MEI 2013
nationaal en regionaal nieuws over traumazorg
TRAUMACENTRUM WEST RAV Hollands Midden en het Nationaal Ambulance en Eerste Hulp museum geopend
NIEUWS Inhoud 2 Zeilreis Monique van Mechelen 2 Symposium ‘komt een ouder ... 3 Planvorming CBRN ROAZ West
van start
4 Kennismaking Marthe Snijders
Johan van Rijn
4 Kennismaking Jan Duijff
Ruim 450 mensen waren getuige van de opening op donderdag 11 april. De opening werd luister bijgezet door een antieke ambulance die met zwaailicht en sirene de remise van de RAV Hollands Midden in kwam rijden. Sjaak de Gouw, directeur van de RDOG HM sprake zijn felicitaties uit en overhandigde een ingelijste foto uit 1956 van de toenmalig directeur GGD met zijn collega’s van de ambulance.
5 Kennismaking Willem Stigter 5 Website Levelindeling 6 Ziekenhuizen gebruiken ISEE 7 Snellere inzet van de ambulance
in Hollands Midden
8 App protocollen 8 Eindejaars bijeenkomst TWC 8 Expertisegroepen Traumachirurgie
Vooraf aan de formele handeling werden boeiende discussies gevoerd door Rob Trip met algemeen manager Pieter Haasbeek en zijn gasten: Inger Schipper, hoofd traumachirurgie van het LUMC, Henri Lenferink, Burgemeester van Leiden, Ton van Houten, directeur van Zorg en Zekerheid en Robert Boersma, directeur van patiëntenbelangenorganisatie Zorgbelang Zuid Holland. De sprekers deelden graag hun mening over een aantal heikele onderwerpen waaronder de marktwerking in de zorg. Allen waren het er over eens dat voor marktwerking geen plaats is in de ambulancezorg. Inger Schipper roemde de onderlinge samenwerking tussen het LUMC en de RAV HM. Op het gebied van scholing en onderzoek weten LUMC en RAV elkaar steeds beter te vinden. Dat betaalt zich uit in de samenwerking. De informatieoverdracht is hierdoor al aantoonbaar verbeterd. De RAV HM werd gefeliciteerd met de mooie nieuwe hoofdvestiging en werd door diens gasten in het zonnetje gezet. De partners uit de keten waren unaniem in hun mening dat de RAV Hollands Midden een goed lopende RAV is, met bevlogen management en medewerkers.
De RAV wordt bedrijfs-economisch goed aangestuurd en staat garant voor de best mogelijke ambulancezorg voor de patiënt. Sinds 2004 zijn tal van innovaties doorgevoerd, om de zorg steeds verder te verbeteren.
Agenda 30-5-2013, 17.00 uur Multidisciplinaire Casuïstiekbespreking
Van Ronnenzaal, LUMC
Aan het eind van het programma werd Bert de Jong toegesproken. Hij werd in het bijzonder bedankt voor zijn aandeel in het tot stand komen van de RAV HM en in de ontwikkeling van de ambulancezorg in het algemeen. Bert is ruim 50 jaar lang betrokken geweest bij de ambulancezorg en heeft aan de wieg gestaan van vele nieuwe ontwikkelingen. Tot slot werd door burgemeester Lenferink samen met Hans Waldeck de openingshandeling verricht van het museum. Hans Waldeck is de schrijver van het prachtig gedocumenteerde boek, ‘een ziekenauto verdient een bloemenslinger’ over de geschiedenis van de ambulancezorg in Leiden en de Bollenstreek. Gordijnen vielen na een klap op de knop en het museum kwam in al haar glorie te voorschijn. Oud en nieuw zijn vanaf nu in één oogopslag te zien. Voor meer informatie over het ambulance en eerste hulpmuseum, zie de website: nationaalambulancemuseum.nl
4
11-6-2013, 17.00 uur Regionaal Platform TCW Eden Babylon Hotel Den Haag 11-6-2013, 18.30 uur TOWN Eden Babylon Hotel Den Haag 27-6-2013, 17.00 uur Multidisciplinaire Casuïstiekbespreking
Van Ronnenzaal, LUMC 24-9-2013, 17.00 uur Traumachirurgen Regio TCW Eden Babylon Hotel Den Haag 24-9-2013, 18.30 uur TOWN Eden Babylon Hotel Den Haag 26-9-2013, 17.00 uur Multidisciplinaire Casuïstiekbespreking
Van Ronnenzaal, LUMC 8-10-2013, 16:30 uur Regionaal symposium TCW Corpus Oegstgeest 31-10-2013, 17.00 uur Multidisciplinaire Casuïstiekbespreking
Van Ronnenzaal, LUMC 12-11-2013, 18.30 uur TOWN Eden Babylon Hotel Den Haag
Foto: Fotografie Van Bemmelen
1
TRAUMACENTRUM WEST NIEUWS
MEI 2013
Planvorming CBRN ROAZ West van start Zeilreis Monique van Mechelen Monique van Mechelen
