Monitoring Fast Ferry en Waterbus Eerste tussentijdse meting
De Adviesdienst Verkeer en Vervoer AVV is één van de specialistische diensten van het Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat van het ministerie van Verkeer en Waterstaat. De dienst werkt voor het ministerie en in opdracht daarvan ook voor andere overheden. AVV zorgt voor deskundige en tijdige inbreng van kennis bij de ontwikkeling en uitvoering van het rijksbeleid voor het verplaatsen van personen en goederen. Bestellen
Uitlenen van rapporten
Adviesdienst Verkeer en Vervoer Service Desk telefoon 045-560 5200
Adviesdienst Verkeer en Vervoer Bibliotheek telefoon 010-282 5608
Internet www.rws-avv.nl
Monitoring Fast Ferry en Waterbus Eerste tussentijdse meting
1100-40
Dr. Maaike Jessurun en drs. Klaas Veenma Veenendaal, Traffic Test bv
Documentbeschrijving
Titel: Subtitel: Rapportnummer: Status: Projectnummer: Auteur(s): Datum: Opdrachtgever: Projectgroep:
Korte inhoud:
Monitoring Fast Ferry en Waterbus Eerste tussentijdse meting TT00-40 Eindrapport EXT99-34 Dr. Maaike Jessurun en drs. Klaas Veenma 31 mei 2000 Adviesdienst Verkeer en Vervoer, drs. F. Cohen Frank Cohen (AVV), Jan Hees (RWS Directie ZuidHolland), Klaas Veenma (Traffic Test), Maaike Jessurun (Traffic Test) en Jankees Salverda (Traffic Test) In het voorliggende rapport wordt verslag gedaan van de eerste tussentijdse meting in het kader van het monitoringproject Fast Ferry en Waterbus. De kwaliteit van de openbaar vervoersvormen Fast Ferry tussen Rotterdam en Dordrecht, en Waterbus in het Drechtstedengebied wordt geëvalueerd aan de hand van een aantal meetinstrumenten. Tot het meetinstrumentarium behoren diverse vragenlijsten alsmede registratieformulieren voor vertragingen en uitval. Ook worden passagierstellingen gehouden. In dit rapport wordt enerzijds aandacht besteed aan de gegevens die aan de hand van het meetinstrumentarium zijn verkregen. Anderzijds wordt ook nagegaan of bepaalde aspecten van de vragenlijsten of registratieformulieren aanpassingen behoeven.
Samenvatting Doel onderzoek De haalbaarheid van openbaar vervoer over water in het Drechtstedengebied (de Waterbus) en tussen Dordrecht en Rotterdam (de Fast Ferry) wordt in een driejarig experiment proefondervindelijk vastgesteld. De Waterbus vaart op twee routes één richting Sliedrecht en één richting Alblasserdam - , waarbij een 20minutendienst tussen Dordrecht, Zwijndrecht en Papendrecht wordt onderhouden en er elke 40 minuten wordt gevaren naar Hendrik-ldo-Ambacht, Alblasserdam en Sliedrecht. De Fast Ferry vaart elke 40 minuten tussen Dordrecht, Ridderkerk en Rotterdam. Het experiment met de Fast Ferry en de Waterbus wordt door middel van drie tussentijdse metingen en een eindmeting gemonitoord. Dit monitoringonderzoek dient antwoord te geven op de vraag in hoeverre voortzetting van de beide OVverbindingen onder de huidige condities zinvol is of dat bijstelling op bepaalde punten noodzakelijk is. Bovendien dient het onderzoek inzicht te verschaffen in de haalbaarheid van openbaar vervoer over water in meer algemene zin. In de periode van 21 februari tot en met 3 maart 2000 heeft het veldwerk van de eerste tussentijdse meting plaatsgevonden. In deze periode zijn onder meer gegevens van gebruikers van de Fast Ferry en de Waterbus geregistreerd en zijn vragenlijsten uitgezet onder de reizigers. Het voorliggende rapport doet verslag van de resultaten van de eerste meting.
Tevredenheid Fast Ferry en Waterbus
Over het geheel genomen zijn de gebruikers van de Fast Ferry en de Waterbus tevreden over hetgeen ze krijgen aangeboden. Het publiek lijkt wat kritischer te zijn bij de Waterbus dan bij de Fast Ferry. Dat blijkt onder meer uit de diverse verbeterpunten die worden aangedragen (zie paragraaf 6.2). Hoewel een aantal aspecten relatief gezien niet erg belangrijk wordt gevonden (bijvoorbeeld de mate van schommelingen tijdens het varen), lijkt men over het geheel genomen bijna alle aspecten redelijk tot zeer belangrijk te vinden. Er wordt zowel bij de Fast Ferry als bij Waterbus veel belang gehecht aan: • de veiligheid van het varen; • duidelijkheid van de informatie over de dienst; • het op tijd varen; • de veiligheid van de wachtlocatie; • het gemak waarmee kaartjes verkrijgbaar zijn; • de mogelijkheid om de strippenkaart te gebruiken (Waterbus). Zaken die men wel (relatief) belangrijk vindt en waar men bij de Fast Ferry niet geheel tevreden over is zijn: • het gemak waarmee kaartjes verkrijgbaar zijn; • veiligheid van de wachtlocatie; • duidelijkheid van de informatie over de Fast Ferry; • actualiteit van de informatie aan wal over de Fast Ferry. Daarentegen is men wel zeer tevreden over de veiligheid van het varen, een door de respondenten als belangrijk ervaren aspect.
Bij de Waterbus is men (relatief gezien) niet helemaal tevreden over de volgende (relatief) belangrijke aspecten: • het gemak waarmee kaartjes verkrijgbaar zijn; • veiligheid van de wachtlocatie; • het op tijd varen; • de vaarfrequentie; • duidelijkheid van de informatie over de Waterbus; • actualiteit van de informatie aan wal over de Waterbus.
Mobiliteitseffecten De Fast Ferry heeft ertoe geleid dat ruim de helft van de reizigers de auto niet gebruikt voor het met de Fast Ferry gereisde traject. Dit geldt niet alleen voor de dagjesmensen, maar ook voor de frequente reizigers. Dit hoeft overigens niet in te houden dat de Fast Ferry altijd wordt gebruikt door deze mensen op het betreffende traject. Daarnaast is ongeveer een kwart van de reizigers overgestapt van de trein op de Fast Ferry. Ruim 10% van de gebruikers van de Fast Ferry neemt de fiets (bijna) altijd mee op de Fast Ferry. De komst van de Waterbus heeft er toe geleid dat circa eenzesde de auto laat staan voor het gereisde traject per Waterbus: een groot deel van de respondenten maakte voorheen de oversteek met de veerboten. Meer dan de helft van de reizigers neemt de fiets (bijna) altijd mee op de Waterbus. De komst van zowel de Fast Ferry als de Waterbus heeft één op de vijf reizigers ertoe aangezet vaker te reizen. Dit lijken vooral mensen te zijn die de Fast Ferry en de Waterbus gebruiken om te gaan winkelen.
Reizigersaantallen De passagiersaantallen van de Fast Ferry zijn geleidelijk toegenomen van tussen de 2.000 en 3.000 passagiers per week in de beginperiode tot circa 5.000 passagiers per week begin mei 2000, met pieken in de kerstvakantie (rond 6.000 passagiers per week) en in de week van Pasen (circa 7.700 per week). Bij de Waterbus is het aantal reizigers per week op het traject Dordrecht-Alblasserdam toegenomen van ongeveer 2.000 in de periode eind november/begin december 1999 tot ruim 9.000 eind april/begin mei. Op het traject Dordrecht-Sliedrecht is het aantal passagiers eveneens gestaag toegenomen, van ongeveer 2000 per week eind november/begin december 1999 tot circa 10.000 passagiers per week eind april/begin mei 2000.
Mate van gebruik Fast Ferry en Waterbus Onder de respondenten van de Fast Ferry zijn aanzienlijk minder frequente gebruikers dan onder de respondenten van de Waterbus. Ongeveer de helft van de respondenten die een vragenlijst van de Fast Ferry heeft ingevuld heeft nog maar één keer gebruik gemaakt van de Fast Ferry, terwijl bij de Waterbus slechts één op de vijf nog maar één keer met de Waterbus heeft gereisd en ruim 40% van de respondenten frequent gebruik maakt van de Waterbus. Aangenomen dat frequente en infrequente reizigers even gemotiveerd zijn om de enquête in te vullen, wordt waarschijnlijk van de Fast Ferry minder gebruik gemaakt op frequente basis dan het geval is bij de Waterbus.
Zowel de Fast Ferry als de Waterbus worden door circa de helft van de respondenten in de loop van de dag, buiten de spits gebruikt (en in mindere mate in het weekend). Ze worden dan veelal door infrequente reizigers gebruikt om te winkelen of om een dagje op stap te gaan. Het zijn met name de frequente gebruikers van de Fast Ferry en van de Waterbus die in de spits reizen. Zij gebruiken de Fast Ferry of de Waterbus voornamelijk voor het woon-werkverkeer. De Fast Ferry en Waterbus worden door slechts een gering aantal reizigers gecombineerd gebruikt.
Voor- en natransport
Bij de Fast Ferry vindt het voortransport vooral plaats per auto, per fiets of lopend. Men vervolgt de reis dan vaak te voet of per fiets. Bij de Waterbus gaat men vaak per fiets naar de boot, daarnaast komt men ook vaak lopend naar de Waterbus. Beide vervoerwijzen worden bij de Waterbus ook vaak gebruikt bij het natransport. De frequente gebruikers van de Fast Ferry en de Waterbus reizen met name per fiets naar de Fast Ferry en de Waterbus. De fiets wordt dan vooral op de Waterbus vaak meegenomen. Kaartsoort
Op de Fast Ferry wordt veel gebruik gemaakt van retourtjes. Frequente gebruikers hebben vaak een abonnement of een 5-retourkaart. Op de Waterbus wordt zowel door frequente als infrequente reizigers - veel gebruik gemaakt van de strippenkaart. Onder de frequente reizigers komen, zoals te verwachten is, ook redelijk wat abonnementhouders voor. Combikaarten voor de Fast Ferry en de Waterbus worden sporadisch aangeschaft: gecombineerd gebruik van de Fast Ferry en de Waterbus komt dan ook weinig voor.
Inhoudsopgave
1.
Inleiding
1
1.1 1.2 1.3 1.4
Achtergrond Start van het experiment Fast Ferry en Waterbus Doel monitoringonderzoek Opbouw van het rapport
1
2 4 4
2.
Ontwikkeling van de reizigersenquête
5
2.1 2.2
Interactieve sessie Servqual
5 6
2.3
Gecombineerde input van de interactieve sessie en Servqual
6
3.
Werkwijze
8
3.1 3.1.1 3.1.2 3.1.3 3.1.4 3.1.5 3.2 4.
Meetinstrumentarium Registratie van uitval Registratie van vertragingen Registratie van reizigersgegevens Passagierstellingen Reizigersenquête Organisatie van het veldwerk Resultaten met betrekking tot de Fast Ferry
4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8
Opbouw van het databestand Gebruik van de Fast Ferry Voor- en natransport Kaartgebruik Belang en tevredenheid Verandering reisgedrag Passagierstellingen Vertragingen en uitval
5.
Resultaten met betrekking tot de Waterbus
29
5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6 5.7 5.8
Opbouw van het databestand Gebruik van de Waterbus Voor- en natransport Kaartgebruik Belang en tevredenheid Verandering reisgedrag Passagierstellingen Vertragingen en uitval
29 31 35 37 41 48 49 51
6.
Conclusies en aanbevelingen
52
6.1 6.2 6.3
Conclusies 52 Aanbevelingen ter verbetering van de Fast Ferry en de Waterbus53 Onderzoeks-technische aanbevelingen 54
•
8 8 8 9 9 9 9 .....11
•
11 13 16 18 19 25 27 28
Bijlage 1 Enquête voor de Fast Ferry reizigers
55
Bijlage 2 Enquête voor de Waterbusreizigers
56
Bijlage 3 Voorbeeld van een registratieformulier voor de Fast Ferry reizigers57 Bijlage 4 Voorbeeld van een registratieformulier voor de Waterbusreizigers58
Traffic Test BV
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 1
1.
Inleiding
1.1
Achtergrond In het begin van de jaren negentig ontstonden in de Drechtstedengemeenten ideeën voor de herinrichting van de oevers van de rivieren Merwede, Noord en Oude Maas. De ideeën voor herinrichting van de rivieroevers werden steeds concreter en resulteerden op een gegeven moment in het zogenaamde Masterplan Drechtoevers. Dit plan had als belangrijk doel om de scheidende werking van de rivieren te veranderen in een verbindende. Eén van de deelprojecten van het Masterplan betrof de ontwikkeling van een Waterbussysteem. Met dit project diende een samenhangend vervoersysteem over water te worden ontwikkeld. Het diende een 'brug' te slaan over het water en op die manier concreet bij te dragen aan de onderlinge verbindingen van alle Drechtsteden. In 1994 is vervolgens in opdracht van de Projectgroep Drechtoevers door Traffic Test een oriënterende studie' uitgevoerd naar de haalbaarheid van een dergelijke Waterbus. Eén van de aanbevelingen van deze studie was om eerst een concreet haalbaarheidsonderzoek onder potentiële reizigers uit te voeren. Zonder nader inzicht in de omvang van de markt, hadden vervolgstappen immers nog weinig zin. In het voorjaar van 1995 werd vervolgens besloten een concreet marktonderzoek naar de Waterbus uit te voeren. In dezelfde periode werd echter in de regio Rotterdam ook nagedacht over de kansrijkheid in het algemeen van openbaar vervoer te water. Alle ontwikkelingen tezamen genomen werd al snel duidelijk dat het efficiënt zou zijn om de haalbaarheidsstudie naar de Waterbus te combineren met een haalbaarheidsstudie naar een Fast Ferry tussen de Drechtsteden en Rotterdam. De interesse hiervoor bestond onder meer bij de gemeente/stadsregio Rotterdam. De beide verbindingen over water zouden elkaar - qua levensvatbaarheid - immers verder kunnen versterken: het is goed denkbaar dat de ene verbinding als voor- of natransport voor de andere verbinding over water zou kunnen dienen. Het marktonderzoek2 dat door Traffic Test en AGV is uitgevoerd, was voor de overheid zowel wat betreft de Waterbus als wat betreft de Fast Ferry aanleiding om een experiment te starten waarbij proefondervindelijk wordt vastgesteld of openbaar vervoer over water op de betreffende trajecten én in meer algemene zin een haalbare zaak is. Zo werd onder meer besloten om gelden in het kader van de nota 'Samen Werken Aan Bereikbaarheid' - de zgn. 'SWAB-gelden' - in te zetten. Deze gelden zijn bedoeld om projecten te subsidiëren, die een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan het terugdringen van de automobiliteit op congestiegevoelige relaties. Bovendien werd de Wet Personenvervoer op een zodanige wijze aangepast dat openbaar vervoer over water - net als het reguliere, 'droge OV' - de mogelijkheid krijgt om in aanmerking te komen voor een rijksbijdrage.
Zoutendijk, D.C. en J.C. Salverda (1994), Waterbus Drechtoevers - Een oriënterend onderzoek naar de haalbaarheid van een openbaar vervoersysteem over water tussen een zestal gemeenten in het Drechtstedengebied, TT94-58, Traffic Test, Veenendaal ACV/Traffic Test bv, Passagiersvervoer over water; Covemota Waterbus Drechtsteden en fast ferry Drechtsteden Rotterdam. (1996) Nieuwegein: ACV, nr. 4-756/1508.
Traffic Test BV
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 2
De provincie Zuid-Holland is vervolgens een aanbestedingsprocedure voor zowel de Fast Ferry als de Waterbus gestart. De aanbestedingsprocedure voor de Fast Ferry werd gewonnen door het consortium High Speed Ferries, bestaande uit Rederij Doeksen, Heymen Shipping, Connexxion en Stadsvervoer Dordrecht. De procedure voor de Waterbus werd gewonnen door een consortium bestaande uit Connexxion en Stadsvervoer Dordrecht.
1.2
Start van het experiment Fast Ferry en Waterbus Op 1 november 1999 is gestart met de vervoersystemen Fast Ferry en Waterbus. De Fast Ferry verzorgt een verbinding tussen Dordrecht (Merwekade) en Rotterdam (Willemskade bij de Erasmusbrug), met een korte stop in Ridderkerk (De Schans). De Waterbus verbindt een zestal gemeenten binnen het Drechtstedengebied met elkaar, te weten Alblasserdam, Dordrecht, Hendrik Ido Ambacht, Papendrecht, Sliedrecht en Zwijndrecht. De Waterbus vaart hierbij twee routes. De eerste gaat van Dordrecht Hooikade via Zwijndrecht, Dordrecht Merwekade en Papendrecht naar Hendrik-ldo-Ambacht en Alblasserdam. De tweede gaat van Dordrecht Hooikade via Zwijndrecht, Dordrecht Merwekade en Papendrecht naar Sliedrecht. In figuur 1.1 (zie pagina 3) worden de diverse aanlegplaatsen weergegeven. De Waterbus vervangt overigens de "oude" veerboten tussen Dordrecht Hooikade en Zwijndrecht, en tussen Dordrecht Merwekade en Papendrecht. Op het traject van de Fast Ferry zijn twee River Runners 200 ingezet. Deze catamarans hebben een lengte van 37 meter, kennen een maximumsnelheid van ongeveer 55 km/h en hebben plaats voor 150 passagiers en 20 fietsen. Op het traject van de Waterbus zijn vier River Runners 150 ingezet. Deze catamarans hebben een lengte van 30 meter, kennen een maximumsnelheid van ongeveer 37 km/h en hebben plaats voor 130 passagiers en 60 fietsen. Aanvankelijk was het de bedoeling dat de Fast Ferry het traject Dordrecht Rotterdam in 25 minuten zou afleggen. Het met hoge snelheid varen van de Fast Ferry leidde echter tot onverwachte problemen bij onder meer een aantal werven die langs de route liggen. Kort na de start op 1 november werd daarom besloten tot een uurdienst, zodat met een lagere snelheid kon worden gevaren. Weer enige tijd later is opnieuw de dienstregeling aangepast. De Fast Ferry vaart nu elke 40 minuten op het traject Dordrecht - Rotterdam. De oorspronkelijke opzet was dat de Waterbus tussen Dordrecht, Zwijndrecht en Papendrecht maandag t/m zaterdag om de 15 minuten zou varen. Op Hendrik-ldoAmbacht, Alblasserdam en Sliedrecht zou om de 30 minuten worden gevaren. De dienstregeling van de Waterbus is aangepast aan die van de Fast Ferry. Daar waar eerst een kwartiersdienst was gepland geldt nu een 20-minuten dienst. De halfuursdienst naar Hendrik-ldo-Ambacht, Alblasserdam en Sliedrecht is veranderd in een 40-minuten dienst. Op zon- en feestdagen geldt een aangepaste dienstregeling. Er wordt dan tussen Dordrecht, Zwijndrecht en Papendrecht om de 40 minuten gevaren, terwijl naar Hendrik-ldo-Ambacht, Alblasserdam en Sliedrecht om de 80 minuten wordt gevaren.
Figuur 1.1 (zie volgende pagina), Aanlegplaatsen
van de Fast Ferry en de Waterbus
TT00-40, EINDRAPPORT
Traffic Test BV
Pagina 4
1.3
Doel monitoringonderzoek Het experiment, dat zich naar verwachting over drie jaar zal uitstrekken, zal door middel van drie tussentijdse metingen en een eindmeting worden gemonitoord. Op basis van dit meerjarig onderzoek zal worden vastgesteld of het -in het gebied tussen Rotterdam en Dordrecht en binnen het Drechtstedengebied- gerealiseerde openbaar vervoer over water 'levensvatbaar' is. Onderzocht wordt in hoeverre voortzetting van de beide OV-verbindingen onder de huidige condities zinvol is of dat bijstelling op bepaalde punten noodzakelijk is. Bovendien dient het onderzoek inzicht te verschaffen in de haalbaarheid van openbaar vervoer over water in meer algemene zin. Meer concreet betekent dit dat het onderzoek antwoord dient te geven op de vraag hoe de Fast Ferry en de Waterbus door (potentiële) reizigers wordt gewaardeerd en in hoeverre de komst van de Fast Ferry en de Waterbus het gebruik van de auto (in de spits) terugdringt. Daarnaast wordt in het onderzoek stilgestaan bij de vraag in hoeverre de Waterbus een 'verbindende' werking heeft tussen de Drechtsteden en de vraag in hoeverre de beide OV-verbindingen over water - de Waterbus en de Fast Ferry - elkaar versterken. Tenslotte dient het onderzoek inzicht te verschaffen in de daadwerkelijke exploitatie van de Fast Ferry en de Waterbus, dus in hoeverre er sprake is van een 'kostendekkende' exploitatie?. In het voorliggende rapport wordt verslag gedaan van de resultaten van de eerste tussentijdse meting.
1.4
Opbouw van het rapport De opbouw van het rapport is als volgt. In hoofdstuk 2 wordt de ontwikkeling besproken van de vragenlijsten ten behoeve van het reizigersonderzoek. In hoofdstuk 3 wordt de werkwijze tijdens het veldwerk besproken. Hoofdstuk 4 bespreekt de resultaten met betrekking tot de Fast Ferry, terwijl hoofdstuk 5 aandacht besteedt aan de resultaten van de Waterbus. Tot slot worden in hoofdstuk 6 een aantal conclusies getrokken en aanbevelingen gedaan. In de bijlagen zijn de vragenlijsten en de reizigersregistratieformulieren opgenomen.
In de eerste tussentijdse meting, waarvan dit rapport verslag doet, wordt overigens geen aandacht besteed aan de opbrengsten en kosten van exploitatie. Er wordt wel ingegaan op de aantallen reizigers op de Fast Ferry en de Waterbus.
TTOO^O, EINDRAPPORT
Traffic Test BV
Pagina 5
2.
Ontwikkeling van de reizigersenquête
2.1
Interactieve sessie Om gedurende de looptijd van de Waterbus- en Fast Ferry-experimenten uitspraken te kunnen doen over de levensvatbaarheid van deze vervoersystemen is een goed monitorsysteem onontbeerlijk. Om tot een dergelijk monitorsysteem te komen, is een interactieve sessie belegd met diverse beleidsmakers en de exploitant. Een belangrijke stap in het geheel was het vaststellen van de precieze informatiebehoefte bij de direct betrokken partijen. Duidelijk was dat er uiteindelijk informatie moet zijn over drie aspecten van de vervoersystemen: • de vervoerkwaliteit - de tevredenheid van de klant over de Fast Ferry en de Waterbus; • de effecten op de mobiliteit - de potentie van dergelijke vervoersystemen om (de groei van) het autogebruik te reduceren; • de bedrijfsvoering - het bedrijfsmatig rendement van de twee vervoersystemen. Uit de interactieve sessie is een lijst met diverse monitoronderwerpen naar voren gekomen, die nodig zijn om inzicht te verkrijgen in de bovengenoemde drie aspecten. 1. De vervoerkwaliteit: • Comfort • Ketenkwaliteit • Kwaliteit op- en overstappen bij wallocaties • Sociale veiligheid • Planning (dienstregeling) (o.a. snelheid) • Dienstuitvoering (o.a. betrouwbaarheid) • Bekendheid met de dienstregeling • 'Prijs' • Imago 2.
