®
mobiMASTER 12 V DC • 24 V DC • 230 V AC
Gebruiksaanwijzing
Inhoud: 1.
Toepassing
2.
Technische gegevens en uitvoering
3.
Gebruik
4.
Uitrusting van het transportvoertuig
5.
Onderricht van de chauffeur
6.
Transport en opslag
7.
Benodigde transportformaliteiten
8.
Algemene veiligheidsvoorschriften
9.
Keuringen
10. mobiMASTER® als stationaire tank 11. Garantie 12. Explosietekening 13. Keurings- en gebruiksrapporten 14. Schade- en reparatierapport 15. ADR-Toelating
89 830 A801 NL
Version 29.01.2009
mobiMASTER®
1.
Gebruiksaanwijzing
Toepassing mobiMASTER® is een mobiele brandstoftank t.b.v. dieselolie (gasolie) en huisbrandolie, die een brandstoflevering en tanken mogelijk maakt. De brandstoftank voldoet aan de gestelde normen vervat in de Europese Overeenkomst betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg van 01.01.2005 (ADR 2005).
2.
Technische gegevens en uitvoering Inhoud tank (I):
450
Materiaal tank:
LLDPE
Materiaal deksel:
LLDPE
Wanddikte (mm):
7
Kleur tank:
Zwart RAL 7021
Kleur deksel:
Rood RAL 3020
VN Vergunning:
31H2/Z/………/NL/ARES 471/0/635
Afmetingen L x B x H (mm):
1200 x 800 x 912
Leeg gewicht (kg)
56
Opmerking: mobiMASTER® is een ingeschreven handelsmerk van de firma ARES Rotomould Technologies Tab. 2-1: Technische gegevens
Specificaties • Enkelwandige tank • Belast beweegbaar • Diffusiedicht • UV stabiel • 2“ vulstomp met tankdeksel • Vulstandindicatie • Ontluchtingsventiel • Afsluitbare kap • Geschikt voor: • •
Stookolie en dieselbrandstoffen
Bezondere eigenschappen: • Kan met een vorkheftruck getransporteerd worden • Alle schroefverbindingen tegen messing-schroefdraad-inserts
2
Gebruiksaanwijzing
mobiMASTER®
•
ADR vergunning voor heel Europa voor het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg
•
Verpakking •
Verpakkingseenheid:
1,0
• Kentekening volgens ADR voorschriften:
1. Scheidingswand
1. Be- en ontluchtingsventiel
2. Zuigslang
2. Vulstomp
3. Voetventiel
3. Automatisch afgiftepistool 4. Vulstandindicatie 5. Stroomkabel 6. Afgifteslang 7. Dieselpomp
afbeelding 2-1: verschillende aanzichten van de tanks, uitvoering al naar gelang het type
3
mobiMASTER®
3.
Gebruiksaanwijzing
Gebruik
De mobiele brandstoftank is zo robuust mogelijk en onderhoudsarm ontworpen en gebouwd. Na de levering dient de tank te worden gecontroleerd op mogelijke transportschade en op de kompleetheid van de uitrusting. Nadat de pompset (indien nog niet voorhanden) ingebouwd en de tank met brandstof gevuld werd, is de tank gebruiksklaar. Op grond van de soort opgeslagen vloeistof en de daarmee gepaard gaande mogelijke gevaren voor het milieu moeten de volgende aanwijzingen in acht worden genomen. • De tank mag uitsluitend via de gemerkte 2“ vulopening worden gevuld, waarbij overbevulling vermeden dient te worden. • Om vervuiling en beschadiging van de pompunit te voorkomen mag in de tank géén verontreinigde brandstof worden opgeslagen. • Voor gebruik eerst de gebruiksaanwijzing lezen en opvolgen. • Het vullen van de tank en de afgifte van de brandstof mag slechts onder toezicht van de bevoegde persoon plaatsvinden. • Bij transport en opslag mogen geen beschadigingen aan de tank ontstaan. • Het filter aan de zuigslang moet eventueel vervangen worden, als de doorvoercapaciteit te laag is. • Gezorgd moet worden, dat onbevoegde personen de unit niet kunnen gebruiken. • Eventuele wijzigingen aan de constructie, van de uitrusting en van het gebruiksdoel van de unit is zonder overleg met de fabrikant verboden. • Bij beschadiging van de brandstoftank of de uitrusting, dient de unit buiten gebruik te worden gesteld, totdat het probleem is verholpen. Mocht de tank lek zijn, dan dient de inhoud in een andere tank te worden overgepompt. De leverancier dient hiervan in kennis gesteld te worden.
4.
Uitrusting van het transportvoertuig
Elk transportvoertuig, die ook een gevulde mobiMASTER® brandstoftank vervoert moet de volgende veiligheidsuitrusting hebben. • Sjorbanden om de mobiMASTER® vast te zetten, gedurende het transport. • Min. een draagbare 2kg-brandblusser met rijkskeurmerk voorzien van een etiket met vermelding van produktie jaar, soort vulling, blusvermogen en brandklasse. • Een wielkeg min. één per voertuig. De grootte moet afgestemd zijn op het voertuiggewicht en de diameter van de band. • Twee zelfstandig staande waarschuwingsignalen (Bijv. reflecterende afzetkegels of gevarendriehoek, knipperende oranjekleurige waarschuwingslampen die onafhankelijk zijn van de electr. installatie van het voertuig). • Een deugdelijk veiligheidsvest of veiligheidskleding (bijv. volgens EN 471) voor elk bemanningslid van het voertuig. • een handlamp voor elk bemanningslid.
