Klaar voor de start? Eisen aan een digitale leeromgeving voor primair onderwijs ‘op maat’
31 maart 2011
Colofon Auteurs: Etienne Brants (Kennisnet) Louis Peeters (APS) Maartje de Reus (Kennisnet)
SURFnet/Kennisnet Innovatieprogramma Het SURFnet/ Kennisnet Innovatieprogramma wordt financieel mogelijk gemaakt door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.
Voor deze publicatie geldt de Creative Commons Licentie “Attribution 3.0 Unported”. Meer informatie over deze licentie is te vinden op http://creativecommons.org/licenses/by/3.0/
2
Inhoudsopgave
Samenvatting ........................................................................................................................................... 5 1. Inleiding ............................................................................................................................................ 7 Een digitale omgeving voor adaptief onderwijs ................................................................................... 7 Opdracht .............................................................................................................................................. 7 Betrokken scholen ............................................................................................................................... 8 Leeswijzer .......................................................................................................................................... 10 2. Aanpak ........................................................................................................................................... 11 Use cases .......................................................................................................................................... 11 3. Programma van Eisen .................................................................................................................... 13 Procesplaat ........................................................................................................................................ 14 Domeinmodel ..................................................................................................................................... 15 Use cases .......................................................................................................................................... 17 1. Beheren Leermiddelen ................................................................................................ 19 2. Inschrijven van een leerling en leerkracht ................................................................... 22 3. Plannen komende Roosterperiode .............................................................................. 25 4. Plannen korte termijn (week/dag) ................................................................................ 29 5. Leren en begeleiden .................................................................................................... 35 6. Communiceren............................................................................................................. 41 7. Overige eisen ............................................................................................................... 42 Aandachtspunten ............................................................................................................................... 42 4. Blik op de markt.............................................................................................................................. 43 Conclusies quickscan ........................................................................................................................ 53 5. Aanbevelingen voor vervolg ........................................................................................................... 54 Strategisch advies.............................................................................................................................. 54 Selectie van systemen ....................................................................................................................... 55 Implementatie aanpak........................................................................................................................ 56 Inschatting van de kosten .................................................................................................................. 58 Bijlage 1: Bronnen ................................................................................................................................. 59 Bijlage 2: Achtergrondinformatie betrokken scholen ............................................................................. 60 Bijlage 3: Schermschetsen gebruikersrollen ......................................................................................... 68 Bijlage 4: Kwaliteitskenmerken van een systeem ................................................................................. 73
3
4
Samenvatting Voor het SURFnet/Kennisnet innovatieprogramma is een verkenning uitgevoerd naar adaptief leren ondersteund door ICT. Deze verkenning had als doel het (primair) onderwijs meer inzicht te verschaffen in de eisen aan een integraal digitaal systeem wat het concept van ’onderwijs op maat’, waarbij individuele leertrajecten centraal staan, ondersteunt. Essentieel voor de ondersteuning van het pedagogische en logistieke proces op de scholen waar onderwijs op maat wordt gegeven is een digitaal systeem, waarin alle afspraken over leerinhouden, onderwijstijd, agenda, vorderingen en andere zaken worden bijgehouden. Voor zover bekend zijn losse componenten van dit soort systemen op de markt of in ‘the cloud’, maar bestaat er geen integraal of gekoppeld systeem. In een ontwikkeltraject is het formuleren van eisen aan een systeem de eerste stap. Een programma van eisen maakt inzichtelijk welke onderdelen belangrijk zijn in een digitale omgeving en welke overwegingen moeten plaatsvinden bij de vertaling van een onderwijsproces naar een digitaal proces. Met een programma van eisen in handen zijn scholen ‘klaar voor de start’ om in gesprek te gaan met een ontwikkelaar. In dit rapport wordt het programma van eisen voor een digitale leeromgeving voor onderwijs op maat en de totstandkoming daarvan uitvoerig beschreven. Bij dit project waren drie innovatieve basisscholen betrokken: De School in Zandvoort, Wittering.nl en Sterrenschool Zevenaar. Het programma van eisen is opgesteld aan de hand van processen die centraal staan, waarbij per processtap is gekeken naar welke handelingen plaatsvinden om onderwijs op maat mogelijk te maken. De processtappen zelf zijn echter niet uniek voor onderwijs op maat en juist ook toepasbaar in andere onderwijsvormen. Het doel was om tot een beschrijving te komen van de functionaliteiten die een systeem (of combinatie van systemen) moet(en) bieden om deze handelingen te faciliteren. De handelingen zijn beschreven aan de hand van use cases. Een use case beschrijft per processtap een afgebakend stuk functionaliteit vanuit het perspectief van de gebruiker: Processtap 1. Beheren en arrangeren
2. Inschrijven
3. Plannen komende roosterperiode
4. Plannen korte termijn
5. Leren en begeleiden
6. Communiceren
Use case 1. Beheren inventaris van de beschikbare leermiddelen 2. Beheren arrangementen 3. Beheren aanbod van digitale leermiddelen 4. Inschrijven leerling 5. Inschrijven personeelsleden 6. Vaststellen behoeftes en kenmerken leerling 7. Vaststellen onderwijs- en bedrijfsregels 8. Vaststellen schoolrooster 9. Vaststellen rooster leerling 10. Vaststellen rooster leerkracht 11. Publiceren totaalrooster 12. Vaststellen leertraject 13. Uitvoeren tactische planning 14. Vaststellen leeractiviteiten 15. Inplannen leeractiviteiten 16. Publiceren planning 17. Aanbieden leeractiviteiten voor inschrijving 18. Vaststellen en reserveren resources 19. Registreren aan- en afwezigheid leerling 20. Registreren aan- en afwezigheid leerkracht 21. Klaarzetten leermiddelen 22. Inschrijven op leeractiviteit 23. Uitvoeren leeractiviteit 24. Beoordelen resultaat 25. Vastleggen observaties 26. Vaststellen voortgang 27. Inzien notities en afspraken 28. Summatief toetsen 29. Communiceren 30. Vastleggen afspraken
5
Het programma van eisen bestaat uit een overzicht van bovenstaande use cases, waarbij per use case het doel, de aanleiding, een omschrijving, het resultaat en tot slot de functionele eisen worden beschreven. Daarnaast is een quickscan uitgevoerd naar systemen die op dit moment op de markt verkrijgbaar zijn. Deze scan geeft een eerste indruk van hoe het programma van eisen (de behoefte) vergeleken kan worden met de markt (het aanbod) maar is geen weergave van het totaalaanbod aan eventueel geschikte of nog te ontwikkelen systemen. Dit zal nader moeten worden onderzocht in een vervolgtraject. Geen van de gescande systemen blijkt op alle punten aan het programma van eisen te voldoen. De grootste omissie is het ontbreken van een Leermiddelencatalogus. Veder is het (gedeeltelijk) ontbreken van communicatie tussen de gebruikers een belangrijke factor. Tot slot zijn aanbevelingen gedaan voor vervolg met betrekking tot selectie van systemen, een mogelijke implementatieaanpak en een inschatting van de kosten. Ook wordt er strategisch advies gegeven:
Neem bij de implementatie het uitgangspunt ‘eerst organiseren dan automatiseren’ ter harte. Maak expliciete keuzes voor methoden en werkwijzen en vertaal dat naar de manier waarop dat kan worden ondersteund met ICT.
Zoek vanwege kostenoverwegingen zoveel mogelijk de samenwerking op met andere scholen. Gebruik dit samenwerkingsverband om te komen tot de selectie, inrichting en gebruik van de digitale leeromgeving. Bepaal wat je gezamenlijk wil bereiken en wat je op eigen niveau organiseert.
Denk na over onderhoud, beheer (SLA), doorontwikkeling en testen. Hieraan zijn operationele kosten verbonden.
Denk bij het maken van een implementatieplan ook aan het scholen van leerkrachten, onderwijsassistenten en andere betrokkenen (zoals ouders).
6
1.
Inleiding
Voor het SURFnet/Kennisnet innovatieprogramma is een verkenning uitgevoerd naar adaptief leren ondersteund door ICT. Het begrip adaptief leren kan vanuit twee verschillende oogpunten bekeken worden; adaptief onderwijs en adaptieve leersysteem. Adaptief onderwijs is onderwijs dat is afgestemd op de behoefte van een individu (onderwijs op maat). Het daagt leerlingen uit en motiveert ze om te leren. Adaptief onderwijs is bedoeld voor alle leerlingen, of ze nu extra hulp nodig hebben of niet. Bij adaptief onderwijs bepaalt de leerling - met behulp van de leerkracht - welk doel het wil halen en hoe het daar komt (Onderwijsweb, 2007). De term adaptieve leersystemen betreft de ‘op maat’ benadering binnen ICT toepassingen. Één van de overwegingen van populaire e-learning systemen is om voorkeuren, interesses en browse-gedrag van lerenden/gebruikers te gebruiken om op maat de inhoud aan te bieden. Aan de hand van algoritmes bouwt een adaptief leersysteem een model van de doelen, voorkeuren en kennis van elke individuele leerling en gebruikt dit model tijdens de interactie met de leerling om zich aan te kunnen passen aan de behoeften van die leerling. (Beldagli & Adiguzel, 2010) In dit rapport wordt ingezoomd op de vraag op welke manier ICT het (primair) ‘onderwijs op maat’ kan ondersteunen. De focus ligt daarom op de adaptiviteit van het onderwijs en niet op de adaptiviteit van bepaalde software. Voor dat laatste verwijzen we naar het rapport Verkenning van Adaptieve Leersystemen (Kennisnet, 2011). Een digitale omgeving voor adaptief onderwijs Essentieel voor de ondersteuning van het pedagogische en logistieke proces op de scholen waar onderwijs op maat wordt gegeven is een digitaal systeem, waarin alle afspraken over leerinhouden, onderwijstijd, agenda, vorderingen en andere zaken worden bijgehouden. Voor zover bekend zijn losse componenten van dit soort systemen op de markt of in ‘the cloud’, maar bestaat er geen integraal of gekoppeld systeem. Het lastige aan een dergelijk systeem is de differentiatie in tijd en inhoud. Veel systemen gaan uit van eenzelfde verzameling leerstof die op maat wordt verdeeld voor het individu. Zo zitten er onderdelen in die de leerlingen naar eigen inzicht kunnen plannen. De bedoeling van onderwijs op maat dat een deel van de leerinhoud voor leerling x echt anders kan zijn dan voor leerling y. Dat maakt de vulling van een systeem anders en vereist veel flexibiliteit. Zo ook met de tijd: de totale hoeveelheid tijd + de besteding waaraan, kan verschillen per leerling. Opdracht Deze verkenning had als doel het (primair) onderwijs meer inzicht te verschaffen in de eisen aan een integraal digitaal systeem wat het concept van onderwijs op maat ondersteunt. In een ontwikkeltraject is het formuleren van eisen aan een systeem de eerste stap. Het programma van eisen maakt inzichtelijk welke onderdelen belangrijk zijn in een digitale omgeving en welke overwegingen moeten plaatsvinden bij de vertaling van een onderwijsproces naar een digitaal proces. Met het programma van eisen in handen zijn scholen ‘klaar voor de start’ om in gesprek te gaan met een ontwikkelaar. In het kader van de enorme belangstelling die de thema’s talentontwikkeling en kennisproductiviteit momenteel genieten, maar ook vanwege het grote aantal besturen dat geïnteresseerd of bezig is met
7
het opzetten van Brede school initiatieven zoals ‘Sterrenscholen’, komt steeds vaker de vraag om hulp bij het zoeken naar integrale leerplansystemen. Deze onderwijsconcepten worden verderop toegelicht. Vanuit het Surfnet/Kennisnet innovatieprogramma is gewerkt aan een soortgelijk project in het VO, namelijk voor het topsportonderwijs van NOC*NSF. Ook hier ligt de nadruk op individueel leren en is, in nauwe samenwerking met de scholen zelf, gewerkt aan het beschrijven van de digitale processen. Daarnaast is in het beschrijven van de processen voor het PO rekening gehouden met het Triple A gedachtegoed (uit het MBO). Hierbij is echter geen nauwkeurige vergelijking gemaakt tussen de sectoren, wat niet wegneemt dat dit een interessant onderwerp voor vervolgonderzoek is. Bij dit project waren drie PO scholen betrokken. De vraag naar ondersteuning bij het opzetten van een programma van eisen voor een digitaal systeem kwam in eerste instantie van De School. De School in Zandvoort is in 2008 geopend en sindsdien in het Primair Onderwijs voortrekker op het gebied van onderwijs op maat. Om te zorgen voor een meer generiek programma van eisen zijn nog twee scholen bij het project betrokken waarbij onderwijs op maat centraal staat: Wittering.nl en de nieuwe Sterrenschool Zevenaar. Betrokken scholen De School Iedere weekdag van het jaar verblijven kinderen op De School van ’s morgens acht tot ’s avonds zes uur. Deze opzet is mogelijk door overblijf, naschoolse opvang en de onderwijsdag samen te voegen. De vier pijlers van De School: Maatwerk voor elke leerling Een breed aanbod van leeractiviteiten Flexibele school- en vakantietijden (onderwijs en opvang gaan samen) Gelijkwaardigheid in besluitvorming De innovatieve basisschool De School is gestart in augustus 2008. De School streeft ernaar een plaats te zijn waar leven en leren zoveel mogelijk zijn geïntegreerd. Leren laat zich niet begrenzen door beperkte schooltijden en in spelen en leven wordt veel geleerd. Er is géén scherp onderscheid tussen ‘school’, ‘opvang’ en ‘clubjes’. De School is 50 weken per jaar open, van maandag tot en met vrijdag van 8.00 tot 18.00 uur. Hierbinnen volgen kinderen op flexibele tijden minstens het wettelijke minimum aantal uren onderwijs, maar méér kan. Vakanties worden in overleg geregeld, net als in ‘gewone’ organisaties. De School streeft naar een leeromgeving die passend is voor ieder kind. Kinderen verschillen onderling in bijvoorbeeld aard, talent en tempo. En kinderen krijgen in hun jeugd met allerlei invloedrijke omstandigheden te maken zoals verhuizing, ziekte, overlijden, echtscheiding, krijgen van broertjes/zusjes. Daarom wordt er 1x per 10 weken een persoonlijk kringgesprek gehouden met de leerling, de ouders en de leerkracht. Uit dit gesprek volgt een individueel leerplan. Jaarklassen en vaste combinaties van klassen en leerstof bestaan niet binnen De School. De relaties tussen ouders, leerlingen, leerkrachten en leiding zijn sterk en krijgen vorm door de Sociocratische Kringorganisatie Methode (SKM). www.deschool.nl
8
Wittering.nl Wittering.nl hanteert een andere dan de gebruikelijke benadering van leren en kennis. Op deze school gaan de leerlingen zelf op zoek naar antwoorden op vragen die zij belangrijk vinden: Hoe werkt iets? Hoe kan dat nou? Kan ik dat ook? De leerlingen beoordelen de gevonden antwoorden op basis van de vraag die zij stelden: Weet ik het nu? Is mijn probleem nu opgelost? Zó leren de kinderen. Leerlingen staan centraal en er is veel communicatie met ouders. Kernconcepten - Met behulp van computers, excursies, experimenten, demonstraties en contacten met mensen uit allerlei beroepsgroepen ontwikkelen de leerlingen inzicht in zogenaamde kernconcepten. Kernconcepten zijn fundamentele begrippen als 'energie', 'macht' of 'kringloop'. Door bezig te zijn met deze begrippen leert de leerling zichzelf en de omgeving te ordenen en te begrijpen. Samen met de KPC Groep heeft schoolbestuur SIGNUM voor deze school een onderwijsconcept ontwikkeld dat uniek is voor Nederland: in de school staat het leerproces van de leerling consequent centraal. De school is gestart in augustus 2004. De Wittering is gebaseerd op drie pijlers. De eerste pijler is dat de ontwikkeling van een leerling niet wordt bepaald door het leerstofjaarklassensysteem, maar dat leerlingen zich naar eigen tempo moeten kunnen ontwikkelen. De tweede pijler is dat de school tegemoet komt aan de verschillende manieren waarop kinderen leren. De school dient een veel ruimere keuze aan leerbronnen (leermiddelen) te bieden dan alleen methoden. De derde pijler is dat opvoeden een gezamenlijke taak is van ouders en school. Dit betekent voor de school dat opvoeding een kerntaak is, en voor ouders dat ze - samen met de school - de ontwikkeling van het kind volgen en begeleiden. www.wittering.nl Sterrenschool Zevenaar Op 31 januari 2011 de Sterrenschool Zevenaar van start gegaan. De school biedt een breed pakket aan onderwijs en aanvullende voorzieningen. De school is op termijn open tussen 7 en 19 uur. Dit biedt werkende ouders meer mogelijkheden. Er zijn flexibele lestijden waarbij de lessen om 8.00, 8.30 of 9.00 uur beginnen en eindigen om 14.00, 14.30 of 15.00 uur. Op de woensdagmiddag is er ook gewoon school. Ouders kunnen zelf kiezen op welke tijden hun kind gebracht en gehaald wordt. Ook is men flexibel op het gebied van vakanties. Het Sterrenschoolconcept staat voor 5 sterrenonderwijs waarbij elke ster een eigen betekenis heeft: Partnership met ouders In overleg met ouders en directeur worden onderwijsdoelen, leerstijl, schooltijden en in een later stadium flexibele vakanties en vrije dagen vastgelegd in "de leerreis" voor een periode van een half jaar. Uitblinken in rekenen, taal en lezen zodat kinderen zich voorbereiden op een goede toekomst. Het betekenisvol leren staat hierbij centraal, verschillende vakken worden met elkaar verbonden. Kinderen worden mede verantwoordelijk voor hun leerproces dat aansluit bij de eigen leerstijl (manier waarop je iets wil leren). Zij formuleren leervragen waarbij kinderen van en met elkaar leren. Onderwijs op maat in een elektronische leeromgeving waarbij e-learning gewoon is. Kinderen maken naast bestaand aanbod ook gebruik van de modernste technologische mogelijkheden om zich het onderwijsaanbod eigen te maken. Hierdoor wordt het onderwijs effectiever en efficiënter. In school wordt zowel in groepen als individueel gewerkt. De Sterrenschool werkt met individuele leerlijnen omdat leerstijl en tempo van kinderen verschillen. Aanvullende diensten zodat onderwijs en opvang in een flexibel model wordt geregeld vanuit eenzelfde pedagogische benadering (op termijn van 7.00 tot 19.00 uur en vrijwel het hele jaar
9
open). Dit sluit aan bij het privéleven van ouders zodat zorgtaken, carrière of studie op elkaar afgestemd kunnen worden en geeft personeel een flexibele invulling van hun werk. Een natuurlijke verbinding met de buurt zodat de school het hart van de wijk is en daardoor kinderen deel uitmaken van de wijk/regio. Er wordt steeds gekeken naar mogelijkheden om natuur, school, wijk/regio te verbinden. In het sterrenonderwijs staat betekenisvol leren centraal door: het werken vanuit de leef en belevingswereld van de kinderen; leren vanuit een context die voor kinderen zinvol is en die hen motiveert meer te willen leren uitgaan van de vragen die de kinderen zelf (leren) stellen; onder begeleiding van de leerkracht zelf sturing geven aan je eigen leerproces op maat onderwijs aanbieden door het werken met een eigen leerlijn; uitgaan van wat je al kan en leren wat je nog (net) niet kan coöperatieve werkvormen om te leren van en met elkaar; opdrachten waarin talenten van elkaar worden gebruikt en gewaardeerd. www.sterrenschoolzevenaar.nl In bijlage 2 is meer informatie over de scholen te vinden. Leeswijzer In dit rapport wordt de totstandkoming van een programma van eisen m.b.t. een digitale leeromgeving voor ‘PO op maat’ beschreven. In hoofdstuk 2 vindt u de aanpak, in hoofdstuk 3 het programma van eisen zelf. In hoofdstuk 4 wordt in een ‘blik op de markt’ weergegeven welke systemen zouden kunnen voldoen aan het programma van eisen en welke onderdelen nog ontwikkeld moeten worden. In hoofdstuk 5 volgen tenslotte conclusies en aanbevelingen voor vervolg.
