LITURGIE VAN DE EREDIENST
op zondag 31 maart 2013 (1e Paasdag), aanvang 09.45 uur in de Oosterholthoeve in deze dienst: OPENBARE GELOOFSBELIJDENIS
Voorganger: Ouderling van dienst: Organist: Koster:
ds. J.A. Brussaard J.W. de Vente Th. Snoeijer W. Smit
met medewerking van muziekgroep
Welkom en mededelingen
Zingen - God dank laat iedereen het horen (OTH 92, melodie Ps. 118) God, dank! Laat iedereen het horen; Christus is waarlijk opgestaan! Wij gaan niet in de nacht verloren – Pasen: de grote dag breekt aan! Geen grafsteen houdt het zonlicht tegen, een engel kondigt stralend aan: Ziet waar zijn lichaam heeft gelegen, waarlijk, de Heer is opgestaan! God dank! De hemel heeft gesproken: Wie zoek gij toch? Hij is hier niet! Een nieuwe lente is ontloken, vreugde begraaft het diepst verdriet. God lof! De nacht is overwonnen, het daglicht krijgt voorgoed ruim baan, de toekomst is vandaag begonnen – waarlijk, de Heer is opgestaan!
Zingen - De Heer is waarlijk opgestaan (OTH 352, wisselzang) De Heer is waarlijk opgestaan, halleluja! Jezus deed de dood teniet. Zing daarom het hoogste lied. De Heer is waarlijk opgestaan, halleluja!
(allen)
Vrouwen uit Jeruzalem kwamen vroeg en zochten Hem. De Heer is waarlijk opgestaan, halleluja!
(vrouwen)
En hoe groot was hun verdriet, want zij vonden Jezus niet. De Heer is waarlijk opgestaan, halleluja!
(mannen)
Maar een engel sprak hen aan: 'Die gij zoekt is opgestaan.' De Heer is waarlijk opgestaan, halleluja!
(vrouwen)
'Denkt toch aan Zijn eigen woord, dat gij vroeger hebt gehoord.' De Heer is waarlijk opgestaan, halleluja!
(mannen)
'Hij, de grote Mensenzoon, gaat door 't graf heen naar Zijn troon'. De Heer is waarlijk opgestaan, halleluja!
(allen)
'Zoekt Hem bij de doden niet, maar zingt mee het hoogste lied'. De Heer is waarlijk opgestaan. Halleluja
(allen)
Zingen - Ik zeg het ieder dat Hij leeft (Gez. 64) Ik zeg het ieder, dat Hij leeft, dat Hij verrezen is, dat Hij ons niet verlaten heeft, maar altijd bij ons is. Verzonken ligt nu in de vloed de gruwel van de dood: wij gaan een toekomst tegemoet, die Hij voor ons ontsloot. Een leven dat Hem dankbaar dient, een mond die zingt Zijn lof, zijn als een zaad, nu in de kiem, straks bloeiend in Zijn hof. Hij leeft, is bij ons met Zijn kracht, als alles ons verlaat. Wij loven Hem, die op deez' dag alles heeft nieuw gemaakt.
Stil gebed
Votum en groet
Zingen - Psalm 108 : 1 Mijn hart, o Hemelmajesteit, is tot Uw dienst en lof bereid. 'k Zal zingen voor de Opperheer; 'k zal psalmen zingen tot Zijn eer. Gij, zachte harp, gij schelle luit, waakt op; dat niets uw klanken stuit'; 'k zal in de dageraad ontwaken, en met gezang mijn God genaken.
Lezing van de wet
Zingen - Psalm 86 : 6 Leer mij naar Uw wil te hand'len, 'k zal dan in Uw waarheid wand'len; neig mijn hart, en voeg het saâm tot de vrees van Uwe naam. HEER, mijn God, ik zal U loven, heffen 't ganse hart naar boven; 'k zal Uw naam en majesteit eren tot in eeuwigheid.
