Fonteinlaan 5 2012 JG Postbus 649 2003 RP Haarlem
.
T 088 888 66 77 F 088 888 66 70 KvK 34 11 09 43 Bank 38 16 41 864
[email protected] www.projectenltonoord.nl Vestigingen in Deventer, Drachten en Haarlem
MULANS GLASTUINBOUW NOORD-HOLLAND
Datum:
13 augustus 2009
Projectplan:
482pb09/OK/LA
Uitgebracht aan:
Stivas Noord-Holland H.J.W. van den Berg Postbus 145 1800 AC Alkmaar
Opgesteld door:
Projecten LTO Noord Postbus 649 2003 RP HAARLEM
Contactpersonen:
André Rotteveel en Olga Koeckhoven
[email protected] T 088 888 66 77 F 088 888 66 70
Pagina 2 van 26
INHOUDSOPGAVE 1.
INLEIDING ....................................................................................................................3
2.
VRAAGSTELLING EN RESULTAAT ...................................................................................3
3.
WERKWIJZE .................................................................................................................3
4.
BESCHRIJVING BESTAANDE RUIMTELIJKE STUDIES EN RELEVANTIE .................................3
4.1
4 Perspectieven Noord-Holland 2040 .................................................................................3
4.2
(Glas)tuinbouwmonitor ...................................................................................................3
4.3
Structuurvisie................................................................................................................3
4.4
MLT Greenport Aalsmeer 2025 .........................................................................................3
5.
BEVINDINGEN ...............................................................................................................3
5.1
Bevindingen per gebied ..................................................................................................3
5.2 5.2.1 5.2.2
BEVINDINGEN OP BELEIDSNIVEAU..................................................................................3 Diversiteit en samenhang ................................................................................................3 Samenhang op beleidsmatig niveau ..................................................................................3
6.
ANALYSE EN SAMENVATTING.........................................................................................3
7.
BRONVERMELDING EN GEÏNTERVIEWDEN .......................................................................3
482pb09/OK/LA, Stimulans Glastuinbouw Noord-Holland
Pagina 3 van 26
1. INLEIDING Stivas Noord-Holland heeft Projecten LTO Noord gevraagd een onderbouwd voorstel te doen voor een advies aan de Provincie Noord-Holland. Strekking van het advies moet zijn hoe de Provincie in het vervolg van de tweede impuls glastuinbouw in Noord-Holland (TWINH) een samenhangend en effectief beleid kan voeren dat de ontwikkeling van deze sector kan stimuleren. Noord-Holland heeft een belangrijk aandeel in het Nederlandse tuinbouwcomplex. Met concentratiegebieden als Flower Mainport Aalsmeer, Agriport A7 (Wieringermeer) en Het Grootslag (gemeenten Wervershoof en Andijk) heeft Noord-Holland belangrijke clusters binnen de grenzen. Verder zijn de andere Noord-Hollandse clusters het Alton gebied bij Heerhugowaard en de regio Heemskerk. Ook staat er in de provincie een aanzienlijke hoeveelheid verspreid liggend glas. De bijdrage aan de regionale economie in de vorm van bestedingen, investeringen en werkgelegenheid is een direct gevolg van de bedrijfsactiviteiten van individuele ondernemingen. De mate waarin deze succesvol kunnen zijn is echter nauw verbonden aan de structuur die door de overheid wordt geboden. Op het gebied van boven- en ondergrondse infrastructuur, planologische besluitvorming en gebiedsontwikkeling kan de Provincie grote invloed uitoefenen op een succesvolle ontwikkeling van de (glas)tuinbouwsector. De Provincie Noord-Holland is zich bewust van deze verantwoordelijkheid. Dit komt tot uiting in de door de Provincie opgestelde documenten zoals “Rapportage visieontwikkeling glastuinbouwcluster Noord-Holland”, “4 Perspectieven Noord-Holland 2040” en de opdracht aan de Directie Beleid, Sectie Economische zaken, Landbouw en Toerisme tot het samenstellen van een (glas)tuinbouwmonitor voor Noord-Holland. Wanneer de Provincie Noord-Holland zich extra in wil gaan zetten om, op een samenhangende manier, de Glastuinbouwsector te stimuleren dan is Stivas de logische partner om een gefundeerd advies uit te brengen over hoe dit kan worden vormgegeven. Dit onderzoek is uitgevoerd in nauw overleg met de leden van de verschillende regionale Stivas organisaties, waarin (glas)tuinbouw clusters aanwezig zijn.
482pb09/OK/LA, Stimulans Glastuinbouw Noord-Holland
Pagina 4 van 26
2. VRAAGSTELLING EN RESULTAAT Stivas Noord-Holland is per 1 januari 2007 verzelfstandigd en daarmee op afstand geplaatst van de provincie NoordHolland. Naast Stivas Noord-Holland bestaan er negen regionale Stivas-organisaties welke vanuit Stivas NoordHolland worden ondersteund. Die constructie zorgt ervoor dat men bij de Stivas weet wat er speelt in de verschillende Noord-Hollandse regio’s en dat men snel en succesvol op regionale initiatieven en problemen kan inspelen. Zodoende worden overheidsmiddelen op een doelmatige manier ingezet. De Stivas is uniek in Nederland en is een mooi voorbeeld van publiek-private samenwerking. Het Algemeen Bestuur van Stivas Noord-Holland wordt gevormd door een vertegenwoordiging vanuit de regionale Stivas organisaties en vertegenwoordigers vanuit de sectoren landbouw, natuur en landschap, recreatie en toerisme en water. Vanuit vijf regionale Stivas-organisaties is de projectvraag als volgt geformuleerd: ‘Hoe kan de Provincie NoordHolland, op een samenhangende en effectieve manier, de glastuinbouwsector stimuleren?’ Projecten LTO Noord heeft de vraag opgesplitst in deelvragen: - welke (glas)tuinbouw gebieden (clusters) heeft de Provincie Noord-Holland? - welke functie / soort teelt wordt er in een cluster voornamelijk beoefend? - wat zijn de interacties tussen de gebieden onderling? Zowel binnen de provincie als landelijk. - welke maatregelen heeft de Provincie reeds tot haar beschikking? - kan provinciaal beleid samenwerking tussen gemeenten bevorderen? - welke rol kan Stivas spelen voor de toekomst van de Noord-Hollandse glastuinbouw? Bij de beantwoording van deze deelvragen word extra aandacht besteed aan: - verspreid liggend glasproblematiek - logistieke functies in samenhang met (glas)tuinbouw
482pb09/OK/LA, Stimulans Glastuinbouw Noord-Holland
Pagina 5 van 26
