KUNSTSTOF DRUKLEIDINGEN voor transport van perslucht
78
2. Kunststof drukleidingen voor transport van perslucht 2.1
ALGEMENE EIGENSCHAPPEN
De buizen en hulpstukken van het VINKAIR-systeem zijn speciaal ontwikkeld voor het aanleggen van persluchtleidingen. Corrosievast Het VINKAIR-systeem dat vervaardigd wordt van een in de massa blauw gekleurde elastische thermoplast, biedt een passende oplossing voor alle corrosieproblemen en waarborgt een gelijkblijvende kwaliteit van de getransporteerde lucht. Het systeem is bestand tegen inwendige en uitwendige corrosie (vochtige en corrossieve omgevingen). Dankzij de geringe warmtegeleidingscoëfficiënt wordt condensatie aanzienlijk beperkt. Schokvast De gebruikte elastische thermoplast van het VINKAIR-systeem is uitstekend schokvast, waardoor bij onverwachte breuk, zelfs bij extreem lage temperaturen (-20°C), een wegspringen van splinters wordt voorkomen. Bestand tegen compressor-olie en condensaten Het voor VINKAIR-systeem gebruikte materiaal is uitstekend bestand tegen de gebruikelijke soorten compressor-olie. Bovendien is het bestand tegen eventueel in de leidingen aanwezige condensaten (geen hydrolyse-effect). Bestand tegen ultra-violette straling Zoals alle thermoplasten is het VINKAIR-systeem gevoelig voor abnormale ultraviolette straling. In verband hiermee dienen de toepassingsvoorschriften te worden aangehouden. Zelfdovend Bij het uitbreken van brand breidt het vuur zich door het VINKAIR-systeem niet uit en worden de vlammen ook niet verder geleid. Eenvoudige installatie en uitbreiding/onderhoud De lichte en desondanks starre leidingen en accessoires van het VINKAIR-systeem worden uitsluitend met behulp van onze VINKAIR-lijm verlijmd en kunnen volgens de normale installatietechnische principes in de volgende posities worden geïnstalleerd : ondersteund, hangend, ingebouwd, plaatsing in een goot of in de aarde. Dit heeft de volgende voordelen : - grote flexibiliteit bij uitbreiding van de installatie - geringe installatietijd - gebruik van eenvoudig gereedschap - netter werk op de bouwplaats Hoger rendement van de installatie De gladde binnenzijde, in combinatie met de hoge corrosievastheid, zorgen in vergelijking met een metalen leiding met dezelfde inwendige doorsnede, voor een betere luchtdoorvoer die ook na langere tijd niet afneemt.
2.1.1
Fysische eigenschappen
Eigenschappen
Normen
Eenheden
Waarden
Dichtheid
NF T45-022 ISO 1183/3514
kg/m3
≈1300
Lineaire uitzettingscoëfficiënt α
ASTMD 696-70
m/m°C
9.5 . 10-6*
Wateropname (24 uur bij 100°C)
NFT 54.023/ISO 2508
g/m
2
Verwekingspunt (Vicat) (belasting 5 N)
NFT 51.021/Meth. B ISO/R 306
°C
73
* d.w.z. 0.095 mm per meter en graad Celsius
79
2. Kunststof drukleidingen voor transport van perslucht 2.1.2
Mechanische eigenschappen
Eigenschappen
Normen
Eenheden
Gemiddelde waarden
Aan leiding gemeten breuk-treksterkte
NFT 54-026
MPa
31
Rek bij breuk
NFT 54-026
%
> 100
E-modulus
NFT 54-026
MPa
> 1700
Kerfslagsterkte (met IZOD kerf)
NFT 51-911
J/cm2
> 2.5
1MPa = 10 bar
2.1.3
Condensatie
Het fenomeen van condensatie, voortkomend van de circulatie van een koude vloeistof, kouder dan de omgevingstemperatuur, heeft geen enkele fysico-chemische invloed op het VINKAIR-systeem. Nochtans moeten wij benadrukken dat condensatie minder vlug optreedt in vergelijking met andere materialen (zie tabel). Diam. ext.
Staal
Koper
Vinkair
20 32 63
9.5 °C 9.5 °C 9.5 °C
10 °C 10 °C 10 °C
6 °C 6.5 °C 7 °C
vb. T omg = 20° C relatieve vochtigheid = 50 % Deze tabel geeft de temperatuur weer waar er condensatie kan optreden in de gegeven omstandigheden.
