JUBILEUMKRANT
10 0 J A A R S O C I A L E WO N I N G B O U W I N O L D E N Z A A L
Iedereen van harte welkom op de expositie Pagina 4
Oud-Oldenzaler Herman Bode en zijn ‘Oalen Bond’ Pagina 4
Terugblik met Theo Oude Elberink Pagina 7
Gelderman’s invloed op de sociale woningbouw
D
Pagina 9
Woonmaatschappij WBO een expositie in de Geldermanstaete
e sociale woningbouw in Oldenzaal bestaat 100 jaar; in 1906 is de eerste Oldenzaalse woningbouwvereniging
‘Openbaar Belang’ opgericht. In dit kader organiseert
van 11 tot en met 24 november, waarvoor u van harte uitgenodigd wordt. Om dit jubileum te vieren, geven we daarnaast deze speciale jubileumkrant uit die huis aan huis wordt verspreid. Deze krant bevat achtergrondinformatie over de ontwikkeling van de sociale woningbouw in Oldenzaal in de afgelopen eeuw, en blikt tevens vooruit.
100 jaar sociale woningbouw in Oldenzaal
1901-1920
Wat mensen doen is wat mensen vragen
BETERE LEEFOMSTANDIGHEDEN!
In de periode vlak voor 1900 veranderde de rol van de centrale overheid, ten gevolge van de vele sociale misstanden in de maatschappij. Het welzijn van de burgers werd een zorg voor de overheid die via regelgeving de misstanden ging bestrijden. Met het totstandkomen van de woningbouwwet in 1901 werd de mogelijkheid gecreëerd om een groot probleem op te lossen. De woningwet gaf de mogelijkheid tot het beschikbaar stellen van rijkssubsidies aan gemeenten onder andere ten behoeve van ondersteuning van verenigingen die uitsluitend in het belang van de volkshuisvesting werkzaam zijn.
Vanaf die tijd gaan woningbouwverenigingen ervoor zorgen dat er woningen gebouwd worden die voldoen aan de eisen die er gesteld worden en die betaalbaar zijn voor mensen met een relatief beperkt inkomen. De eisen die aan fatsoenlijk wonen gesteld zijn, veranderden sterk in de tijd. Hoe gereageerd is op die steeds veranderende vraag van mensen wordt mooi geïllustreerd in de tentoonstelling in de Geldermanstaete. Het verleden is interessant om naar te kijken en boeiend om van te leren. Zo is te zien dat er een langlopend veranderingsproces plaatsvindt. De periode van grote woningnood is voorbij en het gaat nu niet alleen meer om het bouwen van grote aantallen. Sinds de negentiger jaren gaat steeds meer de vraag van het individu de nieuwbouwplannen bepalen terwijl daarvoor de productie veel gelijkvormige woningen opleverde. Die individualisering zet zich nog verder voort en omdat mensen flexibeler zijn
Harry Tossaint
geworden en er steeds minder familieleden in de buurt wonen, neemt de behoefte aan sociale samenhang toe. Wat mensen doen is wat mensen vragen. Dus spelen corporaties in op deze vraag uit de maatschappij. Woonmaatschappij WBO heeft de ambitie om ook op dit vlak een prominente rol te spelen in Oldenzaal, de meest bourgondische stad van Twente waar veel te beleven valt. Harry Tossaint Directeur Woonmaatschappij WBO
De Woningwetwoning De woonomstandigheden in Oldenzaal waren rond 1900 ronduit slecht te noemen. Woningbouwvereniging Openbaar Belang, in 1906 opgericht, kwam met het idee om zogenaamde woningwetwoningen te bouwen en te verhuren aan de fabrieksarbeiders. Een woningwetwoning was een woning die in het kader van de Nederlandse woningwet werd gebouwd. Het waren woningen in de lagere categorie huurwoningen. De bedoeling van deze woningen was om mensen met een lager inkomen toch een fatsoenlijke woning te kunnen bieden tegen een betaalbare huur. De mensen die een dergelijke woningwetwoning konden betalen hadden een woning met voldoende ruimte en heel belangrijk, voldoende ventilatie en bescherming tegen strenge kou of vochtigheid. De vereniging vond verbetering van de volkshuisvesting erg belangrijk. Ofwel, men vond dat de huurder onder goede omstandigheden moest kunnen leven. In 1909 werden de eerste woningwetwoningen aan de Ootmarsumsestraat gebouwd door Openbaar Belang. Deze modelwoningen dienden als arbeiderswoningen. De woningen hadden ruime woonkamers, grote keukens, grote slaapkamers met behoorlijke ventilatie, een ruimte voor stalling en een bergplaats. De eerste woningwetwoningen aan de Ootmarsumsestraat in 1909
Het ontstaan van de Woningwet in 1901
De sociale woningbouw in Oldenzaal
Vestingstraat/ Boterstraat, rond 1900
De Nederlandse Grondwet geeft aan dat ‘bevordering van voldoende woongelegenheid voorwerp van zorg der overheid is’. Deze zinsnede in de Grondwet is de basis voor de Woningwet. In 1901 werd de woningwet opgesteld door de ministers Goeman Borgesius, Van der Linden en Pierson. In 1902 trad deze wet in werking.
De wet was een reactie op de ellendige toestanden in de arbeiderswijken maar ook op het platteland aan het einde van de negentiende eeuw. De wet was er voornamelijk op gericht om de slechte woonomstandigheden te verbeteren. Conform de wet moesten de nieuw te bouwen woningen aan een minimum aantal bouwkundige eisen voldoen. In Oldenzaal werd vanaf deze periode ook gewerkt aan de verbetering van de woonomstandigheden, vooral door de kerkelijke charitatieve instellingen. In Oldenzaal waren de omstandigheden ronduit slecht te noemen. Oldenzaal was een fabrieksstad en meer dan de helft van de bevolking werkte in de textielfabrieken van Gelderman en Molkenboer. Huisvesting voor de arbeiders werd amper geregeld. Een woning bestond uit één ruimte waarin alles moest plaats-
vinden: slapen, eten en koken. Soms werd de zolder als extra slaapplaats gebruikt. In Oldenzaal stonden vele boerderijachtige woningen waarin ook vee werd gestald en van een riolering en waterleiding was geen sprake. De hygiënische omstandigheden waren dan ook ronduit slecht. Buiten deed een ton dienst als toilet en petroleumlampen verlichtten de ruimtes. Omdat in elk huis ’s winters schadden (plaggen van veenachtige heidegrond) en turf werd gestookt, stonk Oldenzaal vreselijk. Door intrede van de woningwet, werden de textielfabrikanten H.J.H. Gelderman en S. Molkenboer uitgedaagd een woningbouwvereniging op te richten om betere woningen voor haar personeel te realiseren. Op 19 december 1906 werd woningbouwvereniging “Openbaar Belang” opgericht.
De organisatie van de expositie
Een kijkje achter de schermen... De directie van Woonmaatschappij WBO was het er snel over eens dat er in het kader van het jubileum een expositie georganiseerd moest worden. Want 100 jaar sociale woningbouw is een mijlpaal in de ontwikkeling van de woningbouw in Oldenzaal. En daar mag je best bij stil staan. Al snel werd duidelijk dat er voor een leuke en aansprekende expositie hulp ingeschakeld moest worden.
Er werd meteen gedacht aan Oldenzaler Jan Koop. Eén telefoontje was genoeg om de architect enthousiast te maken en zijn medewerking toe te laten zeggen. Op advies van Jan Koop is Ruud Olde Dubbelink, conservator van museum Het Palthehuis, vervolgens gevraagd een rol te spelen bij de samenstelling van de expositie. Dit bleek een goede zet: de één schreef de verhalen en zocht de mooiste foto’s en de ander verzamelde de interessante bouwkundige elementen voor de expositie. Spoedig bleek dat Jan veel tijd nodig had om de gemeentelijke archieven door te spitten. Zonder de hulp van archivaris Jos Oude Essink Nijhuis zou dit nooit lukken. Dat bleek eens te meer toen Jos plotseling een paar weken uitviel als gevolg van een val van de fiets. Kort na zijn herstel zou hij vier weken op vakantie zijn. Jan heeft vervolgens razendsnel, samen met Ruud, alle jaren in het archief doorlopen en kopieën van alle belangrijke stukken laten maken. “In het archief vielen tussen de pakken papier meteen de blauwdrukken op; de oude bouwtekeningen van de eerste arbeidershuisjes hebben we op de V.l.n.r.: Jos Oude Essink Nijhuis, Ruud Olde Dubbelink, Jan Koop en Frans van Es in de tuin van het Palthehuis.
2
keldervloer uitgespreid en ik heb er direct een foto van genomen”, aldus Jan Koop. Het gemeentelijke archief bleek niet helemaal volledig: het bouwvergunningenarchief begint pas rond 1920. Maar in Het Palthehuis, via particulieren na een oproep in de Twentsche Courant Tubantia, en in het archief van Woonmaatschappij WBO zijn bruikbare spullen gevonden. Zo is een originele stadsuitbreidingskaart uit 1924 ter beschikking gekregen, een tekening uit 1922 van vier noodwoningen aan de Ootmarsumsestraat maar ook een eerste maquette van de oorspronkelijke plannen voor de wijk De Thij. Erg leuk om te zien hoe de plannen waren en hoe het nu in werkelijkheid is geworden. Daarna is Frans van Es, stedenbouwkundige bij de Gemeente Oldenzaal, gevraagd een rol te spelen bij de samenstelling van de expositie. Frans weet veel van de ontwikkelingen in Oldenzaal vanaf de jaren 50. Hij werd al snel verantwoordelijk voor de invulling van die periode in de expositie. Met z’n vieren hebben ze een expositie samengesteld die alle facetten van de sociale woningbouw in Oldenzaal in zich heeft en daardoor voor jong en oud aantrekkelijk en informatief is.
