Literair Landschap • 03
Inleiding
Middeleeuws riviertje
Zo begint J.J. Schilstra zijn standaardwerk over de dijk. Het gebied waarin wij gaan fietsen kent een rijke historie. De eerste bewoners vestigden zich er zo’n drieduizend jaar geleden op strandwallen, een soort lage duinen. Bewoners werden weer verdreven omdat de grond te drassig werd, maar tussen 800 en 1000 raakte het gebied definitief bewoond. De bodem zakte in en er moesten dijken worden aangelegd. Zo rond 1250 wordt er in stukken melding gemaakt van één gesloten dijk rond West-Friesland.
Hoe zit dit boekje in elkaar?
Er is langer aan gewerkt dan aan de piramiden, kathedralen en de Chinese muur. Er is in de loop der eeuwen meer en langer over geordonneerd, geruzied en gesproken dan over welk bouwwerk in ons land ook.
Tijdens onze route ontmoeten we veel historische overblijfselen die herinneren aan de voortdurende strijd tegen het water. We zien de dwangburchten van Floris V, die zich in zijn leven hoofdzakelijk met twee zaken bezighield: de onderwerping van de West-Friezen en de strijd tegen het water. We zien herinneringen met een persoonlijke noot. Zoals op een monument ter gelegenheid van een dijkdoorbraak bij Schardam: de ellende van mens en beest is niet te beschrijven. Mocht er in vroeger eeuwen zijn geruzied en getwist. De dijk rijst nu als een stoer monument op uit het landschap. Wij gaan echter niet ruziën, ordonneren of volken onderwerpen, maar fijn fietsen.
De route
De Omringdijk is 126 km lang. Onze route doet daar nog een schepje bovenop en komt in totaal uit op 145 km. Dit komt omdat wij af en toe de dijk verlaten. Soms vrijwillig om een schilderachtig dorpje te bezoeken, soms min of meer gedwongen als de dijk wreed doorsneden wordt door modern verkeersgeweld of door een onaantrekkelijk gebied voert met nuttige, maar helaas lelijke industrie.
De route begint in Alkmaar waar het even wat zoeken is naar de dijk, maar we vinden die spoedig bij een middeleeuws riviertje in een nieuwbouwwijk. Na Krabbendam kijken we vanaf de hoge dijk uit op het duinlandschap van de kust. Via Schagen gaan we via een fraaie Mariakapel naar het dorp Kolhorn. Na Aartswoud doorkruisen we een mooi natuurgebied en komen via de schilderachtige dorpen Lambertschaag, Abbekerk en Twisk in Opperdoes waar we een vorkje mee kunnen prikken met de aardappeleters. Langs de oevers van de Zuiderzee passeren we de drie VOC-steden Medemblik, Enkhuizen en Hoorn. Via de noordelijke dijken van Beemster en Schermer komen we weer terug in Alkmaar.
Dit boekje is grofweg verdeeld in twee delen: een routebeschrijving zonder franje, zo saai mogelijk opgeschreven, zodat u zich geheel op de goede weg kunt concentreren. Daarnaast is er een beschrijving van de bezienswaardigheden en literaire wetenswaardigheden met verwijzingen naar passages uit de literatuur die u zelfs zonder te fietsen zou kunnen lezen. We zien het verscholen pleintje met het borstbeeld van Rudi Carrell in Alkmaar. We komen langs het bankje waar Joost Zwagerman tijdens het schrijven van het boekenweekgeschenk 2010 elke dag even pauzeerde. We lezen citaten van bekende en onbekende schrijvers. Van Harry Mulisch tot Margreet van Hoorn, van Jan Luycken tot René Appel. We lezen hoe de inpoldering van de Zuiderzee tekstschrijvers inspireerde. We komen langs de scheepsjongens van Bontekoe. Kortom: genoeg literairs te beleven, met of zonder fiets. André Brouwer, april 2010
Vier etappes
De route is verdeeld in vier etappes. Gekozen werd om ze te laten beginnen bij plaatsen met NS-stations. De route voert langs de stations van Alkmaar, Enkhuizen en Hoorn. In Schagen is een korte aanrijroute van en naar het station. In dit boekje is ook een lijst met adressen voor fietsverhuur opgenomen. We zullen nu niet de inmiddels beroemde woorden van onze vaderlandse voetbalprofeet herhalen, maar deze indeling heeft ook een nadeel. De verdeling is wat onevenwichtig, doordat er tussen Schagen en Enkhuizen geen station is. Daar staat tegenover dat dit wel een van de mooiste stukken is. Veel mensen zullen opkijken van de rust in het lege landschap na Schagen.
04 • Literair Landschap
Om werkelijk van een tocht te kunnen genieten, om geheel tot rust en inkeer te komen, om nieuwe krachten op te doen voor het bestaan in de zo harde maatschappij, blijft er werkelijk maar één ding over: de fiets. Bob den Uyl (1930-1992)
Literair Landschap • 05
Alkmaar - Schagen
Zo ook in het volgende gedicht dat begint met:
Hier begint de victorie
Mê Joffr., De prujmen beginnen al teffens op een bodt te rijpen, en te roepen Tesseltje, Tesseltjes mondtje.
Het aardige van een ronde is dat je beginnen kunt waar je wilt. En omdat je nu eenmaal ergens moet beginnen, start deze route in Alkmaar. In Alkmaar begint de victorie, dus wij beginnen er onze literaire fietsroute over de Omringdijk. De eerste kilometers is er nog weinig van de dijk te zien. We zoeken dus eerst wat literair vermaak. In de Stationsstraat woonde op nummer 92 de dichter Arie van den Berg (1948). Alkmaar meer, maar allang geen water; bij de waag golven nu traag kasseien in het hortend ritme van het carillon Arie van den Berg: citaat uit Hier begint de victorie
Van den Berg refereert hier aan een van de mogelijke verklaringen van de naam Alkmaar: Al wa’k zie is mare. Sommige historici denken echter dat Alkmaar komt van het woord alk dat modderig betekent. Een mooie tegenstelling met de nabijgelegen Schermer dat helder water betekent.
1
Hoe dan ook. Wij duiken meteen de Spoorstraat tegenover het station in: een literair straatje. Op nummer 42 woonde Kees de Bakker van uitgeverij Conserve. Hij gaf Hier begint de victorie: schrijvers over Alkmaar uit. Een boek vol literaire wetenswaardigheden en mooie verhalen over Alkmaar. Op nummer 35 is Rudi Carrell (1934-2006) geboren als Rudolf Wijbrand Kesselaar. Op nummer 15 woonde de in Alkmaar geboren schrijver-dichter René Huigen (1962). We fietsen over het Canadaplein, ook wel Cultuurplein genoemd vanwege de bibliotheek, theater De Vest en het Stedelijk Museum. Het plein zag er in de tijd van Carrell iets anders uit dan nu, zoals blijkt uit het liedje dat hij als tiener schreef voor een meisje op wie hij verliefd was. Een laantje, een donker plantsoen een Bankje verscholen in het groen een aardig paartje verlegen en stil en Amor doet wat hij wil Zij fluistert: Toe zeg het nou Dan zegt hij: Ik hou zo van jou Ja, dat is liefde en zo zal het altijd zijn Rudi Carrell: citaat uit Hier begint de victorie
Inderdaad, zo zal het altijd zijn en het was ook altijd al zo. Daar wist Maria Tesselschade Roemers Visscher (1594-1649) over mee te praten. Ze ontving menig liefdesgedicht van P.C. Hooft die haar (tevergeefs) probeerde over te halen bij hem in Muiden te komen wonen.
06 • Literair Landschap
Aan Maria Tesselschade
Maria dacht waarschijnlijk: tot in de pruimentijd, en bleef in Alkmaar terwijl P.C. Hooft tevergeefs stond te wachten en probeerde een geur van haar op te vangen van reizigers die van Alkmaar kwamen. Ondertussen zullen wij in den windt zien, ende happen nae den geenen die van Alkmaer komt en snuffen oft hij nae U.E. adem riekt. P.C. Hooft: citaat uit Het land der letteren
Op Mient nummer 6 is het geboortehuis van Anna Louisa Geertruida (Truitje) Bosboom-Toussaint (1812-1886). Zij wordt gerekend tot de beste Nederlandse auteurs van de 19e eeuw. Nadat ze eerst beïnvloed was door de Engelse romantiek, zocht ze later haar onderwerpen in de vaderlandse geschiedenis. Met Het huis Lauernesse vestigde zij in 1840 voorgoed haar naam. De schrijfster is vooral bekend geworden door: Majoor Frans, over een meisje dat door haar vader als jongen wordt opgevoed. Voor de mensen die denken dat dit een route vol zware literaire onderwerpen wordt, nu een geruststelling. Net voordat u de Mient via de ophaalbrug weer verlaat, ziet u voor u het Waagplein waar van april tot oktober op vrijdag de wekelijkse kaasmarkt wordt gehouden.Trijntje Fop, pseudoniem van puntdichter Kees Stip (19132001), dichtte: Te Alkmaar zat een tweetal mijten in een Edammer kaas te bijten ‘Het treft mij’, sprak de ene mijt, hoe ongestoord men hier ontbijt, want toen wij laatst in Frankrijk aten, liepen wij telkens in de gaten.’ Kees Stip: citaat uit Hier begint de victorie
En om de naar luchtigheid snakkende literaire fietser nog meer gerust te stellen. Op Verdronkenoord 121, de huidige winkel van Groothuizen, begint in 1864 Pieter Kluitman een uitgeverij, drukkerij en boekbinderij. Velen hebben in hun jeugd de boeken van dit uitgevershuis verslonden. In 1891 werd bijvoorbeeld het eerste boek uit de Dik Tromserie van C. Joh Kieviet uitgegeven; in 1903 volgde Afke’s Tiental van Nienke van Hichtum. Andere populaire series van latere datum zijn: De Kameleon, Pietje Bell, de Discus en Snelle Jelle. Op de hoek van de Sint Jacobsstraat en het Verdronkenoord zien we op nr. 90 een gevelsteen met het opschrift In de vergulde 7-ster, geboortehuis van Toontje Poland (1796-1857). Toontje Poland is de hoofdpersoon in diverse jeugdboeken van Johan Fabricius,o.a.Toontje Poland: een Alkmaarse jongen in Napoleons dagen. Toontje (Dorus) Poland groeide op voor galg en rad en ging in dienst naar Indonesië. Literair Landschap • 07
Op Bierkade nummer 23 herinnert een plaquette aan Geertruida Bosboom Toussaint. Andere schrijvers die uit Alkmaar komen zijn Jo Dominicus (van de reisgidsen), Gijs IJlander en Joost Zwagerman. Deze laatste komen we nog tegen op de route. Voor ons is het tijd op zoek te gaan naar de Omringdijk. Als u over de Friesebrug fietst, zal het u waarschijnlijk veel moeite kosten om aan uw rechterhand in het modern verkeersgeweld de dijk te herkennen. De Randersdijk is toch echt een overblijfsel van de Omringdijk. Ook de Frieseweg die u na de brug volgt, lijkt door zijn diepe ligging eerder het tegenovergestelde van een dijk.
Rekere
Hier begon Kluitman zijn uitgeverij
Het wordt pas iets na het tunneltje onder het spoor door. Op het eerste gezicht fietsen we door een nieuwbouwwijk langs een watertje. Maar het fietspad waarop we fietsen (Rekerdijk) ligt op het dijklichaam van de Omringdijk en het water aan onze linkerhand is een overblijfsel van het middeleeuwse riviertje De Rekere. Slechts een stolpboerderij is nog een duidelijke herinnering aan vroeger tijden. Bij de Muiderwaard moeten we onze dijk al weer verlaten. Het fietspad rechtdoor volgt nog wel even de dijk, maar loopt dood op een voetpad.
