1
Het beroepsgericht examen – Handleiding voor de student
Inhoud Inleiding ............................................................................................................................... 2 1
Het beroepsgericht examen ........................................................................................... 3 1.1
Het uitvoeren van kwalificerende beroepsprestaties .......................................................... 3
1.2
Het maken van een verantwoordingsverslag ..................................................................... 3
1.2.1
De planning ................................................................................................................ 3
1.2.2
De voorbereiding ........................................................................................................ 4
1.2.3
Het inleveren ter beoordeling ....................................................................................... 4
1.2.4
De beoordeling ........................................................................................................... 4
1.2.5
De herkansing............................................................................................................. 4
1.3
Het voeren van een assessmentgesprek ........................................................................... 5
1.3.1
De planning ................................................................................................................ 5
1.3.2
De voorbereiding ........................................................................................................ 5
1.3.3
Het voeren van het assessmentgesprek ........................................................................ 5
1.3.4
De beoordeling ........................................................................................................... 6
1.3.5
De herkansing............................................................................................................. 6
1.4 Schriftelijke en/of praktische examens .................................................................................. 6 2
Afronden van één of meer fasen in je opleiding ............................................................ 7 2.1
Voorbereiden van het afronden van een fase .................................................................... 7
2.2
Bespreken van het examendossier met de studieloopbaanbegeleider ................................. 7
Je bespreekt het examendossier met jouw studieloopbaanbegeleider. ........................................... 7 3
Het afsluiten van het beroepsgerichte examen ............................................................. 8 3.1
Voorbereiden van het inleveren van je examendossier ...................................................... 8
3.2
Het aanbieden van je examendossier aan de examencommissie ........................................ 8
3.3
Het vaststellen van de beoordelingen door een lid van de examencommissie ..................... 8
3.4
Retourneren en bewaren van het examendossier .............................................................. 8
Bijlagen ................................................................................................................................. 9 Voorblad examendossier ............................................................................................................. 9 Gegevensblok of gegevensvoettekst ..........................................................................................10
02 het beroepsgericht examen - handleiding student versie 1.0 121212
2
Inleiding Om jouw functioneren binnen het beroep kwalificerend te beoordelen, gebruikt de opleiding verschillende exameninstrumenten. Dit wordt de methodenmix genoemd. De methodenmix bestaat uit:
Kwalificerende beroepsprestaties Elke kwalificerende beroepsprestatie bestaat uit opdrachten die bewijsstukken opleveren. Bij elke beroepsprestatie is een beoordelingslijst opgenomen, waarmee de beoordelaars bepalen of jij, tijdens het uitvoeren van de opdrachten én met de verzamelde bewijsstukken, de vereiste competenties hebt aangetoond.
Verantwoordingsverslag In dit verslag beschrijf je een aantal werksituaties aan de hand van vooraf vastgestelde werkprocessen met bijbehorende competenties. Welke werkprocessen dat zijn, kun je lezen in de methode van het Consortium. De beoordelaars bepalen of je met je verslag de competenties binnen die werkprocessen hebt aangetoond.
Assessmentgesprek Tijdens dit gesprek bespreek je een aantal werksituaties aan de hand van vooraf vastgestelde werkprocessen met bijbehorende competenties. Welke werkprocessen dat zijn, kun je lezen in de methode van het Consortium. De beoordelaars bepalen of je in dat gesprek de competenties binnen die werkprocessen hebt aangetoond.
Bovenstaande methodenmix levert beoordeelde kwalificerende bewijsstukken op van jouw competentiebeheersing. Alle kwalificerende bewijsstukken bewaar je in het examendossier van jouw portfolio. Mogelijk als aanvulling op de methodenmix:
Schriftelijke en/of praktische examens Voor het uitvoeren van beroepsprestaties heb je kennis en vaardigheden nodig. Heel veel kennis en vaardigheden worden vooral ontwikkelingsgericht getoetst. De opleiding kan echter bepalen dat bepaalde kennisaspecten en vaardigheden worden beoordeeld aan de hand van schriftelijke en/of praktische examens. Of dat zo is, kun je lezen in het examenplan van de opleiding. Het examenplan is opgenomen in de OER (Onderwijs- en Examenregeling). De OER kun je vinden op Natschool.
