^^m .
tra
isp
J
e st el i
eindpeiüngsrapport hoofdrapport
januari
19B4
I I I ue hey trabajo I I 1 \ P) 1 f S ^ 5 ^° »™~™* < WATBf Sü?PLY 1 I i sp est; eli I 1 "Que hay trabajo y actividad para todos, yo soy partidario mas I bien que la tierra sea del estado. En este caso particular de nuestra I eindpeilingsrapport colonización en El Coco, me inclino por un regimen de cooperativas" I hoofdrapport januari 19B4 I ••?•••••
LJËRARY, INTERNATIONAL R CC
r-^
P^E^E^^
ür,-;llAi!,::;i :{RC)
.
The Hague
I ^ Ü I I ext. 141/142
A.C.
Sandino
il I I I I I I I I I I I I I I
VOORWOORD We u-inten
hst van tevoren;
Op ds TH Delft
Het ie ook in ons gevat al samengesteld,
toch zijn
we er aan begonnnen:
is dat ?,o langzamerhand
een beladen
weer een lange rit
nu pas in januari
geweest.
1984 sluiten
een
(berucht?)
"ISP-buitenland". begrip
geworden.
Werd de groep in oktober
We ons werk (voorlopig)
af.
1982 Het
eindrapport is af, de elotpeiling komt eraan. Voor het zover was, ging er nog nel een hektische "kerstvakantie" aan vooraf. I3P-Kicaragua II werden ae lang genoemd. Wij maakten er hardnekkig ISP~Estelt van. Roebel we een andere groep gevolgd zijn naar dat Hiddenamerikaanse land, was ons onderwerp te verschillend om eendergelijk serienummer te rechtvaardigen. Haar Waarom ko:;en wij ook voor een onderwerp in dat land? Naast heel pragmatische reden - er werd ons een onderwerp daar aangeboden - wan voor ons ook belangrijk dat de kontext in Nicaragua perspectieven bood. We hadden het idee dat aansluiten bij het overheidsbeleid, wat keel logisch is wanneer je Weggaat met een regionaal plan als onderwerp, mogelijkheden bood om ook naar onze ideeën en randvoorwaarden te verken. Het Uicaraguaanse overheidsbeleid heeft ook als doel het werkelijk verbeteren van het lot van de zwakste lagen in de samenleving. Wat er precies wet ons aanvangs-onderwevp is gebeurd, staat uitgebreid in dit rapport.
gevraagd. Dit direkte kontakt vergemakkelijkte heet veel van om; aa-k. Cok de, afdeling van IRENA in Esteli heeft ons geholpen. Hicnchien naren het bijna alleen de "aehindriir,? voorwaarden": het hotel, de Toyota'c x'oor de enkele uitstapjes- in het weekend. Maar ze werden wel door ons gewaardeerd. Voor de inhoudelijke samenwerking en hulp gaat onze dank uit naar vele instanties en mensen in Nicaragua. Alleen door die bereidwillige hulp lukte het ons zo veel informatie in zo korte tijd bijelkaar te krijgen. Tenslotte willen we onze tuee Vaste begeleiders noemen: Koos en Peter. Zij hebben ons werk kritisch en aanvullend gevolgd. Koos kon dat ook in Esteli een paar weken lang doen. Een ISP in het buitenland, het is een lange weg gebleken, maar uiterst leerzaam.
Drie maanden lang was hotel Siicarao ons thuis en het kantoor van PRONORTE onze werkruimte. Het stadje Esteli werd ons vertrouwd en misschien wel een beetje dierbaar. Wonen en verken in een keel andere wereld was voor ons een openbaring. De sfeer, het onbreekbare optimisme, het doorzettingsvermogen en de durf van de mensen daar hebban zeker een weerslag gehad op onze kijk op het Nicaraguaanse experiment: de SandinCstische Revolutie. Verschillende grote feesten met massabijeenkomsten gaven een beeld van een volk in eenheid achter de veranderingen. Op 19 juli, de verjaardag van de Revolutie, onder de brandende zon en in verstikkend stof, in Leen en op 9 september, de verjaardag van de CDS, in de druilerige aoondregen'in Esteli hebben we dat monen konstateren. Ons rjfli'fe in Incaragua, Esteli, was niet mogelijk geweest wanneer Patricio Caaeres niet een deel van zijn verloftijd in Nederland had willen offeren om een kontakt met het IREHA te leggen. Dat kontakt kwam er en was suksesvol. Het IREUA heeft ons willen ontvangen, huisvesten en introduceren bij de regionale regering in Esteli. Daar zijn we hem er. hen heel dankbaar voor. De gedelegeerd minister voor Regio I, Carlos Manuel Norales, hielp ons in Esteli. weer verder. Een contraparte (counterpart) stelde hij voor ons samen. Dat bracht ons in het kantoor van PRONORTE. We namen daar niet alleen ruimte in beslag, maar tie hebber, de mensen daar, Rafael, (ktstaoo, maar vooral José, de oren van het hoofd
Lies Dekker Jan Jaap Dijksterhuis Gerard Kooiman Harold Lever Disk Van der Neut JanGeert van der Post Jan Rademaker
civiele planologie kultuitrtechniek sociale geografie civiele aezondkeidstschniek tropische kültuurtechniek civiele planologie sociale geografie- planologie
i\ 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1
blz. INHOUDSOPGAVE
HOOFDSTUK 1 INLEIDING 1.1 De onderwerpen 1.2 Leeswijzer
HOOFDSTUK 2 NICARAGUA 2.1 Geografische gegevens 2.2 Geschiedenis
6.3 Randvoorwaarden
blz 1 1 1 3 3 4 5 5 6
26
6.4 Werkwijze 6.5 Samenvatting
26
6.6 Belangrijkste konklusies
28
6.7 Belangrijkste aanbevelingen
28
6.8 Enkele evaluatieve opmerkingen
28
HOOFDSTUK 7 HET DAL VAN SAN LUIS
31
7.1 Verantwoording
31
7.1.1 Probleembeschrijving
31
7.1.2 Doelstellingen
32
7.1.3 Uitgangspunten
32
7.1.4 Randvoorwaarden
32
7.2 Werkwijze
32
3.1 De staatsinrichting
7 7
7.3 Samenvatting
33
3.2 Regionalisatie
e
7.4 Konklusies en aanbevelingen
35
2.3 De bevolking 2.4 Ekonomie 2.5 Infrastruktuur
HOOFDSTUK 3 ORGANISATIE EN ONTWIKKELINGSBELEID
9 10
7.4.1 Konklusies
35
7.4.2 Aanbevelingen
36
3.5 Welzijnsbeleid
n
7.5 Evaluatie
36
3.6 Nieuwe rurale nederzettingen
il
3.3 Ontwikkelingsbeleid 3.4 Landbouwbeleid
HOOFDSTUK 8 H1EUWE NEDERZETTINGEN IN REGIO I
HOOFDSTUK 4 REGIO I LAS SEGOVIAS, KARAKTERISTIEKEN 4.1 Fysische gegevens 4.2 De geschiedenis 4.3 Bevolking 4.4 Voorzieningen 4.5 Ekonomie 4.6 Infrastruktuur
13 13 14 16 16 17 17
HOOFDSTUK 5 ORGANISATIE EN ONTWIKKELINGSBELEID IN LAS SEGOVIAS 5.1 Regionalisatiestruktuur in Regio I 5.2 Ontwikkelingsbeleid 5.3 Nieuwe nederzettingen 5.4 Speciale, al lopende projekten in Regio I 5.4.1 PRONORTE 5.4.2 De vallei Jalapa 5.4.3 Burley-tabak
HOOFDSTUK 6 LOS HERMANOS HARTINEZ 6.1 Doelstellingen fi.? tHtaanasnunten
19 19 20 21 22 22 23 23
37
8.1 Verantwoording
37
8.1.1 ProbJeembeschrijving
37
8.1.2 Doelstelling
38
8.1.3 Uitgangspunten
38
8.1.4 Randvoorwaarden
38
8.2 Werkwijze
39
8.3 Samenvatting deelrapport
39
8.4 Konklusies en aanbevelingen
«
8.5 Evaluatie
42
HOOFDSTUK 9 STABILISATIEVIJVERS VOOR REGIO I
43
9.1 Verantwoording
43
9.1.1 Onderwerpafbakening
43
9.1.2 Doelen
44
9.1.3 Randvoorwaarden
44
9.1.4 Uitgangspunten
44
9.1.5 Werkwijze
44
9.1.6 Samenwerking
45
25
9.2 Samenvatting
45
25 25
9.3 Aanbevelingen
46
9.4 Evaluatie
blz. 47
HOOFDSTUK 10 EVALUATIE 10.1 Onderwerpafbakening in Nederland 10.1.1 Plannen in Nederland 10.1.2 Onderwerpafbakening in Nicaragua 10.1.3 Werkwijze in Nicaragua 10.2 Samenwerking 10.2.1 Ideeën voor ons vertrek 10.2.2 Samenwerking in Nicaragua 10.2.3 Konklusies 10.3 Relevantie van ons werk voor Nicaragua
49 49 49 50 51 . 52 53 53 56 56
BIJLAGEN Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage
59 61 63 65 67 69
1 2 3 4 5 6
Woordenlijst Lijst van afkortingen Literatuurlijst Lijst van informanten Tijd-werkschema Contraparte
I I I I I I I I I I I I I
J I I I I I I 1 I I I I I I 1 1
hoofdstuk 1
I 1 1 1 1 1 I 1
I I I I I I I
HOOFDSTUK 1 INLEIDING Dit eindpeilingsrapport van de Interuniversitaire Studiegroep Planologie Estelï bestaat uit 5 delen: een hoofdrapport en vier deelrapporten, die (corresponderen met de vier onderwerpen, die wij in deze ISP behandelt! hebben: Los Hermanos Martïnez, het dal van San luïs,Nieuwe Nederzettingen in Regio I en de rioolwaterzuivering van Somoto. In deze inleiding wordt kort ingegaan op deze onderwerpen en uitgelegd wat de verbanden zijn tussen de verschillende onderwerpen. Vervolgens wordt beschreven wat globaal de inhoud vanhet hoofdrapport en de deelrapporten is, en hoe deze rapporten gelezen moeten worden. Het tijd-werkschema van de ISP, dat een indruk geeft van de door de groep verrichte werkzaamheden in de verschillende periodes is als bijlage 5 opgenomen. 1.1 De onderwerpen In het Nicaraguaanse overheidsbeleid neemt de rurale ontwikkeling een belangrijke plaats in. Dat geldt ook voor het werk van deze ISP. Deze ontwikkeling kan volgens een aantal lijnen verlopen: ontwikketen van de landbouw in de vruchtbare valleien, herverdeling van landbouwgronden en het opzetten van . nieuwe nederzettingen. Oe ontwikkeling van de landbouwsektor vindt in Regio I bijvoorbeeld plaats in Jalapar door onder meer technische assistentie, het gebruik van verbeterd zaaigoed en het introduceren van nieuwe ïandbouwprodukten wordt gepoogd de produkt1e van zoijel basisvoedselgewassen als exportgewassen te verhogen. Reforma Agraria, een afdeling van het ministerie van landbouw, houdt zich onder meer bezig met het herverdelen van de landbouwgronden. Deze landharvorming is één van de middelen om eerlijker bezitsverhouingen te scheppen. Gekonfiskeerde landbouwgronden, eerst ondergebracht in het APP (Area de Propiedad del Pueblo, gebied in eigendom van het volk, waarop staatslandbouwbedrijven gevestigd zijn), worden deets overgedragen aan Coöperaties en kleine boeren. In Regio I, Las Segovias zijn 30 nieuwe nederzettingen gepland. Het doel van het stichten van nederzettingen is het verhogen van de veiligheid van de bevolking door koncentratie van de mensen, het verbeteren van de levensomstandigheden door betere voorzieningen te bieden, en het verhogen van de landhouwproduktie door het aanbieden van vruchtbare gronden in de dalen. Deze drie ontwikkelingslijnen, ontwikkeling van de valleien, herverdelen van de gronden en het stichten van nieuwe nederzettingen, hangen sterk net elkaar samen: de landbouwgronden, die door Reforma Agraria herverdeeld worden, liggen in de valleien en worden onder andere overgedragen aan koó'peraties in de nieuwe
nederzettingen. De verhoging van de landbouwproduktie en het verbeteren van de levensomstandigheden zijn doelen, die met alle drie ontwikkelingslijnen nagestreefd worden. In de eerste fase van ons verblijf in tlicaragua hebhen we ons beziggehouden met een resultaat van de hiervoor genoemde ontwikkelingslijnen: de nieuwe nederzetting Los Hermanos Martïnez in het dal van San Luis. Naast een evaluatie van de planning en uitvoering van de nederzetting, hebben we een landbouwkundige evaluatie uitgevoerd. Aan deze studie hebben we in twee richtingen een vervolg gegeven. Enerzijds hebben we de ontwikkelingsmogelijkheden van de vallei San Luis bestudeerd, anderzijds de planning en uitvoering van nieuwe nederzettingen in Regio I. Een derde vervolgstudie was nog mogelijk geweest: een studie over het beleid van Reforma Agraria met betrekking tot het overdragen van landbouwgronden. Heel summier is daar in de studie over nieuwe nederzettingen in Regio I aandacht aan besteed. Los van deze met elkaar samenhangende studies, is door de gezondheidstechnikus van de groep, in de tweede fase gewerkt aart de verbetering van de rioolwaterzuiveringsinstallatie van Somoto. Schematisch ziet de samenhang tussen de verschillende onderwerpen, die deze ISP aangepakt heeft er als volgt uit: l e fase
Kermanos htartïnez
San Luïs
«--» Sieuwe Nederz.
Somoto
Het verband tussen de studies over San Luïs en over de nieuwe nederzettingen bestaat wet degelijk: de ontwikkeling van het dal gebeurt deels door het opzetten van nieuwe nederzettingen. De aktiviteiten rond Hermanos 'lartinez zijn in volle gang en er bestaan plannen voor nog minstens twee nederzettingen. De opzet van nederzettingen is echter slechts één van de aspekten, waarnaar gekeken is binnen San Luis. 1.2 Leeswijzer Om de leesbaarheid van het rapport te verhogen en in het kort een indruk te geven van ons werk en de resultaten daarvan, hebben we het rapport ingedeeld in een hoofdrapport en vier deelrapporten. In het hoofdrapport wordt het algemeen kader geschetst, wordt ingegaan op de verschillende onderwerpen en de inhoud van de deelrapporten en wordt de inhoud - t-
van ons werk en de werkwijze van de groep geëvalueerd. De deelrapporten geveneen overzicht van de resultaten van ons werk met betrekking t o t achtereenvolgens Hermanos Hartinez, het dal San Luis en de s t a b i l i s a t i e vijvers voor Regio I . Deze indeling is gekozen, omdat op deze wijze de verantwoording naar de peilingskommissie
Het is de bedoeling de deelrapporten naar de volgende instanties te zenden: (let gehele rapport (hoofd- en deelrapporten) naar PRONORTE, De 'Gobierno Regional' van Las Segovias en IRENA-regionaal; Hoofdstuk 6 Hermanos Hartinez - de UNAG, het Frente en het gemeentebestuur van Somoto;
- het doel van het peilingsrapport - gekombineerd
kan worden met de rapportage met de rapportage naar Nicaraguaanse instanties.
Hoofdstuk 7 San Luis
- MIDINRA-reg, Reforma Agraria-reg en i n Somoto: de UNAG, het gemeentebestuur, Reforma Agraria en
Hoofdstuk 8 Nieuwe Nederz.
- MINVAH-regionaal
De verschillende delen van d i t rapport z i j n voor verschillende instanties rele-
IRENA;
vant. Op eenvoudige wijze kan nu ieder deel afzonderlijk, na vertaling in het Spaans, naar de betrokken instanties gestuurd worden. 3e inhoud van de deelrapporten staat beschreven in de hoofdstukken 6 t o t en met 9 van het hoofdrapport. In het volgende zal nader ingegaan worden op de inhoud van het hoofdrapport. Ka d i t inleidende hoofdstuk wordt een globaal beeld gegeven van de karakteristieken en de geschiedenis van Nicaragua en Las Segovias, en van het beleid en de ontwikkelingen op landelijk en regionaal nivo, die van invloed z i j n op de ontwikkeling van de v a l l e i e n , de bouw van nieuwe nederzettingen en op de technische infrastruktuur. Speciale aandacht krijgen de regionalisatie, het landbouwbeleid, het nederzettingenbeleid en de regionale organisatie en planning. Daarna volgen vier hoofdstukken over de verschillende delen van ons werk. In deze hoofdstukken worden, na een inleidend gedeelte over de probleemstelling, de doelstellingen, de uitgangspunten en de randvoorwaarden, de werkwijze van de verschillende subgroepen toegelicht. De resultaten van het werk, zoals beschreven in de deelrapporten, worden vervolgens samengevat. Deze samenvatting vormt als het ware een uitgebreide inhoudsopgave van de deelrapporten. Na de belangrijkste konklusies en aanbevelingen volgen nog enige evaluatieve opmerkingen over de inhoud en de gevolgde werkwijze. Het laatste hoofdstuk van het hoofdrapport heeft een evaluatief karakter. Achtereenvolgens wordt ingegaan op de onderpafbakening en werkwijze, de samenwerking met da Nicaraguaanse groeperingen en instanties en de relevantie van ons werk voor Nicaragua. Voor het overzicht z i j n de woordenlijst, l i j s t van afkortingen, l i t e r a t u u r l i j s t en de l i j s t van informanten als bijlagen opgenomen in het hoofdrapport.
Zoals b l i j k t u i t de beschrijving van de inhoud van het hoofdrapport is het aan te raden eerst het hoofdrapport te lezen, waarin i n de hoofdstukken 6 t o t en met 9 het kader, de noodzakelijke omlijsting en inleiding wordt gegeven van het werk, dat in het deelrapport beschreven staat. Wanneer dan ook de deelrapporten opgestuurd worden naar de instanties in Nicaragua, zullen de betreffende hoofdstukken u i t het hoofdrapport daaraan toegevoegd worden. - £ -
Hoofdstuk 9 S t a b i l i s a t i e v i j v e r s voor Regio I - INAA-centraal en regionaal, MINSA-reg en IRENAcentraal en i n Somoto
I I I I I I I I I I I I I I I
II I I I I I I I I I I I I I I
hoofdstuk 2
III I I I I I I I I I I I I I I
HOOFDSTUK 2 NICARAGUA Voor we ingaan op de onderwerpen zoals aangegeven in hoofdstuk 1, De inleiding, is het voor een goed begrip nodig een algemeen kader te schetsen. Wij zullen dit doen door eerst informatie te verstrekken over het land zelf en het bestuurlijke systeem. In dit hoofdstuk wordt kort ingegaan op de algemene karakteristieken van het land. Naast een geografische beschrijving wordt een historisch perspektief gegeven. Tegen die achtergrond bekijken we aspekten bevolking, ekonomie en infrastruktuur.
MICARAGUA- ftto»potete=C1==l
2.1 Geografische gegevens Micaragua ligt in Hidcien-Amerika, in het noorden begrensd door Honduras, in het zuiden door Costa-Rica, in het oosten door de Caribische Zee en in het westen door de Grote Oceaan. Binnen deze grenzen heeft Nicaragua een . 2 oppervlakte van 139.000 km,. De twee-grote meren, het meer van Nicaragua en het meer van Managua vormen het leeuwendeel van de binnenwateren en beslaan ongeveer 9000 fcmT. De hoofdstad is Managua en ligt ten zuidwesten van het meer van Managua.
ofdalagUpa
Spoorweg Panamenkaahse weg
\COSTA
RICA
Het land is topografisch grofweg in dris delen te splitsen. Van oost naar west zijn dit de Atlantische laagvlakte, het centrale hoogland en de kustlaagvlakte bij de Grote Oceaan. De Atlantische laagvlakte is grotendeels bedekt met tropisch regenwoud en ! doorsneden door een aantal grote rivieren: Rio Coco, Rio Esconditio, Rio Grande de Matagalpa. Het centrale hoogland loopt als eert as van noord naar zuid door het land. Het is een onderdeel van een lange bergrug die langs vrijwel de gehele westkust van de beide Amerikaanse kontinenten loopt. De bergen hebben een vulkanische oorsprong. Een aantal werkende, levende vulkanen maken deel uit van de keten. De bekendste in fücaragua zijn de Vulcan t'oraotorr.bo, Vulcan Hasaya(Santiago) en Vulcan Mombacho. Nicaragua is ook een gebied waar aardbevingen voorkomen ( Managua 1972). De hoodste toppen halen ruim 170O meter. Gemiddeld, genomen is het noordelijke deel van het hoogland het hoogst. De kustvlakte bij de Grote Oceaan is vruchtbare en goed toegankelijke landbouwgrond.
II De twee algenoemde grote meren vormen samen
de zogenaamde Nicaragua-slenk.
van het land te bestrijden: generaal A.C. Sandino. De moord op deze voorvechter van de rechten van arme boeren en de machtsovername door de Guardia Nacional leidde een lange periode
van Somozistische
diktatuur i n . Het presidentschap ging van Anastasio Somoza Garela via Luis Somoza over i n handen van Tachito Somoza, slechts onderbroken door enkele vulkaanketen
westelijke kustvlakte
Nic. slenk
centrale hoogland
oostelijke kustv!akte
stromannen van de Somoza-dynastie. Al in de jaren '50 werd het ideaal van generaal Sndino weer openlijk uitgesproken. Na Rigoberto Lopez Perez, die in de jaren '50 in Leön openlijk op de u n i v e r s i t e i t in verzet kwam, nam een groep studenten in het begin van
Nicaragua i s gelegen i n het tropische klimaatgebied. De beide door KBppen
de jaren '60 het i n i t i a t i e f voor een organisatie van de s t r i j d tegen de
onderscheiden tropische vormen komen voor: in het oosten een tropisch
diktatuur. Carlos Fonseca vernoemde de beweging naar de generaal: Frente
regenwoudklimaat, regenval gedurende het hele j a a r , en inhet westen een
Sandinista de Liberación Placional {FSLN). Pas in de jaren '70 was het FSLN
savanneklimaat met een droge periode in de winter. In het noorden in het
in staat gewapend de s t r i j d aan te binden met het Somozisroe.
hogere deel van Nicaragua wordt nog een Sinisch of Chinees klimaat onder^
In 1979 werd een slotoffensief ingezet nadat a l l e oppsitionele groeperingen
scheiden: koeier met een droge winter, zoals die op het noordelijke halfrond
de r i j e n hadden gesloten. Zo ontstond een breed f r o n t , een volksfront, tegen
bestaat.
2.2 Geschiedenis
geestelijkheid, boeren en arbeiders).
verdrijving van de diktator verbond a l l e lagen van de bevolking (bourgeoisie, Vanaf het begin van de 16e eeuw hebben Spaanse veroveraars door Nicaragua
Vanaf mei trok het bevrijdingsleger met in totaal 6 fronten op naar de
getrokken. Het land ontleent z i j n naam aan een toenmalige Indianenleider, Nicarao. De kolonialisatie duurde voort t o t i n de 19e eeuw en ging vergezeld
hoofdstad Managua. In j u l i bereikte de s t r i j d een hoogtepunt. Somoza vluchtte
van plundering van bodemschatten, wrede overheersing, slavernij en een
Ook werd snel het kredietwezen gedemokratiseerd. Dat gaf in tegenstelling tot
opkomend grootgrondbezit. De oostelijk kust bleef lange t i j d een perfekte
vroeger ook de campesinos (de kleine toertjes) toegang tot deze
schuilplaats voor a l l e r l e i Engelse en Hollandse piraten.
in augustus 'Gl werd de Wet op de Landhervorming aangenomen. Men hoopte met
Centraal Amerika maakte zich in 1821 los van het moederland Spanje. Ka enige strubbelingen werd 17 jaar later in 1838 Nicaragua een zelfstandige staat.
deze wet het aanpakken van i n e f f i c i ë n t grondgebruik te bevorderen. De doelen
en een paar dagen l a t e r nam de JGRN (regeringjunta) de regeringsmacht over. faciliteit,
van de wet werden als volgt geformuleerd:
i n dt 19 eeuw is de republiek vrijwel konstant het strijdtoneel geweest van burgeroorlogen tussen de zogenaamde l i b e r a l e en konservatieve bourgoisie.
- p o l i t i e k doel: het binden van de agrarische bevolking aan de Sandinistische
Slechts de laatste decennia van de 19e eeuw hebben een betrekkelijke rust
- ekonomisch doel: de r a t i o n a l i s a t i e van de landbouwproduktie
gegeven onder een konservatief bestuur.
- op het vlak van de defensie: georganiseerde boeren verdedigen het hun toe-
e
Revolutie
gewezen land tegen de kontrarevolutie.
De Verenigde Staten hebben meermalen direkt m i l i t a i r e inmengingen uitgevoerd. In 1855 landde een kleine groep Amerikaanse avonturiers ( f i l i b u s t e r s ) onder
Op het moment wordt de Sandinistische Revolutie door vele duizenden
leiding van Uilliam Walker. In de 20
-H-
eeuw hebben Amerikaanse mariniers tot twee keer toe ingegrepen in
kontrarevolutionairen bestreden. Men schat dat de FDN (Fuerzas Democraticas
de interne strubbelingen van de Nicaraguaanse p o l i t i e k : i n 1912 en nog geen
Nicaragüenses) met ongeveer 10.000 manschappen een guerillaoorlog
jaar nadat deze troepen eindelijk teruggetrokken waren,in 1926. De laatste
en dat
interventie was ook bedoeld
manschappen kan beschikken.
om een rebellerende generaal in het noorden
voert
de ARDE (Aliancia Revolucionaria Democratica) over ongeveer 3.000
I I I I I I I I I I I I I I I
De Noordamerikaanse regering heeft nog nooit ontkend direkt betrokken te zijn bij deze anti-sandinistische oorlog. In het afgelopen jaar hebben deze beide groeperingen (FDN, ARDE) het aantal akties drastisch opgevoerd, maar aan brede steun bij de Nicaraguaanse bevolking ontbreekt het hen ten ene male. De voortdurende oorlog heeft grote invloed op de ekonomische ontwikkeling van het land. De Sandinisten blijven bereid hun revolutie gewapenderhand te verdedigen. Op het diplomatieke front probeert de zogenaamde Contadora-groep {Panama, Mexico, Venezuela en Colombia) te bemiddelen oro zo een vreedzame oplossing te bewerkstelligen, met name door te eisen dat alle buitenlandse inmenging in de Middenamerikaanse staten beëindigd wordt. De zeer recente stapper» van de Sandinistische regering, amnestie voor gevluchte zakenlui en terugzenden van vele Cubaanse adviseurs, lijken een poging de buitenlandse politieke druk op Nicaragua te verlichten.
47,8 ï, van 15 tot 65 jaar: 47,7 %, en ouder dan 65 jaar: 4,5 %. Uit de groeicijfers is af te leiden dat er naast een natuurlijke aanwas in de steden er ook een gestage migratie van het platteland naar de steden plaats vindt. Door de langdurige Spaanse overheersing is de kuituur Spaans-Indiaans georiënteerd. De voertaal is Spaans, hoewel in het oosten ook indiaanse talen gesproken worden. Aan de oostkust komen ook enkele Engelstalige enklaves voor. Ongeveer 80 t van de bevolking is Rooms-katholiek en ongeveer 3 X Protestants. Bij dit laatste cijfer moet aangetekend worden dat er een flinke groei te bespeuren is bij de Protestantse kerken. Na 1979 is het analfabetisme teruggedrongen tot 12 % (zie 3.5) De kunst in Nicaragua is vooral gericht op literatuur, met name op de dichtkunst. Het ministerie van kuituur besteed daar grote aandacht aan. Samen ntet de dichtkunst heeft de muziek grote vlucht genomen in de opbloei van de revolutionaire strijdliederen.
2.3 De bevolking Nicaragua telde volgens het INEC in 1981 2,8 miljoen inwoners. In de steden woonden 1,5 miljoen en in het rurale gebied woonden in dat jaar 1,3 miljoen mensen. Daarmee komt de urbanisatiegraad op 53,5 ï. De bevolkingsgroei is 3.4 %, maar urbaan ligt de groei hoger: 4,5 %. De belangrijkste steden zijn: Managua 400.000 inwoners Granada 57.000 inwoners Leön 90.000 inwoners Hasaya 56.000 inwoners Oinotepe 76.000 i nwoners Chinandega 54.000 i nwoners Matagalpa 69.000 i nwoners 40.000 inwoners Es teli Er bestaat geen evenwichtige spreiding van de bevolking in Nicaragua. Het landelijke cijfer voor de bevolkingsdichtheid ligt op 20,3 inwoners per vierkante kilometer. De kustvlakte bij de Grote Oceaan is met vrijwel alle grote steden het dichtst bevolkt: 85,9 inwoners per km . Het centrale deel van het land kent een dichtheid van 21,8 inwoners per km . De Atlantische laagvlakte is bijna 'leeg1: de grootste stad is Bluefields m e t 29.000 2 inwoners en de dichtheid bedraagt 3,1 inwoners per km . De bevolking bestaat voor 71 % uit Mestiezen, voor 15 % uit blanken* voor 9 ï uit negers, mulatten en sambos en voor 3 % uit indianen. De bevolkingsopbouw geeft het volgende beeld te zien: jonger dan 15 jaar:
2.4 Ekonomie Het ekonomisch systeem heeft een forse verandering ondergaan bij de machtsovername door de Sandinisten. Kan de ekonomie van vóór 1979 gekenmerkt worden als een puur kapitalistische, in de vorm van een 'verrijkingsdiktatuur1, na 1979 bestaat er een gemengde ekonomie met zowel een staats- als een partikulier aandeel. Voor 1979 vormde handelt industrie en landbouw de ruggegraat van de ekonomie. Bijna alle ekonomische aktiviteiten speelde eich af in het centrale hoogland en de dichtbevolkte kustvlakte bij de Grote Oceaan Het aandeel in het bruto nationaal prödukt van de landbouw nam af en van de industrie juist toe. In de deze laatste sektor stagneerde de groei in de jaren '70. De inkomensverdeling lag uiterst scheef: 5 % van de bevolking verdiende in 1977 28 % van het nationaal inkomen, terwijl 50 % van de bevolking slechts 15 % verdiende. De export in 1977 bestond voor 81 % uit landbouwprodukten (meer dan de h?U*t vr.edselprodukten) en voor 17 % uit industriële produkten. De afhankelijkheid van de ekonomie van de landbouw is hiermee duidelijk aangegeven. De buitenlandse handel werd voornamelijk met andere landen in CentraalAmerika (21 % van het exportvolume), met de Verenigde Staten (23 ï.) en met de EEG (28 ï) beschreven
-S"-
De importen bestonden voor 14 % uit brandstoffen (olie) en voor 78 ï uit industriële produkten. De overheid vGerde een monetair-ekonomisch beleid dat het land steeds grotere buitenlandse schulden en afhankelijkheid bezorgde. Heer dan de helft van het overheidstekort werd door buitenlandse leningen (IMF e.d.) gefinancierd. Ha 1979 lag de zaak geheel anders. De oorlog had grote schade toegebracht aan de ekonomie. Naast transitieplannen, ombuigen van de ekonomische orde, steïde de nieuwe regering ekonomische reaktiveringsplannen op voor de korte termijn. De belangrijste doelstellingen zijn het herstel van de produktiekapaciteit, het scheppen van werkgelegenheid en voorziening van de basisbehoeften van de bevolking. De agrarische sektor neemt een centrale plaats bij deze plannen in. Vooral vcor de export (deviezengenererinj) en werkgelegenheid is de landbouw jan vitaal belang. Gekozen is voor een gemengde ekonomie, waarin dö partikuliere sektor het grootste aandeei behoudt, 78 X van het landbouwareaal, 60 ï van de binnenlandse produktie is dan ook nog in partikuliere handen. Van dt; rxport. krat ongeveer 75 % :'oar rekening van landbouwprodukten. De voornaamste produkten zijn koffie, katoen, Suiker, tabak en vlees. De totale export had in 1981 een waarde van 680 miljoen dollar. De import overtrof deze waarde (865 miljoen dollar). Dat tekent de problemen waarvoor de overheid nog staat. De buitenlandse hulp is voornamelijk van bilaterale aard omdat grote financieel-ekonomïsche steun van het IMF is weggevallen. Daarnaast bedreigt een brede boykot de landbouwexport {suiker door de V.S.). 2.5 Infrastructuur Door de historische ontwikkeling is het overgrote deel van de infrastruktuur geconcentreerd in het westen van het land. Dat is de reden dat van Nicaragua als geheel gesproken mag worden van een zeer matige infrastruktuur. In het wegennet neemt de panamerikaanse autoweg (Panamericana) een belangrijke plaats in. Deze weg verbindt Honduras via het centrale hoogland in het noorden en de westelijke kustvlakte met Costa Rica. De rest van het
-é-
wegennet heeft zich daarop aangesloten. De oostelijke kustplaatsen (Puerto Cabezas, Bluefields) zijn niet of nauwelijks over de weg te bereiken. Transport over tte vele, vaak brede rivieren brengt in dat deel van het land de kommunikatie tot stand. Daarnaast wordt gebruik gemaakt van luchttransport; Puerto Cabezas, Bluefields en Corn Island {in de Caraïbische Zee) bezitten een vliegveld. Nicaragua kent maar enkele zeehavens van betekenis; in de meeste daarvan zijn de havenfaciliteiten zeer gebrekkig. Corinto, aan de westkust, is de belangrijkste haven. Via deze haven komt het grootste deel van de importen het land binnen. Andere havens aan de westkust zijn Puerto Sandino (vooral olie) en San Juan del Sur. Aan de oostkust treffen we nog San Juan del Norte, Bluefields en Puerto Cabezas aan. Het spoorwegennet is niet erg ontwikkeld.
