Bijlage 20131227-29
NICOLAAS EN NICODEMUS.4 Vooraf : De schoolbesturen hebben onderzocht of het mogelijk is onze scholengemeenschap puur administratief te splitsen, zonder te raken aan de huidige samenwerking in al zijn aspecten. Dit levert extra punten op (die kunnen omgezet worden in uren). Zij hebben nagekeken welke de voor- en de nadelen zijn en welke de gevolgen zijn voor de huidige scholengemeenschap, de scholen, de schoolbesturen, de personeelsleden (zie bijlage 2+ bijlage 3),… Kan de scholengemeenschap werken als Sint-Nicolaas en Sint-Nicodemus die samen als één team opereren ? Zie je de één, dan zie je de ander. Beginsituatie Een scholengemeenschap kan maximaal 372 stimuluspunten krijgen. De ondergrens om die 372 punten te krijgen is : 5400 leerlingen. Boven dat leerlingenaantal komen er geen punten meer bij (zie bijlage 1). Onze scholengemeenschap telt 8389 leerlingen. Simulaties van opsplitsingen leren dat 8000 leerlingen, wanneer ze over twee scholengemeenschappen verdeeld worden, minstens 120 punten extra kunnen genereren (zie bijlage 1). De scholengemeenschap onderzocht reeds eerder (2010-2011) de mogelijkheid om administratief te splitsen. Dit werd niet doorgevoerd omwille van diverse reden, w.o. de vrees om ook daadwerkelijk uit elkaar te drijven. Momenteel is de scholengemeenschap een vzw. De vzw-structuur staat los van de structuur van de scholengemeenschap zoals die door de overheid wordt opgelegd. Deze overkoepelende structuur houdt garanties voor de verdere samenwerking in. Een mogelijkheid om een twee-eenheid te vormen Om mogelijk te maken dat we splitsen in twee scholengemeenschappen maar toch samen blijven werken als nu (zie bijlage 4) : o De staf blijft dezelfde als nu en werkt evenzeer voor scholengemeenschap SintNicolaas als voor scholengemeenschap Sint-Nicodemus… o De vergaderingen blijven samen doorgaan (CASS, DICOS, SKS, PS,…) onder de koepel van de vzw. o De splitsing zal geografisch gebeuren, dit o.a. om garanties voor de personeelsleden in te bouwen wanneer een verandering van werkgever aan de orde zou zijn : Voorstel 1 Periferie (PS) – Stadskern (SKS) : o PS = 2270 leerlingen – levert 126 stimulusptn op. o SKS = 5991 leerlingen - levert 372 stimulusptn op. Voorstel 2 Nieuwe SG = periferie + Broederscholen + Sint-Carolus + Heilige Familie / Oude SG = rest o Oude SG = 4802 lln – levert 312 stimulusptn op. o Nieuwe SG = 3742 lln - levert 252 stimulusptn op. 1
Maar… De schoolbesturen wensen deze splitsing enkel te doen wanneer er garanties worden ingebouwd dat de gewonnen stimuluspunten worden gebruikt volgens de hieronder beschreven criteria : o Meer omkadering ter beschikking te stellen van de werking van de scholen (m.a.w. beter onderwijs op onze scholen mogelijk maken). De ‘winst’ wordt zo rechtstreeks mogelijk aan onze leerlingen besteed; o de draagkracht van de onderliggende, individuele scholen te vergroten. Er zal een samenwerkingsovereenkomst worden gemaakt met in te bouwen zekerheden om ‘het uit elkaar drijven’ te verhinderen (zie ook bijlage 4) : o De werking van de staf blijft dezelfde als nu, m.a.w. zij maakt geen onderscheid tussen scholengemeenschap Sint-Nicolaas en scholengemeenschap Sint-Nicodemus. o De verdeling wordt tot op het niveau van de taak doorgevoerd, niet op niveau van de scholengemeenschap (bijv. stafmedewerker personeel, stafmedewerker administratie,…). o Er is één directeur-coördinatie (bijv. HT aangesteld in elke SG). Er zal moeten worden nagedacht over het samenbrengen van de vergaderingen : o Dit zal voor de administratie iets ingewikkelder zijn omdat de vergaderingen steeds een gezamenlijke hoofding dienen te hebben : beide scholengemeenschappen staan bovenaan vermeld (al blijft dat beperkt tot het eenmalig ontwerp van een sjabloon!) Het is niet verboden om met meerdere scholengemeenschappen samen te vergaderen. De vzw-structuur kan hier ondersteunend werken. Deze