1920-1940
DE INRICHTING VAN DE WONING De Oranjebuurt In de periode na de Eerste Wereldoorlog was het voor de mensen belangrijk een nette en eenvoudig ingerichte woning te hebben. Openbaar Belang wenste ook in Oldenzaal meer woningen te bouwen in het belang van de welvaart en de volksgezondheid. In de jaren twintig begon men in Oldenzaal met de bouw van woningen in de Oranjebuurt. De verschillende typen woningen werden ontworpen voor verschillende gezinnen en in verschillende prijsklassen. Deze woningen staan op de dag van vandaag nog in Oldenzaal, die ter gelegenheid van het 100-jarige jubileum worden gerenoveerd. In de periode van 1920-1940 werd het maatschappelijke belang wat betreft de geestelijke en lichamelijke aspecten van de mens belangrijk. Zo dacht de Vereniging ook aan haar huurders en er werd zo een overdekt zwembad gebouwd voor de ontspanning. Het waren de jaren van bloei van zowel de katholieke als de protestantse verenigingen; in 1919 volgde de oprichting van de Katholieke woningbouwvereniging St. Joseph.
De woningen in de Oranjebuurt
De woningen aan de Wilhelminastraat in vroegere tijden.
Zoals vroeger wordt het nooit meer, maar Geert Trap (83) weet het zeker: tenzij het fysiek helemaal niet meer gaat, wil hij niet weg uit zijn woning aan de Julianastraat 23. Hij woont al vanaf het moment dat hij vier maanden oud was, vrijwel onafgebroken, in wat hij noemt ‘een van de laatst overgebleven echt oude arbeiderswoningen’ in Oldenzaal. Met zijn vrouw Maria (81) heeft hij zo langzamerhand alle oude buren naar elders zien vertrekken, om plaats te maken voor veelal jongere mensen. Maar hoewel beiden het sterke buurtgevoel van vroeger missen, voelen ze zich er nog altijd zo thuis, dat ze voor geen geld weg willen.
Na ruim 80 jaar wil Geert Trap er voor geen goud weg
Domweg gelukkig in de Julianastraat Hoewel nieuwe bewoners van de straat middels de Werkgroep Julianahof sinds eind jaren ’90 proberen het ‘oude wijkgevoel’ te laten herleven, vinden Geert en Maria Trap dat de vanzelfsprekende sociale samenhang in de buurt niet meer terug komt. Geert: “Toen wij er in 1924 met ons gezin kwamen wonen, was het een echte arbeidersbuurt. De mensen die er woonden, werkten bij Gelderman of Molkenboer en hadden het niet breed. Dus hield je elkaar op de been. In die dagen was het zo, dat de mensen op verschillende dagen in de week hun loon kregen. Voor ons was de woensdag de ‘rijke dag’, want dan kreeg mijn vader zijn loon van Gelderman. Zo’n 17 of 19 gulden in de week. Daar ging dan eerst de huur af van 1,96 gulden per week en nog wat andere vaste lasten en van de rest moest je dan maar zien rond te komen. Als het geld dan op was, sprongen de buren bij, die net loon hadden gekregen.” Echtgenote Maria vult aan: “De noodzaak om elkaar in de buurt zo voort te helpen, is er nu natuurlijk niet meer. Mensen kunnen zich over het algemeen zelf goed redden en zijn
daardoor ook veel meer op zichzelf. Je bent niet meer van elkaar afhankelijk. Daarom denk ik wel eens dat we het vroeger in de buurt beter en gezelliger met elkaar hadden, ondanks de armoede. De echte sociale buurt bestaat niet meer.” Het gezin Trap woonde vanaf 1924 op nummer 23 aan de Julianastraat. Vader, moeder, negen kinderen en dan woonde er ook nog een tante bij in, die had een kamertje op de overloop. Toen Geert 14 jaar werd, volgde hij zijn vader naar Gelderman. Eerst als wever, later als controleur. “Een hele sociale werkgever” noemt hij Gelderman. “Als je bijvoorbeeld nieuwe matten nodig had in huis, dan overlegde je dat en werd het in orde gemaakt en hielden ze wat op je loon in.”
‘Woningruil’ Toen Geert Trap – dit jaar 55 jaar geleden – met zijn uit Geesteren afkomstige echtgenote in het huwelijk trad, woonden ze aanvankelijk een tijdje in bij de ouders aan de Julianastraat. Vervolgens kregen ze een woning aan de Irisstraat toegewezen,
maar die bleek al gauw te groot en te duur, vandaar dat werd besloten tot ‘woningruil’. Geert met zijn bruid terug naar de Julianastraat, de ouders en de rest van het gezin naar de Irisstraat. Ook met hun drie kinderen woonden Geert en Maria er vele jaren met veel plezier. Natuurlijk veranderde er in de loop der jaren het nodige. In de buurt (waar de nodige winkels, maar ook buren, langzaamaan verdwenen), aan de woning (een grondige renovatie, zo’n 30 jaar geleden), en de huur (die van 1.96 gulden ruim 80 jaar geleden opliep tot zo’n 300 euro nu). Wat al die jaren bleef, is het steeds sterker wordende gevoel bij Geert en Maria dat ze er – alle veranderingen ten spijt – niet weg willen. Geert: “Ik zeg altijd, wie hier eenmaal woont, gaat niet meer weg. Alle buren van vroeger zijn verhuisd. Ze wilden het beter hebben. Maar ik denk niet dat je het ergens anders beter krijgt.”
Geert Trap (83) in de deuropening van de woning, waar hij vrijwel zijn hele leven doorbracht.
‘Goed wonen voor iedereen’ blijft het streven van de gemeente Oldenzaal
Wethouder Welten aan het woord over de woningbouw in Oldenzaal Volkshuisvesting is een van de basiselementen voor Wethouder Rob Welten
een leefbare samenleving. Een goede woning is noodzakelijk voor het welzijn van iedereen, dus ook in Oldenzaal. Woonmaatschappij WBO Oldenzaal heeft daarin al vele jaren een belangrijke taak. Zij zorgt met name voor de kwaliteit van de huurwoningen en de woningvoorraad. De hoeveelheid woningen wordt afgestemd op de vraag, zowel op korte als lange termijn.
De sociale woningbouw is in Oldenzaal bij de WBO in goede handen. Zij zorgt voor woningen en een woonomgeving van goede kwaliteit. Dertig procent van de woningvoorraad in Oldenzaal is in handen van WBO. De woonmaatschappij is goed ingespeeld op de lokale woningmarkt met daarbij veel aandacht voor historisch en kleinstedelijk wonen in Oldenzaal. Door de veranderende samenstelling van de bevolking, ligt de nadruk tegenwoordig vooral op betaalbare woningen voor jonge en oudere éénen tweepersoonshuishoudens. Nederland krijgt steeds meer ouderen. Deze bevolkingsgroep heeft door afnemende gezondheid vaak specifieke wensen. Vanwege deze behoefte werkt
de gemeente Oldenzaal samen met de WBO steeds meer aan woningen met zorgmogelijkheden. Kwalitatief goed wonen is één van de uitgangspunten om je thuis te voelen in Oldenzaal. Dat de WBO deze taak breed opvat blijkt ook uit de grote betrokkenheid bij de leefomgeving van onze Oldenzaalse burgers. WBO investeert niet alleen in stenen maar heeft aandacht voor het wel en wee van de bewoners. Rob Welten Wethouder Gemeente Oldenzaal
3
Van de Woningwet, via duplex- en doorzonwoningen naar het thema leefbaarheid.
1940-1960
Wij nodigen u uit voor de expositie “100 jaar sociale woningbouw Oldenzaal” Van 11 november tot en met 24 november wordt de expositie ‘100 jaar sociale woningbouw Oldenzaal’ gehouden in de Geldermanstaete aan de Spoorstraat 36 in Oldenzaal. De expositie is vrij toegankelijk. Op de expositie is te zien hoe de Oldenzaalse sociale woningbouw zich sinds 1906 heeft ontwikkeld. Door middel van teksten, (lucht)foto’s, maquettes, originele bouwtekeningen, maar ook oude, met de hand geschreven jaarverslagen heeft Woonmaatschappij WBO geprobeerd een interessante expositie samen te stellen die elke generatie aanspreekt. De expositie vindt plaats in de Geldermanstaete, het vroegere hoofdkantoor van textielfabrikant Gelderman. Gelderman heeft overigens een belangrijke bijdrage geleverd aan 100 jaar sociale woningbouw in Oldenzaal, de Geldermanstaete bleek mede daardoor ook een geschikte locatie voor de expositie. Op pagina 5 van deze krant staat de wedstrijd omschreven voor leerlingen van de Oldenzaalse basisscholen. De inzendingen, of een deel hiervan, worden tijdens de expositie tentoongesteld.
DE DUPLEXWONING Tijdens de oorlogsjaren was er bijna geen woningbouw, dit had onder andere te maken met een groot gebrek aan materiaal. Maar na de bevrijding kwamen er weer plannen op tafel. In 1946 begon men met systeembouw. Op deze manier probeerde men, met behulp van voorgefabriceerde betonnen elementen, in korte tijd zoveel mogelijk woningen te bouwen. Door de naoorlogse geboortegolf in Nederland ontstond er woningnood. In Oldenzaal werden daardoor in 1946 32 noodwoningen gebouwd, aan de Esstraat en de Glindestraat. Een oplossing voor de woningnood was de duplexwoning. Dit zijn twee op elkaar gelegen woningen met een gemeenschappelijke voordeur. Deze woningen konden verbouwd worden tot eengezinswoningen wanneer de woningnood zou stagneren. In de beginjaren vijftig werden dit type woning aan de Beatrixstraat in Oldenzaal gebouwd. Gelderman bouwde hier 40 tot 50 woningen voor het personeel van de textielfabriek. Duplexwoningen aan de Beatrixstraat anno 2006
Openingstijden: Zaterdag 11 en zondag 12 november: ........................................... 12.00 uur tot 16.00 Maandag 13 t/m donderdag 16 november: .................................10.00 uur tot 16.00 Vrijdag 17 november:................................................................................10.00 uur tot 11.30 Maandag 20 t/m donderdag 23 november: ................................10.00 uur tot 16.00 Vrijdag 24 november: ...............................................................................10.00 uur tot 11.30
uur uur uur uur uur
Komt u met meer dan 10 personen tegelijk en/of wilt u graag begeleid en rondgeleid worden, verzoeken wij u telefonisch een afspraak te maken. U kunt bellen met Gerrit Kruize op telefoonnummer 0541-582222.