2 1.4
Chemische bestendigheid tegen compressor-olie
Met het oog op een lange levensduur en de hiermee samenhangende betrouwbaarheid van leidingnetten, vervaardigd met het VINKAIR-systeem, werd het gedrag onderzocht onder invloed van gewoonlijk gebruikte soorten compressor-olie. Uit onderzoek blijkt dat het VINKAIR-systeem geschikt is voor de meeste gangbare soorten compressor-olie; uitgezonderd een aantal esters bevattende typen. Vink heeft de mogelijkheid om advies te geven i.v.m. de compatibiliteit van VINKAIR m.b.t. deze esters. Hiervoor dienen wij wel vooraf een schriftelijke aanvraag te ontvangen.
2.1.5
Gebruiksvoorwaarden
2.1.5.1 Toepassingsgebieden a) Toevoer van perslucht b) Transport van overige media Het VINKAIR-systeem wordt niet gegarandeerd bij toepassing van andere media dan perslucht of andere druk- en temperatuuromstandigheden dan de hieronder gedefinieerde.
2.1.5.2 Grenswaarden bij de toepassing (druk/temperatuur) De druk van 12.5 bar is een binnen het temperatuurtraject (medium of omgeving) van -20 tot en met + 25 °C te gebruiken maximale werkdruk. De temperatuurverhoging heeft een vermindering van de mechanische stevigheid van de elementen van het VINKAIR-systeem tot gevolg, waardoor de druksterkte verlaagd wordt. Wanneer de bedrijfstemperatuur van de media of de omgeving boven 25°C ligt, moet de maximale werkdruk aan de hand van de onderstaande curve bepaald worden.
80
2. Kunststof drukleidingen voor transport van perslucht
Voorbeeld :
Bij een bedrijfstemperatuur van het medium of de omgeving van 40°C mag de maximale werkdruk in geen geval hoger zijn dan 9.6 bar.
Belangrijk :
Het VINKAIR-systeem wordt uitsluitend gegarandeerd voor temperaturen tussen -20°C en + 50°C en overeenkomstige drukwaarden. Het VINKAIR-systeem wordt in het algemeen achter het persluchtreservoir of koelaggregaat geïnstalleerd. Er dient voor gezorgd te worden dat de druk op het leidingnet de topwaarde in de bovenstaande curve niet overschrijdt.
2.2
ONTWERP
2.2.1
Algemeen
De voortdurende verdere ontwikkeling van de fabricagetechnieken en persluchtgereedschappen vereist de planning van flexibele leidingnetten die kunnen worden uitgebreid of van nieuwe aftakleidingen worden voorzien. Hiervoor is het nodig dat het hoofdleidingnet tijdens de ontwerpfase royaal gedimensioneerd wordt. De realisatie van gesloten kringloopsystemen volgens werkplaats-typen, garandeert een betere prestatie en een optimale werkdruk op alle punten van het net. Door een lichte helling van de verzamelleidingen, mogelijk dankzij de starre uitvoering van het VINKAIR-systeem, in combinatie met de plaat sing van een condensaatafscheider (bestaande uit buis en hulpstukken) op alle diep gelegen punten, en het uitvoeren van alle luchtaftakkingen bovenop de buismantels, wordt een goede kwaliteit van de lucht op alle aftakpunten gegarandeerd. Vibraties Aangezien vibraties aanleiding kunnen geven tot onregelmatigheden zowel in de leidingen zelf als ook in de beugels, wordt nadrukkelijk geadviseerd, een doelmatig systeem toe te passen dat indien noodzakelijk de voortplanting van vibraties tegengaat. Warmtebronnen en ultraviolette straling Op grond van de materiaaleigenschappen van de gebruikte thermoplast mag het VINKAIR-systeem in geen geval worden toegepast in de buurt van een warmtebron die het materiaal tot boven de toegestane temperatuursgrenzen verwarmt. Evenmin mag het materiaal worden gebruikt op plaatsen die voortdurend blootstaan aan zonnestraling (ultraviolette straling). Indien dit desondanks niet vermeden kan worden, dient er een minimum aan beschermende maatregelen te worden getroffen zoals het aanbrengen van een reflecterende coating (bv. witte luchtdrogende alkydlak) of een absorberend scherm, dat ondoorlaatbaar is voor ultraviolette of warmtestraling.
81
2. Kunststof drukleidingen voor transport van perslucht Voorkomen van schokken Net zoals alle leidingnetten die onder druk staande media transporteren, moeten de pijpleidingen van het VINKAIR-systeem tegen schokken beschermd worden. Met name komen hiervoor in aanmerking doorvoerpunten van transportleidingen of in beweging zijnde hangende lasten (gebruik van leiborden, ballustrades enz.)
2.2.2
Schema
De onderstaande isometrische tekening geeft een overzicht van de meest voorkomende toepassingen van het VINKAIR-systeem.