blijft immers ongewijzigd. o Dit geldt ook voor de inspraakorganen : OCSG, MZC, Reaffectatiecommissie,… o Ook de vertegenwoordigingsfunctie moet in dit licht herbekeken worden : De twee scholengemeenschappen zullen beiden vertegenwoordigd moeten zijn in het LOP bijv. Hier kan ofwel de vzw de vertegenwoordiging op zich nemen. Ofwel blijven we dit als aparte scholengemeenschappen doen : o Dit heeft dan weer als voordeel dat we numeriek sterker zullen staan dan nu in de overlegorganen waar dit van tel is (bijv. LOP). Over het bundelen van krachten : o Op termijn en in voorbereiding van de eventuele bestuurlijke schaalvergroting, moeten we meer en meer denken aan het bundelen van knowhow over de schoolbesturen heen. Een eventuele splitsing van de scholengemeenschap zou de mogelijkheden daartoe niet mogen beperken. o Op de vraag : ‘Welke samenstelling van de scholengemeenschappen biedt de meeste kansen tot een goede overstap naar een bestuurlijke schaalvergroting ?’ luidt het antwoord dat de opsplitsing periferie-stadskern heel realistisch is, gelet op het feit dat de meeste scholen in de stadskern een secundaire bovenbouw hebben en de scholen in de periferie niet. Schoolbesturen met secundaire én basisscholen zullen deze nooit loslaten om deze in twee aparte bestuurlijke entiteiten onder te brengen. Let wel : Onze aanvraag tot splitsing kan door de DPCC nog steeds afgekeurd worden. Een goede motivatie zal belangrijk zijn. Binnen de contingentering die voor de oprichting van de scholengemeenschappen is voorzien, is echter nog plaats.
2
Achtergrondinfo NICOLAAS EN NICODEMUS.3 Bijlage 1 : wat zijn de mogelijkheden wat besteding betreft ? 1. De omzendbrief : http://www.ond.vlaanderen.be/edulex/database/document/document.asp?docid=13483 Hoofdstuk II. - Puntenenveloppe ter ondersteuning van de werking van de scholengemeenschap Art. 3. (…) § 3. [De puntenenveloppe ter ondersteuning van de werking van de scholengemeenschap wordt toegekend aan de scholengemeenschap volgens de hieronder vermelde tabel : Aantal gewogen leerlingen Punten 900 - 1349
66
1350 - 1799
91
1800 - 2699
126
2700 - 3599
192
3600 - 4499
252
4500 - 5399
312
Vanaf 5400
372
Aantal lln per schoolbestuur (21 nov 13 – op de teldatum van 03/02/2014 zullen die aantallen lichtjes hoger liggen) : SJKS OLVP Heifam Sint-Carolus BBoom KSRW Regio Noord Hoge Geest Sifrawa Sint-Catharina Broederscholen
557 796 552 343 1484 1785 702 314 624 630 474
2. Welke combinaties zijn mogelijk ? Nu = 372 stimuluspunten Periferie – Stadskern : o PS = 2270 leerlingen – levert 126 ptn op o SKS = 5991 leerlingen - levert 372 ptn op Samen : 498 ptn = 126 ptn extra Nieuwe SG = Sint-Catharina, Sint-Franciscus, Regio Noord, Hoge Geest, Broederscholen, Sint-Carolus, Heilige Familie / oude SG = rest o Oude SG = 4802 lln – levert 312 ptn op. o Nieuwe SG = 3742 lln - levert 252 ptn op. Samen : 564 ptn extra = 192 ptn extra 3. 192 punten ? Wat kan je zoal doen met 192 punten of iets van die orde ? Enkele voorbeelden : o Wervingsambten : Bestuurs- en onderwijzend personeel 120 punten = 1 bijkomende directeur-coördinatie. 85 punten = 1 (kleuter)onderwijzer 120 punten = 1 voltijdse (kleuter)onderwijzer 24/24e + nog 10/24e Beleids- en ondersteunend personeel : 3
Administratief medewerker : o 126 punten = twee administratief medewerkers (ten minste HSO). o 120 punten = 1 voltijds adm medewerker 36/36e (PBA) + 16/36e o 120 punten = 1 voltijds adm medewerker 36/36e (MA) zorgcoördinator : o 120 punten = 1 voltijdse zorgco 36/36e (PBA) + 16/36e o 120 punten = 1 voltijdse zorgco 36/36e (MA) ICT-coördinator : o 120 punten = 1 voltijdse ICT-co 36/36e (PBA) + 16/36e o 120 punten = 1 voltijdse ICT-co 36/36e (MA) Paramedisch personeel : Het gaat hier over : kinderverzorger, orthopedagoog, ergotherapeut,… Een aanstelling van een stafmedewerker-scholengemeenschap met een onderliggend ambt uit deze personeelscategorie is niet mogelijk.
