NOOR MENS INLEIDING/INTRODUCTION COR WAGENAAR
ZZDP ARCHITECTEN ARCHITECTEN-ONDERNEMERS
UITGEVERIJ
OIO PUBLISHERS, ROTTERDAM 2004
ZZDP EN DE TRADITIE VAN DE ARCHITECT-ONDERNEMER
6
18
ZZDP AND THE TRADITION OF THE ARCHITECT-ENTREPRENEUR
ZANSTRA, GIESEN EN SIJMONS (1932-1954)
124
Rembrandt Tower, Amsterdam
19
I
Rembrandttoren, Amsterdam, 1975-1995
17
Mondriaantoren, Amsterdam, 1989-2002
128
Mondriaan Tower, Amsterdam
20
ZANSTRA, GIESEN AND SIJMONS
Renovatie en uitbreiding kantoorgebouw Van Leer, Amstelveen, 1995-1998
134
Renovation and extension of the Van Leer office building, Amstelveen
II
ARCHITECTENBUREAU P. ZANSTRA (1954-1966)
29
21
P. ZANSTRA ARCHITECTS
1
Woningen Segbroeklaan, Den Haag, 1954-1955 Flatwoningen, Den Haag Duttendel, 1955-1960
42
22
Nederlands Hervormde kerk De Ark, Amsterdam Slotervaart, 1960-1962
44
23
Kantoorgebouw Zorgvliet (B.P.M.), Den Haag, 1968
48
24
50
25
146
Kantoorgebouw LeidschenPoort, Leidschendam, 1997-2001
150
Kantoor- en bedrijfsgebouw Laarderhoogtweg, Amsterdam, 1999-2002
152
Laarderhoogtweg, offices and working area, Amsterdam
26
ZANSTRA, GMELIG MEYLING EN DE CLERCQ ZUBLI (1966-1980)
Appartementen Muiderburght, Almere, 1997-2001
Leidsche Poort, office block, Leidschendam
Zorgvliet (B.P.M.) office block, The Hague
III
142
Muiderburght, apartments, Almere
De Ark, Nederlands Hervormde (Dutch Reformed) church, Amsterdam Slotervaart
4
Poortgebouw De Groene Schenk, Den Haag, 1996-2001 De Groene Schenk, gatehouse building, The Hague
Apartments Duttendel, The Hague
3
138
Extension of the TROS broadcasting station building, Hilversum
Houses on the Segbroeklaan, The Hague
2
Uitbreiding Tros, Hilversum, 1995-1999
53
Woningbouw Zuidwijk, Heerhugowaard, 1998-2002
154
Zuidwijk, housing, Heerhugowaard
ZANSTRA, GMELIG MEYLING, AND DE CLERCQ ZUBLI
5
Parkeergarage Marnixstraat, Amsterdam, 1966-1971
64
6
Kantoorgebouw Leeuwenburg (Rijkspostspaarbank), Amsterdam, 1971-1977
VI
ZZDP ARCHITECTEN (2002-)
66
27
Leeuwenburg office building (Rijkspostspaarbank, Post-Office Savings Bank), Amsterdam
7
Kantoorgebouw Shell, Rotterdam, 1971-1976
68
28
71
Kantoorgebouw Canon Europe, Amstelveen, 1986-1988
80
Kantoorgebouw en bedrijfsruimte Bull, Amsterdam Zuidoost, 1986-1989
10
Stad Rotterdam Verzekeringen, Rotterdam, 1985-1988
11
Renovatie Diamantbeurs, Amsterdam, 1987-1990
12
Kantoorgebouw Nissan, Amsterdam, 1989-1991
174
84 88 92 94
Appartementencomplex Wisseloord, Hilversum, 1996-2005
182
Seniorenappartementen, Heemstede, 2003-
184
Appartementen en grondgebonden woningen Zeewijk, IJmuiden, 2000-
186
Kantoorgebouw IPMMC, Leidsche Rijn, 2001-2003
190
IPMMC office building, Papendorp business estate, Leidsche Rijn
35
Nissan office block, Amsterdam
180
Zeewijk, apartments and houses with ground access, IJmuiden
34
Diamantbeurs, renovation, Amsterdam
Woningen Geestmolen, Alkmaar, 2000-
Apartments for the elderly, Heemstede
33
Stad Rotterdam Verzekeringen office block, Weena, Rotterdam
178
Wisseloord apartment complex, Hilversum
32
Bull office block and working accommodation, Amsterdam Zuidoost
Woningen Kanaalstraat, IJmuiden, 2000-2003
Geestmolen housing, Alkmaar
31
Canon Europe office block, Amstelveen
9
Rabotoren en Eurotoren, Almere, 1998-2003
Kanaalstraat housing, IJmuiden
30
ZZOP ARCHITECTS
8
170
Rabo Bank Tower and Euro Tower, Almere
29
ZZOP ARCHITECTEN (1980-1990)
Kantoorgebouw DHL, Maastricht, 2002 DHL office block, Maastricht
Shell office block, Rotterdam
IV
159
ZZDP ARCHITECTS
Marnixstraat, car park, Amsterdam
Herontwikkeling Ministerie van Financiën, Brussel, 2004-
196
Redevelopment of the Ministry of Finance, Brussels
V
ZZ+P ARCHITECTEN (1990-2002)
101
APPENDIX
ZZ+P ARCHITECTS
13
Renovatie en uitbreiding Hotel Okura, Amsterdam, 1990-1993
108
Hotel Okura, renovation and extension, Amsterdam
14
Kantoorgebouw Anova, Amersfoort, 1991-1996 Kantoorgebouw Levob Verzekeringen, Leusden, 1993-1996
110
Kantoorgebouw de Amersfoortse Verzekeringen, Amersfoort, 1992-1996
114
Stedenbouwkundig plan De Omval, Amsterdam, 1985 De Omval urban development plan, Amsterdam
Werkenlijst
201
Register
222
Register
118
Amersfoortse Verzekeringen office building, Amersfoort
17
200
List of works
Levob Verzekeringen office building, Leusden
16
199
Concise history of the office
Anova office block, Amersfoort
15
Bureauchronologie
Architecten, 1954-2004
223
Architects
122
Colofon Colophon
224
I
ZANSTRA, GIESEN EN SIJMONS 1932-1954
ZANSTRA, GIESEN AND SIJMONS Piet Zanstra (1905-2003) was educated as a hydraulic engineer at the Technical College in Leeuwarden. In 1925, he found work as a site engineer/
Piet Zanstra (1905-2003) volgde aan de HTS te Leeuwarden een opleiding tot
draughtsman with the firm of architect Dick Greiner in Amsterdam. He
waterbouwkundige. In 1925 kwam hij in dienst bij architect Dick Greiner in
subsequently worked for W.M. Dudok, where he was involved in various
Amsterdam als opzichter-tekenaar. Vervolgens werkte hij bij W.M. Dudok waar
projects, including the generation of the Bijenkorf in Rotterdam and the
hij onder andere betrokken was bij de totstandkoming van de Bijenkorf in
Institut Neérlandais in the Cité Universitaire in Paris. In 1932, he entered into
Rotterdam en bij het Institut Neérlandais in de Cité Universitaire in Parijs. In 1932
an association with Karel Sijmons, and Jan Giesen joined the newly formed
associeerde hij zich met Karel Sijmons en in hetzelfde jaar trad ook Jan Giesen
association in that same year. Not having trained as an architect, Giesen was
tot de associatie toe. Giesen was als niet-architect een vreemde eend in de bijt;
a bit of an odd man out, and he devoted his attention to what later became
hij legde zich toe op wat later het ‘management’ ging heten. De eerste projecten
known as ‘management’. 1 The first major project to be realized by Zanstra,
die van Zanstra, Giesen en Sijmons werden gerealiseerd waren een complex
Giesen and Sijmons was a complex of houses-cum-workplaces and an
atelierwoningen en een aangrenzend woningblok aan de Zomerdijkstraat in
adjoining housing block on the Zomerdijkstraat in Amsterdam (1934), which
Amsterdam (1934), waarmee ze meteen al grote bekendheid kregen. 2 Het blok
brought them immediate renown. 2 The architects’ office itself had taken the
werd op initiatief van het architectenbureau ontwikkeld en ze gingen daarvoor in
initiative to develop the block and to this end they joined forces with a
zee met een ‘eigenbouwer’ (projectontwikkelaar). 3 De manier waarop het blok
property developer. 3 The way in which the block was realized is typical of
gerealiseerd werd is typerend voor het handelsmerk van Zanstra: het kwam tot
Zanstra’s approach: it was based on an extensive, carefully maintained
stand dankzij het uitgebreide netwerk dat zorgvuldig werd onderhouden (vooral
network (Giesen in particular played a major role here). The project was
Giesen speelde daarin een grote rol). Het werd ontwikkeld als een louter
developed as a purely commercial initiative and was realized by a private
commercieel initiatief en gerealiseerd door een private ondernemer die er geld in
entrepreneur who recognized that there was a profit to be made.
