31
Informatienota betreffende de activiteiten van het moderamen van de generale synode over de periode september 2013 t/m oktober 2013
Kleine Synode 29 november 2013 OZ 13-14
31
Pagina 3 van 31
Inhoud 1 1.1 1.2
Activiteiten preses, scriba en overige moderamenleden September 2013 Oktober 2013
2 2.1
Besluiten moderamen, benoemingen 11 Bestuurlijke besluiten genomen door moderamen en kleine synode tussen 1 september 2013 en 31 oktober 2013 11 Toepassing van ord. 3-22-2 (beroepen tot predikant in algemene dienst door de generale synode) 11 Toepassing van ordinantie 3-23-1 (toetsing oordeel werkzaamheden predikant met een bijzondere opdracht, op verzoek van) 11 Toepassing van ord. 3-25 (emeritaat) 11 Toepassing van ord. 3-27-2 (verlenging beroepbaarstelling) 11 Toepassing van ord. 13-17-7 (verlenging bevoegdheid om als proponent te staan naar het ambt van predikant) 11 Toepassing van ord. 5-5-2 en art. 5 van de Gen. Reg. Preekconsenten (preekconsent voor hen die de opleiding tot predikant hebben gevolgd) 11 Toepassing van ord. 5-5-2 en art. 6 van de Gen. Reg. Preekconsenten (kerkelijk werker in gemeente) 11 Toepassing ord. 13-10 jo. artikel 4 Gen. Reg. Preekconsenten (preekconsent in het kader van de opleiding) 12 Benoemingen en afvaardigingen 13
2.1.1 2.1.2 2.1.3 2.1.4 2.1.5 2.1.6 2.1.7 2.1.8 2.2 3 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8 3.9 3.10 3.11
5 5 7
Bijlagen 14 e Bijlage 1: 100 wake bij dententiecentrum Rotterdam 14 Bijlage 2: Herdenking 450 jaar Heidelbergse Catechismus te Trier d.d. 1 september 2013 16 Bijlage 3: Boekpresentatie dhr. A.van Nieuwpoort en dhr. M. Visser d.d. 6 september 2013 18 Bijlage 4: Start winterseizoen Protestants Amsterdam d.d. 6 september 2013 20 Bijlage 5: Gebedsdienst voor de Koptische Kerk d.d. 8 september 2013 22 Bijlage 6: Overleg General Secretaries lidkerken van de Counsel of World Mission te India, New Dehli van 13-18 september 2013 23 Bijlage 7: Startmoment Permanente Educatie Kerkelijk werkers d.d. 24 september 2013 24 Bijlage 8: Herdenkingsdienst 350 jr. Hervormde gemeente Ter Heijde aan Zee d.d. 29 september 2013 25 Bijlage 9: Symposium bij afscheid van P. Eenshuistra van het Pensioenfonds Predikanten 26 Bijlage 10: Vergadering classis Alblasserdam d.d. 17 oktober 2013 28 Bijlage 11: Presentatie armoedeonderzoek d.d. 31 oktober 2013 30
Inhoudsopgave
31
Pagina 5 van 31
1
Activiteiten preses, moderamenleden
1.1
September 2013
scriba
en
overige
Detentiecentrum Rotterdam e Op 1 september was de preses aanwezig bij de 100 wake bij het dententiecentrum Rotterdam en heeft een toespraak gegeven. (Bijlage 1) 450 jaar Heidelbergse Catechismus Op zondag 1 september 2013 was de scriba in Trier aanwezig bij een Oecumenische kerkdienst ter gelegenheid van de herdenking 450 jaar Heidelbergse Catechismus. De scriba heeft tijdens deze dienst de preek verzorgd. (Bijlage 2) Emeritaat ds. R.M. Witteveen Op zondag 1 september was okr. B. van Bokhoven in de Grote of St. Bavokerk te Haarlem aanwezig in de kerkdienst en bij de receptie wegens het afscheid van synodelid ds. Rinze Marten Witteveen van de Protestantse Gemeente te Haarlem. Ontmoeting studenten PThU Op 3 september heeft de scriba een ontmoeting gehad met studenten van de PThU. Deze studenten begonnen allen op Hydepark aan de masterfase van hun opleiding. Justitia et Pax Op 4 september heeft de preses een viering ter gelegenheid van het 45-jarig jubileum van Justitia et Pax bijgewoond. Jaarlijkse ontmoeting met Duitse Kerken Op 4 september namen de preses en okr B. van Bokhoven deel aan het jaarlijkse gesprek (dit keer in Utrecht) met afgevaardigden van de Nederlandse Kerken in Duitsland, de Evangelische Kerk in Duitsland (EKD) en de EKD-kerken in Nederland. Vormen van Verdraagzaamheid Op 5 september was okr. B. van Bokhoven in het Catharijneconvent te Utrecht aanwezig bij de opening van de tentoonstelling ‘Vormen van Verdraagzaamheid, religieuze (in)tolerantie in de Gouden Eeuw’. Boekpresentatie dhr. A.van Nieuwpoort en dhr. M. Visser Op 6 september was de preses aanwezig in het Bijbels Museum te Amsterdam voor de boekpresentatie ‘Tegengif, profetische berichten’. De preses en mw. H. Rijken (aankomend predikant en Aio van de PThU) werden uitgenodigd om hun eerste reactie op het boek te geven. (Bijlage 3) Start winterseizoen Protestants Amsterdam Op 6 september was de preses aanwezig bij de start van het winterseizoen van Protestants Amsterdam. (Bijlage 4)
Pagina 6 van 31
Gebed voor Koptische kerken in Egypte Op 8 september was okr. B. van Bokhoven op uitnodiging van het Koptisch orthodox bisdom Nederland aanwezig in de maagd Mariakerk te Amsterdam voor een gebedsdienst voor de Egyptische kerken. (Bijlage 5) Bevestigings- en intrededienst ds. A. Markus Op 8 september was de scriba in de Pelgrimvaderkerk van de Hervormde Gemeente te Delfshaven aanwezig bij de bevestigings- en intrededienst van ds. A. Markus. Afscheid ds. A. van Lingen Op 11 september heeft de scriba het Conférence Recital bijgewoond dat ter gelegenheid van het afscheid van ds. A. van Lingen van de Waalse Kerk te Den Haag was georganiseerd. Risico workshop Hydepark Op 11 september nam okr. B. van Bokhoven deel aan een Risico workshop gericht op het (voortdurende) proces van identificeren van de belangrijkste risico’s, de meeting daarvan, en de reductie door additionele en nieuwe beheersmaatregelen. Hervormde Gemeente Hardinxveld-Giessendam In het kader van de voorbereiding van de notitie inzake het ambt heeft de scriba op 12 september gesproken met de kerkenraad van de Hervormde Gemeente te Hardinxveld-Giessendam. Prinsjesdagontbijt Op 13 september heeft de preses het Prinjesdagontbijt bijgewoond en deelgenomen aan het aansluitende symposium. Council of World Mission Van 13 tot en met 18 september heeft de scriba in New Delhi te India het overleg General Secretaries van de lidkerken van de Counsil of World Mission bijgewoond. (Bijlage 6) Classicale vergadering Kampen Op 18 september brachten de preses en diaken F. Pasveer een bezoek aan de classis Kampen in Zwartsluis. Door de ruim gevulde zaal werden door de afgevaardigden diverse vragen gesteld die de kerk op dit moment bezighouden. Nes Ammim Op 21 september heeft de preses in Amersfoort de viering van het 50-jarig bestaan van Nes Ammim bijgewoond. Opening kerkgebouw Urk Op 21 september was diaken F. Pasveer aanwezig bij de opening van het nieuwe kerkgebouw ‘De Poort’ van de Gereformeerde Kerk op Urk. De bouw van de kerkruimte en nevenruimtes is middels een bijzonder duurzaam en energiedoordacht proces tot stand gekomen. De kerkruimte is geschikt voor duizend bezoekers. Zweedse Kerk Op 23 september heeft de preses samen met vertegenwoordigers van de Dienstenorganisatie een delegatie van de Zweedse Kerk ontvangen. Er is onder andere gesproken over de Doop. Permanente Educatie Kerkelijk Werkers Op 24 september heeft de scriba op Hydepark de start van de primaire nascholing van kerkelijk werkers bijgewoond en hij heeft hen toegesproken. (Bijlage 7)
31
Pagina 7 van 31
Oratie Prof. Dr. H.J. Paul Op 24 september was okr. B. van Bokhoven aanwezig in het Academiegebouw te Groningen waar dr. H.J. (Herman) Paul, vanwege de IZB en de GZB benoemd tot hoogleraar in de Faculteit Godgeleerdheid en Godsdienstwetenschap met de leeropdracht Secularisatiestudies, zijn oratie hield getiteld: Ziektegeschiedenissen: de discursieve macht van de secularisatieverhalen. Classicale vergadering Zeist Op 25 september heeft de preses in de vergadering van de classicale vergadering Zeist een inleiding verzorgd over het thema ´Ontzorgen´. Protestantse Gemeente te Dokkum Op 25 september heeft de scriba in de Protestantse Gemeente te Dokkum een lezing gegeven over ‘Geloven met hart en ziel’, dit in het kader van het Vorming en Toerustingsprogramma van de gemeente. Classicale vergadering Ede Op 26 september heeft de scriba samen met oud. M. Engelbert een vergadering van de classicale vergadering Ede bijgewoond. Dit in verband met de uitnodiging aan de classes om met het moderamen in gesprek te gaan. Hervormde Vrouwenbond Op 26 september was okr. B. van Bokhoven in De Veluwehal te Barneveld aanwezig bij de jaarlijkse bondsdag van de Hervormde Vrouwenbond. Het thema van deze dag was: Het Koninkrijk van God. Sprekers waren ds. J.C. Schuurman en ds. J. Belder. Stichting Ruimzicht Op 28 september heeft oud. M. Engelbert de viering ter gelegenheid van het 145-jarig bestaan van Stichting Ruimzicht bijgewoond. Herdenking Ter Heijde aan Zee Op 29 september vond er een herdenkingsdienst plaats van 350 jaar Hervormde gemeente Ter Heijde aan Zee. Diaken Pasveer was hierbij aanwezig. Een bijzondere gemeente in een “wandelend” dorp. Met één duin rij verwijderd van de Noordzee. In de dienst werd een treffend lied gezongen (NLB 287): “Rond het Licht dat leven doet, groeten wij elkaar met vrede; wie in voor of tegenspoed zegen zoekt, mag binnentreden, bij de Heer zijn wij hier thuis, kind aan huis.” (Bijlage 8) Overvloed en Overgave Op 30 september heeft de scriba in ’s-Gravenzande een lezing gegeven over zijn boek ‘Overvloed en Overgave’. Het Vermoeden Op 30 september is de preses geinterviewd voor Het Vermoeden. De opname is op 20 oktober uitgezonden.
1.2
Oktober 2013
Bond van Nederlandse Predikanten Op 1 oktober heeft de preses een conferentie van de Bond van Nederlandse Predikanten bijgewoond en een van de workshops geleid.