T HE M N EE VA YST S EN R-S GR KAI VIN
GR VIN ENS KA VA IR- N SY HE ST T EE M
2.2.3
Expansie en krimp
Het verschijnsel Onder invloed van temperatuursschommelingen rond een referentiepunt (nl. de temperatuur tijdens de installatie) - zetten alle niet speciaal belaste materialen bij temperatuursstijging uit - krimpen deze materialen bij temperatuurdaling aanleg bij 20°C expansie bij 50°C krimp bij 0°C Bij de pijpleidingen zijn met name de lengteveranderingen van belang. Parameter voor de dimensionering van VINKAIR De lineaire uitzettingscoëfficiënt van VINKAIR-systeem bedraagt : α = 0.095 mm per meter en per graad Celsius
82
2. Kunststof drukleidingen voor transport van perslucht Vergelijking van de coëfficiënten staal koper CPVC PVC VINKAIR PVDF ABS PP PE
12.8 x 10-6 m/m °C 16.5 x 10-6 m/m °C 70.0 x 10-6 m/m °C 80.0 x 10-6 m/m °C 95.0 x 10-6 m/m °C 130.0 x 10-6 m/m °C 101.0 x 10-6 m/m °C 160.0 x 10-6 m/m °C 200.0 x 10-6 m/m °C
Bij gebruik van het systeem wordt de expansie of krimp van de buis bepaald aan de hand van de vergelijking. ∆L = α x L x ∆T Met hierin is : α = lineaire uitzettingscoëfficiënt L = lengte van de pijpleiding bij aanleg in meters ∆T = temperatuursverschil (verschil tussen maximale/minimale bedrijfstemperatuur en temperatuur tijdens aanleg) graad Celsius ∆L = lengteverschil tussen L bij installatie en L tijdens bedrijf, d.w.z. expansie- of krimplengte Voorbeeld 1 : Temperatuur bij aanleg +5°C Bedrijfstemperatuur (medium of omgeving) + 30°C ∆T = 30 - 5 = 25°C wanneer (bij + 5°C) L = 15 m ∆L = 0.095 x 15 x 25 = 35.6 mm Voorbeeld 2 : Temperatuur bij aanleg +15°C Bedrijfstemperatuur (medium of omgeving) -5°C ∆T = 15 + 5 = 20°C wanneer (bij + 15°C) L = 30 m ∆L = 0.095 x 30 x 20 = 57 mm
2.2.4
Gevolgen van de expansie/krimp en oplossingen
Onder bepaalde omstandigheden hebben de door de expansie veroorzaakte verlengingen een compressie van de buis met knikken tot gevolg, terwijl de door de krimp veroorzaakte verkortingen een spanning tot gevolg hebben. De onderstaande tekeningen geven enkele gevallen van compressie en spanning weer, die een abnormaal werken van het materiaal veroorzaken en het gevaar met zich meebrengen, aanzienlijke storingen te veroorzaken. Expansie (compressie tussen vaste punten) - knikken van buis tussen vaste punten
x : vast punt (PF) = : langsgeleiding (GL) → : kracht op aanslagen en aansluitpunten
- Afschuiving op objecten, hindernissen, verbindingen of op werktuigen die een vast punt vormen
risico op vervorming of loskomen
83
2. Kunststof drukleidingen voor transport van perslucht Krimp (spanning onder vaste punten) - Onder spanning zetten van de buizen, mechanische verbindingen, verlijmingen, tussen vaste punten
- Onder spanning zetten tussen objecten, hindernissen, verbindingen of op werktuigen die een vast punt vormen.
Oplossing Om onregelmatigheden ten gevolge van bewegende leidingen te voorkomen, moet de buis vrij kunnen uitzetten en inkrimpen. Het is daarom zinvol: - beugels te gebruiken die een beweging in de lengterichting van de buis mogelijk maken - de leidingen dusdanig aan te leggen dat men nooit een recht traject heeft dat tussen twee vaste punten is gefixeerd. Hiervoor gebruikt men ofwel richtingveranderingen ofwel kniestukken (zie het onderstaande schema).
84
2. Kunststof drukleidingen voor transport van perslucht Dimensionering van knieën, richtingveranderingen en aftakkingen Net zoals alle richtingsveranderingen en aftakkingen zijn de knie-stukken samengesteld uit buizen en knieën.