zag. Desalniettemin is het compromisloos modern. Zanstra kwam op het idee
Nevertheless, the result is uncompromisingly modern. Zanstra came up with
voor deze atelierwoningen dankzij zijn verblijf in Parijs, waar dit type al langer
the idea for these workplace-houses after a stay in Paris, where such
bekend was. Hij was ervan overtuigd dat er in Amsterdam een markt voor was
housing was more common. He was convinced that there would be a market
1
for this type in Amsterdam and when no one appeared willing to take the risk,
nemen. Het blok is uitgevoerd in open bebouwing en was een van de eerste
he decided to take the initiative himself. The block was implemented in an
gebouwen in Nederland met een staalskelet. Het westelijke deel bevat 32 atelier-
open construction style and was one of the first buildings to have a steel
woningen die aan de noordzijde vier hoge bouwlagen (3.80 meter) voor de
skeleton. The western section contains 32 houses-cum-workplaces con-
ateliers en aan de zuidzijde zes lagere woonlagen (2.40 meter) beslaan. Door de
sisting of four higher storeys (each of 3.80 metres) on the north side, and six
verspringingen die de hoogteverschillen met zich meebrachten ontstond de
lower residential storeys (each of 2.40 metres) on the south side. The stag-
mogelijkheid verschillende types te realiseren.
gered structure created by the differences in height provided the opportunity
Het complex atelierwoningen zette het bureau op de kaart als vertegen-
to realize various types.
woordiger van de moderne architectuur in Nederland. De vanzelfsprekendheid
The houses-cum-workplaces put the office on the map as a repre-
waarmee die zich in de jaren twintig tegen het ‘establishment’ had gekeerd en
sentative of modern architecture in the Netherlands. The self-righteousness
voor fundamentele vernieuwing had gepleit was in de jaren dertig ver te zoeken.
with which modern architecture had turned upon the establishment in the
Die stonden in het teken van studies en onderzoek. ‘Groep ‘32’ vormde het kader
1920s, advocating fundamental innovation, suddenly disappeared in the 1930s,
voor hun pogingen hun positie te bepalen in de principiële debatten over inhoud
which were filled with studies and research. Groep 32 formed the framework
en toekomst van het modernisme. Hun werk toont hoe zij deze uitgangspunten
for the attempts of the modernists to determine their position in the debate on
in praktijk probeerden te brengen. Zanstra, Giesen en Sijmons namen in die
the substance and future of modernism. Their work was evidence of the way
periode onder andere deel aan prijsvragen, waaronder die voor het stadhuis aan
in which they tried to put their standpoint into practice. In this period,
het Frederiksplein in Amsterdam in 1936. ‘Ontwerper is bezeten geweest door de gedachte aan symmetrie’ schreef Le Corbusier over hun inzending (motto ‘Ter Spille’). 4 Het behoorde volgens hem tot een van de plannen die getuigden van het
ATELIERWONINGEN ZOMERDIJKSTRAAT, AMSTERDAM, 1934 HOUSES-CUM-WORK-
PLACES, ZOMERDIJKSTRAAT, AMSTERDAM, 1934
19 I. Zanstra, Giesen en Sijmons
I. Zanstra, Giesen en Sijmons
18
en toen niemand het risico durfde te nemen besloot hij om zelf het voortouw te
ARCHITECTENBUREAU P. ZANSTRA
II
1954-1966
P. ZANSTRA ARCHITECTS After the discontinuation of Zanstra, Giesen and Sijmons, Zanstra founded his own office in 1954. This firm, with its seat in Amsterdam, is the precursor of
Na de ontbinding van bureau Zanstra, Giesen Sijmons in 1954 richtte Zanstra zijn
the current ZZDP, while the roots of Van den Oever Zaaijer & Partners,
eigen firma op. Dit in Amsterdam gevestigde bedrijf geldt als de erflater van het
Architects, can also be traced back to this company. In his new company,
huidige ZZDP, maar ook de wortels van Van den Oever Zaaijer & Partners
Zanstra initially continued to concentrate on housing construction. His
Architecten gaan op dit bureau terug. Aanvankelijk bleef Zanstra zich toeleggen
contacts with contractor and property developer B. Meijer, for whom he
op de woningbouw. Zijn contacten met aannemer/ontwikkelaar B. Meijer, voor
designed a row of houses on the Sportlaan in The Hague, led to a follow-up
wie hij een rijtje woningen aan de Sportlaan in Den Haag ontwierp, leidde tot een
assignment for similar houses on the Segboeklaan, for which he later
vervolgopdracht voor vergelijkbare woningbouw aan de Segboeklaan, waarvoor
received the H.P. Berlage Award. His principal shared fully in the honour that
hij de H.P. Berlage prijs ontving. Zijn opdrachtgever deelde volop in de eer die
was extended to Zanstra’s work. The jury report observed that ‘... with this,
Zanstra den deel viel. In het juryrapport stond te lezen dat men ‘... hiermede
one wishes to pay tribute to the principal of the project’, and the architect
tevens hulde (wil) brengen aan de opdrachtgever van het bouwwerk’, en ook
J.J. Vriend also offered his praise: the project ‘... again underlines the
J.J. Vriend zwaaide hem lof toe: het Haagse project ‘... onderstreept weer eens
postulate, often quoted in my profession, that a principal can be at least as
mijn vaak verkondigde stelling, dat een opdrachtgever van minstens even groot
important as the architect’. 1 This award will have contributed to the rapid
belang kan zijn als de architect’. 1 Deze onderscheiding zal ertoe bijgedragen
replenishment of Zanstra’s order book, primarily with housing projects. The
hebben dat zijn orderportefeuille zich snel vulde, voornamelijk met woning-
Hague is strikingly well represented, mainly due to his good relationship
bouwprojecten. Vooral dankzij zijn relatie met Meijer is Den Haag opvallend goed
with Meijer.
vertegenwoordigd.
II. Architectenbureau P. Zanstra
30
In the layout of his housing projects in The Hague, Zanstra made
Zanstra maakte bij het indelen van zijn Haagse woningbouwprojecten
grateful use of the analyses and studies that he had performed during the
dankbaar gebruik van de analyses en studies die hij tijdens de oorlogsjaren had
war years. In these, he combined housing-technical principles with aesthe-
gedaan. Daarin combineerde hij woontechnische grondslagen met esthetische en
tic and economic doctrines. In his book Bouwen van woning tot stad
economische beginselen. In Bouwen van woning tot stad maakte hij onderscheid
(Building from House to City), he distinguished between four different types
tussen vier verschillende woningtypen: typen met gecentraliseerde dan wel
of houses: they could have centralized or decentralized wet elements, where
gedecentraliseerde natte elementen, waarbij de keuken in beide gevallen kon
the kitchen either adjoined or did not adjoin the living room. He preferred a
grenzen of juist niet kon grenzen aan de woonkamer. Een plattegrond met gecen-
floor plan with centralized wet elements. This meant broader houses,
traliseerde natte elementen genoot de voorkeur. Dit leidde echter tot bredere
however, and Zanstra seldom opted for this type in actual practice. In the
woningen en daarom koos Zanstra in de praktijk zelden voor dit type. In de
post-war reconstruction period, the maximum internal volume of apartments
wederopbouwperiode bedroeg de maximale inhoud voor etagewoningen 325
was 325 cubic metres. When choosing a specific type, the way in which the
kubieke meter. Voor de keuze van een bepaald type speelde de wijze waarop de
houses were oriented played a key role. Zanstra preferred to equip his
woningen waren georiënteerd een belangrijke rol. Het liefst voorzag Zanstra zijn
houses with a residential balcony at the front and a working balcony at the
woningen van een woonbalkon aan de voorzijde en een werkbalkon (grenzend
rear (adjoining the kitchen). Here, too, the orientation of the houses was
aan de keuken) aan de achterzijde. Ook hierbij was de oriëntatie van de woningen
decisive.
bepalend.
In around 1960, Zanstra realized four housing complexes of varying
Rond 1960 realiseerde Zanstra in Den Haag vier woongebouwen van ver-
lengths in the Duttendel neighbourhood of The Hague. Each of these has six
schillende lengten in de wijk Duttendel. Ze tellen elk zes woonlagen en lijken
residential floors and appears to float above the ground. He also realized a
boven het maaiveld te zweven. Aan de Bezuidenhoutseweg in de wijk
line of three elongated, articulated blocks on the Bezuidenhoutseweg in the
Mariahoeve realiseerde hij drie langgerekte, geknikte blokken die in elkaars
suburb of Mariahoeve. The regularity is broken by extended bay windows
verlengde liggen en aan de noordgevel met uitgebouwde erkerpartijen zijn door-
along the north façade. These sizeable complexes are a prelude to the wave
broken. Deze forse complexen preludeerden op de hoogbouwgolf die in de jaren zestig zijn hoogtepunt bereikte. Zanstra’s eerste hoogbouw was een woontoren op de hoek van de Conradkade en de Laan van Meerdervoort in Den Haag
WONINGEN SPORTLAAN, DEN HAAG, 1956 HOUSES ON THE SPORTLAAN,
THE HAGUE, 1956
WINKELS EN WONINGEN, AMSTELVEEN, 1961 SHOPS AND HOUSES, AMSTELVEEN, 1961 WINKELCENTRUM PRESIKHAAF, ARNHEM, 1968 PRESIKHAAF SHOPPING CENTRE, ARNHEM, 1968
NH KERK DE HOEKSTEEN, AMSTERDAM, 1964 ‘DE HOEKSTEEN’ DUTCH REFORMED CHURCH, AMSTERDAM, 1964
KANTOORGEBOUW OLVEH, DEN HAAG, 1968 OLVEH OFFICE BUILDING, THE HAGUE, 1968 KANTOORGEBOUW BP, AMSTERDAM, 1961 BP OFFICE BUILDING, AMSTERDAM, 1961
BP on the Frederiksplein in Amsterdam, the Zorgvliet offices in The Hague, and the office complex for Olveh, also in The Hague, for which the existing Jan Wils office building was demolished. These are rather large-scale buildings that are not particularly accommodating with respect to the
waarbinnen ze werden opgetrokken. Zanstra’s opvatting dat een stad van groot
ensembles within which they were erected. Zanstra’s opinion that a city
naar klein ontworpen moest worden vond een pendant in de manier waarop hij
ought to be designed ‘from-large-to-small’ was reflected in the way in which
grootschalige bouwopgaven gebruikte om de meestal kleinschalige omgeving
he used large-scale construction assignments to dominate the usually small-
naar zijn hand te zetten. Deze werkwijze lijkt in tegenspraak met zijn jarenlange
scale surroundings. This working method appears to gainsay his years of
betrokkenheid bij de Rijksdienst voor de Monumentenzorg, waar hij zich
service with the Rijksdienst voor de Monumentenzorg (Netherlands
inspande voor het behoud van hoogwaardige architectuur uit het verleden.
