O.V.V. goedgekeurd door K.B. van 2 juni 1982 Liefdadigheidstraat 33 Bus 1 – 1210 BRUSSEL
Jaarlijks verslag voorgesteld aan de Gewone Algemene Vergadering van 19 mei 2004
Boekjaar 2003
2
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
RAAD VAN BESTUUR op 01.01.2004
Voorzitter :
François LEMONNIER
Ondervoorzitter :
Freddy CORLIER
Bestuurders :
José BEGUIN Chris BELIEN Patrick BOLY Vincent CLOSON Eric JANSSEN Marc SIMONS Chantal THIRION Paul VAN BOGAERT Catherine VAN HAUTE
Vertegenwoordiger van de Minister van Economische Zaken :
Filip NICOLAI
Vertegenwoordiger van de Beroepsvereniging der Verzekeringsondernemingen :
Bruno DIDIER
Directeur –Secretaris Generaal :
Alain PIRE
DIRECTIECOMITE op 01.01.2004
François LEMONNIER Vincent CLOSON Freddy CORLIER Eric JANSSEN Catherine VAN HAUTE Alain PIRE
ERKENDE COMMISSARIS Vinciane MARICQ
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
OPDRACHTEN VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS De opdrachten van het Gemeenschappelijk Waarborgfonds, opgericht in 1957 in het kader van de wet die de burgerrechtelijke aansprakelijkheidsverzekering voortvloeiende uit het gebruik van motorrijtuigen verplicht maakte, werden gewijzigd en uitgebreid in functie van de Europese richtlijnen en van wettelijke of regelgevende Belgische bepalingen. Op 31 december 2003 kunnen de taken als volgt samengevat worden : 1. Informatieopdracht a) identificatie van de verzekeringsonderneming van de in België ingeschreven voertuigen; b) identificatie van de verzekeringsondernemingen van de voertuigen die ingeschreven zijn in andere Lidstaten van de Europese Economische Ruimte; c) identificatie van de schaderegelaar aangewezen door iedere verzekeringsonderneming in alle Staten van de Europese Economische Ruimte; d) melding aan de Belgische politieoverheid van de voertuigen verdacht van nietverzekering. 2. Vergoedingsopdracht Het Fonds is genoodzaakt om de schade te vergoeden veroorzaakt door een motorrijtuig wanneer : a) de vergoedingen verschuldigd zijn door een verzekeringsonderneming die failliet verklaard is of die haar verplichtingen niet nakomt na intrekking of afstand van de toelating; b) geen enkele verzekeringsonderneming verplicht is tot schadevergoeding om reden van een toevallig feit waardoor de bestuurder van het voertuig dat het ongeval veroorzaakt heeft, vrijuit gaat; c) bij diefstal, geweld of heling, de burgerrechtelijke aansprakelijkheid waartoe het voertuig aanleiding kan geven, niet verzekerd is; d) de benadeelde geen met redenen omkleed antwoord gekregen heeft binnen de drie maanden na het verzoek tot schadevergoeding: e) de verzekeringsonderneming geen schaderegelaar aangewezen heeft; f) het voertuig dat het ongeval heeft veroorzaakt, niet kan worden geïdentificeerd; g) het voertuig niet verzekerd is of wanneer de verzekeringsonderneming binnen de twee maanden na het ongeval niet geïdentificeerd werd. 3. Tariferingsbureau Het Fonds zorgt voor het secretariaat en het dagelijks bestuur van het Tariferingsbureau, opgericht door de wet van 2 augustus 2002. Het Fonds neemt het resultaat van het schadegevallenbeheer, betreffende de door het tariferingsbureau getarifeerde risico’s, in zijn rekeningen op.
3
4
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
BEHEERSVERSLAG VAN DE RAAD VAN BESTUUR ingediend op de Gewone Algemene Ledenvergadering van 19 mei 2004
Dames en Heren, Wij hebben de eer u op de hoogte te stellen van de activiteiten van het GEMEEN-SCHAPPELIJK MOTORWAARBORG-FONDS en u de jaarrekeningen afgesloten op 31 december 2003 voor te leggen. Het jaar 2003 werd voor het Fonds gekenmerkt door de beëindiging van een activiteit die uitgeoefend werd sinds 1994 namelijk deze van het administratief beheer van de Pool van moeilijk te plaatsen risico’s en door het in praktijk brengen van de nieuwe wettelijke bepalingen. Inderdaad krachtens de wet van 2 augustus 2002, zorgt het Fonds voor het secretariaat en het dagelijks bestuur van het “Tariferingsbureau” en is het gehouden het resultaat van het schadegevallenbeheer, betreffende de door het Bureau getarifeerde risico’s, in zijn rekeningen op te nemen. Dezelfde wet belast het Fonds met de taak de niet-verzekerde voertuigen aan de politie aan te geven. Bovendien heeft de wet van 22 augustus 2002, die tot doel had de bepalingen van de 4de Europese richtlijn op het gebied van de verplichte burgerrechtelijke aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen, in Belgisch recht om te zetten, aan het Fonds de functie van informatie - en vergoedingscentrum toevertrouwd.
1. INFORMATIEOPDRACHT Krachtens het koninklijk besluit van 19 februari 1997, werd het Fonds belast met het verschaffen van informatie aan het slachtoffer of zijn rechthebbenden met betrekking tot de identiteit van de verzekeraar burgerrechtelijke aansprakelijkheid van elk bij een ongeval betrokken voertuig. Daartoe werd de dienst VERIDASS genoemd opgericht. Gezien overeenkomstig de wet van 22 augustus 2002 het Fonds aangeduid werd in hoedanigheid van informatiecentrum bedoeld door de 4de richtlijn, was de uitbreiding van de activiteiten van de dienst VERIDASS noodzakelijk. Deze werd dan vervangen door het BMIC (Belgian Motor insurance Information
Center) dat sinds het begin van het jaar de volgende activiteiten voor zijn rekening neemt: - identificatie van de verzekeringsonderneming van de in België ingeschreven voertuigen; - identificatie van de verzekeringsonderneming van voertuigen die ingeschreven zijn in andere Staten van de EER, in samenwerking met de informatiecentra van deze landen; - identificatie van de schaderegelaar aangewezen door iedere verzekeringsonderneming in alle Staten van de EER in toepassing van de 4de richtlijn. Aan het BMIC werd eveneens de opdracht toevertrouwd de niet-verzekerde voertuigen aan de Belgische politieoverheden te melden. Deze laatste activiteit vloeit voort uit de wet van 2 augustus 2002. In 2003 heeft het BMIC 61.127 aanvragen ontvangen om over te gaan tot identificatie van de verzekeringsonderneming die de aansprakelijkheid van de in België ingeschreven voertuigen dekt waarvan 1.777 aanvragen afkomstig uit andere Lidstaten van de EER in het kader van de 4de richtlijn “BA motorrijtuigen”. Voor wat de aanvragen tot identificatie betreft van de verzekeringsondernemingen die de aansprakelijkheid van de voertuigen ingeschreven in de andere landen van de EER dekken en de aanvragen tot identificatie van de schaderegelaars aangeduid door deze ondernemingen, deze aanvragen belopen respectievelijk 1.969 en 1.464. In 2003 werd, in het kader van het nieuwe artikel 19bis van de wet van 21.11.1989, de verzekeringstoestand van 10.109 in België ingeschreven voertuigen onderzocht. Toen het onderzoek beëindigd was, maakten de voertuigen, waarvan de verzekeraar niet geïdentificeerd was, het voorwerp uit van een signalement aan de politie. Dit optreden zal nog intensiever worden in 2004.
