r n* U , - >\i!" - j - - - ^t j Midden Nederland Milieu
Verkennend Bodemonderzoek
(_, of j ij^ u^ ^..'j
)V
06.0044414
Projectlocatie : Tarthorst 292 Wageningen opdrachtgever: Kardinaal Alfrinkschool Tarthorst 292 6708 JH Wageningen projector.:
ƒ {_j
vo/vdb/2004/088
steller : H. van den Brink datum: 30-09-2004
Midden Nederland Milieu Molenweg I2a6732 BL HARSKAMP Tel. 0318 - 457709 Fax. 0318-462195
Midden Nederland Milieu
Inhoudsopgave: pag.nr. Inleiding
3
1.1. Doel van het onderzoek l .2. Opbouw van rapport
3 3
Vooronderzoek 2.1. 2.2. 2.3. 2.4. 2.5.
Algemeen Terreingegevens Actuele situatie Bodemsamenstelling en geohydrologische situatie Hypothese-stelling
4 4 4 5 5
Opzet en uitvoering van het onderzoek 3.1. 3.2. 3.3.
Onderzoeksopzet Veldwerkprogramma Laboratoriumonderzoek
6 6 7
Interpretatie en beoordeling onderzoekresultaten 4.1. 4.2.
Zintuiglijke waarnemingen Analyseresultaten
8 8/9
Conclusies 5.1 5.2
Toetsing Hypothese-stelling Slotsom en aanbeveling
Aantal bijlagen : 10 Literatuur :
' Bodemkaart van Nederland 39 Oost, Rhenen Grondwaterkaart, 39 Oost, Rhenen 3 NEN 5740, Bodem, Onderzoekstrategie bij verkennend onderzoek 2
10 10
Midden Nederland Milieu
l
Inleiding
Aan Midden Nederland Milieu is, in opdracht van de Kardinaal Alfrinkschool in de persoon van dhr. M.A. Hermeier, op 27 augustus 2004 opdracht verleend voor het uitvoeren van een verkennend bodemonderzoek naar de milieuhygiënische kwaliteit van de bodem op een terrein gelegen aan de Tarthorst 292 te Wageningen. Het bodemonderzoek dient te worden uitgevoerd in verband met de aanvraag van een bouwvergunning voor de uitbreiding van een schoolgebouw. 1.1. Doel van het onderzoek Het doel van het verkennend bodemonderzoek is aan te tonen op de locatie redelijkerwijs geen bodemverontreinigende stoffen aanwezig zijn in de grond of het freatisch grondwater in gehaltes boven de streefwaarde of het geldende achtergrondgehalte. Dit houdt in dat zowel de grond als het grondwater hierop worden onderzocht. 1.2. Opbouw van rapport: Het verkennende bodemonderzoek wordt uitgevoerd volgens de NEN 5740 (Bodem: Onderzoeksstrategie bij verkennend onderzoek, 1999). In hoofdstuk 2 wordt verslag gedaan van het vooronderzoek en de hypothese-stelling waarna in hoofdstuk 3 de onderzoeksopzet en uitvoering worden weergegeven. In hoofdstuk 4 worden de onderzoeksresultaten en toetsing uitgewerkt om met de conclusie en enkele aanbevelingen in hoofdstuk 5 te sluiten. Verder zijn een aantal bijlagen bijgevoegd die de rapportage van het onderzoek completeren.
Midden Nederland Milieu
2
Vooronderzoek
2.1. Algemeen Het vooronderzoek omvat het verzamelen van informatie over het vroegere en huidige gebruik van de locatie en de directe omgeving, alsmede informatie over de bodemsamenstelling en geohydrologische situatie. Hierdoor wordt het mogelijk om de juiste hypothese te nemen en waardoor de juiste onderzoeksopzet kan worden gevolgd. 2.2.
Terreingegevens
De historische gegevens m.b.t. de onderzoekslocatie zijn verkregen middels een intervieuw met de huidige eigenaar en gebruiker van de onderzoekslocatie. De onderzoekslocatie heeft een oppervlakte van ca. 250 m2 en is gelegen binnen de bebouwde kom van Wageningen en heeft de bestemming Openbare Gebouwen. De onderzoekslocatie bestaat uit het perceel dat kadastraal bekend is met nr. 4482,4484, 3937 sectie B, gemeente Wageningen. Op de onderzoekslocatie staat sinds 1972 een schoolgebouw. De locatie grenst aan de noordzijde aan het bestaande schoolgebouw. In de overige richtingen wordt de onderzoekslocatie omgeven door groenstroken en een speelplaats. Er is niets bekend over de aanwezigheid van boven- en/of ondergrondse olietanks vanuit het verleden. Verder zijn bij de huidige eigenaar geen gegevens bekend over calamiteiten m.bt. bodemverontreinigingen (storten afValprodukten/asbest etc.) die mogelijk hebben plaats gevonden. Tevens is een historisch onderzoek volgens de NVN 5725 uitgevoerd in het gemeentearchief van de Gemeente Wageningen. Van de locatie Tarthorst zijn alleen bouwvergunningen en een melding in het kader van de wet Milieubeheer bekend. Na inzage van deze dossiers zijn er geen aanwijzingen die duiden op bodemverontreinigende activiteiten vanuit het verleden. Tevens zijn er geen ondergrondse tanks bekend in het tankbestand van de afd. Milieu. Er is bodeminformatie bekend aan de hand van een reeds eerder uitgevoerd bodemonderzoek. Het betreft een verkennend bodemonderzoek in het kader van de aanvraag voor een bouwvergunning ter plaatse van de noordzijde van het schoolgebouw. Het bodemonderzoek dateert van juli 2003 en is uitgevoerd door Midden Nederland Milieu. Uit het onderzoek is destijds gebleken dat in zowel de boven- als ondergrond geen verhoogde concentraties zijn aangetoond m.b.t. de onderzochte componenten zoals die zijn opgenomen in het NEN-5740pakket. In het grondwater werden eveneens geen verhoogde concentraties aangetoond. Van de directe omgeving van de onderzoekslocatie is geen bodeminformatie bekend.
Midden Nederland Milieu
Tevens is er geen informatie bekend over de mogelijke aanwezigheid van asbest in de bodem. In de bouwdossiers zijn geen asbestverdachte/ asbesthoudende materialen waargenomen. Tijdens een visuele inspectie van de onderzoekslocatie is ter hoogte van maaiveld geen asbest/asbestverdacht materiaal waargenomen. Aan de buitenzijde van het bestaande schoolgebouw zijn eveneens geen asbestverdachte materialen waargenomen die een bodemverontreiniging met asbest kunnen veroorzaken. Door bovenstaande onderzoeken kan worden geconcludeerd dat er geen redenen zijn om een verontreiniging vanuit de omgeving te verwachten m.b.t. de locatie Tarthorst 292. Hierdoor kan de onderzoekslocatie beschouwd worden als onverdachte locatie (voor meer informatie zie bijlage 9 en 10) 2.3.