Department for Conservation), where he devoted much effort to the retention
Waren stedenbouwkundige ensembles, zelfs wanneer die niet met monumenten
of high-quality architecture from the past. Were urban ensembles, even
doorspekt waren, vanuit kunsthistorisch perspectief minder relevant? Kennelijk
when they were not punctuated with monuments, any less relevant? Zanstra
meende Zanstra dat de nieuwe tijd, gesymboliseerd door nieuwe grote
apparently held the view that the new age, symbolized by large new
gebouwen, in dit geval voorrang genoot. Dat is in ieder geval de opvatting die
buildings, had preference in this case. This seems to be the attitude that is
spreekt uit enkele opmerkelijke en controversiële projecten uit de tweede helft
expressed in several striking and controversial projects in the second half of
van de jaren zestig en de jaren zeventig.
the 1960s and the 1970s.
Woningbouw mocht dan niet langer het allesoverheersende thema binnen
Although housing construction may no longer have been the domi-
Zanstra’s werk zijn, het bleef een van de pijlers van zijn bureau. Dat bracht de
nant theme within Zanstra’s work, it did remain one of the mainstays of his
wenselijkheid met zich mee de ontwikkelingen binnen deze sector op de voet te volgen. Gemakkelijk te hanteren industriële bouwwijzen, waarmee bovendien eenvoudig te ontwerpen was, namen in de jaren zestig een hoge vlucht. Zanstra
37 II. Architectenbureau P. Zanstra
die zich niet bijzonder gedienstig opstellen ten opzichte van de ensembles
4
KANTOORGEBOUW ZORGVLIET (B.P.M.) DEN HAAG 1968 ZORGVLIET (B.P.M.) OFFICE BLOCK, THE HAGUE The Zorgvliet office block in The Hague displays the unmistakable influence of Le Corbusier, as the pilotis and the large canopy at the entrance hall
Het kantoorgebouw Zorgvliet in Den Haag vertoont onmiskenbaar de invloed van
indicate. The building consists of a basement, ground floor, and a further six
Le Corbusier. De pilotis en de grote luifel bij de entreehal getuigen hiervan. Het
storeys for offices. The entrance hall, main staircase, and lifts are situated on
gebouw bestaat uit een kelder, begane grond en zes kantoorlagen. Op de begane
the ground floor. The rest has been kept open, so that there is as much space
grond bevindt zich de ingangshal, het trappenhuis en de liften. De rest is open-
as possible for parking. The parking bays determined the pattern of the
gehouden zodat er zoveel mogelijk ruimte is voor parkeren. De parkeerplaatsen
columns, which are at a mutual distance of 5.40 metres. The bay width on the
bepaalden de plaatsing van de kolommen; die staan op een onderlinge afstand
upper floors is 1.80 m. The layout of the office is traditional, with workrooms
van 5.40 meter. De traveemaat op de verdiepingen is 1.80 meter. De indeling van
on either side of a central corridor. However, the row of central columns
de kantoorverdiepingen is traditioneel met aan weerszijden van een midden-
allows the opportunity to place the central corridor in such as way that
corridor de vertrekken. De rij middenkolommen geeft echter de mogelijkheid de
shallow offices can be created one side of the corridor and deeper offices on
middengang zodanig te situeren dat aan de ene zijde van de gang ondiepe en aan
the other.
de andere zijde diepere kantoren gecreëerd kunnen worden.
The main structure of the building is a concrete skeleton, to which
De hoofdconstructie van het gebouw is een betonskelet. Hieraan zijn de
natural stone façade plates have been attached. The dual steel windows are
natuurstenen gevelplaten opgehangen. De gekoppelde stalen ramen springen
set back a little. A round, transparent staircase with the emergency escape
iets terug. Tegen de zijgevel staat een rond doorzichtig trappenhuis met de
adheres to the side façade.
50
51
II. Architectenbureau P. Zanstra
vluchttrap.
II. Architectenbureau P. Zanstra
LANDBOUWCENTRUM, LEEUWARDEN, 1973 AGRICULTURAL CENTRE, LEEUWARDEN, 1973
KANTOORGEBOUWEN VOOR DE BELASTINGDIENST, APELDOORN. ACHTER HET GEBOUW VOOR HET KADASTER EN VOOR HET CENTRAAL ONTVANGERSKANTOOR, 1971-1973 DIRECT TAXATION OFFICE BUILDINGS, APELDOORN. THE LAND REGISTRY OFFICE (FRONT) AND THE CENTRAL TAX COLLECTOR’S OFFICE (BEHIND), 1971-1973
KANTOORGEBOUW PHILIPS DUPHAR, AMSTERDAM, 1968 PHILIPS DUPHAR OFFICE BUILDING, AMSTERDAM, 1968
oil crisis of 1973 heralded a more fundamental recession, and the malaise of
autonomous design teams. This configuration was ideal in an expanding
the first half of the 1980s made it essential to revise radically the signature
market: flexible, workable and visible. The office benefited enormously from
and working method of the company. Zanstra had left the office by that time. The identity of the Zanstra, Gmelig Meyling & De Clercq Zubli office
relatief autonome ontwerpteams. In een groeimarkt was deze constellatie ideaal:
harvested the fruits of a favourable strategic decision largely insisted upon
maakte het noodzakelijk de signatuur en de werkwijze van het bedrijf ingrijpend
and its successor was determined by its high production, realized by a large
flexibel, werkbaar en overzichtelijk. Het bureau profiteerde volop van de storm-
by Zubli: to maintain the number of members of staff during the retrenchment,
te herzien. Zanstra had het bureau op dat moment al verlaten.
number of staff operating around a number of key figures who maintained
achtige economische bloei en plukte aan het eind van de jaren zestig de vruchten
while people were being fired from other offices. This prevented capacity
De signatuur van het bureau Zanstra, Gmelig Meyling en De Clercq Zubli en
contact with a number of reliable, regular principals. Besides the contractors/
van een gunstig uitgevallen strategische beslissing, namelijk dat tijdens de
problems in the succeeding years when all restrictions were abandoned and
zijn opvolger werd bepaald door een hoge productie, verzorgd door een groot
property developers from the early days, these principals included an
bestedingsbeperking het aantal medewerkers, mede op aandringen van Zubli, op
the office could hardly cope with the flow of orders. The number of em-
aantal medewerkers rond een aantal sleutelfiguren die de contacten met een
increasing number of professional property developers who specialized in
peil werd gehouden, terwijl bij andere bureaus juist mensen werden ontslagen.
ployees doubled and the office grew to become one of the largest in the
aantal trouwe, vaste opdrachtgevers onderhielden. Onder de opdrachtgevers
certain market segments. These developers were looking for buildings that
Dat voorkwam capaciteitsproblemen in de volgende jaren, toen alle remmen
Netherlands, with satellite offices in The Hague and Arnhem, and later in
bevonden zich naast de aannemer/ontwikkelaars uit de beginfase steeds meer
were easy to rent out, thus making them a safe investment for (institutional)
losgingen en het bureau de opdrachtenstroom nauwelijks aankon. Het aantal
Lelystad and Almere. Zubli appointed H. Spruyt in 1964, and he ran the
professionele projectontwikkelaars die zich specialiseerden in bepaalde segmen-
investors. Although most of these principals operated in the same market,
medewerkers verdubbelde en het bureau groeide uit tot een van de grootste van
subsidiary in The Hague from 1965 onward. The office in Arnhem, which had
ten van de markt. Deze ontwikkelaars wensten gebouwen die gemakkelijk te
most had their own distinctive countenance, which was often determined by
Nederland met satelietbureaus in Den Haag en Arnhem en later in Lelystad en
been established as a result of the firm’s work on the Presikhaaf shopping
verhuren waren en daardoor een veilige investering voor (institutionele) beleggers.
the personality of the managing director or the CEO. For good co-operation,
Almere. Ir. H. Spruyt was in 1964 door Zubli aangetrokken en leidde de Haagse
centre, was initially supervised by J.R. Visscher and later taken over by
Hoewel de meeste van deze opdrachtgevers zich op dezelfde markt begaven
it was desirable to ensure good contact between these directors and the key
vestiging vanaf 1965. Het bureau in Arnhem, dat was opgericht als gevolg van de
W.A. Lammertsma, who was first affiliated to the office in 1970 and joined the
hadden de meeste toch een eigen gezicht. Vaak werd dat bepaald door de
figures within the office. If two personalities did not quite hit it off, Zanstra
werkzaamheden aan het winkelcentrum Presikhaaf, werd aanvankelijk begeleid
management in 1974.
