VAN 12 TOT 27 APRIL 2008 KASTEEL CORTEWALLE BEVEREN
TOT IN DE EEUWIGHEID. DOOD-GEWONE VERHALEN UIT HET ARCHIEF DE BERGEYCK
3
Het thema is rijk, de tentoonstellingen gevarieerd. U Wordt verwacht. Heidi Beck, schepen van Cultuur
[vaarwel], verwachtingen in het leven [vaart wel] en erfgoed voor de toekomst [welvaart].
leerlingen van de hoogste klassen behandelen drie thema’s allemaal vervat in de titel Vaar[t]wel: leven na de dood
Basisschool Sint-Rafaël presenteert u Vaar[t]wel, een erfgoedproject met meerdere dimensies. De leerkrachten en
bidprentjes van bewoners van het kasteel Cortewalle en bekende Beverenaars tentoon.
verder leven… Tot in de eeuwigheid. Als extraatje stellen Ter Vesten en het Archief de Bergeyck een aantal
verhaal is er een van afscheid nemen, maar niet van vergeten. De archivalia zorgen ervoor dat de overledenen
kraambedsterfte, kindersterfte, sneuvelen, ziekte, sterven in het buitenland en bijzondere sterfgevallen belicht. Elk
tijden is. Op basis van de archiefbescheiden uit het Archief de Bergeyck worden een aantal gevallen van
cultuurcentrum Ter Vesten en het Archief de Bergeyck aan dat het verdriet om het verlies van dierbaren van alle
Met de tentoonstelling Tot in de eeuwigheid. Dood-gewone verhalen uit het Archief de Bergeyck tonen het
een zekerheid in ieders bestaan vroeger, nu en ook in de toekomst.
1908. Het thema van erfgoeddag 2008 is Wordt verwacht wat perfect te rijmen valt met de dood. De dood is immers
Florimond de Brouchoven de Bergeyck - senator, weldoener en persoonlijke vriend van Leopold II - stierf op 8 januari
is het dit jaar exact honderd jaar geleden dat een van de beroemdste bewoners van Cortewalle overleed. Graaf
erfgoedtentoonstellingen ter gelegenheid van erfgoeddag 2008 bieden u hiervan alvast een voorsmaakje. Bovendien
2008 wordt in Ter Vesten een jaar met een rouwbandje. In het najaar loopt namelijk het project Wakkere Dood. De
VOORWOORD
4
5
van de priester aan het sterfbed. De dood heeft dus niet langer een eenduidige godsdienstige betekenis.
verdrukking door de medische opvattingen [leven en dood zijn een tweedeling]. Geleidelijk neemt de arts de plaats in
Verlichting aan belang en het traditionele christelijke denkbeeld [leven en dood zijn een twee-eenheid] komt in de
midden van huilende vrienden het ideale decor voor een heroïsche doodsstrijd. De wetenschap wint tijdens de
ego’s dat hun dood niet onopgemerkt voorbijgaat. Bij de moderne individualisten vormt een ontroerende omgeving te
worden. Dit leidt tot een taboe tegenover de dood dat vandaag de dag alweer tanende is. Anderzijds hopen verlichte
uniciteit onvervangbaar voelt of wil voelen, is elk levenseinde een catastrofe die nergens meer door gemilderd kan
nadrukkelijk onder ogen zien [la mort apprivoisée]. Wanneer het individu aan belang wint en de enkeling zich in zijn
De achttiende eeuw luidt een nieuwe houding in tegenover de dood. De ‘moderne’ mens wil de dood liefst niet te
de verlichte filosofen enigszins afgezwakt.
doods - een dure begrafenis of een legaat als enige verzekering voor zijn of haar zielsrust. Vandaag is de visie van
zielzorgers van winstbejag. De stervende wordt opgezadeld met nodeloze angsten en ziet - in het aanschijn des
achttiende eeuw nemen de verlichte filosofen de Kerk dit zeer kwalijk. De filosofen beschuldigen de Kerk en haar
geestelijken voor een vervaarlijk-indrukwekkende omkadering [le grand cérémonial de la mort baroque]. In de
zeventiende eeuw spreken priesters voortdurend over de dood en het hiernamaals. Bij elk sterfbed zorgen
Vanaf de middeleeuwen tot de zeventiende eeuw heerst een elementaire vertrouwdheid met de dood. In de
DE BELEVING VAN DE DOOD [ZEVENTIENDE- BEGIN TWINTIGSTE EEUW]
gemak van de religie.
6
de mens diep bezorgd is over wat er zal gebeuren na de dood nu hij niet langer kan terugvallen op de troost of het
het sociale bewustzijn. De dood krijgt een stempel als dé angstbezorger in een geseculariseerde samenleving waarin
Verlichting. De hang naar geluk zorgt voor de verbanning van het eindige, pijnlijke en tragische uit het individuele en
In de twintigste eeuw wordt de dood ontkend en verborgen [la mort inversée] als gevolg van de opvattingen uit de
religieuze betekenis, maar ook een wetenschappelijke invulling krijgt.
besef van een hemelse reünie. Daarnaast neemt de onzekerheid toe omdat de dood niet meer uitsluitend een
de angst voor het problematisch afscheid van de anderen. De scheiding van de dierbaren is enkel draagbaar door het
ontdekt, het beeld van verval wordt verlaten. De bezorgdheid om de eigen verlossing verdwijnt en maakt plaats voor
individuele dodencultus die zo kenmerkend is voor de negentiende eeuw. De schoonheid van het corpus wordt
van 1804 voorziet bijkomend een verbod op het begraven in gemeenschappelijke graven. Dit is het startsein voor de
Jozef II vaardigt in 1784 een verbod uit op het begraven in kerken en stedelijke kernen. Het Napoleontische decreet
dan weliswaar een feit geworden. 7
omstreeks 1970 een absoluut minimum te bereiken. De medicalisering en de vermannelijking van de verloskunde is
eerste helft van de twintigste eeuw te stabiliseren. Na de Tweede Wereldoorlog daalt het cijfer opnieuw om
Pas aan het einde van de negentiende eeuw zal de kraambedsterfte in Vlaanderen opvallend dalen, om zich in de
1777 en de Vroedkundige Oefenschool in 1784.
praktische cursussen. Er verschijnen dan ook gedrukte handleidingen zoals het Vroedvrouwen Handboeksken in
De opleiding van de vroedvrouw wordt vanaf ongeveer 1770 op een hoger niveau getild dankzij theoretische en
een vroedvrouw geëngageerd die voor de negen maanden om zijn, niet meer van de zijde van de kraamvrouw wijkt.
om een soort van geborgenheid in een veilige, vertrouwde omgeving te creëren. Daarnaast wordt lang van tevoren
klassen de gewoonte dat een aanstaande moeder tijdelijk weer bij haar eigen moeder of een naaste verwante intrekt
verwonderlijk dus dat zwangere vrouwen de risico’s zoveel mogelijk proberen te beperken. Zo is het in hogere
meerlingenzwangerschappen betekenen vaak het doodvonnis zowel voor de moeder als voor de kinderen. Niet
zevenenhalf tot tien percent per vruchtbare vrouw. Kraambedkoorts en de vloed zijn de grote doodsoorzaken. Ook
bevalling. Bij een gemiddelde van vijf bevallingen per vrouw, betekent dit dus een globaal sterfterisico van
volgen. Tot het begin van de twintigste eeuw bedraagt de kraambedsterfte tussen de anderhalve en twee percent per
gevolg van een kraambed. In Vlaanderen is de evolutie van de kraambedsterfte sinds de zeventiende eeuw te
vijfentwintig percent van de vrouwelijke sterfte in de leeftijdscategorie van dertig tot veertig jaar, is het rechtstreekse
zwangerschap niemand onberoerd. Een bevalling betekent immers een sterke stijging van het sterfterisico. Ongeveer
Hoewel de mens in het Ancien Régime gewoon is om met de realiteit van de dood om te gaan, laat een
KRAAMBEDSTERFTE
8
Charlotte Marie Agnes Bouw[ens] den bermertigen sij haere si[ele] genadigh.
