€ Exploitatiebegroting Stichting IJsselgraaf 2010 t/m 2013
definitief – 9 december 2009
Doetinchem, 9 december 2009 Het bestuur van de Stichting IJsselgraaf heeft hierbij het genoegen haar concept begroting over het kalenderjaar 2010 aan te bieden. Bij de opstelling is rekening gehouden met ervaringscijfers van vorige jaren, alsmede actuele ontwikkelingen in financiële zin als in organisatorische zin. Voor het eerst is naast de exploitatiebegroting 2010 ook een investeringsbegroting 2010, een liquiditeitsbegroting 2010 en een meerjaren exploitatiebegroting 2010-2013 opgesteld. Onderstaand wordt een toelichting gegeven. In deze toelichting worden de volgende onderdelen belicht: - de planning- en controlcyclus; - de bekostigingssystematiek in het primair onderwijs; - de leerling-telgegevens; - financiële aandachtspunten en risico’s; - toelichting op de begroting in hoofdlijnen. De planning – en controlcyclus Begroting 2010. De begroting 2010 is een onderdeel van de planning- en controlcyclus. Voorjaar 2009 is een begin gemaakt met het verbeteren van de planning- en cyclus van Stichting IJsselgraaf. Door een herijking van deze cyclus moeten betere waarborgen worden verkregen betreffende de betrouwbaarheid en tijdigheid van de invulling van de (tussentijdse) informatiebehoeften van de stakeholders op (locatie-)directie- en bestuursniveau. Als uitgangspunt wordt de “Planning en Control Jaarcyclus”gehanteerd.
Planning en Control Jaarcyclus Stichting IJsselgraaf te Doetinchem
tussentijdse informatie per maand
jaarafsluiting jan/mrt
g entijdse jan/febr informati e per maand (meerjaren) (meerjaren) formatieplan begroting ttussentij mrt/mei okt/nov dse informati egroting e aug/nov per Onderstaand geven wij puntsgewijs aan welke stappen nodig zijn/waren om de Planning en Control maand Cyclus op orde te krijgen. ustussen tijdse (meerjar informati pagina 1 en) exploitatiebegroting 2010 e Stichting IJsselgraaf te Doetinchemformatie per plan & maand schoolpl
De financiële administratie wordt op dit moment gevoerd door een extern administratiekantoor. Om een betere bewaking te bewerkstelligen van de te realiseren doelstellingen was het wenselijk de in het verleden gemaakte afspraken met het administratiekantoor voor zowel de financiële- als de personeels- en salarisadministratie aan te scherpen. Er zijn heldere afspraken gemaakt ten aanzien van aanlevering van personele mutaties en financiële gegevens en de autorisatie van deze gegevens. Vanaf 1 oktober 2009 worden maandelijks exploitatieoverzichten, zowel geconsolideerd als per kostenplaats (scholen/stafbureau) opgesteld; tevens wordt maandelijks een liquiditeitsprognose afgegeven voor de komende 6 maanden. Het ingerichte boekhoudpakket van het administratiekantoor voldoet aan de vereisten aan het door het Ministerie van OC&W voorgeschreven model Jaarverslag voor het Primair- en Voortgezet Onderwijs. Het financieel rekeningschema sluit volledig op dit model Jaarverslag 2008. Het voldoet dan aan de wettelijke vereisten ten aanzien van o.a. de waardering van materiële en financiële vaste activa en de indeling en benoeming van het vermogen en de voorzieningen. De rubrieken (rekeningschema) zijn ingedeeld volgens het algemeen gangbare decimale stelsel bij de opzet van kostensoorten. Daarnaast wordt gebruik gemaakt van kostenplaatsen (locaties) en kostendragers ( bestuur, school, projecten). Belangrijk onderdeel vinden wij de bewaking van de ontwikkeling van onder meer de personele inkomsten en uitgaven. Daarbij wordt eveneens rekening gehouden met de (uit het personeel- en salarissysteem RAET te genereren) gegevens zoals personele kostenplaatsen. Door de herinrichting van het personeel- en salarissysteem voor het cursusjaar 2009-2010 kunnen nu de gewenste selecties voor de begroting worden gemaakt. De ontwikkeling van een standenregister personeel ter controle van de personele mutaties is nagenoeg gereed. De gemaakte afspraken met het administratiekantoor zijn samen te vatten in afspraken over: Heldere procedures (administratieve organisatie en interne beheersing); Interne controle; Tijdige administratieve verwerking; Intra-comptabele verwerking opbrengsten; Intra-comptabele verwerking kosten;