De mobiliteitseffecten: Bijdrage aan congestievermindering Stimulering alternatieven voor de auto Effecten op ander openbaar vervoer Verkeersleefbaarheid Economische activiteit De bedrijfsvoering: • Opbrengsten • Reizigers naar kaartsoort • Kosten • 'Winst'
Traffic Test BV
TTOCMO, EINDRAPPORT Pagina 6
2.2
Servqual Teneinde het aspect "tevredenheid van de reizigers" te monitoren is gebruik gemaakt van een standaardmeetinstrument om de kwaliteit van een dienst te kunnen meten. Het betreffende meetinstrument, Servqual, is ontwikkeld door Zeithaml, Parasuraman en Berry (1990)4 en is zeer breed toepasbaar. Het instrument is enigszins aangepast aan het openbaar vervoer over water. Daartoe is onder meer gebruik gemaakt van (markt-) onderzoek dat in het verleden is uitgevoerd naar de tevredenheid van gebruikers van (openbaar) vervoerverbindingen over watei5 en meer algemene onderzoeken naar motieven voor het gebruik van auto, fiets en openbaar vervoer6. Servqual gaat uit van vijf centrale dimensies op basis waarvan een dienst wordt beoordeeld: • uiterlijke kenmerken • betrouwbaarheid • serviceverlening • vertrouwen en veiligheid • klantgerichtheid. Aan deze vijf dimensies zijn drie dimensies toegevoegd die te maken hebben met openbaar vervoer (in het algemeen en over het water). Dit zijn de dimensies: • comfort • tarieven • aansluitingen met andere vervoermodaliteiten.
2.3
Gecombineerde input van de interactieve sessie en Servqual Het merendeel van de in paragraaf 2.1 en 2.2 genoemde aspecten is gevangen in een speciaal voor het monitoren ontwikkelde reizigersenquête. Er zijn twee enquêtes vervaardigd; één specifiek voor de Waterbus, en één specifiek voor de Fast Ferry. Uiteraard komen de enquêtes in zeer grote lijnen overeen, omdat veelal dezelfde informatie moet worden verkregen. De acht dimensies waarop de reiziger zijn/haar tevredenheid kan beoordelen zijn verwoord in 29 items (de Waterbus) of 28 items (Fast Ferry). Voor ieder van deze items moet de respondent op een vierpuntsschaal aangeven hoe belangrijk het betreffende item wordt gevonden (bv. de frequentie waarmee de Fast Ferry vaart). Vervolgens moet de respondent de mate van tevredenheid met het item aangeven, eveneens op een vierpuntsschaal.
Zeithaml, V.A., H. Parasuraman, L. Berry, Delivering Quality Service, Balancing Customer Perceptions and Expectations, New York, 1990 Salverda, J.C., D.C. Zoutendijk (1995), Passagiersvervoer over water - Marktonderzoek Waterbus Drechtsteden en Fast Ferry Rotterdam-Drechtsteden, TT95-50, Traffic Test, Veenendaal Rooijers, A.J. (1992), Meningen en motieven ten aanzien van autogebruik voor woon-werkverkeer, RUG, Verkeerskundig Studiecentrum, Haren; Steg, E.M. (1991), Er leiden vele wegen naar Rome: vermindering van het autogebruik door middel van gedragsbeïnvloeding, RUG, VSC, Haren
Traffic Test BV
TT00-40, EINDRAPPORT Pagina 7
Naast aandacht voor het belang van specifieke items en de tevredenheid ermee richt de reizigersenquête zich, zoals eerder gezegd, ook op mobiliteitseffecten en de bedrijfsvoering. Dit laatste alleen voor wat betreft de gebruikte kaartsoort. In deze eerste tussentijdse meting is het mede de bedoeling om de bruikbaarheid van het monitorinstrument "reizigersenquête" te beoordelen. Op basis van ervaringen met de enquête kan worden besloten om bepaalde vragen of antwoordcategorieën toe te voegen, waardoor de enquête wordt geoptimaliseerd.
Traffic Test BV
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 8
3.
Werkwijze De eerste tussentijdse meting is in de periode 21 februari t/m 3 maart 2000 verricht. Diverse metingen hebben plaatsgevonden en er zijn enquêtes uitgezet onder de reizigers van de Fast Ferry en de Waterbus. Hieronder wordt nader ingegaan op het meetinstrumentarium en op de organisatie van het veldwerk.
3.1
Meetinstrumentarium Tijdens de eerste tussentijdse meting zijn diverse gegevens geregistreerd, zowel van de vaart (bijvoorbeeld uitval) als van de reizigers (bijvoorbeeld aantal). Daarnaast zijn enquêtes uitgezet onder reizigers van de Fast Ferry en reizigers van de Waterbus. Hieronder wordt kort stilgestaan bij de registraties. De (ontwikkeling van de) reizigersenquête is reeds in het voorgaande hoofdstuk beschreven.
3.1.1
Registratie van uitval Tijdens de veldwerkperiode heeft de exploitant geregistreerd welke diensten van de Fast Ferry en Waterbus uitvallen. Tot de geregistreerde gegevens behoren: • naam van het schip; • datum en het tijdstip van de uitval; • vaartraject (in geval van de Waterbus); • plaats van de uitval; • oorzaak van de uitval; • geschatte duur van de uitval; • vervanging, ofwel is er voor alternatief vervoer gezorgd. Deze gegevens worden overigens ook na afloop van de eerste veldwerkperiode bijgehouden.
3.1.2
Registratie van vertragingen Net als bij de registratie van uitgevallen diensten heeft de exploitant tijdens de veldwerkperiode bijgehouden of er vertragingen zijn geweest. Alleen vertragingen van vijf minuten of meer worden geregistreerd. Tot de geregistreerde gegevens behoren: • naam van het schip; • datum; • het vertrektijdstip volgens de dienstregeling; • het traject waar de vertraging is opgetreden; • aantal minuten vertraging bij vertrek; • aantal minuten vertraging bij aankomst. Deze gegevens worden ook na afloop van de eerste veldwerkperiode bijgehouden.
Traffic Test BV
TTOO-40, EINDRAPPORT
Pagina 9
3.1.3
Registratie van reizigersgegevens Tijdens de veldwerkperiode is bij zoveel mogelijk reizigers een beknopte vragenlijst afgenomen. De verkregen gegevens zijn met name bedoeld om een betrouwbaar beeld te krijgen van een aantal essentiële gegevens en als aanvulling op het WROOV-onderzoek. Tot de onderwerpen die aan bod komen behoren: • opstap- en afstaphalte; • gebruikte kaartsoort (op moment van ondervraging); • het wel of niet meenemen van de fiets (op moment van ondervraging); • het wel of niet aansluitend gebruik maken van de Fast Ferry (bij Waterbusreizigers) of Waterbus (bij Fast Ferry reizigers). Bij reizigers van de Waterbus is bovendien nog gevraagd naar: • in geval een abonnement: de sterwaarde en de sterzone; • in geval een abonnement: gebruik voor andere vervoerwijzen, te weten trein, bus, tram, metro, of Fast Ferry; • het voortransport; • het natransport; • waar een plaatsbewijs is gekocht (supermarkt, Waterbusloket,...) en de plaats (bv. Dordrecht). Om een goed beeld te krijgen van welk type reizigers zoal gebruik maakt van de Fast Ferry of de Waterbus op een bepaalde dag is ervoor gekozen om aan reizigers die in een eerder stadium al een keer hun gegevens hebben doorgegeven, te vragen nogmaals hun gegevens te laten noteren. Het kan dus zijn dat de gegevens van frequente reizigers meer dan één keer zijn geregistreerd.
3.1.4
Passagierstellingen Van elke dienst van de Fast Ferry en de Waterbus zijn de reizigersaantallen bijgehouden. De gegevens zijn beschikbaar op zowel deeltrajectniveau (bijvoorbeeld Dordrecht Hooikade-Zwijndrecht) als op trajectniveau (bijvoorbeeld Dordrecht Hooikade-Sliedrecht).
3.1.5
Reizigersenquête De speciaal voor de Waterbus en Fast Ferry ontworpen enquêtes zijn uitgezet onder een steekproef van de reizigers. Bij de enquête was een antwoordenveloppe ingesloten, zodat de reiziger deze kosteloos kon terugsturen. In de enquête wordt ingegaan op het gebruik, voor- en natransport, kaartgebruik, tevredenheid over het reizen met de Waterbus of de Fast Ferry en eventuele veranderingen in reisgedrag.
3.2
Organisatie van het veldwerk De exploitant heeft voor zowel de Waterbus als voor de Fast Ferry de passagierstellingen gedaan en bijgehouden wat de uitval en vertragingen zijn geweest. Daarnaast heeft zij op de Fast Ferry zorg gedragen voor de registratie van reizigersgegevens en het uitzetten van de reizigersenquêtes. Op de Waterbus was het echter niet haalbaar voor de exploitant om ook hier het varend personeel te laten zorgen voor de registratie van reizigersgegevens en het uitzetten van de reizigersenquêtes. Derhalve is hiervoor het uitvoerend verkeers- en marktonderzoeksbureau Dufec ingeschakeld.
Traffic Test BV
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 10
Zoals eerder gezegd heeft het veldwerk plaatsgevonden in de periode 21 februari t/m 3 maart 2000. Tijdens de eerste week is het veldwerk verricht in de onderstaande perioden: Waterbus • Maandag, dinsdag en vrijdag van 06:10 uur tot 14:30 uur • Zaterdag van 07:30 uur tot 21:10 uur • Zondag van 09:30 uur tot 20:10 uur Fast Ferry • Maandag, dinsdag en vrijdag van 06:00 uur tot 13:56 uur • Zaterdag van 07:55 uur tot 00:16 uur •
Zondag van 09:40 uur tot 21:36 uur
Tijdens de tweede week is het veldwerk verricht in de onderstaande perioden: Waterbus • Maandag, dinsdag en vrijdag van 13:30 uur tot 20:50 uur • Donderdag van 15:50 uur tot 22:10 uur Fast Ferry • Maandag en dinsdag van14:25 uur tot 21:36 uur • Donderdag van 15:45 uur tot 21:36 uur • Vrijdag van 14:25 uur tot 00:16 uur Op deze wijze is over de totale veldwerk periode materiaal beschikbaar van de volledige diensttijd op maandag, dinsdag, vrijdag, zaterdag en zondag. Over de donderdag is materiaal beschikbaar vanaf laat in de middag tot het einde van de dienst. Alleen op de woensdagen zijn geen werkzaamheden verricht. In het totaal zijn op de Waterbus 800 enquêtes uitgezet en op de Fast Ferry 1200. De enquêtes zijn gelijkelijk verdeeld over de boten (in geval van de Fast Ferry: twee Fast Ferries en in geval van de Waterbus: vier waterbussen, met uitzondering van zondag, dan varen namelijk twee waterbussen) en zijn daarnaast evenwichtig verdeeld naar dagen. Tijdens elke meetdag is tot slot het uit te zetten aantal enquêtes verspreid over de diensten uitgedeeld.
Traffic Test BV
4.
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 11
Resultaten met betrekking tot de Fast Ferry In dit hoofdstuk komen achtereenvolgens de volgende onderwerpen aan de orde. In de eerste zes paragrafen wordt de aandacht gericht op de resultaten van het enquête-onderzoek. In paragraaf 4.1 worden de respondenten beschreven op basis van een aantal sociaal-demografische kenmerken. Hierna zal in paragraaf 4.2 worden stilgestaan bij het gebruik van de Fast Ferry, waarbij een beeld van de reizigers wordt verkregen. In paragraaf 4.3 wordt het voor- en natransport besproken, gevolgd door het kaartgebruik (paragraaf 4.4) en het belang van, en de tevredenheid met, diverse aspecten in relatie tot de Fast Ferry (paragraaf 4.5). Tot slot wordt in paragraaf 4.6 bekeken of er een verandering in het reisgedrag is opgetreden door de komst van de Fast Ferry. Waar mogelijk worden de enquêteresultaten aangevuld met bevindingen op basis van de reizigersregistratieformulieren. De verscheidene kruistabellen die gemaakt zijn voor bepaalde onderdelen kan de lezer in het bijlagenrapport terugvinden. Vervolgens zal in paragraaf 4.7 worden ingegaan op de passagierstellingen. Het hoofdstuk eindigt met een verslag van vertragingen en uitval (paragraaf 4.8).
4.1
Opbouw van het databestand Van de 800 uitgezette enquêtes zijn 242 enquêtes geretourneerd. Dit komt neer op een responspercentage van 30%. Een dergelijk percentage is vrij gebruikelijk bij verspreiding van schriftelijke enquêtes onder reizigers of per post. Ondanks de kans op het winnen van een dinerbon is de respons lager uitgevallen dan vooraf was beoogd (te weten 50%). Echter, ook bij ander enquête-onderzoek blijkt dat onder de mensen een soort enquête-moeheid in het algemeen is opgetreden. Dit is dan ook voor de volgende meting een aandachtspunt. Eén van de zaken die is nagegaan is op welk traject de respondent de enquête heeft ontvangen. In tabel 4.1 wordt de verdeling van de respondenten getoond naar herkomst en bestemming. Tabel 4.1 Herkomst Dordrecht Dordrecht Ridderkerk Ridderkerk Rotterdam Rotterdam
Herkomsten bestemming. Bestemming Rotterdam Ridderkerk Rotterdam Dordrecht Dordrecht Ridderkerk
.
^
% 50 7 15 7 17 4_
Van de respondenten heeft dus de helft de enquête ontvangen in de situatie dat zij in Dordrecht opstapten en in Rotterdam van boord gingen. Tabel 4.2 geeft enkele sociaal-demografische kenmerken weer van de 242 respondenten.
TTOO-40, EINDRAPPORT
Traffic Test BV
Pagina 12
Tabel 4.2
Sociaal-demografische kenmerken.
Kenmerken Sexe
Man Vrouw
Leeftijd
Jonger dan 18 jaar
Beroepsgroep
45
Voltijd werk
52
Pensioen, VUT o.i.d. Overig
Ja Nee
Woonplaats
3 22 30
18-34 jaar 35-49 jaar 50 jaar of ouder
Deeltijd werk Onderwijs volgend Huish. of onbetaald werk
Beschikking over een auto
% 56 45
Dordrecht Ridderkerk Rotterdam Een van de andere Drechtsteden7 elders
7 6 10 23 2 77 23 30 20 15 16 18
Uit tabel 4.2 blijkt dat er sprake is van iets meer mannen dan vrouwen. Opvallender is echter dat bij de verdeling over de vier leeftijdsgroepen de leeftijdsgroep 50 jaar en ouder sterk vertegenwoordigd is en de leeftijdsgroep jonger dan 18 jaar sterk ondervertegenwoordigd. Bijna de helft van de steekproef is opgebouwd uit personen van boven de 49 jaar. Hiermee hangt samen dat bijna een kwart van de respondenten met pensioen, de VUT of iets dergelijks is. De groep voltijd-werkenden vormt de helft van het databestand. Tot slot blijkt dat driekwart van de respondenten beschikt over een auto.
Alblasserdam (1 %), H-I-Ambacht (1 %), Papendrecht (8%), Sliedrecht (3%) en Zwijndrecht (3%).
Traffic Test BV
4.2
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 13
Gebruik van de Fast Ferry Aan de respondenten is gevraagd hoeveel dagen gemiddeld genomen wordt gereisd met de Fast Ferry. Tabel 4.3 laat de reactie op deze vraag zien. Tabel 4.3
Frequentie van het reizen met de Fast Ferry.
__
Frequentie 5 of meer dagen per week 2 tot 4 dagen per week 1 tot 4 dagen per maand een paar keer per jaar nog maar 1 keer
%
11 9 15 18 _J_
Iets minder dan de helft van de respondenten heeft nog maar één keer gereisd met de Fast Ferry. Tot de frequente gebruikers (2 of meer dagen per week) behoort één op de vijf respondenten. De respondenten hebben aangegeven op welk tijdstip zij meestal met de Fast Ferry reizen. Men mocht hier maximaal 2 tijdstippen aangegeven. Tabel 4.4 geeft de verdeling weer naar tijdstip. Door 20% van de respondenten zijn twee tijdstippen opgegeven. Hierdoor telt het kolompercentage op tot boven 100%. Tabel 4.3
Tijdstip waarop meestal wordt gereisd met de Fast Ferry.
Tijdstip In de spits In de loop van de dag, buiten de spits 's Avonds In het weekend Erg verschillend
% 23 48 3 32 ]Jj_
Bijna de helft van de respondenten maakt meestal gebruik van de Fast Ferry in de loop van de dag, buiten de spits. Iets minder dan een kwart van de mensen geeft aan meestal in de spits te reizen. Opvallend is dat ruim 30% van de respondenten vooral in het weekend gebruik maakt van de Fast Ferry. Het cijfermateriaal op basis van de registratieformulieren (van 681 reizigers) laat eveneens een piek in het aantal reizigers zien bij de periode tussen 09:00 en 16:00 uur (zie tabel 4.5). In de spitsperiodes (06:00-09:00 uuren 16:00-19:00 uur) reist 25% van de reizigers, hetgeen vergelijkbaar is met het percentage spitsreizigers in tabel 4.4.
Traffic Test BV
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 14
Tabel 4.5
Tijdstip waarop reizigers met de Fast Ferry varen (op basis van de registratieformulieren).
Tijdstip
%
06:00-09:00 uur 09:00-16:00 uur 16:00-19:00 uur Na 19:00 uur 's Weekends
14 62 11 1 1_2_
Nadere analyse van de enquêtes laat zien dat het met name de frequente gebruikers zijn die in de spits reizen. De reizigers die meestal in de loop van de dag reizen (buiten de spits) of in het weekend zijn veelal de infrequente gebruikers van de Fast Ferry (zie bijlagenrapport). Daarnaast blijkt dat het voornamelijk de leeftijdsgroep 18-34 jaar is die in de spits reist. Buiten de spitsperiode wordt daarentegen meer gebruik van de Fast Ferry gemaakt door de leeftijdsgroep 50 jaar of ouder. Hieruit voortvloeiend is niet verrassend dat in de spitsperiode meer voltijdwerkenden van de Fast Ferry gebruik maken, terwijl buiten de spitsperiode met name de gepensioneerden met de Fast Ferry reizen. Het doel waarvoor de respondent van de Fast Ferry gebruik maakt wordt in tabel 4.6 weergegeven. Ook hier geldt dat men maximaal twee antwoorden kon opgeven. Tabel 4.6
Doel van het gebruik van de Fast Ferry.
Voor mijn werk
19
Om onderwijs te volgen Om te winkelen Om familie/kennissen te bezoeken Voor recreatie Voor een dagje op stap te gaan Erg verschillend Overig
5 37 11 12 48 3 3
Het beeld dat uit tabel 4.6 naar voren komt is dat de Fast Ferry voornamelijk voor sociaal-recreatieve doeleinden wordt gebruikt. Door ongeveer één op de vijf respondenten wordt de Fast Ferry voor het woon-werkverkeer gebruikt. Het zijn met name de frequente gebruikers die de Fast Ferry gebruiken voor het woonwerkverkeer (70%). Infrequente reizigers maken veelal gebruik van de Fast Ferry voor winkeldoeleinden (42%) of een dagje stappen (60%). Als laatste onderwerp betreffende het gebruik van de Fast Ferry is gekeken naar het traject waarop de respondenten het meest gebruik maken van deze dienst. Tabel 4.7 laat zien dat vooral wordt gereisd op het traject Dordrecht-Rotterdam.
TTOO-40, EINDRAPPORT
Traffic Test BV
Pagina 15
Tabel 4.7
Traject waarop het meest wordt gereisd met de Fast Ferry.
H erkomst-bestemm ing Dordrecht-Rotterdam Dordrecht-Ridderkerk Ridderkerk-Dord recht Ridderkerk-Rotterdam Rotterdam-Dord recht Rotterdam-Ridderkerk
% 55 6 4 14 16 5
Nadere analyse laat zien dat de frequente gebruikers hoofdzakelijk te vinden zijn op de trajecten van en naar Ridderkerk (namelijk: Dordrecht-Ridderkerk, Rotterdam-Ridderkerk en Ridderkerk-Rotterdam). De infrequente gebruikers varen vaker op het traject Dordrecht-Rotterdam of vice versa (voor een dagje uit of winkelen). Eenzelfde tendens is zichtbaar bij de registratieformulieren. Van de 681 reizigers zijn de opstap- en afstaphalte bekend. In tabel 4.8 wordt de verdeling naar traject weergegeven. Ongeveer tweederde deel van de reizigers reist op het traject Dordrecht-Rotterdam of vice versa. Evenals in tabel 4.7 scoort in tabel 4.8 het aandeel personen dat Dordrecht als herkomst heeft en Rotterdam als bestemming het hoogst. Tabel 4.8
Traject waarop het meest wordt gereisd met de Fast Ferry op basis van de registratieformulieren.
Herkomst-bestemming Dord recht-Rotterdam Dordrecht-Ridderkerk Ridderkerk-Dordrecht Ridderkerk-Rotterdam Rotterdam-Dordrecht Rotterdam-R idderkerk
% 34 6 4 8 31 5
Tot slot blijkt uit de enquêtes dat 1 7% van de respondenten ook wel eens op andere trajecten van de Fast Ferry gebruik maakt. Hierin verschillen frequente en infrequente gebruikers niet van elkaar. Het bovenstaande in ogenschouw nemend kan worden gesteld dat: de frequente gebruiker een reiziger is • in de leeftijdsgroep 18-34 jaar; • die meestal in de spits reist; • die van of naar Ridderkerk reist; • die voltijd werkt. de • • • •
infrequente gebruiker een reiziger is in de leeftijdsgroep 50 jaar of ouder; die buiten de spits in de loop van de dag reist; die van Dordrecht naar Rotterdam reist of vice versa; die de Fast Ferry gebruikt voor een dagje stappen of om te winkelen.