Kanaal
Bij het Noord-Hollandsch kanaal pakken we de dijk weer op. Het kanaal werd begin van de 19e eeuw gegraven in opdracht van Koning Willem I als alternatief voor de route van Amsterdam naar zee via de Zuiderzee die met steeds meer problemen kampte. Een kanaal door de duinen graven naar IJmuiden zou veel korter zijn, maar men durfde dit technisch nog niet aan. In 1819 begonnen 9.000 arbeiders met het graven en vijf jaar later was het kanaal al gereed. Dat is nog eens wat anders dan een Noord/Zuidlijn! Infrastructurele werken zijn vaak de oplossing voor een probleem en tegen de tijd dat ze klaar zijn, zijn ook de problemen opgelost. Zo ook hier, een halve eeuw later was het Noordzeekanaal gereed en verloor het Noord-Hollandsch kanaal veel aan betekenis. Het kanaal speelt een belangrijke rol in het boek De aanstoot van Gijs IJlander: op een avond in 1905 vindt beurtschipper Wijnand Kops bij Koedijk een lijk in het kanaal. Alles wijst op een moord. Als zijn schip vastligt in het ijs gaat hij op onderzoek uit. De dorpelingen laten niet veel los. Zij vrezen dat de onnozele Neel, die voor een buitenlandse kunstenaar heeft geposeerd en zich door hem heeft laten bezwangeren, haar mond voorbij zal praten. In deze kunstenaar herkennen we de jonge Picasso die de zomer van 1905 in Bergen en Schoorl heeft doorgebracht. Ze was nog niet bij de deur of hij had de deken afgegooid en was uit bed gesprongen. In een flits zag ze zijn blote lijf. Ze rende naar de trap en holde naar beneden. Hij kwam haar niet achterna. Hij schaterlachte. Ze schoot blindelings de achterkamer in. Ze sloeg haar hand voor haar mond van schrik om wat ze zojuist gezien had. Wat was er eigenlijk gebeurd? Ze stond verstard, alleen haar ogen bewogen – toch had ze het gevoel dat ze elk moment in lachen kon uitbarsten.
Houten Vlotbrug bij Koedijk
Literair Landschap • 09
Ze keek naar de schilderijen die tegen de muur stonden, en het schilderij op de ezel. Drie vrouwen aan de waterkant. …De vrouw rechts was zijzelf. Zo had ze onlangs op een middag aan de oever van het kanaal gestaan. Uit: De aanstoot / Gijs IJlander
Het schilderij waar IJlander aan refereert heet Les trois Hollandaises en is te zien in het Musée national d’art moderne, onderdeel van het Centre Georges Pompidou in Parijs. 2
Vlotbrug
We blijven het kanaal volgen. In Koedijk passeren we een vlotbrug. Bij de aanleg van het kanaal werd bepaald dat er om elk uur gaans een brug over het kanaal moest zijn. Voor een traditionele brug was het kanaal te breed. Vandaar de oplossing via een vlotbrug. Hier in Koedijk is nog de enig overgebleven houten brug. We passeren maalderij Bos (tegenwoordig een museum) met aan de overkant een oplaadpunt voor elektrische fietsen. De naam Koedijk suggereert een dorp vol veehouders. De laatste veehouder vertrok echter in 2006. Zijn boerderij (aan uw rechterhand bij het einde van de bebouwde kom) werd opgekocht door een projectgroep van de provincie en het Hoogheemraadschap ten behoeve van de uitbreiding van het recreatieterrein Geestmerambacht. Vanaf deze laatste boerderij volgt er even een druk stuk met veel autoverkeer omdat de N504 zich bij ons voegt. In Schoorldam gaan we rechtdoor. Mocht u zin hebben in een kop koffie, dan kunt u even linksaf de brug over. Het Hof van Schoorl staat op de plaats waar vroeger het logement stond waar Picasso in 1905 kort logeerde. En als u nog iets verder terugloopt langs het kanaal, herkent u bij de tuinbeelden van Meereboer de stolpboerderij die te zien is op het schilderij Les trois hollandaises.
Jan van Scorel
Nu we het toch over schilders hebben. Schoorl is de geboorteplaats van de beroemde schilder Jan van Scorel (1495-1562). Hij was de zoon van de dorpspastoor (met het celibaat nam men het destijds niet zo nauw). Hij bezocht de Latijnse school in Alkmaar en volgde daarna een schildersopleiding. Dankzij zijn verblijf in Italië speelde hij een belangrijke rol in de verspreiding van de Renaissance in de lage landen. Maar ook in de geschiedenis van onze dijk speelde hij een rol. Behalve schilder was hij ook kanunnik en uitvinder. De almaar groeiende watervlakte Zijpe vormde een bedreiging voor de Omringdijk. In 1531 kreeg Van Scorel van Karel V een keizerlijk octrooi om de Zijpe te bedijken. Van Scorel had behalve een baggermolen ook cement uitgevonden dat kon worden gebruikt om de voet van de dijk onder de waterspiegel met stenen te versterken. Zijn plan was aanvankelijk om een gebied te omdijken dat behalve de Zijpe ook de eilanden Huisduinen en Wieringen zou omvatten onder de naam Nova Roma. De adviseurs van keizer Karel vonden dit plan echter te hoog gegrepen. We vervolgen onze route en zien dat de dijk al een stuk lieflijker is geworden. Aan de linkerkant van de dijk ligt een aantal parken met recreatiehuisjes. Een ervan behoort aan Joost Zwagerman. Hij schreef er Duel: het boekenweekgeschenk 2010. In Spoor, het blad van de NS, zegt hij er het volgende over.
10 • Literair Landschap
Joost-bankje
De zomers van mijn jeugd spelen zich voornamelijk af hier in de buurt, in Bergen aan Zee. Patat bakken en ijs scheppen om bij te verdienen. Deze omgeving is dus een vertrouwde. Hier vlakbij heb ik Duel geschreven, het Boekenweekgeschenk van 2010. Ik heb een vakantiehuisje aan de Omringdijk, halverwege Alkmaar en Schagen. In deze sfeer vind ik de rust om te schrijven. Een boek schrijven is routine inbouwen. Elke dag fietste ik over de dijk, een wandelaar ben ik niet echt. De geest laten waaien, de stilte voelen. Elke dag dezelfde tocht. Voor veel schrijvers moeten de dagen op elkaar lijken om te kunnen schrijven. Ik ben nog net niet Thomas Roosenboom die elke dag chili con carne moet eten, maar toch… Het is troostend om steeds diezelfde route af te leggen en dan die kleine schakeringen op te merken: een lammetje dat groter wordt, bloemen die opengaan. Ik stap dan af bij hetzelfde bankje. Mijn kinderen noemen dat het Joost-bankje. Ik heb er nooit iemand anders op zien zitten. Joost Zwagerman in Spoor
Wiel
In de loop der eeuwen waren er vele dijkdoorbraken. Men dichtte de dijk door een nieuw stuk dijk in een boog om de doorbraak heen te leggen. Vandaar de vele bochten. Op de plek van de doorbraak bleef vaak een poel over die men wiel of braak noemde. We komen er op onze tocht diverse tegen.
Nuwendoorn
We passeren de resten van de burcht Nuwendoorn die men volgens een bord van de provincie aan het revitaliseren is. In de zomer van 1948 was boer Biersteker op zijn land in De Nieuwe Deuren aan het ploegen. Steeds stuitte hij op grote brokken steen. Hij ging ermee naar een archeoloog die onmiddellijk zag dat het kloostermoppen betrof, die in de mideleeuwen in West-Friesland werden gebruikt. Men begon te spitten en spoedig was duidelijk dat het ging om de resten van burcht Nuwendoorn. De wonderlijke naam De Nieuwe Deuren was ook meteen verklaard. Dat moest een verbastering zijn van Nuwendoorn.
Het bankje
Ja, en daar staat het dan, het Joost-bankje, bij de kluft (afdaling) naar de Kerkweg die naar Eenigenburg voert. Ga erop zitten en voel u een echte schrijver.
3
Eenigenburg
Aan de Kerkweg bevindt zich het museum Surmerhuizen met informatie over het leven in Eenigenburg na 1870. Op de Surmerhuizerweg zien we aan onze linkerhand een laantje. Op de terp uit de 14e eeuw ligt het fraaie kerkje van Eenigenburg met een kerkklok uit 1543, een koorhek (1770) en een volgens kenners uniek orgel van Schölgens. Er worden geregeld concerten gegeven. Op het recent verbouwde pand op nummer 19 heeft jarenlang de toneelspeler Albert van Dalsum gewoond.We verlaten het dorp langs café De Burcht waarvan de naam verwijst naar de dwangburcht. Vermoedelijk is het café dicht als u er langs fietst, maar geen nood, na het dorp ligt de dijk weer als een trouwe veilige vriend op u te wachten. Literair Landschap • 11
We fietsen naar Sint Maarten waar streekromanschrijfster Ina Broekhuizen-Slot werd geboren, op nog geen 100 m van de dijk. Zonder dat ik me ervan bewust was, heeft die dijk heel vaak een rol gespeeld in mijn leven. De dijk geeft het land een ziel en legt als een waakzame moeder haar armen rond West-Friesland. Sinds 2005 ben ik voorzitter van het Westfries Genootschap, een vereniging die zich inzet voor het behoud en de ontwikkeling van de cultuur en de historie van West-Friesland. Vanaf augustus 2007 schrijf ik wekelijks een weblog onder de noemer ‘Binnendijks’. Daarin sta ik stil bij allerlei initiatieven, ontmoetingen en gebeurtenissen binnen de Omringdijk. Al die verhalen zijn te lezen op onze prachtige site: www.westfriesgenootschap.nl Ook in de twee romans, die ik schreef, speelt de dijk een rol. Het zijn De kleine klas en Dansen op de dijk. Ina Broekuizen-Slot in het profiel Mijn Dijk op www.westfrieseomringdijk.nl
Na Sint Maarten verlaten we de dijk. Enerzijds noodgedwongen omdat we de dijk toch niet helemaal kunnen volgen. Een eind verder wordt hij doorsneden door het in de jaren dertig van de vorige eeuw gegraven kanaal van Stolpen naar Schagen. De andere reden is dat we anders Schagen zouden missen.
4
Bij het naderen van Schagen zijn de kerktorens reeds van verre te zien: de meest versierde van de Nederlands-hervormde kerk aan de Markt, en de soberder spits van de rooms-katholieke Christoforus kerk. Op de plek van de protestantse of grote kerk stond vroeger een oude middeleeuwse kerk, toegewijd aan Christoffel. Deze kwam in 1572 in hervormde handen en werd in 1895 door brand verwoest. In 1895-1897 werd een nieuwe kerk gebouwd naar een ontwerp van ir. J.A.G. van der Steur, een zeldzaam protestants voorbeeld van neogotiek. De kerk beschikt over een mooi Van Dam-orgel. Bij de VVV op het Slotplein wordt u verrast door het museum over De slag bij de Somme 1914-1918 en een standbeeld van een stier. Met de bundel Omstebeurt hebben Ant Hemmer-Blokker en Bob Lingerak hun West-Friese verhalen en gedichten vastgelegd voor het nageslacht. ‘Zodat het niet allemaal verloren gaat’, benadrukt Lingerak. Hemmer spreekt het West-Fries nog in het dagelijks leven, Lingerak al bijna niet meer. Gelukkig is het West-Fries niet verloren gegaan, maar de dichtbundel is wel moeilijk te vinden. We eindigen daarom met een deel van een gedicht waarin Ina Broekhuizen-Slot ingaat op het verschijnsel Wiel. Weer de doik op z’n hoogst is, deer loit ‘r een wiel, een spiegel, verloren in ’t land. Want ooit was ‘r een sturm en een buld’rende vloed, de doik, nei, die hield ‘r gien stand. En ’t water dat zocht ‘r z’n weg overal, bedekte ’t land en ’t gewas. En heêl lenigiesan werd toch alles weer droog en groeide d’r oind’lijk weer gras.