3. WERKWIJZE Dit onderzoek heeft een beperkte omvang. In plaats van significante steekproeven is, in overleg met de opdrachtgever, gekozen voor een gestructureerde methode op basis van de volgende stappen: - desk research - gesprekken met regiovertegenwoordigers binnen Stivas - expert interviews aan hand van een zorgvuldige geselecteerde lijst met personen - opstellen analyse - toetsing en duiding analyse met regiovertegenwoordigers Door deze manier van werken is diepte gekomen in het onderzoek. Gebieds- en praktijkkennis in plaats van statistische significantie. Wij zijn er van overtuigd dat we op deze wijze een inhoudelijk betrouwbare analyse hebben opgesteld. Na bestudering van relevante documentatie heeft Projecten LTO Noord met de Stivasbestuurders van de regio’s: Stivas De Noordkop, Altonstichting, Stivaseo (gemeente Heemskerk e.o.), Stivas Westfriesland en Stivas De Meerlanden Amstelland (regio Aalsmeer) een oriënterende bespreking gehouden. Hierbij zijn de regio specifieke eigenschappen geschetst en tevens de problematiek van ieder gebied. Ook zijn bepaalde interacties ter sprake gekomen. In deze bijeenkomst zijn instanties en personen genoemd waarmee gesprekken aangegaan kunnen worden. In het projectplan was ook een opsomming gemaakt en deze is gedeeltelijk als aanvulling gebruikt op de suggesties van de bestuurders. Wij hebben gebiedsbelanghebbenden gevraagd wie zij ons aanraadden om ook voor hun regio te benaderen. Vaak kwamen dan namen naar voren die ook op onze lijst stonden. Vanwege de beperkte omvang van deze opdracht zijn wij niet uitputtend geweest in het interviewen van gebiedsbelanghebbenden. De insteek van de uitvoering van de opdracht was Beeldvorming, Oordeelvorming en Besluitvorming. Wij hebben geprobeerd de geïnterviewden geen vragen te stellen waarin onze achtergrondkennis en mogelijk oordeel verborgen lag. Dit leidde soms tot de uitspraak: ‘maar dat weten jullie zelf wel….’ In een tijdsbestek van twee maanden zijn de bezoeken afgelegd. Per gebied, en ook voor verspreid liggend glas, hebben wij minimaal twee personen gesproken. Een goed advies dient gebaseerd te worden op de behoeften in de sector en op hoe het provinciale beleid daar – in de praktijk – uitwerkt. Geheel passend in deze “bottom up” procedure, hebben pas in een latere fase gesprekken met de Provincie plaats gevonden, waarin aspecten uit eerdere interviews besproken en geduid zijn. Beide projectleiders, André Rotteveel en Olga Koeckhoven, hebben een gedegen achtergrond in de (glas)tuinbouw. Zodoende konden gesprekken in perspectief worden geplaatst.
482pb09/OK/LA, Stimulans Glastuinbouw Noord-Holland
Pagina 6 van 26
482pb09/OK/LA, Stimulans Glastuinbouw Noord-Holland
Pagina 7 van 26
4. BESCHRIJVING BESTAANDE RUIMTELIJKE STUDIES EN RELEVANTIE 4.1 4 Perspectieven Noord-Holland 2040 Dit document is een bouwsteen van de op te stellen structuurvisie. Een structuurvisie overziet een lange periode met veel onzekerheden. Om toch tot keuzes te komen wordt afgetast wat – met de kennis van nu – het meest voor de hand liggende toekomstscenario zal zijn. Gekozen is voor een werkwijze waarop twee ontwikkelingen met elkaar in verband zijn gebracht: Globalisering versus regionalisering: moeten mondiale handelsstromen en ontwikkelingen uitgangspunt zijn voor provinciaal beleid? Of moet er meer focus zijn op een goed functionerende regio en liggen mondiale doelstellingen buiten het bereik van de Provincie? ‘Lokaal kan veel’ versus ‘Provincie doet veel’: in welke mate wil de Provincie sturen door plannen te realiseren of een directief regisserende rol aannemen of kan uitvoering van het beleid aan lagere overheden overgelaten worden vanuit de visie dat korte afstand met het speelveld stimulerend werkt? Uitzetten van die twee aspecten in een assenstelsel levert onderstaand schema op. In dit schema past bij ieder kwadrant een eigen sturingsmodel.
482pb09/OK/LA, Stimulans Glastuinbouw Noord-Holland
Pagina 8 van 26
Hieronder een korte uitleg per kwadrant en de consequenties voor glastuinbouw: 01. Werelds: Internationaal kader waarin grote keuzes en grote structuren leiden tot een top metropool onderin de provincie, een bedienend deel daarboven en een recreatief/agrarisch deel bovenin. De Provincie stuurt proactief op de ontwikkeling van de metropool. Centraal staat: sterker maken van wat al sterk is om de absolute top te halen. Glastuinbouw in dit scenario: veel glas uit Westland en Aalsmeer (!) verplaatst naar Noord-Holland-Noord. Er ontstaat een internationaal sterk cluster. De hiermee verbonden logistiek wordt deels mogelijk gemaakt door een verbreding van de Houtribdijk. Er zal worden ingezet op de grote clusters (Agriport A7 groenten, Aalsmeer sierteelt). Alton en Heemskerk verdwijnen. 02. Sterk merk: Minder extreem. Vooral aandacht voor ondersteuning van onderaf, minder inzet op één metropool maar meerdere stedelijke kernen. Glastuinbouw in dit scenario: blijft meer verspreid. Alton en Heemskerk kunnen toekomst hebben als er een paar grote ondernemingen neerstrijken. 03. Duurzaam DNA: meer aandacht voor regio’s en ook voor verschillen per gebied, minder centrale sturing en aansturing. Glastuinbouw in dit scenario: glasgebieden concentreren in concentratiegebieden, herstructurering voor bestaande gebieden en sanering verspreid liggend glas. 04. Totaal lokaal: de gemeente is maatgevend. Lokale netwerken stimuleren de lokale economie. Glastuinbouw in dit scenario: glas kan overal, wel gekoppeld aan andere activiteiten (verbreding) en eventueel als overgang naar nieuwe functies waar het niet meer duurzaam kan. De scenario’s zijn bedoeld om de meningsvorming te stimuleren en niet om één scenario te kiezen. De discussie moet leiden tot het opstellen van een concept structuurvisie. Deze zal medio 2009 gereed zijn. Relevantie: Zowel in onze gesprekken als in onze analyse zijn de afwegingen regionalisering / mondialisering als Provincie doet veel / lokaal kan veel, zoals die in bovengenoemd document staan verwoord, meegenomen. In die zin kan deze analyse van nut zijn bij het bepalen van een keuze. 4.2 (Glas)tuinbouwmonitor In gesprekken met de Provincie is gemeld dat intern opdracht is verstrekt aan de Directie Beleid, Sectie Economische zaken, Landbouw en Toerisme tot het samenstellen van een (glas)tuinbouwmonitor voor NoordHolland. Ten tijde van dit onderzoek was er nog geen concept beschikbaar. In de overige beleidsuitgangspunten en publicaties van de Provincie wordt deze inventarisatie niet gemeld. 4.3 Structuurvisie De structuurvisie legt het ruimtelijk beleid van de Provincie Noord-Holland voor een langere periode vast. De structuurvisie geeft meerjarige zekerheid over ruimtelijke ontwikkelingen en is het bindende element van al het beleid met ruimtelijk relevant provinciaal belang.
