KLACHTENREGELING BERG EN BOSCHSCHOOL
Klachtenregeling Berg en Boschschool - april 2015
1
1
Inleiding
In artikel 3 van de Arbowet is opgenomen dat het bevoegd gezag beleid betreffende preventie en bestrijding van seksuele intimidatie, agressie, geweld, discriminatie, pesten, dient te formuleren. 2
Begripsbepaling
Onder seksuele intimidatie wordt verstaan: ongewenst seksueel getinte aandacht die tot uiting komt in verbaal, fysiek en non-verbaal gedrag. Dit gedrag wordt door degene die het ondergaat, ongeacht sekse en/of seksuele voorkeur, ervaren als ongewenst, of wordt indien het een minderjarige leerling betreft, door de ouders, voogden of verzorgers van de leerling als ongewenst aangemerkt. Seksueel intimiderend gedrag kan zowel opzettelijk als onopzettelijk zijn. Bij seksuele intimidatie gaat het niet alleen om ongewenste intimiteiten die plaatsgevonden hebben, maar ook om toespelingen in die richting. Wanneer wel en wanneer geen seksuele intimidatie plaatsgevonden heeft, wordt uitsluitend bepaald door de klager. Seksuele intimidatie kan plaatsvinden tussen personeelsleden onderling, personeel en leerlingen (vice versa), leerlingen onderling. Onder discriminerend gedrag wordt verstaan: elke vorm van ongerechtvaardigd onderscheid, als bedoeld in artikel 2 van de Algemene wet gelijke behandeling, elke uitsluiting, beperking of voorkeur die ten doel heeft of tot gevolg kan hebben dat de erkenning, het genot of de uitoefening op voet van gelijkheid van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden op politiek, economisch, sociaal of cultureel terrein of op andere terreinen van het openbare leven teniet wordt gedaan of aangetast. Discriminatie kan zowel bedoeld als onbedoeld zijn. Onder agressie, geweld en pesten wordt verstaan: gedragingen en beslissingen dan wel het nalaten van gedragingen en het niet nemen van beslissingen waarbij bedoeld of onbedoeld sprake is van geestelijke of lichamelijke mishandeling van een persoon of groep personen die deel uitmaakt van de schoolgemeenschap. 3
Verantwoordelijkheid
Verantwoordelijk voor het formuleren van beleid t.a.v. seksuele intimidatie, agressie, geweld, discriminatie, pesten, het benoemen van vertrouwenspersonen, formuleren van het klachtenreglement en afwikkeling van de procedure daarvan, is het bevoegd gezag. 4
Procedure
In het geval van een klacht betreffende seksuele intimidatie, agressie, geweld, discriminatie, pesten, ingediend door een leerling en/of ouder/verzorger, zal in eerste instantie door bemiddeling van de groepsleerkracht/mentor/directie geprobeerd worden tot een oplossing te komen, tenzij de ernst en de aard van de klacht dit niet toelaat. Als dit het geval is zal de groepsleerkracht/ mentor en/of directie de klager doorverwijzen naar één van de interne vertrouwenspersonen. De klager kan zich ook direct tot de interne vertrouwenspersoon wenden. Bij klachten die betrekking hebben op medewerkers van de school zal in beginsel verwezen worden naar de externe vertrouwenspersoon. De interne vertrouwenspersonen zijn geschoold in de begeleiding van klagers, hebben zicht op de heersende schoolcultuur en oog voor de mogelijke implicaties voor de klager. De onafhankelijke externe vertrouwenspersoon kan in geval van een klacht ingeschakeld worden door de directie en/of het Bestuur van de school. Daarnaast kunnen klagers (ouders/verzorgers) zich ook rechtstreeks tot de extern vertrouwenspersoon wenden. Tevens kunnen de intern vertrouwenspersonen zich ter advisering tot deze functionaris wenden. De interne vertrouwenspersoon zorgt voor de eerste opvang van de klager en brengt vervolgens samen met de klager het probleem in kaart. Met de klager wordt besproken welke vervolgstappen er mogelijk zijn. Daarbij kan het gaan om stappen richting de schoolleiding, het schoolbestuur, de externe vertrouwenspersoon, de externe (landelijke) klachtencommissie, politie en vertrouwensinspecteur. De klager wordt zo nodig geholpen bij het maken van een keuze en begeleid bij het leggen van het eerste contact met de gekozen functionaris. De klacht en de vervolgstappen worden geregistreerd en ondertekend door de klager. De interne vertrouwenspersoon houdt contact Klachtenregeling Berg en Boschschool - april 2015
2
