Kennis- en informatiepunt
“Kies Kleur in Groen”
Colofon
Programmamanager: Zeki Arslan Senior projectleidster: Meral Nijenhuis Beleidsmedewerker: Shamelie Sitaram Secretaresse: Fatima Alaoui FORUM, Instituut voor Multiculturele Ontwikkeling Postbus 201 3500 AE Utrecht 030 297 43 09
[email protected] www.forum.nl Utrecht, februari 2010
Kennis- en informatiepunt “Kies Kleur in Groen”
2
Inhoudsopgave Inleiding Leeswijzer
blz. 4 blz. 5
1. Sociale en culturele herkomst
blz. 7
1.1 Het aantal allochtonen in Nederland 1.2 Aantal autochtonen en allochtonen 1.3 Percentage westerse allochtonen per provincie 1.4 Percentage westerse allochtonen per gemeente 1.5 Percentage niet- westerse allochtonen per provincie 1.6 Percentage niet- westerse allochtonen per gemeente 1.7 Jongeren onder de 20 jaar 1.7.1 Jongeren onder de 20 jaar per provincie 1.7.2 Jongeren onder de 20 jaar per gemeente 1.7.3 Allochtonen jongeren onder de 20 jaar per gemeente 1.8 Vroegtijdige schoolverlaters
blz. 7 blz. 9 blz. 10 blz. 11 blz. 12 blz. 13 blz. 15 blz. 15 blz. 16 blz. 18 blz. 22
2. Onderwijs
2.1 Brugklasniveau in vergelijking met Cito-advies naar geslacht, herkomstgroepering en inkomsten van het huishouden van de leerling 2.2 Sectorkeuze vmbo in de leerjaren 3 en 4 naar geslacht 2.3 Deelname voortgezet onderwijs leerjaar 3 per herkomstgroepering naar onderwijssoort 2.4 Slagingspercentage in het voortgezet onderwijs naar herkomstgroepering 2.5 Doorstroom van leerlingen vanuit het vmbo per geslacht en herkomstgroepering 2.6 Deelnemer aan het mbo naar leeftijd 2.7 Niet-westerse allochtonen kiezen dikwijls voor de bol 2.8 Relatief weinig niet-westerse allochtonen in het hoogste opleidingsniveau mbo 2.9 Verdeling over de opleidingsniveaus in het mbo per herkomstgroepering 2.10 Aandeel mbo- Leerlingen ten opzichte van het totaal aantal 17-20 jarigen in de bevolking 2.11 Deelnemers in het mbo naar geslacht, leerweg, sector, opleidingsrichting en herkomstgroepering 2.12 Deelnemers aan het mbo per herkomstgroepering naar opleidingsniveau en geslacht
Kennis- en informatiepunt “Kies Kleur in Groen”
3
blz. 23
blz. 24 blz. 25 blz. 27 blz. 28 blz. 29 blz. 30 blz. 31 blz. 31 blz. 32 blz. 33 blz. 34 blz. 35
3. Religie en levensbeschouwing
blz. 37
3.1 Religies in Nederland 3.2 Spreiding katholieken over Nederland 3.2.1 Aantal katholieken per provincie 3.2.2 Percentage katholieken op de bevolking 3.3 Spreiding Protestanten over Nederland 3.3.1 Percentage Protestantse leden op de bevolking 3.4 Spreiding orthodox gereformeerden over Nederland 3.4.1 Aantal orthodox gereformeerden per provincie 3.4.2 Aantal orthodox gereformeerden op de bevolking 3.5 Spreiding Moslims over Nederland 3.5.1 Aantal moslims per provincie 3.5.1 Percentage moslims op de bevolking 3.6 Spreiding Surinaamse hindoes 3.6.1 Aantal hindoes per provincie 3.6.2 Percentage hindoes op de bevolking 3.7 Spreiding Religieuze Hindoes op de bevolking 3.8 Indeling boeddhisten in Nederland naar stroming en etniciteit 3.8.1 Overzicht van boeddhistische organisaties in Nederland