TTOO-40, EINDRAPPORT
Traffic Test BV
Pagina 16
4.3
Voor- en natransport Bij het onderwerp voor- en natransport is de reiziger onder meer gevraagd naar de vervoerwijze waarmee meestal naar, respectievelijk vanaf, de Fast Ferry wordt gereisd. Indien men van meerdere vervoerwijzen gebruik maakt, is gevraagd naar de langste afstand die is afgelegd de Fast Ferry. Als uitgangspunt geldt in deze het woonadres van de respondent. De resultaten worden in tabel 4.9 getoond. Tabel 4.9
Voor- en natransport. %
Voortransport
Vervoerwijze Auto Fiets Lopend Bromfiets Stadsbus RET Tram RET Metro RET Stadsvervoer Dordrecht Streekvervoer Connexxion Trein Waterbus
Natransport
Auto Fiets Lopend Bromfiets Stadsbus RET Tram RET Metro RET Stadsvervoer Dordrecht Streekvervoer Connexxion Trein
Waterbus Overig
31 22 20 1 1
6 6 2 1 4 7 4 17 58
10 6 1 1 2 2 1
Zoals uit tabel 4.9 blijkt komt bijna eenderde deel van de respondenten per auto naar de Fast Ferry. Per fiets of lopend staan op een tweede, respectievelijk derde, plaats. Indien naar het natransport wordt gekeken blijkt dat ruim de helft van de respondenten hun reis lopend vervolgt. De fiets wordt ook relatief vaak opgegeven als vervoermiddel vanaf de Fast Ferry. Bij navraag blijkt dat 13% van de respondenten (bijna) altijd de fiets meeneemt op de Fast Ferry. Daarentegen doet 19% dit slechts een enkele keer, terwijl de overige 68% nooit de fiets mee de boot opneemt. Ook uit de registratieformulieren blijkt dat 13% van de reizigers de fiets meeneemt. Uit tabel 4.9 blijkt verder dat 7% van de respondenten de Waterbus als voortransportmiddel opgeeft. Slechts in 2% van de gevallen wordt de Waterbus gebruikt als vervoermiddel waarmee wordt verder gereisd: er zijn kennelijk slechts weinig mensen die vanuit Dordrecht doorreizen naar andere Drechtsteden. Het overige OV is voor circa 20% van de respondenten de vervoerwijze van of naar de Fast Ferry.
Traffic Test BV
TTOO^»O, EINDRAPPORT Pagina 17
Tabel 4.10
Frequentie van het gebruik van de Waterbus. %
(Vrijwel) dagelijks Aantal keer per week Aantal keer per maand Enkele keer Nooit
2 1 6 33 58
Wanneer wordt stilgestaan bij het gebruik van de Waterbus door de respondenten, dan blijkt dat maar 3% frequent met de Waterbus reist (zie tabel 4.10). Ruim de helft van de respondenten heeft de Waterbus nog nooit gebruikt en nog eens eenderde deel heeft de Waterbus slechts een enkele keer gebruikt. Het is dan niet echt verwonderlijk dat 72% van de respondenten nooit met de Fast Ferry reist in combinatie met de Waterbus (zie tabel 4.11). Tabel 4.11
Gecombineerd gebruik van de Fast Ferry en de Watenbus. %
(Bijna) altijd Enkele keer Nooit
13 14 72
De registratieformulieren laten ook zien dat het aansluitend gebruik van de Waterbus bepaald niet vaak voorkomt. Slechts 6% van de reizigers geeft namelijk aan de Waterbus aansluitend te gebruiken. Net als in paragraaf 4.2 wordt ingezoomd op de frequente versus de ni et-frequente gebruikers van de Fast Ferry. Het blijkt dat de frequente gebruikers vaker met de fiets naar de Fast Ferry komen, terwijl de infrequente gebruikers vaker per auto of bus, tram of metro komen. Het ligt dan ook in de lijn der verwachting dat de fiets als voortransportmiddel vaker wordt opgegeven wanneer het reismotief woonwerkverkeer is. De auto en de bus, tram of metro worden vaker voor het voortransport gebruikt als men een dagje gaat stappen (zie bijlagenrapport). Het gebruik van de fiets voor het natransport komt meer voor onder de frequente gebruikers. Infrequente gebruikers zetten hun reis vaker lopend voort. Van de frequente gebruikers neemt 38% de fiets (bijna) altijd mee op de Fast Ferry, terwijl 9% dit een enkele keer doet. Bijna driekwart van de infrequente reizigers (73%) neemt nooit de fiets mee op de Fast Ferry. Van de frequente gebruikers maakt 68% nooit gebruik van de Waterbus. Slechts 11 % reist frequent per Waterbus. Door 13% van de frequente gebruikers wordt aangegeven dat zij (bijna) altijd de reis met de Fast Ferry combineert met de Waterbus. Ruim driekwart van de frequente gebruikers combineert de Fast Ferry echter nooit met de Waterbus.
Traffic Test BV
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 18
De frequente gebruiker reist met name per fiets van en naar de Fast Ferry. Van de Waterbus wordt niet vaak gebruik gemaakt, noch op zichzelf, noch in combinatie met de Fast Ferry. De fiets wordt redelijk vaak meegenomen op de Fast Ferry. De infrequente gebruiker reist, in vergelijking met de frequente gebruiker, vaker per auto, bus, tram of metro naar de Fast Ferry. De reis wordt veelal lopend vervolgd.
4.4
Kaartgebruik Om per Fast Ferry te reizen kan gebruik worden gemaakt van verschillende kaartsoorten. Aan de reizigers is gevraagd aan te geven van welke kaartsoort zij het meest gebruik maken. De resultaten worden in tabel 4.12 weergegeven. In deze tabel worden tevens de resultaten weergegeven op basis van de registratieformulieren. Tabel 4.12
Gebruikte kaartsoort voor de Fast Ferry. Enquêtes
Enkeitje (voorverkoop) Enkeitje (automaat) Retourtje (voorverkoop) Retourtje (automaat) 5-retourkaart Combikaart Waterbus Weekabonnement Jeugdmaandkaart (ook 65 + ) Maandabonnement Jaarabonnement OV-jaarkaart OV-studentenkaart anders
Registrat ieformu 1 ieren %
%
3 3 38
5 4 50
26
22
9 2
5
1
_
4
5
2
1
-
1
1
4
5
6
3
Bij de registratieformulieren is dezelfde tendens aanwezig als bij de enquêtes, namelijk dat het merendeel van de reizigers gebruik maakt van een retourtje. Een combikaart met de Waterbus heeft slechts een enkeling. Dit is gezien het geringe gecombineerde gebruik van beide diensten niet verwonderlijk. In de abonnementensfeer heeft 12% van de reizigers een of andere kaart. Tot de categorie "anders" behoren de probeerkaarten en aan boord gekochte kaartjes. Het aan boord verkopen van kaartjes geschiedt wanneer de kaartautomaat buiten dienst is. Nadere analyse van de enquêtes laat zien dat losse kaartjes (enkeitjes en retourtjes) vaker worden aangeschaft door de infrequente gebruikers (92%), terwijl de frequente gebruikers vaker in het bezit zijn van een 5-retourkaart (33%) of een abonnement op maand- of jaarbasis (48%).
Traffic Test BV
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 19
• •
4.5
De frequente gebruiker is vaak in het bezit van een abonnement of een 5retourkaart. De infrequente gebruiker schaft vaak enkeitjes en retourtjes aan.
Belang en tevredenheid Aan de respondenten zijn 28 verschillende aspecten voorgelegd, waarop zij het reizen met de Fast Ferry kunnen beoordelen. Per aspect moesten zij eerst op een vierpuntsschaal aangeven in hoeverre zij dit aspect belangrijk vinden (daarbij geeft een ' 1 ' aan dat de respondent het betreffende aspect 'helemaal niet belangrijk' vindt, een '2' dat de respondent het aspect 'niet zo belangrijk' vindt, een '3' dat de respondent het aspect 'redelijk belangrijk' vindt en tot slot geeft een '4' aan dat de respondent het aspect 'heel belangrijk' vindt). Vervolgens moesten zij opnieuw de 28 aspecten beoordelen, maar de vraag was nu in hoeverre zij tevreden zijn over deze aspecten in relatie tot de Fast Ferry. Opnieuw is gebruik gemaakt van een vierpuntsschaal (daarbij geeft een ' 1 ' aan dat de respondent over het betreffende aspect 'helemaal niet tevreden' is, een '2' dat de respondent 'niet zo tevreden' is over het aspect, een '3' dat de respondent 'redelijk tevreden' is over het aspect en tot slot geeft een '4' aan dat de respondent 'heel tevreden' over het aspect is). In tabel 4.13 wordt per aspect een gemiddelde score op het aspect weergegeven. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt in frequente gebruikers en infrequente gebruikers, en er wordteen overall gemiddelde weergegeven. In tabel 4.14 wordt dit gedaan voor de tevredenheid.
TTOO-40, EINDRAPPORT
Traffic Test BV
Pagina 20
Tabel 4.13
Belang dat aan onderstaande aspecten wordt gehecht in relatie tot het reizen met de Fast Ferry8. Gemiddelde score
Gemiddelde score Frequente
Infrequente
gebruikers
gebruikers
2.8 3.4 3.2 3.6
3.2 3.5 3.3 3.7
3.1 3.9 3.8
3.3 3.8 3.7
a. b. c. d. e. f.
Uitstraling Verzorging walvoorzieningen Parkeervoorzieningen fiets/auto Veiligheid wachtlocatie Verzorgd uiterlijk personeel Duidelijkheid informatie over Fast Ferry
gh.
Op tijd varen Actualiteit van informatie aan wal over
3.9
i.
Fast Ferry Op de hoogte worden gehouden door personeel Bereidheid personeel om me te helpen
jk. I. m.
Veiligheid van het varen Bekwaamheid van personeel om vragen te beantwoorden Aansluiten van vaartijden op tijden dat ik gebruik wil maken
% mensen met score <2
3.1 3.4 3.3 3.7 3.2 3.8 3.7
20 5 18 5 13 1
3.6
3.6
2 4
3.7
3.3
3.4
12
3.4
3.4
3.4
3.8
3.9
10 1
3.2
3.9 3.4
3.3
9
3.4
3.3
3.3
17
3.1 3.6 3.4
3.1 3.4 3.4
3.1 3.4 3.4
18
2.9 2.7
2.9 3.0
2.9 2.9
3.2
3.2 2.4
35 34 24
0.
Rekening houden met mijn wensen Vaarfrequentie
Pqr.
Vaartraject Reistijd die concurrerend is met auto Reistijd die concurrerend is met trein/bus
s. t.
Mogelijkheid om fiets mee te nemen Mate van schommelen tijdens varen
3.2 2.2
u.
Voorzieningen op Fast Ferry voor
3.0
2.5 3.2
3.3 3.3
3.4 3.1
3.3
10
3.1
21
3.3 3.1
3.5 3.2
3.5 3.2
23
2.4
2.7
2.6
45
3.4
3.1
3.1
22
3.7
3.7
3.7
2
n.
V.
w. X.
yz. A. B.
comfortabele reis Toegankelijkheid van het schip te voet Toegankelijkheid van het schip bij meenemen fiets Hoogte van de tarieven Mogelijkheden om de Fast Ferry te combineren met trein/bus/tram/metro Mogelijkheden om de Fast Ferry te combineren met auto Mogelijkheden om de Fast Ferry te combineren met de fiets Cemak waarmee kaartjes voor de Fast Ferry verkrijgbaar zijn
3.2
De betekenis van de scores: 1 - helemaal niet belangrijk; 2 - niet zo belangrijk; 3 - redelijk belangrijk; 4heel belangrijk.
8 9
56 16
5
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 21
Traffic Test BV
Tabel 4.14
Tevredenheid met onderstaande aspecten in relatie tot het reizen met de Fast Ferry9. Gemiddelde score
a.
b. c. d.
Uitstraling Verzorging walvoorzieningen Parkeervoorzieningen fiets/auto Veiligheid wachtlocatie
Frequente
Infrequente
gebruikers
gebruikers
3.7 2.6 2.8
3.7 3.3 2.9 3.3
3.0 3.7
Gemiddelde
% mensen
score
met score <2
3.7 3.1 2.9 3.2 3.7
1 20
3.2 3.6
16 4
3.1
19
30 13 -
Op tijd varen Actualiteit van informatie aan wal over
2.9 3.5 2.7
3.6 3.3 3.6 3.2
i.
Fast Ferry Op de hoogte worden gehouden door
3.3
3.5
3.4
6
i-
personeel Bereidheid personeel om me te helpen Veiligheid van het varen Bekwaamheid van personeel om vragen te
3.8 3.7
3.7
k. I.
3.8
3.7 3.8
3.5
3.5
3.5
3
m.
beantwoorden Aansluiten van vaartijden op tijden dat ik
3.0
3.3
3.2
13
3.1 2.8 3.5
3.3 3.2 3.4
3.3 3.1 3.5
5 21 7
Reistijd die concurrerend is met trein/bus Mogelijkheid om fiets mee te nemen Mate van schommelen tijdens varen Voorzieningen op Fast Ferry voor
3.1 3.2 3.7 3.7 3.6
3.2 3.2 3.6
3.2 3.2 3.6
16 16 1
3.6 3.6
3.7 3.6
2 6
comfortabele reis Toegankelijkheid van het schip te voet Toegankelijkheid van het schip bij
3.7 3.8
3.7 3.6
3.7 3.6
2
3.1
3.2 3.2
3.2 3.2
14
3.1
2.9
3.1
3.0
22
3.6
3.6
3.6
1
2.2
3.0
2.8
38
e. f.
Verzorgd uiterlijk personeel Duidelijkheid informatie over Fast Ferry
g-
h.
n. o. Pqr. s. t.
u. V.
w.
gebruik wil maken Rekening houden met mijn wensen Vaarfrequentie Vaart raject Reistijd die concurrerend is met auto
1
meenemen fiets X.
yz. A. B.
Hoogte van de tarieven Mogelijkheden om de Fast Ferry te combineren met trein/bus/tram/metro Mogelijkheden om de Fast Ferry te combineren met auto Mogelijkheden om de Fast Ferry te combineren met de fiets Gemak waarmee kaartjes voor de Fast Ferry verkrijgbaar zijn
16
Met betrekking tot het belang van de diverse aspecten kan in de eerste plaats worden gesteld dat aan veel aspecten een redelijk tot hoge mate van belang wordt gehecht. Een aspect dat relatief gezien het minst belangrijk is, is de mate waarmee de Fast Ferry schommelt tijdens het varen (gemiddelde score 2.4). Ook de mogelijkheden om de Fast Ferry te combineren met de auto of een reistijd die De betekenis van de scores: 1 - helemaal niet tevreden; 2 - niet zo tevreden; 3 - redelijk tevreden; 4 - heel tevreden.
Traffic Test BV
TTOO-40, El N DRAPPORT Pagina 22
concurrerend is met de auto, of met de bus of de trein staan laag op de ranglijst (gemiddelde score respectievelijk 2.6, 2.9 en 2.9). Een hoge mate van belang wordt gehecht aan duidelijke informatie over de Fast Ferry (gemiddelde score 3.8) en de veiligheid van het varen (gemiddelde score 3.9). Deze aspecten worden gevolgd door het op tijd varen (gemiddelde score 3.7), de veiligheid van de wachtlocatie (gemiddelde score3.7), het gemak waarmee kaartjes voor de Fast Ferry zijn te verkrijgen (gemiddelde score 3.7), en de actualiteit van de informatie aan wal over de Fast Ferry (gemiddelde score 3.6). Wanneer de frequente gebruikers worden vergeleken met de infrequente gebruikers blijken zij meer belang te hechten aan de combinatiemogelijkheden van de Fast Ferry met de fiets, de actualiteit van de informatie aan wal over de Fast Ferry, en het op de hoogte worden gehouden door het personeel. De infrequente gebruikers, daarentegen, hechten meer belang aan de aspecten uitstraling, mate van schommelen van het schip en de hoogte van de tarieven. De tevredenheid met de 28 verschillende aspecten leert ons dat men redelijk tot zeer tevreden is over de aspecten. Slechts twee aspecten hebben een gemiddelde score onder de 3.0. Dit betreft het gemak waarmee kaartjes voor de Fast Ferry zijn te verkrijgen en de parkeervoorzieningen voor fiets en auto. Frequente gebruikers zijn meer tevreden dan de infrequente gebruikers over de toegankelijkheid van de Fast Ferry bij het meenemen van de fiets. De infrequente gebruikers zijn op hun beurt meer tevreden over tien andere aspecten. Dit zijn achtereenvolgens: de verzorging van de voorzieningen aan wal, het gemak waarmee kaartjes zijn te verkrijgen, de veiligheid van de wachtlocatie, duidelijkheid van de informatie over de Fast Ferry, de actualiteit van de informatie aan wal over de Fast Ferry, het aansluiten van de vaartijden op de momenten dat men van de Fast Ferry gebruik wil maken, het rekening houden met de wensen, en de frequentie waarmee de Fast Ferry vaart. Wederom blijkt dat het gemak waarmee kaartjes zijn te verkrijgen een aandachtspunt is. Met name de frequente gebruikers zijn namelijk niet bijzonder tevreden over dit aspect. In figuur 4.1 wordt voor ieder van de 28 aspecten de gemiddelde score op belangrijkheid afgezet tegen de gemiddelde score op tevredenheid. Op deze wijze komt duidelijk naar voren dat het aspect het gemak waarmee kaartjes zijn te verkrijgen (letter "B") relatief hoog scoort op belangrijkheid en relatief laag op tevredenheid. Dit aspect verdient dus verbetering. Hetzelfde geldt voor de aspecten veiligheid van de wachtlocatie, duidelijkheid van de informatie over de Fast Ferry, en de actualiteit van de informatie aan wal over de Fast Ferry. Ook voor hen geldt dat er aandacht aan dient te worden geschonken. Met name de frequente reiziger is redelijk ontevreden over bovengenoemde aspecten van de dienstuitvoering. Tot slot valt in figuur 4.1 het aspect veiligheid van het varen (letter "k") op; deze scoort namelijk niet alleen hoog op belangrijkheid, maar zoals zichtbaar is ook hoog op tevredenheid.
TTOO-40, EINDRAPPORT
Traffic Test BV
Pagina 23
Figuur 4.1:
Gemiddelde score op belangrijkheid afgezet tegen de gemiddelde score op tevredenheid voor ieder van de 28 aspecten.
tevredenheid U itst r a iir^
eror9dp
f° n e e l
veilig varen +bereid helpen tevoe oef toegang fiets/combimog fiets* mog.fiets mee en comfort.voorzien 'optijd véren 4 •-vaartraject- - bekwaamh personeel • op hoogte houdeni rekening wensen • aansluiten vaartijden veiligh.wachtloc 4 tarief hoogte « '4 duidelijkhinfo concurr.tijd auto en trein/bus • • i combimog trein/bus/tram/metro i 4 actualiteit info to:
schommelingejiFF
-3,5
_ _
-A- — -
verzorg, valvoorz. en vaarfreq
— —
combimog auto
parkeren « gemak kaartaanschaf
-^52V2
,2
^6 belang
_L5-
TTOO-40, EINDRAPPORT
Traffic Test BV
Pagina 25
Naast de 28 aspecten is aan de respondent gevraagd naar de mening over de Fast Ferry in zijn totaliteit. Tabel 4.15 geeft de reactie op deze vraag weer. Tabel 4.15
Zeer goed Goed Redelijk Slecht Zeer slecht
De overall men ing over de manier van reizen met de Fast Ferry.
% 45 50 6
Duidelijk is dat men bijzonder te spreken is over het reizen met de Fast Ferry. Hierin verschillen bovendien de frequente en infrequente gebruikers niet van elkaar (zie bijlagenrapport). Aan de respondenten is gevraagd wat volgens hen verbeterd zou moeten worden bij de Fast Ferry zodat het reizen aantrekkelijker wordt. De voornaamste strekking die hieruit te distilleren is wordt hieronder weergegeven. Tussen haakjes wordt het aantal personen genoemd dat desbetreffende verbeterpunt heeft aangedragen. Verbeterpunten (N = 242): • Eenvoudig bedienbare kaartautomaat die geschikt is voor papiergeld of voor pinnen (n=45). • Automaat met consumpties (koffie, en dergelijke), bij wachtlocatie en/of aan boord (n = 32). • Meer beschutte wachtruimte (abri) (n = 24). • Hogere vaarfrequentie (n - 23). • (Betere) parkeergelegenheid (n = 17). • Kaartverkoop langer open (n = 11). • Minder uitvallen van de dienst (n = 6).
De frequente gebruiker is in vergelijking met de infrequente gebruiker meer tevreden over de toegankelijkheid van de Fast Ferry bij het meenemen van een fiets. De infrequente gebruiker is vergeleken met de frequente gebruiker meer tevreden over volgende vier belangrijke aspecten: de veiligheid van de wachtlocatie, duidelijkheid van de informatie over de Fast Ferry, de actualiteit van de informatie aan wal over de Fast Ferry en het gemak waarmee kaartjes voor de Fast Ferry verkrijgbaar zijn.
4.6
Verandering reisgedrag De Fast Ferry vaart pas sinds 1 november 1999. Aan de reizigers is gevraagd op welke wijze zij voorheen reisden op het traject waarvoor zij het meest gebruik maken van de Fast Ferry. Tabel 4.16 leert ons dat de reis voorheen door 56% van de reizigers per auto zou zijn gemaakt. Op de tweede plaats staat de trein (22%). Uiteraard is het van belang om na te gaan wat de sp/Csreizigers voorheen als
Traffic Test BV
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 26
vervoerwijze gebruikten. Van de 54 respondenten die meestal in de spits reizen, maakte 52% voorheen gebruik van de auto en 23% van de trein. Oftewel, eenzelfde tendens als reeds is geconstateerd in tabel 4.16. Tabel 4.16
Vervoerwijze voor de indiensttreding van de Fast Ferry. %
Auto
56
Fiets Bromfiets Bus Trein Anders Dan niet gereisd Voorheen niet op dit traject gereisd
1 7 22 2 4 8
Nadere analyse laat zien dat er geen verschil bestaat tussen de frequente en nietfrequente gebruikers met betrekking tot de wijze waarop zij voorheen reisden op het traject (zie bijlagenrapport). Alleen het busgebruik wordt vaker genoemd door de frequente reizigers (17%) dan door de infrequente reizigers (4%). Hiernaast is ook aan de reiziger gevraagd op welke wijze zij nu de reis zouden hebben gemaakt als zij geen gebruik hadden kunnen maken van de Fast Ferry. De antwoorden worden in tabel 4.17 weergegeven. Tabel 4.17
Vervoerwijze huidige reis als de Fast Ferry niet zou hebben gevaren.
Auto Fiets Bromfiets Bus Trein Anders Dan niet gereisd
% 53 1 11 24 4 7
Het beeld dat naar voren komt is vrijwel identiek aan dat van tabel 4.16. Indien de Fast Ferry er niet zou zijn geweest zou iets meer dan de helft van de reizigers de reis per auto hebben gemaakt. De trein staat wederom op een tweede plaats. Verder geldt net als hiervoor dat er geen verschil is tussen de frequente en nietfrequente gebruikers in de keuze voor de auto of de trein. Alleen het busgebruik wordt vaker genoemd door de frequente reizigers (23%) dan door de infrequente reizigers (8%). De Fast Ferry heeft er dus toe geleid dat iets meer dan de helft van de reizigers hun reistraject niet per auto heeft afgelegd. Dit geldt niet alleen voor de dagjesmensen, maar ook voor de frequente reizigers die veelal van de Fast Ferry gebruik maken voor het woon-werkverkeer.