Mijn naam is Monique van Mechelen. Ik ben inmiddels alweer vijf jaar werkzaam als revalidatiearts bij Sophia Revalidatie te Den Haag, een goed moment voor een terugblik op die tijd. De afgelopen jaren ben ik bezig geweest om de traumarevalidatie wat beter op de kaart te zetten in onze regio, mede dankzij een zorgvernieuwingstraject dat in 2010 werd opgestart. We hebben gesprekken gevoerd met de traumachirurgen van het Haga ziekenhuis en van MCH Westeinde, om te bespreken hoe we de zorg voor de multitrauma patiënt in de keten konden verbeteren, met actieve participatie van Sophia Revalidatie. Ik heb op meerdere locaties een verhaal gehouden over wat Sophia Revalidatie nou te bieden had aan deze patiëntengroep, zowel klinisch als poliklinisch. Uiteindelijk heeft dit geresulteerd in toename van het aantal klinische revalidanten in ons centrum, waar ik erg blij mee ben. Ik ben ervan overtuigd, dat mensen die door een ernstig ongeval uit hun dagelijks leven worden gerukt, door intensieve multidisciplinaire revalidatiebehandeling uiteindelijk sneller tot participatie in de maatschappij komen. Multitrauma patiënten komen bij ons in een team terecht dat geschoold is voor behandelen van deze doelgroep. De verpleegkundigen hebben veel wondervaring. De hydrotherapie is een meerwaarde voor de patiënten die nog maar zeer beperkt mogen belasten, maar die op die manier toch kunnen werken aan herstel van conditie en onbelast het lopen kunnen trainen. Tweemaal daags 30 minuten fysiotherapie zit in het standaard pakket, maar er is zeker ook aandacht voor de psychosociale kant. Regelmatig blijkt dat mensen moeite hebben met de acceptatie van hetgeen hen is overkomen en soms is er sprake van een post-traumatische stress stoornis. Dit kan in ons centrum worden behandeld met EMDR. De psycholoog en maatschappelijk werkende worden standaard bij de patiënten betrokken. Daarnaast zullen onder andere ook de ergotherapeut, seksuoloog, instrumentmaker en orthopedisch schoenmaker een rol spelen. Sophia Revalidatie is bezig met nieuwbouw op eigen terrein; vanaf januari 2014 zal iedere patiënt een eigen kamer met eigen sanitair tot zijn beschikking krijgen, waarmee 2
we hopen de klanttevredenheid nog meer te verbeteren. Wat ik de komende maanden nog voor elkaar hoop te krijgen, is het realiseren van een vaste consulent vanuit de traumachirurgie, die elke twee weken op de afdeling langskomt, voor advies bij vragen rond fractuurgenezing en complicatiepreventie. Hub van der Meulen, traumachirurg van het Haga ziekenhuis, heeft al informeel laten weten deze taak graag weer op zich te gaan nemen, zoals in het verleden. En als ook dat geregeld is, kijk ik tevreden terug op wat er de afgelopen jaren is gebeurd, in de zin van kwaliteitsverbetering vanuit de revalidatie naar de multitrauma patiënt, maar ook voor wat betreft het vergroten van de naamsbekendheid van Sophia Revalidatie als medisch specialistische revalidatiezorg in de Haagse ziekenhuizen. Voor mij persoonlijk is dit een mooi moment om deze fase van mijn leven af te ronden, en te gaan beginnen met het waarmaken van andere droom. Per 1 juli 2013 heb ik mijn baan bij Sophia Revalidatie opgezegd, om vervolgens samen met mijn man Pieter in drie jaar tijd de wereld rond te gaan zeilen en te genieten van de puurheid van het bestaan. Als we terugkomen, hoop ik weer een plek als revalidatiearts in deze regio te vinden om me weer te gaan richten op de traumarevalidatie. Volg ons op: www.deesse.nl
Saskia Noorderwier en Mark Ruijten
Symposium: ‘Komt een ouder bij de dokter’ Caroline Wortman
Op maandag 3 juni organiseren Medisch Centrum Haaglanden en Bureau Jeugdzorg/ Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Haaglanden het symposium ‘Komt een ouder bij de dokter’; ouderproblematiek als signaal van kindermishandeling. Het vindt plaats in hotel Bel Air in Den Haag. In 2007 nam het MCH het initiatief om aandacht te vragen voor de kwetsbare positie van kinderen. In het bijzonder voor kinderen die opgroeien bij een ouder die kampt met problemen op het gebied van huiselijk geweld, psychiatrie of misbruik van alcohol of drugs. Uit onderzoek en ervaring is bekend dat kinderen ernstige schade kunnen ondervinden wanneer zij opgroeien bij ouders met ernstige individuele of relatieproblemen. In samenwerking met het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Haaglanden kwam het zogenaamde ‘ouderprotocol’ tot stand. Tijdens het symposium worden onder meer de resultaten van onderzoek naar het werken met dit protocol gepresenteerd.