OPKOMST VAN DE WOONWIJK ‘STAKENKAMP’
Warme herinneringen aan jeugd in de Bentinckstraat
Oud-vakbondsman Herman Bode (81) is trots op theater in zijn ‘Oalen Bond’ Als Herman Bode (81) met gasten even terug is in zijn geboortestad Oldenzaal, dan brengt hij met hen altijd even een bezoekje aan stadstheater De Bond. De tegenwoordig op een woonark in Enkhuizen woonachtige legendarische oud-vakbondsman heeft dierbare herinneringen aan de ‘Oalen Bond’ op die plek. Bode is er naar eigen zeggen trots op dat het gebouw, waar hij z’n eerste activiteiten voor de vakbond ontplooide, inmiddels een nieuw leven heeft gekregen als culturele voorziening.
Herman Bode
Bode kan zich er nu nog over opwinden dat het oude, karakteristieke St. Josephgebouw op een gegeven moment dienst ging doen als ‘danszaal’, zoals hij de discotheek van Paul Borghuis omschrijft. “Daar heb ik me zwaar aan geërgerd”, aldus de nog immer strijdbare oud-vakbondsman. “Toen ik jong was, hadden Oldenzalers, die het niet breed hadden, er een paar centen extra voor over om dat gebouw in stand te houden! Dat gebouw had een belangrijke sociale functie.” Bode voelde zich dan ook zeer vereerd, toen hij als eregast een toespraak mocht houden bij de officiële opening van Stadstheater De Bond en bovendien een beeldje van beschermheilige
St. Joseph symbolisch mocht terugplaatsen in de gerestaureerde, karakteristieke gevel van het gebouw. En toen Bode vorig jaar ter gelegenheid van z’n 80ste verjaardag met kinderen, klein- en achterkleinkinderen even terug was in Oldenzaal, leidde hij z’n familie vol trots rond in stadstheater De Bond. Als hij met gasten in zijn geboorteplaats is, brengt Herman Bode ook altijd een bezoekje aan de Plechelmus basiliek. Voor het overige heeft hij naar eigen zeggen geen echt favoriete plekken meer in Oldenzaal. “Er is natuurlijk heel veel veranderd. Eerlijk gezegd, zou ik de weg ook niet meer weten in de stad.”
Bentinckstraat Ook de woning in de Bentinckstraat, nummer 56 naar hij zich meent te herinneren, waar Herman Bode in 1925 werd geboren, is er niet meer. Als een echt arbeidersgezin omschrijft Bode het gezin met zeven kinderen, dat woonde in een klein huurhuis van de toenmalige woningbouwvereniging St. Joseph. Vader Bode was, zoals vele Oldenzalers in die tijd, werkzaam bij Gelderman. Als wever. Toen Herman
De favoriete plek van Herman Bode, ‘Oalen Bond’ ofwel het St. Josephgebouw
4
14 jaar was, ging hij ook bij Gelderman aan het werk. Eerst als poetser, maar later als hulpje van zijn vader, 18 weefgetouwen moesten draaiende worden gehouden. Hoewel de familie Bode het niet breed had en kinderen ook al op jonge leeftijd aan het werk moesten, bewaart Herman Bode warme herinneringen aan zijn jeugdjaren in de Bentinckstraat. “We waren altijd op straat met andere kinderen uit de buurt aan het spelen. Voetballen, hoewel we geen echte bal hadden, maar een zelf gemaakte van papier en elastiekjes. En als er dan een agent kwam, dan riepen we: bal in’n tuk, de plietsie kump d’r an.”
In de jaren vijftig werd de aandacht gevestigd op het snel en goedkoop bouwen van grote aantallen woningen. Belangrijk was schaalvergroting en standaardisatie. In plaats van het bouwen van een rij woningen ging het nu om het bouwen van hele woonwijken. De woonwijken waren open en rechthoekig. De naoorlogse geboortegolf zorgde ervoor dat voor veel gezinnen woningen gebouwd werden met veel groen en speelplaatsen voor kinderen. In 1955 begon woningbouwvereniging Openbaar Belang in ZuidBerghuizen, voorheen hoorde dit bij Losser, met de bouw van een geheel nieuwe woonwijk het Stakenkamp, gelegen langs de Stakenbeek. Woningbouwvereniging Ons Belang realiseerde dit plan samen met de ‘Twentse-Gelderse industrie.’ Woningen aan de Stakenkamp
Bij ouders in Hoe klein de ouderlijke woning aan de Bentinckstraat ook was, het was in die tijd heel gewoon dat kinderen die trouwden bleven inwonen. Zo ook Herman, die na de oorlog zijn eerste voorzichtige schreden zette in zijn later imposante landelijke vakbondscarrière. Bode: “Tot ik in 1955 naar Den Haag verhuisde omdat ik districtsbestuurder werd bij de vakbond St. Eloy, woonde ik met mijn vrouw bij mijn ouders in. We hebben daar zelfs nog met drie kinderen in een kamertje gewoond. Je maakte gewoon met gordijnen aparte ruimtes.” Hoewel Herman Bode na een hartinfarct niet meer actief is, volgt hij het sociale wel en wee in ons land nog altijd met grote interesse. Bijvoorbeeld de klachten over woningbouwcorporaties in den lande die zich te weinig gelegen zouden laten liggen aan sociale woningbouw. Herman Bode, met enige nadruk: “Het doet me plezier, dat die klachten niet op de WBO in Oldenzaal van toepassing zijn.”
1960-1970
DE DOORZONWONING De Thij 1 In deze periode werden de eerste doorzonwoningen in Oldenzaal gebouwd. Belangrijk aan deze woningen waren licht, lucht en ruimte. Grootschalige projecten werden in deze periode gerealiseerd. In Oldenzaal werd de grote woonwijk De Thij 1 ontwikkeld met onder andere de typische doorzonwoning. Bij een doorzonwoning liep de kamer van voor naar achter door het huis. Met ramen zowel aan de voor- als achterkant. In de jaren vijftig was de doorzonwoning al geïntroduceerd in het westen van Nederland. Rijenwoningen en galerijflats
Leefbaarheid is een zaak van iedereen Vanuit de overheid worden corporaties meer en meer gestimuleerd om initiatieven te ontwikkelen op het terrein van leefbaarheid. “In onze visie bieden wijken, waarin bewoners actief participeren, meer mogelijkheden om zich te ontwikkelen. De rol die wij als woningcorporatie daarin kunnen spelen is gelegen in het inspireren, faciliteren en investeren”, vertelt Roy Evers, consulent wijkontwikkeling. In het verleden zijn er beperkte budgetten beschikbaar gesteld voor initiatieven vanuit de wijk. Dit heeft niet geleid tot de gewenste ontwikkeling van actieve wijken. Sinds kort voert WBO dan ook een actief beleid voor leefbaarheid. “Vorig jaar zijn we begonnen met voorbereidingen te treffen om in een aantal wijken ‘Ideeënwinkels’ te realiseren waar wijkmeesters, wijkagenten en wijkbeheerders bereikbaar zijn en waar bewoners informatie kunnen vinden over projecten die uitgevoerd zijn elders in het land. Mede op basis hiervan ontstaan ideeën over mogelijke verbeteringen in de wijk die de basis zullen vormen voor concrete projecten. Een belangrijk element in de keuze van de projecten is de mate waarin het leidt tot vervolgactiviteiten. Immers, de mate van gezamenlijke activiteiten in een wijk is een belangrijke graadmeter voor de leefbaarheid in de wijk,” aldus Roy Evers.
De etalage van het Ideeënpunt in Zuid-Berghuizen
Hoewel het thema leefbaarheid nu hoog op agenda staat met als doel bewoners actief te laten participeren en samen te brengen, was men vroeger ook al bezig met leefbaarheid maar werd hier op een andere manier
invulling aan gegeven. Daar waar nu het accent ligt op het activeren en inspireren lag vroeger het accent meer op faciliteren. Leefbaarheid is een zaak van iedereen. Niet alleen voor de gemeente was leefbaarheid
een belangrijk onderwerp. Ook de firmanten van H.P. Gelderman & Zonen hadden vroeger een maatschappelijke verantwoordelijkheid voor het welzijn van hun arbeiders. Zo werd in 1920 de Stichting voor Ontwikkeling en Ontspanning opgericht door de firmanten met als doel de ‘geestelijke en lichamelijke verheffing’ van de Oldenzaalse bevolking te bevorderen. Hiervoor stelde firmant H.P. Gelderman in 1920 een bedrag van fl. 100.000,- beschikbaar voor een overdekte bad- en zweminrichting (zie foto). In de jaren ’50 ontstond er een speeltuinvereniging in Oldenzaal die voor de komst van een speeltuin in de wijk het Hooiland heeft gezorgd. Daarnaast speelden in deze tijd parochies een belangrijke rol in het aanbod van
sociale voorzieningen. Cafés hadden overigens ook een belangrijke sociale functie in Oldenzaal. De hoeveelheid cafés in Oldenzaal in die tijd, op elke hoek was er bijna wel één te vinden, was uniek voor Twente.
Het interieur van het badhuis aan de Steenstraat
Voordat in volkshuisvestingskringen de term leefbaarheid werd geïntroduceerd, was WBO al op haar manier bezig de leefbaarheid binnen de gemeenschap te bevorderen. Voorbeelden die hiervan te noemen zijn, is het verfraaien van tuinen, plaatsen van beeldhouwwerken en het creëren van speelgelegenheden in de wijken. In de binnenstad ontstonden ter bevordering van de leefbaarheid gebouwen met winkels en uitgaansgelegenheden op de begane grond en woningen op de verdiepingen. Een voorbeeld hiervan is de dancing aan de Tulpstraat.
Oldenzaalse basisschoolkinderen denken na over ‘wonen in de toekomst’
Jubileum ook bij basisscholen onder de aandacht Sociale woningbouw is een onderwerp dat een grote groep mensen raakt. Ook kinderen. Daarom hebben wij de basisscholen in Oldenzaal gevraagd om dit
De kinderen konden tot en met 1 november een vrije knutselopdracht maken, bijvoorbeeld een kijkdoos, maquette of schilderij, waarin hun idee over ‘wonen in de toekomst’ naar voren komt. Bij een wedstrijd horen natuurlijk ook prijzen.
onderwerp onder de aandacht van de kinderen te brengen. Speciaal hiervoor hebben wij een wedstrijd uitgeschreven.