12 • Literair Landschap
Maar de wiel bleef bestaan en vertelt een verhaal van stroid en van winst en verlies en van anpakke, bouwe en vechte om grond: geskiedenis van de Westfries. Ina Broekhuizen-Slot in het profiel Mijn Dijk op www.westfrieseomringdijk.nl
Schagen - Enkhuizen Ezel, schaap en tureluur
De plaats Schagen werd rond 975 al genoemd in diverse teksten, zoals bij een telling van het inwoneraantal; er woonden toen 43 mensen. Schagen wordt dan als Scagha vermeld. West-Friezen hebben het over Skage en wat ironischer aangelegde personen over Sikago. Om Schagen heen lag veel water. Mogelijk verwijst de naam Scagha daar ook naar: het kan betekenen: uitstekende punt. Pas een hele tijd later zou er een kustlijn nabij Schagen liggen. Toen de zee zich weer wat terugtrok aan het eind van de 13e eeuw konden de plaatsen in het gebied groeien. Schagen is de geboorteplaats van Leonard Roggeveen. Bij velen bekend door zijn jeugdboek: De ongelooflijke avonturen van Bram Vingerling. Een boek dat grote indruk maakte op de jeugdige Harry Mulisch, die gefascineerd raakte door de scheikunde die erin voorkwam. In 1961 schreef hij: Voor de honderdste keer ga ik de eerste hoofdstukken van De wonderlijke verdwijning van Bram Vingerling lezen. Vorige week heb ik het boek gekregen. In de droge, uitlogende warmte, die de zon op zondag achter glas heeft, word ik opgenomen in de onvergetelijk dichte beschrijving van Vingerlings opus. Ik lees het nog eens en nog eens, ik kan er niet genoeg van krijgen. Het huis waarin hij woont. De bel die gaat. Zijn hond. Dat is een leven, dat van Bram Vingerling. Scherp, helder, als een klap op de tafel. Wat is daarmee vergeleken het mijne? Uit: Voer voor psychologen / Harry Mulisch
Een zeldzaam stukje zelfkennis van Mulisch die later nog de hemel wilde ontdekken. Wij blijven op aarde en memoreren met onze voeten in de klei enkele oud-inwoners van Schagen: Saskia en Serge, Gerard Joling, Karin Bloemen. En voor wie helemaal down to earth wil: ook Idols deelnemer Herman Berghuis komt uit Schagen. Op de Grote Markt is een ruime keuze uit cafés en restaurants en bij mooi weer is het goed toeven op een van de vele terrasjes. We verlaten de markt in noordelijke richting en fietsen door een winkelstraat richting de bibliotheek waar we links afslaan naar de haven. Een tijd lang lag hier de Ark van Noach waarmee ondernemer Johan Huibers het bijbelverhaal over de zondvloed op bijzondere wijze tot leven bracht. De ark is inmiddels een tournee door Nederland begonnen. Wij kunnen bij de haven terecht voor de meer recentere geschiedenis bij het Automuseum (Lagedijkerweg 1) met vijftig oldtimers van diverse merken (onder andere alle typen Daf).
Literair Landschap • 13
Enkele kilometers na Schagen zien we de plaats waar onze vriend de dijk zo bruusk doorsneden wordt door het kanaal van Stolpen naar Schagen. Na nog een blik geworpen te hebben op deze onherstelbare ingreep vervolgen we onze vertrouwde dijk naar het buurtschap van Keinse.
Mariakapel van Keinse
Kapel van Keinse
Vergeet niet de bijzondere Mariakapel te bezoeken. Deze is dagelijks geopend en wordt door vrijwilligers verzorgd. Omstreeks het jaar 1510 spoelde op de dijk een houten Mariabeeldje aan. Het zou van de voorsteven van een Portugees schip zijn geslagen. Gelovigen maakten het beeldje schoon van zeewier met het water uit de dichtstbijzijnde put en gaven het een plek in een huisje op de dijk. Al snel begon men het te vereren. En het water uit de put zou een wonderbare geneeskracht hebben gekregen. Dit was de aanleiding om daar in 1519 een kapel te bouwen, waarin het Mariabeeldje werd geplaatst. Jaarlijks werd er vanuit Schagen een processie gehouden naar het Mariabeeld. Tijdens de reformatie werd de kapel in 1568 verwoest. Na de verwoesting van de kapel heeft de Mariadevotie een bescheiden voortbestaan gekend. In 1710 schreef Dirk Burger van Schoorl: deze put heeft die heiligheid nog behouden en de papisten gaan alle jaren nog te bedevaart na(ar) dezelve. In 1924 kocht de deken van Schagen hier grond, waarop dertig jaar later de tegenwoordige kapel is gebouwd, ingewijd op 15 augustus 1956. Het oorspronkelijke Mariabeeld bleef eeuwenlang spoorloos tot een onbekend gebleven familie het toevertrouwde aan het Westfries Museum te Hoorn. Blijkbaar hebben mensen het beeld tijdens de beeldenstorm tijdelijk in veiligheid gebracht. Het is jarenlang van vader op zoon bewaard. Onderzoek in het Catharijneconvent in Utrecht heeft uitgewezen dat het beeld rond 1475 uit eikenhout is gesneden en beschilderd. Het houten beeldje van weleer is nu vervangen door een keramiek kunstwerkje van de hand van Jules Rummens uit Roermond.
5
Ezel Joris
Vergeet voor u weggaat niet de ezel Joris op het weitje tegenover de kapel te groeten. Dit is geheel in de geest van de in de Wieringerwaard geboren schrijver Gerbrand Bakker (1962). In het volgende stukje reageert hij op een recensie van Koos van Zomeren die het boek The secret life of trees van Colin Tudge de hemel in prijst. Tudge beschrijft bomen alsof ze werkelijk als mensen leven en dingen kunnen aanvoelen. …en van hem mogen mensen best met bomen praten, want ‘als mensen met God kunnen praten, kunnen ze ook met bomen praten’. Ik praat nooit met god, maar wel tegen honden en ezels, regelmatig hoor ik mezelf tekeer gaan tegen de tv. Terwijl ik heus wel weet dat vooral de tv niets terug zal zeggen. Honden of ezels, die willen nog wel iets terugzeggen. ‘Waf’, bijvoorbeeld, of ‘Ia’. Wat ik dan weer niet kan verstaan. Wel weet ik dat als ik een hond een schop geef of een ezel aan zijn oor trek, dat die dieren pijn doet. Maar wat moet ik hiermee: ‘Bomen leven niet enkel in het hier en nu. Ze herinneren zich het verleden en anticiperen op de toekomst’? Uit: Ezel, schaap en tureluur: dierendagboek / Gerbrand Bakker
Kolhorn
Literair Landschap • 15
Na Keinse komt u langs het Schager Wad, belangrijk gebied voor lepelaars en andere weidevogels. Bochten in de dijk betekent spanning aldus een bord van het Hoogheemraadschap. Men doelt waarschijnlijk op de wielen als gevolg van dijkdoorbraken tussen 1570 en 1574. Bij Keinse lag vroeger het noordelijkste deel van Holland. Een eindje verderop heet de dijk zelfs Poolland. Lichtelijk overdreven, zo noordelijk zijn we ook weer niet.
Poolland
Blôte bienepad
Hier op Poolland woonde overigens de schrijver Anton Haakman (1933). Hij is een Nederlands schrijver, cineast, filmcriticus en vertaler van voornamelijk Italiaanse literatuur. Haakman was van 1981 tot en met 1992 redacteur van het literaire tijdschrift De Revisor. Hieronder een fragment uit Het Paradijs (1995). Van een eiland in een Italiaans meer verdwijnen achtereen alle bewoners, op een na. De toerist Bremer tracht vergeefs het mysterie te ontraadselen. Het onweer trok over en het regende ook nauwelijks meer. Duilio en Wildeman maakten de boot gereed voor de afvaart zonder passagiers. Voor zichzelf durfden ze het risico wel aan, voor hun passagiers niet. De man met de verrekijker op zijn hoofd had niettemin weer de verrekijker op zijn hoofd, en hij informeerde ongerust of hij toch niet met de boot mee kon. Casella knikte en zei: ‘Op uw eigen risico’, de Kapitein keek bedenkelijk. Ook ik wilde met de boot terug, ik voelde er niets voor om urenlang op een bierkratje te zitten hotsen in een gammel busje, op de ongeplaveide wegen vol gaten die door de heuvels naar Bolsena leiden. Erika was het alweer niet met mij eens. ‘Hier scheiden onze wegen,’ zei ik, en ik liep samen met de man met de verrekijker, die zijn blik benzine koesterde, naar de pier, achter de zich wat onbetrouwbaar voortbewegende schipper en de Wildeman, die beiden de armen vol hadden met teruggegeven regenkleding. Toen we de boot hadden bereikt, wendde de Schipper zich om, en hij sprak zijn beide passagiers zonder te wankelen ernstig toe: ‘Het is uw eigen risico. Ik heb u gewaarschuwd.’ Inderdaad, we waren nu tweemaal gewaarschuwd. De man met de verrekijker op zijn hoofd bedacht zich, zette de jerrycan op de grond en nam met zijn linkerhand de verrekijker op zijn hoofd over van zijn rechterhand, waarna hij het olieblik weer oppakte. Daarna snelde hij naar het busje om te zien of hij misschien met de eerste rit meemocht. Vanuit het busje stak een wenkende arm. Hij werd erbij gepropt. Er zal wel geen bierkratje voor hem zijn geweest, maar hij kon op zijn benzine zitten. Uit: Het paradijs / Anton Haakman
Hier liggen reuzen begraven
Wij fietsen verder door ons eigen paradijs. Op de dijk bij Kolhorn vertelt een bord het verhaal van de vissers als ze in 1772 tussen Wieringen en Wieringerwaard hun netten openhalen aan overblijfselen van middeleeuwse dijksystemen. Ze denken dat het grafstenen zijn: Hier liggen reuzen begraven. Colhorn lag tot 1844 aan de Zuiderzee en was een vissersdorp. Sinds het inpolderen van de Groetpolder, de Waardpolder en de Wieringermeer ligt het dorp zo’n 20 kilometer landinwaarts. Overblijfselen van de vroegere situatie zijn nog te zien op de dijk, waar nog een paar boeten (schuren) staan, waarin vroeger spullen tijdelijk werden opgeslagen voor verder vervoer landinwaarts. Nu zijn er musea gehuisvest. Uitkijktoren bij Lambertschaag
6
Literair Landschap • 17
Na Kolhorn passeert u het kanaal van Alkmaar naar Kolhorn over de Braaksluis met ernaast gemaal De Waakzaamheid. Het beroep van sluiswachter is echter uitstervend. ‘As ik straks met pensioen ben den komt er gien aar,’ zegt de sluiswachter in het boek De levende dijk. Er volgt nu een leeg landschap. De dorpen Lutjewinkel en Winkel laat u links (maar eigenlijk rechts) liggen. Een viaduct over de N242 brengt u weer terug in de moderne wereld. Heeft u toch heimwee naar de oude wereld? In Wereldverhalen uit mijn dorp van de in Nieuwe Niedorp geboren schrijver Dick Stammes, leest u over de jaren 50, 60 en 70 van de vorige eeuw waarin alles veranderde. Van zorgeloos op straat spelen tot digitale snelweg. 7
Dikke paal
Bij het viaduct vindt u een grenspaal. Op de ene kant staat het wapen van de Vier Noorder Koggen, op de andere die van Drechterland. Hier eindigde het deel van de dijk dat in onderhoud was bij de Vier Noorder Koggen en begon het deel waarvoor Drechterland verantwoordelijk was. Het was van groot belang om nauwkeurig aan te geven tot waar ieder ambacht de dijk moest onderhouden. Het onderhoud werd immers omgeslagen over de bevolking. Die wilde geen cent te veel betalen. De paal hier had de bijnaam De dikke paal. Het is overigens een replica uit 1990. De originele paal werd in de Tweede Wereldoorlog opgestookt.
