2012
Meerjarenvisie 2011-2014 Gelijkwaardige en maatschappelijke participatie van mensen met een functiebeperking in Arnhem
Arnhems Platform Chronisch zieken en Gehandicapten September 2011
Aanleiding Het Arnhems platform chronisch zieken en gehandicapten (Apcg) – voor 2009 Gehandicaptenraad Arnhem 1 geheten – is sinds 1984 collectieve belangenbehartiger voor mensen met een beperking . Het Apcg is een vrijwilligersorganisatie voor en door mensen met een beperking, en heeft in die hoedanigheid de afgelopen 27 jaar een wezenlijke bijdrage geleverd aan het verbeteren van de toegankelijkheid van de Arnhemse samenleving. In de meerjarenvisie 2011 – 2014 staan de aandachtsgebieden centraal, waarop het Apcg gaat inzetten. Leidraad hierbij is haar visie op participatie, en wat er voor nodig is om participatie van de achterban mogelijk te maken. De aanleiding hiervoor zijn de actuele ontwikkelingen, zoals de landelijke en lokale inzet op inclusief beleid, de verdere uitbreiding van de wet gelijke behandeling, het proces van extramuralisering, en de sterkere regierol van de gemeente met het ontstaan van de Wmo. Daarnaast heeft het Apcg de opdracht gekregen de belangenbehartiging en cliëntparticipatie van mensen met een licht verstandelijke beperking (LVG) en mensen 2 uit de doelgroep GGZ (geestelijke gezondheidszorg) op zich te nemen. Deze ontwikkelingen geven een impuls om de gemeente verder te beïnvloeden om participatie van alle doelgroepen in de beleidsontwikkeling als 3 uitgangspunt te hanteren. De noodzaak hiervoor wordt versterkt door het project de Kanteling . Deze zorgt voor een andere wijze van kijken naar de zorg en ondersteuning die mensen nodig hebben. De hulpvraag van de cliënt staat hierbij centraal, en het oplossen van het participatieprobleem van mensen, op de verschillende domeinen, moet het resultaat zijn. Deze ontwikkelingen impliceren niet alleen veranderingen in de verhouding gemeente – welzijnsveld, maar ook voor de werkwijze van het Apcg. Veel meer dan in voorgaande jaren zal het Apcg de aansluiting moeten vinden bij bestaande netwerken in het welzijnsveld, waarbij zij betrokken organisaties (zoals de gemeente) wijst op hun verantwoordelijkheid om de belangen van de achterban te verankeren in hun beleid.
1
Conform de verordening Wmo- cliëntenparticipatie chronisch zieken- en gehandicaptenbeleid 2010 Dit zijn mensen met een psychosociale en/of psychiatrische beperking 3 Zie tevens het Wmo Jaarplan 2011 2
1
1. Missie: waar staan we voor Missie Alle Arnhemse inwoners moeten volwaardig kunnen meedoen aan het maatschappelijk leven, dus ook mensen met een beperking. Daarom moet de samenleving niet alleen veilig en toegankelijk zijn voor alle Arnhemmers, maar dient deze ook zodanig te zijn ingericht dat deze de zelfredzaamheid, zelfstandigheid en participatie bevordert en uitdaagt. Cliëntparticipatie LVG en GGZ Volgens de verordening cliëntenparticipatie (artikel 3) is het Apcg de organisatie die namens de achterban de belangen, wensen en behoeftes behartigt naar de gemeente toe, binnen het kader van de Wmo. Vanuit deze hoedanigheid is het Apcg betrokken bij de voorbereiding, vaststelling, uitvoering en evaluatie van het gemeentelijk beleid dat gericht is op het realiseren van gelijke mogelijkheden voor mensen met een beperking. Van oudsher was het Apcg vooral de spreekbuis van mensen met een lichamelijke of zintuiglijke beperking. De afgelopen jaren is daar de doelgroep met een chronische ziekte bijgekomen; een belangrijke doelgroep omdat deze