Gebed
Schriftlezing - Johannes 20 : 1 - 10 En op de eerste dag van de week ging Maria Magdalena vroeg, toen het nog donker was, naar het graf, en zij zag dat de steen van het graf afgenomen was. 2 Daarom snelde zij terug en ging naar Simon Petrus en naar de andere discipel, die Jezus liefhad, en zei tegen hen: Ze hebben de Heere uit het graf weggenomen, en wij weten niet waar zij Hem neergelegd hebben. 3 Petrus dan ging naar buiten, en de andere discipel, en zij kwamen bij het graf. 1
En die twee liepen samen, maar de andere discipel snelde vooruit, sneller dan Petrus, en kwam als eerste bij het graf. 5 En toen hij vooroverboog, zag hij de doeken liggen, maar toch ging hij er niet in. 6 Simon Petrus dan kwam en volgde hem, en ging het graf wel binnen en zag de doeken liggen. 7 En de zweetdoek, die op Zijn hoofd geweest was, zag hij niet bij de doeken liggen maar afzonderlijk, opgerold, op een andere plaats. 8 Toen ging ook de andere discipel, die het eerst bij het graf gekomen was, naar binnen, en hij zag het en geloofde. 9 Want zij kenden de Schrift nog niet dat Hij uit de doden moest opstaan. 10 De discipelen dan gingen weer naar huis. 4
Wij geven onze gaven - 1) Diaconie 2) Kerk en Eredienst 3) Studiefonds Gereformeerde Bond
Zingen - Psalm 21 : 4, 5 en 13 Hij heeft, o God, van U begeerd het onvergank'lijk leven; Gij hebt het hem gegeven. Zo zijn de dagen hem vermeêrd; zo leeft de Vorst altoos; zo leeft Hij eindeloos. Hoe groot en schitt'rend is zijn eer, door 't heil, aan hem bewezen! Hoe is zijn roem gerezen! O alvermogend' Opperheer, wat glans, wat majesteit hebt Gij die Vorst bereid! Verhoog, o HEER, Uw naam en kracht; zo zal ons vrolijk zingen door lucht en wolken dringen; zo wordt Uw heerschappij en macht door ons, nog eeuwen lang, geloofd met psalmgezang.
Verkondiging - Thema : houdt de gang erin!
Zingen - Geprezen zij de Heer (OTH 91) Geprezen zij de Heer, die eeuwig leeft. Die vol ontferming ieder troost en alle schuld vergeeft. Die heel het aard gebeuren vast in handen heeft. Hem zij de glorie, want Hij die overwon, zal nooit verlaten wat Zijn hand begon. Halleluja. Geprezen zij het Lam, dat de schuld der wereld op zich nam. Verdreven is de schaduw van de nacht. En wie Hem aanvaarden wil wordt eens veilig thuis gebracht. Voor Hem geldt ook dit wonder: alles is volbracht. Hem zij de glorie, want Hij die overwon, zal nooit verlaten wat Zijn hand begon. Halleluja. Geprezen zij het Lam, dat de schuld der wereld op zich nam.