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 27
Traffic Test BV
De komst van de Fast Ferry kan hebben geleid tot een aanwakkering van de reislust. Om dit na te gaan is aan de reiziger gevraagd of men vaker is gaan reizen of niet. Tabel 4.18 laat zien dat in 19% van de gevallen dit inderdaad het geval is. Tabel 4.18
Verandering in reisfrequentie door de komst van de Fast Ferry.
19 82
Vaker gaan reizen Niet vaker gaan reizen
Het blijkt dat frequente en infrequente reizigers onderling niet verschillen in veranderingen in reisfrequentie. Mensen die meer zijn gaan reizen geven vaker het reismotief winkelen op dan mensen die evenveel zijn blijven reizen. Er worden met betrekking tot het onderwerp "verandering in reisfrequentie" geen verschillen gevonden tussen mannen en vrouwen, noch tussen de diverse beroeps- en leeftijdsgroepen.
4.7
Passagierstellingen Eén week na de start van de Fast Ferry is de exploitant begonnen met het bijhouden van de passagiersaantallen. In figuur 4.2 wordt per week het aantal reizigers weergegeven.
Passagiersaantallen Fast Ferry
45 46 47 48 49 50 51 52 1 2
3 4
5 6
7 8
9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20
weeknummer
Figuur 4.2:
Passagiersaantallen per week bij de Fast Ferry.
TTOO-40, EINDRAPPORT
Traffic Test BV
Pagina 28
Een aantal zaken valt op in figuur 4.2. In de eerste plaats betreft dit de piek in week 52 van 1999 en de piek in week 17 van 2000. Beide pieken vallen samen met feestdagen, respectievelijk de kerstvakantie en de week van Pasen. Kennelijk zijn dit momenten waarop vooral dagjesmensen het leuk vinden om een tochtje per Fast Ferry maken. Naast deze pieken valt verder op dat de passagiersaantallen geleidelijk aan toenemen van circa 1.500 passagiers per week in week 4 tot ongeveer 5.000 passagiers per week in week 19 en 20.
4.8
Vertragingen en uitval In de veldwerkperiode is op dinsdag 29 februari een vertraging10 opgetreden. De dienst van 15:03 uur uit Rotterdam is vijf minuten te laat in Dordrecht aangekomen. Zoals uit tabel 4.19 blijkt heeft deze vertraging op de volgende diensten doorgewerkt. De dienst van 18:25 uur is de eerste dienst waarbij geen vertraging van vijf minuten of meer is opgetreden. Als reden voor de vertraging is overigens opgegeven dat er onderweg transporten waren, waarvoor moest worden gestopt. Ook waren er voorkleppen buiten bedrijf, waardoor er filevorming was bij het in/ontschepen. Naast de vertragingen op 29 februari is ook eenmalig een vertraging opgetreden op vrijdag 3 maart. Deze vertraging is in de loop van het traject opgelost en heeft dus geen verdere vertragingen tot gevolg gehad. Al met al kan worden gesteld dat er weinig vertragingen van vijf of meer minuten in de veldwerkperiode zijn voorgekomen. Tabel 4.19
Vertragingen van vijf of meer minuten bij de Fast Ferry in de veldwerkperiode.
Datum
Vertrek volgens dienstregeling
Traject
29-02-2000 29-02-2000 29-02-2000 29-02-2000 29-02-2000
15:03 15:45 16:23 17:05 17:43
Rotterdam-Dord recht Dord recht-Rotterdam Rotterdam-Dord recht Dord recht-Rotterdam Rotterdam-Dord recht
03-03-2000
08:40
Dord recht-Rotterdam
Vertraging bij vertrek 5 min 7 min 6 min -
Vertraging bij aankomst 5 min. 5 min 10 min 5 min 5 min
5 min
-
In de veldwerkperiode is geen van de Fast Ferry diensten uitgevallen.
10
Over een vertraging wordt gesproken indien het oponthoud vijf minuten of meer bedraagt.
Traffic Test BV
5.
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 29
Resultaten met betrekking tot de Waterbus In dit hoofdstuk wordt dezelfde indeling gehanteerd als het voorgaande hoofdstuk. In de eerste zes paragrafen wordt de aandacht gericht op de resultaten van het enquête-onderzoek. In paragraaf 5.1 worden de respondenten beschreven op basis van een aantal sociaal-demografische kenmerken. Hierna zal in paragraaf 5.2 worden stilgestaan bij het gebruik van de Waterbus, waarbij een beeld van de reizigers wordt verkregen. In paragraaf 5.3 wordt het voor- en natransport besproken, gevolgd door het kaartgebruik (paragraaf 5.4) en het belang van, en de tevredenheid met, diverse aspecten in relatie tot de Waterbus (paragraaf 5.5). Tot slot wordt in paragraaf 5.6 bekeken of er een verandering in het reisgedrag is opgetreden door de komst van de Waterbus. Waar mogelijk worden de enquêteresultaten aangevuld met bevindingen op basis van de reizigersregistratieformulieren. De verscheidene kruistabellen die gemaakt zijn voor bepaalde onderdelen kan de lezer in het bijlagenrapport terugvinden. Vervolgens zal in paragraaf 5.7 worden ingegaan op de passagierstellingen. Het hoofdstuk eindigt met een verslag van vertragingen en uitval (paragraaf 5.8).
5.1
Opbouw van het databestand Van de 1200 uitgezette enquêtes zijn 524 enquêtes geretourneerd. Dit komt neer op een responspercentage van 44%. In vergelijking met het responspercentage bij de Fast Ferry is de respons op de Waterbus-enquête beduidend beter te noemen. Wellicht wordt de hogere respons veroorzaakt door een grotere betrokkenheid bij de Waterbus. Er is onder meer nagegaan op welk traject de respondent de enquête heeft ontvangen. Hierbij is gekeken naar de opstap- en de afstapplaats van de respondent. Het blijkt dat van de respondenten 28% de enquête heeft ontvangen tijdens een reis van Dordrecht Hooikade naar Zwijndrecht en vice versa. Tijdens de reis van Dordrecht Merwekade naar Papendrecht en vice versa heeft 25% een enquête gekregen. Dit zijn overigens de oude veerverbindingen. Verdere zijn geen opvallende concentraties aanwezig. Tabel 5.1 geeft enkele sociaal-demografische kenmerken weer van de 524 respondenten.
Traffic Test BV
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 30
Tabel 5.1
Sociaal-demografische kenmerken.
Kenmerken Sexe
Man Vrouw
% 41 60
Leeftijd
Jonger dan 18 jaar 18-34 jaar 35-49 jaar 50 jaar of ouder
5 23 34 39
Beroepsgroep
Voltijd werk Deeltijdwerk Onderwijs volgend Huish. of onbetaald werk Pensioen, VUT o.i.d. Overig
44 12 8 12 21 2
Beschikking over een auto
Ja
65
Nee
35
Uit tabel 5.1 blijkt dat vrouwen sterker zijn vertegenwoordigd dan mannen. Daarnaast is de leeftijdsgroep jonger 18 jaar sterk ondervertegenwoordigd ten opzichte van de andere leeftijdsgroepen. Het zou kunnen zijn dat deze groep minder gemotiveerd is om een vragenlijst in te vullen. Ook zou het kunnen zijn dat er gewoon minder gebruik wordt gemaakt van de Waterbus door deze leeftijdsgroep. Verder valt op dat iets minder dan de helft van de steekproef uit voltijdwerkenden bestaat. Ongeveer één op de tien respondenten verricht deeltijdwerk. Tezamen beslaat de groep werkenden (voltijds en deeltijds) ruim de helft van de steekproef. Het aandeel werkenden, en de verdeling over de overige beroepsgroepen, komt sterk overeen met het beeld dat bij de Fast Ferry is gevonden. Tot slot blijkt dat tweederde deel van de respondenten beschikt over een auto. Dit percentage ligt aanmerkelijk lager dan bij de gebruikers van de Fast Ferry. Naast deze algemene kenmerken is gekeken naar de woonplaats van de respondenten. Tabel 5.2 geeft de verdeling weer over de diverse woonplaatsen. Tabel 5.2
Verdeling van de respondenten naar woonplaats. %
Alblasserdam
8
Dordrecht H-I-Ambacht Papendrecht Sliedrecht Zwijndrecht Ergens anders
19 6 25 10 24 9
Traffic Test BV
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 31
Het blijkt dat 25% van de respondenten in Papendrecht woont, gevolgd door 24% in Zwijndrecht en 19% in Dordrecht. Negen op de tien respondenten woont in één van de zes bovengenoemde Drechtsteden.
5.2
Gebruik van de Waterbus Aan de respondenten is gevraagd hoeveel dagen gemiddeld genomen wordt gereisd met de Waterbus. Tabel 5.3 laat de reactie op deze vraag zien. Tabel 5.3
Frequentie van het reizen met de Waterbus.
Frequentie 5 of meer dagen per week 2 tot 4 dagen per week 1 tot 4 dagen per maand een paar keer per jaar nog maar 1 keer
%
18 23 28 14
!§_
Uit tabel 5.3 blijkt dat 41 % van de respondenten een frequente gebruiker van de Waterbus is (gedefinieerd als 2 of meer dagen per week reizen per Waterbus). Circa één op de vijf respondenten heeft nog maar één keer per Waterbus gereisd. Indien alleen naar deze twee groepen wordt gekeken (frequente gebruikers en degenen die nog maar één keer van de dienst gebruik hebben gemaakt) blijkt dat bij de Waterbusrespondenten de verhouding exact tegenovergesteld is aan die bij de Fast Ferry (zie tabel 4.2). Bij de Waterbus zijn blijkbaar meer frequente gebruikers dan bij de Fast Ferry (zie bijlagenrapport). De respondenten hebben aangegeven op welk tijdstip zij meestal met de Waterbus reizen. Men mocht hier maximaal 2 tijdstippen aangegeven. Tabel 5.4 geeft de verdeling weer naar tijdstip. Door 28% van de respondenten zijn twee tijdstippen opgegeven. Hierdoor telt het kolompercentage op tot boven 100%. Tabel 5.4
Tijdstip waarop meestal wordt gereisd met de Waterbus.
Tijdstip In de spits In de loop van de dag, buiten de spits 's avonds In het weekend Erg verschillend
* 34
50 4 29
]2_
De helft van de respondenten maakt meestal gebruik van de Waterbus in de loop van de dag, buiten de spits. Eenderde deel van de respondenten geeft aan meestal in de spits te reizen. Dit beeld komt overeen met het gebruik van de Fast Ferry. Opgrond van de registratieformulieren (van 2925 reizigers) kan worden geconcludeerd dat 33% van de reizigers op doordeweekse dagen tussen 09:00 en 16:00 uur reist (zie tabel 5.5). Dit percentage ligt lager dan wordt gevonden op basis van de enquêtes (i.e. 50%). In de spitsperiodes (06:00-09:00 uur en 16:00-
Traffic Test BV
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 32
19:00 uur) reist 33% van de reizigers, terwijl 31 % in het weekend reist. Tabel 5.4 laat vergelijkbare percentages zien (namelijk respectievelijk 34% en 29%). Tabel 5.5
Tijdstip waarop reizigers met de Waterbus varen (op basis van de registratieformulieren).
Tijdstip
%
06:00-09:00 uur 09:00-16:00 uur 16:00-19:00 uur Na 19:00 uur 's Weekends
13 33 20 3 31
Nadere analyse van de enquêtes laat zien dat het hoofdzakelijk de frequente gebruikers zijn die in de spits reizen. De reizigers die meestal in de loop van de dag reizen (buiten de spits) of in het weekend zijn vooral de infrequente gebruikers van de Waterbus. Daarnaast blijkt dat het met name de leeftijdsgroepen 18-34 jaar en 35-49 jaar zijn die in de spits reizen. Buiten de spits, in de loop van de dag, wordt meer gebruik van de Waterbus gemaakt door de ouderen (50 jaar en ouder). Hieruit voortvloeiend is het net als bij de Fast Ferry niet verassend dat in de spits meer voltijdwerkenden van de Waterbus gebruik maken, terwijl buiten de spits veelal de gepensioneerden reizen. Overigens reizen buiten de spits ook meer mensen die huishoudelijk of onbetaald werk verrichten, maar het aandeel van deze groep is kleiner dan die van de gepensioneerden. Het doel waarvoor de respondent van de Waterbus gebruik maakt wordt in tabel 5.6 weergegeven. Ook hier geldt dat men maximaal twee antwoorden kon opgeven. Tabel 5.6
Doel van het gebruik van de Waterbus. %
Voor mijn werk Om onderwijs te volgen Om te winkelen Om familie / kennissen te bezoeken Voor recreatie Voor een dagje op stap te gaan Erg verschillend Overig
33 7 56 18 5 20 5 6
Het beeld dat uit tabel 5.6 naar voren komt is dat de Waterbus vooral voor winkeldoeleinden wordt gebruikt, maar ook voor andere sociaal-recreatieve motieven. Door eenderde deel van de respondenten wordt van de Waterbus gebruik gemaakt in het woon-werkverkeer. Het zijn met name de frequente gebruikers die de Waterbus gebruiken voor het woon-werkverkeer (66%). Infrequente gebruikers maken voornamelijk gebruik van de Waterbus om te winkelen (71 %) of een dagje te stappen (28%).
Traffic Test BV
TTOO^O, EINDRAPPORT Pagina 33
Als laatste onderwerp aangaande het gebruik van de Waterbus is gekeken naar het traject waarop de respondenten het meest gebruik maken van deze dienst. Van alle mogelijke trajecten tussen de zes Drechtsteden vallen voornamelijk drie trajecten op met relatief hoge percentages respondenten. Dit zijn achtereenvolgens: Papendrecht - Dordrecht Merwekade (20%). • • Zwijndrecht - Dordrecht Hooikade (18%). • Dordrecht Merwekade - Papendrecht (12%). Tabel 5.7 laat voor elk van de Drechtsteden zien hoe de verdeling op- en afstappers is. Duidelijk is dat iets meer dan de helft van de respondenten meestal in Papendrecht of Zwijndrecht opstapt. Daarnaast blijkt dat 62% van de respondenten meestal in Dordrecht van de Waterbus afgaat (Merwekade en Hooikade tezamen). Uit het voorgaande blijkt dat het meest gebruik wordt gemaakt van de Waterbustrajecten waar voorheen veerboten voeren. Nadere analyse laat zien dat respondenten die in Dordrecht Merwekade of Papendrecht opstappen veelal de frequente gebruikers zijn. In de opstapplaatsen H-I-Ambacht en Sliedrecht zijn het met name de infrequente gebruikers die aan boord gaan. In Dordrecht Hooikade gaan voornamelijk de infrequente gebruikers van boord, terwijl in Papendrecht met name de frequente gebruikers van boord gaan. Tabel 5.7
Locaties waar meestal wordt op- en afgestapt van de Waterbus. %
Opstaphalte Alblasserdam Dordrecht Hooikade Dordrecht Merwekade H-I-Ambacht Papendrecht Sliedrecht Zwijndrecht Afstaphalte
Alblasserdam Dordrecht Hooikade Dordrecht Merwekade H-I-Ambacht Papendrecht Sliedrecht Zwijndrecht
10
11 17 3 26
9 25 1 26 36 1 14
6 ]_.
Eenzelfde soort tendens is te bespeuren bij het databestand dat is opgebouwd uit de registratieformulieren. Van de 2925 reizigers zijn de opstap- en afstaphalte bekend. In tabel 5.8 wordt de verdeling naar traject weergegeven.
TTOO-40, EINDRAPPORT
Traffic Test BV
Pagina 34
Tabel 5.8
Reizigers naar op- en afstaphaltes van de Waterbus, op basis van de reizigers registratieformulieren. %
Opstaphalte Alblasserdam Dordrecht Hooikade Dordrecht Merwekade H-l-Ambacht Papendrecht Sliedrecht Zwijndrecht Afstaphalte
Alblasserdam Dordrecht Hooikade Dordrecht Merwekade H-l-Ambacht Papendrecht
Sliedrecht Zwijndrecht
5 16 25 1
20 9 25 4 18 30 1 21 7 19
Ook uit de registratieformulieren blijken de reizigerspieken bij de opstapplaatsen Dordrecht Merwekade, Papendrecht en Zwijndrecht te liggen. Qua afstapplaatsen liggen de pieken bij dezelfde plaatsen en bij Dordrecht Hooikade. Duidelijk is in elk geval dat in Dordrecht veel reizigers van en aan boord gaan. Duidelijk is dat op detailniveau verschillen bestaan, maar dit kan te wijten zijn aan de vraagstelling. Bij de enquête wordt gevraagd naar de plaats waar meestal wordt opgestapt respectievelijk afgestapt, terwijl bij het registratieformulier wordt opgeschreven bij welke plaats een reiziger is opgestapt dan wel afgestapt op het moment van enquêteren. Tot slot blijkt uit de enquêtes dat 39% van de respondenten ook wel eens op andere trajecten van de Waterbus gebruik maakt. Dit komt vaker voor onder de frequente gebruikers dan onder de infrequente gebruikers. Het bovenstaande in ogenschouw nemend kan worden gesteld dat: de frequente gebruiker een reiziger is • in de leeftijdsgroep 18-34 jaar; • die meestal in de spits reist; • die op de trajecten Dordrecht-Papendrecht en Dordrecht-Zwijndrecht reist; • die voltijd werkt. de infrequente gebruiker een reiziger is • in de leeftijdsgroep 50 jaar of ouder; • die buiten de spits in de loop van de dag reist of 's weekends; • die net als de frequente reiziger hoofdzakelijk op de trajecten DordrechtPapendrecht en Dordrecht-Zwijndrecht reist.
Traffic Test BV
5.3
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 35
Voor- en natransport Bij het onderwerp voor- en natransport is de reiziger onder meer gevraagd naar de vervoerwijze waarmee de langste afstand is afgelegd naar, respectievelijk vanaf, de Waterbus. Het uitgangspunt hierbij is het woonadres van de respondent. De resultaten worden in tabel 5.9 getoond. Tabel 5.9
Voor- en natransport. %
Voortransport
Natransport
Vervoerwijze Auto Fiets Lopend Bromfiets Stadsvervoer Dordrecht Streekvervoer Connexxion Trein Fast Ferry
15 62 21 1 1
Auto Fiets Lopend Bromfiets Stadsvervoer Dordrecht Streekvervoer Connexxion
2 56 37 1 1
Trein Fast Ferry Overig
1 2 ^
_.
Uit tabel 5.9 blijkt dat een groot deel van de respondenten per fiets of lopend naar de Waterbus gaat. Op de derde plaats staat de auto. Ook bij het natransport blijkt fietsen en lopen een veel gebruikte verplaatsingswijze te zijn. De overige vervoerwijzen volgen op grote afstand. De resultaten van de registratieformulieren laten eenzelfde strekking zien (zie tabel 5.10). Gezien het veelvuldig gebruik van de fiets is het niet verassend te noemen dat 56% van de respondenten (bijna) altijd de fiets meeneemt op de Waterbus. Door 27% van de respondenten wordt nooit de (brom)fiets meegenomen, terwijl de overige 17% dit een enkele keer doet. Ook uit de reizigersregistratieformulieren blijkt dat ongeveer de helft van de reizigers de fiets meeneemt (51 %).
Traffic Test BV
TTOCMO, EINDRAPPORT Pagina 36
Tabel 5.10
Voor- en natransport, op basis van de reizigersregistratieformulieren. %
Voortransport
Vervoerwijze Auto Fiets Lopend Bromfiets Stadsvervoer Dordrecht Streekvervoer Connexxion Trein Fast Ferry Overig
Natransport
Auto Fiets Lopend Bromfiets Stadsvervoer Dordrecht Streekvervoer Connexxion Trein Fast Ferry Overig
13 52 30 1
2 1 9 50 35 1 1
3 -
Zowel uit tabel 5.9 als tabel 5.10 blijkt verder dat de Fast Ferry amper wordt gebruikt als voortransportmiddel. Ook voor het natransport wordt vrij weinig gebruik gemaakt van de Fast Ferry. Wanneer wordt stilgestaan bij het gebruik van de Fast Ferry, dan blijkt dat geen van de respondenten frequent met de Fast Ferry reist (zie tabel 5.11). Tabel 5.11
Frequentie van het gebruik van de Fast Ferry. %
(Vrijwel) dagelijks Aantal keer per week Aantal keer per maand Enkele keer Nooit
4 39 57
Van de respondenten heeft 57% de Fast Ferry nog nooit gebruikt. Ongeveer vier op de tien respondenten heeft een enkele keer per Fast Ferry gereisd. Het is dan niet echt verwonderlijk dat 69% van de respondenten nooit met de Waterbus reist in combinatie met de Fast Ferry (zie tabel 5.12). Tabel 5.12
(Bijna) altijd Enkele keer Nooit
Gecombineerd gebruik van de Waterbus en de Fast Ferry. % 6 25 69
Traffic Test BV
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 37
De reizigersregistratieformulieren laten ook zien dat het aansluitend gebruik van de Fast Ferry bepaald niet vaak voorkomt. Slechts 5% van de reizigers geeft namelijk aan de Fast Ferry aansluitend te gebruiken. Dit beeld komt overeen met de resultaten in hoofdstuk 4, waar gebruikers van de Fast Ferry is gevraagd naar het (gecombineerde) gebruik van de Waterbus en Fast Ferry. Net als in paragraaf 5.2 wordt ingezoomd op de frequente versus de niet-frequente gebruikers van de Fast Ferry. Het blijkt dat de frequente gebruikers vaker met de fiets naar de Waterbus komen, terwijl de infrequente gebruikers vaker per auto of lopend naar de Waterbus gaan. Het ligt dan ook in de lijn der verwachting dat de fiets als voortransportmiddel veelvuldiger wordt opgegeven wanneer het reismotief woon-werkverkeer is. De auto wordt vaker opgegeven als het doel winkelen of een dagje stappen is (zie bijlagenrapport). Het natransport aangaande blijkt dat frequente gebruikers vaker hun reis per fiets vervolgen, terwijl infrequente gebruikers vaker lopend verdergaan. Net als bij het voortransport geldt hier dat de fiets als natransportmiddel vaker wordt opgegeven als het reismotief woon-werkverkeer is. Er wordt dikwijls lopend verder gereisd als het motief winkelen of een dagje stappen is. Van de frequente gebruikers neemt 78% (bijna) altijd de (brom)fiets mee op de Waterbus, terwijl 9% dit een enkele keer doet. Van de infrequente gebruikers neemt 41 % (bijna) altijd de (brom)fiets mee, terwijl 23% dit een enkele keer doet. In het gebruik van de Fast Ferry worden geen verschillen gevonden tussen de frequente gebruikers en de infrequente gebruikers. Het komt gewoon erg weinig voor dat mensen gebruik maken van de Fast Ferry. Het gecombineerde gebruik van de Waterbus en de Fast Ferry komt nauwelijks voor onder de frequente gebruikers. Ruim driekwart van de frequente gebruikers (77%) combineert nooit de Waterbus met de Fast Ferry. Bij de infrequente gebruikers wil het nog wel voorkomen dat een enkele keer gecombineerd wordt. Voor beide typen gebruikers geldt dat slechts weinigen (bijna) altijd gebruik maken van de combinatie.
