Tevredenheidsonderzoek: medewerkers/ouders/leerlingen – februari 2015 Medewerkers Het onderzoek is gehouden onder alle 21 medewerkers van De Boei. Uiteindelijk hebben 19 medewerkers de vragenlijst ingevuld . Dit levert een respons op van 90%. Algemeen beeld
Aanbevelingen Voorop staat dat de medewerkers van De Boei zeer tevreden zijn met hun werk. Dat geldt in zijn algemeenheid en dat geldt ook voor een aantal hoofdaspecten, namelijk de inhoud van het werk en de sfeer. Ten opzichte van de meting in 2013 scoort De Boei hoger op de volgende hoofdaspecten: sfeer, samenwerking, inhoud van het werk, onderwijs, identiteit, bestuur en werkdruk. De Boei scoort ten opzichte van 2013 lager op de volgende hoofdaspecten: directeur/locatieleider, persoonlijke ontwikkeling en arbeidsvoorwaarden. Op de overige hoofdaspecten scoort De Boei gelijk aan de meting in 2013. Medewerkersonderzoek wordt echter met name verricht om te achterhalen waar mogelijkheden tot verbetering liggen voor de tevredenheid, betrokkenheid en motivatie van medewerkers. De aanbevelingen richten zich op die hoofdaspecten die in het onderzoek als relatief zwak naar voren komen. Dit zijn: Werkdruk; Werkomstandigheden; Arbeidsvoorwaarden en persoonlijke ontwikkeling; Bestuur; 1
MR; Directeur/locatieleider.
Werkdruk Het hoofdaspect werkdruk is net als in 2013 een belangrijk verbeterpunt binnen De Boei. De medewerkers van de school zijn nog steeds ontevreden over de werkdruk. Het hoofdaspect scoort gelijk aan de benchmark primair onderwijs, maar komt in de prioriteitenmatrix naar voren als een verbeterpunt met minder hoge prioriteit. Binnen het hoofdaspect werkdruk zijn medewerkers (zeer) matig tevreden over alle onderscheiden deelaspecten. Het is belangrijk dat de school aandacht besteedt aan (het verminderen van) de werkdruk. Hierbij kan worden gedacht aan een themabijeenkomst over werkdruk waarin medewerkers aan kunnen geven wat de belangrijkste problemen zijn en waarin samen nagedacht wordt over haalbare oplossingen, zoals het verminderen van het aantal vergaderingen of het mogelijk maken vergaderingen facultatief bij te wonen. Werkomstandigheden Over de werkomstandigheden zijn de medewerkers nog steeds zeer matig tevreden. Dit hoofdaspect scoort sterk lager dan de benchmark primair onderwijs en komt in de prioriteitenmatrix naar voren als een verbeterpunt met hoge prioriteit. Veel medewerkers geven aan ontevreden te zijn over de huisvesting, over de beschikbare financiële middelen, over de aandacht van de school voor ziekteverzuim en over de werkbaarheid van de ICTmiddelen. Misschien kan er met de medewerkers overlegd worden over de belangrijkste knelpunten en gekeken worden of daar budget voor vrijgemaakt kan worden. Arbeidsvoorwaarden en persoonlijke ontwikkeling De medewerkers zijn (zeer) matig tevreden over de arbeidsvoorwaarden en de persoonlijke ontwikkeling. Beide hoofdaspecten scoren sterk lager dan de benchmark primair onderwijs en komen in de prioriteitenmatrix naar voren als verbeterpunt met minder hoge prioriteit. De onvrede met de arbeidsvoorwaarden richt zich nu voornamelijk op het in aanmerking komen voor een lc-functie, op de wijze waarop de functiemix is ingevoerd op de school en op het salaris. Wat dit aspect betreft is de school gehouden aan de CAO voor onderwijspersoneel. Om de beloning aan te laten sluiten bij de werkzaamheden van de medewerkers kan worden gekeken naar de mogelijkheden voor een vorm van prestatiebeloning die binnen de wettelijke kaders past. Bij het hoofdaspect persoonlijke ontwikkeling geven de medewerkers aan ontevreden te zijn over de vooruitzichten op doorgroei naar lb-functies en binnen de school en de afspraken die hierover gemaakt zijn. Het zou goed zijn om tijdens gesprekken in de gesprekkencyclus meer in te gaan op de persoonlijke wensen van de medewerkers wat betreft hun doorgroei/verandering van functie binnen de school en hierover duidelijke afspraken te maken. Bestuur Ten opzichte van 2013 zijn de medewerkers meer tevreden over het bestuur; ze zijn nu matig tevreden. Dit hoofdaspect scoort hoger dan de benchmark primair onderwijs, maar komt in de prioriteitenmatrix naar voren als een verbeterpunt met minder hoge prioriteit. De onvrede met het bestuur komt voornamelijk naar voren in de mate waarin de mening van de medewerkers serieus wordt genomen door het bestuur, in de zichtbaarheid van het bestuur en in de openheid van het bestuur over de genomen maatregelen. Het verdient aanbeveling om als bestuur een grotere betrokkenheid bij de school te tonen en aandacht te hebben voor de zichtbaarheid. 2