Pagina 8 van 31
Overvloed en Overgave Op 2 oktober heeft de scriba in Hellendoorn een lezing gegeven over zijn boek ‘Overvloed en Overgave’. Besturenoverleg land-regio Op 2 oktober participeerden preses en okr. B. van Bokhoven in het Besturenoverleg (conform GR DO art.9) betreffende de afstemming van het beleid op regionaal en landelijk niveau. Trouwberaad Op 2 oktober heeft de preses het Trouwberaad bijwoond. Het thema van het beraad was ‘Doe het zelf maar’. Afscheidssymposium drs. P. Eenshuistra Op 3 oktober waren preses, scriba en okr. B. van Bokhoven aanwezig bij de afscheidsbijeenkomst van drs. Peter Eenshuistra, die directeur was van het Pensioenfonds Predikanten van de Protestantse Kerk in Nederland. Het thema van het symposium was: De toegevoegde waarde van de christelijke identiteit in het maatschappelijk middenveld. Sprekers waren prof. dr. J.J.M. de Hart, mr.drs L.C. Brinkman, dr. A.J. Plaisier en IJmert Muilwijk. (Bijlage 9) Protestantse Gemeente Breda Op 4 oktober heeft de preses de opening van het gerestaureerde Lutherse Kerk van de Protestantse Gemeente Breda bijgewoond. De restauratie was uitgevoerd in samenwerking met de gehele Protestantse Gemeente Breda. Presentatie HSV-Jongerenbijbel Op zaterdag 5 oktober was okr. B. van Bokhoven in Nijkerk aanwezig bij de presentatie van de Jongerenbijbel in de herziene statenvertaling. Het programma werd voor een groot deel verzorgd door jongeren, en stond in het kader van Thy word is a lamp unto my feet, and a light unto my path. Deze jongerenbijbel is eveneens als app beschikbaar. Ambassadeur Argentinië Op 7 oktober heeft de scriba de ambassadeur van Argentinië, dhr. Salvador, ontmoet. De hartslag van het leven Op 9 oktober heeft de scriba voor de wijkkerkenraden van Emmeloord gesproken over de visienota ‘de hartslag van het leven’. Raad voor de Plaatselijke Geldwerving (RPG) Op 9 oktober nam okr. B. van Bokhoven deel aan een overleg met een delegatie van de RPG over enkele beleidszaken en de actie Kerkbalans 2014. Studiedag Raad van Advies voor het Gereformeerd Belijden (RAGB) Op 10 oktober hebben de preses en scriba de studiedag van de RAGB over protestantse pioniersplekken bijgewoond. Classicale vergadering Haarlem Op 10 oktober brachten preses en okr. B. van Bokhoven in het kader van een reeks ontmoetingen met classes een bezoek aan de classis Haarlem die vergaderde in de Vredevorstkerk te Beverwijk. Masterclass VKB Op 11 oktober nam okr. B. van Bokhoven deel aan een bespreking met een delegatie van de VKB over de organisatie van een mogelijk te houden masterclass als een vervolg op het in 2011 gehouden mini-symposium “kansen voor kerken”.
31
Pagina 9 van 31
Mijnkerk.nl Op 15 oktober heeft de scriba de start van Mijnkerk.nl bijgewoond en de voorgangers ingezegend. Remonstrants Seminarium Op 16 oktober heeft de preses het symposium ‘Een luis in de pels, de noodzaak van Remonstrantse Theologie’ bijgewoond. Het symposium was een samenwerking tussen het Remonstrants Seminarium en de VU. Bisschop van Damascus Op 16 oktober heeft de scriba een ontmoeting gehad met J. Kawak, bisschop van Damascus van de Syrisch Orthodoxe Kerk. Rechtbank Haarlem Op 17 oktober heeft de scriba een zitting van de meervoudige kamer van Haarlem bijgewoond. Dit in verband met het thema ´bekering´ van asielzoekers. Classicale vergadering Alblasserdam Op 17 oktober heeft de scriba in de vergadering van de classicale vergadering Alblasserdam gesproken over ´Christelijk spreken over God´. (Bijlage 10) Afscheidsdienst Dr. A. van der Lingen Op zondag 20 oktober was okr. B. van Bokhoven in de Waalse Kerk te Den Haag aanwezig au culte de départ de pasteur Dr. Anton van der Lingen de l’Église Réformée Wallone de La Haye. Charismatische Werkgemeenschap Van 24 tot en met 27 oktober heeft oud. M. Engelbert deelgenomen aan de najaarsconventie van de Charismatische Werkgemeente Nederland. Nationale Synode te Dordrecht Op 25 en 26 oktober participeerden preses, scriba en okr. B. van Bokhoven in delen van het programma in het Wartburg College en in de Grote Kerk te Dordrecht. De scriba heeft namens het Nederlands Christelijk Forum een groetwoord uitgesproken. Leger des Heils Op uitnodiging van de Stichting Leger des Heils Dienstverlening was okr. B. van Bokhoven op 26 oktober in Apeldoorn aanwezig bij het Muziekfestival, en de installatie van de Nationale Jeugdbrassband door Commissioner Hans van Vliet. Assemblee WCC Van 28 oktober tot en met 8 november heeft de preses de assemblee van de WCC in Busan, Korea bijgewoond. Overvloed en Overgave Op 29 oktober heeft de scriba voor de afdeling Utrecht van de Protestants Christelijke Ouderen Bond (PCOB) een lezing gegeven over ‘Overvloed en Overgave’. Boekpresentatie dr. H. Vreekamp Op 31 oktober was ds. W.G. Sonnenberg aanwezig bij de presentatie van het boek ‘Als Freya zich laat zien’ van dr. H. Vreekamp in Ede.
Pagina 10 van 31
Presentatie Armoederapport 2013 Op donderdagmiddag 31 oktober was diaken Pasveer aanwezig bij de presentatie van het ‘Armoedeonderzoek 2013’. Het document werd door de scriba en Mgr. De Korte (bisschop bisdom Groningen) aangeboden aan staatsecretaris Jetta Klijnsma van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Daarna vond er een debat plaats met enkele mensen van de landelijke en plaatselijke politiek en diaconale organisaties. (Bijlage 11) Nieuwsuur Op 31 oktober heeft de scriba deelgenomen aan de opnames van het programma Nieuwsuur in verband met de tijdelijke voorziening m.b.t. de klacht van de Protestantse Kerk in Nederland (via de CEC) tegen de overheid aangaande het recht op kleding, voedsel en onderdak van uitgeprocedeerde vluchtelingen. Protestantse Gemeente Emmen In het kader van de voorbereiding van de notitie inzake het ambt heeft de scriba op 31 oktober gesproken met de kerkenraad van de Protestantse Gemeente te Emmen.
31
Pagina 11 van 31
2
Besluiten moderamen, benoemingen
2.1
Bestuurlijke besluiten genomen door moderamen en kleine synode tussen 1 september 2013 en 31 oktober 2013
2.1.1
Toepassing van ord. 3-22-2 (beroepen tot predikant in algemene dienst door de generale synode) Mw.ds. J.J. van der Vaart te Amsterdam 28-10-2013 t.d.v. het studentenpastoraat te Amsterdam.
2.1.2
Toepassing van ordinantie 3-23-1 (toetsing oordeel werkzaamheden predikant met een bijzondere opdracht, op verzoek van) Protestantse Gemeente Joure 20-09-2013 t.b.v. beroeping ds. A.C. Veldhuizen als geestelijk verzorger bij Zorggroep Plantein
2.1.3
Toepassing van ord. 3-25 (emeritaat) Ds. H. Hortensius te Culemborg
06-09-2013
Toepassing van ord. 3-27-2 (verlenging beroepbaarstelling) Mw. Ds. A.E. Keuning te Utrecht Ds. G.H. de Ruiter te Elburg
11-09-2013 18-10-2013
2.1.4
2.1.5
Toepassing van ord. 13-17-7 (verlenging bevoegdheid om als proponent te staan naar het ambt van predikant) Dhr. M.A. Post te Hasselt 11-09-2013 Dhr. G.J. Schutte te Zwolle 20-09-2013 Mw. S. Hennecke te Utrecht 28-10-2013 Mw. E.C. van Oord-Vader te Maarssen 28-10-2013 Dhr. L. Schouten te Vierhouten 28-10-2013 Mw. M.R. de Vries-Schot te Gorssel 28-10-2013 Dhr. A.S. de Winter te Ermele 28-10-2013
2.1.6
Toepassing van ord. 5-5-2 en art. 5 van de Gen. Reg. Preekconsenten (preekconsent voor hen die de opleiding tot predikant hebben gevolgd) Dhr. A. Bouman te Gouda 17-09-2013 Dhr. A.B. den Hartog te Aalburg 17-09-2013 Mw. A.G. Piepenbroek te Vlaardingen 21-10-2013
2.1.7
Toepassing van ord. 5-5-2 en art. 6 van de Gen. Reg. Preekconsenten (kerkelijk werker in gemeente) Dhr. A. van Klaveren te Middelburg 10-09-2013 Dhr. P.A. Stam te Etten-Leur 10-09-2013 Mw. M.F.S. Swart te Leens 10-09-2013
Pagina 12 van 31
2.1.8
Toepassing ord. 13-10 jo. artikel 4 Gen. Reg. Preekconsenten het kader van de opleiding) Dhr. G. van den Berg te Stolwijk Dhr. J. Hoogesteeger te Ouderkerk aan den IJssel Dhr. G.H. Molenaar te Scherpenzeel Mw. A.P. Donker-Kremer te Hoogersmilde Dhr. H.G.W. Groot Karsijn te Leiden Dhr. R.B. ten Hoopen te Den Haag Dhr. K.R. van Lavieren te Amsterdam Dhr. J.B. Mulder te Hilversum Mw. M.C.L. Oldhoff te Rotterdam Dhr. J. Scheele-Goedhart te Amsterdam Mw. A.C. Winter te Amsterdam
(preekconsent in 10-09-2013 10-09-2013 10-09-2013 17-09-2013 02-10-2013 02-10-2013 02-10-2013 02-10-2013 02-10-2013 02-10-2013 02-10-2013
31
Pagina 13 van 31
2.2
Benoemingen en afvaardigingen
In de verslagperiode is door het moderamen en de kleine synode de volgende benoeming verricht. Het moderamen van de generale synode heeft op 29 oktober 2013 ingestemd met de voorgenomen benoeming van ds. G. de Fijter als lid van het bestuur van het Kantoor der Kerkelijke Goederen (KKG)
Pagina 14 van 31
3
Bijlagen
3.1
Bijlage 1: 100e wake bij dententiecentrum Rotterdam (toespraak) Door de preses, mw.ds. K. van den Broeke