482pb09/OK/LA, Stimulans Glastuinbouw Noord-Holland
Pagina 9 van 26
Gedeputeerde- en Provinciale Staten hebben besloten een structuurvisie op te stellen voor heel Noord-Holland. In januari 2008 is de Provincie daarmee begonnen. De Provincie is actief gaan informeren bij bestuurders, politici, bewoners, ambtenaren, maatschappelijke- en intermediaire organisaties en het bedrijfsleven wat hun wensen zijn op het gebied van ruimtelijke ordening en hoe zij aankijken tegen de nieuwe rol van de Provincie. Deze fase is in november afgerond. Vanaf de zomer van 2008 is gewerkt aan het opstellen van vier mogelijke toekomstscenario's voor Noord-Holland (zie 4.1). In december 2008 en januari 2009 is een informatietraject gestart over de provinciale belangen en over deze vier perspectieven. De planning voorzag in het opleveren van een concept structuurvisie medio voorjaar 2009. Mede in verband met het aftreden van het college van GS is dit iets naar achteren geschoven. Op dit moment wordt verwacht dat de ter inzage legging van de concept structuurvisie half augustus 2009 zal aanvangen. In het najaar van 2009 zal de structuurvisie vervolgens worden vastgesteld door Provinciale Staten. Relevantie Ten tijde van dit onderzoek is de inhoud van de concept structuurvisie nog onbekend en kon daar niet op worden ingegaan. Omgekeerd kan de conclusie van dit onderzoek dienen als leidraad bij het bespreken van de concept structuurvisie. 4.4 MLT Greenport Aalsmeer 2025 In de glastuinbouwregio rond Aalsmeer is, in Greenport verband, een samenwerking ontstaan tussen vier NoordHollandse gemeenten (Aalsmeer, Haarlemmermeer, Amstelveen en Uithoorn) waar zich in een later stadium ook twee Zuid-Hollandse gemeenten bij aangesloten hebben (Nieuwkoop en Kaag & Braassem). Onder voorzitterschap van de Provincie is een integrale ruimtelijk-economische middellangetermijnvisie opgesteld voor het gebied (MLT 2025). Deze visie ziet toe op ontwikkelingen betreffende areaalsontwikkeling, infrastructuur, bundeling van functies over de afzonderlijke gemeenten heen alsmede op een verdere uitbouw van de kennisindustrie in de regio. Relevantie: De integrale en intensieve benadering in MLT 2025 heeft voor deze regio geresulteerd in een concrete projectenlijst. Door de Provincie zijn middelen beschikbaar gesteld in de vorm van de Tweede Impuls glastuinbouw Noord-Holland (TWINH). Hiermee is de MLT een afgerond geheel en wordt de Aalsmeerse regio voor dit onderzoek alleen beschouwd, waar zij interactie heeft met andere gebieden en een functie heeft binnen het geheel.
482pb09/OK/LA, Stimulans Glastuinbouw Noord-Holland
Pagina 10 van 26
5. BEVINDINGEN 5.1 Bevindingen per gebied Stivas De Meerlanden Amstelland, cluster(Flower Mainport) Aalsmeer
In de regio De Meerlanden Amstelland gaat het voornamelijk om glastuinbouwontwikkeling. De gemeenten Aalsmeer, Uithoorn, Amstelveen en Haarlemmermeer werken samen in Greenport Aalsmeer. Dit heeft ten opzichte van het verleden al veel voordelen. Er is naar ondernemers, bewoners en hogere overheden sprake van aanzienlijk toegenomen eenduidigheid. Vooral in standpunten ten aanzien van glastuinbouwlocaties, daar aan gelieerde bedrijvigheid, het veilcentrum en de logistiek die daarbij ontstaat. Dat dit geen eenvoudig proces is geweest mag blijken uit de tijd die het gevergd heeft (van 1998 tot 2008). Het resultaat is er echter ook naar. Het areaal in de gemeenten Aalsmeer, Uithoorn, Haarlemmermeer en Amstelveen gezamenlijk bedraagt in 2008: Snijbloemen 1.700.983 m2 Potplanten 1.759.253 m2 Overige bloemen en sierplanten 485.804 m2
482pb09/OK/LA, Stimulans Glastuinbouw Noord-Holland
Pagina 11 van 26
In de Haarlemmermeer werden 14.265.000 stuks Tulpen gebroeid in 2008. Bron: CBS Belangrijk in deze regio is FloraHolland en de sierteeltveiling aan de Legmeerdijk. In hoofdstuk 4.4 is Greenport Aalsmeer belicht. Altonstichting, Alton cluster De Altonstichting beslaat de gemeente Heerhugowaard en omgeving. Buitengebieden als Harenkarspel en Nieuwe Niedorp hebben zeer oude glasopstanden.
Er zijn twee Alton gebieden, deze bevinden zich aan de noordkant van de stad en worden door de spoorlijn Heerhugowaard (HHW) / Schagen gescheiden. Ook is er glastuinbouw in HHW ’t Kruis, dit is aan de Zuid Oost kant van HHW rondom de Rustenburgerweg. Alton I is hard aan herstructurering toe. Plannen die in het verleden gemaakt zijn, hebben helaas geen uitvoering gevonden. In 2009 heeft de gemeente Heerhugowaard het rapport “naar een duurzame Toekomst Glastuinbouw Heerhugowaard 2009-2015” opgesteld. Dit document bevindt zich in de inspraakprocedure.
