Kaapstad, Namibië & Victoria Falls
Van 27 oktober tot 12 november 2007 ging de 7e editie van het Global Contacts Medisch Symposium door in Kaapstad en Namibië. Zoals voorheen zijn we er ook nu in geslaagd medische contacten, uitwisselingen en lezingen te combineren met een boeiende en gevarieerde reis.
Global Contacts Medisch Symposium 27 oktober - 12 november 2007
Brussel – Kaapstad – Hermanus Op zaterdag 27 oktober verzamelen we met 36 deelnemers in Zaventem. Frank en Brigitta hebben daags tevoren nog moeten afhaken. Ze waren gelukkig goed verzekerd met de door Global Contacts aanbevolen Business Executive polis van Mondial Assistance. Walter en Lydia zullen ons later in Swakopmund vervoegen. We vliegen met South African via Londen rechtstreeks naar Kaapstad waar we de volgende ochtend rond 10u00 probleemloos landen. Bart Cronje, een Afrikaans sprekende gids wacht ons op en met de bus rijden we via de panoramische kustweg langsheen Valsbaai naar Hermanus, het walvismekka van Zuid-Afrika. Onderweg stoppen we bij de pinguïnkolonie van Stony Point. Na 120 kilometer arriveren we tegen lunchtijd bij Bientang’s Cave waar we plaatsen hebben gereserveerd op het panoramaterras. De zon is van de partij en ook de walvissen laten niet lang op zich wachten. Het gaat om zuidkapers die van juni tot november de kustwateren van Zuid-Afrika opzoeken om er hun jongen te werpen en te paren. Moeders drijven met hun jong aan ons voorbij en sommige exemplaren springen iets verder weg uit het water en laten zich met veel geweld rugwaarts in de oceaan ploffen. Met tegengestelde seizoenen is het volop lente in oktober en de bloemenpracht langsheen de kustlijn nodigt uit tot een zonkoesterende wandeling waarbij nog meer walvissen, die men rustig kan observeren van op de rotskust, worden waargenomen. Een suikervogel nipt nectar van geelbloeiende speldenkussens, één van de vele proteasoorten die in het Cape Floral Kingdom voorkomen. Dat Cape Floral Kingdom, één van de zes botanische regio’s waarin de wereld is ingedeeld, beperkt zich tot het Kaapse Schiereiland met tal van endemische erica’s, fijnbos en protea’s. Iets verderop in Gansbaai kan je verblijven in het exclusieve Grootbos, een privé fijnbos en melkboomreservaat (zie elders in deze Nieuwsbrief). We houden het voorlopig iets bescheidener en betrekken het aangename Windsor Hotel van waaruit we de Indische Oceaan op de rotskust zien beuken. Het diner laten we vrij in één van de talrijke restaurants van het gezellige centrum van Hermanus. Met een goedkope rand krijg je voor weinig geld uitstekende gerechten en Zuid-Afrikaanse wijnen. Kaapstad Na een vroeg ontbijt rijden we naar Kaapstad waarbij we in de omgeving van de internationale luchthaven kilometerslange sloppenwijken langsheen de autostrade passeren. De dokters in het gezelschap worden verwacht in het publieke hospitaal Tygerberg voor een introductie door de sympathieke Dr. Müller en enkele lezingen door lokale collega’s over gezondheidszorg in Zuid-Afrika, gevolgd door een rondleiding in enkele gespecialiseerde afdelingen van dit kolossale ziekenhuis. Later wordt ook het Groote Schuur ziekenhuis bezocht waar dokter Barnard in 1967 de eerste harttransplantatie ter wereld lukte. De partners brengen een bezoek aan de Kirstenbosch Nationale Plantentuin, wondermooi gelegen aan de voet van de Tafelberg. Ondanks het mooie zonnige weer is die gehuld in zijn tafelkleed van wolken. Hevige wind maakt het bovendien onmogelijk om de Tafelberg te bestijgen met de kabellift. De zon nodigt uit tot een terrasje in het levendige Waterfront waar verouderde pakhuizen werden gerenoveerd tot een modern en uitnodigend uitgangscentrum met shopping malls, restaurants, caféterrassen