4. 120 ptn – concrete mogelijkheden en voorbeelden : Zorg voor onze leerkrachten – directeurs : o Er kan bijv. terug geïnvesteerd worden in de mentoren zodat de begeleiding van onze (startende) leerkrachten terug kan opgekrikt worden. Of : installeren van een eigen pedagogische begeleider specifiek voor leerkrachten, ter ondersteuning van de directeurs. Of : investeren in het beleidsvoerend vermogen van de directeurs o Er kan geïnvesteerd worden in de ondersteuning van leerkrachten die hinder ondervinden van de hervorming van het buitengewoon onderwijs. o De regiowerkingen kunnen opgedreven worden ter ondersteuning van de pedagogische begeleiding. o Er kan ingezet worden op de organisatie van professionalisering van leerkrachten, directeurs, schoolbesturen,… o Coachingstrajecten voor zorgco’s; o… Ondersteunen schoolwerking : o Ondersteunen van het leefgroepensysteem (mengklassen) dat in meer en meer scholen wordt uitgebouwd. o Punten verdelen over alle scholen om de zorgwerking te ondersteunen. o Punten toevoegen aan het huidige systeem van de adviescommissie (zie afsprakennota hierover – bijlage ). o Aanwerven van een eigen preventieadviseur. o… Verhogen van de draagkracht van de scholen : o Bijkomende administratie wet op de overheidsopdrachten overnemen. o Oprichten van een centraal secretariaat personeelsadministratie. o Aanwerven van een eigen boekhouder. …
4
Bijlage 2 : gevolgen voor het voorrangsrecht bij tijdelijke aanstelling (recht op TADD) – enkele principes en voorbeelden Tijdelijke personeelsleden bouwen hun recht op een TADD op in en voor alle instellingen van de scholengemeenschap (uit het decreet rechtspositie) : (…) [Art. 23bis. (…) § 3. [[[Een personeelslid heeft recht op een tijdelijke aanstelling van doorlopende duur indien het in één of meer instellingen van dezelfde scholengemeenschap gespreid over ten minste drie schooljaren een dienstanciënniteit heeft van ten minste 720 dagen, waarvan 600 effectief gepresteerd, (…) Wanneer het personeelslid het recht heeft verworven in één of meer instellingen van een scholengemeenschap, dan geldt dit recht voor betrekkingen in alle instellingen van deze scholengemeenschap. (…) Als het personeelslid in één of meer instellingen van de scholengemeenschap een eerste maal effectief wordt aangesteld voor doorlopende duur in het ambt waarvoor hij het recht heeft verworven, dan geldt dit vanaf dat ogenblik als een over de schooljaren doorlopende kandidatuur voor dat ambt. (…) § 6. Een personeelslid dat (…) recht verworven heeft op een tijdelijke aanstelling van doorlopende duur, verliest dit recht in het betrokken ambt wanneer hij vervolgens vijf opeenvolgende schooljaren geen diensten heeft gepresteerd in één of meer instellingen van deze scholengemeenschap. (…) [HOOFDSTUK Xbis. - Rechten van personeelsleden bij wijziging van de samenstelling van een scholengemeenschap Art. 74ter. (…) § 2.