Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg
Jaarverslag 2006
Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg Een openbare instelling met rechtspersoonlijkheid ingedeeld in de categorie B als bedoeld in de wet van 16 maart 1954, betreffende de controle van sommige instellingen van openbaar nut. Opgericht door de programmawet van 24 december 2002 en gepubliceerd in het Staatsblad van 31 december 2002.
Raad van Bestuur Effectieve leden Voorzitter
Plaatsvervangers
Pierre Gillet
Leden benoemd door de minister van Volksgezondheid benoemd door de minister van Sociale Zaken de administrateur van het RIZIV de voorzitter van de FOD Volksgezondheid de voorzitter van de FOD Sociale Zaken voorgedragen door het Intermutualistisch Agentschap
François Perl
Benoît Collin
Jean Bernard Gillet
Annick Poncé
Frank De Meyere
Lieven Annemans
Henri De Ridder
Jean-Paul Dercq
Jo De Cock* Dirk Cuypers* Frank Van Massenhove* Raf Mertens
Anne Remacle
Patrick Verertbruggen
Vinciane Pirlot
Pascal Mertens
Chris Schoonjans
voorgedragen door de Ministerraad
Jean-Noël Godin
Daniel Désir
Karel Vermeyen
Renaat Schrooten
vertegenwoordigers van de vereniging van ziekenhuizen
Katrien Kesteloot
Jean-Claude Praet
Pierre Smiets
Carine Boonen
voorgedragen door de beroepsorganisaties van artsen voorgedragen door de sociale partners aangeduid door de Kamer van Volksvertegenwoordigers Regeringscommissaris
Marc Moens
Roland Lemye
Philippe Vandermeeren
Rita Cuypers
Floris Goyens
Anne Vanderstappen
Jef Maes
Paul Palsterman
Yolande Avontroodt Roger Yves *Vice-voorzitters
Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) Tel: + 32 (0) 2 2873388 Fax: + 32 (0) 2 2873385 E-mail: info@ kce.fgov.be Web: http://www.kce.fgov.be Wetstraat 62 B-1040 Brussel
Inleiding door de algemene directie
6
Inleiding door de voorzitter en vice-voorzitters van de Raad van Bestuur
7
Het KCE
8
Welke rol speelt het KCE?
8
Hoe voert het KCE haar studies uit?
8
Het KCE-team en de externe samenwerking
9
Belangenconflicten
10
De partnerorganisaties van het KCE
10
Wie kan onderwerpen voor studies voorstellen?
11
Good Clinical Practice Zorg voor type 2 diabetespatiënten
14
Lage rugpijn?
17
Terugbetaling kine flexibel aanpassen
19
Zeg me waar je woont
20
Klinische praktijkrichtlijnen en medische aansprakelijkheid
21
Feedback op de feedback
21
Oor-, keel-, blaas- en nierontsteking
22
Diagnose en behandeling van kanker
22
Geneesmiddelen tegen griep
23
Health Technology Assessment
12
24
Kankerscreening
26
Behandeling borstkanker
29
Pneumokokkenvaccin bij kinderen
32
Discusprothese en kyfoplastie
32
Obesitas behandelen
33
Procedure beoordeling nieuwe medische implantaten
34
MR-scanners
34
Slaaptest voor wiegendood
35
Aanvraag terugbetaling geneesmiddelen
35
36
Geneesmiddelen in rusthuizen
38
Foutloze medische aansprakelijkheid
41
Equity, Patient Behaviour e.a.
42
Supplementen in stijgende lijn
44
Databanken gezondheidszorg
45
Zorgkwaliteit in Belgische ziekenhuizen
45
De impact van het KCE
46
Financieel Overzicht
60
Personeelsplan
62
Inhoudsopgave
Health Services Research
Inleiding door de algemene directie Dit jaarverslag weerspiegelt het derde werkingsjaar van het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE). Er is hard gewerkt in 2006 en het KCE is op kruissnelheid gekomen. Getuige daarvan het aantal publicaties: 26 goedgekeurde rapporten in 2006, tegen 17 in 2005 en 7 in 2004. Op één jaar tijd is met andere woorden het aantal gepubliceerde studies met 50% toegenomen terwijl over dezelfde periode het aantal experts slechts met 12% is aangegroeid. Gemeten aan het aantal rapporten per expert, is de productiviteit van het Kenniscentrum gevoelig gestegen. Een evaluatie van de KCE-activiteiten mag zich niet reduceren tot een eenvoudige optelling van het aantal uitgebrachte rapporten. Net zoals de performantie van een gezondheidssysteem niet kan worden afgemeten aan het aantal uitgevoerde medische handelingen. Een instituut als het KCE moet in de eerste plaats meerwaarde bieden, zowel met haar technologische assessments als met het onderzoek dat gericht is op de organisatie en financiering van de gezondheidszorg. Daarom hebben we getracht om in dit jaarverslag een eerste evaluatie te maken van de impact van de KCE-studies op verschillende doelgroepen, in het bijzonder de beleidsmakers. Omdat het KCE nog relatief jong is, is dit een moeilijke oefening.Toch is het een waardevolle poging met als doel onze werking in de komende jaren te verbeteren en te verfijnen. Naast een samenvatting van de studies die werden gepubliceerd in 2006, zal de lezer in dit rapport dan ook een gestructureerde evaluatie vinden van de impact van het KCE-onderzoek alsook enkele getuigenissen van bevoorrechte waarnemers. De kwalitatieve en kwantitatieve toename van de activiteiten zijn in hoofdzaak te danken aan het steeds vlotter lopen van de studie- en werkmethodes zoals die van bij de opstart van het KCE worden toegepast. Het gaat hier echter om een proces van lange adem, dat evenwel steeds meer zijn waarde toont.We willen iedereen dan ook danken die hieraan heeft bijgedragen, zowel intern als extern (de talrijke externe experts en validatoren). Zij hebben het KCE op het niveau getild waar het zich vandaag bevindt. Uiteraard is er nog ruimte voor verbetering. De voorziene uitbreiding van het management, die even op zich heeft laten wachten, zal niet alleen zorgen voor het blijvend op hoog niveau presteren van de KCE-onderzoekequipes, ze zal hun werking in de toekomst nog verbeteren. De legislatuur van de huidige regering, die de opstart van het KCE heeft mogen meemaken, eindigt in 2007. We menen dat we de beleidsmakers die de afgelopen jaren op het KCE hebben ‘ingezet’, zeker niet ontgoocheld hebben. We hopen dat de nieuw verkozen parlementsleden en de nieuwgevormde regering evenveel belangstelling aan de dag zullen leggen voor een innovatief studie- en reflectiecentrum als het KCE.
Dirk Ramaekers Algemeen Directeur
Jean-Pierre Closon Adjunct Algemeen Directeur
Inleiding door de Voorzitter en Vice-voorzitters van de Raad van Bestuur De belangrijkste doelstelling van het KCE en haar Raad van Bestuur is om ervoor te zorgen dat beleidsmakers rekening houden met de KCE-conclusies en -aanbevelingen. De KCE-rapporten zijn niet gemaakt om stof te verzamelen op een boekenplank. We stellen met genoegen vast hoe talrijke adviezen uit de voorbije jaren niet alleen het debat hebben gevoed, maar ook werkelijk zijn uitgemond in belangrijke beleidsbeslissingen. Denken we maar aan het forfaitsysteem voor de geneesmiddelen in ziekenhuizen, de programmering van de PET-scanners, de cardiale zorgprogramma’s. IMA, FOD) en met talrijke andere actoren in de samenleving versterkt werden in 2006. Een tweede doelstelling van de Raad van Bestuur is om naast de federale overheid ook de gewesten en gemeenschappen te mobiliseren. Door de onderzoekstopics uit te breiden naar bijvoorbeeld preventie kan het KCE ook op deze niveaus belangrijk beleidsondersteunend werk leveren. We hopen dan ook dat de resultaten van onze studies over de efficiëntie van preventiecampagnes hun weerslag vinden in toekomstige aanbevelingen die de gemeenschappen zullen uitbrengen.
Inleiding
Bovendien hebben we de indruk dat de interacties met onze partners binnen de gezondheidszorg (RIZIV,
Als derde doelstelling hoopt het KCE haar onderzoeksactiviteiten uit te breiden en te diversifiëren naar de kwaliteit van de gezondheidszorg en de verdeling van de middelen. Kinesitherapie, rusthuizen, arbeidsgeneeskunde, nieuwe geneesmiddelen en implantaten zijn voorbeelden van zorgdomeinen waar we in het afgelopen jaar aandacht aan besteed hebben.Verder zullen in 2007 een aantal rapporten in het domein van de verpleegkunde op de tafel van de Raad van Bestuur terechtkomen. Tot slot willen we ook de patiënten betrekken. Elke keer wanneer het mogelijk is, worden zij via hun eigen organisaties uitgenodigd hun mening te geven, voor en tijdens het verloop van de studies. Maar ook na de publicatie kan een studie impact hebben op individuele patiënten. Zij kunnen, met het studierapport in de hand, naar hun arts stappen en geïnformeerd overleggen over hun behandeling. We kennen het voorbeeld van een uroloog die volgende vraag kreeg: “Dokter, bent u er zeker van dat die test wel is aangewezen? Ik heb hier een wetenschappelijke studie die stelt dat …”. Meer betrokkenheid van de burger leidt tot een verdere democratisering van de Belgische gezondheidszorg. Zoals u in dit rapport kan lezen, hebben we deze doelstellingen in 2006 grotendeels bereikt. Ook onze missie - de noodzakelijke link zijn tussen burger, wetenschapper en beleidsmaker - neemt op die manier steeds meer vorm aan.
Pierre Gillet, Voorzitter van de Raad van Bestuur
Jo De Cock, Vice-voorzitter en administrateur generaal RIZIV
Dirk Cuypers, Vice-voorzitter en voorzitter FOD Volksgezondheid
Frank Van Massenhove, Vice-voorzitter en voorzitter FOD Sociale Zekerheid
Waarvoor staat de afkorting KCE? Het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg koos voor de afkorting KCE als samentrekking van Kenniscentrum - Centre d’expertise.
Welke rol speelt het KCE? Het KCE ondersteunt de besluitvormingsprocessen in de gezondheidszorg en ziekteverzekering. Het maakt analyses en voert wetenschappelijke studies uit om de overheid bij te staan in haar beslissingen. Het KCE is niet betrokken bij de besluitvorming zelf, en evenmin bij de uitvoering ervan, maar het heeft wel de opdracht om de weg te wijzen naar de best mogelijke oplossingen. En dit in een context van een optimaal toegankelijke gezondheidszorg van hoge kwaliteit rekening houdend met de groei aan noden en de budgettaire beperkingen.
Het KCE behandelt vier grote onder-
Diverse studies in elk van deze vier domei-
zoeksdomeinen:
nen worden toegelicht in specifieke hoofd-
• analyse klinische praktijk en ontwikkeling klinische praktijkrichtlijnen (Good Clinical Practice) • evaluatie van medische technologie (Health Technology Assessment) • organisatie en financiering van de gezondheidszorg (Health Services Re-
stukken verderop in dit jaarverslag. In ons vorig jaarverslag (2004-2005) en op de KCE-website www.kce.fgov.be kan u een meer uitgebreide toelichting over de werking van het KCE vinden. Hieronder vindt u een beknopte versie.
search) • billijkheid, patiëntengedrag e.a. (Equity, Patient Behaviour e.a.)
Hoe voert het KCE haar studies uit? Telkens het KCE een vraag krijgt voorgelegd, verzamelt het alle evidence die beschik-
met de beleidsaanbevelingen gesynthetiseerd in
website van het KCE. De impact van elk rap-
een publiek volledig toegankelijk rapport.
port wordt opgevolgd en kan aanleiding geven
baar is over het onderwerp. Internationaal is
tot een nieuwe studie.
deze werkwijze gekend als ‘Evidence-Based
Het KCE streeft een hoogstaande kwaliteit na
Medicine’ (EBM).Tevens wordt de actuele Bel
en een maximale objectiviteit van haar werk-
De opeenvolgende studiestappen in dit weten-
gische situatie geanalyseerd. De rol van het KCE
zaamheden. Elk stadium van het onderzoeks-
schappelijke proces zijn nauwkeurig vastgelegd.
stopt echter niet bij dit onderzoek. Het heeft
proces wordt onderworpen aan een interne
Logisch ook, want het is vandaag ondenkbaar
ook de opdracht om wetenschappelijk onder-
kwaliteitscontrole. Bovendien
een
om wetenschappelijke adviezen te formuleren
bouwde oplossingen voor te stellen die de actu-
rapport nog eens extern gevalideerd door
zonder een strikte methodologie te volgen die
ele toestand verbeteren. Dit kunnen aanpassin-
meestal drie experts, onder wie regelmatig een
ook andere gereputeerde internationale orga-
gen zijn aan de financiering, informatieverstrekking,
buitenlander. Dit komt de objectiviteit ten goe-
nisaties toepassen. De KCE-teamleden krijgen
opleiding van zorgverstrekkers of reglemente-
de. Een studie duurt 6 tot 18 maanden, vanaf
een specifieke vorming in deze veeleisende en
ring. Alle verzamelde informatie wordt samen
de start tot de publicatie van het rapport op de
complexe methodologie.
wordt
Alle
KCE-medewerkers
zijn
universitair
• samenwerking met de universiteiten van
geschoold, vaak houder van een doctoraatsti-
ons land en met Belgische en internatio-
tel. Ze werden geselecteerd op basis van hun
nale wetenschappelijke instellingen. In
expertise in domeinen die relevant zijn voor
België gaat het daarbij onder meer om
het uitwerken van een doelmatig gezond-
de SSMG (Société Scientifique de Méde-
heidszorgbeleid. Elk teamlid doorliep een
cine Générale), Domus Medica, het We-
zware en objectieve selectieprocedure op ba-
tenschappelijk Instituut Volksgezondheid
sis van competentie. Als garantie voor hun
(WIV), wetenschappelijke verenigingen
neutrale positie mogen medewerkers van het
van geneesheer-specialisten, het Intermu-
KCE geen werkzaamheden verrichten buiten
tualistisch Agentschap (IMA), enz.
het Kenniscentrum die tot belangenconflicten
• h et KCE werd volwaardig lid van of
voor het KCE kunnen leiden.
neemt deel aan de activiteiten van inter-
Tijdens de eerste drie werkingsjaren werden
nationale organisaties op het vlak van
om en bij 45 personeelsleden aangeworven
Evidence-Based Health Care en health
(sommige deeltijds). 70% onder hen zijn ex-
technology
perts met een specifieke achtergrond: artsen,
OESO, CoCANCPG, EUnetHTA ...).
assessment
Het KCE
Het KCE-team en de externe samenwerking
(INAHTA,
gezondheidseconomisten, medisch sociologen, een medisch jurist, datamanagers, een
Studies in onderaanneming
kennismanager, een statisticus, data-analisten,
In 2006 werden 25% van de studies
.... Door het multidisciplinaire karakter van
volledig uitbesteed aan derden en 40% gedeel-
haar team kan het KCE elke vraag benaderen
telijk. KCE-medewerkers zorgen bij alle projec-
vanuit een medische, economische, sociale,
ten voor de coördinatie, de kwaliteitscontrole,
juridische en ethische invalshoek. Die multi
de redactie van de samenvatting (executive sum-
disciplinariteit gecombineerd met een hori-
mary) en de verspreiding van de resultaten.
zontale en weinig hiërarchische structuur
De onderaanneming gebeurt via openbare
vormen de essentiële kenmerken van de be-
aanbestedingsprocedures in het Bulletin der
drijfscultuur van het KCE.
Aanbestedingen of eventueel in het Publica-
Bovendien doet het KCE voor haar studiepro-
tieblad van de Europese Unie. Bovendien
jecten vaak beroep op externe expertise uit
worden ze ter informatie gepubliceerd op
binnen- en buitenland. En wel op drie niveaus:
de KCE-website (in de rubriek ‘Wetenschap-
• opbouw van een Kennisnetwerk van ex-
pelijke samenwerking’). De selectie gebeurt
terne Belgische en internationale weten-
door een jury, waarin ook externe experts
schappelijke experts die terreinkennis
zetelen, op basis van specifieke competen-
en/of kritische analyse van de weten-
ties, de wetenschappelijke reputatie van de
schappelijke gegevens inbrengen. Meer
kandidaten, het multidisciplinaire karakter van
dan 460 experts uit een 15-tal landen
het onderzoeksteam en de ervaring om in
werkten al samen met het KCE, soms als
een netwerk te opereren. Alle externe me-
deelnemer aan een studie, soms als
dewerkers aan een studie ondertekenen een
externe beoordelaar.
verklaring over belangenconflicten.
Belangenconflicten Voor een medewerker (intern of
experts heeft het KCE gekozen voor trans-
flicten mee te delen (te ‘declareren’). Som-
extern) van het KCE kan een belangencon-
parantie en niet voor een verbod op con-
migen zien in een dergelijk beleid een vorm
flict optreden, wanneer hij of zij financiële,
flicts of interest. Dat laatste is niet wenselijk.
van bemoeizucht. Maar tijden veranderen
professionele of andere banden heeft met
Enerzijds zijn er nauwelijks experts van top-
nu eenmaal. Transparantie en verantwoor-
instellingen of personen van wie de belan-
niveau voor wie niet een of ander tegen-
delijkheid zijn de sleutelwoorden die passen
gen door de rapporten van het Kennis
strijdig belang geldt. Anderzijds kan het in-
in de huidige maatschappelijke context.
centrum worden beïnvloed.Voor de interne
houdelijk
andere
Zeker als het gaat om de doelmatige aan-
experts zijn er duidelijke deontologische
perspectieven te kennen en aldus barrières
wending van publieke middelen, zoals in de
regels die in hun contract zijn opgenomen.
op te sporen. Obligaat wordt aan het begin
gezondheidszorg.
Een zware fout hiertegen kan leiden tot
van de samenwerking met een externe ex-
ontslag.Voor de samenwerking met externe
pert gevraagd om mogelijke belangencon-
verrijkend
zijn
om
De partnerorganisaties van het KCE Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
De missie van het KCE eist dat het samenwerkt met diverse partners uit de gezondheidszorg om een brug te slaan tussen beleidsmakers en wetenschappers. De Raad van Bestuur van het KCE bestaat uit
FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu + commissies (bvb.BAPCOC)
FOD Sociale Zekerheid
vertegenwoordigers van de meeste instanties die in België betrokken zijn bij het gezondheidszorgbeleid.
RIZIV + commissies (bvb. NRKP)
KCE
Zorgverleners
Universiteiten Wetenschappelijke Instellingen
Mutualiteiten Intermutualistisch Agentschap
Industrie
10
Patiënten verenigingen
Elke burger met interesse voor gezondheidszorg en de organisatie ervan kan onderwerpen voor studies voorstellen via het invulformulier op de website van het KCE. In de praktijk komen de meeste voorstellen van beleidsmakers, het RIZIV, de FODs Volksgezondheid en Sociale Zekerheid, ziekenfondsen, ziekenhuizen, zorgverstrekkers en universiteiten. 2004
2005
2006
De minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
7
8
8
RIZIV
5
6
8
FOD Volksgezondheid
7
10
5
FOD Sociale Zekerheid
1
0
0
Commissie Volksgezondheid van de Kamer van Volksvertegenwoordigers
5
0
0
Universiteiten of wetenschappelijke instellingen
29
24
33
Ziekenhuizen of ziekenhuisdiensten
20
18
9
Privéorganisaties of particulieren
6
22
35
Internationale organisaties
0
2
2
80
90
100
Totaal
Het KCE
Wie kan onderwerpen voor studies voorstellen?
Verdeling van de onderzoeksonderwerpen volgens de indieners van het voorstel.
Op basis van de ontvangen
Kan de studie een bijdrage leveren tot
voorstellen star t het KCE de voorbe-
het besluitvormingsproces? Projecten
reiding van het jaarlijkse studiepro-
die nauw aansluiten bij de politieke en
gramma vanaf de maand mei van het
maatschappelijke actualiteit maken dus
voorafgaande jaar. Het KCE evalueer t
meer kans omdat ze een directe bij-
de prioriteit van de voorstellen op ba-
drage kunnen leveren aan de discussie
sis van een aantal criteria. Is de studie
en het beleid. Deze oefening mondt
haalbaar in hetzelfde jaar of minstens
dan uit in een werkprogramma voor
binnen een redelijke termijn? Kunnen
het volgende jaar. Elk jaar komen onge-
de resultaten van de studie leiden tot
veer 25 studies aan bod. Iedereen kan
een significante gezondheidswinst of
het werkprogramma raadplegen op de
een betere besteding van de middelen?
website.
11
Good
Analyse klinische praktijk en ontwikkeling klinische praktijkrichtlijnen (Good Clinical Practice) Evaluatie van medische technologie (Health Technology Assessment) Organisatie en financiering van de gezondheidszorg (Health Services Research) Billijkheid, patiëntengedrag e.a. (Equity, Patient Behaviour e.a.)
… goede klinische praktijk omkaderen zonder haar in een keurslijf te dwingen De kwaliteit van de medische zorg is een fun-
Een studie van het KCE kan ertoe bijdragen dat klini-
damenteel onderdeel van een goed presterende ge-
sche praktijken worden bijgestuurd in overeenstem-
zondheidszorg. Zelfs met de beste wil van de wereld
ming met (internationale) kwaliteitsstandaarden en/of
is het vandaag onmogelijk voor een zorgverstrekker
met een aanvaardbare financiële kost voor de ge-
- welk ook zijn of haar specifieke domein - om op de
meenschap die ervoor betaalt.
hoogte te blijven van alle medische ontwikkelingen. Om met volledige kennis van zaken te kunnen kiezen
Dergelijke boodschappen kunnen gebruikt
tussen diverse behandelingsopties, is het noodzakelijk
worden als basis voor feedbackcampagnes naar de
om de klinische praktijk te enten op regelmatig bijge-
artsen zoals de Nationale Raad voor Kwaliteitspro-
werkte evidence. Die moet gebaseerd zijn op de
motie van het RIZIV die al voert.
Good Clinical Practice
Clinical Practice...
internationale literatuur en op de principes van Evidence-Based Health Care.
Voor deze opdracht werkt het KCE samen met andere Belgische en internationale wetenschap-
Eén van de belangrijkste opdrachten van het KCE bestaat er in om variaties in de medische prak-
pelijke en economische organisaties die de missie delen om kwaliteitsgeneeskunde te bevorderen.
tijk te analyseren en te evalueren ten opzichte van richtlijnen voor een goede medische praktijk. Bepaalde praktijken wijken dusdanig af dat er geen medische of maatschappelijke verantwoording voor bestaat.
Hier vindt u een overzicht van de studies die het KCE in 2006 publiceerde over Good Clinical Practice. Een meer gedetailleerde inventaris vindt u op de website van het KCE (www.kce.fgov.be).