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
2. VERGOEDINGSOPDRACHT
5
EUR als voorzieningen schadegevallen.
voor
te
betalen
ALGEMENE ACTIVITEITEN Geheel der activiteiten (alle boekjaren zonder onderscheid )- behalve 4de richtlijn
Aantal schadeaangiften in 2003 In 2003 kreeg het Fonds 11.676 aangiften binnen betreffende ongevallen die zich in België voordeden, hetzij 2,80 % minder dan in 2002. Hiervan betreffen 6.419 (55 %) ongevallen die zich in 2003 voordeden. Bij deze aangiften dienen er 795 dossiers gevoegd te worden die geopend werden in het kader van de 4de richtlijn waarvan 723 betrekking hebben op ongevallen overkomen in het buitenland.
Door de eerder aangegeven schadegevallen in aanmerking te nemen, bedragen de schadevergoedingen en schaderegelingskosten betaald in 2003 36.076.635 EUR, hetzij 4.778.434 EUR (15,3 %) meer dan in 2002. 38000 36000
in 1000 Euros
34000 13000 12000 11000
32000 30000
10000
28000
9000
26000
8000
24000 1999
7000
2000
2001
2002
2003
6000 1999
2000
2001
2002
2003
Grafiek : Evolutie van het aantal schadeaangiften per jaar
Men moet ook rekening houden met 2.794 aangiften betreffende ongevallen die zich in het buitenland voordeden en waarbij in België ingeschreven voertuigen betrokken waren (waarvan er 1.569 zich in 2003 voordeden) en die ten laste genomen worden door het Fonds.
Schadegevallen die zich in 2003 voordeden
Grafiek : Evolutie van de jaarlijkse uitbetalingen
De voorzieningen voor te regelen schadegevallen berekend op 31.12.2003 bedragen 225.760.242 EUR. 230 225 in 1000000 Euros
5000
220 215 210 205 200 195
De totale kosten van de schadegevallen (behalve 4de richtlijn) die zich in 2003 voordeden bedragen 41.607.553 EUR. Deze kosten, die met 8,2 % gedaald zijn ten opzichte van het jaar 2002, zijn als volgt samengesteld : 2.183.513 EUR betaald bij wijze van vergoedingen en onkosten en 39.424.040
190 1999
2000
2001
2002
2003
Grafiek : Evolutie van de technische voorzieningen (zonder interne beheerskosten)
6
De voorzieningen betreffende de schadegevallen die zich v r 2003 voordeden, bedroegen 225.237.807 EUR op 31 december 2002 en 186.336.202 EUR op 31 december 2003.
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
165.057 EUR als technische voorzieningen) die het voorwerp zijn van een schuldvordering van het Fonds op de desbetreffende Belgische ondernemingen.
De uitbetalingen voor deze schadegevallen, uitgevoerd in 2003 bedragen 33.893.122 EUR.
* * *
De vrijmaking op deze voorzieningen is dus 2,22 % hiervan, hetzij 5.008.483 EUR. De globale technische voorzieningen bedragen 237.048.253 EUR rekening houdend met een provisie van 11.288.011 EUR voor interne beheerskosten.
4de richtlijn In het kader van de Belgische wetgeving (wet van 22 augustus 2002) die de 4de richtlijn”BA motorrijtuigen” omzette, heeft het Fonds 723 dossiers geopend naar aanleiding van verzoeken tot schadevergoeding geformuleerd door Belgische inwoners die het slachtoffer waren van ongevallen overkomen in het buitenland. Deze verzoeken zijn gesteund op de afwezigheid van een met redenen omkleed antwoord (35), op de afwezigheid van de aanwijzing van een schaderegelaar in België (235), op de niet identificatie van het voor het ongeval verantwoordelijke voertuig (9), en op de niet identificatie, binnen de twee maanden na het ongeval, van de verzekeringsonderneming van het voertuig dat het ongeval veroorzaakt heeft (444). Deze dossiers gaven aanleiding tot uitbetalingen ten bedrage van 5.872 EUR. De technische voorzieningen bedragen 1.974.997 EUR hetzij bij elkaar gerekend 1.980.869 EUR ten laste genomen door de schadevergoedingsorganen en de waarborgfondsen van de desbetreffende Lidstaten van de EER. In het kader van dezelfde wetgeving, heeft het Fonds 72 dossiers geopend met betrekking tot ongevallen overkomen in België : 69 dossiers betreffen gevallen van afwezigheid van een met redenen omkleed antwoord, de 3 andere dossiers betreffen de afwezigheid van de aanwijzing van een schaderegelaar in de woonplaats van de benadeelde. De kosten van deze schadegevallen bedragen 166.367 EUR (1.310 EUR als vergoedingen en
ACTIVITEITEN PER AARD VAN DE SCHADEGEVALLEN (behalve 4de richtlijn) De bij het Fonds gedane aangiften, zijn in 2003 volgens de verschillende gevallen van tussenkomst op volgende wijze in te delen:
3,32% 10,67%
6,41%
19,34%
60,26%
Niet verzekering in België Niet verzekering in het buitenland T oevallig feit Niet geïdentificeerd Diefstal
Grafiek : Indeling van de aangiften per aard van de schadegevallen
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
7
NIET-VERZEKERING
Niet-verzekering in België
Niet-verzekering in het buitenland Overeenkomstig de met het BELGISCH BUREAU VAN DE AUTOVERZEKERAARS aangegane verbintenis, moet het Fonds aan laatstgenoemde de kosten terugbetalen van schadegevallen die op het grondgebied van bepaalde staten (voornamelijk deze van de Europese Unie) plaatshebben, en worden veroorzaakt door in België ingeschreven niet verzekerde voertuigen.
9000 8000 7000 6000 5000 4000 1999
2000
2001
2002
2003
Grafiek : Evolutie van het aantal aangiften gebaseerd op de niet verzekering in België
Er werden in 2003 door het Fonds 8.705 aangiften geregistreerd voor schadegevallen die in België zijn overkomen en waarin klaarblijkelijk niet verzekerde voertuigen waren betrokken, hetzij 202 minder dan in 2002 (- 2,3 %)
in 1000 Euros
De schadegevallen gebeurd in 2003 hebben het Fonds ertoe gebracht 1.530.635 EUR uit te betalen aan schadevergoedingen en regelingskosten, en technische provisies voor een bedrag van 20.975.696 EUR aan te leggen. De globale kosten bedragen dus 22.506.331 EUR, hetzij 8,19 % minder dan in 2002 (24.513.932 EUR).
Wanneer een ongeval in het buitenland veroorzaakt wordt door een voertuig dat in België ingeschreven is, heeft de tegenpartij het recht om schadevergoeding van het nationale Bureau van het land waar het ongeval zich voordeed, op te eisen. Na de schadevergoeding uitgekeerd te hebben zal dit Bureau de terugbetaling eisen van de uitgaven, hetzij van de verzekeraar van het voertuig, hetzij van het Bureau van het herkomstland van dit voertuig, indien er geen verzekeraar is. Het Belgisch Bureau kreeg 2.794 aanvragen (2.853 in 2002). Deze vermindering van de aanvragen is te wijten aan het feit dat de Europese Bureaus het BMIC rechtstreeks bevragen via de internet-site teneinde de verzekeringsondernemingen te identificeren die de in België ingeschreven motorrijtuigen dekken welke betrokken zijn bij ongevallen overkomen in hun land. In 2003 heeft het Fonds voor de schadegevallen die zich in datzelfde jaar voordeden 54.045 EUR aan het Belgisch Bureau terugbetaald en heeft bij wijze van technische voorzieningen een bedrag van 2.668.926 EUR samengesteld.