Het bestuursformatieplan 2010/2011. De volgende stap is dit formatieplan nog meer dan het formatieplan 2009/2010 (t.z.t. onderdeel van de begroting 2011) af te stemmen op de financiële administratie. Deze administratie is de basis voor enerzijds de interne financiële informatiebehoefte(n) en anderzijds de informatieverschaffing aan derden zoals het ministerie van OCenW. Als inkomsten zijn conform de begroting, de volgende categorieën te onderscheiden: De normatieve Rijksbijdragen, t.w. de lumpsumvergoeding personeel, Het Personeel en Arbeidsmarkt Budget (PAB); Overige subsidies van OC&W zoals Leerling gebonden financiering (LGF), enz; Gemeentelijke bijdragen als Voor en Vroegschoolse Educatie (VVE) gelden, schakelklas, enz.; Eventuele overige overheidsbijdragen; Overige baten zoals uitlenende detachering, projectgelden derden, etc. Voor de beheersing van de personele inkomsten en uitgaven is het van belang onderscheid in personeelsformatieplan en begroting aan te brengen tussen de kostensoorten Directie, Onderwijzend Personeel en Onderwijs Ondersteunend Personeel, salaris-componenten, vaste of tijdelijke dienstbetrekkingen, tijdelijke taakuitbreidingen, vervanging ten laste van eigen middelen of het Vervangingsfonds en permanente of projectmatige inkomsten en uitgaven. In het formatieplan 2009/2010 is hiertoe al een opzet gemaakt. pagina 2 exploitatiebegroting 2010 Stichting IJsselgraaf te Doetinchem
De bewaking van de te realiseren onderwijskundige- en financiële targets vanuit het formatieplan en het eventuele schoolplan zou moeten gebeuren vanuit de financiële administratie, door middel van tijdige rapportage(s). Bij de herinrichting van de administratieve functies van het stafbureau zal met deze taakstellingen rekening worden gehouden.
De bekostigingsystematiek in het primair onderwijs. Het ministerie van OCW werkt voor de materiële bekostiging van het onderwijs met een kalenderjaar en voor de personele bekostiging met een schooljaar. Dat laatste betekent dat de bekostigingsinformatie voor het personeel reikt tot en met juli 2010 en dus voor 7/12 deel gebruikt kan worden. Medio mei 2010 komen de cijfers vrij voor de periode augustus 2010 tot en met juli 2011, waardoor 5/12 deel in beeld kan worden gebracht. In deze begroting is voor dat deel op basis van een zo goed mogelijke inschatting, een aanname gemaakt. Deze aanname is gebaseerd op de teldatum 1-10-2009. Deze laat een nagenoeg gelijkblijvend aantal leerlingen op onze scholen zien. De ministeriële beschikkingen voor de materiële instandhouding 2010, de zogenaamde Londovergoedingen, zijn begin oktober gepubliceerd en verwerkt in deze begroting. Ten opzichte van 2009 zijn deze vergoedingen met in totaal 0.17% gedaald. Naast de genoemde reguliere lumpsumvergoedingen voor personeel en materieel worden geoormerkte en niet-geoormerkte subsidies verstrekt. De materiële bekostiging voor het primair onderwijs is niet voldoende. De PO-Raad schetst in een rapport van 2008 dat een school met gemiddeld 200 leerlingen gemiddeld € 20.000 te laag wordt bekostigd. Om een sluitende exploitatie te hebben is dan ook de inzet van personele middelen ter dekking van materiële kosten een noodzaak.