inkomstenboekje: den 3 november 1710 is gestorven naer haere herhen rechten ontfangen te hebben iouffrouwe
op 3 november 1710 aan de gevolgen van haar vierde kraambed. Haar diepbedroefde echtgenoot noteert in zijn
Na de geboorte van haar derde dochter herstelt Charlotte Bouwens niet meer. Ze overlijdt, nauwelijks dertig jaar oud,
februari 1709 [+1775] en van Joanna Theresia op 20 oktober 1710 [+1782].
jongetjestweeling op 10 mei 1706, van Isabella Maria op 13 september 1707 [+1742], van Barbara Francisca op 5
bewoonsters van het kasteel Cortewalle zijn. Charlotte bevalt namelijk achtereenvolgens van een doodgeboren
jong gestorven moeder van de drie jonkvrouwen Goubau, die in de achttiende eeuw de eigenaressen en de
Over het leven van Charlotte Bouwens is zeer weinig informatie bewaard gebleven. Ze is vooral bekend als de te
aandacht krijgt.
[ook: manuaal van inkomsten] dat op de jubileumtentoonstelling van de Hertogelijke Heemkundige Kring meer
[1674-1715], een schepen van de stad Antwerpen. Hij noteert persoonlijk deze heuglijke dag in zijn inkomstenboekje
Isabella Maria Vanden Greyn [1648-1733] trouwt op 13 augustus 1701 met de jurist Maximinus Cornelis Goubau
De tweede dochter van Franciscus Bouwens [1621-1703], een Antwerpse handelaar in luxeproducten, en van
[1680 –1710]
Carola [Charlotte] Maria Agnes Bouwens
9
elle recût avec la meme fermeté environ deux heures apres la st huile et elle expira vers les 3 a 4 heures....
inexplicable lisant dans son livre de priere ordinaire touttes les oraisons devant et après la sainte communion,
echtgenoot beschrijft haar heengaan als volgt: ... quelle recût vers le midy comme je dit avec une dévotion
Haar eigen toestand gaat snel achteruit: Isabella Maria Goubau overlijdt op 24 oktober 1742 in het kraambed. Haar
kan ze niet van haar nieuwe leven genieten. Op 20 of 22 oktober bevalt ze vroegtijdig van een doodgeboren zoontje.
pasgehuwde paar begin juni 1742 naar de Spaanse hoofdstad. Isabella Maria is net drie maanden zwanger. Lang
Spaanse koning Filips V. Omdat zijn compagnie gelegerd is in San Ildefonso, even buiten Madrid, vertrekt het
de Flodorp, een al wat oudere edelman van halverwege de vijftig, die officier is van de Vlaamse Wacht van de
er al het jaar voordien wonen. In januari 1742 onverwacht huwt ze onverwacht met de Franstalige burggraaf Rutger
Petrus Ferdinandus Goubau, de hoogbaljuw van het Land van Beveren, het kasteel Cortewalle. Vermoedelijk gaat ze
beheert ze, voor haarzelf en haar beide zusjes, de erfenissen van haar ouders. In 1735 koopt ze van haar oom
achten haar voogden de tijd rijp om haar meerderjarig te laten verklaren voor de Raad van Brabant. Vanaf dan
zusters van Lorreinen te Brussel op pensionaat van 1722 tot eind december 1725. Als ze achttien is geworden,
opgevoed door haar grootmoeder langs moederzijde Isabella Maria Vanden Greyn [1648-1733]. Ze verblijft bij de
Op 10 juli 1715 sterft Maximinus Cornelis Goubau. Isabella Maria wordt nu samen met haar zusje Barbara Francisca
drie als haar moeder sterft na de geboorte van haar jongste zusje Joanna Theresia.
Beaulieu en Triest, schepen van de stad Antwerpen en van Charlotte Maria Agnes Bouwens. Isabella Maria is net
Isabella Maria Josepha Goubau is de oudste dochter van jonker Maximinus Cornelis Goubau, heer van Beveren-
[1707 – 1742]
Isabella Maria Josepha Goubau
Sint-Martinuskerk te Beveren.
10
Brouchoven de Bergeyck wordt onder massale belangstelling ten grave gedragen na een plechtigheid in de
oktober, sterft ze. Ook de kleine Carolina haalt het niet en overlijdt kort na haar moeder op 21 november. Alix de
slotte Carolina op 19 september 1880. Alix komt deze laatste bevalling niet meer te boven. Vijf weken later, op 25
gestorven in 1873], Joseph [°1874], Charles [°1875], Henri en Philippe [°1877], Jean [°1878], Emilie [°1879] en ten
Alix schenkt tussen 1871 en 1880 het leven aan tien kinderen: Louis [°1871], Marie [°1872], Charles [geboren en
Tijdens hun huwelijksreis verblijven ze in Rome, waar ze worden ontvangen door paus Pius IX.
zeer gelovig: Florimond voelt zich voor zijn huwelijk sterk tot een geestelijk leven bij de jezuïeten aangetrokken.
Hemiksem en ’s winters op het kasteel Cortewalle, waar ze in de buurt van haar vader vertoeft. Het jonge gezin is
vader en van Carolina Leopoldina de Namur d’Elzée. Ook na haar huwelijk woont ze ‘s zomers op het buitenverblijf in
Brouchoven de Bergeyck, enige zoon van Louis André de Brouchoven de Bergeyck, een jongere broer van haar
Vier jaar na de dood van haar moeder, op 28 augustus 1869, treedt ze in het huwelijk met haar neef Florimond de
geheimen kent.
Moretus [1808-1865]. Ze groeit op in Antwerpen en in Beveren, waar het domein Cortewalle voor haar geen
arrondissementscommissaris van Sint-Niklaas en gewezen lid van het Nationaal Congres en zijn echtgenote Emilie
Alix de Brouchoven de Bergeyck is het enige kind van Charles Joseph van Brouchoven van Bergeyck [1801-1875],
[1849-1880]
Alix de Brouchoven de Bergeyck
11
negentiende eeuw zal de vooruitgang in de geneeskunde de kindersterfte doen afnemen.
industrieën. De borstvoeding boet aan belang in, de kindersterfte blijft op een hoog niveau. Pas in de loop van de
bevolking op het platteland en in de stad jonge vrouwen mee buitenshuis te gaan werken in de fabrieken van nieuwe
eigen bevindingen enthousiast aan haar moeder vertelt. Ongeveer terzelfder tijd dwingt de verarming van de
moeders uit de hogere klassen leggen hun baby’s weer aan de borst. Dat doet ook Maria Elisabeth Dormer die haar
invloed van de nieuwe opvoedkundige inzichten van onder meer Jean Jacques Rousseau. Steeds meer jonge
Livina Maria de Beer, geboren in 1698. Aan het einde van de achttiende eeuw komt hierin een kentering onder
overlijden, is reëel. Dit is bijvoorbeeld het geval voor Claro, het jongste kind van Jan de Brouchoven de Bergeyck en
opgenomen worden in haar eigen gezin op het platteland. De kans dat deze kinderen tijdens hun verblijf buitenshuis
voedstervrouw. In sommige gevallen komt de min enkele maanden bij de familie inwonen, maar de baby kan ook
Adellijke dames zien er vanaf om hun kinderen zelf te voeden en besteden hun baby’s uit aan een min of een
om te overleven. In de achttiende eeuw oefenen deze inzichten echter weinig invloed uit in de hogere klassen.
over eens en proberen jonge moeders ervan te overtuigen dat het zelf voeden hun baby meer en betere kansen biedt
houden van de zuigelingensterfte is het geven van borstvoeding. Alle geneeskundigen en moralisten zijn het daar
betere kijk: die ligt in de achttiende eeuw nog op drie tot vier percent. Een belangrijk element in het onder controle
Op de zuigelingensterfte [het overlijden van een baby in de loop van het eerste levensjaar] hebben historici een
onmogelijk een inschatting te maken van de omvang van dit fenomeen.
kind. Omdat de priester onvoldragen dode kinderen niet registreert in de parochieregisters is het vandaag quasi
Complicaties tijdens de zwangerschap leiden in het Ancien Régime vaak tot de [voortijdige] geboorte van een dood
KINDERSTERFTE
ze [Maria Magdalena] bidt voor jou in het paradijs.