482pb09/OK/LA, Stimulans Glastuinbouw Noord-Holland
Pagina 12 van 26
De gemeente Heerhugowaard heeft een duurzaamheidintentie. Deze komt o.a. tot uiting in ‘De stad van de Zon’ een wijk met stadverwarming en zonnecollectoren. Bij duurzaamheid kan glastuinbouw een verdienstelijke rol spelen door warmte aan andere partijen te leveren. In het Glasdriehoek overleg zijn Agriport A7, Het Grootslag en Alton vertegenwoordigd. De hoofdteelt onder glas is in dit gebied vooral sierteelt zoals rozen. De enige glasgroenteteler in Alton (Heerhugowaard) wil uitbreiden. CBS gegevens over 2008 melden per gemeente: Heerhugowaard onder glas
open grond Langedijk onder glas open grond Niedorp onder glas
open grond Harenkarspel onder glas
open grond
Snijbloemen Potplanten Tulpenbroei Bloemkwekerijgewassen Bloembollen en –knollen
m2 917.075 72.500
1.000 stuks
9.420 3.942 11.888
Snijbloemen Bloembollen en –knollen
1.100
Snijbloemen Potplanten Tulpenbroei Tuinbouwgroenten Bloembollen en –knollen
34.091 4.500
Glasgroenten Snijbloemen Potplanten Tulpenbroei Tuinbouwgroenten Bloembollen en –knollen
273.495 45.400 24.050
482pb09/OK/LA, Stimulans Glastuinbouw Noord-Holland
are
2.745
26.611 19.069 31.069
14.000 92.289 63.080
Pagina 13 van 26
Stivaseo, regio Heemskerk Het werkgebied van Stivaseo omvat de gemeenten Beverwijk, Heemskerk, CAL (Castricum, Akersloot, Limmen), Heiloo, Alkmaar en Bergen. De gemeente Bergen omvat ook de Egmonden en Schoorl.
Dit gebied is sterk grondgebonden. De kassen, vaak rolkassen, beslaan een beperkt gedeelte van het perceel. Activiteiten in dit gebied zijn sierteeltgericht zoals: Nerine vermeerdering, buiten lelieteelt en –vermeerdering, astilbe, scilla “blue bells”, tulpen broei (in winterperiode) en bollen-op-pot (voorjaar). Het glastuinbouwgebied Heemskerk is een a-typisch gebied. Stivas onderkent het bijzondere karakter van dit gebied en de belangrijke verbanden die er zijn tussen dit gebied en vele andere gebieden binnen en buiten de provincie. Het is evident dat dit gebied onder druk staat door (mogelijke) oprukkende woningbouw. Terecht of niet, maar waar woningbouwcorporaties al aan het inkopen zijn, is uitbreiden voor (jonge) ondernemers feitelijk al onmogelijk. Verplaatsing van een gebied in zijn geheel is geen sinecure. Dan is er ook nog het verband tussen de specifieke teeltgrond (het 4 meter zandpakket) wat maakt dat deze teelten niet zo maar overal terecht kunnen. Hoe dan ook pleit Stivas voor ondubbelzinnige duidelijkheid: ofwel (glas)tuinbouw en dan dus geen andere functies, ofwel andere functies (woningbouw) en dan met een goede verplaatsingsregeling. Dat vereist minimaal een onderzoek naar een geschikte locatie en een werkbare regeling voor actieve ondernemers.
482pb09/OK/LA, Stimulans Glastuinbouw Noord-Holland
Pagina 14 van 26
De huidige bestemming van het teeltgebied is Glastuinbouw. Ondanks dat het Bestemmingsplan in 1998 is vastgesteld ligt er nu in 2009 een ontwerp Bestemmingsplan. In het ontwerp wordt gesproken over nieuwe functies zoals wonen, recreatie, caravanstalling, zorgfuncties en paarden houden. Gevreesd mag worden dat deze nieuwe functies de beschikbaarheid van tuinbouwgrond verminderen en daardoor de hoofdfunctie uit het vigerend bestemmingsplan doen verwateren. Toen de geïnterviewden de vraag voorgelegd kregen ‘Wat kan de Provincie doen?’ gaven zij als antwoord: ‘Bezwaar aantekenen bij gemeenten tegen beleidsuitwerking die haaks staat op het provinciebeleid – dus sturing organiseren.’ Duidelijk is dat lokale ondernemers en bestuurders zich zorgen maken om deze ontwikkeling. In 2008 staat bij CBS het volgende areaal en oppervlakte geregistreerd. Dit is voor de gemeenten Heemskerk, Beverwijk, Castricum, Bergen en Heiloo gezamenlijk: m2 open teelt Bloembollen en -knollen Bloemkwekerijgewassen Vaste planten onder glas Glasgroenten Snijbloemen Potplanten Overige bloemen en sierplanten Hyacintenbroei Tulpenbroei
482pb09/OK/LA, Stimulans Glastuinbouw Noord-Holland
1.000 stuks
are 92.803 5.531 4.393 72.330 203.653 6.100 43.670
4.420 57.448
Pagina 15 van 26
Stivas De Noordkop
Het glastuinbouwcomplex Agriport A7, in de gemeente Wieringermeer, heeft zich turbulent ontwikkeld. Het gebied is door locale ondernemers vraaggestuurd ontwikkeld. Er is 450 ha. verkocht. Er staat nog 500 ha. op de planning. Vanuit Agriport A7 BV wordt aangegeven dat de tweede fase door allerhande complicaties minder snel loopt. Er zijn goede perspectieven voor slimme ketensamenwerking door de ontwikkeling van een agro-gelieerd bedrijventerrein. Helaas valt het bestemmingsplantechnisch nog niet mee om hierin de maximale bandbreedte te vinden. De telers zijn (vrucht)groententelers. Hun wortels liggen vooral in het Westland. De bedrijven zijn nu al enkele tientallen hectares groot en op hun perceel zijn nog uitbreidingsmogelijkheden en -plannen. Infrastructureel wordt er vanuit Agriport A7 gelobbyd naar de Provincie voor aansluiting op de provinciale weg richting Medeblik, door middel van een kruising met verkeerslichten. Ook de verbetering van Westfriesiaweg staat op de agenda. In de Wieringermeer meldt het CBS in 2008 de volgende gegevens: Glasgroenten Onder glas - Bloemen en sierplanten totaal Tulpenbroei
373.322 m2 42.220 m2 41.951.000 stuks
482pb09/OK/LA, Stimulans Glastuinbouw Noord-Holland
Pagina 16 van 26
In deze Noordkop vindt veel broeierij plaats en bloembollenteelt is ook een belangrijke peiler in het noorden van de provincie. Akkerbouw wordt in dit rapport niet behandeld. Bijvoorbeeld in Anna Paulowna is er 224.479 are open teelt van bloembollen en -knollen en worden er van hyacinten 1.353.000 stuks en van tulpen 2.920.000 stuks in bloei getrokken. En onder glas staat 28.530 m2 snijbloemen. Ook Den Helder levert een substantiële bijdrage met 144.296 are open teelt van bloembollen en -knollen en 24.495 m2 snijbloemen onder glas. Westfriesland
Westfriesland ligt halverwege de provincie Noord-Holland aan de oostkant, grenzend aan het IJsselmeer. Deze regio kent open en bedekte teelten. De grote zaadfirma’s van wereldformaat hebben in deze regio hun thuisbasis. Vandaar dat er over ‘Seed Valley’ wordt gesproken. Van oorsprong is het een gebied waar veel bloemkool en andere kool wordt geteeld. Maar sierteelt heeft tegenwoordig ook een flinke omvang. 1995: Het Grootslag was bestemd voor grootschalig tuinbouw (tot 5 ha.) Dit was een zogenaamde Bukman locatie. Tot 2004 was er geen grond verkocht voor glastuinbouw. Tussen Agriport A7 en Het Grootslag is er samenwerking gezocht. Voor beide gebieden werkte dit goed uit en in december 2006 was Het Grootslag (250 ha. totaal) uitverkocht. In deze regio vindt ook veel broeierij plaats en bloembollenteelt is tevens een belangrijke peiler in dit deel van de provincie. Akkerbouw wordt in dit rapport niet behandeld.