II I I I I I I I I I I f I I
I
hoofdstuk 3
II I I I I I I I I I I I I I I
HOOFDSTUK 3 ORGANISATIE EU ONTWIKKELINGSBELEID De nieuwe machthebbers in Nicaragua hebben niet grote voortv?rendheid de taken aangepakt die vanaf 19 juli 1979 hun Verantwoordelijkheid vjaren. Het leek een haast onmogelijke taak. Nicaragua was kapot geschoten en moegevochten. Een torenhoge buitenlandse schuld drukte zwaar op de ekbnomie en politiek gezien stond het land gèïsoïeerd in het omringeride gebied. Hoe de Sandinisten dit hebben aangepakt, welke staatsorganisatievorm en welk beleid ze hiervoor gekozen hebben komt aan de orde in dit hoofdstuk. We willen ons beperken tot die zaken die betrekking hebben op ónze wSxzaamheden in Regio I. De in dit hoofdstuk behandelde onderwerpen vormen een basis waarop en een kader waarin ons werk geplaatst moet worden. HCKDURAS
3.1. De staatsinrichting
7
COETA
Kaart 3.1 Nicaragua, indeling in regio's
RICA
De bestuurlijke indeling van het land was in eerste instantie een gegeven voor de nieuwe Sandinistische regering. Zij aanvaardden de indeling in 16 departementen. Het merendeel van deze departementen ligt in de dicht bevolkte kuststroofc langs de Grote Oceaan (7) en het centrale hoogland (8). Vrijwel de hele Atlantische kustvlakte is ondergebracht in het departement: Zelaya. Op het departementale nivo was geen aparte bestuurslaag gekreëerd. Het stadsbestuur van de hoofdstad van een departement kreeg deze extra verantwoordelijkheid toegewezen. Naast het nationale nivo bestond er dus een gemeentelijk nivo van algemeen bestuur. Per gemeente werd na juli 1979 een gemeentebestuur voor de wederopbouw benoéntd (JMR: junta münicipal de reconstrucción) De koördinator van zo'n JHR is te vergelijken met een burgemeester. De JHR van de hoofdstad van een departement koördineerde niet allleeen dl Ie bestuurlijke aktiviteiten binnen de eigen municipio, maar ook die van alle mumcipios van dat departement. Daartoe had zo'n JMR de beschikking over een aantal kommittees die bepaalde sektoren dekten. In juli 1982 is een programma van regionalisatie van start gegaan. Dit programma had grote invloed op de bestaande organisatiestrukïuur. In paragraaf 3.2. wordt dit wat uitgebreider beschreven. De nieuwe staatsinrichting voorziet in eenwetgevendemacht bij het regeringsbestuur voor de nationale wederopbouw (JGRN) en de Staatsraad (Consejo del Estado). Daarnaast heeft een kabinet de uitvoerende macht. De JGRN bestaat sinds maart 1981 uit drie leden: Daniel Ortega Saavedra, Sergio Ramirez en Rafael Cordoba Rivas. Daniel Ortega is de kob'rdinator en treedt als zodSnig het meest naar voren. De taak van dit driemanschap wordt ook wel eens omschreven als die van een kollektief presidentschap. Het kabinet bestaat uit 18 ministers. Zij vertegenwoordigen de verschillende ministeries, maar soms ook nationale instituten. Ook is de koördinator van de JRH
(gemeente bestuur van Managua) ï i d van het kabinet.
Speciale Zone I I Zelaya-zuid
De Staatsraad is een lichaam dat een ekwivalent mag heten van ee parlement. De
I I I Rio San Juan
53 zetels (sinds 1981) z i j n toefideeld aan verschuilende organisaties, groeperingen
Deze zones beslaan (ie vroegere departementen Zelaya en Rio fan Juan, in het oosten
en lagen van de bevolking. De zetelverdeling is sinds mei 1980 (aangepast door
van het land (zie kaart 3.1).
'de oprichting van een aantal nieuwe groeperingen i n Nicaraguaanse samenleving):
FSLN CDS JS de 19de julio Al-iMLAE politieke partijen vrije beroepen leger liberale beweging
6 zetels COSEP 6 zetels 3 9 ATC 1 3 CST 5+ 1 Kleine bonden + 1 kerk 9 1 1 indianen 3 1 UNAG 1 Z evangelische kerken + : ieder 1 uit: Revolutie en Realisme. J.J. "f heu nissen, A. Steenhuis
Achtergrond voor deze operatie was de historisch gegroeide s i t u a t i e . Doordat onder de Somoza's een kapitalistische ontwikkeling was nagestreefd, ontstond er een centralisatie van a l l e hulpbronnen en infrastructuur. De aanleg van wegen, en het e l e k t r i c i t e i t s n e t , het doen van investeringen en het aanwenden van financiering werd alleen daar gedaan waar het de kapitalistische ontwikkeling ondersteunde.. Gebieden die niets bijdroegen aan de export werden verwaarloosd en de in aanvang gestarte ekonontische a k t i v i t e i t e n werden gestaakt. Er was geen enkele aandacht voor de verbouw van de basisMoedselprodukten voor de bevolking. Industrie bleef gekoncentreer'd rond Managua of elders in het westelijk deel van het land en ook het bestuurlijk apparaat zetelde in Managua of direkte omgeving. De Sandinisten troffen dus in 1979 een zeer grote ongelijkheid in ontwikkeling
In de afgelopen v i e r jaar is zowel de samenstelling van de JGRN als die van de Staatsraad enkele malen gewijzigd; d i t als gevolg van binnenlandse tegenstellingen
tussen de verschuilende delen van het land aan. Vrijwel heel het oosten van het
tusssen de Sandinisten eri de ondernemers. Het FSLN wilde pas v r i j e verkiezingen houden wanneer de wederopbouw van het land enige vorm had gekregen. Daartoe moesten eerst de arbeiders- en volksorganisaties de kan s krijgen zich te vormen. Dit laatste kreeg de p r i o r i t e i t omdat men dat
apparaat bijzonder i n e f f i c i ë n t . Er funktoneerde v r i j w e l geen administratie en men
de wezenlijke kenmerken van een demokratie achtte.
te s t e l l e n . Maar bet werk van de overheid werd erg gekotnpliceerd door gebrek aan
land was ver achter gebleven en nauwelijks bereikbaar. Daarnaast was het bestuurlijk had bijna geen beschikking over statistische gegevens. Zoals i n paragraaf 3 . 1 . al werd beschreven probeerden de Sandinisten eerst aan te sluiten b i j de bestaande bestuurlijke Indeling om zó toch te pogen orde op zaken
Intussen heeft de JGRN aangekondigd op 21 februari 1984 bekend te maken wannneer
koördinatie, doordat op elkaar lijkende gebieden toch apart bekeken noesten worden,
de verkiezingen in 19S5 gehouden zullen worden. Het voorontwerp voor de wet op
en door het gebrek aan kapabele bestuurders op het lager nivo. Een gedecentraliseerde
de verkiezingen zal t e g e l i j k e r t i j d gepresenteerd worden.
aanpak'werd noodzakelijk. Per regio wordt eeninterinstitutionele koBrdinatie opgezet onder leiding van een
3.2. Regionalisatie
afgevaardigde van de OGRN"'(niinistro-delegado). A l l e belagrijke ministeries benoemen regionale vertegenSordigers (delegado regional). Het doel is om de regionale problemen op regionaal nivo al op te lossen en eventueel deze door te spelen naar
Drie jaar na de machtsovername lanceerde de JGRN een nieuwe bestuurlijke indeling.
de nationale overheid.
In j u l i 1982 werden 6 Regio's en 3 Speciale Zones ingesteld. De Regio's z i j n samen-
Een te vormen regionale regering (Gobierno Regional) k r i j g t u i t e i n d e l i j k de belang-
gesteld u i t bestaande departementen. Het z i j n de volgende:
r i j k s t e taken~en bevoegdheden. De gedecentraliseerde ministeries staan dan
Regio I E s t e l ï , Maclriz, Nueva Segovia I I León en Chinandega I [ I Managua IV Mas'aya, Grana'da, Carazo en Rivas V Chantales en Boaco VI Matagalpa en Jinotega De Speciale Zones z i j n ingesteld voor sterk achtergebleven gebieden: Speciale Zone I Zelaya-noord
hiërarchisch zowel onder de regionale regering als onder de centrale ministeries. Om de kommunikatie met en de koördinatie tussen de municipios van een regio te verbeteren worden i n een Regio nog zones onderscheiden. Zo'n zone 1s een overkoepel i n g van enkele municipios. Ze worden onderscheiden óp basis van samenhang op het gebied van produktie en andere sociaal-ekonooiische karakteristieken. Per zone wordt een kommissie ingesteld die koördinererid overleg voert. In figuur 3 . 1 . wordt de organisatiestuktuur weergegeven.
II I I I I I I f I I I I I I I
Jl I
I I
Hoewel in juli 1982 de regionalisatie geïnitieerd werd kwam de reorganisatie pas na januari 1983 van de grond. Het moet ook gezien worden als een proces waarin niet iedere Regio even snel voortgang boekt. Regio I was de eerste die het proces in gang zette. In aanvang werd veel aangesloten bij de struktuur van het FSLN, maar ook het MIDINRA en het HJNSA kenden al een regionale struktuur. Een preciezere invulling van déze organisatiestruktuur voor Regio I wordt in hoofdstuk 5 gegeven. centrale overheid
I I I
I I I I I I I I
regionale vertegenwoordiging van het OGRN
[procuraduria|
. [interzonale raad
zonale kommissie
cabildo revolucionario
administratieve eenheid
technisch secretariaat
interinstitutionaie raad ekonomie
kommissie
kommissie
sociaal
kommissie infrastruktuur en voorzieningen
iJMRl figuur 3 .1. Organisatiestruktuur van regionale overheid 3.3. Ontwikkkelingsbeleid
Een van de eerste taken waarvoor de JGRN zicfi qesteld zag, was het herstellen van d e ekonomie. Door de oorlog van 1971 en 1979 en de laatste olunderingen van Somoza en de zijnen vlak voor hun vlucht was het land vrijwel bankroet. Er werden d aarom ook ekonomische reaktiveringsolannen ongesteld. In naragraaf 2.4. is al aangegeven dat de voornaamste doelstellingen daarin waren het herstel van de beschadigde produktiekapaciteit, bieden van werkgelegenheid en het voorzien in de basisbehoeften van de bevolking. Deze doelen geven al aan dat het gaat otn mëér dan het'ekonomisch herstel alleen.
De oorlogsschade is bijzonder groot. Oe strijd heeft naar schatting 50.000 mensenlevens gekost waarvan ongeveer 35.000 sinds sentemher 1978. Oat betekent dat ongeveer 2% van de bevolking omgekomen is. f1eer dan 80" van de slachtoffers behoorden tot de burgerbevolking waarvan het merendeel in de steden woonden, laarnaast was er sprake van 80.000 tot 110.000 gewonden en 150.000 daklozen en vluchtelingen. De totale materiële schade schatte men op 480 miljoen dollar. 0e grootste schadepost was de vernietiging van voorraden en grondstoffen (182 miljoen), en de schade aan gebouwen bedroeg 100 miljoen dollar. Ten opzichte van 1977 was de ekonomie sterk achteruitgegaan. Het. Bruto Binnenlands Produkt (BBP) was voor de primaire sektor met 7% afgenomen (landbouw echter slechts Z%), voor de sekundaire sektor met 37% (waartnnnnen de houvmroduktie met %f>% afnam) en de tertiaire sektor met ongeveer 38% afname (handel zat daar noq hoven met een afname van 48Ï), Een vergelijking met 1978 maakt het voor de landbouw ernstiger (9Ï). De totale ekonomie was ten opzichte van 1977 met 3 U en ten opzichte van 1978 met 26Ï afgenomen. Het. behulp van een noodprogramma hoopten de Sandinisten in 1979 de neest desastreuze gevolgen van de oor logs ekonomi e aan te pakken. In een herstelnrograrnma werd beooqd de materiële schade te herstellen en de financiering van staat en ekonomie te regelen. D U zou op een termijn van twee jaar gerealiseerd moeten worden. Voor de middellange termijn (5 a 10 jaar) werd een programma voor de ekonomische transitie voo rgesteld. Op die termijn moet de ekonomische struktuur zijn aangepakt ter vergroting van de ekonomische onafhankelijkheid en sociale emancinatie. Voor de theoretische onderbouwing hanteerde men in Nicaragua ontwikkelingstheorieën die gebaseerd zijn op de centrum-periferie gedachte. De beschouwing over de achtergrond voor het renionalisatieproces in paragraaf 3.2 geeft een zelfde benadering aan. «iet alleen op mondiale schaal werd de scheve verhouding centmropeiferie aangestipt, maar eigenlijk vooral op nationaal nivo. Men probeert de regio's niet alleen bestuurlijk zelfstandiger temaken, maar ook ekonomïsch. Dat betekent dat men de regio's wat voedselproduktie betreft autonoom wil maken. Het surplus (export) wil men gebruiken om een meer evenwichtiger verdeling van de welvaart in Nicaragua te bewerkstelligen. Ook dat betekent meer aandacht voor de regio's (de periferie) en minder voor de grote steden als Managua, Granada en Leön (het centrum). Daarnaast heeft men gebruik gemaakt van de transitietheorieën, die specifiek toegepast zijn op de kleinere onderontwikkelde landen. In Nicaragua probeert men door de bevolking te organiseren en aktief bij de produktieprocessen te betrekken (nieuw voor de zelfvoorzieningslandbouw) tot een evenwichtige ekonomische vooruitgang te komen.
Het transitiebeleid van de Sandinisten kent de volgende doelen:
Sinds 1979 hebben er grote verschuivingen in het grondbezit plaatsgevonden. De
- handhaven van de gemengde ekonomie
staatsbedrijven (APP) en de koöperaties hebben samen een belangrijk deel van
- bevorderen van participatie van de bevolking
de gronden in bezit. In de volgende tabel wordt weergegeven hoe de ontwikkeling
- nastreven van een status van niet-gebonden land
is geweest en wat de naaste toekomst als beleid kent. Aangetekend moet worden
- een naar binnen gerichte ontwikkeling bewerkstelligen (niet naar het centrum)
dat in de partikuliere sfeer, vooral b i j de kleinere bedrijven, ook koöperaties
- de agrarische ontwikkeling als spil van de economische ontwikkeling nemen
voorkomen. De meeste voorkomende daarbij is de CCS, een diensten en krediet
- bewerkstelligen van verbetering van de inkomensverdeling, de arbeidsvoor-
koöperatie.
waarden en de levensomstandigheden van de grote massa van de bevolking. Op de laatste twee doelen willen we in het navolgende dieper ingaan, omdat
tabel 3.1 Ontwikkeling van het grondbezit naar bedrijfsvorm en -grootte
ze de beleidsbasis vormen, waarop ons werk in Regio I stoelt: de ontwikkeling van de vallei San Luis voor een optimale landbouwprodtiktie, de nieuwe neder-
bedrijfsvorm
zettingen zowel gekoppeld aan de agrarische ontwikkeling als aan de verbetering van de levensomstandigheden en de rioolwaterzuivering als verbetering van de algemene levensomstandigheden.
3.4 Landbouwbeleid De betekenis van de landbouw voor de Nicaraguaanse ekonomie is in het voorgaande al besproken (zie 2.4). De landbouw zal ook in de toekomst het grootste aandeel in het exportpakket ïeveren en zal een groot deel van de werkgelegenheid bieder. Men voert een twee-sporen beleid: zowel aandacht voor de grootschalige, kapitaal en technologie intensieve exportlandbouw (katoen, k o f f i e , tabak en vlees) als voor de voedselvoorziening (granos basicos). Hoewel er ten aanzien van de produkten niet zoveel verandert, s t e l t men een grootscheepse agrarische hervorming voor. Doelen daarvan z i j n : - veranderen van de grondeigendomsverhoudingen - vergroten van de beschikbaarheid van grond door uitbreiding van het areaal - omzetten van de produktieverhoudingen door het introduceren van nieuwe organisatievormen (staatsbedrijven en koöperaties) - verbeteren van de produktievoorwaarden (toegang tot inputs en kredietverstrekking voor brede lagen van de agrarische bevolking). Middelen waarmee raen de gestelde doelen probeert te verwezenlijken liggen in het vlak van landhervonnïng en technische ondersteuning, üeze twee zaken z i j n niet losgekoppeld in de uitwerking van het beleid. In de wet op de landhervorming van 1981 wordt zowel herverdeling van de gronden geregeld als bevordering van de koöperatieve sektor met daaraan gekoppelde toegang tot kredieten en technische assistentie.
percentage van het totale oppervlak per katagorie 1978 1982 1983
beleidsoptie
1 partikulier > 500 mzs
41
15
13
ÏOO-500 mzs
14
11
10
50-200 mzs
30
30
30
10-50 mzs
13
14
15
2
4
4
toename
2 produktiekoöp. CAS
0
2
4
toename
3 staatssektor APP
0
24
24
afname
< 10 mzs
afname
Gekonkludeerd mag worden dat het grootgrondbezit teruggedrongen i s . De gekonfiskeerde bedrijven van Sorooza en de zijnen z i j n in 1979 al i n staatshanden overgegaan (APP). Met deze gronden en mogelijk nog te onteigenen grootgrondbezit heeft men een reserve om de land herverdeling te kunnen uitvoeren. Zo probeert men de koöperatieve sektor te stimuleren door gronden u i t de APP-sektor u i t te geven. Ook zelfstandige, partikuliere boeren kunnen h i e r u i t gronden toegewezen krijgen (zie tabel 3.1). Op deze manier hoopt raen de mensen aan de revolutie te binden. Ook aan de interne ekonomische kant van de landbouw heeft men hervormingen doorgevoerd. Voor de basisvoedselgewassen worden vaste prijzen gegarandeerd en is een opkoop en distributiesysteem opgebouwd door het HICOÏN. EKASAS is de organisatie die de produkten voor gegarandeerde prijzen ophaalt en via de CORCOP worden de produkten met staatssubsidie op de binnenlandse markt verkocht. Dit sys-
-10
-
li I I I i i i i i i i i i t i
II I I I I I I I I I I I I I I
teem geldt alleen voor de granos bSsicos.
3.6 Nieuwe rurale nederzettingen Al snel z i j n de Sandinisten begonnen met het herhuisvesten van rurale bevolkings-
3.5 Welzijnsbeleid
groepen. In veel ontwikkelingslanden heeft men geprobeert met dergelijke programma's de landbouw te stimuleren en de rurale levensomstandigheden te verbeteren.
De miserabele omstandigheden die op vele plaatsen in Nicaragua voorkwamen ten
De meest omstreden aktie op d i t gebied van de Sandinisten is die met betrekking
t i j d e van de machtsovername door de Sandinisten schreeuwden om een doortastend
t o t de Miskito-indianen geweest. In een poging om deze bevolkingsgroep te i n t e -
optreden op het gebied van gezondheidszorg, onderwijs en huisvesting. Op al de-
greren in de nieuwe. Nicaraguaanse samenleving z i j n de indianen deels onder dwang
ze terreinen heeft men vastgesteld dat voorziening in de behoeften van de bevol-
ondergebracht i n nieuwe nederzettingen. Dit programma is mislukt door de ont-
king een recht van het volk i s . De verschillende ministeries hebben daarom ver-
kenning van de specifieke kulturele eigenschappen ,
beteringsplannen opgesteld, die al duidelijk zichtbare resultaten hebben opge-
torische achtergronden van deze bevolkingsgroep. Deze fouten z i j n erkend door
leverd.
de Sandinisten en worden betreurd.
organisatievormen en his-
Zowel op het gebied van onderwijs als gezondheidszorg heeft men een aantal malen gewerkt met grootscheepse kampagnes, die in één keer grote delen van de be-
Een nieuw programma van rurale nederzettingen is recent van s t a r t gegaan. Ook
volking bestreken. Op verschillende plaatsen z i j n anti-malaria kampagnes gehou-
hier worden de volgende drie doelen geformuleerd:
den.
De meest t o t de verbeelding sprekende kampagne was die voor de. alfabetise-
r i n g . Kort na de overwinning hebben duizenden jongeren i n een maanden durende kampagne de analfabetiseringsgraad van ongeveer 50 ï teruggebracht t o t ongeveer 12 %. Naast deze eenmalige a k t i v i t e i t e n is men overgegaan t o t het inrichten van medische posten en kleine ziekenhuisjes, verspreid over het hele land en het opzetten van vele, kleine, vaak r u r a l e , schooltjes. Ook het volwassenenonderwijs is van de grond gekomen als voortzetting op de alfabetiseringskfmpagne. De huisvestingsproblematiek is in zekere zin een moeilijkere zaak. Niet alieen de oorlog en de daarin uitgevoerde bombardementen door Somoza's luchtmacht, maar ook de aardbeving van 1972 hadden gezorgd voor een ontstellend grote vraag naar woningen. Hoewel het MINVAH ambitieuze plannen heeft, b l i j f t een oplossing nog ver buiten bereik door gebrek aan middelen en door de bevolkingsgroei . De toegang t o t de levensmiddelen is sterk verbeterd door middel van een systeem van staatswinkelbedrijven (expendios, tiendas popülar, supermercados del pueblo) en gesubsidieerde basisvoedsel-produkten. Tenslotte is er grote aandacht gekomen voor het natuurlijk m i l i e u . Het MINSA heeft uitgebreide programma's voor verbetering van de direkte woonomgeving. Het IRENA doet veel aan erosiebes t r i j d i n g door herbebossing op grote schaal en het beheer van oppervlakte water. Dit laatste wordt voornamelijk aangepakt door het MINSA en in mindere mate door het drinkwaterbedrijf INAA. Het terugdringen van met water samenhangende ziekten heeft grote p r i o r i t e i t gekregen i n het beleid voor de volksgezondheid.
- verbeteren van de toegang t o t voorzieningen door koncentratie van de bevolking - verhogen van de landbouwproduktie door technische assistentie en e f f i c i ë n t i e verbeteringen en mede daardoor resulterend i n een verbetering van het levenspeil - verbetering van de mogelijkheden t o t zelfverdediging door koncentratie en bewapening. De uitvoering van d i t programma verloopt totaal anders dan b i j de Miskito-verhuizing.
De toegenomen dreiging vanuit Honduras door invallen van de contras heeft de uitvoering van dit programma versneld. De opvang van vele vluchtelingen moet zo geregeld worden. Daarnaast is het zelfverdedigingsmotief wel sterker geworden. De uitvoering van dit beleidsvoornemen is een verantwoordelijkheid van de regionale regeringen en de zonale kommissies (zie 3.2). Voor de financiering bestaan echter nauwelijks fondsen. Veel moet betaald worden door de participerende ministeries uit de gewone toewijzingen in het kader van de landsbegroting. Dat geeft direkt al een sterke beperking in de omvang van het programma, terwijl de stromen vluchtelingen in de grensgebieden toenemen. Regio I met name, maar ook Regio VI hebben hier direkt mee te maken.
jl
I I I I I I I I I 1 I I 1 I
hoofdstuk 4
I I I I I I I 1 I 1 I I 1 I
HOOFDSTUK 4 REGIO I LAS SEGOVIAS KARAKTERISTIEKEN
M
Al onze werkzaamheden in Nicaragua z i j n gekoncentreerd geweest op Regio I . Na een summiere inleiding over het nationale kader waarin d i t werk past, is het nodig ook het kader on regionale schaal te schetsen. In het navolgende wordt een korte introduktie gegeven. Ue beginnen met het geven van de karakteristieken van de Regio. Aan bod komen fysische gevens, schiedenis, demografische en ekonomische gevens. In het volgende hoofdstuk ingegaan worden op de bestuurlijke struktuur en de ontwikkelingslijnen die gezet z i j n .
weergezal uit-
4.1 Fysische gegevens Regio I bestaat u i t de departementen Nueva Segovia, Hadriz en Estelï en l i g t in het noordwesten van het land. De totale oppervlakte van de Regio beslaat 7739 km , wat ongeveer 6J * van het totale oppervlak van Nicaragua is (zie kaart 4.1). Over het algemeen wordt de gemeente (municipio) San Nicolas ook tot de invloedssfeer van Regio I gerekend, omdat d i t stadje u i t het departement Leön alleen ontsloten is met een weg r i c h t i n g de stad E s t e l ï .
O fik
LSTEU
f / - ' t
1
Legenda
i
•M
'Dot t
w,
j^\
TI
f
1 \
Het gebied is onderdeel van het bergachtige, hogere dee! van Nicaragua in het noorden. De (^middelde hoonte van het land l i g t tussen de 600 en 800 meter boven de zeespiegel. Aan de grens met Honduras liggen de hoogste bergen (2000 meter). De dalen liggen soms niet hoger dan 250 meter. Het gebied is zeer sterk geaksidenteerd.
ft
v /J
~ — 1> \|\ \
I
De gemiddelde dagtemperatuur varieert tussen 16° en 27° C, maar voor het grootste
i
deel van de Regio is de variatie veel kleiner: van 19° tot 23,5° C.
1"\SiT6t. i \ \
Wat de regenval betreft z i j n vier zones te onderscheiden: - weinig vochtig; j a a r l i j k s e neerslag tussen 1300 en 1700 mm; goed verdeeld over 7 3 9 maanden ( I )
"—• landsgrens __- regio-grens departementsgrens hoofdweg
'*
- overgangszone; j a a r l i j k s e neerslag tussen 1000 en 1300 mn; redelijk verdeeld I U
TH II
- . — -rivier ® departementshoofdstad
over 6 a 7 maanden ( I I ) - droge zone; j a a r l i j k s e neerslag tussen 750 en 1000 mm; verdeeld over 6 maanden met een droge periode i n j u l i en augustus ( I I I ) - speciale zone; j a a r l i j k s e neerslag tussen 1300 en 1700 mm; slecht verdeeld over 6 riaanden (IV) (zie kaart 4.2). De echte regentijd (de winter) loopt ongeveer van de maand mei t o t en met de
Kaart 4.1 Regio I Las Segovias
maand oktober. De droge t i j d (de zomer) vindt z i j n hoogtepunt tussen januari en a p r i l .
-U-
De bodems z i j n zeer gevarieerd. De beste gronden t r e f t men aan i n de dalen. Regio I t e l t ongeveer 10 grote dalen, waar landbouw enige potentie heeft. De belangr i j k s t e z i j n Jalapa, E s t e l i , Pueblo Nuevo, San Juan de Limay en La Vigia. Het allergrootste deel van het landoppervlak is matig t o t slecht bruikbaar voor moderne rationele landbouw mogelijk. Wat hoger, op de hellingen, wordt nog veet e e l t bedreven, maar meer dan de h e l f t van het grondoppervlak kan het beste alleen als bosbouwgrond benut worden. De afwatering van het gebied geschiedt via de Rio Coco, ook wel genaamd Rio Grande, Rio Segovia of Rfo Coco a l t o . i n oostelijke r i c h t i n g naar de Atlantische Oceaan. Met een lengte van 780 kilometer i s deze r i v i e r de langste van Nicaragua. De Rio Es t e l t , Rio Jtacuelizo, RTo I n a H , Rio Jalapa en Rio Murra monden allemaal u i t in de Rio Coco. Alleen het dal van San Juan de Limay heeft een afwatering in westelijke r i c h t i n g .
4.2 De geschiedenis De vroegst bekende bewoners van het gebied waren indianen van Mexicaanse afkomst. Via de Golf van Fonseca trokken ze in de 6e eeuw het land binnen. De eerste gemeenschappen waren hecht georganiseerd en bestuurd door caciques of cal pul l i s (raden van wijze mannen). Ze bedreven individueel landbouw op grond, die overigens in gemeenschappelijk bezit was. De belangrijkste produkten waren maïs, bonen, cacao en katoen. Naast de landbouw ontstond een nijverheid gericht op het verwerken van goud en z i l v e r , keramische produkten en de verwerking van katoen. De beschaving stond op een betrekkelijk hoog technologisch nivo.
*
I I I I I I I I I
De Spaanse veroveraars betraden het gebied in het midden van de 16e eeuw. De overheersing was vanaf het begin kompleet. Hoewel de indianen hun land mochten b l i j v e n bewerken, werd er een streng belastingenstelsel ingevoerd. De indianen werden zo praktisch slaven van de Spanjaarden. In 1696 heeft b i j I n a l i een gevecht tussen de Spanjaarden en de indianen plaatsgevonden met het landbezit als inzet. De.Spanjaarden waren meer geïnteresseerd in de mijnbouw. Tot aan de 19e eeuw was Nueva Segovia een mijnbouwcentrum. In het gebied waren goud, z i l v e r en kalkmijtien.
Daaromheen ontstonden een aantal nederzettingen: La v i l l a de Santa
Maria de la Esperanza (het huidige La Vigi'a; 1529), El Pueblo del Espïritu Kaart 4.2 Zone-indeling op basis van de regenval
Santo (Jalapa; 1531), Ciudad Segovia (Ciudad Vieja; 1543). Een koncentratie van de Spaanse bevolking vond plaats i n Somoto van 1585 en i n
-14 -
I I I I I
1
I I I I I
I 1
I I I I 1
I
Pueblo Nuevo vanaf 1652. In de mijnen werden de indianen uit het westelijke deel van de Regio als arbeiders (slaven).
r i j k e smokkel met en naar Honduras. Somoto heeft op deze wijze tussen '45 en '60 een korte periode van grote kommercieTe groei gekend. Esteli heeft deze rol sindsdien overgenomen.
De mijnbouw man in betekenis af in de 19e eeuw door u i t p u t t i n g van de mijnen, maar ook door te hoge produktie- en transportkosten. Een korte opleving vond
De i n s t e l l i n g van een diktatuur volgend op de interventie van Noordamerikaanse
plaats in Hacuelizo (1821 en 1850) en in Santa Maria (1840). In de 20e eeuw
mariniers in 1926 betekende dat er voor de boeren een onderdrukkinnsapparaat
vond vrijwel alleen nog in San Juan de Limay mijnbouw plaats: opening van de
bijkwam; de Guardia Nacional. De ze beschermde de belangen van de grootgrondbe-
mijnen in 1907 en in 1968 ( z i l v e r ) .
z i t t e r s . Somoza en de zijnen rekruteerden de leden van de Guardia Nacional vaak
Nadat de mijnbouw i n betekenid afnam, werd de belangstelling verlegd naar de veeteelt en de landbouw, liet het kapitaal dat verdiend was in de exploitatie van de mijnen en met de handeJ werden de eerste k o f f i e - l a t i f u n d i o s opgezet. Van de koffieverdiensten werden weer veeteeltlatifundios opgezet. De verbouw van koffie werd vanaf 1846 sterk bevorderd door belastingvoordeel en vrijwaring van m i l i t a i r e dienstplicht voor de bezitters van grote plantages. Onder de liberale regeringen werd het grootgrondbezit sterk uitgebreid. Samen met de latifundios ontstonden de rainifundios. De arme kleine boeren verbouwden bonen en maïs voor zelfvoorziening en waren verder de arbeidsreserve voor de l a t i f u n d i o s . Zo ontstond een semi-proletariaat. Door de overname van het grondbezit door de latifundistas bleef de campesinos niets anders over te verhuizen naar plekken waar nog wel land was (echter geen infrastruktuur of dorpen). Hierdoor i s de sterk verspreide bewoning ontstaan.
de streek waar generaal Sandino akties had ondernomen.
in gebieden met een hoog werkloosheidspercentage. Zo kwamen veel
De kleine boertjes werden steeds verder naar het oosten verdreven {frontera agri-= coia). De minifundistas stonden in een erg afhankelijke verhouding t o t de l a t i fundistas. Verschillende vormen van nacht onderdrukten de kleine boeren, evenals een kredietsysteem met hoge rentes waarin speciale latifundio-gelieerde winkels veel te dure goederen gekocht moesten worden (terugwinnen van het u i t betaalde loon). In de 20e eeuw trad een d i v e r s i f i k a t i e in de landbouwproduktié op. Vanaf de j a ren '30 werden katoen, s u i k e r r i e t , bananen, sesam, tabak, sisal en tuïnbouwpro-
guardias u i t
Dit had n a t u u r l i j k ook
een p o l i t i e k doel. Het grootgrondbezit
werd ook bevoordeeld door de toewijzingen van krediet. De
kleine boeren hadden geen toegang daartoe. Ook de infrastruktuur die aangelegd werd, was er primair op gericht de produkten van de ïatifundios af te kunnen voeren. De landhervormingen die onder de Somoza's afgekondigd werden, hadden tot doel het privé-grondbezit te beschermen. Er kwant geen herverdeling van land, maar een koncentratie en de kleine minifundios schoven steeds verder op naar het oosten. Dit alles betekende dat grote delen van Las Segovias geïsoleerd bleven van overheidsdiensten en van de landsekonomie. De vorm van het wegennet is daar nu nog een afspiegeling van. De v r i j h e i d s s t r i j d van het FSLN i n de jaren '60 en '70 i s Regio I zeker n i e t voorbij gegaan. De s t r i j d van generaal Sandino in d i t deel van Nicaragua had een vruchtbare bodem voor het FSLN achtergelaten. Het slotoffensief van 1979 werd dan ook ingeleid i n Las Segovias (het noordelijk f r o n t : Carlos Fonseca), nadat in het laatste h a l f jaar ervoor de stad Estelf gebukt was gegaan onder zware vergeldingsterreur van de Guardia Nacional. Het slotoffensief bracht voor de stad Esteli de bevrijding op 16 j u l i , drie dagen eerder dan de bevrijding van Managua.
dukten geïntroduceerd. Veel van deze produkten verdwenen weer na de droogte van 1972 ( s u i k e r r i e t , katoen en guineo-bananen). In de jaren '70 is op grote schaal
Na de revolutie vluchtten veel ex-guardias naar Honduras. Vandaaruit wordt Las
hout gewonnen b i j Cusmapa en Santa Haria.
