VERSLAG ISRAËL 2010 Zaterdag 30 oktober 2010 Door Alfred Beeftink Na de introductiebijeenkomst op 14 oktober 2010 in Wezep was iedereen gereed om af reizen naar Israel. Zaterdagmorgen 30 oktober om 5.00 uur moesten we ons verzamelen op Schiphol. Iedereen was keurig op tijd. Na een bak koffie en wat rondhangen in de freetaxzone, gingen we om 7.00 uur aan boord. Met Swissair gingen we eerst naar Zurich, waar we een tussenlanding moeten maken. Deze vlucht duurde ongeveer 1,5 uur. Van daaruit vertokken we voor een vliegreis van bijna 4 uur naar Tel Aviv. Rond half twee zetten we voet op Israelische bodem. We werden opgewacht door de heer Karu en onze buschauffeur die ons de rest van de studiereis begeleiden. Vanuit Tel Aviv vertrokken we met de bus naar Zirchon. De route liep langs de kust naar het noorden en duurde ongeveer 1,5 uur. Onderweg kregen we al een mooi beeld van de omgeving. Iets later dan gepland kwamen we aan bij Bistro De Carmel in Zirchon, waar we hebben genoten van een lekkere maaltijd. Hierna vertrokken we richting kibbutz Ortal in de Golanhoogte. Rond 19.00 uur kwamen we aan bij de kibbutz. Hier werden we welkom geheten door mevrouw Neto Niron, de touristoperator van de kibbutz. Na verdeling van de kamers hebben we gedineerd. Omdat we een korte nacht achter de rug hadden en velen moe waren de reis lagen we op tijd in bed. Kibbutz Ortal bestaat uit ongeveer 100 leden. Ze beschikken over een melkveehouderij en boomgaarden. Voor meer informatie zie www.ortal.net. Zondag 31 oktober 2010 Door Broer Witteveen Om iets voor zevenen gaat de wekker en om 7.15 u zitten we aan het ontbijt in het restaurant. Dierenarts Doron Tiomkin wacht ons al op. Hij heeft zijn studie diergeneeskunde in Utrecht gedaan en begeleidt ons vandaag in het Nederlands. Hierna vertrekken we met de bus richting de Syrische grens. Vlakbij de grens is een melkveebedrijf gevestigd waar Doron ook dierenarts is. Doron Tiomkin heeft een praktijk waarin hij 4000 koeien en 8000 stuks vleesvee behandelt. Dit melkveebedrijf is een zogenaamde moshav. Een moshav is een soort coöperatie waar een beloningsstructuur geldt, een minder vergaande vorm als een kibbuts. De werknemers wonen in het dorpje vlakbij. Het bedrijf omvat 500 stuks melkvee met bijbehorend melkvee. De koeien worden drie keer per dag gemolken met een productie van 11.500 liter per koe, 3,80 vet en 3,20 eiwit. Alle vaarskalveren worden aangehouden. De koeien worden gemolken in een 14-stands Rapid Action melkstal met automatische afname en melkmeting. De melk wordt één keer per dag opgehaald, soms vaker. Het melkvee is gehuisvest in diverse potstallen op een laag droge mest, waarbij hoogproductieve en laagproductieve koeien apart worden gehouden. De potstal is onderverdeeld in een zogenaamde slaap/ligruimte en een looppad waar de koeien kunnen vreten. De mest in de slaap/ligruimte wordt een paar keer per dag met de cultivator omgewoeld en eens in de twee/drie jaar weggehaald en
gebruikt als potgrond. In het verleden werd de mest afgevoerd maar nu wordt de mest verhandeld. De dunne mest wordt afgevoerd naar een mestscheider waar de droge mest naar de boomgaarden toegaat en de dunne mest wordt gefilterd tot schoon water. De dierenarts en de voerspecialist hebben een belangrijke rol in het samenstellen van het voerrantsoen. De koeien krijgen geen krachtvoer. Het voer wordt gemengd in een voermengwagen; het mengsel bestaat uit tarwe, maïs, luzerne, mineralen en aangevuld met soja. 50% van de melkprijs zijn voerkosten. De melkprijs is nu 200 shekel (40 eurocent). Tiomkin komt twee keer per week op het bedrijf en controleert op drachtigheid en ziektes. Meest voorkomende problemen zijn de E Coli bacterië, BVD en salmonella. Celgetalproblemen kennen ze niet meer. In de warme zomers laten ze de koeien ‘douchen’. De leeftijd van de koeien is gemiddeld 2,5 lactaties (4-5 jaar).
