Jodi Ellen Malpas
Mijn man - Obsessie
9789401600958.indd 3
01-07-13 15:46
Mijn man - Obsessie Uitgegeven door Xander Uitgevers BV Hamerstraat 3, 1021 JT Amsterdam www.xanderuitgevers.nl Oorspronkelijke titel: This Man Oorspronkelijke uitgever: Amazon Digital Services, Inc. Vertaling: Textcase Omslagontwerp: Inge de Leeuw Omslagbeeld: Shutterstock Zetwerk: Michiel Niesen/ZetProducties Copyright © 2013 Jodi Ellen Malpas Copyright © 2013 voor de Nederlandse taal: Xander Uitgevers bv, Amsterdam
Eerste druk 2013 isbn 978 94 0160 095 8 / nur 302
Niets uit deze uitgave mag openbaar worden gemaakt door middel van druk, fotokopie, internet of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
9789401600958.indd 4
01-07-13 15:46
Hoofdstuk 1
Ik rommel door de talloze stapels rotzooi die her en der op mijn slaapkamervloer liggen. Ik kom te laat. Uitgerekend op een vrijdag, na de hele week op tijd te zijn geweest, kom ik te laat. ‘Kate!’ schreeuw ik panisch. Waar zijn ze in hemelsnaam? Ik ren de overloop op en leun over de balustrade. ‘Kate!’ Het vertrouwde geluid van een houten lepel tegen de rand van een keramische mengkom kondigt haar komst aan en Kate verschijnt onder aan de trap. Ze kijkt me vermoeid aan. Het is een blik waaraan ik de afgelopen tijd gewend ben geraakt. ‘Mijn sleutels! Heb je mijn autosleutels gezien?’ roep ik buiten adem. ‘Ze liggen op het bijzettafeltje waar je ze gisteravond hebt neergelegd.’ Ze rolt met haar ogen en gaat dan al roerend in haar beslag terug naar haar atelier. Ik ren opgefokt over de overloop en trek mijn autosleutels onder een stapel tijdschriften vandaan. ‘Hebbes,’ mompel ik. Ik gris mijn lichtbruine riem, hakken en laptop mee en ga naar beneden. Ik tref Kate in haar atelier aan waar ze het beslag over verschillende bakvormen verdeelt. ‘Je moet die kamer echt opruimen, Ava. Het is er een klerezooi,’ klaagt ze. Ik weet het, opruimen is niet mijn sterkste kant thuis, vooral omdat ik interieurarchitect ben en de hele dag niets anders doe dan coördineren en organiseren. Ik pak mijn mobiel van de gebutste tafel en doop mijn vinger in Kates beslag. ‘Ik kan niet overal in uitblinken.’ ‘Wegwezen!’ Ze slaat met haar lepel mijn hand weg. ‘Waarom ga je eigenlijk met je auto?’ vraagt ze terwijl ze naar voren leunt om het mengsel weer glad te strijken. Ze is zo geconcentreerd bezig dat het puntje van haar tong tussen haar lippen door steekt. ‘Ik heb een oriënterend gesprek met een nieuwe klant ergens in het buitengebied van Surrey in de heuvels, een of ander landhuis.’ Ik trek mijn riem door de lusjes van mijn marineblauwe kokerjurk, laat mijn 5
9789401600958.indd 5
01-07-13 15:46
voeten in mijn lichtbruine schoenen met naaldhakken glijden en kijk dan ter inspectie in de spiegel aan de muur. ‘Ik dacht dat jij het bij de stad hield?’ vraagt ze terwijl ze achter me staat. Ik ga even met mijn vingers door mijn lange, donkere haar, duw het van de ene naar de andere kant, maar dan geef ik het op en ik zet het met een paar handelingen vast. Er ligt een vermoeide blik in mijn donkerbruine ogen en de gebruikelijke twinkeling ontbreekt. Dat is ongetwijfeld het gevolg van te veel hooi op de vork. Ik ben pas een maand geleden, na de breuk met Matt, bij Kate ingetrokken en we gedragen ons als een stel studenten. Mijn lever smeekt om rust. ‘Dat klopt. De landelijke sector is Patricks domein. Ik weet niet hoe deze klus bij mij is terechtgekomen.’ Na wat lipgloss te hebben aangebracht smak ik met mijn lippen. ‘Ik ben niet zo dol op Engels van de oude stempel en “ons soort mensen”.’ Ik kus Kate op haar wang. ‘Dit wordt pijnlijk, dat weet ik nu al. Hou van je!’ ‘Ook van jou, tot straks!’ roept Kate vrolijk zonder op te kijken. ‘Let op je taalgebruik!’ Ondanks het feit dat ik te laat ben, rijd ik zoals altijd voorzichtig in mijn Mini naar mijn kantoor aan Bruton Street. Na tien minuten rondjes te hebben gereden om een parkeerplek te vinden, weet ik meteen weer waarom ik normaal altijd de metro pak. Ik storm het kantoor binnen en kijk snel op de klok. Tien over half negen. Oké, tien minuten te laat, dat valt mee. Op weg naar mijn bureau kom ik langs de verlaten werkplekken van Tom en Victoria. Als ik me op mijn bureaustoel laat vallen zie ik dat Patrick in zijn kantoor zit. Ik pak mijn laptop en zie dan dat er een pakje voor me is bezorgd. ‘Goedemorgen, bloem,’ buldert Patrick me tegemoet terwijl hij op de rand van mijn bureau gaat zitten dat zoals altijd kreunt onder zijn gewicht. ‘Wat heb je daar?’ ‘Goedemorgen, het is de nieuwe lijn stoffen van Miller’s. Vind je het wat?’ Ik aai over een staal van het luxe materiaal. ‘Geweldig,’ zegt hij quasigeïnteresseerd. ‘Laat Irene het maar niet zien. Ik heb net het grootste deel van mijn vermogen mogen investeren in nieuwe bekleding thuis.’ ‘Ach gossie.’ Ik kijk hem meelevend aan. ‘Waar is iedereen?’ 6
9789401600958.indd 6
01-07-13 15:46
‘Victoria heeft vandaag vrij en Tom gaat de strijd aan met meneer en mevrouw Baines. Jij, Sal en ik zijn vandaag op elkaar aangewezen, bloem.’ Hij neemt zijn kam uit zijn binnenzak en haalt die door zijn dikke bos grijs haar. ‘Ik heb begin van de middag een afspraak bij The Manor,’ herinner ik hem. Dat kan hem niet zijn ontgaan. Landhuizen zijn normaal zijn domein. ‘Waarom moet ík er eigenlijk heen, Patrick?’ Ik moet het weten. Ik heb nog nooit buiten de stad gewerkt en ik weet niet zeker of ik wel de aangewezen persoon ben voor een klassiek interieur. Ik werk nu zo’n vier jaar voor Rococo Union en het was van meet af aan duidelijk dat ik was aangenomen om het bedrijf op het gebied van design een impuls te geven. Aangezien er door heel Londen luxe appartementen als paddenstoelen uit de grond schoten, misten Patrick en Tom op dat vlak de boot met hun specialisatie op het gebied van klassiek design. Toen de uitbreiding ontzettend succesvol bleek te zijn en ik al het werk niet meer alleen aankon, nam Patrick Victoria in dienst. ‘Omdat er speciaal naar jou is gevraagd, bloem van me.’ Hij staat op en mijn bureau kraakt nog eens protesterend. Patrick negeert het, maar ik krimp ineen. Óf hij valt wat af, óf hij moet niet meer op mijn bureau gaan zitten, want dat houdt het anders niet lang meer vol. Dus ze hadden om mij gevraagd? Waarom? Niets in mijn portfolio straalt ook maar enigszins klassieke interesse uit. Totaal niet. Dit wordt vast tijdverspilling. Patrick of Tom zou moeten gaan. ‘O, en de Lusso-lancering...’ Patrick steekt zijn kam weg. ‘De projectontwikkelaar heeft met zijn feestje in het penthouse kosten noch moeite bespaard. Je hebt geweldig werk geleverd, Ava.’ Patrick knikt plechtig zijn hoofd. Ik bloos. ‘Dank je.’ Ik ben ontzettend trots op mezelf en op mijn werk aan Lusso, mijn grootste prestatie tot nu toe in mijn korte carrière. Gelegen bij de St. Katherine Docks en met prijzen variërend van drie miljoen voor een eenvoudig appartement tot tien miljoen voor het penthouse, bevinden we ons hier in het superrijke segment. De opdracht Italiaanse luxe te creëren vindt zijn weerklank in de naam. Ik heb al het materiaal, de meubels en de kunstvoorwerpen in Italië uitgezocht en heb daar een week lang genoten tijdens het opstellen van het 7