Segovias regelmatig bestookt.
Een tweede kofiepiek trad op tussen '60 en '70 (goede wereldmarktprijzen) t e r w i j l
Er v a l t daarbij niet alleen materiële schade te betreuren. De contras vermoor-
t e g e l i j k e r t i j d een grote koncentratie
den zowel boeren aJs hulpbiedend kaderpersoneel.
van het landbezit ten behoeve van de vee-
Juist in het rurale gebied wegen de gevolgen zwaar.
t e e l t te zien was. Door deze s i t a u t i e van agressie en door het guardia verleden van de Regio (er De Regio was wat de handel betreft a l t i j d sterk gericht geweest op Honduras. .
bestaan hechte familiebanden met vele ex-guardias b i j de contras) is Regio I
Het wegennet was daarop ingesteld. Pas nadat de Panamerikaanse hoofdweg aange-
een strategiesch gebied. Dat betekent dat er extra aandacht is voor de wederop-
legd was en er een douanedienst opgezet was, nam dat af. Hel ontstond een omvang-
bouw i n Regio I om de bevolking te binden aan de revolutie. Daarom z i j n er u i t -
gebreide ontwikkelingsprogramma's. Het PRONORTE-projekt is er één van, het grootste wat betreft oppervlakte van het projektgebied. Later zal op d i t projekt ver-
nivo
der ingegaan worden (zie 5.4.1). Daarnaast wordt extra aandacht gegeven aan de d i s t r i b u t i e van de eerste levensbehoeften in deze Regio. Veel levensmiddelen z i j n i n Esteli gemakkelijker te verkrijgen dan in de hoofdstad Managua.
lagere school middelbare hogere school CEP basis voortgezet
stedelijk
landelijk
77 31 1 441 368
508 3747 2432
totaal 585 31 1 4188 2800
4.3 Bevolking De belangrijkste onderwijscentra z i j n Oalapa, Ocota), Somoto, Pueblo Nuevo, Volgens het INEC woonden er in 1981 in Regio I in totaal 20)249 mensen, dat is een kleine 10 % van de totale bevolking van Nicaragua. Heer dan de h e l f t {68 %) van hen woont in het rurale gebied. In Madriz l i g t dat c i j f e r hoger {77 %) en in Estelï lager (59 %). Landelijk bekeken woont maar 46 % van de mensen i n het n i e t - s t e d e l i j k gebied. Het percentage van de mensen jonger dan 15 jaar bedraagt 49 %, wat ongeveer g e l i j k is aan het landelijk c i j f e r . De bevolkingsdichtheid wordt steeds lager naarmate men noordelijker komt. In het departement Estelï is het nog 51 inwoners per vierkante kilometer, i n Madriz 45 en in Nueva Segovia is het nog slechts 27 inwoners per vierkante kilometer.
Condega, La Trinidad en EsteM. Alleen Estelï kent hoger onderwijs. Daar staat een dependance van de UfWi, waar wiskunde, biologie, Spaans en sociale wetenschappen onderwezen worden. Daaraan toegevoegd is een hogere landbouwschool. Onderwijzers voor de lagere school z i j n , opvallend genoeg, ongeveer g e l i j k verdeeJd over de stedelijke en de landelijke scholen (609 om 675). Dat betekent dat er per school in de steden veel meer onderwijzers beschikbaar z i j n dan in het .landelijk m i l i e u . De alfabetiseringskampagne i s een grote stimulans geweest voor het ontstaan van de vele CEP's (Collectivo de Educaciön Popular, volks onderwijskollektieven), centra voor het volwassenenonderwijs.
De bevolking van Regio I heeft zich v r i j breed op een vergaande manier georganiseerd in de strukturen zoals die door de Sandinisten z i j n ingesteld of gepropageerd. Er z i j n in deze Regio meer koöperaties van a l l e soorten ( i n september 1983:
647) dan in de andere Regio's. Er is meer dan 55000 mzs uitgegeven door
de Reforaa Agraria, voornamelijk aan koöperaties. Cijfers van de CDS-en geven aan dat meer dan 42000 mensen u i t Regio I a k t i e f participeren in deze ornanisatie. Dat betekent dat 30 % van de mensen boven
De inventarisatie van het MINVAH geeft voor Regio I 8 ziekenhuizen. De meeste ervan, die in Jalapa, Ocotal, Telpaneca, Wiwilï en Pueblo Nuevo, z i j n zogenaamde medische posten met bedden. In Somoto, La Trinidad en EsteM staan hospitalen, waarvan die van Estelï het grootst i s . Haast de ziekenhuizen bestaat er een net in opbouw van medische posten voor eers t e l i j n s ziekenzorg. Hier is geen arts permanent aanwezig, naar houdt spreeku-
14 jaar i n deze vorm georganiseerd i s . Dat is opvallend omdat de organisatiegraad op het platteland i n het algemeen veel lager is dan i n de steden, fteer dan 15000 mensen verlenen regelmatig hun diensten aan de vigilancia (burgerpatrouille). Ook de vrouwenbeweging (AMNLAE) kent een hoog aantal georganiseerden: 16500.
Alieen i n de hoofdsteden van de drie departementen: Ocotal, Somoto en Esteli bestaat r i o l e r i n g . In stedelijke gebieden is het aansluitpercentage in 1980 volgens het MItlVAH 67
4.4 Voorzieningen
voor drinkwater en 80 voor e l e k t r i c i t e i t . Slechts in twee steden in Regio 1 i s een o f f i c i ë l e brandweer aanwezig: Ocotal
In Regio I z i j n a l l e nivo's van onderwijs te vinden. De verdeling van de verschillende nivo's over het stedelijke en het rurale milieu wordt weergegeven in t a belvorm. tabel
-.fc-
4.1 Onderwijsnivo's en aantallen van eenheden in Regio I bron: INEC
en Estelf. Tenslotte staat i n Esteli nog een gerechtshof ( t r i b u n a l ) .
I I I I I I I I I I I I I I
I I I I I I I I I I I I 1 I
4.5 Ekonomie
Gezien de ekonomische bedrijvigheid treedt noga! wat migratie op in de Regio. Er z i j n drie verschillende vormen:
De ekonoraie van Regio I is sterk gericht op de akkerbouw- en veeteeltproduktie.
- seizoensmigratie
Daarnaast is er wat landbouwproduktenverwerkende industrie: s l a c h t e r i j , sigaren-
- strukturele migratie
fabrieken, koffiedrogerijen en l e e r l o o i e r i j e n . Tenslotte is er nog wat bouwnij-
- pendel
verheid. De landbouwproduktie kot t o t stand op het grondgebied van 1035H8 manzanas. De APP's beslaan gezamenlijk 14 IS, de CAS 1 % en de CCS 6 ï . De overige 79 % is privë-be2it. Deze s i t u a t i e werd weergegeven door de Barricada, één van de drie landelijke dagbladen, in september 1983.
De seizoensmigratie wordt veroorzaakt door de oogst van koffie en katoen. Er trekken veel campesinos vanuit Regio I naar de katoen gebieden in Regio II (leön en Chinandega). Voor de koffieoogst blijft men dichterbij huis. Het grootste deel deze seizoensarbeiders gaat naar het oostelijk deel van Regio 1: San Ouan de Rïo Coco en
Ruim 35 % van het land wordt ingenomen door grote bedrijven. Ongeveer de h e l f t van de mensen werkzaam in de landbouw vormt wat men in fJicaragua noemt een semiproletariaat. Z i j bebouwen hun lapje prond voor zelfvoorziening en verhuren hun
tabel 4.2 produktie van de granos basicos naar oppervlakte en opbrengst bron: INEC
werkkracht in de koffie- en katoenoogst. produkt De 1andbouwprodukten kunnen ingedeeld worden i n exportprodukten zoals k o f f i e , tabak en vlees en produkten voor intern gebruik zoals de basisgranen (bonen, maïs, r i j s t en sorghum) en tuinbouwgewassen. De opbrengst van de koffie in '82 was rond de 10.000 t o n , verbouwd op 24.000 mzs. Dit i s 15 % van de landelijke produktie. Het belangrijkste koffiegebied is San Juan de Rio Coco, t e r w i j l de beste koffie in D i p i l t o geproduceerd wordt.
maïs bonen rijst
oppervlakte
opbrengst
% van nationale produktie
mzs
ha
32249
22575
578169
26225
18
Z7978 5097
19585
271600 206900 154111
12320
40 6,7
3570
sorghum
qq
ton
9385 6990
12
Alle Nicaraguaanse exporttabak wordt verbouwd i n Regio I , voornamelijk b i j Jalapa, Condega en E s t e l i . Op 1100 mzs. werd een produktie van 1400 ton gehaald. De pro-
Hurra.
duktie van de exporttabak vindt vrijwel alleen op APP's plaats.
De strukturele migratie is Öf een migratie van het platteland naar de stad om
In 1980 werden er 22.333 stuks vee geslacht i n Regio I , waarvan 70 % in de
daar te proberen een nieuw leven te beginnen {de steden Esteli en Ocotal trekken
s l a c h t e r i j van Condega. Dit was 6 ï van de nationale produktie. In 1982 was d i t aandeel t o t 17 % gestegen.
de meeste mensen aan), öf een trek naar andere en betere gronden. Deze betere
De granos basicos vormen de hoofdmoot van de produktie i n de sfeer van de i n t e r -
groepen contras i n het grensgebied.
gronden worden gevonden in Jalapa, Hurra, Jicaro, Wiwilï en Q u i l a l ï . Een nieuw motief voor een dergelijke strukturel migratie is de terreur van de
ne konsumptie. Een groot deel ervan wordt verbouwd door de kleine beertjes. Maar
De mensen, die in overheidsdienst z i j n in Esteli of het administratieve perso-
weinig van hun oogst verhandelen z i j , de rest i s voor eigen konsumptie. In t a -
neel van de APP's zorgen voor de pendel i n Regio I . Over het algemeen is d i t
bel 1 wordt de produktie van het jaar '82 - '83 weergegeven.
geen dagelijkse pendel. Veel van het overheidspersoneel in Esteli is afkomstig u i t andere, meer z u i d e l i j k e , steden en v e r b l i j f t alleen gedurende de werkweek
De belangrijkste industrieële produktiecentra z i j n te vinden E s t e l i , Condega, Ocotal, Jalapa en San Juan de Rio Coco. In Estelï staat een sigarenfabriek en staan fabrieken voor de verwerking van koffie en tabaksdrogerijen. In Condega vindt men een exportslachterij en taoaksverwerking. In Ocotal is een houtwinningsbedrijf gevestigd en daarnaast de belangrijkste koffiebehandelingsbedrijven. In Jalapa wordt de tabak voorbewerkt, t e r w i j l in San Juan de Rfo Coco dat met k o f f i e gebeurt.
in Estelï.
4.6 Infrastruktuur Het wegennet in Regio I is v r i j slecht verdeeld. Vooral in Nueva Segovia z i j n nog veel gemeenschappen geïsoleerd, met name in het regenseizoen. Het net v o l -
doet niet. Dit is te verklaren vanuit de geschiedenis (zie 4.2). Het departement Estelï is het beste ontsloten door de Panamerikaanse hoofdweg, die als een as door het gebied loopt. Madriz is door middel van dezelfde weg ook betrekkelijk goed ontsloten. Het totale wegennet is 1992,9 kilometer lang, waarvan 196 kilometer geasfalteerd, 71,8 kilometer verhard. Daarnaast z i j n er nog 887,3 kilometer het hele jaar te berijden en 837,8 kilometer alleen in de droge periode. Voor het luchtverkeer z i j n in Regio I twee landingsbanen beschikbaar: b i j Somoto en b i j Esteli. In Estelï staat een centrura voor de telekommum'katie van TELCOR. In vrijwel ieder plaatsje van enige betekenis staat een postkantoor. Volgens het INEC waren in 1981 595 telefoons aangesloten, waarvan 469 op het automatische net. Dat betekent dat voor Regio I er 5,4 telefoons voor iedere 1000 inwoners beschikbaar zijn. De stad Esteli vormt het bestuurlijk centrum van de Regio. Hier z i j n alle regionale kantoren van de ministeries en diensten gevestigd. De stad is mede hierdoor het best geoutilleerd met drinkwater, riolering, elektriciteitsvoorziening, een breed skala aan onderwijsvoorzieningen, een groot ziekenhuis en enkele rekreatieve voorzieningen. Dit laatste omvat onder andere een voetbalstadion, twee honkbal stadions en twee bioskopen.
I I I 1 I I I I I t I I I I
hoof dst
5
I I I I I I
HOOFDSTUK 5 ORGANISATIE EU ONTWIKKELINGSBELEID IH LAS SEGOVIAS Het geven van de karakteristieken van een gebied is niet voldoende om een beeld ervan te geven. Ook de overheidsstruktuur en het -beleid vormen een wezenlijk onderdeel van d i t beeld. Ons werk heeft zich door onze nauwe betrokkenheid b i j de regionale overheid, voor een groot deel was z i j onze direkt opdrachtgever, binnen de uitgestippelde ontwikkelingslijnen uitgestrekt. Hierdoor is voor het begrip een schets van d i t deel van het totale beeld noodzakelijk. Allereerst wordt de overheidsorganisatie beschreven, daarna komt het beleid aan de orde.
5.1 Regionalisatiestruktuur in Regio I De strekking van het dekreet van de JGRN van 27 j u l i 1982 is in hoofdstuk 3 over het nationale nivo al voldoende aan de orde geweest. Nu zullen we ingaan op wat d i t dekreet precies teweeg heeft gebracht in Renio I . Als eerste regio heeft Regio I de nieuwe struktuur doorgevoerd. Haarom j u i s t deze drie departementen (Nueva Segovia, Hadriz en Esteli) bijelkaar gevoegd z i j n , wordt duidelijk wanneer we de k r i t e r i a hiervoor (ekononische, sociale, geografische en historisch-politieke) toepassen op d i t deel van Nicaragua. Uit de geschiedenis wordt al duidelijk hoezeer de drie departementen afhankelijk van e l kaar waren en hoe parallel hun ontwikkeling is gelopen.
I I I I I I
De stad E s t e l i , zijnde de grootste in de drie departementen, is als hoofdstad aangewezen.Hier zetelt de regionale regering, de 'delegación de la JGRN'. Als gedelegeerd minister, p o l i t i e k hoofd van de Regio, is benoemd Carlos Manuel Hora les. De verdere verdeling van de Regio in zones i s gemaakt op basis van produfctie en sociaal-ekonomische karakteristieken. In Regio I betekent het dat meestal twee of drie gemeentes (municipios) samen een zone vormen. Op deze manier de wederzijdse komminikatie tussen het regionale en het gemeentelijke nivo verzekerd. In Regio I zijr>13 zones onderscheiden, (zie kaart 5.1).
Legenda • _ » landsgrens --- regio-grens departementsgrens zone-grens hoofdweg © depa rt emen t s hoofds ta d
De ze zonale indeling is nog betrekkelijk nieuw. Dat is de reden dat nog niet ieder ministerie de o f f i c i ë l e zonering heeft doorgevoerd. Alleen het IIED loopt op d i t punt in de pas. Reforma Agraria en het FSLH hanteren nog een indeling met
N.'
Kaart 5.1 Zone-indeling Regio I
1
I
slechts negen zones. Het MINSA gebruikt weer een andere indeling. Dit geeft op het moment nog een wat ongeorganiseerde indruk, maar men s t r e e f t ernaar de zoneindeling zo snel mogelijk uniform te maken. Het organogram van het regionale bestuur, dat al eerder is gegeven (zie 3 . 2 } ,
komt in Regio I volledig terug. Het is n u t t i g wat dieper in te gaan op het Regionaal Technisch Sekretariaat (SETER). Onze werkzaamheden hebben zich voornamelijk op het werkterrein van het SETER afgespeeld. Omdat het MIPLAN als een onderdeel van het SETEft wordt opgevat zal de rol in Regio I van d i t ministerie
nader b e - :
schreven worden. Figuur 1 geeft het organogram van het SETER.
Regionaal Technisch Sekretariaat
SETER
Archief ; Eenheid voor
hiervoor aangevoerd het gebrek aan gekwalificeerd personeel. Wel wordt ieder jaar een programmering opgesteld met een looptijd van één jaar. Dit beperkt de mogelijkheden om strategische keuzes te maken, nodig voor een effektief ontwikkelingsbeleid, vanwege de planningshorizon van een jaar. Het • planningswerk krijgt daardoor een ad - hoc karakter. Be overheid heeft zo een beperkte greep op een aantal sektoren. Alleen het MIDINRA is vergevorderd in de planningstechnieken, waardoor praktisch gezien de sektor landbouw de koördinatie van de totaalplanning naar zich toetrekt. Deze verschuiving ten opzichte van het theoretische koördinatie vlak (het facet "planning*1) herbergt gevaren in zich. De grote invloed van het MIDINRA op alle sektoren op dit moment is maar moeizaam terug te dringen. Daartoe zal eerst het MIPLAN aan kracht moeten winnen. Het onderbrengen ven het MIPLAN bij het SETER in Regio I getuigt enigszins van deze zwakke positie.
Projekten • agrarische sektor handelssektor
5.2 Ontwikkelingsbeleid
• sociale sektor
In navolging van wat op nationale schaal geformuleerd is, wordt de versterking en de ontwikkeling van de ekonomie van de Regio gekoppeld aan de landbouwontwikkeling. Akkerbouw en veeteelt blijven vooralsnog de basis vormen van de ekonomie. Via de landbouw wil men intern de ekonomie stimuleren door het levenspeil te verhogen {voedsel en inkomen), maar ook deviezen genereren, die aangewend kunnen worden in de industriële en diensten sfeer. Het beleid konkretiseert zich tot: - ontwikkelen van de voedselproduktie - ontwikkelen van de exportnroduktie, gericht op koffie en tabak - ontwikkelen van de koöperatieve sektor. Deze drie punten worden voornamelijk uitgewerkt in de valleien. De belangrijkste zijn: Jalapa, La Vigia, Pueblo Nuevo en Estell, maar ook de koffiezone van San Juan de Rio Coco. Dit zijn de vruchtbare gebieden waar de landbouwpotenties niet onaanzienlijk zijn. Met behulp van mechanisering, technische assistentie van landbouwtechnici van Reforma Agraria en buitenlandse hulp probeert men te komen tot efficiëntere produktie. Dit geldt zowel voor de granos basicos (voedselgewassen) als voor de exportgewassen. Vooral het hogere technologische nivo zou ten opzichte van de traditionele landbouwmethoden een grote vooruitgang in opbrengstvolume en produktieeffieciëntie kunnen bieden. Voor de koffie zijn grootse plannen opgezet om de verwaarloosde plantages weer te aktWeren. In Regio I koncentreert dit zich rond San Juan de Rio Coco.
• infrastruktuur sektor projekten Figuur 1 Ornanisatiestruktuur van het SETER van Regio I Onder het buro SETER staan, blijkens figuur 1, nog een aantal diensten: het MIPLAN, de Eenlieid voor Projekten (UPE) en het INEC. De s t i p p e l l i j n als afscheid van het INEC geeft aan dat op het moment organisatorisch het INEC wel onder het SETER v a l t , maar dat de samenwerking door gescheiden huisvesting nog niet erg hecht i s . In de nabije toekomst zal één centraal onderkomen voor het SETER gerealiseerd worden. De eenheid voor Projekten is een uitvoerende dienst van het SETER. Op het moment is deze dienst volledig ingeschakeld b i j de koördinatie en de begeleiding van de bouw van de nieuwe nederzettingen in Regio I . De planning van d i t omvangrijke piojekt wordt samen met het MIPLAN verzorgd. Het MI PLAN is de instantie die in het kader van de regionalisatie het i n t e r i n s t i t u t i o n e l e overleg moet verzorgen. Ook in Regio I wordt de "planning" als centraal koördinerend facet gezien. Een zelfde praktijkervaring {ruimtelijke planning) komt men ook in Nederland tegen. Daarnaast is het MIPLAN zowel op nationaal als op regionaal nivo doende een systeem ten behoeve van de planning op a l l e nivo's te ontwikkelen. Dit vereist een grote inzet omdat de breuk met het Somozistische systeem groot i s . In Regio I is van d i t streven nog niet veel terecht gekomen. Als voornaamste oorzaak wordt
-lo-
II I I I 1 I I 1 I I I I I I I
I I I I I I
I I I I I I I I
Een enkele keer worden ook geheel nieuwe gewassen geïntroduceerd, zoals Burley-
inbreng en arbeidsorganisatie de inkomenspositie van de bevolking te verbeteren.
tabak of opnieuw geïntroduceerd zoals henequen (soort s i s a ï ) .
Naast deze ekonoraische kant z i j n ook een aantal personele maatregelen nodig.
Daarnaast wil men de aandacht richten op de marginale gebieden. Dat z i j n voor-
Versneld moet gewerkt worden aan de vorming van een eigen technisch kader. De
namelijk de berghellingen.Ook daar wil men de landbouwproductie verhogen, toe-
schofing en vorming van de bevolking moet op tal van gebieden {gezondheidszorg,
gesneden op haar natuurlijke en ekoïogische potenties. Gedacht wordt om deze
landbouwtechnieken, enz.) geïntensiveerd worden. Tenslotte wil men proberen op
ontwikkeling te stimuleren aan f r u i t t e e l t , ge komt» in eerde bosbouw en veeteelt
t i j d e l i j k e basis extra technisch kaderpersoneel aantrekken voor de ondersteuning
en aan i r r i g a t i e waar de topografie en de hydrologie dat toelaten. Ook d i t moet
in planning en uitvoering van de projekten.
uitgebreid begeleid worden door landbouwtechnici van de Reforma Agraria. Uit het vorenstaande v a l t af te leiden dat men een v r i j breed veld van a k t i v i t e i Opvallend i s dat zelfs in het o f f i c i ë l e stuk van de regionale regering van Regio
ten in het kader van de ontwikkeling heeft gedefinieerd. Uitvoering van al deze
I over de basisstrategie voor de ontwikkeling geen melding wordt gemaakt van de
projefcten betekent een forse aanslag op de overheidsmiddelen, w e l l i c h t groter
veeteelt. Toch levert de veeteelt in Regio I een aanzienlijke bijdrage in de
dan evenredigheidshalve verwacht mag worden. Toch is het niet zonder reden dat
kapitaa?sakkumulatie. Ook van oudsher was d i t in de Regio de belangrijkste agra-
Regio I extra aandacht en middelen k r i j g t van de nationale overheid. Deze rede-
rische inkomstenbron. Nu is de veestapel vlak na de revolutie zwaar uitgedund,
nen z i j n :
maar ontwikkeling ervan zou toch een belangrijk deel van de agrarische plannen
- Regio I vormt in de defensie van Nicaragua een strategisch steunpunt
moeten uitmaken. Duidelijk is dat de Reforma Agraria op het moment de p r i o r i t e i t
- De oorlogsschade is zowel fysiek als ekonomisch erg groot - De Regio is a l t i j d erg geïsoleerd geweest van de rest van Nicaragua (zie 4.2 geschiedenis) zowel efconomisch als infrastruktureel
legt b i j de verbouw van voedsel gewassen. Veel onderbeweide gronden worden nu uitgegeven aan koöperaties, die er in eerste instantie granos bSsicos op gaan verbouwen. Alleen in de langere tertrtijnplannen wordt de veeteelt genoemd. Voor de ontwikkeling van de koöperatieve sektor z i j n in Regio I acht zones aangewezen., waar deze ontwikkeling een hoge p r i o r i t e i t heeft. Dat z i j n : Jalapa, Jïcaro-Murra, Q u i l a l i - K i w i l i , San Juan de Rio Coco, Somoto-San Lucas, Pueblo nuevo, Condega-PalacaguTna en San Juan de Liroay. In deze zones wordt met extra aandacht gewerkt aan de oprichting en kontinuè'ring van koBperaties. In p r i n cipe komen verschillende vormen van koöperaties aan bod, maar de voorkeur gaat u i t naar de CAS-vorm, waarin de kollektieve vormen het verst z i j n doorgevoerd. De laatste t i j d is een nieuwe koöperatievorm ontstaan: de zelfverdedigingskoöper a t i e . Juist in Regio I is d i t een belangrijke groep geworden om de voortdurende agressie vanuit het aangrenzende Honduras te pareren. On veel van de gestelde doelen te halen, moet de bevolking veel meer dan nu het geval is gekoncentreerd wonen. De ideeën die hiervoor ontwikkeld z i j n , vormen de basis van een groot deel van ons werk. In de volgende paragraaf gaan we daar nog nader op i n .
- De r e l a t i e f lage produktie van de Regio. Vooral de eerste drie redenen z i j n belangrijke d r i j f v e r e n voor de extra aandacht. Dat is een politieke keuze van de nationale regering om zo de bevolking van Regio I goed te integreren in de Nicaraguaanse samenleving en om hen aan de Sandinistische Revolutie te binden.
5.3 Nieuwe nederzettingen In de vorige paragraaf is al even aangestipt dat er plannen z i j n om een deel van de verspreid levende boerenbevolking te koncentreren in nieuw te bouwen nederzettingen. De redenen w i l l e n we hier nog eens uiteen zetten. Uit de beschrijving van Regio I komt al naar voren dat maar een klein deel van de grond geschikt is voor de landbouw. Toch wordt verspreid over het gebied landbouw bedreven. Dat gebeurt veelal op traditionele manier, wat de verspreide manier van wonen door de boerenbevolking verklaart. Gedurende de laatste jaren is de kwetsbaarheid van deze levenswijze, zowel ekonomisch als m i l i t a i r , d u i d e -
Om al deze voornemens en plannen u i t te voeren z i j n nog een aantal afgeleide maatregelen nodig. Zo moet de bestaande infrastruktuur verbeterd en uitgebouwd worden, moeten de bestaande ekonomische plannen aangepast worden en moet geprobeerd worden door middel van kieine investeringen in de sfeer van technologie
l i j k aangetoond. Het samenbrengen van de gemarginaliseerde en bedreigde boeren in de veel vruchtbaardere valleien past volledig in het hiervoor geschetste landbouwontwikkelingsbeleid in Regio I . De valleien worden intensief bewerkt, door koncentratie van gronden in (CAS-)koÖperaties is een betere technische begeleiding en een e f f i -at-
ciëntere produktiewijze mogelijk en tegelijkertijd wordt de koöperatieve sektor
Het Integrale Agrarische Ontwikkelingsprojekt PRONORTE heeft tot doel d i t ge-
versterkt. Daarnaast is de gedachte hierbij dat door de plaatsing van de
bied in het westen van Regio I een extra impuls te geven. Het plangebied om-
nieuiie nederzettingen roet de voor hen voorziene sociale infrastruktuur en de
vat van noord naar zuid de volgende municipios: Santa Maria, Hacuelizo, Somoto,
al genoemde landbouwtechnische hulp de overige bewoners van de valleien hier
San Lucas, Las Sabanas, San JOSÉ de Cusmapa, Pueblo Nuevo en San Juan de
ook van kunnen leren en profiteren. De nederzettingen zouden zo een soort
Lintay.
innovatiepolen kunnen zijn, die een stimulans aan het omringende geven.
Deze acht gemeentes beslaan een gebied dat als marginaal aangemerkt kan wor-
De plannen omtrent de nieuwe nederzettingen in Regio I bevatten op dit moment
den. Er z i j n maar weinig mogelijkheden voor agrarische ontwikkeling. Een on-
30 lokaties. Het grootste deel van deze nederzettingen liggen in en vlak rond
regelmatige regenval is daar een belangrijke oorzaak van, raaar ook de t e r r e i n -
de vruchtbare vallei van Jalapa. Heer zuidelijk zijn in de streek van San Juan
gesteïdtieid. In d i t gebied komen veel zeer s t e i l e hellingen voor. Enige dalen
de F!ïo Coco ook een groot aantal nederzettingen geprojekteerd.
van betekenis z i j n die van San Juan de Limay, Pueblo Nuevo en San Luis.
Zoals al beschreven in paragraaf 5.1 treedt het SEÏER als koördinator op. Bui-
Tenslotte heeft de oorlog grote schade veroorzaakt in d i t gebied.
ten deze koördinatie om ontstaan op verschillende plaatsen spontane nederzet-
Gevolgen van d i t alles z i j n ekonomische achterstand en een lage tevensstan-
tingen (buiten de geplande 30 om dus). Deze initiatieven zijn vaak ingegeven
daard. Dat komt tot uitdrukking in de hoge kindersterfte (115 op de 1000) en
door akkute noodsituaties van grote groepen gevluchte boeren uit de grens-
de lage levensverwachting ({3 j a a r ) .
streken. Uit dit laatste feit kan afgelezen worden dat de laatste tijd de zelf-
Regio I was r e l a t i e f gesproken al georiënteerd op Honduras, voor deze gebieden
verdedigingsnederzettingen de dringendste reden voor de bouw van nederzettin-
go.ld dat in sterke dia te.
gem geworden is. In hoofdstuk 8 en het bijbehorende deelrapport gaan we dieper in op de planning en uitvoering van de bouw van nieuwe nederzettingen in Regio I.
De doelen die men in het kader van PRONORTE nastreeft z i j n : - integratie van de bevolking i n de Nicaraguaanse samenleving en ekonomie - herstellen van de door de oorlog sterk aangetaste regionale ekonomie
5.4 Speciale, al lopende projekten in Regio I De doelen van het ontwikkelingsbeleid zijn voor een deel in een aantal afgebakende projekten gekonkretiseerd. De belangrijkste daarvan willen we nu in het kort behandelen, waarbij we wat langer willen stilstaan bij het projekt PROMORTE. 5.1.1 PROHORTE Via de regionale regering z i j n w i j in kontakt gebracht met PRONORTE. Een f l i n k deel van ons werk paste binnen de kaders van d i t ontwikkelingsprojekt. Hat ons werk betreft waren we ook gehuisvest in het kantoor van PRONORTE. A l l e reden om v/at dieper op d i t i n s t i t u u t in te gaan. Een nadere beschouwing van de fysische en ekonomische omstandigheden van en in Regio I levert een beeld op waar de ontwikkelingspotenties wel en waar deze niet groot z i j n . Een grove indeling geeft een westelijk deel van Regio I dat slechter af is dan het oostelijk deel. Vooral de fysische omstandigheden bepalen d i t . Haar ook omdat de inwoners van het westelijk deel als arbeiders (slaven) in het oostelijk deel ingezet z i j n geweest, waardoor een vergaande proletarisatie ontstond, is "oost" beter af dan "west". -22-
- kreeëren van voorwaarden voor een uitbouw van de rendabele sektoren op de langere termijn. Daartoe worden drie plannen gemaakt. De voornamelijk op ekonomisch georiënteerde doelen vereisen ondersteuning on sociaal en fysiek gebied. Het ekonomische plan probeert maatregelen en akties te formuleren on de (landbouw) produktie te verhogen, werkgelegenheid te stimuleren, konsumptie en produktie te diversificeren. Belangrijk daarbij is de natuurlijke hulpbronnen te beschermen. Als ondersteuning wordt in het sociale plan gewerkt aan organisatie van de bevolking, het verbeteren van de (sociale)voorzieningen en de sociaal-ekonomische dienstverlening (kredieten). In het fysieke plan wordt gewerkt aan infrastrukturele verbeteringen in d i t deel van de Regio, met name met betrekking t o t het wegennet. Tot aan augustus 1983 was d i t projekt meer in de planvormende dan in de u i t voerende fase. Als basis voor de plannen diende omvangrijk onderzoek van het CIERA. Deze i n s t e l l i n g heeft dan ook veel materiaal over het gebied en de bewoners gepubliceerd. Vanaf oktober 1982 was PItONORTE betrokken b i j de uitvoering van het projekt Los Hermanos Martinez (zie verder hoofdstuk 6). In 1983 is de uitvoering van de verbindingsweg tussen Este11 en San Juan de Limay ter hand genomen even-
I I I 1 I I I I I I 1 I I I
II I I I I I 1 I I I I 1 I I I
als een omvangrijk latrine-projekt. In totaal moeten honderden latrines gebouwd worden, verspreid over het gehele plangebied. Omdat het werkgebied van PRONOF1TE zich u i t s t r e k t over a l l e drie de departementen van Regio I is de hiërarchische plaats van PRONORTE vlak onder de regionale regering. Dat betekent dat op het nivo van het SETER de a k t i v i t e t t e n gekoördineerd moeten worden met de andere akties in Regio I . Volgens de Barn'cada is met de uitvoering van de plannen in totaal 280 miljoen cordobas gemoeid. De belangrijkste financiers z i j n de Nicaraguaanse overheid, de FIDA en de Banco Centroamericano de Integración Econ&mica. Voor kleine deelprojekten worden ook andere financiers aangesproken: COSUDE (een Zwitserse ontwikkelingssamenwerkingsinstelling) en UNESCO.