MR De medewerkers van De Boei zijn over het algemeen matig tevreden over de medezeggenschapsraad (MR). Het hoofdaspect scoort hoger dan de benchmark primair onderwijs, maar komt in de prioriteitenmatrix naar voren als een verbeterpunt met minder hoge prioriteit. De medewerkers van de school zijn niet tot matig tevreden over de communicatie vanuit de MR, over de zichtbaarheid van de MR, over de belangenbehartiging door de MR en over de bereikbaarheid van de MR. Winst valt hier te behalen door als MR aandacht te hebben voor de communicatie en de zichtbaarheid richting de medewerkers van de school. Directeur/locatieleider Over het algemeen zijn de medewerkers matig tevreden over de directeur/locatieleider. In vergelijking met 2013 zijn de medewerkers duidelijk minder tevreden. Dit hoofdaspect scoort sterk lager dan de benchmark primair onderwijs en komt in de prioriteitenmatrix naar voren als een verbeterpunt met hoge prioriteit. De medewerkers zijn (zeer) matig tevreden over vrijwel alle deelaspecten die betrekking hebben op dit hoofdaspect. Winst valt hier te behalen door als directeur/locatieleider aandacht te besteden aan onderwijsvernieuwing en aan communicatie richting de medewerkers. Het verdient eveneens aanbeveling om als directeur/locatieleider een grotere betrokkenheid bij het team te tonen. Algemeen Als wij de deelaspecten bestuderen komen er nog een aantal punten naar voren waar De Boei aandacht aan kan besteden om de tevredenheid van de medewerkers te verhogen. Medewerkers geven aan matig tevreden te zijn over de samenwerking tussen de scholen van Zaan Primair en over de samenwerking met ouders van de leerlingen. Om de tevredenheid van de medewerkers met de school te verhogen zou het voor de school goed zijn om hier aandacht aan te besteden. Daarnaast zien we bij het hoofdaspect communicatie dat de medewerkers (zeer) matig tevreden zijn over de openheid en eerlijkheid van de communicatie, over de mate waarin men elkaar rechtstreeks aanspreekt over elkaars functioneren en over de communicatie met de ouders. Winst valt hier te behalen door de (openheid van de) communicatie onder de loep te nemen. Ten slotte zien we dat relatief veel medewerkers vinden dat er onvoldoende aandacht wordt besteed aan geestelijke stromingen. Hier zou door de school kritisch naar gekeken kunnen worden.
3
Ouders Van de 95 ouders van de leerlingen van De Boei die zijn uitgenodigd om aan het onderzoek deel te nemen, hebben 45 ouders de vragenlijst ingevuld, wat een respons oplevert van 47% (80% vrouw, 20% man). Algemeen beeld
Aanbevelingen De ouders zijn redelijk tevreden over De Boei. Ze beoordelen de school met een gemiddeld rapportcijfer van 7.7. Een verbetering ten opzichte van 2013. Toen waren de ouders matig tevreden en gaven ze een gemiddeld rapportcijfer van een 6.8. Met name over de leerkracht zijn de ouders tevreden. Ten opzichte van de meting in 2013 scoort De Boei hoger op de volgende hoofdaspecten: onderwijs, begeleiding, sfeer, sociaal-emotionele ontwikkeling, schoolleiding/directie, algemene ontwikkeling, extra activiteiten, communicatie en geledingen. Op de overige hoofdaspecten scoort De Boei gelijk aan de meting in 2013. Oudertevredenheidsonderzoek wordt echter verricht om te achterhalen waar mogelijkheden tot verbetering liggen voor de tevredenheid van ouders. De aanbevelingen in deze paragraaf richten zich op die hoofd- en deelaspecten die in het onderzoek als relatief zwak naar voren komen. Dit zijn: Geledingen; Voorzieningen; Omgeving van de school; Identiteit; Communicatie.