Verklaring van de gebruikte tekens x =
: vast punt : schuivende beugel : vrije beugel L : lengte van de leiding bij installatie L1 : lengte van de leiding bij max. (+) en min (-) temperatuur medium en omgeving ∆L : lengteverschil tussen L1, +/- en L D : lengte van het flexibel te bevestigen, in beweging zijnde kniestuk
85
2. Kunststof drukleidingen voor transport van perslucht
∆L in mm
Aan de hand van het onderstaande diagram kan de lengte D van het flexibele leidingstuk, van de richtingverandering of de aftakking worden bepaald, waarbij men rekening houdt met de buisdiameter of de beweging van de leiding L.
D in meter
Voorbeeld 1 Bepalen van de toelaatbare expansie, uitgaande van de lengte van het knie-stuk. Buis met diameter 40 en knie-stuk D = 1,55 m Resultaat: ∆L = 55 mm Voorbeeld 2 Bepalen van de lengte van het knie-stuk, uitgaande van de expansie Buis met diameter 25 en ∆L = 23 mm Resultaat: D = 0,77 m
86
2. Kunststof drukleidingen voor transport van perslucht 2.2.5
Principe van de beugeling
Algemeen De keuze van het materiaal voor de beugels, van de vorm en het afsluitsysteem van de beugels, wordt aan de installateur overgelaten. De beugels : - mogen in geen geval verwondingen veroorzaken, noch de leidingen beschadigen - dienen de last die ze moeten steunen te kunnen dragen, ook bij wisselende temperaturen - moeten de leidingen die ze steunen op voldoende afstand van de wanden of evt. hindernissen houden, om zo gemakkelijke montage/demontage van de mechanische aansluitingen en hulpstukken (overgangskoppelingen, flenzen, kleppen en overige elementen) mogelijk te maken. Afstand tussen beugels De afstanden tussen beugels moeten zodanig worden gekozen dat vervorming van de buis vermeden wordt. De in de onderstaande tabel opgegeven maximale afstanden maken het mogelijk, de VINKAIR leidingen afhankelijk van diameter en bedrijfstemperatuur (uitsluitend voor perslucht) rechtlijnig te houden.
T°C diam. 16 20 25 32 40 50 63 75 90 110
≤ 20°C mm
30°C mm
40°C mm
50°C mm
60°C mm
1,05 1,15 1,30 1,40 1,60 1,85 2,10 2,30 2,50 2,80
0,85 1,05 1,15 1,25 1,45 1,65 1,90 2,10 2,30 2,60
0,85 0,95 1,05 1,15 1,30 1,50 1,70 1,90 2,10 2,40
0,75 0,85 0,95 1,02 1,15 1,35 1,55 1,75 1,95 2,25
0,70 0,75 0,85 0,90 1,05 1,20 1,40 1,55 1,75 2,00
Wanneer zware kleppen of hulpstukken op een VINKAIR-leiding gemonteerd worden, moeten deze afzonderlijk extra worden ondersteund. Types Type 1 : Langsgeleiding Dit is het meest voorkomende type. Deze beugels moeten de leidingen ondersteunen en tegelijkertijd expansie-en krimpbewegingen naar de compensatiesystemen afvoeren. Type 2 : Vrije beugel Dezelfde functie als beugel type 1, de buis kan echter bovendien in zijwaartse richting glijden (zie tekeningen op volgende pagina). Type 3 : Vaste beugel Hier betreft het een beugel die de leiding in één punt fixeert om zo de bewegingen t.g.v. expansie en krimp naar de compensatiesystemen af te voeren. Belangrijk : Met het oog op eventueel doorscheuren van de buizen ter hoogte van de beugels en metalen dragers, dienen tussen buis en beugels en metalen dragers beslist beschermende hulzen aangebracht te worden. De hulzen moeten : - een diameter hebben die een fractie groter is dan de uitwendige diameter van de buis. - geen scherpe kanten vertonen die de buis zouden kunnen beschadigen - aan de binnenzijde glad zijn om het glijden van de buis te vergemakkelijken. Een VINKAIR-buis of hulpstuk mag niet direct in een bevestigingsbeugel of op een metalen beugel worden bevestigd. Het aanbrengen van een elastische inlage is noodzakelijk. De constructie van een vast punt d.m.v. het bevestigen van de buis in de drager of de bevestiging van een drager, wordt niet aanbevolen. De afschuiving-(expansie) en trekbelasting(krimp) heffen de vaste bevestiging op en kunnen daardoor een negatief effect hebben op het compensatiesysteem dat de bewegingen van de leiding moet opvangen. Wij adviseren de toepassing van één van onderstaande technieken.