Alle kinderen van groep 5 tot en met 8 van de Oldenzaalse basisscholen is gevraagd hoe zij denken over ‘wonen in de toekomst’. Bijvoorbeeld hoe zij denken dat hun eigen huis er in de toekomst uitziet, of hoe zij zouden willen dat een woonwijk er in de toekomst uitziet? Of misschien hebben ze een concreet beeld bij Oldenzaal over 25 jaar?
Leerlingen van groep 5 en 6 maken kans op de volgende prijzen: 1. 4 toegangskaartjes voor sprookjespark de Efteling 2. Kidz Valley; met z’n 5-en op avontuur 3. een middag naar de Klimwand met z’n 5-en Leerlingen uit groep 7 en 8 kunnen de volgende prijzen winnen: 1. 4 toegangskaartjes voor Walibi Flevo 3. met je vriendjes en vriendinnetjes naar de Bioscoop 2. een middag met vriendjes naar de Klimwand met z’n 5-en
De leukste inzendingen krijgen een plek op de expositie. De winnaars worden vrijdag 10 november bekend gemaakt via de www.wbo-oldenzaal.nl. De prijsuitreiking vindt woensdagmiddag 15 november plaats bij Woonmaatschappij WBO aan de Spoorstraat 36 in Oldenzaal. Kinderen krijgen hierover bericht. Alle kinderen zijn natuurlijk van harte welkom op de expositie. De groepen 5 tot en met 8 zijn ook als groep van harte welkom en zullen speciaal op de expositie worden rondgeleid. Interesse? Een afspraak moet dan wel even worden gemaakt via Gerrit Kruize van Woonmaatschappij WBO op 0541 - 582 222.
5
Van Openbaar Belang en St. Joseph naar WBO
1970-1980
Het ontstaan van Woonmaatschappij WBO
HET BUURTGEVOEL
Door de invoering van de woningwet in 1901 was het ook in Oldenzaal van belang dat er een woningbouwvereniging zou komen. Op 19 december 1906 werd de woningbouwvereniging “Openbaar Belang” opgericht. Het bestuur bestond uit H.J.H. Gelderman, S. Molkenboer, H.J. Hommels, J.H. Hazewinkel en A. Willemsen. De vereniging had de volgende doelen, zo staat in de statuten: - gebouwde en ongebouwde eigendommen aan te kopen - woningen op haar in eigendom toebehorende of bij haar krachtens recht van erfpacht of opstal in bezit zijnde grond te stichten - haar in eigendom toebehorende, voor woningen bestemde of te bestemmen gebouwen te verbeteren of af te breken indien nodig. De inmiddels oudste woningen van Openbaar Belang staan in de Oranjebuurt in Oldenzaal. De allereerste woningen zijn er niet meer. R.K. Woningbouwvereniging Sint Joseph De vereniging Openbaar Belang was een besloten vereniging waarvan 23 mensen deel uit maakten. Zij stortten indertijd het zeer hoge bedrag van fl. 100,- per persoon werd vanuit de katholieke arbeiders opgericht in 1919. Zij bouwden direct een groot complex van honderd woningen met twee winkels, één voor een
slager en één voor een kruidenier. Een aantal van deze woningen is nog overgebleven uit deze tijd en staan aan de Tulpstraat. Deze zijn hiermee tevens het oudste woningbezit van het huidige WBO. R.K. Woningbouwvereniging Sint Joseph verhuurde alleen woningen aan mensen die lid van de vereniging waren. Een lidmaatschap kostte in 1955 fl.10,- en werd met fl.0,25 per week bijeen gespaard. Ter vergelijk: de eerste woningen kostten fl.3,- huur per week. In 1972, toen de corporaties groeiden, is geprobeerd Openbaar Belang en St. Joseph te laten fuseren. Openbaar Belang wilde dit in een stichting maar de leden van St. Joseph weigerden dit. Op administratief en technisch vlak ging de fusie wel door. Dit resulteerde in 1978 in de Stichting Samenwerkende Bouwverenigingen Oldenzaal (SSBO), die de beheersactiviteiten voor beide verenigingen uitvoerde. Vanuit de Nijverheidsstraat werden de gezamenlijke activiteiten verricht. Het jaar 1982 was een belangrijk jaar voor beide woningbouwverenigingen. In 1982 was de rente extreem hoog en
stond de verkoop van woningen stil. Diverse aannemers die in de Oldenzaalse binnenstad grond hadden gekocht, realiseerden hier niets. De beide woningbouwverenigingen kochten deze terreinen en hebben op deze locatie zonder subsidie nieuwbouw ontwikkeld. Hiermee kregen zij landelijke bekendheid. In 1987 is uiteindelijk de fusie tot stand gekomen. Woningbouwvereniging Oldenzaal, WBO, werd opgericht. Hiermee is een goede basis gelegd voor een professionele en ondernemende organisatie. Want een woningbouwvereniging werd inmiddels niet meer gefinancierd door de overheid maar was zelf verantwoordelijk voor het verkrijgen van middelen voor het bouwen en renoveren van woningen. WBO heeft sinds 1987 heel veel woningbouwprojecten uitgevoerd en daarmee een belangrijke bijdrage geleverd aan het huidige beeld van Oldenzaal. En al snel was WBO niet alleen verantwoordelijk voor woningen maar zijn de activiteiten in de gemeenschap Oldenzaal toegenomen. Het huisvesten van muziekscholen, realisatie van een cultureel centrum, realiseren van winkelcentra en het ontwikkelen van schoolwoningen, een brede school, woningen voor mensen met een beperking, enzovoorts, zijn allemaal taken die WBO op zich heeft genomen. Na de eeuwwisseling heeft WBO het kantoorpand van voormalig textielfabrikant Gelderman gekocht. Dit is zoveel mogelijk teruggebracht in oorspronkelijke staat en sinds 2005 houdt Woonmaatschappij WBO hier zelf kantoor. De ruimten die niet worden gebruikt, zijn bestemd voor de verhuur aan bedrijven.
De Thij 2 De bewoners krijgen in deze periode meer invloed en er worden gemeenschappelijke ruimtes gecreeerd. De projecten zijn nu kleinschaliger. Woonerven moeten een buurtgevoel creëren en de ouderen krijgen de eerste aanleunwoningen. Huurwoningen op De Thij
EIGEN STIJL VAN DE BUURT Het plan Molkenboer In 1975 ging de oude textielfabriek van Molkenboer tegen de vlakte. Er werd een woningcomplex van 124 woningen gebouwd in Oldenzaal. Het complex bestond uit hoogbouw en eengezinswoningen. Woningbouwvereniging St. Joseph was de opdrachtgever voor het bouwen van de nieuwe woningen. Aan intimiteit, geborgenheid en ontmoetingsmogelijkheden buiten het huis is extra aandacht gegeven. Het dak van de ondergrondse parkeergarage diende onder andere als speelplaats. Een woonwijk waar niet met de auto doorheen gereden kon worden. Flats op het Molkenboer
Oorspronkelijk plan De Thij slechts ten dele gerealiseerd Toen de Gemeente Oldenzaal in 1962 uitbreidings-
1980-1990 plannen had voor het gebied aan de overzijde van de rijksrondweg werd stedenbouwkundig adviseur pro-
HET VERKEER IN DE ESSEN
fessor Wieger Bruin ingeschakeld voor het steden-
De fietsers en voetgangers hebben een veilige plek gekregen. De fiets- en voetpaden gaan onder de ontsluitingsweg, de Essenlaan, door. Woonerven, hofjes en groen bepalen het beeld van de wijk De Essen. Wat de wijk karakteriseert zijn de verhogingen. De woningbouw is zeer gevarieerd. Er staan rijenwoningen, blokken van twee en vrijstaande woningen. Ten opzichte van De Thij zijn er in de Essen veel minder sociale huurwoningen. Met hulp van de overheid werd het kopen van een woning voor een grote groep erg aantrekkelijk door middel van de zogenaamde premie-A regeling. Van deze inkomensafhankelijke regeling werd veel gebruikt gemaakt. Van de 1800 woningen in De Essen worden 182 woningen verhuurd in de sociale sector.
bouwkundig plan. Met dit plan, waarvoor in 1963 het schetsplan door de professor werd ingediend, werd de basis gelegd voor de huidige wijk De Thij.
Volgens een zeer globale berekening van de professor konden in deze nieuwe wijk ca. 2400 woningen worden gebouwd. Uiteindelijk zijn er in de wijk De Thij maar liefst 3078 woningen gerealiseerd. Volume was in deze tijd één van de belangrijkste aspecten in het stedenbouwkundig plan. In deze periode van wederopbouw na de oorlog wilde de gemeente snel veel woningen realiseren om aan de grote vraag naar huisvesting tegemoet te kunnen komen. Van het stedenbouwkundig plan, zoals dat destijds definitief is vastgesteld, is een maquette gemaakt door de gemeente zodat de plannen voor iedereen zichtbaar waren. De maquette toont echter weinig overeenkomsten met hetgeen uiteindelijk gerealiseerd is in De Thij. Het stedenbouwkundig plan is in structuur ten noorden van de rondweg overeind gebleven en slechts het eerste kwadrant van het plan is
6
gerealiseerd conform het oorspronkelijke plan. Dit gebied wordt omsloten door de Johanna van Burenlaan, de Cato Elderinklaan, Schipleidelaan en de Vondellaan. Het resterende gebied van het plan is ten tijde van de ontwikkeling continu aan verandering onderhevig geweest. Aanleiding hiervoor was onder andere de veranderende wensen en behoeften van woningzoekenden. De gemeente maar ook de woningcorporaties Openbaar Belang en St. Joseph wilden het woningaanbod zoveel mogelijk afstemmen op de vraag. Zo zouden er volgens het plan 1000 flatwoningen en 260 torenwoningen worden gerealiseerd op De Thij. Er zijn uiteindelijk slechts 144 flat- en torenwoningen gerealiseerd in het gebied. Een ander opvallend verschil tussen de wijk De Thij en de maquette is de aanwezigheid van kerken. De maquette laat zien dat het stedenbouwkundig plan voorziet in twee kerken. In deze periode was maar
liefst 81% van de Oldenzaalse bevolking rooms-katholiek. Echter, door afname van het kerkbezoek en minder behoefte aan twee parochiekerken, is er uiteindelijk één kerk gerealiseerd. Daarnaast heeft ook het winkelcentrum een totaal andere plaats gekregen dan op de maquette is aangegeven. In de wijk De Thij zijn destijds 1000 woningwetwoningen in opdracht van de corporaties Openbaar Belang en St. Joseph gerealiseerd. Dit aantal is in de loop der jaren nog uitgebreid tot 1480 woningwetwoningen. Door verkoop van woningen en door sloop ten behoeve van herstructurering, bezit WBO tegenwoordig nog 792 woningen in De Thij. De maquette van De Thij maakt onderdeel uit van de expositie en is dus ook tijdens de expositie ‘100 jaar sociale woningbouw in Oldenzaal’ te bezichtigen.