4
Gebruiksaanwijzing
5.
mobiMASTER®
Onderricht van de chauffeur
De chauffeur van het transportvoertuig moet bekend zijn met de regels voor het vervoer van gevaarlijke stoffen.Voor het transport van diesel, biodiesel en huisbrandolie is geen aanvullend onderricht van de chauffeur vereist.
6.
Transport en opslag • De mobiMASTER® is met de daartoe bestemde en gekenmerkte voertuigen volgens de ADR-voorschriften te vervoeren. • De laadvloer moet glad en zonder scherpe kanten zijn. • De gevulde mobiMASTER® mag slechts met een vorkheftruck of kraan en op de juiste wijze bevestigde hefmiddelen op en af worden geladen. Voor het heffen of verplaatsen van de unit mogen géén andere dan daartoe bestemde middelen worden toegepast. • Het schuiven of kantelen van de mobiMASTER® is veboden. • Het transport mag alleen dan plaatsvinden als de stroomverzorging is uitgeschakeld, alle moffen/aansluitingen zijn afgedicht, de afgifteslang is opgerold en het deksel is afgesloten. • In transportvoertuigen, die gevaarlijke stoffen vervoeren, mogen zich buiten het voertuigpersoneel géén andere personen bevinden. • Het voertuigpersoneel moet met het gebruik van de brandblusser bekend zijn. • Het betreden van het voertuig met verlichtingsapparatuur met openvlam is verboden. Bovendien mogen de in te zetten verlichtingsarmaturen géén metalen oppervlakken hebben, daar deze vonken kunnen veroorzaken. Tijdens het tanken is zowel het roken in het voertuig als in de direkte omgeving verboden. • De motor moet bij het vullen en aftanken worden uitgeschakeld, tenzij het voor het gebruik van de pomp of andere vul- en aftankapparatuur noodzakelijk is, mits dat in het land waar het voertuig zich bevindt is toegestaan. • De chauffeur mag zijn voertuig met gevaarlijke stoffen pas verlaten, nadat hij/zij heeft vastgesteld dat het voertuig op de handrem staat. • Een transportvoertuig met gevaarlijke stoffen mag slecht één aanhanger aankoppelen.
7.
Benodigde transportformaliteiten
Naast bescheiden, die op grond van andere voorschriften vereist zijn, moeten in het transportvoertuig de volgende dokumenten aanwezig zijn: • •
vrachtbrief schriftelijke gebruiksaanwijzijng van de brandstoftank
Schriftelijke gebruiksaanwijzingen moeten in de chauffeurscabine bewaard worden en makkelijk te vinden zijn. De vervoerder/expediteur moet zich vergewissen, dat de chauffeur de gebruiksaanwijzingen begrijpt en goed kan opvolgen. De transportvoertuigen, die gevaarlijke stoffen vervoeren zijn herkenbaar en voorzien van een waarschuwingssticker volgens de ADR-voorschriften.
5
mobiMASTER®
8.
Gebruiksaanwijzing
Algemene veiligheidsvoorschriften
Het personeel, dat de leveringen van gevaarlijke stoffen uitvoert, moet voldoen aan de veiligheidsmaatregelen, om de eventule gevolgen van een gevaar qua aard en omvang te beperken. Het personeel heeft in ieder geval op de desbetreffende ADRvoorschriften te letten. Bij direkt gevaar voor de omgeving moet het personeel onverwijld het bevoegd gezag op de hoogte brengen en hen de vereiste informatie verstrekken. Deze personeelsverplichtingen zijn ontleend aan de ADR-voorschriften.
9.
Keuringen
De eigenaar is verantwoordelijk voor: • Het in opdracht geven aan de bevoegde instanties om de periodieke keuringen van de brandstoftank uit te voeren. Deze keuringen dienen volgens onderstaand schema en na elke aangegeven periode te worden uitgevoerd.
Dichtheidstest (onderdruk 0,2 bar) Keuring buitenkant Keuring binnenkant Constructie en kenmerken
keuringsinterval in jaren 2½ 2½ 5 5
De data van de laatste dichtheidstest en visuele inspectie dienen duurzaam op de brandstoftank te zijn vermeld. De maand en het jaar bijv.“12/08 moeten op de daartoe bestemde regel op het typeplaatje worden aangebracht. De eigenaar dient alle gegevens vanaf het in gebruikstellen van de brandstoftank te bewaren. Bij verkoop moeten deze gegevens worden overgedragen. Bij een negatief keuringsresultaat moet de mobiMASTER® door een erkend reparatiebedrijf worden hersteld. Voor elke brandstoftank dient tenminste de volgende informatie voorhanden te zijn:
• • • • • •
6
Naam van de fabrikant Naam van de huidige eigenaar Serienummer van de mobiMASTER® Resultaat van de eerste toelatingskeuring en eventuele dichtheidstest (Tabel 1) Rapporten van keuringen die elke 21/2 en 5 Jaar worden uitgevoerd (Tabel 2) Rapporten over schade en reparaties (Tabel 3)
Gebruiksaanwijzing
10.
mobiMASTER®
mobiMASTER® als stationaire tank
De mobiMASTER® kan ook als stationaitre opslagtank voor afgifte van dieselprodukten worden ingezet. In voorkomend geval is de eigenaar van de tank verantwoordelijk voor de naleving van de geldende nationale richtlijnen betreffende de installatie en het gebruik van deze unit. Bovendien moet men rekening houden met de plaatselijke brand- en milieuvoorschriften.