Lezing van het formulier bij de openbare geloofsbelijdenis Gemeente des Heeren, een aantal broeders en zusters heeft het verlangen om in uw midden persoonlijk en openlijk belijdenis van het geloof af te leggen, opdat zij mogen delen in de volle gemeenschap van de kerk. Zij worden hierdoor tot het Heilig Avondmaal toegelaten en dragen medeverantwoordelijkheid voor de opbouw van de gemeente van Christus. Wij geloven en belijden dat God in Christus zijn kinderen vergadert uit alle rassen en volken en hen verenigt tot één lichaam, waarvan Jezus Christus het hoofd is en wij de leden zijn. In de Heilige Doop wordt ons verklaard en verzegeld, dat wij in Gods genadeverbond opgenomen zijn. Daarom behoren wij als leden van Christus' gemeente gedoopt te zijn. Daarmee dragen wij Zijn merk- en veldteken. In het Heilig Avondmaal, waar Christus ons brood en wijn geeft als tekenen en zegelen van Zijn gekruisigd lichaam en Zijn vergoten bloed, verbindt Hij ons telkens opnieuw tot de waarachtige gemeenschap met
zichzelf en met elkaar. Zo verenigd met Christus, zijn wij geroepen met woord en daad Hem te belijden als Heere en Heiland, en Gods Koninkrijk te verkondigen en te verwachten. De kerkenraad heeft, na gehoord te hebben over jullie geloof en kennis van de waarheid, met vertrouwen en blijdschap in jullie voornemen toegestemd. Esther Vahl zal namens allen iets zeggen over de motivatie om openbare geloofsbelijdenis af te leggen. Nu jullie belijdenis van het geloof willen afleggen, verzoek ik jullie om in dankbare gehoorzaamheid aan de heilige Schrift en in gemeenschap met de belijdenis van de vaderen, te antwoorden op de volgende vragen : Ten eerste: Belijd je te geloven in God, de Vader, de Almachtige, Schepper van hemel en aarde, en in Jezus Christus, Zijn eniggeboren Zoon, onze Heere, en in de Heilige Geest? Ten tweede: Aanvaard je de roeping om, als lid van de gemeente, die God zich in Christus tot het eeuwige leven verkoren heeft, door Zijn genade tegen de zonde en de duivel te strijden, je Heiland te volgen in leven en sterven, Hem te belijden voor de mensen en met blijdschap te arbeiden in Zijn Koninkrijk? Ten derde: Wil je, in de gemeenschap van de algemene christelijke kerk, waarvan ook de Protestantse kerk in Nederland een gestalte is, en onder haar opzicht, getrouw zijn onder de bediening van het Woord en de sacramenten, volharden in het gebed en in het lezen van de heilige Schrift en wil je met de jou geschonken gaven meewerken aan de opbouw van de gemeente van Christus?
Openbare belijdenis van het geloof (onder handoplegging) door: Gerco Bouma Willem-Jan Brink André van Ittersum Jenieke Klooster Nico Prins Janine Koopman Enrico Last Marlies Last - Zwep Wienanda Penninkhof Bennie Schut Gerrit Talen Esther Vahl, Dirk-Jan van Werven
Opneming onder de belijdende leden van de gemeente Uit kracht van jullie doop en als gevolg van jullie persoonlijke belijdenis van het geloof verklaren wij jullie, in de gemeenschap van de Kerk van Christus, tot belijdende leden van de Protestantse Kerk in Nederland en nodigen jullie tot de tafel des Heeren. De God nu van alle genade, die jullie in Christus geroepen heeft tot Zijn eeuwige heerlijkheid, Hij zal jullie volmaken, bevestigen, versterken en funderen. Hem zij de heerlijkheid en de kracht in alle eeuwigheid. Amen.
Zingen - U bent de God die roept (OTH 160) (door de nieuwe belijdende leden)) U bent de God die roept, mijn hart en leven zoekt; Die mij gevonden heeft, het eeuwig leven geeft. Als aan U toegewijd, mijn hart en mond belijdt: Ja, Jezus is mijn Heer, dan kniel ik voor U neer. Ik heb jou gekozen, opgedragen om mijn weg te gaan, in Mij blijvend vrucht te dragen, ga dan in mijn Naam.
Refrein:
Heer, wij zeggen ja en amen, brengen U daarvoor de eer. Wij belijden allen samen, Jezus onze Heer.
Mijn Jezus, geef mij kracht, als ik Uw hulp verwacht. Voltooi in mij Uw werk, en maak in zwakheid sterk. Als U mijn wegen leidt, in moeite en in strijd, houd ik gelovig stand; Heer, neem me bij de hand. Blijf in mijn liefde, alle dagen; in liefde voor elkaar. Wat je de Vader ook wilt vragen, vraag het in mijn Naam. Refrein:
Heer, wij zeggen ja en amen, brengen U daarvoor de eer. Wij belijden allen samen, Jezus onze Heer. Belijden onze Heer, Jezus onze Heer, Jezus, Amen.