9789401600958.indd 7
01-07-13 15:46
verzendschema. Volgende week vrijdag start de officiële verkoop, maar ik weet dat ze het penthouse en zes andere appartementen al hebben verkocht, dus het is meer een bewonderfeestje. ‘Ik hou die hele dag vrij zodat ik de laatste inspectieronde kan doen als de schoonmakers weg zijn.’ Ik blader door mijn agenda naar de betreffende dag en krabbel nog iets op die bladzijde. ‘Goed zo, meisje. Ik heb Victoria gezegd er om vijf uur te zijn. Het is de eerste keer dat ze dit meemaakt, dus je moet haar alles even uitleggen. Tom en ik zullen er om zeven uur zijn.’ ‘Tuurlijk.’ Patrick keert terug naar zijn kantoor en ik open mijn mail. Ik scroll door de berichten om te kijken wat gedeletet kan worden en waar ik op moet reageren. Om elf uur schuif ik mijn laptop in de tas en steek ik mijn hoofd bij Patrick om de hoek. Hij gaat helemaal op in wat er op zijn beeldscherm staat. ‘Ik ben weg,’ zeg ik, maar hij wappert alleen met zijn hand ten teken dat hij me heeft gehoord. Ik loop door het kantoor en zie Sally met het kopieerapparaat worstelen. ‘Tot later, Sal.’ ‘Doei, Ava,’ zegt ze, maar ze is te druk bezig met het oplossen van de papierstoring om op te kijken. Die meid is echt een ramp. Ik kom buiten en loop naar mijn auto. Het is mei en er schijnt een heerlijk lentezonnetje. Het verkeer is op dit tijdstip op vrijdag een nachtmerrie, maar als ik eenmaal de stad uit ben, is het best een aangename rit. Het dak van mijn auto is omlaag, Adele zingt me toe en het is vrijdag. Een ritje door het platteland is een mooie afsluiting van mijn werkweek. Mijn navigatiesysteem vertelt me de grote weg te verlaten en verder te gaan op een landweggetje en uiteindelijk sta ik voor de grootste poort die ik ooit heb gezien. Op een gouden tegel op een pilaar staat: ‘The Manor’. Verdomme! Ik zet mijn zonnebril af en kijk voorbij de poort naar de brede grindweg die zich eindeloos voor me lijkt uit te strekken. Er is geen huis te bekennen, alleen de bomenlaan waarvan ik het eindpunt 8
9789401600958.indd 8
01-07-13 15:46
niet kan zien. Ik stap uit, loop naar de poort en rammel eens voorzichtig aan het hek, maar er is geen beweging in te krijgen. Wat nu? ‘U moet op het knopje bij de intercom drukken.’ Ik schrik me wezenloos als ik een zware stem hoor die uit het niets lijkt te komen en die de stilte van het platteland verbreekt. Ik kijk om me heen, niemand in zicht. ‘Hallo?’ ‘Hierzo.’ Ik draai me helemaal om en zie dan de intercom een stukje terug langs de weg. Ik ben er zo langs gereden. Ik ren ernaartoe en druk op het knopje om mezelf aan te kondigen. ‘Ava O’Shea, Rococo Union.’ ‘Dat weet ik.’ O? Hoe dan? Ik kijk weer om me heen en zie dat er een camera is geinstalleerd bij de poort, als een metalen geluid het openen van de hekken aankondigt. ‘Lekker dan,’ mompel ik terwijl ik naar mijn auto ren. Ik spring in mijn Mini, rijd langzaam naar de opengaande hekken toe en fantaseer ondertussen over hoe ik die ongelooflijk deftige kwal op z’n nummer kan zetten. Ik zie steeds meer tegen de afspraak op. Ik heb geen ervaring met deftige provinciaaltjes en hun deftige landhuizen. Als de hekken helemaal open zijn, rijd ik verder over de met grind bedekte oprijlaan. Gezien de iepen die op gelijke afstand van elkaar langs de weg staan, zou je bijna denken dat ze strategisch zijn geplant om te verbergen wat verderop ligt. Na bijna twee kilometer zo beschut te hebben gereden, kom ik uit op een perfect ronde binnenplaats. Ik zet mijn zonnebril weer af en staar met open mond naar het kolossale huis dat onmiddellijk de aandacht opeist. Het is schitterend, maar ik maak me nu nog meer zorgen. Mijn enthousiasme voor deze afspraak neemt met de minuut af. De zwarte deuren – opgeluisterd door glimmend gouden hangensluitwerk – worden geflankeerd door vier grote erkers achter uit steen gehouwen pilaren. Het landhuis is opgetrokken uit gigantische blokken kalksteen en langs de façade staan weelderige laurierbomen. De fontein in het midden van de binnenplaats, waar stralen sprankelend water omhoog worden gespoten, maakt het plaatje compleet. Het is allemaal ontzettend imposant. Ik breng de auto tot stilstand, zet de motor af en worstel met het portier om uit te kunnen stappen. Ik blijf even staan met mijn hand op de 9
9789401600958.indd 9
01-07-13 15:46
bovenkant van het portier en bekijk het gigantische gebouw. Dit is een vergissing. Alles is in geweldige staat. Het gazon is groener dan groen, het huis ziet eruit alsof het elke dag schoon wordt geschrobd en zelfs het grind ziet eruit alsof het dagelijks wordt gezogen. Als ik op de buitenkant afga, kan ik me niet voorstellen dat er binnen iets moet worden gedaan. Ik kijk omhoog naar de tientallen erkers met schuiframen. Er hangen overal stijlvolle gordijnen voor. Ik wil bijna Patrick bellen om te controleren of ik wel het juiste adres heb, maar er stond toch echt ‘The Manor’ op de poort. En die kwallebal aan de andere kant van de intercom had me ook verwacht. Terwijl ik daar over mijn volgende stap nadenk, gaan de deuren open en verschijnt de grootste zwarte man die ik ooit heb gezien. Hij slentert het bordes boven aan de trap op. Ik krimp ineen als ik hem zie, doe zelfs een stap naar achteren. Hij draagt een zwart pak – waarschijnlijk op maat gemaakt, want hij heeft absoluut geen gangbaar postuur –, een zwart overhemd en een zwarte stropdas. Zijn kaalgeschoren hoofd glimt alsof het opgepoetst is en een groot deel van zijn gezicht gaat schuil achter een grote zonnebril. Als ik me al iemand had voorgesteld die door die deuren naar buiten zou komen lopen, dan was hij het zeker niet. Het is een boom van een vent en ik besef opeens dat ik hem sta aan te gapen. Ben ik soms bij het hoofdkantoor van een maffiabende beland? Ik probeer me koortsachtig te herinneren of ik mijn persoonlijk alarm heb overgeheveld naar mijn nieuwe handtas. ‘Mevrouw O’Shea?’ bromt hij. Ik voel me kleiner worden bij zijn overweldigende aanwezigheid en zwaai even nerveus naar hem. ‘Hoi,’ fluister ik. ‘Deze kant op,’ bromt hij. Hij maakt een kort gebaar met zijn hoofd, keert zich om en loopt het huis weer in. Ik overweeg het hazenpad te kiezen, maar mijn avontuurlijke kant is nieuwsgierig naar wat er voorbij die deuren ligt. Hij is geen butler. Ik pak mijn tas, doe het portier dicht en controleer terwijl ik naar het huis loop of ik mijn alarm bij me heb. Nee, dat zit nog in mijn andere tas. Ik loop toch verder. Pure nieuwsgierigheid loodst me de trap op en de deuren door, naar een enorme hal. Ik kijk de hoge ruimte rond en ben meteen onder de indruk van de grootse, centrale positie van de gewelfde trap die naar de eerste verdieping leidt. 10