Op www.mchaaglanden.nl (verwijzer>agenda) vind je meer informatie over dit symposium en kunt u zich inschrijven.
Foto: Eric Tiggelaar
Hoe gaan we in de ROAZ regio West om met chemisch besmette slachtoffers? Wat doet ambulancepersoneel bij een chemische blootstelling? Waarop moeten ziekenhuizen wel en niet voorbereid zijn? Van welke ziekenhuizen wordt iets extra’s verwacht, en wat dan? Wat moet het personeel kunnen? Welke middelen zijn straks beschikbaar? En hoe werken ziekenhuizen en ambulancediensten straks samen bij de opvang?
Foto: AlexDaniëlle van derBonte Lecq
Foto: Bert Dercksen
De opvang en behandeling van CBRN slachtoffers stelt hulpverleners in onze regio al langere tijd voor dergelijke vragen. Om die vragen te adresseren is het langverwachte CBRN project van de ROAZ regio West van start gegaan. Op basis van elders in den lande ontwikkelde leidraden en protocollen gaan we de regionale visie bepalen op de aanpak van CBRN incidenten. Het streven is om binnen beperkte tijd concrete resultaten te boeken. Het project zet in op inventarisatie van beschikbare kennis/expertise (GAGS in het regionale acute zorg netwerk), bewustwording, bouwen van draagvlak en planvorming die in eerste instantie alleen gericht is op slachtoffers met chemische (en evt. radiologische) blootstelling.
De kick-off Om het enthousiasme en de deskundigheid in de regio optimaal te gebruiken heeft op 24 januari 2013 een kick-off van het project plaatsgevonden met een werkbijeenkomst voor alle negen ziekenhuizen en twee RAV’s. De thema’s ‘de acute opvang in het ziekenhuis’, ’de voorbereiding op de acute opvang’, ’basisziekenhuis – profielziekenhuis’ en ‘van buiten naar binnen/ketenperspectief’ zijn uitgebreid bediscussieerd. Veel van het beschikbare materiaal bleek bruikbaar voor onze regio, maar er waren een aantal punten die nog verder besproken moesten worden. Werkgroepen Om de openstaande punten te adresseren zijn 5 werkgroepen aan de slag gegaan. De resultaten van hun werk worden eind mei in het projectteam besproken. Het projectteam doet vervolgens een voorstel voor een ROAZ regio-brede aanpak voor de opvang van chemisch besmette slachtoffers. Het symposium ‘Chemie tussen incident en aanpak’ Op 27 juni van 12:00-17:00 worden de resultaten van het CBRN project van de ROAZ regio West gepresenteerd in een afsluitend interactief symposium.
De symposium deelnemers kunnen commentaar leveren op de voorgestelde aanpak bij incidenten met chemisch besmette slachtoffers. Na het symposium worden de resultaten aan het ROAZ voorgelegd voor vaststelling als aanbevolen regionale werkwijze. Het symposium geeft bovendien het startsignaal voor het CBRN implementatie- en opleidingstraject dat in de tweede helft van 2013 in onze regio van start gaat. Deelname aan het symposium is kosteloos voor ambulancepersoneel en personeel van de SEH, ROP coördinatoren, OTO coördinatoren en andere betrokkenen bij de opvang van chemisch besmette slachtoffers. Inschrijven: www.boerhaavenascholing.nl
Heftige huidreactie op giftige chemicaliën, aanwezig in de beugel van een paar nieuw gekochte teenslippers.
Regionaal Symposium Traumacentrum West Ties Molenaar, manager TCW
Ieder jaar organiseert Traumacentrum West een Regionaal Symposium. Het symposium zal plaatsvinden op dinsdag 8 oktober 2013. Het organiserend comité is onlangs samengekomen om invulling te geven aan het thema, programma en de sprekers. Met het oog op de doorgaande ontwikkelingen in de zorg met betrekking tot borging van kwaliteit,
centralisatie en kosten effectiviteit zal het onderwerp zich focussen op de toekomst van de traumazorg in onze regio. De specifieke titel en het programma volgen binnenkort. Voor nu kunt u in ieder geval in uw agenda de namiddag en avond van 8 oktober 2013 reserveren. De locatie is zoals ook in de voorgaande jaren CORPUS in Oegstgeest. 3
MEI 2013
TRAUMACENTRUM WEST NIEUWS
Willem Stigter
KENNISMAKING Marthe Snijders Operationeel Manager RAV Hollands Midden Wie is Marthe Snijders ? Ik woon in Lisse met mijn man en twee dochters van 7 en 4. Ik ben geboren en getogen in Amsterdam en heb daar ook voor het eerst kennisgemaakt met de wereld van hulpverlening doordat ik min of meer toevallig terecht kwam bij Brandweer Amsterdam. Ik raakte zeer geïnteresseerd in de OOV-sector en ben daarom na een aantal jaar bij de brandweer overgestapt naar de politie, bij het toenmalige korps Hollands Midden.