Deze week was het 50 jaar geleden dat Martin Luther King zijn beroemde speech hield. Een predikant vertelde welke wereld hij voor zich zag, geïnspireerd als hij was door wat hij van God had leren verstaan, over een wereld waarop hem, als in een visioen, even een blik gegund was. I have a dream. Een wereld zonder discriminatie. Het was het thema waar hij, in het Amerika van zijn dagen, mee e worstelde. Voor ons lijkt dát niet het belangrijkste thema wat ons hier vandaag, in deze 100 wake bij het detentiecentrum Rotterdam, samenbrengt. Discriminatie. Zwarten en blanken hebben gelijke rechten in onze samenleving. Homo’s, hetero’s, transgenders hébben gelijke rechten. Al weten we maar al te goed hoe hebben en krijgen nog altijd verschillende verhalen zijn. Al hebben we onlangs nog gehoord hoe zelfs Ophrah Winfrey nog aangesproken kon worden als iemand die niet vanzelfsprekend paste in de wereld van mensen die ruim bovenmodaal te besteden zouden hebben. I have a dream. Een wereld zonder onderscheid. e Als wij hier vandaag samenzijn, voor de 100 wake bij dit detentiecentrum in Rotterdam, dan is het niet omdat we nog tegen discriminatie moeten vechten. Formeel kennen we dat niet meer in onze samenleving. Formeel heeft ieder mens in onze samenleving gelijke rechten. I have a dream. Een wereld zonder onderscheid. Bij deze wake weten we helaas maar al te goed, dat die samenleving met gelijke rechten voor al haar burgers nog lang geen samenleving met gelijke rechten voor ieder mens oplevert. Tussen burgers is het al moeilijk. Want in de omgang met elkaar blijkt dat het voor veel mensen wel degelijk uitmaakt welke etnische achtergrond, welke sekse, welke seksuele geaardheid iemand heeft. Alle mooie woorden en alle regelgeving ten spijt, leven we nog altijd niet in die wereld die Martin Luther King in een groots visioen voor zich zag. Maar dat is niet de reden dat we hier vandaag bij elkaar zijn. Vandaag zijn we bij elkaar voor een wake bij een detentiecentrum. Bij een centrum waarin mensen gevangen zitten die er niet vanwege ras of seksuele geaardheid zitten, maar omdat zij niet de papieren hebben die nodig zijn om burgers van onze samenleving te kunnen worden. In onze samenleving hebben we formeel geregeld dat iedereen gelijke rechten heeft, maar deze mensen maken formeel niet eens deel uit van onze samenleving. Het is nog niet zo heel lang geleden dat ik binnen was in dit huis. Voor mij was dat de eerste keer. De directie vertelde me over de zorg die zij aan mensen besteedde. En alle negatieve
31
Pagina 15 van 31
verhalen ten spijt was ik geneigd hen daarin te geloven. Ik gelóóf wel dat er mensen hierbinnen zijn die op hun manier hun best doen om recht te doen aan menselijkheid. Die oog hebben voor fysieke behoeften van de mensen voor wie zij verantwoordelijk zijn. Die bereid zijn om de Pauluskerk te bellen op het moment dat gedetineerden weer geklinkerd worden. In al ons kritische spreken over het vluchtelingenbeleid in Nederland kan het geen kwaad om ook te benoemen hoe er binnen het systeem mensen zijn die binnen de kaders die hen gesteld worden proberen om recht te doen aan diegenen die bij hen binnengebracht worden. Maar tegelijkertijd hoorde ik de verhalen van gedetineerden. Absurde verhalen soms. Van iemand die al twintig jaar in Nederland woont. Die een dramatische vluchtgeschiedenis achter de rug heeft, als kind, en wiens gezin van herkomst uiteengevallen is. Die door al die ingewikkelde verwikkelingen na elkaar nooit meer aan een aanvraag voor papieren toegekomen is. Die al lang blij was met een stil plekje in onze samenleving. Blij met een vriendinnetje, blij met het kind dat geboren werd, en dan opeens: opgepakt om zoiets doms als een fietslicht. Na twintig jaar betrapt. En vervolgens gedetineerd. Een mens zonder papieren. En daarmee in onze samenleving een mens zonder rechten. I have a dream. Martin Luther King riep het de wereld in, vijftig jaar geleden. e Ik denk dat ieder van ons, zoals we hier vandaag aanwezig zijn, bij deze 100 wake bij het detentiecentrum in Rotterdam, die woorden op een bepaalde manier van binnenuit herkent. I have a dream. Als ik moet zeggen hoe de wereld eruit ziet zoals God die mij heeft laten zien, een wereld zoals die voor mij vanuit Bijbels perspectief oplicht, dan is dat een wereld waarin mensen niet de grenzen kunnen trekken. Dan is dat een wereld waarin geen enkel mensenkind op aarde zijn heil te verwachten heeft van papieren. Dan is dat een wereld waarop ieder mensenkind én uniek is, én gelijkwaardig. Een wereld waarin grenzen niet téllen, omdat de aarde uiteindelijk van God is – en wij ons die niet zomaar toe kunnen eigenen. Ook niet in stukjes. Een wereld waarop we niet zomaar kunnen spreken van wij en zij – omdat alleen God gerechtigd is te spreken van Ik en gij. Een wereld waarop het ‘gij’ dat God spreekt, niet een woord is dat afstand houdt en een rangorde bepaalt, maar een ‘gij’ dat ernaar verlangt dat degene wiens gezicht oplicht opstaat en tot zijn recht komt. Wij waken hier vanavond. Met respect voor diegenen die zorg dragen voor gedetineerden. Met respect voor politici die zoeken naar een zorgvuldige ordening in onze samenleving. Maar wel vanuit een hartgrondige overtuiging dat God ons geroepen heeft om met elkaar zo te leven dat álle mensen deel kunnen hebben aan het goede leven. We have a dream. Uiteindelijk van een wereld waarin het niet meer nodig is dat mensen op de vlucht slaan. Van een wereld waarin geen Barack Obama, François Hollande, David Cameron, Vladimir Poetin, of Mark Rutte meer hoeft te discussiëren over al dan niet militair ingrijpen. Van een wereld waarin mensen kunnen genieten van de vijgenboom of olijfboom waaronder zij zich veilig weten. Op weg daar naartoe van een wereld waarin wij mens na mens in de ogen durven kijken.
Pagina 16 van 31
Jij en ik. Wij beiden geschapen naar Gods beeld. Wij beiden. Ongetwijfeld verschillend. Maar de één niet meer of minder waard dan de ander. Geschapen naar God beeld. Geroepen ons ons in te zetten voor het heil van allen. Gedragen door een visioen van een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, waarop gerechtigheid en vrede heersen, waarop geen wakes meer nodig zijn. Hier zijn wij. Vandaag. We have a dream.
3.2
Bijlage 2: Herdenking 450 jaar Heidelbergse Catechismus te Trier d.d. 1 september 2013 (Preek) Door de scriba, dr. A.J. Plaisier
Warum wirst aber du ein Christ genannt? Weil ich durch den Glauben Apg 2, 17; 11, 26 ein Glied Christi bin 1. Joh 2, 27 und dadurch an seiner Salbung Anteil habe, Joel 3, 1 damit auch ich seinen Namen bekenne, Mk 8, 38 mich ihm Röm 12, 1 / Offb 5, 8.10 zu einem lebendigen Dankopfer hingebe 1. Petr 2, 9 / Offb 1, 6 und mit freiem Gewissen in diesem Leben gegen die Sünde und den Teufel streite 1. Tim 1, 18.19 und hernach in Ewigkeit mit ihm über alle Geschöpfe herrsche (HC Frage/Antwort 32). 2. Der Name ‘Christ’ kennt eine lange Geschichte. Der Ursprung erzählt uns Lukas wenn er schreibt das die Jünger Jesu das erstemal in Antiochië Christ genennt werden. Später nennten die Jünger Jesu sich selbt Christ. So hat es seine Weg gemacht und seine Platz gefunden in das Lehrbuch der Heidelberger Katechismus. Eine spannende Frage Der HC fragt nach das Warum dieser Name. Warum wirst du ein Christ genannt? Vielleich war das für längere Zeit eine Frage pro Forma, die auch ein Antwort pro Forma gegeben hat. In einem Gesellschaft wo Jederman so ungefähr Christi ist, kan man wegkommen mit ein: ‘weil ich nun einmal als Christ geboren oder als Christ erziehen bin’. Das ist jetzt nicht langer möglich, und darum ist diese Frage wirklich spannend geworden. Es ist eine Frage die ein persönliches Antwort bedürft. Will Ich denn ein Christ genannt werden? Und was bedeutet das in meinem Leben? Das Selbstverständliche is dahih. Die Antwort auf diese Frage bringt mich selbst selbts ins Spiel. Sage Ich ‘ja’? Habe Ich die Mut ja zu sagen. Bin Ich bereit diese Name auf mich zu nehmen und der Versuch zu machen diese Name zu leben? Eine prinzipielle Frage Warum wirst du ein Christ genannt? Das ist die Frage. Es heisst nicht: warum wirst du ein Protestant genannt, oder ein Katholik, oder ein Baptist. Naturlich, auch das sind alle relevante Fragen. Dennoch sind das fülbar andersartigen Fragen als die nach dem Christ-sein. Es ist jetzt diese letzte Frage die uns herausfordert. Europa war das Kontinent mit die viele Spaltungen, Schisma’s, Kriegen. Der Christname ist zerrissen und fast unkenntlich geworden. Jetzt, nachdem der Staub wider herabgesunken ist, steht diese Frage wider in alle dringlichkeit vor uns. Nicht als eine Luxe-Frage, aber als eine Frage bei welche wir den Atem einhalten. Soll es Uberhaupt noch
31
Pagina 17 van 31
Christen geben in das zukünftige Europa? Jetzt, 450 Jahr nach den Entstehung des HC und nach den Konzil von Trent ist das die offene Frage. Vielleicht sind die andere Fragen etwa Luxe-Fragen und sind wir jetzt zurück zum Hauptfrage: warum wirst du ein Christ genannt. Glaube ist zugehörigkeit Für die beantwortung dieser Frage brauchen wir bestimmt das Beste unsere Traditionen. Das ist der tiefste Grund heute zu hören was einer der meist spirituelle und tiefe Katechismussen der Christenheit, auf diese Frage zu sagen hat. Für mich isat dass wichtigste in der Beantwortung dieser Frage im HC das Element der zugehörigkeit. Warum wirst Du ein Christ genannt? Weil Ich Christus zugehöre. Ich bin ja doch ich, aber Ich gehöre Christus. Gehöre, das reicht weiter als nur ‘Ich habe etwas mit Christus zu tun’, es bedeutet: Ich bin Glied, Glied seines Leib. Christus ist nicht ein grosser Geist, der etwas interessantes oder wichtiges zu sagen hat. Er ist ‘ein grosser Leib’, und Ich bin Teil dieses Leib. Das bin Ich durch den Glauben und durch die Taufe. Ein Christ ist nicht Jemand, mit einem Anzahl mehr oder minder christlichen Meinungen, aber Jemand der ‘von Christus’ ist. Damit steht oder fallt meines Erachtens das Christensein. Es ist die Andere Seite der Botschafft das Christus ‘unser’ ist. Das Wort ist Fleisch geworden, unser Fleisch und Bein, das Fleisch mit seine Furcht und Zittern, mit seine Tragheit und seine Einsamkeit, mit seine Sünde und Tod. Jesus hat gesagt: das ist mein Fleisch und Bein. So sind wir seine geworden und sagen wir: Fleisch von mein Fleisch, Bein von mein Bein, ich verlasse alles und klebe Ihn an. Der Leib Der Leib Christi ist kein Spuk. Es ist wirklich ein Leib. Man wird einverleibt in diesem Leib. Das findet statt auf eine leibliche Weise, durch die Taufe. Die Taufe ist der Akt welche uns sichtbar enteigend und identifiziert mit Christus. Ohne Taufe ist es zu spirituell, zu schwebend, zu freibleibend, zu wenig irdisch. Die Taufe bezeichnet die Verbundenheit mit dem Tod und der Auferstehung Christi. Glücklicherweise erkennen wir die Taufe der anderen Kirchen und Konfessionen. Damit erkennen wir die Einverleibung in dem einem Leib