Woningen in de Essen
100 Jaar sociale woningbouw levert Zuid-Berghuizen kinderboerderij op De jubileumviering ter gelegenheid van 100 jaar sociale woningbouw in Oldenzaal krijgt voor de bewoners van de wijk Zuid-Berghuizen een extra feestelijk tintje. De opbrengst van de advertenties in deze speciale jubileumkrant wordt namelijk beschikbaar gesteld voor het realiseren van een kinderboerderij in de wijk.
Volgens manager Woonontwikkeling Frits Goossen van WBO leveren de advertenties in de jubileumkrant ‘geen tonnen’ op, maar gaat het wel om ‘een behoorlijk bedrag’, waarmee in elk geval een eerste aanzet tot een voorziening in de sfeer van een kinderboerderij kan worden gegeven. Goossen geeft aan dat bij het vaststellen van de Wijkvisie voor Zuid-Berghuizen naar voren kwam dat er in de wijk behoefte bestaat aan een dergelijke voorziening. “Er gaan steeds meer jonge gezinnen met kinderen wonen en dan blijkt dat er voor deze categorie niet zoveel is in de wijk.”
Overigens zullen de bewoners, onder meer door Consulent wijkontwikkeling Roy Evers van WBO, volop bij de realisering en inrichting van een kinderboerderij worden betrokken. Nu al worden door WBO meerdere locaties in de wijk bekeken, die in aanmerking komen voor een dergelijke voorziening. Zo is ‘uitbouw’ van de manege voor paardrijden voor gehandicapten van dagactiviteitencentrum De Marke volgens Frits Goossen een serieuze optie. “De manege zou verbouwd moeten worden en een wat meer open karakter moeten krijgen.” Er zijn volgens
Goossen nog een paar andere plekken in Zuid-Berghuizen, die mogelijk in aanmerking komen voor het realiseren van een kinderboerderij, maar de plannen daarvoor zijn te prematuur om die concreet te noemen. Goossen hoopt dat de plannen voor een kinderboerderij volgend jaar ‘handen en voeten’ kan worden gegeven.
De manege in Zuid-Berghuizen, een eventuele plek voor een toekomstige kinderboerderij
In gesprek met: Theo Oude Elberink
Een terugblik op hoogtepunten uit een periode van 30 jaar sociale woningbouw Bij het samenstellen van de jubileumkrant kwamen we er als redactie achter dat het ons op een aantal vlakken aan informatie ontbrak. En elke keer dachten we: Theo Oude Elberink, als oud directeur, zal dit wel weten. Hij is immers bijna 30 jaar in dienst geweest van St. Joseph en Openbaar Belang, het latere WBO, waarvan bijna 25 jaar als directeur. Daarom hebben we er toch een telefoontje aan gewaagd en hij zegde zijn medewerking vlot toe. Was het ons oorspronkelijk te doen om artikelen aan te vullen, gaandeweg het gesprek kwam er zoveel op tafel dat we besloten een artikel op te nemen. Het gesprek komt snel op gang als we het hebben over de beginjaren van Oude Elberink. Hij treedt eind 1968 in dienst als administrateur bij woningbouwvereniging St. Joseph. Op dat moment waren er twee beroepskrachten bij de vereniging. Een voor het onderhoud en een voor het incasseren van de wekelijkse huren. Oude Elberink vertelt: “de huren werden in die tijd met de hand bijgehouden en geïncasseerd. Dit gebeurde met behulp van een machine die zogeheten huurplaatjes maakte en aan de hand hiervan werden de huren geïnd. Huren konden door dit systeem niet wijzigen want dat betekende enorm veel werk. Per type woning waren de huren dan ook gelijk en twee dames boekten de huren in. Medio de jaren ’60 vindt de overstap van wekelijkse huur naar maandelijkse plaats. En midden jaren ’70 kwamen de eerste betalingen via de bank op gang. De ING was toen onze bank want zij hadden een computerprogramma. De kasstroom bleef overigens wel bestaan want mensen betaalden nog steeds het liefst ‘handje contantje’,” aldus Oude Elberink.
Professionalisering Als administrateur van St. Jospeh haalde Oude Elberink eigenhandig de boekhouding weg bij de accountant, wat niet geheel zonder slag of stoot ging. Een paar jaar later ging de boekhouder van Openbaar Belang, die dit werk er als econoom van de firma Gelderman bij deed, met pensioen. Vanaf dat moment, we praten over 1972, werd een gezamenlijke administratie gevoerd voor St. Joseph en Openbaar Belang.
In deze tijd kwam ook de grote professionalisering op gang en werd Oude Elberink benoemd tot directeur. In Oldenzaal werd enorm veel gebouwd waardoor bij de toenmalige verenigingen al snel een groot gezamenlijk werkapparaat, tegenwoordig afdeling Onderhoud & Service, ontstond. Dit was, en is nu nog steeds, redelijk uniek bij woningbouwverenigingen. Oude Elberink: “hier zat een filosofie achter. Al het onderhoud besteedden we tot dan toe uit aan derden, waarvoor we ook fors betaalden. Door zelf dit onderhoud te plegen werkten we allereerst veel efficiënter. Snel leidden we jonge mensen goed op want behoud van kwaliteit stond hoog in ons vaandel. Bij onderhoudswerkzaamheden aan een woning probeerden we zoveel mogelijk een vaste onderhoudsmedewerker in te zetten. Voor de bewoners had dit een groot voordeel: zij zagen bijna altijd hun vaste onderhoudsmedewerker van WBO die hierdoor de woning goed kende, maar belangrijker nog, ook de mensen.”
Vernieuwing Zijn er nog meer voorbeelden waarin St. Joseph en Openbaar Belang, en later WBO, baanbrekend zijn geweest, vroegen we de oud-directeur. Een scala aan voorbeelden volgt. Zoals het inrichten van de groenstroken die direct naast flats waren gelegen. Die kocht WBO van de Gemeente Oldenzaal. Oude Elberink: “De flatbewoners vroegen we zelf het onderhoud te
doen, in ruil voor materiaal en één feestmiddag per jaar. De tuinen zagen er picobello uit.” Maar ook zeer bijzonder was het feit dat Openbaar Belang en St. Joseph begin jaren ’80 de eerste woningen bouwden zonder subsidie. “Economisch ging het erg slecht, aannemers durfden niet te bouwen en we hadden te maken met de zogeheten woningcontingentering, waardoor in Oldenzaal maximaal 25 nieuwe woningen per jaar gebouwd mochten worden. Wij kochten toen relatief goedkoop grond aan in de binnenstad, want uit onderzoek bleek dat onze huurders het liefst in de binnenstand van Oldenzaal wilden wonen. Ondanks dat de Gemeente hier in die tijd niet achter stond, de trend was toen dat er buiten de stadscentra wijken gebouwd werd, gingen wij door met het ontwikkelen van onze plannen. Want wij hebben altijd geluisterd naar onze huurders. We hebben toen 100 woningen in de binnenstad gebouwd zonder huursubsidie. Dit leverde ons een reprimande op van het toenmalige Ministerie van Volkshuisvesting maar WBO plukt nu nog de vruchten van dit beleid omdat er nog steeds bouwplannen worden uitgevoerd op grond die toen is aangekocht”, aldus een tevreden Oude Elberink. En een bijkomend aspect is dat tegenwoordig in alle wijken leefbaarheidsproblemen ontstaan. Dit is volgens hem een logisch gevolg van veel woningen bouwen buiten een centrum. “In De Thij is indertijd niet
gedacht aan voorzieningen. Dus wij hebben snel het initiatief genomen tot de bouw van een winkelcentrum. De overheid vond dit echter geen taak van de corporatie, de gemeente heeft de realisatie van het winkelcentrum vervolgens zelf uitgevoerd. Door een dergelijke voorziening voelen mensen zich sneller thuis in hun woning,” aldus de oud-directeur.
Hoogtepunten uit 30 jaar Op de vraag welke ontwikkelingen in zijn ogen hoogtepunten zijn geweest in zijn loopbaan kan hij snel een antwoord geven. “Allereerst de woningen op den Vijfhoek. 48 van de 52 woningen stonden na de bouw leeg. Er was op dat moment veel vraag naar goedkope woningen voor jonge mensen. We slaagden erin de woningen op den Vijfhoek te splitsen. Hierdoor ontstonden goedkope woningen die toen door jonge mensen konden worden aangekocht. Verder hebben we weliswaar zonder subsidie en met verlies de woningen in de binnenstad gebouwd, maar we voldeden wel aan de wensen van de mensen. Dit heb ik altijd hoog in het vaandel gehad. En waar ik nog altijd tevreden op terugkijk was het feit dat de gemeente Oldenzaal de woningen aan de Wilhelminastraat, die in de jaren ’20 door Openbaar Belang zijn gebouwd, in de jaren ’70 wilde afbreken. Wij wilden dit niet, onder andere omdat veel bewoners daar al heel lang woonden en relatief veel aan hun woningen hadden gedaan. Wij hebben toen de woningen gerenoveerd en de omgeving aangepakt. Ik heb dat altijd belangrijk gevonden: als er sprake is van een woonbehoefte, moet je de woningen niet slopen. Anno 2006 ziet die buurt er nog steeds erg goed uit en het bijna oudste woningbezit van de WBO, is maar mooi behouden gebleven. Een andere positieve ontwikkeling vind ik de goede samenwerking tussen de Gemeente Oldenzaal en WBO. Lagen vroeger de meningen uiteen over wel of niet bouwen in de binnenstad, tegenwoordig zorgt met name de goede samenwerking tussen beide partijen ervoor dat er mooie plannen worden ontwikkeld in de binnenstad.”