De leerlinggegevens.
Onderstaande gegevens zijn ontleend aan de tabel welke is opgesteld door het Kenniscentrum Bevolkingsdaling en Beleid. Het geeft de demografische ontwikkeling weer op basis van de huidige bevolkingsopbouw van de gemeenten. Het gaat uit van het verwachte perspectief op zowel een negatieve natuurlijke aanwas als een negatief migratiesaldo voor de regio als geheel en voor (een deel van) de gemeenten daarbinnen. Het Kenniscentrum Bevolkingsdaling en Beleid verwacht dat van uitbreidingsplannen van gemeenten nauwelijks een positief effect kan worden verwacht op de migratie van buiten de regio naar de achterhoek. Verschuivingen binnen de regio hebben geen effecten op de totale omvang van alle scholen.
gemeente 11-jarigen Bronckhorst Doetinchem Doesburg
2009
2020
% verandering 2009-2020
477 654 147
359 600 98
-25 -8 -33
Bron: rapport zowel apart als samen COVOA en Orchidee Scholengroep, 2 oktober 2009
Uit het overzicht blijkt dat er een behoorlijke daling van leerlingen wordt verwacht op de middellange termijn. Financiële aandachtspunten en risico’s Uit informatie van de besturenbonden is duidelijk geworden dat het Ministerie van OCenW de opdracht van het Kabinet om fors te bezuinigen in uitwerking neemt. pagina 3 exploitatiebegroting 2010 Stichting IJsselgraaf te Doetinchem
Allereerst zal met ingang van 1 augustus 2010 de vergoeding voor Bestuur en Management komen te vervallen. Dit betekent voor 2010 een vermindering van € 90.000 aan inkomsten. Vanaf 2011 is dit rond € 216.000 per jaar. Met het vervallen van deze subsidie is in de begroting rekening gehouden. Vanaf augustus 2010 zullen de financiële vergoedingen voor leerlingengroei niet meer per school maar op bestuursniveau worden toegekend. Dit betekent dat er voor IJsselgraaf geen vergoedingen meer zullen worden ontvangen gezien de geringe groei stichtingsbreed. In 2010 zal conform de regelgeving, voor het laatst de compensatievergoeding voor de gewijzigde gewichtenregeling worden verstrekt door het Ministerie. Met een bedrag van € 58.000 voor 2010 is in deze begroting rekening gehouden. Per 1 juli 2009 heeft het ABP de pensioenpremie met 1% punt verhoogd om de dekkingsgraad te verbeteren. De verwachting is dat per 1 januari 2010 er nog een verhoging van 2% punt zal plaatsvinden. Voor de jaren 2011 t/m 2013 wordt rekening gehouden met een premieverhoging van 0,45%. Voor het eerst heeft het Ministerie van OCenW besloten de verhoging van afgelopen 1 juli niet meer in de bekostiging te compenseren. Het lijkt er alleszins op dat ook de verwachte aanstaande verhoging niet zal worden gecompenseerd. Met de verhoogde ABP premie zonder compensatie door OCenW is in de begroting rekening gehouden. Het ministerie heeft een regeling loonkostensubsidie ondersteunend personeel getroffen. De subsidie bedraagt circa 50% van de loonkosten van ondersteunend personeel. De regeling loopt af in het cursusjaar 2011-2012. Vanaf dat jaar komen dus alle conciërges geheel voor rekening van het bestuur. Totaal subsidiebedrag voor 2010 € 140.000. In de begroting 2010 is rekening gehouden met het verkrijgen van deze subsidie. De sociale partners en de minister van OCenW hebben voor de leraren primair onderwijs in het Convenant Leerkracht afspraken gemaakt over een betere beloning en meer loopbaanmogelijkheden (‘functiemix’). Om leraren meer loopbaanmogelijkheden te bieden, komen er meer hogere leraarsfuncties. In 2014 zal 58% van de leraren in schaal LA zitten, 40% in schaal LB en 2% in schaal LC. Voor het speciaal (basis)onderwijs geldt per 2014 een verdeling van 90% van de leraren in schaal LB, 7% in schaal LC, 2% in schaal LD en 1% in schaal LE. In 2010 zal ijking plaatsvinden van de tot dan toe doorgevoerde loopbaanmogelijkheden. 