persoon van de directeur of de bedrijfsleider. Voor een goede samenwerking was
immediately sought a different contact among his staff. The consequence
door J.R. Visscher en later overgenomen door W.A. Lammertsma. Lammertsma
het wenselijk dat er tussen deze bewindvoerders en de sleutelfiguur binnen het
was that the office functioned as a beehive with a number of relatively
was sinds 1970 aan het bureau verbonden en kwam in 1974 in de directie.
bureau goede contacten bestonden; wanneer het met een van de partners minder
Zanstra bleef een stempel zetten op de architectuur van het bureau. Zijn
goed ‘klikte’ zocht Zanstra binnen zijn bureau een andere contactpersoon.
meest ambitieuze project, dat voor een universiteitscomplex in het hart van
Consequentie was dat het bureau functioneerde als een bijenkorf met een aantal
Leiden met daarin de a-faculteiten en de universiteitsbibliotheek, bleef weliswaar
Zanstra continued to make his mark on the architecture produced by the office. Although his most ambitious project, a university complex for the
57 III. Zanstra, Gmelig Meyling en De Clercq Zubli
III. Zanstra, Gmelig Meyling en De Clercq Zubli
56
the unbridled economic growth and, toward the end of the sixties, its
fundamentelere neergang in en de malaise in de eerste helft van de jaren tachtig
ONTWERP LITERAIRE EN THEOLOGISCHE FACULTEIT EN BIBLIOTHEEK RIJKS UNIVERSITEIT LEIDEN, WITTE SINGEL, LEIDEN, 1968 (NIET UITGEVOERD)
BURGEMEESTER TELLEGENHUIS (MAUPOLEUM), JODENBREESTRAAT, AMSTERDAM, 1971 (AFGEBROKEN)
DESIGN FOR THE LITERARY AND THEOLOGICAL FACULTY AND THE LIBRARY OF
BURGEMEESTER TELLEGENHUIS (MAUPOLEUM),
THE UNIVERSITY OF LEIDEN, WITTE SINGEL, LEIDEN, 1968 (NOT IMPLEMENTED)
JODENBREESTRAAT, AMSTERDAM, 1971 (DEMOLISHED)
Arts Faculty and the University library in the heart of Leiden, was not
contested - seat of provincial government in Den Bosch designed by
implemented, it does reveal a great deal about his opinions on architecture
H. Maaskant.
and urban planning. To him, the university was an ideal equivalent of the medieval cathedral and ‘scale discrepancy’ was as justifiable for this
Was dit complex gerealiseerd dan was het zijn meest omstreden werk
versial work. This doubtful honour is now ascribed to a building that no longer
opvattingen. De universiteit was voor hem een ideaal equivalent van de Middel-
complex as it had been for its historical predecessor. The planned tower,
geworden. Nu is deze twijfelachtige eer weggelegd voor een gebouw dat inmid-
exists: the Burgemeester Tellegenshuis in Amsterdam, which became known
eeuwse kathedraal en ‘schaaldiscrepantie’ was voor een zodanig complex net zo
more than 120 metres tall, would give Leiden precisely the clear, forceful
dels al niet meer bestaat: het Burgemeester Tellegenshuis in Amsterdam, dat naar
as the ‘Maupoleum’ after its principal, Maup Caransa. It was part of the
verantwoord als het voor zijn historische voorganger was geweest. De ruim 120
identity that the city missed. ‘I want to make Leiden recognizable again, give
zijn opdrachtgever, Maup Caransa, bekend werd als het Maupoleum. Het maakte
proposed construction of an inner-city highway stretching toward the
meter hoge toren zou Leiden de duidelijke, krachtige identiteit geven die de stad
the city a silhouette (...) The tall university tower gives the skyline a pivotal
onderdeel uit van de voorgenomen aanleg van een binnenstedelijke snelweg in
IJ Tunnel, and depicts the consequences that the enormous scale enlarge-
nu ontbeerde. ‘Ik wil Leiden weer herkenbaar maken, de stad een silhouet geven
point that will characterize Leiden in the landscape. I believe that the local
de richting van de IJ-tunnel en maakte duidelijk welke gevolgen de enorme
ment would have had along this route. Zanstra did not regret the demise of
(…) De hoge universiteitstoren geeft een draaipunt aan het silhouet, dat karak-
government of Leiden ought to embrace this tower as a form of expression
schaalvergroting langs dit tracé zou hebben. Zanstra betreurde het verdwijnen
the characteristic historical architecture with its modest dimensions, and
teristiek herkenbaar is voor Leiden in de landelijke ruimte. Ik geloof, dat de
of an important cultural object, with the university celebrating is 400th
van de kenmerkende historische architectuur met haar bescheiden maten niet en
was faithful to the project his whole life long. The proposed highway
overheid van Leiden zich kan permitteren, vast te houden aan deze toren ook als
anniversary shortly. The city fathers can then rebuff everyone else who
bleef het project zijn leven lang trouw. De snelweg strandde op toenemend verzet,
foundered on increasing resistance, which would culminate in the riots
uitdrukkingsvorm voor een belangrijke culturele zaak als de universiteit van
wishes to build a tower with the argument: we already have a tower on our
dat zou culmineren in de rellen rond de metroaanleg bij de Nieuwmarkt. Het
around the construction of the underground at the Nieuwmarkt. The ideal of
Leiden is, binnenkort 400 jaar oud. Het stadsbestuur kan dan ieder ander die ook
skyline; we did that whole-heartedly because it is our university that gives
ideaal van kleinschaligheid, behoud van historisch waardevolle structuren (ook als
small-scale dimensions, the retention of historically valuable structures
een toren wil, afwijzen met het argument: we hèbben al een toren in ons silhouet;
Leiden its identity.’ 1 It was the largest project that Zanstra ever drew up, and
die niet uitsluitend uit monumentale gebouwen bestonden), de menselijke maat,
(even if they did not consist exclusively of monumental buildings), the human
dat hebben we con amore gedaan, omdat dit onze universiteit is die Leiden
stacking and repetition characterized the architecture to a much lesser
en de wens de stad te behoeden voor de als desastreus ervaren consequenties van
scale, and the desire to protect the city against the disastrous consequences
visueel herkenbaar maakt.’ 1 Het was het grootste project ooit door Zanstra
extent than in other large-scale assignments. The project is monumental
verdere cityvorming maakten het Maupoleum tot een symbool van ‘autoritaire’
of further city-forming collectively turned the Maupoleum into a symbol of
ontworpen en het werd veel minder dan andere grote opdrachten gekenmerkt
in every sense of the word and, in that respect, surpasses the - much
stadspolitiek. Dezelfde bijklank, maar minder uitgesproken, kreeg het kantoor-
‘authoritarian’ urban politics. The same undertone, albeit less profound,
door stapeling en herhaling. Het project is monumentaal in elke betekenis van
gebouw van de Shell aan het Rotterdamse Hofplein - weliswaar een kantoorflat,
het woord en overtreft in dat opzicht het - hevig omstreden - provinciehuis van
maar toch bijzonder bescheiden vergeleken met het Industriepaleis dat Zanstra in
H. Maaskant in Den Bosch.
de bezettingsjaren voor hetzelfde plein had ontworpen.
59 III. Zanstra, Gmelig Meyling en De Clercq Zubli
III. Zanstra, Gmelig Meyling en De Clercq Zubli
58
Had this complex been realized, it would have been his most contro-
onuitgevoerd, maar het zegt alles over zijn architectonisch-stedenbouwkundige
7
KANTOORGEBOUW SHELL ROTTERDAM 1971-1976 SHELL OFFICE BLOCK, ROTTERDAM In 1971, Shell Real Estate commissioned Zanstra, Gmelig Meyling & de Clercq Zubli to design an office block on the Hofplein in Rotterdam, between the
In 1971 kreeg Architecten- en Ingenieursbureau Zanstra, Gmelig Meyling, de
existing Shell Tankers building and the Hofplein station. The building, 95.40
Clercq Zubli opdracht van Shell Onroerend Goed voor het ontwerpen van een
metres tall, consists of a low-rise section, 4 storeys high, adjoining a high-
kantoorgebouw aan het Hofplein in Rotterdam tussen het reeds bestaande
rise section of 23 storeys. A car park is connected to the low-rise section but
kantoorgebouw van Shell Tankers en het Hofpleinstation. Het gebouw met een
is detached from the high-rise. The area between the low-rise and the high-
hoogte van 95.40 meter bestaat uit een laagbouw van vier verdiepingen met
rise sections is open and also serves as parking space. The low-rise section
daarboven een hoogbouw van 23 verdiepingen. Los van de hoogbouw bevindt
contains the entrance hall, a canteen with a kitchen, conference rooms, a
zich in aansluiting op de laagbouw een parkeergarage. De ruimte tussen de laag-
media room, etc. The tower has two cores comprising lifts, staircases, toilets,
bouw en de hoogbouw is open en doet tevens dienst als parkeerruimte. In de
etc. The principal specified rooms with a maximum depth of 5.40 metres and
laagbouw bevinden zich de entreehal, een kantine met keuken, vergaderkamers,
a bay measurement of 1.80 metres. In this way, it was possible to create as
een mediazaal, etc. De toren heeft twee kernen waarin zich liften, trappenhuizen,
many single rooms as possible, with a width of 3.60 metres. The façade is
toiletten e.d. bevinden. De opdrachtgever wenste kamers die een diepte hadden
coated with prefabricated ornamental concrete elements measuring 5.40
van maximaal 5.40 meter en een traveemaat van 1.80 meter. Op die manier
metres by 3.40, whose form was borrowed from the façade of the Post-Office
konden zoveel mogelijk eenpersoonskamers met een breedte van 3.60 meter
Savings bank in Amsterdam. The glass is not mounted in window frames but
worden gemaakt. De gevel is bekleed met geprefabriceerde sierbetonnen
directly in openings in the concrete elements.
elementen van 5.40 meter bij 3.40 meter waarvan de vorm is ontleend aan die van de Rijkspostspaarbank in Amsterdam. Het glas is niet in kozijnen maar direct
68
69
III. Zanstra, Gmelig Meyling en De Clercq Zubli
in openingen in de betonelementen gemonteerd.