Bouwfraude
Dacht u overigens dat zaken als de bouwfraude iets van deze tijd waren? Het volgende verhaal leert anders. Het gaat over het onderhoud van de wierdijken aan de Vier Noorder Koggen in 1667. Elk jaar moest de dijk worden aangevuld met wier en worden opgehoogd tot aan een ijkpunt. Voor elke kubieke meter geperst wier was zes maal zoveel los wier nodig. De aannemers van dit dijkwerk husselden het nieuw opgebrachte wier met vorken op om tot de ‘spijker’, het merkteken te komen, zonder te pressen ende vast inbroeyen. De aannemers spaarden zo het kostbare wier uit. Dit werd door de dijkgraaf van de Vier Noorder Koggen gestimuleerd. Hij kneep een oogje toe bij de inspectie. Aannemers die niet aan deze praktijken wilden meedoen, werden uitgesloten van opdrachten of kregen bij inspecties hoge boetes. De eerlijke aannemers keerden zich af en de slechteriken kregen verder alleen de opdrachten. Het liep echter teveel in de gaten en de dijkgraaf werd van zijn post ontheven. Zijn opvolger was iemand recht door zee, namelijk burgemeester De Zee van Medemblik. Net voor Aartswoud komt u over een brug over de Boezem van de Langereis. Links ziet u de Groetpolder. Tot 1843 klotste het water van de Zuiderzee hier tegen de dijk. Als u over de reling van de brug kijkt, ziet u de natuurstenen van de dijk nog liggen. In Aartswoud herinneren de Zuiderzeestraat en de Zuiderzeehoeve nog aan die tijd.
Blote bienepad
We hebben inmiddels de dijk weer verlaten. De dijk blijkt een eind verder een grote aantrekkingskracht te hebben op allerlei nuttige, maar daarom niet minder lelijke voorzieningen als bijvoorbeeld een vuilverbranding. Wij kiezen voor een fietsroute door een natuurgebied. 18 • Literair Landschap
In Aartswoud gaan we op de kruising links een doodlopende weg in die overgaat in een schelpenpad met de mooie naam Blôte bienepad. Als u op dit pad fietst ziet u – voor u linksaf het witte bruggetje opgaat – recht voor u de platte kerktoren van Aartswoud. Bovenop deze toren werdenvroeger vuren gestookt om de schepen op de Zuiderzee te waarschuwen.
Steltlopers
Vogelliefhebbers kunnen nu hun hart ophalen. Steltlopers, als de kluut en de kievit, vinden hier hun paradijs. Zelfs de bruine kiekendief wordt hier gesignaleerd. Wilt u ze zelf bespieden? Het Hoogheemraadschap heeft een mooie uitkijktoren geplaatst. In de verte ziet u de dijk liggen.
8
Lintdorpen
Via Lambertschaag gaan we naar Abbekerk. Dit lijkt een wat ingeslapen dorp, maar officieel is het een stad. In 1414 werd Abbekerk, samen met Lambertschaag, Midwoud en Twisk verheven tot Stede Abbekerk. In Lambertschaag speelt een deel van het verhaal De dievegge en de gek van jeugdboekenschrijver André Nuyens. De 14e jarige Liefje Elbers gaat als dienstmeid werken bij boer Simon en zijn vrouw Magteld in Lambertschaag. Haar nieuwe bazin is erg streng voor haar. Onder het eten werd er nog minder gepraat dan anders. Liefje keek naar de boer die zijn vrouw niet aan durfde te kijken. ‘U hebt nu precies 25 koeien,’ zei Liefje tegen haar baas. ‘Ja, een mooi getal,’ mompelde deze terug. ‘Jij hoeft ze niet te tellen, Liefje, dat doen wij wel,’ viel Magteld fel naar haar uit. ‘Ook goed,’ zei ze. ‘Nog een grote mond ook. Vertrek maar van tafel, onmiddellijk.’ Liefje stond op en liep naar de deur. ‘Ga ons rijtuig maar oppoetsen en het paard borstelen voor de kerkdienst morgen’. ‘Gunt u me nou nooit rust’. Uit: De dievegge en de gek/ André Nuyens
In veel boeken van Nuyens speelt de Omringdijk een rol. Wij pakken ons stalen ros en fietsen door het fraaie lintdorp Twisk, een combinatie van stolpboerderijen en huizen uit de 18e, 19e en begin 20e eeuw waarvan een deel Rijksmonument is. Op één ervan zou Liefje gewerkt kunnen hebben. Hieronder de laatste twee strofen uit het gedicht Twisk. deer hiet het Twisk, een naam uit ouwe taaie een durp echt op en top West-Fries weer nag gien sprake is van het verlies weer are durp zo an laaie Hier vond al die vernuwing nag gien prooi: gien durp, in heel Noord-Holland is zo mooi! Twisk / Siem de Haan
Literair Landschap • 19
Aan het eind van het dorp vindt u het treinstation van Twisk op de lijn Hoorn-Medemblik. Deze lijn werd in de 19e eeuw op initiatief van notabelen uit Medemblik aangelegd. Tegenwoordig is het een museumlijn en rijdt er een stoomtrein.
9
Opperdoezer Ronde
Van Twisk komen we in Opperdoes, bekend van de Opperdoezer Ronde. Echte liefhebbers beschouwen deze aardappel als een delicatesse en komen vanuit het hele land speciaal naar Opperdoes om deze aardappel te kopen. Sommige willen alleen een Opperdoezer van een bepaald stukje grond. De 160 ha zavelgrond rond Opperdoes, bestaat uit klei met zo’n zestig tot tachtig procent zand en is de enige plek ter wereld waar de Opperdoezer Ronde goed gedijt. Schrijver Jan Wolkers was een groot liefhebber van deze aardappel. In De levende Dijk vraagt de schrijver aan aardappelteler Kees Bos hoe je de aardappels moet klaarmaken. ‘Wat is de beste manier om de piepers te bereiden?’ vraag ik hem. ‘De piepers goed wasse, niet skille en half koke,’ zegt Kees. ‘En die diepe pitten dan die erin zitten?’ ‘Dat geeft hilegaâr niks, mooi zitte leite. En nei ’t koke opbakke of in gesmolten roombutter douwe.’ Uit: De levende dijk / Willem Vriend
Na Opperdoes volgen we het tracé van de spoorlijn richting Medemblik. En mocht u denken: wat mis ik toch? U zit voor de verandering eens niet op een bewegwijzerde route. Aan de rand van Medemblik ziet u een groen appartementencomplex. Een minder romantische benadering dan die van Frederik van Eeden (1862-1932) in De nachtbruid (1909).
De glorie van Medemblik Andijk
Als men mijn stadje nadert uit zee, op een zomerdag, dan ziet men alleen het hoge,ronde geboomte op de wallen,en daarboven de oude klokketoren, met fantastisch gevormde en versierde verdiepingen en donker-kobaltblauwe koepeltop. Het land aan weerszij ziet men nauwelijks, en het bleek-bezonde groene geboomte schijnt in de zonnenevel op ’t geelgrijze water te drijven. Het is een dromerig stadje, dat eens in Hollands bloeitijd een kortstondige illusie had van werelds grootheid. Toen kwamen er bont-getuigde, met verguld snijwerk en grote zwierige vlaggen versierde schepen in het haventje, visserijschepen, handelsschepen en oorlogsschepen en de inwoners bouwden fraaie huisjes, met trapgevels en beeldhouwwerk, en verzamelden daarin uitheemse kostbaarheden, meubels en zilverwerk en porselein. Er stonden kanonnen op de wallen en de stedelingen voelden zich gewichtige en machtige lieden, die wat te zeggen hadden in de wereld… Nu is dat alles lang voorbii. Het stadje leeft geen eigen leven meer, maar vaart stilletjes achteran in ’t zog van ’t grote wereldschip. In ’t haventje liggen nog een paar vissersschuiten, een beurtschipper, een paar zeiljachtjes en het stoombootje. De fraaie huisjes zijn rariteiten voor de vreemdelingen, en het porselein, de meubels en schilderijen zijn tegen een fooi te bezichtigen in het museum. Uit: De nachtbruid / Frederik van Eeden
Hier ging de zee eens tekeer
Literair Landschap • 21
Museumspoorlijn Hoorn-Medemblik Zoals u kunt zien, liggen er nu in de haven wel wat meer dan een paar zeiljachtjes.Medemblik is de eerste van de drie steden van deVerenigde Oostindische Compagnie (VOC) die we tegenkomen en ook de oudste van de drie. Hoewel er wel VOC-pakhuizen staan, is het nooit een echte VOC-stad geweest. Medemblik had eigenlijk de glorietijd al achter de rug toen de VOC werd opgericht. Historici vermoeden dat er in de 8e eeuw al mensen woonden in Medemblik. In die tijd was er nog geen Zuiderzee, maar een bescheiden Flevomeer. Toen het Flevomeer door stormen en watergeweld uitgroeide tot de Zuiderzee die zich tot aan de Wallen van Amsterdam uitstrekte, kwamen Enkhuizen en Hoorn veel gunstiger te liggen. In Medemblik is kasteel Radboud een bezienswaardigheid. Het fungeerde als dwangburcht om de West-Friezen onder de duim te houden. In 1572 werd het ontmanteld. In latere jaren deed het dienst als kerk, rechtbank en ziekenhuis. In de jaren 1890-1893 werd het kasteel onder leiding van P.J.H. Cuypers gerestaureerd en probeerde men de middeleeuwse creatie te herscheppen. We verlaten Medemblik met het begin van een gedicht. De wereld om ons heen is nu verloren, gevangen in een mist, zo dreigende en dik; wij zitten in de allerlaatste bus van Hoorn naar Medemblik en zwijgen: jij en ik. Uit: De laatste bus naar Medemblik / Elsbeth Fokke
Fietste u tot op heden nog op ingeslapen en soms nog nauwelijks herkenbare dijkjes. Vanaf nu is onze vriend een echte stoere dijk geworden. Een dijk van een vriend die ons beschermt tegen het verraderlijke water. De Zuiderzee mag dan door het gereedkomen van de Afsluitdijk in 1932 getemd zijn tot IJsselmeer en er rustgevend uitzien. Vergis u niet, soms kan het er nog behoorlijk spoken.