75% van de doorgevoerde verplichtingen zal in de bekostiging worden opgenomen. Het resterende deel zal uit eigen middelen moeten worden bekostigd. In de begroting 2010 is rekening gehouden met het invoeren van de functiemix. Naast het Burgerlijk Wetboek is de voorschriften van de Raad voor de Jaarverslaggeving (RJ) van toepassing het opstellen van het financieel jaarverslag. In de RJ 660 is beschreven dat alle personeelsbeloningen als last in de staat van baten en lasten dienen te worden opgenomen in de periode waarin de arbeidsprestatie wordt verricht. Dit impliceert dat voor bevordering arbeidsparticipatie ouderen (BAPO), jubilea en spaarverlof een voorziening opgenomen moet worden door een contante waardeberekening van de huidige én toekomstige verplichtingen. Door strikte toepassing van deze verplichting zouden wellicht alle huidige reserves in deze voorzieningen moeten worden overgebracht. Het ministerie van OCW heeft dit onderkend en is met het gehele onderwijsveld in overleg om een oplossing te zoeken die recht doet aan RJ 660, maar ook tegemoet komt aan de wens van schoolbesturen de vermogenspositie zoveel mogelijk omgemoeid te laten. Voor het jaren 2008 en 2009 mag de oorspronkelijk wijze van waarderen nog worden gehanteerd. Vanaf 2010 moet het nieuwe standpunt worden gehanteerd. Dit overleg is echter nog steeds gaande. Vooralsnog wacht Stichting IJsselgraaf de uitkomst van het overleg af. Indien de uitkomst dit pagina 4 exploitatiebegroting 2010 Stichting IJsselgraaf te Doetinchem
vraagt, zullen wij later met een begrotingswijziging komen. Met de tot nu toe gebruikelijke wijze van bepalen van de omvang van de voorziening BAPO is in deze begroting rekening gehouden. Gezien de bezuinigen door Het Ministerie van OCenW is de verwachting dat ook de gemeenten drastisch zullen moeten bezuinigen, hetgeen zal doorwerken naar het onderwijs. In de begroting 2010 is vooralsnog rekening gehouden met gelijkblijvende bijdragen. De PO-Raad heeft vorig jaar een onderzoek gedaan naar de materiële bekostiging in het primair onderwijs. Uit het onderzoek is duidelijk geworden dat een school met gemiddeld 200 leerlingen gemiddeld € 20.000 per jaar te weinig ontvangt om alle kosten te kunnen dekken. Voor Stichting IJsselgraaf zou dit neerkomen op ca. € 260.000. Financiering zal moeten plaatsvinden vanuit de personele exploitatie. Bij de opstelling van het formatieplan voor 2009-2010 is hier op geanticipeerd. In de begroting is rekening gehouden met opbrengst van de huidige effectenportefeuille groot rond € 1.200.000. In het kader van het herstelplan zijn per 31 juli 2009 alle tijdelijke aanstellingen beëindigd. Voor alle betrokken medewerkers is een uitkering bij het Participatiefonds aangevraagd. De verwachting is dat de betrokken ontslagaanvragen niet voldoen aan de zogenaamde instroomtoets en derhalve de uitkeringen tot 2012, t.z.t. alsnog ten laste van de Stichting IJsselgraaf zullen komen. Belang maximaal rond € 357.000. Hiermee is in zowel deze begroting als in de meerjarenbegrotingen rekening gehouden. In zowel 2010 als in 2011 is hiervoor een bedrag van € 100.000 opgenomen in de begroting. Ondertussen wordt geprobeerd een regeling met het bestuur van het Participatiefonds te treffen. In de begroting is rekening gehouden met een eenmalig bedrag voor reorganisatiekosten van rond € 758.000 voor 2010. Dit bedrag is als volgt te specificeren: Kosten IJsselgroep tot 1 juli 2010 € 164.000 Kosten BMC tot 1 juli 2010 € 85.000 Extra kosten vervangerspool € 36.600 Vertrekbevorderende maatregelen € 410.000 Te verrekenen uitkeringskosten Participatiefonds € 100.000 Besparing beleidsondersteuning centraal/decentraal € 37.500 -/-
