Koning Leopold III-laan een natuur-cultuurproject in woord en beeld
Je ging niet je schreed zo onvergetelijk als nooit en zo mooi als het bericht dat de dood was overleden Je leek jonger dan verleden en je voeten fluisterden naar afstand m’n blik bleef even in jouw zoompje hangen en van bewondering liet ik slechts stilte achter maar jij vertrok zoals jij alleen dat kon afscheid nemen met de warme sfeer van blijven
Voorwoord
Tilia Cordata: de Koning Leopold III-laan in actie!
Leopoldsburg is een groene gemeente. De parken, pleinen, bossen, bomenlanen en perken vormen samen een groen netwerk. Bomen hebben een belangrijke functie in de woon- en leefomgeving van de inwoners van onze gemeente. Ze dragen bij aan de verfraaiing van onze gemeente en onze straten en worden door de meeste bewoners gewaardeerd.
Onder impuls van de milieuraad werd naast het natuurproject – kappen en aanplanten van de linden – een cultuurproject opgestart. Verschillende gemeentelijke diensten (milieudienst, cultuurdienst, sportdienst, bibliotheek, jeugddienst, cultureel centrum, communicatiedienst) en het Regionaal Landschap Lage Kempen werkten een programma met allerlei activiteiten uit.
De Koning Leopold III-laan behoort tot ons groene erfgoed. De prachtige bomen in deze laan waren bijna 100 jaar oud maar helaas ook rot en ziek. De dreef was dringend toe aan herstel. Het merendeel van de bomen was in zo’n slechte staat dat het gevaar voor de omgeving te groot werd. Professionele boomverzorgers gaven dan ook het advies om de bomen te vellen, ter beveiliging van de omwonenden. De oude bomen werden vervangen door een jonge dreef, die uitgroeit tot een nieuwe statige en ‘gezonde’ laan waar onze kleinkinderen of achterachterkleinkinderen naar hartelust kunnen flaneren. Voor veel inwoners is de Koning Leopold III-laan ook een bron van rust en/of inspiratie. Kunstenaars, fotografen en dichters maakten er mooie beeldhouwwerken, foto’s en gedichten over. Eén ding mag je bij dit alles echter niet vergeten: je leert en je geniet het meest van bomen door er zelf naartoe te trekken en te kijken, te luisteren, te ruiken en te voelen. Als je daarbij ook nog af en toe verwonderd kunt stilstaan bij een stukje poëzie over de bomen, dan beleef je de laan misschien ook nog anders. We hopen dan ook dat jullie en de generaties na ons nog lang genieten van deze prachtige laan!
Deze activiteiten moesten een link hebben met het project of in de buurt van de Koning Leopold III-laan plaatsvinden. Het volgende uitgangspunt stond voorop: het verdwijnen van de bestaande laan en de geboorte van de nieuwe laan in de kijker zetten met allerhande activiteiten of de ‘oude’ laan laten verderleven in de nieuwe laan (zitbanken, kunstwerken…). Om al deze activiteiten te overkoepelen werd een krachtige symbolische naam gekozen: “Tilia Cordata”. Dit is de Latijnse naam voor de kleinbladige lindebomen die werden (her)aangeplant. Maar Tilia Cordata staat eveneens voor gastvrijheid en zo is er een link naar “Ontwapend gastvrij”, de slagzin uit ons gemeentelijk logo.
Gedichtendag 2008 Naar aanleiding van het kappen van de bomen en het planten van nieuwe bomen in deze laan schreef de bibliotheek een poëziewedstrijd uit, onder het thema “wedergeboorte”. De prijsuitreiking van deze poëziewedstrijd vond plaats op gedichtendag, 31 januari 2008, in de schouwburg van het cultureel centrum, met een feestje, een optreden van de leerlingen van de afdeling woord van de muziekacademie en een optreden van Kamagurka. Leo Bormans was die dag presentator van dienst. Marc Bungeneers schreef het winnend gedicht “Afscheid”, waarvan iedereen kon genieten dankzij een spandoek aan de gevel van het cultureel centrum. Een jaar lang schreef de gemeentedichter gedichten bij allerlei gelegenheden. Dankzij een spandoek aan de gevel van het cultureel centrum genoten alle inwoners van het prachtige gedicht. De Strusselboerkes brachten een primeur met het afscheidslied - “Ons boelvarke” - over de laan. Hout sprokkelen Een gedeelte van de gekapte bomen werd verkocht als brandhout aan de inwoners. De gemeente vroeg 25 euro per m3. Ruim 160 geïnteresseerde inwoners schreven zich in. Wijkvrijwilligersaward-show Op 9 april 2008 tijdens de wijk-vrijwilligersaward-show maakte de milieuraad deze vrijwilligers tot peters van een aantal nieuwe bomen in de laan.