11. Garantie De fabrikant verleent vanaf de aankoopdatum 5 jaar garantie op de brandstoftank. In geval van storingen dient u kontakt op te nemen met onze servicedienst, deze is te bereiken onder: FMT Swiss AG Tel. +33 3 88 58 05 75 Fax +33 3 88 58 00 41
[email protected] De storing moet schriftelijk bijv. per fax aan de fabrikant gemeld worden. Hiervoor kan de voorkant van de gebruiksaanwijzing worden genomen, die bij elke mobiMASTER® wordt bijgesloten. ( Wij adviseren de voorkant alvast te kopiëren, zodat u deze bij eventuele storingen in de toekomst kan gebruiken.) Zou blijken, dat de storing binnen de gestelde garantietermijn door onoordeelkundig gebruik of montage is ontstaan respectievelijk de storing na de garantietermijn is ontstaan, dan komen de servicekosten voor rekening van de eigenaar. Het dagelijks onderhoud van de apparatuur is van garantie uitgesloten, zoals het reinigen van het filter, vervangen van de batterij, het kalibreren van de doorstroommeter. De garantie vervalt bij: - Beschadigingen die het gevolg zijn van onoordeelkundige montage en gebruik van de apparatuur, - Achterstallig onderhoud, mechanische beschadigingen of vandalisme, - Fouten die zijn ontstaan ten gevolge van reparaties of wijzigingen aan de constructie, die door een niet erkende servicedienst zijn uitgevoerd, - Wijziging van de toepassing van het produkt De firma FMT Swiss AG is niet aansprakelijk voor schade die is ontstaan door onoordeelkundig gebruik of handelingen die in strijd zijn met de gebruiksaanwijzing en overige voorschriften van het produkt.
7
mobiMASTER®
12. Nr. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31
Explosietekening Omschrijving Dieselpomp Tank mobiMASTER® Voet t.b.v. de pomp Imbusschroeven M 8 x 10 Hoek 90º, G1"a – G1" a O-Ring 29 x 2,5 Wartel Slangset DN 19 G1" i - G1" i, 135 mm Knie met kogelkraan G1" i - G1" i, Adapter Binnenzeskantschroeven M 5 x 20 Schroefdraadtule M 5 x 4 Zuigslangset DN 25 G1" a - G1" a, 540 mm Voetklep met zuigkorf Afgifte slang set 4 m Automatisch afgiftepistool O-Ring 22 x 2,5 Imbusschroeven M 5 x 10 Slangpilaar M 5 x 4, 90º Afdichtring PA voor M 5 Slang LD-PE 360 mm Ring M 8 Persarmatuur G1" a - G1" i, NW 25 Vlakke dichting Vulstandindicatie Be- en ontluchtingsventiel Vulstomp met deksel Persarmatuur met linkse schroefdraad Inbouwteller, digitaal Vlakke dichting Persarmatuur met rechtse schroefdraad
Tabel 12-1: Omschrijvingen t.b.v. Afb. 12-1
8
Gebruiksaanwijzing
Gebruiksaanwijzing
mobiMASTER®
Afbeelding12-1: Explosietekening
9
mobiMASTER®
Gebruiksaanwijzing
13. Keurings- en gebruiksrapporten Tabel 1: Keuringsrapport voor IBC-Containers (fabrikant) Fabrikant Firma/
Eigenaar
Eigenaar
Asset Efficency AG
persoon voor- en achternaam Postcode en stad
6304 Zug Schweiz
Straat en huisnummer
Bundesstrasse 3
Verantwoordelijke Telefoonnummer
Kenmerk
U N
31H2/Z/…………../NL/ARES 471/0/635
Serienummer: ………………………………………………… Tabel 2: Toelatingskeuring en periodieke 2,5 en 5 jaarlijkse controles (eigenaar) Naam van de keuringsbevoegde
Datum van de keuring en handtekening
Dichtheidstest
Keuring buitenkant
Keuring binnenkant
Uitrusting
0= volgens voorschrift X= in strijd met de voorschriften, zie opmerkingen
10
Bouwwijze en kenmerken
Gebruiksaanwijzing
14.
mobiMASTER®
Schade- en reparatierapport
Tabel 3: Schades en reparaties Datum, handtekening
Fouten en voorgenomen maatregelen.
11
mobiMASTER®
15.
ADR-Toelating
Afbeelding: 15-1 ADR-Toelating mobiMASTER® 450 blz. 1
12
Gebruiksaanwijzing
Gebruiksaanwijzing
mobiMASTER®
Afbeelding: 15-2 ADR-Toelating mobiMASTER® 450 blz. 2
13
mobiMASTER®
Gebruiksaanwijzing
Afbeelding 15-3: ADR-Toelating mobiMASTER® 450 blz. 3
FMT Swiss AG Fluid Management Technologies Swiss AG • Eschfeldstrasse 2 • CH-6312 Steinhausen Tel. +41 41 712 05 37 • Fax +41 41 720 26 21 •
[email protected] • www.fmtag.ch
14
Dieselpomp 60 l/min 230 V AC
Gebruiksaanwijzing Inhoud: 1.