Wat vind je het beste van de RAVHM ? Er werken gedreven en zeer deskundige mensen, die veel en vaak met elkaar lachen. De RAVHM is bovendien een compacte dienst, waardoor er snel geschakeld kan worden. De lijnen zijn kort, de ambitie hoog en daardoor ontstaat een innovatief klimaat. Een mooi voorbeeld daarvan is het project Directe Inzet Ambulance. Als eerste ambulancedienst in Nederland stuurt de RAVHM direct een ambulance zodra het adres van het noodgeval is vastgesteld, dus nog voordat de centralist de 112-melding verder heeft uitgevraagd. Hierdoor boeken we fikse tijdwinst, juist voor die meldingen die écht tijdkritisch zijn.
Hoe ben jij bij de Regionale Ambulance Voorziening Hollands Midden terecht gekomen? In regio Hollands Midden beheert de politie de Gemeenschappelijke Meldkamer (GMK) Hollands Midden. Ik werd daar als Teamchef GMK ook verantwoordelijk voor de aansturing van de meldkamer ambulancezorg en heb zodoende uitgebreid kennisgemaakt met de ambulancedienst. Die samenwerking beviel zo goed, dat ik geen moment twijfelde om te solliciteren toen na een aantal jaar de vacature Hoofd Operationele Dienst vrijkwam. Gelukkig werd ik aangenomen en ik ben in juni 2012 gestart.
Waar lig je wakker van? Wakker liggen is overdreven, maar er zijn wel wat zorgpunten. Zo is bijvoorbeeld de grens van 15 minuten voor een A1-rit niet gebaseerd op medische gronden, maar die grens bepaalt wel grotendeels je paraatheid en bedrijfsvoering. Zijn we dan als sector wel goed bezig?
Jan Duijff
Hoe ben jij in het LUMC terecht gekomen? Ik heb in 2003-4 als AGNIO in het LUMC gewerkt en in 2009-10 met veel plezier de laatste 2 jaar van mijn opleiding tot chirurg hier gevolgd. Daarna heb ik een jaar als trauma fellow in het Waikato Hospital, Nieuw-Zeeland gewerkt. Sinds 2012 werkte ik in het Reinier de Graaf gasthuis te Delft. Ik heb altijd wel contact met de afdeling traumachirurgie in het LUMC gehouden. Toen de vacature voor een fellow trauma voorbijkwam hoefde ik daarover dan ook niet lang na te denken!
Fellow Traumachirurgie LUMC Wie is Jan Duijff ? De nieuwe fellow traumachirurgie, LUMC.
Wat wil je bij de RAVHM bereiken? Dat we de best mogelijke en waar nodig de snelste zorg leveren! Hoe ziet je ideale dag eruit? Een mix van zonneschijn, een knuffel van mijn dochters, en dan lekker aan de slag.
Wat wil je binnen je ziekenhuis bereiken? Verdere verdieping van mijn kennis en kunde binnen de traumachirurgie. Een prettige en efficiënte samenwerking met alle collega’s. Daarnaast wil ik het wetenschappelijk onderzoek naar de claviculafracturen weer oppakken.
4
Traumachirurg ‘t Lange Land Ziekenhuis Wie is Willem Stigter? Ik ben 42 jaar oud, geboren in Rotterdam en opgegroeid in Voorschoten. Ik heb in Leiden gestudeerd en na het voltooien van de Tropenopleiding ben ik, samen met mijn vrouw, voor een periode van tweeënhalf jaar gaan werken in een District Hospital in het noorden van Zambia. Daar waren we verantwoordelijk voor de medische zorg in een gebied met een oppervlakte van 1/3 deel van Nederland. Al met al waren het hele rijke jaren in een afgelegen deel van de wereld.
Wat doe je in je vrije tijd? Het grootste deel van mijn vrije uren breng ik door met man en kinders, maar daarnaast mag ik graag hardlopen en ga ik regelmatig uit eten om bij te praten met vriendinnen. Favoriete restaurant/boek/film? Ik ben dol op Italiaans eten en heb net in mijn nieuwe woonplaats Lisse restaurant Il Mulino ontdekt. Een Italiaan waar je geen pizza kunt bestellen, altijd een goed teken. Aan lezen en film kom ik niet veel toe, maar als het lukt dan lees ik graag een goede detective. Typisch Marthe Snijders ? Een dag niet gelachen is een dag niet geleefd!