(…) [[Het personeelslid dat in de instelling die toetreedt tot een andere scholengemeenschap in de loop van het voorgaande schooljaar tijdelijk is aangesteld voor doorlopende duur, behoudt bij de toetreding tot de andere scholengemeenschap zijn tijdelijke aanstelling van doorlopende duur onder de voorwaarden gesteld in dit decreet. Het personeelslid behoudt eveneens zijn recht op een tijdelijke aanstelling van doorlopende duur. Dit recht op een tijdelijke aanstelling van doorlopende duur geldt vanaf het ogenblik van de toetreding voor alle instellingen van de scholengemeenschap waartoe de instelling is toegetreden. Het personeelslid dat in de instelling die toetreedt tot een andere scholengemeenschap uiterlijk op het einde van het voorgaande schooljaar vastbenoemd en geaffecteerd is, behoudt bij de toetreding tot de andere scholengemeenschap alle rechten en plichten die verbonden zijn aan deze vaste benoeming en affectatie. Het personeelslid dat deeltijds vastbenoemd is, beantwoordt bij de toetreding tot de scholengemeenschap aan de voorwaarden gesteld in dit decreet in aanmerking voor een uitbreiding van zijn vaste benoeming in alle instellingen van de scholengemeenschap waartoe de instelling is toegetreden.]] Een kandidaatstelling voor een tijdelijke aanstelling die in toepassing van dit decreet reeds werd gedaan bij een schoolbestuur of een inrichtende macht van de scholengemeenschap of de raad van bestuur van de scholengroep, wordt geacht ook gedaan geweest te zijn voor de scholengemeenschap waartoe de school of instelling zal behoren. (…)
Samengevat: Wie reeds als TADD’er aangesteld was, blijft TADD’er; wie al vastbenoemd was blijft vastbenoemd. Het recht op een TADD geldt per ambt en per scholengemeenschap. Speciale aandacht moet gaan naar wie op de vooravond van de splitsing recht had op een TADD. Er moet daarbij een onderscheid gemaakt worden tussen de ‘oude’ scholengemeenschap (die het instellingsnummer 120956 behoudt) en de nieuw op te richten scholengemeenschap. Wie bij ongewijzigde samenstelling op 1 september recht zou hebben in de scholengemeenschap met het instellingsnummer 120956, zal dat recht ook na de splitsing 5
behouden. Met andere woorden, ook als hij geen diensten presteerde in de scholen die vanaf volgend jaar scholengemeenschap 120956 zullen vormen, zal hij in scholengemeenschap 120956 recht hebben op een TADD. In de nieuwe scholengemeenschap zal dit personeelslid echter slechts die diensten kunnen laten gelden, die hij of zij presteerde in de scholen van de nieuw op te richten scholengemeenschap. Stel: School A, B en C vormen de nieuwe scholengemeenschap: enkel de personeelsleden die op de 30 juni 2013 hun 720 dagen (waarvan 600 effectief) in die scholen verzamelden, zullen in de nieuwe scholengemeenschap hun recht op een TADD kunnen laten gelden. Wie in een bepaalde scholengemeenschap als TADD’er aangesteld wordt, behoudt het recht in die scholengemeenschap, tenzij hij in die scholengemeenschap gedurende 5 opeenvolgende schooljaren geen enkele dienst presteerde. (Gevolg: Wie tijdens het schooljaar 2014-2015 voor het eerst een TADD-aanstelling krijgt in één van beide scholengemeenschappen, verwerft en behoudt alleen voor die scholengemeenschap het statuut van TADD’er.) In onze SG geldt al sinds enkele jaren een bijkomende afspraak om de rechten van de TABD’ers die reeds enkele jaren in onze scholen werken, zo veel als mogelijk te beschermen ! (zie bijlage 6)