Dany Punie wd gemeentesecretaris
Erwin Van Pée burgemeester
Montmartre Een hoogtepunt van de activiteiten was Montmartre aan de kiosk, als afsluiter van het WAK – Week van de Amateurkunsten. Dit kunstenevenement vond plaats op 3 mei 2008 in het park rond de kiosk en aan de laan. Tjen Heyligen en Leon Dierckx maakten een kunstwerk uit een boomstronk. Andere plaatselijke kunstenaars schilderden of beeldhouwden ter plaatse, nog anderen stelden hun foto’s tentoon. Een fanfare en enkele violisten zorgden voor prachtige muziek. Jongeren van de jeugddienst maakten graffititekeningen, kinderen van Den Heuvel maakten een mandala en een vlinder uit een boom. De scouts en de sportdienst daagden bezoekers uit tot boomklimmen of bierbakken stapelen. De meisjes van Kifesh verkochten Turkse hapjes en demonstreerden henna-schilderen. De milieuraad, het regionaal landschap en de vereniging VELT gaven uitleg over de werken in de laan en over de zwarte specht (vogelsoort geadopteerd door onze gemeente). Kortom, onze inwoners hadden die namiddag het park en de Koning Leopold III-laan ingepalmd! Leopoldsburg zingt! De kiosk vormde op 20 september de plaats waar onze inwoners naar hartelust hun stembanden oefenden tijdens “Leopoldsburg Zingt”.
Stap voor stap maken we de Leopold III-laan weer gezond Van waar komen we Het Limburgs studiecentrum voor ecologie en bosbouw (LISEC) stelde in 1987 een plan op met voorstellen tot het beheer van de bomen voor de omgeving van de kerk en de Koning Leopold III-laan. Dit plan werd toen niet uitgevoerd. De bomen zijn intussen 20 jaar ouder. Dit maakt ook de uitvoering van dit beheersplan emotioneler. De linden waren nu bijna 100 jaar oud, de Amerikaanse eiken zo’n 80 jaar. Toch hebben deze eiken de linden overwoekerd. Heel wat linden zijn hieraan ten onder gegaan – in het plan van LISEC werd dit voorspeld… daarom was ingrijpen toen al nodig. In de voorbije 20 jaar werden al een 30-tal bomen – vooral linden – om veiligheidsredenen gekapt. Ze waren immers ziek of afgestorven en vormden een gevaar voor de omgeving.
De bomen “onder handen” genomen
Drastisch snoeien op hoogte
Een zieke boom
Bomen verkleinen voor de houtverkoop
De bomen worden in hun geheel omgelegd.
Vers haksel
Plantgat graven
Boompje planten
In 1998 werd op vraag van de milieuraad een nieuwe poging tot uitvoering van dit plan uitgewerkt in het kader van het gemeentelijk natuurontwikkelingsplan. Ook toen volgde er geen uitvoering. Wel werd er actie ondernomen om de auto’s tussen de bomen weg te houden: de paaltjes kwamen. Eind 2003 werden 18 bomen wegens acuut gevaar gekapt. Dit zette de milieuraad opnieuw aan tot actie. Nu 20 jaar later voeren we dit plan uit met medewerking van Monumenten en Landschappen en het Regionaal Landschap Lage Kempen. De laan wordt weer gezond gemaakt en in ere hersteld zodat onze kinderen en kleinkinderen er kunnen flaneren.
Waar gaan we naar toe De milieuraad bracht begin 2006 een advies uit met een plan van aanpak voor het college van burgemeester en schepenen. Later dat jaar sloegen de landschapsanimator van het Regionaal Landschap Lage Kempen en de milieuraad de handen in elkaar en de uitwerking van het project kwam in een stroomversnelling. Verschillende adviezen werden ingewonnen. Deze waren eensluidend: het kappen van de 3 bomenrijen is het meest aangewezen. Dit is ook het meest ingrijpend en oude bomen kappen doet pijn. Op termijn echter is dit de beste oplossing. Drie nieuwe rijen worden aangeplant. Een beukenhaag maakt het fysiek onmogelijk om te parkeren tussen deze bomen. Ook wordt een bloemenmengsel ingezaaid en zitbanken, gemaakt uit de gekapte bomen, worden geplaatst. In samenwerking met het Regionaal Landschap en Monumenten en Landschappen werkten we een aanpak in verschillende fasen uit. Op 25 april 2007 werd op een druk bijgewoonde infoavond het globale project uit de doeken gedaan. De milieuraad deed toen ook een oproep om een cultuurluik aan dit natuurproject te koppelen. Het project Tilia Cordata groeide hieruit voort. Elke fase werd voorafgegaan door een infomoment. De parkbomen grenzend aan de laan kregen een grondige snoeibeurt in de zomer van 2007. Voor de laanbomen in De Wittelaan en Naamselaan gebeurde dit in de zomer van 2008. In november 2007 werden de laanbomen tussen het postkantoor en het cultureel centrum gekapt en heraangeplant. Een aantal van deze bomen waren in zeer slechte staat! In oktober 2008 werden de resterende laanbomen gekapt. Om de hinder naar de buurt te beperken werd voor een grootschalige aanpak gekozen: de bomen werden in hun geheel neergelegd, verzaagd en afgevoerd. In december zijn de aanplantingwerken gestart. Omwille van het strenge winterweer konden deze werken pas in februari 2009 worden afgerond.
De Linde Soorten en herkenning De linde maakt deel uit van de lindefamilie (kaasjeskruidfamilie), de zomerlinde en winterlinde behoren tot de inheemse flora. Van de winterlinde bestaat een variatie met ingesneden bladeren. Onder de hybride Hollandse linden komen enkele oude klonen voor die mogelijk al vanaf de 16de eeuw zijn aangeplant. Ze kunnen gemakkelijk met de winterlinde of de zomerlinde worden verward. De belangrijkste zijn de koningslinde en de zwarte linde. Linden kunnen tot 35m hoog worden. Ze hebben hartvormige bladeren en bloemen die in schermvormige bundels bijeenzitten. De lindebloem heeft één bovenstandig vruchtbeginsel en talrijke meeldraden. Karakteristiek zijn de gevleugelde vruchten.