Algemene Informatie
1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Doelmatig Gebruik Opbouw en Funktiebeschrijving Inzetbereik Vereisten voor de opstellingsplaats Technische Gegevens
2.
Algemene Veiligheidsaanwijzingen
2.1 Aanwijzingen voor veiligheid bij gebruik 2.2 Verklaring van de gebruikte veiligheidsvoorschriften 2.3 Veiligheidsvoorschriften voor gebruik van de dieselpomp 3.
Montage
3.1 Montage van de overhevelbeveiliging 4.
Werking
5.
Onderhoud
6.
Reparatie
6.1 Vervanging van versleten lamellen
89 300 A802 NL
7.
Reparatie/Service
8.
EG-verklaring van overeenkomst
9.
Omschrijving Explosietekeningnummers
versie 28.08.2008
Gebruiksaanwijzing
1.
Algemene Informatie
1.1
Doelmatig Gebruik
Dieselpomp 60 l/min
•
De dieselpomp mag alleen gebruikt worden voor het verpompen van dieselolie.
•
Geen explosieve vloeistoffen zoals b.v. Benzine of een andere vloeistof met hetzelfde vlampunt verpompen!!!
•
Alleen aansluiten op 230 volt netspanning.
•
Tot het op de juiste wijze gebruiken behoort ook het lezen en opvolgen van de instructies in de gebruiksaanwijzing.
•
Alle andere toepassingen of het verpompen van andere vloeistoffen, alsmede het zelf veranderen van de pomp (ombouw of het gebruik van niet originele delen), kunnen gevaar opleveren en gelden als oneigenlijk gebruik.
•
Voor schade voortvloeiend uit oneigenlijk gebruik is de gebruiker zelf verantwoordelijk.
•
Bij reparatie aan elektrische delen de veiligheids en testvoorschriften naleven.
•
Bij reparatie uitsluitend originele onderdelen gebruiken daar anders de garantie vervalt.
1.2
Opbouw en Funktiebeschrijving
•
De dieselpomp kan met diverse FMT-Toebehoren worden uitgerust.
•
Uit veiligheidsoverweging is de dieselpomp uitgerust met een overhevelbeveiliging. Bij beschadiging van de afgifteslang (bij stilstand van de pomp) wordt daardoor verhindert dat de hele tank leeggezogen wordt.
1.3
Inzetbereik
De dieselpomp is uitsluitend geschikt voor diesel en huisbrandolie, wanneer deze niet over het vlampunt verwarmt zijn. De temperatuur van de vloeistof moet tussen –10 °C en +40 °C. Deze mogen niet overschreden worden. Omdat de motor geen explosiebeveiliging heeft mag hij niet worden ingezet in •
Explosiegevaarlijke toepassingen c.q. omgeving.
•
Voor het verpompen van brandstoffen van gevarenklasse A1, A II en B.
1.4
Vereisten voor de opstellingsplaats
Huisbrandolie en dieselolie zijn waterverontreinigende stoffen. De installatie dient te voldoen aan de hiervoor plaatselijk geldende voorschriften ten aanzien van de waterhuishouding. De exploitant van de installatie is verplicht deze permanent te controleren op naleving van de bovengenoemde vereisten voor de opstellingsplaats.
2
Dieselpomp 60 l/min
1.5
Gebruiksaanwijzing
Technische Gegevens Bouwjaar
Zie Typeplaatje
Mediumtemperatuur
°C
-10 tot +40
Draadaansluiting
G
1“ inw.
Stroomopname
A
2,4
Vermogen
W
380
Kondensator
μF
450V – 12 μF ±5 %
Overstroomventiel ingestelt
bar
1,8
Max. Aanzuighoogte
m
5
Pompcapaciteit*
L / min
58
Spanning
V / AC
230
Frequentie
Hz
50
Toerental
min-1
2800
Beveiligingsklasse
IP
54
Aansluitkabe
m
1,8
Gewicht
Kg
6,3
* Bij vrije uitloop. Tab. 1-1: Technische Gegevens
2. 2.1
Algemene Veiligheidsaanwijzingen Aanwijzingen voor veiligheid bij gebruik
•
De dieselpomp is ontworpen en gebouwd met inachtneming van de geldende veiligheids- en gezondheidseisen van de relevante EG-richtlijnen.
•
Toch kunnen er van dit product gevaren uitgaan, wanneer het niet doelmatig of met de nodige omzichtigheid wordt gebruikt.
•
Lees daarom voor de inwerkingstelling eerst de gebruiksaanwijzing en geef deze door aan andere gebruikers van de pomp.
•
Voor het gebruiken van de dieselpomp gelden in ieder geval de plaatselijke veiligheidsen ongevallenpreventie voorschriften.