Christi, auch wenn wir über die kirchliche Form dieses einen Leib verschiedene Gedanken machen. Wenn Ich weiterlese in der Antwort des HC, fält mich auf das dieses ‘gehören zu’ nichts unpersönliches hat, alsob es mich betrifft, ohne meines ‘dabeisein’. Ja, vielleicht weissen wir nicht wie wir das Eigentum Christi geworden sind, Ich denke das mann das niemals ganz wisst. Es hat etwas Geheimnissvolles an sich, ein nicht ganz transparantes Spiel mit mir, ein Spiel von höhern Ortes. Jedenfalls ist es etwas das mir zugefällt. Für vielen unter uns ist es eingeslupft in das Wasser der Taufe das über mich gekommen ist wenn Ich noch ein kleines und unmündiges Kind war. Aber wie das auch sei, es kommt der Augenblick das Ich es selbst verantworte and selbst ja sage. Das Ich ja sagen zu Jesus. Das es kommt zu Ergebung. Der HC spricht von das Bekennen seiner Name und das hingeben seines Leben als ein lebendiges Dankopfer. Glaube ist ein Tat, ein Ergebung. Wir sprechen oft von Gott, das Er uns bei unsere Name ruft. Aber wir machen das auch. Wir nennen Gott bei seinem Name und wir sagen: Jesus ist der Herr. Diese Antwort wird uns gefragt. Es fragt um Mut diese Antwort aus zu sprechen. Glaube ist Hingebung. Wir sprechen von Gott, das Er uns liebt, aber wir lieben auch. Gott gibt sich unser, aber wir geben auch, wir geben uns selbst an Gott. Wir sind gefordert die Schwelle zu überschreiten, jedesmahl erneut. Wir sind Leute des 21 Jahrhunderts, otonom, reservirt, am liebsten Zuschauer, am liebsten Kritiker. Das hat alles sein Platz und seine Bedeutung, aber Christsein is tam erstens sich ergeben, sich hingeben, und nur im Hingabe sollen wir verstehen was es meint Christ zu sein. Wenn etwas uns hindert in unser christsein, dann ist gerade dies. Glauben ist zu minimalitisch geworden. Wir glauben, ja, warte, aber wir haben doch auch viel Fragen. Wir glauben aber ei, mann kann doch nicht alles so einfach mehr glauben. Wir brauchen doch auch unser Verstand zu folgen. Das sist alles gut und wahr, aber wie einfach kann das alles unser Glaube verdunkeln. Der Glaube der anfangt mit: siehe, hier bin Ich. Ich habe deine Liebe verstanden, und Ich will mich deine Liebe widmen. Nur so fangt das christliche Leben an. Fragen haben wir manche, aber es sind Fragen
Pagina 18 van 31
der Jünger, Nachfolger Jesu, Liebenden welche das Gesmack der Liebe kennen und es niemahls los werden möchten. Mit freiem Gewissen Der Glaube ist ein Tat. Wir sind dabei. Das wird weiter unterstreicht in dem HC wo es heisst dass diese Glaube ein Streit ist ‘mit freiem Gewissen’. Ein schöne Ausspruch. Ein freies Gewissen. Das erinnert natürlich an Luther und seines Von der Freiheit eines Christenmenschen. Ein freies Gewissen, nicht ängstlich: so ist das Christenleben. Es gibt noch immer das populäre Spiel Christsein zu identifizieren mit angstfälligkeit und gebundenheit. Gebunden an viele beliebige Regel ist der Christ ein jämmerliche Person. Dass wird kräftig widersprochen mit diesem freie Gewissen. Wenn der Kern des Christensein die Zugehörigkeit zu Christus ist, dann bedeutet das Freiheit. Das ist die ewige Paradox, die von aussen nicht zu verstehen ist, aber wenn man drein ist, ist völlig Klar. Gebunden an Christus meint frei sein zu Lieben. Frei der Geringste zu sein. Frei wenn nötig zu wagen allein zu stehen. Frei der Wahn der Zeitgeist zu widerstehen. Frei der Leidenschaft des Herz zu folgen und nicht immer das alles berechende Verstand. Streitbar Die Freiheit is Freiheit ja zu sagen, aber es ist auch streitbare Freiheit. Frei sein in Christus heist dan auch wirklich ein Streit. Der Streit ‘wider Sünde und Teufel’. Das heisst christliches Realismus. Sünde und Teufel wollen mich den freien Gewissen berauben und mich ein unfreies Mensch machen. Ein Mensch, gebunden an die Gewohnheiten der Welt, der Zeitgeist. An die versklavende Mächte wie die Macht selbst. Wie den Trunk. Wie das Geld. Wie das kleine begehren. Wie das grosse Begehren. Frei sein heist auch nein sagen. Wehrbar sein. Widerspenstig,wenn nötig. Das nein ist nich sosehr gerichtet wider Anderen, als wider sichselbst. Stoppe, aufhöhren, nicht weiter gehen, so sprichts du dich selbst zu. Wer immer meint die Teufel aussen sich zu sehen und niemals in sich selbst, hat noch keine weite Forschritt gemacht auf dem Weg des christlichen Lebens. Hoffnung Streit. Das ist Teil des Lebens, auch des Christenlebens. Aber diese Streit ist nicht blind. Es ist auch nicht der Streit der ideologische Mensch der sich voller Wut wider die Welt wendet, der es nicht verstehen will, und nicht die Bereitschaft hat meine Ideale zu akzeptieren. Der Streit ist das einfache das wir zu machen haben. Der Sieg ist aber nicht unsere Sieg. Der Aussicht des Lebens ist nicht das meine Idealen gesiegt haben. Das ist die Gefahr jedermann der sich einsetzt für Recht und Frieden, Wahrheit und Werten, selbst für Glaube und Kirche. Die Gefahr das dies alles mein Projekt ist, das von mir abhängig ist. Die Welt wird erlöst durch Jesus. Er, der demütigste aller Menschen, er isst Herr derZukunft. Der Sieg ist die des Lamms, der am Kreuz sein Leben verlierte. Christliches Leben hat eine Ahnung von die Richting der Geschichte. Es wisst von das Reich Christi das kommt, das Reich in welche Ich, diese Mensch, Anteil bekomme. ‘Und hernach in Ewigkeit mit ihm über alle Geschöpfe herrsche’ so heisst das im HC. Das ist das Gleiche was wir begegnen in Psalm 8, wo Adam und Eva wie im Paradis schreiten, herrschen und dienen. Dieses Mahl ohne Slange.
3.3
Bijlage 3: Boekpresentatie dhr. A.van Nieuwpoort en dhr. M. Visser d.d. 6 september 2013 (reactie) Door de preses, mw.ds. K. van den Broeke
Graag wil ik namens de Protestantse Kerk in Nederland een woord van dank uitspreken aan de auteurs Ad van Nieuwpoort en Marco Visser. Dank dat er, kort voordat we met het oecumenisch leesrooster in de hand weer aan een nieuwe serie lezingen beginnen, een boek ligt dat ons prikkelt om opnieuw góed naar Bijbelteksten te luisteren en die teksten en onze tijd aan elkaar te spiegelen.
31
Pagina 19 van 31
Dominees staan wel eens onder verdenking van plagiaat. Een wat flauwe verdenking, vind ik, als je ziet hoeveel predikanten week in week uit hard werken om met het oog op de eredienst Bijbelse teksten te lezen en deze relevant en spannend te vertalen. Jullie stijl, Marco en Ad, is zó uitgesproken dat ik ervan verwacht hij voor veel mensen wél een aanzet tot denken zal zijn, maar dat het tegelijkertijd lastig is om hieruit onopvallend letterlijk iets over te nemen. Jullie boek: als Leids theoloog ben ik geschoold in de bronnensplitsing. Mooi dat jullie zo helder zijn over wie wat geschreven heeft in jullie boek, terwijl het tegelijkertijd gelukt is om tot een eenheid te komen in het spreken van deze verschillende stemmen. Zelf raakte ik als jong predikant gecharmeerd van de Amsterdamse School. Méér dan dat zelfs. Ik ervoer hoe het denken en interpreteren van teksten vanuit de eenheid van een geschreven verzameling inspirerend is. Er zijn wel verschillende stemmen in de Bijbel, maar over die meerstemmigheid valt meer te zeggen dan alleen maar dat die meerstemmigheid toe te schrijven is aan de herkomst van tekstdelen uit verschillende bronnen. Een aanvaarde eenheid daagt ons uit om àlles serieus te bestuderen. Wanneer ik Tegengif lees, dan zie ik hoe jullie met vrijmoedigheid spreken over het Bijbels visioen, het Bijbels perspectief of Bijbels denken. Voor mij is dat een manier van spreken die de Geest aanwakkert. Bij lezing van jullie boek springen een aantal elementen eruit: -
Jullie vertalen gemakkelijk van de Bijbelse tijd naar het heden. In het eerste hoofdstuk bijvoorbeeld, waarin Elia geïntroduceerd wordt. Daar gebruiken jullie zinnen als ‘Het gaat goed in het land’ en ‘Laten we nu niet klagen’. Mooi dubbelzinnig. Het land van toen en het land van nu reflecteren elkaar.
-
Jullie kiezen voor een narratieve stijl. (Het tijdstip waarop het verzoek mij bereikte om hier vandaag een eerste reactie op Tegengif te geven was zodanig dat ik niet heel veel tijd meer had om te lezen. Maar dat gaf niet. Het boek leest als een spannende roman.) Jullie nemen je lezers mee in een verhaal en in een zienswijze die relevant is voor ons dagelijks leven. Daarmee is de stijl die jullie gekozen hebben in overeenstemming met de stijl van de Bijbelgedeelten waarover jullie spreken.
-
Jullie gebruiken bij het vertalen en uitleggen van de teksten krachtige beelden, die hoorders gemakkelijk bijblijven. Ik denk aan het ‘horend hart’ van Salomo: een vertaling die heel mooi demonstreert hoe de wijsheid waarmee Salomo zijn oordeel in gevoelige vragen luisterend weet te vellen: een luisteren naar mensen dat gegrond is in het luisteren naar God. Aan de manier waarop jullie neerzetten dat de levens van Bijbelse personen, zoals Elia, geen heiligenlevens zijn. Juist niet. En toch voorbeeldig. Aan het beeld van de dode Nabot die tot op de dag van vandaag een teken is van een visioen dat niet uit te wissen is: een dode die opstaat! Aan de omschrijving van profetie als een ‘onaangetast visioen’. Wie weet dat te behouden? Een ‘onaangetast visioen’? Waar dat zichtbaar wordt, klinkt een profetische stem.
-
Het boek geeft hier en daar verrassende perspectieven op de tekst. En dat is knap, bij zulke – voor veel mensen – vertrouwde en dierbare verhalen. Ik denk aan de wijze waarop jullie, bij de schets van de tijd van Achab, het enkele vers over de herbouw van Jericho eruit lichten. Ten koste van wie wordt dit symbool van uitsluiting herbouwd? Of aan de wijze waarop in het spreken van Obadja in de tekst gespeeld wordt met de uitdrukkingen ‘mijn heer / jouw heer’. Of aan hoe jullie duiden dat Elisa tot drie maal toe aan Elia antwoordt: ‘Ik zal jou niet verlaten’. Jullie duiden dat heel mooi: ‘Hij oefent de Godsnaam.’