10
2.
Aanpak
In adaptief onderwijs wordt de leerling maatwerkonderwijs geboden. Niet alleen qua tijd en plaats, maar ook qua inhoud en leerstijl. Om dit te kunnen organiseren is een grote variëteit en flexibiliteit in onderwijsaanbod nodig. De kernvraag is hoe een digitale leeromgeving kan worden gecreëerd, waarin de leerling het meest passende onderwijs kan worden geboden: dat qua didactische benadering maximaal het potentieel van elke leerling aanboort dat qua vorm past bij de omstandigheden waarin de leerling moet leren dat qua inhoud aansluit op de te behalen leerdoelen De eerste stap in het creëren van een dergelijke digitale leeromgeving is het beantwoorden van de vraag: aan welke eisen moet de omgeving voldoen? Om antwoord te geven op deze vraag is eind 2010 en begin 2011 in samenwerking met de drie betrokken scholen een programma van eisen opgesteld aan de hand van use cases, oftewel scenario’s. Use cases Een use case beschrijft een afgebakend stuk functionaliteit vanuit het perspectief van de gebruiker. Use cases worden opgesteld in de taal van het bedrijfsproces, dus in de taal van de gebruiker. In dit geval in de taal van de onderwijsinstelling. Hierin wordt het van buitenaf zichtbare gedrag van het systeem beschreven. Het betreft enkel een beschrijving van wat het systeem doet, en niet hoe het systeem het doet. Een use case heeft een duidelijk startpunt (de aanleiding) en resultaat en beschrijft de stappen in het bedrijfsproces die tot het resultaat leiden. Use cases definiëren het beoogde gebruik van een systeem, en niet zozeer de systeemoplossing zelf. Een use case wordt op een gestandaardiseerde manier beschreven. Het volgende stramien is gebruikt: Naam use case Doel Aanleiding Omschrijving Resultaat In brainstormsessies met de directie en leerkrachten van de scholen zijn van elke use case de eisen en wensen in kaart gebracht en gebundeld in één Programma van Eisen. Tijdens één van de sessies met De School in Zandvoort was ook een aantal leerlingen betrokken die een presentatie hebben gegeven over ‘welke dingen op school of die met school te maken hebben zou je op de computer kunnen doen?’. Daarnaast heeft het projectteam een dagje meegelopen op de Wittering om een beter beeld te krijgen van de onderwijsprocessen en de dagelijkse invulling daarvan. Hoofdstuk 3 bevat het volledige Programma van Eisen, met daarin een beschrijving en de functionele eisen aan deze use cases. Uitgangspunt in de sessies waren de verschillende perspectieven op de omgeving: het leerling-, leerkracht-, directeur- en ouder-perspectief. Deze perspectieven maakten de digitale omgeving voor de scholen makkelijk voorstelbaar; wat zie je als je inlogt als leerling? Wat doe je als leerling in het systeem? Wat moet je als leerkracht kunnen? Wat wil je als directeur zien? Tot welke onderdelen heeft de ouder toegang? (zie bijlage 3). Als werktitel voor de persoonlijke omgeving, of voor de leerling: de persoonlijke leeromgeving is gekozen voor ‘Mijn school’.
11
Binnen ‘Mijn school’ werken diverse digitale componenten samen (kunnen communiceren met elkaar, wisselen informatie uit). De gebruikers van ‘Mijn school’ hebben elk een eigen portaal; hun persoonlijke omgeving (vanuit hun eigen rol) waarmee ze toegang krijgen tot de functionaliteiten van de systemen die gekoppeld zijn aan ‘Mijn school’.
Figuur 1: Systemen en rollen binnen Mijn school De persoonlijke (leer)omgeving biedt voor iedere individuele gebruiker toegang naar de functionaliteiten van alle onderliggende systemen. Wanneer een gebruiker inlogt, ziet de omgeving welke rol/rechten de gebruiker heeft (leerling, leerkracht, directeur, ouder, etc.) en daarmee welke onderdelen met welke inhoud weergegeven moeten worden. In het Programma van Eisen wordt een schets gegeven van de onderdelen die in de persoonlijke (leer)omgeving zichtbaar zijn en wat er binnen deze onderdelen gebeurt. Belangrijk uitgangspunt is het persoonlijk kunnen maken van de omgeving; een eigen (online) plek creëren. Hierbij geldt dat bijvoorbeeld achtergrond en volgorde van de onderdelen aanpasbaar moeten zijn. Ook moeten de onderdelen aan of uitgezet kunnen worden afhankelijk van de gewenste manier van gebruik per instelling. Dit uitgangspunt wordt in de rest van het rapport als aanname meegenomen en wordt niet verder uitgewerkt. Het Programma van Eisen voor ‘Mijn school’ beschrijft de samenhang tussen en het gebruik van functionaliteiten van systemen (leerlingvolgsysteem, portfolio, toetsapplicatie, administratiesysteem etc.) op hoofdlijnen. Het gaat daarmee in op wat er wordt verwacht van bijvoorbeeld het leerlingvolgsysteem binnen het gehele systeem maar zoomt niet specifiek in op alle details m.b.t. het leerlingvolgsysteem. Het Progamma van Eisen beschrijft een systeem dat met name het primaire onderwijsproces; het kunnen uitvoeren van leeractiviteiten, ondersteunt. Uitgangspunt hierbij is dat buitenschoolse (opvang) activiteiten ook leeractiviteiten zijn. Op de School in Zandvoort zijn bijvoorbeeld ook tijdens de BSO uren leerkrachten aanwezig en kan een kind om 17.30 uur nog besluiten een rekenles te doen.
12
3.
Programma van Eisen
De use cases zijn gedefinieerd vanuit de behoefte van de drie scholen om hun onderwijsproces zo goed mogelijk te ondersteunen. Er blijkt een match te zijn in behoefte, maar een nuance per school. Zo heeft elke school bijvoorbeeld behoefte aan een persoonlijke omgeving, instelbare gebruikersrechten, een flexibele Leermiddelencatalogus en compatibele systemen. De behoefte aan communicatiemiddelen loopt echter uiteen van het kunnen chatten en het gebruik maken van een discussieforum tot het alleen versturen van interne berichten m.b.t. leeractiviteiten van leerkracht naar leerling. Het programma van eisen is daarom een generiek geheel geworden (dat de lading aan eisen dekt), waarbij per use case in bepaalde mate behoefte kan zijn aan het gebruik van de functionaliteit. Deze behoefte zal per instelling in een vervolgtraject duidelijk gemaakt moeten worden in een meer gedetailleerd functioneel ontwerp. Het programma van eisen bestaat uit een overzicht van de verschillende use cases en geeft de onderlinge samenhang weer. Per use case is aangegeven voor welke gebruiker de functionaliteiten van belang zijn. De volgende gebruikersrollen zijn gedefinieerd: leerling, leerkracht, directeur, ouder. Overige rollen zoals gastdocent en stagiair zijn in dit rapport buiten beschouwing gelaten. Zij kunnen deels samenvallen met de rol ‘leerkracht’. Ook de ict-coordinator is in dit programma van eisen niet meegenomen. Dat is voor een vervolgtraject wel te adviseren. Per gebruikersrol is een schermschets gemaakt die werd gebruikt als praatplaat in gesprekken met de scholen. De uitkomsten zijn vervolgens vertaald naar een procesplaat en use cases. Hieronder is de schermschets vanuit de rol ‘leerling’ getoond. De overige schermschetsen en toelichting daarop zijn terug te vinden in bijlage 3.
Figuur 2: Schermschets van ‘Mijn school’ vanuit leerling-perspectief
13
Procesplaat Het programma van eisen is opgesteld aan de hand van processen die centraal staan, waarbij per processtap is gekeken naar welke handelingen plaatsvinden om onderwijs op maat mogelijk te maken. De processtappen zelf zijn echter niet uniek voor onderwijs op maat en juist ook toepasbaar in andere onderwijsvormen. Het doel was om tot een beschrijving te komen van de functionaliteiten die een systeem (of combinatie van systemen) moet(en) bieden om deze handelingen te faciliteren. De handelingen zijn gedefinieerd vanuit de generieke behoefte het 'leren op maat' zo goed mogelijk te ondersteunen. Het uitschrijven in use cases heeft naderhand (expertmatig) plaatsgevonden op basis van de informatie uit de gevoerde gesprekken. Dit heeft geresulteerd in 30 use cases. De use cases vallen onder bepaalde processtappen. Onderstaande procesplaat geeft een overzicht van de verschillende processtappen met daarin de use cases en hun onderlinge samenhang.
Figuur 3: Procesplaat Hieronder wordt elk deel van de procesplaat nader toegelicht. De use cases worden in het hierna volgende hoofdstuk in detail beschreven. 1. Beheren en arrangeren Voor het onderwijs moeten Leermiddelen beschikbaar zijn. Dit aanbod moet beheerd kunnen worden zodat vraag en aanbod op elkaar aansluiten. 2. Inschrijven Op het moment dat een leerling voor het eerst op school komt, wordt hij ingeschreven in het systeem. In dit programma van eisen is ook het inschrijven van personen met de rol ‘leerkracht’ opgenomen aangezien het primaire proces met name tussen leerling en leerkracht plaatsvindt. Andere rollen krijgen uiteraard ook toegang tot ‘Mijn school’.
14
3. Plannen komende Roosterperiode Het onderwijsproces kent meestal een lange termijn en korte termijn planning. De lange termijn kan een Roosterperiode van bijvoorbeeld 10 weken zijn, maar ook een langere of kortere periode betreffen. De processen in dit deel leiden tot een Rooster en het Leertraject voor die periode. 4. Plannen korte termijn De planning op de korte termijn richt zich op het concreet kiezen en inplannen van Leeractiviteiten. Bij het plannen worden de individuele Leertrajecten van alle leerlingen omgezet naar een concreet Leerplan en planning van Leeractiviteiten, inclusief de daarbij in te zetten Resources. Voordat het daadwerkelijk plannen van Leeractiviteiten kan plaatsvinden, moet het totaalrooster van de leerling bekend zijn en een Leertraject zijn vastgesteld. 5. Leren en begeleiden Hier vindt het daadwerkelijke leren en begeleiden van de leerling plaats. De leerling geniet onderwijs (voert Leeractiviteiten uit) en de Resultaten worden vastgelegd en krijgen een Beoordeling. Deze Beoordeling kan bestaan uit een reflectie van de leerling op het eigen Resultaat of een reflectie van anderen. Het lijkt misschien een voorwaarde om elke Leeractiviteit te plannen. Dat is echter niet het geval. De leerling kan ook op ad-hoc basis een (Leer-)activiteit kiezen en uitvoeren. Afhankelijk van de leerling en visie van de school zal er meer of minder nadruk op het planningsdeel liggen. Ook kan tijdens het leren blijken dat de planning niet optimaal is. Deze kan dan worden aangepast. Deze feedbacklus is in de procesplaat weergegeven door een pijl in twee richtingen. 6. Communiceren Hoewel communiceren meestal in relatie tot 'leren' zal plaatsvinden, is communiceren niet specifiek gebonden aan een proces. Het moet wel voor het proces relevant zijn: kort gesteld moet bij elk proces bekeken worden welke communicatie opties nodig zijn om dat proces te ondersteunen. Domeinmodel Voordat we in kunnen zoomen op de functionaliteiten, is het nodig om te weten welke kernelementen in het onderwijsproces centraal staan. Een voorbeeld: er kunnen processen zijn zoals: een leeractiviteit zoeken, een leeractiviteit plannen, een leeractiviteit uitvoeren, etc. Al deze processen hebben betrekking op het kernelement ‘leeractiviteit’. In onderstaand domeinmodel zijn alle kernelementen in onderlinge samenhang weergegeven:
Figuur 4: Domeinmodel
15
Lijnen tussen de elementen geven de meest directe relatie aan. Zo is er zonder een Resultaat geen Beoordeling. Als er tussen elementen geen lijn is, wil dit niet zeggen dat er geen relatie kan zijn. De lijnen zeggen niets over de processen zelf, maar alleen over de kernelementen die in de processen een rol spelen. In het onderwijsproces staan dus de kernelementen in dit model centraal en draait het feitelijk om het opvragen, aanpassen van en werken met deze elementen. Het systeem moet de gebruiker in staat stellen (lees: de functionaliteiten bieden) om de benodigde handelingen met deze kernelementen te kunnen uitvoeren. Voor het domeinmodel zijn de rollen (leerling, leerkracht, ouder, directeur) zelf niet direct relevant: alle rollen zullen namelijk in meer of mindere mate met deze kernelementen te maken krijgen. Natuurlijk is de werkelijkheid is complexer. Het gaat hier dan ook om een model oftewel een vereenvoudigde weergave van de werkelijkheid. Het voordeel van een domeinmodel is dat het in kaart brengt waar het in de kern om gaat. Hierdoor is het uitermate geschikt als kapstok voor processen en functionaliteiten. In het programma van eisen komen de kernelementen dan ook continu terug. Voor de herkenbaarheid worden ze met een hoofdletter geschreven. Per school zal de mate waarin bepaalde kernelementen een rol spelen en de specifieke invulling die men hieraan geeft kunnen verschillen. De kernelementen zijn achtereenvolgend: Leerdoelen Leerdoelen vormen het uitgangspunt. De leerling moet bepaalde Leerdoelen behalen en de uitdaging voor de school is om díe Leeractiviteiten beschikbaar te stellen die ervoor zorgen dat de leerling deze Leerdoelen bereikt. De Leerdoelen geven aan wat de leerling moet kunnen en niet hoe dat bereikt moet worden. Leertraject Het Leertraject bestaat uit twee delen. Vooruitkijkend bestaat het Leertraject uit de Leerdoelen die de leerling in een bepaalde periode moet bereiken en langs welke weg dit moet gebeuren. Terugkijkend bestaat het uit de reeds behaalde Leerdoelen. Leeractiviteit De Leeractiviteit is waar het feitelijke leren plaatsvindt. De Leeractiviteit heeft in het model niet voor niets een centrale plek. De uitdaging is om die Leeractiviteiten te selecteren die aansluiten bij de leerling en die passen in het Leertraject. Een Leeractiviteit hoeft niet altijd perse vooraf te worden ingepland: het kan voorkomen dat een Leerling zelfstandig en op adhoc basis een activiteit uitvoert die (achteraf) als een Leeractiviteit bestempeld kan worden. Leerplan Om de Leeractiviteiten te ordenen kan in het Leerplan worden vastgelegd welke Leeractiviteiten de leerling op welk moment kan of moet uitvoeren. Per school en zelfs per leerling kan de invulling en mate van eigen inbreng sterk verschillen. Leermiddelen De Leermiddelen vormen het gereedschap waarmee geleerd wordt. Een Leermiddel kan zowel een digitaal als een fysiek Leermiddel zijn zoals een leesboek of bordspel. Leermiddelen, en dan vooral digitale Leermiddelen, kennen een zekere ‘didactische omvang’: van een enkel filmpje of plaatje tot
16
een complete opleiding. Binnen dit programma van eisen gaan we uit van ‘leereenheden’ zoals een les, werkstuk, practicum en toets. In processen gericht op begeleiden en monitoren wordt vaak toetsmateriaal ingezet. Dit materiaal kan mogelijk alleen worden gebruikt om voortgang te meten zonder direct bij te dragen aan het behalen van Leerdoelen. Toetsmateriaal is een bijzonder soort Leermiddel, maar vanuit systeemoogpunt is dit gewoon een type Leermiddel dat beschikbaar moet zijn, gezocht, ingepland en uitgevoerd, etc. moet kunnen worden. Resources Voor het kunnen uitvoeren van een Leeractiviteit kunnen extra middelen in de vorm van mensen (bijvoorbeeld gastdocenten en mede-leerlingen) en middelen (ruimtes, digibord) nodig zijn. Resultaat Een Leeractiviteit leidt tot een Resultaat. Strikt gezien kan het gaan om iets ontastbaars als een ‘inzicht’. In veel gevallen is dit Resultaat echter waarneembaar. Het kan dan gaan om een werkstuk, maar ook de antwoorden van een toets zijn een Resultaat. Beoordeling Een Resultaat kan een beoordeling krijgen. Beoordeling moet hierbij breder gezien worden dan alleen een cijfer. Het kan ook een reflectie van de leerling zelf zijn of een 360 graden feedback van andere leerlingen op het eigen Resultaat. Notities Gedurende de gehele dag worden door de leerkracht Notities gemaakt. Deze gaan letterlijk over van alles en nog wat. Dat kan gaan van het registreren van een ruzie in de groep tot het vastleggen van afspraken met ouders. Ze worden gemaakt binnen de context van processen en vormen een belangrijke bron van informatie. Er is ook specifieke behoefte rondom het omgaan met deze Notities. Ze hoeven niet perse gerelateerd te zijn aan een Leeractiviteit of leerling. Om die reden heeft dit element in het model geen koppelingen. Afspraken Voor Afspraken geldt hetzelfde als voor Notities. Denk hierbij aan zaken zoals een ouder terugbellen. Ze zijn voor het domeinmodel relevant omdat ze van een geheel andere orde zijn: Afspraken moeten direct tot activiteit leiden en zijn dus processen op zich. Ze kunnen gerelateerd zijn aan andere onderdelen uit het domeinmodel maar niet perse. Om die reden hebben ze in het domeinmodel geen koppelingen met andere Kernelementen. Rooster Alle activiteiten vinden binnen het Rooster plaats. Het Rooster vormt daarmee de basis voor alle planningsactiviteiten.