27000 26000 25000 24000 23000 22000 21000 20000 19000 18000 17000 16000 15000
NIET GEÏDENTIFICEERD
1999
2000
2001
2002
2003
Grafiek : Kosten van de dossiers « niet verzekering » in België in eerste waarneming
Het Fonds kreeg 1.541 aangiften binnen gebaseerd op de aansprakelijkheid van de bestuurder van een voertuig, dat niet geïdentificeerd kon worden (+ 10,9 %)
8
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
door de WAM-verzekeraar wegens het toevallig feit niet wordt vergoed, zodat de vergoeding van de schade die van de verplichte verzekeringswaarborg geen deel uitmaakt wordt uitgesloten.
1700 1650 1600 1550 1500 1450 1400 1350 1300 1250 1200 1999
2000
2001
2002
2003
Grafiek : Evolutie van het aantal aangiften gebaseerd op het niet geïdentificeerd zijn
Voor de schadegevallen gebeurd in 2003, heeft het Fonds 76.542 EUR bij wijze van schadevergoedingen en kosten betaald en heeft technische voorzieningen berekend ten belope van 10.234.525 EUR. De globale kosten van dit soort dossiers bedragen dus 10.311.067 EUR
800 750 700 650 600 550 500
13000
450
12500
400
12000 en 1000 Euros
In het kader van het arrest uitgesproken op 15 juli 1999 sprak het Arbitragehof de mening uit, bij wijze van antwoord op verschillende prejudiciële vragen betreffende de grondwettelijkheid van de wettelijke bepaling die deze beperking van tussenkomst toelaat, dat het niet ongegrond is dat het Fonds noch de schade dekt die rechtstreeks wordt veroorzaakt door het toevallig feit, noch deze geleden door de eigenaar van het voertuig dat het ongeval heeft veroorzaakt.
1999
2000
2001
2002
2003
11500 11000
Grafiek : Evolutie van het aantal aangiften gebaseerd op toevallig feit
10500 10000 9500 9000 1999
2000
2001
2002
2003
Grafiek : Kosten van de dossiers “niet indentificatie” in eerste waarneming
TOEVALLIG FEIT Na een lichte stijging in 2002, is het aantal aangiften gebaseerd op het toevallig feit (480) aanzienlijk gedaald in 2003 (- 20,1 %). Deze daling volgde uit de systematische toepassing van de rechtspraak van het Hof van Cassatie waardoor de tussenkomst van het Fonds wordt beperkt tot de vergoeding van de schade die
De schadegevallen die zich in 2003 voordeden, hebben geleid tot uitbetalingen voor een bedrag van 90.009 EUR en tot het samenstellen van technische voorzieningen ten belope van 2.174.362 EUR. Dit brengt de totale kosten in eerste waarneming op 2.264.371 EUR
9
3600
5600
3400
5400
3200
5200
3000
5000
in 1000 Euros
in 1000 Euros
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
2800 2600 2400
4800 4600 4400
2200
4200
2000
4000 3800
1800
3600
1600 1999
2000
2001
2002
2003
Grafiek : Kosten van de dossiers « toevallig feit » in eerste waarneming
1999
2000
2001
2002
2003
Grafiek : Kosten van de dossiers "diefstal" in eerste waarneming
FAILLISSEMENT
DIEFSTAL
Een in Frankrijk erkende verzekeringsonderneming, die in België een bijkantoor bezat, is op 6 februari 2003 het voorwerp geworden van een procedure van invereffeningstelling in haar herkomstland.
1300 1250 1200 1150
Alhoewel het Belgisch bijkantoor sinds 2000 geen contracten “BA motorrijtuigen” meer uitgaf, is het Fonds gehouden de nog niet afgewikkelde schadegevallen ten laste te nemen. Met het oog hierop heeft het Fonds 24 dossiers geopend, heeft het 15.000 EUR uitbetaald en heeft het voor een bedrag van 2.937.150 EUR aan technische voorzieningen aangelegd.
1100 1050 1000 950 900 850 1999
2000
2001
2002
2003
Grafiek : Evolutie van het aantal aangiften gebaseerd op diefstal
Het Fonds heeft 926 aangiften tegen 1.114 in 2002 (- 16,9 %) geregistreerd. De schadegevallen die zich in 2003 voordeden, hebben geleid tot uitbetalingen voor een bedrag van 411.787 EUR en tot het samenstellen van technische voorzieningen voor 3.370.531 EUR, hetzij samen 3.782.318 EUR tegen 4.956.541 EUR in 2002.
Bovendien is de betroffen onderneming schuldenares van een bedrag van 81.255 EUR dat de bijdragen en het aandeel van deze onderneming in de technische voorzieningen van het Fonds uitmaakt. Van dit bedrag werd akte genomen door de vereffenaar.
VERHAAL In het kader van de dossiers betreffende de nietverzekering en gevallen van diefstal stelt het Fonds, wettelijk in de rechten geplaatst van de benadeelde, verhaal in tegen de dader die aansprakelijk is voor het schadegeval.
10
In 2003, heeft het Fonds 4.789 nieuwe dossiers “verhaal” geopend. Er konden 4.092 dossiers (alle boekjaren zonder onderscheid) afgesloten worden. Rekening houdend met de eerder geopende dossiers kon het Fonds in 2003 een totaal brutobedrag van 2.894.513 EUR (2.072.112 EUR in 2002) recupereren, hetzij 11,35 % van de uitbetalingen van het jaar inzake diefstal en nietverzekering.
3. HET TARIFERINGSBUREAU Het tariferingsbureau, opgericht door de wet van 2 augustus 2002 binnen het GMWF, heeft als opdracht “de premie en de voorwaarden vast te stellen, onder dewelke een verzekeringsonderneming gehouden is een persoon te dekken die onderworpen is aan de verplichting van artikel 2 (van de wet van 21 november 1989) en die zich bevindt in de voorwaarden bepaald door of krachtens het hoofdstuk II bis van de wet”. Het Fonds zorgt voor het secretariaat en het dagelijks bestuur van het Tariferingsbureau. De datum van het effectief van kracht worden van deze nieuwe opdracht van het Fonds werd vastgesteld op 1 november 2003. Gedurende de maanden november en december, heeft het Fonds 2.372 tariferingsaanvragen ontvangen. De ervaring die volgt uit de eerste maanden van de uitoefening van deze taak toont aan dat op iedere werkdag ongeveer 50 tariferingsaanvragen aan het Fonds gericht worden en dat de voorgestelde offertes voor 72% onderschreven worden. De in 2003 ontvangen premies worden niet in overweging genomen voor de rekeningen van het jaar.In overeenstemming met het
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
lastenboek dat aanvaard werd door de ondernemingen beheerders voor rekening van het Bureau, begint het maatschappelijke boekjaar over deze activiteit op 1 november en eindigt het op 31 oktober eerstvolgend. Deze premies alsook de bijbehorende lasten zullen voor de eerste keer in de rekeningen van het boekjaar 2004 verschijnen.
4. POOL VAN MOEILIJK PLAATSEN RISICO'S
TE
Vanaf 31 oktober 2003 heeft de Pool definitief een einde gemaakt aan de onderschrijving van nieuwe BA contracten. Het Fonds heeft in 2003, 2.714 aanvragen tot verzekeringsdekking ontvangen. Het Fonds heeft 1.416 dossiers aan de Tariferingscommissie overgemaakt die 1.270 voorstellen aan de kandidaten gericht heeft. Slechts 689 aanvragers, hetzij 54,25 % hebben positief geantwoord op deze voorstellen. Anderzijds heeft de Pool de verlenging van 943 contracten toegestaan.