13
Zorg voor type 2 diabetespatiënten … zich voorbereiden op een epidemie
Vandaag lijdt één Belg op twintig aan diabetes. Dit aantal zal in de toekomst
om de verwachte toestroom in de toe-
van de patiënt. Vooral het laatste, ook ‘pa-
komst aan te kunnen.
tient empowerment’ genoemd, heeft een
fors oplopen, misschien tot één op tien of nog hoger. Diabetes ontstaat wanneer het
positief effect op het resultaat van de
Brede onderzoeksaanpak Het KCE voerde dit onderzoeks-
De zorg, nu vaak door één arts geleverd,
om een normale concentratie van suiker in
project uit in samenwerking met de Vlaamse
wordt beter omgezet in een gecombi-
het bloed te handhaven (type 1) of wan-
Diabetes Vereniging en een multidisciplinair
neerde actie door een multidisciplinair
neer de lichaamscellen niet op de juiste ma-
consortium van huisartsen en endocrinolo-
team dat ingebed is in bestaande structu-
nier reageren op insuline (type 2). Vooral
gen-diabetologen van vier Belgische univer-
ren van de eerstelijnsgezondheidszorg.
type 2 diabetes zit in de lift. Vandaag maakt
siteiten. Volgende vragen stonden centraal:
Voor de huisarts blijft een centrale rol
deze vorm al meer dan 90% van alle diabe-
hoe kunnen we de kwaliteit van diabetes-
weggelegd in de zorgcoördinatie. Ander-
tesgevallen uit. Voor de verwachte toename
zorg meten uitgaande van de referentielite-
zijds moet een goede taakverdeling, met
van deze diabetesvorm zijn meerdere facto-
ratuur en internationale richtlijnen? Welke
ontwikkelde protocollen voor gedeelde
ren verantwoordelijk: de stijging van obesi-
modellen bestaan er voor diabeteszorg en
zorg, toelaten dat andere zorgverstrekkers
tas, de vergrijzing van de bevolking en onze
wat zijn hun resultaten? En hoe is de diabe-
(diabetesverpleegkundigen, diëtisten, apo-
‘zittende’ levenstijl. Type 2 diabetes is ook
teszorg in negen Westerse landen georgani-
thekers etc.) optimaal bijdragen. In deze
niet langer een ziekte van ouderen, steeds
seerd? Uitgaande van de antwoorden op
context van polyvalente zorg, van levens-
meer jonge patiënten worden ermee ge-
deze vragen werden tot slot een reeks aan-
stijladvies tot technieken voor insulinethe-
confronteerd.
bevelingen geformuleerd gericht op het
rapie, is de rol van de ‘diabeteseducator’
Diabetes is een belangrijke oorzaak van
verbeteren van de kwaliteit en organisatie
cruciaal. Een duidelijke omschrijving van
ziekte en vroegtijdige dood, het verdubbelt
van de type 2 diabeteszorg in België.
de rol van alle spelers is aangewezen.
het risico op hart- en vaatziekte en het is de voornaamste oorzaak van blindheid en ern-
14
behandeling.
lichaam onvoldoende insuline produceert
Ook de functie van de specialisten (endo-
Verschuiving
crinologen-diabetologen) in de type 2 dia-
stig nierfalen bij volwassenen. Diabetes zorgt
Het KCE meent dat de traditionele
beteszorg moet concreter bepaald worden.
niet alleen voor groot menselijk lijden, de
behandeling van type 2 diabetes, die vooral
Zijn of haar taak moet bij voorkeur liggen in
aandoening heeft ook een grote impact op
op symptomen en complicaties gericht is,
het coachen en opleiden van alle leden van
de uitgaven voor de gezondheidszorg. Daar-
moet verschuiven naar een proactieve,
het multidisciplinaire team. Verder moeten
om dringt de vraag zich op hoe een kwali-
patiëntgerichte en geïntegreerde zorg. Een
er duidelijke richtlijnen komen voor het
teitsvolle diabeteszorg beter kan georgani-
diabeteszorg die gericht is op ziektema-
doorverwijzen van de individuele patiënt
seerd worden, vooral ook omdat het
nagement met nadruk op patiënteneduca-
naar een specialist. Met de geschatte toe-
onzeker is of de huidige overeenkomst tus-
tie, systematische preventie en opvolging
name van het aantal type 2 diabetici zullen
sen de ziekenhuizen en het RIZIV volstaat
van complicaties en actieve betrokkenheid
deze diensten anders overspoeld worden
Ere-voorzitter Vlaamse Diabetesvereniging en coördinator van KCE-rapport vol. 27.
Toen het KCE haar oproep lanceerde voor
Liefst indicatoren die je zowel op patiënt
stellen we vast dat geen enkel zorgmodel
een onderzoeksproject rond de kwaliteit en
niveau als op macroniveau kan gebruiken.
in de ons omringende landen is voorzien
organisatie van diabeteszorg, werd onder
Voorbeelden zijn het meten van hemoglobi-
op de type 2 diabetesepidemie die zich de
coördinatie van de Vlaamse Diabetes Vereni-
ne-Alc op regelmatige tijdstippen, het jaar-
komende jaren aandient.
ging een onderzoeksconsortium samengesteld
lijks naar de oogarts sturen van een diabeet
met zowel diabetesspecialisten als huisartsen
en nog talrijke andere. Alleen aan de hand
Bij de publicatie kreeg het rapport brede
uit diverse universiteiten. Een dergelijke
van dergelijke indicatoren kan je de kwaliteit
weerklank, ook in de pers. Vandaag is het
samenwerking is een unicum in België. Alleen
van de aangeboden zorg evalueren. Het
rapport een beleidsinstrument geworden. Het
vind ik het jammer dat van de Franstalige
goede nieuws is dat in de richtlijnen over
duikt overal op en het heeft een grote séri-
collega’s alleen de huisartsen van de UCL
diabeteszorg – zowel aan Vlaamse als Frans-
eux. Bij het RIZIV bijvoorbeeld wordt het ge-
hebben deelgenomen. Het draagvlak voor de
talige kant – alle relevante indicatoren al
bruikt om eindelijk te werken rond zorgpa-
aanbevelingen in het rapport zou wellicht nog
zijn opgenomen die we ook in de internatio-
den voor mensen met type 2 diabetes.
groter zijn, als er ook in Franstalig België een
nale literatuur terugvonden.
Anderen zien de aanbevelingen als model
bredere respons was geweest.
Good Clinical Practice
Prof. dr. Chantal Mathieu,
voor de zorg van andere chronische ziekten. Het slechte nieuws voor de Belgische dia-
Ook de industrie heeft het rapport ontdekt.
De samenwerking tussen het KCE en het
beteszorg is dat geïsoleerde interventies,
Firma X heeft een fantastisch medisch com-
onderzoeksteam verliep bijzonder vlot. De
zoals vandaag nog vaak gebeurt, weinig
puterdossier ontworpen, firma Y heeft een
medewerkers van het KCE hebben vooral
efficiënt zijn. Type 2 diabeteszorg is sterk
ongezien pakket rond diabeteseducatie uit-
gewaakt over de kwaliteit van het onder-
gebaat bij een meer geïntegreerde zorg,
gewerkt, zich te pas, soms te onpas, beroe-
zoek, deden analyses vlotter lopen, kataly-
aangepast aan chronisch zieke patiënten.
pend op het rapport. Nu ja, als het uiteinde-
seerden de samenwerking tussen de
Belangrijk is dat er goede afspraken zijn
lijk leidt tot een betere zorg voor de
onderzoeksteams, zonder evenwel het
over de rol van de huisarts, de specialist,
diabetespatiënt is dat meegenomen.
onderzoek te sturen.
de diabetesverpleegkundige, de apotheker
Kortom, naar mijn aanvoelen kan dit rapport,
enz. Ons ziektezorgmodel, waarin de zorg-
opgesteld door een multidisciplinair team over de
Uit de studie blijkt in de eerste plaats dat je
verstrekker vergoed wordt per prestatie,
universiteiten heen, uitgroeien tot het fundament
over goede zorgindicatoren moet beschikken.
leent zich daar moeilijk toe. Anderzijds
van een nieuw diabeteszorgbeleid in België.
15
terwijl hun grootste aandacht moet uitgaan
KCE zijn heel wat indicatoren, standaarden
van de huisarts als coördinator van een
naar type 1 diabetici, naar behandeling van
en evaluatiecriteria opgenomen die toela-
multidisciplinair zorgteam in samenwerking
complicaties en naar type 2 diabetici met
ten de kwaliteit van de geleverde zorgen te
met specialisten, de actieve betrokkenheid
een ingewikkeld insulineregime of ernstige
meten. Ook polyvalente klinische informa-
van de patiënt (‘patient empowerment’),
diabetesverwikkelingen.
tiesystemen voor een globale behandeling
klinische informatiesystemen en kwaliteits-
Toekomstige hervormingen in het beleid
zijn nodig alsook informatie en communica-
bewaking. Al deze elementen zullen een
van de gezondheidszorg moeten voldoen-
tienetwerken voor een optimale en multi-
hoogkwalitatieve en geïntegreerde zorg
de rekening houden met de gedeelde zorg
disciplinaire opvolging van de patiënten.
voor patiënten met complexe, chronische
in de eerste lijn en de centrale rol van de
Om al deze aanbevelingen efficiënt te im-
aandoeningen een stuk dichterbij brengen. KCE-rapport vol. 27. De kwaliteit en de organisatie van type 2 diabeteszorg, i.s.m. de Vlaamse Diabetes Vereniging en UA, KULeuven, UGent, UCL.
huisarts. Binnen de huidige diabetesconven-
plementeren is een consequent nationaal
tie is er bijvoorbeeld een stimulans om elke
beleid vereist. Er zijn op dit ogenblik vele
type 2 diabeticus met insulinetherapie door
interessante initiatieven om de diabeteszorg
te sturen naar de specialist. Al was het al-
te verbeteren. Helaas zijn ze versnipperd.
leen maar voor de terugbetaling van gluco-
Beter is ze te vervangen door nationale ini-
seteststrips.
tiatieven die voortbouwen op de sterke punten van de lokale initiatieven.
Resultaatgericht Een belangrijk element in de voor-
16
Diabetes voorbij
gestelde aanpak is de opvolging van de kwa-
Tot slot stelt het KCE dat tal van
liteit van de zorg: er moet gewerkt worden
aanbevelingen uit deze studie ook kunnen
naar het gewenste resultaat gedefinieerd
toegepast worden op de zorg voor patiën-
door indicatoren. In het rapport van het
ten met andere chronische ziekten: de rol
… rust roest!
Zeven op tien Belgen krijgt ooit te
schatten. Men gaat er bijvoorbeeld vanuit dat
en voedingssector. Bovendien leiden meer dan
maken met lage rugpijn. Gelukkig verdwijnt
een kwart van alle bezoeken aan de huisarts te
6% van de arbeidsongevallen tot chronische
die pijn meestal binnen de zes weken. Duurt
maken heeft met rugproblemen. Een ander
lage rugpijn met arbeidsongeschiktheid tot ge-
de pijn langer dan drie maanden of komt hij
voorbeeld: in 2004 werden 40 000 ziekenhuis-
volg. De jaarlijkse maatschappelijke kost van dit
regelmatig terug, dan spreekt men van
opnames geregistreerd voor lage rugproblemen
medisch probleem ligt dan ook tussen 270 mil-
‘chronische lage rugpijn’: een kwelling voor
en 46 000 consultaties in het dagziekenhuis.
joen en 1,6 miljard euro. En dat is slechts een
de patiënt en een kopzorg voor de arts.
Op basis van dergelijke cijfers berekende het
voorzichtige schatting, meent het KCE.
Bovendien neemt lage rugpijn een fikse hap
KCE dat de medische kosten van chronische
uit het budget van de ziekteverzekering.
lage rugpijn jaarlijks tussen de 81 en 167 mil-
Het KCE onderzocht dit pijnlijk probleem
joen euro bedragen. Dat geld wordt vooral
De meest frappante conclusie van
vanuit drie invalshoeken: hoe ernstig is de
besteed aan diagnostische tests, kinesitherapie,
de studie stelt dat er een overmaat is aan
pathologie en welke kosten zijn eraan ver-
injecties en operaties. Toch is dat bedrag maar
tests en behandelingen voor chronische
bonden? Welke diagnostische en therapeu-
het tipje van de ijsberg: de totale maatschap-
lage rugpijn. Vele van die tests brengen wei-
tische paden volgt de arts het best? Wat is
pelijke kost van chronisch lage rugpijn ligt zeker
nig nieuwe elementen aan het licht: radio-
de rol van de arbeidsgeneesheer?
drie tot tien keer hoger. Het is vooral de werk-
grafieën, scans en laboratoriumtests zijn on-
gever die het gelag betaalt want lage rugpijn is
nodig voor de diagnose van lage rugpijn,
verantwoordelijk voor 10% van het ziektever-
tenzij de arts specifieke symptomen vast-
zuim dat langer dan een maand duurt.
stelt die kunnen wijzen op een ernstige on-
Een financiële aderlating Een eerste opvallende vaststelling: bij
Onheus behandeld
gebrek aan een precieze diagnosestelling is de
De klacht komt het meest voor bij
reële omvang van het probleem moeilijk in te
mannelijke arbeiders in de schoonmaak-, bouw-
minderheid het geval.
Over chronische lage rugpijn is de literatuur
Met deze studie hebben we pionierswerk
duidelijk: er bestaat geen magische oplossing,
verricht: voor het eerst werden mensen uit
alleen fysieke activiteit lijkt echt te helpen, blij-
kennisgebieden samengebracht die elkaar in
ven bewegen is dan ook essentieel. Dat is een
de praktijk zelden of nooit ontmoeten. Te-
moeilijke boodschap om over te brengen,
meer daar in België het organisatiesysteem
vooral als het om werk en arbeid gaat. Omdat
rond arbeidsgeneeskunde eerder gesloten is.
informatie en educatie van de patiënt (en de
Behandelende artsen en preventieartsen
Prof. dr. Philippe Mairiaux
werknemer?) recente onderzoeksdomeinen
(zoals arbeidsgeneesheren) ontmoeten el-
en MR. Déo Mazina,
zijn waarover nog niet veel Evidence-Based
kaar in feite nooit, om nog te zwijgen van de
Ecole de Santé publique, ULg.
referentiestudies bestaan, heeft het KCE ons
adviserende artsen van de ziekenfondsen.
uitgenodigd om aan deze studie deel te ne-
Als er al contacten zijn, worden die vaak be
men. We hebben met genoegen vastgesteld
moeilijkt door de bestaande regelgeving die
dat het KCE haar studies ook naar deze
niet voorziet in een goede afbakening van
maatschappelijke aspecten wil uitbreiden.
bevoegdheden.
Good Clinical Practice
Lage rugpijn?
derliggende oorzaak. Dat is slechts in een
17
Op het politieke niveau, brengt het studierap-
na te gaan hoe de werknemer geleidelijk en
te exploiteren. Zo is er bijvoorbeeld geen en-
port concrete elementen aan om de samen-
optimaal terug in het arbeidscircuit kan stap-
kele kruisverwijzing tussen de gegevens van
werking tussen de diverse artsen en diensten
pen. Bij voorkeur wordt ook de huisarts bij dit
het RIZIV over uitgekeerde vergoedingen en
te bevorderen. De patiënt wordt daarbij in het
overleg betrokken.Wij hebben echter kunnen
de gegevens over de pathologie waarvoor
centrum geplaatst, eerder dan hem of haar te
vaststellen dat in de geïnformatiseerde gege-
die uitkeringen werden toegekend. Men kent
onderwerpen aan tegenstrijdige adviezen. De
vensdossiers van de huisarts doorgaans geen
met andere woorden uitkeringen toe, maar
nodige elementen voor een dergelijk systeem
spoor is terug te vinden van de uitgeschreven
men is niet in staat om te analyseren op
bestaan al, het volstaat om de organisatie er-
getuigschriften voor arbeidsongeschiktheid.
basis waarvan die worden verleend.Wij drin-
van te verbeteren. Dat kan, gezien het infor-
Aan de andere kant worden de gegevens van
gen er in het rapport op aan om van com-
matietijdperk waarin we vandaag leven, geen
elk voorschrift voor een geneesmiddel zorg-
patibiliteit tussen gegevensbanken een kwa-
onoverkomelijk probleem zijn. Een voorbeeld
vuldig elektronisch bewaard. Toch menen wij
liteitscriterium te maken voor nieuwe
uit het rapport: stel dat er een overleg plaats-
dat ook het onderbreken van de arbeidsacti-
gegevensystemen. Ondanks alles moeten we
grijpt tussen een arbeidsgeneesheer en een
viteiten integraal deel uitmaakt van de
toch ook aangeven dat het Fonds voor
adviserende arts naar aanleiding van een
behandeling!
Beroepsziekten (FBZ) in staat is om zeer
werknemer die al een bepaalde periode
Ook ondervonden we grote moeilijkheden
precieze gegevens bij te houden over de
werkonbekwaam is. Het overleg heeft tot doel
om de gegevens van bestaande databanken
duur van arbeidsongeschiktheid.
Aan de andere kant blijkt dat een groot aantal
belang is. Hiervoor moet in de eerste plaats
Iedereen moet inzien dat oefening, training en
van de uitgevoerde therapieën hun effectiviteit
de behandelende arts zorgen. De patiënt
beweging sleutelfactoren zijn voor de preven-
niet heeft bewezen. Of erger nog, van sommige
moet beseffen dat de rugpijn meestal (in
tie en genezing van lage rugpijn. Het motto
veelvuldig toegepaste behandelingen staat vast
90% van de gevallen) spontaan verdwijnt
‘rust roest!’ gaat zeker op voor onze rug.
dat ze niet nuttig zijn of zelfs de zaak vererge-
binnen de zes weken. Het is belangrijk dat
ren. De meest effectieve behandeling is noch-
hij of zij blijft bewegen, zelfs met pijn. Die
KCE-rapport vol. 48.Chronische lage rugpijn,
tans heel eenvoudig: verstandig bewegen!
pijn is niet het signaal van een letsel dat kan
i.s.m. UCL, Ziekenhuis Oost Limburg, ULg,
Verder lijkt een multidisciplinaire benadering
erger worden zoals vele patiënten denken.
SSMG, KUL, Socialistische Mutualiteit.
van lage rugpijn aangewezen. Een goede be-
Tevens moeten patiënten inzien dat facto-
handeling bestaat uit een combinatie van
ren als stress, angst of het gebrek aan be-
oefening- en trainingsprogramma’s, patiën-
roepsvoldoening de evolutie van acute naar
teneducatie, verbetering van de lichaams-
chronische lage rugpijn versnellen. Aange-
houding, relaxatie, en een evaluerend be-
zien chronische lage rugpijn en absenteïsme
zoek aan de arbeidswerkplaats. Meer
op het werk sterk met elkaar verbonden
invasieve technieken als injecties of opera-
zijn, is ook in patiënteneducatie een rol
ties hebben hun meerwaarde niet bewezen.
weggelegd voor de arbeidsgeneesheer.
Tractie en artrodese (het vastzetten van
De huisarts en de arbeidsgeneesheer moe-
twee of meer ruggenwervels) zijn op basis
ten er eveneens op aandringen dat een pa-
van wetenschappelijke studies zelfs sterk af
tiënt met lage rugpijn zo snel mogelijk zijn
te raden. Ze doen meer kwaad dan goed.
of haar dagelijkse activiteiten hervat en pre-
Toch werden er in 2004 nog meer dan
ventiestrategieën toepast zodat de pijn niet
7.000 wervelfusies uitgevoerd in België.
chronisch wordt. En waarom geen rugscholen organiseren op de werkplaats zelf?
Een actieve preventie
18
In het algemeen zouden alle gezondheids-
Uit dit alles vloeit voort dat cor-
werkers gesensibiliseerd moeten worden
recte informatie aan de patiënt van kapitaal
voor de gevaren van lichamelijke inactiviteit.
… leuke denkpiste, maar praktisch niet haalbaar
gevonden. Bovendien worden functionele schalen bij de behandeling bijna niet gebruikt. Als het een troost mag zijn: in andere landen is het nauwelijks anders. Derhalve komt het KCE tot het besluit dat het praktisch onhaalbaar is om op ruime schaal een terugbetalingsstelsel voor kinesitherapie toe te passen op basis van de functionele toestand van de individuele patiënt. Slechts voor een beperkt aantal aandoeningen, zoals de revalidatie na een beroerte, lijkt dit wel mogelijk. Anderzijds stelt het KCE vast dat de dage-
Good Clinical Practice
Terugbetaling kine flexibel aanpassen …
lijkse gang van zaken in de Belgische kinepraktijk niet altijd wetenschappelijk onderbouwd is. Dat doet afbreuk aan de algemene kwaliteit van de geboden zorg. Bovendien worden een aantal handelingen toegepast, zoals tractie, ultratonen, elektrotherapie en massage, die (wetenschappelijk bewezen) niet altijd even nuttig zijn. Het rapport concludeert dat de kennis Vandaag krijgt een patiënt die (am-
interessant, maar is het ook haalbaar? Om
van de kinesitherapeuten dringend moet
bulant) door een kinesitherapeut wordt
een aangepaste terugbetaling mogelijk te
geactualiseerd worden. Hun opleiding en
behandeld tot achttien sessies terugbetaald.
maken moeten er alleszins objectieve crite-
permanente vorming moet zich meer ori-
Heeft hij of zij meer dan achttien sessies
ria en meetschalen voorhanden zijn. Helaas
ënteren naar technieken die gebaseerd
nodig, dan vermindert de terugbetaling.
zijn die in de kinepraktijk weinig voorhan-
zijn op evidence. Het KCE breekt een lans
Alleen voor enkele chronische aandoenin-
den en dan nog alleen maar voor een be-
voor initiatieven die de kwaliteit van de
gen is er een uitzondering.
perkte groep aandoeningen. En als er dan al
kinezorg verbeteren en voor een systeem
Men kan zich afvragen of dit forfaitair
een meetschaal is, dan blijkt het aantal mo-
van accreditatie. Inspiratie is er voldoende
systeem wel is aangepast aan de behoeften
gelijke combinaties en scores onoverzichte-
te vinden in andere Europese landen.
van de patiënt. Zijn achttien sessies door-
lijk groot.
Hierin moeten de hogescholen, universi-
gaans te weinig of teveel? Een moeilijke
Om een uitspraak te doen over een moge-
teiten en wetenschappelijke verenigingen
vraag want het antwoord hangt af van het
lijke aanpassing van het terugbetalingssys
van kinesitherapeuten een belangrijke rol
type en de ernst van de aandoening en van
teem voor kinesitherapie, onderzocht het
op zich nemen.
de algemene gezondheid van de patiënt.
KCE meer dan 5 000 kinesessies bij 400
Het idee om de terugbetaling op een flexi-
Belgische kinesitherapeuten. De motieven
bele manier te koppelen aan de individuele
waarom patiënten een kinesitherapeut op-
KCE-rapport vol. 40. Functioneel bilan van de
functionele mogelijkheden van de patiënt
zoeken, lopen sterk uiteen. Meer dan hon-
patiënt als mogelijke basis voor nomenclatuur
(en de evolutie daarvan) is natuurlijk wel
derd verschillende redenen werden terug-
van kinesitherapie in België , i.s.m. UCL.