87
2. Kunststof drukleidingen voor transport van perslucht Tabel van de hulzen Uitwendige ∅ VINKAIR buis
Uitwendige x inwendige ∅ x dikte huls
Inwendige ∅ van de beugel
Min. lengte van huls
16
25 x 19.4 x 2.8
25
4 cm
20
25 x 22.6 x 1.2
25
4 cm
25
32 x 26.0 x 3 32 x 27.2 x 2.4
32 32
4 cm 4 cm
32
40 x 34.0 x 3
40
5 cm
40
45 x 42.0 x 1.5 50 x 42.6 x 3.7
45 50
5 cm 5 cm
50
63 x 53.6 x 4.7
63
6 cm
63
75 x 64.0 x 5.5
75
6 cm
75
80 x 77.0 x 1.5
80
10 cm
90
100 x 93.6 x 3.2 110 x 93.8 x 8.1
100 110
10 cm 10 cm
125 x 113.0 x 6.0 125 x 119.0 x 3.0 125 x 115.6 x 4.7
125 125 125
10 cm 10 cm 10 cm
110
88
2. Kunststof drukleidingen voor transport van perslucht Enige voorbeelden van beugels : typen 1 en 2.
Verschillende manieren voor het aanbrengen van een vaste beugel : type 2.
beugeling aan weerszijden van een verbinding of door 2 op de buis gelijmde halfschalen
beugeling tussen 2 op de buis gelijmde halfschalen
beugeling tussen op de buis gelijmde halfschalen
89
2. Kunststof drukleidingen voor transport van perslucht 2.2.6
Bijzondere gevallen bij de installatie
a. Doorvoer door muur of plafond
Wanneer een VINKAIR-leiding door een muur of plafond geleid wordt, moet ze door een starre huls, bij voorkeur van synthetisch materiaal beschermd worden. De inwendige diameter van de huls wordt met een zodanig grote tolerantie gekozen dat de leiding vrij kan glijden. De huls moet zo lang zijn dat hij er aan beide zijden van het afgewerkte muuroppervlak uitsteekt.
b. Ingebouwde of verzonken installatie De VINKAIR-leiding kan in de muur worden ingebouwd of verzonken. Voorwaarde hierbij is dat er geen demonteerbare hulpstukken op dit leidingstuk zijn aangebracht. De volgende veiligheidsmaatregelen dienen te worden genomen :
Doorvoer
Doorvoer
Doorvoer
De leiding kan direct in de muur verankerd worden, hetzij m.b.v. de hulpstukken in de leiding, hetzij met op de buiswand gelijmde halfschalen. Bij iedere doorgang beschermt een huls die iets uit het afgewerkte muuroppervlak steekt de leiding tegen belasting door afschuiving. De spleet wordt opgevuld met een homogeen materiaal zonder grind. Dit zou de leiding kunnen beschadigen. Het testen van het systeem dient te gebeuren vóór het opvullen van de spleet.
c. In de grond leggen
De VINKAIR-leidingen kunnen in de grond worden gelegd, mits de gebruikelijke veiligheidsmaatregelen worden genomen. De bodem van de goot moet geëgaliseerd worden en vrij gemaakt van grofkorrelig materiaal en harde, uitstekende delen. Een zorgvuldig verdicht 10 cm dik zandbed wordt vervaardigd van zuiver zand 0/10 met minder dan 10% fijne delen. De direct met de leiding in contact komende afdeklaag (bestaande uit zand en minder dan 12% fijne delen en vrij van grind met een diameter > 30 mm) is teminste 15 cm dik en wordt aangestampt. De afdeklaag bestaat uit het uitgegraven materiaal dat in elkaar opvolgende lagen met minder dan 30% delen groter dan 20mm wordt gestort en vervolgens aangestampt. De totale minimale hoogte van de op de leiding gestorte laag bedraagt : Normaal : 60 cm Onder rijbaan 80 cm Onder betonnen plaat : 40 cm
90
2. Kunststof drukleidingen voor transport van perslucht 2.2.7
Informatie voor het berekenen van de leidingnetten
2.2.7.1 Toelaatbare doorstromingshoeveelheden Dankzij de perfect gladde binnenzijde van buizen en hulpstukken kan (bij dezelfde diameter) een doorstromingshoeveelheid worden bereikt die groter is dan de door metalen leidingen toegestane doorstromingshoeveelheid. In de onderstaande tabel wordt de bij 15°C geadviseerde doorstromingshoeveelheid gegeven in liters/min (NK). Bij een afname in druk van 5% per 100 m leiding voor een diameter 16 en bij een afname van 2.5% voor de diameters 20 tot en met 110. Maximale doorstromingshoeveelheden in L/min (NK) Overdruk