Aan het eind van jouw opleiding bied je jouw examendossier aan bij de examencommissie. Die controleert of alle bewijzen aanwezig zijn en eventuele schriftelijke/praktische examens behaald zijn en stelt vast of je geslaagd bent voor het beroepsgerichte examen. Als je geslaagd bent voor het beroepsgerichte examen én voor de overige examenonderdelen: Nederlands, Rekenen, (Leren) Loopbaan en Burgerschap en Engels1 besluit de examencommissie dat je gediplomeerd kan worden. In deze handleiding vind je informatie over de methodenmix, het afronden van een fase van het beroepsgericht examen en de afsluiting van dit examen. Mocht je na het lezen van deze handleiding nog meer willen weten over je examen, vraag dan je studieloopbaanbegeleider om hulp. Wij wensen je veel succes,
1
Engels geldt alleen voor niveau-4-opleidingen.
02 het beroepsgericht examen - handleiding student versie 1.0 121212
3 Examencommissie Zorg & Welzijn
1 Het beroepsgericht examen 1.1 Het uitvoeren van kwalificerende beroepsprestaties Planning, voorbereiding, uitvoering, inleveren, beoordeling, herkansing Jouw examen voor het beroepsgerichte deel bestaat uit de uitvoering van kwalificerende beroepsprestaties. Een beroepsprestatie is een grote opdracht met deelopdrachten waaraan je werkt in de praktijk of in een nagebootste praktijksituatie op het opleidingsinstituut. De deelopdrachten zorgen voor een verdieping van een bepaald gedeelte binnen de beroepsprestatie. In de boekjes van het Consortium kun je lezen wat elke beroepsprestatie inhoudt en wat de deelopdrachten binnen de beroepsprestatie zijn. Je kunt dus lezen wat je precies moet doen en welk resultaat dat moet opleveren. De opleiding bepaalt wie de door jou uitgewerkte deelopdrachten beoordeelt. Dat kan een beoordelaar zijn van de BPV-instelling waar je werkt of stage loopt. Het kan ook een beoordelaar zijn van de opleiding. Informatie daarover vind je in de ‘Inhoudsopgave examendossier’. Deze kan je vinden op N@tschool. Indien een product wordt beoordeeld door de beoordelaar van de opleiding, moet je dat product ook nog door de begeleider van de BPV-instelling laten aftekenen. Hiermee geeft de begeleider van de BPV-instelling aan dat jij het hebt gemaakt. Wanneer je de totale beroepsprestatie (inclusief de deelopdrachten) hebt uitgevoerd, vindt de beoordeling plaats. Jouw beoordelaars gebruiken hiervoor de beoordelingslijst in de boekjes van het Consortium. De beoordelingscriteria die zij gebruiken vind je in de kolom ‘prestatie-indicatoren’. Als je het eens bent met de beoordeling, onderteken ook jij de ingevulde beoordelingslijst. Elke uitgevoerde kwalificerende beroepsprestatie levert voor het examendossier van je portfolio dus de volgende bewijsstukken op:
de afgetekende beoordelingslijst van de beroepsprestatie (bewijsstuk A). de beoordeelde (of afgetekende) specifieke bewijsstukken bij de deelopdrachten (bewijsstukken B, C en verder).