Huidige en toekomstige situatie
De locatie aan de Tarthorst 292 is terug te vinden op kaartblad 366 van de KLIC - Atlas, GelderlandYVeluwe, tussen de X-coördinaten en 173,80 en 173,85 de Y-coördinaten 443,40 en 443,45 ( zie bijlage 1). Op en rondom de onderzoekslocatie worden visueel geen plaatsen waargenomen die duiden op bodemverontreinigende activiteiten die in het verleden hebben plaatsgevonden of nog steeds plaatsvinden. 2.4.
Bodemsamenstelling en geohydrologische situatie
De bodemopbouw, alsmede de regionale geogydrologische situatie is geïnventariseerd (dienst grondwaterverkenning TNO; Grondwaterkaart van Nederland, Rhenen, kaartblad 39 oost) en in het navolgende weergegeven. De onderzoekslocatie aan de Tarthorst 292 ligt globaal op + 13 meter NAP. In het onderzoeksgebied is een slecht doorlatende deklaag afwezig. Het eerste watervoerende pakket reikt tot aan het maaiveld en behoort tot de formatie van Twente en Kreftenheije hetwelk is opgebouwd uit zanden welke overwegend grof zijn. Het eerste watervoerende pakket heeft een dikte van ca. 40 m. De transmissiviteit van het eerste watervoerende pakket is 500 tot 1000 m2 per dag Het freatisch grondwater bevindt zich op + 10 meter NAP.
In het algemeen kan gesteld worden , dat het grondwater van de hooggelegen gestuwde gebieden stroomt richting de centrale as van de Gelderse Vallei en dat over een belangrijk deel van dat traject voeding door infiltrerende neerslag plaatsvindt. De algemene grondwaterstroming is hierbij van het oosten naar het westen gericht. 2.5
Hypothese -stelling
Op grond van het uitgevoerde vooronderzoek naar de historische en actuele situatie van de bodemkwaliteit ter plaatse van de onderzoekslocatie mag worden aangenomen dat de bodem niet of slechts in lichte mate is aangetast. Hierdoor kan een verkennend bodemonderzoek worden uitgevoerd waarbij een hypothesestelling gebruikt wordt van een onverdachte locatie.
Midden Nederland Milieu
3
Opzet en uitvoering van het onderzoek
3.1.
Onderzoeksopzet
De hypothese - stelling voor de onderzoekslocatie luidt' onverdachte locatie '. Het onderzoek zal worden uitgevoerd volgens bijlage BI van de NEN 5740 (onderzoeksstrategie onverdachte locaties) 3.2. Veldwerkzaamheden. Het veldwerk dient te worden uitgevoerd aan de hand van de daarvoor opgestelde normen. Voor het gebruik van materieel t.b.v. boringen en het plaatsen van peilbuizen gelden resp. de NPR 5741 en de NEN 5766. Monstername van grond en grondwater vinden plaats overeenkomstig de NEN 5742 t/m 5745. Voor de bemonstering van de bodem wordt onderscheid gemaakt tussen bovengrond ( 0,0 - 0,5 m-mv.) en ondergrond (0,5 - 2,0 m-mv.). Dit alles geschiedt volgens een systematische monstername waarbij de monsters volgens een gelijknamig patroon worden verdeeld. Tijdens de boringen wordt de grond zintuiglijk beoordeeld op textuur, kleur, mate en aard van de verontreiniging en de aanwezigheid van antropogene kenmerken. Verschillende grondsoorten worden niet gemengd en dienen afzonderlijk bemonsterd te worden. Monsters worden genomen van trajecten van maximaal 0,5 m. Grondwatermonsters worden voor de analyse van zware metalen worden in het veld geconserveerd d.m.v. een mengsel van sterke zuren. Hierbij wordt gewerkt volgens de NPR 6601. Van het grondwater worden de zuurgraad (pH-waarde en de electrische geleidbaarheid (Ec-waarde) gemeten volgens de NEN 6616 en ISO 7888. De veldwerkzaamheden zijn uitgevoerd op 10 en 16 september 2004. Door de monsternemer zijn in het veld 4 boringen uitgevoerd tot 0,5 m-mv. Van de opgeboorde grond zijn vier monsters gemaakt, waaruit een mengmonster van de bovengrond kan worden samengesteld. Er zijn twee boringen doorgezet tot op een diepte van 2,0 m - mv. Van ieder bodemtraject van 0,5 m. zijn monsters genomen, waaruit het mengmonster ondergrond kan worden samengesteld. Tevens is een peilbuis geplaatst. Voor een overzicht van de geanalyseerde monsters wordt verwezen naar tabel l. nr. 1 2 3
omschrijving mengm. bovengrond mengm. ondergrond grondwater
boring(en) BO t/m B3 BO/B2 BO
diepte (m-mv) 0,0 - 0,5 0,5 - 2,0
peilbuis
Pb 1
Filterstelling (m-mv)
2,2-3,2
Midden Nederland Milieu
3.3
Laboratoriumonderzoek
De laboratoriumwerkzaamheden zijn uitgevoerd door Analytico Milieu B.V. in Barneveld. Dit laboratorium beschikt over een door STERLAB ( STichting Erkenning LABoratoria) geacrediteerd milieulaboratorium. Het mengen van monsters wordt verricht door het laboratorium. Grondmonsters worden o.a. op de afdeling voorbehandeling aan een ontsluitingsprocedure onderworpen. Deze ontsluiting wordt uitgevoerd m.b.v. een combinatie van sterke zuren, waarbij de als verontreiniging gedefinieerde componenten vrijgemaakt worden uit de grond. Grondwatermonsters voor de analyse op zware metalen dienen in het veld geconserveerd te worden zodat deze direct na binnenkomst gemeten kunnen worden. Dit alles geschiedt volgens de daarvoor geldende NEN - normen. Voor het verkennende bodemonderzoek is een analyseprogramma opgesteld door Analytico Milieu B.V. Hierdoor is het mogelijk de monsters op een volledig pakket componenten, zoals in de NEN 5740 geëist wordt, te laten onderzoeken. In de onderstaande tabel 2 is een overzicht van de uitgevoerde analyses weergegeven. Tabel 2. Nr. 1 2 3
omschrijving bovengrond ondergrond grondwater
boring(en) BO t/m B3 BO,B2 BO
Diepte(m-mv) 0,0 - 0,5 0,5 - 2,0 2,2-3,2
matrix grond grond water
Analyse NEN - grond NEN - grond NEN - grondwater
De samenstelling van de genoemde analysepakketten is als volgt: NEN - pakket grond * zware metalen ( arseen, cadmium, chroom, koper, kwik, lood, nikkel en zink); * minerale olie * extraheerbare organohalogeenverbindingen (EOX); * polycyclische aromatische koolwaterstoffen ( PAK's) * lutum * organische stof NEN - pakket grondwater * pH en soortelijke geleiding * zware metalen ( arseen, cadmium, chroom, koper, kwik, lood, nikkel, zink); * minerale olie * vluchtige aromatische en vluchtige gehalogeneerde koolwaterstoffen (inclusief naftaleen );
Midden Nederland Milieu
4
Interpretatie en beoordeling onderzoeksresultaten
4.1 Zintuiglijke waarnemingen Tijdens de uitvoering van de veldwerkzaamheden zijn m.b.t. bodemkundige eigenschappen geen afwijkingen waargenomen. Verder zijn geen objecten of kenmerken waargenomen die mogelijk een verontreiniging hebben veroorzaakt. Er is eveneens geen asbestverdacht/asbesthoudend materiaal waargenomen in de opgeboorde grond. De bovenlaag van de bodem aan de randen van de onderzoekslocatie bestaat vanaf het maaiveld tot een diepte van circa 0,5 m - mv uit matig fijn zwak lemig zwart/bruin zand. Van circa 0,5 m - mv tot l ,0 m -mv wordt veelal matig fijn bruin/geel zwak lemig zand aangetroffen. Van 1,0 - 2,2 m - mv wordt matig fijn zwak siltig geel zand aangetroffen Van 2,0 tot 2,9 m-mv. wordt matig fijn sterk lemig kleiig geel/grijs zand waargenomen. Van 2,9 - 3,2 m-mv. wordt bruine venige klei aangetroffen De grondwaterstand is l ,7 m - mv. De boorbeschrijvingen worden weergegeven in bijlage 4 4.2.