12
Bijna dertig jaar later probeert Joanna Theresia haar oudste dochter Maria Elisabeth vol vertrouwen gerust te stellen:
tastbaar aanwezig in hun brieven aan elkaar. Ook na haar dood blijft haar herinnering liefdevol in het gezin aanwezig.
ouders sterk beïnvloed: de zorgen om haar trage ontwikkeling, de vreugde om elke kleine positieve evolutie zijn bijna
Magdalena Robertina blijft zwak en zal op vierjarige leeftijd overlijden. Tijdens haar korte leven heeft ze dat van haar
geruststellende gezondheidstoestand. Uiteindelijk zal Joanna Theresia volledig herstellen, maar dochtertje Maria
van de pasgeborene en de moeder het ergste vrezen. Een jaar later verkeert geen van beiden al in een
zeer zware bevalling het leven aan een tweede dochtertje: Maria Magdalena Robertina. Opnieuw laat de toestand
1739: I hope that God will bless you and the child you now carry. In maart 1740 schenkt Joanna Theresia na een
aaneenschakeling van koortsaanvallen en ongesteldheden. Haar Engelse schoonmoeder schrijft haar in november
Mieken geraakt Joanna Theresia weer zwanger. Negen maanden lang heeft Joanna Theresia af te rekenen met een
Een nieuwe zwangerschap vertraagt echter Joanna Theresia’s herstel: amper twee maanden na de geboorte van
bovenop.
verzwakt. De prognoses lijken slecht, maar toch komen beiden er na vele maanden rust en aansterken min of meer
een dochtertje, Maria Elisabeth, geboren op 19 april 1739. De moeilijke bevalling heeft zowel moeder als kind sterk
Binnen het jaar na hun huwelijk wordt het jonge gezin van James Dormer en Joanna Theresia Goubau uitgebreid met
[1740-1744]
Maria Magdalena Robertina Dormer
13
na de geboorte gestorven is - betaalt Petrus Philippus de Brouchoven de Bergeyck namelijk pas een maand later.
lenterrement. Dit betreft waarschijnlijk de begrafenis van Theresia Maria. Voor de doop van het vijfde kind - dat kort
dochtertje. Zijn echtgenote bevalt in oktober 1776 van haar vijfde kind. Diezelfde maand noteert hij de kosten pour
In zijn huishoudjournaal verwijst graaf Petrus Philippus de Brouchoven vermoedelijk naar het overlijden van zijn
François, André François en de in 1773 geboren Maria Isabella. Theresia Maria is dan reeds overleden.
maar de twee jongens waren te lawaaierig. In 1777 vermeldt Maria Elisabeth nog enkel haar kinderen Charles
gisteren gaan dineren bij madame Brouchoven… ik heb Therese nog nooit zo vrolijk en beleefd gezien als gisteren,
moeder Joanna Theresia Goubau beschrijft Maria Elisabeth Dormer een familiebezoek met de kinderen: We zijn
Elisabeth Dormer waaruit afgeleid kan worden dat de baby goed eet. In een brief van 7 november 1775 aan haar
leven. Eén vermelding komt uit een brief van 18 juni 1771 van de grootmoeder Joanna Theresia Goubau aan Maria
Over Theresia Maria is weinig geweten. Amper een paar aantekeningen in de archivalia getuigen nog van dit jonge
later sterven.
echtgenoot graaf Petrus Philippus de Brouchoven de Bergeyck blijft niet duren. Petite Therese zal al enkele jaren
Maria Elisabeth Dormer het leven aan een dochtertje, Theresia Maria. Het geluk van Maria Elisabeth Dormer en haar
staken. Verder is ze vooral ongeduldig en hoopt ze vurig dat het deze keer een meisje wordt. Op 6 mei 1771 schenkt
alles voorspoedig. Maria Elisabeth lijdt aan kleine kwaaltjes die ook tijdens haar vorige zwangerschappen de kop op
vertoont Maria Elisabeth Dormer opnieuw tekenen van zwangerschap in de tweede helft van 1770. Ditmaal verloopt
Na twee gezonde zonen, Charles François en André François, op de wereld te hebben gebracht en een miskraam
[1771-1776]
Theresia Maria de Brouchoven de Bergeyck
vinden hun neerslag in de brieven. Ook intiemere
vooruitgang. 14
toegepast. Pas vanaf de negentiende eeuw zorgen uitvindingen en wetenschappelijke ontdekkingen voor een snelle
aantal ziektes worden nog steeds dezelfde remedies - zoals aderlatingen, lavementen en natuurlijke medicijnen -
betekenis van het woord zijn intrede, maar tegelijkertijd is het ook de bloeitijd voor kwakzalvers. Voor een groot
inferieur werk dat wordt overgelaten aan chirurgijnen en barbiers. In de achttiende eeuw doet de arts in de moderne
medische opleiding die behandelingen uitvoeren waarbij handwerk - zoals snijden - nodig is. Handwerk is immers
De geneeskunde heeft een hele evolutie meegemaakt. In de zeventiende eeuw zijn het niet de academici met een
aandoeningen zoals bijvoorbeeld borstontstekingen worden per brief meegedeeld.
jicht, nierstenen, verkoudheden, hoofdpijn, kolieken, …
een medisch advies of een medicijnrecept de ware toedracht. Niet alleen alledaagse ongemakken zoals tandpijn,
blijven de klachten eerder vaag. Dan valt enkel tussen de regels af te leiden over welke ziekte het gaat of verraden
aan bod. Soms worden we zeer gedetailleerd ingelicht over de gezondheidstoestand van de correspondent, soms
het aan zichzelf verplicht een betere constitutie te hebben. In de briefwisseling komen de kwalen op allerlei manieren
de tijd en mogelijkheid heeft om ziek te zijn en in bed te blijven, wordt het vaakst getroffen. Dienaren en boeren zijn
De frequentie van het woord ‘ziekte’ in de correspondentie weerspiegelt de sociale status van de betrokkenen. Wie
het minste kwaaltje levensbedreigend zijn.
prominente plaats toekennen in hun leven, is niet verwonderlijk. Omdat de geneeskunde nog niet op punt staat, kan
bewaard in het Archief de Bergeyck. Dat de bewoners van Cortewalle, hun verwanten en kennissen gezondheid zo’n
De gezondheid is - naast geldzaken en familiale nieuwtjes - hét gespreksonderwerp bij uitstek in de vele brieven
ZIEKTEN
15
veroorzaakt door een te hoog urinezuurgehalte in het bloed.
wetenschappers de ware toedracht van het ontstaan van jicht. Het is een reumatische aandoening die wordt
jicht uit de zeventiende en de achttiende eeuw. Pas in het midden van de negentiende eeuw achterhalen
veroorzaker van hun kwaal en zijn daarom vaak het mikpunt van spot. Hiervan getuigen de talrijke spotprenten over
aan een liederlijk leven, overmatig alcoholverbruik en copieuze maaltijden. Jichtlijders worden dus zelf aanzien als de
stapelt zich dan op in de gewrichten en veroorzaakt daar pijnlijke ontstekingen. Van meet af aan schrijft men jicht toe
gevormd. Bij overproductie zakt het af naar de romp en de ledematen onder invloed van de zwaartekracht. Dit slijm
Hippocrates. Artsen geloven eeuwenlang dat jicht een gevolg is van een teveel aan slijm dat in de hersenen wordt
Jicht duikt voor het eerst op in de vijfde eeuw voor Christus in de geschriften van de Griekse geneesheer
Joannes de Visscher fataal.
afkomstig is van flerecijn of jicht. De kwaal tast zijn armen, handen, knieën en voeten aan. Vermoedelijk wordt dit
Uit de briefwisseling blijkt dat Joannes de Visscher tijdens zijn leven lijdt aan jicht. Hij omschrijft het als flesyn wat
met minstens drie kinderen: Anna, Joannes Balthazar en Catharina.