Pagina 20 van 31
Wat me tenslotte aansprak is hoe jullie verscheidene malen benadrukken dat Bijbels spreken niet voor de inner circle is. Dat is iets wat we zullen moeten oefenen als kerk, maar het is me uit het hart gegrepen. We zijn daar niet altijd even goed in, om zó met de Bijbel om te gaan dat we dat wat we erin horen ook werkelijk weten te delen met heel verschillende mensen en groepen uit onze samenleving. Al met al vind ik dat jullie een prachtig boek geschreven hebben. Van harte gefeliciteerd daarmee. Voer voor bij het leesrooster in de komende tijd. Maar veel meer nog: een opdracht die we als kerk op kunnen pakken. Naar ik hoop en verwacht een inspiratiebron voor velen.
3.4
Bijlage 4: Start winterseizoen 6 september 2013 (toespraak)
Protestants
Amsterdam
d.d.
Door de preses, mw.ds. K. van den Broeke Protestants Amsterdam begint aan een nieuw seizoen. Met een borrel: dat past voor mij wel in het frisse en vrolijke beeld dat ik van de kerk in Amsterdam heb. Een glas in de hand, iets lekkers op tafel: een feestmaal voor alle volkeren. Als kerk is het goed om zo nu en dan alvast even te leven met stukjes van het visioen dat we uiteindelijk voor ogen hebben. Een nieuw seizoen: ook dat woord ‘nieuw’ past voor mij fraai bij mijn beeld van Amsterdam. Als er immers iets is waar de PKA mee bezig geweest is in de afgelopen jaren, dan is het wel met de vraag wat het betekent om kerk te zijn in deze tijd. Soms hoor je mensen zeggen dat beleidsplannen stoffige en saaie documenten zijn. Ik heb onlangs het vigerende beleidsplan van de Protestantse Kerk Amsterdam ontvangen. Dat kun je toch niet stoffig en saai noemen. De woorden ‘nieuw’ en ‘vernieuwing’ komen er veelvuldig in voor. Ze hebben betrekking op hoe kerk-zijn vormgegeven wordt. Als preses van de synode van onze kerk kan ik niet anders dan razend enthousiast zijn wanneer ik dit lees. Vrolijk, fris en vindingrijk wordt in dit document gezocht naar wat kerk-zijn ècht betekent. Met lef zijn de dilemma’s geschetst. Moeilijkheden zijn niet verbloemd. Er worden keuzes gemaakt. Amsterdam heeft daarbij drie woorden gekozen. (U kent ze natuurlijk allemaal uit het hoofd.) Herbronnen. Profileren. Netwerken. Dat wil zeggen: Herbronnen: Steeds opnieuw verhelderen en voor onszelf ook bevragen vanuit welke inspiratie we eigenlijk leven; wat het voor ons betekent dat wij ons geroepen en gedragen weten door God. Profileren: Nadenken over de vormen waarin kerk-zijn gegoten kan worden, niet bang zijn om dat in verschillende vormen te gieten, wél steeds de vraag stellen waarom een bepaalde activiteit of samenkomst eigenlijk ‘kerk’ heet. Netwerken: Samenwerken met andere geloofsgemeenschappen, samenwerken met maatschappelijke organisaties, contacten leggen met ménsen die je tegenkomt – of dat nu buurtbewoners, vluchtelingen, politici, academici, ondernemers of nóg weer anderen zijn.
31
Pagina 21 van 31
Met mensen die steun kunnen gebruiken, met mensen die zelf wel steunpilaar willen zijn, of met mensen bij wie dat – zoals bij de meesten van ons - elkaar enigszins afwisselt in verschillende fases van het bestaan, een netwerk vormen van mensen die misschien niet allemaal dezelfde taal spreken, maar waarvan wij in onze taal kunnen zeggen: - geroepen om Gods liefde gestalte te geven - gedragen door het Bijbels visioen van een land waar het leven goed is van een land waarin we met elkaar weten dat elk mens èn uniek, èn gelijkwaardig is van een feestmaal voor alle volken. Een prachtig beleidsplan heeft de Protestantse Kerk Amsterdam. Als we als landelijke kerk de thema’s uit onze landelijke visienota verder uit gaan diepen, zal ik het er graag nog eens bij pakken. Tegelijkertijd is natuurlijk ook helder dat met een goed beleidsplan nog geen ideale werkelijkheid geschapen is. Het valt niet altijd mee om je geloof ook werkelijk te leven. Moeilijke vragen zijn er genoeg. Amsterdam kent een grote variëteit. Veel verschillende kerken, ieder met een eigen gezicht. Traditionele wijkkerken. Kleurrijke gemeenschappen. Gemeenschappen waarin de wijze van exegetiseren centraal staat. Gemeenschappen waarin bewust geleefd wordt vanuit de liturgie. Diaconaal bewogen gemeenschappen. Categoriaal pastoraat. Nadruk op het één sluit ruimte voor het ander lang niet altijd uit, maar geeft wel profiel. Daarbij zijn wel vragen te stellen: - Lukt het om al die profielen naast elkaar neer te zetten zonder elkaar als concurrenten te beschouwen? - Lukt het om die profielen betaalbaar naast elkaar neer te zetten? - Lukt het om de verschillende gestalten van kerk-zijn werkelijk te beschouwen als de rijkdom aan diversiteit die God kent – en niet stiekem tóch te vinden dat jouw gestalte de beste is? En tenslotte, maar dat is écht een open vraag, omdat het een vraag is waarvan ik vind dat we er als landelijke kerk ook heel expliciet mee aan de slag moeten: Hóe lukt het Amsterdam, de PKA, om in verschillende lagen van de samenleving in gesprek te zijn over dat wat ons als kerk draagt? Hoe lukt het in Amsterdam om de Bijbelse bron vruchtbaar te maken voor de samenleving als geheel? Jullie spreken over ‘netwerken’. In de visienota van de landelijke kerk wordt gesproken over oecumene en over kerk als samenleving. Mat name met dat laatste thema zou ik nog wel wat verder aan de slag willen. Als kerk hebben we een verhaal leren kennen van een God die oog heeft voor ieder mensenkind, van een God die met ons op weg is naar een land van recht en vrede. Hoe kunnen we dát verhaal vruchtbaar maken / houden voor onze hele maatschappij? Het zou toch prachtig zijn als de PKA op die zoektocht een belangrijke voorganger zou kunnen zijn. Ik ga afsluiten. Ik wens Amsterdam toe dat herbronnen, profileren en netwerken ertoe leiden dat Gods liefde ervaren wordt, op tal van plekken, in huizen en harten, zodat steeds opnieuw stukjes van het visioen waarmee we leven oplichten.
Pagina 22 van 31
3.5
Bijlage 5: Gebedsdienst voor de Koptische Kerk d.d. 8 september 2013 (artikel) Door okr. B. van Bokhoven
Op zondagmiddag 8 september hield de Koptisch Orthodoxe gemeenschap in Nederland een gebedsdienst voor de Koptische Kerk en voor de slachtoffers van de recente gebeurtenissen in Egypte. Op uitnodiging van bisschop Arseny van het Koptisch Orthodox Bisdom Nederland, waren Bert van Bokhoven van het moderamen van de Protestantse Kerk en Feije Duim van Kerk in Actie daarbij aanwezig. Pagina-inhoud Bij recente onlusten na het afzetten van Egyptische president Morsi vielen veel slachtoffers en was er veel schade. Er was daarbij ook veel geweld vanuit de Moslim Broederschap tegen christenen, kerken en andere christelijke gebouwen. In de internationale media bleef dit onderbelicht. Meer dan tachtig kerken, christelijke instanties, huizen en winkels van christenen zijn geplunderd, vernield en/of verbrand. Er vielen doden, ook onder priesters. Zondagmiddag werden met clips en verhalen van getuigen verslag gedaan van brandende kerken, de begrafenis van een gedode priester en het doden van vreedzame betogers door een groep radicale moslims. De Paus van de Koptische Orthodoxe Kerk, Tawadros II, sprak in een videoboodschap zijn zorgen uit, maar zei ook dat christenen zich niet zullen laten vervreemden van de Egyptische samenleving. Diverse keren werd benadrukt dat het conflict in Egypte geen religieus conflict is, maar dat er wel twee groeperingen zijn die het conflict een religieus willen kleuren: dat zijn de radicale aanhangers van de moslimbroederschap en anderen die opruiende religieuze opvattingen hebben en uitspraken doen, moslims en niet-moslims. Terroristische groeperingen in Egypte brengen de Koptische minderheid in groot gevaar. Zij vallen christenen aan om onrust en chaos in het land te bewerkstellingen. Dat is niet nieuw, maar nu wel erg heftig. In de context van de het Koptisch kerkgebouw aan het Mosplein in Amsterdam realiseer je je dat het een wonder is dat de Koptische kerk eeuwenlang stand heeft gehouden in het roerige Egypte. De liturgie gaf in gebeden, liederen en muziek een indrukwekkende impressie van geloofsvertrouwen. In het gebed om vrede en verzoening werd God nadrukkelijk gebeden om te geven dat we in navolging van Christus onze vijanden lief zullen mogen hebben. In zijn toespraak namens de Raad van Kerken in Nederland refereerde ds. Klaas van der Kamp aan de vele beloften die er in de Bijbel gegeven worden voor Egypte. Hij had een bemoedigende brief bij zich, waarin Nederlandse moslims, joden en christenen samen hun betrokkenheid verwoorden met de christelijke gemeenschap en hun samenleving in Egypte. Vanuit de oecumenische verbondenheid met de kerken in Nederland deed ook hij voorbede en sprak een zegen uit. Het moderamen roept op tot blijvende voorbede voor kerk en volk in Egypte. Via Kerk in Actie worden diverse projecten van de Koptisch Kerk in Egypte gesteund. Ondanks de schrijnende beelden en verhalen mocht er een bemoediging uitgaan van deze interkerkelijke gebedsgemeenschap.