met de klager tot de klacht is afgehandeld. Klager kan zich ook rechtstreeks wenden tot een externe instantie. Het bevoegd gezag van de Berg en Boschschool is per 01-08-1998 aangesloten bij de Landelijke Klachtencommissie, in stand gehouden door de Vereniging voor Bijzondere Scholen. De Landelijke Klachtencommissie zal de klacht in behandeling nemen volgens het protocol zoals vastgelegd in het Klachtenreglement (zie voor procedure, reglement: www.klachtencommissie.org ). De Landelijke Klachtencommissie zal een uitspraak doen over de gegrondheid van de klacht en het bevoegd gezag adviseren over eventueel te nemen maatregelen. Bij wet (28 juli 1999) is vastgelegd dat er een aangifteplicht geldt voor het bevoegd gezag en een meldplicht voor personeelsleden. 5
Kennis en vaardigheden
Om te komen tot een juiste begeleiding van klagers betreffende seksuele intimidatie, agressie, geweld, discriminatie, pesten, dienen de vertrouwenspersonen over de vereiste kennis en vaardigheden te beschikken inclusief kennis van de procedures zoals beschreven in het klachtenreglement. Middels scholing en studie van vakliteratuur dienen deze kennis en vaardigheden op peil te worden gehouden. 6
Kwaliteitsborging
Het bevoegd gezag is verantwoordelijk voor het (preventief) beleid, benoemen van vertrouwenspersonen en begeleiden van procedures in zake seksuele intimidatie, agressie, geweld, discriminatie en pesten. De door het bevoegd gezag aangestelde ‘Veiligheidscoördinator’ is verantwoordelijk voor borging van kwaliteit en continuïteit. Bijlagen 1. Taken vertrouwenspersoon seksuele intimidatie, agressie, geweld, discriminatie, pesten (april 2015) 2. Schema meldplicht (april 2015)
Klachtenregeling Berg en Boschschool - april 2015
3
TAKEN VERTROUWENSPERSOON BERG EN BOSCHSCHOOL april 2015
De Berg en Boschschool heeft zowel voor de afdeling SO als voor de afdeling VSO minimaal één interne vertrouwenspersoon die functioneert als aanspreekpunt voor leerlingen en hun ouders bij klachten over ongewenste behandeling zoals omschreven in de klachtenregeling van de school. Deze persoon wordt benoemd door de schoolleiding. Deze taakomschrijving geldt voor de interne vertrouwenspersoon binnen de school. De vertrouwenspersoon is er primair om een klager te begeleiden. Daarnaast heeft een vertrouwenspersoon ook een signalerende functie in de organisatie. Dit omvat de volgende taken.
1. De vertrouwenspersoon biedt een luisterend oor aan iedere leerling en/of ouder/verzorger die een klacht heeft over ongewenst gedrag binnen de schoolgemeenschap en maakt duidelijk wat hij/zij voor de klager kan doen. 2. De vertrouwenspersoon gaat na of door bemiddeling een oplossing kan worden bereikt en begeleidt en bewaakt daarbij de procedure. 3. De vertrouwenspersoon bespreekt met de klager of de gebeurtenis aanleiding geeft tot het indienen van een klacht. Klachten kunnen worden ingediend bij de schoolleiding, het schoolbestuur, de externe vertrouwenspersoon of de Landelijke Klachtencommissie, ingesteld door de Vereniging voor Bijzondere Scholen. 4. De vertrouwenspersoon bespreekt met de klager mogelijke vervolgstappen zoals het doen van aangifte bij politie/justitie of het contact leggen met de vertrouwensinspecteur van de onderwijsinspectie. 5. De vertrouwenspersoon begeleidt de klager desgewenst bij de verdere procedure en verleent desgewenst bijstand bij het doen van aangifte bij politie of justitie. 6. De vertrouwenspersoon verwijst de klager, indien en voor zover noodzakelijk of wenselijk, naar andere instanties gespecialiseerd in opvang en nazorg. 7. De vertrouwenspersoon registreert de klacht en de ondernomen acties. 8. Indien de vertrouwenspersoon slechts aanwijzingen, doch geen concrete klachten bereiken, kan hij/zij deze ter kennis brengen van het bevoegd gezag en registreren. 9. De vertrouwenspersoon geeft gevraagd of ongevraagd advies aan het bevoegd gezag over de bevordering van de psychosociale veiligheid op school. 10. De vertrouwenspersoon neemt bij zijn/haar werkzaamheden de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht. De vertrouwenspersoon is normaliter verplicht tot geheimhouding van Klachtenregeling Berg en Boschschool - april 2015
4
alle zaken die hij/zij in die hoedanigheid verneemt. Deze plicht vervalt niet nadat betrokkene zijn/haar taak als vertrouwenspersoon heeft beëindigd. Bij (verdenking op) een zedenmisdrijf door een medewerker geldt een aangifteplicht.1 In die situatie moet de geheimhoudingsplicht doorbroken worden. 11. De vertrouwenspersoon brengt jaarlijks aan het bevoegd gezag schriftelijk verslag uit van zijn/haar werkzaamheden. De vertrouwenspersoon dient over voldoende kennis en vaardigheden te beschikken voor het uitvoeren van zijn/haar taak. De schoolleiding zal de vertrouwenspersoon in staat stellen deze kennis en vaardigheden op te doen en actueel te houden.