en ook het aquarium ‘The Two Oceans’ dat een bezoek meer dan waard is. Voor een panoramisch overzicht over Kaapstad, gelegen in de Tafelbaai aan de voet van de Tafelberg, rijden we naar Signal Hill. Bij Greenpoint is men begonnen met de bouw van een nieuwe voetbaltempel die klaar moet zijn voor de Wereldbeker Voetbal in juni 2010. Daarna checken we in in het Courtyard Suite Hotel met ruime kamers en centrale gebouwen met typische Kaaps Hollandse gevels. We genieten er in een gemoedelijke warme sfeer van een welkomstdrankje, happy hour aperitieven en een wijndegustatie van het wijnhuis Van Looveren. Dineren doen we op het hoteldomein in het Wild Fig restaurant, genaamd naar de imposante vijgenboom die op de parking staat. Windhoek Om 5u45 heeft men speciaal voor ons een verzorgd ontbijtbuffet geregeld. We vliegen immers reeds om 8u15 naar Windhoek, de hoofdstad van Namibië. South African is bij inscheping vrij streng gebleken m.b.t. bagagebeperkingen en o.a. Francis en Nicole hebben moeten bijbetalen voor overgewicht. Zij kopen daarom in de luchthaven twee trolley’s om een gedeelte van hun bagage als handbagage mee te kunnen nemen. De ironie van het noodlot wil echter dat bij aankomst in Windhoek blijkt dat hun bagage – samen met die van een vijftal andere medereizigers – in Kaapstad is achtergebleven. Met de twee lege trolley’s en de hoop hun bagage zo snel mogelijk terug te zien betrekken we het luxueuze Windhoek Country Club Hotel. ’s Middags zijn de dokters te gast in Medi Clinic, een private instelling met exclusieve dienstverlening, groot contrast met de povere middelen die een publiek ziekenhuis als Tygerberg ter beschikking staan. De partners genieten van een vrije namiddag rond het zwembad, die gedeeltelijk door een zeldzame regenbui wordt verknald. ’s Avonds schuiven we aan bij het uitgebreide dinerbuffet van het hotel.
Sossusvlei Na het ontbijt verlaten we Windhoek en rijden we met Jean de Plessy, een gids met een behoorlijk macho-gehalte maar tegelijk toch wel een bekwame chauffeur, met een aangepaste bus over desolate pistes doorheen de Naukluftbergen, die deel uitmaken van de Namib-woestijn, naar het Sossusvlei-duinencomplex. We logeren er in luxetenten met uitzicht op de Tsarisbergen. Na de lunch stappen we over in vier terreinwagens voor een bezoek aan Sossusvlei. Duin 45 wordt door de dappersten onder het reisgezelschap beklommen op het ritme van de processie van Echternach. Het uitzicht over de oneindige duinenzee is oogverblindend. Het ijsgekoeld waterflesje aan het einde van de afdaling wordt gesmaakt als de beste wijn, althans tot onze dorst is gelest. Bij de eigenlijke Sossusvlei-duin zijn de kandidaten voor een beklimming minder talrijk. Jan trotseert de 325 meter hoge zandburcht met naar verluidt Luce in zijn kielzog, maar zij heeft alleen zichzelf zien klimmen. Luce wordt later mooi vereeuwigd door haar echtgenoot als nietig wezen in een oneindige, verdroogde en verscheurde korst van de duinpan zelf. In de schaduw van een kameeldoornboom worden nog meer frisdranken en gekoelde bieren met snacks geserveerd. We zien enkele springbokken, sierlijke gemsbokken met vervaarlijke hoorns, scherp als spiesen, en een schuwe jakhals. In de late namiddag bewonderen we het schaduwspel van de ondergaande zon op de breuklijnen van de immense duinenrijen. Tot zover verloopt alles organisatorisch perfect. We rijden terug naar de Sossusvlei Lodge en menig vrouwelijke medereizigster had onderweg graag een sanitaire stop ingelast. Een stop is echter voorzien in ‘the middle of nowhere’ waar we nutteloos moeten wachten bij een geïmproviseerde wastafel met gekoelde handdoekjes tot de voorbereidingen voor het sundowner