Use cases Het overzicht van use cases en eisen is geen verplicht lijstje. Het is geheel afhankelijk van de mogelijkheden en visie van de school welke functionaliteiten voor deze school relevant zijn. Over bijvoorbeeld de mogelijkheden voor communicatie tussen leerlingen/Leerkrachten of zelfs de ouders kan per school volledig anders gedacht worden. Ook de manier waarop Beoordelingen van leerlingen plaatsvinden en de manier waarop de voortgang wordt vastgesteld kan per school anders worden ingevuld.
17
Ook in de uiteindelijke uitwerking en implementatie is nog veel eigen invulling van de school mogelijk (en nodig). Kortom, dit document moet beschouwd worden als hulpmiddel, een soort checklist die u kan helpen bij het achterhalen van de eisen die u voor een systeem belangrijk vindt. Hieronder treft u een overzicht van alle use cases aan. In het volgende hoofdstuk wordt elke use case in detail beschreven. Processtap 1. Beheren en arrangeren
2. Inschrijven
3. Plannen komende roosterperiode
4. Plannen korte termijn
5. Leren en begeleiden
6. Communiceren
Use case 1. Beheren inventaris van de beschikbare leermiddelen 2. Beheren arrangementen 3. Beheren aanbod van digitale leermiddelen 4. Inschrijven leerling 5. Inschrijven personeelsleden 6. Vaststellen behoeftes en kenmerken leerling 7. Vaststellen onderwijs- en bedrijfsregels 8. Vaststellen schoolrooster 9. Vaststellen rooster leerling 10. Vaststellen rooster leerkracht 11. Publiceren totaalrooster 12. Vaststellen leertraject 13. Uitvoeren tactische planning 14. Vaststellen leeractiviteiten 15. Inplannen leeractiviteiten 16. Publiceren planning 17. Aanbieden leeractiviteiten voor inschrijving 18. Vaststellen en reserveren resources 19. Registreren aan- en afwezigheid leerling 20. Registreren aan- en afwezigheid leerkracht 21. Klaarzetten leermiddelen 22. Inschrijven op leeractiviteit 23. Uitvoeren leeractiviteit 24. Beoordelen resultaat 25. Vastleggen observaties 26. Vaststellen voortgang 27. Inzien notities en afspraken 28. Summatief toetsen 29. Communiceren 30. Vastleggen afspraken
Figuur 5: Overzicht use cases
18
1. Beheren Leermiddelen Voor Leeractiviteiten zijn Leermiddelen nodig. De school moet deze Leermiddelen kunnen beheren en aan het systeem beschikbaar stellen. Functioneel gezien wordt onderscheid gemaakt in twee deelsystemen: een Leermidddelencatalogus en een Leermiddelenmagazijn. Leermiddelencatalogus De Leermiddelencatalogus bevat een inventarisatie en beschrijving van de beschikbare (fysieke en digitale) Leermiddelen. Deze beschrijving is bijvoorbeeld nodig om bij zoeken het juiste Leermiddelen te kunnen vinden. De Leermidddelencatalogus bevat niet het (fysieke of digitale) Leermiddelen zelf. Leermiddelenmagazijn In het Leermiddelenmagazijn zijn alle digitale Leermiddelen opgeslagen. Hierbij kan het gaan om het daadwerkelijke bestand of programma, maar ook om een verwijzing naar externe Leermiddelen zoals dat van een uitgever. Een dergelijke verwijzing beschouwen we dus ook als inhoud van het Leermiddelenmagazijn. Usecase
1.1
Doel Aanleiding
De beschrijving (metadata) van de Leermiddelen verbeteren. De huidige beschrijving volstaat niet of is niet volledig genoeg waardoor de juiste Leermiddelen niet gevonden kunnen worden. Of Aangeschafte Leermiddelen zijn nog niet binnen het systeem bekend en daardoor niet toegankelijk. Een goede beschrijving (metadata) van de beschikbare Leermiddelen is essentieel om goed te kunnen bepalen welke Leermiddelen in welke situatie geschikt zijn. Verder is veel (geautomatiseerde) functionaliteit afhankelijk van deze metadata. Het gaat dan om alle soorten Leermiddelen: digitale Leermiddelen, fysieke Leermiddelen en arrangementen. Bijgewerkte Leermiddelencatalogus met meer en/of beter beschreven Leermiddelen.
Omschrijving
Resultaat
Beheren inventaris van de beschikbare Leermiddelen.
Functionele eisen 1.1.1 De Leermidddelencatalogus kan het aanbod van het Leermiddelenmagazijn tonen. 1.1.2 De Leermiddelencatalogus kan ook het aanbod van fysieke Leermiddelen tonen. 1.1.3 De Gebruiker kan alle opgenomen Leermiddelen voorzien van een beschrijving (metadateren). 1.1.4 De Gebruiker kan voor het metadateren een workflow inrichten (vb: beschrijven – redigeren – vaststellen – beschikbaar stellen). 1.1.5 De Gebruiker kan nieuw aanbod van Leermiddelen inzien om deze vervolgens te kunnen metadateren. 1.1.6 De Gebruiker kan metadateren volgens standaarden van de Edustandaard. 1.1.7 De Gebruiker kan zelf metadatavelden (kenmerken) definiëren. 1.1.8 De Leermiddelencatalogus sluit aan op standaarden van andere systemen waarmee het samenwerkt. 1.1.9 Bij elk (digitaal) Leermiddel wordt de historie van het gebruik vastgelegd ten behoeve van analyses.
19
Usecase
1.2
Doel Aanleiding
Het aanbod van arrangementen vergroten, verkleinen of verbeteren. Er is een behoefte aan nieuwe arrangementen. Of Bestaande arrangementen voldoen niet meer. Leermiddelen worden vaak in een zekere samenhang en volgorde aangeboden. Herbruikbare combinaties van Leermiddelen moeten in de Leermiddelencatalogus kunnen worden samengesteld. Een dergelijke combinatie noemen we een arrangement en is feitelijk een nieuw Leermiddel dat als één geheel beschikbaar kan worden gesteld. Er is behoefte aan arrangementen omdat:
Omschrijving
Beheren arrangementen
Resultaat Functionele eisen
het toekennen van losse Leermiddelen maatwerk op te laag detailniveau is. een arrangement inhoudelijk een logisch en goed geheel vormt waardoor dit bijdraagt aan een beter Leertraject.
Het is ook mogelijk om arrangementen zelf weer samen te voegen tot grotere arrangementen. Een aangepast aanbod van arrangementen in de Leermiddelencatalogus. 1.2.1 De Gebruiker kan Leermiddelen samenvoegen tot arrangementen. 1.2.2 De Gebruiker kan arrangementen samenvoegen tot nieuwe arrangementen. 1.2.3 Een arrangement kan op dezelfde manier worden gehanteerd als een enkelvoudig Leermiddel. 1.2.4 Arrangementen aanpassen
20
Usecase
1.3
Doel
Zorgen dat de juiste digitale Leermiddelen voor het onderwijs beschikbaar zijn/komen. Behoefte aan nieuwe of andere digitale Leermiddelen. De vulling van de Leermiddelencatalogus bepaalt mede welke Leeractiviteiten mogelijk zijn. Het vinden van geschikt digitaal Leermiddelen is vaak een uitdaging. Verschillende opties om het aanbod te kunnen beheren kunnen dan wenselijk zijn. Er wordt onderscheid gemaakt tussen drie activiteiten: Zelf ontwikkelen van nieuwe digitale Leermiddelen. Verzamelen/aanschaffen van bestaande digitale Leermiddelen. Opruimen van overbodig geworden digitale Leermiddelen. Een aangepast aanbod van digitale Leermiddelen die beschikbaar zijn voor het Leermiddelenmagazijn.
Aanleiding Omschrijving
Resultaat
Beheren aanbod van digitale Leermiddelen
Functionele eisen 1.3.1 De Gebruiker kan binnen ‘Mijn school’ binnen een auteursomgeving zelf nieuwe digitale Leermiddelen ontwikkelen. 1.3.2 De Gebruiker kan voor het ontwikkelen een workflow inrichten (vb: ontwerpen – bouwen - redigeren – vaststellen – beschikbaar stellen). 1.3.3 Het Leermiddelenmagazijn ondersteunt allerlei bestandsformaten waarin digitale Leermiddelen kunnen worden opgeslagen. 1.3.4 De leeromgeving beschikt over voorzieningen waarmee digitale Leermiddelen in alle door het Leermiddelenmagazijn ondersteunde bestandsformaten kunnen worden ontsloten (documenten) of afgespeeld (audio, video, animaties, interactieve leermiddelen). 1.3.5 De Leermiddelen in het Leermiddelenmagazijn kunnen worden doorzocht op zoektermen op basis standaarden van de Edustandaard en full-text-search. 1.3.6 Gebruikers moeten zonder aanvullende handelingen toegang hebben tot afgeschermde Digitale Leermiddelen waarvoor ze gerechtigd zijn. Ook als dit digitaal Leermiddel binnen een externe omgeving wordt aangeboden. Het gaat dan bijvoorbeeld om Digitale Leermiddelen achter een login en/of waarvoor een vergoeding voor gebruik verschuldigd is. Zonder aanvullende handelingen betekent: zonder bijvoorbeeld extra te hoeven inloggen of profielen aan te maken.
21
2. Inschrijven van een leerling en leerkracht
Usecase
2.4
Doel
De totstandkoming van een formele relatie tussen leerling en school op basis waarvan de school een onderwijsprogramma kan gaan verzorgen en de leerling (en ouders) toegang tot ‘Mijn school’ kan geven. De ouder van de leerling verzoekt om formele inschrijving bij de school. Voordat de school onderwijs kan organiseren voor een leerling, moet de leerling formeel zijn ingeschreven. Dit betekent onder andere dat aan alle voorwaarden voor inschrijving moet zijn voldaan, dat de bekostiging is geregeld en dat de capaciteit van de school voldoende is. De formele inschrijving vindt grotendeels buiten ‘Mijn school’ plaats, maar moet uiteindelijk wel leiden tot registratie in en toegang tot ‘Mijn school’. Opmerking: overal waar in dit document ‘Leerling’ genoemd wordt, moet dit beschouwd worden als een formeel ingeschreven leerling. Een formeel ingeschreven leerling die geregistreerd is in en toegang heeft tot ‘Mijn school’. Eventueel hebben nu ook ouders van de leerling toegang.
Aanleiding Omschrijving
Resultaat
Inschrijven van een leerling
Functionele eisen 2.4.1 Iedere leerling die formeel is ingeschreven op de school is binnen ‘Mijn school’ bekend. 2.4.2 Alle voor de planning en uitvoering van het onderwijs en begeleiding noodzakelijke gegevens uit bijvoorbeeld het administratieve systeem zijn beschikbaar in ‘Mijn school’. 2.4.3 Elke leerling moet zich bij ‘Mijn school’ kunnen authenticeren. 2.4.4 Elke betrokkene moet zowel binnen als buiten school toegang tot ‘Mijn school’ hebben. 2.4.5 Elke ouder van een leerling heeft toegang tot ‘Mijn school’. 2.4.6 Het persoonlijk profiel bepaalt welke rechten de leerling binnen ‘Mijn school’ heeft en daarmee wat hij/zij ziet na inloggen. 2.4.7 Wanneer de gebruiker toegang heeft tot ‘Mijn school’ moet hij zonder verdere handelingen toegang hebben tot alle faciliteiten. Zonder aanvullende handelingen betekent: zonder bijvoorbeeld extra te hoeven inloggen of profielen aan te maken (single sign on). 2.4.8 Een leerling moet kunnen worden ingeschreven en uitgeschreven.
22
Usecase
2.5
Doel
De totstandkoming van een formele relatie tussen leerkracht en school op basis waarvan de leerkracht inzetbaar is voor onderwijs, binnen ‘Mijn school’ bekend is en zelf toegang tot ‘Mijn school’ krijgt. De leerkracht of het personeelslid wordt aangenomen op de school. Voordat de leerkracht inzetbaar is, moet deze binnen ‘Mijn school’ bekend zijn en toegang hebben. De formele inschrijving vindt grotendeels buiten ‘Mijn school’ het plaats, maar moet uiteindelijk wel leiden tot registratie in en toegang tot ‘Mijn school’. Opmerking: overal waar in dit document ‘Leerkracht’ genoemd wordt, moet dit beschouwd worden als een formeel ingeschreven leerkracht. Opmerking: andere rollen moeten ook toegang krijgen en ‘Mijn school’ moet de rechten die deze rollen hebben instellen. Een formeel ingeschreven leerkracht die geregistreerd is in en toegang heeft tot ‘Mijn school’.
Aanleiding Omschrijving
Resultaat
Inschrijven van een leerkracht en andere personeelsleden
Functionele eisen 2.5.1 Iedere leerkracht die formeel is ingeschreven op de school is binnen ‘Mijn school’ bekend. 2.5.2 Alle voor de planning en uitvoering van het onderwijs en begeleiding noodzakelijke gegevens uit het administratieve systeem zijn beschikbaar in ‘Mijn school’. 2.5.3 Elke leerkracht moet zich bij ‘Mijn school’ kunnen authenticeren. 2.5.4 Elke leerkracht moet zowel op school als thuis toegang tot ‘Mijn school’ hebben. 2.5.5 Wanneer de Gebruiker toegang heeft tot ‘Mijn school’ moet hij zonder verdere handelingen toegang hebben tot alle faciliteiten (single sign on). Zonder aanvullende handelingen betekent zonder bijvoorbeeld extra te hoeven inloggen of profielen aan te maken. 2.5.6 Het persoonlijk profiel bepaalt welke rechten de leerkracht binnen ‘Mijn school’ heeft en daarmee wat hij/zij ziet na inloggen. 2.5.7 De directeur moet een leerkracht kunnen inschrijven en uitschrijven. 2.5.8 De directeur moet voor gastdocenten vooraf een tijdelijke toegang tot ‘Mijn school’ kunnen instellen.
23
Usecase
2.6
Doel
Vaststellen van de algemene kenmerken van de leerling waarbinnen maatwerk moet worden geleverd. Het gaat hierbij om de vorm van begeleiding, leerstijl, didactische voorkeuren etc. Een nieuwe leerling is formeel ingeschreven en de condities waarbinnen het onderwijs moet worden aangeboden zijn onbekend. Of De leerling heeft zich in een nieuwe richting ontwikkeld of zijn omgevingssituatie is gewijzigd. Leerlingen die zich inschrijven wordt zoveel mogelijk een passend Leertraject aangeboden. Passend in die zin dat het aansluit bij de leerling en passend in die zin dat een eventueel reeds doorlopen Leertraject bij een andere school niet dubbel hoeft te doorlopen. Om hier aan te kunnen voldoen worden zoveel mogelijk gegevens verzameld, zoals de leerstijl van de leerling en een overdrachtdossier van een vorige school. Een profiel is niet statisch: zowel voorkeuren als vaardigheden kunnen mettertijd variëren. Geregistreerde behoeftes en kenmerken van de leerling die relevant zijn voor het goed kunnen aanbieden van onderwijs op maat.
Aanleiding
Omschrijving
Resultaat
Vaststellen behoeftes en kenmerken van de leerling
Functionele eisen 2.6.1 De leerkracht kan per leerling beschrijven wat de voorkeur-leerstijl is, in termen die matchen op de in de Leermiddelencatalogus gehanteerde beschrijvingen voor Leermiddelen. 2.6.2 De leerkracht kan van elke leerling registreren, welk Leertraject deze eventueel al op een andere school heeft doorlopen en welke Leerdoelen dus reeds zijn behaald. 2.6.3 ‘Mijn school’ kan alle kenmerken van de leerling koppelen aan een persoonlijk profiel van de leerling. 2.6.4 De leerkracht kan het persoonlijk profiel van de leerling inzien en bewerken. 2.6.5 Toegang tot inzien en bewerken van het persoonlijk profiel van de leerling moet voor andere betrokkenen kunnen worden ingesteld.
24
3. Plannen komende Roosterperiode
Usecase
3.7
Doel
Het op de juiste manier sturen van het planningsproces, waarin een goede balans wordt gevonden tussen de vragen en wensen van leerlingen, de onderwijskundige/didactische afwegingen en de bedrijfsmatige afwegingen van de school. Deze activiteit vindt in principe periodiek plaats, met name voorafgaand aan een nieuwe planningsperiode. Onderwijs- en bedrijfsregels zijn beperkende factoren voor het opstellen van een concrete onderwijsplanning. Deze onderwijs- en bedrijfsregels sturen het planningsproces in het maken van keuzes. Een voorbeeld van een onderwijsregel is “maximaal 3 aaneengesloten lesuren per dag” of “per dag 2 vaste blokken met hele groep”. Voorbeelden van bedrijfsregels zijn “maximaal 6 lesuren per dag per leerkracht”, “Leeractiviteit mag alleen bij meer dan 3 leerlingen”. Deze regels worden op schoolniveau vastgesteld en niet per individuele leerling. Een set van onderwijs en bedrijfsregels op basis waarvan de planning van de Leeractiviteiten kan worden uitgevoerd.
Aanleiding Omschrijving
Resultaat
Vaststellen onderwijs- en bedrijfsregels voor de school
Functionele eisen 3.7.1 De directeur kan onderwijs- en bedrijfsregels die het Roosterproces sturen aanpassen. 3.7.2 ‘Mijn school’ past de onderwijs- en bedrijfsregels toe bij het plannen. 3.7.3 De directeur kan de onderwijs- en bedrijfsregels voorzien van een relatieve prioriteit / weging, die ook aan te passen is.
Usecase
3.8
Doel
Opstellen Rooster voor de school, zodat op basis daarvan de ruimte kan worden bepaald die beschikbaar is voor Leeractiviteiten van leerlingen. Er start een nieuwe schoolperiode. Of Het Rooster blijkt niet actueel te zijn en dient aangepast te worden. Hoewel de focus op maatwerk voor de leerling ligt, is ook op schoolniveau een Rooster te definiëren. Bijvoorbeeld wanneer groepsuitjes zijn gepland of de school gesloten is. De Leeractiviteiten van de leerlingen moeten binnen dit Rooster ingepast worden. Een Rooster waarin de activiteiten en bijzonderheden op schoolniveau zijn vastgelegd.
Aanleiding
Omschrijving
Resultaat
Vaststellen Rooster voor de school
Functionele eisen 3.8.1 De directeur kan het Rooster van de school beheren. 3.8.2 De diverse betrokkenen kunnen het Rooster van de school inzien. 3.8.3 ‘Mijn school’ houdt bij het vaststellen van het Rooster voor de school rekening met de Onderwijs- en bedrijfsregels.