10
Theo Koomen
In Wervershoof werd de beroemde sportverslaggever Theo Koomen (1930-1984) geboren. Hij ligt er ook begraven. Behalve verslaggever was hij ook schrijver. Hij schreef graag in het West-Fries, de taal die hem dierbaar was. Bundels van hem zijn: Zo was er maar ien, Met gien pen te beskroiven en De woid uit (alle verschenen bij Uitgeverij Westfriesland te Hoorn). In de volgende passage beschrijft Theo zijn moeder. Wat kenne we toch ’n zoôd van ouwere mense lere. Op ’n keer, toen ik an ’t klamme was met de skaassers Ard Schenk en Kees Verkerk en iedereen teugen m’n in opstand kwam, ried moeder Grietje m’n an om maar weer groenteboer te worren: ‘Koind, ’n vergeten mens het ’n rustig leven!’ Uit: Zôwas ‘r maar ien / Theo Koomen
Dijk van een vakantie
Bij Andijk wil het bungalowpark ook een graantje meepikken van de populariteit van onze vriend. Een dijk van een vakantie staat er op grote borden te lezen. De naam Andijk komt van Aan de dijk, waar een buurt was gevestigd die bestuurlijk onder de verzameling dorpen met stadsrechten viel (de stede Broek). Niet iedereen was overigens gecharmeerd van Andijk. In de 17e eeuw was het een moeilijk te bereiken plek zoals blijkt uit de klacht van deze reiziger. Literair Landschap • 23
Hoe glad en slibb’rig zijn de wegen Hoe langzaam treën de paarden door de klei De wagen zakt erin. Ik zou een hei Verkiezen voor deez, akelige paden, Die ’t hert met vrees en kommer overladen. Uit: De Westfriese Omringdijk Geschiedenis van een monument
De afsluiting en inpoldering van de Zuiderzee is ook het decor voor het meest bekende lied over de Zuiderzee, de Zuiderzeeballade. Willy van Hemert schreef dit lied in 1959 in opdracht van de VARAradio als ode aan de nieuwe provincie Flevoland. Eens ging de zee hier tekeer maar die tijd komt niet weer Zuiderzee heet nou IJsselmeer Uit: De Zuiderzeeballade
Ook voor anderen was het een bron van inspiratie. Van Willy Derby tot De Kleintjes Pils, allemaal zongen ze over de Zuiderzee. Jacques van Tol schreef in 1932 het volgende lied voor Louis Davids. De Zuiderzee is ingedijkt en spoedig is ze droog Ze hebben haar tenslotte klein gekregen Waar eens de ranke visschersscheepjes zeilden op den wind Daar rammelt straks het Fordje langs de wegen En waar je gisteren scholletjes en nieuwe haring vond Brengt morgen de belastingman Al dwangbevelen rond Uit: De Zuiderzee
Vuurtoren De Ven
Via vuurtoren De Ven nadert u Enkhuizen. Deze vuurtoren speelt een belangrijke rol in Het Geweten van René Appel. Het boek beschrijft de zoektocht van een man die naar aanleiding van het 50-jarig jubileum van de bevrijding op zoek gaat naar een dramatische gebeurtenis uit zijn verleden. Hij was onderdeel van een groep van zes schoolvrienden die de jaren na de bevrijding als uitzichtloos ervoeren. Hij keert terug naar het stadje waarin het drama uit zijn jeugd zich heeft afgespeeld om de waarheid te ontdekken. Zonder dat Appel de naam noemt, is Enkhuizen hierin te herkennen.
11
Ze knikte opnieuw, maar vroeg verder niets. Een stel meeuwen zette zich op de basaltblokken alsof ze verwachtten dat we brood of iets dergelijks zouden hebben om ze te voeren. Ineke sloeg een arm om me heen en gaf een zoen op mijn wang. ‘Gisteren heb ik nog met hem gepraat,’ zei ik. Over ons…over Sytze…over de avond dat Sytze… Ik wees naar de vuurtoren. ‘Over de avond dat Sytze zelfmoord pleegde, de avond dat-ie hier van de vuurtoren sprong’, vulde Ineke aan met een schorre fluisterstem. ‘Dat heeft-ie niet gedaan,’ zei ik. Ineke trok haar hand terug. Uit: Het geweten / René Appel
Via Sprookjeswonderland en het Zuiderzeemuseum bereiken we Enkhuizen. Deltawerken aan de dijk
Literair Landschap • 25
Enkhuizen - Hoorn
Hebben de wolken ’s morgens rode randen dan is er wind en regen voorhanden
De toekomst ben jij
Regent het binnen als een gek dan is je dak waarschijnlijk lek
Enkhuizen is de volgende VOC-stad die we op onze route tegenkomen. Nog belangrijker dan de VOC was de haringvangst. Niet voor niets staan er in het wapen van Enkhuizen drie haringen. Dat Enkhuizen een eigen Kamer van de VOC kreeg was bijzonder, want de Enkhuizer kooplieden hadden nog nooit eerder een OostIndische vloot uitgerust. Rijk geworden door de haringvangst konden zij echter 540.000 gulden in de in 1602 opgerichte VOC investeren. Na Amsterdam en Zeeland het hoogste bedrag. In de 18e eeuw was bijna de halve Wierdijk in handen van de Compagnie. Het stadhuis probeerde men zoveel mogelijk op dat van Amsterdam te laten lijken. Voor het stadhuis staat het kanon het Roode Paert. Dit vloog op 22 oktober 1622 tijdens een vuurgevecht met een Duinkerker kaper door de lucht en landde op het dek van de Enkhuizer kapitein met de toepasselijke naam Volckaert Kanonijx. Op de gevel van het stadhuis is hierover een klinkdicht te lezen van Joost van den Vondel. Hieronder het laatste gedeelte hiervan. Het roode paert spreekt: Ik holp de zeer Duinkerken oorelogen; Maer Volkaert leerde ons Hollandtsch schutmuzijk Mijn meester quam ten Hemel opgevlogen, Toe koos ik ‘schip des vijandts’ tot een wijk. Laat Grieken met Pegazen elk verguizen; Het Roode Paert, dat heldendichten teelt, Verwekt een bron in ’t wijdt befaemde Enkhuisen; Daer bloeit Parnas; oudt Grieken sit misdeeldt. Uit: Klink – dicht / Joost van den Vondel. Te lezen op de gevel van het stadhuis in Enkhuizen.
Enkhuizer Almanak
Via het Flessenscheepjesmuseum en de Drommedaris komt u langs het museum van de Enhuizer Almanak: Aanwijzende de voornaamste Jaarmarkten, Kermissen, Paarden-, Vee- en andere markten in het Koninkrijk der Nederlanden. Benevens de Watergetijden, Verduisteringen, de Op- en Ondergang van Zon, Maan enz. volgens M.E.T. In 2010 was dit boekje aan zijn 415e jaargang toe. De almanak was vooral bekend om de weervoorspellingen. Vooral als zij niet uitkwamen. Het boekje bevat tal van gegevens, zoals talloze pagina’s met waterstanden. Leuk om te lezen zijn de weerkundige waarnemingen van weleer Zie je om de volle maan een rand dan houdt mooi weer niet lang meer stand De kat op de stoel dan wordt het een natte boel Eksterogen zijn geen zegen doen ze pijn, dan komt er regen
26 • Literair Landschap
Uit: De vanouds vermaarde Eve C. Stichter’s Enkhuizer Almanak voor het jaar 2010
Stier van Potter
Bij het museum vindt u ook een standbeeld van de 17e eeuwse schilder Paulus Potter (1625-1654) die in Enkhuizen werd geboren. Zijn beroemdste schilderij De Stier hangt in het Mauritshuis te Den Haag. Via het ‘t kleine café aan de haven komen we bij het station.
Engelandvaarders
Schrijver Klaas Norel (1899-1971), beter bekend als K. Norel, woonde op de Stationsweg. Klaas’ vader overleed in 1913 en daardoor moest hij de ULO verlaten en werd kantoorbediende. Daar schreef hij zijn eerste journalistieke stukjes. Na zijn militaire dienst in 1920 werd Norel redacteur van de Vrije Westfries te Enkhuizen. Zijn eerste boek Land in zicht verscheen in 1935 en ging over de drooglegging van de Zuiderzee. Hij is echter bekender geworden door zijn boeken voor de jeugd die gekenmerkt werden door avontuur, spanning en water. Zijn beroemdste boek is Engelandvaarders (1945). Op de plecht staat Walter naar het naderende schip te turen. Plotseling springt hij op:‘Een Engelsman! Een Engelsman!’schreeuwt hij, zijn armen zwaaiend. Hij grijpt de Nederlandse vlag en zwaait ermee. ‘Hoera!’ Evert en dominee Van Velden zien nu van de brug af ook de Union Jack op het dek: ‘Een Engelsman! Een Engelsman!’ jubelen zij met Walter mee. ‘We are Dutchmen! We wish to be saved!’ roept de dominee in schools Engels. Het naderende schip laat alle argwaan varen. De schutters komen achter de mitrailleurs vandaan en zwaaien met hun mutsen en over het water jubelt het naar de mannen op de botter: ‘Leve de Koningin!’ Een ogenblik staan Jan en Evert en de dominee verstomd. Maar dan jubelen, brullen zij terug: ‘Leve de Koningin! Leve de Koningin!’ Hun stem slaat er bij over. En Walter nog altijd zwaaiend met de Nederlandse vlag, juicht waarlijk mee: ‘Es lebe die Königin!’ Uit: Engelandvaarders / K. Norel
Nieuwsgierig Aagje
Een andere beroemde inwoner was Nieuwsgierig Aagje van Enkhuizen bekend van een verhaal dat in de 17e eeuw populair was: ‘Kluchtigh Avontuurtje van ‘t Nieuwsgierigh Aeghje van Enckhuysen’ (1662 of 1664). Aagje was getrouwd met een smid en luisterde vaak de gesprekken van haar man af. We kennen nu nog steeds de term nieuwsgierig aagje.
Literair Landschap • 27
Wij zijn nieuwsgierig naar de rest van de dijk en verlaten daarom Enkhuizen op weg naar Hoorn. We zien het begin van de dijk Enkhuizen-Lelystad en passeren het café met de literaire naam De Woeste Hoogte waar we de dijk weer in al zijn glorie zien. Het water aan de linkerkant is nu het Markermeer. Volgens het oorspronkelijke idee zou het een polder worden. Na vele discussies zijn die plannen nu van de baan en krijgt het meer een rol in de waterberging anticiperend op klimaatverandering en zeespiegelstijging. Het Hoogheemraadschap is daarom bezig de dijk te verhogen en te versterken. Tijdens het uitzetten van deze route in maart 2010 waren grote delen van de dijk daarom veranderd in modderpoelen. Bij aankomst in Hoorn zag de fiets eruit alsof hij zojuist een traject in de Siberische taiga had afgerond. Hopelijk blijven u deze ontberingen bespaard. En anders moet u maar denken aan de woorden die op de sokkel van Jan Pietersz. Coen in Hoorn staan: Dispereert niet.
12
Hopelijk fietst u rustig over de dijk en hebt u geen last van ander verkeer, opbrekingen of ander ongemak. Of toeristen… Omdat het nog even duurt eer we weer een literair hoogtepunt tegenkomen, hier een citaat van Jan de Hartog (1914-2002) wanneer hij een inwoner van een dorp aan de Zuiderzee het woord geeft.