blz. 37 blz. 38 blz. 39 blz. 40 blz. 41 blz. 42 blz. 43 blz. 44 blz. 45 blz. 46 blz. 47 blz. 48 blz. 49 blz. 50 blz. 51 blz. 52 blz. 53 blz. 54
4. Seksuele voorkeuren
blz. 55
5. Politieke voorkeuren
blz. 56
5.1 Verkiezingsuitslagen Tweede Kamerverkiezingen 5.2 CDA- stemmers 2006 per gemeente tweede Kamerverkiezingen 5.3 PVDA- stemmers 2006 per gemeente tweede Kamerverkiezingen 5.4 SP- stemmers 2006 per gemeente tweede Kamerverkiezingen 5.5 VVD- stemmers 2006 per gemeente tweede Kamerverkiezingen 5.6 PVV- stemmers 2006 per gemeente tweede Kamerverkiezingen 5.7 Groenlinks- stemmers 2006 per gemeente tweede Kamerverkiezingen 5.8 Christen Unie- stemmers 2006 per gemeente tweede Kamerverkiezingen 5.9 D66- stemmers 2006 per gemeente tweede Kamerverkiezingen 5.10 Partij voor de Dieren- stemmers 2006 per gemeente tweede Kamerverkiezingen 5.11 SGP- stemmers 2006 per gemeente tweede Kamerverkiezingen
blz. 56 blz. 57 blz. 58 blz. 59 blz. 60 blz. 61 blz. 62 blz. 63 blz. 64 blz. 65 blz. 66
Literatuurlijst
blz. 67
Kennis- en informatiepunt “Kies Kleur in Groen”
4
Inleiding Naar aanleiding van een aantal vragen vanuit de Kies Kleur In Groen scholen, is dit informatiedocument tot stand gekomen vanuit FORUM. Het document kan als basis worden gebruikt om het beleidsplan te schrijven in het kader van KKIG. FORUM geeft informatie per pijler en kun je als AOC filteren welke gegevens er relevant zijn voor je AOC. In de leeswijzer zijn een aantal voorbeeldvragen opgenomen in relatie tot de informatie per pijler. Het document bestaat uit voornamelijk statische informatie omtrent:
Sociale achtergrond en culturele herkomst; Hier is voornamelijk ingezoomd op de bevolkingssamenstelling van niet westerse allochtonen op gemeentelijk en provinciaal niveau. Onderwijs; Hier is voornamelijk geselecteerd op VMBO en MBO onderwijs Religie; Deze informatie is weergeven op provinciaal niveau Seksuele voorkeuren; Politieke voorkeuren; Deze informatie is weergeven op gemeentelijk en provinciaal niveau.
Het uitgangspunt is om alle informatie per regio te weergeven. Dit is echter niet altijd beschikbaar. De informatie zal daarom grotendeel per gemeente, provincie of landelijk weergeven zijn.
Kennis- en informatiepunt “Kies Kleur in Groen”
4
Leeswijzer Begrippen Westerse allochtonen: Tot de westerse herkomstlanden worden gerekend alle landen in Europa (maar zonder Turkije), Noord-Amerika, Oceanië, Japan en Indonesië (met inbegrip van het voormalig Nederlands-Indië). Hieronder vallen ook de Nederlandse Antillen, ongeacht de status in het Koninkrijk der Nederlanden en Suriname.
Niet Westerse allochtonen: De niet-westerse herkomstlanden zijn Turkije en alle landen in Afrika, Latijns-Amerika en Azië (met uitzondering van Japan en Indonesië).