2.2
Verklaring van de gebruikte veiligheidsvoorschriften
Bij de veiligheidsaanwijzingen in deze gebruiksaanwijzing wordt een onderscheid gemaakt tussen verschillende gevarenniveaus. De verschillende gevarenniveaus zijn in de gebruiksaanwijzing aangeduid met de volgende signaalwoorden en pictogrammen:
3
Gebruiksaanwijzing Pictogram
Dieselpomp 60 l/min
Signaalwoord
Gevolgen wanneer de veiligheidsbepalingen niet worden nageleefd
Gevaar
Dood of zeer zwaar lichamelijk letsel
Waarschuwing
Mogelijk dood of zwaar lichamelijk letsel
Voorzichtig
Mogelijk licht of middelzwaar lichamelijk letsel of materiele schade
Tab. 2-1: Classificatie van de veiligheidsaanwijzing volgens de aard en ernst van het gevaar
Daarnaast wordt nog een bijkomende aanwijzing gebruikt, die algemene tips voor de omgang met het product geeft. Pictogram
Signaalwoord
Betekenis
Aanwijzing
Achtergrondinformatie of tips voor de correcte omgang met het product
Tab. 2-2: Algemene aanwijzing
2.3
Veiligheidsvoorschriften voor gebruik van de dieselpomp
Gevaar! Nooit reparaties aan een ingeschakelde pomp uitvoeren! Montage of demontage van delen uitsluitend bij uitgeschakelde pomp. Bij reparatie of vervanging van delen altijd netstroomspanning wegnemen. Gevaar! Geen vervuilde vloeistoffen verpompen! Let op dat de te verpompen vloeistof niet vervuild is. Monteer aan de zuigslang een aanzuigfilter.
Gevaar! Beschadigde onderdelen kunnen persoonlijke of materiele schade veroorzaken Aanzuig en persleiding mogen niet geknikt, verdraaid of uitgerekt zijn. De toebehoren moeten regelmatig op breuk, scheuren of andere beschadigingen worden gecontroleerd. Beschadigde onderdelen direkt vervangen. Met betrekking tot de gebruiksduur zie voorschriften : ZH 1/A45.4.2 of DIN 20066 Deel 5.3.2.
Voorzichtig! Weglopende brandstoffen kunnen schade toebrengen aan het milieu Voorschriften t.a.v. milieu en plaatselijke verordeningen naleven.
4
Dieselpomp 60 l/min
3.
Gebruiksaanwijzing
Montage
•
Voor de bevestiging van de dieselpomp zijn 4 bouten kleiner dan 7 mm nodig (deze worden niet meegeleverd).
•
Bij de montage opletten op een stabiele en vlakke bevestiging. Kies een afgeschermde montage plaats (beschermt tegen spatwater en beschadiging).
•
Eerst de plasticdoppen verwijderen uit de aanzuig- en persaansluitingen.
•
De slangen aan pers- en zuigzijde monteren. Het aanzuigfilter aan de zuigslang monteren.
•
Het aftappistool aan de afgifteslang monteren.
•
De pomp middels de netstroomstekker op het stopcontact aansluiten.
•
De pomp is gereed voor gebruik.
Aanwijzing Bij montage letten op een schone en exacte verbinding van de toebehoren. Gebruik voor de afdichting de hiervoor geschikte materialen, (bijv. Teflonband).
3.1
Montage van de overhevelbeveiliging
•
Verwijder de aan de zijkant van de pomp aangebrachte bout met afdichting (zie afb. 3-1).
•
Schroef in deze draadopening de meegeleverde slangpilaar met de nieuwe afdichting (zie afb. 3-2).
•
Bevestig de slang op de slangpilaar en voer deze terug in de tank.
Aanwijzing Let er bij de montage van de overhevelbeveiliging op dat het slangeind niet de vloeistof in de tank raakt want dan werkt het systeem niet!!!!
Afb. 3-1: Boring voor overhevelingbeveiliging met bout verzegelt (aflevering)
5
Gebruiksaanwijzing
Dieselpomp 60 l/min
Afb. 3-2: Slangpilaar voor overhevelbeveiliging aangebracht
4.
Werking
Controleer de dieselpomp en de toebehoren op fouten of beschadigingen. Verwissel eventuele beschadigde delen direct en gebruik nooit een beschadigde pomp. Het aanzuigfilter bij iedere tankvulling controleren en bij beschadiging vernieuwen In geen geval zonder filter werken, omdat de pomp dan niet beschermd is. •
Doe de zuigslang in de te legen tank.
Aanwijzing Om de tank volledig te ledigen moet de zuigslang tot op de bodem reiken. •
Het tappistool in de te vullen tank houden.
•
De pomp inschakelen met de netstroomschakelaar aan de pomp.
Voorzichtig! Laat de pomp niet lopen zonder vloeistof te pompen (droogloop). U loopt het risico dat hierdoor de pomp beschadigd. •
De taphandel van het tappistool voor de gewenste hoeveelheid indrukken of met de blokkeerinrichting vastzetten (alleen bij automatisch tappistool, niet meegeleverd).
Voorzichtig! De pomp schakelt niet automatisch uit, daarom de pomp niet zonder toezicht laten pompen.
6
Dieselpomp 60 l/min
Gebruiksaanwijzing
•
Voor het beëindigen de taphandel loslaten.
•
Schakel de pomp uit met de elektrische schakelaar.
•
Het tappistool bij beëindiging zo plaatsen dat er geen vloeistof uitloopt.
Voorzichtig! Gevaar voor produktschade De stroomvoorziening moet de juiste spanning hebben, zoals vermeld op het typeplaatje.
5.
Onderhoud
De dieselpomp is in principe onderhoudsarm. Op grond van de verplichtingen van de exploitant overeenkomstig § 19i WHG moeten de volgende onderdelen van de pomp regelmatig worden gecontroleerd en evt. worden vervangen om schade aan het milieu of personen te vermijden. • Pomphuis (6) • Afgifteslang • Tappistool
6. 6.1
Reparatie Vervanging van versleten lamellen
•
Draai de bouten los (4, 5).
•
Neem het pomphuis (6) van de Motor (10).