9789401600958.indd 10
01-07-13 15:46
Mijn angst wordt bewaarheid. Dit huis is puntgaaf. De inrichting is overdadig, weelderig en ontzettend intimiderend. Door de combinatie van diepe blauwtinten, taupe met een hint van goud en het oorspronkelijke houtwerk, samen met de donkere mahoniehouten parketvloer, heeft het een opvallende en erg weelderige uitstraling. Het is precies zoals ik het me had voorgesteld en het komt niet eens in de buurt van mijn professionele voorkeur. Maar terwijl ik zo rondkijk, vraag ik me beduusd af waarom men hier überhaupt een interieurarchitect zou inschakelen. Patrick zei dat er speciaal naar mij was gevraagd, dus dan stel ik me zo voor dat ze de boel willen moderniseren. Maar nu ik het huis vanbuiten en vanbinnen heb gezien, ben ik daar niet zeker meer van. De inrichting past precies bij de stijl van het oude huis. Het is in perfecte staat. Wat doe ik hier in vredesnaam? De beer slaat rechts af, waardoor ik me moet haasten om hem bij te houden. Mijn hoge hakken klikken op de houten vloer terwijl hij me voorbij de trap leidt, naar de achterkant van het landhuis. Het geroezemoes van stemmen trekt mijn aandacht en ik kijk naar rechts waar een behoorlijk aantal mensen aan tafeltjes zit te kletsen onder het genot van een hapje en een drankje. Bedienden brengen het eten en de drankjes rond en de kenmerkende fluwelen stemmen van de Rat Pack klinken op de achtergrond. Ik frons nadenkend mijn wenkbrauwen, maar dan heb ik het. Het is een hotel; een chic, landelijk hotel. Ik ontspan me opgelucht, maar dat verklaart nog steeds niet waarom ik hier ben. Ik word langs de toiletten en daarna langs een bar geleid. Er zit een aantal mannen op krukken aan de bar. Ze zijn moppen aan het tappen en plagen een jonge vrouw, die kennelijk net terug is van het toilet en nog een velletje toiletpapier aan haar schoen heeft. Ze mept de grootste plaaggeest op zijn schouder en geeft hem goedmoedig een standje. Ik begin het allemaal te bevatten. Ik wil iets zeggen tegen de onwaarschijnlijk grote beer die me god weet waar naartoe brengt, maar hij controleert geen enkele keer of ik wel volg. Dat maakt het geklik van mijn hakken hem wel duidelijk. Hij is niet bepaald spraakzaam, en ik heb het vermoeden dat hij toch niet zou reageren als ik iets zei. We passeren nog twee gesloten deuren. Een daarvan biedt vast toegang tot de keuken, te horen aan het gekletter van potten en pannen. 11
9789401600958.indd 11
01-07-13 15:46
Dan brengt hij me naar een serre; een immens grote, lichte en verrassend overdadige ruimte die door de plaatsing van banken, grote fauteuils en tafels is opgedeeld in verschillende zitgedeeltes. Kamerhoge glazen vouwdeuren beslaan de hele buitenwand en bieden toegang tot een betegeld terras en een uitgestrekt gazon. Het geheel is ontzagwekkend. Ik snak stilletjes naar adem als ik een glazen gebouw zie met daarin een zwembad. Het is onwerkelijk. Ik wil niet weten wat een overnachting hier kost. Dit hotel heeft minimaal vijf sterren, waarschijnlijk nog wel meer. Als we deze ruimte eenmaal hebben doorkruist, lopen we door een gang tot de beer voor een houten paneeldeur blijft staan. ‘Het kantoor van meneer Ward,’ bast hij, terwijl hij gezien zijn postuur verrassend zacht op de deur klopt. ‘De manager?’ vraag ik. ‘De eigenaar,’ zegt hij. Hij doet de deur open en gaat naar binnen. ‘Kom verder.’ Ik aarzel even voor ik over de drempel stap, maar dan volg ik hem het kantoor van meneer Ward in terwijl ik de ook hier weer luxueuze inrichting in me opneem.
12
9789401600958.indd 12
01-07-13 15:46
Hoofdstuk 2
‘Jesse, mevrouw O’Shea, Rococo Union,’ kondigt de beer aan. ‘Geweldig. Bedankt, John.’ Alle alarmbellen gaan af. Ik ben meteen weer bij de les en ik recht mijn rug. Ik kan hem niet zien, de beer blokkeert mijn zicht, maar door die zwoele, hese stem sta ik als aan de grond genageld. De stem klinkt niet alsof die afkomstig is van de sigaarrokende, gezette Heer van The Manor in een kamerjas. De beer, of John zoals hij blijkt te heten, doet een stap opzij en dan vang ik de eerste glimp op van meneer Jesse Ward. O… mijn lieve… hemel. Mijn hart bonkt tegen mijn ribben en mijn toch al oppervlakkige ademhaling neemt idiote snelheden aan. Ik voel me opeens licht in mijn hoofd en ik ben me er slechts vaag van bewust dat ik íéts moet zeggen. In plaats daarvan sta ik hem alleen aan te gapen, met mijn mond vol tanden, en hij staart terug. Bij het horen van zijn hese stem ben ik stokstijf blijven staan, maar nu ik hem zie... Laat ik het zo zeggen, door zijn aanblik ben ik een trillend hoopje ellende dat geen woord meer over haar lippen krijgt. Hij komt overeind uit zijn stoel en mijn blik volgt hem tot hij rechtop staat. Hij is erg lang. De mouwen van zijn witte overhemd zijn achteloos opgerold, maar hij draagt nog wel een iets losgetrokken zwarte stropdas die voor zijn brede torso hangt. Hij loopt om zijn gigantische bureau heen en komt vervolgens langzaam naar me toe. Op dat moment krijg ik pas de volle lading. Ik slik krampachtig. Deze man is zo perfect dat het bijna pijn doet. Hij lijkt een vergeefse poging te hebben gedaan zijn donkerblonde haar in model te brengen. In zijn heldere, moerasgroene ogen ligt een veel te intense blik, en de stoppels op zijn vierkante kaaklijn verhullen op geen enkele wijze hoe knap hij is. Hij is licht gebruind en gewoon... O god, hij is gewoon woest aantrekkelijk. Heer van The Manor? ‘Mevrouw O’Shea?’ Hij steekt zijn hand uit. Het lukt me niet mijn hand te heffen en zijn uitgestoken hand vast te pakken. Hij is prachtig. 13
9789401600958.indd 13
01-07-13 15:46