1
Een zedenmisdrijf of een vermoeden van een zedenmisdrijf door een medewerker jegens een minderjarige leerling moet volgens de Wet ‘Meld- en Aangifteplicht’ gemeld worden bij het bevoegd gezag. Zodra het bevoegd gezag een melding van een vermoeden van een zedendelict krijgt moet zij in overleg treden met de vertrouwensinspectie. Als uit het overleg blijkt dat er sprake is van een redelijk vermoeden van een strafbaar feit, wordt aangifte gedaan bij politie/justitie. Klachtenregeling Berg en Boschschool - april 2015
5
SCHEMA MELDPLICHT SEKSUEEL MISBRUIK BINNEN C.Q. IN SAMENHANG MET DE SCHOOLSITUATIE
FYSIEK GEWELD
PSYCHISCH GEWELD
SEKSUELE INTIMIDATIE
Geen meldplicht Wel melden i.v.m. incidentenregistratie bij vertrouwenspersoon/ veiligheidscoördinator/ schoolleiding
Geen meldplicht Wel melden i.v.m. incidentenregistratie bij vertrouwenspersoon/ veiligheidscoördinator/ schoolleiding
Geen meldplicht Wel melden i.v.m. incidentenregistratie bij vertrouwenspersoon veiligheidscoördinator/ schoolleiding
Meld- en aangifteverplichting conform de Onderwijswet
Personeel/leerlingen Melden i.v.m. opvang/ incidentenregistratie/ aanpak bij vertrouwenspersoon/ veiligheidscoördinator/ schoolleiding
Personeel/leerlingen Melden i.v.m. opvang/ incidentenregistratie/ aanpak bij vertrouwenspersoon/ veiligheidscoördinator/ schoolleiding
Personeel/leerlingen Melden i.v.m. opvang/ incidentenregistratie/ aanpak bij vertrouwenspersoon/ veiligheidscoördinator/ schoolleiding
Personeel/leerlingen Melden bij bevoegd gezag/bestuur
Vertrouwenspersoon Opvang klager/slachtoffer
Vertrouwenspersoon Opvang klager/slachtoffer
Vertrouwenspersoon Opvang klager/slachtoffer
Directie Sancties tegen aangeklaagde(n)/ dader(s) Bestuur Beleidsvorming en maatregelen gericht op het vergroten van de schoolveiligheid
Directie Sancties tegen aangeklaagde(n)/ dader(s) Bestuur Beleidsvorming en maatregelen gericht op het vergroten van de schoolveiligheid
Directie Sancties tegen aangeklaagde(n)/ dader(s) Bestuur Beleidsvorming en maatregelen gericht op het vergroten van de schoolveiligheid
Vertrouwenspersoon Opvang klager/ slachtoffer meldplicht voor de interne vertrouwenspersoon bij bestuur Directie Melden door directie bij bestuur
Vertrouwensinspectie Inschakelen voor advies adequate aanpak Politie/officier van justitie Bij strafbare feiten: Aangifte door slachtoffer
Vertrouwensinspectie Inschakelen voor advies adequate aanpak Politie/officier van justitie Bij strafbare feiten: Aangifte door slachtoffer
Vertrouwensinspectie Inschakelen voor advies adequate aanpak Politie/officier van justitie Bij strafbare feiten: Aangifte door slachtoffer
Melding maken vanuit de school
Melding maken vanuit de school
Melding maken vanuit de school
Klachtenregeling Berg en Boschschool - april 2015
Bestuur Besluit na overleg met de vertrouwensinspecteur tot het al dan niet aangifte doen bij officier van justitie Vertrouwensinspectie Verplicht overleg met bestuur inzake aangifte ja/nee Politie/officier van justitie Bij strafbare feiten: Aangifte door slachtoffer Verplichte melding door bestuur bij politie/ officier van justitie
6