Antwerpen. Ze komen pas terug in 1585 nadat de stad opnieuw in Spaanse handen is. Het gezin is dan al uitgebreid
echtgenote de Spaanse vorst en de katholieke godsdienst trouw wensen te blijven, ontvluchten ze een tijdlang
huwt hij met Catharina de Longin [+1600] die stamt uit een roemrijk geslacht. Omdat Joannes de Visscher en zijn
Hemiksem. Hij maakt carrière in de Antwerpse stadsmagistratuur onder meer als schepen en keurmeester. In 1572
Joannes de Visscher wordt in 1551 geboren als zoon van Theodorus de Visscher en Adriana van Horne van
[1551-1619]
Joannes de Visscher
en in onhygiënische omstandigheden.
16
overlevingskans na een amputatie is klein, want tot halverwege de negentiende eeuw gebeurt dit zonder verdoving
Infecties leiden op termijn tot gangreen. De enige oplossing bij het afsterven van een ledemaat is amputatie. De
vormen een veel groter gevaar. De patiënt heeft dan immers een open wonde die makkelijk geïnfecteerd raakt.
met de nodige rust en het goed spalken van het gebroken lichaamsdeel kan de patiënt genezen. Open beenbreuken
Beenbreuken zijn eeuwenlang levensbedreigend. Gewone beenbreuken veroorzaken inwendige bloedingen, maar
gevolgen van zijn beenbreuk.
gezamenlijk testament op. Op 28 december 1640 sterft Joannes Balthazar de Visscher op zestigjarige leeftijd aan de
toestand van Joannes Balthazar achteruit. Op 4 december 1640 maakt hij samen met zijn vrouw Cornelia een
prions a Dieu vous donner de bref garison. A Valenciennes, ce XVIII novembre 1640. Alle gebeden ten spijt gaat de
toont hierover zijn bezorgdheid in een brief: Il nous deselait grandement de la rompure de vostre jambe. Pour nous
In de herfst van 1640 blijkt Joannes Balthazar een beenbreuk opgelopen te hebben. Mathias Bracque, een familielid,
krijgen drie zonen: Willem Benedictus [°1624], Joannes Balthazar [°1626] en Jacobus Vincentius [°1628].
volgt de benoeming tot commissaris van aanmonstering. Datzelfde jaar huwt hij met Cornelia de Norman [+1655]. Ze
verblijft hij een tijdlang aan de ambassade in Rome, wordt vervolgens officiaal in het staatssecretariaat en in 1623
de Longin [+1600], beiden telgen uit respectabele families. Hij start een carrière binnen de staatsambtenarij. Zo
Joannes Balthazar de Visscher wordt in 1580 geboren als zoon van Joannes de Visscher [1551-1619] en Catharina
[1580-1640]
Joannes Balthazar de Visscher
17
dij dencken dat hij geluchich is mits hij dit droef leven ontslagen is.
melancolijck was [ick weet nochtans dat hij in sijn roep te vrede was] en nu hij is seer wel gestorven soo moecht
schrijft zijn moeder de volgende troostende woorden: Ick hoore nu met verwonderinge dat hij boven maten
een zware ziekte op 9 maart 1655 om negen uur voor de noen. Hij is dan amper zevenentwintig jaar. Abt de Velasco
Grimbergen meldt per brief aan zijn moeder Cornelia de Norman dat Jacobus Vincentius de Visscher is overleden na
Jacobus Vincentius de Visscher maakt op 4 december 1650 zijn testament op. Een van de paters van de abdij van
aan neerslachtige buien. Misschien omdat het religieuze leven hem enigszins is opgedrongen?
in 1647. Hij belandt in de premonstratenzerabdij te Grimbergen. Daar blijkt Jacobus Vincentius regelmatig te lijden
biedt extra glans aan het geslacht de Visscher. Jacobus Vincentius krijgt zijn eerste tonsuur van de Gentse bisschop
Hij treedt toe tot de geestelijke stand en wil zelfs priester worden wat bij zijn familie op bijval kan rekenen, want dat
Jacobus Vincentius naar het klooster. Jacobus Vincentius de Visscher loopt school bij de jezuïeten.
naturel' bijbrengen, want hij heeft quade gewoonten. Wanneer zijn tante om gezondheidsreden naar Aken trekt, gaat
Vincentius gaat een tijdje bij zijn tante Catharina de Visscher, een begijntje, wonen. Zij moet hem civiliteit en goet
wangedrag. Zijn moeder Cornelia de Norman weet zich geen raad meer met haar jongste zoon en Jacobus
sterft. Voor de lievelingszoon van Joannes Balthazar is dit een hele schok en hij reageert zijn verdriet af met
het levenslicht op 5 april 1628. Jacobus Vincentius’ jonge leven wordt grondig verstoord wanneer zijn vader in 1640
Jacobus Vincentus [Bonitius] is de derde zoon van Joannes Balthazar de Visscher en Cornelia de Norman. Hij ziet
[1628-1656]
Jacobus Vincentius de Visscher de Celles
verwondingen opgelopen in het heetst van de strijd.
18
generatie sneuvelt één van de zonen eervol op het slagveld of wordt hij het slachtoffer van de gevolgen van
regiment dat hij leidt. Dit weerspiegelt zich in de familiegeschiedenis van de graven de Bergeyck. In bijna elke
tweede helft van de achttiende eeuw wordt een edelman geacht het grootste deel van zijn tijd door te brengen bij het
familie functies in de hoge ambtenarij en in het leger. Een militaire loopbaan is niet zonder risico, want zeker vanaf de
Het geslacht de Brouchoven de Bergeyck is hiervan een typisch voorbeeld. Generatieslang bekleden de leden van de
kopen. Niet verwonderlijk dus dat de adel sleutelposities binnen de hogere rangen bekleedt.
via snel opwerken, soms verkrijgen ze reeds vroeg een hogere graad of zijn ze in staat meteen een eigen regiment te
in een militaire omgeving. Een militaire carrière biedt edellieden mooie vooruitzichten. Niet alleen kunnen ze zich via
ontwikkeld eergevoel. Bovendien is het adellijk netwerk een niet te onderschatten factor om efficiënt te functioneren
loopbaan om zich te onderscheiden en de vorst te dienen. De adel kenmerkt zich namelijk onder meer door een sterk
beloond worden [het ontstaan van de ‘nieuwe’ adel]. De hoge adel kiest daarom nog nadrukkelijker voor een militaire
adellijke maar goed opgeleide mannen het centrale bestuur op zich nemen en daar vaak met een adellijke titel voor
In de zeventiende en achttiende eeuw komt de ‘oude’ adel ambtelijk in de verdrukking omdat steeds meer niet-
rechtvaardigen.
