters (ook niet als de dokter zich verplaatst voor een spoedgeval); • als medische urgentiewagen uitgeruste personenwagens die geen ziekenwagens zijn;
Een prioritaire voertuig moet bij een dringende opdracht zijn zwaailichten gebruiken. Bij niet-dringende opdrachten mag het deze lichten gebruiken. Het prioritaire voertuig mag het bijzondere geluidssignaal gebruiken tijdens een dringende opdracht. Het mag dit niet gebruiken tijdens andere opdrachten. Deze beschrijving veroorzaakt een zekere verwarring. Het gebruik van de blauwe knipperlichten geeft aan de andere weggebruikers geen duidelijk idee over de opdracht die met het prioritair voertuig wordt uitgevoerd: deze kan even goed dringend als niet dringend zijn. Om verwarring te voorkomen is het aan te raden om het gebruik van de blauwe knipperlichten te beperken tot dringende opdrachten en er systematisch het gebruik van het bijzonder geluidssignaal aan te koppelen.
“Het prioritaire voertuig mag het bijzondere geluidssignaal gebruiken tijdens een dringende opdracht.” Wanneer een weggebruiker een (al dan niet gebanaliseerd) voertuig tegenkomt dat zwaailichten en een sirene aan heeft staan, dan moet hij voorrang verlenen aan dit voertuig. Zoniet begaat hij een overtreding, zelfs als de bestuurder van het prioritair voertuig de sirene onterecht
Deel 1 heeft aangezet of als het voertuig niet met zwaailichten of bijzonder geluidstoestel mocht uitgerust zijn!
Dringende opdracht Het begrip “dringende opdracht” wordt niet gedefinieerd in het verkeersreglement. De bestuurders van prioritaire voertuigen mogen dus zelf uitmaken of hun opdracht al dan niet dringend is. Men kan zich ook laten inspireren door de definitie die gegeven wordt in het wetsvoorstel van 5 november 2002. De krachtlijnen hiervan zijn: • opdat er sprake kan zijn van een dringende opdracht moet er een dreigende verstoring van de openbare orde of een onmiddellijk aanwezige ernstige lichamelijke of stoffelijke schade zijn, ofwel moet zulke ernstige schade dreigen; • in functie daarvan wordt er ofwel preventief, ofwel hulpverlenend opgetreden, ofwel een mengeling van beide; • de ernst van de schade moet dusdanig zijn dat het wettelijk geregelde normale verkeersverloop niet opweegt tegen de opdracht die het prioritaire voertuig moet uitvoeren. In de volgende Zo’ne krant behandelt deel 2 van dit artikel onder meer de bijzondere rechten voor bestuurders van prioritaire voertuigen.
Uit: Via Secura n°89, p20-23, Auteur: Delphine BROGNEZ François VLAMINCK
Hulpverleningszone Fluvia | Prezone met rechtspersoonlijkheid | Grote Markt 54 | 8500 Kortrijk |
[email protected] | www.hvzfluvia.be
Nieuwe gezichten bij Fluvia Als je het Fluvia-kantoor binnenwandelt is de kans groot dat je een aantal nieuwe gezichten zal tegenkomen. Onze hulpverleningzone kreeg er met Ellen als administratief medewerker en Veronique en Olivier als preventionisten een aantal nieuwe medewerkers bij. Hoog tijd om hen even aan jullie voor te stellen.
Olivier Dorme Leeftijd: 33 jaar Woonplaats: Zwevegem Loopbaan: Industrieel ingenieur bouwkunde met ervaring in de bouwsector als project manager, werfleider, aankoper, calculator en voorbereider. Carrière bij de brandweer: Luitenant bij vrijwillige brandpost van Zwevegem en secretaris van de zonale werkgroep BPT van HVZ Fluvia Functie binnen Fluvia: Preventioist Contact:
[email protected]
Veronique en Olivier maken, als burger, deel uit van de het zonaal preventiebureau om er samen met de pool van preventionisten (lokaal en zonaal) te werken aan een kwaliteitsvolle dienstverlening op vlak van de harde preventie.