5. DIVERSEN Er worden regelmatig vragen gesteld aan het Fonds betreffende de voorwaarden van tussenkomt ten gunste van de benadeelden van een verkeersongeval. Wanneer die vragen geen aanleiding geven tot de opening van een dossier, worden zij behandeld door de dienst “documentatie” die, in 2003, op 391 aanvragen heeft geantwoord.
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
VERSLAG VAN DE COMMISSARIS-REVISOR OVER DE JAARREKENING GERICHT TOT DE ALGEMENE VERGADERING VAN AANDEELHOUDERS VAN 19 MEI 2004 Boekjaar 2003 (van 1.1.2003 tot 31.12.2003)
Overeenkomstig de wettelijke en statutaire bepalingen, brengen wij U verslag uit over de uitvoering van de controleopdracht die ons werd toevertrouwd. Wij hebben de controle uitgevoerd van de jaarrekening, opgesteld onder de verantwoordelijkheid van de raad van bestuur van de vennootschap, over het boekjaar 2003, afgesloten op 31 december 2003, met een balanstotaal van 242.203.585 EUR en waarvan de resultatenrekening afsluit met een winst van het boekjaar van nul. Wij hebben eveneens de bijkomende specifieke controles uitgevoerd die door de wet zijn vereist. Verklaring over de jaarrekening zonder voorbehoud Onze controles werden verricht overeenkomstig de normen van het Instituut der Bedrijfsrevisoren. Deze beroepsnormen eisen dat onze controle zo wordt georganiseerd en uitgevoerd dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen onjuistheden van materieel belang bevat, rekening houdend met de Belgische wettelijke en bestuursrechtelijke voorschriften met betrekking tot de jaarrekening. Overeenkomstig deze normen hebben wij rekening gehouden met de administratieve en boekhoudkundige organisatie van de vennootschap, alsook met de procedures van interne controle. De verantwoordelijken van de vennootschap hebben onze vragen naar opheldering of inlichtingen duidelijk beantwoord. Wij hebben op basis van steekproeven de verantwoording onderzocht van de bedragen opgenomen in de jaarrekening. Wij hebben de waarderingsregels, de betekenisvolle boekhoudkundige ramingen die de onderneming maakte en de voorstelling van de jaarrekening in haar geheel beoordeeld. Wij zijn van mening dat deze werkzaamheden een redelijke basis vormen voor het uitbrengen van ons oordeel. Naar ons oordeel, rekening houdend met de toepasselijke wettelijke en bestuursrechtelijke voorschriften, geeft de jaarrekening afgesloten op 31 december 2003 een getrouw beeld van het vermogen, van de financiële toestand en van de resultaten van de vennootschap en wordt een passende verantwoording gegeven in de toelichting. Bijkomende verklaringen en inlichtingen Wij vullen ons verslag aan met de volgende bijkomende verklaringen en inlichtingen die niet van aard zijn om de draagwijdte van onze verklaring over de jaarrekening te wijzigen : Het jaarverslag bevat de door de wet vereiste inlichtingen en stemt overeen met de jaarrekening. De boekhouding wordt gevoerd en de jaarrekening opgesteld overeenkomstig de in België toepasselijke wettelijke en bestuursrechtelijke voorschriften. Er dient vermeld te worden dat de waarderingsregels betreffende de afschrijvingen op vaste activa licht gewijzigd werden en het resultaat positief beïnvloeden ten belope van 55.160 EUR. Wij dienen U geen enkele verrichting of beslissing mede te delen die in overtreding met de statuten of de vennootschappenwet zou zijn gedaan of genomen. De resultaatsverwerking die aan de algemene vergadering wordt voorgesteld, stemt overeen met de wettelijke en statutaire bepalingen. Brussel, 20 april 2004
DUPONT, GHYOOT, KOEVOETS, PEETERS, ROSIER & Co Bedrijfsrevisoren Vinciane MARICQ, Vennoot
11
12
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
Balans op 31.12.2003 (in euros)
ACTIEF
B.
2003
IMMATERIËLE ACTIVA
290.249
68.177
II. Immateriële vaste activa
290.249
68.177
290.249
68.177
BELEGGINGEN
1.221.320
1.769.321
III. Overige financiële beleggingen
1.221.320
1.769.321
34.219 77.101 1.110.000
34.220 77.101 1.658.000
VORDERINGEN
239.213.827
234.893.530
III. Overige vorderingen
239.213.714
234.892.235
113
1.295
1.413.028
1.046.880
612.532
647.803
800.496
399.077
65.162
55.625
3.011
3.067
62.151
52.558
242.203.586
237.833.533
2. Overige immateriële vaste activa C.
1. Aandelen, deelnemingen en andere niet-vastrentende effecten 2. Obligaties en andere vastrentende effecten 6. Deposito's bij kredietinstellingen E.
IV. Opgevraagd, niet gestort maatschappelijk kapitaal F.
OVERIGE ACTIVABESTANDDELEN I.
Materiële activa
II. Beschikbare waarden G.
2002
OVERLOPENDE REKENINGEN I.
Verworven, niet-vervallen intresten en huurgelden
III. Overige overlopende rekeningen TOTAAL De onnuttige rubrieken van het wettelijke schema werden weggelaten
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
13
Balans op 31.12.2003 (in euros)
PASSIEF
A.
2003
EIGEN VERMOGEN
21.600
20.400
21.600
20.400
108.000 -86.400
102.000 -81.600
TECHNISCHE VOORZIENINGEN
239.295.310
236.499.699
III. Voorziening voor te betalen schaden
239.295.310
236.499.699
VOORZIENINGEN VOOR OVERIGE RISICO'S EN KOSTEN
33.681
12.484
I.
33.681
12.484
SCHULDEN
2.848.662
1.292.522
V. Overige schulden
2.848.662
1.292.522
656.017
732.085
123.274 532.743
203.094 528.991
2.192.645
560.437
4.333
8.428
242.203.586
237.833.533
I.
Geplaatst maatschappelijk kapitaal, onder aftrek van het niet-opgevraagd maatschappelijk kapitaal 1. Geplaatst maatschappelijk kapitaal 2. Niet opgevraagd maatschappelijk kapitaal (-)
C.
E.
G.
Voorziening voor pensioenen en soortgelijke verplichtingen
1. Schulden wegens belastingen, bezoldigingen en sociale lasten a) belastingen b) bezoldigingen en sociale lasten 2 . Overige H.
2002
OVERLOPENDE REKENINGEN
TOTAAL De onnuttige rubrieken van het wettelijke schema werden weggelaten
14
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
Resultatenrekening op 31.12.2003 (in euros)
TECHNISCHE REKENING NIET- LEVENSVERZEKERING
2bis. OPBRENGSTEN VAN BELEGGINGEN
120.360
95.251
120.360
95.251
120.360
40.377.651
43.652.233
-39.732.609
-43.460.379
a) Betaalde netto-bedragen
36.936.998
32.694.231
aa) Bruto-bedragen
36.936.998
32.694.231
2.795.611
10.766.148
2.795.611
10.766.148
-689.969
-349.737
c) Administratiekosten
689.969
349.737
OVERIGE TECHNISCHE LASTEN, ONDER AFTREK VAN HERVERZEKERING (-)
-81.256
0
-30932
-37.523
bb) Opbrengsten van andere beleggingen
4.
OVERIGE TECHNISCHE OPBRENGSTEN, ONDER AFTREK VAN HERVERZEKERING
SCHADELAST, ONDER AFTREK VAN HERVERZEKERING (-)
b) Wijziging van de voorziening voor te betalen schaden, onder aftrek van herverzekering ( stijging +, daling - ) aa) Wijziging van de voorziening voor te betalen schaden, zonder aftrek van herverzekering ( stijging + , daling - ) 7.
8.
10.
2002
95.251
b) Opbrengsten van andere beleggingen
3.