III. Zanstra, Gmelig Meyling en De Clercq Zubli
IV
ZZOP ARCHITECTEN 1980-1990
ZZOP ARCHITECTS In 1980, Zanstra left the company of which he had been the standard bearer for more than a quarter of a century. Under his leadership, the character of
In 1980 verlaat Zanstra het bureau. Meer dan een kwart eeuw is hij het boeg-
the company had solidified as a market-oriented enterprise, making use of
beeld geweest. Het karakter van het bureau als een marktgerichte onderneming
the expertise of the principals - who were increasingly frequently property
was, gebruik makend van de expertise van de opdrachtgevers - steeds vaker
developers - and the company had at its disposal a comprehensive network
projectontwikkelaars - onder zijn leiding uitgekristalliseerd en het bedrijf be-
of personal contacts that the management of Zanstra had adopted. Partly due
schikte over een uitgebreid netwerk van persoonlijke contacten, dat de directie-
to the punctual transition to a more refined, small-scale, but nevertheless still
leden van Zanstra hadden overgenomen. Mede dankzij de tijdige omschakeling
industrial method of housing construction, the company managed to survive
op een verfijndere, kleinschalige maar nog steeds industriële woningbouw had
the recession that hit the building industry after the oil crisis, although the
het bedrijf de inzinking die de bouw na de oliecrisis trof redelijk doorstaan,
slump in the housing market in the mid-seventies made it inevitable that some
hoewel het instorten van de woningmarkt rond het midden van de jaren
jobs had to be cut. In subsequent years, forced cutbacks continued to hang
zeventig het afstoten van een deel van de werknemers onvermijdelijk maakte.
above the company’s head like the sword of Damocles. One of the strategies
Gedwongen afslanking en krimp bleef ook in de jaren erop als een zwaard van
to keep the office afloat in an uncertain economy was to attract talented
Damocles boven het bureau hangen. Een van de strategieën om in de onzekere
designers. One of these was J.R. van den Oever, who was adopted into the
economie het hoofd boven water te houden was het aantrekken van begaafde
company management in 1978 and became of the partners in 1980. The name
ontwerpers. Een van hen was J.R. van den Oever, die in 1978 in de leiding van
‘Zanstra’ was retained for its economic eloquence. The somewhat prosaic
het bureau werd opgenomen en in 1980 een van de naamgevers werd. Zanstra
name of Zanstra, Zubli, Van den Oever & Partners was usually abbreviated to
werd als onderdeel van de naam gehandhaafd. De prozaïsche naam Zanstra,
the more business-like ZZOP - apparently more a name for an accountant’s
Zubli, van den Oever en Partners die aldus ontstond werd doorgaans afgekort
office that for an architects’ office, but it was illustrative of the character of
tot het zakelijk klinkende ZZOP - ogenschijnlijk meer een naam voor een accoun-
the company as a no-nonsense enterprise specialized in the delivery of high-
tantskantoor dan voor een architectenfirma, maar illustratief voor het karakter
quality work.
van het bedrijf als een in het leveren van hoge kwaliteit gespecialiseerde, ‘no nonsense’ onderneming.
IV. ZZOP Architecten
72
ZZOP also suffered from the slump in the housing market toward the end of the seventies. In the 1980s, the order portfolio consisted mainly of
Ook ZZOP kreeg te lijden van het instorten van de woningmarkt aan het
assignments for office premises. The economic climate changed gradually
eind van de jaren zeventig. In de jaren tachtig bestond de orderportefeuille
but drastically. The growth of the company had run parallel to the expansion
voornamelijk uit kantoren. Het economisch klimaat veranderde langzaam maar
of the welfare state and it had profited fully from the construction boom that
ingrijpend. De groei van het bedrijf liep parallel met de uitbouw van de verzor-
was the result. Now it had to concentrate its efforts fully on obtaining assign-
gingsstaat en het bureau had volop geprofiteerd van de bouwstromen die
ments on the open market, which was regarded as the key to revitalizing the
daardoor werden gegenereerd. Nu moest het zich volledig concentreren op het
economy as government involvement declined. Office construction became
verwerven van opdrachten op de vrije markt. Deze zou de taak de economie
the motor coupled to this new policy, and ZZOP also devoted its attention to
nieuw leven in te blazen over moeten nemen van de terugtredende overheid.
this developing branch. In the meantime, the changing market, growing
Kantoren vormden de bouwstroom die gepaard ging met dit nieuwe beleid. Ook
dissatisfaction with the mass production of the previous decades, and the
ZZOP richtte zich volledig op de kantorenmarkt. Ondertussen leidden de
withdrawal of Zanstra, who had been the figurehead of the office for more
veranderende markt, groeiende onvrede met de massaproductie uit de vorige
than 25 years, led to intense discussions on the position of the architect, the
decennia en het terugtreden van Zanstra, meer dan vijfentwintig jaar het boeg-
desirability of a distinct signature, and the necessity of a lucid corporate
beeld van het bedrijf, tot diepgaande discussies over de positie van de architect,
philosophy that ought to serve as a touchstone of whether or not the
de wenselijkheid van een herkenbare eigen signatuur, en de noodzaak van een
company should accept certain assignments. Zubli in particular wished to
duidelijke bedrijfsfilosofie die onder andere als toetssteen zou moeten dienen
dispense with the ‘You ask, we deliver’ image of the office, with the ‘samples
voor het wel of niet aanvaarden van bepaalde opdrachten. Met name Zubli wilde af van het imago ‘U vraagt wij draaien’, het ‘behangboek’ waarin voor elk wat wils zat, dat probleemloos door het bureau geleverd kon worden.
KANTOREN, WINKELS, HORECA EN WONINGEN REMBRANDTPLEIN, AMSTERDAM, 1984 OFFICES, SHOPS, CATERING ESTABLISHMENTS, AND HOUSES ON THE REMBRANDTPLEIN, AMSTERDAM, 1984
12
KANTOORGEBOUW NISSAN AMSTERDAM 1989-1991 NISSAN OFFICE BLOCK, AMSTERDAM In 1989, Nissan decided to establish a new European organization in Amsterdam. The new head office was planned to be completed in 1991. In a
In 1989 besloot Nissan haar nieuw op te richten Europese organisatie in
multiple assignment, three companies were invited to submit a concept for
Amsterdam te vestigen. Het nieuwe hoofdkantoor zou in 1991 gereed moeten
this project. ZZOP was selected to generate the definitive design.
zijn. In een meervoudige opdracht werden drie bureaus uitgenodigd een concept in te dienen, waarna ZZOP uitgekozen werd het definitieve ontwerp te maken.
The building is situated in the Riekerpolder on the south-west side of Amsterdam, adjoining the A4 motorway that goes to Schiphol airport. The
Het gebouw is gesitueerd in de Riekerpolder aan de zuidwestkant van
building has been constructed at right-angles to the motorway and the
Amsterdam vlak aan de A4 richting Schiphol. Het is haaks op de snelweg
deployment of a few elementary components anchors the image of in the
geplaatst en door de toepassing van enkele elementaire onderdelen verankert
consciousness of the car drivers whizzing past. It is an early example of
het beeld van het gebouw zich gemakkelijk in het bewustzijn van de voorbij-
the so-called ‘highway architecture’ that is now used in all kinds of shapes
razende automobilist. Het is een vroeg voorbeeld van de inmiddels langs alle
and sizes. The building forms a kind of billboard, an advertisement for the
snelwegen gebruikelijke en in vele soorten en maten toegepaste snelweg-
company that resides in the building.
architectuur. Het gebouw vormt een soort billboard, een reclame voor het bedrijf dat erin gevestigd is.
One of the most important demands was a short construction period, the free span of the office floors, a great deal of flexibility, and the possibility
Als belangrijke eisen golden een korte bouwtijd, een vrije overspanning van
of expansion. In order to meet these requirements, a steel skeleton was
de kantoorvloeren, een grote mate van flexibiliteit en de mogelijkheid tot
chosen. The so-called ‘M900-system’ was applied, which is a steel, open-
uitbreiding. Om aan deze eisen tegemoet te komen werd gekozen voor een
girder supporting construction system consisting of an upper lintel, the
staalskelet. Toegepast werd het zogenaamde M900-systeem, een stalen draagconstructie opgebouwd uit vierendeelliggers. Een vierendeelligger bestaat uit
94
95
IV. ZZOP architecten
een bovenregel, de verticalen en een onderregel. Het bevat geen diagonalen. Het
IV. ZZOP architecten
17
STEDENBOUWKUNDIG PLAN DE OMVAL AMSTERDAM 1985 DE OMVAL URBAN DEVELOPMENT PLAN, AMSTERDAM De Omval is a residential and working location near the Amstel station, situated between the Amsterdam-Utrecht railway line and the Amstel River.