Dienstbaarheid aan de vorst en de dynastie blijft voor edellieden een noodzaak om hun eigen adellijke status te
In vele adellijke families heerst de traditie dat enkele mannelijke telgen kiezen voor een carrière in het leger.
GESNEUVELDEN
19
gezin van Jan de Brouchoven de Bergecyk en Livina de Beer afscheid nemen van de toekomstige pater familias.
zijn neef Hyacinthus Josephus sneuvelt. Voor de tweede maal in nog geen jaar tijd moet het nieuw samengestelde
geallieerden. In augustus 1709 laat Joannes Philippus de Brouchoven de Bergeyck er in Bergen het leven bij. Ook
Successieoorlog betrokken bij de verdediging van Bergen en Doornik. De Fransen delven er het onderspit tegen de
Philippus als luitenant-kolonel van zijn eigen cavalerieregiment in Spaanse dienst tijdens de Spaanse
aan het jezuïetencollege in Mechelen en schrijft zich in 1703 in aan de Leuvense universiteit. In 1709 raakt Joannes
de Bergeyck met wie ze in 1685 is hertrouwd na de dood van Gerard van Vilsteren. Joannes Philippus volgt studies
In 1686 ziet Joannes Philippus het levenslicht als eerste kind van Livina Maria de Beer en graaf Jan de Brouchoven
konvooi. Carolus van Vilsteren is bijgezet in de familiegrafkelder in de Sint-Machariuskerk te Laarne.
Een van de slachtoffers is baron Carolus van Vilsteren. Hij raakt dodelijk gewond tijdens de aanval op een Engels
confrontatie met de Franse vijand. Een korte, maar krachtige strijd leidt tot een aanzienlijk verlies van mensenlevens.
belegeren. Nabij het kasteel van Wijnendale [in de buurt van Torhout] komt het op 28 september 1708 tot een
ook Oostenrijk en Pruisen] woedt volop. De troepen van de Grote Alliantie maken zich klaar om de stad Rijsel te
deux couronnes] en anderzijds de zeemogendheden Engeland en de Verenigde Provinciën [de Grote Alliantie met
datzelfde jaar slaat het noodlot toe. De Spaanse Successieoorlog tussen enerzijds Frankrijk en Spanje [de union des
op tot hoge officier in Spaanse dienst met een eigen regiment dat in 1708 te Valenciennes geschouwd wordt. Nog
[1656-1741] en haar eerste echtgenoot Gerard van Vilsteren, baron van Laarne [1615-1683]. Carolus klimt al gauw
Carolus van Vilsteren wordt geboren in 1676 of 1677 als tweede kind en oudste zoon van Livina Maria de Beer
[1676 of 1677-1708] en [1686-1709]
Carolus van Vilsteren en Joannes Philippus de Brouchoven de Bergeyck
pour l’autre monde. 20
Josephus’ inkomsten aangewend mogen worden om kosten te dekken quil y a pres de deux ans que il est partit
overlijden van Ferdinandus Josephus. Op 23 januari 1760 laat hij aan zijn rentmeester weten dat Ferdinandus
hem is bewaard, heeft Nicolaas Josephus het - naast de standaardformule feu mon fils - één keer expliciet over het
zevendertigjarige leeftijd. In één klap verliest hij dus twee volwassen kinderen. In het beperkte aantal brieven dat van
Josephus, sterft Joannes Baptist, Nicolaas Josephus’ oudste zoon én zijn opvolger als hoofd van de familie, op
sterven voor hun tweede levensjaar. Op 18 januari 1758, nog geen twee weken voor het overlijden van Ferdinandus
Voor zijn vader Nicolaas Josephus is dit opnieuw een zeer traumatische gebeurtenis. Vier van zijn elf kinderen
heeft opgelopen tijdens de Slag bij Leuthen en de slechte leefomstandigheden in het leger zijn hem fataal geworden.
in het plaatsje Leitmeritz of Litomerice, sterft Ferdinandus Josephus op 31 januari 1758. De verwondingen die hij
Silezië te behouden. De gehavende Oostenrijkse strijdmacht trekt zich terug in Bohemen. In die regio, meerbepaald
ongewone strategie verslaan de Pruisen hun tegenstanders in amper drie uur tijd. Ze slagen er zo in de controle over
nederlaag tegen de Pruisische strijdmacht van Frederik de Grote. Met een verrassingsaanval en een voor hen
uitgevochten op 5 december 1757. De Oostenrijkers onder leiding van Karel van Lotharingen lijden hier een pijnlijke
Vermoedelijk neemt Ferdinandus Josephus tijdens de Zevenjarige Oorlog deel aan de Slag bij Leuthen die wordt
Mechelse jezuïetencollege en neemt dienst in het Oostenrijkse leger.
Brouchoven de Bergeyck [1691-1765] en Maria Charlotte de Visscher de Celles [1701-1742]. Hij loopt school in het
Ferdinandus Josephus wordt geboren op 23 maart 1722 als tweede zoon van graaf Nicolaas Josephus de
[1722-1758]
Ferdinandus Josephus de Brouchoven de Bergeyck
21
ouderdom van 22 jaar! Hij was ridder in de Leopoldsorde en vereerd met het oorlogskruis.
door zijne begeestering mede: de vijandelijke stellingen vallen, maar een granaatscherf treft hem en hij sterft, op den
voetvolk het stormsein gegeven. Zooals naar gewoonte staat de Bergeyck aan de spits zijner mannen en sleept ze
te drijven. Zijn peleton maakte deel uit van de eerste aanvalsdrom: na een geweldige beschieting wordt voor het
Het bataljon van René de Bergeyck stond vooruitgeschoven met opdracht den vijand achter het afleidingskanaal terug
gesneuvelde oud-leerlingen wijdt, beschrijft rector Rutten de dood van René de Brouchoven de Bergeyck als volgt:
In de herinneringsbrochure Voor Vrijheid en Recht dat het Onze-Lieve-Vrouwcollege van Antwerpen aan zijn
bij de strijd om het afleidingskanaal van Zomergem-Boven door een granaatscherf geraakt. Hulp kan niet meer baten.
enthousiast aan zijn campagne aan het front. Onder een zwaar Duits bombardement wordt René op 31 oktober 1918
Op 25 maart 1917 wordt René de Brouchoven de Bergeyck ingedeeld bij het vierentwintigste Linieregiment. Hij begint
opleidingen in Auvours en Bayeux in Normandië begeleidt hij tot maart 1917 in Auvours de nieuwe rekruten.
Belgische leger. Toch meldt hij zich pas in mei 1915 via het Belgisch gezantschap in Den Haag als vrijwilliger aan. Na
Als in 1914 de Eerste Wereldoorlog losbarst, is René net negentien. Hij wenst onmiddellijk dienst te nemen in het
Brouchoven de Bergeyck, senator en kasteelheer van Cortewalle.
