Installatiehandleiding

GE Security

NetworX -serie TM

NX-7002N GSM/GPRS-module Installatiehandleiding

g

imagination at work

Copyright

Copyright © 2009, GE Security B.V. Alle rechten voorbehouden. Het is niet toegestaan dit document in zijn geheel of gedeeltelijk te kopiëren of op andere wijze te reproduceren, behalve wanneer dit specifiek wordt toegestaan volgens de Amerikaanse auteurswet, zonder schriftelijke toestemming vooraf van GE. Documentnummer/revisie: 146329999-1A, 2009-06-17

Disclaimer

DE INFORMATIE IN DIT DOCUMENT KAN ZONDER VOORAFGAANDE KENNISGEVING WORDEN GEWIJZIGD. GE AANVAARDT GEEN VERANTWOORDELIJKHEID VOOR ONNAUWKEURIGHEDEN OF WEGLATINGEN EN DOET SPECIFIEK AFSTAND VAN AANSPRAKELIJKHEID, VERLIEZEN OF RISICO’S, PERSOONLIJK OF ANDERS, DIE HET DIRECTE OF INDIRECTE GEVOLG ZIJN VAN HET GEBRUIK OF DE TOEPASSING VAN DE INHOUD VAN DIT DOCUMENT. VOOR DE MEEST RECENTE DOCUMENTATIE KUNT U CONTACT OPNEMEN MET UW PLAATSELIJKE LEVERANCIER OF ONZE WEBSITE BEZOEKEN OP WWW.GESECURITY.EU. Deze publicatie kan voorbeelden bevatten van schermafbeeldingen en rapporten die dagelijks worden gebruikt. Voorbeelden kunnen fictionele namen van personen en bedrijven bevatten. Elke overeenkomst met namen en adressen van echte bedrijven of personen berust volledig op toeval.

Handelsmerken en patenten

GE en het GE-monogram zijn gedeponeerde handelsmerken van General Electric. Het NX-7002N-product en -logo zijn gedeponeerde handelsmerken van GE Security. Andere in dit document gebruikte handelsnamen kunnen handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken zijn van de fabrikanten of leveranciers van de betreffende producten.

Softwarelicentie

Software van GE die met producten van GE wordt geleverd, is auteursrechtelijk beschermd en hierop wordt gebruiksrecht verleend. Het gebruik en verveelvoudigen van de software is alleen toegestaan volgens de bepalingen van de licentie. HET BIJGESLOTEN PROGRAMMA WORDT GELEVERD VOLGENS DE VOORWAARDEN EN BEPALINGEN VAN DEZE OVEREENKOMST. ALS U HET PROGRAMMA LANGER DAN DERTIG DAGEN IN BEZIT HOUDT, DE VERZEGELDE VERPAKKING (INDIEN AANWEZIG) ROND HET PROGRAMMA OPENT OF HET PROGRAMMA OP WILLEKEURIG WELKE MANIER GEBRUIKT, WORDT AANGENOMEN DAT U DE BEPALINGEN VAN DE OVEREENKOMST ACCEPTEERT. ALS U DEZE BEPALINGEN NIET WILT ACCEPTEREN, DIENT U HET ONGEBRUIKTE PROGRAMMA EN ALLE BIJBEHORENDE DOCUMENTATIE ONMIDDELLIJK NAAR GE TE RETOURNEREN OM AANSPRAAK TE MAKEN OP VOLLEDIGE TERUGSTORTING VAN DE BETAALDE LICENTIEKOSTEN. (NEEM CONTACT OP MET HET DICHTSTBIJZIJNDE GE-VERKOOPKANTOOR OF UW LEVERANCIER VOOR INFORMATIE OVER HET RETOURNEREN VAN PROGRAMMA’S DIE IN DE APPARATUUR ZIJN INGEPROGRAMMEERD OF INGEBOUWD.)

Bedoelde toepassing

Europese richtlijnen

Gebruik dit product slechts voor de doeleinden waarvoor het is ontworpen. Raadpleeg de productspecificatie en gebruikersdocumentatie. Voor de meest recente productinformatie kunt u contact opnemen met uw GE-vertegenwoordiger of onze website bezoeken op: www.gesecurity.eu. De Europese richtlijn "Afgedankte elektrische en elektronische apparatuur" (AEEA) is er op gericht om de impact van het afval van elektrische en elektronische apparatuur op het milieu en de gezondheid van de mens te minimaliseren. Om aan deze richtlijn te voldoen, moet elektrische apparatuur die met dit symbool gemarkeerd is, niet worden verwerkt in Europese openbare afvalsystemen. Europese gebruikers van elektrische apparatuur dienen nu apparatuur aan het einde van de levensduur aan te bieden voor verwerking. Meer informatie vindt u op de volgende website: www.recyclethis.info. Europese afgevaardigde voor fabrikant: GE Security B.V., Kelvinstraat 7, 6003 DH Weert, Netherland.

Wettelijke goedkeuring

NX-7002-installatiehandleiding

Pagina 2

17/06/09

INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE........................................................................................................................................................................ 3 VOORWOORD .............................................................................................................................................................................. 4 ALGEMENE INFORMATIE ............................................................................................................................................................ 4 FUNCTIEDEFINITIES .................................................................................................................................................................... 6 DE NX-7002N GPRS-MODULE PROGRAMMEREN ................................................................................................................... 8 DE NX-7002N PROGRAMMEREN VIA HET LED-BEDIENDEEL .....................................................................................................................................8 DE PROGRAMMEERMODUS STARTEN .............................................................................................................................................. 8 KIEZEN VAN EEN TE PROGRAMMEREN MODULE............................................................................................................................. 8 EEN ADRES PROGRAMMEREN.......................................................................................................................................................... 8 EEN ADRES AFSLUITEN..................................................................................................................................................................... 8 DE PROGRAMMEERMODUS AFSLUITEN........................................................................................................................................... 9

DE NX-7002N PROGRAMMEREN VIA HET LCD-BEDIENDEEL .....................................................................................................................................9 PROGRAMMEREN VAN GEGEVENS ....................................................................................................................................................................................9 NUMERIEKE GEGEVENS.................................................................................................................................................................... 9 FUNCTIESELECTIEGEGEVENS ......................................................................................................................................................... 10

DE NX-7002N OPSTARTEN, REGISTREREN EN TESTEN........................................................................................................11 DE SIM-KAART PLAATSEN .............................................................................................................................................................................................. 11 DE SIM-KAART REGISTREREN BINNEN HET GSM-NETWERK ..................................................................................................................................... 12 DE SIM-KAART REGISTREREN BINNEN HET GPRS-NETWERK ................................................................................................................................... 12 DE RSSI-WAARDE TESTEN ............................................................................................................................................................................................. 13 DE GSM- EN GPRS-VERBINDING TESTEN .................................................................................................................................................................. 13 EEN ADRES PROGRAMMEREN ................................................................................................................................................. 14 NX-7002N VOOR PRIMAIRE OF BACK-UPRAPPORTAGE ......................................................................................................34 NX-7002N VOOR PRIMAIRE RAPPORTAGE ................................................................................................................................................................. 34 NX-7002N VOOR BACK-UPRAPPORTAGE .................................................................................................................................................................. 34 NX-7002N HOMETEXT............................................................................................................................................................... 35 NX-7002N HOMETEXT-BESTURING ........................................................................................................................................ 35 NX-7002N-SOFTWARE-UPGRADE........................................................................................................................................... 38 NX-7002N PROGRAMMERINGSTABELLEN............................................................................................................................. 39 RICHTLIJNEN VOOR DE INSTALLATIE .................................................................................................................................... 48 DE NX-7002N MONTEREN........................................................................................................................................................ 48 NX-7002N BESCHRIJVING........................................................................................................................................................ 49 TECHNISCHE SPECIFICATIES.................................................................................................................................................... 50 TECHNISCHE SPECIFICATIES NX-7002N..................................................................................................................................................................... 50 BIJLAGE 1: RAPPORTAGE VAN VASTE CODES IN CONTACT-ID EN SIA .............................................................................51 BIJLAGE 2: OPERATOR ID-CODES ........................................................................................................................................... 53


Pagina 3

17/06/09

VOORWOORD Dit is de NX-7002N Installateurshandleiding. In dit document vindt u een productoverzicht en gedetailleerde instructies over: •

het installeren en configureren van de onderdelen van uw systeem voor de NX-7002N; en

•

het programmeren van het systeem.

U dient ten minste over de volgende kennis te beschikken om dit document efficiënt te gebruiken: •

basiskennis van alarmsystemen en -onderdelen; en

•

basiskennis van elektrische bedrading en laagspanningsaansluitingen

Lees deze instructies en alle bijbehorende documentatie volledig voordat u dit product installeert of in gebruik neemt. Opmerking: De installatie van alle materiaal moet altijd volgens de geldende normen door een bevoegde installateur worden verricht.

ALGEMENE INFORMATIE De NX-7002N is de GPRS-module die kan worden toegevoegd aan de panelen uit de NetworXserie (panelen NX-8E EUR en v2 EUR). De NX-7002N GPRS-module heeft onder andere de volgende kenmerken: •

Draadloze rapportage van gebeurtenissen.

•

14 instelbare rapportbestemmingen.

•

Selectie van rapporteerbare gebeurtenissen vanuit acht partities.

•

Compatibel met rapportage via PSTN en ISDN.

•

SIA-rapportage door middel van TCP/IP over GPRS.

•

XSIA-rapportage door middel van TCP/IP over GPRS.

•

Contact-ID-rapportage door middel van TCP/IP over GPRS.

•

Contact-ID- of SIA-rapportageprotocollen via SMS.

•

SMS-rapportage door middel van HomeText (gewone taal). Als u HomeText SMS gaat instellen, moet de gebruiker beschikken over een mobiele telefoon.

•

SIA-rapportage met optionele gebiedsmodifiers door middel van SMS-berichten.

•

XSIA-rapportage door middel van SMS-berichten.

•

Centrale kan gebruik maken van GSM naast PSTN (rapportage van alle paneelprotocollen via GSM).

•

Draadloos up-/downloaden via GSM CSD-verbinding

•

Draadloos up-/downloaden via een GPRS-verbinding

•

Up-/downloaden kan lokaal of extern worden gestart.

•

Optionele automatische downloadsessies. Deze volgen gewoonlijk testgesprekken.

•

Biedt back-up voor het paneel en externe kiezers


Pagina 4

17/06/09

Het NX-7002N-pakket bevat: •

NX-7002N GSM/GPRS-module

•

1,5 m externe antenne

•

2 zwarte PCB-geleiders voor bevestiging

•

Audiokabel

•

Installatiehandleiding

Voor de GSM/GPRS-module is een SIM-kaart vereist (niet inbegrepen). Om alle NX-7002Nfuncties te kunnen gebruiken, moet de SIM-kaart het volgende ondersteunen: •

Spraakkanaal (gebeurtenisrapportage via het spraakkanaal)

•

Datakanaal (up-/downloaden)

•

GPRS (gebeurtenisrapportage aan IP-ontvanger via GPRS en/of up-/downloaden)

Neem voor meer informatie contact op met uw lokale netwerkprovider.


Pagina 5

17/06/09

FUNCTIEDEFINITIES CID Rapportageprotocol Contact-ID. CSD (Circuit Swiched Data) Circuit Switched Data. Deze vorm van communicatie wordt gebruikt voor het up-/downloaden van gegevens. Het is vergelijkbaar met een modem, maar is draadloos en ingebouwd in de NX-7002N (zie adressen 0, 162 segment 10 en adres 168). Gekoppelde SMS-berichten Gekoppelde of Gebundelde SMS-en is een optie waarmee het maximum aantal tekstberichten wordt ingesteld dat kan worden gekoppeld en verzonden als één SMS. GPRS General Packet Radio Service. Een wereldwijde standaard voor draadloze communicatie met een maximum snelheid van 115 kilobits per seconde. Ondersteunt diverse bandbreedten en kan zowel kleine gegevenspakketten als grote hoeveelheden gegevens verzenden en ontvangen. GPRS APN GPRS-toegangspuntnaam. Vraag deze naam op bij uw netwerkprovider. Dit is een verplichte instelling als u gebruikmaakt van TCP/IP-rapportage (zie adressen 60 tot 63). GPRS verbreek vertraging De duur van inactiviteit waarna de GPRS-verbinding wordt verbroken (zie adres 162 segment 14). GSM Global System for Mobile communications. Een wereldwijde standaard voor draadloze communicatie met een maximum snelheid van 9,6 kilobits per seconde. Ondersteunt smalband Time Division Multiple Access (TDMA). HomeText HomeText is een nieuwe rapporteringsmethode waarbij gebeurtenissen in tekstvorm worden gerapporteerd door middel van een SMS-bericht naar uw mobiele telefoon. HomeTextrapporten zien er hetzelfde uit als de rapporten die u via het LCD-bediendeel aantreft in het logboek. Er kunnen maximaal acht rapporteringsbestemmingen worden gebruikt voor HomeText. U kunt maximaal 16 telefoonnummers programmeren en deze kunnen behoren tot een of meer van in totaal acht HomeText-groepen. Aan elk telefoonnummer moet een van de 12 ondersteunde talen worden toegewezen (DE, NL, EN, FI, FR, D, IT, NO, PL, PT, ES, SE). Een HomeText-groep kan worden ingesteld als een van de rapportagebestemmingen voor het rapporteren van bepaalde gebeurtenissen. SMS-berichten voor rapporteerbare gebeurtenissen voor een groep worden verzonden naar alle telefoonnummers die behoren tot de HomeText-groep. HomeText-besturing HomeText-besturing maakt het voor de eindgebruiker mogelijk via een mobiele telefoon SMSberichten uit te wisselen met een beveiligingssysteem. Berichten kunnen bestaan uit een wachtwoord, opdrachten en waarden. Als een wachtwoord wordt gevraagd, moet dit voor de opdracht worden ingevoerd. Opdrachten zijn instructies die worden verzonden naar het beveiligingssysteem. Waarden zijn gegevens die de gebruiker wil verzenden naar of verkrijgen van het systeem. Zie het voorbeeld verderop in de handleiding.