Groeiplaats en verspreiding De winterlinde komt in geheel Europa en West–Azië voor. De zomerlinde heeft een beperkter areaal en ontbreekt in Noord– en Oost–Europa. Linden zijn karakteristieke bomen van de rijkere leem- en kleibodems, maar de winterlinde handhaaft zich ook op minder rijke bodems. De zomerlinde groeit vooral in bergland en hellingbossen. Toch zijn er archeologische aanwijzingen dat de zomerlinde een veel ruimere verspreiding had en o.a. in het kustgebied van Zuid-Holland. Linden doen het goed in de schaduw. Ze horen thuis in soortenrijke bossen die in het voorjaar een rijk bloeiende kruidlaag hebben. Beide lindesoorten zaaien gemakkelijk spontaan uit, in tegenstelling tot hun hybriden. Archeobotanie en cultuurhistorie De linde kwam hier na de ijstijd binnen circa 7000 jaar v.Chr. Uit onderzoek naar fossiel stuifmeel blijkt dat hij in de steentijd in onze streken een zeer algemeen voorkomende boom was, en op een bepaald moment waarschijnlijk zelfs de dominante boomsoort was. Alleen op de arme zandgronden en veenbodems kwam hij niet voor. Om welke Linde het gaat is niet altijd duidelijk. Opvallend is dat vrijwel alle archeologische vondsten van lindezaden betrekking hebben op de zomerlinde. Mogelijk blijft de sterk verhoute vrucht van de zomerlinde beter bewaard dan die van de winterlinde. De achteruitgang van de linde, vooral aan het einde van de nieuwe steentijd, is te wijten aan een samenspel van klimaatsveranderingen en menselijke factoren. Vooral in de prehistorie was de linde buitengewoon nuttig. Bijna alles van de boom werd gebruikt. Het hout als brandhout en voor houtskool, de bast voor touwvezels en het loof als veevoer voor de winter. Vermoedelijk dienden de vruchten en bladeren in de prehistorie ook als voedsel voor de mens. Ook door natuurlijke bodemverarming, als gevolg van uitspoeling, werd het milieu in de loop van duizenden jaren minder geschikt voor de linde. Heel rechtstreeks heeft de mens op het lindebestand ingegrepen door te kappen. Omdat de linde met name op de betere gronden groeit, waren dat juist de bossen die vanaf de nieuwe steentijd werden omgehakt en ontgonnen voor akkerbouw. De eerste boeren vestigden zich meer dan 7000 jaar geleden op de Lössgronden van Zuid-Limburg en Haspengouw. Ook bosbeweiding en de oogst van loofvoeder speelden een negatieve rol voor de lindebossen. Het schild van middeleeuwse ridders was bij voorkeur vervaardigd van het elastische lindehout. Daarnaast was bastvezel van linden een belangrijk product, onder meer voor scheepstouw. Toen echter de vlas en hennepteelt opkwam, werd de moeizame bastvezelwinning verlaten. De vezels uit lindebast werden in België nog zeker tot het einde van de achttiende eeuw gebruikt voor de fabricage van touwen voor waterputten.
Met de toename van het gebruik van grashooi verdween ook de oogst van blad voor veevoer. Alleen een zeer klein oppervlak aan lindehakhout is als brandhoutbron tot op de dag van vandaag gebleven. De laatste vijftig jaar zijn de stoven niet meer gekapt. Lindebomen zijn vanouds omgeven met een rijke historie van mythologie. Als de centrale dorpslinde heeft menige boom de tijd doorstaan en daarmee genetische informatie overgeleverd. Met een grote variatie aan snoeivormen komen we de linde tegen op boerderijen, dorpspleinen en landgoederen.
Beheer en onderhoud De winterlinde en zomerlinde behoren tot de zeldzaamheden van onze bossen en houtwallen. Spontane verjonging komt relatief weinig voor. Autochtoon plantmateriaal wordt inmiddels gekweekt en toegepast. Soortgerichte maatregelen zijn noodzakelijk om de linde weer een substantiële plaats in de natuur te geven. Met name voor de toepassing in houtwallen en bosranden zijn linden interessant. Ook in de bosbouw kan de linde een rol spelen. Linden kunnen ook onder eikenopstanden worden geplant, om te verhinderen dat die eiken lage takken vormen. Vanwege de snelle bladvertering levert de linde een belangrijke bijdrage aan de bodemstructuur en daarmee aan de mogelijkheden voor een kruidachtige bosflora. De oude hybride lindebomen verdienen onze aandacht vanwege hun grote cultuurhistorische waarde. Kennis daarvan is van belang voor het herstel en de restauratie van historische lanen en dorpspleinen.