De Omval is een woon- en werklocatie vlakbij het Amstelstation tussen de spoor-
It is a kind of peninsula on the Amstel, which makes a sharp turn here. The
lijn Amsterdam-Utrecht en de Amstel. Het is een soort schiereiland in de Amstel
site takes its name from the fact that in bygone days ships occasionally
die hier een scherpe bocht maakt. Het dankt de naam aan het feit dat hier vroeger
capsized here if the wind was in a certain direction.
bij bepaalde wind de zeilschepen vaak kapseisden.
The zoning plan from this period ascribed linear development along the
dateert uit de jaren zeventig. In het bestemmingsplan uit deze periode werd een
railway line, varying in height from 45 to 63 metres. Toward the end of
lintbebouwing langs de spoorlijn voorgeschreven in hoogte variërend van 45 tot
the seventies, two buildings were erected according to this plan: the
63 meter. Volgens dit plan werden eind jaren zeventig twee gebouwen neergezet:
Rijkspostspaarbank (Post-Office Savings Bank) and the Delta Lloyd office
de Rijkspostspaarbank en een kantoorgebouw voor Delta Lloyd. Verder zou het
building. The rest of the area was planned as a green zone.
terrein als groengebied worden ingericht.
In 1985, S.V. Khandekar, who was then still employed by ZZ+P
In 1985 stelde S.V. Khandekar, toen nog in dienst bij ZZ+P Architecten,
Architects, drew up a new concept for the area, in conjunction with Sedijko
samen met Sedijko en Delta Lloyd (ontwikkelaars en eigenaren van het terrein)
and Delta Lloyd (property developers and owners of the site). This plan
een nieuw concept voor. Dit plan omvatte ongeveer 80.000 m2 kantoorruimte
comprised approximately 80,000 m2 of office space, divided among three
verdeeld over drie torens van respectievelijk 135, 115 en 95 meter hoogte en
blocks 135, 115 and 95 metres tall, as well as 200 houses. In 1986, they
tweehonderd woningen. In 1986 legden zij het plan voor aan de Amsterdamse
presented the plan to the Amsterdam city councillors for urban planning and
wethouders van ruimtelijke ordening en economische zaken. Daarna is in samen-
economic affairs. The zoning plan was subsequently formulated in conjunc-
werking met de Dienst Ruimtelijke Ordening het bestemmingsplan vervaardigd.
tion with the Urban Planning Department. A new plan was drawn up with
Daarin werd het aantal woningen verdubbeld wat mogelijk gemaakt werd door
double the amount of houses, which was enabled by creating parking space
het parkeren zoveel mogelijk ondergronds op te lossen.
underground.
In de periode 1990 tot 2002 werd het plan uitgevoerd. De Rembrandttoren
The plan was implemented between 1990 and 2002. The Rembrandt
en de Mondriaantoren zijn ontwerpen van ZZ+P, die ook de warmtekrachtcentrale
Tower and the Mondriaan Tower were designed by ZZ+P, which also
ontwierpen. De Breitnertoren werd ontworpen door Skidmore Owings and Merill
designed the total energy plant. The Breitner Tower was designed by
(SOM). De ontwerpen van de woningen in het gebied werden geleverd door drie
Skidmore, Owings & Merill (SOM). The plans for the houses in the area were
verschillende architectenbureaus: Cees Dam, INBO en ZZ+P. De drie kantoor-
produced by three different architects’ offices: Cees Dam, INBO, and ZZ+P.
torens zijn rondom een centraal plein geplaatst. Schuin op het plein staat het
The three office blocks have been placed around a central plaza. The
zogenaamde Blookerhuisje. Dit stond vroeger op het terrein waar het deel
so-called ‘Blookerhuisje’ stands at an oblique angle to the square. This
uitmaakte van de olie-, cacao- en aromatenfabrieken die hier gevestigd waren.
building was formerly a part of the oil, cocoa and aromatics factories that
Schuin over het terrein loopt een fietsroute op de plek waar vroeger de
once stood here. A cycling route cuts diagonally across the site where the
Weespertrekvaart liep.
Weespertrekvaart (Weesper barge canal) once ran.
123 V. ZZ+P Architecten
V. ZZ+P Architecten
122
The first urban planning concept for this area dates from the 1970s.
Het eerste stedenbouwkundige concept dat voor dit gebied werd gemaakt
PRIJSVRAAGONTWERP HTS-LOCATIE, ENSCHEDE, 2003 (NIET UITGEVOERD) COMPETITION SUBMISSION FOR THE HTS LOCATION, ENSCHEDE, 2003 (NOT IMPLEMENTED)
is in equilibrium. It has a strong allure, splendid segmentation, and looks spectacular due to its expression, its façade treatment, and its massiveness. Creating such buildings, that was the motivation to set up my own company.’ 1 Elements from the Diemer Circle, including the application of screen-printed
werk van ZZDP, zoals in de uitbreiding van de Amersfoortse Verzekering, waar-
glass, recur in ZZDP’s work such as the expansion of the Amersfoortse
voor het bureau in 2001 opdracht kreeg. Dat resulteerde in het ‘Mondriaan-
Verzekering building, for which the company was commissioned in 2001. This
gebouw’ dat de vorm van een kam heeft en bestaat uit een onderbouw van drie
resulted in the Mondriaan building, which has a comb-like shape and
bouwlagen parallel aan de spoorlijn Amersfoort-Utrecht met daarbovenop en
consists of a three-storey substructure parallel to the Amersfoort-Utrecht
negentig graden gedraaid twee hogere bouwdelen van zes bouwlagen.
railway line, with two upper six-storey sections that have been turned 90°.
Kantoorgebouwen als deze zijn typerend voor het oeuvre van ZZDP. Hoewel
Office buildings such as this are typical of ZZDP’s oeuvre. Although
het bureau zich sinds de jaren negentig weer nadrukkelijk op de woningmarkt
the company has manifested itself emphatically on the housing market since
manifesteert zijn het nog altijd de kantoren die het gezicht bepalen. Net als in de
the nineties, it is office construction that consistently defines its countenance.
decennia ervoor veronderstelt dat de vaardigheid samen te werken met de
Just as in previous decades, this approach presupposes an ability to co-
opdrachtgevers in dit segment. Dat wordt intussen volledig gedomineerd door
operate with the principals in this sector, which is currently entirely dominated
professionele projectontwikkelaars, de opvolgers van de ‘eigenbouwers’ van
by professional property developers, the successors to the erstwhile project
weleer die met hun voorgangers steeds minder overeenkomsten vertonen. De
developers, who display less and less correlation with their precursors.
kantorenmarkt van nu is razendsnel. Chris Gongriep van G&S laat geen twijfel
The office market is now governed by speed. Chris Gongriep of G&S
bestaan over wat bij de architectenkeuze voor hem de belangrijkste criteria zijn:
leaves no doubt as to the most important criteria when choosing an architect:
esthetiek, capaciteit en bovenal ervaring. ‘We hebben gewoon geen tijd om
aesthetics, capacity and, above all, experience. ‘We simply have no time to
eindeloos ontwerpen te maken. We vertellen het een keer en dan moet er binnen een week iets op papier staan wat beantwoordt aan de vraag. Wat je doet is
165 VI. ZZDP Architecten
VI. ZZDP Architecten
164
Diemercircle, waaronder de toepassing van gezeefdrukt glas, keren terug in het
STUDIES HOOGBOUW VOOR DE ARENATOREN, AMSTERDAM ZUIDOOST, 2003 STUDIES FOR HIGH-RISE CONSTRUCTION FOR THE ARENA TOWER, AMSTERDAM SOUTH-EAST, 2003
34
KANTOORGEBOUW IPMMC BEDRIJVENTERREIN PAPENDORP LEIDSCHE RIJN 2001-2003 IPMMC OFFICE BUILDING, PAPENDORP BUSINESS ESTATE, LEIDSCHE RIJN Commissioned by IPMMC, a company active in the field of project manage-
In opdracht van IPMMC, een bedrijf voor projectmanagement en huisvestings-
ment and housing consultancy, Joris Deur designed an office block on the
adviezen, ontwierp Joris Deur een kantoorgebouw op het bedrijventerrein
Papendorp business estate at the south-eastern point of Leidsche Rijn near
Papendorp in de zuid-oostpunt van Leidsche Rijn bij Utrecht. Papendorp is een
Utrecht. Papendorp is an office and business location with a high-quality
kantoren- en bedrijvenlocatie met een hoogwaardige uitstraling. Het ligt aan het
ambience. It lies on the Oudenrijn traffic hub, where the A2 and the A12
verkeersknooppunt Oudenrijn, waar de A2 en de A12 elkaar kruisen. In het gebied
motorways intersect. A series of pavilion-like buildings and several larges
liggen een reeks paviljoenachtige gebouwen en enkele grotere complexen. De
complexes also occupy the site. The IPMMC accommodation was realized
huisvesting voor IPMMC is gerealiseerd op een wat kleinere kavel.
on a somewhat smaller plot.