Pagina 6

17/06/09

Niet-transparante modus Er wordt een tussenmodem op het netwerk gebruikt om de gegevens over te brengen van de ene modem naar de andere (zie adres 0 segment 1). Operator De netwerkbediener voor de SIM-kaart. Polling Polling is het proces waarmee het systeem periodiek rapporteert aan de ontvanger om aan te geven dat het nog actief is. Dit proces werkt alleen in combinatie met TCP/IP-rapportage. Polling vindt vaker plaats dan een dagelijkse testmelding, maar minder vaak dan permanente bewaking. Als u een zeer korte pollingtijd instelt, zal de polling zeer vaak plaatsvinden en kunnen grote hoeveelheden gegevens worden gegenereerd. Wanneer u de detectietijd instelt, moet u rekening houden met de snelheid van het GPRS-netwerk en de kosten van gegevensoverdracht. Uitgaande van perfecte omstandigheden op een doorsnee GPRSnetwerk, worden de volgende hoeveelheden bytes via GPRS verzonden: Voor polling ongeveer 0,5 KB en voor gebeurtenismelding 0,4 KB + 0,2 KB per gebeurtenis (zie adres 0, segment 3 en adres 162 segment 6). PUK-code Personal Unblocking Key. Code voor het deblokkeren van de SIM-kaart. De SIM-kaart kan worden geblokkeerd als meerdere keren een verkeerde pincode voor de SIM wordt ingevoerd. Rapportagecontrole Een blok rapportgegevens dat instellingen bevat voor de manier waarop geselecteerde gebeurtenissen in overeenstemming met vooraf bepaalde instellingen worden geformuleerd in een of meer berichten voor verzending naar gegeven bestemmingen (zie adres 1). RSSI Received Signal Strength Indicator. Hiermee wordt de veldsignaalsterkte van de NX-7002N aangegeven (zie adres 172 en adres 162 segment 11 en 12). Secundaire rapportage Medium voor het rapporteren van gebeurtenissen die de centrale niet kan rapporteren. Wanneer secundaire rapportage is ingeschakeld, zal de rapportagecontrole die is ingesteld in de NX-7002N fungeren als back-up voor het controlepaneel (zie adres 25 en adres 162 segment 3). Terugbelsessies (call-back up-/download) via audio-oproep CSD-communicatie (Circuit Switched Data) of datacommunicatie is de communicatie die wordt gebruikt voor uploaden/downloaden via de NX-7002N. Indien ingesteld op adres 200, kan een up-/download terugbelsessie worden gestart door het audionummer van de SIMkaart in de NX-7002N te bellen en na twee tot tien seconden op te hangen. De NX-7002N belt automatisch terug naar de download-pc (die is ingesteld om te wachten op terugbellen via GSM) om een Upload/Download-sessie te starten. Op deze wijze is up- en downloaden mogelijk zonder de extra kosten van een CSD- of datanummer van de provider. PUK-code SIM-kaart Zie PUK-code SMS Short Message Service. Short Message Service (SMS) is een service voor het verzenden van korte tekstberichten naar mobiele telefoons (zie adressen 1, 145, 163, 164, 167). Transparante modus Gegevens worden rechtstreeks overgedragen van de ene modem naar de andere (zie adres 0 segment 1).


Pagina 7

17/06/09

DE NX-7002N GPRS-MODULE PROGRAMMEREN De NX-7002N programmeren via het LED-bediendeel DE PROGRAMMEERMODUS STARTEN Om de programmeermodus te starten, drukt u op [*]-[8]. De vijf functie-LED’s (Aanwezig, Deurbel, Afwezig, Overbruggen en Annuleren) zullen nu beginnen te knipperen. Voer nu de “Naar programmacode” in (fabrieksinstelling is [9]-[7]-[1]-[3]). Als de “Naar programmacode” geldig is, zal de “Service”-LED knipperen en zullen de vijf functie-LED’s constant gaan branden. De programmeermodus is nu actief en u kunt de module kiezen die u wilt programmeren. Opmerking: het is onmogelijk de programmeermodus te activeren als een partitie of het systeem is ingeschakeld.

KIEZEN VAN EEN TE PROGRAMMEREN MODULE Aangezien alle modules die op de NetworX zijn aangesloten worden geprogrammeerd via het bediendeel, moet de module die u programmeert de eerste invoer zijn. Om de NX-7002Nmodule te programmeren, drukt u op [7]-[8]-[#]. Het nummer [7]-[8] is het modulenummer van de NX-7002N en de toets [#] is de confirmatietoets.

EEN ADRES PROGRAMMEREN Zodra het nummer van de te programmeren module is ingevoerd, zal de “Aan”-LED gaan branden, wat aangeeft dat er wordt gewacht op het invoeren van een programmeeradres. Elk adres kan worden geopend door het gewenste programmeeradres rechtstreeks in te voeren, gevolgd door de toets [#]. Als het ingevoerde adres een geldig adres is, zal de “Ingeschakeld”-LED uit gaan, zal de “Gereed”-LED gaan branden en zullen de zone-LED’s de binaire gegevens tonen voor het eerste segment van dit adres. Terwijl nieuwe gegevens worden ingevoerd, zal de “OK”-LED beginnen te knipperen om aan te geven dat er gegevens worden gewijzigd. De LED blijft knipperen totdat u op de toets [*] drukt om de nieuwe gegevens op te slaan. Wanneer de toets [*] wordt ingedrukt, worden op het bediendeel het volgende segment en de gegevens ervan weergegeven. Deze procedure wordt herhaald totdat het laatste segment is bereikt. Wanneer u op de toets [#] drukt, zal het adres worden afgesloten en zal de “Ingeschakeld”-LED weer gaan branden totdat een nieuw programmeeradres wordt ingevoerd. Als het gewenste adres het volgende adres in de reeks is, drukt u op de toets [Politie]. Als u naar het vorige adres wilt gaan, drukt u op de toets [Brand]. Als u naar hetzelfde adres wilt gaan, drukt u op de toets [Medisch]. Als u de gegevens van een adres wilt bekijken, herhaalt u de bovenstaande procedure en drukt u op de toets [*] zonder numerieke gegevens in te voeren. Telkens wanneer de toets [*] wordt ingedrukt, worden de programmeergegevens van het volgende segment weergegeven.

EEN ADRES AFSLUITEN Zodra het laatste segment van een adres is geprogrammeerd, drukt u op de toets * om dat adres af te sluiten, de “Gereed”-LED uit te schakelen en de “Aan”-LED in te schakelen. U kunt nu net als eerder een ander programmeeradres invoeren. Als een poging wordt gedaan een ongeldige invoer te programmeren voor een bepaald segment, zal de bediendeelzoemer drie foutpiepjes laten horen (piep, piep, piep) en wordt in dat segment gewacht op een geldige invoer.


Pagina 8

17/06/09

DE PROGRAMMEERMODUS AFSLUITEN Wanneer alle gewenste wijzigingen zijn doorgevoerd in de programmering, is het tijd om de programmeermodus af te sluiten. Wanneer u op de toets [Afwezig] drukt, wordt het programmeerniveau afgesloten en keert u terug naar het niveau “Kies te programmeren module”. Als er geen modules meer worden geprogrammeerd, drukt u opnieuw op de toets [Afsluiten] om de programmeermodus af te sluiten. Als er een module moet worden geprogrammeerd, kunt u deze selecteren door het adres in te voeren met de toets [#] (zie Kiezen van een te programmeren MODULE voor meer informatie). De procedure voor het programmeren van deze apparaten is dezelfde als die voor het controlepaneel, behalve dat de adressen voor de module zullen worden geselecteerd. Opmerking: elke keer als u de programmeermodus afsluit, wordt de modem opnieuw gestart, waarna de pincode, de netwerkoperator en het SMSC-adresnummer wordt gelezen uit de NX-7002N-configuratie.

De NX-7002N programmeren via het LCD-bediendeel Alle stappen die zijn vereist voor het programmeren, zijn dezelfde als die voor het eerder genoemde LED-bediendeel. Op het scherm van het LCD-bediendeel wordt u gevraagd de gegevens in te voeren. In de programmeermodus (niet op een adres) is het nummer tussen haakjes het adres dat u eerder hebt gewijzigd. Als op het scherm bijvoorbeeld het bericht “Voer adres in, vervolgens # (5)” wordt weergegeven, wordt u eraan herinnerd dat adres 5 het laatste adres is dat u hebt geprogrammeerd. Zie ook het volgende gedeelte, “Programmeren van gegevens”.

Programmeren van gegevens De gegevens zijn altijd van een van twee typen. Het ene type gegevens is numeriek. Dit type kan waarden bevatten tussen 0-15 of 0-255, afhankelijk van de segmentgrootte. Het andere type gegevens, functieselectiegegevens, wordt gebruikt om functies in of uit te schakelen. Gebruik de volgende procedures met deze twee gegevenstypen.

NUMERIEKE GEGEVENS Numerieke gegevens worden geprogrammeerd door middel van de numerieke toetsen van het systeembediendeel om een getal van 0-255 in te voeren. Als u de gegevens op een adres wilt bekijken, wordt een binair proces gebruikt. Met dit proces worden de LED’s voor zones 1 t/m 8 gebruikt en de numerieke equivalenten van de verlichte LED’s worden samengevoegd om de gegevens op een programmeeradres te bepalen. De numerieke equivalenten van deze LED’s zijn als volgt: Zone 1 LED = 1 Zone 5 LED = 16

Zone 2 LED = 2 Zone 6 LED = 32



Voorbeeld: als de te programmeren numerieke gegevens op een adres “66” is, drukt u op [6] [6] op het bediendeel. De LED’s voor zone 2 en zone 7 zullen gaan branden, wat aangeeft dat 66 op dat adres is (2 + 64 = 66).


Pagina 9

17/06/09

Zodra de gegevens zijn geprogrammeerd, drukt u op de toets [*] om de gegevens in te voeren en gaat u naar het volgende segment van dat adres. Zodra het laatste segment van een adres is geprogrammeerd, drukt u op de toets * om dat adres af te sluiten, de “Gereed”-LED uit te schakelen en de “Aan”-LED in te schakelen. U kunt nu op dezelfde wijze een ander programmeeradres invoeren. Als een poging wordt gedaan een nummer te programmeren dat te groot is voor een bepaald segment, zal de bediendeelzoemer drie foutpiepjes laten horen (piep, piep, piep) en wordt in dat segment gewacht op een geldige invoer. Opmerking: het nummer op het adres zal worden weergegeven op het LCD-bediendeel. Voor adressen met een maximum van 15, zal de hexadecimale equivalent worden weergegeven tussen haakjes. Bijvoorbeeld: 11 (B) of 14 (E).

FUNCTIESELECTIEGEGEVENS Functieselectiegegevens zullen de huidige situatie weergeven (aan of uit) van acht functies die worden geassocieerd met het geselecteerde programmeeradres en het segment. Als u op het bediendeel op een knop drukt (1 t/m 8) die overeenkomt met het “functienummer” binnen een segment, dan wordt die functie geschakeld (aan/uit). Als u op een numerieke toets drukt tussen [1] en [8] voor selectie van een functie, zal de corresponderende LED gaan branden (functie AAN). Druk weer op het nummer en de LED zal uit gaan (functie UIT). U zult zien dat verschillende functies kunnen worden geselecteerd vanuit één segment. Als bijvoorbeeld alle acht functies van een segment worden gevraagd, kunt u door te drukken op [1] - [2] - [3] - [4] [5] - [6] - [7] - [8] de LED’s 1 t/m 8 laten branden, wat aangeeft dat deze functies worden ingeschakeld. Opmerking voor gebruikers van een LCD-bediendeel: de nummers van de ingeschakelde functies zullen worden weergegeven. De niet-ingeschakelde functies zullen echter een liggend streepje (-) weergeven. Nadat de gewenste instelling van functies is geselecteerd voor dit segment drukt u op de toets [*]. Hiermee zullen de gegevens worden ingevoerd en gaat u automatisch door naar het volgende segment van het adres. Wanneer u in het laatste segment van het adres bent en op [*] drukt om de gegevens in te voeren, zult u dat adres afsluiten. Hierdoor wordt de “OK”-LED uitgeschakeld en de “Ingeschakeld”-LED ingeschakeld. U kunt nu net als eerder een ander programmeeradres invoeren.


Pagina 10

17/06/09

DE NX-7002N OPSTARTEN, REGISTREREN EN TESTEN De SIM-kaart plaatsen

OPEN

LOCK

Opmerking: zorg dat u vrij bent van statische elektriciteit wanneer u met elektronische onderdelen werkt. •

Schakel het systeem altijd uit voordat u een SIM-kaart installeert.

•

Zoek de SIM-kaarthouder n op de kaart.

•

Open de SIM-kaarthouder door de houder te schuiven zoals afgebeeld in o en de houder op te lichten.

•

De SIM-kaarthouder wordt geopend p.

•

Schuif de SIM-kaart in de houder met behulp van de geleiders. Controleer of de contacten (het goudkleurige plaatje) in de richting van de printplaat is gericht en het schuine hoekje naar buiten wijst q.

•

Controleer of de SIM-kaart goed in de houder is geplaatst en sluit de SIM-kaarthouder r.

•

Schuif de metalen houder weer in de oorspronkelijke positie zoals afgebeeld in s.

•

Schakel het systeem in. Schakel de programmeermodus niet in voordat de SIM-kaart een netwerkoperator heeft geselecteerd. De SIM-kaart selecteert tijdens de registratie op het netwerk automatisch een netwerkprovider. U kunt handmatig een operator selecteren door de betreffende netwerkoperator in te voeren in adres 170. Zie Bijlage 2: Operator IDcodes voor een lijst met operator-ID-codes. Op de meeste SIM-kaarten is het adres van het SMS-servicecentrum voorgeprogrammeerd en in normale omstandigheden moet dit niet worden gewijzigd. Als u het moet wijzigen, moet u de internationale landencode toevoegen, voorafgegaan door een ‘+’ in plaats van ‘00’. Programmeer ‘13’ om ‘+’ in het adres in te voegen.


Pagina 11

17/06/09

De SIM-kaart registreren binnen het GSM-netwerk •

Plaats de SIM-kaart. Zie De SIM-kaart plaatsen voor meer informatie.

•

Start de NX-7002N GPRS-module.

•

Start de programmeermodus. Zie De NX-7002N GPRS-module programmeren voor meer informatie.

•

Druk op 78# om de module te selecteren.

•

Druk op 169# om het adres van de GSM SIM-pincode in te voeren.

•

Voer het eerste cijfer van de SIM-pincode in. Druk op * om verder te gaan naar het volgende segment. Herhaal dit totdat alle cijfers zijn geprogrammeerd. Druk op # om de wijzigingen op te slaan en het adres af te sluiten.

•

Verlaat de programmeermodus. De SIM wordt automatisch geregistreerd binnen het GSM-netwerk.

Opmerking: elke keer als u de programmeermodus afsluit, wordt de modem opnieuw gestart, waarna de pincode, de netwerkoperator en het SMSC-adresnummer wordt gelezen uit de NX-7002N-configuratie.

De SIM-kaart registreren binnen het GPRS-netwerk •

Start de programmeermodus.

•

Druk op 78# om de module te selecteren.

•

Druk op 169# om het adres van de GSM SIM-pincode in te voeren.

•

Voer het eerste cijfer van de SIM-pincode in. Druk op * om verder te gaan naar het volgende segment. Herhaal dit totdat alle cijfers zijn geprogrammeerd. Druk op # om de wijzigingen op te slaan en het adres af te sluiten.

•

De naam van een toegangspunt verkrijgen bij de leverancier. Druk op 60# om het adres van Naam van GPRS-toegangspunt – APN in te voeren. Voer het eerste cijfer van de APN in. Druk op * om verder te gaan naar het volgende segment. Herhaal dit totdat alle cijfers zijn geprogrammeerd. Druk op # om de wijzigingen op te slaan en het adres af te sluiten.

•

(Optioneel) U moet mogelijk het PPP-wachtwoord en de PPP-gebruikers-ID invoeren voor toegang tot het netwerk. U doet dit door op 32# te drukken om het adres van de PPP (inbelaccount) gebruikers-ID te selecteren en het wachtwoord te programmeren. Druk vervolgens op 34# om het adres PPP (inbelaccount) wachtwoord te selecteren en de gebruikers-ID te programmeren. Deze stap is gewoonlijk niet nodig.

•

Sluit de programmeermodus. De pincode van de SIM wordt automatisch geregistreerd binnen het GSM-netwerk.