Regionaal Landschap Lage Kempen, onze partner in het Tilia Cordata project! Natuur – Mensen – Cultuur Regionaal Landschap Lage Kempen investeert in een levend landschap, waar er ruimte is voor natuur én mensen, waar cultuur en natuur samenkomen en waar tradities en nieuwe gebruiken elkaar aanvullen… Dit doen ze door samen met verschillende partners kansen te benutten en te creëren. Ze verbinden inwoners en bezoekers met het landschap uit de Lage Kempen. We laten hen het landschap beleven en waarderen, zodat ze er mee zorg voor dragen. Het Regionaal Landschap Lage Kempen vind je in het noorden en westen van de provincie Limburg, uitgestrekt over 15 gemeenten. Het is het meest waardevolle natuur- en groengebied in Vlaanderen! Hier vind je maar liefst 36% echt ‘gaaf’ (nauwelijks door grote ingrepen gewijzigd) landschap én meer bossen dan het Vlaamse gemiddelde!
Trots op onze streek Het Regionaal Landschap Lage Kempen zet de streekidentiteit en typische elementen van de Lage Kempen in de kijker, verbindt het landschap met de lokale geschiedenis en zet iedereen aan een steentje bij te dragen aan de ‘Lage Kempen van morgen’. Zo kunnen we er allemaal, zowel mens als dier, van blijven genieten. Beleven en genieten Wandelaars en fietsers ontdekken onbekende plekjes langs nieuwe en oude trage wegen. De opbrengst van hun wandelkaarten investeren ze opnieuw in de natuur! Ontdekken en waarderen Onbekend is onbemind... dus jong en oud kan via allerlei methoden en kanalen kennismaken met ons landschap en de natuur. Bovendien krijgen alle Lage Kempenaren gratis hun landschapskrant in de bus… Nieuwe kansen voor natuur- en landschap Na het herstel van cultuur- en natuurlandschappen krijgen planten en dieren nieuwe kansen. Zoveel mogelijk eigenaars krijgen ondersteuning bij het natuurlijk (her)inrichten van hun gronden. Voor deze ‘landschapszorg’ werkt het Regionaal Landschap Lage Kempen samen met de Vlaamse Overheid, afdeling ruimtelijke ordening en onroerend erfgoed, die voor elk regionaal landschap een landschapsanimator aanstelde (Peter Roosen). Hij stimuleert en begeleidt projecten rond herstel en onderhoud van waardevolle natuurmonumenten, zowel op planmatig als financieel vlak. Het landschapsteam zorgt op het terrein voor het beheer en herstel van die typische landschapselementen. De statige Koning Leopold III-laan in Leopoldsburg is één van die bijzonder waardevolle landschapselementen. De dreef was echter dringend toe aan herstel. Het merendeel van de bomen was in zeer slechte staat en het gevaar voor de omgeving werd te groot. Professionele boomverzorgers gaven dan ook het advies om de bomen te vellen, ter beveiliging van de omwonenden. De oude bomen werden vervangen door een jonge dreef, die uitgroeit tot een nieuwe statige en ‘gezonde’ laan... Regionaal Landschap Lage Kempen vzw • Landschapsanimator Peter Roosen Grote Baan 176 - 3530 Houthalen-Helchteren - tel 011 78 52 59 - fax 011 83 21 02
[email protected] • www.rllk.be
Een laan in dichtvorm BOMEN Anonieme dichter Wij staan hier nu al meer dan 100 jaar… Eén of ander exemplaar is klaar… De overigen zijn waar… Waarom zijn we Eiken positief En zorgen voor het Leopold III perspectief? Wij zijn niet oud, wij zijn O.K. En blijven willen wij gedwee! Wij kunnen evenwel niet lopen En zo zullen mensen ons toch slopen! O! Dwaze Mens Bezint voor je begint. Want morgen is het kaal In jullie Koninklijke laan! De Ter Dood Veroordeelden.
AFSCHEID Marc Bungeneers (gemeentedichter 2008) je ging niet je schreed zo onvergetelijk als nooit dat de dood was overleden je leek jonger dan verleden en je voeten fluisterden naar afstand m’n blik bleef even in jouw zoompje hangen en van bewondering liet ik ’s nachts stilte achter maar jij vertrok zoals jij alleen dat kon afscheid nemen met de warme sfeer van blijven
TRIEST Leo Bormans (inwoner uit de Koning Leopold III laan) Volgende week staan deze bomen er niet meer troosteloos oude makkers wat gebeurt er met een dorp en een mens als plots in de herfst niet alleen de bladeren vallen maar ook de bomen?
REQUIEM VOOR EEN BOOM Marc Bungeneers Hij is geworden, gegaan, geweest een filosoof van jaren die generaties heeft beheerst hij wachtte geduldig de seizoenen herbergde vogels in veiligheid van bestaan je kon hem blindelings vinden statig als een koning, in de Koning Leopold III laan doch gisteren heeft een kind van eigen adem, een bijl mijn trouwste vriend geveld hij kraakte in zijn heengaan de klacht honderdvoudig in hem gekneld ik schreide tranen als een requiem voor deze kameraad met stille stem en wijsheid van een vader. Nu rest er slechts een lege plek gevuld verdriet maar morgen wortelt in zijn vertrouwde aarde een nieuwe vriend voor later en onzichtbaar wordt de wonde zoals een traan zich onherkenbaar mengt met water.