19
Zeg me waar je woont … … en ik bereken je kans om geopereerd te worden Je zou denken dat een beslissing om
schillen in de frequentie van chirurgische ingre-
iemand te opereren weldoordacht wordt ge-
pen. Een onvermijdelijke vraag is dan ook of in
nomen en dat er weinig regionale verschillen
bepaalde regio’s chirurgische ingrepen plaatsvin-
tussen ziekenhuizen zouden zijn. Niets is minder
den die niet echt nodig zijn? Het KCE stelt onom-
waar, blijkt uit een onderzoek van het KCE. De
wonden dat plaatsgebonden ‘specificiteiten’ - zo-
woonplaats bepaalt mee welke kans iemand
als ‘over-enthousiasme’ van een chirurg of lokale
heeft om een bepaalde ingreep te ondergaan.
consensus - geen goed motief zijn om chirurgie
Deze studie heeft uitsluitend betrekking op de
te bedrijven. Zeker niet in een tijd waarin de ge-
‘electieve’ chirurgie. Dat zijn de niet-urgente
neeskunde zich steeds meer baseert op eviden-
ingrepen die enige tijd op voorhand kunnen
ce. Toch blijken dergelijke ‘lokale’ praktijken zich
gepland worden zonder dat de gezondheid
nog steeds voor te doen, ondermeer bij hyste-
van de patiënt acuut in gevaar is. Het KCE
rectomie en artroscopie van de knie.Twee ingre-
onderzocht acht specifieke ingrepen, het
pen die in sommige ziekenhuizen te vaak om
bracht de geografische verschillen in de chi-
opportune redenen worden uitgevoerd.
rurgiepraktijk in beeld, de impact van de zorg-
Verder variëren de aanbevelingen van het KCE
vraag en het zorgaanbod op deze verschillen,
naargelang de ingreep: voor artroscopie van
en tot slot werd het therapeutisch nut van de
de knie stelt het KCE een consensusconferen-
gegeven zorg geëvalueerd.
tie voor en/of de redactie van klinische prak-
De studie toont allereerst aan dat de verschillen
tijkrichtlijnen om tot een harmonisatie te ko-
in zorgvraag voor een deel de waargenomen
men. Andere aanbevelingen zijn de ingreep te
heterogeniteit in electieve chirurgie verklaren. De
beperken tot een aantal centra (carotisopera-
zorgvraag wordt ook beïnvloed door socio-
tie), na te gaan wat de werkelijke frequentie
economische factoren (inkomenspeil, alleenstaan-
van een aandoening is (cataract, carpal tunnel
den, kroostrijk gezin, werkloosheid …).
syndroom), of het publiek beter in te lichten
Aan de zijde van het aanbod kan men zich af-
over de voor- én nadelen van sommige ingre-
vragen of de artsendensiteit (het al of niet in
pen (keizersnede, hysterectomie).
een regio aanwezig zijn van een arts die een bepaalde ingreep uitvoert) of het aantal beschikbare acute ziekenhuisbedden een invloed hebben op het aantal ingrepen. Het KCE-onderzoek wijst uit dat deze factoren nauwelijks meespelen.Wel blijkt voor de drie interventies die in dagziekenhuis worden uitgevoerd (cataract, carpal tunnel syndroom en artroscopie van de knie), dat de gemeenten met een hoge graad van dagchirurgie ook een hoge graad van electieve chirurgie hebben. Dat kan betekenen dat een groter aanbod van dagchirurgie meer patiënten aantrekt omwille van de toe-
20
gankelijkheid en aantrekkelijkheid.
KCE-rapport vol. 42. Studie naar
Zowel vraag als aanbod verklaren met andere
praktijkverschillen bij electieve chirurgische
woorden slechts voor een deel de regionale ver-
ingrepen in België , i.s.m. ULg.
… een mes dat aan twee kanten snijdt
Feedback op de feedback … … de mening van artsen Belgische artsen ontvangen sinds enkele
Vandaag zijn ‘richtlijnen voor een
dit dat zowel de patiënt deze richtlijnen
jaren een document met cijfers en uitleg over hun
goede klinische praktijk’ niet meer weg te
kan inroepen om een mogelijke fout van
voorschrijfgedrag. Deze originele ‘feedback’ is op-
denken uit de Westerse gezondheidszorg.
de arts aan te tonen, maar dat ook de arts
gezet door de Nationale Raad voor Kwaliteitspro-
Ze verzamelen en vatten op een begrij-
ze als verweermiddel kan gebruiken om
motie (NRKP) van het RIZIV. De feedbacks heb-
pelijke manier de alsmaar toenemende
zijn of haar correct handelen te bewijzen.
ben als doel de kwaliteit van het voorschrijfgedrag
hoeveelheid informatie samen over hoe
Verder verwachten de KCE-experts dat
te verbeteren en dit op basis van de meest re-
een arts het best handelt in bepaalde si-
ook gerechtelijk deskundigen in toene-
cente aanbevelingen voor goede medische prak-
tuaties. Op zich is een richtlijn bedoeld als
mende mate hun adviezen zullen base-
tijkvoering. De eerste terugkoppeling op het
een instrument om de zorgverlener en
ren op richtlijnen aangezien deze een
voorschrijfgedrag betrof antibiotica, andere volg-
de patiënt te helpen in het nemen van
samengevatte versie van klinische evi-
den (geneesmiddelen om de bloeddruk te verla-
beslissingen. De behandelende arts be-
dence (kunnen) zijn. Toch is het mogelijk
gen en preoperatieve onderzoeken).
houdt echter autonomie en kan afwijken
dat er voor eenzelfde klinische situatie
Zoals voor elke nieuwe beleidsmaatregel is het goed na
van die richtlijnen op basis van zijn of haar
verschillende praktijkrichtlijnen bestaan.
enige tijd de impact te evalueren. Daarom peilde het KCE
eigen professioneel oordeel, van bepaalde
In dat geval moet er een hiërarchie op-
naar de mening van huisartsen uit het Franstalig en Neder-
klinische omstandigheden of van de voor-
gemaakt worden naargelang de kwaliteit
landstalig landsgedeelte. Hoe ervaren zij de feedback en in
keur van de patiënt.
en ontwikkelingsmethode van de ver-
hoeverre beïnvloedde het hun voorschrijfgedrag?
Het is een nieuw fenomeen dat er ook
schillende richtlijnen. Bovendien veron-
Uit dit onderzoek komt enerzijds naar voor dat artsen
steeds meer beroep wordt gedaan op
derstelt een goede praktijkrichtlijn een
de terugkoppeling als een bedreiging van hun autonomie
praktijkrichtlijnen bij geschillen, als een
externe validatie van de kwaliteit, (zoals
ervaren, als een arbitraire controle door de overheid om
patiënt bijvoorbeeld wil aantonen dat zijn
door CEBAM - Belgisch Centrum voor
de medische praktijk te standaardiseren en economische
of haar arts onzorgvuldig heeft gehan-
Evidence-Based Medicine) en moet de
objectieven te laten primeren op de kwaliteit van de
deld. Ook juridische uitspraken beroepen
richtlijn actueel blijven.
zorgen. Anderzijds wekken de feedbacks ook nieuwsgie-
zich vaker op praktijkrichtlijnen. En toch
Het KCE waarschuwt echter voor
righeid. Het zet aan om de inhoud ervan te bespreken in
hebben deze richtlijnen - ook al zijn ze
een al te dwingende of repressieve
de lokale kwaliteitsgroepen en huisartsenkringen en zich-
wetenschappelijk verantwoord - geen
invulling van praktijkrichtlijnen. Dat
zelf vragen te stellen bij het eigen medisch handelen.
juridische onderbouw en waarde.
houdt immers risico’s in voor de kwa-
In ieder geval is er tijd nodig vooraleer artsen op grote
Tijd om hieraan aandacht te besteden,
liteit van zorg, het doet afbreuk aan
schaal hun praktijk zullen oriënteren op vernieuwingen
meende het KCE, want in België werd dit
de professionele autonomie van de
als ‘Evidence-Based Medicine’, zelfevaluatie en collectieve
probleem nog niet onderzocht. Samen
arts en zorgt voor een verkeerde
verantwoordelijkheid. De feedbacks moeten gezien
met een groep experts, in hoofdzaak ju-
perceptie en dus ook meer weer-
worden als een instrument in die gestage heroriëntering
risten, zette het KCE zich aan het werk
stand bij zorgverstrekkers. Dit alles
van de geneeskundige praktijk. Daarom moeten ze ver-
om de jurisprudentie ter zake in verschil-
kan de implementatie van richtlijnen
der ondersteund worden en ingepast in een globaal
lende Europese landen te onderzoeken.
als kwaliteitsverbeterend instrument
plan waar ook informatiecampagnes naar het grote pu-
Uit deze analyse blijkt dat een schending
bemoeilijken. Indien, tot slot, de over-
bliek deel van uitmaken, meent het KCE. De onder-
van praktijkrichtlijnen pas dan wordt aan-
heid in haar regelgeving het gebruik
vraagde artsen maakten meteen van de gelegenheid
zien als een medische fout wanneer de
of beschikbaarheid van richtlijnen op-
gebruik om tal van suggesties te doen om de kwaliteit
rechter, al dan niet na advies van een ge-
legt, dan dient ze ook in de nodige
van toekomstige feedbacks te verbeteren.
rechtsdeskundige, oordeelt dat een nor-
randvoorwaarden te voorzien.
Good Clinical Practice
Klinische praktijkrichtlijnen en medische aansprakelijkheid …
KCE-rapport vol. 32. Feedback: onderzoek naar de impact
maal, zorgvuldig handelend persoon in dezelfde omstandigheden de praktijkricht-
KCE-rapport vol. 26. Medico–legale
en barrières bij implementatie - Onderzoeksrapport: deel
lijn wel had nageleefd. Concreet betekent
aspecten van klinische praktijkrichtlijnen.
II in samenwerking met Domus Medica en SSMG.
21
Oor-, keel-, blaasDiagnose en en nierontsteking … behandeling … richtlijnen aangepast aan nieuwe kennis België was één van de Europese
verouderd zouden zijn.
… nationale richtlijnen op het web
koplopers wat betreft antibioticage-
Zo moet in de oorspronkelijke richtlijn
In 2003 werd de Belgische zie-
bruik. De laatste jaren heeft ons land
voor blaasontsteking worden genuan-
kenhuisorganisatie voor kankerzorg ingrij-
inspanningen gedaan om het gebruik
ceerd dat de dipstick het diagnostisch
pend geheroriënteerd met de invoering
van antibiotica terug te dringen. Met
instrument bij uitstek is. De test blijkt
van de oncologische zorgprogramma’s.
succes. Waar we in 1998 op 20 onder-
niet de gevoeligheid te hebben die oor-
Dit betekent concreet dat een oncolo-
zochte Europese landen nog de op één
spronkelijk werd voorgesteld. Ook moet
gisch ‘kwaliteitshandboek’ wordt ontwik-
na gulzigste gebruiker waren, zijn we in
verder bekeken worden of veenbessen-
keld met voor elk type kanker richtlijnen
2002 teruggevallen tot de zesde plaats.
extracten een alternatief kunnen zijn
die voor de diverse etappes, van diagnose
Die verbetering is voor een deel toe te
voor preventieve antibiotica bij vrouwen
tot behandeling, de beste opties beschrijft.
schrijven aan de werking van BAPCOC
die regelmatig last hebben van blaasont-
Hierdoor hoeft niet elk individueel zie-
(Belgian Antibiotic Policy Coordinating
steking. Voor middenoorontsteking heb-
kenhuis eigen richtlijnen op te stellen
Commission), een commissie die in
ben twee recente studies aangetoond
voor een goede oncologische praktijk-
1999 werd opgericht om het antibioti-
dat een behandeling met antibiotica niet
voering. Bovendien kan de patiënt, waar
cabeleid in België te sturen en te coör-
nodig is voor kinderen tussen zes maan-
hij of zij ook wordt verzorgd, genieten
dineren. Er werden verscheidene cam-
den en twee jaar.
van een optimale behandeling.
pagnes gevoerd om zowel ar tsen als
Op nationaal niveau werd de coördina-
het grote publiek te sensibiliseren om
tie van de oncologische zorgprogram-
antibiotica correct te gebruiken. Ook
ma’s bij het College voor Oncologie
de eerste feedbackcampagne over het
gelegd, in de schoot van de FOD Volks-
voorschrijfgedrag van ar tsen was ge-
gezondheid. Het College heeft metho-
richt op antibiotica.
dologische ondersteuning gevraagd aan
BAPCOC is eveneens verantwoorde-
het KCE. Die onuitgegeven samenwer-
lijk voor het uitwerken van goede
king heeft geleid tot het opstellen van
praktijkrichtlijnen voor het gebruik van
een basismodel voor een kwaliteits-
antibiotica. Deze moeten regelmatig
handboek. De eerste twee richtlijnen
worden
van
voor dit handboek werden afgewerkt,
nieuwe evidence. In deze studie wer-
enerzijds voor een veel voorkomende
den een aantal praktijkrichtlijnen uit
vorm van kanker, namelijk colorectale of
2001 en 2002 verder aangescherpt.
dikke darmkanker, en anderzijds voor
bijgewerkt
op
basis
Het gaat om het gebruik van antibio-
De actualisatie van deze richt-
een relatief goed geneesbare vorm,
tica bij acute middenoorontsteking,
lijnen zijn het resultaat van een sa-
teelbalkanker. Opmerkelijk is verder dat
acute keelpijn, acute blaasontsteking
menwerking tussen het KCE en Do-
deze richtlijnen tot stand zijn gekomen
(bij de vrouw) en acute ontsteking van
mus Medica en zullen breed verspreid
in samenwerking met alle wetenschap-
nier en nierbekken (pyelonefritis) bij
worden over het hele medische
pelijke medische verenigingen betrokken
volwassenen. Voor keelontsteking en
korps. Het zal echter wel nodig zijn
bij de diagnostiek en/of behandeling van
pyelonefritis bleven de richtlijnen on-
om de richtlijnen over drie tot vijf
deze vormen van kanker. Het handboek
veranderd, voor de andere aandoenin-
jaar te herbekijken.
is meteen een uiting van de multidisci-
gen waren slechts kleine aanpassingen
22
van kanker …
plinaire aanpak van kanker en de beste
nodig, al was het alleen maar om de
KCE-rapport vol. 43. Herziening bestaande
garantie voor een correcte behande-
kritiek te pareren dat de richtlijnen
praktijkrichtlijnen, i.s.m. Domus Medica.
ling.
… spaarzaamheid geboden!
Deze eerste nationale richt-
Naast de seizoensgriep is er ook
lijnen voor diagnose en behandeling
de angst voor een mogelijke pandemie, een
van kanker kunnen op het web wor-
ernstige en massale (wereldwijde) epidemie.
den geraadpleegd (www.health.fgov.
Het is onmogelijk te voorspellen welke vi-
be/colleges).
richtlijnen,
rusvariant verantwoordelijk zal zijn en wan-
eveneens opgesteld volgens hetzelf-
neer de pandemie zal uitbreken. Het vogel-
de sjabloon, zullen in de nabije toe-
griepvirus is een potentiële voorloper. De
komst volgen. Deze informatie is
werkzaamheid van de antivirale middelen
natuurlijk in de eerste plaats gericht
bij het vogelgriepvirus zijn nog onvoldoende
op oncologen. Maar ook het ver-
gekend. Wel is er al resistentie gemeld. De
pleegkundig personeel, de huisar t-
rationele basis waarop beleidsmakers hun
sen, de patiënten en het algemene
beslissingen moeten baseren, blijven bijzon-
publiek hebben toegang. Door deze
der pover. Vele landen, waaronder België,
informatie breed ter beschikking te
hebben een plan ontwikkeld om de schade
stellen, willen de uitvoerders van dit
van zo’n pandemie te beperken. In die plan-
Andere
project de kwaliteit van de zorgver-
Good Clinical Practice
Geneesmiddelen tegen griep …
nen nemen de antivirale geneesmiddelen
strekking voor alle types van kanker
Sinds de vogelgriep dreigt heeft het
een voorname plaats in. Ook in België werd
verbeteren. Ze willen alle betrokke-
grote publiek het bestaan van antivirale ge-
een lokale voorraad antivirale middelen
nen sensibiliseren voor het belang
neesmiddelen ontdekt. Toch bestaan deze
aangelegd. Het geplande gebruik ervan ver-
van een permanente evaluatie van
geneesmiddelen al tien jaar. Ze worden ech-
schilt van land tot land. De meeste landen
de kwaliteit van de zorg.
ter niet massaal ingezet tegen de jaarlijks
waaronder België opteren voor behande-
terugkerende seizoensgriep omdat het geen
ling van grieppatiënten en niet voor preven-
wondermiddelen zijn. Ze ‘genezen’ een griep
tief gebruik. Volgens het KCE kan bij een
aanval niet, ze verkorten alleen de sympto-
niet te zware pandemie echter een deel van
men met een dag, op een gemiddelde van
de voorraad ook preventief gebruikt wor-
een kleine week. Er zijn geen bewijzen dat
den. Een belangrijke veronderstelling is hier-
antivirale middelen ernstige verwikkelingen
bij dat het virus gevoelig blijft voor de ge-
(longontsteking) en overlijdens vermijden.
neesmiddelen, een reden te meer om ze
Enkel bij hoogrisicopatiënten met een ver-
momenteel gecontroleerd te gebruiken, en
zwakte gezondheid kan de arts overwegen
om niet alle heil van deze middelen alleen
ze in te zetten voor behandeling van sei-
te verwachten.
KCE-rapport vol. 29. Nationale Richt-
zoensgriep. Ze kunnen ook gebruikt wor-
lijnen van het College voor Oncologie :
den bij de preventie van de infectie hetzij
A. Algemeen kader oncologish kwali-
voor of na het contact met het virus. In be-
teitshandboek B. Wetenschappelijke
jaardentehuizen en ziekenhuisafdelingen
basis voor klinische paden voor diag-
kadert het gebruik van deze middelen best
nose en behandeling colorectale kan-
binnen het lokale plan voor controle van
KCE-rapport vol. 49 Antivirale middelen bij
ker en testiskanker, i.s.m. UZGent,
infectieziekten. Ongecontroleerd gebruik
seizoensgriep en grieppandemie. Literatuur-
ULB, UCL, College Oncologie, FOD
werkt mogelijk ook het optreden van resis
studie en ontwikkeling van praktijkrichtlijnen
Volksgezondheid.
tentie van het virus in de hand.
i.s.m. Domus Medica, UZGent, UGent, UA.
23
Health
Analyse klinische praktijk en ontwikkeling klinische praktijkrichtlijnen (Good Clinical Practice) Evaluatie van medische technologie (Health Technology Assessment) Organisatie en financiering van de gezondheidszorg (Health Services Research) Billijkheid, patiëntengedrag e.a. (Equity, Patient Behaviour e.a.)
Health Technology Assesment
Technology Assessment… ... de toegevoegde waarde van (nieuwe) technologie op de weegschaal
Als in de gezondheidszorg een technologie of behandeling
De industrie heeft een wat ambigue relatie met HTA. De produ-
wordt toegepast, zijn vier vragen op hun plaats: “Kan het werken?”,
cent van een nieuw geneesmiddel, toestel of technologie ziet in HTA een
“Werkt het in de praktijk?”, “Biedt de technologie een meerwaarde
mechanisme dat de marktintroductie van zijn product vertraagt. Toch
die bovendien betaalbaar is?” en “Is het maatschappelijk mogelijk en
biedt een goede samenwerking tussen industrie en HTA-onderzoekswe-
aanvaardbaar om ze toe te passen in de dagelijkse medische praktijk?”.
reld voor beiden voordelen. Als ze samenwerken, kunnen ze wetenschap-
Voor de buitenstaander lijkt het vanzelfsprekend dat op deze vragen
pelijke gegevens efficiënter gebruiken of klinische studies optimaliseren
steevast een ’ja’ volgt. Maar de werkelijkheid is vaak anders.
tijdens de ontwerpfase. Bovendien draagt een succesvol. HTA-onderzoek bij tot een breder en duurzamer gebruik van het nieuwe product. Voor
Het KCE zoekt naar de objectieve antwoorden op deze vier
de producent kan dat op lange termijn waardecreërend zijn.
vragen in het onderzoeksluik health technology assessment (HTA). HTA vertrekt van de overtuiging dat medische technologie de samen-
Het KCE bouwde het HTA-luik uit tot één van de pijlers van
leving ten goede moet komen en niet alleen de uitvinder of het be-
haar opdracht. Niet als middel om besparingen in de gezondheidssector
drijf dat de technologie op de markt brengt. In de praktijk staat in
te rechtvaardigen of een rem te zetten op de toepassing van nieuwe
HTA vaak volgende vraag centraal: hoe gaat de ziekteverzekering om
technologie. Wel om de overheid bij te staan in haar zoektocht naar
met een veelbelovende, innovatieve technologie waar de nodige be-
meerwaarde voor de patiënt en doelmatig gebruik van beschikbare mid-
wijskracht veelal nog beperkt of onzeker is? Te lang wachten met de
delen. Daarbij hoeft innovatie niet noodzakelijk te leiden tot een peper-
introductie kan levensreddende behandelingen aan de patiënten ont-
dure gezondheidszorg. Innovatie betekent ook: betere én goedkopere
zeggen. Te snel introduceren kan leiden tot belangrijke risico’s voor de
producten voortbrengen. Met haar HTA-onderzoek wil het KCE bijdragen
patiënt en een ontsporing van het budget van de ziekteverzekering.
tot een optimale inzet van de beperkte beschikbare middelen.
Hier vindt u een overzicht van de studies die het KCE in 2006 publiceerde over Health Technology Assessment. Een meer gedetailleerde inventaris vindt u op de website van het KCE (www.kce.fgov.be).
25
Kankerscreening … … de kunst om de juiste test te kiezen Een goede algemene screening voor
opsporing staat de individuele patiënt cen-
kanker, prostaatkanker en baarmoederhals-
de vroege opsporing van kanker moet aan
traal, bij een algemene screening dient een
kanker. Uit het onderzoek zijn verrassende
diverse criteria voldoen. Deze criteria zijn
evenwicht gezocht te worden tussen het
lessen te leren.
niet noodzakelijk dezelfde als voor de opspo-
winnen van zoveel mogelijk levensjaren door
ring van kanker bij een individu. Zo moet
het opsporen van kanker in een vroeg stadi-
elke screening op bevolkingsniveau maximale
um en het feit dat (een deel van) de bevol-
Jaarlijks wordt bij ongeveer 7 700
kwaliteitsgaranties bieden en voldoende toe-
king wordt blootgesteld aan de risico’s die de
Belgen colonkanker vastgesteld. De enige
gankelijk (liefst zelfs gratis) zijn voor de deel-
test met zich meebrengt. Tevens moet de
test die in een algemene screening ook ef-
nemers. Verder moet de screening begeleid
test zo weinig mogelijk vals positieve en vals
fectief de sterfte aan colonkanker doet dalen,
worden met volledige en goed begrijpelijke
negatieve resultaten opleveren.
is om de twee jaar bloed opsporen in de
informatie over de te verwachten voordelen
De doeltreffendheid van elk bevolkingson-
stoelgang bij mensen ouder dan 50 jaar. De
en mogelijke nadelen. Het is de bedoeling
derzoek is in de eerste plaats afhankelijk van
test is verre van perfect, maar bloedingen zijn
dat éénieder in volle vrijheid en met vol-
de mate waarin de doelgroep deelneemt, de
nu eenmaal het enige detecteerbare symp-
doende kennis kan beslissen om deel te ne-
kwaliteit van de test en de werkzaamheid
toom van een beginnende darmtumor. De
men aan het programma. Bovendien moet
van de behandeling van personen bij wie
specificiteit van het onderzoek is niet erg
een algemene screening kosteneffectief zijn
men een tumor detecteert. Als aan één van
hoog: wie positief test, heeft daarom nog
voor de maatschappij.
deze drie voorwaarden niet optimaal is vol-
geen colonkanker. Er is dan vervolgonder-
Allemaal argumenten die niet in dezelfde
daan, zal het bevolkingsonderzoek niet be-
zoek via een coloscopie nodig om aan te
mate opgaan voor de opsporing van kanker
antwoorden aan de verwachtingen.
tonen of er inderdaad kanker aanwezig is.
bij een individu.