31
Pagina 23 van 31
3.6
Bijlage 6: Overleg General Secretaries lidkerken van de Counsel of World Mission te India, New Dehli van 13-18 september 2013 (column) Door de scriba, dr. A.J. Plaisier
Even India Dit wordt een verhaal over een land en een kerk ver van ons bed. Het gaat over India. Wie het te ver vind, kan het overslaan. Ik was deze week in India voor een oecumenische bijeenkomst. Dat viel net in de week waarop de Indiase rechtbank vonnis deed over vier verdachten in de zaak van de ‘busverkrachting’ in New Delhi. Het dodelijke slachtoffer van deze verkrachting was de 23-jarige vrouw Nirbaya. Vanwege het barbaarse karakter van deze groepsverkrachting werd de doodstraf uitgesproken. Als oecumenische gasten zaten we wat in onze maag met de doodstraf. Kon het niet met minder? Nee, zeiden onze Indiase vrienden. Alleen een zo zware straf zal effect sorteren. Verkrachtingen komen op grote schaal voor, niet zelden met dodelijke afloop. Vrouwen zijn hun leven in de stad niet zeker. Het respect voor vrouwen is laag en veel mannen beschouwen het als normaal vrouwen te gebruiken, ook als ze daar niet van gediend zijn. Dit vonnis is een duidelijk signaal dat het niet langer gepikt wordt. Het is maar goed dat het nu eindelijk eens in de publiciteit is gekomen, want tot nu toe werd weggekeken. Hoe gevaarlijk is het leven in veel steden. Vooral voor vrouwen en kinderen. En hoe terecht is het, dat dit nu eens van de daken wordt geschreeuwd. Intrigerend waren de levensgrote posters waarop Hindoe-godinnen waren afgebeeld met blauwe plekken op het gezicht. Godinnen met sporen van geweld. In een Indiase krant las ik dat velen dat te ver vonden gaan. Ik vond het juist heel treffend. Ik dacht: hier komen de Hindoe-godinnen in de buurt van Jezus. Het gezicht van Jezus draagt de sporen van de verwondingen. Zijn verwonding. Maar zo draagt hij ook de verwondingen van alle verkrachte, vermoorde, gemartelde en vernederde mensen. Jezus deelde zijn leven in een wereld waarin mensen kapot gaan: vrouwen, kinderen, armen, mannen, individueel en collectief. Hij trok zich het lot van al die al lang vergeten mensen aan, die hun leven lieten in slums, loopgraven en asfaltwoestijnen. Hoe goed is het, als het leed het gezicht raakt van de godinnen. Hoe bevrijdend is het dat het leed zich drukt op het gezicht van Jezus. Wie een mens, beelddrager van God, schendt, schendt God zelf. Dat geeft de diepste motivatie om het je aan te trekken. En waar mogelijk er wat tegen te doen. In dit geval door op te komen voor vrouwen, voor hun veiligheid, voor hun rechten, voor hun gelijkwaardigheid. De kerk van Noord-India is een kerk die dit heeft begrepen. In de jungle van New-Delhi trekt ze zich het lot aan van met name kinderen, jongeren en vrouwen. We bezochten een project waar kinderen van seks-werkers werden opgevangen. Naar achtergronden werd niet gekeken. Het ging in dit geval vooral om moslimkinderen. De kerk vindt dat ze deze kinderen bij moet staan. Ook als dit misschien niet meer is dan een druppel op een gloeiende plaat. Deze kerk weet zelf ook wat het is om aan de onderkant van de samenleving te staan. Veel van haar leden zijn dalits, ‘onaanraakbaren’ of kastelozen. Die tellen niet. Als ze christen worden tellen ze vaak nog minder. Helaas is ook voor nogal wat christenen India een onveilig land. Het komt niet zo in het nieuws, maar ook in India worden soms kerken verbrand en christenen gediscrimineerd en gewelddadig behandeld. Voor miljoenen mensen is de wereld een zeer onveilige plek. Je kan er zomaar in worden
Pagina 24 van 31
doodgeslagen, verkracht of misbruikt. Ik geloof dat alleen een gewonde God hier echt bij past. Niet op een poster, maar aan een kruis. De gemeente van Christus is geroepen vanuit dat kruis te leven.
3.7
Bijlage 7: Startmoment Permanente Educatie Kerkelijk werkers d.d. 24 september 2013 (toespraak) Door de scriba, dr. A.J. Plaisier
Vandaag wordt de invoering van de permanente educatie voor kerkelijke werkers gevierd. Dat is een feestje waard. Hiermee wordt een aantal zaken onderstreept. In de eerste plaats komt nogmaals de volwaardige plaats uit die de kerkelijke werkers inmiddels in onze kerk hebben verworven. De weg naar deze plaats is een lange geweest, maar er is voortgang op deze weg geweest. Een laatste wapenfeit is dat kerkelijk werkers als ambtsdragers werkzaam zullen gaan en dat ook zij vallen onder het regiem van de permanente educatie. De kerkelijk werker is niet een schaduw-predikant en dus ook niet een goedkope dominee. Het is een werker met een eigen dienst in onze kerk. Het is een dienst die met wezenlijke aspecten van het gemeentelijke leven te maken heeft, met name de dienst van het pastoraat, het jeugdwerk, het missionaire werk en het opbouwwerk. Niet toevallig zijn dit werksoorten die te maken hebben met de nieuwe accenten die de kerk heeft gesteld in haar visiedocumenten en beleidsplannen. Waar de klassieke rol van de predikant ligt in verkondiging van het Woord en bediening van de sacramenten, is de kerkelijk werker dienstbaar aan de doorwerking van dat Woord in de levens van mensen en van de gemeente. Dat is in een bepaald opzicht frontarbeid. Het vraagt theologisch en geestelijk inzicht, maar ook creativiteit en een praktische aard. Wij mogen constateren dat deze arbeid ook werkelijk verricht is in de afgelopen fase van onze kerk. Het is dan ook goed dat dit tot erkenning heeft geleid. Zonder erkenning zou de arbeid van de kerkelijk werkers toch min of meer als een aardigheidje extra gezien worden van krachten waar je wat minder voor betaalt dan voor een dominee. De predikant en de kerkelijke werker zijn beide nodig in onze kerk. Ik hoop dat er in toenemende mate een synergie zal zijn en ik zie die synergie gelukkig ook groeien. Kerkelijk werkers doen ander werk dan dat van een predikant, maar het is niet minder. Het vraagt veel van deze werkers. Het vraagt in ieder geval een degelijke opleiding. Ook daarin hebben we een verheugende ontwikkeling gezien. Daarbij is het besef sterk toegenomen dat leren permanent leren is. Ook voor kerkelijk werkers. We nemen hen serieus, ook in hun wetenschappelijke vorming. Daarom is het goed dat het systeem van permanente educatie ook betrekking heeft op de kerkelijk werkers. Het moet gezegd: het besluit hierover is van meet af aan begroet met gejuich. Onder andere door de vereniging van kerkelijk werkers. Eenzelfde onverdeelde enthousiasme was er bij de predikanten niet. Dat zegt in ieder geval iets over onze kerkelijk werkers. Zij beseffen er niet te zijn met een diploma op zak. Zeker in de arbeid waar zij in werkzaam zijn, is er sprake van een voortdurende verandering van cultuur, mentaliteit en omstandigheid. Het lijkt er wel op dat we elke tien jaar het leven opnieuw aan het uitvinden zijn. Die bewegelijkheid komt vooral op de kerkelijk werker aan. Wat dat betreft zit de predikant toch wat meer op de pool van de continuïteit, wat meer op de lijn van Bijbel en traditie, ook al zijn deze verschillen relatief. Hoe dan ook, het is goed dat de permanente educatie nu ook ter hand genomen wordt voor de kerkelijk werker. Niet als een gunst, maar als een recht. Er is zo een goede mix van werk en reflectie, en ook in de reflectie van op adem komen. We mogen als kerk de kerkelijk werker niet uitpersen, maar hem of haar ook de kans geven zich op te laden. Met het cursusaanbod, zoals dat vandaag wordt aangeboden, wordt duidelijk dat de permanente educatie ook een goede invulling krijgt. Inhoudelijk geeft deze nascholing de gewenste
31
Pagina 25 van 31
ondersteuning bij het ingroeien in de praktijk van het werk, dat zoals al gezegd, complex is. Het gaat daarbij niet alleen om kennisoverdracht, maar ook om een diepere laag: hoe je in je werk staat, hoe je je in je roeping en je beroep verder ontwikkelt, wat we tegenwoordig beroepshouding noemen. Positief is ook dat er met de permanente educatie en dit aanbod een eenduidig en herkenbaar traject tot stand komt, dat bovendien in goed overleg tussen verschillende partijen tot stand is gekomen. Hulde voor het goede overleg van die partijen, er is in de wereld van het Hoger Beroepsonderwijs en bij de Vereniging van Kerkelijk Werkers een besef dat je alleen zo tot een verantwoord resultaat kan komen. Kortom, ik ben verheugd vandaag de cursusgids voor de primaire nascholing van kerkelijk werkers te mogen ontvangen.
3.8
Bijlage 8: Herdenkingsdienst 350 jr. Hervormde gemeente Ter Heijde aan Zee d.d. 29 september 2013 (toespraak) Door diaken F. Pasveer
Broeders en zusters, Het is mij een groot voorrecht om hier vanmorgen in uw midden te zijn in deze herdenkingsdienst, 350 jaar gemeente Ter Heijde aan Zee. In de afgelopen week hebben er allerlei activiteiten plaatsgevonden waarbij de expositie over de geschiedenis van de gemeente vast en zeker een centrale plek heeft gehad. Een verleden met ups en downs, vreugde en verdriet. Maar duidelijk steeds ook opnieuw met het vertrouwen dat God er zal zijn en als een lichtkolom in de nacht voor u uit zal gaan. Met recht en rede staat u als hervormde gemeente Ter Heijde aan Zee in het jaar onzes Heren 2013 op de plek en de tijd die gevierd mag worden. U begrijpt al dat de website van uw gemeente een dankbaar middel was om een indruk te krijgen van uw eigen wel en wee, maar ook van het functioneren van de gemeente in het geheel van de samenleving. Daarbij viel mij direct iets op. Namelijk dat uw gemeente zich niet opsluit in een binnenkerkelijk bestaan maar ook de weg naar buiten zoekt, naar het missionaire. Het net uitwerpen aan de andere zijde, hetzelfde doel maar het aandurven om nieuwe wegen te bewandelen. Ik keek verder. De nieuwe visienota van de Protestantse Kerk 'De hartslag van het Leven' wordt genoemd en het jeugdwerk met het JOP-programma Sirkelslag komt voorbij. Maar ook een 'open kerk', een heus PR-team is aan de slag en u treedt naar buiten bij de viering van het dorpsfeest. En dat is opmerkelijk! Het betekent dat uw gemeente, die zo mooi omschreven staat als, "open en gastvrije gemeente met een orthodox trekje", zich zichtbaar maakt te midden van de maatschappij van alle dag. Dat zou je natuurlijk ook kunnen definiëren als een kniebuiging naar de wereld, maar dat is hier niet aan de orde. Nee, de kern is dat die kerk met zijn geloof, hoop en liefde zich manifesteert in de samenleving. Er midden in staat en meeleeft en meedenkt in al de problematieken van vandaag de dag. Maar wel met haar eigen identiteit en eigen visie. Gemeente-zijn in 2013 is niet de makkelijkste periode van de kerk. Veel moet worden ingeleverd en het is soms moeizaam te roeien met de riemen die we hebben. Maar altijd mogen we ook weer ervaren dat er mensen, ruimte en middelen zijn die het mogelijk maken om verder te trekken.
Pagina 26 van 31
De neiging om de negatieve zaken van de kerk naar voren te halen zit ons soms ook weleens een beetje in het bloed heb ik het idee. Het "tel uw zegeningen" staat vaak niet vooraan. Maar als we zo'n dag als vandaag hier dan weer meemaken dan denk ik, laten we toch wat meer kijken naar de goede en opbouwende dingen die de kerk rijk is. Een goed functionerend eigen protestants 'Kerk in Actie' met een jaarlijkse doelbesteding van rond de € 30 miljoen, een groeiend aantal pioniersplekken overal in het land met nieuwe vormen van kerk-zijn, geloofsgesprekken die overal op gang komen en plannen maken voor een nieuw 'Huis van de Kerk' op het landgoed Hydepark, waarin o.a. het Roosevelthuis een plek krijgt. Om maar eens wat te noemen. Positief kijken naar wat we hebben en wat ons wordt gegeven. Ook vandaag Gemeente van Ter Heijde aan Zee, namens het moderamen van de Generale Synode van de Protestantse Kerk in Nederland mag ik u een welgemeende groet overbrengen en natuurlijk de felicitaties bij uw 350-jarig bestaan. We wensen u Gods zegen voor de toekomst!