Wat vind je het beste van het LUMC ? Het LUMC combineert ambitie met een goede werksfeer. Hoe ziet je ideale dag eruit? Lekker op de fiets naar het werk, dan een dag poli, mooie operaties, af en toe een spannend trauma tussendoor! Waar lig je wakker van? De Cannondale Flash mountainbike. Wat doe je in je vrije tijd? Mountainbiken, wielrennen, snowboarden, oude fietsen opknappen. Favoriete restaurant/boek/film ? Laat me graag verrassen. Typisch Jan Duijff? Daar komen ze vanzelf wel achter.
Na terugkeer in Nederland was de Heelkunde opleiding voor mij het meest logische vervolg. Binnen de chirurgie ontwikkelde ik een bijzondere voorliefde voor de Traumatologie. Dit resulteerde in een Chivo-schap Traumatologie bij professor Brink in Maastricht. Met name op het gebied van polsproblemen was in het MUMC een ruime ervaring aanwezig. Met mijn brede achtergrond hield ik ook interesse in andere gebieden binnen de chirurgie en denk ik dat het belangrijk is om ondanks de steeds verder gaande specialisatie een brede blik te houden. Als de situatie in het Lange Land Ziekenhuis gestabiliseerd is zal ik met mijn vrouw en drie kinderen verhuizen vanuit Tegelen naar het westen van het land.
Website Levelindeling Ties Molenaar, manager TCW
Om de patiëntenstromen in de traumazorg goed af te stemmen op de benodigde zorg voor iedere individuele traumapatiënt, werken we in onze regio met de ziekenhuislevel-criteria. Deze indeling is destijds gestaafd op een lijst van criteria opgesteld vanuit de Nederlandse Vereniging van Traumachirurgie (NVT). In navolging van de doorgaande ontwikkelingen ter verbetering van de zorg, heeft de NVT in 2012 deze criteria aangepast aan de huidige
Hoe ben jij in het Lange Land ziekenhuis terecht gekomen? Reeds voor uitzending naar Zambia had ik enkele maanden in Zoetermeer gewerkt. Tegen het einde van mijn Chivo-schap kwam er een passende vacature en werd ik uiteindelijk aangenomen. Het Lange Land biedt de voordelen van een klein ziekenhuis met korte lijnen tussen eerste en tweede lijn. Ook het feit dat hier Tropenartsen worden opgeleid spreekt mij natuurlijk erg aan. Wat wil je binnen je ziekenhuis bereiken? Dat de algemene chirurgische zorg en in het bijzonder de traumatologische zorg op het hoogste niveau uitgevoerd zal worden binnen de mogelijkheden die het ziekenhuis kan bieden.. Daarnaast zal ik betrokken zijn bij het opleiden van tropenassistenten en co-assistenten.
Wat doe je in je vrije tijd? De laatste maanden ben ik aan het trainen voor de halve marathon van Venlo. Misschien, met de aankomende verhuizing richting het westen van het land, komt er ook weer tijd om mijn oude hobbies, zeilen en schaatsen, op te pikken en onze drie kinderen kennis hiermee te laten maken. Favoriete restaurant/boek/film ? Niet het beste, maar wel een van de gezelligste blijft voor mij Chez Philippe in Venlo, met de zware knoflookdampen die door de ruimte trekken. Boek: tja, heb ik weinig tijd voor. Film: ik erger me verschrikkelijk aan Jim Carrey, behalve in “Eternal sunshine of the spotless mind”. Typisch Willem Stigter ? Ik blijf lang rustig en laat eventuele irritaties niet snel merken (geloof ik).
Wat vind je het beste van het Lange Land ziekenhuis ? De leuke collega’s. De maatschap chirurgie is een relatief jonge maatschap die zeer collegiaal en gezellig is. Uiteindelijk is dit fundamenteel voor de ervaren arbeidsvreugde. Hoe ziet je ideale dag eruit? Een zomerse dag met een stevige trektocht in de bergen. Aan het einde hiervan wacht een koud glas bier gevolgd door een lekkere barbecue. Waar lig je wakker van? Hoewel het hebben van complicaties inherent is aan het chirurgenvak, blijft het een aanzet om na te denken (cq te piekeren) over wat al dan niet goed ging en wat er eventueel beter zou kunnen.
wenselijke normen. Deze nieuw criteria zijn momenteel nog onderwerp van gesprek, maar hebben tot doel de kwaliteit van zorg voor ieder bij de traumazorg betrokken ziekenhuis te kwantificeren, transparantie te creëren en inzicht te verschaffen in de aanwezige zorg. Aan de hand van de levelindeling worden traumapatiënten op basis van hun traumascore naar een ziekenhuis vervoerd dat de voor hen benodigde zorg kan leveren.