5.4.2 De v a l l e i Jalapa De meest noordelijke v a l l e i van Regio I geldt als §én van de allervruchtoaarste. Dat betekent dat men, ondanks de ligging zo d i c h t b i j de grens met Honduras, deze v a l l e i volledig wil inschakelen b i j de landbouwproductie. Er is een plan ontwikkeld om samen met steun van de Nederlandse regering granos basicos en exportgewassen te verbouwen. In totaal staat een oppervlakte van Z2O0O manzanas mechaniseerbare vlakte ter beschikking. Naast de pure produktieplannen z i j n ook bodembeschermingsplannen ontwikkeld om de vruchtbaarheid van de valleibodem niet te snel te verliezen. Het belang van deze ontwikkeling s t i j g t u i t boven het nivo van Regio I , met name op het gebied van de voedseïproduktie ( r i j s t , maïs, aardappelen).
5.4.3 Burley-tabak Om de tabaksteelt nieuw leven in te blazen in Regio I is d i r projekt geformuleerd. Tabak levert namelijk veel deviezen op en tegelijk ook veel werkgelegenheid. Tabak heeft een v r i j arbeidsintensieve teeltwijze. Daarnaast is ook een v r i j ingewikkelde t e e l t , zodat scholing van landarbeiders belangrijk i s . Voor de gehele Regio wordt gedacht aan 2000 manzanas in te zaaien. In vier valleien wordt ieder 500 vrijgemaakt: San Ouan de Limay, La Vigïa, San Lufs en Jalapa. Voor een deel wordt de tabak on APP's verbouwd en voor een ander deel in koö'peratief verband. Geschat wordt dat de j a a r l i j k s e opbrengst 15 miljoen dollar zal z i j n . Deze plannen l i j k e n , met name voor San Luis, erg ambitieus.
il
I I 1 I
I I I 1 I 1 I I 1
I
hoofdstuk 6
II I
I I I I I I I 1 I 1 I 1 I 1
HOOFDSTUK 6 LOS HERMANOS HARTINEZ Zoals gezegd in de inleiding van dit hoofdrapport is de nieuwe nederzetting Los Hermanos Hartïnez het onderwerp geweest waarop twee van de andere deelstudies het vervolg waren. In Los Hermanos Hartïnez vallen namelijk de drie ontwikkelingslijnen, zoals die door de regionale regering uitgezet zijn, samen. Aangezien er in het geval van Los Hermanos Hartïnez weinig schriftelijk was vastgelegd van de gang van zaken, is er eerst een onderzoek gedaan naar het verloop van de gehele aktie met betrekking tot de verhuizing en de opzet van het dorp. Aan de hand hiervan is er door de groep op de diverse onderscheidende onderdelen met behulp van kriteria een evaluatie uitgevoerd. 6.1 Doelstellingen In korte tijd komen tot een evaluatie rond de opzet van de nieuwe nederzetting Los Hermanos Hartinez en de vorming van de bijbehorende koöperatie Deze evaluatie heeft als doel het doen van aanbevelingen voor de planning van nieuwe nederzettingen in Regio I. Daarnaast worden aanbevelingen gedaan voor de ontwikkeling van de nederzetting Los Hermanos Hartinez zelf op de middellange en lange termijn. Deze aanbevelingen zullen voornamelijk geformuleerd worden op het gebied van de infrastruktuur (de fysische en sociale), en de landbouw. 6.2 Uitgangspunten - De studie in Los Hermanos Martïnez levert resultaten en ervaringen op die we als groep willen benutten voor onze studie in de vallei San Luis en de studie op het gebied van de planning van nieuwe nederzettingen in Regio I. - De studie moet in een tijdspanne van vier 3 vijf weken afgerond worden om de verdere studies op zinvolle wijze mogelijk te maken. - Bij de planning van de nog te ondernemen akties zullen de wensen en mogelijkheden van de gebruikers in Los Hermanos Martïnez centraal staan. - De eventuele uitvoering moet zo aangepakt worden dat de aanwezige kennis, arbeid en materialen optimaal benut worden. - De uitgaven voor de aanleg en bouw van de nederzetting moeten binnen redelijke grenzen van de nationale ekonmische situatie liggen.
6.3 Randvoorwaarden - Los Hermanos Martinez is gelegen bij Somoto en vanwege de schaarste aan vervoersmiddelen door de groep vanuit Esteli moeilijk te bereiken. - Aktiviteiten van de contras beperken nog verder de bewegingsvrijheid van de groep. - De gebrekkige beheersing van het Spaans door het grootste deel van de groep maakt het moeilijk om op bepaalde onderwerpen dieper in te gaan. 6.4 Werkwijze Het werk in de nieuwe nederzetting hebben we opgedeeld in drie fases: de beschrijving, de evaluatie en het doen van aanbevelingen. Tijdens het doorlopen van de tweede fase werd aan het proces een vierde fase toegevoegd: aanbevelingen opstellen voor de planvorming van andere nieuwe nederzettingen. De bescrijvende fase werd uitgevoerd op basis van gesprekken met voor de uitvoering verantwoordelijke mensen: PRO NORTE en mensen van instanties die bij het werk betrokken zijn zoals INSSBI, Reforma Agraria, UNAG, FSLN, de JUR van Somoto, PROCAMPO =- de junta de directiva van de koöperatie Los Hermanos Martïnez-en andere bewoners van de koöperatie. Daarnaast is literatuur geraadpleegd die PRO NORTE ons leverde. Op basis van deze beschrijvingen is de gang van zaken geëvalueerd. Daarvoor is de groep opgesplitst in drie subgroepen: planvorming en voorbereiding, voorzieningen en landbouwproduktie. De evaluatie van de eerste subgroepen heeft plaatsgevonden aan de hand van zelf opgestelde kriteria. Deze zijn doorgesproken met de leden van de contraparte, de grupo nacional. Een eerste poging van ons om samen met grupo nacional kriteria te ontwikkelen om de planvorming te evalueren, H e p op niets uit. Deze aanpak bleek te theoretisch van opzet, waardoor het onderscheid in kriteria voor de planvorming, -inhoud en voor planeffekt niet gehandhaafd is. Een werkwijze met expliciete kriteria bleek voor de derde subgroep, landbouwproduktie, niet werkbaar. Uitgevoerd is een ekonomische evaluatie van het produktieplan en een landevaluatie. De resultaten van alle evaluaties zijn besproken roet grupo nacional. Oorspronkelijk was het de bedoeling om in de derde fase tot konkrete plan-
-ïfc-
vorming te komen op de onderdelen voorzieningen, infrastruktuur en landbouw. Problemen op deze gebieden, die naar voren zijn gekomen uit de evaluatiefase, zouden worden aangepakt in deze fase. De derde fase is sterk ingekort. Tijdgebrek was daar een oorzaak voor maar ook speelde Ree dat op veel gebieden wij als groep geen zinvolle extra bijdrage konden leveren. Veel van de plannen bestonden al in koncept, of konden zonder erg veel moeite door PRO NORTE zelf gemaakt worden. We hebben ons daarom beperkt tot het doen van aanbevelingen op het gebied van de fasering van de voorzieningen, ontwikkeling van de agrarische sektor, de produktieorganisatie en met betrekking tot de vorm van de drinkwatervoorziening. Bij de bestudering van de planvorming en -voorbereiding kwamen ook een aantal problemen naar boven die een algemeen karakter droegen. Aanbevelingen op dat terrein zouden in een vierde fase beschreven worden. De vierde fase is uiteindelijk uit de sfeer van alleen de nederzetting Los Hermanos Martinez getrokken. De basis van de aanbevelingen is verbreed tot de ervaring met de planning en bouw van andere, ook in aanbouw zijnde, nederzettingen in Regio I. Dit werk is als apart deel in het rapport opgenomen: "Planning nieuwe nederzettingen". 6.5 Samenvatting De bewoners van Los Hermanos Martinez zijn afstammelingen van de oude Indiaanse gemeenschappen, die vroeger dit gedeelte van Nicaragua bewoonden, en afkomsig uit de grensstreek met Honduras, uit de Kunicipio Cusraapa. In dit zwaar geaksidenteerde en ontoegankelijk gebied is de inheemse gemeenschap min of meer in takt gebleven. De toenemende bevolkingsdruk en de landhonger van de grootgrondbezitters hebben het echter steeds moeilijker gemaakt een behoorlijke oogst binnen te halen door de kleiner wordende oppervlaktes en de slechtere kwaliteit (te kort braak liggen) van de grond. In de jaren na 1979 (revolutie) heeft de terreur door de contras vanuit Honduras er nog extra toe bijgedragen dat het voor de verspreid wonende bevolking onmogelijk werd daar te blijven leven. Mede op aandringen van de kerk is toen door de UNAG en het Frente het plan tot verhuizing van de meest bedreigde geïnitieerd. Dit initiatief is door de Gobierno Regional
II I I I I I I I I f I I I I I
I 1 I I 1 I 1 I 1 I 1 1 I 1
overgenomen. De koordinatie van de operatie werd aan PRO NORTE opgedragen. Na identificatie en konsultatie van de toekomstige bewoners viel de keuze op de vallei van San Luis als vestigingsplaats voor de nieuwe nderzetting. Het benodigde land werd door de Reforma Agraria aan de nieuw te vormen koöperatie beschikbaar gesteld. Ha uitvoering van de eerste werkzaamheden zoal landclearing is direkt bijna de hele toekomstige bevolking overgebracht, zodat deze zelf de huizenbouw en het bouwrijp maken van de landbouwgronden ter hand kon nemen. Dit alles met ondersteuning en begeleiding van PRO KORTE en Reforma Agraria. De plannen voor het dorp komen van PRO HORTE en behelzen huizen van hout en golfplaat, neergezet in zogenaamde cuadras en de voorzieningen. De planner» met betrekking tot de landbouw worden opgsteld in samenwerking met Reforma Agraria, maar ook andere instituten leveren een bijdrage zoals het INSSBI. De organisatie van de bewoners krijgt vorm in een CAS_koö'peratie, waarbinnen werkbrigades worden gevormd voor bepaalde onderdelen van de te verrichten werkzaamheden. Het bestuur van de CAS wordt gevormd door de Junta de Directiva, die geheel bestaat uit leden van de koöperatie. De Junta zit daar met goedkeuring van de Asamblea General, de vergadering van alle leden van de koöperatie. Deze vergadering kontroleert en stuurt de Junta en alle belangrijke beslissingen moeten eerst aan de vergadering worden voor gelegd. De bevolking is nog geen homogeen geheel. De leden woonden hoodfzakelijk ir» vier dorpen: Los Terreros, Los Naranjos, Los Canoas en Los Robles. Enkele families zijn afkomstig uit het plaatsje Cusmapa. De redenen waarom men lid is geworden verschillen. De een vanwege het gevaar in Cusmapa, de ander vanwege het armoedige bestaan daar en weer een ander om het koöperatieve werken in Los Hermanos Martïnez. Deze redenen geven in enige mate inzicht in de mate waarop men zich inzet voor de koöperatie. Door financiële problemen gedwongen zijn er leden buiten de koöperatie gaan werken (tijdelijk). Een gebrek aan financiën is ook de oorzaak dat men nog geen vee heeft aangeschaft. Het mislukken van de eerste oogst heeft de situatie alleen nog maar precairder gemaakt. De bouw heeft enigszins vertraging ondervonden door een gebrekkige materiaal aanvoer en een laag kennisnivo van de bewoners met betrekking tot timmerwerk e t c . In totaal komen er 120 huizen voor zo een 625 mensen. Een aantal voorzieningen zoals water en latrines zijn alleen nog in voorlopige vorn voorhanden maar krijgen, evenals de school, in de nabije toekomst
hun definitieve vorm. Het is de bedoeling dat er een basispakket van allerlei voorzieningen en diensten wordt aangeboden voor meer mensen dan alleen in het dorp zelf. De plannen opgesteld voor de landbouw houden het volgende in: een gedeelte akkerbouw voor zelfvoorziening, bestaande uit maïs en bonen, een gedeelte tuinbouw en mogelijk tabak voor de verkoop en op het overgrote deel van de 385 manzanas veeteelt. Officieel zijn er in totaal 066 manzanas aan de koöperatie toegewezen maar tot op heden konden hiervan slechts 385 geïdentificeerd worden. De akkerbouw kan voor een deel onder irrigatie geschieden dankzij de ligging van de gronden vlakbij de Rio Coco. Hierbij zal technische assistentie verleend worden door Reforma Agraria. Het is de bedoeling dat de produktie op een setni-getechnificeerd nivo zal geschieden en dat na enkele jaren geen technische assistentie meer benodigd is. Onder de koordinatie van PRONORTE leveren een groot aantal instituten en ministeries een bijdrage i-n de scholing alsmede de financiering hiervan. Binnen de organisatiestruktuur van de bewoners krijgt het aspekt veiligheid veel aandacht; men woont immers in gevaarlijk gebied. Hen heeft de beschikking over automatische geweren en men patrouilleert in de omgeving van het dorp. Dit laatste gebeurt door de brigada de vigilancia (burgerwacht). Zo heeft men ook voor de andere taken brigades. Deze zijn echter in tegenstelling tot de brigada de vigilancia vrij vast van samenstelling. De invulling en opvulling van de brigades geschiedt binnen de struktuur van de koöperatie door de 1eden-bewoners zelf. De beoordeling van de gang van zaken en het momentele resultaat is gebeurd door op de volgende punten te evalueren: - evaluatie van de planning: x evaluatie van het planningsproces x evaluatie van de planvorming met betrekking tot de landbouw en de bouw van de nederzetting x evaluatie van de koordinatie - evaluatie van de voorzieningen waarbinnen aan de fasering apart aandacht wordt besteed - evaluatie van de landbouw: x ekonomische evaluatie van het produktieplan x evaluatie van de veiligheid.
6.6 Belangrijkste konklusies - Door de afhankelijkheid van derden voor de financiering en de gebondenheid ervan zijn er vertragingen opgetreden en was het niet goed mogelijk bepaalde prioriteiten te stellen. - De koördinerende instantie heeft geen goed totaal-beeld door hét ontbreken van allerlei gegevens. Bovendien wordt er door het ontbreken van een omschrijving van taken en bevoegdheden onduidelijk wat betreft de verantwoordelijkheid in de hand gewerkt. - De bewoners hebben weinig kunnen deelnemen in de besluitvorming en besluitvormi ng. - Er rijn een aantal problemen wat betreft de motivatie van de bewoners. Sommigen zullen de koöperatie verlaten als de gelegenheid zich voordoet. Ook financiële problemen hebben er toe geleid dat er tijdelijk elders gewerkt wo rd t. - Gezien het aantal inwoners van Los Hermanos Martinez en de vallei krijgt men een wel zeer voiledig pakket voorzieningen. - De voorlopige voorzieningen met betrekking tot drinkwater en sanitair zijn slecht. - Bij de bouw van de huizen is geen rekening gehouden met de gezinsgrootte. - De grond geschikt voor intensieve akkerbouw beperkt zich in verband roet de beschikbaarheid van water en de bodemkwaliteit tot het huidige akkerbouwareaal, het fruitbomenperceeltje en 7 manzanas in de geulbodero van de Rio Coco. - De huidige veestapel is van beperkte kwaliteit. -Van de toegekende grond is nog 481 manzanas niet geïdentificeerd.
6.7 Belangrijkste aanbevelingen - Streven naar een centrale financiering voor het hele projekt in verband (tiet de (continuïteit en het kunnen stellen van prioriteiten bij de uitvoering. - Een duidelijke taakomschrijving voor de betrokken instanties en centraal beheer van alle voortgangsrapporten en gegevens. - De bevolking meer deel laten nemen in de besluitvorming en -neming door betere informatieverstrekking en konsultatie. - Zorgdragen voor een konstruktie waardoor de leden geen financiële problemen hebben. - Voor voldoende scholing zorgen opdat de koöperatie zoveel mogelijk taken op een zo kort mogelijke termijn zelf kan verzorgen en de leden de koöpera-28-
-
-
tie als organisatie meer gaan waarderen. ten afweging in samenspraak met de bevolking maken over de noodzaak van de geplande voorzieningen. Zo snel mogelijk komen tot een simpele en gemakkelijk te beheren drinkwatersysteem, dat grotendeels door de bewoners zelf gebouwd en onderhouden kan worden. Bij het ontwerp van de huizen meer rekening houden met de gewoontes en wensen van de bewoners. Gezien de voorkeur van de koöpereatie voor veeteelt en de geschiktheid van de gronden vervanging, verbetering en vergroting van de veestapel bewerkstelligen. Voor een deel zou dat gericht op de melkveehouderij moeten gebeuren.
6.8 Enkele evaluatieve opmerkingen Door het werk van de groep is er nu een redelijk totaalbeeld van de gang van zaken vastgelegd, waarin de rol van de diverse instanties, die een inbreng hebben gehad genoemd wordt en een aantal problemen omschreven zijn. Hiermee is dan ook tegemoet gekomen aan de vraag van PRONORTE. Ook de formele struktuur van de koöperatie binnen de nederzetting is goed omschreven. De informele struktuur echter, dat wil zeggen de invloeden van familierelaties, mogelijkheden tot vergaren van prestige en daarmee nacht alsmede het hoe en waarom van voorkeuren voor bepaalde oplossingen is niet of nauwelijks systematisch onderzocht. In hoeverre deze struktuur nieuw of een aanpassing is op of een voortzetting van de oude struktuur is, is niet duidelijk. Om echter een goed beeld te krijgen waarop de mate van sukses of mislukken berust ofwel welke faktoren hierop invloed hebben gehad is zo'n onderzoek noodzakelijk. De redenen waarom dit onderzoek maar ten dele is uitgevoerd, zijn de korte bestaansperiode van de nederzetting -nieuwe strukturen zijn nog niet uitgekristalliseerd- , de onmogelijkheid tot het doen van bezoeken aan het gebied van herkomst, de korte verblijfsperiode van de groep ter plekke en het ontbreken van een op dit gebied gespecialiseerd groepslid. Mei zijn er een aantal aanzetten gegeven, die wellicht aanknopingspunten bieden voor verder onderzoek in deze richting. Met betrekking tot de doelstelling kan ook gezegd worden dat de procedurele kant wat overbelicht is gezien het bovenstaande. Wat betreft de door de groep geformuleerde uitgangspunten is alleen de tweede enigszins in het ongerede geraakt, maar door het schuiven met personen en ta-
I I I I I I I I I I I I I I
I I I I I I I 1
I I (I 1 1 I 1
ken is hier een allerzins bevredigende oplossing voor bereikt. Het idee van een langzaam zandfilter voor de drinkwaterwinning geeft een voorbeeld hoe de laatste uitgangspunten in het werk tot uitdrukking komen. De werkwijze is wellicht enigszins tijdrovend geweest door de vele gevoerde gesprekken. Deze gesprekken waren echter nodig voor een goede verifiëring van gegevens door cross-checks en double-checks. Bovendien was vee! tijd nodin en waren veel gesprekken nodig om ons goed in te werken. Eén resultaat van deze methode was dat vastgesteld moest worden door de hiervoor verantwoordelijke instanties dat de fcoöperatie van de op papier verkregen 866 manzanas slechts 385 manzanas ook daadwerkelijk verkregen had. Een andere werkwijze had waarschijnlijk sneller, maar minder betrouwbaar, informatie geleverd.
hoofdstuk "7
I I I I I I I I I I I I I I I
N
HOOFDSTUK 7 HET DAL VAN SAN LUIS Het onderzoek nsar de ontwikkelingsmogelijkheden van het dal van San Luis is een vervolg op de evaluatie van de nieuwe nederzetting Los Hemanos Martinez, uitgevoerd door de hele studiegroep in de eerste helft van ons verblijf in Nicaragua. Los Hermanos Martinez is gelegen in het zuiden van San Luis, aan de oever van de Rïo Coco. Tijdens deze evaluatie maakten wij dus al kennis met tiet dal van San Lufs. Dovendien vormde de landbouwanalyse van de koöperatie Los Hermanos Kartinez, die 2ich vooral richtte op bedrijfsnivo, een goede voorbereiding voor deze studie naar landbouwontwikkeling in het algemeen voor het grotere gebied, het dal van San Luis. De evaluatie van Los Hermanos Martinez gaf ook een goede indruk van de problematiek rond het opzetten van nieuwe nederzettingen en koöperaties voor kleine boeren in het door tegenstanders van de Sandinistische regering bedreigd gebied. Er bestaan plannen voor meer nieuwe nederzettingen in San Luis, die deels al in uitvoering zijn. 7.1 Verantwoording 7.1.1 Probleembeschrijving In de schets van de regionale overheid voor de ontwikkeling van Las Segovias wordt gesteld dat de aandacht zich vooral moet richten op de ontwikkeling van de valleien, die overigens slechts schaars aanwezicj zijn in dit bergachtige gebied. Het opzetten van nieuwe nederzettingen en het stimuleren van de koöperatieve sektor zijn andere elementen van het ontwikkelingsbeleid. Het dal van San Luis werd erg extensief benut, en het was relatief zeer dun bevolkt. Na 1979 werden enkele van de grotere boeren onteigend, waarmee de staat een groot deel van de grond in San Luis in handen kreeg. Er is echter bij de overheid weinig bekend over het dal en haar ontwikkelingsmogelijkheden. Vermoedlijk vanwege het feit dat andere dalen in de regio meer mogelijkheden lijken te bieden door een beter klimaat, hun omvang of infrastruktuur, gaf men aan ontwikkeling van San Luis in eerste instantie geen hoge prioriteit. Het laatste jaar is de overheid echter meer interesse in San Luis gaan tonen, vooral een gevolg van de recente aanvallen van de contra in het grensgebied.
-31-
Het dal l i j k t namelijk een goede opvangroogelijkheid te bieden voor opvang van
7.1.4 Randvoorwaarden
vluchtelingen u i t de omgeving. Na het genoemde Los Hermanos Martinez staan er nog meer nieuwe nederzettingen op stapel. Ook op het staatslandbouwbedrijf in het dal voltrekken zich in 1983 enige snelle ontwikkelingen naar een meer intensief grondgebruik, vooral onder druk van de toegenomen behoefte aan werkgelegenheid. Voor het verkrijgen van een betere besluitvorming over het opgang zetten van
De -
inhoud en de totstandkoming van ons werk zijn sterk beïnvloed door: de militaire situatie; de beschikbare tijd; het beschikbare transport naar en in de vallei; de aanwezige kennis over van belang zijnde onderwerpen; de aktuele situatie en in uitvoering of in voorbereiding zijnde plannen.
nieuwe ontwikkelingen is het van groot belang dat bestaande informatie op s c h r i f t gesteld wordt. Om deze ontwikkelingen enigzins op elkaar af te kunnen stemmen is het ook noodzakelijk dat al deze informatie gebundeld wordt. In het verleden z i j n bijvoorbeeld enkele studies gedaan die betrekking hebben op San Luis, onder meer een globale bodemstudie en een studie naar grondwatervoorkonien; deze worden momenteel niet centraal beheerd en het i s zelfs niet bekend b i j belanghebbende instanties waar deze studies te vinden z i j n .
7.1.2 Doelstellingen Hoofddoelstelling: - het bundelen en uitbreiden van de voor de ontwikkeling van de vallei van belang zijnde informatie. Subdoelstellingen: - het aangeven van potenties en beperkingen met betrekiing tot de ontwikkeling van de vallei; - het doen van aanbevelingen voor verdere ontwikkeling van de vallei; - het aangeven van de gevolgen van verschillende mogelijke ontwikkelingslijnen voor de vallei, gebruikmakend van de aanbevelingen. 7.1.3 Uitgangspunten Voor het uitvoeren van de studie zijn de volgende uitgangspunten opgesteld: - De studie is bedoeld voor de overheden en bevolkingsvertegenwoordigende organisaties die betrokken zijn bij de planvorming rond San Luis. - De wensen en problemen van de huidige en mogelijk toekomstige gebruikers van het dal worden in rekening genomen. - Alle kategoriën betrokkenen worden geraadpleegd en van hun kennis wordt mede gebruik gemaakt. - Het dal en zijn direkt relevante omgeving wordt zo kompleet mogelijk bezocht. - De aanbevelingen dienen uitvoerbaar te zijn binnen de gegeven situatie. -ïi-
Toelichting. Het dai van San Luis ligt op slechts enkele kilometers van de grens rset Honduras, in een gebied waar reeds verschillende aanslagen van de contras plaatsvonden. Ook is er enkele malen de aanwezigheid van een rondtrekkende groep contras gemeld in het dal of in de heuvels direkt ten noorden ervan. Deze gevaarlijke situatie maakte het ons niet mogelijk het gehele dal te bezoeken. Andere delen hebben we slechts een zeer vluchtig bezoek kunnen brengen. Een andere beperkende faktor voor ons onderzoek was de beschikbare tijd. Het verzamelen van gegevens en indrukken is gebeurd in slechts zes weken. Daarbij kwam dat het onderwerp pas aan het begin van deze periode vastgesteld kon worden. Een gemotoriseerd vervoermiddel bleek voor ons, net als voor andere Nicaraguanen, schaars. De afstand tot Estelï, onze plaats van hutsvesting, of tenminste tot Soraoto, tot waar het openbaar vervoer reikt, maakte dit transport wel nodig en overnachting in de vallei werd ons door de veiligheidssituatie zeer afgeraden. Behalve tot de vallei, vormde de afstand tot de hoofdstad Managua ook een beleomering, waar op verschillende kantoren in de loop van het onderzoek informatie gezocht moest worden. Er werd naar gestreefd alle informatie te verzamelen die van direkt belang leek voor de studie. Hierbij dient aangetekend te worden dat niet op alle terreinen voldoende kennis binnen de groep aanwezig was. Bij het aangeven van de mogelijke lijnen voor ontwikkelinq zi.in de.huidige snelle ontwikkelingen in San Luis als randvoorwaarde genomen; ook is getracht overheidsplannen, die vaak nog niet meer dan vage hersenspinsels waren mee te beschouwen. 7.2 werkwijze Nadat we enkele oriënterende bezoeken aan de vallei hadden gebracht en, ook ter oriëntatie, wat gesprekken hadden gevoerd, is er een voorlopige gebiedsaf-
il I I I I I I I I I I I I I I
I I I I I i I I I I I I I I
werkopret genaakt. Op basis van deze b i j de contraparte ingediende en met hen besproken werkopzet
enige uitlopers langs beken die op deze zelfde r i v i e r uitkomen. De oppervlakte van d i t vlakke deel is bepaald op ruim 3000 ha.
is er in samenwerking met de contraparte een l i j s t opgesteld . Deze gaf aan welke studies er waren met betrekking tot San Luis en welke mensen en i n s t i t u -
Bepalend voor de ontwikkeling van de vallei tot de revolutie is het grootgrond-
ten mogelijk meer l i c h t zouden kunnen werpen op San Luis.
bezit geweest, dat was toegewijd aan de extensieve veeteelt.
Het verzamelen en interpreteren van deze informatie heeft geleid t o t b i j s t e l -
Hieruit valt de zeer geringe bevolking in de vallei zelf te verklaren, en de
ling van de werkopzet en gediend als leidraad b i j het veldwerk in San Luis,
dichtere bevolking, met vooral arme boeren die voor de zelfvoorziening
dat is verricht ter aanvulling en kontrolering.
produceren, langs de rand van de v a l l e i , op de meer marginale gronden.
De werkopzet onderscheidde drie onderdelen: inventarisatie, vaststellen van potenties en beperkingen en bepalen van de ontwikkelingsmogelijkheden. Het veldwerk bestond voor een deel uit het afnemen van interviews, aan de hand van vragenlijsten die vooraf opgesteld waren en in de loop van het werk werden bijgesteld. Ze werden afgenomen van mensen die goed bekend z i j n met de vroegere of met de huidige situatie. Deze geïnterviewde mensen kwamen u i t de diverse te onderscheiden groepen in het dal, of u i t betrokken organisaties die bestuurl i j k e of technische assistentie verleenden aan de bewoners, of u i t belangenorganisaties. Zo werd gesproken met kleine boeren, grootgrondbezitters, arbeiders van het staatsbedrijf, het gemeentebestuur, Reforma Agraria, de UHftG, de veearts, de pastoor, etc. Andere werkzaamheden waren bijvoorbeeld het verrichten van grondboringen en het bepalen van grondbezit en grondgebruik met steun van de luchtfoto's. Na de definitieve afbakening van het gebied is b i j het onderdeel potenties en beperkingen een schatting gemaakt van de mogelijke opbrengsten in het dal. Dit gebeurde met behulp van verder literatuuronderzoek, berekening van de beschikbare waterhoeveelheid en de vergelijking met overeenkomstige situaties. Ook z i j n deskundigen geraadpleegd, onder andere in de bosbouw en veeteelt en is gekeken naar plannen die er voor enkele kleine delen van het dal bestaan. De opzet voor het onderdeel ontwikkelingsmogelijkheden is bijgesteld, in die zin dat er alleen gekeken wordt naar de twee meest waarschijnlijke varianten voor ontwikkeling. De vergelijking gebeurt door toetsing van de qevolgen oo een aantal punten, die als belangrijk naar voren z i j n gekomen u i t het onderdeel i nventari sati e. 7.3 Samenvatting Het dal van San Luis l i g t op een tiental kilometers ten noorden van Somoto, de hoofdplaats van het gelijknamige departement. Het vlakke deel l i g t aan de noord-westelijke zijde van de Rio Coco, en kent
Het klimaat is semi-aride, met een lange droge periode van november tot mei en gemiddeld zo'n 800 mm neerslag. Behalve de neerslag is vooral ook de topografie beperkend voor de landbouwkundige produktie. Rond het dal loopt het gebied s t e i l op, en is het terrein erg reliëfrijk. De bodems buiten het vlakke gebied z i j n dan ook van matige kwaliteit, vaak ondiep en stenig. In de vallei z i j n de bodems in het algemeen dieper ontwikkeld en k l e i i g maar toch ook v r i j arm. Het dal wordt echter op veel plaatsen doorsneden door erosiegeulen. De voor landbouwkundige doeleinden meest geschikte gronden z i j n de alluviale, die voornamelijk door de Rio Coco z i j n afgezet. Deze hebben, buiten de rivierbedding, een diepe bodenontwikkelinq en z i j n niet stenig en goed ontwaterd; de oppervlakte hiervan b i j de Rio Coco is echter slechts zo'n 150 ha. De overige bodems rond deze r i v i e r variëren plaatsel i j k nogal qua type. Heer verwijderd van de R1o Coco z i j n de bodems in het algemeen zwaar, en meer glooiend. Het dal van San Luis maakt deel u i t van het stroomgebied van de Rio Coco. l i j voert hier bijna het hele jaar door water; aan het einde van de droge t i j d staat ze echter meestal droog. Over het grondwaterpotentieel is nog weinig bekend; de uitkomst van een studie is, dat het beperkt i s . Sinds de revolutie z i j n gang gezet.
in de vallei een aantal belangrijke ontwikkelingen op
Allereerst de landhervoming, die grote oppervlaktes ter beschikking van de overheid heeft doen komen. Verreweg het omvangrijkste is het terrein van de voormalige hacienda San Luis , dat, na jaren onderbenut te z i j n geweest, direkt na de revolutie gekonfiskeerd i s . Hierop is een staatsbedrijf gevestigd, waar i n eerste instantie voortgebouwd is op de veeteeltaktiviteiten van de voormalige hacienda en met name het afgelopen jaar de geirrigeerde landbouw ontwikkeld wordt, vooral tabak en verbeterd zaaigoed.