aperitief klaar zijn. De locatie is wondermooi gekozen bij de zandstenen erosierotsen van de Tsarisbergen, die rood gloeien bij zonsondergang. De vonkelwijn sprankelt rijkelijk. Opnieuw wordt er getalmd en men rijdt ons doelloos rond een duin, in afwachting van een onvergetelijk ‘dinner under the stars’. Tafels en buffet worden midden de duinen met kaarslicht en fakkels belicht en creëren een sprookjesatmosfeer. Rond 22u00 eindigt een feeërieke dag in de romantische omgeving van onze luxetenten. De gebrekkige Afrikaanse timing kon de pret niet bederven. Swakopmund Na het ontbijt vervolgen we onze tocht in de Namib bergwoestijn in noordelijke richting. We passeren de Steenbokkeerkring en Kuisseb- en Gaubbergpassen, waarna we afdalen naar de Atlantische oceaankust. De weidse kustwoestijn wordt hier opgebroken door o.a. de geërodeerde Vogelfederberg waarop we een kleine wandeling maken. Een verrassingslunch met vonkelwijn, oesters en allerlei andere snacks, is opnieuw in openlucht voorzien aan de rand van Moon Valley, de droge rivierbedding van de Swakoprivier die hier een op een maanlandschap gelijkend dal heeft uitgeschuurd. In de vroege namiddag bereiken we Swakopmund, een Duits koloniaal stadje, waar we twee nachten verblijven in het Swakopmund Hotel, stijlvol ondergebracht in een voormalig treinstation. Een korte wandeling brengt u naar de onderkomen havenpier vanwaar je de zon ziet zakken in de Atlantische Oceaan. Sommigen hebben alles behalve spijt van een facultatieve panoramische vlucht over de Namib-woestijn met Sossusvlei en de Saltworks. Dineren doen we in het hotel zelf, opnieuw in buffetvorm en uiterst verzorgd. Morgenochtend is er keuze tussen twee activiteiten: een dolfijncruise of een quadbikeavontuur in de duinen van Swakopmund. Het gezelschap splitst zich op en beide teams vinden dat de anderen verkeerd hebben gekozen. Met de quads kon ieder op eigen ritme en zelfs bijna stapvoets en onder privé begeleiding (Nicole) de duinen appreciëren. De cruisegangers steken de loftrompet over flamingo’s, pelikanen, pelsrobben, dolfijnen, scheepswrakken, oesters en wijn, deze laatste waarschijnlijk oorzaak van hun soms lichte overdrijving. In de namiddag zijn er lezingen en een meeting gepland met lokale artsen die wordt afgerond met een informele receptie waarbij gedachten worden uitgewisseld. De partners kunnen in de Kristall Galerie terecht voor souvenirs en juwelen. Na twee dagen is ook de laatste reiskoffer van Johan terecht, een extra verjaardagsgeschenk. Het diner is vrij. Enkelen hebben een plaatsje kunnen bemachtigen in het populaire restaurant The Tug. Cape Cross – Twyfelfontein Vrij frequent voorkomende mist langsheen de Atlantische kust maakt dat het Cape Cross pelsrobbenreservaat pas opent voor het publiek om 10u00. We vertrekken daarom pas om 8u30 om de honderdtwintig kilometer te overbruggen. In deze periode van het jaar hebben de pelsrobben jongen en dat weten de jakhalzen ook. Zij zwermen met tientallen rond de kolonie en menig jong valt aan hen ten prooi. Dominante pelsrobbenmannetjes verdedigen hun harem tegen rivalen. Na de geboorte wordt er onmiddellijk gepaard en Jean-Pierre ontpopt zich tot specialist ter zake, tenminste in het fotografisch vastleggen van daden die het voortbestaan van de soort vrijwaren. Een aantal kruisen herinneren aan de eerste Europese landing van de Portugees Diego Cao in 1485. Dan rijden we terug het binnenland in, langs de 1.728 meter hoge Spitzkoppe en de Brandberg naar het tinmijnstadje Uis, waar ons de lunch wacht. We rijden nu in Damaraland, samen met