25
Usecase
3.9
Doel
Inzicht in het Rooster van de leerling, zodat op basis daarvan de ruimte kan worden bepaald die beschikbaar is voor Leeractiviteiten. Er start een nieuwe schoolperiode. Of Een nieuwe leerling is ingeschreven. Of Het Rooster blijkt niet actueel te zijn en dient aangepast te worden. De schooltijden (begin- en eindtijden van de dag) zijn binnen marges voor elke leerling variabel. De marges hebben dan betrekking op de tijden en de periode waarin het Rooster wordt vastgesteld (bijvoorbeeld tussen de 6-10 weken). De Leeractiviteiten en beschikbaarheid van Resources, en dan met name de aanwezigheid van leerkrachten, wordt hieromheen gepland. Een Rooster waarin de aanwezigheid van de leerling voor een bepaalde periode is vastgelegd.
Aanleiding
Omschrijving
Resultaat
Vaststellen Rooster voor leerling voor een bepaalde periode.
Functionele eisen 3.9.1 De leerkracht kan het Rooster van de leerling beheren. 3.9.2 De diverse betrokkenen kunnen het Rooster van de leerling inzien. 3.9.3 ‘Mijn school’ houdt bij het vaststellen van het Rooster voor de leerling rekening met de Onderwijs- en bedrijfsregels. 3.9.4 ‘Mijn school’ houdt bij het vaststellen van het Rooster voor de leerling rekening met het Rooster van de school. 3.9.5 ‘Mijn school’ meldt tijdens het plannen wanneer de dekkingsgraad van leerkrachten niet aan de wettelijke eisen voldoet.
Usecase Doel
Aanleiding
Omschrijving
Resultaat
3.10 Vaststellen werkRooster voor leerkracht voor een bepaalde periode. Inzicht in het werkRooster van de leerkracht, zodat op basis daarvan de ruimte kan worden bepaald die beschikbaar is voor begeleiding en Leeractiviteiten. Er start een nieuwe schoolperiode. Of Een nieuwe leerkracht is aangenomen. Of Het Rooster blijkt niet actueel te zijn en dient aangepast te worden. De schooltijden (begin- en eindtijden van de dag) zijn binnen marges voor elke leerkracht variabel. De marges hebben dan betrekking op de tijden en de periode waarin het Rooster wordt vastgesteld (vaak tussen de 6-10 weken). De Leeractiviteiten en de aanwezigheid van leerlingen, wordt hieromheen gepland: er zijn wettelijke eisen ten aanzien van de aanwezigheid van leerkrachten ten opzicht van het aantal aanwezige leerlingen. Een Rooster waarin de aanwezigheid van de leerkracht voor een bepaalde periode is vastgelegd.
Functionele eisen 3.10.1 De leerkracht kan zijn Rooster beheren. 3.10.2 De diverse betrokkenen kunnen het Rooster van de leerkracht inzien. 3.10.3 ‘Mijn school’ houdt bij het vaststellen van het Rooster voor de
26
Usecase
3.10 Vaststellen werkRooster voor leerkracht voor een bepaalde periode. leerkracht rekening met de Onderwijs- en bedrijfsregels. 3.10.4 ‘Mijn school’ houdt bij het vaststellen van het Rooster voor de leerkracht rekening met het Rooster van de school. 3.10.5 ‘Mijn school’ meldt wanneer de dekkingsgraad van leerkrachten niet aan de wettelijke eisen voldoet.
Usecase
3.11 Publiceren totaalRooster leerling of leerkracht.
Doel
Het bundelen van het Rooster van de school en het Rooster van de leerling of leerkracht zodat een totaalbeeld ontstaat van de aanwezigheid van de leerling en leerkracht. De Roosters zijn ingevuld of bijgewerkt. De combinatie van Roosters bepaalt wanneer de leerling onderwijs kan volgen en wanneer de leerkracht onderwijs kan geven. Een totaalbeeld van de verwachtte aanwezigheid van de leerling of leerkracht. De ‘open’ ruimte kan worden ingevuld met Leeractiviteiten.
Aanleiding Omschrijving Resultaat Functionele eisen
3.11.1 ‘Mijn school’ kan het Rooster van de school en de leerling geïntegreerd als een totaalrooster presenteren. 3.11.2 ‘Mijn school’ kan het Rooster van de school en de leerkracht geïntegreerd als een totaalRooster presenteren. 3.11.3 De Gebruikers kunnen het totaalRooster als geheel qua volgorde en globale tijdsindeling aanpassen en vastleggen. 3.11.4 Het totaalRooster levert de basisinformatie die nodig is voor de tactische planning.
Usecase Doel
Aanleiding Omschrijving
Resultaat Functionele eisen
3.12 Vaststellen Leertraject van een leerling voor de komende periode Inzicht in de concreet te behalen Leerdoelen voor de komende Roosterperiode, zodat op basis daarvan de juiste Leeractiviteiten gekozen en ingepland kunnen worden. Het gaat dus om het ‘wat’. Het planningsproces voor de eerstkomende Roosterperiode wordt gestart, en het totaalRooster voor de leerling is bekend. Voorafgaand aan elke Roosterperiode moet worden bepaald wat de Leerdoelen voor de leerling in die periode zijn. Dit is de leidraad op basis waarvan de concrete Leeractiviteiten voor die periode kunnen worden gekozen (dit is vaak in samenspraak met ouders en de leerling). Een geformuleerd en vastgelegd Leertraject voor de komende periode. 3.12.1 De leerkracht moet een Leertraject kunnen samenstellen. 3.12.2 De leerkracht moet inzicht kunnen krijgen over de reeds behaalde en nog te behalen Leerdoelen van een leerling. 3.12.3 De leerkracht moet de Leerdoelen voor leerlingen onderling kunnen afstemmen. 3.12.4 Het Leertraject moet getoetst kunnen worden aan de gestelde bedrijfs- en onderwijsregels van de school. 3.12.5 Het Leertraject kan ter goedkeuring aan de leerling en ouders worden voorgelegd.
27
Usecase
3.12 Vaststellen Leertraject van een leerling voor de komende periode 3.12.6 Betrokkenen moeten het Leertraject van de leerling voor de komende periode kunnen inzien. 3.12.7 Betrokkenen moeten het gehele doorlopen Leertraject van de leerling kunnen inzien.
Usecase
3.13 Uitvoeren tactische planning (prognoticeren)
Doel
Periodiek inzicht verkrijgen in mogelijke knelpunten in de benodigde en beschikbare Resources (mensen en middelen) en het te realiseren onderwijs. Het is nodig om inzichtelijk te maken welke Resources benodigd zijn voor de middellange termijn (met namen het komende leerjaar) om de som van alle individuele Leertrajecten te kunnen realiseren. In geval van knelpunten kunnen dan tijdig acties ondernomen worden. Deze activiteit vindt in principe periodiek plaats, met name wanneer de Roosters voor de school en leerlingen bekend/aangepast zijn. Of Bij wijziging van aantal leerlingen of leerkrachten. Periodiek zal een inschatting moeten worden gemaakt van het onderwijs dat moet worden georganiseerd in de periodes na de huidige roosterperiode. Op basis van deze inschatting kan de school de benodigde Resources indien nodig bijstellen, of andere maatregelen nemen. Prognose van benodigde Resources en een overzicht van de verwachte knelpunten voor de planning en uitvoering van het onderwijs voor het komende leerjaar.
Aanleiding
Omschrijving
Resultaat
Functionele eisen 3.13.1 De directeur kan op basis van de globale Leertrajecten een prognose opvragen van de benodigde Resources voor een bepaalde periode 3.13.2 Afwijking van de benodigde middelen t.o.v. de beschikbare middelen worden inzichtelijk gemaakt.
28
4. Plannen korte termijn (week/dag) Usecase
4.14 Vaststellen Leeractiviteiten leerling
Doel
De leerling moet Leeractiviteiten gaan uitvoeren. Hiervoor zijn Leermiddelen nodig. Deze moeten voor hem geselecteerd worden. Het Leertraject van de leerling is vastgesteld of gewijzigd. Of Een nieuwe planningsperiode (week/dag) is begonnen. Of De leerling heeft zelf voorstel voor een Leeractiviteit gedaan. Of De voortgang van de leerling verloopt niet naar wens. Of De leerling of leerkracht heeft de behoefte om extra of andere Leermiddelen in te zetten. Hier vindt de selectie van in te zetten Leermiddelen plaats. De mate waarin de Leeractiviteiten vooraf worden bepaald en de mate waarin dit in overleg met de leerling gebeurt, kan sterk verschillen. Het is zelfs denkbaar dat de leerling geheel zelfstandig keuzes maakt. Feit is dat er uiteindelijk door de leerkracht of leerling Leermiddelen gekozen worden die tot de gewenste Leeractiviteiten leiden. Naast individuele Leeractiviteiten zijn ook groepsactiviteiten denkbaar.
Aanleiding
Omschrijving
Het gaat hier om de keuze voor het ‘hoe’: hoe gaat de leerling zijn Leerdoelen voor dat Leertraject bereiken. Er bestaat een logische samenhang met het vervolgens inplannen van de Leeractiviteiten: het ‘wanneer’.
Resultaat
Leermiddelen kunnen al kant en klaar door leerlingen te gebruiken zijn. Waar dat nog niet het geval is zal de leerkracht aanvullende instructie moeten geven voordat het Leermiddel voor een Leeractiviteit kan worden gebruikt. Reeks Leermiddelen die de leerling in de gehanteerde periode moet of mag uitvoeren. Deze zijn nog niet in tijd ingepland.
Functionele eisen 4.14.1 De leerkracht moet met diverse filters naar beschikbare Leermiddelen kunnen zoeken. 4.14.2 De leerkracht kan zoeken op basis van de leervraag en andere leerkenmerken van de leerling uit het persoonlijk profiel. 4.14.3 ‘Mijn school’ beschikt over een functionaliteit waarbij het zelf op basis van de kenmerken van de leerling voorstellen voor Leermiddelen doet. 4.14.4 De leerling moet met diverse filters naar beschikbare Leermiddelen kunnen zoeken. 4.14.5 De leerling kan bij het zoeken gebruik maken van gegevens uit het persoonlijk profiel. 4.14.6 De leerling moet gevonden Leermiddelen bij de leerkracht kunnen aandragen. 4.14.7 De leerkracht moet door de leerling aangedragen Leermiddelen accepteren of weigeren. 4.14.8 De leerkracht moet de Leermiddelen die zijn klaargezet onderling kunnen ordenen.
29
Usecase
4.14 Vaststellen Leeractiviteiten leerling 4.14.9 De leerkracht moet de Leermiddelen kunnen voorzien van instructie voor de Leeractiviteit. 4.14.10 De leerkracht moet voor de gehanteerde periode Leermiddelen voor de leerling kunnen klaarzetten in het Leerplan. 4.14.11 De leerkracht kan Leeractiviteiten aan een groep leerlingen toewijzen
Usecase Doel Aanleiding
Omschrijving
Resultaat
4.15 Inplannen Leeractiviteiten in het Leerplan voor de komende/huidige periode. De leerling leert door het uitvoeren van Leeractiviteiten. Er zijn Leermiddelen gekozen die nu voor de leerling moeten worden ingepland. Een nieuwe periode (vaak week/dag) is begonnen. Of Er zijn nieuwe Leermiddelen gekozen of geplande komen te vervallen. Of Er zijn nieuwe inzichten en de bedachte volgorde blijkt niet optimaal en moet worden bijgesteld. Of De leerling heeft ruimte voor eigen planning en vult deze ruimte in. Het kiezen en plannen van Leeractiviteiten is een continu proces dat zowel vooruitlopend op een periode als tijdens de periode plaatsheeft. Leeractiviteiten kunnen allerlei vormen hebben. In de basis zijn er twee vormen. Dit zijn Leeractiviteiten die van te voren ingepland worden en (Leer-)activiteiten die meer ad-hoc worden uitgevoerd. De ene leerling heeft meer structuur nodig dan de andere. Het is ook denkbaar dat een leerling deels zelf kan bepalen wanneer hij welke vooraf bepaalde Leeractiviteiten gaat uitvoeren. In dat geval moet de leerkracht de kaders aangeven waarbinnen de leerling dit kan/moet doen. In sommige gevallen is de dagindeling niet geheel individueel of vrij invulbaar maar zijn er vaste activiteiten en groepsmomenten. Dit geldt ook voor bepaalde toetsen die op een verplichte datum en met bijvoorbeeld de hele groep tegelijk moeten worden uitgevoerd. Een individueel Leerplan voor de leerling voor de huidige/komende periode.
Functionele eisen 4.15.1 Betrokkenen hebben inzicht in het totaalrooster van de leerling over de gehanteerde periode. 4.15.2 Betrokkenen hebben overzicht van de geselecteerde Leermiddelen die voor deze periode ingepland moeten worden. 4.15.3 De leerkracht kan Leeractiviteiten op groepsniveau inplannen. 4.15.4 Het Leerplan moet getoetst kunnen worden aan de gestelde bedrijfs- en onderwijsregels van de school. 4.15.5 Het is mogelijk om (summatieve) toetsen op een vaste datum en tijdstip in te plannen en de rest van de daaraan gerelateerde Leeractiviteiten van daaruit te plannen. 4.15.6 De planning heeft de vorm van een agenda, waarin aanvullende afspraken voor de leerling met leerkrachten, andere leerlingen en anderen kunnen worden gepland.
30
4.15.7 De volgende type Leeractiviteiten moeten in planning ondersteund worden: a. groep leerlingen die gelijktijdig dezelfde Leeractiviteit volgt. b. groep leerlingen die gelijktijdig verschillende Leeractiviteiten volgt. c. Leeractiviteit per individuele leerling. d. Leeractiviteiten die wel worden gepland, maar waarvoor de leerling zich moet inschrijven (zoals bijv. een vragenuur). e. formatieve toetsen. f. Leeractiviteiten waarbij aanvullende Resources nodig zijn (bijvoorbeeld surveillance, speciale faciliteiten).
Usecase
4.16 Publiceren planning
Doel
Het toegankelijk maken van de planning voor de leerling en andere betrokkenen. De (individuele) planning voor de leerling is klaar en kan ter beschikking gesteld worden aan de leerling en andere betrokkenen. Er is een totaalrooster en een Leerplan. Dit levert uiteindelijk een planning op welke aangeeft wanneer de leerling aanwezig is en welke Leeractiviteiten hij wanneer gaat uitvoeren. De vastgestelde planning moet toegankelijk gemaakt worden voor verschillende betrokkenen zodat zij deze kunnen inzien en nodige wijzigingen besproken kunnen worden. Gepubliceerde planning van door de leerling uit te voeren Leeractiviteiten.
Aanleiding Omschrijving
Resultaat Functionele eisen
4.16.1 De leerling kan zijn planning inzien. 4.16.2 Betrokkenen kunnen de planning van een leerling inzien. 4.16.3 De planning is voor de leerling en andere betrokkenen sorteerbaar op minimaal de volgende manieren (dagweergave, weekweergave, maandweergave, roosterperiode weergave). 4.16.4 ‘Mijn school’ kan synchroniseren met andere, waaronder persoonlijke agenda’s, van leerkrachten.
Usecase Doel Aanleiding Omschrijving Resultaat Functionele eisen
4.17 Aanbieden van een Leeractiviteit waarop de leerling zich kan inschrijven. De school biedt een aanvullende Leeractiviteit waarvoor geïnteresseerde leerlingen zich kunnen inschrijven. De school heeft een extra Leeractiviteit en wil deze ter stimulering aan geïnteresseerde leerlingen aan kunnen bieden. Naast het toekennen van Leeractiviteiten kan het wenselijk zijn om de leerling vrijblijvend Leeractiviteiten aan te bieden. Een Leeractiviteit waarop een x-aantal leerlingen zich kunnen inschrijven. 4.17.1 De leerkracht kan met diverse filters naar beschikbare Leermiddelen zoeken. 4.17.2 De leerkracht kan aangeven welke leerlingen wel of juist niet op de Leeractiviteit mogen inschrijven. 4.17.3 De leerkracht kan het Leermiddel voor de geautoriseerde leerlingen inplannen. 4.17.4 De leerkracht kan een minimum en maximum aantal deelnemers instellen.
31
Usecase
4.17 Aanbieden van een Leeractiviteit waarop de leerling zich kan inschrijven. 4.17.5 ‘Mijn school’ kan de leerkracht op basis van de totaalRoosters voorstellen doen voor een geschikt planmoment.
Usecase
4.18 Vaststellen en reserveren beschikbare Resources.
Doel
Inzicht hebben in- en het reserveren van het totaal aan beschikbare Rescources waarvan het planningsproces gebruik kan maken. Er moet een nieuwe planning worden opgesteld voor de volgende Roosterperiode. Of Er is een nieuwe of gewijzigde tactische planning beschikbaar. Of Er is een ad-hoc behoefte voor maatwerk onderwijs. Om een concrete planning te kunnen maken moet inzichtelijk zijn welke Resources beschikbaar zijn. In het planningsproces kan van deze Resources gebruik worden gemaakt. Over de inzetbaarheid van de Resources moeten afspraken gemaakt worden zodat ze gereserveerd zijn voor het onderwijs voor de leerlingen. Vastgestelde verzameling van beschikbare en gereserveerde Resources ten behoeve van het planningsproces.
Aanleiding
Omschrijving
Resultaat Functionele eisen
4.18.1 Alle Resources die beschikbaar zijn ten behoeve van het planningsproces kunnen worden gedefinieerd, inclusief de periode waarin ze beschikbaar zijn. 4.18.2 Alle Resources die beschikbaar zijn ten behoeve van het planningsproces kunnen worden gereserveerd voor een bepaalde periode.
32
Usecase
4.19 Registreren aan- en afwezigheid van leerling
Doel Aanleiding Omschrijving
Vastleggen of en wanneer de leerling aanwezig is (geweest). De leerling komt het schoolgebouw binnen of verlaat deze weer. Registratie is nodig omdat:
Resultaat
‘Mijn school’ heeft voor functionaliteit inzicht in de actuele aanwezigheid van de leerling nodig (bijv. communicatie). De school moet kunnen aantonen dat er voldoende bezetting per leerling is (geweest). De school moet kunnen aantonen dat de leerling voldoende onderwijstijd heeft genoten.
De registratie kan via een ander systeem geregeld zijn. Het spreekt voor zich dat dit systeem dan toegang moet hebben tot gegevens over de leerling en een koppeling met ‘Mijn school’ in dit geval noodzakelijk is. Als inloggen op het systeem geldt als registratie moet ervoor worden gewaakt dat bij thuiswerken dit niet als registratie gezien wordt: het gaat om de fysieke aanwezigheid. Voor registratie zijn diverse technieken waarvan het gebruik van een inlog veel gebruikt wordt. Zaken als vingerafdruk, gezichtsherkenning of andere methodes kunnen, zeker voor de heel jonge doelgroep, misschien een optie zijn. Inzicht in de actuele aanwezigheid van een leerling en vastlegging van de aanwezigheid op eerdere momenten.