Haven van Hoorn
Soms kwamen de buitenlanders naar ons dorp kijken in janpleziers of voeren de haven binnen in witte stoombootjes met goudkrulwerk. Gedurende een half uur of zo dromden zij door de nauwe straatjes: mannen met brillen zonder randen en vrouwen met geverfde monden die buitenlandse kleren droegen en kiekjes namen van oude Henk als die de rokerij uitkwam met een staak met twee trossen bokking over zijn schouder, of van malle Alie die drie zoons verloren had op zee en die krabbetje genoemd werd omdat haar waanzin haar zijwaarts deed lopen. Maar als zij bij de haven kwamen en kiekjes wilden nemen van de schepen die daar met de koppen naar de wal gemeerd lagen, dan barstte een gebrul van woede op in het bos van masten en rauwe stemmen riepen Maakt dat ge weg komt, geile rooie lippen! en Weg gij hoeren van Babylon! Uit: Herinneringen van een bramzijgertje / Jan de Hartog
In Venhuizen woonde Trudy van den Berg, beter bekend als Saskia van het zangduo Saskia en Serge. Bij Oosterleek kunnen we onze literaire honger weer stillen. Op de vuurtoren staat een gedicht van de Amerikaanse dichteres Emily Dickinson (1830-1886).
13
De zon zou ons niet kunnen schelen, lief, als zij niet onderging Emily Dickinson
Playa
U passeert enkele kleine stranden die doen denken aan Spaanse stranden: de playas van het IJsselmeer. Een ervan is bij boerderij en camping de Appelhoek die zijn naam ontleent aan het feit dat hier ooit een schip met appelen schipbreuk leed.
300 jaar opgelucht ademhalen
Literair Landschap • 29
Vluchthaven
Bij Wijdenes passeert u een vluchthaven. In het grasveld staat een monument ter nagedachtenis aan de slachtoffers van een bommenwerper die tijdens de Tweede Wereldoorlog door een nachtjager werd neergehaald. In Schellinkhout woonde dichter, schilder en etser Jan Luyken (1649-1712). Al vroeg had hij aandacht voor vrouwelijk schoon. Op 22-jarige leeftijd debuteerde hij met de erotische dichtbundel De Duytse Lier De liefde is stark genoeg om droefheit te verwinnen; Haar smeulend vuur verdrenkt hy in de vloet der minne. Schoonste Clara, zoetste Maagt, Morgen zuchtend als het daagt, Als het licht het duyster vaagt, (Gy moet het niet weerstreven) Gaan wy in het groene wout, Vol quinkelerend leven, Leven dat de wetten houd Door liefde in ‘t hart geschreven.
Familieroman
De nadering van Hoorn is niet erg landelijk. We komen binnen via het industrieterrein H80 met felgekleurde rode loodsen. Om dit te vergeten duiken we even weg in de wereld van de familieroman. Hoorn is de plaats aan wie streekromanschrijfster Margreet van Hoorn (1922-2010) haar naam ontleende (eigenlijk heette ze Gré de Reus). Ze werd bekend als schrijfster van streek- of familieromans, maar zelf vond ze dat ze meer psychologische boeken schreef. Door de literaire pers werd ze altijd miskend, ze ontving ook nooit een uitnodiging voor het Boekenbal. Bij het grote publiek was ze wel geliefd. Ze schreef meer dan tachtig romans waarvan er meer dan 6 miljoen boeken werden verkocht. In de bibliotheken was ze een van de meest uitgeleende schrijvers (dat wil zeggen haar boeken werden het meest uitgeleend).
Wrang was het Meysjen, Dat dit niet kon raaken, Kout was het vleysjen, Dat dit niet dee blaaken; Zoo het geschiet, Dat gy het eens ziet, ‘k Weet u een ongevraagt kusjen zal smaaken.
Het is zomer. De zon brandt over het land, strooit handen vol warmte kwistig om zich heen, fluistert naar het uitbundige gezang van de vogels, de strelende wind, die in extase mens en natuur opwindend kust. Anneke hangt de was aan de lijn in de tuin, de hemden en de broeken dansen tegen het blauw van de hemel. Op straat zijn stemmen, het enthousiaste blaffen van een hond. Er gaat een vrouw voorbij met een kind aan de hand. Ze kent die vrouw. Ze is niets veranderd, nog altijd even opvallend om te zien. Het blonde haar hangt in een lange staart op haar rug. Ze loopt de keuken in om niet gezien te worden. Waarom? Ze heeft toch niets te verbergen, misschien de pijn die plotseling voelbaar is, die haar overvalt in een stille, vredige natuur. Liesbeth loopt door de straat, de vrouw die een hap uit haar geluk nam, onzekerheid toevoegde, haar zelfvertrouwen verwondde.
Uit: De Duytse Lier / Jan Luyken
Uit: De toekomst ben jij / Margreet van Hoorn
De steenbikker
Hoorn - Alkmaar
Meer kwinkelerend leven ziet u in natuurgebied De Nek. Natuurliefhebbers kunnen hier hun hart ophalen: kleine watersalamander, muurleeuwenbek, wit vetkruid, adelaarsvaren. En wat te denken van de Steenbikker. Op een informatiebord geeft het Hoogheemraadschap uitleg. De steenbikker is een huisjesslak die in Nederland alleen voorkomt in Zuid-Limburg en op de dijk bij Schellinkhout. Het Hoogheemraadschap houdt bij het onderhoud van de dijk rekening met het slakje. Tekst op informatiebord van het Hoogheemraadschap
Voor we Hoorn bereiken nog een laatste poëtische gedachte. De laatste strofe van het gedicht Fietsend over de dijk. Ook als het regent, of het is koud Ik fiets over de dijk tussen Hoorn en Schellinkhout Uit Fietsend over de dijk / E.Hatt
30 • Literair Landschap
De scheepsjongens van Bontekoe
Hoorn is de derde VOC-stad die we aan de dijk tegenkomen. Hoorn komt van hoirne dat hoek betekent. Het lag immers in een hoek van de Zuiderzee. Hoorn kreeg in 1375 als laatste van de drie Zuiderzeesteden stadsrechten, maar wist de andere steden snel voorbij te streven. Via duidelijke straatnamen als Kleine Oost, Slapershaven en Oude Doelenkade fietst u het centrum in. Aan de Veermanskade vindt u aan de kademuur het standbeeld van De Scheepsjongens van Bontekoe. Johan Fabricius (1899-1981) schreef dit boek in 1924.
14
Hajo en Padde liepen de Korenmarkt over en daarna de Veermanskade langs met de hoge pakhuizen en deftige patriciërswoningen. Juist wilden ze bij de Hoofdtoren rechtsaf slaan, de Italiaanse Zeedijk op, toen een Friese Tjalk de haven kwam binnenzeilen. Haastig liepen ze toe om hem te helpen vastleggen. Het scheelde maar een haartje of Padde werd door het touw in het water getrokken, wat hij nog slechts kon voorkomen door aan boord te springen, waar hij voor de voeten van een gezelschap deftige heren terechtkwam. Verlegen krabbelde hij overeind. De heren lachten en gingen aan wal. Literair Landschap • 31
Hajo groette hen vol ontzag. ‘Wie waren dat?’ vroeg hij aan schipper Blok, de eigenaar van de tjalk. ‘Wel’, zei Blok, ‘die met die baard, da’s schipper Bontekoe.’ ‘Natuurlijk. Maar de anderen?’ ‘Die bennen alle vijf van de Oostindische Compagnie.’ Uit: De scheepsjongens van Bontekoe / Johan Fabricius
Het standbeeld aan de kademuur inspireerde Janneke te Hoven tot een gedicht. Hieronder het laatste gedeelte. toen ik nog niet aan kussen dacht kroop ik op de muur en zat zwijgend te staren tussen drie jongens we dachten hetzelfde heel even in de bronstijd Uit: Het meisje van Bontekoe / Janneke te Hoven
We fietsen via de Italiaanse veerkade met het speelgoedmuseum naar het plein Rode Steen. Hier ziet u het standbeeld van Jan Pietersz. Coen en het Westfries Museum, waar u onder andere het originele Mariabeeldje uit de kapel van Keinse kunt bewonderen. Pieter Soetemondt uit De dievegge en de gek zat aan het begin van de 18e eeuw ook al op het marktplein. Hij ging zitten op de Rode Steen naast de marktkraampjes en legde drie doosjes neer die er precies hetzelfde uitzagen. Voor de nieuwsgierige toeschouwers opende hij de doosjes. In een van de doosjes lag een blinkende gulden. Hij verruilde in een langzaam tempo de drie doosjes en vroeg een van de aanwezigen in welk doosje de gulden zat. De toeschouwer die zijn bewegingen nauwkeurig had gevolgd, wees het rechter doosje aan. Pieter opende dit en warempel, daar zat de gulden in. ‘Goed’, zei Pieter, ‘dat was om te oefenen. Wie is de volgende? Voor een inleg van tien stuivers, maak je kans het dubbele, een gulden, te winnen. U hebt gezien dat het niet moeilijk is, Wie durft?’ Uit: De dievegge en de gek / André Nuyens
Galgenveld
Na deze voorloper van balletje-balletje gaan we via het station en de moderne schouwburg naar de Westdijk. Hier heeft u een mooi uitzicht op Hoorn. Hoorn is overigens ook de geboorteplaats van Simone van der Vlugt (1966). Zij begon als schrijfster van historische verhalen voor de jeugd, maar ging zich later toeleggen op literaire thrillers. Met misdadigers wist men overigens vroeger wel raad. De bocht in de Westerdijk die u zo gaat nemen, staat ook wel bekend als de Galgenbocht. In vroeger tijden stonden hier een galg en een rad waaraan vaak de resten van de veroordeelden bungelden. 32 • Literair Landschap
15
Opgelucht ademhalen
Via Scharwoude fietsen we richting Schardam. Bovenaan de dijk staat een monument dat herinnert aan 300 jaar opgelucht ademhalen. Het is nu moeilijk voor te stellen, maar in de 13e eeuw liep onze dijk vanaf hier in een rechte lijn naar Hoorn. In 1675 moest deze dijk ook aan de waterwolf bezwijken zoals we op het informatiebord kunnen lezen. De ellende van mens en beest is niet te beschrijven.
Afscheid van de Zuiderzee
Iets ten noorden van Schardam nemen we op deze route voorgoed afscheid van de Zuiderzee. We doen dit met een citaat van Eibert den Herder (1876-1950). Hij was een reder, publicist en politicus uit Harderwijk. Hij richtte in 1933 de Zuiderzeepartij op die zich verzette tegen de inpoldering van de Zuiderzee. De deelname aan de landelijke verkiezingen voor de Tweede Kamer liep echter op een fiasco uit en Den Herder stortte zich op het toerisme. Hij voer met zijn schepen langs de Zuiderzeewerken waar hij eerst zo tegen was. Zij zoon Frits verzamelde zeezoogdieren. Een hobby die in 1965 uitmondde in de opening van het Dolfinarium. Het was een gedenkwaardige dag, de 28e mei van het jaar onzes Heren 1932. Het doodvonnis stond voltrokken te worden aan haar, die Nederland veertien eeuwen niets dan goeds gedaan had. Zelfs de overstromingen mogen we gerust als een zegen beschouwen, want zonder de Zuiderzee zouden de rampen nog veel groter zijn geweest, daarvoor wonen we in Neder-land. Ondank is ’s werelds loon, het was letterlijk van toepassing op het slachtoffer, dat in boeien geklonken, niets tot haar verdediging in mocht brengen. Uit: Het einde van de Zuiderzee / Eibert den Herder. Fragment uit Het land der letteren.