Gevolgen van de splitsing voor personeelsleden die recht op TADD opbouwen : Op basis van de huidige regelgeving verwerven sommige personeelsleden mogelijk rechten in beide scholengemeenschappen, terwijl iemand die toevallig in andere scholen heeft gewerkt, rechten verliest. Het recht op TADD moet per personeelslid bekeken worden op basis van de diensten per school. o Voorbeeld 1 Personeelslid Louisa is afgestudeerd in 2010 en heeft gedurende 4 schooljaren gewerkt in 7 verschillende scholen van de (huidige) SG. Op het einde van het derde schooljaar (teldatum 30 juni 2013) had de betrokkende net niet voldoende diensten verzameld om het recht op TADD te laten gelden. Zij zal dit recht wellicht kunnen laten gelden op het einde van het schooljaar 2013-2014, als ze op dat moment in de huidige scholengemeenschap 720 dagen dienst verzamelde, waarvan 600 effectief gepresteerd. Haar kandidaatstelling zal in de nieuwe scholengemeenschap ook geldig zijn voor als ze in de scholen van die nieuwe scholengemeenschap 720 dagen verzamelde, waarvan 600 effectief gepresteerd. Personeelslid Marianna is in 2011 afgestudeerd maar zij kon onmiddellijk aan de slag en werkte gedurende 3 jaar in dezelfde school. Op 1 september 2014 wordt de scholengemeenschap gesplitst en stapt de school waarin B had gewerkt over naar de nieuw op te richten scholengemeenschap. Personeelslid B heeft na 3 volledige schooljaren voldoende dagen verzameld om het recht op TADD te laten gelden op het einde van het schooljaar 2013-2014 in de scholengemeenschap waartoe haar school zal behoren en ook in de bestaande scholengemeenschap heeft de betrokkene recht op een TADD. o Voorbeeld 2: Personeelslid Steven heeft recht op een TADD vanaf september 2014 en laat zijn recht op een TADD gelden bij het schoolbestuur waar hij werkte gedurende het schooljaar 2013-2014. Steven wordt tijdens het volledige schooljaar 2014-2015 voltijds van doorlopende 6
duur aangesteld in de school waar hij ook werkte gedurende het schooljaar 20132014. Die school blijft behoren tot de scholengemeenschap met het bestaande instellingsnummer 120956. Hij wordt TADD’er in de scholengemeenschap 120956 en behoudt in die scholengemeenschap het recht op een TADD. o Voorbeeld 3: Personeelslid Rozemieke heeft recht op een TADD vanaf september 2014 op basis van diensten die ze verzamelde in de scholen die op dat moment de nieuw op te richten scholengemeenschap vormen. Op 1 september 2014 wordt zij deeltijds als TADD’er aangesteld in een school van de bestaande scholengemeenschap én in een school van de nieuwe scholengemeenschap. Zij verwerft daardoor in beide scholengemeenschappen het statuut van TADD’er. o Voorbeeld 4: Personeelslid Marcel krijgt op het einde van het schooljaar 2013-2014 een TADDaanstelling in een interimopdracht. De SG wordt op 1 september 2014 gesplitst en E blijft als TADD’er aangesteld wegens blijvende afwezigheid van de titularis. Op 1 oktober komt de titularis terug in dienst en E moet een nieuwe aanstelling krijgen. Hij heeft recht op een TADD in de scholengemeenschap waar hij tewerkgesteld was op dat moment. o Voorbeeld 5
De bestaande scholengemeenschap wordt gevormd door 26 scholen A, B, C, D, E… tot en met Z. Marie-Claire werkt gedurende 1 schooljaar in school T en gedurende de twee volgende schooljaren in school A, waardoor ze bij ongewijzigde samenstelling haar recht op een TADD kan laten gelden in de scholen A tot en met Z. School A vormt met B en C de nieuwe scholengemeenschap. ‘Haar school’ van de laatste twee jaren gaat dus mee naar de nieuwe scholengemeenschap. Marie-Claire heeft geen recht op een TADD in de nieuwe scholengemeenschap, maar wel in de oude! Ze heeft dus geen recht op een TADD in school A, B of C maar wél in school D tot en met Z.