De opdracht van IPMMC verkreeg Joris Deur nog voordat hij fuseerde met ZZ+P. Op het moment van de fusie was het Voorlopig Ontwerp (VO) net klaar. Op basis van het programma van eisen en de stedenbouwkundige rand-
Joris Deur had already received the assignment before his firm merged with ZZ+P. At that point in time, the preliminary design had just been completed.
voorwaarden ontwikkelde de opdrachtgever een eigen concept voor het gebouw.
On the basis of the brief and the urban planning stipulations, the
Ze wenste een doosvormig gebouw met een bruto vloeroppervlak van 2000 m2
principal developed his own concept for the building. It ought to be a box-
op een plattegrond van ongeveer 20 bij 30 meter. Een belangrijke eis was dat het
shaped building with a gross floor area of 2000 m2 on a ground plan of
gebouw ruimte zou bieden aan communicatie tussen de verschillende afdelingen
20 metres by 30. An important requirement was that the building should allow
binnen het bedrijf.
scope for communication between the different sections within the
De architect ontwierp een rechthoekige doos die iets is opgetild, waardoor
company.
er onder het gebouw ruimte is ontstaan voor parkeren. Onder het gebouw
The architect designed a rectangular block that is slightly elevated,
bevindt zich tevens de technische installatie, zodat deze niet zoals gebruikelijk
so that space has been created for parking under the building, where the
op het dak geplaatst hoefde te worden en het dak schoon kon blijven. Het
technical facilities are also located, thus leaving the roof free. The building
gebouw heeft vier bouwlagen. Via een brede trap komt men het gebouw binnen.
has four storeys and is accessed via a broad stairway. The entrance hall has
De lage ingangshal leidt naar de daarmee in open verbinding staande vide, die
an open connection to the vide, which functions as a kind of inner court. The
fungeert als een soort binnenplein. Het gebouw heeft een staalconstructie met kolommen op een raster van 5,40 bij 5,40 meter. Zes modulen in de lengte en vier
190
191
VI. ZZDP Architecten
modulen in de breedte.
VI. ZZDP Architecten
35
HERONTWIKKELING MINISTERIE VAN FINANCIËN BRUSSEL 2004REDEVELOPMENT OF THE MINISTRY OF FINANCE, BRUSSELS At the beginning of 2004, ZZDP was commissioned to renovate and expand the Ministry of Finance as a component of a large-scale redevelopment of
Als onderdeel van een grootschalige herontwikkeling van het Ministerie van
the Ministry of Finance and the State Administrative Centre. The project
Financiën en het Rijks Administratief Centrum (R.A.C.), kreeg ZZDP architecten
consists of two parts: the renovation of the Finance block, a tower 140 metres
begin 2004 opdracht voor renovatie en uitbreiding van het Ministerie van
tall, and a new block with a gross floor area of 18,000 m2.
Financiën. Het project bestaat uit twee gedeelten, de renovatie van de 140 meter
The renovation project involves a gross floor area of 200,000 m2 and
hoge Financietoren en een nieuwbouwgedeelte met een totale bruto vloer-
is to be realized in conjunction with Michel Jaspers of the Belgian architects’
oppervlakte (BVO) van 18.000 m2. Het renovatieproject omvat 200.000 m2 BVO.
office M. & J-M. Jaspers - J. Eyers & Partners. In this renovation of the high-
Dit gedeelte komt tot stand in samenwerking met Michel Jaspers van het
rise block, the concrete lift shafts on the exterior of the building will be
Belgische architectenbureau M. & J-M. Jaspers - J. Eyers & Partners. Bij de
removed. To compensate this loss of floor area, a new office building is to be
renovatie van de toren verdwijnt de betonnen liftschacht aan de buitenzijde van
erected to the corner of the Koningsstraat and the Kruidtuinlaan.
het gebouw. In het hart van het gebouw worden nieuwe liften aangebracht. Ter
The new construction consists of ten storeys and has a classical
compensatie van de verloren vloeroppervlakte komt op de hoek van de
façade structure with a plinth, a mid-section and a superstructure that is set
Koningsstraat en de Kruidtuinlaan een nieuw kantoorgebouw.
back slightly. The vertical façade of the section on the Koningsstraat has
Het nieuwbouwgedeelte bestaat uit tien verdiepingen en heeft een
been designed to fit in with the façades of the adjoining buildings. As a
klassieke gevelopbouw met een plint, een middengedeelte en een terug-
consequence, a part of the façade has been allocated a narrow bay
springende bovenbouw. De verticale gevelgeleding van de gevel aan de
measurement, in contrast to the other part. A canopy at the point where the
Koningsstraat sluit aan bij de gevelgeledingen van de aan weerszijden van de
superstructure is set back fuses the different rhythms into one unit again.
nieuwbouw gelegen gebouwen. Een deel van de gevel kreeg daarom een smalle
The vertical division of the façade on the Koningsstraat is the result
traveemaat, het andere deel een brede traveemaat. Een luifel ter hoogte van de
of extending the natural stone piers, thus interrupting the aluminium-
terugspringende bovenbouw smeedt de verschillende ritmes weer aaneen tot
coloured spandrel panels. This façade structure is reversed on the Finance
een geheel.
block side, with the spandrel panels breaching the piers, thus accentuating
De verticale geleding van de gevel aan de Koningsstraat wordt verkregen
196
The end of the building, which accommodates the entrance, is
tale borstweringen worden onderbroken. Aan de kant van de Financietoren is het
chamfered and follows the orientation of the Kruidtuinlaan. Above this, the
andersom en worden de penanten onderbroken zodat de borstweringen het
diagonal façade forms an enormous oriel, offering a splendid view of the
gevelbeeld accentueren.
boulevard.
De kopse zijde van het gebouw is afgeschuind en volgt daarmee de richting van de Kruidtuinlaan. Hier bevindt zich tevens de entree. Daarboven vormt
VI. ZZDP Architecten
the texture of the façade.
doordat de natuurstenen penanten doorlopen en de aluminiumkleurige horizon-
de schuine gevel een enorme erker van waaruit een prachtig uitzicht over de boulevard wordt verkregen.
BUREAUCHRONOLOGIE
WERKENLIJST
Concise history of the office
Een selectie van uitgevoerde en niet-uitgevoerde werken van het bureau gedurende de periode 1954-2004, met literatuurvermelding. / List of works planned by Architectenbureau Piet Zanstra - ZZDP Architecten A selection of works, some of which were not realized, designed by the architects’ office in the period 1954-2004, with bibliography.
1932-1954 1954
ZANSTRA, GIESEN & SIJMONS ARCHITECTENBUREAU P. ZANSTRA
In 1957 komt A.W. Gmelig Meyling bij het bureau. In 1964 treedt A.W. Gmelig Meyling toe tot de directie. In 1957, A.W. Gmelig Meyling joins the office, of which he becomes a director in 1964.
1964
ARCHITECTENBUREAU ZANSTRA EN GMELIG MEYLING N.V. In 1964 komt P.J. de Clercq Zubli bij het bureau. In 1964, P.J. de Clercq Zubli joins the office.
1966
ARCHITECTENBUREAU ZANSTRA, GMELIG MEYLING & DE CLERCQ ZUBLI N.V. In 1966 treedt P.J. De Clercq Zubli toe tot de directie. P.J. de Clercq Zubli becomes a director in 1966.
1970 1972
N.V. ARCHITECTEN- EN INGENIEURSBUREAU ZANSTRA, GMELIG MEYLING & DE CLERCQ ZUBLI B.V. ARCHITECTEN- EN INGENIEURSBUREAU ZANSTRA, GMELIG MEYLING & DE CLERCQ ZUBLI Met ingang van 1 mei 1974 legt A.W. Gmelig Meyling zijn functie als directeur neer. A.W. Gmelig Meyling gives up his directorship on 1 May 1974.
1974
ARCHITECTENBUREAU ZANSTRA DE CLERCQ ZUBLI LAMMERTSMA & PARTNERS B.V.
1954-1963 0000 296 flatwoningen en 60 garages / 296 apartments and 60 garages Sportlaan, Den Haag Oplevering/completion: 1952-1956 Opdrachtgever/client: Bouwbedrijf B. Meijer en Zn BV J.P. Mieras, Na-oorlogse bouwkunst in Nederland, Amsterdam 1954, p.123 G. Westerhout,‘Architectuurflitsen’ Bouwkundig Weekblad 73 (1955) 26-27, pp. 311-320 ‘Flatgebouw aan de Sportlaan te Den Haag’, Bouwkundig Weekblad 74 (1956) 1, pp. 5-9 ‘Woningcomplex aan de Haagse Sportlaan’, Bouw 10 (1955) 49, pp. 1008-1012 ‘De Dr. H.P. Berlageprijs toegekend aan P. Zanstra’, Bouwkundig Weekblad 79 (1961) 25, p. 507 C. van Boven e.a., Gids van de moderne architectuur in Den Haag, Den Haag 1997, p. 98
Met ingang van 1 januari 1974 is A.W. Lammertsma opgenomen in de directie. As of 1 January 1974, A.W. Lammertsma becomes one of the directors.
In 1977 treedt J.R. van den Oever toe tot de directie. In 1977, J.R. van den Oever joins the board of directors.