Het voorbije jaar onderzocht het KCE de in-
Buitenlandse voorbeelden hebben aange-
Ook de verwachte voordelen van een bevol-
ternationale literatuur over de algemene
toond dat een dergelijk screeningprogramma
kingsonderzoek liggen anders dan bij een in-
screening voor de vroege opsporing van drie
vanaf de leeftijd van 50 jaar de sterfte door
dividuele kankeropsporing. Bij een individuele
veelvoorkomende vormen van kanker: colon-
colonkanker met ongeveer 15% kan vermin-
Colonkanker
In de loop van 2006 publiceerde het KCE meer-
van rigoureuze reflectie. Ik ben ervan overtuigd
dere studies over de algemene opsporing van
dat analyses over kostprijs / voordeel / doeltref-
kanker. Een item dat de Stichting tegen Kanker
fendheid / nadeel vandaag niet meer weg te
zeer na aan het hart ligt. Bij het KCE-onderzoek
denken zijn in de gezondheidszorg. In het bij-
dat zich richtte op de opsporing van prostaat-
zonder in de oncologie, een discipline die als-
kanker, waren wij zelfs nauw betrokken. Het zijn
maar complexer én duurder wordt. Maar dat
stuk voor stuk studies die reacties hebben losge-
betekent hoegenaamd niet dat we geen voort-
weekt en die impact hebben op beleidsniveau
durende aandacht moeten besteden aan de
… niet altijd onmiddellijk na de publicatie en
kwaliteit van de individuele relaties tussen arts
Dr. Didier Vander Steichel
niet altijd even zichtbaar. Maar vanwege de
en patiënt.
Wetenschappelijk directeur van de
complexiteit van de Belgische beleidsstructuren
Stichting tegen Kanker.
met betrekking tot de gezondheidszorg en ge-
Men mag de moeilijkheden niet onderschatten
zondheidspreventie kan je dat ook niet altijd
van een kritische benadering zoals die door het
verwachten.
KCE werd ontwikkeld. Het is alleen al aartsmoeilijk om het brede publiek en de artsen te doen inzien
26
Ik meen dat de vragen die de KCE-onderzoe-
wat een ‘algemene screening’ precies inhoudt. We
kers behandeld hebben, absoluut pertinent zijn.
hebben dat vorig jaar al gezien toen de studie over
Zonder uitzondering verdienden ze dit soort
borstkankerscreening bij vrouwen jonger dan vijftig
Na grondige evaluatie van deze
vixkankerscreening door middel van een
Het KCE becijferde dat de invoering van een
proefprojecten kan dan de beste organisatie-
uitstrijkje. Door die screening worden jaarlijks
algemene screening in België tussen de 20 en
wijze voor België gekozen worden. De we-
1400 gevallen van baarmoederhalskanker
35 miljoen euro per jaar zou kosten.
tenschappelijke literatuur beveelt in ieder
vermeden.Toch zijn er elk jaar nog 700 vrou-
geval een tweejaarlijkse screening aan voor
wen bij wie baarmoederhalskanker wordt
alle personen ouder dan 50 jaar.
vastgesteld, waarvan een derde vroegtijdig zal
De belangrijkste onzekerheid is hoeveel mensen ook echt zullen deelnemen aan
overlijden. De sterfte aan baarmoederhals-
een georganiseerde screening. Om deze en
De meeste colorectale kankers ko-
kanker kan vooral dalen door een grotere
andere onzekerheden in de praktijk te evalue-
men voor bij individuen zonder aanwijzingen
deelname van vrouwen aan de screening,
ren, stelt het KCE voor om enkele pilootpro-
voor verhoogd risico, maar één vierde van
stelt het KCE. Bij 41% van de vrouwen tussen
gramma’s op te starten. Ze moeten de prakti-
de colorectale kankers komen voor bij per-
25 en 64 jaar wordt immers zelden of nooit
sche haalbaarheid van het programma nagaan
sonen met een aanwijsbaar verhoogd risico,
een uitstrijkje genomen.
door volgende elementen te onderzoeken:
hetzij door een familiale voorgeschiedenis,
• hoe worden mensen best uitgenodigd
hetzij door persoonlijke aanleg of anteceden-
Het kan in ieder geval stukken beter.
om deel te nemen aan de screening, via
ten. Deze groep komt niet in aanmerking
Dat bewijzen buitenlandse voorbeelden. Een
de huisarts of door een brief,
voor een screeningprogramma, maar het is
degelijk georganiseerde aanpak bewijst zijn
wel belangrijk dat deze personen regelmatig
doeltreffendheid met een deelname van bo-
worden opgevolgd met een coloscopie.
ven de 80% en een verdere daling van inva-
• hoe onthalen de potentiële deelnemers de test,
sieve baarmoederhalskanker met 35%. Een
•hoe worden de 10 000 bijkomende coloscopieën uitgevoerd die de test met
KCE-rapport vol. 45. Colorectale Kankerscree-
degelijk georganiseerd screeningprogramma
zich mee zal brengen,
ning: wetenschappelijke stand van zaken en
heeft een grotere impact dan opportunistisch
budgetimpact voor België.
screenen omdat er meer vrouwen worden
• hoe worden de deelnemers best overtuigd om een coloscopie te laten uitvoeren indien die noodzakelijk blijkt,
Health Technology Assesment
deren en dit op een kosteneffectieve wijze.
bereikt en zo de toegankelijkheid verhoogt
Baarmoederhalskanker
voor alle lagen van de bevolking. Bovendien
• hoe implementeren we een controlesy-
In België neemt 59% van de vrou-
vergemakkelijkt georganiseerde screening de
steem op de kwaliteit van deze colosco-
wen tussen 25 en 64 jaar via hun gynaeco-
implementatie en laat ze beter toe om de
pieën?
loog of huisarts regelmatig deel aan de cer-
kwaliteit te monitoren (wat vandaag in België
jaar een hele polemiek met zich meebracht. Het
gaat beschouwen die telkens wel bezwaren
gatieve resultaten uit het bevolkingsonder-
is een boodschap die moeilijk ‘weghapt’. Het
aanbrengt maar geen oplossingen biedt.
zoek kunnen belangrijke informatie bevat-
gaat hier telkens over domeinen waar de emo-
Haar bijdrage kan echter ook heel positief
ten. Tegelijk laat het kankerregister toe om
ties hoog oplaaien en de opinies vorm hebben
zijn. Het beste bewijs vinden we terug in
de efficiëntie van de algemene screening te
gekregen op basis van individuele gevallen uit
de studie over colorectale kanker. Daar
evalueren.
het leven gegrepen. Soms is de patiënt heel en-
hebben de KCE-experts zich duidelijk uit-
thousiast tegenover een screening en is de arts
gesproken vóór een systematisch bevol-
een stuk kritischer.Vaak wordt de effectiviteit van
kingsonderzoek.
een test over- of onderschat, in functie van wat men verwacht. Een voorbeeld: wanneer we met
Ik stel ook vast dat het KCE regelmatig de
het bevolkingsonderzoek één patiënt met borst-
oprichting van een screeningregister voor-
kanker oppikken, hebben we de neiging om die
stelt. Ik kan me daar volledig in terugvin-
andere negen op tien vrouwen te vergeten die
den. Ik ga zelfs nog een stap verder: er
nooit borstkanker zullen krijgen. Toch moeten
moet een koppeling komen tussen het
ook zij het ‘ongemak’ van de test ondergaan.
screeningregister en het kankerregister, dat
Omdat KCE-rapporten vaak nogal kritisch
eindelijk op de rails wordt gezet en begint
zijn, bestaat het gevaar dat men het Ken-
te functioneren. De informatie komend uit
niscentrum als een normatieve instelling
beide richtingen kan elkaar aanvullen. Ne-
27
niet gebeurt). Gezien echter de huidige situa-
ren, moeten eerlijke informatie bieden aan
hoger de kans op prostaatkanker. Spijtig ge-
tie, blijft het voor de vrouwen die vandaag al
hun patiënten.
noeg is de methode niet waterdicht, er zijn
deelnemen aan de screening toch realistischer
teveel vals positieve en vals negatieve resul-
om ook in de toekomst het uitstrijkje door
KCE-rapport vol. 38. Baarmoederhalskanker-
taten. Een verhoogd PSA kan immers wijzen
hun gynaecoloog of de huisarts te laten afne-
screening en testen op Human Papillomavirus
op andere, minder ernstige aandoeningen.
men, geeft het KCE toe. Hoewel deze bena-
(HPV), i.s.m. IPH.
Zo hebben negen op de tien mannen met
dering wellicht niet het meest kosteneffectief is, mag ook het belang van de vertrouwensre-
een verhoogd PSA helemaal geen kanker,
Prostaatkanker
latie tussen arts en patiënt niet onderschat
Prostaatkanker is misschien wel een
test toch prostaatkanker kunnen ontwikkelen
worden. Bij het contact arts-vrouw worden
buitenbeentje onder de kankers: voor dit
die leidt tot klachten en overlijden. Ondanks
ook andere punten besproken die mogelijk
type kanker is het meestal minder noodzake-
deze bezwaren heeft in België de helft van
bijdragen tot de algemene gezondheidstoe-
lijk dat hij in een heel vroeg stadium wordt
de mannen tussen 65 en 74 jaar al minstens
stand van de vrouw.
opgespoord. Immers een meerderheid van
één PSA-test ondergaan, terwijl niet eens
Wat betreft de regelmaat van de uit-
mannen ouder dan 60 zijn drager van ‘sla-
werd bewezen of dit de mortaliteit voor dit
strijkjes stelt het KCE op basis van de inter-
pende’ prostaatkankercellen die weinig tot
type kanker beïnvloedt.
nationale literatuur vast dat één uitstrijkje om
geen overlast veroorzaken. Slechts bij een
de drie jaar voldoende is. Bij heel wat Belgi-
minderheid van mannen groeien die slapende
Het KCE raadt een systematische
sche vrouwen gebeurt dat nu jaarlijks. Bij
tumorcellen uit tot een dodelijke ziekte. De
prostaatkankerscreening met de PSA-test af.
deze vrouwen is er dus sprake van over-
meeste oudere mannen sterven dus niet ván,
Het Kenniscentrum is eerder voorstander
screening, iets wat door de ziekteverzekering
maar mét prostaatkanker. Aan de andere kant
van een gebruik van de test ‘op maat’, ‘geval
beter niet meer wordt terugbetaald.
zorgt de behandeling van prostaatkanker met
per geval’, indien er gegronde redenen zijn.
Sommige gynaecologen of labora-
chirurgie of radiotherapie voor ernstige ne-
De mannen die de test toch ondergaan
toria laten bij elk uitstrijkje nu ook een test
venwerkingen: 75% kampt met erectiepro-
moeten op voorhand voldoende informatie
voor het humaan papilloma virus (HPV) uit-
blemen, 10 tot 20% wordt incontinent na de
krijgen van hun arts over de onzekerheden
voeren. Dit virus wordt aanzien als de be-
chirurgische ingreep, 35% krijgt darmklachten,
en mogelijke gevolgen van de test.
langrijkste oorzaak van baarmoederhalskan-
45% tot 63% wordt na de bestraling impo-
Samen met de Stichting tegen Kanker, Do-
ker,
tent. Het zijn allemaal problemen met een
mus Medica, het Vlaamse agentschap zorg en
grote invloed op de levenskwaliteit.
gezondheid, de Franse Gemeenschap en de
maar
zijn
aanwezigheid
duidt
hoegenaamd niet op de ontwikkeling van kanker. De meeste vrouwen en mannen
28
terwijl andere mannen met een negatieve
Ziekenfondsen, stelde het KCE een tekst met
maken gedurende hun seksueel actief leven
Het doel van een vroegtijdige alge-
algemene informatie op over de PSA-test.
één of meerdere HPV-infecties door. Meest-
mene screening naar prostaatkanker moet
De tekst is beschikbaar op de website van
al verdwijnt deze infectie vanzelf. Als uit een
zich dus in de eerste plaats richten op de
het Kenniscentrum als addendum bij het
HPV-test blijkt dat de vrouw drager is van
detectie van agressieve prostaatkankers en
KCE-rapport vol. 31 (www.kce.fgov.be).
HPV, kan dit bij haar en haar partner onno-
voorkomen dat teveel mannen met traag
dige ongerustheid en onzekerheid veroor-
groeiende prostaattumoren nodeloos on-
In elk van de drie studies over alge-
zaken. Omdat de test niet wordt terugbe-
derworpen worden aan potentieel invalide-
mene kankerscreening beveelt het KCE het
taald, wordt de factuur - tussen 10 en 50
rende behandelingen. Helaas bestaat er op
opstarten van een centraal en gedetailleerd
euro - meestal doorgeschoven naar de
dit ogenblik geen goede test die hiervoor
screeningregister aan dat gekoppeld kan
vrouw. Volgens het KCE zijn er momenteel
kan zorgen. Toch trachten ‘mannenklinieken’
worden aan het bevolkingsregister en de
geen bewijzen voor het nut van het scree-
en screeningcampagnes mannen te verleiden
kankerregistratie. Een dergelijk register is ele-
nen op HPV bij alle vrouwen of voor het
om een prostaattest te ondergaan. Die test
mentair voor de uitbouw van doeltreffend
vervangen van het klassieke uitstrijkje door
bestaat dan steevast uit een bloedprik waar-
bevolkingsonderzoek voor de vroege opspo-
de HPV-test. Slechts in sommige gevallen,
na het PSA-gehalte wordt bepaald. PSA staat
ring van kanker.
bijvoorbeeld bij een afwijkend klassiek uit-
voor ‘prostaat specifiek antigen’, een proteïne
strijkje, heeft de HPV-test een plaats. De
afgescheiden door de prostaat. Hoe meer
KCE-rapport vol. 31. Prostate-specific-antigen
artsen die de HPV-test toch willen uitvoe-
antigenen er in het bloed aanwezig zijn, hoe
(PSA) voor prostaatkankerscreening.
… doorbraak met een prijskaartje
Trastuzumab (merknaam Herceptin®)
Een dergelijke snelle introductie zonder eva-
hartfunctie loopt echter een verhoogd risico
is een biotechnologisch geneesmiddel dat de
luatie is evenwel niet zonder risico.
op ernstig hartfalen als nevenwerking van de
groei van bepaalde borstkankercellen afremt.
Pas in februari 2006 werd door Roche, het
behandeling. Vooral als de patiënte voordien
Het bestaat uit een antilichaam gericht tegen
farmaceutisch bedrijf dat trastuzumab op de
of gelijktijdig een chemokuur met anthracycli-
de humane epidermale groeifactorreceptor 2
markt brengt, bij het EMEA een goedkeu-
nes ondergaat. Voor deze patiënten is een
(HER2). Indien tumorcellen dit eiwit op hun
ringsdossier ingediend. Na een versnelde eva-
behandeling met trastuzumab volgens het
buitenzijde dragen, worden ze gevoelig voor
luatieprocedure werd in mei 2006 de uitbrei-
voorgeschreven schema niet aangewezen. In
sommige groeifactoren en delen ze sneller.Tot
ding van het gebruik goedgekeurd tot
België zou het jaarlijks gaan om 100 tot 150
voor kort werd het geneesmiddel enkel toe-
patiënten met HER2-positieve borstkanker in
patiënten. Maar ook voor hen is er hoop. In
gediend aan vrouwen die borstkanker met
een beginstadium. Zonder twijfel betekent
een kleinere Finse studie (Fin-HER) werd
uitzaaiingen hebben.
trastuzumab een doorbraak in de behande-
trastuzumab toegediend vóór de chemothe-
Borstkanker is de meest frequent voorkomen-
ling van HER2-positieve borsttumoren, maar
rapie en slechts gedurende negen weken.
de vorm van kanker bij vrouwen. Jaarlijks wordt
aan die doorbraak is ook een prijskaartje ver-
Zelfs met drie jaar follow up werden er geen
bij 9 600 Belgische vrouwen een borsttumor
bonden. Een patiënte krijgt het geneesmiddel
cardiale nevenwerkingen vastgesteld terwijl
vastgesteld.Traditioneel zetten artsen dan drie
gedurende één jaar om de drie weken intra-
de ziektevrije overleving toch significant ver-
wapens in. Het weghalen van tumorweefsel via
veneus toegediend nadat ze een chemokuur
beterd was.
een chirurgische ingreep vormt nog steeds de
heeft ondergaan. Kostprijs per patiënte (alleen
hoeksteen van de behandeling, al of niet ge-
voor trastuzumab): 37 000 euro. Is dat wel
Vergelijking dringend gewenst
volgd door bestraling. Beide zijn lokale behan-
een verantwoord kostenplaatje vroeg de mi-
Deze studie plaatst beleidsmakers
delingen. Een derde, meer algemene aanpak als
nister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
echter voor een dilemma: indien alle in aan-
chemotherapie of hormonale therapie laat
zich af? Hij heeft dan ook aan het KCE ge-
merking komende patiënten worden behan-
ook toe om uitzaaiingen te behandelen. Daar
vraagd om uit te zoeken hoeveel de uitbrei-
deld gedurende slechts negen weken vóór in
is nu recent antilichaamtherapie aan toege-
ding van het gebruik van dit geneesmiddel
plaats van een jaar na de chemotherapie, zou
voegd.
aan de Belgische gezondheidszorg zal kosten
dit een enorme besparing betekenen voor
en of deze uitgave kosteneffectief is.
de ziekteverzekering. Bovendien komen met
Snelle uitbreiding, niet zonder risico
Health Technology Assesment
Behandeling borstkanker …
de korte kuur ook vrouwen met een zwak-
Minder dan duizend
kere hartfunctie in aanmerking. Zolang
In de loop van 2005 maakten onder-
Het KCE becijferde dat jaarlijks tussen
trastuzumab echter door EMEA uitsluitend is
zoekers, via presentaties op conferenties en
500 en 860 Belgische vrouwen in aanmerking
goedgekeurd in een post-chemotherapie-
in wetenschappelijke tijdschriften, gunstige
kunnen komen voor behandeling met trastu-
schema van een jaar, heeft de overheid wei-
resultaten bekend over het gebruik van
zumab. Uit het onderzoek blijkt verder dat de
nig keuze. Slechts een vergelijkende klinische
trastuzumab in combinatie met chemothera-
behandeling wel degelijk kosteneffectief is. Dit
studie tussen het korte en het lange schema
pie in het beginstadium van borstkanker. De
betekent dat de kostprijs van het product in
kan uitmaken welk behandelingsregime het
media pikten hier gretig op in en onder druk
een aanvaardbare verhouding staat tot de ge-
meest effectief is. Ideaal zou een dergelijke
van patiëntenorganisaties werd trastuzumab
zondheidswinst voor de patiënte.Voor de Bel-
studie in een internationale setting moeten
in een aantal landen aan een bredere groep
gische ziekteverzekering zal het jaarlijks prijs-
plaatsgrijpen. Het KCE beveelt in haar rap-
van borstkankerpatiënten ter beschikking ge-
kaartje evenwel oplopen tot een bedrag
port dan ook aan om dit vergelijkend onder-
steld. Dat gebeurde nog voor de verplichte
tussen de 20 en 36 miljoen euro.
zoek onverwijld op te starten.
Nevenwerking
KCE-rapport vol. 34.Trastuzumab bij
evaluaties door bevoegde overheidsorganen (zoals het Europees agentschap voor geneesmiddelen (EMEA)) afgerond waren.
Een aantal patiënten met een zwakke
vroegtijdige stadia van borstkanker.
29
Dr. Carine Keppens, Head Medical Oncology & Anemia, Roche
Mevr. Myriam Nechelput, Pricing and Reimbursement Manager, Roche
Eind 2005 werd Roche ervan op de hoogte
het registratiedossier voor het gebruik van
Anderzijds staan de mogelijke cardiovascu-
gebracht dat minister Demotte het KCE had
trastuzumab bij niet uitgezaaide borstkan-
laire risico’s van trastuzumab hoog op de
opgedragen om een studie uit te voeren
ker. De Fin-Her-studie werd niet geregi-
onderzoeksagenda van Roche. Op dit ogen-
rond het gebruik van trastuzumab in combi-
streerd en heeft dan ook niet de kwaliteits-
blik zijn de enige op evidence gebaseerde
natie met chemotherapie bij de behandeling
controle ondergaan die aan geregistreerde
conclusies over de veiligheid van het ge-
van borstkanker in het beginstadium. Vervol-
studies wordt opgelegd. Volgens ons moet in
neesmiddel degene die wij ook in onze aan-
gens werden wij twee keer uitgenodigd door
een wetenschappelijke evaluatie, zoals het
bevelingen voor het gebruik van trastuzu-
het KCE om onze gegevens en farmaco-eco-
KCE die heeft uitgevoerd, elke studie het
mab hebben opgenomen.Voor de speculaties
nomische modellen voor trastuzumab voor
gewicht krijgen die ze verdient.
dat we voor een bepaalde subgroep - vrou-
te stellen. Die ontmoetingen verliepen in vol-
30
wen met een zwak hart - met evenveel ef-
strekt open sfeer.
Wat betreft de duur van behandeling wach-
ficiëntie een kortere behandeling kunnen
Toch verrasten de resultaten van de KCE-
ten we nog tot de volledige HERA-studie is
toepassen, bestaan weinig tot geen onder-
studie ons. Het KCE legt veel nadruk op
afgelopen. De resultaten waarop de regis
bouwde wetenschappelijke argumenten.
een eerder kleine klinische studie, de Fin-
tratie van het geneesmiddel nu berust,
Om de cardiale bijwerkingen op lange ter-
Her-studie. Tegelijk gaat het KCE toch wel
slaan maar op één arm van het onderzoek.
mijn in te schatten, start Roche een langdu-
voorbij aan het gewicht van de HERA-stu-
Vooraleer de resultaten van een tweede
rige observationele studie waarbij een groot
die. Daaraan namen veel meer onderzoe-
arm bekend zijn - en dat is in de nabije
aantal van de patiënten die nu in de routi-
kers én duizenden patiënten deel. Deze
toekomst - zal Roche geen nieuwe initiatie-
nepraktijk met trastuzumab worden behan-
klinische studie gaf veel robuustere resulta-
ven nemen om de optimale duur van be-
deld, door ons verder worden opgevolgd.
ten, die bovendien ondersteund werden
handeling verder te onderzoeken. Het lijkt
Dat moet toelaten om de cardiotoxiteit over
door drie studies die in de VS werden uitge-
ons beter om eerst alle beschikbare gege-
een grote groep patiënten gedurende een
voerd. De HERA stond dan ook centraal in
vens grondig te analyseren.
lange periode te beoordelen.
Voorzitter van de Commissie Tegemoetkoming Geneesmiddelen (CTG)
Er is de laatste jaren een besef gegroeid,
gebreid literatuuronderzoek. Beschikbare
De CTG zal de komende jaren nog meer
óók bij artsen, dat de bomen van de
KCE-rapporten worden uiteraard mee-
geneesmiddelen op de agenda krijgen
gezondheidszorg niet langer tot in de
genomen in dit onderzoek.
die ontzettend duur zijn en bijgevolg een
hemel
zijn
Los van het uiteindelijk voorstel van de
grote impact hebben op het budget van
b eperkt en we moeten keuzes maken.