Toelichting op de begroting in hoofdlijnen. Toelichting algemeen: De exploitatie sluit met een begroot negatief saldo van € 165.900. De regelgeving van het ministerie OCW geeft aan, in tegenstelling met de comptabiliteitsregeling die gemeenten hanteren, dat een begroting geschoeid moet zijn op bedrijfseconomische uitgangspunten. Dit impliceert dat eerst het saldo winst / verlies dient te worden vastgesteld en vervolgens een bestemming aan dit saldo moet worden gegeven. Als voorlopige keus wordt genomen het saldo ten laste te brengen van de algemene reserve. Deze is ruim voldoende om dit tekort te kunnen opvangen Toelichting 3.1.1 normatieve rijksbijdragen OCenW: Hier worden de personele en materiële lumpsum vergoedingen vermeld. Toelichting 3.1.2 overige subsidies OCenW:
pagina 5 exploitatiebegroting 2010 Stichting IJsselgraaf te Doetinchem
De geoormerkte rijksbijdragen omvatten o.a. de loonkostensubsidie onderwijsondersteunend personeel ( een regeling die voor de komende drie schooljaren geldt) en scholing overblijfmedewerkers. De niet-geoormerkte rijksbijdragen bevatten o.a. de subsidie compensatie schoolgewichten. Toelichting 3.5 overige baten: Onder de overige baten vallen zaken als deelnemersbijdragen, verhuur onroerende zaken, detachering van personeel en schenking en sponsoring. Toelichting 4.1.1 lonen en salarissen: De indeling van de lonen en salarissen is de indeling welke rechtstreeks uit de personeels- en salarisadministratie is te maken. Deze lasten omvatten alle betalingen en verplichtingen in het jaar ten behoeve van het personeel in loondienst. In het baten/lastenstelsel zijn dat niet alleen de daadwerkelijke uitgaven die gedurende het jaar worden gedaan (via RAET-systeem), maar ook alle nabetalingen, vakantiegelden, eindejaarsuitkeringen, betalingen in het kader Van de dag van de Leraar en (nog) te betalen sociale lasten, voor zover deze zijn toe te rekenen aan het boekjaar. Toelichting 4.1.2 overige personele lasten: Onder overige personele lasten zijn de niet rechtstreeks uit het salarissysteem betaalde kosten ondergebracht. Zoals de kosten van interim management, kosten inhuur derden, cursuskosten (nascholing), teamontwikkeling, kosten administratiekantoor, werving van personeel, reis- en verblijfkosten, bedrijfsgezondheidszorg / Arbo, de kosten van het bonus-malussysteem voor het Vervangingsfonds alsmede de dotaties aan de personele voorzieningen BAPO, spaarverlof en jubilea. Toelichting 4.2 afschrijvingen: Inventaris, leermiddelen en andere bedrijfsmiddelen die langer dan een jaar gebruikt worden, worden tegen de aanschafwaarde op de balans gezet. Vervolgens is bepaald hoe lang het bedrijfsmiddel gebruikt wordt of naar verwachting zal meegaan. Als dat bijvoorbeeld 9 jaar is, wordt elk jaar 1/9 deel van de aanschafprijs als kosten in de exploitatie opgenomen onder “afschrijvingen”. Uitgangspunt is dat meubilair 20 jaar meegaat, inventaris en apparatuur 12 jaar, leermethoden e.d. 9 jaar en computerhardware 5 jaar. De afschrijvingen zijn ondergebracht in drie categorieën. Bij de verplichte invoering van het jaarverslag in