Kaokaveld het woongebied van de traditionele Himba’s en aanverwante Herero’s, met hun klassieke Victoriaanse kledij hun opgedrongen door Duits Lutheraanse missionarissen. Bandenpech zorgt voor nog meer confrontaties met lokalen. Water blijkt een kostbaar bezit in deze droge omgeving en is een welgekomen beloning voor enkele plaatselijke jongens die Jean helpen het wiel te verwisselen. Luce heeft intussen een locale winkel prullaria opgekocht, vooral zware stenen, waarmee ze Luc opzadelt tot aan de luchthaven. Misbruik van charme of werk van barmhartigheid? De bandenpech is nog net op tijd verholpen om nog een verkorte wandeling te ondernemen in de Twyfelfonteinvallei, voormalig woongebied van Bosjesmannen die er petrogliefen achterlieten. Omdat lokale gidsen meer oog hebben voor het sluitingsuur missen we mooie rotsformaties als ‘de leeuwenmuil’ en ‘de basaltkolommen’. De Twyfelfontein Lodge is wondermooi in de omgeving geïntegreerd. We dineren en overnachten er. Etosha Nationaal Park ’s Morgens bij zonsopgang appreciëren we het woeste decor van gespleten rotsen en kloven nog meer. De voormiddagtransfer naar het Etosha Nationaal Park levert reeds enkele schuwe kudu’s en ook giraffen. In Outjo doen we inkopen voor een picknick in het Okaukuejo Restcamp aan de westelijke ingang van het nationale park. Dat kijkt uit op een waterplaats waar springbokken, gnoes, zebra’s en gemsbokken komen drinken tijdens de (te) korte tijd die Jean ons gunt. We moeten immers nog een honderdvijftigtal kilometer afleggen door het park over pistes aan een maximale snelheid van 50 km/uur en onderweg stoppen we herhaaldelijk voor dieren, waaronder zelfs leeuwen en een neushoorn. Links van ons ligt de Etosha zoutpan, zowat 5.000 km² groot en die wordt enkel gevuld na goede regens. Nu is het één grote opgedroogde stoffige zoutvlakte. De meeste dieren kan je in deze periode van het jaar terugvinden rond talrijke natuurlijke en kunstmatige waterholes en dat merken we reeds als we enkele waterplaatsen bezoeken voor we de Namutoni Gate van het park verlaten. We logeren immers twee nachten in de Mokuti Lodge net buiten het park. Morgen gaan we op safari in open terreintrucks van de lodge. Een vroege ochtendsafari levert naast de algemene diersoorten ook enkele specials als black faced impala, damara dikdik en de white faced scops owl, die onze lokale gids voorheen nog nooit had gezien. Het Chudop-waterhole bleek weerom één van de beste wildobservatieplaatsen. Behoed voor leeuwen die in de schaduw van enkele bomen rusten, zien we kudu, eland, impala, gemsbok, wrattenzwijn, gnoe, oryx, giraffen en parelhoenders in één beeld. Een neushoorn heeft net het toneel verlaten. We keren terug voor een laat ontbijt naar Mokuti Lodge waarna we de warmste uren van de dag ontspannen doorbrengen aan het zwembad of met een wandeling bij de lodge. Blesbokken grazen op de gronden en je kan ook een slangentuin bezoeken. ’s Namiddags bezoeken we de Adoni-vlakten met geel bloeiende wilde granaatappels en termietenheuvels. We zien vooral gnoes en zebra’s. Nicole legde na het aanschouwen van een voor haar imposante zebrapiemel onmiddellijk haar huwelijksdatum vast. ’s Avonds worden de laatste lezingen gehouden en het congres afgesloten. Morgen noteren we immers het eerste afscheid. Acht bevoorrechten besloten tot een exclusieve verlenging: een vliegsafari vanuit Etosha naar Okavango, Moremi en Chobe, waar ze de deelnemers van een tweede verlenging opnieuw zullen vervoegen. Okapuka Game Ranch – Windhoek Na het ontbijt verlaten we Mokuti en rijden we over goede asfaltwegen via Tsumeb en Okahandja, waar we vluchtig een snack nuttigen, naar Okapuka Game Ranch, een 14.000 ha groot domein, veertig kilometer ten noorden van Windhoek. Deze voormalige veeboerderij werd omgebouwd tot een wildpark met luxe