naar verwachting de komende jaren sterk zal groeien. Steeds meer mensen zullen in de toekomst aan meerdere ziekten tegelijk lijden (multimorbiditeit). Een belangrijke opdracht voor de komende jaren is om de kwetsbare mensen met een licht verstandelijke of psychische beperking beter te leren kennen en hun knelpunten en signalen door te geven aan relevante organisaties. Het is belangrijk dat dit gebeurt samen met de LVG- en GGZ-cliënten, en niet namens hen. Belangenbehartiging Belangenbehartiging is veelomvattender dan cliëntparticipatie. Belangenbehartiging omvat alle terreinen waar mensen met een beperking belemmeringen ondervinden, en is gericht op alle organisaties in het veld. In haar rol van belangenbehartiger zoekt het Apcg dan ook actief het gesprek met gemeente, politiek, corporaties en andere partijen wier beleid van invloed is op het leven en welzijn van mensen met een beperking. Dit beleid beïnvloedt zij op actieve wijze door samenwerking en aansluiting te vinden bij bestaande netwerkstructuren of bestaande projecten, en op thema strategisch gezamenlijk op te trekken met achterbanorganisaties of samenwerkingsorganisaties. Belangenbehartiging vindt ook plaats door via voorlichting en het vergroten van bewustwording draagvlak te creëren bij partijen en zo tot een gezamenlijke oplossing te komen, of door partijen met een gedeeld belang bij elkaar te brengen. Het Apcg speelt hierin een initiërende en verbindende rol.
2
2. Visie: waar gaan we voor Doelstelling De wijken zijn de plekken waar mensen wonen en leven. Dit is het niveau waarop algemene voorzieningen aanwezig moeten zijn. Toegankelijkheid in de breedste zin van het woord is leidraad voor de participatiemogelijkheden voor mensen met een beperking. Voor de verschillende doelgroepen is naast de fysieke toegankelijkheid van de wijken, ook de veiligheid en de aanwezigheid van (welzijns)voorzieningen van belang om zelfstandig te kunnen wonen. Om participatie van mensen met een beperking en chronische ziekte op elk levensterrein mogelijk te maken, is het noodzakelijk dat er een cultuuromslag plaatsvindt in gemeentelijk handelen. Om dit doel te bereiken zet het Apcg de komende jaren in op de volgende aandachtsgebieden: Empowerment van mensen met een beperking Inclusief beleid bij de gemeente Participatie is maatwerk
4
a) Empowerment
Om de zelfredzaamheid en zelfstandigheid van mensen met een beperking te vergroten, en hen mogelijk te maken hun leven in te richten naar eigen wensen en mogelijkheden is het van belang om zoveel mogelijk de eigen regie te kunnen houden. Binnen het actuele overheidsbeleid op het gebied van zorg en ondersteuning wordt de eigen verantwoordelijkheid van cliënten, en het uitgaan van eigen kracht benadrukt. Dit kan echter niet los worden gezien van zelfredzaamheid en de mogelijkheid tot eigen regie. Zelfstandigheid, onafhankelijkheid, zelfsturing en keuzevrijheid zijn hierbij belangrijke kernwaarden. Om het voor kwetsbare burgers mogelijk te maken dat zij vanuit hun eigen kracht zelf keuzes maken, is aandacht voor hun empowerment nodig. Het Apcg zal deze behoefte aan mogelijkheden tot empowerment bewaken; er waar mogelijk zelf aan bijdragen, of naar de gemeente toe benadrukken. Te denken valt aan het geven van specifieke voorlichting, het organiseren van (lotgenoten)bijeenkomsten waarin good practices aan bod komen, het ondersteunen van netwerkbijeenkomsten, of het organiseren van trainingen gericht op het versterken van de eigen kracht. b) Inclusief beleid Om te bereiken