4
Geledingen De ouders van de leerlingen van De Boei zijn ontevreden over de geledingen Ouderraad (OR) en Medezeggenschapsraad (MR); ze zijn wel meer tevreden dan in 2013. Het hoofdaspect scoort sterk lager dan de benchmark primair onderwijs. Als we de deelaspecten bestuderen lijkt de ontevredenheid gekoppeld te zijn aan alle deelaspecten. Ouders zijn niet tevreden over de informatie die zij vanuit de OR en de MR krijgen. Daarnaast lijken de ouders niet goed te weten wat de OR en de MR doen. Zij zijn matig op de hoogte van de mogelijkheden voor ouderparticipatie. Het lijkt goed om de ouders beter te informeren over het werk dat door de OR en de MR wordt verzet. Door dit duidelijker te maken aan ouders, wordt de betrokkenheid van ouders bij de school wellicht vergroot. Ook kan gekeken worden naar de wijze van informatieverstrekking vanuit de OR en MR richting de ouders. Voorzieningen De ouders zijn evenals in 2013 zeer matig tevreden over de voorzieningen. Dit hoofdaspect scoort sterk lager dan de benchmark primair onderwijs en komt in de prioriteitenmatrix naar voren als een verbeterpunt met minder hoge prioriteit. De ouders zijn ontevreden over de huisvesting, over de ruimte voor samenkomsten, over de hygiëne op school en over de sportfaciliteiten. Daarnaast zijn de ouders matig tevreden over de ICT-middelen. De hygiëne van wc’s en de school is een belangrijk kritiekpunt, waar redelijk eenvoudig verbeteringen in aangebracht kunnen worden. Het aanpakken van de sportfaciliteiten, de aula, het schoolgebouw of de ICT–middelen is lastiger, daarvoor ontbreken waarschijnlijk de financiële middelen en de ruimte op school. Misschien kan de school, eventueel in samenspraak met de ouders, een aantal eenvoudige aanpassingen aanbrengen waardoor de tevredenheid van de ouders met dit hoofdaspect groter wordt. Omgeving van de school De ouders zijn net als in 2013 zeer matig tevreden over de omgeving van de school. Dit hoofdaspect scoort sterk lager dan de benchmark primair onderwijs en komt in de prioriteitenmatrix naar voren als een verbeterpunt met minder hoge prioriteit. Relatief veel ouders geven aan dat zij vinden dat de weg naar school niet verkeersveilig is voor hun kind en dat de school niet in een verkeersveilige buurt staat. Het blijft zinvol om samen met de ouders en de gemeente te kijken naar mogelijke verbeterpunten voor wat betreft de verkeersveiligheid rondom de school. Identiteit De ouders zijn matig tevreden over de identiteit. Dit hoofdaspect scoort sterk lager dan de benchmark primair onderwijs. De onvrede met de identiteit komt vooral naar voren in de mate waarin de ouders de openbare identiteit belangrijk vinden voor de schoolkeuze en in de mate waarin de ouders de openbare identiteit terugvinden in de omgangsvormen en het onderwijs op school. Aan de identiteit zou eventueel extra aandacht besteed kunnen worden door middel van een themaweek of themadag waarin medewerkers, ouders en leerlingen tezamen kijken naar hoe de identiteit van de school beter zichtbaar kan worden gemaakt. Communicatie De ouders zijn matig tevreden over de communicatie. Een verbetering ten opzichte van 2013. Toen waren de ouders ontevreden over dit hoofdaspect. Het hoofdaspect scoort sterk lager dan de benchmark primair onderwijs. De onvrede van de ouders met de communicatie uit zich voornamelijk in de hoeveelheid informatie die de ouders krijgen over de leerprestaties/vorderingen van hun kind, in het tijdig informeren van de ouders in het geval er zich problemen voordoen met hun kind en in de invulling van de ouderavond. Daarnaast zien we bij het hoofdaspect begeleiding dat ouders matig tevreden zijn over de informatie over 5
meer begeleiding/zorg voor hun kind. Het is belangrijk voor de school om (nog) meer aandacht te besteden aan de communicatie met de ouders. Algemeen Als wij de deelaspecten nader bestuderen komen er nog een aantal punten naar voren waar De Boei aandacht aan zou kunnen besteden. De ouders zijn matig tevreden over de aandacht van de school voor de talenten van de leerlingen en over de ruimte die hun zoon/dochter op school krijgt om zich te ontwikkelen. De school zou extra aandacht kunnen besteden aan de talenten van leerlingen. Bij het hoofdaspect onderwijs zien we dat ouders matig tevreden zijn over de leermiddelen, over de wijze van toetsing, over de hoeveelheid huiswerk, over de mate waarin leerkrachten het maximale halen uit de leerlingen en over het gebruik van moderne leermiddelen zoals digibord, computers e.d. Het verdient aanbeveling om, eventueel in samenspraak met de ouders, goed na te gaan op welke punten het onderwijs verbeterd kan worden op De Boei. Dit zou bijvoorbeeld tijdens een ouderavond aan de orde kunnen komen. Ten slotte zijn de ouders matig tevreden over de mate waarin leerlingen zich aan de regels houden, over de mate waarin leerlingen aardig zijn voor elkaar, over de mate waarin hun kind in de klas voor zijn/haar mening durft uit te komen en over het aantal vrienden en/of vriendinnen op school. Om de tevredenheid van de ouders te vergroten zou het goed zijn als de school hier aandacht aan zou besteden.