De woningen op Den Vijfhoek
In 1998 is Oude Elberink teruggetreden als directeur van Woonmaatschappij WBO. Hij kan met een tevreden gevoel terugkijken op zijn bijdrage aan de sociale woningbouw in Oldenzaal. Theo Oude Elberink, voormalig directeur WBO
7
Gemeente belangrijke partner voor WBO
1990-2006
HET LANDSCHAP ALS WOONOMGEVING
Woningcorporaties zijn ondernemers die hun onderne-
De Graven Es De Graven Es bestaat uit meer projectmatige ontwikkelde woningen dan uit particuliere woningen. Belangrijk hierbij is het handhaven van het bestaande landschap als groen, beken en historische wegen. Bijna alle woningen zijn koopwoningen. De Graven Es bestaat uit vrijstaande en twee-ondereen-kap woningen. De nieuwe basisschool in combinatie met een kinderdagverblijf en sociale huurwoningen gebouwd in de stijl van de appartementen aan de Wieldraaierlaan is een bijzonder bouwproject. Ook zijn aan de Wieldraaierlaan een tiental duurdere huurwoningen gebouwd. Deze woningen hebben op de begane grond een slaapkamer en badkamer, daardoor zijn ze ook geschikt voor senioren of mensen met een lichamelijke handicap.
merschap in dienst stellen van hun maatschappelijke functie. Hoe dat gebeurt, verschilt van corporatie tot corporatie. Dat kan ook niet anders, corporaties doen hun werk in de lokale samenleving, onder andere samen met de gemeente. Zo worden ook de activiteiten van WBO afgestemd op de wensen en behoeften van de Oldenzaalse samenleving. De Gemeente Oldenzaal is niet meer weg te denken als partner van WBO. “Samen zijn we verantwoordelijk voor de volkshuisvesting in Oldenzaal,” zegt Frits Goossen, manager Woonontwikkeling. “De rol van de gemeente is vooral het tot stand brengen van een visie op de toekomstige ontwikkelingen op ruimtelijk gebied. Op het uitvoerende vlak is de gemeente de eerstverantwoordelijke voor het beheer van de woonomgeving en de infrastrucuur. Het maken van prestatieafspraken tussen de gemeente en WBO is een belangrijk aspect voor de volkshuisvesting. De hoeveelheden te bouwen woningen en appartementen in de komende jaren wordt hierin vastgelegd.” De prestatieafspraken die worden vastgelegd tussen de gemeente en WBO komen voort uit de Woonvisie van de Gemeente Oldenzaal. De Woonvisie wordt eens per vijf jaar opgesteld door de gemeente. Bij de ontwikkeling van
Na 2006 de Woonvisie worden de wensen en eisen van de woonconsument onderzocht. De Woonvisie gaat uit van kwaliteitsverbetering voor inwoners van Oldenzaal. Deze beperkt zich niet tot de vaststelling van het aantal woningen dat nodig is de komende tien jaar, maar bevat ook richtlijnen voor de kwaliteit van wonen. Zo wordt er zorgvuldig gekeken naar de behoefte aan sociale woningbouw en de behoefte aan woningen voor ouderen en jongeren. De Woonruimteverdeling van WBO is ook een onderwerp waar de gemeente uiteindelijk een beslissing over neemt in de gemeenteraad. WBO heeft ruim 4.000 woningen in haar bezit. Variërend van compacte appartementen tot riante ééngezinswoningen, kortom voor ieder wat wils! “Voor de toewij-
zing van woningen aan klanten hanteren wij een woonruimteverdeelsysteem,” zegt Sjef Olde Scholtenhuis, consulent Wonen, “uitgangspunt van het woonruimteverdeelsysteem is de inschrijfduurdatum. Dat bekent dat diegene met de langste inschrijfduur als woningzoekende bij WBO voorgaat.” Het huidige woonruimteverdeelsysteem is per 1 maart van dit jaar ingevoerd en ook in de periode voor 2002 werd gebruik gemaakt van dit woonruimteverdeelsysteem. “Van 2002 tot 2006 kenden we een woonruimteverdeelsysteem gebaseerd op woonduur. Door weer over te stappen op inschrijfduur denken we dat we iedereen, en ook met name, jongeren en starters een eerlijker kans geven een woning toegewezen te krijgen,” aldus Sjef.
WBO meer dan traditionele woningcorporatie
‘De wereld van morgen is een andere dan die van vandaag of gisteren’ De rol en functie van WBO is de laatste jaren meer en meer verschoven van een traditionele woningcorporatie tot een veelzijdige partner voor de gemeente, projectontwikkelaars, maatschappelijke organisaties, bewoners en woningzoekenden. “Zorgen voor voldoende, goede en betaalbare woningen is en blijft nog steeds onze hoofdtaak maar wel zoveel mogelijk afgestemd op de klant,” zegt Harry Tossaint, directeur Woonmaatschappij WBO. “De wereld van morgen is een andere dan die van vandaag of gisteren. De klant is kritischer en mondiger geworden, stelt hogere eisen aan de kwaliteit van producten en diensten. Ze verwachten meer keuzevrijheid, een individuele benadering. Het is niet meer aan ons
om te bepalen waar onze klant woont, maar aan de klant zelf. Dat vinden wij een goede ontwikkeling,” aldus Harry. Aangenaam wonen gaat veel verder dan de kwaliteit van de woningen. Het gaat ook om de leefkwaliteit, om het prettig wonen en leven in een schone en veilige buurt. Hiervoor initieert WBO leefbaarheidsprojecten en participeert zij in diverse projecten voor verbetering van de leefbaarheid. Voor de toekomst is dit een belangrijk speerpunt voor WBO. Tossaint: “Dat geldt ook voor Wonen, Welzijn en Zorg waarbij we ouderen en mensen met een zorgvraag zo lang mogelijk zelfstandig willen laten wonen. Goede huisvesting voor deze doelgroep bete-
kent dat de woningen aangepaste voorzieningen hebben en dat ze gelegen zijn op een geschikte locatie in de stad. De ontwikkeling van dergelijke woonlocaties vereist een goede samenwerking met zorgverleners én een goede communicatie met de buurt.” Voor de in ontwikkeling zijnde projecten, het gaat om de bouwproductie tot 2010, zijn ook prestatieafspraken gemaakt met de gemeente Oldenzaal. In deze prestatieafspraken is het aantal woningen vastgelegd dat WBO gaat realiseren in een bepaalde periode. De totale bouwproductie tot 2010 biedt een gevarieerd aanbod van woonproducten in zowel huur als koop, waarbij in het bijzonder de aandacht uitgaat naar de betaalbaarheid voor woonzorg-, starters- en seniorenwoningen. Een goede samenwerking tussen de gemeente en WBO is een randvoorwaarde voor succes.
Woongroep Twente Harry Tossaint: “sinds medio 2004 nemen we deel aan het samenwerkingsverband Woongroep Twente. Hierin werken we nauw samen met nog drie andere Twente corporaties. Domijn uit Enschede, Lucht&Licht uit Haaksbergen en SWL uit Losser. De backoffice- en vastgoedactiviteiten zijn gecentraliseerd in een professioneel Vastgoed- en Backoffice bedrijf, door deze samenwerking kunnen wij ons in Oldenzaal meer richten op de dienstverlening aan de klant.”
Ideeënpunt in Zuid-Berghuizen, een initiatief dat een bijdrage moet leveren aan de verbetering van de leefbaarheid.
8
VAN STEDELIJKE UITBREIDING NAAR STEDELIJKE VERNIEUWING In de periode na 2006 zal het accent steeds meer verschuiven van stedelijke uitbreidingen naar stedelijke vernieuwingen. Belangrijke doelen daarbij zijn: · Een betere balans tussen vraag en aanbod op het gebied van wonen; · Verbetering van de openbare omgevingskwaliteit (openbare ruimte, cultuur, bodem en geluid); · Zorgvuldig ruimtegebrek (intensivering woningbouw); · Fysieke ruimte voor een aantrekkelijke, sociale en veilige omgeving. Kwaliteit staat voorop bij het realiseren van de woningbouwprojecten in Oldenzaal. Dat zal gebeuren door aan te sluiten bij het kleinstedelijk woonmilieu dat Oldenzaal te bieden heeft en bij het fraaie stadscentrum van Oldenzaal. De volgende projecten zijn daarbij tot speerpunten benoemd: · Oud Oldenzaal, waaronder “de tuin Soer”, de Markt en het Plechelmusplein · De kloosterhof en de Pastoriestraat in relatie tot het Singelpark · De Stadsbleek · Het Stationsplein · Wijkpark en herstructurering Zuid-Berghuizen. Het doel van bovengenoemde speerpunten is te komen tot een versnelling van de realisatie van de projecten. Samenhang en een hoge kwaliteit worden nagestreefd.
Mogelijk ontwerp van de woningen aan het Staionsplein
COLOFON Deze jubileumkrant is uitgegeven door Woonmaatschappij WBO Oldenzaal en huis aan huis in een oplage van 12.500 exemplaren verspreid. De redactie heeft getracht zoveel mogelijk historische informatie te verzamelen voor het samenstellen van de artikelen. Zij realiseert zich dat de werkelijkheid op punten wellicht anders is geweest.