De frequente gebruiker reist veelal per fiets van en naar de Waterbus. Voor het natransport wordt de fiets vaak meegenomen op de Waterbus. De infrequente gebruiker gaat, vergeleken met de frequente gebruiker, vaker per auto of lopend naar de Waterbus toe en vervolgt de reis lopend. Op zich vervolgt ook van de infrequente reizigers een redelijk deel haar reis per fiets.
5.4
Kaartgebruik Om per Waterbus te reizen kan gebruik worden gemaakt van verschillende kaartsoorten. Aan de reizigers is gevraagd aan te geven van welke kaartsoort zij het meest gebruik maken. De resultaten worden in tabel 5.13 weergegeven. In deze tabel worden tevens de resultaten weergegeven op basis van de registratieformulieren.
TTOO-40, EINDRAPPORT
Traffic Test BV
Pagina 38
Tabel 5.13
Gebruikte kaartsoort voor de Waterbus.
Strippenkaart Enkeitje Retourtje OV-jaarkaart OV-studenten kaart Combikaart Fast Ferry Weekabonnement Maandabonnement Jaarabonnement Anders
Enquêtes % 71 3 13 1
Registratieformulieren % 56 12 18 1
2 -
3 1 1
4
4
3 3
2 3
De strekking van de enquêtes en registratieformulieren is dat de strippenkaart het meest wordt aangewend. Abonnementen worden relatief weinig gebruikt: ongeveer één op de tien reizigers is in het bezit van een of ander abonnement. Zoals op grond van paragraaf 5.3 is te verwachten heeft slechts een enkeling een combikaart met de Fast Ferry. Tot de rubriek "anders" behoort onder meer de tienrittenkaart/ oude pontkaart. Nadere analyse van de enquêtes laat zien dat losse kaartjes (enkeitjes en retourtjes) vaker worden aangeschaft door de infrequente gebruikers (21 %), terwijl de frequente gebruikers vaker in het bezit zijn van een kaart die een jaar geldig is (11 %) of een week-/maandabonnement (9%). Bij beide groepen geldt echter dat de strippenkaart een voorname rol inneemt (zie bijlagenrapport).
De frequente gebruiker is vaak in het bezit van een strippenkaart of een abonnement op week-, maand- of jaarbasis. De infrequente gebruiker is dikwijls in het bezit van een strippenkaart of enkeitjes of retourtjes.
Aan de kleine groep respondenten die in het bezit is van een abonnement is gevraagd voor welke andere verplaatsingen zij het abonnement gebruikt. Het volgende wordt gevonden: • Van de zeven respondenten die een OV-jaarkaart hebben, gebruiken twee dit abonnement voor de trein. De overige vijf hebben geen reactie gegeven. • De tien mensen die in het bezit zijn van een OV-studentenkaart zijn allen het antwoord schuldig gebleven. • De ene persoon die een weekabonnement heeft gebruikt deze niet voor andere verplaatsingen. • Achttien mensen hebben een maandabonnement. Hiervan benutten tien het abonnement ook voor de bus. Drie personen gebruiken het abonnement alleen voor de Waterbus. Tot slot hebben vijf mensen geen reactie gegeven. • Van de dertien respondenten die een jaarabonnement bezitten maken zes tevens gebruik van de bus. Twee personen hebben het abonnement alleen voor de Waterbus. Door acht mensen is geen respons gegeven.
Traffic Test BV
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 39
Het blijkt dat geen van de abonnementhouders hun abonnement gebruiken voor verplaatsingen per tram, Fast Ferry of metro. Bij de registratieformulieren is verder onder de abonnementhouders (183 mensen hebben een week-, maand of jaarabonnement) nagegaan of zij in het bezit zijn van één of meer sterren (sterwaarde). Het blijkt dat van hen 49% één ster heeft en eveneens 49% heeft twee sterren. Slechts 2% heeft drie sterren. Op de vraag naar de sterzone heeft 72% een zone opgegeven. Het meest genoemd zijn de zones 5350 (39%) en 5355 (55%). De overige abonnementhouders hebben geen zone vermeld of een niet-bestaande zone (met andere woorden een code met meer of minder cijfers dan het standaard aantal van vier). Een ander aspect dat is onderzocht is het kaartje dat men aanschaft om de (brom)fiets mee te nemen. Twee van de antwoordcategorieën van de enquête komen overeen met die op het reizigersregistratieformulier, namelijk het fietsmaandabonnementen het fietsjaarabonnement. Echter, aangezien bij de registratieformulieren op beide categorieën onderde 1% is gescoord, zijn zij niet opgenomen in tabel 5.14. Hierbij is een manco aan het registratieformulier naar boven gekomen. Er had expliciet moeten worden gevraagd naar een fietsplaatsbewijs. Van de personen die een fiets meenamen, heeft 55% voor zichzelf een strippenkaart gebruikt, dus zal de fiets hierop of op een ander kaartje of mogelijk zelfs gratis zijn meegenomen. Ook in de enquête was het beter geweest als de strippenkaart als categorie was opgenomen, aangezien de categorie "anders" voor het grootste deel de strippenkaart betrof. Zoals verwacht op basis van eerdere bevindingen (zie paragraaf 5.3) neemt ongeveer een kwart van de respondenten nooit een fiets mee op de Waterbus. Naast het gebruik van een strippenkaart vallen de enkeitjes en retourtjes inclusief fiets op. Tabel 5.14
Gebruikte kaartsoort voorde (brom)fiets op de Waterbus. %
Enkeitje inclusief fiets Retourtje inclusief fiets Combikaart Fast Ferry inclusief fiets Fietsmaandabonnement
16 23 1 2
Fietsjaarabonnement Anders Neem nooit fiets mee
1 34 23
De reactie op de vraag waar het plaatsbewijs is gekocht wordt weergegeven in tabel 5.15. In deze tabel worden tevens de resultaten weergegeven op basis van de registratieform ui ieren.
Traffic Test BV
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 40
Tabel 5.15
Gelegenheid waar het plaatsbewijs voor de Waterbus is gekocht.
Supermarkt Winkel Postkantoor/postagentschap NS-station Busstation Waterbusloket Fast Ferry loket Waterbus automaat Fast Ferry automaat Anders
Enquêtes % 20 17 24 11 1
Registratieformulieren % 15 16 18 9 1
7 1
7
12
29 1
1
7
6
De resultaten van de enquêtes komen gedeeltelijk overeen met die van de registratieformulieren. Een aanzienlijk verschil bestaat echter bij de Waterbusautomaat. Deze wordt relatief gezien vaker genoemd bij de registratieformulieren dan bij de enquêtes. Hierdoor komt de Waterbus-automaat bij de registratieformulieren op de eerste plaats, terwijl bij de enquêtes een vierde plaats is weggelegd voor deze gelegenheid. Het beeld bij de enquêtes is dat plaatsbewijzen met name bij supermarkten/winkels en postkantoren worden verkregen. Tot slot is voor het onderdeel "kaartgebruik" gevraagd in welke plaats de kaart is gekocht. De reactie wordt weergegeven in tabel 5.16. In deze tabel worden tevens de resultaten weergegeven op basis van de reizigersregistratieformulieren. Tabel 5.16
Alblasserdam Dordrecht H-l-Ambacht Papendrecht Sliedrecht Zwijndrecht overig
Plaats waar het plaatsbewijs voor de Waterbus is gekocht. Enquêtes % 8 26 5 20 10 23 8
Registratieformu 1 ieren % 6 29 2 22 11 24 6
Blijkbaar wordt het plaatsbewijs veelal in Dordrecht, Papendrecht en Zwijndrecht gekocht. Deze Drechtsteden zijn, zoals eerder in dit rapport is gebleken, de plaatsen waar de meeste Waterbusreizigers op- en afstappen. In het licht hiervan is bovenstaande bevinding niet echt verwonderlijk te noemen. Tot de "overige plaatsen" behoren onder meer Amsterdam, Rotterdam en Den Haag. De resultaten van de enquêtes komen overigens zeer goed overeen met die van de registratieformulieren.
Traffic Test BV
TTOO-40, EIN DRAPPORT Pagina 41
5.5
Belang en tevredenheid Aan de respondenten zijn 29 verschillende aspecten voorgelegd, waarop zij het reizen met de Waterbus kunnen beoordelen. Per aspect moesten zij eerst op een vierpuntsschaal aangeven in hoeverre zij dit aspect belangrijk vinden (daarbij geeft een ' 1 ' aan dat de respondent het betreffende aspect 'helemaal niet belangrijk' vindt, een '2' dat de respondent het aspect 'niet zo belangrijk' vindt, een '3' dat de respondent het aspect 'redelijk belangrijk' vindt en tot slot geeft een '4' aan dat de respondent het aspect 'heel belangrijk' vindt). Vervolgens moesten zij opnieuw de 29 aspecten beoordelen, maar de vraag was nu in hoeverre zij tevreden zijn over deze aspecten in relatie tot de Waterbus. Opnieuw is gebruik gemaakt van een vierpuntsschaal (daarbij geeft een ' 1 ' aan dat de respondent over het betreffende aspect 'helemaal niet tevreden' is, een '2' dat de respondent 'niet zo tevreden' is over het aspect, een '3' dat de respondent 'redelijk tevreden' is over het aspect en tot slot geeft een '4' aan dat de respondent 'heel tevreden' over het aspect is). In tabel 5.1 7 wordt per aspect een gemiddelde score op het aspect weergegeven met betrekking tot het belang ervan. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt in frequente gebruikers en infrequente gebruikers, en er wordt een overall gemiddelde weergegeven. In tabel 5.18 wordt dit gedaan voorde tevredenheid. Met betrekking tot het belang van de diverse aspecten kan in de eerste plaats worden gesteld dat aan veel aspecten een redelijke tot hoge mate van belang wordt gehecht. Het aspect dat relatief gezien het minst belangrijk is, is de mate van schommelen van de Waterbus tijdens het varen (gemiddelde score 2.3). Ook de mogelijkheid om de Waterbus te combineren met de auto staat laag op de ranglijst (gemiddelde score 2.5). Een hoge mate van belang wordt gehecht aan duidelijke informatie over de Waterbus en de veiligheid van het varen (beide gemiddelde score 3.9). Deze aspecten worden gevolgd door het op tijd varen (gemiddelde score 3.8), met daar vlak achter de veiligheid van de wachtlocatie en de mogelijkheid om op de Waterbus gebruik te maken van strippenkaarten (beide gemiddelde score 3.7).
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 42
Traffic Test BV
Tabel 5.17
Belang dat aan onderstaande asperten wordt gehecht in relatie tot het reizen met de Waterbus". Gemiddelde score
Gemiddelde score
% mensen met score <2
Frequente
Infrequente
gebruikers
gebruikers
2.6 3.4 3.0
2.8
2.7
37
3.5 3.4
3.5 3.2
3.6
3.8 3.2
3.7
e. f.
Veiligheid wachtlocatie Verzorgd uiterlijk personeel Duidelijkheid informatie over Waterbus
8 21 4
gh.
Op tijd varen Actualiteit van informatie aan wal over
3.8 3.7
i.
Waterbus Op de hoogte worden gehouden door
i-
personeel Bereidheid personeel om me te helpen
a. b.
Uitstraling Verzorging walvoorzieningen
c. d.
Parkeervoorzien ingen (brom)fiets/auto
k. I.
Veiligheid van het varen Bekwaamheid van personeel om vragen te beantwoorden
m.
Aansluiten van vaartijden op tijden dat ik gebruik wil maken Rekening houden met mijn wensen
n. 0.
Pqr. s. t.
u. V.
w.
X.
yz.
Vaarfrequentie Vaartraject Reistijd die concurrerend is met auto Reistijd die concurrerend is met trein/bus Mogelijkheid om (brom)fiets mee te nemen Mate van schommelen tijdens varen Voorzieningen op Waterbus voor comfortabele reis Toegankelijkheid van het schip te voet Toegankelijkheid van het schip bij meenemen (brom)fiets Hoogte van de tarieven Mogelijkheden om de Waterbus te combineren met trein/bus/tram/metro Mogelijkheden om de Waterbus te combineren met auto
3.9 3.8
3.1 3.9 3.8
16 1
3.6
3.6
6
3.5
3.3
3.4
10
3.4 3.8 3.5
3.5 3.9 3.4
3.5 3.9 3.4
10 3 7
3.6
3.4
3.5
9
3.1 3.6 3.4 2.7 2.8 3.7
3.0 3.5 3.4
3.0
19
3.6
3.0 3.0 3.4
2.9 2.9 3.5
3 10 36 36 12
2.3
2.4
3.0
3.1
2.3 3.0
59 23
3.1 3.8
3.4
2
3.4
3.5
3.4
8
3.5
3.4
3.4
11
3.5
3.5
2.8
3.1
3.5 3.0
32
2.2
2.6
2.5
53
7
A.
Mogelijkheden om de Waterbus te combineren met de (brom)fiets
3.6
3.3
3.4
13
B.
Gemak waarmee kaartjes voor de Waterbus verkrijgbaar zijn Mogelijkheid om op de Waterbus gebruik te maken van strippenkaarten
3.6
3.7
3.6
6
3.7
3.8
3.7
6
C.
De betekenis van de scores: 1 •• helemaal niet belangrijk; 2 - niet zo belangrijk; 3 - redelijk belangrijk; 4 heel belangrijk.
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 43
Traffic Test BV
Tabel 5.18
Tevredenheid met onderstaande aspecten in relatie tot het reizen met de Waterbus'2. Gemiddelde score
Gemiddelde
% mensen
score
met score <2
Frequente
Infrequente
gebruikers
gebruikers
Uitstraling Verzorging walvoorzieningen
3.6
3.7
3.7
3
3.0
3.3
Parkeervoorzieningen (brom)fiets/auto Veiligheid wachtlocatie Verzorgd uiterlijk personeel Duidelijkheid informatie over Waterbus
2.8 3.1 3.5 2.7
19 31 14 2
gh.
Op tijd varen Actualiteit van informatie aan wal over
2.9 2.6
2.9 3.3 3.6 3.0 3.2 2.9
3.2 2.9 3.2 3.5 2.9 3.1 2.8
i.
Waterbus Op de hoogte worden gehouden door
2.9
3.3
3.1
14
j-
personeel Bereidheid personeel om me te helpen
3.4
3.5
3.5 3.2
3.6 3.4
3.5 3.6 3.3
5 2 7
2.9
3.1
3.0
20
2.9 2.8
3.2 3.1 3.4
3.1 3.0
14 23 6
a. b. c. d. e. f.
k. 1. m.
Veiligheid van het varen Bekwaamheid van personeel om vragen te beantwoorden Aansluiten van vaartijden op tijden dat
n.
ik gebruik wil maken Rekening houden met mijn wensen
o.
33 19 33
qr.
Vaarfrequentie Vaart raject Reistijd die concurrerend is met auto Reistijd die concurrerend is met
3.2
3.3
3.5 3.2 3.2
s.
trein/bus Mogelijkheid om (brom)fiets mee te
3.7
3.6
3.7
4
nemen Mate van schommelen tijdens varen Voorzieningen op Waterbus voor
3.3 3.6
3.5 3.6
3.4 3.6
7 3
3.7
3.8 3.7
3.7 3.7
2 3
2.7 2.8
3.1
2.9
3.0 2.8
25 28
2.9
3.0
3.0
22
3.6
3.6
3.6
4
2.4
2.6
2.5
49
3.7
3.8
3.7
3
P-
t.
u. V.
w. X.
yz. A. B. C.
comfortabele reis Toegankelijkheid van het schip te voet Toegankelijkheid van het schip bij meenemen (brom)fiets Hoogte van de tarieven Mogelijkheden om de Waterbus te combineren met trein/bus/tram/metro Mogelijkheden om de Waterbus te combineren met auto Mogelijkheden om de Waterbus te combineren met de (brom)fiets Gemak waarmee kaartjes voor de Waterbus verkrijgbaar zijn Mogelijkheid om op de Waterbus gebruik te maken van strippenkaarten
3.5 3.2
3.6
3.2
13 14
De betekenis van de scores: 1 • helemaal niet tevreden; 2 - niet zo tevreden; 3 - redelijk tevreden; 4= heel tevreden.
Traffic Test BV
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 4 4
Naast het algemene beeld is vervolgens gekeken of de frequente gebruikers bij één of meer aspecten verschillen van de infrequente gebruikers voor wat betreft de mate van belang. Het blijkt dat beide groepen op maar liefst twaalf aspecten van elkaar verschillen. De frequente gebruikers hechten meer belang aan de mogelijkheid om de Waterbus te combineren met de (brom)fiets, de mogelijkheid om de (brom)fiets mee te nemen, het op de hoogte worden gehouden door het personeel, het aansluiten van de vaartijden bij de tijden waarop men van de Waterbus gebruik wil maken en de vaarfrequentie. De infrequente gebruikers, daarentegen, hechten meer belang aan de uitstraling, de verzorging van de walvoorzieningen, parkeervoorzieningen voorde auto en (brom)fiets, de veiligheid van de wachtlocatie, de veiligheid van het varen en een reistijd die concurrerend is met de auto, bus en trein. De tevredenheid met de 29 verschillende aspecten toont dat men over het merendeel van de aspecten redelijk tot zeer tevreden is. Er zijn vijf aspecten die een gemiddelde score hebben onder de 3.0. Dit betreft de parkeervoorzieningen voor de auto en de (brom)fiets, de duidelijkheid van de informatie over de Waterbus, de actualiteit van de informatie aan wal over de Waterbus, de mogelijkheden om de Waterbus te combineren met de trein/bus/tram/metro en het gemak waarmee kaartjes verkrijgbaar zijn. In figuur 5.1 wordt voor ieder van de 29 aspecten de gemiddelde score op belangrijkheid afgezet tegen de gemiddelde score op tevredenheid. Op deze wijze komt duidelijk naar voren dat de aspecten gemak waarmee kaartjes voor de Waterbus zijn te verkrijgen, de veiligheid van de wachtlocatie, het op tijd varen, de vaarfrequentie, de actualiteit van de informatie aan wal over de Waterbus en de duidelijkheid van de informatie over de Waterbus relatief hoog scoren op belangrijkheid en relatief laag op tevredenheid. Deze aspecten zijn dus voor verbetering vatbaar. De veiligheid van het varen en de mogelijkheid om gebruik te maken van strippenkaarten scoren overigens op beide dimensies hoog.
Traffic Test BV
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 45
Figuur 5. / :
Gemiddelde score op belangrijkheid afgezet tegen de gemiddelde score op tevredenheid voor ieder van de 29 aspecten.
tevredenheid itstraling^ Uit:
toegang te voet/toegang (brom)fiets^ comfort.voorzien»
-3,5.
mogelijkh strippenkaart
bimog(brom)fiets^ bereid hejlpen
verzo rgd perso neel
eo ncurr.tijd auto en trein/bus •
rekening wensen
- -veiligvaren
vaartraject
schommelingen V\6 bekwaamh personeel*
verzorg.walvo o r z -
veiligh.wachtloc
op hoogte houden Y
vaarfreq -*' aansluiten vaartijden/tanef hoogt^
3-^ combimog auto
parkeren coijnbimog trein/bus/tram/metro
7 5
mog (brom)fiets mee • •
op tijd varen • duidelijkh.inft
lactualitert info
gemak kaartaanschaf
belang
1 •;
Traffic Test BV
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 47
Wanneer de frequente en infrequente gebruikers tegen elkaar worden afgezet blijkt dat zij voor de mate van tevredenheid op zestien aspecten van elkaar verschillen. Voor alle zestien aspecten geldt dat de infrequente gebruikers meer tevreden zijn. Alleen de aspecten die hoog scoren op belangrijkheid (een gemiddelde score van 3.6 of hoger) worden hieronder opgesomd: • Veiligheid van de wachtlocatie. • Duidelijkheid van de informatie over de Waterbus. • Op tijd varen. • Actualiteit van de informatie aan wal over de Waterbus. • De veiligheid van het varen. • De vaarfrequentie. Naast de 29 aspecten is aan de respondent gevraagd naar de mening over de Waterbus in zijn totaliteit. Tabel 5.19 geeft de reactie op deze vraag weer. Tabel 5.19
De overall mening over de manier van reizen met de Waterbus. %
Zeer goed Goed Redelijk
27 58 14
Slecht Zeer slecht
1 1
Duidelijk is dat men behoorlijk te spreken is over het reizen met de Waterbus. Hierin verschillen bovendien de frequente en infrequente gebruikers niet van elkaar (zie bijlagenrapport). Het is opvallend dat de algemene tevredenheid niet verschilt tussen de frequente en de infrequente reizigers, gezien de grotere tevredenheid van de infrequente reizigers op behoorlijk aantal deelaspecten. Aan de respondenten is gevraagd wat volgens hen verbeterd zou moeten worden bij de Waterbus zodat het reizen aantrekkelijker wordt. De voornaamste strekking die hieruit te distilleren is wordt hieronder weergegeven. Tussen haakjes wordt het aantal personen genoemd dat desbetreffende verbeterpunt heeft aangedragen. Verbeterpunten (N-524): • Betere kaartautomaat, geschikt ook voor papiergeld en pinnen, en makkelijk te bedienen (n = 53). • Hogere vaarfrequentie (onder meer in spits) (n = 40). • Betere beschutting in wachtruimte (n = 24). • 's Avonds langer doorvaren (n = 12). • Betere informatie over vaartijden (n= 12). • Betere aansluiting op de Fast Ferry (n = 11). • Meer/betere stallingsruimte voor de fiets aan boord (n -11). • Kaartverkoop aan boord (n -11). • Toilet aan boord (n-9). • Bestemming beter zichtbaar (n = 6). • Tijdig aangeven als de dienstregeling wijzigt (n = 6).