Pagina 12

17/06/09

De RSSI-waarde testen Tijdens de registratieprocedure moet u de RSSI-waarde (signaalsterkte) van de NX-7002N GPRS-module controleren en deze noteren in de systeemdocumentatie. De RSSI-waarde is gekoppeld aan de signaalsterkte van het GSM-netwerk en varieert van 0-31 (99 = onbekend). De RSSI-waarde kan veranderen door omgevingsomstandigheden zoals extra meubelen of metalen constructies. Als de RSSI-waarde niet voldoende is, moet u de antenne verplaatsen voor een betere ontvangst. WAARDE Van 1 tot 4 Van 5 tot 9 Van 10 tot 16 Boven 17

BESCHRIJVING De module zal niet goed werken en moet naar een andere locatie worden verplaatst. De module zal werken, maar moet eigenlijk naar een andere locatie worden verplaatst. Dit is een normale bedrijfswaarde voor de module. Uitstekende omstandigheden.

•


•

Druk op 78# om de NX-7002N GPRS-module te selecteren.

•

Druk op 172# om het adres Huidige GPRS RSSI te selecteren.

•

Maak een notitie van de RSSI-waarde en sluit de programmeermodus af.

De GSM- en GPRS-verbinding testen •


•

Druk op 78# om de NX-7002N GPRS-module te selecteren.

•

Druk op 174# om het adres Apparaatstatusvlaggen te selecteren.

•

Controleer of de pincode van de SIM-kaart niet is vergrendeld: optie 1 en optie 2 moeten AAN zijn.

•

Controleer of de SIM-kaart is aangemeld bij het GSM-netwerk: optie 3 moet AAN zijn.

•

Controleer of de module is aangemeld bij het GPRS-netwerk: optie 7 moet AAN zijn.

•

Sluit de programmeermodus af.

Zie NX-7002N Beschrijving voor een overzicht van de verschillende status-LED’s op de NX7002N.


Pagina 13

17/06/09

EEN ADRES PROGRAMMEREN ADRES 0

FUNCTIESELECTIE IN MODULEBEDRIJFSMODUS (8 segmenten) Dit adres bevat de systeemkenmerken. Segment 1

1= 2= 3= 4=

5=

6= 7=

8=

Segment 2

1=

2-8 Segment 3

1= 2= 3-8

Segment 4

1-3 4= 5-6 7= 8=


Downloaden van de site inschakelen (*98 vanaf een bediendeel) Remote up-/downloaden inschakelen Met deze instelling kan de PC inbellen op de NX-7002N. Dit is afhankelijk van andere instellingen (segment 3, 5 en 6). Remote downloaden moet vanaf een bekende bron plaatsvinden. Indien ingeschakeld, moet u het telefoonnummer van de PC in adres 168 programmeren. Remote downloaden op testtijd Met deze instelling wordt de NX-7002N geconfigureerd om automatisch de PC te bellen, zodat een upload-/downloadsessie kan worden gestart na een autotest. U moet de autotestrapportering op het paneel instellen. Automatisch beantwoorden van inkomende CSD GSM-downloadoproep. Indien ingeschakeld, zal de NX-7002N automatisch een inkomende oproep aannemen. Indien uitgeschakeld, moet de gebruiker een inkomende oproep (*99) aannemen zodra een “ding-dong” op het bediendeel wordt gehoord. Terugbellen vereist voor inkomende CSD GSM-downloadoproep. Indien ingeschakeld, zal de NX-7002N de PC terugbellen voordat een up-/downloadsessie wordt gestart. Gebruik V.110 voor het uitvoeren van CSD GSM-oproepen van op de site. Gebruik deze instelling als de computer zich bevindt op een ISDN-lijn en gebruik maakt van een ISDN-modem. Gebruik een niet-transparante modus voor het uitvoeren van CSD GSM-oproepen van op de site. Als u problemen ondervindt bij het up-/downloaden, wijzigt u deze instelling van transparante modus in niet-transparante modus, of andersom. Gebruik SIA DCS als back-up (Contact ID indien uitgeschakeld) Met deze instelling wordt het protocol geselecteerd bij gebruik van een andere module als back-up. Op de back-up module moet u hetzelfde protocol instellen. Gereserveerd Gereserveerd Polling ingeschakeld voor TCP/IP (voor UL AA) Indien de polling is ingeschakeld, stelt u de pollingperiode in adres 162 in, segment 6. Gereserveerd Gereserveerd Aan: TCP/IP-rapportage in SIA Uit: TCP/IP-rapportage in Contact-ID Gereserveerd 3-DES-codering activeren. Schakel deze optie NIET uit. Aan: Up/Downloaden via GSM CSD Uit: Up/Downloaden via GSM GPRS

Pagina 14

17/06/09

Segment 5-8


Gereserveerd

Pagina 15

17/06/09

ADRES 1

SELECTIE BESTEMMING VOOR RAPPORTAGE-INSTELLING 1 (1 segment) De NX-7002N bevat maximaal 14 rapportage-instellingen: twee voor SMS-rapportage, twee voor TCP/IP-rapportage en twee voor e-mailrapportage (nog niet beschikbaar). Voor HomeText SMS-rapportage (in gewone taal) kunnen maximaal acht rapportage-instellingen worden gebruikt. Dit adres bevat de rapportbestemming voor rapportage-instelling 1. Selecteer uit de onderstaande tabel. GEGEVENS

Rapportage-instelling 1 is uitgeschakeld

1

TCP/IP 1

Rapportage naar TCP/IP-ontvanger 1

2

TCP/IP 2

Rapportage naar TCP/IP-ontvanger 2

3

E-mail 1

E-mailrapportage naar e-mailaccount 1 (nog niet beschikbaar)

4

E-mail 2

E-mailrapportage naar e-mailaccount 2 (nog niet beschikbaar)

5

SMS 1

SMS-rapportage naar mobiele telefoon 1 (SIA of CID)

SMS 2

SMS-rapportage naar mobiele telefoon 2 (SIA of CID)

7-15

Gereserveerd

16

HomeText 1

HomeText SMS-rapportage naar groep 1

17

HomeText 2


18

HomeText 3


19

HomeText 4


20

HomeText 5


21

HomeText 6


22

HomeText 7


23

HomeText 8


SELECTIE BACK-UPBESTEMMING VOOR RAPPORTAGE-INSTELLING 1 (1 segment) Als de primaire selectie (locatie 1) mislukt, kan een back-up worden geselecteerd. Als u een andere module als back-up gebruikt, bijvoorbeeld de telefoonlijn, selecteert u het rapportageformaat (in SIA of CID) in adres 0, segment 2, optie 1 en schakelt u testrapportgebeurtenissen in voor de back-upmodule. Dit adres bevat het rapportadres voor rapportage-instelling 1. Selecteer uit de onderstaande tabel. GEGEVENS

ADRES 3

BESCHRIJVING

Uitgeschakeld

6

ADRES 2

INDELING

0

INDELING

BESCHRIJVING

0

Uitgeschakeld

Back-uprapportage-instelling 1 is uitgeschakeld

1

TCP/IP 1

Back-uprapportage voor TCP/IP-ontvanger 1

2

TCP/IP 2

Back-uprapportage voor TCP/IP-ontvanger 2

3

E-mail 1

Back-up-e-mailrapportage voor e-mailaccount 1 (nog niet beschikbaar)

4

E-mail 2

Back-up-e-mailrapportage voor e-mailaccount 2 (nog niet beschikbaar)

5

SMS 1

Back-up-SMS-rapportage voor mobiele telefoon 1 (SIA of CID)

6

SMS 2

Back-up-SMS-rapportage voor mobiele telefoon 2 (SIA of CID)

7-15

Gereserveerd

16

HomeText 1

Back-up HomeText SMS-rapportage naar groep 1

17

HomeText 2


18

HomeText 3


19

HomeText 4


20

HomeText 5


21

HomeText 6


22

HomeText 7


23

HomeText 8


24-254

Gereserveerd

255

Andere kiezer

De NX-7002N wordt niet als back-up gebruikt. Er wordt een andere kiezer gebruikt (bijvoorbeeld: telefoonlijn)

RAPPORTAGEVERTRAGING VOOR RAPPORTAGE-INSTELLING 1 (1 segment) De vertraging in seconden voordat de NX-7002N GPRS-module rapporteert. Als zich tijdens deze periode andere gebeurtenissen voordoen, worden deze samen met de eerste gebeurtenis in één bericht verzonden, indien SMS-rapportage wordt gebruikt. Dit is niet van toepassing als TCP/IP-rapportage wordt gebruikt (meerdere gebeurtenissen in één bericht worden niet ondersteund). Deze tijd kan worden ingesteld van 0 tot 255 seconden.


Pagina 16

17/06/09

ADRES 4

GEBEURTENISSELECTIE VOOR RAPPORTAGE-INSTELLING 1 (16 segmenten, functieselectiegegevens) Alle gebeurtenissen voor Rapportage-instelling 1 zijn standaard ingeschakeld. Selecteer de partitie(s) die u in het rapport wilt meenemen. Ingeschakelde gebeurtenissen worden in een of meer berichten ondergebracht in overeenstemming met de voorgeconfigureerde instellingen en verzonden naar de geselecteerde rapportbestemming. Als u de NX-7002N gebruikt als back-up in combinatie met een andere extra kiezer, moet u de gebeurtenis van de Testrapporten inschakelen. Segment 1 Segment 2 Segment 3 Segment 4 Segment 5 Segment 6 Segment 7 Segment 8 Segment 9 Segment 10 Segment 11 Segment 12 Segment 13 Segment 14 Segment 15 Segment 16

ADRES 5

Alarmen (en Herstel) Openingen en sluitingen / In- en Uitschakelingen Blokkeren/Overbruggen Zonestoring Netspanningsfout (netspanningsfout en accustoring) Sirenefout en telefoonlijnfout Testrapport Programmeren, downloaden en logboek vol Sabotage Kortsluiting Detector Zoek Detector Batterij Laag Module storing Communicatiefout Zone activiteitsmonitor Gereserveerd

SELECTIE BESTEMMING VOOR RAPPORTAGE-INSTELLING 2 (1 segment) Dit adres bevat de rapportbestemming voor rapportagecontrole 2. Zie adres 1.

ADRES 6

SELECTIE BACK-UPBESTEMMING VOOR RAPPORTAGE-INSTELLING 2 (1 segment) Dit adres bevat de rapportbestemming voor rapportage-instelling 2. Zie adres 2.

ADRES 7

RAPPORTAGEVERTRAGING VOOR RAPPORTAGE-INSTELLING 2 (1 segment) De vertraging in seconden voordat de NX-7002N GPRS-module rapporteert aan rapportagecontrole 2. Zie adres 3.

ADRES 8

GEBEURTENISSELECTIE VOOR RAPPORTAGE-INSTELLING 2 (16 segmenten, functieselectiegegevens) Alle gebeurtenissen voor rapportagecontrole 2 zijn standaard ingeschakeld. Zie locatie 4.

ADRES 9


ADRES 10



Pagina 17

17/06/09

ADRES 11


ADRES 12


ADRES 13


ADRES 14


ADRES 15


ADRES 16


ADRES 17


ADRES 18


ADRES 19


ADRES 20


ADRES 21


ADRES 22


ADRES 23



Pagina 18

17/06/09

ADRES 24


ADRES 25

PRIMAIRE RAPPORTAGEVLAG VOOR RAPPORTAGECONTROLES 1 (1 segment) De NX-7002N bevat maximaal zes rapportage-instellingen. Schakel de relevante optie in om primaire rapportage in te stellen voor die rapportagecontrole. Schakel de optie uit om secundaire rapportage in te stellen voor die rapportagecontrole. Wanneer secundaire rapportage wordt ingeschakeld, fungeert de rapportagecontrole als een back-up voor het controlepaneel. Segment 1

1= 2= 3= 4= 5= 6= 7-8

Aan: Rapportagecontrole 1 fungeert als primaire rapportage; Uit: Rapportagecontrole 1 fungeert als secundaire rapportage Aan: Rapportagecontrole 2 fungeert als primaire rapportage; Uit: Rapportagecontrole 2 fungeert als secundaire rapportage Aan: Rapportagecontrole 3 fungeert als primaire rapportage; Uit: Rapportagecontrole 3 fungeert als secundaire rapportage Aan: Rapportagecontrole 4 fungeert als primaire rapportage; Uit: Rapportagecontrole 4 fungeert als secundaire rapportage Aan: Rapportagecontrole 5 fungeert als primaire rapportage; Uit: Rapportagecontrole 5 fungeert als secundaire rapportage Aan: Rapportagecontrole 6 fungeert als primaire rapportage; Uit: Rapportagecontrole 6 fungeert als secundaire rapportage Gereserveerd

ADRES 26 – ADRES 31

GERESERVEERD

ADRES 32

PPP (inbelaccount) GEBRUIKERS-ID, tekens 1 - 16 (16 segmenten) Optioneel bij gebruik van TCP/IP-rapportage Informeer bij de netwerkprovider of PAPaanmelding vereist is en vraag om een gebruikers-ID en wachtwoord.

ADRES 33

PPP (inbelaccount) GEBRUIKERS-ID, tekens 17 - 32 (16 segmenten) Zie locatie 32.

ADRES 34

PPP (inbelaccount) WACHTWOORD, 16 tekens (16 segmenten) Zie locatie 32.


GERESERVEERD

ADRES 60

NAAM VAN GPRS-TOEGANGSPUNT - APN, tekens 1 - 16 (16 segmenten) Dit is een verplichte instelling bij gebruik van TCP/IP-rapportage. Vraag deze naam op bij de netwerkprovider.

ADRES 61

NAAM VAN GPRS-TOEGANGSPUNT - APN, tekens 17 - 32 (16 segmenten) Zie locatie 60.


Pagina 19

17/06/09

ADRES 62


ADRES 63


ADRES 64 ADRES 100

GERESERVEERD

ADRES 101

DHCP TOEGEWEZEN IP-ADRES (4 segmenten) Wanneer de NX-7002N zich aanmeldt bij het GPRS-netwerk, krijgt deze automatisch een IP-adres toegewezen. Dit adres is alleen-lezen.

ADRES 102

IP-ADRES VOOR TCP/IP-ONTVANGER 1 (4 segmenten) Indien u TCP/IP-rapportage gebruikt, voert u op dit adres het IP-adres van ontvanger 1 in.

ADRES 103

IP-ADRES VOOR TCP/IP-ONTVANGER 2 (4 segmenten) Indien u TCP/IP-rapportage gebruikt, voert u op dit adres het IP-adres van ontvanger 2 in.


GERESERVEERD

ADRES 109

IP-ADRES VOOR DOWNLOADCOMPUTER (4 segmenten) Als Up/Downloaden via GPRS gevraagd wordt, voert u hier het IP-adres van de downloadcomputer in waarop de DL900 wordt uitgevoerd.


GERESERVEERD

ADRES 119

ONTVANGERALARM EN POLLINGPOORT (4 segmenten) Het nummer van de TCP/IP-poort die gebruikt wordt voor polling en alarmdoormelding. De standaardpoort is 9999 en deze hoeft onder normale omstandigheden niet te worden gewijzigd.

ADRES 120

DOWNLOADPOORT (4 segmenten) Nummer van de TCP/IP-poort die wordt gebruikt voor Up/Downloaden. De standaardpoort is 9998 en deze hoeft onder normale omstandigheden niet te worden gewijzigd.


GERESERVEERD

ADRES 139

TCP/IP 1-KLANTNUMMER (8 segmenten) Het SIA- of Contact ID-klantnummer dat wordt gebruikt voor rapportage naar de TCP/IPontvanger. SIA-klantnummers bestaan uit 6 cijfers. Contact-ID-klantnummers bestaan uit 4 cijfers. Deze moeten worden voorafgegaan door nullen om een achtcijferig getal te creëren.