CTG en de nog te nemen beslissing van
de gezondheidszorg. Ik hoop dat de CTG
Die mentaliteitswijziging betekent een
de minister in verband met trastuzumab,
ook voor die dossiers kan rekenen op
enorme psychologische evolutie.
toont KCE-rapport vol. 34 ook duidelijk
onderbouwd KCE-onderzoek om naast
In die context is het de taak van de CTG
aan dat de overheid zelf een actieve rol
onze eigen analyses te leggen. Maar te-
om vast te leggen welke behandelingen
moet spelen bij het opzetten en uitvoe-
gelijk zal ook de farmaceutische indus
in aanmerking komen om terugbetaald
ren van klinisch onderzoek omdat ge-
trie moeten beseffen dat een duurzame
te worden, en de minister hierover te
sponsord onderzoek ons niet alle ant-
en toegankelijke gezondheidszorg alleen
a dviseren. Die beslissing wordt zoveel
woorden zal geven. Als een behandeling
kan als ook zij een redelijke prijzenpoli-
mogelijk genomen op basis van weten-
van negen weken trastuzumab (voor de
tiek voert, met een aanvaardbare cost/
schappelijke argumenten. Immers niet
chemotherapie) even efficiënt zou zijn
benefit en hiervoor de beleidsmakers
alle geneesmiddelen zijn even doeltref-
als een behandeling van een jaar (na
voorziet van informatieve studies met
fend of kosteneffectief.
chemo), dan moet dat onderzocht wor-
het nieuwe geneesmiddel versus ade-
De terugbetalingsprocedure voor trastu-
den. Zeker als met het verkorte regime
quate comparatoren.
zumab als aanvullende behandeling bij
méér patiënten, zoals vrouwen met een
borstkanker in het beginstadium loopt
beperkte hartfunctie, in aanmerking zou-
nog binnen de CTG. Aan te stippen valt
den komen. Het farmaceutisch bedrijf
dat een dergelijke evaluatie door de
dat trastuzumab op de markt brengt, zal
CTG telkens gepaard gaat met een uit-
dit onderzoek niet zelf uitvoeren.
groeien. De
budgetten
Health Technology Assesment
Prof. dr. Minne Casteels,
31
Pneumokokkenvaccin bij kinderen … … 2+1 even effectief als 3+1, maar goedkoper Moet het pneumokokkenvaccin wor-
Het KCE onderzocht de gepubliceer-
groepsimmuniteit groter is met het vaccinatie-
den opgenomen in het vaccinatieschema voor
de en de grijze (niet-gepubliceerde) interna-
schema waarbij injecties worden toegediend
jonge kinderen en terugbetaald worden, vroeg
tionale literatuur en vulde die aan met een
op 2, 3, 4 en 15 maanden (3+1).
minister Rudy Demotte aan het KCE. Het
hele reeks Belgische epidemiologische en kos-
pneumokokkenvaccin mag dan misschien wel
tengegevens. Op basis van deze analyse komt
KCE-rapport vol. 33. Effecten en kosten van
doeltreffend zijn, het is ook duur. Een volledige
het Kenniscentrum tot de conclusie dat de
de vaccinatie van Belgische kinderen met ge-
vaccinatie met vier toedieningen kost meer dan
situatie ten tijde van de ministeriële vraag,
conjugeerd pneumokokkenvaccin, i.s.m. UA.
250 euro per kind. Wegen die kosten op tegen
waarbij ouders zelf voor de kosten van het
de baten? Pneumokokken zijn bacteriën die
vaccin opdraaiden (of gedeeltelijk vergoed
voorkomen in de bovenste luchtwegen. Ze lei-
worden via hun ziekenfonds), veel duurder en
den lang niet altijd tot ziekte. Doen ze dat wel,
minder effectief is dan wat men van een geor-
dan gaat het meestal om een middenooront-
ganiseerd programma mag verwachten. Daar-
steking of een infectie van de bovenste lucht-
om beveelt het KCE de invoering aan van een
wegen. Soms is het erger. Dan veroorzaken de
veralgemeende vaccinatie van jonge kinderen
kokken longontsteking, meningitis of bloedver-
met het 7-valent geconjugeerd pneumokok-
giftiging (sepsis). Die kunnen restletsels tot ge-
kenvaccin. Het meest kosteneffectieve vacci-
volg hebben of zelfs dodelijk aflopen. Ziekten
natieschema bestaat uit drie injecties (2+1)
door pneumokokken treffen vooral kinderen
op maanden 2, 4 en 15. Er zijn immers geen
jonger dan vijf jaar en senioren ouder dan 65.
aanwijzingen dat de individuele noch de
Discusprothese en kyfoplastie … … innovaties met meerwaarde?
32
Artrose, hernia, ingedeukte rug-
ëren van een holte in de wervel door mid-
met bestaande behandelingen. Deze aanbe-
wervels … het zijn allemaal belangrijke oor-
del van een ballon. Het KCE werd gevraagd
veling staat lijnrecht tegenover de dagelijkse
zaken van lage rugpijn. Voor de meeste
om de beschikbare klinische en economi-
praktijk in sommige ziekenhuizen waar al fre-
patiënten
zijn
sche evidence van deze nieuwe technolo-
quent discusprotheses worden geplaatst
lichaamsoefeningen en zo snel mogelijk de
gieën samen te vatten en te vergelijken met
buiten de setting van een klinische studie.
dagelijkse activiteiten hervatten de beste
de bestaande behandeling.
Voor kyfoplastie is het antwoord meer ge
remedie (vol. 48/2006). Heel wat patiënten
Het KCE komt tot de conclusie dat de be-
nuanceerd. Er is enige meerwaarde op relatief
zetten echter de stap naar chirurgie. Recent
schikbare bewijzen voor de effectiviteit van
korte termijn bij goed geselecteerde patiën-
worden er in België enkele nieuwe technie-
discusprothese laag zijn, terwijl er bezorgd-
ten en de risico’s van de techniek zijn accep-
ken toegepast: totale vervanging van de
heid is over de veiligheid ervan. Momenteel,
tabel.
aangetaste kraakbeenschijf tussen de rug-
en tot de resultaten van goede klinische stu-
wervels door een prothese of vertebro-
dies beschikbaar zijn, beschouwen we deze
plastie en ballonkyfoplastie. Bij de laatste
techniek beter als experimenteel. Het KCE
KCE-rapport vol. 39. Rapid assessment
twee technieken wordt cement geïnjec-
beveelt aan om discusprothese alleen toe te
van nieuwe wervelzuiltechnologieën:
teerd in de aangetaste wervel, in het geval
passen in het kader van klinische studies
totale discusprothese en vertebro/
van ballonkyfoplastie gebeurt dit na het cre-
waarin we de nieuwe technologie vergelijken
ballonkyfoplastie.
met
lage
rugpijn
… snijden, pillen slikken of levensstijl veranderen
Zeggen dat obesitas een risico-
Acomplia® bijwerkingen vertonen. Het
jaar (kostprijs 58.000 euro per kind)
factor vormt voor andere gezondheids-
KCE raadt daarom de terugbetaling van
werpt zeker op korte termijn bevredi-
problemen, zoals diabetes en hart- en
deze geneesmiddelen niet aan.
gende resultaten af, maar over de resul-
vaatziekten, is een open deur intrappen.
Er zijn meerdere procedures voor bariatri-
taten op lange termijn is weinig bekend.
Toch zijn bijna 13% van de Belgische vol-
sche chirurgie gaande van het vrij eenvoudig
Tot slot moet men zich de vraag stellen
wassenen zwaarlijvig (body mass index
plaatsen van een maagring tot het kortslui-
in hoeverre obesitas werkelijk een ziek-
(BMI) ≥ 30) en bijna 1% is zwaar obees
ten van een deel van het spijsverteringska-
te is, stelt het KCE. Ernstige obesitas
(BMI ≥ 40). Om op korte termijn veel
naal met malabsorptie tot gevolg (gastric
vormt inderdaad een risicofactor voor
gewicht te verliezen nemen steeds meer
bypass). Deze ingrepen zijn niet zonder bij-
tal van ziekten en vroegtijdig overlijden,
Belgen hun toevlucht tot geneesmidde-
werkingen en hebben een grote impact op
maar roken is dat ook. Toch noemen we
len of een chirurgische ingreep. Het KCE
het leven van de patiënt. Het KCE is van
roken geen ziekte. De medicalisering
heeft de doeltreffendheid en het kos-
mening dat een terugbetaling van bariatri-
van obesitas creëert een gigantische
tenplaatje van deze bariatrische chirur-
sche chirurgie moet worden beperkt tot
(medische) afzetmarkt, terwijl de hoofd-
gie en van geneesmiddelen (Xenical®,
mensen met een BMI ≥ 40 of diabetici met
aanpak van het obesitasprobleem buiten
Reductil® en Acomplia®) onder de
een BMI ≥ 35. Deze operaties dienen overi-
het medische paradigma ligt: namelijk
loep genomen.
gens alleen te worden uitgevoerd door chi-
het verbeteren van eetgewoonten en
De resultaten van de vermageringsgenees-
rurgen met voldoende expertise.
het aanmoedigen van fysieke activiteit.
middelen zijn alleszins verre van overtui-
In de Westerse samenleving hebben ook
gend. Na twee jaar bedraagt het verschil in
steeds meer kinderen en jongeren te
lichaamsgewicht tussen behandelde en
kampen met zwaarlijvigheid. In België
placebobehandelde patiënten slechts drie
zijn er drie centra (De Haan, Biez en
KCE-rapport vol. 36. Farmacologische en
tot vier kilogram. Na de behandeling ko-
Ottignies) waar zij gedurende een be-
chirurgische behandeling van obesitas /
men de patiënten snel terug op hun oude
paalde tijd kunnen verblijven om gewicht
Residentiële zorg voor ernstig obese
gewicht. Bovendien kunnen Reductil® en
te verliezen. Een verblijf van één school-
kinderen in België, i.s.m. UCL.
Health Technology Assesment
Obesitas behandelen …
33
Procedure beoordeling nieuwe medische implantaten … … snel maar verantwoord tot bij de patiënt brengen
De medische industrie brengt regelmatig nieuwe technologi-
In deze studie stelt het KCE, in nauwe samenwerking met het
sche producten op de markt die een oplossing bieden voor moeilijk
RIZIV en met input van diverse exper ts uit het veld, een nieuw
behandelbare aandoeningen. Denk maar aan de stent, heup- en knie-
raamwerk voor om veelbelovende implantaten op gecontro-
prothesen, de pacemaker, hersenelektroden tegen tremor of pijn enzo-
leerde wijze te introduceren en voorlopig terug te betalen. De
voort. Een snelle introductie en terugbetaling van deze innovatieve im-
voorgestelde procedure is bijzonder innovatief want in geen
plantaten kan enorme voordelen met zich meebrengen voor patiënten.
enkel ander land vindt ze haar gelijke. Indien ze wordt toege-
Aan de andere kant kan het overhaast en onbegeleid toelaten van
past, kan ze ervoor zorgen dat België zijn voor trekkersrol bin-
nieuwe technologieën en invasieve procedures ook risico’s inhouden,
nen Europa nog versterkt in het begeleid invoeren van ‘emer-
zowel voor patiënt als ziekteverzekering.Voorbeelden daarvan zijn er te
ging’ medische technologieën. Zowel voor de industrie, als de
over, denk maar aan de experimentele carotisstent (vol. 13/2005) en de
patiënt, als de overheid kan dit nieuwe raamwerk een door-
aorta endoprothese (vol. 23/2005).
braak betekenen. KCE-rapport vol. 44. Een procedure voor de beoordeling van nieuwe medische hulpmiddelen, i.s.m. RIZIV.
MR-scanners … … gebruik en financiering nader bekeken België kent een zeer productieve radiologie. Zo voert België
gaan naar een gepast voorschrijven van medische beeldvorming.
de ranglijst aan van het aantal CT-scanners per miljoen inwoners. Mag-
Moeilijker is het om gepaste aanbevelingen te geven over de fi-
netische resonantie of MR-scanners zijn er relatief minder in België, zelfs
nanciering van CT en MR. Een grondige herdenking is alleszins
nadat alle veertig nieuw geplande toestellen in de komende twee jaar
noodzakelijk, maar in de Belgische context ligt een korte termijn-
operationeel zouden worden. Het aantal onderzoeken per MR-toestel
oplossing niet voor de hand. Vandaag kunnen slechts een aantal
ligt dan weer een stuk hoger dan in andere landen.
tussentijdse opties worden voorgesteld.
De meeste experts gaan er vanuit dat MR gaandeweg CT zal vervangen. MR-beelden zijn immers van betere kwaliteit en bo-
KCE-rapport vol. 37. HTA Magnetische Resonantie Beeldvorming,
vendien komt er geen schadelijke ioniserende straling aan te pas.
i.s.m. KULeuven, UGent, UA en VUB.
Toch verloopt die omschakeling minder vlot dan verwacht. Blijkbaar weten artsen die radiologische onderzoeken voorschrijven niet altijd welk onderzoek het meest geschikt is voor welke klacht. Enkele jaren geleden stelden de radiologen praktijkrichtlijnen op, maar deze worden niet systematisch actueel gehouden. Met deze studie geeft het KCE aan voor welke indicaties CT niet langer gebruikt zou mogen worden. Wel zouden deze richtlijnen elke twee jaar moeten herzien worden. Bovendien zou de implementatie van de richtlijnen vergemakkelijkt worden door een expertcomputersysteem dat de meest optimale strategie van beeldvorming aangeeft bij een bepaalde vermoede diagnose. Ook in de basisopleiding en de navorming van artsen moet er meer aandacht
34
… niet nuttig en onnodig veel voorgeschreven
In België sterven jaarlijks 9 op 10 000 jonge kinderen tij-
ziekteverzekering 14 miljoen euro per jaar. Alleen voor een be-
dens de slaap. Dat is 60% minder in vergelijking met 10 jaar gele-
perkte groep baby’s kan de slaaptest en een thuismonitor wel
den. In tegenstelling met wat men soms denkt, komt die daling
aangewezen zijn, maar dan om andere redenen dan de preventie
niet op rekening van de slaaptest die ademhaling, hartritme en
van wiegendood. Om een juist gebruik te garanderen, zou alleen
neurologische activiteit bij de slapende zuigeling controleert. De
een erkende, hiervoor opgeleide specialist, die bovendien ver-
terugval is eerder te danken aan preventieve maatregelen zoals
bonden is aan een gespecialiseerd en goedgekeurd centrum, de
het kind op de rug leggen, veilig beddengoed, een frisse, goed
test mogen voorschrijven.
verluchte kamer en rookstop tijdens en na de zwangerschap. Om wiegendood te voorkomen is de slaaptest een maat voor niets, stelt het KCE. De test wordt nog teveel voorgeschreven,
KCE-rapport vol. 46. Health Technology Assessment.
maakt ouders nodeloos ongerust (want bij een ‘positieve’ slaap-
Polysomnografie en thuismonitoring van zuigelingen voor de
test volgt er een lange tijd van monitoring thuis) en ze kost de
preventie van wiegendood.
Health Technology Assesment
Slaaptest voor wiegendood …
Aanvraag terugbetaling geneesmiddelen … … gestandaardiseerde dossiers zorgen voor meer transparantie en inhoudelijke consistentie Vanwege het beperkte budget dat beschikbaar is voor de
tweeledig project. Tijdens de tweede fase zal de toepasbaarheid van de
gezondheidszorg is het voor de overheid noodzakelijk om na te gaan
richtlijnen worden geëvalueerd in een aantal pilootprojecten. Na de evalu-
of nieuwe geneesmiddelen wel voldoende meerwaarde bieden voor
atie is het de bedoeling dat de richtlijnen definitief en bindend worden.
de maatschappij om te worden terugbetaald. Sinds de oprichting van de Commissie voor Tegemoetkoming van Geneesmiddelen (CTG) is
KCE-rapport vol. 28. Voorlopige richtlijnen voor farmaco-economisch
de evaluatie van de kosteneffectiviteit van geneesmiddelen een be-
onderzoek in België, i.s.m. RIZIV.
langrijk element geworden in de beslissing voor die terugbetaling. De regels voor het aantonen van de relatieve kosteneffectiviteit, een bewijslast die bij de producent ligt, zijn echter vaag en laten veel ruimte voor betwistbare methodologische keuzes. Een gebrek aan transparantie en consistentie in de dossiers is het gevolg. Naar aanleiding hiervan hebben het RIZIV en het KCE een set van dertien richtlijnen opgesteld voor de indiening van farmaco-economische evaluaties voor de terugbetaling van een geneesmiddel. De richtlijnen verduidelijken de minimale vereisten op het vlak van methodologie en rapportering waaraan het kosteneffectiviteitsluik van een aanvraagdossier moet voldoen. Dat moet een betere vergelijking tussen geneesmiddelen toelaten. De ontwikkeling van deze richtlijnen vormde een eerste fase van een
35
Health
Analyse klinische praktijk en ontwikkeling klinische praktijkrichtlijnen (Good Clinical Practice) Evaluatie van medische technologie (Health Technology Assessment) Organisatie en financiering van de gezondheidszorg (Health Services Research) Billijkheid, patiëntengedrag e.a. (Equity, Patient Behaviour e.a.)
... voor een kwalitatieve en betaalbare gezondheidszorg
Gezondheidszorg is vandaag complexe materie en …
tijd zijn de uitgaven voor de gezondheidszorg verdriedubbeld
een economisch belangrijke sector. De cijfers maken veel dui-
tot meer dan 18 miljard euro. We besteden met zijn allen een
delijk: voor de gezondheid van tien miljoen Belgen staat elke
gigantisch bedrag aan onze gezondheid.Toegegeven, we krijgen
dag een leger van bijna 300 000 gezondheidswerkers paraat.
er ook wel wat voor terug.
Health Services Research
Services Research...
In de eerste plaats de meer dan 30 000 artsen, en daarnaast de vele tienduizenden verpleegkundigen, apothekers, tandart-
Tot het takenpakket van het KCE behoort eveneens
sen, paramedici (kinesitherapeuten, logopedisten, diëtisten),
het analyseren van de financiering en de organisatie binnen de
enzovoort. En niet te vergeten de honderden Belgische
gezondheidszorg. Want een kwaliteitsvolle gezondheidszorg
ziekenhuizen en verzorgingsinstellingen.
staat of valt met de betaalbaarheid ervan. Tegen een achtergrond van technische vooruitgang, vergrijzing en oplopende
Al die medische zorg, met inbegrip van de verbruikte geneesmiddelen, kosten geld, véél geld. Op vijfentwintig jaar
kosten wensen we immers een gezondheidszorg die voor iedereen toegankelijk blijft.
Hier vindt u een overzicht van de studies die het KCE in 2006 publiceerde over Health Services Research. Een meer gedetailleerde inventaris vindt u op de website van het KCE (www.kce.fgov.be).
37
Geneesmiddelen in rusthuizen …
… een bittere pil om slikken
In ons land verblijft 1,5% van de
ren om het voorschrijfgedrag en het ge-
len per dag slikt. De meest gebruikte ge-
bevolking (8% van de +65-ers) in een
neesmiddelengebruik
neesmiddelen
rusthuis (ROB) of een rust- en verzor-
Welke rol de coördinerende rusthuisar ts
(benzodiazepines en antipsychotica, 68%
gingstehuis (RVT). Toch ver tegenwoordi-
speelt. Hoe de bevoorrading van genees-
van de bewoners) en antidepressiva
gen hun kosten voor geneesmiddelen
middelen aan Belgische ROBs en RVTs
(46%), vaak zelfs nog gecombineerd.
meer dan 5,6% (123 miljoen euro per
georganiseerd is.
Deze cijfers zijn zo verontrustend dat
te
verbeteren.
jaar) van het totale geneesmiddelenbudget. Het is enerzijds normaal dat rusthuisbewoners meer geneesmiddelen ne-
kalmeermiddelen
men zich kan afvragen of deze genees-
Welke geneesmiddelen?
middelen wel correct worden voorge-
Het KCE voerde in samenwer-
schreven. Ze worden bijvoorbeeld ge-
langdurige,
king met een consor tium onder leiding
bruikt om storend gedrag van de
chronische ziektes en meerdere aandoe-
van het Heymans Instituut voor Farma-
bejaarde tegen te gaan of slaapproble-
ningen tegelijk. Toch kan men zich vragen
cologie van de Universiteit Gent een
men te behandelen. Als men al aanneemt
stellen bij de kwaliteit van het genees-
veldstudie uit in een aantal ROBs en
dat ze efficiënt zijn wanneer deze pro-
middelengebruik en de kwaliteit van het
RVTs uit de provincies Henegouwen,
blemen zich acuut voordoen, dan zijn
voorschrijfgedrag in deze tehuizen. Het
Antwerpen en Oost-Vlaanderen. Met het
deze geneesmiddelen zeker niet geschikt
KCE vroeg zich af in hoeverre beide
RIZIV werden de nationale verbruikscij-
om chronisch toegediend te worden
worden beïnvloed door het tehuis zelf.
fers geanalyseerd. Uit de studie blijkt dat
voor deze indicaties.
Of rusthuizen een bewuste politiek voe-
de gemiddelde rusthuisbewoner acht pil-
Anderzijds worden bij de helft van de bewo-
men. Ze
38
zijn
hebben
vaker
neesmiddelen te weinig voorgeschreven. En, opvallend, er worden veel verouderde geneesmiddelen toegediend en geneesmiddelen waarvan de doeltreffendheid onvoldoende is aangetoond. Alleen bij erg oude of demente bewoners en in de laatste fase van de palliatieve zorg neemt het gebruik af.
Dr. Michel JEHAES
De totale gemiddelde uitgave per maand
Coördinerend arts van RVT “du Vigneron”
en per bewoner voor chronische medi-
in Ransart
catie werd geraamd op 140 euro, waaronder een gemiddeld remgeld van 23 euro voor terugbetaalde medicatie en
Ik heb als coördinerend arts deelgenomen
aan te passen aan een lijst met aanbevo-
een gemiddelde eigen betaling van 27
aan het KCE-onderzoek over het gebruik van
len geneesmiddelen.
euro voor niet terugbetaalde genees-
geneesmiddelen in rusthuizen. Ik vond het
middelen. Dat brengt het totale prijs-
onderzoek pertinent en noodzakelijk. Daarom
Hoewel ik deze studie bijzonder interessant
kaar tje voor de gemiddelde resident op
heb ik getracht een aantal van mijn collega’s
vind, blijf ik toch sceptisch over de impact
50 euro per maand. Bovendien worden
te overtuigen om ook deel te nemen.
die ze teweeg brengt. Is het niet ‘de zoveelste’ studie, een mooie referentie om te cite-
goedkope geneesmiddelen nog relatief weinig aangekocht door de tehuizen.
Beheer van geneesmiddelen
De feedback over ons voorschrijfprofiel die
ren? Toch vind ik in het algemeen de KCE-
we terugkregen (al moesten we daarop wel
rapporten zeer goed en wetenschappelijk
sterk aandringen) bevat tal van interes-
gefundeerd. Men vindt er diepgaande infor-
Het KCE onderzocht tevens wel-
sante informatie: het laat ons toe na te
matie die verdient om in de praktijk te wor-
ke institutionele eigenschappen een in-
gaan waar onze instelling zich bevindt ten
den toegepast. Maar ik heb de indruk dat
vloed hadden op het gebruik van genees-
opzichte van andere. Het laat zien waar
de reële impact van het KCE op de gezond-
middelen. De
wij nog kunnen verbeteren.
heid van de bevolking nog moet aange-
consumptie het laagst is, blijken de grote
Als ik echter de communicatie bekijk rond
toond worden. Het blijven eerder theoreti-
OCMW-tehuizen te zijn. Die beschikken
deze studie (met onder meer het persbe-
sche studies die grotendeels boven de
over een coördinerende arts, een zieken-
richt), dan kan ik tussen de lijnen toch en-
hoofden van de betrokkenen op het terrein
huisapotheker en een beter systeem voor
kele repressieve accenten terugvinden…
worden uitgevoerd. Al die vragen over kwa-
het beheer van de geneesmiddelen.