Louis de Brouchoven de Bergeyck en Maria Moretus Plantin. Hij is bovendien het oudste kleinkind van Florimond de
Graaf René de Brouchoven de Bergeyck, geboren op 29 april 1895 te Antwerpen, is het oudste kind van gouverneur
[1895-1918]
René de Brouchoven de Bergeyck
omgevingsfactoren en van een flinke portie geluk …
22
Oud worden is - vroeger nog veel meer dan nu - een kwestie van genetische voorbeschikking, van
overschrijden.
vruchtbare periode voor de vrouw - had overleefd, stijgen zijn kansen sterk om de gemiddelde levensverwachting te
laten. Eens de mens enkele kritieke levensfases - het eerste levensjaar, de kindertijd, oorlogstijd voor de man en de
actuele cijfers - ruim zevenenzeventig jaar voor een man en ruim vierentachtig jaar voor een vrouw - ruim achter zich
levensverwachting waartegen ze bij hun geboorte statistisch aankeken. Meer nog. Zelfs vandaag zouden ze de
Het Archief de Bergeyck bewaart documenten van mannen en vrouwen die veel langer hebben geleefd dan de
levensverwachting naar ongeveer achtenveertig jaar.
tot achttiende eeuw ligt het gemiddelde van de levensduur in de buurt van vijfendertig jaar. Rond 1900 stijgt de
In de middeleeuwen is de gemiddelde levensverwachting van de mens ongeveer vijfentwintig jaar. Van de zestiende
halen.
spiegel van het leven in het verleden tonen, hebben ook sommigen onder hen het geluk gekend een hoge leeftijd te
en een gezegende leeftijd te bereiken. Aangezien de hoofdrolspelers in het Archief de Bergeyck samen een mooie
in het verleden slagen mensen erin om gespaard te blijven van ernstige gezondheidsproblemen of ze te overwinnen
Niet alle overlijdens zijn te wijten aan ziekte, kraambed- of kindersterfte, ongevallen of oorlogsomstandigheden. Ook
OUDERDOM
23
Predikherenkerk, tegenwoordig de Sint-Pauluskerk te Antwerpen.
Isabella Maria Van den Greyn overlijdt op vierentachtigjarige leeftijd en wordt op 28 juni 1733 begraven in de
dochtertjes in huis. De laatste jaren van haar leven brengt zij dicht bij haar kinderloze dochter Maria Magdelena door.
verder en neemt bij de vroege dood van haar dochter Charlotte en diens man Maximinus Goubau hun twee oudste
Isabella Maria Vanden Greyn voedt na de dood van haar man de twee nog minderjarige kinderen op, zet de firma
Meer dan zestig jaar echter leidt hij een handelsfirma.
Franciscus Bouwens’ lange leven valt in twee episodes uiteen: één als vrijgezel en één als echtgenoot en huisvader.
getuige daarvan zijn brievenboek waarin hij tot enkele weken voor zijn dood zijn uitgaande brieven kopieert.
bereiken. Franciscus blijft als hoofd van een jong gezin tot het einde van zijn leven in 1703 actief handel voeren:
Franciscus Bouwens en Isabella Maria Vanden Greyn krijgen negen kinderen, waarvan er vijf de volwassen leeftijd
Isabella Maria Vanden Greyn, drieëntwintig op haar trouwdag, stamt net als haar bruidegom uit een handelsgeslacht.
In 1671, op vijftigjarige leeftijd, huwt hij met Isabella Maria Vanden Greyn. Het paar neemt zijn intrek in de Swane.
Antwerpen [nu de Graanmarkt].
met zijn jongere broer Thomas luxeproducten in de Swane, het ouderlijk huis aan de Brabantse Koornmarkt te
Franciscus geassocieerd in een handelshuis met één van zijn oudere broers. Dertig jaar later verhandelt hij samen
handelsopleiding, vermoedelijk te Parijs. Zijn tweelingbroer Carolus wordt jurist. In het begin van de jaren 1640 is
Simon Bouwens en de handelsdochter Charlotte de Letter. Geheel volgens de familietraditie geniet hij een
Franciscus is het achtste of negende [hij is de helft van een tweeling] van de twaalf kinderen van de jurist-handelaar
[1621-1703] en [1648 – 1733]
Franciscus Bouwens en Isabella Maria Vanden Greyn
de gezegende leeftijd van vierentachtig jaar. 24
Op 28 april overlijdt gravin Livina Maria - reeds vijftien jaar weduwe en nog steeds de baas over haar huishouden - op
uitgaven van haar huishouden te noteren. Ze gunt ons zo een unieke blik in haar materiële leefwereld.
Gedurende bijna vijftig jaar neemt gravin Livina Maria elke ochtend plichtsbewust de ganzenveer ter hand om alle
uitgebreide huishouding. Een goed draaiende ménage is de trots en waardigheid van de vrouw des huizes.
Gravin Livina Maria staat als managerial mistress aan het hoofd van een nieuw samengesteld gezin en een
high society.
van de graaf de Bergeyck verhuist het gezin regelmatig, ook naar het buitenland. Overal maken ze deel uit van de
Josephus [°1691], Maria Catharina [°1693], Maria Theresia [°1695] en Claro [1698-1703]. Omwille van de loopbaan
kinderen: Joannes Philippus [°1686], een onbekend kind [1688-1689], Josephus Hyacinthus [1690-1691], Nicolaas
van Financiën en Oorlog en plaatsvervangend landvoogd. Met de graaf de Bergeyck krijgt Livina Maria nog zeven
[inter]nationale carrière in de staatsambtenarij een hoge vlucht neemt met functies als thesaurier-generaal, minister
ze met de ambitieuze graaf Jan de Brouchoven de Bergeyck [1644-1725], een weduwnaar met een dochter, wiens
Gerard van Vilsteren. Livina Maria is dan hoogzwanger van haar vierde kind, Jacobus Josephus. In 1685 hertrouwt
van Laarne. Al snel volgen kinderen: Maria Johanna [°1676], Carolus [°1677] en Anna Lucia [°1680]. In 1683 overlijdt
In 1675 huwt Livina Maria met de veel oudere kinderloze weduwnaar Gerard van Vilsteren [ca. 1615-1683], baron
meisje krijgt de naam Livina Maria. Vader is Nicolaas Ignatius de Beer [+1660], baron van Meulebeke.
Op 11 september 1656 schenkt Anna Maria de Caluwaert [+1679] het leven aan haar zesde [en laatste] kind. Het
[1656-1741]
Livina Maria de Beer
25
een belangrijke rol in het vlot verloop van de trip. Meermaals worden reizigers onderweg ziek.
vaak als bedelaars of ze zoeken bescherming van hogerhand. De gezondheid van de reiziger zelf speelt eveneens
zijn van het feit dat ze een doelwit vormen voor struikrovers en bandieten. Daarom vermommen rijke reizigers zich
Dan is er nog de menselijke factor. Reizigers - of ze nu alleen reizen of in konvooi - moeten zich voortdurend bewust
zoals water of bergen die overbrugd moeten worden.
Paarden moeten steeds in optimale conditie zijn om de reis aan te vatten. Er zijn uiteraard ook natuurlijke elementen
assen en kapotte wielen zijn dagelijkse kost en door putten en kuilen komt de koets regelmatig vast te zitten.
zijn oog op de weg te houden. De veranderde weersomstandigheden beïnvloeden de staat van de weg. Gebroken
[ver]harde bovenlaag en zijn voorzien van een vorm van afwatering aan beide kanten. De koetsier dient voortdurend
verwarming voorzien. Lange reizen ondernemen in wintertijd betekent kou lijden. De beste wegen hebben een
koets is verre van comfortabel: ondanks de luxueuze uitvoering conform de stand van de reiziger is binnenin geen
Reizen is in een tijd zonder gemotoriseerde voertuigen, geasfalteerde en verlichte wegen geen sinecure. Een reis per
ze zich om professionele redenen - al dan niet definitief - in een vreemde en verre stad.