Kennis- en informatiepunt “Kies Kleur in Groen”
5
Wat kun je met de informatie? Sociale herkomst De pijler sociale herkomst is interessant als je bijvoorbeeld als AOC wilt weten hoeveel allochtonen jongeren er wonen in de regio van de desbetreffende AOC. Tevens is het ook interessant om te bepalen welke afkomst de jongeren hebben. Heb je als OAC te maken met een grote groep Surinaamse jongeren of een dominante niet westerse allochtonen groep van Turkse jongeren? Het is nuttig om deze vragen te beantwoorden in het beleidsplan om zo je wervingsstrategie te kunnen bepalen als AOC. Tevens kun je de informatie betreft de bevolkingsgroei bijvoorbeeld gebruiken om de trends van de komende 25 jaar in te schatten. Zal het percentage niet westerse allochtonen toenemen? In welke mate zal het de komende tijd toenemen? Hoe urgent is het als school om in te spelen op de trends gezien de toekomstige ontwikkelingen?
Onderwijs
Voor de pijler onderwijs is het bijvoorbeeld interessant om in kaart te brengen welke niet westerse allochtonen het minst kiest voor het agrarische onderwijs. Hier kun je wellicht extra aandacht aan besteden. Heb je als AOC opleidingsrichtingen (bloemsierkunst) die voornamelijk gekozen worden door meisjes, dan is het weer interessant om te kijken hoeveel meisjes er kiezen voor het agrarisch onderwijs. Een ander interessant onderwerp is het aantal niet westerse leerlingen die kiest voor de leerweg BOL of BBL. Zijn de allochtonen leerlingen wellicht meer geïnteresseerd in werkend leren en bied je beide leerwegen aan als AOC?
Religie
Vanuit de pijler religie kun je bijvoorbeeld bekijken welke religie sterk vertegenwoordig is binnen je provincie. Ook deze informatie kun je benutten om je wervingsstrategie te bepalen. Wellicht is de moslimstroming binnen de niet westerse allochtonen groep sterk vertegenwoordigd binnen je provincie. Speel je hier al op in als AOC? Geeft je voorlichting aan ouders en jongeren op islamitische basisscholen binnen je regio?
Seksuele voorkeur Dit is een lastige pijler om statische gegevens over te verzamelen. Als AOC is het de taak om te zorgen voor een pedagogisch klimaat waar iedereen zich veilig voelt. Hoe gaat men op school om met homoseksualiteit? Wat is je visie hierop als AOC? Deze vragen kan alleen de school zelf beantwoorden. Er zijn wel getallen bekent omtrent volwassenen en hun seksuele voorkeur. Deze zijn opgenomen in het betreffende hoofdstuk.
Politieke voorkeuren
Het is interessant om als AOC te weten wat de politieke voorkeur is van de leerlingenpopulatie in de omgeving. Deze informatie is bruikbaar om te onderzoeken of in te schatten of de politieke voorkeur de cultuur op school beïnvloed. Stemt de meerderheid van de gemeente waar de AOC is gevestigd op PVV? Wat voor effect heeft dit op de leerlingen en docenten?
Kennis- en informatiepunt “Kies Kleur in Groen”
6
1. Sociale en culturele herkomst 1.1 Het aantal allochtonen in Nederland De Nederlandse samenleving telt op dit moment 16,4 miljoen inwoners. 1,7 miljoen inwoners komen oorspronkelijk uit niet-westerse landen of hebben ouders uit niet-westerse landen. Turken, Marokkanen, Surinamers en Antilianen/ Arubanen vormen hierin de grootste groepen. De term allochtoon betekent letterlijk ‘uit een ander land’. Volgens het Van Dale woordenboek heeft het woord ‘allochtoon’ twee betekenissen: 1. Van elders aangevoerd of afkomstig, niet-inheems, vreemd 2. Niet-oorspronkelijke bewoner (m.n. gebruikt als aanduiding voor personen met een niet-blanke huidskleur, die zelf- of van wie de ouders – in het buitenland geboren zijn, bijvoorbeeld buitenlandse werknemers. Tegenover het woord allochtoon staat de term autochtoon, dat letterlijk ‘uit hetzelfde land’ betekent. De vier grote groepen allochtonen hebben zich al vele jaren in Nederland gevestigd. Turken en Marokkanen zijn veelal in de jaren zestig en zeventig als gastarbeider naar Nederland gekomen en hebben hier gezinnen gesticht en/of gezinsleden laten overkomen. Suriname is een ex-kolonie van Nederland en heeft zich in 1975 onafhankelijk verklaard: veel Surinamers zijn naar Nederland geëmigreerd en er zijn nog sterke culturele banden tussen beide landen. De Nederlandse Antillen en Aruba zijn onderdeel van het Koninkrijk der Nederlanden en hebben een status aparte met bestuurlijke vrijheden. Tussen deze gebieden en Nederland zijn er vergaande culturele banden. De niet-westerse allochtonen die zich nu in Nederland vestigen, zijn voornamelijk politieke vluchtelingen. Belangrijke landen van herkomst zijn Irak, Somalië, Afghanistan en Iran. Een andere belangrijke reden om naar Nederland te komen, is huwelijksmigratie of gezinshereniging. Allochtonen, en in het bijzonder niet-westerse allochtonen, zijn zeer ongelijk over Nederland verdeeld. Niet- westerse allochtonen zijn van oudsher sterk geconcentreerd in de vier grote steden Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en Utrecht. Een op de drie inwoners van Rotterdam, Amsterdam en Den Haag is van niet-westerse herkomst. Onder de jongeren is dit aandeel nog hoger. In Amsterdam en Rotterdam zijn respectievelijk 55 en 54 op elke 100 jongeren van niet-westerse afkomst. In kleine gemeenten als Tubbergen en Staphorst is amper een op de 100 jongeren van niet-westerse afkomst.
Kennis- en informatiepunt “Kies Kleur in Groen”
7
(Bron: CBS 2008)
Kennis- en informatiepunt “Kies Kleur in Groen”
8
1.2 Aantal autochtonen en allochtonen
(Bron: CBS)
Kennis- en informatiepunt “Kies Kleur in Groen”
9
1.3 Percentage westerse allochtonen per provincie
(Bron: CBS)
Kennis- en informatiepunt “Kies Kleur in Groen”
10
1.4 Percentage westerse allochtonen per gemeente
(Bron: CBS)
Kennis- en informatiepunt “Kies Kleur in Groen”
11
1.5 Percentage niet- westerse allochtonen per provincie
(Bron: CBS)
Kennis- en informatiepunt “Kies Kleur in Groen”
12
1.6 Percentage niet- westerse allochtonen per gemeente
Kennis- en informatiepunt “Kies Kleur in Groen”
13
(Bron: CBS)
Kennis- en informatiepunt “Kies Kleur in Groen”
14
1.7 Jongeren onder de 20 jaar 1.7.1 Jongeren onder de 20 jaar per provincie
(Bron: CBS) Kennis- en informatiepunt “Kies Kleur in Groen”
15
1.7.2. Jongeren onder de 20 jaar per gemeente
(Bron: CBS)
Kennis- en informatiepunt “Kies Kleur in Groen”
16
Kennis- en informatiepunt “Kies Kleur in Groen”
17
1.7.3 Allochtonen jongeren onder de 20 jaar per gemeente
Kennis- en informatiepunt “Kies Kleur in Groen”
18
Kennis- en informatiepunt “Kies Kleur in Groen”
19
Kennis- en informatiepunt “Kies Kleur in Groen”
20
Kennis- en informatiepunt “Kies Kleur in Groen”
21
1.8 Vroegtijdige schoolverlaters e
De werkloosheid onder de 15 tot 25 jarige Nederlanders is in het 2 kwartaal van 2009 met 11% twee maal zo hoog als de gemiddelde werkloosheid. De werkloosheid onder allochtone jongeren bedraagt 21%, viermaal zoveel als de gemiddelde werkloosheid. Van de Marokkaanse jonge mannen en Surinaamse vrouwen is respectievelijk 29 en 25% werkloos. In een jaar tijd steeg de jeugdwerkloosheid van 9 naar 11%, terwijl de werkloosheid onder jonge allochtonen toenam van 18 naar 21%. Bij twee groepen is de werkloosheid verrassend genoeg gedaald: bij Antilliaanse/Arubaanse jongeren en vooral bij Marokkaanse jongeren. Van de allochtone mannen van 15-25 jaar ontving 15% in 2005 geen inkomen of uitkering, en ging evenmin naar school. Onder autochtone leeftijdsgenoten was het percentage niet uitkeringsgerechtigden (zogenaamde nuggers) 4%.