•
Vervang de oude lamellen (2)door nieuwe originele FMT onderdelen, let bij inbouw op de looprichting van de lamellen.
•
Monteer het pomphuis (6) weer aan de motor (10) met de bouten (4, 5).
Het vervangen van de lamellen is bij normaal gebruik zelden nodig.
7.
Reparatie/Service
De dieselpomp werd ontwikkelt en vervaardigd met inachtneming van de hoogste kwaliteitsstandaarden. Mocht er ondanks alle kwaliteitsmaatregelen een probleem optreden,neem dan contact op met onze serviceafdeling: FMT Swiss AG Tel +33 3 88 58 05 75 Fax +33 3 88 58 00 41
[email protected]
7
Gebruiksaanwijzing
8.
Dieselpomp 60 l/min
EG-verklaring van overeenkomst
Hiermee verklaren wij dat het hieronder beschreven apparaat op grond van het ontwerp en de constructie en in de door ons in omloop gebrachte uitvoering in overeenstemming is met de EG-richtlijnen. Deze verklaring verliest haar geldigheid indien er zonder onze toestemming wijzigingen worden aangebracht aan het apparaat. Benaming:
Dieselpomp 60 l/min 230V 1~AC
Apparaattype:
Elektrischepomp
Bouwjaar:
zie Typeplaatje
Betreffende EG-Richtlijnen:
EG-Laagspanningsrichtlijn (73/23/EWG) EG-richtlijn Elektromagnetische Verdraagzaamheid (89/336/EWG) i.d.F. 93/31/EWG
Nationale Normen:
15.02.2008
DIN VDE 0843 T1
FMT Swiss AG
___________________________
Dipl.-Ing. Rudolf Schlenker
9.
Omschrijving Explosietekeningnummers
Nr.
Omschrijving
Artikelnummer
1
Drukveer
89 384
2
Lamellen
89 254
3
Pasveer
00 602
4
Schroef M5x35
00 240
5
Schroef M5x16
00 236
6
Pomphuis
89 259
7
O-ring 65x2
00 234
8
ventielkegel
89 385
9
Rotor
89 255
10
Motor
85 000
Tab. 9-1: Overzicht onderdelen en artikelnummers
8
Gebruiksaanwijzing
4
1
5
6
2
7
3
8
9
10
Dieselpomp 60 l/min
Afb. 9-1: Explosietekening van de Dieselpomp
FMT Swiss AG Fluid Management Technologies Swiss AG • Eschfeldstrasse 2 • CH-6312 Steinhausen Tel. +41 41 712 05 37 • Fax +41 41 720 26 21 •
[email protected] • www.fmtag.ch
9
Inbouwteller, digitaal voor Electrische-Dieselpompen PREMAxx
Gebruiksaanwijzing Inhoud: 1. 1.1 1.2 1.3
Algemene gegevens Gebruiksvoorschriften Opbouw en funktiebeschrijving Technische gegevens
2. 2.1 2.2
Algemene Veiligheidsvoorschriften Aanwijzing voor gebruiksveiligheid Verklaring van de gebruikte veiligheidsaanwijzing Voorschriften voor gebruik en toepassing van de inbouwteller
2.3
88 376 A801 NL
3.
Montage 3.1 tot 3.4
4. 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7
Gebruik Inschakelen van de teller Terugzetten van de dagteller naar nieuwe meetwaarden Weergave van laatste afgiftes Tellers op nul zetten Verwijzing naar meetprecisie Kalibreren Uitschakelen van de teller
5.
Controle/Onderhoud
6.
Reparatie/Service
7.
Onderdelenlijst
8.
Producent verklaring
Version 31.12.2007
Inbouwteller, digitaal
1. 1.1
Gebruiksaanwijzing
Algemene gegevens Gebruiksvoorschriften
De digitale teller is alleen geschikt voor dun vloeibare en moeilijk ontvlambare vloeistoffen. De elektronische werking is verzekerd binnen een temperatuurbereik van –10 °C tot +40 °C. De inbouwteller is ingesteld op het verpompen van diesel- en huisbrandolie. Voor het op de juiste wijze gebruiken geldt ook het in acht nemen van de gebruiks-aanwijzing. Ledere andere aanwending of verandering kan serieuze gevaren met zich meebrengen en geldt als onjuist. Voor schade ontstaan door onjuist gebruik is de gebruiker verantwoordelijk.
1.2
Opbouw en funktiebeschrijving
De inbouwteller is niet geijkt. Het meten gebeurd volgens het stromings-mechanisch schoepenrad-principe. De meetgegevens worden elektronisch overgedragen en verwerkt naar het digitale display. De inbouwteller beschikt over een goed afleesbaar tweedelig display, dat zich bij de bediening van de toetsen automatisch inschakelt. De bovenste aanduiding geeft de afgegeven hoeveelheid aan. Gelijktijdig is in de onderste aanduiding een totaal ( som 1 t/m 9) en een deelweergave mogelijk. Dit betekent, dat de vertankingen van 9 verschillende personen of voertuigen kunnen worden bijgehouden. Deze blijven behouden bij batterijwissel. Het overzichtelijke toetsenbord is makkelijk te bedienen en word voor programmeren van de gebruikerparameters gebruikt. Het displaydeel van de teller is telkens 90º verdraaibaar. Hierdoor kan men steeds duidelijk aflezen onder alle omstandigheden.