Ellen Staelens Leeftijd: 29 jaar Woonplaats: Kuurne Loopbaan: 9 jaar ervaring als administratief bediende (automobiel sector – intern commercieel) Carrière bij de brandweer: Brandweervrouw bij vrijwillige brandpost van Kuurne Functie binnen Fluvia: Administratief medewerker Contact: 056 23 99 72 of
[email protected]
Veronique Vanseveren Leeftijd: 42 jaar Woonplaats: Kuurne Loopbaan: Industrieel ingenieur bouwkunde met ervaring in de bouwsector als tekenaar, calculator, aankoper en werfleider. Carrière bij de brandweer: Brandweervrouw bij vrijwillige brandpost van Kuurne Functie binnen Fluvia: Preventionist Contact: 056 23 99 41 of
[email protected]
Hulpverleningszone Fluvia | Prezone met rechtspersoonlijkheid | Grote Markt 54 | 8500 Kortrijk |
[email protected] | www.hvzfluvia.be
Menen, Harelbeke en Waregem ontvangen nieuwe commandowagen Dankzij Fluvia en de subsidies van de FOD Binnenlandse Zaken zijn de posten Menen, Harelbeke en Waregem binnenkort een Commandowagen rijker. Het Mercedes-chassis is van het type Vito Kombi 116 CDI. Dit voertuig wordt aangedreven door een turbo dieselmotor van 120 kW voorzien van een volledige automatische versnellingsbak van 6 versnellingen. ABS, ESP en GPS ontbreken niet op dit prioritair voertuig. Het is voorzien van een lichtbalk boven de bestuurderscabine, als een signalisatiebalk achteraan het voertuig. 2 x 2 LED flitsers maken de verlichting af. Naast een conforme dag-nacht sirene is er ook een public adress systeem. De administratieve cel binnen is voorzien val voldoende verlichting als stopcontacten om een volwaardig brandcommando uit te bouwen op grootschalige interventies, vandaar dat deze voertuigen ook in een ruimer kader dan deze drie posten kunnen worden ingezet.
10 april was een regenachtige dag in Zuidwest-Vlaanderen. Samen met collega Hein Vandenberghe (Wevelgem) en Lt. Jean Claude Vantorre van de brandweer Knokke-Heist, stond Geert Phyfferoen (Kortrijk) te wachten op onze Nederlandse collega’s voor een kennismaking met het bij ons gebruikte aflegsysteem lage druk. Een verkeersongeval op de A1 en wat file stelde de aankomst van onze Nederlandse vrienden wat uit. Na een verwelkoming en wat koffie werden de Nederlandse collega’s voorgesteld aan commandant Verdonck, kapitein Stichelbaut, kapitein Leenknecht en de coördinator van de zone, Tom Dekeyser. Er wordt gestart met een theoretische uiteenzetting door Lt. Vantorre over waarom wij lage druk gebruiken bij binnenbrandbestrijding en welk systeem wij toepassen om het water op de vuurhaard te brengen. Voor onze Nederlandse collega’s blijkt dit echt nieuw. Zij werken bij binnenbrandbestrijding voornamelijk met hoge druk.
Meer info
Lage druk wordt enkel toegepast bij uitslaande branden en een offensieve buitenaanval. Het niet gebruiken van lage druk is voornamelijk te wijten aan het tijdrovende werk om de opstelling op te bouwen. Het was aan ons om het tegendeel te bewijzen met een demonstratie. De voormiddag liep op zijn einde. Tijdens het middagmaal kwamen de tongen los en onze collega’s geraken steeds meer overtuigd van het aflegsysteem lage druk. Later op de dag werd bekeken hoe wij de autopomp hebben aangepast zodat we optimaal kunnen werken met het aflegsysteem. Na de demonstratie waren ze verwonderd van de snelle opbouw van de leiding en de bluscapaciteit die we aan de straalpijp hebben. Nog zelf eens uitproberen en een aantal noorderburen waren alvast overtuigd. De dag werd afgesloten met een uitnodiging om ons verhaal te brengen bij de brandweer RotterdamRijnmond en een aantal reële blusoefeningen met wetenschappelijk onderzoek te mogen bijwonen in Nederland. Op naar Rotterdam!
Vragen? Een idee voor onze Zo’ne krant? Contacteer de redactie op
[email protected]
Hulpverleningszone Fluvia | Prezone met rechtspersoonlijkheid | Grote Markt 54 | 8500 Kortrijk |
[email protected] | www.hvzfluvia.be
Eindredactie: Judith Deryckere | Grafische vormgeving: Sezart! Illustraties
Nederlandse collega’s op bezoek