accommodatie. Tijdens de safari met open jeeps zien we giraffen, springbok, hartebeest en bezoeken we de kweekprogramma’s voor sabelantilopen en witte neushoorns. De safari eindigt met voederen van leeuwen. We dineren voortreffelijk op de ranch. De volgende voormiddag is gedeeltelijk vrij waarbij specialist Jean-Pierre het liefdesspel van crimson breasted shrikes, klapeksters met opvallend rode borst, kan vastleggen. Om 11u00 rijden we naar Windhoek voor een korte oriëntatie in het stadscentrum met het Reiter Denkmal, de Christuskirche en het Tintenpalast waar het parlement zetelt. We worden gedropt bij de souvenirmarkt op Independance Avenue, de centrale winkelstraat, voor een vrije lunch. We zijn op onze hoede voor pickpockets en toch wordt Raoul beroofd van zijn portefeuille. Gelukkig had ik ervoor gewaarschuwd de paspoorten in de bus te laten zodat de schade beperkt blijft tot enkele bankbiljetten en de administratieve rompslomp rond het blokkeren van bank- en kredietkaart. In de verkeersvrije Post Street zie je de Meteorenfontein, bestaande uit de 600 miljoen jaar oude Gibeon meteorieten (33 van in totaal 77 stuks van gemiddeld 348,5 kg). Zelf lunchen we in Ocean Basket, een keten van zeevruchtenrestaurants die zeer succesvol is in Zuidelijk Afrika. Om 17u20 vliegen we naar Johannesburg waar de deelnemers van het basisprogramma hun doorverbinding hebben naar Europa. Twintig anderen wachten nog mooie dagen in Victoria Falls (Zimbabwe) en Chobe (Botswana). Vandaag overnachten we in het Airport Garden Hotel. De afgesproken shuttlebus is vervangen door drie minibussen die ons slechts mondjesmaat overbrengen.
Victoria Falls – Chobe Na het ontbijt worden we nu meer georganiseerd teruggebracht naar de luchthaven voor de vlucht naar Victoria Falls waar we om 11u30 landen. Dat Mugabe zijn land terug naar de middeleeuwen heeft geleid valt reeds op bij de migratieformaliteiten: geen computers of enige informatica. Een duur visumvignet (45 USD) wordt handmatig in ons paspoort gekleefd en als ik de immigratieofficier vraag waar die centen heen gaan, lacht hij zonder commentaar veelbetekenend zijn witte tanden bloot. Voor de lunch rijden we naar het historische Victoria Falls Hotel, gelegen aan de spoorlijn Cairo – Kaapstad. Het straalt nog steeds de elitaire koloniale sfeer van weleer uit. De tuinen zijn mooi verzorgd met groene grasvelden, bougainvillea, frangipani, flamboyant, paarsbloeiende jacaranda’s, palmen en andere tropische planten. Met karige ingrediënten weet men toch een voortreffelijke lunch in elkaar te knutselen. We rijden naar de machtige Victoria watervallen, voor het eerst door een Europeaan aanschouwd in de persoon van David Livingstone. Over 1,7 kilometer breedte stort de Zambezi zich 90 tot 107 meter naar beneden in een kloof. Langs de Zambia-zijde van de Zambezi wordt het water afgetapt voor een Hydro-elektrische centrale en zijn de watervallen minder spectaculair. De watervallen zijn beschermd in een nationaal park van weelderig groen regenwoud met lianen en rood bloeiende ‘fire balls’. We zien er bavianen, een schuchtere duiker, trompetneushoornvogels en de paradijsvliegenvanger. Na ons bezoek rijden we naar de grenspost met Botswana in Kuzungula. In geen tijd en zonder kosten zijn we in Botswana. We dienen symbolisch onze voeten te vegen tegen mogelijke mond- en klauwzeerbacteriën. We verblijven te Kasane in de Chobe Marina Lodge aan de Chobe-rivier. We verblijven in mooie kamers, sommigen in familiechalets met onverantwoord ongelijke kamers en dat vergt enige reorganisatie die er pas komt na luidruchtige woordenwisseling met het management. Bij het heen en weer geloop loopt uw dienaar-verslaggever een scheurtje op in de