Als ik niet reageer pakt hij mijn schouders vast. Hij leunt langzaam naar me toe en strijkt dan zacht met zijn lippen over mijn gloeiende wang. Ik verstijf. Het geluid van mijn eigen hartslag vult mijn oren, en hoewel het totaal ongepast is voor een zakelijke bespreking, hou ik hem niet tegen. Ik weet niet waar ik het zoeken moet. ‘Aangenaam,’ fluistert hij in mijn oor, waardoor ik een zachte kreun laat ontsnappen. Hij voelt waarschijnlijk hoe gespannen ik ben, want zijn greep verslapt en hij brengt zijn gezicht dichter bij dat van mij en kijkt me recht aan. ‘Gaat het wel?’ vraagt hij met een halfslachtig glimlachje. Ik bestudeer dromerig het fronslijntje op zijn voorhoofd, maar dan besef ik opeens dat ik nog steeds niets heb gezegd. Belachelijk. Is mijn reactie hem opgevallen? En hoe zit het met de beer? Ik werp een blik op hem. Hij staat daar bewegingsloos en heeft nog steeds zijn zonnebril op, maar ik voel dat hij naar me kijkt. Ik schud mezelf mentaal wakker en doe letterlijk een stapje terug, weg bij Ward en zijn overweldigende invloed op mij. Hij laat zijn handen langs zijn zij vallen. ‘Hallo.’ Ik schraap mijn keel. ‘Ava, mijn naam is Ava.’ Ik bied hem mijn hand aan. Hij heeft geen haast om die aan te nemen, alsof hij niet zeker weet of het wel veilig is, maar uiteindelijk doet hij het toch. Zijn wat klamme hand trilt lichtjes als hij mijn hand stevig vastpakt. De vonken spatten letterlijk van ons af, en er flitst een vreemde uitdrukking over zijn adembenemend mooie gezicht. We trekken allebei geschrokken onze hand terug. ‘Ava.’ Hij laat mijn naam bijna proevend over zijn tong rollen. Het kost me al mijn zelfbeheersing om niet nog eens te kreunen. Hij moet ophouden met praten, en wel nu meteen. ‘Ja, Ava,’ zeg ik. Nu is hij degene die lijkt af te dwalen in vergetelheid, zijn eigen nirvana, terwijl ik het om de een of andere reden steeds warmer krijg. Hij lijkt opeens weer bij zinnen te komen, duwt hoofdschuddend zijn handen in zijn zakken en doet een paar stappen naar achteren. ‘Bedankt, John,’ zegt hij met een knikje naar de beer. De man glimlacht vagelijk, wat zijn strenge uiterlijk wat verzacht, en vertrekt. 14
9789401600958.indd 14
01-07-13 15:46
Ik ben alleen met de man die me sprakeloos, bewegingsloos en vrijwel nutteloos maakt. Hij knikt naar twee bruine leren banken die in de ruime erker tegenover elkaar staan met alleen de grote salontafel tussenin. ‘Ga lekker zitten. Kan ik je iets te drinken aanbieden?’ Hij kijkt met tegenzin weg en loopt naar een kastje waar verschillende flessen sterkedrank op staan. Bedoelt hij een borrel? Het is twaalf uur, dat is zelfs voor mij te vroeg. Hij blijft even bij het kastje staan, maar keert zich dan om en kijkt me vragend aan. ‘Ik sla even over, bedankt.’ Ik schud mijn hoofd, voor het geval ik de woorden er niet hard genoeg uit krijg. ‘Water?’ vraagt hij. Weer die glimlach die om zijn mond speelt. O god, kijk een andere kant op. ‘Graag.’ Ik glimlach nerveus terug. Mijn mond voelt kurkdroog aan. Hij pakt twee flesjes water uit het koelkastje dat in het kastje verwerkt zit en draait zich weer om. Dat is het moment dat ik mijn trillende benen in beweging krijg en door de kamer naar de bank loop. ‘Ava?’ Zijn stem glijdt over me heen waardoor ik halverwege even aarzel. Ik kijk hem aan, al is dat waarschijnlijk geen goed plan. ‘Ja?’ Hij houdt een hoog glas op. ‘Glas erbij?’ ‘Ja, graag.’ Ik glimlach. Hij vindt me vast ontzettend onprofessioneel. Ik ga op de leren bank zitten, pak mijn map en gsm uit mijn tas en leg die voor me op de tafel. Mijn handen beven. Godallemachtig, mens! Doe niet zo kansloos! Ik doe alsof ik aantekeningen maak terwijl hij naar me toe komt en het flesje en het glas voor me op tafel zet. Hij gaat op de bank tegenover me zitten en slaat zijn ene been over het andere, zijn enkel steunt op zijn dij en hij leunt naar achteren. Hij maakt het zich lekker gemakkelijk en de stilte tussen ons is oorverdovend terwijl ik van alles en nog wat opschrijf om hem maar niet te hoeven aankijken. Ik weet dat ik dat niet eindeloos kan uitstellen en iets moet zeggen, maar alle standaardvragen zijn gillend mijn hersenpan ontvlucht. ‘Goed, waar zullen we eens beginnen?’ vraagt hij, waarmee hij me dwingt mijn hoofd op te heffen en zijn vraag te beantwoorden. 15
9789401600958.indd 15
01-07-13 15:46
Hij glimlacht. Ik smelt. Hij kijkt me over de rand van zijn flesje aan dat hij naar zijn heerlijke lippen brengt. Ik verbreek het oogcontact door wat water in mijn glas te schenken. Het kost me moeite mijn zenuwen onder controle te krijgen en ik voel zijn blik op me rusten. Dit is ongekend gênant. Ik ben nog nooit zo van mijn à propos gebracht door een man. ‘Je zou me kunnen vertellen waarom ik hier ben.’ Yes, er komen woorden uit mijn mond! Ik pak mijn glas van tafel en kijk hem aan. ‘O?’ zegt hij zacht. Daar is dat rimpeltje op zijn voorhoofd weer, maar hij blijft knap. ‘Je hebt speciaal naar mij gevraagd?’ dring ik aan. ‘Ja,’ zegt hij simpelweg. Hij glimlacht weer. Ik moet wegkijken. Ik neem een slokje water om het droge gevoel in mijn mond te verdrijven en schraap mijn keel alvorens zijn intense blik weer onder ogen te komen. ‘Mag ik vragen waarom?’ ‘Dat mag.’ Hij zet zijn voeten recht naast elkaar op de vloer, leunt naar voren om zijn flesje op tafel te zetten en steunt zwijgend met zijn onderarmen op zijn knieën. Maar hij zegt verder niets meer. Geen uitleg dus? ‘Oké.’ Het kost me moeite om het oogcontact niet te verbreken. ‘Waarom?’ ‘Ik heb heel goede dingen over je gehoord.’ Ik voel mijn wangen gloeien. ‘Dank je. En waarom ben ik hier?’ ‘Om te ontwerpen natuurlijk.’ Hij lacht. Ik voel me een beetje dom en ben tegelijk gepikeerd. Steekt hij de draak met me? ‘Wat is er dan te ontwerpen?’ vraag ik. ‘Wat ik tot nu toe heb gezien is nagenoeg perfect.’ Hij wil dit schitterende gebouw toch zeker niet moderniseren? Het is misschien niet mijn ding, maar ik herken klasse als ik het zie. ‘Dank je,’ zegt hij zacht. ‘Heb je je portfolio bij je?’ ‘Natuurlijk,’ zeg ik, en ik haal die uit mijn tas. Geen idee waarom hij ernaar wil kijken, want hij zal er niets in vinden wat bij dit gebouw past. Ik leg de map voor hem op tafel en verwacht dat hij die naar zich toe zal trekken, maar tot mijn grote schrik staat hij soepel op en komt hij naar me toe. Hij laat zijn lekkere, gespierde lichaam naast me op de 16
9789401600958.indd 16
01-07-13 15:46