Bron: FORUM Factsheet Jeugdwerkloosheid, @ FORUM, Instituut voor Multiculturele Ontwikkeling, september 2009
Kennis- en informatiepunt “Kies Kleur in Groen”
22
2. Onderwijs Ruim de helft van de leerlingen volgt VMBO In het derde leerjaar van het voortgezet onderwijs hebben bijna alle leerlingen hun definitieve keuze voor een onderwijssoort gemaakt. Daarom is dit leerjaar heel geschikt om na te gaan hoe de leerlingen over de onderwijssoorten van het voortgezet onderwijs zijn verdeeld. In 2007/’08 waren er in het voortgezet onderwijs 36 Centraal Bureau voor de Statistiek 198 duizend derdeklassers. Dit aantal is exclusief het praktijkonderwijs. In het derde leerjaar van het voortgezet onderwijs volgde 55 procent het VMBO (inclusief het lwoo), 20 procent de havo, 21 procent het vwo en een kleine groep (3 procent) een gemeenschappelijk leerjaar van havo en vwo. Binnen het VMBO kozen de meeste leerlingen voor de theoretische leerweg, op enige afstand gevolgd door de kaderberoepsgerichte leerweg en de basisberoepsgerichte leerweg. Een betrekkelijk klein aantal volgde de gemengde leerweg.
Leerlingen van niet-westerse herkomst relatief vaak naar de lagere leerwegen in VMBO In vergelijking met autochtone leerlingen zitten derdeklassers van niet-westers allochtone herkomst relatief vaak op het VMBO. Bovendien gaan zij binnen het VMBO vaker naar de lagere leerwegen. Zo volgde in 2007/’08 in het voortgezet onderwijs drie van de tien leerlingen van Turkse en Marokkaanse herkomst de basisberoepsgerichte leerweg in het VMBO. Van de autochtone derdeklassers was dit maar 12 procent. Voor de kaderberoepsgerichte leerweg was dit aandeel respectievelijk 21 en 15 procent. Van de autochtone en westers allochtone derdeklassers zat daarentegen bijna de helft op de havo of het vwo. Van de niet-westers allochtone kinderen was dit nog geen derde. Het minst goed doen de leerlingen het met een Turkse of Marokkaanse achtergrond. Van hen volgde slechts zo’n 22 procent een havo- of vwo-opleiding. Voor alle onderscheiden herkomstgroeperingen geldt dat meisjes vaker op de havo of het vwo zitten dan jongens. Bron: Jaarboek onderwijs 2009 CBS (onderwijsstatistieken)
Kennis- en informatiepunt “Kies Kleur in Groen”
23
2.1 Brugklasniveau in vergelijking met Cito-advies naar geslacht, herkomstgroepering en inkomsten van het huishouden van de leerling (2005/06)
Kennis- en informatiepunt “Kies Kleur in Groen”
24
2.2 Sectorkeuze VMBO in de leerjaren 3 en 4 naar geslacht (2007/08)
Kennis- en informatiepunt “Kies Kleur in Groen”
25
Kennis- en informatiepunt “Kies Kleur in Groen”
26
2.3 Deelname voortgezet onderwijs leerjaar 3 per herkomstgroepering naar onderwijssoort (2007/08)
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
27
2.4 Slagingspercentage in het voortgezet onderwijs naar herkomstgroepering
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
28
2.5 Doorstroom van leerlingen vanuit het VMBO per geslacht en herkomstgroepering
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
29
2.6 Deelnemer aan het MBO naar leeftijd
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
30
2.7 Niet-westerse allochtonen kiezen dikwijls voor de BOL In het schooljaar 2007/’08 namen bijna 136 duizend allochtonen deel aan het middelbaar beroepsonderwijs. Drie kwart van hen was van niet-westerse herkomst. In vergelijking met autochtonen kozen de niet-westers allochtone deelnemers vaak voor de bol. Bijna de helft van hen volgde een opleiding in de sector economie. Van de autochtonen is dat nog geen 30 procent. Vooral de opleidingsrichting handel, administratie en juridische ondersteuning is bij de niet-westerse allochtonen in trek. Daarentegen volgen zij relatief weinig technische opleidingen. De opleidingsrichtingen landbouw en dieren en persoonlijke dienstverlening, vervoer en veiligheid staan bij de niet-westerse allochtonen eveneens minder in de belangstelling.