Achillespees. De drankenservice bij het buffetdiner is de sterrenkwalificatie van de lodge niet waardig. ’s Anderendaags gaan we een hele dag op safari. ’s Ochtends boorden we een grote boot (privé) waarmee we de Choberivier afvaren en het talrijke wild van over het water bewonderen: nijlpaarden, krokodillen, puku, olifanten, wrattenzwijn, kudu… tal van watervogels, waaronder open billed stork, verschillende ijsvogels en schaarbekken. De namiddagsafari gebeurt met open jeeps en we zien nog meer olifanten, een grote kudde buffels en leeuwen bij hun prooi. Bij een stop in een mopanebos vluchten Annie en Hilde weg voor overal rondkruipende wormen, een proteïnerijke delicatesse voor de locale bevolking. De dag wordt als de apotheose van de week ervaren, de kers op de taart. Dat wordt ook beklonken, bezongen en bedanst tijdens en na het diner tot ongenoegen van een groep gedistingeerde noorderburen, die wellicht voor de eerste maal hun decibel-meerderen moeten erkennen in een groep Vlamingen. De laatste voormiddag in Chobe wordt ingevuld met een tweede boottocht nu met kleinere boten die de oevers intensiever kunnen bevaren. Dan volgt de transfer terug naar Victoria Falls waar we nu verblijven in de Victoria Falls Safari Lodge, in hout opgetrokken en met een open restaurant dat op een drinkplaats uitkijkt. Voor we er onze intrek namen passeerden we nog de fameuze curio souvenirmarkt met veel beeldhouwwerk en gepolijste stenen beelden waarvoor Zimbabwe bekend is. ’s Namiddags volgt een sunstcruise op de Zambezi, maar die hebben we ooit met de kleinschalige Ra Ikane in aangenamere omstandigheden en met betere snacks en dranken beleefd. We zien nog net olifanten de rivier oversteken en een overweldigende zonsondergang brengt iedereen nog eens in vervoering. Insecten houden sommigen nog een tijdje bezig in de kamer. Het wordt tijd dat we vertrekken want het regenseizoen kondigt zich aan. Johannesburg – Soweto Het vluchtschema vanuit Victoria Falls naar Europa voorziet een tussenstop in Johannesburg van zeven uur en daarvan maken we gebruik om het centrum van Johannesburg en Soweto te bezoeken. Reeds jaren geleden is het voormalige financiële en administratieve centrum opgegeven als kraakpand voor Afrikaanse vluchtelingen. De meeste multinationals hebben hun kantoren vandaag verplaatst naar het streng beveiligde Sandton. Vandaag is er duidelijk een herwaardering van het oude centrum aan de gang en een geleid bezoek is dan ook geen taboe meer. We bezoeken ook de zwarte woonwijk Soweto, ontstaan tijdens het Apartheidsregime als South Western Township dat in 1976 wereldwijd onder de aandacht kwam door de Soweto Uprising met massale protesten tegen het verplicht onderwijs in het Afrikaans en een golf van onrust en geweld, dat door het Apartheidsregime hardhandig de kop werd ingedrukt. Vandaag bestaat Soweto uit 87 gegroepeerde townships met meer dan 3 miljoen inwoners. We rijden er langsheen de voormalige woonhuizen van Nelson Mandela en aartsbisschop Desmond Tutu. We bezoeken er het Hector Peterson Memorial en Museum, genaamd naar het eerste dodelijke slachtoffer van de studentenrellen. Het richt zich vooral tegen de brutaliteit die door het Apartheidsregime werd gebruikt bij de repressie van studentenactivisten. Op het Freedom Square bezoeken we het pas geopende Walter Sisulu Memorial, waarin het Charter of Freedom staat afgebeeld, een gedragscode ontworpen door o.a. Mandela en Sisulu en die na 40 jaar aanvaard werd als basis van de moderne cosmopolitische Zuid-Afrikaanse grondwet. ‘There shall be peace and friendship between all human races’. Met deze boodschap zit de reis er nu helemaal op. Er rest ons alleen nog een probleemloze terugvlucht.