Hierna gingen we terug naar het kibbutz restaurant voor een koffie-break. Hier was Steve Applebaum al aanwezig. Steve Applebaum werkt in Ortal Orchards, de boomgaarden met het fruit. Totaal 120 hectares aan fruit, merendeel appels (o.a. Red Delicious, Gala, Granny Smith en sinds kort de Pink Lady), verder kersen (met name Bing), nectarines, perziken en druiven. De boomgaarden zijn ‘kosher gecertificeerd’, dat betekent het fruit de eerste drie jaar niet geplukt mag worden. De appels die er afvallen gaan naar het vleesvee. De stammen van de appelbomen moeten goed uitgroeien om een grote boom te krijgen, daartoe worden de loten er op verschillende plaatsen afgehaald. De bomen worden in rijen geplant met 4 meter ertussen. En tussen de bomen in een rij is de afstand 1,5 meter. Het aantal bomen komt dan op 1700 bomen per hectare. Met dit systeem wordt per jaar ongeveer 45 ton per hectare geoogst. Een nieuw systeem uit de USA leidt wellicht tot hogere opbrengsten; de bomen komen dichter bij elkaar te staan. Er loopt een proef met het opvangen van dauw bij de wortels, de wortels krijgen meer water en met name de kleine wortels worden groter. De grond is lichte zavel, met veel stenen, rijk aan fosfaat en ijzer. Kalium moet extra worden toegediend evenals water uiteraard. Al het fruit is bestemd voor de Israëlische markt. Er wordt niets geëxporteerd. De Golan Hoogvlakte heeft natte, koude winters en hete, droge zomers dus water wordt in de winter opgevangen in lokale reservoirs. Hierna gingen we weer naar de kibbutz voor een snelle lunch. Daarna weer in de bus op weg naar de Druzen in het noorden van Israel, eveneens onder begeleiding van Doron TIomkin. De Druzen zijn een kleine religieuze gemeenschap, met leden in Syrië, Libanon, Israël en Jordanië. Zij gebruiken de Arabische taal maar ze beschouwen zich vaak niet als Arabieren. Libanese Druzen zeggen dat ze Arabieren zijn, terwijl veel Israëlische Druzen zeggen dat niet te zijn. De beweging is ontstaan als een van de vele mystieke stromingen in de middeleeuwse sjiitische islam. In een van de Druzendorpen worden we ontvangen door een goede bekende van Doron die alle ins en outs van de Druzen kent, en zelf tot deze gemeenschap behoort. Er wonen zo’n 20.000 Druzen in vier verschillende dorpen. Er wordt goed verdiend in deze gemeenschap en daarom wordt er ook volop gebouwd. De gezondheidszorg is uitstekend. 10% van de bevolking is academisch opgeleid.
Op naar de jeepsafari. In drie jeeps crossen we door een verlaten, geruïneerd landschap vol met stenen richting de Jordaan vallei. Een erg hobbelige tocht maar een fantastisch uitzicht op de Jordaan vallei is het resultaat. Het oorspronkelijke Hulameer is drooggelegd, echter zonder het beoogde resultaat met als gevolg dat de natuur min of meer verdwenen is. Erg jammer. De zon gaat net onder, en dat gebeurt heel snel hier, terug naar de kibbutz! Maandag 1 november 2010 Door Bram den Hollander en Drees Visser We zijn vertrokken van Ortal naar het bezoekerscentrum Huleh Valley. Rijdend door de Jordaanvallei heeft Hein Willem een toelichting gegeven op de Syrische en Europese plaat (rift). Die kloof loopt door de Jordaanvallei. De Jordaanvallei bestond uit een deel moeras en uit vruchtbare grond. Om malaria tegen te gaan en extra land te verkrijgen is het moerasgedeelte nagenoeg droog gelegd. Verwacht werd goede grond te krijgen maar de grond was te zuur en had een te hoge organische stof gehalte. Dit viel tegen. Van het moeras is 5 % natuurgebied gebleven en dat hebben we bezocht. We kregen een rondleiding van een enthousiaste Karin. In het gebied was uniek vanwege de vele verschillende soorten vogels, zoals pelikanen, kraanvogels, reigers, aalschovers, etc. Ook de meervallen, schildpadden, ratten, waterbuffels waren interessant. De waterbuffels houden het gebied open. Veel dieren zijn van elders aangevoerd wat niet altijd goed uitpakte. Opmerkelijk waren ook de eucalyptusbomen uit Australië en andere specifieke flora. Na de rondleiding genoten we van een sensationele 3-D film, waarin duidelijk werd dat de ene diersoort de andere diersoort verorbert. De reis ging verder naar Kibboets Dan gelegen in het gebied tegen Libanon en Syrië. Het belangrijkste bij de visteelt is het verkrijgen van goed kweekmateriaal, dus goede eitjes. In verschillende fases hebben we het groeiproces bekeken en uitvoering toegelicht door dhr Efriati. De kibboets kweekt meervallen, steur, forel, karpers en