dat mensen met een beperking gewoon mee kunnen doen in de maatschappij is het van belang dat op voorhand al rekening wordt gehouden met de belangen van alle doelgroepen. De nadruk ligt dan minder bij het treffen van compenserende maatregelen voor mensen met een beperking (zorg), en meer bij uitgangspunten van algemene toegankelijkheid voor iedereen (participatie). Immers, hoe meer de samenleving wordt ingericht voor iedereen, hoe minder belemmeringen mensen met een beperking ervaren. Het Apcg wil dit participatiebeleid bevorderen door betrokken partijen te beïnvloeden om hun beleid inclusief – voor alle doelgroepen – te ontwikkelen en uit te voeren. Dit impliceert dat collectieve voorzieningen en welzijnsactiviteiten zijn ingericht voor alle doelgroepen. 4
Empowerment: Om de zelfredzaamheid en zelfstandigheid van mensen met een beperking te vergroten, en hen mogelijk te maken hun leven te kunnen inrichten naar eigen wensen en mogelijkheden is het van belang om zoveel mogelijk de eigen regie te kunnen houden. Zelfstandigheid, onafhankelijkheid, zelfsturing en keuzevrijheid zijn hierbij belangrijke kernwaarden.
3
Hiervoor is een cultuuromslag nodig in denken en werken bij politiek, gemeente en organisaties in het veld, met als positieve inzet een ander, vanzelfsprekender beeld van participeren in de samenleving, en als logisch gevolg het werken vanuit inclusief beleid. Deze omslag moet ook plaatsvinden bij cliënten zelf, cliëntondersteunende organisaties en de eigen organisatie. Het Apcg wil deze cultuuromslag in gang zetten en bevorderen. Dit heeft ook gevolgen voor de werkwijze, en de aard van beïnvloeding van het Apcg zelf. Het Apcg zal meer aanjager zijn dan adviseur; de verantwoordelijkheid om belangen van toegankelijkheid in de meest brede zin op te nemen in het beleid van de organisaties ligt immers bij die organisaties zelf. c) Participatie is maatwerk Het Apcg behartigt de belangen van mensen met een lichamelijke, zintuiglijke of licht verstandelijke beperking en chronische ziekte. Binnen deze doelgroepen kunnen nog vele categorieën (diversiteit in doelgroepen) worden onderscheiden, die op verschillende manieren te maken hebben met wet- en regelgeving. De verschillende categorieën hebben verschillende belangen, dit is onder meer afhankelijk van leefsituatie, leeftijd, mate van beperking (licht/zwaar/meervoudig gehandicapt, progressieve ziekte), keuze voor zorg (zorg 5 in natura of pgb), inkomensvoorziening en werk (Wajong, WSW of WIA, WWB ) en mate van zelfredzaamheid. Het Apcg benadrukt dat de gemeente in haar voorzieningenbeleid, waar nodig en mogelijk, differentiatie moet aanbrengen. Inclusief beleid betekent bijvoorbeeld ook dat binnen het doelgroepenbeleid van de gemeente meer rekening wordt gehouden met mensen die langdurig, blijvend of zwaar lichamelijk gehandicapt zijn. Regelgeving en maatwerk moet meer afgestemd worden, anders blijven mensen tussen wal en schip vallen.
5
Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten; Wet sociale werkvoorziening; Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen, en de Wet werk en bijstand.
4
Bijlage: Organogram
APCG Het organisatiemodel Algemeen Bestuur
Dagelijks Bestuur Ondersteuning
Beleidsmedewerkers
Werkgroepen
Het bestuurlijk model Algemeen bestuur controleert het dagelijks bestuur
Dagelijks bestuur is eindverantwoordelijk voor beleid
Het bureau coördineert en geeft uitvoering aan beleid
Werkgroepen dragen bij aan en geven uitvoering aan het beleid van hun specifieke aandachtsgebied.
5