het primair onderwijs kreeg het onderwijs te maken met een andere benadering van aanschaf van duurzame middelen. In het verleden werd eerst gespaard voor de aanschaf. De gespaarde middelen werden ondergebracht in een voorziening door jaarlijks aan die voorziening te doteren. Als de voorziening toereikend was, kon worden aangeschaft. Bij de stelselwijziging moesten de bezittingen gewaardeerd worden en opgenomen op de balans. Toelichting 4.3.1 huren: Er is vanaf 2009 voor gekozen kosten voor de scholencomplexen als huur aan te merken. Toelichting 4.3.3 onderhoud: Aan de voorziening groot onderhoud dient ter egalisatie van de jaarlijks fluctuerende uitgaven, een vaste dotatie per jaar plaats. De werkelijke uitgaven aan onderhoud op basis van dit plan worden niet opgenomen in een exploitatiebegroting, maar worden rechtstreeks ten laste gebracht van de voorziening. Toelichting 4.3.4 energie en water: pagina 6 exploitatiebegroting 2010 Stichting IJsselgraaf te Doetinchem
In de Programma’s van Eisen 2009 is er volgens de wettelijke regels rekening gehouden met een prijsstijging van 3,9% voor energie. De verwachting is dat de gasprijzen volgens jaar met 10% zullen stijgen. De eerder genoemde tekorten op de materiële exploitatie zullen dus verder oplopen. In 2010 zal een stringente bewaking van het energiegebruik gaan plaatsvinden door het stafbureau. (De in materiële bekostiging begrepen component voor energie wordt in werkelijkheid 3x uitgegeven.) Toelichting 4.3.6 heffingen: Het betreffen hier enkel heffingen als zuiveringslasten etc. De publiekrechtelijke heffingen worden na betaling met de respectievelijke gemeenten verrekend.
Toelichting 4.4.1 administratie- en beheerslasten: Hieronder vallen posten als accountantskosten, kosten van het administratiekantoor, het onderhoudsbeheer, etc. Toelichting 4.4.2 inventaris, apparatuur en leermiddelen: Leermiddelen e.d. omvatten die middelen die slechts één jaar meegaan, zoals gebruiksmaterialen, werkboeken van leerlingen en educatieve software. Leermiddelen die langer dan een jaar meegaan worden gezien als investeringen waarop wordt afgeschreven. Daarnaast worden hier o.a. de kosten van licenties en kleine reparaties verantwoord.
Toelichting 4.4.4 overige lasten: Hieronder vallen met name de verantwoordingen van telefoonkosten, portikoste,n verzekeringskosten, representatiekosten, etc,. Toelichting 5.1 rentebaten: Financiële baten omvatten rente op spaarrekeningen en couponrente. De lasten kunnen bestaan uit rentekosten en kosten effecten. Het bestuur heeft op 17 november het voorgenomen besluit genomen deze begroting vast te willen stellen. Op 23 november is de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad om instemming gevraagd. Hierover wordt in de eerstvolgende GMR vergadering een besluit genomen. Op 8 december heeft het directieoverleg een positief advies over deze begroting afgegeven. Voor 15 januari legt het bestuur hem ter goedkeuring voor aan de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten. Na goedkeuring door de raden, stelt het bestuur de begroting vast. Indien vóór 1 februari van het jaar waarvoor de begroting geldt de begroting niet is goedgekeurd, nemen de raden de maatregelen die zij nodig achten om de continuïteit van het onderwijsproces te waarborgen.
Ons bestuur is van mening dat deze begroting een solide basis biedt voor de verdere toekomst. G.J. Bannink penningmeester a.i. Stichting IJsselgraaf.
pagina 7 exploitatiebegroting 2010 Stichting IJsselgraaf te Doetinchem