1977 1980
ZANSTRA DE CLERCQ ZUBLI VAN DEN OEVER & PARTNERS ARCHITECTEN B.V. ZZOP ARCHITECTEN BV (ZANSTRA, DE CLERCQ ZUBLI, VAN DEN OEVER & PARTNERS) In 1980 neemt P. Zanstra afscheid; officiële overname van Zanstra, De Clercq Zubli, Van den Oever & Partners. P. Zanstra leaves the office in 1980; official takeover by Zanstra, De Clercq Zubli, Van den Oever & Partners.
1986
MAATSCHAP ZZO&P ARCHITECTEN In 1986 BV opgeheven en maatschap opgericht. Deelgenoten in de maatschap zijn P.J. de Clercq Zubli, H. van den Oever, F. Molenaar, L. Rafiqi, H. Spruyt en F. Temme. In 1986, the BV (Public Limited Company) is discontinued and a partnership is established. Participants in the partnership are P.J. de Clercq Zubli, H. van den Oever, F. Molenaar, L. Rafiqi, H. Spruyt, and F. Temme.
200
1989 Van den Oever uit maatschap; start eigen bureau.
1990
MAATSCHAP ZZ+P ARCHITECTEN In 1990 neemt P. Broers plaats van Zubli in maatschap over In 1990, P. Broers takes over Zubli’s position in the partnership.
1992
ZZ+P ARCHITECTEN B.V. 1992 maatschap beëindigd. Nieuwe BV opgericht met als directieleden P.J. de Clercq Zubli, L. Rafiqi en T. van der Put. In 1992, the partnership is discontinued. A new limited company is founded with P.J. de Clercq Zubli, L. Rafiqi and T. van der Put as the directors.
L. Rafiqi verlaat het bureau in 1993. In 1998 is T. van der Put overleden. In 1999 treedt M. Groeneveld toe tot de directie. L. Rafiqi leaves the office in 1993. T. Van der Put dies in 1998. In 1999, M. Groeneveld joins the board of directors.
2002
ZZDP ARCHITECTEN B.V. In 2002 fuseert het bureau met Joris Deur Architekten en treedt J. Deur toe tot de directie. De directie bestaat sindsdien uit P.J. de Clercq Zubli, J. Deur en M. Groeneveld. In 2002, the office merges with Joris Deur Architekten and J. Deur joins the board of directors. Since then, the board has consisted of P.J. de Clercq Zubli, J. Deur and M. Groeneveld.
0005 48 flatwoningen / 48 apartments Veenendaalkade, Den Haag Leyenburg Oplevering/completion: 1955 Opdrachtgever/client: Bouwbedrijf B. Meijer en Zn BV ‘Woningen aan de Veenendaalkade te Den Haag’, Forum 9 (1954) 8, p. 313
0007 160 flatwoningen / 160 apartments Segbroekhof, Den Haag Opdrachtgever/client: Coöperatieve Vereniging voor Woningexploitatie Segbroekhof Oplevering/completion: 1957 J.W.J. van den Berg, Segbroekhof 40 jaar 1995-1997, Den Haag 1997 0010 Kantoorgebouw Zorgvliet (BPM) / Office building Stadhoudersplantsoen, Den Haag Oplevering/completion: 1968 Opdrachtgever/client: Bouwbedrijf B. Meijer en Zn BV W.J. van Heuvel, 40 Jaar natuursteen, Rotterdam 1968, pp. 158-164 W.J. van Heuvel, ‘Zorgvliet-kantoorgebouw in Den Haag’, Polytechnisch Tijdschrift 23 (1968) 14, pp. 548-553 ‘Kantoorgebouw te ’s-Gravenhage’, Bouw 26 (1971) 15, pp. 598-600 0013 12 winkels en 36 flatwoningen / 12 shops and 36 apartments Breitnerlaan, Den Haag Opdrachtgever/client: Bouwbedrijf B. Meijer en Zn BV 0015 Flatgebouw / Apartment block Burgemeester van de Pollstraat, Amsterdam ‘Wohnhochhäuser in “de Slotermeer” in AmsterdamWest’ , Der Baumeister 55 (1958) Heft 4, p. 246 0017 Nederlands Hervormde kerk De Hoeksteen met schoolgebouw / ‘De Hoeksteen’ Dutch Reformed church with school building Louis Couperustraat 133, Burgemeester Eliasstraat, Amsterdam Oplevering/completion: 1964 Opdrachtgever/client: Nederlands Hervormde Gemeente Sloten W.J.G. van Mourik, Hervormde kerkbouw na 1945, Den Haag 1957, pp. 192, 195 W.J. van Heuvel, ‘Schepping van architect P. Zanstra: Hervormd centrum “De Hoeksteen”’, Cobouw, 14 september 1962
W.G. Overbosch, (uit Kunst und Kirche), Tijdschrift Noord-Holland (1963) 6/7, pp. 112-114 H.R.Blankestijn, W.G. Overbosch, Een hut om in te schuilen, Baarn [s.a.], pp. 136-139 ‘N.H. kerk “De Hoeksteen” te Amsterdam’, Bouw 19 (1964) 52, pp. 1882-1885 ‘N.h. Kerk De Hoeksteen te Amsterdam-West’, Bouwkundig Weekblad 82 (1964) 16, pp. 181-183 E. Widder, Europäische Kirchenkunst der Gegenwart, Linz 1968, pp. 126-128 0018 Nederlands Hervormde kerk De Ark / ‘De Ark’ Dutch Reformed church Amsterdam-Slotervaart Oplevering/completion: 1962 Opdrachtgever/client: Hervormde Gemeente Amsterdam-Slotervaart ‘Kerk “De Ark” in Tuinstad Slotervaart, Amsterdam’, Bouw 15 (1960) 4, p. 110 P. Zanstra, ‘Toelichting op de Ark’, Ter herinnering aan het in gebruik nemen van het kerkelijk Centrum De Ark, Amsterdam 1961 W.G. Overbosch, Mededelingen van de prof. G. van der Leeuwstichting (1961) 19, pp. 885-893 W.J. van Heuvel, ‘Twee opvallende Noord-hollandse kerken’, Cobouw, 4 augustus 1961 ‘”De Ark” te Slotermeer’, Baksteen 4 (1962), pp. 2-3 W.G. Overbosch ‘”Die Arche”, Gemeindezentrum in Amsterdam’, Kunst und Kirche (1962) 4, pp.156-160 ‘Kerk “De Ark”, Amsterdam-Slotervaart’, Bouw (1962) 52, pp. 1884-1886 W.G. Overbosch, (uit Kunst und Kirche) ‘De Ark’, Tijdschrift Noord-Holland, 8 (1963) 6-7, pp. 112-114 ‘Centre Paroissial de l’Arche, AmsterdamSlotervaart’, l’Architecture d’Aujourd’hui 34 (1963) 108, pp. 52-53 H.R. Blankestijn en W.G. Overbosch: ‘Een hut om in te schuilen’, Baarn [s.a.] [1964], pp. 140-145 ‘Die “Arche” Kirche und Gemeindezentrum Amsterdam-Slotervaart, Holland’, Bauen+Wohnen 18 (1964) 9, pp. 339, 348-349 P. Quaerens, ‘Drie protestantse kerken in Amsterdam en Amstelveen’, Katholiek Bouwblad (1964) 24, pp. 564-574 ‘Hedendaagse bouwkunst in Nederland’, Bouwkundig Weekblad 84 (1966) 21, p. 325 0019 Gymnastieklokaal / Gymnastics hall Diemen Oplevering/completion: 1961 ‘De Dr. H.P. Berlageprijs toegekend aan P. Zanstra’, Bouwkundig Weekblad 79 (1961) 25, p. 512
201 werkenlijst
bureauchronologie
In 1989, Van den Oever leaves the partnership to start his own office.
0002/0003 48 flatwoningen en traforuimte / 48 apartments and transformer kiosk Segbroeklaan 508-614, Den Haag Oplevering/completion: 1955 Opdrachtgever/client: Bouwbedrijf B. Meijer en Zn BV ‘Blok woningen aan de Haagse Segbroeklaan’, Bouw 12 (1957) 5, pp. 93-96 ‘Woningbouw Segbroeklaan, Den Haag’, Bouwkundig Weekblad 75 (1957) 4, pp. 449-452 Baumeister (1958) 55, pp. 244-249 ‘De Dr. H.P. Berlageprijs toegekend aan P. Zanstra (met juryrapport)’, Bouwkundig Weekblad 79 (1961) 25, pp. 505-515 J.J. Vriend, ‘Architectuurprijs voor P. Zanstra’, De Groene Amsterdammer, 14 oktober 1961 (F.E.) Röntgen, ‘Uitreiking Berlageprijs aan P. Zanstra’, Polytechnisch Tijdschrift, 16 (1961) 47/48, pp. 1015b-1016b A.J. Kropholler, ‘Bekroonde baksteengevels’, Baksteen (1961) 6, pp. 1-4 P.T. van der Hoff, Den Haag -20 jaar bouwen, Den Haag [s.a.], p. 7 C. van Boven e.a., Gids van de moderne architectuur in Den Haag, Den Haag 1997, p. 100
0006 132 flatwoningen / 132 apartments Laan van Clingendael, Den Haag Oplevering/completion: 1955 Opdrachtgever/client: Bouwbedrijf B. Meijer en Zn BV ‘De Dr. H.P. Berlageprijs toegekend aan P. Zanstra’, Bouwkundig Weekblad 79 (1961) 25, p. 508