Traffic Test BV
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 48
5.6
Verandering reisgedrag De Waterbus vaart pas sinds 1 november 1999. Aan de reizigers is gevraagd op welke wijze zij voorheen reisden op het traject waarvoor zij het meest gebruik maken van de Waterbus. Tabel 5.20 geeft aan dat de reis voorheen door 54% van de reizigers per veer zou zijn gemaakt. Dit is ook niet erg verwonderlijk: eerder bleek al dat de meeste reizigers gebruik maken van de Waterbus op de "oude" veertrajecten tussen Dordrecht en Zwijndrecht, en Dordrecht en Papendrecht. Op de tweede plaats staat de auto. Vanzelfsprekend is het belangrijk om na te gaan wat de sp/tsreizigers voorheen als vervoerwijze gebruikten. Van de 1 71 personen die meestal in de spits reizen, maakte 57% voorheen gebruik van het veer, 19% fietste en 4% reed auto. Tabel 5.20 Vervoerwijze voor de indiensttreding van de Waterbus. % Auto Fiets Bromfiets
16 14 1
Bus Trein Veer Anders Dan niet gereisd
6 3 54 2 1
Voorheen niet op dit traject gereisd
3
Nadere analyse laat zien dat het met name de infrequente gebruikers zijn die voorheen de auto zouden hebben gebruikt (zie bijlagenrapport). Het vroegere gebruik van de fiets en het veer komt vaker voor onder de frequente gebruikers. Aan de reiziger is eveneens gevraagd op welke wijze zij nu de reis zouden hebben gemaakt als zij geen gebruik hadden kunnen maken van de Waterbus. De antwoorden worden in tabel 5.21 weergegeven. Tabel 5.21
Vervoerwijze huidige reis als de Waterbus niet zou hebben gevaren.
Auto Fiets
36 38
Bromfiets Bus
1 14
Trein Anders Dan niet gereisd
4 3 4
Het beeld dat naar voren komt is vrij verschillend van dat in tabel 5.20. Op zich is dit logisch, aangezien de optie van vervoer over water in de vorm van het veer is weggelaten. De personen die in het verleden voor het veer hebben gekozen en nu misschien dit weer zouden willen opgeven, zijn nu "gedwongen" een andere vervoersvorm te kiezen. De auto en de fiets staan min of meer op een gedeelde eerste plaats als alternatief wanneer de Waterbus er niet zou zijn geweest.
Traffic Test BV
TTOO^O, EINDRAPPORT Pagina 49
Verder geldt net als hiervoor dat het met name de infrequente gebruikers zijn die nu de auto zouden gebruiken als de Waterbus er niet zou zijn. Het gebruik van de fiets als alternatief voor de Waterbus komt vaker voor onder de frequente gebruikers. De Waterbus heeft er toe geleid dat één op de zes respondenten (16%) hun reistraject niet per auto heeft afgelegd. Dit is een beduidend kleiner effect dan is aangetroffen bij de Fast Ferry. De verklaring hiervoor moet worden gezocht in de veren die voorheen aanwezig waren. De komst van de Waterbus kan hebben geleid tot een toegenomen reislust. Om dit na te gaan is aan de reiziger gevraagd of men vaker is gaan reizen of niet. Tabel 5.22 laat zien dat in 21 % van de gevallen dit inderdaad het geval is. Tabel 5.22
Verandering in reisfrequentie door de komst van de Waterbus. %
Vaker gaan reizen
21
Niet vaker gaan reizen
80
Het blijkt dat frequente en infrequente reizigers onderling niet verschillen in veranderingen in reisfrequentie. Mensen die meer zijn gaan reizen geven vaker het reismotief winkelen of een dagje stappen op dan mensen die evenveel zijn blijven reizen. Er worden met betrekking tot het onderwerp "verandering in reisfrequentie" geen verschillen gevonden tussen mannen en vrouwen, noch tussen de diverse leeftijdsgroepen. Bij de beroepsgroepen valt alleen te constateren dat de voltijdwerkenden over het geheel genomen niet vaker zijn gaan reizen.
5.7
Passagierstellingen Van beide trajecten van de Waterbus, Dordrecht-Sliedrecht en DordrechtAlblasserdam, zijn de passagiersaantallen bijhouden. Figuren 5.2 en 5.3 presenteren de gegevens vanaf week 47 (1999) tot en met week 19 (2000) van respectievelijk het traject Dordrecht-Sliedrecht en het traject DordrechtAlblasserdam.
TTOO^O, EINDRAPPORT
Traffic Test BV
Pagina 50
Passagiersaantallen traject Dordrecht-Sliedrecht 12.000 10.000
^^A
8.000
yK
6.000 4.000 2.000
N^
V-*
Z^7 47 48 49 50 51 52 1
2
3
4
5
6
7
8
9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19
weeknummer
F/guur 5.2:
Passagiersaantallen per week bij de Waterbus op het traject Dordrecht - Sliedrecht.
Passagiersaantallen traject Dordrecht-Alblasserdam 12.000 10.000 8.000 6.000 4.000 2.000
zzz 47 48 49 50 51 52 1
2
3
4
5
6
7
8
9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19
weeknummer
Figuur 5.3:
Passagiersaantallen per week bij de Waterbus op het traject Dordrecht - Alblasserdam.
Bij beide trajecten valt op dat het aantal reizigers per week gestaag toeneemt, op het traject Dordrecht-Alblasserdam van circa 2.000 passagiers per week in de periode eind november/begin december 1999 tot ruim 9.000 in de periode eind april/begin mei 2000, en op het traject Dordrecht-Sliedrecht van ongeveer 2.500 passagiers per week in de periode eind november/begin december 1999 tot rond de 10.000 passagiers per week eind april/begin mei 2000.
Traffic Test BV
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 51
5.8
Vertragingen en uitval In de veldwerkperiode is op maandag 21 februari één vertraging13 opgetreden. Het betreft de dienst van 11:50 uur en het traject Alblasserdam - Dordrecht. Bij vertrek uit Dordrecht Merwekade (naar Zwijndrecht) is een vertraging opgetreden van 10 minuten. Daarnaast is in de veldwerkperiode één van de Waterbusdiensten uitgevallen, en wel de Wantij op maandag 28 februari om 10:45 uur. De plaats van de uitval was Dordrecht Merwekade, op het traject Dordrecht-Alblasserdam. De duur van de uitval was tot 11:04 uur. Er was geen vervanging. Oorzaak van de uitval was een kapot filter van het stuurwerk.
Overeen vertraging wordt gesproken indien het oponthoud vijf minuten of meer bedraagt.
Traffic Test BV
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 52
6.
Conclusies en aanbevelingen In dit hoofdstuk worden allereerst de belangrijkste conclusies gepresenteerd op grond van de resultaten bij de Waterbus en Fast Ferry. Vervolgens worden in paragraaf 6.2 de wensen van de reizigers geformuleerd. Tot slot wordt in paragraaf 6.3 een aantal onderzoeks-technische aanbevelingen gedaan.
6.1
Conclusies De reizigers zijn over het geheel genomen tevreden met de mogelijkheden die de Waterbus en de Fast Ferry bieden om respectievelijk tussen de Drechtsteden en tussen Dordrecht, Ridderkerk en Rotterdam te reizen. Dat wil echter nfet zeggen dat het huidige productaanbod niet voor verbetering vatbaar is. Wijzigingen in de wijze waarop de kaartjes voor de Fast Ferry en de Waterbus te verkrijgen zijn lijken noodzakelijk, de informatievoorziening richting reizigers is voor verbetering vatbaar, er lijkt met name in de spits behoefte te zijn aan een frequentere dienstregeling van zowel de Fast Ferry als de Waterbus en de veiligheid en het comfort tijdens het wachten op de boot kan beter (zie ook paragraaf 6.2). De Fast Ferry levert een bijdrage aan het terugdringen van het gebruik van de auto op het traject Dordrecht - Rotterdam: ruim de helft van de ondervraagden reisde voor de komst van de Fast Ferry met de auto (de auto wordt overigens nog wel regelmatig gebruikt in het voortransport). De effecten op macroniveau zijn vanzelfsprekend gering omdat het om relatief kleine aantallen (spits)automobilisten gaat die de overstap maken naar de Fast Ferry (de reizigersaantallen per week liggen tussen de twee- en zesduizend). Bovendien betreft het veelal infrequente gebruikers van de Fast Ferry. Bij de Waterbus is één op de zes mensen overgestapt van de auto naar de Waterbus, de meeste respondenten geven aan dat ze voorheen gebruik maakten van de veerdienst tussen Dordrecht en Zwijndrecht en Dordrecht en Papendrecht (ruim 50%). De Waterbus wordt, zoals hiervoor reeds is aangegeven, vooral gebruikt op de trajecten Dordrecht Hooikade - Zwijndrecht en Dordrecht Merwedekade Papendrecht, daar waar voor de komst van de Waterbus een verbinding per veerboot werd onderhouden. De Waterbus heeft echter ook een toegevoegde waarde ten opzichte van de 'oude' situatie: ruim 20% van de ondervraagden geeft aan (meestal) op te stappen in Alblasserdam, Hendrik-ldo-Ambacht of Sliedrecht, terwijl voor circa 10% één van deze plaatsen de afstaphalte is. Bovendien geeft ruim 20% van de mensen aan dat men vaker is gaan reizen tussen de Drechtsteden door de komst van de Waterbus. De Waterbus lijkt dus zeker een 'brugfunctie' te vervullen tussen de Drechtsteden, meer dan het geval was met de 'oude' veerboot. Ondanks een op elkaar aansluitende dienstregeling wordt het gebruik van de Fast Ferry slechts door weinig mensen gecombineerd met de Waterbus (circa 5%). Op basis van de onderzoeksresultaten lijkt derhalve de conclusie gerechtvaardigd dat er van een 'wederzijdse versterking' van de beide OV-verbindingen over water geen sprake is. Zowel bij de Fast Ferry als bij de Waterbus neemt het aantal reizigers (per week) gestaag toe. Bij de Fast Ferry is begin mei 2000 sprake van ongeveer 5.000
Traffic Test BV
TTOO^O, EINDRAPPORT Pagina 53
passagiers per week, bij de Waterbus maken eind april/begin mei 2000 op beide trajecten tussen de 9.000 en 10.000 reizigers gebruik van de OV-verbinding. In de veldwerkperiode - van 21 februari tot en met 3 maart (week 8 en 9) - maken in week 8 ongeveer 4.000 reizigers gebruik van de Fast Ferry en in week 9 circa 6.000 mensen, de Waterbus vervoert op beide trajecten ongeveer 7.000 passagiers per week.
6.2
Aanbevelingen ter verbetering van de Fast Ferry en de Waterbus Op basis van de resultaten van het onderzoek onder gebruikers van de Fast Ferry en de Waterbus komen we tot de volgende aanbevelingen: Verkrijgen kaartjes In het algemeen dient het gemak, waarmee de voor het gebruik van de Fast Ferry en de Waterbus benodigde kaartjes kunnen worden verkregen, te worden verbeterd. Concreet gaat het om de volgende verbeterpunten: • De kaartautomaten zouden (zowel voor de Fast Ferry als voor de Waterbus) geschikt moeten worden gemaakt voor papiergeld, chippen en pinnen. Bovendien dient de kaartautomaat gemakkelijk(er) bedien baar te zijn. • Het verkrijgen van kaartjes zou bovendien kunnen worden verbeterd door bij de Waterbus kaartverkoop aan boord mogelijk te maken, bij de Fast Ferry zou kunnen worden overwogen met ruimere openingstijden te werken van de kaartverkoop. Informatie De informatievoorziening aan reizigers is voor verbetering vatbaar. Informatie dient - meer dan nu het geval is - duidelijk te worden gecommuniceerd en bovendien dient de gebruiker van de Fast Ferry of de Waterbus beter op de hoogte te worden gehouden van de actuele situatie. Het gaat daarbij onder meer om de volgende informatie: • (Potentiële) gebruikers van zowel de Waterbus als de Fast Ferry dienen beter te worden geïnformeerd over de vaartijden. • Wanneer de dienstregeling wordt gewijzigd dient dit tijdig te worden gecommuniceerd. • Bij uitval van boten dient de reiziger snel en duidelijk te worden geïnformeerd. Vaarfrequentie en dienstregeling Zowel gebruikers van de Fast Ferry als de Waterbus geven aan dat ze een hogere vaarfrequentie wensen, met name tijdens de spits. Hoewel een hogere vaarfrequentie op dit moment niet mogelijk is bij de Fast Ferry (tenzij extra boten worden aangeschaft), zou kunnen worden overwogen om bij de Waterbus de oorspronkelijke dienstregeling (15/30-minutendienst) weer in te voeren. Gezien het relatief beperkte gecombineerde gebruik van de Waterbus en de Fast Ferry en de ook op dit moment beperkte aansluiting van de Waterbus op de Fast Ferry lijkt dit een goede optie.
Traffic Test BV
TTOO-40, EINDRAPPORT Pagina 54
Veiligheid en comfort Zowel aan wal als op de boot zelf kan een aantal zaken worden aangepakt zodat de veiligheid en het comfort verbeteren: • De wachtruimtes dienen beter beschutting te bieden tegen regen en wind. • Het zou mogelijk moeten zijn om uit een automaat consumpties te verkrijgen bij de wachtlocatie en aan boord. • De veiligheid van de wachtruimtes dient te worden verbeterd, bijvoorbeeld door de verlichting te verbeteren.
6.3
Onderzoeks-technische aanbevelingen Het onderzoek was ook bedoeld om vast te stellen in hoeverre het meetinstrument voor de volgende tussentijdse metingen verbeterd kan worden. Het gaat om de volgende aanbevelingen: • Om voor het enquête-onderzoek van de tweede tussentijdse meting het beoogde aantal respondenten te verkrijgen dient met name bij de Fast Ferry een groter aantal enquêtes te worden uitgezet. • Het is gebleken dat de strekking van de enquêtes in belangrijke mate overeenkomt met die van de reizigersgegevens. In de volgende tussentijdse meting lijkt derhalve het uitzetten van vragenlijsten onder gebruikers van de Fast Ferry en de Waterbus voldoende te zijn en is de registratie van reizigersgegevens op de boot niet meer nodig. Om de betrouwbaarheid van de resultaten te vergroten zou de steekproefgrootte iets moeten worden opgehoogd. • Bij de vraag naar het gebruik van het abonnement voor andere verplaatsingen dient de categorie "abonnement wordt niet gebruikt voor andere verplaatsingen" te worden opgenomen. • Bij de enquête voor de Waterbus dient bij de vraag naar het kaartgebruik voor de fiets de antwoordcategorie "strippenkaart" te worden opgenomen, aangezien dit redelijk vaak is opgegeven. • Gezien het belang van het gemak waarmee kaartjes te koop zijn is het raadzaam hier bij volgende enquête een vraag naar op te nemen.
Traffic Test BV
Bijlage 1 Enquête voor de Fast Ferry reizigers
TTOO-40, EINDRAPPORT
TraffkTest bv Instituut voor onderzoek en beleidsadvisering op gebied van verkeer en vervoer
Februari 2000 Evaluatie onderzoek Fast Ferry Sinds 1 november 1999 is er een openbaar vervoerverbinding over het water in het Drechtstedengebied. Het gaat om een zogenaamde 'Fast Ferry' die vaart tussen de steden Dordrecht, Ridderkerk en Rotterdam. De exploitatie van de openbaar vervoerverbindingen wordt verzorgd door de onderneming High Speed Ferry bv.
Inmiddels is de Fast Ferry ongeveer drie maanden in gebruik en is het onderzoeksbureau Traffic Test gevraagd de mening van de reizigers over hun ervaringen met de Fast Ferry te onderzoeken. U heeft aangegeven door middel van deze vragenlijst uw mening over de Fast Ferry te willen geven. We zijn u daarvoor natuurlijk zeer dankbaar. We zullen uw ervaringen met de Fast Ferry gebruiken om te kijken op welke manier, indien nodig, de kwaliteit van het reizen met de Fast Ferry kan worden verbeterd.
We verzoeken u om de ingevulde vragenlijst uiterlijk 12 maart terug te sturen in de bijgesloten envelop. Onder de inzenders die bereid zijn hun adres te geven verloten we twee dinerbonnen ter waarde van ƒ125,-.
Alvast onze dank voor het invullen van de vragenlijst.
Klaas Vé Projectleider Traffic Test
GEBRUIK FAST FERRY
Allereerst willen we graag een indruk krijgen van de manier waarop u gebruik maakt van de Fast Ferry. 1.
Hoeveel dagen reist u gemiddeld met de Fast Ferry tussen de Drechtsteden? 1. 2. 3. 4. 5.
vijf of meer dagen per week twee tot vier dagen per week één tot vier dagen per maand een paar keer per jaar ik heb nog maar één keer met de Fast Ferry gereisd
Als u nog maar één keer met de Fast Ferry heeft gereisd, moet u bij het beantwoorden van onderstaande vragen van deze reis uitgaan.
2a.
Op welk traject maakt u het meest gebruik van de Fast Ferry? Als u bijvoorbeeld vooral gebruik maakt van de Fast Ferry op het traject tussen Dordrecht en Ridderkerk, omcirkelt u in de linkerkolom Dordrecht en in de rechterkolom Ridderkerk. Tussen: 1. Dordrecht 2. Ridderkerk 3. Rotterdam
2b.
Maakt u ook wel eens gebruik van de Fast Ferry op andere trajecten? 1. 2.
3.
En: 1. Dordrecht 2. Ridderkerk 3. Rotterdam
ja nee
Als u met de Fast Ferry reist, op welk tijdstip is dat dan meestal? U kunt maximaal twee antwoorden omcirkelen. 1. 2. 3. 4. 5.
in de ochtend- en/of avondspits in de loop van de dag, maar buiten de spitsuren 's avonds in het weekend verschilt heel erg
4.
Met welk doel maakt u meestal gebruik van de Fast Ferry?
U kunt maximaal twee antwoorden omcirkelen. 1. 2. 3. 4. 5.
7.
voor mijn werk om onderwijs te volgen om te winkelen om familie of kennissen te bezoeken. om uit te gaan, om te gaan sporten of om naar de film of schouwburg te gaan
1. 2. 3.
verschilt heel erg anders, namelijk
8.
Als u gebruik maakt van de Fast Ferry, met welk vervoermiddel reist u dan meestal naar de Fast Ferry toe?
Als u gebruik maakt van meerdere vervoermiddelen, omcirkelt u dan het vervoermiddel waarmee de langste afstand wordt afgelegd. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12.
met de auto met de fiets met de bromfiets met de stadsbus van de RET met de tram van de RET met de metro van de RET met het Stadsvervoer Dordrecht met het streekvervoer (Connexxion) met de trein met de Waterbus lopend anders, namelijk
9.
10.
1. 2.
ja, (bijna) altijd ja, een enkele keer
3.
nee, nooit
Als u gebruik maakt van de Fast Ferry, neemt u dan uw fiets mee op de boot?
1. met de auto
11.
ja, (bijna) altijd ja, een enkele keer nee, nooit
Wat voor kaartje gebruikt u om met de Fast Ferry te reizen? Als u gebruik maakt van verschillende soorten kaartjes, omcirkelt u dan het kaartje dat u het gebruikt wanneer u met de Fast Ferry reist. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13.
Als u gebruik maakt van meerdere vervoermiddelen, omcirkelt u dan het vervoermiddel waarmee de langste afstand wordt afgelegd.
met de fiets met de bromfiets met de stadsbus van de RET met de tram van de RET met de metro van de RET met het Stadsvervoer Dordrecht met het streekvervoer (Connexxion) met de trein met de Waterbus lopend anders, namelijk
Als u met de Fast Ferry reist, combineert u dat dan met de Waterbus tussen de Drechtsteden?
1. 2. 3.
Als u gebruik maakt van de Fast Ferry, met welk vervoermiddel reist u dan meestal verder?
2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12.
ja, (vrijwel) dagelijks ja, een aantal keer per week ja, een aantal keer per maand
4. ja, een enkele keer 5. nee, nooit
6. om een dagje op stap te gaan 7. 8.
Naast de Fast Ferry is er ook een verbinding over water tussen de Drechtsteden (Alblasserdam, Dordrecht, Hendrik-ldo-Ambacht, Papendrecht, Sliedrecht en Zwijndrecht), de zogenaamde 'Waterbus'. Maakt u wel eens gebruik van de Waterbus?
enkeitje (voorverkoop) enkeitje (uit de automaat) retourtje (voorverkoop) retourtje (uit de automaat) 5-retourkaart combikaart met de Waterbus weekabonnement jeugdmaandkaart (ook 65+) maandabonnement jaarabonnement OV-jaarkaart O V-studentenkaart anders, namelijk
Op welk traject met de Fast Ferry heeft u de voor u liggende vragenlijst ontvangen? Tussen: 1. Dordrecht 2. Ridderkerk 3. Rotterdam
En: 1. Dordrecht 2. Ridderkerk 3. Rotterdam
II.
Vergeet u niet dat het gaat om het belang dat u aan elk van de aspecten hecht wanneer u met de Fast Ferry reist!
BELANG ASPECTEN FAST FERRY
We willen graag van u weten hoe belangrijk verschillende aspecten zijn wanneer u met de Fast Ferry reist. Bij vraag 13 kunt u vervolgens aangeven hoe tevreden u over deze aspecten bent. 12.
We willen graag dat u van onderstaande aspecten aangeeft in hoeverre het voor u van belang is wanneer u met de Fast Ferry reist. t.
De mate waarin de Fast Ferry tijdens het varen schommelt u. De voorzieningen op de Fast Ferry voor een comfortabele reis v. De toegankelijkheid van het schip te voet w. De toegankelijkheid van het schip bij het meenemen van de fiets x. De hoogte van de tarieven van de Fast Ferry y. De mogelijkheden om de Fast Ferry te combineren met de trein/bus/tram/metro z. De mogelijkheden om de Fast Ferry te combineren met de auto A. De mogelijkheden om de Fast Ferry te combineren met de fiets B. Het gemak waarmee de kaartjes voor gebruik van de Fast Ferry zijn te verkrijgen
Omcirkel bij elk aspect het cijfer dat uw mening het beste weergeeft. Denk er voortdurend aan dat het in deze vraag gaat om het belang dat u aan elk van de aspecten hecht wanneer u met de Fast Ferry reist.
a. b. c. d. e. f.
g. h. i. j. k. I. m. n. o. p. q. r. s.
De uitstraling van de Fast Ferry De manier waarop de voorzieningen aan wal zijn verzorgd De voorzieningen aan wal om de fiets te stallen of de auto te parkeren De veiligheid van de wallocatie bij het wachten op de Fast Ferry Een verzorgd uiterlijk van het personeel op de Fast Ferry Duidelijkheid van de informatie over de Fast Ferry (zoals aankomst- en vertrektijden, prijzen en vaartrajecten) Het op tijd varen van de Fast Ferry De actualiteit van de informatie, aan wal, over de Fast Ferry Het op de hoogte worden gehouden door het personeel Bereidheid van het personeel van de Fast Ferry om mij te helpen De veiligheid van het varen met de Fast Ferry De bekwaamheid van het personeel op de Fast Ferry om mijn vragen te beantwoorden Het aansluiten van de vaartijden van de Fast Ferry bij de tijden waarop ik er gebruik van wil maken Het rekening houden met mijn wensen bij de Fast Ferry De frequentie waarmee de Fast Ferry vaart De trajecten waarop de Fast Ferry vaart Een reistijd die concurrerend is met de auto Een reistijd die concurrerend is met de trein/bus De mogelijkheid om de fiets mee te nemen op de Fast Ferry
1
]
2~n" " 3
]
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
mm
MESS
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
OORDEEL FAST FERRY
13.