tilapia. De vissen kregen twee keer een vaccinatie. Ze worden eerst verdoofd met een olie waarna ze de injectie kregen. De man die de injecties uitvoerde, behandelde 15.000 vissen per dag. Het water werd biologisch gefilterd en terug geloosd op de rivier Dan. Het bedrijf had veel last van vogels die de vissen uit de bassins halen. Hiertoe werden er netten over de bassins gespannen. De vissen worden ingevroren en elders marktklaar gemaakt. Voordat we in Kapernaum lunch genoten hebben we de gedeeltelijk herbouwde synagoge van Kapernaum bekeken, alsmede de nieuwe synagoge. De plek wordt door veel toeristen maar ook pelgrimgangers bezocht. De lunch hebben we genoten in het Libanees restaurant Tanureen. Op aanraden van Hein Willem nam bijna iedereen kebab. Na de lunch even uitbuiken op het meer van Galilea. Een heerlijk verfrissende boottocht. Een waar genoegen. Vandaar vertrokken via Tiberias naar de religieuze (zionistische) kibboets Lavi. We werden rondgeleid door Mark, die op een enthousiaste wijze zijn verhaal over de kibboets deed. Hij kwam oorspronkelijk uit Den Bosch. 28 jaar geleden is hij in de kibboets getreden. De kibboets Lavi is opgericht in 1949 en bestaat uit ca. 700 personen, waarvan 340 leden en de rest zijn kinderen. De oprichters van de kibboets zijn de kinderen van ouders die zijn omgekomen in de Tweede Wereldoorlog. Ze zijn naar Engeland overgebracht, hebben daar een landbouwkundige opleiding
genoten en zijn toen naar Israel gegaan. Het is een traditionele kibboets waarin iedereen gelijk is. Alles wordt samen gedaan er is geen onderscheid. De kibboets is niet geprivatiseerd. De bronnen van inkomsten bestaan uit: fabriek, hotel, landbouw en werkzaamheden buiten de kibboets. De fabriek produceert meubilair voor synagogen, wat een uit de hand gelopen hobby is van een timmerman uit de kibboets. Het hotel bestaat uit 184 kamers. De landbouw bestaat uit: •
•
•
Akkerbouw: 50 ha graan om brood van te bakken, 50 ha amandelen, citrus, sinaasappelen, mandarijnen, peren, mango’s, avocado’s en tomaten. De landerijen liggen in het dal waar de grond vruchtbaar is en de temperatuur iets hoger is. Het nadeel is een langer rijtijd naar de percelen toe. De veehouderij bestaat uit totaal 1000 stuks vee, waarvan 500 vleesvee en 500 melkvee. Het melkvee is onderverdeeld in 300 melkkoeien en 200 stuks jongvee. Op sabbat wordt er in principe niet gewerkt en toch moeten de koeien gemolken worden. Ze hebben hiervoor een truc bedacht waardoor het mogelijk is om in hun ogen toch te melken op sabbat en de melk te behouden. Vleeskuikens, 150.000 stuks per ronde = 900.000 per jaar.
Financiën De kibboets is zelfvoorzienend, de grond is van de overheid, de wordt voor 49 jaar gepacht (7x7), de gebouwen zijn van de kibboets. De pachtprijs wordt door de overheid eenzijdig vastgesteld. In Israel is 90 % van de grond van de staat. De kibboets is schuldenvrij. De leden krijgen een budget voor o.a. vakantie, meubilair, kleding en € 2000 om vrij te kunnen besteden. De kosten van voeding, huisvesting, gezondheidszorg, onderwijs worden door de kibboets betaald. Een auto kunnen ze gebruiken voor € 0,15 per km. Niemand heeft een eigen bankrekening, alle inkomsten gaan in de pot. De huisvesting van de leden was 72 m2 voor een gezin met gemiddeld 5 kinderen. De laatste 10 jaar zijn de woningen vernieuwd naar 120 m2 voor iedereen. Organisatie: Het hoogste orgaan is de algemene ledenvergadering, met een dagelijks bestuur met daaronder een sociale en een economische afdeling. De economische afdeling is onderverdeeld in de verschillende bedrijfstakken. Ieder met een eigen budget en begroting. Investeringen worden eerst voorgelegd aan het dagelijks bestuur en vervolgens aan de ledenvergadering, die de prioriteiten stelt. De continuïteit van de kibboets is momenteel nog wel gewaarborgd. Tien jaar geleden bleef 50 % van de kinderen in de kibboets, momenteel is dit 30 %. Als iemand uit de kibboets stapt krijgt hij een bedrag mee van € 15.000. Sociaal Verder zijn er nog voorzieningen zoals kinderopvang en bejaardenzorg met dagverblijf. In het dagverblijf kunnen ze nog werkzaamheden verrichten zodat ze nog bij de gemeenschap horen. De pensioenleeftijd in de kibboets is 70 jaar. In Israel is het 67 jaar voor mannen en 62 jaar voor vrouwen. De synagoge staat in het middelpunt van de kibboets. Door de week zijn er 3 ontmoetingen per dag en op sabbat zijn er wel 600 personen zittend gescheiden, aanwezig.