2
Inbouwteller, digitaal
1.3
Gebruiksaanwijzing
Technische gegevens
Kenmerken
Inbouwteller, digitaal
Meetprincipe Materiaal (mediumstroom) Meetbereik Bedrijfsdruk (max.) Barstdruk Meetprecisie (gekalibreert) Repeteerprecisie Aanduiding 1. (bovenste) Aanduiding 2. (onderste) Oplossing Draadaansluiting Gewicht Temperatuurbereik elektronika
Radiaalschoepenrad POM/RVS/Viton® 10 tot 55 l/min 2 bar 4 bar +/- 1 % +/- 0,8 % zescijferig, 15 mm hoog zescijferig, 7 mm hoog ca. 0,03 Liter G ¾ “ of G 1“ binnen, G 1“ buiten 305 gr van –10 ºC tot +40 ºC
2. Algemene Veiligheidsvoorschriften 2.1
Aanwijzing voor gebruiksveiligheid
De digitale inbouwteller word gebouwd volgens de veiligheidseisen van de relevante EGRichtlijnen. Alsnog kan dit produkt gevaarlijk zijn wanneer het niet op de juiste wijze en voorzichtigheid ingezet wordt. Voor het gebruik van de inbouwteller gelden in ieder geval de plaatselijke veiligheidsvoorschriften en de veiligheidsvoorschriften in deze gebruiksaanwijzing.
2.2
Verklaring van de gebruikte veiligheidsaanwijzing
Bij de in deze gebruiksaanwijzing vermelde veiligheidsaanwijzing wordt op de volgende gevarenklassen gewezen. Deze gevarenklassen worden in de handleiding met de volgende signaalwoorden en pictogrammen vermeld. Pictogram
Signaalwoord Gevolgen wanneer de veiligheidsvoorschriften niet nageleeft worden Waarschuwing Mogelijke zwaar lichamelijk letsel of dood
Aanwijzing
Achtergrondweten en tips voor op de juiste wijze omgaan met dit produkt
3
Inbouwteller, digitaal
2.3
Gebruiksaanwijzing
Voorschriften voor gebruik en toepassing van de inbouwteller
Waarschuwing! De digitale inbouwteller is alleen voor gebruik met dunvloeibare, moeilijk ontvlambare vloeistoffen geschikt. De inbouwteller mag niet in explosiegevaarlijke omgevingen gebruikt worden.
Aanwijzing Bijzonder op te letten op § 19g WHG, die voorschrijft dat systemen voor afvullen zodanig ingebouwd, opgesteld onderhouden en gebruikt moeten worden, dat een verontreiniging van grondwater of bodem voorkomen wordt. De gebruiker van dit systeem is naar § 19i WHG verplicht, zijn systeem doorlopend te controleren op het voldoen aan de bovengenoemde verplichtingen.
3.
Montage
Voor de montage alle delen op eventuele resten van de verpakking controleren. 3.1
Pomp met G 1“ buitendraad (Afb. 1) • Adapter G 1“/G 1“ (1) een halve omdraaing op de draadaansluiting van de pomp schroeven. • Afdichting (3) in de adapter (1) drukken. • Pomp met adapter (1) en teller met draadaansluiting (2) gelijktijdig vastschroeven.
3.2
Pomp met G ¾“ buitendraad (Afb. 2) • Adapter G 1“/G ¾“ (1) twee omdraaiingen op de buitendraad G1“ (2) van de teller (pas op Linkse draad) schroeven. • Afdichtung (3) in de adapter (1) drukken. • Teller met adapter (1) en draad G ¾“ van de pomp gelijktijdig vastschroeven.
Toebehoren voor 3.2 (Afb. 2) Adapter G 1"/G ¾" Slangarmatuur G 1" Klem
4
Art.-Nr. 88 375 87 936 88 030
Inbouwteller, digitaal
Gebruiksaanwijzing
3.3
Afdichting (3) in de Slangarmatuur (4) drukken en met draadaansluiting (5) van de teller vastschroeven.
3.4.
Na de montage de verbindingen op vastzitten en afdichting controleren. Afb. 1
4.
Gebruik
4.1
Inschakelen van de teller
Afb. 2
Door het bedienen van de toets Start wordt het telwerk ingeschakeld en geeft het de laatste hoeveelheid getankte liters aan. Bij begin van het aftanken (vloeistofdoorvoer) wordt van de laatste gemeten waarde uitgaand automatisch doorgeteld.
4.2
Terugzetten van de dagteller naar nieuwe meetwaarden
Door het bedienen van de Reset toets wordt de laatst gemeten waarde (grote cijfers) op nul gezet.
4.3
Weergave laatste afgiftes
Door het bedienen van de toetsen ▲ ▼ wordt tussen het totaal en het aantal deelweergave 1 t/m 9 (deelnemers) gebladerd.
4.4
Tellers op nul zetten
Terugzetten van de deelweergave 1 t/m 9 Door het gelijktijdig bedienen van de toetsen Start en ▲ gedurende ca. 5 sekonden worden de deelweergaven op nul gezet.
Terugzetten van de totaalsom • 4 Schroeven aan de tellerachterzijde losschroeven. • Tellerdeksel voorzichtig van het huis nemen. • 2 Schroeven bij Batterijhouder losschroeven. • Batterij uit de houder nemen. • De toets Reset bedienen en gelijktijdig de batterij weer in de houder plaatsen. De Totaalsom wordt daardoor op 000000 teruggezet. • De teller weer in omgekeerde volgorde in elkaar zetten.