Hoe ervaren de inwoners van de Koning Leopold III-laan het verdwijnen van de bomen? Ludo Reynders (bibliothecaris) en Peter Bosmans (stafmedewerker cultureel centrum) luisterden naar hun verhaal. Gabriëlla Plessers-Maes (84 jaar, gepensioneerd winkeluitbaatster)
“De dreef lijkt plots veel groter” “Het is hier in huis lichter geworden”, zegt Gabriëlla. “Mijn kleinkinderen die ook in de straat wonen, zeiden: Bomma, nu hoor ik ’s morgens in mijn bed de trein rijden.” De dreef lijkt plots ook veel groter nu de oude bomen vervangen zijn door nieuwe, jonge exemplaren. “Amai, wat een laan”, denk je nu. Van aan de post in het begin van de straat kan je nu bij wijze van spreken binnenkijken in de school aan de andere kant.” Toch had Gabriëlla, een kranige dame van in de tachtig, de statige oude bomen liever niet zien verdwijnen. “Heel de buurt vond het spijtig dat ze weg moesten. ‘Het is toch erg, die schoon bomen’, zo zei iedereen. Tijdens een vergadering koos iedereen ervoor om ze te laten staan, maar dat ging blijkbaar niet.” Toen de Amerikaanse eiken in de Koning Leopold III-laan werden omgezaagd in oktober 2008 deed haar dat pijn. “Door mijn raam zag ik ze vallen. Dat gaf nogal een slag want het waren dikke bomen. Ik schrok er van telkens als er één tegen de grond ging.” Gabriëlla baatte van na de Tweede Wereldoorlog tot in 1980 samen met haar man – die twaalf jaar geleden overleed – een stoffenwinkel uit in de Koningsstraat. Haar zoon Jos Plessers nam later de winkel over en maakte er een winkel in kinderkleding van. Ze woonde eerst in de Koningsstraat maar verhuisde na haar huwelijk naar ‘achter’, naar de Koning Leopold III-laan, die evenwijdig loopt. “Mijn zoon speelde hier vroeger in de dreef altijd met zijn kameraden, de drie jongens van Engelen.” In die tijd was het een pak rustiger in de straat. “Je zag hier toen minder auto’s en heel wat meer fietsen en brommers. Ik heb zelf nog geweten dat ze hier met paard en kar door trokken.” Haar schoonvader, reiziger in stoffen, was één van de eerste bezitters van een wagen in Leopoldsburg. “Hij had eerst heel wat fietsen en drie brommers versleten voor hij een auto kocht waar hij heel vaak mee door de dreef heeft gereden”, herinnert Gabriëlla zich. Wat ze zich ook nog levendig voor de geest kan halen, zijn de militairen die vroeger aan de overkant woonden. “De soldaten mochten ‘s avonds buiten blijven tot tien uur. Rond half tien of kwart voor tien zagen wij ze dan allemaal één voor één thuis komen. Ze kwamen uit de cafés of van het station. De MP (Militaire Politie) patrouilleerde dan in de dreef om toe te kijken of ze wel allemaal op tijd binnen waren. Ze hadden hiervoor immers toestemming nodig.” Gabriëlla is zelf niet meer zo goed te been, maar toch blijft ze nog betrokken bij de buurt. “Ik ga regelmatig nog naar de kerk hier op het plein of naar de kerk van de Karmel. En mijn zoon komt hier elke dag een tas koffie drinken.”
Willy Engelen (55 jaar, heftruckchauffeur) en Josée Mues (56, begeleidster schoolbus)
“De tranen stroomden over mijn wangen tijdens de bomenkap” “Toen de bomen er nog stonden, vloekten we wel eens over de bladeren op de grond. Maar toen ze gekapt werden, stroomden de tranen over mijn wangen en heb ik wel honderd foto’s gemaakt”, zegt Josée. Samen met haar man Willy woont ze al 25 jaar in de Koning Leopold III-laan. Willy groeide zelfs op in de dreef, trok dan drie jaar naar Neerpelt maar keerde toch terug naar zijn roots. Willy heeft een dubbel gevoel bij de bomenkap. “Langs de ene kant moet je natuurlijk wel voor vernieuwing zijn. Maar anderzijds is het wel spijtig dat de bomen moesten verdwijnen want ze waren lang niet allemaal ziek. Mijn broer, die hiernaast woont, was er kapot van toen de bomen sneuvelden. Al snap ik ook wel dat je er niet een kan laten staan om er dan jonge boompjes naast te planten.” Josée vindt de nieuwe exemplaren wat klein uitvallen. “Ze zijn zo dun. Maar mensen zullen nu tenminste hun vuilnis niet meer naast de bomen achterlaten. Dat gebeurde vroeger wel. Om dat te vermijden kapten we vroeger zelf de lage zijtakken weg van de grote bomen.” Ze ziet ook nog een ander voordeel. “Nu hebben we zon in de slaapkamer.” Willy voelt zich nu ook een pak veiliger als hij ’s nachts om 1 uur terugkomt van zijn werk bij DAF in Eindhoven. “Met de kleine boompjes heb je immers een beter zicht op de straat.” Willy heeft de Koning Leopold III-laan tijdens zijn leven ingrijpend zien veranderen. “Waar nu de parking is, was vroeger de straat. Oorspronkelijk stonden er zelfs vijf rijen bomen, maar één rij werd jaren geleden al gekapt.” Als kind speelde hij hier buiten. “Ik mocht van mijn ouders de ‘macadam’ niet over, want zo noemden we de dreef vroeger. Aan de overkant woonden immers de militairen.” Willy herinnert zich ook nog levendig de volksspelen die vroeger tijdens ‘Kamp kermis’ in de dreef en het plein aan de kerk werden georganiseerd. “Er werd koers gelopen en dan kreeg je bonnetjes voor op de kermis. Of er stond een paal die was ingesmeerd met bruine zeep en bovenop zat een rad waar prijzen aan hingen. Burgemeester Oeyen liep daar rond en ook de reuzenpop van Mie Katoen.” Waar nu een gehandicaptenparking is, stond vroeger een waterpomp, zo weet Willy ook nog. Vlakbij was de hondenwei die inmiddels verdwenen is. “Waar nu de serviceflats staan, was vroeger een opslagplaats voor pontons die de militairen gebruikten voor noodbruggen. Ik herinner me dat ik als jongen wel eens zo’n transport zag van die reusachtige constructies.” Het koppel was er ook bij toen Koning Boudewijn op 21 september 1985 de dreef bezocht die toen nog Chazallaan heette. “Op vraag van de gemeente versierden we toen ons venster en hingen we zelfs de Belgische vlag aan de gevel”, zegt Willy. Vanop zijn balkon maakte hij toen foto’s van het officiële bezoek terwijl zijn vrouw Josée op de eerste rij stond. “Zoals altijd”, lacht Willy. “Dat klopt”, beaamt Josée schalks. “Ik heb zelfs Prins Filip een hand gegeven toen die het beeld van Leopold tegenover de Karmel kwam inhuldigen.”