Dinsdag 2 november 2010
Door Bram den Hollander en Drees Visser Na vertrek uit kibboets Lavi vertrekken we naar de doopplaats, waar Johannes de Doper Jezus heeft gedoopt in de Jordaan. Ook vandaag de dag komen er mensen uit de hele wereld om zich hier vol overtuiging te laten dopen. Bovendien is het een trekpleister voor menig toerist. Onderweg rijden we langs de oudste kibboets “Ganja” van Israel daterend uit 1910. Tijdens de reis naar Sde Elyahu zijn we nog gestopt bij een voercentrale, hetgeen achteraf een krachtvoer centrale bleek te zijn, die krachtvoer produceerde voor kippen, koeien en vissen. De geitenhouder die we vervolgens in Menachemiya bezochten is circa 4 jaar geleden vertrokken uit Tel Aviv en heeft op die locatie het bedrijf opgebouwd zonder kennis van de geitenhouderij. Het bedrijf is een sedement nederzetting, wat geen kibboets en ook geen Moshav is. Hij heeft momenteel 80 melkgeiten (anglonubisch), die in december en januari lammeren. Het zijn Syrische geiten die weinig melk geven met veel eiwit en vet. Ze produceren circa 1,5 tot 2 kg melk per dag. Dit in tegenstelling tot de Nederlandse geiten (Saanen) met hogere productie en lagere gehalte. Deze geitensoort is gekozen omdat ze het beste tegen de hitte kunnen. Zomers wordt het 40 tot 45 graden en in de winter 20 tot 25 graden met ’s nachts rond het vriespunt. Gemiddeld valt er 300 mm regen per jaar. De melkerij (1x12 zaz) was modern uitgevoerd, dit in tegenstelling tot de gebouwen die eenvoudig waren uitgevoerd. Na het aflammeren werden de geiten 2x per dag gemolken en later in de lactatie 1x per dag. De melk verwerkte hij zelf tot kaas en zuivel en vermarkten deze in de stad en boerderijwinkel. Hij wil doorgroeien naar een bedrijf met 200 geiten. De bedrijfsadvisering werd gratis uitgevoerd door de overheid en hij volgde studiedagen om de kennis eigen te maken. De reis vervolgde zich naar een Moshav met een tomatenkas welke gebruik maakte van BioBee producten. De kas staat niet uit glas maar uit netten/doek. Het voordeel van het doek is dat de luchtvochtigheid hoger blijft en de temperatuur enigszins te regelen is. I.v.m. de hitte wordt de kas in september aangeplant vanaf november te kunnen oogsten. Het merendeel van de tomaten wordt geëxporteerd. De bestuiving van de bloemen wordt door hommels gedaan (biobee). De hommels zijn gevoelig voor pesticid.en, bij een eventuele bespuiting worden ze vooraf opgesloten. Problemen met mineermotje en aaltjes worden mogelijk onderschat. De bioboxen worden geproduceerd in een kibboets en worden over de hele wereld geëxporteerd. De hommels er 2 a 3 maanden in deze boxen leven. Israel heeft nog 2 watercentrale waarmee water vanuit de bergen een pomp aandrijft die water uit de Jordaan omhoog pompt. Het zoute en kalkrijke water uit de Jordaan werd gemengd met water uit de bergen, waardoor het geschikt is voor gebruik. Verder bezochten we een waterzuiveringsinstallatie. Hier werd afvalwater door bacteriën gezuiverd. Het water werd gebruikt voor irrigatie van bomen en niet voor groenten. Het slib werd gecomposteerd om ziekten kiemen te doden en daarna uitgereden over de velden. Na de middag waren we te gast op de kibboets Sde Elyahu. Een religieuze orthodoxe kibboets met 240 leden en gesticht in 1939. Na de maaltijd zijn we op enthousiaste wijze rondgeleid door Sarah. De bedrijfsactiviteiten hebben we met een rondrit over de kibboets bekeken en bestaan uit:
• • • • •
Melkveehouderij met 340 stuks vee waaronder waterbuffels voor melk- en vleesproductie. De melk van de waterbuffels werd in de kibboets verwerkt tot kaas voor eigen gebruik. 150.000 vleeskuikens. De bestemmingswijzing om de stal te mogen bouwen heeft 10 jaar geduurd. Visteelt in bassin, het water werd weer gebruikt voor irrigatie. De vis werd opgekweekt in de kas. Groenteteelt. De groenten en kruiden werden biologische geteeld en zelf verwerkt voor de afzetmarkt. Dadels. Men kloont de vrouwelijke bomen want die geven vrucht. De bomen krijgen water via een bovenliggende leiding om beschadiging van de leiding door jakhalzen en wortelgroei te voorkomen. Het onkruid rond de bomen werd kaal gehouden door de ezels welke we nog hebben gevoerd. Ook mochten we dadels proeven.