Gevolgen voor personeelsleden die het recht op een TADD nog niet verworven hebben: Personeelsleden die op het einde van het schooljaar 2013-2014 nog niet genoeg diensten verzameld hebben om hun recht op een TADD te laten gelden en die deze diensten verzameld hebben in scholen die voortaan tot verschillende scholengemeenschappen zullen behoren, dreigen nadeel te ondervinden van de eventuele splitsing. Personeelsleden die net uit de boot vallen zullen we dan ook in de mate van het mogelijke aan het werk moeten zetten of houden. Dat zal in theorie niet altijd mogelijk zijn, maar in de praktijk kan dat meevallen. o Voorbeeld 6: Onderwijzeres Fatima heeft op 30 juni 2014 nog maar 598 dagen verzameld met het oog op het recht op een TADD. Zij kan zijn recht nog niet laten gelden. Zij verzamelde 520 dagen in scholen die voortaan zullen behoren tot scholengemeenschap S1 en 78 dagen in scholen die voortaan zullen behoren tot scholengemeenschap S2. Fatima kan best aan de slag gaan in scholengemeenschap S1, want enkel daar kan zij op 30 juni 2015 de 720 dagen verzamelen die zij nodig heeft om het recht op een TADD in die scholengemeenschap te laten gelden. o Voorbeeld 7: Kinderverzorgster Bea heeft op 30 juni 2014 nog maar 708 dagen verzameld met het 7
oog op het recht op een TADD. Ook zij kan haar recht nog niet laten gelden. Zij verzamelde 350 dagen in scholen die voortaan zullen behoren tot scholengemeenschap S1 en 358 dagen in scholen die voortaan zullen behoren tot scholengemeenschap S2. Op 30 juni 2015 zal zij in geen van beide scholengemeenschappen de 720 dagen kunnen voorleggen die ze nodig heeft om het recht op een TADD te laten gelden, want 350 + 303 = 653 358 + 303 = 658
Besluit : o De gevolgen voor de personeelsleden zijn zo divers (want afhankelijk van verschillende elementen) dat ze geval per geval moeten bekeken worden. Toch zullen de rechten van de meeste personeelsleden behouden blijven bij een eventuele splitsing.
Gevolgen voor de personeelsleden die in hun opbouw naar TADD een eindevaluatie onvoldoende kregen : De splitsing van de scholengemeenschap heeft hier geen gevolgen die afwijken van de gevolgen wanneer de scholengemeenschap niet zou splitsen. Lees ook het artikel in School+visie van okt 2010 (nr.2) “De gevolgen van een evaluatie met eindconclusie ‘onvoldoende’ . Lees ook het artikel in School+visie van okt 2010 (nr.2) “De gevolgen van een evaluatie met eindconclusie ‘onvoldoende’ “: (www.vvkbao.be > (inloggen) > rechterkolom: School+Visie zoeker)
8
Bijlage 3 : Gevolgen voor de terbeschikkingstelling wegens ontstentenis van betrekking (TBS/OB) Wanneer een school niet langer voldoende lestijden beschikbaar heeft om alle vastbenoemde personeelsleden aan te stellen als titularis van een betrekking, dan dreigt een TBS/OB ! Schoolbesturen die hiermee geconfronteerd worden, zijn verplicht om eerst een oplossing te zoeken in de school of scholen van het eigen schoolbestuur die tot dezelfde scholengemeenschap behoren. Lukt dit niet, dan moet een oplossing gezocht worden in de andere scholen van de scholengemeenschap. Is ook dit laatste niet mogelijk, dan wordt het dossier overgemaakt aan de Vlaamse Reaffectatiecommissie. Een affectatie en een mutatie kunnen TBS/OB voorkomen. In voorkomend geval krijgt een vastbenoemde een nieuwe vaste benoeming in hetzelfde ambt in een andere school van het eigen schoolbestuur (nieuwe affectatie) of van een ander schoolbestuur (mutatie). Bedenkingen : In een grote scholengemeenschap is er meer kans… o … dat er scholen geconfronteerd worden met TBS/OB of dreigende TBS/OB. o … dat een reaffectatie (een tijdelijke oplossing binnen hetzelfde ambt) of een vrijwillige wedertewerkstelling (een tijdelijke oplossing in een ander ambt van dezelfde personeelscategorie) mogelijk zijn. o …dat er meer uren en restpunten voorhanden zijn om een school te helpen een personeelslid in de eigen school te reaffecteren. Als er twee scholengemeenschappen gevormd worden, is het werkveld van de reaffectatiecommissie van de scholengemeenschap (RCSG) kleiner. Dossiers die niet binnen de eigen scholengemeenschap opgelost kunnen worden, moet men uit handen geven aan de Vlaamse reaffectatiecommissie. Tijdelijke personeelsleden kunnen na enkele jaren dienst vrij zijn van reaffectatie. Het reaffectatievrij-zijn geldt pas na de werking van de eerste reaffectatiecommissie, dus na de werking van het RCSG. Door de splitsing van de scholengemeenschap zijn tijdelijke personeelsleden enerzijds sneller beschermd tegen een reaffectatie vanuit scholen die voortaan niet meer tot de SG zouden behoren, maar anderzijds hebben ze een grotere kans om plaats te moeten ruimen voor een vastbenoemde van de eigen scholengemeenschap. Personeelsleden die zelf TBS/OB worden hebben in een grote scholengemeenschap meer kans opgevangen te worden binnen die scholengemeenschap. Zij hebben hoe dan ook recht op een reaffectatie binnen een redelijke afstand van hun woonplaats. Merk op : de reaffectatieverplichtingen stoppen niet langer aan de grenzen van de scholengemeenschap.