Analyseresultaten
De analyseresultaten van de grond- en grondwatermonsters zijn door middel van analysecertificaten opgenomen in bijlage 5 In de hierna vermelde tabellen worden de componenten aangegeven welke in licht, matig of zwaar verontreinigde hoeveelheden werden aangetroffen. Het betreft tabellen voor de bovengrond, ondergrond en het grondwater. Tevens worden het organisch stof gehalte en het lutum gehalte weergegeven welke zijn gebruikt voor de berekening van de toetsingswaarden. De uitgebreide toetsing van alle onderzochte componenten aan de bijbehorende streef- en interventiewaarden is uitgewerkt in bijlage 7. tabel 3 : In verhoogde concentraties aanwezige componenten m.b.t. bovengrond (0,0 - 0,5 m-mv)
monsternr.
component
bovengrond
-
concentratie (mg/kg/ds) -
lutum gehalte 5,0 m/m % toetsing
-
org. stof gehalte 2,4 m/m % verontreiniging (licht,matig,sterk) -
Er worden voor zowel de boven- als ondergrond geen componenten waargenomen in concentraties boven de bijbehorende streefwaarden. tabel 4: In verhoogde concentratie aanwezige componenten m.b.t. grondwater
component
concentratie toetsing verontreiniging (licht,matig,sterk) (M6/0 In het grondwater wordt voor geen van de onderzochte componenten een concentratie waargenomen die de streefwaarde overschrijd. De pH-waarde (zuurgraad) bedraagt 6,6 De EC bedraagt 240 j.tS/cm.
Midden Nederland Milieu
5.
Conclusies
5.1.
Toetsing Hypothese-stelling
Op de onderzoekslocatie aan de Tarthorst 292 te Wageningen is een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd volgens de NEN 5740. Op grond van gegevens uit het vooronderzoek is het onderzoek uitgevoerd volgens de strategie " onverdachte locatie". De hypothese-stelling " onverdachte locatie " kan op basis van de onderzoeksresultaten worden gehandhaafd, doordat geen er sprake is van verhoogde concentraties in zowel de grond als het grondwater. Grond Er wordt in zowel de boven- als ondergrond voor geen van de onderzochte componenten een concentratie waargenomen die de bijbehorende streefwaarde overschrijdt. Grondwater In het grondwater wordt voor geen van de onderzochte componenten een concentratie waargenomen die de bijbehorende streefwaarde overschrijdt. 5.2. Slotsom en aanbeveling In de bovengrond worden geen componenten waargenomen die in een verhoogde concentratie zijn. De bovengrond is hierdoor als multifunctioneel aan te merken. In de ondergrond worden eveneens geen componenten waargenomen die in een verhoogde concentratie aanwezig zijn . De ondergrond is hierdoor eveneens als multifunctioneel aan te merken Het grondwater bevat geen componenten in een verhoogde concentratie. Het grondwater is multifunctioneel. Door bovenstaande conclusies kan als slotsom gezegd worden dat de bodemkwaliteit op de onderzoekslocatie geen aanleiding geven voor de uitvoering van een nader onderzoek. Dit betekent dat er geen ernstige bodemverontreiniging is aangetroffen en dat de onderzoeksresultaten geen belemmering vormen voor toekomstige bouwactiviteiten. Gezien het verkennende karakter van dit onderzoek is het, ondanks de zorgvuldigheid waarmee het is uitgevoerd, altijd mogelijk dat eventueel lokaal voorkomende verontreinigingen niet zijn ontdekt. Tevens is het uitgevoerde onderzoek een momentopname. Hierdoor mogen activiteiten, die in de nabije toekomst gaan plaatsvinden in de omgeving van of op onderzoekslocatie, de bodemkwaliteit in geen geval beïnvloeden.
Midden Nederland Milieu
Er dient te worden opgemerkt dat dit onderzoek zich richt op de gebruiksfunctie van de bodem. Dit onderzoek is niet geschikt om uitspraken te doen over de kwaliteit van vrijkomende grond tijdens graafwerkzaamheden. M.b.t. de kwaliteit van de vrijkomende grond geeft dit onderzoek een indicatie. Indien grond afgevoerd wordt van de locatie wijzen wij u er op dat voor deze grond het Bouwstoffenbesluit van toepassing is. Hiervoor is een onderzoek conform het Bouwstoffenbesluit vereist.
Bijlagenlijst. 1. Topografische kaart onderzoekslocatie. 2. Kadastrale situatie 3. Overzicht Onderzoekslocatie met Situering boorpunten en peilbuis 4. Boorbeschrijving 5. Analysecertificaten van mengmonsters boven- en ondergrond en grondwater. 6. Toetsingstoelichting 7. Toetsing van grond en grondwater aan vooropgestelde streef-, tussen-, en interventiewaarden. 8. Toelichting onderzochte stoffen. 9. Historische onderzoek 10. Checklist Asbest
10
bijlage l Topografische kaart onderzoekslocatie.