Pagina 20

17/06/09

ADRES 140

TCP/IP 1-ONTVANGERNUMMER (4 segmenten) Het nummer van de ontvanger dat is geassocieerd met de TCP/IP 1-klant.

ADRES 141

TCP/IP 1-LIJNNUMMER (4 segmenten) Het lijnnummer dat is geassocieerd met de TCP/IP 1-klant. Voer het klantnummer en bestemmingsnummer voor de ontvanger in.

ADRES 142

TCP/IP 2-KLANTNUMMER (8 segmenten) Zie adres 139.

ADRES 143

TCP/IP 2-ONTVANGERNUMMER (4 segmenten) Zie adres 140.

ADRES 144

TCP/IP 2-LIJNNUMMER (4 segmenten) Zie adres 141.

ADRES 145

SMS 1-KLANTNUMMER (8 segmenten) Het SIA-klantnummer dat wordt gebruikt voor SMS-rapportage. SIA-klantnummers zijn 6 cijfers lang. Voer het eerste cijfer van de SIM-pincode in segment 3 in (segment 1 en 2 worden niet gebruikt). Druk op * om verder te gaan naar het volgende segment. Herhaal dit totdat alle cijfers zijn geprogrammeerd.

ADRES 146

SMS 2-KLANTNUMMER (8 segmenten) Zie adres 145.


GERESERVEERD

ADRES 154

KLANTNUMMER VOOR PARTITIE 1 (8 segmenten) Het klantennummer dat wordt verzonden wanneer partitie 1 wordt gerapporteerd. Gebruik dit wanneer een andere klantcode voor elke partitie is vereist. Wanneer er ook een klantennummer wordt ingesteld voor elke rapportbestemming (zie adres 139/142/145/146), krijgt de partitieklantcode voorrang.

ADRES 155

KLANTNUMMER VOOR PARTITIE 2 (8 segmenten) Zie adres 154.

ADRES 156


ADRES 157


ADRES 158



Pagina 21

17/06/09

ADRES 159


ADRES 160


ADRES 161


ADRES 162

TIMERS EN TELLERS (16 segmenten, numerieke gegevens) Adres 162 bevat de duur van verschillende systeemtimingsfuncties. Segment 1 Segment 2

Segment 3

Segment 4

Segment 5 Segment 6

Segment 7 Segment 8 Segment 9 Segment 10

Segment 11

Segment 12


Maximum aantal netwerkpogingen Het aantal rapportagepogingen die de NX-7002N GPRS-module doet om een rapport te verzenden. Deze waarde kan worden ingesteld van 0 tot 15. Rapportagepogingen voor FTC Het aantal pogingen dat kan worden verricht naar een opgegeven rapportbestemming alvorens een communicatiefout wordt gesignaleerd. Deze waarde kan worden ingesteld van 1 tot 15. Maximum aantal rapporten in 24 uur (TCP/IP en SMS) De NX-7002N GPRS-module stopt met rapporteren wanneer het aantal berichten binnen 24 uur dit aantal overschrijdt. Mogelijke waarden zijn 1 tot 255. Als de waarde 0 is, is er geen limiet. Tijd in seconden voor algemene netwerkpoging De maximale tijd voor elke poging van de NX-7002N om aan elke ontvanger te rapporteren. Als de melding binnen deze tijd niet wordt afgerond, wordt de poging opgegeven. Deze tijd kan worden ingesteld van 0 tot 255 seconden. Gereserveerd TCP/IP-overwakingstijd in minuten/uren Deze waarde moet overeenkomen met de TCP/IP-overwakingstijd die is ingesteld op de TCP/IP-ontvanger. De instelling op de TCP/IP-ontvanger wordt bepaald door de snelheid van het GPRS-netwerk en de kosten van de gegevensoverdracht. Mogelijke waarden zijn 1 tot 255. Als de waarde 0 is, is de instelling uitgeschakeld. Stel adres 200 segment 2 optie 7 in om de pollingtijd in uren in te stellen. Maximumduur voor PPP-inbelsessie in minuten Maximum aantal PPP-inbelpogingen (wisselend 1&2) Gereserveerd Baud-rate voor CSD/GSM-download Deze instelling moet overeenkomen met de baudrate die is ingesteld op de modem van de computer. 4=2400 Baud, 5=4800 Baud, 6=9600 Baud. Opmerking: De modem van de DL900-pc moet juist worden geconfigureerd. Selecteer Program-Setup-GSM modem in de DL900 en typ S7=60S10=255X0T+MS=9,1,9600,9600 in het veld ‘Initialisatiestring 2’. RSSI-drempel voor GSM-lijnfout Het acceptabele niveau van het RSSI-signaal. Als het signaal onder dit niveau valt voor de tijd die is opgegeven in segment 12, wordt een lijnfout gegenereerd. Mogelijke waarden zijn 1 tot 31. Als de waarde 0 is, is de instelling uitgeschakeld. GSM-lijnfouttijd De tijd die het RSSI-signaal zich onder het minimum niveau moet bevinden alvorens een lijnfout wordt gegenereerd. Deze tijd kan worden ingesteld van 0 tot 255 seconden.

Pagina 22

17/06/09

Segment 13

Segment 14 Segment 15

Segment 16 ADRES 163

Time-out voor controlerapportage voor secundaire rapportage De maximale tijd waarin het controlepaneel een gebeurtenis moet rapporteren. Als de rapportagecontrole van de NX-7002N (SMS- of TCP/IP-rapportagecontrole) wordt geconfigureerd voor secundaire rapportage en het controlepaneel de gebeurtenis niet tijdens deze periode rapporteert, rapporteert de rapportagecontrole de gebeurtenis. Deze tijd kan worden ingesteld van 1 tot 255 seconden. Als 0 wordt geselecteerd, wordt de instelling uitgeschakeld. Wachttijd voor verbreken GPRS-verbinding in seconden De periode van inactiviteit waarna de GPS-verbinding wordt verbroken. Mogelijke waarden 0 tot 254. 255 = verbinding niet verbreken. Maximum aantal pogingen voor downloadverificatie. Aantal keren dat de U/D-computer de downloadcode probeert te verifiëren alvorens de NX-7002N wordt de geblokkeerd voor de periode die is ingesteld in segment 16. Uitschakeltijd downloadautorisatie in minuten. Deze waarde kan worden ingesteld van 1 tot 60.

SMS 1-TELEFOONNUMMER (20 segmenten) Het telefoonnummer waar de SMS-rapporten naar worden gestuurd. Dit telefoonnummer is onafhankelijk van de telefoonnummers die in het controlepaneel zijn geprogrammeerd. Het getal “14” geeft het einde van het telefoonnummer aan. Programmeer “11” om “*” in het telefoonnummer in te voegen, programmeer “12” om “#” in te voegen en programmeer “13” om “+” in te voegen. Het is aanbevolen het landnummer voor het nummer in te voeren. Voorbeeld: +32 gevolgd door het telefoonnummer.

ADRES 164

SMS 1 INDELING (1 segment) Het communicatieprotocol dat wordt gebruikt voor het verzenden naar de SMS 1 rapportbestemming vanaf de NX-7002N GPRS-module. Raadpleeg de instructies van de ontvanger van de alarmcentrale om te bepalen welke indeling moet worden gebruikt. De SIArapportage via SMS kan worden ingesteld om in een van deze drie modi te werken. ContactID-rapportage via SMS bevat informatie voor slechts één gebeurtenis. De informatie in het bericht is dezelfde als een CID-bericht dat wordt verstuurd via de PSTN met de cijfers gecodeerd via ASCII in plaats van DTMF. GEGEVENS 0 1 2 3

INDELING SIA aparte gebeurtenissen SIA gecombineerde gebeurtenissen SIA met partitiemodifiers Contact ID

Als “0” (SIA Aparte gebeurtenissen) is geselecteerd, worden berichten verstuurd met de volgende syntaxis: >aaaaaa eennn [eennn …]. Bijvoorbeeld: >123456 BA001 Als “1” (SIA Gecombineerde gebeurtenissen) is geselecteerd, worden berichten verstuurd met de volgende syntaxis: >aaaaaa eennn [eennn …] [/aaaaaa eennn [eennn …]…].


Pagina 23

17/06/09

Bijvoorbeeld: >123456 BA001/987654 YT000/345678 TA030 Als “2” (SIA met partitiemodifier) is geselecteerd, worden berichten verstuurd met de volgende syntaxis: >aaaaaa eennn[/Rin] [eennn[/Rin] …]. Bijvoorbeeld: > 987654 BA001/Ri1 BA003/Ri1 YT000 TA030/Ri3. Syntaxisbeschrijving: >

Het teken voor het openen van het bericht.

aaaaaa

Een zescijferig klantnummer.

ee

Een tweecijferige SIA-code.

nnn

Een driecijferig nummer, bijvoorbeeld een zonenummer.

Rin

Gebiedsmodifier, ‘Ri’ is letterlijk, ‘n’ is het gebied of gebiedsnummer.

.

Het teken voor het sluiten van het bericht.

/

Scheidingsteken

[X]

X is optioneel

[X …]

X is optioneel en kan één of meerdere keren worden herhaald.

Als “3” (Contact-ID) is geselecteerd, worden berichten verstuurd met de volgende syntaxis: aaaa18qnnnggppp Bijvoorbeeld, E9D318113701010 Syntaxisbeschrijving:

ADRES 165

aaaa hoofdletters.

Een viercijferig klantnummer. Hexadecimale codes A - F zijn in

18

Geeft aan dat dit een Contact-ID-bericht is.

q

Contact-ID-qualifier. ‘1’ = activering, ‘3’ = herstellen.

nnn

Driecijferig gebeurtenisnummer voor contact-ID (decimaal).

gg

Tweecijferig groepsnummer (decimaal). Dit bevat het gebied dat de gebeurtenis heeft gegenereerd, of 0 voor een gebeurtenis zonder gebied.

ppp

Driecijferig puntnummer (decimaal). Dit nummer bevat de zone, de gebruiker of het modulenummer voor de gebeurtenis.

SMS 2-TELEFOONNUMMER (20 segmenten) Zie adres 163.


Pagina 24

17/06/09

ADRES 166

SMS 2 INDELING (1 segment) Zie adres 164. Opmerking: Standaard worden niet meer dan 20 SMS-berichten verzonden binnen 24 uur. Indien nodig, kan dit nummer worden gewijzigd (zie adres 162 segment 3).

ADRES 167

SMS SERVICE CENTRE NUMMER (20 segmenten) Dit nummer is verplicht wanneer SMS-rapportage wordt gebruikt. Doorgaans belt de SIMkaart automatisch dit nummer. Het getal “14” geeft het einde van het telefoonnummer aan. Programmeer “11” om “*” in het telefoonnummer in te voegen, programmeer “12” om “#” in te voegen en programmeer “13” om “+” in te voegen. Het is raadzaam het landnummer voor het nummer in te voeren. Voorbeeld: +31 gevolgd door het nummer.

ADRES 168

TELEFOONNUMMER UPLOADEN/DOWNLOADEN (VOOR CSD GSM) (20 segmenten) Dit nummer is verplicht indien up-/downloaden via de NX-7002N is vereist, gebruikmakende van de terugbelmodus (call-back). Bij het up-/downloaden zal het datakanaal worden gebruikt. Neem contact op met uw netwerkprovider voor het activeren van het datakanaal van uw SIM-kaart. Als de SIM-kaart geen datakanaal ondersteunt, kan een upload/downloadsessie worden gestart door te bellen naar het "gewone" telefoonnummer van de SIM-kaart (spraakkanaal) en na 2 tot 10 seconden op te hangen. De NX-7002N belt terug naar de download-pc via het datakanaal, indien geactiveerd op adres 200. Programmeer het terugbelnummer op dit adres. Het getal “14” geeft het einde van het telefoonnummer aan. Programmeer “11” om “*” in het telefoonnummer in te voegen, programmeer “12” om “#” in te voegen en programmeer “13” om “+” in te voegen.

ADRES 169

SIM-PINCODE VOOR GSM (8 segmenten) Voer de SIM-pincode in op dit adres. Het getal 10 geeft het einde aan van de code.

ADRES 170

GSM OPERATOR SELECTIE (6 segmenten) De netwerkoperator ID-code. Als u deze optie instelt op 00000 kan de SIM-kaart automatisch een netwerkprovider kiezen. Het is ook mogelijk een operator-ID in te voeren op dit adres om zelf een netwerkprovider te selecteren. Als u een 5-cijferige code gebruikt, voert u ‘A’ of ‘10’ in aan het einde van de code. In Bijlage 2 vindt u alle operators en ID-codes. Een ongeldige selectie of onbereikbaar netwerk houdt adres 174, segment 3 uitgeschakeld.

ADRES 171

HUIDIGE GSM OPERATOR (ALLEEN-LEZEN) (1 segment) Dit adres toont de naam van de automatisch of handmatig geselecteerde GSMnetwerkprovider. Dit adres is alleen-lezen en alleen geldig als de NX-7002N is aangemeld bij een GSM-netwerk. Zie Bijlage 2: Operator ID-codes voor een gedetailleerde lijst met operators.

ADRES 172

HUIDIGE GSM RSSI (ALLEEN-LEZEN) (1 segment) Dit adres toont de RSSI-waarde (Received Signal Strength Indicator). De RSSI-waarde wordt periodiek bijgewerkt wanneer u bij het netwerk bent aangemeld. De RSSI-waarden lopen van 0 tot 31 (99 = onbekend). Zie De RSSI-waarde testen voor meer informatie.

ADRES 173

HUIDIGE GSM BIT ERROR RATE % (ALLEEN-LEZEN) (1 segment) Dit adres toont de BER-waarde (Bit Error Rate) in %. De BER-waarde wordt periodiek bijgewerkt wanneer u bij het netwerk bent aangemeld. De BER-waarden lopen van 0 tot 7 (99 = onbekend).


Pagina 25

17/06/09

ADRES 174

APPARAATSTATUSVLAGGEN (2 segmenten) Dit adres bevat de systeemstatusinformatie van de GSM/GPRS-module. Als de optie “Aan” is, is de statustoestand waar. Segment 1

1= 2= 3= 4= 5= 6= 7= 8=

Aan: Communicatie met GSM-modem OK Aan: SIM-kaart pincode is OK Aan: Aangemeld op het GSM-netwerk Aan: Verzend SMS Aan: Gebruikt GSM-audioverbinding Aan: Gebruikt GSM CSD-verbinding Aan: Verbonden met GPRS-netwerk Aan: PUK-code voor SIM-kaart vereist

Segment 2

1=

4= 5= 6= 7= 8=

Aan: Accuspanningsfout De NX-7002N meet en bewaakt de accuspanning. De accu wordt gedeeld met het controlepaneel. Aan: GSM PSU spanningsfout De hoofdaccu creëert een 3,8 V-voeding voor de GPRS-modem. Aan: Busspanningsfout De bus levert een 13.8 V-voeding aan de NX-7002N. Aan: Fout in communicatiekanaal Aan: Up-/downloadsessie bezig Aan: Up-/downloadsessie start Aan: Rapportage bezig Aan: RSSI-niveau acceptabel

1= 2-8

Aan: Maximum aantal rapporten in 24 uur bereikt Gereserveerd

2= 3=

Segment 3

ADRES 175

GSM MODEMFABRIKANT (ALLEEN-LEZEN) (16 segmenten) Dit adres toont de fabrikant van de GSM/GPRS-modem die wordt gebruikt op de NX-7002N.

ADRES 176

GSM MODEMMODEL (ALLEEN-LEZEN) (16 segmenten) Dit adres toont het model van de GSM/GPRS-modem die wordt gebruikt op de NX-7002N.