Uitw. diameter (mm)
(bar) 1 3 5 7 10 12.5
16
20
25
32
40
50
200 535 889 1255 1820 2300
240 650 1080 1520 2210 2800
450 1200 2006 2830 4110 5200
1000 2700 4480 6325 9185 11630
1800 4845 8035 11345 16485 20870
3280 8825 14640 20670 30080 38025
63 6080 16370 27155 38335 55665 70515
75
90
110
9780 15880 27200 26330 42750 73210 43680 70930 121460 61670 100130 171480 89560 145411 249000 113450 184190 315420
2.2.7.2 Drukverliezen in de hulpstukken In de onderstaande tabel wordt de overeenkomstige lengte van de leiding gegeven met dezelfde diameter voor alle typen hulpstukken. Overeenkomstige lengten van de leiding met dezelfde diameter (in m) Uitw. dia overgangs van buis kopp. met draad
16 20 25 32 40 50 63 75 90 110
0.10 0.15 0.20 0.25 0.30 0.40 0.50 -
knie 90°
0.30 0.40 0.50 0.60 0.80 0.95 1.25 1.50 1.85 2.50
knie 45°
T-stuk T-stuk direct aan-voor gesloten aftakken
0.15 0.20 0.25 0.30 0.40 0.50 0.60 0.75 0.95 1.35
0.10 0.15 0.15 0.20 0.25 0.35 0.45 0.55 0.70 0.95
0.70 0.85 1.05 1.35 1.70 2.15 2.70 3.70 4.55 6.05
enkelvoudige reductie
0.45 0.55 0.70 0.90 1.10 1.35 1.70 2.40 3.10 3.50
dubbele reductie
bocht 90°
bocht 180°
0.20 0.25 0.30 0.40 0.45 0.60 0.75 1.10 1.35 1.55
0.10 0.15 0.15 0.20 0.25 0.35 0.45 0.55 0.75 1.00
0.25 0.35 0.45 0.55 -
kogelkranen
0.10 0.10 0.15 0.15 0.20 0.25 0.35 -
91
2. Kunststof drukleidingen voor transport van perslucht 2.2.7.3 Drukverlies in de leidingen
Effectieve doorstromingshoeveelheid onder druk : doorstromingshoeveelheid onder druk P =
doorstromingshoeveelheid NK* P (absolute druk in bar)
Temperatuurcorrectie : °C + 273 doorstromingshoeveelheid bij 0°C = doorstromingshoeveelheid bij 15°C x 288
* Normaal klimaat
92
2. Kunststof drukleidingen voor transport van perslucht Gebruik van het nomogram 1. Bepaling van de diameter van de leiding, wanneer druk, doorstromingshoeveelheid en toelaatbaar drukverlies bekend zijn : a) Trek van de drukwaarde (op as c) een rechte lijn naar de drukverlieswaarde (op as A); op referentie-as R kan een snijpunt worden afgelezen. b) Trek van de doorstromingshoeveelheid (op as A) een rechte lijn naar het vorige snijpunt; c) Deze rechte lijn snijdt as B op een punt waarmee de diameter bepaald kan worden (bij voorkeur moet de direct daar bovenliggende diameter gekozen worden). 2. Bepaling van de doorstromingshoeveelheid, wanneer diameter, druk en toelaatbaar drukverlies bekend zijn : a) verbind het drukverlies (op as A) met een rechte lijn die de referentie-as R snijdt, met de drukwaarde (op as C). b) verbind dit op de referentie-as R bepaalde punt door een rechte lijn die de A-as snijdt, met de diameterwaarde (op as B). c) lees de diameterwaarde op as A af. 3. Bepaling van het drukverlies, wanneer diameter, druk en gewenste doorstromingshoeveelheid bekend zijn : a) verbind de doorstromingshoeveelheid (op as A) door een rechte lijn die de referentie-as R snijdt met de diameterwaarde (op as B). b) verbind dit op de referentie-as R bepaalde punt door een rechte lijn die de as snijdt, met het drukverlies (op as A). c) lees de gezochte drukverlieswaarde op de as af.
2.3 2.3.1
VERWERKEN VAN BUIZEN EN HULPSTUKKEN Gereedschap
Zagen en snijden Een metaalzaag is voldoende. Voor het verkrijgen van een haakse zaagsnede wordt geadviseerd een verstekbak te gebruiken.
Andere gereedschappen maken het mogelijk, sneller en eenvoudiger een haakse snede te maken. Het betreft hier met name het volgende gereedschap : pijpensnijder voor kunststof.
Afbramen en zoekrand maken Na het snijden moet de buis aan de buitenkant altijd worden afgebraamd en moet bovendien een zoekrand worden gemaakt. Voor beide werkzaamheden kan een grove halfronde vijl gebruikt worden.