Website Traumacentrum West (TCW) legt momenteel de laatste hand aan een website, waarop ieder ziekenhuis eenvoudig kan zien aan welke criteria zij voldoet of zou moeten voldoen m.b.t. de levelindeling. De website biedt de mogelijkheid aan ieder ziekenhuis om de criteria-gegevens online in te vullen. De ingevulde informatie is uitsluitend voor het eigen ziekenhuis inzichtelijk en voor het TCW. TCW zal de ziekenhuizen jaarlijks vragen dit overzicht in te vullen. Het Traumacentrum is verplicht om dit één keer per jaar aan het Landelijk Netwerk Acute Zorg (LNAZ) aan te leveren. Wanneer de website bereikbaar is zal het Traumacentrum de ziekenhuizen hierover informeren.
5
TRAUMACENTRUM WEST NIEUWS
MEI 2013
INNOVATIE
Ziekenhuizen gebruiken Simulatiesoftware ISEE
Snellere inzet van de ambulance in Hollands Midden
Ton Blesser
Marthe Snijders, Leiden 1 maart 2013
De negen ziekenhuizen in regio West gaan ISEE gebruiken als een hulpmiddel om zich verder te bekwamen in situaties met betrekking tot de opgeschaalde acute zorg. Met behulp van OTO-stimuleringsgelden is de simulatiesoftware aangeschaft, in 2013 worden de ziekenhuizen op maat begeleid om ISEE binnen de eigen organisatie te implementeren. Eind 2013 wordt er een oefening gewondenspreidingsplan georganiseerd die met ISEE wordt uitgevoerd.
Sinds 18 februari 2013 is de Meldkamer Ambulancezorg van de Regionale Ambulancevoorziening Hollands Midden als eerste RAV in Nederland gestart met het sneller inzetten van ambulances. Johan van Rhijn, woordvoerder van de RAV Hollands Midden, verwacht dat een aanzienlijke tijdswinst kan worden geboekt: ‘De patiënt krijgt eerder de zorg die nodig is. Dat is pure winst!’
Wat is ISEE? ISEE is simulatie trainingssoftware voor het opleiden en trainen van medewerkers voor situaties die leiden tot de activering van het Ziekenhuis Rampen Opvang Plan (ZiROP). De plattegrond, capaciteiten en randvoorwaarden van de betreffende afdelingen zijn in de software ingebracht. De cursist ziet op het scherm een getrouwe weergave van de eigen afdeling. Deze kan zich zo concentreren op het organiseren en coördineren van de medische hulpverlening. Hierbij horen onder andere het oproepen en inzetten van hulpverleners bij slachtoffers en communicatie met andere functionarissen. Logistieke processen met betrekking tot slachtofferzorg binnen het eigen ziekenhuis staan centraal. ISEE is een product dat enkele jaren terug is geïntroduceerd bij de ziekenhuizen. Inmiddels werken er in Nederland meer dan 35 ziekenhuizen met ISEE, o.a. in de regio’s Brabant, Utrecht en de Acute Zorgregio Oost. ISEE is vooral geschikt voor afdelingen waar de impact van een plotseling groot aanbod aan patiënten groot is en wordt dus vooral gebruikt op de SEH en IC. Individuele trainingen en teamtrainingen Met ISEE kunnen individuele cursisten getraind worden in leidinggevende procedures. De cursist ziet het scenario vanuit een plattegrond van de eigen afdeling en heeft zo een goed overzicht. Hierdoor kan de focus van de training sterk liggen op procedures van opschaling, inzet van beschikbaar personeel en middelen en communicatie. Zo kan de triage verpleegkundige haar taken individueel beoefenen, en/ of kan een coördinerend verpleegkundige haar rol beoefenen. In een ISEE teamtraining worden meerdere computers met elkaar verbonden, waardoor de cursisten elk kun eigen zicht op het scenario hebben. 6
Dit kan de plattegrond van de eigen afdeling zijn, een afbeelding, of een tabel. De cursisten communiceren met de reguliere communicatiemiddelen met elkaar of met een responscel en zien de consequenties van hun eigen beslissingen en die van hun collega’s. Zo kan een ziekenhuis brede ZiROP oefening gerealiseerd worden zonder het hele ziekenhuis te belasten. Projectmatige implementatie Eind 2012 bleek dat de implementatie van ISEE niet bij alle negen ziekenhuizen spontaan van de grond kwam en is gekozen voor een projectmatige begeleiding. Begin 2013 is de begeleiding gestart; in de regio Haaglanden met het collectief van de vijf ziekenhuizen, in de regio Hollands Midden meer gericht op de individuele ziekenhuizen. Waar nog een besluit moet worden genomen, vindt een demonstratie plaats of wordt ondersteunende informatie geboden. Is de keuze gemaakt dan stelt de projectleider van het desbetreffende ziekenhuis een implementatieplan op. Hierin komen onderdelen als de ziekenhuisconfigura-
tie, hardware, opleiding van trainers, eerste trainingen op de SEH, communicatie, et cetera gestructureerd aan de orde. Het plan is daarmee een richtlijn voor de eigen werkzaamheden van de projectleider, maar ook een communicatie-instrument om met management, teamleiders en betrokken collega’s tot afspraken te komen over en commitment te krijgen voor doelstellingen en middelen. De projectleiders van de ziekenhuizen worden ondersteund door de leverancier E-Semble en een extern projectleider. E-Semble heeft als leverancier een belangrijke rol in de ondersteuning van de ziekenhuizen, het opleiden van de trainers en het begeleiden van de daadwerkelijke interne trainen van de collega’s op de betreffende afdelingen. De extern projectleider reikt mogelijke tools aan, fungeert als klankbord en heeft een coördinerende rol. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Ton Bresser (projectleider) via
[email protected] of 06 2456 9991.