Het waterbeheer in Beit shean valley werd toegelicht door dhr Gadi Durlecher. Er zijn verschillende waterstromen in Israel nl: drink-, vis-, riool- en irrigatiewater. Israel verbruikt: • • • •
1121 miljoen m3 voor de landbouw 121 miljoen m3 voor industrie 758 miljoen m3 voor privé Totaal 2000 miljoen m3 water
Het water komt van oppervlakte bronnen (70 milj m3), diepwaterbronnen (20 milj m3) en Jordaanwater (10 milj m3). De kwaliteit en kwantiteit van het water is vanaf 1951 afgenomen, het water is zouter geworden. Het overtollige water van de spring wordt opgevangen in reservoirs en gebruikt voor viskwekerij. Voor diepwaterbronnen is een vergunning nodig. Men is bezig met een onderzoek om zeewater te ontzilten en geschikt te maken voor gebruik. Aan het eind van de dag bezochten we een Moshav met amarylliskwekerij. De eigenaar (Irakkees) was een enthousiaste ondernemer die ons vakkundig rondleidde. Het bedrijf kweekte de bollen buiten en binnen in een moderne volautomatische kas. De vloer werd verwarmd of gekoeld door een ondergronds buizenstelsel. De bollen krijgen water door sprinklers en een irrigatieslang. De grote bollen waren voor de export en de bloemen voor de lokale markt bestemd. Hij vermeerderde de bollen door deze in 8 stukken te snijden waardoor kleine bollen ontstonden. Nieuwe rassen werden aangekocht. De reis vervolgde zich over de Westbank wat de nodige discussie opleverde tussen chauffeur en reisleider maar gelukkig kwamen we heelhuids na een pitstop aan in kibboets Kalia. Woensdag 3 november 2010 Door Harm Brinks en Roel Schutten In de ochtend brengen we na een zwemstop bij de Dode Zee een bezoek aan Massada. Massada is een citadel op een rots bij de Dode Zee.. Koning Herodes vluchtte in 40 v.Chr. uit Jeruzalem naar deze plek omdat hij in gevaar was. Het fort van Massada werd tussen 40 en 4 v.Chr. door hem uitgebreid, zodat het een veilige vluchtplaats werd. Voor de geschiedenis van de plaats is Flavius Josephus de belangrijkste bron.
Bezoek aan de Dead Sea Works Aan de zuidkant van de Dode Zee (Zoute zee genoemd in Israël) ligt het bedrijf Dead Sea Works, een van de productielocaties van het moederbedrijf ICL (Israël Chemicals Limited). De omzet van ICL komt voor 43% uit ‘fertilizers’, 22% uit industrial products, 28% uit ‘performance products’ en 75 uit ‘other products’. Het bedrijf Dead Sea Works wint zouten uit de Dode Zee. Het waterniveau van de Dode Zee is dalende. Daardoor is het zuidelijke deel vrijwel droog komen te staan. Er wordt water uit het noordelijke deel naar de ongeveer 1 meter diepe verdampingsvijvers in het zuiden gepompt. De natuurlijke verdamping in de ongeveer 150 km2 grote vijvers is, in de heersende klimatologische omstandigheden, gemiddeld 10 mm per dag, met een maximum dat kan oplopen tot 15 mm. In de verdampingsvijvers slaan zouten uit het water neer. Het slib dat zo ontstaat wordt ‘geoogst’ met speciale machines en naar de fabriek getransporteerd.