Meer informatie over het uitvoeren van kwalificerende beroepsprestaties vind je in het Kompas van het Consortium. 1.2 Het maken van een verantwoordingsverslag Een verantwoordingsverslag maak je als je één of meer fasen afsluit. Hoeveel verantwoordingsverslagen je moet aanleveren, verschilt per opleiding. Meestal zijn het er twee voor de hele opleiding, soms is het er één. In een verantwoordingsverslag kijk je terug op een vooraf bepaald werkproces (of werkprocessen) met bijbehorende competenties. Met het verslag toon je aan dat je de competenties beheerst die je bij elk werkproces hebt moeten inzetten. Je doet dat door in het verslag jouw handelen in bepaalde beroepssituaties te verantwoorden. In de Consortiumboekjes kun je lezen welk(e) werkproces(sen) en competenties in jouw verslag centraal moeten staan. Ook kun je in die boekjes de beoordelingslijst vinden die de beoordelaar gebruikt om jouw competenties te beoordelen. 1.2.1 De planning De opleiding bepaalt wanneer en bij welke beoordelaar jij je verantwoordingsverslag moet inleveren. Je kunt de inleverdatum vinden in de basisplanning van jouw opleiding. 02 het beroepsgericht examen - handleiding student versie 1.0 121212
4 1.2.2 De voorbereiding Zoals hierboven al is geschreven, kun je in de Consortiumboekjes lezen welk(e) werkproces(sen) met bijbehorende competenties in het verantwoordingsverslag centraal staan. Ook de beoordelingslijsten waarmee je verslag wordt beoordeeld, staan in die boekjes. Lees dus, voordat je aan het verslag begint, waarop je wordt beoordeeld. Het zorgt ervoor dat je doelgericht aan het verslag kunt werken. Gebruik voor de structuur van je verslag de STARR(T)-methode. Op de opleiding wordt uitgelegd wat die methode precies inhoudt. Lees, voordat je het verslag maakt, aan welke moeilijkheidsgraad jouw verslag moet voldoen. De vereiste moeilijkheidsgraad wordt in de boekjes in een tabel weergegeven. Hieronder staat een voorbeeld van zo’n tabel. Volgens onderstaand voorbeeld zou je dus een verslag moeten maken over: 1. een moeilijke situatie, waarin je 2. zelfstandig te werk bent gegaan en waarbij je 3. verantwoordelijk was voor de uitvoering van je eigen takenpakket, de samenwerking met collega’s, de aansturing van medewerkers op lager niveau en de hele zorg- of begeleidingscyclus. De mate van complexiteit van de beroepssituatie
De mate van zelfsturing
De mate van verantwoordelijkheid voor
gesloten context open context complexe context
geleid begeleid zelfstandig
uitvoering van eigen takenpakket samenwerking met collega’s aansturing medewerkers op lager niveau de hele zorg- of begeleidingscyclus
Denk eraan dat je het verslag voorziet van een voettekst met alle vereiste gegevens! (Zie bijlage) Indien die voettekst ontbreekt, wordt jouw verantwoordingsverslag niet beoordeeld! 1.2.3 Het inleveren ter beoordeling Jouw verantwoordingsverslag en de lege beoordelingslijst uit jouw Consortiumboekje lever je in een snelhechter aan bij een beoordelaar van de opleiding. Informeer bij jouw opleiding wie dat is. Je verslag moet ondertekend zijn door de praktijkopleider of door de werkbegeleider van de BPVinstelling. Zij hoeft het verslag niet te beoordelen. Zij tekent ervoor dat jij de beschreven situatie ook echt in de instelling hebt meegemaakt. 1.2.4 De beoordeling De beoordeling wordt uitgedrukt in de termen Niet aangetoond – aangetoond – aangetoond boven de norm. De beoordelaar verwerkt de beoordeling op de beoordelingslijst die jij bij je verslag hebt aangeleverd. Ook de onderbouwing bij de beoordeling wordt ingevuld. Na 10 werkdagen kun je jouw verantwoordingsverslag en de ingevulde beoordelingslijst weer ophalen bij de beoordelaar. Als je het eens bent met de beoordeling, onderteken ook jij de ingevulde beoordelingslijst. Als je de competenties hebt aangetoond, verwerk je de ondertekende beoordelingslijst en het verantwoordingsverslag als bewijsstuk in je examendossier. 1.2.5 De herkansing Als je met je verantwoordingsverslag de beheersing van de competenties niet kon aantonen, mag je één keer herkansen. Je maakt dan een nieuw verantwoordingsverslag. De beoordelaar van jouw 02 het beroepsgericht examen - handleiding student versie 1.0 121212
5 verslag maakt met jou de afspraak wanneer je het herkansingsverslag uiterlijk moet hebben aangeleverd.