2003
NETTO - BEDRIJFSKOSTEN (-)
RESULTAAT VAN DE TECHNISCHE REKENING NIET - LEVENSVERZEKERING Winst (+) Verlies (-)
De onnuttige rubrieken van het wettelijke schema werden weggelaten
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
15
Resultatenrekening op 31.12.2003 (in euros)
NIET-TECHNISCHE REKENING
1.
-30.932
-37.523
OPBRENGSTEN VAN BELEGGINGEN
26.128
36.044
b) Opbrengsten van andere beleggingen
26.128
36.044
26.128
36.044
-3.919
-5.407
3.919
5.407
bb) Opbrengsten van andere beleggingen 5.
2002
RESULTAAT VAN DE TECHNISCHE REKENING NIET - LEVENSVERZEKERING Winst (+) Verlies (-)
3.
2003
BELEGGINGSLASTEN (-) a) Beheerslasten van beleggingen
7.
OVERIGE OPBRENGSTEN
13.244
13.257
8.
OVERIGE KOSTEN (-)
-4.521
-3.770
12.
UITZONDERLIJKE KOSTEN (-)
0
-2.601
13.
UITZONDERLIJK RESULTAAT 0
-2.601
0 0
0 0
Verlies (-)
16.
RESULTAAT VAN HET BOEKJAAR Winst (+) Verlies (-)
De onnuttige rubrieken van het wettelijke schema werden weggelaten
16
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
BEGROTING VOOR HET BOEKJAAR 2004 KOSTEN Schadelasten - zonder wijziging van de technische voorzieningen - wijziging van de technische voorzieningen
37.950.000 6.550.000
Beleggingslasten
44.500.000
4.000
Netto bedrijfskosten
520.000
Overige kosten
5.000
Verlies Tariferingsbureau
1.950.000 -----------------46.979.000
=========
OPBRENGSTEN Overige technische opbrengsten - opgevraagde bijdragen - opvraagbare bijdragen - overige Beleggingsopbrengsten Overige opbrengsten
39.200.000 6.616.000 1.000.000
46.816.000
150.000 13.000 -----------------46.979.000 ==========
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
17
BIJLAGEN
(De onnuttige rubrieken van het wettelijk schema werden weggelaten) N°1 STAAT VAN DE IMMATERIËLE ACTIVA, DE ONROERENDE GOEDEREN DIE TOT BELEGGING DIENEN EN DE EFFECTEN BESTEMD VOOR BELEGGING Betrokken activa-posten B. Immateriële activa a) AANSCHAFFINGSWAARDE Per einde van het vorige boekjaar Mutaties tijdens het boekjaar Aanschaffingen Overdrachten en buitengebruikstellingen
301.469 - 2.600
Per einde van het boekjaar
390.824
91.955
c) AFSCHRIJVINGEN EN WAARDEVERMINDERINGEN Per einde van het vorige boekjaar Mutaties tijdens het boekjaar - Geboekt Per einde van het boekjaar
76.797 100.575
NETTO BOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR (a) – (c)
290.249
23.778
Betrokken activa-posten C.III.1. Aandelen, deelnemingen en andere niet-vastrentende effecten a) AANSCHAFFINGSWAARDE Per einde van het vorige boekjaar Mutaties tijdens het boekjaar - Aanschaffingen - Overdrachten en buitengebruikstellingen - Andere mutaties Per einde van het boekjaar c) AFSCHRIJVINGEN EN WAARDE VERMINDERINGEN Per einde van het vorige boekjaar Mutaties tijdens het boekjaar - Geboekt Per einde van het boekjaar NETTO BOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR (a) – (c)
C.III.2. Obligaties en andere vastrentende effecten
50.386
77.101
0 0 0
0 0 0
50.386
77.101
16.167
0
0 16.167
0 0
34.219
77.101
N° 3 ACTUELE WAARDE VAN DE BELEGGINGEN Activa-posten C. Beleggingen III. Overige financiële beleggingen 1. Aandelen, deelnemingen en andere niet-vastrentende effecten 2. Obligaties en andere vastrentende effecten 6. Deposito’s bij kredietinstellingen
Bedragen 1.232.425 1.232.425 42.638 79.787 1.110.000
N° 4 STAAT BETREFFENDE DE OVERIGE OVERLOPENDE REKENINGEN VAN HET ACTIEF Uitsplitsing van de actiefpost G.III Over te dragen kosten
62.151
18
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
N° 5 STAAT VAN HET MAATSCHAPPELIJK KAPITAAL Bedragen
Aantal aandelen
A. MAATSCHAPPELIJK KAPITAAL 1. Geplaatst maatschappelijk kapitaal (post A.I.1. van de passiva) - Per einde van het vorige boekjaar - Wijzigingen tijdens het boekjaar : - verhoging van het maatschappelijke aandeel - uittreding van 2 leden - toetreding van 5 leden - Per einde van het boekjaar
102.000
xxxx
0 - 4.000 10.000 108.000
Xxxx
Niet-opgevraagd bedrag (post A.I.2. van de passiva) B. NIET-GESTORT MAATSCHAPPELIJK KAPITAAL Leden die nog moeten volstorten - verzekeringsondernemingen die tak 10 beoefenen TOTAAL
Opgevraagd niet-gestort bedrag (actiefpost E.IV.)
86.400
0
86.400
0
N° 7 STAAT VAN DE TECHNISCHE VOORZIENINGEN EN SCHULDEN b) Schulden (of gedeelte van schulden) en technische voorzieningen (of gedeelte van de technische voorzieningen) gewaarborgd door zakelijke zekerheden gesteld of onherroepelijk beloofd op de activa van de onderneming. Bedragen
Betrokken posten van de passiva C. Technische voorzieningen
239.295.310
c) Schulden met betrekking tot belastingen, bezoldigingen en sociale lasten Betrokken posten van de passiva
Bedragen
1. Belastingen (post G.V.1. a. van de passiva) b) niet-vervallen belastingsschulden 2. Bezoldigingen en sociale lasten (post G.V.I.b van de passiva) b) Andere schulden met betrekking tot bezoldigingen en sociale lasten
123.274 532.743
N° 10 INLICHTINGEN BETREFFENDE DE TECHNISCHE REKENINGEN I. Niet-Levensverzekering RECHTSTREEKSE ZAKEN Totaal 3) Bruto schaden 4) Bruto bedrijfskosten
Totaal 39.732.609
39.732.609
Motorrijtuigen Burgerlijke aansprakelijkheid (tak 10) 39.732.609
689.969
689.969
689.969
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
19
N°11 STAAT BETREFFENDE HET AANTAL PERSONEELSLEDEN AFGESLOTEN BOEKJAAR Totaal aantal op de afsluitingsdatum 1 Personeel onder arbeids- of stageovereenkomst (**)
77,90
Uitzendkrachten of ter beschikking van de onderneming gestelde personen
2
TOTAAL
gemiddeld personeelsbestand (*) 2 78,30
0,8
79,90
79,10
VORIG BOEKJAAR
Aantal gepresteerde uren
Totaal aantal op de afsluitingsdatum
3
4
Gemiddeld personeelsbestand (*) 5
Aantal gepreste erde uren 6
112.066,9
73,70
73,00
110.530
1.450,8
1
1,57
2.845
113.517,70
74,70
74,57
113.375
(*) Het gemiddeld personeelsbestand wordt berekend in voltijdse equivalenten overeenkomstig artikel 12, § 1 van het K.B. van 12 september 1983 houdende uitvoering van de Wet van 17 juli 1995 betreffende de boekhouding en de jaarrekening van de onderneming. (**)Het personeel onder arbeids- of stageovereenkomst bestaat uit in het personeelsregister ingeschreven werknemers, die aan de maatschappij gebonden zijn door een arbeids- of stageovereenkomst, volgens het koninklijk besluit nr. 230 van 21 december 1983. N° 12 STAAT BETREFFENDE HET GEHEEL VAN DE ADMINISTRATIE- EN BEHEERSKOSTEN, UITGESPLITST VOLGENS AARD Benaming I. Personeelskosten 1. a) Bezoldigingen c) Andere rechtstreekse sociale voordelen 2. Patronale bijdragen voor sociale verzekeringen 3. Patronale toelagen en premies voor buitenwettelijke verzekeringen 4. Andere personeelsuitgaven 5. Voorzieningen voor pensioenen, bezoldigingen en sociale lasten a) Dotaties (+) b) Bestedingen en terugnemingen (-) 6. Uitzendkrachten en ter beschikking van de onderneming gestelde personen
Bedragen
2.173.029 696.182 773.221 240.432 26.734 30.165 424.966 - 394.801 43.433
1.358.648
II. Diverse goederen en diensten III. Afschrijvingen en waardeverminderingen op immateriële en materiële activa, andere dan de beleggingen
252.867 21.196
IV. Voorzieningen voor overige risico' s en lasten 1. Dotaties (+) 2. Bestedingen en terugnemingen (-)
-
22.998 1.802
V. Overige lopende lasten 1. Fiscale bedrijfskosten b) Overige 4. Overige
16.728 16.728 516.139
VI. Teruggewonnen administratiekosten en overige lopende opbrengsten (-) 2. Overige lopende opbrengsten
- 18.488
TOTAAL
3.983.196
532.867
- 18.488 6.130.286
20
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
N° 20 WAARDERINGSREGELS A.