-33-
Op de overige b i j de landhervoraing betrokken gronden is er ruimte gekomen
i r r i g a t i e , vooral op het staatsbedrijf. Het overige bouwland wordt gebruikt
voor mensen u i t onveiliger en nieer marginale (grens)streken. Zo z i j n er i n
voor de zelfvoorziening, door zowel kleine en middelgrote veehouders als
'80 en '81 min of meer spontaan twee kleine koö|)eraties ontstaan.
koöperaties en het staatsbedrijf. Van het vlakke deel is momenteel ca. 122
Afgelopen jaar ('83) kwam de nieuwe nederzetting Los Hermanos Martinez van de
bouwland.
grond, en momenteel wordt onlangs door opname van vluchtelingen toegenomen
De rest is weidegrond, voor bijna de helft echter volkomen verwaarloosd zodat
bevolking van een koöperatie ook i n een nieuwe nederzetting georganiseerd. Een
daar nog slechts struiken staan.
derde nieuwe nederzetting moet d i t jaar ('84) gekonstrueerd worden; de bewoners hiervan zullen zich niet primair op de landbouwproductie toeleggen, maar vormen
De produktie en de organisatie van de koöperaties en het staatsbedrijf hebben
een kollektieve houtskoolbranderij. Deze laatste nederzetting wordt vooral
zich nog niet u i t g e k r i s t a l l i s e e r d .
gevestigd u i t militair-strategische overwegingen.
De twee nieuwste koöperaties hebben te weinig grond gekregen otn een redelijk bestaan u i t te kunnen verwerven. Binnen enkele jaren moeten deze koöperaties
De bevolking in en direkt rond de v a l l e i bedroeg aan het begin van 1983 ca. 1200; aan het eind van hetzelfde jaar is ze toegenomen t o t ongeveer 2000, bijna
vergroot worden om voldoende produktief te kunnen z i j n . Omdat, na de i n i t i ë l e konfiskaties, voor de 1 andhervorming via onteigening
verdubbeld dus.
en herverdeling weinig mogelijkheden meer liggen, is men aangewezen op grond
De voornaamste bestaansbron in San Luis is de landbouw; vooral de zelfvoon-
van het staatsbedrijf of normale aankoop van gronden.
zieningslandbouw en de veeteelt, maar er bestaat ook de mogelijkheid tot loonarbeid op het staatsbedrijf of de grotere veeteeltbedrijven. De geplande voorzieningen in Los Hermanos Hartinez, onder andere een schooi, medische post, winkeltje, z i j n mede bedoeld om een deel van San Luis te bedienen. Voor niet dagelijks benodigde voorzieningen b l i j f t men echter aangewezen op Somoto. De beide verbindingswegen met Somoto, langs Hermanos Martïnez c.q. El Limon, z i j n van redelijke k w a l i t e i t . De Rio Coco is echter in veel jaren gedurende enkele maanden niet doorwaadbaar, en een brug is er nog n i e t . Het vlakke deel van San Luis valt voor 56% binnen het staatsbedrijf; 14» l i g t binnen de vier landbouwkollektieven die er nu z i j n en de overige 30£ is p a r t i k u l i e r eigendom. Zo'n 20 partikulieren bezitten grond in het vlakke deel. Hun bedrijfsgrootes, d.w.z. inklusief het gebied dat ze bezitten aansluitend in het s t e i l e r e gebied of elders, lopen nogal uiteen. Het z i j n echter op een enkele uitzondering na a l l e veeboeren. Het grondgebruik is erg extensief, zodat betrekkelijk grote oppervlakten toch in geringe inkomens resulteren. Het s t e i l e r e deel, het niet-vlakke deel dus, valt voornamelijk binnen grootgrondbezit. Ook het staatsbedrijf heeft nog meer dan de h e l f t van haar gebied in het niet-vlakke deel liggen. Verder komen er nog boeren voor die voor de zelfvoorziening produceren. Voor hen is ook de seizoensarbeid in de exportlandbouw belangrijk, en tot voor kort hadden ze vaak min of meer feodale arbeidsrelaties met de grootgrondbezitters. Tijdens het tweede gewas i n de natte t i j d van 1983 was er een 100 ha onder
-34-
De potenties van het landbouwkundig gebruik hangen in San Luis in de eerste plaats af van de mogelijkheid tot i i r i g a t i e . Deze mogelijkheid bestaat echter slechts voor een beperkte oppervlakte, niet te ver van de Rio Coco. Voor de eerste, tweede en derde oogst bedraagt deze 200, 800, respektievelijk 100 ha; voor de laatste, die van de droge t i j d gelden nog een paar beperkingen aan de zaai. Zonder de mogelijkheid t o t aanvulling van de natuurlijke watervoorziening van het gewas door i r r i g a t i e , wordt de potentie van het land vooral bepaald door regenval, bodem en r e l i ë f . Beperkingen die h i e r u i t voortkomen z i j n veel moeilijker voldoende te verminderen en investeringen hierin z i j n niet v o l doende e f f i c i ë n t omdat de p r o d u k t i v i t e i t van de grond laag b l i j f t ten gevolge van de onregelmatige neerslag. Voor akkerbouw en veeteelt z i j n beheersmaatregelen nodig die rekening houden met de draagkracht van de natuurlijke omstandigheden. Belangrijk z i j n die, gericht op de bodemkonservering, vooral ten behoeve van een betere waterbeschikbaarheid, In de landbouw z e l f , door t e e l t - en grondbewerkingsraaatregelen, maar ook op het nivo van de v a l l e i , door herbebossing. In de veeteelt is een j u i s t e beweiding en het toepassen van een j u i s t weidebeheer belangrijk, onder andere om te voorkomen dat de bodems uitgeput raken of eroderen. I n vergelijkbare situaties i n de direkte omgeving van SanLiris b l i j k e n kleine
I I I I I I I I I I I I I I
I I I I I I I I I I I I I I
veranderingen in de traditionele produktiemethode en keuze van gewasvariëteiten
Voor de toekomst kan worden vastgesteld dat de werkgelegenheid verzekerd moet
de opbrengsten te kunnen doen toenemen, t e r w i j l de bodemvruchtbaarheid bijvoor-
worden, voor de toenemende bevolking van Somoto en vooral ook voor die van de
beeld meer in stand wordt gehouden.
vallei zelf.
De koöperaties zullen tenminste hun eigen verbruik van basisvoedselgewassen moeten dekken. De lage opbrengsten in de tradionele landbouw maken het wel nood-
De bestaande plannen betreffen, behalve genoemde nedetóettingen en koöperaties,
zakelijk dat betrekkelijk grote oppervlaktes aangewend moeten worden voor de
het staatsbedrijf. Hen wil de i r r i g a t i e uitbreiden om de produktie van tabak te
zelfvoorziening van de koöperatie.
doen toenemen en die van verbeterd zaaigoed van basisgranen te introduceren.
Het l i j k t te verwachten dat de produktie toch op v r i j traditionele wijze zal
Echt uitgewerkte plannen hanteert men niet; maar de aanzet ervan l i g t wel vast.
blijven plaatsvinden, niet alleen door de geschetste overgangsproblemen, maar ook bijvoorbeeld doordat de sterke uitbreiding van het aantal koöperaties van
Voor de toekomstige ontwikkeling van het dal door de overheid z i j n er twee
d i t moment het gebrek aan technische assistentie groter zal maken.
hoofdlijnen voor ontwikkeling aannemelijk. Eén heeft als uitgangspunt ontwikkeling met de huidige bezitsverhoudingen, d.w.z. nadruk op de staatsbedrijven. De
De veeteelt biedt de meeste potenties voor ontwikkeling van het niet i r r i g e e r bare deel van San Luis, of de produktie nu georganiseerd is in een staatsb e d r i j f , koöperatie of middelgrote en grote bedrijven. * Ook de veeteelt wordt ernstig beperkt door het voorkomen van de lange droge periode. De samenstelling van het grasland kan verbeterd worden, vooral ter» behoeve van een hogere voedingswaarde. De veebezetting moet v r i j matig b l i j v e n , en gekombineerd worden met een systeem van wisselende beweiding van verschillende weiden. Voor een hoger rendement van de gronden is bijvoedering in de droge t i j d echter noodzakelijk. Het vee in San Luis is voornamelijk traditioneel en heeft een geringe produktiviteit, vooral wat betreft de melkproduktie. Verbetering van de genetische samenstelling vergt veel investeringen en is pas zinnig wanneer verstrekking van bijvoeder gegarandeerd i s , alsmede een beter veterinaire zorg. De extensieve veeteelt, zoals die tot op heden in San Luis bedreven i s , past i n f e i t e het beste binnen een grootschalig systeem van "ranching", waarin naast gronden in San Luis ook gronden in een ander klimaatstype nodig z i j n . Voor een koöperatie zou d i t in het algemeen betekenen dat men zich zou toeleggen op het vetmesten van gekocht vee, in het regenseizoen; in de droge t i j d zou men zich op andere aktiviteiten moeten toeleggen. Bos is in San Luis soms de enige juiste bestemming van
ander ontwikkeling waarbij een gr 0 ot deel van de in handen van de staat zijnde gronden afgestoten wordt naar de koöperaties. De twee varianten worden wat betreft hun gevolgen met elkaar vergeleken op een aantal punten, zoals werkgelegenheid en mogelijkheid tot vluchtelingenopvang. Hieruit b l i j k t dat de tweede variant mogelijkheden biedt tot het vestigen van een nieuwe nederzetting met als bestaansbron landbouw. 7.4 Konklusies en aanbevelingen 7.4.1 Konklusies - Water is de belangrijkste beperkende faktor voor de landbouw in San Luis; - i r r i g a t i e is slechts voor een zeer beperkt deel van het dal mocjelijk; - Horden alle nu bestaande plannen wat betreft geïrrigeerde landbouw uitgevoerd, dan bestaat een grote kans, dat men meer irrigatiewater nodig heeft, dan de Rio Coco kan leveren; - slechts een beperkte oppervlakte van het dal is geschikt voor intensief gebruik; - grote delen van de vallei worden momenteel onderhenut; voor ze1f.voorzieB4gsJ^ndboaw-^W'«jte—¥a4-ta4—tal oon faroi Mc-whffiwndl ?*°Ra~ -«edig hebben om ~tfl~hgt" 1 ewireoTTTferttOfftt" t6 VöBf/ieiïnSeiniioet' h'ier b i j "ReT**^ o p z_eJJan-J«H»"-«en^trhïnwrT1ë1Ie1TWtl1Tlgnr?R^ n i e t voldoende t e c h j i l s ^ e ^ a ^ i s J t a D j , ^ ^ , ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ! ^ . . , . , , ^ ^ bjj koropak teri ng vair"de
operatie; Jif ; "BTJvoêHërTng "varTïïeT*vë? zcil zet er "gedw-errf
£-tj£—
- Er heeft een sterke ontbossing in het dal plaatsgevonden; natuurlijke regeneratie wordt tegengegaan door het gangbare weidebeheer {onjuist branden).
komen aan de orde in hoofdstuk 10.
- Wat de zelfvoorzieningslandbouw betreft, zal een familie i n het dal minimaal 2 ha nodig hebben om in het eigen levensonderhoud te kunnen voorzien.
De hoofddoelstelling was: - het bundelen en uitbreiden van de voor de ontwikkeling van de vallei van belang zijnde informatie.
- Bij kompaktering van de staatsbedrijven is er ruimte voor een nieuwe koöperatie of nederzetting. - De ontsluiting binnen het dal is ontoereikend in de huidige s i t u a t i e ; de departementshoofdstad Somoto is een deeï van het jaar niet bereikbaar.
7.4.2 Aanbevelingen - De intensieve akkerbouw moet in de omgeving van de Rio Coco gekoncentreerd woeden, in verband met de irrigatiemogelijkheden. - Er moet niet teveel ïand onder i r r i g a t i e gebracht worden om moeilijkheden met de waterverdeling te voorkomen (bijvoorbeeld niet meer dan 200 ha gedurende de eerste gewascyklus).
Dit rapportdeel vormt een basis voor verdere studie en planvorming rond het dal van San Luis. He kunnen stellen, dat aan de hoofddoelstelling voldaan is. Het is redelijk getukt een overzicht te krijgen van de bestaande informatie over de vallei. Zo bleken er bijvoorbeeld van een deel van de vallei verschillende bodemstudies te bestaan. Ook vonden we na enig speurwerk een komplete reeks (11 jaar) afyoergegevens van de Rio Coco. Verder zijn we in Managua onder meer op zoek geweest naar het verslag van enkele boringen in het dal, die informatie zouden moeten opleveren over het grondwaterpotentieel; het is uiteindelijk niet gelukt deze in handen te krijgen. In zulke gevallen aangegeven waar de informatie vermoedelijk te achterhalen is. Een kompleet overzicht van de beschikbare informatie is opgenomen in paragraaf 7.1 van het deelrapport over San Luis.
- Verder van de Rio Coco verwijderd moet de aandacht gericht worden op de veeteelt (in hoofdzaak 'vetmesterij'); de produktie van akkerbouwgwassen zal daar beperkt blijven tot die voor de zelfvoorziening en, mogelijk b i j voedering van de veestapel, - Ken moet er b i j het opzetten van een nieuwe nederzetting rekening mee houden,
dat per familie minstens 2 ha nodig is voor de zelfvoorziening, zeker
' als er niet voldoende technische assistentie verleend kan worden.
Ook is getracht de basisinformatie uit te breiden. Hieraan is slechts in beperkte mate voldaan. Een voorbeeld is te vatten onder het kopje bevolking: met behulp van informatie uit verschillende bronnen is het gelukt een schatting te maken van de bevolking van de vallei. Ook is inzicht verkregen in het grondbezit en de manier van landbouw (en veeteelt} bedrijven, en de voornaamste moeilijkheden van de boer.
- Bij vorming van een nieuwe koüperatie of nederzetting moet deze zich voor de verdiensten in hoofdzaak op de veeteelt richten. - Richt een koüperatie zich op de veehouderij, dan is een meer intensieve vorm van veeteelt gewenst; bijvoedering van het vee zal zeker gedurende de droge t i j d nodig z i j n . - Er nwet een aanvang gemaakt worden met de herbebossing van het dal en de ii hellingen. - Er moet een betere ontsluiting komen voor de verschillende bedrijven en koöperaties. - Verder onderzoek is nodig naar het grondwaterpotentieel en de mogelijkheden to het bouwen van kleine dammen in de quebradas voor supplementaire i r r i g a tie.
"
De gevolgde werkwijze heeft een hoop informatie opgeleverd. He hebben zoveel mogelijk mensen benaderd, die op de een af andere manier bij het dal betrokken zijn, zodat alle meningen in de loop der tijd wel aan bod zijn gekomen. In totaal zijn met zo'n 35 informanten gesprekken gevoerd, waarvan ongeveer de helft uit het dal zelf. Nadeel van deze methode is, dat ze nogal tijdrovend is. Ook is er onvoldoende systematisch gewerkt; zo zijn de officiële vertegenwoordigers van de ATC en de FAGANIC niet aan het woord gekomen, deels door tijd-* gebrek, maar ook omdat wij vermoedden, dat wij hun meningen wel ongeveer kenden. Achteraf zien wij dit toch ais een gemis. Een andere beperking bij het doen van de studie was de aanwezige kennis in de (sub)groep. He hebben deels buiten de eigen disciplines gewerkt, Waardoor op sommige gebieden onvoldoende voorkennis aanwezig bleek.
7.5 Evaluatie
In deze paragraaf bespreken we in hoeverre de gestelde doelen bereikt zijn en de volledigheid van het werk. De samenwerking en de relevantie voor Nicaragua
Uit het voorgaande mag wel blijken, dat men voorzichtig moet zijn met de planvorming met als enige basis deze studie. Voor men werkelijk tot planvorming overgaat, is verder onderzoek onontbeerlijk.
I I I I I I I I I I I I I I
hoofdotuk 8
I I I I I I I I I I I I I
HOOFDSTUK 8 NIEUWE NEDERZETTINGEN IN REGIO I Deze studie over de planning van nieuwe nederzettingen in Regio I is één van de vervolgstudies op de studie van onze groep over de nieuwe nederzetting Los Hermanos Martfnez in de vallei San Luis. In deze laatstgenoemde studie, verricht in de eerste periode van ons verblijf in Nicaragua, zijn de redenen voor de verhuizing van de bewoners, de planning en uitvoering van de nederzetting en landbouwproduktie, en de ontwikkelingsmogelijkheden bestudeerd. Hierdoor kregen we een eerste indruk van de problematiek rond nieuwe nederzettingen. Het deze vervolgstudie willen we die indruk verdiepen. Er ligt ook een duidelijk verband tussen deze studie over nieuwe nederzettingen en de studie over de ontwikkeling van de vallei San Luis. De landbouwontwikkeling in de valleien, gekoppeld aan de koncentratie van de bevolking, is een door de overheid gestuurde kombinatie van ontwikkelingslijnen. Het stichten van nieuwe nederzettingen heeft, naast het vergroten van de veiligheid, het opvangen van vluchtelingen en het bieden van betere voorzieningen aan de bevolking, als doel de landbouw in de valleien te ontwikkelen en de produktie te verhogen . 8.1 Verantwoording 8.1.1 Probleembeschrijving Een middel om de woon-en leefsituatie van de bevolking te verbeteren is het koncentreren van de verspreid op marginale gronden wonende bevolking in nieuwe nederzettingen in de vruchtbare valleien. Door koncentratie ontstaat een breder draagvlak voor voorzieningen en kan er beter instruktie en voorlichting gegeven worden waardoor bijvoorbeeld met behulp van betere landbouwmethodes de landbouwproduktie verhoogd zou kunnen worden. Bovendien bieden de gronden in de valleien meer mogelijkheden voor de landbouw dan de marginale en versnipperde gronden op de hellingen. De sterk toegenomen agressie van de contras in de grensgebieden heeft de noodzaak voor deze verhuizing en koncentratie vergroot. Door koncentratie v/orden mogelijkheden voor zelfverdediging geschapen. De overheid is daarom versneld overgegaan tot het ten uitvoer brengen van de plannen voor nieuwe nederzettingen. •
nieuwe nederzettingen In Regio I zijn 30 nieuwe nederzettingen gepland, waarvan er nu 12 in uitvoering zijn. Bij de uitvoering zijn zeer veel instanties betrokken; de Gobierno Regional heeft de koördinatie. Door de grote druk die er door de mili-
taire situatie wordt uitgeoefend op de uitvoering van de nieuwe nederzettingen, en door de moeilijke situatie waarin Nicaragua zich bevindt, met name op financieel gebied, is het onvermijdelijk dat er tal van problemen spelen bij de planning en uitvoering van nieuwe nederzettingen in Regio I. Tot op heden staat er echter nog weinig op papier over de in uitvoering zijnde nederzettingen, over de aanpak, de voortgang, de problemen bij de uitvoering, en eventuele oplossingen voor die problemen. Een overzicht hiervan is dan ook zeer wenselijk, vooral met het oog op de uitvoering van andere nieuwe nederzettingen. Bij de planning en uitvoering daarvan kan dan gebruik gemaakt worden van de ervaringen, die opgedaan zijn bij de eerste 12 nieuwe nederzettingen in Regio I.
Getracht moet worden zo min mogelijk afhankelijk te zijn van externe financiering, om de (politieke) onafhankeïijkheid zo veel mogelijk te kunnen behouden. Dit geldt op jnakro-nivo voor het land Nicaragua, en op snikro-nivo voor de bevolking in de nieuwe nederzettingen die, georganiseerd in een koöperatie, zo onafhankelijk mogelijk van de overheid zal moeten zijn. Door de slechte financiële positie van Nicaragua zal men echter voor de wederopbouw en ontwikkeling van het land giften en (zachte) leningen nodig hebben. Om kennisoverdracht mogelijk te maken, om gebruik te kunnen maken van waardevolle plaatselijke kennis en informatie, en om daardoor de studie zinvol en bruikbaar te kunnen laten zijn, is samenwerking met de betrokken instanties noodzakelijk. Bij de werkwijze wordt hier nog verder on ingegaan.
8.1.2 Doelstelling
8.1.4 Randvoorwaarden
In deze studie willen we een begin maken met de evaluatie van de planning en uitvoering van de eerste 12 nieuwe nederzettingen in Regio I, door een over-* zicht te geven van deze nederzettingen en van de belangrijkste door ons gesignaleerde problemen die gespeeld hebben of nog spelen bij de planning en uitvoering daarvan. Voor die problemen trachten we oplossingen of oplossingsrichtingen aan te geven. De participatie van de bevolking in de planvorming is hierbij een speciaal aandachtspunt vanwege het belang dat we hechten aan de mogelijkheid voor de bé.troks-.en bevolking om invloed uit te oefenen op zaken die direkt te maken hebben met hun woon- en leefsituatie.
De belangrijkste randvoorwaarden die ons werk, met naroe gedurende de periode in Nicaragua, sterk beïnvloed hebben zijn: . de militaire situatie . de beschikbare informatie . de beperkte tijd. Toelichting De gevaarlijke situatie in grote delen van Regio I heeft het ons onmogelijk gemaakt andere nieuwe nederzettingen dan Los Hermanos Martfnez te bezoeken. Zowel PRONORTE als de Gobierno Regional achtten het te riskant voor ons om de valleien waar de andere nederzettingen gebouwd worden te bezoeken. Hierdoor kon aan een belangrijk deel van het derde uitgangspunt, namelijk samenwerking met betrokken bevolkingsgroepen, niet voldaan worden. Bovendien werd de beschikbare informatie daardoor beperkt: eigen waarneming was niet mogelijk. We waren afhankelijk van schriftelijke informatie en van gesprekken met betrokken instanties. In die gesprekken was de taal vaak een barrière, waardoor over het algemeen de gesprekken minder informatie opleverden dan wij hoopten. In totaal is in Nicaragua maar een periode van zes weken besteed aan de studie over nieuwe nederzettingen in Regio I. Het feit dat we daarvoor al bezig waren roet onderdelen van de nederzettingenpolitiek heeft wel tot gevolg gehad dat we bij het begin van deze vervolgstudie al enigszins bekend waren met de problematiek. Toch was de beschikbare tijd erg kort en hebben we ons in ons onderzoef noodzakelijkerwijs erg moeten beperken.
8.1.3 Uitgangspunten Uitgangspunten bij deze studie zijn: . het nationale beleid . de financiële mogelijkheden van overheid en bevolking . het zovee) mogelijk samenwerken met de bij de planning en uitvoering van nieuwe nederzettingen betrokken instanties en bevoïkingsgroeperingen. Toelichting Het eerste uitgangspunt -we werken binnen het overheidsbeleid- betekent een beperking in ons werk. We stellen het nederzettingenbeleid van de overheid op zich niet ter diskussie, maar gaan alleen in op de uitvoering van dat beleid in Regio 1: de planning en organisatie van de bouw, de vorming van de koöperatie, en de participatie van de bevolking daarin. Behalve dat de aanbevelingen politiek haalbaar moeten zijn, zullen ze ook financieel haalbaar moeten zijn voor de overheid en de betrokken bevolking.
I I 1
I I I I I I I I I I
I I I I I I I I I I I I I I
8.2 Merkwijze
8.3 Samenvatting deelrapport
Voor een groot deel heeft ons werk een inventariserend karakter gehad. Het als uitgangspunt de voor de evaluatie van Los Hermanos Hartïnez opgestelde kriteria, waar volgens ons een goede planning aan moet voldoen, en de in die evaluatie gekonstateerde problemen, hebben we gesprekken gevoerd met bij de planning van nieuwe nederzettingen betrokken instanties. Op deze vijze hebben we getracht te achterhalen of deze problemen ook bij andere nieuwe nederzettingen gespeeld hebben of nog spelen, en welke andere problemen men daar eventueel gekonstateerd heeft. In deze gesprekken hebben we eveneens een beeld proberen te krijgen van de verschillende soorten nederzettingen, de planning en de voortgang bij de uitvoering. Daarvoor hebben we ook gebruik gemaakt van de voortgangsrapporten en vergaderingsverslagen van de Gobierno Regional, en literatuur van andere instanties, met name van Reforma AgraHa.
Het deelrapport bestaat uit drie hoofdstukken: 1. Beschrijving van de nederzettingen in Regio I 2. Belangrijkste problemen 3. Aanbevelingen. Het eerste hoofdstuk geeft een overzicht van de nieuwe nederzettingen in Regio I. Daartoe wordt allereerst een opsomming gegeven van de 30 geplande nederzettingen. Veel informatie daarover konden we halen uit het "voorstel voor de vorming van rurale nederzettingen" van het MIDINRA. Ook wordt kort aandacht geschonken aan een niet-geplande, spontaan ontstane nieuwe nederzetting: Kotuse in de vallei San Luis.
In onze eerste werkopzet stond het planningstnodel centraal. Daaronder verstonden we het geheel van: ' . tijd-werk-schema . verantwoorden jkhedenstruk tuur . de financiële planning . organisatie, samenwerking, koördinatie en evaluatie. We wilden nagaan welk planningsmodel de verschillende instanties hanteerden bij de planning van de verschillende nieuwe nederzettingen, om daarna deze modellen in hun uitvoering met elkaar te vergelijken op grond van de kriteria, die bij de studie over Los Herraanos Hartïnez opgesteld waren. Een vergelijking bleek echter niet zinvol, daar bij de verschillende nederzettingen eigenlijk steeds hetzelfde model, dat van de Gotnerno Regional, toegepast werd. Dat model is opgesteld na een snelle evaluatie van de gang van zaken rond Los Hermanos Martïnez. We hebban ons daarom gekoncentreerd op de bij de planning en uitvoering geconstateerde problemen. In plaats van het formuleren van een ideaal planningsmodel, op grond van de vergelijking en evaluatie van de verschillende modellen, is het einddoel van deze studie nu het formuleren van aanbevelingen, opdat in de toekomst bij gelijksoortige projekten bepaalde problemen verkleind of voorkomen kunnen worden. We hebben ernaar gestreefd instanties die een belangrijke inbreng hebben in de planning en uitvoering van nieuwe nederzettingen (ttiet name SETER) bij ons werk te betrekken. Echte samenwerking is echter niet van de grond gekomen, wel was er sprake van informatieoverdracht. Hoewel we goede kontakten hadden met het SETER, -een vertegenwoordiger daarvan zat in de contraparte-, was zeer waarschijnlijk het verschil in aanpak te groot om tot uitwisseling van ideeën en gezamenlijk werken te.kunnen komen.
Om een beter overzicht te krijgen van de verschillende nederzettingen, en de verschillen daartussen en de gevolgen van die verschillen voor planning en uitvoering duidelijk aan te kunnen geven, hebben we een indeling gemaafct in verschillende types. Op grond van de herkomst van de bewoners, van belang voor onder andere de vorming van de koöperatie en de mogelijkheden voor participatie, is een indeling in vier types gemaakt: a. voor vluchtelingen, aangekomen in een voor hen nieuw gebied b. voor verspreid wonende bevolking uit het betreffende gebied c. voor arbeiders van een bestaande UPE d. voor mensen met militaire of militante achtergrond. Het grootste verschil bestaat er tussen de types a. en c.. Bij nederzettingen van het type a. is het hoofddoel de opvang van vluchtelingen. Bij de planning zal veel aandacht geschonken moeten worden aan de lokatiebepaling en aan de eerste opvang van de mensen. Het primaire doel van de arbeidersnederzettingen (type c l is het verdedigen van het bedrijf en de daar werkende bevolking." Dat de toekomstige bewoners van de nederzetting al permanent werkzaam zijn in de UPE bel emmert de mogelijkheden van zelfbouw van de woningen en voorzieningen. Een andere1 type-indeling is gemaakt op basis van de middelen van bestaan. Ook hier hebben we vier types onderscheiden: 1.verbouw van basisvoedselgewassen voor autokonsumptie, extra inkomsten verkregen binnen de koöperatie 2. verbouw van basisvoedselgev/assen voor autokonsumptie, extra inkomsten verkregen buiten de koöperatie 3. verbouw van handelsgewassen 4. inkomsten uit werken buiten de koSperatie opeen UPE. Hierbij moet opgemerkt worden dat type 4 en het hierboven genoemde type c. hetzelfde zijn. Bij type 3 worden in tegenstelling tot de types 1 en Z geen basisvoedselgewassen verbouwd. De aanvoer van levensmiddelen zal dus verzekerd moeten
worden. Ook is technische assistentie van groot belang (evenals bij nederzettingen van het type 1) om de produktiemethoden te verbeteren en de produktie te verhogen. Bij type 2 is een goede sociale organisatie nodig om het werk in de koöperatie en de extra inkomsten door het werk in de UPE eerlijk te verdelen. Het bleek niet mogelijk of zinvol type-indelingen te maken gebaseerd op andere voor de planning en uitvoering van nieuwe nederzettingen belangrijke faktoren, zoals de grootte van de nederzetting en de ligging. Omdat ue onze aandacht in deze studie met narae gericht hebben op de in uitvoering zijnde nederzettingen, worden deze, 12 in totaal, gedetailleerder beschreven. Onder andere wordt aangegeven tot welke types de nederzettingen behoren, wie verantwoordelijk is voor de bouw, en in welke fase de uitvoering is. Op Los Hermanos fiartinez na liggen alle in uitvoering zijnde nederzettingen in het noordoosten van Regio l, de meeste zijn in de beginfase van uitvoering, in de eindfase zijn Los Hermanos Martïnez, La Estancia in de vallei JaSapa, > e» El Coco in de vallei Quilalf. Bij de bouw zijn vooral het HINVAH en de Gobiertio Regional betrokken. In de meeste van deze nieuwe nederzettingen wordpn koüperaties opgericht. Om die reden wordt in het deelrapport aandacht geschonken aan koöperaties in het algemeen, en specifiek aan koöperatievormen die in Nicaragua voorkomen. Als laatste onderdeel van de beschrijving van de nederzettingen in Regio I wordt ingegaan op de planning van de nieuwe nederzettingen. Beschreven wordt onder andere het aktiviteitenschema van het SETER voor de uitvoering van een nieuwe nederzetting, en de (mogelijkheden voor) participatie van de bevolking in de planning en uitvoering. In hoofdstuk Z van het deelrapport worden de belangrijkste problemen beschreven die door ons en anderen (het SETER, de UNAG en het FSLN) gekonstateerd zijn bij de uitvoering van nieuwe nederzettingen. Dit zijn vooral organisatorischtechnische problemen. Voordat ingegaan wordt op deze problemen, worden eerst vier hoofdproblemen beschreven, die algemeen gelden voor de planning en uitvoering op dit moment in Nicaragua. Dat zijn de volgende problemen: - gebrek aan financiële middelen - laag opleidingsnivo, gebrek aan kader - de militaire situatie - de regionale organisatie en planning. De achtergrond van deze problemen is geschetst in de hoofdstukken 2 t/m 5. Bij de planning en uitvoering van nieuwe nederzettingen komen deze vier problemen tot uiting in:
- gebrek aan materialen en machines - huisontwerp van het MINVAH - gebrek aan gekwalificeerd personeel - vertragingen door de onveilige situatie - gebrek aan koördinatie en samenwerking - autokonstruktie - participatie - inkomsten in de eerste periode. Deze problemen, de oorzaken ervan en de gevolgen voor de uitvoering van nieuwe nederzettingen worden beschreven. Bovendien wordt ingegaan op de maatregelen die op dit moment al genomen worden om de problemen te verkleinen of te voorkomen. Het derde, en laatste, hoofdstuk bevat de aanbevelingen. Deze zijn gesplitst in drie delen: . algemene voorwaarden . oplossingsrichtingen voor problemen . opmerkingen over het tijd-werk-schema. Er zal een aantal voorwaarden gesteld moeten worden aan de lokatie en de opzet van de nederzetting en koöperatie om te bereiken dat de doelen die nagestreefd worden met de nieuwe nederzettingen gehaald kunnen worden, en de koöperatie in de toekomst onafhankelijk en zelfstandig kan gaan funktioneren.. Wij hebben drie soorten voorwaarden onderscheiden: tokatievoorwaarden.voorwaarden voor de opzet en uitvoering van een nieuwe nederzetting, en voorwaarden met betrekking tot participatie. Het betrekking tot de in hoofdstuk 2 gekonstateerde problemen zijn konkrete aanbevelingen gedaan, die oplossingsrichtingen aangeven voor deze problemen. Deze aanbevelingen richten zich met name op de benodigde aktiviteiten en koordinatie, de materiaalvoorziening en de participatie. In 8.4 worden deze aanbevelingen op een rijtje gezet; in het deelrapport staan ze uitgebreider beschreven: de redenen worden aangegeven, en de akties die ondernomen moeten worden. Het tijd-werk-schema is in het eerste hoofdstuk van het deelrapport al beschreven; in hoofdstuk 3 worden enkele evaluatieve opmerkingen daarover gemaakt. De belangrijkste konklusies worden in 8.4 beschreven. In het deelrapport over nieuwe nederzettingen in Regio I wordt slechts zeer summier aandacht geschonken aan de sociaal-organisatorische aspekten van een nieuwe nederzetting. Deze aspekten zijn van groot belang en hebben veel invloed op het funktioneren van een koöperatie en het wonen en werken in de nieuwe nederzetting. Hiervoor kon echter alleen informatie van en onderzoek in de
I I I I I 1 I I I 1
I I I I
I I I I I I I I I I I I I I
nieuwe nederzetting Los Hermanos Martïnez aebruikt worden. Met betrekking tot deze aspekten staat over andere nederzettingen weinig op papier, en eigen onderzoek was in verband met de militaire situatie en de beperkte tijd niet mogelijk. Om die reden is het stuk over de sociale organisatie van een nieuwe nederzetting opgenomen in het deelrapport over Los Hermanos Martinez, 8.4 Konklusies en aanbevelingen Bij de planning van nieuwe nederzettingen zal met de volgende voorwaarden rekening gehouden moeten worden: Lokatievoorwaarden - binnen redelijke afstand van een bruikbare drinkwaterbron - een in alle seizoenen redelijk begaanbare weg ernaartoe - de veiligheid moet gegarandeerd kunnen worden - voldoende landbouwgrond of werkgelegenheid - voldoende bouwgrond voor de nederzetting. Voorwaarden voor de opzet en uitvoering van de nederzetting - geoefende en bewapende ntilicia - transport voor de verhuizing - inkomsten voor de beginperiode - goede organisatie van de bevolking - kennis van administratie, handel en 1andbouwtechnologie - voldoende landbouwgrond met voldoende potenties - een redelijk nivo van tijdelijke en permanente voorzieningen Voorwaarden met betrekking tot participatie - mogelijkheden binnen het politieke systeem - beschikbaarheid van een voortrekker - aanwezigheid van de wil om zich te organiseren bij de bevolking - beschikbaarheid van faciliteiten - voldoende tijd in het planningsproces - voldoende informatieoverdracht van de planvormen aan de bevolking - representativiteit van de participatieve organisatie. De problemen die spelen tijdens de bouw van de nederzetting hebben, bijna alle, vertragingen in de uitvoering tot gevolg. In verband met de militaire situatie is echter haast geboden bij de uitvoering van de nieuwe nederzettingen en is vertraging dus zeer ongewenst. Oplossingen voor de problemen zijn echter moeilijk te geven, aangezien een groot deel ervan verband houdt met het gebrek aan financiën en de militaire situatie in Nicaragua. Voor deze beide honfdproblemen kunnen wij geen oplossingen aandragen: op regionaal nivo zijn dat de randvoorwaarden waarbinnen gewerkt moet worden.