In de fabriek wordt het slib opgemengd met grondwater en verhit. In het proces slaat eerst Magnesium chloride (MgCl2) neer en daarna Kaliumchloride (KCl). Dit zijn de belangrijkste producten die uit de Dode Zee worden gewonnen. Ook bromiden worden gewonnen, onder meer als grondstof voor het pesticide methylbromide. Daarnaast exploiteert het bedrijf een fosfaatmijn. Met deze grondstoffen wordt een scala aan meststoffen geproduceerd, waaronder een aantal specialiteiten voor druppelirrigatie en bladbemesting. Het bedrijf doet weinig met stikstof, ze produceert een aantal NPK meststoffen maar allemaal laag in stikstof. De hiervoor benodigde stikstof wordt aangekocht. Het bedrijf levert ook grondstoffen aan de industrie Opvallend aan het bedrijf is dat alle werknemers, ruim 1000, met bussen worden vervoerd van en naar huis. Alle werknemers krijgen een warme maaltijd in de bedrijfskantine. Bezoek Research Station Yair in Arava In de Arava liggen 7 ‘communities’ waarvan 5 Moshaviem en 2 niet agrarisch. In totaal wonen hier 700 families waarvan 500 tuinders. De regio produceert ongeveer 60% van de groenten die Israël exporteert en 10% van de bloemen.
In de regio heerst een woestijnklimaat met 40 graden Celsius gemiddelde dagtemperatuur in de zomer en 25 graden Celsius gemiddelde dagtemperatuur in de winterperiode. Neerslag 25-50 mm per jaar, verder veel zonlicht, vrijwel altijd wolkenloos. De bodem in de regio is feitelijk niet geschikt voor landbouw, uitzondering zijn stukken waar zand voorkomt, veelal langs de wadi’s (droge rivierbeddingen). Het zet zand in de regio is door de Israëli’s verzameld en dient nu als ‘medium’ voor de teelten in de regio. Totale areaal in cultuur is 3000 ha, 15% hiervan is biologisch/organic. Belangrijkste groente is paprika, in diverse soorten, kleuren en maten. Ook tomaten worden geteeld. . Deels heeft Israël land in gebruik dat op Jordaans grondgebied ligt. In het vredesverdrag, gesloten in 1994, zijn afspraken gemaakt voor compensatie van Jordanië elders. Water voor de landbouw komt uit de grond, zowel ondiepe (100-250 meter) als diepe bronnen (tot 1500 meter diep). Het aanboren van een diepe bron is kostbaar, ongeveer 2 miljoen dollar voor een bron op 1500 meter diepte. Het water uit de diepe bronnen komt uit een grote aquifer, die zijn oorsprong vindt in de Sinaï woestijn. Van de ondiepe bronnen ligt eenderde op Jordaans grondgebied, ondanks dat zijn ze nog steeds in gebruik door de Israeli’s. Ook hierover zijn compensatieafspraken gemaakt in het vredesverdrag van 1994. In de ondiepe bronnen doet zich een probleem voor, het water wordt steeds zouter en uiteindelijk ongeschikt voor irrigatie van groenten. Om dit tegen te gaan zijn maatregelen genomen (afdammen van wadi’s) om snelle run off van water na regen tegen te gaan en het water kan infiltreren. Tot nu toe heeft dit geleid tot de gewenste verbetering van de kwaliteit, integendeel zelfs, het geïnfiltreerde water heeft de kwaliteit verder verslechterd. Het infiltrerende water neemt veel zouten en nitraat uit de bovenlaag mee naar het grondwater. Andere oplossing voor goed water is het aansluiten op een ontziltingsinstallatie in Eilat of aan de Middellandse Zee. Dit is een serieuze optie voor de toekomst maar het besluit hiertoe is een nationale kwestie en geen besluit van de regio. Financiering van het Instituut: 50% Ministerie van Landbouw, 50% Jewish National Fund. Excursie over het terrein naar kas waarin paprika wordt geteeld. De tendens is naar systemen van Climate Control Cultivation. Dit zijn kassen waarin temperatuur en luchtvochtigheid worden gecontroleerd. Koelen gebeurt door verdampen van water. In traditionele teeltsysteem behaalt met opbrengsten van 70- tot 100 ton/ha. In het nieuwe teeltsysteem 250 tot 300 ton/ha. Dit lijkt onwaarschijnlijk hoog maar niet te verifiëren. De temperatuur tijdens de teelt van paprika wordt constant gehouden op 20 graden Celcius, luchtvochtigheid 70%. De oogstperiode is vanaf november. Tot april vooral voor export naar de EU. Daarna zijn de prijzen in EU te laag en is export niet meer rendabel. Normaal wordt in deze regio in september geplant, in het nieuwe teeltsysteem reeds eind juli, zo snel mogelijk na de wettelijk verplichte braakperiode van 1 maand. De braakperiode is bedoeld voor sanitatie van de bodem. Het ‘dak’, netten van 20-50 mesh, gaat van de kas, de bodem wordt met plastic bedekt. Hierdoor loopt de temperatuur in de bodem op tot 60 graden Celcius. In de kassen vindt biologische bestrijding plaats, grootste probleem is trips. Beesten komen van BioBee, firma gespecialiseerd in natuurlijke vijanden en in bijeen voor bestuiving. Paprika kan op deze wijze residuvrij worden geteeld. BioBee werkt regelmatig samen met Koppert BV uit Nederland.