9
Bijlage 4 : Zo kunnen we de twee scholengemeenschappen samen houden !
De twee scholengemeenschappen sluiten nog tijdens dit schooljaar een zo volledig mogelijk en gedetailleerd samenwerkingsakkoord. CASS en DICOS blijven in principe samen vergaderen en in elk geval gelijktijdig en op dezelfde plaats. In de mate van het mogelijke wordt er één verslag gemaakt per samenkomst, zij het met een gemeenschappelijke hoofding, onder de koepel van de vzw. De twee scholengemeenschappen delen één, anderhalve of twee directeurs met coördinerende opdracht. o Het CASS opteert er voor om één en dezelfde codi voor beide scholengemeenschappen aan te stellen. Zij/hij is deeltijds verbonden aan beide scholengemeenschappen. o Voor de stafmedewerkers kan hetzelfde systeem gehanteerd worden. De codi’s en de (zo mogelijk) gezamenlijke stafmedewerkers blijven op dezelfde locatie werken. Er komt één cocel voor de beide scholengemeenschappen. Er is een gezamenlijk overleg over de plaatsing van de tijdelijke personeelsleden. Nadat de decretale verplichtingen in orde gebracht zijn, is er ook een gezamenlijke zorg voor de tijdelijke personeelsleden die net nog geen recht hebben op een TADD. o Hier kunnen de afspraken die gemaakt zijn (afsprakennota 2b – bijlage 6) om extra garanties in te bouwen blijven gelden. o Ze zullen aangevuld worden met afspraken om ook de TABD’ers te plaatsen die al meerdere jaren in dienst zijn, maar door de splitsing nadeel dreigen te ondervinden. Daardoor zal de werkgelegenheid van sommige personeelsleden – ook als ze langer moeten bouwen aan het recht op een TADD – maximaal gegarandeerd blijven. Er wordt vooraf in kaart gebracht over welke personeelsleden het gaat. De reaffectatiecommissies van de beide scholengemeenschappen vergaderen gelijktijdig. Bij eventuele meldingen naar de Vlaamse reaffectatiecommissie wordt ook melding gemaakt van de intense band tussen beide scholengemeenschappen. Mogelijks kunnen reeds oplossingen in die zin gesuggereerd worden aan de Vlaamse reaffectatiecommissie. Merk op: Tijdens de voorbije jaren waren er nauwelijks reaffectaties binnen onze scholengemeenschap en er was geen enkele plaatsing door de Vlaamse reaffectatiecommissie. Er zijn geen aanwijzingen dat dit in de toekomst anders zou zijn. In vergaderingen waar appel op de beide scholengemeenschappen wordt gedaan (scholenoverleg, LOP,…) nemen beide scholengemeenschappen dezelfde standpunten in en wordt de vertegenwoordiging vanuit de directiegroep op voorhand bekeken. o Standpunten kunnen ook door de vzw worden ingenomen. o M.a.w. : Op sommige vergaderingen en fora (scholenoverleg, LOP,…) wordt een vertegenwoordiging van het katholiek onderwijs verwacht. De scholengemeenschappen kunnen onderling overleggen wie deze taak op zich zal nemen. Enkel waar de regelgeving oplegt dat er een vertegenwoordiging van elke scholengemeenschap moet zijn, zullen beide scholengemeenschappen mensen moeten afvaardigen.
10
Bijlage 5 : balans pro/contra administratieve splitsing pro splitsing De extra punten zijn hoe dan ook een voordeel voor de leerlingen van onze scholen. De ondersteuning van de scholen zal groeien. Deze extra punten worden ons al 10 jaar ontzegd, nu kunnen we er een beetje van recupereren. Een goed uitgekiende splitsing bestendigt de samenhorigheid. De overkoepelende vzw houdt ons samen.