482pb09/OK/LA, Stimulans Glastuinbouw Noord-Holland
Pagina 17 van 26
In de gemeente Stede Broec werden in 2008 173.555.000 stuks Tulpen gebroeid. Het areaal in de gemeentes van Het Grootslag bedraagt in 2008: Andijk en Wervershoof open teelt Tuinbouw groenten Bloembollen en -knollen onder glas Glasgroenten Snijbloemen Potplanten Overige bloemen en sierplanten Tulpenbroei Bron: CBS
m2
are 105.636 100.498
1.000 stuks
351.274 63.120 30.080 117.948 183.627
Verspreid liggend glas Onder andere bij Hensbroek, Venhuizen en Assendelft staat verspreid glas. Zolang er economische gronden zijn die bedrijfsuitbreiding op de huidige locatie rechtvaardigen en de gemeente meewerkt, zal een tuinder zijn bedrijf niet verplaatsen. Toch kunnen de voordelen van vestiging in een cluster een reden zijn om te zijner tijd te verhuizen. Bij die afweging is rest- en boekwaarde van de huidige locatie doorslaggevend. Wanneer er geen uitbreidingsmogelijkheden zijn, maar dit wel nodig is dan komt een andere locatie eerder in zicht. In hoofdstuk 5.2 staat verplaatsing en ‘ruimte voor ruimte’ uitgebreider benoemd. 5.2 BEVINDINGEN OP BELEIDSNIVEAU 5.2.1 Diversiteit en samenhang De definitie glastuinbouw dekt vele verschillende verschijningsvormen. Grootschalige groenten- en sierteelt, bloembollenbroeierij, ondersteunend glas, zaad- en selectiebedrijven, opkweek jongplantmateriaal, rolkassen etc. Met uitzondering van reeds beëindigde bedrijven is het glas er niet zomaar, het heeft een functie en daarmee een plaats in het tuinbouwmechanisme in de provincie en in het totale Nederlandse tuinbouwsysteem. De teelt van uitgangsmateriaal (stek, zaad, opkweek, weefselkweek) is een vorm van glastuinbouw op zich, ook zijn de eindproducten van een open teelt vaak startmateriaal voor een glasteelt. Dat geldt natuurlijk vooral voor bolbloemen maar evengoed voor sommige soorten vaste planten en bijzondere bol- en knolgewassen. In de publieke beeldvorming bepalen de grootschalige massateelten het aangezicht van de sector. Voor de functie van Nederland als internationaal handelscentrum in glastuinbouwproducten is naast volume ook juist het brede assortiment uitermate belangrijk en onderscheidend ten opzichte van alle andere productiecentra in de wereld. Van belang voor de analyse is dus de grote gevarieerdheid van bedrijven en de notie dat dit van essentieel belang is voor de sector. Datzelfde geldt voor de onderlinge wisselwerking tussen alle verschillende teelten en teeltwijzen.
482pb09/OK/LA, Stimulans Glastuinbouw Noord-Holland
Pagina 18 van 26
Uitgangsmateriaal is snel en tegen lage logistieke kosten toegankelijk. Ook de kennisindustrie heeft baat bij deze gevarieerdheid. Opgedane kennis kan makkelijk vertaald en ingezet worden in een heel andere teelt of bedrijfstype. Goed beleid vergt inzicht in de verschillende verschijningsvormen van glas, de handels- en logistieke stromen die daar aan verbonden zijn en de vele onderlinge relaties. Die relaties zijn er niet alleen met andere glastuinbouwgebieden en/of handelsclusters, vaak zijn er ook belangrijke relaties met gebieden met open teelten. Inzicht in de systematiek en het mechanisme is essentieel alvorens in het mechanisme in te gaan grijpen. De combinatie glasgroenten / vollegrondsgroenten is een belangrijke voor de logistiek van Agriport A7. Broeierijen kopen bloembollen in bij handelspartners in de kop van Noord-Holland en de Duin & Bollenstreek. Kwekers uit Heemskerk laten bol- en knolgewassen opkweken in Overijssel. Ook in Drenthe worden veel bol- en knolgewassen geteeld in opdracht van Noord-Hollandse kwekers. Binnen het beperkte karakter van ons onderzoek ontbrak de tijd om deze onderlinge relaties verder te onderzoeken en te kwantificeren. Ze zijn echter onmiskenbaar aanwezig en maken dat beleid, al dan niet bedoeld, invloed kan hebben op grote afstand. In zijn algemeenheid valt op te merken dat de complexiteit van de onderlinge relaties in het verleden nog weinig diepgaand onderzocht is terwijl dat wel van belang is voor een gefundeerde beleidsvorming. Er ontstaat een beeld waarin “maatregelen op één plaats” effecten hebben op een andere plaats in het systeem, zonder dat precies duidelijk is welke effecten dat zijn. In bijgaande afbeelding zijn (niet uitputtend) de belangrijkste genoemde verbindingen weergegeven. De afbeelding geeft aanleiding om besparingen door één logistiek knooppunt / logistieke knooppunten te verwachten. Zeker als daarbij in aanmerking wordt genomen dat deze lijnen vermoedelijk parallel lopen aan die van aanpalende sectoren als bollenteelt en vollegrondsgroententeelt. Alle sectoren hebben historisch gezien hun eigen logistiek ontwikkeld maar zoeken nu naar besparingsmogelijkheden. Overall tuinbouwlogistiek kan kansen bieden voor Noord-Holland.