ADRES 177

GSM MODEMSOFTWAREVERSIE (ALLEEN-LEZEN) (16 segmenten) Dit adres toont de softwareversie van de GSM/GPRS-modem die wordt gebruikt op de NX-7002N.

ADRES 178

GSM MODEMSERIENUMMER (ALLEEN-LEZEN) (16 segmenten) Dit adres toont het serienummer van de GSM/GPRS-modem die wordt gebruikt op de NX-7002N.


GERESERVEERD

ADRES 200

SELECTIE OVERIGE FUNCTIES (8 segmenten)


Pagina 26

17/06/09

Segment 1 Segment 2

Gereserveerd 1= 2=

8=

HomeText-besturing activeren. HomeText-besturing uitsluitend toestaan via geregistreerde telefoons. Aan: alleen opdrachten van geregistreerde telefoonnummers worden geaccepteerd Uit: opdrachten van alle telefoonnummers worden geaccepteerd Voor HomeText-besturing is een wachtwoord vereist. Aan: er moet een wachtwoord worden opgenomen in het HomeTextbericht Uit: een wachtwoord is alleen vereist bij HomeText-berichten die worden verstuurd vanaf een niet-geregistreerde telefoon Wachtwoorden moeten tussen 6 en 16 tekens lang zijn en ten minste één cijfer tussen 0-9 bevatten. Ze mogelijk uitsluitend cijfers en letters bevatten, en geen spaties. Zie adressen 248 – 263. NX-7002N stuurt inkomende SMS-berichten die niet worden herkend door naar het telefoonnummer van de beheerder (= telefoonnummer 1). De NX-7002N start een up/download-sessie via terugbelmodus (call-back) wanneer een audio-oproep wordt gedetecteerd. XSIA-rapportage voor SIA activeren via alle mediatypen. Aan: TCP/IP-overwakingstijd in uren. Uit: TCP/IP-overwakingstijd in minuten. Gereserveerd

1= 2= 3= 4-8

GSM/GPRS-lijnfoutindicatie op bediendeel uitschakelen GSM/GPRS-lijnfoutrapportage uitschakelen RSSI verzenden in combinatie met testoproep Gereserveerd

3=

4=

5= 6= 7=

Segment 3

Segment 4-8

Gereserveerd

ADRES 201

GERESERVEERD

ADRES 202

SELECTIE OVERIGE FUNCTIES (3 segmenten) Segment 1


Aantal ongeldige pogingen per telefoon alvorens HomeTextbesturing wordt uitgeschakeld voor de betreffende telefoon. Standaard is 5.

Pagina 27

17/06/09

Segment 2

Segment 3

Adres LCD-bediendeel voor zonetekst Voor gebruik van HomeText-rapportage moet binnen het systeem minstens één LCD-bediendeel aanwezig zijn. De NX-7002N verkrijgt de zonebeschrijvingen in de eerste taal van het LCDbediendeel waarop het adres op deze plaats is gedefinieerd. Als een LCD-bediendeel aanwezig is binnen het systeem, is het aan te bevelen dit te plaatsen op adres 1 (bediendeel 1). De fabrieksinstelling voor dit adres (192) hoeft dan niet te worden gewijzigd. Als op het LCD-bediendeel is gekozen voor een andere instelling dan partitie 1/bediendeel 1, moet u het corresponderende adres uit de onderstaande tabel programmeren. Toetsen bord

Part 1

Part 2

Part 3

Part 4

Part 5

Part 6

Part 7

Part 8

1

192

193

194

195

196

197

198

199

2

200

201

202

203

204

205

206

207

3

208

209

210

211

212

213

214

215

4

216

217

218

219

220

221

222

223

5

224

225

226

227

228

229

230

231

6

232

233

234

235

236

237

238

239

7

240

241

242

243

244

245

246

247

8

248

249

250

251

252

253

254

255

Gereserveerd

ADRES 203

HERSTELTIJD VOOR RSSI-LIJNFOUT Op dit adres kan een extra aantal minuten worden ingevoerd dat moet verstrijken alvorens een herstelgebeurtenis voor een RSSI-lijnfout wordt gemeld.

ADRES 204 – 215

GERESERVEERD

ADRES 216

SOFTWAREVERSIENUMMER Op dit adres wordt het softwareversienummer van de module (x.xx) getoond.

ADRES 217 - 224

GERESERVEERD

ADRES 225

HOMETEXT SITE-ADRES tekens 1-16 (16 segmenten) Dit adres wordt gebruikt om een site-adres beter herkenbaar te maken door er een naam aan te geven. De naam van het site-adres wordt vermeld aan het begin van elk rapport dat u ontvangt via HomeText.

ADRES 226

HOMETEXT SITE-ADRES tekens 17-32 (16 segmenten) Zie adres 225.

ADRES 227

HOMETEXT GEBRUIKERSNUMMERS VOOR TELEFOONS 1 – 16 (16 segmenten) Voor HomeText-besturing moet een gebruikersnummer worden toegewezen aan elk telefoonnummer. Als HomeText-telefoonnummer 1 is toegewezen aan gebruikersnummer 1, wordt een opdracht van het betreffende telefoonnummer geregistreerd als Gebruiker 1. Voorbeeld : een inschakelopdracht van HomeText-telefoonnummer 1 schakelt het systeem in als Gebruiker 1. Note : het gebruikersnummer voor telefoonnummer 1 moet altijd ‘1’ (master) zijn om HomeText-besturing normaal te laten functioneren.


Pagina 28

17/06/09

ADRES 228

HOMETEXT RAPPORTGROEPEN VOOR TELEFOONS 1 - 16 (16 segmenten) Een HomeText-rapportagegroep kan worden geprogrammeerd voor het rapporteren van specifieke gebeurtenissen naar specifieke telefoonnummers. Een voorbeeld: technische gebeurtenissen kunnen worden verzonden naar een servicenummer en alarmgebeurtenissen naar het telefoonnummer van de eigenaar. De segmenten 1 tot 16 corresponderen met de HomeText-telefoonnummers 1 tot 16 (zie adres 232). SMS-berichten voor rapporteerbare gebeurtenissen voor een groep worden verzonden naar alle telefoonnummers die behoren tot de HomeText-groep. U kunt ook een willekeurige combinatie van groepen instellen. De telefoonnummers 1 tot 16 zijn standaard toegewezen aan HomeText groep 1.

ADRES 229

MAXIMUM AANTAL GEKOPPELDE SMS-BERICHTEN VOOR VERZENDING HOMETEXT-BERICHTEN NAAR TELEFOONS 1-16 Hier wordt het maximum aantal gekoppelde SMS-berichten ingesteld voor verzending van HomeText-rapporten. Het maximum aantal gekoppelde SMS-berichten is 5. De standaardinstelling is 4.

ADRESSEN 230 - 231 GERESERVEERD ADRES 232

HOMETEXT TELEFOONNUMMER 1 (20 segmenten) Hier wordt telefoonnummer 1 ingesteld waar de HomeText-rapporten naartoe worden gestuurd. Het getal “14” geeft het einde van het telefoonnummer aan. Programmeer “11” om “*” in het telefoonnummer in te voegen, programmeer “12” om “#” in te voegen en programmeer “13” om “+” in te voegen. Het is aanbevolen het landnummer voor het nummer in te voeren. Voorbeeld: +32 gevolgd door het telefoonnummer. Telefoonnummer 1 dient tevens als Administrator. Zie adres 200.

ADRES 233

HOMETEXT TELEFOONNUMMER 2 (20 segmenten) Hier wordt telefoonnummer 2 ingesteld waar de HomeText-rapporten naartoe worden gestuurd. Zie adres 232.

ADRES 234


ADRES 235


ADRES 236


ADRES 237


ADRES 238



Pagina 29

17/06/09

ADRES 239


ADRES 240


ADRES 241


ADRES 242


ADRES 243


ADRES 244


ADRES 245


ADRES 246


ADRES 247


ADRES 248

WACHTWOORD HOMETEXT TELEFOONNUMMER 1 (16 segmenten) Dit adres bevat het wachtwoord voor HomeText-telefoonnummer 1. Het wachtwoord moet tussen 6 en 16 tekens lang zijn en ten minste één cijfer tussen 0-9 bevatten. Het wachtwoord mag alleen cijfers en letters bevatten, en geen spaties.

ADRES 249

WACHTWOORD HOMETEXT TELEFOONNUMMER 2 (16 segmenten) Dit adres bevat het wachtwoord voor HomeText-telefoonnummer 2. Zie adres 248.

ADRES 250


ADRES 251



Pagina 30

17/06/09

ADRES 252


ADRES 253


ADRES 254


ADRES 255


ADRES 256


ADRES 257


ADRES 258


ADRES 259


ADRES 260


ADRES 261


ADRES 262


ADRES 263


ADRES 264

HOMETEXT TAALSELECTIE VOOR TELEFOONNUMMER 1 (3 segmenten) Op dit adres wordt de taal ingesteld voor de HomeText-rapporten die worden gestuurd naar telefoonnummer 1. Selecteer een 3-cijferige ID-code (ISO 639) uit de onderstaande tabel. Gebruik kleine letters voor de invoer van de gegevens. taal

ISO 639 ID

taal

Deens

dan

Italiaans

ISO 639 ID ita

Nederlands

nla

Noors

nor

English (Engels)

eng

Pools

pol por

Fins

fin

Portugees

Frans

fra

Spaans

esl

Duits

deu

Zweeds

sve

ADRES 265

HOMETEXT TAALSELECTIE VOOR TELEFOONNUMMER 2 (3 segmenten) Zie adres 264.

ADRES 266



Pagina 31

17/06/09

ADRES 267


ADRES 268


ADRES 269


ADRES 270


ADRES 271


ADRES 272


ADRES 273


ADRES 274


ADRES 275


ADRES 276


ADRES 277


ADRES 278


ADRES 279


ADRES 280 - 282 GERESERVEERD


Pagina 32

17/06/09

ADRES 283

X-10 HUISCODE VOOR UITGANGEN 0-9 (10 segmenten) Programmeer een nummer (0 – 15) voor de X-10 Huiscode voor X-10 uitgang #0 op basis van de onderstaande tabel: X-10 HUISCODES 0=A 1=B

Segment 1 Segment 2 Segment 3 Segment 4 Segment 5 Segment 6 Segment 7 Segment 8 Segment 9 Segment 10 ADRES 284

2=C 3=D

4=E 5=F

6=G 7=H

8=I 9=J

10 = K 11 = L

12 = M 13 = N

14 = O 15 = P

X-10 Huiscode voor uitgang 0 X-10 Huiscode voor uitgang 1 X-10 Huiscode voor uitgang 2 X-10 Huiscode voor uitgang 3 X-10 Huiscode voor uitgang 4 X-10 Huiscode voor uitgang 5 X-10 Huiscode voor uitgang 6 X-10 Huiscode voor uitgang 7 X-10 Huiscode voor uitgang 8 X-10 Huiscode voor uitgang 9

X-10 MODULENUMMER VOOR UITGANGEN 0-9 (10 segmenten) Programmeer een nummer (0 – 15) voor het X-10 modulenummer voor X-10 uitgang #0 op basis van de onderstaande tabel: Module Segment

Segment 1 Segment 2 Segment 3 Segment 4 Segment 5 Segment 6 Segment 7 Segment 8 Segment 9 Segment 10

1 0

2 1

3 2

4 3

5 4

6 5

7 6

8 7

9 8

10 9

11 10

12 11

13 12

14 13

15 14

16 15

X-10 Modulenummer voor uitgang 0 X-10 Modulenummer voor uitgang 1 X-10 Modulenummer voor uitgang 2 X-10 Modulenummer voor uitgang 3 X-10 Modulenummer voor uitgang 4 X-10 Modulenummer voor uitgang 5 X-10 Modulenummer voor uitgang 6 X-10 Modulenummer voor uitgang 7 X-10 Modulenummer voor uitgang 8 X-10 Modulenummer voor uitgang 9

BELANGRIJKE MEDEDELING: Er moet een X-10 interfacemodule, NX-507E, NX-508E of NX540E aanwezig zijn om deze functie naar behoren te laten werken.


Pagina 33

17/06/09

NX-7002N VOOR PRIMAIRE OF BACK-UPRAPPORTAGE NX-7002N voor primaire rapportage De NX-7002N kan worden geconfigureerd als de primaire zender. In dit geval fungeert de NX-7002N als primaire alarmdoorkiezer. Als er een fout optreed in de NX-7002N, bijvoorbeeld als er geen GSM-dekking is of als er iets vastloopt, als het netwerk van de provider niet actief is of als er technische problemen zijn bij de ontvanger, kan een ander apparaat (de ingebouwde kiezer van het paneel of een hulpkiezer) worden geconfigureerd als back-upvoorziening. Stel in dit geval adres 2 op 255 (andere kiezer) in als back-up voor de NX-7002N. Indien een andere kiezer gebruikt wordt als back-upapparaat: •

Schakel de rapportageopties in voor de autotest in die kiezer.

•

Zorg ervoor dat het protocol dat door het back-upapparaat wordt gebruikt gelijk is aan dat van de NX-7002N.

Als de NX-7002N niet kan rapporteren via het GPRS-netwerk naar de IP-ontvanger, kunt u een tweede rapportagecontrole als back-up gebruiken vanaf de NX-7002N. Gebruik bijvoorbeeld SMS-rapportage als de back-uprapportagecontrole. Stel in dit geval de adres 1 in op 1 (TCP/IP1) en adres 2 op 5 (SMS1).

NX-7002N voor back-uprapportage De NX-7002N kan worden geconfigureerd voor het verzenden van gebeurtenissen enkel wanneer de primaire kiezer (controlepaneel, andere doormelder) dit niet kan doen. In dit geval fungeert de NX-7002N als het back-uprapportageapparaat. De NX-7002N kan op twee manieren worden geconfigureerd als het back-upapparaat van het controlepaneel: 1. Back-uprapportage door middel van een rapportagecontrole (TCP/IP of SMS) Selecteer de gewenste rapportagecontrole op adres 1 en stel de overeenkomende rapportagecontrole in als een secundaire (back-up) rapportagecontrole op adres 25. 2. Back-uprapportage door middel van het GSM-spraakkanaal In dit geval fungeert de NX-7002N als een transparant back-upapparaat voor het controlepaneel. Er is geen programmering vereist voor de NX-7002N, behalve de SIM pincode op adres 169. Alle rapportage van gebeurtenissen wordt geprogrammeerd in het controlepaneel. U moet het telefoonnummer tweemaal in het controlepaneel programmeren: •

Programmeer telefoonnummer 1 als gebruikelijk. Bijvoorbeeld: 011234567.

•

Voer een “10” in voor het telefoonnummer 2. Bijvoorbeeld: 10011234567. Hierdoor belt de NX-7002N het telefoonnummer in plaats van het controlepaneel.

•

De speciale audiokabel (inbegrepen) moet worden aangesloten tussen de NX-7002N en het controlepaneel. Zie NX-7002N Beschrijving voor meer informatie.


Pagina 34

17/06/09

De NX-7002N kan worden geconfigureerd als het back-upapparaat van een andere doormelder (NX-590 TCP/IP-module of NX-570 ISDN-module): •

Selecteer de gewenste rapportagecontrole op adres 1.

•

Schakel de rapportageopties in voor de autotest.

•

Zorg ervoor dat het protocol dat door de andere doormelder wordt gebruikt gelijk is aan die van de NX-7002N.