2.8 Relatief weinig niet-westerse allochtonen in het hoogste opleidingsniveau MBO In 2007/’08 volgde 4 procent van alle deelnemers aan het mbo een assistent-opleiding, dat wil zeggen een opleiding op het laagste niveau binnen het middelbaar beroepsonderwijs. Ruim een kwart van de deelnemers volgde de basisberoepsopleiding (niveau 2) en nog eens ruim een kwart de vakopleiding (niveau 3). De meeste mbo-deelnemers (44 procent) gingen naar een opleiding op het hoogste niveau, namelijk een middenkader- of specialistenopleiding. Autochtone deelnemers volgden vaker een opleiding op het hoogste niveau dan allochtone deelnemers. De niet-westerse allochtonen bleven daarbij op hun beurt weer achter bij de westerse allochtonen. Zo volgde van de autochtone deelnemers 46 procent een opleiding op niveau 4, terwijl dit van de niet-westers allochtone deelnemers slechts 36 procent was. Van de belangrijkste niet-westerse herkomstgroepen volgden Surinamers nog het vaakst een opleiding op het hoogste niveau. Omgekeerd volgde in 2007/’08 slechts 3 procent van de autochtone deelnemers een opleiding op het laagste niveau, tegenover 6 procent van de westers allochtone deelnemers en 8 procent van de niet-westers allochtone deelnemers.
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
31
2.9 Verdeling over de opleidingsniveaus in het MBO per herkomstgroepering
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
32
2.10 Aandeel MBO- Leerlingen ten opzichte van het totaal aantal 17-20 jarigen in de bevolking
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
33
2.11 Deelnemers in het MBO naar geslacht, leerweg, sector, opleidingsrichting en herkomstgroepering
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
34
2.12 Deelnemers aan het MBO per herkomstgroepering naar opleidingsniveau en geslacht
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
35
2.13 Geslaagden in het MBO naar geslacht, leerweg sector, opleidingsrichting en herkomstgroepering
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
36
3. Religie en levensbeschouwing 3.1 Religies in Nederland
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
37
3.2 Spreiding katholieken over Nederland
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
38
3.2.1 Aantal katholieken per provincie
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
39
3.2.2 Percentage katholieken op de bevolking
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
40
3.3 Spreiding Protestanten over Nederland
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
41
3.3.1 Percentage Protestantse leden op de bevolking
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
42
3.4 Spreiding orthodox gereformeerden over Nederland
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
43
3.4.1 Aantal orthodox gereformeerden per provincie
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
44
3.4.2 Aantal orthodox gereformeerden op de bevolking
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
45
3.5 Spreiding Moslims over Nederland
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
46
3.5.1 Aantal moslims per provincie
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
47
3.5.1 Percentage moslims op de bevolking
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
48
3.6 Spreiding Surinaamse hindoes
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
49
3.6.1 Aantal hindoes per provincie
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
50
3.6.2 Percentage hindoes op de bevolking
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
51
3.7 Spreiding Religieuze joden op de bevolking
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
52
3.8 Indeling boeddhisten in Nederland naar stroming en etniciteit
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
53
3.8.1 Overzicht van boeddhistische organisaties in Nederland
Bron: W.B.H.J. van de Donk, A.P. Jonkers, G.J. Kronjee en R.J.J.M. Plum (red), (Amsterdam 2006), Geloven in het publieke domein.