482pb09/OK/LA, Stimulans Glastuinbouw Noord-Holland
Pagina 19 van 26
Interactie tussen gebieden:
A = Alton Ag = Agriport A7 G = Het Grootslag H = Heemskerk e.o. 1 = Overijssel 2 = oostelijke ontsluitingsroute
482pb09/OK/LA, Stimulans Glastuinbouw Noord-Holland
Pagina 20 van 26
In de decennia die achter ons liggen ontwikkelden de verschillende tuinbouwgebieden zich ieder op een eigen wijze. Beïnvloedt door cultuur, grondsoort of gewoon door modische effecten ontstonden specifieke (sub)culturen binnen de tuinbouw. In Nederland zijn dit o.a. de tuinbouwgebieden Westland, Rijnsburg, Boskoop, Bollenstreek, De Noord, Heemskerk, Aalsmeer, Venlo, Bemmel en Lent. Door schaalvergroting nam het absolute aantal tuinbouwondernemers drastisch af, terwijl hun professionaliteit toenam. Wegvallen van afstandsgevoel en de komst van de informatiemaatschappij leidden tot steeds meer interactie en contacten tussen ondernemers in verschillende gebieden. Zeker omdat de schaalvergroting ook optrad bij de tuinbouwleveranciers, waarvan er inmiddels enkele landelijk beleveren en adviseren. Fusies bij onderwijs-, kennis- en adviesinstellingen versterkten dit verder. De belangrijkste ondernemers, in welk cluster ze dan ook zitten, kennen vrijwel alle andere spelers in hun sector. Ondernemers hebben minder moeite dan voorheen om zich te verplaatsen naar andere gebieden, al doen ze het nog steeds niet van harte. Zelfs zijn er ondernemers die vestigingen hebben in meerdere gebieden en zijn er kwekersverenigingen waarbinnen, door kwekers uit verschillende gebieden, intensief wordt samengewerkt. Aanbevolen wordt deze relaties verder te onderzoeken en dan bij voorkeur in samenwerking met de overige betrokken provincies. 5.2.2 Samenhang op beleidsmatig niveau De voorgaand beschreven effecten geven aan dat er nationaal steeds meer samenhang waarneembaar is tussen de regionale glastuinbouwgebieden. De veelgeprezen economische bijdrage en de transitie van energieconsument naar (duurzame) energieproducent maken dat de nationale overheid doelstellingen en ambities heeft met glas. Natuurlijk is er ook die andere zijde: grootschalige glastuinbouw is nadrukkelijke aanwezig in het landschap en alhoewel Nederland juist een historie van agrarisch cultuurlandschap kent, zijn er veel mensen die de verglazing met argusogen aanschouwen. Maatschappelijke acceptatie komt via de politiek tot uiting in regelgeving en beleid. Het landelijke beleid inzake Greenports wordt algemeen toegejuicht en overstemt het gevoel dat de door de rijksoverheid nagestreefde verplaatsing van het westen naar specifieke LOG’s (Bukmanlocaties) nogal theoretisch is gebleken. Het valt voor de rijksoverheid niet mee de vestigingslocatie van individuele ondernemers te sturen. Naast de rijksoverheid hebben ook vrijwel alle provincies beleid inzake glastuinbouw. In sommige provincies wordt nauwelijks verholen gelonkt naar de potentiële economische bijdrage, in andere provincies ligt het accent meer op landschappelijke inpassing. Met alle respect voor overige gebieden zijn de belangrijkste glastuinbouwprovincies toch Noord- en Zuid-Holland. Zuid-Holland raakt dichtgebouwd. Logischerwijs wordt het resterende open landschap gekoesterd en valt het niet mee het beoogde “saldo nul” beleid vorm te geven. Beide Provincies kennen een ‘ruimte voor ruimte’ regeling voor vrijkomende agrarische bebouwing waaronder kassen. Waar de regeling inzetbaar blijkt is dat doorgaans vooral voor stoppende ondernemers, die de laatste periode van hun ondernemerschap weinig meer investeerden. Moderne “up-to-date” bedrijven kunnen slechts zelden met deze regeling worden verplaatst. Waar de regeling een sociaal wenselijk doel (pensioen voor stoppende
482pb09/OK/LA, Stimulans Glastuinbouw Noord-Holland
Pagina 21 van 26
ondernemers) dient moet opgemerkt worden dat het daarmee nog geen stimulans voor dynamische kansrijke ondernemingen is. Op veel plaatsen zitten ondernemers die “nog kunnen en willen” op slot. Talent gaat zo verloren. Voor een belangrijk deel komt dat doordat hoger beleid van Rijk en Provincie over de ‘ruimte voor ruimte’ regeling via de gemeente tot de ondernemer komt. Alleen daar waar gemeentes ondubbelzinnig kiezen voor glasuitbreidingslocaties zijn zij ambtelijk en bestuurlijk bereid slagvaardig op te treden. Een gemeente zonder tuinbouwcluster of tuinbouw nieuwbouwlocatie heeft alleen maar last van bijvoorbeeld ‘ruimte voor ruimte’ regelingen met extra woningen in het buitengebied en minder ruimte voor eigen woningbouw als gevolg. We kennen meerdere situaties van gemeenten waar tuinders moeten wijken voor woningbouw en/of natuur. Voor die tuinders zijn er wel andere gemeenten / locaties beschikbaar. Helaas verhoudt de prijs voor de achter te laten gronden zich niet tot de nieuwe locatie (1:2 is geen uitzondering), waardoor er in de praktijk niet veel van terecht komt. De ‘vertrekgemeente’ heeft belang bij minimale kosten voor grondaanschaf, de ‘verwelkomende’ gemeente bij maximale opbrengst uit kaveluitgifte. Het beleid stokt. Ondernemers komen “op slot te zitten”, kunnen niet uitbreiden maar ook niet verplaatsen en verliezen met ieder verstrijkend jaar potentie en slagkracht. Het knelpunt is duidelijk: de Provincie heeft veel belang en weinig invloed (op praktijkniveau), voor de gemeente is het net andersom:
Belang Hogere overheden
Gemeente n
Invloed Stivas pleit ervoor dat de Provincie nauw samenwerkt met andere Provincies en het Rijk. Greenports en economische effecten trekken zich niets aan van bestuurlijke grenzen. Rijk en Provincie kunnen op redelijk gelijke voet met elkaar vormgeven aan het gewenste beleid. Provincies moeten daarbij de wil en de mogelijkheden hebben om daar waar de belangen van de gemeente een andere reikwijdte of horizon hebben, de gemeenten een leidende hand te bieden.