REGELS DIE GELDEN VOOR DE WAARDERING VAN DE INVENTARIS (behalve de beleggingen van de
1.
Vorming en aanpassing van de afschrijvingen
actiefpost D)
Vanaf 1 januari 2003 wordt er beslist alle aankopen van materiële en immateriële activa af te schrijven. Met materiële activa betekent men in het bijzonder de machines, de elektronische uitrusting, het rijdend materieel, het meubilair en de kosten van gebouwinrichting die lineair zullen worden afgeschreven over een periode van 5 jaar met uitzondering van het meubilair dat over 10 jaar zal worden afgeschreven. De immateriële activa hebben onder andere betrekking op de softwares, de aan een firma toevertrouwde programmeringskosten, die lineair zullen worden afgeschreven over een periode van 5 jaar. Alle overige aankopen zullen rechtstreeks ten hoogte van 100 % gedurende het jaar van de uitgave in rekening worden genomen. 2.
Waardeverminderingen De effecten in portefeuille worden in de balans tegen hun aankoopwaarde onder post C geboekt. Beleggingen - III. Andere financiële beleggingen. Deze variabele of vastrentende effecten ondergaan geen enkele waardevermindering, tenzij het een duurzame minderwaarde betreft of wanneer de terugbetaling op de vervaldag van deze effecten volledig of gedeeltelijk onzeker of compromitterend is. In het kader van arbitrageverrichtingen worden deze waardeverminderingen alsook de meerwaarden of minderwaarden onder “lasten” of “opbrengsten” van het lopende boekjaar geboekt, ofwel geboekt op debet of credit van de rekening “solidariteitsfonds ten voordele van het personeel” (post G. Schulden).
3.
Voorzieningen voor risico’s en lasten De voorzieningen dekken verliezen of lasten die omtrent hun aard duidelijk omschreven zijn, maar die op de afsluitingsdatum van het boekjaar ofwel waarschijnlijk ofwel zeker zijn, maar waarvan het bedrag nog niet vastgesteld is.
4.
Technische reserves Reserves voor schadegevallen a)
De reserves worden apart per dossier berekend.
b)
Bij ontstentenis van elementen waarmee de juiste reserve voor een dossier bepaald kan worden, wordt een forfaitaire schatting toegepast. De stoffelijke schade wordt forfaitair op 1.240 ± 1.240 ) en lichamelijk letsel op 6.200 .
geschat (cijfer gebaseerd op de gemiddelde RDR-kosten
Deze bedragen kunnen worden herzien en aangepast op basis van waarnemingen die de voorgaande jaren werden gedaan. c)
Na ontvangst van de elementen die een nauwkeurige schatting van het schadegeval toelaten, wordt er een reserve berekend, waarbij rekening wordt gehouden met de behandelingskosten (honoraria advocaten, artsen, experts, gerechtskosten) en de berekende intresten, tot minimum aan het einde van het jaar dat volgt op de datum van vaststelling van de reserve.
De zo vastgestelde reserves worden gewijzigd zodra er een nieuw element optreedt en bij betalingen. Bij de voorzieningen die dossier per dossier berekend zijn, is een forfaitaire bedrag bijgevoegd voor de IBNR-schadegevallen. De globale technische voorzieningen met de IBNR inbegrepen, worden met 5 % verhoogd om de interne beheerskosten te dekken. Aan zijn eigen reserves voor schadegevallen voegt het FONDS de bedragen verschuldigd aan het BELGISCH BUREAU VAN DE AUTOVERZEKERAARS toe en dit in het kader van de tussen hen op 22 mei 1967 gesloten overeenkomst.
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
5.
21
Herwaarderingen Er zal tot herwaardering van de geboekte effecten onder post C. Beleggingen overgegaan worden alleen indien de waarde hiervan een bepaald en duurzaam overschot vertoont ten opzichte van hun boekwaarde.
6.
Andere a)
Herverdeling van de lasten en opbrengsten De algemene kosten voortvloeiend uit de activiteit “identificatie van de verzekeraars”, “Pool voor moeilijk te plaatsen risico’s” en “Tariferingsbureau” worden geboekt onder de rubriek administratiekosten van de technische rekening nietlevensverzekering. Alle andere algemene kosten worden geboekt bij de interne beheerskosten van de schadegevallen van dezelfde resultatenrekening.
b)
Te innen verhaal Gezien het te wisselvallige karakter van verhaal, worden de te innen bedragen niet onder post E geboekt. Vorderingen - terug te vorderen technische lasten. Deze worden bij de inning onder de “opbrengsten” geboekt.
N °22 VERKLARING MET BETREKKING TOT DE GECONSOLIDEERDE JAARREKENING A. Inlichtingen te verstrekken door alle ondernemingen. - De onderneming stelt op en publiceert, overeenkomstig het koninklijk besluit betreffende de geconsolideerde aanrekening van verzekeringsondernemingen en herverzekeringsondernemingen, een geconsolideerde jaarrekening en een geconsolideerd jaarverslag: nee - De onderneming stelt noch een geconsolideerde jaarrekening, noch een geconsolideerd jaarverslag op, omwille van de volgende reden: de onderneming oefent, alleen of gezamelijk geen controle uit op één of meerdere filialen naar Belgisch of buitenlands recht.