124 125 126 150 151 152 178 179 180
KLiC-blad
444
—
Xv—n— T&~-T~~
X
Nieuwe*
Bijlage 2
gerealiseerde uitbreiding
onderzoekslocatie uitbreiding
Situatie kad. gem. Wageningen sectie B nr. 4482, 4484 en 3937
proj. 2004/088
MIDDEN N E D E R L A N D MILIEU B.V. MOLENWEÊ 12A Schaal 1:500 6732 B L H A R S K A M P
Dat: 30-09-2004 Werk: Tarthorst 292 te Wageningen
Bijlage 3
gerealiseerde uitbreiding
onderzoekslocatie—|uitbreiding
Legenda • boring 0,0—0,5m — mv ® boring 0,0—2,Om —mv (•) peilbuis 1, filterstelling 2,2-3,2 m-mv
MIDDEN N E D E R L A N D MOLENWE6 12A 6732 BL H A R S K A M P
MILIEUB . V .
proj. 2004/088 Schaal 1:500
1 Dat: 30-09-2004
Werk: Tarthorst 292 te Wageningen
bijlage 4 boorbeschrijvingen
nummer boring
diepte ( cm) MZ(um) omschrijving zand
kleur
opmerkingen
BO
0-50
180
matig fijn zand
bruin
groenstrook zwak lemig zwak humeus
Pbl
50-100
180
matig fijn zand
bruin/geel
zwak lemig
100-150
180
matig fijn zand
bruin/geel
150-200
180
matig fijn zand
geel
200 - 290
180
matig fijn zand
geel/grijs
. 1 ,7 m-mv. grondwater grondwater matig lemig
290 - 320
180
leem/veen
bruin
BI
0-50
180
matig fijn zand
zwart/bruin
B2
0-50
180
matig fijn zand
zwart/bruin
sterk lemig/venig zwak humeus zwak lemig groenstrook zwak lemig
50-100
180
matig fijn zand
bruin/geel
zwak lemig
100-150
180
matig fijn zand
bruin/geel
150-200
180
matig fijn zand
geel
0-50
180
matig fijn zand
bruin/geel
1 ,7 m-mv. grondwater tegelbestrating 10 cm geel zand zwak humeus zwak lemig
B3
Bijlage 5 : Analysecertificaten van grond en grondwater
eurofins a xi a Vy t i o o Analysecertificaat Uw projectnummer Uw projectnaam Uw ordernummer Datum monstemame Monsternemer
Certificaat nummer Startdatum Rapportagedatum Bijlage Pagina
vo/vdb/2004/088 Tarthorst 292 Wageningen 10-09-2004 H. van den Brink
Analyse
2004064620 10-09-2004 18-09-2004/17:33
R,C
1/1
Eenheid
Bodemkundige analyses Q Q Q Q
Droge stof Organische stof Gloeirest Korrelgrootte < 2 urn (Lu t u m)
% (m/m) % (m/m) ds % (m/m) ds % (m/m) ds
93.0 2.4 97.2 5.0
Q Q Q Q Q Q Q Q
Metalen Rrseen (fls) Cadmium (Cd) Chroom (Cr) Koper (Cu) Kwik (Hg) Nikkel (Ni) Lood (Pb) Zink (Zn)
mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds
<10 <0.40 9.5 <5.0 <0.10 <S.O 13 19
Q Q Q Q Q
Minerale olie Minerale olie C10-C16 Minerale olie C16-C22 Minerale olie C22-C30 Minerale olie C30-C40 Minerale olie (GC) totaal
mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds
.----
Q
Somparameter organohalogeen verbindingen EOX mg/kg ds
Q Q Q Q Q Q Q Q Q Q Q
Polycyclische flromatische Koolwaterstoffen, PflK Naftaleen mg/kg ds Fenanthreen mg/kg ds flnthraceen mg/kg ds Fluorantheen mg/kg ds Benzo(a)anthraceen mg/kg ds Chryseen mg/kg ds Benzo(k)fluorantheen mg/kg ds Benzo(a)pyreen mg/kg ds Benzo(ghi)peryleen mg/kg ds Indeno(123-cd)pyreen mg/kg ds PRK Totaal VROM (10) mg/kg ds
<50
0.14
<0.010 0.032 0.0055 0.098 0.038 0.046 0.022 0.039
0.031 0.050
86.3
1.0 98.7 4.3
<10
<0.40 9.1
-. ----
<50
0.11 <0.010 <0.010
0.36
Nr. Monsteromschrijving 1 Mengm. bovengrond 2 Mengm. ondergrond
flnalytico-nr. 1787552 1787553
Q: door RvA geaccrediteerde verrichting A: AP04 geaccrediteerde verrichting
Accoord p.,
Dit certificaat mag uitsluitend in zijn geheel worden gereproduceerd. flnalytico Milieu B.V. Gildeweg 44-46 3771 NB Barneveld P.O. Box 459 3770 HL Barneveld NL
Tel. +31 (0)34 242 63 00 Fax +31 (0)34 242 «3 99 E-mail
[email protected] Site www.analytico.com
ABN AMRO 54 85 74 4S6 VHT/BTW No. NL 0 0 7 8 . 3 4 . 5 3 3 . B 0 9 KvK No. 0 9 0 8 8 6 2 3
Analytico Milieu B.V. is ISO 9001: 2000 gecertificeerd door Lloyd's RQA en erkend door het Vlaamse Gewest (OVflM en BMINHL), het Brusselse Gewest (BIM), het Waalse Gewest (DGRNE-OWD) en door de overheden van Frankrijk (MEOD) en Luxemburg (MEV).
TESTEN BvALOIO
^eurofms — analytico
Bijlage (H) met deelmonsterinformatie behorende bij analysecertificaat 2004064620 Pagina 1/1 flnalytico-nr. 1787552 1787552 1787552 1787552 1787552 1787552 1787552 1787552
Deelmonster
Boornr
Van
BO.l Bl.l B2.1 B3.1
Tot
0
50
0 0 0
50 50 50
Barcode
Monsteromschrijving Menqm. bovenqrond
0502232515 0502232507 0502232518 0502232511
1787553 1787553 1787553 1787553 1787553 1787553 1787553 1787553 1787553 1787553 1787553 1787553
B0.2 B0.3 B0.4 B2.2 B2.3 B2.4
50 100 150 50 100 150
100 150 200 100 150 200
Menqm. ondergrond
0502232522 0502232519 0502232501 0502232516 0502232514 0502232S21
ftnalytico Milieu B.V. Gildeweg 4 4 - 4 6 3771 NB Barneveld P.O. Box 459 3770 (H Barneveld NL
Tel. + 31 (0)34 Fax +31 (0)34
242 63 00 242 63 11
HUN flMRO 51 85 74 456 VflT/BTW No.
E-mail
[email protected] NL 0078. 36. 533.B09 Site www.analytico.com KvK No. 09088623
flnalytico Milieu B.V. is ISO 9001: 2000 gecertificeerd door Lloyd's RQft en erkend door het Vlaamse Gewest (OVfiM en flMlNHL), het Brusselse Gewest (BIM), het Waalse Gewest (DGRNE-OWD) en door de overheden van Frankrijk (MEDD) en Luxemburg (MEV).