Bram Vermeulen
We steken de provinciale weg over en fietsen onder de A7 door en langs de oude melkfabriek Concordia Oudendijk in. Het dorp kent ongeveer 450 inwoners. Bekende inwoners waren onder andere zangeres Imca Marina en Bram Vermeulen (1946-2004). Vermeulen vormde samen met Freek de Jonge tot 1979 het cabaretduo Neerlands hoop in bange dagen. Eerst was hij teleurgesteld over het feit dat De Jonge koos voor een solocarrière, later werd hij zelf een succesvol artiest. Hij zei daarover: Zoals de bakker alleen bakker is als hij brood bakt, zo ben ik geen zanger. Zo ben ik Bram Vermeulen die soms zingt, soms liederen componeert, soms schildert, soms columns schrijft, soms boeken, soms theaterprogramma’s maakt, soms strips tekent, soms televisieprogramma’s maakt, soms gedichten schrijft, kortom, die zelden niets doet.
Gedichten op panelen
Op de Noordelijke Beemsterringdijk tussen Oudendijk en Avenhorn is een aantal panelen met gedichten van hem geplaatst. Het is een onverharde dijk, dus onze fietsroute komt er helaas niet langs. Speciaal voor deze dijk heeft hij het gedicht Kunst matig geschreven. Hij wijst hiermee op het ingrijpen van de mens in het landschap.
16
Literair Landschap • 33
Kunst matig Nergens bewijst de mens zijn eng rechtlijnig wezen zo onverbiddelijk klaar als langs des polders dreven. Hij vangt er de natuur tussen dijken recht gesneden. Het water afgevoerd de strijd is lang gestreden. Bram Vermeulen. Gedicht te lezen op de Noordelijke Beemsterringdijk te Oudendijk.
Wij fietsen verder langs Avenhorn, de geboorteplaats van Sonja Bakker. Door het fietsen hebben we geen dieet nodig, zodat we onze weg vervolgen naar Ursem, een oude plaats. In 1083 wordt de plaats als Urisheim genoemd in de stukken van de Abdij van Egmond. Het dorp ligt in een van de zuidelijke knikken van de Omringdijk en de dijkweg loopt gedeeltelijk door het centrum. Hieronder het laatste gedeelte van het gedicht dat Johan Zuurbier uit Ursem schreef over de Schermer. Drassige kleigrond ontgonnen noeste arbeid wonnen Fijn mozaïek lijnenspel ontwaarde Zwarte vruchtbare aarde roede na roede vergaarde Zijn hun hoeve’s van waarde
Indien u de route in Alkmaar bent begonnen, bent u nu aan het eind ervan. Het is tevens tijd om afscheid te nemen van wat inmiddels een trouwe vriend is geworden. We doen dat bij de Kippenbrug over het Kanaal van Alkmaar naar Kolhorn. Hier zien we onze vriend voor het laatst in zijn ware gedaante van dijk. Hij gaat nog even door, maar loopt dan doelloos dood op modern verkeersgeweld.
18
Wij gaan daarom de brug over en vervolgen onze weg door Oudorp.Op het industrieterrein proberen we het tracé van de dijk te volgen (geen enkele andere route doet dit) en zoeken tevergeefs naar sporen van de dijk. Dan doemt er ineens een woonwijk op en zowaar, als een verrassing waar niemand meer op had gehoopt, herkennen we toch nog een stukje dijk. Oudorperdijkje staat er op het straatnaambord. Zelfs in de naamgeving is onze stoere dijk een dijkje geworden. Even verderop zijn de sporen van de dijk helemaal weg gezeefd door tijd en management, zoals Joost Zwagerman dit uitdrukt. Ik ging naar Alkmaar om mijn jeugd te zien zo zou ik willen zeggen dat het was. De waarheid is dat de sleutelplekken uit mijn geboortestad door tijd en management langzaam en in fasen voorgoed zijn weg gezeefd. … Ik weet het, het is onredelijk om te eisen dat jouw stad je een garantie voor intact verleden geeft. Ik ben hier ooit vandaan gegaan maar telkens als ik terugkeer, is het alsof de stad van toen door vooruitgang en vernieuwing met vernuft mijn aderen verlaten heeft. Uit: De verloren stad / Joost Zwagerman. Te lezen in Hier begint de victorie.
Verdienden zij geld als water Uit: De Schermer / Johan Zuurbier
17 Bij Rustenburg komen we langs enkele fraaie molens. Deze herinneren aan het droogleggen van de grote polders Schermer en Waert (na inpoldering de Heerhugowaard). Voor die tijd lagen hier grote watervlakten gescheiden door de Huygendijk. Het was een van de zwakste en meest bedreigde stukken van de Omringdijk. We naderen Oterleek dat lang als een eiland tussen de Waert en de Schermer in lag. Als u goed kijkt, lijkt het nog steeds als een eiland in het vlakke omliggende land te liggen.
Vergeten laantje
Bij Oterleek verlaten we de dijk om even naar het zuiden af te wijken. Al snel gaan we naar rechts en vinden op de Korte Molenweg een welhaast vergeten laantje met fraaie stolpboerderijen. Deze loopt aan het eind over in de Slingerdijk en Schermerdijk, onze vertrouwde Omringdijk. Nog afgezien van het natuurschoon is het voordeel van deze variant dat deze uitkomt op een tunneltje onder de verkeersweg. Dit scheelt moeilijke passages over allerlei autowegen en vernuftig aangelegde kruisingen. Handig voor de automobilist, voor de fietser een doolhof. En had u al opgemerkt dat u niet op een bewegwijzerde route zat?
34 • Literair Landschap
Literair Landschap • 35
Verantwoording literatuur Over de Omringdijk zijn hele boekenkasten vol geschreven. Hieronder de boeken die voor deze route zijn geraadpleegd. Het standaardwerk is: •In de ban van de dijk: de Westfriese Omringdijk / J.J. Schilstra. Hoorn, WestFriesland, 1974. De vierde en laatste druk verscheen in 1982. Het boek is niet meer in de handel, maar nog wel te lenen via de bibliotheken. Andere geraadpleegde boeken •De Westfriese Omringdijk: geschiedenis van een monument / Ruud Spruit [et al]. Hoorn, Unipers, 2009 •Het zeegat uit. Zwolle. Waanders, 2009 (West-Friesland toen en nu) •Monument van een dijk. Zwolle, Waanders, 2009 (West-Friesland toen en nu) •West-Friesland ‘Oud en nieuw’ / Historisch Genootschap ‘Oud-West-Friesland’ (Diverse jaarboeken)
Schermerdijk bij Ursem
Molens bij Rustenburg
Citaten •De tussen de tekst geplaatste fragmenten komen uit: •De aanstoot / Gijs IJlander . Amsterdam, Veen, 2000 •De dievegge en de gek / André Nuyens. Zeist, Christofoor, 2006 •Engelandvaarders / K. Norel. Houten, Van Goor, 2008. Oorspr. uitgave 1945 •Ezel, schaap en tureluur: dierendagboek / Gerbrand Bakker. Amsterdam, Cossee, 2009 •Het Geweten / René Appel. Amsterdam, Bert Bakker, 1996 •Herinneringen van een bramzijgertje / Jan de Hartog. Boekenweekgeschenk 1967 •Hier begint de victorie – Schrijvers over Alkmaar – Van Bosboom-Toussaint tot Zwagerman (samenstelling Kees de Bakker). Schoorl, Conserve, 2008 •Het land der letteren: Nederland door schrijvers en dichters in kaart gebracht / (samenstelling. Adriaan van Dis en Tilly Hermans). Amsterdam, Meulenhoff, 1982 •De levende dijk: ontmoetingen op de Westfriese Omringdijk / Willem Vriend. Heerhugowaard, Gigaboek, 2008 •Nachtbruid: de gedenkschriften van Vico Muralto / Federik van Eeden. Amsterdam, Querido, 1984 •Het paradijs/ Anton Haakman. Amsterdam, Meulenhoff, 1993 (ook als e-book beschikbaar) •De Scheepsjongens van Bontekoe / Johan Fabricius. 29e herz. dr. Amsterdam, Leopold, 2007. Oorspr. uitgave 1924 •De toekomst ben jij / Margreet van Hoorn. Hoorn, Westfriesland, 1993 •Voer voor psychologen / Harry Mulisch. Amsterdam, Bezige Bij, 2001. Oorspr. uitgave 1961 •Wat fietst daar / Bob den Uyl. Den Haag, Nijgh & Van Ditmar, 1970 •Zô was ‘r maar ien / Theo Koomen. Hoorn, Westfriesland, 1982 •De Zuiderzeeballade en andere liederen van de Zuiderzee. Amsterdam, Rubinstein, 2008 •Noord-Holland in honderd29 gedichten. Alkmaar, HDC Media, 2005 (Voor de gedichtfragmenten van Elisabeth Fokke , Siem de Haan, E. Hatt, Janneke te Hoven en Johan Zuurbier)
Literair Landschap • 37
ALKMAAR - SCHAGEN • 28 KM •
route 1
•Tegenover hoofdingang Station NS de Spoorstraat in (langs café De Petershoek) •Einde Spoorstraat RA = Geestmersingel •Bij brug LA (voorzichtig) = Zevenhuizen •Zevenhuizen wordt Gasthuisstraat •Voor kerk RA = Bagijnenstraat •3e RA + Heul •Rudi Carrellplaats •Weg vervolgen en einde LA = Lindengracht •1e LA = Koorstraat •1e RA = Laat •Laat volgen •Na V&D bij kruising Y LA ri Hoorn (Huigbrouwerstraat) •Straat blijven volgen, wordt Mient •Na huisnummer 6 (geboortehuis Bosboom-Toussaint) RA brug over •Na brug meteen RA langs water •Haakse bocht links langs visbanken (stukje lopen) •RA brug over en meteen LA Verdronkenoord volgen •Einde Verdronkenoord LA = Bierkade •Bierkade blijven volgen •Fietspad met parkje met bocht mee links draaien •RA Friesebrug over •Na brug links aanhouden ri Langedijk •RA ri Geestmerambacht (Frieseweg) •Y Links aanhouden ri Oeverlandroute en ‘Doorgaand verkeer’ •Y LA ri Geestmerambacht en brug over •Voorrangsweg oversteken en spoortunneltje door •Kruising (Drechterwaard) RD •Kruising LA = Muiderwaard •Muiderwaard uitrijden, voorrangsweg oversteken •Einde weg voor kanaal RA •Fietspad langs kanaal blijven volgen •Bij fietsknooppunt 71 RD ri Schoorl •Vlotbrug, dijk vervolgen door Koedijk •Dijk steeds maar volgen, met kanaal aan linkerhand •13 km Schoorldam •Kruispunt oversteken = Westfriesedijk •Splitsing Oude Wal links aanhouden ri Krabbendam •Splitsing Wegeweg RD •17 km Krabbendam •Eerste splitsing RA en meteen LA de Wesfriesezeedijk op •Dijk naar beneden (bij fietsknooppunt 41) ri Heemst-route en fietsknooppunt 74 •Eerste splitsing RD Kerkweg blijven volgen •19 km Eenigenburg •Tweede splitsing LA Surmerhuizerweg door Eenigenburg •Weg volgen met bocht mee langs café De Burcht •Einde weg LA ri Petten = Selschardijk •Einde weg RA dijk weer volgen •24 km Sint Maarten •Y 8136-2 op kruispunt RD bij fietsknooppunt 43 (Nieuwedijk) •Y 13177 RA ri Schagen •Kruising Y10845 RD ri Schagen •Bij Zwembad De Wiel RD (Wielewaal) en kort daarna LA fietspad (Menisweg) •Voorrangskruising oversteken •Y 11663 Kruising RD ri Centrum •Tunneltje onder provinciale weg nemen en RD (De Loet) •RA ri VVV = Herenstraat •28 km Grote Markt