22
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
SOCIALE BALANS I. STAAT VAN DE TEWERKGESTELDE PERSONEN A. WERKNEMERS INGESCHREVEN IN HET PERSONEELSREGISTER 1.Voltijds
2. Deeltijds
1. Tijdens het boekjaar en het vorig boekjaar
(boekjaar)
(boekjaar)
Gemiddeld aantal werknemers Aantal daadwerkelijk gepresteerde uren Personeelskosten Voordelen bovenop het loon
64,3 92.912,2 3.224 xxxxxx
21,3 19.154,6 716 xxxxxx
2. Op de afsluitingsdatum van het boekjaar a) Aantal werknemers ingeschreven in het personeelsregister
3. Totaal (T) of totaal in voltijdse equivalenten (VTE) (boekjaar) 78,3 (VTE) 112.066,9 (T) 3.940 (T) 71 (T)
4. Totaal (T) of totaal in voltijdse equivalenten (VTE) (vorig boekjaar) 73,0 (VTE) 110.529,9 (T) 3.634 (T) 66 (T)
1. Voltijds
2. Deeltijds
64
21
3. Totaal in voltijdse equivalenten 77,90
53 11 0 0
21 0 0 0
66,9 11 0 0
29 35
1 20
29,5 48,4
3 59 0 2
0 21 0 0
b) Volgens de aard van de arbeidsovereenkomst - Overeenkomst voor een onbepaalde tijd - Overeenkomst voor een bepaalde tijd - Overeenkomst voor een duidelijk omschreven werk - Vervangingsovereenkomst c) Volgens het geslacht - Mannen - Vrouwen d) Volgens de beroepscategorie - Directiepersoneel - Bedienden - Arbeiders - Andere
B.
3 72,9 0 2
UITZENDKRACHTEN EN TER BESCHIKKING VAN DE ONDERNEMING GESTELDE PERSONEN 1. Uitzendkrachten
Tijdens het boekjaar Gemiddeld aantal tewerkgestelde personen Aantal daadwerkelijk gepresteerde uren Kosten voor de onderneming
0,80 1.450,8 33,00
2. Ter beschikking van de onderneming gestelde personen 0 0 0
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
23
II. TABEL VAN DE PERSONEELBEWEGINGEN TIJDENS HET BOEKJAAR 1. Voltijds
2. Deeltijds
3. Totaal in voltijdse equivalenten
30
1
30,5
4 26 0 0
1 0 0 0
4,5 26 0 0
lager onderwijs secundair onderwijs hoger niet-universitair onderwijs universitair onderwijs
9 7 1 2
0 0 0 0
9 7 1 2
Vrouwen: lager onderwijs secundair onderwijs hoger niet-universitair onderwijs universitair onderwijs
0 8 2 1
0 0 0 1
0 8 2 1,5
2. Deeltijds
3. Totaal in voltijdse equivalenten
26
1
26,1
2 24 0 0
0 1 0 0
2 24,1 0 0
lager onderwijs secundair onderwijs hoger-niet universitair onderwijs universitair onderwijs
9 5 0 1
0 0 0 0
9 5 0 1
Vrouwen: lager onderwijs secundair onderwijs hoger niet-universitair onderwijs universitair onderwijs
0 8 2 1
0 0 0 1
0 8 2 1,1
1 0 1 24
0 0 0 1
1 0 1 24,1
0
0
0
A. INGETREDEN a) Aantal werknemers die tijdens het boekjaar in het personeelsregister werden ingeschreven b) Volgens de aard van de arbeidsovereenkomst - Overeenkomst voor een onbepaalde tijd - Overeenkomst voor een bepaalde tijd - Overeenkomst voor een duidelijk omschreven werk - Vervangingsovereenkomst c) Volgens het geslacht en het studieniveau Mannen:
1. Voltijds B. UITGETREDEN a) Aantal werknemers met een in het personeelsregister opgetekende datum waarop hun overeenkomst tijdens het boekjaar een einde nam a)
Volgens de aard van de arbeidsovereenkomst - Overeenkomst voor een onbepaalde tijd - Overeenkomst voor een bepaalde tijd - Overeenkomst voor een duidelijk omschreven werk - Vervangingsovereenkomst
b)
Volgens het geslacht en het studieniveau Mannen:
c)
Volgens de reden van beëindiging van de overeenkomst Pensioen Brugpensioen Afdanking Andere reden waarvan: het aantal werknemers dat als zelfstandige ten minste op halftijdse basis diensten aan de onderneming blijft verlenen
24
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
III. STAAT OVER HET GEBRUIK VAN DE MAATREGELEN TEN GUNSTE VAN DE WERKGELEGENHEID TIJDENS HET BOEKJAAR
MAATREGELEN TEN GUNSTE VAN DE WERKGELEGENHEID
1.
3. Financieel voordeel
Aantal betrokken werknemers
1. Aantal
2. In voltijdse equivalenten
-
-
95 5
88,2 5
Maatregelen met financieel voordeel
1.1 Voordeelbanenplan (ter aanmoediging van de indienstneming van werkzoekende die tot risicogroepen behoren) 1.2 Conventioneel halftijds brugpensioen 1.3 Volledige loopbaanonderbreking 1.4 Vermindering van de arbeidsprestaties (deeltijdse loopbaanonderbreking) 1.5 Sociale Maribel 1.6 Structurele vermindering van de sociale zekerheidsbijdragen 1.7 Doorstromingsprogramma’s 1.8 Dienstenbanen 1.9 Overeenkomst werk-opleiding 1.10 Leerovereenkomst 1.11 Startbaanovereenkomst (*) (*) in voorkomend geval 2.
Andere maatregelen
2.1. 2.2 2.3 2.4
Stage der jongeren Opeenvolgende arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd Conventioneel brugpensioen Vermindering van de persoonlijke bijdragen van sociale zekerheid aan werknemers met lage lonen
TOTAAL VOOR HET BOEKJAAR TOTAAL VOOR HET VORIG BOEKJAAR
106 ---------------
1
0,5
7
7
--------------------
----------------------
97 -------------------
90,2 ----------------------
90
85,8
IV. INLICHTINGEN OVER DE OPLEIDINGEN VOOR DE WERKNEMERS TIJDENS HET BOEKJAAR Mannen
Vrouwen
11 471 54
18 643 34
Totaal van de opleidingsinitiatieven ten laste van de werkgever Aantal betrokken werknemers Aantal uren besteed aan deze activiteiten Aantal werknemers welke deze activiteiten volgden
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
25
COMMENTAAR BIJ DE BALANS VAN HET BOEKJAAR 2003 ACTIEF B.II.2. OVERIGE IMMATERIELE VASTE ACTIVA De aan externe firma’s toevertrouwde programmeringskosten en aankoop van software. C.III.1. AANDELEN, DEELNEMINGEN EN ANDERE NIET-VASTRENTENDE EFFECTEN SICAV en aandelen voor rekening van het solidariteitsfonds aangelegd ten gunste van het personeel en geboekt tegen hun aankoopwaarde onder aftrek van waardeverminderingen. C.III.2. OBLIGATIES EN ANDERE VASTRENTENDE EFFECTEN Vastrentende effecten bestemd voor het solidariteitsfonds aangelegd ten gunste van het personeel en geboekt tegen hun aankoopwaarde. C.III.6. DEPOSITO’S BIJ KREDIETINSTELLINGEN Geldmiddelen op termijn belegd bij financiële instellingen (met inbegrip van 961 Geïndexeerde Renten).
voor rekening van de Pool voor
E.III. OVERIGE VORDERINGEN Schuldvordering op: - het B.B.A.V. voor het saldo 2003in de kostendelende vereniging - de leden voor opgevraagde en niet gestorte bijdragen - de leden voor opvraagbare bijdragen - aanvullende bijdragen VERIDASS - op voorhand betaalde lasten - de schadevergoedingsorganen en waarborgfondsen van de Lidstaten van de EER (4derichtlijn) - de Belgische verzekeringsondernemingen (4de richtlijn) - een in Frankrijk erkende verzekeringsonderneming die in vereffening gesteld werd en waarvan een bijkantoor lid was van het Fonds waardeverminderingen - een bureau voor de incassering van de vordering dat in failliet werd verklaard waardeverminderingen - de Belgische Staat in het kader van de vereffening van het faillissement van CBA - diversen
428.621 316.592 235.874.210 130.179 21.944 2.079.619 174.620 81.255 - 81.255 190.140 - 143.185 67.745 23.204
Provisie gestort aan de verhuurder van het gebouw bij wijze van werkkapitaal
50.025
E.IV. OPGEVRAAGD, NIET GESTORT MAATSCHAPPELIJK KAPITAAL Opgevraagd maatschappelijk kapitaal, niet gestort op 31 december F.I. MATERIELE ACTIVA Machines, meubilair, elektronische uitrusting en gebouwinrichting. F.II. BESCHIKBARE WAARDEN Onmiddellijk opvraagbare lopende rekening bij financiële instellingen en het kassaldo (waarin begrepen 9.377 rekening van het solidariteitsfonds ten voordele van het personeel)
voor
26
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
G.I. VERWORVEN, NIET VERVALLEN INTRESTEN EN HUURGELDEN Opgelopen doch niet vervallen prorata renten betreffende zowel de eigen waarden van de vereniging, als die van het solidariteitsfonds opgericht ten gunste van het personeel. G.III. OVERIGE OVERLOPENDE REKENINGEN Lasten betaald in 2003 en die betrekking hebben op het boekjaar 2004.