We hebben wel een aantal aanbevelingen geformuleerd, die richtingen aangeven tot het verkleinen van de problemen: - het onderzoek van identifikatie van de bevolking moet als eerste aktiviteit in de planning worden opgenomen - er moet ëén instantie de eindverantwoordelijkheid hebben voor het vooronderzoek en het opstellen van de 'fichas' - de fichas moeten zo vroeg opgesteld worden dat de informatie vooedjg benut kan worden in de planning - bij het vooronderzoek gebruik maken van leden van de juntas de directiva of van 'natuurlijke' leiders - zo mogelijk voor de verhuizing van de mensen beginnen met vorming en opleiding - het beschikbaar stellen van wapens moet met hoge prioriteit vóór de verhuizing plaatsvinden - moment van verhuizing zo mogelijk afstemmen op andere projekten in verband met hergebruik van schaarse middelen - het topografisch onderzoek en het werk van de nivellering van het terrein hebben een hoge prioriteit - het HINVAH-centraal benaderen voor een meer flexibele houding ten opzichte van de ontwerpen voor de huizen en de nederzetting - inrichten van buffervoorraden van bouwmaterialen, centraal in het gebied waar de nieuwe nederzettingen gebouwd worden - reguleren en ko'órdineren van alle distributiesystemen voor het transport van bouwmaterialen - bij de bouw zo veel mogelijk gebruik maken van materialen die in de zone te vinden zijn of gemaakt Vunnen worden - de bevolking in een vroeg stadium betrekken bij de planning door ze mede te laten kiezen uit verschillende ontwerp-alternatieven - de bevolking moet ook mee kunnen beslissen over de middelen van bestaan van de koöperatie - autokonstruktie is een goede methode om de mensen te betrekken bij de bouw en inrichting van de nieuwe nederzetting - men moet meer aandacht geven aan de sociale organisatie van een nederzetting en koöperatie. Uit het tijd-werk-schema blijkt dat de prioriteit gelegd wordt bij het vergroten van de veiligheid van de bevolking, Dit blijkt onder andere uit de korte voorbereidingstijd en de zeer snelle verhuizing van de bevolking naar de nieuwe nederzetting. Het is echter niet reëel te denken dat in de vierde week na de start van alle werkzaamheden de bevolking al kan verhuizer, en dat na 11 weken alle voorbereidingen afgerond en de plannen gemaakt 2ijn. In ieder
geval zal voor a l l e a k t i v i t e i t e n meer t i j d ingeruimd moeten en kunnen worden,
t e i t - s t e l l i n g b i j de uitvoering van de verschillende nederzettingen en de r e -
wanneer de noodzaak van een snelle verhuizing, in verband met de veiligheid
denen daarvoor. In de studie over nieuwe nederzettingen in Regio I is beperkt
van de bevolking, verdwenen i s .
aandacht V-steed aan de vorm en vorming van de Coöperaties i n de nederzet-
Haast d i t tijd-werk-schema voor de uitvoering van een nieuwe nederzetting
tingen. In a l l e nederzettingen (uitgezonderd die voor UPE-arbeiders) worden
zal ook een totaal-schema gemaakt moeten worden, waarin de fasering van de
koöperaties in de vorm van een CAS gesticht. Of d i t nu wel zo wenselijk i s ,
verschillende nederzettingen staat aangegeven, rekening houdend roet de finan-
wat de voor- en nadelen ervan z i j n en of er geen andere, betere, vormen mogelijk
ciële mogelijkheden, de kapaciteit van de betrokken instanties, r o u l a t i e -
z i j n , z i j n vragen die we onszelf pas laat gesteld hebben en niet meer hebben
mogelijkheden van machines en t i j d e l i j k e voorzieningen, en de noodzaak van een
kunnen beantwoorden.
spoedige verhuizing van de betrokken bevolkingsgroepen. De bestudering van de technisch-organisatorische aspekten en de p a r t i c i p a t i e
8.5 Evaluatie
i n de planvorming heeft geresulteerd in een overzicht van de planning en u i t voering van nieuwe nederzettingen, i n een kritische beschouwing van belang-
B i j de randvoorwaarden (8.1.4) en de werkwijze (8.2) z i j n al enige evaluatieve opmerkingen gemaakt, met name over de invloed van de m i l i t a i r e s i t u a t i e op ons werk en over hoe de samenwerking met de bevolking en de verschillende plannings-instanties verlopen i s . • In deze slotparagraaf van het hoofdstuk over 'nieuwe nederzettingen in Regio I ' willen we ingaan op de inhoud van deze studie. Zoals al eerder gesteld i s , hebben we ons sterk moeten beperken in het onderwerp. Mede door de aard van ons werk met betrekking t o t Los Hermanos Mart.fnez, en de kontakten die w i j hadden met de Unidad de Proyectos Especiales {een afdeling binnen het SETEft, die zich speciaal bezig houdt met de nieuwe nederzettingen), hebben wij ons in Nicaragua vooral bezig gehouden met de technisch-organisatorische aspekten van de uitvoering van een nieuwe nederzetting. Weer terug in tiederland hebben we ons bovendien gericht op de p a r t i c i p a t i e van de bevolking in de planvorming rond een nieuwe nederzetting. De verhuizing naar een nieuwe nederzetting g r i j p t namelijk zeer sterk in het leven van de betrokken bevolking i n . Om die reden is het wenselijk en voor een goed verloop noodzakelijk de bevolking i n een vroeg stadium te betrekken b i j de planvorming. Dat we deze aspekten bekeken hebben, heeft t o t gevolg gehad dat we andere zaken hebben moeten laten liggen. Zo is geen aandacht besteed aan het ontwikkelen v?n alternatieven voor het nederzettingenbel eid (bijvoorbeeld het vergroten en «er-ste>-ken var de bestaande nederzettingen, of het verbeteren van de levensomstandigheden in de oorspronkelijke woongebieden door technische assis t e n t i e , kredietverlening, mobiele voorzieningen^ betere o n t s l u i t i n g , e t c ) . Ook de lokatiebepaling, die samenhangt met een evenwichtige spreiding van voorzieningen en de ontwikkeling van de valleien, is geen objekt van studie geweest. Een derde onderwerp dat door tijdgebrek niet door de groep behandeld kon worden, maar flat 2eker interessant en zinvol was geweest, is de fasering van de uitvoering. Er zou dan onder andere ingegaan moeten worden op de p r i o r i -
r i j k e elementen d a a r b i j , en i n een groot aantal aanbevelingen. Deze aanbevelingen z i j n gericht op enerzijds het voorkomen en verkleinen van gekonstateerde problemen b i j de uitvoering, en anderzijds op het scheppen van mogelijkheden voor werkelijke participatie i n de planvorming. Door de s c h r i f t e l i j k e vorm kan het een basisstuk vormen, dat t o t nu toe ontbrak. Dit basisstuk zal het u i t gangspunt kunnen z i j n voor verdere studie en diskussie.
I I 1 1 I I I 1 I 1 1 I I I
Hoof dst
I I I I I I I I I I I I I I
HOOFDSTUK 9 STABIUSATIEVIJVERS VOOR REGIO I In dit hoofdstuk wordt een beeld gegeven van de studie naar rioolwaterzuivering voor Regio I en het ontwerp ter verbetering van de rioolwaterzuivering van Somoto. Deze studie staat los van de in de vorige hoofdstukken weergegeven studies over Los Hermanos Marttnez en de planning nieuwe nederzettingen {zie hoofdstuk 1). In de eerste paragraaf wordt een verantwoording gegeven van deze studie. Daarna volgt een beknopte samenvatting en een weergave van de aanbevelingen. Tot slot is een poging gedaan de studie te evalueren op basis van de doelstellingen.
9.1 Verantwoording In deze paragraaf wordt eerst aangegeven hoe het onderwerp van deze studie is afgebakend, daarna worden doe?en uitgangspunten en randvoorwaarden van deze studie gegeven. Tot slot wordt ingegaan op de werkwijze die bij deze studie is gevolgd en de samenwerking met instanties in Nicaragua en met groepsleden. 9.1.1 Onderwerpafbakening In de derde week van ons verblijf in Nicaragua is er een gesprek geweest met het INAA-Region I over mogelijkheden om in samenwerking met hen een studie te verrichten. Dit gesprek was door ons aangevraagd omdat het onze bedoeling was dat een deel van onze aktiviteiten zich zou richten op een plan voor drinkwatervoorziening. Dit wilden we doen in samenwerking niet het INAA. In dit gesprek bleek echter dat er geen mogelijkheden waren om in Regio I iets zinvols op het gebied van drinkwatervoorziening te doen. In plaats daarvan werden door het INAA twee andere mogelijkheden aangegeven: 1 - een studie naar een rioleringsstelsel voor La Trinidad, 2 - een studie over het huidige funktioneren van en alternatieven voor de rioolwaterzuiverina van Somoto. Geen van deze beide alternatieven sloot aan bij de overige ISP-aktiviteiten. Daarom is besloten dat de gezondheidstechnikus van de groep verder alleen zou werken, waar nodig geruggesteund door andere groepsleden. Op basis van persoonlijke voorkeur en omdat over rioolwaterzuivering wél en over rioleringsstelsels géén literatuur beschikbaar was is daarna gekozen voor het tweede alternatief. Het rioolwater van Somoto wordt momenteel gezuiverd door een stabilisatievijver.
Deze stabiïisatievijver, ook genaamd lagune, is aangelegd in 1967, met name om zuurstoftekort en vissterfte in de Quebrada Somoto, waar het rioolwater op geloosd wordt, te voorkomen. De laatste jaren zijn er steeds meer klachten over het slechte funktioneren van de zuivering. Hen vindt het geloosde water stinken en ongeschikt om vee mee te drenken. In eerste instantie was afgsproken dat het doel van de studie zou zijn: ontwerp van een zuivering voor het rioolwater van Somoto. Naar aanleiding van een tweede gesprek met Leonel Bravo, responsable van INAA-Region I, is daar als tweede doelstelling aan toegevoegd: het schrijven van een handleiding voor het ontwerpen van stabilisatievijvers, met name voor Regio I in Nicaragua. De gedachte was dat het met behulp van zo'n handleiding mogelijk zou zijn om snel en eenvoudig tot het ontwerp van een stabilisatievijver voor een willekeurige stad in Regio I te komen. Bij het bestuderen van de literatuur bleek echter dat er reeds verschillende handleidingen bestaan, die niet in het kader van deze studie te verbeteren of te vereenvoudigen zijn. Buiten het kader van deze » studie zai nog wel aandacht geschonken worden aan een vergelijking van de verschillende dimensioneringsmethoden voor stabilisatievijvers. Tijdens de verdere samenwerking bleek het INM ook nog geïnteresseerd in een overzicht van de mogelijkheden voor rioolwaterzuivering en een onderbouwing van de intuïtief al gemaakte keuze voor stabilisatievijvers als meest geschikte methode voor rioolwaterzuivering in Regio I. Ook werd het zinvol geacht aandacht te besteden aan de motieven om rioolwater te zuiveren. De regionale minister van fiegio I bleek in dit laatste ook geïnteresseerd, zodat dit gedeelte waarschijnlijk een zinvolle bijdrage kan zijn aan het overleg tussen het INAA en de regionale minister. 9.1.2 Doelen Op basis van de wensen van het INAA zijn twee doelstellingen geformuleerd: 1 - Het geven van een aanzet voor een regionaal plan voor.rioolwaterzuiverinti in regio I. 2 - Het maken van een ontwerp ter verbetering van de rioolwaterzuivering van Somoto. De aanzet tot een regionaal plan is in dit rapport beperkt tot een bekonopte beschrijving van de drink- en afvalwatersituatie en de bij rioolwaterzuivering betrokken instanties. Dit zal buiten het kader van deze ISP nog uitgebreid worden met de al genoemde vervolgstudie over dimensioneringsmethoden. Het ontwerp dat in deze studie is gemaakt voor Somoto {doelstelling 2) zal op basis van die vervolgstudie waarschijnlijk nog aangepast worden.
9.1.3 Randvoorwaarden De belangrijkste randvoorwaarden bij het realiseren van de doelstellingen waren: 1 - de beperkt beschikbare tijd in Nicaragua, 2 - de beperkte hoeveelheid voor mij beschikbare achtergrondtheorie in Nicaragua, en, voor het ontwerp van de stabiïisatievijver voor Somoto, 3 - de ter zuivering aangeboden hoeveelheid rioolwater, en de toekomstige ontwikkeling daarvan, 4 - de kwalitatieve eigenschappen van het rioolwater (BOD, 0 2 > P en Ngehaiten; bezinkbaarheid vaste delen; concentratie vaste stof) en eventueel voorspelbare variaties op basis van industriële ontwikkeling, 5 - de beschikbare ruimte voor lagunes en de afstand tot de bebouwing en tot de rivier, 6 - het klimaat van Somoto {temperatuur, zonneschijn en regenval), 7 - de hydrologie en het gebruik van het ontvangende water. 9.1.4 Uitgangspunten Uitgangspunten bij deze studie zijn geweest: 1 - samenwerking met bij de rioolwaterzuivering betrokken instanties, m.n. het INAA-Region I, 2 - samenwerking met andere groepsleden waar mogelijk, en, voor het ontwerp van de stabilisatievijver voor Sonioto, 3 - zo min mogelijk beslag leggen op schaarse middelen (geld, schoon water, geschoold personeel, kapitaalgoederen), 4 - de vervuiling van het ontvangende water beperken tot een dusdanig nivo dat bij het normale gebruikspatroon geen signifikante verhoging van het gezondheidsrisico ontstaat. 5 - een tijdshorizon van 10 jaar (vanwege de vele onzekerheden in planning en financiering van projekten). 9.1.5 Werkwijze Zowel voor mijn eigen tijdsbewaking als om anderen inzicht te geven in mijn plannen en mogelijkheden is begonnen met het schrijven van een werkvoorstel. Die anderen waren de andere groepsleden van de ISP, Leonel Bravo van het INAA en de begeleiders in Delft. Dit werkvoorstel is opgenomen in het tussenpeilingsrapport. Kaar aanleiding van besprekingen van het voorstel met de groep
I I I I I
I I 1 I I I I I I
I I I I I I I I I I I I I I
en het INAA-Region ! en de ervaringen tijdens het werk zijn doelstellingen etc. nog iets aangepast. Met resultaat hiervan is in de vorige subparagrafen weergegeven. Konform het voorstel is de aandacht in Nicaragua allereerst gericht geweest op het verzamelen van informatie ten behoeve van het ontwerp voor Somoto. Daarna zijn kriteria voor de zuivering geformuleerd en alternatieven bedacht. Op dringend verzoek van Leonel Bravo is in Nicaragua ook al aandacht geschonken aan de aanzet voor een regionaal plan. In Nederland is deze aanzet verder uitgewerkt. Daarnaast is het voorstel voor Somoto op een aantal punten nog verbeterd en aangevuld. 9.1.6 Samenwerking Om de samenwerking met het INAA-Region I te stimuleren heb ik zoveel mogelijk op het regionaal kantoor van het INM in Esteli gewerkt. Behalve div» het tonen van gastvrijheid is het INAA ook nog behulpzaam geweest door het toeleveren van wat informatie en het bieden van praktische hulp zoals vervoer. Door de beperkte mogelijkheden van het INAA verliepen dit soort praktische zaken vaak moeizaam. Overleg met het INAA over de inhoudelijke kant van het werk kwam traag op gang. Hierin speelden tijdsgebrek, onbekendheid van de situatie in Somoto op het regionale kantoor en welHcht onervarenheid in samenwerking een rol. Er is wel inhoudelijk overleg geweest met de gezondheidstechnisch ingenieur uit de contraparte, die werkte bij het KINSA, en met een civiel ingenieur, die werkte bij het MIDIHRA en die ervaring had met het ontwerpen van stabilisatievijvers. Naast het INAA is vooral samengewerkt met het IRENA. IRENA-Somoto was goed van de lokale situatie op de hoogte en heeft ook regelmatig voor vervoer gezorgd. Het laboratorium van het ïRENA in Managua heeft watermonsters afkomstig uit de stabilisatievijver van Somoto geanalyseerd. Een tweede serie monsters zou geanalyseerd worden door het laboratorium van het HINSA in Managua. Deze serie zou uitgebreider en accurater zijn geweest dan de nu uitgevoerde. Praktische problemen hebben dit op het laatste moment verhinderd. Verder is informatie verkregen van het stadsbestuur van Somoto {het inwoneraantal), INAA-Somoto (het rioleringsplan en het waterverbruik) een in Somoto woonachtige topograaf, het MDIHRA (klimaatgegevens} en uit eigen waarnemingen (ontvangende water en diepte lagune). Aan het eind van de werkperiode in Nicaragua zijn twee presentaties gehouden om de verkregen informatie door te geven. De eerste presentatie is gehouden voor de regionale overheid om deze inzicht te geven in de rioolwaterproblematiek,
vooral op regionaal nivo, de tweede voor het INAA, het IRENA en het HINSA. In eerste opzet was het de bedoeling om op de laatste presentatie tot een keuze uit de voorgestelde alternatieven te komen. Door omstandigheden konden echter een aantal van de genodigden uit Somoto niet aanwezig zijn. Bovendien waren een aantal voor de keus bepalende faktoren, zoals de prijs van het land en de ontwikkeling van het aantal rioolaansluitingen nog (ten dele) onbekend. Daarom is volstaan met een presentatie van de alternatieven en het verzoek om reakties naar Nederïand te sturen. Naast deze presentaties zijn twee verslagen geschreven. Het eerste verslag was erg beknopt en is uitgedeeld op de tweede presentatie, om de aanbeveïingen op de korte termijn en de alternatieven op de langere termijn bespreekbaar te maken. Daarna is het uitgebreide verslag gereed gekomen waarvan de hollandse tekst in het tussenrapport opgenomen was. Dit verslag is aangeboden aan: - het INAA-Region I - het INAA-Centraal - het IRENA-Sotnoto - het IRENA-Centraal - de regionale overheid van Regio I. De voorlopige reakties waren zonder uitzondering positief. Men was benieuwd naar wat verder nog zou volgen, m.n. naar de aanbevelingen op de lange termijn en de vergelijking van de verschillende berekeningsmethoden voor lagunes. In Nederland is het werk door dé andere groepsleden en begeleiders kritisch gelezen. Een inhoudelijke bijdrage is geleverd door één van de kultuurtechnici, op het gebied van het mogelijk hergebruik van het afvalwater voor irrigatie.
9.2 Samenvatting Het deelrapport kent de volgende hoofdstukken: 1 - land en regio 2 - rioolwaterzuivering 3 - situatiebeschrijving Somoto 4 - aanbevelingen rioolwaterzuivering Sotnoto. In het eerste hoofdstuk wordt kort ingegaan op de organisaties die betrokken zijn bij de rioolwaterzuivering en op de drinkwater- en rioleringssituatie van Regio I. Die organisaties zijn: - het INAA, verantwoordelijk voor aanleg, onderhoud en beheer van drinkwateren rioleringssystemen in Nicaragua, - het IRENA, instituut belast mét het beheer van de natuurlijke hulpbronnen
en het milieu in Nicaragua, - het HINSA, ministerie van volksgezondheid, met een speciale afdeling voor het milieu, die ontwerpen maakt van zuiveringen voor ziekenhuizen en daarnaast het funktioneren van bestaande zuiveringen voor drink- en afvalwater analyseert, - het MÏNVAH, ministerie van volkshuisvesting, tnet een afdeling gezondheids technische voorzieningen die ontwerpen maakt ten behoeve van eigen projekten op het gebied van volkshuisvesting. De drinkwatervoorziening in Regio I staat op een redelijk hoog peil. In de meeste steden bestaat een drinkwatersysteem dat de urbane bevolking via huisaansluitingen en openbare kranen van water voorziet. In het rurale gebied zijn veel handpompen en putten. Alleen de drie grootste steden (Estelï, Ocota) en Somoto) hebben echter een rioleringsstelsel. Het aansluitingenpercentage ligt daarbij laag, op zo'n 30 tot 50 %. Het rioolwater wat op deze wijze verzameld wordt, wordt alleen in het geval van Somoto enigszins gezuiverd. Dit betekent dat in al)»;* gevallen een ernstige vervuiling optreedt van het water waarop geloosd wordt (het zgn. ontvangende water). Door het INAA wordt gestreefd naar uitbreiding van de bestaande rioolstelsels en verbetering van de zuivering. In het tweede hoofdstuk wordt ingegaan op noodzaak en mogelijkheden voor rioolwaterzuivering, in het bijzonder voor Regio I. Het verzamelen en centraal lazen van rioolwater veroorzaakt in Regio I zoveel overlast dat zuivering noodzakelijk wordt. Hoever die zuivering moet gaan hangt af van de aard en mate van de overlast die de lozing veroorzaakt (enige vissterfte of besmetting van het drinkwater?). Stabilisatievijvers worden voorgesteld als het meest geschikte type zuivering. Stabilisatievijvers zijn eenvoudige, kunstmatige vijvers, waar ten gevolge van fysische, chemische en bologische processen een vergaande zuivering bereikt kan worden, met name als twee of drie vijvers in serie worden gebruikt. Als de omstandigheden het toelaten verdienen ze de voorkeur omdat ze goedkoop zijn in aanleg en onderhoud, simpel te construeren en te bedienen zijn en een hoge bedrijfszekerheid kennen. Voorwaarde voor de lage aanlegkosten is dat de benodigde grond goedkoop te verkrijgen is. Een belangrijke voorwaarde voor het goed funktioneren is dat de grond niet te sterk doorlatend is. Hoofdstuk 3 bundelt de informatie die nodig is om aard en kapaciteit van het zuiveringssysteem voor Somoto te kunnen bepalen. Somoto heeft zo'n 10.000 inwoners. Ongeveer driekwart van die bevolking is aangesloten op het drinkwaternet, terwijl ongeveer één kwart een aansluiting op de riolering heeft. Bij een kon-
sumptie per hoofd per dag die varieert tussen de 85 en 112 liter (natte respektievelijk droge tijd), produceren zij zo'n 200 m afvalwater per dag. Dit water komt terecht in een enkele stabilisatievijver, die zo'n vijftien jaar geleden aangelegd is. Inmiddels is deze vijver voor de helft dichtgeslibd, waardoor het rendement sterk verlaagd is. Daar komt bij dat een enkele vijver ook eigenlijk niet geschikt is voor een vergaande verwijdering van bakteriën. Het water van de Quebrada Somoto, waarop geloosd wordt, wordt o.a. gebruikt als zwem- en irrigatiewater, maar niet als drinkwater. In de droge tijd en in droge weken in de regentijd vormt het effluent van de vijver de enige voeding van de beek. Dat betekent dat niet op enige verdunning van het effluent gerekend kan worden. Daarom moeten vrij strenge eisen aan het effluent gesteld worden, vooral ook wat de bakteriologische kwaliteit betreft. Zoals ook blijkt uit een in het kader van déze studie uitgevoerd laboratoriumonderzoek voldoet de huidige zuivering niet aan deze eisen. In hoofdstuk 4 worden deze eisen gekwantificeerd en worden mogelijke verbeteringen voorgesteld. De hierna volgende paragraaf 9.3 geeft hier een samenvatting van. Daarbij wordt ook ingegaan op de mogelijkheden van hergebruik van het afvalwater. 9.3 Aanbevelingen Op drie terreinen zijn aanbevelingen geformuleerd: a - de taakverdeling tussen de bij rioolwaterzuiverinq betrokken instanties b - rioolwaterzuiveringsmethoden die toegepast kunnen worden in Regio I c - de verbetering van de rioolwaterzuivering van Somoto, Ad a - de taakverdeling tussen de f>ij rioolwaterzuivering betrokken instanties Er wordt kort ingegaan op deze taakverdeling omdat gebleken is dat men niet volledig van eikaars aktiviteiten en mogelijkheden op de hoogte is. In de taken van deze instanties kan een onderscheid gemaakt worden tussen ontwerp, aanleg en beheer enerzijds en normstelling en beheerskontrole anderzijds. Voor ontwerp, aanleg en beheer zou het INAA een koördinerende verantwoordelijkheid kunnen dragen. Dit zou gerealiseerd kunnen worden door het opstellen van normen voor het ontwerp van zuiveringen en het koördineren van het overleg over lokatie en aanleg van zuiveringen. Dit laatste cm doublures voornamelijk roet het MINVAH, maar ook met het HINSA te voorkomen. De verantwoordelijkheid voor normstelling en beheerskontrole zou in deze
I I I I I I I I I I I I I I
iI
opzet het best toevertrouwd kunnen worden aan de kombinatie van het IRENA en het MINSA, omdat deze twee instituten hiermee al de meeste ervaring hebben en op dit gebied al meer samengewerkt hebben. Bovendien is normstelling een bijna onmisbaar onderdeel van het milieubeheer, waar het IRENA de verantwoordelijkheid voor draagt. Ad b - rioolwaterzuiveringsmethoden die toegepast kunnen worden in Regio I Als meest geschikte zuiveringsmethode worden stabilisatievijvers voorgesteld. Als de beschikbare hoeveelheid grond hiervoor een belemmering vormt, kan gedacht worden aan Imhoff-tanks gecombineerd met een stabilisatievijver, oxidatiebedden en dompel schijven. Ad c - Naast aanbevelingen voor het herstel en de verbetering van enige details worden voor zowel de korte als de lange termijn voorstellen gedaan voor de verbeterng van de zuivering. Op de korte termijn wordt voorgesteld de lagune in tweeën te delen en weer uit te diepen. Voor de lange termijn wordt een stelsel bestaande uit drie vijvers voorgesteld. Het zal van de snelheid van de groei van het aantal aansluitingen afhangen wanneer deze lange termijn oplossing aktueel wordt. Daarnaast wordt voorgesteld het afvalwater te hergebruiken als irrgatiewater. Of dit ook werkelijk mogelijk is, zal moeten worden beoordeeld op basis van een bodemonderzoek. Vanwege de ondooriatemlheid van de bodem wordt namelijk gevreesd voor verziltinq en alkalinisatie. Mocht dit werkelijk onoverkomelijke problemen geven, dan is wellicht een visvijver een aantrekkelijke mogelijkheid. De realiseerbaarheid hiervan is nog onderwerp van studie.
9.4 Evaluatie De doelen van deze studie waren: - het geven van een aanzet voor een regionaal plan voor rioolwaterzuivering in Regio I, - het maken van een ontwerp ter verbetering van de rioolwaterzuivering van Somoto. In deze evaluatie wordt nagegaan in hoeverre en hoe goed deze doelen bereikt zijn. Op het nut van deze studie voor Nicaragua wordt in hoofdstuk tien ingegaan.
Volgens het INAA-Region I zijn er nog niet eerder pogingen gedaan tot het maken van een plan voor de rioolwaterzuivering van Regio I. In dat licht bezien zijn hoofdstuk 1 en 2 uit het deelrapport een zinvolle aanzet voor een regionaal plan. Omdat weinig voorkennis verondersteld is zal het ook een basis kunnen vormen voor overleg tussen o.a. de regionale overheid (m.n. het SETER) en het INAA. Uiteraard vormen deze hoofdstukken niet meer dan een aanzet, en daarom zijn er noal wat punten te noemen waarop aanvulling en uitbreiding mogelijk zijn. Gedacht kan met name worden aan een beschrijving van de lokale sitatie van de plaatsen met drinkwaterleiding (op dezelfde wijze als in hoofdstuk 3 van Somoto gemaakt is). Binnen de voor mij in Nicaragua beschikbare tijd was dit ook geen haalbare kaart, en gezien de beperkte doelstelling ervaar ik dit ook niet als echt probleem, temeer daar de beschrijving van Somoto als voorbeeld kan dienen voor de overige. Voor het ontwerp ter verbetering van de rioolwaterzuivering van Somoto is een. uitgebreide beschrijving gegeven van de aspekten die de hoeveelheid rioolwater bepalen. Een gemis hierbij is een meting van de hoeveelheid rioolwater die momenteel naar de lagune stroomt. Er is wel enige malen afgesproken met het INAA dat deze meting verricht zou worden; uiteindelijk werd de afspraak verzet naar een datum die na ons vertrek uit Nicaragua lag. Ook is duidelijk aangegeven hoe de bestaande zuivering funktioneert. Bij het bepalen van de mate van zuivering die bereikt moet worden is alleen gekeken naar de toe te laten koncentratie van bakteriën, en is voor die concentratie een goed gemotiveerde keus gedaan. Er is echter niet gekeken naar toelaatbare BZV-gehalten in het effluent. De reden hiervoor is, dat de gebruikte dimensioneringsmethode impliciet al een norm in zich heeft voor de BZV-verwijdering: volgens de CEPIS-handleiding, die voor de dimensionering gebruikt wordt, is bij toepassing van deze methode een BZV-verwijdering van 90ï verzekerd. Het verdient echter aanbeveling om bij de kritische vergelijking var» dimensioneringsmethoden ook na te gaan of deze claim wel realistisch is. Voor het verbeteren van het zuiveringseffekt van de bestaande lagune zij zinvolle voorstellen gedaan. Voor de lange termijn zijn mogelijkheden aangegeven die aangepast zijn aan de omstandigheden ter plekke.
Dekeus die uiteindelijk voor een bepaald zuiveringssysteem is gemaakt is niet zo grondig gemotiveerd. Het name valt de afwezigheid van een financiële beschouwing op. De hiervoor benodigde gegeviens konden niet tijdig door het IHM geleverd worden, omdat ze op het regionale kantoor niet beschikbaar waren, maar uit Managua moesten konen. Zowel voor het regionale plan, als voor het ontwerp van de zuivering voor Saiioto, zou het zinvol zijn nog meer aandacht te besteden aan ontwerpmethoden. Ook hier was de beschikbare tijd de belettmerende faktor. In een vervolgstudie zal hier nog we) aandacht aan geschonken worden. In de weergave van de studie is er naar gestreefd om te werken van algemeen naar konkreet {organisaties - Regio I - Somoto) en is de opbouw steeds: informatie - argumenten/kriteria - keuze, die in het gedeelte voor Somoto nog wordt gevolgd door een uitwerking. Met deze opzet is een heldere op• bouw van het betoog verkregen.