Leerlingen Het onderzoek is gehouden onder de leerlingen van groep 6, 7 en 8 van De Boei. Uiteindelijk hebben 45 leerlingen de vragenlijst ingevuld (29% meisjes, 71% jongens). Algemeen beeld
Aanbevelingen De leerlingen van De Boei zijn redelijk tevreden met hun school (gemiddeld rapportcijfer van een 8.0 ten opzichte van een gemiddeld rapportcijfer van een 7.5 in 2013). Zij zijn zeer tevreden over het onderwijs, de leerkracht, de extra activiteiten en de sociaal-emotionele ontwikkeling. Ten opzichte van de meting in 2013 scoort De Boei hoger op alle hoofdaspecten. Leerlingtevredenheidsonderzoek wordt echter met name verricht om te achterhalen waar mogelijkheden tot verbetering liggen voor de tevredenheid van de leerlingen. De aanbevelingen richten zich op die hoofdaspecten die in het onderzoek als relatief zwak naar voren komen. Dit is: Sfeer. 6
Sfeer Over de sfeer op school zijn de leerlingen redelijk tevreden. De leerlingen zijn duidelijk meer tevreden over de sfeer dan in 2013. Het hoofdaspect scoort echter lager dan de benchmark primair onderwijs en komt in de prioriteitenmatrix naar voren als een verbeterpunt met hoge prioriteit. De relatieve onvrede met de sfeer richt zich voornamelijk op de mate waarin de leerlingen zin hebben om naar school te gaan, op de mate waarin iedereen aardig is voor elkaar en op de mate waarin de leerlingen naar elkaars ideeën luisteren. Daarnaast zien wij bij het hoofdaspect sociaal-emotionele ontwikkeling dat relatief veel leerlingen zich zenuwachtig voelen als ze worden getoetst. Ten slotte geeft 19% van de leerlingen aan dat er in de klas wordt gepest. Het is belangrijk dat kinderen zich prettig voelen op school. Daarom is het ook erg belangrijk om goed na te gaan hoe het komt dat sommige kinderen geen zin hebben om naar school te gaan en dat er gepest wordt. Om de sfeer op school te verbeteren zou gedacht kunnen worden aan projecten waarin aandacht wordt besteed aan de communicatie tussen leerlingen en pestgedrag. Het lijkt ons daarnaast goed om de leerlingen minder zenuwachtig te laten zijn door bijvoorbeeld vaker te oefenen met toetsen. Ook zou er gedacht kunnen worden aan een kringgesprek waarin bovengenoemde onderwerpen besproken worden met de leerlingen. Algemeen Bij het bestuderen van de deelaspecten komen nog een aantal aspecten naar voren waar de school aandacht aan kan besteden. De leerlingen zijn ontevreden over de leerzaamheid van spreekbeurten en werkstukken. Het is belangrijk dat leerkrachten leerlingen de meerwaarde van een spreekbeurt of werkstuk in kunnen laten zien, waardoor leerlingen gemotiveerder raken. Daarnaast zien we bij het hoofdaspect voorzieningen dat de leerlingen (zeer) matig tevreden zijn over de hygiëne van de wc’s, het klaslokaal en de gezelligheid van de school. Deze aspecten scoren wel hoger dan in 2013. De hygiëne van de wc’s en het klaslokaal is een aspect dat relatief eenvoudig aan te pakken is. Misschien zou daarnaast in samenspraak met ouders en leerlingen gekeken kunnen worden hoe, door middel van kleine aanpassingen, het schoolgebouw aantrekkelijker kan worden gemaakt.
7