Afschuingereedschap
Afbraamgereedschap
93
2. Kunststof drukleidingen voor transport van perslucht 2.3.2
Lijmprocédé
Na het snijden, afbramen en afschuinen van de buis, moeten de samen te voegen oppervlakken ruw worden geschuurd en ontvet. Het ruw schuren Dit wordt gedaan met fijn schuurpapier (nr. 80) of schuurlinnen (bij voorkeur nr. 80). schuurpapier n° 80
nee
ja
schuurlinnen n° 80
ja
Opmerking : er wordt geadviseerd, voor het ruw maken geen rasp, zaagblad of slijpschijf te gebruiken.
De buis moet over de geheel te verlijmen oppervlakte + ca. 1 cm ruw worden geschuurd. Bij de verbindingsstukken worden de binnen- en buitenzijden over de gehele lengte ruw geschuurd.
Opmerking : Wanneer de buizen of fittingen met vet, aarde, enz. verontreinigd zijn, moeten deze beslist vóór het schuren worden schoongeveegd. BELANGRIJK : Het ruw schuren mag in geen geval vergeten worden. Hiermee wordt namelijk van het oppervlak van de fittingen en buizen de zichtbare harde en glanzende film verwijderd. Deze film bevat substanties die een nadelig effect op de verlijming kunnen hebben. Het materiaal is voldoende ruw geschuurd zodra de geheel glanzende film van de te lijmen oppervlakken verdwenen is. De ruw geschuurde oppervlakken moeten voor het ontvetten geheel stofvrij gemaakt worden. Het ontvetten Het ontvetten heeft tot doel, alle eventueel achtergebleven sporen vet (vingerafdrukken, vet, vuil enz.) te verwijderen. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van een reiniger die met een schone doek kan worden aangebracht. Controle tijdens het verlijmen Vóór het verlijmen is het belangrijk bepaalde zaken na te gaan : a) m.b.t. de buizen en fittingen : controleer of er geen beschadigingen zoals deuken, diepe krassen e.d. aanwezig zijn. b) m.b.t. de lijm : deze moet dik visceus, homogeen, zonder vet en verontreinigingen zijn en een sterke reuk afgeven (oplosmiddel).
94
2. Kunststof drukleidingen voor transport van perslucht BELANGRIJK : Water heeft een nadelige invloed op de lijm en bij gevolg ook op de kwaliteit van de lijmverbinding. Er mag daarom niet worden verlijmd wanneer de samen te voegen delen vochtig zijn (van tevoren droog maken). Met de VINKAIR lijm kan de lijmverbinding bij temperaturen van 0°C tot +35°C tot stand worden gebracht. Deze temperatuurgrenzen dienen beslist te worden aangehouden. De atmosferische omstandigheden (temperatuur, vochtigheid) beïnvloeden in hoge mate de uithardingstijd (drogen, verdamping van het oplosmiddel) van de lijm. Bij lage temperaturen moeten alle delen na het samenvoegen 20 tot 30 seconden op hun plaats worden gehouden. In een warme omgeving moet de lijm snel worden aangebracht en de te lijmen delen vervolgens direct in elkaar geschoven. Om het verdampen van het oplosmiddel in de lijm tegen te gaan, moet het blik na ieder gebruik gesloten worden. Markering van de in te passen delen Bij buizen is het nuttig de in elkaar te schuiven delen met een vetpotlood of onuitwisbare stift e.d., te markeren.
markeerpunt Door deze markering kan : 1) de lijm op het gehele te verlijmen oppervlak aangebracht worden. 2) worden nagegaan of de inschuifdiepte van het omhullende deel correct is. Verlijming De lijm wordt aangebracht nadat alle controles zijn uitgevoerd en het markeren voltooid is. Er kan gebruik gemaakt worden van de VINKAIR of TANGIT lijm. Voor het aanbrengen van de lijm moet een geschikt type kwast worden gebruikt, echter geen vingers, spaanders of andere voorwerpen. Verder is het niet toegestaan, de buizen of fittingen in de lijm te dompelen (op deze manier zou zich namelijk aan de einden een dikke ring vormen waardoor in kleine diameters verstoppingen kunnen ontstaan). Breng op het omhullende deel de lijm spaarzaam (in een dunne laag) op ongeveer de helft van de inschuifdiepte aan (binnenzijde) en op het er in te schuiven deel over de gehele inschuiflengte (buitenkant). De lijm moet worden aangebracht in twee - elkaar kruislings overlappende - lagen, waarbij de tweede laag in de lengterichting wordt aangebracht.