3.9
Bijlage 9: Symposium bij afscheid van P. Eenshuistra van het Pensioenfonds Predikanten (toespraak ‘De betekenis van C in christelijke organisaties) Door de scriba, dr. A.J. Plaisier
Zou een christelijk pensioenfonds een goed idee zijn? Wat voor christelijks zit er aan zo’n fonds? Ik weet dat het pensioenfonds predikanten niet perse christelijk was, en nu econoom Klamer heeft ontdekt dat geloof niet hun belangrijkste bezit is, moeten we dat retrospectief misschien helemaal op sterk water zetten. Maar goed, laten we het idee toch even de revue laten passeren. Wat zou dat opleveren? Allereerst, een visie op het pensioen. In onze samenleving is het pensioen het nieuwe hiernamaals geworden. De hoogste waarde dus. Dat lijkt me niet christelijk. Een nuchtere visie is beter, die de pensioenleeftijd ziet als de mogelijkheid om je nog weer op een andere manier te kunnen geven, met wat minder druk, met wat meer ontspanning. Een pensioenfonds maakt dat mogelijk. Een oudedagsvoorziening om het al te krakkemikkige te ondervangen. Zo ongeveer het omgekeerde dus als het Zwitserse levensgevoel. En dat alles in het besef dat het leven broos is en niet iedereen jaren en jaren van zijn pensioen kan gaan genieten. In de tweede plaats een idee over beleggen. Sober beleggen, zou ik zeggen. Niet meedoen met dubbelzinnige en soms ook dubieuze zaken. Je verre houden van de kafkiaanse wereld, waar onlangs Joris Luyendijk zo indringend over schreef. In de derde plaats: je bent er voor je mensen en niet voor jezelf. Dat zegt dan ook iets over de manier waarop je met mensen omgaat. Een menselijke omgang. Misschien moet ik daaraan toevoegen: een levenssfeer. Een nooit helemaal te definiëren atmosfeer van loyaliteit, toewijding, zorg en aandacht. Nu realiseer ik me dat zeker die laatste twee niet typisch christelijk zijn. En het eerste wat ik noemde is meer een achtergrondverhaal, dan dat het met de dagelijkse praktijk van het
31
Pagina 27 van 31
pensioenfonds te maken heeft. Wat is dan precies de meerwaarde van de christelijke identiteit? Ik heb die vraag op het pensioenfonds betrokken. Dat is misschien een lastige. In de wereld van voorzieningen, beleggen en bankieren moet je daar wellicht helemaal niet aan beginnen. In dat opzicht is het ook geen ramp dat het Pensioenfonds Predikanten is overgegaan op Zorg en Welzijn. Er zijn andere organisaties, waar de klik met het ‘christelijke’ gemakkelijker tot stand komt. De vakvereniging. Het onderwijs. De omroep. De ouderenbond. Het jeugdwerk. De politieke partij, al is die laatste misschien niet zuiver tot het middenveld te rekenen. We kennen in ons land een hele range van zulke verenigingen en instituten. Ik zie ze als een waardevolle en gewaardeerde factor in ons maatschappelijk bestel. Het is een bescheiden poging om op de verschillende terreinen van het leven het licht van het evangelie te laten vallen. Daarbij gaat het er wel om zakelijk te zijn, niet te gaan preken, maar te handelen, te doen. Welk licht valt er op de arbeid? En op het onderwijs? En op de politiek? In de praktijk lukt dit handelen, dit doen, met wisselend succes. Bij een christelijke onderwijsbond gaat het bijvoorbeeld om het veilig stellen van het bijzonder onderwijs. Dat is nog wel een duidelijke. Bij de vakvereniging? Dat is al lastiger. Er is niet een christelijke cao, en decent work for decent people is zo ongeveer wel het maximale dat je kan bereiken. In de praktijk zie ik wel verschillen die m.i. altijd ten gunste uitvallen voor een CNV. De politiek is een thema op zich. Christelijke politiek? Hoe dan ook, ik denk niet dat we veel opschieten met oneliners. Er is een praktijk van organisaties met een C. Die maken er het beste van. Deze organisaties zitten tussen kerk en wereld in. Ze hebben een kerk achter zich en ze doen iets in de wereld. Ze zijn zelden expliciet of exclusief verbonden aan een kerk, ze zijn zelfstandige rechtspersonen en zelfstandige stichtingen, maar ze hebben wel een kerk achter zich. Als de kerk wegvalt, maak ik me niet zoveel illusies dat deze C-organisaties kunnen blijven bestaan. Er is een tijd waarin juist heel veel verwacht werd van deze organisaties. De kerk, nou ja, dat is maar een naar binnen gekeerd instituut, maar nu gaan we naar buiten. Ga mee naar buiten allemaal. De kerk zelf moest binnenste buiten. Moest beweging worden. Gist in het maatschappelijke bestel. Wij met onze christelijke waarden en idealen het leven in. Het gevaar is groot dat het dan onze plannen zijn, waar we de naam van Christus aan verbinden. Daar zit de wereld niet op te wachten. De meerwaarde van de C? Dat is niet de meerwaarde van onze christelijke principes die wij, christelijke mensen dan wel eens even zullen toepassen op de wereld. Dan brengen wij maximaal een stukje bedorven christelijkheid, zei de theoloog Noordmans al in het jaar 1947. En, voeg ik er aan toe, een stuk christelijke arrogantie. Er is één meerwaarde waar christenen en niet christenen, kerk en wereld echt iets aan heeft, en dat is Christus. Het christelijk geloof bestaat niet uit een set principes, beginselen of waarden. Het staat of valt met het licht dat op ons bestaan valt als Christus erover schijnt. Daar licht iets van op. Het is prima dat je dat wat organiseert in het maatschappelijke middenveld en daar wat van probeert toe te passen. Dat doe je soms in een organisatie met een c en soms in een organisatie zonder c. Als het licht van Christus op de wereld valt, dan is dat goed voor mens en dier. Maar het wordt niet een of ander werkprincipe in onze hand, waarmee we de wereld eens even grondig gaan verbeteren. Dat leverde vaak ook maar gemiddelde burgerlijkheid op of idealistische luchtfietserij. Wie de zogenaamde wereld op die manier christelijk wil maken, wordt op de duur door de zogenaamde wereld ingepakt, met soepel garen of met een stevige band. Ik meen dat dit gevaar in de kerken van de mobilisatie, waarin het kerkvolk moest worden gemobiliseerd, en daarmee bedoel ik vooral die kerken die geworteld zijn in de Doleantie, nog het meeste gevaar gelopen hebben, al is diezelfde idee van mobilisatie ook niet voorbij gegaan aan de voormalige hervormde traditie. Ik geloof niet zozeer in waarden en beginselen, als wel in licht. Dat we begrijpen waar het om gaat. Wat is eigenlijk politiek? Wat is een staat? Wat is een parlement? Wat is recht, en wat is
Pagina 28 van 31
straf? Wat is onderwijs? Wat is arbeid? Wat is zorg? Wat is pensioen? Wat is familie? Het echte licht valt op de echte grootheden, waarvan we denken dat we ze kennen, maar die veelal de grote onbekenden zijn. Alleen in een nieuw verstaan daarvan ligt de hoop dat we in en binnen deze grootheden ook wat verstandigs en goeds kunnen doen. Eventueel en soms bij voorkeur via een organisatie met een c, maar soms ook juist niet. Ik zei: de organisaties met een c hebben een kerk achter zich. Ik bedoel dat niet als achterban, die investeert in de organisaties met een c. Het is prima als er een relatie is, een goede band, maar kerk en verenigingen zijn niet één op één aan elkaar gekoppeld, en waar dat wel zo is, moet je je afvragen of er niet meer afstand moet komen. De kerk moet de verenigingen vrij laten en vrij spel geven. De kerk er achter, daarmee bedoel ik dat er een geloofsgemeenschap is, waar mensen samenkomen in Jezus’ naam. Als die gemeenschap wegvalt, zie ik niet veel toekomst voor welke c dan ook. Ik weet, er zijn velen die het einde van de kerk al hebben aangekondigd. Er zijn er die vinden dat de kerk een verkalkt instituut is, dat het waard is ten grave te dragen. Dat wordt meestal gezegd door mensen die geen flauw vermoeden hebben wat er in die kerk en vanuit die kerk gebeurt. Het zij zo. Ik ga niets verdedigen. Maar ik reken mezelf liever ook niet rijk met de velden van zwevende gelovigen, die wit zijn om te oogsten. Overigens, kerk is voor mij vooral een dak boven het evangelie. Het is de plek van de uitstraling van God als Vader, Zoon en Geest. Daarom wordt er in die naam gedoopt. Ooit noemde een theoloog de kerk de plek waar Jezus samenwoont met de zondaren. Het is wel fijn dat er zo’n plek is, vooral als je weet dat je ook niet veel meer bent dan een zondaar. Die kerk blijft, klein of groot. In Israël was er een tijd, die overigens barstte van religiositeit, waarin die kerk tot 7000 was gekrompen. Dat kan gebeuren. Hier in ons hoekje van Europa. Daar moeten we niet dramatischer over doen dan God doet. Als dat dak boven het evangelie maar blijft. Een plek waar je soms ook komt om samen te schuilen en brood en wijn ontvangt, lijf en bloed van de levende Heer. Om dan weer onder dat dak vandaan te gaan, de dag van morgen in. De dag die genoeg heeft aan zijn eigen zorgen, en die daarom van je vraagt jouw toewijding aan die zorg te verbinden. Soms alleen. Soms met elkaar. Soms in een C. En als dat ophoudt, dan zonder. Zo leven we getroost en met goede moed. In de dag van morgen. Richting de Jongste dag. Het goede nieuws is trouwens dat op de Jongste Dag de pensioenkas leeg mag zijn. Dan wordt er geen pensioen meer uitgekeerd.