bank zakken. O hemel. Hij ruikt heerlijk, lekker fris en muntachtig. Ik hou mijn adem in. Hij leunt naar voren en slaat de map open. ‘Je bent erg jong om zo’n geslaagd ontwerper te zijn,’ mijmert hij terwijl hij langzaam door mijn portfolio bladert. Ik kan hem geen ongelijk geven. Dat heb ik te danken aan het feit dat Patrick me de vrije hand heeft gegeven bij de uitbreiding van het werkterrein van zijn bedrijf. In vier jaar tijd ben ik afgestudeerd en heb ik een baan gekregen bij een gerenommeerd architectenbureau – met de gewenste financiële stabiliteit, maar waar het ontbrak aan frisse, moderne ideeën –, waardoor ik mijn naam heb kunnen vestigen. Ik heb geluk gehad en ik stel Patricks vertrouwen in mijn vaardigheden erg op prijs. Dat, in combinatie met mijn werk aan Lusso, is de enige reden dat ik dit alles heb bereikt op zesentwintigjarige leeftijd. Ik kijk naar zijn sterke hand, naar de prachtige Rolex van goud en grafiet die zijn pols siert. ‘Hoe oud ben jij eigenlijk?’ flap ik eruit. Lieve hemel. Mijn hersenen zijn verworden tot een brij van geklutste eieren. Ik kan niet meer helder nadenken en mijn gezicht is vast vuurrood. Ik kan beter helemaal mijn mond houden. Waar kwam dat in vredesnaam vandaan? Hij kijkt me onderzoekend aan met zijn doordringende groene ogen. ‘Eenentwintig,’ zegt hij met een strak gezicht. Ik snuif eens spottend en hij trekt vragend zijn wenkbrauwen op. ‘Sorry,’ stamel ik, en ik richt mijn blik op de salontafel. Ik ben volledig de weg kwijt. Hij blaast zijn adem uit en reikt dan met zijn mooie hand naar de portfolio om verder te bladeren, zijn linkerhand rust op de rand van de tafel. Hij draagt geen ring. Niet getrouwd? Onmogelijk. ‘Dit, dit vind ik heel mooi.’ Hij wijst naar de foto’s van Lusso. ‘Ik denk niet dat mijn ideeën voor Lusso hier zouden passen,’ zeg ik stilletjes. Veel te modern. Luxueus, ja, maar te modern. Hij kijkt op. ‘Dat klopt, maar ik wil alleen zeggen... Ik vind het erg mooi.’ ‘Dank je.’ Mijn wangen voelen nu nog warmer aan, gelukkig richt hij dan zijn aandacht weer op mijn map. 17
9789401600958.indd 17
01-07-13 15:46
Ik gris mijn glas water van tafel en onderdruk de neiging het over me heen te gieten om een beetje af te koelen, maar ik doe het bijna alsnog als zijn in pantalon gehulde dijbeen langs mijn blote knie strijkt. Ik ga snel verzitten om het contact te verbreken en zie dan vanuit mijn ooghoeken een zelfgenoegzaam lachje om zijn mond spelen. Hij doet dit expres. Dat is de druppel. ‘Is er een toilet in de buurt?’ vraag ik terwijl ik mijn glas neerzet en ga staan. Ik heb even een momentje voor mezelf nodig, ik heb het niet meer. Hij komt snel overeind en stapt opzij om me erlangs te laten. ‘Door de serre en dan links,’ zegt hij glimlachend. Hij wéét wat voor effect hij op me heeft. Gezien de veelbetekenende uitdrukking op zijn gezicht reageren vrouwen vast altijd zo op hem. ‘Dank je.’ Ik schuifel door de smalle opening tussen de bank en de tafel, wat maar moeilijk gaat doordat hij me niet meer ruimte geeft. Ik moet me bijna langs hem heen wringen en ik hou mijn adem in tot het me is gelukt. Ik loop naar de deur en voel ondertussen zijn vurige blik op mijn rug branden. Ik rol met mijn schouders in een poging van het kippenvel op mijn huid af te komen en verlaat wankel zijn kantoor. Ik kom via de aangegeven route bij de belachelijk chique toiletten uit. Eenmaal binnen grijp ik de wasbak vast, en ik kijk mezelf in de spiegel aan. ‘Kom op, Ava. Beheers je!’ berisp ik mijn spiegelbeeld. ‘Ik neem aan dat je zojuist de Heer hebt ontmoet?’ Ik draai me met een ruk om en zie aan de andere kant van de ruimte een heel aantrekkelijke zakenvrouw haar kapsel fatsoeneren. Ik heb geen idee wat ik moet zeggen, maar ze heeft net mijn vermoedens bevestigd: hij heeft dit effect op alle vrouwen. Als mijn hersenen weigeren me van een gepast antwoord te voorzien, glimlach ik maar even. Ze glimlacht veelbetekenend terug, geamuseerd door de oorzaak van mijn verwarring, en verlaat dan het toilet. Als ik het niet zo warm had en zo nerveus was, zou ik me misschien schamen voor mijn gedrag, maar ik héb het warm en ik bén zenuwachtig, dus ik laat de gêne voor wat die is, adem een paar keer diep in en uit en was mijn klamme handen met de dure handzeep. Ik had mijn tas mee moeten nemen, ik kan wel wat vaseline op mijn lippen gebruiken. Ik heb nog steeds een droge mond en mijn lippen lijden daaronder. 18
9789401600958.indd 18
01-07-13 15:46
Oké, ik moet weer terug, de boel doorspreken en maken dat ik wegkom. Mijn hart heeft dringend wat rust nodig. Ik schaam me kapot. Ik breng mijn haar op orde en ga terug naar het kantoor van meneer Ward. Ik weet niet of ik wel voor deze man kan werken, mijn reactie op hem is echt te heftig. Ik klop voor ik naar binnen ga en zie dat hij nog steeds op de bank mijn portfolio bestudeert. Hij kijkt met een glimlach op en op dat moment weet ik zeker dat het tijd is om te gaan. Een samenwerking met hem is onmogelijk. Elk beetje intelligentie en denkvermogen verlaat mijn lichaam in zijn nabijheid. Het ergste is nog wel dat hij het weet. Ik pep mezelf mentaal op, loop naar de tafel en negeer het feit dat hij elke beweging volgt. Hij leunt naar achteren met een gebaar dat aangeeft dat hij verwacht dat ik weer naast hem kom zitten, maar ik ga op het puntje van de bank tegenover hem zitten. Hij kijkt me vragend aan. ‘Gaat het?’ ‘Ja hoor, prima,’ zeg ik kortaf. Hij weet het. ‘Zou je me willen laten zien wat je voor ogen hebt met je project zodat we de specificaties kunnen doorspreken?’ Ik dwing mezelf zelfverzekerd te klinken. Ik volg nu gewoon de etiquette. Ik ben absoluut niet van plan deze opdracht aan te nemen, maar ik kan niet zomaar weglopen. Hoe verleidelijk dat ook is. Hij trekt zijn wenkbrauwen op, duidelijk verrast over deze gang van zaken. ‘Uiteraard.’ Hij staat op en loopt naar zijn bureau om zijn mobiel te pakken. Ik pak mijn spullen, stop ze in mijn tas en ga in op zijn gebaar hem voor te gaan. Hij haalt me snel in, doet de deur open en houdt die dan met een overdreven hoffelijke buiging voor me open. Hij speelt met me. Met een beleefde glimlach loop ik de gang op, in de richting van de serre. Ik snak geschrokken naar adem als hij zijn hand onder aan mijn rug legt om me te sturen. Waar is hij mee bezig? Ik doe mijn uiterste best het te negeren, maar het is overduidelijk wat voor effect hij op me heeft, en dat weten we allebei. Mijn huid tintelt. Hij voelt zeker weten door mijn jurk heen hoe warm ik het heb. Mijn ademhaling is op hol geslagen en het kost me al mijn wilskracht en concentratie om normaal te lopen. Het is echt triest en hij geniet openlijk van mijn reactie op hem. Ik ben vast hilarisch. 19
9789401600958.indd 19
01-07-13 15:46