Bergeyck voortdurend onderweg. Vaak verblijven ze korte tijd in het buitenland, maar in een aantal gevallen vestigen
Omwille van hun functies in de handel of in de [inter]nationale ambtenarij zijn de archiefvormers van het Archief de
STERVEN IN HET BUITENLAND
26
Hellemans en de verwezenlijkingen van Willem en Antonius voor Venetië.
vandaag herinnert in deze kerk een massief marmeren grafmonument aan de verwezenlijkingen van alle broers
dood worden ze overigens begraven in de kerk van Santa Maria Formosa, die net naast hun woning staat. Tot op
Willem en Anton verblijven het grootste gedeelte van hun leven in Venetië en verkrijgen er het burgerrecht. Na hun
huis heeft dan ook twee gevels.
gebroeders Hellemans aan een kanaal, wat het laden en het lossen van de handelswaar sterk vergemakkelijkt. Het
eeuwse Venetië het kloppend hart van de internationale handel. Zoals elk groot handelshuis, ligt ook dat van de
groot hotel aan het Campo Santa Maria Formosa. Nu een ietwat vergeten en vervallen plein, in het zeventiende-
Willem [Guillelmo] en Antonius vormen de Venetiaanse connectie van de familie Hellemans. Ze wonen er in een
Karel in Constantinopel en ten slotte Willem en Anton in het bijhuis te Venetië.
van de firma in andere aanzienlijke wereldhandelssteden: Arnout in Hamburg, Frans in Sevilla, Jan Baptist in Parijs,
kransje van de twaalf rijkste Antwerpse families. De zes andere broers treden op als belangenvertegenwoordigers
De firma doet meer dan goede zaken. In de zeventiende eeuw behoort de familie Hellemans tot het exclusieve
edelstenen en parels. Het hoofdhuis is gevestigd in Antwerpen waar het aanvankelijk geleid wordt door Pieter junior.
Europees handelshuis van formaat uit. De firma Cie. Hellemans is gespecialiseerd in het verhandelen van diamanten,
In de zestiende eeuw bouwen de zeven zonen van Pieter Hellemans [de Oude] en Catharina van Santvoort een
[+1593] en [+1582]
Willem en Antonius Hellemans
27
Toulouse begraven ligt, maar zijn hart zou rusten in het graf van zijn ouders in de Sint-Gummaruskerk te Lier.
bene in het land van de aartsvijand - op 13 november. Het verhaal gaat dat zijn lichaam in de Sint-Etiennekerk van
onderweg is. Wanneer hij in 1681 van Madrid naar de Zuidelijke Nederlanden terugkeert, sterft hij in Toulouse - nota
Zijn professionele bezigheden zorgen er voor dat Joannes Baptist de Brouchoven de Bergeyck voortdurend
op. In 1676 wordt hij benoemd tot graaf de Bergeyck.
of buitengewoon gezant. Zijn dienstbaarheid aan de Spaanse vorst levert hem in 1665 de titel van baron de Bergeyck
in de Hoge Raad van de Nederlanden en Bourgondië te Madrid en is hij werkzaam in de diplomatie als ambassadeur
de Raad van Financiën. Hij wordt ook superintendant voor de aanmonstering. In 1663 krijgt hij een zetel als raadslid
[1650], raadsheer en contador van de krijgsmacht [1651]. In 1665 volgt de aanstelling tot raadsheer en kommies in
achtereenvolgens schepen [1643-1644] en thesaurier van Antwerpen [1648-1649], commissaris van aanmonstering
Joannes Baptist de Brouchoven de Bergeyck maakt carrière op nationaal en internationaal niveau. Hij wordt
huwelijk blijft kinderloos.
Joannes Baptist de Brouchoven de Bergeyck hertrouwt in 1674 met Maria Francisca d’Ennetières [+1700]. Dit
schilder Petrus Paulus Rubens. Ze huwen in 1645 en krijgen samen zes kinderen. Helena Fourment sterft in 1673.
de Bergeyck ingeschreven als poorter van Antwerpen. Hij leert er Helena Fourment [°1614] kennen, de weduwe van
de katholieke Zuidelijke Nederlanden en vestigt zich in Lier. Sinds 29 april 1642 staat Joannes Baptist de Brouchoven
Brouchoven [1580-1638] en Catharina Maes [+1660]. Met de Val van ’s Hertogenbosch in 1629 vlucht het gezin naar
Joannes Baptist wordt geboren in ‘s Hertogenbosch op 17 september 1619 als oudste kind van Gerard de
[1619-1681]
Joannes Baptist de Brouchoven de Bergeyck
28
hoop, want nog diezelfde dag wordt James Dormer getroffen door een beroerte die hem fataal wordt.
Hij krijgt de laatste sacramenten toegediend. Een dag later, op 24 oktober 1758, lijkt James aan de beterhand. IJdele
afwezig. In Londen vreest Jacobus Albertus voor het leven zijn vader, want James heeft hoge koorts en is verward.
rusten en bovendien heeft hij lichte koorts. Toch schepen ze in naar Engeland. Tijdens de bootreis is James erg
is James zo uitgeput dat hij moet bijslapen. Vader en zoon reizen verder door in Zeeland. James moet onderweg
Oostenrijkse regering naar Engeland. Al snel gaat het niet goed met James’ gezondheid. Bij aankomst in Vlissingen
In oktober 1758 vertrekt James Dormer in het gezelschap van zijn zoon Jacobus Albertus op speciale missie voor de
[1710-1781]. Zij schenkt hem nog twee kinderen, maar enkel Maria Elisabeth [1739-1799] groeit op.
tweede kraambed in 1737 wordt haar én haar kind fataal. James hertrouwt in 1738 met Joanna Theresia Goubau
James huwt twee maal. Zijn eerste echtgenote Maria Magdalena Emtinck bevalt in 1736 van Jacobus Albertus. Het
publieke verzekeringscompagnie op aandelen in de Oostenrijkse Nederlanden op te richten.
tussenpersoon in de diamanthandel en biedt bankdiensten aan. In 1754 verkrijgt James een octrooi om de eerste
houdt hij zich bezig met verschillende aspecten van het zakenleven. Hij verhandelt goederen, fungeert als
van de Oostendse Compagnie naar Kanton. In 1733 vestigt James zich te Antwerpen. Geheel in de geest van die tijd
Nederlanden. Hij volgt een handelsopleiding bij Prosser en Porter in Brugge. In 1732 reist hij met de Duc de Lorraine
Met een kleine som geld op zak beproeft hij na de dood van zijn vader in 1728 zijn geluk in de Oostenrijkse
huwelijk van katholieke Lord Charles Dormer [1668-1728] en diens tweede echtgenote Elisabeth Biddulph.
James Dormer ziet op 6 december 1708 te Idworth [Southampton] het levenslicht als tiende kind uit het tweede
[1708-1758]
James Dormer
29
Een deel van de bemanning overleeft de reis dan ook niet. Maar het kan ook erger. Soms vergaat een volledig schip.
gevaar. Woeste zeeën, veranderende weersomstandigheden en ziekten aan boord zijn maar enkele voorbeelden.
naar overzeese gebieden neemt maanden in beslag. Onderweg wordt de bemanning geconfronteerd met allerlei
tijde van de grote compagnieën in de zeventiende en achttiende eeuw een heuse onderneming. Reizen per schip
Het andere verhaal belicht een minder alledaagse doodsoorzaak: schipbreuk. Handelsexpedities per schip zijn ten
heilige in het openbaar vereerd mag worden.
Hierbij spelen verschillende criteria een rol waaronder het verrichten van wonderen. Canonisatie houdt in dat de
verklaren. Aan de plechtige verklaring van de paus, de canonisatie, gaat een langdurig en uitvoerig onderzoek vooraf.
kennissen. De weldaden van de overledene doen haar verwanten stappen ondernemen om haar heilig te laten
Bij het ene verhaal is de overledene ook na haar dood nog ‘levendig’ aanwezig in het bestaan van haar verwanten en
jonge mensen. Twee sterfgevallen uit het Archief de Bergeyck gaan echter met speciale aandacht lopen.