Bijlage (C) met methodeverwijzingen behorende bij analysecertificaat 2004064620 Pagina 1/1
flnalyse
Methode
Droge stof Organische stof Korrelgrootte < 2 \im (Lutum) flES/ICP firseen (fls) flES/ICP Cadmium (Cd) flES/ICP Chroom (Cr) RES/ICP Koper (Cu) flES/ICP Kwik (Hg) flES/ICP Nikkel (Ni) flES/ICP Lood (Pb) flES/ICP Zink (Zn) Minerale Olie (GC) EOX PflK (VROM)
W0104 W0109 W0171 W0417 W0417 W0417 W0417 W0417 W0417 W0417 W0417 W0202 W0351 W0301
Techniek Gravimetrie Gravimetrie Sedimentatie ICP-flES ICP-flES ICP-flES ICP-flES ICP-HES ICP-flES ICP-HES ICP-flES GC-FID Microcoulometrie HPLC
Referentiemethode Gelijkw. NEN 5747/CMfl 2/II/P.l Conform NEN S7S4 Gelijkwaardig aan NEN S753 Conform NEN 6426/CMB 2/I/B.l Conform NEN 642Ó/CMP 2/I/B.l Conform NEN 6426/CMfl 2/I/B.l Conform NEN 6426/CMfl 2/I/B.l Eigen methode/CMR 2/I/B.l Conform NEN 6426/CMfl 2/I/B.l Conform NEN 6426/CMfl 2/I/B.l Conform NEN 6426/CMfl 2/I/B.l Eigen methode Eigen methode Eigen methode
Nadere informatie over de toegepaste onderzoeksmethoden alsmede een classificatie van de meetonzekerheid staan vermeld in ons overzicht "Specificaties analysemethoden", versie januari 2004
Bnalytico Milieu B. V. Gildeweg 4 4 - 4 6 3771 NB Barneveld P . O . Box 459 3770 AL Barneveld NL
Tel. +31 (0)34 242 63 00
HBN AMRO 54 85 74 436 Fax +31 (0)34 242 63 99 VAT/BTW No. E-mail
[email protected] NL 0078. 36. 5 3 3 . B 0 9 Sitewww.analytico.com KvK No. 0 9 0 8 8 6 2 3
Anolytico Milieu B.V. is ISO 9001: 2000 gecertificeerd door Lloyd's RQfl en erkend door het Vlaamse Gewest (OVAM en AMINRL), het Brusselse Gewest (BIM), het Waalse Gewest (DGRNE-OWD) en door de overheden van Frankrijk (MEDD) en Luxemburg (MEV).
eurofins Analysecertificaat Uw projectnummer Uw projectnaam Uw ordernummer Datum monstername Monsternemer
Certificaat nummer Startdatum
vo/vdb/2004/088 Tarthorst 292 Wageningen
Rapportagedatum Bijlage
16-09-2004 H. van den Brink
Pagina
2004065996
16-09-2004 21-09-2004/15:32 fi,C 1/2
Eenheid
Analyse Metalen Rrseen (fis) Cadmium (Cd) Chroom (Cr) Koper (Cu) Kwik (Hg) Nikkel (Ni) Lood (Pb) Zink (Zn) Q Q Q Q Q Q Q Q
Vluchtige Aromatische Koolwaterstoffen Benzeen Tolueen Ethylbenzeen o-Xyleen m,p-Xyleen Xylenen (som) BTEX (som) Naftaleen
Q 0_ Q Q Q O, Q Q Q Q Q Q Q Q Q
Vluchtige organische chloorkoolwaterstoffen Trichloormethaan Tetrachloormethaan Trichlooretheen Tetrachlooretheen l, 2-Oichloorethaan l, l, l-Trichloorethaan 1,1,2-Trichloorethaan cis 1,2-Dichlooretheen Monochloorbenzeen l, 2-Dichloorbenzeen l, 3-Dichloorbenzeen 1,4-Dichloorbenzeen Dichloorbenzenen ( som 3 ) Chloorbenzenen ( som 4 ) CKW ( som 8)
M9/L
<5.0
Mg/L
<0.40
Mg/L Mg/L
<0.050
M9/L
<5.0
M9/L M9/L
<S.O
Mg/L
<0.20 <0.20 <0.20 <0.20 <0.20
M9/L M9/L Mg/L M9/L M9/L
<5.0
17
--
Mg/L
<0.20
M9/L
<0.10
Mg/L
<0.10
Mg/L
<0.10
M9/L Mg/L
<0.10
M9/L
<0.10 <0.10 <0.10
M9/L
<0.10
M9/L
<0.10
M9/L M9/L
<0.10
M9/L
<0.10
M9/L
---
Mg/L
M9/L
<0.10
Nr. Monsteromschrijving l Grondwater Pbl
Analytico-nr. 1793198
Q: door RvA geaccrediteerde verrichting fl: BP04 geaccrediteerde verrichting Dit certificaat mag uitsluitend in zijn geheel worden gereproduceerd. Analytico Milieu B. V. Gildeweg 4 4 - 4 6
Iel.
3771 NB Barneveld
Fax +31 (0)34 242 63 99
VUT/BTW No.
E - m a i l
[email protected]
NL 0 0 7 8 . 3 6 . 5 3 3 . B 0 9
Site w w w . a n a l y t i c o . c o m
KvK No. 0 9 0 8 8 6 2 3
P.O.
Box 459
3 7 7 0 RL B a r n e v e l d NL
+31 (0)34 242 63 00
SBN OMRO 54 85 74 456
flnalytico Milieu B.V. is ISO 9001: 2000 gecertificeerd door Lloyd's RQfl en erkend door het Vlaamse Gewest (OVflM en flMINfll), het Brusselse Gewest (BIM), het Waalse Gewest (OGRN6-OWD) en door de overheden van Frankrijk (MEDD) en Luxemburg (MEV).
TESTEN RvAL.010
eurofins — analytioo Analysecertificaat Uw projectnummer Uw projectnaam Uw ordernummer Datum monstername Monsternemer
10-09-2004
H. van den Brink
Analyse
l
2004065996 16-09-2004 21-09-2004/15:32
n,c 2/2
Eenheid
Minerale olie Minerale olie C10-C16 Minerale olie C16-C22 Minerale olie C22-C30 Minerale olie C30-C40 Minerale olie (GC) totaal
Nr.
Certificaatnummer Startdatum Rapportagedatum Bijlage Pagina
vo/vdb/2004/088 Tarthorst 292 Wageningen
M9/L M9/L H9/L ug/l M9/L
<50
flnalytico-nr.
Monsteromschrijving
Grondwater Pbl
1793198
Q: door RvA geaccrediteerde verrichting H: RP04. geaccrediteerde verrichting
flCCOOfd p-
coörd
Dit certificaat mag uitsluitend in zijn geheel worden gereproduceerd. flnalytico
Milieu B.V.
+31 (0)34 242 63 00
Gildeweg 4 4 - 4 6
Tel.
HBN BMRO 54 85 74 456
flnalytico Milieu B.V. is ISO 9 0 0 1 : 2000 gecertificeerd door Lloyd's
3 7 7 1 NB Barneveld
Fax +31 (0)34 242 «3 99
VUT/BTW No.
RQfl en erkend door het Vlaamse G e w e s t (OVflM en BMINfll), het
P.O. BOX 459
E-mail
[email protected]
NL 0 0 7 8 . 3 6 . 5 3 3 . B 0 9
Brusselse Gewest (BIM), het Waalse G e w e s t (DGRNE-OWD) en
TESTEN
3 7 7 0 HL Barneveld NL
Site w w w . a n a l y t i c o . c o m
KvK No. 0 9 0 8 8 6 2 3
door de overheden van Frankrijk (MEDD) en Luxemburg (MEV).