U heeft zojuist aangegeven hoe belangrijk u een aantal aspecten van de Fast Ferry vindt We willen ook graag van u weten in hoeverre u tevreden bent over deze aspecten. Omcirkel bij elk aspect het cijfer dat uw mening het beste weergeeft.
1
2
3
4
1 1 1 1
2 2 2 2
3 3 3 3
4 4 4 4
1
2
3
4
Denk er voortdurend aan dat het in deze vraag gaat om uw tevredenheid over de Fast Ferry op elk van de aspecten.
a. De uitstraling van de Fast Ferry b. De manier waarop de voorzieningen aan wal zijn verzorgd c. De voorzieningen aan wal om de fiets te stallen of de auto te parkeren d. De veiligheid van de wallocatie bij het wachten op de Fast Ferry
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
6 Vergeet u niet dat het gaat om uw tevredenheid over de Fast Ferry op elk van de aspecten!
Vergeet u niet dat het gaat om uw tevredenheid over de Fast Ferry op elk van de aspecten!
WÊËBJm WUÈÈÊmÈlÈt WÊÊÊÈËWÊÊÊËst
e. Een verzorgd uiterlijk van het personeel op de Fast Ferry f. De duidelijkheid van de informatie die over de Fast Ferry te verkrijgen is (zoals aankomst- en vertrektijden, prijzen en vaartrajecten) g. Het op tijd varen van de Fast Ferry h. De actualiteit van de informatie, aan wal, over de Fast Ferry i. Het op de hoogte worden gehouden door het personeel j . De bereidheid van het personeel van de Fast Ferry om mij te helpen k. De veiligheid van het varen met de Fast Ferry 1. De bekwaamheid van het personeel op de Fast Ferry om mijn vragen te beantwoorden m. Het aansluiten van de vaartijden van de Fast Ferry bij de tijden waarop ik er gebruik van wil maken n. Het rekening houden met mijn wensen bij de Fast Ferry o. De frequentie waarmee de Fast Ferry vaart p. De trajecten waarop de Fast Ferry vaart q. Een reistijd die concurrerend is met de auto r. Een reistijd die concurrerend is met de trein/bus s. De mogelijkheid om de fiets mee te nemen op de Fast Ferry t. De mate waarin de Fast Ferry tijdens het varen schommelt u. De voorzieningen op de Fast Ferry voor een comfortabele reis v. De toegankelijkheid van het schip te voet
i
ÉÜ
• l
3
2
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1 1 1 1
2 2 2 2
3 3 3 3
4 4 4 4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
-
-
} fc, t\- " \
'^p^t'.
;
'
H
'
V
V*
' n •'':'
-*
•«« w. De toegankelijkheid van het schip bij het meenemen van de fiets x. De hoogte van de tarieven van de Fast Ferry y. De mogelijkheden om de Fast Ferry te combineren met de trein/bus/tram/metro z. De mogelijkheden om de Fast Ferry te combineren met de auto A. De mogelijkheden om de Fast Ferry te combineren met de fiets B. Het gemak waarmee de kaartjes voor gebruik van de Fast Ferry zijn te verkrijgen
4
1
-
'
14.
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
U heeft zojuist aangegeven hoe tevreden u bent over allerlei aspecten van de Fast Ferry. We willen ook graag van u weten wat u van de manier van reizen met de Fast Ferry In zijn totaliteit vind. 1. 2. 3. 4. 5.
15.
\
zeer goed goed redelijk slecht zeer slecht
Wat zou volgens u bij de Fast Ferry verbeterd moeten worden, zodat het reizen met de Fast Ferry voor u aantrekkelijker wordt?
III.
VERANDERING REISGEDRAG
IV.
In het nu volgende onderdeel van de vragenlijst stellen we u een paar vragen die gaan over het al dan niet veranderen van uw reisgedrag door de komst van de Fast Feny. 16.
De Fast Ferry vaart pas sinds 1 november 1999 tussen Dordrecht, Ridderkerk en Rotterdam. Op welke manier reisde u vroeger op het traject waarvoor u de Fast Ferry nu gebruikt? Als u op meerdere trajecten gebruik maakt van de Fast Ferry, gaat u dan utt van riet traject waarop u de Fast Ferry het meest gebruikt 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
17.
Ook nu de Fast Ferry tussen Dordrecht, Ridderkerk en Rotterdam vaart, kunt u natuurlijk gebruik maken van alternatieven, zoals de auto of de bus. Als u bij uw reis geen gebruik had kunnen maken van de Fast Ferry, op welke manier had u dan deze reis gemaakt? Als u op meerdere trajecten gebruik maakt van de Fast Ferry, gaat u dan uit van het traject waarop u de Fast Ferry het meest gebruikt 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
18.
met de auto met de fiets met de bromfiets met de bus met de trein anders, namelijk ik had de reis dan niet gemaakt ik heb vroeger niet op dit traject gereisd
met de auto met de fiets met de bromfiets met de bus met de trein anders, namelijk ik had de reis dan niet gemaakt
Tenslotte zouden we u nog graag een paar algemene vragen willen stellen. 19.
Waar woont u? 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
Dordrecht Ridderkerk Rotterdam Alblasserdam Hendrik-ldo-Ambacht Papendrecht Sliedrecht Zwijndrecht
9. ergens anders, namelijk 20.
Wat is de postcode van uw woonadres?
21.
Heeft u de beschikking over een auto? 1. 2. 3. 4.
22.
23.
werkend, voltijd (24 uur per week of meer) werkend, deeltijd (minder dan 24 uur per week) onderwijs volgend vooral huishoudelijk of onbetaald werk ('huisvrouw'/'huisman') met pensioen, in de VUT of anderszins niet (meer) werkend tot geen van deze groepen
Bent u man of vrouw? 1. 2.
24.
ja, een eigen auto ja, een lease- of bedrijfsauto ja, van iemand anders in mijn huishouden nee
Tot welke van de onderstaande groepen rekent u zich? 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Het kan zijn dat u, door de komst van de Fast Ferry, vaker bent gaan reizen dan u daarvoor deed. Het kan bijvoorbeeld zijn dat u in Ridderkerk woont en sinds de komst van de Fast Feny vaker in Rotterdam bent gaan winkelen. Is dat bij u het geval? 1. ja, ik ben vaker gaan reizen 2. nee, ik ben niet vaker gaan reizen
ALGEMEEN
man vrouw
Wat is uw leeftijd? 1. 2. 3. 4.
jonger dan 18 jaar 1 8 - 3 4 jaar 35 - 49 jaar 50 jaar of ouder
10 25.
Heeft u nog vragen of opmerkingen over het onderzoek of de Fast Ferry?
26.
Als u mee wilt doen met de verloting van de twee dinerbonnen ter waarde van ƒ125,- kunt u hieronder uw volledige adres invullen: Naam: Straat: Postcode en woonplaats:
27.
Zouden we u eventueel mogen benaderen voor andere onderzoeken over de Fast Ferry? 1.
ja
2.
nee
Hartelijk dank voor uw medewerking!
Traffic Test BV
Bijlage 2 Enquête voor de Waterbusreizigers
TTOO-40, EINDRAPPORT
est Traffic Test bv Instituut voor onderzoek en beleidsadvisering op gebied van verkeer en vervoer
Februari 2000 Evaluatie onderzoek Waterbus Sinds 1 november 1999 is er een openbaar vervoerverbinding over het water in het Drechtstedengebied. Het gaat om een zogenaamde 'Waterbus' die vaart tussen de steden Alblasserdam, Dordrecht, Hendrik-ldo-Ambacht, Papendrecht, Sliedrecht en Zwijndrecht. De exploitatie van de openbaar vervoerverbindingen wordt verzorgd door de onderneming Waterbus bv.
Inmiddels is de Waterbus ongeveer drie maanden in gebruik en is het onderzoeksbureau Traffic Test gevraagd de mening van de reizigers over hun ervaringen met de Waterbus te onderzoeken. U heeft aangegeven door middel van deze vragenlijst uw mening over de Waterbus te willen geven. We zijn u daarvoor natuurlijk zeer dankbaar. We zullen uw ervaringen met de Waterbus gebruiken om te kijken op welke manier, indien nodig, de kwaliteit van het reizen met de Waterbus kan worden verbeterd.
We verzoeken u om de ingevulde vragenlijst uiterlijk 12 maart terug te sturen in de bijgesloten envelop. Onder de inzenders die bereid zijn hun adres te geven verloten we twee dinerbonnen ter waarde van ƒ125,-.
Alvast onze dank voor het invullen van de vragenlijst.
Klaas Vebhmal Projectleider Traffic Test
I.
GEBRUIK WATERBUS Allereerst willen we graag een indruk krijgen van de manier waarop u gebruik maakt van de Waterbus. Opmerking: Als het in deze vragenlijst gaat over de Drechtsteden, bedoelen we daarmee de volgende plaatsen: Alblasserdam, Dordrecht, Hendrik-ldo-Ambacht, Papendrecht, Sliedrecht en Zwijndrecht.
1.
Hoeveel dagen reist u gemiddeld met de Waterbus tussen de Drechtsteden? 1. 2. 3. 4. 5.
vijf of meer dagen per week twee tot vier dagen per week één tot vier dagen per maand een paar keer per jaar ik heb nog maar één keer met de Waterbus gereisd
Als u nog maar één keer met de Waterbus heeft gereisd, moet u bij het beantwoorden van onderstaande vragen van deze reis'uitgaan
2a.
Op welk traject maakt u het meest gebruik van de Waterbus? Als u bijvoorbeeld vooral gebruik maakt van de Waterbus op het traject tussen Dordrecht Hooikade en Sliedrecht, omcirkelt u in de linkerkolom Dordrecht Hooikade en in de rechterkolom Sliedrecht. Tussen: 1. Alblasserdam 2. Dordrecht Hooikade 3. Dordrecht Merwedekade 4. Hendrik-ldo-Ambacht 5. Papendrecht 6. Sliedrecht
7. Zwijndrecht
2b.
En: 1. Alblasserdam 2. Dordrecht Hooikade 3. Dordrecht Merwedekade 4. Hendrik-ldo-Ambacht 5. Papendrecht 6. Sliedrecht 7. Zwijndrecht
Maakt u ook wel eens gebruik van de Waterbus op andere trajecten? 1. 2.
ja nee
Als u met de Waterbus reist, op welk tijdstip is dat dan meestal? U kunt maximaal (wee antwoorden omcirkelen. 1. 2. 3. 4. 5.
in de ochtend- en/of avondspits in de loop van de dag, maar buiten de spitsuren 's avonds in het weekend verschilt heel erg
4.
Met welk doel maakt u meestal gebruik van de Waterbus?
7.
U kunt maximaal twee antwoorden omcirkelen.
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
5.
voor mijn werk om onderwijs te volgen om te winkelen om familie of kennissen te bezoeken om uit te gaan, om te gaan sporten of om naar de film of schouwburg te gaan om een dagje op stap te gaan verschilt heel erg anders, namelijk
1. 2. 3. 4. 5. 8.
Als u gebruik maakt van de Waterbus, met welk vervoermiddel reist u dan meestal naar de Waterbus toe?
met de auto met de fiets met de bromfiets met het Stadsvervoer Dordrecht met het streekvervoer (Connexxion) met de stadsbus van de RET met de tram van de RET met de metro van de RET met de trein met de Fast Ferry lopend anders, namelijk
Als u gebruik maakt van de Waterbus, met welk vervoermiddel reist u dan meestal verder? Als u gebruik maakt van meerdere vervoermiddelen, omcirkelt u dan het vervoermiddel waarmee de langste afstand wordt afgelegd. 1. 2.
met de auto met de fiets
3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12.
met de bromfiets met het Stadsvervoer Dordrecht met het streekvervoer (Connexxion) met de stadsbus van de RET met de tram van de RET met de metro van de RET met de trein met de Fast Ferry lopend anders, namelijk
9.
i Dordrecht, Ridderkerk en ater tt gebruik van de Fast Ferry?
ja, (vrijwel) dagelijks ja, een aantal keer per week ja, een aantal keer per maand ja, een enkele keer nee, nooit
Als u tussen de Drechtsteden met de Waterbus reist, combineert u dat dan met de Fast Ferry tussen Dordrecht, Ridderkerk en Rotterdam? 1. 2. 3.
Als u gebruik maakt van meerdere vervoermiddelen, omcirkelt u dan het vervoermiddel waarmee de langste afstand wordt afgelegd.
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12.
Naast de Waterbus is er ook een snelle verbinding ovi Rotterdam, de zogenaamde 'Fast Ferry'. Maakt u wel
ja, (bijna) altijd ja, een enkele keer nee, nooit
Als u gebruik maakt van de Waterbus, neemt u dan uw (brom)fiets mee op de boot? 1. 2. 3.
ja, (bijna) altijd ja, een enkele keer nee, nooit
10a. Wat voor kaartje gebruikt u om met de Waterbus te reizen? Als u gebruik maakt van verschillende soorten kaartjes, omcirkelt u dan het kaartje dat u het gebruikt wanneer u met de Waterbus reist.
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
strippenkaart enkeitje retourtje OV-jaarkaart OV-studentenkaart combikaart met de Fast Ferry weekabonnement
8.
maandabonnement
9. jaarabonnement 10. anders, namelijk Vraag 10b hoeft u alleen te beantwoorden Indien u bij vraag 10a heeft aangegeven een OV-jaarkaart, een OV-studentenkaart of een week-, maand- of jaarabonnement te hebben. 10b. Voor welke andere verplaatsingen gebruikt u uw abonnement? U kunt meerdere antwoorden omcirkelen. 1. 2. 3. 4. 5. 6.
trein bus tram metro Fast Ferry anders, namelijk
11.
Waar heeft u deze kaart gekocht? 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.
Denk er voortdurend aan dat het in deze vraag gaat om het belang dat u aan elk van de aspecten hecht wanneer u met de Waterbus reist.
supermarkt winkel (kiosk, boekhandel enz.) postkantoor/postagentschap NS-station (loket, kaartjesautomaat) busstation Waterbusloket Fast Ferry loket Waterbus-automaat Fast Ferry-automaat anders, namelijk
•HH 9HB9
a. b. c.
12.
In welke plaats heeft u de kaart gekocht? d. Plaatsnaam: e.
13.
Wat voor kaartje gebruikt u om uw (brom)fiets mee te nemen? Als u gebruik maakt van verschillende soorten kaartjes, omcirkelt u dan het kaartje dat u hut gebruikt wanneer u met de Waterbus reist. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
14.
LJL
15.
g. h.
enkeitje inclusief fiets retourtje inclusief fiets combikaart met de Fast Ferry inclusief fiets fietsmaandabonnement fietsjaarabonnement anders, namelijk ik neem nooit mijn fiets mee
i. j.
Op welk traject met de Waterbus heeft u de voor u liggende vragenlijst ontvangen? Tussen: 1. Alblasserdam 2. Dordrecht Hooikade 3. Dordrecht Merwedekade 4. Hendrik-ldo-Ambacht 5. Papendrecht 6. Sliedrecht 7. Zwijndrecht
En: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
f.
k. 1. m.
Alblasserdam Dordrecht Hooikade Dordrecht Merwedekade Hendrik-ldo-Ambacht Papendrecht Sliedrecht Zwijndrecht
n. o. p. q. r. s.
BELANG ASPECTEN WATERBUS
t.
We witten graag van u weten hoe belangrijk verschillende aspecten zijn wanneer u met de Waterbus reist. Bij vraag 13 kunt u vervolgens aangeven hoe tevreden u over deze aspecten bent.
u.
We willen graag dat u van onderstaande aspecten aangeeft in hoeverre het voor u van belang is wanneer u met de Waterbus reist. Omcirkel bij elk aspect het cijfer dat uw mening het beste weergeeft.
v. w.
De uitstraling van de Waterbus De manier waarop de voorzieningen aan wal zijn verzorgd De voorzieningen aan wal om de (brom)fiets te stallen of de auto te parkeren De veiligheid van de wallocatie bij het wachten op de Waterbus Een verzorgd uiterlijk van het personeel op de Waterbus Duidelijkheid van de informatie over de Waterbus (zoals aankomst- en vertrektijden, prijzen en vaartrajecten) Het op tijd varen van de Waterbus De actualiteit van de informatie, aan wal, over de Waterbus Het op de hoogte worden gehouden door het personeel Bereidheid van het personeel van de Waterbus om mij te helpen De veiligheid van het varen met de Waterbus De bekwaamheid van het personeel op de Waterbus om mijn vragen te beantwoorden Het aansluiten van de vaartijden van de Waterbus bij de tijden waarop ik er gebruik van wil maken Het rekening houden met mijn wensen bij de Waterbus De frequentie waarmee de Waterbus vaart De trajecten waarop de Waterbus vaart Een reistijd die concurrerend is met de auto Een reisti d die concurrerend is met de trein/bus De mogelijkheid om de (brom)fiets mee te nemen op de Waterbus De mate waarin de Waterbus tijdens het varen schommelt De voorzieningen op de Waterbus voor een comfortabele reis De toegankelijkheid van het schip te voet De toegankelijkheid van het schip bij het meenemen van de (brom)fiets
ü 1
2
ül 3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1 1 1 1
2 2 2 2
3 3 3 3
4 4 4 4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
Vergeet u niet dat het gaat om het belang dat u aan elk van de aspecten hecht wanneer u met de Waterbus reistl o- 'r' n
1
tfasijf. x. y.
De hoogte van de tarieven van de Waterbus De mogelijkheden om de Waterbus te combineren met de trein/bus/tram/metro z. De mogelijkheden om de Waterbus te combineren met gebruik van de auto A. De mogelijkheden om de Waterbus goed te combineren met gebruik van de (brom)fiets B. Het gemak waarmee de kaartjes voor gebruik van de Waterbus zijn te verkrijgen C. De mogelijkheid om op de Waterbus gebruik te maken van strippenkaarten
1 1
2 2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
in.
OORDEEL WATERBUS
16.
U heeft zojuist aangegeven hoe belangrijk u een aantal aspecten van de Waterbus vindt. We willen ook graag van u weten in hoeverre u tevreden bent over deze aspecten. Omcirkel bij elk aspect het cijfer dat uw mening het beste weergeeft. Denk er voortdurend aan dat het in deze vraag gaat om uw tevredenheid over de Waterbus op elk van de aspecten.
H
mNmgm
a. De uitstraling van de Waterbus b. De manier waarop de voorzieningen aan wal zijn verzorgd c. De voorzieningen aan wal om de (brom)fiets te stallen of de auto te parkeren d. De veiligheid van de wallocatie bij het wachten op de Waterbus e. Een verzorgd uiterlijk van het personeel op de Waterbus f. De duidelijkheid van de informatie die over de Waterbus te verkrijgen is (zoals aankomst- en vertrektijden, prijzen en vaartrajecten)
ü
Ü)
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
Denk er voortdurend aan dat het in deze vraag gaat om uw tevredenheid over de Waterbus op elk van de aspecten.
g. Het op tijd varen van de Waterbus h. De actualiteit van de informatie, aan wal, over de Waterbus Het op de hoogte worden gehouden door het personeel j . De bereidheid van het personeel van de Waterbus om mij te helpen k. De veiligheid van het varen met de Waterbus I. De bekwaamheid van het personeel op de Waterbus om mijn vragen te beantwoorden m. Het aansluiten van de vaartijden van de Waterbus bij de tijden waarop ik er gebruik van wil maken n. Het rekening houden met mijn wensen bij de Waterbus o. De frequentie waarmee de Waterbus vaart p. De trajecten waarop de Waterbus vaart q. Een reistijd die concurrerend is met de auto r. Een reistijd die concurrerend is met de trein/bus s. De mogelijkheid om de (brom)fiets mee te nemen op de Waterbus t. De mate waarin de Waterbus tijdens het varen schommelt u. De voorzieningen op de Waterbus voor een comfortabele reis v. De toegankelijkheid van het schip te voet w. De toegankelijkheid van het schip bij het meenemen van de (brom)fiets x. De hoogte van de tarieven van de Waterbus y. De mogelijkheden om de Waterbus te combineren met de trein/bus/tram/metro z. De mogelijkheden om de Waterbus te combineren met de auto A. De mogelijkheden om de Waterbus te combineren met de (brom)fiets B. Het gemak waarmee de kaartjes voor gebruik van de Waterbus zijn te verkrijgen C. De mogelijkheid om op de Waterbus gebruik te maken van strippenkaarten
8 17.
U heeft zojuist aangegeven hoe tevreden u bent over allerlei aspecten van de Waterbus. We willen ook graag van u weten wat u van de manier van reizen met de Waterbus In zijn totaliteit vind. 1. 2. 3. 4. 5.
21.
zeer goed goed redelijk slecht zeer slecht
1. ja, ik ben vaker gaan reizen 2. nee, ik ben niet vaker gaan reizen
V.
18.
Wat zou volgens u bij de Waterbus verbeterd moeten worden, zodat het reizen met de Waterbus voor u aantrekkelijker wordt?
VERANDERING REISOEDRAO
De Waterbus vaart pas sinds 1 november 1999 tussen de Drechtsteden. Op welke manier reisde u vroeger op het traject waarvoor u de Waterbus nu gebruikt? Als u op meerdere trajecten gebruik maakt van de Waterbus, gaat u dan uit van het traject waarop u de Waterbus het meest gebruikt 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
20.
met de auto mét de fiets met de bromfiets met de bus met de trein met het veer anders, namelijk ik had de reis dan niet gemaakt ik heb vroeger niet op dit traject gereisd
met de auto met de fiets met de bromfiets met de bus met de trein anders, namelijk ik had de reis dan niet gemaakt
Alblasserdam Dordrecht Hendrik-ldo-Ambacht Papendrecht Sliedrecht Zwijndrecht ergens anders, namelijk
23.
Wat is de postcode van uw woonadres?
24.
Heeft u de beschikking over een auto? 1. 2. 3. 4.
25
26.
ja, een eigen auto ja, een lease- of bedrijfsauto ja, van iemand anders in mijn huishouden nee
Tot welke van de onderstaande groepen rekent u zich? 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Ook nu de Waterbus in het Drechtstedengebied vaart, kunt u natuurlijk gebruik maken van alternatieven, zoals de auto of de bus. Als u bij uw reis geen gebruik had kunnen maken van de Waterbus, op welke manier had u dan deze reis gemaakt? Als u op meerdere trajecten gebruik maakt van de Waterbus, gaat u dan uit van het traject waarop u de Waterbus het meest gebruikt 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Waar woont u? 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
In het nu volgende onderdeel van de vragenlijst stellen we u een paar vragen die gaan over het el dan niet veranderen van uw reisgedrag door de komst van de Waterbus. 19.
ALGEMEEN
Tenslotte zouden we u nog graag een paar algemene vragen willen stellen. 22.
IV.