482pb09/OK/LA, Stimulans Glastuinbouw Noord-Holland
Pagina 22 van 26
Verwijzend naar de beleidsoriëntatie in de studie “4 perspectieven Noord-Holland 2040” is het advies om inzake (glas)tuinbouw te opteren voor een sterke regie op provinciaal niveau met daarbij goede afstemming met andere Provincies met een aanzienlijk glasareaal en ook te stimuleren dat gemeenten gaan samenwerken. Gesprekken met ondernemers over hun toekomst leren ook dat er onder hen zijn, voor wie het fiscale nadeel van bedrijfsbeëindiging dermate groot is, dat zij er noodgedwongen voor kiezen “freewheelend” richting pensioen te gaan (“doormodderen”). Vlottere beëindiging van dit soort bedrijven stimuleert de groeimogelijkheden van jongere ondernemers en werkt gunstig uit op de beleidsdoelstellingen van de (hogere) overheden. Alhoewel dit terrein voor een groot deel buiten het werkterrein van de Provincie ligt zou een politiek signaal voor soepelere fiscale bedrijfsbeëindiging wellicht toch mogelijkheden bieden.
482pb09/OK/LA, Stimulans Glastuinbouw Noord-Holland
Pagina 23 van 26
6. ANALYSE EN SAMENVATTING Noord-Holland is het werkterrein van verschillende – zeer uiteenlopende – vormen van tuinbouw die allemaal wel iets met glas doen. Bollenteelt, open sierteelt, sierteelt onder glas, groententeelt onder glas, vollegronds groententeelt en zaadteelt. Tussen sommige gebieden binnen en buiten de provinciegrenzen liggen belangrijke logistieke en economische relaties. Het beeld van een geleidelijk ontstaan en complex mechanisme dringt zich op. Effectief en samenhangend beleid zonder goed (in)zicht op het geheel lijkt onmogelijk. Vastgesteld wordt dat ruimtelijke sturing op uitbreiding, herstructurering en nieuwe ontwikkeling van glasgebieden, kennis vergt van de onderlinge interactie binnen het Nederlandse en minimaal het Hollandse glassysteem dat organisch tot stand is gekomen. Bij gebieden/ondernemers staat een goede ruimtelijke ordening centraal in het verwachtingsniveau ten opzichte van de Provincie. Aanzienlijke verschillen tussen provinciaal beleid en gemeentelijke belangen veroorzaken vervorming van het beleid, zeker op het niveau waar de ondernemer ermee in aanraking komt. Provinciaal beleid komt daardoor nu niet altijd even duidelijk tot uitvoering. Verspreid liggend glas vergt twee sporen beleid. De sector werkt loyaal mee aan verplaatsing en clustering van verspreid liggend glas. Opgemerkt wordt dat dit niet ten koste mag gaan van de ontwikkelingsmogelijkheden voor ondersteunend glas. Daar waar het echt volledige glastuinbouwbedrijven betreft ontbreekt het meestal niet aan medewerking van de betrokken ondernemers maar ontbreekt het vaker aan werkbare mogelijkheden. Maatwerk en provinciale aanpak (ook qua beschikbaarheid van alternatieve locaties) zijn nodig om dit dossier echt vlot te trekken, parallel aan de aanpak van kavelruil in overige agrarische sectoren. De ‘ruimte voor ruimte’ regeling biedt mogelijkheden voor saneren van, vooral oudere glasopstanden, van ondernemers die kiezen voor bedrijfsbeëindiging. In de praktijk komt dit matig van de grond door ontbrekende kennis van, belang bij en capaciteit voor dit dossier bij de individuele gemeenten. Vanuit de Provincie kan hier een meer sturende rol in worden vervuld. Reactie op “4 perspectieven “ Mondialisering is in de (glas)tuinbouwsector een belangrijk thema. Tegelijk wordt echter vastgesteld dat de sector dit zelf – in samenwerking met de rijksoverheid – op een innovatieve wijze oppakt. De Provincie Noord-Holland, die de wereldmarktplaats voor bloemen en planten herbergt, kan zich het best concentreren op het faciliteren van de verschillende gebieden met ieder hun zeer eigen functie in het geheel. Dit afgezet tegen de afwegingen van de Provincie in het document “4 perspectieven Noord-Holland 2040” adviseert Stivas de Provincie uit te gaan van regionalisatie in combinatie met een sterk regisserende Provincie (kwadrant 3: Duurzaam DNA). Geadviseerd wordt om duidelijke stappen te zetten ten aanzien van de samenwerking met overige “glas” provincies (vooral met Zuid-Holland) en het beleid op elkaar af te stemmen.
482pb09/OK/LA, Stimulans Glastuinbouw Noord-Holland
Pagina 24 van 26
Op individueel gebiedsniveau wordt het volgende geadviseerd: Heemskerk Een vitaal gebied met een geheel eigen positie en voldoende perspectief. Het gebied zit planologisch steeds meer klem. Geadviseerd wordt snel een duidelijke beslissing te nemen over continuering op de huidige locatie of (geleidelijke) verplaatsing. In het eerste geval is een betere planologische bescherming vereist dan thans in het concept bestemmingsplan van de gemeente Heemskerk is opgenomen. Als gekozen wordt voor verplaatsing moet een teelttechnisch gelijkwaardige plek worden gezocht en een maatwerk plan worden opgesteld dat ondernemers ook daadwerkelijk in staat stelt te verplaatsen. Geleidelijk aan “uitroken” gaat ten koste van de functie van het gebied en laat kostbaar ondernemerstalent onbenut. -
Alton Daadwerkelijke herstructurering is hard nodig. De gemeente Heerhugowaard geeft – om op gemeentelijk niveau terechte afwegingen – daarbij de voorkeur aan plaatsingsmogelijkheid voor reeds lokaal gevestigde ondernemers. Clustering van verspreid liggend glas en schuifruimte uit overige gebieden is dus geen optie. Stivas adviseert de provincie alles in het werk te stellen om de herstructurering van het Alton te faciliteren (beschikbare middelen) en daarbij tevens vast te stellen of zij de visie van de gemeente Heerhugowaard deelt.