I I I I I 1 I I I I I I 1 I
I I I I I I I I I I I I I I
hoo
uk1O
I I I I I I I I I I I I I I
HOOFDSTUK 10 EVALUATIE
het noorden van Nicaragua. Hoewel w i j ons best wilden doen om zoveel mogelijk op hun aanvraag in te gaan, was het d u i d e l i j k , dat d i t teveel gevraagd was,
Een inhoudelijke evaluatie van ons werk is per deel gemaakt en opgenomen als laatste paragraaf van de hoofdstukken 6 tot en met 9. B i j deze evaluaties ging het vooral om de logische opbouw er de kompleetheid van de verschillende onderdelen (zowel qua onderwerpafbakening als qua diepgang). In d i t hoofstuk gaat het om de manier waarop we t o t onderwerp en resultaat gekomen z i j n , de samenwerking met bevolking en instanties en de relevantie van het resultaat voor Nicaragua. Voor een groot deel gebeurt d i t door onze verwachtingen voor ons vertrek naar Nicaragua naast onze ervaringen daar te zetten. B i j dat laatste worden k r i t i sche kanttekeningen geplaatst. Het doel van deze evaluatie, zowel als van de evaluaties in de vorige hoofd-
ook al omdat grote delen van de regio, vanwege de gevaarlijke s i t u a t i e , niet voor ons toegankelijk waren. We perkten het onderwerp in tot het departement E s t e l i , en schreven een beginpeilingsrapport, waarin we gedetailleerd aangaven, wat we wël dachten te kunnen aanpakken. Dat h i e l d onder meer i n , dat we op departementaal nivo globaal te werk zouden gaan en op deelgebieden plannen zouden uitwerken op het gebied van drinkwater, i r r i g a t i e en wegen. Als hoofddoelstelling formuleerden we: "het geven van aanzetten voor het maken van een globaal regionaal ontwikkelingsplan, onder meer door het vergaren van informatie ten behoeve hiervan en door het komen tot oplossingen op deelgebieden van kleinschalige aard".
stukken, is het verkrijgen van inzicht in de waarde van ons eigen werk. Daarnaast geeft het de mogelijkheid oorzaken aan te wijzen voor bepaaid-j^ebreken. Het doel van d i t hoofdstuk is bovendien ook om met name de peilingskommissie
Deze plannen werden door de peilingskommissie nog als ambitieus gezien en ons werd onder andere aangeraden ons goed bewust t e z i j n van onze beperkingen.
i n l i c h t te geven in de onderwerpafbakening, werkwijze, samenwerking en relevantie van ons werk.
Belangrijker wellicht dan de mogelijke inhoud van het projekt, zoals dat ons toen voor ogen stond, z i j n de uitgangspunten, die we ons gesteld hadden en de
10.1 Onderwerpafbakening In Hederiand
10.1.1 Plannen in Nederland In oktober '82 is deze studiegroep samengesteld op een onderwerp in Bolivia. B i j het i n s t i t u u t IPTK in Ocurï zou een ontwikkelingsplan gemaakt worden voor een sterk achtergebleven en geïsoleerd gebied. De groepssamenstelling, twee civiel-planologen.twee kultuurtechnici, een sociaal-planoloog, een sociaalgeograaf en twee gezondheidstechnici, weerspiegelde de te bestrijken probleemvelden. Vanaf december '82 is gezocht naar een ander projekt, omdat een groep van 7 3 8 personen te groot zou z i j n voor Ocurï. Pas in maart '83 is d e f i n i t i e f gekozen voor een onderwerp in Nicaragua. Door bemiddeling van een medewerkster van de afdeling Bouwkunde van de Technische Hogeschool Delft kregen we kontakt met het IRENA, het i n s t i t u u t voor natuurl i j k e hulpbronnen en milieu in Nicaragua. De o f f i c i ë l e uitnodiging, die we ontvingen, ging vergezeld van een projektvoorstel voor het maken van een integraal ontwikkelingsplan voor Regio I , i n
werkwijze. Belangrijke elementen waren: Uitgangspunten: a Aansluiten b i j het Nicaraguaanse overheidsbeleid (zie paragrafen 2.2. en 2.3 van het beginpeilingsrapport) b komen tot praktisch bruikbare resultaten; daarom samenwerken met bevolking en instanties {zie 3.4 en 4.2 beginpeilingsrapport) c duidelijk maken van onze beperkingen, met name de beschikbare t i j d en de noodzaak van een inbreng door elke discipline (zie 3.3 beginpeilingsrapport) d komen tot overdracht van onze kennis Werkwijze: e overheidsbeleid vertalen in uitgangspunten voor ons werk (zie 3.2 beginpeilingsrapport) f cyklisch werken om snel t o t probleemoplossingen te komen {zie 4.1 beginpeilingsrapport) g i n t e r d i s c i p l i n a i r werken (zie 4.3 beginpeilingsrapport) Het grootste deel van deze elementen is terug te vinden in het beginpeilingsrapport. Wel z i j n ze enigszins bijgeschaafd naar aanleiding van de begin-
p e i l i n g . Uitgangspunt d is ook geformuleerd naar aanleiding van de eerste peiling.
De contra-parte bleek onze problemen begrepen te hebben en in dezelfde vergede-
Een belangrijke konsekwentie van uitgangspunten a, b en d was het zoeken naar
z i j met het voorstel het werk te beperken tot één d a l , San Juan de Limay als
saiaertwerking «iet overheidsinstanties, de bevolking en haar vertegenwoordigers. In paragraaf 10.2 wordt verder op deze samenwerking ingegaan.
raakro nivo en een dorpje u i t dat dal als mikro nivo. Op het dorpsnivo zouden
r i n g , waarin w i j onze ideeën voor een regionaal plan naar voren brachten, kwam
dan de konkrete plannen voor de {technische)discipïines uitgewerkt gaan worden. Het beide handen grepen w i j d i t voorste) aan. Maar voor w i j er aan konden be-
10.1.2 Onderwerpafbakening in Nicaragua
ginnen moest eerst nog overlegd worden met de regionaal minister. Deze ging akkoord, op voorwaarde, dat we in plaats van een dorp u i t het dal van San Juan
Het deze ideeën vertrokken we naar Nicaragua. Om snel meer inzicht in de
de Limay de eerste nieuwe nederzetting in Regio I gingen bekijken: Los Herrnanos
s i t u a t i e t e r plekke te k r i j g e n , zochten we i n de eerste week i n Managua kon-
Martinez in het dal van San Luis b i j het stadje Sonnto. In de v a l l e i San Juan
takt met enkele van de aldaar wonende Nederlanders, waarvan we verwachtten,
de Limay zou daarna bekeken worden of er plaats was voor soortgelijke neder-
dat ze de s i t u a t i e beter zouden kennen dan w i j z e l f . Van één van hen hoorden we
zettingen. Dat vereiste vooral onderzo-»k naar delandbouwkundige potenties van
dat er in Regio I , en met name in het departement E s t e l ï , al een zeer goed
het dal.
ontwikkelingsplan zou lopen: PRONORTE, eh dat een plan voor dat gebied dus overbodig zou z i j n . Van het IRENA in Managua hoorden we verder, dat het niet • echt zinvol is in Mangua achter informatie aan te gaan, omdat die op regionaal nivo vaak gemakkelijker te achterhalen i s . Ook het onderwerp zou i n EsteM pas duidelijker gedefineerd gaan worden, in overleg met de regionale minister van Las Segovias. V/e b l i j v e n echter toch meer dan een week in Managua, omdat we meer zekerheid w i l l e n hebben, dat er i n Estelï voor ons iets te doen was, en omdat we goed voorbereid in Regio I willen aankomen, waarbij de goedgevulde bibliotheek van het IRENA ons van nut was. In deze periode hebben we ook nog een'bezcek gebracht aan het INAA-centraal, waar San Juan de Limay als mogelijk werkgebied voor de gezondheidstechnicus genoend werd. De dag, dat we naar Esteli reisden, bleek achteraf tevens de a f s l u i t i n g van de periode, dat het IRENA onze opdrachtgever was. In Esteli was een vergadering belegd met de regionale minister van Las Segovias, de adjunkt-direkteur van PRQ'IORTE en nog enige anderen. De minister benadrukte het belang van het regionale nivo. Als samenwerkingspartner werd een groep medewerkers van diverse instituten sanencesteld. Deze contra-parte zou ons onder meer voorzien van de benodigde informatie. Daarom hoefde het geen probleem te z i j n , dat we n i e t i n a l l e delen van Las Segovias konden kotnen. Hoewel op ons verzoek het deel piannivo wel werd opgenomen, bleef voor de minister het regionale nivo p r i o r i t e i t houden. De dagen daarna hebben w i j ons het hoofd gebroken over onze (onmogelijkheden om op regionaal nivo te werken. We stelden u i t e i d e l i j k voor de bestaande plannen op verschillende gebieden naast elkaar te leggen om tegenstellingen en onvolledigheden aan te geven.
Dit was een grote beperking vergeleken met de eerdere regionale aanpak. Pas later echter werden a l l e konsekwenties voor ons d u i d e l i j k . Ma een gesprek met de regionale afdeling van het INAA bleek namelijk i n het dal van San Juan de Limay helemaal geen drink- of afvalwaterprobleeni te z i j n . De rol van de gezondheidstechnikus werd daarmee erg onduidelijk. Problemen op het nivo van nieuwe nederzettingen, met een grote van 100 t o t 150 huizen, z i j n namelijk te k l e i n schalig om tot een ontwerp te konten, dat voldoet aan de eisen van de vakgroep gezondheidstechniek. Een paar dagen hebben w i j nog overwogen om t o t een ander onderwerp te komen, waar ook gezondheidstechnisch voldoende werk in z i t . U i t eindelijk hebben we daarvan afgezien.vanwege de extra t i j d , die het zou kosten en de t w i j f e l of zo'n onderwerp er wel was i n Regio I . Bovendien had de regionale afdeling van het INAA al een a l t e r n a t i e f aangeboden: een ontwerp maken voor de rioolwaterzuivering van Sotnoto. Harold, de gezondheidstechnikus van de groep, zou daaraan beginnen nadat het werk in Hennanos Martinez afgerond was. Terwijl we aan Hermanos Martïnez werkten wilden we toch al graag een kennismakingsbezoek aan het dal van San Juan de Limay brengen. Door de vele aanvallen van de kontrarevolutionairen bleek de v a l l e i echter niet v e i l i g te bereiken. Afspraken voor d i t bezoek werden keer op keer uitgesteld en begin augustus begonnen we te zoeken naar alternatieve mogelijkheden. Een brainstorm leverde twee mogelijke en nuttige onderwerpen op: - als vervolg op het werk in Hermanos Martinez: het opzetten van een planningsmodel voor nieuwe nederzettingen, waarbij gekeken wordt naar de wijze waarop de verschillende participerende instellingen en ministeries hun werkzaamheden met betrekking t o t de opzet van nieuwe nederzettingen invullen.
1 I I I I I I I I 1 I I I I
- dieper ingaan op de vallei San Luis, waarbij gekeken wordt naar de ontwikkelingsmogelijkheden voor de vallei, vooral op landbouwkundig gebied. We leggen dit voor aan de contraparte; opeens bleken er wet mogelijkheden te zijn voor een bezoek aan Limay. Een deel van de groep gaat er heen, maar kon er vanwege een aanval van de contras niet veel werk doen. Het viel niet te verwachten, dat de situatie spoedig zou verbeteren. Daarom besloten we op 12 augustus om definitief van het onderwerp San Juan de Limay af te stappen. In plaats daarvan gaan we beide alternatieven aanpakken, «n de volgende rddenen: - in het alternatief "planningsraodel" was weinig te doen voor de kultuurtechnici, - het werk aan het planningsmodel was voor de planologen de meest logische voortzetting van het werk rond Los Hermanos Harttnez, - bij de verschillende groepsleden lagen duidelijke voorkeuren bij elk van de beide alternatieven, - ook de contraparte was verdeeld op dit punt. De minister kon zich verenigen met onze plannen. We wilden hierbij het werk aan Los Hermanos Martfnez zo snel mogelijk afronden, zodat we daarna al onze tijd konden besteden aan de vervolgprojekten. Het name op het vlak van de sociale organisatie van Los Hermanos Martïnez bleken er echter nog zoveel vragen te leven, dat de afronding daarvan de volledige tijd van de sociaal geograaf gevergd heeft. Uiteindelijk hebben we dus vier onderwerpen gelijktijdig aangepakt gedurende de tweede helft van ons verblijf in Nicaragua: - de sociale organisatie van Los Hermanos Hartinez, - ontwikkelingsmogelijkheden in de vallei San Luis, - de planning van nieuwe nederzettingen, - de stabilisatievijver van Soraoto. Hierbij kan aangetekend worden dat we als groep in het begin minder inbreng hebben gehad in de onderwerpafbakening dan aan het eind. Zo is de keus voor Esteli als werkgebied gemaakt door het IRENA, is de keus voor San Juan de Limay en Los Hermanos Martïnez in overleg tot stand gekomen en is de keus voor 'planning nieuwe nederzettingen' en 'San Luis1 door onszelf genaakt met goedkeuring van de minister. Daarbij moet nog aangetekend worden dat, hoewel 'San Juan de Limay' onze volledige instemming had in eerste Instantie, het toch moeilijk terug te draaien bleek, toen we er na het gesprek met het INAA niet meer zo blij mee waren. Het idee om met Los Hermanos Martfnez te beginnen komt duidelijk bij de minister vandaan en is door ons geaksepteerd.
Onze beperkte inbreng in de onderwerpafbakening in het begin kwam voort uit onze beperkte kennis van de situatie van de regio. Daarnaast hanteerden we een drietal op onze uitgangspunten gebaseerde kriteria voor de onderwerpkeuze: 1 - voor Nicaragua relevant werk 2 - in drie maanden tijd aan te pakken 3 - voldoende mogelijkheden voor de inbreng van de verschillende disciplines, ook rekening houdend met de eisen van de vakgroepen. Het name het laaste kriteriura zorgde voor een aktieve inbreng van de groep in de onderwerpafbakening aan het begin van de tweede helft van ons verblijf in Nicaragua. 10.1.3 Merkwijze in Nicaragua De werkwijze die gehanteerd is bij de verschillende onderwerpen is in de hoofdstukken 6 tot en met 9 al beschreven. In deze paragraaf is de vraag aan de orde werlke rol de van te voren geformuleerde werkwijze gehad heeft. In 10.1.1 waren hierin drie elementen onderscheiden: a - overheidsbeleid vertalen in uitgangspunten voor ons werk b - cyclisch werken om snel tot probleemoplossingen te komen c - interdisciplinair werken. Ad a - overheidsbeleid vertalen in uitgangspunten voor ons werk. Het Nicaraguaanse overheidsbeleid is mede gebaseerd op beschouwingen volgens de dependencia-theorie. Op basis hiervan waren in het beginpeilinqsrapoort een aantal begrippen genoemd die een leidraad bij ons werk moesten vormen {zie linkerkolom tabel 10.I).
vervulling van basic needs - voorzieningenstruktuur - huisvesting, waterzuivering quality of life - zelfstandigheid koö'peraties selfreliance - participatie bij opzet nieuwe nederparticipatie zettingen stad-land relaties binnenlandse ongelijkheid aandacht voor ontwikkeling San Luis rurale ontwikkeling tabel 10.1: begrippen uit Nicaraguaans overheidsbeleid als leidraad bij ons werk.
-5ï-
In de rechterkolom van deze tabel zijn een aantal items uit ons werk genoemd die verband houden met deze begrippen. Hiermee willen we aangeven dat de diskussie over ontwikkelingstheorieën zoals we die in Nederland gevoerd hebben wel doorgewerkt heeft in ons werk in Nicaragua, maar dat niet gesproken kan worden van planvorming op basis van een systematisch toegepaste ontwikkelingstheorie. Belangrijker dan dit soort verbanden is het feit dat onze onderwerpkeuze aansloot bij het nicaraguaanse overheidsbeleid. Ontwikkeling van het dal Sar» Luis is een onderdeel van rurale ontwikkeling. Het nieuwe nederzettingenbeleid sluit hier ook bij aan, terwijl het ook aansluit bij de vervulling van basic needs. Rioolwaterzuivering is een bijdrage tot de verbetering van de 'quality of life'. Een konsekwentie van ons aansluiten bij het nicaraguaanse overheidsbeleid is geweest dat we ons in eerste instantie onvoldoende kritisch hebben opgesteld naar dat overheidsbeleid toe. Met name bij de konkrete uitvoering van allerlei plannen vallen nogal wat kanttekeningen te plaatsen. Ad b - Cyclisch werken om snel tot probleemoplossingen te komen. Dit heeft bij twee onderwerpen een rol gesppeld. Bij de planning van nieuwe nederzettingen is de aanpak van het vergelijken van verschillende planningsmodellen verlaten toen bleek dat er in feite maar één model werd gehanteerd. In plaats daarvan hebben Lies en JanGeert zich op probleemsignalering en oplossing gericht.
basis van de beschrijving een aantal aanbevelingen gedaan, met name op het terrein van de landbouw en de arbeidsorganisatie. Ad c - interdisciplinair werken. Het zal na lezing van 10.1.2 duidelijk zijn dat 'interdisciplinair werken' niet het voornaamste onderdeel van onze werkwijze is geweest. Het heeft wel bij alle onderdelen een rol gespeeld: - vallei San Luis: planvorming door sociaal planoloog op basis gegevens kultuurtechnici, - nieuwe nederzettingen: inbreng van sociaal geograaf met informatie over koöperaties, - stabilisatievijvers, gedeelte over hergebruik afvalwater door kultuurtechnikus. Daarnaast is het gedeelte over Los Hermanos Martïnez duidelijk als interdisciplinair groepswerk te karakteriseren. Tot slot is in Nederland het kritisch lezen en volgen van eikaars werk belangrijk geweest. Tot slot nog enkele opmerkingen over de uitgangspunten. Deze hebben vooral een rol gespeeld bij de laatste fase van de onderwerpafbakening {zie 10.1.2). De samenwerking die uit onze uitgangspunten voortvloeide wordt behandeld in 10.2. Het laatste uitgangspunt, kennisoverdracht komt aan bod in de laatste paragraaf van dit hoofdstuk (10.3 het nut van ons werk voor Nicaragua).
10.2 Samenwerking Bij het ontwerp van de stabilisatievijver van Somoto zijn al in een vroeg stadium alternatieve oplossingen geformuleerd om goed in te kunnen schatten welke gegevens verzameld moesten worden. Later zijn deze alternatieven beoordeeld op basis van de beschikbaar gekomen informatie. De achtergrond bij dit element was het uitgangspunt dat we tot sneï tot praktisch bruikbare resultaten wilden komen. Dat uitgangspunt heeft ook gegolden voor de vallei San Luis. Ëij Los Kemanos Martinez is dit ten dele minder belangrijk geweest omdat het daar meer ging om het maken van een beschrijving bij wijze van 'case study' dan as probleemoplossend werken. Hel zijn er op
In het beginpeilingsrapport is veel aandacht geschonken aan de mogelijke vormen van samenwerking tijdens ons verblijf in Nicaragua taet nicaraguaanse instanties en groeperingen. Het betrekken van de bevolking en haar vertegenwoordigers bij ons werk was een belangrijk uitgangspunt en een onderdeel van de werkwijze van de groep. In deze paragraaf willen we eerst teruggrijpen op het beginpeilingsrapport en ingaan op wat we ons, voor ons vertrek naar Nicaragua, voorstelden van de samenwerking. Daarna kijken we terug op ons verblijf in Nicaragua en beschrijven we met welke groeperingen samengewerkt is, . hoe die samenwerking verlopen is en welke faktoren daarbij een rol speelden. Deze paragraaf wordt afgesloten met konklusies en aanbevelingen ten aanzien van de samenwerking.
I I I I I I I I I I I I I I
10.2.1 Ideeën voor ons vertrek In het beginpeilingsrapport hebben we verschillende mogelijke samenwerkingsvormen onderscheiden, waarbij de bevolking/organisaties de volgende funkties heeft/hebben: -
informatiebron: leveren van informatie klankbord: reageren op onze voorstellen doelgroep: belangen van deze groep staan centraal opdrachtgever: formuleren van de opdracht, afbakenen werkterrein. kontroleren van de voortgang - participant: deelnemen aan het werk- en planningsproces - begeleider: sturen en stimuleren van de groep.
Op grond van een inschatting van de randvoorwaarden, die de vorm van samenwerking beinvtoeden - zoals de beschikbare tijd, kuituur- en taalverschillen, organisatiegraad van de bevolking, en kapaciteiten en tijd van de groeperingen dachten we de volgende vormen van samenwerking te kunnen bereiken: - de bevolking, en met name het armste deel daarvan, is de doelgroep: de plannen moeten er op gericht zijn hun situatie te verbeteren; daarom is het nodig hun problemen, wensen en behoeftes te kennen (informatiebron); participatie van de bevolking In de uitvoering zal nagestreefd worden - de basisorganisaties bieden op regionaal nivo waarschijnlijk weinig mogelijkheden voor samenwerking (op hoger nivo slecht georganiseerd, niet representatief voor de rurale bevolking); oplager nivo zullen de basisorganisaties de funktie van informatiebron,klankbord en participant in de uitvoering kunnen hebben - voor enige vorm van samenwerking met scholen in Esteli zijn waarschijnlijk geen mogelijkheden - de overheid zal in ons wer een belangrijke funktie hebben als informatiebron, klankbord en eventueel begeleider en opdrachtgever; het WENA is formeel onze opdrachtgever, maar de band met het ISENA zal, door de aard van het onderwerp, minder hecht zijn. Op de beginpeiling werd door A. White het belang benadrukt van het kontakt met ook niet-Sandinistische groeperingen; deze groeperingen zouden informatie kunnen verschaffen over hun visie op het overheidsbeleid en de wenselijke ontwikkelingen. Zoals al in 10.1 gebleken is, hebben we naast de vier hierboven genoemde groeperingen, ook samengewerkt met de voor ons geformeerde contraparte en
en enkele nederlanders in Managua en Estelï. Hoe die samenwerking geweest is, wordt in de volgende paragraaf beschreven. 10,2.2 Samenwerking in Nicaragua We willen nu aangeven met welke groeperingen/instanties we in Nicaragua hebben samengewerkt en hoe die samenwerking verlopen is. Daartoe maken we een indeling in zes groepen: a - contraparte b - overheidsinstanties (Gobierno Regional, PRONORTE, ministeries, INAA, IRENA) c - basisorganisaties (UNAG, FSLN, CDS, ATC,...) d - bevolking (Hermanos Hartinez, San Luis, nieuwe nederzettingen, Cacaolï} e - niet-Sandinistische groeperingen (kerken, scholen, FAGANIC) f - nederlanders in Nicaragua. Na een korte beschrijving van ieder van deze groepen volgt een beschrijving van de vorm van samenwerking. Bovendien wordt aangegeven wat de belangrijkste faktoren zijn geweest die bepalend waren voor de samenwerkingsvorm, en wat de invloed geweest is op de inhoud van ons werk. Ad a - contraparte In 10.1.2 is de contraparte al enigszins toegelicht. Deze, door de ministro delegado van Hegio I gevormde, groep bestond uit vertegenwoordigers van PRONORTE, SETER, MINSA, IRENA, en IIIDINRA. De exakte samenstelling van de contraparte is opgenomen als bijlage 6 van dit rapport. De samenwerking tussen de contraparte ('grupo nacional') en onze groep {'grupo hoiandés') had als doel: informatieverstrekking en kennisoverdracht. Zeer regelmatig hebben we kontakt gehad met de contraparte: in het begin vergaderden we twee keer per week, later één keer per week met elkaar. Vooral met betrekking tot de onderwerpafbakening heeft de contraparte een belangrijke rol vervuld (zie 10.1.2), door te reageren op onze voorstellen, zelf nieuwe voorstellen te formuleren en te bemiddelen tussen de ministro delegado en onze groep. Een andere belangrijke funktie van de contraparte was het verstrekken van informatie en het toegankelijk maken van informatie door het maken van afspraken voor ons met andere instanties (m.n. overheidsinstanties en basisgroeperingen). Hierdoor was het voor ons
mogelijk met zeer veel mensen/instanties te spreken die we zonder de steun van de contraparte nooit te spreken zouden hebben gekregen. Tijdens de wekelijkse vergaderingen presenteerden wij de voortgang van onze werkzaamheden, en onze plannen voor de komende tijd. He hoopten kritiek, opmerkingen,aanbevelingen en tips te krijgen van de contraparte (de werkbandfunktie). Helaas kwam dit niet zo uit de verf. Een aantal redenen zijn hiervoor te noemen. De samenstelling vande contraparte was afgestemd op het eerste onderwerp van de Qroep: een regionaal plan voor Regio I (zie 10.1.2). Aangezien de werkelijk door de groep aangepakte onderwerpen hiervan nogal verschilden, waren de resultaten van onze werkzaamheden meestal slechts voor delen van de contraparte interessant. Daardoor konden zij ons ook niet die informatie geven die wij nodig hadden. Een andere faktor die een optimale samnwerking in de weg stond, < was het verschil in aanpak, öe contraparte was samengesteld uit vertegenwoordigers van op regionaal nivo op de uitvoering gerichte ministeries en instanties. Hun werkwijze is zeer pragmatisch en konkreet, terwijl wij ten dele meer beschouwend en abstrakt bezig waren. Bovendien leverde ons werk in het begin nauwelijks konkrete resultaten op, wat ook demotiverend voor de contraparte werkte. Mede omdat zij het zelf bijzonder druk hadden, had dit een teruglopende opkomst op de vergaderingen tot gevolg. De samenwerking met de contraparte heeft, naast de invloed op de onderwerpafbakening en de verstrekking van informatie, ook tot gevolg gehad dat wij onze werkwijze op sommige punten aangepast hebben en minder theoretisch/abstrakt zijn gaan werken. Zo is onder meer als gevolg van gesprekken met de contraparte bij de studie over nieuwe nederzettingen afgestapt van een evaluatieve benadering met behulp van kriteria en zijn we overgegaan op een probleemgerichte benadering. Ad b - Van de overheidsinstanties hebben we het meest intensief kontakt gehad met óe Gobierno Regional, PRONORTE, MIOIHRA (Reforma Agraria} en het INAA. De Gobierno Regional en PRONORTE zijn beschreven in hoofdstuk 5. Het INAA is het instituut dat zich bezighoudt met de drink- en afvalwaterproblematiek. In hoofdstuk 7 en in het deelrapport over stabilisatievijvers voor Regio I komt dit instituut verder aan de orde. Het MIDINRV het ministerie van landbouw , houdt zich naast het
beleid op het gebied van de landbouwontwikkeling vooral bezig met de staatsbedrijven. Reforaa Agraria is een onderafdeling van het MIDINRA, met kantoren in alle inunicipios. Deze afdeling houdt zich bezig met alle aktiviteiten betreffende de landhervonning en verleent onder raeer technische assitentie aan de landbouwkoöperaties en aan kleine boeren. Het MIDINRA is erg behulpzaam geweest bij het zoeken naar basisinformatie, zoals bodemstudies en meteorologische gegevens. Reforma Agraria leverde ons informatie over de koöperaties in het dal van San Tuis. Binnen de Gobierno Regional hebben we vooral te maken gehad met de ministro delegadeo en het SETER, het technisch sekretariaat van de regio. Carlos Manuel Morales, de ministro delegado, heeft de contraparte samengesteld. Verder heeft hij een duidelijke rol gehad in de onderwerpafbakening (zie 10.1.2) Voor de eerste fase en in mindere mate ook voor de tweede fase van het projekt kan de Gobierno Regional als opdrachtgever beschouwd worden. Bovendien droeg de Gobierno Regional de verantwoordelijkheid voor onze groep. De SETER heeft veel informatie verstrekt heeft veel informatie verstrekt voor de studie over nieuwe nederzettingen in Regio 1, Verder samenwerking is niet van de grond gekomen door de verschillen in aanpak en de weinige tijd die de SETER ter beschikking had in verband met hun bezoeken aan de nederzettingen in aanbouw. Een groot deel van de medewerkers van PRONORTE zat in de contraparte en had daarin een grote inbreng. Voor een beschrijving van de samenwerking met PRONORTE kan dus verwezen worden naar het gedeelte over de contraparte. Daarnaast heeft PRONORTE ons werkruimte aangeboden in zijn kantoor envervoer en begeleiding geregeld voor bezoeken aan Somoto en Los Hennanos Martïnez. Het werken op kantoor en de kontakten met de mensen daar waren een duidelijk stimulerende faktor. Bovendien gaf het ons gemakkelijk toegang tot informatie. Het INAA is naast informatiebron, de begeleider/opdrachtgever van Harold geweest. Zoals ook in het beginpeilingsrapport aangegeven staat, is voor (een deel van) de tweede fase hechte samenwerking gezocht met het INAA voor het maken van een konkreet plan. De inhoud van Harolds werk is voor een groot deel door het INAA bepaald. Het IRENA was oorspronkelijk onze opdrachtgever: dat instituut heeft ons uitgenodigd en een eerste projektvoorstel geformuleerd. Als
I I I I I I I I I I I I I I
voorbereiding op onze komst naar Esteli heeft het IRENA ons geïntroduceerd bij de ministro delegadeo van Regio I. Daarna is de rol van het IRENA zeer klein geweest door de aard van het onderwerp, en is de rol van opdrachtgever overgenomen door de Gobierno Regional. Andere overheidsinstanties, zoals de regionale afdelingen var» het MÏNSA, het HINVAH, het IRENA, en het INE zijn vooral informatiebron voor ons geweest. Het het IRENA in Somoto en in Managua is samengewerkt om informatie over het funktioneren van de stabilisatievijver te verkrijgen. Ad c - basisorganisaties De belangrijkste basisorganisaties in Nicaragua zijn het FSLN {Sandinistisch bevrijdingsfront, met zeer veel invloed in regering en leger), de UNAG {bond van kleine boeren), de ATC {bond van landarbeiders), het CÜS {wijkorganisatie), de AHNLAE {vrouwenbond) en de Juven^J Sandinista de 19 de julio {jongeren organisatie). Kontakten zijn met een aantal van deze organisaties, het FSLN, de UNAG en het CDS in Somoto gelegd om informatie te verkrijgen en hun visie op een aantal zakene met name wat betreft de nieuwe nederzettingen, te horen. Participatie bij de planvorming en uitvoering (een uitgangspunt uit het beginpeilingsrapport) is niet bereikt, enerzijds door het inventariserende en evaluatieve karakter van een groot deel van de studies en anderzijds, daar waar het misschien wel mogelijk en wenselijk was geweest -planvorming rond de rioolwaterzuivering van Somoto- door tijdgebrek. Samenwerking met de ATC, de AHNLAE en de JS de 19 de julio lag niet zo voor de hand : bij de nieuwe nederzettingen spelen vooral het FSLN en de UNAG een belangrijke rol, in de vallei San Luis vooral de UNAG, de individuele bewoners, bij Herraanos Hartinez eveneens de UNAG, de bewoners en het FSLN en in Somoto met name de C.DS en de JI1R. De ATC had wel benaderd kunnen worden in verband met de nieuwe nederzettingen die voor arbeiders van een UPE gebouwd worden en in verband met de APP San Luis (de tabacalera en de veefokkerij). Tijdgebrek was hiervoor de belangrijkste belemmerende faktor. Ad d - bevolking De bevolking van respektievelijk Hermanos Martfnez, de vallei San Luis, de nieuwe nederzettingen en de vallei Cacaolf, waarbinnen de rioolwaterzuivering van Somoto ligt, was de doelgroep van de verschillende studies.