Leo Bormans (54 jaar, hoofdredacteur Klasse)
“Ik ben al goeiendag gaan zeggen aan de nieuwe bomen” In het weekend voor de bomenkap verschenen er plots gedichten op de bomen. Dat poëtische afscheid was het werk van gepassioneerd buurtbewoner Leo Bormans. “Auto’s stopten, wandelaars bleven stilstaan en zelfs ravottende kinderen bleven even staan lezen.” Leo nam ook zelf met zijn kinderen echt afscheid van de bomen. “We hebben er dat weekend onder gezeten, zijn er een laatste maal langs gewandeld. Eerlijk: ik heb zelfs zitten snotteren. Maar ik ben ook al wel een goeiendag gaan zeggen aan de nieuwe bomen die ze net hebben geplant.” Leo Bormans woont al sinds 1984 met zijn vrouw en twee kinderen in de Koning Leopold III-laan, in het huis van de voormalige gemeenteontvanger. “Mijn twee kinderen zijn helemaal vergroeid met de dreef en het plein aan de kerk. Als ze klein waren speelden ze in de bomen aan het rustoord, ze maakten forten en ze ravotten in de speeltuin.” Zelf groeide Leo op in Strooiendorp. “In de jaren zestig kwam ik hier als kind naar de volksspelen tijdens Kamp kermis. Dan was er bijvoorbeeld een wedstrijd zaklopen tot aan de Post.” Tijdens het bezoek van Boudewijn in 1985 was Leo erbij als verslaggever voor het Nieuwsblad. “Ik was net komen wonen in de Chazallaan en plots veranderde de straatnaam in Koning Leopold III-laan.
Gebouwen langs de Koning Leopold III-laan Langs de Koning Leopold III-laan vind je heel wat markante gebouwen. De Geschied- en Heemkundige kring Leopoldsburg zocht ze even op en geeft een woordje uitleg.
Woning van de laatste kerksuisse Op de hoek Koning Albert I-plein en de Koning Leopold III-laan vind je de woning van de kerksuisse. Jean Conings (een gepensioneerd legeradjudant) was de laatste Kampse kerksuisse (1949-1954). Interessant weetje: in 1950 bedroeg zijn wedde 6,7 euro of 270 Belgische franken. Rijk werd je hier alleszins niet van.
Woning laatste kerksuisse, Jean Conings
Wat is een kerksuisse? Een suisse, die zijn naam te danken heeft aan de pauselijke Zwitserse garde, bewaarde de orde in de kerk. Meestal was hij in uniform, met staf of hellebaard (stootwapen) en een bandelier (schouderriem). Bron: De kerksuisses van Leopoldsburg. G.H.K.Leopoldsburg. Auteur: Theo Slootmaekers.
Leo steigerde toen hij voor de eerste maal hoorde van de geplande bomenkap. “Ik niet alleen, maar de hele straat. De eerste teneur was: we klimmen in de bomen en maken er hier een tweede Lappersfortbos van.” Maar toch besloot hij om niet te gaan dwarsliggen. “Je beseft immers al vlug dat dat geen zin heeft. Er was een ecologische reden voor het kappen, de milieuraad keurde het goed en enkele jonge mensen en ingenieurs hebben er heel goed over nagedacht. Het was anders geweest als de bomen bijvoorbeeld hadden moeten wijken voor de aanleg van een parking. Dan hadden we hier strijd geleverd!”
De Post Reeds voor de aanleg van de steenwegen reden er postkoetsen die dagelijks onze regio met Diest en Hasselt verbonden. In die tijd duurde de reis heen en terug bijna een hele dag. Vanaf 1835 was er een dagelijkse postkoets tussen het Kamp en Brussel. Vanaf 1836 reisde ook dagelijks een postkoets naar Herentals.