“Het zijn weer de artsen die niet doen wat
liteitscontrole bijvoorbeeld betekenen in re-
In het algemeen zijn binnen de rusthui-
ze moeten doen” … voor elke arts die met
aliteit weinig voor een huisarts met een
zen de managementsystemen voor ge-
de dagelijkse realiteit wordt geconfronteerd
gewone praktijk die elke dag zoveel proble-
neesmiddelen weinig ontwikkeld. Het
is dit echter een steeds ‘terugkerend liedje’.
men moet oplossen.
personeel legt zich in hoofdzaak toe op
Bovendien kan men zich bij het lezen van
Het is jammer dat het KCE onbekend is bij
een correcte distributie van de genees-
het persbericht terecht afvragen of de vol-
mijn confraters, ‘doorsnee’-huisartsen, zoals
middelen, maar stelt zich weinig vragen
gende etappe niet een overdracht van de
ik. Maar eerlijk, vóór deze studie, kende ik
bij het nut en de wenselijkheid ervan. De
studiegegevens naar het RIZIV zal zijn, dat
het KCE ook niet. Bovendien blijft het voor
aanwezigheid van een actieve coördine-
vervolgens alle rust- en verzorgingstehui-
het KCE moeilijk om ons te overtuigen dat
rende geneesheer (CRA) heeft een goe-
zen zal dwingen om het voorschrijfgedrag
het weer geen zoveelste orgaan van de over-
instellingen
waar
de
Health Services Research
ners met hart- en vaatziekten bepaalde ge-
39
heid is om artsen te controleren of hun vrij-
de invloed op de voorschrijfkwaliteit. Een
pleegkundigen en apothekers te herori-
heid te beperken. We blijven vraagtekens
CRA heeft vaak een bijkomende oplei-
ënteren naar een nieuwe rol van deze
plaatsen bij de werkelijke onafhankelijkheid
ding in ouderenzorg gevolgd en kan wa-
beroepen in beheersystemen voor medi-
van het Kenniscentrum.
ken over de correcte toepassing van het
catie in gezondheidsinstellingen. Er be-
Toch nog een kleine suggestie om te eindigen:
formularium (een lijst met aanbevolen
staat enig bewijs van de effectiviteit voor
als het KCE nieuwe studies opzet, zou het in
geneesmiddelen, verplicht in elk RVT
farmaceutische zorg en multidisciplinaire
haar lastenboek ook de implementatie van
sinds 2004) en de kwaliteit van het ge-
interventies, waarbij het hele team van
de resultaten moeten opnemen. De versprei-
neesmiddelenbeleid. In realiteit voldoen
zorgverleners betrokken is.
ding van de studieresultaten zou onder an-
niet alle RVT’s aan deze formulariumver-
De omvang, expertise en cultuur van het
dere via onze bestaande (beroeps)organisaties
plichting. Daarnaast blijkt uit het onder-
verplegend personeel is belangrijk voor de
kunnen gebeuren (Domus Medica, LOK-groe-
zoek dat slechts een beperkt deel het
kwaliteit van de geneesmiddelenverstrek-
pen, huisartsenopleiding,…). Heel vaak wordt
formularium ook daadwerkelijk gebruikt.
king en van de controleprocessen. De zie-
een studie vermeld in tijdschriften, in een
Ook het aantal goed opgeleide verpleeg-
kenhuisapotheker moet betrokken zijn bij
klein artikeltje en daar blijft het bij. Ik heb
sters is belangrijk. Hoe hoger hun aantal
alle stadia van het proces: het voorschrij-
soms de indruk dat er een etappe ontbreekt
en hoe groter hun exper tise, hoe beter
ven, de aankoop, de verpakking, de verde-
om de cirkel werkelijk te sluiten.
de kwaliteit van het geneesmiddelenbe-
ling en de administratie. Tevens moet hij
heer.
waken over de efficiëntie en de veiligheid van de voorgeschreven geneesmiddelen.
40
De grote meerderheid van de
Voor de geldbeugel van de bejaarde zou
rusthuizen (83%) koopt zijn geneesmid-
een concurrentiesysteem tussen verschil-
delen bij de lokale apotheker. Ze spreken
lende apothekers alleszins een goede
de prijzen af, soms op basis van een open-
zaak zijn. Het KCE vindt eveneens dat al-
bare aanbesteding, meestal door een in-
ternatieve financieringssystemen moeten
formele overeenkomst. Het KCE stelt vast
onderzocht worden voor de aankoop van
dat de voorschrijfkwaliteit beter is als het
geneesmiddelen in rust- en/of verzor-
rusthuis werkt met een ziekenhuisapo-
gingstehuizen en het stelt voor om een
theker of met een lokale apotheker die
permanente, geautomatiseerde registratie
actief betrokken is bij het geneesmidde-
van het geneesmiddelengebruik in rust-
lenbeheer. In de meeste tehuizen is er
huizen uit te werken.
weinig plaats voor enige autonomie van
Tot slot wil het KCE benadrukken dat alle
de patiënt. Toch beschikken velen onder
actoren betrokken bij de zorg, zich moe-
hen nog over de cognitieve capaciteiten
ten bewust zijn van de risico’s verbonden
om zich te ontfermen over het beheer
aan het gebruik van geneesmiddelen bij
van geneesmiddelen die ze zelf nemen.
oudere personen.
Personeel meer betrekken
KCE-rapport vol. 47. Geneesmiddelengebruik
Het KCE beveelt aan om de rol
in de Belgische rusthuizen en rust- en verzor-
van de coördinerende ar ts te versterken
gingstehuizen, i.s.m. UGent, Project Farmaka,
en de traditionele opleiding van ver-
UA, UCL en RIZIV.
… tot vijf keer meer vergoedingen voor een nauwelijks hogere kostprijs
Vandaag betalen Belgische artsen
KCE dat de kosten van de foutloze aan-
veertig miljoen euro aan verzekeringspre-
sprakelijkheid onder controle blijven, mits
mies om hun aansprakelijkheid te dekken
men de criteria voor ontvankelijkheid en
voor het geval ze een medische fout be-
toekenning hanteert die in Zweden en De-
gaan. Nauwelijks de helft van dat bedrag
nemarken worden gebruikt. In die landen
komt bij de benadeelden terecht. De an-
heeft het systeem zijn deugdelijkheid al be-
dere helft wordt besteed aan erelonen
wezen. Men zou tot vijf keer meer slachtof-
van advocaten en experts, aan administra-
fers kunnen vergoeden tegen een nauwe-
tie- en gerechtskosten. In het huidige
lijks hogere kostprijs.
systeem moet de benadeelde immers be-
Wel waarschuwt het KCE dat men van bij
wijzen dat de arts een medische fout heeft
de opstart statistieken moet bijhouden om
begaan en dat heeft lange, dure en frustre-
onmiddellijk te reageren bij ontsporingen.
rende procedures tot gevolg. Noch voor
Verder moeten ongevallenpreventie en
de artsen, die dure premies betalen, noch
veiligheid van de patiënt een topprioriteit
voor de slachtoffers, die zelden of zeer
blijven. Dat men artsen niet langer burger-
laattijdig worden vergoed, is dit een bevre-
lijk aansprakelijk stelt voor medische fou-
digende situatie. Kan het op een betaalba-
ten, mag er niet toe leiden dat de lat hier-
re manier anders, vroeg de regering zich af
voor lager wordt gelegd.
Health Services Research
Foutloze medische aansprakelijkheid …
en ze zette het KCE aan het rekenen. In een drietal studiefasen moest het KCE onderzoeken wat de budgettaire impact was indien het bestaande aansprakelijkheidssysteem wordt vervangen door een zogenaamd ‘foutloos aansprakelijkheids systeem’. Met deze procedure kan de benadeelde patiënt schadevergoeding vragen zónder dat hij een fout van de arts moet bewijzen. Dat bespaart tijd, frustraties en
KCE-rapport vol. 35. Studie naar de mogelijke
geld. Geld dat beter ten goede komt van
kosten van een eventuele wijziging van de
de patiënt.
rechtsregels inzake medische aansprakelijk-
Op basis van meer dan 400 recente Belgi-
heid (fase III)-precisering van de kostenraming,
sche verzekeringsdossiers becijferde het
i.s.m. REACFIN.
41
Equity,
Analyse klinische praktijk en ontwikkeling klinische praktijkrichtlijnen (Good Clinical Practice) Evaluatie van medische technologie (Health Technology Assessment) Organisatie en financiering van de gezondheidszorg (Health Services Research) Billijkheid, patiëntengedrag e.a. (Equity, Patient Behaviour e.a.)
Equity, Patient Behaviour e.a.
Patient Behaviour e.a.
... toegang tot kwaliteitsverzorging voor iedereen
Bij de organisatie van gezondheidszorg zijn kwaliteit, effectiviteit en prijs-kwaliteit niet de enige factoren.
gelijk? Hebben ze geen paradoxale nevenwerkingen waaraan niemand ooit dacht?
Ook een eerlijke en gelijkwaardige toegang tot gezondheidszorg (equity) is belangrijk. Tot vandaag gebeurde er
Om de billijkheid en toegankelijkheid van de ge-
in België relatief weinig onderzoek in dit domein. Het
zondheidszorg te bestuderen, moeten ook andere facto-
spreekt vanzelf dat een onderzoekscentrum zoals het
ren in rekening worden gebracht. Een onevenwicht tussen
KCE hier wel aandacht aan schenkt.
vraag en aanbod en sociologische aspecten zijn belangrijk. Men weet bijvoorbeeld dat het gedrag van patiënten niet
Op het economische vlak nam de overheid de
louter afhankelijk is van rationele overwegingen. Specifieke
voorbije jaren een aantal maatregelen om de kostprijs
cultuurgebonden gewoonten en bijvoorbeeld een gebrek
voor gezondheidszorgen minder sterk te laten doorwe-
aan informatie zijn factoren met een grote invloed. Een
gen op het budget van de meest kwetsbare burgers.
goed inzicht in al deze elementen is dus belangrijk als de
Maar het effect van deze sociale maatregelen werd nooit
overheid maatregelen wil nemen om de toegankelijkheid
grondig onderzocht: zijn ze efficiënt? Is verbetering mo-
van de gezondheidszorg te bevorderen.
Hier vindt u een overzicht van de studies die het KCE in 2006 publiceerde over Equity, Patient Behaviour e.a. Een meer gedetailleerde inventaris vindt u op de website van het KCE (www.kce.fgov.be).
43
Supplementen in stijgende lijn … … impact op toegankelijkheid gezondheidszorg De supplementen die de patiënt
enkel te laten afhangen van socio-economi-
moet betalen voor de zorg van zijn gezond-
sche criteria, maar ook rekening te houden
heid zitten de laatste jaren in de lift: volgens
met de duur van de ziekenhuisopname en
recente studies van de mutualiteiten stegen
om specifieke maatregelen uit te werken
ze met liefst 21% tussen 2002 en 2004. De
voor chronische zieken, dus mensen met
oorzaak hiervan zijn vooral artsenhonoraria
herhaalde supplementen. De maatregelen
en medisch materiaal. Het KCE onderzocht
zouden eveneens het verschil moeten ma-
in hoeverre deze evolutie - een teken van
ken tussen noodzakelijke medische kosten
een toenemende privatisering? - een be-
en andere kosten (wat een moeilijke oefe-
dreiging vormt voor de toegankelijkheid van
ning is).
de gezondheidszorg. Twee vragen stonden centraal in deze studie: wie betaalt en wie vraagt supplementen? En wat zijn de sociale gevolgen van die stijgende supplementen? Wat betreft de eerste vraag, blijken er weinig regels te bestaan. Mede daardoor is er een grote variatie in het aanrekenen van supplementen. Duidelijkheid is soms ver te zoeken. Als patiënt is het daarom zeer moeilijk om de prijzen tussen ziekenhuizen te vergelijken en staat hij of zij soms voor onaangename verrassingen. Het KCE pleit voor de invoer van duidelijke regels voor het aanrekenen van supplementen en een betere juridische bescherming van de patiënt. Dit geldt zowel voor ziekenhuisopname als
Tevens stelt het KCE dat aanvullende verze-
voor ambulante zorg.
keringen een bijkomend element vormen
Zwakkere socio-economische groepen
in de discussie. Indien de dekking van het
worden in principe beschermd tegen ka-
publieke systeem van ziekteverzekering in
mer - en honorariumsupplementen. Uit
de toekomst zou afnemen en de rol van de
het rapport blijkt trouwens dat deze maat-
aanvullende verzekeringen verder zou toe-
regelen deze mensen effectief bescherming
nemen, is een maatschappelijk debat over
bieden. Bij diegenen die frequenter worden
de noodzakelijkheid van een tweede pijler
opgenomen of langer in het ziekenhuis lig-
voor de gezondheidszorg aangewezen.
gen, wordt deze bescherming wel deels teniet gedaan. Het systeem van de maximumfactuur (MAF) beschermt wel tegen
44
de remgelden, maar niet tegen de supple-
KCE-rapport vol. 50. Eigen betalingen in de
menten.
Belgische gezondheidszorg. De impact van
Het KCE beveelt daarom aan om de
supplementen, i.s.m. UA, KULeuven, Erasmus
bescherming tegen hoge supplementen niet
Universiteit Rotterdam.
… groot potentieel maar hopeloos versnipperd
Eén van de kerntaken van het KCE is het analyseren van
Met de opgestelde inventaris ligt er nu een product ter beschikking
gegevens over de gezondheidszorg als instrument om beleidsbeslis-
voor gebruik binnen het KCE en de diverse onderzoeksgroepen
singen te ondersteunen. Nog voor de oprichting van het KCE was
waar het KCE mee samenwerkt. Ook voor anderen die aan de slag
het duidelijk dat het Belgische gegevenslandschap complex en on-
willen met gezondheidszorggegevens betekent het een nuttig werk-
overzichtelijk is. Er was helemaal geen klaar en helder overzicht over
instrument. Hopelijk geeft dit rapport een nieuwe impuls aan het
de gegevensbronnen die geëxploiteerd konden worden. Om dit
noodzakelijke debat over de vraag hoe we de gegevensstromen en
euvel op te lossen werd gestart met een inventarisatie van de be-
het gebruik van die gegevens kunnen optimaliseren. Enkel door een
schikbare databanken.
duidelijke visie op de organisatie en de doelstellingen van de regis
Deze inventaris leert dat België over een groot potentieel aan in-
tratiesystemen wordt het mogelijk om een goed werkend informa-
formatie en statistieken beschikt. Bovendien worden gegevens op
tiesysteem uit te bouwen. Dat vraagt mankracht en middelen. Maar
een redelijk tot verregaand detailniveau verzameld. Toch slaagt Bel-
alleen zo kan België meer accuraat rapporteren naar internationale
gië er onvoldoende in om zijn gegevensverzameling te coördineren,
organisaties als WHO, Eurostat, OESO en andere.
om degelijk te rapporteren en om (internationale) classificaties en concepten te gebruiken bij dataverzameling. Bovendien worden gegevens nauwelijks bijeengebracht vanuit een conceptueel model en
KCE-rapport vol. 30. Inventaris van databanken gezondheidszorg,
is gestructureerde en vlotte toegankelijkheid bijna onbestaande.
i.s.m. Deloitte.
Zorgkwaliteit in Belgische ziekenhuizen … … een doos van Pandora? België heeft de beste gezondheidszorg van de wereld! Een
de bestaande gegevens heel versnipperd (zie KCE-rapport vol. 30),
veel gehoorde stelling, maar klopt die wel? Niemand die het weet,
sluiten ze weinig op elkaar aan en missen ze een gemeenschappelijk
want niemand meet de kwaliteit van onze gezondheidszorg op een
doel. Het is dus geen sinecure, noch inhoudelijk, noch technisch, om
systematische manier. Meteen ligt een achilleshiel van de Belgische
uitgaande van de bestaande gegevens zorgkwaliteit te meten. Het
gezondheidszorg bloot: het gebrek aan kwaliteitsmeting.
KCE heeft daarom slechts één duidelijke aanbeveling voor de over-
Kwaliteit meten is geen eenvoudige opdracht als het gaat om gezond-
heid: stop de versnippering en start zo snel mogelijk de uitbouw van
heidszorg. Er bestaat in de eerste plaats begripsverwarring tussen
een nationaal kwaliteitssysteem. Het kan alleen maar de (internatio-
zorgkwaliteit en patiëntentevredenheid. Hoewel die tevredenheid op
nale) geloofwaardigheid van de Belgische (geroemde) gezondheids-
zich belangrijk is in de menselijke zorg, vormt het slechts één compo-
zorg ten goede komen.
nent in het complexe verhaal rondom zorgkwaliteit. Een kwaliteitsvolle zorg moet zich definiëren in termen van veiligheid, effectiviteit,
KCE-rapport vol. 41. Klinische kwaliteitsindicatoren,
patiëntgerichtheid, tijdigheid, efficiëntie, billijkheid, continuïteit en inte-
i.s.m. KULeuven.
gratie. Met dit rapport wil het KCE dan ook een aanzet geven om in België een gedegen kwaliteitsbeleid op poten te zetten. Op basis van vier testcases (beroerte, verloskundige zorg, ouderenzorg en heupprothese) onderzocht het KCE in hoeverre de bestaande gezondheidszorggegevens en -databanken toegankelijk en bruikbaar zijn voor kwaliteitsmeting van zorg in ziekenhuizen. Helaas zijn
Equity, Patient Behaviour e.a. Equity and Patient Behaviour
Databanken gezondheidszorg …
45
De impact
Het is de opdracht van het KCE om het terrein en
Na drie jaar doen we een voorzichtige poging om
de beleidsmakers te ondersteunen in het maken van een
onze impact in te schatten en de maatschappelijke relevan-
keuze, wat nog steeds hun taak blijft. Dat doet ze door hen
tie van onze activiteiten te meten. Tegelijkertijd krijgen we
onafhankelijke en wetenschappelijk gefundeerde informatie
een idee van de invloed op de verschillende actoren en op
te verstrekken. Het KCE verwacht niet dat haar aanbevelin-
de genomen beleidsmaatregelen. Over enkele jaren zal het
gen automatisch worden omgezet in medische of politieke
ongetwijfeld interessant zijn om deze invloed op een meer
beslissingen. Dat is niet haar ambitie.
systematische manier te laten meten door een extern, ge-
De impact van het KCE
van het KCE
specialiseerd agentschap. Toch wil het KCE de impact van haar werk kennen. Haar studies hebben betrekking op concrete, actuele vragen in de gezondheidszorg. Daarin verschilt het KCE-onderzoekswerk van dat van de universiteiten. Zij houden zich doorgaans meer bezig met fundamenteel onderzoek.
47
Het beleid De rol van het KCE is in de eerste
jaar deze financiering gedeeltelijk geforfaita-
project voor dat zal worden ingediend bij
plaats beleidsondersteunend. De minister
riseerd. In 2005 concludeerde het KCE dat
de Vlaamse minister van Volksgezondheid.
van Sociale Zaken en Volksgezondheid, de
10 PET-scanners in België voldoende zou-
Langs Franstalige kant organiseert en coör-
Gemeenschappen, de overheidsdiensten,
den moeten zijn om een goede patiënten-
dineert de Conseil supérieur de Promotion
enz., allemaal verwachten ze een objectief,
zorg te verzekeren. (vol. 22/2005). De
de la Santé elke kankerscreening. Deze
wetenschappelijk onderbouwd KCE-advies.
studie was een element in een politiek
commissie heeft het KCE gevraagd haar
En vaak houden ze er rekening mee.
debat hierover.
werkzaamheden te valideren.
De minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
De Gemeenschappen
Soms raden de KCE-rapporten een om-
Diverse KCE-rapporten worden
mezwaai aan in de aanpak van al bestaan-
De minister heeft regelmatig een
door de gemeenschappen gebruikt bij
de lokale campagnes. Prostaatkanker is
studie aan het KCE gevraagd over actuele
beleidsvoorbereidend werk en bij de orga-
een belangrijk gezondheidsprobleem bij
beleidsvraagstukken en vervolgens ook
nisatie van screening- en voorlichtingscam-
mannen, maar veralgemeende screening is
rekening gehouden met de conclusies er-
pagnes. Het rapport over borstkanker
niet de oplossing (vol. 31/2006). Ondanks
van om beslissingen over aanpassingen in
screening (vol. 11/2005) werd uitgebreid
de aanbevelingen van het KCE rijdt in het
de regelgeving te oriënteren of te motive-
geciteerd in de brieven en de brochure die
Luikse de “prostamobile” nog steeds rond.
ren. Na het rapport over leukoreductie
de Ministre de la Santé, de l’Enfance et de
We kunnen hopen dat de mannen nu be-
(vol. 4/2004), het wegfilteren van witte
l’Aide à la Jeunesse (minister van Volksge-
ter geïnformeerd worden over de risico’s
bloedcellen uit bloed, werd beslist om een
zondheid, Kinderen en Jeugdhulp) van de
van een vaak onnodige behandeling (in-
bijkomend budget voor de toepassing van
Franse Gemeenschap aan de artsen en hun
continentie en impotentie) van prostaat-
de techniek te voorzien. Het KCE-rapport
patiënten richtte in het najaar van 2005. In
kanker.
over de financiële impact van een wijzi-
het kader van deze campagne die de parti-
ging van de rechtsregels van medische
cipatiegraad bij de vrouwen wil doen toe-
Het is ook opvallend dat de gemeenschap-
aansprakelijkheid (vol. 2/2004, vol. 16/2005
nemen wordt er een gratis tweejaarlijkse
pen goed vertegenwoordigd waren op de
en vol. 35/2006) heeft de minister toege-
mammografie voorzien voor vrouwen tus-
RIZIV- studiedagen over kankerscreening
laten om een wetsontwerp in te dienen.
sen 50 en 69 jaar.
waar KCE-experts een presentatie gaven.
uit om toelichting te geven over het
Tengevolge van het KCE-rapport dat pleit
Ook vaccinatieschema’s worden soms aan-
onderwerp.
voor een algemene colorectale kanker-
gepast ten gevolge van een KCE-rapport
screening bij personen ouder dan 50 jaar
(vol. 33/2006). Het KCE beval, na een vraag
(vol. 45/2006) bereidt een werkgroep een
van de federale minister van Volksgezond-
Het parlement nodigde een KCE-expert
Ten gevolge van het rapport over de behandeling van myocardinfarct (vol. 14/2005) vaardigde de minister een aantal regels uit om het aantal hartcentra in te perken. Na de studies van het KCE (vol. 50/2006) en van een aantal ziekenfondsen over supplementen nam de regering maatregelen om (chronische) patiënten beter te beschermen tegen ziekenhuissupplementen. En op basis van het rapport over de financiering van geneesmiddelen in ziekenhuizen (vol. 8/2005) heeft de regering sinds vorig
48
kinderen met het pneumokokkenvaccin aan. Een vaccinatieschema bestaande uit drie injecties bleek het meest kosteneffectief te zijn. Het aantal inentingen werd als gevolg daarvan in een advies van de Hoge Gezondheidsraad verlaagd van vier naar drie. Dit nieuwe schema heeft de totstand-
MR. Marc Justaert
koming van een akkoord over de terugbe-
Voorzitter Intermutualistisch Agentschap (IMA) en LCM
taling vergemakkelijkt.
De Federale overheidsdiensten, het RIZIV en de ziekenfondsen
De ziekenfondsen hebben sinds decennia een
wetenschappelijk goed gefundeerde informa-
belangrijke verantwoordelijkheid in het beheer
tie een onontbeerlijke basis moet vormen van
van ons gezondheidssysteem. Ze hebben in
elke beslissing rond de terugbetaling en toe-
dit domein een grote expertise opgebouwd.
gangsvoorwaarden van de zorg, de genees-
We stellen vast dat de Multipartite
Via het Intermutualistisch Agentschap (IMA),
middelen, de medische materialen en hulp-
overlegstructuur, bestaande uit overheid,
dat overigens gelijktijdig met het Kenniscen-
middelen...
