Zilveren Mannenkamp (1983-2007) 15 t/m 17 juni 2007 Dat het 25e Mannenkamp iets bijzonders moest worden stond buiten kijf. In maart kwamen de “hopmannen” Rien, Jack, Hans en Jan bij elkaar om de ideeën uit te wisselen. Uit alle hersenspinsels ontstond het idee om een zilvermijn te bouwen met daarom heen enkele bouwwerken die de avonturiers aan de noodzakelijke levensbehoeften zouden kunnen helpen. Natuurlijk is daarbij een saloon onontbeerlijk!. Net zoals een drugstore, smidse en jail. Dit alles zou geprojecteerd worden op de vlaktes van Udenwood op de camping aan de Old Forestway. Donderdag ochtend kwamen de kwartiermakers Rien, Jack, Maarten, Erik-Jan en Jan werkelijk gepakt en gezakt op het terrein aan. Voor ondergetekende was het de eerste keer dat hij deze opbouw van het kamp beleefde. Met verbazing en bewondering zag hij de doortastendheid aan. Eerst werd het hoofdverblijf geconstrueerd. Van een ongekende degelijkheid. Af en toe werd het bouwen onderbroken door een “stevige” discussie tussen de “voormannen”. Vervolgens werden de koelingen geïnstalleerd, want de kwaliteit van “de geneugtes des levens” staat hoog in het vaandel. De zilvermijn werd in de steigers gezet en het front voorzien van een degelijk stutwerk. Grote rotsblokken, waarin hier en daar het zilver al te zien was completeerde de ingang van de mijn. Aangezien beheerder Peter niet had toegestaan een gangenstelsel van zo’n 50 meter diep te graven, werd een zeer suggestieve schacht gebouwd. Deze was vele meters lang en eindigde op kruiphoogte. In het uiterste puntje zou men het zo begeerde zilver kunnen delven. Zij het onder omstandigheden die de nodige ontberingen zouden vergen. Om de buit goed te kunnen vervoeren was een kar op een rails absoluut een must. Aangezien de voormannen Rien en Jack niet voor een gat zijn te vangen kwam ook dit voor elkaar. De bielzen werden bewust wat ongelijk gelegd en de rails kreeg een knikje. Dit alles voor het juiste “kedengkedengeffect”. Intussen vorderde de bouw van de Western-city ook gestaag. De bouwsels kregen de stoere, ruige boomstammenlook en werden zelfs voorzien van deurtjes. De finishing touch en persoonlijke toevoegingen zouden de volgende dag door de beheerders worden gedaan. Als klap op de vuurpijl werd er door Jack een oven annex barbecue geïnstalleerd. Toen na gedane arbeid deze werd gevuld met afvalhout en briketten en al gauw de geurende rook uit de schoorsteen dwarrelde was het sfeertje compleet. De avond viel en het pleintje werd verlicht door de olielampen, die een schaduw wierpen op de donkere mijnschacht en de geveltjes. Geloof, dat de geroosterde en gerookte visjes samen met een welverdiende alcoholische versnapering hebben gesmaakt. Dat men bij mannen, die een dergelijke ruige stek betrekken, niet op al te veel discipline kan rekenen bleek wel op de vrijdagochtend. Om 11.00 uur zou het officiële startsein worden gegeven van het zilveren mannenkamp 2007. Maar één ding is in die 25 jaren wel duidelijk geworden. Flexibiliteit is een noodzaak.(let op comité 2008!!) Dus verzamelden we ons een uurtje of wat later. De conservator van het museum kreeg helaas maar enkele stukken aangereikt. Het clownspakje van Rik was een klapstuk en de ingelijste allereerste uitnodiging met foto’s van de beginjaren verdiende alle lof. Daarnaast kon men toch nog wel enkele historische documenten en attributen bewonderen. Terwijl de jongste gringo Finn de vlag vasthield werden de plannen voor de komende dagen onthuld. Zoals gebruikelijk zouden er weer wedstrijden worden gehouden op het scherpst van de snede. De verschillende ploegen