Foto’s van de dreef met de oude bomen zitten in een bundeltje dat op de tafel ligt als we onaangekondigd bij Leo aanbellen voor dit interview. “Het duurt nog honderd jaar voor deze nieuwe bomen even groot zijn als de vorige. Dat zal ik niet meer meemaken. Pas dan wordt het hier weer een ‘boulevard’, zoals mijn buurman de dreef altijd noemt.”
Tot 1854 droeg de poststempel in Leopoldsburg nog steeds de vermelding Beverlo. In 1911 veranderde de poststempel van ééntalig Frans naar een tweetalige versie, in 1953 kwam er een volledig Nederlandstalige versie.
Ook al mist Leo de oude bomen wel als hij thuis werkt vanuit zijn bureau boven in zijn huis, toch houdt hij nog altijd met hart en ziel van de dreef en het plein. Als hij voor zijn werk mensen uit Brussel in Leopoldsburg ontvangt, spreekt hij altijd af aan de kerk. “De kerk staat hier niet in het dorpscentrum maar aan de rand en dat maakt Leopoldsburg uniek. En als je 360 graden rond je as draait, zie je de levenscyclus van elke mens: het kantoor van Kind en Gezin en de speeltuin voor kinderen, chiro en scouts voor jongeren, daarna de post, het cultuurcentrum en vroeger ook de bib, en dan aan de overkant de petanquebaan, een café en de serviceflats voor bejaarden. En de kerk, waar wordt getrouwd en begraven, die staat in het midden.”
Een eerste postgebouw met postmeesterswoning werd opgetrokken in 1838, in neoklassieke stijl. Het schijnt vervangen te zijn door het huidige pand omstreeks 1903-1904, onder leiding van eerste bouwmeester Van Der Aa. De traditionele nieuwbouw vertoont dezelfde structuur als het neoklassieke pand.
Oud postkantoor, anno 1838
Postkantoor, gebouwd in 1903-1904
Sinds 1904 is de post gevestigd in het huidige gebouw.
Ook al zijn er in de Koning Leopold III-laan geen winkels of cafés, toch is er altijd leven, aldus Leo. “Elke dag wandelen hier tientallen mensen voorbij. Nu de grote bomen weg zijn, zal de parking hier wel minder als een rendez-vousplek fungeren”, lacht hij.
Scouts- en gidsenmuseum
Fundamenten van de kerk
Het cultureel centrum Sinds 1980 heeft Leopoldsburg een cultureel centrum (officieel erkend in 1982).
De neo-romaanse stijl komt zowel binnen als aan de buitenkant tot in de kleinste details tot uiting. In de altaarsteen vind je relikwieën van de H.H. Mauritius en Theodorus.
Het is gelegen in de rustige omgeving van de Koning Leopold III-laan, naast de kerk en beschikt over vijf goed uitgeruste vergaderlokalen.
Als gevelmateriaal werd tot één meter hoogte arduin gebruikt, daarboven baksteen. De bekapping van de steunberen en de omlijsting van de deuren zijn vervaardigd uit arduin. Boven de deuren, vensters en galmgaten vind je rondbogen.
Naast de vergaderaccommodatie beschikt het ook over een perfect uitgeruste polyvalente zaal met een hoogwaardige licht- en geluidsinstallatie. In de ruime hal (voormalige bibliotheek) kan je regelmatig tentoonstellingen bewonderen. De ruimte is uitgerust met spots, ophangsysteem en panelen.
Het Soutsmuseum Toen de scouts en gidsen hun jubileum vierden (60 jaar scouts en 40 jaar gidsen in Leopoldsburg) werd hun rijke verzameling aan het publiek voorgesteld. Zo werd het Sint-Paulusmuseum, genoemd naar de patroonheilige van de scoutsgroep ‘voortrekkers’, een feit.
Bouw van de kerk
Het museum geniet grote belangstelling van bevriende scoutsverenigingen. De scouts van Leopoldsburg hebben zeer interessante materialen in hun bezit: uniformen, instrumenten, maquettes, vaandels en vlaggen, een heuse oude kampeerkar met EHBO-kist, logboeken... Een bezoek roept bij elke padvinder leuke herinneringen op. Het museum is gelegen achter het postgebouw in de Koning Leopold III-laan.
Interieur van de kerk
De kerk Onze-Lieve-Vrouw Tenhemelopneming Van militaire tot gemeentekerk De kerk van Leopoldsburg werd gebouwd van 1899 tot 1903 door kapitein Lebrun met zijn geniesoldaten, geholpen door burgervaklui uit Leopoldsburg. Op 12 juni 1903 werd de kerk plechtig ingehuldigd. In amper vier jaar tijd stond dit pronkstuk in neo-romaanse stijl recht. De architect van de kerk is Albert D.C. Capronnier. Op 24 juni 1903 werd de kerk door het leger overgedragen aan de directeur-generaal van de erediensten,en dit in opdracht van de minister van justitie. Het ministerie van justitie was belast met het onderhoud van de kerk, wanneer de financiële middelen van de kerkfabriek ontoereikend waren. De kerk en het meubilair bleven tot 1968 eigendom van het leger. Daarna werd de kerk in haar geheel overgenomen door de gemeente.