Ik versnel gepikeerd mijn pas om zijn hand van mijn rug te krijgen, maar blijf staan als we bij een splitsing komen. Hij komt bij me staan en wijst naar buiten, naar de tennisbanen verderop. ‘Tennis jij?’ Ik lach een welgemeende lach. ‘Nee.’ Ik ga af en toe hardlopen en dat is het wel zo’n beetje. Iemand die mij een knuppel, racket of bal in handen geeft, vraagt om problemen. Hij grijnst om mijn reactie en zijn groene ogen stralen, waardoor zijn wimpers er nog langer uitzien. Ik schud verwonderd mijn hoofd over deze adembenemende man. ‘Jij wel?’ vraag ik. We lopen een stukje verder. ‘Af en toe een potje, maar ik ben meer van de extreme sporten.’ Hij stopt. Ik blijf ook staan. ‘Welke bedoel je?’ Hij ziet er onmogelijk fit en gespierd uit. ‘Voornamelijk snowboarden, maar ik heb wel eens aan wildwaterraften, bungeejumpen en skydiven gedaan. Ik ben een beetje een adrenalinejunkie. Ik voel graag het bloed door mijn aderen razen.’ Ik voel me ongemakkelijk onder zijn aandachtige blik. Je zou mij moeten verdoven voor ik zoiets engs zou doen. Ik hou het wel bij eens in de zoveel tijd hardlopen. ‘Extreem,’ zeg ik met een blik op dit prachtexemplaar van onbekende leeftijd. ‘Erg extreem,’ beaamt hij rustig. Mijn adem stokt weer en ik doe mijn ogen dicht. Kansloos! schreeuwt een stemmetje in mijn hoofd. ‘Zullen we verdergaan?’ stelt hij voor. Ik hoor aan zijn stem dat hij dit grappig vindt. Ik doe mijn ogen open en ontmoet zijn intense groene blik. ‘Ja, graag.’ Ik wilde dat hij ophield zo naar me te kijken. Hij loopt glimlachend de bar in en groet de mannen die ik eerder al zag zitten met een klap op de schouder. De vrouw is weg. De twee mannen zijn heel aantrekkelijk, jong – ergens achter in de twintig – met allebei een flesje bier voor zich. ‘Heren, dit is Ava. Ava, dit zijn Sam Kelt en Drew Davies.’ ‘Goedemiddag,’ zegt Drew lijzig, maar een beetje afstandelijk. Hij is 20
9789401600958.indd 20
01-07-13 15:46
knap op een ruige manier en hij is zo te zien het zakelijke type, slim en zelfverzekerd. Zijn zwarte haar zit perfect in model, zijn pak is smetteloos en hij kijkt nauwlettend uit zijn ogen. ‘Hallo,’ zeg ik met een beleefde glimlach. ‘Welkom in het lusthof,’ zegt Sam vrolijk en hij heft zijn flesje. ‘Wil je iets van me drinken?’ Ward schudt zijn hoofd en rolt zijn ogen. Sam grijnst. Hij is totaal anders dan Drew, volledig ontspannen en nonchalant in zijn oude spijkerbroek, T-shirt en sneakers. Hij heeft een ondeugende uitstraling, met als kers op de taart een kuiltje in zijn linkerwang. Daarbij heeft hij twinkelende blauwe ogen, en zijn schouderlange bruine haar lijkt niet in bedwang te houden. ‘Nee, dank je,’ antwoord ik. Hij knikt naar Ward. ‘Jesse?’ ‘Nee, ik heb net iets gedronken. Ik geef Ava even een rondleiding door de aanbouw. Zij gaat het interieur doen,’ zegt hij met een knipoog naar mij. Niet als het aan mij ligt, denk ik vinnig. Hij loopt overigens een beetje op de zaken vooruit. We hebben het nog niet eens over tarieven of voorwaarden en dergelijke gehad. ‘Dat wordt tijd, er zijn nooit kamers beschikbaar,’ moppert Drew in zijn flesje. Waarom heb ik nog nooit van dit hotel gehoord? ‘Hoe was het in Cortina trouwens, gast?’ vraagt Sam. Ward gaat op een barkruk zitten. ‘Geweldig. De Italiaanse manier van skiën sluit feilloos aan op hun relaxte manier van leven,’ zegt hij met een brede glimlach. Dit is de eerste keer dat ik hem zo ontspannen zie. Hij heeft een aanstekelijke lach en een prachtige rij witte tanden. De man is een god. ‘Ik stond laat op, zocht een schitterende berg op, skiede tot mijn benen het begaven, hield een siësta, gevolgd door een laat diner en herhaalde dat de dag erop.’ Hij praat tegen ons allemaal, maar staart naar mij. Zijn passie voor de sport is duidelijk te zien. Ik lach onwillekeurig terug. ‘Ben je goed?’ vraag ik. Ik kan niets anders bedenken. Hij is vast goed in alles wat hij doet. 21
9789401600958.indd 21
01-07-13 15:46
‘Erg,’ zegt hij. Ik knik goedkeurend en heel even staren we elkaar aan. Ik kijk als eerste weg. ‘Zullen we?’ stelt hij voor terwijl hij opstaat en naar de uitgang gebaart. ‘Ja.’ Ik glimlach. Tot nu toe heb ik een opvlieger gehad en ben ik te weten gekomen dat hij van extreme sporten houdt, maar ik ben hier uiteindelijk gekomen om te werken. Het lijkt alsof ik in een soort trance ben. Vanaf het moment dat ik mijn auto voor de poort tot stilstand bracht, wist ik dat dit geen normale bespreking zou zijn en ik heb gelijk gekregen. Gedurende de vier jaar dat ik bij mensen aan huis kom, mensen op hun werk bezoek of op bouwterreinen, ben ik nog nooit iemand als Jesse Ward tegengekomen. En dat zal vast ook nooit meer gebeuren. Ongetwijfeld een goede zaak. Ik zeg de twee mannen bij de bar gedag, waarop ze hun flesje heffen en hun gesprek hervatten. Ik loop naar de deur die uitkomt op de entreehal en ik voel dat hij vlak achter me loopt. Te dichtbij, ik ruik hem. Ik sluit mijn ogen en doe een schietgebedje dat ik hier maar zo snel mogelijk een eind aan kan breien en dat ik weg kan lopen met iets van waardigheid. Hij is gewoon veel te heftig waardoor al mijn zintuigen op scherp staan. ‘En dan nu, de ster van de show...’ Hij beklimt de brede trap. Ik loop achter hem aan en kijk de kolossale ruimte rond. ‘Dit zijn de privévertrekken,’ zegt hij, en hij wijst naar verschillende deuren op de brede overloop. Ik volg hem en bewonder ondertussen zijn mooie achterwerk. Hij heeft misschien wel het meest sexy loopje dat ik ooit heb mogen bestuderen. Als ik mijn blik van zijn strakke achterwerk losruk, zie ik dat er ten minste twintig deuren op de overloop zijn. We lopen door tot we bij nog een grootse trap komen die naar de volgende verdieping leidt. Onder bij de trap is een schitterend glas-inloodraam en een doorgang iets verderop biedt toegang tot een andere vleugel. ‘Dit is de aanbouw.’ Hij stuurt me naar het nieuwe deel van het huis en blijft bij een gang staan die naar nog tien kamers leidt. ‘Hier heb ik jouw hulp bij nodig,’ legt hij uit. ‘Is dit allemaal nieuw?’ vraag ik. 22
9789401600958.indd 22
01-07-13 15:46
‘Ja, alle kamers zijn op dit moment leeg, maar ik weet zeker dat jij daar wat mee kan. Kom, dan laat ik het je zien.’ Ik trek het niet meer als hij mijn hand pakt en me door de gang meetrekt naar de allerlaatste deur. Dit kan écht niet! Zijn hand voelt nog steeds klam aan en ik vermoed dat de mijne beeft. De snelle grijns die hij me toewerpt bevestigt dat vermoeden. Er lijkt een soort elektrische stroom tussen ons te lopen. Ik huiver. Hij doet de deur open naar een onlangs gestuukte kamer. Een gigantische ruimte. De ramen passen uitstekend bij de stijl van het bestaande gebouw. Degene die dit heeft gebouwd, heeft uitstekend werk geleverd. ‘Zijn ze allemaal zo groot?’ vraag ik terwijl ik met mijn vingers friemel tot hij me loslaat. Gedraagt hij zich zo bij elke vrouw? Het is echt weerzinwekkend. ‘Ja.’ Ik blijf in het midden van de kamer staan en kijk om me heen. Er is nog een deur. ‘De badkamer?’ ‘Ja.’ Ik loop naar de deur toe en kijk naar binnen. De kamers zijn erg groot, zelfs voor hotelbegrippen. Er zijn veel mogelijkheden voor en ik zou enthousiast zijn als ik me niet zo’n zorgen maakte over wat er van me wordt verwacht. Dit is bepaald geen Lusso. Ik loop de badkamer weer uit en daar staat Ward; hij leunt tegen de muur met zijn handen in zijn zakken, zijn ogen omfloerst en donkerder dan normaal. Mijn god, die man is vleesgeworden seks. Ik vind het bijna jammer dat ik geen enkele ervaring heb met klassieke inrichtingen, maar dat interesseert me eerlijk gezegd ook niet eens. ‘Ik weet niet of ik wel de juiste persoon ben voor deze opdracht.’ Ik klink spijtig. Dat is prima, want zo voelt het ook. Ik vind het jammer dat ik mezelf niet onder controle krijg. Hij kijkt me aan met die moerasgroene ogen van hem, die dwars door me heen kijken, en ik verplaats ongemakkelijk mijn gewicht van het ene naar het andere been. ‘Ik denk dat jij hebt wat ik wil,’ zegt hij zachtjes. Wauw! ‘Ik heb alleen modern luxueus in mijn portfolio.’ Na nog een blik door de kamer kijk ik hem behoedzaam weer aan. ‘Je zou zeker weten beter af zijn met Patrick of Tom. Zij werken aan onze traditionele projecten.’ 23