RvALOIO
Bijlage (R) met deelmonsterinformatie behorende bij analysecertificaat 2004065996 Pagina
flnalytico-nr. 1793198 1793198
flnalytico
Boornr
Deelmonster
Van
Tot
Barcode
Monsteromschrijving
0700277914. 0690358348
Grondwater Pbl
Milieu B. V.
Gildeweg 4 4 - 4 6 3771 NB Barneveld P.O. Box 459 3770 HL Barneveld NL
Tel. +31 (0)34 242 63 00
Fax +31 (0)34 242 63 99
[email protected] Sitewww.analytico.com
BBN flMRO 54 85 74 4S6 VUT/BTW No. NL 0 0 7 8 . 36. 533. B09 KvK No. 0 9 0 8 8 6 2 3
Hnalytico Milieu B. V. is ISO 9001: 2000 gecertificeerd door Lloyd's RQB en erkend door het Vlaamse Gewest (OVflM en HMINBL), het Brusselse Gewest (BIM), het Waalse Gewest (DGRNE-OWO) en door de overheden van Frankrijk (MEDD) en Luxemburg (MEV).
i/i
eurofins sanalytioo Bijlage (C) met methodeverwijzingen behorende bij analysecertificaat 2004065996 Pagina 1/1 Analyse ICP-MS flrseen ICP-MS Cadmium ICP-MS Chroom ICP-MS Koper ICP-MS Kwik ICP-MS Nikkel ICP-MS Lood ICP-MS Zink flromaten (BTEXN) CKWNEN (12 st) Minerale Olie (GC)
Methode
Techniek
W0420 W0420 W0420 W0420 W0420 W0420 W0420 W0420 W02S4 W02S4 W0215
ICP-MS ICP-MS ICP-MS ICP-MS ICP-MS ICP-MS ICP-MS ICP-MS HS-GC-MS HS-GC-MS LV-GC-FID
Referentiemethode Conform 0-NEN 6427 Conform 0-NEN 6427 Conform 0-NEN 6427 Conform 0-NEN 6427 Conform 0-NEN 6427 Conform 0-NEN 6427 Conform 0-NEN 6427 Conform 0-NEN 6427 Conform ISO 11423-1 / CMfl 3/E Cf. NEN-EN-ISO 10301/CMf) 3/E Eigen methode/CMfl 3/R.l
Nadere informatie over de toegepaste onderzoeksmethoden alsmede een classificatie van de meetonzekerheid staan vermeld in ons overzicht "Specificaties analysemethoden", versie januari 2004
Rnolytica Milieu B.V. Gildeweg 44-46 3771 NB Barneveld P . O . Box 459 3770 RL Barneveld NL
Tel. +31 (0)34 242 63 00 Fax +31 (0)34 242 63 99 E-mail
[email protected] Sitewww.analytico.com
HBN flMRO 54 8S 74 456 VflT/BTW No. NL 0078.36. 533. B09 KvK No. 09088623
flnalytico Milieu B.V. is ISO 9001: 2000 gecertificeerd door Lloyd's RQH en erkend door het Vlaamse Gewest (OVflM en HMINflL), het Brusselse Gewest (BIM), het Waalse Gewest (DGRNE-OWD) en door de overheden van Frankrijk (MEDD) en Luxemburg (MEV).
bijlage 6 Toetsingstoelichting Analyseresultaten van bodemonderzoekswerkzaamheden dienen getoetst te worden aan daarvoor geldenden toetsingswaarden. Deze toetsingswaarden zijn uitgegeven door middel van de Circulaire interventiewaarden bodemsanering van het Ministerie van VROM, directie Bodem, afdeling Waterbodems en Kwaliteit en gepubliceerd in de Staatscourant van 24 februari 2000. In deze toetsingsvoorwaarden zijn de streef- en interventiewaarden voor microverontreinigingen voor een standaard bodem (10% organische stof en 25 % lutum) weergegeven. Verder staan hierin de streef- en interventiewaarden voor grondwater. De toetsingsvoorwaarden , te weten de streef-, tussen- en interventiewaarden hebben de volgende betekenis: Streefwaarden De streefwaarden geven de concentratie van een stof aan in een begrensd gebied waarbij milieurisico's voor de bodem verwaarloosbaar worden geacht. Dit betekent dat als de concentratie lager is dan de streefwaarde de bodem als multifunctioneel kan worden beschouwd. Voor grond zijn deze streefwaarden afhankelijk van het organische stof- en lutumgehalte. De streefwaarden voor grond worden berekend met zogenaamde bodemtypecorrectieformules. Zo kan voor ieder grondmonster de bijbehorende streefwaarde berekend worden. Streefwaarden voor grondwater zijn voor alle grondwatermonsters gelijk. Interventiewaarden De interventiewaarde geeft het concentratieniveau aan waarbij de eigenschappen van de bodem in negatieve zin veranderen voor het milieu. In de gevallen waarbij de concentraties boven de interventie waarde stijgen, kan dus gesproken worden van een ernstige bodemverontreiniging zodat onaanvaardbare risico's ontstaan . De interventiewaarden voor grond zijn evenals de streefwaarden af te leiden uit zogenaamde bodemtypecorrectieformules. Tussenwaarden ( Streefwaarde + Interventiewaarde )/2 De tussenwaarde wordt afgeleid uit de streef- en interventiewaarde. Deze tussenwaarde wordt in het huidige bodembeleid gehanteerd als indicatief concentratieniveau voor de uitvoering van een nader onderzoek. Hierdoor wordt een beter inzicht verkregen in de verontreinigingsgraad. aangetroffen concentraties conc. < S - waarde S - waarde < conc. < T- waarde T- waarde < conc. < I - waarde conc. > I waarde S - waarde T- waarde ! - waarde
= Streefwaarde = Tussenwaarde = Interventiewaarde
|
aanduiding bodemkwaliteit geen verontreiniging lichte verontreiniging matige verontreiniging enstige/zware verontreiniging
Bijlage 7 : Toetsing van boven- en ondergrond en grondwater
Analyseresultaten van Midden Nederland Milieu B.V., molenweg 12a , 6732 BL Harskamp
waarde Certificaatnr Rapportagedatum Startdatum Uw projectnummer: Bemonsteringsdatum Materiaal: Opmerking Opdrachtdatum: Uw ordernummer: Monsternemer: Monsteromschrijving:
2004064620 17-09-2004 13-09-2004 Tarthorst 292 Wageningen 10-09-2004 Grond vo/vdb/2004/088 10-09-2004 H. van den Brink Mengm. bovengrond
Analyse Droge-stofgehalte Organische stof Gloeirest Fractie < 2 um Org.stof bodemtypecorrectie Lutum bodemtypecorrectie
Swaarde
(s+iy: Iwaard waarde
<10 O.40 9.5 <5.0 <0.10 <5.0 13 19
18 0.5 60 19 0.22 15 58 69
26 4 150 60 3.8 53 210 210
34 7.4 230 100 7.3 90 360 350
mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds
— ~ — — <50
12
610
1200
mg/kg ds
0.14
0.3
21
40
Eenheid % (m/m) % (m/m) % (m/m) % (m/m) %(m/m) %(m/m)
1787552 93.0 2.4 97.2 5.0 2.4 5.0
mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds
Metalen
Arseen (As) Cadmium (Cd) Chroom (Cr) Koper (Cu) Kwik (Hg) Nikkel (Ni) Lood (Pb) Zink (Zn) Minerale olie
Minerale olie Cl O-C 16 Minerale olie C 16-C22 Minerale olie C22-C30 Minerale olie C30-C40 Minerale olie totaal EOX
EOX
Polycyclische aromatische koolwaterst. (PAK)
Naftaleen Fenantreen Antraceen Fluoranteen Benzo(a)antraceen Chryseen Benzo(b)fluoranteen Benzo(a)pyreen Benzo(ghi)peryleen Indeno( 1 23cd)pyreen PAK's lOLeidrd(som)
mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds
O.010 0.032 0.0055 0.098 0.038 0.046 0.022 0.039 0.031 0.050 0.36
1
Legenda 17Ö7SSE: flengm Blanco * ** ***
: : : :
bovengrond
niet getoetst <= streefwaarde > streefwaarde > (S + D/E waarde > Interventiewaarde
Toetsinq met gemeten waarden org•stof/lutum indien bekend.