werden ingedeeld. Ter onderscheiding ervan kreeg iedereen een verschillend felgekleurde halsdoek. De eerste opdracht was het gebouw dat je als groep was toegewezen te voorzien van een toepasselijk uithangbord. Verder opleuken was ieders eigen initiatief. Zo werd er zelfs een lugubere galg aan de gevel van de jail gehangen en kreeg de saloon een ware metamorfose. Aan de afrastering werd het fietsje van Luc geknoopt, omgedoopt tot steel horse. Sheriff Uncle Walther, die traditioneel weer als scheids mocht opdraven honoreerde de saloon terecht als het beste bouwsel. Niet beïnvloed door de “verwensingen”en commentaren van de andere groepen. Iedere groep ontving daarna een jute zakje met daarin 17 zilveren stenen, die voorzien waren van een letter. Te samen vormden deze de naam van het stadje. Aangezien er een schitterend exclusief T-shirt met originele opdruk te verdienen was (met dank aan Maarten), ging men fanatiek aan de slag. Na een hint reageerde de saloon-groep als eerste. PEPPER AND SALT CITY. Een verwijzing naar het allereerste kamp in 1983 waar tijdens een receptie ter gelegenheid van het 15-jarig bestaan van camping Distelloo, het lijflied van de toenmalige mannenkampers was; “Hartelijk bedankt voor het peper en zoutstel, dat had je nou toch ècht niet moeten doen” Hoogste tijd voor een werkbezoek aan de zilvermijn. Terwijl de foerier zijn voorbereidingen ging treffen voor een stevige middaghap, stak iedereen zich in aangepaste kleding. De een wat inventiever dan de ander. Nadat Roze Roel met zijn dynamietstaven een geweldige explosie had veroorzaakt kon de strijd losbarsten. De laadkar werd bij het beginpunt van de rails gezet en op het startsein stormde de groep de mijn in met als doel zoveel mogelijk zilveren steenblokken te delven. De voorste man, die in het uiterste puntje moest graaien kwam er meestal besmeurd uit tevoorschijn. Sommige moesten heftige rookontwikkelingen ontberen en waar kwam toch steeds die lading water vandaan? Tot slot werden er vier rotsblokken gedolven waarin het getal 25 in zilver verborgen kon zijn. Uiteraard waren de vinders ervan de winnaars van dit wedstrijdelement. De hongerige magen begonnen op te spelen. Vanuit de gaarkeuken begon zich al een aangename geur te verspreiden. Chief Joop alias Hans verdeelde de taken, zodat door diverse handen een smaakvolle Amerikaanse Burger werd bereid. Met sla, juin en veel curry. Het “afblussen” was een veelgebruikt excuus. Wat weer resulteerde in wat “onenigheid” dat nodig moest worden uitgevochten met een onvervalst duel. Dus ruggen tegen elkaar, twee passen, draaien en…….schieten. De uit Frankrijk geïmporteerde schietijzers werden geladen met pijltjes met zuignappen. Werd je in het hart (rode placemat van Mariëtte) geraakt dan leverde dat punten op bij de rivaal. Zeker als je pijltje bleef plakken. Aangezien de chefkok zijn kokspak, inclusief muts tevoorschijn had gehaald, werden er weer wat handjes gevraagd. Een smaakvolle, voedzame salade werd in een “lijntje” samengesteld. Bonensoep, pittige sparerib en een stevige saté stonden verder op het menu. De soep (niet uit een blik) was behandeld met oosterse kruiden, wat de nodige reacties opriep. Verder was er weinig te klagen en onderging de kok de vele complimenten minzaam. De mannen met de beste pokerfaces verzamelden zich de vrijdagavond rond instructeur Dave en waren al snel verdiept in het razend populaire pokerspel. De gezichten soms verstopt achter grote rookpluimen veroorzaakt door de dikke Havanna’s. (roken is schadelijk voor het zicht) Zaterdagochtend stond traditioneel in het teken van het bakken van eieren met spek. Al jaren de specialisatie van Big Jack. Daarna kon het regenbuitje niet deren toen we op weg gingen