Functionele eisen 4.19.1 ‘Mijn school’ bewaart de aanwezigheidsgegevens van de leerling over langere periode. 4.19.2 De leerling kan zijn aanwezigheidsgegevens inzien. 4.19.3 De leerkracht kan de aanwezigheidsgegevens van alle leerlingen inzien. 4.19.4 De betrokkenen kunnen de aanwezigheidsgegevens vergelijken met de geplande aanwezigheid (het totaalRooster). 4.19.5 De leerling kan zijn aanwezigheid en afwezigheid op de school op het moment zelf aangeven. 4.19.6 De Ouder krijgt een signaal als de aanwezigheid van de leerling niet overeenkomt met de geplande aanwezigheid (totaalRooster). 4.19.7 De directeur krijgt van ‘Mijn school’ een signaal als de dekkingsgraad niet voldoende is. 4.19.8 De directeur kan de gegevens aan de onderwijsinspectie tonen/overdragen.
33
Usecase
4.20 Registreren aan- en afwezigheid van leerkracht
Doel Aanleiding Omschrijving
Vastleggen of en wanneer de leerkracht aanwezig is (geweest). De leerkracht komt de school binnen of verlaat deze weer. Registratie is nodig omdat:
Resultaat
‘Mijn school’ heeft voor functionaliteit inzicht in de actuele aanwezigheid van de leerkracht nodig (bijv. communicatie). De school moet kunnen aantonen dat er voldoende bezetting per leerling is (geweest). De school kan ook voor tijdsregistratie inzicht willen hebben in de aanwezigheid van een leerkracht (hier wordt verder niet op ingegaan).
De registratie kan via een ander systeem geregeld zijn. Het spreekt voor zich dat dit systeem dan toegang moet hebben tot gegevens over de leerkracht en een koppeling met ‘Mijn school’ in dit geval noodzakelijk is. Als inloggen op het systeem geldt als registratie moet ervoor worden gewaakt dat bij thuiswerken dit niet als registratie gezien wordt: het gaat om de fysieke aanwezigheid. Inzicht in de actuele aanwezigheid van een leerkracht en vastlegging van de aanwezigheid op eerdere momenten.
Functionele eisen 4.20.1 ‘Mijn school’ bewaart de aanwezigheidsgegevens van de leerkracht over langere periode. 4.20.2 De leerkracht kan zijn aanwezigheidsgegevens inzien. 4.20.3 De directeur kan de aanwezigheidsgegevens van alle leerkrachten inzien. 4.20.4 De betrokkenen kunnen de aanwezigheidsgegevens vergelijken met de geplande aanwezigheid (het totaalRooster). 4.20.5 De leerkracht kan zijn aanwezigheid en afwezigheid op de school op het moment zelf aangeven. 4.20.6 De leerkracht krijgt een signaal als zijn aanwezigheid niet overeenkomt met de geplande aanwezigheid (totaalRooster). 4.20.7 De directeur krijgt van ‘Mijn school’ een signaal als de dekkingsgraad niet voldoende is. 4.20.8 De directeur kan de gegevens overdragen aan de onderwijsinspectie.
34
5. Leren en begeleiden Usecase
5.21 Klaarzetten Leermiddelen
Doel
De leerling zo optimaal mogelijk faciliteren door “just-in-time” Leermiddelen klaar te zetten. De leerling gaat op basis van het Leerplan de Leermiddelen afnemen en Leeractiviteiten uitvoeren. In de periode waarin een bepaalde Leeractiviteit is gepland, moeten de bijbehorende Leermiddelen aan de leerling beschikbaar worden gesteld. De leerling hoeft dus niet zelf te zoeken, maar krijgt ze aangeboden op het moment of in de periode dat de Leeractiviteit in het Leerplan gepland staat. De Leermiddelen staan (just-in-time) klaar voor de leerling op het moment dat de bijhorende Leeractiviteit gepland is.
Aanleiding Omschrijving
Resultaat Functionele eisen
5.21.1 De Leeractiviteiten en bijhorende digitale Leermiddelen worden aan de leerling beschikbaar gesteld, op het moment dat deze Leeractiviteit is ingepland. 5.21.2 De Leeractiviteiten die de leerling heeft afgerond zijn niet meer zichtbaar/beschikbaar. 5.21.3 De digitale Leermiddelen zijn zichtbaar en toegankelijk binnen ‘Mijn school’ via verschillende ingangen, bijvoorbeeld via ‘Mijn planning’ of ‘Mijn opdrachten’.
Usecase
5.22 Inschrijven op Leeractiviteiten
Doel
Geplande Leeractiviteiten waarop een leerling zich kan inschrijven toegankelijk maken en registeren van het aantal deelnemers aan deze Leeractiviteit. Een leerling wil deelnemen aan een Leeractiviteit die is ingepland, en waarop een inschrijving van toepassing is. Leeractiviteiten die zijn gepland kunnen vereisen dat leerlingen zich daarop inschrijven. Dit zijn bijvoorbeeld Leer- of begeleidingsactiviteiten die wekelijks zijn ingepland, maar waarvan elke leerling twee of drie keer gebruik moet of mag maken. Leerlingen kunnen zich hier dan op inschrijven nadat het Rooster is vastgesteld en gepubliceerd. Een voltooide inschrijving van een leerling op een Leeractiviteit, en per Leeractiviteit een overzicht van deelnemende leerlingen.
Aanleiding Omschrijving
Resultaat Functionele eisen
5.22.1 Bepaalde Leeractiviteiten kunnen worden gepland los van de aanwezigheid van leerlingen. Deze Leeractiviteiten zijn in de planning opgenomen als Leeractiviteiten waarop zij kunnen inschrijven. 5.22.2 In de planning van de leerling zijn de Leeractiviteiten waarop kan worden ingeschreven zichtbaar, en is zichtbaar of de leerling zich heeft ingeschreven. 5.22.3 De leerkracht heeft inzicht in het aantal inschrijvingen op de Leeractiviteit. 5.22.4 Betrokkenen die als Resource voor de Leeractiviteit nodig zijn, hebben de Leeractiviteit in de eigen planning staan. 5.22.5 Betrokkenen die als Resource voor de Leeractiviteit nodig zijn, kunnen het aantal inschrijvingen op de Leeractiviteit inzien.
35
Usecase
5.22 Inschrijven op Leeractiviteiten 5.22.6 Voor minder zelfstandige leerlingen kunnen de ‘vrije’ Leeractiviteiten ook door de leerkracht worden ingepland. 5.22.7 De leerling kan de status van de Leeractiviteit zien (nog te weinig, gaat door, vol). 5.22.8 De leerkracht kan de Leeractiviteit waarvoor is ingeschreven annuleren. 5.22.9 Leerlingen ontvangen bij annuleren van een Leeractiviteit waarvoor zij zijn ingeschreven, een melding.
Usecase
5.23 Uitvoeren Leeractiviteit
Doel Aanleiding
De Leeractiviteit kan worden uitgevoerd. Er is een Leeractiviteit ingepland (door leerkracht, door leerling zelf of middels inschrijving). In ‘Mijn school’ zijn diverse mogelijkheden om Leeractiviteiten uit te voeren. Afhankelijk van het soort Leermiddelen die gebruikt worden, kan de gehele Leeractiviteit binnen ‘Mijn school’ worden uitgevoerd. Bij het werken met fysieke Leermiddelen zou in ‘Mijn school’ nog wel bijvoorbeeld een instructie kunnen staan. Het gaat verder voornamelijk om de tools die het uitvoeren van de Leeractiviteit ondersteunen, zoals een tekstverwerken of presentatietool voor het maken van werkstukken en presentaties, samenwerkplatforms (gedeelde documenten) voor opdrachten die met medeleerlingen moeten worden uitgevoerd, en software voor het afspelen van diverse multimedia. Hierbij moeten dan alle digitale Leermiddelen uit het Leermiddelenmagazijn door ‘Mijn school’ worden ondersteund (= afspeelbaar). N.B.: het is denkbaar dat de leerling ‘een’ activiteit uitvoert waarvan achteraf blijkt dat de leerling hiervan iets geleerd heeft. Deze activiteit kan dan met terugwerkende kracht als Leeractiviteit met een Resultaat beschouwd worden en kan als zodanig dan ook een Beoordeling krijgen. Een uitgevoerde Leeractiviteit waarvan de Resultaten worden opgeslagen.
Omschrijving
Resultaat Functionele eisen
5.23.1 In ‘Mijn school’ zijn tools aanwezig om alle digitale Leermiddelen afkomstig uit het Leermiddelenmagazijn te ondersteunen. 5.23.2 ‘Mijn school’ bewaakt de voortgang en de historie van het gebruik van digitale Leermiddelen (conform de SCORM-standaard). 5.23.3 De Resultaten van de Leeractiviteiten (in percentage gedaan/afgerond en het Resultaat zelf, en de Beoordelingen in de vorm van cijfers worden opgeslagen in- of zijn op te vragen via het voortgangsoverzicht. 5.23.4 De leerling kan aangeven klaar te zijn met een Leeractiviteit. 5.23.5 De leerling kan een Resultaat van een Leeractiviteit, gekoppeld aan die Leeractiviteit, in ‘Mijn school’ opslaan. 5.23.6 De leerkracht kan zien met welke Leeractiviteit de leerling bezig is. 5.23.7 De leerkracht moet niet geplande maar wel door de leerling uitgevoerde Leeractiviteiten kunnen registreren. 5.23.8 ‘Mijn school’ biedt betrokkenen ter ondersteuning van de Leeractiviteit gepaste communicatiemogelijkheden aan.
36
Usecase
5.24 Beoordelen Resultaat
Doel Aanleiding
Het Resultaat van de Leeractiviteit een (formele) Boordeling geven. De leerling heeft een Resultaat waarvoor een (formele) Beoordeling of een reflectie gewenst is. De leerkracht moet het Resultaat van een Leeractiviteit een Beoordeling kunnen geven. Als dit een formele Beoordeling is, moet het Resultaat bevroren kunnen worden: aanpassen na het beoordelen is dan namelijk ongewenst. Naast het (formele) Beoordelen van leerkrachten kan het wenselijk zijn om de leerling zelf te laten reflecteren op het eigen Resultaat of anderen vragen dit te doen. In principe kan het reflecteren zelf ook als een Leeractiviteit worden beschouwd, maar dat wordt niet met deze use case bedoeld. De leerling kan ook extra Leerdoelen behalen, of Leerdoelen behalen via ongeplande (Leer-)activiteiten (zie 5.3). Een Beoordeling van het Resultaat van een Leeractiviteit. Dit kan een (formele) Beoordeling zijn of een reflectie van de leerling zelf of anderen.
Omschrijving
Resultaat Functionele eisen
5.24.1 De leerkracht kan een (versie van een) Resultaat bevriezen. 5.24.2 De leerkracht kan het Resultaat van een Leeractiviteit een Beoordeling geven. 5.24.3 De leerkracht kan aangeven welke (onverwachte) Leerdoelen de leerling tijdens een (Leer-)activiteit heeft behaald. 5.24.4 Betrokkenen kunnen de Beoordeling inzien. 5.24.5 De leerling kan een Resultaat voorzien van een Beoordeling in de vorm van een eigen reflectie. 5.24.6 De ouder kan een Resultaat een Beoordeling geven in de vorm van een reflectie. 5.24.7 De leerling kan andere leerlingen om een Beoordeling in de vorm van een reflectie te geven. 5.24.8 Een leerling kan een mede-Leerling op verzoek op verzoek een Beoordeling geven in de vorm van een reflectie. 5.24.9 De leerling kan de reflectie van anderen op de eigen Resultaten inzien. 5.24.10 De leerkracht en leerling kunnen een Beoordeling in de vorm van een reflectie verwijderen. 5.24.11 De leerkracht kan de reflectie van een aanvullende opmerking/reactie voorzien.
37
Usecase Doel Aanleiding Omschrijving
Resultaat
5.25 Vastleggen Notities over observaties over het gedrag en de ontwikkeling van de leerling Vastleggen van informatie die relevant is voor de begeleiding van de leerling. De leerkracht merkt vanuit observatie iets op dat relevant is om vast te leggen. De leerkracht observeert gedurende een dag de leerlingen continu. Sommige observaties kunnen interessant zijn om als Notitie vast te leggen. Bijvoorbeeld ten behoeve van overdracht aan collegaLeerkrachten of als input voor periodieke besprekingen en vaststellen van de voortgang van de leerling. Notities met relevante observaties over het gedrag en ontwikkeling van de leerling.
Functionele eisen 5.25.1 De leerkracht moet Notities per leerling kunnen maken. 5.25.2 De leerkracht moet Notities per groep leerlingen kunnen maken. 5.25.3 De leerkracht moet kunnen aangeven wie een Notitie mag aanpassen en lezen
Usecase
5.26 Vaststellen voortgang
Doel
Het inzichtelijk maken van de voortgang van de leerling om eventueel het Leertraject voor de korte of lange termijn bij te stellen. De leerkracht wil de leerling begeleiden en vaststellen wat de voortgang is. Deze activiteit vindt in principe continu plaats, maar in ieder geval periodiek en voorafgaand aan een volgende planningsperiode. Alle voor de voortgang benodigde informatie wordt verzameld ten behoeve van het begeleidingsproces. Het gaat over Resultaten, Beoordelingen, voortgang in het Leertraject, Notities leerkrachten, diagnostische toetsen, etc. Op basis van deze gegevens kan de leerkracht besluiten het Leertraject of het Leerplan van de leerling aan te passen om een beter passend onderwijsprogramma te creëren. Inzicht in de voortgang van de leerling.
Aanleiding
Omschrijving
Resultaat Functionele eisen
5.26.1 De leerkracht krijgt de voortgang per leerling gepresenteerd in een overzicht met alle relevante gegevens. 5.26.2 De leerkracht kan de summatieve Resultaten raadplegen. 5.26.3 De leerkracht kan de Notities over de leerling raadplegen. 5.26.4 De leerkracht kan de reflecties over het Resultaat van de leerling raadplegen. 5.26.5 De leerkracht kan de Beoordelingen van de Resultaten van de leerling raadplegen. 5.26.6 De leerkracht heeft inzicht in het afronden van digitale Leeractiviteiten door de leerling. 5.26.7 De leerkracht heeft inzicht in het afronden van Leeractiviteiten waarbij een leerling fysiek aanwezig is geweest. 5.26.8 Betrokkenen kunnen het voortgangsoverzicht binnen ‘Mijn school’ inzien. 5.26.9 Het voortgangsoverzicht is verbonden aan een leerlingvolgsysteem. Met name hierin zijn verschillende rechten (afhankelijk van het persoonlijk profiel) van belang.
38
Usecase
5.26 Vaststellen voortgang 5.26.10 Het voortgangsoverzicht is op diverse manieren filterbaar en sorteerbaar (bijv. periode, Leerdoelen). 5.26.11 De leerkracht kan analyse van de huidige voortgang ten opzichte van de eerdere vooruitgang uitvoeren. 5.26.12 De leerkracht kan het geplande Leertraject vergelijken met het uitgevoerde Leertraject.
Usecase
5.27 Inzien Notities en Afspraken
Doel
De leerkracht heeft aanvullende informatie over de leerling nodig en moet weten welke Afspraken er zijn. De leerkracht bereidt zich voor op de dag. Of De leerkracht moet zich voorbereiding op een gesprek of andere activiteit. Of Er doet zich een situatie voor waarbij het inzien van de Notities en Afspraken nodig is of waarbij dit kan bijdragen aan de oplossing. De Notities en Afspraken vormen een informatiebron voor de leerkracht. Ten aanzien van Afspraken is expliciet een vervolgactie gewenst. De Notities en Afspraken kunnen betrekking hebben op de lange of korte termijn en van belang zijn voor bijvoorbeeld de overdracht aan een collega Leerkracht of input vormen voor de inrichting van het Leertraject. De context waarbinnen deze Notities en Afspraken worden ingezien zijn dan ook zeer verschillend. De leerkracht heeft de relevante informatie tot zich genomen.
Aanleiding
Omschrijving
Resultaat Functionele eisen
5.27.1 Betrokkenen moeten Afspraken kunnen inzien. 5.27.2 Betrokkenen moeten Notities kunnen inzien. 5.27.3 Betrokkenen moeten Afspraken in hun totaalrooster kunnen zien. 5.27.4 Betrokkenen moeten een herinnering voor een Afspraak kunnen ontvangen.
39
Usecase
5.28 Summatief toetsen
Doel Aanleiding
Het formeel toetsen van de kennis, vaardigheden en competenties. De leerling heeft een Leertraject doorlopen en moet dit afsluiten met een formeel toetsmoment. Of Er is behoefte aan het vaststellen van de voortgang van kennis, vaardigheden en competenties van een leerling. Een summatieve toets is een Leeractiviteit die net als alle andere Leeractiviteiten gebruik maakt van Leermiddelen. Het Resultaat van een summatieve toets heeft alleen meer een formeel karakter. In een summatieve toets wordt vastgesteld in welke mate een leerling voldoet aan vereisten met betrekking tot de kennis, vaardigheden en competenties. De voortgang van de leerling wordt onder andere vastgesteld op basis van het Resultaat (Beoordeling) van summatieve toetsen. Dit kan leiden tot bijsturing van het Leertraject. Wanneer het Resultaat van de toets tot een goede Beoordeling leidt, betekent dit dat een deel van het Leertraject kan worden afgesloten. Formatieve toetsen worden in dit programma van eisen beschouwt als een type Leermateriaal. Een geregistreerde en formeel Resultaat en Beoordeling van een door de leerling uitgevoerde toets.
Omschrijving
Resultaat Functionele eisen
5.28.1 Bij het afnemen van (summatieve) digitale toetsen kan ‘Mijn school’ worden afgeschermd van mogelijke bronnen en internet. 5.28.2 De Resultaten en Beoordeling van summatieve toetsen kunnen formeel worden geregistreerd. 5.28.3 De leerkracht kan op basis van de Beoordeling van de summatieve toets bepalen welk deel van het Leertraject daarmee door de leerling is succesvol afgerond. 5.28.4 De Beoordeling van de toetsen zijn in een apart overzicht zichtbaar in ‘Mijn school’. 5.28.5 De leerkracht kan de voortgang van een leerling zien ten opzichte van een nominaal Leertraject. 5.28.6 De leerkracht kan de voortgang van een leerling zien ten opzichte van het geplande Leertraject van de leerling.
40
6. Communiceren Usecase Doel Aanleiding Omschrijving
Resultaat
6.29 Communiceren De reden voor communicatie kan zeer divers zijn, maar is over het algemeen gericht op de leerling of het organiseren van het leren. De leerling, leerkracht, directeur of ouder heeft behoefte aan communicatie. Communiceren vindt primair plaats ter ondersteuning van het uitvoeren van Leeractiviteiten. Daarnaast kunnen aanvullende communicatie mogelijkheden wenselijk zijn. Bijvoorbeeld met ouders (een-weg of tweeweg). Het is belangrijk dat alle communicatie veilig plaatsvindt dus binnen de omgeving en zonder dat niet geautoriseerde personen kunnen communiceren of de inhoud van de communicatie kunnen volgen. De communicatie vindt synchroon (chat, videoconferencing, etc.) of asynchroon (e-mail, afspraak in agenda) plaats.