-
Agriport A7 De organisatie van Agriport A7 richt zich professioneel en slagvaardig op het verder ontwikkelen van het gebied. Wellicht biedt een “overall Noord-Holland” visie daarbij ook nog kansen in de vorm van het bieden van schuifruimte voor andere gebieden / verspreid liggend glas en bij het vervullen van een logistieke rol op breder agrarisch vlak. Dat zou kunnen aansluiten bij de gunstige ontsluiting en de reeds geplande agrogelieerde bedrijvigheid.
-
West Friesland en De Noordkop Voor beide gebieden geldt dat de broeierij sector (op pot en voor de bloem) een sierteeltfunctie is. Er lijken nog voordelen te behalen met een betere logistieke samenwerking.
Schuifruimte Al dan niet in combinatie met de beleidsdoelstellingen van Zuid-Holland is schuifruimte nodig om plaats te bieden aan clustering van verspreid liggende glastuinbouwbedrijven en voor herstructurering. Nader bestudeert dient te worden of deze schuifruimte in een bestaand gebied, zoals Agriport A7, gevonden kan worden of dat over een geheel nieuwe locatie nagedacht moet gaan worden. Risico van ongewijzigd beleid Het huidige beleid gaat uit van een uniforme functie van de glastuinbouw. Het beleid is niet te kwalificeren als slecht, immers er zijn de afgelopen jaren belangrijke ontwikkelingen tot stand gekomen. Toch mist het beleid samenhang en toepasbaarheid doordat het niet gespecificeerd is naar subsector of deelgebied. De glastuinbouw maakt roerige tijden door. Het is op dit soort kritieke momenten dat de grootste omslag kan worden bereikt. Het is daarom meer dan ooit van belang dat de overheid sturend optreedt. Waar de rijksoverheid gebiedskennis en –ingangen mist en de problematiek het gemeentelijke niveau overstijgt, is de provincie volgens ons de aangewezen overheidslaag om deze handschoen op te pakken.
482pb09/OK/LA, Stimulans Glastuinbouw Noord-Holland
Pagina 25 van 26
Ongewijzigd beleid betekent dat: - Het Altongebied een lokaal karakter houdt - talentvolle ondernemers in Heemskerk steeds meer op slot komen te zitten - de clustering van verspreid liggend glas een slepend dossier wordt - de ‘ruimte voor ruimte’ regeling hoogstens wordt gebruikt voor een acceptabele bedrijfsbeëindiging voor stoppende ondernemers. In de vorm van stimulering en, indien nodig, verplaatsing van gezonde bedrijven wordt dan een belangrijke kans gemist. Samenwerkingsmodel Verschil in belangen tussen ondernemers, gemeenten en de provincie verstoren de sturing. Idealiter zou er op provincieniveau (of zelfs op Hollands niveau) een soort “Greenport-besturingsmodel” moeten zijn waar alle besluiten integraal kunnen worden afgewogen. Niet alle betrokken gemeenten hebben echter een duidelijk glasbelang. Dus is het één op één kopiëren van het greenport model niet werkbaar. Wel kan er gestreefd worden naar een provinciale afstemming waarin alle gebieden vertegenwoordigd zijn. Binnen alle overige agrarische sectoren vervult Stivas hierin al een soortgelijke rol. Bij het vaststellen van de toekomstvisie, direct na de verzelfstandiging, heeft de organisatie ervoor gekozen deze rol ook in de glastuinbouw inhoud te willen geven. Dit rapport is daartoe de eerste aanzet. De organisatie moet voor deze taak dan wel geëquipeerd zijn. Dit kan door de inzet van een programmamanager met sectorkennis bij Stivas, die gaat functioneren in een greenportachtige setting. Ten slotte: Het recente verleden heeft geleerd dat het moeilijk is om op overheidsniveau ontwikkelingen binnen de sector te beïnvloeden. Tegelijkertijd heeft de overheid groot belang bij het faciliteren en stimuleren van een economisch belangrijke sector onder behoud van strakke ruimtelijke randvoorwaarden. Op beide gebieden liggen kansen die ons inziens verzilverd kunnen worden door gericht beleid, gebaseerd op gebieds- en sectorkennis. Met de aanbevelingen uit dit rapport kan de provincie Noord-Holland de autonome ontwikkelingen in de glastuinbouw versterken, versnellen of desgewenst van richting doen veranderen.
482pb09/OK/LA, Stimulans Glastuinbouw Noord-Holland
Pagina 26 van 26
7. BRONVERMELDING EN GEÏNTERVIEWDEN Bronvermelding van geraadpleegde literatuur en rapporten. De bestuurders van Altonstichting hebben het concept rapport “(naar een duurzame) Toekomst Glastuinbouw Heerhugowaard 2009-2015” aangeleverd. Jaar 2009. Van het Stivas kantoor is het rapport Verbetering verkaveling tuinbouwgebied Heemskerk – Beverwijk afkomstig. Jaar 2006. Van de website van Provincie Noord-Holland komt: 4 Perspectieven Noord-Holland 2040”. Jaar 2008. Agrarisch Structuuronderzoek Bergen, Stivas. Jaar 2008. De Stivas bestuurders die bij dit rapport betrokken zijn: Jan Brink - Altonstichting Co Snoek - Altonstichting Arjen Peerdeman - Stivas Westfriesland Gerard Korse - Stivas Westfriesland Gerardine Vahl Res - Stivaseo Columba Duin - Stivaseo Huub Klijn - Stivas De Meerlanden Amstelland Sjoerd Bruinsma - Stivas De Noordkop Jan Dijkshoorn - Stivas De Noordkop De volgende mensen zijn geïnterviewd: A. Mooij - beleidsmedewerker LTO Noord Glaskracht B. Oostrom – vice-voorzitter bestuur Flora Holland C. Duin - Stivaseo bestuurslid en penningmeester afdeling Heemskerk/Beverwijk LTO Noord G. van Langen - eigenaar Amigo Plant v.o.f. H. de Graaf - Flower Mainport Aalsmeer J. Borst - eigenaar Bovebo en bestuurder sectie Noord-Holland LTO Noord Glaskracht J. Kranenburg - Agriport A7 M. Lensinck - beleidsmedewerker LTO Noord Glaskracht M. Wisse - Provincie Noord-Holland P. Stolzenburg - Greenport Aalsmeer P. Graven - Provincie Noord-Holland R. de Haan - Het Grootslag S. Kuiper - voorzitter afdeling Heemskerk/Beverwijk LTO Noord Telefonisch contact gehad met: D. Hylkema - LTO Noord Glaskracht M. de Leeuw - Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland-Noord
482pb09/OK/LA, Stimulans Glastuinbouw Noord-Holland