Het kan zijn dat u, door de komst van de Waterbus, vaker bent gaan reizen dan u daarvoor deed. Het kan bijvoorbeeld zijn dat u in Alblasserdam woont en sinds de komst van de Waterbus vaker in Dordrecht bent gaan winkelen, of dat u vanuit Sliedrecht vaker op bezoek bent gegaan bij familie in Zwijndrecht. Is dat bij u het geval?
werkend, voltijd (24 uur per week of meer) werkend, deeltijd (minder dan 24 uur per week) onderwijs volgend vooral huishoudelijk of onbetaald werk ('huisvrouw'/'huisman') met pensioen, in de VUT of anderszins niet (meer) werkend tot geen van deze groepen
Bent u man of vrouw? 1.
man
2. vrouw
10 27.
Wat is uw leeftijd? 1. 2. 3. 4.
jonger dan 18 jaar 1 8 - 3 4 jaar 3 5 - 4 9 jaar 50 jaar of ouder
28.
Heeft u nog vragen of opmerkingen over het onderzoek of de Waterbus?
29.
Als u mee wilt doen met de verioting van de twee dinerbonnen ter waarden van ƒ125,- kunt u hieronder uw volledige adres invullen: Naam: Straat: Postcode en woonplaats:
30.
Zouden we u eventueel mogen benaderen voor andere onderzoeken over de Waterbus? 1. 2.
ja nee
Hartelijk dank voor uw medewerking!
Traffic Test BV
TTOO-40, EINDRAPPORT
Bijlage 3 Voorbeeld van een registratieformulier voor de Fast Ferry reizigers
Registratieformulier Fast Ferry: Informatie passagiers Datum: Naam invuller:
Opstaphalte Vertrek beginpunt volgens dienstregeling Voorbeeld fy 01 0. J /
Afstaphalte
Kaartsoort
O Rotterdam O Ridderkerk O Dordrecht
O Rotterdam Q Ridderkerk O Dordrecht
Q Rotterdam • Ridderkerk Q Dordrecht
Q Rotterdam Q Ridderkerk Q Dordrecht
Q Rotterdam Q Ridderkerk Q Dordrecht
D Rotterdam Q Ridderkerk Q Dordrecht
Q Rotterdam • Ridderkerk Q Dordrecht
Q Rotterdam Q Ridderkerk Q Dordrecht
Q Rotterdam Q Ridderkerk Q Dordrecht
Q Rotterdam • Ridderkerk Q Dordrecht
Q Rotterdam Q Ridderkerk • Dordrecht
Q Rotterdam Q Ridderkerk Q Dordrecht
Q Rotterdam Q Ridderkerk Q Dordrecht
Q Rotterdam • Ridderkerk Q Dordrecht
Q Q Q O Q Q Q • Q Q ü 0 Q Q Q Q Q G ü ü Q Q Q ü O Q Q Q Q Q Q Q Q Q Q Q Q Q Q Q Q Q
Enkeitje (voorverkoop) Enkeitje (automaat) Retourtje (voorverkoop) Retourtje (automaat) 5-retourkaart Combikaart (Waterbus) Enkeitje (voorverkoop) Enkeitje (automaat) Retourtje (voorverkoop) Retourtje (automaat) 5-retourkaart Combikaart (Waterbus) Enkeitje (voorverkoop) Enkeitje (automaat) Retourtje (voorverkoop) Retourtje (automaat) 5-retourkaart Combikaart (Waterbus) Enkeitje (voorverkoop) Enkeitje (automaat) Retourtje (voorverkoop) Retourtje (automaat) 5-retourkaart Combikaart (Waterbus) Enkeitje (voorverkoop) Enkeitje (automaat) Retourtje (voorverkoop) Retourtje (automaat) 5-retourkaart Combikaart (Waterbus) Enkeitje (voorverkoop) Enkeitje (automaat) Retourtje (voorverkoop) Retourtje (automaat) 5-retourkaart Combikaart (Waterbus) Enkeitje (voorverkoop) Enkeitje (automaat) Retourtje (voorverkoop) Retourtje (automaat) 5-retourkaart Combikaart (Waterbus)
Q Q Q Q Q Q Q O Q Q ü O O G Q Q • G Q G G Q Q G Q G G Q G O Q Q Q Q Q Q Q Q Q Q G G
Jeugdmaandkaart (ook Maandkaart Jaarkaart OV-studentenkaart OV-jaarkaart anders Jeugdmaandkaart (ook Maandkaart Jaarkaart OV-studentenkaart OV-jaarkaart anders Jeugdmaandkaart (ook Maandkaart Jaarkaart OV-studentenkaart OV-jaarkaart anders Jeugdmaandkaart (ook Maandkaart Jaarkaart OV-studentenkaart OV-jaarkaart anders Jeugdmaandkaart (ook Maandkaart Jaarkaart OV-studentenkaart OV-jaarkaart anders Jeugdmaandkaart (ook Maandkaart Jaarkaart OV-studentenkaart OV-jaarkaart anders Jeugdmaandkaart (ook Maandkaart Jaarkaart OV-studentenkaart OV-jaarkaart anders
Fiets mee
Aansluitend gebruik Waterbus
65+)
O Ja Q Nee
O Ja O Nee
65+)
Q Ja Q Nee
Q Ja Q Nee
65 + )
Q Ja Q Nee
G Ja G Nee
65+)
G Ja Q Nee
Q Ja G Nee
65+)
Q Ja G Nee
Q Ja Q Nee
65 + )
G Ja Q Nee
G Ja Q Nee
65 + )
Q Ja Q Nee
G Ja Q Nee
G Rotterdam • Ridderkerk Q Dordrecht
Q Rotterdam • Ridderkerk Q Dordrecht
Q Rotterdam Q Ridderkerk Q Dordrecht
Q Rotterdam • Ridderkerk Q Dordrecht
G Rotterdam Q Ridderkerk Q Dordrecht
Q Rotterdam • Ridderkerk Q Dordrecht
Q Rotterdam • Ridderkerk Q Dordrecht
G Rotterdam • Ridderkerk Q Dordrecht
Q Rotterdam Q Ridderkerk Q Dordrecht
Q Rotterdam • Ridderkerk Q Dordrecht
G Rotterdam G Ridderkerk Q Dordrecht
G Rotterdam Q Ridderkerk Q Dordrecht
Q Rotterdam D Ridderkerk Q Dordrecht
Q Rotterdam Q Ridderkerk Q Dordrecht
Q Rotterdam Q Ridderkerk Q Dordrecht
Q Rotterdam Q Ridderkerk Q Dordrecht
Q Enkeitje (voorverkoop) 13 Enkeitje (automaat) D Retourtje (voorverkoop) 3 Retourtje (automaat) Q 5-retourkaart Q Combikaart (Waterbus) Q Enkeitje (voorverkoop) G Enkeitje (automaat) D Retourtje (voorverkoop) Q Retourtje (automaat) Q 5-retourkaart Q Combikaart (Waterbus) Q Enkeitje (voorverkoop) Q Enkeitje (automaat) Q Retourtje (voorverkoop) G Retourtje (automaat) Q 5-retourkaart G Combikaart (Waterbus) Q Enkeitje (voorverkoop) Q Enkeitje (automaat) Q Retourtje (voorverkoop) Q Retourtje (automaat) Q 5-retourkaart Q Combikaart (Waterbus) Q Enkeitje (voorverkoop) Q Enkeitje (automaat) Q Retourtje (voorverkoop) G Retourtje (automaat) Q 5-retourkaart G Combikaart (Waterbus) Q Enkeitje (voorverkoop) Q Enkeitje (automaat) Q Retourtje (voorverkoop) Q Retourtje (automaat) Q 5-retourkaart Q Combikaart (Waterbus) Q Enkeitje (voorverkoop) G Enkeitje (automaat) Q Retourtje (voorverkoop) G Retourtje (automaat) Q 5-retourkaart Q Combikaart (Waterbus) Q Enkeitje (voorverkoop) Q Enkeitje (automaat) Q Retourtje (voorverkoop) Q Retourtje (automaat) Q 5-retourkaart Q Combikaart (Waterbus)
Q Jeugdmaandkaart (ook 6 5 + ) Q Maandkaart Q Jaarkaart G OV-studentenkaart Q OV-jaarkaart Q anders Q Jeugdmaandkaart (ook 65 + ) Q Maandkaart Q Jaarkaart Q OV-studentenkaart Q OV-jaarkaart Q anders G Jeugdmaandkaart (ook 65 + ) Q Maandkaart G Jaarkaart Q OV-studentenkaart Q OV-jaarkaart G anders Q Jeugdmaandkaart (ook 65 + ) Q Maandkaart Q Jaarkaart Q OV-studentenkaart Q OV-jaarkaart Q anders Q Jeugdmaandkaart (ook 6 5 + ) Q Maandkaart Q Jaarkaart Q OV-studentenkaart O OV-jaarkaart Q anders Q Jeugdmaandkaart (ook 65 + ) Q Maandkaart Q Jaarkaart Q OV-studentenkaart Q OV-jaarkaart Q anders G Jeugdmaandkaart (ook 65 + ) G Maandkaart G Jaarkaart Q OV-studentenkaart O OV-jaarkaart O anders Q Jeugdmaandkaart (ook 6 5 + ) Q Maandkaart Q Jaarkaart Q OV-studentenkaart Q OV-jaarkaart Q anders
G Ja Q Nee
Q Ja Q Nee
G Ja Q Nee
Q Ja • Nee
Q Ja Q Nee
G Ja Q Nee
G Ja Q Nee
Q Ja G Nee
Q Ja Q Nee
Q Ja
G Ja G Nee
G Ja Q Nee
G Ja Q Nee
Q Ja Q Nee
Q Ja Q Nee
G Ja Q Nee
• Nee
Traffic Test BV
Bijlage 4 Voorbeeld van een registratieformulier voor de Waterbusreizigers
TTOO-40, EINDRAPPORT
Registratieformulier Waterbus: Informatie passagiers Datum: Naam invuller:
Vertrek Opstaphalte beginpunt volgens dienstrege -ling
Afstaphalte
Kaartsoort
Abonnement
Ander gebruik abonnement
Fiets mee
Aansluitend Voortranspor Natransport gebruik Fast t Ferry
Voorbeeld
O Q Q Q Q Q Q
Q Q Q Q Q G Q Q Q • O Q
Sterwaarde O 1-ster Q 2-ster G 3- of /neef
Q Q G Q Q G
O Ja O Nee
O Ja O Nee
6.31
O Q Q Q Q Q Q
Dordr. Hooikade Zwijndrecht Dordr. Merwede Papendrecht Sliedrecht Alblasserdam Hendrik-ldoAmbacht
Dordr. Hooikade Zwijndrecht Dordr. Merwede Papendrecht Sliedrecht Alblasserdam Hendrik-ldoAmbacht
Strippenkaart Enkeitje Retourtje OV-jaarkaart OV-studentenkaart Combikaart (Fast Ferry) Weekabonnement Maandabonnement Jaarabonnement Fietsmaandabonnement Fietsjaarabonnement anders
Sterzone:
trein bus tram metro Fast Ferry anders, namelijk
Q Q G Q Q Q O Q Q G Q Q
auto fiets bromfiets Stedsve/voer Dordrecht streekvervoer (Connexxion) stadsbus RET tram RET metro RET fre/n Fast Ferry topend anders, nl
Q Q G Q Q Q Q G G Q G Q
auto fete bromfiets Stadsvervoer Dordrecht streekvervoer (Connexxion) stadsbus RET tram RET metro RET fre/n Fast Ferry /opend anders, nl
Aankoop plaatsbewijs
Q supermarkt Q winkel (kiosk, boekhandel enz.) Q postkantoor Q ns-station G busstation Q Waterbusloket Q Waterbusautomaat Q Fasf Ferry /ofcef Q Fasr Fer/y automaat G anders, namelijk plaats:
Q Q G 0 Q G Q
Dordr. Hooikade Zwijndrecht Dordr. Merwede Papendrecht Sliedrecht Alblasserdam Hendrik-ldoAmbacht
Q G G G G Q Q
Dordr. Hooikade Zwijndrecht Dordr. Merwede Papendrecht Sliedrecht Alblasserdam Hendrik-ldoAmbacht
Q G Q Q Q Q G Q Q Q Q O
Strippenkaart Enkeitje Retourtje OV-jaarkaart OV-studentenkaart Combikaart (Fast Ferry) Weekabonnement Maandabonnement Jaarabonnement Fietsmaandabonnement Fietsjaarabonnement anders
Sterwaarde G 1-ster G 2-ster Q 3- of meer Sterzone:
G G G Q G G
trein bus tram metro Fast Ferry anders, namelijk
G Ja Q Nee
G Ja Q Nee
G G Q Q Q Q G Q Q Q G Q
auto fiets bromfiets Stadsvervoer Dordrecht streekvervoer (Connexxion) stadsbus RET tram RET metro RET trein Fast Ferry lopend anders, nl
Q • Q G Q G G G Q Q G Q
auto fiets bromfiets Stadsvervoer Dordrecht streekvervoer (Connexxion) stadsbus RET tram RET metro RET trein Fast Ferry lopend anders, nl
Q supermarkt Q winkel (kiosk, boekhandel enz.) G postkantoor Q ns-station Q busstation G Waterbusloket Q Waterbusautomaat Q Fast Ferry loket Q Fast Ferry automaat Q anders, namelijk plaats:
u Q O Q G G
Dordr. Hooikade Zwijndrecht Dordr. Merwede Papendrecht Sliedrecht Alblasserdam
n
Hpnrlrik-lfinnciiuitr* IUU
Ambacht
U G Q G G G
Dordr. Hooikade Zwijndrecht Dordr. Merwede Papendrecht Sliedrecht Alblasserdam Q Hpnririk-lrlnn C ' IVJI Irv IUU Ambacht
U Strippenkaart Q Enkeitje G Retourtje G OV-jaarkaart G OV-studentenkaart G Combikaart (Fast Ferry) n WppIfAhnnnpnipnt *—i v vccr\auui il ici i lc! H G Maandabonnement Q Jaarabonnement G Fietsmaandabonnement Q Fietsjaarabonnement G anders
Sterwaarde Q 1-ster G 2-ster Q 3- of meer Sterzone:
Q trein G bus
G G G Q
U Ja G Nee
U Ja G Nee
tram metro Fast Ferry anders, namelijk
U auto Q fiets G bromfiets Q Stadsvervoer Dordrecht G streekvervoer (Connexxion) G stadsbus RET G tram RET G metro RET Q trein G Fast Ferry Q lopend G anders, nl i—i
u
auto
Q fiets
G bromfiets Q Stadsvervoer Dordrecht G streekvervoer (Connexxion) Q stadsbus RET Q tram RET Q metro RET 1—| O trein Q Fast Ferry G lopend G anders, nl
G supermarkt Q winkel (kiosk. boekhandel enz.) Q postkantoor Q ns-station Q busstation 1 1 VA/atarHi iclr\lrot — l J
VvdierUUSIOKÜl
Q Waterbusautomaat Q Fast Ferry loket Q Fast Ferry automaat G anders, namelijk plaats:
U Q G G G G n
Dordr. Hooikade Zwijndrecht Dordr. Merwede Papendrecht Sliedrecht Alblasserdam UonHril/ IfHf* ntïllUNK IUU
Ambacht
G Dordr. Hooikade G Zwijndrecht G Dordr. Merwede G Papendrecht Q Sliedrecht Q Alblasserdam n nCI HpnHrile IHn 1UI IK IUU Ambacht
U G G G G
Strippenkaart Enkeitje Retourtje OV-jaarkaart OV-studentenkaart G Combikaart (Fast Ferry)
n
U trein Sterwaarde Q bus Q 1-ster G tram G 2-ster metro Q 3- of meer G Fast Ferry G anders, namelijk Sterzone:
U Ja Q Nee
U Ja Q Nee
•
U G G G G
\AƒAA|> a k n n n ü r r i n n t
VVcclvdUUIIIlclIttJilL
G Q
G Maandabonnement G Jaarabonnement Q Fietsmaandabonnement Q Fietsjaarabonnement Q anders
G i—i
U
•
G G
auto fiets bromfiets Stadsvervoer Dordrecht streekvervoer (Connexxion) stadsbus RET tram RET metro RET trein Fast Ferry lopend anders, nl
U Q G G G G Q
G i—t U G G G
auto fiets bromfiets Stadsvervoer Dordrecht streekvervoer (Connexxion) stadsbus RET tram RET metro RET trein Fast Ferry lopend anders, nl
Q supermarkt G winkel (kiosk. boekhandel enz.) G postkantoor Q ns-station G busstation O Watprhi mlnkpt —J V V d l e f U U o t U l ^ c l
Q Waterbusautomaat Q Fast Ferry loket G Fast Ferry automaat G anders, namelijk plaats:
u
Dordr. Hooikade Zwijndrecht Dordr. Merwede Papendrecht Sliedrecht Q Alblasserdam n nciiuniv iuu Ambacht
Q G G G
u
Dordr. Hooikade Zwijndrecht Dordr. Merwede Papendrecht Sliedrecht Q Alblasserdam
U Strippenkaart Q Enkeitje G Retourtje Q OV-jaarkaart Q OV-studentenkaart Q Combikaart (Fast Ferry)
n
MpnHrilf \r\r\ nel IUI 11\ iuu
n
\A/DOL ahnnnümünt VVCOrvdUUl II lel Del 1 L
Ambacht
G Q G Q Q
Maandabonnement Jaarabonnement Fietsmaandabonnement Fietsjaarabonnement anders
G Q Q G
Sterwaarde Q 1-ster Q 2-ster Q 3- of meer Sterzone:
U Q Q G Q G
trein bus tram metro Fast Ferry anders, namelijk
Q Ja G Nee
U Ja G Nee
U G G G G G G G Q Q G G
auto fiets bromfiets Stadsvervoer Dordrecht streekvervoer (Connexxion) stadsbus RET tram RET metro RET trein Fast Ferry lopend anders, nl
U Q Q G G G G
G r-i LJ
Q Q G
auto fiets bromfiets Stadsvervoer Dordrecht streekvervoer (Connexxion) stadsbus RET tram RET metro RET trein Fast Ferry lopend anders, nl
G supermarkt G winkel (kiosk. boekhandel enz.) G postkantoor Q ns-station G busstation D Watprhu«5lnket ^J VVuLCI UUolUrvCL
G Waterbusautomaat Q Fast Ferry loket Q Fast Ferry automaat G anders, namelijk
Q 3 Q Q • 3 G
Dordr. Hooikade Zwijndrecht Dordr. Merwede Papendrecht Sliedrecht Alblasserdam Hendrik-ldoAmbacht
Q ü) 3 Q G Q Q
Dordr. Hooikade Zwijndrecht Dordr. Merwede Papendrecht Sliedrecht Alblasserdam Hendrik-ldoAmbacht
Q G 3 Q G G 3 Q Q Q Q Q
Strippenkaart Enkeitje Retourtje OV-jaarkaart OV-studentenkaart Combikaart (Fast Ferry) Weekabonnement Maandabonnement Jaarabonnement Fietsmaandabonnement Fietsjaarabonnement anders
Sterwaarde G trein D bus Q 1-ster 3 tram Q 2-ster Q 3- of meer 3 metro D Fast Ferry Q anders, namelijk Sterzone:
Q Ja Q Nee
Q Ja Q Nee
Q G 3 G 3 Q G 3 3 3 Q •
auto fiets bromfiets Stadsvervoer Dordrecht streekvervoer (Connexxion) stadsbus RET tram RET metro RET trein Fast Ferry lopend anders, nl
Q Q G G Q Q G G G G G Q
auto fiets bromfiets Stadsvervoer Dordrecht streekvervoer (Connexxion) stadsbus RET tram RET metro RET trein Fast Ferry lopend anders, nl
G supermarkt Q winkel (kiosk, boekhandel enz.) 3 postkantoor 13 ns-station Q busstation G Waterbusloket G Waterbusautomaat Q Fast Ferry loket G Fast Ferry automaat Q anders, namelijk plaats:
Q Q G Q Q Q Q
Dordr. Hooikade Zwijndrecht Dordr. Merwede Papendrecht Sliedrecht Alblasserdam Hendrik-ldoAmbacht
Q G Q Q Q G Q
Dordr. Hooikade Zwijndrecht Dordr. Merwede Papendrecht Sliedrecht Alblasserdam Hendrik-ldoAmbacht
Q Q O G G O Q Q Q Q Q Q
Strippenkaart Enkeitje Retourtje OV-jaarkaart OV-studentenkaart Combikaart (Fast Ferry) Weekabonnement Maandabonnement Jaarabonnement Fietsmaandabonnement Fietsjaarabonnement anders
Sterwaarde Q 1-ster Q 2-ster G 3- of meer Sterzone:
G trein G bus • tram
G Ja Q Nee
G Ja G Nee
Q metro Q Fast Ferry Q anders, namelijk
Q Q Q Q Q Q Q Q Q G • Q
auto fiets bromfiets Stadsvervoer Dordrecht streekvervoer (Connexxion) stadsbus RET tram RET metro RET trein Fast Ferry lopend anders, nl
G Q G Q Q G G Q G G Q Q
auto fiets bromfiets Stadsvervoer Dordrecht streekvervoer (Connexxion) stadsbus RET tram RET metro RET trein Fast Ferry lopend anders, nl
Q supermarkt Q winkel (kiosk, boekhandel enz.) Q postkantoor G ns-station O busstation Q Waterbusloket Q Waterbusautomaat Q Fast Ferry loket Q Fast Ferry automaat G anders, namelijk plaats:
Q Q G Q Q G Q
Dordr. Hooikade Zwijndrecht Dordr. Merwede Papendrecht Sliedrecht Alblasserdam Hendrik-ldoAmbacht
Q Q Q G Q Q Q
Dordr. Hooikade Zwijndrecht Dordr. Merwede Papendrecht Sliedrecht Alblasserdam Hendrik-ldoAmbacht
Q Q G Q G Q Q Q G Q Q G
Strippenkaart Enkeitje Retourtje OV-jaarkaart OV-studentenkaart Combikaart (Fast Ferry) Weekabonnement Maandabonnement Jaarabonnement Fietsmaandabonnement Fietsjaarabonnement anders
Sterwaarde Q 1-ster Q 2-ster Q 3- of meer Sterzone:
Q G Q Q G Q
trein bus tram metro FastFeny anders, namelijk
Q Ja Q Nee
Q Ja Q Nee
Q Q G Q Q Q Q Q O Q Q Q
auto fiets bromfiets Stadsvervoer Dordrecht streekvervoer (Connexxion) stadsbus RET tram RET metro RET trein Fast Ferry lopend anders, nl
Q • G Q G • Q Q Q Q Q Q
auto fiets bromfiets Stadsvervoer Dordrecht streekvervoer (Connexxion) stadsbus RET tram RET metro RET trein Fast Ferry lopend anders, nl
Q supermarkt Q winkel (kiosk, boekhandel enz.) Q postkantoor Q ns-station Q busstation G Waterbusloket Q Waterbusautomaat Q Fast Ferry loket Q Fast Ferry automaat G anders, namelijk plaats:
f / / / V
// f