NX-7002N HOMETEXT HomeText is een rapporteringsmethode waarbij gebeurtenissen in tekstvorm worden gerapporteerd door middel van een SMS-bericht naar de mobiele telefoon van de eindgebruiker. HomeText-rapporten zien er hetzelfde uit als de rapporten die u via het LCD-bediendeel aantreft in het logboek. Er kunnen maximaal acht rapporteringsbestemmingen worden gebruikt voor HomeText (zie adres 1). Er kunnen maximaal 16 telefoonnummers worden opgeslagen (zie adressen 232-247). Elk telefoonnummer kan behoren tot een willekeurige combinatie van acht HomeText-groepen (zie adres 228). Voor elk telefoonnummer moet een van de 12 beschikbare talen (DE, NL, EN, FI, FR, D, IT, NO, PL, PT, ES, SE) worden geselecteerd in adressen 264-279. Een HomeText-groep kan worden ingesteld voor een van de rapportbestemmingen voor melding van gespecificeerde gebeurtenissen. SMS-berichten voor rapporteerbare gebeurtenissen voor een groep worden verzonden naar alle telefoonnummers die behoren tot de HomeText-groep. Voorbeeld van een HomeText SMS-bericht verzonden naar de mobiele telefoon van een eindgebruiker : 15/03 10:36 Close(Arm) P1 User 1 Datum 15/03 10:38 Alarm P1 Kitchen Tijd 15/03 10:38 Open (Disarm) P1 User 1 Gebeurtenis/Partitie/Gebruiker 15/03 10:38 Alarm Restore P1 Kitchen Zonebeschrijving Opmerking: zonebeschrijvingen worden automatisch opgehaald vanaf het LCD-bediendeel, in “taal 1”.

NX-7002N HOMETEXT-BESTURING Met HomeText-besturing kan de gebruiker SMS-berichten verzenden en ontvangen op een mobiele telefoon voor het besturen van het beveiligingssysteem. HomeText-besturing kan worden geactiveerd op adres 200. De SMSberichten voor HomeText-besturing kunnen bestaan uit een wachtwoord, opdrachten en waarden. Bij alle elementen wordt geen onderscheid gemaakt tussen hoofdletters en kleine letters. Wachtwoord Als het systeem is ingesteld voor het gebruik van een wachtwoord, moet het wachtwoord worden ingevoerd voor de opdracht. Ze mogelijk uitsluitend cijfers en letters bevatten, en geen spaties. Zie adressen 248 – 263. Opdrachten Instructies die worden verzonden naar het beveiligingssysteem. Ze zijn in de onderstaande tabel vet gezet. Waarden Informatie die de gebruiker wil verzenden naar of verkrijgen van het systeem. Deze zijn in de onderstaande tabel cursief en tussen rechte haken [ ] gezet. Als u meerdere waarden in een lijst wilt invoeren, moeten deze worden gescheiden door een spatie. Als u bijvoorbeeld de uitgangen 1 en 2 wilt activeren, geeft u de opdracht schakel aux 1 2. Sommige opdrachten, zoals het verwijderen van een gebruiker of wijzigen van een wachtwoord, zijn alleen beschikbaar voor de mastergebruiker. end this

Al deze opdrachten zijn niet hoofdletter gevoelig. Nationale leestekens zijn niet toegestaan en mogen niet gebruikt worden - niet in de opdracht of in de waarde - als voorbeeld, voer in espanol in plaats van Español.


Pagina 35

17/06/09

Voor deze bewerking

Stuurt u deze opdracht

Verklaring

De systeemstatus opvragen

status

Het systeem inschakelen

inschakelen [partitielijst]

Het systeem uitschakelen

uitschakelen [partitielijst]

Schakel het systeem uit.

Het systeem gedeeltelijk inschakelen

gedeeltelijk in [partitielijst]

Schakelt het systeem op afstand gedeeltelijk in.

De status van bepaalde zones ophalen

zonestatus [partitielijst]

Stuurt de status van de zone(s) naar uw telefoon. Als u een opdracht verzendt zonder partitielijst ontvangt u de gegevens betreffende alle partities.

Een lijst van zones met problemen opvragen

zonefouten [partitielijst]

Stuurt een lijst van zones met problemen naar uw telefoon. Als u een opdracht verzendt zonder partitielijst ontvangt u de gegevens betreffende alle partities.

Zones overbruggen

blokkeer [zonelijst]

Gebeurtenissen lezen uit het gebeurtenissenlogboek

gebeurtenissen [nummer] gebeurtenissen [bereik]

Blokkeert/Overbrugt de gegeven zones. Stuurt de gebeurtenis(sen) uit het gebeurtenissenlogboek naar de telefoon.

Een verbinding naar een domoticabesturingssysteem instellen

uitgang [nummer_uitgang X10_huiscode X10_eenheid]

Maakt een verbinding naar het opgegeven domoticabesturingssysteem.

X-10-uitgangen inschakelen

aan [uitgangenlijst]

Schakelt een X-10-uitgang in.

X-10-uitgangen uitschakelen

uit [uitgangenlijst]

Schakelt een X-10-uitgang uit.

Een accessoirefunctie activeren

schakel uitgang [uitgangenlijst]

Uw gebruikerscode wijzigen

pin code [nieuwe gebruikerscode] pin code [gebruikersnummer nieuwe gebruikerscode]

Wijzigt de AUX-functie die wordt geactiveerd wanneer deze wordt geselecteerd, bijvoorbeeld door een knop op een afstandsbediening. Wijzigt uw gebruikerscode.

Een andere gebruikerscode wijzigen


Pagina 36

De status van het systeem naar uw telefoon verzenden. Schakel het systeem in. In plaats van nummers van partities kunt u het trefwoord ALLES gebruiken voor alle partities.

Wijzigt de gebruikerscode van een andere gebruiker.

Voorbeeld status inschakelen 1 om partitie 1 in te schakelen inschakelen 1 3 om partities 1 en 3 in te schakelen inschakelen alles om alle partities in te schakelen uitschakelen 1om partitie 1 uit te schakelen uitschakelen 1 3 om partities 1 en 3 uit te schakelen uitschakelen alles om alle partities uit te schakelen gedeeltelijk in 1 om partitie 1 gedeeltelijk in te schakelen gedeeltelijk in 1 3 om partities 1 en 3 gedeeltelijk in te schakelen gedeeltelijk in 1 om alle partities gedeeltelijk in te schakelen zonestatus 1 om een bericht te ontvangen met de zonestatus van de zones die zijn toegewezen aan partitie 1 zonestatus all om een bericht te ontvangen met de zonestatus voor alle zones zonefouten 1 om storingsinformatie te ontvangen van zones die zijn toegewezen aan partitie 1 zonefouten alles om een bericht te ontvangen met de storingen voor alle zones blokkeer 1 3 om zones 1 en 3 te blokkeren/overbruggen gebeurtenissen 1 om de laatste (nieuwste) gebeurtenis uit het logboek van de centrale te lezen gebeurtenissen 1 3 om de laatste drie gebeurtenissen uit het logboek van de centrale te lezen gebeurtenissen geeft de tien meest recente gebeurtenissen uitgang 2 A 1 om uitgang 2 in te stellen voor de besturing van het X-10apparaat met huiscode A en eenheidnummer 1 aan 1 4 7 om X-10-uitgangen 1, 4 en 7 in te schakelen on all om alle X-10-uitgangen in te schakelen uit 1 4 7 om X-10-uitgangen 1, 4 en 7 uit te schakelen uit alles om alle X-10-uitgangen uit te schakelen schakel uitgang 1 om accessoireuitgang 1 op de centrale te activeren

pin code 0101 om uw eigen gebruikerscode te wijzigen in 0101 pin code 2 0101 om de gebruikerscode van gebruiker 2 te wijzigen in 0101

17/06/09

Voor deze bewerking

Stuurt u deze opdracht

Een gebruikerscode verwijderen Rapportage starten

wis pin code [gebruikersnummer] start doormelding

Verklaring Verwijdert een gebruikerscode. Verzendt rapporten vanaf de NX7002. Stopt de rapportage vanaf de NX7002 totdat het systeem weer wordt ingeschakeld. Stopt de rapportage vanaf de NX7002 totdat de opdracht start reporting wordt verzonden. De telefoon wordt geregistreerd bij uw alarmsysteem. De telefoon wordt bij uw alarmsysteem geregistreerd met een nieuw wachtwoord.

Voorbeeld wis pin code 2 om de gebruikerscode van gebruiker 2 te wissen start doormelding

Rapportage staken totdat het systeem opnieuw wordt ingeschakeld

stop doormelding

Rapportage staken totdat u deze weer start

stop doormelding permanent

Uw telefoon registreren

registeer [telefoonnummer gebruikersnummer]

Uw telefoon registreren met een nieuw wachtwoord

registeer [telefoonnummer gebruikersnummer wachtwoord]

De taal wijzigen

taal [taal]

De taal die SMS tekst gebruikt is gewijzigd. De beschikbare opdrachten (taal) zijn English, Dutch, Espanol, Suomi, Italiano, Polska, Portugues, Svenska, Francais, Dansk, Deutsch and Norsk. Let op: Geen nationale leestekens mogen gebruikt worden in de opdracht.

Een lijst van SMS-opdrachten opvragen

help

De details van een gebruiker opvragen

gebruikerdetails [gebruikersnummer]

Stuurt een lijst van geldige SMS-opdrachten naar uw telefoon. De details van een gebruiker naar uw telefoon verzenden.

De huidige configuratie van uitgangen opvragen

lijst uitgangen

Lijst opvragen van de gebruikers

lijst gebruikers

Schakelt de toegang vanaf deze specifieke telefoon uit

deactiveer telefoon [telefoonnummer]

Schakelt de toegang vanaf deze specifieke telefoon in

activeer telefoon [telefoonnummer]

Activeert de SMS systeem controle vanaf deze specifieke telefoon.

activeer telefoon 32444123456 schakelt de HomeText controle van deze telefoon in

Het wachtwoord wijzigen

wachtwoord [nieuw wachtwoord]

Wijzigt uw wachtwoord.

Het SMS-wachtwoord van een andere gebruiker wijzigen

wachtwoord telefoon [telefoonnummer nieuw wachtwoord]

Wijzigt het wachtwoord van een andere gebruiker.

wachtwoord 444444 om het wachtwoord dat aan uw telefoon is toegewezen te veranderen in 444444 wachtwoord telefoon 32444123456 444444 om het wachtwoord dat is ingesteld voor nummer 32444123456 te wijzigen in 444444

Stuurt een lijst met de huidige programmering van de uitgangen naar uw telefoon. Stuurt een lijst van alle geregistreerde gebruikers met bijbehorend telefoonnummer. Deactiveert de SMS systeem controle vanaf deze specifieke telefoon.

stop doormelding

stop doormelding permanent

registeer 32444123456 2 om nummer 32444123456 te registreren voor gebruiker 2 registeer 32444123456 1 444444 om nummer 32444123456 te registeren voor gebruiker 1 met wachtwoord 444444 taal deutsch om de taal van de interface te wijzigen in Duits

help

gebruikerdetails 2 om een bericht met informatie over gebruiker 2 te ontvangen lijst uitgangen

lijst gebruikers

deactiveer telefoon 32444123456 schakelt de HomeText controle van deze telefoon uit

Nadat het systeem een opdrachtbericht ontvangt, wordt een bevestigingsbericht teruggestuurd naar de eindgebruiker. Hiermee wordt de gebruiker geïnformeerd dat het bericht is ontvangen en dat de opdracht door het systeem is uitgevoerd. Bericht


Betekenis

Pagina 37

17/06/09

Alarm partitielijst Ingeschakeld partitielijst Gedeeltelijk ingeschakeld partitielijst Uitgeschakeld partitielijst Niet gereed partitielijst Partitie n Open zonelijst Partitie n Geblokkeerd zonelijst

Er is een alarm in de vermelde partities. De vermelde partities zijn ingeschakeld. De vermelde partities zijn gedeeltelijk ingeschakeld. De vermelde partities zijn uitgeschakeld. De vermelde partities kunnen niet worden ingeschakeld. De vermelde zones in deze partitie zijn Niet Gereed. De vermelde zones in deze partitie zijn overbrugd/geblokkeerd.

NX-7002N-SOFTWARE-UPGRADE Voor het upgraden van de software van de NX-7002N hebt u een NX-7002-FLASH PROGRAMMER nodig. Dit apparaat bevat de software voor de NX-7002N. • • • • • • •

Schakel de NX-7002N-module uit. Steek de NX-7002-FLASH PROGRAMMER in het 14-pins voetje op de NX-7002N (zie de lay-out van de NX-7002N). Schakel de NX-7002N in. Alle lampjes op de NX-7002-FLASH PROGRAMMER gaan een paar seconden knipperen. Druk op de toets Program op de NX-7002-FLASH PROGRAMMER om de overdracht van de software naar de NX-7002N te starten. De NX-7002-FLASH PROGRAMMER brengt de software over naar de NX-7002N. Als de overdracht slaagt, gaat het lampje Success branden. Schakel de NX-7002N-module uit. Verwijder de NX-7002-FLASH PROGRAMMER. Installeer en configureer de NX-7002N GPRS-module op de gebruikelijke wijze.

Opmerking • Na een software-upgrade herstelt de NX-7002N de standaardinstellingen. De bestaande programmering gaat verloren! • De huidige softwareversie van de NX-7002N kan worden ingelezen vanuit adres 216 (module 78).


Pagina 38

17/06/09

NX-7002N PROGRAMMERINGSTABELLEN (Fabrieksinstellingen zijn vet en cursief gezet) ADR

PG

0

13

BESCHRIJVING

1 2 3

STANDAARD

FUNCTIESELECTIE IN BEDRIJFSMODUS Segment 1 (Omcirkel nummers om te Segment 2 (Omcirkel nummers om te programmeren) programmeren) Downloaden van de site inschakelen (*98 1 Gebruik SIA DCS als back-upindeling (Contact ID indien vanaf een bediendeel) uitgeschakeld) Remote up-/downloaden inschakelen 2 Gereserveerd Remote downloaden moet vanaf een bekende bron plaatsvinden.

3

Gereserveerd

4

Remote downloaden op testtijd inschakelen

4

Gereserveerd

5

Automatisch beantwoorden van inkomende CSD GSM-downloadoproep inschakelen

5

Gereserveerd

6

Terugbellen vereist voor inkomende CSD GSMdownloadoproep.

6

Gereserveerd

7

Gebruik V.110 voor het uitvoeren van CSD GSM-oproepen waarvoor het initiatief wordt genomen door de site. Gebruik een niet-transparante modus voor het uitvoeren van CSD GSM-oproepen waarvoor het initiatief wordt genomen door de site.