9789401600958.indd 23
01-07-13 15:46
Hij neemt me nauwgezet in zich op, schudt zijn hoofd en zet zich dan met zijn schouders af tegen de muur. ‘Maar ik wil jou.’ ‘Waarom?’ ‘Je bent zo te zien erg goed.’ Er ontsnapt me onwillekeurig een diepe zucht. Ik weet niet hoe ik die opmerking moet opvatten. Heeft hij het nu over mijn professionele vaardigheden of iets anders? Gezien de manier waarop hij naar me staart, is het laatste het geval. Hij loopt over van zelfvertrouwen. ‘Hoe wil je het hebben?’ vraag ik, gewoon, omdat me niets anders te binnen schiet. Mijn wangen beginnen weer te gloeien. Zijn mondhoeken trekken iets omhoog. ‘Sensueel, intiem, luxueus, stimulerend, opzwepend...’ Hij zwijgt even om het effect van zijn woorden te peilen. Ik frons mijn wenkbrauwen. Dit is geen normale opdracht. Trefwoorden als ontspannend, functioneel of praktisch blijven achterwege. ‘Oké, is er nog iets waar ik in het bijzonder rekening mee moet houden?’ Waarom vraag ik dit überhaupt? ‘Een groot bed en veel wanddecoraties,’ zegt hij schor. ‘Wat voor wanddecoraties?’ ‘Stevige houten constructies. O, en de verlichting moet erbij passen.’ ‘Bij wat?’ vraag ik verward. Bij het zien van zijn glimlach komen mijn hormonen in actie. ‘Nou, bij de specificaties natuurlijk.’ God, hij denkt waarschijnlijk dat ik absoluut niet weet waar ik over praat. ‘Ja, natuurlijk.’ Ik kijk omhoog en zie stevige balken langs het plafond lopen. Dit deel van het gebouw is nieuw, maar het zijn geen imitatiebalken. ‘Zijn die in elke kamer aanwezig?’ ‘Ja, die zijn essentieel.’ Zijn lage stem klinkt verleidelijk. Ik weet niet hoe lang ik dit nog kan weerstaan. Ik pak mijn notitieblok om wat aantekeningen te maken. ‘Heb je voorkeur voor bepaalde kleuren?’ ‘Nee, leef je maar uit.’ Ik kijk hem abrupt aan. ‘Pardon?’ Hij glimlacht. ‘Ga ervoor.’ O, oké. Ik ga dus helemaal niks lekker mijn gang, want dit is de laatste keer dat hij me hier ziet. Maar ik kan maar beter zo veel mogelijk in24
9789401600958.indd 24
01-07-13 15:46
formatie vergaren voor Patrick of Tom om aan te tonen dat ik in ieder geval mijn best heb gedaan. ‘Je had het over een groot bed. Nog een specifiek soort?’ vraag ik in een poging zakelijk te blijven. ‘Nee, als het maar heel groot is.’ Ik stop met schrijven en kijk langzaam op. Hij staart me aan en ik word er echt belachelijk zenuwachtig van. ‘En de zachte materialen?’ ‘Veel graag.’ Hij komt op me af. ‘Leuke jurk,’ fluistert hij. O mijn god, ik ben weg! ‘Dank je,’ piep ik, terwijl ik snel naar de uitgang loop. ‘Dan heb ik alles wat ik nodig heb.’ Dat is niet waar, maar ik kan hier niet langer blijven. Deze man is niet goed voor mijn gemoedstoestand. ‘Ik zal wat schetsen maken.’ Ik ga de gang in en loop meteen door naar de overloop. Allemachtig, dit was wel het laatste wat ik had verwacht toen ik vanmorgen wakker werd. Een chic landhuis – met een dodelijk knappe eigenaar om het plaatje compleet te maken – hoort niet bij mijn dagelijkse routine. Ik ren met een gevaarlijk snel tempo op mijn naaldhakken de trap af. Hoe ben ik in deze situatie beland? Ik sta beneden op de parketvloer even stil en ik ben helemaal in de war. ‘Ik hoor graag van je, Ava.’ Hij is alweer beneden en steekt zijn hand uit. Zijn hese stem bezorgt me kippenvel. Ik neem zijn hand aan uit angst dat als ik dat niet doe, hij me misschien nog eens vastpakt en me kust. ‘Je hebt een prachtig hotel,’ zeg ik oprecht. Zo langzamerhand begin ik te wensen dat ik een schoon slipje, een blinddoek, oordopjes en een harnas in mijn handtas had zitten. Dan was ik beter voorbereid geweest. Hij houdt mijn hand vast en schudt die nadenkend. Er springt weer een soort vonk tussen ons over. ‘Ik heb een prachtig hotel,’ herhaalt hij bedachtzaam. De vonk gaat over in een elektrische schok en ik trek in een reflex mijn hand terug. Hij kijkt me onderzoekend aan. ‘Het was érg aangenaam je te ontmoeten, Ava.’ ‘Insgelijks,’ prevel ik. Zijn blik schiet even weg en hij bijt rusteloos op zijn onderlip. Hij 25
9789401600958.indd 25
01-07-13 15:46
gaat naar de tafel in het midden van de hal en plukt een witte aronskelk uit het enorme boeket dat op het meubelstuk prijkt. Hij bestudeert de bloem even en geeft hem dan aan mij. ‘Ingetogen elegant,’ zegt hij zacht. Ik weet niet waarom, misschien hebben mijn hersenen het opgegeven, maar ik neem de bloem aan. ‘Dank je.’ Hij duwt zijn hand in zijn broekzak en bestudeert me even. ‘Heel graag gedaan.’ Hij laat zijn blik van mijn ogen naar mijn mond glijden en ik deins een paar passen achteruit. ‘Dáár ben je!’ Een vrouw komt uit de bar en loopt naar Ward toe. Ze is aantrekkelijk, zo met haar halflange blonde haar en rode pruilmond. Ze kust hem op de wang. ‘Ben je klaar?’ Oké, ik neem aan dat dit de vrouw des huizes is. Er is echter geen ring te bekennen, dus misschien is ze zijn vriendin. Een van de twee. Maar ik zie tot mijn verbijstering dat hij nog steeds strak naar mij staart en geen enkele moeite doet om haar vraag te beantwoorden. Ze keert zich naar me toe om te zien wie zijn aandacht weet vast te houden en bestudeert me achterdochtig. Ik vind haar niet sympathiek en dat heeft niets te maken met de man waar ze zich overheen heeft gedrapeerd. ‘En jij bent?’ spint ze. Ik voel me niet op mijn gemak, alsof ik betrapt ben bij iets ondeugends. Dat is ook zo. Ik heb een extreem ongewenste reactie op haar vriend. Een totaal onredelijke jaloezie maakt zich van me meester. Dit is te gek voor woorden! ‘Op weg naar buiten. Doei!’ Ik draai me om en ren bijna de deur uit en vlieg de trap af. Ik spring achter het stuur, doe wat ademhalingsoefeningen – iets waar mijn longen me dankbaar voor zijn – en ga ontspannen in mijn stoel zitten. Zelfs in de wetenschap dat Ward bezet is, is het voor mij onmogelijk met hem te werken. Deze klus gaat naar Tom. Maar dan moet ik om mijn eigen idiote idee lachen. Tom is homoseksueel. Ward zal op hem hetzelfde effect hebben als op mij. Ik schud ongelovig mijn hoofd en start de motor. Terwijl ik wegrijd over het grindpad kijk ik in mijn achteruitkijkspiegel waarin de imposante Manor steeds kleiner wordt. En daar, op het bordes, staat Jesse Ward me na te kijken. 26