Naast paprika doet men ook onderzoek aan aardbeien, ook gericht op productie in december tot maart voor de Europese markt
Paprika’s meer dan 200 ton per ha?
Aardbeien voor de Europese markt
De avond en nacht brengen we door in een bedoeinenkamp in de woestijn bij Arava. Donderdag 4 november 2010 Door Harm Brinks en Roel Schutten Visit to the Volcani Center, Tel Aviv De naam van deze onderzoeksorganisatie voor wetenschappelijk en praktijkonderzoek geeft soms aanleiding tot verwarring. Anders dan de naam wellicht doet vermoeden heeft het instituut niet met vulcanologie van doen. De naamgever van het instituut was een Russisch agronomist die in de eerste helft van de 20e eeuw naar Israël is geëmigreerd en pleitbezorger was van regio- klimaatspecifiek onderzoek als belangrijke voorwaarde voor vooruitgang. De organisatie kent een zestal onderzoeksinstituten: o Plant sciences o Animal sciences o Plant protection o Soil, water & environmental sciences o Agricultural engineering (ook GMO-onderzoek) o Technology & storage of agricultural products Het bedrijf heeft veel innovaties op haar naam staan op het gebied van kascultures, aride landbouw, ‘post harvest treatment’, gewasbescherming, mechanisatie en het kweken van nieuwe rassen voor fruit, groenten en siergewassen. Het middel Smart Fresh, dat ook in Nederland gebruikt wordt voor lange bewaring van appels is een ontdekking van deze organisatie. Ook zijn de daar bezig met nettenteelt van bollen en non-destructieve bepaling van pluktijdstip van fruit. GMO of genetic engineering is vooral gericht op het inbouwen van resistenties in groenten en siergewassen. In Israël bestaat er nog een intensieve samenwerking tussen onderzoek, voorlichting en praktijk. Voorlichting wordt nog 100% gefinancierd door de overheid.
De financiering van het instituut komt voor een groot deel van de overheid. Ook wordt onderzoek gedaan voor particuliere bedrijve (< 30% omzet).
Vrijdag 5 november 2010 Door Karel Remmelink In verband met de aanhoudende warmte is de start van de culturele rondleiding door Jerusalem vervroegd naar 8 uur. De excursie staat onder leiding van Jan Kleinjan, een geboren Hollander die al jaren met zijn Israëlische vrouw in Nazareth woont. Hij is in loondienst van een reisbureau en we krijgen de indruk dat hij een vaste route en vaste adressen heeft waar het overigens goed toeven is. Hij vertelt best heel wat over de joodse bevolking en over de oude stad. Dat is ook zo ongeveer het vertrekpunt van de wandelroute. Nader aangeduid is het de Olijfberg. Van daaruit wijst hij diverse markante punten van de skyline. Het eerste aandachtspunt dat hij vervolgens markeert zijn de graven en de joodse wijze van begraven. Dat is met de voeten naar de Jeruzalem, zodat ze zodra ze in de opstanding herleven direct op Jeruzalem kijken. Het tweede wat opvalt is de sobere verschijning en dat op veel graven stenen liggen. Het is volgens Jan een teken van rouw. Hier begraven liggen is alleen weggelegd voor heel rijke mensen. Het tweede punt waar we stoppen is de olijventuin, de Hortus Gethsemani incl. het bijbehorende kerkgebouw waar Jezus geweest is voor zijn gevangenneming. Het schijnt mogelijk te zijn, dat de stam van de olijfbomen, nog dezelfde is die er tweeduizend jaar geleden ook heeft gestaan. Tot nu toe was het een stevige afdaling, nu volgt een forse klim, waarbij we Jeruzalem binnengaan via de Stefanuspoort. Dan is het al tijd voor een bakje koffie. Het evenwichtige en de stijl van no nonsense die Jan hanteert blijken onder andere hieruit dat hij aandacht schenkt aan de lichtbak boven sommige deuren. In de desbetreffende woning woont een moslim die in Mekka is geweest voor een bedevaart. Hij geeft pro’s en contra’s. We vervolgens onze weg en dat is de Via Dolorosa. De lijdensweg van Jezus vanuit zijn