RIZIV, ziekenhuizen, ziekenfondsen en art-
trum (KCE) werd opgericht, kunnen zij nu
programmering van het aanbod. Het KCE
sen regelmatig de KCE-adviezen heeft ge-
ook hun expertise op het vlak van dataver-
produceert wat dit betreft doortastende rap-
bruikt. In sommige gevallen heeft een rap-
werking en -analyse ten dienste stellen van
porten en moet helemaal niet onderdoen
port
bepaald
het beleid. In deze zijn IMA en KCE dan ook
voor de gelijkaardige instellingen in andere
financieringssysteem kritisch in vraag wordt
logische partners en spelen zij elk een onont-
landen. Denken we maar aan de rapporten
gesteld, zoals het systeem van de referen-
beerlijke rol. Zij zijn bovendien bijzonder com-
over algemene screening voor colorectale,
tiebedragen. Het werd ingevoerd tegen
plementair.
prostaat- en baarmoederhalskanker, trastuzu-
als
effect
dat
een
en
van
een
doordachte
De impact van het KCE
heid, een algemene vaccinatie van jonge
mab, antivirale middelen... Maar ook meer
overconsumptie in ziekenhuizen, maar had volgens het KCE weinig impact op de duur-
De samenwerking met het KCE kunnen we
controversiële thema’s gaat het KCE niet uit
ste ziekenhuizen (vol. 17/2005). Het
als zeer constructief bestempelen. Niet al-
de weg: supplementen bij ziekenhuisopname,
systeem werd voorlopig dan ook niet in zijn
leen zijn beide organisaties wederzijds in
NMR-toestellen, praktijkverschillen bij elec-
huidige vorm verder uitgebreid.
elkaars raad van bestuur vertegenwoordigd,
tieve chirurgie, een no fault systeem in de
waar ze proberen een constructieve bijdrage
medische aansprakelijkheid en de medicole-
Ook het RIZIV zelf houdt steeds meer re-
te leveren. Ook op het vlak van de concrete
gale plaats van guidelines ...
kening met de KCE-aanbevelingen bij te-
projecten is de samenwerking zeer vrucht-
rugbetalingsprocedures. Voorbeelden zijn
baar. Het IMA brengt naast de exhaustieve
Daar ligt meteen ook de zwakte: de druk
de screening voor baarmoederhalskanker,
en gedetailleerde gegevens over zorggebruik
van belangengroepen verlamt vaak het in
waar de terugbetaling momenteel wordt
ook een gedegen kennis in op het vlak van
de praktijk brengen van deze bevindingen,
aangepast op basis van het KCE-rapport
de analyse en interpretatie van deze gege-
of doet hen zelfs een tegengestelde weg
(vol. 38/2006) en trastuzumab (vol.
vens, naast een expertise op het vlak van de
opgaan.
34/2006), waar de wetenschappelijke KCE-
ziekteverzekering en bijhorende zeer com-
conclusies een element vormen in de be-
plexe reglementering.
Daarnaast zien wij een uitdaging om het me-
sluitvorming. Op basis van het rapport
Op deze wijze ondersteunt het IMA dan ook
disch wetenschappelijk jargon doeltreffend te
over screening voor prostaatkanker (vol.
ten volle de belangrijke rol die het KCE moet
vertalen naar haalbare beleidsopties en door-
31/2006) wordt de terug3betaling van de
spelen.Vanuit mutualistisch standpunt zijn wij
tastende boodschappen voor de sector zelf
enorm frequent toegepaste PSA-test bij
inderdaad van oordeel dat een objectieve en
maar ook voor het grote publiek. Het ware
gezonde personen opnieuw bekeken.
49
wellicht nuttig om na te denken over meer
Het KCE onderzocht ook de achttien Cen-
ziekenhuisfinanciering op basis van klinische
gecoördineerde communicatie naar de bevol-
tra voor Moleculaire Diagnostiek (CMD) in
paden vaak niet mogelijk is en een veralge-
king bij het uitbrengen van relevante bood-
België. Het zijn laboratoria die zich bezig-
meende toepassing niet haalbaar is. Op zich
schappen. Denken we bijvoorbeeld aan de
houden met DNA- en moleculaire testen.
een negatief resultaat, maar daarom niet
nutteloosheid van polysomnografie ter pre-
Het KCE stelde vast dat de geleverde kwa-
minder belangrijk. Deze denkpiste, in het
ventie van wiegendood of de gevaren van lage
liteit, opleiding, communicatie, wetenschap-
verleden nog vaak naar voor geschoven als
rugchirurgie. De mutualiteiten zouden via hun
pelijke onderbouw en transparantie veel
alternatief financieringsmechanisme, komt
eigen kanalen deze boodschappen een extra
beter konden bij een aantal van hen (vol.
nu nog maar zelden in discussies aan bod.
impactfactor kunnen geven, maar dit vergt
20/2005). Terwijl het KCE haar studie uit-
uiteraard een tijdige coördinatie.
voerde had het RIZIV al beslist de financie-
Tussen het KCE en de ziekenfondsen be-
ring stop te zetten, op basis van een uit-
staat er een steeds toenemende dynamiek
Een ander terrein van samenwerking ligt in
spraak van de Raad van State. Het RIZIV
en openheid inzake uitwisseling van gege-
de technische raden van het RIZIV, waar de
overweegt momenteel om een aantal cen-
vens. Deze informatiestroom is essentieel
mutualiteiten in het KCE een objectieve bond-
tra te financieren op basis van nieuwe crite-
voor het uitvoeren van de KCE-studies en
genoot kunnen vinden bij het verdedigen van
ria en de nomenclatuur wordt aangepast.
voor de vervulling van haar opdracht, zijnde
‘evidence based reimbursement’, en samen
de verbetering van de kwaliteit van de ge-
een tegenkracht kunnen vormen tegen het
Het KCE-rapport over endoprothese voor
zondheidszorg met een optimale verdeling
lobbywerk van de medisch-farmaceutische
buikaneurysma (vol. 23/2005) was een har-
van de beschikbare middelen. In de studies
industrie. Ook hiervoor is wellicht een meer
de noot om te kraken: een ingreep die in
over kwaliteitsindicatoren (vol. 41/2006), de
gecoördineerde langetermijnplanning van de
meer dan 70 ziekenhuizen wordt toegepast
supplementen (vol. 50/2006) en het gebruik
werkzaamheden nodig.
en via een tijdelijke conventie terugbetaald,
van geneesmiddelen in rusthuizen (vol.
bleek nauwelijks een meerwaarde te verto-
47/2006) speelden de gegevens van de zie-
nen die de hoge kosten konden verant-
kenfondsen een cruciale rol.
woorden. De Belgische gegevens van onder meer de ziekenfondsen toonden daarnaast
Niet alle KCE-studies kenden positieve ge-
aan dat de ingreep veel te snel plaatsvond
volgen. Soms hadden ze geen of minder
en dat in de ziekenhuizen die de experi-
impact dan verwacht. De aanbeveling om
mentele techniek maar zelden toepasten,
de tandprothesen los van de tandartspres-
de mortaliteit hoger lag. De discussie over
taties te factureren (vol. 10/2005) is door
de toekomst van de RIZIV-conventie is nog
de beleidsmakers nooit echt besproken, laat
volop lopende.
staan opgevolgd. De voorgestelde maatregelen om de ziekenhuisrekeningen transpa-
Soms moet het KCE vaststellen dat bepaal-
ranter en meer betrouwbaar te maken zijn
de ideeën in de dagelijkse praktijk niet uit-
dode letter gebleven (vol. 7/2004).
voerbaar zijn. Dit was het geval in het onderzoek naar de haalbaarheid van een stelsel van terugbetaling voor kinesitherapie op basis van de functionele toestand van de patiënt (vol. 40/2006). Een andere studie (vol. 18/2005) besloot dat het bepalen van de
50
De zorgverlener
informeren over de risico’s die verbonden
met gemengde gevoelens onthaald. Soms
zijn aan de behandeling van prostaatkan-
zorgen ze zelfs voor meningsverschillen bin-
beroepsorganisaties,
ker (incontinentie en impotentie). Er zijn
nen eenzelfde beroepsgroep, zoals gebeur-
wetenschappelijke verenigingen en uni-
meerdere signalen dat de voorschrijfcul-
de bij het rapport over de hartcentra (vol.
versiteiten om de rapporten van het KCE
tuur inzake preoperatieve onderzoeken
14/2005). Het KCE wordt wel eens verwe-
te komen voorstellen. Of de rapporten
(vol. 5/2004) veranderd is in de Belgische
ten dat het te besparend wil optreden. Dit
tot gedragswijzigingen leiden is niet altijd
ziekenhuizen en ook in de basisopleiding
zou volgens sommigen ten koste gaan van
duidelijk. Vast staat wel dat de interesse in
van studenten is hier ondertussen veel
de kwaliteit van de gezondheidszorg. Noch-
de conclusies van de wetenschappelijke
meer aandacht voor. Op basis van het rap-
tans zijn bepaalde KCE-rapporten voorstan-
rapporten toeneemt en dat er op het
port ontwikkelde het RIZIV bovendien
der van bijkomende investeringen en zijn
terrein een grote openheid bestaat die
een softwarepakket voor artsen. Mits en-
voor het KCE kwaliteit en efficiëntie altijd
een toenemende bewustwording voor
kele muisklikken krijgt de arts een over-
de maatstaf, veel meer dan budgettaire re-
kwaliteit en doelmatig gebruik van de
zicht van de preoperatieve testen die zin-
denen. Dit blijkt duidelijk uit het rapport
middelen aantoont.
vol. zijn in functie van de leeftijd en
over het gebruik van geneesmiddelen in
gezondheidstoestand van de patiënt.
rust -en verzorgingstehuizen (vol. 47/2006)
KCE-experts worden regelmatig uitgenodigd
door
Voor meerdere van de feedbacks aan de
De impact van het KCE
Het terrein
dat overigens veel reacties uit de betrokken
artsen door de Nationale Raad voor Kwa-
Bij andere rapporten, zoals bij carotisste-
liteitspromotie (NRKP) mocht het KCE de
nose (vol. 13/2005) is het dan weer ondui-
sector teweegbracht.
wetenschappelijke boodschap ontwikke-
delijk of de chirurgen die deze techniek al
Een andere kritiek is dat de aanbevelingen
len. Op basis van de KCE-aanbevelingen
frequent toepasten hun gedrag hebben aan-
naar de medische praktijk uit de KCE-rap-
blijken de artsen hun patiënten meer te
gepast. De KCE-rapporten worden al eens
porten de therapeutische vrijheid van de
De relatie tussen de ziekenhuisbeheerders en
ter, zodat die een aantal van onze eisen naast
het KCE nam in 2004 een valse start toen
zich kon neerleggen.
het KCE een rapport van de Onderzoekscom-
Nadien heb ik echter mijn mening over het
missie voor de onderfinanciering van zieken-
KCE moeten bijstellen. Vandaag meen ik dat
huizen van tafel veegde. Dit kwam bij de zie-
de oprichting van dit studiecentrum noodza-
kenhuissector bijzonder hard aan. Temeer
kelijk was. Teveel beslissingen op het vlak van
omdat we op methodologisch vlak nogal wat
het gezondheidsbeleid, de medische praktijk-
aanmerkingen hadden op de KCE-studie en
voering en de organisatie van de zorg zijn
Prof. dr. Guy Durant
omdat we ontdekten dat gevoelige, maar be-
politiek geïnspireerd, weinig gedocumenteerd,
Administrateur général des
langrijke informatie over honoraria was te-
zelden objectief of wetenschappelijk onder-
Cliniques universitaires St Luc
rechtgekomen bij een externe partij die het
bouwd. De complexiteit van de gezondheids-
(UCL)
onderzoek uitvoerde.We hadden toen het ge-
zorg vraagt de oprichting van een centrum
voel dat het KCE niet optrad als een onafhan-
dat in staat is vragen en problemen in al hun
kelijke instelling, maar dat het een rapport
dimensies te onderzoeken.
had afgeleverd naar de wensen van de minis-
Als ik naar de vijftig studies kijk die het KCE
51
vandaag op haar actief heeft, dan meen ik dat
dat het aantal PET-scanners moet verminde-
zoek moet vooral bedoeld blijven om het de-
de gekozen onderwerpen pertinent zijn en dat
ren, de preoperatieve onderzoeken beperkt
bat tussen de adviserende beleidsorganismen
het onderzoek wetenschappelijk gefundeerd is.
moeten worden, dan horen wij dat niet graag.
te ondersteunen. In deze organismen zitten
Het geld dat in het KCE werd geïnvesteerd (al
Dat leidt nogal eens tot (begrijpelijke) emotio-
immers mensen die voeling hebben met het
gaat het hier om een fors bedrag), brengt dus
nele reacties.
terrein waardoor ze sommige resultaten kun-
echt wel op. Helaas stel ik vast dat de KCE-
nen nuanceren, anders gebeurt dat vrijwel
rapporten nog te weinig weerklank vinden. Ik
Ik heb wel één fundamentele kritiek, of eerder
niet. Denk maar aan de studie over de oplo-
ben er niet zeker van dat mijn collega’s deze
een vrees: dat de KCE-studies uiteindelijk wei-
pende referentiebedragen die onmiddellijk
rapporten grondiger bestuderen dan wat er in
nig plaats overlaten voor alternatieve denk
werd gevolgd door de publicatie van een Ko-
de pers over verschijnt. Toch gaat elke studie
pistes. Ik vind dat er naast het KCE nog plaats
ninklijk Besluit, idem voor de studie over de
die bijvoorbeeld nieuwe medische technolo-
moet blijven voor onafhankelijk onderzoek,
ziekenhuissupplementen. Die voorvallen ver-
gieën evalueert, in de eerste plaats de zieken-
aan de universiteiten en binnen andere onder-
sterken de indruk dat het KCE de gewapende
huisbeheerders aan.Wij worden immers voort-
zoeks- en kennisinstellingen bijvoorbeeld.
arm van de minister is en dat KCE-studies be-
durend aangesproken om deze nieuwe
Evenmin kan het de bedoeling zijn om de Na-
doeld zijn om bepaalde beslissingen te kort-
technologieën te introduceren in onze zieken-
tionale Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen
sluiten.
huizen terwijl we zelden over alle elementen
(NRZV) of de Multipartite-structuur te kort-
Toch blijf ik er bij dat het KCE een aanwinst is.
beschikken om de juiste waarde ervan te be-
wieken. Dit zijn structuren die, eenmaal ze
Als er morgen een accreditatiesysteem voor
oordelen. Als het KCE zegt dat de befaamde
kennis hebben genomen van de KCE-rappor-
ziekenhuizen in het leven wordt geroepen, zo-
capsule voor endoscopie van de darm duur is,
ten, een onafhankelijk advies moeten kunnen
als dat in de VS en Frankrijk bestaat, mag het
dat het gebruik ervan beperkt moet worden
uitbrengen, nog vooraleer de minister een be-
KCE wat mij betreft een bijhuis oprichten om
tot specifieke patiënten, dan kunnen wij op dat
slissing neemt. Immers, de KCE-onderzoekers
deze missie tot een goed einde te brengen.
besluit terugvallen. Soms strijken de KCE-stu-
zijn niet altijd even goed bekend met de dage-
Niettemin moeten er voldoende evenwichten
dies echter wel tegen onze haren in … als het
lijkse praktijk op het terrein en hun conclusies
worden ingebouwd zodat KCE-aanbevelingen
Kenniscentrum bijvoorbeeld zegt dat er B1-
kunnen door sommige betrokkenen verschil-
niet uitgroeien tot directieven, maar eerder re-
cardiologische centra moeten gesloten worden,
lend geïnterpreteerd worden. Het KCE-onder-
ferenties of beleidsargumenten blijven.
arts in het gedrang brengen. Dit werd door de artsen soms opgeworpen n.a.v. de rapporten over prostaatkanker (vol. 31/2006), prenatale zorg (vol. 6/2004) en aorta endoprothesen (vol. 23/2005). Deze meningsverschillen zijn niet noodzakelijk negatief: ze openen de deur voor discussies en stellen bepaalde dogma’s in vraag. Dat de KCE-rapporten soms tijd nodig hebben om een impact te hebben op het terrein blijkt onder meer uit het rapport prenatale zorg (vol. 6 /2004). Het kwam recent terug in de actualiteit toen het RIZIV en het IMA de KCE-aanbevelingen toetsten aan de reële praktijk in België bij de individuele arts. Bleek dat er nog veel ruimte voor verbetering was. Daarom stuurde de NRKP van het RIZIV samen met het IMA begin februari 2007 naar meer dan 13 000 zorgverleners aanbevelingen inzake prenatale zorg.
52
Ook op internationaal vlak krijgen de KCE-
buitenland geconsulteerd.
De KCE-experts, evenals de exter-
rapporten meer en meer gewicht. Het
Een andere aanwijzing dat het KCE interna-
ne experts die hebben meegewerkt aan
KCE-rapport over de behandeling van een
tionale erkenning verwerft is de vraag aan
een KCE-studie, zijn in 2006 naar talrijke
buikaneurysma (vol. 23/2005) werd door
KCE-experts om op te treden als reviewer
wetenschappelijke bijeenkomsten gegaan
de Amerikaanse FDA ( Food and Drugs
voor wetenschappelijke tijdschriften of
waar ze de resultaten van de KCE-studies
Administration) gebruikt als informatiebron.
voor buitenlandse onderzoeksprojecten.
hebben voorgesteld en besproken.
De studie over PET-scanners (vol. 22/2005)
Binnen het Europese project EUnetHTA is
is het onderwerp van een apart luik op de
het KCE een actief meewerkende partner
In 2006 werd ook voor de eerste maal sa-
INAHTA (International Network of Agen-
in de twee eerste HTA’s op Europees
mengewerkt met de Hoge Gezondheids-
cies for Health Technology Assessment)
niveau, namelijk over Drug-eluting hart-
raad, onder meer in projecten over vacci-
website. En de Nederlandse en Nieuw-
stents en angio CT-onderzoek van de
natie. Van meerdere universiteiten en
Zeelandse kenniscentra hebben ondertus-
kransslagaders.
hogescholen krijgt het KCE signalen dat
sen het KCE-rapport over PET als referen-
bepaalde rapporten frequent gebruikt
tie voor hun eigen studies gebruikt. Het
worden in de opleiding van jonge zorgver-
HTA rapport over trastuzumab (vol.
leners.
34/2006) wordt eveneens frequent in het
De impact van het KCE
De wetenschappers
Prof. dr. Frank Buntincx Voorzitter Belgian Center for Evidence-Based Medicine (CEBAM)
Als promotie- en expertisecentrum van ‘Evi-
Als ik kijk naar de output van het KCE en in
rapporten geraken dan ook niet bij de individu-
dence-Based Medicine’ hebben wij er met het
aanmerking neem hoelang het Kenniscen-
ele huisarts, kinesitherapeut of thuisverpleeg-
KCE een natuurlijke bondgenoot bij gekregen
trum bestaat, dan concludeer ik dat ze schit-
kundige. Op het onmiddellijk klinisch niveau,
in het Belgische landschap van de gezond-
terend werk leveren. Niemand kon op voor-
zeker in de ambulante zorg, dringen de rap-
heidszorg. Er zijn vele raakpunten tussen het
hand voorspellen dat ze op zo’n korte tijd zo
porten niet door. Maar goed, ik denk ook niet
KCE en CEBAM, al streven we andere doel-
ver zouden staan. De kwaliteit van de rap-
dat de meerderheid van de rapporten daarvoor
stellingen na. CEBAM heeft als hoofddoel de
porten is uitzonderlijk hoog. Internationale
bedoeld zijn. Het zwakste punt van het KCE is
geneeskundepraktijk van de individuele zorg-
top, zonder meer. Een schot in de roos.
dat ze hun studies niet in gedrukte vorm ver-
verstrekker wetenschappelijk te ondersteunen
De impact van KCE-studies laat zich vooral
spreiden. In mijn boekenkast zou een rek vol.
terwijl het KCE breder is georiënteerd en zich,
voelen op het beleidsniveau. Ik neem aan dat
met KCE-studies echt niet misstaan en ik zou
mijns inziens, eerder richt op de organisatie
de KCE-rapporten door een aantal beleidsmen-
ze ook veel meer raadplegen. De beslissing om
van de gezondheidszorg.Toch wordt er voort-
sen regelmatig worden gebruikt. Anderzijds heb
alleen elektronisch te communiceren heeft vol-
durend expertise uitgewisseld: zo treden CE-
ik de indruk dat de meerderheid van de KCE-
gens mij een negatieve invloed op de impact
BAM-medewerkers vaak op als expert of va-
studies zich richten op de ziekenhuissector en
van de studies. Maar ach, misschien ben ik als
lidator in KCE-studies en omgekeerd.
in mindere mate op de thuiszorgsector. KCE-
boekenwurm wel een uitstervend ras.
53
De industrie
chirurgie voldoende bewezen is in bepaalde
werden uitgenodigd om hun nieuwe dos-
strikte indicaties.
siers in te dienen conform deze richtlij-
niet altijd gelijklopen met die van de an-
Een andere KCE-studie stelde dan weer
nen. Binnen een jaar zal men de haalbaar-
dere actoren in de gezondheidszorg. Maar
dat er onvoldoende bewijzen waren dat
heid van de richtlijnen kunnen evalueren
dit betekent niet dat het KCE en de indus
het gebruik van een stent ter behandeling
op basis van de ervaringen van de indu-
trie met getrokken messen tegenover el-
van een vernauwde halsslagader beter is
strie. Vervolgens zullen de richtlijnen
kaar staan. De industrie realiseert zich dat
dan de operatieve ingreep Het KCE vond
eventueel aangepast worden. Het is dus
zij ook baat heeft bij een gezonde en
dat het gebruik voorlopig moest worden
nu nog te vroeg om nu al van een echte
duurzame gezondheidssector en werkt
beperkt tot enkele centra die in een ge-
impact te spreken. We merken alvast een
regelmatig mee aan de studies.
randomiseerde studie de meerwaarde
groeiende belangstelling in meerdere dis-
zouden onderzoeken (vol. 13/2005). De
cussies over de inhoud van de dossiers.
De industrie heeft belangen die
In haar onderzoeken houdt het KCE regel-
RIZIV terugbetaling van de stent bleef
matig geneesmiddelen of medische technolo-
daardoor uit.
gieën onder de loep. Hierdoor zou het KCE
54
ook een impact op de industrie kunnen heb-
Andere KCE-aanbevelingen die mogelijk
ben. Al was het maar omdat het RIZIV reke-
impact kunnen hebben op de industrie
ning kan houden met het advies van het KCE
zijn de voorlopige richtlijnen voor far-
bij terugbetalingsbeslissingen. Zo concludeer-
maco-economisch onderzoek van het
de het KCE dat het klinische nut van bijvoor-
KCE en het RIZIV (vol. 28/2006). Ze zijn
beeld kyfoplastie (vol. 39/2006) en obesitas-
nu in een testfase. Farmaceutische firma’s
Medical Director, Pfizer.
Dr. Kris J. Westelinck Senior Director Customer Relations Health Policy, Media & Professional Associations, Pfizer.