1.3 Het voeren van een assessmentgesprek Een assessmentgesprek voer je als één of meer fasen afsluit. Hoeveel gesprekken je hebt, verschilt per opleiding. Meestal zijn het er twee voor de hele opleiding, soms is het er één. Net als bij het verantwoordingsverslag kijk je terug op vooraf bepaalde werkprocessen met bijbehorende competenties. In het gesprek toon je aan dat je de competenties beheerst die je bij dat werkproces moest inzetten. Je doet dat door jouw handelen in bepaalde beroepssituaties te verantwoorden. In de Consortiumboekjes kun je lezen om welke werkprocessen met bijbehorende competenties het precies gaat. Ook vind je daar de beoordelingslijst met de prestatie-indicatoren (criteria) die de beoordelaar gebruikt om jouw competenties te beoordelen. 1.3.1 De planning De opleiding bepaalt wanneer en bij welke beoordelaar(s) jij het assessmentgesprek voorbereid moet hebben. Je kunt de datum vinden in de basisplanning van jouw opleiding. 1.3.2 De voorbereiding Net als bij het verantwoordingsverslag, kun je in de Consortiumboekjes lezen welke werkprocessen met bijbehorende competenties in het gesprek centraal staan. Ook de beoordelingslijsten staan in die boekjes afgedrukt. Lees dus, voordat je het gesprek gaat voeren, waarop je wordt beoordeeld. Het zorgt ervoor dat je goed voorbereid naar het gesprek komt. Let op: Neem de lege beoordelingslijst mee naar het gesprek. De beoordelaars zullen daarop hun beoordeling invullen. In het gesprek mag jij zelf de situaties inbrengen die passen bij het werkproces en de competenties die beoordeeld worden. Bedenk dus van tevoren goed enkele situaties die jij zou willen inbrengen. Lees wel goed in het Consortiumboekje aan welke moeilijkheidsgraad de situaties moeten voldoen die jij bespreekbaar maakt. Net als bij het verantwoordingsverslag wordt de vereiste moeilijkheidsgraad in de boekjes weergegeven in een tabel. (Zie voorbeeld hieronder). Zorg ervoor dat de situaties die jij meeneemt naar het gesprek voldoen aan die moeilijkheidsgraad! De mate van complexiteit van de beroepssituatie
De mate van zelfsturing
De mate van verantwoordelijkheid voor
gesloten context open context complexe context
geleid begeleid zelfstandig
uitvoering van eigen takenpakket samenwerking met collega’s aansturing medewerkers op lager niveau de hele zorg- of begeleidingscyclus
1.3.3 Het voeren van het assessmentgesprek Het assessmentgesprek vindt meestal plaats op de BPV-instelling, maar het kán voorkomen dat het gesprek in het gebouw van je opleiding wordt georganiseerd. Je hebt het gesprek met twee beoordelaars2, bij voorkeur één beoordelaar van je opleiding en één 2
In bijzondere gevallen kan het voorkomen dat er maar een beoordelaar is. In dat geval wordt een geluidsdrager gebruikt om het gesprek vast te leggen.
02 het beroepsgericht examen - handleiding student versie 1.0 121212
6 van de BPV-instelling. Eén van de beoordelaars stelt de vragen, de andere beoordelaar maakt een verslag van het gesprek. Het gesprek volgt de STARR(T)-methode. Als het echt niet anders mogelijk is, kan een gesprek ook plaatsvinden met één beoordelaar. In dat geval wordt een geluidsopname gemaakt van het gesprek. Als jij het niet eens bent met de gegeven beoordeling, is het achteraf mogelijk dat het gesprek toch nog door een andere beoordelaar kan wordt beoordeeld. 1.3.4 De beoordeling Als het gesprek is afgerond, vragen de beoordelaars of je even buiten de gespreksruimte wilt wachten. Vervolgens bepalen zij samen de beoordeling. Die beoordeling wordt uitgedrukt in de termen Niet aangetoond – aangetoond – aangetoond boven de norm. De beoordeling verwerken zij op de Consortium-beoordelingslijst die jij naar het gesprek hebt meegenomen. Ook de onderbouwing bij de beoordeling wordt ingevuld. Tenslotte ondertekenen zij de beoordelingslijst en roepen ze jou binnen om je de uitslag mee te delen. Als je het eens bent met de beoordeling, onderteken ook jij de ingevulde beoordelingslijst. Als je de competenties hebt aangetoond, verwerk je de ondertekende beoordelingslijst als bewijsstuk in je examendossier. 1.3.5 De herkansing Als je met je assessmentgesprek de beheersing van de competenties niet afdoende kon aantonen, mag je één keer herkansen. De beoordelaar van de opleiding maakt daarvoor meteen een afspraak met jou. 1.4 Schriftelijke en/of praktische examens De hierboven beschreven onderdelen van de methodenmix maken deel uit van de methodiek van het Consortium. Daarnaast kán de opleiding bepaalde schriftelijke en/of praktische examens verplicht stellen. In het examenplan van jouw opleiding kun je daar meer over lezen. Het examenplan staat in de Onderwijs- en Examen Regeling (OER) van jouw opleiding. De OER is te vinden op N@tschool. Deze examens worden beoordeeld door een beoordelaar van je opleiding en de uitslag wordt bekendgemaakt in SPBS in N@tschool. Je mag elke examentoets één keer herkansen.