naar Udenhout. Bij café Boslust werd de trip onderbroken, om onder het genot van een eerste drankje (de meesten koffie) aan te horen welke activiteit we gingen ondernemen. Om in stijl te blijven was er gekozen voor geweerschieten en wel op de z.g. “wipboom”. Afgevaardigden van Gilde St. Antonius-St. Sebastiaan instrueerden de groep in het wipvogelschieten. Het enthousiasme van de mannen was zeer groot. Met veel belangstelling werden elkaars scores gevolgd. De finale (een broederstrijd tussen E.J. en M) werd gewonnen door M. Een medaille was de beloning van het Gilde. De mannenkampers zorgden voor een rondrit op de platte kar. Een alom gewaardeerde activiteit. Niet in het minst voor Little Kid Luc, die honderden kogelhulsjes verzamelde. Ze kregen amper tijd om te vallen! Tijd daarna om de weg te vervolgen om, na een foeragebezoek aan de supermarkt, als vanouds de viskraam te bestormen voor het scoren van een harinkje of bakje kibbeling. Na de smaakvolle lunch kreeg iedereen de geest. Het was playtime. Het ene na het andere spelelement werd met het nodige fanatisme gespeeld. Wie brengt het snelste zakken zand over vanuit de mijn, welke ploeg raakt de meeste blikken voor de etalage van de drugstore, wie laat zijn geketende celgenoot zo snel mogelijk ontsnappen uit de jail en wie gooit de meeste hoefijzers om een paaltje. Als er volop feest is in de saloon dan worden de volle bierpullen over de bar geschoven. Wie kan dit kunstje het beste? Bij langdurige opsluiting in de jail, slaat de verveling al gauw toe. De opgekropte frustratie en agressie kan men dan goed kwijt met spijkers meppen in een boomstam. Ditzelfde geldt voor het buigen van de bij de smederij gevonden ijzeren staven. Een tweetal beheerders van de smederij; Black Jim en Dirty Stef nodigden ieder uit om aanwezig te zijn bij het gieten van de herdenkingsmunt ter gelegenheid van 25 jaren Mannenkamp. Aan Old John de eer om het eerste exemplaar te gieten. Weer een toppunt van creativiteit van de mannenkampers. Aan iedereen werd een zeer oorspronkelijke munt aangereikt met een beeltenis erop dat het jaarlijks evenement weerspiegelt. Een sheltertent, waaruit een hand steekt met een schuimige bierpul. Prachtig bewaarexemplaar. Alsof de darmen met het over het algemeen hete voedsel nog niet genoeg geteisterd waren stond er een Mexicaanse rijstschotel met karbonade op het avondmenu. Het “stronge” ervan zou men pas later, gezeten achter een gesloten deur ervaren. Maar iedereen deed zich weer te goed. Hoe groot was de verbazing, bij sommigen de verbijstering, toen daar van uit het niets een in complete zwarte outfit gestoken Nashviller opdook En na hem, nog eentje….en nog eentje….en nog……. Verdomd het was een heel nest. Een mannetje, vier vrouwtjes. Allemaal in het zwart. Achter op de rug in het fluorescerend groen; THE NASHVILLE LINE DANCERS. Wat krijgen we nu? was bij zowel iedereen de grote vraag. Na een vriendelijk onthaal lokte de leader ons allemaal naar de vlakke weide. De cowboyoutfit was door ieder tevoorschijn getoverd en daar ging het zootje ongeregeld. Uitlijnen lukte nog wel. Maar dan al die pasjes onthouden. Hilarisch is misschien wel het juiste woord. Terwijl iedereen dacht dat het een bizarre intermezzo van een minuut of twintig zou zijn, ging leader Adri onvermoeibaar door met zijn instructies. Terwijl de een na de ander afhaakte bleken er zowaar ook nog talenten te zijn. Smooky René hoorde daar zéker niet bij. Zijn onbedaarlijke lachbuien onderbrak hij met bewegingen die meer leken op oefeningen voor Kung Fu. De diehards daarentegen konden zelfs worden verleid tot een tweede sessie. Amper bekomen van dit entertainment diende de volgende attractie zich al aan. Guus met zijn broer Marc (of waren het de Bart Chabot brothers?) hadden besloten om het concert in Eindhoven te laten voor wat het was en trakteerden het gezelschap op een gezellige sing-a-long act. Gueststar; Big Jacky Het werd een avond om nooit te vergeten. Over deze happenings zal nog lang, héél lang worden nagesproken.
De avond viel. Het decor kwam in de donkerblauwe lucht fantastisch tot zijn recht. Het schijnsel van de kaarsen en olielampen gooide er nog een schepje bovenop. Helaas waren de door de organisatie bestelde aasgieren een paar dagen te laat. Die hadden het plaatje namelijk moeten completeren. Zie het voor je, zo’n groot beest met een spanwijdte van bij 2,5 meter op het dak van de jail.