Door ons werk wilden we direkt of indirekt hun situatie verbeteren en hun belangen dienen. Om dezelfde redenen die hiervoor bij de basisorganisaties zijn gegeven, is de samenwerking beperkt gebleven tot informatieverstrekking van hen naar ons toe. Door het gebrek aan opleiding, het verschil in aanpak, de vaak te abstrakte vraagstelling van ons en de kulturele verschillen (onder meer de taal) werd de informatieverstrekking bemoeilijkt: in gesprekken konden wij niet alle informatie verkrijgen, die voor ons interessant was. Ad e - niet-Sandinistische groeperingen Op de beginpeiling werd ons aangeraden in Nicaragua ook kontakt te zoeken met mensen of groeperingen die niet Sandinistisch georiënteerd zijn, zoals bepaalde kerkelijke groeperingen, grote boeren en ondernemers. Dit is door de groep niet systematisch gedaan, omdat deze aanbevelingen meer bedoeld waren voor het werk aan een regionaal ontwikkelingsplan. Er is echter wel kontakt geweest met mensen, die tegengeluiden lieten horen, met name in het kader van de studie over de vallei San Luis. Over het belang van het spreken met niet-{of anti-)Saninistische groeperingen wordt binnen de groep verschillend gedacht. Er kan in ieder geval wel gesteld worden dat onze incidentele kontakten met nietSandinisten het begrip van de Nicaraguaanse samenleving vergroot hebben. Een andere konklusie die de groep getrokken heeft, is dat we meer kontakt hadden moeten leggen met deskundigen op allerlei gebieden (koöperaties, landbouwontwikkeling, nieuwe nederzettingen). Het gebrek aan tijd, de lange reistijd naar Managua en de minder gemakkelijke toegang tot deskundigen daar, zijn de oorzaken geweest dat die kontakten beperkt zijn gebleven. Ad f - nederlanders Voor ons vertrek naar Nicaragua hadden we van verschillende kanten (ISP-Hatagalpa, Jan de Groot) al namen gehoord van Nederlanders, die in Nicaragua werkten op terreinen, die voor ons van belang waren. Al in Nederland hebben we met een aantal van hen kontakt gezocht. In de eerste weken in Nicaragua hebben we gesprekken gevoerd met Kees Blokland (FAO), Ruerd Ruben (UNAN) en Bert Beekman (MID1NRA) met het doel informatie te krijgen over Regio I en het werk wat we daar konden gaan doen. Bovendien probeerden we reakties van hen tekrijgen op onze voorstellen met betrekking tot ons werk. Vooral verwarring was het resul-
-r?-
taat van deze gesprekken (zie 10.1.2). Die eerste 8 1 9 dagen in Managua zijn we begeleid door Patricio Caceres (een Chileen, uitgezonden door de SNV, werkzaam bij het IRENA), die voor ons het kontakt met IRENA gelegd had. Later is hij Harold nog behulpzaam geweest bij het onderzoek naar de samenstelling van het water in de lagune. In Esteïï hebben we kontakt gehad met Jos Algra, werkzaam bij het HIDINRA in Esteli. Hij heeft ons informatie verschaft omtrent de inventarisatiewerkzaaaheden bij het MIDINRA en ten behoeve van de ekonomische evaluatie van Hermanos fiartfnez.
ingestelde instanties) is het zeer belangrijk snel met resultaten te komen. Deze resultaten moeten konkreet zijn en van praktisch nut voor de contraparte. Zo blijft de belangstelling voor het werk bestaan en kan werkelijke samenwerking en kennisoverdracht tot stand worden gebracht. Snelle resultaten staan echter op gespannen voet met wat in de praktijk nodig blijkt: akklimatiseren en inwerken op het onderwerp. Daarnaast heeft het tot stand brengen van samenwerking tijd nodig.
10.3 Relevantie van ons werk voor Nicaragua 10.2.3 Konklusies Onze ideeën met betrekking tot samenwerking uit het beginpeilingsrapport kwamen redelijk overeen met de werkelijke situatie in Nicaragua. Hel een duidelijk verschil was er tussen onze inschatting van de organisatie op regio- ' naai niro van de basisorganisaties zoals de UNAG en de werkelijke situatie, zoals we die aantroffen. Deze organisaties bleken in Regio I juist goed georganiseerd te zijn op regionaal nivo. Bovendien hadden we ons in het algemeen van de mogelijkheden voor hechtere samenwerking (méér dan alleen informatieverstrekking) met bevolking en basisorganisaties meer voorgesteld dan wat de mogelijkheden uiteindelijk waren. Vooral de taal- en opleidingverschillen hebben de mogelijkheden sterk beperkt; kulturele verschillen hebben ook, zij het een wat minder opvallende, rol gespeeld. Waarschijnlijk is alleen bij een konkrete planvorming participatie van de bevolking en de basisorganisaties mogelijk. Bij meer inventariserend en evaluerend werk is de kloof tussen theorie en praktijk, tussen onze groep en de bevolking te groot. In de huidige situatie zal alleen een hechte samenwerking met de overheidsinstanties mogelijk zijn. Voor het verkrijgen van informatie van overheidsinstanties en in mindere mate ook wek van de basisorganisaties is het noodzakelijk gesteund te worden door een officiële instantie, een kader om vanuit te werken is erg belangrijk in Nicaragua. Voor ons werd dat gevormd door PRONORTE en de Gobierno Regional, die afspraken voor ons maakten en ons toegang verschaften tot informatie, die we anders niet, of zeer moeilijk verkregen zouden hebben. Wanneer de contraparte gevormd wordt door een uitvoerende instantie (of zoals in ons geval door een groep van vertegenwoordigers van op uitvoering
In deze paragraaf willen we vooral ingaan op de relevantie van ons werk voor Nicaragua, «aast de leerdoelen van de ISP was het leveren van een bijdrage, hoe bescheiden dan ook, aan het ontwikkelingsproces van Nicaragua namelijk een belangrijk doel, dat we met ons wer in deze ISP wilden bereiken. De relevantie van ons werk voor Nicaragua kan bestaan uit: - direkte toepassing Konkrete aanbevelingen en ontwerpen kuunen, als voldoende financiering gevonden is, uitgevoerd worden en zo een oplossing bieden voor bepaalde problemen. - kennisverbreiding Door inventarisatie en evaluatie kan een overzicht geboden worden van de huidige situatie en de mogelijkheden voor ontwikkeling. Van de kennis kan in de toekomst bij planvorming gebruik gemaakt worden. Publikatie van de stukken kan een verdere verspreiding van de opgedane kennis bevorderen. - katalysator funtttie De aanwezigheid en het werk van de groep kan een stimulans betekenen voor de instanties die bij ons werk betrokken zijn, een ontwikkeling opgang brengen. - diskussie initiëren of bijdrage leveren aan diskussie Door het geven van alternatieven voor het overheidsbeleid of onderdelen en uitwerkingen daarvan kan een diskussie daarover op gang gezet worden. Op grond van onze kennis over Nicaragua en onze ervaringen daar kan een bijdrage geleverd worden aan de diskussie over Nicaragua hier in Nederland. - politieke steun De aanwezigheid van onze groep in Nicaragua kan als teken van solidariteit reet dat land opgevat worden. Van onze kennis en ervaringen kan in Nederland ook gebruik gemaakt worden om hier steun voor Nicaragua te verwerven.
I I I I I I I I I I I I I
I
Wat in werkelijkheid ons werk en ons verblijf in Nicaragua voor betekenis heeft gehad en in hoeverre ons werk relevant (geweest) is voor Nicaragua, willen we nu aangeven. Bovendien gaan we in op de faktoren die voor de relevantie bepalend zijn geweest. Direkte toepassing Konkrete aanbevelingen, die wanneer ze uitgevoerd worden, kunnen bijdragen aan een oplossing zijn gedaan in in alle vier de studies. Voor Hermanos Martïnez zijn aanbevelingen gedaan met name gericht op de sociale organisatie, de planning van de bouw van de nederzetting en de landbouwontwikkeling. De aanbevelingen in de studie over nieuwe nederzettingen in Regio I hebben betrekking op de in die studie gekonstateerde problemen, zoals het gebrek aan materiaal en het huisontwerp van het HINVAH. Het betrekking tot de vallei San Luis zijn aanbevelingen geformuleerd op het gebied van de landbouw, de irrigatie en de voorzieningen. Het belang van het werk voor Nicaragua ligt echter hon^'ïaltelijk bij het op schrift stellen en bundelen van de informatie, die al wel bestond, maar niet centraal beheerd werd of slechts aanwezig was in de hoofden van de betrokkenen. In
Voor Hermanos Hartinez en de nieuwe nederzettingen ligt het aksent op de evaluatie: van de kennis opgedaan in deze evaluatie zou bij volgende projekten gebruik genaakt kunnen worden. Behalve het uiteindelijke resultaat is ook de planning daarvan en de wijze waarop dat resultaat behaald is, geëvalueerd. Het belang van een goede procedure voor het behalen van een inhoudelijk goed resultaat wordt in Nicaragua nog niet zo onderkend. Evaluatie van de planning is dan ook nog vrij onbekend; we hopen een bijdrage geleverd te hebben aan de kennisverbreiding op dit punt. De regelmatige vergaderingen met de contraparte, waarin wij verslag deden van ons werk en onze werkzaamheden en werkwijze voor de komende periode presenteerden, hebben voor deze kennisoverdracht een belangrijke rol gespeeld. Voor de studie over de vallei San Luis ligt het aksent op de ontwikkelingspotenties. Hierdoor wordt meer inzicht gegeven in de mogelijkheden voor die ontwikkeling en op welke punten nog nader onderzoek nodig is. Heel veel typisch inventariserend werk is daarvoor verricht. In de studies over San Luis en de rioolwaterzuivering te Somoto is veel aandacht besteed aan respektievelijk irrigatie en methoden voor rioolwaterzuivering. Hierdoor wordt bijgedragen aan de kennis verbreid ing op
een CAS gesticht, waarbij alle grond gemeenschappenjk bezit is en bewerkt wordt. Overwogen zou moeten worden of niet andere vormen mogelijk en wenselijk zijn. In de studie over San Luis wordt een kleine bijdrage geleverd aan de diskussie over hoe de landbouw ontwikkeld moet v/orden. Voor San Luis is gekeken welke gevolgen een ontwikkeling met het aksent op de APP heeft en wat de gevolgen zijn van een ontwikkeling met het aksent op de koöperaties. De diskussie initiërende funktie van de groep in Nicaragua is vrij beperkt geweest en had meer inhoud kunnen hebben, wanneer we in gesprekken met de contraparte en overheidsinstanties meer kritiek hadden laten horen. In Nederland willen we verslag doen van onze ervaringen en daardoor een bijdrage leveren aan de diskussie hier over Nicaragua. Politieke steun Van alle kanten is ons gebleken dat men in Nicaragua ons werk en verblijf « daar als een teken van solidariteit gevoeld heeft. Voor Hicaraguanen is het zeer belangrijk dat juist Westeuropese landen solidariteit betuigen. Door informatie te verstrekken over Esteli en over de nieuwe nederzettingen leveren we in Nederland een bijdrage aan de steun voor Nicaragua via respektievelijk de mogelijke stedenband tussen de stad Delft en Esteli en de aktie van het Nicaragua Komitee. De goede relatie die we hebben met het Nicaragua Komitee van Delft en het landelijk komitee is in dat kader erg belangrijk.
-rS-
I I I I I I I I I I I I I I
II 1
j i
I I 1 1 I I I I I I I I I I
bij lagen
j .1
I I I I I I I I I I I I I I
BIJLAGE 1 WOORDENLIJST agricultura al espeque autoconstrucciBn autoconsumo autodefensa brigada de salud brigada de vigilanda cacique cal pulli cami oneta campesino canicula carbonera censo centro de salud cerro ciudad comarca comunidad construcciön contra contraparte crianza criolïo cuadra datos bSsicos delegaciön (de la JGRN) deiegado regional desarrollo engorde escuadra escuela radiofonica espeque, al extranjeros ficha flujo base
landbouw poten met behulp van pootstok zei fbouw zelfvoorziening {eigen konsumptie) zelfverdediging gezondheidsbrigade burgerwacht raad van oude mannen idem kleine vrachtwagen (pick-up) kleine boer droge periode in augustus (midden in de regentijd) houtskool stokerij census, telling gezondheidscentrum, ziekenhuisje met enkele bedden berg stad bestuurlijke eenheid lager in hiërarchie dan de gemeente verzameling huizen zonder specifieke kern bouw, konstruktie kontrarevoluti ona i r counterpart, samenwerkingsgroep fokkerij inheems runderras blok (stedebouwkundig), oppervlakte ongeveer 0,7 ha basisgegevens afvaardiging, regionale regering regionaal verantwoordelijke van een ministerie of instantie ontwikkeling vetmesterij groep, deelgroep r-adioschool (zie al espeque) buitenlanders, mensen van buiten dossier basis debiet
foraje Frente frontera agricola ganatferta gobierno nacional gobierno regional granos basicos grupo nacional guardia (nacional} habitante haeienda indigenos informaciön estadistfca inforrcie junta de directiva latifundio latifundista llano maniana tnesa milicia miliciano tnilpa minifundio minifundista mini stro delegado minos municipal municipio navillo Panamericana postrera priraera puesto de salud quebrada reconstrucción recursos humanos recursos naturales recursos productivos
veevoer FSLN grens tot waar landbouw bedreven wordt veeteett (bedrijf) nationale regering regionale regering voedselgewassen: bonen, maïs, sorghum en rijst nationale groep, counterpart elite soldaten van Sotnoza i nwoner (grote) boerderij inheems, indiaans statistische informatie verslag leiding van uitvoering (van een koöperatie) grootgrondbezit grootgrondbezitter heuvel oppervlakte, 0,7 ha hoogvlakte militie lid van de militie perceeltje dat op tradionele wijze wordt bebouwd klein boerenbedrijfje kleine boer gedelegeerd minister, hoofd van een Regio bevolking jonger dan 15 jaar gemeentelijk gemeente niet-volwassen koe hoofdweg langs de gehele Amerikaanse westkust tweede oogst van het landbouwseizoen eerste oogst van het landbouwseizoen medische post beek, geul herbouw, herstel menselijke produktiekrachten en bijbehorende infrastruktuur natuurlijke hulpbronnen organisatie van de produktie
J i
rico
rijk
riego
irrigatie
rio
rivier
rosquilleria
koekjesbakkerij
roza - qema
kappen en branden, ontQinningstnethode
tabacalera
tabaksplantage
tacotales
onkruid en struiken
ternero
onvolwassen koe
tortilla
tnaïs panne koek
tortilleria
bakkerij van tortillas
tribunal
rechtbank
valle {cito)
vallei (tje)
vigilancia
burgerwacht
vulcan
vulkaan
B i
-U-
BIJLAGE 2 LIJST VAN AFKORTINGEN AGRO-INRA opgericht ter beheer van de produktie wan de bedrijven waar de landbouwproduktie is verbonden roet industriële verwerking. AGROHEC Empresa Nacional de Agronecanizaciön, staatsorganisatie voor mechanisatie, die onder andere regionale centra vormt voor landmachines AMNLAE Asociación de Mujeres Nicaragüense Luisa Amanda Espinoza, de organisatie van Nicaraguaanse vrouwen, bestemd om hen direkt te betrekken bij de wederopbouw APP Area Propiedad del Pueblo, staatseigendom ARDE Aliancia Revolucionaria Democratica, anti-Sandinistische organisatie die een guerrilla voert vanuit Costa Rica ATC Asociación de Trabajadores del Campo, landarbeiders vakbond BNO Banco Nacional de Desarrollo, nationale ontwikkelingsb^;,. die de rurale kredietverlening koördineert CAR Centro de Abastecimiento Rural, ruraal voedsel verstrekkingscentrum CAS Cooperativa Agrïcola Sandinista, produktiekoöperatie, waarin de produktieroiddelen en de opbrengsten gemeenschappelijk bezit zijn CCS Cooperativa de Crëdito y Servicio, een vorm van associatie van boeren rond slechts enkele aktiviteiten (gebrulkskoöperat1e) CDS Comité de Oefensa Sandinista, wijkorganisatie CEP Colectivo de Educación Popular, volks onderwijs kollektief CEPAD Comité Evangélico pro Ayuda al Desarrollo, organisatie voor sociale ontwikkelingsaktiviteiten, ook aktief rond Esteli (partner van het Nederlandse ICCI) CEPIS Centro Panamericana de los Ingenieros de la Salud, studiecentrum voor gezondheidstechnisch ingenieurs CIERA Centro de Investigaciön y Estudio de Reforma Agraria, onderzoeksinstituut van het MIDINRA CIR Comedor Infanttl Rural, voedselvoorziening voor kinderen in het rurale gebied CITA-1NRA opleidingsinstituut van het MIDINRA CORCOP Corporación del Comercio del Pueblo, verzorgt de direkte, gesubsidieerde verkoop van de basisvoedselgewassen COSEP Centrale organisatie van partikuliere producenten COSUOE Zwitserse organisatie voor ontwikkelingssamenwerking CST Central Sandinista de Trabajadores, vakcentrale Cl Cpmisiön Zonal, zonale kommissie van het FSLN
EAG
Escuela de Agricultura y Ganaderia, landbouwschool in Esteli, onderdeel van het hoger technisch onderwijs ENABAS Empresa Nicaragüense de Alimentos BSsicos, is verantwoordelijk voor de voedsel aankopen van de boeren en de kob'peraties, de binnenlandse verdeling van de voedselprodukten en de planning van de noodzakelijke voedsel iraporten en -voorraden ENCAFE Organisatie voor de afzet van de koffie-export ENCAR idem voor vlees EPS Ejercito Popular Sandinista, het leger FON Fuerzas DemocrSticas Nicaragüenses, anti-Sandinistische groepering, die een guerrilla voert vanuit Honduras FIDA Fondo Internacional de Desarrollo Agropecuario, internationaal agrarisch ontwikkelingsfonds FIR Fondo Internacional de Reconstrucción, buro dat de buitenlandse hulp in Nicaragua koördineert Frente in spreektaal het FSLN FSLN Frente Sandinista de Liberación Nacional, het nationaal Sandinistisch bevrijdingsfront GN Guardia Nacional, elite troepen van Somoza INAA Instituto Nicaragüense de Agua y Alcanterilïados, natinaal drinkwaterbedrijf INE Instituto Nicaragüense de Energia, nationaal energiebedrijf INEC Instituto Nicaragüense de Estadisticos y Censos, onderzoeksburo voor de statistiek INETER Instituto Nicaragüense de Estudios Territoriales, geografisch instituut, waarin het kadaster is opgegaan INSSBI Instituto Nicaragüense de Seguridad Social y Bienestar, nationaal instituut voor sociale zekerheid en welzijn IRENA Instituto Nicaragüense de Recursos Naturales y del Ambiente, instituut voor natuurlijke hulpbronnen en milieu JGRN Junta del Gobierno de Reconstrucción Nacional, de regeringsjunta JHR Junta Municipal de Reconstrucción, gemeentebestuur JRH Junta de Reconstrucciön de Managua, gemeentebestuur van Managua JS de 19 de J Juventud Sandinista de 19 de Julio, Sandinistische jeugdbeweging MED Hinisterio de Educaciön, ministerie van onderwijs MICOIN Hinisterio de Comercio Interior, ministerie voor binnenlandse handel, dat onder andere voor de voedseldistributie zorgdraagt MICONS Hinisterio de Construcción, ministerie van konstruktie MIDINRA Ministerio de Agricultura y Instituto Nicaragüense de Refonaa Agraria, ministerie van landbouw, geïntegreerd met het ïandhervonningsinstituut
HIHSA MINVAH MIPLAN MPS PROAGRO
PRONORTE RA SETER SINAFORP TELCOR UPANIC UNAG (JNAfl UNESCO
UPE UPE
Hinisterio de Salud, ministerie voor volksgezondheid Hinisterio de Yivienda y de Asentamientos Humanos, ministerie voor volkshuisvesting en stedelijke planning Hinisterio de Planificación, ministerie van planning Milicia Popular Sandinista, Sandinistische volksmilitie Empresa de Productos Agropecuarios, afdeling van het MIDINRA, vooral ter bescherming van de kleine producenten (distributie van agrarische inputs) Proyecto del Norte, regionaal ontwikkelingsprojekt in het westelijk deel van Regio 1 Reforma Agraria, onderdeel van het MIDINRA, dat zich bezighoudt met alle aspekten van de landhervoming Secretaria Tecnica Regional, technische sekretariaat van de regionale regering Sistema Nacional de Formación Profesional, bijscholinfisinstituut # Nicaraguaanse PTT Union de Productos Agricolas de Nicaragua, organisatie voor individuele (grotere) producenten binnen de agrarische sektor Unión Nacional de Agricultores y Ganaderos, Sandinistische organisatie van de kleine en midden boeren Universidad Nacional Autonoma de Nicaragua, universiteit van Nicaragua United Nations Education and Social Cultural Organisation, organisatie van de Verenigde Naties voor onderwijskundige en sociaal-kulturele hulp Unidad Productiva dei Estado, staatsbedrijf Unidad de Proyectos EspeciaSes, eenheid binnen het SETER voor de uitvoering van projekten
I I I I I I I I I I I I I I
BIJLAGE 3 LITERATUURLIJST
- Framework for Regional Planning in Development Countries, Van Staveren e . a . ,
- Abastecimiento de aoua y saneamiento, Nicaragua, 1978
ILRI-publikatie, Wageningen, 1980 - 0. Friedman: A Spacial Framework for Rural Development: Problems of Organiza-
- J . Abu-Lughod, R. Hey: Third world urbanization, New Vork, 1977 - fi Framework for Land Evaluation, ILRI-publikatie, Wageningen, 1977 - Agricultural Compendium f o r Rural Development in the Tropics and Subtropics, ILACO, Elsevier, Amsterdam, Oxford, New York, 1981 - Agua potable de Somoto, informe, INAA, Estelf, 1983 - J . Algra en L. Clercx: Estudio de caso en la comunidad de Hesas de AlcaySn, Esteli/Managua, februari 1983 - An Approach to Rural Centre Planning in the Framework of Integrated Regional Development, T. Bastempijer e . a . , D e l f t , 1978 - Anuario estadistico de Nicaragua 1980, IHEC, Managua, 1981
t i o n and Implementation, Los Angeles, 1974 - J . Friedman, C. Ueaver: Territory and Function: the Evolution of Regional Planning, London, 1979 - J.P. de Groot, R. Ruben: Politieke ekonomie van de transitiestrategie in Nicaragua, VU-Amsterdam, Airsterdam, 1982 - Handleiding ISP-Delft, Herkgroep ISP, D e l f t , 1980 - Informatie over Hermanos Martinei, mapjes, PRONORTE, E s t e l i , 1982-1983 - Informe de la misiön especial de programaciön a Nicaragua, FIOA.1980 - Informe del avance de los asentamientos en la Región 5 'Las Segovias', Delegación de la JGRN, E s t e l i , 23-8-83
- Anuario estadistico de Nicaragua 1981, INEC, Managua, 1982
- Informe de suelos para riego, UPE-San Luis, Región I , september 1980
- Van den 8erg: Collegediktaat Planologie, RUG, Groningen
- F. Kutsch-Lojenga, M. Schut: The Role of Infrastructure in Regional and Socio-
- Van den Berg: Voor iedereen een plaats in de zon, Groningen
economic Growth of Developing Countries, D e l f t , 1979
- K. Blokland: De "Via Campesina" in Nicaragua: Debat plattelandsontwikkeling,
- Linearaientos bSsicos de desarrollo de la Región I , DelegaciCn de la JGRN,
Rotterdam, 1982 - H.E. Boerman: Klimaat, klimaattypen, klimaatgebieden, bodemproductie,
E s t e l i , 1983 - N. Long: An Introduction to the Sociology of Rural Development, 1976
bevolking, Noorduyn, Gorichem 1936 - Breve discripciön del proceso de regionalizaciön y descentralización del
- Lunes Socio-economico, een a r t i k e l u i t de Barricada van 19-9-83
Gobiemo, SETER, Delegación de Gobierno Región I Las Segovias, EsteM, 1983 - D.J. Casley, D.A. Lury: Data Collecting in Developing Countries, Clarendon Press Oxford, 1981 *• Catastro e inventario de recursos naturales de Nicaragua: levantamiento de suelos de la regiön pacïfica de Nicaragua, parte I : uso y manejo de suelos, Managua, oktober 1971 - Collegediktaten e4 (plansoorten), e8 {ruimtelijke planning), n5, nl8 en f14, Technische Hogeschool Delft - Cooperativas en marcha, UNAG, Managua, 1983 - Datos bSsicos de la Región I , MIPLAN, E s t e l i , mei 1983 - De erfenis van Sandino, informatiemap no. 4, Nicarjgua-komitee Nederland, Utrecht, 1981 - P.J. van Dooren: Coöperaties voor Ontwikkelingslanden, Muidenberg, 1978 - Eindrapport ISP Matagalpa, D e l f t , 1983 - Encuesta Hist&rica (diverse onderzoeken), CIERA - Entrevista con Don Tomas Duarte, CIERA, 1981 - Evaluaciön del estado nutricional y aliraentario de los escolares de la Región I , Prograrna Nutrición Integra!, MED, Managua, 1981 - E.V.K. Fitzgerald: The Economics of the Revolution
- ttarco de referencia para el ordenamiento del sistema urbano del pais, MÏNVAH, Managua, 1983 - Nicaragua, die MUhe der Ebene, katalogus, Peter Hammer Verlag, 1982 - Nicaragua, een informatieraap samengesteld door het Hicaragua-komitee, uitgave NOVIB, Den Haag, 1980 - P a r t i c i p a t i e , toegang t o t ontwikkeling, B. Galjart e . a . , RU-Leiden,
Leiden, 1982 - Planes de actividades de asentamientos 83/84, Delegaciön de la JGRN, Estelf, 1983 - Primer seminario nacional de agua potable y saneamiento, Recursos Hidricos en Nicaragua, IRENA, Managua, 1981 - Producción y organizaciön en el agro NicaragOense, CIERA, ATC, UNAG, Managua, 1982 - Projektvoorstellen september 1980, juni 1981, PRONORTE - Propuesta de desarrollo agropecuario y reforma agraria en el mediano plazo, MIDINRft, Managua, 1983 - Proyecto Carlos Fonseca / Waslala, ETC/IRA, Leusden, 1980 - R. Rodriguez, G. Pineo, M. Elmendorf: Appropriate Technology for Water Supply and Waste Disposal, 1978 - A, Steenhuis, J. Theunissen: Revolutie en Realisme, 1982
Strategies for Small Farmer Oeveloproent I en I I , Morss e . a . , West View Press, 1976 The Integratetl Approach to Rural Development Health and Population, J . Condê e.a., OECn, p a r i j s , 1979 The Pea sants' Charter: The Declaration of Principles and Progranme of Actior» of the World Conference on Agrarian Reform and Rural Development, FAO Terminos de referencia especificos de los estudios de base: 3 delen: del sector Suelo del sector Agropecuario del HidrogrSficos Gobierno de Nicaragua, Managua, 1980 T.W. Walker: Nicaragua in
fievolution,
USA, 1982
CC. Webster, P.N. Wilson: Agriculture in the Tropics, London, 1980 A. White: Corranunity Participation in Uater and Sanitation, IRC Technical Paper 17, Den Haag, 1981 A. White: Suinmary travel report, Den Haag, 1981 F. Yanez: Pequenas sistemas de tratamiento de aguas negras, CEPIS, 1980
-u-
*
ir i i ï i i i i i i i i i i ii
Regio I BIJLAGE
4 L I J S T VftH
BND Somoto
Fredy Padilla
CATIE E s t e l l
Josl Benito Castilblanco
- Jos Alrtrn e.n. -
Augusto Gutierrez
KIHVAH Central
-
A. Guillermez
I11KVAH Hegio I
- Rafael Cainoz
INFORMANTEN
- José Luie t-fiorio -
Knrique Eodri e;uez
C l ERA
David Kaimowitz
KIPLAN Regio I
-
Argentina l'nrt'nez
FSLN Regio I
Augustin Lara
PRONORTE
- Luis Alvarez
FSLil
Harlon Kartinez
- Manuel (el Chino)
Joel
- Don Jainie
Sergio Castillo
Frane
Somoto Nicaragua-kommittee
- Irene (7.weedse)
Remi Grupo Nacional
Cesar Flores Mendoza MIPLAN
Reforma Agraria Regio I
- Ricardo
Alejandro flamos Talavera IRHNA Gustavo Herrera Canales PRONORTE
- Ernesto Fereira
Reforma Agraria Somoto
- Ismael Lopez
Leonardo PereK 'i-crtriRuea KIDINRA
- Julio llonoada
José Koreira (IJIJ.AII P-mMOHTE
- RamSn Sanrioval
Karcio Alnendarez Calderon PROHORTE
- Toraas Galinas
Rafael Pineda Blandon FROKORTE
- begeleider vam El Cairo
Fredman Torree Kodripuez PHONORTE
Somoto
- Salvador Kspinoza
Kene Salinae HI1ISA
- el padre Fruto Valle
Bernabé lialladaree MIDINRA
- Ram6n Jimenez SETER
- Kercedes Cuadra
Brigido Garola Hontalban JdD
- Carlos fioja
José Ines (Jarcia
Tabacalera
- Don Luis
Hacienda San Luis
Luis Alfonso C&rctoba •
Hermanos Hartinez
-
Fernando Snnchea Guzman JdD
Aquileo Gómez
José Santos Hejla Calix JdD
Teloor Estell
- Jaime liuiz
Hector Vasquez llernandes
UNAG Central
- tlermofrenes Rodriguez
ItiAA Regio I
Leonel Bravo
UNAG Hegio I
- Hoberto Laguna
IKAA Somoto
Fidencio Gutierrez
UNAG Somoto
- Don Calixto
INAA-Cosude
Gerhard Biirgerroeieter
- Tomas Duarte
INAA Regio I
Telfoa "uhia GutiÉrrez
- Alberto Valeriano Betancourt
INE C e n t r a l
afd. meteorologische gegevens
INE E s t e l l
iemand van het kantoor
IH3SBI Sorcoto
Gladis Caceres
- Jisela de Lovo
II! SKA n r o y e c t o
Patricio Caceree
- Don Elendore 1'ontoya
Vilma Vilchez
- Adolfo Estrada
IREUA Somoto JKR Somoto IfiEKA E s t e l ï
Xolotlatl
- Jorge 1'aleriano Valle San Luis
- Don Chema
Harco Antonio Guillén
- Silvano ïstrada
Julian Eeynerio üspinoza
- Don I'.atilde
- Horbert
- Lico Kendoza
- Jurgen Nauber
- Leonardo Osorio
I I I I I I I I I I I I I I I
BIJLAGE 5 TIJD-WERKSCHEJ1A 1982 21 oktober december 19B3 jan-febr 3 maart 5-7 april va 25 april 3 mei va 20 mei 15 juni 25 juni 27 juni6 juli 6 juli 6-11 juli 11 juli 12 juli 13 juli 14 juli 18 juli 3-14 aug 10,11 aug 13 aua t/m 13 aug va 15 aug va 2 aug va 22 aug 26-29 sept
projektenmarkt, start 1SP Bolivia ernstige twijfel over haalbaarheid Bolivia bestudering alternatieven keuze projekt IRENA werkweek WSO-rapport schrijven wisseling van begeleiders beginpeilingsrapport, overige voorbereidingen beginpeiling vertrek naar Nicaragua verblijf in Managua, overleg met IRENA, gesprekken met Nederlanders in Managua vertrek naar Esteli vorming van de contra-parte door Gob. Rog.* nadenken over regionaal plan, bestuderen van de beschikbare literatuur voorstel 'San Juan de Limay' door contra-parte voorwaarde 'Hermanos Martïnez' van minister, eerste bezoek aan Hermanos Martïnez gesprek met de INAA: in S.J. de Limay is niets t» doen voor gezondheidstechnikus akkoordverklaring met voorwaarde minister definitief besluit dat gezondheidstechnikus deel van z'n tijd in Somoto werkt bezoek van Koos van Zwieten bejoek aan Limay door deel van de groep besluit tot opsplitsen in drie deelonderwerpen gezamenlijk gewerkt aan Hermanos Martïnez Harold werkt aan Somoto JanGeert en Lies werken aan planning nieuwe nederzettingen Jan, Jan-Jaap, Dick en Gerard werken aan San Luis afgewisseld roet Hermanos Martinez presentaties van ons werk aan Nicaraguaanse instanties
va 25 okt 16 nov va 16 nov 1984 17 jan na 17 jan
tussenpeilingsrapport schrijven op b?sis van in Nicaragua achtergelaten verslagen tussenpeiling afronden deelstudies, eindpeilingsrapport schrijven eindpeiling verzorgen publikaties voor Nicaragua eventueel publikatie(s) voor Nederland
Kort samengevat kunnen er drie periodes onderscheiden worden: voorbereiding in Nederland: 21 okt 1982 - 25 juni 1983 veldwerk in Nicaragua : 27 juni 1983 - 29 sept 1983 afronding in Nederland : 25 okt 1983 - na 17 jan 1984
I I I I I I I I I I I I
BIJLAGE 6 CONTRAPARTE De samenstelling van de contraparte, ook wel genoemd de 'grupo nactonal' (nationale groep), is als volgt: Cesar Flores Hendoïa Alejandro Ramos Talavera Gustavo 0. Herrera Canales Leonardo Perez Rodriguez José Moreira Galan {Harcio Aimendarez Calderon) Rafael Pineda Blandon
SETER IRENA PRONORTE MIDINRA PRONORTE PRONORTE PRONORTE
Fredman Torres Rodriguez
PRONORTE
René Salinas (Bernabé Balladaresl
MINSA MIDINRA
(UPE) architekt bosbouwkundig ingenieur civiel ingenier landbouwkundig ingenieur technisch tekenaar bosbouwkundig ingenieur adjunkt-direkteur PRONORTE voedingskundige direkteur PRONORTE ad vokaat gezondheidtechnisch ingenieur landbouwdeskundige
-6-)-