Elk overlijden laat diepe sporen na of het nu gaat om kraambed- en kindersterfte, ziekte, gesneuvelden, oude of
BIJZONDERE STERFGEVALLEN
30
verzameld worden die de mirakels bevestigen en het graf moet misschien geopend worden.
overlijden in 1657 vertraagt de zaak. Een heiligverklaring heeft heel wat voeten in de aarde. Er moeten attestaties
er over nadenken om haar heilig te laten verklaren. Ze krijgen steun van de Gentse bisschop Triest, maar zijn
De weldaden van Margaretha de Backere maken indruk. In die mate zelfs dat haar verwanten nog tijdens haar leven
Bevere combineert een poeder met intensief bidden en geneest van de koorts.
miraculeuze wijze. Met haar wonderpap helpt Margaretha de Backere ook een zieke kloosterzuster. Isabeau de
vagevuur, gaat hij te biecht en te communie. Het slachtoffer houdt deze gecombineerde kuur vol en geneest op
tijdlang op zijn been te smeren. Op aanraden van Margaretha de Backere bidt de man voor de zieltjes in het
het slachtoffer. Ze geeft hem ook nog wat van diezelfde bruine pap mee naar huis met de opdracht dit nog een
godsvruchtige dame. Margaretha de Backere bereidt een bruine pap en wrijft die als een plaaster rond het been van
gewond is geraakt aan zijn knie. Geen enkele remedie helpt. Uiteindelijk wendt de gewonde man zich tot deze
Margaretha de Backere de hand heeft in een aantal miraculeuze genezingen. Zo geneest ze een man die dodelijk
Uit een brief van Franciscus van Honde[r]ghem van 14 oktober 1660, geestelijke bij de recoletten in Ieper, blijkt dat
Margaretha de Backere huwt met Nicolaas dela Tour. Na de dood van haar man leidt ze een zeer vroom leven.
Visschers. Ze woont zelfs een tijdlang in bij Willem Benedictus de Visscher de Celles en overlijdt in zijn huis.
met deze familie blijft onduidelijk. Wel staat vast dat Margaretha de Backere nauwe contacten onderhoudt met de de
Margaretha de Backere is één van de archiefvormers van het deelarchief de Visscher de Celles, maar haar relatie
(+1658)
Margaretha de Backere
31
tracht zich te redden op een vlot, maar verdrinkt in de woeste golven bevangen door het koude water.
van de lading weegt niet op tegen de vele doden. Een van de slachtoffers van deze schipbreuk is Walter Dormer. Hij
en gedroogd. Maar in werkelijkheid kan slechts een fractie van de Bengaalse vracht geborgen worden. Het verlies
Kirkwall, de hoofdstad van de Orkaden, te bereiken. De aangespoelde goederen worden zo veel mogelijk gewassen
te gaan halen, maar vergaan. Amper tien percent van de opvarenden kan zich redden door met een andere sloep
Orkaden. Het schip slaat te pletter op de klippen nabij North Ronaldsay. De sloep en de jol worden uitgezet om hulp
hoewel hij amper metingen verricht - dat hij onder de Noorse kust vaart. In werkelijk stevent de Suecia af op de
schip ten noorden van Schotland uit koers door de dichte mist. Vervangend kapitein Ayet denkt na twee dagen -
nog voor de afreis en een deel van de bemanning wordt ziek. Een teken aan de wand … In november 1740 raakt het
terugreis gaat het al van meet af aan mis. Het vertrek wordt uitgesteld door tolperikelen, kapitein Rattenburg sterft
kapitein Johannes Rattenburg - naar Banquibazar. In november 1739 komt het schip in Bengalen aan. Met de
vanuit Göteborg aan boord van de Suecia - een Oost-Indiëvaarder met een capaciteit van 685 ton onder leiding van
in Bengalen goederen aankoopt. Hij handelt ook voor eigen rekening. Op 25 januari 1739 vertrekt Walter Dormer
Als supercargo reist Walter meermaals mee met schepen van de Oostendse en de Zweedse Compagnie waarvoor hij
James (1708-1758) - die huwt met Joanna Theresia Goubau, de eigenares van Cortewalle - zal dit voorbeeld volgen.
aanspraak maken op het fortuin van zijn vader. Hij kiest voor een commerciële loopbaan. Walters jongere broer
Lord Charles Dormer (1668-1728) met Elisabeth Biddulph. Volgens het Engelse eerstgeboorterecht kan Walter geen
Walter (Watty) Dormer wordt geboren in 1701 als zesde kind (en vierde zoon) van het kroostrijke tweede huwelijk van
(1701-1740)
Walter Dormer
32
stem als maar meer laten horen, ook bij de vormgeving van het bidprentje.
begrafenisondernemer wordt de nieuwe hoofdredacteur met oog voor de noden en wensen van de klanten die hun
veel vroeger ingezet. Tijdens het Interbellum neemt de rol van de priester bij het samenstellen van prentje af. De
worden steeds meer vervangen door een foto van de overledene. Bij belangrijke personen heeft deze evolutie zich al
Pas in de twintigste eeuw krijgt het bidprentje algemeen een meer persoonlijk karakter. De symbolen op de voorzijde
moraliserend en onpersoonlijke eerbetoon aan de overledene te schrijven.
de inhoud van tekst die de facto onpersoonlijk moet zijn. Enkel geschoolden bezitten immers de verbale gave om een
Eeuwenlang bepalen de pastoor en een anonieme schrijver - ingeschakeld voor de bidprentjes van de hele parochie -
omstandigheden van het overlijden, het oproepen tot het gebed, herdenkingswoorden en dankbetuigingen.
achterzijde of binnenzijde bevat het merendeel van de tekst met de personalia van de betrokken overledene, de
De voorzijde van het bidprentje bestaat lang hoofdzakelijk uit symboolgeladen en visuele componenten. De
eeuw volgt de verspreiding op steeds grotere schaal.
en zielenzorg. In het begin van de achttiende eeuw worden bidprentjes voor het eerst gedrukt. Vanaf de negentiende
Bidprentjes ontstaan in de zeventiende eeuw bij Haarlemse ongehuwde vrouwen die zich bezighouden met zieken-
is immers niet te vereenzelvigen met de predestinatieleer van de gereformeerde kerken.
Bidprentjes komen wereldwijd voor, maar enkel in katholieke kring. Het bidden voor het zielenheil van de overledene
BIDPRENTJES
© cc Ter Vesten, 2008
Cortewalle te Beveren.
33
De tentoonstellingen lopen van 12 april tot en met 27 april 2008 in de Antoon Triestzaal en de de Bergeyckzaal van het kasteel
De catalogus werd samengesteld door Stefanie Audenaert en Carine Goossens.
Cultuurraad.
Beveren, de Grafische Dienst Beveren, Groendienst Beveren, het Rijksarchief Beveren en de Gidsenvereniging Beveren en de
samenwerking met de Erfgoedcel Waasland, de Hertogelijke Heemkundige Kring Het Land van Beveren vzw, het Gemeentearchief
erfgoedrealisaties werden samengesteld ter gelegenheid van Erfgoeddag 2008 met als thema Wordt verwacht. Ze kwamen tot stand in
cultuurcentrum Ter Vesten en het Archief de Bergeyck. Vaar[t]wel is een erfgoedproject van basisschool Sint-Rafaël. Beide
De tentoonstelling Tot in de eeuwigheid. Dood-gewone verhalen uit het Archief de Bergeyck is een productie van het
COLOFON
34
Familievereniging de Brouchoven de Bergeyck vzw
Zusters Onze-Lieve-Vrouw Presentatie Beveren
Omer Schroeyers Beveren
Denise De Smedt Beveren
Richard Willems Beveren
Luc Schelfhout Vrasene
Berlinda Brocken Melsele
Johan Terryn Lokeren
Hertogelijke Heemkundige Kring Het Land van Beveren
Stichting Jan Palfyn Gent
Huis Baeyens Antwerpen
Huis van Alijn Gent
MET DANK AAN DE BRUIKLEENGEVERS
36