9789401600958.indd 26
01-07-13 15:46
*** ‘Daar ben je gelukkig. Ik wilde je net bellen,’ roept Kate. In opperste concentratie probeert ze een figuurtje op de bruidstaart te plaatsen die ze opmaakt. ‘Heb je zin om op stap te gaan?’ Ze kijkt nog steeds niet op. Mooi. Ze zou meteen doorhebben dat er iets aan de hand was. Ik ben nog steeds een beetje van de kaart na de afspraak met de Heer van The Manor. Ik heb er de puf niet voor om me op te doffen en uit te gaan. ‘Zullen we anders morgen gaan?’ stel ik voor. Ik weet dat we dan vanavond samen op de bank een fles wijn soldaat zullen maken, maar dan kan ik in ieder geval lekker mijn pyjama aantrekken en ontspannen. Na een dag als vandaag is het cruciaal om even aan niets te hoeven denken. Ik heb hoofdpijn en heb me de rest van de dag niet meer kunnen concentreren. ‘Natuurlijk. Ik maak deze taart af en daarna ben ik helemaal van jou.’ Ze keert de taart op het draaiplateau en brengt eetbare lijm aan op het glazuur. ‘Hoe was het vandaag op het platteland?’ Tja... Wat moet ik daar nu op zeggen? Ik had een pompeuze provinciaal verwacht, maar ik kreeg een verschrikkelijk knappe god in pak? Hij heeft speciaal naar mij gevraagd, ik smelt als hij me aanraakt, ik durf hem niet aan te kijken uit angst dat ik flauwval en hij vond mijn jurk mooi? ‘Fascinerend,’ zeg ik in plaats daarvan. Ze kijkt op. ‘Kom maar door,’ dringt ze aan. Met twinkelende ogen buigt ze zich weer over haar werk en daar is dat uitstekende tongetje weer. ‘Het was niet wat ik had verwacht.’ Ik veeg een denkbeeldig pluisje van mijn blauwe jurk in een poging nonchalant over te komen. ‘Laat wat je had verwacht maar weg en vertel me de rest.’ Ze geeft het op de bruid en bruidegom op de taart te zetten en kijkt me met ietwat vernauwde ogen aan. Ze heeft glazuur op het puntje van haar neus zitten. Ik doe maar alsof ik dat niet zie. ‘De eigenaar.’ Ik haal mijn schouders op en friemel aan mijn riem. ‘De eigenaar?’ vraagt ze, en haar mondhoeken trekken. ‘Ja, Jesse Ward, de eigenaar.’ Ik haal nog een denkbeeldig pluisje van mijn jurk. ‘Jesse Ward, de eigenaar,’ herhaalt ze me, en ze wijst naar een van de 27
9789401600958.indd 27
01-07-13 15:46
bebloemde kuipstoeltjes in haar atelier. ‘Zitten, nu! Waarom probeer je zo koeltjes te klinken? Dat lukt je overigens toch niet. Je wangen hebben dezelfde kleur als het glazuur van die taart.’ Ze wijst naar een knalrood exemplaar in de metalen stellingkast. ‘Waarom was Jesse Ward, de eigenaar, niet wat je had verwacht?’ Omdat hij zo’n ontzettend lekker ding is! Ik laat me in het stoeltje vallen met mijn tas op schoot, terwijl Kate met het handvat van haar spatel tegen haar handpalm tikt. Dan komt ze naar me toe en ze gaat in het stoeltje tegenover me zitten. ‘Vertel,’ dringt ze aan. Ze weet dat er meer aan de hand is. Ik haal mijn schouders nog eens op. ‘Hij is aantrekkelijk en hij weet het.’ Ik zie haar ogen oplichten en ze tikt sneller met de spatel op haar hand. Ze wil meer drama, daar is ze dol op. Toen Matt en ik uit elkaar gingen, was zij als eerste ter plekke om alles als ondersteunende vriendin mee te maken. Ze had zich die moeite kunnen besparen. Het was een gezamenlijke beslissing, heel amicaal, saai zelfs. Er vloog geen servies door de lucht en de buren hoefden de politie niet te bellen. ‘Hoe oud?’ vraagt ze gretig. Ze raakt een gevoelig punt. Ik kan nog steeds niet geloven dat ik zo’n ongepaste vraag heb gesteld tijdens een zakelijke bespreking. En het heeft me niet eens iets opgeleverd aangezien hij duidelijk een spelletje met me speelde. Ik schokschouder. ‘Hij zei eenentwintig, maar hij is zeker tien jaar ouder.’ ‘Heb je het hem gevraagd?’ vraagt Kate geschokt. ‘Ja, in een vlaag van pure verstandsverbijstering. Ik ben er niet trots op,’ mompel ik. ‘Ik heb mezelf daar echt zo voor schut gezet, Kate. Zoiets heb ik nog nooit meegemaakt met een man. Maar bij hem... Je zou je gewoon voor me hebben geschaamd.’ Ze barst in lachen uit. ‘Ava, ik moet je toch echt eens leren hoe je je in het openbaar moet gedragen!’ Ze leunt naar achteren en likt wat glazuur van haar spatel. ‘Graag,’ mopper ik, en ik steek mijn hand uit. Ze geeft me de spatel en ik lik de randen schoon. Ik woon nu een maand bij Kate en in die tijd heb ik geleefd op wijn, poedersuiker en beslag. Ik heb bepaald geen last van een gebrek aan eetlust na een breuk. ‘Hij was ontzettend zelfverzekerd,’ zeg ik tussen het likken door. 28
9789401600958.indd 28
01-07-13 15:46
‘Wat bedoel je?’ ‘Nou, hij wist dat hij iets in me losmaakte. Het was vast pijnlijk om naar te kijken. Ik was echt te triest voor woorden.’ ‘Zo lekker?’ Ik schud ontsteld mijn hoofd. ‘Buitenproportioneel.’ ‘Hij is vast knudde in bed,’ mijmert Kate. ‘Dat is bij alle lekkere kerels zo. Wat is de opdracht?’ ‘Tien nieuwe slaapkamers in de aanbouw. Ik had gedacht naar een woning te gaan, maar het is een superdeluxe hotel/kuuroord. The Manor, heb jij er ooit van gehoord?’ Kate denkt even na. ‘Zegt me niks,’ antwoordt ze, en ze staat op om de oven uit te zetten. ‘Mag ik de volgende keer mee?’ ‘Nee, ik ga niet terug. Daar kan ik niet werken. Trouwens, hij heeft een vriendin. En ik kan hem nooit meer onder ogen komen, niet na hoe ik me daar heb gedragen.’ Ik kom overeind en gooi de spatel in de lege mengkom. ‘Ik heb het project aan Patrick doorgespeeld. Wijn?’ ‘In de koelkast.’ We lopen de trap op naar het appartement en gaan ons omkleden. Ik gooi mijn tas op mijn bed en die valt open waardoor de aronskelk die Ward me heeft gegeven eruit valt. Stille elegantie. Ik pak de bloem op, laat het steeltje tussen mijn vingers heen en weer rollen en gooi hem dan in de prullenmand. Vergeet het... Als ik eenmaal mijn relaxkleren aanheb, stop ik de laatste vondst uit de videotheek in de dvd-speler. Kate zit al op de bank en ik plof naast haar neer en probeer me op de film te concentreren. Dat blijkt een onmogelijke opgave. Ik kan alleen maar denken aan een lange, goedgebouwde man met donkerblond haar en moerasgroene ogen van een bepaalde leeftijd, met een verrukkelijk loopje en een overdaad aan sexappeal. Ik dut in bij de woorden ‘Maar ik wil jou’ die maar door mijn hoofd blijven spelen. Toch niet helemaal vergeten...
29
9789401600958.indd 29
01-07-13 15:46
Wil je ook meer van Jesse? Mijn man - Ontdekking Mijn man - Overgave
Binnenkort verkrijgbaar
Facebook.com/MijnManTrilogie
9789401600958.indd 492
01-07-13 15:46