Zingen - Avondzang : 7 (gewijzigde tekst; melodie Psalm 134) (staande) O Vader, dat Uw liefd’ hen blijk’; o Zoon, maak hen Uw beeld gelijk; o Geest, zend Uwe troost hen neer; Drie-enig God, U zij al d’eer.
Slot formulier Geliefde broeders en zusters in de Heere, nu jullie door jullie belijdenis in alle voorrechten van het lidmaatschap van de Kerk van Christus delen mogen, bedenkt te allen tijde dat je medeburgers van de heiligen bent en huisgenoten van God, gebouwd op het fundament van apostelen en profeten, waarvan Jezus Christus Zelf de hoeksteen is; op Hem word je ook mede gebouwd tot een woning van God, in de Geest.
Persoonlijk woord
Gemeente van Jezus Christus, nu u de belijdenis van deze broeders en zusters hebt gehoord en hun toelating tot het Heilig Avondmaal hebt vernomen, bevelen wij hen aan in uw liefde en zorg, als leden, die met ons één zijn in de Heere. Gedenk de woorden van onze Heere Jezus Christus: ‘Een nieuw gebod geef Ik u, dat u elkaar liefhebt; zoals Ik u liefgehad heb, moet u ook elkaar liefhebben. Hierdoor zullen allen inzien dat u discipelen van Mij bent: als u liefde onder elkaar hebt.’
Dankgebed en voorbede
Zingen - U zij de glorie (OTH 110) (staande) U zij de glorie, opgestane Heer! U zij de victorie, nu en immermeer! Vol van licht en luister daalt de engel af en verbreekt de kluister van `t verwonnen graf. U zij de glorie, opgestane Heer, U zij de victorie, nu en immermeer! Zou ik nog vrezen? Christus leeft voorgoed, Die met heel mijn wezen ik beminnen moet. Hij is mijn victorie, troost en toeverlaat, Die mij in Zijn glorie eeuwig delen laat! U zij de glorie, opgestane Heer, U zij de victorie, nu en immermeer!
Zegen
Na afloop van de dienst is er gelegenheid de nieuwe belijdende gemeenteleden de hand te drukken en Gods zegen toe te wensen
Gerco Bouma Door het doen van belijdenis wil ik de Heere een antwoord geven op mijn doop. Bij de doop heeft de Heere mij aangenomen als Zijn kind. Door mijn belijdenis wil ik op deze doop antwoorden dat ik ook de Heere wil volgen. Dankbaar ben ik dat ik een volgeling van de Heere mag zijn. Ik zie het geloof niet als iets makkelijks, maar door intensief bezig te zijn met het geloof ervaar ik de kracht en leiding van God in mijn leven.
Willem-Jan Brink Ik doe belijdenis omdat de Heere bij mijn doop voor mij heeft gekozen, nu kies ik voor Hem omdat ik bij Hem wil horen. Als ik om me heen kijk kan ik me niet voorstellen dat alles gewoon zomaar is ontstaan en dat alles zomaar gebeurt. Door naar de kerk te gaan, in de Bijbel te lezen, catechisatie te volgen en me er meer in te verdiepen ben ik gegroeid in mijn geloof. Hij is er altijd als wij Hem nodig hebben, Hij zorgt voor ons en geeft het eeuwige leven. Ik ben Hem dankbaar voor Zijn onmetelijke grote liefde die Hij aan ons geeft.
André van Ittersum Vandaag wil ik mijn geloof belijden, omdat ik weet dat God goed is. Hij is het die mijn leven geleid heeft en mij in de toekomst ook wil leiden door Zijn Woord en Geest. Het mooiste wonder is dat Hij door de dood en opstanding van Jezus mij vergeving van zonden gegeven heeft en ook mijn Vader is. Om deze redenen weet ik: God is goed, ook voor mij!