Functionele eisen 6.29.1 Betrokkenen kunnen in ‘Mijn school’ op elk gewenst moment en op elke gewenste plek communicatie plaatsvinden. 6.29.2 De directeur moet kunnen instellen of en welke communicatie via ‘Mijn school’ met ouders mogelijk is. 6.29.3 ‘Mijn school’ weet welke personen binnen welke context voor communicatie moeten worden aangeboden. 6.29.4 ‘Mijn school’ weet van alle betrokkenen of deze aanwezig zijn. 6.29.5 ‘Mijn school’ biedt de optie om (geïntegreerd) te kunnen communiceren via een scala van synchrone en a-synchrone communicatiemiddelen.
Usecase
6.30 Vastleggen gesprekken en afspraken
Doel
Vastleggen van de uitkomst van gesprekken in Notities zodat deze informatie geborgd wordt en het vastleggen van Afspraken zodat deze navolging krijgen. Er is een gesprek met een collega-Leerkracht, leerling of ouder geweest. Een (telefoon-) gesprek kan om diverse redenen plaatsvinden en over veel verschillende onderwerpen gaan. Waar relevant moeten het resultaat van dit gesprek kunnen worden vastgelegd. Afhankelijk van de aard van het gesprek is dit een meer of minder formele stap. Dit kan gaan over het eerder ophalen van een leerling tot een oudergesprek bij problemen met de leerling. Een gesprek kan leiden tot Afspraken die moeten leiden tot acties van betrokkenen. Deze Afspraken moeten navolging krijgen en bij de betrokkenen onder de aandacht blijven. Notities en/of Afspraken in de agenda van betrokkenen.
Aanleiding Omschrijving
Resultaat Functionele eisen
6.30.1 De leerkracht en directeur kunnen Afspraken voor zichzelf en elkaar inplannen. 6.30.2 De leerkracht en directeur kunnen Afspraken voor de leerling en ouder inplannen. 6.30.3 De leerkracht en directeur kunnen aangeven wie een Afspraak mag aanpassen en lezen. 6.30.4 ‘Mijn school’ kan betrokkenen waarschuwen bij het niet op tijd nakomen van een afspraak.
41
7. Overige eisen 7.1 Omschrijving
Technische eigenschappen
Naast de functionele eisen worden ook enkele technische eisen aan ‘Mijn school’ gesteld.
Technische eisen 7.1.1 Het systeem is webbased. Het is toegankelijk via een standaard browser 7.1.2 Gebruikers kunnen zelf het uiterlijk/de interface aanpassen Vragen 7.1.3 Op welk technisch platform is uw systeem gebaseerd (besturingssysteem, ontwikkelplatform, ERP-omgeving etc.)? 7.1.4 In welke beheervarianten wordt uw systeem aangeboden (op infrastructuur van de school, SaaS of anders)? 7.1.5 In welke licentievorm biedt u uw product aan (serverlicentie, licentie per leerling, open source, beheerlicentie etc.)?
Aandachtspunten Verwijderen van gegevens Vaak wordt het verwijderen van gegevens in specificaties vergeten. Het is niet zozeer de knop ‘verwijderen’ die lastig is, maar de vraag: wat moet er met de gegevens gebeuren. Vooral wanneer deze gegevens gebruikt worden voor analyse e.d. kan het verwijderen gaten slaan. Bij elke functionaliteit waarmee informatie wordt toegevoegd, moet men zich dus ook afvragen: moet deze informatie ook weer verwijderd kunnen worden en zo ja, wat heeft dit voor gevolgen? Personaliseren Vanuit meerdere optieken kan het wenselijk zijn om ‘Mijn school’ te kunnen personaliseren: Praktisch gezien kan de gebruiker de omgeving zo inrichten dat deze voor hem het prettigste en beste werkt. Gevoelsmatig betekent het dat de omgeving makkelijker geaccepteerd kan worden. Sociaal gezien kan de gebruiker online een identiteit aannemen en zich als zodanig ook aan anderen presenteren. Naar de leerling kijkend zou personalisatie ook kunnen inhouden dat ‘Mijn school’ meegroeit met de vaardigheden door in verloop van tijd bijvoorbeeld meer functionaliteit en informatie ter beschikking te stellen. Dit kan goed samengaan met bijvoorbeeld de mate waarin de leerling zelf Leeractiviteiten mag kiezen en/of inplannen. Personalisatie moet dus veel breder gezien worden dan bijvoorbeeld alleen het kiezen van een kleurenthema. Anderssoortige eisen Het programma van eisen richt zich nu op functionele wensen vanuit gebruikersperspectief. Bij het ontwerpen of aanschaffen van een systeem dient ook te worden nagedacht over zaken zoals privacy, wetgeving, veiligheid en dataportabiliteit (zie bijlage 4). Bedenk dat wanneer dit systeem de spil wordt van het onderwijs hiermee een grote afhankelijkheid ontstaat waardoor deze aspecten nog belangrijker zijn.
42
4.
Blik op de markt
Op basis van de gesprekken en naar aanleiding van suggesties van de betrokken scholen is een quickscan uitgevoerd naar systemen die op dit moment op de markt verkrijgbaar zijn. Deze scan geeft een eerste indruk van hoe het programma van eisen (de behoefte) vergeleken kan worden met de markt (het aanbod) maar is geen weergave van het totaalaanbod aan eventueel geschikte of nog te ontwikkelen systemen. Dit zal nader moeten worden onderzocht in een vervolgtraject. De ‘blik op de markt’ geeft inzicht in de mogelijkheden om bij de realisatie van ‘Mijn school’ uit te gaan van bestaande systemen die kunnen worden aangepast en of uitgebreid. Mede vanwege het kostenaspect (kostenreductie) zou hergebruik van bestaande ‘engines’, softwareontwerpen en databases aantrekkelijk kunnen zijn. Het wiel hoeft dan niet helemaal opnieuw uitgevonden te worden. Belangrijk is daarbij te weten welke systemen op meerdere onderdelen kunnen voldoen aan de wensen (eisen) en welke essentiële onderdelen (nog) ontbreken. Bij deze quickscan is als voornaamste filter gebruik gemaakt van figuur 1: Systemen en rollen binnen Mijn School. Op basis daarvan is een aantal volgsystemen of administratiesystemen afgevallen. Zij faciliteren een of meerdere rollen niet of voldoen niet of te gering aan de omschrijving zoals in de inleiding beschreven staat: Essentieel voor de ondersteuning van het pedagogische en logistieke proces op de scholen waar onderwijs op maat wordt gegeven is een digitaal systeem, waarin alle afspraken over leerinhouden, onderwijstijd, agenda, vorderingen en andere zaken worden bijgehouden. Uiteindelijk blijven er drie systemen over die in eerste instantie op aantal onderdelen lijken te voldoen aan het programma van eisen: Ooggetuige, FollowMe en BasisOnline De quickscan pretendeert niet diepgaand en volledig te zijn. Bij elk van de drie elo’s of volgsystemen is gekeken naar de aanwezigheid (of juist afwezigheid) van de belangrijkste (voorlopige) wensen van scholen zoals die uit de gesprekken naar voren zijn gekomen (gewenste specificaties) Het overzicht is gemaakt op basis van analyse van beschrijvingen van de systemen, presentaties en (voor zover aanwezig en toegankelijk) de websites. Tenslotte zijn er telefonisch inlichtingen ingewonnen bij de leveranciers.
43
Quickscan integrale digitale leeromgevingen Gewenste specificatie
Ooggetuige http://www.ooggetuige.org/
FollowMe http://ict.aps.nl/fm3/
BasisOnline http://www.basisonline.nl/
De gebruikers van Mijn School hebben elk een eigen portaal; hun persoonlijke omgeving (vanuit hun eigen rol) waarmee ze toegang krijgen tot de functionaliteiten van de systemen die gekoppeld zijn aan Mijn School. Algemene specificaties Soort applicatie 1 integraal systeem
Op basis van een inlogcode komt de gebruiker in een eigen deel. Afhankelijk van de rol zijn informatie of tools beschikbaar.
Op basis van een inlogcode komt de gebruiker in een eigen portal met daarin alle voor hem/haar relevante informatie en tools.
Elke gebruiker heeft zijn eigen portal, voor leerlingen bv de kidswebsite. Op basis van een inlogcode komt de gebruiker in een eigen portal met daarin alle voor hem/haar relevante informatie en tools.
Website Ooggetuige is een integraal systeem waarin gegevens over observaties, toetsgegevens, ontwikkelingsplannen, leerdoelscores, loopbaan, gebruik bronnen, inzet van leerkrachten en applicaties beheerd kunnen worden. Van deze informatie worden ook rapportages beschikbaar gesteld. Het bevat tevens een portfolio functie voor leerlingen. Het is zowel een leerlingvolgsysteem als een onderwijsvolgsysteem.
Website FollowMe is een integraal systeem voor het volgen van leerlingen. FollowMe is een leerling-volg-jezelf-systeem waarmee een leerling de voortgang van zijn ontwikkeling in beeld brengt. Het sluit goed aan bij die onderwijsvormen waarbij de groei en ontwikkeling van de leerling centraal staat. FollowMe maakt het leerproces inzichtelijk en helpt de leerling reflecteren. Een leerling laat in FollowMe zien wie hij is, wat hij leert en wat er nog geleerd moet worden. Een onderdeel van het systeem is het portfolio. Hierin verzamelt de leerling bewijzen. De leerkracht voert met een bepaalde regelmaat portfoliogesprekken waarbij de leerling laat zien hoe hij gegroeid is. De leerkracht geeft daarbij zijn mening. Ook
Website BasisOnline is een integraal systeem dat is opgebouwd uit 4 onderdelen: BasisOnline CMS, onderhoudsysteem voor de schoolwebsite. BasisOnline CMS Portaal onderhoudsysteem voor de stichting. BasisOnline Intranet Intern communicatie netwerk op school- en stichtingsniveau. BasisOnline ELO Elektronische leeromgeving inclusief e-porfolio.
Ooggetuige geeft inzicht in de leerlinggegevens: Observaties Toetsresultaten Ontwikkelplannen
Sociale vaardigheden Leerdoelscores Loopbaangegevens Contact gegevens Ooggetuige ondersteunt de analyse van de ontwikkeling van het kind.
Ooggetuige faciliteert het beheer van: Lokalen Hoeken Materialen Leermiddelen Leerkrachten Groepsindeling Er wordt inhoudelijk gebruik gemaakt van de K.O.B.I.E beoordeling van leerdoelen. Flexibele Leermiddelencatalogus (ballenbak)
In ooggetuige zijn de leerdoelen vooraf opgenomen. De resultaten van toetsen worden binnen ooggetuige omgezet. Ooggetuige bevat geen interne Leermiddelencatalogus.
kunnen andere meningen (360 graden reflectie door bv medeleerlingen of andere betrokkenen) meegenomen worden. In overleg met de leerling stelt de leerkracht de definitieve stand vast. In het gesprek worden nieuwe leeractiviteiten benoemd waarmee de leerling aan de slag gaat. FollowMe is ontwikkeld door APS voor scholen die met hun leerlingen in gesprek willen komen over hun groei en ontwikkeling.
In FollowMe is geen Leermiddelencatalogus aanwezig. De school stelt zelf leer- en ontwikkellijnen vast die het uitgangspunt van leren vormen. De basis voor de onderwijsarrangementen worden dus gevormd door de leer- en ontwikkellijnen. Voor een deel kan de leerling zijn eigen taken formuleren (en ter goedkeuring aan de leerkracht voorleggen) en daarbij betekenisvolle inhoud zoeken. Ook kan de leerkracht taken toewijzen inclusief een verwijzing naar middelen en materialen. Deze middelen en materialen zijn niet opgenomen in FollowMe.
BasisOnline bevat geen interne Leermiddelencatalogus. Wel worden diverse digitale leermaterialen ontsloten in samenwerking met partners zoals kennisnet en Cedicu en kan er worden verwezen naar leermaterialen in de school. In de ELO van BasisOnline kunnen leerkrachten lessen, huiswerkopdrachten en weektaken maken. De lessen kunnen bewaard en gedeeld worden binnen de eigen school, maar ook binnen een verband van scholen zoals een overkoepelende stichting. De lessen staan gerangschikt op vakgebied. Dit gaat automatisch
45
omdat de maker van de les bij het samenstellen aangeeft voor welk vak, leerjaar en eventueel methode de les geschikt is. Zo blader de leerkracht gemakkelijk door de lessen maar kan ook de zoekfunctie gebruiken om snel alle relevantie lessen uit de database met lessen te filteren. Onderliggende systemen zijn compatible; kunnen met elkaar communiceren/informatie uitwisselen
Binnen ooggetuige zijn importmodules beschikbaar voor de gangbare administratie systemen.
De school kan gebruik maken van bestaande systemen
Er is geen directe koppeling aanwezig met andere systemen.
De school kan nieuwe systemen toevoegen
Dit kan niet.
Dit kan niet.
Onderdelen/modules kunnen aan- en uitgezet
In de beheerdermodule kunnen onderdelen aan- of uitgezet worden.
In de beheersmodule van de administrator kunnen functies aan en uit gezet worden. FollowMe wordt op die manier ‘op maat gesneden’ per school. Het betreft hier alle functionaliteiten, gebruikte termen, indeling van de school, de organisatie van de school, het beheer van rechten, deelnemers, toegangsrechten etc. Er is een beperkte mogelijkheid om de look and feel aan te passen
Omdat FollowMe een integraal systeem is, is er geen noodzaak met andere systemen te communiceren. Er is geen uitwisseling met een administratiesysteem. De benodigde gegevens over leerlingen, klassen, leerkrachten etc. kunnen wel via het zogenaamde edex-bestand worden geïmporteerd. Er is tevens een exportfunctie op fileniveau (pdf) van alle gegevens. Alleen de importfunctie via het genoemde edex-bestand. Veder is er geen verbinding met andere systemen.
Er is (nog) geen fysieke koppeling met andere systemen. De benodigde gegevens over leerlingen, klassen, leerkrachten etc. kunnen wel via het zogenaamde edex-bestand worden geïmporteerd.
Alleen de importfunctie via het genoemde edex-bestand. Veder is er geen verbinding met andere systemen. Dit kan niet
In de beheerdermodule kunnen alle onderdelen aan- of uitgezet worden. Ook kan hier de look and feel aangepast worden.
46
Per gebruiker zijn rechten definieerbaar
Elke gebruiker krijgt zijn eigen specifieke rechten.
Elke gebruiker krijgt zijn eigen specifieke rechten. Er kunnen rechten worden toegekend aan leerlingen, leerkrachten, specialisten binnen de school, specialisten buiten de school, beheerder(s) en ouders
De rechten zijn per deelnemer aan te passen.
Deze communicatie kan via het eigen mailadres van leerlingen als ze hierover beschikken.
Er is een berichtenservice in FollowMe. Alle deelnemers kunnen met elkaar communiceren via berichten.
Planning
Er is een kalender of planningsmodule.
Mijn opdrachten
De leerkracht kan opdrachten en taken ontwerpen. De leerling kan dit zelf niet. Ook kan de leerkracht vragenlijsten invoeren om diverse onderwerpen in kaart te brengen. Bijvoorbeeld een vragenlijst rond sociale vaardigheden of de signaleringslijst dyslexie.
Mijn toetsen
Er zijn geen toetsen aanwezig. Wel omrekentabellen voor bijvoorbeeld CITO.
Er is een planningsmodule waarbij leerlingen hun eigen planning kunnen van activiteiten kunnen maken. Het is geen specifieke agendafunctie. De leerling kan een opdracht zelf maken. Hij kan daarbij gebruik maken van de gegeven leer- en ontwikkelingslijnen. Ook kan hij/zij zelf een opdracht (klus) ontwerpen en plannen. Aan elke opdracht is de ‘verplichting’ gekoppeld om deze af te sluiten met een bewijsstuk van bekwaamheid. De leerling kan ook een keuze maken uit de ‘klussen’ die de leerkracht heeft klaargezet en waarvoor een bepaalde tijd beschikbaar is. Er zijn geen toetsen aanwezig. Wel kunnen toetsresultaten worden opgeslagen.
Er is een mededelingenbord. Eventueel e-mail verkeer zou moeten plaats vinden via een (externe) webmailserver Er is een interne kalender beschikbaar via het intranet. Op leerling-niveau (nog) niet volledig geïmplementeerd. De leerlingen krijgen de taken toegewezen door de leerkracht.
Mijn portfolio
De leerkracht kan in het leerling-portfolio informatie opslaan. Toetsgegevens en gegevens over de voorgang. Ook andere voor de leerling of school belangrijke informatie kan worden toegevoegd. Leerlingen kunnen werkstukken en ontwikkelplannen toevoegen. Bij de registratie wordt automatisch de
Leerling Mijn berichten
In dit deel kan de leerling files plaatsen in diverse formaten, films en foto’s of weblinks. Deze kunnen later dienen als bewijsmateriaal. De leerling kan daarna een file (bijvoorbeeld werkstuk) als bewijsstuk koppelen aan een leer- of ontwikkelingslijn.
Er is nu geen toetsmodule aanwezig. Wel zijn er initiatieven met derden om dit eventueel te realiseren. Het e-portfolio is de plek waar de leerling bestanden in zet die hij of zij wil bewaren. Dit kan een opdracht zijn van school maar ook een filmpje van de judoles. De leerling is in alle gevallen eigenaar van zijn eigen e-portfolio.
47
loopbaan opgenomen.
Mijn site
Is niet aanwezig
Is beperkt aanwezig. Er is een gedeelte dat de leerling naar eigen smaak kan vormgeven en enkele persoonlijke dingen opzetten.
Leerkracht Mijn agenda
Niet aanwezig
Leerkrachten kunnen ‘klussen’ formuleren en die toewijzen per groep of individueel kind. Daarbij kan de begin en eindtijd worden aangegeven. De opdrachten zelf kunnen beperkt binnen FollowMe ontworpen worden. Er is een berichtenservice in FollowMe. Alle deelnemers kunnen met elkaar communiceren via berichten.
Mijn berichten
Via de normale e-mailfunctie, wel gebaseerd op de contactgegevens binnen ooggetuige.