We kunnen mits goede afspraken blijven samenwerken zoals nu. Bij een twee-eenheid evenveel kans om knowhow te delen. Goede voorbereiding op de scholengroep door installeren professioneler kader + regio-indeling die anticipeert op mogelijke scholengroepen. Ondanks het feit dat we in twee groepen splitsen in een tijd waarin overheid en verbond schaalvergroting vragen, blijven onze twee nieuw gevormde scholengemeenschappen nog ver boven de gemiddelde grootte in Vlaanderen (1600 < 2770 lln). Deze opsplitsing kan een stimulans zijn om de schoolbesturen die toch al dicht bij elkaar staan, nauwer te laten samenwerken, met het oog op het creëren van schaalvergroting op niveau van de schoolbesturen : periferie – stadskernscholen met/zonder bovenbouw SO … ’t Is een goed moment (nieuwe periode scholengemeenschappen) Tijdelijke personeelsleden die wat meer tijd nodig hebben om bepaalde competenties te ontwikkelen, zullen gemakkelijker een nieuwe kans kunnen krijgen.
contra splitsing Mogelijk meer bijkomend werk (vergaderingen, documenten,…), vooral tijdens de splitsingsperiode. Nadien beperktere vermeerdering van het werk.
Uit elkaar drijven indien de splitsing niet goed is overwogen. Een grotere pot van restpunten en te verdelen lestijden, dus meer overleg hierover (met alle gevolgen van dien)… Mogelijk nadelig voor een beperkt deel van onze tijdelijke personeelsleden. Mits goede afspraken de huidige samenwerking verderzetten. Splitsing = geen goede voorbereiding op de scholengroep. Ons verbond wil schaalvergroting en wij splitsen !
11
Bijlage 6 : afsprakennota personeelsbeleid 2b vzw bijlage 20120614-126 Versie van 30 augustus 2012
PERSONEELSBELEID plaatsing TADD’ers
Wanneer blijkt dat bepaalde TADD’ers in eerste instantie in geen enkele school een betrekking spontaan wordt aangeboden, hanteren we onderstaande volgorde om te bepalen welke scholen hen een opdracht dienen aan te bieden : 1. In het kader van de continuïteit van werk waar onze personeelsleden naar uitkijken, bekijken we optioneel en voorafgaand of er geen opdracht beschikbaar is in de school waar deze TADD’er laatst heeft gestaan (en met uitbreiding binnen het schoolbestuur waar zij/hij laatst heeft gestaan). 2. Vervolgens : de scholen van andere schoolbesturen waar een voltijdse betrekking ter beschikking is en die nog geen andere TADD’er die van een andere school komt een opdracht hebben aangeboden dit schooljaar : a. En waar nog niemand in geplaatst is… b. Vervolgens die scholen die een TABD’er eerste jaar bezig hierin geplaatst hebben. c. Vervolgens die scholen die een TABD’er tweede jaar bezig hierin geplaatst hebben. d. Vervolgens die scholen die een TABD’er derde/vierde/… jaar bezig hierin geplaatst hebben. 3. De scholen die een voltijdse betrekking ter beschikking hebben en die ook al een andere TADD’er van de SG hebben overgenomen (maar daarnaast dus nog plaats hebben). 4. De scholen van andere schoolbesturen waar een deeltijdse betrekking ter beschikking is. a. En waar nog niemand in geplaatst is… b. Vervolgens die scholen die een TABD’er eerste jaar bezig hierin geplaatst hebben. c. Vervolgens die scholen die een TABD’er tweede jaar bezig hierin geplaatst hebben. d. Vervolgens die scholen die een TABD’er derde/vierde/… bezig jaar hierin geplaatst hebben. Deze lijst wordt voor de coördinatievergadering besproken met de betrokken schoolbesturen. Na de bijeenkomst bieden de scholen in de afgesproken volgorde de opdrachten aan. Telkens een opdracht geweigerd wordt (schriftelijk bewijs !), schuiven we door naar de volgende school op het lijstje. Deze school biedt vervolgens de beschikbare opdracht aan. o Zo gaan we door tot het lijstje uitgeput is. o In dat geval moeten we wachten tot de beschikbare interims gekend zijn van de mensen die laattijdig een verlofaanvraag e.d. doen. Wanneer meerdere personeelsleden voor dezelfde opdrachten in aanmerking komen : o wordt de eerste opdracht aan het eerste personeelslid aangeboden, o en de tweede opdracht aan het tweede personeelslid, o enz. Ook hier : bij weigering , doorschuiven naar de volgende school op het lijstje.
12