Bij elke burger-112-melding die binnenkomt op de Meldkamer Ambulancezorg wordt direct een ambulance gealarmeerd, zodra het adres van het noodgeval is vastgesteld. De inzet wordt op een later moment op basis van de verdere informatie bijgesteld of eventueel gecanceld. Voorheen werd eerst een totaalbeeld gevormd voordat een ambulance met de juiste urgentie op pad werd gestuurd. Door deze verandering in de werkwijze van de meldkamer verwacht de Regionale Ambulancevoorziening Hollands Midden minimaal een minuut tijdswinst te kunnen boeken bij het bereiken van de patiënt. Deze tijdswinst is vooral van belang voor de patiënten die, vanwege de ernst van hun toestand tussen 6 en 8 minuten moeten worden bereikt. Voor deze groep betekent de snellere inzet een verdubbeling van het aantal patiënten dat binnen die tijd kan worden bereikt. Om zeker te zijn van de juistheid van het adres van het noodgeval, wordt er door de meldkamercentralist altijd twee maal naar gevraagd. Als de ambulance rijdt, start ook de zorgverlening vanuit de meldkamer. De meldkamercentralist analyseert het toestandsbeeld. Aan de hand hiervan wordt de melder geïnstrueerd, hoe te handelen. Een burger die via 112 om een ambulance vraagt doet dit omdat hij een noodsituatie ervaart waarvoor hij een ambulance denkt nodig te hebben. De tijd die mag verstrijken tussen het aannemen van de melding en de aankomst van een ambulance mag, als er sprake is van een acute situatie, vijftien minuten bedragen, waarvan twee minuten meldkamertijd. Na deze twee minuten wordt een ambulance gealarmeerd die dan (theoretisch) nog maximaal dertien minuten kan besteden aan opstart en rijtijd voordat men bij de patiënt arriveert.
Sinds 2011 werkt de meldkamer in de Veiligheidsregio Hollands Midden met een geprotocolleerd uitvraagsysteem (ProQA). Een doordacht systeem dat precies voorschrijft welke vragen gesteld moeten worden en zorgt voor de juiste inzet van zorgverleners. Dankzij dit systeem lukt het in de meest cruciale gevallen al om een ambulance na 1 minuut op pad te sturen. Aan de hand van de vragen wordt het toestandsbeeld waarin de patiënt verkeert zo goed mogelijk uitgezocht. Het protocol schrijft dan exact voor welke zorg –aantal ambulances en/of een helitraumateam- nodig is om adequaat met de situatie om te kunnen gaan. Tot nu toe werd de ambulancebemanning pas gealarmeerd als het toestandsbeeld volledig in beeld was gebracht.
‘De patiënt krijgt eerder de zorg die nodig is. Dat is pure winst!’ Door de overheid wordt bepaald hoeveel ambulances in een regio mogen worden ingezet. De ambulancezorg in Nederland is goed georganiseerd en werkt uiterst professioneel. Minstens even belangrijk kan het zijn dat een ambulance snel ter plaatse is om deskundige zorg te bieden. Dit is de reden geweest om nog eens kritisch te bekijken of met de bestaande middelen een verbetering mogelijk is. Samen met de medewerkers is het proces van melding tot aankomst bij de patiënt stap voor stap bekeken. Hierbij kwam de vraag naar voren of de tijd die nu wordt besteed aan het achterhalen van de zorgvraag van de patiënt niet alvast benut kan worden voor het op weg sturen van de ambulance. Dit bleek een gouden idee.