Analyseresultaten van Midden Nederland Milieu B.V., molenweg 12a , 6732 BL Harskamp
waarde Certificaatnr Rapportagedatum Startdatum Uw projectnummer: Bemonsteringsdatum Materiaal: Opmerking Opdrachtdatum : Uw ordernummer: Monsternemer: Monsteromschrijving: Analyse Droge-stofgehalte Organische stof Gloeirest Fractie < 2 um Org.stof bodemtypecorrectie Lutum bodemtypecorrectie
2004064620 17-09-2004 13-09-2004 Tarthorst 292 Wageningen 10-09-2004 Grond vo/vdb/2004/088 10-09-2004 H. van den Brink Mengm. ondergrond
Swaarde
Eenheid % (m/m) % (m/m) % (m/m) % (m/m) %(m/m) %(m/m)
1787553 88.3 1.0 98.7 4.3 1.0 4.3
mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds
<10 <0.40 9.1 <5.0 <0.10 <5.0 <10 8.9
-
17 0.46 59 18 0.22 14 55 64
mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds
— ~ ~ — <50
-
10
mg/kg ds
0.11
-
0.3
(s+iy: iwaard> waarde
Metalen
Arseen (As) Cadmium (Cd) Chroom (Cr) Koper (Cu) Kwik (Hg) Nikkel (Ni) Lood (Pb) Zink (Zn)
25 3.6 140 58 3.7 50 200 200
32 6.8 220 97 7.2 86 340 330
Minerale olie
Minerale olie Cl O-C 16 Minerale olie C 16-C22 Minerale olie C22-C30 Minerale olie C30-C40 Minerale olie totaal
510 1000
EOX
EOX
Polycyclische aromatische koolwaterst. (PAK)
Naftaleen Fenantreen Antraceen Fluoranteen Benzo(a)antraceen Chryseen Benzo(b)fluoranteen Benzo(a)pyreen Benzo(ghi)peryleen Indeno( 1 23cd)pyreen PAK's lOLeidrd(som)
mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds
<0.010 O.010 0.0050 O.010 O.010 O.010 <0.010
O.010 O.OIO
O.010 1
Legenda 1707553: M e n g m - ondergrond Blanco: : * : ** : *** :
niet getoetst <= streefwaarde > streefwaarde > (S + D/5 waarde > Interventiewaarde
Toetsing met qemeten waarden org.stof/lutum indien bekend-
21
40
Analyseresultaten van Midden Nederland Milieu B.V., molenweg 12a , 6732 BL Harskamp
Certificaatnr Rapportagedatum Startdatum Uw projectnummer: Bemonsteringsdatum Materiaal: Opmerking Opdrachtdatum : Uw ordernummer: Monsternemer: Monsteromschrijving:
2004065996 23-09-2004 17-09-2004 Tarthorst 292 Wageningen 16-09-2004 Water vo/vdb/2004/088 16-09-2004
s-
(s+iyi-
Analyse Metalen Arseen (As) Cadmium (Cd) Chroom (Cr) Koper (Cu) Kwik (Hg) Nikkel (Ni) Lood (Pb) Zink (Zn) Aromatische verbindingen Benzeen Tolueen Ethylbenzeen o-Xyleen m,p-Xyleen Som Xylenen Som aromaten (BTEX) Naftaleen Gechloreerde koolwaterstoffen Trichloormethaan Tetrachloormethaan Trichlooretheen Tetrachlooretheen 1 ,2-Dichloorethaan 1,1,1-Trichl.ethaan 1,1,2-Trichl.ethaan cisl,2-Dichl.etheen Monochloorbenzeen 1 ,2-Dichloorbenzeen 1 ,3-DichIoorbenzeen 1 ,4-Dichloorbenzeen Som Dichloorbenzenen Chloorbenzenen ( som 4 ) Gechl. koolwaterstoffen (som)
Eenheid
1793198
waarde
waard waarde
ug/L Mg/L Mg/L Mg/L Hg/L ug/L Mg/L ug/L
<5.0
10 0.4 1 15 0.05 15 15 65
35 3.2 16 45 0.18 45 45 430
ug/L Mg/L ug/L ug/L ug/L ug/L Mg/L Mg/L
<0.20 <0.20 <0.20 <0.20 <0.20 — ~ <0.20
0.2 7 4
15 30 500 1000 77 150
0.2
35
70
0.01
35
70
ug/L Mg/L Mg/L Mg/L Mg/L Mg/L Mg/L Mg/L Mg/L Mg/L ug/L Mg/L Mg/L Mg/L ug/L
<0.10 <0.10 <0.10 <0.10 <0.10 <0.10 <0.10 <0.10 <0.10 <0.10 <0.10 <0.10
6 0.01 24 0.01 7 0.01 0.01
200 5 260 20 200 150 65
400 10 500 40 400 300 130
7
94
180
3
27
50
Mg/L Mg/L Mg/L Mg/L MS/L
— -<50
50
330
600
H. van den Brink Grondwater Pb 1
<0.40 <1.0 <5.0
<0.050 <5.0 <5.0
17
— ---
60 6 30 75 0.3 75 75 800
Minerale olie
Minerale olie Cl O-C 16 Minerale olie C 16-C22 Minerale olie C22-C30 Minerale olie C30-C40 Minerale olie totaal Legenda : Grondwater Pbl Blanco: : * #*
niet getoetst <= streefwaarde > streefwaarde > (S + D/E waarde > Interventiewaarde
bijlage 8
Toelichting onderzochte stoffen. PAK's zijn Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen CKW's zijn gechloreerde Koolwaterstoffen EOX zijn Extraheerbare OrganoChloorverbindingen BTEXN is een Aromatengroep Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen; Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen zijn meervoudige, onverzadigde (benzeen) ringverbindingen en komen voor in teerprodukten, roet e.d. en ontstaan vooral bij onvolledige verbranding. Er bestaan minstens 125 soorten Pak - verbindingen, waarvan de belangrijkste geanalyseerd worden. Verontreinigingen d.m.v. PAK's komen voor in de vorm van ashopen of b.v. neergeslagen uitlaatgassen. Gechloreerde koolwaterstoffen/ Extraheerbare organohalogeniden; De gechloreerde koolwaterstoffen worden onderverdeeld in de vluchtige gechloreerde koolwaterstoffen en de extraheerbare organohalogeniden. De vluchtige gechloreerde koolwaterstoffen worden veelal toegepast in reinigingsmiddelen. Extraheerbare organohalogeniden worden veelal gebruikt in bestrijdingsmiddelen. Aromatengroep; De volgende verbindingen vormen de aromatengroep nl.: benzeen, tolueen, ethylbenzeen, xyleen, en naftaleen. Deze aromaten komen voor in benzine, terpentine, wasbenzine, thinner etc.