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
54
4. Seksuele en sociale voorkeuren Als aantrekking, seksueel gedrag en identiteit gecombineerd worden, dan is 78,1% van de vrouwen en 83,5% van de mannen consistent heteroseksueel. (Dat wil zeggen, zij voelen zich uitsluitend aangetrokken tot de andere sekse, hebben nooit seks gehad met een seksegenoot en noemen zichzelf hetero.) De rest van de respondenten heeft op minstens één van de aspecten homoseksuele ervaringen. Consistent homo- of biseksueel is 6,1% van de mannen en 5,2% van de vrouwen. Zij voelen zich (ook) aangetrokken tot seksegenoten, hebben hier ooit seks mee gehad en benoemen zichzelf als homo- of biseksueel. Geëxtrapoleerd naar de Nederlandse bevolking zijn dit, bij een betrouwbaarheidspercentage van 95%, naar schatting tussen de 278.000 en 392.000 mannen en 223.000 tot 278.000 vrouwen van 19 t/m 69 jaar.
Wie weten het? Grof gezegd zijn bij ongeveer vier op de vijf homoseksuele vrouwen en mannen de ouders, andere familie, collega’s (of klasgenoten) en/of heteroseksuele vrienden op de hoogte van hun gevoelens voor seksegenoten. De biseksuele respondenten zijn beduidend minder open over hun oriëntatie dan hun homoseksuele seksegenoten. Met name de bi-mannen verzwijgen in groten getale hun gevoelens.
Figuur 3. Openheid over homo- of biseksuele oriëntatie Bron: http://www.rutgersnissogroep.nl/ Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
55
5. Politieke voorkeuren 5.1 Verkiezingsuitslagen Tweede Kamerverkiezingen
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
56
5.2 CDA- stemmers 2006 per gemeente tweede Kamerverkiezingen
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
57
5.3 PVDA- stemmers 2006 per gemeente tweede Kamerverkiezingen
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
58
5.4 SP- stemmers 2006 per gemeente tweede Kamerverkiezingen
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
59
5.5 VVD- stemmers 2006 per gemeente tweede Kamerverkiezingen
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
60
5.6 PVV- stemmers 2006 per gemeente tweede Kamerverkiezingen
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
61
5.7 Groenlinks- stemmers 2006 per gemeente tweede Kamerverkiezingen
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
62
5.8 Christen Unie- stemmers 2006 per gemeente tweede Kamerverkiezingen
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
63
5.9 D66- stemmers 2006 per gemeente tweede Kamerverkiezingen
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
64
5.10 Partij voor de Dieren- stemmers 2006 per gemeente tweede Kamerverkiezingen
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
65
5.11 SGP- stemmers 2006 per gemeente tweede Kamerverkiezingen
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
66
Literatuur Duin, van C., Jong, de A., Broekman, R. Regionale bevolkings- en allochtonenprognose 2005-2025 Ruimtelijk Planbureau/Centraal Bureau voor de Statistiek, 2006 Centraal Bureau voor Statistiek, Jaarrapport Integratie, 2008 Centraal Bureau voor Statistiek, Jaarboek onderwijs in cijfers, 2009 Donk ,W.B.H.J. van de, Jonkers, A.P., Kronjee, G.J. en Plum, (red)R.J.J.M., Geloven in het publieke domein WWR Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid 2006 Rutger Nisso Groep Factsheet holebi’s, 2007
Website: Centraal Bureau voor de Statistiek: www.cbs.nl Forum, Instituut voor multiculturele vraagstukken: www.forum.nl Instituut voor Publiek en Politiek: www.publiek-politiek.nl NIDI Demografische Atlas: Bevolkinswww.nidi.knaw.nl/nl/atlas Rutger Nisso Groep Kenniscentrum seksualiteit: http://www.rutgersnissogroep.nl/
Kennis- en informatiepunt Kies Kleur in Groen
67