De veronderstelling was dat ongeveer 30-40% van de burgermeldingen via 112 niet leidt tot de inzet van een ambulance, maar bijvoorbeeld tot een doorverwijzing naar de huisarts. Uit een intern onderzoek blijkt echter dat het werkelijke percentage in de regio Hollands Midden beduidend lager is. Bij ongeveer 8% van de 112 meldingen is de inzet van een ambulance niet nodig. Dit is voor de RAV Hollands Midden de reden geweest om een pilot te starten waarbij de bestaande werkwijze rond de alarmering van ambulances is herzien. Zorg en Zekerheid, onze partner in de regio, hecht grote waarde aan snel verleende zorg, dicht bij de patiënt. Zij ondersteunt van harte het initiatief van de RAV Hollands Midden. Voor de patiënt vindt de zorgverzekeraar het uitermate belangrijk dat dit soort pilots worden gedaan. De proef met de nieuwe werkwijze vindt plaats in nauw overleg met Ambulancezorg Nederland en kan rekenen op warme belangstelling van het Ministerie van VWS. Als de nieuwe werkwijze een succes blijkt, is te verwachten dat op korte termijn landelijke doorvoering plaatsvindt. Over een aantal maanden verwacht de RAV Hollands Midden de eerste resultaten bekend te kunnen maken
7
MEI 2013
App Protocollen
Door: Ties Molenaar, manager TCW Ties Molenaar, manager TCW
Traumacentrum West maakt met trots bekend dat de nieuwe protocollen App operationeel is.. Afgelopen jaar heeft protocolcommissie van Traumaregio West na intensieve samenwerking een mooi boek en nu ook een App afgeleverd. De protocollen zijn gebaseerd op bestaande richtlijnen en waar mogelijk gereviseerd aan de hand van recente literatuur. Daarnaast zijn alle bij de trauma betrokken specialismen geconsulteerd.
Het boekje en dus ook de App bevat lokale richtlijnen waar op goede indicatie van afgeweken kan worden. Deze richtlijnen zijn bedoeld om uw eigen oordeelsvorming te ondersteunen, niet om die vervangen. De richtlijnen komen niet in mindering op uw verantwoordelijkheid als medische professional. In tegendeel; zij beogen u overwegingen aan te reiken die het behandelbeleid waarvoor u verantwoordelijk bent, rationeler en transparanter maken. Deze protocollen, reeds eerder verspreid als boekje, zijn nu makkelijk via een ”smart phone” of “tablet” te downloaden. De App genaamd Trauma Pro geeft ieder de mogelijkheid om ook digitaal te bladeren door en op tekst te zoeken in het protocollenboekje. Hopend dat we zo iedereen in de regio kunnen bedienen, wat betreft het verstrekken van onze Regionale Traumaprotocollen (op papier of digitaal). We wensen u veel plezier bij het gebruik.
Eindejaars bijeenkomst Traumacentrum West Ties Molenaar, manager TCW
Om de goede samenwerking in de regio te vieren en terug te kijken op een succesvol 2012 organiseerde Traumacentrum West op 13 december een eindejaarsborrel met een aansluitend diner. In de brasserie De Poort te Leiden konden medewerkers, artsen betrokken bij onderzoek en medewerkers van de traumaregistratie elkaar op informele wijze spreken. De borrel en het navolgend diner gaven ieder de mogelijkheid om terug te blikken op een succesvol 2012.
Afgelopen jaar was o.a. succesvol wat betreft onderzoek, ook de eerste overstap naar een landelijke traumaregistratie was succesvol verlopen. En 2012 zag tevens de geboorte van de eerste regionale Traumaprotocollen. De avond bood iedereen de mogelijkheid om onderling bij te praten en ook de nieuwe collega’s bij het Traumacentrum te ontmoeten. We kijken terug op een gezellig diner en zijn reeds overtuigd dat ook 2013 vele goede ontwikkelingen tot stand zal brengen.
Expertisegroepen Traumachirugie Met het oog op de uitbreidende kwaliteitseisen van de beroepsverenigingen is binnen de regio van Traumacentrum West een eerste aanzet gegeven tot drie expertise groepen. Op 18 April jl. waren alle traumachirurgen in de regio uitgenodigd om te praten over de indeling van drie te vormen expertise groepen. Het gaat hier om de hoog complexe en minder vaak voorkomende letsels en postoperatieve problemen:
• Complexe letsels hand /pols • Complexe letsels voet /enkel • Gestoorde botgenezing, infecties en open fracturen In het komende jaar zal een verdere invulling gegeven worden wat betreft de samenwerking binnen deze drie expertise groepen. Eerder is voor de bekken- en wervelletsels regionaal afgesproken dat deze alleen behandeld dienen te worden in het Leids Universiair Medisch Centrum en in het Medisch Centrum Haaglanden, locatie Westeinde.
Redactie: H.M. Molenaar
Postzone K 6-R
T 071 - 526 3905
Traumacentrum West
Postbus 9600
E
[email protected]
Bezoeklocatie K6-52
2300 RC Leiden
U www.traumacentrumwest.nl
8