The Dancers bleven nog een hele poos te gast. Zelfs toen het grootste gedeelte mét of zonder smile op het gezicht de slaap probeerde te pakken. Allemaal Line Dancers in de dop? We zullen het zien. Zondag 17 juni. Vaderdag!! Een dag waar de kids al een tijdje mee bezig zijn geweest. Van zo’n gebeurtenis op de vaderdagochtend is het altijd leuk deelgenoot te zijn. Nadat Luc de slaap uit zijn ogen gewreven had, was zijn eerste vraag of hij zo’n pistooltje met pijltjes mocht houden. Voor de zekerheid had hij het maar onder zijn kussen bewaard. Toen zijn vraag bevestigend beantwoord was, kwam papa aan de beurt. Die was heel blij met het met vlijt vervaardigd kunststuk; een peer. “Een toffe peer” benadrukte het zoontje. Van het versje uit zijn hoofd leren was niets gekomen. Michel werd door Finn verrast met een kunstwerk, terwijl de grotere zonen de liefde voor de kunst door hun vaders wat lager inschatten. Meestal bestaat hun versje ook maar uit één woord; Proost! Deze ochtend kon men zelfs kiezen tussen traditioneel gebakken eitjes of onvervalste scrambled eggs. Het zilveren mannenkamp naderde het einde. Het woord werd aan sheriff Uncle Walther gegeven. Was het de vermoeidheid van de mannen dat hij zonder boe-geroep de uitslag van de titanenstrijd bekend kon maken? De saloon-groep werd de trotse winnaar van de Pepper and Salt Trophy. Om voldoende aandacht te geven aan de dames die ons in de loop van de middag zouden komen opzoeken was er bedacht om na het ontbijt in ieder geval alle eigen tenten op te ruimen en afgesproken dat iedereen de handjes zou laten wapperen om het hoofdverblijf en de Pepper and Salt City af te breken. Zoals verwacht konden we op deze sportiviteit rekenen en kregen de dames meer dan terechte aandacht. De laatste gezamenlijke fietstocht kon natuurlijk niet ontbreken. Op naar Giersbergen, waar men ons in het plaatselijke café al goed kent. Er werden een paar lekkere consumpties genuttigd en er werd een afsluitend woordje gedaan. Old John sprak van een onvergetelijke viering van het 25e Mannenkamp, wat waarschijnlijk door iedereen kan worden bevestigd. Dank ook aan de vele breinen, inzet en handjes die dit mogelijk hebben gemaakt. Het comité voor 2008 werd vervolgens samengesteld. Dave, Marijn, Bart, Roel en Jim zijn de gelukkigen. Veel succes!! We begaven ons weer naar “de tafel des overvloeds”. En konden weer alle kanten op om de honger te stillen. Ondertussen waren ook de champagneglazen in gereedheid gebracht en waren de flessen brut uit de koeling gehaald. De dames moesten stijlvol worden onthaald. “Daar zijn ze!!!” werd er geroepen. Alle hoofden draaiden naar de entree van het veld. Kleurrijk gekleed, luid zingend en de handen vol, waren daar onze geliefden. Kosten nog moeite gespaard om ons jubileum op gepaste wijze te herdenken. Verkleed als interieurverzorgsters kwamen ze het zilver poetsen.
Wat een origineel idee!!. Daarnaast had men voor elke mannenkamper een grote placemat met daarop afgedrukt een fotocollage van 25 jaren. Alsof dit nog niet genoeg was had men taart, taartjes en hartige hapjes meegebracht. De kinderen hadden natuurlijk het vaderdagversje en daarbij behorend cadeautje paraat. Dames, heel, heel hartelijk bedankt voor al die moeite.
Om 16.00 uur werd door de voormannen het sein gegeven om op te breken. Binnen drie kwartier was het terrein weer teruggegeven aan de natuur en konden we nog even nakeuvelen op het terras van Peter. Gelukkig ver van total loss bestegen we onze stalen rossen richting de huiselijke sponde. Onderweg was het nagenieten en nu al werden de belevenissen als maar sterker en sterker. Moet je over 25 jaar eens horen!! Wellicht is dan het museum van Luc, dat hij nu heeft ingericht, inmiddels veel te klein. Wie waren er? De jail werd bemand door Hans, Martijn, Maarten, Egbert en Koen (tevens cineast) en de saloon bestierd door Jack, Paul, Dave, Marijn en Bart. De smederij beheerders waren Rien, Stefan, Michel, Finn, Jim en Walter en als detaillisten van de drugstore traden op Erik-Jan, Luc, Geert, Roel, René en Jan Namens de lustrumcomissie; Hans, Rien, Jack en Jan OLD JOHN