OPDRACHTKAART Photoshop 4 Selecteren en retoucheren Voorkennis: Photoshop opdrachten 1 t/m 3 afgerond. Intro: Na het gebruiken van de gereedschappen uit de vorige opdrachten, ga je retoucheren. Retoucheren is het herstellen van oneffenheden en fouten in een afbeelding. Er zijn verschillende retoucheer-gereedschappen zoals: het gummetje, penseeltje en het stempeltje. In deze opdracht is het de bedoeling om krassen in een foto weg te werken. Je gaat een kleine foto retoucheren, en daarna ga je deze foto plaatsen in een andere foto. Wat je hebt geleerd in de vorige opdrachten kun je nu goed gebruiken. Doelen: Als je deze opdracht hebt uitgevoerd kun je: – retoucheergereedschappen gebruiken. – oneffenheden in een afbeelding wegwerken. – diverse gereedschappen omschrijven. Activieiten: 1. Maak praktijkopdracht Photoshop 4: Selecteren en retoucheren 2. Lever het resultaat in bij de docent. 3. Maak een afspraak met de docent over het maken van de eindtoets. 4. Maak daarna de eindtoets van het onderdeel Photoshop. Tijd: Voor deze opdracht heb je ongeveer 3 lesuren nodig. Materiaal: – Computer. – Printer. – Bestand ’vakantiefoto’ en ’pasfoto’. Beoordeling: – Is er goed geretoucheerd? – Is de geretoucheerde foto goed geplaatst? – Zijn de mogelijkheden goed gebruikt? – Is de opdracht goed opgeslagen?
Thema: Prepress PP-03-04-01
PRAKTIJKOPDRACHT
Thema: Prepress
Photoshop 4 Selecteren en retoucheren Doelen: Na deze opdracht kun je: – Een foto retoucheren. – Een foto plaatsen in een achtergrond. – De eerder geleerde gereedschappen gebruiken. ■
■ Wat heb je nodig: – Computer. – Printer. – bestanden “cd hoesje”. ■
■ Tijd: Voor deze praktijkopdracht heb je ongeveer 3 lesuren nodig. Wat ga je doen: De opdracht stap voor stap: Je gaat nu een CD hoesje maken met de afmeting 12 cm hoog en 12,5 cm breed. Je gaat ook een kleine foto retoucheren en deze plaatsen in een grotere. Je maakt gebruik van de gereedschappen die je hebt geleerd in de vorige opdrachten. ■
■ – – – – – – – –
Start de computer. Open het bestand “vakantiefoto”. Geef het bestand je eigen naam. Ga naar het menu Afbeelding. Kies: afbeeldingsgrootte. Het vakje verhoudingen behouden uitzetten. Geef nu de maten 12 cm hoog en 12,5 cm breed aan. Gebruik de gereedschappen om van de foto een eigen compositie te maken. Gebruik hierbij bijvoorbeeld wat effecten, de lasso’s, enkele verlopen. – Sla je werk regelmatig op. Als je het gewenste resultaat hebt bereikt sla je dit op in je eigen map.
PP-03-04-02
PRAKTIJKOPDRACHT
Thema: Prepress
Photoshop 4
PP-03-04-03
– Open het bestand “pasfoto”. Je ziet nu een kras in het gezicht: die ga je verwijderen. – Gebruik het vergrootglas tot het deel met de kras de gewenste grootte heeft. – Ga naar het symbool Kloonstempel. – Hou de Optie-toets ingedrukt, dan zie je het stempeltje, en klik op een gebied naast de kras. Dat is het stukje dat je gaat kopiëren over de kras heen. De kleur moet dus overeenkomen met het aangrenzende gedeelte met dezelfde kleur. – Je ziet nu een rondje. Links bovenin de functiebalk kun je de grootte veranderen als je dat nodig vindt. – – – – – – – – – – – ■
Als je het stempeltje naast de kras plaatst en de muis indrukt zie je een kruisje. Zorg dat dit kruisje op een kleurgebied komt dat je nodig hebt om de kras te retoucheren. Ga nu met het rondje over de kras en probeer deze zo goed mogelijk te verwijderen. Sla de pasfoto op als “pasfoto + je eigen naam”. Open nu opnieuw de eerder opgeslagen “vakantiefoto”. Daarin ga je de pasfoto plaatsen. Dat doe je zo: Ga naar menu Bestand. Kies plaatsen. Ga naar pasfoto “pasfoto + eigen naam” en klik deze aan. Kies open. De foto staat nu in de afbeelding. Geef de foto nu de gewenste plaats.
■ Je kunt de foto vergroten, verkleinen of draaien. Je kunt de foto ook nog bewerken. – Verkleinen kun je met de Shift-toets ingedrukt doen, dan blijven de verhoudingen behouden. – Draaien kun je doen bij het menu Afbeelding, kies Roteren en dan Vrij roteren. – – – – ■
Als de opdracht af is, sla je hem op in je eigen map. Print nu het resultaat uit. Controleer de opdracht met de checklist. Lever het resultaat in bij je docent.
■ Inleveren: – Een uitdraai van het origineel. – Een uitdraai van het eindresultaat. ■
■
Checklist
Thema: Prepress
Photoshop 4
PP-03-04-04
Leerling
Docent
Is de pasfoto goed geretoucheerd?
O
O
Zijn de verschillende mogelijkheden goed gebruikt?
O
O
Is de tekst goed leesbaar?
O
O
Heb je het werk goed opgeslagen?
O
O
Eindtoets
Thema: Prepress
Photoshop 4 1.
Waar wordt het programma Photoshop voor gebruikt?
2.
Met welke programma’s werkt Photoshop goed samen?
3.
Welke “modus” wordt er gebruikt als je een drukwerkopdracht moet maken?
4.
Welke “modus” wordt gebruikt bij een CD-Rom-productie?
5.
Wat voor model is een pentekening?
6.
Wat voor model is een dia?
7.
Hoe wordt een afbeelding, die uit lijnen, vlakken en curves is opgebouwd genoemd?
8.
Wanneer maak je gebruik van de magnetische lasso?
9.
Waarom kun je lagen over elkaar gebruiken?
10. Wat is het voordeel van het werken met lagen? 11. Wat gebeurt er met de lagen als je een tekst toevoegt? 12. Noem 5 gereedschappen om een afbeelding te bewerken. 13. Noem een belangrijk onderdeel waar je op moet letten bij vormgeven. 14. Wat kun je doen met filters? 15. Noem enkele stijlen om tekst te veranderen.
PP-03-04-05