7

Gereserveerd

8

Gereserveerd

8

Segment 3 (Omcirkel nummers om te programmeren)

13

PROGRAMMERINGSGEGEVENS

Segment 4 (Omcirkel nummers om te programmeren)

1

Gereserveerd

1

2

Polling inschakelen (voor UL AA)

2

Gereserveerd Gereserveerd

3

Gereserveerd

4

Gereserveerd

3 4

Gereserveerd TCP/IP-rapportage in SIA (Contact ID indien Uit)

5

Gereserveerd

5

Gereserveerd

6

Gereserveerd

7

Gereserveerd

6 7

Gereserveerd 3-DES-codering gebruiken

8

Gereserveerd

8

Up/downloaden via GSM CSD (GSM GPRS indien uitgeschakeld)

1

14

ADRESSELECTIE VOOR RAPPORTAGECONTROLE 1

0

2

14

BACK-UPADRESSELECTIE VOOR RAPPORTAGECONTROLE 1

0

3

14

RAPPORTAGEVERTRAGING VOOR RAPPORTAGECONTROLE 1

0

4

15

GEBEURTENISSELECTIE VOOR RAPPORTAGECONTROLE 1 (PER PARTITIE) 1-2-3-4-5-6-7-8

Segment 1

Alarmen en herstel

Segment 2

Openingen en sluitingen / In- en Uitschakelingen

1-2-3-4-5-6-7-8

Segment 3

Blokkeren/Overbruggen

1-2-3-4-5-6-7-8

Segment 4

Zonestoring

1-2-3-4-5-6-7-8

Segment 5

Voedingsfouten (netspanningsfout / accustoring)

1-2-3-4-5-6-7-8

Segment 6

Sirenefout, Telefoonlijnfout, Herstel Sirenefout, Herstel Telefoonlijnfout

1-2-3-4-5-6-7-8

Segment 7

Automatische testrapporten

1-2-3-4-5-6-7-8

Segment 8

Programmeren, downloaden en logboek vol

1-2-3-4-5-6-7-8

Segment 9

Sabotage (zones en module)

1-2-3-4-5-6-7-8

Segment 10

Kortsluiting

1-2-3-4-5-6-7-8

Segment 11

Detector Zoek

1-2-3-4-5-6-7-8

Segment 12

Detector Batterij Laag

1-2-3-4-5-6-7-8


Pagina 39

17/06/09

ADR

PG

BESCHRIJVING

STANDAARD

Segment 13

Module storing (inclusief bediendeel)

1-2-3-4-5-6-7-8

Segment 14

Communicatiefout

1-2-3-4-5-6-7-8

Segment 15

Zone activiteitsmonitor

1-2-3-4-5-6-7-8

Segment 16

Gereserveerd

1-2-3-4-5-6-7-8

5

15


0

6

15


0

7

15


0

8

15


Segment 1

Alarmen en herstel

Segment 2


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 3


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 4

Zonestoring

0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 5


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 6


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 7


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 8


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 9


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 10

Kortsluiting

0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 11

Detector Zoek

0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 12


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 13


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 14

Communicatiefout

0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 15


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 16

Gereserveerd

0-0-0-0-0-0-0-0

9

15


0

10

15


0

11

15


0

12

16

13

16


Segment 1

Alarmen en herstel

Segment 2


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 3


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 4

Zonestoring

0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 5


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 6


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 7


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 8


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 9


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 10

Kortsluiting

0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 11

Detector Zoek

0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 12


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 13


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 14

Communicatiefout

0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 15


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 16

Gereserveerd

0-0-0-0-0-0-0-0




Pagina 40

0

17/06/09

ADR

PG

BESCHRIJVING

STANDAARD

14

16


0

15

16


0

16

16


Segment 1

Alarmen en herstel

Segment 2


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 3


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 4

Zonestoring

0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 5


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 6


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 7


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 8


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 9


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 10

Kortsluiting

0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 11

Detector Zoek

0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 12


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 13


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 14

Communicatiefout

0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 15


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 16

Gereserveerd

0-0-0-0-0-0-0-0

17

16


0

18

16


0

19

16


0

20

16


Segment 1

Alarmen en herstel

Segment 2


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 3


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 4

Zonestoring

0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 5


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 6


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 7


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 8


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 9


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 10

Kortsluiting

0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 11

Detector Zoek

0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 12


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 13


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 14

Communicatiefout

0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 15


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 16

Gereserveerd

0-0-0-0-0-0-0-0

21

16


0

22

16


0

23

16


0



Pagina 41

17/06/09

ADR

PG

24

17

25

17

BESCHRIJVING

2 3 4 5 6

17



Segment 1

Alarmen en herstel

Segment 2


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 3


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 4

Zonestoring

0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 5


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 6


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 7


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 8


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 9


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 10

Kortsluiting

0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 11

Detector Zoek

0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 12


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 13


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 14

Communicatiefout

0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 15


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 16

Gereserveerd

0-0-0-0-0-0-0-0

PRIMAIRE RAPPORTAGEVLAGGEN VOOR RAPPORTAGECONTROLE 1 TOT 6 Segment 1 (Omcirkel nummers om te programmeren) 1

26 - 31

STANDAARD

Aan = Rapportagecontrole 1 is Primaire rapportagevlag / Uit = Rapportagecontrole 1 is back-up voor controlepaneel Aan = Rapportagecontrole 2 is Primaire rapportagevlag / Uit = Rapportagecontrole 2 is back-up voor controlepaneel Aan = Rapportagecontrole 3 is Primaire rapportagevlag / Uit = Rapportagecontrole 3 is back-up voor controlepaneel Aan = Rapportagecontrole 4 is Primaire rapportagevlag / Uit = Rapportagecontrole 4 is back-up voor controlepaneel Aan = Rapportagecontrole 5 is Primaire rapportagevlag / Uit = Rapportagecontrole 5 is back-up voor controlepaneel Aan = Rapportagecontrole 6 is Primaire rapportagevlag / Uit = Rapportagecontrole 6 is back-up voor controlepaneel

7

Gereserveerd

8

Gereserveerd

GERESERVEERD

32

17

PPP (inbelaccount) gebruikers-ID (karakters 1 - 16)

33

17

PPP (inbelaccount) gebruikers-ID (karakters 17 - 32) PPP (inbelaccount) wachtwoord

34

17

35 – 59

17

GERESERVEERD

60

17

Naam van GPRS-toegangspunt – APN (karakters 1 - 16)

61

17


62

18


63

18


64 - 100

18

GERESERVEERD

101

18

NX-7002N toegewezen IP-adres (DHCP)

0.0.0.0

102

18

IP-adres voor TCP/IP-ontvanger 1

0.0.0.0

103

18

IP-adres voor TCP/IP-ontvanger 2

0.0.0.0

104-108

18

GERESERVEERD 0.0.0.0

109

18

IP-adres van downloadcomputer

110-118

18

GERESERVEERD

119

18

Ontvangeralarm en pollingpoort

9.9.9.9

120

18

Downloadpoort

9.9.9.8

121-138

18

GERESERVEERD

139

18

TCP/IP 1-klantnummer


0-0-0-0-0-0-0-0

Pagina 42

17/06/09

ADR

PG

BESCHRIJVING

STANDAARD


0-0-0-0

140

18

TCP/IP 1-ontvangernummer

141

19

TCP/IP 1-lijnnummer

142

19

TCP/IP 2-klantnummer

143

19

TCP/IP 2-ontvangernummer

144

19

TCP/IP 2-lijnnummer

0-0-0-0

145

19

SMS 1-klantnummer

0-0-0-0-0-0-0-0 0-0-0-0-0-0-0-0

0-0-0-0 0-0-0-0-0-0-0-0 0-0-0-0

146

19

SMS 2-klantnummer

147-153

19

GERESERVEERD

154

19

Klantcode partitie 1

0-0-0-0-0-0-0-0

155

19


0-0-0-0-0-0-0-0

156

19


0-0-0-0-0-0-0-0

157

19


0-0-0-0-0-0-0-0

158

19


0-0-0-0-0-0-0-0

159

19


0-0-0-0-0-0-0-0

160

20


0-0-0-0-0-0-0-0

161

20


0-0-0-0-0-0-0-0

162

20

TIMERS EN TELLERS Segment 1 Maximum aantal netwerkpogingen

8

Segment 2

Rapportagepogingen voor communicatiefout

4

Segment 3

Maximum aantal rapporten in 24 uur (TCP/IP, SMS)

20

Segment 4

Tijd in seconden voor algemene netwerkpoging

60

Segment 5

Gereserveerd

Segment 6

TCP/IP-detectietijd in minuten voor PPP-verbindingen

20

Segment 7

Maximumduur voor PPP-inbellen in minuten

0

Segment 8

Maximum aantal pogingen PPP-inbellen

2

Segment 9

Gereserveerd

Segment 10

Baud-rate voor CSD/GSM-download

Segment 11

RSSI-drempel voor GSM-lijnfout

5

Segment 12

GSM-lijnfouttijd in seconden

60

Segment 13

Time-out voor controlerapportage in seconden voor secundaire rapportage

180

Segment 14

Wachttijd voor verbreken GPRS-verbinding in seconden

255

Segment 15

Maximum aantal pogingen voor downloadverificatie.

10

Segment 16

Uitschakeltijd voor downloadverificatie

30

163

21

SMS 1-telefoonnummer

164

21

SMS 1 Indeling

165

22

SMS 2-telefoonnummer

6

14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-1414-14-14-14-14-14-14

0 14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-1414-14-14-14-14-14-14

0

166

22

SMS 2 Indeling

167

22

SMS Service Centre Address (telefoonnummer)

14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-1414-14-14-14-14-14-14

168

22

U/D terugbelnummer (voor CSD GSM)

14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-1414-14-14-14-14-14-14

169

23

GSM SIM pincode

170

23

GSM-operatorselectie

171

23

huidige GSM operator (alleen-lezen)

172

23

Huidige GSM RSSI (alleen-lezen)

99 99

10-10-10-10-10-10-10-10 0-0-0-0-0-0

173

23

huidige GSM Bit Error Rate % (alleen-lezen)

174

23

APPARAATSTATUSVLAGGEN (alleen-lezen) Segment 1 1

(naam van operator)

Aan = Communicatie met GSM-modem OK

2

Aan = pincode voor SIM-kaart is OK

3

Aan = Aangemeld bij het GSM-netwerk

4

Aan = Verzendt SMS

5

Aan = Gebruikt GSM-audioverbinding

6

Aan = Gebruikt GSM CSD-verbinding

7

Aan = Verbonden met GPRS-netwerk

8

Aan = SIM-kaart PUK-code vereist


Pagina 43

17/06/09

ADR

PG

BESCHRIJVING

STANDAARD


Segment 2 1

Aan = Accu is leeg

2

Aan = GSM PSU is leeg

3

Aan = Bus is leeg

4

Aan = Fout in communicatiekanaal

5

Aan = Up-/downloadsessie in voorbereiding

6

Aan = Up-/downloadsessie start

7 8

Aan = Rapportage in voorbereiding Aan = Goed RSSI-niveau

Segment 3 1 2-8

Aan = Max. rapporten in 24 uur bereikt Gereserveerd

175

24

GSM-modemfabrikant (alleen-lezen)

(naam van fabrikant)

176

24

GSM-modemmodel (alleen-lezen)

(naam van model)

177

24

GSM-modemsoftwareversie (alleen-lezen)

(softwareversie)

178

24

GSM-modemserienummer (alleen-lezen)

(serienummer)

179-199

24

Gereserveerd

200

24

SELECTIE OVERIGE FUNCTIES Segment 1 Gereserveerd Segment 2 1

Aan = HomeText-besturing inschakelen

2

Aan = alleen opdrachten van geregistreerde telefoonnummers worden geaccepteerd Uit = opdrachten van alle telefoonnummers worden geaccepteerd

3

Aan = er moet een wachtwoord worden opgenomen in het HomeText-bericht Uit = een wachtwoord is alleen vereist bij HomeText-berichten die worden verstuurd vanaf een nietgeregistreerde telefoon

4

Aan = niet herkende SMS-berichten doorsturen naar de telefoon van de beheerder

5

Aan = een up/download-sessie starten via terugbelmodus (call-back) wanneer een audio-oproep wordt gedetecteerd

6

Aan = XSIA-rapportage activeren voor algemene SIA-mediatypen

7

Aan = TCP/IP-overwakingstijd in uren Uit = TCP/IP-overwakingstijd in minuten

8 Gereserveerd Segment 3 1

Aan = GSM/GPRS-lijnfoutindicatie op bediendeel uitschakelen

2

Aan = GSM/GPRS-lijnfoutrapportage uitschakelen

3

Aan = RSSI verzenden in combinatie met testoproep

4-8 Gereserveerd Segment 4 - 8 Gereserveerd 201

25

202

25

Gereserveerd Segment 1

Aantal ongelige pogingen waarna HomeText-besturing voor een telefoon wordt uitgeschakeld

Segment 2

Adres lcd-bediendeel voor zonetekst

Segment 3

Gereserveerd

203

25

Hersteltijd voor RSSI-lijnfout

204-215

25

Gereserveerd

5

192 3 x.xx

216

25

Huidige softwareversie (alleen-lezen)

217-224

25

Gereserveerd

225

25

HomeText Site tekens 1-16

0-0-0-0-0-0-0-0

226

25

HomeText Site tekens 17-32

0-0-0-0-0-0-0-0

227

25

HomeText gebruikersnummers Segment 1 Gebruikernummer voor telefoonnummer 1


Pagina 44

0

17/06/09

ADR

228

PG

26

BESCHRIJVING

STANDAARD

Segment 2

Gebruikernummer voor telefoonnummer 2

0

Segment 3


0

Segment 4


0

Segment 5


0

Segment 6


0

Segment 7


0

Segment 8


0

Segment 9


0

Segment 10


0

Segment 11


0

Segment 12


0

Segment 13


0

Segment 14


0

Segment 15


0

Segment 16


0


HOMETEXT RAPPORTAGEGROEPEN VOOR TELEFOONNUMMERS 1-16 1-0-0-0-0-0-0-0 Segment 1 Toegewezen rapportagegroepen voor telefoon 1 0-0-0-0-0-0-0-0 Segment 2 Toegewezen rapportagegroepen voor telefoon 2 0-0-0-0-0-0-0-0 Segment 3 Toegewezen rapportagegroepen voor telefoon 3 0-0-0-0-0-0-0-0 Segment 4 Toegewezen rapportagegroepen voor telefoon 4 0-0-0-0-0-0-0-0 Segment 5 Toegewezen rapportagegroepen voor telefoon 5 0-0-0-0-0-0-0-0 Segment 6 Toegewezen rapportagegroepen voor telefoon 6 0-0-0-0-0-0-0-0 Segment 7 Toegewezen rapportagegroepen voor telefoon 7 0-0-0-0-0-0-0-0 Segment 8 Toegewezen rapportagegroepen voor telefoon 8 0-0-0-0-0-0-0-0 Segment 9 Toegewezen rapportagegroepen voor telefoon 9 0-0-0-0-0-0-0-0 Segment 10 Toegewezen rapportagegroepen voor telefoon 10 Segment 11

Toegewezen rapportagegroepen voor telefoon 11

0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 12


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 13


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 14


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 15


0-0-0-0-0-0-0-0

Segment 16


0-0-0-0-0-0-0-0


Pagina 45

17/06/09

ADR

PG

BESCHRIJVING

STANDAARD 4

229

26

Maximum aantal gekoppelde SMS-berichten

230-231

26

Gereserveerd

232

26

HomeText telefoonnummer 1

14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-1414-14-14-14-14-14-14

233

26


14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-1414-14-14-14-14-14-14

234

26


14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-1414-14-14-14-14-14-14

235

26


14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-1414-14-14-14-14-14-14

236

26


14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-1414-14-14-14-14-14-14

237

26


14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-1414-14-14-14-14-14-14

238

26


14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-1414-14-14-14-14-14-14

239

26


14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-1414-14-14-14-14-14-14

240

27


14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-1414-14-14-14-14-14-14

241

27


14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-1414-14-14-14-14-14-14

242

27


14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-1414-14-14-14-14-14-14

243

27


14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-1414-14-14-14-14-14-14

244

27


14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-1414-14-14-14-14-14-14

245

27


14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-1414-14-14-14-14-14-14

246

27


14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-1414-14-14-14-14-14-14

247

27


14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-14-1414-14-14-14-14-14-14

248

27

HomeText wachtwoord voor telefoonnummer 1

249

27


250

27


251

27


252

27


253

27


254

27


255

27


256

28


257

28


258

28


259

28


260

28


261

28


262

28


263

28


264

28

HomeText taalselectie voor telefoonnummer 1

___

265

28


___

266

28


___

267

28


___

268

28


___

269

28


___

270

29


___

271

29


___

272

29


___

273

29


___

274

29


___

275

29


___

276

29


___

277

29


___

278

29


___

279

29


___


Pagina 46


17/06/09

ADR

PG 2

BESCHRIJVING Kies uit

taal

STANDAARD ISO 639 ID

taal

Deens

dan

Italiaans

ita

Nederlan ds

nla

Noors

nor

English (Engels)

eng

Pools

pol por

Fins

fin

Portugees

Frans

fra

Spaans

esl

Duits

deu

Zweeds

sve

280-282

29

Gereserveerd

283

29

X-10 HUISCODE VOOR UITGANGEN 1 – 10 (HOMETEXT-BESTURING) Segment 1 X-10 Huiscode uitgang 0

284

30


ISO 639 ID

0

Segment 2

X-10 Huiscode voor uitgang 1

1

Segment 3


2

Segment 4


3

Segment 5


4

Segment 6


5

Segment 7


6

Segment 8


7

Segment 9


8

Segment 10


9

X-10 MODULENUMMER VOOR UITGANGEN 1 – 10 (HOMETEXT-BESTURING) 0 Segment 1 X-10 Modulenummer voor uitgang 0 Segment 2

X-10 Modulenummer voor uitgang 1

1

Segment 3


2

Segment 4


3

Segment 5


4

Segment 6


5

Segment 7


6

Segment 8


7

Segment 9


8

Segment 10


9


Pagina 47

17/06/09

RICHTLIJNEN VOOR DE INSTALLATIE •

Installeer de module niet: -

Waar temperaturen voorkomen hoger dan 49°C of lager dan 0°C.