Met speciale dank aan: Ben Siemerink, Frans van Es, Geert Trap, Herman Bode, Jan Koop, Jos Oude Essink Nijhuis, Ruud Olde Dubbelink, Theo Oude Elberink
Redactie & Coördinatie: Afdeling PR & Communicatie, Woongroep Twente
Vormgeving: SOV, Losser
Woonmaatschappij WBO Spoorstraat 36 Postbus 16 7570 AA Oldenzaal Tel: 0541 – 58 22 22
[email protected] www.wbo-oldenzaal.nl
De invloed van textielfabrikant Gelderman op de sociale woningbouw De sterke positie van de textielfirma H.P. Gelderman & Zonen in Oldenzaal en Twente maakte dat de firmanten omstreeks 1900 tot de vooraanstaanden van Overijssel gingen behoren. Deze positie bracht met zich mee dat er méér van hen verwacht mocht worden dan alleen het nastreven van het eigen belang.
S. Molkenboer, een van de oprichters van Openbaar Belang
De welstand van deze ondernemers stond, naar de huidige maatstaven, in schril contrast met die van de arbeiders. De rijkdom van de fabrikanten, met grote villa’s, bedienend personeel, een royaal consumptiepatroon, en de daarbijhorende sociale status maakte dat zij voor allerlei liefdadigheids- en sociaal-culturele doelen werden benaderd om geld te doneren of om als bestuurslid van de desbetreffende instelling of vereniging op te treden. Ook bij de familie Gelderman was dit het geval. In 1906 werd onder voorzitterschap van H.J.H. Gelderman, firmant van 1888 tot 1925, de eerste woningbouwvereniging in Oldenzaal “Openbaar Belang” opgericht. Eveneens was Scato Molkenboer, van de textielfabrikant Molkenboer, lid van het bestuur en gebruikelijk was dat steeds
een lid van een van beide families zitting in het bestuur had. De vereniging had tot doel het bouwen van goede en betaalbare arbeiderswoningen. Vanwege het aantal Oldenzalers dat bij Gelderman werkte, in 1870 ruim 20% en in 1900 was dit gestegen tot bijna 27%, en de intrede van de woningwet in 1902, konden zij hier ook niet meer onderuit. Maar de woningen waren niet alleen bestemd voor arbeiders van deze textielfabrikanten. Uiteindelijk werd “Openbaar Belang” een woningbouwvereniging met een sociale functie voor alle Oldenzalers. De fabrikanten hadden nu ook een maatschappelijke verantwoordelijkheid voor het welzijn van hun arbeiders. In 1920 werd de Stichting voor Ontwikkeling en Ontspanning opgericht door de firmanten van H.P. Gelderman & Zonen met als doel de ‘geestelijke en lichamelijke verheffing’ van de Oldenzaalse bevolking te bevorderen. Zonder de arbeiders hierin te betrekken, gaven de firmanten vorm aan die verantwoordelijkheid. Zo stelde firmant H.P. Gelderman Dzn. in 1920 een bedrag van fl.100.000,- beschikbaar voor een overdekte bad- en zweminrichting. En zo geschiedde, op 4 april 1925 werd het badhuis aan de Steenstraat in gebruik genomen. Velen maakten gebruik van het badhuis, ook inwoners van Enschede, Hengelo en Losser. Tot de trouwe bezoekers behoorden eveneens de rooms-katholieke geestelijkheid van Oldenzaal voor wie zelfs een afzonderlijk uur gereserveerd was. De firma verzorgde ’s ochtends van half zeven tot kwart over zeven kosteloos zwemlessen en verstrekte gratis zwembroeken. Maar er waren meer maatschappelijke doelen waaraan de firma steun ver-
leende, zoals de bouw van een sportterrein aan de Haerstraat, financiële ondersteuning voor de muziekvereniging Semper Crescendo, het herhalingsonderwijs en nog veel meer. In 1951 werd ten behoeve van extra bouwvolume voor de industrie fl.325.000,- geschonken in ruil voor 40 tot 50 woningen voor het personeel. Als uitvloeisel op de zogenaamde annexatiewet leverde de gemeente Losser terreinen op voor woningbouw. In samenspraak met de gemeente Oldenzaal huurde de firma Gelderman voor werknemers 33 flatwoningen, die in beheer waren bij het Beambtenfonds voor het Mijnenbedrijf. Ook claimde Gelderman omstreeks 1960 twintig woningen in Zuid-Berghuizen, de Vogelbuurt en aan de Bloemenkamplaan, die eigendom waren van de Twents-Gelderse industrie en mede dankzij de financiële steun van de firma Gelderman gebouwd waren. Vanaf 1960 verhuurde Gelderman via een eigen bureau 53 woonhuizen, in 1962 vermeerderd tot 80 bedrijfswoningen aan de Katoenstraat, Beatrixstraat en Spoorstraat. Omdat het een gemeenschappelijke zorg was van overheid en industriëlen werd Gelderman nauw betrokken bij de bouw van gemeentewoningen in 1963 en 40 woningwetwoningen in 1964. Sinds 1963 draaide de onderneming met verlies; het kon geen weerstand bieden aan de overcapaciteit op de wereldtextielmarkt. Uiteindelijk werd het bedrijf in 1967 weer winstgevend, hetgeen wel ten koste ging van een derde deel van het aantal arbeidsplaatsen. In 1970 fuseerde H.P. Gelderman & Zonen met Nijverdal-ten Cate waarvan het een productiemaatschappij werd. Daarmee garandeerde
zij het voortbestaan van het Oldenzaalse textielbedrijf voor tenminste 10 jaren.
Boven: Fabrieksarbeiders rond 1900
Anno 2006 zijn vele woningen die op initiatief van de firma Gelderman of door woningstichting “Openbaar Belang” in Oldenzaal zijn gebouwd, nog steeds aanwezig en bewoond.
Onder: H.J.H. Gelderman, een van de oprichters van Openbaar Belang
Ambitie ‘wonen en zorg’ uit 1997 ruimschoots behaald
Oldenzaal ontwikkelt ook voor mensen met een beperking Links: De zorgwoningen aan de Kempenlaan
In het boekje dat Woonmaatschappij WBO in 1997 uitgaf ter gelegenheid van haar 10-jarig bestaan en het 750 jarig bestaan van Oldenzaal, schrijft zij als
Rechts: De Citadel
ambitie voor de toekomst: ‘Ook willen we nauwer samen gaan werken met de zorgsector’.
De manier waarop woningbouwcorporaties tegenwoordig verhuren en wat ze daarbij aanbieden is in de loop der jaren veranderd. Verhuren is meer geworden dan het aanbieden van een woning op zich. Op het terrein van welzijn en zorg bieden corporaties steeds vaker producten en diensten aan, zo ook Woonmaatschappij WBO. Vóór de tweede wereldoorlog, en in sommige gezinnen nog ver daarna, bleven mensen die zorg nodig hadden thuis wonen en werden door de vrouw des huizes verzorgd. Direct na de oorlog werden de eerste verzorgings-, bejaarden- en verpleeghuizen gebouwd. Dit kwam vooral voort uit de grote woningnood die toen heerste. En als de ouderen in de bejaardenhuizen zouden gaan wonen, ontstond er woonruimte voor de jonge generatie. In Oldenzaal is de Mariahof aan de Beatrixstraat direct na de tweede wereldoorlog gebouwd voor de bejaarden.
Maar ook ontstonden grote instellingen voor mensen met een handicap. Eind jaren ’70 ontstond er een verandering. Men beoogde om mensen met een beperking zoveel mogelijk in een reguliere woonomgeving te laten wonen. Zoveel mogelijk werd de zelfstandigheid van deze doelgroep nagestreeft. In Oldenzaal heeft St. Joseph grond aangekocht voor uitbreiding van de Mariahof onder meer om aanleunwoningen te bouwen. Hierdoor konden de ouderen zelfstandig blijven wonen en zorg vragen zodra dit nodig was. Daarnaast zochten de zorginstellingen in die jaren de woningbouwverenigingen op om gezamenlijk mee te bouwen. Waar zij voorheen zelf verantwoordelijk waren voor hun onroerend goed, richtten zij zich in die jaren al meer op het primaire proces: het bieden
van zorg. In Oldenzaal zijn eind jaren ’70, begin jaren ’80 allerlei woningen gebouwd voor mensen met een beperking. In die tijd heeft WBO in Oldenzaal met een aantal zorginstellingen zoals o.a. Aveleijn en de JP van den Bentstichting woningen voor de cliënten van deze instellingen gebouwd. Een aantal voorbeelden hiervan zijn het gezinsvervangend huis ‘de Citadel’, eengezinswoningen aan de Bleekstraat, Peterskamplaan, Vlaandereslaan, Kempenlaan en Hengelosestraat en 14 woningen in den Vijfhoek, waar mensen onder begeleiding zelfstandig wonen.
en in de Molenstraat worden waarschijnlijk 12 appartementen voor deze stichting ontwikkeld. Er zijn plannen om circa 4 appartementen te ontwikkelen voor de Molenkamp op de locatie de Zonnestraal, met De Marke wordt gesproken om de manege in Zuid Berghuizen uit te breiden en eventueel nieuwbouw te plegen voor hun locatie op De Thij, en voor stichting De Eik 8 nieuwbouw appartementen in de Graven Es. Kortom: ook voor mensen die om allerlei redenen niet zelfstandig kunnen wonen, is in Oldenzaal volop aandacht.
Anno 2006 staan de ontwikkelingen op dit terrein verre van stil. Zo is WBO in gesprek met Aveleijn voor woningen op de NAM-Locatie op de Graven Es
9
Woonmaatschappij WBO Oldenzaal Deze bedrijven hebben de realisatie van deze krant mogelijk gemaakt. Al jarenlang werkt Woonmaatschappij WBO zeer prettig samen met deze relaties. Verder is het dankzij hun ondersteuning
Oldenzaal Tel. (0541) 512409
www.keizersbv.nl
10
bedankt onderstaande bedrijven: mogelijk dat de realisatie van de kinderboerderij in Zuid-Berghuizen plaats kan vinden. Woonmaatschappij WBO dankt deze bedrijven dan ook hartelijk voor hun steun in dit project.
S O V N C O N C E P T
E N
V O R M G E V I N G
www. so v . nl
11
Woningbouw nu en in de toekomst volop in ontwikkeling
Tuinenroute verbindt nieuwbouw in Oldenzaal Stationsplein!