Ten gevolge van de standaardafwijkingen tussen uitwendige en inwendige fittingen kan er een aanzienlijke speling ontstaan. In dit geval moet tweemaal een lijmlaag worden aangebracht. Dit wordt gedaan door eerst de uitwendige en dan de inwendige fitting met lijm in te smeren. Vervolgens wordt het uitwendige passtuk een tweede maal met lijm ingesmeerd, dan worden de beide delen in elkaar geschoven.
95
2. Kunststof drukleidingen voor transport van perslucht In elkaar schuiven Na het aanbrengen van de lijm moeten de beide delen zover mogelijk in elkaar worden geschoven (tot aan de van tevoren aangebrachte markeringen), hierbij mogen ze ten opzichte van elkaar niet verdraaid worden.
Opmerking: In bepaalde gevallen moet de positie van de ene fitting tot de andere worden gemarkeerd (zie bovenstaande tekening). Deze markering moet voor het ontvetten worden aangebracht. Indien na het in elkaar schuiven blijkt dat te veel lijm werd aangebracht (zichtbaar aan een ring langs de naad), moet de overtollige lijm met schone doek of celstof worden verwijderd. Probeer hierbij niet alle lijmsporen geheel te verwijderen.
2.3.3
Speciale adviezen
Verwerking en opslag Net zoals bij alle materialen hangt de uiteindelijke kwaliteit van de installatie af van de omstandigheden waaronder ze getransporteerd, verwerkt en opgeslagen worden. De buizen en fittingen worden tegen stof en zonnestraling beschermd, los op vlakke ondergrond opgeslagen. Voorkom in ieder geval ruwe behandeling, stoten en botsingen met uitstekende, scherpe of zware delen. Buigen Het is streng verboden VINKAIR buizen op de bouwplaats te buigen. Dit heeft ontheffing van alle garantieverplichtingen tot gevolg. Voor iedere richtingverandering mogen uitsluitend VINKAIR-fittingen worden gebruikt. Aansluiten van het VINKAIR systeem op metalen hulpstukken met binnen- of buitendraad Met uitzondering van de montage op muurplaten moeten alle verbindingen van het VINKAIR systeem met pijpleidingen, en hulpstukken van metaal met binnen- of buitendraad (konisch of cilindrisch), worden uitgevoerd met voor dit doel bestemde VINKAIR hulpstukken. Wanneer moffen, knieën, T-stukken of overige fittingen met direct in het materiaal zelf gesneden draad gebruikt worden, moet het vastschroeven met de hand gebeuren. Alleen de laatste kwartslag wordt indien nodig met een spanbandtang uitgevoerd. In dit geval wordt geadviseerd, voor het afdichten geen hennep of vergelijkbaar materiaal te gebruiken. In plaats daarvan moet gebruik worden gemaakt van pakkingmateriaal als teflontape of anaërobe pasta, dat geen nadelig effect op het VINKAIR materiaal heeft. De VINKAIR buizen en -hulpstukken mogen in geen geval door machinale bewerking van binnen- of buitendraad worden voorzien. Benodigde hoeveelheid lijm voor 100 verlijmingen, i.f.v. de buisdiameter Buis diam.
Hoeveelheid VINKAIR lijm
Hoeveelheid Reiniger
12 16 20 25 32 40 50 63 75 90 110 125 140 160 200 250 315 400
125 ml 125 ml 250 ml 250 ml 250 ml 1l 1l 1l 2l 2l 2l 3l 4l 5l 9l 12 l 20 l 30 l
50 ml 50 ml 125 ml 125 ml 125 ml 250 ml 250 ml 250 ml 0,5 l 0,5 l 0,5 l 1 l 1,5 l 2 l 3 l 4 l 6,5 l 10 l
96
2. Kunststof drukleidingen voor transport van perslucht 2.4
MANUELE AFSLUITERS
Tekening groef om zittinghouder los te schroeven
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10
Handgreep Huis Kogel As Ring Lijmuiteinden Wartel Kraanhouder O-ringen Zitting
: : : : : : : : : :
PVC-U (rood) VINKAIR PVC-U PVC-U PVC-U VINKAIR VINKAIR inserts in messing EPDM PTFE
Toepassingsgebied Idem als bij VINKAIR buizen Maximaal temperatuursgebruik: 50°C Maximale werkdruk = 12,5 bar bij 25°C (zie grafiek in bijlage)
Maximale werkdruk (bars)
DRUK/TEMPERATUUR CURVE
Temperatuur (°C)
Overbrengingskoppel (bij 12,5 bar) Diam. Koppel Nm
16 3,0
20 3,5
25 3,0
30 5,0
40 8,5
50 11,5
60 12,5
97
98