Mijn leerlingen (volgen)
Er is een uitgebreide rapportagefunctie. Zowel op leerling als groepsniveau. Daarbij worden leerdoel, toetsen en behaalde resultaten aan elkaar gerelateerd. Zowel in
De leerkracht kan zijn leerlingen volgen, in hun portfolio kijken en de voortgang zien. Het beoordelen/reflecteren geschiedt op basis van het visueel aangeven van de groei op een
Bestanden die gebruikt worden als bewijs voor het behalen van een competentie niveau worden ook opgenomen in het e-portfolio. Tenslotte heeft de leerling de mogelijkheid bestanden via zijn of haar eigen website te laten zien aan anderen. Mijn website. Iedereen binnen de BasisOnline ELO heeft de beschikking over een eigen website. Op deze website kunnen leerlingen vertellen wie ze zijn en diverse zaken publiceren. Daarnaast kunnen opdrachten en werkstukken online bekeken worden. Deze pagina’s zijn te koppelen aan de schoolwebsites zodat ouders en opvoeders er ook naar kunnen kijken. BasisOnline Intranet Is een intranet dat de mogelijkheden van de agenda, kalenders, email en andere zaken integreert. Er is via het intranet de mogelijkheid om berichten onderling te versturen. Voor berichten aan de leerlingen wordt gebruik gemaakt van het mededelingenbord. Is meer dan alleen het online beschikbaar stellen van opdrachten. Naast de mogelijkheid om met de
48
Mijn onderwijs (taaktoewijzing)
woord als beeld.
groeibalk. (per leer- of ontwikkellijn). Op basis daarvan plant hij/zij het portfoliogesprek. Ook kan de leerkracht een totaal overzicht vragen (groeiboom) en een rapportage uitprinten of exporteren als pdf. Indien andere leerkrachten ook bemoeienis hebben met de leerlingen kunnen zij op basis van hun rol wel reflecteren, maar geen lijnen vaststellen.
Op dit moment wordt gebouwd aan een module voor zorgplannen. Deze kan ook worden gebruikt voor taaktoewijzing.
De taaktoewijzing is mogelijk door het formuleren van klussen.
lessenmaker opdrachten of lessen te maken voor leerlingen, kunnen de leerlingen na het online maken van de opdracht deze ook digitaal inleveren. Hiervan krijg de leerkracht in de ELO en per e-mail een melding. Vervolgens kan hij/zij de opdracht nakijken en beoordelen. Er bestaat de mogelijkheid de reflectie uit te breiden tot 360 graden reflectie. Competentie module Hierbij bestaat de mogelijkheid te reflecteren op hoofdcompetenties vanuit verschillende invalshoeken. Zo kan een ouder, leerkracht of andere (bijvoorbeeld een klasgenootje), maar ook de leerling zelf, in beeld en tekst reflecteren op de competenties. Het maken van een les of opdracht is mogelijk in de lessenmaker. Het begint bij een introductieblad, waar de les of opdracht beschreven wordt. Behalve een tekst opmaken, kan men er ook voor kiezen om via de webcam de les of opdracht in de vorm van een filmpje toe te lichten. Vervolgens kan de leerkracht aangeven hoe de les of opdracht gemaakt moet worden. De leerlingen kunnen werken in een werkblad. Dit kan een webpagina zijn maar ook een Word, Excel of PowerPoint
49
Mijn logboek
Mijn portfolio
Een beperkt aantal zaken worden geregistreerd, maar niet als zodanig een logboekfunctie. Is niet aanwezig.
Mijn site
Is niet aanwezig.
Is beperkt aanwezig. Er is een gedeelte dat de leerkracht naar eigen smaak kan vormgeven en enkele persoonlijke dingen opzetten.
Manager Mijn agenda
Is niet aanwezig.
Er is een beheermodule. Er is geen agenda voorziening.
Mijn berichten
Via de normale e-mailfunctie, wel gebaseerd op de contactgegevens binnen ooggetuige.
Mijn overzichten
Er is een uitgebreide rapportagefunctie. Zowel op leerling-, groep- en school niveau. Daarbij worden leerdoel, toetsen en behaalde resultaten gerelateerd. Zowel in woord als beeld. Is niet aanwezig.
Er is een berichtenservice in FollowMe. Alle deelnemers kunnen met elkaar communiceren via berichten. Er is een beheermodule. Er kan echter geen rapportage worden opgevraagd op het niveau van groep of school.
Mijn portfolio
Niet aanwezig
In principe dezelfde functionaliteit als bij de leerling. Echter iets beperkter.
Is niet aanwezig.
bestand. Er kan ook gekozen worden een vooraf ingevuld bestand te gebruiken. Denk hierbij aan een Word bestand waar al vragen in staan over het onderwerp van de les. Bij het maken van een les kun de leerkracht gebruik maken van externe aanbieders van digitaal lesmateriaal. Er is een ‘mediatheek’ beschikbaar waar je eigen materiaal kunt opslaan. Er is geen logboek van de concrete activiteiten van de leerling. Deze is ondergebracht in de functionaliteit van de module intranet. Deze is ondergebracht in de functionaliteit van de module intranet. Deze is ondergebracht in de functionaliteit van de module intranet. Deze is ondergebracht in de functionaliteit van de module intranet. Er is geen apart onderdeel voor het management. Wel is het management in de rol van beheerder gerechtigd alle onderdelen in te zien. Deze is ondergebracht in de functionaliteit van de module
50
Mijn site
Ouder Mijn berichten
Is niet aanwezig.
Is niet aanwezig.
Via de normale e-mailfunctie, wel gebaseerd op de contactgegevens binnen ooggetuige.
Er is een berichtenservice in FollowMe. Alle deelnemers kunnen met elkaar communiceren via berichten. Op basis van inlogcodes kan de ouder toegang krijgen tot de portfolio’s. Hiervoor is geen portal beschikbaar.
Mijn kind(eren)
Op basis van inlogcodes kan de ouder toegang krijgen tot de portfolio’s. Hiervoor is geen portal beschikbaar.
Per kind:
De ouder kan het portfolio van het kind inzien.
Mijn leerplan
Niet beschikbaar
Mijn planning
Niet beschikbaar
Mijn portfolio Mijn site
Niet beschikbaar Niet beschikbaar
De ouders kunnen op verzoek van hun kind inzage krijgen in het gehele portfolio. Zij kunnen reflecterende opmerkingen plaatsen. De ouders kunnen op verzoek van hun kind inzage krijgen in het gehele portfolio. Zij kunnen reflecterende opmerkingen plaatsen. De ouders kunnen op verzoek van hun kind inzage krijgen in het gehele portfolio. Zij kunnen reflecterende opmerkingen plaatsen. Niet beschikbaar Niet beschikbaar
intranet. Deze is ondergebracht in de functionaliteit van de module intranet. Niet binnen BasisOnline geregeld
Op basis van inlogcodes kan de ouder toegang krijgen tot de portfolio’s. Hiervoor is geen portal beschikbaar. Op basis van inlogcodes kan de ouder toegang krijgen tot de portfolio’s. Binnen het portfolio (zou) dit door de leerkracht ingericht kunnen worden. Niet beschikbaar
Niet beschikbaar Niet beschikbaar
51
Samenvattend ontstaat het volgende beeld: Gewenste specificatie De gebruikers van Mijn School hebben elk een eigen portaal; hun persoonlijke omgeving (vanuit hun eigen rol) waarmee ze toegang krijgen tot de functionaliteiten van de systemen die gekoppeld zijn aan Mijn School. Algemene specificaties Soort applicatie 1 integraal systeem Flexibele onderwijscatalogus (ballenbak) Onderliggende systemen zijn compatible; kunnen met elkaar communiceren/informatie uitwisselen De school kan gebruik maken van bestaande systemen De school kan nieuwe systemen toevoegen Onderdelen/modules kunnen aan- en uitgezet Per gebruiker zijn rechten definieerbaar Leerling Mijn berichten Planning Mijn opdrachten Mijn toetsen Mijn portfolio Mijn site Leerkracht Mijn agenda Mijn berichten Mijn leerlingen (volgen) Mijn onderwijs (taaktoewijzing) Mijn logboek Mijn portfolio Mijn site Manager Mijn agenda Mijn berichten Mijn overzichten Mijn portfolio Mijn site Ouder Mijn berichten Mijn kind(eren) Per kind: Mijn leerplan Mijn planning Mijn portfolio Mijn site
Ooggetuige www.ooggetuige.org/
FollowMe ict.aps.nl/fm3/
BasisOnline www.basisonline.nl
Website
Website
Website
Legenda: In de gewenste specificatie is min of meer voorzien. De gewenste specificatie is maar gedeeltelijk aanwezig De gewenste specificatie is niet aanwezig
52
Conclusies quickscan
Geen van de systemen heeft een interne Leermiddelencatalogus. In Ooggetuige en FollowMe wordt gewerkt met leer- en ontwikkelinglijnen of doelen. In FollowMe en Basis-online kan wel zelf gemaakte content worden toegevoegd. De drie beschreven omgevingen zijn integrale systemen. Dat wil zeggen: ze hebben geen dynamische koppeling met andere applicaties en zijn ook niet ingericht om deze dynamische koppeling met andere systemen te maken. Wel beschikken ze over een importmodule voor administratieve gegevens van leerlingen op basis van de Edex standaard. Ten aanzien van de (interne) communicatie tussen gebruikers zijn er opmerkelijke verschillen. In FollowMe kunnen alle gebruikers communiceren via interne (gesloten) mail. In Ooggetuige kan dat alleen via de ‘normale’ mail en in Basis-online wordt gewerkt met een mededelingenbord voor leerlingen. Leerkrachten en directie kunnen gebruik maken van het intranet. Ouders hebben geen berichten service. Een kalender of planningsfunctie is in ooggetuige (leerling) en FollowMe (leerling en leerkracht) aanwezig. De functionaliteit is echter beperkt tot het inplannen van taken. In alle drie systemen ontbreekt een gedigitaliseerde toestmodule. Basis-online heeft hiertoe wel plannen. Met betrekking tot het onderdeel ‘mijn site’ kunnen we concluderen dat die bij Basisonline geïmplementeerd is. FollowMe heeft een beperkt portal dat kan worden aangepast door de gebruiker. Ooggetuige heeft deze functionaliteit niet. Taaktoewijzing: in Ooggetuige momenteel niet beschikbaar. Wel worden voorbereidingen gedaan om tot zorgplannen te komen die ook als taaktoewijzing kunnen dienen. In FollowMe kunnen taken worden toegewezen. Het meest uitgebreid is Basis-online. Hier kan lesmateriaal ontworpen worden (in de lessenmaker). Geen van de drie systemen beschikt over een adequaat systeem om de activiteiten van leerlingen te ‘loggen’. Mijn portfolio: Op leerlingniveau zijn portfolio functionaliteiten aanwezig. Ze verschillen wel in omvang en mogelijkheden. Op leerkrachtniveau ontbreekt het bij Ooggetuige, in FollowMe met beperkte mogelijkheden en in Basis-online is het een onderdeel van het intranet. Er zijn grote verschillen als het gaat om overzichten en rapportages. Ooggetuige heeft een uitgebreide rapportage op individueel, groeps- en schoolniveau. FollowMe is beperkt tot individuele rapportages en in Basis-online ontbreekt dit onderdeel op schoolniveau.
Geen van de gescande systemen voldoet op alle punten aan het programma van eisen. De grootste omissie is het ontbreken van een Leermiddelencatalogus. Veder is het (gedeeltelijk) ontbreken van communicatie tussen de gebruikers een belangrijke factor. Ook de mogelijkheden van (uitgebreide) rapportage en taaktoewijzing is in de systemen FollowMe en Basis-online te gering. Twee systemen voldoen niet (Ooggetuige) of in mindere mate (FollowMe) aan de wens van een eigen ‘plek’. Technisch gezien ontbreekt in de drie systemen de dynamische koppeling met andere applicaties.
5.
Aanbevelingen voor vervolg
Voor de drie gescande systemen geldt dat er op diverse onderdelen nog flink gesleuteld moet worden willen ze geschikt zijn als ‘Mijn school’. De (inhoudelijke en technische) omvang van een eventueel herontwerp zal mede afhangen van de integratie van de bestaande specificaties en de gewenste specificaties. Een belangrijke rol daarbij speelt de (technische) flexibiliteit en robuustheid van de bestaande systemen. Daarover is momenteel geen informatie beschikbaar en dit zal nader onderzocht moeten worden. Op basis van de quickscan lijkt het gerechtvaardigd te veronderstellen dat er wel mogelijkheden bestaan tot een herontwerp te komen. Wat betreft aanvulling op dit project is het nog interessant om de gedachten van de Onderwijsinspectie en de GGD/Gemeente (i.v.m. BSO) over dit programma van eisen te onderzoeken. Voor de te ondernemen vervolgstappen voor de scholen willen we aanbevelingen doen op het terrein van de te volgen strategie en de selectie en implementatie van de applicaties. Tenslotte wordt kort ingegaan op manier waarop inzicht kan worden verkregen in de kosten. Strategisch advies Om te beginnen formuleren we een aantal strategische adviezen, die belangrijk zijn voor het succes in de vervolgstappen. 1.
2.
3. 4.
Neem bij de implementatie het uitgangspunt ‘eerst organiseren dan automatiseren’ ter harte. Maak expliciete keuzes voor methoden en werkwijzen en vertaal dat naar de manier waarop dat kan worden ondersteund met ICT. Zoek vanwege kostenoverwegingen zoveel mogelijk de samenwerking op met andere scholen. Gebruik dit samenwerkingsverband om te komen tot de selectie, inrichting en gebruik van ‘Mijn school’. Bepaal wat je gezamenlijk wil bereiken (bv. Leermiddelenmagazijn vullen) en wat je op eigen niveau organiseert (bijvoorbeeld de persoonlijke leeromgeving). De samenwerking kan op hoofdlijnen de volgende vormen hebben: - Een gezamenlijke leeromgeving - Een gezamenlijk Leermiddelenmagazijn, dat gekoppeld is aan de persoonlijke leeromgeving bij elk van de scholen - Een gezamenlijke leeromgeving gekoppeld aan de eigen administratiesystemen en leerlingvolgsystemen bij elk van de scholen Denk na over onderhoud, beheer (SLA), doorontwikkeling en testen. Hieraan zijn operationele kosten verbonden. Denk bij het maken van een implementatieplan ook aan het scholen van leerkrachten, onderwijsassistenten en andere betrokkenen (zoals ouders).
54
Selectie van systemen De volgende stap in het proces om tot de gewenste functionaliteit te komen, is de selectie van de meest passende oplossing(en). Hierbij moet ook rekening gehouden met niet functionele eisen zoals gebruiksvriendelijkheid en onderhoudbaarheid (zie bijlage 4). Het programma van eisen bevat de gewenste functionaliteiten op hoofdlijnen. De nadruk heeft gelegen op de ondersteuning van de onderwijsprocessen, en minder op de onderscheidende eigenschappen van de verschillende systemen. Leveranciers zullen redeneren vanuit de eigen systemen. Het is daarom aan te bevelen om in het vervolgtraject verder te onderzoeken in hoeverre systemen aansluiten bij de eigen specifieke wensen en eisen. De oplossingen van leveranciers kunnen een combinatie van producten zijn. Er bestaan soms samenwerkingsverbanden tussen leveranciers. Om tot de uiteindelijke selectie van (een combinatie van) leveranciers te komen stellen we de volgende aanpak voor.
Voorselectie leverancier(s) Maak een lijst van leveranciers of combinaties van leveranciers op basis van informatie over elo’s en leerlingvolgsystemen die beschikbaar is op bijvoorbeeld het Kennisnet eloplein of binnen de Kennisnet communities (zie ook het onderzoek Keuzeproces van een elektronische leeromgeving, Kennisnet 2007 en het rapport Ruimte voor talent – eisen aan een DigiCTO, Kennisnet 2011). De producten van de leverancier(s) kunnen vervolgens worden getoetst aan het programma van eisen. Degene die het best scoren, vooral op de eisen die voor de school (of combinatie van scholen) het belangrijkst worden gevonden, worden geselecteerd voor het vervolg.
Haalbaarheidsstudie Nodig de geselecteerde leveranciers uit om op basis van het programma van eisen een haalbaarheidsstudie uit te voeren.
Demonstratie Organiseer een demonstratiesessie en geef aan de voorgeselecteerde leveranciers de opdracht om de demonstratie zo specifiek mogelijk te richten op de in het programma van eisen omschreven vraagstelling. Daarin kan ook gevraagd worden naar een concreet plan voor de implementatie. De samenwerking met andere leveranciers en een indicatie van de kosten. Vraag ook expliciet naar de mogelijkheid om ook zelf met het product te kunnen experimenteren. Dit levert vaak nieuwe inzichten op in wat belangrijk is. Een risico is dat men zich kan verliezen in de details van een functionaliteit.
Proof of Concept Organiseer eventueel nog een Proof of Concept met één of eventueel twee (combinaties van) leveranciers. Hierin wordt een beperkt aantal gebruiksscenario’s daadwerkelijk in een proefopstelling geïmplementeerd, zodat deze kunnen worden getoetst op basis van echte praktijkcases. Zo’n proof of concept kan dan worden beoordeeld door enkele toekomstige gebruikers.
55
Implementatie aanpak In het verlengde van de aanpak voor selectie adviseren wij ook een gefaseerde aanpak voor de implementatie. Deze aanpak is gebaseerd op de volgende uitgangspunten. -
Stapsgewijze aanpak Het totaal aan gewenste functionaliteiten kan zowel technisch als organisatorisch niet in één keer worden geïmplementeerd. Bovendien is er behoefte aan oplossingen op korte termijn. De voorgestelde aanpak is opgebouwd uit stappen, of plateaus. Elke stap levert concrete, bruikbare resultaten die voortbouwen op de resultaten van de stappen ervoor, en uiteindelijk toewerken naar de gewenste eindsituatie.
-
Iteratief De verschillende onderdelen van Mijn School zullen niet in één keer gerealiseerd en geïmplementeerd kunnen worden. Het is realistischer om te starten met een eerste basisversie, die in een latere fase wordt uitgebreid. Zo ontstaat een iteratief proces waarin snel resultaten kunnen worden gerealiseerd en in volgende iteraties functionaliteiten worden toegevoegd. Het is daarbij wel van belang een duidelijke streefplanning te maken.
-
Klein beginnen, eventueel met pilots of tijdelijke oplossingen Voor sommige onderdelen is het verstandig om klein te beginnen met een pilot of tijdelijke oplossingen. Zo kan bijvoorbeeld worden begonnen met een vrij lege leeromgeving waarbinnen al wel kan worden gecommuniceerd en waarin het persoonlijke leerplan wordt weergegeven maar waar de digitale leermiddelen nog niet in zijn opgenomen. Op basis daarvan kan dan de (evidence based) aanpak voor de stappen erna worden bepaald. Niet alles kan immers van tevoren helemaal goed worden overzien. Een risicoanalyse kan daarbij helpen.