Indrukwekkend is de zware hoge vierkante toren met pyramidale spits, bedekt met leien. Als materiaal binnen werd witte franse steen en arduin gebruikt. De kerk bezit enkele bezienswaardige kunstschatten, waaronder: - drie grote 19de-eeuwse schilderijen van: • Frans Navez (de Opwekking van Lazarus) • Charel August Wauters (Godfried van Bouillon en Pieter de kluizenaar in het zicht van Jeruzalem) • Philippe Van Bree (Boudewijn I legt het zwaard van Godfried van Bouillon op het graf van Christus) - twee witmarmeren standbeelden van heilige soldaten, geschonken door de koninklijke familie: • Sint-Maurits van P. Puyenbroeck • Sint-Gommarus van Charles Geerts - een indrukwekkende kruisweg met uitgebeitelde staties van Alois De Beule (1903).
Een laan vol muziek DEN KAMPSE BOULEVARD Strusselboerkes - tekst: Door Steyaert in de zomer schaduw geven in de herfst dan kleuren bladeren goud. En ze wilden eeuwig leven maar de bomen werden te oud.
Langs dat chicke “Boelvarke” De schoonste straat van ’t Kamp Met lindes en kastanjegroen En hier en daar een lamp
Door dat chicke “Boelvarke” De schoonste straat van ’t Kamp Met lindes en kastanjegroen En hier en daar een lamp
Specialisten kwamen kijken en er werd geredeneerd en geklapt maar de lindes en de eiken moesten weg, ze werden gekapt.
“Export in café ’t Jagerke Of een “Bokske” bij Moe Ham Dat zopen ons piottekes En gingen er van den dam
Toen Roi Baudouin ter ere Van Koning Leopold 3 De laan doorliep en dankte De scoutekes met “merci”
In ons chicke “Boelvarke” De schoonste straat van ’t Kamp Met lindes en kastanjegroen En hier en daar een lamp
In ons chicke “Boelvarke” De schoonste straat van ’t Kamp Met lindes en kastanjegroen En hier en daar een lamp
Meer dan honderd jaar geleden heeft het leger hier een kerk gebouwd en daar werd dan in gebeden en daar werd ook in getrouwd.
Mensen lief wat was er gaande want ze zijn toch niet te oud of te groot bomen sterven immers staande. Maar…ze moesten allemaal dood!
ONS BOELVARKE Tekst: De Strusselboerkes
Ambiorix is van Tongeren En Godfried van Bouillon Maar ’t Kamp had generaal Chazal Die het planneke verzon
Rond de kerk plantte men bomen in de schaduw speelden kinderen op straat en de meiskes konden dromen van ne lieve schone soldaat.
Ons dorp in 1850 Floreerde als geen één Want burgers en soldaten Commersten ondereen
Er woonden simpele mensen Zoals de langen Toon De suisse en rosse Foelen In ’t leven heel gewoon
Van dat chicke “Boelvarke” De schoonste straat van ’t Kamp Met lindes en kastanjegroen En hier en daar een lamp
In ’t Kamp niet ver van de kerk bestond een laan… waar jong en oud na het werk kon wandelen gaan. En bij het licht van de maan en mooie muziek is menig paartje ontstaan en veel romantiek.
In ons chicke “Boelvarke” De schoonste straat van ’t Kamp Met lindes en kastanjegroen En hier en daar een lamp
Langs dat chicke “Boelvarke” De schoonste straat van ’t Kamp Met lindes en kastanjegroen En hier en daar een lamp Ook heel devote zielen De gezusters Vervoort En de koster Vandergraesen Die leefden naar Gods woord
De Parijse Place Mont Martre Of in Londen bij Big Ben Al reist ge heel de wereld rond ’t is hier da ’k gère zèn
Waar jonge kinderen spelen ver van alle gevaar en duizend vogels kwelen. Och bleef dit alles maar waar!
Werd ons chicke “Boelvarke” De schoonste straat van ’t Kamp Met lindes en kastanjegroen En hier en daar een lamp
Langs dat chicke “Boelvarke” De schoonste straat van ’t Kamp Met lindes en kastanjegroen En hier en daar een lamp
In ons chicke “Boelvarke” De schoonste straat van ’t Kamp Met lindes en kastanjegroen En hier en daar een lamp
En voorbij gingen de jaren en de bomen groeiden, groeiden maar door. Tussen al die groene bladeren zongen nachtegaaltjes in koor
Wie herinnert zich de “pjèrepoel” En ook niet de “foeraasj” ’t piscijn vooraan de groëte kerk Voor ’t ledigen van de blaasj
In ’t Kamp niet ver van de kerk bestond een laan… waar jong en oud na het werk kon wandelen gaan. En bij het licht van de maan en mooie muziek is menig paartje ontstaan en veel romantiek. ‘k Wil van de bomen dromen op de Kampse boulevaar waar lieve paartjes komen ze zien alleen maar elkaar.
Men noemde ’t eerst de Zuidlaan Nadien “Avenue Chazal” Nen droge gracht van Post tot ’t spoor Mè bomen op de wal
Er woonde volk met aanzien Ja vraagt dat mà aan den “Door” En ook Raoul van ’t Bivak Rijdt er heel voorzichtig door
Vlaanderen zingt! Leopoldsburg geniet!
Wijkvrijwilligersawardshow Wijkvrijwilligersawardshow
Geschied- en Heemkundige Kring Leopoldsburg
Een uitgave van het gemeentebestuur Leopoldsburg • 2009 v.u. Erwin Van Pée, Kerkhovenweg 39, 3970 Leopoldsburg