Het KCE beschouwt de farmaceutische
Voor ons is het opmerkelijk hoe het KCE in
voor extern advies. Het heeft zich niet in een
industrie als een ‘partner’ in de Belgische
haar analyses rekening houdt met het totaal-
ivoren toren gestoken, maar houdt rekening
gezondheidszorg en erkent de expertise die
beeld. Voordien werd er al te vaak de vraag
met wat er leeft bij de verschillende gezond-
we als ontwikkelaars van geneesmiddelen
gesteld “wat is de prijs van dit geneesmiddel
heidspartners. Kortom het aantal studies, de
hebben opgebouwd. Als innoverend farmabe-
en hoe verhoudt die zich tot een alternatief
kwaliteit ervan, de objectiviteit en de transpa-
drijf gaat Pfizer nog een stap verder: het is
geneesmiddel”. KCE tracht tenminste ook te
rantie waarmee ze gemaakt zijn, hebben van
immers onze ambitie om de gezondheids-
kijken naar de meerwaarde die een genees-
het KCE een onbetwiste speler gemaakt
zorg in België kwalitatief hoogstaand, betaal-
middel kan bieden in het totale pakket van
waaraan men niet langer kan voorbijgaan.
baar én toegankelijk te houden. Daarom
de gezondheidszorg. Noem het een ‘holisti-
Een belangrijke uitdaging zal zijn om de on-
willen óók wij oplossingen aandragen om de
sche aanpak’. Ook de sterke Evidence-Based
afhankelijkheid te bewaren. Sterke bindingen
toekomstige gezondheidszorg optimaal te
Medicine (EBM) component waarop KCE-stu-
met welke belangengroep dan ook, kunnen
structureren. Het KCE erkent ons in deze
dies zijn geënt, juichen wij toe. Alleen mag
nefast zijn voor de geloofwaardigheid van het
ambitie waardoor er een verstandhouding
EBM niet verworden tot economy based me-
Kenniscentrum. Het KCE moet zichzelf hier-
en dialoog is gegroeid. Wij staan dus niet te-
dicine. Het uiteindelijke doel van EBM is de
van vrijwaren en een transparant, glazen huis
genover elkaar als tegenstanders, wel als
arts te helpen een optimale behandeling te
blijven.
volwaardige partners.
kiezen voor zijn of haar individuele patiënten.
Ook kan het Kenniscentrum veel winnen bij
Een voorbeelddossier is de uitwerking van
Daarom mag EBM niet uitgroeien tot een
intense, internationale samenwerking. De op-
richtlijnen voor het farmaco-economisch luik
dogma, een keurslijf om de professionele au-
timale behandeling van bijvoorbeeld een Alz-
bij de aanvraag tot terugbetaling van genees-
tonomie van de arts te beknotten. Daar ligt
heimerpatiënt is niet verschillend in Neder-
middelen. Het KCE heeft gezorgd voor een
meteen ook een bijkomende taak voor het
land, Duitsland of België. Tal van studies
richtingaangevend basiskader. Niet dat de
KCE: de filosofie van wat EBM juist is, uitdra-
kunnen dus over de grenzen heen worden
aanvragen daardoor voor de industrie ‘gemak-
gen naar alle betrokkenen, ook naar het art-
opgezet, wat een stuk efficiënter is dan de
kelijker’ zijn geworden maar de procedure is
senkorps én de overheid.
vele nationale initiatieven die nu vaak lopen.
nu transparanter en meer voorspelbaar. We
KCE is sinds zijn ontstaan enorm gegroeid.
Tot slot moet het Kenniscentrum werken aan
weten nu welke informatie we moeten opne-
Door kwaliteitsvolle rapporten te publiceren,
haar impact, zeker naar het beleid. Het moet
men en in welke vorm we die best aanleveren.
heeft het aan respect gewonnen. Die kwaliteit
nog verder groeien om echt richting te geven
Bovendien krijgen we in de aanvangsfase de
vindt in de eerste plaats zijn oorsprong in de
aan en te wegen op het Belgische gezond-
kans om van elkaar te leren en bij te sturen.
bekwaamheid van de KCE-experts zelf, maar
heidsbeleid.
Daar vaart iedereen wel bij.
ook doordat het Kenniscentrum openstaat
De impact van het KCE
Dr. Dirk Vander Mijnsbrugge
55
De burger/patiënt tenverenigingen betrokken.
te informeren. Dit kunnen we ook afleiden
staan in de gezondheidszorg. Hij of zij is de-
De burger/patiënt moet centraal
En we merken dat de KCE-rapporten
uit het toenemende aantal reacties dat
gene waar het allemaal om gaat en moet
steeds meer weerklank in de geschreven
wordt gezonden naar ons info@mailadres
kunnen rekenen op kwalitatief hoogstaande
pers krijgen. Het rapport wiegendood (vol.
en naar de pers. Het rapport prenatale
en betaalbare zorg. Het KCE wil het brede
46/2006) kreeg in 2006 de meeste aan-
zorg (vol. 6/2004) is met stip het meest
publiek informeren over haar studies en
dacht (20 artikelen), gevolgd door het ge-
bekeken door de Belgen, gevolgd door de
beleidsaanbevelingen. Over elk gepubli-
bruik van geneesmiddelen in rusthuizen (vol.
rapporten
ceerd rapport sturen we een persbericht
47/2006). Gemiddeld kunnen we spreken
37/2006) en obesitas (vol. 36/2006).
naar de algemene en de vakpers. Het KCE
van 5 artikelen per rapport. Ook radio en
over
MR-scanners
(vol.
Download van de KCE-rapporten 3000
2500
2000
1500
1000
500
0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 NL
56
FR
EN
probeert via de patiëntenverenigingen de
tv toonden in 2006 een toenemende inte-
Beïnvloeden de KCE-rapporten het gedrag
patiënt ook actief te betrekken bij een deel
resse in onze activiteiten door onze experts
van de patiënt? Bij wijzigingen in ‘ het con-
van haar onderzoek. Zo heeft het KCE voor
te interviewen.
sumptiegedrag’ van gezondheidszorg is het
het rapport diabeteszorg (vol. 27/2006) sa-
De KCE-website werd sinds maart 2004
moeilijk te bepalen wie aan de basis ervan
mengewerkt met de Vlaamse Diabetesver-
door bijna 64.000 bezoekers bezocht. De
ligt: de patiënt of de behandelende arts.
eniging. Bij het rapport over stomamateriaal
burger maakt meer en meer gebruik van
Meestal hebben de KCE-rapporten de
(vol. 21/2005) werden verschillende patiën-
de rapporten van het KCE om zich beter
zorgverleners of de beleidsmakers als
Voorzitter van de vereniging Stoma-ilco Brussel-Wallonie
len toch ook een bepaald bewustzijn bij de patiënt aankweken. Dat was bijvoorbeeld het geval voor gebruik van de
Vorig jaar publiceerde het KCE een studie
vraag van de patiënten werd een vergelijking
spoeddiensten (vol. 19/2005), lage rugpijn
over stomamateriaal in België. Onze vereni-
gemaakt van de praktijken in de buurlanden.
(vol. 48/2006), wiegendood (vol. 46/2006),
ging heeft als vertegenwoordiger van de pa-
Op basis van het Franse voorbeeld besloot
rookstop (vol. 1/2004) en de studies m.b.t.
tiënten meegewerkt aan dit onderzoek.
het KCE dat een vrijmaking van de markt
kankerscreening (vol. 31, 38, 45/2006). Het
Na de publicatie van de studie heeft het
niet zal resulteren in overconsumptie. Iets
rapport over electieve chirurgie (vol.
RIZIV ons uitgenodigd om deel te nemen aan
waar de Belgische overheid bang voor was.
42/2006) toonde aan dat er in België gro-
de onderhandelingen over stomamateriaal.
Helaas zijn al die aanbevelingen tot nu toe
te regionale verschillen bestaan voor chi-
Die waren weliswaar al een eind gevorderd. Je
dode letter gebleven.
rurgische ingrepen. Deze heterogeniteit
moet weten dat de RIZIV-conventiecommissie
Met verstomming heb ik vastgesteld in welke
kon niet altijd worden verklaard, maar de
die hiervoor verantwoordelijk is, uitsluitend
surrealistische wereld de RIZIV-onderhande-
patiënt zal zich door dit rapport misschien
bestond uit vertegenwoordigers van de zie-
lingscommissies vaak werken: de veroverde
beter informeren bij zijn of haar arts voor-
kenfondsen en de bandagisten, alle anderen
zitjes worden er angstvallig bewaakt en de
aleer in te stemmen met een operatie.
- patiënten, artsen, verpleegkundigen, apothe-
belangen van sommigen - zeker niet die van
kers of de industrie - waren niet vertegen-
de patiënten – worden met hand en tand ver-
Wat heeft het KCE de patiënt al opgele-
woordigd. In haar rapport noemde het KCE
dedigd. Het is onmogelijk om er een correct
verd? Elke burger heeft baat bij een opti-
deze gang van zaken weinig transparant en
en evenwichtig debat te voeren.
maal werkend gezondheidszorgbeleid. En
ondemocratisch. Als gevolg hiervan werd een
Tot besluit wil ik wel stellen dat het KCE haar
het doel van het KCE is om daar maximaal
nieuwe commissie opgericht waarin de an-
rol ten volle heeft gespeeld: haar onderzoek is
toe bij te dragen. Daarnaast hebben de
dere betrokkenen een plaats kregen, ook pa-
correct verlopen en was wetenschappelijk on-
KCE-rapporten ook voor specifieke resul-
tiënten. Helaas is onze stem alleen advise-
derbouwd. De omzetting naar de praktijk zal
taten gezorgd: na het rapport stoma (vol.
rend. Toen de minister in het parlement werd
echter heel wat meer tijd in beslag nemen. Er
21/2005) werd er een werkgroep opge-
geïnterpelleerd over de problemen rond sto-
zullen nog veel geesten moeten rijpen. Toch
richt bestaande uit patiënten, verpleegkun-
mamateriaal, bleek het adviserend rapport
beschouw ik het werk van het KCE als een
digen en industrie. De studies over sup-
van het RIZIV dat toen door de minister werd
eerste belangrijke stap om het woord ook
plementen (vol. 50/2006) en medische
voorgelezen als antwoord, alleen de argumen-
aan de patiënt te geven. Ik hoop dat het in de
aansprakelijkheid (vol. 35/2006) vestigden
ten van de ziekenfondsen en de bandagisten
toekomst veel meer zal gebeuren.
de aandacht op de moeilijke situatie waar-
te bevatten … van onze vragen en eisen was
in respectievelijk de chronische patiënten
geen spoor te bekennen.
en de slachtoffers van medische fouten
Het KCE stelde eveneens de grote rigiditeit
zich bevonden. Ondertussen werkt men
van het systeem van de driemaandelijkse do-
volop aan beschermende maatregelen
tatie aan de kaak. Die houdt geen rekening
voor deze burgers.
met de werkelijke behoefte van de patiënt en
De impact van het KCE
Mr. Lucio Scanu
doelgroep, maar sommige rapporten wil-
www.stomailco.org
laat geen plaats voor autonome keuze. Het rapport klaagt eveneens de onregelmatigheden aan in de levering van het materiaal aan de patiënt en de ongeoorloofde supplementen die hem soms worden aangerekend. Op
57
58
De eerste indruk die we na deze lange opsomming krijgen is dat het KCE duidelijk aanwezig was in de belangrijke gezondheidszorgdossiers van de huidige regering. De KCE-rapporten hebben gezorgd voor debatten en hebben een aantal gedragswijzigingen en moeilijke beslissingen mee begeleid. Toch blijkt dat de inhoud van onze rapporten en zelfs ons bestaan niet altijd gekend zijn door de mensen van het terrein. Dit wordt ook bevestigd in bepaalde interviews in dit jaarverslag. Deze vaststellingen stimuleren ons alleen maar om ons werk op een onafhankelijke en nauwkeurige manier te blijven verder zetten. Daarbij zullen wij, ook na de verkiezingen, aandacht blijven hebben voor de problemen die de nieuwe beleidsverantwoordelijken zullen bezighouden. Wij zullen onze rapporten nog beter verspreiden en we blijven openstaan voor iedereen die wil praten over de verbetering van de
De impact van het KCE
Conclusie
dagelijkse praktijk.
59
Financieel overzicht
BALANS ACTIVA Vaste activa
PASSIVA 2005
2006
2005
216 207
190.097 Eigen vermogen
Immateriële vaste activa
2006
10 957
14 094 791
10 957 704
14 094 791
1 126 430
1 302 990
Leveranciers
304 232
150 766
Te ontvangen facturen
531 661
666 790
Overgedragen winst
Plannen en studies Concessies, licenties Materiële vaste activa Gebouwen
0
64 594
18 252
18 117
Informaticamateriaal
2197 555
106 986
Financiële vaste activa
399
399
Uitrusting en kantoormat.
Schulden Schulden op ten hoogste één jaar Vlottende activa
11 867 927
15 207 684
Schuldvorderingen op ten hoogste één jaar Te innen opbrengsten
4 891 000
6 506 000 Schulden met betr. tot bezold en soc lasten Voorheffing
-25
RSZ Bezoldigingen Liquide middelen De Post Standaard kassen
Diverse inhoudingen op netto 6 915 972
8 701 249
59
435
Provisie vakantiegeld
Over te dragen kosten TOTAAL ACTIVA
60
-984
3 433
-1 365
-1 365
140 000
245 000
Groepsverzekering Andere sociale schulden
Overlopende rekeningen
135 000
45 000 23 407
6 000
Overige schulden 60 896
Betalingen onderweg
129 478
52 391
12 084 134
15 397 781 TOTAAL PASSIVA
12 084
15.397.781
BEDRIJFSOPBRENGSTEN
2005
2006
7 067 054
8.774.848
7 060 000
8.767.681
6 810
7.167
74 Andere bedrijfsopbrengsten Subsidies Recuperatie maaltijdcheques Varia BEDRIJFSKOSTEN
243 4 441 400
5.672.668
Studies in onderaanneming
665 368
1.429.529
Lokalen en materieel
156 645
305.826
documentatie
37 745
55.136
communicatie
7 299
20.282
53 774
92.619
consultants en externe experts
140 301
116.871
diensten en consultants informatica
212 288
227.045
61 Diensten en diverse goederen
Bureelkosten en benodigdheden
andere bureelkosten en benodigdheden
Financieel Overzicht
RESULTAATREKENING
Externe diensten
79 072
52.901
Opleiding
andere externe diensten
14 782
18.251
Verplaatsings- en onthaalkosten
26 852
30.110
5 800
15.000
Bezoldigingen
1 937 457
2.128.646
RSZ-bijdragen
532 984
667.792
Verzekeringen voor het personeel
178 769
191.472
69 521
65.533
Presentiegeld 62 Bezoldigingen en sociale lasten
Andere voordelen voor het personeel 63 Afschrijvingen, waardeverminderingen en provisies Installaties en machines
9 228
9.334
Gebouwen
107 330
32.297
Meubilair en informaticamaterieel
206 186
214.024
BEDRIJFSRESULTAAT
2 625 654
3.102.180
Financiële opbrengsten
1 367
8
Financiële kosten
2 103
4.212
2 624 918
3.097.976
34 944
39.110
34 944
39.110
2 659 862
3.137.087
RESULTAAT UIT DE GEW.BEDRIJFSUITOEF. Uitzonderlijke opbrengsten Uitzonderlijke kosten UITZONDERLIJK RESULTAAT RESULTAAT UIT DE GEWONE BEDRIJFSVOERING
61
Personeelsplan
Functies
Behoeften
Effectief 31/12/05
31/12/06
0,2
0,2
0,2
Algemeen directeur
1
1
1
Adjunct algemeen directeur
1
1
1
Directeur
2
0
1
Totaal
4
2
3
10
7,9
8,85
Expert economie
9
6,2
8,8
Expert Clinical and Health Services Research
4
3,4
3,4
Expert Data management
3
3
2
Kennismanager
1
1
1
24
21,5
24,05
Juridisch en budgettair adviseur
1
1
1
Adviseur HR en communicatie
Voorzitterfunctie Managementfuncties
Expertfuncties Arts-expert
Totaal Ondersteunende functies
62
1,5
1
1,3
Directiesecretaris
1
1
1
Administratief deskundige
2
1
1
ICT-deskundige
1
1
1
Administratief assistent
2
1
2
Administratief medewerker
2
2
2
Totaal
10,5
8
9,3
Totaal
41,7
31,7
36,55
Personeelsleden Voorzitterfunctie Gillet Pierre (26) Managementfuncties CLOSON Jean-Pierre (5) PEETERS Gert (24) RAMAEKERS Dirk (10) Expertfuncties CAMBERLIN Cécile (20) CHALON Patrice (21) CLEEMPUT Irina CROTT Ralph (3) DE LAET Chris (36) DEVRIESE Stephan (35) EYSSEN Marijke GAILLY Jeanine (28) HULSTAERT Frank HUYBRECHTS Michel (7) KOHN Laurence (6) LAMBERT Marie-Laurence (4) LEONARD Christian (32) LEYS Mark
Ondersteunende functies BOGAERTS Dimitri (19) BONNOUH Nadia (15) BRIAT Gudrun (29) DE MEULENAERE Geert (12) GARREYN Catherine (17) GOSSEYE Natacha (31) LANDTSHEERE Miranda PETIT Elisabeth REYNAERT Magalie (33) VAN DE VELDE Karen (27) VERHULST Ine (30) WILLAERT Valérie
LONA Murielle (18) MAMBOURG Françoise (34) NEYT Mattias (8) PAULUS Dominique (14) ROBERFROID Dominique (11) SWARTENBROEKX Nathalie THIRY Nancy (23) VAN BRABANDT Hans (9) VAN DE SANDE Stefaan (13) VAN DE VOORDE Carine (22) VAN DEN BRUEL Ann (16) VAN DEN STEEN Dirk (1) VINCK Imgard (25) VLAYEN Joan (2) VRIJENS France
1. 2.
8.
5.
3.
4.
14.
7. 6.
16.
9. 17. 18.
11.
13. 10. 12. 19. 21. 20. 22.
24. 23.
15. 30. 31.
25.
26.
27.
28.
29.
32.
33.
34.
35.
36.
63
Gepubliceerde KCE-studies 2004 1. Effectiviteit en kosten effectiviteit van behandelingen voor rookstop (D/2004/10.273/1) 2. Studie naar de mogelijke kosten van een eventuele wijziging van de rechtsregels inzake medische aansprakelijkheid (fase 1). (D/2004/10.273/3) 3. Antibioticagebruik in ziekenhuizen bij acute pyelonefritis (D/2004/10.273/5) 4. Leukoreductie. Een mogelijke maatregel in het kader van een nationaal beleid voor bloedtransfusieveiligheid. (D/2004/10.273/7) 5. Het preoperatief onderzoek (D/2004/10.273/9) 6. Nationale richtlijn prenatale zorg. Een basis voor een klinisch pad voor de opvolging van zwangerschappen. (D/2004/10.273/13) 7. Validatie van het rapport van de Onderzoekscommissie over de onderfinanciering van de ziekenhuizen (D2004/10.273/11) 8. Financieringssystemen van ziekenhuisgeneesmiddelen: een beschrijvende studie van een aantal Europese landen en Canada. (D/2004/10.273/15)
2005 9. Feedback: onderzoek naar de impact en barrières bij implementatie – Onderzoeksrapport: deel 1 (D/2005/10.273/01) 10. De kost van tandprothesen (D/2005/10.273/03) 11. Borstkankerscreening (D/2005/10.273/05) 12. Studie naar een alternatieve financiering van bloed en labiele bloedderivaten in de ziekenhuizen. (D/2005/10.273/07) 13. Endovasculaire behandeling van carotisstenose (D/2005/10.273/09) 14. Variaties in de ziekenhuispraktijk bij acuut myocardinfarct in België (D/2005/10.273/11) 15. Evolutie van de uitgaven voor gezondheidszorg (D/2005/10.273/13) 16. Studie naar de mogelijke kosten van een eventuele wijziging van de rechtsregels inzake medische aansprakelijkheid. (fase 2: ontwikkeling van een actuarieel model en eerste schattingen) (D/2005/10.273/15) 17. Evaluatie van de referentiebedragen (D/2005/10.273/17) 18. Prospectief bepalen van de honoraria van ziekenhuisartsen op basis van klinische paden en guidelines: makkelijker gezegd dan gedaan. (D/2005/10.273/19) 19. Evaluatie van forfaitaire persoonlijk bijdrage op het gebruik van spoedgevallendienst (D/2005/10.273/21) 20. Moleculaire Diagnostiek in België (D2005/10.273/23) 21. Stomamateriaal in België (D2005/10.273/27) 22. Positronen Emissie Tomografie in België (D2005/10.273/29) 23. De electieve endovasculaire behandeling van het abdominale aorta aneurysma (AAA) (D2005/10.273/32) 24. Het gebruik van natriuretische peptides in de diagnostische aanpak van patienten met vermoeden van hartfalen (D2005/10.273/34)
2006 25. Capsule Endoscopie (D2006/10.273/01) 26. Medico–legale aspecten van klinische praktijkrichtlijnen (D2006/10.273/05) 27. De kwaliteit en de organisatie van type 2 diabeteszorg (D2006/10.273/07) 28. Voorlopige richtlijnen voor farmaco-economisch onderzoek in België (D2006/10.273/10)
64
schappelijke basis voor klinische paden voor diagnose en behandeling colorectale kanker en testiskanker (D2006/10.273/12) 30. Inventaris van databanken gezondheidszorg (D2006/10.273/14) 31. Prostate-specific-antigen (PSA) voor prostaatkankerscreening (D2006/10.273/17) 32. Feedback : onderzoek naar de impact en barrières bij implementatie – Onderzoeksrapport : deel II (D2006/10.273/19) 33. Effecten en kosten van de vaccinatie van Belgische kinderen met geconjugeerd pneumococcenvaccin (D/2006/10.273/21) 34. Trastuzumab bij vroegtijdige stadia van borstkanker (D/2006/10.273/23) 35. Studie naar de mogelijke kosten van een eventuele wijziging van de rechtsregels inzake medische aansprakelijkheid (fase III)- precisering van de kostenraming. (D/2006/10.273/26) 36. Farmacologische en chirurgische behandeling van obesitas. Residentiële zorg voor ernstig obese kinderen in België. (D/2006/10.273/28)
Gepubliceerde KCE-studies
29. Nationale Richtlijnen van het College voor oncologie: A. Algemeen kader oncologish kwaliteitshandboek B. Weten-
37. Magnetische Resonantie Beeldvorming (D/2006/10.273/32) 38. Baarmoederhalskankerscreening en testen op Human Papillomavirus (HPV) (D/2006/10.273/35) 39. Rapid assessment van nieuwe wervelzuil technologieën : totale discusprothese en vertebro/ballon kyfoplastie (D/2006/10.273/38) 40. Functioneel bilan van de patiënt als mogelijke basis voor nomenclatuur van kinesitherapie in België? (D/2006/10.273/40) 41. Klinische kwaliteitsindicatoren (D/2006/10.273/43) 42. Studie naar praktijkverschillen bij electieve chirurgische ingrepen in België (D/2006/10.273/45) 43. Herziening bestaande praktijkrichtlijnen (D/2006/10.273/48) 44. Een procedure voor de beoordeling van nieuwe medische hulpmiddelen (D/2006/10.273/50) 45. Colorectale Kankerscreening: wetenschappelijke stand van zaken en budgetimpact voor België (D/2006/10.273/57) 46. Polysomnografie en thuismonitoring van zuigelingen voor de preventie van wiegendood (D/2006/10273/59) 47. Geneesmiddelengebruik in de Belgische rusthuizen en rust- en verzorgingstehuizen (D/2006/10.273/61) 48. Chronische lage rugpijn (D/2006/10.273/63) 49. Antivirale middelen bij seizoensgriep en grieppandemie. Literatuurstudie en ontwikkeling van praktijkrichtlijnen (D/2006/10.273/65) 50. Eigen betalingen in de Belgische gezondheidszorg. De impact van supplementen. (D/2006/10.273/68)
65
Nota’s
66
Jaarverslag 2006 van het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg Brussel : 2007 Met de medewerking van Karin Rondia en Peter Raeymaekers, wetenschappelijke journalisten Grafische vormgeving en druk : Tilt Factory ISSN : 1783-4112 Elke gedeeltelijke reproductie van dit document is toegestaan mits bronvermelding. Dit document is beschikbaar op de website van het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg.
67
Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg Tel: + 32 (0) 2 2873388 Fax: + 32 (0) 2 2873385 E-mail: info@ kce.fgov.be Web: http://www.kce.fgov.be Wetstraat 62 B-1040 Brussel