-
Niet alleen ICT, maar ook organisatorisch implementeren Veel van de gedefinieerde ICT functionaliteit vraagt organisatorische voorbereiding en aanpassingen. In de stapsgewijze aanpak kunnen deze voorbereidingen worden gedaan in de stappen voorafgaand aan de ICT implementatie, eventueel parallel aan ICT implementaties op andere onderdelen. Zo ontstaat een ‘dakpansgewijs’ implementatieproces. Dit is een intensief proces waarbij er een constante afstemming tussen organisatie en ICT nodig is.
56
Hieronder een voorbeeld van plateauplanning waarbij stapsgewijs per systeemonderdeel wordt ontwikkeld.
Stap 1 Logistiek planningssysteem Onderwijs catalogus Onderwijs magazijn Persoonlijke leeromgeving
Stap 2
Implementatie
Stap ...
Implementatie
Voorbereiding
(tijdelijke oplossing)
Implementatie
Voorbereiding
Voorbereiding
Stap n
Implementatie
Implementatie v1
resultaat
Implementatie v2
resultaat
resultaat
resultaat
Figuur 6: Voorbeeld plateauplanning
57
Inschatting van de kosten Een belangrijke vraag is uiteraard, wat de kosten zijn van stappen die in de beschreven implementatieaanpak genoemd zijn. Die vraag is om verschillende redenen nu niet te beantwoorden. - De gespecificeerde functionaliteit is nog te zeer op hoofdlijnen beschreven. - Om een kosteninschatting te kunnen maken is ook de uitwerking van de implementatie noodzakelijk – welke stappen worden gezet in welke volgorde, met welk concreet beoogd resultaat? - De kosten hangen sterk af van de mate waarin samenwerking wordt gezocht waarin schaalvoordelen te behalen zijn en de mate waarin maatwerk nodig is. Ook zullen er kosten zijn voor de inzet van eigen personeel. Ook al wordt er een externe projectleider aangenomen; een project kost veel inzet en tijd. Desondanks is het mogelijk om op een redelijke termijn een eerste kosteninschatting te maken. Dat kan bijvoorbeeld op de volgende manieren. - In samenwerking met leverancier(s) Een mogelijke vervolgstap zou kunnen zijn om met enkele logische combinaties van leveranciers een korte verkenning te doen. Leveranciers kan gevraagd worden op basis van hun producten een implementatie te schetsen voor het beschreven probleem, inclusief een indicatieve kosten- en doorlooptijdbegroting. - Op basis van projectomvang Een andere aanpak gaat uit van de inrichting van een project met een bepaalde omvang die door de betrokken scholen als werkbaar wordt gezien. Zo ontstaat er een projectbudget, waarmee in elke stap een resultaat wordt neergezet. Elke stap is dan een soort timebox, met gefixeerde kosten en capaciteit, en daarmee met een meer variabel resultaat. Het clusteren of samenwerken met andere scholen kan een hele belangrijke factor in de kosten zijn. Als er meer massa gecreëerd kan worden, dan is de verwachting dat de kosten per leerling aanzienlijk lager zullen zijn. Aan de andere kant betekent samenwerking meer afstemming en mogelijk een meer generieke en minder ‘op maat’ oplossing per school.
58
Bijlage 1: Bronnen Beldagli, B., & Adiguzel, T. (2010). Illustrating an ideal adaptive e-learning: A conceptual framework. Procedia - Social and Behavioral Sciences, 2, 5755-5761. Dirven, E., Werver, J. (2010). Andere tijden in het onderwijs. Montessori Mededelingen. Sahadat, I. (2010). Geen lokalen, wel een eurekaruimte. De Volkskrant. Innovatie.kennisnet.nl http://www.onderwijsweb.nl/ http://nl.wikipedia.org/wiki/ISO_9126
59
Bijlage 2: Achtergrondinformatie betrokken scholen
60
61
Bron: Montessori Mededelingen, december 2010
62
Geen lokalen, wel een eurekaruimte Volkskrant, 1 Juni 2010 Van onze verslaggeefster Ianthe Sahadat Wat is de school van de toekomst? Voor de Onderwijsagenda gaat de Volkskrant op zoek. Over beelddenkers en ‘echte’ intelligentie.
ROSMALEN ‘Marianne, we hebben geen internet’, roept een blond jongetje van een jaar of 10. De juf is niet onder de indruk. ‘Dan ga je toch iets anders doen?’ Op ‘de school van de toekomst’ ligt het draadloze netwerk plat. Geen probleem, volgens directeur Ton van Rijn (61), want internet is slechts één van de vele ‘leerbronnen’ op basisschool Wittering.nl. ICT is een middel, geen doel op zich, zegt ook Rob Martens, professor multimediale educatie van de Open Universiteit. Martens bezoekt regelmatig innovatieve scholen en in zijn zoektocht naar het ‘onderwijs van de toekomst’ stuitte hij op Wittering.nl in Rosmalen. Hij was ‘onder de indruk’. Visioenen En niet omdat hij klaslokalen met doorzichtige schoolborden, touchscreens en koptelefoondragende kinderen aantrof. ‘Mensen hebben nog wel eens futuristische visioenen bij toekomstig onderwijs. Dat zijn mooie plaatjes, maar onzin’, zegt Martens. ‘We bereiden kinderen voor op de samenleving over tien of twintig jaar. Tegen die tijd heeft iedereen minstens een iPad of iPhone en is informatie altijd en overal beschikbaar. De letterlijke techniek hoef je kinderen niet te leren, een iPhone bedienen is reuzesimpel. Wat ze moeten leren is zelfstandig werken en kritisch selecteren.’ En dat is wat ze volgens Martens doen in Rosmalen. Wittering.nl is een school zonder lokalen, maar met een ‘eureka-ruimte’, een atelier, een danstheater en een restaurant. Kinderen zijn niet verdeeld in acht groepen, maar in drie leeftijdssegmenten (units). Unit één telt bijvoorbeeld 76 kinderen van 4 tot en met 6 jaar, met 4 volwassen begeleiders.
63
Uitgangspunt van het onderwijsconcept van de school is dat kinderen niet maakbaar zijn, maar ‘ontwikkelbaar’. ‘Wij gaan van de mogelijkheden van ieder individueel kind uit’, zegt directeur Van Rijn. ‘Kinderen zijn van nature gemotiveerd, stellen vragen, zijn nieuwsgierig, willen ontdekken.’ Volgens Van Rijn onderschat het huidige onderwijs kinderen. ‘Het is te talig. Het gaat vooral om reproductie en niet om vermogen. Terwijl elk kind anders leert; je hebt beelddenkers, die leren niet in taal. Je kunt van een hyacint ook geen tulp maken.’ In een hoek staren zeven kinderen ademloos naar een juf met een speelgoedkonijn. ‘Kijk’, zegt de juf, ‘hij heeft een lampje in zijn staart. Als ik de energie nou wil gebruiken, wat moet ik dan doen?’ Alle vingers schieten omhoog. Even verderop bouwen vier jongens een blokkenkasteel. Cato (3) en Nicky (5) bezemen de kappershoek en Anouk (12) werkt op een laptop aan haar portfolio. Nicolette van ’t Hoff (31) krijgt een rondleiding van de directeur. Ze overweegt haar twee kinderen van 7 en 8 jaar naar de school te sturen. ‘Mijn oudste zit nu voor in de klas, omdat hij te onrustig is’, zegt Van ’t Hoff. ‘Ik wil weten of deze school misschien beter bij hem past.’ Waarom moeten we eigenlijk breuken kunnen vermenigvuldigen? Welke volwassene maakt er nog weleens een staartdeling?, vraagt de directeur haar. Onderwijs zou moeten gaan over talentontwikkeling, legt hij uit. ‘Kinderen weten namelijk heel goed wat ze op een dag willen doen.’ Van ’t Hoff twijfelt: ‘Als je mijn oudste zijn gang laat gaan, zit hij de rest van de dag in de techniekhoek.’ Van Rijn: ‘En wie vindt dat erg, hij of u?’ Bovendien hoeft ze zich daar geen zorgen om te maken. Van Rijn: ‘Het gaat om een balans tussen loslaten en forceren.’ De school heeft meer structuur dan er op het eerste gezicht lijkt te zijn. Er wordt gewerkt met ‘kernconcepten’, zoals energie en kracht of groei en leven, waarbij de kinderen in praktische situaties worden geplaatst, vanuit het idee: al doende leer je het best. Dus ontleedt Louis (10) wijn en trekt Boris (11) dna uit kiwivruchten. Eenderde van de lestijd wordt daarmee ingevuld. Rekenhoek Nog eenderde gaat naar de ‘klassieke domeinen’, zoals taal en rekenen. En de rest van de tijd gaat naar sport, beweging en kunstzinnige vorming, waar volgens Van Rijn ‘de echte intelligentieontwikkeling’ zit: in verbeelding en goed in je vel zitten. Aan een tafeltje zit Thijmen (12) geconcentreerd te schrijven. Hij werkt zijn weekplanning bij. De jongen zit pas net op Wittering.nl. Hij komt van een andere school, waar hij gepest werd. ‘Nu niet meer’, vertelt hij, ‘ik heb mijn motivatie teruggevonden.’ Op de vraag wat hij straks gaat doen, laat hij een stilte vallen. Dan: ‘Ik kan nu wel zeggen dat ik zo naar de rekenhoek ga, maar misschien heb ik daar straks wel helemaal geen zin in.’ Van Rijn lacht: ‘Groot gelijk heb je, Thijmen.’
64
In gesprek met: Lidwien Kok over het onderwijsconcept Sterrenschool 31 januari 2011 - gepubliceerd op innovatie.kennisnet.nl
Vandaag opent in Zevenaar een zogenaamde Sterrenschool. Wat houdt het concept Sterrenschool in en waarom komt hij er? En welke rol speelt ict in dit onderwijsconcept? We vroegen het aan Lidwien Kok, directeur van Sterrenschool Zevenaar. Een Sterrenschool: wat is dat en waarom komt hij er? Een Sterrenschool is een basisschool die werkt vanuit een 5-tal sterren: * Ouders als partners. ** Rekenen, taal en lezen als speerpunten. *** Onderwijs op maat met elektronische leeromgeving. **** Aanvullende diensten (7.00-19.00) en nagenoeg t hele jaar open. ***** Verbinding met de buurt.
Al deze sterren worden uitgewerkt en kunnen verschillen per Sterrenschool. Voor onze uitleg zie onze website: www.sterrenschoolzevenaar.nl. Daarnaast speelt de flexibiliteit een grote rol. Ouders kiezen begin-en eindtijden en deze worden vastgelegd in een leerreis. In deze leerreis staan ook het onderwijsaanbod, de leerstijl, reflectie en de eigen leervragen van de leerling beschreven en deze leerreis ligt vast voor een periode van een half jaar. Na de zomervakantie voegen wij er een week flexibele vakantie aan toe. Uiteraard maken alle leerlingen voldoende lesuren conform de regelingen vanuit het ministerie/de onderwijsinspectie.
65
Hoe ziet de eerste Sterrenschoolweek eruit? Die staat helemaal in het teken van: wie zijn wij, wie ben ik en wie ben jij? Kennismaken met elkaar, de school en de omgeving van de school. We starten de eerste dag natuurlijk met een bijzonder moment, maar dat verklap ik nog niet. Wel zijn dan alle leerlingen en hun ouders erbij, zodat we gezamenlijk de school ‘openen’. Daarnaast gaan wij vooral observeren en kijken hoe we de overgang voor de leerlingen zo goed mogelijk kunnen laten verlopen. Dat betekent voor hen rustig overstappen vanuit hun huidige didactiek naar onze didactiek.
Hoeveel (en wat voor soort) leerlingen en docenten zijn er vooralsnog betrokken en wat is de toekomstverwachting? Alle leerlingen zijn welkom en wij geloven in een streekfunctie. We starten met vijf leerlingen maar er staan ook deze week nog kennismakingsgesprekken gepland, dus dat kan zomaar wijzigen! We starten met een zeer getalenteerde leerkracht en een onderwijsondersteuner. Beide hebben net als de leerlingen flexibele tijden qua aanwezigheid. In de toekomst zoeken we nog een taalen leesspecialist. We gaan voor een mooie school die voldoende leerlingen uitdaging biedt en beter aansluit bij persoonlijke leerbehoeftes, leerstijlen en onderwijsaanbod.
66
Wanneer is de Sterrenschool geslaagd? Voor mij betekent dit als we alle vijf de sterren volledig hebben kunnen uitwerken in aanbod. Dit is mede afhankelijk van de groei van de school; des te meer leerlingen, des te meer mogelijkheden. Daarnaast speelt ook het vullen van de ELO een grote rol! Gelukkig zijn er partners op de markt die graag hun bijdrage hieraan willen leveren. Op welke manier speelt ict een rol in het Sterrenschoolconcept? Een hele belangrijke; de bedoeling is dat ict ook een middel is om het onderwijsaanbod op maat te kunnen realiseren. In feite logt een leerling straks in en staat er een arrangement voor iedere leerling klaar. Serious games worden daar zeker ook aan toegevoegd. Zijn de kosten voor dit concept niet veel hoger dan voor een ‘normale’ school? Nee, we hanteren dezelfde groepsdeler/leerlingenaantallen voor de groepssamenstellingen alleen organiseren wij het anders. Gezien verschillende regels en wetten rondom onderwijs en opvang en ook verschillende CAO’s zijn er zeker nog wel hobbels te nemen, maar die zien wij als kansen!
Lidwien Kok is directeur van Sterrenschool Zevenaar.
67
Bijlage 3: Schermschetsen gebruikersrollen Leerling
Mijn planning (te doen) - Mijn leerplan (totaaloverzicht voor komende periode) - Agenda: Rooster (sorteerbaar op dag, week, maand, etc.): o Leeractiviteiten (ingepland, zelf gepland, door ouders gepland, schoolactiviteiten: alles is een leeractiviteit) o Toetsen o Voortgangsgesprekken - Inschrijven op leeractiviteiten - Urenregistratie Mijn opdrachten - (Samen)werkomgeving om leeractiviteiten uit te voeren en feedback te geven/krijgen: (link naar) leeractiviteiten per thema/onderwerp/vak Mijn toetsen - Toetsomgeving om toetsen uit te voeren: (link naar) toetsen per thema/onderwerp/vak Mijn berichten - Communicatietool(s) Mijn portfolio (gedaan) - Voortgang (status leeractiviteiten (afgerond/niet afgerond)) - Toetsresultaten - Producten (werkstukken e.d.) o Waar aan gewerkt wordt (onzichtbaar) o Die af zijn (zichtbaar) - Reflectie op leeractiviteiten
68
Mijn site ‐ Naar eigen invulling: o interessante links o link naar social media (Hyves) o link naar spelletjes o etc.
Leerkracht
Mijn agenda&berichten - Beschikbaarheid - Werkrooster (lesactiviteiten, schoolactiviteiten, mijn afspraken) - Urenregistratie - Communicatietool(s) Mijn leerlingvolgsysteem Per leerling: Mijn leerplan (totaaloverzicht voor komende periode) Rooster o Leeractiviteiten o Toetsen o Voortgangsgesprekken Portfolio o Voortgang (status leeractiviteiten (afgerond/niet afgerond)) o Toetsresultaten o Producten (werkstukken etc.) o Reflectie op leeractiviteiten Ontwikkelingslijnen adhv leerdoelen (ook wel Ontwikkel volgmodel) Notities o Invoer observaties
69
Mijn onderwijs ‐ Leermiddelencatalogus (‘Digitale ballenbak’) o zoeken in leermiddelen o leerarrangementen samenstellen (samen met leerling) o leerarrangementen koppelen aan leerlingen ‐ (Samen)werkomgeving: feedback geven op leeractiviteiten Mijn logboek ‐ Notities en afspraken gekoppeld aan: o persoon (leerling, leerkracht, directeur, stagiaire, etc.) o datum/tijd Mijn portfolio ‐ CV ‐ POP-, functionerings- en beoordelingsgesprekken ‐ scholingscertificaten Mijn site ‐ Naar eigen invulling: o interessante links o discussieforum o blog o etc.
Directeur
Mijn agenda&berichten - Beschikbaarheid - Werkrooster (lesactiviteiten, schoolactiviteiten, mijn afspraken) - Urenregistratie - Communicatietool(s)
70
Mijn overzicht Managementoverzichten sorteerbaar op: school-, groep-, leerling- en personeelsniveau ‐ Scores op taal/rekenen/etc. ‐ Beschikbaarheid ‐ Aanwezigheid (uit urenregistratie) ‐ Verzuim (uit urenregistratie) ‐ Personeelsdossier ‐ BSO ‐ Financiële administratie ‐ Huisvesting ‐ Etc. Mijn leerlingvolgsysteem Per leerling: Mijn leerplan (totaaloverzicht voor komende periode) Rooster o Leeractiviteiten o Toetsen o Voortgangsgesprekken Portfolio o Voortgang (status leeractiviteiten (afgerond/niet afgerond)) o Toetsresultaten o Producten (werkstukken etc.) o Reflectie op leeractiviteiten Ontwikkelingslijnen adhv leerdoelen (ook wel Ontwikkel volgmodel) Notities o Invoer observaties Mijn logboek ‐ Notities en afspraken gekoppeld aan: o persoon (leerling, leerkracht, directeur, stagiaire, etc.) o datum/tijd Mijn portfolio ‐ CV Mijn site ‐ Naar eigen invulling: o interessante links o discussieforum o blog o etc.
71
Ouder
Mijn berichten - Communicatietool(s) Mijn kind (per kind): Mijn leerplan o Afspraken m.b.t. leerdoelen voor komende periode o Terugblik/reflectie op afgelopen periode Mijn planning o Inzicht in rooster van kind Mijn portfolio o Inzicht in portfolio van kind (zichtbare deel) Mijn site o Inzicht in site van kind (zichtbare deel)
72
Bijlage 4: Kwaliteitskenmerken van een systeem In dit programma van eisen is vooral gekeken naar de functionele eisen gezien vanuit de eindgebruikers. Bij het ontwerpen van een systeem spelen echter nog meer soorten eisen een rol. Zo zijn, bewust, de eisen die een beheerder heeft nu nog niet geïnventariseerd. Er zijn ook eisen ten aanzien van de kenmerken van het systeem, de zogenaamde niet-functionele eisen. De verschillende kwaliteitskenmerken van een systeem zijn in de ISO 9126 standaard beschreven (bron: wikipedia):
Laat u zich niet laten overdonderen door dit overzicht. Het is goed te beseffen dat er veel komt kijken bij het ontwikkelen van een systeem en dat niet alleen naar de functionaliteit gekeken moet worden. Juist zaken als onderhoudbaarheid worden vaak over het hoofd gezien. Niet alles is in elke situatie even belangrijk en in de meeste gevallen moeten prioriteiten gesteld worden. Het advies is in ieder geval om ook naar deze eisen te kijken alvorens met de ontwikkeling van een nieuw systeem te starten.
73