02 het beroepsgericht examen - handleiding student versie 1.0 121212
7
2 Afronden van één of meer fasen in je opleiding 2.1 Voorbereiden van het afronden van een fase Je maakt met jouw studieloopbaanbegeleider een afspraak om samen het examendossier voor de af te ronden fase(n) door te nemen. Voordat je het examendossier voorlegt aan jouw studieloopbaanbegeleider zorg je ervoor dat het examendossier de af te ronden fase(n) op orde is: 1. Het examendossier is opgenomen in een ordner. Op de rug van de ordner is jouw naam, opleidingsnaam, opleidingsniveau en klascode vermeld. 2. Je hebt voor in het examendossier een ingevuld ‘voorblad examendossier’ toegevoegd. 3. Je examendossier is voorzien van de inhoudsopgave examendossier, waarbij de nummers in de inhoudsopgave verwijzen naar de bewijsstukken. 4. Elk bewijsstuk in jouw examendossier is voorzien van de verplichte voettekst met gegevens (zie bijlage) 2.2 Bespreken van het examendossier met de studieloopbaanbegeleider Je bespreekt het examendossier met jouw studieloopbaanbegeleider. Jij laat eerst zien dat het examendossier op orde is (zie paragraaf 2.1). Daarna toon jij aan dat alle verplichte bewijsstukken aanwezig zijn. In de inhoudsopgave van jouw examendossier zet de studieloopbaanbegeleider een paraafje bij elk bewijsstuk dat jij kunt tonen. Indien je de fase(n) hebt afgerond, zal je studieloopbaanbegeleider dit vermelden in het voortgangsdeel in SPBS in N@tschool.
02 het beroepsgericht examen - handleiding student versie 1.0 121212
8
3
Het afsluiten van het beroepsgerichte examen
3.1 Voorbereiden van het inleveren van je examendossier Zodra je studieloopbaanbegeleider heeft gezien dat je alle fasen van het beroepsgerichte examen en alle domeinen van (Leren) Loopbaan en Burgerschap hebt afgerond, mag je je examendossier inleveren bij het examenbureau. Voordat je het examendossier inlevert, zorg je ervoor dat het examendossier voldoet aan de volgende eisen: 1. Het examendossier is opgenomen in een ordner. Op de rug van de ordner is jouw naam, opleidingsnaam, opleidingsniveau en klascode vermeld. 2. Je hebt voor in het examendossier een ingevuld ‘voorblad examendossier’ toegevoegd. 3. Je examendossier is voorzien van de inhoudsopgave examendossier, waarbij de nummers in de inhoudsopgave verwijzen naar de bewijsstukken. 4. Elk bewijsstuk in jouw examendossier is voorzien van de verplichte voettekst met gegevens. LET OP Zonder afgetekende gegevensvoettekst verklaart de examencommissie het bewijsstuk ONGELDIG! In de bijlagen vind je een voorbeeld van een gegevensvoettekst. De inhoudsopgave examendossier voor jouw opleiding is te vinden op N@tschool. Je hoeft daarop alleen nog maar paginanummers in te vullen. 3.2 Het aanbieden van je examendossier aan de examencommissie Je levert jouw examendossier in bij het examenbureau. De medewerker van het examenbureau controleert of de inhoudsopgave van het examendossier door jouw studieloopbaanbegeleider is geparafeerd. Is jouw examendossier in orde, dan ontvang je van de medewerker examenbureau een ‘ontvangstbewijs examendossier’. Bewaar dit ontvangstbewijs goed! Geef je examendossier NOOIT af
zonder daarvoor een ontvangstbewijs te vragen!