Jenieke Klooster Waar ik me bewust van geworden ben is dat God bij de doop het initiatief genomen heeft om een verbond met mij aan te gaan. God heeft, hoe klein ik toen nog was, ja tegen mij gezegd en daarmee beloofd dat Hij mij nooit meer zal loslaten en altijd voor me zal blijven zorgen. Wat een mooie belofte! Verder heb ik de genade van God gekregen, iets wat ik helemaal niet verdiend heb, maar God heeft Zijn zoon Jezus naar de aarde gezonden. Hij is voor mij aan het kruis gestorven en heeft al mijn zonden toen meegenomen, waardoor ik nu in vrijheid mag leven! En nu wil ik heel graag tegen God ja zeggen, omdat de trouw van dit verbond en de trouw van deze genade in heel mijn leven merkbaar is.
Nico Prins Ik wil graag samen met God leven en geloof dat Jezus voor mijn zonden aan het kruis is gestorven. God heeft met de doop gezegd dat Hij mijn Vader is! En nu vraagt God aan mij of ik Zijn kind wil zijn. Daar wil ik vandaag graag ja op zeggen.
Janine Koopman Belijdenis doen is voor mij een antwoord op mijn doop. Bij de doop heeft God al ´ja´ gezegd tegen mij, daarom wil ik nu ´ja´ tegen Hem zeggen. Ik mag weten dat ik een kind van God ben en dat vind ik erg bijzonder. Ik wil graag een schaap van Zijn Kudde zijn en van daaruit leven.
Enrico Last Toen ik het begin van het seizoen besloot belijdenis catechisatie te volgen had ik het gevoel/beeld dat als je belijdenis zou doen, je toch wel zeker van je geloofsleven moest zijn. Ik ben er vooral achter gekomen dat belijdenis doen en aan het avondmaal gaan juist voor de onzekere christen bedoeld is om daar kracht uit te kunnen putten, daarom zou ik graag openbare belijdenis van mijn geloof willen doen.
Marlies Last-Zwep Afgelopen jaar is er veel veranderd in mijn leven, vaste baan, huis gekocht, getrouwd en ik ben de belijdeniscatechisatie gaan volgen. Enrico en ik hebben veel gesprekken over het geloof gehad en nu weet ik dan dat ik klaar ben om belijdenis te doen. God zei 24 jaar geleden ja tegen mij en nu wil ik graag ja tegen Hem zeggen. Daarom sta ik hier en zeg: ja, ik geloof dat Jezus voor mij en mijn zonden gestorven is.
Wienanda Penninkhof Een God die zo goed is, zet de eerste stap om zondige mensen te willen redden. Wanneer ik dit tot mij door laat dringen, is dat zo bijzonder. Dan kan ik zeggen dat ik God zo dankbaar ben dat ik Hem persoonlijk heb leren kennen! Daarom kan ik niets anders doen dan oprecht ‘JA’ zeggen, knielen voor God en Hem danken!
Bennie Schut Voor mij is belijdenis doen een ja-woord geven aan God. Om voor Hem te leven, ook al heb je goede en mindere perioden in je leven. Ik weet dat we niet zonder Hem kunnen leven. Hij heeft al ja tegen mij gezegd en ik heb Hem 23 jaar laten wachten. Natuurlijk maakt het mij zenuwachtig en komen er vragen naar boven of dit het moment is om belijdenis te gaan doen. De ene dag leef je heel dicht bij Hem en de andere dag is het precies andersom. Ik doe belijdenis omdat Hij mij niet verlaat maar me juist opbouwt, ja zo opbouwt dat het nu de tijd is om mij over te geven aan Hem. Hoe kan ik dit beter doen dan openbare belijdenis af te leggen voor jullie allen. Gerrit Talen Ik doe belijdenis omdat ik in de afgelopen jaren God heb leren kennen in mijn leven. Omdat ik niet meer zonder Hem wil en kan, Hem wil ik volgen. Degene die mij alles geeft, al mijn hele leven en ik weet dat Hij dat altijd zal blijven doen. Voor die opgestane Heer wil ik leven.