Humus- en lutumgehalte. Het organisch stof gehalte ( ook wel humus gehalte) is het gehalte aan organische bestanddelen in de grond. Dit zijn koolstof verbindingen die bestanddeel zijn, bestaande uit omgezet afgestorven dierlijk en plantaardig materiaal of door de mens kunstmatig samengestelde koolstofverbindingen. Tevens wordt de korrelgrootte (lutum gehalte) bepaald. Zowel het organisch stof gehalte als het lutum gehalte is nodig voor het vastellen van de bij de grond behorende streef- en interventiewaarden. De streef- en interventiewaarde voor anorganische verbindingen (zware metalen) in grond/ zijn afhankelijk van het lutumgehalte van de betreffende grond/sedimentlaag. De streef- en interventiewaarde van organische verbindingen (minerale olie en PAK's) zijn gerelateerd aan het humusgehalte in de betreffende grond/sedimentlaag.
bijlage 9
Historisch onderzoek : d.d. 10 september 2004 Ter inzage beschikbare dossiers in het archief van de gemeente Wageningen m.b.t. project Tarthorst 292 te Wageningen. Aanvraag Bouwvergunningen en milieuvergunningen. Adres : Tarthorst 292 Bouwvergunning - dossier 1974 - dossier 2003
Aanvraag voor de bouw van een gecombineerde R.K. kleuter- en basisschool. Aanvraag voor de uitbreiding van een schoolgebouw.
Milieuvergunningen Melding besluit Scholen en Opleidingsinstituten Milieubeheer. - dossier 1995 - dossier 1995 Controle naleving Milieuwetgeving. Opmerking : Chemisch afval zoals batterijen, tl-buizen, verfresten etc. dienen afgevoerd te worden als bedrijfsafval. - dossier 2003 Controle Naleving Milieuwetgeving. Uit de inspectie blijkt dat de voorschriften na behoren worden nageleefd Na inzage van bovengenoemde dossiers zijn geen potentieel verontreinigende aspecten waargenomen. Bodemonderzoek:
Van de onderzoekslocatie is een bodemonderzoek bekend. Het betreft een verkennend bodemonderzoek, uitgevoerd door Midden Nederland Milieu in het kader van een uitbreiding t.b.v. een schoolgebouw. Het onderzoek dateert van juli 2003. Uit het onderzoek blijkt dat in zowel de boven- als ondergrond geen verhoogde concentraties zijn aangetoond m.b.t. de onderzochte componenten. In het grondwater worden eveneens geen verhoogde concentraties aangetoond.
Tanks
Er is geen informatie over de aanwezigheid van ondergrondse tanks.
Asbest
Na inzage van de beschikbare dossiers is er geen aanleiding om een bodemverontreiniging met asbest te verwachten. Naar aanleiding van een visuele inspectie t.p.v. de onderzoekslocatie is gebleken dat er geen asbest/asbestverdacht materiaal is waargenomen op/aan het aangrenzende schoolgebouw. Tevens zijn geen losliggende stukken asbest/asbestverdacht materiaal waargenomen ter hoogte van maaiveld. Desondanks wordt tijdens het veldwerk de opgehoorde grond zintuiglijk beoordeeld op asbestverdacht/asbesthoudend materiaal
Conclusie:
Na inzage van de betreffende dossiers zoals hiervoor beschreven mag het volgende geconcludeerd worden nl.: Gezien de gegevens van de onderzoekslocatie en de aangrenzende percelen zijn er voor de onderzoekslocatie geen aanwijzingen voor bodemverontreinigende activiteiten vanuit het verleden.
bijlage 10
Vooronderzoek asbest in bodem conform NVN 5725 en ontw. NEN 5707: Onderzoekslocatie : Opdrachtgever:
Tarthorst 292 te Wageningen Kardinaal Alfrinkschool
Aanleiding bodemonderzoek : Bodemonderzoek in het kader van bouwaanvraag t.b.v. uitbreiding schoolgebouw. Vooronderzoek uitgevoerd op:
vooronderzoek Hinderwet/ Wet Milieubeheer Bodemarchief Bouwarchief/ Sloopvergunningenarchief Provinciaal archief Luchtfoto's gemeente Luchtfoto's Emmen
Verminderd basisniveau Basisniveau Plusniveau
geraadpleegd ja ja* ja* nee nee nee
motivatie Beschikbaar gesteld door afd. Milieu van gemeente Wageningen Geen bijzonderheden waargenomen. Beschikbaar gesteld door afd. Milieu van gemeente Wageningen Geen bijzonderheden waargenomen. Beschikbaar gesteld door afd. Milieu van gemeente Wageningen Geen bijzonderheden waargenomen. van toepassing indien plusniveau van toepassing indien plusniveau van toepassing indien plusniveau
Conclusie : De locatie is onverdacht van bodemverontreiniging met asbest. vooronderzoek Huidige eigenaar Voormalige eigenaar Indicatieve locatie inspectie voorafgaande aan Verk. Onderzoek
| geraadpleegd ja n.v.t. ja
motivatie Dhr. Hermeier (Kardinaal Alfrinkschool) Geen gegevens bekend m.b.t. asbest in de bodem. Uitgevoerd door dhr. H. van den Brink (DTA-er) d.d. 10-09-2004
Zintuiglijke waarnemingen tijdens indicatieve locatie inspectie. aanwezig verdacht op asbest (motivatie) Brandplekken nee Opstallen schoolgebouw. Er zijn geen asbest/asbesthoudende materialen ja waargenomen op/aan het gebouw. Er zijn eveneens geen losliggende stukken ter hoogte van maaiveld waargenomen. nee Ophooglaag Stort/slootdemping nee Verhardingen Klinkerbestrating zonder verhardingsmateriaal ja Conclusie : Er zijn op de onderzoekslocatie geen losliggende delen aan het maaiveld waargenomen. Er bestaat geen aanleiding om een onderzoek naar de aanwezigheid van asbest uit te voeren. Asbest in bodem : Hypothese : Onverdachte locatie Onderzoeksstrategie : Verkennend bodemonderzoek voor onverdachte locaties volgens NEN 5740. Indien tijdens het veldwerk asbest/asbestverdacht materiaal wordt waargenomen, zal de onderzoeksstrategie worden gewijzigd m.b.t. asbest in de bodem.