3.3 Het vaststellen van de beoordelingen door een lid van de examencommissie Het examenbureau ziet erop toe dat jouw examendossier wordt gecontroleerd door een assessor. Die assessor neemt alle beoordelingen van het beroepsgerichte examen uit jouw examendossier over op een Competentie Score tabel. Per werkproces wordt zo zichtbaar gemaakt welke competenties je beheerst. Als de Competentie Score Tabel is ingevuld, kan het lid van de examencommissie de einduitslag voor de kerntaken bepalen. Deze vermeldt hij rechts op de Competentie Score Tabel. Het lid van de examencommissie levert jouw examendossier en de ingevulde Competentie Score tabel in bij het examenbureau. De medewerker van het examenbureau verwerkt de uitslag van de kerntaken in het kwalificerende deel van SPBS in N@tschool. Uiterlijk 10 werkdagen na inlevering van je examendossier, kan je de uitslag verwachten op SPBS. 3.4 Retourneren en bewaren van het examendossier Bij diplomering krijg je je examendossier terug. Jaarlijks onderzoekt de Inspectie van het Onderwijs de examenkwaliteit van de opleidingen Zorg & Welzijn. Tijdens dit onderzoek moeten wij examendossiers van gediplomeerden kunnen overleggen. Daarom zullen wij je vragen om jouw examendossier, na diplomering, minimaal 1 jaar in ongewijzigde vorm te bewaren. Als wij jouw examendossier nodig hebben om die voor te leggen aan de inspectie, dan nemen wij tijdig contact met je op.
02 het beroepsgericht examen - handleiding student versie 1.0 121212
9
Bijlagen Voorblad examendossier Persoonsgegevens Achternaam Voorletters Roepnaam Geboortedatum Adres Postcode en woonplaats (vast) (mobiel)
Telefoonnummer Email
Opleidingsgegevens Opleiding Uitstroom
Goed invullen! Raadpleeg zonodig studieloopbaanbegeleider
Niveau Cohort Consortiummateriaal uit…
Jaartal vermelden. Dat staat voor op de kaft van elk Consortiumboekje
Studentnummer Klas Studieloopbaanbegeleider BPV-docent
Graag compleet invullen! Zijn bepaalde gegevens niet bij jou bekend, raadpleeg je studieloopbaanbegeleider!
02 het beroepsgericht examen - handleiding student versie 1.0 121212
10
Gegevensblok of gegevensvoettekst Elk bewijsstuk moet verplicht worden voorzien worden van gegevens. Hiervoor zijn twee mogelijkheden, namelijk: Mogelijkheid 1
Het gegevensblok (Als eerste pagina van je bewijsstuk)
(Alleen nog toegestaan voor studenten uit groepen voorjaar 2011 en ouder) Naam student Studentnummer Titel beroepsprestatie Nummer bewijsstuk Naam BPV-instelling
Datum + handtekening Beoordelaar/vertegenw. BPV )* Beoordelaar/vertegenw. opleiding )* )* Doorhalen wat niet van toepassing is
Mogelijkheid 2
De gegevensvoettekst
(Verdient de voorkeur voor studenten uit de groepen voorjaar 2011 en ouder en is verplicht voor alle groepen die gestart zijn vanaf augustus 2012) Kopieer onderstaande tabel en plak die in het bewijsstuk op de plaats van de voettekst. Naam student Nr. en naam Ber. Prest Nr. bewijsstuk Naam BPV-instelling
)* Doorhalen wat niet van toepassing is
Studentnummer
Datum + handtekening Beoordelaar/vertegenw. BPV )* Beoordelaar/vertegenw. opleiding )*
Let op!! De opleiding schrijft voor van wie er handtekeningen op je bewijsstuk moeten staan. Dat kan per bewijsstuk verschillend zijn! Soms is een handtekening van een beoordelaar voldoende. Soms echter moet een bewijsstuk ondertekend zijn door zowel een vertegenwoordiger van het werkveld als van een vertegenwoordiger van de opleiding. De ene partij ondertekent in dat geval als beoordelaar. De andere partij ondertekent als vertegenwoordiger van de opleiding of BPV-instelling. Wanneer wordt getekend als ‘vertegenwoordiger’ van de opleiding of BPV-instelling, wordt daarmee aangegeven: - dat het bewijs inderdaad door jou is gemaakt of - dat jij de uitwerking van jouw opdracht mag laten beoordelen. Laat de beoordelaar en/of vertegenwoordiger van de opleiding of BPV-instelling elk bewijsstuk op de eerste pagina ondertekenen.
02 het beroepsgericht examen - handleiding student versie 1.0 121212