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
27
PASSIEF A.I.1. GEPLAATST MAATSCHAPPELIJK KAPITAAL Vierenvijftig aandelen van 2.000 . A.I.2. NIET OPGEVRAAGD MAATSCHAPPELIJK KAPITAAL (-) 4/5 van het maatschappelijk kapitaal waarop is ingeschreven C.III. VOORZIENINGEN VOOR TE BETALEN SCHADEN Reserves voor : 1) de schadegevallen die zich voordeden in België en ten laste genomen door het Fonds op basis van de wet van 21 november 1989 - aangegeven schadegevallen - IBNR - interne beheerskosten
202.975.679 14.814.298 10.889.498 --------------------228.679.475
2) de schadegevallen die zich voordeden in landen waarvan het Bureau met het Belgisch Bureau aanvullende overeenkomsten heeft gesloten en waarbij bestuurders van in België ingeschreven voertuigen zijn betrokken. Deze schadegevallen kunnen aanleiding geven tot terugbetaling door het Belgisch Bureau aan buitenlandse bureaus. Krachtens een in 1967 gesloten overeenkomst moet het Fonds deze uitgaven van het Belgisch Bureau dekken. - aangegeven schadegevallen - IBNR - interne beheerskosten
7.088.830 881.435 398.513 --------------------8.368.778
3) de schadegevallen die zich voordeden in België ten laste van belgische verzekeringsondernemingn (4de richtlijn) - aangegeven schadegevallen - IBNR - interne beheerskosten 4) de schadegevallen die zich voordeden op het buitenland ten laste van schadevergoedingsorganen en waarborgfondsen van de lidstaten van de EER - aangegeven schadegevallen - IBNR - interne beheerskosten
E.I. VOORZIENINGEN VOOR PENSIOENEN EN SOORTGELIJKE VERPLICHTINGEN Voorziening voor betaling van brugpensioenen . G.V.1. a) BELASTINGEN Op 31 december nog te storten bedrijfsvoorheffing.
80.149 84.908 8.253 ------------------173.310
923.300 1.051.697 98.750 -----------------2.073.747
28
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
G.V.1.b) BEZOLDIGINGEN EN SOCIALE LASTEN Reserves voor diverse verzekeringen en vakantiegeld, alsook bijdragen verschuldigd aan de R.S.Z. G.V.2. OVERIGE - Te ontvangen facturen - Solidariteitsfonds ten gunste van het personeel - Pool van Geïndexeerde Renten - Betalingen in uitvoering - Terug te vorderen maatschappelijk kapitaal - Tariferingsbureau – tussenpersonen - Tariferingsbureau – verzekeraars-beheerders - Schadegevallen « overeenkomst 1967 » verschuldigd aan het BBAV - Diverse schuldeisers
H. OVERLOPENDE REKENINGEN Kosten die betrekking hebben op het boekjaar 2003 maar op 31 december nog niet betaald werden
258.492 123.536 1.356 1.380.327 1.487 26.894 306.985 37.988 55.580
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
29
COMMENTAAR BIJ DE TECHNISCHE REKENING NIETLEVENSVERZEKERING VAN HET BOEKJAAR 2003 2.bis b) bb) OPBRENGSTEN VAN ANDERE BELEGGINGEN Ontvangen intresten bij terugbetalingen van voorgeschoten sommen in de schadedossiers (voor rekening van wie het aangaat). 3. OVERIGE TECHNISCHE OPBRENGSTEN ONDER AFTREK VAN HERVERZEKERING - Bij de leden opgevraagde bijdragen - Aanvullende bijdragen VERIDASS - Verhoging van de bij de leden opvraagbare bijdragen - Aandeel van een uittredend lid in de technische voorzieningen - Verhoging van de technische voorzieningen (4de richtlijn) - Uitkeringen en externe beheerskosten (4de richtlijn) - Gefactureerde vergoedingen van beheerskosten (4de richtlijn)
35.743.672 174.850 2.135.715 66.741 2.247.057 9.216 400
4.a)aa) SCHADELAST (-) BRUTO-BEDRAGEN 33.523.425
- Uitkeringen Vergoedingen die voor de schadegevallen in de loop van het boekjaar 2003 zijn gedaan, zowel in het kader van de wet van 21 november 1989 als in dat van de overeenkomst van 1967 waarvan sprake in het commentaar bij de balans en van de 4de richtlijn. - Externe beheerskosten van de schadegevallen
2.562.426
Honoraria en kosten betaald voor schadegevallen in de loop van het boekjaar 2003, zowel in het kader van de wet van 21 november 1989 als in dat van de overeenkomst van 1967 waarvan sprake in het commentaar bij de balans en van de 4de richtlijn - Interne beheerskosten van de schadegevallen Bedrijfskosten Kosten voor verhaal - Teruggewonnen technische lasten (-) Verhaal Terugvordering van bedragen die in schadedossiers zijn voorgeschoten Teruggewonnen bedrijfskosten bij het BBAV Overige teruggewonnen bedrijfskosten
5.440.316 5.071.210 369.106 - 4.589.169 - 2.894.513 - 678.503 - 982.377 - 33.776
4.b) aa) WIJZIGING VAN DE VOORZIENING VOOR TE BETALEN SCHADEN, ZONDER AFTREK VAN HERVERZEKERING- STIJGING (+) Verschil tussen de reserve voor schadegevallen vastgesteld aan het einde van het boekjaar 2003 (239.295.310 ) en die vastgesteld aan het einde van het boekjaar 2002 (236.499.699 ). 7 .c) NETTO-BEDRIJFSKOSTEN ( - ) -
Kost van de « BMIC » Saldo van de Pool voor moeilijk te plaatsen risico’s Tariferingsbureau Diversen
8. OVERIGE TECHNISCHE LASTEN, ONDER AFTREK VAN HERVERZEKERING (-) Geboekte waardevermindering op een vordering
480.675 19.347 188.030 1.917
30
GEMEENSCHAPPELIJK MOTORWAARBORGFONDS
COMMENTAAR BIJ DE NIET-TECHNISCHE REKENING VAN HET BOEKJAAR 2003 3.b) bb) OPBRENGSTEN VAN ANDERE BELEGGINGEN Bruto-intresten op zicht- en termijnrekeningen. 5.a) BEHEERSLASTEN VAN BELEGGINGEN (-) Niet terugvorderbare roerende voorheffing, ingehouden aan de bron. 7. OVERIGE OPBRENGSTEN Verwijlintresten ontvangen op de door de leden verschuldigde bedragen 8. OVERIGE KOSTEN (-) Bankkosten, debetrenten en kosten huurwaarborg.