Nieuwbouw met elkaar verbonden door Tuinenroute
Na 100 jaar sociale woningbouw in Oldenzaal, is WBO niet meer weg te denken uit Oldenzaal. Dat kan ook
Her en der door Oldenzaal ontwikkelt en bouwt WBO nieuwbouw. Een verbindende factor tussen de diverse nieuwbouwprojecten is de tuinenroute. De visie die hier van WBO achter schuilt is dat men vanuit de binnenstad een wandeling kan maken naar Zuid-Berghuizen via vijf thematuinen. Manager Woonontwikkeling Frits Goossen vertelt: “Iedere tuin heeft een thema passend bij het betreffende nieuwbouwproject of passend binnen de omgeving. Op deze manier ontstaat er een leuke en afwisselende wandelroute langs de specifieke kenmerken van Oldenzaal.” Locaties en thema’s die aan bod komen zijn:
bijna niet want nu en in de toekomst is WBO prominent aanwezig in Oldenzaal met een grote diversiteit aan nieuwbouwprojecten.
Nieuwbouw nu Het afgelopen jaar stonden er diverse nieuwbouwprojecten op stapel bij WBO. Diverse projecten zijn reeds opgeleverd, enkele zijn nog in uitvoering.
Oud Oldenzaal: De historische tuinen van Soer, deze tuinen worden opnieuw aangelegd met een ‘bourgondisch’ thema wat de Oldenzaalse leefstijl benadrukt. De Brede School in de Graven Es
In het hart van Oldenzaal zijn dit jaar 12 stadswoningen aan de Schoolstraat en 21 appartementen aan de Zuidwal gerealiseerd. “Door de gunstige ligging was er veel belangstelling voor dit project,” zegt Corinne Borggreve, beleidsmedewerker bij WBO. Een ander bijzonder project dat we dit jaar hebben gerealiseerd is de Brede School in de Graven Es. De Brede School bestaat uit basisschool De Bongerd, Kindercentrum Columbus en een gymzaal op de begane grond. Op de bovenliggende verdieping zijn 26 huurappartementen voor senioren gerealiseerd.” Ook de verhuur van woningen in de buitengebieden is sterk toegenomen in het afgelopen jaar. “In de Graven Es zijn het afgelopen jaar door Bouwfonds 11 woningen met alle voorzieningen op de begane grond en 13 eengezinswoningen gebouwd. WBO heeft deze woningen overgenomen om ze te kunnen verhuren,” aldus Corinne.
Nieuwbouw in de toekomst WBO heeft tot 2010 een groot aantal projecten in ontwikkeling. De totale productie biedt een gevarieerd aanbod van woningen bestemd voor zowel huur als koop. Beleidsmedewerker Joris Sprangers van WBO vertelt. “In de toe-
komstige nieuwbouw gaat in het bijzonder de aandacht uit naar de betaalbaarheid voor woonzorg-, starters- en seniorenwoningen. Zo hebben we plannen een tweetal complexen dicht bij het centrum te bouwen specifiek voor jongeren. Een marktsegment waar steeds meer vraag naar is. Bovendien wordt de Bleekerd, een complex waar nu veel jongeren wonen, op termijn gesloopt en daarvoor willen we natuurlijk goede alternatieven kunnen aanbieden.” Ook de Graven Es, gebied 9, heeft WBO in gedachten voor de ontwikkeling van jongerenhuisvesting. Hiervoor is WBO in gesprek met de JP van de Bentstichting. Zoals al door Joris aangegeven is er, naast starterswoningen, ook bijzondere aandacht voor woonzorgwoningen. “Een goed voorbeeld hiervan is de locatie De Zonnestraal in de wijk De Thij. In samenwerking met Zorggroep Sint Maarten en Interact Contour wordt over de invulling van een nieuw complex nagedacht. Het huidige complex maakt plaats voor de komst van een modern complex met 40 appartementen voor cliënten van Sint Maarten. Beide organisaties gaan samenwerken. Sint Maarten gaat zowel intramuraal als extramuraal werken. Doel van de extramurale zorg is om mensen langer in hun eigen
woning te kunnen laten wonen,” zegt Joris Sprangers. Een nieuw project van WBO waar al veel over is geschreven en gesproken is het Stationsplein. Joris: “Decennia lang heeft de locatie een trieste aanblik gehad. WBO en de gemeente willen het Stationsplein samen met andere ontwikkelaars een impuls geven om op korte termijn de kwaliteit te verhogen. Met dit uitgangspunt hebben we voor deze locatie een complex ontwikkeld gecombineerd met een woonfunctie.” Het geheel zal een gezellige, luxe en parkachtige uitstraling krijgen. In het complex zullen 27 appartementen en 3 luxe penthouses worden gerealiseerd verspreid over de 5 bouwlagen. De appartementen en de penthouses worden waarschijnlijk allemaal verkocht. “Maar we hebben nog veel meer plannen,” zegt Joris. “In de Graven Es willen we naast jongerenhuisvesting ook nog eens 18 eengezinswoningen gaan realiseren, dit plan is op dit moment in ontwerp. En met de ontwikkelplannen voor de NAM-locatie op de Graven Es zijn we al in een vergevorderd stadium. Hier gaan we een appartementencomplex voor Stichting Aveleijn, een appartementengebouw met 16 huurappartementen en 13 eengezinswoningen voor de verkoop
Kloostertuin: Om de relatie met het klooster te benadrukken wordt een nieuwe openbare tuin aangelegd met als thema ‘stilte’. Stadsbleek: Vanuit vroeger is de textielindustrie voor Oldenzaal van groot economisch belang geweest voor de ontwikkeling en welvaart van de stad. Om dit te benadrukken is hier gekozen voor het thema ‘textielindustrie’. De binnentuin van Stadsbleek zal ingevuld worden met dit thema. Stationslocatie: Vanuit de bestemming is hier gekozen voor het thema ‘verbinding’, een toevoeging aan dit thema is een waterweg. De tuin zal gerealiseerd worden voor het nieuwbouwcomplex aan het Stationsplein. Mede door de nieuwbouw en tuinenroute zal het stationsplein een dynamische locatie worden. Park in Zuid Berghuizen: Dit park zal worden ingevuld met het thema ‘Twents landschap’. Kortom, na 100 jaar sociale woningbouw zijn de ambities van WBO nog steeds aanwezig en blijft de woningbouw in ontwikkeling.
realiseren. Het is eigenlijk te veel om nu zomaar even op te noemen. De diverse projecten worden behalve op ons kantoor, in de hal van de Geldermanstaete, ook getoond op onze website.”
Stadsbleek prachtig voorbeeld van samenwerking op hoog niveau
Vastgoedprijs Twente 2006 prachtige beloning! Woonmaatschappij WBO en Trebbe Bouw uit Enschede ontwikkelen in samenwerking met de gemeente Oldenzaal 36 eengezinswoningen en 142 appartementen in het project Stadsbleek. Een prachtig project met een hoogwaardige architectonische kwaliteit. Bovendien
kamers. Het is een oud principe, dat ook ruim vóór de 18e eeuw een populaire manier van bouwen was. Stadsbleek grijpt op dit principe terug, onder andere door haar knusse binnenstraatjes en de besloten binnentuin. De terugkeer naar veilig, beschermd en intiem wonen blijkt veel mensen aan te spreken. Dat blijkt ook uit andere projecten van Krier & Kohl.
heeft het project de Vastgoedprijs Twente 2006 in de wacht gesleept. Het project scoorde het hoogst op originaliteit, vernieuwing en gedurfdheid! In ons land zijn de thema’s individualiteit en geborgenheid trend in bouwen. Er wordt gebouwd op basis van duurzame waarden en hoogwaardige ontwerpen. Architekt Christoph Kohl van Krier & Kohl Architects uit Berlijn tekende het ontwerp Stadsbleek met de 18e eeuw als belangrijkste inspiratiebron. Omdat deze eeuw een belangrijke periode uit de geschiedenis van Oldenzaal vertegenwoordigt, past de tijdloze architectuur van Stadsbleek prima binnen de sfeer van de huidige woonomgeving. Kort gezegd komt de filosofie van de architect erop neer dat een wijk gebouwd wordt als een huis met
12
De appartementen en woningen worden in drie verschillende woonbelevingen gebouwd. De buitenrand van Stadsbleek richt zich op de levendigheid van het centrum, de binnenstraten hebben een intiem karakter en de binnentuin ten slotte biedt een oase van rust. Hierdoor wordt het wonen een unieke belevenis! Iedere woning heeft een individuele uitstraling door de grote variatie in gevels, plattegronden en groottes van woningen, variërend van 80 tot ca. 280 m2. Ook zijn er verschillende buitenruimtes, zoals (dak)terrassen en (Franse) balkons. Er kan altijd een plekje in de zon worden gezocht. Alle woningen hebben een hoog afwerkingsniveau met onder andere schitterend sanitair en zwevende dekvloeren, waarop zelfs een stenen of houten vloer gelegd kan worden. Bovendien zorgen het verhoogde niveau van de
begane grond vloer en de aanwezige videofooninstallatie voor optimale privacy en een veilig gevoel.
Wonen naast het centrum Wonen in Stadsbleek betekent dat men kan profiteren van alle gemakken die het stedelijk wonen bieden, maar zonder de drukte ervan. Immers Stadsbleek is omsloten door de Beatrixstraat, de Steenstraat en de Prins Hendrikstraat. Op slechts 5 minuten van hartje Oldenzaal!
Kostenloos binnenhuisarchitekt Mensen die vroegtijdig een woning in Stadsbleek kopen, hebben de mogelijkheid de basisplattegronden in te vullen naar hun eigen specifieke woonwensen. Zij kunnen kosteloos met een binnenhuisarchitect hun wensen bespreken en vertalen in een eigen plattegrond. Voor meer informatie over wonen in Stadsbleek kunt u contact opnemen met Ten Hag Woningmakelaars in Enschede via telefoonnummer 053 – 850 60 70 of met Euverman, Temmink & Partners in Oldenzaal via telefoonnummer 0541 – 52 20 22. Wilt u informatie over het huren van een woning in Stadsbleek kunt u contact opnemen met Woonmaatschappij WBO via telefoonnummer 0541-582 222.