SCHAGEN - ENKHUIZEN • 61 KM •
route 2
Aanrijroute vanaf NS Schagen •Vanaf NS-station RA = Stationsweg •Op kruising LA = Nieuwe Laagzijde •Eenrichtingsweg in (niet verboden voor fietsers) = Gedempte Gracht •Grote Markt •Grote Markt in noordelijke ri verlaten (rechts langs de FEBO en Hema) = Nieuwstraat (niet aangegeven) •Kruising RD (A. Mauvestraat) •Weg blijven volgen •Na bibliotheek LA = Sportlaan •Bij stoplichten weg oversteken en aan overkant RA fietspad langs N245 •Bij rotonde LA ri Schagerbrug •Na 450 m RA de dijk weer op •Einde van de dijk (kapel Keinse) RA fietspad langs provinciale weg en spoorlijn over •Na spoorlijn LA Westfriesche dijk •Kruising bij fietsknooppunt 32 RD = Poolland •Bij splitsing met fietsknooppunt weg vervolgen = Kreil •Bij Y1220 LA ri Kolhorn •Einde dijk LA fietspad langs provinciale weg •Na 100 m RA (Molenkolk) brug over en LA •11 km Kolhorn •Bij witte brug Westfriese dijk vervolgen •Bij splitsing bij café RA dijk vervolgen •Bij Y 22330-007 RD ri Winkel •Bij Y 22330-011 RD weg vervolgen ri Medemblik •Y1204 RD Westfriesedijk volgen ri Middenmeer •Viaduct over N242 oversteken •Bij fietsknooppunt 68 LA ri Aartswoud •Y 3489 RA ri Aartswoud (N239) •20 km Aartswoud •Y 1203 RA Aartswoud in = Zuiderzeestraat •Op kruising LA = Braakweg •Einde RA schelpenpad op ri fietsknooppunt 18 •Witte bruggetje over en pad vervolgen = Blôte bienepad (niet aangegeven) •Eind bij asfalt LA en meteen weer RA ri fietsknooppunt 71 •Einde schelpenpad RA Noordeinde •25 km Lambertschaag •Bij groen kerkje RD ri Abbekerk •Bij kerk RD Dorpsstraat blijven volgen •Bij fietsknooppunt 53 RD ri Sijbekarspel (Zuideinde) •27 km Abbekerk •Fietsknooppunt 52 LA ri Twisk •Viaduct over A7 •Na viaduct LA ri Twisk en rechts met weg meedraaien (Bennemeersweg) •32 km Twisk •Fietsknooppunt 72 RD en Dorpsweg blijven volgen •Fietsknooppunt 73 links aanhouden ri Opperdoes •Y 6054 RD ri Opperdoes weg blijven volgen (Nieuweweg) •Bij kruispunt met Spar RD = Almersdorperweg •Na spoor meteen RA = Zwarte pad •Bij grote witte hal links aanhouden •Voorrangsweg oversteken en fietspad langs spoor volgen •37 km Medemblik
SCHAGEN - ENKHUIZEN • 61 KM •
route 2
•Einde fietspad LA, brug over en RA ri ‘Doorgaand verkeer’ •Rotonde na molen RA ri Centrum •Westerdijk wordt Overtoom en daarna Oude Haven •RA = Nieuwstraat •Na de brug en na de haven LA ri Kasteel Radboud •Na haven RA ri LF 21b Zuiderzeeroute •Bovenaan dijk RA fietsroute 21b volgen •Zuiderzeeroute 21b blijven volgen onderlangs de dijk •Dijk oversteken en aan rechterzijde onderlangs de dijk •Bij stoommachinemuseum weer dijk oversteken en weg vervolgen •42 km Onderdijk •Ventweg en fietspaden links van de weg blijven volgen •Bij fietsknooppunt 57 LA •Voorrangsweg oversteken en RD •Voorrangsweg bij garage All Round oversteken en fietspad volgen •Weg oversteken en fietspad bovenaan dijk vervolgen •Bij fietshandel André van Duin LA dijk vervolgen •46 km Andijk •Bij fietsknooppunt 16 ri fietsknooppunt 15 volgen •Na 1,7 km rechts en meteen links dijk volgen ri fietsknooppunt 15 •Bij fietsknooppunt 15 dijk volgen •Andijk dijk blijven volgen ri fietsknooppunt 14 •Bij waterleidingbedrijf RD dijk blijven volgen •59 km Enkhuizen •LA ri fietsknooppunt 30 (Kooizandweg) •Langs zwembad en Sprookjesland •Bij camping Enkhuizerzand RA ri Zuiderzeemuseum •Bij rotonde links aanhouden fietsknooppunt 30 volgen •Bovenaan bij muur LA ri Zuiderzeemuseum •Bij speeltuin RA en meteen LA = Noorder Wierdijk •Wordt Wierdijk bij huisnummer 10 RA ri Centrum •Witte brug (Compagniesbrug) over •Na brug RD (Zwaanstraat) •Kruising LA (Breedstraat) •Einde weg bij vishandel Van der Veen RA •Met bocht meedraaien en voor Zuiderhavendijk LA langs flessenscheepjesmuseum •Tussen paaltjes door kleine ophaalbrug over •Onder de Drommedaris door •Over Jacob Mosselplein langs museum Enkhuizer Almanak •Na museum LA en meteen RA Havenweg volgen •Splitsing RD ri station •61 km Station NS
ENKHUIZEN - HOORN • 25 KM •
route 3
•Om station heen en RA ri Hoorn over fietspad met jachthaven aan linkerhand •Bij Y8221-14 (verkeerslichten) RD ri Hoorn •Bij Y 8221-29 RD ri Hoorn •RA weg oversteken en LA Y8221-30 LA ri Hoorn fietsknooppunt 28 •Bij fietsknooppunt 28 (café De Woeste Hoogte) RD fietspad blijven volgen •Na 300 m LA tussen rode hekjes door de dijk op •Eind LA ri fietsknooppunt 47 •5 km Venhuizen •Bij fietsknooppunt 47 links aanhouden dijk volgen •Bij splitsing (Elbaweg) Zuiderdijk blijven volgen •13 km Vluchthaven Wijdenes •Bij splitsing Vluchthaven Wijdenes RD ri fietsknooppunt 80 volgen •Bij splitsing bij camping LA ri fietsknooppunt 67 volgen •18 km Schellinkhout •Links aanhouden dijk volgen •Bij kerk dijk blijven volgen •21 km Hoorn Protonweg kruisen en dijk volgen •Bij blauwe hangbrug RD dijk blijven volgen •Einde Schellinkhouterdijk LA fietspad volgen (Kleine Oost) •Brug over en meteen LA = Slapershaven wordt Oude Doelenkade •Bij Korenmarkt RD witte ophaalbrug over •Na brug LA = Veermanskade •RA = Italiaanse Zeedijk (links aan havenmuur is monument Scheepsjongens van Bontekoe) •Einde weg links aanhouden = Paardensteeg •Eind RA = West •Kruising RD •Rode Steen (plein met standbeeld van J. Pietersz. Coen) •Plein oversteken en voor café De Waag langs Kerkstraat in •Kerkstraat wordt Nieuwstraat •Op viersprong RD kleine straatje in = Korte Achterstraat •Voorrangskruising RD •Brug oversteken en LA = Spoorsingel •25 km Station NS
HOORN - ALKMAAR • 31 KM •
route 4
•Komende vanuit Station tegenover fietsenstalling Noorder Veemarkt op en naar rechts meedraaien ri ‘Andere richtingen’ •Bij verkeerslichten oversteken en dan scherp links voor Tempo Team langs (Scharloo) •Scharloo wordt Hoge Vest •Op kruising bij Hypotheker RA voor schouwburg langs (Westerdijk) •Dijk langs water blijven volgen ri Scharwoude •4 km Scharwoude •RD ri Schardam dijk blijven volgen •7 km fietsknooppunt 37 •Y15791 RA ri Oudendijk •Spoorwegovergang over •Voorrangskruising RD Oudendijk in •10 km Oudendijk (kerk) •Dijk (Dorpsweg) blijven volgen •Bij Y6702 en café Les Deux Ponts RA ri Avenhorn (Slimdijk) •12 km Grosthuizen •Y5776 LA ri fietspad ri Avenhorn •Tunneltje door •Y LA ri Ursem = Kathoek •Ri Ursem volgen •Volgende Y LA Schermerhorn = Walingsdijk •Na bebouwde Y18982 LA witte bruggetje over en RA dijk volgen •17 km Ursem •Y60293 RA brug over en meteen LA •Bij café De Rode Leeuw brug over en RA ri Rustenburg (Schermerdijk) •19 km Rustenburg •Voorrangsweg oversteken = Noord Schermerdijk •22 km Oterleek •Bij fietsknooppunt 52 LA (Oterlekerweg) •Op kruispunt RA = Korte Molenweg •Korte Molenweg wordt Slingerdijk en daarna Schermerdijk •Net voor verkeersweg LA en rechts tunneltje door (Schermerdijk) •Na tunneltje LA = Schermerdijk •Bij Kippenbrug RA ri fietsknooppunt 51 •Alkmaar 27 km •Einde LA = Saturnusstraat •Kruising met verkeerslichten RD = Edisonweg •In bocht links = Van der Waalsstraat •Bij Jachtwerk Nic Witsen RA = Kraspolderweg •Kraspolderweg wordt Schermerweg •Bij begin woonwijkje RA = Oudorperdijkje •Na 100 m LA Boezemsingel en meteen RA Oudorperdijkje volgen •Einde dijkje en bij verkeerslichten weg oversteken en LA (Randersdijk) •Y1233 LA ri Centrum •Met bocht mee naar rechts en naar boven •Friesebrug over en RA Kanaalkade volgen •Op kruispunt met verkeerslichten RD •Verkeerslichten LA ri Station (Stationsweg) •31 km Station NS
Afkortingen
RA = rechtsaf RD = rechtdoor
LA = linksaf Y = ANWB-wegwijzer
Fietsverhuur bedrijven Alkmaar Fietspoint Stoop Stationsweg 43, 1815 CB Alkmaar. Tel. 072 5117907 De Kraak Actief Nieuwstraat 39-41, 1811 BP Alkmaar. Tel. 072 5125840 Schagen Westenenk Profile Tweewielers Molenstraat 11, 1741 GJ Schagen. Tel. 0224 217930 Medemblik Ted de Lange Fietsverhuur Pekelharinghaven 50A, 1671 HM Medemblik. Tel. 0227 570093 Enkhuizen Dekker Tweewielers Nieuwstraat 2-6, 1601 JJ Enkhuizen. Tel. 0228 312961 John Brandhoff Tweewielers Westerstraat 25, 1601 AB Enkhuizen. Tel. 0228 325771 Hoorn Fietspoint Ruiter Stationsplein 1, 1621 HX Hoorn. Tel. 0229 217096
Literair Landschap • 43