3.10
Bijlage 10: Vergadering classis Alblasserdam d.d. 17 oktober 2013 (lezing ‘Christelijk spreken over God’) Door de scriba, dr. A.J. Plaisier
1. Spreken over God is niet zomaar zoiets als spreken over een of ander exotisch onderwerp, het raakt de kern van het bestaan, het heeft te maken met een diepe drijfveer, een onstilbaar verlangen, een heimwee naar een verloren vaderland. En tegelijk valt hier niets af te dwingen. De sleutel is gebroken. Het is een hunkering naar een verborgen tuin waar je niet in kan komen en die je toch niet uit kan bannen. Spreken over God heeft dus te maken met de diepe hunkering, het heeft te maken met de zoektocht van de mensheid, die zich uitdrukt in religies, in de filosofie, in de literatuur. Wanneer we over God gaan spreken als een onderwerp, dan wordt het een theorie, die zeker in een geseculariseerde samenleving niets zegt. Er is een verlangen naar de zee, de oneindige zee, de oceaan van goedheid, waarheid en schoonheid, en dat is God. Dat verlangen is ondergesneeuwd, vaak bijna uitgewist, het is zeker in een
31
Pagina 29 van 31
welvaartsmaatschappij verdrongen en bedolven, en toch is het niet uit de menselijke natuur te bannen, die onrustig is, tot ze rust vindt in God. 2. Tegelijk: we zijn geheel afhankelijk van God zelf. Van zijn openbaring. We kunnen God niet zelf bereiken. Elke keer wanneer dat wordt geprobeerd, komt er een afgod uit de bus. Een spooksel, of een steen, een vaagheid of een tiran. De mens is juist vanwege zijn Godsverlangen ook een schepper van afgoden, hij heeft een drang te vereren en schept boven zich een god, een ideaal, een uitvergroting van zichzelf, een product van de eigen angst, de eigen wellust, het eigen ik, een scheppen, individueel of collectief van wat hoger is, van het ultieme. Daar worden we slaven van, of er komt een farizeeër uit de bus. Achter de afgod zit de onmacht. We kunnen niet bij God komen, maar we zijn wel vatbaar voor God. 3. Christelijk spreken over God is niet een soort pretentie van christenen die betere inzichten menen te hebben dan anderen, een religieuze vereniging met stip. Het gaat er dus niet om te pretenderen dat christenen de waarheid hebben. Het is eerder zo dat de waarheid jou heeft. Niet onze vindingrijkheid of de kwaliteit van onze religie is van belang. Het is juist kenmerkend voor het christelijk geloof te erkennen dat we en dus ook ik ‘van nature’ blind zijn. Het is dat God zo barmhartig is geweest zich aan ons bekend te maken, door de weerstanden heen, dat het is gekomen tot het kennen van God. Het accent ligt meer op God die in zijn liefde mij heeft laten zien, dan dat ik de waarheid ken of heb. De waarheid, dat is Christus, en dat is een waarheid die vrij maakt, vrij van mijzelf ook. Het is geopenbaard, en ik kan daar slechts getuige van zijn. 4. Het gaat daarbij niet zozeer om een levensovertuiging of christelijke filosofie, het gaat om een gebeuren, aan een werkelijkheid die zich aan ons, aan mij heeft voltrokken, maar die bedoeld is voor iedereen. Het christelijk geloof is een verlossingsgeloof. Dat wordt bijvoorbeeld uitgedrukt in de eerste zondag van de HC, daar gaat het om troost, en om behoren toe, waar verlossing in zit. Gods openbaring is niet een openbaring van losse waarheden, maar van de waarheid die vrijmaakt, die verlost, die vernieuwt en vergeeft, een waarheid die mij doet sterven en opstaan, die mij inweeft in de wereld van God en doet afsterven van de oude wereld van het kwaad. 5. In het centrum van dit spreken staat de Zoon. Het Woord is vlees geworden. Inzet van 1 Joh.1:1-4. Dat voelt aan als een lastige variant op een algemeen menselijk spreken over God. Naast God hebben we dan ook nog te maken met het een en ander over Jezus. Dat is een tragisch misverstand. Het gaat niet om een extra. Het gaat juist om de ene God, een God die ons in onze onmacht tegemoet is gekomen. God die ons raakt in ons verlangen, en dichtbij genoeg gekomen is om dat verlangen te stillen, maar ook God die ons in onze onmacht te hulp is gekomen, een God die zich de onmacht eigen heeft gemaakt, de afwezigheid van God, de vloek op het bestaan, de dood, de barrière. Een God die licht is dat ons raakt, maar juist ook de God die de duisternis met ons deelt. Daarom is christelijk spreken over God een spreken over God in verband met onze dood, onze nood, onze eenzaamheid, onze niet vervulde idealen. 6. Kortom, het is pastoraal spreken over God. God is pastoraal geworden, de Herder die het schaap zoekt, en die daar terecht is gekomen waar het leven verloren gaat. Het is tegelijk ook een spreken over vinden, over vreugde, over opstanding, over eeuwig leven, over een nieuwe hemel en een nieuwe aarde en de krachten van de toekomende eeuw die nu al worden gesmaakt. 7. Je merkt het gelijk wanneer dit typisch christelijke verdwijnt. Dan krijgen we idealen, waarden en dan komt het er op neer dat we onze christelijke waarden gaan verkondigen. Die zijn dan óf door onze subcultuur bepaald, of ze zijn gewoon algemeen menselijk. Tegen die waarden is niets, maar ze zijn niet typisch christelijk. Het kan ook zijn dat er een moraal voor in de plaats komt. Een andere variant is die van het eigen welbevinden,
Pagina 30 van 31
een feel-good geloof, waarbij het christelijke zit in een sfeer van gevoeligheid, meelevendheid, etcetera. Het gaat er niet om hier de staf over te breken, ik zie de raakvlakken van christelijk spreken over God met waarden, normen en spiritualiteit in het algemeen ook wel, maar ze zijn niet verlossend. Verlossend is de openbaring van de God van Abraham, Izaak en Jacob, de Vader van Jezus Christus. Het zit in de namen. En in onze namen. 8. Christelijk spreken over God is spreken over een God waarin wij de naam van Jezus spellen. Zelfs dat is nog niet een kunstje, maar iets wat de heilige Geest ons leert. Vgl. 1 Kor. 2:6-16. Aan ons zelf. Maar ook als wij het anderen vertellen. Het is Pinksteren, ook dat is een deel van de openbaring van God. We worden niet uiteindelijk toch opgescheept het zelf te realiseren. Daarom is het gebed om de Geest nodig. Die spreekt alle talen. Joden een jood, Grieken een Griek, postmodernen een postmoderne, dit vraagt om inleving, en om creativiteit. 9. Daarbij begint dit spreken niet bij ons. Dit spreken is aan de ene kant persoonlijk, aan de andere kant is het onderdeel van de christelijke traditie. Daarbij is de Bijbel bronboek. Het is geënt op het credo, waarin het patroon zichtbaar wordt van God als Vader, Zoon en heilige Geest, en waarin niet toevallig vergeving, opstanding en eeuwig leven genoemd wordt. Het is een spreken in de buurt van het sacrament van doop en heilig avondmaal. Het staat niet los van de gemeenschap van gelovigen, die doopt en samenkomt rond het Woord. Spreken over God werkt niet als het niet gedekt is door een gemeenschap van mensen die elkaar lief hebben en die zich inzetten voor anderen. 10. Hoe verwoord je dit dan zo duidelijk mogelijk? Daar kunnen we dus geen recepten voor geven. Ik denk wel dat het spreken over God geleerd kan worden. Door het in de gemeente te doen. Door de kerk weer als geloofsgemeenschap te beleven en te organiseren. 11. Dit spreken over God, juist omdat het niet maar gaat om een aantal opvattingen buiten ons, heeft ook gevolgen voor ons leven. Het is ingewijd worden in het leven met God, op grond van het leven dat God met ons deelt. Dat is leven naar de Geest. Daar horen natuurlijk regels bij, maar die zijn secundair. De macht van de liefde staat voorop. Leven als offer. En verder een zoeken van de wil van God, van het leven in het licht van God, een leven waar het licht van het evangelie op valt en wat dit concreet betekent. Spreken over God dat niet gedekt is met een leven vervalt tot gepraat.
3.11
Bijlage 11: Presentatie armoedeonderzoek d.d. 31 oktober 2013 (toespraak) Door de scriba, dr. A.J. Plaisier
Jezus heeft ooit gezegd: de armen zijn immers altijd bij jullie. Dat klopt. Het armoedeonderzoek toont aan dat het thema armoede nog prominenter op de agenda staat als 11 jaar geleden, toen er voor de eerste keer vanuit de kerken een armoedeonderzoek werd verricht. De alarmklok luidt! Dit onderzoek toont ook aan hoezeer de kerken betrokken zijn op dit thema. Ik denk aan het bedrag dat vanuit diaconale instanties aan hulp wordt besteed, aan mensuren, aan aantal betrokkenen. Het gaat hier niet zomaar een soort filantropie op afstand. De hulp die geboden wordt komt voort uit het werkelijke contact met mensen. Diakenen en diaconale instellingen hebben contact met mensen, direct in de eigen gemeenschappen, maar ook daarbuiten, door signalen die zij opvangen. Dat is van groot belang. Je lost armoede niet op achter een bureau en ook niet met een systeem. Een zorgzame samenleving is een samenleving, armoede heeft een menselijk gezicht en dat gezicht wordt gezien. Dat is diaconie en dat is kerk.
31
Pagina 31 van 31
Veel mensen zetten zich daarbij belangeloos in. Uit vrije wil. Zonder veel ophef. Ze helpen. Niet, zoals soms wordt gezegd ‘onder protest’. Dat klinkt mij veel te negatief. Ik zou eerder willen zeggen: con amore. Velen doen dat pro Deo, uit liefde tot God en de naaste. Rond dit armoedeonderzoek mag het wel een keer genoemd worden. Met grote erkentelijkheid. Er gebeurt zoveel goeds door zoveel mensen, daar drijft voor een groot deel onze maatschappij op, en we mogen blij zijn dat er zoveel nederige kurken zijn. Armoede is een fenomeen van een samenleving. De overheid speelt hier uiteraard een belangrijke rol in. Niet in de zin dat de overheid de garantie is dat er geen armoede is. Daarmee overschatten we de rol van de overheid. Armoede is niet even met een paar beleidsbeslissingen weg te nemen. Armoede heeft te maken met waarden in onze samenleving, en die komen uit die samenleving zelf, ze hebben te maken met onze visioenen, onze idealen, onze overtuigingen, onze inzet, ons hart. Te lang hebben we geleefd in een samenleving van ieder voor zich en de overheid die geen strobreed in de weg legt maar wel zorgt voor een vangnet. Of de idee dat de overheid de verzorger is van wieg tot graf. Dat is een volstrekte vertekening van waar een overheid voor is. We zijn met elkaar samenleving en armoede is daarom het probleem van een samenleving. Wel heeft de overheid een belangrijke rol. Ze is er voor rechtvaardigheid. Voor het beteugelen van het kwaad van de hebzucht en een losgeschoten vrije markt. Ze is er om mensen de kans te geven de participeren in de samenleving en te voorkomen dat mensen aan de kant komen te staan, in de armoede terecht komen en daardoor nog meer aan de kant komen te staan. Er gebeurt gelukkig ook veel en er is ook reden om richting de overheden erkentelijk te zijn. Wel is het op zijn plaats ook naar de overheid te benadrukken dat ‘participatiemaatschappij’ betekent dat mensen de kans gegeven wordt om te participeren. Dit vraagt om een voortdurende inspanning, ook als dit in de publieke opinie niet scoort. Uit het onderzoek is wel gebleken dat armoede (hoe ook gemeten) eerder toe- dan afneemt. Dat geeft te denken en meer dan dat. Ook in de richting van de overheid luidt de alarmklok. Wij zijn een land van regels en voorzieningen. Op het niveau van de landelijke overheid. In toenemende mate ook op het niveau van de lokale overheid. Regels zijn goed. Ze zijn niet alles. De systemen staan wel op papier, maar papier is geduldig. Over papier gesproken, er kan gemakkelijk een bureaucratisering insluipen met veel papier, waar we mensen maar ten dele en soms niet mee helpen. De procedures van de gemeentelijke overheden vertragen veelal een snelle afhandeling van een hulpvraag, waardoor mensen die financiële steun nog verder in de problemen raken. De complexe formulieren die ze moeten invullen en de procedures die moeten worden doorlopen, belemmeren mensen bij de aanvraag van een uitkering of een regeling. Er zijn wel voorzieningen, maar hoe kom ik er bij? Er is een luisterend oor nodig. En niet een antwoordapparaat, eindeloze doorverbindingen of het zo snel mogelijk afschepen van mensen. Daarom is het belangrijk dat er een open houding is naar diegenen die wel contacten hebben. Diaconieën lopen blijkens het onderzoek ertegen aan dat signalen aan de overheden tot verbetering van het armoedebeleid soms wel, maar soms ook niet. Dat moet voorkomen worden. Dit armoedeonderzoek doet dat ook een appel aan allen om de handen ineen te slaan. Als het gaat om armoede, moeten alle hens aan dek. Als de alarmklok luidt, moeten we open oren hebben.