veroordeling tot zijn kruisiging. Die route kent een dertiental stations, markeringspunten. Die weg is nu deels ondergronds, omdat men sindsdien steeds verder heeft gebouwd, soms ook op puinhopen van eerdere verwoestingen. Op die manier ontstonden soms drie of vier woonlagen. Dat wat toen ‘open lucht’ was is nu voorzien van gewelven en is ondergronds. Wateropslag, ‘spelen’ van romeinse soldaten die toen in totaal zevenhonderd jaar Jeruzalem overheersten. Een eind verder zien we militairen, buitengewone, belast met de orde tussen Jood en Arabier. Het is er heel druk en soms moeten we wachten op een processie met kruisdragers. Het zijn heel smalle steegjes, soms overkapt en met allemaal winkels. De diverse godsdiensten die teruggaan op Jeruzalem en het Jodendom hebben in deze omgeving hun kerk of andere herdenkingsvorm Overal is het heel druk. Jan heeft in de bus al aangegeven hoe het algemene beeld is van de overige inwoners van Jer. betreffende de orthodoxe Joden (OJ). Enkele kenmerken zijn: Grote gezinnen, meestal levend van overheidsteun. Generaties die elkaar snel opvolgen, dus sterk groeiend, tot 15 % in Jeruzalem. De politieke invloed vindt men te groot. De vader studeert.
Successievelijk werken we de 13 stations af en komen zo op allerlei gemarkeerde punten die soms zijn terug te vinden in de bijbel, soms ook niet. Na een shoarma of iets dergelijks, als middaglunch zetten we de tocht voort in het joodse gedeelte en dat oogt toch royaler en ordelijker. De meesten van ons hebben wel moeite met de uitstalling van sommige onderdelen van geslachte dieren, als ook de hygiëne die men betracht, zo’n beetje alles van een schaap passeert de revue. Specerijen daarentegen bieden een heel kleurige aanblik. Soms is ook de herkomst van de gemeenschap goed te zien. Je mag dan denken aan Rusland, Polen en Ethiopië. We vereeuwigen Yvonne voor een grote uitbeelding van de romeins/joodse samenleving van die tijd. In deze omgeving treffen we een bakker aan die bezig is en een vuilnisman met aangepaste vervoermiddelen voor de heel kleine steegjes. Jan brengt ons door de leeuwenpoort, hij toont ons een loofhut en brengt ons dan naar het hoogtepunt van de dag, een bezoek aan de Klaagmuur. Opnieuw oefenen we in het herkennen van markeringspunten in de skyline, de koperen koepel van de moslims en de vele graven op de olijfberg. De verschijningsvorm en het gedrag van mannen en vrouwen roepen bij ons allerlei reacties op. De wijze van bidden bij de Klaagmuur mag ons dan verwonderen , het getuigt van iets gemeenschappelijks en het leert ons dat memoriseren van teksten kennelijk werkt. Vrouwen en mannen hebben gescheiden plaatsen. Wat ons opvalt is, dat we zonder te betalen en zonder problemen heel dicht bij mogen komen. We worden wel geacht een hoofddeksel te dragen. Dat doen we dan ook gedurende enige tijd. Als we rond half drie vertrekken neem ik afscheid met een foto van drie vrouwen die op weg gaan om te bidden. Oma, moeder en dochter. Voor mij symboliseren ze enerzijds continuïteit, anderzijds de impact van hun leven. Het knappe en frisse van de jonge vrouw gaat over in de gekromde oma die zich met een rollator voortbeweegt. Het is ook de werkelijkheid van hun leven wat we willen respecteren, tijd nemen voor het immateriële. Kortom genoeg indrukken om over na te denken. De vrijdagavond vullen we met een diner bij een Arabisch restaurant.
Zaterdag 6 november 2010 Door Karel Remmelink Zaterdagmorgen zijn de vroegelingen en de fanatieken onder ons al vroeg op om nog lopend de oude stad te bezoeken. Anderen houden loom een gesprek gaande of trekken zich terug om de vele indrukken op zich te laten inwerken. Het is dan zo maar twaalf uur; we beginnen de terugreis. Met een uur vertraging op Zurich landen we uiteindelijk iets na 23 uur ’s avonds weer op Schiphol.