Esther Vahl Ik doe belijdenis voor God en de gemeente, omdat ik graag voor God en met God wil leven en Zijn weg wil gaan. Ik weet dat ik dit zelf niet kan, maar dat ik achter Jezus aan mag gaan. Hij heeft de straf voor mij gedragen, de dood overwonnen en vergeving voor mij mogelijk gemaakt. Dankzij Hem mag ik leven van Gods genade en liefde.
Dirk-Jan van Werven Ik doe belijdenis omdat ik mijn leven aan Hem wil geven. Ik heb niet altijd even veel met het geloof gehad, maar ik weet dat hij altijd mijn leven geleid heeft en dat hij altijd naast mij gestaan heeft in moeilijke tijden. Ik ben dankbaar dat Hij mij naar dit punt in mijn leven heeft gebracht. De rest van mijn leven wil ik met hem gaan. Daarom zeg ik ja en Amen!
De handoplegging in de dienst van openbare geloofsbelijdenis
Na het uitspreken van het jawoord knielt hij/zij neer , waarna de predikant de hand(en) op het hoofd legt en een woord uit de Bijbel meegeeft. De handoplegging als gebaar van zegening, komen we in de Bijbel regelmatig tegen. Bijvoorbeeld in Genesis 48:14: Jakob zegent zijn kleinzonen Efraïm en Manasse, terwijl hij zijn handen op hun hoofden legt. Van de Heere Jezus wordt verteld dat Hij de kinderen die bij Hem gebracht werden, de handen oplegde en zegende (Markus 10:16). Ook zegende Hij zo zijn discipelen bij Zijn hemelvaart (Lukas 24:50). In Handelingen 8:17 en 19:6 komen we de handoplegging tegen in verband met de doop en het ontvangen van de Heilige Geest. In 1 Timotheüs 4:14 wordt gesproken over de handoplegging om daarmee bijzondere geestelijke gaven mee te delen. Deze voorbeelden, die met andere aan te vullen zijn, maken duidelijk dat we met een voluit bijbels gebruik te maken hebben. Een symbolische handeling met geestelijke waarde, die in de Vroege Kerk vaak werd toegepast. Vanouds kennen wij in onze kerken nog de handoplegging bij de huwelijksinzegening en bij de bevestiging van predikanten. Intussen wordt de handoplegging bij de openbare geloofsbelijdenis (en ook bij de bevestiging van ouderlingen en diakenen) steeds vaker gebruikt en zo een plechtige en betekenisvolle handeling in ere hersteld. Betekenisaspecten van de handoplegging bij de openbare geloofsbelijdenis: • De relatie met de kinderdoop wordt sterker benadrukt. Gods belofte van genade en trouw, al in de Heilige Doop geschonken, wordt herhaald en in dit uur bevestigd. • De persoonlijke betrokkenheid en geloofskeuze van de catechisanten komt duidelijker tot uitdrukking. Het geloof is niet maar een kwestie van het hoofd, maar van ons hele bestaan: van hoofd, hart en handen. Met lichaam en ziel worden we bij de dienst van God betrokken. • De zegen die de nieuwe belijdende gemeenteleden van God ontvangen wordt zichtbaar en tastbaar gemaakt en zo geconcretiseerd en geïntensiveerd. • Het verlenen van het ambt van alle gelovigen aan de nieuwe belijdende leden. Een teken van de kracht van de Heilige Geest, waardoor zij toegerust worden tot het gebruiken van hun gaven in de dienst van God en Zijn gemeente.