5
Inbouwteller, digitaal
4.5
Gebruiksaanwijzing
Verwijzing naar meetprecisie
De inbouwteller meet de doorgestroomde vloeistofhoeveelheden van diesel- en huisbrandolie en is voor deze producten voorgecalibreerd. De hoogste meetprecisie wordt bij afgifte met konstante doorstroom bereikt.
Verschillende invloeden kunnen de bereikbarebare meetprecisie beinvloeden: • Viskositeit en soort van de vloeistof. • Sterke pulsatie en drukverschillen van de pomp. • Plaatselijke omstandigheden.
4.6
Kalibreren
Door het gelijktijdig bedienen van de toetsen ▲ ▼ gedurende ca. 5 seconden schakelt de teller naar de calibreermodus. Hierin biedt het 2 verschillende mogelijkheden:
Actuele calibreerwaarde aflezen Om alleen de actuele calibreerwaarde af te lezen, moet de dagteller vóór het omschakelen naar de calibreermodus op nul worden gezet (zie 4.2). Hiervoor moet de toets Reset worden bediend. Wanneer de calibreerwaarde wordt getoond, keert men door de toets Start te bedienen weer in de voorgeprogrameerde waarde terug zonder wijzigingen aan te brengen. (de laatste calibreerwaarde blijft behouden ). De toets Reset zet de calibreerfaktor weer in de voorkeurswaarde terug en schakelt de teller weer in de gebruikmodus om.
Calibreerwaarde wijzigen Door het gelijktijdig bedienen van de toetsen ▲ ▼ gedurende ca. 5 seconden, waarbij de dagteller een waarde hoger dan 0.00 moet aangeven, schakelt de teller naar de calibreermodus. Door de pijltoets ▲ te bedienen wordt de waarde naar boven verhoogd, door de pijltoets ▼ te bedienen wordt de waarde naar beneden bijgesteld. Door opnieuw het gelijktijdig bedienen van toetsen ▲ ▼ gedurende ca. 5 seconden wordt de ingestelde waarde vastgelegd en de calibrering beeindigd. De teller schakelt naar de gebruikmodus terug. Test: Een bepaalde hoeveelheid vloeistof in een geijkte tank (volume 20 Liter) pompen. • • •
4.7
Teller met de knoppen ▲ ▼ in de kalibreermodus schakelen. Met de knoppen ▲ of ▼ de aangegeven hoeveelheid met de in de tank gemeten hoeveelheid aanpassen. Ingestelde waarde met de knoppen ▲ ▼ vastleggen.
Uitschakelen van de teller
Door het langer drukken (ca. 5 seconden) op de knop Start wordt de teller uitgeschakelt. Is de teller langer dan 90 seconden inactief, schakelt hij automatisch uit.
6
Inbouwteller, digitaal
Gebruiksaanwijzing
5. Controle/Onderhoud De inbouwteller is standaard onderhoudsvrij. In verband met de gebruikerplicht § 19i WHG moeten de volgende delen regelmatig gecontroleerd worden, om milieu-, bedrijfs- of persoonlijke schade te voorkomen. •
Het tellerhuis en de aansluitingen moeten regelmatig op beschadigingen en dichtheid gecontroleerd worden.
•
Bij een batterijwissel het tellerhuis voorzichtig openen en de Batterij uit de houder nemen. Nieuwe Batterij, 3.6 V-Lithium-Batterij (Type SL 360S) plaatsen en het tellerhuis weer sluiten.
6.
Reparatie/Service
De inbouwteller wordt met inachtneming van de hoogste kwaliteitsstandaard ontwikkeld en vervaardigd. Mocht er ondanks alle kwaliteitsmaatregelen een probleem optreden, neem dan contact op met onze contactpersoon bij de serviceafdeling: Klantenservice/Reparatieafdeling
FMT Swiss AG Tel. +33 3 88 58 05 75 Fax +33 3 88 58 00 41
[email protected]
7
Inbouwteller, digitaal
7.
Gebruiksaanwijzing
Onderdelenlijst Afb. 3
Onderdelenlijst van Afb. 3 Pos. 1 2 3 4 5 6
8.
Beschrijving Deksel, kompleet Huis Drossel, D 12 Adapter, G 1“ I x G 1” r Afdichtring, 30 x 19,5 x 2 Lithium–Batterij; 3,6 Volt
Art.-Nr. 88 368 88 369 88 370 88 371 88 372 88 373
Producent verklaring
Hiermee verklaren wij dat het hieronder beschreven apparaat op grond van het ontwerp en de constructie en in de door ons in omloop gebrachte uitvoering in overeenstemming is met de EGrichtlijnen. Deze verklaring verliest haar geldigheid indien er zonder onze toestemming wijzigingen worden aangebracht aan het apparaat. Apparaat EG-Richtlijn Aangewende nationale Norm 31.12.2007
Inbouwteller, digitaal. EG-richtlijn elektromagnetische compatibiliteit (89/336/EEG) in de versie 93/31/EEG DIN VDE 0843 T1 FMT Swiss AG
___________________________ Dipl.-Ing. Rudolf Schlenker FMT Swiss AG Fluid Management Technologies Swiss AG • Eschfeldstrasse 2 • CH-6312 Steinhausen Tel. +41 41 712 05 37 • Fax +41 41 720 26 21 •
[email protected] • www.fmtag.ch
8