-

In de directe nabijheid van elektronische apparatuur.

-

In vochtige ruimten. De module is niet hermetisch afgesloten en overdadig vocht op de printplaat kan uiteindelijk kortsluiting veroorzaken.

•

Houd de antenne binnen een afstand van 2 meter van het paneel.

•

De antenne moet worden gemonteerd met een geschikte afstand van mensen, b.v. meer dan 200 mm.

•

Alvorens de module permanent te monteren, test u de module op de beoogde locatie om te controleren indien de meldkamer meldingen kan ontvangen. Er zijn mogelijk plaatsen met minder of geen ontvangstbereik. Doorgaans kunnen deze problemen worden verholpen door de antenne te verplaatsen.

Opmerking: Als u de signaalsterkte op het doeladres wilt testen, plaatst u de SIM-kaart in een mobiele telefoon en controleert u de sterkte-indicator op de mobiele telefoon.

DE NX-7002N MONTEREN Aan de binnenkant van de behuizing zijn verschillende aansluitingspunten met 2 gaten. Hierdoor kan de module vertikaal of horizontaal worden geplaatst. Elk aansluitingspunt heeft twee formaten gaten; een groter gat en een kleiner gat. Diagram 1: De zwarte plastic PCB-geleiders hebben een groef aan één kant waar de module zal worden geplaatst. Het einde met de halvemaanvormige uitstulping past in het grotere gat. Het kleinere gat is bestemd voor de schroef. Diagram 2: Plaats de eerste zwarte plastic PCB-geleider in het bovenste aansluitingspunt, met de groef naar beneden. De halvemaanvormige uitstulping gaat in het grotere gat. U hoeft hiervoor geen kracht te gebruiken. Plaats een van de schroeven in het kleinere gat (vanuit de binnenkant van de behuizing). U kunt met een schroevendraaier in het gat over de lengte van de geleider steken om de schroef aan te draaien. De tweede PBC-geleider moet tegenover de eerste worden geplaatst (groef omhoog) en in het laagste aansluitingspunt volgens dezelfde procedures als hierboven worden beschreven. Zodra het geheel is bevestigd, schroeft u het vast. Diagram 3: De module moet vrij kunnen schuiven in de groeven van de geleiders.


Pagina 48

17/06/09

NX-7002N BESCHRIJVING

4 3 2

1 12 11 POS COM DATA

GSM PSU REP GPRS SIM COM BUS NET

5

10 9

8

7

1 2 3 4 5 6 7 8 9 A

6

BESCHRIJVING Aansluiten op NX-9104 (alleen als VVMIQ wordt gebruikt via GPRS-rapportage) SIM-kaarthouder GPRS-modem (aan de onder kant) Sluit antenne aan op deze connector IC-voet voor software-upgradetool Aansluiten op accu van centrale Sluit de accudraden van het hoofdpaneel aan op de connectors Audio-connector Als de NX-7002N het spraakkanaal gebruikt voor rapportage van gebeurtenissen, moet de speciale audiokabel (inbegrepen) worden aangesloten tussen deze connector van de NX-7002N en de audio-connector van het controlepaneel. Busaansluitingen Status LED's


Pagina 49

17/06/09

LED

Functie

Beschrijving

GSM

GSM In Gebruik

PSU

PSU Fout

REP

Reporting

GPRS

GPRS Actief

SIM

SIM Fout

COM

GSM Communicatie BUS Communicatie Netwerk OK

LED geeft aan dat de module gebruik maakt van het GSM kanaal (rapportage via spraakkannaal of U/D over CSD). LED geeft aan dat er een probleem is met de 3.8 V geschakelde voeding (de modem voedingsspanning is te laag). LED geeft aan dat de TCP/SMS rapportage plaats vindt. LED geeft aan dat de module is verbonden met het GPRS netwerk. LED dooft indien de module niet langer verbonden is met het GPRS netwerk, als voorbeeld, indien gebruik gemaakt wordt van het spraak kanaal of CSD. LED geeft aan dat de SIM kaart is geblokkeerd en de PUK code benodigd is voor deblokkeren. LED voor toekomstig gebruik.

BUS NET

B C

LED geeft aan dat de module opdrachten ontvangt via de bus (van the controle panel). LED geeft aan dat de module verbonden is met het GSM netwerk (spraak kanaal of CSD).

NetworX bus aansluiting Diagnose

TECHNISCHE SPECIFICATIES Technische specificaties NX-7002N Voedingsspanning Stroomverbruik - Nominaal - Maximum Accu Omgevingstemperatuur Luchtvochtigheid Afmetingen (enkel PCB) BxHxD Gewicht (enkel PCB)


Pagina 50

9,0 - 14,5 V DC ± 2% 30 mA bij 13,8 V DC ± 2% tot 2 A piek max. 12 V/7,2 Ah 0 - 49° C Max. 93% zonder condensatie 102 x 50 x 24 mm 50 g

17/06/09

BIJLAGE 1: RAPPORTAGE VAN VASTE CODES IN CONTACT-ID EN SIA De onderstaande tabel geeft een overzicht van de rapportagecodes die voor de volgende meldingen worden verstuurd (indien geactiveerd) bij gebruik van het Contact ID of SIA-protocol. RAPPORT HANDMATIGE TEST AUTOMATISCHE TESTMELDING INSCHAKELING (gebruikersnummer) UITSCHAKELING (gebruikersnummer) ANNULERING (gebruikersnummer) EINDE DOWNLOADEN BEGIN PROGRAMMERING EINDE PROGRAMMERING RECENTE UITSCHAKELING (gebruikersnummer) UITLOOPFOUT (gebruikersnummer) LOGBOEK IS VOL COMMUNICATIEFOUT MODULE STORING (modulenummer) MODULE HERSTEL (modulenummer) TELEFOONLIJNFOUT TELEFOONLIJN HERSTEL SIRENE SABOTAGE SIRENE HERSTEL AUX. VOEDINGSOVERSPANNING (modulenummer) AUX. VOEDINGSHERSTEL (modulenummer) ACCUFOUT (modulenummer) ACCUFOUT HERSTEL (modulenummer) NETSPANNINGSFOUT (modulenummer) NETSPANNING HERSTEL (modulenummer) SABOTAGE BEHUIZING (modulenummer) SABOTAGE BEHUIZING HERSTEL (modulenummer) SABOTAGE BEDIENDEEL PANIEKFUNCTIE OVERVAL (luid) PANIEKFUNCTIE OVERVAL (stil) UITSCHAKELING ONDER DWANG BEDIENDEEL FUNCTIE 1 BEDIENDEEL FUNCTIE 2 RF Detector Afwezig (zonenummer) RF DETECTOR HERSTEL (zonenummer) ACCUFOUT RF DETECTOR (zonenummer) ACCUFOUT RF DETECTOR HERSTEL (zonenummer) ZONESTORING (zonenummer) ZONESTORING HERSTEL (zonenummer) ZONESABOTAGE (zonenummer) ZONESABOTAGE HERSTEL (zonenummer) ZONE BLOKKAGE (zonenummer) ZONE BLOKKAGE HERSTEL (zonenummer) TE VROEG UITGESCHAKELD/TE LAAT INGESCHAKELD


Pagina 51

CONTACT-ID

SIA

601 602 401 401 406 412 627 628 401 457 605 354 333 333 351 351 321 321 312 312 309 309 301 301 137 137 137 120 121 121 110 100 381 381 384 384 380 380 137 137 570 570 451

RX RP OP CL OC RS LB LX CR EE JL RT ET ER LT LR YA YH YP YQ YT YR AT AR TA TR TA PA HA HA FA MA *T *R XT XR *T *R TA TR *B *U OK

17/06/09

RAPPORT INSCHAKELFOUT ZONE-ACTIVITEITSFOUT ZONE-ACTIVITEIT HERSTEL JAMDETECTIE RF JAMDETECTIE HERSTEL BRANDDETECTOR CLEANME BRANDDETECTOR CLEANME HERSTEL

CONTACT-ID

SIA

454 391 391 344 344 393 393

CI NA NS XQ XH YX YZ

HET ZONE-, GEBRUIKERS- OF MODULENUMMER, TUSSEN HAAKJES, IS HET NUMMER DAT ALS EEN GETAL ACHTER DE RAPPORTERINGSCODE ZAL WORDEN GERAPPORTEERD. ALS ER GEEN HAAKJES ZIJN, ZAL DE ZONE “0” ZIJN. * Het teken dat in dit slot wordt verzonden, zal het eerste teken zijn van de gebeurteniscode van de zone die is geblokkeerd is of waarin een fout is opgetreden.

SPECIALE RAPPORTEN KAN NIET COMMUNICEREN VIA PSTN PROBLEEM MET GSM-MODULE KAN NIET COMMUNICEREN VIA SMS KAN NIET COMMUNICEREN VIA GPRS STORIN BIJ AANMELDIN GSM GSM-AANMELDING GESLAAGD LAGE RSSI RSSI GOED GPRS INACTIEF GPRS OK RSSI-WAARDE GECOMBINEERD MET TESTOPROEP (vvv=RSSI-waarde)


Pagina 52

CONTACT-ID

SIA

354 (0) 354 (1) 354 (2) 354 (2) 351 (193) 351 (193) 351 (194) 351 (194) 351 (195) 351 (195)

RT000 RT001 RT002 RT002 LT193 LR193 LT194 LR194 LT195 LR195 RXvvv

17/06/09

BIJLAGE 2: OPERATOR ID-CODES In deze bijlage vindt u een lijst met operatorcodes en de bijbehorende operatornamen. Operatornaam

Netwerknaam

ID-code

Op mobiele telefoon

België Proximus Belgacom Mobile Mobistar Basis Denemarken

Proximus Mobistar Basis

20601 20610 20620

BEL PROXIMUS B Mobistar Basis

TDC Mobil A/S Sonofon Hi3G Denmark ApS Telia A/S Denmark Orange A/S Frankrijk

TDC Mobil SONOFON 3 DK TELIA DK Orange

23801 23802 23806 23820 23830

DK TDC SONO 3 DK TELIA Orange

Orange France SFR Bouygues Telecom Duitsland

Orange F SFR Bouygues Telecom

20801 20810 20820

F-FT SFR BOUYGTEL

T-Mobile Deutschland GmbH Vodafone D2 GmbH E-Plus Mobilfunk GmbH O2 (Duitsland) GmbH & Co Italië

D1 Vodafone E-Plus OHG O2 (Duitsland) GmbH & Co. OHG

26201 26202 26203 26207

TMO D

Telecom Italia Mobile Vodafone Omnitel N.V Wind Telecomunicazioni SpA H3G Ireland[NL]

Telecom Italia Mobile Vodafone Wind Telecomunicazioni SpA H3G

22201 22210 22288 22299

TIM voda IT I WIND 3ITA

Vodafone Ireland Plc O2 Communications (Ireland) Ltd METEOR Jersey, Guernsey en Isle of Man

Vodafone O2 Communications (Ireland) Ltd METEOR

27201 27202 27203

IRL Voda, Eircell, Eir Gsm O2 - IRL METEOR

Jersey Telecom Cable & Wireless Guernsey Ltd Manx Telecom Nederland

JT GSM Cable & Wireless Guernsey Pronto GSM

23450 23455 23458

JT GSM C&W Pronto

Vodafone Libertel N.V KPN Mobile The Netherlands BV TELFORT B.V. T-Mobile Netherlands Orange Nederland N.V. Noorwegen

Vodafone KPN Mobile The Netherlands BV TELFORT B.V. T-Mobile NL Orange Nederland N.V.

20404 20408 20412 20416 20420

voda NL NL PTT, NL KPN NL Tlfrt TMO NL Orange

Telenor Mobil NETCOM AS Polen

TELENOR NetCom

24201 24202

TELENOR N COM

Polkomtel S.A Polska Telefonia Cyfrowa PTK Centertel Portugal

PLUS GSM Era IDEA

26001 26002 26003

PL-PLUS Era IDEA, PL IDEA of PL 03

Vodafone Portugal Optimus Telecomunicacoes, S.A Telecomunicacoes Moveis Nacionais S.A

Vodafone OPTIMUS TMN

26801 26803 26806

voda P P03, P OPTIMUS, OPTIMUS P TMN, P TELEMOVEL


Pagina 53

E-Plus o2 - de

17/06/09

Operatornaam

Netwerknaam

ID-code

Op mobiele telefoon

Spanje Vodafone Espana S.A. Retevision Movil S.A Telefonica Moviles Espana S.A. Zweden

Vodafone AMENA MOVISTAR

21401 21403 21407

E VODAF RET MOV, E 03, AMENA MSTAR

TeliaSonera Mobile HI3G Access AB Tele 2 AB Vodafone Sverige AB Swefour AB Engeland

TELIA MOBILE 3 COMVIQ Vodafone Swefour AB

24001 24002 24007 24008 24010

TELIA 3 IQ voda SE Spring

O2 (UK) Limited Vodafone Ltd Hutchison 3G UK Ltd T-Mobile (UK) Limited T-Mobile (UK) Limited T-Mobile (UK) Limited Orange PCS Ltd

O2 Vodafone 3 T-Mobile UK T-Mobile UK T-Mobile UK Orange

23410 23415 23420 23430 23431 23432 23433

O2 -UK Voda 3 UK TMO UK TMO UK TMO UK Orange


Pagina 54

17/06/09

OPMERKINGEN


Pagina 55

17/06/09

OPMERKINGEN


Pagina 56

17/06/09

146329999-1A

Installatiehandleiding

Recommend Documents